Whit Friday 2011 – 16 juni tot 19 juni Donderdagmorgen om 6h30 stonden we met z’n negenen klaar om ons tripke naar Engeland aan te vatten. Onze voorzitter had wel zijne GSM vergeten, onze krullebol bijna zijn kleine rossekes en onze kleine schrijnwerker was bijna zijn treinticketten vergeten. Onze kleine schrijnwerker had dan ook nog eens te weinig Engelse ponden op zak naar zijn goesting. Hij had er thuis minder liggen dan hij oorspronkelijk dacht. Ook was hij niet al te best bij stem. Op uitzondering van de oude van dagen onder ons, greep iedereen naar zijne GSM en tikten we allen “ DL “ en stuurden dit naar 4884, waardoor we allemaal op de bus konden naar Aarschot. Na de nodige kranten gekocht te hebben ( één van die oude van dagen nam de gratis Metro-krant ), stond de éérste activiteit op het programma, namelijk énen drinken in het buffet van het station. Daar vervoegde toerist nummer 10 onze groep, een serieus figuur overigens (waarschijnlijk een grote bas) !!! De eerste trein bracht ons naar Brussel – Zuid. Volgens weer één van die oude van dagen (dieje van de Metrokrant) leek onze wagon wel op nen beestenwagen. Toen viel mij al één ding op, alle ogen van die venten volgden toch wel heel goed de voor – en de achterkant van het vrouwelijk schoon. In Brussel – Zuid vervoegde de laatste toerist onze groep (nen treinchauffeur), zodat we nu voltallig waren. Een groep van 11 mooie, minder mooie, stevige, minder stevige, oude en minder oude mannen. Bij de douane-controle hingen de broeken van sommigen toch wel erg laag, nadat we de riemen van onze broeken moesten uit doen. Iedereen geraakte wonderwel door de controle. We begaven ons naar wagon 4 van de Eurostar, waar we onze plaatsen innamen. Voor sommigen onder ons was dat geen eenvoudige opgave. Zeker als er 2 brede rondbuikige gevallen (een grote en een kleine bas) naast elkaar zitten. Deze Eurostars zijn zeker nog gemaakt toen er nog geen rondbuikige personen bestonden, want de klaptafeltjes gingen bij sommigen niet helemaal naar beneden, er zat zeker iets in de weg, je kan wel raden wat !! De boterhammekes en sandwichkes werden boven gehaald en gingen vlotjes naar binnen. Sommigen waren nogal in de watten gelegd door het thuisfront, mooi apart verpakt met stickerkes op. Onze kleine bas had zelfs broodjes met komkommer, tomaat, sla en mayonaise (die heb ik toch zien vallen) bij. Wat een gesmos was da !!! Uiteindelijk zijn we veilig en droog aangekomen in Londen St. Pancras.
Nu moesten we te voet op weg naar ons volgend station, Londen Euston, waar we de volgende trein namen richting Manchester Piccadilly. Onze kleine bas vond de “ main engine “ van het station niet, volgens mij nogal moeilijk te vinden. We begaven ons naar platform 13, waar onze trein van Virgin ons stond op te wachten. Hier hadden we plaats overhoop, voor sommigen onder ons stonden de stoelen hier wel ver genoeg uit elkaar. Dieje met de mayonaise tussen zijn broodje was hier ook weer aan het smossen ! Moderne technologie is voor de ouderen onder ons toch wel wat moeilijk. Zeker als er in de trein wc’s staan die met druktoetsen moeten worden geopend, gesloten en worden vast gemaakt. Degene met zijn gratis Metrokrantje was zo snugger om op een rood alarmknopje te drukken terwijl hij daar waarschijnlijk rustig zijn boodschapke aan het doen was, totdat een onbekende stem hem vroeg : “ Sir, are you alright ? Are you sure you are
alright ? “. Hij wist niet beter om maar te antwoorden met : “ Yes, I’m alright “. Achteraf werd terecht afgevraagd hoe die stem wist dat er inderdaad een “ sir “ op de wc zat. Na een treinreisje van een kleine 2 uurtjes kwamen we aan in Manchester. Onmiddellijk werd er door de smoorders onder ons een buitendeur gezocht, om hun trekje te gaan doen. Vervolgens bezochten we Manchester, althans één, neen zelfs twee straten. In deze tweede straat stond er toch wel een pub zeker, de naam ontglipt me. Hier dronken we ons eerste lekker Engels lagerbiertje. Sommigen trokken een zuur gezicht, ééntje vond het blijkbaar wel lekker. Wijs werd er toen overgeschakeld op de goeie Belgische Stella en op Foster, allemaal in grote 44cl glazen. Na 3 uur hier gezeten en gedronken te hebben, hadden sommigen toch al ferme dikke en rode ogen. Hadden er sommigen misschien al “ a piece
in his feets “ ? Waarschijnlijk van de Engelse lucht ?! De uitbater van de pub had ons 3 taxi’s geregeld die ons tegen 18h naar onze verblijfplaats in Shaw brachten. Na de taxi’s te hebben betaald, kregen we van onze reisleider de kamerindeling en de sleutels van onze kamers. Omdat we allen stilaan honger kregen, gingen we op zoek naar een plek om iets te eten. Onze kleine schrijnwerker ging wat bijtanken aan een bankautomaat, maar kwam tot de vaststelling dat er niet genoeg geld op z’n rekening stond en kreeg niks. Zat hier de vrouw des huize voor iets tussen ? Een goede ziel leende hem wat ponden. We vonden een klein maar fijn Chinees restaurantje met kleine maar fijne Chineesjes.
Onze hoofd-grifier ging wat onderhandelen en kreeg het voor mekaar dat we voor een zeer democratische prijs een volledig menu kregen voorgeschoteld. Efkes was er wel een beetje paniek, omdat er bij de hoofdschotel wa weinig kommekes op tafel kwamen, maar uiteindelijk denk ik dat iedereen meer dan voldoende had gegeten. We eindigen onze éérste avond in de gezellige pub “ The Pineapple Inn “, waar de “Belgen” al gauw bekend werden. De 44-ers vloeiden weer rijkelijk. Sommigen waagden zich zelfs aan een dansje. Onze “Big Man” stond zeker zijn man en verbaasde ons allen met zijn lenigheid. Bij anderen, onze krullebol onder andere, was het meer wat schudden met buik en kont.
Ook onze hoofdgrifier probeerde iets, maar begaf zich echter snel naar zijn 44-er terug. Sommigen onder ons testten hun forsballen om met een plaatselijke held wat aan armworstelen te doen. Om geen miserie te krijgen denk ik dat ze de Engelsman lieten winnen ! Rond de klok van twaalf werd de pub gesloten en gingen we naar ons hotel.
Na een deugddoende nachtrust waren we ‘s morgens allen op tijd present voor ons éérste Engels ontbijt. De geur van gebakken spek kwam ons tegemoet. De toasten kwamen maar tergend langzaam op tafel en uiteindelijk stond voor onze neus het typische Engelse ontbijt, bestaande uit witte bonen in tomatensaus, spek, eieren, aardappelkoek en 2 worsten. De laatste in de rij (onze kleine bas) had echter tegenslag, hij kreeg maar één worst, juist één van de grootste eters van onze groep. Toch was hij eerst klaar met eten, nochtans was hij als laatste begonnen. Drie taxi’s brachten ons in de voormiddag naar Delph. Deze taxi-chauffeurs zijn meer rallyrijders dan taxi-rijders. Uiteindelijk zijn we allen heel aangekomen in Delph. Tegen de middag stond de processie gepland, waarin de plaatselijke brass band mee ging. Verscheidenen hymnes werden onderweg gespeeld. Twee dappere, christelijke zielen onder ons volgden deze stoet. De anderen stonden uiteindelijk aan het einde te wachten. Ze moesten wel, de man met de pot was mee. Na de preek van de plaatselijke pastoor doken we een plaatselijke pub in, “The White Lion” (volgens onze kleine bas verward met Het Witte Paard). Hier ontdekten we dat we onder ons een echte “big-boebi
kenner ” hadden (ook weer dieje van de gratis Metrokrant). Vrouwelijk schoon werd gekeurd en er werden punten toegekend aan grootte, vorm en uitzicht van vrouwelijke balkons. De punten vlogen in het rond, algauw werd er 8, 9 en zelfs 12 op 10 toegekend. Achteraf kwamen ze tot de vaststelling dat ze in het begin de punten nogal aan de hoge kant toekenden. Onze “ big man ” of “ our big swan “ raakte hier in gesprek met de aantrekkelijke pub-uitbaatster en deed hier een paar geweldige uitspraken. “ One of our men has had a
kefie, named the turntree. But the CO2 (see-oo-two uitgesproken) is higher in Belgium than here. “. Sommigen onder ons dronken hier zelfs een bananenbiertje. Anderen raakten in de verleiding voor het aankopen van een t-shirt (de waardin had deze ook aan, de vrouwelijke vormen accentueerden zeker en vast de t-shirt). Onze pechvogel van het ontbijt (dieje met z’n worst tekort, onze kleine bas), vond dat er wel wat pak was aan de waardin, zo had hij ze graag. Hij verloor zijn éérste gekochte t-shirt en moest later nog eens terug om een tweede exemplaar te kopen. Mischien om afscheid te nemen van de bevallige waardin ??? Ik denk dat ook hier onze “ Metro-man “ de geweldige uitspraak deed : “ See you later,
alligator ! “. De typische “Fish and Chips” konden natuurlijk niet ontbreken tijdens onze trip. Met ons elven verorberden we deze Engelse delicatesse. De pot mayonaise kregen we er zomaar bij ! Vorkjes daarentegen moesten wel extra bij betaald worden !
Nu was het wachten op de start van de “Whit Friday Contest ”. Rond 15h30 opende de éérste brass band de wedstrijd en liep de hoofdstraat van Delph af op weg naar de Contest-area, waar ze allen één mars ten gehore brachten zonder slagwerk. Van sommige bands kwamen onze haren op onze armen rechtop staan. Zelfs onze hoofdgrifier (zondere enige muziekkennis) was soms onder de indruk. Om 00h30 sloot de plaatselijke brass band Delph, als 82e band, de rij. Als afsluiter speelden ze het Engelse volkslied, God Save the Queen. Ondanks de regen was dit toch wel de moeite om mee te maken. De “ Brighouse &
Rastrick Band ” o.l.v. David King werd de algemene winnaar van deze wedstrijd. Onze reisleider heeft thuis uitgerekend dat deze band ongeveer 7270 Engelse Ponden verdiend heeft met deze wedstrijd. Daar kan men al eens een namiddag voor in de regen gaan staan. De moeilijkste klus moest toen nog komen, taxi’s vinden om ons terug naar Shaw te brengen. Sommigen onder ons waren al vroeger vertrokken en zaten al droog in de pub in Shaw. De rest stond in Delph in de kou en de regen te wachten op vervoer. Na lang weg en weer gebel stonden er uiteindelijk 2 taxi’s, die ons in het donker op rally-wijze naar Shaw reden. Geblokkeerde wegen en omgevallen verkeersborden hielden deze taxi-chauffeurs niet tegen. We herenigden ons in de plaatselijke pub in Shaw, “The Pineapple Inn ”. Daar werden grootse plannen gesmeed om met onze fanfare ooit deel te nemen aan de Whit Friday Contest. We zouden een nieuwe brass band oprichten, met de veelbetekenende naam “ The Okra –
Band “. Okra verwijst hier bij ons in België naar de niet al te jonge mensen. Naar ik vernam zou onze hoofdgriffier het voorzitterschap op zich gaan nemen en de onderhandelingen starten met de Delph brass band om contacten te leggen !!! Al maar goed dat dromen geen pijn doet !! Eén van onze groep (de grote bas) had wat last van zijn rug en vertrok iets eerder alleen naar het hotel. Vijf minuutjes later stond hij er terug. Hij kreeg de deur niet open want er stak aan de binnenkant een sleutel op de deur !! Waarom stonden er toch twee deuren aan ons hotel ?!! De volgende morgen duurde het al wat langer vooraleer we voltallig aan tafel zaten. De worsten waren nu wel voltallig op onze borden, tot blijdschap van onze kleine bas. In de voormiddag deden we een rondwandeling in ons dorpje Shaw. Veel was er evenwel niet te bespeuren. Toch kocht onze krullebol wat cadeautjes voor zijn jarige zoon, deze kreeg Engelse opblaas-ballonnekes. De wandeling gebeurde in verschillende etappes, daar onze voorzitter regelmatig rust – en smoorpauzes inlaste.
We besloten om tegen de middag met taxi’s opnieuw naar Delph te rijden, waar we naar de “ Beer Walk “ gingen kijken. In Delph aangekomen aten we allen een baguette met lange worst met gebakken ajuin en de nodige gekleurde sausen erop aan het plaatselijke hotdog – kraam. Na ons gesmikkel doken we in de hoofdstraat de pub “ The Swan Inn “ in. Vervolgens wandelden we naar de volgende pub, opnieuw “ The White Lion “, waar we buiten op het terras gingen zitten. Dit onder het toezicht van een geblokte buitenwipper die aan de deur stond. Handig was deze wel niet, want bij het opruimen van de glazen liet hij heel stom een glas op de grond vallen en dit net naast onze voorzitter. Onze voorzitter werd door het personeel van de pub wel als de schuldige aanzien. Maar ik denk niet dat hij er echt van wakker lag. We maakten ons uiteindelijk klaar om naar de “ Beer Walk “ te gaan kijken. Een kleurige optocht door zo’n 3500 figuranten verkleed in een bepaald thema, dit jaar “ Call of Duty “. Onze reisleider zijn flits heeft hier zijn werk gehad, want elk mooi en opvallend voorbalkon dat voorbij kwam moest op de gevoelige plaat.
Het is echt opvallend hoe veel decolletés er op foto staan, de grootste natuurlijk eerst. Het was hier dat onze “ Big – Boobi kenner “ zijn punten efkes moest herzien, want er kwamen maar betere en betere modellen voorbij. Ge had al die ogen moeten zien, bij sommigen kwamen ze er zelfs bijna uit gerold, (voorzitter ??).
Na de “ Beer Walk “ belandden we terug in “ The Swan Inn “, waar het opvallend rustig was. Hier kregen we gratis broodjes toegereikt, waar we uiteindelijk maar al te gretig op in gingen. Hier maakten we volgens onze voorzitter de grootste blunder, door ons niet te voorzien van menig broodje om ‘s avonds of ‘s anderendaags onze schoofzak mee te kunnen vullen. Onze “ Big Men “ raakte hier aan de babbel met een zekere “ Bill “. Bill was een “ member “ van de plaatselijke Delph Brass Band en loodste ons mee naar het lokaal van de Delph Band, waar we een rondje op zijn kosten kregen. Uiteindelijk kregen we ook nog een cd cadeau van de Delph Band. In ruil kreeg Bill van ons een kleine pint. Tijdens het tochtje van de “ The Swann Inn “ naar de “ Delph Club “ is één van de mooiste foto’s getrokken van onze trip, namelijk deze van “ The Beauty and the Beast “. Degene met zijn Metro-krantje was “ The Beast ” heb ik mij laten vertellen door onze voorzitter !!
Sommigen onder ons vonden het jammer dat we niet eerder in het lokaal van de Delph Band terecht waren gekomen, om eventueel contacten te leggen met leden van de band. Zeker de toekomstige voorzitter van “ De Okra – Band “ , onze hoofdgrifier, had hier dan zijn slag kunnen slaan. Vergeleken met het lokaal van deze band, hebben wij hier bij ons in Westel nog een lange weg te gaan. Uiteindelijk kwamen we hier ook te weten dat de beroemde “ Pie – Wall “ uit de film “ Brassed Off “ eigenlijk niet bestaat. Onze reisleider heeft menige zoekacties ondernomen om deze te vinden. Tevergeefs uiteindelijk, hij wilde hier natuurlijk ook eens gaan “ pieën ”. Bij het buiten komen uit het bandlokaal moest onze “ Metro man” efkes op z’n lippen bijten, toen hij zijn befaamde zin “ See you later Alligator “ wilde zeggen. Hij kon de alligator nog net inslikken. Tegen 19h00 kwamen weer 3 taxi’s ons oppikken om ons terug naar Shaw te brengen. Achteraf hoorde ik dat de taxi’s eigenlijk best aan de smalle kant waren. Twee van onze breedgewichten (weer de grote en kleine bas) vulden de volledige achterbank van de taxi en konden amper adem halen. Ze waren alle twee blij dat ze zich in Shaw uit de taxi konden wringen.
Niemand van ons had echt grote honger, dus besloten we om voor de verandering is naar een pub te trekken. Ditmaal niet “ The Pineapple Inn “, maar aan de overkant van de straat, de naam ontglipt me evenwel. De jukebox was hier wel in trek door sommigen onder ons. Diepgaande gesprekken werden er hier gevoerd. Uiteindelijk kregen er toch een paar honger en gingen op zoek naar iets eetbaars. De rest ging naar de vertrouwde “ Pineapple Inn “. Er was een karaoke aan de gang en de sfeer zat er onmiddellijk in. De hongerigen kwamen uiteindelijk ook de pub binnen om hun eten hier te verorberen. Ze hadden Indisch eten bij zich, nogal roodachtig van kleur. Ik denk dat de uitlaat van sommigen ‘s anderendaags ook rood kleurde. Maar ze vonden het lekker en dat is het voornaamste. Enkelen van de hongerigen raakte bijna betrokken tussen wat schermutselingen, maar hun wijsheid zei hen stillekes achteruit te trekken en er vandoor te gaan. Een vaste klante van de pub vroeg achter onze “ Big One “, ze wilde nog eens met hem dansen, wat ook uiteindelijk gebeurde. De grootste show werd echter wel gestolen door onze kleine piepende schrijnwerker, die het aandurfde om alleen op het podium “In de Stille Kempen” te gaan piepen. Hij vond dat hij in de steek werd gelaten door zijn medeBelgen. Ik vermoed dat de aanwezige Engelsen zich nu nog altijd afvragen wat dat piepende mannetje daar aan het doen was.
Veilig en wel geraakte uiteindelijk iedereen wiggelend en waggelend in zijn bed, dat denk ik toch ?! Ik vermoed dat er deze avond ook weer een paar “ a piece in his feets “ hadden. Die avond vond mijn roommate zijn achter-amazuur terug, ik hoorde het water opspatten in de wc-pot. Ik denk dat het hem deugd deed, na 3 dagen van stilte. De volgende en ook laatste morgen moesten we vroeg uit de veren. We hadden niet zo veel tijd om te ontbijten, want om 8h15 plaatselijke tijd kwam een taxibuske ons oppikken. Onze piepende kleine schrijnwerker zag het niet zo best zitten met zijn Engelse ontbijt. Ik zag hem precies denken, wat ligt er hier voor mijne neus op da bord ? Precies dat het ontbijt hem aankeek. Misschien een kater van de vorige avond ??
Onze twee zware kalibers van dienst ( de grote en de kleine bas ) hadden wat moeilijkheden met hun badmat gehad. Bij de minste beweging schoof die badmat onder hun voeten weg. Ik denk dat de Engelse badmatten maar voorzien zijn tot een gewicht van 100 kg misschien ?? Aangekomen in Manchester Piccadilly moesten sommigen onder ons naar de wc. Volgens één dezer was het daar in de wc wel de “ Ouverture 1812 “ met alle kanongebulder en watervallen erbij. Het was de ene plons en flodder na de andere. Bij het verlaten van de wc klonk er opeens een emergency call in het station. Waarschijnlijk een gasgeur ergens ??
We stapten in de éérste wagon in, maar al gauw bleek dat hier veel gereserveerde plaatsen waren en zijn we wijselijk vertrokken en een andere wagon ingenomen. Al snel vielen de eersten in slaap en droomden van de 44-ers en de mooie verscheidenheid aan vrouwelijke balkons die we zijn tegen gekomen.
Opeens ontdekte één van onze seniors dat hij op het treinticket in Engeland vermindering had gekregen. Daar hij echter evenveel als de rest van de groep had betaald, haalde hij dit natuurlijk aan bij onze reisleider. Zo’n kwartierke voor aankomst in Londen was onze voorzitter zich al aan het voorzien van de nodige gerolde stinkstokjes en de éérste zat al klaar achter zijn oor, om onmiddellijk zijn munitie bij de hand te hebben bij uitstappen. Aangekomen in Londen Euston gingen we, na de gebruikelijke smoorpauze, op zoek naar een plek om iets te eten. In de brasserie “ You take the mayonaise “ was er echter geen plaats en gingen onze “ Big Man “ en onze hoofdgriffier op zoek naar iets anders. Spijtig genoeg kon de gevonden pub ons niet tijdig voorzien van onze maaltijd, daar we tijdig moesten inchecken op de Eurostar. Een fastfoodketen werd de snelste oplossing. Bij het inchecken voor de Eurostar bij de douane-controle bleef er bij onze “ grote bas “ maar piepende geluiden komen. Half ontkleed mocht hij uiteindelijk toch passeren.
In wagon 2 namen we onze plaatsen in. De twee zwaargewichten, onze grote en kleine bas, hadden het opnieuw moeilijk om naast elkaar te zitten. Achterwaarts deze keer reden we het station uit. Na een klein uurtje vertraging bolden we Brussel – Zuid binnen. We hadden direct aansluiting richting Leuven. Daar aangekomen gingen we rechtstreeks een Belgische pub binnen. Hier werden frisse Belgische Stella’s geschonken, echter 33-ers. We haalden opnieuw onze GSM’s te voorschijn en SMS’ten opnieuw “DL” naar 4884. De lijnbus 307 bracht ons uiteindelijk via Aarschot terug naar ons eigen Westel. Speciale dank gaat natuurlijk uit naar onze reisleider die deze trip fantastisch had voorbereid. Zijn tijdschema’s klopten tot op de minuut. Enig minpuntje is echter het ontbreken van de “ Pie-wall “. We mogen terugblikken op een mooie 4-daagse met een zeer toffe bende bestaande uit een allegaartje van bassen en euphoniums, aangevuld met een piepend bugeltje en een triangelspeler. Bedankt allemaal !!!!