Protestantse Gemeente ‘De Graankorrel’ te 's-Graveland
Zondag 31 mei 2015 ʻzondag Trinitatisʼ Voorganger: drs. Elsa E. Aarsen-Schiering, Amsterdam Ouderling: Ad Kramer Organist: Jan van Veldhuizen Lector: Loes van Reenen Diaken: Tine Gardenier Koster: Theo Schaap Welkom en mededelingen Groet V: G: V: G: V:
Genade zij u en vrede van God de Vader en van Jezus Christus de Zoon. De Heer zij met u. Ook met u zij de Heer. Onze hulp is in de naam van de Heer, die Hemel en aarde gemaakt heeft, die trouw houdt tot in eeuwigheid en die niet laat varen het werk van zijn handen. Amen.
Drempelgebed Psalm 8: 1, 2, 3, 6 1
Heer, onze Heer, hoe heerlijk en verheven hebt Gij uw naam op aarde uitgeschrevenmachtige God, Gij die uw majesteit ten hemel over ons hebt uitgebreid.
2
Wel doet de hemel hoog uw glorie blinken, maar in de mond van kind'ren doet Gij klinken uw machtig heil, zo maakt G' uw vijand stil en doet uw haters buigen voor uw wil.
3
Aanschouw ik 's nachts het kunstwerk van uw handen, de maan, de duizend sterren die daar branden, wat is de mens, dat Gij aan hem gedenkt, het mensenkind, dat Gij hem aandacht schenkt?
6
Heer, onze Heer, hoe heerlijk en verheven hebt Gij uw naam op aarde uitgeschreven. Heer, onze God, hoe vol van majesteit hebt Gij uw naam op aarde uitgebreid.
Kyrie gebed
1
Protestantse Gemeente ‘De Graankorrel’ te 's-Graveland
Glorialied 704: 1, 2, 3 1
Dank, dank nu allen God met hart en mond en handen, die grote dingen doet hier en in alle landen, die ons van kindsbeen aan, ja, van de moederschoot, zijn vaderlijke hand en trouwe liefde bood.
2
Die eeuwig rijke God moge ons reeds in dit leven een vrij en vrolijk hart en milde vrede geven. Die uit genade ons behoudt te allen tijd, is hier en overal een helper die bevrijdt.
3
Lof, eer en prijs zij God die troont in ’t licht daarboven. Hem, Vader, Zoon en Geest moet heel de schepping loven. Van Hem, de ene Heer, gaf het verleden blijk, het heden zingt zijn eer, de toekomst is zijn rijk.
Groet V: G:
De Heer zij met u. En met uw geest.
Gebed bij de opening van de schriften O.T. lezing: Exodus 3: 1-6 1
Mozes was gewoon de schapen en geiten van zijn schoonvader Jetro, de Midjanitische priester, te weiden. Eens dreef hij de kudde tot voorbij het steppeland, en zo kwam hij bij de Horeb, de berg van God. 2 Daar verscheen de engel van de HEER aan hem in een vuur dat uit een doornstruik opvlamde. Mozes zag dat de struik in brand stond en toch niet door het vuur werd verteerd. 3 Hoe kan het dat die struik niet verbrandt? dacht hij. Ik ga dat wonderlijke verschijnsel eens van dichtbij bekijken. 4 Maar toen de HEER zag dat Mozes dat ging doen, riep hij hem vanuit de struik: ‘Mozes! Mozes!’ ‘Ik luister,’ antwoordde Mozes. 5 ‘Kom niet dichterbij,’ waarschuwde de HEER, ‘en trek je sandalen 2
Protestantse Gemeente ‘De Graankorrel’ te 's-Graveland
uit, want de grond waarop je staat, is heilig. 6 Ik ben de God van je vader, de God van Abraham, de God van Isaak en de God van Jakob.’ Mozes bedekte zijn gezicht, want hij durfde niet naar God te kijken. Lied 705: 1, 2, 3 1
Ere zij aan God, de Vader, ere zij aan God, de Zoon, eer de heilige Geest, de Trooster, de Drie-enige in zijn troon. Halleluja, halleluja, de Drie-enige in zijn troon!
2
Ere zij aan Hem, wiens liefde ons van alle smet bevrijdt, eer zij Hem die ons gekroond heeft, koningen in heerlijkheid. Halleluja, halleluja, ere zij het Lam gewijd.
3
Ere zij de Heer der engelen, ere zij de Heer der kerk, ere aan de Heer der volken; aarde en hemel looft uw werk! Halleluja, halleluja, loof de koning, heel zijn kerk!
N.T. lezing: Johannes 3: 1-15 1
Zo was er een farizeeër, een van de Joodse leiders, met de naam Nikodemus. 2 Hij kwam in de nacht naar Jezus toe. ‘Rabbi,’ zei hij, ‘wij weten dat u een leraar bent die van God gekomen is, want alleen met Gods hulp kan iemand de wondertekenen doen die u verricht.’ 3 Jezus zei: ‘Waarachtig, ik verzeker u: alleen wie opnieuw wordt geboren, kan het koninkrijk van God zien.’ 4 ‘Hoe kan iemand geboren worden als hij al oud is?’ vroeg Nikodemus. ‘Hij kan toch niet voor de tweede keer de moederschoot ingaan en weer geboren worden?’ 5 Jezus antwoordde: ‘Waarachtig, ik verzeker u: niemand kan het koninkrijk van God binnengaan, tenzij hij geboren wordt uit water en geest. 6 Wat geboren is uit een mens is menselijk, en wat geboren is uit de Geest is geestelijk. 7 Wees niet verbaasd dat ik zei dat jullie allemaal opnieuw geboren moeten worden. 8 De wind waait waarheen hij wil; je hoort zijn geluid, maar je weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heen gaat. Zo is het ook met iedereen die uit de Geest geboren is.’ 9 ‘Maar hoe kan dat?’ vroeg Nikodemus. 10 ‘Begrijpt u dit niet,’ zei Jezus, ‘terwijl u een leraar van Israël bent? 11 Waarachtig, ik verzeker u: wij spreken over wat we weten en we getuigen van wat we gezien hebben, maar jullie accepteren ons getuigenis niet. 12 Wanneer jullie me niet geloven als ik over aardse dingen spreek, hoe zouden jullie me dan geloven als ik over hemelse dingen spreek? 13 Er is toch nooit iemand opgestegen naar de hemel behalve degene die uit de hemel is neergedaald: de Mensenzoon? 14 De Mensenzoon moet hoog verheven worden, zoals Mozes in de woestijn de slang omhooggeheven heeft, 15 opdat iedereen die gelooft, in hem eeuwig leven heeft. 3
Protestantse Gemeente ‘De Graankorrel’ te 's-Graveland
Lied 686: 1, 2, 3 1
De Geest des Heren heeft een nieuw begin gemaakt, in al wat groeit en leeft zijn adem uitgezaaid. De Geest van God bezielt wie koud zijn en versteend herbouwt wat is vernield maakt één wat is verdeeld.
2
Wij zijn in Hem gedoopt Hij zalft ons met zijn vuur. Hij is een bron van hoop in alle dorst en duur. Wie weet vanwaar Hij komt wie wordt zijn licht gewaar? Hij opent ons de mond en schenkt ons aan elkaar.
3
De Geest die ons bewoont verzucht en smeekt naar God dat Hij ons in de Zoon doet opstaan uit de dood. Opdat ons leven nooit in weer en wind bezwijkt, kom Schepper Geest, voltooi wat Gij begonnen zijt.
Overdenking Lied 841: 1, 2, 3, 4 1
Wat zijn de goede vruchten, die groeien aan de Geest? De liefde en de vreugde, de vrede allermeest, geduld om te verdragen en goedertierenheid, geloof om veel te vragen, te vragen honderd-uit;
2
geloof om veel te geven, te geven honderd-in, wij zullen leren leven van de verwondering: dit leven, deze aarde, de adem in en uit, het is van Gods genade en zijn lankmoedigheid. 4
Protestantse Gemeente ‘De Graankorrel’ te 's-Graveland
3
En wie zijn ziel niet prijsgeeft maar vasthoudt tot het eind, wie zijn bestaan niet kruisigt – hoezeer hij levend schijnt, hij gaat voorgoed verloren, het leven dat hij koos is tevergeefs geboren en eindigt vruchteloos.
4
Maar wie zich door de hemel laat helpen uit de droom, die vindt de boom des levens, de messiaanse boom en als hij zich laat enten hier in dit aardse dal, dan rijpt hij in de lente tot hij vruchtdragen zal.
Dankgebed – Voorbeden – Stil gebed – Onze Vader Collecte Slotlied 663: 1, 2 1
Al heeft Hij ons verlaten, Hij laat ons nooit alleen. Wat wij in Hem bezaten is altijd om ons heen als zonlicht om de bloemen een moeder om haar kind. Teveel om op te noemen zijn wij door Hem bemind.
2
Al is Hij opgenomen, houd in herinnering, dat Hij terug zal komen, zoals Hij van ons ging. Wij leven van vertrouwen, dat wij zijn majesteit van oog tot oog aanschouwen in alle eeuwigheid.
Zegen van de allerhoogste
5