Zonvisie Amsterdam
Burgers en bedrijven gaan voor de zon!
Zonvisie Amsterdam Burgers en bedrijven gaan voor de zon! concept, mei 2013
Met medewerking van Tjeerd Stam, Frank Diependaal, Christine van ‘t Hull Vormgeving Eva Mora Martinez, Bart de Vries Fotografie Edwin van Eis, Alphons Nieuwenhuis, Martin van Welzen, Tjeerd Stam, Kees Stuip, Rene Vonk, E. Scheele, Wim Salis, Guus Lambalk, Kies Zon, Joost de Valk. Er is met grootst mogelijke zorgvuldigheid geprobeerd om alle fotografen te vermelden. Mocht er onverhoopt toch een fotograaf zijn vergeten, neem dan contact op met programmabureau Klimaat en Energie.
Meer weten? Programmabureau Klimaat en Energie 020 255 1509 http://www.amsterdam.nl/zon
Zonvisie Amsterdam
Inhoud 1. Inleiding 1.1 1.2 1.3
De Energietransitie: meer duurzame energie De rol voor zonne-energie Een Amsterdamse doelstelling voor zonne-energie
2.
Afbakening, opzet en leeswijzer
2.1 Afbakening 2.2 Input uit de stad 2.3 Leeswijzer
3.
Context: Ontwikkelingen zonne-energiesector
3.1 Geïnstalleerd vermogen 3.2 Prijsontwikkelingen 3.3 Toekomstige ontwikkelingen in Nederland 3.4 Technologische ontwikkelingen zonne-energie
4.
Zon in Amsterdam: de ambitie
4.1 4.2 4.3
Daken en doelgroepen Zon past bij de stad en haar opgave De ambitie in cijfers
5.
Visie: Acht actielijnen naar meer zon in Amsterdam
5.1 Voorbeelden, zichtbaarheid en inspiratie 5.2 Ontzorgen en betere informatie over zonne-energie 5.3 Ruimte voor zonne-energieprojecten van bewoners en bedrijven 5.4 Beïnvloeden van Rijksregelgeving 5.5 Hulp bij financiering 5.6 Daken van woningcorporaties benutten 5.7 Erfgoed en zon combineren 5.8 Icoonprojecten in de stad 5.9 Actiematrix
6.
Organisatie van de uitvoering
6 6 8 10
13 13 14 15
17 17 17 19 21
22 22 24 28
31 32 34 36 41 43 45 47 48 50
52
Bijlage 1 Belemmeringen: waar liggen de uitdagingen?
54
Bijlage 2 Typering en geconsulteerde stakeholders
58
Bijlage 3 Activiteiten korte termijn (2013-2014)
60
3
4
Zonvisie Amsterdam
Fictieve weergave van de Amsterdamse zondoelstelling
2012 - 8-10 MW
2020 - 160 MW
Zonvisie Amsterdam
De Amsterdamse Zonvisie in het kort: burgers en bedrijven investeren in zon Amsterdam voorziet in 2040 zoveel mogelijk in haar eigen duurzame energie. Zo is afgesproken in Structuurvisie Amsterdam 2040: economisch sterk en duurzaam, die in februari 2011 door de Amsterdamse gemeenteraad is aangenomen. Een groot aandeel zelf opgewekte, duurzame energie, houdt elektriciteit betaalbaar voor Amsterdamse huishoudens en bedrijven en is bovendien goed voor de Amsterdamse economische structuur. Duurzame energie levert een stevige bijdrage aan de Amsterdamse energietransitie, mits de inzet op energiebesparing en efficiënter gebruik van fossiele energie vol wordt doorgezet. Zonne-energie kan hier een aanzienlijke bijdrage aan leveren. De stad heeft alleen al aan geschikt dakoppervlak zo’n 11 vierkante kilometer tot haar beschikking: een potentieel van 1300 MW aan zonnesystemen, genoeg om 330 duizend Amsterdamse huishoudens van betaalbare en duurzame lokale stroom te voorzien. Zonne-energie is een vorm van energieopwekking die burgers en bedrijven gemakkelijk zelf kunnen realiseren en heeft bovendien een positief imago bij deze doelgroepen. De gemeente Amsterdam wil opwekking van duurzame energie binnen de gemeentegrenzen sterk bevorderen. De stad gebruikt veel energie en dient daarom haar verantwoordelijkheid te nemen door ook in Amsterdam manieren te vinden om energie op te wekken. Bovendien is de stad daardoor minder afhankelijk van fossiele brandstoffen, maar ook van internationale energieleveranciers. Naast de winning van bijvoorbeeld windenergie is ook de opwekking van zonne-energie zeer goed in te passen in Amsterdam. De doelstelling is om in 2020 160 MW op te wekken, voor 2040 is het streefcijfer 1000 MW. Het behalen van deze doelstelling hangt af van het aantal zonnesysteem dat wordt aangelegd door burgers en bedrijven. De gemeente heeft hierbij een bescheiden rol, maar kan wel helpen. Amsterdam gaat burgers en bedrijven in staat stellen hun eigen zonne-energieproject te realiseren op hun eigen dak, het gezamenlijke dak van hun Vereniging van Eigenaren, of op een geschikt dakoppervlak elders in de stad, zoals dat van scholen, braakliggende kavels, gemeentedaken, daken van bedrijven. Zij doet dit door uitvoering van onderstaande acht actielijnen: #1. Burgers en bedrijven te inspireren door de mogelijkheden van zonne-energie duidelijk en zichtbaar te maken; #2. Burgers en bedrijven beter te informeren over de mogelijkheden van zonne-energie en hen actief te helpen om een eigen zonnesysteem aan te schaffen; #3. Ruimte te vinden voor zonneprojecten van burgers, coöperaties en bedrijven, bijvoorbeeld op (tijdelijk) braakliggende kavels, de daken van gemeentegebouwen, en daken van bedrijven; #4. Het Rijksbeleid te (blijven) beïnvloeden ten aanzien van de randvoorwaarden voor decentrale en duurzame productie van energie, waaronder zon; #5 Huishoudens, organisaties en bedrijven te helpen met financiering voor hun rendabele zonneprojecten vanuit het Amsterdams Investeringsfonds; #6 Afspraken te maken met woningcorporaties over zonnesystemen op hun daken; #7 Te zorgen dat zonne-energie op een zorgvuldige wijze in onze mooie stad wordt geïntegreerd en zo het draagvlak voor zonne-energie behouden blijft; #8 Te zorgen dat er iconische zonprojecten in de stad ontstaan op beeldbepalende typisch Amsterdamse locaties
5
6
Zonvisie Amsterdam
Zonne-energie is mogelijk maar moet voldoen aan welstandseisen en regels voor beschermde stadsgezichten en monumenten.
1. Inleiding 1.1
De Energietransitie: meer duurzame energie
Amsterdam wil in 2040 zoveel mogelijk in haar eigen duurzame energie voorzien. Dit maakt Amsterdam minder afhankelijk van fossiele energie en de prijsschommelingen die de energiemarkt karakteriseert. Amsterdammers en de ondernemers binnen de gemeentegrenzen besteden jaarlijks gezamenlijk ongeveer 1,9 miljard euro aan energiekosten. Dit zijn terugkerende consumptieve bestedingen van gezinnen en bedrijven en overheid. Door in energiebesparing en lokale energieproductie te investeren, neemt deze terugkerende uitgave voor energie af en kan de lokale economie structureel worden versterkt.
Het lokaal produceren van duurzame energie is bovendien een belangrijke schakel in het verlagen van de Amsterdamse CO2-uitstoot: Amsterdam streeft een CO2-reductie na van 40 procent in 2025, ten opzichte van de uitstoot in 1990. Zonne energie is een van de energiebronnen die binnen een stad als Amsterdam gebruikt kunnen worden om lokaal duurzame energie te produceren en zo de uitstoot van CO2 te reduceren. In de Amsterdamse Energiestrategie Amsterdam 2040 (2011) is te lezen wat er allemaal nodig is om de Amsterdamse CO2-doelstelling te realiseren: energiebesparing bij huishoudens en bedrijven, efficiënt gebruik van restwarmte én het inzetten van alle beschikbare duurzame bronnen.
Zonvisie Amsterdam
De volgende technologieën bieden de mogelijkheid om lokaal duurzame energie te produceren: Biomassa, biobrandstoffen en biogas (onder meer bij het Afvalenergiebedrijf, bij Waternet, in de Hemweg elektriciteitscentrale en bij Biodiesel Amsterdam); Windenergie (er staat nu 67 MW aan windmolens in de Haven; er is een potentieel van 250 MW in 2025, bron: de Amsterdamse Windvisie); Gebruik van duurzame warmte en koude uit stadswarmte en stadskoude infrastructuur gevoed door de Ouderkerkerplas en de Nieuwe Meer;
7
Gebruik van Warmte-koudeopslagsystemen (WKO) voor koeling en verwarming van gebouwen; Geothermie voor de productie van duurzame warmte en elektriciteit; Zonne-energie, zowel photovoltaïsche als thermische;
8
1.2
Zonvisie Amsterdam
De rol voor zonne-energie
Zonne-energie is de afgelopen jaren een steeds interessantere vorm van duurzame energie geworden. De markt voor zonnepanelen werd steeds groter en internationaler wat leidde tot een snelle prijsdaling. Bovendien heeft de techniek rond zonnepanelen niet stil gestaan: de elektriciteitsopbrengst is sterk verbeterd. Door de flink gedaalde prijzen is het voor bedrijven en bewoners steeds aantrekkelijker geworden om in zonnepanelen te investeren. Deze ontwikkeling gaat sneller dan de gemeente Amsterdam in 2011 bij het schrijven van haar Energiestrategie Amsterdam 2040 inschatte. En het einde is nog niet in zicht. De prijsdaling van zonnepanelen leidt tot een enorme toename van het aantal initiatieven en projecten van burgers en bedrijven. Het plaatsen van zonnepanelen is een energiemaatregel die relatief makkelijk is te realiseren door huiseigenaren. De technologie biedt bewoners en bedrijven de mogelijkheid om hun energieverbruik te verduurzamen en zelf te sturen. Dit spreekt veel huiseigenaren en ondernemers aan zo blijkt uit het aantal
initiatieven en projecten met zonne-energie die ontstaan. Dit eigen initiatief van burgers en bedrijven is een belangrijk uitgangspunt van de Amsterdamse Zonvsie. In Nederland was het totale geïnstalleerde vermogen eind 2012 ongeveer 260 MW: 130 MW meer dan een jaar eerder. Dit betekent dat volgens cijfers van het ECN (Energieonderzoek Centrum Nederland) er in Nederland in een jaar tijd evenveel zonnepanelen zijn geplaatst, als in alle jaren daarvoor. De gemeente Amsterdam schat in dat er nu zo’n 8 tot 10 MW is geïnstalleerd in de stad. Voor de gemeente is deze stijgende belangstelling ook een interessante ontwikkeling: het maakt initiatief ‘van onderop’ mogelijk. Alles wijst erop dat deze ontwikkeling waarbij bewoners en ondernemers willen blijven investeren in zonnepanelen, nog wel even doorgaat. Het is dan logisch te veronderstellen dat zonne-energie een grote rol gaat spelen in het energiesysteem van steden, zo ook in Amsterdam.
Zonvisie Amsterdam
Zon op schooldaken In 2011 is het zon op scholenproject opgeleverd. Op de daken van 27 locaties – 21 basisscholen en 6 andere gebouwen – zijn in totaal 2.800 zonnepanelen gemonteerd, op een dakoppervlak van bijna anderhalf voetbalveld. De hiermee opgewekte energie per jaar is vergelijkbaar met het elektriciteitsgebruik van 200 Amsterdamse huishoudens. Basisscholen zijn niet alleen vanwege hun grote daken geschikt voor het opwekken van zonne-energie, ook de combinatie van educatie en zonne-energie spreekt tot de verbeelding. Het project zorgt er voor dat duurzame energie zichtbaar wordt voor de ongeveer 4.800 betrokken leerlingen, hun ouders en de buurt waarin zij wonen. Op alle locaties hangt een informatiepaneel met de actuele opbrengst. Ook besteden de scholen aandacht aan zonne-energie in de lessen.
Opening project ‘Zon op Scholen’ 27 basisscholen kregen een zonnesysteem (2011)
9
10
Zonvisie Amsterdam
1.3
Een Amsterdamse doelstelling voor zonne-energie
Amsterdam zet in op 160 Megawatt (MW) aan zonnepanelen in 2020. Dat is zestien keer zoveel zonnestroom als dat er nu wordt opgewekt. Deze doelstelling wordt alleen behaald als burgers en bedrijven op grote schaal in zonnesystemen investeren. Het doel is om in 2040 zeker 1000 MW op te wekken. Dit is genoeg voor respectievelijk 45.000 en 270.000 Amsterdamse huishoudens. Bovendien is dit in CO2-uitstoot een reductie van 80 kton/ jaar in 2020 en 500 kton/jaar in 2040. 500 kton/jaar (10% van de huidige Amsterdamse CO2-uitstoot) staat gelijk aan ruim de helft van de huidige CO2-uitstoot van het wegverkeer in Amsterdam. Hiermee levert zonne-energie een substantiële bijdrage aan het Amsterdamse klimaat- en energiebeleid. Het aandeel van zonne-energie aan de Amsterdamse energievoorziening wordt automatisch groter als Amsterdam er in slaagt haar absolute energieverbruik terug te dringen door energiebesparings- en efficiëntie maatregelen. De ontwikkelingen in de zonneenergiesector bieden de gemeente
Amsterdam kansen, maar stelt haar ook voor vragen. Waar liggen de kansen? Waar ervaren Amsterdammers en bedrijven belemmeringen om in zonnestroom te investeren? En welke vruchtbare voorwaarden kan de gemeente scheppen voor zonne-energieprojecten van burgers en bedrijven? Amsterdam wil bewoners en bedrijven in staat stellen om zelf duurzame energie te produceren. In de Zonvisie beschrijft de gemeente Amsterdam op welke manier zonne-energie is in te passen in de energievoorziening van de stad en op welke wijze zij Amsterdammers en ondernemers maximaal wil laten profiteren van de kansen die zonne-energie biedt. Zonne-energie in de stad zal namelijk alleen een vlucht nemen als deze Amsterdammers en ondernemers op grote schaal in een eigen zonnesysteem investeren. De Zonvisie presenteert acht samenhangende actielijnen die in de komende jaren worden uitgevoerd.
Zonvisie Amsterdam
Zonnepanelen (45kW) op VvE Nieuwe Kerkstraat. Onderdeel van het ‘Zon op VvE’ project. (zie pag. 40)
11
12
Zonvisie Amsterdam
Zonvisie Amsterdam
2.
13
Afbakening, opzet en leeswijzer
2.1 Afbakening Zonne-energie kent verschillende verschijningsvormen. Grofweg kan onderscheid worden gemaakt in zonnepanelen – oftewel photovoltaïsche (PV) systemen waarmee elektriciteit wordt geproduceerd – en zonneboilers waarmee gebouwen en tapwater verwarmd worden. Zonneboilers vormen daarmee een aanvulling op de duurzame warmteopties die Amsterdam al geruime tijd kent: stadsverwarming en Warmte-koudeopslag (WKO). De Zonvisie richt zich op zonnepanelen (PV) aangezien: Zonnepanelen zich het gemakkelijkst laat inpassen in de stad en zichzelf meestal sneller terugverdienen dan zonneboilers; Het merendeel van de initiatieven van bewoners en bedrijven betrekking heeft op zonnepanelen; Elektriciteitsgebruik al meerdere jaren een stijging laat zien, en warmtegebruik gestaag afneemt door betere isolatie en alternatieve, duurzame warmtebronnen; De productieketen van elektriciteit per eenheid meer primaire energie verbruikt dan de keten van warmte in huishoudens (aardgas). Schaars dakoppervlak wordt dus bij voorkeur gebruikt voor elektriciteitsproductie, wat dus een verlaging betekent van de benodigde productie door elektriciteitscentrales. De gemeente (Waternet) ontwikkelt beleid voor Duurzame Warmte. Thermische zonneenergie is daar een onderdeel van.
14
Zonvisie Amsterdam
2.2
Input uit de stad
Deze Zonvisie is mede opgesteld op basis van input vanuit de stad. Bewoners, bedrijven en instellingen hebben hun ideeën voor een snelle uitbreiding van zonne-energie in Amsterdam kunnen leveren op de volgende manieren: Meetings (EnergieCafé Zon, Jaarprogrammabijeenkomst Klimaat en Energie, Transition Town bijeenkomst over lokale energie-initiatieven in Pakhuis de Zwijger, Zonvisiebijeenkomst van Klimaat en Energie in het Trouwgebouw). Gesprekken met marktpartijen en experts in de periode zomer 2012 – voorjaar 2013; Een oproep om mee te denken over de Zonvisie via de site www.amsterdam.nl/zon, een nieuwsbriefspecial over de Zonvisie, en sociale media (Twitter, LinkedIn) Dit leidde tot reacties, variërend van het signaleren van een praktisch probleem, een visie op de rol van de gemeente, tot beschrijvingen van ‘droomprojecten’. Daarnaast is bronnenmateriaal verzameld en is onderzoek gedaan naar wat andere gemeenten doen op het gebied van zonne-energie.
Zonvisie Amsterdam
2.3 Leeswijzer De kern van de Zonvisie bestaat uit de acht actielijnen die in hoofdstuk 6 worden gepresenteerd. Deze actielijnen zijn het resultaat van een analyse van: ontwikkelingen in de zonne-sector, kansen en mogelijkheden voor zonne-energie in Amsterdam, en de belemmeringen die hierbij overwonnen moeten worden. In bijlage 1 wordt de analyse weergegeven van de belangrijkste belemmeringen die stakeholders zien voor een opschaling van de hoeveelheid zonne-energie in Amsterdam. Een schets van de ontwikkelingen in de energieen zonsector die relevant zijn voor de ontwikkelingen in Amsterdam is te vinden in hoofdstuk 3. De ambitie van Amsterdam op het gebied van zonne-energie is te lezen in hoofdstuk 4. In hoofdstuk 5 wordt de visie van de gemeente weergegeven op haar rol bij het scheppen van de beste voorwaarden voor deze zonprojecten: hoe gaat de gemeente bijdragen aan de projecten van bewoners en ondernemers? Dit is weergegeven in acht actielijnen voor de komende jaren. In bijlage 1 is de analyse van barrières voor zonneenergie weergegeven. In Bijlage 3 is te lezen welke acties en projectideeën er zijn om op korte termijn, in 2013 en 2014 invulling te geven aan de actielijnen. In de kaders zijn inhoudelijke onderwerpen of projecten nader toegelicht, waaronder ook een overzicht van de activiteiten op het gebied van zonne-energie die nu al door Amsterdam ondernomen worden.
15
16
Zonvisie Amsterdam
Veel daken geschikt voor zonnepanelen In Amsterdam zijn veel daken geschikt voor de plaatsing van zonnepanelen. Een ruwe schatting is dat 50 procent van het dakoppervlak van 22 vierkante kilometer geschikt is voor de plaatsing van zonnepanelen. Stel dat het lukt om dit potentieel van 11 vierkante kilometer volledig te gebruiken voor zonnepanelen, dan levert dat een zonne-installatie die goed is voor van circa 1.300 Megawatt (MW). Dit is ongeveer 150 keer zoveel als de opbrengst van de 2.100 zonnesystemen die nu naar schatting in de stad zijn geïnstalleerd. Deze 2.100 zonnesystemen hebben gezamenlijk een vermogen van zo’n 8 tot 10 MW en produceren genoeg stroom voor ongeveer 2500 Amsterdamse huishoudens; 0,7 procent van het elektriciteitsverbruik van alle huishoudens bij elkaar opgeteld. 1.300 MW aan zonnepanelen levert 1.100 miljoen kWh per jaar op: genoeg elektriciteit om 75 procent van de huishoudens van lokale en duurzame stroom te voorzien. Dit komt overeen met ongeveer 25 procent van het totale elektriciteitsverbruik van de stad. Door deze hoeveelheid duurzame, lokale elektriciteit te produceren voor eigen gebruik zal in Amsterdam jaarlijks de CO2-uitstoot beperken met circa 677 kiloton (kton). Dit is een stevige bijdrage aan de Amsterdamse Klimaaten Energiedoelstelling waarin men heeft gesteld dat in 2025 circa 40 procent minder CO2 moet worden uitgestoten dan in 1990 het geval was. Met een CO2reductiepotentieel van 677 kTon kan zonne-energie een bijdrage leveren van circa 25 procent aan de opgave die er ligt om in 2025 als stad per jaar nog maar 2500 Kton CO2 uit te stoten. De schatting van de geschiktheid van het Amsterdamse dakoppervlak wordt de komende tijd aangescherpt aan de hand van de Zonatlas van Amsterdam. Deze atlas wordt ontwikkeld en laat in één oogopslag zien welke daken geschikt zijn voor het plaatsen van zonnepanelen en het opwekken van zonne-energie. Huiseigenaren kunnen door middel van een eenvoudige rekenmodule snel uitrekenen wat de investering hen zal opleveren. (zie kader ‘Zonatlas Amsterdam’).
Figuur 2 Wereldwijd geïnstalleerd vermogen (EPA, 2013)
Zonvisie Amsterdam
3.
Context: Ontwikkelingen zonne-energiesector
3.1
Geïnstalleerd vermogen
Het wereldwijd geïnstalleerd vermogen aan zonnesystemen was in 2012 circa 100 gigawatt (GW). Dit was 30 GW – 42 procent – meer dan het geïnstalleerd vermogen in 2011, aldus het onafhankelijke onderzoeksinstituut voor duurzame energie ECN (figuur 2). In Nederland was het totale geïnstalleerde vermogen eind 2012 ongeveer 260 MW:
17
in een jaar tijd evenveel zonnepanelen zijn geplaatst, als in alle jaren daarvoor. De gemeente Amsterdam schat in dat er nu zo’n 8 tot 10 MW in de stad is geïnstalleerd. Er is een nationale actieplan Zonnestroom opgesteld door marktpartijen zoals Alliander, Enexis en Holland Solar. Hierin wordt gesteld dat voor 2020 in Nederland 4 GW aan zonnepanelen geïnstalleerd kan zijn. Dit betekent zestien keer zoveel zonne-energiesystemen als nu.
130 MW meer dan een jaar eerder. Dit betekent dat volgens cijfers van het ECN er in Nederland
3.2 Prijsontwikkelingen Diverse zaken maken dat zonnepanelen continu goedkoper worden: De schaalvergroting van de productiecapaciteit van zonnepanelen leidt tot fabrieksprijzendaling; De technologische verbeteringen van panelen en fabricagemethoden levert een grotere opbrengst op per paneel; een hevige concurrentie in de markt tussen fabrikanten en tussen installateurs heeft lagere tarieven tot gevolg. In het verleden heeft iedere verdubbeling van het geproduceerd en geïnstalleerd vermogen aan zonne-energiesystemen geleid tot een
Figuur 3 Effecten van volume en innovatie (Frauenhofer ISE, 2013)
prijsverlaging van 20 procent (zie figuur 3). Vermoedelijk zet deze trend de komende jaren door. Wel fluctueert de prijs sterk als gevolg van kortstondige variaties in vraag en aanbod en is het mogelijk dat de prijsdaling kortstondig stagneert of zelfs weer even oploopt. De sterkere daling van de afgelopen twee jaar is ten kosten gegaan van marges van producenten en tussenhandel en is daarmee mogelijk niet structureel van aard, aldus ECN. De systeemprijs in Nederland is nu een derde van de prijs in 2006. Door deze prijsdaling heeft zonne-energie voor huishoudens in 2011 het moment van ‘grid parity’ bereikt, oftewel de stroom uit eigen zonne-
18
Zonvisie Amsterdam
panelen was goedkoper dan de stroom die een huishouden van het elektriciteitsnet kreeg (zie figuur 4). Door verdergaande prijsdaling zit het moment van ‘grid parity’ * voor grootverbruikers er aan te komen. Wanneer dit zal zijn hangt af van het energieverbruiksprofiel van een grootverbruiker. Hoe hoger het verbruik, hoe lager de stroomprijs en de Energiebelasting die het Rijk heft. Partijen met een verbruik tot circa 50.000 kWh/jaar (schijf 2 Energiebelasting) betalen aanzienlijk meer voor hun stroom dan de partijen die meer dan 50.000 kWh (schijf 3 en hoger) verbruiken. Op dit moment is een investering in een zonnesysteem financieel break-even tot en met schijf 2. Schijf 3 en hoger volgt verder in de tijd (zie figuur 5).
Figuur 4 Vergelijking kosten stroom elektriciteitsnet en uit PV – huishoudens (ECN, 2013) Bron: Bron: Figuur ter beschikking gesteld door S.L. Luxembourg en W.C. Sinke, ECN, 2013
Installatiekosten van zonnepanelen vormen een steeds groter deel van de totale investeringskosten en deze dalen waarschijnlijk niet. Bij grotere zonnesystemen is het aandeel installatiekosten aanmerkelijk kleiner dan bij kleine systemen.
Figuur 5 Vergelijking kosten stroom elektriciteitsnet en uit PV – grootverbruikers (ECN, 2013) Bron: Figuur ter beschikking gesteld door S.L. Luxembourg en W.C. Sinke, ECN, 2013
Zonvisie Amsterdam
3.3
19
Toekomstige ontwikkelingen in Nederland
In Nederland zijn ongeveer 425 zonne-energiebedrijven die zonnesystemen aanbieden en installeren, zo blijkt uit cijfer van polder PV, een onafhankelijke, informatieve website over zonnestroom. Er komen steeds meer initiatieven van burgers, non-profitorganisaties, overheden en commerciële partijen op het gebied van zonne-energie. Dit varieert van het aanbod van nieuwe producten, zoals het leasen van zonnepanelen, advies, gezamenlijke inkoopacties of gezamenlijk projecten, tot financiële producten. De markt wordt gekenmerkt door een heftige prijsconcurrentie. Recente prijsdalingen van zonnepanelen zijn niet alleen het resultaat van structurele prijsdaling, maar ook ten koste gegaan van marges van producenten en installateurs. Het gegroeide aantal zonneprojecten en zonnesystemen én het feit dat zonne-energiesystemen een relatief nieuwe technologie en -sector is, leidt de laatste tijd tot meer discussie over de veiligheid en kwaliteit van systemen en installateurs, zo blijkt onder meer uit recente bevindingen van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. Overheidsbeleid karakteriseert zich door: ad hoc subsidieregelingen voor kleinschalige zonne-energiesystemen, subsidiemogelijkheden via de subsidieregeling duurzame energie van het rijk (SDE+) voor grootschalige zonne-energieprojecten, fiscaal voordeel voor zonne-energiecoöperaties –dit is in voorbereiding – en een stevig debat over salderen –het wel of niet mogen verrekenen van de zelfopgewekte stroom met het eigen verbruik- en andere voorwaarden voor zonne-energieprojecten.
*
De ´grid parity´ curves zijn gebaseerd op de
volgende aannames: 25 jaar economische levensduur panelen, 15 jaar afschrijving met rente 3,2% (huishoudens) en 7,8% (bedrijven), een opbrengst van 900-935 kWh/kWp, uitgangsniveaus turn key kosten 2012: €2/Wp incl BTW (huishoudens) en €1,25/Wp (bedrijven) en zijn inclusief onderhoud en vervanging. De projectie van de elektriciteitsprijzen zijn afkomstig uit: Referentieraming Energie en Emissies: Actualisatie 2012, 2020 en 2030, ECN-E—12-039.
20
Zonvisie Amsterdam
Meerderheid Nederlanders wil zelf energie opwekken Ruim de helft van de Nederlanders vindt dat zonnepanelen standaard moeten worden geplaatst bij nieuwe gebouwen. Dit blijkt uit cijfers van energieleverancier Eneco. Nederlanders zouden het liefst voor duurzame energie in de vorm van zonnepanelen kiezen omdat het goed is voor het milieu, het financieel rendement oplevert en omdat consumenten zo minder afhankelijk zijn van een energieleverancier. Ruim tweederde van de Nederlanders vindt dat over tien jaar ruim de helft van alle opgewekte energie uit duurzame bronnen moet komen. Op dit moment heeft ongeveer drie procent van de Nederlanders al zonnepanelen op het eigen dak. Van de Nederlanders die dit niet hebben, staat ruim de helft er voor open. Onder Nederlanders zonder eigen dak, zoals flat- of appartementbewoners, is dit zelfs nog hoger: bijna tweederde zou zonnepanelen op het gemeenschappelijke dak willen hebben. Bron: Ipsos Synovate, onderzoek in opdracht van Eneco augustus 2012
Zonvisie Amsterdam
3.4
21
Technologische ontwikkelingen zonne-energie
De volgende zonne-energietechnologieën zijn er nu commercieel te verkrijgen op de markt: Mono- en multi-kristalijne pv-modules. De bekendste verschijningsvorm van zonnesystemen is de blauwe of zwarte mono en multi-kristalijne pvmodule, gemaakt van silicium. 85 procent van de gebruikte zonnepanelen is van dit soort. Dit type zonnepaneel is op dit moment het goedkoopste en heeft een rendement van 14 tot 21 procent. Dunne film technologieën. Omvat 14 procent van de markt. Het bestaat uit silicium, CIGS, of cadmiumtelluride dat in een dunne film is aangebracht op een oppervlak. Het rendement is 6 tot 14 procent. Verschijningsvormen: ‘zonnepanelen op de rol’, of aangebracht op bouwmaterialen. Concentrators. Het aandeel is momenteel minder dan 1 procent van de markt. Het bestaat uit meerlaagscellen van halfgeleiders met een potentieel rendement van 25 tot 30 procent.
In laboratoria over de hele wereld, waaronder bij het AMOLF op het Sciencepark in Amsterdam (zie kadertekst), wordt onderzoek gedaan naar optimalisatie van deze en nieuwe technologieën en productietechnieken. Thema’s zijn daar: Super-hoog rendementsconcepten via onder andere nanotechnologie en super-lagekosten concepten via bijvoorbeeld polymere zonnecellen. Naar verwachting leidt dit tot nieuwe types zonnepanelen met een aanmerkelijk hoger rendement, oftewel meer zonnestroom per vierkante meter, lagere kosten en nieuwe toepassingsmogelijkheden.
Amsterdammers helpen met papierwinkel Amsterdammers staan over het algemeen positief tegenover energiebesparende maatregelen, zoals het plaatsen van zonnepanelen of het investeren in windmolens, maar zien op tegen de papierrompslomp. Uit onderzoek onder Amsterdammers door het gemeentelijk onderzoekbureau O+S blijkt dat bijna de helft eerder geneigd is om energiebesparende maatregelen te treffen als de gemeente of een andere partij al het papierwerk op zich neemt – dus van aanvraag tot vergunning – waardoor het voor consumenten gemakkelijker wordt. Een kwart zou waarschijnlijk niet op een dergelijk aanbod ingaan en voor eenvijfde hangt het ervan af. De reden waarom deze Amsterdammers zeggen geen energiebesparende maatregelen te willen nemen is bijvoorbeeld omdat ze geen huiseigenaar zijn, maar huurder: dit geldt voor 38 procent. Bron: Bureau Onderzoek en Statistiek Gemeente Amsterdam, maart 2012
22
Zonvisie Amsterdam
4.
Zon in Amsterdam: de ambitie
4.1
Daken en doelgroepen
Amsterdam beslaat 220 vierkante kilometer grond- en wateroppervlak. 10 procent daarvan is bebouwd. Naar schatting is 50 procent van het Amsterdamse dakoppervlak geschikt voor de plaatsing van zonnepanelen. Dat komt neer op 11 vierkante kilometer geschikt dakoppervlak in Amsterdam . Deze 11 vierkante kilometer is ruwweg onder te verdelen in daken van woningen, kantoren en bedrijfsgebouwen. In figuur 6 staat een schatting het aandeel per type dak aan dit areaal. Naast het dakoppervlak bestaat het grondgebied van de gemeente Amsterdam uit openbare ruimte, onbebouwde grond, oppervlakten langs en op infrastructuur en water. Het is goed mogelijk dat technologische
vooruitgang van zonne-energietechnologie in de toekomst een nieuw areaal ontsluit. Denk hierbij aan gevels – wat nu niet past binnen geldende welstandscriteria – ramen of daken die nu nog bouwtechnisch ongeschikt zijn vanwege gewichtsbelasting van de dakconstructie of omdat het deels in de schaduw ligt. Wie is er bereid om te investeren in zonneenergiesystemen op deze daken? Dit is een belangrijke vraag omdat het uiteindelijk burgers en bedrijven zijn die het moeten doen. In Amsterdam zijn verschillende doelgroepen te onderscheiden. Geordend van ‘laaghangend fruit’ (projecten die financieel het meest interessant en relatief weinig complex zijn) naar relatief moeilijkere projecten:
Er zijn veel platte daken in Amsterdam. Mits in lijn met welstandseisen is hier veel mogelijk.
Zonvisie Amsterdam
1. Woningeigenaren met een eigen dak, zoals eengezinswoningen. Deze relatief kleine groep kan zelf beslissen over de aanleg van een zonnesysteem op het eigen dak. De financiële voorwaarden zijn aantrekkelijk. Terugverdientijd is in 2013 circa 8 jaar. Deze doelgroep woont met name in de stadsdelen Amsterdam Noord, Zuidoost, Nieuw-West en Zuid. 2. Bedrijven en instellingen zoals basisscholen, met een beperkt elektriciteitsverbruik – minder dan 50.000 kWh – met een geschikt eigen dak. Investeren in zonne-energie is voor deze groep interessant gezien de terugverdientijd van 8 tot 12 jaar. Bedrijven kunnen gebruik maken van fiscaal voordeel via de Energie Investeringsaftrek (EIA); 3. Eengezinswoningen van woningcorporaties
23
en appartementencomplexen met een aanzienlijk collectief elektriciteitsverbruik. De corporatie investeert en verdient de investering in de zonne-installatie terug via de huur of de servicekosten. Of, de huurder investeert en maakt een afspraak met de corporatie over de financiële afwikkeling bij verhuizing, via het ZAV-beleid (zelf aangebrachte voorzieningen). 4. Huishoudens die onderdeel zijn van een Vereniging van Eigenaren kunnen individueel of gezamenlijk investeren in een zonne-energiesysteem. Een veelgehoorde uitdaging bij dergelijke projecten is dat het moeilijk is om de benodigde besluitvorming en financiering te organiseren binnen de VvE.
24
Zonvisie Amsterdam
5. Grotere bedrijven en organisaties met een eigen dak. Deze groep kan relatief snel beslissen over een investering in zonnepanelen op haar dak. Doordat grote bedrijven en organisaties vaak een aanzienlijk elektriciteitsverbruik hebben en zodoende een lage prijs betaalt voor haar stroom – goedkope inkoop en laag Energiebelastingtarief – valt de business case voor hen vaak nog niet gunstig uit. De terugverdientijd is langer dan 15 jaar. Deze projecten zijn afhankelijk van goodwill of subsidie. Zonne-energie op gemeentelijke daken valt in deze categorie.
4.2
Figuur 6 Verdeling dakoppervlak naar functie Bron: Energieatlas, Dienst Ruimtelijke Ordening 2013
*
Amsterdam werkt aan een gedetailleerdere
schatting van het geschikt-dak-potentieel op basis van een internet applicatie waarin het dakoppervlak in Amsterdam op geschiktheid – ligging, schaduwwerking, obstakels – wordt weergegeven: de Zonneatlas (zie kader ‘Zonatlas Amsterdam’). Gereed in 2013.
Zon past bij de stad en haar opgave
Amsterdam is ervan overtuigd dat zonne-energie en de stad een goede combinatie zijn. De stad bestaat uit mensen, bedrijven en grond, water, infrastructuren en daken. Al deze elementen bieden kansen voor zon. Zonne-energie biedt een kans om de beschikbare daken nuttig te gebruiken en als ‘economische productie-eenheid’ in te zetten. Zon op Amsterdamse daken zorgt voor duurzame stroom die voorziet in een lokale vraag. Transportafstanden van de stroom zijn klein en de stroom wordt geproduceerd op de momenten dat de stedelijke elektriciteitsvraag groot is. Veel mensen denken positief over zonne-energie en steeds meer mensen zijn bereid te investeren in een eigen of een gedeeld zonne-systeem. Zelfs als blijkt dat een investering in een andere energiemaatregel (bijvoorbeeld vloerisolatie) vanuit financieel perspectief (nu) de meest rationele investering zou zijn. Zon heeft een positief imago. Dit positieve imago draagt eraan bij dat bewoners en bedrijven zelf het initiatief nemen tot het plaatsten van zonnepanelen om zo hun eigen energie op te wekken, al dan niet samen met de buren, of op locaties elders in de stad, in het geval dat een bewoner geen geschikt eigen dak heeft.
Zonvisie Amsterdam
Wat doet de gemeente al De gemeente Amsterdam, inclusief de stadsdelen, hebben de afgelopen jaren verschillende activiteiten ondernomen om het opwekken van zonne-energie te stimuleren. Deze acties waren veelal gericht op het informeren van bewoners zodat deze beter bekend werden met zonne-energie. Dit heeft geleid tot zonnesystemen – klein en groot – op circa 2.100 plekken in de stad, waaronder op woningen, bedrijven, scholen en gemeentegebouwen. De volgende acties zijn of worden ondernomen: Informatie verschaffen over regels, aanbieders en projecten die plaatsvinden. Via stadsdelen, ondersteund door projectbureau Amsterdam Reduceert CO2, website www.amsterdam.nl/zon en bijeenkomsten; Subsidiëren van zonnesystemen voor individuele huishoudens en VvE’s via de regeling ‘Zon op je Dak’ van de Amsterdamse stadsdelen. Op basis van deze regeling (2007-2011) is door honderden particulieren zonnepanelen op hun huizen aangebracht, in totaal circa 2MW. Financieren van de aanschaf van zonnepanelen door woningeigenaren via de Amsterdamse Energielening; Het organiseren en financieren via het Amsterdams Investerings Fonds (AIF) van innovatieve zonenergieprojecten die nodig zijn om een specifieke barrière voor grootschalige uitrol van zonnepanelen in Amsterdam weg te nemen (bijvoorbeeld Zon op VvE project); Het organiseren van een grootschalige uitrol van zonnepanelen op 30 basisscholen via de aanvraag van rijkssubsidies en het leveren van projectmanagement. In totaal zijn er zonnepanelen met een gezamenlijke opbrengst zijn 600 kW geplaatst in 2011; Overleg met en ondersteuning van grotere marktpartijen in Amsterdam, zoals woningcorporaties, ziekenhuizen, de Amsterdam Arena, datacenters om te investeren in zonne-energie; Overleg met en lobby richting Rijk en Tweede Kamer ten aanzien van wettelijke en fiscale voorwaarden van opwekking van zonnestroom; Het aanleggen van zonnesystemen op gemeentegebouwen, zoals de Stopera, een aantal stadsdeelkantoren, gemeentewerven en in de Amsterdamse Haven. In totaal zijn er zonnepanelen met een opbrengst van ongeveer 350 kW, welke gelijk staat aan het verbruik van 100 huishoudens; De gemeente heeft in 2013 de nieuwe Welstandsnota 2013 ‘De Schoonheid van Amsterdam’ in voorbereiding, waarin onder meer regels staan voor het plaatsen van zonnepanelen in de stad.
25
26
Zonvisie Amsterdam
Wat betekent dit ruimtelijk gezien voor de stad? Kijkende vanuit een vliegtuig boven de stad zal in 2020 zonne-energie echt al goed zichtbaar zijn. Veel meer daken dan nu worden nuttig gebruikt voor relatief kleine zonnesystemen (<50 panelen). Meer en meer zal het daklandschap veranderen: dakleer en grinddaken worden bedekt met zonnepanelen. Ook zullen er op verschillende plekken in de stad grotere zonnesystemen verrezen zijn: op platte daken van bedrijven en ook op kavels en in de openbare ruimte. Een vlucht boven de stad in 2040 laat zien dat er vrijwel geen deel van het Amsterdams dakoppervlak is dat niet nuttig wordt gebruikt, voor recreatie, groene daken, maar vooral ook voor zonnepanelen. Het meest in het oog springende verschil met 2020 is dat nu ook andere oppervlakken worden gebruikt voor zonnepanelen. Nieuwe technologie en toepassingen maakt het namelijk mogelijk om zonnepanelen te integreren in gevels, lichtkoepels, gebogen daken, en misschien zelfs wel in de daken van monumenten. In veel gevallen zullen de systemen die rond 2013 zijn geplaatst alweer zijn vervangen door nieuwe systemen volgens de laatste stand der techniek. Zonnepanelen hebben een levensduur van 20-25 jaar, maar ook tussentijds wanneer de investering zich heeft terugverdiend kan een systeem worden verwijderd of vervangen voor een betere optie.
Om te voorkomen dat het draagvlak voor zonnepanelen afneemt is het belangrijk dat zonneenergie op een zorgvuldige manier in de stad wordt geïntegreerd. Het is de ambitie van Amsterdam om zonne-energie op een verstandige wijze te integreren in al die andere karakteristieken van de stad waar we zo trots op zijn: het stadsgezicht, haar economie en de prettige omgeving. Dit betekent dat zonne-energie niet ten koste mag gaan van het monumentale karakter van de stad. Zonnesystemen op daken en op de grond worden zo geplaatst dat Amsterdammers dit niet als hinderlijk ervaren. Door technologische vooruitgang wordt de inpassing in de stad steeds beter. Zonnesystemen uit het verleden die bij nader inzien toch niet zo geslaagd waren, werden in de loop der tijd weer weggehaald of vervangen door betere opties. Het potentieel van de stad is enorm. Maar niet alle daken en oppervlakken die dit potentieel vormen zijn even makkelijk te realiseren. Amsterdam richt zich daarom voor een grootschalige uitrol eerst vooral op de relatief simpele delen van het potentieel: het ‘laaghangend fruit’. In tussentijd maakt Amsterdam zich klaar om ook de lastigere oppervlakken van panelen te kunnen voorzien.
Zon op Vereniging van Eigenaren Sporenboog/Funen In mei 2012 was de feestelijke ingebruikname van de 175 zonnepanelen op het dak van het complex van de Vereniging van Eigenaren Sporenboog/Funen. Het is het grootste zonne-energieproject van een Vereniging van Eigenaren (VvE) in Amsterdam. Het is een initiatief van enkele bewoners dat ondersteuning kreeg van een grote meerderheid van de overige VvE-leden. De VvE Sporenboog/Funen wil hiermee bijdragen aan de beperking van de CO2-uitstoot. Het project werd ondersteund met een Zon op je Dak-subsidie van stadsdeel Centrum en laat zien dat ook een grootschalige aanleg van zonnepanelen in de binnenstad van Amsterdam mogelijk is. Voor Woonstichting De Key als mede-eigenaar is dit een pilotproject. Op basis hiervan wordt gekeken of zonnepanelen grootschaliger kunnen worden ingezet. De zonnepanelen wekken de energie op voor de gemeenschappelijke ruimtes, liften en hydroforen – persinstallaties waarmee de waterleiding op druk wordt gehouden – in het complex.
Zonvisie Amsterdam
27
28
Zonvisie Amsterdam
4.3
De ambitie in cijfers
Amsterdam streeft naar het opwekken van 160 MW aan zonne-energie in Amsterdam in 2020 en 1000 MW in 2040. De huidige hoeveelheid zonneenergie is 8-10 MW. Deze ambitie is tot stand gekomen op basis van de verwachtte toename van de hoeveelheid zonne-energie in Nederland in het Nationale Actieplan Zonne-energie (2012). Dit actieplan gaat uit van een toename van zonne-energie in Nederland in 2020 tot 4 GW. Dit is zestien keer zoveel als nu het geval is. Een zelfde groeicijfer voor Amsterdam betekent een vermogen aan zonne-energie ter grootte van circa 160 MW in 2020. Dit komt overeen met ruim 12 procent van het geschikte dakoppervlak in Amsterdam. Voor het jaar 2040 wordt er vanuit gegaan dat een groot deel – 50 tot 80 procent – van het bruikbare dakoppervlak is uitgerust met zonnepanelen. Wordt hier de plaatsing van zonnesystemen op andere oppervlakken, niet zijnde daken, bij opgeteld dan komt dit op 1000 MW in 2040. Met 160 MW in 2020 produceert Amsterdam een hoeveelheid zonnestroom die gelijk staat aan het huidige elektriciteitsverbruik van circa 45.000 huishoudens. Dit komt overeen met ongeveer 12 procent van het totaal aantal huishoudens in Amsterdam. 1000 MW in 2040 levert voldoende stroom voor 270.000 huishoudens. Welke investering van burgers en bedrijven is hiermee gemoeid? Ter illustratie: Met de groei van 10 MW nu naar 160MW in 2020 is een investering van huishoudens en bedrijven gemoeid van circa 180 miljoen euro. De economische waarde van de stroom die dit oplevert gedurende de technische levensduur van 20 jaar van de zonnepanelen is afhankelijk van de prijs waarvoor de stroom wordt geleverd of verbruikt. Bij een huidig prijspeil levert dit circa 270 – 610 miljoen euro op in 20 jaar .
Zonvisie Amsterdam
160 MW in 2020, hoeveel is dat? De ambitie om in 2020 160 MegaWatt (MW) aan zonne-energie te hebben in 2020 spreekt pas echt als duidelijk is hoeveel systemen dit zijn, en hoeveel daken hiervoor nodig zijn. Onderstaand een fictief overzicht van één manier waarop de doelstelling kan worden ingevuld. Hoeveel is 160 MW? Dit staat gelijk aan: 30
Collectieve Zonnesystemen van coöperaties
150 kW/project
4,5 MW
22.000
Zonnesystemen op daken van eengezinswoningen
2,5 kW/project
55 MW
1500
Zonnesystemen op daken van vves
25 kW/project
37,5 MW
5
Grote zonneprojecten bij woningcorporaties
300 kW/project
1,5 MW
40
Middelgrote projecten woningcorporaties (CVZ mtr)
50 kW/project
2 MW
200
Kleinere zonnesystemen woningcorporaties
20 kW/project
4 MW
200
Zonnesystemen bij kleinere bedrijven, scholen, etc
50 kW/project
10 MW
5
Grote projecten bij grote organisaties
1.000 kW/project
5 MW
4
Grootschalige grondgebonden zonnesystemen
1.500 kW/project
6 MW
3500
Zonnesystemen op nieuwbouwwoningen
3 kW/project
10,5 MW
overig systemen
15 MW
reeds aanwezig vermogen in Amsterdam
10 MW
totaal
161 MW
Opmerking: dit is een rekenvoorbeeld, zeer nadrukkelijk geen voorspellende of verplichtende uitwerking
29
30
Zonvisie Amsterdam
Zonvisie Amsterdam
31
5. Visie: acht actielijnen naar meer zon in Amsterdam De gemeente Amsterdam gaat er de komende jaren voor zorgen dat steeds meer Amsterdammers en ondernemers zelf met zon aan de slag kunnen en dat de enthousiaste initiatieven die er nu al zijn, uitgroeien tot nog méér en grotere projecten. Amsterdam gaat dit doen door belemmeringen die huishoudens en bedrijven ervaren bij het aanschaffen of ontwikkelen van een zonproject weg te nemen of te verkleinen. Onderstaand een opsomming van de belemmeringen die stakeholders in de stad ervaren bij het starten of opschalen van hun zonneprojecten: Inspiratie en voorbeelden. Een gebrek aan inspirerende voorbeelden en goede informatie; Het regelgevende kader. Bestaande weten regelgeving maken het soms lastig om optimaal te profiteren van zelf opgewekte zonnestroom; De zoektocht naar ruimte. Er is ruimte nodig voor (collectieve) zonprojecten op daken en kavels; Financiering. Ook rendabele investeringen in zonnesystemen kosten geld. Het is soms lastig om de benodigde financiering te vinden; De gedoe factor. Huishoudens en bedrijven hebben het gevoel dat het aanleggen van een eigen zonnesysteem lastig is. Deze belemmeringen zijn verder uitgewerkt in Bijlage 1. Amsterdam ziet acht actielijnen die ervoor moeten zorgen dat deze belemmeringen worden weggenomen. Deze acht actielijnen worden uitgewerkt in paragraaf 5.1 t/m 5.8. De concrete projecten voor de korte termijn (2013-2014) zijn omwille van de ‘houdbaarheid’ van de hoofdtekst van de Zonvisie te vinden in Bijlage 3.
32
5.1
Zonvisie Amsterdam
Voorbeelden, zichtbaarheid en inspiratie Visie: Zon inspireert, dat merkt iedereen die ermee aan de slag gaat. Amsterdammers krijgen zin om aan de slag te gaan met zonneenergie als zij hier in hun directe omgeving vaker mee worden geconfronteerd.
Uitleg: Na plaatsing van een zonne-energiesysteem op het dak van een woonhuis, willen de buren er vaak ook één. Het zet mensen aan het denken en brengt en ze in gesprek. Veelal werkt zo’n gesprek enthousiasmerend wat leidt tot de plaatsing van nieuwe systemen in diezelfde straat of buurt. Eenzelfde effect kan optreden bij (kleine) bedrijven in de stad of bij de plaatsing van zonne-energiesystemen op scholen en andere maatschappelijke gebouwen. Er wordt van de gemeente verwacht dat zij het goede voorbeeld geeft en haar eigen daken vol legt met zonnepanelen Zonne-energie opwekken is leuk. Mensen lijken liever te investeren in een eigen zonnesysteem dan dat zij investeren in isolatie of andere minder zichtbare, maar vaak wel meer rendabele, ingrepen in hun huis. Wanneer mensen een zonne-energiesysteem hebben aangelegd en hun eigen energie leveren dan houden ze de opbrengst en hun verbruik vaak nauwkeurig bij. Zonne-energie leidt tot meer ‘energiebewustzijn’ en heeft meer besparingsgedrag als ‘spin-off’. In de Energietransitie werken we aan het duurzame en betaalbare energiesysteem voor de volgende generaties. Het is daarom logisch om kinderen vertrouwd te maken met zonne-energie en via hen, hun ouders te bereiken. Scholen hebben vaak een centrale functie in een wijk, staan ‘dichtbij’ mensen en veelal beschikken zij over een geschikt dak. Zonne-energie heeft een educatief effect voor kinderen en ouders. De gemeente bezit een groot aantal panden in
de stad. Enkele gebouwen zijn al uitgerust met zonne-energiesystemen, maar er kan meer bij. Actielijnen: Als zichtbaarheid van zonne-energiesystemen inspireert, dan is de oplossingsrichting simpel: zon zichtbaar maken in het straatbeeld, en communiceren over nut en noodzaak van zonneenergie. Oftewel: er moet enerzijds voor worden gezorgd dat zonne-energie fysiek zichtbaar wordt op zichtlocaties in de stad. Dit betekent meer zonprojecten op beeldbepalende en centrale plekken die ‘dichtbij’ bewoners van de stad staan. Scholen en sportgebouwen zijn hier een voorbeeld van. Aangezien de zonnepanelen vaak niet direct zichtbaar zijn, moeten andere manieren worden gebruikt om duidelijk te maken dat er zonnepanelen geplaatst zijn op een gebouw. Hierbij zal de gemeente het goede voorbeeld geven. Het aantal zonne-energiesystemen op gemeentelijke daken zal worden uitgebreid. De gemeente wil net als iedereen zo efficiënt mogelijk omgaan met haar middelen en kijkt hierbij dus naar die gebouwen waar een positieve business case te ontwikkelen valt. De gemeente gaat met marktpartijen zoeken naar manieren om zonnepanelen meer ‘zichtbaar’ te maken in de stad. Een start daarbij is om bestaande en toekomstige zonnepanelen virtueel zichtbaar te maken. Veel zonne-energiesystemen zijn verscholen; ze zijn uit het zicht aangebracht op daken. Deze systemen kunnen zichtbaar worden gemaakt door de eigenaren – burgers, organisaties en bedrijven – de mogelijkheid te bieden om hun zonne-energieproject en hun ervaringen te delen met anderen. Een virtuele kaart met mogelijkheid tot interactie biedt die mogelijkheid. Het realiseren van enkele aansprekende icoonprojecten op het gebied van zonne-energie draagt hier ook aan bij (zie actielijn #8, paragraaf 5.8)
Zonvisie Amsterdam
Grootschalige zonne-energie. Grondopstelling. Eifel, Duitsland
33
34
Zonvisie Amsterdam
5.2
Ontzorgen en betere informatie over zonne-energie
i
Visie: Gebrek aan goede informatie leidt tot twijfel en afwachtend gedrag. Amsterdammers moeten op één plek terecht kunnen voor praktische informatie over zonne-energie en de geldende regels. De gemeente kan helpen om de ‘gedoefactor’ te verkleinen.
Uitleg: De zonne-energiesector is een jonge markt die in beweging is. Technologische ontwikkelingen volgen elkaar snel op. Prijzen dalen sterk als gevolg van continue schaalvergroting in het productieproces van de
technologie en efficiëntieverbetering van zonnepanelen. Dit heeft directe gevolgen voor de terugverdientijd van een zonneenergiesysteem. Deze ligt voor een huishouden in 2013 op circa 7 tot 8 jaar. Veel mensen denken dat zonne-energie nog steeds heel duur is. Deze misvatting valt weg te nemen door te informeren over diverse succesvolle business cases. Naast de kosten spelen ook andere zaken. Wil je zonnepanelen plaatsen, dan krijg je met regels en processen te maken, bijvoorbeeld lokale welstandseisen, soms mogelijkheden voor fiscaal voordeel, bouwvoorschriften, eventuele vergunningen, en de aanmelding bij het netwerkbedrijf Liander. Daarnaast willen mensen weten waar ze
Zonatlas Amsterdam De Zonatlas laat in één oogopslag zien welke daken in de gemeente geschikt zijn voor het plaatsen van zonnepanelen en het opwekken van zonne-energie. De Zonatlas bepaalt aan de hand van de oriëntatie van een dak, de hellingshoek, beschaduwing, en aanwezigheid van obstakels, of een dak geschikt is voor de plaatsing van zonnepanelen. Aan deze kaart is een rekenmodule gekoppeld die direct aangeeft hoeveel panelen er geplaatst kunnen worden, welke investering hiermee gemoeid is, en hoeveel elektriciteit en daarmee opbrengst deze panelen gaan leveren. Huishoudens en bedrijven kunnen met een eenvoudige rekenmodule snel uitrekenen wat een investering in zonnepanelen hen oplevert.
Zonvisie Amsterdam
een goede installateur kunnen vinden en welk systeem het meeste geschikt is voor hun situatie. Het wegnemen van onzekerheden en risico’s in de dynamische mondiale zonnemarkt lijkt voor een gemeente niet goed mogelijk. Wel zijn er kwaliteitskeurmerken, certificaten en verzekeringen die kopers kunnen helpen om meer zekerheid te krijgen over de kwaliteit van hun zonnesysteem. De gemeente kan daarover informeren. Het informeren van burgers en bedrijven kan op een passieve en actieve manier. Passief is het helder en goed vindbaar presenteren van informatie, en actief houdt in dat de gemeente niet wacht tot een bewoner of bedrijf op zoek gaat naar informatie over zonne-energie, maar deze partijen zelf benadert. Overigens informeert de gemeente al over zonne-energie, projecten, procedures, subsidies en (Amsterdamse) leveranciers via de website www.amsterdam.nl/zon en rond gemeentelijke zonneprojecten (zie kader ‘wat doet de gemeente al’)
Zonnepanelen op het dak van VvE Maandag/Dinsdag
35
Actielijnen: De gemeente neemt haar passieve en actieve informatievoorziening rond zon onder de loep en verbetert deze. Dit betekent concreet het uitbouwen en verbeteren van de gemeentelijke website over zonne-energie. Bovendien moet deze website beter bekend worden. Daarnaast gaat Amsterdam huishoudens en bedrijven actiever informeren over de mogelijkheden van zonne-energie, zodat zij op natuurlijke momenten, zoals wanneer onderhoud noodzakelijk is of als er een verbouwing plaatsvindt, over kunnen gaan tot plaatsing. De gemeente gaat hiervoor ‘de boer op’. Niet afwachten tot huishoudens zelf initiatief nemen, maar hen actief benaderen, informatie op maat aanreiken, en helpen bij het daadwerkelijk (laten) plaatsen van panelen. De gemeente ontzorgt huishoudens en bedrijven door hen door het proces van initiatief tot aanschaf heen te helpen. De keuze voor een type systeem, aanbieder, en de verantwoordelijkheid voor daadwerkelijk plaatsing blijft uiteraard bij het huishouden of bedrijf gelegen. Het idee dat wordt uitgewerkt: een gemeentelijk zonneteam, al dan niet uitgevoerd door een te selecteren marktpartij.
36
Zonvisie Amsterdam
5.3
Ruimte voor zonne-energieprojecten van bewoners en bedrijven Visie: De energietransitie kan niet zonder ‘eigen initiatief’ van burgers en bedrijven. Helaas heeft niet iedereen in Amsterdam een eigen dak waarop hij zelf een zonnesysteem kan plaatsen. Amsterdam schept daarom ruimte voor projecten van deze burgers en bedrijven. Ruimte op daken, grond en ook tijdelijke locaties worden voor zon gebruikt.
Uitleg: Zonne-energie leent zich bij uitstek voor ‘eigen initiatief’. Hiervoor moet dan natuurlijk wel de fysieke ruimte zijn. Steeds meer coöperaties van groepen burgers – zonder een eigen dak – en marktpartijen zijn op zoek naar een stuk grond of een groot dakoppervlak waarop zij een zonne-energiesysteem kunnen plaatsen én exploiteren. Er ontstaat op dit moment een groot aantal business proposities en -concepten waarin een coöperatie of een marktpartij investeert in een grootschalig zonneenergiesysteem dat op professionele wijze wordt aangelegd en beheerd. De coöperatie gaat energie opwekken voor haar deelnemers. In het geval van de marktpartij doet zij dat voor haar klanten. Deze ontwikkeling geeft ‘daklozen’ handelingsperspectief en koppelt dit aan een professioneel en grootschalig aangelegd zonnesysteem, met alle voordelen van dien.
Zonvisie Amsterdam
Op de nieuwbouw van Rotterdam Centraal Station ligt 10.000 m2 aan zonnepanelen.
Zonprojecten in andere gemeenten Iedere Nederlandse gemeente doet wel iets aan zonne-energie. Dit varieert van projecten op eigen daken, subsidieregelingen, informatiecampagnes, of de ontwikkeling van grootschalige zonneprojecten op daken van woningen of grond. Er zijn nog geen gemeenten met een volwaardig Zonbeleid. Enkele willekeurige voorbeelden van projecten uit het land zijn:
Heerhugowaard, Stad van de Zon Aan de zuidzijde van Heerhugowaard, grenzend aan de gemeentes Alkmaar en Langedijk, wordt een wijk gerealiseerd die volledig CO2-neutraal wordt. Zonnepanelen spelen hier een belangrijke rol in. Er wordt 2,45 MW aan zonnepanelen aangebracht op de daken van de woningen en de diverse voorzieningen. Zie www.heerhugowaardstadvandezon.nl
Zonnedak op Rotterdam Centraal station De nieuwbouw van Rotterdam Centraal station wordt uitgerust met 10.000 m2 aan zonnepanelen. Hiermee wordt dit het grootste zonnedak op een station in Europa, aldus http://www. rotterdamclimateinitiative.nl
Texel Energie Op de daken van enkele locaties op Texel heeft de coöperatie TexelEnergie onlangs een zonnepaneleninstallatie geplaatst. TexelEnergie huurt het betreffende dak en bouwt de installatie op. De coöperatie verzorgt tevens het onderhoud. De geproduceerde stroom wordt zoveel mogelijk in het betreffende gebouw zelf gebruikt. TexelEnergie organiseert ook een collectieve inkoopactie voor zonnepanelen voor Texelaars. Zie ook www.texelenergie.nl
Zonnepark Nederland, Nijmegen Op het dak van voorzieningenhart De Ster in Lent liggen 259 zonnepanelen van 39 particuliere eigenaren. De energie, die hun panelen op dit dak opwekken, wordt verrekend met de energierekening thuis. De gemeente Nijmegen dekt het risico af dat ontstaat omdat het project de grenzen van de Rijks (zie kader Virtueel salderen in de stad) salderingsregels opzoekt en netwerkbedrijf Liander verzorgt de daadwerkelijke verrekening van de opgewekte stroom. Zie ook www.zonneparknederland.nl
Apenheul, Apeldoorn Het project Apenheul bestaat uit twee nieuwe carports op de diensten parkeerplaats van de Apenheul in Apeldoorn. De daken van de carports zijn gemaakt van een staalconstructie waarop 416 zonnepanelen zijn geplaatst. Deze 100 kW levert ongeveer 85.000 kWh/jaar.
37
38
Zonvisie Amsterdam
Ruimte in een compacte stad als Amsterdam is schaars, er is veel geschikt dakoppervlak, en beperkt onbebouwd oppervlak. Daarom geniet de plaatsing van zonnepanelen op daken de voorkeur, maar ook ‘grondgebonden’ zonneenergieparken zijn mogelijk. De ideeën over ‘grondgebonden’ zonneparken zijn talrijk en er ontstaan steeds meer voorbeelden in binnen-, en zeker ook buitenland.(Foto toevoegen). Bij ‘grondgebonden’ zonneparken is te denken aan zonnepanelen opgesteld op een afge-
bakend stuk grond, zonnepanelen op frames bijvoorbeeld boven parkeerterreinen (Foto toevoegen). Maar ook meer innovatieve ideeën zijn denkbaar, bijvoorbeeld het (tijdelijk) plaatsen van zonnepanelen op braakliggende grond en deze bij gronduitgifte verplaatsen naar andere grond of de daken van de gebouwen die op de grond verrijzen. Op deze manier kan een (innovatieve) bijdrage worden geleverd aan het Amsterdamse Raadsbesluit om in 2015 Klimaatneutraal te bouwen.
De plaatsing van 350 zonnepanelen op het Muziektheater Amsterdam (2011)
Zonvisie Amsterdam
39
Actielijnen: Dient zich een marktpartij of coöperatie aan die een zonnepark wil ontwikkelen, dan gaat de gemeente op zoek naar een geschikte plek. De voorwaarden waaronder plek wordt geboden zijn afhankelijk van het type project en de locatie. Wat betreft de ‘meer innovatieve’ grondgebonden zonneprojecten onderzoekt de gemeente, samen met investeerders en zonbedrijven, de mogelijkheden. Een idee dat de gemeente verder gaat uitwerken is of het mogelijk is om zonnepanelen te plaatsen op kavels die nog niet zijn uitgegeven, maar die wel beschikbaar moeten blijven voor uitgifte. Dit vergt een nieuw marktconcept. Zonnepanelen aangebracht boven een parkeerterrein. Apenheul, Apeldoorn.
Daarnaast gaat de gemeente op zoek naar grote daken van marktpartijen waarop zonnesystemen van burgers of bedrijven kunnen worden geplaatst. In veel gevallen zullen coöperaties en ‘dakbezitters’ elkaar weten te vinden, maar als dat niet zo is zal de gemeente optreden als ‘dakmakelaar’. Omdat de gemeente zelf ook over veel eigen dak beschikt, en veel van deze daken door hun centrale ligging erg interessant zijn voor coöperaties, wordt ook naar dit dak gekeken. De gemeente gaat onderzoeken of er een simpel en beheersbaar model ontwikkeld kan worden, waarbij de gemeente dak ter beschikking stelt aan derden ten behoeve van opwekking van zonnestroom.
40
Zonvisie Amsterdam
Zon op VvE project: ‘virtueel’ salderen Met het pilotproject ‘Zon op VvE’ wil de gemeente Amsterdam een doorbraak tot stand brengen in de toepassing van zonnepanelen op daken van Verenigingen van Eigenaren. Dit gebeurt door de zonnestroom, die wordt opgewekt op een gemeenschappelijk dak, te verdelen onder de bewoners, zonder dat naar elke woning een aparte kabel wordt getrokken. Via dit ‘virtueel salderen’ kunnen bewoners hun eigen stroom belastingvrij opwekken. Op 11 oktober 2012 zijn drie Amsterdamse VvE’s officieel gestart met de belastingvrije opwek van zonnestroom: VvE De Vrolijke Eik (Stadsdeel Oost), VvE Renswoudestraat (Stadsdeel Zuidoost) en VvE de Nieuwe Kerkstraat (Centrum). Het totale vermogen van de installatie bedraagt 83 kW, vergelijkbaar met het elektriciteitsgebruik van 25 Amsterdamse huishoudens. Bij virtueel salderen wordt de opgewekte elektriciteit die de VvE niet direct gebruikt, via de gemeenschappelijke elektriciteitsmeter teruggeleverd aan het elektriciteitsnet. De totale hoeveelheid zonnestroom die aan het elektriciteitsnet wordt geleverd, wordt administratief verdeeld over de appartementen en in mindering gebracht op de energierekeningen van de bewoners. Daarmee wordt het financieel aantrekkelijk om zonnepanelen op het dak van een VvE te installeren. De pilotfase waarin het systeem van ‘virtueel salderen’ wordt getest duurt één jaar en wordt uitgevoerd in samenwerking met netwerkbeheerder Liander en energieleverancier NUON. De gemeente Amsterdam stelt zich voor 1 jaar garant voor de Energiebelasting die de VvE’s dienen af te dragen voor de stroom die zij zelf op het gemeenschappelijk dak hebben geproduceerd. Doel van het project is om het Rijk te laten zien welke beperkingen de huidige Energieregelgeving opwerpt voor appartementseigenaren die iets met zon willen. Daarnaast geeft de pilot informatie over de wijze waarop een werkend systeem ingericht kan worden.
Zonvisie Amsterdam
5.4
41
Beïnvloeden van Rijksregelgeving Visie: Het succes van zonprojecten in een compacte stad als Amsterdam is afhankelijk van de mate waarin burgers en bedrijven kunnen profiteren van de stroom die zij zelf opwekken. Rijksregelgeving heeft hier een grote invloed op.
Uitleg: Veel Amsterdamse huishoudens of bedrijven hebben geen eigen dak, delen een dak, of hebben geen geschikt dak. Voor deze groepen is het ook mogelijk om in zon te investeren. De mogelijkheden hiertoe worden echter sterk door de huidige Elektriciteitswetgeving ingeperkt (zie Bijlage 1, Belemmeringen: waar liggen de uitdagingen). Het investeringsklimaat moet zo zijn dat er een sluitende business case te maken is voor mensen en bedrijven die samen in zon willen investeren. Er zijn hier globaal twee doelgroepen te onderscheiden: Huishoudens die in gestapelde bouw wonen moeten in staat worden gesteld om de stroom die zij zelf opwekken met het eigen of gezamenlijk zonnesysteem op het dak, te verrekenen (salderen) met hun
eigen verbruik. Het maken van een directe fysieke connectie tussen zonnepanelen en de individuele meterkast zou daarvoor in het tijdperk van ‘virtualisering’ niet meer nodig hoeven zijn. De huishoudens (en bedrijven) zonder geschikt eigen dak moeten de mogelijkheid hebben om te investeren in een grootschalig en professioneel beheerd zonnesysteem op een dak elders in de stad. Huidige regels maken het moeilijk voor coöperaties van burgers of marktpartijen om hier interessante concepten aan te bieden. Een gemeente staat van alle overheidsorganen het dichtst bij burgers en bedrijven. Amsterdam heeft daarom de plicht om de belangen van burgers en bedrijven die zelf in zon willen investeren op hun eigen dak en daken elders te behartigen bij het Rijk. Actielijnen: De gemeente blijft met het Rijk en provincie in gesprek om regelgeving zo vorm te geven dat eigen initiatieven van burgers en bedrijven zoveel gesteund worden en dat zo min mogelijk in de weg wordt gelegd. Waar nodig onderneemt de gemeente een (pilot)project om deze lobby van praktische voorbeelden en informatie te voorzien.
42
Zonvisie Amsterdam
Virtueel salderen in de stad Salderen Een huishouden dat zijn eigen stroom opwekt met behulp van zonnepanelen mag dit verrekenen, salderen, met haar eigen verbruik. Zij doet dit door de zonnepanelen aan te sluiten achter haar elektriciteitsmeter in de meterkast. De mogelijkheid tot salderen zorgt ervoor dat het huishouden de stroom dat zij opwekt, maar niet direct verbruikt kan verrekenen met verbruik op het moment dat de productie van de zonnepanelen niet toereikend is voor het verbruik, zoals ‘s nachts wanneer de zon niet schijnt. Een huishouden betaalt ongeveer 22 eurocent per kilowattuur (prijspeil 2013). Dit bedrag is opgebouwd uit 7 cent voor de elektriciteit zelf, 11 cent aan Energiebelasting (EB) en 4 cent aan BTW. Zou een huishouden niet mogen salderen, dan zou zij maximaal 7 cent per kilowattuur (KWh) voor de stroom gebruiken die zij niet gelijktijdig gebruikt en dus moet terug leveren aan het elektriciteitsnet. Salderen maakt het verschil tussen een goede business case – terugverdientijd 7 tot 8 jaar – en een slechte.
Salderen in gestapelde bouw Ongeveer 88 procent van de Amsterdammers woont in gestapelde bouw; koop- of huurappartementen, waarvan de bewoners van de eerste vaak zijn georganiseerd in VvE’s. Deze huishoudens beschikken niet over een eigen dak, zij delen het. In deze groep zitten zeker ook huishoudens die in zonnepanelen willen investeren, maar voor hen is het moeilijker om van de voordelen van salderen te profiteren. Daarvoor moeten zij namelijk een ‘directe verbinding’ maken tussen hun zonnepanelen op het gezamenlijke dak en de meterkast van het individuele appartement. (voorbeeld links) Dit betekent extra omvormers, kabels, arbeid en daarmee hogere kosten en een langere terugverdientijd. Voor deze groep zou het een uitkomst zijn als zij geen directe fysieke verbinding zouden hoeven aanleggen tussen de zonnepanelen en de meterkast, maar een ‘virtuele’ verbinding genoeg zou zijn. (voorbeeld rechts) Het maken van een dergelijke administratieve verbinding tussen de opwek en het verbruik is binnen de huidige saldeerregels echter niet toegestaan.
Salderen voor ‘daklozen’ In een compacte en oude stad als Amsterdam zijn er bovendien veel huishoudens die überhaupt niet over een geschikt dak beschikken. Daken worden al elders voor gebruikt, liggen in de schaduw, of zijn monumentaal of onderdeel van een beschermd stadsgezicht. In die gevallen zou het een uitkomst zijn als deze huishoudens onder dezelfde ‘saldeerregels’ zouden mogen investeren in zonnepanelen op het dak van een ander, bijvoorbeeld een buurman, of geschikt dak van een bedrijf of school. Dit ‘salderen op afstand’ is binnen de huidige saldeerregels niet toegestaan.
Salderen en het Kabinetsbeleid Het lijkt er vooralsnog niet op dat het Rijk de opties ‘virtueel salderen’ en ‘salderen op afstand’ toe zal gaan staan. Wel werkt het Rijk op dit moment aan fiscaal voordeel voor coöperaties die, via zonnepanelen, zelf elektriciteit opwekken en gebruiken. De wijze waarop deze regeling wordt uitgewerkt zal bepalen of dit een antwoord is op de vraag die bewoners van gestapelde bouw aan de overheid stelt.
Zonvisie Amsterdam
5.5
43
Hulp bij financiering Visie: Amsterdamse burgers en bedrijven zijn bereid om in zon te investeren, maar hebben soms een klein financieel duwtje nodig. Amsterdam vindt dat wanneer een business case voor een zonneproject an sich sluitend is, financiering het probleem niet mag zijn.
Uitleg: Een huishouden of een MKB-ondernemer die de rekensom maakt komt tot de conclusie dat hij een hoger rendement haalt op zijn reserves als hij deze investeert in een zonne-systeem op het eigen dak dan dat hij deze euro op de spaarrekening laat staan. Met deze constatering ligt het dak echter niet meteen vol. Naast het eerder genoemde punt van informatie en bekendheid zijn er namelijk nog andere financiële belemmeringen die een grootschalige uitrol van zon in de weg staan. Een zonne-energiesysteem vergt namelijk een stevige investering vooraf: het geld komt pas weer terug binnen 7 tot 12 jaar – afhankelijk van het type project en opzet. De liquiditeit van huishoudens is daarmee een rem op de grootschalige uitrol van zonne-energie.
Eenzelfde probleem kan zich ook voordoen bij grotere professionele partijen die in zonneenergie willen investeren. Voor hen is de terugverdientijd langer – 12 tot 17 jaar – en het rendement op de investering lager. Het vinden van budget voor deze investeringen is vaak lastig. Het past niet goed in de lopende budgetten, of de organisatie is niet in staat de investering in de markt te financieren tegen voorwaarden die passen bij de organisatie of de terugverdientijd van het zonnesysteem. Actielijnen: De gemeente Amsterdam biedt huishoudens en bedrijven de mogelijkheid om geld te lenen om in energiemaatregelen te investeren. Zonneenergie valt hieronder. Huiseigenaren kunnen hiervoor geld lenen via de Amsterdamse Energielening (www.amsterdam.nl/energielening). Daarnaast biedt het Amsterdams Investeringsfonds (AIF) de mogelijkheid voor financiering van energieprojecten van maatschappelijke organisaties en samenwerkende burgers, zoals burgerinitiatieven of coöperaties. Grotere projecten van bedrijven en instellingen kunnen ook bij het AIF terecht.
Zonnepanelen geïntegreerd in het dakvlak van nieuwbouwwoningen. Stad van de Zon, Heerhugowaard. Zie tekstkader ‘Zonprojecten in andere gemeenten’.
44
Zonvisie Amsterdam
Het AIF en de Amsterdamse Energielening Het Amsterdams Investeringsfonds Op de website www.amsterdam.nl/aif is informatie te vinden over het Amsterdams Investeringsfonds en de procedures die worden gehanteerd om investeringsprojecten, waaronder zon, te selecteren. De Amsterdamse Energielening Amsterdam biedt eigenaren van woningen, kleine verhuurders en VvE’s in Amsterdam de energielening aan. Deze lening is bedoeld voor investeringen in energiebesparing en duurzame energie zoals dubbel glas, zonnepanelen en isolatie van vloer en dak. De lening heeft een aantrekkelijke, lage rente van 2,61 procent en moet in 15 jaar worden terugbetaald. De Amsterdamse Energielening is een initiatief vanuit het Amsterdams Investeringsfonds. Meer informatie is te vinden op www.amsterdam.nl/energielening
Zonvisie Amsterdam
5.6
45
Daken van woningcorporaties benutten Visie: De grote dakoppervlakken van woningcorporaties zijn van cruciaal belang voor de zonambities van de stad. In de komende jaren wordt een versnelling aangebracht in de plaatsing van zonnepanelen op de daken van woningcorporaties.
Uitleg: Woningcorporaties bezitten ongeveer de helft van het dakoppervlak van alle woningen in de stad. Delen daarvan zijn technisch geschikt voor zonne-energiesystemen. Woningcorporaties zijn echter nog zoekende naar het juiste ‘verdienmodel’ voor zon. Wie gaat investeren en wie plukt de vruchten? Met andere woorden: wat levert een zonne-energiesysteem op een corporatiedak op, en hoe kunnen die inkomsten weer terugvloeien naar de investeerder. Is dat de corporatie, of kunnen dat ook de huurders zijn? Het simpelste project voor een corporatie is om een zonnesysteem aan te leggen waarmee elektriciteit wordt geproduceerd voor de collectieve voorzieningen. De kosten hiervan kunnen meestal worden verrekend in de servicekosten. Daarnaast hebben corporaties in delen van de stad ook eengezinswoningen in bezit. Op deze daken is het relatief simpel om zonnepanelen aan te brengen en de investering en de inkomsten via de huur te verrekenen. In beide gevallen moet worden aangetoond dat de zonnepanelen meer opleveren voor de huurder – qua stroomopbrengst – dan de verhoging van de
huur- of servicekosten die geheven wordt. Stel dat een huurder zelf wil investeren in zonnepanelen op het dak voor eigen gebruik, dan kan de toestemming en financiële afwikkeling hiervan bij bijvoorbeeld verhuizing, op dezelfde manier worden verrekend als andere gedane aanpassingen: via het ZAV-beleid (Zelf aangebrachte voorzieningen). Daarnaast is het ook mogelijk dat corporaties andere partijen, zoals beheerders van duurzame gebouwen als ESCO’s of coöperaties van burgers, toestaan om een zonnesysteem op hun dak te ontwikkelen. Actielijnen: De gemeente gaat doelafspraken maken met woningcorporaties over het aanleggen van zonnesystemen op hun bezit, bijvoorbeeld door af te spreken op welk percentage van het totale dakoppervlak zonnepanelen geplaatst zullen worden of afspraken over het aantal op te wekken MW. Woningbouwcorporaties kunnen zelf bepalen hoe zij de zonne-systemen willen ontwikkelen: zelf, door bewoners, of een andere partij. Als eerste worden de doelgroepen benaderd waar zonne-energiesystemen het gemakkelijkst te realiseren zijn: eengezinswoningen en andere complexen die technisch geschikt zijn, of die een geschikt collectief energieverbruik hebben. De gemeente zal via financiering vanuit het AIF ook bijdragen aan het uitwerken van het meest geschikte ‘verdienmodel’ voor corporaties.
46
Zonvisie Amsterdam
Westerzon Woningcorporatie Eigen Haard, de Zonnefabriek en stadsdeel West hebben het samen mogelijk gemaakt om op twee complexen van Eigen Haard in stadsdeel West zonnepanelen te realiseren. Een van de uitgangspunten van dit voorbeeldproject is dat zonne-energie beschikbaar komt voor sociale huurders, die niet zelf kunnen investeren én (uiteraard) geen koopwoning hebben. 35 huurwoningen in april 2013 met zonnepanelen uitgerust. Dit levert ongeveer 1.200 kWh per huishouden per jaar. Het innovatieve karakter van samenwerkingsverband Westerzon zit in een nieuwe juridische constructie: de Zonnefabriek blijft eigenaar van de zonnepanelen en Eigen Haard stelt het dak beschikbaar. Dit maakt dat de tot dusver niet te nemen hobbel voor zonne-energie voor de huurders is weggenomen en grootschalige uitrol mogelijk is. Huurders betalen nu alleen nog een maandbedrag voor het gebruik van de zonnepanelen. En de prijs daarvan is voor de huurder lager dan de opbrengsten van de zonnepanelen. De verwachting is dat mede door dit soort oplossingen het aantal huurders met zonnepanelen de komende jaren sterk zal toenemen.
Zonvisie Amsterdam
5.7
47
Erfgoed en zon combineren Visie: Amsterdam is een mooie stad met historische waarde. Zonneenergie is pas echt duurzaam als dit zorgvuldig in de stad wordt ingepast. Innovatie maakt meer mogelijk.
Uitleg: Amsterdam barst van de historische waarde. Dit maakt Amsterdam een mooie en prettige stad om in te wonen en trekt veel toeristen naar de stad. De grachtengordel van Amsterdam staat op de UNESCO-erfgoedlijst. Andere delen van de stad hebben ook monumenten en beschermde stadsgezichten. De plaatsing van zonnepanelen op monumenten of in beschermd stadsgezicht, is mogelijk met een vergunning, maar er gelden wel voorwaarden. De snelle technische vooruitgang in de zonneenergiesector leidt tot nieuwe producten en concepten: ander type zonnecellen, folies, kleuren en bevestigingssystemen. Mogelijk leidt dit ertoe dat er in de toekomst meer mogelijk is binnen de voorwaarden die de ruimtelijke kwaliteit en het erfgoed beschermt.
Buiten de categorie beschermd stadsgezicht en monumenten zijn zonne-energiesystemen zonder vergunning te plaatsen mits de eigenaar zich houdt aan de welstandseisen die zijn opgenomen in de welstandsnota: ‘Schoonheid van Amsterdam 2013’ (www.amsterdam.nl/welstandsnota). Actielijnen: Amsterdam zal op beperkte schaal pilots ondersteunen waarin onderzocht wordt welke mogelijkheden er zijn om (innovatieve vormen van) zonne-energie en erfgoed te combineren. Anderzijds zal zij periodiek de geldende regels – voor monumenten, de welstand of bouwvoorschriften – tegen het licht houden om te bepalen of deze nog aansluiten bij de dynamiek in de (zonne-energie)markt. Er komt meer aandacht voor de communicatie van deze regels.
Zonnepanelen en inpassing in de stad In de meeste gevallen is de plaatsing van zonnepanelen vergunningvrij. Indien voor een bouwwerk geen vergunning noodzakelijk is, moet wel rekening gehouden worden met een aantal andere zaken. Het moet voldoen aan de eisen uit het Bouwbesluit en het mag niet in ernstige mate in strijd zijn met de redelijke eisen van welstand. Deze welstandseisen zijn terug te vinden in de nieuwe welstandsnota ‘De schoonheid van Amsterdam 2013’, te vinden op www. amsterdam.nl/welstandsnota. Amsterdam is trots op haar historische gebouwen en stadsgezicht. Deze historische kwaliteit heeft ook een economisch waarde. Ieder jaar komen meer dan 5 miljoen toeristen naar Amsterdam. Het is daarom zaak om zuinig om te springen met de stad en zorgvuldige afweging te maken tussen historische waarde en in dit geval klimaat- en energieambities. Voor panden die zich in beschermd stadsgezicht of tot een monumentstatus hebben geldt dat wel omgevingsvergunning voor het plaatsen van zonnepanelen. Voor woonboten is de ‘Verordening op het binnenwater 2010’ (VOB) van toepassing en is voor de plaatsing van zonnepanelen bijna altijd een (verbouwings-) vergunning nodig. Via het ‘Omgevingsloket online www. omgevingsloket.nl/ kunnen bewoners en ondernemers via de ‘Vergunningcheck’ nagaan of een vergunning nodig is en welke kosten hieraan verbonden zijn. Het is mogelijk online een (omgevings-)vergunning aanvragen. Bron: gebaseerd op informatie die te vinden is op www.amsterdam.nl/welstandsnota
48
5.8
Zonvisie Amsterdam
Icoonprojecten in de stad
Visie: Het realiseren van enkele zeer grote zonne-energieprojecten is belangrijk voor de stad: Het levert in een keer een stevige hoeveelheid lokaal en duurzaam geproduceerde energie. Daarnaast gaat er een inspirerende werking uit van dergelijke iconen. Uitleg: Het realiseren van enkele grootschalige zonneenergieprojecten (bijvoorbeeld groter dan 1 MW) in de stad, op de grote daken van bedrijven levert in een keer een stevige CO2-reductie winst op. Daarnaast gaat er een inspirerende werking vanuit en komt het actielijn #1 (paragraaf 6.1) ten goede. Hoe inspirerend zou het zijn als de daken van typische Amsterdamse bedrijven/organisaties, zoals de RAI, het AMC en de Arena met een groot zonnesysteem worden uitgerust. Bij grote bedrijven is vrijwel altijd sprake van professioneel energie- en gebouwbeheer. Een investering in een grootschalig zonnesysteem zal vaak alleen plaatsvinden als hiervoor een sluitende business case te maken valt, of als het bedrijf op een andere manier grote voordelen (MVO beleid, marketing, etc.) van de investering ondervindt. Het realiseren van een sluiten-
de business case is voor grote bedrijven (door de lagere prijs die zij betalen voor hun stroom) lastiger dan voor huishoudens en kleine bedrijven, maar niet onmogelijk. Rijkssubsidie (SDE+) kan helpen, maar ook aantrekkelijke financiering (zie paragraaf 5.5) en het benutten van de publicitaire mogelijkheden van het grootschalige zonnesysteem kunnen bedrijven doen beslissen in een zonnesysteem te investeren. De gemeente kan hier een bijdrage aan leveren door met deze partijen in gesprek te gaan en hen te overtuigen om hun iconische zonproject te ondernemen. Hulp bij het vinden van de benodigde kennis ten aanzien van zonnemarkt, techniek, financiën en regels en subsidiemogelijkheden is hier een onderdeel van. Het bieden van financiering vanuit het AIF en het genereren van publiciteit is een andere manier waarop de gemeente ervoor kan zorgen om deze icoonprojecten te realiseren. Actielijn: De gemeente gaat enkele grote bedrijven / organisaties in de stad actief benaderen om met hen te bepalen of en onder welke voorwaarden zij bereid zijn om te investeren in een grootschalig zonne-energie systeem op hun eigen dak.
Zonvisie Amsterdam
Zonnecellen van de toekomst: extreem dun, met maximale lichtabsorptie Het goedkoper maken van de elektriciteit uit zonnepanelen is de belangrijkste voorwaarde voor een brede toepassing van zonne-energie in Nederland. Eén van de manieren om dit te realiseren is door minder van het dure halfgeleidermateriaal te gebruiken waar de zonnecel van gemaakt is; in een standaard zonnecel is dit silicium. Dunnere zonnecellen zijn dus nodig. Het liefst zelfs extreem dun, ongeveer honderd keer zo dun als een mensenhaar. Maar, zodra een zonnecel zo dun wordt, gaat het meeste licht dwars door de cel heen zonder te worden ingevangen. Hierdoor wordt de efficiëntie van de cel erg laag. De uitdaging is daarom: een manier verzinnen waarop we de zonnecel extreem dun kunnen maken, maar wél al het licht vangen. Bij AMOLF wordt uitgebreid onderzocht hoe we dit kunnen doen met nano-structuren. Een nanodeeltje is bijvoorbeeld een kleine cilinder van metaal of silicium met een doorsnede duizend keer zo klein als een mensenhaar. Dit is ongeveer even groot als de golfbeweging van licht. Hierdoor hebben zulke nanodeeltjes een heel sterke interactie met zonlicht. Door slimme patronen van zulke deeltjes te ontwerpen kunnen we de beweging van licht ombuigen in het vlak van de zonnecel. Het licht wordt op deze manier opgesloten en weerkaatst in de zonnecel en daardoor efficiënter geabsorbeerd. Het resultaat: dunne (goedkope) zonnecellen die veel licht vangen. AMOLF is een van de onderzoeksinstituten van de Foundation for Fundamental Research on Matter (FOM), onderdeel van de Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO). http://www.amolf.nl/
49
50
Zonvisie Amsterdam
5.9 Actiematrix In onderstaande tabel wordt de actielijnen en korte termijn acties van de Zonvisie weergegeven: Actielijn
Visie
1. Meer goede voorbeelden, zichtbaarheid en inspiratie
i
2. Ontzorgen en betere informatie over zonne-energie
3. Ruimte voor zonneenergieprojecten van bewoners en bedrijven
4. Beinvloeden van Rijksregelgeving
€
5. Hulp bij financiering
6. Daken van woningcorporaties benutten
7. Erfgoed en zon combineren
8. Icoonprojecten in de stad
Zon is besmettelijk, dat merkt iedereen die er mee aan de slag gaat. Amsterdammers raken geïnspireerd als zij in het dagelijks leven vaker worden geconfronteerd met zonne-energie in hun directe omgeving.
Gebrek aan goede informatie leidt tot twijfel en afwachtend gedrag. Amsterdammers moeten op één plek terecht kunnen voor praktische informatie over zonne-energie en de geldende regels. De gemeente kan helpen om de ‘gedoefactor’ te verkleinen. De energietransitie kan niet zonder ‘eigen initiatief’ van burgers en bedrijven. Helaas heeft niet iedereen in Amsterdam een eigen dak waarop hij zelf een zonnesysteem kan plaatsen. Amsterdam schept daarom ruimte voor projecten van deze burgers en bedrijven. Ruimte op daken, grond en ook tijdelijke locaties worden voor zon gebruikt. Het succes van zonprojecten in een compacte stad als Amsterdam is afhankelijk van de mate waarin burgers en bedrijven kunnen profiteren van de stroom die zij zelf opwekken. Rijksregelgeving heeft hier een grote invloed op. Amsterdamse burgers en bedrijven zijn bereid om in zon te investeren, maar hebben soms een klein financieel duwtje nodig. Amsterdam vindt dat financiering het probleem niet mag zijn wanneer de business case voor een zonneproject sluitend is. De dakoppervlakken van woningcorporaties zijn van cruciaal belang voor de zonambities van de stad. In de komende jaren wordt een versnelling aangebracht in de plaatsing van zonnepanelen op de daken van woningcorporaties.
Amsterdam is een mooie stad met historische waarde. Zonne-energie is pas echt duurzaam als dit zorgvuldig in de stad wordt ingepast. Innovatie maakt meer mogelijk.
Het realiseren van enkele zeer grote zonne-energieprojecten is belangrijk voor de stad: Het levert in een keer een stevige hoeveelheid lokaal en duurzaam geproduceerde energie. Daarnaast gaat er een inspirerende werking uit van dergelijke iconen.
Zonvisie Amsterdam
Uitleg a. Zorgen dat er zonne-energiesystemen worden aangelegd op zichtbare locaties in de stad: scholen, sportgebouwen, infrastructuren, gemeentegebouwen.
b. Virtueel zichtbaar maken van ‘onzichtbare’ zonprojecten en projecten die er reeds zijn.
c. Verbeteren van de gemeentelijke informatie over Zonne-energie en dit aanbieden op één goed vindbare plek.
d. Bewoners en bedrijven actief informatie aanbieden over de mogelijkheden van zonne-energie en hen helpen een zonnesysteem te plaatsen, bijvoorbeeld met behulp van een Amsterdams zonneteam. e. Er wordt ruimte gezocht voor grondgebonden zonne-energie. f. Gemeente onderzoekt mogelijkheden van nieuwe concepten voor (tijdelijke) zonne-energie op kavels. (bv verhuizing van panelen naar dak na gronduitgifte) g. De gemeente gaat onderzoeken of er een simpel en beheersbaar model ontwikkeld kan worden, waarbij de gemeente dak ter beschikking stelt aan derden ten behoeve van opwekking van zonnestroom. h. De gemeente behartigt belangen van burgers en bedrijven op gebied van zonne-energie in Den Haag.
i. Amsterdam onderneemt waar nodig pilotprojecten om deze lobby van praktische voorbeelden en lessen te voorzien.
j. De gemeente biedt financiering vanuit het AIF voor zonneprojecten van diverse doelgroepen, waaronder: huishoudens, VvE’s, burgerinitiatieven, innovatieve pilotprojecten, en grootschalige (iconische) projecten.
k. De gemeente maakt prestatieafspraken met woningcorporaties over de hoeveelheid zonnepanelen op de daken van hun bezit.
l.
De gemeente ondersteunt corporaties (financieel vanuit het AIF) bij de uitvoering van pilotprojecten die van belang zijn voor uitrol.
m Amsterdam ondersteunt pilots waarin onderzocht wordt welke mogelijkheden er zijn om zonne-energie en erfgoed te combineren.
n. Amsterdam houdt periodiek de geldende regels voor monumenten, welstand of bouwvoorschriften tegen het licht en communiceert hierover.
o. De gemeente gaat enkele grote bedrijven / organisaties in de stad actief benaderen om met hen te bepalen of en onder welke voorwaarden zij bereid zijn om te investeren in een grootschalig zonne-energie systeem op hun eigen dak.
51
52
6.
Zonvisie Amsterdam
Organisatie van de uitvoering
Zonne-energie is een toepassing die verschillende doelgroepen en verschijningsvormen kent, variërend van woningcorporaties, bedrijven, grondgebonden systemen, zonnepanelen op scholen en eigen gebouwen. De acht activiteitenlijnen die in deze Zonvisie zijn opgenomen snijden zodoende dwars door de stad en daarmee de gemeentelijke organisatie. De acht actielijnen in deze Zonvisie geven de richting aan voor de projecten die op korte en middellange termijn ondernomen moeten worden om het doel van 160 MW in 2020 en 1000 MW in 2040 te realiseren. Voor de periode 2013 tot 2014 is een aantal projecten geïdentificeerd waarmee concreet invulling wordt gegeven aan deze actielijnen. Deze staan vermeld in Bijlage 3. Deze acties zijn soms een vervolg op een eerdere gemeentelijke actie van een dienst of stadsdeel, soms een nieuw project. Met deze actielijnen en projecten voor 2013-2014 is de Zonvisie echter nog niet volledig uitgewerkt in een ‘zonprogramma’ voor de middellange en lange termijn. Ieder jaar moet bepaald worden
welke projecten er nodig zijn om invulling te geven aan de actielijnen en welke gemeentelijke partijen hiervoor verantwoordelijk zijn. Gezien de grote dynamiek van de energie- en zonnesector is het niet mogelijk en verstandig om nu al zonprojecten of activiteiten te bepalen voor de periode na 2014. Het programmabureau Klimaat en Energie is verantwoordelijk voor het programmamanagement van het ‘zonprogramma’ en is daarnaast zelf trekker van enkele onderdelen, bijvoorbeeld financiering vanuit het AIF, de lobby naar het Rijk, en samen met stadsdelen het organiseren van informatievoorziening naar burgers en bedrijven. Het programmabureau geeft jaarlijks in haar jaarprogramma aan welke activiteiten in de stad uitgevoerd worden ter uitvoering van de Zonvisie, zowel door andere partijen in de gemeentelijke organisatie en stadsdelen als door het programmabureau Klimaat en Energie zelf. Rapportage over capaciteit en middelen hoort hierbij. Ook zal zij op dat moment rapporteren over de resultaten in het voorgaande jaar.
Zonvisie Amsterdam
Bedrijf zoekt Buur Zonnepanelen zijn inmiddels financieel een goede investering, maar dan moet je het geld wél hebben om de investering te doen. En wat als je wel geld hebt, maar geen dak? In BedrijfzoektBuur investeert het Bedrijf in een zonnestroominstallatie op het dak van de woning van de burger, de Buur. Het bedrijf is eigenaar van de zonnestroominstallatie, en heeft daarmee toegang tot fiscale mogelijkheden zoals de energieinvesteringsaftrek. De buur heeft het genot van het gebruik van de zonnestroom, en betaalt hiervoor een vergoeding aan het bedrijf. De een heeft het geld, de ander het dak. Samen hebben zij mooie fiscale voordelen, samen investeren zij in lokale duurzame energie. In december 2011 gingen Triple I-S (bedrijf ) en Jeroen Kruisheer (buur) de samenwerking aan. Daarna heeft adviesbureau Loyens & Loeff de overeenkomst tegen het licht gehouden en de laatste puntjes op de “i” gezet. De bevindingen zijn door iedereen gratis in te zien http://www. wijkrijgenkippen.nl/meedoen/clusters/cluster-bedrijfzoektbuur/) en daardoor is het concept eenvoudig te herhalen.
53
54
Zonvisie Amsterdam
Bijlage 1 Belemmeringen: waar liggen de uitdagingen? In gesprekken met Amsterdamse stakeholders (zie lijst van stakeholders in Bijlage 2) zijn belemmeringen en aandachtspunten genoemd, die beïnvloeden of een huishouden of bedrijf uiteindelijk wel of niet in een zonne-energiesysteem investeert.
1. Voorbeelden en informatie Vaak raken huishoudens of bedrijven pas daadwerkelijk bekend met zonne-energie wanneer in de directe omgeving een zonnesysteem is geplaatst, en een bekende vertelt over zijn of haar eigen systeem. Wanneer enthousiasme en nieuwsgierigheid eenmaal is gewekt, kan goede informatie leiden tot de aanschaf van een zonne-energiesysteem. Om dit mechanisme op gang te helpen is het dus zaak om meer zonne-energiesystemen zichtbaar te maken; zowel kleine systemen van individuele huishoudens als grote, inspirerende systemen op beeldbepalende plekken in de stad. Omdat zonnesystemen vaak aangebracht worden op daken en zo tamelijk onzichtbaar zijn, moet naar andere manieren worden gezocht om deze toch zichtbaar te maken. Omdat zonne-energie nog in de kinderschoenen staat, is er nog relatief weinig kennis aanwezig bij potentieel geïnteresseerde bewoners en ondernemers over de techniek en de mogelijkheden. Dit geldt voor huishoudens, VvE’s, maar ook voor het MKB en grotere bedrijven. Er is informatiebehoefte op de volgende gebieden: De terugverdientijd voor huishoudens en bedrijven. Welke investering verdient zich terug? Welke regelingen zijn er? En welke organisatie- en financieringsmodellen zijn er op de markt?
Wat er allemaal bij komt kijken om zonnepanelen aan te schaffen en op het dak te installeren; Regels die gelden voor de plaatsing van zonnepanelen in de verschillende delen van de stad. Wat zijn de regels volgens welstand en in beschermd stadsgezicht en op monumenten? Is er een vergunning nodig? Hoe de zonnesector in elkaar zit, welke aanbieders er zijn, en waar je op moet letten als je een zonnesysteem wilt aanschaffen. De mondiale zonnesector is een jonge technologische markt. Een markt in deze staat van ontwikkeling karakteriseert zich vaak door een grote dynamiek, groeispurten en soms problemen. Dit leidt enerzijds tot veel mooie nieuwe producten en steeds scherpere prijzen, maar soms ook tot problemen op het gebied van de kwaliteit van producten en diensten. Er zijn goede paneelfabrikanten en partijen die een mindere kwaliteit leveren. Hetzelfde geldt voor de leveranciers en installateurs in Nederland. Door de stevige concurrentie gaan er ook vaak partijen failliet en ontstaan er problemen met garanties op geleverd werk. Verschillende organisaties, waaronder branchevereniging Holland Solar, proberen de consument te helpen bij hun aanschaf door kwaliteitskeurmerken te ontwikkelen. Informatie hierover is te vinden via www.zonnekeur.com. De verzekeringsbranche biedt daarnaast steeds meer
Zonvisie Amsterdam
verzekeringen aan voor de technische kwaliteit en garanties op zonnepanelen. Geen enkele overheid of marktpartij heeft op dit moment een volledig overzicht van de markt en hoe deze zich ontwikkelt. Het volledig wegnemen van onzekerheden en voorkomen van problemen, bijvoorbeeld ten aanzien van de gevolgen van faillissementen van zonnepanneelfabrikanten, is daarmee niet mogelijk.
55
en Tsjechië, waar zonne-energie de afgelopen jaren een grote vlucht heeft genomen, is naast de voorstanders en aanhangers van zonneenergie ook een tegenbeweging ontstaan van mensen die het een aantasting van hun omgeving vinden. Dit moet in Amsterdam voorkomen worden. Kwaliteit is een voorwaarde.
Waar ‘zichtbaarheid’ en bekendheid van zonne-energie kan leiden tot enthousiasme, kan zichtbaarheid ook tegenwerken. Dit is het geval wanneer de esthetiek in het geding is en de zonnepanelen niet zorgvuldig in het straatbeeld zijn geïntegreerd. In Duitsland, België
2.
Wet- en regelgeving: juridische ruimte voor zelfopwekking; salderen
Wet- en regelgeving is een reactie op technologische ontwikkelingen en loopt hierdoor altijd achterop. Dit gaat ook op voor zonne-energiesystemen. De juridische kaders in de Elektriciteitswet zijn nog niet volledig toegerust op de opmars van zonne-energiesystemen en sluiten niet aan bij het belang dat Amsterdammers hechten aan zonne-energie. Dit leidt in de stad tot praktische belemmeringen die huishoudens er van weerhouden om in een eigen zonnesysteem te investeren: Het feit dat individuele leden van een VvE als gevolg van de geldende ‘saldeerregels’
(zie kader Virtueel salderen in de stad’) onnodig hoge kosten moeten maken om hun opgewekte energie op het gemeenschappelijke dak, zelf te kunnen gebruiken. Het feit dat Amsterdammers zonder een geschikt eigen dak graag zouden investeren in zonnepanelen op het dak van een ander, maar dat huidige energieregelgeving dit op dit moment financieel onaantrekkelijk maakt. Het feit dat de Elektriciteitswet zeer strenge eisen stelt aan de levering van stroom aan kleinverbruikers. Dit maakt de uitwisseling van zelfopgewekte zonnestroom lastig.
56
3.
Zonvisie Amsterdam
De zoektocht naar fysieke ruimte
Zonnepanelen kunnen op vrijwel ieder oppervlak met een goede zonoriëntatie en een voldoende stevige draagconstructie worden geplaatst. Dit kunnen daken zijn van woningen en bedrijven, maar ook grondgebonden zonne-energiesystemen zijn mogelijk. Waar een kleinschalig eigen systeem op het eigen dak de charme heeft van ‘zelfdoen’ en ‘autarkie’, heeft het investeren in een grootschalige zonnesysteem buiten het eigen dak het pluspunt van schaalvoordelen en professionaliteit. Voor Amsterdammers zonder eigen dak is het investeren in een zonnesysteem elders in de stad bovendien de enige oplossing om iets met zonne-energie te doen. Hoe groot de groep is die niet gemakkelijk een zonne-energiesysteem kan plaatsen op een eigen dak is onbekend, maar gezien de opbouw van de woningvoor-
4.
raad van de stad, gaat dit om een grote groep. Het vinden van ruimte voor deze groep is een uitdaging omdat: 1. Er nog onvoldoende bekend is welke geschikte daken de stad herbergt, voor zowel kleine als grote zonnesystemen. 2. Dakbezitters en ‘daklozen’ weten elkaar nog onvoldoende te vinden, en er is nog veel ontwikkelwerk te doen op het gebied van business proposities, financieringsvoorwaarden, juridische aspecten en processen. 3. Het is voor huurders in de vrije- of corporatiesector vaak onmogelijk om zonnepanelen aan te leggen op het dak van het pand waarin zij huren.
Het vinden van geld
Zonne-energie maakt een sterke ontwikkeling door. De prijzen van zonnepanelen dalen sterk. Voor een huishouden met een eigen dak is de terugverdientijd op dit moment zo’n 8 jaar. Subsidiëren lijkt hier niet meer nodig. Voor grootverbruikers, of meer complexe projecten – vanwege de schaal, de techniek of de organisatievorm – is het toepassen van zonne-energie soms nog wat lastiger. Stakeholders zien in de huidige markt de volgende financiële belemmeringen: Niet alle huishoudens met de wens een rendabel zonne-energiesysteem aan
te leggen op hun dak beschikken over voldoende spaargeld om dit uit eigen middelen te doen; Grotere zonneprojecten met een sluitende business case, hebben in het huidige financiële klimaat soms moeite om financiering vanuit de markt aan te trekken; Het is zeer lastig om innovatieve projecten, op het terrein van organisatievormen of gebruikte technologie, te financieren, terwijl deze pilots belangrijk kunnen zijn voor de succesvolle integratie van zon in de stad. Voorbeelden hiervan zijn onder meer de volgende:
Zonvisie Amsterdam
Projecten waarin een corporatie een aanbod voor zonne-energie doet voor haar bewoners. Organisatievorm en aanbod heeft zich nog niet bewezen, maar is wel belangrijk voor verdere uitrol in de stad; Projecten waarin de grenzen worden opgezocht, bijvoorbeeld qua regelgeving. Marktpartijen zijn veelal niet bereid een dergelijk juridisch risico te nemen. Voorbeeld: Zon op VvE project (zie kader ‘Zon op VvE project’) waarin de grenzen worden opgezocht in de ‘saldeerregels’ (Zie
5.
57
kader ‘Virtueel salderen in de stad’); Projecten waarin een onrendabele techniek of technologie wordt gebruikt die van belang kan zijn voor een specifieke uitdaging in de stad. Voorbeeld hiervan is de toepassing van een innovatief en duurder type zonnepanelen, bijvoorbeeld geïntegreerd in dakpannen Of zonnefolies, in een pilot waarin de inpassingmogelijkheden van zon op monumenten wordt getest.
Teveel gedoe
Zonne-energie is relatief nieuw. Eenduidige informatie ontbreekt soms nog, zoals (zie barriere 1), het optimale zonnesysteem voor een situatie, over de business case, regels en stappen die doorlopen moeten worden. Dit staat bovendien ook nog eens los van de technische ingrepen die moeten worden gepleegd in en op de woning. Het ‘gedoe’ zoals men dit omschrijft vormt vooralsnog een belemmering voor veel Amsterdammers om te investeren in een eigen zonne-energiesysteem. Wanneer men geen eigen dak heeft en dus ‘veroordeeld’ is tot het ontwikkelen van een systeem op het gezamenlijk dak (VvE) of het dak van een ander (coöperatie), dan vormt het organiseren hiervan een extra ‘gedoefactor’. Stakeholders stellen dat:
Besluitvorming over een investering in een zonne-energiesysteem in een (grotere) VvE vaak erg lastig verloopt; Het coöperatiemodel voor de ontwikkeling van zonne-energiesystemen voor ‘daklozen’ tamelijk nieuw is en daardoor nog veel onbekenden kent. Er is behoefte aan kennis en voorbeelden ten aanzien van technische, financiële en juridische aspecten van een zonnecoöperatie. Deze kennis draagt er toe bij dat wanneer de fiscale regels voor zon coöperaties worden aangepast (verwacht jan 2014) snel een aantal Amsterdamse projecten ontstaan die er gebruik van maken.
58
Zonvisie Amsterdam
Bijlage 2 Typering en geconsulteerde stakeholders Gebruikers VvE’s Georganiseerde bewoners / burgerinitiatieven; Bedrijven en instellingen (groot en klein) Woningcorporaties Aanbieders Energiebedrijven Installateurs / zonbedrijven Adviseurs (technisch, projectmanagement, juridisch) Investeerders Overheid Rijk Gemeente / stadsdelen Politiek (raadsleden Amsterdam, College van B&W) Amsterdamse Klimaatraad
Wetering Duurzaam – Wij krijgen Kippen – Amsterdamse Stadsdelen – Haven Amsterdam - Nuon – Essent – Zonnefabriek – Zon op Nederland – Alliander – Pluk de Zon – Oskomera – Firma Zonnestroom – 10:10- Ondernemervereniging Westpoort – diverse VvE’s – ARC – D66 Amsterdam – Groen Links Amsterdam – Zon cooperatie GWL – Arena – AMC – Het Rijk – AMOLF – Eigen Haard – Stadgenoot – Rochdale – Ymere – De Key – Colliers International – Rabobank Amsterdam – DRO – OGA – WZS – BMA – BGH – DMO – YSS – Stichting 1 miljoen Watt - AEB – De Groene Grachten – De Gezonde stad – Herman de Zonnestroomverdeler – PvdA Amsterdam – RAI – Urgenda – ECN – Zonne-energieNu – Stichting Green IT – Amsterdam Smart City – Solar Greepoint – Schoolbestuur AWBR – Pakhuis De Zwijger – Waternet – Evergreen Energy – ASN Bank – Step 2 Eco – CE Delft – Kies Zon – Baanbreker – Provincie Noord-Holland – AIM – Stichting VvE Belang – DWA
Zonvisie Amsterdam
59
60
Zonvisie Amsterdam
Bijlage 3 Activiteiten korte termijn (2013-2014) Actielijn
1.Meer goede voorbeelden, zichtbaarheid en inspiratie
i
2.Betere informatie over zonne-energie en ontzorgen
3.Ruimte voor zonneenergieprojecten van bewoners en bedrijven
4.Investeringsklimaat: beïnvloeden van regelgeving
€
5.Hulp bij financieren
6.Daken van woningcorporaties benutten
7.Erfgoed en zon combineren
Project
Uitleg
# 1 De zonneprijs
1. De gemeente zal in 2013 de Amsterdam
# 2 De zonnekaart
2. Amsterdamse zonprojecten worden op en tussen projecteigenaren onderling u
# 3 Zon op eigen daken
3. Amsterdam gaat het aantal zonne-ene
# 4 Zon op scholen
4. De gemeente gaat onderzoeken of zij s
# 5 Het zonplatform
5. Gemeentelijke sites waar iets over zon tie over de sector.
# 6 De Zonatlas
6. Er komt een Zonatlas-functie op het zo
# 7 Zonsessies
7. Er worden in stadsdelen en in bijzonde gie, installateurs en regels. Mensen wo
# 8 Het Amsterdams zonneteam
8. Er wordt een Amsterdams zonneteam o zal samen met stadsdelen worden uitg
# 9 De Zonneweide
9. Er wordt ruimte gezocht voor (tijdelijke cesvol, in 2014 meerdere projecten.
# 10 Bouwrijpe Zon
10. Er wordt een nieuw concept ontwikkel de nieuwe gebruiker van het kavel de z
# 11 Dakmakelaar
11. De gemeente treedt op als ‘dakmakelaa naren in de stad. Het omgekeerde geld
# 12 Gemeente daken voor de stad
12. De gemeente onderzoekt of er een sim nestroom.
# 13 Lobby
13. De gemeente blijft met het Rijk en prov burgers en bedrijven in de stad. Zon is
# 14 Voorbeelden maken
14. Amsterdam onderneemt waar nodig p
# 15 de Energielening
15. Amsterdamse Energielening voor huise
# 16 Zon en het AIF
16. Amsterdam organiseert verschillende t van hun zonproject vanuit het AIF. De v
# 17 Subsidies voor complexe projecten van VvE’s
17. Amsterdam geeft geen subsidie meer v VvE’s stimuleren.
# 18 Zon afspraken corporaties
18. De gemeente maakt in 2014 afspraken
# 19 Zon pilots met corporaties
19. De gemeente financiert vanuit het AIF
# 20 Zon in erfgoed
20. Amsterdam ondersteunt pilots waarin
# 21 Herijken van de regels
21. Amsterdam houdt periodiek de gelden
# 22 Iconen maken
22. De gemeente gaat met enkele grote be
8.Icoonprojecten in de stad
Zonvisie Amsterdam
mse Zonneprijs uitreiken aan het zonne-energieproject dat het mooiste in de stad is geïntegreerd. Twee categorieën: burgers en bedrijven.
p aantrekkelijke manier zichtbaar gemaakt op een zonnekaart die op de www.amsterdam.nl/zon te vinden is. Via deze kaart wordt interactie met de stad uitgelokt.
ergiesystemen dat zij op haar eigen daken heeft aangebracht uitbreiden en hierover communiceren.
samen met de Amsterdamse schoolbesturen een aantal (basis)scholen kan (laten) uitrusten met zonne-energiesystemen. vermeld staat, worden samengevoegd in één zonplatform waarop informatie is te vinden over kosten en opbrengsten, voorbeelden, regels en informa-
onplatform die burgers en bedrijven de mogelijkheid biedt om te kijken of hun dak geschikt is voor zonne-energie, en wat dit kost en oplevert.
ere gebieden, zoals de haven, bijeenkomsten georganiseerd waar geïnteresseerde bewoners en bedrijven informatie kunnen krijgen over zonne-enerorden actief op deze mogelijkheid geattendeerd.
opgezet dat bewoners en bedrijven actief gaat benaderen en helpen om zonnepanelen te plaatsen. De wijze waarop dit georganiseerd gaat worden gewerkt.
e) grondgebonden zonne-energie. In 2013 wordt in ieder geval een project ondernomen, waarin werkwijze en voorwaarden worden getest. Indien suc-
ld voor de plaatsing van zonnepanelen op kavels die later inclusief de zonnepanelen kunnen worden uitgegeven. Denk hierbij aan de mogelijkheid dat zonnepanelen integreert in het nieuw te bouwen pand, of de zonnepanelen op een andere manier nuttig gebruikt.
ar’. Wanneer een coöperatie die op zoek is naar een geschikt dak zich meldt, dan gebruikt zij haar kanalen om hen in contact te brengen met dakeigedt ook.
mpel en beheersbaar model ontwikkeld kan worden, waarbij de gemeente dak ter beschikking stelt aan derden ten behoeve van opwekking van zon-
vincie in gesprek over de randvoorwaarden (financieel, juridisch, etc.) die van belang zijn voor de business case van decentrale duurzame projecten van hierbij een belangrijk thema.
pilotprojecten om deze lobby van praktische voorbeelden en lessen te voorzien.
eigenaren die in energiemaatregelen, waaronder zonne-energie, willen investeren.
tenders vanuit het AIF waarin huishoudens, samenwerkende huishoudens, of niet commerciele partijen een aanvraag kunnen indienen voor financiering volgende tenders staan op het programma: ‘tender bewoner initiatieven’, ‘tender gebiedsgerichte projecten’, ‘Algemene tender’.
voor zonnepanelen op individuele daken, maar enkele stadsdelen zullen door middel van een beperkte subsidie wel de meer complexe projecten van
n met corporaties over zonne-energie op de daken van hun bezit en het opnemen van zonnepanelen in het ZAV-beleid.
één of meerdere pilotprojecten van corporaties waarin een verdienmodel in de praktijk wordt getest dat van belang is voor verdere uitrol op het bezit.
onderzocht wordt welke mogelijkheden er zijn om zonne-energie en erfgoed te combineren.
nde regels (monumenten, welstand, bouwvoorschriften) tegen het licht en communiceert hierover.
edrijven/ organisaties in de stad in gesprek om te kijken op welke wijze op hun daken een iconisch zonnesysteem te realiseren valt.
61
de sta d
orati e
s
co rp or
ati es
d
corp
ts me t
prak en
n afs
18 Z o
in
e go e rf
pil o
on
gels
on
on nz e d oe g f Er 7.
de re
19 Z
8.Icoo npro ject en in
ren bine m o c
ma ken
6.Daken v a n w onin g c o rpo r a tie s b en u t te n
Z 20
holen
s rij ep nn
zo
an en v erijk H 1 2
k en n da eige
art ka ne
De
Ico nen
n op
on ez
1
22
4 Zon op sc
3 Zo
2D
1
de oe g r ee .M
atie n inspir eid e h r a a htb , zic n e eld rbe o vo
8
7Z
s
Zon atla
ses sie 6 De
on
m s zo terd nn am et s ea m
He tA
de
10
ee ld
en
de
Zon
g in en el gi
er En
4.Inves t e r i n g sklim aat : b eïn vlo e d en va n r eg elg e vi ng
13 L obb y
€
r
elaa
ak akm D 1 1
i
Vo or b 14
e ijp wr u Bo
n Zo
9
De
ei w e nn Zo
bedrijven ers en ewon an b en v ject pro gie ner e-e nn zo or vo te im Ru 3.
15
16
en
het
AIF
e complex die voor 17 Subsi VvE’s projecten van
ren ncie fina bij ulp 5.H
s
5 Het zonp latfo
rm
2.Betere in forma tie o ver zon neene rgi ee no nt zo rg en
en ente dak 12 Geme voor de stad