Wilde Weelde Binnenste Buiten Nieuwsblad van de Vereniging Wilde Weelde, Vakgroep Natuurrijke Omgeving
• Tien jaar Wilde Weelde(2) • Gewoon Groen of Wilde Weelde Groen? (6) • Praktijkverhalen (10) • Boekentips (12) • De Hoge Born als groeiproces(13) • Kijkje in de keuken van...(16) • Investeren in belevingstuinen (17) • Buiten beter worden (18) • Kijken met je handjes (20) • Opleidingen (21) • Elyseum Jaargang 11, Nr. 8 (22) • De boom van (23) • Weetjes (24)
Wilde Weelders Het voorwoord voor dit speciale lustrumnummer van onze nieuwsbrief schrijf ik terwijl ik net terug ben van een hele week werken in Wageningen. We hebben hier met een grote groep Wilde Weelde-leden een prachtige klus geklaard. In een week tijd is met al onze creativiteit, deskundigheid en enthousiasme een grondsleuf omgetoverd tot een klaterende beek, vol met bijzondere elementen. Het was een fantastische ervaring.
We hadden voor ons jubileumjaar het thema ‘Groen en zorg’ gekozen en we bedachten dat het leuk zou zijn om ter gelegenheid van ons 10-jarig bestaan een cadeautuin aan te bieden aan een instantie in de zorg. De keuze viel op een onderdeel van de ‘Helende Tuin’ bij de therapeutische leef- en werkgemeenschap ‘de Hoge Born’ in Wageningen. Er lag al een goed plan voor deze tuin op tafel en we dachten dat de aanleg van de beekloop een mooi en leerzaam project zou zijn om met z’n allen aan te pakken. Maandag 5 oktober j.l. gingen we van start. De grondsleuf was al gegraven en het creatieve handwerk kon beginnen. Profileren, folie vouwen, dammen metselen, boomstammen uithollen, banden zetten, meten, meten en nog eens nameten, zodat we na twee dagen alles goed gesteld hadden staan. Op woensdag kregen we 30 paar extra handen van cliënten en medewerkers van de Hoge Born. Het was een enorme mierenhoop van mensen, schoppen en kruiwagens tussen bulten met zand, klei en stenen. Maar wat een enthousiasme, niet in het minst van de cliënten en
medewerkers van de Hoge Born. Het was ontzettend leuk en leerzaam om met hen samen te werken en alles liep ook nog goed op schema. Op vrijdag kon de pomp aan en klaterde het water van de ‘Hoge Bron’ door de beek. Met dit project heb ik weer gemerkt hoeveel kwaliteit we als vereniging in huis hebben. Het is prachtig om te zien hoe al die eigenwijze en creatieve collega’s onderling samenwerken en ook met de gebruikers van de tuin aan het werk zijn. Er groeit niet alleen een eindproduct maar er groeit vooral ook een samenwerkingsnetwerk. Dat is de kracht van Wilde Weelde! Deze nieuwsbrief verschijnt tijdens ons symposium ‘Natuurlijk Groen in de Zorg’ in Wageningen. Op dit symposium gaan we in op allerlei aspecten van tuinen en natuur bij zorginstellingen en op de positieve invloed die groen kan hebben op een genezingsproces. Natuurlijk houden we ook onze beekloop ten doop. Dat het ontwerpen, aanleggen en beheren van groen voor en met deze speciale doelgroep goed past bij Wilde Weelde bedrijven is tijdens onze werkweek wel gebleken. Het was een hele goede ‘klik’. Ik hoop dat de werkweek, het symposium en de verschillende artikelen in deze nieuwsbrief een inspiratiebron vormen voor een stroom aan groene activiteiten van Wilde Weelders in de zorg in de komende 10 jaar. Ruurd van Donkelaar
T ien Jaar Heden, negenentwintig januari negentienhonderd negenennegentig, verschenen voor mij, notaris ter standplaats de Gemeente Beuningen: -----------Zo luidt de eerste regel van de Statuten van de Vereniging Wilde Weelde. Op die datum, dit jaar tien jaar geleden, werd de vereniging officieel opgericht. Vijf jaar eerder, in december 1994 kwam, op initiatief van Willy Leufgen en Marianne van Lier van Stichting Oase, een groep vakgenoten, hoveniers, kwekers en ontwerpers bij elkaar om ervaringen uit te wisselen en te praten over een vorm van samenwerking. Zo ontstond Wilde Weelde,
Vakgroep Natuurrijke Omgeving. Het was voor de pioniers van Wilde Weelde vooral een moment van herkenning. Er waren meer collega’s op eenzelfde wijze met het groene vak bezig, ze bleken dezelfde interesses te hebben en een vergelijkbare insteek van omgaan met natuur, tuinen en mensen. Deze vakgenoten hadden elkaar nu gevonden en konden samen een netwerk gaan opbouwen. De eerste vijf jaar bleef de vakgroep als een los netwerk onder de vleugels van stichting Oase om vervolgens, door oprichting van de vereniging, op eigen benen te gaan staan. De vereniging werd een meer gestructureerde organisatie met een eigen professioneel secretariaat. Het voornaamste doel van Wilde Weelde is vanaf het begin de netwerkfunctie geweest en dat is het eigenlijk nog steeds. De meeste Wilde Weelde bedrijven zijn klein van omvang, merendeels éénmansbedrijven. Maar via Wilde Weelde vond en vindt men collega’s om mee samen te werken. Door het organiseren van studiedagen leren we
e d l e e W e d Wil
van elkaars kennis en ervaring en via verenigingsmails en nieuwsbrieven houden we elkaar op de hoogte van allerlei leuke, nuttige en interessante ontwikkelingen. Als vereniging kunnen we onze gezamenlijke doelstelling ‘het creëren van meer natuurrijk groen in de woonomgeving’ verder naar buiten toe uitdragen. De vereniging heeft steeds gestreefd naar een organische groei. Bij de oprichting, tien jaar geleden, telde de vereniging 50 leden. In een goed netwerk moet je elkaar en elkaars kwaliteiten leren kennen. Een snelle ledentoename was daarom niet wenselijk. Inmiddels telt de vereniging ongeveer 180 leden.
door een hele groep leden uit de regio Utrecht samen is vormgegeven. Diverse bedrijfscombinaties, projectmatig en structureel zijn uit de Wilde Weelde activiteiten ontstaan. Inmiddels zijn we (vijf)tien jaar verder. De pioniers van destijds hebben nu vaak een goed lopend bedrijf waarin weer nieuwe vakgenoten stage kunnen lopen. Zo groeit de ervaring en wordt kennis overgedragen. We hebben laten zien dat er voor een ‘andere’ manier van omgaan met groen steeds meer draagvlak komt en we verdienen er ook nog een eerlijke boterham mee. Onze manier van
Een goede manier om elkaar te leren kennen waren gezamenlijke werkactiviteiten. Samen een ‘Vroege Vogelsbeurs’ opbouwen of met z’n allen een mooie tuin maken bij de Viba in Den Bosch bleek een hele goede basis voor verdergaande onderlinge samenwerking. Een ander mooi voorbeeld is de tuin bij Vogelbescherming in Zeist die < december 1994, het officieuze begin van Wilde Weelde, boven links excursie in de tuin van Sjef van der Molen, boven rechts Wilde Weelde-stand bij volkstuinvereniging De Rekere, Alkmaar, rechts excursie in de Speeldernis, Rotterdam. (foto’s Stichting Oase)
–2–
–3–
Waar vind je Wilde Weeldeleden ? 8
7 25
werken met hergebruik en toepassing van milieuvriendelijke materialen en gebruik maken van de natuurlijke processen en kringloop in tuinen, heeft nu ook nog een mooie naam gekregen: ‘Craddle to Craddle’. Er is in tuinen en openbaar groen veel winst te halen voor milieu en biodiversiteit. Veel consumenten zijn zich er inmiddels van bewust dat een mooie, natuurlijke, groene woonomgeving positief bijdraagt aan ieders welzijn en kinderen mogen weer vies worden door lekker te spelen in de natuur. Dat veel van onze ideeën en werkmethoden tegenwoordig door grote bedrijven uit de reguliere groene sector zijn overgenomen mogen we als winst beschouwen. Helaas
2
komt het ook vaak voor dat deze ideeën niet op de meest gewenste manier worden toegepast of om commerciële redenen worden afgevlakt of aangekleed. Gelukkig zullen er altijd weer bevlogen vakgenoten en creatieve pioniers opstaan met een kritische kijk op de groene wereld. Ze zullen zich gesteund voelen door een steeds groter wordende groep collega’s die vanuit dezelfde principes werkzaam zijn. Voor Wilde Weelde zal er daarom ook in de toekomst een belangrijke rol zijn weggelegd als netwerk voor kleinschalige bedrijven, die samen willen werken aan een mooiere en natuurrijker leefomgeving voor mens, plant en dier. Heilien Tonckens en Ruurd van Donkelaar
–4–
9 34
19
3
V.l.n.r. werkzaamheden op de Hoge Born (Foto Ruurd van Donkelaar), excursie in het Griftpark in Utrecht, excursie naar de Ecokathedraal, Mildam. (foto’s Machteld Klees)
1
35
16
7
4
Het aantal leden van Wilde Weelde, verspreid over de provincies. Ook zijn er twee leden in Vlaanderen.
> Impressies van de aanleg van het jubileumcadeau, de beekloop, op de Hoge Born, begin oktober 2009. (foto’s Ruurd van Donkelaar)
–5–
. . . f o n e o r Gewoon G Is ‘Wilde Weelde Groen’ gezonder dan gewoon Groen? Joke Bloksma is Wilde Weelde-lid en ontwerpt onder meer voor zorginstellingen. Zij ziet in het ‘Wilde Weelde Groen’ een grote potentie om bij te dragen aan gezondheidsdoelstellingen. Gezondheid is meer dan ‘niet-ziek-zijn’. Het gaat om het ‘lichamelijk, sociaal en geestelijk welbevinden’ zoals de Wereld Gezondheidsorganisatie het zo mooi formuleert. Griep krijgen en daarvan herstellen, weerstand opbouwen, zelfontwikkeling, veiligheid, fouten maken en ervan leren, huilen en lachen; het hoort er allemaal bij. Dit verhaal gaat dan ook niet alleen over zieke mensen maar over alle mensen! Vandaag de dag moeten mensen met argumenten worden overtuigd dat het goed is aandacht te schenken aan de buitenomgeving omwille van onze gezondheid. Vroeger hoorde buiten vanzelfsprekend bij het leven: om te werken en te spelen, in weer en wind, verbonden zijn met de natuur. Zorgverzekeraars willen nu aangetoond hebben dat zorgboerderijen effectief zijn en hun geld opbrengen. Verzorgingshuizen moeten afwegen of ze hun geld aan de tuin of aan een snoezelkamer besteden.
? n e o r G e d l e e Wilde W
Wild en weelderig is essentieel Ik vat resultaten van onderzoek hieronder samen voor diegenen die opdrachtgevers in de zorg willen overtuigen. Het is voor tuinontwerpers en hoveniers belangrijk om van medewerkers in de zorg te vernemen wat als heilzaam in de tuin wordt ervaren. Ontwerpers zullen zich allereerst moeten verdiepen in de verschillende doelgroepen. Want wat voor de één gezonde uitdaging is, kan voor de ander een gebroken heup betekenen. Meerdere aspecten maken dat ‘groen’ een heilzame werking heeft op de gezondheid. Veel van deze aspecten zie ik al in Wilde Weelde-tuinen met hun levendigheid, natuurlijkheid, diversiteit, duurzaamheid, kunstzinnigheid en participatie. Ze hebben dus vaak al een grotere gezondheidswaarde dan de rechte hagen en gazons, zoals je ze bij veel zorginstellingen aantreft. Afhankelijk van de doelgroep kunnen er accenten worden gelegd. Wat is van belang? • Groene planten: zuivere lucht, weg van lawaai en drukte. • Bescherming: beschutting tegen regen, wind, kou, zon. Verkoeling door beplanting. • Rust en beweging: zelf in beweging komen door wuivende grassen, tot rust en bezinning komen door de stilte. • Inspiratie en respect door schoonheid, kunst, duurzame omgang met materialen. • Stemmingen ervaren: alleen zijn, verdriet verwerken, blijdschap, verwondering en spirituele ervaringen. • Herkennen van het leven: groei en afsterven, overvloed oogsten, kringlopen, voor alle soorten is een plekje, onderdeel voelen van een groter geheel. • Ontmoetingen met dieren helpen om daarna ook con< Rolstoelers in het Heidepark, Driebergen (foto Joke Bloksma)
–6–
< Kinderdagverblijf, te weinig aandacht of te weinig ideeën hoe het anders kan? < De Speeldernis, waar kinderen uitgedaagd worden hun grenzen te verleggen. Beiden in Rotterdam. (foto’s Joke Bloksma)
Hobbels Ik heb de afgelopen jaren geprobeerd interesse bij instellingen te wekken voor herinrichting van de buitenruimte. Binnen instellingen heb ik enthousiasme ervaren maar ook hindernissen op de weg tot realisatie. Het proces van draagvlak creëren, plannen maken en geld zoeken duurt lang. Elodie van Steenhoven wijst in haar artikel ‘Investeren in belevingstuinen’ op een aantal van de te nemen hobbels.
• • • •
tact te leggen met mensen: vogels, insecten, een muis, een paard et cetera. Tijdsbesef: seizoenen herkennen, processen, geduld. Actief en zinvol bezig zijn: samenwerken, grenzen verleggen, fysieke inspanning en ontspanning, zingeving, betrokkenheid, zorg ontvangen en zorg geven. Stimuleren van zintuigen: ruiken, zien, voelen, proeven, horen. In het ontwerp: beslotenheid voor veiligheid, dwalen om verrast te worden, vergezichten voor inspiratie, overzicht voor oriëntatie.
Naast de beperkingen van financiële aard heb je in de zorg vaak te maken met een verloop in het personeelsbestand. Heb je een opdrachtgever mee, dan kan deze worden opgevolgd door iemand die het graag ‘netjes’ wil hebben met tegels, een haag en een vierkant gazon. Als er een prachtige, heilzame tuin ligt, weten verzorgers vaak niet hoe ze de tuin therapeutisch kunnen gebruiken. Daar komt bij dat het onderhoud vaak wordt gedaan vanuit een sociale werkvoorziening zonder kennis en ervaring in ecologisch groenbeheer. Een tuinplan bij zorginstellingen ontwikkelen vraagt dan ook om heel veel geduld en een goede samenwerking tussen verschillende disciplines: tuin, zorg en proces. Er moet draagvlak zijn bij leiding en medewerkers. Als tijdig met het ontwerpen van de tuin wordt begonnen, hoeft een ecologische, aangepaste tuin niet duurder te zijn dan een gewone tuin.
–7–
Informatieve sites
www.aanzet.org Ga naar verder lezen > Groene vingers www.aangepastgroen.nl Korte tekst met tips voor ontwerp tuin voor gehandicapten, in samenwerking met Bureau Aangepast Groen, adviesbureau van Herman Berteler .
Wensen door verschillende doelgroepen Door verschillende doelgroepen worden er specifieke eisen gesteld aan de buitenruimte. Het is mooi wanneer verschillende mensen in dezelfde buitenruimte iets van hun gading vinden. Alle mensen worden graag benaderd vanuit hun mogelijkheden, niet vanuit hun beperkingen. Dus wanneer je een openbaar park of tuin ontwerpt, zorg er dan voor dat rolstoelrijders, slechtzienden, oud en jong, druktemakers en rustzoekers er toegang en plezier hebben. Een toegankelijke tuin voor veel mensen, een tuin die vreugde geeft, die een mens goed doet in brede zin. Zo’n tuin draagt bij aan de gezondheid van alle mensen. Specifieke eisen en wensen • Rolstoel, kinderwagen, rollator: flauwe hellingen; geen trappen; brede paden; rondgang of ruimte om elkaar te passeren; ruimte om een rolstoel te parkeren naast een zitje voor de begeleider; zichtlijnen op rolstoelniveau; stootranden; bewapend gazon om over te rijden. • Slecht ter been: brede, verharde paden; luie trappen; leuning bij moeilijke stukken; rustplekken; zicht van binnenuit op de tuin; bloembakken op hoogte om zelf te tuinieren. • Revalidatie: gelegenheid voor fysiotherapie; trappen en hellingen met leuning; verschillende soorten verharding; rustplekken.
Watertafel, een vijvertje op hand- en ooghoogte, ontwerp Henk Slomp. Een hoorbaar waterelement is aantrekkelijk voor onder meer visueel gehandicapten. Onder Klinik Holthausen, Duitsland. Een veilige, besloten en uitnodigende tuin. (foto’s Joke Bloksma) • Ziekenhuis: beschutte plekken voor het ontmoeten van dierbaren; plek om verdriet te verwerken; plek om te wachten; afleiding; geneesplanten. • Astma: zuivere lucht; zuiverende planten; aromatherapie. • Dementie: oude vertrouwde elementen zoals waslijn, kippenhok, moestuin, geuren, ‘ouderwetse’ beplanting; rondgaand pad; oriëntatiehulp d.m.v. wegbewijzering; afgesloten tuin; geen giftige planten. • Ouderen: warm, maar niet te heet en zeker niet te koud of tochtig; zon in het voorjaar, schaduw in de zomer; koele gevelbegroeiing; warmtemuur; vrolijk, contact met spelende kinderen en dieren.
–8–
www.agnesvandenberg.nl Richtlijnen voor de toepassing van groen in ‘healing environments’. Ook diverse artikelen over groen binnen de gezondheidszorg.
Zoeken naar natuurervaring op maat, voor iedereen. (foto Joke Bloksma) • Kinderen: rennen; verstoppen; ontdekken; uitdagingen; creativiteit met zand, water, modder en stokken; klimboom; grenzen verleggen. • Drukke kinderen: ruimte om te rennen, maar ook stimulans om tot rust te komen. • Psychisch ziek: reden om het leven lief te hebben; verbinding; verantwoording nemen; seizoenen beleven, structuur. • Autisme: beslotenheid; vertrouwdheid; regelmaat; schommel; geen onbekenden. • Burnout en depressie: laven aan levendigheid; schoonheid; in stilte werken zonder tijdsdruk. • Visueel beperkt: felle kleuren oriëntatie en beleving met geluid, geur, tast; plantensoorten en verharding op afstemmen, bloembakken op hoogte. • Verstandelijk beperkt: geen giftige planten. • Gedetineerden: respectvol omgaan met omgeving; hergebruik; grenzen van eigen lichaam ervaren; samenwerken; zwaar werk. • Sociaal: gezamenlijk de tuin ontwerpen, aanleggen en onderhouden; plek voor samen zijn. Joke Bloksma
www.menhulp.nl Ergonomisch tuingereedschap en tuinhulpjes. Leverancier aangepast gereedschap. www.handigeproducten.nl Ga naar: activiteiten > vrije tijd en ontspanning > tuinieren. Informatie over handige hulpmiddelen bij het tuinieren. www.gehandicaptentuin.nl Een voorbeeldtuin: aangepaste tuin voor bejaarden en mensen met een lichamelijke handicap. www.gartentherapie-neuberger.de Artikelen uit de praktijk van tuintherapie in Duitsland. www.healinglandscapes.org Engelstalige voorbeeldtuinen en literatuurlijst over ‘healing gardens’ in Amerika en Engeland.
–9–
n e l a h r e v k ij Prak t Tuinbegeleiding vanuit een persoonsgebonden budget Nelle Driessen is zelfstandig tuinontwerpster, voorheen rehabilitatiemedewerkster in een psychiatrisch ziekenhuis op de Tuin en Kas-afdeling. Sinds 2008 begeleidt zij de 75-jarige heer S. bij zijn tuinwerkzaamheden. S. begon 30 jaar geleden met de aanleg van zijn ruim 800 m2 ecologische tuin. Hierbij heeft hij zich laten inspireren door het boek van Louis Le Roy: ‘Natuur uitschakelen, natuur inschakelen’. In de tuin liggen veel verhoogde plantvakken, gemaakt van stenen die S. hergebruikte. Hij heeft veel bomen aangeplant. Snoeiafval komt op een takken- of composthoop. Zijn tuin is een echte familietuin met veel speelruimte voor de kleinkinderen. Op twee grasvelden kan er bij opa en oma worden gekampeerd. Er is een avontuurlijke bostuin die vol staat met daslook, een zandbak en een ‘loopgraaf’. In de diverse borders liggen stapstenen. Een grote organische vijver en een kleine gemetselde vijver trekken veel dieren aan. Er is altijd wat te beleven. Het werken in de tuin is heel belangrijk voor S. omdat hij graag, zo zegt hij zelf, ‘de natuur een handje helpt’. S. heeft twee jaar geleden een herseninfarct gehad en sindsdien lukt het hem niet meer zijn tuin zelfstandig te onderhouden. Hij ziet beperkt, op de knieën zitten gaat niet meer en zijn reukvermogen is minimaal. Selectief wieden is moeilijk voor hem. Hij wil heel graag, weet wat hij moet doen maar kan het niet meer omzetten in handelen. Om zijn geliefde werkzaamheden in de tuin te kunnen blijven doen heeft S. individuele werkbegeleiding nodig. Deze begeleiding wordt betaald uit het persoonsgebonden bud-
gen dat die planten ecologisch belangrijk zijn probeer ik een omschakeling in beheer op gang te brengen”.
Boven: de heer S. in zijn tuin (foto Nelle Driessen), rechts daslook (foto Machteld Klees) get. “Twee keer per week zijn we samen in de tuin aan het werk. Na 2 uur werken stoppen we omdat het dan genoeg voor hem is. Ik probeer S. zoveel mogelijk zelfstandig te laten werken; ondertussen ben ik in de plantvakken selectief aan het wieden. Mijn oren zijn gespitst op zijn veeg- en harkbewegingen omdat het kan gebeuren dat hij niet meer weet hoe verder te gaan. Tijdens het snoeien begeleid ik hem. S. weet wat weg moet en waarom maar hij heeft hulp nodig bij het goed plaatsen van het gereedschap. Dicht bij huis houden wij het ‘schoon’, dat wil zeggen intensief beheerd. De rest van de tuin wordt extensief beheerd. Minder gewenste planten zoals zevenblad en brandnetel, doen het heel goed in de tuin. Door uit te leg-
–10–
“Ik vind het belangrijk dat S. samen met zijn vrouw kan blijven genieten van zijn tuin. Het werken met S. vind ik heel prettig. Hij reageert alert en hij heeft veel gevoel voor humor. Dat er op zijn leeftijd nog een meisje achter hem aanloopt in de tuin, doet hem goed!” Nelle Driessen
Groen is van onschatbare waarde Tiny Schut is zelfstandig tuinontwerpster en werkt daarnaast anderhalve dag per week in een kwekerij die deel uitmaakt van een zorginstelling. Cliënten werken als dagbesteding in de kwekerij. “De doelgroep waarmee ik op de kwekerij werk is licht verstandelijk beperkt gecombineerd met een gedrags-
stoornis door bijvoorbeeld autisme, verslaving of borderline, of met een justitiële achtergrond. De cliënten zijn in de leeftijd van 18 t/m 60 jaar. Binnen de kwekerij worden vaste planten en heesters voor de veiling gekweekt. Tevens is er een hoveniersbedrijf en een houtwerkplaats. Ik run het hoveniersbedrijf. We doen tuinonderhoud binnen de zorginstelling en bij particulieren. De bedrijfsmatige verantwoordelijkheid ligt bij de begeleiders. Het onderhoud van tuinen wordt onder begeleiding gedaan door de cliënten. Het werken op de kwekerij heeft zijn grenzen. Doordat we als zorginstelling commercieel goed moeten uitkomen en er dus geld verdiend moet worden, komt de intensieve begeleiding die onze cliënten nodig hebben wel eens in het gedrang. Toch biedt het werken in het groen in deze setting een breed scala aan mogelijkheden en ‘groen’ is van onschatbare waarde voor een groot aantal mensen met een verstandelijke beperking. Deze mensen zouden in het reguliere bedrijfsleven vastlopen. De kwekerij biedt ze een werk-, leerplek. De meeste cliënten vinden het werken op de kwekerij leuk, vooral omdat het afwisselend werk is. Een enkeling werkt tegen zijn zin op de kwekerij, vaak doordat een meer geschikte werkplek ontbreekt. Als begeleider vind ik het belangrijk dat ik het onafhankelijk denken van de cliënten stimuleer en ze leer om voor zichzelf te zorgen. Ik confronteer de cliënten met vragen als: wat kun je wel, waar ben jij goed in, wat vind je leuk om te doen, wat wil je graag leren? Ik leer ze in zichzelf te geloven en verantwoordelijkheid te nemen. Dit stimuleert de innerlijke waarden en het zelfvertrouwen van de cliënten. Bovendien houdt het mij scherp en voorkomt dat ik voor ze ga zorgen.” Tiny Schut
–11–
s l a n r o B e g o De H groeiproces
Boekentips Groen en Zorg ‘De Tuin te Lijf’. Boek voor professionals die tuinieren met specifieke groepen: (school)kinderen, ouderen, mensen met een handicap. Nadruk op tuinieren met visueel gehandicapte leerlingen. Hans Schuman; Uitg. Bartimeus 1998; ISBN 90 71534286, Bestellen via www.bartimeus.nl
Verdieping ‘Gezond door Landbouw en Groen’. Actuele ontwikkelingen, onderzoeksresultaten, voorbeelden van kinderboerderijen, volktuinen, wijktuinen, zorgboerderijen, werken in de natuur. Jan Hassink, Uitg. v Gorcum 2006, ISBN 90-23242114
‘Tuinspeeltuin, toepassing van het activiteitengebied tuin in de creatieve therapie’. Jan te Velde; ISBN 90 72456238
‘Meerwaarde Landbouw en Zorg’. Waarin de boerderij en de zorg elkaar kunnen versterken op de zorgboerderij. Wetenschappelijk overzicht. Jan Hassink e.a. Uitg. WUR 2007
‘Meerwaarde Landbouw en Zorg’. Waarin de boerderij en de zorg elkaar kunnen versterken op de zorgboerderij. Margit Wamink, Uitg. Waardewerken 2007 ’Garten und Therapie, Wege zur barrierefreiheit’. Praktijkervaringen van therapeuten, tuininrichters en gebruikers. Zeer waardevol, laat het duits je niet afschrikken!Andreas Niepel, Silke Emmerich; Ulmer Verlag Duitsland 2005, ISBN 3 800144433. Alleen 2e hands ‘Tastbaar Groen’, tuinieren voor mensen met een visuele handicap en voor alle andere mensen die soms ziende blind zijn. Veel theoretische en praktische informatie m.b.t. tuinen voor visueel gehandicapten. Hans Schuman, Uitg. Terra 1998 i.s.m. Bartimeus, ISBN 90 6255802 ‘Natuurlijk! Begrijpen en beleven’. Ontwikkelingen en mogelijkheden van groene activiteiten in leer- en begeleidingsprocessen. Ria Markvoort, Hogeschool van Utrecht 2000
Ontwerpen met groen voor gezondheid’. Richtlijnen voor de toepassing van groen in ‘healing environments’. Agnes van den Berg, Van Winsum-Westra Wageningen, Alterra 2006, Rapport 1371, reeks belevingsonderzoek nr. 15 Via Internet Rapport ‘Project Vitamine G’. Wetenschappelijke onderbouwing waarom werken, wonen, spelen in het groen gezond is. www.nivel.nl/projecten/vitamineg. ‘Natuur en gezondheid’. Invloed van natuur op sociaal, psychisch en lichamelijk welbevinden. Overzicht wetenschappelijk onderzoek t.b.v. gezondheidsbeleid. Gezondheidsraad, 2004, download www.gr.nl Nog meer... Zie voor meer informatiebronnen ook de informatieve sites op pagina 9. Op de ‘Wilde Weelde Wiki’ (zie www.wildeweelde.nl) is een uitgebreider overzicht te vinden.
–12–
Natuur werkt helend en werken in en met de natuur helpt mensen bij hun helingsproces. Bij de samenwerking op de woon-werkgemeenschap Hoge Born in Wageningen stond het idee dat een rijke natuur ondersteunt bij de behandeling van cliënten centraal. Zinvol werk op de boerderij is een belangrijke insteek, maar genieten van de prachtige tuin en kunnen ontspannen onder een boom is net zo belangrijk. De buitenruimte van de Hoge Born is gevarieerd en voldoet aan veel wensen. Achtergrond Al vanaf 2003 is er gewerkt aan de opzet van een zorgboerderij op het terrein van een voormalige proefboerderij van de Wageningen Universiteit. Dit terrein, dat tevens dienst doet als onderzoekslocatie, moest een sociaalmaatschappelijke invulling krijgen. Verschillende organisaties zijn betrokken bij de ontwikkeling van de zorgboederij die de naam de Hoge Born
kreeg. Deze samenwerking zou langdurig zijn, een zorgvuldig proces moest daarom op gang gebracht worden om tot een multifunctionele plek voor de verschillende doelgroepen te komen. De Arta Lievegoedgroep (psychiatrie) en Zideris (mensen met verstandelijke beperking) waren vanaf het begin betrokken bij de ontwikkelingen. De Arta Lievegoedgroep heeft uiteindelijk de leidende rol in de uitvoering van het plan voor haar rekening genomen. Inmiddels draait de boerderij al een aantal jaar als zorglocatie voor werken en wonen. De samenwerkende instellingen hebben gelegenheid gehad om hun visies op het gebruik van de buitenruimte voor therapeutische doeleinden verder te ontwikkelen. Buitenruimte benutten Vanaf de oprichting van de Hoge Born was de insteek een zorgboerderij te starten, waarin de buitenruimte een belangrijke rol speelt. De functie van een zorgboerderij is met name cliënten mee te laten werken, zodat zij hun kracht en eigenheid kunnen inzetten. Ook is het van belang dat medewerkers gebruik kunnen maken van de buitenruimte als werkterrein voor therapie en begeleiding aan individuele zorgvragers. Het is tevens de bedoeling bezoekers op het terrein te krijgen die de producten kopen en van de schoonheid van het terrein komen genieten. Deze ontmoetingsfunctie van de Hoge Born is zowel voor cliënten, bewoners als voor bezoekers heden ten dage niet meer weg te denken. g < De beekloop op de Hoge Born, resultaat van een gezamenlijke week werken door Wilde Weelders. (foto Ruurd van Donkelaar)
–13–
• Wat gaan de cliënten doen in de tuin? Naast de werkzaamheden op het veld, is ook gekeken naar andere mogelijkheden, zoals werken in de kas, klein tuinonderhoud, werken met water. Ook ontspanningsplekken (lekker kunnen liggen op het gras of wandelen in de besloten tuin) bleken erg belangrijk te zijn.
Ontwerpproces Het multifunctionele gebruik van de buitenruimte als werkterrein voor cliënten, therapeutische tuin en en als ontspanningsruimte voor bezoekers en bewoners, maakt het noodzakelijk een goed ontwerp te maken voor het terrein van 1 ha. Aangezien er met diverse doelgroepen en verschillende organisaties wordt gewerkt, is het maken van een plan een proces op zich. Hiervoor is de groep DieVieR*) ingeschakeld. Zij hebben ondersteuning bij het proces gegeven door gesprekken te voeren, een tweedaagse interactieve bijeenkomst met de groep te houden en een schetsontwerp met berekeningen als eindproduct op te leveren. Interactieve bijeenkomst Tijdens de interactieve tweedaagse sessie hebben we gekeken hoe we: • de verschillende functies van de landschappelijke ruimten vertalen naar therapeutische kwaliteiten in het ontwerp; • ons zo in de omgeving kunnen verdiepen (het ‘lezen’ van het landschap), dat een ontwerp daar goed op aansluit;
• gezamenlijk een schetsontwerp kunnen maken waar ook de samenhang tussen binnen- en buitenruimte aandacht krijgt; • vervolgstappen concreet kunnen beschrijven, waarin het organische principe voorop staat. Plannen ontwikkelen zich en hebben soms weer gerichte aanpassing nodig. Zonder begin heb je geen ontwikkeling. Belangrijke thema’s tijdens de sessie waren: • Gaan we ontwerpen samen met cliënten? Besloten werd om cliënten en bezoekers te betrekken bij de detaillering van de ontwerpen. In ieder geval zou aan hen gevraagd worden wat zij waarderen op verschillende plekken in het landschap. • Welke elementen hebben de doelgroepen nodig om zich prettig te voelen? Uit de ervaringen van de therapeuten, de psychiaters en werkbegeleiders werd duidelijk dat zowel omslotenheid als vrij uitzicht nodig was. De vraag naar variatie, de mogelijkheid om samen te werken maar ook de mogelijkheid hebben om je terug te trekken stond voorop.
–14–
Resultaat Het resultaat is een spiraalvormig ontwerp met verschillende belevingssferen. De spiraal als vorm heeft in de ontwerpsessie een belangrijke rol gespeeld en tot een gevarieerd ontwerp geleid. Aan de voorzijde is een sterk naar de mensen toe gerichte formele kant gecreëerd met productie als hoofdmoot. De achterzijde heeft verbinding met het natuurlijke achterland en is specifiek bedoeld voor de deelnemers/bewoners. Het is een geleed ontwerp met veel variatie en een opbouw van bezinningstuin tot een productiedeel. Publiek toegankelijke delen zijn afgescheiden van de cliëntentuinen en kennen een open en uitnodigend karakter. De tuinen voor de bewoners zijn meer afgesloten en ingetogen. Door het werken met hoogteverschillen en het opnemen van waterelementen in het ontwerp is landschappelijke afwisseling nagestreefd. Het opdoen van verschillende ervaringen staat voorop. De parkeerplaatsen zijn aan de entree gepland, de winkel en gebouwen zijn bereikbaar. Parkeerplaatsen voor langparkeerders liggen aan de weg. De tuin was in het ontwerp nog niet tot in detail ingevuld, maar gaf voldoende houvast voor een gerichte uitvoering. Het proces Door een gezamenlijke krachtsinspanning op de tweedaagse lag er, na bewerking, een plan waarmee de buitenruimte verder aangepakt kon worden. Naast de
werkgebieden was er nu in het ontwerp ook ruimte ingepland voor ontspanning en bezinning. De natuur als hulp bij zorgvragen en behandeling werd mogelijk en hoefde nu niet alleen meer plaats te vinden in de kas of op het veld. Vooral de ontwikkeling van de bezinningstuin sprak tot de verbeelding. Inmiddels is dit deel ook gerealiseerd, naast de vernieuwde boerderij. Hier is een wooncomplex in gevestigd voor cliënten van de Arta Lievegoedgroep. De bezinningstuin biedt, volgens psychiater W. Minne, de mogelijkheid om patiënten te helpen uit de ‘innerlijke modder’ te komen, de horizon vast te houden, de blik naar buiten te richten. Mooier kan het niet verwoord worden. Inmiddels zijn er alweer veel nieuwe stappen gezet die te zien zullen zijn tijdens het jubileumsymposium van Wilde Weelde. Het proces van ontwikkeling en gefaseerde inzet van delen van de buitenruimte blijft doorgaan en zal hopelijk veel mensen de mogelijkheid blijven bieden om hun eigen kracht terug te vinden en de natuur hierbij als ondersteunend te ervaren. Yvon D. Schuler en Tom van Duuren *)Visie van DieVieR (www.dievier.nl) Onze ervaring leert dat het bijeen brengen van mensen met zeer uiteenlopende expertise de beste resultaten oplevert. Zo is DieVieR ook samengesteld uit mensen met hele verschillende achtergronden, maar met hetzelfde doel. Het bundelen van krachten vanuit zeer diverse optieken, kan leiden tot een sterk gefundeerde en prettig werkbare situatie. DieVieR wordt gevormd door: Tom van Duuren, Yvon D. Schuler, Annette Beerens, Noud te Riele.
–15–
. . . n e k u e k e d Kijk je in bij Nico Kolthek “Is het niet wat dubbel” zei Nico toen ik hem voor de column vroeg. “Ik heb kortgeleden ook in Oase gestaan.” Toen ik aangaf dat dit geen probleem was vertelde Nico over zijn late start in het hovenierswerk. “Ik was dertig toen ik begon. Ik kon in Den Haag aan de slag op voorwaarde dat ik een hoveniersopleiding zou gaan volgen. Dat was een prima optie. Ik had vanaf mijn 19e jaar veel gereisd en ook een hele innerlijke zoektocht achter de rug. Die baan gaf mij ruimte. Buiten zijn bleek erg belangrijk voor mij. Ik rolde erin en het gaf me richting. Na de opleiding heb ik al werkend in Den Haag langzamerhand mijn eigen stijl gevonden, waarmee ik dicht bij mijzelf kan blijven.” Op mijn vraag wat die stijl is, geeft Nico aan: “Ik kan het misschien vergelijken met een Italiaanse kathedraal, waar verschillende vormen harmonieus bij elkaar gebracht worden en een eenheid vormen. De vrijheid in vormgeving op een vast omlijnde plek voor specifieke klanten. Dat maakt het boeiend. Mijn tuinen zijn herkenbaar aan goede vormgeving binnen beperkte marges, met spontaan aandoende beplanting en een afwissende, lange bloeiperiode. Het mooiste moment is als een project klaar is en ik mijn ogen sluit. Als ik ze weer opendoe voel ik soms een diepe verwondering over wat er allemaal gebeurd is.”
“Vanaf het begin ben ik betrokken geweest bij Wilde Weelde, via de stichting Oase. Het is heel logisch dat Wilde Weelde door de jaren heen verandert. In het begin was het vooral een wat in zichzelf gekeerde, gezellige club, waaruit ook vele vriendschappen en samenwerkingsprojecten zijn ontstaan. Dat er een wijziging in structuur nodig was is niet verwonderlijk. Ik heb zelf inmiddels wat meer afstand, letterlijk door verhuizing naar Zeeuws Vlaanderen, en figuurlijk omdat het moeilijker wordt om altijd met dezelfde inzet inhoudelijk betrokken te blijven. Ik weeg niet af of ik ergens baat bij zal hebben. Belangrijk is dat het inhoudelijk klopt wat er gedaan wordt. De principes van Wilde Weelde uitdragen is nog steeds van grote betekenis.” Nico vindt het erg belangrijk dat gezamenlijke initiatieven worden uitgevoerd. “Ook al kan ik er dit jaar door omstandigheden niet aan meewerken, ik denk dat het belangrijk is om belangeloos nieuwe projecten op te pakken als gezamenlijk initiatief. Daarmee kun je als groep in de praktijk laten zien waar we voor staan en geeft het ook weer binding binnen Wilde Weelde. Het is goed dat voor het jubileum weer een project is opgepakt.” Yvon Schuler ‘Omarmende’ tuin (foto Nico Kolthek)
n i n e r e t s e v n I n e n i u t s g n i v e l be Er is beslist vraag naar tuinen vol belevenissen voor mensen binnen zorginstellingen. Ik krijg geregeld de vraag om geld te vinden voor een tuin. Bewoners van zorginstellingen zijn relatief veel thuis. Een tuin biedt dan een fijne uitloop: ruimte, prikkels en ontspanning. Een belevingstuin om te zitten en misschien in te werken. Om de seizoenen te beleven, zintuigen te prikkelen, te oogsten, zich in terug te trekken of juist anderen te ontmoeten. Een droomtuin als sluitpost Wat zou het mooi zijn als een belevingstuin voor mensen in zorginstellingen wordt meegenomen in de financieringssystematiek van de zorg. Waarom zijn belevingstuinen in de zorg toch zo moeizaam realiseerbaar? Dat komt doordat de zorg gefinancierd wordt op basis van individuele zorg-zwaarte-pakketten. Door deze financieringssystematiek wordt iedere hulpvraag omgezet in individuele zorguren, hulpmiddelen en m2 woonvoorziening. Voorzieningen zoals schommels moeten aan extra veiligheidseisen voldoen en zijn daardoor extra duur. Zorgmedewerkers hebben meestal weinig verstand van tuinen, van projectmatig werken en geldwerving. Zij zijn goed in zorgen en ondersteunen. Ze wensen het allerbeste te realiseren voor hun cliënten. Daar komt bij dat het takenpakket van begeleiders weinig ruimte laat om tijd te besteden aan tuinprojecten. Zo wordt de tuin noodgedwongen een sluitpost, afhankelijk van sponsors, fondsen, kortingen en grote creativiteit. Professioneel verleiden Professioneel ontworpen en aangelegde tuinen zijn een kostbare zaak. Daarom moet er voor iedere gewenste tuin extra geld gevonden worden. Hoe kom ik aan een goed plan met begroting en een overtuigend verhaal om geld-
–16–
schieters mee te verleiden? Daarmee begint een langdurig proces van plannen maken, overleg met vakmensen in het groen en de zorg en van fondsen werven. We hebben een wetenschappelijk, goed beargumenteerd, bijzonder verhaal nodig over de zorg- en ontspanningsmogelijkheden in aangepaste tuinen en het effect op de gebruikers daarvan. Een verhaal waarmee we fondsen en overheden kunnen verrassen en overtuigen. Jammer genoeg zijn er zonder goed verhaal weinig fondsen die willen investeren in de aanleg van tuinen, helemaal nu ten tijde van de kredietcrisis. Ondertussen gaan de zorg en de seizoenen gewoon door... Initiatieven Het zou heerlijk zijn wanneer tuinontwerpers een map met voorbeelden van ontwerpen hebben die makkelijk zijn aan te passen aan de omvang van de tuin en de doelgroep. Dit kan het keuzeproces versnellen en daardoor een professioneel ontwerpproces betaalbaar maken. Wat zou het prachtig zijn als bedrijven hun diensten en materialen ter beschikking stellen of tegen vriendenprijs aanbieden en we AOC studenten kunnen inzetten om tuinen voor mensen met een beperking aan te leggen en te onderhouden. Laten we er met elkaar iets aan doen! Misschien lukt het als we invloed uitoefenen in eigen omgeving en geduld en volharding betrachten waar het lange-termijnbeleid betreft. We kunnen in gezamenlijkheid initiatieven ontwikkelen en met elkaar een keten van creativiteit vormen met als doel: budgetvriendelijke tuinen vol belevenissen. Wie doet mee? Elodie van Steenhoven Elodie van Steenhoven is fondsenwerver bij Talant, stichting voor zorg en ondersteuning aan mensen met een verstandelijke beperking in Friesland.
–17–
n e d r o w r e Buiten bet De therapeutische tuin van Annette Beerens “Dat er iets groots kan ontstaan uit een klein zaadje, dat verwondert mensen. Zonder het door te hebben stimuleert zoiets hun eigen ontwikkeling.” Annette Beerens ervoer dat mensen met psychische problemen zich goed voelen door buiten bezig te zijn. Ze zette de Green Timeout op, een therapeutische tuin voor mensen met psychische problemen en stress. Een uitnodigende plek De tuin is een ruime, open plek waarin veel te zien is, ongeveer zo groot als een voetbalveld. Er staan een paar oude, hoge bomen als trotse groepjes overeind. Daartussen staan twee huisjes. Het ene staat onder de bomen, het andere is een groene keet met openslaande luiken en een uitnodigende bank voor de deur. Daar vertelt Annette over de opzet van de tuin: “De tuin is ingericht naar de vier fasen van herstel.” Ze wijst naar een zonnige hoek met veel bloemen en een luie stoel. “Daar kom je als het ware binnen, een lekker plekje om de tuin eerst eens op je gemak te bekijken. Het werk in de tuin bouw je rustig op. De fasen staan voor je persoonlijke ontwikkeling in het traject, die benoemen we in de evaluatiemomenten. Je wint steeds iets aan kennis over jezelf en dat uit zich in het werk dat je aanpakt. Zo begin je rustig een hoekje te
schoffelen, gaat onkruid wieden en later sta je een flinke haag te snoeien.” Therapeutische werking Annette vertelt over haar jeugd in Canada, waar ze de eerste tien jaar van haar leven woonde. “Ik ben opgegroeid met veel ruimte om me heen. Als kind zat ik aan een riviertje en keek ik naar de dieren, de bloemen en het vele groen. Die natuurervaring tekent mijn jeugd.” Later, in Nederland, volgde Annette een opleiding voor werken in de biologisch-dynamische landbouw. Daarna maakte ze op een zorgboerderij kennis met de inzet van groen bij hulpverlening. “Ik zag dat mensen met psychische problemen zich goed voelden in het boerenleven. Ik merkte dat ik ze nog beter kon helpen door hun werkzaamheden af te stemmen op hun hulpvraag.” Met die ervaring ontwikkelde Annette zich verder tot ‘groene therapeut’, een hulpverlener die de natuur inzet bij het helende proces. Zelf ervaren “De natuur is krachtig, vooral de groei spreekt aan. Zelfs die grote bomen zijn begonnen als piepklein zaadje. Dat er iets groots kan ontstaan uit bijna niets, dat intrigeert. Ik laat mensen bijvoorbeeld zelf plantjes opkweken, zo’n zaadje schept verwachting.” Annette wijst naar de kweekbak waar ze net nog in aan het werk was. “Dat te zien
gebeuren verwondert mensen. Zonder het door te hebben gebeurt er daarna veel met henzelf. Zo kwam er een cliënt, een manager van 42. Hij had na jaren keihard werken en een druk gezinsleven een burn-out opgelopen. De eerste dagen dat hij hier kwam zat hij alleen maar op een bankje. Toen hielp hij me een nieuwe lading sla te zaaien. Zogauw er iets begon te groeien kwam hij ook tot leven”. “Veel mensen praten om niet bezig te hoeven zijn met wat er in ze omgaat. In de tuin zie ik dat veranderen. Tijdens het werk in de tuin zie je dat mensen de stilte waarderen. Ze worden één met het proces, die ervaring is groter dan woorden.” “Als je verwondering ervaart ben je op de goede weg. Neem de cliënt van de slaplantjes, hij heeft ze, hier in de moestuin, verzorgd. Thuis heeft hij een feestmaal aangericht met ‘zijn’ eerste krop sla. Het gaf hem de energie om met zichzelf aan de slag te gaan. Hij is na een paar maanden weer gaan werken en weet zijn energie nu veel beter te doseren. Op het werk én thuis.” De Creatiespiraal In de tuin staan meerdere bordjes. Ze verwijzen naar de 12 stappen van ‘De Creatiespiraal’ van Marinus Knoope. Annette: “De creatiespiraal beschrijft de natuurlijke weg van wens naar werkelijkheid. Ik heb deze weg verbeeld in de tuin. Eigenlijk komt iedereen hier met de wens om beter te worden. Op de plek waar je binnenkomt, in die luie stoel, besef je je wens, dat is stap één. Stap twee ligt ernaast: ‘verbeelden’, hoe ziet je leven eruit als je wens is gerealiseerd. Dan kom je bij ‘geloven’. Op dat heuvel< Werken in de Green Time-out, daarnaast Annette Beerens. (foto’s Annette Beerens)
–18–
tje geloof je in jezelf en in je wens. Dat is vaak nog best moeilijk. Laatst was hier een vrouw, ze stapte daadkrachtig die bult zand op om haar wens uit te spreken. Daar stokte haar stem, ze besefte nu pas dat ze vreselijk onzeker was. Dat werd het thema waar ze in de tuin verder aan ging werken. Zo ga je stap voor stap naar de uitvoering van je wens en kom je via ‘ontvangen’ in de moestuin, bij stap 12: ‘ontspannen’, daar hangt een hangmat. Je kunt altijd weer bij één beginnen met een nieuwe wens. Ik merk dat deze indeling mensen aanspreekt. Het geeft ze richting.” Beter worden Als tuincoach heeft Annette voelhoorns ontwikkeld om de fase van het proces waar iemand in zit te herkennen aan de lichaamshouding en uitstraling. “Natuurlijk praat ik ook met mensen. Door feedback te krijgen over hoe je bezig bent durf je te experimenteren. Je loopt tegen grenzen aan en je kijkt samen of je dan stopt of dat je je grens verlegt. Zo leer je met je fysieke en mentale energie om te gaan.” Een traject in de Green Time-out duurt gemiddeld 3 tot 6 maanden. In deze periode komt de cliënt steeds verder met zichzelf. “Uiteindelijk ervaart iemand dat de werkzaamheden steeds meer gaan om het proces van de tuin en dat het eigen proces in dienst daarvan staat. Dat is de realiteit, je doet dingen voor de buitenwereld en kijkt hoe je het op jouw unieke manier het beste kan doen. Als je weet hoe je daarin gezond blijft ben je klaar.” Colet Falke Voor informatie: www.changingcolors.nl en www.decreatiespiraal.nl
–19–
n e g n i d i e l p O
Kijken met je handjes Over zintuigentuinen
Groene opleidingen in relatie tot zorg en gezondheid
De geur van een vlinderstruik brengt me meteen terug naar mijn kinderjaren. Zaagsellucht blijft verbonden met mijn goudhamsters. Ik voel nog de klitten in mijn haar en kruipertjes in mijn mouw. Dergelijke jeugdherinneringen zijn goud waard als je te maken krijgt met tuinen voor kinderen, ouderen, gehandicapten en voor iedereen die graag snuffelend en aaiend in de tuin rondhangt. Je verplaatsen in de gebruiker motiveert je om er uit te halen wat erin zit, want reken maar dat een zintuigentuin de kwaliteit van leven in instellingen kan verbeteren. Geuren bijvoorbeeld, blijven lang in het geheugen aanwezig. Wat moet het heerlijk zijn, als dementerende, om de vertrouwde rozengeur uit je jeugd op te snuiven. Ruiken Een warme zomeravond en dan opeens: kamperfoeliegeur. Een ervaring die je niet wilt missen. Bloemengeur is eigenlijk een lokmiddel om bestuivers aan te trekken, zoals een lekkere aasgeur voor vliegen of een zoete geur om vlinders te lokken. Ook aan bladeren zit soms een luchtje. Verrassend is de appeltjesgeur van eglantier, de dropplant, allerlei kruiden, komkommer bij borago, uienlucht bij look-zonder-look en citroengeur bij citroenmelisse, citroengeranium en citroengras. Voelen Het aaibaarste blad is wel ezelsoor, dankzij de grijze beharing. Ook vrouwenmantel, koningskaars en anjelier voelen lekker zacht aan. Bovendien blijven druppels water mooi liggen. Heel anders voelt kleefkruid, het grijpt zich vast met kleine weerhaakjes, klittenband ‘avant la lettre’. De zaden van grote klis, agrimonie en veldhondstong hebben ook weerhaakjes. Droogbloemen zoals hazestaartje, strobloem, juffertje in het groen, zijn heerlijk om aan te
Ezelsoor (foto Machteld Klees) frunniken. Als je ‘je handen niet thuis kunt houden’ ontdek je talloze mogelijkheden. Horen Geplant achter een bankje nodigt bamboe vanzelf uit om te luisteren, net als ratelpopulier trouwens. De zijdelings afgeplatte bladstelen maken het blad zo beweeglijk, dat ze bij het minste briesje al ‘ratelen’. In een gevarieerde tuin vliegen allerlei insecten rond, luister maar eens geconcentreerd met ogen dicht naar een knisperend langsvliegende libel of het gezoem van bijen onder een bloeiende zoete kers. Dan wordt de geluidenwereld van een visueel gehandicapte een beetje invoelbaarder. Regen werd ooit door de dichter Pablo Neruda de ‘piano van mijn kindertijd’ genoemd. Planten met groot blad zoals Gunnera, rabarber en Griekse alant dichtbij een openslaand raam maken regen hoorbaar. Voorwaarden In een zintuigentuin is het van belang om planten voor het grijpen te hebben. Verhoogde bakken zijn daarvoor onmisbaar, evenals een uitgekiende beplanting. Ook aan de paden moet extra aandacht worden besteed. Breed, overzichtelijk en gericht gebruik maken van verschillende materialen is nodig. Zo is het contrast tussen paden van tegels, schelpen en schorssnippers goed hoor- en voelbaar. Op een breed pad kan een rolstoel manoeuvreren. Zitplekjes zijn er natuurlijk nooit teveel. Machteld Klees
–20–
Warmonderhof, Landbouw en Zorg Een tweejarige MBO-opleiding in deeltijd tot werkbegeleider en bedrijfsleider agrarisch zorgbedrijf. Doelgroep: mensen met enige ervaring in de landbouw en/of de zorgsector. De opleiding wordt gegeven in: Dronten, Purmerend, nabij Rotterdam en in Noord Nederland, afhankelijk van de aanmeldingen. Voorwaarde voor het kunnen volgen van de opleiding is dat men werkt op bijvoorbeeld een zorgboerderij. Meer info: www.warmonderhof.nl AOC Groene Welle, Zorg en Groen Een brede 4-jarige MBO-dagopleiding gericht op natuur, gezondheid, zorg en leefomgeving. Doelgroep: jonge mensen, die werkbegeleider op een zorgbedrijf willen worden. De opleiding wordt gegeven in Hardenberg. Meer info: www.groenewelle.nl Kraaybeekerhof, Tuintherapie Een tweejarige opleiding in deeltijd tot therapeut. Er wordt gebruik gemaakt van het werken in de natuur om cliënten te ondersteunen in hun groei- en vitaliteitproces. Nadruk ligt op menselijke biografie, kennis van ziektebeelden, ervaring in werk begeleiden. Doelgroep: mensen met enige ervaring in de landbouw en/of de zorgsector. De opleiding wordt gegeven in Driebergen. Meer info: www.kraaybeekerhof.nl
Van Hall-Larenstein Binnen de opleidingen Bos- en Natuurbeheer, Tuin en Landschapsinrichting en Sport, Gezondheid en Management is er tegenwoordig een specialisatie gebaseerd op de bevindingen in het boek ‘Het laatste kind in het bos’ van Richard Louv. Binnen deze specialisatie staat de relatie tussen mens, natuurlijke omgeving, beweging en gezondheid centraal. In principe is deze specialisatie een onderdeel binnen één van de genoemde opleidingen. Vanuit andere opleidingen kan er worden ingestroomd na een intakegesprek. Er kan worden gepraat over de mogelijkheid deze specialisatie eventueel als afgerond geheel te volgen los van één van de opleidingen. Meer info: www.vanhall-larenstein.nl De Sprenk, Herborist Een 4-jarige deeltijdopleiding gericht op het telen en toepassen van kruiden in het kader van gezondheid. Doelgroep: iedereen die therapeutisch met kruiden wil werken. De opleiding wordt gegeven in Mortel, België. Vanaf 2010 ook Zwolle. Meer info: www.desprenk.nl Changing Colours, Tuintherapie Eenjarige opleiding in deeltijd inclusief stage te Nijmegen. Nadruk op persoonlijke vaardigheden zoals zelfreflectie. Doelgroep: mensen die een informele opleiding op maat zoeken in de tuintherapie. Meer info: www.changingcolors.nl
–21–
Elyseum Verslag uit Assen en Anloo We waren in Assen in een geweldig fraaie tuin te gast bij de biologen Manja Kwak en Joop Smittenberg. Thema: ‘kleine beestjes’. Wat komt er zoal in de tuin voor, waar zijn ze goed voor en hoe kunnen we ze in de tuin krijgen en houden? We vingen er een paar in een klein potje met schroefdeksel, verbazingwekkend hoe makkelijk dat ging, en moesten ze proberen te herkennen. Haast allemaal bijen of wespen dachten we. Maar nee, het waren zweefvliegen. Deze blijken makkelijk te onderscheiden van bijen en wespen doordat ze geen voelsprieten op hun kop hebben. Ik kan nu met een zekere nonchalance zeggen: ‘kijk, dat is een pyjamavlieg’. We bekeken vervolgens wat er vloog op welke bloemen, het zijn niet alleen de bijtjes die zorgen voor de bestuiving maar ook heel veel vliegen. Sommige bloemen trekken massaal verschillende insecten aan, anderen worden door een specifieke soort bevlogen. Manja liet ons schuilplaatsen voor insecten zien: bijenhotels van verschillende materialen in allerlei maten en vormen. Voor Wilde Weelders onder ons natuurlijk bekende kost. Daarna met schepnet de vijver en sloot in: beestjes vissen en kijken naar hoe ze wriemelen, kronkelen en zwemmen. En natuurlijk er achter proberen te komen hoe ze allemaal heten. Eenmaal thuis moesten we veel gaan oefenen. Ik zag daar hoe het in de bloeiende klimop wemelde van de insecten en wist weer wat die saaie wintergroene klimop, ecologisch interessant maakt. Twee weken later waren we in Anloo. Thema: ‘boerenerven’. Meer een ontwerpkwestie dan een ecologisch verhaal; leuk, ontwerpen is mijn ding. Heilien gaf een histori-
De boom van... sche beschouwing over hoe boerenerven in Drenthe van oudsher zijn ingericht: het mannenwerk (beesten, opslag, wagens) aan de achterkant, het vrouwenwerk (moes- en siertuintje, boomgaard en de bleek) aan de voorkant. Wie had er een haag en wie een hek? Een sloot als afscheiding of een windsingel? De linden aan de voorkant, de keien langs de schuur …, alle onderdelen hebben hun functie en geschiedenis. We spraken over wat je daar vandaag nog mee kan of moet. Stichting Boerenerven adviseert en geeft cursussen voor ecologische erfinrichting en -beheer aan een nieuwe generatie boerderijbewoners. Het resultaat zien we tijdens de fietstocht langs verschillende Drentse esdorpen. Heilien wijst ons ook op ‘rommelige’ dorpsranden. Sommige dorpen liggen als een groene bosschage prachtig in het landschap. Bij andere dorpen steken grote schuren en voederkuilen uit dat groen. Haar grootste ‘doorn in het oog’ zijn de paardenbakken. Omzoomd met witte hekken knalt het witte zand van de bak je tegemoet. De ‘witte schimmel’ van Drenthe… Oplossing: bruin zand, bruin hek! Lilian Verhaak Ecologische hoveniersopleiding Elyseum Januari 2009 is voor de derde keer de 2-jarige opleiding Ecologisch Hovenier van start gegaan. Deze deeltijd opleiding op MBO+ niveau is een initiatief van Marianne van Lier en Willy Leufgen, drijvende krachten van Stichting Oase en Springzaad. De opleiding is te volgen bij AOC Terra. Meer informatie bij: Heilien Tonckens 0516-433292
[email protected]; www.terranext.nl en Wilde Weelde Wiki
–22–
Aan Els Kolling en Paul Paardekooper, bestuursleden van Wilde Weelde, stelde ik de vraag: “Is er een boom waar jullie een persoonlijke herinnering aan hebben?”. Els: “Tja, ik heb wel iets met elzen. Helaas staat de zwarte els in de tuin van mijn ouderlijk huis er niet meer. Die stond aan de zijkant van onze tuin en als kind mocht ik de boom altijd knotten. Hij werd te groot, vandaar dat hij elk jaar geknot moest worden. Wat ik fascinerend vind is de verkleuring van het elzenhout wanneer het is doorgezaagd.” Paul: “Ook mijn favoriete boom is de els. Zijn propjes vind ik mooi en er komen zoveel vogels op af. Vooral zo’n meerstammige boom vind ik prachtig. Een els moet wel dicht langs een slootkant staan. Midden in de stad, op een plein, doet hij mij niet echt veel. Een els aan een slootkant …. mijn herinnering aan deze boom heeft hier alles mee te maken. Toen ik nog in Wageningen woonde, fietste ik ‘s ochtends om zeven uur altijd over een smal fietspaadje met aan weerszijden een sloot. Langs beide sloten stond een hele lange rij elzen. In het goede jaargetijde, als het zo vroeg nog net donker was, vond ik het gekwetter van de vogels indrukwekkend. Een mooi begin van de dag.” De zwarte els (Alnus glutinosa) is een algemene, inheemse soort. In afgegraven veen zijn stuifmeelkorrels
van de els aangetroffen waaruit blijkt dat deze boom al duizenden jaren bij ons voorkomt. Hij groeit in vochtige of natte gebieden en is bij ons met name karakteristiek in de laagveengebieden en langs beken in de pleistocene zandgronden (zanden neergelegd door smeltwater van landijsmassa’s, enkele honderdduizenden jaren terug). Op een plein in de stad hoort de els dan ook inderdaad niet thuis. In drassige grond is er vaak stikstofgebrek maar daar heeft de els iets op gevonden: in haar wortelknolletjes leven bacteriën in symbiose met de els waardoor stikstof uit de lucht kan worden omgezet in voor de boom opneembare voedingsstoffen. Wat Els fascinerend vindt is juist waar men de boom vroeger om vreesde: de oranjerode verkleuring van het hout na het kappen. Men dacht dat de boom de belichaming was van een kwade geest en dat de verkleuring na het kappen ‘duivelsbloed’ was. Gedroogd elzenhout is geel en makkelijk te bewerken. Vroeger werd het gebruikt als bouwmateriaal en voor klompen en bezemstelen. Tegenwoordig wordt er voornamelijk triplex van gemaakt, ook wordt het massief toegepast in de fabricage van meubelen. Onder water is het hard en duurzaam, daarom werd het vroeger gebruikt voor heipalen en in funderingen. Het rijshout werd vroeger veel gebruikt voor oeverbeschoeiing: ook nu nog een goede toepassing! Imme Söhne
–23–
Voorzitter Ruurd van Donkelaar Ruinerweg 44 7958 RD Koekange 0522-451848
[email protected] Penningmeester Giel van der Palen Sliffertsestraat 18 5657 AR Eindhoven 040-2516677/06-53333134
[email protected] Secretaris Peter Bleijs Kleinveld 4 5583 GW Waalre
[email protected]
Secretariaat Els Kolling Van Egmondkade 57 3553 JC Utrecht
[email protected] Interne communicatie Gerdien Griffioen Huizingalaan 91 3572 LK Utrecht tel. 030-2735533 / 06-51048500
[email protected] SVE/themadagen Paul Paardekooper Matenstraat 45 6707 CP Wageningen 06-42129893
[email protected]
PR Pip Gilmore Rijksstraatweg 17 7391 MH Twello 06-42223785
[email protected]
Website: www.wildeweelde.nl Frits van der Laan Taxusweg 20 2803 KD Gouda 0172-213998
[email protected]
Ondersteuning Redactie nieuwsbrief/blad Machteld Klees; Imme Söhne Vingerhoed 5A 6953 BZ Dieren 0313-413931
[email protected]
Website en WW-Wiki Marjolein van den Bosch Achter ‘t Zand 36 4103 XP Culemborg 0345-575701
[email protected]
Weetjes
Ontwerpwedstrijd Groene Speelplek Deze ontwerpwedstrijd werd geïnitieerd door Entente Florale Nederland en het Ministerie van LNV. Een ontwerpwedstrijd waarbij alles draait om duurzame groene speelplekken. Het winnende ontwerp was ‘Van waterlast tot waterlust’. Gemeente Slochteren was de opdrachtgever en Heilien Tonckens (projectleider Landschapsbeheer Groningen) was de ontwerper. – Proficiat! “Bijzonder aan dit ontwerp is dat er van een probleem een kans is gemaakt en die kans is prima benut. Het ontwerp biedt de kinderen vooral veel informele speelmogelijkheden. Het is een goed initiatief om in een nieuwbouwwijk met school in de buurt een groene speelomgeving te creëren. De ruimte is vrij toegankelijk voor iedereen in de omgeving. De sortimentskeuze is goed afgestemd op spontane natuurontwikkeling. En er is aandacht voor mogelijkheden om de locatie een milieueducatieve functie te geven. Het ontwerp is al gerealiseerd en dat is gebeurd in samenwerking met de buurt en de kinderen.”
Naast de winnaar werden uit 49 deelnemers 10 ontwerpen genomineerd. Hierbij waren twee projecten van Buitenkans, Participatieve groenprojecten. Het betreft een project in Delft bij Vrije School Widar waarvoor een groen schoolplein werd ontworpen en ‘Stellenbosch’ in Rotterdam waarbij de omwonenden uit vele culturen sterk waren betrokken. De jury heeft haar bevindingen vastgelegd in de brochure ‘Wie ontwerpt de meeste duurzame en hoogwaardige groene speelplek?’. De brochure is te verkrijgen bij Entente Florale Nederland. (
[email protected]) Tuin van het jaar Nog een Wilde Weelder timmerde aan de weg. Loek Gorris van Eco-care in Zutphen werd genomineerd in de competitie ‘Tuin van het jaar’ in de categorie Middelgroot. Behalve dat er veel natuurlijk groen de tuin, gelegen in een nieuwbouwwijk in Apeldoorn, binnen werd gebracht, werd ook de eigenaar enthousiast gemaakt voor tuinieren. – Gefeliciteerd! Zie Tuin en Landschap 21a, 8 oktober 2009.
–24–
Kopijsluiting volgende emailnieuwsbrief: 24 november email:
[email protected]