Wij zijn al van alles geweest
Eerste druk, 2014 © 2014 Steven Terwindt Coverbeeld: Pepijn de Vries isbn: nur:
9789048431939 340
Uitgever: Free Musketeers, Zoetermeer www.freemusketeers.nl
Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden de auteur en uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor de directe of indirecte gevolgen hiervan. Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever worden openbaar gemaakt of verveelvoudigd, waaronder begrepen het reproduceren door middel van druk, offset, fotokopie of microfilm of in enige digitale, elektronische, optische of andere vorm of (en dit geldt zonodig in aanvulling op het auteursrecht) het reproduceren (I) ten behoeve van een onderneming, organisatie of instelling of (II) voor eigen oefening, studie of gebruik welk(e) niet strikt privé van aard is.
Wij zijn al van alles geweest steven terwindt
Deel 1
Luc moet er gewoon even tussen uit knijpen. Het is buiten net weer droog, dat komt goed uit. Anders gaat het weer de verkeerde kant op. En hij wil geen strijd, geen ruzie met Vera. Niet als het ook anders kan. Dat heeft hij genoeg gehad; vechtrelaties en de daarop volgende vechtscheidingen. Waar ging het ook weer precies over? Gek dat je dat eigenlijk zo snel vergeet, na een woordenstrijd. Het hete hangijzer is meestel het gedrag van Kim, Vera’s dochter, en hoe Vera en hijzelf hierop reageren. Hoe kan het ook anders; ik moest wel even weg, denkt Luc wat wrang, terwijl hij langs de Lange Gracht loopt, richting de Waag. Je wordt er niet lekker van, Vera en hij hebben de laatste tijd steeds vaker woorden over de vijftienjarige Kim. Nu spitsen de conflicten zich vooral toe op het uitgaan en het tijdstip van thuiskomen. Hij vindt dat Vera veel te lief is voor Kim, veel te toegeeflijk als haar dochter alle regels met voeten treedt. Hij snapt heel goed dat het geen sinecure is om als alleenstaande ouder een puberdochter groot te brengen, zeker in deze tijd. Vooral als de vader het laat afweten. Maar Luc wordt er chagrijnig van; ouders gunnen hun kroost dan wel het beste van het beste, materieel gezien, maar wat is het resultaat van al die verwennerij? Kinderen gaan denken dat ze alles kunnen hebben als zij maar een kik geven, zij gedragen zich onbeheerst en creëren drama na drama als zij niet kunnen krijgen waar zij hun zinnen op hebben gezet. Als het Magnumijs op is, dan zijn de rapen gaar, ook al meteen in de supermarkt. Verwachtingen en verlangens van de jeugd nemen steeds maar toe, buiten alle proporties. Straffen is uit de gratie, is steeds meer uit de opvoedcultuur verdrongen door een toegeeflijkheid die weer vraagt om een reactie, die vroeg of laat zeker zal komen: extra strenge controle, inperking van genoten privileges. Terug naar hoe het vroeger was, zoals Luc’s opa en oma zijn grootgebracht? Terug naar een tijd dat je bijna niets mag als kind? Nee, dat alsjeblieft niet, denkt hij. Ach, wat heb je aan al die uitersten. Eerst hadden de kinderen niks in te brengen dan lege briefjes, nu is het de omgekeerde wereld: kinderen manipuleren hun ouders bij het leven en leren niet meer wat zelfdiscipline en volharding is. Luc loopt nu via de Singel naar de Oude Vest. Het zonnetje schijnt 6
door de nog verse regendruppels van de felle herfstbui van daarnet. Hij houdt van deze stad, Leiden; het is de stad waarin hij met zijn studiegenoten op het jaarlijks feest van het Leidse Ontzet de vermaarde kroegentocht liep. Drie oktober, de dag waarop je hutspot met haring eet, net als de stedelingen toen, in hun eerste goed geslaagde verzet tegen de Spanjolen die al decennia de Zeven Provinciën bezetten. De stad waar dan ook de 3 oktober lezingen gegeven werden, over boeiende thema’s, zoals: Wat hebben de Nederlanden van de Spaanse cultuur overgenomen? Het is ook de stad waarvan de grachten ware natuurreservaten zijn geworden, voor zoetwatervissen en tropische waterplanten. Ook Vera is van de stad gecharmeerd geraakt in de loop der jaren. Ze wonen ook op een heel prettige plek. Een huis met drie verdiepingen, aan de gracht met redelijke tuin op het zuidwesten. Luc begon vrijwel meteen na de verhuizing met het planten van een Boskoop – druif, die bijna elk jaar nu goede zoete trossen levert. Het grootste deel van de tuin en het balkon blijken zo zonnig en beschut tegen koude noordoosten winden te liggen, dat zij samen een enclave van de Frans-Italiaanse Riviera hebben kunnen creëren. Vera is dol op vijgen, en in de herfstmaanden kunnen ze van zoete verse zakvruchten smullen. Luc heeft ook meteen een waaierpalm geplant, op het meest beschutte plekje. En deze palm reikt nu tot aan hun balkon. Iets beter gestemd loopt hij via de Oude Rijn naar de Kaasmarkt. Dichtbij ligt zijn stamkroeg, waar hij op een kruk plaatsneemt en een cognacje bestelt. Vera heeft een kop thee voor zichzelf gezet. Eindelijk is zij wat bekomen van de ruzie met Luc. Zelfs voor Luc is er nog wel een klein kopje over als hij thuiskomt, denkt zij narrig. Hij mag soms best een toontje lager zingen! Hij weet niet wat Kim allemaal heeft meegemaakt vroeger. Ze kwam op de middelbare school in een verkeerde vriendinnenclan terecht. Daar kan een vijftienjarige toch ook niet direct mee omgaan zoals een volwassene. En haar ex Dirk, Kim’s vader…nee, daar gaat zij nu even haar gedachten niet aan wijden. Vera heeft niet voor niets een hekel aan het woord “ex”. Niettemin dringen de herin7
neringen zich weer op: hoe Dirk steeds minder deed, vooral sinds hij als psycholoog werkloos werd en daarna eigenlijk nooit meer aan het werk kwam. Ook thuis deed hij steeds minder. Hij ging steeds meer op haar leunen, op een vreselijk kleffe en stroperige manier. Vera was nog geen achttien toen zij Dirk leerde kennen. Ze woonde toen nog thuis bij haar ouders en was net begonnen aan een opleiding tot sport- en fitnessinstructeur. Ze ontmoetten elkaar in een Amsterdamse kroeg in de Reguliers – buurt, bekend als de Schaal van Richter, en in die tijd (het begin van de tachtiger jaren) je van het. Als men zich daar als man vertoonde in een streepjesoverhemd a la Jan Lenferink, dan hoorde je er helemaal bij. Ja, Vera kan genoeg positieve herinneringen aan Dirk ophalen, vooral in die begintijd: hoe spontaan hij was en hoe hij haar later in een impuls uit het ouderlijk huis haalde, waar zij een ouderrol op zich had genomen door voor moeders welzijn te zorgen. Zij voelde zich daar over – verantwoordelijk voor. Hij voerde haar mee naar zijn etage in Oud – West, waar hij nu nog steeds woont. Al dertig jaar, letterlijk drie hoog achter. Vera moet vervolgens denken aan de eerste keer dat zij Luc ontmoette in de Hortus Botanicus, begin negentiger jaren. Dat was ook in de Grote Stad, eens het Magisch centrum genaamd. Later gingen zij vaak swingen in een New Age Centrum: Oibibio, tegenover het Centraal Station. Het was alleen wel jammer dat de dansruimte beperkt was. In eerdere jaren had je het danswalhalla van de Kosmos, waar Dirk en Vera alle ruimte hadden om zich helemaal uit te leven. Vera is dol op dansen, vooral op een ongeremde en creatieve wijze. Ook Zorba The Buddha was een perfect danspodium, licht en ruim. En nu is Oibibio ook al weer ter ziele. Het klikte meteen. Vera was nog geen dertig jaar, Luc negen jaar ouder. O wat was Luc interessant voor haar toen, ook omdat hij zo totaal anders was dan de nog steeds in het hippiedom verkerende Dirk. Minder kinderlijk, professioneel ontwikkeld, soms wat afstandelijker en mysterieuzer; daardoor was het allemaal veel spannender. Hij was soms bijna koel, hetgeen nu ook wel eens erg irritant kan zijn. Maar 8
hij kan ook heel passioneel en geconcentreerd zijn in wat hij doet. Zijn levenslust en soms kinderlijke hang naar nieuwe ervaringen waren nieuw voor Vera. Haar ouders staan nogal angstig in het leven. Dat is altijd zo geweest. Haar vader drukte haar steeds op het hart, dat zij een goede opleiding zou volgen. Hij reageerde altijd met ach en wee als zij met een slecht cijfer thuiskwam. Het was zeker goed bedoeld, maar hij is zelf in 1981 werkloos geraakt en dat stond hem aldoor als een doembeeld voor ogen; zij moest en zou altijd werk hebben. Hij werd zelf als overbodig mechanicus afgevloeid, met een paar maandjes salaris als doekje voor het bloeden. Vader was progressief, ging met zijn tijd mee. Ook vrouwen moesten een goede opleiding kunnen volgen. Hij dacht echter steeds in angstscenario’s. Vader wilde dat Vera minstens een HBO opleiding zou gaan volgen. Het werd MBO, sportinstructeur. Ook moeder was vaak bezorgd, voor alles. Vera heeft als enige dochter vaak op haar tenen gelopen om moeder werk uit handen te nemen, of gerust te stellen als zij bang was dat de maaltijd die ze voor gasten klaarmaakte, niet gelukt was. Moeder was een dochter van een kantoorklerk uit Groningen en zijn Franse vrouw. Haar ouders waren stapelgek op Vera en probeerden haar voor alle mogelijke onheil te behoeden. Misschien daardoor, was Vera als kind nogal onzeker over zichzelf. Vera maakt zich naar haar zin nu nog te vaak druk om wat anderen vinden of willen, of dat nu een vriendin is, haar dochter, of wie dan ook op haar werk. Alleen om Luc hoeft ze zich veel minder zorgen te maken. Hij is altijd een grote steun voor haar geweest. Vera voelt een glimlach opkomen die haar boosheid enigszins doet wegebben. Ach ja, die passie van Luc; voor zijn vak, voor muziek, en voor haar ook. Luc speelde in de eerste tijd dat ze samen waren, wel eens piano in een paar cafés, achtergrondmuziek puur voor het plezier ervan. Die paar gulden die hij ervoor kreeg, daarvoor hoefde hij het niet te doen; nu zou hij hier nog geen kwartier voor hoeven te werken. Hij speelde liedjes van Paul Simon, het idool voor Luc, die toen als eerste grote popartiest in Zuid-Afrika optrad. Vera vindt het nog steeds fijn als hij wat speelt, popliedjes of klassieke stukjes van Bach, Debussy, Smetana, of eigen nummers. Later maakte hij CD’s waarvan 9
de opbrengst naar goede doelen ging, zoals de tsunami in het Verre Oosten, of de grote aardbeving in Pakistan. Luc houdt ook van zijn vak. Hij voelt zich in zijn element als hij allerlei objecten als winkelpanden, woningen, zelfs parkeerterreinen kan ontwerpen die niet fout zijn, en ook wat betreft vorm en ligging goed in de omgeving passen. Vooral het ontwerpen van lastige projecten zoals nieuwe afdelingen van ziekenhuizen of buurt- en gezondheidscentra, vindt Luc een uitdaging waar hij vol elan tegenaan gaat. Hij vindt het een sport om de ideeën van de klanten zelf te integreren met de eisen die aan de gebouwen worden gesteld, en uiteraard ook met de gestelde voorwaarden van de subsidiënten, mochten die er zijn. Vernieuwing in vorm en materiaal moeten liefst gepaard gaan met eisen van duurzaamheid en milieuvriendelijkheid. O, wat is zij weer over hem aan het mijmeren! Ze vergeet zichzelf en haar eigen prioriteiten zo snel. Zij zal zich nu echter niet van haar doel laten afleiden: het levensgeluk van haar dochter Kim. Dan ziet zij ineens in, dat dit doel toch ook weer een ander dan haarzelf betreft… Het heeft nog niet echt goed geboterd tussen Kim en Luc. Het is het onderhand klassiek geworden verhaal: getrouwd – gescheiden – geruzie en getouwtrek tussen de ouders. Kim lijkt momenteel het kamp van haar vader te kiezen. Dus hoort moeder tot het andere kamp. Zij vindt haar moeder soms stom en achterlijk, zeker sinds zij Luc als partner heeft. Kim lijkt te denken dat zij twee tegen haar samenspannen om hun zin te krijgen. Vera kan nog zo vaak zeggen dat dit niet zo is, het heeft geen effect. Ach, denkt zij wat weemoedig, terwijl ze nog een slok behoorlijk afgekoelde Yogi thee drinkt, wat verlang ik soms terug naar de tijd dat Kim nog een dreumes was van 4 of 5 jaar. Ze was zo lief toen. En Dirk was in die jaren nog voldoende aanwezig, fysiek en psychisch, om een echte vader te zijn. Zolang het maar niet te moeilijk was. Dirk houdt niet van complexe situaties en moeilijkheden die overwonnen moeten worden. Hij voelde zich in die laatste jaren dat zij nog samen waren, steeds minder verantwoordelijk voor het gezin en haakte als opvoeder steeds meer af, ook toen Vera hem vroeg om meer te doen in het huishouden. Ze heeft geprobeerd om te onderhandelen 10