EXAMENTOUR ROTTERDAM 2015 In plaats van Antwerpen Datum: vrijdag 20 februari Bestemming: ROTTERDAM Vertrek Hemdijk 2: 8.15 uur We gaan met twee bussen vanwege de verschillende locaties die op het programma staan. Kosten lln: 15 euro - betalen bij instappen bus of vooraf aan je docent
PROGRAMMA 08.15 uur - VERTREK Hemdijk Sneek (in Lemmer ophalen lln. of andere locaties?) 10.30 uur - AANKOMST museumpark in Rotterdam 10.45/11.00 uur - groepjes gaan naar verschillende locaties: Boijmans van Beuningen, Kunsthal en Van Nellefabriek. ………… - de invulling voor de rest van het programma staat op bladzijde 3 15.45 uur - Verzamelen bij (locatie wordt `s op de heenreis in de bus bekend gemaakt) 16.00 uur - VERTREK naar Sneek; 19.00 uur - geschatte aankomst Lemmer/Sneek (o.v.b. van files) WAT IS VERPLICHT? Nadat je een rondleiding (+ workshop) hebt gevolgd wordt je met de bus naar de Kubuswoningen gebracht. Er is één KIJK-KUBUS. Je hoeft niet te betalen, maar meldt even dat je van Bogerman bent (wij betalen achteraf a.d.h.v. aanwezigheid). Loop eens door de woning, ga de trappen op en vraag je af of jij daar zou kunnen en willen wonen…. Daarna heb je tot 15.45 uur vrije tijd. Tip: loop ook even de Nederlandse Sixtijnse kapel in (de Markthal) en bekijk vooral het plafond. WAT MOET JE MEENEMEN?
o o
Lunchpakket en neem ook genoeg eten en drinken mee voor de terugreis
o o o o
Een goed humeur
Doe goede wandelschoenen aan en geen pumps of vlassige gympies: je moet er de hele dag op lopen en blarenpleisters heb je vast niet bij je… Eventueel een fotocamera of een (opgeladen) mobieltje Heb je een leuke/leerzame FILM op DVD voor in de bus? Neem maar mee! Voor noodgevallen; zorg dat je nummers van je klasgenoten en het nummer van een van de begeleiders bij je hebt.
NIET MEENEMEN: Waardevolle spullen die niet direct nodig zijn: tasjesdieven en zakkenrollers zijn ook in Rotterdam actief. TIJD OVER? Ga dan niet alleen op stap: zorg ervoor dat je in groepjes van drie of vier samen optrekt: let op elkaar en houd je tas altijd bij je, rugzakken goed afsluiten of voor je dragen.
o
1
AFWEZIGHEID: Als je op de dag zelf ziek bent, laat een van je ouders/verzorgers dan voor 08.00 uur bellen naar 0515-482482. Mocht je om andere gegronde redenen niet mee kunnen gaan, dan moet dit vooraf en met schriftelijke toestemming van je ouders/verzorgers kenbaar worden gemaakt. Je kunt dit verzoek doorgeven aan je docent - mevrouw Meester, mevrouw Flantua of dhr. Berkhout. BELLEN IN GEVAL VAN NOOD/WEG KWIJT Zorg dat je het telefoonnummer van een van de begeleiders bij je hebt: in noodgevallen (te laat, gestruikeld en enkel verzwikt, weg kwijt) kun je dan even laten weten waar je bent en wat er aan de hand is. Tel. mevrouw Meester: 06 50237507 We maken er een leerzame en gezellige dag van!
2
DAGPROGRAMMA TIJD 08.15 uur
WAT vertrek Hemdijk 2
WIE Opstapplaatsen lln. Wommels, Koudum en Balk graag aan MEEB doorgeven Iedereen, behalve groep 5/6vwo stapt uit groep5/6vwo
aantal allen
10.30 uur
aankomst museumpark Rotterdam
10.30 uur
bus A pikt architectuurgids op bij het Nieuwe Instituut (N.I.).
11.00-12.30 uur
Rondleiding; Kunstnijverheid & Design + workshop Rondleiding: Yeah Boij + workshop in HipHopHuis Rondleiding: Surrealisme + workshop Rondleiding: 200 jaar Koninkrijk bus B (7 min heen, 7 min terug)
Groep H47Koudum
26
Groep Wommels-Balk
17
Boijmans + HipHopHuis
Groep 4vwo
10
Boijmans
Groep 4/5havo
36
KUNSTHAL
Groep Wommels-Balk
26
12.00 uur
Bus B
Groep 4/5havo
36
12.45
Bus B
10 26
13.30/40 uur
bus A
15.45 uur
Bus A en B
16.00 uur 19.00 uur
Vertrek naar Sneek Aankomst Sneek
groep 4vwo groep H47Koudum 5/6vwogroep groep Wommels/Balk Iedereen verzamelen -
Naar Hiphophuis en terug naar museumpark rijdt naar KIJKKUBUS en terug naar museumpark rijdt weer naar KIJK-KUBUS.
11.00-13.30 uur 11.00-12.30 uur 10.45-11.45 uur 11.45 uur
LOCATIE Hemdijk 2 e.a. locaties i.v.m. opstap lln. Wommels/Koudum/ Balk museumpark
14 (16)
Via N.I. naar Van Nellefabriek, dan naar huis Sonneveld, dan naar N.I. Boijmans van Beuningen
Via HipHopHuis naar Kijk-Kubus Allen Allen Allen
Nog af te spreken locatie -
ADRESSEN LOCATIES ROTTERDAM Boijmans/Kunsthal Museumpark Rotterdam Nieuwe Instituut Museumpark Rotterdam Van Nellefabriek Van Nelleweg 1, 3044 BC Rotterdam Hiphophuis Delftse hof 19, Rotterdam Huis Sonneveld Jongkindstraat 12 3015 CG Rotterdam KIJK KUBUS Overblaak 70, 3011 MH Rotterdam
3
INFORMATIE RONDLEIDINGEN EN WORKSHOPS KUNSTHAL - 4havo en 5havo Tentoonstelling `200 jaar Koninkrijk` Beg: W. Flantua en T. Yntema Rondleiding 10.45 - 11.45 uur Honderden prenten, tekeningen, foto's, kaarten, cartoons en affiches uit de Rotterdamse Atlas Van Stolk - atlas is het Oudnederlandse woord voor collectie - tonen het leven van de Nederlander gedurende twee eeuwen koninkrijk en laten zien hoe Nederlanders door de jaren heen naar zichzelf kijken. De tentoonstelling neemt de bezoeker mee in het leven van vroegere Nederlanders en zet dit af tegen de huidige leefomgeving. De Tweede Wereldoorlog fungeert hierin als een belangrijk scharnierpunt.
BOIJMANS - 4vmbo (Wommels en Gaasterland) Tentoonstelling `Yeah Boij` onder voorbehoud Beg: H. Kornelis en M. de Boer Rondleiding 10.45 - 12.00 uur Met bus naar workshop in Hiphophuis 12.00 - 13.15 uur Museumkunst ontmoet straatkunst. In het museum krijgen leerlingen een rondleiding langs schilderijen uit verschillende periodes. Workshop: een Rotterdamse ‘street artist’ geeft in het HipHopHuis een inleiding over straatkunst en maken de leerlingen met behulp van graffiti-stencils (die gebaseerd zijn op schilderijen) zelf een kunstwerk met een geheel eigen boodschap.
BOIJMANS - 4vmbo/mavo (H47 en Koudum) Tentoonstelling `Kunstnijverheid en Design` Beg: E. Bakker en Vera de Wolf Rondleiding + workshop 10.45 - 12.15 uur Wat heeft China met Delfts blauw te maken? Waarom werd in 1946 Stichting Goed Wonen opgericht? Hoeveel kost een echte Rietveld stoel? En kun je zitten op een stoel die gemaakt is van alleen touw, of koeienhuid? Deze rondleiding gaat langs gebruiksvoorwerpen en vormgeving door de eeuwen heen. Workshop: Geinspireerd door de voorwerpen die ze tijdens de rondleiding hebben gezien maken de leerlingen zelf een bijzonder gebruiksvoorwerp volgens de filosofie 'less is more' of 'less is a bore'.
4
BOIJMANS - 4vwo (10 lln) Tentoonstelling `Surrealisme` Beg: ?? Rondleiding + workshop 10.45 - 12.15 uur Dromen, fantasieën en het onderbewustzijn waren geliefde bronnen voor de surrealisten. Ze schilderden soms abstract, maar vaak ook allerlei bizarre onmogelijkheden, zoals de vrouw met laden van Dalí. De invloed van het surrealisme is ook te ontdekken in veel kunstwerken die na het surrealisme zijn gemaakt. Deze bijzondere rondleiding toont surrealistische schilderijen, beelden en installaties. Museum Boijmans Van Beuningen is het enige museum in Nederland met een grote collectie surrealistische kunst. Workshop: Met verschillende surrealistische technieken zoals 'cadavre exquis' en collage maken de leerlingen een vervreemdende poster in de geest van het surrealisme. BEZOEK AAN DE KIJK-KUBUS Met de organisatie van de KIJK-KUBUS is afgesproken dat onze leerlingen zonder te betalen naar binnen mogen, maar zich wel moeten melden (je gaat de trap op naar boven en komt dan in een klein kantoortje. Vertel de baliemedewerker dat je van BOGERMAN bent.
NA BEZOEK AAN DE KUBUSWONING - VRIJE TIJD TOT 15.45 uur Markthal - Ook wel de Sixtijnse Kapel van Rotterdam genoemd. Het indrukwekkend kunstwerk `The Horn of Plenty`(Arno Coenen) op het plafond binnen is de reden voor deze vergelijking. Bijzondere architectuur, gebouwd door het beroemde (Rotterdamse) architectenbureau MVRDV. IN de kelder zijn archeologische vondsten te zien die tijdens de bouw zijn opgegraven. Enkele feitjes Grondoppervlak is zo groot als een voetbalveld. Wordt wel de Sixtijnse Kapel van Rotterdam genoemd. Laurenskerk - Naast de Markthal staat het enig overgebleven gebouw in Rotterdam uit de middeleeuwen. Een bezoekje meer dan waard; loop even binnen - is gratis - en bekijk de decoratie op de muren en aanschouw het `goddelijk licht` door de glas-in-loodramen waar gotische kerken immers bekend om staan. Lijnbaan -
5
6
7
WAT TE ZIEN IN ROTTERDAM? Winkelcentrum de LIJNBAAN Het winkelcentrum werd in 1953 geopend. Het ontwerp van Van den Broek en Bakema, was in die tijd voor Nederland revolutionair. Voor het eerst werd een exclusief voetgangersgebied gecreëerd. De bevoorrading verloopt via bedieningsstraten aan de achterkant van de winkels. De kantoren zijn eveneens achter de winkels. De winkels zijn twee lagen hoog boven een kelderetage. De breedte varieert. Het winkelaanbod is in de loop der jaren wel wat verschraalt. Door het gefragmenteerde eigendom was het voor de gemeente zeer moeilijk om het aanzien van de Lijnbaan te moderniseren. Allerlei plannen stuitten op verzet van individuele eigenaren. De bouw van de Beurstraverse op het Beursplein, bracht de eigenaren eindelijk tot wat gezamenlijke actie. De gevels en luifels werden gemoderniseerd, de bloemperken verwijderd en de verlichting aangepast. Op de kruising met de Korte Lijnbaan staat het beeld "De Beertjes" uit 1956 van Anne Grimdalen, een geschenk van de Noorse exporteurs vereniging. Links zien we het stadhuis uit 1920.
http://couvreur.home.xs4all.nl/ned/rdam/wandelframe.htm
8
DE KUNSTHAL is een ontwerp van Rem Koolhaas uit 1992. Het is een van Koolhaas' eerste ontwerpen, waarin hij zijn architectonische "ei" volledig kwijt kon. Het gebouw trekt internationaal de volle aandacht van architectuurlief-hebbers, maar heeft in het gebruik toch wat eigenaardigheden en gebreken. Het gebouw dient als expositieruimte voor bijzondere tentoonstellingen waarvoor in de bestaande musea geen ruimte is of voor tentoonstellingen, gewijd aan een artiest of thema, waarvoor uit musea kunstwerken worden geleend. De kunsthal heeft geen eigen collectie en is dan ook geen museum. Het gebouw wordt doorsneden door een voetgangershelling die het Museumpark met de Westzeedijk verbindt. Via het gebouw wordt een hoogteverschil overbrugd tussen het park en de Westzeedijk. In het gebouw loopt in tegengestelde richting nog een helling. De ingang ligt op het snijpunt van beide hellingen. Onder het gebouw door loopt een ventweg tussen het dijklichaam en de benedenetage. Het deel rechts van de helling bevat een auditorium en een restaurant, het grotere linkerdeel twee expositieruimtes. De twee expositieruimtes (hal 1 en 2) zijn verschillend van karakter. Hal 1, beneden, heeft een zwart plafond met onregelmatige verlichtingspatronen en vier stalen kolommen, die gezien kunnen worden als een voortzetting van de bomen in het park. De grote hal boven is een kolomvrije ruimte met een transparant dak en een groot "etalagevenster" aan de Westzeedijk. Op het dak wordt een grote installatietoren gebruikt als billboard om de tentoonstellingen aan te kondigen. De combinatie van auditorium en tentoonstelling is bijzonder, maar de uitwerking door Koolhaas is weinig praktisch. Bezoekers van de tentoonstelling moeten namelijk door het auditorium om de garderobe en de tentoonstelling te bereiken, waardoor de twee functies eigenlijk niet gelijktijdig bruikbaar zijn. In de gevels zijn travertin en geteerd beton gebruikt met grote glasoppervlakken. Alle gevels zijn verschillend. De verschillende materialen, van duur tot goedkoop en van verfijnd tot banaal contrasteren fel met elkaar. Op het dak staat het beeld 'Kameel' van Henk Visch uit 1992, te zien vanaf de Westzeedijk. De bedoeling was dat het beeld een plaats zou krijgen in de omgeving van de Kunsthal als vervreemdend element op een betonnen vlakte. De vlakte kwam er niet omdat dan kabels en leidingen onbereikbaar zouden worden. Om de vervreemding toch een plaats te geven werd de Kameel met zijn begeleider op het dak geplaatst. Via de voetgangershelling lopen we door het gebouw het museumpark in. Het Museumpark is ontworpen door de Franse landschapsarchitect Yves Brunier in samenwerking met bureau OMA van Rem Koolhaas. Het ontwerp is in 1992 uitgevoerd. Het park is nadrukkelijk kunstmatig en sluit totaal niet aan bij de museumtuin van Boijmans en de daarnaast gelegen rozentuin. Veel beton en astfalt. Van de "museumzone" bij de Kunsthal en Natuurhistorisch museum, komen we via een brug in
9
de Romantische Tuin. Er achter ligt het evenemententerrein ( voor o.a. de festivals Parade enOpenluchtbioscoop). Tenslotte komen we bij de voorhof met tientallen bomen , die de overgang vormt naar het Nederlands Architectuurinstituut. Onder het museumpark is van 2006 tot 2010 een parkeergarage (en regenwaterbassin) aangelegd, waardoor het park langdurig onbruikbaar was. In 2011 is het in oude "luister" hersteld. Over enkele jaren moet hier ook een door MVRDV ontworpen collectie-gebouw van het museum Boijmans verrijzen. Hier zullen dan de kunstwerken, die (tijdelijk) niet geëxposeerd zijn in het museum worden bewaard. Daarnaast is er ook ruimte voor kleine en bijzondere tentoonstellingen, een restaurant en een groene oase op het dak. Het Collectiegebouw wordt een expertisecentrum van hoog niveau voor restauratie, onderhoud en beheer.
Aan het einde van het park staat aan de rechterzijde het Museum Boymans Van Beuningen. Aanvankelijk was de, door de advocaat Boijmans aan de stad nagelaten kunstverzameling, ondergebracht in het Schielandshuis. De ondernemer Van Beuningen (Steenkolen Handelsvereniging) was van belang bij de financiering van de bouw van een nieuw museumgebouw en uitbreiding van de collectie. De nieuwbouw was nodig omdat de collectie te groot werd voor het Schielandhuis. Stadsarchitect Van der Steur ontwierp het gebouw. Er was veel kritiek uit de hoek van de Nieuw-Zakelijke bouwers op het zeer traditionele ontwerp. Van der Steur had zich met name laten inspireren door het traditioneel-nationalistische Stadhuis van Stockholm uit 1923. De toren heeft de functie van opbergruimte. De lantaren is ’s avonds verlicht. Aan de tuinzijde werd in 1991 een tuinpaviljoen (nu restaurant) - met veel glas - van Henket toegevoegd. De zuidgevel van het paviljoen loopt rond. De toiletaanbouw is van het Rotterdamse Atelier Van Lieshout. Daarachter is een eerdere uitbreiding van Alexander Bodon te zien uit 1972. Deze harmonieert meer met het oorspronkelijke gebouw. Als we doorlopen naar de voorzijde van het museum zien we de in 2003 opgeleverde uitbreiding van het museum van het Belgische architectenduo Paul Robbrecht en Hilde Daem. De bouw ervan is ruim twee jaar uitgelopen en de begroting is met ettelijk miljoenen euro's overschreden. Deze nieuwbouw is om de uitbreiding van Bodon heengebouwd. Naast tentoonstellingsruimten is hier ook de bibliotheek van het museum gevestigd.
10
Het oorspronkelijke bouwdeel is specifiek ontworpen voor de collectie van het museum in die tijd. Ruimte, lichtinval en klimaat waren afgestemd op specifieke kunstwerken. Op de begane grond was ruimte voor kunstnijverheid, op de etage voor schilderkunst. Het gebouw is rond een binnenhof gebouwd. De begane grond heeft een zandsteengevel, de etage een baksteengevel, die in twee steenformaten is gemetseld. De uitbreidingen waren veel generieker van opzet, waarbij meer rekening werd gehouden met eisen die moderne kunst kan stellen en het gebruik voor tijdelijke tentoonstellingen. Voor ons is allang het Nederlands Architectuur Instituut opgevallen. De ontstaansgeschiedenis van het instituut was niet eenvoudig. Er ging een heuse Amsterdam-Rotterdam strijd aan vooraf. Uiteraard won Rotterdam op goede argumenten. De toenmalige minister van Cultuur Brinkman wees Rotterdam aan als vestigingsplaats van deze nieuwe instelling, waar Het Nederlands Documentatiecentrum voor de bouwkunst, de stichting Architectuurmuseum en de Stichting Wonen (alledrie uit Amsterdam) in opgaan. Aanvankelijk vond het instituut onderdak in de voormalige bibliotheek aan de Nieuwe Markt, in afwachting van de nieuwbouw aan het Museumpark. Het ontwerp van Jo Coenen kwam verrassend winnend uit de uitgeschreven prijsvraag. In het ontwerp zijn de drie afzonderlijk functies van het instituut van buiten duidelijk herkenbaar. Boven de gebogen colonnade aan de Rochussenstraatzijde zijn de archieven van het documentatiecentrum gevestigd. In de colonnade is een lichtkunstwerk van Peter Struyken opgenomen, dat 's avonds een wisselend kleurenspel laat zien. Het archief vormt een afsluiting van het Museumpark naar de rest van de stad. De hoogbouw biedt ruimte aan de bibliotheek en leeszaal, de onderzoekers en de staf van het instituut, terwijl de blokvormige vleugel aan de Jongkindstraat dienst doet als expositieruimte. In 2010 was het museum lange tijd gesloten vanwege een verbouwing. Architect Coenen heeft zijn ontwerp, met name de entree, de ontvangstruimte en de tentoonstellingsruimte aangepast. Onder de hoogbouw is de verhoogde foyer met ontvangst en een boekwinkel. Deze is bereikbaar vanuit het Museumpark. Vanuit de foyer komt men ook in het restaurant en een auditorium. Het restaurant heeft een terras aan de vijver. De vijver geeft het gebouw de ruimte om het in zijn omgeving uit te laten komen. Elk deel is bekleed met ander materiaal. De hoogbouw en foyer hebben glasgevels, het archief is met metalen platen bekleed, terwijl het expositiedeel uit metselwerk is opgebouwd. Met dat metselwerk wordt aansluiting gezocht met het Museum BoymansVan Beuningen dat er tegenover ligt. In de vijver staat een kunstwerk van Auke de Vries. We slaan rechtsaf (Museumpark) en zien aan onze linkerhand een aantal witte villa's.
11
Op de hoek met de Jongkindstraat staat een villa naar een ontwerp van G.W. Baas en Stokla (1938). Het is een stuk lichtvoetiger van ontwerp dan de villa's van Brinkman en Van der Vlugt verderop, met name de ronde balkons en de luifels getuigen hiervan. De villa is ontworpen als woonhuis. De vrije compositie werd mogelijk door de toepassing van een - in die tijd niet al te gebruikelijk - betonskelet. In de villa is sinds 1993 het Chabot Museum, gewijd aan de expressionistische schilder, gevestigd. We lopen iets verder richting kerkgebouw. Op Museumpark nr. 9 staat het woonhuis van de kinderchirurg Boevé. Het is een ontwerp van Brinkman en Van der Vlugt, representanten van het Nieuwe Bouwen en gebouwd in 1933. Het gebouw is vanwege de zachte bodem lichtgebouwd met een staalskelet. Op de begane grond bevonden zich de woonvertrekken, en de praktijkruimte. De slaapkamers voor Bouvé en zijn vijf zonen zijn op het eerste verdiep. Dat de gevels niet dragend zijn is te zien aan de doorlopende glaspartijen op de begane grond. Hier ligt de woonkamer en de dokterspraktijk. De slaapkamers zijn op de eerste etage. De principes van de Nieuwe Bouwers met betrekking tot natuur en gezondheid komen tot uitdrukking in de daktuin en de fitnessruimte op het dak. Daar bevinden zich ook de kamers voor de twee inwonende dienstbodes De Nieuwe Bouwers waren ervan overtuigd dat functioneel bouwen, gebruikmaken van industrieel te vervaardigen elementen van beton, glas en staal de oplossing was om de groeiende arbeidersklasse betaalbaar en kwalitatief goed te huisvesten. Toegang tot licht, lucht en ruimte moesten centraal staan in een gezonde en hygiënische woonruimte. Met traditionele bouwwijzen - zoals de Delftse School voorstond - was dat niet mogelijk. Aanvankelijk kregen de bouwprincipes van de Nieuwe Bouwers (ook wel Internationale School genoemd), die zich lieten inspireren door Frans-Zwitserse architect Le Corbusier (1887-1965), weinig weerklank in de sfeer van de volkshuisvesting. Wel hadden ze een trouwe aanhang in bepaalde kringen van de elite, zodat ze ironisch genoeg een tijdlang leefden van opdrachten voor luxe villa's zoals die we hier zien. Het contrast met het vrijwel gelijktijdig gebouwde museum Boijmans is enorm. In 1983 werd het één van de eerste jonge rijksmonumenten. Op Jongkindstraat nr 12 staat de villa Sonneveld (1933). Dit is de andere villa van Brinkman en Van der Vlugt in dit wijkje. Sonneveld was één van de directeuren van de Van Nellefabriek, die beide architecten ook hebben ontworpen.Jan Brinkman is de zoon van de Rotterdamse architect Michiel Brinkman. Toen deze overleed, studeerde Jan Brinkman nog voor civiel ingenieur aan de Technische Hogeschool in Delft. Daarom associeerde die zich (op voorspraak van
12
Kees van der Leeuw, directeur van Van Nelle) met architect Leen van der Vlugt. Met Brinkman als het zakelijk brein (die zich nauwelijks met ontwerpen bezighield) en Van der Vlugt als begenadigd ontwerper, ontwikkelde het bureau zich voorspoedig. Van der Vlugt kan worden gezien als een van de pioniers van het Nieuwe Bouwen. In Nederland richtte Van de Vlugt de architectenvereniging de Opbouw (1920) op. Kees van der Leeuw, directeur van de Van Nellefabriek was een overtuigd aanhanger van het Nieuwe Bouwen en meer dan één opzicht een "modern" mens. Hij gaf Brinkman en Van der Vlugt opdracht voor het bouwen van de beroemde fabriek in de Spaanse Polder. Ook zijn woonhuis in Kralingen werd door deze architecten gebouwd. Sonnenveld was adjunct directeur van de Van Nelle fabriek. Voor hem bouwden Brinkman & Van der Vlugt deze villa aan de rand van het land van Hoboken aan de Jongkindstraat. Voor de andere adjunct, De Bruyn, bouwden zij een villa in Schiedam. Het huis is een toonbeeld van functionalisme. De begane grond bestaat uit een betegelde onderbouw, waarin de dienstvertrekken waren gevestigd. De onderbouw springt terug van de rest van de gevel waardoor de bovenbouw lijkt te zweven. De woonetage is voor zien van grote raampartijen. De woonkamer bood uitzicht op het toen nog onbebouwde Land van Hoboken. Op de tweede etage waren de slaapvertrekken en boven op een dakkamer met dakterras. Licht en lucht hebben volop toegang tot het huis hetgeen, in combinatie met de uitstekende moderne sanitaire voorzieningen, past in het belang dat Nieuwe Bouwers stelden aan hygiëne en gezondheid. Het interieur was kleurig en werd gekenmerkt door een zucht naar comfort en luxe. Sonneveld was geen vooruitstrevende kunstliefhebber, maar was wel geïnteresseerd in moderne techniek. De woning zat vol technische snufjes, zoals dienstliftjes, een centrale klok, ingebouwde radio's, huistelefoon en een centraal oproepsysteem. De familie stapte bij de verhuizing naar het huis in 1933 in nieuw tijdperk in. Ze namen bij de verhuizing vrijwel niets mee uit hun oude huis aan de Heemraadsingel. Brinkman en Van der Vlugt hebben zich bij het ontwerp verdiept in de leefwijze van de familie. De vertrekken van bewoners en personeel zijn strikt van elkaar gescheiden. De kleuren van de kamers zijn gekozen in overeenstemming met de wensen van de familieleden. Ook de technische voorzieningen van het huis zijn ontworpen in samenspraak met het gezin. Vanaf 1957 was de villa in gebruik als Consulaat van België. Gelukkig hebben de Belgen weinig geld aan het huis gespendeerd, waardoor het nagenoeg in oorspronkelijke staat verkeerde toen het Consulaat in 1996 werd gesloten en de villa werd aangekocht door de Stichting Volkskracht Historische Monumenten. De stichting heeft de villa laten restaureren door Joris Molenaar. Ook het interieur werd gereconstrueerd aan de hand van (familie)foto's. Het huis is te bezichtigen in combinatie met het naastgelegen Nederlands Architectuurinstituut (dat nu omgedoopt is tot het Nieuwe Instituut waarin nu ook plaats is voor mode en design).
13