Sova training
Zwemles Schoolreisje
Computer
Werkwijze JGZ Peuterspeelzaal
Schoenen
Warme kleren
Bed
Armoede en Gezondheid van kinderen Zwolle
Muziekles
Sport
JGZ Icare & JGZ GGD IJsselland, 2009
Colofon Werkgroep: Leo Schoorlemmer (SoZaWe Zwolle) Marianne van den Bosch (JGZ Icare) Meike Gerlach (JGZ GGD IJsselland) Karla Kuiperij (O&O GGD IJsselland) GGD IJsselland, 2009 Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Karla Kuiperij, Beleidsmedewerker Gezondheidsbevordering van GGD IJsselland en projectcoördinator van ‘Armoede en Gezondheid van kinderen’
[email protected], 038 - 42 81 592. Deze werkwijze Armoede en Gezondheid van kinderen is tot stand gekomen in het kader van het programma Armoede & Gezondheid en is mede mogelijk gemaakt door de gemeente Zwolle. De interventie is gebaseerd op de interventie Armoede en Gezondheid van kinderen van GGD WestBrabant. Toepassing: Deze werkwijze is van toepassing op alle JGZ-medewerkers van Icare en GGD IJsselland, die werkzaam zijn in de gemeente Zwolle. Protocolbeheer: Titel: Documenteigenaar: Versienummer: Datum: Evaluatiedatum
Werkwijze JGZ - Armoede en Gezondheid van kinderen - Zwolle Karla Kuiperij Versie 1.0 Augustus 2009 Versie 2.0 in augustus 2011
Inhoudsopgave 1.
Inleiding ..........................................................................................................4
1.1 1.2 1.3
Aanleiding ................................................................................................................................ 4 Feiten & Cijfers ........................................................................................................................ 4 Leeswijzer ................................................................................................................................ 4
2.
Uitgangspunten..............................................................................................5
3.
Protocol ..........................................................................................................7
3.1 3.2 3.2.1 3.2.2 3.2.3 3.2.4 3.2.5 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.4
Protocol in schema ................................................................................................................. 7 Uitwerking protocol................................................................................................................. 9 Signaleren ................................................................................................................................. 9 Adviseren................................................................................................................................. 10 Verstrekken ............................................................................................................................. 10 Nazorg ..................................................................................................................................... 11 Registreren .............................................................................................................................. 11 Mogelijke afwijkingen protocol ............................................................................................ 12 Broertjes en zusjes .................................................................................................................. 12 Signalering door derden .......................................................................................................... 12 Herhaald aankloppen .............................................................................................................. 12 Kanttekening werkwijze ........................................................................................................ 12
4.
SoZaWe.........................................................................................................13
4.1 4.2
Contactgegevens SoZaWe ................................................................................................... 13 Budgetadviesgesprek ........................................................................................................... 14
Bronvermelding ......................................................................................................15 Bijlagen....................................................................................................................16
2
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
3
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
1.
Inleiding
Voor u ligt de ‘werkwijze Armoede & Gezondheid van kinderen – Zwolle’. Deze werkwijze omschrijft de werkwijze van JGZ’ers van Icare en GGD IJsselland voor de interventie Armoede & Gezondheid van kinderen (A&Gk) in Zwolle. In het kort houdt de interventie in, dat situaties waarin de gezondheid van kinderen wordt bedreigd door geldgebrek van de ouders, actief worden opgespoord door de JGZ. De JGZ adviseert de ouders vervolgens een concreet product of dienst ten bate van de gezondheid van het kind. Ouders worden met een gericht advies over de gezondheid van hun kind op het spoor gezet naar SoZaWe. Het advies van de JGZ telt voor SoZaWe als zwaarwegende onderbouwing voor de verstrekking van middelen.
1.1
Aanleiding
Als het om gezondheid gaat zijn mensen die in armoede leven kwetsbaar en leven mensen met een kwetsbare gezondheid vaker in armoede. Het is tijd om de vicieuze cirkel te doorbreken en de kansen op gezondheid van deze groep mensen en kinderen te vergroten. Daarom hebben GGD IJsselland, Icare JGZ en de eenheid Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SoZaWe) van de Gemeente Zwolle de samenwerking gezocht (Langewen, 2008). Omdat kinderen nog in ontwikkeling zijn, is armoede extra ongunstig voor hun gezondheid. De interventie die GGD, Icare en SoZaWe in Zwolle inzetten richt zich daarom op kinderen; ‘Armoede en Gezondheid van kinderen’.
1.2
Feiten & Cijfers
In 2005 behoorde bijna 9% van de totale bevolking tot een huishouden met een laag inkomen, maar van de kinderen tot 15 jaar was dat ruim 13% (Vrooman, Hoff, Otten, & Bos, 2007). Verhoudingsgewijs vormen kinderen dus een leeftijdsgroep waar armoede veel voorkomt. Een laag inkomen komt relatief het meest voor onder eenoudergezinnen met uitsluitend minderjarige kinderen. In 2006 had 36% van deze groep een laag inkomen (Vrooman, Hoff, Otten, & Bos, 2008). Het effect van armoede op de gezonde ontwikkeling van kinderen is in verschillende onderzoeken aangetoond. Kinderen uit arme gezinnen ontwikkelen vaker (met name internaliserend) probleemgedrag dan niet-arme kinderen en de psychosociale ontwikkeling en ervaren gezondheid van kinderen is minder. De dreiging die armoede vormt voor de gezonde ontwikkeling van kinderen is als volgt (deels) te verklaren; Het blijkt dat kinderen die opgroeien in gezinnen met een laag inkomen minder deelnemen aan culturele activiteiten en minder gebruikmaken van recreatieve voorzieningen. Ook de deelname aan sportactiviteiten, zwemles en sociale activiteiten blijkt samen te hangen met de hoogte van het ouderlijke inkomen (Rots-de Vries, 2007). Er zijn dus verschillen in (determinanten van) gezondheid tussen kinderen die opgroeien in arme gezinnen en kinderen uit meer bevoorrechte gezinnen: kinderen die opgroeien in arme gezinnen hebben meer gezondheidsproblemen (Rots-de Vries, Kroesbergen & Van der Smissen, 2005). De JGZ is expert op het gebied van de gezondheid van kinderen, SoZaWe op het gebied van armoede en financiële voorzieningen. Door samen te werken kan de negatieve invloed van armoede op de gezondheid van kinderen beter worden bestreden. De interventie Armoede en Gezondheid van kinderen is hiervoor een beproefde manier1.
1.3
Leeswijzer
Hoofdstuk 2 beschrijft een aantal uitgangspunten voor de interventie A&Gk in Zwolle. In hoofdstuk 3 wordt het protocol bij de werkwijze schematisch weergegeven en uitgewerkt en wordt ingegaan op mogelijke afwijkingen van het protocol. Hoofdstuk 4 biedt enige informatie over SoZaWe. In de bijlage zijn ter afsluiting documenten opgenomen die horen bij de interventie A&Gk. 1
De interventie is opgenomen in de landelijke Databank Effectieve Jeugdinterventies (Rots-de Vries, 2007).
4
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
2.
Uitgangspunten
De werkwijze Armoede en Gezondheid van kinderen (A&Gk) in Zwolle kent een aantal uitgangspunten: •
De gezondheid van het kind staat centraal JGZ signaleert gezondheidsproblemen en gezondheidsrisico’s bij kinderen. Deze kunnen betrekking hebben op; - de verzorging van het kind, - de lichamelijke gezondheid en ontwikkeling, - de psychische gezondheid en ontwikkeling of - de algemene ontwikkeling. (voor een uitwerking zie § 3.2.2 en bijlage 1: Voorbeeldadviezen JGZ) Indien het gezondheidsprobleem of -risico van het kind samenhangt met geldgebrek in het gezin, en dit in positieve zin te beïnvloeden is met een financiële verstrekking, geldt de werkwijze A&Gk. De gezondheid van het kind staat centraal bij deze interventie.
•
Specifieke doelgroep project De interventie is gericht op kinderen bij wie door de JGZ een gezondheidsprobleem of gezondheidsrisico is geconstateerd dat samenhangt met geldgebrek in het gezin en dat in positieve zin te beïnvloeden is met een financiële verstrekking. Bovendien staan de ouders open voor de interventie. Het vertrekpunt is de gezonde ontwikkeling van een kind. De doelgroep van de interventie is kinderen van 0-12 jaar en hun ouders waarvoor het volgende geldt: - JGZ heeft bij het kind een gezondheidsprobleem of gezondheidsrisico geconstateerd dat gerelateerd is aan geldgebrek - Het gezin kampt met financiële armoede - De ouders staan open voor de interventie (voor uitwerking bovenstaande drie punten zie de drie punten hieronder)
•
JGZ heeft bij het kind een gezondheidsprobleem of -risico geconstateerd dat gerelateerd is aan geldgebrek Alleen het feit dat een gezin onder de armoedegrens leeft is onvoldoende aanleiding om de interventie in te zetten, er moet een gezondheidsprobleem of -risico voor het kind zijn.
•
Het gezin kampt met financiële armoede De gemeente Zwolle gebruikt de volgende definitie van armoede: “Er is sprake van armoede als huishoudens zijn uitgesloten van de minimaal aanvaardbare levenspatronen, door het ontbreken van sociale, culturele, materiële en financiële middelen” (Gemeente Zwolle, 2007). Zwolle hanteert een armoedegrens van 115% van het sociale minimum (bijstandsniveau). Ook voor de interventie Armoede en Gezondheid van kinderen wordt de armoedegrens van 115% gehanteerd (voor een uitwerking van de norm zie bijlage 5). Nota bene: JGZ beoordeelt alleen de gezondheid van het kind en niet het mogelijke budgetteringsprobleem van de ouders/verzorgers. Het is wel mogelijk om de ouders een budgetadviesgesprek bij SoZaWe aan te bevelen, maar hier zal SoZaWe zelf ook voor pleiten.
5
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
•
Ouders moeten open staan voor interventie In sommige gevallen kiezen ouders ervoor niet aan de interventie deel te nemen, bijvoorbeeld omdat ze financiële ondersteuning van familie krijgen of geen verdere bemoeienis van de overheid willen. Als ouders niet open staan voor de interventie, om wat voor reden dan ook, dan is het uitvoeren van de interventie niet mogelijk. Een mogelijkheid is dan om te kijken in de sociale kaart (zie bijlage 6) of ouders en kind op een andere manier geholpen kunnen worden.
•
Het advies van de JGZ is zwaarwegend SoZaWe kan binnen de interventie A&Gk de verstrekkingen tot €150,- versneld doen, voor bedragen boven €150,- geldt de reguliere procedure voor bijzondere bijstand. In beide gevallen geldt het advies van de JGZ voor SoZaWe als zwaarwegend en SoZaWe zal in principe vrijwel altijd tot verstrekking over gaan. SoZaWe heeft als doel dat ze, bij voorkeur op de dag van de melding zelf, maar uiterlijk op de eerste werkdag na de dag van melding, contact opneemt met de ouders/verzorgers. SoZaWe zorgt vervolgens voor de verdere afwikkeling van de verstrekking van financiële middelen, zoals is aangegeven in de interventiebrief.
•
De interventie is kortdurend De interventie is kortdurend van aard. Na de verstrekking van SoZaWe, en de nazorg van JGZ, is de interventie A&Gk als zodanig afgesloten. SoZaWe kan indien nodig natuurlijk wel vervolgtrajecten inzetten (denk aan een budgetadviesgesprek, een schuldsaneringstraject, inkomensondersteuning of hulp bij het invullen van formulieren).
•
De interventie heeft 4 hoofdstappen De basis van de interventie bestaat uit vier hoofdstappen (Rots-de Vries, Kroesbergen & Van de Goor, 2008): 1. Signaleren: De Jeugdgezondheidszorg signaleert gezondheidsproblemen en gezondheidsrisico’s en gaat na of deze samenhangen met geldgebrek in het gezin. 2. Adviseren: Na aanvullend onderzoek, adviseert de Jeugdgezondheidszorg de ouders over een aan te schaffen product of uit te voeren activiteit. Dit advies wordt vastgelegd in een interventiebrief. 3. Verstrekken: SoZaWe neemt het advies in behandeling2 en stelt financiële middelen beschikbaar voor het beoogde doel ten bate van de gezondheid van het kind. 4. Nazorg: De Jeugdgezondheidszorg neemt ter evaluatie en eventueel ter ondersteuning nog eens contact op met het gezin.
2
Bij de ‘moeder-interventie’ van GGD West-Brabant wordt gebruik gemaakt van een adviesbrief van de JGZ waarmee de ouders, voor de verstrekking, zelf naar SoZaWe moeten. In Zwolle wordt er voor gekozen om, n.a.v. de interventiebrief van de JGZ, SoZaWe contact te laten opnemen met de ouders, voor verdere afwikkeling van de verstrekking. Dit past beter in de werkwijze van SoZaWe, en de verwachting is dat hiermee meer kinderen bereikt worden.
6
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
3.
Protocol
3.1
Protocol in schema
1. Signaleren (middels signaleringsvraag in standaard vragenlijst3)
JGZ GGD IJsselland: “In deze vragenlijst zijn vragen gesteld over dingen die belangrijk zijn voor de gezondheid van uw kind. Komt het wel eens voor dat u door geldgebrek moet bezuinigen op gezonde voeding, zwemles, sport, schoeisel/kleding en medische zorg?” JGZ Icare: "In deze vragenlijst zijn allerlei dingen aan de orde geweest die belangrijk zijn voor de gezondheid en opvoeding van uw kind. Moet u, ten gevolge van geldgebrek, bezuinigen op de uitgaven die voor de gezondheid van uw kind van belang zijn?" vaak
soms
nooit
Kort doorvragen op welke uitgaven soms bezuinigd moet worden.
Verder naar volgende signaleringsvraag
Verder naar volgende signaleringsvraag
“Moet uw gezin rondkomen van een uitkering?” ja
nee
ja
nee
Vervolgconsult plannen
Kort doorvragen (“Ligt uw inkomen rond het minimum?”).
Kort nog eens terugkomen op signaleringsvraag 1. Blijft dit ‘nooit’, dan einde A&Gk.
Einde A&Gk
ja
nee
Vervolgconsult plannen
Einde A&Gk (kijk in sociale kaart voor andere hulp)
Uitkomst registreren op registratieformulier.
3
Signaleren kan ook buiten de reguliere contactmomenten waarbij de vragenlijst ingevuld wordt, zie §3.2.1.
7
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
2. Adviseren
Vervolgvragenlijst door ouders/verzorgers in laten vullen (voorafgaand aan of tijdens het gesprek) en bespreken. Advies bepalen in samenspraak met ouders/verzorgers.
Advies vastleggen in interventiebrief (en een kopie maken voor registratie óf het advies goed registreren op het registratieformulier). Ouders toestemming vragen SoZaWe te bellen.
SoZaWe bellen (bij voorkeur nog tijdens consult) om advies en gegevens ouders/verzorgers door te geven. Ouders vervolgtraject uitleggen.
Uitkomst registreren op registratieformulier (en eventueel kopie interventiebrief aan het registratieformulier vastnieten). 3. Verstrekken
Verstrekken gebeurt door SoZaWe. SoZaWe neemt uiterlijk één werkdag na het contact met de JGZ contact op met de ouders/verzorgers om een afspraak te maken voor de verstrekking van het advies. Meestal zal SoZaWe de ouders/verzorgers vragen of ze ook een budgetadviesgesprek willen hebben. Verstrekkingen tot een bedrag van €150,- worden direct gedaan, voor verstrekkingen boven €150,- geldt de reguliere procedure. SoZaWe ziet het advies van de JGZ (ongeacht het bedrag) als zwaarwegend en verstrekt het product of de dienst welke JGZ geadviseerd heeft. De manier van verstrekken verschilt per advies, dit is maatwerk voor SoZaWe. Soms moeten ouders/verzorgers bonnetjes inleveren, soms kan SoZaWe rechtstreeks betalen (bijv. een lidmaatschap).
4. Nazorg Aan de hand van het registratieformulier: Na een maand de ouder/verzorger bellen om te achterhalen of het geadviseerde al verstrekt is door SoZaWe, en of het geadviseerde (bijv. lidmaatschap voetbalclub) al gestart is. Dit als nazorg en voor de evaluatie.
Uitkomst registreren op registratieformulier.
8
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
3.2
Uitwerking protocol
3.2.1
Signaleren
De Jeugdgezondheidszorg signaleert gezondheidsproblemen en gezondheidsrisico’s bij kinderen en gaat na of deze samenhangen met geldgebrek in het gezin. Dit gebeurt sowieso tijdens reguliere gezondheidsonderzoeken dat elk kind krijgt op bepaalde leeftijden. Voor Icare is dit tijdens contactmomenten (minimaal 15) gedurende de eerste vier jaar van het kind; ondermeer tijdens bezoeken aan het zuigelingenbureau en bezoeken aan het peuterbureau. Voor de GGD is dit tijdens het periodiek gezondheidsonderzoek (PGO) in groep 2 en in groep 7 van het basisonderwijs. Signaleringsvragen Het signaleren van gezondheidsproblemen en gezondheidsrisico’s gebeurt tijdens deze reguliere gezondheidsonderzoeken middels twee signaleringsvragen, welke worden opgenomen in de standaard vragenlijsten: •
Voor Icare zijn dit de volgende vragenlijsten: - Vragenlijst voor het bezoek aan het zuigelingenbureau bij leeftijd van 0-6 maanden - Vragenlijst voor het bezoek aan het zuigelingenbureau bij leeftijd van 6-12 maanden - Vragenlijst voor het bezoek aan het peuterbureau bij leeftijd van 14-16 maanden - Vragenlijst voor het bezoek aan het peuterbureau bij leeftijd van 18 maanden - Vragenlijst voor het bezoek aan het peuterbureau bij leeftijd van ongeveer 2 jaar - Vragenlijst voor het bezoek aan het peuterbureau bij leeftijd van ongeveer 3 jaar - Vragenlijst voor het bezoek aan het peuterbureau bij leeftijd van ongeveer 4 jaar
•
Voor de GGD zijn dit de volgende vragenlijsten: - Vragenlijst PGO1 - Vragenlijst PGO2
De GGD heeft één van de vragen al opgenomen sinds schooljaar 2008-2009: “In deze vragenlijst zijn vragen gesteld over dingen die belangrijk zijn voor de gezondheid van uw kind. Komt het wel eens voor dat u door geldgebrek moet bezuinigen op gezonde voeding, zwemles, sport, schoeisel/kleding en medische zorg?”, met de antwoordcategorieën ‘vaak’, ‘soms’ en ‘nooit’. De volgende vraag wordt nog toegevoegd: “Moet uw gezin rondkomen van een uitkering?”, met de antwoordcategorieën ‘nee’ en ‘ja’. De signaleringsvragen voor de GGD zijn dan hetzelfde als in de concepthandleiding van GGD West-Brabant (Rots-de Vries, Kroesbergen & Van de Goor, 2008). Icare JGZ hanteert de volgende formulering: "In deze vragenlijst zijn allerlei onderwerpen aan de orde geweest die belangrijk zijn voor de gezondheid en opvoeding van uw kind. Moet u ten gevolge van geldgebrek bezuinigen op uitgaven die voor de gezondheid van uw kind van belang zijn?", met als antwoordcategorieën ‘vaak’, ‘soms’ en ‘nooit’. De vraag wijkt af omdat dezelfde vraag in alle vragenlijsten (dus voor ouders van kinderen van 0-4 jaar) ingevoegd moet worden. De tweede signaleringsvraag is hetzelfde als bij de GGD. Signaleren buiten reguliere gezondheidsonderzoeken Signaleren gebeurt natuurlijk niet alleen tijdens reguliere gezondheidsonderzoeken, maar (zonder de signaleringsvragen) ook bijvoorbeeld op de volgende manier: • • • •
Signalering door JGZ tijdens andere consulten (o.a. huisbezoeken, inloopspreekuren, telefonisch spreekuur) Signalering door JGZ van gezondheidsprobleem/gezondheidsrisico broertje/zusje Signalering door JGZ van gezondheidsprobleem/gezondheidsrisico ouder/verzorger (als dit van invloed is op de gezondheid van het kind) Signalering door derden (bijv. kraamzorg, leerkracht, intern begeleider, buurtnetwerk of huisarts)
9
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
Ook als op bovenstaande manieren een gezondheidsprobleem of gezondheidsrisico bij een kind wordt geconstateerd, welke samenhangt met geldgebrek in het gezin, kan de interventie worden ingezet. Alle vervolgstappen, stap 2 t/m 4 (zie § 3.1) moeten wel doorlopen worden. Omgaan met weerstand Het kan voorkomen dat een ouder, naar aanleiding van de signaleringsvragen, in eerste instantie weerstand heeft (bijvoorbeeld een reactie als: “Mijn inkomenssituatie, dat gaat u niks aan”!, of ze vullen überhaupt de vraag niet in). Bij GGD West-Brabant is al ervaring4 opgedaan hoe hier het beste op gereageerd kan worden. De ervaring is dat respecteren en toelichting geven door het onderwerp te veralgemeniseren meestal de weerstand wegneemt (bijvoorbeeld: “We stellen deze vraag aan iedereen” en “Het is zo dat armoede en gezondheid nauw met elkaar samenhangen”).
3.2.2
Adviseren
In een vervolgconsult (of indien daar voldoende tijd voor is, tijdens het reguliere consult) wordt het gezondheidsprobleem of gezondheidsrisico en de behoefte verder onderzocht. Dit gebeurt aan de hand van een vervolgvragenlijst (zie bijlage 2). De JGZ-medewerker adviseert vervolgens de ouders over een aan te schaffen product of uit te voeren activiteit. Dit advies leggen de JGZ-medewerker en de ouder samen vast in een interventiebrief (zie bijlage 3). De JGZ-medewerker vraagt hierna toestemming aan de ouder dat een medewerker van het team inkomensondersteuning van SoZaWe contact met ze opneemt voor de verstrekking van het in de interventiebrief geadviseerde product of dienst. Wie adviseren? Omdat de signalering door alle JGZ-medewerkers gedaan wordt, is het wenselijk ook de advisering door alle JGZ-medewerkers te laten doen, in plaats van bijvoorbeeld door interventiespecialisten. Dit omdat de betreffende JGZ-medewerker het kind en het gezin al kent en zodoende sneller tot een advies kan komen. Ook is het laagdrempeliger, want de ouder hoeft het verhaal niet aan verschillende JGZ-medewerkers te vertellen. De JGZ-medewerkers welke betrokken zijn bij de opzet van de interventie (zie colofon), blijven wel vraagbaak voor andere JGZ-medewerkers. Wat adviseren? Het advies in de interventiebrief voor SoZaWe kan op verschillende onderwerpen betrekking hebben, namelijk: • De verzorging van het kind (bijv. onvoldoende kleding, schoenen, eten) • De lichamelijke gezondheid en ontwikkeling (bijv. verminderde visus, gehoor, achterstand motoriek, overgewicht) • De psychische gezondheid en ontwikkeling (bijv. gedragsproblemen, leerproblemen, weinig sociale contacten, pesten) • De algemene ontwikkeling (bijv. geen kinderopvang, zwemles, speelgoed, bed) Zie bijlage 1 voor voorbeeldadviezen. Indien er sprake is van uitgebreidere problematiek, dan kan JGZ hiernaast natuurlijk ook doorverwijzen naar organisaties zoals AMW, BJZO, Dimence of Tactus (zoals ze nu ook al doet).
3.2.3
Verstrekken
De JGZ-medewerker geeft het advies (uit de interventiebrief) en de gegevens van het gezin door aan (het secretariaat van) SoZaWe. Dit bij voorkeur telefonisch en al tijdens het vervolgconsult dat de JGZ-medewerker met de ouders heeft. Voor contactgegevens SoZaWe, zie § 4.1.
4
GGD West-Brabant heeft de interventie A&Gk in 1998 ontwikkeld en sinds die tijd doorontwikkeld.
10
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
SoZaWe neemt vervolgens contact op met de ouder(s) voor de verdere afwikkeling van de verstrekking van financiële middelen voor het beoogde doel ten bate van de gezondheid van het kind. Soms zal de verstrekking telefonisch afgehandeld worden door SoZaWe. In andere gevallen kan SoZaWe de ouders voor verstrekking uitnodigen bij hen zelf (Werkplein De Lure), of een afspraak bij de ouders thuis maken. SoZaWe kan een budgetadviesgesprek koppelen aan deze afspraak, maar alleen als de ouders daar behoefte aan hebben. Het advies in de interventiebrief van de JGZ staat voorop en wordt in principe altijd verstrekt. SoZaWe draagt er zorg voor dat de financiële middelen ook daadwerkelijk aan het beoogde doel besteed worden. Dit net zoals ze nu ook al doen bij aanvragen voor Bijzondere Bijstand. Voor JGZ-interventiebrieven met bedragen hoger dan €150,- geldt de reguliere procedure voor Bijzondere Bijstand. Een bedrag tot en met €150,- wordt direct door SoZaWe verstrekt. Mocht achteraf blijken dat een bepaalde verstrekking eigenlijk niet gegrond was, kunnen SoZaWe en JGZ hierover naderhand afstemmen, om voor de toekomst afspraken te maken. Bij SoZaWe worden wel zgn. interventiespecialisten aangewezen. Eén medewerker (zie § 4.1) van SoZaWe zal de verstrekkingen voor de interventie Armoede en Gezondheid van kinderen doen, en is goed op de hoogte van de werkwijze bij het advies van de JGZ5. Bij vakantie of ziekte wordt hij vervangen.
3.2.4
Nazorg
De Jeugdgezondheidszorg neemt ter evaluatie en eventueel ter ondersteuning nog eens contact op met het gezin. In dit contact wordt besproken hoe het contact met SoZaWe verlopen is en of dit tot een verbetering van de situatie voor het gezin en met name voor het kind heeft geleid. De termijn waarop contact opgenomen wordt, verschilt per situatie. Ten hoogste na één maand, maar indien nodig eerder.
3.2.5
Registreren
Hieronder wordt opgesomd hoe en waar geregistreerd wordt voor het klantdossier en voor de evaluatie. De registratie is op naam, de gegevens worden voor de evaluatie natuurlijk anoniem verwerkt. Icare • Registreren in dossier (onder ’Samenvatting extra zorg’) • Vervolgvragenlijst A&Gk JGZ Icare • Kopie interventiebrief (of het geadviseerde goed registreren op het registratieformulier) • Registreren op registratieformulier A&Gk (tijdens pilot) GGD • Registreren op regulier registratieformulier (onder ‘Financiële problemen/armoede’) • Registreren in dossier (onder ‘Verwijzingen’) • Vervolgvragenlijst A&Gk GGD • Kopie interventiebrief (of het geadviseerde goed registreren op het registratieformulier) • Registreren op registratieformulier A&Gk (tijdens pilot) SoZaWe SoZaWe registreert elke aanvraag digitaal. SoZaWe geeft de aanvragen binnen de interventie Armoede en Gezondheid van kinderen een code, zodat deze uit het digitale bestand gefilterd kunnen worden voor de evaluatie.
5
Ook voor de consulenten van SoZaWe is een werkwijze A&Gk geschreven.
11
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
3.3
Mogelijke afwijkingen protocol
3.3.1
Broertjes en zusjes
De ervaring van GGD West-Brabant leert dat het regelmatig voorkomt dat ook broertjes/zusjes van het gesignaleerde kind gezondheidsachterstand(en) hebben door geldgebrek in het gezin. Om deze kinderen in aanmerking te laten komen voor het project, moeten ook deze kinderen gezien worden voor een gezondheidsonderzoek. Het is dus niet de bedoeling om tot veralgemenisering van gezondheidsproblemen van broertjes en zusjes over te gaan; er dient een individuele reden te zijn voor een gericht advies. Verschillende gezondheidsonderzoeken kunnen natuurlijk wel in hetzelfde huisbezoek plaatsvinden. Maar voor elk kind moet een aparte interventiebrief geschreven worden. Mogelijk is, wegens verschillende leeftijden van broertjes en zusjes, overleg nodig tussen een JGZmedewerker van Icare en een JGZ-medewerker van de GGD.
3.3.2
Signalering door derden
De signalering vindt plaats tijdens consulten van de Jeugdgezondheidszorg; tijdens consulten op het consultatiebureau, tijdens preventieve gezondheidsonderzoeken (PGO’s) en tijdens andere contactmomenten van de JGZ, zoals inloopspreekuren en huisbezoeken. Hiernaast kan het voorkomen dat personen van andere instanties doorverwijzen naar de interventie. Hierbij kan gedacht worden aan bijvoorbeeld kraamverzorgsters, leerkrachten, intern begeleiders, jongerenwerkers, huisartsen, iemand uit het buurtnetwerk of bijvoorbeeld SoZaWe. Ook als op bovenstaande manieren een gezondheidsprobleem of gezondheidsrisico bij een kind wordt gesignaleerd, welke samenhangt met geldgebrek in het gezin, kan de interventie worden ingezet. Echter ook als op deze manier gesignaleerd wordt, moeten nog wel alle andere hoofdstappen (2 t/m 4, zie § 3.1) worden doorlopen op de reguliere manier. Een JGZ’er moet dus evengoed een consult plannen om tot advisering over te kunnen gaan. Dit zodat de interventie wordt gestandaardiseerd.
3.3.3
Herhaald aankloppen
Het kan voorkomen dat gezinnen herhaaldelijk aankloppen bij de JGZ om gebruik te maken van de interventie Armoede en Gezondheid van kinderen. De interventie is in Zwolle geen eenmalige interventie, dus in principe kunnen JGZ’ers vaker dan eens de interventie inzetten ten behoeve van de gezondheid van een kind. Herhaald aankloppen is echter wel een duidelijk signaal. De JGZ-medewerker kan in zo’n geval overleggen met de betrokken medewerker van SoZaWe. SoZaWe zal dan moeten bepalen hoe het gezin het beste geholpen is (budgetadviesgesprek, inkomensondersteuning, schuldhulpverlening, enz.). Mogelijk zal ook moeten worden doorverwezen naar meer structurele vormen van hulp, zoals het Algemeen Maatschappelijk Werk.
3.4
Kanttekening werkwijze
Een kanttekening bij deze werkwijze is op zijn plaats. De ervaring vanuit West-Brabant is dat in elk gezin de armoedesituatie weer anders is en ieder gezin een eigen aanpak vereist. In ieder gezin wordt armoede op een eigen wijze ervaren. De interventie wil enerzijds dit subjectieve aspect respecteren door in overleg met de ouders te bekijken wat gegeven de omstandigheden het beste advies is voor de gezondheid van het kind. Anderzijds wil het voorkomen dat er grote verschillen in de advisering ontstaan. Het is dan ook niet eenvoudig objectieve criteria aan te leggen die aangeven wie voor de interventie in aanmerking komt. Deze werkwijze wil echter wel richtlijnen geven die houvast geven aan de uitvoering van de interventie. Hiernaast zal de training ‘Armoede onder de loep6’ de JGZ’ers een basis bieden om hier mee om te gaan, en verder is het vooral zelf ervaren en leren. 6
De training ‘Armoede onder de loep’ van Stichting Clip wordt aan alle JGZ’ers aangeboden en gaat in op wat armoede voor een gezin betekent en hoe je daar als JGZ’er mee om kunt gaan.
12
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
4.
SoZaWe
Er is in principe één consulent van SoZaWe betrokken bij de interventie Armoede en Gezondheid van kinderen. Hij verzorgt de verstrekkingen binnen de interventie en is goed op de hoogte van de interventie, en hoe met het advies van de JGZ omgegaan moet worden. Bij vakantie of ziekte zijn er twee medewerkers van SoZaWe die hem kunnen vervangen. Er is voor deze medewerkers een werkwijze beschikbaar waarin onder andere nog eens genoemd staat dat het advies van de JGZ als zwaarwegend gezien moet worden. Een mogelijk vervolg van de interventie Armoede en Gezondheid van kinderen, is een budgetadviesgesprek. SoZaWe zal dit in veel gevallen adviseren aan de ouders die een verstrekking krijgen binnen de interventie A&Gk. Deze budgetadviesgesprekken, als vervolg van A&Gk, worden ook door de betrokken consulent van SoZaWe gedaan. Echter zijn hiervoor wel nog twee andere consulenten aangewezen om te helpen indien nodig. In dit hoofdstuk volgt meer informatie over SoZaWe; de contactgegevens en het budgetadviesgesprek dat SoZaWe kan adviseren na of gelijktijdig met de interventie.
4.1
Contactgegevens SoZaWe
Tijdens stap 2, de advisering, neemt de JGZ’er contact op met SoZaWe, om de gegevens van de ouder(s) door te geven, voor de verstrekking van het geadviseerde. Omdat het secretariaat van SoZaWe goed bereikbaar is, kan de JGZ’er bij het secretariaat het gegeven advies en de gegevens van de ouder(s) doorgeven. Het secretariaat zorgt ervoor dat deze gegevens z.s.m. bij de betrokken consulent komt. De betrokken consulent neemt het liefst dezelfde dag, maar anders de dag erna, contact op met de ouder(s) voor de verstrekking en eventueel het maken van een afspraak voor een budgetadviesgesprek.
Secretariaat SoZaWe: Bereikbaar op werkdagen van 8:00 tot 16:30 uur Tel: 038 - 498 30 84
Betrokken consulent SoZaWe: De consulent die de verstrekkingen binnen de interventie Armoede en Gezondheid van kinderen verzorgt is Johan Groothedde: Johan Groothedde Stichting Noodfonds / Afdeling Schuldhulpverlening
[email protected] / 038 - 498 31 34 Bij vakantie of ziekte van Johan Groothedde, weet het secretariaat wie hem vervangt.
De betrokken medewerker SoZaWe tijdens opzetten interventie was Leo Schoorlemmer, beleidsmedewerker bij SoZaWe. Hij is niet betrokken bij de uitvoering interventie, maar hij is wel goed op de hoogte van de inhoud van de interventie Armoede en Gezondheid van kinderen: Leo Schoorlemmer Beleidsmedewerker SoZaWe
[email protected] / 038 - 498 30 41
13
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
4.2
Budgetadviesgesprek
SoZaWe heeft, wanneer nodig, na afloop van de verstrekking binnen A&Gk, verschillende mogelijkheden om een gezin te helpen. Het eerste wat ze adviseren is een budgetadviesgesprek. Dit gesprek kan gevoerd worden in de thuissituatie of op werkplein De Lure. Een budgetadviesgesprek is geen voorwaarde voor de verstrekking binnen de interventie A&Gk. Als de ouder(s) nog niet bekend zijn bij SoZaWe, zal een budgetadviesgesprek wel vaak geadviseerd worden door SoZaWe. Het budgetadviesgesprek heeft onder andere tot doel om samen met de cliënt te bekijken hoe het inkomen verhoogd kan worden met subsidies en voorzieningen, waar mogelijkerwijs op bezuinigd kan worden en wordt geprobeerd om de cliënt inzicht te laten krijgen in de vaardigheden voor zelfstandig beheer van het budget (Bolding, 2008). SoZaWe ziet het budgetadviesgesprek als een soort intakegesprek voor verdere financiële hulpverlening. Bijlage 6, de Sociale kaart, geeft een overzicht van nog meer verschillende mogelijkheden van organisaties en stichtingen om naar te verwijzen, voor consulenten SoZaWe, maar ook voor medewerkers JGZ. Deze sociale kaart staat echter los van de interventie Armoede en Gezondheid van kinderen.
14
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
Bronvermelding Bolding, R. (2008). Effectiviteit van budgetadviesgesprekken. Zwolle: Christelijke Hogeschool Windesheim te Zwolle & Gemeente Zwolle, afdeling Schuldhulpverlening. Gemeente Zwolle eenheid SoZaWe (2007). Armoedebeleid 2008-2011 van kwetsbaar naar weerbaar. Zwolle: Gemeente Zwolle, eenheid SoZaWe. Langewen, H.M. (2008). Projectplan Programma Armoede en Gezondheid. Aanpak van sociaaleconomische gezondheidsverschillen in Zwolle. Zwolle: GGD Regio IJssel-Vecht. Rots-de Vries, M.C., Kroesbergen, H.T. & Van de Goor, I. (2008). Concept handleiding interventie Armoede en Gezondheid van Kinderen. Tilburg: Academische werkplaats Openbare Gezondheidszorg Tilburg: Tranzo (UvT), GGD West-Brabant, GGD Hart voor Brabant & RIVM. Rots-de Vries, M.C. (2007). Databank Effectieve Jeugdinterventies: beschrijving ´Armoede en Gezondheid van kinderen´. Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut (gedownload op http://www.nji.nl/smartsite.dws?ch=&id=37990&recordnr=205 op 3 september 2008). Rots-de Vries, M.C., Kroesbergen, H.T. & Smissen, P.J.A.M. van der. (2005). Interventie ‘Armoede en gezondheid van kinderen’: van experiment naar implementatie. In: Tijdschrift Jeugdgezondheidszorg, 37 (1), pp.13-18. Vrooman, C., Hoff, S., Otten, F. & Bos W. (2008). Armoedebericht 2008. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau & Centraal Bureau voor de Statistiek. Vrooman, C., Hoff, S., Otten, F. & Bos W. (2007). Armoedemonitor 2007. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau & Centraal Bureau voor de Statistiek.
15
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009
Bijlagen Bijlage 1:
Voorbeeldadviezen JGZ
Bijlage 2:
Vragenlijsten vervolgconsulten a. Vragenlijst vervolgconsult zuigelingen b. Vragenlijst vervolgconsult peuters c.
Bijlage 3:
Vragenlijst vervolgconsult kinderen basisonderwijs
Blanco interventiebrieven a. Blanco interventiebrief Icare b. Blanco interventiebrief GGD
Bijlage 4:
Registratieformulier
Bijlage 5:
Normenlijst inkomen
Bijlage 6:
Sociale kaart
Bijlage 7:
Folders • • • • • • •
Bijlage 8:
AMW - Sociaal Raadslieden AMW - Formulierenbrigade: Er ligt geld op straat Gemeente Zwolle: Goed Verzekerd Gemeente Zwolle: Inkomensondersteuning 2009 Vraag het aan! Gemeente Zwolle: Langdurigheidstoeslag 2009 Vraag het aan! Noodfonds Zwolle en omgeving: Informatiebrochure voor hulpverleners Voedselbank Zwolle en omstreken
Artikelen met meer informatie •
Rots-de Vries, M.C. (2007). Databank Effectieve Jeugdinterventies: beschrijving ´Armoede en Gezondheid van kinderen´. Utrecht: Nederlands Jeugdinstituut (gedownload op http://www.nji.nl/smartsite.dws?ch=&id=37990&recordnr=205 op 3 september 2008).
•
Evans G. W. (2005). De wereld van kinderen die in armoede leven. In: Kind en Adolescent Review 12 (3), pp. 266-299.
•
Rots-de Vries, M.C., Kroesbergen, H.T. & Smissen, P.J.A.M. van der (2005). Interventie ‘Armoede en gezondheid van kinderen’: van experiment naar implementatie. In: Tijdschrift Jeugdgezondheidszorg, 37 (1): pp.13-18.
•
Rots-de Vries, M. C. & Kroesbergen, H.T. (2002). Bedreiging van de gezondheid van kinderen door armoede: Beleid en interventie. In: Tijdschrift voor gezondheidswetenschappen 80 (6): 375-381.
Extra exemplaren van bijlage 2 ‘Vragenlijsten vervolgconsulten’, bijlage 3 ‘Blanco interventiebrieven’ en bijlage 4 ‘Registratieformulier’ staan op de A&Gk usb-stick, welke elke JGZ-medewerker tijdens de scholing A&Gk krijgt. Deze kunnen JGZ-medewerkers indien nodig zelf extra uitprinten.
16
Werkwijze JGZ Armoede en Gezondheid van kinderen, Zwolle Versie 1.0, augustus 2009