Postbus 54 7470 AB Goor Telefoon 0547 - 858585 Fax 0547 - 858586 e-mail:
[email protected] website: www.hofvantwente.nl
WET MILIEUBEHEER
Aanvraag vergunning (agrarische sector) - tevens beschrijving In drievoud indienen!
(Indien nodig vragen wij meerdere exemplaren)
WET MILIEUBEHEER
aanvraag vergunning agrarische sector Aan burgemeester en wethouders van de gemeente Hof van Twente
Datum:
Gegevens aanvrager Naam aanvrager
:
BSN nummer
:
KVK nummer
:
Adres
:
Postcode
:
Telefoon
:
Plaats: Telefax:
Verzoekt voor de hieronder omschreven inrichting Verzoekt in verband met het veranderen van de inrichting of een vergunning inzake het: van de werking daarvan, voor welke reeds één of meer oprichten en in werking hebben vergunningen zijn verleend, een nieuwe de hieronder veranderen omschreven inrichting of onderdelen daarvan waarmee die veranderen van de werking verandering samenhangt omvattende, vergunning (art. 8.4) tijdelijk karakter/duur van de hieronder omschreven inrichting en wel voor een termijn van
Aard van de inrichting Hier de aard, indeling en uitvoering van de inrichting vermelden. (Type bedrijfsvoering, bijv. varkensfokkerij, vleesvarkenshouderij, slachtkuikenhouderij, volle gronds tuinbouwbedrijf, nevenactiviteiten etc. Indeling volgens plattegrond. Met betrekking tot uitvoering een korte beschrijving van de hoofdkenmerken van de belangrijkste apparatuur/installaties/evt. bijzondere materialen/speciale uitvoeringen).
Heeft u nog een andere inrichting in werking binnen de gemeente Hof van Twente? Zo ja, wat is het adres van die inrichting? Plaats waar de inrichting is of zal worden opgericht Naam inrichting
:
KVK nummer
:
Adres
:
Postcode
:
Telefoon
:
Kadastrale ligging :
Plaats: Telefax: Sectie:
Contactpersoon
:
Telefoon
:
Telefax:
Mobiele telefoon
:
E-mail
Nr(s):
LET OP: DE TEKENING IS EEN BELANGRIJK ONDERDEEL VAN DEZE AANVRAAG Vraag zonodig voorlichting aan het gemeentebestuur welke andere vergunningen u nodig heeft voor het in bedrijf stellen van uw inrichting. Bij de aanvraag over te leggen: Een bouwkundige plattegrondtekening (Zie voor verdere informatie bijlage 1)
1.
Inrichting
1.1.
Algemene gegevens
Beschrijf in het kort: - wat op het bedrijf zal veranderen t.o.v. de geldende vergunning; - welke stallen/bedrijfsgebouwen veranderen; - waarom de veranderingen moeten plaatsvinden; - of emissiearme huisvestingssystemen worden toegepast (voor detailuitwerking verwijzen naar bijlage);
1.2.
Bouwvergunning (Woningwet)
Vinden er bouwkundige uitbreidingen en/of nieuwbouw plaats? Bouwvergunning (nog) niet aangevraagd Bouwvergunning aangevraagd, datum:
ja/nee (afschrift toegevoegd)
Bouwvergunning verleend, datum: Sloopvergunning aangevraagd, datum:
(afschrift toegevoegd)
Sloopvergunning verleend, datum:
1.3.
Wvo-vergunning (Wet verontreiniging oppervlaktewateren)
Vinden er lozingen plaats waarvoor een Wvo-vergunning noodzakelijk is? Wvo-vergunning (nog) niet aangevraagd Wvo-vergunning aangevraagd, datum:
ja/nee (afschrift toegevoegd)
Wvo-vergunning verleend, datum:
1.4.
Nevenactiviteiten
Vinden er nevenactiviteiten plaats binnen de inrichting? Omschrijving nevenactiviteiten:
ja/nee
1.5.
Besluit Algemene Regels Inrichtingen milieubeheer' (Activiteitenbesluit)
Deze aanvraag is tevens een melding op grond van het 'Besluit algemene regels inrichtingen milieubeheer', voor zogenoemde type C-inrichtingen. Wij verzoeken u bij de volgende activiteiten aan te geven of deze van toepassing zijn op uw bedrijf/inrichting: Niet van toepassing Wel van toepassing, hieronder aanvinken welke activiteit(en) Lozen van grondwater afkomstig van ontwatering (niet bedoeld wordt drainage van gronden) Lozen van grondwater bij bodemsanering en proefbronnering Lozen van koelwater op de bodem of op oppervlaktewater of hemelwaterriool (druk)riool Het wassen van motorvoertuigen (wassen voertuigen van derden) Opslaan van propaan Opslaan van vloeibare brandstof en afgewerkte olie in ondergrondse opslagtanks Afleveren van vloeibare brandstof, mengsmering en aardgas ten behoeve van openbare verkoop voor motorvoertuigen voor het wegverkeer Opslaan en overslaan van bulkgoederen (bv. zand en grind, uitgezonderd bouwwerkzaamheden)
1.6.
IPPC-richtlijn De inrichting valt onder de werkingssfeer van de IPPC-richtlijn. Installaties voor intensieve pluimvee- of varkenshouderij met meer dan: 40.000 plaatsen voor pluimvee 2.000 plaatsen voor mestvarkens (van meer dan 30 kg) 750 plaatsen voor zeugen
De IPPC-richtlijn is niet van toepassing.
1.7.
Milieu-effectrapportage
Oprichting van een inrichting voor het fokken, mesten of houden van pluimvee of varkens met meer dan: 85.000 plaatsen voor mesthoenders 60.000 plaatsen voor hennen 3.000 plaatsen voor mestvarkens 900 plaatsen voor zeugen MER is bijgevoegd Niet van toepassing
Oprichting of uitbreiding van een inrichting voor pluimvee of varkens met: 60.000 of meer plaatsen voor mesthoenders
maar niet meer dan
85.000 plaatsen voor mesthoenders
45.000 of meer plaatsen voor hennen
maar niet meer dan
60.000 plaatsen voor hennen
2.200 of meer plaatsen voor mestvarkens
maar niet meer dan
3.000 plaatsen voor mestvarkens
350 plaatsen of meer voor zeugen
maar niet meer dan
900 plaatsen voor zeugen
Aanmeldingsnotitie is bijgevoegd Niet van toepassing
2.
Diercategorie en huisvestingssystemen
2.1.
Situatie conform geldende vergunning(en) (per stal/gebouw aangeven)
Diercategorie: Stal
Diercategorie
*)
Rav-code
Aantal plaatsen
Aantal dieren
Ammoniakemissie Kg NH3/plaats
Totaal kg NH3
Geuremissie
ouE/s
Totaal
Totaal
*) Vermeld hier de betreffende categorie zoals deze in “Bijlage I van de Regeling Ammoniak en Veehouderij gepubliceerd in Staatscourant 1 mei 2002 nr. 82”) wordt genoemd, (bijvoorbeeld D 3.2.7.3)
Berekening V-stacks vergunning **) Toegevoegd N.v.t.
**) Verspreidingsmodel waarmee de geurbelasting wordt berekend en getoetst, te bestellen via www.infomil.nl.
2.2.
De aangevraagde situatie
Diercategorie: Stal
Diercategorie
Rav-code
Aantal plaatsen
Aantal dieren
Ammoniakemissie Kg NH3/plaats
Totaal kg NH3
Geuremissie
ouE/s
Totaal
Berekening V-stacks vergunning Toegevoegd N.v.t.
Luchtwassysteem (Luchtwasser) Benodigde aanvullingen (zie Bijlage 2) N.v.t
Totaal
3.
Grondstoffen en produkten
3.1.
Drukhouders Soort
Aantal
Flessen/tanks
Totale inhoud (liter of m³)
Nr. op tekening
propaan butaan stikstof acetyleen zuurstof
N.v.t.
3.2.
Milieugevaarlijke stoffen Soort Brandstof (dies./HBO/petr)
Soort opslag Hoeveelheid/ boven/ondergronds max. opslag
Opmerkingen (doorhalen wat n.v.t. is) Dubbelwandig tank/lekbak Handpomp/el. Pomp Installatiejaar tank:
Gewasbeschermingsmiddel
Reinigingsmiddelen:
Diergeneesmiddelen:
Overig:
N.v.t.
Betreedbare ruimte/kast
Indien van toepassing invullen op inventarisatielijst gevaarlijke stoffen (bijlage)
Nr. op tekening
3.3.
Koeling
Doel
Soort koelmiddel (specificeren)
Hoeveelheid in kg/ltr.
Bouwjaar installatie
Capaciteit in kW.
Nr. op tekening
Melktank Kadaverkoeling Spermavat Overig Jaarlijkse keuring Logboek aanwezig N.v.t.
3.4.
Andere stoffen of produkten
Soort produkt Kunstmest (Soort kunstmest specificeren) Brijvoeder
Mengvoeder
Bijprodukten (soort)
Mais/gras
Drijfmest
Vaste mest
N.v.t.
Max. opslag hoeveelheid 3 (ton of m )
Wijze van opslag en plaats
Afstand tot dichtstbijzijnde woningen van derden
Nr. op tekening
3.5.
Maatregelen gericht op een zuinig ge(ver)bruik van grondstoffen/veevoeder (meerfasevoedering, mineralenregistratie e.d.)
N.v.t.
3.6.
Water ge(ver)bruik
Soort water Leidingwater
3
m /jr.
20….
3
m /jr.
20….
3
m /jr.
20….
*1
Globaal gebruiksdoel )
Grondwater
Oppervlaktewater
Anders nl.
Totaal
*1)
A. B. C.
Huishoudelijk gebruik Spoelwater van de melkapparatuur Reinigingswater melkstal en –put
F. G. H.
D.
Drinkwater dieren
I
E.
Schrobwater reiniging stallen
J.
Spoelwater ontijzeringsinstallatie Koelwater grondkoeling Spoelwater uitwendige reiniging voertuigen en spuitapparatuur op erf Spoelwater van inwendige reiniging spuitapparatuur op perceel Beregening
4.
Energie Jaar Gasverbruik
….
3
Norm > 25.000 m /jaar
Jaar
Jaar
3
m
3
m
3
…. 3
m
3
3
3
Leidingwaterverbruik Norm > 5.000 m /jaar
m
m
m
Elekrisch verbruik
kWh
kWh
KWh
Norm > 50.000 kWh/jaar
3
3
3
Propaan
m
m
m
Olie
liter
liter
liter
N.v.t.
•
….
Is dit inclusief privé-verbruik?
4.1.
Ja
Nee
Energie-onderzoek Energiescan is toegevoegd (verplicht bij overschrijding van de norm) Bedrijfsenergieplan is toegevoegd N.v.t.
4.2.
Maatregelen gericht op een zuinig ge(ver)bruik van energie Energiezuinige verlichting Hoog rendement centrale verwarmingsketel (Hr-ketel) Verbeterd rendement centrale verwarmingsketel (Vr-ketel) Warmtewisselaar Thermische isolatie (wanden, glas etc.) Warmtekrachtkoppeling (WKK)
N.v.t.
!
4.3.
Opgesteld vermogen Elektromotorisch vermogen
kW
Verbrandingsmotoren vermogen (trekkers)
kW
Aggregaat (Manier van aandrijving)
kW
Thermisch vermogen
kW
Lasapparaat
kVA
N.v.t.
4.4.
Verwarmingsinstallaties
Soort
Nominale belasting onderwaarde kW
c.v. aardgas Direct gasgestookte heater c.v. huisbrandolie Stoomketel Elektrische verwarming Boiler gas / electrisch*
N.v.t.
(*) doorhalen wat niet van toepassing is
Hoogte rookgas afvoerkanaal (m) (boven maaiveld)
Nr. op tekening
5.
Geluid
5.1.
Werktijden (aankruisen) Maandag t/m vrijdag
Zaterdag
Zondag
07.00 - 19.00 uur 19.00 - 23.00 uur 23.00 - 07.00 uur
5.2.
Akoestisch rapport Geluidscan is toegevoegd Akoestisch rapport is toegevoegd N.v.t.
5.3.
Verkeersbewegingen van en naar de inrichting Maximaal aantal per: Dag Personenauto Bestelauto Veetransport Vrachtwagens overig (o.a. aan- en afvoer van voer, melk, eieren, mest, brandstof, kadavers etc.)
N.v.t.
week
maand
Maximum aantal bewegingen per dag: (1 voertuig = 2 bewegingen) dagperiode avondperiode nachtperiode 07.00 - 19.00 19.00 - 23.00 23.00 - 07.00
5.4.
Omschrijving (belangrijkste) geluid-/trillingsbronnen binnen de inrichting Geluid-/trillingsbron Gemiddeld aantal voertuigen per periode (jaar, maand, week)
Totaal aantal uren in bedrijf tussen: dagperiode 07.00 - 19.00
avondperiode 19.00 - 23.00
*1)
Bronvermogen / bronhoogte
nachtperiode 23.00 - 07.00
Tractor Heftruck Shovel Vrachtauto
Geluid-/trillingsbron
Frequentie per periode (jaar, maand, week, dag)
-
Totaal aantal uren in bedrijf tussen: dagperiode 07.00 - 19.00
avondperiode 19.00 - 23.00
*1)
nachtperiode 23.00 - 07.00
Bronvermogen / bronhoogte
*3)
-
Tractoren
-
heftruck
-
shovel
-
laden en lossen vee
-
laden en lossen overig
-
vullen silo’s
-
pompen mest
-
inkuilen
-
ventilatoren
-
ophalen van melk
-
gebruik beregenings*2) Installatie
*3)
*3)
*2/3)
*2/3)
*2/3)
*2/3)
*2/3)
*2)
*2/3)
Toelichting *1) Voor 4 tractoren die elk 2 uur van 07.00 tot 19.00 in werking zijn hier invullen 8 *2) Aangegeven op tekening waar deze bronnen zich bevinden. *3) Aangeven op tekening (per bron een tekening)over welke route de bronnen zich kunnen verplaatsen. N.v.t.
5.5.
Voorzieningen ter beperking van geluid-/trillingshinder speciale compressorruimte dempers: omkasting: geluidswal/-muur
N.v.t.
6.
Bodem
6.1.
Bodembeschermende maatregelen Aangegeven op tekening in gebouw of met nummer: Lekbak Vloeistofdichte vloer welke bestand is tegen de gebruikte stoffen Vloeistofkerende vloer welke bestand is tegen de gebruikte stoffen Absorptiekorrels aanwezig
N.v.t.
7.
Afvalstoffen
7.1.
Afvalstoffenonderzoek Rapport afvalstoffen onderzoek is toegevoegd N.v.t.
7.2.
Bedrijfsafvalstoffen
Afvalstoffen
Afvoerfrequentie
Hoeveelheid per jaar (kg, ton of stuks)
Wijze van opslag
Maximale Opslag
Inzamelaar/ verwerker
Nr. op tekening
Huishoudelijk Papier Kunststoffen Gft/groen-afval Kadavers Landbouw-plastic Spuiwater Overige N.v.t.
7.3.
Gevaarlijke afvalstoffen
Soort afval
Afgewerkte olie Oliehoudend afval Accu’s Ontvetter Verfrestanten Restant gewasbeschermingsmiddelen TL buizen/spaarlamp
N.v.t.
Afvoerfrequentie
Hoeveelheid p. jaar (kg, ton of stuks)
Wijze van opslag
Max. opslag
Inzamelaar Opmerkingen / verwerker
Nr. op tekening
7.4.1. Waarop wordt het afvalwater geloosd? Afvalwaterstroom
1.
11.
Bedrijfsafvalwater van huishoudelijke aard Hemelwater van daken en verhardingen Percolatiewater en perssap veevoeders Was- en spoelwater melkinstallatie Schrobwater varkens-, pluimvee of rundveestallen en uitloopruimten Waswater voertuigen veevervoer Was- en spoelwater kadaverplaats en of (mobiele) kadaverton/kap Percolatiewater/ perssap organisch afval Spoelwater spuitapparatuur inwendig/uitwendig Afspoelwater geoogst produkt (prei, waspeen, asperges, bloembollen etc) Ontijzeringsinstallatie
12.
Spuiwater
2. 3. 4. 5.
6. 7.
8. 9. 10.
Gemeentelijk riool
Oppvl. water
IBA
Opslagput
Bodem (puntlozin g)
Mestkelder
N.v.t.
7.4.2. Zuiveringstechnische en controle voorzieningen. Voorziening Bezinkput(ten) Vetafscheider(s) Olie-afscheider(s) Zuiveringsinstallatie(s) Septictank(s) Infiltratiebed/helofytenfilter Controlevoorziening
N.v.t.
Type
Capaciteit
Soort afvalwater
Opslag voor spuiwater
7.4.4. Lozen in de bodem binnen de inrichting Worden binnen de inrichting overige vloeistoffen (zie 7.4.3. nr. 1 t/m 10) en/of koelwater definitief in de bodem gebracht?
Nee (N.B. Buiten de inrichting lozen dan ontheffing ex. Art. 24 en 25 ingevolge het Lozingenbesluit bodembescherming vereist)
Ja
1.
Voorgenomen tijdsduur van de Lozing?
2.
Wijze van definitieve beëindiging van de lozing in de bodem (uitgezonderd koelwater)?
3.
De wijze waarop de lozing in de bodem plaatsvindt (b.v. d.m.v. zakput, -sloot)?
4.
De afstand van de kadastrale grens van het perceel waar de vloeistof vrijkomt tot de dichtstbijzijnde riolering bedraagt: ............................... meter.
5.
Ingeval van lozing van koelwater in de bodem. a.) samenstelling en temperatuur van het koelwater: ................................................................. b.) de wijze waarop de lozing in de bodem plaatsvindt: ..............................................................
Op een bedrijfsplattegrond de ligging van de bedrijfsriolering, controleputten, aansluitingen op het riool, het terrein waar afvalwater in de bodem wordt geïnfiltreerd, zuiveringssysteem en/of infiltratievoorziening aangegeven.
8.
Overige
8.1.
Brandveiligheid Brandblusmiddelen aanwezig Brandblusmiddelen op tekening aangeven Omschrijving van de aan te brengen brandveiligheidsinstallatie toegevoegd bijv. brandmeldinstallatie, sprinklerinstallatie Noodplan bij propaantank aanwezig
N.v.t.
8.2.
Omgeving
In de directe omgeving van het bedrijf zijn de volgende geurgevoelige objecten gelegen: Binnen een concentratiegebied, binnen de bebouwde kom Binnen een concentratiegebied, buiten de bebouwde kom
Op een geschatte afstand van:
Natuurgebied Zeer kwetsbaar gebied (art. 2 Wav) (gemeten vanaf hoek/gevel dierenverblijf) Beschermd Natuurmonument Gebied aangewezen of aangemeld op grond van de Vogel- of Habitatrichtlijn
meter meter
meter meter meter
Milieubeschermingsgebied In grondwaterbeschermingsgebied gelegen In stiltegebied gelegen
8.4.
Nadere gegevens en/of opmerkingen , evt. toekomstige ontwikkelingen
N.v.t.
8.5.
Dag-, en ondertekening
Datum Plaats Naam 1)
Handtekening aanvrager/gemachtigde 1)
Indien de aanvraag met de bijbehorende stukken door een gemachtigde zijn getekend dient een machtiging, getekend door de aanvrager, bij de aanvraag te zijn gevoegd.
N.B. Alle tekeningen en bijlagen dienen door de aanvrager/gemachtigde ondertekend en gedateerd te worden.
"
! !
INVENTARISATIELIJST GEVAARLIJKE STOFFEN Naam bedrijf (inrichting) Adres bedrijf (inrichting)
Naam opgeslagen stof
Wijze van opslag (kluis, kast, etc.)
Waar opgeslagen (werkplaats, etc.)
ADR
Hoeveelheid (in liter/kg)
ADR Klasse
Verpakkingsgroep
ADR
UN - Kenmerk voor IBC’s
ADR
ADR
Giftige gas
Organische peroxiden
Radio actier placard
Brandbare vloeistof
Giftige stof
Nucleaire stoffen
Ontplofbare stoffen
Gemakkelijk vlam vattende vaste stof
Gevaar voor besmetting opleverende stof
Bijtende stof
Ontplofbare stoffen
Aanbroei of zelfontbranding onderhevige stoffen
Radio actief 1
Andere stoffen die gevaar kunnen opleveren
Ontplofbare stoffen
Ontplofbare stoffen
Brandbaar gas
Stoffen die in contact met water of vochtige lucht brandbare gassen afgeven
Radio actief 2
Samengeperst, niet brandbaar gas
Oxiderende stoffen
Radio actief 3
Bijlage 1 Toelichting plattegrondtekening (agrarisch) Bij een aanvraag om een vergunning Wm, of een melding in het kader van het Besluit landbouw milieubeheer, moet tevens een bouwkundige plattegrondtekening worden ingediend. In het geval van een aanvraag om een vergunning Wm moeten zowel de aanvraag als de plattegrondtekening in 3-voud worden ingediend. Bij een melding in het kader van het Besluit landbouw milieubeheer moet het meldingsformulier en de plattegrondtekening in 2-voud worden ingediend. Het is van groot belang dat uw plattegrondtekening zo actueel mogelijk is. Voor een vlotte behandeling van de aanvraag moeten een aantal belangrijke zaken vermeld worden op de plattegrondtekening en moet aan enkele criteria worden voldaan. Schaal niet kleiner dan 1:200, doch bij voorkeur 1:100, de uit- en inwendige samenstelling van de inrichting en toebehoren, aangeven de grens van de inrichting, ligging/indeling gebouwen, functie werkruimten, plaatsing apparatuur/installaties, aanduiding emissiepunten en een situatietekening (bijvoorbeeld schaal 1:2000) van de directe omgeving van de inrichting binnen een straal van circa 500 meter met bestemming gebouwen en terreinen. Alle tot de inrichting behorende ruimten en terreinen, moeten, met hun bestemmingen worden aangegeven. Op de plattegrondtekening moet alle aanwezige apparatuur (met vermogen) en onder andere de volgende objecten (indien van toepassing) worden aangegeven, zoveel mogelijk op schaal (in een renvooi moet aangegeven worden wat de gebruikte symbolen betekenen): Verwarmingsinrichtingen en/of gastoestellen (vermogen in kW en aard brandstof) Ketels, ovens, kachels, komforen, verwarmingstoestellen en dergelijke; Machines, (hand)werktuigen, toestellen, elektromotoren, verbrandingsmotoren, stoomwerktuigen, ventilatoren en dergelijke; Verplaatsbare toestellen/machines, zoals compressor, hogedrukreiniger, acetyleentoestellen en lasapparaten op de opstelplaats; Melkmachine; Machines voor bewerken grondstoffen(b.v. een pletter/hamermolen); Opslag brandbare materialen(b.v. hooi en/of stro); Opslagtanks voor gassen of vloeistoffen al dan niet onder druk, silo’s, reservoirs met de daarbij behorende vulpunten, ontluchtingsopeningen en dergelijke; Opslagplaatsen van gasflessen, vaatwerk of flessen met chemicaliën, brandbare en/of gevaarlijke (vloei)stoffen, (gevaarlijke) afvalstoffen en/of opslag gewasbeschermingsmiddelen; Opslagplaatsen van overige stoffen en producten die milieubelastend kunnen zijn (b.v. kunstmest) en afvalstoffen; Opslag brandstoffen/oliën/smeermiddelen (aard, maximale hoeveelheden per stof en opslagwijze, onder- of bovengronds); Ligging en omvang opslagplaatsen van opgeslagen grond- , hulp- en overige stoffen en/of producten; Brandblusmiddelen (aard en capaciteit).; Overige werktuigen toestellen. Indeling van de gebouwen (alle bestemmingen per afdeling en/of per stal moeten zijn aangegeven); De materialen van de vloeren, wanden, plafonds of zolderingen worden aangegeven, bijvoorbeeld: beton, steen, stucwerk, hout en dergelijke. Indien van toepassing, moet de loop en de uitmondingen van de afvoerleidingen voor dampen en (verbrandings)gassen worden aangegeven. Plaats en aard van deuren, daklichten, ventilatieopeningen en uitmondingen afzuiging, Plaats van schrobputjes, bedrijfsriolen, kolken, (inspectie) putten, olie/vetafscheiders of andere zuiveringstechnische voorzieningen en eventueel afvalwateropslag (inclusief aansluitpunten riool en oppervlaktewater) Aanwezige (mest)kelders met (pomp)putten, Plaats van roosters of grup moet zijn aangegeven. Daarnaast moeten de verbindingen tussen kelderruimtes worden aangegeven, Erfverharding daar waar bodembedreigende activiteiten plaatsvinden, Lichtmasten, !
Situering voertroggen bij varkensbedrijven(Verhoogde trog of trog aan de grond, indien van toepassing), De maatvoering van de gebouwen/stallen, Muurdikten en vloerdikten aangeven, Per hok, afdeling en stal moeten per diercategorie het aantal dierplaatsen en aantal dieren worden aangegeven, De hokmaten moeten, voor zover dat van toepassing is, worden aangegeven, Bij een uitbreidings- of wijzigingsvergunning duidelijk aangeven welke onderdelen onder het bestaande gedeelte vallen en welke onder de uitbreiding of wijziging. Renvooi Renvooi (op tekening of als bijlage) geeft verklaring van alle gebruikte tekens en afkortingen. Indien nodig aard en vermogen in renvooi opnemen. Diersoorten exact onderverdeeld in categorieën, zoals genoemd in de Rav, in het renvooi aangeven. Indien van toepassing moet ook het type ontmestingssysteem worden aangegeven. Bijbehorende emissiearm stalsysteem met -nummer moet worden aangegeven, vergezeld van detailtekeningen in dwarsdoorsnede. De (inwendige) diameter van de ventilatoruitmonding aangeven. Doorsnede tekening Geveltekeningen en verticale doorsneden, hierbij aangegeven van welk gebouw en op welke plaats de dwarsdoorsnede is genomen; De materialen van de vloeren, wanden, plafonds of zolderingen moeten worden aangegeven, bijvoorbeeld: beton, steen, stucwerk, hout en dergelijke; Ventilatiekanalen; De plaats van de elektrische ventilatie in de ventilatie pijp of koker; Goot- en de nokhoogte van alle dierverblijven (i.v.m. gem. gebouw hoogte); Hoogte van het emitterend emissiepunt boven het maaiveld (i.v.m. emissiepunthoogte), doorsnede; Mestopslag; Emitterend mestoppervlak (indien van toepassing); Etages, batterijen, mestbanden(indien van toepassing). Situatietekening(en) De ligging van de gebouwen binnen de inrichting evenals de situering van de inrichting in de omgeving moet blijken uit de situatietekening. Bij voorkeur met een schaal van ten minste 1:2500. Kadastrale situatietekening op schaal 1:2500 voorzien van een noordpijl en kadastrale perceelsnummers, De ligging van de gebouwen, volledig in overeenstemming met plattegrondtekening, De ligging van de inrichting in de omgeving moet uit de situatietekening blijken, zoals de situering ten opzichte van nabijgelegen gebouwen van derden waaronder direct nabijgelegen gevoelige objecten zoals woningen, scholen, publiekscentra etc. (o.a. geluid, lichthinder, verkeersbewegingen, geur), De bestemming van de aangrenzende terreinen, Grens van de inrichting doormiddel van omlijning of arcering. Binnen deze begrenzing vallen bij het bedrijf horende gebouwen, woningen, Eventuele erf afscheiding (beplanting). De te overleggen plattegrondtekening dient te zijn voorzien van: • naam • datum • handtekening van de aanvrager en/of gemachtigde.
Bijlage 2: Benodigde aanvullingen bij aanvraag betreffende luchtwassysteem (Luchtwasser)
Voor elke luchtwasser binnen de inrichting behoren de volgende gegevens deel uit te maken van de aanvraag voor een milieuvergunning: 1. Afschrift van de systeembeschrijving. 2. Dimensioneringsplan: - berekening maximale ventilatiebehoefte (aantonen dat daarbij aan de richtlijnen / adviezen van het klimaatplatform is voldaan); - opbouw wassysteem; - type wasser(s): tegen-, dwars- en/of gelijkstroom; - lengte, hoogte en dikte van filterpakket(ten); - materiaal filterpakket(ten), eventueel onder vermelding van typenummer; - maximale belasting filterpakket(ten). 3. Detailtekeningen luchtwasser. Het gaat zowel om een dwarsdoorsnede als een lengtedoorsnede van de luchtwasser met filterpakket(ten) (filterwand(en)) en bijbehorende onderdelen (bijvoorbeeld sproeiers) en geïntegreerde voorzieningen (waswateropvang). Op de tekeningen moet een maatvoering van de verschillende onderdelen van de luchtwasser zijn aangegeven. 4. Detailtekening positie luchtwasser ten opzichte van stal en centraal afzuigkanaal (indien van toepassing). Uit deze tekening moet ook blijken hoe luchtwasser aan stal dan wel centraal afzuigkanaal wordt gekoppeld. 5. Doorsnede stal met weergave centraal afzuigkanaal o.v.v. doorstroomoppervlak (indien van toepassing), eventueel ook luchtinlaatsysteem (varkenshouderij). 6. Plattegrondtekening met situering luchtwasser en weergave koppeling luchtwasser aan stal dan wel centraal afzuigkanaal. Indien gebruik wordt gemaakt van een centraal afzuigkanaal dan moet op de tekening worden weergegeven hoe de dierenverblijven aan het centraal afzuigkanaal worden gekoppeld. Ook de situering van de aanvullende voorzieningen, zoals opslagen zuur (indien van toepassing) en spuiwater, moeten op de tekening worden aangegeven.