SZW
Wijziging Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit SZW 1999 (OMV-besluit SZW 1999) 23 november 2000/Nr. WBJA/JA/00/ 30601 Directie Wetgeving, Bestuurlijke en Juridische Aangelegenheden
i. programma: activiteit, in opdracht van de algemene leiding, met een duidelijk geformuleerd doel en een begin- en eindtijdstip, dat wordt gerealiseerd door een programmaleider en De Minister van Sociale Zaken en -medewerkers die verantwoording Werkgelegenheid, verschuldigd zijn aan de algemene leiding; Besluit: j. primair-procesactiviteiten: die activiteiten die rechtstreeks verband houArtikel 1 den met de taak van een directie; Het OMV-besluit SZW 19991 wordt k. SUWI-project: het project gericht als volgt gewijzigd: op realisatie van de voorstellen in het Nader Kabinetsstandpunt ‘Structuur A Uitvoering Werk en Inkomen’ Artikel 1 komt te luiden: (Kamerstukken II, 1999/2000, 26 448, nr. 7); Artikel 1, definities l. Veranderorganisatie SUWI: de In dit besluit en de daarop berustende Veranderorganisatie bedoeld in bepalingen wordt verstaan onder: hoofdstuk 2a; a. het ministerie: het Ministerie van m. Verandermanagement SUWI: het Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Verandermanagement SUWI van de b. bewindspersoon: de Minister of Veranderorganisatie SUWI bedoeld een Staatssecretaris van Sociale in artikel 7a, tweede lid; Zaken en Werkgelegenheid; n. Uitvoeringsorganisaties: het c. besluit: een besluit dat of een hanLandelijk instituut sociale verzekerindeling die wordt toegerekend aan de gen, de uitvoeringsinstellingen, Staat der Nederlanden of aan een gemeenten, de bewindspersoon en waaraan rechtsge- Arbeidsvoorzieningsorganisatie, het volgen voor de Staat der Reïntegratiebedrijf Arbvo, de Centra Nederlanden verbonden zijn; voor werk en inkomen met inbegrip d. stuk: een stuk dat een besluit van de Centrale organisatie werk en inhoudt, dan wel een ander stuk dat inkomen waar deze centra deel van wordt toegerekend aan een bewindsgaan uitmaken, de Raad voor Werk persoon; en Inkomen, het Uitvoeringsinstituut e. vertegenwoordigingsbevoegdheid: werknemersverzekeringen, het College bevoegdheid om namens een bewinds- van toezicht sociale verzekeringen, de persoon, onder diens verantwoordeStichting CVCS en de Sociale lijkheid en met inachtneming van Verzekeringsbank. diens algemene en bijzondere aanwijzingen, besluiten te nemen en stukken B vast te stellen en te ondertekenen; Artikel 2, tweede lid, komt te luiden: f. algemene leiding: de algemene amb- 2. De taaktoedeling aan de in bijlage telijke leiding van het ministerie, 1 genoemde directies is opgenomen in bedoeld in artikel 3; bijlage 3. g. directie: elk van de in bijlage 1 genoemde directies en daarmee voor C de toepassing van dit besluit gelijkge- Artikel 3, eerste lid, komt te luiden: stelde organisatieonderdelen van het Artikel 3, algemene leiding ministerie met uitzondering van de 1. De algemene leiding van het minisVeranderorganisatie SUWI; terie bestaat uit de secretaris-generaal, h. directeur: degene die is belast met de plaatsvervangend secretaris-genede leiding van een directie of van een raal, de directeuren-generaal en de daarmee voor de toepassing van dit project-directeur-generaal SUWI, besluit gelijkgesteld organisatieonder- zulks met inachtneming van het deel; koninklijk besluit van 18 oktober
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
1988 (Stb. 499) inzake de functie en verantwoordelijkheid van de secretaris-generaal. D Artikel 4, eerste lid, onderdeel b, komt te luiden: b. De secretaris-generaal geeft rechtstreeks leiding aan de plaatsvervangend secretaris-generaal, aan de directeuren-generaal, aan de project-directeurgeneraal SUWI, aan de leden van het Verandermanagement SUWI, genoemd in artikel 7a, tweede lid, en aan de directeuren van de in bijlage 2 genoemde directies. E Artikel 4, eerste lid, onderdeel d, komt te luiden: d. De secretaris-generaal stelt regels voor de vervanging van de plaatsvervangend secretaris-generaal, de directeuren-generaal en de project-directeur-generaal SUWI bij afwezigheid en in geval van vacatures. F Artikel 4, tweede lid, onderdeel b, komt te luiden: b. de uitoefening van de bevoegdheden die krachtens artikel 7, onderdeel g, zijn begrepen in de bevoegdheid van de directeuren, voor zover die betrekking hebben op de plaatsvervangend secretaris-generaal, de directeuren-generaal, de project-directeurgeneraal SUWI, de leden van het Verandermanagement SUWI, genoemd in artikel 7a, tweede lid, en de directeuren; G Er wordt een nieuw artikel 6a ingevoegd, luidende: Artikel 6a, de project-directeur-generaal SUWI De project-directeur-generaal SUWI is verantwoordelijk voor: a. het voorbereiden, coördineren en afwikkelen van (organisatie)wetgeving op het gebied van sociale verzekeringen, arbeidsvoorziening en bijstand, voor zover deze voortvloeit uit het SUWI-project;
1
b. de coördinatie en afstemming met andere ministeries en (lagere) overheden van zaken verband houdend met het SUWI-project, een en ander in afstemming met het Verandermanagement SUWI; c. de departementale aansturing van de interne projectorganisatie van het SUWI-project en van het voor de project-directeur-generaal SUWI werkzame projectsecretariaat; d. de departementale coördinatie van alle juridische, financiële en andere (ondersteunende) inbreng die daarvoor benodigd is; e. de dagelijkse afstemming van de werkzaamheden van de Veranderorganisatie SUWI met de overige departementale werkzaamheden; f. de departementale regievoering ten aanzien van de informatie- en communicatietechnologische facetten van het SUWI-project, onder meer met betrekking tot gegevensuitwisseling, standaarden, privacy, cliëntvolg- en communicatiesysteem, vacaturebank en inlichtingenbureau; g. de vertegenwoordiging van het ministerie in het te voeren overleg met uitvoeringsorganisaties over aangelegenheden betreffende het SUWIproject, voor zover deze geen betrekking hebben op de implementatie van het SUWI-project; h. een periodieke en geïntegreerde informatievoorziening over het SUWI-project naar de bewindspersonen en de overige leden van de algemene leiding alsmede overleg en afstemming over het SUWI-project met hen, een en ander in afstemming met het Verandermanagement SUWI; i. een periodieke en geïntegreerde informatievoorziening naar de Veranderorganisatie SUWI. H Na artikel 7 wordt een nieuw hoofdstuk ingevoegd, luidende: Hoofdstuk 2a, organisatie, taken en bevoegdheden Veranderorganisatie SUWI Artikel 7a, samenstelling Veranderorganisatie SUWI en Verandermanagement SUWI 1. De Veranderorganisatie SUWI omvat de voorzitter van de Veranderorganisatie SUWI, de Verandermanager Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen
(UWV), de Verandermanager Centra voor werk en inkomen (CWI), de directeur van het stafbureau van de Veranderorganisatie SUWI en het personeel dat werkzaam is ten behoeve van de Veranderorganisatie SUWI, het zogenoemde stafbureau. 2. De voorzitter van de Veranderorganisatie SUWI, de Verandermanager UWV en de Verandermanager CWI zijn de leden van het Verandermanagement SUWI en vormen tezamen het Verandermanagement SUWI. Artikel 7b, taken Veranderorganisatie SUWI 1. De taakstelling en werkzaamheden van de Veranderorganisatie SUWI omvatten de implementatie van in ieder geval de volgende deelprojecten: a. de vorming van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen; b. de vorming van de Centra voor werk en inkomen met inbegrip van de Centrale organisatie werk en inkomen waar deze centra deel van gaan uitmaken, inclusief de bedrijfsverzamelgebouwen; c. het leveren van een bijdrage aan de vorming van een Raad voor Werk en Inkomen; d. het leveren van een bijdrage aan de omvorming van het College van toezicht sociale verzekeringen in het kader van SUWI; e. het verrichten van werkzaamheden die een bijdrage leveren aan een vitale reïntegratiemarkt, inclusief het toetsen van het private reïntegratiebedrijf van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie aan de eisen/randvoorwaarden die gelden voor een vitale reïntegratiemarkt; f. de totstandkoming van de cliëntenparticipatie; g. het stimuleren van het totstandkomen van Regionale Platforms; h. het zorgdragen voor een adequate infrastructuur voor informatie- en communicatietechnologie en samenhang met het op elkaar afgestemde organisatieconcept voor de Centra voor werk en inkomen met inbegrip van de Centrale organisatie werk en inkomen waar deze centra deel van gaan uitmaken en het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen; i. het zorgdragen dat de continuering van de reguliere dienstverlening door de uitvoeringsorganisaties niet wordt belemmerd door de werkzaamheden van de Veranderorganisatie SUWI.
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
2. De Veranderorganisatie SUWI draagt meer specifiek zorg voor: a. het opstellen en uitvoeren van (project)plannen, rapportages, planningen en dergelijke, in het bijzonder met betrekking tot het gestelde in het eerste lid; b. regelmatig afstemmingsoverleg met de project-directeur-generaal SUWI; c. het adequaat informeren van alle betrokken partijen over haar werkzaamheden; d. het betrekken van alle betrokken partijen bij haar werkzaamheden; e. een adequate afstemming van haar werkzaamheden op de overige departementale werkzaamheden en op de werkzaamheden van de Stichting Voorbereiding Uitvoeringsorgaan WerknemersVerzekeringen; f. een adequate samenwerking met de uitvoeringsorganisaties en alle overige bij het invoeringsproces van het SUWI-project betrokken partijen; g. de vervulling van een bemiddelende rol tussen de bij het SUWI-project betrokken partijen, daar waar dit voor de voortgang en verantwoorde afronding van de werkzaamheden is vereist; h. een adequate onderlinge afstemming en coördinatie van haar werkzaamheden, zodanig dat een samenhangende invoering van het SUWI-project en het evenwicht tussen de vernieuwing van de uitvoeringsorganisaties en het handhaven van het huidige niveau c.q. de kwaliteit van de dienstverlening is gewaarborgd; i. het leveren van juiste, volledige en tijdige bijdragen aan de periodieke voortgangsrapportages met betrekking tot de uitvoering van het SUWIproject in het kader van de Procedureregeling grote projecten. Artikel 7c, taken en verantwoordelijkheden Verandermanagement SUWI Het Verandermanagement SUWI heeft de volgende taken en verantwoordelijkheden: a. het adviseren, in afstemming met de project-directeur-generaal SUWI, van de bewindspersonen ten aanzien van het werkterrein van de Veranderorganisatie SUWI en het attenderen van de bewindspersonen op politiek of maatschappelijk gevoelige aspecten; b. de verantwoordelijkheid voor de bedrijfsvoering, met uitzondering van
2
de vaststelling van de formatie, van de Veranderorganisatie SUWI; c. het zorgdragen voor een effectieve en efficiënte bedrijfsvoering en voor periodieke evaluatie daarvan en het zorgdragen voor planning en bewaking van de productie van de Veranderorganisatie SUWI; d. de verantwoordelijkheid, binnen de afgesproken departementale kaders en met toepassing van de Ambtenarenwet, het ARAR en het BBRA’84, voor de personeelsaangelegenheden van de onder de Veranderorganisatie SUWI ressorterende functionarissen, voor zover dit ingevolge artikel 4, tweede lid, niet aan de secretaris-generaal is opgedragen; e. het zorgdragen voor de administratieve en financiële afhandeling van de uitvoering van de eigen personeelsaangelegenheden, voor zover deze niet is opgedragen aan anderen zoals de directie Personeel, Organisatie & Informatie, de directie FinancieelEconomische Zaken en de Stichting Pensioenfonds ABP; f. het verstrekken aan de Algemene Rekenkamer, de directeur van de Accountantsdienst en de directeur Financieel-Economische Zaken van de gegevens die dezen van belang achten voor de uitoefening van de controle, bedoeld in de Comptabiliteitswet en de daarop berustende regelgeving. Artikel 7d, verantwoordelijkheden en taken voorzitter Veranderorganisatie SUWI 1. De voorzitter van de Veranderorganisatie SUWI is verantwoordelijk voor een samenhangende implementatie van het SUWI-project en voor het waarborgen van evenwicht tussen de vernieuwing van de uitvoeringsorganisaties en het handhaven van het huidige niveau c.q. de kwaliteit van de dienstverlening. 2. De voorzitter van de Veranderorganisatie SUWI heeft de volgende taken: a. hij geeft, met inachtneming van de aanwijzingen en de richtlijnen van de bewindspersonen en de secretarisgeneraal, voor zover voortvloeiend uit het koninklijk besluit van 18 oktober 1988 inzake de functie en verantwoordelijkheid van de secretaris-generaal, leiding aan de Veranderorganisatie SUWI;
b. hij coördineert de werkzaamheden van de Veranderorganisatie SUWI. Artikel 7e, verantwoordelijkheden Verandermanager UWV 1. De Verandermanager UWV is verantwoordelijk voor een samenhangende invoering van het UWV en het waarborgen van evenwicht tussen de vernieuwing van de uitvoeringsorganisaties en het handhaven van het huidige niveau c.q. de kwaliteit van de dienstverlening. 2. De Verandermanager UWV is in het bijzonder verantwoordelijk voor een adequate organisatie en aansturing van de Stichting Voorbereiding Uitvoeringsorgaan WerknemersVerzekeringen en voor de cultuuromslag ‘werk boven inkomen’ voor zover die verband houdt met de vorming van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Artikel 7f, verantwoordelijkheden Verandermanager CWI 1. De Verandermanager CWI is verantwoordelijk voor een samenhangende invoering van de Centra voor werk en inkomen met inbegrip van de Centrale organisatie werk en inkomen waar deze centra deel van gaan uitmaken en voor het waarborgen van evenwicht tussen de vernieuwing van de uitvoeringsorganisaties en het handhaven van het huidige niveau c.q. de kwaliteit van dienstverlening. 2. De Verandermanager CWI is in het bijzonder verantwoordelijk voor de cultuuromslag ‘werk boven inkomen’ voor zover die verband houdt met de vorming van de Centra voor werk en inkomen met inbegrip van de Centrale organisatie werk en inkomen waar deze centra deel van gaan uitmaken. Artikel 7g, taken en verantwoordelijkheden directeur stafbureau Veranderorganisatie SUWI 1. De directeur van het stafbureau van de Veranderorganisatie SUWI is verantwoordelijk voor een adequate ondersteuning van het Verandermanagement SUWI. 2. De directeur van het stafbureau van de Veranderorganisatie SUWI is belast met de dagelijkse coördinatie van en leiding over het stafbureau van de Veranderorganisatie SUWI. Hij neemt hierbij de aanwijzingen van de leden van het Verandermanagement SUWI in acht.
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
Artikel 7h, algemene bepaling bevoegdheden Veranderorganisatie SUWI 1. De uitoefening van bevoegdheden door het Verandermanagement SUWI, de leden van het Verandermanagement SUWI, de directeur van het stafbureau van de Veranderorganisatie SUWI en het personeel dat werkzaam is ten behoeve van de Veranderorganisatie SUWI, geschiedt binnen de grenzen van de vastgestelde taken en met inachtneming van het terzake geldende recht alsmede de voor de rijksdienst en voor het ministerie geldende beleidsen uitvoeringsregels, voor zover daarvan in de overige bepalingen van dit hoofdstuk niet wordt afgeweken. 2. Op de uitoefening van bevoegdheden als bedoeld in het eerste lid zijn de artikelen 10, tweede lid, 11, 25, tweede lid, 25, derde lid, onderdelen a en e, en 26, tweede lid, niet van toepassing. 3. De uitoefening van bevoegdheden als bedoeld in dit hoofdstuk geschiedt door het Verandermanagement SUWI, met dien verstande dat: a. bij ontstentenis van één van de leden van het Verandermanagement SUWI de bevoegdheden van het Verandermanagement SUWI kunnen worden uitgeoefend door de overige twee leden van het Verandermanagement SUWI; b. de Verandermanager UWV zelfstandig bevoegd is tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en het nemen van besluiten over en het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op: 1o de verantwoordelijkheden genoemd in artikel 7e; 2o de vorming van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen; 3o reorganisaties voor zover die verband houden met de vorming van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen; c. de Verandermanager CWI zelfstandig bevoegd is tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen en het nemen van besluiten over en het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op: 1o de verantwoordelijkheden genoemd in artikel 7f; 2o de vorming van de Centra voor werk en inkomen met inbegrip van de Centrale organisatie werk en inkomen
3
waar deze centra deel van gaan uitmaken; 3o de vorming van bedrijfsverzamelgebouwen in het kader van het SUWI-project; 4o het ontwikkelen van voorwaarden voor het ontstaan van een vitale reïntegratiemarkt en het beoordelen van het verzelfstandigen/ privatiseren van het reïntegratiebedrijf van de Arbeidsvoorzieningsorganisatie; 5o het initiëren van regionale platforms; 6o reorganisaties voor zover die verband houden met de vorming van de Centra voor werk en inkomen met inbegrip van de Centrale organisatie werk en inkomen waar deze centra deel van gaan uitmaken. 4. Bij de uitoefening van bevoegdheden als bedoeld in het eerste lid, worden de in artikel 25 genoemde exclusieve bevoegdheden van de daar met name genoemde directeuren in acht genomen, met dien verstande dat het Verandermanagement SUWI bevoegd is tot het afsluiten van: a. overeenkomsten met betrekking tot de organisatie van voorlichtings- en informatiecampagnes gericht op de uitvoeringsorganisaties genoemd in artikel 1, onderdeel m; b. overeenkomsten met betrekking tot externe advisering in het kader van voorlichtingsprojecten gericht op de uitvoeringsorganisaties genoemd in artikel 1, onderdeel m; c. overeenkomsten met betrekking tot onderzoek en beleidsinformatievoorziening. 5. Op de uitoefening van bevoegdheden als bedoeld in het eerste lid is artikel 28 van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat het doorverlenen van bevoegdheden aan een andere functionaris of persoon slechts is toegestaan nadat hiervoor vooraf schriftelijke toestemming is verkregen van de secretaris-generaal of de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Bevoegdheden kunnen ook worden doorverleend aan functionarissen of personen die niet rechtstreeks onder de vertegenwoordigingsbevoegde ressorteren. 6. De vertegenwoordigingsbevoegde brengt de door hem vastgestelde mandaat- en volmachtbesluiten onmiddellijk ter kennis aan de secretaris-generaal en de directeur Wetgeving, Bestuurlijke en Juridische Aangelegenheden.
Artikel 7i, mandaat Verandermanagement SUWI 1. Aan het Verandermanagement SUWI wordt mandaat verleend met betrekking tot het nemen van besluiten over en het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op: a. de in artikel 7b genoemde taken van de Veranderorganisatie SUWI; b. de in artikel 7c, onderdeel d, genoemde personeelsaangelegenheden. 2. Het in het eerste lid bedoelde mandaat omvat de bevoegdheid tot het nemen van besluiten over en het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking hebben op het verstrekken van subsidies waarvan de uitvoering aan de Veranderorganisatie SUWI is opgedragen. Artikel 7j, volmacht Verandermanagement SUWI Het Verandermanagement SUWI is, met inachtneming van de bepalingen van dit besluit en het Besluit privaatrechtelijke rechtshandelingen 1996, voor de Veranderorganisatie SUWI gevolmachtigd tot: a. het aangaan arbeidsovereenkomsten naar burgerlijk recht; b. het afsluiten van koop-, huur- en leaseovereenkomsten; c. het verlenen van opdrachten voor het aannemen van werk; d. het aangaan van overeenkomsten met derden met betrekking tot de tewerkstelling van arbeidskrachten ten behoeve van de Veranderorganisatie SUWI; e. het aangaan van overeenkomsten met betrekking tot advisering die gericht is op de uitoefening van de taken, genoemd in artikel 7b, van de Veranderorganisatie SUWI; f. het aangaan van overeenkomsten indien een mantelcontract van toepassing is; g. het aangaan van overeenkomsten voor het opleiden van medewerkers van de Veranderorganisatie SUWI. I Er wordt een nieuw artikel 15a ingevoegd, luidende: Artikel 15a, mandaat project-directeur-generaal SUWI De project-directeur-generaal SUWI is bevoegd tot het nemen van besluiten over en het vaststellen en ondertekenen van stukken die betrekking
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
hebben op de in artikel 6a genoemde aangelegenheden. J Artikel 18 (beperking mandaat procesmanager bureau Procesmanagement Samenwerking Werk en Inkomen) vervalt. K Bijlage 1 komt te luiden: L Bijlage 2 (lijnverantwoordelijkheden secretaris-generaal, plaatsvervangend secretaris-generaal, directeuren-generaal en project-directeur-generaal SUWI) komt te luiden: Bijlage 2 Lijnverantwoordelijkheden secretaris-generaal, plaatsvervangend secretaris-generaal en directeurengeneraal De secretaris-generaal geeft rechtstreeks leiding aan: • De plaatsvervangend secretarisgeneraal • De directeuren-generaal • De project-directeur-generaal SUWI • De voorzitter van de Veranderorganisatie SUWI • De Verandermanager UWV • De Verandermanager CWI • Directeur Algemeen- en SociaalEconomische Aangelegenheden • Directeur Analyse en Onderzoek • Directeur Financieel-Economische Zaken • Directeur Wetgeving, Bestuurlijke en Juridische Aangelegenheden De plaatsvervangend secretaris-generaal geeft rechtstreeks leiding aan de volgende directeuren: • Directeur Accountantsdienst • Directeur Algemene Zaken • Directeur Bestuursondersteuning • Hoofd Bureau uitvoering Europese subsidie-instrumenten • Directeur Personeel, Organisatie & Informatie • Directeur Voorlichting, Bibliotheek en Documentatie De directeur-generaal drs. R.IJ.M. Kuipers geeft rechtstreeks leiding aan de volgende directeuren: • Algemeen directeur Arbeidsinspectie • Directeur Arbeidsomstandigheden • Directeur Sociale Verzekeringen De directeur-generaal drs. W.H. van
4
Leeuwen geeft rechtstreeks leiding aan de volgende directeuren: • Directeur Arbeidsmarkt • Directeur Bijstandszaken • Directeur Toezicht De directeur-generaal (vacature) geeft rechtstreeks leiding aan de volgende directeuren: • Hoofd Bureau Programma-ondersteuning • Directeur Coördinatie Emancipatiebeleid • Directeur Arbeidsverhoudingen • Directeur Internationale Zaken M Na bijlage 2 wordt een nieuwe bijlage toegevoegd, luidende: Bijlage 3 Taakoverzicht – taakverdeling directies
bodversterkend scholingsbeleid, gesubsidieerde arbeid en andere ondersteunende maatregelen; 3o het bevorderen van een adequate uitvoering door de instanties die zijn belast met publieke taken op het terrein van het arbeidsmarktbeleid en het bevorderen van samenwerking en een adequate informatie-uitwisseling tussen deze instanties; 4o de Nederlandse bijdrage aan de totstandkoming van Europees beleid en Europese (subsidie)maatregelen op het terrein van de arbeidsmarkt, het voorbereiden van het beleid en de regelgeving gericht op de uitvoering van dit beleid en deze maatregelen op nationaal niveau en het bevorderen van een adequate uitvoering; 5o het beleid inzake de toelating van vreemdelingen tot de arbeidsmarkt en het tegengaan van illegale arbeid.
De beleidsdirecties
3. Taken directie Bijstandszaken De directie Bijstandszaken is verant1. Taken directeuren beleidsdirecties woordelijk voor de ontwikkeling van algemeen en de zorg voor het bijstandsbeleid. De directeuren van de beleidsdirecties Deze taak omvat de zorg voor: hebben de volgende taken: 1o de minimuminkomenswaarborg via 1o Zij dragen zorg voor analyse van de Algemene bijstandswet en andere de betekenis van elders gevoerd beleid inkomensvoorzieningen die door de en van maatschappelijke ontwikkelin- gemeenten worden uitgevoerd; gen en dragen zorg voor tijdige bij2o de bevordering van de uitstroom stelling van het beleid van de onder uit deze voorzieningen naar betaalde hen ressorterende directie. arbeid, en de beperking van de 2o Zij dragen zorg voor periodieke instroom in deze voorzieningen; evaluatie met betrekking tot de tot3o leefvoorzieningen voor zieken, standkoming en de effecten van het arbeidsongeschikten en gehandicapbeleid. ten; 3o Zij besteden aandacht aan de inte- 4o maatregelen ter voorkoming en gratie van nationaal en internationaal vermindering van sociale achterstand beleid. van degenen die langdurig op deze voorzieningen zijn aangewezen; 2. Taken directie Arbeidsmarkt 5o de invulling van de medebewindsDe directie Arbeidsmarkt is verantrelatie tussen Rijk en gemeenten met woordelijk voor de ontwikkeling van betrekking tot het beleid en de uiten de zorg voor het arbeidsmarktbevoering van deze voorzieningen; leid. Deze taak omvat de zorg voor: 6o de bevordering van een adequate 1o het bevorderen, in samenspraak uitvoering door gemeenten van de met sociale partners op centraal en genoemde voorzieningen. decentraal niveau, van een goede werking van de arbeidsmarkt en het 4. Taken directie Sociale scheppen van voorwaarden voor het Verzekeringen verminderen van de kwalitatieve en De directie Sociale Verzekeringen is kwantitatieve discrepanties tussen verantwoordelijk voor de ontwikkevraag en aanbod op de arbeidsmarkt ling van en de zorg voor het beleid en binnen specifieke sectoren en met betrekking tot de sociale verzekeregio’s; ringen. Deze taak omvat de zorg 2o het verbeteren van de kansen op voor: de arbeidsmarkt, met name van werk- 1o de sociale verzekeringsregelingen zoekenden en laagopgeleiden, en het wegens inkomensderving in verband stimuleren van arbeidsinpassing van met ziekte, arbeidsongeschiktheid en specifieke doelgroepen via een aan-
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
werkloosheid (inclusief Toeslagenwet); 2o de volksverzekeringen (Algemene Ouderdomswet, Algemene Kinderbijslagwet, Algemene Nabestaandenwet, Wet financiering volksverzekeringen); 3o de werkvoorzieningen gericht op (re)integratie van arbeidsgehandicapten en werklozen voor zover verband houdende met de regelingen bedoeld onder 1o en de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten; 4o de sociale verzekeringsaspecten van de volksgezondheid; 5o het beleid met betrekking tot aanvullende pensioenen; 6o het beleid met betrekking tot de verplichtstelling van pensioenregelingen; 7o het stelsel van sociale verzekeringen in brede zin; 8o het beleid met betrekking tot de structuur, inrichting en werkwijze van de uitvoeringsorganisatie van de sociale verzekeringen; 9o de onderhandeling over internationale verdragen betreffende de sociale verzekeringen en de bewaking van de verhouding tussen nationale beleidsvoornemens en internationale bepalingen; 10o de departementale coördinatie van het ouderenbeleid. 5. Taken directie Arbeidsomstandigheden De directie Arbeidsomstandigheden is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van en de zorg voor het arbeidsomstandighedenbeleid. Deze taak omvat de zorg voor: 1o het beleid met betrekking tot de kwaliteit van de arbeidsplaats en de functie-inhoud; 2o het arbeidsomstandigheden- en verzuimbeleid op branche- en bedrijfsniveau, waarbij het accent ligt op de preventie en reïntegratie in verband met arbeidsgebonden aandoeningen, beroepsziekten en bedrijfsongevallen; 3o de infrastructuur voor de ondersteuning van het arbeidsomstandighedenbeleid (deskundige diensten, certificering, samenwerking departementen); 4o het beleid met betrekking tot het voorkomen en verminderen van risico’s samenhangend met materiële bronnen (straling, machines, chemische processen, gevaarlijke stoffen), in relatie tot gezond en veilig werken.
5
6. Taken directie Arbeidsverhoudingen De directie Arbeidsverhoudingen is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van en de zorg voor het arbeidsverhoudingenbeleid. Deze taak omvat de zorg voor: 1o het arbeidsvoorwaardenbeleid met inbegrip van het beleid met betrekking tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten;
2o het systeem van arbeidsvoorwaardenvorming, de institutionele vormgeving van arbeidsverhoudingen en de advies- en overlegstructuren op het terrein van de arbeidsverhoudingen; 3o een basisniveau van bescherming en ordening voor werknemers op rechtspositioneel gebied en op bedrijfsorganisatorisch gebied met het accent op de organisatie en inhoud van de arbeid; 4o rechtspositionele aspecten met betrekking tot arbeid en inkomen,
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
waaronder ontslagrecht, flexibilisering en deeltijdarbeid; 5o de gelijkberechtiging en emancipatie in arbeid, zorg en inkomen; 6o de medezeggenschap van werknemers; 7o het beleid met betrekking tot de arbeids- en rusttijden en werktijdverkorting; 8o het adviseren en informeren over ontslagtaken (BBA 1945); 9o het beleid met betrekking tot de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie.
6
7. Taken directie Algemeen- en Sociaal-Economische Aangelegenheden De directie Algemeen- en SociaalEconomische Aangelegenheden is verantwoordelijk voor de ontwikkeling van en de zorg voor het algemeen sociaal economisch beleid. Deze taak omvat de zorg voor: 1o het generieke werkgelegenheids- en inkomensbeleid en het algemeen economisch en budgettair beleid; 2o het internationale algemeen economische en werkgelegenheidsbeleid; 3o de economische analyse van de verzorgingsstaat; 4o de economische aspecten van premie- en belastingheffing; 5o het niveau van het minimumloon en de koppeling van uitkeringen daaraan; 6o het beleid met betrekking tot de ontwikkelingen in de primaire, secundaire en tertiaire inkomenssfeer en de relatie inkomen en werkgelegenheid; 7o het beleid met betrekking tot de kosten- en werkgelegenheidsontwikkeling; 8o het beleid ten aanzien van de economische structuurvraagstukken (Interdepartementale Commissie Economische Structuur, milieu, technologie) in relatie met het werkgelegenheids- en inkomensbeleid; 9o de algemene vraagstukken van het stelsel van de volksgezondheid in relatie met het werkgelegenheids- en inkomensbeleid. De facetdirecties 8. Taken directie Wetgeving, Bestuurlijke en Juridische Aangelegenheden De directie Wetgeving, Bestuurlijke en Juridische Aangelegenheden is verantwoordelijk voor: 1o het bevorderen van de kwaliteit van wet- en regelgeving en van het bestuurlijk en juridisch handelen van het ministerie; 2o het behandelen van wetgevende, bestuurlijke en juridische aspecten van departements- en rijksbrede onderwerpen; 3o het adviseren over het gebruik van het instrument regelgeving, het ontwerpen van de teksten van alle wetten, algemene maatregelen van bestuur en ministeriële regelingen op het SZW-terrein, alsmede het verlenen van ondersteuning bij de parle-
mentaire behandeling van wetsvoorstellen; 4o het adviseren over en behandelen van bestuurlijke aangelegenheden, zoals het beleid inzake de zelfstandige bestuursorganen (ZBO’s), het adviesstelsel, bestuursakkoorden, het decentralisatiebeleid, de verhouding publiek-privaat en bestuurlijke vernieuwing; 5o het adviseren over en behandelen van juridische vraagstukken, zoals bezwaar- en beroepsprocedures en zaken van de nationale ombudsman (met uitzondering van bezwaarschriften, beroepschriften en klachten bij de nationale ombudsman van (ex)SZW-medewerkers inzake aangelegenheden verband houdende met de dienstbetrekking) alsmede aangelegenheden met betrekking tot de Wet openbaarheid van bestuur en de Regeling openbaarheid van bestuur Sociale Zaken en Werkgelegenheid; 6o het bijdragen aan de totstandkoming en implementatie van internationale verdragen respectievelijk regelingen, het toetsen van nationale (ontwerp)regelgeving aan het internationale recht, alsmede het behandelen van internationale juridische procedures.
analyses en het doorrekenen van de effecten van beleidsvoornemens; 5o het zorgdragen voor het ontwikkelen, onderhouden en toepassen van (integrale) ramingsmodellen en (integrale) kaders voor kwantitatieve beleidsanalyses; 6o de coördinatie van de departementale projecten gegevensverkeer en informatie- en communicatietechnologie (ICT-) ontwikkeling in de kolommen sociale zekerheid en arbeidsbemiddeling en de regiefunctie SZW op deze terreinen, voor zover zulks niet de uitdrukkelijke bevoegdheid is van het Verandermanagement SUWI. 7o het adviseren van het Verandermanagement SUWI met betrekking tot het aangaan van overeenkomsten, gericht op de uitoefening van de taken van de Veranderorganisatie SUWI, met betrekking tot advisering, onderzoek en beleidsinformatievoorziening.
10. Taken directie Internationale Zaken 1. De directie Internationale Zaken is verantwoordelijk voor: 1o het signaleren van en adviseren over internationale ontwikkelingen met betrekking tot het beleidsterrein van het ministerie; 9. Taken directie Analyse en 2o het adviseren over de standpuntbeOnderzoek paling en vertegenwoordiging van het De directie Analyse en Onderzoek is ministerie in internationale gremia, de verantwoordelijk voor: eenheid van optreden, de onderlinge 1o het ontwikkelen van een beleid met afstemming en de coördinatie; betrekking tot het verlenen van 3o het behandelen van internationale ondersteuning bij de beleidsinformadossiers die op meer dan een van de tievoorziening (data) door middel van andere directies betrekking hebben; het inventariseren van de informatie4o het zorgdragen voor rapportages behoefte, zo nodig beschikbaar aan internationale organisaties; maken van informatiebestanden en 5o het faciliteren met betrekking tot het toegankelijk maken van beleidsin- internationale netwerken en expertise, formatie; waaronder het bevorderen van plaat2o het ontwikkelen van een beleid met sing van SZW-medewerkers bij interbetrekking tot en het verlenen van nationale organisaties; ondersteuning bij de beleidsinforma6o de institutionele aspecten van de tievoorziening via extern onderzoek internationale organen en de door middel van het inventariseren Europese subsidie-instrumenten; van de onderzoekbehoeften en het 7o het vertegenwoordigen van het coördineren, programmeren, (doen) ministerie in internationaal overleg; uitvoeren en begeleiden van beleids8o het organiseren van internationale onderbouwend en -evaluerend onder- studiereizen voor SZW-medewerkers; zoek, alsmede het inventariseren en 9o het organiseren van ontvangsten toegankelijk maken van dergelijk en studiebezoeken van buitenlandse onderzoek en daarover adviseren; delegaties. 3o het zorgdragen voor het ontwikke- 2. Van de verantwoordelijkheid van len, onderhouden en toepassen van de directie Internationale Zaken zijn indicatoren en daarover adviseren; uitgezonderd alle aangelegenheden 4o het verzorgen van kwantitatieve met betrekking tot de tenuitvoerlegging van de nationale regelgeving ter
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
7
uitvoering van de Europese subsidieinstrumenten. 11. Taken directie Voorlichting, Bibliotheek en Documentatie De directie Voorlichting, Bibliotheek en Documentatie is verantwoordelijk voor: 1o het optreden als woordvoerder van de bewindspersonen; 2o het ontwikkelen van een departementaal voorlichtingsbeleid; 3o het coördineren van de toepassing en bewaking van de departementale huisstijl; 4o het organiseren van voorlichtingsen informatiecampagnes; 5o het (doen) produceren en distribueren van voorlichtingsmateriaal; 6o het verzorgen van persvoorlichting en -documentatie; 7o het verzorgen van de documentaire informatie en in functie daarvan het beheren van de departementale bibliotheek; 8o het organiseren van conferenties en dergelijke. De ondersteunende directies 12. Taken directie Personeel, Organisatie & Informatie De directie Personeel, Organisatie & Informatie is verantwoordelijk voor: 1o het adviseren over organisatie, personeelsmanagement, rechtspositionele aangelegenheden van (ex-)SZW-medewerkers, arbeidsomstandigheden, informatie en automatisering, planning & control en administratieve organisatie; 2o het desgewenst doorlichten van organisatie-eenheden en het begeleiden en implementeren van veranderingsprocessen; 3o het adviseren van de algemene leiding en de directies bij de inschakeling van externe advisering op de onder 1o bedoelde terreinen; 4o het voeren van het secretariaat van het georganiseerd overleg, met inbegrip van het ambtelijk secretariaat over de onderdeelscommissie centraal kantoor, de ondernemingsraden en de departementale ondernemingsraad; 5o het behandelen van bezwaarschriften, beroepschriften en zaken van de nationale ombudsman van (ex-)SZWmedewerkers inzake aangelegenheden verband houdende met de dienstbetrekking.
13. Taken directie Bestuursondersteuning De directie bestuursondersteuning is verantwoordelijk voor: 1o het zorgdragen voor de inhoudelijke, coördinerende, logistieke, administratieve en secretariële ondersteuning van de bewindspersonen, de secretaris-generaal, de plaatsvervangend secretaris-generaal, de directeurengeneraal en de project-directeur-generaal SUWI; 2o het zorgdragen voor interne en externe coördinatie ten aanzien van ministerraads- en parlementaire aangelegenheden; 3o het zorgdragen voor de administratieve begeleiding van wet- en regelgeving; 4o het zorgdragen voor kabinetszaken. 14. Specifieke taak directeur Bestuursondersteuning De directeur Bestuursondersteuning is verantwoordelijk voor: 1o besluiten over dienstreizen en representatieve aangelegenheden van de bewindspersonen, de secretarisgeneraal, de plaatsvervangend secretaris-generaal, de directeuren-generaal en de project-directeur-generaal SUWI; 2o alle aangelegenheden met betrekking tot voorstellen voor koninklijke onderscheidingen. 15. Taken directie Algemene Zaken De directie Algemene Zaken is verantwoordelijk voor: 1o het ontwikkelen van een beleid op het gebied van de interne bedrijfsvoering van het ministerie inzake aanschaffingen, documentaire informatievoorziening, energie, milieu, (kantoor)automatisering, huisvesting, vervoer, veiligheid en beveiliging, crisisbeheersing en bedrijfshulpverlening; 2o het ontwikkelen en toepassen van een bronbeleid op het gebied van de arbeidsomstandigheden, waaronder een arbotoets bij de aanschaf van materiële voorzieningen, het verrichten van periodieke en algemene arboinspecties; 3o het beheer van het hoofdgebouw, het verlenen van diensten op het gebied van de automatisering, zorg voor de commerciële inkoop, grafische- en postale aangelegenheden, de beveiliging en veiligheid, crisisbeheersing en het departementale archief; 4o het beheren van en het toezicht op
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
het beheer van inventarisgoederen van het ministerie, het toezicht op de dynamische archieven van de directies en het toezicht op de beveiliging en veiligheid; 5o het optreden als meldpunt integriteit. 16. Taken bureau Programma-ondersteuning Het bureau Programma-ondersteuning is verantwoordelijk voor: 1o de advisering en ondersteuning van als zodanig door de algemene leiding benoemde programmaleiders inzake de programma-aanpak, de samenstelling van een team, de werkmethodiek en de communicatie met en betrokkenheid van andere onderdelen van het ministerie; 2o het verzorgen van de logistieke en administratieve ondersteuning van programma’s. 17. Taken directie FinancieelEconomische Zaken De directie Financieel-Economische Zaken is verantwoordelijk voor: 1o het uitvoeren van de taken ten aanzien van de departementale begroting, het departementale financiële beheer en het toezicht daarop, de financiële administraties en informatiesystemen en de departementale jaarverantwoording als omschreven in de Comptabiliteitswet en de daarop berustende regelgeving, een en ander met uitzondering van de controletaken als bedoeld in artikel 22 van die wet. De coördinerende taken ten aanzien van het begrotingsproces strekken zich ook uit tot de premiegefinancierde uitgaven in de budgetdisciplinesector sociale zekerheid en arbeidsmarkt; 2o het uitvoeren van de taken ten aanzien van de personeels- en salarisadministratie voor het gehele ministerie, voor zover dat niet is opgedragen aan andere directies; 3o het zorgdragen voor het beleid met betrekking tot de administratieve organisatie van het ministerie wat betreft de financiële processen; 4o het adviseren van de beleidsdirecties, de algemene leiding en de bewindspersonen over beleidsvoornemens vanuit de optiek van doelmatigheid, doeltreffendheid, budgettaire inpasbaarheid, bekostigings- en financieringssystematiek en ordelijk financieel beheer; 5o het coördineren van onderzoeken
8
van de Algemene Rekenkamer en van de departementale activiteiten ter bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik; 6o het beheer van de pensioengarantieregeling voor oud-medewerkers van de emigratiecentrales; 7o het uitvoeren van bekostigingsactiviteiten die verband houden met de toekenning en de verrekening van subsidies, voorschotten en budgetten aan uitvoerende instellingen in het kader van wettelijke uitkerings- en subsidieregelingen, waarbij dit plaatsvindt aan de hand van vooraf opgestelde criteria, voorwaarden en modellen. 18. Taken Accountantsdienst De Accountantsdienst is verantwoordelijk voor de uitvoering van de taken van de departementale Accountantsdienst zoals omschreven in de Comptabiliteitswet en het Besluit taak DAD, alsmede de daarop berustende regelgeving. Toezicht en handhaving 19. Taken directie Toezicht De directie Toezicht is verantwoordelijk voor: 1o het, binnen het kader van de geldende wet- en regelgeving, ontwikkelen van een beleid inzake het toezicht op bestuursorganen, gemeenten en privaatrechtelijke instellingen belast met publieke taken, die onder toezicht van de minister van SZW staan; 2o de vormgeving van het toezicht, waaronder begrepen het, binnen het kader van de geldende wet- en regelgeving, ontwikkelen van een toetsingsinstrumentarium en het zorgen voor de ontwikkeling, vernieuwing en aanpassing van regelingen, instrumenten en systemen inzake het toezicht; 3o het zorgdragen voor de uitvoering van toezichtsactiviteiten: – het vormen van een beeld van de uitvoering door middel van informatievergaring; – het vaststellen of de wetsuitvoering overeenkomstig de (bedoelingen van de) wet plaatsvindt en of de aangegeven kaders en normeringen daarbij in acht worden genomen; – het treffen van maatregelen (waaronder mede begrepen overreding) om herhaling van ongewenst geachte situaties te voorkomen, dan wel (als de inrichting van wet- en regelgeving de oorzaak is van onjuiste uitvoering)
het geven van signalen aan de beleidsverantwoordelijke; – het vaststellen of de getroffen maatregelen het beoogde effect (het wegnemen van de tekortkomingen) hebben gehad; 4o het adviseren over de uitvoerbaarheid en controleerbaarheid/toetsbaarheid van nieuw beleid c.q. nieuwe wet- en regelgeving vanuit de optiek van het toezicht.
b. Hoofdingenieur-Directeur van de Dienst voor het Stoomwezen; c. Hoofdingenieur-Districtshoofd van de Dienst voor het Stoomwezen; d. districtshoofd van de Inspectie van de havenarbeid. De algemeen directeur van de Arbeidsinspectie draagt er uit hoofde van deze functies zorg voor dat de taken die bij en krachtens de wet aan deze functionarissen zijn opgedragen binnen de Arbeidsinspectie worden 20. Specifieke taak directeur Toezicht uitgevoerd, een en ander voor zover De directeur Toezicht is medeverant- deze passen binnen het kader van de woordelijk voor het huisvestingsbeleid in artikel 21, eerste lid, onderdelen 1o van de directie en levert uit dien en 2o , bedoelde taak. Hij oefent uit hoofde een bijdrage aan het departehoofde van die functies de bevoegdmentale huisvestingsplan. heden uit die bij en krachtens de wet aan de daar genoemde functionaris21. Taken Arbeidsinspectie sen zijn verleend, een en ander voor De Arbeidsinspectie is verantwoorde- zover deze passen binnen het kader lijk voor: van de in artikel 21, onder 1o en 2o , o 1 het toezicht op naleving van wetbedoelde taak. en regelgeving door werkgevers en werknemers door middel van het De overige directies opsporen van strafbare feiten, het hanteren van juridische instrumenten 23. Taken directie Coördinatie als aanwijzing, eis, dwangbevel en Emancipatiebeleid bestuurlijke boete en het uitvoeren De directie Coördinatie van regelingen, op de volgende terrei- Emancipatiebeleid is verantwoordelijk nen: voor: – arbeidsomstandigheden met inbe1o het ontwikkelen van de hoofdlijgrip van gevaarlijke werktuigen; nen en prioriteiten van een samen– de Kernenergiewet; hangend interdepartementaal emanci– arbeidsmarkt met inbegrip van ille- patiebeleid ter bevordering van de gale tewerkstelling van vreemdelingen integratie van het emancipatiebeleid en bevordering van arbeidsdeelname in het regeringsbeleid en het uitvoedoor minderheden; ren, (doen) monitoren en evalueren – arbeidsverhoudingen met inbegrip van dat beleid; van arbeidstijden en arbeidsvoor2o het uit dien hoofde stimuleren van waarden; de integratie van het emancipatiebe– sociale verzekeringen in zoverre het leid in het beleid van de afzonderlijke verplichte deelname aan pensioenredepartementen, het zorg dragen voor gelingen betreft; monitoring en evaluatie daarvan en 2o het adviseren over handhaafbaarhet zorgdragen voor het (doen) heid en uitvoerbaarheid van voorgeondersteunen van het emancipatienomen wet- en regelgeving; proces in de samenleving. 3o het zorgdragen voor een adequate informatiesystematiek en -voorziening 24. Taken Bureau uitvoering (monitoring) ten behoeve van evaluEuropese subsidie-instrumenten atie en ontwikkeling van beleid. Het Bureau uitvoering Europese subsidie-instrumenten is verantwoordelijk 22. Specifieke taken van de algemeen voor de uitvoering van de nationale directeur Arbeidsinspectie regelgeving op het terrein van sociale 1. De algemeen directeur AI is mede- zaken en werkgelegenheid ter uitvoeverantwoordelijk voor het huisvesring van doelstelling 4 van het tingsbeleid van de directie en levert Europees Sociaal Fonds en de uit dien hoofde een bijdrage aan het Communautaire Initiatieven. departementale huisvestingsplan. 2. De algemeen directeur van de Artikel 2, inwerkingtreding Arbeidsinspectie is tevens bekleed met Deze regeling treedt in werking met de functies van: ingang van de tweede dag na de daga. directeur-generaal van de arbeid;
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
9
tekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst. Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst. ‘s-Gravenhage, 23 november 2000. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, namens deze, de Secretaris-Generaal, R. Gerritse. Toelichting 1. Algemeen 1.Ter inleiding De voornemens van het kabinet – zoals neergelegd in het nader kabinetsstandpunt ‘Structuur Uitvoering Werk en Inkomen’ – zijn ingrijpend. De vele jaren van verandering in de sociale zekerheid moeten nu organisatorisch worden afgerond. De Arbeidsvoorzieningsorganisatie wordt gesplitst in een publiek en een privaat deel. Het publieke deel vormt de kern van een nieuwe Centrale organisatie werk en inkomen waar de Centra voor werk en inkomen deel van uitmaken. In de Centra voor werk en inkomen gaat de publieke arbeidsbemiddeling plaatsvinden. Het deel van Arbeidsvoorziening dat zich bezig houdt met reïntegratie, wordt geprivatiseerd en gaat concurreren met andere private aanbieders van reïntegratieactiviteiten. De uitvoeringsinstellingen die nu de werknemersverzekeringen uitvoeren worden samengevoegd tot één organisatie, het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV). De taken van het Landelijk instituut sociale verzekeringen (Lisv) worden grotendeels ondergebracht bij het UWV. De invoering van SUWI brengt substantiële wijziging van wet- en regelgeving met zich mee, waarbij veel directies van SZW betrokken zijn en die ook de nodige externe coördinatie en afstemming vereist. Daarom is een project-directeur-generaal SUWI (project-DG SUWI) aangesteld. De project-DG SUWI geeft leiding aan het beleids- en wetgevingsproces van SUWI. Het kabinet hecht eraan dat SUWI zorgvuldig wordt geïmplementeerd, mede om te waarborgen dat de uitvoeringsorganisaties hun reguliere werkzaamheden adequaat kunnen
blijven uitvoeren gedurende de implementatiefase. De minister van SZW stelt daartoe een tijdelijke veranderorganisatie in (de Veranderorganisatie SUWI; VO SUWI). 2. Scheiding van verantwoordelijkheden, samenwerking en afstemming De project-DG SUWI is verantwoordelijk voor de regie over het (beleids)kader en de wetgeving. Het Verandermanagement SUWI van de VO SUWI (VM) is verantwoordelijk voor de regie over de implementatie. Afstemming tussen ‘wetgevers’ en ‘implementators’ vindt plaats op het niveau van en in overleg tussen de project-DG SUWI en het VM. Ten behoeve van besluitvorming en advisering van de bewindspersonen legt de project-DG SUWI beleidsvoorstellen voor aan het VM en legt het VM consequenties van implementatie voor de beleidsontwikkeling voor aan de project-DG SUWI. Het voorgaande doet uiteraard niet af aan de mogelijkheid en noodzakelijkheid om medewerkers in beide trajecten en op alle niveaus te betrekken bij de voorbereiding en uitwerking van voorstellen. Om binnen het departement aanwezige expertise zo goed mogelijk te benutten, vindt periodiek afstemmingsoverleg plaats c.q. maakt het VM werkafspraken met de betrokken facet- en ondersteunende directies. Interne ondersteuning van de VO SUWI wordt aldus optimaal georganiseerd. 3. Organisatorische inbedding en vormgeving VO SUWI Gelet op de tijdelijke en specifiek omschreven taak wordt de VO SUWI als herkenbaar organisatieonderdeel omschreven in het Organisatie-, mandaat- en volmachtbesluit SZW 1999 (OMV-besluit). De VO SUWI omvat: • de voorzitter, de Verandermanager UWV en de Verandermanager CWI; zij vormen tezamen het Verandermanagement SUWI (VM) dat rechtstreeks onder de lijnverantwoordelijkheid van de SG valt; • de directeur en het personeel dat werkzaam is voor de VO SUWI; zij vormen het stafbureau. In algemene zin geldt dat het VM als geheel bevoegdheden uitoefent. De VO SUWI werkt projectmatig. Expertise wordt per deelproject en
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
projectfase deels tijdelijk ingehuurd en ingeleend. Een vaste formatie voor de totale organisatie en voor de duur van het totale project, is juist hierdoor minder zinvol. In de praktijk zal ongeveer twee derde van de benodigde expertise worden ingehuurd en/of ingeleend (vanuit onder meer de uitvoeringsorganisaties en overige SZWonderdelen). De feitelijke bezetting varieert tijdens de duur van het project. In de aanloopfase zal de bezetting worden opgebouwd en in de loop van 2001 naar een maximale omvang toegroeien. Vanaf het tijdstip van wettelijke invoering van het UWV en van de Centrale organisatie werk en inkomen waar de Centra voor werk en inkomen deel van gaan uitmaken (voorzien per 1 januari 2002) zal de bezetting van de VO SUWI afnemen en het organisatieonderdeel uiteindelijk worden opgeheven. Overgang van medewerkers naar de nieuwe zelfstandige bestuursorganen wordt verwacht. 4. Begrotingsuitvoering Tijdens het uitvoeringsjaar loopt SUWI mee in het proces van de departementale begrotingsuitvoeringsrapportages (BUR). Dit betekent dat de VO SUWI een BUR opstelt van alle budgetten en deze indient bij de directeur FEZ. In de departementale BUR neemt FEZ een afzonderlijke paragraaf op over de SUWI-budgetten. Na afloop van het jaar stelt de VO SUWI een (financiële) verantwoording op over de activiteiten van het afgelopen begrotingsjaar. 2. Artikelsgewijze toelichting Artikel 1, onderdeel g De Veranderorganisatie SUWI is geen directie in de zin van dit besluit. Dit betekent dat de normen die betrekking hebben op directies en de normen die gericht zijn tot de directeuren niet zonder meer van toepassing zijn op de Veranderorganisatie SUWI respectievelijk het Verandermanagement SUWI. Artikel 1, onderdeel k De voorstellen worden vastgelegd in het wetsvoorstel Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen en overige regelgeving. Artikel 2 Tot op heden lag het taakoverzicht
10
directies ter inzage in de bibliotheek van het departement en was het geen onderdeel van deze regeling. Omwille van de duidelijkheid is besloten dit taakoverzicht nu als bijlage 3 bij de regeling op te nemen. Artikel 3 In dit artikel wordt geregeld dat de project-directeur-generaal SUWI deel uitmaakt van de algemene leiding van het ministerie. Hij draagt daarmee medeverantwoordelijkheid voor de besluitvorming binnen de algemene leiding. Artikel 4, eerste lid, onderdeel b De secretaris-generaal geeft rechtstreeks leiding aan elk van de drie leden van het Verandermanagement SUWI, te weten de voorzitter van de Veranderorganisatie SUWI, de Verandermanager UWV en de Verandermanager CWI. De Verandermanager UWV en de Verandermanager CWI zijn derhalve niet ondergeschikt aan de voorzitter van de Veranderorganisatie SUWI, maar vallen rechtstreeks onder de leiding van de secretaris-generaal. Artikel 4, eerste lid, onderdeel d De secretaris-generaal stelt zowel regels voor de vervanging van de leden van de algemene leiding in geval van afwezigheid als in geval van vacatures. Het is hierbij mogelijk dat geregeld wordt dat leden van de alge-
mene leiding elkaar vervangen, maar het is ook mogelijk dat de taken en bevoegdheden van een lid van de algemene leiding (deels) worden waargenomen door bijvoorbeeld een daartoe aangewezen directeur.
In het derde lid is het uitgangspunt van uitoefening van bevoegdheden door de drie verandermanagers tezamen neergelegd. Op dit uitgangspunt worden de volgende uitzonderingen gemaakt: • bij ontstentenis van één van de Artikel 6a leden van het VM kunnen de overige Dit artikel omvat een beschrijving twee leden de bevoegdheden van het van de verantwoordelijkheden van de VM uitoefenen; project-DG SUWI. De bijbehorende • de Verandermanager UWV is zelfbevoegdheden zijn opgenomen in arti- standig bevoegd tot het nemen van kel 15a. beslissingen op de deelterreinen die verband houden met de vorming van Artikel 7h het UWV; In het eerste lid wordt geregeld dat • de Verandermanager CWI is zelfdoor de Veranderorganisatie SUWI standig bevoegd tot het nemen van in beginsel de voor de rijksdienst en beslissingen op de deelterreinen die de voor het ministerie geldende verband houden met de vorming van beleids- en uitvoeringsregels in acht de Centra voor werk en inkomen met genomen moeten worden. Een en inbegrip van de Centrale organisatie ander voor zover daarvan niet wordt werk en inkomen waar deze centra afgeweken. deel van gaan uitmaken. In het tweede en vierde lid zijn enkele uitzonderingen opgenomen. De Minister van Sociale Zaken Het betreft met name overeenkomen Werkgelegenheid, sten met betrekking tot onderzoek en namens deze, beleidsinformatievoorziening, externe de Secretaris-Generaal, advisering in het kader van voorlichR. Gerritse. tingsprojecten en de organisatie van 1 Stcrt. 1999, nr. 182; laatstelijk gewijzigd bij minisvoorlichtings- en informatiecampagteriële regeling van 12 juli 2000 (Stcrt. 135). nes gericht op de uitvoeringsorganisaties. Ten aanzien van overeenkomsten waarop de Europese aanbestedingsregels van toepassing zijn gelden overigens de gebruikelijke departementale procedures.
Uit: Staatscourant 30 november 2000, nr. 233 / pag. 16
11