ZOMERBLOEMEN Jaargang 13, nummer 3, 31 juli 2010
Teleurstellend seizoen voor pioenroos
Het pioenenseizoen is voor de buitenteelt over het algemeen zeer teleurstellend verlopen. Daarentegen zijn de pioenen geteeld in tunnels en onder glas zeer goed verkocht. Oorzaak is dat deze afzet goed aansloot op de Israëlische import. De buitenoogst was in vergelijking tot de afgelopen jaren zo’n drie weken later. Oorzaken van de tegenvallende prijsvorming waren: • Mislopen van feestdagen, zoals Pinksteren en Franse Moederdag. Beide dagen zorgde de afgelopen jaren voor een goede afzet. • De retail had haar acties in de tweede helft van mei tot half juni gepland op basis van de vroegere oogst voorgaande jaren. Na half juni gaat men over op andere bloemen. • Het warme weer na half juni was niet bevorderlijk voor de prijsvorming. • Uitbreiding van het areaal (circa 9%). Een les voor volgend jaar is: een betere communicatie naar de handel over het oogstseizoen. Hier ligt een taak voor de veiling en teler. Aad Vernooy
Krullende hanenkammen met een hoge aaibaarheidsfactor
Juist om zijn aparte verschijning is Celosia dit jaar gekozen om een hoofdrol te spelen tijdens de 25e Nationale Zomerbloemententoonstelling. Een van de blikvangers in de tentoonstelling is Celosia ‘Dark Caracas’, met zijn diepe paarse kleur. Deze, maar ook vele andere soorten Celosia zijn tijdens de tentoonstelling te bewonderen. Tijdens de tentoonstelling is ook aandacht voor de verzorging van Celosia op de vaas en het schikken van deze aparte zomerbloem. In dit kader is er een korte film te bekijken met de titel: “Celosia van veredeling tot in de vaas”. De extra aandacht in voorbije tentoonstellingen aan de zogeheten ‘themabloemen’, zoals nu Celosia, heeft er trouwens al meerdere malen in geresulteerd, dat een relatief klein product uitgroeide tot een product van formaat. Goede voorbeelden zijn Gypsophila, Solidago / Solidaster, Aster, Delphinium, snijhortensia en Lysianthus (Eustoma). VKC keuring Ook dit jaar vindt tijdens deze tentoonstelling weer een VKC keuring plaats. Belangrijke criteria voor de keuring zijn de gelijke lengte van de stelen, de gelijkheid van de bloemen en de juiste rijpheid. Zo moet, tijdens de keuring, bij enkelbloemige soorten de bloem gesprongen zijn, terwijl bij meerbloemige soorten minimaal een derde van het aantal aanwezige bloemen volledig in bloei moet staan. In deze zilveren editie kunt u op de zogenaamde Wall of Fame de telers met de hoogste scores van de afgelopen 25 jaar terugvinden. Wilt u, als teler van zomerbloemen, ook een plaatsje op deze Wall of Fame verdienen, dan kunt u zich vóór 4 augustus a.s. aanmelden bij Gerrit en Wil Spruijt, per e-mail
[email protected], tel/fax 0174-623820 of 06-57309376.
Cursus Spuitlicentie in het Pools start nieuw seizoen
Nieuw centrum voor kleine gewassen
Ruim 45 Poolse deelnemers werden het afgelopen seizoen getraind, welke bijna allemaal in één keer slaagden voor het examen. Zij ontvingen de spuitlicentie. Voor het komende seizoen (najaar en winter van 2010) staan vier nieuwe cursussen gepland. Het is het tweede seizoen dat LTO Groeiservice in samenwerking met Lentiz deze cursus organiseert.
Delphinium kweker Nico Wigchert was de gastheer bij de de kick off van het Expert Centre Specialty Crops. Een belangrijk aandachtspunt is het eenvoudig verkrijgen van gewasbeschermingsmiddelen voor de kleine teelten. LNV, LTO Nederland, Plantum NL, Wageningen UR, Ctgb en Nefyto zijn de partijen die hun kennis en kracht willen bundelen om Nederland binnen Europa een leidende positie te geven.
De meeste deelnemers aan deze cursus voor Poolse medewerkers spreken ook Nederlands. Zij geven aan dat het van groot belang is dat deze cursus in het Pools wordt gegeven, zodat een goede inhoudelijke discussie kan worden gevoerd. Dat is immers lastig in een andere taal. Tijdens de bijeenkomsten was veel interactie tussen de deelnemers. Ingegaan werd op de onderwerpen spuitlicentie, het gewasbeschermingsplan, bedrijfshygiëne en een aantal voorkomende insecten. In de volgende vier cursussen wordt met hetzelfde format gewerkt.
Wigchert vertelde dat in Nederland rond de 15 hectare Delphinium wordt geteeld, een echt voorbeeld van een kleine teelt. Hij is actief op zoek naar manieren om geïntegreerd te telen. In zijn teelt gebruikt hij afbreekbaar plastic om de grond af te dekken, zodat tegen onkruidspuiten minder nodig is. In de kas wordt uit de grond geteeld, zodat nutriënten niet verloren gaan. Delphinium is gevoelig voor meeldauw en tegen onkruid spuiten is soms ook nodig. Wigchert vroeg zich af waarom in de akkerbouw wel middelen beschikbaar zijn tegen bijvoorbeeld onkruid en meeldauw en in de zomerbloemen niet. LTO Groeiservice vindt dat naast de duurzame teelt methoden een goed middelenpakket beschikbaar moet zijn ook voor de kleine teelten. Om de koppositie te behouden is daarvoor wel voldoende snelheid nodig bij LNV en Ctgb om de kwaliteit en diversiteit die kwekers maken verder uit te bouwen.
Data en meer informatie Definitieve data zijn te vinden op de website, www.groeiservice.nl. Tevens is het mogelijk om deze cursus incompany te organiseren. Neem voor meer informatie contact op met Corine van den Nouweland, projectleider Cursussen en Trainingen, telefoon (070) 307 50 21 of e-mail
[email protected]. Corine van den Nouweland, projectleider Cursussen en Trainingen
Harmen Hummelen, LTO Groeiservice
Bijpraten onderzoek Middelenonderzoek Phoma in Sedum Sinds dit voorjaar worden middelen getest die als vervanger voor Topsin kunnen worden gebruikt. Dit zijn middelen, die reeds zijn toegestaan of de potentie hebben om een toelating te krijgen. Allereerst zijn tien middelen getest in het lab op Petri-schalen, een voedingsbodem besmet met Phoma. Hier zijn een aantal middelen met potentie uit gekomen. In de zomer worden deze middelen in de praktijk getest. Middelenonderzoek Helianthus In Helianthus worden middelen getest in de praktijk tegen valse meeldauw. Dit gebeurt op twee bedrijven met een besmet perceel. De eerste proef is afgerond. Met de resultaten en aanbevelingen van de fabrikanten starten we aan de tweede praktijkproef. Eind augustus vindt een excursie plaats om te informeren over de proefresultaten. Bladaaltjes in pioenen Een ander belangrijk praktijkonderzoek is bladaaltjes in pioenen. Doordat de pioenen de laatste jaren steeds langer vast blijven staan, wordt dit probleem steeds groter. Hier is met verschillende middelen in diverse doseringen getest. De levenswijze wordt ook in kaart gebracht. Preventieve maatregelen, zoals in het najaar de gewasresten goed opruimen verlaagt de aaltjesdruk aanmerkelijk. Geïntegreerd zomerbloemen telen Het onderzoek geïntegreerd telen van zomerbloemen is vorig jaar afgerond. Ondanks dat het onderzoekbudget niet toereikend was, is er dit jaar door een groep telers toch een vervolg aan gegeven. Een tiental telers zijn er op hun bedrijf mee bezig en met een aantal bijeenkomsten willen we opgedane en bestaande kennis uitwisselen. Indien u interesse heeft, laat dit dan weten.
Gratis lidmaatschap LTO ZZP LTOZZP is speciaal voor boeren en tuinders, die aan de slag willen als zelfstandige zonder personeel en opdrachtgevers die een boer of tuinder voor een klus willen inhuren. Zzp‘ers en opdrachtgevers die zich nu aanmelden kunnen profiteren van een gratis lidmaatschap tot 1 januari 2011. Het lidmaatschap biedt u de volgende voordelen: • Toegang tot het afgeschermde deel van de website ltozzp.nl; • Inzage in de advertenties van opdrachtgevers op de site; • U wordt deelnemer van het Platform Zelfstandige Ondernemers (PZO) met vele collectieve voordelen, zoals verzekeringen, pensioenen en toegang tot de helpdesk. • Gebruik maken van de standaard leveringsvoorwaarden en de aanneemovereenkomst. • Als eerste op de hoogte van nieuws. Aanmelden kan via de website www.ltozzp.nl
Organische stof op duinzand Organische stof op duinzandgrond breekt sneller af, dan op andere Nederlandse zandgronden. Een veldproef en een proef met verschillende duinzandgronden geeft antwoord op de vraag hoeveel sneller deze afbraak is. Dit jaar zijn daarom voor de derde keer verschillende hoeveelheden compost, stalmest en een combinatie van beide producten toegediend. Grondmonsters worden onderzocht om de afbraak van de organische stof vast te stellen. De Phlox groeit dit jaar minder goed als er geen organische materialen zijn toegediend. Vorig jaar waren de verschillen tijdens de teelt nauwelijks waar te nemen. De opbrengstbepaling moet uitwijzen hoe groot de verschillen zijn. Annette Pronk, Paul van Leeuwen, Wageningen UR Henk van den Berg, Teelt en Advies
Tuinder verantwoordelijk voor tiener De komende tijd controleert de Arbeidsinspectie streng of jonge tieners niet aan het werk gaan in gewas dat pas is behandeld. Jongeren in de leeftijd van 13 tot 15 mogen niet met het gewas werken tot 2 weken nadat een gewasbeschermingsmiddel is toegediend. Onderzoek van TNO moet uitwijzen of ‘speels gedrag’ van de jeugd een extra risicofactor is. In afwachting van de uitkomsten van het onderzoek, zijn tuinders verantwoordelijk voor de bescherming van de jeugdige medewerkers. Mogelijk wordt later dit jaar een onderscheid gemaakt tussen "milde en zwaardere"" middelen.
Meer controle op huisvesting Wanneer een ondernemer een tewerkstellingsvergunning ontvangt voor een buitenlandse werknemer, meldt het UWV dat sinds vorig jaar bij de betreffende gemeente. Deze controleert steeds vaker de bedrijven op huisvesting. LTO Seizoensarbeid meldt dat ondernemers er voor moeten zorgen dat hun huisvesting goed op orde is, volgens het geldende bestemmingsplan. Dit moet vanzelfsprekend zijn, maar soms is er onduidelijkheid over de geldende regels. Er is veel verschil tussen gemeenten. Het komt voor dat gemeenten al jaren niets of weinig hebben geregeld in hun bestemmingsplannen. Hierdoor kan een spanningsveld ontstaan. Gemeenten controleren steeds vaker of de vergunningen in orde zijn. Ook sturen zij de brandweer langs om te controleren of de veiligheideisen kloppen. Als de huisvesting niet aan de regels voldoet, krijgt de ondernemer tien dagen om de benodigde vergunning alsnog in orde te maken. Als dat niet lukt, wordt uw tewerkstellingsvergunning ingetrokken.
Nieuwe cao Open Teelten De vakbonden FNV Bondgenoten, CNV Vakmensen en LTO Nederland hebben een principeakkoord bereikt voor een nieuwe cao Open Teelten. De overeenkomst heeft een looptijd van twee jaar, gaat in op 1 juli a.s. en voorziet in een loonsverhoging van in totaal twee procent. De overeengekomen loonsverhoging wordt in twee stappen doorgevoerd: 1 procent per 1 oktober a.s. en 1 procent met ingang van 1 juli 2011. De cao blijft op alle overige punten nagenoeg ongewijzigd. De nieuwe cao geldt voor ongeveer 30.000 werknemers in de volgende sectoren: boomteelt, bollenteelt, fruitteelt, vollegrondstuinbouw en akkerbouw. De betrokken partijen zijn het eens over de noodzaak van rust aan het cao-front. Ze gaan zich de komende cao-periode richten op vernieuwing en modernisering van de arbeidsverhoudingen. Ze vinden dat vooral investeringen nodig zijn in goed werkgeverschap. Hierbij gaat het om onder meer scholing, levensfasebewust personeelsbeleid, instroom van nieuwe medewerkers, bevorderen van vaste contracten, huisvesting en gelijke concurrentieverhoudingen. Ook is besloten het onlangs opgestarte Werkgelegenheidscentrum Open Teelten gedurende de looptijd van de cao te verlengen.
Arbocatalogus beschikbaar De arbocatalogus is een praktisch hulpmiddel bij het opzetten van een gezonde en veilige bedrijfsvoering. De arbocatalogus is geschreven voor iedereen die werkt in de agrarische en groene sector. Voor de meest voorkomende knelpunten en aandachtsgebieden in het werk hebben werknemers- en werkgeversorganisaties samen oplossingen en aanbevelingen voor u op een rij gezet. Meer informatie op http://www.agroarbo.nl/toelichting-arbocatalogus/. De arbocatalogi voor de agrarische sectoren vindt u op www.agroarbo.nl.
Bestrijding roestbruine bladsprietkever In de teelt van seringen vindt uitval plaats, doordat engerlingen van de roestbruine bladsprietkever (Serica brunnea) aan de plantwortels vreten. Onderzoek toonde aan dat de engerlingen op het veld bestreden kunnen worden met behulp van biologische grondontsmetting (gras) of met biofumigatie (kool). De engerlingen, die met de kluit meeverhuizen de kas in worden hier echter niet mee bereikt.
Uit een screening van middelen blijkt dat de engerlingen gevoelig zijn voor een aantal, zowel chemische als natuurlijke, middelen. Hiermee is getoetst of de engerlingen sowieso wel te bereiken zijn in de dichtvertakte wortelkluit. Zowel met opzuigen als aangieten van een middel verminderde het aantal engerlingen in de kluit. Het laten opzuigen van middelen is vanwege de omvang en aantallen plantkluiten echter praktisch gezien nog moeilijk uitvoerbaar in de praktijk. Gedurende twee jaar zijn regelmatig kluiten bemonsterd op het aantal engerlingen en het stadium (pop, 1 jarig, twee jarig) van de engerling. Bij planten op het veld werden poppen van de kever in april en mei gevonden. Bij planten uit de kas vervroegde dit naar februari. De keverpiek lag rond juni. In augustus werd de nieuwe generatie engerlingen gevonden. Deze bevonden zich vrij hoog in de wortelkluit. De bereikbaarheid van de jonge engerlingen is hiermee misschien beter. Door het moment van bestrijden aan te passen aan het moment dat de nieuwe generatie zich nog hoog in de kluit bevindt zou mogelijk het bestrijdingsresultaat verbeterd kunnen worden. U investeert in dit onderzoek via het Productschap Tuinbouw. Het eindrapport van dit onderzoek is op te vragen via de website van het PT: www.tuinbouw.nl. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Chantal Bloemhard van Wageningen UR Glastuinbouw (tel: 0317 – 485665 , email:
[email protected]). Chantal Bloemhard, Wageningen UR Glastuinbouw
Bladvlekkenonderzoek In 2009 startte een vervolgonderzoek naar bladvlekken in zomerbloemen, gefinancierd door het Productschap Tuinbouw. Daarbij is voor een aantal schimmels, die in 2008 uit praktijkmonsters zijn geïsoleerd, onderzocht of die inderdaad de veroorzakers van de bladvlekken waren. Phoma en Didymella bleken veroorzakers van bladvlekken in Campanula. Cladosporium paeoniae en Botrytis spp. bleken verschillende soorten bladvlekken in pioenroos te geven. Deze zijn goed van elkaar te onderscheiden. Bij Botrytis is sprake van een lichtbruine grote vlek, waarbij al snel het hele of halve blad is aangetast. De aantasting zit vaak aan de uiteinden van het blad en lijkt meer vanaf de bovenkant van het blad te ontstaan. Onder vochtige weersomstandigheden ontstaat een grijze sporenmassa op het aangetaste bladweefsel. Bij Cladosporium is sprake van over het gehele blad verspreide vlekken. Deze vlekken beginnen als lichtrode tot purperrode plekjes. Later groeien die uit tot onscherp begrensde, paarsbruine vlekken. Er zijn in 2009 nog acht nieuwe monsters van zomerbloemen met bladvlekken geanalyseerd. Uit deze monsters zijn een groot aantal schimmels en bacteriën geïsoleerd. De daarop volgende infectieproeven lieten bladvlekken zien door Cladosporium en Stemphyllium in pioenroos en door Alternaria in Asclepias. Alle isolaten zijn in de collectie opgenomen voor verdere toetsing op vers (jong) plantmateriaal in 2010. Deze infectieproeven worden nu uitgevoerd in Phlox, Veronica en Dicentra. Aan het eind van dit jaar wordende resultaten gepubliceerd. Casper Slootweg, PPO Bloembollen, Boomteelt en Fruit
Dringend vereiste toelatingen Tolclofos-methyl (Rizolex Vloeibaar, 13161 N) Rizolex is een schimmelbestrijdingsmiddel toegelaten als dringend vereiste toelating in de onbedekte teelt van bloemisterijgewassen door middel van grondbehandeling ter bestrijding van Rhizoctonia solani. De toepassing mag vanaf 1 januari tot en met 31 december worden ingezet. Thiofanaat methyl, (Topsin M 13212 N) Topsin M is een schimmelbestrijdingsmiddel toegelaten als dringend vereiste toelating in de onbedekte teelt van bloemisterijgewassen door middel van een gewasbehandeling ter bestrijding van de bladvlekkenziekten veroorzaakt doo Phoma spp. De toepassing mag vanaf 1 april tot en met 31 december worden ingezet, maximaal 2 toepassingen. Methiocarb (Mesurol 500 SC, 13034 N) Mesurol is een insectenbestrijdingsmiddel toegelaten als dringend vereiste toelating in de grondgebonden onbedekte teelt van bloemisterijgewassen ter bestrijding van trips. De toepassing geldt vanaf 1 maart tot en met 31 oktober.
Teelt de grond uit zomerbloemen en vaste planten Binnen het LNV-project ‘Teelt de grond uit’ zijn voor de zomerbloemen en vaste planten de experimenten gestart. Op basis van de ideeën uit de gewasgroep, bestaande uit telers en adviseurs, zijn vier teeltsystemen ontworpen: teelt op water, teelt op dunne matten, teelt met minimaal substraat en teelt in substraatbedden. Deze systemen zijn in samenwerking met installatiebedrijven gebouwd. De waterteelt ligt op Proeftuin
Zwaagdijk, de rest van de systemen bij PPO in Lisse. Binnen elk systeem worden enkele variaties aangelegd (waterhoogte, mattype, substraatvolume en -hoogte). De systemen zijn getest en er zijn een groot aantal verschillende gewassen op de systemen geplant. Nu de gewassen beginnen te groeien worden de eerste verschillen al zichtbaar. Teelt op water In de teelt op water in Zwaagdijk blijken Solidago,
Overzicht teeltsystemen in Lisse.
Links de groei op de grove mat, rechts op de fijne mat.
Helianthus, Veronica, Hemerocallis, Callistephus, Echinacea, Hosta, Phlox en Astilbe zich goed thuis te voelen. Aconitum lijkt niet in staat te zijn wortels in water te vormen. Teelt op matten In de teelt op dunne matten vertoonden de planten op de matten met fijne structuur, die veel water vasthouden, een vlotte weggroei. De planten op de matten met een grove structuur groeiden niet makkelijk weg. Nu, na een paar
weken blijken de planten zich op de natte matten minder goed thuis te voelen, terwijl de planten op de grove mat er florissant bij staan. De planten in de teelt in substraatbedden in zand groeien voorspoedig. Ook in een minimale hoeveelheid substraat, met een frequente watergift, groeien de planten goed weg. Casper Slootweg, PPO Lisse Matthijs Blind, Proeftuin Zwaagdijk
Eén van de proefbassins in Zwaagdijk met daarop Solidago, Veronica, Hemerocallis en Helianthus
Geïntegreerd telen in zomerbloemen een must
Glastuinbouwsector zet in op schoon oppervlaktewater
Het pakket aan gewasbeschermingsmiddelen in de teelt van zomerbloemen is smal. Binnen het project Coördinatie effectief middelenpakket voor de glastuinbouw en de zomerbloemen, dat wordt gefinancieerd door het Productschap Tuinbouw, hebben de knelpunten in de teelt van zomerbloemen onze aandacht.
In juli startte de glastuinbouw twee grote projecten voor schoner oppervlaktewater. Diverse initiatieven voor zowel substraatteelt als grondgebonden teelt moeten de emissie van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen naar het oppervlaktewater verder terugdringen. Dit helpt de sector te voldoen aan de eisen van de EuropeseKader Richtlijn Water (KRW).
Naar de toekomst toe wordt het echter lastiger het middelenpakket in de buitenteelten uit te breiden. Niet voor elk knelpunt is een stof aan te wijzen, die de strenge toetsingscriteria, die binnen Europa aan gewasbeschermingsmiddelen worden gesteld, kan doorstaan. De opdracht die ik zomerbloementelers wil geven is te blijven innoveren in bijvoorbeeld mechanische onkruidbestrijding om minder afhankelijk te worden van het smalle pakket aan middelen. Uiteraard moet er ook ruimte in het beleid van gewasbeschermingsmiddelen komen om meer toelatingen in de buitenteelten te krijgen van gewasbeschermingsmiddelen van natuurlijke oorsprong. Alleen Botanigard kan de pioenentelers helpen met het knelpunt slawortelboorder. Het is jammer dat het product nog niet als zodanig is toegelaten, maar hieraan wordt gewerkt. De zomerbloementeelt heeft dit seizoen weer drie Dringend Vereiste Toelatingen, die knelpunten in de teelt moeten oplossen. Deze toelatingen zijn nadat de nieuwe Europese verordening van kracht wordt medio juni 2011 niet meer mogelijk, zodat het zaak is hiervoor duurzame toelating of alternatieve oplossingsrichtingen te realiseren. Hieraan wordt intensief gewerkt. Heeft u ideeën om deze knelpunten op een duurzame manier op te lossen, dan hoor ik dat graag. Jeannette Vriend, LTO Groeiservice
De projecten kosten ruim 5 miljoen euro. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat trok hiervoor bijna 4 miljoen subsidie uit in de KRW subsidieregeling. De Hagelunie levert een bijdrage, evenals de waterschappen. De sector financiert haar eigen bijdrage via het Productschap Tuinbouw. Een uniek consortium van bedrijfsleven, waterschappen en onderzoek voert de projecten uit. Grondteelt Bij de grondteelt wil de sector grip krijgen op uitspoeling door de watergift vergaand te beheersen. Hiervoor wordt een zogenoemd emissiemanagementsysteem ontwikkeld waarmee de teler beslissingen over het watergeven beter kan onderbouwen. Een belangrijk onderdeel hierbij is de lysimeter. Dit apparaat wordt in het project technisch verder ontwikkeld. Ook worden daarbij vochtsensoren toegepast om het vochtgehalte in de bodem te volgen. De kern van het emissiemanagementsysteem gaat bestaan uit een softwareprogramma, dat zaken als verdamping, de vochtinhoud van het bodemprofiel, de uitspoeling en de voedingsopname continu berekent. De uitwisseling van gegevens vindt plaats via internet. Met behulp van meetgegevens kan de teler de watergift en de bemesting afstemmen op zijn bedrijfsspecifieke situatie en zo dus de emissie beheersen. Wageningen UR Glastuinbouw, Wageningen UR Alterra en LTO Groeiservice voeren het onderzoek uit.
Uitgave van de landelijke commissie Zomerbloemen van LTO Groeiservice. Redactie-adres Postbus 183, 2665 ZK Bleiswijk T (070) 307 50 50 F (070) 307 50 51 E
[email protected] Redactie Aad Vernooy Advertenties Martijn Haas (Sierteeltnet) M 06-3476 7068 E-mail:
[email protected] Vrijwaring LTO Groeiservice en de auteurs verklaren dat deze nieuwsbrief op
Huub Welles, LTO Groeiservice
zorgvuldige wijze en naar beste weten is samengesteld, evenwel kunnen LTO Groeiservice en auteurs op geen enkele wijze instaan voor de juistheid of volledigheid van de informatie. Zij aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die gebaseerd zijn op bedoelde informatie. Gebruikers van deze nieuwsbrief wordt met nadruk aangeraden deze informatie niet geïsoleerd te gebruiken maar af te gaan op hun professionele kennis en ervaringen en de te gebruiken informatie te controleren. Het gewaslidmaatschap loopt per kalenderjaar en kan uitsluitend schriftelijk worden beëindigd.