Wie
zaait moet oogsten
Trendsetter Jelle Medema maakte moestuinieren hip onder twintigers en dertigers.
16 zaterdag 31 mei 2014
trend moestuinieren
De een doet het op een vierkante meter, de ander op een lap grond op een tuincomplex. ‘Ik ben een stadskind, maar heb er vertrouwen in dat we iets moois van onze moestuin gaan maken.’ Tekst: Jeroen Kreule Foto’s: Marco Hofsté
M
et gif bespoten groente en genetisch gemanipuleerde gewassen zijn eerder regel dan uitzondering. Steeds meer mensen willen daarom weten wat ze eten. ,,Het besef groeit dat we misdadig omgaan met de natuur. Dus telen we bloemkolen en tomaten zelf, onder de noemer ‘verbeter de wereld, begin bij jezelf’. En het is nog lekkerder ook,’’ zegt Chris Zijdeveld, voorzitter van het Algemeen Verbond van Volkstuinder Verenigingen in Nederland (AVVN). Hadden de meeste volkstuincomplexen pakweg vijftien jaar geleden te kampen met leegstand, nu hebben ze vrijwel allemaal te maken met wachtlijsten. De AVVN behartigt de belangen van ruim tweehonderd van die complexen en circa honderdduizend hobbytuinders. Volgens Zijdeveld staan veel tuincomplexen onder druk, vooral in de steden. ,,Vanwege de wachtlijsten willen ze graag uitbreiden, maar veel wethouders zien liever woningbouw. Dat botst. Wij springen in de bres voor onze tuinparken. Als het moet, procederen wij.’’ Vooral jonge gezinnen beginnen een moestuin, zegt Zijdeveld. ,,Met vaak de vrouw als drijvende kracht.’’ Groenten mogen anno 2014 ook mooi zijn, zegt Lilian Korteweg van Tuinieren.nl en
het magazine Tuinieren. ,,Neem venkel. Die ziet er toch prachtig uit? Boontjes zijn ook mooi. En laatst zag ik een heel rijtje rabarberplanten: ’t was net een haagje.’’ Wat haar betreft hoeven groenten in de eigen tuin niet langer in een apart hoekje te staan. ,,Ze passen prima tussen de planten en de bloemen. Hier een kropje sla, daar drie sierplantjes en verderop de peterselie of oregano. Ik heb het vorig jaar gezien tijdens de Chelsea Flower Show.’’ Opvallend genoeg heeft Korteweg zelf geen tuin. ,,Wel een balkon, dus de ruimte is beperkt. Naast vaste planten en klimmers in potten groeien er kruiden. ,,En aardbeien. Heerlijk. Geen gedoe, overzichtelijk en lékker.’’ Jelle Medema, moestuinier die van groenten telen zijn beroep heeft gemaakt, weet een prima alternatief voor mensen die geen zin of tijd hebben om een standaardmoestuin te beginnen: Jelle’s Makkelijke Moestuin. Dat is tuinieren in bakken van ongeveer een vierkante meter in de tuin of op het balkon. ,,Onkruid wieden is niet nodig. En je hoeft niet eerst een kwartier te fietsen om een handje kruiden te plukken.’’ Medema ziet in de ‘verticale oase’ de trend van dit jaar. ,,We gaan de lucht in. Hoe? Met klimrekjes waar bijvoorbeeld tomatenplanten en courgettes tegenaan kunnen groeien. En neem maar van mij aan dat dat er mooi uit komt te zien, misschien nog wel mooier dan een siertuin.’’ ➜
Even geduld a.u.b. Moestuinieren is zo populair dat bij de meeste complexen lange wachtlijsten bestaan.
magazine 17
240.000 Nederlanders zijn lid van een volkstuinvereniging
➽ Jelle Medema (20) woont in Groningen. Bedenker van Jelle’s Makkelijke Moestuin. Hij schreef een praktisch moestuinboek, blogt en begeleidt schooltuinprojecten.
‘I
k kreeg laatst een mailtje van een autistische dude die al z’n leven lang droomde van een eigen moestuin, maar het nooit aandurfde. In zijn hoofd zag de man die tuin wel, maar hij wist niet hoe hij er een systeem in kon aanbrengen. Totdat hij het principe van Jelle’s Makkelijke Moestuin leerde kennen: neem een houten bak van ongeveer 1,20 meter bij 1,20 meter, vul deze met Makkelijke Moestuinmix – compost, turf en het mineraal vermiculiet – en maak vervolgens vakjes van 30 bij 30 centimeter. Elk vakje beplant je met een andere groente. De man zag een systeem, ging meteen aan de slag en was echt belachelijk blij dat het was gelukt. Daar bedankte hij mij voor. Groente verbouwen is een makkie, er is niks omslachtigs aan. Als ik het kan, kan iedereen het. Je hoeft nauwelijks te wieden en je hebt geen duur gereedschap nodig: een tuinschepje, een emmer, een leeg boterkuipje om mee te gieten, een mesje en een schaar. Voor een tientje was ik klaar.
Ik was 8 toen ik een moestuintje achter het huis van mijn ouders had, op het Groningse platteland. Het was geen succes, want ik was alleen maar onkruid aan het wieden. Op mijn 14de kreeg ik het boek Square Foot Gardening van Mel Bartholomew cadeau, over tuinieren op een vierkante meter. Ik was onder de indruk van de eenvoud van het concept, nam contact op met de auteur en vroeg of ik zijn ideeën in Nederland verder mocht verspreiden. Ik verzamelde oude planken en timmerde een paar bakken in elkaar. Ik werd gegrepen door ‘de magie van groeiende plantjes’ en deelde mijn ervaringen op een website. Aanvankelijk trok mijn blog vooral de aandacht van mensen uit het alternatieve circuit, maar inmiddels word ik ook gevolgd door vriendinnenclubjes uit ’t Gooi. Ik sta zelf ook te kijken van mijn suc-
18 zaterdag 31 mei 2014
‘Ik ben geen gestoorde groentegek en al helemaal geen moestuingoeroe’ ces. Blijkbaar vinden mensen het bijzonder dat zo’n jong joch als ik enthousiast kan doen over het verbouwen van groente. Ik ben geen gestoorde groentegek en al helemaal geen moestuingoeroe. Ik denk dat ik weet waarom steeds meer mensen hun eigen groenten en fruit willen verbouwen: het is goedkoop, lekker en leuk. Wie tuiniert, weet precies wat hij eet. Weet je wat groente uit eigen tuin met mij doet? Ik voel me vitaler en gezonder. Ik durf zelfs wel te beweren dat mijn liefdesleven er beter van is geworden.’’
➽ Maaike Vieten (34) woont in
Voorhout en is huisvrouw. In haar achtertuin staan drie zelfgemaakte bakken, bij elkaar zo’n 5 vierkante meter. Ze is in mei 2013 begonnen met moestuinieren.
‘Z Hokjesdenken Jelle pionierde met tuinieren op de vierkante meter.
elfverbouwde radijsjes smaken lekkerder dan radijsjes uit de supermarkt. Vraag maar aan Luca, mijn zoon van 4. Hij lustte ze nooit, totdat hij het proces van zaaien tot oogsten van nabij meemaakte. Hij vindt het prachtig om te helpen. Tien jaar geleden wilde ik al zelf groenten verbouwen. Ik kocht zaadjes, maar het kwam er toen niet van. Maar vorig jaar wel. We hadden houten vlonders in de tuin, maar wilden tegels. Ik vond het zonde die vlonderplanken weg te gooien. Ineens kwam ik op het idee er moestuinbakken van te maken. Na wat speuren op internet kwam ik op de website van Jelle, van de Makkelijke Moestuin. Ik heb de bakken gevuld met zijn moestuinmix. Alles groeit erop, zelfs de oude zaadjes uit mijn studententijd. Ik heb vakjes van 30 bij 30 centimeter gemaakt, zodat in elk vakje iets anders kan worden gezaaid. Ik ben begonnen met eenvoudige groenten, zoals radijsjes, wortels, sla en rucola, inmiddels verbouw ik ook broccoli, bloemkool, witte kool en bietjes. Het is toch fascinerend dat die piepkleine zaadjes in korte tijd kunnen uitgroeien tot zoiets moois en lekkers als
Tuinknecht Maaikes zoon Luca lustte nooit radijsjes, totdat hij ze in de eigen tuin zag groeien.
rucola? Als ik in een van mijn bakken kijk en zie dat er een zaadje ontkiemt, sta ik soms echt te juichen. Al jaren heb ik een sterke voorkeur voor biologisch, maar biologische producten zijn best duur. Ook daarom ben ik zelf met moestuinieren begonnen. Ik weet graag wat ik eet. Bovendien vind ik het belangrijk dat mijn kinderen weten waar groenten vandaan komen. Mijn grootouders en ouders waren bijzonder vooruitstrevend met eten. Mijn ene oma is al decennia vegetariër, mijn andere oma at in de jaren ’50 al zemelen en havervlokken bij het ontbijt. En mijn vader at macrobiotisch. Hij had vroeger een volkstuin, op een paar kilometer fietsen van ons huis. We woonden in de polder. Regelmatig moest hij een kwartier tegen de wind in trappen om vervolgens een uur onkruid te wieden. Soms kwam hij ineens met een hele vracht bonen thuis, die wij dan de hele week moesten eten. Af en toe ging ik mee, dan scharrelde ik wat rond. Mijn moestuin is niet te vergelijken met die van mijn vader. Ik hoef niet te fietsen en nauwelijks onkruid te wieden. Mijn bakken staan op pootjes van een meter hoog. Ik hoef nooit te bukken en kan zelfs zittend bezig zijn. Buurtkatten kunnen er niet bij en ik heb nooit last van slakken. Mijn bakken zijn overzichtelijk, in elk vakje kun je soms meerdere keren per jaar iets verbouwen. Ik hoef geen twintig slaplantjes, een paar is genoeg. Ik pluk gewoon wat blaadjes van de buitenkant en laat het kropje verder groeien. Door mijn enthousiasme willen de achterburen nu ook een paar moestuinbakken op hun balkon. En ook mijn zwager en schoonzus zijn een paar weken geleden begonnen. Blijkbaar werkt het aanstekelijk. Niks mis mee om wat meer zelfvoorzienend te zijn, toch? Het liefst zou ik ook kippen in de achtertuin willen hebben. Of een paar koeien, maar dat is irreëel. We houden het voorlopig bij groenten en kruiden.’’ ➜
‘Door mijn grote enthousiasme willen de achterburen nu ook moestuinbakken’
3,5 jaar
5 à 6 jaar
1 jaar
wachttijd bij Amateurtuindersvereniging De Pioniers in Utrecht
wachttijd bij Tuinpark Nut & Genoegen in Amsterdam
wachttijd bij Volkstuinvereniging De Eendracht in Zutphen
magazine 19
‘Mijn vriendin zegt dat ik straal als ik in de tuin ben geweest’ ➽ Rogier Moed (36) woont in Den Haag en heeft een coachingsbureau. Sinds maart van dit jaar heeft hij een moestuintje van zo’n 20 vierkante meter op een volkstuincomplex op 10 minuten fietsen.
‘B
egin dit jaar was ik nog een leek op moestuingebied. Oké, als je niks doet, dan groeit er onkruid, dat wist ik dan nog wel. Ik heb kennis opgedaan via internet, verder ben ik naar een voorlichtingsavond van de gemeente geweest. In die zin ben ik echt een beginner: er gaat een nieuwe wereld voor me open. Ik heb geen grootste plannen. Ik ga sla en wortels verbouwen, geen bijzondere dingen. Ook wil ik graag een frambozenstruikje planten. En mijn vriendin wil goudsbloemen. Het lijkt me vooral heel fijn om in de aarde te wroeten. Ik wil letterlijk dat contact voelen. Voor mijn werk ben ik veel met mijn hoofd bezig. Heel interessant, maar die tuin heb ik nodig als tegenhanger. Mijn
20 zaterdag 31 mei 2014
vriendin zegt dat ik straal als ik in de tuin ben geweest. Kijk eens naar een bloemkool in de supermarkt: die ziet er bijna opgeblazen uit. Ik ben zelf steeds bewuster gaan eten. Een kleine, onbespoten bloemkool waar de modder nog aan zit, spreekt mij veel meer aan. Zo’n bloemkooltje voelt aan als écht eten. Het is in Den Haag niet makkelijk om een tuin te bemachtigen. Voor de volkstuincomplexen zijn wachtlijsten, verder heb je een aantal schooltuincomplexen met zogenoemde buurttuinen. Als particulier kun je zo’n tuin van de gemeente huren, maar het grote nadeel is dat je ’m maar één seizoen kunt gebruiken: iedereen moet zijn perceeltje aan het einde van het jaar schoon opleveren. Dan kan ik die frambozenstruik wel vergeten, want die heeft meer dan een seizoen nodig om te groeien. En die tuinen zijn zo populair dat mensen uren in de rij staan op de dag dat de inschrijving is geopend. Ik had
geen zin om daaraan mee te doen. Ik had geluk, want een van die complexen is onlangs door de gemeente afgestoten en overgegaan in een stichting. Toen ik daar achter kwam, ben ik er gelijk achteraan gegaan. Er was nog één tuintje over en dat heb ik dus nu. De regels zijn strikt. Je mag er geen huisje op zetten, de omheining mag niet hoger zijn dan 50 centimeter. Het valt me op dat er niemand jonger is dan ik, maar dat maakt me niks uit.’’
➽ Lotte van Baalen (26) woont in
Utrecht. Ze is pedagoge en werkt als coördinator op een tussenschoolse opvang. Samen met Jeremy Dragtenstein (24) huurt ze sinds oktober 2013 een tuin van circa 150 vierkante meter op het complex van Ons Belang in Nieuwegein.
‘W
eet waar je aan begint, een tuin kost tijd,’ waarschuwde de voorzitter van Ons Belang. Met name in het hoogseizoen ben je veel tijd kwijt aan onderhoud. Onkruid wieden dus. Zo’n acht uur per week, vertelde hij. Jeremy heeft eerst de boel omgespit, daarna moest er worden gefreesd. Pittig werk, dat spitten. Of ik heb meegeholpen? Natuurlijk niet: spitten in die harde, natte kleigrond is veel te zwaar voor mij. Jeremy en ik zijn goed voorbereid. We hebben veel boeken gelezen en informatie van internet geplukt. Op een middag zijn we in een café gaan zitten, met zaadlijsten, pen en papier in de aanslag. Dáár is besloten wat we gaan verbouwen. Aan de ene kant komen kruiden en bloemen, aan de andere groenten, onder meer spinazie, radijs, courgette, sla en rode kool.
Aards Rogier vindt het belangrijk dat hij lekker in de grond kan wroeten.
De tuin is eigenlijk een cadeau dat ik Jeremy heb gegeven. Ik kwam op het idee toen ik hem thuis met veel plezier groente zag snijden. Alsof hij er helemaal zen van werd. Je moet weten dat hij 50 kilo is afgevallen. Gezond eten is tegenwoordig zijn credo, bovendien houdt hij van koken. Ineens wist ik wat ik hem voor zijn verjaardag moest geven: een tuin waarin hij zijn eigen groenten kan verbouwen. Zelf ben ik trouwens ook altijd bezig met gezond en lekker eten, hoor. Je hoort best vaak slechte verhalen over eten, zoals dat vleesschandaal vorig jaar. We gaan alles biologisch doen: geen bestrijdingsmiddelen, geen kunstmest, maar puur natuur. Zo heb ik zelf knoflookgier gemaakt, een mix van knoflook en water. Het houdt schimmels tegen. Verder hoorde ik dat slakken dol zijn op bier: om te voorkomen dat slakken de sla opeten, ga ik er een bakje bier naast zetten. We gaan het meemaken. En als we vragen hebben, kunnen we altijd naar de koffieochtend op woensdag. In een keet, midden op het complex, zit een sociaal aanspreekpunt.
Moestuinieren is me niet met de paplepel ingegoten. Ik ben een echt stadskind. Toch heb ik er alle vertrouwen in dat we er iets moois van gaan maken. In de hoek van onze tuin staat een schattig tuinhuisje. Dat hebben we voor een symbolisch bedrag overgenomen. Nee, je mag er niet in slapen: het complex is open van zonsop- tot zonsondergang. Ik zie me er wel zitten, met een kop thee van kruiden uit eigen tuin. Op feestjes worden mensen enthousiast als ik over onze tuin vertel. Vrienden heb ik gezegd dat ze langs mogen komen, dan krijgen ze een klein hoekje. Maar tot nu toe heb ik niemand gezien. Ach, ik heb er in elk geval superveel zin in. Laat de zomer maar komen.’’ ■
Weet wat je eet Nadat Jeremy 50 kilo was afgevallen, werd gezond eten zijn credo.
‘De tuin is eigenlijk een cadeau dat ik Jeremy heb gegeven’ magazine 21