Zondag 29 januari 2012 Vredevorstkerk Themadienst: ONTMOETING
Woord van welkom De gemeente gaat staan INTREDE Woorden op de drempel van de dienst: In deze stad van zoveel mensen, in blijvende beweging, in zoekende onrust – in deze stad brandt hier Zijn licht, roep ons Zijn stem. Hier leven wij van woorden, hier worden ons wegen gewezen met verhalen. Hier zien wij met nieuwe ogen, hier worden wij aangezien, worden wij elkaar toebedeeld gedragen door Zijn Naam: IK-ZAL-ER-ZIJN. Openingslied Lied 15 uit Geroepen om te zingen Vrede voor jou, hierheen gekomen, zoekend met ons om mens te zijn. Jij maar alleen, jij met je vrienden, jij met je last, verborgen pijn. Vrede, genade, God om je heen, vergeving nieuwe moed voor jou en iedereen. Niemand komt hier vrij van het kwade, niemand gaat hier straks weer vrijuit. Niemand te veel, niemand te weinig, niemand te groot, geen een te klein, Dit wordt verbeeld in woord en gebaar, tot ooit en overal wij leven voor elkaar. U die ons kent, U die ons aanvoelt, U die de hele wereld draagt: Kom naar ons toe, leer ons te leven, help ons te zien wat ieder vraagt, Tijd om te leven, kans om te zijn; een plek om nu en ooit gezien, aanvaard te zijn.
Votum v: Onze hulp is de Naam van de Eeuwige a: DIE HEMEL EN AARDE GEMAAKT HEEFT v: die ons ziet, die ons hoort en weet wat ons drijft. a: GOD VAN ALLE BEGIN, ALFA EN OMEGA v: die ons naar zijn beeld en gelijkenis heeft geschapen. a: AMEN Groet De gemeente gaat weer zitten Zingen
Lied 58 uit Zingenderwijs Gezegend is de mens die leeft op adem van de Geest, Die in haar woord en daad verweeft wat men in dromen leest. Gezegend is het woord dat gaat als bode van het licht En lichter leven zaait, als zaad wat zich op goedheid richt. Gezegend is de daad die heelt wat wond is of wat breekt, die in barmhartigheid verbeeldt wat vanuit harten spreekt. Gezegend is het levensspoor dat naar de toekomst wijst. Gods Geest gaat daarin mensen voor, wáár liefde zich bewijst.
Kyriegebed Zingen
Tussentijds lied 210: 1, 2 , 5, 6 en 7
wat hij heeft geschapen met zijn hand, zijn woord. Hij zal niet verlaten wat Hem toebehoort. Israël, Egypte, stem en tegenstem, hoogtepunt en diepte – alles zegent Hem, want Hij zal verzoenen wat vijandig is, nieuwe namen noemen voor een oud gemis. Kerk en wereld samen, vasteland en zee, worden ja en amen, ja uit ja en nee.
Gebed om hulp bij het verstaan van de Schriften Kaarsenlied
Lied 24 uit Geroepen om te zingen
Kaars, jij mag branden: jij geeft aan ons je licht. Jij bent een teken: God houdt ons in het zicht. Boek, jij mag open: jij bent Gods blij verhaal. Woord, dat doet hopen. God spreekt in mensentaal. Eer aan de Vader, de Zoon en aan de Geest: God, die er zijn zal, en altijd is geweest. (kinderen en tieners naar de nevendienst) BEGIN VAN DE WOORDDIENST Ter inleiding - bijzondere ontmoetingen - met een zieke - met een Moslima - via een TV uitzending Vraag aan de gemeente: Vertel aan je buurvrouw/man over een bijzondere ontmoeting die u is bijgebleven. Zingen: Tussentijd lied 175: 1, 3 en 4 Zolang wij ademhalen schept Gij in ons de kracht om zingend te vertalen waartoe wij zijn gedacht: elkaar zijn wij gegeven tot kleur en samenklank. De lofzang om het leven geeft stem aan onze dank. Het donker kan verbleken door psalmen in de nacht. De muren kunnen vallen: zing dan uit alle macht! God, laat het nooit ontbreken aan hemelhoog gezang, Waarvan de wijs ons tekent dit lieve leven lang. Ons lied wordt steeds gedragen door vleugels van de hoop. Het stijgt de angst te boven om leven dat verloopt. Het zingt van vergezichten, het ademt van uw Geest. In ons gezang mag lichten het komend bruiloftsfeest. Schriftlezing
- Handelingen 9: 10-20 (Naardense Bijbel)
Nu is er een zeker leerling in Damascus, met de naam Ananias, en tot hem zegt de Heer in een gezicht: Ananias! Hij zegt: zie, hier ben ik, Heer! De Heer zegt tot hem: sta op, ga heen, op de straat aan die de Rechte wordt genoemd, en zoek in het huis van Judas iemand met de naam Saulus van Tarsus; want zie, hij is in gebed en heeft in een gezicht een man met de naam Ananias zien binnenkomen die hem de handen oplegt, zodat hij weer kan kijken. Maar Ananias antwoordt: Heer, ik heb van velen over deze man gehoord, hoeveel kwaad hij uw heiligen gedaan heeft in Jeruzalem; en hier heeft hij volmacht van de overpriesters om allen te binden die uw naam aanroepen!
Maar de Heer zegt tot hem: ga, want hij is voor mij een uitverkoren werktuig om mijn naam te torsen voor het aanschijn van volkeren, koningen en kinderen Israëls; want zelf zal ik hem tonen hoeveel hij voor mijn naam moet lijden! Ananias gaat heen en komt het huis binnen. Hij legt hem de handen op en zegt: Saul, broeder, de Heer heeft mij uitgezonden, Jezus, die zich aan jou heeft laten zien op de weg waarover je kwam,- opdat je opnieuw kunt kijken en vervuld wordt van heilige Geest! En meteen vallen hem als het ware schellen van de ogen. Hij kan opnieuw kijken, staat op en laat zich onderdompelen. Hij neemt voedsel aan en komt op krachten. En het geschiedt als hij enkele dagen bij de leerlingen in Damascus is dat hij meteen in de synagogen over Jezus is gaan prediken dat hij de Zoon van God is. - Handelingen 16: 11-15 Uitgevaren vanaf Troas stevenen wij recht op Samotrake af en de volgende dag naar Neapolis. Daarvandaan naar Filippi. Dat is een eerste stad in dat deel van Macedonië, een kolonie. In die stad brengen we enkele dagen door. Op de dag van de sabbat komen wij naar buiten, de poort uit en een rivier langs, waar wij menen dat een gebedsplaats is. Daar gezeten hebben wij gesproken met de vrouwen die zijn samengekomen. Zomaar een vrouw, met de naam Lydia, purperverkoopster in de stad Tyatira, die God vereerde, heeft toegehoord. God opent haar hart ervoor om aandacht te hebben voor al wat door Paulus wordt gesproken. Zodra zij gedoopt is, en haar huishouden ook, roept zij ons aan en zegt: nu ge hebt geoordeeld dat ik een betrouwbare gelovige van de Heer ben, komt dan binnen in mijn huis en blijft! Muziek Overweging Muziek Gedicht
ONTMOETING (Stef Bos) Je moet van twee kanten komen om elkaar te ontmoeten Jij moet eigenlijk toevallig onderweg zijn Je moet geen doel voor ogen hebben En jij moet laten gebeuren waarvoor jij bang bent Je moet niet alles willen verklaren
Voor je het weet verklaar je elkaar de oorlog Jij moet van twee kante komen om mekaar te ontmoeten Je moet jezelf in die ander willen zien zonder in die ander te verdwalen Het kan opeens zomaar voor je staan het lijkt op iets om uit de weg te gaan Dat is de vreemde van geluk je maakt het waar of maakt het stuk Het kan je bedreigen Het kan je behoeden Maar je moet van twee kanten komen om elkaar te ontmoeten Zingen
Levenslied (mel. Ode an die Freude) Vreugde, vreugde, levensvreugde dragen wij in onze hand, Als wij mensen in dit leven kiezen voor het nieuwe land. Als wij woorden mogen geven en wij samen durven gaan, Leeft er liefde, leeft er leven, leeft er licht in ons bestaan. Vreugde, leven, kwetsbaar mens zijn, zo staan wij hier in het licht Van de eenheid van ons mensen: lettergreep van Gods gedicht. Van een leven dat steeds vasthoudt en de ander niet vergeet, van de mens die ander mensen draagt en zich gedragen weet.
(kinderen en tieners komen terug in de viering)
DIENST VAN GEBEDEN EN GAVEN Voorbede, stil gebed afgesloten met het Onze Vader God, soms voelen we een drempel in onszelf, als we dingen moeten doen die we moeilijk vinden. Als we naar elkaar toe zouden moeten gaan om onze excuses te maken. Als we met elkaar zouden moeten praten, maar elkaar ontwijken omdat we dat niet zien zitten. Geef ons de moed om over zulke drempels heen te stappen. Help ons de kracht te vinden om die blokkades in onszelf af te breken en op te ruimen. Geef dat we open en toeschietelijk zijn. Help ons ook de drempels af te breken, die het contact met u in de weg staan. Want u bent geen verre God, die op een afstand wil blijven. Dank uwel, dat u zo dichtbij ons wilt zijn. …. …. Gaven Slotlied
God die met mensen is (mel. gz 242) Kom zing op deze dag met ons het lied van leven. En deel met ons het licht, de kracht door God gegeven. Drink met ons uit de bron van water rijk en fris. Vier met ons nu het woord, dat God met mensen is. Dat God met mensen is, dat willen wij beamen in woorden en in daad, met hart en handen samen. Zijn Geest door-ademt ons, bezielt héél ons bestaan. God die met mensen is, wil met ons verder gaan!
Zegen Voorganger: ds. Miekie Myburgh; ouderling: Kees van Klaveren; diaken: Marian Bubberman; collectant: Tim Bosch; orgel: Aad Zandbergen; geluid: Geert Tibboel; kindernevendienst: Mirjam Bosch en Marieke Molenkamp; Met dank aan Diet Bubberman, Grè Holwerda, Rini Bunk, Loek Boer en Sary van der Kooi voor het mede voorbereiden van en medewerking in deze viering.