De Stichting Steunpunt Studerende Moeders is het enige expertisecentrum in
Zwartboek
Nederland voor het combineren van studie en zorg en
studerende
heeft tot doel het vergroten van het studiesucces en
moeders
voorkomen van vroegtijdige uitval en vertraging
“Onderwijs is de sleutel tot een betere toekomst voor zowel jezelf als voor je kinderen!” Annemiek de Jong, oprichtster Steunpunt Studerende Moeders
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
Steunpunt Het Steunpunt stimuleert dat alle studerende ouders succesvol kunnen (af) studeren in het MBO, HBO en WO en helpt voortijdige studie-uitval te voorkomen.
Kennisportaal Het Steunpunt bied een kennisportaal voor onderwijsinstellingen & gemeenten waar extra informatie en ondersteuning te verkrijgen is.
Workshops Het Steunpunt kan diverse inspirerende workshops en lezingen verzorgen die met het onderwerp studie en gezin te maken hebben. Informeer
2
naar de mogelijkheden!
Promotiemateriaal Het Steunpunt heeft voor onderwijsinstellingen en gemeenten diverse flyers, folders, brochures en posters ontwikkeld.
Stappenplan Speciaal voor gemeenten is er een brochure ontwikkeld met stappenplan die aan bijstandsmoeders meegeven kan worden als zij hun opleidingsmogelijkheden willen onderzoeken.
Stichting Steunpunt Studerende Moeders Goudsesingel 182 3011 KD Rotterdam Telefoon 010-2067559
[email protected] www.studerendemoeders.nl
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
Inleiding De combinatie studeren met een kind en/of zwanger zijn is niet eenvoudig. Vaak lopen de studenten tegen problemen op die ze niet alleen kunnen oplossen. Meestal gaat het om problemen die buiten het onderwijsveld liggen, maar wel van grote invloed zijn op de studievoortgang. Maar over het algemeen sluiten studieroosters niet aan op de kinderopvangmogelijkheden, daar waar studenten die een topsport beoefenen of studenten met een beperkingen een aangepast studierooster kunnen krijgen. Vaak gaat het om financiële problemen, kinderopvang, onbegrip, huisvesting En wordt de studiebelasting in combinatie met alleenstaand ouderschap en huishouden door de meeste studerende ouders, veelal moeders als zwaar ervaren. In dit zwartboek hebben wij een aantal gevallen beschreven uit de dagelijkse praktijk van het Steunpunt Studerende Moeders. Ze laten zien dat het werk van onze stichting zin heeft en er aan kan bijdragen om het studiesucces onder deze studentenpopulatie te vergroten, om uitval te voorkomen of het leven van de studerende moeders weer op orde te krijgen, zodat ze zich weer met volle energie aan hun studie kunnen wijden. Want dat is de rode draad in hun verhalen, de enorme wil om de studie succesvol af te ronden. Want in tegenstelling tot veel studenten weten zij heel goed waarvoor ze het doen. Ze streven naar financiële onafhankelijkheid, willen een beter leven, vooral voor hun kind en realiseren zich dat de sleutel daarvoor in de opleiding ligt. De Stichting Steunpunt Studerende Moeders is uitgegroeid tot een uniek Steunpunt voor en door studenten met kinderen dat als enige in Nederland dient als expertise centrum voor de combinatie studie en zorg combineren. Ons doel is om het studiesucces voor mensen met kinderen te vergroten en het voorkomen van vroegtijdige uitval en vertraging. Om dit doel te bereiken worden allerlei middelen ingezet, zoals een uitgebreide informatieverstrekking, niet alleen aan studenten, maar ook aan de instellingen, het organiseren van workshops, het opzetten van steunpunten op de onderwijsinstellingen etc. Wij doen dit werk uit volle overtuiging, maar zien nog veel onverschilligheid bij de onderwijsinstellingen. Omdat studerende moeders niet worden geregistreerd bestaat voor velen het probleem niet. Zonder zich te realiseren wat het hen juist kan opleveren. Maar zonder de steun uit de onderwijsinstellingen kan de stichting binnenkort niet meer verder. De startsubsidie die eind 2009 door het ministerie van OCW werd verleend loopt na de zomer af en zelfstandige inkomsten zijn er door de onverschilligheid in het onderwijsveld nog onvoldoende. Wij hopen dat via het aanbieden van dit zwartboek het duidelijker wordt om welke mensen het hier nu gaat, en dat er meer aandacht komt voor de problematiek van studerende moeders, opdat onze stichting zijn werk kan voortzetten. Annemiek de Jong, directeur
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
3
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
Casus 1 E. is een jonge moeder en zit in het eerste jaar van een HBO opleiding.. Zij woont in een sloopwoning in een klein dorp. Alle huizen bij haar in de buurt gaan gesloopt worden. Hierdoor zijn er al veel mensen verhuisd en zijn er op de kinderopvang niet veel kinderen meer. Daardoor is de kinderopvang beperkt open en in basisschoolvakantie periodes zelfs volledig gesloten. Gevolg hiervan is dat E. een aantal toetsen heeft gemist en een achterstand heeft opgebouwd. Zoals het er nu uit ziet moet zij aan het eind van het studiejaar stoppen. Aan herkansingen kon zij niet altijd deelnemen omdat die voornamelijk in de avonduren waren gepland en zij hiervoor geen opvang noch oppas had. Een enkele keer kan haar zusje of nichtje oppassen, maar omdat die ook studeren zijn zij niet altijd beschikbaar. Probleem is nu dat E. met school iets wil regelen zodat ze toch kan blijven studeren. Hiervoor is zij naar de decaan gegaan. Ze heeft nu 19 studiepunten en heeft recentelijk nog wat punten behaald, maar ze moet 45 punten hebben wil ze over gaan naar het 2de jaar. Zij moet in het vierde kwartaal nog enkele toetsen doen en geeft aan zeker te weten dat het haar gaat lukken om de 45 punten te halen. De decaan vertelde E. dat het beter is om te stoppen met de opleiding, anders moet ze straks veel studiegeld terug betalen. Ook zei ze tegen E. dat ze langs het steun4
punt moest gaan, want ze weet niet wat ze voor haar kan doen. Als ze langs is geweest moet ze haar laten weten wat er besproken is.
Casus 2 W. heeft een dochtertje van 6 maanden. Zij woont alleen en staat er wat betreft de zorg alleen voor. W. zit in het eerste jaar van de HBO opleiding Financieel Service Management als mbo-instroom op een Hogeschool. W. is naar het Steunpunt doorverwezen door haar decaan en StudieLoopbaanCoach. Zij vertelt dat haar dochtertje voor twee dagen in de week op een kinderdagverblijf zit. Op vrijdag kan de moeder van W. op haar dochtertje passen. Op dit moment past de vriend van W. op hun dochtertje, maar hij gaat vanaf september ook studeren en werken in een studeer-werktraject. W. staat bij het kinderdagverblijf op de wachtlijst voor meerdere dagen opvang, maar tot nu toe is er nog geen plaats. W. maakt zich zorgen over het feit dat zij niet voldoende opvang voor haar dochtertje heeft als zij straks het tweede jaar van haar opleiding ingaat en haar vriend door zijn opleiding niet meer de hele dag thuis is. W. heeft haar SLC-coach en de decaan van haar opleiding op de hoogte gesteld van haar situatie. Maar dit heeft niet bijgedragen tot een oplossing.
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
Zwartboek studerende moeders
Mei 2011
De relatie met haar vriend (vader van hun kindje) gaat niet zo goed. Ook merkt W. dat zij niet volledig door de familie van haar vriend geaccepteerd wordt. Zij heeft hier regelmatig ruzie over met haar vriend. Om deze reden geeft W. haar vriend ook geen toestemming om hun kindje te erkennen. W. is bang dat hij zijn rechten zal gaan misbruiken. Ook draagt haar vriend niets bij aan de financiële zorg voor hun kind. W. heeft ook geldproblemen. Zij vertelt dat zij alleen de éénoudertoeslag en studiefinanciering ontvangt. Een aanvullende beurs krijgt zij niet aangezien de ouders van W. te veel verdienen. Maar W. kan financieel niet rekenen op haar ouders. W. heeft het liefst geen lening, ze is bang dat ze zodoende meerdere en nog hogere schulden maakt en dat zij straks na haar opleiding alleen nog maar aan het afbetalen is.
Casus 3 L. is een vrouw van 32 jaar, zij heeft drie kinderen en is getrouwd. Zij kwam naar aanleiding van de grote studiedruk van haar pas gestarte opleiding (verloskunde) het Steunpunt binnen lopen. L. volgt het eerste jaar van de opleiding Verloskunde aan een Hogeschool. L. vertelde dat zij voor deze opleiding nu ook 32 uur per week stage moet lopen en daarnaast ook keuzevakken moet gaan volgen. L. vertelde dat dit een te zware belasting is. Zij heeft tevergeefs geprobeerd vrijstelling te verkrijgen voor vakken die zij eerder in een andere opleiding ook heeft gevolgd. L. weet niet meer hoe zij alle ballen (gezin, werk/stage, opleiding, keuzevakken, zelfstudie) in de lucht kan houden.
Casus 4 C. is een alleenstaande moeder en studeert OPGM aan een Hogeschool. Ze heeft geen vast rooster, het wisselt per week. Haar dochter gaat vijf dagen per week van 8.00 tot 18.00 uur naar het kinderdagverblijf. Omdat het kinderdagverblijf om acht uur open gaat, haalt C. het niet om 8.30 uur op school aanwezig te zijn. Zij is met dit probleem naar haar StudieLoopbaanCoach geweest en deze zei tegen haar ‘’wees creatief’’. C. schrok hiervan en wist niet wat ze moest zeggen. Nu heeft ze als mogelijke oplossing bedacht dat zij verlengde uren bij een ander kinderdagverblijf gaat vragen zodat haar dochtertje in de ochtend eerder naar het kinderdagverblijf kan. Alleen heeft deze organisatie pas vanaf oktober plaats en dan voor maar 2 dagen. C. is door het Steunpunt geadviseerd om eens naar de roosters te kijken van andere klassen. Misschien kan zij eenzelfde les op een ander tijdstip bij een andere klas vol-
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
5
Zwartboek studerende moeders
Mei 2011
gen. C. heeft volgende week weer een gesprek met haar SLC docent, maar geeft aan een beetje bang voor haar te zijn geworden en dat de reactie van de SLC docent zeer demotiverend is voor haar. Het Steunpunt heeft C. geadviseerd om dit juist wel te bespreken en dat zij het bij haar zelf kan houden door haar slbc uit te leggen hoe zij zich voelt en wat het met haar doet als haar slbc zo reageert en niet mee denkt in mogelijke alternatieve oplossingen. Ook is C. geadviseerd om hierover contact op te nemen met een decaan. Zoals het er nu aan toe gaat is studievertraging wel te verwachten en dat kan zij maar beter meteen melden.
Casus 5 Op 23-01-2010 heeft J. voor de BSO-opvang van haar zoontje een aanvraag ingediend bij haar gemeente voor een tegemoetkoming in de kinderopvangkosten. Deze is pas op 14-01-2011 door de gemeente toegekend. In de tussenliggende periode heeft de kinderopvang organisatie deze tegemoetkoming niet van de gemeente ontvangen, en J. was niet in staat dit bedrag uit eigen studiefinancieringszak voor te schieten. Hierdoor is de opvang voor haar zoontje stop gezet. Daar komt bij dat J. van de Belastingdienst ook geen kinderopvangtoeslag meer ontvangt, omdat er een foute berekening is gemaakt met de tegemoetkoming van de gemeente. J. weet zelf 6
ook niet goed te duiden wat er precies mis is gegaan. Ook is uit de papieren niet op te maken wat er nou precies mis is gegaan. Gevolg is dat J. nu alleen nog maar naar school kan tijdens de schooltijden van haar zoontje. De overige lessen kan zij tijdelijk niet volgen. Dit is op de school besproken maar heeft niet tot een oplossing geleid.
Casus 6 J. woont in een studentenhuis dat door de Stichting Studiefinanciering Curaçao beschikbaar is gesteld voor studenten van de Nederlandse Antillen. Dit huis wordt door de gemeente niet gezien als een studentenhuis, waardoor er problemen ontstaan met de tegemoetkoming in de kinderopvangkosten vanuit de gemeente. De tegemoetkoming in de kinderopvangkosten wordt stopgezet, omdat de gemeente vindt dat haar huisgenoot (een medestudent) mee moet betalen aan de kinderopvang, omdat deze student ook een bijbaan heeft. De huisgenoot van J. wordt dus als "toeslag" partner gezien, waarbij de gemeente er vanuit gaat dat deze studiegenoot de tegemoetkoming in de kinderopvangkosten wel kan betalen. J. geeft aan dat dit niet mogelijk is voor haar studiegenoot en dat de enige relatie die zij met deze huisgenoot deelt is, dat zij beiden Antilliaanse studenten zijn die toeval-
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
lig in hetzelfde studentenhuis wonen. Zij heeft geen flauw idee hoe ze dit kan oplossen en is bang dat de opvang voor haar iets onbetaalbaars wordt, en dat dit uiteindelijk zal leiden tot het vroegtijdig beëindigen van haar studie, zonder diploma maar mét een studieschuld.
Casus 7 Z. is een alleenstaande moeder van 2 kinderen van 1 en 4 jaar oud. Ze is momenteel 30 weken zwanger. Ze is uitgerekend op 27 augustus en haar stage is eind juli afgelopen. Ze denkt dat ze dit wel gaat redden. Z. heeft zelf een stageplek gezocht en heeft het voor elkaar gekregen dat zij zelf kan aangeven wanneer zij na haar bevalling weer in staat is om te komen werken. Mocht zij uren te kort komen dan is er een afspraak gemaakt dat zij deze ook later in kan halen. Ze heeft voor haar kinderen kinderopvang en haar ongeboren kindje staat ook al ingeschreven bij het kinderdagverblijf. Z. heeft bij haar mentor aangegeven dat ze zwanger is en gevraagd om zwangerschapsverlof. Als student bestaat er geen recht op zwangerschapsverlof. Haar mentor heeft dan ook gezegd dat zij maximaal drie weken vrij kan krijgen van de schoolverplichtingen. Dat betekend dat als de bevalling voorspoedig en goed verloopt, Z. uiterlijk drie weken na de bevalling alweer op school moet zijn. Z. vindt drie weken aan de korte kant en vraagt zich af wat haar rechten hierin zijn.
Casus 8 S. is een HBO-studente van 26 jaar. Ze is momenteel 15 weken zwanger. Ze woont nu in een jongerencomplex. Aangezien hier maximaal 1 persoon woonachtig mag zijn, kan zij daar niet blijven wonen met een kind. S. heeft te horen gekregen dat zij zal moeten verhuizen. Ze heeft al een urgentieverklaring aangevraagd, maar deze is afgewezen. Deze gezinsuitbreiding en haar huidige woonsituatie vormt geen reden voor urgentie. S. zegt ten einde raad te zijn en heeft al een paar nachten niet geslapen van de spanningen die dit met zich meebrengt. Ze heeft geen contact meer met haar ouders en kan nergens terecht. Ze is heel bang dat ze straks op straat zal komen te staan en dat haar kindje haar dan afgenomen zal worden. S. werkt naast haar studie ook nog bij een callcenter, voor 12-20 uur per week. Maar S. moet voor haar opleiding stage gaan lopen in het buitenland. Ze wil hier ontheffing voor aanvragen. Omdat ze anders niet meer weet hoe zij alles kan organiseren, haar bijbaan heeft zij nodig om voor haar levensonderhoud en dat van haar toekomstige kind. In overleg met S. heeft het Steunpunt een brief gestuurd aan de wethou-
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
7
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
der Wonen van de gemeente waarin S. woonachtig is. Daarin is de situatie en leeftijd van S. beschreven en is er gevraagd om mee te denken in een oplossing. Een ambtenaar verwees als reactie door naar een stichting die bedoeld is voor tienermoeders. S. behoort niet tot de doelgroep tienermoeders, daar is zij te oud voor en kan daar niet terecht voor hulp. Ook komt zij niet in aanmerking voor noodhuisvesting en S. is nu aan het onderzoeken of zij terecht kan in een sloopwoning. Echter, indien dit lukt, is een sloopwoning ook weer van tijdelijke aard. De kans op studievertraging en of uitval neem hierdoor toe.
Casus 9 R. is moeder van een kindje van 1 jaar oud. Haar vriend is sinds kort terug naar Suriname i.v.m. verblijfsvergunning. Ze staat er nu alleen voor. Haar vriend haalde voorheen hun kindje van het kinderdagverblijf. Nu moet ze dit zelf doen en dat redt ze niet altijd. Ze heeft soms tot 18.00 uur les en is dan om kwart voor 7 bij het kinderdagverblijf, dat om 6 uur sluit. Met alle financiële gevolgen van dien. Dat is dus een probleem. Het ziet er niet naar uit dat de studieroosters rekening kunnen houden met haar opvangtijden. R. overweegt dan ook haar opleiding al dan niet tijdelijk te beëindigen. 8
Casus 10 J. is een alleenstaande moeder van een dochtertje van zes jaar oud. Haar dochtertje is een slimme meid, ze gaat in september al naar groep vier. J. heeft moeite om opvang of oppas te vinden voor de avonduren. Haar keuzevakken en tentamens worden vaak in de avonduren ingepland. Soms vindt ze een vriendin of familielid om op haar dochtertje te passen, maar het gebeurt weleens dat dit niet lukt. Dan neemt ze haar dochter mee en wacht haar dochtertje in de gang terwijl zij les heeft. S wil graag voorkomen dat zij vertraging oploopt en wil juist voor haar dochtertje de opleiding zo spoedig mogelijk afronden. Maar zij vindt deze constructie voor haar dochtertje erg vervelend, haar dochtertje gaat dan ook te laat naar bed en vindt het zelf ook niet zo prettig om in de gang te wachten. J. volgt op dat moment ook niet bepaald rustig de lessen. J. wil dan ook graag een gastouder aan huis, zodat deze haar dochter naar bed kan brengen en met haar kan eten. Maar die kan ze niet vinden en de gastouder subsidiebureaus vragen inschrijf of instapgelden, kosten die J. op dit moment niet kan betalen van haar studiefinanciering. J. is zeer teleurgesteld dat de opleiding niet wat meer rekening wil houden met de tijden van de reguliere opvangmogelijkheden in Nederland. Zij vindt dat het studieprogramma op deze ma-
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
nier eigenlijk niet te doen is voor mensen met kinderen. Zij voelt zich dan ook met de rug tegen de muur gedrukt. Omdat J. enige tijd geleden ook is verhuisd en nog geen plaats op de BSO opvang had, bleef haar dochtertje in een andere gemeente naar school en BSO opvang gaan. Maar dit was enorm omslachtig voor zowel J. als haar dochtertje en en ze was veel tijd kwijt aan reistijd. J. heeft hierdoor een aantal lessen gemist. Voor sommige lessen gelden een aanwezigheidsplicht en haar situatie vormde geen uitzondering. Zij zal volgend jaar een aantal herkansingen of lessen opnieuw moeten volgen. Ook heeft J. moeite om financieel rond te komen. Ze heeft enkele schulden, wat ze erg vervelend vindt. Omdat zij door haar voltijdstudie en moederschap geen bijbaan heeft en als enige inkomstenbron van de studiefinanciering leeft, is het bijna onontkoombaar dat er rekeningen blijven liggen. Het is een vicieuze cirkel. Omdat zij enkel studiefinanciering ontvangt kan zij zich ook niet aanmelden voor een schuldhulpverleningstraject. Daar is gezegd dat zij moet werken en dus moet stoppen met de opleiding, waardoor zij nog een studieschuld erbij zou krijgen. Daar komt bij dat zij over 2007 belastingaangifte had gedaan om geld terug te krijgen, maar doordat zij kennelijk iets verkeerd heeft ingevuld, ging dat niet goed en durft zij geen aangiftes meer te doen. Desondanks vindt zij dit wel zonde en weet ze dat ze recht heeft op teruggave. Ook heeft de sociale dienst haar tegemoetkoming in de kinderopvang kosten nog niet overgemaakt. Pas toen er door de kinderopvangorganisatie gedreigd werd met het weigeren van de opvang van haar kind, heeft sociale zaken er vaart achter gezet. Omdat ze haar kind van de ene gemeente naar de andere gemeente, school en bso moest zien te brengen heeft zij van een vriend een tweedehands auto gekregen. Omdat zij hier geen betalingsbewijs van had, heeft de gemeente haar kwijtscheldingsaanvraag voor de gemeentelijke belastingen afgewezen. De gemeente zei dat ze geen recht op kwijtschelding had, omdat ze net een auto had aangeschaft.
Casus 11 T. heeft kwijtschelding aangevraagd voor de gemeentelijke belastingen. Mensen met een minimum inkomen of bijstandsgerechtigden hebben in deze gemeente recht op kwijtschelding. Volgens de gemeente heeft T. geen recht op kwijtschelding, omdat de gemeente een lening als inkomsten ziet. Ze heeft in totaal 1300 euro per maand aan inkomsten; waarvan € 500 uit werk en stage bestaat. De resterende 800 euro bestaat uit een volledige lening, aangezien ze geen recht meer heeft op studiefinanciering. T. snapt er niks van want volgens de belastingdienst is studiefinanciering sowieso geen belastbaar inkomen, en niet gefiscaliseerd.
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
9
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
Casus 12 F. belt omdat ze heel graag wil gaan studeren, maar weet niet hoe ze dit kan financieren. F. is 33 jaar oud en heeft een kind van 9 jaar. Zij was 10 jaar getrouwd en heeft naar eigen zeggen 10 jaar lang veel narigheid meegemaakt binnen haar huwelijk. Hierdoor is zij er nooit eerder aan toegekomen om te studeren. Inmiddels is zij gescheiden maar heeft daar psychische problemen aan overgehouden waardoor ze een psycholoog bezoekt. F. ontvangt een uitkering en hoeft niet te werken vanwege haar psychische gesteldheid. Volgens de GGD arts moet F. zich vooral bezighouden met zichzelf, door te gaan sporten en met de psycholoog te praten. F. wil heel graag gaan studeren omdat zij niet alleen van een uitkering wil leven en graag perspectief op een ander leven wil hebben. Ze wil zich ontwikkelen en iets betekenen voor de maatschappij. Ze wil graag HBO-diëtiste gaan studeren. Ze is zo enorm enthousiast dat zij al begonnen is met leren voor het toelatingsexamen dat in juni gehouden wordt. F. geeft aan dat ze de sociale dienst heeft gebeld om te informeren wat haar mogelijkheden zijn. Zij kreeg toen te horen dat zij niet mag studeren zo lang zij een uitkering ontvangt. F. is ten einde raad omdat ze heel graag wil studeren. Volgens haar psycholoog zou een studie haar goed doen. 10
Casus 13 S. is een studerende moeder van 28 jaar oud. Ze heeft een zoontje van 4 jaar. S. woont in bij een nichtje met twee kinderen. Gezien het feit dat S. veel leeswerk heeft voor haar studie is het thuis te druk voor haar om te kunnen studeren. S. staat al 5 jaar ingeschreven voor een woning in Arnhem, 1,5 jaar bij WoonnetRijnmond, en staat ook nog ingeschreven als woningzoekende in Utrecht en bij Capelse vastgoed. Het lukt haar maar niet om een woning te vinden en bij haar nichtje kan ze niet lang meer blijven. De zoektocht naar geschikte woonruimte wordt deels ook bemoeilijkt en beperkt door het feit dat zij alleen studiefinanciering als inkomstenbron heeft.
Casus 14 S. vertelt dat zij 4 maanden zwanger is en dat zij nu in het 4e jaar van haar HBOopleiding zit. Zij vertelt dat zij voordat ze zwanger werd een stageplaats had gere-
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
geld bij een ontwerpbureau. Toen zij het contract bij haar stagegever ging tekenen gaf ze netjes aan dat ze zwanger was. Er is toen tegen haar gezegd dat men erover ging nadenken en dat zij haar zouden laten weten of het nog door zou gaan. Na een paar dagen wordt ze door de stagegever gebeld en krijgt S. het bericht dat ze niet aangenomen wordt, omdat ze vinden dat ze niet meer past bij hun bedrijf. S. weet zeker dat dit niet te maken heeft met het niet passen in het bedrijf maar met haar zwangerschap. Op een procedure zit S. niet te wachten want daar heeft ze enerzijds geen tijd en geld voor en anderzijds wil zij zich liever concentreren op haar studievoortzetting. Zij wil nu een oplossing zien te vinden voor het voortzetten van haar opleiding. De stagegever nam contact op met de onderwijsinstelling en deze was het met de stagegever eens en adviseerde S. om volgend schooljaar haar stage in te halen. Met alle (financiële) gevolgen voor S. van dien, want dat komt neer op ruim een jaar studievertraging. S. heeft tevergeefs nog geprobeerd alternatieven voor te stellen aan de stagegever, zoals het eerder starten van de stage en na de bevalling langer door blijven gaan met de stage. Het gaat om een onbetaalde stage waardoor S. niet begrijpt waarom hier zo moeilijk over gedaan wordt.
Casus 15 N. vertelt dat ze op dit moment nog getrouwd is en 1 kind heeft van 3 jaar oud. Op dit moment is haar man de kostwinnaar. Ook de studie wordt door haar man bekostigd. N. wil echter gaan scheiden, maar moet daarna zelf voor haar inkomen en woning zorgen. N. zit in haar laatste studiejaar van een universiteit en wilt hierna gaan werken. N. vertelt dat wanneer zij nu studiefinanciering aanvraagt, zij binnen haar gemeente niet in aanmerking komt voor een woning, omdat ze dan maar 850 euro inkomen heeft. Om deze reden zit ze erover na te denken om een uitkering aan te vragen. Alhoewel zij in het laatste studiejaar zit, mag zij die van de sociale dienst niet afronden zolang zij een uitkering zou ontvangen. N. ziet weinig mogelijkheden om haar studie succesvol af te ronden na haar scheiding.
Casus 16 K. vertelt dat zij een gesprek heeft gehad met haar StudieLoopCoach docent en dat haar docent haar naar het steunpunt heeft gestuurd. K. zegt dat zij het op het moment moeilijk vindt om haar studie te combineren met haar thuissituatie. K. is getrouwd en heeft een dochter van 1,5 jaar. Haar man heeft een eigen bedrijf met veel avondwerk. Er is echter niet voldoende omzet om mensen in dienst te nemen om de
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
11
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
werkdruk te verlichten. K. vertelt dat zodra zij uit school komt, zij naar de zaak moet om haar man te helpen met de administratie of met de bediening. Vaak zit ze daar met haar dochter tot 23.00 uur. Als ze thuis komt is ze moe en heeft geen energie meer en tijd over om aan haar studie te besteden. Haar SLC docent zei tegen haar dat ze even een week vrij van school moest nemen om tot rust te komen. Maar er is geen structurele oplossing in zicht. K. vertelt dat het financieel ook niet allemaal goed loopt. Zij maakt zich hierover ook zorgen. Maar op dit moment wil ze graag hulp en advies om haar studie kunnen blijven volgen en zoekt naar flexibiliteit van de opleiding. Zij informeert naar het beleid voor studenten met een beperking en contractonderwijs, maar zij krijgt te horen dat zij daar geen gebruik van kan maken omdat zij niet tot die doelgroep behoort. Zij besluit om met de studie te stoppen. Ze is wel van plan om volgend jaar opnieuw met haar studie verder te gaan als de situatie dat toelaat.
Casus 17 S. is naar ons doorverwezen door haar decaan. S. is moeder van vier kinderen, waarvan drie uit een vorige relatie. Haar geschiedenis is er een van veel mishandeling 12
door haar tweede echtgenoot. Door de mishandelingen heeft S. een PostTraumatischeStressStoornis ontwikkeld. Hierdoor was zij niet in staat alleen voor haar kinderen te zorgen en wonen die sinds twee jaar bij haar eigen ouders. Alhoewel zij nog regelmatig door haar ex wordt lastig gevallen gaat het erg goed met haar. Zij heeft haar propedeuse behaald en de kinderen zijn nu overdag bij haar en slapen alleen doordeweeks nog bij haar ouders. Ook haar ouders zelf zien enorme vooruitgang en zijn tevreden met de situatie. Zij heeft een scheiding aangevraagd maar dat wil haar ex niet. Wel moet zij de echtelijke woning verlaten en is verwikkeld in allerlei juridische zaken. Zij overweegt om over te stappen naar een deeltijdstudie omdat zij denkt dat dit beter te combineren is met haar situatie. Maar de opleiding eist dat zij een betaalde stage gaat doen, maar die kan zij maar niet vinden. S. heeft een enorme drijfkracht en is zo vastberaden om te voorkomen, dat zij haar studie moet beëindigen door de situatie. Haar studie haar is haar enige houvast en biedt perspectief, het is haar sleutel tot een betere toekomst voor haar en haar kinderen, maar weet op dit moment niet hoe zij haar opleiding kan voortzetten.
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
Casus 18 D. is een alleenstaande moeder van vier kinderen van 4, 7, 13, 17 jaar oud. D. wil haar HBO-opleiding Maatschappelijk Werk en Dienstverlening weer vervolgen, maar redt dit financieel niet. D. heeft destijds eerst SJD gedaan en daarna 1 jaar MWD. Maar ze is in het laatste kwartaal gestopt, omdat ze het financieel niet kon bolwerken. Doordat ze haar Collegeld en boeken moest betalen hield ze te weinig geld over voor de vaste lasten en liep ze achterstand op bij de woningbouwvereniging. Ze heeft deze achterstand inmiddels ingelopen. Ze leefde van een UWV uitkering en liep tegelijk een stage van 40 uur per week tegen een stagevergoeding van 89 euro per maand. Het UWV ging akkoord met haar studie, mits ze ook solliciteert. Ze kan wel van de UWV uitkering rondkomen, maar kan daarmee het Collegeld en de benodigde studieboeken niet betalen.
Casus 19 S. is moeder van een zoontje van twee jaar oud. Ze laat weten dat ze weinig contact heeft met zijn vader en dat ze er wat de zorg betreft alleen voorstaat. Naar eigen zeggen redden ze het prima met zijn tweetjes. Het kind heeft het erg naar zijn zin op de Kinderopvang. Ze geeft aan dat ze hem veel structuur biedt en dit ook belangrijk vindt. Hij gaat elke avond op tijd naar bed, waardoor ze s-avonds tijd heeft om te studeren. S. heeft moeite met het betalen van haar collegegeld en komt moeilijk rond. Zij heeft van klasgenoten gehoord dat wij mogelijkheden bieden om een fonds aan te schrijven voor de kosten van het collegegeld. Ze heeft de eerste termijn van het Collegegeld wel betaald, maar was hierdoor niet in staat om haar huur te betalen. Voorheen werkte S. 16 tot 20 uur, maar ze is hiermee gestopt omdat ze constant moe was, wat van grote invloed was op haar zorg voor haar zoontje en studievoortgang. Ze vindt het financieel wel zwaar nu ze niet meer werkt. S. gaat in december nog 2 weken bij TNT werken, zodat ze haar huurachterstand kan inlopen. S. heeft voorheen de MBO opleiding International Business gevolgd. Hierna heeft ze de HBO opleiding IBMS gevolgd, maar hier is ze na 4 maanden mee gestopt, omdat ze de theorie te veel en te saai vond. S. heeft vervolgens de opleiding HBO MER gedaan, via een speciale route waarbij de opleiding in drie jaar te volgen is. De kosten per jaar zijn echter het dubbele van de reguliere HBO opleidingen. S. liet weten dat ze het een slechte opleiding vond en dat ze er ook achter is gekomen dat anderen dit ook vinden. Ze is er daarom na 6 maanden mee opgehouden. Ze was bang geen werk te zullen vinden als ze met deze opleiding klaar was. S. volgt nu de HBO opleiding Personeel & Arbeid en ze laat weten dat ze haar P behaald heeft. De financiële situa-
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
13
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
tie van S. is met behulp van het Steunpunt volledig geanalyseerd en er zijn geen mogelijkheden om gebruik te maken van voorliggende voorzieningen. Het Steunpunt heeft onderzocht, of zij in aanmerking kan komen voor een van de externe studiefondsen gezien het feit dat dit haar derde studie is. Er is met succes een fonds aangeschreven; een financiële vergoeding wordt door een studiefonds rechtstreeks aan de instelling overgemaakt. Hetgeen wat S. zelf had overgemaakt aan de instelling wordt door de instelling verrekend en terug gestort aan S. Het studiefonds heeft laten weten dat S. voor aankomend studiejaar wederom een beroep kan doen op het fonds. S. is voor een vervolg afspraak bij het Steunpunt langs geweest. Ze laat weten dat het goed met haar gaat. Ze heeft goede cijfers behaald en is nu op zoek naar een stageplek. Echter, zij kan maar geen geschikte stageplaats vinden. Zij vraagt zich af of ze juist wel of juist niet moet melden dat zij een kind heeft. Omdat zij geen geschikte stageplaats heeft, voldoet ze op dit moment niet aan de opleidingseisen en is bang dat zij te veel studievertraging op loopt.
Casus 20 S. komt uit het Caribisch gebied en volgt hier in Nederland een HBO opleiding. S. 14
kwam langs bij het Steunpunt omdat zij naar eigen zeggen moeite heeft een balans te vinden in de combinatie studie en gezin. S. laat bij binnenkomst weten dat ze het moeilijk vind om over zichzelf te praten, dit komt doordat er in het verleden vaak misbruik is gemaakt van haar vertrouwen. S. zal niet snel iemand in vertrouwen nemen als ze ergens mee zit en kan er dus met bijna niemand over praten. S. is moeder van een dochtertje van anderhalf jaar oud. Haar dochtertje is erg actief, vertelt ze. Haar man studeert ook voltijd en helpt niet veel in het huishouden. Zij heeft het gevoel dat alles haar teveel wordt als ze zo doorgaat. Ze laat weten dat ze geen ontspanning heeft. S. heeft een jaar studievertraging opgelopen doordat ze veel ziek was tijdens haar zwangerschap. Ze was erg misselijk en had een gevaarlijk hoge bloeddruk. Ze moest van de huisarts bedrust houden. S. is in 2003 naar Nederland gekomen. Ze is toen begonnen met de HBO opleiding Commerciële economie, maar heeft haar P niet behaald. Ze had wel de benodigde studiepunten. Ook op financieel gebied heeft S. moeite met alle eindjes aan elkaar te knopen, haar vriend studeert immers ook voltijd en zij hebben om die reden ook geen recht op de partnertoeslag noch de eenoudertoeslag en leven samen van een studiebeurs. Het Steunpunt heeft haar geadviseerd om afspraken te gaan maken met haar vriend wie wat kan doen in huis om zodoende de zorg en huishoud taken eerlijk te kunnen
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
verdelen. Er is haar geadviseerd hoe zij dit kan doen en dat heeft gewerkt, Om meer rust te creëren en structuur aan te kunnen brengen in haar situatie heeft het Steunpunt een voorbeeld van een huishoud en studie planner met haar ingevuld toegepast op haar situatie. Dit gaat nu veel beter maar S. geeft aan het nog steeds enorm zwaar te vinden. Financieel is het nog steeds moeilijk, omdat zij en haar vriend samen zijn komen zij niet in aanmerking voor een particulier studiefonds en omdat zij beiden voltijd studeren met wisselende studieroosters is het lastig om daarnaast erbij te werken. S. overweegt om die reden haar studie om te zetten in deeltijd, maar loopt dan tegen het feit aan dat zij dan helemaal geen recht meer heeft op studiefinanciering. Een deeltijd studie kan zij niet bekostigen. S. overweegt nu om al dan niet tijdelijk met de studie te stoppen maar tegelijkertijd solliciteert zij ook, desondanks zij het net een stukje rust in de zware belasting van gezin, studie en huishouden is gaan ervaren.
Casus 20 Financiële situatieschets alleenstaande moeder In de meeste casussen spelen de financiën een grote rol. Hieronder is dat door een alleenstaande studerende moeder overzichtelijk op een rij gezet. Het laat goed zien hoe men de eindjes aan elkaar moet knopen. Dat geldt voor de meeste studerende moeders die bij het Steunpunt komen. C. (27jaar) zit in het 2e jaar van de HBO-opleiding Cultureel Maatschappelijke Vorming (CMV). Zij woont op een driekamer-etage. Zij is een alleenstaande moeder van J. (4 jr) en S. (2 jr). De kinderen gaan vijf dagen per week naar de buitenschoolse opvang/BSO (J), respectievelijk het kinderdagverblijf (S). De opvang is van 7.30-18.00 uur. C. heeft ruim een uur reistijd nodig tussen opvang en school. Zij redt het net niet om op 8.30 uur in de les aanwezig te zijn. Om op die tijd in de les te kunnen zitten, heeft zij eigenlijk ook voorschoolse opvang nodig. Voor de voorschoolse opvang die op 6.30 uur start, bestaat nog een wachtlijst van ruim 8 maanden. Om alle lessen te kunnen volgen die ook in avonduren tot 19.00 uur ingeroosterd worden heeft C. eigenlijk ook verlengde opvang nodig, maar dat kan deze kinderopvang niet bieden, zoals de meeste kinderopvangorganisaties in Nederland. Indien deze opvangmogelijkheden er wel zouden zijn, zouden de kinderen 5 dagen in de week van 6.30- 20.15 uur op de opvang verblijven.
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
15
Zwartboek studerende moeders
Mei 2011
INKOMSTEN Studiefinanciering, bestaande uit: •
uitwonenden beurs
€
266,23
•
éénoudertoeslag
€
445,93
€
239,08
• maximale aanvullende beurs Subtotaal studiefinanciering
€
951,24
Subtotaal toeslagen
€
2.385,60
Totaal maandinkomen (toeslagen +sf)
€
3.336,84
€
3.227,53
€
109,31
Toeslagen: •
Zorgtoeslag
€
61,00
•
kinderbijslag (berekend per maand)
€
129,99
•
kindgebonden budget
€
110,00
•
Huurtoeslag
€
294,00
•
Kinderopvangtoeslag
€ 1.468,27
•
Gem. tegemoetkoming kosten kinderopvang
€
322,34
UITGAVEN Totale kinderopvang (BSO en kinderdagverblijf)
€ 1.933,70
(Eigen bijdrage is dus €143,09 aan kinderopvang) 16
TMO (“tussen de middag opvang”)
€
46,64
Huur Electra + water & gas
€ €
559,26 145,00
Abonnement internet, telefonie, tv kabel
€
65,45
Zorgkostenverzekering
€
113,44
Collegegeld
€
167,20
Inboedel + WA verzekering
€
10,65
Uitvaartverzekering Mobiel abonnement (belbundel + telefoon)
€ €
8,65 23,80
Spaarrekening kinderen Eigen ouderbijdrage obs (kosten p. mnd.)
€ €
20,00 3,75
Kinderbijslag Totaal uitgaven per maand
€
129,99
Totaal netto besteedbaar maandinkomen
Toelichting bij situatieschets alleenstaande studerende moeder 1. Inkomensopbouw - de éénoudertoeslag is een extra toeslag bedoeld voor het onderhoud van je kind/
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
Zwartboek studerende moeders
Mei 2011
eren, maar is wel een onderdeel van die basis- en prestatiebeurs. Dit laatste houdt in dat, wanneer je langer over je studie doet, je ook de éénoudertoeslag moet terug betalen. - de aanvullende beurs is afhankelijk van de hoogte van het inkomen van de ouders van de studerende moeder. In dit geval zijn haar ouders buiten beschouwing gelaten en heeft zij recht op een volledige aanvullende beurs. Heeft de student geen recht op de maximale aanvullende beurs, dan kan zij wel meer lenen, met rente uiteraard. Er zijn veel studerende moeders waarvan de ouders niet buiten beschouwing gelaten kunnen worden, maar die financieel geen beroep op de ouders kunnen doen en zodoende genoodzaakt zijn meer te lenen. - Daarnaast heeft de student de (keuze)mogelijkheid om extra geld te lenen (rentedragend). Ook kan gekozen worden voor een collegegeldkrediet (eveneens rentedragend). Het Ministerie van OCW telt al deze mogelijke inkomensbronnen bij elkaar op en verklaart hiermee dat een alleenstaande studerende moeder boven bijstandsniveau uitkomt. Uit deze praktijkverhalen blijkt echter dat er voor een alleenstaande studerende moeder eigenlijk sprake is van een keuze. Wil zij haar studie kunnen bekostigen en rond kunnen komen op bijstandsniveau, dan is zij genoodzaakt om extra bij te lenen. Gezien haar voltijd studie en zorgverplichting is het voor een alleenstaande studerende moeder over het algemeen niet haalbaar om dit inkomen aan te vullen vanuit een bijbaantje. De week heeft immers 7 dagen, kinderen vragen om aandacht en opvoeding en de studie vereist ook nog eens zelfstudie naast het volgen van 5 les/ collegedagen. Een HBO-studie staat immers gelijk aan een 40-urige of fulltime werkweek. 2. Kinderopvang De eigen bijdrage aan de kinderopvangkosten verschilt per studerende moeder. Hoe hoog de eigen bijdrage is aan de kinderopvangkosten, hangt o.a. af van de gekozen kinderopvangorganisatie. Iedere organisatie hanteert zo zijn eigen tarieven. De gemeente vergoed het werkgeversgedeelte, dat is 16,67% van de totale opvangkosten per kind per maand, mits zij aan de doelgroepen categorie voldoet van betreffende gemeente. Het komt regelmatig voor zoals men in de praktijkverhalen kan lezen dat de gemeente er maanden over doet om de tegemoetkoming toe te kennen of over te maken, met vervelende (financiële) gevolgen van dien. Ook komt het voor dat een studerende moeder helemaal niet in aanmerking komt voor de tegemoetkoming eigen bijdrage in de kinderopvangkosten, omdat zij niet tot de doelgroepen van de betreffende gemeente behoort. In dat geval zijn de kosten niet alleen hoger maar ook volledig voor eigen rekening. Wat betreft de kinderopvangtoeslag vanuit de Belastingdienst: Het kabinet heeft het uurtarief op basis waarvan de kinderopvangtoeslag wordt berekend bevroren op
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
17
Zwartboek studerende moeders
Mei 2011
een vast bedrag van € 6,25 per uur voor opvang in een kinderdagverblijf en € 5,82 voor buitenschoolse opvang. Als een opvanginstelling een hoger uurtarief rekent, moet men boven deze bedragen alles zelf betalen. Voor TMO: Tussen de middag opvang of ook wel tussenschoolse opvang genoemd, bestaat geen mogelijkheid voor kinderopvangtoeslag, maar is wel noodzakelijk om af te nemen indien de ouder wil kunnen werken en of studeren. Begroting van de berekening kinderopvangkosten: Kind 1: uurtarief BSO: € 6,10 p.u. Voor 5 dagen in de week. Totaal 100 uur per maand. Opvangkosten per maand: € 610,Kind 2: uurtarief Kinderdagverblijf: € 6,10 p.u. Voor 5 dagen in de week. Totaal 217 uur per maand. Opvangkosten per maand: € 1.323,70 Totaal opvangkosten per maand: € 1.933,70. Kinderopvangtoeslag van de belastingdienst per maand, voor kind 1: € 470,64. Kinderopvangtoeslag van de belastingdienst per maand, voor kind 2: € 997,63. Totale kinderopvangtoeslag per maand: € 1.468,27 Kinderopvangkosten minus de kinderopvangtoeslag: per maand Kind 1: € 610,00 – € 479,64 = € 139,36 Kind 2: € 1.323,70 - € 997,63 = € 326,07 18
Totaal: € 1.933,70 - € 1.468,27 = € 465,43 Tegemoetkoming in de kinderopvangkosten vanuit de gemeente, omdat er geen werkgeversgedeelte is. De gemeente vergoedt 16,67 % per kind van de totale kosten aan opvang per kind, dat is dus voor kind 1 16.67 % x € 610-= € 101,68, voor kind 2 16,67 % x € 1.323,70-= € 220,66. In totaal een vergoeding van € 322,34. Dus : Totale kinderopvangkosten
€
1.933,70
Totale kinderopvangtoeslag
€
1.468,27 -
Totale tegemoetkoming kinderopvang kosten gemeente
€
322,34 -
Totaal aan eigen bijdrage te betalen:
€
143,09
Het Steunpunt ziet dat een bedrag van € 150,- ongeveer het gemiddelde is wat studerende alleenstaande moeders per maand betalen aan eigen bijdrage aan kinderopvangkosten.
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
Zwartboek studerende moeders
Mei 2011
3. Vakantiegeld, bijzondere bijstand e.d. Een studerende moeder heeft verder geen recht op vakantiegeld, en kan geen aanspraak doen op bijzondere bijstand noch aan aanvulling vanuit sociale zaken omdat zij tot de doelgroep studenten behoort. Ook niet in het geval als zij eenmalig een hoge uitgave moet doen aan bijvoorbeeld een kapotte wasmachine. Uit deze berekening valt op te maken dat er vrijwel geen ruimte is om hiervoor reserves op te bouwen. Ook komt het voor dat alleenstaande studerende moeders niet in aanmerking komen voor een bijdrage vanuit sociale zaken voor sport en cultuur, indien het kind bijvoorbeeld naar zwemles zou willen. Ten tijde van de studie is het vaak voor studerende alleenstaande ouders daardoor onmogelijk om het kind te laten deelnemen aan sportactiviteiten. Ook kan de studerende alleenstaande moeder niet aanmerking komen voor een vergoeding vanuit sociale zaken voor de jaarlijkse eigen bijdrage en of de basisschoolkosten. Komt zij vanuit deze situatie toch terecht in een uitkeringsituatie in het kader van de WWB dan mag zij niet meer met behoud van de uitkering op HBO niveau studeren. Daarnaast kan een studerende moeder omdat zij tot de doelgroep studenten behoort geen aanspraak maken op de voedselbank of de verjaardagdoos voor de kinderen. Tenslotte betekent lenen geen kwijtschelding gemeentelijke belastingen en zuiveringsheffingen, omdat gemeenten dit bedrag in tegenstelling tot de belastingdienst als inkomen zien. Ook komt een alleenstaande studerende moeder die extra leent of de collegegeldkrediet ontvangt van DUO - IB-groep, niet aanmerking voor kwijtschelding van de gemeentelijke belastingen en de zuiveringsheffing, omdat deze leningen meeberekend worden als inkomen! De gemeente Boskoop kent zelfs helemaal geen kwijtschelding. Voor een alleenstaande studerende moeder met 2 kinderen, die De bedragen zijn per jaar ongeveer € 263,60 aan gemeentelijke belasting en € 150,75 voor de zuiveringsheffingen (1 moeder met 2 kinderen). Hier ontvangt het Steunpunt veel klachten over. Uit dit praktijkverhaal mag duidelijk zijn dat alleenstaande studerende moeders weinig tot geen keuzevrijheid ervaren in het wel of niet aangaan van een extra lening. Zij zijn vaak genoodzaakt om naast de gewone prestatiebeurs bij DUO – IBGroep de extra lening van maximaal € 287,84 en of het collegegeldkrediet af te sluiten van € 139,33 per maand. Een bijbaan is immers vanwege de fulltime studie en zorg voor kinderen over het algemeen niet haalbaar. Gezien de normen voor een alleenstaande ouder met kinderen jonger dan 65 jaar volgens www.svhw.nl à € 1.182,47, komen diegenen die extra lenen niet in aanmerking voor kwijtschelding van genoemde belastingen.
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
19
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
Het mag duidelijk zijn dat onder deze groep vrouwen/alleenstaande studerende moeders niet alleen méér geleend moet worden, maar dat deze vrouwen ook met hogere studieschulden belast worden en dus ook langer bezig zijn met afbetalen dan studenten zonder kinderen.
20
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
Mei 2011
Zwartboek studerende moeders
Tot slot Niet in alle gevallen kan het Steunpunt bijdragen aan een oplossing. Dit heeft dan te maken met het feit dat de oorzaak van problemen vaak te maken heeft met hoe wet en regelgeving in elkaar zit en hoe deze elkaar kunnen doorkruisen of overlappen. Desalniettemin heeft het Steunpunt deze mensen bijgestaan in het meedenken en onderzoeken van mogelijke oplossingen, is er gezocht naar informatie of is er bemiddeld met kinderdagcentra of opleidingen. Ook is geholpen bij het onderzoeken van particuliere fondsmogelijkheden en zijn er ondersteunende verklaringen bij aanvragen ingesloten, nadat elke situatie grondig is geanalyseerd. Negen van de tien van deze aanvragen zijn gehonoreerd. Ook hebben we bijgedragen van het op gang brengen van een bewustwordingsproces bij onderwijsinstellingen. En hebben we diverse workshops bij onderwijsinstellingen en gemeenten gegeven om zodoende zo veel mogelijk expertise te kunnen delen, ten einde het studiesucces onder de groep studenten met kinderen te vergroten en het voorkomen van vroegtijdige uitval en vertraging. Er ontbreekt een adequaat beleid, terwijl er voor studenten met een beperking en topsport studenten wel beleid bestaat en faciliteiten geboden kunnen worden, zoals flexibiliteit bij het afleggen van tentamens op andere momenten, flexibilisering van de aanwezigheidsplicht en aanpassingen in de studieroosters om beter aan te sluiten op de situatie van de student. Het Europees Parlement heeft eerder al alle lidstaten opgeroepen een regelgevend kader te maken om studie en zorg voor kinderen met elkaar te kunnen verzoenen. Het Steunpunt is in Nederland de eerste die aan deze oproep gehoor geeft. Dit kabinet wil enerzijds voorkomen dat talent verloren gaat en heeft vroegtijdige studie-uitval hoog op de agenda staan. Anderzijds wil de overheid meer vrouwen aan het werk en aan de top zien, maar tegelijkertijd ook dat zij op jongere leeftijd kinderen krijgen, het liefst dan ook nog zo veel mogelijk, vanwege de vergrijzing en de medische risico's die toenemen na het 30e levensjaar van de vrouw. Daar komt bij dat de kenniseconomie in het algemeen staat te springen om hoger opgeleiden. Het Steunpunt draagt hier juist aan bij. Al deze plannen onderschrijven dus het belang van het bestaan van het Steunpunt en de noodzaak van een regelgevend kader dan wel een herinrichting van ons onderwijssysteem wat wel is toegespitst op studenten met kinderen. Het Steunpunt Studerende Moeders doet dan ook wat zij kan, een ding is zeker, als wij niets doen, zou niemand iets doen…….
Stichting Steunpunt Studerende Moeders ©
21