1
Naamopgave 29 januari 2012 Intredelied: We zijn samen onderweg
Welkom Pr. Beste vormelingen, in deze viering gaan jullie je naam opgeven om gevormd te worden. Hiermee zeg je dan: “God, U roept mij bij naam, hier ben ik. Ik zal trachten een goed mens te worden, want daar komt het toch op aan.” Vormeling 1: Dag allemaal, iedereen van harte welkom. Maar in het bijzonder aan jullie, lieve papa’s en mama’s. Ongeveer 12 jaar geleden hebben we van jullie een naam gekregen. Een naam vol van jullie kostbare liefde. Hij staat geschreven in het hart van zoveel mensen die van ons houden. En hij staat geschreven in de palm van Gods hand. Pr.
Beste ouders, familie en aanwezigen, laten we nu bidden opdat Jezus’boodschap deze jonge mensen en ons allen blijft aanspreken om samen hand in hand Gods’warmte te blijven voelen en zo met Jezus ‘onderweg’ te zijn.
Schuldbelijdenis Pr.
Vandaag maakt de feestelijke stemming ons gelukkig. Dat kan toch niet anders, nu deze jonge mensen hier zulke prachtige plannen hebben. Maar we moeten realistisch zijn: ondanks alle goede voornemens schieten we toch dikwijls tekort. We hebben spijt daarover, maar weet ook dat we ‘onderweg’ zijn.
Vormeling 2: Mijn ouders hebben mijn naam uitgekozen omdat ze hem mooi vonden. Mijn naam is de uitdrukking van hun liefde. Maar … ben ik altijd zo lief voor hen? Als zij mijn hulp vragen in de keuken of in de tuin, maak ik me er dan niet gemakkelijk van af met een smoesje? Heer, roep ons bij naam en schenk ons Uw vrede. Vormeling 3: Mijn ouders hebben mijn naam uitgekozen omdat zij hem mooi vonden en hoopten dat ik met die naam gelukkig zou zijn. Denk ik eraan dat’gelukkig zijn’ ook en vooral te maken heeft met ‘anderen gelukkig maken’? Heer, roep ons bij naam en schenk ons Uw vrede. Geef mij een hart Vormeling 4: Mijn ouders hebben mijn naam uitgekozen omdat zij hem mooi vonden en hoopten dat ik met die naam gelukkig zou zijn. Maar denk ik eraan dat dat ook te maken heeft met ‘opkomen voor de anderen’. Durf ik mijn nek uitsteken of steek ik mijn hoofd in het zand? Heer, roep ons bij naam en schenk ons Uw vrede.
2 Vormeling 5: Mijn ouders hebben mijn naam uitgekozen omdat zij hem mooi vonden en hoopten dat ik met die naam gelukkig zou zijn. Ontspanning is er genoeg: jeugdbeweging, voetbal, dans- of muziekles, tekenacademie en allerlei uitstapjes. Ik doe er graag aan mee; ik proef van alles. Ik zou mij ook eens kunnen inzetten voor een goed doel, maar dat laat ik liever aan anderen over. Heer, roep ons bij naam en schenk ons Uw vrede. Geef mij een hart Pr.
Heer, vergeef ons wanneer we de anderen op de voeten trapten. Help ons om de goede voornemens om te zetten in daden. Het is niet moeilijk, maar we moeten er gewoon aan beginnen!
Lezing: Wamahoro, ‘de vrede in persoon’ (Raf Buysse) door catechiste Jes In Rwanda krijgt ieder pasgeboren kind, van ieder lid van de gemeenschap, een andere naam. Vrij vlug bepaalt het gedragspatroon van de nieuwe mens de definitieve naam. De naamgeving is daar sterk gemeenschapsgebonden. Het is tijd om naar school te gaan. Habimana groet mama en de kleine Sjaka. Samen met meisjes uit de buurt loopt ze doorheen het bananenveld, de heuvel af op weg naar school. De zon geeft nog niet veel warmte zodat de tocht aangenaam is. Een beetje verder sluiten nog twee nichtjes en hun broers aan bij het groepje. Spelend haasten ze zich verder, want de school begint reeds om 7 uur en ze moeten zeker nog een half uur flink doorstappen voor ze aankomen. De kinderen tateren en zingen, maar Habimana is een beetje stil. Moeder heeft vanmorgen verteld dat er in het regenseizoen nog een kindje bijkomt. Ze is heel gelukkig, maar ze durft er nog niet over te spreken met haar vriendinnetjes. Het regenseizoen begint over twee maanden. Als de kinderen bidden voor de les bidt Habimana heel speciaal voor moeder en voor de kleine baby. Eindelijk is het dan zover. Vannacht zal het kindje komen. Habimana mag gaan slapen bij een tante, terwijl de vroedvrouw alles in gereedheid brengt voor het kleintje. Iedereen is vol verwachting. Zal het een jongen zijn of een meisje? Zal het een mooi kindje zijn? En hoe zal het heten? Daaraan heeft Habimana al dikwijls gedacht. Zij is zo fier over haar eigen naam en nu wil ze ook voor haar broertje of zusje een mooie naam. Habimana weet wat haar naam betekent: 'Alleen God telt'. Daaraan denkt ze, telkens als ze bidt. Ze kan moeilijk de slaap vinden, zodat ze onmiddellijk hoort als er mensen komen. Haar tante komt de kamer binnen. “Proficiat”, zegt ze, “je hebt een heel lief zusje. Ik hoop dat ze voor jou Nyiranshuti d.w.z. 'goede vriendin' mag heten.” Dat vindt Habimana een mooie naam. Als ze thuiskomt is daar veel volk. Iedereen komt mama en papa geluk toewensen. Velen geven aan de kleine baby mooie namen. Zo gaat dat in haar land. Een hele week lang komen de mensen kijken naar de baby. De achtste dag komt iedereen dan een naam voorstellen waaruit mama en papa de mooiste kiezen. Uiteindelijk wordt het 'Wamahoro', dat betekent: 'die van de vrede'. In het voorbije jaar waren er in het land immers moeilijkheden geweest. Iedereen verlangt nu naar vrede. Met haar mooie naam zal haar zus, overal waar ze komt, zeker geluk en vrede brengen. Als je een naam krijgt, dan word je immers door God gezegend om alles te doen wat je naam betekent. Je naam draag je met fierheid, omdat je mag zijn zoals je heet.
Lied: Hé kom er bij
3 Evangelie: De roeping van de leerlingen naar Marcus 1, 16-20 en 3, 13-19 (ook: Matteüs 4, 18-22; Lucas 5, 1-11; Johannes 1, 35-39) Het is niet voor het eerst dat leerlingen 'stemmen horen'. Eerder vernamen ze al de lokroep van de zee. Vissers waren ze geworden. Nu komt er een variante op hetzelfde thema: 'Ik zal je vissers van mensen maken, er is een ander doel in je leven.' De mannen geloven hun oren niet: een leven lang speelden ze op zeker, alles leek vast te liggen. Huisje, tuintje, vrouw en kinderen, hun beroep, de bezigheden van elke dag ... Tot ze de woorden horen van die vreemde man uit Nazareth: 'Kom, volg Mij'. Meteen staat alles op losse schroeven, niets lijkt nog als voorheen, de zekerheden zijn zoek, een nieuw leven kan beginnen. 'Kom, volg Mij.' De nieuwe leerlingen laten hun netten in de steek en gaan op weg naar ongekende verten. WIE Jezus heeft aangesproken, weten we maar al te goed. De namen van de leerlingen staan in de vier evangeliën uitdrukkelijk vermeld: Petrus, Jakobus en Johannes, Andreas, Filippus, Bartolomeüs, Matteüs, Thomas, Jacobus van Alfeüs, Tadeüs, Simon en Judas. WAT Jezus in hen heeft aangesproken, is niet zo gauw te zeggen. Was het de drang naar avontuur, de hoop op een briljante carrière, het visioen van een betere wereld ...?? Eén ding is zeker: Jezus roept ook nu nog - en voorlopig telt slechts die ene vraag: laat jij je ook door Hem aanspreken? Ga jij ook met ons mee, een nieuwe toekomst tegemoet?
Homilie
Geloofsbelijdenis Vormeling 6: Ik geloof in Hem die heet 'Ik-zal-er-zijn-voor-u'. Hij is verweven met de kern van mijn bestaan. Op Hem wil ik mijn leven afstemmen en Zijn Naam maken tot rode draad in mijn handelen. Vormeling 7: Ik geloof in Jezus, de levende belichaming van die Naam. In Hem heeft onze God handen en voeten gekregen. In Hem is Zijn Naam werkelijkheid geworden. Vormeling 8: Ik geloof dat Hij niet vergeefs heeft geleefd en niet vergeefs gestorven is, maar dat Hij elke dag opnieuw verrijst in mensen, die vandaag Zijn liefde belichamen. Vormeling 9: Ik geloof in Zijn Geest, die ook vandaag mensen bezielt en aanzet om Zijn manier van leven tot de hunne te maken, en de weg te gaan van breken en delen, van goedheid en verbondenheid, van recht en vrede, en altijd weer ten bate van de minsten.
4 Vormeling 10: Ik geloof in Hem die heet 'Ik-zal-er-zijn-voor-u', en ik weet: Hij is te doen.
Voorbeden Pr
Met heel gewone woorden, maar met een groot en oprecht hart, willen deze jongeren hun voornemens uitspreken.
Catechiste Veerle: Heer, we we leggen de namen van onze vormelingen in uw handen. Vergeet hen niet, houd hen vast. Wees hun troost als ze eenzaam of bang zijn. Blijf hen nabij als het moeilijk wordt in hun leven. Reik hen uw hand en open hun ogen zodat ze vrede vinden Over alle grenzen Vormeling 11: Dat wij als vormelingen in het leven van elke dag onze handen durven uitsteken om mee te werken aan een gemeenschap, een dorp, een school, een huis waar vrede is, waar wij hand in hand kunnen leven. Heer, roep ons bij naam en schenk ons Uw vrede. Vormeling 12: Dat wij als vormelingen onze handen durven vouwen tot een gebed. Het stil durven maken rondom ons, dat wij dankbaar mogen zijn voor alles wat ons in handen wordt gegeven. Heer, roep ons bij naam en schenk ons Uw vrede. Over alle grenzen Vormeling 13: Dat wij als vormelingen hand in hand op Jezus’weg zouden gaan. Samen ‘onderweg’, stap voor stap naar een betere wereld. Heer, roep ons bij naam en schenk ons Uw vrede. Catechiste Veerle: Voorbeden van de dag Over alle grenzen
Pr.
Heer God, zoveel goede wil om goed te doen ... Help deze jonge mensen slagen in hun voornemens! Wij vragen het u en staan ook met heel de parochiegemeenschap achter hen.
Omhaling
Offerandelied: Wij zijn hier samen
5 Gebed over de gaven
Heilig heilig: Kom en zing nu allen
Groot dankgebed Pr.
Gij zijt heilig, dat is Uw naam, ver en hoog boven alles verheven, God in het vuur en de wolk en God ons nabij.
Allen Zover als de hemel reikt is geen andere naam ons gegeven waardoor wij gered worden, dan de naam van Jezus Christus, Uw naam voor ons, God van de mensen. Pr.
Op aarde verschenen als dienaar van God, als kind en zoon, Emmanuel, God met ons, Jezus, God die redt, Christus, Uw gezalfde, … Hij is redder die bevrijdt en geneest zo worden wij mensen met Zijn naam.
Allen Wij worden mensen van vrede, wij bevrijden en genezen op Zijn woord, in Zijn naam worden wij voedsel zoals Hij ons gegeven is…brood van leven, levende wijnstok. Pr.
Gegeven de dag voor Hij stierf, als brood gebroken, dankbaar gezegend en rondgedeeld aan Zijn leerlingen, aan ons allen, met de woorden: Eet van dit brood, dit is Mijn lichaam dat voor u gegeven wordt. Gegeven als wijn met de woorden: Deze beker is het nieuwe verbond in Mijn bloed dat voor u vergoten wordt. Doe dit tot gedachtenis aan Mij. Aan die gedachtenis willen wij trouw zijn, wij allen hier aanwezig en al degenen wier naam wij voor Uw aanschijn brengen, trouw zoals allen die staan voor de troon van het Lam, Zijn naam op hun voorhoofd gegrift, in het eeuwige licht van Hem die heet de stralende morgenster.
Allen Wij danken U voor de nieuwe naam die Gij voor ons bedacht hebt, waarmee Uw Geest ons oproept alle dagen om mens te worden in vertrouwen, in verwachting, in liefde zoals Uw Zoon mens geworden is vanaf zijn geboorte tot zijn dood en zijn verheffing in Uw heerlijkheid. Uw Zoon, de Zoon der mensen, die ons uw nieuwe naam heeft geopenbaard, die U Vader heeft genoemd en is blijven noemen. Pr.
En zo groot is de liefde die Gij ons gegeven hebt, dat wij kinderen van God genoemd worden en het ook zijn zodat we mogen bidden…
Naamopgave Pr.
Nu willen we echt overgaan tot de naamopgave. En hopelijk hebben jullie daar al goed over nagedacht. Want als je straks, je naam in het grote boek schrijft, dan beloof je aan God en aan deze gemeenschap van mensen, dat God op jou kan rekenen als Hij je bij die naam roept.
De vormelingen worden één voor één vooraan geroepen door hun catechist(e). (Ik ben onderweg met…) Zo wordt een grote kring gevormd. Volgorde: Carine - Maarten – Jes – Gerrit – Veerle – Bettina – Gerda – Hans – Esther - Thea Eén vormeling per groepje komt in het midden staan met een bus. Zij lezen nadat de kring gevormd is om beurt deze tekst:
6
Schrijf mijn naam in de palm van Gods hand, wijs mij de weg naar het Beloofde Land. Samen met jou wil ik opnieuw op pad gaan en gaan leven zoals Jezus ons heeft voorgedaan. Een naam werd je gegeven, soms moet je eraan wennen. Van bij je geboorte meegekregen, draag je hem mee voor heel je leven. Een geschenk van je ouders met liefde gegeven. Een naam, een opdracht ook een zegen, rust op je schouders en moet je steeds opnieuw beleven. Vandaag zeg ik ja aan die opdracht van mijn leven. Geloven is een werkwoord nooit voor even. Het is steeds opnieuw doen. Ik wil als water zijn op dorre grond. Ik wil steeds opnieuw in de rij van Jezus staan met mijn voeten in de rivier van de mensen. Ik weet nu dat God mij graag ziet. Alle bussen worden op het altaar gezet. De vormelingen blijven in een kring staan.
Onze Vader
Vredewens: Vrede voor alle mensen
Communie De groepen van Carine en Maarten gaan na de communie onmiddellijk in het boek schrijven. De andere groepen gaan eerst nog even op hun plaats zitten tot ze aangduid worden. Gerrit coördineert de rijen en Veerle houdt wacht bij het boek.
Communielied: Goeie dag, dank je wel
7 Slotbezinning: Catechiste Bettina: Vertel het nog eens, zegt het kind, vóór het wil gaan slapen, en na het sprookje van 'eens en lang geleden' droomt het van morgen, nog lang en gelukkig ... Vertel het nog eens, zeggen geliefden, laat me nog eens horen hoe je van me houdt, en hun woorden worden levend, want hun liefde groeit. Vertel het nog eens, zeggen wij hier samen, van week tot week, maak ons opnieuw vertrouwd met het oude verhaal over mensen en hun God, vertel het keer op keer, tot onze handen eraan beginnen en onze voeten in beweging komen ...
Zending en zegen Pr
God, onze Vader, Vandaag hebben onze jongeren opnieuw “ja” gezegd op Jouw oproep. Geef hen nu de moed om zich enthousiast te blijven inzetten voor Jouw droom, en geef ook ons allemaal de kracht om deze jonge mensen verder te stimuleren in hun zoektocht naar Jou.
Slotlied: Swing low