!"#
$
!" ' (
& + +
# ( *
&)
+ $ %
"$ % + +
! & ', $& , -. / 0
)
( + ( !+*
+ 1
+ !
(
# + %
# + 4 %
+ +! #
$ % " '!! & &$& $ % &
4! ( %
"
+* &
" ' 2 " ( & * &+ #
! +! ! 3 $& ( % " %
!
&(! ' &) (! ' $ 2
+ $ % " "
+ !+ ! * ( (
(
+ !+ " ,2 2 &!! 22
(
&$& ( " "0
)
&$& &% $ % * 5 "
+ & # ! ( &$& # ! ( &$ % & ! & # % , % & 2! %!! * ( * % ,( ' , &!! # ! &
De bijlagen en/of statistische gegevens, waarnaar in sommige antwoorden wordt verwezen, kunnen ingekeken worden op het algemeen secretariaat
+ $ %
4
+ !
#
+ $& ' "
4
(
+ & #
!
& &$& % & " " %
+ !+ " ,2 2 2! 4 ' & +
6
( (
+
0
"% % & * # * &+ # +
0
( % 7!
0
"%
&$& $ % & ,& 1 ! ( 2! $&
&%
+
& &$& & %
%
!# & " %!!
$&
(
7!
##!
!
+ # ! # ! ,( ' ,
7!
"
(
+
! &
!(
( & # !
$&
' 5, ) % * 2 &
&
' 5, ) %
&
"% ( & & " 5 5! "
*
2 &
." # "$ % & 68 3 # !% + 906 %5' + $& " 5! &* & " ,2 # !( '!! &!! 22 +
+! ! ) % %! "% 9 !# %!! 2 +* + !& &
2
&% 3 2 ) % ' " ( '! 5 "
:
$& 9 !# & & !% & 9;
$& "$ % & ( ! % & < +! !
,2 "%
&
De bijlagen en/of statistische gegevens, waarnaar in sommige antwoorden wordt verwezen, kunnen ingekeken worden op het algemeen secretariaat
7!
+
0
( % /
=!
+2
+ !& '
7!
0
$& ' 5, $ % "% ( & * 2 & & 2 & !#% "
&
$& ,2 "$ % & !% * % " !# + "! + "!
+ ! & &!+ ) & (!
4!
"$& ( * $ % !# & % # ( +
De bijlagen en/of statistische gegevens, waarnaar in sommige antwoorden wordt verwezen, kunnen ingekeken worden op het algemeen secretariaat
! %
$
"
#
##
#
#
# #
&
(
'(
#
#
)
# •
)
•
. #
% *
(
+
,
$
)
# (
"
$ #
#
$ #
/
$ •
.
•
) 2
#
# -0
(
$
#
$
#
#
1
$
$
# #
#
!
3
-
#
" #
%
4
*
$
* # # )
#
" $
#
6
#
#
+
! ,
$
7
( # #
# $
( 2 # #
#
#
##
$ #
(
$
( (
1 #
$
5
$
%#&
9
#
:
.8 )
!
( 3
#
. !
#!
# (
. ; 9 2
(0
!
(: $ @ B
3
! $
= 3
(
)
< #> (.
3 #( 2 3 ( $
(
(:
#
2
>
$ .
$
3
=
3
( (?
( <
A
#
#
% 8
4
> A
. 7
$
"
# . ( )
&B !
8
'
3
$
$ 3
!
C # # -0
-0
(
$
$
#
(
# -0
(
! 3
# -
" #
%
*
*
8
.8 )
!
3
( C
A !
; $
> 58 $ =
. $
3
(
(
8
%
D
5
E
>
<
6
# A D
&
<
' 5
9
; $
<
3 &
($
#
: >
= (
8
.8)'( 5
#
B A
3
6
# ##
4 . 9
!
# *
6
( # 5 $ ##
5 6
& 6 #
B ( ## !
8
' $
6
F.8)( #
8 $
!
3
$ $ ' $
%#& #
&3 ) 9
&3
2
2
'
'
#
$
&D
'
#
" . 0
*
$
$ "
• •
0 0
•
=
( (
0
"
##
#
2
$
## !
#
* G !
*
&3
-
2
'
3
$
$ 4H
(
$
" #
%
<
-
-
2
3
$ $ #
&
' $ # 8 # 2
$
B
< #
2
!
#
( ($
(
? $ #
2
#
B
( B
B
#
$
# : # 8 $$ (
$ $ # $ # $ #
I6
.
?
"
$ #
#
$
5
($
(
!=>?:; ))
* ## , .
$ # $ (
#
$ #
$
" $
%#& #
# # 5
#
6
# ;
4
!
4
4
(
#
( #
#
#
J
0
H
! .
! 7
##
3
H
-
#
G(
J( *
@
*-
)
$
H
#
(
J
!
8
5!8D6
) . #
$
$
:
#
#
# # -
# # !8D
#
# ,
A
!8D ( #
2
# !
3
K( *
(
#
$
(
!8D
-
" #
%
G
*
#
.
# 2 L ( ( ,H 2
#
F F (4GH
F F (4 H
F F ( GH
F F ( ,H
*
* !
$ # 8 (
5
6
# 7
$ #
7
#5 6
F
(
'
, F
F
F
F
F
F
*
G : ( $
%#& #
( # <
*
#
#
!
$
*
2 ! 2 8
3
#
$
#
%
G # !
*
>
#
$ 3
#
!
(
M>!! 5M !
#
6
#
,4* $
* 8
$
) #
2
# # $
#
( G,
$ #
!
3
!
#
$
#
$
#
# ?
$
$ -
# # $ # # -
2 : ) # 1 N
#
$
3
!
3
! $
3
!
$ ) # #
$
$ ' #
B
%#&
# 3
!
$ #
#
0 2 2
*
# (
(
# (
#
#
(
$
$
$ -
( ,
.
# ' #
#
7
-0
B
(
# # -
#
(
$ G
-
)
#
-
#
# #
-2
@
! 3
( #
%
, G
*
B @,% 2
( # #
( $
0
$ $
$
: $
# ' #
#
:
# #
2 #
#
# ' 3
$
$
$ $
# #
#
# $
*
# -
$
$
5
#6 " -
3 3
# #
OO
$
& ## :7
#
'#
G $
5 $
6$
& (
' (
# #
# #
% # #
##
(
$
* $ ' #
%#&
! 2
) $
!
3
3
, > : 3 : P = )
9 ;
2 2 2 2 0
* ,
# 8 " 5 5
5
#
!
6
#(
6 6
$ '
-
#
$
#
$
#
-
#- 2
#G
2 3 >
4
$
#
!
$
$
$
$
#
#
.
! 3
) #
%
, G
. 8
*
!
#
3
$ #
#
$ )
$
#
#
# # $
$ 9
$
#
#
8 < OO
#
* P
$ #
( (
3
#( (
$ -
2
#
$ # $
#
$
# #
#
$
#$
<
# $ #
, 3 0
#$ ! >3 ) &
;8
#
#'
0 #
P
#
!
3
-
# G A > 3
# $
#
#
% $
$
# $ #
! % ' ( ) )
! ! !
)- . % /0 /0 1 2 3 3
! ! ! ! !
"# $ $& " *#& ++ * " +" $* ,, * "+ $& $ # * &, $ # + ++ #$ + ,+ # +" &*
" "& ' () + , . / 0
! #$ % # % #* $% %% !* % $ *$ !1 !$ *$ #*
% (
!"" !"" !
" )*
!""
#$ &' $$ & ## #
Raadscommissie welzijn
Beleidsdomein Onthaalbureau Inburgeri
30/04/2013 Lieve Geens, diensthoofd
Inburgering is…
'Inburgering is een interactief proces waarbij de overheid aan inwijkelin specifiek programma aanbiedt, dat: Ø mogelijkheid biedt om zelfredzaamheid te verhogen
Ø ertoe bijdraagt dat de samenleving die personen als volwaardige b erkent,
Ø met als doel een volwaardige, actieve participatie en een gedeeld burgerschap van eenieder en het verkrijgen van een voldoende soci samenhang.' (decreet 28/02/03)
30/04/2013
Raadscommissie
DOELGROEP INBURGERING Wie is doelgroep inburgering? • •
Nieuwkomers + vanaf 01/01/07 ook oudkomers Algemeen principe: mensen van buiten België met wettig verblijf langere termijn (volledige en meest recente info op www.kruispuntmi.be)
1. Verplicht 2. (prioritair) rechthebbend 3. uitgesloten - geen doelgroep
30/04/2013
Raadscommissie
Standaard Inburgeringstraject
NT2 TB MO
- Educatief (dip studies)
LLO
- Professioneel VDAB)
- Sociaal (vrije t
30/04/2013
Raadscommissie
ORGANISATIE INBURGERING • Vlaanderen -Vlaamse Gemeenschap - Agentschap voor Binnenlands Bestuur Ministerie voor Stedenbeleid & Inburgering, Minister Bourgeois - 8 onthaalbureaus: 5 provincies + Antwerpen, Gent, Brussel
• Onthaalbureau Inburgering Vlaams-Brabant - dienst binnen het provinciebestuur (directie Sociaal Beleid) - Verandering op komst (EVA)
30/04/2013
Raadscommissie
5 + 1 locaties
30/04/2013
Raadscommissie
5 strategische doelstellingen
• 1. uitvoering vd opdrachten opgelegd door de Vlaamse overhe • 2. versteviging vd structuur vh Onthaalbureau
• 3. uitbouw van sterk partnerschap met belangrijke actoren bin inburgering
• 4. PVB = actieve actor binnen Vlaams inburgeringskader + wer aan beleidsvoorbereiding • 5. resultaten van inburgeringsbeleid in kaart brengen
30/04/2013
Raadscommissie
1. uitvoering vd opdrachten opgelegd d de Vlaamse overheid OD1: aantal afgesproken inburgeringscontracten realiseren • streefdoel voor 2012: 1550 contracten • resultaat eind 2012 : 1671 contracten • Daling t.o.v. 2011 met 17% (2019 contracten) à instroomcijfers dalen in heel Vlaanderen à -38% verplichte inburgeraars in Vlaams-Brabant OD2: methodiek lessen maatschappelijke oriëntatie • climodiek wordt toegepast • positief inspectierapport
30/04/2013
Raadscommissie
2. versteviging structuur vh Onthaalbur geen OD hierover geformuleerd in 2012
• invulling van de functies in het personeelsbehoeftenplan, voor dit nodig is + flexibele uitvoering in functie van wendbare werk
• nood aan aangepaste infrastructuur in functie van professione dienstverlening (Diest, Asse, Leuven)
30/04/2013
Raadscommissie
3. uitbouw van sterk partnerschap met belangrijke actoren binnen inburgering OD1: maximaal faciliteren van toeleiding naar secundair traject • • • •
regelmatig overleg met VDAB en OCMW Idem met HvN en aanbodverstrekkers NT2 dienst diversiteit en gelijke kansen (Integratie- en tolkendienst LOP inzake toeleiding minderjarigen
30/04/2013
Raadscommissie
4. PVB = actieve actor binnen Vlaams inburgeringskader + werkt mee aan beleidsvoorbereiding
OD1 Via juiste fora wensen kenbaar maken. Inzetten op bereiken juiste effecten voor inburgeraars en ontvangende maatschapp • Inburgeringsplatform (ABB) • Kabinet minister • Kruispunt Migratie-Integratie
30/04/2013
Raadscommissie
5. Cijfers: instroomcijfers 2012
OB Stad A'pen
verplicht
rechthebbend
geen doelgroep
tota
2482
6138
502
Oost-Vl.
992
2703
107
Gent
546
2227
179
Limburg
849
3546
90
Prov. A'pen
1301
4910
245
Vl.-Brabant
1246
4038
592
West-Vl.
1047
3790
116
8463
27352
1831
30/04/2013
Raadscommissie
Afgesloten inburgeringscontracten 201
Onthaalbureau
Totaal
Brussel
2535
Stad A'pen
5413
Gent
1310
Oost-Vl.
1446
Limburg
1843
Prov. A'pen
2451
Vl.-Brabant
1671
West-Vl.
2014
Totaal 30/04/2013
18683 Raadscommissie
Contacttalen cursisten MO Contacttaal
Vlaams-Brabant
Albanees
55
Arabisch
274
Armeens
20
Chinees
16
Engels
477
Farsi
51
Frans
410
Hindi
9
Koerdisch
18
Nederlands
152
Nepalees
120
Pools
6
Portugees
43
Roemeens
32
Russisch
139
Spaans Tamazight (Berbers)
72 9
Thais
39
Turks
21
30/04/2013 Totaal
Raadscommissie 1963
Behaalde inburgeringsattesten 2012 OB Brussel
verplicht
Rechthebbend Onbepaald
Totaal
2
893
0
2722
1298
8
4
698
350
0
1
Oost-Vl.
1015
198
0
1
Limburg
1038
380
3
1
Prov. A'pen
1031
392
0
1
West-Vl.
1067
246
1
1
Vl.-Brabant
1048
315
0
1
Totaal
8621
4072
12
12
Stad A'pen Gent
30/04/2013
Raadscommissie
Sanctionering Onthaalbureau
Boete
geen boete/ geen gevolg
%
Totaal
%
Stad A'pen
234
66%
123
34%
357
Oost-Vl.
109
45%
131
55%
240
74
52%
67
48%
141
119
67%
59
33%
178
Prov. A'pen
81
56%
64
44%
145
Vl.-Brabant
186
51%
182
49%
368
West-Vl.
100
49%
105
51%
205
Totaal
903
55%
731
45%
1634
Gent Limburg
30/04/2013
Raadscommissie
Uitdagingen voor Vlaams-Brabant • terugval instroom, vnl van verplichte inburgeraars Daling van 9% in totale instroom (2012 tov 2011) Daling van 38% van instroom verplichte inburgeraars
• Grote diversiteit, kleine densiteit per taalgroep • Specifiek geografie vd provincie + omgevingsfactoren -
Brussel in het midden Heterogene regio Halle-Vilvoorde Hageland Leuven als enige centrumstad
• Hoge immoprijzen • Steeds stijgende “overloop” vanuit Brussel in Vlaams
30/04/2013
Raadscommissie
Instroom meerderjarige inburgeraars 2012 in Vlaams-Brabant
30/04/2013
Raadscommissie
Projectwerking - Werken op maat -> sectorspecifiek (bouw, zorg, hi-tech) -> zomergroep voor minderjarigen -> geïntegreerde trajecten MO-NT2 in Leuven en Tienen -> idem in Vlaamse Rand voor “overloop” uit Brussel - Inhoudelijke projecten -> specialistenwerking -> Grundvig “Learning can happen everywhere” ism musea -> project Inburgeringscertificaat - Helpdesk voor expats ism Eures
30/04/2013
Raadscommissie
Evolutie aantal IBC Vlaams-Brabant 2500 2000 1500 1000 500 0 2006
30/04/2013
2007
2008
2009
Raadscommissie
2010
2011
2012
Bedankt voor uw aandacht
30/04/2013
Raadscommissie
! # $ % & '
(
&)
* + ' , ' - .
* * " * !
$
"
/
&- ) +)&,
.
/
& '
(
&)
* 0
+ '
*
, '
*
0
!
"
- .
" *
1
&,
$
"
.
&,2(
$
3
" *.
4052&6)2$7 37 ,()$.82&& + 9 $0 &:( &)(2),)) (&,& $ / +)&,; & 9 $ < (&": &)(2),)) (&,& $ / +)&, ! $
/
&- ) +)&,
&,
+)&,
$ = . = " . " . $ ' > 9 .
> 9
" 9
" .
" 9 >
9
" &,
+)&,
9 . +)&+
= ? & +,,":) 1 $ & +,,":)
. +)&,
$0 @ , :))
"
!
=
$0
$ $"
"
, :)) & )A6
.
&)
9
0 %
%
7
$
% 3
>' >
"
>$
7 .
7 % ' *!
$
*
1 "
7 *
1
% !
*
1
* !
$ . B
/
&- ) +)&,
B %0#> %0#> ,
" 7
$BB
+)&+ '
CC
&:
7 $ %0#
7 D
E "
$ %0#> > >
%
@ D
E
• • •
%0# $ . ? <
B
7 %0#> " 1
C 1
7
7
$BB>
/ F%
%
3
7 %
C
>
>
'
>$
'
> .
1 > 0 7
$
3
7
> G
•
%
+)&, '
7 D
? 7
E
/ B +)&+ !
" /
/22
2
>
>%0# 2
" 2
7 %0# +) > >
'
%0#>
&:
8 & 7
/
9
"
/ H
- 5
+)
2
:)
"
0 &)>&:/
>%0# 8
+ , ?
2
2 /
"
" /
"
/
,
+
" : ( .
;
/
" / B
% I
$
%$?
5I? 5
# $
'
J "
&6 )( +)&, +)&+
'
&)
/0
+)&+
8 4> >
/
"
D E " %
,
.
I@
1
I@
*1 * * *. *
1
> *
*1
9" "
1 * @ . "
! $
/
&: ) +)&, +)&&
2 7
+)&, @ &
+)&,
+)&+
NOTA AAN DE DEPUTATIE VAN VLAAMS-BRABANT
Betreft: rapportering over de afwezigheden wegens ziekte en arbeidsongevallen in 2011 I. GEGEVEN Jaarlijks wordt er een analyse gemaakt van de afwezigheden wegens ziekte en arbeidsongevallen van het afgelopen jaar. De dienst personeelsbeleid opteerde om analyses te maken op basis van persoonskenmerken (leeftijd, geslacht, ...). Dit biedt de mogelijkheid om over de jaren heen tendensen te ontdekken en gerichte acties te kunnen ondernemen. II. BESPREKING 1. Toelichting bij de cijfergegevens en de nota De percentages die berekend worden voor de verschillende soorten ziekte afwezigheden, worden steeds berekend op basis van de effectief te presteren werkdagen. De verlofdagen worden hierin niet in rekening gebracht. De gegevens worden steeds uitgedrukt in "vte". Enkel de tabellen waar gesproken wordt over het aantal personeelsleden zijn uitgedrukt in "koppen". Zwangerschapsverlof wordt niet verrekend in de ziekte gegevens. De ééndagsziekte worden in de nota apart besproken., maar worden ook meegeteld bij de totale ziektedagen. De totale ziekte is de som van de ziektedagen, de dagen disponibiliteit en de dagen deeltijdse tewerkstelling na ziekte. De arbeidsongevallen worden hierin niet meegeteld. In het vervolg van deze nota gaan we dieper in op het totale ziektecijfer voor de provincie, als ook op de verschillende ziekteaspecten in detail. Hierna bekijken we vanuit de controlegeneeskunde wat de oorzaken van de ziekte afwezigheden zijn. Tot slot gaan we dieper in op de arbeidsongevallen binnen onze organisatie. De voorgaande jaren werd er steeds een vergelijking gemaakt met cijfers van andere overheden en met privébedrijven. Op dit moment zijn deze cijfers nog niet beschikbaar en kan deze vergelijking niet gemaakt worden. Indien gewenst, kunnen we later deze vergelijkingen aanleveren. In tabel 1 worden de verschillende ziekte afwezigheden uit deze nota afzonderlijk opgelijst. Er worden zowel absolute aantallen als percentages weergegeven. Het percentage is steeds de desbetreffende ziekte afwezigheid ten opzichte van het totaal te presteren dagen binnen de organisatie. 2.Ziekte totale ziekteratio In 2011 bedraagt de ziekteratio 6,04%. Dit is een stijging van 0,08 procentpunten ten opzichte van 2010. In tabel 2 als bijlage merken we dat de statutaire personeelsleden een hogere ziekteratio (6,74%) hebben dan de contractuele personeelsleden (5,11%). Voor de statutaire personeelsleden blijft het
1
ziektepercentage nagenoeg constant sinds 2009. Bij de contractuele personeelsleden merken we wel een stijging. Deze bedraagt ten opzichte van 2009 ongeveer 1,07 procentpunten. Tabel 3 geeft de personeelsleden weer die nooit afwezig zijn geweest wegens ziekte. Dit is bij de contractuele personeelseden 37,42% en bij de statutaire personeelsleden 32,28%. Voor beide groepen merken we ten opzichte van 2010 een stijging van 3 procentpunten. Deze stijgende lijn is over de verschillende jaren heen zichtbaar. Tabel 3 geeft eveneens een zicht op de duur van de afwezigheid. Bij statutaire personeelsleden zien we een langere afwezigheid wegens ziekte. In 2011 zien we dat 5,30% van de statutaire personeelsleden meer dan 50% van hun arbeidstijd afwezig was wegens ziekte. Bij de contractuele personeelsleden is dit maar 1,60%. Deze percentages schommelen over de jaren heen, maar een tendens is niet zichtbaar. In tabel 4 splitsen we de ziekteratio uit naar geslacht. In 2009 liggen de cijfers voor mannen en vrouwen dicht bij elkaar, beide rond de 5,50%. Nadien stijgt de ziekteratio voor bij de vrouwen sterk, plus 1,40 procentpunten ten opzichte van 2009. De ratio van de mannen daalt echter met 0,60 procentpunten. De stijging en de daling zijn het sterkst tussen 2009 en 2010, maar zet zich in 2011 verder. We kunnen de ziekteratio ook uitsplitsen volgens leeftijd, dit gebeurt in tabel 5. Bij de uitsplitsing in leeftijdscategorieën van 5 jaar, is er een hoge ziekteratio zichtbaar bij de leeftijdsgroep 65 tot 70 jaar. Dit is te wijten aan één personeelslid die op pensioen is gegaan in 2011 en die zijn volledige arbeidstijd in 2011 afwezig is geweest wegens disponibiliteit. Door het laag aantal te presteren dagen in deze groep, we hebben deze personeelsleden immers bijna niet in onze organisatie, is deze ratio bijgevolg zeer hoog. De uitsplitsing biedt weinig bijkomende informatie. Binnen de verschillende categorieën zijn er sterke schommelingen van jaar tot jaar. Daarom wordt in tabel 6 de uitsplitsing beperkt. In deze tabel maken we tegelijkertijd de uitsplitsing naar statuut. Bij de statutaire personeelsleden boven de 50 jaar is er een daling van de ziekteratio tussen 2009 en 2011. De daling bedraagt ten opzichte van 2009 bijna 2 procentpunten en is zichtbaar in de verschillende jaren. Voor al de andere groepen stijgt de ziekteratio. Voor de contractuele personeelsleden boven de 50 jaar is er een sterke stijging van 2009 naar 2010 (plus 1,40 procentpunten), maar blijft de stijging naar 2011 beperkt (plus 0,57 procentpunten). Voor de statutaire personeelsleden jonger dan 50 jaar is er jaarlijks een stijging van 1 procentpunt. In 2011 bedraagt hun ziekteratio 4,79%. Voor de eerste maal ligt hun cijfer hoger dan dat van de contractuele personeelsleden in hun leeftijdsgroep. De ziektepercentages voor de verschillende leeftijdsgroepen en verschillende statuten komen over de jaren heen wel dichter bij elkaar te liggen. disponibiliteit Als een statutair personeelslid niet meer beschikt over ziektedagen en afwezig is wegens ziekte, dan komt die in een toestand van disponibiliteit. Tijdens de periodes van disponibiliteit ontvangt de betrokkene een wachtwedde. In 2011 bedroeg de disponibiliteitsratio 0,83% op basis van het totaal aantal te presteren dagen in de hele organisatie. Dit is 0,14procentpunten meer dan in 2010. In tabel 7 zetten we de disponibiliteit af tegen het aantal te presteren dagen van alleen de statutaire personeelsleden, want enkele deze groep kan in de disponibiliteit komen. We merken dat er ten opzichte van 2009 een verdubbeling is van de afwezigheid wegens disponibiliteit. Tabel 8 geeft aan dat de disponibiliteit bij de statutaire personeelsleden onder de 50 jaar zeer sterk stijgt. Dit is over de verschillende jaren heen zichtbaar. Tussen 35 en 49 jaar bevinden zich de hoogste percentages, met een piek bij de leeftijdscategorie tussen 45 en 49 jaar die een percentage van 2,97% bevat. Boven de 50 jaar zijn er over de jaren heen schommelingen, maar hieruit kunnen moeilijk tendensen afgeleid worden. Opmerkelijk is dat voor het eerst de disponibiliteitsratio voor de personeelsleden onder de 50 jaar hoger is dan deze voor de personeelsleden boven de 50 jaar. 2
Tabel 9 laat zien dat er stijging is van 1 procentpunt ten opzichte van 2010 van personeelsleden die in disponibiliteit vallen. Ook de stijging van de duur van de disponibiliteit is zichtbaar in deze tabel. Ten opzichte van 2009 merken we een stijging van 0,80 procentpunten in de groep van statutaire personeelsleden die meer dan 50% van hun arbeidstijd afwezig zijn wegens disponibiliteit. In tabel 10 gaan we dit verder uitsplitsen naar leeftijd. Als we kijken naar het aantal personeelsleden dat afwezig is wegens disponibiliteit, merken we dat in 2009, 2010 en 2011 er steeds evenveel personeelsleden ouder dan 50 jaar meer dan 50% van hun arbeidstijd afwezig waren (5 personeelsleden). Bij de personeelsleden jonger dan 50 jaar stijgt dit. Hun aantal is in 2011 even hoog als bij de groep boven de 50 jaar. In 2009 hadden zij slechts 1 personeelslid dat meer dan 50% van zijn arbeidstijd afwezig was. Voor de verschillende leeftijdsgroepen merken we een stijging van de disponibiliteitsratio in 2011. Deze stijging is ook de vorige jaren zichtbaar. De ratio van de vrouwen ligt wel over de jaren heen hoger dan deze van de mannen en stijgt ook sterker. Maar in 2009 waren deze nog bijna gelijk aan elkaar, in 2011meer dan het dubbel (zie tabel 11). deeltijdse tewerkstelling na ziekte Na een periode van ziekte hebben medewerkers de mogelijkheid om deeltijds te werken na ziekte. Op die manier kan - indien nodig - de werkhervatting geleidelijk aan verlopen. Voor de contractuele personeelsleden wordt dit vergoed via de mutualiteit. Voor de statutaire personeelsleden is dit ten laste van de provincie als werkgever. In 2011 bedraagt de gemiddelde procentuele afwezigheid wegens deeltijdse tewerkstelling na ziekte 0,35%. Ten opzichte van 2009 is dit een daling 0,09 procentpunten. In tabel 12 en 13 zien we een uitsplitsing van het deeltijds werken na ziekte volgens geslacht en statuut. De cijfers blijven voor de verschillende groepen gelijk aan 2010 of vertonen een lichte daling. Tabel 14 maakt de uitsplitsing volgens leeftijd en geslacht. Tussen de verschillende jaren zijn verschillen zichtbaar, zowel binnen leeftijd als geslacht. Opvallend is dat mannen deeltijdse tewerkstelling na ziekte vooral doen op latere leeftijd, voor geen één van de drie jaren gebeurt dit voor 40 jaar. Vrouwen doen dit op veel verschillenderde leeftijden. Tabel 15 zien we dat er meer personeelsleden gebruik hebben gemaakt van het systeem van deeltijds werken na ziekte. Er is een daling zichtbaar in de duur van de deeltijdse tewerkstelling na ziekte. In 2011 is er geen enkel personeelslid dat langer dan 25% van zijn arbeidstijd deeltijds werkt na ziekte. In 2009 en 2010 zijn er personeelsleden die tot 50% van de arbeidstijd deeltijds werken na ziekte. ziektedagen De ziektedagen (exclusief disponibiliteit en deeltijdse tewerkstelling na ziekte) bedragen in 2011 4,86% van het totaal te presteren dagen. Dit is een ongeveer gelijk aan het percentage van 2010. In tabel 16 laat in 2011 een daling van het aantal zuivere ziektedagen bij de statutaire personeelsleden zien. Ten opzichte van 2009 daalt dit met 0,50 procentpunten. Bij de contractuele personeelsleden zien we in deze periode een stijging met 1 procentpunt. De verschillende statuten komen dichter bij elkaar te liggen, de onderlinge verschillen worden afgevlakt. Zoals we merken in tabel 17 stijgt het aantal personeelsleden die nooit afwezig zijn wegens ziekte. 35,64% van de personeelsleden is nooit afwezig wegens ziekte, in 2009 was dit 29,60%. Echter merken we ook dat het aantal personeelsleden toeneemt die volledig afwezig zijn wegens ziekte. Het percentage verdubbelt van 0,33% in 2009 naar 0,66% in 2010. In 2011 stijgt dit percentage nog eens tot 0,84%. Het percentage personeelsleden dat meer dan 50% van hun arbeidstijd afwezig is wegens ziekte blijft ongeveer gelijk over de verschillende jaren heen.
3
ziektedagen en disponibiliteit Contractuele personeelsleden kunnen niet in disponibiliteit vallen. Al hun ziektedagen, ook als deze vergoed worden door de mutualiteit, worden bij de zuivere ziektedagen geteld. De statutaire personeelsleden die al hun ziektedagen opgebruikt hebben, vallen op disponibiliteit. Deze dagen worden in de nota apart geteld. Maar het karakter van deze dagen is eigenlijk identiek. Daarom maken we bijkomend een optelling tussen de zuivere ziektedagen en de disponibiliteit, zodat we deze vergelijking tussen contractuele en statutaire correcter kunnen maken. In tabel 18 merken we dat er bij de statutaire personeelsleden geen daling is van de afwezigheid wegens ziekte is. Het cijfer blijft gelijk op 6,50%. Bij de contractuele stijgt het cijfer van 3,65% in 2009 naar 4,60% in 2011. In tabel 19 maken we de uitsplitsing volgens statuut en volgens leeftijd. Hier merken we dat er bij de contractuele personeelsleden ouder dan 50 jaar een stijging is 4,88% in 2009 naar 6,72% in 2011. Een stijging van ongeveer 2 procentpunten. In deze leeftijdsgroep bij de statutaire personeelsleden merken we net een daling van 1,20 procentpunten. In 2011 bedraagt de ratio van de zuivere ziektedagen en de disponibiliteit samen 8,59%. Bij de leeftijdsgroep onder de 50 jaar merken we een stijging op bij zowel de contractuele als de statutaire personeelsleden. Er is wel een verschil in stijging. Bij de contractuele personeelsleden is er een stijging van 0,70 procentpunten ten opzichte van 2009 en bij de statutaire personeelsleden 1,70 procentpunten ten opzichte van 2009. De twee ziekteratio's liggen nu dicht bij elkaar. Voor de eerste maal sinds 2009 is deze van de statutaire personeelsleden in deze leeftijdsgroep het hoogst. ééndagsziekte Eéndagsziekte zijn de afwezigheden van een personeelslid wegens ziekte van één dag. Deze afwezigheden zitten ook vervat in de ziektedagen, maar omwille van het specifieke karakter (personeelsleden hoeven hiervoor geen ziekteattest binnen te leveren) bekijken we deze afwezigheden ook apart. In 2011 bedraagt de ééndagsziekte 0,41% van de totaal te presteren arbeidstijd. Dit is gelijk gebleven tegenover 2009 en 2010. Tabel 20 toont enkele wijzigingen. Tussen 2009 en 2011 stijgt het percentage van personeelsleden die geen ééndagsziekte hebben. Dit is een stijging van 3,05 procentpunten ten opzichte van 2010. Het maximum aantal ééndagsziekte voor één personeelslid blijft ongeveer gelijk. Het aantal medewerkers met één ééndagsziekte, daalt ook tussen 2009 en 2011. Voor de andere blijft dit ongeveer gelijk. In tabel 21 maken we de uitsplitsing volgens de leeftijd en geslacht. Hier zijn beperkte wijzigingen zichtbaar, maar er kan geen tendens uit afgeleid worden. Tabel 22 maakt de uitsplitsing volgens statuut. Zichtbaar is dat de ééndagsziekte bij de statutaire personeelsleden verder daalt en deze van de contractuele toeneemt. De wijziging voor beide groepen bedraagt ongeveer 0,06 procentpunten. 3. Ziektebeelden Mensura Absenteïsme voerde in 2011 in totaal 320 controles uit voor 269 gevallen. Dit aantal is hoger dan in 2009 en 2010. Er werden in 2011 40 controles meer uitgevoerd dan de voorgaande jaren. 41 controles konden niet uitgevoerd worden (15,24%). Uit het rapport van Mensura Absenteïsme kan afgeleid worden welke de grootste oorzaken voor ziekteverzuim zijn en welke problemen de langste periode van afwezigheid zijn. De hoofdoorzaken van afwezigheid wegens ziekte in 2011: 1. Maag en darmen (18,59) 2. Griep (18,22%); 4
3. Psychosociaal (14,87%); 4. Rug (8,55%). Deze problemen die het vaakst voorkomen zijn identiek aan de voorgaande jaren, hetzij wel in een andere volgorde. De vaakst voorkomende symptomen bij mannen en vrouwen zijn identiek. De hoofdoorzaken die het grootste totaal aantal afwezigheidsdagen hebben in 2011: 1. Psychosociaal (49,65%); 2. Rug (15,45%); 3. Maag en darmen( 10,71); 4. Ledematen (8,90%). De hoofdoorzaken van afwezigheid zijn bijna allemaal verantwoordelijk voor een lange duur van afwezigheid. Uitzondering is griep, deze oorzaak is maar verantwoordelijk voor 2,89% van de afwezigheidsdagen. De verschillende hoofdoorzaken van lange afwezigheid zijn bijna identiek aan de voorgaande jaren. Zeer opvallend is de afwezigheid door psychosociale problemen die verantwoordelijk is voor de helft van de afwezigheidsdagen. In 2009 was deze oorzaak verantwoordelijk voor 19,36% van de afwezigheidsdagen en in 2010 was dit 34,19%. Voor het derde jaar op rij merken we dus een stijging van 15 procentpunten. 4. Arbeidsongevallen In 2011 daalde het aantal erkende dossiers arbeidsongevallen van 34 naar 30. In 2009 waren er nog 44 erkende dossiers. In 2011 hadden we 9 ongevallen tijdens het woon-werkverkeer en 23 ongevallen op de werkvloer. In 2010 hadden we 18 ongevallen op de werkvloer, we merken hier dus een stijging ten opzichte van het vorige jaar. De afwezigheden wegens arbeidsongevallen stijgen licht. Maar er zijn geen grote wijzigingen ten opzichte van de vorige jaren. Het percentage bedraagt 0,30%. Door de daling van het aantal erkende arbeidsongevallen, kunnen we wel concluderen dat de gemiddelde duur van de afwezigheid per arbeidsongeval stijgt. Een belangrijke opmerking hierbij is dat we in 2009 en zwaar arbeidsongeval gehad hebben op de werkvloer. In 2010 en 2011 is betrokkene nog steeds afwezig geweest wegens dit arbeidsongeval. Het dossier wordt echter niet meegeteld, omdat dit geopend werd in 2009. 5. Aandachtspunten x x
x
x
x x x
De ziekteratio blijft in 2011 gelijk aan 2010; De ziekteratio voor de statutaire personeelsleden blijft gelijk, maar bij de contractuele personeelsleden is er een sterke stijging; Bij de statutaire personeelsleden jonger dan 50 jaar stijgt het aantal ziektedagen, maar is er nog een sterke stijging van de afwezigheid wegens disponibiliteit; De ziekteratio van de statutaire personeelsleden jonger dan 50 jaar ligt voor de eerste maal hoger dan bij de contractuele personeelleden jonger dan 50 jaar; Bij de statutaire personeelsleden boven de 50 jaar is er sterke daling van de ziekteratio; Het aantal personeelsleden dan nooit afwezig is wegens ziekte neemt toe in onze organisatie; Het aantal statutaire personeelsleden die in disponibiliteit vallen neemt toe.
III. VOORSTEL Kennis te nemen van het rapport over de afwezigheden wegens ziekte en arbeidsongeval in 2011. 5
Rapport ziekteverzuim 2012
Ziekteverzuim 2012 April 2013 Dit rapport geeft een overzicht van de afwezigheden wegens ziekte en arbeidsongevallen in 2012. De gegevens hebben betrekking op alle niet-onderwijzende personeelsleden die in 2012 in dienst waren van de provincie. In totaal gaat het om 953 personeelsleden waarvan 462 contractuelen en 491 statutaire medewerkers. Omwille van in- en uitdiensttreding tijdens het jaar is niet iedereen van deze 953 medewerkers gedurende het volledige jaar effectief tewerkgesteld. Voor een goed begrip van de gepresenteerde cijfergegevens worden in het eerste deel van het rapport een aantal begrippen gedefinieerd. Tevens wordt verduidelijkt op welke manier de cijfers moeten geïnterpreteerd worden. In een tweede deel wordt dieper ingegaan op de totale ziekteratio, de eendagsziekten, deeltijdse tewerkstelling na ziekte en disponibiliteit. Vervolgens komen de oorzaken van de ziekteafwezigheden aan bod. Dat gebeurt aan de hand van de rapportering van de controlegeneeskunde. In deel 4 gaan we dieper in op de arbeidsongevallen in 2012. Tot slot bekijken we de beleidsconsequenties die voortvloeien uit het ziekteverzuim in onze organisatie. In dit rapport komen niet enkel de gegevens van 2012 aan bod, maar wordt tevens een vergelijkende analyse gemaakt van 2009 tot 2012. Dat laat toe om eventuele tendensen in de ziektecijfers na te gaan.
1. B EGRIPPEN Eéndagsziekte Er is sprake van een ééndagsziekte als een personeelslid maximaal één dag afwezig is wegens ziekte. Voor deze afwezigheid hoeft geen ziekteattest binnengebracht te worden. Een medewerker kan meerdere keren per jaar één dag ziek zijn.
Disponibiliteit Dit is de afwezigheid wegens ziekte voor statutaire personeelsleden wiens ziektekapitaal opgebruikt is. Deze afwezigheid wordt vergoed aan 60% van het salaris.
Deeltijdse tewerkstelling na ziekte Na ziekte bestaat de mogelijkheid om het werk deeltijds te hervatten. Op die manier kan – indien nodig – de werkhervatting geleidelijk verlopen. Voor de contractuele personeelsleden wordt dit vergoed via de mutualiteit. Voor de statutaire personeelsleden is dit ten laste van de provincie.
Zuivere ziektedagen Dit is het totaal aantal ziektedagen dat niet te wijten is aan disponibiliteit, deeltijdse tewerkstelling na ziekte of arbeidsongevallen. Ook zwangerschapsverlof wordt hier niet meegeteld. Deze ziektedagen zijn vergoed: x aan 100% voor statutairen (dagen die afgetrokken worden van het ziektekapitaal); x aan 100% voor contractuele personeelsleden tijdens hun eerste maand ziekte; x door de mutualiteit voor contractuele personeelsleden na hun eerste maand ziekte.
Totale ziekte Dit is de som van de zuivere ziektedagen (inclusief ééndagsziekte), de disponibiliteit en de deeltijdse tewerkstelling na ziekte. De afwezigheid wegens arbeidsongevallen wordt hierin niet meegerekend. Ignaas Marien en Ann Van den Troost
1
Rapport ziekteverzuim 2012
Arbeidsongevallen Personeelsleden kunnen ook afwezig zijn omwille van een arbeidsongeval. Het kan zowel gaan om een erkend ongeval op de werkvloer als een ongeval op weg van en naar het werk. Deze afwezigheid wordt voor alle personeelsleden vergoed aan 100% van het loon.
Effectief te presteren werkdagen De effectief te presteren werkdagen verwijst naar het theoretisch aantal werkdagen op jaarbasis waarbij eventuele verlofsystemen en loopbaanonderbrekingen in mindering worden gebracht. De verlofdagen worden wel in het totaal te presteren dagen meegerekend. Wanneer percentages of ratio’s berekend worden, gaat het steeds om de absolute aantallen afgezet tegen de effectief te presteren werkdagen.
2. B EVINDINGEN 2.1. Totale ziekteratio In 2012 bedroeg de totale ziekteratio 6,02% (zie Tabel 1). Van de totaal te presteren arbeidstijd zijn personeelsleden bijgevolg 6% afwezig omwille van ziekte. Hiervan is 0,4% te wijten aan eendagsziekten. Ook disponibiliteit en deeltijdse tewerkstelling na ziekte vertegenwoordigen een klein aandeel in de totale afwezigheden. Tabel 1: Totale ziekteratio, 2009-2012
Zuivere ziektedagen
2009
2010
2011
2012
4,78%
4,89%
4,86%
5,38%
waarvan eendagsziekte
0,41%
0,42% 0,38%
0,41% 0,35%
0,40%
Deeltijds na ziekte
0,44%
0,29%
Disponibiliteit
0,43%
0,69%
0,83%
0,36%
TOTAAL
5,65%
5,96%
6,04%
6,02%
Een ziekteratio van 6% betekent theoretisch dat een medewerker die een heel jaar voltijds werkt 15 dagen afwezig is wegens ziekte. Als we de ratio effectief berekenen voor subgroepen met een 1 verschillend tewerkstellingspercentage over het volledige jaar , dan zien we dat bij de voltijdse medewerkers de ziekteratio 5,19% is (zie Tabel 2). Met uitzondering van 2010 is dit voor deze subgroep de hoogste ziekteratio van de voorbije 4 jaar. In 2012 noteerden we de hoogste ziekteratio bij de groep die minder dan halftijds werkte. Daar bedraagt de ziekteratio 13,17%
1
Een personeelslid dat 12 maanden voltijds gewerkt heeft, heeft een tewerkstellingspercentage van 100%, een medewerker die 6 maanden voltijds heeft gewerkt heeft, heeft een tewerkstellingspercentage van 50%, een medewerker die een volledig jaar 80% heeft gewerkt heeft een percentage van 80%. Ignaas Marien en Ann Van den Troost
2
Rapport ziekteverzuim 2012
Tabel 2: Totale ziekteratio uitgesplitst volgens tewerkstellingspercentage, 2009-2012 <50%
50% - 80%
>80% (zonder 100%)
100%
16,31
8,50
4,50
4,94
5,65
2010
7,01
11,25
3,95
5,42
5,96
2011
11,35
9,51
6,63
4,66
6,04
2012
13,17
6,52
7,12
5,19
6,02
2009
Totaal
Als we de totale ziekteratio bekijken over de periode 2009 en 2012 dan zien we dat deze licht is toegenomen. Deze toename is in hoofdzaak te wijten aan de toename van de zogenaamde zuivere ziektedagen. Het aandeel eendagsziekten blijft nagenoeg constant over de hele periode. Het aandeel van de deeltijdse tewerkstelling in de totale ziekteratio neemt licht af. Het aandeel disponibiliteit in de totale ziekteratio leek sinds 2009 toe te nemen, maar vertoont opnieuw een daling (zie grafiek 1). Grafiek 1: Totale ziekteratio naar type afwezigheid, 2009-2012
In grafiek 2 wordt de totale ziekteratio uitgesplitst naar geslacht. In 2012 bedroeg de ziekteratio voor vrouwen 7,33% en voor mannen 4,68%. Vrouwen zijn dus vaker en/of langer ziek zijn dan mannen. In 2009 lag de ratio voor vrouwen en mannen dicht bij elkaar. Sindsdien is hij bij vrouwen gestegen en bij mannen gedaald. Het verschil tussen beide geslachten op vlak van ziekteafwezigheid wordt met de jaren groter.
Ignaas Marien en Ann Van den Troost
3
Rapport ziekteverzuim 2012
Grafiek 2: Totale ziekteratio naar geslacht, 2009-2012
Grafiek 3 toont de afwezigheid wegens ziekte voor de contractuelen en statutairen. De contractuele personeelsleden vertonen een lager ziektecijfer dan de statutairen. In 2012 bedroeg de ratio voor contractuelen 5,2%, voor de statutairen 6,5%. Als we naar de evolutie sinds 2009 kijken, dan merken we een lichte daling van de ziekteratio bij de statutairen. Bij de contractuele personeelsleden zien we een stijging in deze periode, waardoor de ziekteratio van beide groepen naar elkaar lijkt toe te groeien. Grafiek 3: Totale ziekteratio naar statuut, 2009-2012
Grafiek 4 toont de ziekteratio voor de verschillende leeftijdsgroepen. In 2012 zien we dat – net zoals in de vorige jaren - de ziekteratio stijgt met de leeftijd. Personeelsleden boven de 50 jaar zijn meer afwezig wegens ziekte dan hun jongere leeftijdsgenoten, respectievelijk 8,68% tegenover 4,44%. Over de periode 2009-2012 vertoont de ziekteratio van de 50-plussers eerder een dalende trend, terwijl deze van de -50jarigen licht toeneemt.
Ignaas Marien en Ann Van den Troost
4
Rapport ziekteverzuim 2012
Grafiek 4: Totale ziekteratio naar leeftijd, 2009-2012
Voor 2012 werd de totale ziekteratio ook berekend voor de gecombineerde subgroepen naar statuut, geslacht en leeftijd (tabel 3). Voor ‘leeftijd’ werden de analyses uitgevoerd voor de subgroepen: ‘min 50 jarigen’ en ‘50-jarigen of ouder’. Uit tabel 3 blijkt dat de hoogste ziekteratio terug te vinden is bij de statutaire vrouwen van 50 jaar of ouder. Ook de contractuele vrouwelijke 50-plussers en statutaire mannelijke 50-plussers worden gekenmerkt door een meer dan gemiddelde ziekteratio. De laagste ziekteratio’s worden teruggevonden bij de jonge contractuele en statutaire mannen. Uit grafiek 3 bleek reeds dat de ziekteratio’s van de statutaire personeelsleden hoger ligt dan deze van de contractuelen. Als we kijken naar de subgroepen in tabel 3 dan stellen we hierop één uitzondering vast: de ziekteratio van de jonge contractuele vrouwen is hoger dan deze van de jonge statutaire vrouwen. Tabel 3: Totale ziekteratio naar statuut, geslacht en leeftijd, 2012 Contractueel Man
Vrouw
Statutair Man
Vrouw
-50 jaar
+50 jaar
-50 jaar
+50 jaar
-50 jaar
+50 jaar
-50 jaar
+50 jaar
(N=154)
(N=49)
(N=208)
(N=51)
(N=100)
(N=153)
(N=130)
(N=108)
2,07
4,25
6,97
9,48
3,28
8,05
4,28
11,40
totaal
6,02
In de analyses werd ook het verschil in ziekteafwezigheid nagegaan tussen arbeiders en bedienden (grafiek 5). Uit de gegevens blijkt dat de ziekteratio van arbeiders hoger is dan deze van bedienden. In 2012 is de ratio bij arbeiders 7,40% en bij bedienden 5,57%. In 2009 en 2010 lagen de ratio’s van beide medewerkersgroepen verder uit elkaar. In 2010 noteerden we voor arbeiders en bedienden een ratio van respectievelijk 8,49% en 5,08%. Het kleinste verschil in ratio tussen de beide groepen zien we in 2011 (respectievelijk 6,69% en 5,82%)
Ignaas Marien en Ann Van den Troost
5
Rapport ziekteverzuim 2012
Grafiek 5: Totale ziekteratio naar arbeider/bediendenstatuut, 2009-2012
Grafiek 6 geeft een overzicht van de ziekteratio per directie in 2012. De directies met een ziekteratio hoger dan het organisatiegemiddelde zijn financiën (8,22%), recreatie (8,00%), sociaal beleid (7,96%), cultuur en onderwijs (7,24%) en IAP (6,99%). De laagste ziekteratio’s vinden we terug bij de stafdiensten (1,56%), informatica (2,18%) en de kabinetten (2,19%). Grafiek 6: Totale ziekteratio naar directie, 2012
Tabel 4 toont de verdeling van het % afwezigheid wegens ziekte in functie van de te presteren arbeidsdagen. In 2012 zien we ongeveer 1 op 3 van de medewerkers nooit afwezig was wegens ziekte. Dit aandeel is sinds 2009 toegenomen en nagenoeg stabiel de voorbije twee jaren.
Ignaas Marien en Ann Van den Troost
6
Rapport ziekteverzuim 2012
Tabel 4: Percentage personeelsleden volgens aandeel afwezigheid wegens ziekte, 2009-2012 0%
2009
2010
2011
2012
28,84%
31,69%
34,70%
34,10%
0,01-20%
63,48
61,75%
58,27%
58,72%
20-40%
3,07%
2,19%
3,04%
2,73%
40-60%
1,75%
1,64%
1,05%
1,36%
60-80%
1,10%
0,66%
1,15%
0,94%
80-99,99%
1,75%
0,77%
1,05%
0,86%
100%
0,00%
1,31%
1,15%
1,15%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
Eindtotaal
2.2. Eendagsziekten Tabel 5 geeft een overzicht van het percentage personeelsleden met geen of meerdere eendagsziekten. Hieruit kunnen we afleiden dat in 2012 meer dan 1 op 2 van de medewerkers nooit een eendagsziekte had. Dit percentage is sinds 2009 licht gestegen. In 2011 noteerden we het grootste aandeel medewerkers die nooit een eendagsziekte had. Als we echter kijken naar het totale percentage medewerkers met geen of maximum 1 eendagsziekte dan zien we dat dit in de periode 2009-2012 het hoogst was in 2012. Tabel 5: Percentage personeelsleden naar aantal eendagziekten per jaar (2009-2012) Aantal eendagsziekten
2009
2010
2011
2012
0
55,37%
56,07%
59,12%
57,29%
1
23,03%
23,06%
20,55%
24,13%
2
10,96%
10,38%
10,06%
9,55%
3
5,48%
4,70%
5,87%
4,41%
4
2,30%
3,39%
2,20%
1,99%
5
1,43%
1,75%
1,47%
1,36%
6
0,88%
0,66%
0,31%
0,52%
7
0,22%
0,00%
0,31%
0,31%
8
0,11%
0,00%
0,00%
0,42%
9
0,11%
0,00%
0,10%
0,00%
12 Eindtotaal
0,11%
0,00%
0,00%
0,00%
100,00%
100,00%
100,00%
100,00%
Uit de analyses blijkt eveneens dat eendagsziekten meer voorkomen bij vrouwen dan mannen (respectievelijk 0,48% en 0,32%). De contractuele personeelsleden hebben een hogere eendagsziekte dan de statutaire personeelsleden (respectievelijk 0,43% en 0,38%). Bovendien is het aandeel bij de jonge contractuele vrouwen hoger dan bij de 50-plussers (respectievelijk 0,55% en 0,40%). Een trend die ook terug te vinden is bij de contractuele mannen (respectievelijk 0,32% en 0,27%). Bij de statutaire mannen en vrouwen zien we het omgekeerde. Daar ligt het aandeel eendagsziekten telkens hoger bij de plus 50jarigen (statutaire mannen respectievelijk 0,23% en 0,39% en statutaire vrouwen respectievelijk 0,39% en 0,50%).
Ignaas Marien en Ann Van den Troost
7
Rapport ziekteverzuim 2012
2.3. Deeltijdse tewerkstelling na ziekte In tabel 1 werd het aandeel afwezigheden naar aanleiding van ‘deeltijdse tewerkstelling na ziekte’ weergegeven. In 2012 bedroeg dit 0,29%. Dat aandeel daalde van 0,44% in 2009 naar 0,29% in 2012. Het gaat hier uiteraard om een relatief kleine groep personeelsleden. In 2012 maakten 4 contractuelen en 9 statutairen gebruik van dit ‘systeem’. Als we kijken naar de verschillen tussen statutairen en contractuelen (grafiek 7) wat het aandeel afwezigheid betreft, dan zien we dat in 2012 de afwezigheidsratio 0,42% was voor de contractuelen en 0,18% voor de statutairen. Met uitzondering van 2009, ligt het aandeel afwezigheid omwille van deeltijdse tewerkstelling na ziekte steeds hoger bij de contractuelen dan bij de statutairen. Als we echter kijken naar het aantal personeelsleden dat deeltijds werkt na ziekte (tabel 6), dan stellen we vast dat er meer statutaire dan contractuele personeelsleden gebruik maken van dit systeem. Dat betekent dat contractuelen gemiddeld langer deeltijds werken na ziekte dan hun statutaire collega’s. Grafiek 7: Afwezigheidspercentage deeltijdse tewerkstelling na ziekte, naar statuut (2009-2012)
Tabel 6: Aantal en percentage personeelsleden in systeem van deeltijdse tewerkstelling na ziekte, naar statuut (20092012) 2009
2010
2011
2012
contractuelen
0,77% (N=3)
1,49% (N=6)
1,35% (N=6)
0,87% (N=4)
statutairen
3,45% (N=18)
1,76% (N=9)
2,95% (N=15)
1,83% (N=9)
2.4. Disponibiliteit In 2012 werden 11 statutaire personeelsleden in disponibiliteit geplaatst, waarvan vijf jonger dan 50 jaar. Van deze 11 medewerkers waren er 4 mannen en 7 vrouwen. Twee personeelsleden bevonden zich het volledige jaar 2012 in disponibiliteit. In 2011 hadden we 20 medewerkers in disponibiliteit waarvan 8 mannen en 12 vrouwen. De helft was jonger dan 50 jaar.
Ignaas Marien en Ann Van den Troost
8
Rapport ziekteverzuim 2012
3. ZIEKTEOORZAKEN Mensura Absenteïsme voerde in 2012 330 controles uit voor 290 gemelde ziekteaangiftes. Dit is een toename ten opzichte van de voorbije jaren. In 2010 en 2011 ging het respectievelijk om 286 controles voor 246 aangiftes en 320 controles voor 269 aangiftes. In 2012 konden 41 controles niet uitgevoerd worden (14,14%). Op basis van de uitgevoerde controles krijgt Mensura Absenteïsme indicaties en informatie over de oorzaken voor ziekteverzuim en de aanleidingen voor lange perioden van afwezigheid. In 2012 waren de hoofdoorzaken voor de ziekteafwezigheden: 1. Griep (23,79%) 2. Psychosociaal (13,10%) 3. Maag/darmen (12,76%) 4. Rug (7,59%) Deze oorzaken werden ook in 2011 als de belangrijkste aangeduid, zij het dan in een andere volgorde. De hoofdoorzaken van afwezigheid wegens ziekte waren in 2011: 1. Maag/ darmen (18,59) 2. Griep (18,22%); 3. Psychosociaal (14,87%); 4. Rug (8,55%). De meest voorkomende symptomen zijn volgens Mensura identiek bij vrouwen en mannen. Mannen geven wel minder vaak rugklachten op als oorzaak op maar eerder klachten aan de ledematen. Van het aantal ziektedagen dat geregistreerd werd bij Mensura is bijna de helft te wijten aan psychosociale klachten (49,04%), gevolgd door rug (12,61%), mannenziekten (10,16%) en ledematen (5,89%). Terwijl we hoger vaststelden dat griep de belangrijkste oorzaak van ziekte was in 2012 is het niet verantwoordelijk voor de langere afwezigheidsduur. Griep verklaart slechts 3,69% van de afwezigheidsdagen. De hoofdoorzaken van lange afwezigheid zijn bijna identiek aan de voorgaande jaren. Het aandeel van de psychosociale problemen in de duur van afwezigheid is aanzienlijk en systematisch toegenomen van 19,36% in 2009 naar 49,65% in 2011 en 49,04% in 2012.
4. ARBEIDSONGEVALLEN In 2012 waren er 46 erkende dossiers arbeidsongevallen (zie tabel 7). Dat zijn 15 dossiers meer dan in 2011. 18 ongevallen gebeurden tijdens het woon-werkverkeer en 28 ongevallen op de werkvloer. In 2011 hadden we 7 ongevallen woon-werkverkeer en 24 ongevallen op de werkvloer. Tabel 7: Aantal dossiers arbeidsongevallen, 2009-2012
Aantal dossiers
2009
2010
2011
2012
44
34
31
46
Ignaas Marien en Ann Van den Troost
9
Rapport ziekteverzuim 2012
Grafiek 8 toont het afwezigheidspercentage wegens arbeidsongevallen (AO). De ratio blijft vrij stabiel doorheen de jaren. In 2009 was dit 0,32%; in 2010 0,28% en zowel in 2011 als in 2012 0,30%. Door de stijging van het aantal erkende arbeidsongevallen, kunnen we wel concluderen dat de gemiddelde duur van de afwezigheid per arbeidsongeval daalt. Grafiek 8: Ziekteratio wegens AO, 2009-2012
5. B ENCHMARKING VLAAMSE OVERHEID De ziektestatistieken van de Vlaamse Overheid voor 2012 zijn momenteel nog niet beschikbaar. Voor 2011 bedroeg het afwezigheidspercentage wegens ziekte 6,39%.
6. CONCLUSIE EN BELEIDSGEVOLGEN Uit bovenstaande statistieken blijken een aantal positieve evoluties in de ziektecijfers. Zo zien we een toename van het aandeel medewerkers dat nooit ziek was alsook een toename van het percentage medewerkers dat nooit of maximum één eendagsziekte had. Daarnaast doen zich een aantal trends voor die bijzondere aandacht vragen. Denk hierbij aan vrouwen, statutairen en oudere medewerkers die een meer dan gemiddelde ziekteafwezigheid vertonen. Bij vrouwen valt bovendien de systematisch stijging van hun ziekteratio sinds 2009 op. Eendagsziekten komen bij hen ook meer voor dan bij hun mannelijke collega’s. Wanneer gekeken wordt naar de oorzaken van langdurige afwezigheden dan blijken psychosociale problemen de belangrijkste aanleiding te zijn. Sinds 2009 neemt dit aandeel systematisch toe. Een trend die ook in de bredere samenleving tot uiting komt. Het aanpakken en terugdringen van ziekteverzuim vereist een integraal en proactief beleid. Ziektecijfers zijn immers in zekere mate een graadmeter voor de ‘conditie’ van je organisatie. Tevreden en betrokken medewerkers zouden naar verluidt minder ziek zijn dan hun ontevreden collega’s. Het gaat hier dan over het zogenaamde grijs verzuim waarbij de ene medewerker met fysieke en/of psychische klachten beslist om toch te komen werken en de andere niet. De afwezigheden waar medewerkers vanuit medisch oogpunt in de fysieke en/of psychische onmogelijkheid verkeren om te komen werken vallen hier uiteraard niet onder (zgn. wit verzuim). Het achterhalen van de onderliggende reden(en) van het grijs verzuim is niet altijd evident. De mogelijke aanleidingen zijn legio: werkbelasting, work-life balans, organisatie van het werk, werksfeer, enzovoort. Bij sommigen zal het ook een samenspel van factoren zijn. Ignaas Marien en Ann Van den Troost
10
Rapport ziekteverzuim 2012
Concreet zal de dienst personeelsbeleid volgende stappen zetten in de aanpak van het ziekteverzuim: x
x
x
x
x
x
In het kader van de nieuwe gunning voor de controlegeneeskunde, werd expliciet de vraag gesteld om op basis van administratieve criteria controles gerichter in te zetten (vb. veelvuldig ziek tijdens schoolvakanties, …). De selectie op basis van administratieve criteria wordt aangevuld met een beperkte ad random selectie die er voor moet zorgen dat iedereen in aanmerking kan komen voor een controle, maar dat de focus hoe dan ook sterker ligt op specifieke groepen. Leidinggevenden vervullen een cruciale rol in het aanwezigheidsbeleid. Ten eerste belichamen zij het personeelsbeleid dagdagelijks op de werkvloer. Zij sturen aan, motiveren en houden medewerkers betrokken. Leidinggevenden hebben vanuit deze rol vaak ook een goed zicht op eventuele oorzaken en aanleidingen van ziekteverzuim. Ten tweede dragen zij ook bij tot de organisatiecultuur en de wijze waarop medewerkers omgaan met ziekte en afwezigheden. In dat kader moet er ook over gewaakt worden dat medewerkers niet langer dan nodig thuisblijven. Er wordt voortaan werk gemaakt om leidinggevenden een actievere rol te laten opnemen in het systematisch onderhouden van het contact met de afwezige medewerker (voor zover deze hiermee akkoord gaat). Dit kan ook gebeuren in samenwerking met de sociale dienst. Omwille van de cruciale rol van de leidinggevenden wordt ziekte voortaan steeds expliciet gemeld aan het diensthoofd of de leidinggevende van de buiteninstelling (en niet enkel aan de functioneel leidinggevende). Dit verhoogt potentieel de drempel voor het melden van ziekteafwezigheden. Een goed beleid richt zich ook op bewustwording en informatie. Ziektecijfers worden periodiek per entiteit in kaart gebracht. Samen met de leidinggevenden bespreken de personeelsconsulenten eventuele trends en aandachtspunten. Medewerkers een loopbaan lang actief inzetbaar te houden is de inzet van een goed geïmplementeerd HR-beleid met positieve effecten op de verzuimpercentages. Inzetbaarheid heeft te maken met o.a. een goede fit tussen de capaciteiten van medewerkers en de jobvereisten, een duurzaam beleid inzake loopbaan- en persoonlijke ontwikkeling alsook een flexibele arbeidstijdregeling. Al deze aspecten maken integraal deel uit van de doelstellingen van de dienst personeelsbeleid voor de periode 2013-2018. Oudere werknemers (50-plussers) en in het bijzonder oudere statutaire vrouwen vertonen de hoogste ziektecijfers. Met de verhoging van de pensioenleeftijd, kijken een deel van deze medewerkers bovendien uit op een langere loopbaan. Daarbij is het ook een gekend gegeven dat de loopbanen van mannen en vrouwen, afhankelijk van de levensfase, verschillend zijn. Al deze elementen moeten er ons toe aanzetten om werk te maken van een leeftijdsbewust personeelsbeleid. Medewerkers zo lang mogelijk met goesting aan het werk houden is de belangrijke uitdaging. In het kader hiervan wordt in het najaar van 2013 voor de eerste maal een opleiding georganiseerd voor 50-plussers. In deze opleiding wordt stilgestaan bij het professioneel actief blijven in combinatie met de behoeften in andere levensdomeinen. Dit concept kan eventueel verder uitgewerkt worden voor andere groepen medewerkers.
Ignaas Marien en Ann Van den Troost
11
!
" # %
$ &
"
"
' (
% " ) /
*! + ,-
)
%
'
)
%
0
1
2
.
)
3 4
)
%
#
"
0
#
#
)
'
1
% "
0
% " -
* ) ,
)
. 1
5
) "
"
) %
"
$+
"
)
)
"
+
) /
)
*! + ,-
%
' • • • • •
+ +6 + 4 " 46 + +
) )
,
), > ) % "
6
, 78.
9
" "
% '
* ,:
"
,7
) ,;
) -<
"
-5
" *
?
5 " )
%
.%
,(
,
)
" "
) *
9
) "
) )
"
%
% /"
% .
"
" "
. "
)
: )
" *4 "
5
) )
)
0
%
=
.
'
)
!
" " , " )
,
"
, '
"
,
9, .
%
)
)
" )
"
7 "
' %A % )
, "
)
"
"
/"
) > )
)
"
% 0
"
) " %
,)
-2
% *%
1
:
@
"
, "
"
" "
,
"
" ?
" ) A
" %
%
%
"
'
1 ) "
)
"
%
)
!
% "
-
)
% "
) %
1
%
: 7 -
)
) "
"
B CD
9C
"
" "
%
:
>
)
' )
• •
2 1
)
:
) 0 %
o o
)
) )
0 %
)
0 :
-2
%
%
)
"
0
" 2
'
-
0 )
•
"
)
3 $
%
,
7 :
) 8 -"
" %
" ,8 E "
)
("
%
) ) !+
) ,
*8 F. )
* +-.
334 / "
?
/+ (
G)
*+ F
C ,
> ) %
% )
,%
%
%
"
"
)
=
)
% ,
" I
>
> "
%
D
8 *4 F.
H )
"
,
)
%
$ * ,
"
! "
%
)
2
%
% ++-"
:
" %
8 F
) % ) "
"
)
"
)
.
) )
1
,
) !"
" "
++-" . $"
% ,
,
,4
:
" % ,
C
++-"
"
,
)
)
"
" " ( "
")
?
-
)
) "
I
%
" %
% )
) -
"
,
*%
.
=
:
) 1
) )
: 2 C
*: %
-2
.
/
J?
K )
-2
*
= / :
-
*
+
+ .
) 8+ E
) +
D
)
:
"
-
)
%
) "
++-8! !4
8!
4
%
:
% ) + - !!
"% )
L !+- +! % +
)
++-8! :
) ,
"% )
$E
+ , +,
%
)
: )
)
" %
%
)
!8,!
)
( ,
"" 8 -83
E
%
,
:
=
-
9
% )
,
%
"
)
+ F* +E
, " *
"
, 34+. :
38 ,
,
%
+ -+3
)-
)
* )
)
$ F.
: 9
"
% 8E
9 % ,
)
,
-
%
*
, 3!+ % % "%
. "
:
38 . " :
)
)
"
,
) 7
%
C
" )
%
,
"
=
))-
:
-2 )
" "
: )
" "
)
-2
=
:
)
-2
"
) )
,
"
4
8
)
%
%
+ )
, " )
D
"
3
"
)
,
7
")
( % "
1
%
%
) ""
:
,
) %
)
) =
(
% :
)
-2
%
%
%
:
) (
2
-2
)
"
$ +
% " % )
)
, " )
" "
%
I .
L
"" %
,
)
*
" .
) )
" *8
%
) )
% *B
:
G%
% .,
1
M *(
)
.
<
5 ) ;
*2
"
*1 %
., B
.,
7
1 %
) ?
:
=
"
) )
" )
3
%
" "
) "
) "
-
<;= % "
)
: 2
) )
& )
) =
:
", )
=
:
-
% )
)
) "
-2
) )
, ) ,
)
% )
)
"
, ;
) ) )
:
;
"
= )
"
=
"
=
?
% )
"
"
5
"
)
)
"
)
)
" "
("
)"
2
% ) "
)
B % :
"
)
" %
,
)
"
%
:
(
,
: )
%
)
%
# "
"
"
&
) )
"
)
%
" )
"
%
) "
)
" )
"
1 "
)
%
)
)
) %
) "
"
9"
A
" 2
"
2 ,+
"
"
)
)
)
"
"
2
%
% "
),
1 " "
1
)
:
' )
01
)
2
0 %
1
0
) !
1 %
"
)
"
0&
2
0
M '
)
4
"
1
"
)
01
)
2
0
" % (
% ) "
) "
*%
"
. * )
)
"
))
%
) /
- )
- )
,
(" )
. )
) )
)
)
- )
)
/
-
)
"
% )
"
) "
%
2 )
)
%
) " "
"
"
"
%
"
%
) "
) "
1
%
)
)
1 " %
:
0 )
%
)
-
"
C
"
% )
) "
% )
) " %
7
%
"
% )
%
%
,
)
=
" ,
)
)
"
)
)
) )
+ ) ) " ) ! %
)
% )
%
"
)
0
> ) " %
) 1 0&
)
" M
) :NN % , )
) "
" "
) ) )
% %
)
"
"
)
)
(" (
)
) "
)
)
) , "
)
"
C ) "
%
*
)
)
% ) ,
,
A.
) ) %
%
, )
) (
) 8
)
-
) "
O
" ) " "
)
O
<
)
, )
1 " +
)
)
) )
"
) "
)
)
O
) )
1 "
O
"
%
"
)
)
)
-
*
) )
) ) O
)
)
)
-
.
% -
)
% )
)
)
O )
-
) )
)
%
8 )
) )
" &
)
1 "
) )
"
) "
!
)
PROVINCIE VLAAMS BRABANT STANDAARDFORMULIER FUNCTIEBESCHRIJVING Directie interne administratie en personeelsbeleid 1. ALGEMEEN. 1.1. Directie: 111. CULTUUR EN ONDERWIJS Dienst: 200. DE WIJNPERS 1.2. Naam van de functie: TECHNISCH MEDEWERKER- ONDERHOUDSTECHNICUS 1.3. Graad: TECHNISCH MEDEWERKER 1.3. Code:
CONTRACTU
2. DOEL VAN DE FUNCTIE:
1.4. Datum:
13/09/2011
1.5. Code functie:
inf/bj/95
859
Zorgt voor de onderhoudswerkzaamheden op de onderwijsinstelling.
3. PLAATS IN DE ORGANISATIE EN RELATIE MET ANDERE TAKEN: ZIE SCHEMA ORGANOGRAM VAN DIRECTIE als bijlage rapporteert aan de technisch adviseur-coördinator en aan de directie 4. TAKEN. 4.1. HOOFDTAKEN: 1. Staat in voor de coördinatie en de uitvoering van het technisch onderhoud en de herstellingen in campus De Wijnpers en staat mee in voor het onderhouden en keuren van gebouwen, machines, voertuigen, speelplaatsen, serres,.... 2. Staat in voor het beheer van de computersturing van de beregeningsinstallatie en van de klimaatregeling in de serres, van de centrale verwarming en van de ventilatiegroepen in de gebouwen. 3. Staat in voor de permanentie van de technische installaties. 4. Zorgt voor de veiligheid en interventie bij dringende defecten en zorgt voor orde en netheid. 5. Wordt naargelang de dienstnoodwendigheden ingezet op andere taakgebieden in de onderwijsinstelling. 4.2. DEELTAKEN: 1. De coördinatie en uitvoering gebeurt onder leiding van en in overleg met de technisch adviseur-coördinator en de preventieadviseur. Het betreft taken zoals - uitvoeren van kleine herstellingen (de takenlijst wordt bezorgd door de Technisch Adviseur-Coördinator) - noodinterventies doen - dieseltanken nakijken en bijvullen - water ontkalken - onderhoud dienstwagens (ook brandblussers en technische controle) doen - kleine reparaties en technisch onderhoud bussen doen - smeren van tandwielen in de serres - mee rondgaan bij keuringen in de gebouwen (brandblussers,…) - kleine bestellingen van materiaal ophalen en afval wegbrengen indien nodig 2. 3. De permanentieregeling wordt uitgewerkt in overleg met de directie. 4. Volgt de nodige vorming inzake veiligheid en interventie bij dringende defecten en komt tussen bij technische defecten die een dringende oplossing vergen (deblokkeren van liften, onder spanning zetten van electriciteitscabines) Coördineert de voorziene herstellingswerken en infrastructuurwijzigingen. Helpt mee aan de uit te voeren werkzaamheden. Kuist na gebruik het materiaal en de machines en doet het klein onderhoud. 5. Het mee uitvoeren van het afvalbeleid en de opvolging ervan; het technisch ondersteunen van schoolse activiteiten; het mee voorbereiden van technische aankopen; het klein onderhoud van het wagenpark en de praktische opvolging van het sleutelplan. 5. VERLEENDE BEVOEGDHEDEN. 6. VEREISTEN FUNCTIEVERVULLER. Niveau:
HOGER SECUNDAIR ONDERWIJS
C
6.1. CREATIVITEIT
6.2. ZELFSTANDIGHEID
3
6.3. CONTACT
3
6.5. MONDELINGE TAALVAARDIGHEID
2
6.7. LEIDING GEVEN
3 6.9. VAKKENNIS
NIET VAN TOEPASSING
Directie: Dienst:
2
6.6. SCHRIFTELIJKE TAALVAARDIGHEID
3 6.8. OPTREDEN ALS EVALUATOR
6.11. VEILIGHEID 1
6.4. SAMENWERKING
2
2 6.10. FLEXIBILITEIT 2
6.12. ZORG VOOR MATERIAAL 1
111. CULTUUR EN ONDERWIJS 200. DE WIJNPERS
Functie:
TECHNISCH MEDEWERKER- ONDERHOUDSTECHNICUS Datum 13/09/2011 9:27:30
Pagina 1 van 2
PROVINCIE VLAAMS BRABANT Directie interne administratie en personeelsbeleid
STANDAARDFORMULIER FUNCTIEBESCHRIJVING inf/bj/95
6.13. Andere persoonlijkheidskenmerken (facultatief) 6.14. Fysische vereisten (facultatief) 7. FUNCTIEBESLAG 38
Uren
8. WEDDESCHAAL C1-C2-C3 9. BENOEMINGSVOORWAARDEN 9.1 BIJ AANWERVING Hoger secundair onderwijs of gelijkgesteld Slagen voor de selectieproef bij aanwerving 9.2 BIJ BEVORDERING Algemene bevorderingsvoorwaarden : zie statuut. Specifieke bevorderingsvoorwaarden : /.
9.3 BIJ VERANDERING VAN GRAAD Alle graden van technisch medewerker
Directie: Dienst:
111. CULTUUR EN ONDERWIJS 200. DE WIJNPERS
Functie:
TECHNISCH MEDEWERKER- ONDERHOUDSTECHNICUS Datum 13/09/2011 9:27:30
Pagina 2 van 2
Schriftelijke vraag 13/46 van Sonia Van Laere van 14 augustus 2013
Directie mens – dienst welzijn - i.v.m. de uitbetaling van subsidies in het kader van de hulp aan personen met een handicap Via vorige schriftelijke vragen van onze fractie kregen we zicht op de in 2012 uitbetaalde subsidies in de welzijnssector. Onder andere ‘personen met een handicap’ is een onderdeel van deze subsidies. De subsidies die verstrekt worden, worden alle heel duidelijk toegewezen aan een instantie, entiteit of vereniging. Er is echter in de informatie sprake van een bedrag van 30.000 euro dat wordt verstrekt onder de noemer ‘project in Scherpenheuvel-Zichem’. Over dat bedrag had ik volgende concrete vraag: Kan er meer duidelijkheid verschaft worden over de bestemming van dit bedrag? Welke instanties/entiteiten/verenigingen hebben dit bedrag mogen ontvangen? Wat was de inhoud van het project waarvan sprake?
Antwoord van 6 september 2013
Betreft: uw vraag van 14 augustus i.v.m. de uitbetaling Deze subsidie in het kader van het reglement ‘subsidievoorzieningen voor personen met een handicap’ werd toegekend voor het project Groenhof te Scherpenheuvel-Zichem. Dit project ontstond uit een samenwerking tussen vzw Stijn en vzw Martine Van Camp. Het valt juridisch onder vzw Stijn en is erkend voor 16 plaatsen nursing, 6 plaatsen dagcentrum en 1 plaats kortverblijf. De grond is gelegen aan de Groenhoef te Scherpenheuvel-Zichem.
Schriftelijke vraag 13/47 van Sonia Van Laere van 14 augustus 2013
Directie mens – dienst welzijn - i.v.m. de uitbetaling van subsidies in het kader van de gezinszorg Via vorige schriftelijke vragen van onze fractie kregen we zicht op de in 2012 uitbetaalde subsidies in de welzijnssector. Onder andere ‘diensten voor thuiszorg’ is een onderdeel van deze subsidies. De subsidies die verstrekt worden, worden alle heel duidelijk toegewezen aan een instantie, entiteit of vereniging. Er is echter in de informatie sprake van een bedrag van 46.676,42 euro dat wordt verstrekt onder de noemer ‘Thuishulp/thuiszorg’. Over dat bedrag had ik volgende concrete vraag: Kan er meer duidelijkheid verschaft worden over de bestemming van dit bedrag? Welke instanties/entiteiten/verenigingen hebben dit bedrag mogen ontvangen? 21
Antwoord van 6 september Betreft : uw vraag van 14.08.2013 i.v.m. de uitbetaling van subsidies in het kader van de gezinszorg In de begroting 2012 werd onder artikel 834/0310/6401 een bedrag van 818.000 euro ingeschreven voor de erkende diensten voor gezinszorg binnen het reglement ‘subsidies aan erkende diensten gezinszorg’. Vzw Thuishulp – Sint-Jansstraat 32/38 – 1000 Brussel ontving hiervan 46.676,42 euro voor prestaties geleverd in 2011. Wij hopen u hiermee voldoende antwoord gegeven te hebben op uw vraag. Schriftelijke vraag 13/48 van Sonia Van Laere van 14 augustus
Organisatie en planning – i.v.m. de APB’s, provinciale EVA’s en vzw’s Graag had ik via deze weg een overzicht gekregen op onderstaande vragen: 1. Kan ik een overzicht krijgen van alle autonome provinciebedrijven? 2. Kan ik een overzicht krijgen van alle provinciale EVA’s, vzw’s en rechtspersonen waaraan de provincie deelneemt en die aan een van onderstaande criteria voldoen zoals gesteld in artikel 219 van het Provinciedecreet? x Een of meer van zijn organen bestaan voor meer dan de helft uit provincieraadsleden of leden van de deputatie van de provincie in kwestie of de leden van de organen worden voor meer dan de helft aangewezen of voorgedragen door die personen; x De provincie of haar vertegenwoordigers beschikken over de meerderheid van de stemrechten in een of meer van zijn organen; x Zijn financiële middelen vallen voor meer dan de helft ten laste van het provinciebudget. 3. In artikel 266 van hetzelfde Provinciedecreet vinden we een overgangsbepaling terug die de herstructurering van bepaalde verzelfstandige entiteiten regelt. Voor die maatregel is een overgangsfase voorzien tot 1 januari 2014. Kan ik een overzicht krijgen welke entiteiten uit vragen 1 en 2 intussen al die herstructurering conform het Provinciedecreet hebben doorgevoerd en welke entiteiten deze nog moeten doorvoeren?
Antwoord van 6 september Betreft: uw vraag van 14.08.2013 i.v.m. de APB’s, provinciale EVA’s en vzw’s Het provinciebestuur van Vlaams-Brabant heeft op dit ogenblik 1 autonoom provinciebedrijf, namelijk VERA (Vlaams-Brabants Extranet voor Regio en Administratie). 22
De volgende vzw’s en rechtspersonen, waaraan de provincie deelneemt, voldoen aan een van de criteria, zoals bepaald in het artikel 219, §3 van het Provinciedecreet: 1. 2. 3. 4.
VERA; Vzw Monumentenwacht Vlaams-Brabant; Vzw Streekproducten Vlaams-Brabant; Vzw Vlabra’ccent.
Voor alle bovenstaande entiteiten dienen – conform de overgangsbepaling uit het artikel 266, §1, eerste lid van het Provinciedecreet – de werking en statuten nog in overeenstemming te worden gebracht met de bepalingen van het Provinciedecreet. Schriftelijke vraag 13/49 van Jan Laeremans van 19 augustus 2013
Directie mens – dienst diversiteit, gezondheid en gelijke kansen - i.v.m. problemen met woonwagenbewoners & doortrekkersterrein Huizingen Na de problemen met woonwagenbewoners in Zemst (begin juli) kregen we vergelijkbare situaties in Strombeek-Bever en Meise (eind juli- begin augustus). Graag wou ik vernemen: 1. Of er in die periode (tussen 19 juli en 6 augustus) plaatsen vrij waren op het doortrekkersterrein in Huizingen. Graag ook een tabel met het aantal beschikbare plaatsen sind 1 juli. 2. Of die bewuste groep dezelfde is als die in Zemst? 3. Of die bewuste groep gevraagd heeft om in Huizingen te mogen kamperen? 4. Of die bewuste groep of een deel ervan ooit al op het doortrekkersterrein gestaan heeft? 5. Ingeval er plaats was en deze groep daar geen gebruik van wenste te maken, wat is daar dan de reden voor? 6. Heeft de provincie met de betrokken gemeentebesturen contact opgenomen over deze problematiek? Zo neen, waarom niet? Zo ja, wat is er geadviseerd en wat is daaruit als conclusie naar voren gekomen?
Antwoord van 6 september 2013 Betreft: uw vraag van 19.08.2013 i.v.m. problemen met woonwagenbewoners & doortrekkersterrein Huizingen Wij wensen u de volgende antwoorden te geven op uw vragen:
Of er in die periode (tussen 19 juli en 6 augustus) plaatsen vrij waren op het doortrekkersterrein in Huizingen. Graag ook een tabel met het aantal beschikbare plaatsen sind 1 juli.
23
Tussen 1 juli en 4 augustus 2013 waren er geen plaatsen vrij op het doortrekkersterrein van Huizingen dat maximaal 15 plaatsen telt aangezien het terrein gesloten was. Vanaf 5 augustus waren er 15 standplaatsen vrij.
Of die bewuste groep dezelfde is als die in Zemst? Voor zover bekend was zeker een deel van de groep van Zemst dezelfde als die in Meise. Over de samenstelling van de groep in Strombeek-Bever zijn geen gegevens bekend.
Of die bewuste groep gevraagd heeft om in Huizingen te mogen kamperen? Neen.
Of die bewuste groep of een deel ervan ooit al op het doortrekkersterrein gestaan heeft? Toch niet als groep of deelgroep. Het is niet uit te sluiten dat individuen deel uitmaakten van een andere groep die ooit op het doortrekkersterrein heeft gestaan.
Ingeval er plaats was en deze groep daar geen gebruik van wenste te maken, wat is daar dan de reden voor? Er was geen plaats aangezien het terrein gesloten was. Zelfs indien er plaats was geweest, was deze in het beste geval (als er geen andere woonwagenbewoners op het terrein stonden) beperkt tot maximaal 15 standplaatsen.
Heeft de provincie met de betrokken gemeentebesturen contact opgenomen over deze problematiek? Zo neen, waarom niet? Zo ja, wat is er geadviseerd en wat is daaruit als conclusie naar voren gekomen? Er is contact geweest tussen de provincie en de betrokken gemeentebesturen, ofwel op initiatief van het lokaal bestuur en/of politiezone, zo niet op initiatief van de provincie zodra de provincie hiervan op de hoogte was. De provincie adviseert lokale besturen en politiezones om rondtrekkende woonwagenbewoners op een adequate manier lokaal op te vangen op doortrekkersterreinen of pleisterplaatsen in uitvoering van het beleid van de Vlaamse regering. Een ondersteuningspakket voor lokale autoriteiten wordt aangeboden afkomstig van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, Het Kruispunt Migratie/Integratie en de provincie zelf. Met Zemst bv. was er, op initiatief van de provincie, een overleg tussen de provincie en de waarnemend burgemeester. Door bemiddeling van de provincie werd geregeld dat de 25 woonwagens die in Zemst stonden op het doortrekkersterrein van Gent terechtkonden. Achteraf bleek dat de groep in Zemst uit 40 wagens bestond en niet rechtstreeks naar het doortrekkersterrein van Gent is doorgereisd maar eerst nog Evergem en Gent (privéweide) hebben aangedaan voordat ze op het doortrekkersterrein in Gent (maximaal 25 standplaatsen) gingen staan. Ook met Grimbergen was er contact met het lokaal bestuur en werd hetzelfde advies verschaft. Met Meise werd door de provincie zelf contact genomen met de politiezone en werd dezelfde ondersteuning aangeboden. Hoelang een groep lokaal blijft en onder welke omstandigheden is in handen van de lokale autoriteiten.
24
Schriftelijke vraag 13/50 van Jan Laeremans van 2 september 2013
Directie kenniseconomie – dienst Europa - i.v.m. een vorming van de dienst Europa voor leerkrachten over de EU Zou u de volgende vraag willen doorspelen aan de deputatie? In de notulen van 13/8 lees ik dat de dienst Europa voor de tweede keer een vorming organiseert voor leerkrachten over de EU. Er staat daar ook een debat geprogrammeerd met Vlaamse Europarlementsleden. 1. Graag zou ik vernemen welke deelnemers daarvoor geselecteerd werden en op basis van welke criteria. 2. Of er vorige keer ook zo’n debat was en wie daar toen aan deelgenomen heeft.
Antwoord van 6 september Betreft: uw vraag van 02.09.2013 i.v.m. een vorming van de dienst Europa voor leerkrachten over de EU Tijdens de eerste editie was er geen debat, maar waren er enkele Europarlementsleden aanwezig tijdens de lunch. Omdat dit geen goed format werd bevonden, werd er deze editie beslist een debatformule te hanteren waarbij de leerkrachten ook vragen kunnen stellen aan de Europarlementsleden. De deelnemende leerkrachten uit deze vorming zijn deze die gereageerd hebben op onze e-mail oproep vanuit de centrale databank. Wat betreft de deelnemers aan het debat: alle Vlaamse Europarlementsleden hebben een e-mail gekregen van het Informatiebureau van het Europees Parlement dat het initiatief van de Vlaamse Europe Direct centra ondersteunt op 18 juni 2013. Ivo Belet (CD&V), Philip Claeys (Vlaams Belang), Philippe De Backer (Open VLD), Saïd El Khadraoui (sp.a), Bart Staes (Groen) hebben toegezegd om deel te nemen.
Schriftelijke vraag 13/51 van Jan Laeremans van 2 september 2013
Directie ruimte – dienst ruimtelijke ordening – i.v.m. de benoeming van de leden van de Gecoro in Linkebeek Zou u volgende vraag willen doorspelen aan de deputatie? In de notulen van 1/8/2013 lees ik dat de deputatie in punt 180 besliste om de benoeming van de leden van de gecoro in Linkebeek niet goed te keuren. Graag zou ik vernemen wat daarvoor de motivatie is
25
Antwoord van 11 september 2013 Betreft: uw vraag van 02.09.2013 i.v.m. de benoeming van de leden van de Gecoro in Linkebeek. De beslissing tot niet-goedkeuring van de benoeming van de leden van de Gecoro in Linkebeek is als volgt gemotiveerd door de deputatie: x Bij de oprichting van de eerste Gecoro van Linkebeek (beslissing gemeenteraad d.d. 17 juni 2002) werd gekozen voor negen (9) leden (vier (4) deskundigen, onder wie de voorzitter, en vijf (5) vertegenwoordigers uit de maatschappelijke geledingen). Later (datum onbekend) werd beslist de samenstelling te wijzigen in negen (9) leden vijf (5) deskundigen, onder wie de voorzitter, en vier (4) vertegenwoordigers uit de maatschappelijke geledingen). Bij besluit van de gemeenteraad van 28 april 2008 werd beslist de samenstelling te wijzigen in acht (8) leden (vijf (5) deskundigen, onder wie de voorzitter, en drie (3) vertegenwoordigers uit de maatschappelijke geledingen). Bij de laatste beslissing van de gemeenteraad van 3 juni 2013, dient te worden vastgesteld dat de samenstelling nogmaals is gewijzigd, ditmaal in zeven (7) leden vier (4) deskundigen, onder wie de voorzitter, en drie (3) vertegenwoordigers uit de maatschappelijke geledingen). Een nieuwe beslissing van de gemeenteraad waarbij de samenstelling (aantal leden, aantal maatschappelijke geledingen, aantal vertegenwoordigers uit de maatschappelijke geledingen) wordt vastgesteld, ontbreekt. x Artikel 1, 1ste lid van het besluit van de Vlaamse regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening stelt dat in een gemeente met minder dan 10.000 inwoners, minstens drie (3) verschillende maatschappelijke geledingen opgeroepen moeten worden om één of meerdere vertegenwoordigers voor te dragen als lid van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening. Er zijn drie (3) maatschappelijke geledingen vertegenwoordigd, te weten: o maatschappelijke geleding “Vrije beroepen”; o maatschappelijke geleding “Milieu/Natuur”; o maatschappelijke geleding “Landbouw”. Uit de beslissing van 3 juni 2013 blijkt niet hoeveel, en welke, maatschappelijke geledingen deel gaan uitmaken van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening, ook het aantal leden per maatschappelijke geleding werd voorafgaandelijk niet vastgesteld, zodat niet kan nagegaan worden of voldaan is aan deze wettelijke bepaling. x Vanuit de maatschappelijke geleding “Landbouw” werd de heer Paul DE DOBBELEER voorgesteld als plaatsvervangend lid, daar waar door de gemeenteraad de heer Frederic PLUMRIDGE aangesteld werd als plaatsvervangend lid. Deze laatste persoon heeft zich in eerste instantie persoonlijk kandidaat gesteld, die later wel werd gesteund door een privaat persoon, maar dus niet werd voorgedragen door een vereniging uit de maatschappelijke geleding “Landbouw”. Nochtans is dit een essentiële vormvereiste omdat de vereniging representatief moet zijn voor die maatschappelijke geleding. x De man-vrouwverhouding conform artikel 200 van het gemeentedecreet werd niet gerespecteerd omdat de gemeenteraad van Linkebeek zeven (7) leden heeft aangesteld, onder wie slechts twee (2) vrouwen en vijf (5) mannen, daar waar er minstens drie (3) vrouwen aangesteld dienden te worden. 26
Schriftelijke vraag nr. 13/52 van Sonia Van Laere van 28 augustus 2013
Directie mens – dienst welzijn – i.v.m. de uitbetaling van subsidies in het kader van de kinderopvang Via vorige schriftelijke vragen van onze fractie kregen we zicht op de in 2012 uitbetaalde subsidies in de welzijnssector. Onder andere voor kinderopvang worden heel wat subsidies verstrekt. Zo kunnen we in een bepaald punt vernemen dat aan Landelijke Kinderopvang 70.000 euro subsidies verstrekt wordt. Volgens datzelfde document wordt die 70.000 euro gebruikt om ‘initiatieven in de kinderopvang’ te subsidiëren. Over dit concrete bedrag van 70.000 euro had ik graag een antwoord gekregen op onderstaande vragen: 1. Hoe wordt de subsidie aan Landelijke Kinderopvang berekend? 2. Kan ik een overzicht krijgen van welke initiatieven gebruik kunnen hebben maken van (een deel van) dit bedrag? Antwoord van 13 september 2013 Betreft: uw vraag van 23.08.2013 i.v.m. de uitbetaling van subsidies in het kader van de kinderopvang Het provinciaal reglement kinderopvang voorziet in een eenmalige investeringstoelage van maximaal 30.000 euro voor elke nieuwe vestiging van een erkend kinderdagverblijf en van maximaal 1.000 euro per nieuwe plaats in dit nieuwe kinderdagverblijf. Landelijke Kinderopvang heeft in 2012 een bedrag van 70.000 euro investeringstoelage ontvangen voor een nieuwe vestiging van kinderdagverblijf Stekelbees in Aarschot (30.000 euro) en voor de bijkomende capaciteit van 40 plaatsen in dit nieuwe verblijf (40.000 euro). Wij hopen hiermee voldoende antwoord gegeven te hebben op uw vraag.
Schriftelijke vraag nr. 13/53 van Ines De Coninck van 26 augustus 2013
Directie ruimte – dienst ruimtelijke ordening – i.v.m. de overheveling waterlopen categorie 3 naar categorie 2 Zoals alle gemeenten in Vlaams Brabant heeft ook mijn gemeente een schrijven gekregen van de Provincie met de vraag om voor 1 september een principiële beslissing te nemen aangaande het overdragen van de waterlopen van categorie 3 (gemeentelijk) naar categorie 2 (provincie). Dit betekent dat het beheer van deze waterlopen, dat nu ten laste is van de gemeentebesturen, ten laste komt van de Provincie. Hierbij had ik dan ook enkele vragen: 27
x x x
Hoe strookt dit project met de interne staatshervorming? Is voor dit project een bedrag in de BBC voorzien? Zoja, welk bedrag wordt hiervoor voorzien?
Antwoord van 13 september 2013 Betreft : uw vraag van 26.08.2013 i.v.m. de overheveling waterlopen categorie 3 naar categorie 2
1. Hoe strookt dit project met de interne staatshervorming? Dit project is de rechtstreekse uitwerking van 'Doorbraak 63' van de interne staatshervorming, die gaat over 'Waterbeleid en -beheer'. Als principe voor deze doorbraak bepaalt het Witboek: 'Aangezien de onbevaarbare waterlopen
onderling danig verschillen, lijkt het niet aangewezen om alle onbevaarbare waterlopen hetzij alleen bij de provincies hetzij alleen bij de gemeenten en het gewest onder te brengen. Integendeel, het komt er op aan om, in samenspraak met de betrokken besturen en diensten (bekkenbesturen, gemeenten, provincies, ... ), voor elke onbevaarbare waterloop na te gaan welk bestuur beleidsmatig het best uitgerust is om het beheer van de betreffende onbevaarbare waterloop aan te sturen. De band tussen niveau (gewest, provincie, gemeente) en categorie (1, 2, 3 en 4) blijft, maar de inschaling van de onbevaarbare waterlopen wordt herbekeken in samenspraak met de betrokken besturen en diensten en aan de hand van zowel beheergebonden als beleidsgerichte maatstaven. Aldus gebeurt regelgevend een passende afstemming tussen de vereiste deskundigheid en ervaring en de plaatselijke betrokkenheid en komen we tot een herijking die bestaande anomalieën wegwerkt'. De uitwerking van deze doorbraak is toegewezen aan minister Joke Schauvliege. In haar mededeling aan de leden van de Vlaamse Regering van 21 december 2012 schrijft zij over de herinschaling van de waterlopen van tweede en derde categorie: 'Voor het toekomstig
beheer van de waterlopen 2° en 3° categorie worden vier mogelijke keuzes uitgewerkt Naast deze keuzes kan er lokaal ook worden beslist om geen wijzigingen door te voeren. Mogelijke keuzes: samenwerkingsovereenkomst tussen gemeente, provincie en desgewenst polder en watering over beheer van waterlopen 3° categorie en 2° categorie, herklassering van 3° naar 2° categorie; herklassering van 2° naar 3° categorie voor waterlopen die volledig gelegen zijn binnen de grenzen van de betrokken gemeente; uitbreiding polder/watering (binnen deelbekkengrenzen).' De minister heeft de provincies de opdracht gegeven om in nauw overleg met de gemeente en in voorkomend geval ook met de betrokken rioolbeheerder en de betrokken polder/watering de klasserings-en herinschalingsvoorstellen in detail uit te werken. De voorstellen worden daarna geformaliseerd door de betrokken besturen waarna ze op provinciaal niveau gebundeld worden en aan de VMM toegezonden ter voorbereiding van de formele goedkeuringsprocedure. Ter uitvoering van deze opdracht heeft de provincie Vlaams-Brabant op 12 maart 2013 een informatievergadering georganiseerd voor alle Vlaams-Brabantse gemeenten, in samenwerking met de Vlaamse Milieumaatschappij, de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten en de Vereniging van Vlaamse Polders en Wateringen. 28
In de maanden mei en juni heeft de provincie op verschillende plaatsen lokale overlegvergaderingen georganiseerd met telkens een beperkt aantal gemeenten, eventuele polders en wateringen en rioleringsbeheerders. Na deze overlegronde kregen alle gemeenten een brief met de vraag om, indien mogelijk, voor 1 september 2013 de beslissing van de gemeenteraad mee te delen, of, wanneer de gemeenteraad tijdens de vakantiemaanden niet vergadert, ten minste een principebeslissing van het college van burgemeester en schepenen. In dat geval kan de gemeenteraadsbeslissing nog toegezonden worden tot 24 september 2013.
2. Is voor dit project een bedrag in de BBC voorzien? Bij het opstellen van de budgettaire ruimte voor de periode 2014-2019 zal de deputatie rekening houden met dit project. De meerjarenplanning wordt aan de provincieraad voorgelegd in de maand december. Schriftelijke vraag nr. 13/54 van Sonia Van Laere van 29 augustus 2013
Directie ondersteuning – dienst document- en informatiebeheer – i.v.m. de abonnementen op diverse publicaties In het verslag van de deputatie van 31 januari 2013 kunnen we lezen dat in totaal 116.000 euro krediet werd vastgelegd over 3 verschillende begrotingsposten (104/0530/6131, 106/0100/6131/ku en 101/0270/6131/ku) voor het beheren van de abonnementen op tijdschriften, losbladige werken, dagbladen, digitale databanken en andere abonnementsgebonden publicaties. Over deze beslissing had ik volgende vragen: 1. Kan u mij vertellen op welke tijdschriften, losbladige werken, dagbladen, digitale databanken en andere abonnementsgebonden publicaties er een abonnement loopt? Graag opgesplitst volgens de 3 verschillende begrotingsposten. 2. Op de laatst genoemde begrotingspost staat 11.000 euro ingeschreven voor dergelijke abonnementen ten behoeve van de deputatie. Kan ik een overzicht krijgen over welke gedeputeerde geabonneerd is op welke publicaties?
Antwoord van 29 augustus 2013 Betreft: uw vraag van 29.08.2013 i.v.m. de abonnementen op diverse publicaties 1. De dienst document- en informatiebeheer staat in voor het gecentraliseerd aankopen en beheren van abonnementen op tijdschriften, losbladige werken, dagbladen, digitale databanken en andere abonnementsgebonden publicaties voor het hele provinciebestuur. Het budget dat daarvoor voorhanden is, wordt verdeeld over drie verschillende begrotingsposten: Artikel 104/0530/6131 omvat alle abonnementen bestemd voor de centrale bibliotheek en de diensten in het provinciehuis (100.000,00 euro); Artikel 106/0100/6131 omvat alle abonnementen bestemd voor het PIVO (5.000,00 29
euro); Artikel 101/0270/6131 omvat de abonnementen bestemd voor de leden van de deputatie (11.000,00 euro). Als bijlage een overzicht van de titels per begrotingspost (de naam van het tabblad verwijst naar het begrotingsartikel). Dit is een dynamisch overzicht. Jaarlijks wordt nagegaan of de lopende abonnementen nog nut hebben of niet. 2. Bij het overzicht van de abonnementen die betaald worden met de kredieten ingeschreven op begrotingsartikel 101/0270/6131 wordt aangegeven voor wie het abonnement bestemd is, voor zover dit opgesplitst kon worden. Een aantal abonnementen (Lokaal, Vlaams Tijdschrift voor Overheidsmanagement, enz.) worden per twee gedeputeerden gedeeld.
30
PIVO
Titel Brand en Brandweer Cahiers Politiestudies Computer Totaal Fatik FireForum Magazine HR Magazine Incident Inforevue - het Tijdschrift van de Geintegreerde Politie Jaarboek Chemiekaarten & Chemiekaarten - CD ROM & Chemiekaarten Servicebrief Lokaal - Brussel Politiejournaal PreBes - Lidmaatschap Preventiezakboekje voor Welzijn op het Werk PreventMemo Spoedgevallen Strafrechterlijke Kwalificaties met Jurisprudentie - Compleet Stuur Tijdschrift voor Geneeskunde Verkeersspecialist Verkeerszakboekje Wapenwet Zakboekje Politiestatuut Zakboekje Strafrecht
Abonnementen deputatie
Titel Knack Magazine & Knack Weekend & Focus Knack & MO
Dehaene Tom
Laatste Nieuws - Editie Brussel-Ring
Dehaene Tom
Nieuwsblad - Editie Brussel Noordrand
Dehaene Tom
Standaard
Dehaene Tom
Nieuwsblad - Editie Leuven
Dekeyser Julien
Nieuwsblad - Editie Leuven Gemeentelijk Zakboekje - Beleid & Gemeentelijk Zakboekje Databank
Dekeyser Julien Dekeyser Julien
Handhavingszakboekje Ruimtelijke Ordening - Abonnement
Dekeyser Julien
Laatste Nieuws - Editie Hageland
Dekeyser Julien
Laatste Nieuws
Dekeyser Julien
Politiek Zakboekje - Structuren & Decisionmakers & Speciale Uitgave Dekeyser Julien Zakboekje Ruimtelijke Ordening - Abonnement
Dekeyser Julien
Knack Magazine & Knack Weekend & Focus Knack & MO
Jiroflee Karin
Morgen - Asse
Jiroflee Karin
Standaard
Jiroflee Karin
Laatste Nieuws - Editie Brabant en Leuven
Jiroflee Karin
Onderwijszakboekje
Jiroflee Karin
Politiek Zakboekje - Structuren & Decisionmakers & Speciale Uitgave Jiroflee Karin Economist - Europe Edition - Renewals Only
Robijns Luc
Milieuzakboekje - Abonnement
Robijns Luc
Standaard
Robijns Luc
Tijd Compleet
Robijns Luc
Trends - Vlaamse Editie
Robijns Luc
Handhavingszakboekje Ruimtelijke Ordening - Abonnement
Robijns Luc
Knack Magazine & Knack Weekend & Focus Knack & MO
Swinnen Monique
Laatste Nieuws
Swinnen Monique
Landleven
Swinnen Monique
Nieuwsblad - Editie Leuven
Swinnen Monique
Politiek Zakboekje - Structuren & Decisionmakers & Speciale Uitgave Swinnen Monique Politiek Zakboekje - Structuren & Decisionmakers & Speciale Uitgave Zelderloo Elke Humo
Zelderloo Walter
Knack Magazine & Knack Weekend & Focus Knack & MO
Zelderloo Walter
Trends - Vlaamse Editie
Zelderloo Walter
Abonnementen deputatie
Laatste Nieuws
Zelderloo Walter
Politiek Zakboekje - Structuren & Decisionmakers & Speciale Uitgave Zelderloo Walter Zakboekje Ruimtelijke Ordening - Abonnement
Zelderloo Walter
Lokaal - Brussel
DEPUTATIE
Lokaal - Brussel
DEPUTATIE
Lokaal - Brussel
DEPUTATIE
Vlaams Tijdschrift voor Overheids Management
DEPUTATIE
Vlaams Tijdschrift voor Overheids Management
DEPUTATIE
Vlaams Tijdschrift voor Overheids Management
DEPUTATIE
Monde - Edition Quotidienne
GOUVERNEUR
Vlaams Tijdschrift voor Overheids Management
GOUVERNEUR
Knack Magazine & Knack Weekend & Focus Knack & MO
GOUVERNEUR
Morgen - Asse
GOUVERNEUR
Politiek Zakboekje - Structuren & Decisionmakers & Speciale Uitgave GOUVERNEUR Standaard
GOUVERNEUR
Tijd Compleet
PROVINCIEGRIFFIER
Knack Magazine & Knack Weekend & Focus Knack & MO
PROVINCIEGRIFFIER
Standaard
PROVINCIEGRIFFIER
Abonnementen diensten en bibliotheek
Titel A Plus - Belgisch Tijdschrift voor Architectuur A10 - New European Architecture ABC van de Lokale Besturen - Print & Internet Acres USA - Voice for Eco Agriculture Ad Rem - Tijdschrift voor Zakelijke Communicatie - Abonnement Administratieve Basiswetten Administratieve Basiswetten Administratieve Rechtsbibliotheek Afval! & Afval! - Jaarboek Afvalgids - Abonnement AJT Basiswetboek Alert - Tijdschrift voor Zorg en Sociale Politiek Algemeen Bestuursrecht Geannoteerd Annuaire Administratif et Judiciaire de Belgique Antwoordenpocket Arbeidsvragen - Abonnement Archiefbeheer in de Praktijk Archievenblad Architect - Print & Internet & E-Mail Archival Science AutoGids Back to the Roots Becommentarieerd Wetboek Wegverkeer - Abonnement Behoorlijk Wonen - een Lokale Wegwijzer Belasting en Beleggingsgids Belgisch Tijdschrift voor Sociale Zekerheid Belgische Fruitrevue
Abonnementen diensten en bibliotheek
Bestendig Handboek - Huishuur en Handelshuur Bestendig Handboek - Praktijkgids Huur - Abonnement Bestendig Handboek Privaatrechtelijk Bouwrecht - Abonnement Bestuurswijzer - Internet Bevoegdheidsverdeling in het Federale Belgie - Alle Delen Bibliotheek Grondwettelijk Recht Bibliotheekblad Biofil Blauwe Kamer Boekdelen Boekman Boer en Tuinder & Management en Techniek Bosrevue BOTsing - Brieven aan Ouders met Tieners Brandveilig Gebouw Brussels Zakboekje - Adressengids Voor Welzijn en Gezondheid Brussels Zakboekje - Adressengids Voor Welzijn en Gezondheid BTW Brief incl Online Archief - Informatie Pakket BTW Geannoteerd - Vastbladig BuitenSpelen Burger Bestuur en Beleid Burgerlijk Recht Bijzondere Wetgeving Geannoteerd - Vastbladig Burgerlijk Wetboek - TWS Jaarlijkse Integrale Vervanging - Abonnement Burgerlijk Wetboek Geannoteerd - Vastbladig BVBA in de Praktijk - Abonnement CFO Magazine - Aalter CG Concept - Nederlandstalige Editie
Abonnementen diensten en bibliotheek
China Daily - European Weekly Clickx - Nederlandse Editie Clickx - Nederlandse Editie Codex Openbare Hulpverlening - Compleet Codex van de Architect Collect - Arts Antiques Auctions - Nederlandse Editie Commentaar Milieurecht Communicatie - Vakblad voor Communicatieprofessionals - Abonnement Computerrecht Computers in Libraries Croquis CT Magazine voor Computer Techniek Cultuur en Vrije Tijd - een Lokaal Praktijkboek - Including CD ROM CxO Magazine Data News - Brussel - Nederlandse Editie Data News - Brussel - Nederlandse Editie Data News - Brussel - Nederlandse Editie Data News - Brussel - Nederlandse Editie Detail - Zeitschrift fur Architektur und Baudetail & Detail Green Digital Movie Drietandmagazine Economisch Statistische Berichten - Print & Kort Archief - 1 User - Internet Economist - Europe Edition - Renewals Only Economist - Europe Edition - Renewals Only Eigen Schoon en de Brabander - Brussel Eigen Schoon en de Brabander - Brussel EnergieGids.NL
Abonnementen diensten en bibliotheek
Etcetera - Brussel Europees Labyrint Facility Management voor Overheden en Organisaties Facto Magazine - Vakblad voor Facility Management en Inkoop - Abonnement FDi Magazine - Foreign Direct Investment - Print & Internet Fiscolex Provinciale Belastingen - Fiscolex Impots Provinciaux - Abonnement Fiscoloog - Nieuwsbrief over Fiscaliteit Focus op Personeel - Geldelijke Rechtspositieregeling Focus op Personeel - Personeelsformatie en Admin Rechtspositieregeling Foreign Affairs Fruitteeltnieuws - Sint Truiden Fruitteeltnieuws - Sint Truiden FT.COM - Standard - 1 User - Internet Gemeente in de Praktijk - Administratief Toezicht Gemeente in de Praktijk - Burgemeester Gemeente in de Praktijk - College Burgemeester en Schepenen Gemeente in de Praktijk - Gemeentefinancien Gemeente in de Praktijk - Gemeenteraad Gemeente in de Praktijk - Intergemeentelijke Samenwerking in Vlaanderen Gemeente in de Praktijk - Personeel - Tuchtregeling Gemeente in de Praktijk - Subreeks Personeel 2 - Secretaris - Financieel Beheerder Gemeentebeleid - Deel 6 - Nieuwe Gemeenteboekhouding Gemeentecodex Gemeentedecreet Gelinkt Gemeentefinancien - Boekhouding - Planning Financieel Beheer en Verzelfstandiging Gemeentefinancien - Boekhouding en het Beheer van de Financien - Nieuwe Uitgave - Kaft A Gemeentefinancien - Boekhouding en het Beheer van de Financien - Nieuwe Uitgave - Kaft B
Abonnementen diensten en bibliotheek
Gemeentefinancien - Gemeentebeleid - Beheer van het Gemeentelijk Patrimonium Gemeentefinancien - Gemeentebeleid - Codex Gemeentefinancien & Actualiteit & Internet Gemeentefinancien - Gemeentebeleid - Overheidsopdrachten van Lokale Besturen Gemeentefinancien - Gemeenteboekhouding - Begroting Gemeentefinancien - Gemeenteboekhouding - De Economische Codes Gemeentefinancien - Gemeenteboekhouding - Functionele Codes Gemeentefinancien - Gemeenteboekhouding - Jaarrekeningen Gemeentefinancien - Gemeenteinkomsten - Financiele Middelen - Kaft A Gemeentefinancien - Gemeenteinkomsten - Gemeentebelastingen - Kaft A - Algemeenheden Invor Gemeentefinancien - Gemeenteinkomsten - Gids voor Overheidssubsidies Gemeentefinancien - Gemeenteinkomsten - Modellen Gemeentebelasting Retributieverordeningen Gemeentefinancien - Inkomsten - Gemeentebel Vervolgingen Geschillen-Nieuwe Uitgave-Kaft B Gemeentefinancien - Management - Financieel Management Gemeentelijk Economisch Beleid Gemeentelijk Zakboekje - Beleid & Gemeentelijk Zakboekje - Databank Gemeentelijk Zakboekje - Beleid & Gemeentelijk Zakboekje - Databank Gemeentelijk Zakboekje - Beleid & Gemeentelijk Zakboekje - Databank Gemeentelijke Administratieve Sancties Gemeentelijke Administratieve Sancties Gemeenterecht Gemeenterecht Geannoteerd Gerechtelijk Wetboek - TWS Jaarlijkse Integrale Vervanging - Abonnement Gerechtelijk Wetboek Geannoteerd - Vastbladig Gerechtelijk Zakboekje - Memento Judiciaire - Abonnement Gerechtelijk Zakboekje - Memento Judiciaire - Abonnement Gids Kunst in Vlaanderen - Abonnement Gids op Maatschappelijk Gebied
Abonnementen diensten en bibliotheek
Gids op Maatschappelijk Gebied Gids voor Sociale Reglementering in Ondernemingen incl CD ROM - Abonnement Global Architecture - Document Gonzo Circus Groencontact Grondwet Geannoteerd Groot AREI - Vincotte Editie Guide Annuel des Services Policiers - Jaargids voor de Politiediensten Guide des Ministeres - Gids der Ministeries - Internet H Art Handboek Brandweerzorg Medische Hulpverlening en Dringende Interventie Handboek Familiaal Geweld - Inclusief CD ROM Handboek Informatiewetenschap - Abonnement Handboek Integrale Jeugdhulp Handboek Interculturele Competentie Handboek Manifestaties en Evenementen Handboek Openbaarheid van Bestuur & Hergebruik Overheidsinf & Motivering van Bestuurshand Handboek Welzijn op het Werk voor Lokale Overheden & CD ROM Handboek Werken met Vrijwilligers Handelsrecht Geannoteerd - Vastbladig Handhavingszakboekje Drugs - Abonnement Handhavingszakboekje Milieu - Abonnement Handhavingszakboekje Milieu - Abonnement Handhavingszakboekje Ruimtelijke Ordening - Abonnement Handhavingszakboekje Ruimtelijke Ordening - Abonnement Handhavingszakboekje Ruimtelijke Ordening - Abonnement Herziening van het Aannemingsbedrag - E-Mail
Abonnementen diensten en bibliotheek
Houtnieuws HR Magazine - Dutch Edition - Print & Archief - Internet & HR Update - Internet Huisarts - Kalmthout Human Resource Management - Informatie Pakket ICA Lidmaatschap Impuls - Brugge Informatie - Maandblad voor de Informatievoorziening Informatie Professional Integrale Belgische Kieswetgeving ISEL Magazine Jacht Riviervisserij en Vogelbescherming Jura Bibliotheek - Administratief Recht - Internet - Abonnement Jurisquare - Internet Juristenkrant - Abonnement Karakter Klachtenmanagement - Handboek voor Openbare Besturen Kluwers Basiscodex - Abonnement Kluwers Basiscodex - Abonnement Knack Bodytalk Knack Bodytalk Koevoet Kunsttijdschrift Vlaanderen Kunsttijdschrift Vlaanderen Kwintessens Landbouwleven Landschap - Tijdschrift voor Landschapsecologie en Milieukunde Leeswolf & Leeswelp
Abonnementen diensten en bibliotheek
Lerende Gemeente - Gids voor Flankerend Onderwijsbeleid - Print & CD ROM Levende Natuur Lidmaatschap - Archief Museum van het Vlaamse Leven te Brussel Liegend Konijn Lokaal - Brussel Lokaal Financieel Management Lokaal Management Beleid - Personeelsbeleid in Lokale Besturen - Cases Lokaal Personeelsbeleid - Praktisch Handboek Personeelsmanagement Lokaal Personeelsbeleid - Praktisch Handboek Personeelsmanagement Lokaal Sociaal Beleid Lokale Besturen en Vreemdelingen Lokale Besturen en Wonen inclusief CD ROM Lokale en Regionale Belastingen Lokale Regelgeving in Vlaanderen Loketboek Bevolking Loketboek Burgerlijke Stand Loketboek Rijbewijs Loon - Themaboek - Abonnement Magazine Recycling Benelux Management Support Magazine - Abonnement Management Trends - Abonnement Management Trends - Abonnement Media Zakboekje - Memento des Media - Abonnement Medisch Weekblad Mercatus - NL - Internet - Abonnement META - Lidmaatschap VVBAD Milieu en Energierecht
Abonnementen diensten en bibliotheek
Milieu Magazine - Abonnement Milieukrant - Abonnement Milieurecht Geannoteerd Milieuvergunningen - een Praktisch Handboek Milieuvergunningen & Nieuwsbrief Milieu en Bedrijf & Milieuheffingen en -subsidies Milieuwetboek - Afval en Water - Abonnement Milieuwetboek Vlarem I - Abonnement Milieuwetboek Vlarem II - Abonnement Milieuzakboekje - Abonnement Milieuzakboekje - Abonnement Milieuzakboekje - Abonnement Milieuzakboekje - Abonnement Milieuzakboekje - Abonnement Mobiliteitsbrief Monde Diplomatique - Edition Francaise Mondig Mobiel Museumvisie Naar een Veilige School Natuur.blad & Natuur.focus & Natuur.oriolus Nederlandse Fruittelers Organisatie - Lidmaatschap NIBE's Basiswerk Milieuclassificaties Bouwproducten Nieuw Juridisch Weekblad - Abonnement - Print & Internet Nieuw Notarieel Kwartaalschrift Nieuwe Gemeentelijke Comptabiliteit Nieuwsbrief Milieutechnologie - Diegem - Abonnement Nieuwsbrief Thuiszorg - Abonnement Nieuwsbrief Vastgoed Info - Abonnement
Abonnementen diensten en bibliotheek
Noord-Zuidreeks voor Lokale Besturen Notarieel Wetboek - Abonnement Notarieel Zakboekje - Memento Notarial - Abonnement OCMW Code & Commentaar OCMW Geannoteerd OCMW Visies OCMW Zakboekje - Beleid en Sociale Dienst & OCMW Zakboekje - Databank OD - Overheidsdocumentatie - Print & Internet Onderwijszakboekje Onderwijszakboekje Onroerend Goed in de Praktijk - Abonnement Ons Erfdeel Ons Erfdeel Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen - Incl Banden Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen - Zonder Banden OranjeBoek - Bevolking 1 - Algemeenheden OranjeBoek - Bevolking 2 - Rijksregister OranjeBoek - Bevolking 3 - Rijbewijs & Actualiteit - Rijbewijs OranjeBoek - Bevolking 4 - Codex Bevolking - Print & CD ROM & Bevolking -Actualiteit-Print OranjeBoek - Bevolking 5 - Codex Verkiezingen & Actualiteit Verkiezingen OranjeBoek - Burgerlijke Stand 1 - Algemeenheden OranjeBoek - Burgerlijke Stand 2 - Geboorte en Afstamming-Adoptie en Volle Adoptie OranjeBoek - Burgerlijke Stand 3 - Huwelijk Echtscheiding OranjeBoek - Burgerlijke Stand 4 - Overlijden OranjeBoek - Burgerlijke Stand 5 - Nationaliteit Vreemdelingen OranjeBoek - Burgerlijke Stand 6 - Internationale Burgerlijke Stand OranjeBoek - Burgerlijke Stand 7 - Conventies
Abonnementen diensten en bibliotheek
OranjeBoek - Burgerlijke Stand 8 - Codex Burgerlijke Stand - Print & Actualiteit & CD ROM OranjeBoek - Burgerzaken 1 - Privacybescherming in de Lokale Besturen OranjeBoek - Lijkbezorging en Begraafplaatsen & Actualiteit Lijkbezorging OranjeBoek - Vreemdelingen 1 - Praktisch Commentaar OranjeBoek - Vreemdelingen 2 - Bijlagen OranjeBoek - Vreemdelingen 3 - Praktische Handleiding voor de Administratie OranjeBoek - Vreemdelingen 4 - Codex 1-3 & Oranjeboek-Vreemdelingen 4 - Codex - Internet Orientatie - Abonnement Over Taal Overheidsopdrachten voor Ruimtelijke Planning Incl CD ROM & Codex Ruimtelijke Planning P+ People Planet Profit Package - Internet Panda Magazine - Educatieve Lidmaatschappen Panoramacodex Stedenbouw - Nieuwe Uitgave - Blauwe Band Pen Vlaanderen - Lidmaatschap Pen Vlaanderen - Lidmaatschap Pensioenzakboekje - Abonnement Permanente Tabellen Raad van State Personeel en Organisatie - Politeia Plan - Architecture and Technologies in Details Poeziekrant Politiek Zakboekje - Instellingen - Abonnement Politiek Zakboekje - Structuren & Decisionmakers & Speciale Uitgave Politiek Zakboekje - Structuren & Decisionmakers & Speciale Uitgave Politiek Zakboekje - Structuren & Decisionmakers & Speciale Uitgave Politiek Zakboekje - Structuren & Decisionmakers & Speciale Uitgave Poppunt Magazine
Abonnementen diensten en bibliotheek
Porta Praktijkboek Sociale Zekerheid - Abonnement Praktijkgids Personeels- en Organisatiemanagement Lokale Besturen - Abonnement Praktijkgids Sportmanagement & Actuele Voorinformatie Praktijkreeks Ruimtelijk Bestuursrecht Preventiezakboekje voor Welzijn op het Werk - Abonnement Privacyhandboek - Persoonsgegevens Proeftuin Nieuws - Lidmaatschap Publiek Procesrecht - Artikelsgewijze Commentaren - Abonnement Publieke Ruimte Publiekrechtelijke Kronieken - Chroniques de Droit Publique Recht en Praktijk - Mechelen - Abonnement Recht in de Gemeente Rechtskundig Weekblad Rechtskundig Weekblad Reeks Vlaamse Milieureglementering - Vlarem I & Actualiteit Vlarem I Reeks Vlaamse Milieureglementering - Vlarem II & Actualiteit Vlarem II Res Publica - Leuven ROmagazine Roots - Dicht bij de Natuur Dicht bij Jezelf Ruimte en Maatschappij Runner's World - Belgische Editie S+RO - Stedenbouw en Ruimtelijke Ordening & Nova Terra Safety Data - Abonnement Samenleving en Politiek Samenleving en Politiek Secretaresse Assistent Wijzer - Print & Secretaresse Assistent - Print & Internet
Abonnementen diensten en bibliotheek
Seizoenen - Biologisch Tuinieren SenTRAL Environment Advanced NL & SenTRAL Safety Advanced NL - Internet Slow Management Smart Business Strategies - Dutch Edition Sociaal Compendium - Arbeidsrecht - Abonnement Sociaal Compendium - Sociale Zekerheid - Abonnement Sociaal Zakboekje - Abonnement Sociaalrechtelijke Kronieken - Chroniques de Droit Social - Abonnement Sociale Kaart - Abonnement Spiegel der Letteren Spiegel der Letteren Sportcodex & Sportrechtspraak Staalkaart Statutenzakboekje Overheidspersoneel - Abonnement Statutenzakboekje Overheidspersoneel - Abonnement Statuut Plaatselijke en Provinciale Besturen - KluwerConnexion - Internet - Abonnement Stemband Strafrecht en Strafvordering - Artikelsgewijze Commentaren - Abonnement Strafwetboek en Wetboek van Strafvordering - TWS Jaarlijkse Integrale Vervanging - Abonnem Stuur SupPORT Syndicaal Statuut Overheidspersoneel - Abonnement Taalanker - Hoe Formuleer Ik Het - Abonnement Tekstblad TerZake Test Aankoop & Budget en Recht Test Aankoop
Abonnementen diensten en bibliotheek
Tewerkstellen Topics - Abonnement Tijd Compleet Tijd Compleet Tijdschrift Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw Tijdschrift Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw Tijdschrift Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw - Verzamelbox Tijdschrift voor Aannemingsrecht - Entreprise et le Droit Tijdschrift voor Bestuurswetenschappen en Publiekrecht - Abonnement Tijdschrift voor Bouwrecht en Onroerend Goed - TBO Tijdschrift voor Gemeenterecht - Abonnement Tijdschrift voor Milieurecht - Abonnement Tijdschrift voor Notarissen Tijdschrift voor Onderwijsrecht en Onderwijsbeleid Tijdschrift voor Ontwikkeling in Organisaties Tijdschrift voor Privaatrecht - Abonnement Tijdschrift voor Welzijnswerk - Print & De Facto - Vlaams Welzijnsverbond - Internet Tijdschrift voor Wetgeving Tips en Advies Belastingen - Belgische Editie - Print & Internet Tips en Advies Vastgoed - Belgische Editie - Print & Internet Trends - Vlaamse Editie Trends Top 30000 Jaarboek & Trends Top Website - Internet TROS Databank - Tijdschrift Ruimtelijke Ordening en Stedenbouw - Single User - Internet Universalia VAC Flash Vademecum Expertise en Architectuur Vademecum Kerkbesturen Vademecum Polders en Wateringen
Abonnementen diensten en bibliotheek
Vademecum van het Personeel bij de Vlaamse Lokale Besturen Vakblad MilieuDirect - Abonnement Van Aanvang Tot Eindoplevering Vastgoed en Milieu - Abonnement Vastgoedmodellen en Contracten - CD ROM - Abonnement Vastgoedzakboekje - Abonnement Veld en Boswetboek - Wet Op Natuurbehoud Vennootschapsrecht Geannoteerd - Vastbladig Verkeerskunde Verkeersrecht Geannoteerd - Vastbladig Verkeersspecialist - Abonnement Verzekerde Bewaring - Including CD ROM Verzekeringswereld - Abonnement Verzelfstandiging en Samenwerking op Lokaal Vlak VIBE Lidmaatschap - Vlaams Instituut voor Bio Ecologisch Bouwen en Wonen VIP-Doc Vlaams Tijdschrift voor Overheids Management VLAREBO - Vlaams Regelement Bodemsanering VLAREM - Vlaams Reglement Milieuvergunning VLAREM - Vlaams Reglement Milieuvergunning VLAREM - Vlaams Reglement Milieuvergunning VLAREM - Vlaams Reglement Milieuvergunning VLO - Lidmaatschap Volume - Meppel Vreemdelingenrecht - Geannoteerde Wetboeken Vreemdelingreglementering & Commentaar VZW Zakboekje - Abonnement
Abonnementen diensten en bibliotheek
Wegwijs in de Klassieke Overheidsopdrachten van Gemeenten en OCMVV's Wegwijzer voor Bibliotheken en Documentatiecentra & CD ROM Wegwijzer voor Bibliotheken en Documentatiecentra & CD ROM Wel Wel Welwijs Welzijn en Zorg in Vlaanderen - Wegwijzer voor de Sociale Sector - Abonnement Werk Vormen Wetboek Kerkbesturen - Geannoteerde Wetboeken Wetboek Overheidsbedrijven Geannoteerd Wetboek Publiek Recht - Formule Jaarlijkse Integrale Vervanging - Abonnement Wetboek Publiek Recht - Klassieke Formule Wetboek Publiek Recht - Milieurecht - TWS Klassieke Formule - Abonnement Wie Klasseert die Vindt & Handboek Informatiemanagement WTCB Publicaties - Wetenschappelijk Technisch Centrum Bouwbedrijf & NBN-normen - Internet Zakboekje Overheidsopdrachten - Abonnement Zakboekje Overheidsopdrachten - Abonnement Zakboekje Overheidsopdrachten - Abonnement Zakboekje Overheidsopdrachten - Abonnement Zakboekje Overheidsopdrachten - Abonnement Zakboekje Overheidsopdrachten - Abonnement Zakboekje Overheidsopdrachten - Abonnement Zakboekje Overheidsopdrachten - Abonnement Zakboekje Overheidsopdrachten - Abonnement Zakboekje Overheidsopdrachten - Abonnement Zakboekje Politiestatuut - Abonnement Zakboekje Ruimtelijke Ordening - Abonnement
Abonnementen diensten en bibliotheek
Zakboekje Ruimtelijke Ordening - Abonnement Zakboekje Ruimtelijke Ordening - Abonnement Zakboekje voor de Milieucoordinator - Abonnement Zichtlijnen