Woononderzoek Geertruidenberg 2011 2011
Woo Woonmonitor Geertruidenberg
Resultaten Woononderzoek Geertruidenberg 2011 Geertruidenberg (oktober 2011) – In mei 2011 hebben 3.645 huishoudens een uitgebreide vragenlijst ontvangen in het kader van het Woononderzoek Geertruidenberg. In dit onderzoek, waaraan ruim 37 procent heeft meegedaan, is een vragenblok opgenomen waarin de inwoners zich kunnen uitspreken over hun woning, eventuele verhuisplannen en de door hen gewenste woning. De resultaten van dit onderzoek zijn de basis voor de Woonmonitor Geertruidenberg, die wordt gebruikt om de gemeentelijke Woonvisie te actualiseren. De gemeente Geertruidenberg telt 9.268 woningen, waarvan 41 procent huurwoningen. Het merendeel van de huishoudens is tevreden met hun woning. Deze krijgt een 7,7 als gemiddeld rapportcijfer en ook de andere woningen in de eigen woonomgeving scoren een voldoende (7,1). Vandaar ook dat 71 procent de huidige woning ziet als meest ideale woonsituatie. Ruim 9 procent van de huishoudens wil verbouwen en ruim 16 procent heeft plannen om binnen nu en vijf jaar te verhuizen. Bijna een kwart van deze doorstromers zijn gezinnen met kinderen en ruim een derde bestaat uit 65-plussers. Daarnaast wil 29 procent van de nog thuiswonende jongeren binnen nu en vijf jaar verhuizen. Zij behoren tot de starters op de woningmarkt. Starters willen vooral verhuizen om op zichzelf te gaan wonen, omdat ze gaan samenwonen / trouwen of in verband met werk of studie. Bij doorstromers tot 65 jaar staat de wens om groter te wonen bovenaan, terwijl 65-plussers gelijkvloers willen gaan wonen, gaan huren of juist kleiner wonen. Bijna tweederde van alle verhuisgeneigden wil in de gemeente Geertruidenberg blijven wonen. Het meest populair zijn Raamsdonksveer-Zuid en Geertruidenberg. Van de potentiële doorstromers die nu huren, wil bijna driekwart blijven huren. Van de doorstromers met een eigen woning, wil bijna tweederde opnieuw gaan kopen. Van de starters wil bijna de helft kopen, terwijl ruim 30 procent liever huurt en zo’n 20 procent heeft geen voorkeur. Starters zijn vooral geïnteresseerd in een woning in een rij of geschakeld of een appartement. Huishoudens met kinderen hebben vooral belangstelling voor grondgebonden woningen, terwijl senioren meer belangstelling hebben voor appartementen. Starters vinden de energiezuinigheid van de woning, een parkeerplaats bij de woning, het aantal kamers en een tuin of balkon het allerbelangrijkste aan een woning. Doorstromers vinden de grootte van de woonkamer, het aantal kamers, de grootte van de woning, de energiezuinigheid van de woning en de grootte van de kamers het meest belangrijk.
In opdracht van de gemeente Geertruidenberg rapporteur: concept gereed: definitieve versie:
Gemeente Oosterhout, taakgroep Onderzoek & Statistiek (O&S) september 2011 oktober 2011
2
Inhoudsopgave pagina 1 Inleiding
4
2 Samenvatting onderzoek
6
3 Woningmarktprofiel gemeente Geertruidenberg
8
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Samenstelling van de bevolking Besteedbaar inkomen Bestaande woningvoorraad De ideale woonsituatie Woningaanbod en verhuizingen
8 9 12 15 16
4 Kwantitatieve woningvraag 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
19
Verbouwen of verhuizen Verhuisplannen Doorstroming en scheefheid Verhuisredenen Verhuizen, maar waarheen Waarom verhuizen naar Geertruidenberg
19 20 21 22 24 26
5 Kwalitatieve woningvraag 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5
28
Kopen of huren? In welke prijsklasse? Bestaand of nieuwbouw? Welk woningtype? Specifieke wensen?
28 29 30 31 33
6 Verhuisbalansen: vraag en aanbod nader bekeken 6.1 6.2 6.3
Verschuivingen tussen huur en koop Verschuivingen tussen woningtypen Verschuivingen tussen woongebieden
35 35 36 38
3
1
Inleiding
Het Woononderzoek Geertruidenberg is een vorm van burgeronderzoek waarbij, via een uitgebreide vragenlijst, meerdere thema’s tegelijkertijd aan een representatief deel van de huishoudens in de gemeente worden voorgelegd. Dit onderzoek heeft als doel om inzicht te geven in de mate van tevredenheid van de inwoners (burgers) over diverse aspecten van het woon- en leefklimaat in de gemeente Geertruidenberg, en de woonkernen in het bijzonder. In het Woononderzoek is een vragenmodule opgenomen waarmee gegevens worden verzameld over de waardering van de inwoners voor hun woning, eventuele verhuisplannen en hun gewenste (toekomstige) woonsituatie. Dit vormt de basis voor de Woonmonitor Geertruidenberg. De voorliggende rapportage over 2011 kan worden gezien als een nulmeting. Voorgesteld wordt om regelmatig vervolgmetingen te houden, om zo een vinger aan de pols te houden van de lokale woningmarkt. De uitkomsten uit deze monitor worden gebruikt om de gemeentelijke Woonvisie te actualiseren.
1.1 Deelgebieden De gemeente vormt de basis voor de gebiedsindeling die in deze rapportage wordt gehanteerd. Daarbinnen wordt nog een onderscheidt gemaakt in een aantal deelgebieden. Het gaat hierbij om de drie woonkernen in de gemeente: Geertruidenberg, Raamsdonk en Raamsdonksveer. Deze laatste kern is onderverdeeld in twee subdelen: Raamsdonksveer-Noord (Hooipolder, De Hoeven en Industrieterrein Dombosch) en Raamsdonksveer-Zuid (Centrum, Sandoel en overig). In totaal worden in dit rapport dus, naast de gemeente, nog vier deelgebieden gehanteerd.
Oriëntatiekaart Woononderzoek gemeente Geertruidenberg
A
B D C
Deelgebieden: A Geertruidenberg B Raamsdonksveer-Noord C Raamsdonksveer-Zuid D Raamsdonk
ondergrondkaart: Google
bewerking: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
4
1.2 Respons Ten behoeve van deze grootschalige enquête is uit het bevolkingsbestand van de gemeente Geertruidenberg een steekproef getrokken van in totaal 3.645 huishoudens. Deze zijn willekeurig geselecteerd (a-select), maar daarbij is wel rekening gehouden met een evenwichtige verdeling over de in dit onderzoek gehanteerde deelgebieden (zie hierboven). De vragenlijst is in mei 2011 uitgezet. In totaal hebben 1.363 huishoudens meegedaan aan dit onderzoek, een respons van ruim 37 procent. Om een betrouwbaar beeld te krijgen (met een betrouwbaarheidsmarge van 95 procent) was een minimale respons van 35 procent (1.275 bruikbare enquêtes) nodig. Dit betekent dat de resultaten van dit onderzoek representatief zijn voor alle huishoudens van de gemeente Geertruidenberg. Aangezien er in dit onderzoeksrapport ook uitspraken worden gedaan per deelgebied, is het belangrijk dat de resultaten ook per woongebied representatief zijn. De minimaal benodigde respons van 35 procent is in alle vier deelgebieden gehaald. Om de betrouwbaarheid verder te vergroten zijn de onderzoeksresultaten bovendien nog gewogen naar woongebied én wonend in een huur- of koopwoning. Hierdoor zijn de onderzoeksresultaten ook representatief voor deze deelgebieden.
Respons Woononderzoek Geertruidenberg 2011 aantal huishoudens
totaal verzonden
respons (abs.)
respons (%)
betrouwbaarheid *
Geertruidenberg
3.035
985
370
37,6
96%
Raamsdonksveer-Noord
2.310
945
356
37,7
96%
Raamsdonksveer-Zuid
2.595
955
339
35,5
95%
281
37,0
96%
37,4 **
99%
Raamsdonk Gemeente Geertruidenberg
840
760
8.780
3.645
1.363 **
Noten: * betrouwbaarheidsinterval bij 5% foutenmarge; ** inclusief woongebied onbekend
1.3 Leeswijzer Hoofdstuk 1 (dit hoofdstuk) bevat de inleiding en onderzoeksverantwoording van dit onderzoek. Een beknopte samenvatting van de onderzoeksresultaten is te vinden in hoofdstuk 2. Een synopsis hiervan staat op pagina 2. Hoofdstuk 3 geeft een profiel van de huidige woningmarkt in de gemeente Geertruidenberg aan de hand van de bevolkingssamenstelling, inkomensverdeling en bestaande woningvoorraad. Hiervoor is gebruik gemaakt van objectieve statistische informatie afkomstig van zowel interne als externe bronnen, waaronder het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Hoofdstuk 4 geeft een beeld van de potentiële vraag van de inwoners in de gemeente Geertruidenberg. Daarbij is een onderscheidt gemaakt tussen starters (thuiswonende jongeren) en doorstromers (huishoudens die al zelfstandig wonen). Dit hoofdstuk geeft ook informatie over de inwoners die zich in de afgelopen twee jaar in de gemeente hebben gevestigd. Hoofdstuk 5 geeft aan waar de potentiële starters en doorstromers naar op zoek zijn. Het gaat hierbij om de kwalitatieve woningvraag: huur of koop, in welke prijsklasse, bestaand of nieuwbouw, woningtype en specifieke wensen zoals de grootte van de woning. In hoofdstuk 6 wordt gekeken wat het betekent voor de bestaande woningvoorraad als alle voorgenomen verhuizingen van de doorstromers daadwerkelijk worden gerealiseerd. Met behulp van verhuisbalansen wordt inzicht gegeven in de mogelijke verschuivingen die tussen de verschillende categorieën ontstaan. Het gaat daarbij om prijsklasse huur / koop, woningtype en woongebied.
5
2
Samenvatting
In mei 2011 hebben 3.645 huishoudens een uitgebreide vragenlijst ontvangen in het kader van het Woononderzoek Geertruidenberg. In dit onderzoek, waaraan ruim 37 procent heeft meegedaan, is een vragenblok opgenomen waarin de inwoners zich kunnen uitspreken over hun woning, eventuele verhuisplannen en de door hen gewenste woning. De resultaten van dit onderzoek zijn de basis voor de Woonmonitor Geertruidenberg, die wordt gebruikt om de gemeentelijke Woonvisie te actualiseren.
2.1 Woningmarktprofiel Op 1 januari 2011 stonden er in de gemeente Geertruidenberg 9.268 woningen. Bijna 13 procent van de woningvoorraad is gebouwd na het jaar 2000. De laatste jaren is de woningvoorraad vooral toegenomen door de realisatie van het plan Dongeburgh. Ruim 41 procent van alle woningen behoort tot de huursector. Het merendeel hiervan is eigendom van de woningcorporaties Thuisvester (voorheen Volksbelang) en de Woningbouwstichting Geertruidenberg (WSG). In de periode 2009-2010 verhuisden in totaal zo’n 4.502 personen: 1.572 kwamen hier wonen, 1.160 vertrokken naar elders en zo’n 1.770 verhuisden binnen de gemeentegrenzen. In 2010 werden in de gemeente Geertruidenberg 185 woningen verkocht en 192 woningen opnieuw verhuurd via Thuisvester en de WSG. Het gemiddeld aantal personen in een woning is gedaald van 2,57 in 2000 naar 2,32 in 2010. Door de vergrijzing en afname van het aantal gezinnen met kinderen zal dit nog verder dalen tot zo’n 2,10 á 2,15 in 2020. Het merendeel van de huishoudens in de gemeente Geertruidenberg is tevreden met hun woning, zo blijkt uit de enquête. Gemiddeld krijgt de woning een 7,7 als rapportcijfer en ook de andere woningen in de eigen woonomgeving krijgen een voldoende (7,1). Aan de hand van een aantal enquêtevragen is de indicator “waardering huidige woning” samengesteld. De score op deze indicator heeft een berekende waarde tussen de 10 (zeer laag) en de 100 (zeer hoog) en geeft aan hoe tevreden de bewoners zijn met hun woning. De gemiddelde score is 83 punten. De hoogste score wordt gehaald in Raamsdonk (84) en de laagste score in Raamsdonksveer-Zuid (83). De huidige woning blijkt vooral prettig te zijn om in te wonen, een geschikte indeling te hebben voor het gezin en een goede sfeer / uitstraling te hebben. Bewoners van huurwoningen zijn minder tevreden met hun woning dan de bewoners in een koopwoning. Een huurwoning krijgt gemiddeld 76 punten en een koopwoning 88 punten. Huurders zijn met name ontevreden over de ouderdom van de woning en de staat van onderhoud. Dat de huishoudens tevreden zijn over hun woning, blijkt ook uit het feit dat 71 procent van de ondervraagden hun huidige woning ziet als meest ideale woonsituatie. Een kleine meerderheid (53%) wil het liefst in de huidige woning blijven wonen (met eventuele aanpassingen), ook als men nu of in de nabije toekomst behoefte zou hebben aan zorg in of om de woning.
2.2 Kwantitatieve woningvraag Als de woning niet meer voldoet, en men zich dat financieel kan veroorloven, zijn er twee mogelijkheden: verbouwen of verhuizen. Ruim 9 procent van de huishoudens geeft er de voorkeur aan om te verbouwen. Hiervan wil bijna 40 procent de woning zelf verbouwen en een kwart (25%) wil een aanbouw realiseren, zoals een bijkeuken, serre of uitbouw van de woonkamer. Ruim 16 procent van de huishoudens in de gemeente Geertruidenberg heeft plannen om binnen nu en vijf jaar te verhuizen. Zij worden gerekend tot de doorstromers op de woningmarkt. Bijna een kwart van hen (22%) zijn gezinnen met kinderen en ruim een derde (36%) bestaat uit 65-plussers. Daarnaast geeft 29 procent van de nog thuiswonende jongeren aan dat ze binnen nu en vijf jaar willen verhuizen. Zij behoren tot de starters op de woningmarkt. Er kunnen allerlei redenen zijn om te willen verhuizen. Hoewel de motieven onderling verschillen, doorlopen mensen een bepaalde wooncarrière. Afhankelijk van de levensfase waarin men zich bevindt, leidt dit tot specifiek zoekgedrag op de woningmarkt. Daarbij wordt een onderscheidt gemaakt tussen temporele, locationele en sectorale verhuismotieven. Temporele verhuismotieven zijn persoonlijke en levensfasegerelateerde motieven, zoals samenwonen / trouwen, studeren / werken of het krijgen van kinderen. Locationele verhuismotieven hebben te maken met de woonomgeving en sectorale verhuismotieven hebben betrekking op de woning zelf. Starters hebben hoofdzakelijk temporele verhuismotieven, waarbij het vooral gaat om het zelfstandig willen gaan wonen en gaan samenwonen / trouwen. Doorstromers tot 65 jaar hebben vooral sectorale
6
verhuismotieven, waarbij de wens om groter te gaan wonen ‘met stip’ bovenaan staat. Ook 65-plussers hebben hoofdzakelijk sectorale verhuismotieven, waarbij het vooral gaat om de wens om gelijkvloers te gaan wonen, een woning huren en kleiner gaan wonen. Bij 75-plussers spelen naast genoemde sectorale motieven, ook temporele verhuismotieven een rol (met name gezondheidsredenen). Bijna tweederde van de verhuisgeneigden wil in de gemeente Geertruidenberg blijven wonen en zo’n 9 procent heeft geen voorkeur. Doorstromers hebben een voorkeur voor Raamsdonksveer-Centrum, Raamsdonksveer-Zuid & Sandoel en Geertruidenberg-Oude Kom & Bergse Poort. Starters willen vooral naar Geertruidenberg-West & Noord en Raamsdonksveer-Zuid & Sandoel. Ruim een kwart van de potentiële verhuizers vertrekt liever naar een andere gemeente. De belangrijkste redenen om naar elders te vertrekken zijn studie of veranderende gezinsomstandigheden. De belangrijkste reden om in de gemeente Geertruidenberg te komen wonen is vanwege werk of veranderende gezinsomstandigheden. Het merendeel van de huishoudens die zich hier in de afgelopen twee jaar hebben gevestigd, komen uit andere gemeenten in de regio’s Oost-Brabant (39%), West-Brabant (36%) en Midden-Brabant (13%). Ruim 7 procent komt van elders in het land en ruim 4 procent woonde hiervoor in het buitenland. Ruim driekwart is van plan om hier voor langere tijd te blijven.
2.3 Kwalitatieve woningvraag Van de huishoudens die van plan is om binnen nu en vijf jaar te verhuizen én daarbij de gemeente niet perse wil verlaten, woont thans 46 procent in een huurwoning en 54 procent in een koopwoning. Hiervan is 50 procent op zoek naar een huurwoning, wil 43 procent een woning kopen en heeft bijna 7 procent nog geen voorkeur. Van de huishoudens die nu huren, wil bijna driekwart blijven huren. Van de woningeigenaren wil bijna tweederde opnieuw gaan kopen. Van de starters wil bijna de helft kopen, terwijl ruim 30 procent liever gaat huren. Van alle verhuisgeneigden (starters én doorstromers) die willen huren, zoekt ruim 59 procent een goedkope woning met een huurprijs tot € 555 per maand en wil 29 procent een huurwoning in het middensegment (€ 555 tot € 652 per maand). Zo’n 38 procent van de potentiële kopers wil een woning in het middensegment (tussen € 185.000 en € 275.000), bijna 35 procent zoekt een woning in het dure segment en 27 procent wil een goedkope koopwoning. Zo’n 55 procent van de verhuisgeneigden geeft de voorkeur aan een bestaande woning, terwijl 23 procent liever een nieuwbouwwoning heeft en 22 procent geen voorkeur heeft. Met name doorstromers die willen kopen hebben vaker belangstelling voor een nieuwbouwwoning. Starters zijn vooral geïnteresseerd in een woning in een rij of geschakeld (46%), appartement (20%) en hoekwoning (11%). Huishoudens met kinderen hebben vooral belangstelling voor grondgebonden woningen, terwijl senioren (55-plussers) meer belangstelling hebben voor appartementen. Starters vinden de energiezuinigheid van de woning, een parkeerplaats bij de woning, het aantal kamers en een tuin of balkon het allerbelangrijkste aan een woning. Doorstromers vinden de grootte van de woonkamer, het aantal kamers, de grootte van de woning, de energiezuinigheid van de woning en de grootte van de kamers het meest belangrijk. Zo’n 40 procent van de potentiële huurders wenst een woonoppervlakte van zo’n 80 tot 120 vierkante meter, terwijl 23 procent een grotere woning wil. Van de potentiële kopers wil 34 procent een woning van zo’n 120 tot 150 vierkante meter, terwijl 31 procent een grotere woning wil. De woonkamer moet gemiddeld zo’n 49 vierkante meter zijn, de keuken zo’n 14 vierkante meter en de badkamer zo’n 11 vierkante meter. Zo’n 54 procent van de potentiële huurders wil minimaal twee tot drie hobby-, studeer- en slaapkamers, terwijl de potentiële kopers minstens drie á vier kamers willen.
2.4 Het Woononderzoek Het Woononderzoek Geertruidenberg is een vorm van onderzoek waarbij, via een uitgebreide vragenlijst, meerdere thema’s tegelijk aan de inwoners worden voorgelegd. Dit onderzoek wil inzicht geven in de mate van tevredenheid van de burgers over het woon- en leefklimaat in de gemeente Geertruidenberg, en hun eigen woonomgeving in het bijzonder. Naast de voorliggende Woonmonitor, is er ook een Leefbaar- en Veiligheidsmonitor beschikbaar. Voor dit grootschalig onderzoek is uit de bevolking een steekproef getrokken van 3.645 huishoudens. Deze zijn willekeurig geselecteerd, maar daarbij is wel rekening gehouden met een evenwichtige verdeling over de deelgebieden. De enquête is in mei 2011 uitgezet en in totaal hebben 1.363 huishoudens aan dit onderzoek meegewerkt: een respons van ruim 37 procent. Om een betrouwbaar beeld te krijgen (met een betrouwbaarheidsmarge van 95 procent) was een minimale respons van 35 procent (1.275 bruikbare enquêtes) nodig. Dit betekent dat de resultaten representatief zijn voor de bevolking van de gemeente Geertruidenberg.
7
3
Woningmarktprofiel oningmarktprofiel gemeente Geertruidenberg
Dit hoofdstuk schetst aan de hand van de bevolkingssamenstelling, inkomensverdeling en woningvoorraad een profiel van de woningmarkt in de gemeente Geertruidenberg. Deze dient als basis voor de rest van dit rapport.
3.1 Samenstelling van de bevolking Op 1 januari 2011 telde de gemeente Geertruidenberg 21.307 inwoners. Hiervan is bijna 23 procent jonger dan 20 jaar en bijna 16 procent 65 jaar of ouder. Geertruidenberg heeft een specifieke leeftijdsopbouw met een relatief klein aandeel twintigers en een relatief groot aandeel veertigers en vijftigers. Deze bevolkingsgroep schuift langzaam omhoog in de bevolkingspiramide en wordt van onderen slechts ten dele weer aangevuld door jongeren. Dit vormt de basis voor de vergrijzing, die inmiddels haar intrede heeft gedaan en de komende jaren verder zal doorzetten.
Bevolkingsopbouw gemeente Geertruidenberg (2011) 208
85+ 80-84 jaar
280
272
425
70-74 jaar
427
586
65-69 jaar 60-64 jaar
598
745
782
764
55-59 jaar 50-54 jaar
40-44 jaar
150
337
75-79 jaar
45-49 jaar
91
752
768
794
837
895
880
35-39 jaar
898 743
724 650
30-34 jaar
617
592
25-29 jaar 20-24 jaar
618 518
15-19 jaar
491
607
614
583
10-14 jaar 5-9 jaar
658
616
0-4 jaar
635
581
571
vrouwen
mannen
data: CBS
databewerking en grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Naar verwachting zal de gemeente Geertruidenberg in 2020 zo’n 21.330 inwoners tellen, waarvan ruim 21 procent jongeren tot 20 jaar en 21 procent 65-plussers. Het aantal 65-plussers zal in de jaren daarna nog verder groeien, terwijl het aantal jongeren nagenoeg gelijk blijft.
Bevolkingsprognose gemeente Geertruidenberg (2010-2025) * 0-19 jaar 20-44 jaar 45-64 jaar 65+ totaal
2010
2015
2020
2025
2030
2035
4.806 6.784 6.251 3.246
4.700 6.280 6.380 3.940
4.590 6.070 6.190 4.480
4.440 6.050 5.830 4.920
4.410 5.820 5.170 5.310
4.500 5.930 4.640 5.590
21.087
21.300
21.330
21.240
20.710
20.660
Noot: * CBS/PBL-prognose 2009-2040, gecorrigeerd voor actuele bevolkingsopbouw 2010-2011, cijfers afgerond op tientallen data: CBS / PBL
databewerking: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
8
De gemeente Geertruidenberg bestaat uit drie woonkernen, waarvan Raamsdonksveer de grootste is. Hier woont ruim de helft (56%) van alle inwoners. De kleinste kern is het dorp Raamsdonk met zo’n 10 procent van de inwoners die woonachtig zijn in de gemeente.
Bevolkingssamenstelling gemeente Geertruidenberg (2010) deelgebieden
woonkernen
6% 6%
Geertruidenberg 34%
32% 32% 31% 31% 16% 16%
27% 27% 31% 31%
29% 29% 28% 28%
RaamsdonksveerNoord
Geertruidenberg 32% 32% 25% 25%
Raamsdonksveer 56%
Raamsdonk 10%
13% 13% 25% 25% 31% 31%
27% 27%
Legenda:
24% 24%
23% 23%
tot 24 jaar
Raamsdonk
25-44 jaar
RaamsdonksveerZuid
45-64 jaar 65+
data: CBS
databewerking en kaart / grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Eén of meer personen die in een zelfstandige woonruimte wonen, vormen samen een particulier huishouden. Dit is dus zonder de bevolking die in een instelling of tehuis woont. Op 1 januari 2010 telde de gemeente Geertruidenberg 8.830 huishoudens, waarvan 26 procent éénpersoonshuishoudens en 74 procent meerpersoonshuishoudens. De verwachting is dat het aantal huishoudens in 2020 zal zijn gestegen tot zo’n 9.300, waarbij het aandeel alleenstaanden op zo’n 32 procent zal liggen.
Huishoudenssamenstelling gemeente Geertruidenberg (2010) Huishoudenstype meerpers. met kinderen 39%
Huishoudensgrootte eenpersoons 26%
meerpers. zonder kinderen 35%
4-persoons 16%
3-persoons 15%
data: CBS
5 of meer 5%
1-persoons 26%
2-persoons 38%
databewerking en grafieken: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Het gemiddeld aantal personen in een woning is in de afgelopen jaren gedaald van 2,57 in 2000 naar 2,32 in 2010. Door de vergrijzing en de verdere afname van het aantal gezinnen met kinderen zal dit nog verder zal dalen tot zo’n 2,10 á 2,15 in 2020.
3.2 Besteedbaar inkomen Het regionaal inkomensonderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) geeft informatie over het inkomensniveau van personen en huishoudens in de afzonderlijke gemeenten. Het meest recente onderzoek dat bij het schrijven van deze rapportage beschikbaar is, baseert zich op gegevens over het belastingjaar 2008. Dit is dus nog vóór de economische crisis die zich pas in de tweede helft van 2009 nadrukkelijk begon te manifesteren.
9
Het gemiddeld besteedbaar huishoudinkomen in de gemeente Geertruidenberg ligt met € 35.500 iets boven het landelijk gemiddelde. In de periode 2005-2008 is het besteedbaar inkomen in de gemeente met gemiddeld € 4.400 (13%) toegenomen. Dit is aanzienlijk hoger dan de inflatie die in deze periode bijna 7 procent bedroeg. Dit betekent dat in deze (economisch gunstige) periode de huishoudens in de gemeente Geertruidenberg hun koopkracht aanzienlijk hebben zien toenemen.
€ 33.300
€ 34.200
€ 35.500
€ 32.600
€ 33.600
€ 34.300
€ 30.400
€ 31.200
€ 32.300
€ 29.000
€ 29.800
€ 31.100
Gemiddeld besteedbaar huishoudinkomen (2005-2008)
Geertruidenberg West Brabant Nederland 2005
2006
2007
data: CBS
2008 databewerking en grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
De huishoudinkomens zijn ingedeeld in vijf inkomensgroepen van gelijke omvang. Dit betekent dat in elke klasse 20 procent van alle Nederlandse huishoudens zit. De laagste 40 procent worden gerekend tot de lage inkomens en de hoogste 20 procent tot de hoge inkomens. Duidelijk is dat de inkomensverdeling in de gemeente Geertruidenberg hiervan afwijkt (hoger of lager dan 20 procent per klasse). De hogere inkomensgroepen zijn in deze gemeente oververtegenwoordigd, terwijl de groep met lage inkomens ondervertegenwoordigd is.
Besteedbaar huishoudinkomen in Geertruidenberg (2008) 23,3% 22,2%
21,6%
20% 18,2%
landelijk bestaat elke klasse uit 20%
14,8%
0% minder dan €.16.300
€.16.300 tot €.23.600
lage inkomens
€.23.600 tot €.32.900
€.32.900 tot €.45.400
midden inkomens
data: CBS
meer dan €.45.400
hoge inkomens
databewerking en grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
10
Het rijk hanteert normen om kwetsbare groepen huishoudens met voorrang te kunnen huisvesten in het betaalbare deel van de woningvoorraad. Dat kunnen zowel huur- als koopwoningen zijn. De doelgroepen die hiervoor mogelijk in aanmerking komen, worden afgebakend op basis van het belastbaar inkomen van het hoofd van het huishouden, de leeftijdscategorie en het type huishouden. De grenzen hiervan worden jaarlijks door het ministerie vastgesteld. Zo’n 500 huishoudens in de gemeente Geertruidenberg hadden in 2008 een inkomen dat valt rond of onder het sociaal (wettelijk bestaans)minimum, zoals dat door landelijke politieke besluitvorming is vastgesteld. Dit is bijna 6 procent van het totale aantal huishoudens in de gemeente.
Inkomensverdeling huishoudens in de gemeente Geertruidenberg (2008) deelgebieden
18% 18%
gemeente
5% 5% 26% 26%
19% 19%
6% 6%
31% 31%
50% 50%
Geertruidenberg
45% 45%
sociaal minimum 6%
hoog inkomen 21%
RaamsdonksveerNoord
17% 17%
5% 5% 29% 29%
6% 6%
laag inkomen 28%
midden inkomen 45%
25% 25%
35% 35% 41% 41%
Legenda:
Raamsdonk
42% 42%
sociaal minimum laag inkomen
RaamsdonksveerZuid
midden inkomen hoog inkomen
data: CBS
databewerking en kaart / grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Van de 8.660 particuliere huishoudens die de gemeente Geertruidenberg in 2008 telde, woonde bijna 41 procent – zo’n 3.500 huishoudens – in een huurwoning. Hiervan ontving minder dan een derde – zo’n 1.000 huishoudens – huurtoeslag. Dit is bijna 12 procent van alle huishoudens in de gemeente. Het gemiddeld besteedbaar huishoudinkomen van deze groep lag, na aftrek van de huurtoeslag, met € 17.800 aanzienlijk lager dan het gemiddelde huishoudinkomen in de gemeente dat € 35.500 bedroeg.
Besteedbaar huishoudinkomen naar woonsituatie (2008) aantal huishoudens
gemiddeld besteedbaar huishoudinkomen € 42.500
5.100 (59%)
€ 28.400
2.500
€ 17.800
(29%)
1.000 (12%)
eigen huurwoning koopwoning zonder huurtoeslag
huurwoning met huurtoeslag
eigen koopwoning
data: CBS
huurwoning zonder huurtoeslag
huurwoning met huurtoeslag
databewerking en grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
11
3.3 Bestaande woningvoorraad Op 1 januari 2011 stonden er in de gemeente Geertruidenberg in totaal 9.268 woningen. Bijna 13 procent van de woningvoorraad dateert van na het jaar 2000. De laatste jaren is de woningvoorraad vooral toegenomen door de realisatie van het plan Dongeburgh. Bijna 42 procent van de totale woningvoorraad behoort tot de huursector. Het merendeel hiervan is eigendom van de woningcorporaties Thuisvester (voorheen Volksbelang) en de Woningbouwstichting Geertruidenberg (WSG). Iets meer dan de helft van alle huizen (52%) zijn rij-, hoek- of geschakelde woningen en 15 procent zijn etagewoningen.
Kenmerken woningvoorraad gemeente Geertruidenberg (2011) huur of koop
woningtype hoek of geschakeld 20%
Thuisvester 19%
koop 58%
overige huur 5%
WSG 18%
2-1 kap 17%
tussenwoning 32%
etagewoning 18%
vrijstaand 12%
*
bedrijfswoning 1%
Noot: * betreft bovenwoningen, flatwoningen en appartementen data: WOZ-bestand gemeente
databewerking en grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Alle woningen worden periodiek getaxeerd in het kader van de wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ). De WOZ-waarde geeft een indicatie van de vrije verkoopwaarde van de woning (op de betreffende peildatum). Dit is het bedrag dat de woning zou opbrengen wanneer het leeg verkocht zou zijn en onmiddellijk in gebruik zou kunnen worden genomen. De vastgestelde WOZ-waarde wordt niet alleen gebruikt voor het bepalen van de jaarlijkse Onroerende Zaakbelastingen (OZB) van de gemeente, maar ook voor de belastingen van het Rijk en het Waterschap. De gemiddelde WOZ-waarde voor woningen in de gemeente Geertruidenberg bedraagt € 240.000 (peiling 2010). Het merendeel van de woningen heeft een WOZ-waarde die ligt tussen de € 150.000 en de € 200.000 (34%), gevolgd door woningen met een waarde tussen de € 200.000 en € 250.000 (24%) en een waarde tussen de € 250.00 en € 300.000 (12%). In 2005 was de gemiddelde woningwaarde in deze gemeente nog € 204.000. Door de waardestijging is de goedkope woningvoorraad (minder dan € 150.000) sterk afgenomen: van 19 procent in 2005 naar 10 procent in 2010.
Woningen in de gemeente Geertruidenberg naar WOZ-waarde 2010 minder dan € 100.000 2%
42%
24%
23%
5% 3%
€ 100.000 - € 199.000 € 200.000 - € 249.000 € 250.000 - € 399.000
2005
€ 400.000 - € 499.000 € 500.000 of meer
1%
65%
14%
data: CBS
15%
3% 1%
databewerking en grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Ruim de helft van alle woningen in de gemeente is te vinden in de kern Raamsdonksveer (57%), terwijl in Raamsdonk het kleinste aantal woningen staat (9%). Op de volgende pagina staan vier kaartjes die een beeld geven van de woningvoorraad per deelgebied. Hieruit blijkt dat in Geertruidenberg en Raamsdonksveer-Zuid relatief meer huurwoningen staan, terwijl Raamsdonk verhoudingsgewijs meer koopwoningen telt. In Geertruidenberg staan verhoudingsgewijs meer etagewoningen, terwijl Raamsdonk en Raamsdonksveer-Zuid meer vrijstaande en 2-1 kapwoningen heeft. In Raamsdonk staan in verhouding meer duurdere koopwoningen, terwijl in Raamsdonksveer-Zuid meer goedkope koopwoningen heeft.
12
Kenmerken woningvoorraad gemeente Geertruidenberg woningtype
24% 24%
huur of koop
1% 1% 7% 7% 16% 16%
5% 5%8% 8%
R ’ veer-Nrd.
<<1% 1% 10% 10%
39% 39%
33% 33%
21% 21%
<<1% 1% 22% 22%
R ’ veer-Nrd.
20% 20%
23% 23%
68% 68%
R ’ donk
R ’ donk
61% 61%
3% 6% 6% 3% 42% 42% 16% 16%
G ’ berg
<<1% 1%
6% 6% <<1% 1%
35% 35%
20% 20% 20% 20%
22% 22%
G ’ berg 37% 37% 16% 16%
22% 22%
vrijstaand 2-1 kap hoek of geschakeld rij- / tussenw oning etagew oning bedrijfsw oning
2% 2%
koopw oning huurw oning WSG huurw oning Thuisvester overige huur
R ’ veer-Zd.
17% 17%
72% 72%
61% 61%
20% 20%
25% 25%
<<1% 1%
WOZ-waarde koopwoningen
R ’ veer-Zd.
huurprijs woningen woningcorporaties
2% 2% 12% 12%
R ’ veer-Nrd. 11% 11%
8% 8%
11% 11% 4% 4% 6% 6%
54% 54%
32% 32%
27% 27%
16% 16%
R ’ donk 54% 54%
G ’ berg
4% 4%
24% 24%
63% 63%
34% 34%
11% 11%
31% 31%
G ’ berg
28% 28%
31% 31%
37% 37%
minder dan € 165.000 € 165.000 - € 235.000 € 235.000 - € 350.000 € 350.000 of meer
R ’ veer-Zd.
minder dan € 363 € 363 - € 514 € 514 - € 555 € 555 - € 652 € 652 of meer
kaarten © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Het merendeel van de huishoudens in de gemeente Geertruidenberg is tevreden met de eigen woning, zo blijkt uit de enquête. Gemiddeld krijgt de woning een 7,7 als rapportcijfer. En ook de andere woningen in de eigen woonomgeving krijgen een voldoende (7,1). De huidige woning blijkt vooral prettig te zijn om in te wonen (85%), een geschikte indeling te hebben voor het gezin (80%) en een goede sfeer / uitstraling te hebben (78%). Slechts een klein deel van de huishoudens is echt ontevreden over de woning: zo’n 16 procent vindt dat deze verouderd is, 10 procent geeft aan dat de woning slecht is onderhouden en zo’n 8 procent vindt de woning te klein.
Wat vindt u van uw huidige woning? leeftijd / ouderdom onderhoud
61%
23% 71%
19%
grootte sfeer / uitstraling
10%
85%
prettig indeling
16%
12%
80%
14%
75%
19%
78%
positief
18%
neutraal
3%
6%
6%
4%
negatief © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Vrachelen
13
Aan de hand van een aantal enquêtevragen is de indicator “waardering huidige woning” samengesteld. De score op deze indicator heeft een berekende waarde die ligt tussen de 10 (zeer laag) en de 100 (zeer hoog) en geeft aan hoe tevreden de bewoners zijn met hun woning. De woningen in de gemeente Geertruidenberg scoren een voldoende (boven de 55 punten). Dit betekent dat de inwoners redelijk tot zeer tevreden zijn over hun woning. Gemiddeld scoort de woning 83 punten. De hoogste score wordt gehaald in Raamsdonk (84) en de laagste score in Raamsdonksveer-Zuid (83).
Indicator “Waardering huidige woning” alle woningen
koopwoningen
huurwoningen
Huurwoningen Thuisvester
Geertruidenberg Raamsdonksveer-Noord Raamsdonksveer-Zuid Raamsdonk
83,2 83,3 82,9 84,0
87,5 86,6 89,3 87,5
76,7 76,1 74,8 73,7
– 75,7 74,1 73,2
totaal gemeente
83,2
87,7
75,7
74,6
Toelichting: Indicator is samengesteld met behulp van het rapportcijfer dat de bewoners aan hun woning hebben gegeven, plus de antwoorden op een vijftal stellingen, waarmee de bewoners een oordeel konden geven over de grootte van de woning, staat van onderhoud, de sfeer / uitstraling en geschiktheid voor het gezin. © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Bewoners van huurwoningen zijn minder tevreden met hun woning dan de bewoners van een koopwoning. Een huurwoning scoort gemiddeld 76 punten, terwijl een koopwoning gemiddeld 88 punten krijgt. De woningen van woningcorporatie Thuisvester (v.h. Volksbelang) krijgen gemiddeld 75 punten, die van WSG 77 punten. Huurwoningen scoren slechter, omdat een groter aandeel van de huurders met name ontevreden is over de ouderdom van de woning (34 procent is daar uitgesproken negatief over) en de staat van onderhoud (24%). Maar ook op de andere criteria, zoals de indeling en de uitstraling van de woning, scoren koopwoningen beduidend beter.
Wat vindt u van uw huidige woning? Raamsdonk koopwoning:
RaamsdonksveerZuid 77%
19%
88%
4%
interieur interieur
10% 2%
onderhoud onderhoud
6%2%
prettig prettig
92% 86%
Raamsdonksveer76% Noord Geertruiden88% berg positief
neutraal
RaamsdonksveerZuid
10% 5% 18%
6% 9% 3%
Raamsdonk
Raamsdonksveerhuurwoning: Zuid 35%
30%
43%
33% 74%
grootte grootte Geertruidensfeersfeer berg
negatief
24% 20%
70%
indeling indeling
21%
Raamsdonksveer75% Noord
19%
62%
positief
Raamsdonk
34%
RaamsdonksveerZuid
32%
neutraal
5% 9% 5% 6%
negatief
Raamsdonk © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Aan de bewoners is ook gevraagd om aan te geven of ze vinden dat hun woning geschikt is voor bewoning door mindervaliden. Slechts 17 procent geeft aan dat de woning hiervoor geschikt is, terwijl 61 procent zegt dat dit beslist niet het geval is. Het zijn vooral de seniorenwoningen (67%) en appartementen met lift (65%) die hiervoor geschikt zouden zijn. Niet of nauwelijks geschikt zijn volgens de bewoners grondgebonden woningen (slechts 10 procent hiervan zou geschikt zijn), patiowoningen uitgezonderd, en bovenwoningen / appartementen zonder lift (12 procent hiervan zou geschikt zijn). In de enquête zijn een aantal vragen gesteld om te bepalen of de woningen in de gemeente milieuvriendelijk zijn. Een meerderheid van de woningen is voorzien van isolatieglas (86%), hoogrendement (HR) verwarmingsketel (77%) en dakisolatie (62%). Een kleine meerderheid van de woningen (52%) is volgens de bewoners voorzien van gevelisolatie en ruim een derde (36%) is voorzien van vloerisolatie.
14
Is uw woning voorzien van isolerende en/of energiebesparende middelen? 62%
dakisolatie
19%
52%
gevelisolatie
25%
36%
vloerisolatie
19% 23%
44%
20%
77%
HR-ketel
15% 86%
isolatieglas zonnepanelen 2%
8% 11%
3%
95%
3%
68%
spaarlampen
29%
ja
nee
3%
weet niet © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Er zijn duidelijke verschillen tussen koop- en huurwoningen. Over het algemeen lijken koopwoningen meer voorzien te zijn van isolerende en/of energiebesparende middelen. Bovendien zijn woningeigenaren over het algemeen hierover beter op de hoogte dan huurders. Dit is vooral het geval bij nietzichtbare isolatievormen, zoals gevel-, vloer- en dakisolatie; een aanzienlijk deel van de huurders geeft aan niet te weten of dat in hun woning aanwezig is. Of de woning beschikt over isolatieglas, een HRketel of spaar- / led-lampen is bij huurders veel meer bekend. Hoewel een meerderheid van de woningen is voorzien van spaarlampen, is hier nog winst te behalen. Van de huurders geeft 57 procent aan spaar- of led-lampen in huis te hebben, terwijl 36 procent zegt die niet te hebben. Van de woningeigenaren heeft 76 procent spaar- of led-lampen, terwijl 23 procent er geen heeft.
Is uw woning voorzien van isolerende en/of energiebesparende middelen? koopwoning:
huurwoning: 78%
64%
22%
50%
38% 87%
14%
gevelisolatie gevelisolatie
12%
vloerisolatie vloerisolatie
11% 2
HR-ketel HR-ketel
5% 1
isolatieglas isolatieglas
94% 2%
96% 76%
ja
dakisolatie dakisolatie
13% 9%
23%
nee
39%
27%
35%
28%
13%
2
zonnepanelen zonnepanelen 2%
1
spaarlampen spaarlampen
37%
54%
33%
62%
21%
74%
17% 21%
93% 57%
ja
weet niet
34%
5% 36%
nee
5%
7%
weet niet
© gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
3.4 De ideale woonsituatie Dat de inwoners van de gemeente Geertruidenberg tevreden zijn over hun woning, blijkt ook uit het feit dat zeven op de tien ondervraagden (71%) aangeeft dat hun huidige woning de meest ideale woonsituatie is. Daarnaast worden met name “wonen in een groene omgeving” (28%), “wonen aan het water” (17%), “wonen in een bosrijke omgeving” (11%) en “wonen in een kinderrijke buurt” (8%) als meest ideale woonsituatie genoemd. Het merendeel van de inwoners (53%) wil het liefst in de huidige woning blijven wonen (met eventuele aanpassingen), ook als men nu of in de nabije toekomst behoefte zou hebben aan zorg in of om de woning. Er zijn ook inwoners die liever verhuizen naar een geschikte woning, zoals een seniorenwoning (met eventuele zorg op afroep), appartement met lift, aanleunwoning (bij / aan woonzorgcomplex), zorgwoning (geschikt voor rolstoelgebruik en intensieve zorg) of in een woonzorgcomplex.
15
Wat is voor u de meest ideale woonsituatie? Percentages mogen niet bij elkaar worden opgeteld. Elk percentage geeft het aandeel respondenten dat voor deze woonsituatie kiest ten opzichte van alle respondenten. Men mocht maximaal twee voorkeuren aankruisen.
71%
28% 17%
2%
2%
buitenwijk
1% afgesloten privéwijk
3%
villapark
4%
nieuwbouwwijk
in een hofje
5%
in de stad
6%
al wat oudere buurt
8%
kinderrijke buurt
bosrijke omgeving
aan het water
groene omgeving
huidige woning
11%
© gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Ook een groot deel van de 55-plussers wil het liefst in de huidige woning blijven wonen, maar men ouder wordt, groeit de groep die toch liever verhuist: 47 procent van de 55 tot 75-jarigen en 53 procent van de 75-plussers wil het liefst verhuizen. Daarbij is een seniorenwoning of appartement met lift het meest in trek bij de 55 tot 75-jarigen, terwijl de 75-plussers de voorkeur geven aan een aanleunwoning of plaats in een woonzorgcomplex.
Als u nu of in de nabije toekomst behoefte heeft aan zorg in of om de woning, hoe zou u dan willen wonen? 75+ 65-74 jaar 55-64 jaar
47%
2%
48%
14%
1%
17%
57%
tot 55 jaar
54%
alle leeftijden
53%
20%
19%
15%
13% 13%
3%
9%
20%
19% 16%
huidige w oning
16%
4%
3% 2 3%
7% 5%
appartement met lift
9%
seniorenw oning zorgw oning aanleunw oning w oonzorgcomplex
6% 1% 4%
© gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Bijna 57 procent van de huishoudens in een koopwoning wil daar het liefst blijven wonen, ook als men nu of in de nabije toekomst behoefte heeft aan zorg. Van de huurders wil ruim 47 procent het liefst in de huidige woning blijven wonen.
3.5 Woningaanbod en verhuizingen Tekst….
16
Woningaanbod in 2010 aantal te koop aangeboden woningen databewerking en grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Tekst…
Woningtransacties in 2010 aantal verkochte woningen databewerking en grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Tekst…
17
Gemiddelde vraag- en transactieprijs
Tijd dat woningen te koop staan
prijs (mediaan)
dagen
databewerking en grafiek: © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
De twee grootste woningcorporaties in de gemeente Geertruidenberg zijn Thuisvester en de WSG. Bij Thuisvester stonden op 1 januari 1.476 woningzoekenden ingeschreven. Dat is in de loop van 2010 gestegen tot 1.591 aan het eind van het jaar. De helft van de ingeschreven woningzoekenden woont in de gemeente Geertruidenberg. In 2010 werden bij Thuisvester 194 woningen opgezegd. Hiervan zijn uiteindelijk 114 woningen opnieuw verhuurd, 67 verkocht en 13 in tijdelijk beheer gegeven in verband met wijkvernieuwing. Bij de WSG kwamen vorig jaar 101 woningen vrij. Hiervan werden 23 woningen verkocht en 78 opnieuw verhuurd. De WSG werkt niet via inschrijving maar via het aanbodmodel, waarbij vrijkomende woningen via advertenties te huur worden aangeboden. Per woonadvertentie kwamen vorig jaar hierop gemiddeld 22 reacties binnen. In de periode 2009-2010 zijn 1.572 personen in de gemeente Geertruidenberg komen wonen, terwijl 1.160 personen naar elders vertrokken. Van de vertrekkers, verhuisde 38 procent in gezinsverband en 62 procent alleen. Ook bij de vestigers ging het om eenzelfde verhouding personen in gezinsverband en alleenstaand. Zo’n 1.770 personen zijn in deze periode verhuisd binnen de gemeentegrenzen, waarvan ruim 49 procent in gezinsverband.
Verhuisde personen: vestigers en vertrekkers (2005-2010) 1.000
buitenland
gevestigd gevestigd 51
750 47
23
28
binnenland
29
buitenland
48
binnenland
500 250
603
640
743
749
566
537
528
52
38
57
2008
2009
2010
650
607
605
0 250
619
711
500 72
70
750 1.000
95
vertrokken vertrokken
2005
2006
2007
data: CBS
© gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
18
4
Kwantitatieve woningvraag
Voor een goede onderbouwing van het volkshuisvestingsbeleid is een betrouwbaar inzicht nodig in de vraag-aanbodverhouding op de lokale woningmarkt. Het Woononderzoek, dat in mei 2011 is uitgevoerd, geeft een beeld van de potentiële vraag vanuit de inwoners in de gemeente Geertruidenberg. Daarbij wordt een onderscheidt gemaakt tussen starters en doorstromers. Doorstromers verhuizen met het gehele huishouden en maken hierdoor een woning vrij. Starters wonen bij anderen in (zoals nog thuiswonende kinderen) en betrekken door de verhuizing voor de eerste keer zelfstandig een woning. Door hun verhuizing komt er dus géén woning beschikbaar.
4.1 Verbouwen of verhuizen Uit het vorige hoofdstuk is gebleken dat het merendeel van de huishoudens tevreden is met de huidige woning. Vandaar ook dat 74 procent van de huishoudens in de gemeente Geertruidenberg helemaal geen verbouw- of verhuisplannen heeft. Als de woning echter niet meer voldoet aan de wensen van de bewoners, en men zich dat financieel kan veroorloven, zijn er in principe twee mogelijkheden: verbouwen of verhuizen. Ruim 9 procent van de huishoudens in de gemeente Geertruidenberg wil eigenlijk het liefst in de huidige woning blijven wonen en geeft er daarom de voorkeur aan om te verbouwen. Dat is inclusief de groep die weliswaar nog twijfelt tussen verbouwen of verhuizen, maar bij wie de optie om te verbouwen net iets zwaarder weegt. Een globale inschatting op basis van het totale aantal huishoudens in de gemeente, maakt duidelijk dat het in potentie gaat om zo’n 800 woningen. Van de potentiële verbouwers wil bijna 40 procent in de woning zelf verbouwen en een kwart (25%) wil een aanbouw realiseren (een bijkeuken of serre aanbouwen of de woonkamer uitbouwen). Zo’n 3 procent wil specifieke aanpassingen aanbrengen voor rolstoelgebruik en/of intensieve zorg.
Heeft u verbouw- of verhuisplannen? geen plannen 74%
mogelijke verbouwing:
voorkeur voor verhuizen 13%
tw ijfelt nog 4% voorkeur voor verbouw en 9% verbouw ing in de w oning 40%
zorg aanpassing 3%
renovatie * 12%
aanbouw 25%
garage / berging 6%
dakraam / dakkapel 14%
Noot: * betreft renovatie van pui / gevel / dak of aanbrengen van isolatie, dubbel glas e.d. © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
De voorkeur om te verhuizen is het grootst bij eenoudergezinnen (18%) en eenpersoonshuishoudens (17%) en het kleinst bij meerpersoonshuishoudens (11%). De voorkeur om te verhuizen is ook groter bij jonge huishoudens (tot 34 jaar) en 65-plussers. Uiteindelijk heeft ruim 16 procent van de huishoudens in de gemeente Geertruidenberg plannen om binnen nu en vijf jaar te verhuizen. Dat is inclusief het deel van de huishoudens dat nog twijfelt tussen verbouwen en verhuizen, maar bij wie de optie om te verhuizen zwaarder weegt. De verhuisgeneigde huishoudens worden gerekend tot de doorstromers op de woningmarkt. Daarnaast geeft 29 procent van de nog thuiswonende kinderen van 18 jaar en ouder aan dat ze binnen nu en vijf jaar willen verhuizen. Zij behoren tot de starters op de woningmarkt.
19
4.2 Verhuisplannen Van de verhuisgeneigde huishoudens in de gemeente Geertruidenberg, heeft 40 procent concrete verhuisplannen en wil binnen nu en twee jaar verhuizen. Van de nog thuiswonende jongeren met verhuisplannen, wil 75 procent binnen twee jaar verhuizen. Deze vormen samen de harde kern van de inwoners met verhuisplannen. De mogelijke plannen van inwoners die binnen twee tot vijf jaar willen verhuizen is minder hard: hun verhuiswensen zijn vaak minder concreet en in sommige gevallen (nog) erg vaag. Ook speelt de economische situatie mee, waardoor veel potentiële verhuizers nog even de kat uit de boom kijken.
Verhuisgeneigden: wanneer wilt u verhuizen? starters
doorstromers binnen nu en 1 jaar 20%
binnen nu en 1 jaar 35%
2 tot 5 jaar 24%
1 tot 2 jaar 20%
2 tot 5 jaar 60%
1 tot 2 jaar 41%
© gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
De meeste verhuisgeneigden zijn te vinden in de kern Raamsdonksveer. Daar zijn ook de meeste huishoudens en jongeren met concrete verhuisplannen. Zo geeft 7 procent van de huishoudens en 33 procent van de jongeren in Raamsdonksveer aan binnen nu en 2 jaar te willen verhuizen. In Geertruidenberg is dit 6 procent van de huishoudens en 20 procent van de jongeren en in Raamsdonk 6 procent van de huishoudens en 26 procent van de jongeren.
Heeft u of uw nog thuiswonende kinderen verhuisplannen? jongeren
huishoudens 5% 5% 28% 28%
9% 9%
10% 10% 7% 7%
R ’ veer-Nrd. 67% 67%
20% 20% 71% 71%
83% 83%
G ’ berg 6% 6%
9% 9%
85% 85%
R ’ donk
G ’ berg
10% 10% 6% 6%
10% 10% 6% 6%
26% 26%
14% 14%
R ’ veer-Nrd.
9% 9% 6% 6%
65% 65%
84% 84% 80% 80%
R ’ veer-Zd.
R ’ donk
84% 84%
R ’ veer-Zd.
geen verhuisplannen verhuizen binnen nu en 2 jaar verhuizen binnen 2 tot 5 jaar © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Om een goed beeld te krijgen van de woningvraag is het belangrijk om de leeftijd en gezinssituatie van de potentiële verhuizers te kennen. Zo blijkt bijna een kwart van de mogelijke doorstromers (22%) te bestaan uit gezinnen met kinderen en ruim een derde (36%) uit meerpersoonshuishoudens zonder kinderen. Drie op de tien verhuisgeneigde huishoudens (29%) zijn 65-plussers. De starters zijn nog thuiswonende jongeren. Op basis van het totale aantal huishoudens in de gemeente Geertruidenberg is de schatting dat zo’n 600 huishoudens concrete verhuisplannen hebben en ongeveer 900 huishoudens op de wat langere termijn zouden willen verhuizen. Bij de starters gaat het om ongeveer 250 nog thuiswonende jongeren met concrete verhuisplannen en zo’n 90 jongeren die mogelijk op de wat langere termijn zouden willen verhuizen.
20
Bij starters verandert bij een eventuele verhuizing de samenstelling van het huishouden vrijwel altijd. Bij doorstromers blijft doorgaans de gezinssamenstelling na de verhuizing gelijk, aangezien men doorgaans met het gehele huishouden (gezin) verhuist.
4.3 Doorstroming en scheefheid Uit het regionaal inkomensonderzoek van het CBS over het jaar 2008 (zie ook paragraaf 3.2) blijkt dat zo’n 12 procent van de huishoudens in de gemeente Geertruidenberg behoort tot de doelgroep van het volkshuisvestingsbeleid. Een belangrijke doelstelling van dit beleid is het huisvesten van huishoudens met een laag inkomen in de betaalbare segmenten van de woningmarkt. De onderstaande grafiek laat zien dat in de gemeente Geertruidenberg het merendeel van de huishoudens met een netto huishoudinkomen tot € 1.350 per maand (80%) een woning van een woningbouwcorporatie huurt, terwijl ruim tweederde van de huishoudens met een hoger netto huishoudinkomen (68%) in een koopwoning woont. De nieuwe (Europese) inkomensgrenzen om nog in aanmerking te komen voor een sociale huurwoning gaan voor 2011 uit van een bruto jaarinkomen van zo’n € 33.600, wat omgerekend uitkomt op een netto maandinkomen tot zo’n € 1.750. Bijna driekwart van de huishoudens onder deze nieuwe inkomensgrens (74%) huurt momenteel een woning van een woningbouwcorporatie, terwijl dit bij de huishoudens met een hoger netto maandinkomen 20 procent is.
Aandeel dat in huur- of koopwoning woont naar huishoudinkomen A. Oude inkomensgrens (netto maandinkomen): laag inkomen (tot € 1.350)
hoog inkomen (boven € 1.350)
huurw oning corporatie 80%
koopw oning 18%
huurw oning corporatie 31%
koopw oning 68%
huurw oning particulier 2%
huurw oning particulier 1%
B. Nieuwe (Europese) inkomensgrens (netto maandinkomen): laag inkomen (tot € 1.750)
hoog inkomen (boven € 1.750)
huurw oning corporatie 74%
koopw oning 25%
huurw oning particulier 1%
huurw oning corporatie 20%
koopw oning 78%
huurw oning particulier 2%
© gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Het is van belang om te achterhalen in hoeverre de huishoudens die tot de aandachtsgroep behoren, ook daadwerkelijk in het betaalbare deel van de woningvoorraad is gehuisvest. Dit gebeurt met behulp van het begrip scheefheid. Enerzijds heeft scheefheid betrekking op huishoudens die niet behoren tot de doelgroep, maar wonen in een goedkope huurwoning (minder dan € 363 per maand) en anderzijds op huishoudens die wel tot de doelgroep horen, maar desondanks in een dure huurwoning (meer dan € 652 per maand) wonen. De scheefheid wordt gemeten als percentage van de totale voorraad huurwoningen.
21
Scheefheid binnen de huursector in de gemeente Geertruidenberg dure scheefheid € 652 of m eer
huishoudens per huurklasse op basis van het huishoudinkomen (totaal = 100%):
enigszins dure scheefheid
2 4%
laag inkomen * hoog inkomen
€ 555 tot € 652
7%
7%
41%
€ 363 tot € 555
m inder dan € 363
16%
18%
enigszins goedkope scheefheid
4%
goedkope scheefheid Noot: * laag inkomen is netto maandinkomen tot € 1.750 © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Op grond van dit onderzoek kan worden gesteld dat de huursector in de gemeente Geertruidenberg een goedkope scheefheid kent van zo’n 4 procent en een dure scheefheid van bijna 2 procent. Het gaat in totaal om zo’n 200 huishoudens. Van de huishoudens die te goedkoop wonen, geeft 82 procent aan niet te willen verhuizen. Het gaat hierbij met name om paren zonder kinderen en eenoudergezinnen. Van de huishoudens in een (te) dure huurwoning, is 75 procent niet van plan om binnen nu en vijf jaar te verhuizen.
4.4 Verhuisredenen Ruim 16 procent van de huishoudens en 29 procent van de nog thuiswonende jongeren in de gemeente Geertruidenberg heeft plannen om binnen nu en vijf jaar te verhuizen. Er kunnen allerlei redenen zijn waarom inwoners willen verhuizen. Hoewel de motieven onderling verschillen, doorlopen mensen een bepaalde wooncarrière. Afhankelijk van de levensfase waarin men zich bevindt, leidt dit tot specifiek zoekgedrag op de woningmarkt. Daarbij wordt een onderscheidt gemaakt tussen temporele, locationele en sectorale verhuismotieven: • Temporele verhuismotieven zijn persoonlijke en levensfasegerelateerde verhuismotieven (samenwonen / trouwen, gaan studeren of werken, krijgen van kinderen e.d.); • Locationele verhuismotieven zijn verhuismotieven die te maken hebben met de woonomgeving (locatie waarin de woning staat, het voorzieningenniveau in de woonbuurt e.d.); • Sectorale verhuismotieven hebben te maken met de woning zelf (woningtype, kwaliteit van de woning, staat van onderhoud e.d.). Aan de inwoners met mogelijke verhuisplannen is gevraagd om de twee belangrijkste verhuisredenen te geven. De opgegeven verhuismotieven zijn vervolgens toegedeeld tot één van de drie categorieën, op basis van bovenstaande indeling. Starters hebben bijna uitsluitend temporele verhuismotieven: het zelfstandig willen gaan wonen (52%), gaan samenwonen / trouwen (36%) of vanwege werk / studie (7%). Doorstromers tot 65 jaar hebben vooral sectorale verhuismotieven, waarbij de wens om groter te gaan wonen ‘met stip’ bovenaan staat (21%). Ook 65-plussers hebben hoofdzakelijk sectorale verhuismotieven, waarbij het vooral gaat om de wens om gelijkvloers te gaan wonen (23%), een woning gaan huren (15%) en kleiner gaan wonen (8%). Bij 75-plussers spelen naast de genoemde sectorale motieven, ook temporele verhuismotieven een rol, waarbij gezondheidsredenen (15%) de belangrijkste zijn.
22
Verhuismotieven van starters en doorstromers temporelemotieven motieven temporele 8% 15% 24%
locationele locationele motieven motieven
12%
7%
26%
sectoralemotieven motieven sectorale
10% 17% 9%
98% 85%
78%
74%
68%
66%
2%
starters
tot 44 jaar
45-54 jaar
starters
55-64 jaar
65-74 jaar
75+
doorstromers © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
De belangrijkste sectorale motieven die huurders geven om te willen verhuizen is dat men groter wil gaan wonen (13%), gelijkvloers wil gaan wonen (12%) of een woning met tuin wil (7%). De belangrijkste redenen van eigenaar-bewoners is dat men groter wil gaan wonen (17%), wil gaan huren of opnieuw kopen (13%) of gelijkvloers wil gaan wonen (12%).
Verhuismotieven van huurders en eigenaar-bewoners temporele motieven temporele motieven 16%
21%
19%
9%
11%
11%
26%
locationele motieven locationele motieven sectorale motieven sectorale motieven
6%
73%
eigenaarbewoners
70%
70%
68%
alle huurders
huurder WSG
huurder Thuisvester © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Bij huurders spelen locationele verhuisredenen een iets kleinere rol dan bij eigenaren. Daarbij worden onvoldoende voorzieningen en de negatieve kenmerken van de huidige woonbuurt als belangrijkste redenen genoemd. Bij huurders zijn temporele verhuismotieven weer belangrijker dan bij eigenaren. Hierbij worden vooral gezondheidsredenen aangevoerd als reden om te willen verhuizen.
23
4.5 Verhuizen, maar waarheen Van de verhuisgeneigde huishoudens (doorstromers) wil bijna tweederde (64%) in de gemeente Geertruidenberg blijven wonen. Met name de oudere doorstromers willen dit graag. Bijna 27 procent van de doorstromers wil naar een andere gemeente verhuizen, waarbij Woudrichem, Oosterhout, Werkendam en Breda favoriet zijn. Van de starters wil 65 procent het liefst in de gemeente blijven wonen, terwijl 6 procent geen voorkeur heeft. Bijna 29 procent van de starters wil naar een andere gemeente verhuizen, waarbij Breda en Waalwijk favoriet zijn. Bijna tweederde van de inwoners die liever vertrekt (64%), heeft hiervoor temporele motieven (studie, werk of veranderende gezinsomstandigheden). Ruim een kwart (27%) heeft sectorale motieven (zoekt een specifiek woningtype) en 9 procent vanwege locationele motieven (onvoldoende voorzieningen).
Willen verhuisgeneigden in de gemeente Geertruidenberg blijven wonen? geen voorkeur 9%
ja 64%
Waar willen ze dan heen? geen voorkeur 8%
elders 21%
nee 27%
Doorstromers (naar leeftijd): 10% 30% 32% 15%
23% 15%
12%
ZuidHolland 3%
19% 100%
55%
58%
62%
69%
tot 44 jr. 45-54 jr. 55-64 jr. 65-74 jr.
MiddenBrabant 11%
75+
WestBrabant 57%
© gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Het merendeel van de verhuisgeneigden die in de gemeente Geertruidenberg wil blijven wonen (86%), heeft een duidelijke voorkeur voor een specifiek gebied binnen de gemeente. Het meest populair zijn delen van Raamsdonksveer-Zuid en Geertruidenberg. Doorstromers hebben een duidelijke voorkeur voor Raamsdonksveer-Centrum, Raamsdonksveer-Zuid & Sandoel en Geertruidenberg-Oude Kom & Bergse Poort. Starters willen vooral naar GeertruidenbergWest & Noord, Raamsdonksveer-Zuid & Sandoel, Raamsdonksveer-Centrum en RaamsdonksveerHooipolder. Het nieuwbouwproject Dongeburgh is hoofdzakelijk in trek bij doorstromers; starters hebben hier niet of nauwelijks belangstelling voor.
Voorkeur verhuisgeneigden voor een bepaald gebied in de gemeente 3%
R' veer-Centrum
5%
R' veer-Zuid & Sandoel
R' veer-Hooipolder
9% 5%
2%
3% 6%
3%
3%
R' veer-Dongeburgh
6%
G'berg-Dongeburgh
6%
R' veer-Achter de Hoeven
8%
1%
G'berg -West & Noord Raamsdonk
10%
7%
geen voorkeur G'berg-Oude Kom & Bergse Poort
21%
starters doorstromers
2%
Leeswijzer: Het totale aantal verhuisgeneigden dat in de gemeente Geertruidenberg wil blijven wonen (alle percentages in de grafiek bij elkaar) is 100 procent. Als we Raamsdonk als voorbeeld nemen, dan blijkt dat 2 procent van de verhuisgeneigden met een voorkeur voor deze woonkern behoort tot de starters en 6 procent tot de doorstromers. In totaal heeft dus 8 procent van de verhuisgeneigden een voorkeur voor deze woonkern. © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
24
Welke woonkern of wijk is in trek bij een bepaalde leeftijdsgroep?
18%
R' veer Zuid & Sandoel
3%
8%
R' veer Dongeburgh
18%
21%
21%
28%
R' veer Hooipolder R' veer Achter de Hoeven
11%
12%
R' veer Centrum
7%
38% 6%
G'berg West & Noord
8%
13%
G'berg Oude Kom & Bergse Poort
11% 17%
6%
8%
19% 2% 6%
12%
7%
4%
G'berg Dongeburgh
40%
Raamsdonk
43%
geen voorkeur
8%
17%
6%
13% 11% 4%
15%
21%
12%
11%
17% 26%
21%
11%
10%
4% 3%
3%
starter
tot 44 jaar
45-54 jaar
starters
55-64 jaar
65-74 jaar
elke kolom (leeftijdsgroep) is 100%
75+
doorstromers © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Starters willen vooral een woning in Geertruidenberg-West & Noord en Raamsdonksveer-Zuid & Sandoel. Doorstromers tot 54 jaar hebben een gevarieerde belangstelling, waarbij opvalt dat de belangstelling voor Dongeburgh vooral bij de 45-plussers het grootst is. Een groot deel van de oudere doorstromers (55+) wil vooral wonen in Raamsdonksveer-Centrum, waarbij de belangstelling verder toeneemt met het stijgen van de leeftijd.
Bij welke leeftijdsgroep is een bepaalde woonkern of wijk in trek? 6% 6%
15% 15%
25% 25%
19% 19%
40% 40% 30% 30%
11% 11%
Raamsdonk
Geertruidenberg Oude Kom & Bergse Poort
18% 18%
23% 23%
61% 61% 47% 47%
Geertruidenberg West & Noord
42% 42% 58% 58%
16% 16%
Raamsdonksveer Centrum 25-44 jaar
Geertruidenberg Dongeburgh
25% 25%
35% 35%
12% 12% 22% 22%
tot 24 jaar
38% 38%
15% 15%
50% 50%
48% 48%
15% 15%
28% 28%
75% 75%
26% 26%
Raamsdonksveer Zuid & Sandoel 45-64 jaar
Raamsdonksveer Hooipolder
Raamsdonksveer Dongeburgh
65+ © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
25
4.6 Waarom verhuizen naar Geertruidenberg Ruim 5 procent van de huishoudens die aan dit onderzoek heeft meegedaan, is hier in 2010 of 2011 komen wonen. Omgerekend naar het absolute aantal huishoudens, gaat het om zo’n 240 á 260 huishoudens die zich in deze periode in de gemeente Geertruidenberg hebben gevestigd. De belangrijkste redenen om hier te komen wonen zijn temporele motieven, met name vanwege werk (36%) of veranderende gezinsomstandigheden (22%). Een meer bescheiden rol spelen sectorale motieven, waarbij de beschikbaarheid van een geschikte / goedkope huurwoning (11%) en koopwoning (7%) de belangrijkste zijn, en locationele motieven, waarbij de positieve kenmerken van de nieuwe woonomgeving (6%) en het graag (weer) in Brabant willen wonen (5%) de belangrijkste zijn.
Verhuismotieven van de vestigers in de gemeente Geertruidenberg temporele motieven locationele motieven sectorale motieven
61%
61%
19%
18%
18%
20%
21%
eigenaarbewoners
alle huurders
alle vestigers
63%
19%
© gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Het merendeel van de huishoudens die zich in de afgelopen twee jaar in de gemeente Geertruidenberg hebben gevestigd, komen uit andere gemeenten in de regio’s Oost-Brabant (39%), West-Brabant (36%) en Midden-Brabant (13%). Ruim 7 procent komt van elders in het land en ruim 4 procent woonde hiervoor in het buitenland. De meesten (78%) zullen hier voor langere tijd blijven wonen. Een kleine groep zal hier 1 tot 2 jaar blijven (3%) of 3 tot 5 jaar (8%). De rest laat dit afhangen van hun werk. Het merendeel van de vestigers (97%) heeft bewust gekozen voor een koop- dan wel huurwoning. Als belangrijkste redenen voor hun woningkeuze worden genoemd: prijs (32%), ligging / locatie (23%) en grootte (18%).
Wat was voor u het belangrijkste bij uw woningkeuze? vestigers in koophuis grootte w oning 19% liging / locatie 24%
bouw jaar 2%
vormgeving / uitstraling 17%
vestigers in huurhuis vormgeving / uitstraling 7%
staat van onderhoud 7%
prijs 31%
bereikbaarheid bouw jaar 7% 4%
prijs 32% staat van onderhoud 4%
grootte w oning 17%
liging / locatie 22%
nabijheid voorzieningen 7%
© gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
26
Een kleine meerderheid van de vestigers (55%) zegt bewust voor deze gemeente te hebben gekozen. Daarvan had bijna 61 procent een duidelijke voorkeur voor een bepaalde woonkern of wijk, waarbij Geertruidenberg Oude Kom & Bergse Poort en Raamsdonksveer-Hooipolder het meest favoriet waren. Toch heeft slechts 37 procent van te voren informatie ingewonnen over dit gebied, voordat men hier kwam wonen. Als men al zoekt naar informatie, dan is dit hoofdzakelijk door rond te rijden in het gebied en via internet.
Heeft u bewust gekozen voor een bepaalde woonkern of wijk? nee 39%
ja 61%
R' veerDongeburgh 6%
R' veer Zuid & Raamsdonk Sandoel 6% 12%
R' veerHooipolder 29%
G'berg Oude Kom & Bergse Poort 35%
G'berg West & Noord 12% © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
27
5
Kwalitatieve vraag
Om een juist beeld te krijgen van de vraag naar woningen kan niet worden volstaan met alleen te kijken naar de aantallen (kwantitatieve vraag). De vraag naar woningen hangt sterk samen met de kwaliteitsaspecten: het woningtype, de prijsklasse, locatie en de eigendomssituatie van de woning. In dit hoofdstuk wordt deze kwalitatieve vraag uitgewerkt. Van de inwoners die binnen nu en vijf jaar wil verhuizen, geeft 27 procent van de doorstromers en 29 procent van de starters aan beslist niet in de gemeente Geertruidenberg te willen blijven wonen. In de verdere analyses in dit hoofdstuk is deze groep buiten beschouwing gelaten, aangezien zij – zoals blijkt uit het vorige hoofdstuk – vooral om persoonlijke redenen wil vertrekken.
5.1 Kopen of huren? De voorkeur om een woning te huren of juist te kopen is niet alleen afhankelijk van de inkomenssituatie. Zoals uit hoofdstuk 4 al is gebleken spelen vaak ook andere zaken een rol, zoals de gezinssituatie, leeftijd en arbeidsomstandigheden. Van de huishoudens in de gemeente Geertruidenberg die binnen nu en vijf jaar zouden willen verhuizen én daarbij niet perse de gemeente willen verlaten, is de helft op zoek naar een huurwoning en wil 43 procent een woning kopen. Bijna 7 procent van hen heeft (nog) geen voorkeur. Van de potentiële starters die niet uit de gemeente willen vertrekken, wil bijna 50 procent een woning kopen, terwijl ruim 30 procent liever gaat huren. Zo’n 20 procent van de starters heeft geen voorkeur. Van de potentiële doorstromers die niet perse de gemeente willen verlaten, woont thans 46 procent in een huurwoning en heeft 54 procent een koopwoning. Bijna driekwart van de huurders (74%) wil blijven huren, terwijl 21 procent liever wil kopen. Van de woningeigenaren, wil 65 procent opnieuw gaan kopen en wil 25 procent gaan huren. Een kleine groep geeft aan (nog) niet te weten of men wil gaan huren of kopen. Dit zijn vooral huishoudens die nog geen echt concrete verhuiswens hebben en pas op de wat langere termijn (binnen 3 tot 5 jaar) willen verhuizen.
Voorkeur verhuisgeneigde doorstromers in de gemeente Geertruidenberg 10%
5%
geen voorkeur
2% 13%
21%
24%
74%
74%
wil kopen wil huren
11%
65%
76%
25%
koopwoning
huurwoning
huurwoning Thuisvester
huurwoning WSG © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
De belangrijkste redenen van potentiële starters én doorstromers om te willen huren zijn: onderhoud wordt geregeld (70 procent van alle potentiële huurders vindt dit een belangrijke reden), kopen is duur (67%), minder financiële risico’s (61%) en huren is goedkoper / lagere maandlasten (61%). Als belangrijkste redenen om juist te kopen worden genoemd: kopen is goedkoper op langere termijn (68 procent van alle potentiële kopers vindt dit een belangrijk argument), vermogensopbouw / sparen (66%) en meer aanbod / keuzemogelijkheden (53%).
28
Naar mate de leeftijd stijgt, groeit ook de belangstelling om te gaan huren. Een meerderheid van de wat oudere potentiële doorstromers (met name 65-plussers) wil gaan huren, terwijl jongere doorstromers en starters veel liever een woning kopen. In welke prijsklasse men wil huren of kopen wordt in de volgende paragraaf nader bekeken.
Voorkeur verhuisgeneigden in de gemeente Geertruidenberg, naar leeftijd 7%
8%
20%
3% 13%
4%
geen voorkeur wil kopen
14%
wil huren
50%
40%
68% 50% 96% 83%
42% 30%
starter
starters
47%
25%
tot 44 jaar
45-54 jaar
55-64 jaar
65-74 jaar
75+
doorstromers © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Van de verhuisgeneigde 65-plussers woont thans 34 procent in een koopwoning. Hiervan wil 64 procent gaan huren, terwijl 27 procent weer iets wil kopen. Zo’n 9 procent heeft nog geen voorkeur, omdat zij pas op wat langere termijn willen verhuizen. Van de 75-plussers met een koopwoning wil 88 procent gaan huren en heeft 12 procent geen voorkeur. Van de verhuisgeneigde 65-plussers die nu huren, wil nagenoeg iedereen opnieuw huren. Bijna 6 procent van de verhuisgeneigde huurders zegt zeker en 14 procent zegt mogelijk belangstelling te hebben om de huidige woning te kopen. Van de huurders die hiervoor geen belangstelling hebben (80%), geeft ruim 37 procent aan geen behoefte te hebben aan een koopwoning en denkt 24 procent dat kopen financieel onhaalbaar is. Zo’n 9 procent vindt de kwaliteit van de woonomgeving onder de maat en 29 procent vindt de kwaliteit van de woning onvoldoende. Als de woning eerst grondig wordt gerenoveerd, is bijna 18 procent mogelijk toch geïnteresseerd om de huurwoning te kopen. Zo’n 9 procent heeft mogelijk interesse als de woning goedkoper wordt aangeboden en 9 procent als ze de woning kunnen kopen met een terugkoopgarantie van de verhuurder. Soms is het mogelijk om via een woningcorporatie een woning met korting te kopen, omdat bij eventuele verkoop winst of verlies wordt gedeeld tussen de koper en de corporatie. Van de starters heeft ruim 17 procent hiervoor zeker en 43 procent misschien interesse, terwijl bijna 40 procent hiervoor zeker geen interesse heeft. Van de doorstromers heeft 8 procent zeker en 30 procent mogelijk interesse.
5.2 In welke prijsklasse? Uit de bovenstaande paragraaf blijkt dat 46 procent van alle verhuisgeneigden (dit zijn zowel starters als doorstromers) die in de gemeente willen blijven, het liefst een huurwoning wil. Daarvan zoekt ruim de helft (59%) een goedkope woning met een huurprijs tot € 555 per maand en ruim een kwart (29%) een huurwoning in het middensegment (€ 555 tot € 652 per maand). Ruim 44 procent van alle verhuisgeneigden die de gemeente niet perse willen verlaten, wil een woning kopen. Hiervan wil ruim een derde (38%) een koopwoning in het middensegment (tussen € 185.000 en € 275.000), bijna 35 procent zoekt een woning in het dure segment (€ 275.000 of meer) en ruim een kwart (27%) wil een goedkope koopwoning (tot € 185.000).
29
Voorkeur van starters én doorstromers voor een bepaalde huur- of koopprijs wil huren € 652 of meer 12%
wil kopen € 275.000 of meer 35%
tot € 555 59%
€ 555 tot € 652 29%
tot € 185.000 27%
€ 185.000 tot € 275.000 38% © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Starters hebben vooral een voorkeur voor de goedkopere woningen. Van de starters die willen huren, kiest een grote meerderheid (90%) voor een goedkope huurwoning. Starters die willen kopen, hebben vooral belangstelling voor woningen in het goedkope (66%) en middensegment (30%). Doorstromers die een koopwoning willen, zoeken een woning in het midden (41%) en hoge prijssegment (46%). Van de jonge doorstromers is bijna de helft (48%) geïnteresseerd in een koopwoning in het middensegment, terwijl oudere doorstromers een duurdere koopwoning willen. Doorstromers die willen huren, zoeken hoofdzakelijk een woning in het goedkope (51%) en middensegment (34%). Met name de jonge en oudere doorstromers willen vooral een huurwoning in de goedkopere prijsklassen.
Voorkeur van starters en doorstromers voor een bepaalde prijsklasse gewenste huurprijs (excl. huurtoeslag):
gewenste koopprijs: Huurprijs:
4% 10%
13% 23%
19%
4%
€ 652 of meer € 555 tot € 652 tot € 555
25%
30%
37%
Koopprijs: 33%
€ 275.000 of meer
60%
€ 185.000 tot € 275.000
35%
75%
tot € 185.000
39%
90% 48% 71% 66% 54%
30%
46% 39%
25% 15%
starters
starters
tot 44 jaar
45-64 jaar
65-74 jaar
75+
starters
doorstromers
starters
10%
tot 44 jaar
45-64 jaar
65+
doorstromers © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
5.3 Bestaand of nieuwbouw? Van alle verhuisgeneigden die binnen nu en vijf jaar willen verhuizen én daarbij niet perse de gemeente willen verlaten, geeft 55 procent de voorkeur aan een bestaande woning. Ruim 23 procent heeft liever een nieuwbouwwoning en de rest (22%) heeft geen voorkeur. Van de doorstromers wil 48 procent een bestaande woning en 30 procent liever nieuwbouw. Bij de starters is dit respectievelijk 68 en 11 procent.
30
Voorkeur van starters en doorstromers voor bestaand of nieuwbouw wil huren
wil kopen
17%
14%
8%
10%
13%
geen voorkeur nieuwbouw bestaand
35% 75%
76%
76%
52%
5% 20%
starter
doorstromer
starter
doorstromer © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
De behoefte aan nieuwbouw is het grootst bij de potentiële kopers (29%) en het laagst bij potentiële huurders (6%). Met name doorstromers die willen kopen hebben relatief vaker belangstelling voor een nieuwbouwwoning (35%), waarbij bijna zes op de tien een projectbouwwoning wil en vier op de tien een bouwkavel. Van de belangstellenden voor een bouwkavel, wil negen op de tien zelf ontwikkelen en bouwen (particulier opdrachtgeverschap), terwijl één op de tien dat graag met een groep wil doen (collectief particulier opdrachtgeverschap).
5.4 Welk woningtype? Het gros van de verhuisgeneigden die binnen nu en vijf jaar willen verhuizen én daarbij niet perse de gemeente willen verlaten, heeft een duidelijke voorkeur voor een bepaald woningtype. Populair hierbij zijn de grondgebonden woningen (57%) en appartementen (31%). Bij senioren zijn appartementen en specifieke seniorenhuisvesting favoriet. Starters hebben met name interesse in rij- of geschakelde woningen (46%), appartementen (20%) en hoekwoningen (11%). Doorstromers zijn geïnteresseerd in appartementen (31%), rij- of geschakelde woningen (23%), vrijstaande woningen (18%) en twee-onder-één-kapwoningen (10%). Ook geliefd, met name bij de 65-plussers, zijn woningen voor seniorenhuisvesting (12%).
Voorkeur voor een bepaald woningtype starters appartement 20%
anders 8%
*
vrijstaand 7%
hoekw oning 11%
doorstromers appartement 31%
2-1 kap 8%
hoekw oning 5%
rij of geschakeld 46%
rij of geschakeld 23%
anders 1%
w oning voor senioren 12%
2-1 kap 10%
vrijstaand 18%
Noot: * betreft met name studentenhuisvesting © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
31
Rekening houdend met de financiële haalbaarheid van hun keuze, kiezen starters vooral voor een woning in een rij of geschakeld (46%) of appartement (20%). Doorstromers tot 45 jaar geven vooral de voorkeur aan een vrijstaande woning (29%), een woning in een rij of geschakeld (21%) of een tweeonder-één-kapwoning (21%). Doorstromers van 45 tot 55 jaar hebben een voorkeur voor een vrijstaande woning (40%) of appartement (32%) en doorstromers van 55 tot 65 jaar willen graag naar een appartement (43%) of seniorenwoning (24%). De 65-plussers willen het liefst naar een seniorenwoning (62%) of appartement (33%).
Voorkeur van starters en doorstromers voor een bepaald woningtype woningtype: 8%
seniorenhuisvesting:
14%
20%
Woningtype:
2%
9%
32%
27%
4%
16%
hoekwoning rij of geschakeld 2-1 kapwoning vrijstaande woning
33% 43%
11%
6%
anders appartement
3% 2%
38%
13% 60%
seniorenhuisvesting
12%
Seniorenhuisvesting: 8%
aanleunwoning
4%
woning in wozo-complex appartement
21%
46%
42%
17%
10%
31%
seniorenwoning met tuin
62%
20%
patiowoning
40%
19% 29%
24%
8% 7%
starter
25%
4%
tot 44 jaar
starters
20% 10%
45-54 jaar
55-64 jaar
65+
55-64 jaar 65-74 jaar
75+
doorstromers © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Potentiële verhuizers die willen huren zijn vooral geïnteresseerd in een appartement (31%), een rij- of geschakelde woning (29%) of een seniorenwoning (28%). Potentiele kopers zijn vooral op zoek naar een vrijstaande woning (31%), een twee-onder-één-kap (23%), rij- of geschakelde woning (18%) of een appartement (13%).
Voorkeur van potentiële huurders of kopers voor een bepaald woningtype wil huren appartement 31%
hoekw oning 7%
anders 4%
wil kopen *
rij of geschakeld 29%
seniorenw oning 28%
2-1 kap 23%
vrijstaand 31%
2-1 kap 1%
seniorenappartement w oning 13% 3% anders 2%
hoekw oning 10%
rij of geschakeld 18%
Noot: * betreft met name studentenhuisvesting © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Starters die willen huren gaan vooral voor een rij- of geschakelde woning (47%) of een appartement (37%), terwijl de potentiële kopers onder hen de voorkeur geven aan een rij- of geschakelde woning (33%), hoekwoning (20%) of twee-onder-één-kap (19%). Doorstromers die willen huren hebben vooral
32
interesse in een appartement (30%), seniorenwoning (34%) of een rij- of geschakelde woning (24%). Doorstromers die een woning willen kopen, geven de voorkeur aan een vrijstaande woning (40%), tweeonder-één-kap (24%), appartement (13%) of een rij- of geschakelde woning (12%).
5.5 Specifieke wensen? Starters vinden de energiezuinigheid van de woning (77%), een parkeerplaats bij de woning (65%), het aantal kamers (63%) en een tuin / balkon (61%) het allerbelangrijkst aan een woning. Minder belangrijk vinden zij de grootte van de tuin / balkon (29%), de grootte van de kamers (44%), de grootte van de woning (44%) en de inrichting van de badkamer (44%). Doorstromers vinden de grootte van de woonkamer (83%), het aantal kamers (80%), de grootte van de woning (79%), de energiezuinigheid van de woning (76%) en de grootte van de kamers (75%) het meest belangrijk. De grootte van de tuin / balkon (38%), de inrichting van de badkamer (56%), het gebruik van duurzame materialen (58%) en de vormgeving / (bouw)stijl van de woning (60%) minder belangrijk. Een meerderheid van de potentiële doorstromers heeft een duidelijke voorkeur ten aanzien van de woonoppervlakte van de woning (80%), de grootte van de woonkamer (75%), badkamer (65%) en keuken (63%). Ook een meerderheid van de doorstromers die een grondgebonden woning wil, heeft een voorkeur voor een bepaalde perceelsoppervlakte (75%). Een kleine meerderheid van de doorstromers (57%) wil een woonoppervlakte van zo’n 80 tot 150 vierkante meter. Potentiële huurders nemen genoegen met een kleinere woning dan potentiële kopers. Zo wil 40 procent van de potentiële huurders een woning van zo’n 80 tot 120 vierkante meter, terwijl bij de potentiële kopers zo’n 34 procent een woning van zo’n 120 tot 150 vierkante meters en 31 procent wil zelfs een nog grotere woning.
Welk woonoppervlakte moet uw woning minimaal hebben? wil huren geen voorkeur 23%
wil kopen geen voorkeur 13%
tot 80 m2 14%
tot 80 m2 0%
80 tot 120 m2 22%
150 m2 of meer 1%
120 tot 150 m2 22%
120 tot 150 m2 34%
150 m2 of meer 31%
80 tot 120 m2 40%
© gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
Van de doorstromers die een grondgebonden woning willen, wil een kleine meerderheid (55%) een perceelsoppervlakte tot 500 vierkante meter. Potentiële huurders nemen genoegen met een kleiner perceel dan potentiële kopers. Zo wil 30 procent van de huurders een perceel tot 300 vierkante meter en 26 procent een perceel van 300 tot 500 vierkante meter. Van de kopers wil 37 procent een perceel van 300 tot 500 vierkante meter en 23 procent een perceel van 500 tot 1.000 vierkante meter.
Welk perceeloppervlakte moet uw woning minimaal hebben? wil huren geen voorkeur 40%
500 tot 1.000 m2 4%
wil kopen tot 300 m2 30%
1.000 m2 of meer 11%
geen voorkeur 14%
500 tot 1.000 m2 23%
300 tot 500 m2 26%
tot 300 m2 15%
300 tot 500 m2 37% © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
33
De woonkamer moet gemiddeld zo’n 49 vierkante meter zijn, maar potentiële huurders nemen met een 2 2 kleinere woonkamer genoegen (44 m ) terwijl potentiële kopers een grotere woonkamer willen (54 m ). Jonge doorstromers tot 45 jaar en 75-plussers zijn tevreden met een kleinere woonkamer van respectievelijk zo’n 35 en 33 vierkante meter. De doorstromers in de leeftijd van 45 tot 75 jaar willen een woonkamer van zo’n 45 á 48 vierkante meter. De keuken moet gemiddeld zo’n 14 vierkante meter zijn, maar potentiële huurders zijn tevreden met een 2 2 kleinere keuken (12 m ) terwijl potentiële kopers een grotere keuken willen (15 m ). Jonge doorstromers tot 45 jaar zijn tevreden met zo’n 13 vierkante meter, de 45 tot 55 jarigen willen zo’n 17 vierkante meter en de 55-plussers willen een keuken van zo’n 13 á 15 vierkante meter. Een derde van de doorstromers wil een open keuken en iets meer als een kwart (26%) heeft liever een gesloten keuken. De rest (41%) heeft geen voorkeur. De badkamer moet gemiddeld zo’n 11 vierkante meter zijn, maar potentiële kopers willen liever een iets 2 grotere badkamer (12 m ). Doorstromers tot 45 jaar en 65-plussers nemen genoegen met een kleinere 2 badkamer (10 m ), terwijl 45 tot 55 jarigen een badkamer van zo’n 17 vierkante meter willen en de 55 tot 65 jarigen zo’n 12 vierkante meter willen. Ruim tweederde van de doorstromers wil minimaal twee tot drie hobby-, studeer- en slaapkamers. Van de potentiële huurders wil een kleine meerderheid (54%) minimaal twee kamers, terwijl de potentiële kopers minstens drie á vier kamers willen.
Hoeveel hobby-, studeer- en slaapkamers wenst u minimaal? wil huren
drie 26%
vier 9%
vijf of meer 0%
wil kopen vijf of meer 9%
één 11%
vier 35%
twee 54%
één 1%
twee 15%
drie 40% © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
34
6
Verhuisbalansen: Verhuisbalansen: vraag vraag en aanbod nader bekeken
In de vorige hoofdstukken zijn de aspecten van verhuisgeneigdheid en woonvoorkeuren uitgebreid aan bod gekomen. Ter afsluiting wordt in dit hoofdstuk bekeken wat het betekent voor de bestaande woningvoorraad als de voorgenomen verhuizingen daadwerkelijk worden gerealiseerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van zogenaamde verhuisbalansen. Deze geven inzicht in de verschuivingen die tussen de verschillende categorieën ontstaan. Hierbij worden alle doorstromers meegenomen, ook zij die mogelijk uit de gemeente zullen vertrekken. Starters blijven in de verhuisbalansen buiten beschouwing, omdat zij geen woning vrijmaken.
6.1 Verschuivingen tussen huur en koop De eerste verhuisbalans geeft een beeld van de verschuiving tussen de huur- en koopsector. Uit de onderstaande grafiek blijkt dat de verschuivingen tussen huur en koop beperkt blijven. Van alle huishoudens in de gemeente Geertruidenberg die willen verhuizen (doorstromers), woont ongeveer 50 procent momenteel in een koopwoning. Als alle gewenste verhuizingen kunnen worden gerealiseerd, zal dit dalen tot zo’n 49 procent. Dit komt vooral door de senioren die massaal van een koopwoning naar een huurwoning willen.
Huidige versus gewenste huur- of koopsituatie van doorstromers huidige situatie sociale huur * 40%
dure koop 19%
middeldure koop ** 26%
goedkope koop 5%
gewenste situatie sociale huur * 28%
dure koop 23%
middeldure koop ** 19%
duurdere huur 10%
duurdere huur 23%
goedkope koop 7%
Noten: * tot € 555 huur per maand; ** € 185.000 tot € 275.000 © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
De onderstaande verhuisbalans laat zien dat de meeste doorstromers (51%) binnen het eigen prijssegment willen blijven. De meeste potentiële verhuisbewegingen zijn te zien in de goedkope huursector (tot € 555) en de middeldure en dure koopsector (€ 185.000 en meer). Bijna 27 procent van de doorstromers met verhuisplannen wil een huurwoning tot € 555 per maand en ongeveer 23 procent wil een duurdere huurwoning. Ruim 26 procent van de doorstromers wil een koopwoning tot € 275.000 en bijna 24 procent een duurdere koopwoning.
Verhuisbalans doorstromers: huur versus koop (alle cellen bij elkaar is 100%)
huidige situatie:
sociale huur * duurdere huur goedkope koop middeldure koop **
gewenste situatie: sociale huur *
duurdere huur
goedkope koop
middeldure koop **
dure koop
27% 2%
7% 4% 1% 6%
5% 1%
5% 1% 2% 9%
1% 1%
2%
11%
1%
dure koop
5%
1%
8%
Noten: * tot € 555 huur per maand; ** € 185.000 tot € 275.000 © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
35
De grootste verschuivingen zullen met name optreden bij de jongere doorstromers (tot 45 jaar) en de 55-plussers. Een groot deel van de jonge doorstromers wil van een huurwoning naar een koopwoning, terwijl veel senioren juist van een koopwoning naar een huurwoning willen.
Huidige versus gewenste huur- of koopsituatie van doorstromers € 275.000 of meer 8% 19% 28%
29%
26%
32%
39%
9%
€ 185.000 tot € 275.000
3%
tot € 185.000 € 652 of meer
16%
33%
€ 555 tot € 652
13%
tot € 555 20% 7%
31%
29%
28%
29%
6% 3% 3%
13% 1% 7%
20%
huidige situatie
7% 6%
3% 5%
44%
19%
3% 6%
gewenste situatie
12%
12%
8% 3% 16%
15%
52% 44%
24%
huidige situatie
tot 44 jaar
29% 21%
19%
gewenste situatie
huidige situatie
45-54 jaar
gewenste situatie
55-64 jaar
huidige situatie
gewenste situatie
65-plussers © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
6.2 Verschuivingen tussen woningtypen De tweede verhuisbalans geeft een beeld van de eventuele verschuiving tussen woningtypen. Van alle huishoudens in de gemeente Geertruidenberg die willen verhuizen (doorstromers), woont 44 procent in een rij-, hoek- of geschakelde woning. Als alle gewenste verhuizingen kunnen worden gerealiseerd, zal dit aandeel dalen tot zo’n 19 procent. Daarentegen zal met name het aandeel wonend in seniorenwoningen, vrijstaande woningen en appartementen groeien. De meeste doorstromers verhuizen vanuit een rij-, hoek- of geschakelde woning naar een ander woningtype. Ook huishoudens die nu in een twee-onder-één-kap of appartement wonen, verhuizen liever naar een ander woningtype. Senioren die naar een specifieke vorm van seniorenhuisvesting willen verhuizen, komen voornamelijk uit rij-, hoek- of geschakelde woningen, twee-onder-één-kap-woningen en appartementen.
Verhuisbalans doorstromers: woningtypen (alle cellen bij elkaar is 100%)
gewenste situatie: vrijstaand
huidige situatie:
vrijstaand twee onder één kap rij, hoek of geschakeld appartement
4% 5% 5% 2%
seniorenwoning
1%
twee onder rij, hoek of apparteéén kap geschakeld ment 2% 6% 3%
1% 2% 11% 5%
3% 4% 8% 5%
seniorenwoning 3% 5% 13% 5%
overig *
2%
2%
overig *
1%
2%
Noot: * overig is met name bedrijfswoning © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
36
De grootste verschuivingen zullen met name optreden bij de jongere doorstromers (tot 45 jaar) en de 55-plussers. Een groot deel van de jonge doorstromers wil met name van een rij- of hoekwoning naar een ander woningtype. Senioren verhuizen liever naar een appartement of specifieke seniorenhuisvesting. Zij komen hoofdzakelijk uit grondgebonden woningen, die door hun verhuizing beschikbaar komen voor andere verhuisgeneigden.
Huidige versus gewenste woningtype van doorstromers 9% 23%
3% 3% 6%
overig *
3% 8%
6%
seniorenwoning appartement
23% 29%
rij, hoek of geschakeld 24%
twee onder één kap
33%
vrijstaand
43%
65% 52%
33% 37%
15%
36%
61% 6% 17%
28% 21%
15% 20% 37%
33%
4% 27%
13%
20%
15%
15%
12%
3%
huidige situatie
2%
gewenste situatie
huidige situatie
tot 44 jaar
gewenste situatie
huidige situatie
45-54 jaar
gewenste situatie
huidige situatie
55-64 jaar
gewenste situatie
65-plussers
Noot: * overig is met name bedrijfswoning © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
De onderstaande verhuisbalans laat zien wat de specifieke verhuiswens is van doorstromers die op zoek zijn naar seniorenhuisvesting. Hieruit blijkt dat de seniorenwoning in een appartementencomplex en de seniorenwoning met tuin het meest in trek zijn. De seniorenwoning met tuin en patiowoning zijn het meest in trek bij de 55-64 jarigen en de seniorenwoning in een appartementencomplex met name bij de 65-74 jarigen. De 75-plussers willen vooral verhuizen naar een woonzorgcomplex.
Verhuisbalans doorstromers naar seniorenhuisvesting: woningtype (alle cellen bij elkaar is 100%)
gewenste seniorenhuisvesting: patiowoning
huidige situatie:
vrijstaand twee onder één kap rij, hoek of geschakeld appartement
seniorenwoning met tuin
2% 2% 5% 5%
5% 5% 8% 1%
in appartementencomplex
in woonzorgcomplex
3% 18% 7%
2% 5% 3%
2% 5% 7% 2%
3%
3%
seniorenwoning overig *
6%
aanleunwoning bij wozo-centrum
1%
Noot: * overig is met name bedrijfswoning © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
37
6.3 Verschuivingen tussen woongebieden De derde verhuisbalans geeft een beeld van de eventuele verschuiving tussen woongebieden. Hieruit blijkt dat een groot deel van de doorstromers het liefst binnen het eigen woongebied willen verhuizen. Daarnaast is er uit verschillende gebieden met name belangstelling voor Raamsdonksveer-Zuid (met name Centrum en Dongeburgh) en Geertruidenberg (met name Oude Kom & Bergse Poort en Dongeburgh).
Verhuisbalans doorstromers: woongebied (alle cellen bij elkaar is 100%)
gewenst woongebied:
huidig woongebied:
Raamsdonksveer-Noord Raamsdonksveer-Zuid Raamsdonk Geertruidenberg
Raamsdonksveer-Noord
Raamsdonksveer-Zuid
3% 12%
3% 21% 2% 4%
1%
Oosterhout
Raamsdonk
Geertruidenberg
2% 4% 1%
1%
6% 13% 3%
Woudrichem
1%
2%
elders in West-Brabant *
2%
1%
1%
3%
Midden-Brabant **
2%
1%
1%
1%
elders
3%
2%
1%
3%
Noot: * met name Breda, Werkendam en Etten-Leur; ** met name Waalwijk en Tilburg © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
De verhuisbewegingen tussen de woongebieden verschilt per leeftijdscategorie. RaamsdonksveerNoord is eigenlijk alleen geliefd bij de jongere doorstromers (tot 45 jaar). Raamsdonksveer-Zuid (en dan met name Centrum en, in mindere mate, ook Dongeburgh) is vooral in trek bij 45-plussers. Ruim 41 procent van de 65-plussers met verhuisplannen wil in Raamsdonksveer-Centrum wonen (in met name een appartement of specifieke vorm van ouderenhuisvesting). Geertruidenberg is met name populair bij de 55-plussers. De wens om uit de gemeente te vertrekken is het grootst bij de 45-54 jarige doorstromers.
Huidig versus gewenst woongebied van doorstromers 4%
4%
9%
9% 16% 30%
33%
27% 41%
18%
32%
Midden- & West-Brabant Geertruidenberg Raamsdonk
21%
Raamsdonksveer-Zuid Raamsdonskveer-Noord
18% 9%
elders
15%
8%
18% 32%
16%
12% 12%
14%
28% 12% 9%
19%
5%
44% 66%
43% 30%
34%
32%
36% 28% 16%
huidig gebied
gewenst gebied
tot 44 jaar
huidig gebied
gewenst gebied
45-54 jaar
huidig gebied
gewenst gebied
55-64 jaar
huidig gebied
gewenst gebied
65-plussers © gemeente Oosterhout, taakgroep O&S
38