Werkplan 2014-2015
O.B.S. De Mieden, Hereweg 210, 9651 AP Meeden www.de-mieden.picto.nl
[email protected] 0598-614200
Inhoudsopgave
Werkplan methodes
1
Algemeen ............................................................................................................ 4
1.1
Leerproces: Didactisch Individueel Overzicht, Groepsplan, Weekplan .........................................................................................................................4
1.2
Algemene werkafspraken ..........................................................................4
1.3
Toetsing van methode gebonden toetsen ...............................................5
1.4
Afspraken over de gemaakte toetsen .....................................................6
2
Rekenen / wiskunde.......................................................................................... 8
2.1
Groep 1 en 2 ...............................................................................................8
2.2
Groep 3 t/m 8 .............................................................................................9
3
Taal .................................................................................................................... 11
3.1
Groep 1 en 2. ........................................................................................... 11
3.2
Groep 3...................................................................................................... 12
3.3
Groep 4 t/m 8 .......................................................................................... 13
4
Lezen .................................................................................................................. 14
4.1
Technisch lezen .......................................................................................... 14
4.2
Begrijpend lezen ....................................................................................... 16
5
Spelling ............................................................................................................. 17
5.1
Groep 3...................................................................................................... 17
5.2
Groep 4 t/m 8 .......................................................................................... 17
6
Aardrijkskunde ................................................................................................. 19
6.1
Groep 3 en 4 ............................................................................................ 19
6.2
Groep 5 t/m 8 .......................................................................................... 19
7
Geschiedenis .................................................................................................... 20
7.1
Groep 3 t/m 8 .......................................................................................... 20
8
Verkeer ............................................................................................................. 21
8.1
Groep 1 en 2 ............................................................................................ 21
8.2
Groep 3 t /m 8 ......................................................................................... 21
9
Engels ................................................................................................................. 23
9.1
Groep 7 en 8 ............................................................................................ 23
10
Biologie ............................................................................................................. 24
10.1
Groep 3/4 ................................................................................................. 24
10.2
Groep 5/6 ................................................................................................. 24
11
Top Ondernemers ........................................................................................... 25
11.1
Groep 5 t/m 8 .......................................................................................... 25
Pag. 2 van 30
Werkplan methodes
12
Sociaal-emotionele vorming.......................................................................... 26
12.1
Groep 3 t/m 8 .......................................................................................... 26
13
Schrijven ............................................................................................................ 28
13.1
Groep 1 t/m 8 .......................................................................................... 28
14
Expressie en muziek ........................................................................................ 29
14.1
Groep 1/2 ................................................................................................. 29
14.2
Groep 3/4 ................................................................................................. 29
14.3
Groep 5/8 ................................................................................................. 29
Pag. 3 van 30
1
1.1
Algemeen Leerproces: Didactisch Individueel Overzicht, Groepsplan, Weekplan De instructie van de lessen wordt in principe aangeboden volgens het IGDI model, de Interactieve Gedifferentieerde Directe Instructie. (Zie voor uitvoerige beschrijving het document Instructie Model). Om het leerproces te bewaken maken de leerkrachten gebruik van een Didactisch Individueel Overzicht waarin de onderwijsbehoeften van elke leerling wordt beschreven. Aan de hand van methodegebonden toetsen, observaties, methode-onafhankelijke resultaten, gesprekken met ouders en leerlingen en resultaten van Cito-toetsen wordt dit DIO opgesteld en wordt er vervolgens in een Groepsplan aangegeven welke instructiegroepen de leerkracht in zijn jaargroep onderscheidt:
de basis-instructiegroep; de extra instructiegroep; de plusgroep.
In de Weekplanning wordt vervolgens o.a. aangegeven aan welke doelen er in elke les wordt gewerkt en welke leerlingen instructie of extrahulp krijgen. Elke dag wordt de evaluatie van het leerproces genoteerd in de weekplanning en wordt bepaald op welke wijze daar eventueel de volgende les een vervolg aan wordt gegeven. Het schooljaar is in drie perioden verdeeld waarin de DIO’s worden bijgesteld en de groepsplannen worden bijgesteld:
periode 1 periode 2 periode 3
begin van het schooljaar tot november; van november tot februari; van februari tot juni.
1.2
Algemene werkafspraken
1.2.1
In de klas In elke groep bewaren de kinderen hun oefenschriften en schriften van taal en rekenen in de la van hun tafel of leggen zij de schriften na het nakijken op de afgesproken plaats. In hun la hebben de kinderen ook hun instructiemapje. De leerlingen weten alle materialen te vinden en houden zich aan de werkafspraken.
Werkplan methodes
Pag. 4 van 30
In een kast worden de (werk)schriften bewaard van aardrijkskunde, geschiedenis, Engels, verkeer , schrijven , Nieuws uit de Natuur en van spelling; dit om netheid en goede werkomgeving te bevorderen en een overvolle la te voorkomen. Afwisselend hebben enkele kinderen taken in de groep m.b.t. opruimen, uitdelen, computers aanzetten etc. Mee naar huis mogen volle schriften die door de leerkracht gezien zijn met een paraaf op de voorkant.
1.2.2
Schoolbreed De leerlingeraad behandelen de aanvragen uit de ideeënbus, brengen eventueel een onderwerp in bij de personeelsvergadering. Leerlingen uit groep 8 helpen als brigadier en verzamelen als “papierdienst” dagelijks het papierafval in alle groepen.
1.3
Toetsing van methode gebonden toetsen In principe vindt de beoordeling van alle toetsen plaats door het aantal goede antwoorden van de toets te tellen en dit vervolgens te delen door het totaal aantal opgaven. Het cijfer wordt bepaald aan de hand van de 80% norm. Dit geld voor de vakken: rekenen, aardrijkskunde, geschiedenis, verkeer en Engels. 70%
4
75%
5
80%
6
85%
7
90%
8
95%
9
100%
10
Op elke toets wordt het cijfer vermeld. De toetsoverzichten met analyses van rekenen, spelling, begrijpend lezen en technisch lezen worden gescand en digitaal opgeslagen in het groepsdossier. Daardoor kan de IB-er het leerproces voor deze leergebieden volgen. De vervolgstappen voor het didactisch handelen vanuit de analyse worden door de leerkracht in de weekplanning aangegeven.
1.3.1
Rekenen Na elk blok wordt het digitale toetsoverzicht van de methode gebruikt om de resultaten te noteren. Voor elke leerling wordt daarop per leerdoel met een percentage aangegeven in hoeverre het leerdoel wordt beheerst; bij onvoldoende beheersing wordt het hokje rood gekleurd. Het gemiddelde van alle leerdoelen wordt vervolgens in de laatste kolom eveneens met een percentage aangegeven en zo nodig ook rood gekleurd. Ook van het onderdeel hoofdrekenen wordt de score in percentages genoteerd en zo nodig rood gekleurd. Een eventuele tweede toetsing (na remediering ) wordt onderaan het overzicht vermeld.
Werkplan methodes
Pag. 5 van 30
1.3.2
Spelling Na afname van de toets van spelling worden de resultaten aangegeven met onvoldoende, voldoende of goed. Na elke toets wordt het digitale toetsoverzicht van de methode gebruikt om de resultaten te noteren. Voor elke leerling wordt daar op aangegeven wat ze hebben gescoord. Daarnaast wordt hierop aangegeven wat de te nemen vervolgstappen zijn naar aanleiding van de toets.
1.3.3
Taal Voor de taaltoetsen worden de resultaten aangegeven met onvoldoende, voldoende of goed. Na elke toets wordt het digitale toetsoverzicht van de methode gebruikt om de resultaten te noteren. Voor elke leerling wordt daar op aangegeven wat ze hebben gescoord. Daarnaast wordt hierop aangegeven wat de te nemen vervolgstappen zijn naar aanleiding van de toets.
1.3.4
Zaakvakken: aardrijkskunde, geschiedenis, biologie Voor de groepen 6 t/m 8 wordt er gewerkt met de methode Topondernemers. Dit is een methode die aardrijkskunde, biologie en geschiedenis in zich verenigd. Er wordt een zestal weken gewerkt aan een thema. De kaarten die de leerlingen maken worden bijgehouden op het registratie formulier. Vanaf groep 5 worden toetsen afgenomen voor topografie en geschiedenis. Ook hiervoor wordt dezelfde wijze van beoordeling aangehouden en worden de cijfers bewaard.
1.3.5
Verkeer Ook hiervoor wordt dezelfde wijze van beoordeling aangehouden en worden de cijfers bewaard.
1.3.6
Engels Ook hiervoor wordt dezelfde wijze van beoordeling aangehouden en worden de cijfers bewaard.
1.3.7
Expressie en muziek De leerkracht beoordeelt het werk met een cijfer voor eindprestatie van de gegeven opdracht als ook een beoordeling voor de getoonde inzet.
1.4
Afspraken over de gemaakte toetsen
Werkplan methodes
De toetsen worden geanalyseerd door de leerkracht. De leerlingen krijgen hun toets tijdens de bespreking te zien. De leerkracht bespreekt de toets /fouten met de groep/leerlingen. De leerlingen verbeteren hun fouten met potlood. Als de leerstof niet wordt begrepen door een leerling, zorgt de leerkracht ervoor dat de stof opnieuw wordt uitgelegd totdat de leerling het begrijpt. Wanneer een leerling moeite blijft houden met de leerstof worden de ouders op de hoogte gesteld en krijgt de leerling er evt. oefenwerk mee naar huis.
Pag. 6 van 30
Werkplan methodes
Ouders hebben te allen tijde recht van inzage. De toetsen worden niet mee naar huis gegeven. Cito-toetsen worden ook niet meegegeven.
Pag. 7 van 30
2
Rekenen / wiskunde Methodes
Schatkist, map beginnende gecijferdheid – groep 1 en 2 Rekenrijk 3e editie: groep 1 t/m 8
Termijn van gebruik
2.1
Groep 1 en 2
2.1.1
Werkwijze
Rekenrijk 3e editie: 08-2013 t/m heden
In groep 1 en 2 worden inzicht, kennis en vaardigheden geoefend met betrekking tot de domeinen *Getallen en bewerkingen *Verhoudingen *Meten en meetkunde De activiteiten, verdeeld over 5 blokken/perioden worden zowel in de hele groep als in kleine groepjes aangeboden. Zie voor uitgebreide beschrijving het document: Beredeneerd aanbod groep 1 en 2. Op het registratieformulier worden de doelen per domein afgetekend als ze zijn aangeboden en behaald.
2.1.2
Afspraak De gegevens van de ontwikkeling van de leerlingen in groep 1 en 2 worden bijgehouden op de overzichten welke bij de methoden behoren. In november, maart en juni worden de resultaten vermeld op de leerlingenkaarten van het DORR-registratiesysteem ( Dagelijks Observeren Registreren en Rapporteren) en worden ze besproken met de ouders. In juni vindt de overdracht plaats met de leerkracht van groep 3 en vormen deze gegevens de basis voor de samenstelling van de groepsplannen in groep 3.
2.1.3
Toetsen In groep 2 wordt de midden- en eindtoets van Cito Rekenen voor kleuters afgenomen. Op basis van de methodeafhankelijke resultaten, observaties, methode-onafhankelijke resultaten, gesprekken en de resultaten van de Citotoets wordt een Didactisch Individueel Overzicht gemaakt waarin de onderwijsbehoeften van de leerlingen worden beschreven.
2.1.4
Lesmaterialen Voor de groepen 1 en 2 zijn ontwikkelingsmaterialen in gebruik die volgens DORR in fasen zijn verdeeld. Verder dienen Schatkist, de map Beginnende gecijferdheid en de Activiteitenlijn Rekenen en Wiskunde Rekenrijk als bronnenboek en gebruiken we de leerlijnen uit Rekenrijk als leidraad.
Werkplan methodes
Pag. 8 van 30
2.2
Groep 3 t/m 8 Voordat een leerling met het programma van Rekenrijk in groep 3 kan beginnen moet het kunnen tellen en terugtellen tot 10 met sprongen van 1 en van 2.
2.2.1
Werkwijze Met rekenen wordt gewerkt met een DIO (Didactisch Individueel Overzicht) en een groepsplan voor rekenen. Zie hoofdstuk 1. In de weekplanning wordt vervolgens o.a. aangegeven aan welke doelen er in elke les wordt gewerkt en welke leerlingen instructie of extra hulp krijgen. Elke dag wordt de evaluatie van het leerproces genoteerd op het weekoverzicht en wordt bepaald op welke wijze daar eventueel de volgende les een vervolg aan wordt gegeven. Verder werken door de gehele school met de onderstaande Stappenwijzer Rekenen. Deze Stappenwijzer hebben alle leerlingen vanaf groep 3 in hun instructiemap. Tijdens onze instructielessen waarbij nieuwe sommen aangeboden worden, proberen we zoveel mogelijk gebruik te maken van de vertaalcirkel. Deze sluit aan bij de Stappenwijzer. De volgende stappen van De Vertaalcirkel kunnen hierbij aan bod komen: 1. De leerkracht vertelt een rekenverhaal of geeft een kale som; 2. De leerlingen maken hiervan vertalingen, zoals : • situatie uitspelen (S); • handeling uitvoeren met materiaal (M); • het gebeuren weergeven in een verhaal (V); • handeling schetsen/tekenen (T); • handeling weergeven op de getallenlijn (G); • handeling weergeven in een kale som (K); 3. De leerkracht bespreekt de vertalingen na met de leerlingen.
2.2.2
Automatiseren Elke dag wordt in elke groep ongeveer 10 minuten op verschillende manieren geoefend met automatiseren. De leerkracht varieert de oefenvormen: schriftelijk, in tweetallen met flitskaarten of andere materialen, of met de hele groep m.b.v. het digitaal schoolbord. Op twee momenten per jaar (okt en juni) wordt m.b.v. de Tempo Toets Rekenen (versie 1992) in groep 4 t/m 8 de voortgang van de leerlingen gevolgd; in groep 3 wordt de toets alleen in juni afgenomen.
2.2.3
Oefenstof en organisatie De oefenstof is ingedeeld in 12 blokken van 2 weken. In elke week zijn er twee “leerkracht gebonden” lessen en 3 zelfstandige werklessen gepland. Na de periode van twee weken oefenen wordt een toets afgenomen om de voortgang van het onderwijsleerproces te volgen en wordt ook een onderdeel hoofdrekenen getoetst. In de derde week is er tijd voor remediering, verdieping, herhaling.
Werkplan methodes
Pag. 9 van 30
2.2.4
Lesmaterialen De opdrachten van het rekenprogramma worden gemaakt in een schrift en in het werkboek van Rekenrijk. Ondersteuning gebeurt verder via de computerprogramma’s Ambrasoft en Hoofdrekenen. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van concreet oefenmateriaal per leerling of per groep, zoals:
2.2.5
Afspraken
2.2.6
telmateriaal voor eenheden, tientallen, honderdtallen; blokken voor ruimtelijke figuren; abacus; inhoudsvormen en wiskundige figuren; tafelkwartetten en breukenkwartetten; posterschema’s in de klas; oefenopdrachten m.b.v. piccolo, een vorm van zelfstandig werken en controleren.
leerlingen noteren in hun schrift in welk blok er wordt gewerkt en welke les er gemaakt wordt; elk cijfer wordt in 1 hokje geschreven; tussen de rijtjes 2 hokjes overslaan; tussen de verschillende sommen 2 regels overslaan; foute sommen worden onder de streep opnieuw gemaakt; als een som uit a, b, of c bestaat dan komt die letter na de rode kantlijn; er wordt niets geschreven in het witte deel boven en onder de hokjes; vanaf groep 5 kijken de lln. zelf na en foute sommen worden aangestreept met een groene nakijkpen.
Toetsen Zie paragraaf 1.3 Toetsing van methode gebonden toetsen.
Werkplan methodes
Pag. 10 van 30
3
Taal Methodes
Schatkast, Schatkist, Fonemisch bewustzijn (gr.1 en 2) Veilig leren lezen (gr. 3 en na de meivakantie ook groep 2) Taalverhaal (groep 4 t/m 8)
Termijn van gebruik
Schatkist: 2011- 2019 (?) VLL 03-2009 t/m 03- 2017 Taalverhaal 10-2014 t/m 10-2022
3.1
Groep 1 en 2.
3.1.1
Werkwijze Schatkist In groep 1 en 2 wordt gewerkt met Schatkist. Het programma streeft doelen na op het gebied van:
3.1.2
mondeling taalgebruik; geletterdheid; gecijferdheid; sociaal-emotionele ontwikkeling; strategisch leren.
Afspraak Het programma is opgebouwd uit 16 ankers: betekenisvolle onderwerpen geplaatst binnen de seizoenen. Er komen minimaal 4 ankers aan de orde in groep 1 en eveneens vier in groep 2 Zie voor uitgebreide omschrijving het document “Beredeneerd aanbod groep 1 en 2”.
3.1.3
Registratie Met de DORR leerlingkaart wordt van elke leerling door middel van gekleurde hokjes geregistreerd welke activiteiten zijn gedaan en/of het worden beheerst. Bij de overgang naar groep 3 heeft de leerkracht hierdoor een goed overzicht van de startpositie van de leerlingen aan het begin van het lees- en rekenonderwijs.
3.1.4
Werkwijze Fonemisch bewustzijn. Met deze methode wordt doelgericht gewerkt aan het fonemisch bewustzijn van klanken en uitbreiding van letterkennis De vaardigheden die geoefend worden zijn:
Werkplan methodes
luisteren; zinnen en woorden; rijmen;
Pag. 11 van 30
3.1.5
klankgroepen; isoleren van klanken; synthetiseren van klanken; analyseren van klanken; letterkennis.
Afspraak Het oefenen van de vaardigheden gebeurt minimaal 3 maal per week gedurende een kwartier.
3.1.6
Registratie Door middel van het “Registratieformulier kleine en grote groep” wordt de voortgang van de vaardigheden van de kinderen geregistreerd. De kinderen worden getoetst met de controletaak “Voorbereiding Fonemisch Bewustzijn” voor groep 1 aan het einde van het schooljaar. Voor groep 2 is die toets voor de kerstvakantie en aan het einde van het schooljaar. De leerlingen die over het geheel of op enkele vaardigheden een onvoldoende scoren kunnen in de problemen komen met het leren lezen in groep 3. In het midden en aan het eind van groep 2 wordt de Cito-toets Taal afgenomen en wordt de letterkennis getoetst. De resultaten worden op de leerlingenkaarten van Dorr weergegeven, met de ouders besproken en bij de overdracht besproken met de leerkracht van groep 3. Bij de overgang naar groep 3 heeft de leerkracht een goed overzicht van de startpositie van de leerlingen aan het begin van het lees- en rekenonderwijs. Ieder school jaar wordt in januari in groep 2 de risicoscreening Dyslexie afgenomen.
3.2
Groep 3
3.2.1
Werkwijze Veilig leren lezen is het geïntegreerd programma voor lezen en taal dat volledig aansluit bij het programma Schatkist in groep 1 en 2. Via de lettermuur leren de kinderen in groep 3 de systematische kennis van de geschreven taal functioneel toe te passen. Door het laten zien van de letters (visueel), het laten schrijven ervan (motorisch), door het laten horen van de spraakklanken (auditief) en het laten uitspreken ervan leert het kind lezen en schrijven aan de hand van de lees- en werkboekjes.
3.2.2
Afspraak Met ingang van schooljaar 2012/2013 zijn de kernen 1 en 2 na de meivakantie in groep 2 aangeboden. Alle kinderen werken in groep 3 daarna het gehele programma tot en met kern 12 door.
Werkplan methodes
Pag. 12 van 30
3.2.3
Toetsen Voor het meten van de schriftelijke taalvaardigheid wordt volgens de methode na kern 6 een toets afgenomen. In januari wordt vervolgens de Cito toets spelling afgenomen; de resultaten worden besproken met de ouders en op het rapport vermeld. Zie verder ook in hoofdstuk 1 het onderdeel toetsen. Het vervolg voor de werkwijze van spelling in groep 4 t/m 8 wordt beschreven in het deel over spelling (hoofdstuk 5)
3.3
Groep 4 t/m 8
3.3.1
Werkwijze Taalverhaal is verdeeld in 6 blokken van 5 weken: 4 lesweken en 1 toetsweek. Elk blok bestaat uit twee hoofdstukken van twee weken. Elke twee weken zijn identiek van opbouw. Per les staat één leerlijn centraal (soms ondersteund door een tweede leerlijn). Na de leerkrachtgeboden les volgt een les waar de leerling zelfstandig aan de slag gaat met de stof van de les ervoor. Hierdoor ontstaat ruimte voor instructie op maat. De lessen 5 en 10 bevatten extra herhaling en onderhoud. Leerlingen herhalen dan de stof van die week en de stof van twee blokken ervoor. Er wordt consequent teruggeblikt op de behandelde stof. Op weekniveau wordt elke laatste les van de week herhaald. De leerlingen herhalen de stof van die week en van twee blokken daarvoor met de Kun je dit nu? en Kun je dit nog? oefeningen. Op blokniveau: na het tweede, vierde en zesde blok is er een optionele extra week voor extra oefening. Op jaarniveau: aan het eind van het jaar zijn er drie weken herhaling en onderhoud van alle voorafgaande leerstof. Per blok zijn er drie extra pagina’s met uitloopopdrachten, ingedeeld in makkelijk, gemiddeld en moeilijk.
3.3.2
Afspraak
3.3.3
leerlingen noteren in hun schrift in welk blok er wordt gewerkt en welke les er gemaakt wordt; tussen de lessen 1 regel overslaan; tussen de verschillende opdrachten 2 regels overslaan; als een opdracht uit a, b, of c bestaat dan komt die letter na de rode kantlijn; vanaf groep 5 kijken de lln. zelf na en fouten worden aangestreept met een groene nakijkpen.
Toetsen Zie paragraaf 1.3 Toetsing van methode gebonden toetsen.
Werkplan methodes
Pag. 13 van 30
4
Lezen Methodes
Veilig leren lezen (eind gr.2 en groep 3) Begrijpend lezen, Nieuwsbegrip, Blits (gr. 5 t/m 8)
Termijn van gebruik
Veilig leren lezen
03-2009 t/m 03-2017
Blits
2011 t/m 2019
Nieuwsbegrip
2010 t/m heden
4.1
Technisch lezen
4.1.1
Groep 2 4.1.1.1 Werkwijze Na de meivakantie wordt in groep 2 de lesstof aangeboden van kern 1 en 2 van het leesprogramma Veilig Leren Lezen 2 uit groep 3. De lesstof is ingebed in een breed geletterd aanbod (bijvoorbeeld een muurkrant of een boekje maken). De verwachting is dat we hierdoor de leesontwikkeling van de kinderen positief kunnen beïnvloeden en de werkwijze in groep 3 goed voorbereiden zodat het leesniveau verbetert.
4.1.2
Groep 3 4.1.2.1 Werkwijze Aan de hand van de geïntegreerde methode Veilig Leren Lezen wordt zowel de mondelinge als schriftelijke taalontwikkeling gestimuleerd. Kinderen die aan het eind van de kleuterperiode al zelfstandig kunnen lezen vormen in groep 3 de zogenaamde “Zon”-groep. Voor deze kinderen zijn voldoende materialen die aansluiten bij het thema waar de hele groep zich mee bezig houdt; de grootste groep bestaat uit kinderen die nog niet helemaal zelfstandig kunnen lezen, de “Maan’-groep. Kinderen die een verlengde instructie nodig hebben vormen de “Ster”-groep.
4.1.2.2 Afspraak Voorwaarde voor de goede overgang naar het voortgezet taal/leesonderwijs is dat alle 12 kernen van het programma worden behandeld. Het minimumdoel dat kinderen moeten bereiken is AVI E3.
4.1.2.3 Toetsen Vier keer per jaar is er een meetmoment gepland, de herfst-, winter-, lente-, en zomersignalering. Aanvullend wordt in januari de midden versie van de DMT en de AVI-toets afgenomen en aan het eind van het schooljaar de eind versie DMT en AVI toets.
Werkplan methodes
Pag. 14 van 30
De resultaten hiervan vormen de basis voor de indeling van leesgroepen in groep 4. Hierbij gaat het vooral om de kinderen die gerichte instructie en oefening nodig hebben.
4.1.3
Groep 4 t/m 8 4.1.3.1 Werkwijze We werken met de “New Wave” methodiek. Dit betekent het volgende:
op maandagmiddag is er tutorlezen voor de gehele school behalve de kleuters en de kinderen van groep 7. Zij gaan kleuterlezen. Groep 7 kiest samen met de leerkracht van de kleuters een prentenboek uit die ze gedurende de week gaan voorbereiden. Op maandagmiddag wordt dit dan bij de kleuters onder begeleiding van de kleuterleerkracht uitgevoerd. op woensdagochtend gaan we na de pauze met groep 3 t/m 8 Mandjeslezen. Iedere week heeft een tafelgroep 1 mandje. Een mandje met tijdschriften, met strips, met leesboeken, met informatieve boeken, met kranten en met prentenboeken. De week daarna draaien de mandjes door en heeft de volgende groep het mandje. De leerkrachten gebruiken hiervoor een rooster. Het leesmateriaal dat we voor het mandjeslezen gebruiken ligt in de linker schuifdeurkast in de personeelskamer; op dondermiddag is er “lezen op je gemakje” voor de leerlingen van groep 3 t/m 8. De kinderen nemen zelf een aantal boekjes mee en zoeken dan een rustig plekje in de klassen of in de gang om te lezen. We proberen er op te sturen dat de leerlingen ook echte leesboeken of informatieve boeken kiezen. Het maken van leeskilometers staat echter voorop; verder wordt er in elke groep aandacht besteed aan het lezen op woordniveau. De kinderen lezen dan woorden op hun hoogste instructieniveau en de leerkracht begeleidt op dat moment de leerlingen door kinderen individueel of in een instructiegroep extra ondersteuning te geven bij het toepassen van de verschillende leesstrategieën; in groep 5/6 wordt er aan duolezen gedaan.
4.1.3.2 Afspraak Tijdens Mandjeslezen en/of stillezen gaat de leerkracht met de leerlingen die extra zorg nodig hebben op het gebied van technisch lezen individueel lezen. De vorderingen van de leerlingen worden in een logboek bijgehouden.
4.1.3.3 Toetsen In januari en juni worden de DMT en AVI-toets afgenomen bij alle leerlingen. Op basis van die resultaten wordt het groepsplan bijgesteld en eventueel extra interventies afgesproken.
Werkplan methodes
Pag. 15 van 30
4.2
Begrijpend lezen
4.2.1
Groep 4 t/m 8 4.2.1.1 Werkwijze In groep 4 wordt na de herfstvakantie het programma van Nieuwsbegrip geïntroduceerd met het tekstniveau AA. Bij Nieuwsbegrip worden de lees strategieën aan de gehele groep aangeboden en waar mogelijk op niveau geoefend. De zwakke lezers worden indien nodig aan de instructietafel begeleid bij het inoefenen van de strategieën zoals in het groepsplan is aangegeven. Voor leerlingen boven niveau geldt dat ze zelf de aangeleerde strategieën moeten toepassen. Er wordt kritisch gekeken naar de verwerking van de reguliere lesstof en die wordt eventueel aangepast zodat de opdrachten een beroep doen op analyseren, evalueren en creëren en Topdown leren. Vaak wordt in duo’s gewerkt en begeleidt de leerkracht het leerproces door te “modelen” ( Engelse term voor het hardop verwoorden van het zoeken naar de juiste leesstrategie als voorbeeld voor de leerlingen.). Daarnaast wordt geoefend met het studerend leesprogramma “Blits” waarin aandacht wordt besteed aan:
hanteren van studieteksten; hanteren van informatiebronnen; kaartlezen; lezen van schema’s tabellen en grafieken.
4.2.1.2 Afspraak Aan Nieuwsbegrip doen alle leerlingen mee en werken de leerlingen met een eigen inlogcode op de computer aan de opdrachten via Nieuwsbegrip XL. Uit het leesprogramma “Blits” maken de leerlingen in groep 5, 6 en 7 wekelijks twee bladzijden die gezamenlijk worden nabesproken.
4.2.1.3 Toetsen In Nieuwsbegrip wordt met strategietoetsen getoetst of de kinderen de aangeleerde leesstrategieën kunnen toepassen. Het dient als richtpunt voor eventuele extra begeleiding van de leerkracht zichtbaar gemaakt in het groepsplan begrijpend lezen. In januari wordt bij alle leerlingen de Cito toets begrijpend lezen afgenomen. In groep 4 ook in juni. De resultaten vormen de basis voor het groepsplan.
Werkplan methodes
Pag. 16 van 30
5
Spelling Methodes
Veilig leren lezen ( gr. 3) Taalverhaal gr. 4 t/m 8
Termijn van gebruik
VLL 03-2009 t/m 03- 2017 Taalverhaal10-2014 t/m 10- 2022
5.1
Groep 3
5.1.1
Werkwijze De methode Veilig leren lezen is een geïntegreerde methode waarin taal, lezen en schrijven in een samenhang wordt aangeboden. Bij de herfst-, winter-, lente- en zomersignalering wordt de voortgang getoetst van het schriftelijk taalgebruik van de leerlingen via een dictee. De resultaten worden digitaal ingevoerd in het leerkrachtenprogramma van Veilig Leren Lezen, met de ouders besproken en overlegd bij de overdracht naar groep 4.
5.2
Groep 4 t/m 8
5.2.1
Werkwijze Taalverhaal is verdeeld in 6 blokken van 5 weken: 4 lesweken en 1 toetsweek. Elk blok bestaat uit twee hoofdstukken van twee weken. Elke twee weken zijn identiek van opbouw. Les 1 is leerkrachtgebonden met introductie en uitleg van het woordpakket. In les 2 en 3 werken de leerlingen zelfstandig. Zij passen het geleerde zelf toe en bedenken woorden met hetzelfde spelingsprobleem. Les 4 bestaat uit een dictee en oefenen van eerdere woordpakketten. Er wordt consequent teruggeblikt op de behandelde stof. Op weekniveau wordt elke laatste les van de week herhaald. De leerlingen herhalen de stof van die week en van twee blokken daarvoor met de Kun je dit nu? en Kun je dit nog? oefeningen. Op blokniveau: na het tweede, vierde en zesde blok is er een optionele extra week voor extra oefening. Op jaarniveau: aan het eind van het jaar zijn er drie weken herhaling en onderhoud van alle voorafgaande leerstof. Per blok zijn er drie extra pagina’s met uitloopopdrachten, ingedeeld in makkelijk, gemiddeld en moeilijk. De leerkracht gebruikt het groepsplan voor spelling als basis voor de instructielessen en voor extra ondersteuning tijdens het zelfstandig werken.
5.2.2
Afspraak De leerlingen wordt aangeleerd om de 6 stappen te doorlopen bij het schrijven van (nieuwe) woorden:
Werkplan methodes
stap 1- ik hoor het woord;
Pag. 17 van 30
5.2.3
stap 2-ik zeg het woord na; stap 3-ik verdeel het woord in klanken of klankgroepen; stap 4-ik denk na over het woord: wat hoor ik, wat weet ik, welke regel moet ik toepassen; stap 5-ik schrijf het woord op; stap 6 ik controleer mijn woord.
Toetsen Middels de methodegebonden toetsen wordt de voortgang van de spellingvaardigheid getoetst. Zie verder in hoofdstuk 1 bij toetsen. In januari en juni wordt in groep 3 t/m 7 de spellingvaardigheid gemeten met de Cito-toets spelling. In groep 8 wordt dit alleen getoetst in januari met de M8 toets. In groep 7 wordt in juni tevens de Cito toets spelling werkwoorden afgenomen, evenals in midden groep 8 (januari). De resultaten worden verwerkt in de DIO’s. Naar aanleiding hiervan worden groepsplannen voor spelling gemaakt. De resultaten van juni vormen de basis voor het groepsplan in het volgende schooljaar.
Werkplan methodes
Pag. 18 van 30
6
Aardrijkskunde Methodes
Wijzer door de wereld groep 3 en 4 Junior Bosatlas ( Nederland, Europa, Wereld) groep 5 t/m 8
Termijn van gebruik
6.1
Groep 3 en 4
6.1.1
Werkwijze
08-2013 t/m heden
In groep 3 en 4 wordt gebruik gemaakt van de methode Wijzer door de wereld. Deze methode wordt als bronnenboek gebruikt bij de thema’s die in de groep aan de orde komen.
6.2
Groep 5 t/m 8 6.2.1 Werkwijze In groep 5 t/m 8 wordt gewerkt uit “Junior bosatlas” topotaken. De werkboeken van De Junior Bosatlas TopoTaken bestaan uit drie delen: Nederland, Europa en Wereld. De leerlingen maken de taken in de volgorde zoals ze in het boekje worden aangeboden..
6.2.2 Afspraak De leerlingen krijgen na behandeling van een hoofdstuk hun werkboekjes mee naar huis om dit te leren voor de toets. Deze brengen ze de eerst volgende les na de toets weer mee naar huis.
6.2.3 Toetsen Zie verder paragraaf 1.3 Toetsing van methode gebonden toetsen.
Werkplan methodes
Pag. 19 van 30
7
Geschiedenis Methodes
Tijdstip (groep 3 t/m 8)
Termijn van gebruik
07-2006 t/m 07- 2014
7.1
Groep 3 t/m 8
7.1.1
Werkwijze Alle leerlingen hebben de beschikking over een lesboek en een werkboek waarin de opdrachten worden gemaakt. In groep 3 en 4 ligt het accent op verkenning. De leeractiviteiten richten zich op het zoeken naar en vergelijken van gebeurtenissen uit het verleden en het heden. De methode wordt als bronnenboek gebruikt bij de thema’s die in de groep aan bod komen. In groep 5 komen voor de kinderen herkenbare thema’s aan de orde waarbij steeds gekeken wordt hoe het vroeger was. Vanaf groep 6 is de methode chronologisch en komen de tien tijdvakken uit de kerndoelen aan de orde. Daarnaast staan er in elk deel drie zogenaamde Tijdstiplessen : daarin komt een actueel thema dat een relatie heeft met het verleden. Per leerjaar zijn er steeds 6 thema’s met 4 kernlessen, gevolgd door een toets. Naast het lesboek zijn er kopieerbladen met verklarende woordenlijsten en plusopdrachten.
7.1.2
Afspraak De leerlingen kijken de opdrachten zelfstandig na, de leerkracht kan er ook voor kiezen dit samen te doen. Ter voorbereiding van elke toets krijgen de leerlingen de samenvatting van de 4 kernlessen mee naar huis. Na de vier kernlessen volgt in groep 5 t/m 8 een toets. Zie paragraaf 1.3 Toetsing van methode gebonden toetsen.
Werkplan methodes
Pag. 20 van 30
8
Verkeer Methodes
Rondje verkeer (groep 1 en 2) Klaar…over! (nieuwe editie) (groep 3 t/m 8) Op voeten en fietsen, Jeugdverkeerskrant ( 3VO)) (groep 5 / 6) Jeugdverkeerskrant groep 7-8
Termijn van gebruik
8.1
Groep 1 en 2
8.1.1
Werkwijze
Onbekend en abonnement
Er worden met behulp van een activiteitenboek 7 thema´s behandeld: fietsen, lopen, meerijden, oversteken, spelen, tekens én weer en verkeer. De thema´s worden aangeboden met verschillende activiteiten zoals verhalen, liedjes, kringgesprekken. Zie voor een uitgebreide beschrijving bladzijde 2 van de handleiding.
8.2
Groep 3 t /m 8
8.2.1
Werkwijze De methode Klaar… over! bestaat uit een handleiding voor de leerkracht en een werkboek voor de leerlingen. Er zijn 17 lessen van ongeveer 30 minuten. Naast het werkboekje worden kopieerbladen gebruikt waarop tevens voor de ouders aanwijzingen en tips staan zodat ouders weten wat er tijdens de verkeerslessen wordt behandeld. De Mieden is een verkeersveilige school: de Gemeente Menterwolde ondersteunt een goede verkeerseducatie door de uitgaven “Op voeten en fietsen” en de `Jeugdverkeerskrant` van Veilig verkeer Nederland ( 3VO) beschikbaar te stellen. Dit werkboekje verschijnt 6 keer per jaar en bevat aanvullende oefenstof waar leerlingen samen met de leerkracht of zelfstandig in werken.
8.2.2
Afspraak Met de Verkeerscommissie van De Mieden wordt samengewerkt om ouders en leerlingen van groep 8 op te leiden als verkeersbrigadier. Daarnaast is er met de verkeerscommissie nauw overleg om het praktisch verkeersexamen te organiseren. Dit praktische gedeelte wordt om de twee jaar voor de groepen 7 en 8 afgenomen.
Werkplan methodes
Pag. 21 van 30
8.2.3
Toetsing In Klaar… Over! worden drie toetsen aangeboden waarin zowel kennis als inzichtvragen worden gesteld. In de groepen 7 en 8 wordt het verkeersexamen (theoretisch en praktisch) van 3VO afgenomen.
Werkplan methodes
Pag. 22 van 30
9
Engels Methodes
Take it easy (groep 7 / 8)
Termijn van gebruik
08-2013 t/m heden
9.1
Groep 7 en 8
9.1.1
Werkwijze De leergang bestaat uit aparte delen voor groep 7 en 8. Per deel omvat de leergang een lesboek, een werkboek en een docentenhandleiding. Per jaargroep zijn er 6 hoofdstukken (Units). Elk hoofdstuk is onderverdeeld in 5 lessen. Per les is er oefenstof voor minimaal 30 minuten per week. De leergang wordt gestuurd vanuit het werkboek en een digitale docenten handleiding: hierin worden alle opdrachten vermeld.
9.1.2
Afspraak De leerlingen noteren woorden tijdens de lessen in hun werkboek zoals in de opdrachten wordt gevraagd. Voor elke toets krijgen de leerlingen het werkboek als huiswerk mee naar huis om te oefenen voor het dictee-onderdeel van de toets.
9.1.3
Toetsing Elk hoofdstuk wordt afgesloten met een toets. Zie paragraaf 1.3 Toetsing van methode gebonden toetsen .
Werkplan methodes
Pag. 23 van 30
10
Biologie Methodes
Huisje Boompje Beestje Nieuws uit de Natuur (NTR-Schooltv)
Termijn van gebruik
10.1
Groep 3/4
10.1.1
Werkwijze
abonnement per jaar
In groep 3 worden de uitzendingen gevolgd van Huisje Boompje Beestje. De onderwerpen uit de uitzending worden verwerkt door middel van een klassengesprekje, vanaf april worden de werkboekjes gebruikt die bij de uitzendingen aansluiten.
10.2
Groep 5/6
10.2.1
Werkwijze In elke groep worden de uitzendingen gevolgd van Nieuws uit de Natuur op de donderdagmiddag. Aansluitend wordt de uitzending nabesproken en worden (eventueel later) de opdrachten in het werkboek gemaakt. Per 4 of 5 uitzendingen wordt er een werkboekje verstrekt en is er een handleiding voor de leerkracht. De aangeboden onderwerpen sluiten aan bij de kerndoelen.
10.2.2
Afspraak Na het zien van het programma en het werken met het begeleidend materiaal kunnen de kinderen verwoorden wat er aan de orde kwam en wat zij hebben geleerd. De leerkracht kan dit zowel mondeling als schriftelijk door de leerlingen laten vertellen/ beschrijven.
10.2.3
Observatie/Toetsing De leerkracht observeert tijdens de verwerking van het materiaal hoe de kinderen werken en de opdrachten verwerken. Vanaf eind maart worden de toetsen gemaakt welke digitaal worden aangeboden van NTR-school tv.
Werkplan methodes
Pag. 24 van 30
11
Top Ondernemers Methodes
Topondernemers groep 5 t/m 8
Termijn van gebruik
2013 t/m 2021
11.1
Groep 5 t/m 8
11.1.1
Werkwijze “Top Ondernemers” groep 6 t/m 8 biedt 12 thema’s met 15 opdrachtkaarten (in 2-voud) voor groep 6 en hetzelfde aantal voor de groepen 7/8. De groepen kunnen tegelijkertijd in dezelfde periode aan hetzelfde thema werken. Er is uitgegaan van twee momenten per week, waardoor er in totaal ongeveer 1 à 1.5 uur per week aan de opdrachtkaarten wordt gewerkt. In een schooljaar komen 5 thema’s aan bod. De thema’s worden door de leerkracht uitgekozen. De opdrachtkaarten zijn genummerd. De opdrachtkaarten kunnen individueel, in een tweetal of in een groepje gemaakt worden. Op de kaarten staat aangegeven of het om een groeps-, duo- of individuele opdracht gaat. Tevens staat op de kaarten aangegeven of het om een korte (2 lesmomenten) of een lange (6 lesmomenten) opdracht gaat. De opdrachten hoeven niet in een bepaalde volgorde te worden gemaakt. Tijdens een thema kunnen kinderen ongeveer drie tot tien kaarten maken. De leerkracht zoekt vooraf aan het thema uit welke kaarten in elk geval gemaakt moeten worden om er voor te zorgen dat in elk geval alle kerndoelen aan bod komen. Tijdens het werken met de opdrachtkaarten kunnen de kinderen ook gebruik maken van hulpkaarten. Deze hulpkaarten helpen de kinderen bij het maken van hun eindproduct. Door het gebruik van de hulpkaarten kunnen de kinderen bijna helemaal zelfstandig aan de slag met de opdrachten. Voordat de kinderen met een opdrachtkaart aan de slag gaan moeten ze eerst een plankaart invullen. Hierdoor worden ze gedwongen eerst na te denken over de opdracht, de eventuele samenwerking en het resultaat. Wanneer de kinderen een opdrachtkaart afgerond hebben presenteren ze het eindresultaat aan de rest van de groep.
11.1.2
Toetsing De leerlingen worden beoordeeld op basis van de eindresultaten van de opdrachtkaarten. De leerkracht maakt hierbij gebruik van evaluatieformulieren.
Werkplan methodes
Pag. 25 van 30
12
Sociaal-emotionele vorming Methodes
Goed gedaan (groep 1 t/m 8)
Termijn van gebruik
08-2007 t/m 08-2015
12.1
Groep 3 t/m 8
12.1.1
Werkwijze “Goed Gedaan “ brengt structuur aan in de sociaal-emotionele begeleiding van kinderen. Zij ontwikkelen hun sociaal-emotionele competenties door de combinatie van begrijpelijke uitleg ( inzichten) en begeleid oefenen en ervaren in diverse situaties ( vaardigheden). Goed gedaan geeft kinderen meer zicht en grip op hun eigen emoties en gedrag en maakt hen het “hoe en waarom” van sociale vaardigheden duidelijk. Het programma omvat per leerjaar 16 lessen, derhalve per twee weken een nieuw onderwerp. De leerkrachten wordt aangeraden de lesonderdelen te verspreiden over verschillende momenten.
12.1.2
Afspraak Bij elke les hoort een kaart die in de klas opgehangen kan worden, waarop de inzichten en vaardigheden die centraal staan in de betreffende les worden uitgelegd. Aanvullend wordt door middel van een pakkende tekst in elke groep wekelijks aandacht gevraagd voor een aspect van omgang met elkaar en je eigen gedrag. Op de weektaak van de kinderen wordt deze afspraak ook vermeld als een herinnering.
12.1.3
Observatie/Toetsing Indien het gedrag van een leerling zorgelijk is kan de leerkracht dat gedrag gericht observeren en beschrijven met behulp van de registratieformulieren van “Goed Gedaan”. Ook vindt hij/zij nadere informatie omtrent gedragsproblemen van kinderen in de bijlage van de methode (deel: “Elk kind apart”) .In inhoudelijke vergaderingen wordt het gedrag van de leerling(en) besproken en te nemen maatregelen afgesproken. De uitkomsten van Scol worden meegenomen in de onderwijsbehoeften zoals deze geformuleerd worden in de DIO’s en verwerkt worden in de groepsplannen. In het leerlingjournaal worden, waar nodig, leerling specifieke opmerkingen genoteerd. In oktober en april wordt de Scol-lijst gebruikt om het gedrag van de kinderen te beschrijven. In de weekplanning worden o.a. naar aanleiding van de uitkomsten van Scol eventuele interventies aangegeven. Ook is het mogelijk dat er een pedagogisch
Werkplan methodes
Pag. 26 van 30
groepsplan geschreven wordt. Bijzonderheden rondom gedrag worden in het leerlingjournaal vermeld.
Werkplan methodes
Pag. 27 van 30
13
Schrijven Methodes
Pennenstreken (groep 1/ t/m 8)
Termijn van gebruik
Onbekend (versie 1997)
13.1
Groep 1 t/m 8
13.1.1
Werkwijze In groep 1 en 2 vindt de fase van het voorbereidend schrijven plaats. Na de ontwikkeling van de grote en kleine motoriek in groep 1 wordt er in groep 2 ook aandacht besteedt aan het aanleren van een goede zithouding, papierligging en potloodhantering. Ook wordt de voorbereiding op het schrijven geoefend (schrijftekens en schrijfpatronen). Per week staan er voor groep 3 elke dag een schrijfles op het rooster; voor groep 4 twee en voor de hogere groepen 1 les per week. Verder wordt gewerkt zoals de methode aangeeft.
13.1.2
Afspraak In groep 3 en 4 hebben de leerlingen een letterkaart ter beschikking.
13.1.3
Toetsing In oktober en mei wordt de schrijfvaardigheid beoordeeld en met een cijfer weergegeven.
Werkplan methodes
Pag. 28 van 30
14
Expressie en muziek Methodes
Moet je doen (dans, drama, handvaardigheid, muziek, tekenen, expressie voor kleuters)
Termijn van gebruik
14.1
Groep 1/2
14.1.1
Werkwijze In de groepen 1/2 wordt gewerkt uit “Moet je doen- dans en drama” en - indien het past binnen het thema van Schatkist- uit “ Moet je doen – muziek” Voor de muzikale vorming wordt meer gebruik gemaakt van het aanbod aan liedjes welke vanuit Schatkist worden aangeboden.
14.2
Groep 3/4
14.2.1
Werkwijze In groep 3/4 wordt gewerkt uit alle thema’s.
14.3
Groep 5/8
14.3.1
Werkwijze De groepen 5, 6, 7 en 8 werken op vrijdagmiddag afwisselend aan een expressieonderdeel uit Moet je doen: * dans en drama; * tekenen; * handvaardigheid; * muziek; * techniekopdracht. Met dit expressieaanbod komen we tegemoet aan een veelzijdig aanbod van diverse technieken zoals in de kerndoelen is omschreven.
14.3.2
Afspraak De verschillende expressieonderdelen worden door vier leerkrachten gegeven. Er wordt een rooster opgesteld voor een jaarprogramma zodat alle groepen gedurende 4 lessen aan een expressieonderdeel werken en vervolgens doorschuiven. Het onderdeel Dans en Drama wordt gegeven in het gymlokaal, voor het onderdeel handvaardigheid wordt gebruikt gemaakt van het
Werkplan methodes
Pag. 29 van 30
handvaardigheidslokaal. Er wordt op toegezien dat de leerlingen mede verantwoordelijk zijn voor een juist materiaalgebruik en het opruimen ervan. Voor de muzieklessen kan de leerkracht gebruik maken van instrumenten die centraal in school worden bewaard. In elk lokaal is een cd-speler aanwezig voor het gebruik van de cd’s.
14.3.3
Toetsing De leerkracht beoordeelt het werk van de leerlingen op kwaliteit en op inzet.
Werkplan methodes
Pag. 30 van 30