Postbus 935 8901 BS Leeuwarden Bezoekadres: Hofplein 38 8911 HJ Leeuwarden www.friesegemeenten.nl
Aan: de leden Ter attentie van:
Burgemeesters, wethouders, secretarissen, raadsleden en griffiers van de 24 Friese gemeenten Uitgenodigd zijn tevens het College van Gedeputeerde Staten van Fryslân, statenleden en de pers Griffiers wordt verzocht deze uitnodiging te verspreiden onder raadsleden en statenleden Onderwerp Kenmerk Contact Bijlagen Datum
Uitnodiging ALV VFG 7 april 2015 15.021jh J. Holwerda, 058-2334051,
[email protected] Agenda + bijlagen 20 maart 2015
Geachte heer / mevrouw, Hierbij nodigen wij u uit om de Algemene Ledenvergadering (ALV) van de Vereniging van Friese Gemeenten (VFG) bij te wonen. De ALV vindt plaats op dinsdagavond 7 april 2015 om 19.15 uur (inloop vanaf 18.45 uur) in het Van der Valk Hotel in Sneek. Naast een aantal huishoudelijke zaken staat er voor deze ALV ook weer een actueel thema centraal om met elkaar over van gedachten te wisselen. Het centrale thema is deze keer: Wat is de rol van gemeenten in 2020? Wat verbindt gemeenten in de vervulling van hun belangrijke rol in de komende jaren? Wat zijn de dilemma’s waarvoor gemeentebesturen de komende tijd gesteld worden? Hoe gaan we de grote en nieuwe taken die naar gemeenten toekomen oppakken? Wat doen we individueel, wat gezamenlijk? En wat is er voor nodig om onze maatschappelijke meerwaarde te vergroten? De VNG gaat graag met u over deze en andere vragen in gesprek. Met de uitkomsten van deze gesprekken gaat de VNG de verenigingsvisie “Gemeenten op weg naar 2020” opstellen die de leden verbindt, de agenda voor de komende jaren bepaalt en richting geeft aan het werk van de VNG. Bijgevoegd zijn de agenda en de stukken voor de ALV inclusief een machtigingsformulier voor het geval er een stemming moet plaatsvinden Wij verzoeken u vriendelijk zich voor deze ALV voor 2 april 2015 aan te melden door een email te sturen naar
[email protected] Voor vragen, nadere informatie en berichten van verhindering kunt u contact opnemen met ondergetekende. Met vriendelijke groet, het bestuur van de Vereniging van Friese Gemeenten, namens het bestuur,
Jorrit Holwerda, ambtelijk secretaris
AGENDA van de Algemene Ledenvergadering Vereniging van Friese Gemeenten Datum:
Dinsdag 7 april 2015
Tijd:
19.15 – 21.15 uur (inloop vanaf 18.45 uur)
Plaats:
Hotel Van der Valk Sneek
* = bijlage 1. Opening door VFG voorzitter Tjeerd van der Zwan 2. *Vaststellen verslag van de BALV van 12 november 2014 3. *Mededelingen en ingekomen stukken Motie gemeente Dongeradeel inzake gaswinning 4. *Huishoudelijke onderwerpen A. Verslag kascommissie. B. Verslag secretaris / penningmeester. C. Vaststelling Jaarrekening 2014 en balans per 31 december 2014. D. Vaststelling Jaarverslag 2014. E. Vaststelling herziene begroting 2015, begroting 2016 en contributie 2016. F. Afscheid Germ Gerbrandy en benoeming nieuw lid van de kascommissie. G. Herbenoeming VFG bestuurslid Sjoerd Tolsma. H. Rondvraag. I. Sluiting. 5. *Thematisch gedeelte: Wat is de rol van gemeenten in 2020? Wat verbindt gemeenten in de vervulling van hun belangrijke rol in de komende jaren? Wat zijn de dilemma’s waarvoor gemeentebesturen de komende tijd gesteld worden? Hoe gaan we de grote en nieuwe taken die naar gemeenten toekomen oppakken? Wat doen we individueel, wat gezamenlijk? En wat is er voor nodig om onze maatschappelijke meerwaarde te vergroten? Over deze vragen gaat de VNG graag met u in gesprek. De kansen en uitdagingen waar ook de Friese gemeenten de komende jaren mee te maken krijgen zullen u ongetwijfeld inspireren om een inhoudelijke bijdrage te leveren aan de discussie over de gewenste rol en positie van gemeenten en de VNG richting 2020. Het programma ziet er als volgt uit: Deel 1: Ideeën delen (19.30 – 20.30 uur) 1. Toelichting op programma door voorzitter Peter van der Geer. 2. Zaalpeiling. 3.Toelichting op het visietraject ‘Gemeenten op weg naar 2020’ door Jantine Kriens, voorzitter Directieraad VNG. 4. Kort interview met 2 Friese bestuurders. 5. Onder leiding van dagvoorzitter Peter van der Geer, gaan de deelnemers - aan de hand van enkele belangrijke vragen- met elkaar in gesprek over hun ideeën richting 2020. Deel 2: Adviezen en acties formuleren (20.30 – 21.15 uur) Discussie in groepen, terugkoppeling en reflectie met de zaal onder leiding van Peter van der Geer. Deze bijeenkomst is onderdeel van een reeks discussiebijeenkomsten die door het hele land worden georganiseerd door de VNG en de provinciale afdelingen. Met de uitkomsten van deze gesprekken wil de VNG de verenigingsvisie “Gemeenten op weg naar 2020” opstellen die de leden verbindt, de agenda voor de komende jaren bepaalt en richting geeft aan het werk van de VNG. De VNG ledenbrief inzake het visietraject en de bijbehorende startnotitie zijn ter informatie als bijlage toegevoegd. Meer informatie over het visietraject vindt u hier: www.degemeente2020.nl 6. Sluiting Na afloop van de vergadering wordt u van harte uitgenodigd om met een hapje en een drankje nog even na te praten.
VERSLAG BUITENGEWONE ALGEMENE LEDENVERGADERING VFG Datum:
12 november 2014
Tijd:
19.30 – 21.15 uur
Locatie:
Stadhuis Leeuwarden
Aanwezig:
± 65 personen waaronder burgemeesters, wethouders, raadsleden, gemeentesecretarissen en griffiers.
Notulist:
Jorrit Holwerda (VFG)
1. Opening door VFG voorzitter Tjeerd van der Zwan VFG voorzitter Tjeerd van der Zwan heet alle aanwezigen van harte welkom in de prachtige Oranjezaal van het Stadhuis in Leeuwarden. Een speciaal woord van welkom aan de speciale gasten Sjoerd Feitsma en Ton van Dijk (KH18) die na het huishoudelijke gedeelte een presentatie zullen geven over Kulturele Haadstêd 2018. Ook spreekt de voorzitter zijn waardering uit voor de komst van Jantine Kriens (VNG). Zij zal aan het einde van het huishoudelijke gedeelte kort ingaan op een aantal belangrijk thema’s die op dit moment landelijk spelen. 2. Huishoudelijke onderwerpen A. Vaststellen verslag ALV VFG 4 juni 2014 Het verslag van de ALV van 4 juni jl. wordt zonder opmerkingen vastgesteld. B. Discussienotitie: een toekomstbestendige VFG Tijdens de Algemene Ledenvergadering (ALV) van de Vereniging van Friese Gemeenten (VFG) van 4 juni 2014 hebben de leden bij het vaststellen van de financiële jaarstukken ingestemd met het voorstel van het bestuur om in het najaar van 2014 een discussie te voeren over de toekomstige rol en positie van de VFG en de organisatorische en financiële consequenties daarvan. De voorzitter licht ter vergadering toe dat deze toekomstdiscussie een logisch vervolg is op de koers die het VFG bestuur in 2010 in samenspraak met haar leden is ingeslagen. Samengevat impliceert deze koers dat de VFG zich binnen het lokaal bestuur in Fryslân ontwikkelt tot de netwerkorganisatie van en voor Friese gemeenten. Daarnaast is besloten om het bovenmatige eigen vermogen van de Vereniging af te bouwen. Dit is in de periode 2010-2014 gebeurd door contributieverlaging (met 40%), het niet aanpassen van de contributie aan prijsontwikkeling en restitutie aan de leden van € 120.000 uit het eigen vermogen. Bovendien is er de afgelopen jaren bewust begroot met een niet sluitende jaarlijkse exploitatie waarbij het negatieve resultaat ten laste van het eigen vermogen is gebracht. De voor het eigen vermogen gestelde norm is nu echter bereikt (door enkele onvoorziene uitgaven zelfs iets lager) zodat keuzes gemaakt moeten worden om de begroting met ingang van 2015 weer sluitend te krijgen. Het doel van de discussienotitie is om de leden inzicht te geven in de huidige rol en positie van de VFG binnen het lokaal bestuur in Fryslân en aan de hand van een drietal scenario’s een uitspraak te vragen over het gewenste toekomstperspectief van de VFG. Gezien de opgaven waar de Friese gemeenten de komende jaren voor staan, geeft het VFG bestuur in een preadvies aan de leden aan, de voorkeur voor scenario 1 als de te volgen koers voor de lopende collegeperiode. Door de contributie met € 0,10 te verhogen kan de VFG de weg die het in 2010 is ingeslagen voortzetten en blijven inspelen op actuele bovengemeentelijke vraagstukken en onderwerpen die de komende jaren op de Friese gemeenten afkomen. Daarnaast stelt het VFG bestuur voor om na afloop van de huidige
Blad 2
collegeperiode de rol, positie en financiële randvoorwaarden van de VFG wederom kritisch tegen het licht te houden. Gerrit Krol (Het Bildt), Fred Veenstra (Franekeradeel) en Marten van der Veen (Achtkarspelen) geven vanuit de zaal aan het preadvies van het VFG bestuur te steunen en de voorkeur te geven aan scenario 1 als de te volgen koers voor de komende jaren. Teun de Jong (Terschelling) laat weten dat het college van Terschelling de voorkeur geeft aan scenario 3. De voorzitter vraagt of er nog meer leden zijn die de voorkeur geven aan een ander scenario dan scenario 1. Dit is niet het geval. De voorzitter concludeert hiermee dat het overgrote deel van de leden derhalve instemt met de keuze voor scenario 1, waarmee de contributie voor 2015 wordt vastgesteld op Є 0,43 cent per inwoner. Hij dankt de leden voor het volgen van het preadvies van het VFG bestuur. Tijdens de ALV van 7 april 2015 zal een aangepaste begroting ter goedkeuring aan de leden worden voorgelegd. C. Rondvraag en sluiting huishoudelijke gedeelte Marga Waanders (Dongeradeel) vraagt als voorzitter van Us Kooperaasje aandacht voor lokale energie initiatieven. Deze komen eigenlijk in iedere gemeente wel voor. Ze vraagt gemeenten hier aandacht voor te hebben en deze lokale initiatieven uit te nodigen en waar mogelijk te stimuleren. Jantine Kriens (VNG) staat stil bij een aantal belangrijke landelijke ontwikkelingen. Uiteraard het Sociaal Domein, maar ook het beter aan elkaar verbinden van arbeidsmarkt en economie. Wat informatisering betreft moeten gemeenten bovendien slimmer omgaan met ICT door valkuilen hierin te omzeilen en kansen te benutten. Tot slot wordt er met het Kabinet gesproken over een verschuiving van het belastinggebied. Door gemeenten zelf de belasting te laten innen is een democratische controle op de middelen beter mogelijk en zijn gemeenten minder gebonden aan de Tweede Kamer. Na de rondvraag sluit de voorzitter het huishoudelijke gedeelte. 3. Thema: Kulturele Haadstêd 2018 Leeuwarden is uitgeroepen tot Europese Culturele Hoofdstad 2018. Onder de naam Leeuwarden – Fryslân 2018 laten de stad en de provincie zien wat Leeuwarden en Fryslân bijzonder maakt door middel van een artistiek veelbelovend programma. In de periode 20142019, met als hoogtepunt het jaar 2018, presenteert Leeuwarden – Fryslân 2018 zich op Europees niveau met zo’n veertig grote culturele evenementen. De evenementen vinden plaats in de hele provincie Fryslân en het Waddengebied, met als cultureel hart de binnenstad van Leeuwarden, waar 24 uur per dag en 7 dagen in de week activiteiten plaats zullen vinden. Voormalig gevangenis en tegenwoordig cultureel bedrijvencentrum De Blokhuispoort zal gedurende deze periode dienen als hoofdkwartier. Sjoerd Feitsma (wethouder Leeuwarden) en Ton van Dijk (CEO Stichting KH18) zijn te gast om de aanwezigen bij te praten over de laatste stand van zaken met betrekking tot de organisatie. De stichting KH18 kent een artistieke vrijheid. De overheid zal zich hier niet meer bemoeien. Gemeenten spelen echter wel een hele belangrijk rol en kunnen concreet meewerken aan KH18 door zich in facilitair en praktisch opzicht flexibel en proactief op te stellen. Meedenken over geschikte locaties voor evenementen, zorgen dat het vervoer en de wegen op orde zijn en zorgen voor voldoende (en unieke) overnachtingsplekken zijn hiervan enkele voorbeelden. Het is de bedoeling dat KH18 als vliegwiel gaat fungeren om processen van urgenties sneller te laten verlopen. Het aanpakken van de relatief hoge werkeloosheid, de verbinding leggen tussen onderwijs en arbeidsmarkt en de bestrijding van armoede onder kinderen zijn een aantal voorbeelden van deze urgenties. Leeuwarden – Fryslân 2018 presenteert de evenementen rondom drie thema’s: Natuur en Cultuur, Stad en Platteland en Diversiteit en Identiteit. Het thema Natuur en Cultuur richt zich
Blad 3
op ideeën en concepten over de natuurlijke en culturele nalatenschap van Fryslân. Twee projecten binnen dit thema zijn Sense of Place en Spring Fever. Het thema Stad en Platteland richt zich op de uitwisseling van waarden tussen stedelijke- en plattelandsgemeenschappen. Twee projecten binnen dit thema zijn Eleven Fountains en Dada in Dr888888. Het thema Diversiteit en Identiteit onderzoekt hoe eigenheid en openheid zich verhouden tot culturele diversiteit. Twee voorbeelden van projecten binnen dit thema zijn Klezmer&Co en Language Lab. In de open programma’s Lab LWD en Royal Friesian kunnen bestaande en nieuwe initiatieven gefaciliteerd worden door Leeuwarden – Fryslân 2018. Lab LWD experimenteert met ideeën en oplossingen voor sociale, economische en ecologische problemen op basis van burgerparticipatie en door van onderop te denken. Voorbeelden zijn Wecome to the Village en Hack your Neighbourhood. Royal Friesian is gericht op culturele interactie en bewustwording dat cultuur geen vaststaand begrip is door te spelen met Friese iconen en andere elementen uit de lokale cultuur. Het festival Explore the North is hiervan een voorbeeld. De projectorganisatie van KH18 is inmiddels rond. Er wordt achter de schermen al hard aan projecten gewerkt, maar vanaf 2015 zal dit ook daadwerkelijk zichtbaar voor het publiek worden. Uiteraard staat het jaar 2018 centraal, maar het is ook belangrijk dat richting 2018 en ook vooral de periode daarna de lange termijn doelstellingen worden gehaald en de gehele provincie op sociaal en economisch gebied een “boost” heeft gekregen. De gebruikte sheets van Sjoerd Feitsma en Ton van Dijk zijn als bijlage bij dit verslag gevoegd. 4. Afsluiting met aansluitende borrel De voorzitter dank alle aanwezigen voor hun komst en nodigt iedereen uit om nog even gezellig na te praten met een hapje en een drankje.
Motie risico’s gaswinning
De ALV van de VFG, in vergadering bijeen op 7 april 2015, overwegende dat
ook in Fryslân het risico op aardbevingen als gevolg van gaswinning aanwezig is; dat de gaswinningsvergunningen uitgaan van aardbevingen tot maximaal een kracht van 3,9 op de schaal van Richter; er momenteel veel aandacht is voor de schade door aardbevingen als gevolg van de gaswinning in de provincie Groningen; dit momenteel leidt tot een heroverweging door de regering van de mate waarin gas wordt gewonnen in de provincie Groningen; de gaswinning in Groningen nu beter gemonitord wordt; in Groningen schadevergoedingen worden toegekend voor aardbevingsschade; de onderzoeksraad voor de veiligheid in haar rapport over de gaswinning in Groningen adviseert om de gemeenten en de provincie mee te laten beslissen over de gaswinningsvergunning;
roept de ALV van de VFG het DB fan de VFG op om
de zorgen van de ALV van de VFG over de risico’s van gaswinning in Fryslân aan de orde te stellen bij de VNG en over te brengen aan minister Kamp; samen met de provincie Fryslân bij de minister aandacht te vragen voor de situatie m.b.t. de gaswinning in Fryslân en te anticiperen op de gevolgen van de bodemdaling en potentiële aardbevingen; de risico’s van gaswinning in Fryslân uitgebreider in kaart te brengen en de ALV van de VFG daarover te informeren; samen met gemeenten in Friesland waar bodemdaling en schade dreigt door aardbevingen als gevolg van gaswinning een manifest op te stellen. In dit manifest in te gaan op de uitkomsten en aanbevelingen van het rapport van de onderzoeksraad van de veiligheid. De regering op te roepen maatregelen te nemen ter voorkoming van schade door gaswinning ook in onze regio.
en gaat over tot de orde van de dag.
Aan: de Algemene Ledenvergadering van de VFG van 7 april 2015 Agendapunt: 4A t/m 4F Onderwerp:
Jaarstukken 2014 en begroting 2015 en 2016
Bijgaand treft u aan de Jaarrekening 2014, de toelichting op de jaarrekening, de balans per 31 december 2014, het Jaarverslag 2014, de herziene begroting 2015 en de begroting 2016. 1.
Verslag kascommissie
De kascommissie bestaande uit de heren G. Gerbrandy, burgemeester van Achtkarspelen en D. Durksz wethouder van De Friese Meren, zal ter vergadering verslag doen van haar bevindingen inzake de jaarrekening 2014. 2.
De jaarrekening 2014 en de balans per 31 december 2014
Zoals uit de bijgevoegde ondertekende verklaring blijkt, heeft het VFG bestuur in haar vergadering van 11 maart jl. de jaarrekening 2014 vastgesteld. De jaarrekening sluit met een nadelig saldo van € 8.901,03. De volgende posten hebben de jaarrekening positief en negatief beïnvloed: Lasten Minder bestuurs- en vergaderkosten Minder bureaukosten Meer secretariaatskosten
7.850.05 645.82 - 3.038.17 ------------------5.457.70
Baten Minder contributie inkomsten Minder renteopbrengsten Meer overige baten
-
35,54 4.244,13 475.95 ------------------
Geraamd nadelig saldo begroting 2014 Werkelijk nadelig saldo jaarrekening 2014
3.803,72
----------------1.653,98 - 10.555,00 -----------------8.901,03
Het eigen vermogen per 31 december 2014 bedraagt € 140.232,85. De VFG is evenals de gemeenten eigen risicodrager voor onder meer kosten in verband met eventuele ontslaguitkeringen aan medewerkers. In 2012 heeft u daarom ingestemd met het voorstel het eigen vermogen te bepalen op een percentage gelijk aan eenmaal de jaarlijkse loonsom. Momenteel bevindt het eigen vermogen zich iets onder dit percentage. Doordat de verhoging van de contributie het mogelijk maakt de begroting en exploitatie vanaf 2015 weer sluitend te krijgen, verwachten wij het eigen vermogen de komende jaren geleidelijk weer op het vastgestelde percentage te kunnen brengen. 3.
Jaarverslag 2014
Wij bieden u het Jaarverslag 2014 ter vaststelling aan.
4.
Herziene begroting 2015, begroting 2016 en vaststelling contributie 2016
Tijdens de BALV van 12 november jl. heeft u, naar aanleiding van de discussienotitie: een toekomstbestendige VFG, ingestemd met het advies van het VFG-bestuur om te kiezen voor scenario 1 als de te volgen koers voor de komende jaren. Door de contributie te verhogen naar € 0,43 per inwoner maken de financiële en organisatorische randvoorwaarden een gezonde vereniging en bedrijfsvoering mogelijk, zodat de in 2010 ingeslagen weg kan worden voortgezet. De VFG kan derhalve de komende jaren blijven inspelen op de actualiteit en zich bovendien verder ontwikkelen tot de netwerkorganisatie en belangenbehartiger van en voor de Friese gemeenten bij bovengemeentelijke vraagstukken. Na afloop van de huidige collegeperiode zullen de rol, positie en financiële randvoorwaarden van de VFG wederom kritisch tegen het licht worden gehouden en indien noodzakelijk worden aangepast. Conform afspraak leggen wij u hierbij een herziene begroting 2015 voor op basis van de vastgestelde contributie 2015 van € 0,43 per inwoner. Daarnaast leggen wij u de begroting 2016 voor waarbij wij u voorstellen de contributie voor 2016 te handhaven op € 0,43 per inwoner. Wij stellen u voor om de herziene begroting 2015, alsmede de begroting 2016 en de contributie 2016 conform voorstel vast te stellen. Resumerende stellen wij u t.a.v. de bovenvermelde onderdelen voor: 1. De jaarrekening 2014 en balans per 31 december 2014 goed te keuren. 2. Het jaarverslag 2014 vast te stellen. 3. De herziene begroting 2015 alsmede de begroting 2016 vast te stellen en de contributie voor 2016 te bepalen op € 0,43 per inwoner. 4. Een nieuw lid van de kascommissie te benoemen ter vervanging van de heer G. Gerbrandy. Leeuwarden, 11 maart 2015. T.J. van der Zwan, voorzitter
R. Goeman, secretaris/penningmeester
Vereniging van Friese Gemeenten exploitatierekening 2014
Lasten
ng jvi hri c s Om
Baten
en rek
in
0 g2
12 en rek
in
0 g2
13 gr be
n oti
0 g2
14 en rek
in
0 g2
14
ng jvi hri c s Om
e rek
2 01 g2
nin
Bestuur 14.471,17 6.328,13 12.000,00 4.149,95 Secretariaat 225.837,27 220.964,66 225.100,00 228.138,17 Bureaukosten 6.212,24 963,75 3.500,00 2.854,18 Overige uitgaven 364,35 473,31
Contributie 213.602,40 Bijdrage VNG 9.045,00 Rente 16.430,30 Overige baten 287,06
Voordelig saldo
Nadelig saldo
Totaal
246.885,03 228.729,85 240.600,00 235.142,30
Totaal
e rek
3 01 g2
nin
213.580,62 9.045,00 4.332,98 370,00
7.520,27
1.401,25
246.885,03
228.729,85
2 ing
4 01
t
gro be
e rek
g nin
14 20
213.500,00 213.464,45 9.045,00 9.045,00 7.500,00 3.255,87 475,95 10.555,00
8.901,03
240.600,00 235.142,30
nadere toelichting 2014 nadere toelichting rekening
31.12.14
begroting 2014
LASTEN Bestuur Vergaderkosten Bestuurskosten
1.243,56 2.906,39 4.149,95
totaal Secretariaat Loonkosten(incl P&O kosten) Reiskosten Huisvestingskosten+ automatis.kosten werkplekken Website Ondersteuning P&O Opleidingskosten Overige secr. Kosten totaal Bureaukosten Portokosten Drukwerk/kopieen Kantoorartikelen Bankkosten totaal Overige kosten
4.149,95
207.383,70 1.693,68 17.901,32 507,47
12.000
195.000 3.000 20.000 1.000 3.000 3.100
652,00 228.138,17
228.138,17
225.100
1.645,93 1.019,43 44,00 144,82 2.854,18
2.854,18
3.500
=========== 235.142,30
========= 240.600
0,00
BATEN Contributie 646862 inwoners * 0,33 Ontvangen rente spaarrekening 0291596142 Bijdrage VNG Overige baten terugontvangen
Nadelig Saldo
3.255,87
213.464,45
213.500
3.255,87
7.500
9.045,00
9.045
475,95 226.241,27
226.241,27
240.600
=========== 8.901,03
========= 10.555
Vereniging Van Friese Gemeenten balans per 31 december 2014 Activa rekening courant spaarrekening nog te ontvangen totaal
Passiva 154,25 nog te betalen 245.550,00 kapitaal VFG
105.471,42 140.232,85
245.704,25
245.704,27
totaal
Specificaties Nog te ontvangen ================= 0,00
Totaal
Nog te betalen
Secretariaat
Loonkosten overige secr kosten porto
Bureaukosten Totaal
Kapitaal VFG
saldo per 31-12-2013 resultaat 2014 saldo per 31-12-2014 Kapitaal VFG
105.302,52 60,00 108,90 ================= 105.471,42
149.133,88 -8.901,03 ================= 140.232,85 140.232,85
Overzicht spaarrekeningen RABO bank en SNS bank saldo per 31.12.14 VFG spaarrekening NL29 RABO 3160 6842 96 NL39 SNSB 0871 6226 88
€ 145.550,00 € 100.000,00
€ 245.550,00
JAARVERSLAG 2014 VAN DE VERENIGING VAN FRIESE GEMEENTEN (VFG)
Maart 2015
1
INHOUD
pagina
Leden Samenstelling van het VFG bestuur VFG Bestuursbureau Ledenvergaderingen VFG VFG Bestuursvergaderingen Communicatie Overleg met Gedeputeerde Staten VNG VFG portefeuillehoudersoverleggen Bestuur en Veiligheid Ruimte, Wonen, Duurzaamheid en Energie Financiën Sociaal Domein Gezondheid en Welzijn Onderwijs, Jeugd en Sport Economische Zaken, Recreatie en Toerisme Cultuur Werk en Inkomen Raadsledenbijeenkomsten Ambtelijke bijeenkomsten Overzicht portefeuilleverdeling VFG bestuur Overzicht Friese vertegenwoordigers in VNG bestuur en beleidscommissies Overzicht VFG vertegenwoordigingen in besturen, commissies, stuurgroepen
3 3 3 3 4 4 4 4 5 5 5 5 6 6 7 7 7 7 8 8 9 10 11
2
LEDEN Op 1 januari 2014 zijn de gemeenten Lemsterland, Skarsterlân, en Gaasterlân-Sleat samengevoegd tot de gemeente De Friese Meren. In het verslagjaar telde de provincie Fryslân dus nog 24 gemeenten. Alle 24 Friese gemeenten zijn lid van de vereniging. SAMENSTELLING VAN HET VFG BESTUUR Per 31 december 2014 was het bestuur van de VFG als volgt samengesteld: voorzitter vicevoorzitter secretaris / penningmeester
dhr. T. J. van der Zwan burgemeester van Heerenveen mw. H. Rijpstra wethouder van Tytsjerksteradiel dhr. R. Goeman
gemeentesecretaris van het Bildt
leden
dhr. G. Van Klaveren dhr. S. Stellinga dhr. A. Aalberts mw. L.I. Diks dhr. S. Tolsma dhr. W. Kooistra dhr. B. Bonnema dhr. F. van der Heide
burgemeester van Weststellingwerf burgemeester van Schiermonnikoog wnd. burgemeester van De Friese Meren wethouder van Leeuwarden wethouder van Súdwest-Fryslân wethouder van Opsterland wethouder van Littenseradiel griffier van Smallingerland
Tijdens de Algemene Ledenvergadering (ALV) van 4 juni is afscheid genomen van mevrouw H. van Dijk – Beekman (griffier de Friese Meren) die na de maximale zittingsperiode van tweemaal vier jaar statutair aftredend was. Tevens is afscheid genomen van de heer E. Berenst (wethouder van Smallingerland), die na de gemeenteraadsverkiezingen van 19 maart niet als wethouder terugkeerde. In het najaar van 2013 was al afscheid genomen van de heer Y. Haan, die in juni 2013 zijn ontslag als burgemeester van Vlieland aanbood. Omdat de ALV instemde met het voorstel van het VFG bestuur om het aantal bestuursleden terugbrengen van 12 naar 11 zijn er op 4 juni drie nieuwe bestuursleden benoemd om het VFG bestuur te completeren: S. Stellinga (burgemeester van Schiermonnikoog), F. van der Heide (griffier van Smallingerland) en B. Bonnema (wethouder van Littenseradiel). VFG BESTUURSBUREAU Het VFG bestuursbureau werd in het verslagjaar verzorgd door de heer J. Holwerda (ambtelijk secretaris), mevrouw M. Wagenmakers (beleidsondersteuner) en mevrouw E. Huxdorff (administratief medewerker). De bezetting omvatte in het verslagjaar 2,8 fte. Het secretariaat van de VFG is gehuisvest in het Stadhuis (kamer H0.07) van de gemeente Leeuwarden, Hofplein 38, 8911 HJ Leeuwarden. LEDENVERGADERINGEN VFG De VFG organiseert doorgaans twee maal per jaar een ledenvergadering. Eén in het voorjaar (ALV) en één in het najaar (BALV). In het verslagjaar vond de Algemene Ledenvergadering (ALV) op 4 juni plaats in het Van der Valk Hotel in Sneek. Naast het huishoudelijke gedeelte (vaststellen financiën en jaarverslag) stond ook deze keer weer een actueel thema centraal: Aan de slag als raad en college! In samenwerking met Aktieprogramma Lokaal Bestuur werden een aantal interessante workshops (1. De raad en maatschappelijke initiatieven van burgers. 2. Decentralisaties in het Sociaal Domein. 3. Decentralisaties en samenspel tussen raad en college.) aangeboden voor zowel college- als raadsleden. De Buitengewone Algemene Ledenvergadering (BALV) vond plaats op 12 november in de Oranjezaal van het Stadhuis in Leeuwarden. Tijdens het huishoudelijke gedeelte werd een discussienotitie besproken waarin de leden een drietal toekomstscenario’s inclusief organisatorische- en financiële randvoorwaarden werd voorgelegd. Het overgrote deel van de aanwezige leden gaf aan het preadvies van het VFG bestuur te steunen en de voorkeur te geven aan scenario 1 (contributieverhoging van 0,33 naar 0,43 cent) als de te volgen koers voor de huidige collegeperiode. Naar aanleiding van dit besluit zal tijdens de ALV van 7 april 2015 een aangepaste begroting ter goedkeuring aan de leden worden voorgelegd.
3
De heren S. Feitsma (wethouder Leeuwarden) en T. van Dijk (CEO Stichting KH18) waren tijdens het thematische gedeelte te gast om de Friese gemeentebestuurders bij te praten over de voortgang van KH18 en de rol die de Friese gemeenten hierin kunnen spelen. Leeuwarden – Fryslân 2018 presenteert de evenementen rondom drie thema’s: Natuur en Cultuur, Stad en Platteland en Diversiteit en Identiteit. Gemeenten kunnen een hele belangrijke rol en concreet meewerken aan KH18 door zich in facilitair en praktisch opzicht flexibel en proactief op te stellen. VFG BESTUURSVERGADERINGEN Het bestuur van de VFG vergaderde in het verslagjaar vijf maal. De vergaderingen werden zoals gebruikelijk gehouden op de derde woensdag van de maand. In het verslagjaar werd vergaderd bij de gemeenten Ooststellingwerf, De Friese Meren, Het Bildt, Súdwest-Fryslân en Weststellingwerf. Tijdens de bestuursvergaderingen werden actuele bestuurlijke vraagstukken en onderwerpen besproken. Daarnaast werd uitgebreid stilgestaan bij de ontwikkelingen binnen de verschillende VFG portefeuillehoudersoverleggen. Na afloop van de bestuursvergaderingen vond een lunchontmoeting met het plaatselijke college plaats waarbij actueel bestuurlijke thema’s de revue passeerden. COMMUNICATIE Op de website www.friesegemeenten.nl is gedurende het verslagjaar allerlei informatie voor gemeentebestuurders en raadsleden gepubliceerd. Het gaat hierbij met name om nieuwsberichten, terugblikken van bijeenkomsten en aankondigingen van toekomstige evenementen. Daarnaast kunnen onder meer het VFG informatieboekje, verslagen van bijeenkomsten en verzonden brieven op de site gevonden worden. Ook is in het verslagjaar gestart met het opzetten van een verzamelpagina waarop allerlei relevante informatie over de decentralisaties binnen het sociaal domein kan worden teruggevonden. Gedurende het verslagjaar is iedere maand een digitale VFG nieuwsbrief naar geïnteresseerden verstuurd met daarin nieuwsberichten, terugblikken en aankondigingen van bijeenkomsten. In juni is de brochure “samen werkt beter” uitgebracht waarin de werkzaamheden van de VFG worden beschreven. Daarnaast is in september het jaarlijkse informatieboekje van de VFG verschenen met daarin een overzicht van de samenstelling van alle Friese colleges van B&W inclusief portefeuilleverdeling en contactgegevens. Zowel de brochure als het informatieboekje zijn breed verspreid onder de Friese college- en raadsleden. Bovendien is het informatieboekje ook online te raadplegen. Tot slot is in het verslagjaar regelmatig gebruik gemaakt van het twitteraccount @VFG_Fryslan. Het twitteraccount wordt met name gebruikt voor het aankondigen van bijeenkomsten en het communiceren van nieuwsberichten. OVERLEG MET GEDEPUTEERDE STATEN Het is in de loop der jaren een goede gewoonte geworden dat het college van GS en het bestuur van de VFG tenminste eenmaal per jaar bijeenkomen. Het GS / VFG overleg vond in het verslagjaar plaats op 4 november in het Stadhouderlijk Hof in Leeuwarden. Onderwerpen van gesprek waren onder meer: voortgang vorming één regiomarketingorganisatie; aanpak decentralisatie sociaal domein; aanloop naar KH2018; evaluatie streekagenda NO / ANNO; proces Fryslân foar de Wyn; stand van zaken Wurkje foar Fryslân en ambities inzake infrastructuur breedbandinternet. De agendacommissie bestaande uit gedeputeerde mevrouw C. Schokker-Strampel, VFG voorzitter de heer T.J. van der Zwan en VFG secretaris de heer R. Goeman kwamen in het verslagjaar tweemaal (11 februari en 25 september) bijeen. Doel van de agendacommissie is om lopende zaken met elkaar uit te wisselen en waar mogelijk af te stemmen. Tevens werd het overleg gebruikt als opmaat richting een volgende Algemene Ledenvergadering van de VFG en / of een GS / VFG overleg. VNG Op 17 november zijn tijdens de BALV van de VNG in Utrecht alle leden van het VNG bestuur en (sub)commissies formeel benoemd. In totaal zijn 18 Friese bestuurders de komende collegeperiode vertegenwoordigd binnen het VNG bestuur en diverse (sub) commissies van de VNG. Een overzicht van deze Friese bestuurders is achterin dit jaarverslag terug te vinden.
4
VFG PORTEFEUILLEHOUDEROVERLEGGEN De VFG organiseerde in het verslagjaar op een negental beleidsterreinen portefeuillehoudersoverleggen. Bij de VFG portefeuillehoudersoverleggen wordt de verantwoordelijk gedeputeerde altijd van harte uitgenodigd om aan te schuiven. Voorzitters van de verschillende overleggen zijn de VFG bestuursleden die verantwoordelijk zijn voor de desbetreffende portefeuille binnen het bestuur. Een vast agendapunt bij alle portefeuillehoudersoverleggen is de terugkoppeling van de Friese afgevaardigde uit de gelijknamige VNG-commissie. BESTUUR EN VEILIGHEID In het verslagjaar vond het VFG portefeuillehoudersoverleg Bestuur en Veiligheid tweemaal plaats. Op 7 mei werd in Joure het portefeuillehoudersoverleg ingevuld met een bestuurlijke bijeenkomst “Beter en Concreter”. In samenwerking met de VNG en KING is tijdens deze bijeenkomst aandacht besteed aan het programma Beter en Concreter, meer service en minder regels. Tijdens het tweede portefeuillehoudersoverleg op 8 oktober in Leeuwarden was de heer A. Wolfsen te gast om een toelichting te geven op het rapport Vertrouwen, Tempo en Helderheid. Het rapport is het resultaat van een onderzoek dat in opdracht van de VNG is gedaan naar de Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD’s) en het stelsel van vergunningverlening, toezicht en handhaving (vth). Daarnaast was gedeputeerde Poepjes aanwezig om een toelichting te geven op de Extensie Frl. waarmee Fryslân historie schrijft door de tweede domeinnaam van Nederland te introduceren. RUIMTE, WONEN, DUURZAAMHEID EN ENERGIE In het verslagjaar vond dit VFG portefeuillehoudersoverleg driemaal plaats. Het eerste portefeuillehoudersoverleg vond op 6 maart plaats in Leeuwarden. De heer M. Visser, directeur van Hûs en Hiem was te gast om de evaluatie en voortgang van Nije Pleats toe te lichten. De methode Nije Pleats is een werkwijze om lokaal maatwerk te faciliteren voor de uitbreiding van agrarische bedrijven en te komen tot ruimtelijke kwaliteitswinst en een beter ontwikkelingsperspectief voor de boer. Daarnaast waren de initiatiefnemers van Fryslân foar de Wyn (FFDW) te gast. FFDW is de gezamenlijke inzet van het Comité Hou Fryslân Mooi (de heer A. Koers), de Friese Milieu Federatie (de heer H. van der Werf) en het Platform Duurzaam Fryslân (de heer J. Houtsma) om een zorgvuldig resultaatgericht proces te organiseren over de mogelijkheden van windenergie op land. Tijdens het portefeuillehoudersoverleg van 25 september in Leeuwarden waren de initiatiefnemers van FFDW wederom te gast om de portefeuillehouders bij te praten over de stand van zaken met betrekking tot het proces over de mogelijkheden van windenergie op land. Daarnaast zijn de portefeuillehouders geïnformeerd over de mogelijkheden omtrent energiebesparing bij bedrijven. Het toepassen van de energiebesparingsbepalingen bij bedrijven kan meer dan de helft van de totale energiebesparing van het SER Energieakkoord opleveren. Bij veel bedrijven en gebouwen is nog veel te halen aan energiebesparing, mogelijk ook binnen de Friese gemeenten. Voor de VNG is dit een belangrijk thema in het VNG Ondersteunings-programma Energie, dat gemeenten wil ondersteunen in hun bijdrage aan de ambities uit het Energieakkoord. Het derde en laatste portefeuillehoudersoverleg vond op 27 november in Dokkum plaats. Gedeputeerde de heer H. Konst praatte tijdens deze bijeenkomst de portefeuillehouders bij over de laatste stand van zaken met betrekking tot het Aanvalsplan Woningbouw, inclusief een korte vooruitblik op het Woonoffensief 2015. Daarnaast werd nog kort stilgestaan bij de huisvesting statushouders, ISV 3 en de Woningmarktanalyse die in januari 2015 verschijnt. Verder waren de heren G.J. Kuipers, senior beleidsmedewerker Duurzaamheid van de gemeente Leeuwarden, en P. Dijkstra, beleidsadviseur Duurzame Ontwikkeling van de gemeente Súdwest-Fryslân, aanwezig om de portefeuillehouders te informeren over het Uitvoeringsprogramma Energiebesparing en opwekking Energieregio Fryslân. FINANCIEN EN MIDDELEN In het verslagjaar vond dit VFG portefeuillehoudersoverleg driemaal plaats.
5
Tijdens het eerste portefeuillehoudersoverleg van 16 januari in Drachten deelde de gemeente De Friese Meren samen met BMC de ervaringen die zij hebben opgedaan met het onderzoek naar Zero Base Budgetting. Uitgangspunt is het bepalen van minimale capaciteit en budget, die nodig en efficiënt zijn, om toekomstige doelen te kunnen realiseren. Vertrekpunt bij de Zero Base benadering is om de uitvoering van taken op een basis voorzieningenniveau in stand te houden. Het bedrag minus de bezuinigingsopgave dat in de begroting overblijft kan worden gebruikt voor het uitvoeren van “extra” taken waarvan het college en de raad vinden dat die nodig zijn. Op 14 mei vond het tweede portefeuillehoudersoverleg plaats in Sint Annaparochie. Tijdens dit overleg zijn de portefeuillehouders door de heer J. van der Lei, senior beleidsmedewerker expertise centrum Gemeentefinanciën, geïnformeerd over de laatste stand van zaken met betrekking tot de herijking van het gemeentefonds en het verdeelmodel WWB. Het derde en laatste portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 23 oktober in Kollum. De heer Van der Lei was wederom aanwezig om de portefeuillehouders te informeren over de achtergronden van de analyse van de Rijksbegroting 2015. Daarnaast bracht hij een aantal belangrijke ontwikkelingen (o.a. herijking gemeentefonds en de verdeelmodellen binnen het Sociaal Domein) voor het voetlicht die de gemeentefinanciën zullen beïnvloeden. SOCIAAL DOMEIN In het verslagjaar vond dit portefeuillehoudersoverleg viermaal plaats. Daarnaast is eenmaal de bijeenkomst “Communicatie rond 3d’s” georganiseerd. Op 19 februari vond het eerste portefeuillehoudersoverleg plaats in de raadzaal van de gemeente Leeuwarden. Bestuurders, beleidsmedewerkers en gemeentesecretarissen zijn geïnformeerd over de stand van zaken per decentralisatie, mogelijkheden voor provinciale samenwerkingsvormen en de mogelijke Friese aanpak op het gebied van 3D-informatievoorziening. Per decentralisatie werd duidelijk wat provinciaal wordt geregeld en waar gemeenten zelf verantwoordelijk voor zijn. Het tweede portefeuillehoudersoverleg vond op 5 juni plaats in de raadzaal van de gemeente Sύdwest-Fryslân. Bestuurders, beleidsmedewerkers en gemeentesecretarissen zijn geïnformeerd over de stand van zaken per decentralisatie, de mogelijkheden voor de governance structuur binnen het sociaal domein en de Regiovisie huiselijk geweld en kindermishandeling. Op 26 juni vond in de raadzaal van gemeente Smallingerland de bijeenkomst “Communicatie rond 3d’s” plaats. Deze bijeenkomst was bedoeld voor alle gemeentelijke communicatiemedewerkers in Fryslân, Groningen en Drenthe en samen met de VFG georganiseerd met een aantal communicatiemedewerkers. Doel van de bijeenkomst was om ervaringen en best practices met elkaar te delen over de communicatie rond de 3d’s. Daarnaast stond de bijeenkomst in het teken van kennismaken met elkaar en elkaar weten te vinden in de toekomst. Het derde portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 2 oktober in gemeente Smallingerland en werd gecombineerd met een bezoek van staatssecretaris Van Rijn aan Fryslân. In twee uur tijd werd hij door wethouders en partners uit het veld geïnformeerd over hoe de decentralisaties van de Jeugdwet en Wmo in Fryslân worden opgepakt. Tijdens het aansluitende reguliere portefeuillehoudersoverleg is verder gesproken over de governance structuur, de Regiovisie huiselijk geweld en kindermishandeling en de verdere doorontwikkeling van een Fries Sociaal Planbureau. Het vierde en laatste portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 4 december in de raadzaal van gemeente De Friese Meren. Behalve de stand van zaken per decentralisatie en de gelegenheid tot het stellen van vragen, kwamen de invulling van het Friese Werkbedrijf en de escalatieroute en – pool aan de orde. GEZONDHEID EN WELZIJN In het verslagjaar vond dit VFG portefeuillehoudersoverleg tweemaal plaats. Het eerste portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 6 februari in de raadzaal van gemeente Smallingerland. Programmamanager Frieslab mevrouw S. Bouwman was aanwezig en presenteerde
6
de eindconclusies van 5 jaar Frieslab. Daarnaast gaf de gemeente Heerenveen een presentatie over sportproject De Beugel. Het tweede en laatste portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 28 mei in de raadzaal van gemeente Leeuwarden. Dit was geen regulier overleg, maar een masterclass zorg georganiseerd door Partoer, provincie en VFG. Bestuurders en beleidsmedewerkers zorg en welzijn zijn in gesprek geweest met organisaties uit de praktijk over de invloed demografische ontwikkelingen op de menselijke zorgvraag. ONDERWIJS, JEUGD en SPORT In het verslagjaar vond dit VFG portefeuillehoudersoverleg tweemaal plaats. Het eerste portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 3 april in de raadzaal van gemeente Leeuwarderadeel. Friese procesmanager Jeugd Gert Ranter kwam kennismaken met de bestuurders en gaf een toelichting op de aandachtspunten rond de Jeugdzorg voor 2014. Het Veiligheidshuis gaf verder een toelichting op de doorontwikkeling van het Veiligheidshuis voor de periode 2015 – 2016 en de provincie lichtte haar project ‘kwetsbare jongeren op de arbeidsmarkt’ toe. Het tweede en laatste portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 12 november in Stadsschouwburg De Harmonie in Leeuwarden. De gemeente Leeuwarden gaf een toelichting op het Leeuwarder model voor Integrale Kindcentra. Daarnaast gaf mevrouw Pastoor, projectleider van het project 18+ een toelichting op dit project. ECONOMISCHE ZAKEN, RECREATIE EN TOERISME In het verslagjaar vond dit VFG portefeuillehoudersoverleg tweemaal plaats. Het eerste portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 19 juni in de raadzaal van gemeente Smallingerland. De heer L. Hogenhout, directeur van de nieuw te vormen regiomarketingorganisatie, maakte kennis met de bestuurders en gaf een toelichting op zijn visie voor de nieuwe organisatie. Verder gaven de heren K. van den Berg en A. van Bochove een toelichting op hun rapport waarin zij aangeven hoe gemeenten een toeristisch stimulerings- en ondernemersfonds kunnen vormen. Het tweede en laatste portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 23 oktober in de raadzaal van gemeente Littenseradiel. De heer L. Hogenhout, Directeur van Stichting Merk Fryslân (MF) gaf inzicht in het Strategisch Marketingplan 2015-2018 en ging in op de samenwerking met de regio’s. CULTUUR In het verslagjaar vond dit VFG portefeuillehoudersoverleg eenmaal plaats. Daarnaast is het minisymposium “Toekomst van het Friese bibliotheekwerk” eenmaal georganiseerd. Op 6 februari vond het minisymposium “Toekomst van het Friese bibliotheekwerk” plaats in de bibliotheek van Leeuwarden. Tijdens dit door provincie, bibliotheken en VFG georganiseerde symposium hebben bestuurlijke en ambtelijke vertegenwoordigers van de Friese gemeenten, provincie Fryslân en het bibliotheekwezen met elkaar van gedachten gewisseld over de mogelijke toekomstige functies van de bibliotheek. Het portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 24 april in de raadzaal van de gemeente Opsterland. Hier werd stil gestaan bij het belang van een goede samenwerking tussen provincie en gemeenten om KH’18 tot een succes te maken. De heer P. Visschedijk, Kwartiermaker KH’18 en de heer O. Westerhof, directeur KH’18 informeerden de bestuurders over de beoogde organisatieen programmastructuur. Gedeputeerde mevrouw J. A. de Vries en Leeuwarder wethouder de heer S. Feitsma keken met de bestuurders op welke manier alle partijen de komende jaren samen kunnen werken. WERK EN INKOMEN In het verslagjaar vond dit VFG portefeuillehoudersoverleg driemaal plaats. Daarnaast is eenmaal de “Informatiesessie Participatiewet” georganiseerd. Het eerste portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 26 maart in de raadzaal van het stadhuis van Leeuwarden. Stichting Leergeld was aanwezig om inzicht te geven in hun werkzaamheden en wat
7
zij voor gemeenten kunnen betekenen. Verder hebben de heer D. Zijlstra van Súdwest-Fryslân en mevrouw E. de Bruin van Leeuwarden de bestuurders aan de hand van de contourennotitie bijgepraat over de doorontwikkeling van de arbeidsmarktregio Fryslân. Het tweede portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 25 juni in de Penitentiaire Inrichting De Marwei in Leeuwarden. Samen met de staf van de PI keken de bestuurders op welke manier gemeenten en Justitie optimaal kunnen samenwerken om ervoor te zorgen dat ex-gedetineerden op een goede manier begeleid worden bij hun terugkeer in de samenleving. De ochtend werd afgesloten met een rondleiding door het complex. Op 18 september vond op het stadhuis van Leeuwarden de “Informatiesessie Participatiewet” plaats. De VFG organiseerde deze bijeenkomst samen met een aantal Friese ambtenaren en het UWV. Aan de hand van een inleiding en verschillende workshops werden alle collegeleden die hier behoefte aan hadden geïnformeerd over de ontwikkelingen rond de Participatiewet. Het derde en laatste portefeuillehoudersoverleg vond plaats op 29 juni bij Royal Jongbloed in Heerenveen. Bestuurders konden hier ervaren hoe de afstemming tussen onderwijs en arbeidsmarkt in de praktijk wordt vormgegeven. Gemeente Heerenveen, Friesland College en Royal Jongbloed stonden allen stil bij hun rol. De ochtend werd afgesloten met een kennismaking met het project Het Ambacht waarbij jongeren opgeleid worden tot kok. RAADSLEDENBIJEENKOMST Op dinsdagavond 7 oktober organiseerde de VFG samen met het Aktieprogramma Lokaal Bestuur de jaarlijkse raadsledenbijeenkomst in het Stadhuis van Leeuwarden. Het thema was ‘Aan de slag als raadslid”. De bijeenkomst was bedoeld voor raadsleden en griffiers. Er werden drie verschillende workshops aangeboden: 1. Oog in oog met de burger. 2. Slim samenwerken: wat heeft de raad te zeggen. 3. Actualiteitenworkshop over de decentralisaties in het sociaal domein. AMBTELIJKE BIJEENKOMSTEN In samenwerking met het ministerie van BZK en de provincie Fryslân organiseerde de VFG op 20 februari op het provinciehuis in Leeuwarden een regionale ambtelijke bijeenkomst omtrent de financiële aspecten (risico’s, de kostenverevening bij samenwerkingsverbanden en het opnemen van de drie decentralisaties in de P&C-cyclus) van de drie decentralisaties. De bijeenkomst was bestemd voor de gemeentesecretarissen, hoofden financiën, transitiemanagers sociaal domein en andere belangstellenden. Op 27 mei vond in Leeuwarden een ambtelijke bijeenkomst inzake de Houdbaarheidstest Gemeentefinanciën plaats. Met de Houdbaarheidstest Gemeentefinanciën kan een gemeente testen of de financiën gezond zijn. Ook kan met de test de ombuigingsopgaaf van een gemeente bij een bepaald slecht weer scenario in beeld worden gebracht. De nieuwe versie 2014 van de test maakt daarbij een prognose van de balans aan het eind van het lopende jaar, en brengt de belangrijkste kengetallen voor beoordeling van de financiële positie in beeld. De bijeenkomst werd georganiseerd door de VFG, in nauwe samenwerking met de gemeente Het Bildt en de VNG.
8
Overzicht portefeuilleverdeling VFG bestuur Voorzitter: dhr. T.J. van der Zwan, burgemeester gemeente Heerenveen Vicevoorzitter: mw. H. Rijpstra, wethouder gemeente Tytsjerksteradiel Secretaris/Penningmeester: dhr. R. Goeman, gemeentesecretaris gemeente het Bildt Aandachtsgebied gemeenteraden en raadsleden dhr. F. van der Heide, griffier gemeente Smallingerland dhr. R. Goeman, gemeentesecretaris gemeente het Bildt Bestuur en Veiligheid dhr. J. Stellinga, burgemeester gemeente Schiermonnikoog dhr. A. Aalberts, burgemeester gemeente De Friese Meren Cultuur/Monumentenzorg dhr. G. van Klaveren, burgemeester gemeente Weststellingwerf mw. H. Rijpstra, wethouder gemeente Tytsjerksteradiel Economische Zaken, Recreatie en Toerisme dhr. B. Bonnema, wethouder gemeente Littenseradiel dhr. G. van Klaveren, burgemeester gemeente Weststellingwerf Financiën en Middelen dhr. A. Aalberts, burgemeester gemeente De Friese Meren dhr. J. Stellinga, burgemeester gemeente Schiermonnikoog Gezondheid en Welzijn dhr. S. Tolsma, wethouder gemeente Súdwest-Fryslân dhr. W. Kooistra, wethouder gemeente Opsterland Ruimte, Wonen, Duurzaamheid en Energie mw. L.I. Diks, wethouder gemeente Leeuwarden dhr. B. Bonnema, wethouder gemeente Littenseradiel Onderwijs, Jeugdbeleid en Sport dhr. W. Kooistra, wethouder gemeente Opsterland dhr. S. Tolsma, wethouder gemeente Súdwest-Fryslân Sociaal Domein dhr. S. Tolsma, wethouder gemeente Súdwest-Fryslân mw. drs. H. Rijpstra, wethouder gemeente Tytsjerksteradiel dhr. W. Kooistra, wethouder gemeente Opsterland Werk en Inkomen mw. H. Rijpstra, wethouder gemeente Tytsjerksteradiel dhr. S. Tolsma, wethouder gemeente Súdwest-Fryslân
9
Overzicht Friese vertegenwoordigers in VNG bestuur en beleidscommissies VNG Bestuur dhr. T.J. van der Zwan - burgemeester gemeente Heerenveen dhr. F. Crone – burgemeester gemeente Leeuwarden VNG commissie Bestuur en Veiligheid dhr. T. van Bekkum – burgemeester gemeente Smallingerland VNG commissie Europa en Internationaal dhr. R. Jonkman – wethouder gemeente Opsterland VNG commissie Gezondheid en Welzijn dhr. S. Tolsma – wethouder gemeente Súdwest-Fryslân VNG commissie Onderwijs, Cultuur en Sport dhr. S. Feitsma – wethouder gemeente Leeuwarden VNG commissie Werk en Inkomen dhr. A. Ekhart – wethouder gemeente Leeuwarden mw. J. Schouwerwou – wethouder gemeente De Friese Meren VNG commissie Milieu, Energie en Mobiliteit mw. L.I. Diks – wethouder gemeente Leeuwarden VNG commissie Ruimte en Wonen dhr. R. Hoek – gemeentesecretaris gemeente Leeuwarden mw. M. Le Roy – wethouder gemeente Harlingen VNG commissie Financiën dhr. G. Schippers – wethouder gemeente Tytsjerksteradiel College van Arbeidszaken dhr. H. van der Molen – wethouder gemeente Leeuwarden dhr. H. Boon – wethouder gemeente Harlingen dhr. D. Stoker – wethouder Súdwest-Fryslân Subcommissie Decentralisatie Jeugdzorg mw. T. Koster – wethouder gemeente Leeuwarden dhr. W. Kooistra – wethouder gemeente Opsterland Subcommissie Water mw. M. Bakker – wethouder gemeente Súdwest-Fryslân Adviescommissie Asiel en Integratie dhr. T.J. van der Zwan - burgemeester gemeente Heerenveen dhr. A. Ekhart – wethouder gemeente Leeuwarden
10
Overzicht VFG vertegenwoordigingen in besturen, commissies, stuurgroepen Platform Jeugdcriminaliteit Noord-Nederland Mevr. J. Gerretzen, beleidsmedewerker integrale veiligheid van Smallingerland Veiligheidshuis Fryslân Dhr. S. Tolsma, wethouder van Súdwest-Fryslân Provinciale Commissie Landelijk Gebied (PCLG) Dhr. A. van der Ploeg, wethouder van Dongeradeel Plaatsvervanger: Mevr. G. Akkerman wethouder van Súdwest-Fryslân Provinciale Commissie verbetering landbouwstructuur Dhr. A. van der Ploeg, wethouder van Dongeradeel Fryske Rie Mevr. P. de Graaf, wethouder van Dongeradeel Provinciaal Bestuurlijk Overleg Water Fryslân (PBOW) Dhr. L. Pen, wethouder van Menameradiel. Vertegenwoordigd Westergo Dhr. G. Wiersma, wethouder van Dantumadiel. Vertegenwoordigd de DDFK-regio Mevr. H. Rijpstra, wethouder van Tytsjerksteradiel. Vertegenwoordigd Midden-Oost Fryslân Dhr. J. Veenhouwer, wethouder van Ooststellingwerf. Vertegenwoordigd OWO-gemeenten Dhr. J. van der Pal, wethouder van De Friese Meren. Vertegenwoordigd Zuid - West Fryslân Mevr. I. Diks, wethouder van Leeuwarden. Vertegenwoordigd Midden-Fryslân Wenjen Oerlis Fryslân (WOF) Mevr. I. Diks, wethouder van Leeuwarden Dhr. B. Bonnema, wethouder van Littenseradiel. Dhr. J. van der Horst, wethouder van Smallingerland. Mevr. G. Akkerman, wethouder van Súdwest-Fryslân. Dhr. A. van der Ploeg, wethouder van Dongeradeel. Regionaal Orgaan voor de verkeersveiligheid in Fryslân (ROF) De verkeersportefeuillehouders van de gemeenten: (rechtstreeks): Leeuwarden, Súdwest-Fryslân, Heerenveen, Smallingerland (op aanwijzing VFG): Kollumerland, Weststellingwerf, Franekeradeel Stichting GBKN Dhr. W. van den Berg, burgemeester van Ferwerderadiel VEGANN Dhr. M. Offinga, wethouder van Súdwest-Fryslân Klankbordgroep Friese Merenproject Dhr. B. Bonnema, wethouder van Littenseradiel Raad van Advies Merk Friesland Dhr. B. Bonnema, wethouder van Littenseradiel Raad van Advies Zorgkantoor Dhr. S. Tolsma, wethouder van Súdwest-Fryslân Raad van Advies Kredietbank Nederland Mevr. H. Rijpstra, wethouder van Tytsjerksteradiel (voorzitter) Dhr. A. Dijkstra, wethouder van Menameradiel (vicevoorzitter) Raad van Commissarissen Afvalsturing Fryslân N.V. Dhr. R. Stol Dhr. J. Bosma
11
Dhr. W.J.K. Brugman Bestuur Sportgala Fryslân Dhr. J. Zoetendal, wethouder van Heerenveen
12
VERENIGING VAN FRIESE GEMEENTEN HERZIENE BEGROTING 2015 LASTEN
BATEN Begroting 2013 12.000 220.000
Resultaat 2013 6.328.13 220.964.66
Begroting 2014 12.000 225.100
Resultaat 2014 4.149,95 228.138,17
Begroting 2015 15.000 263.500
Bureaukosten
7.000
963.75
3.500
2.854,18
7.000
Rente
Overige uitgaven
1.600
473.31
5.000
Overige baten
Omschrijving Bestuur en Vergader Secretariaatskosten
Voordelig saldo Totalen
Contributie Bijdrage VNG
Nadelig saldo 240.600
228.729.85
240.600
646.317 x € 0,43 = € 277.916 Toelichting begroting 2015 Secretariaatskosten (incl. BTW) Loonsom Ondersteuning PZ Opleidingskosten Reiskosten Website / externe communicatie Huisvesting en Automatisering Totaal
Omschrijving
€ 222.000 € 5.000 € 6.000 € 4.500 € 6.000 € 20.000 ----------------------------€ 263.500
235.142,30
290.500
Totalen
Begroting 2013 213.602 9.045
Resultaat 2013 213.580.62 9.045
Begroting 2014 213.500 9.045
Resultaat 2014 213.464,45 9.045,00
Begroting 2015 277.916 9.045
10.000
4.332.98
7.500
3.255,87
3.539
370.00 7.953
1.401.25
10.555
8.901,03
240.600
228.729.85
240.600
235.142.30
290.500
VERENIGING VAN FRIESE GEMEENTEN BEGROTING 2016 LASTEN
BATEN Begroting 2013 12.000 220.000
Resultaat 2013 6.328.13 220.964.66
Begroting 2014 12.000 225.100
Resultaat 2014 4.149,95 228.138,17
Begroting 2016 15.000 263.500
Bureaukosten
7.000
963.75
3.500
2.854,18
7.000
Rente
Overige uitgaven
1.600
473.31
5.000
Overige baten
Omschrijving Bestuur en Vergader Secretariaatskosten
Voordelig saldo Totalen
Contributie Bijdrage VNG
Nadelig saldo 240.600
228.729.85
240.600
646.317 x € 0,43 = € 277.916 Toelichting begroting 2016 Secretariaatskosten (incl. BTW) Loonsom Ondersteuning PZ Opleidingskosten Reiskosten Website / externe communicatie Huisvesting en Automatisering Totaal
Omschrijving
€ 222.000 € 5.000 € 6.000 € 4.500 € 6.000 € 20.000 ----------------------------€ 263.500
235.142,30
290.500
Totalen
Begroting 2013 213.602 9.045
Resultaat 2013 213.580.62 9.045
Begroting 2014 213.500 9.045
Resultaat 2014 213.464,45 9.045,00
Begroting 2016 277.916 9.045
10.000
4.332.98
7.500
3.255,87
3.539
370.00 7.953
1.401.25
10.555
8.901,03
240.600
228.729.85
240.600
235.142.30
290.500
Aan: de Algemene Ledenvergadering van de VFG van 7 april 2015 Agendapunt: 4 G Onderwerp:
Herbenoeming Sjoerd Tolsma
Herbenoeming VFG bestuurslid Sjoerd Tolsma Na een periode van vier jaar loopt de eerste zittingstermijn van VFG bestuurslid Sjoerd Tolsma ten einde. Sjoerd Tolsma is binnen het VFG bestuur portefeuillehouder Gezondheid en Welzijn en coördinerend portefeuillehouder Sociaal Domein. Sjoerd Tolsma heeft aangegeven beschikbaar te zijn voor een tweede (en laatste) termijn. Voorstel Het VFG bestuur stelt u voor om Sjoerd Tolsma her te benoemen als bestuurslid van de VFG. Eventuele tegenkandidaten kunnen zich tot één uur voor de vergadering melden bij de voorzitter.
Gemeenten op weg naar 2020 NAAR EEN VERENIGINGSSTRATEGIE VOOR DE VNG
Inhoudsopgave Wij zijn de gemeenten
3
1 Naar een Agenda 2020
4
2 Maatschappelijke ontwikkelingen en de rol van de gemeenten
5
Demografie en migratie
5
Economie, van crisis naar een lerende economie
5
Energie, duurzaamheid en milieu
5
Informatisering
6
Netwerksamenleving
6
3 Gemeentelijke antwoorden op maatschappelijke ontwikkelingen
7
Terugtrekkende overheid
7
Kwaliteit van dienstverlening/transparante bedrijfsvoering
7
Andere rollen, andere werkwijzen
7
Een andere verhouding tot de inwoners
8
Organiseren, uitvoeren en besturen op de juiste schaal
8
Facilitering door het Rijk
9
Toekomstbestendig overheidswerkgeverschap
9
4 Ondersteuning van de vereniging
11
Wij zijn de gemeenten Om als lokale overheid zelfbewust en krachtig onze rol te vervullen, is een heldere visie nodig. Een visie op de maatschappelijke en bestuurlijke opgaven waar de gemeenten in de periode naar het jaar 2020 mee te maken krijgen. Op de wijze waarop gemeenten daar adequaat op kunnen inspelen. En op wat we samen, als collectief binnen onze vereniging willen oppakken. Als eerste overheid, dichtbij onze inwoners, zullen we ons moeten richten op een aantal maatschappelijke thema’s die vragen om oplossingen. Dat doen we niet alleen, maar vooral samen. Samen met inwoners en andere partijen in en rond eigen dorp of stad. En samen met elkaar als gemeenten en ook samen met de rijksoverheid, de provincies en de waterschappen. Vanuit onze eigen kracht en vanuit een gelijkwaardige positie. De kern van alle ontwikkelingen en dat alle activiteiten van betrokken inwoners, gemeenten, de VNG en hun partners verbindt, is (maatschappelijke) meerwaarde. Wij staan voor de complexe uitdaging om inwoners en organisaties weer actief te betrekken bij de publieke zaak, waarbij de rode draad het delen van (publieke) waarden, het faciliteren en stimuleren van initiatief van inwoners en het verbinden van netwerken is. Daarbij gaat het niet zozeer om productiecijfers en kostenbesparingen maar eerder om een goede leefomgeving, goed onderwijs, adequate zorg en hoogwaardige dienstverlening. Dit vraagt ook om een omslag in denken in de eigen organisaties. Onze opgaven zijn groot en de uitwerking laat zich niet in een kort jaarprogramma of project vatten. Dat geeft ons aanleiding u voor te stellen een verenigingsagenda voor een wat langere termijn op te stellen: de Agenda 2020. Die agenda zal grote en kleinere thema’s kunnen bevatten die belangrijk zijn voor de verdere ontwikkeling van de lokale en regionale bestuurlijke en uitvoeringspraktijk. De Agenda 2020 geeft richting aan de activiteiten van het VNG-bureau en aan de VNG gelieerde instellingen en aan onze inzet richting de volgende kabinetsformatie. Een verenigingsagenda is een agenda van en voor de leden. Daarom leggen we nu niet een conceptagenda voor maar noemen we als opmaat voor discussie onderwerpen die belangrijk zijn bij het opstellen van die agenda. We stellen voor om de komende maanden, in de aanloop naar de ledenvergadering van 2015, met u als lid van de vereniging in gesprek te gaan over de definitieve invulling van de Agenda 2020. De gemeenten zijn aan zet. En wij zijn de gemeenten. Om de belofte die impliciet en expliciet hierin verborgen zit waar te kunnen maken, is pro-activiteit, lef en vooral ook passie en compassie nodig.
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
3
1 Naar een Agenda 2020 Het opstellen van de agenda Gemeenten 2020 willen we samen met de leden doen. Wij stellen voor de periode tussen de BALV en de ALV in juni 2015 te gebruiken om die agenda op te stellen. Wij zullen daarvoor onder meer regionale bijeenkomsten beleggen. Ook gaan we natuurlijk in gesprek met andere relevante partijen. De uitkomsten van de discussie vormen de basis van de Agenda 2020 die de koers aangeeft en voor verbinding en samenhang zorgt. Samen met de strategische programma’s die de komende maanden door de bestuurlijke VNG-commissies worden opgesteld, bepaalt de Agenda 2020 het werkprogramma van het VNG-bureau en de daaraan verbonden instellingen. Bij de bijeenkomsten willen we antwoorden krijgen op de volgende vragen: a Welke trends en ontwikkelingen zijn van invloed op de rollen en taken van het lokaal bestuur?
De komende jaren zullen een aantal grote ontwikkelingen en maatschappelijke trends van invloed zijn op de rollen en taken van het lokaal bestuur. Het gaat om zaken als horizontalisering en participatie, technologische, demografische en economische ontwikkelingen. Deze thema’s staan beschreven in de discussienotitie. Zijn dit de belangrijkste trends?
b Hoe gaan gemeenten daarmee om?
We moeten antwoorden formuleren op die ontwikkelingen. Belangrijk lijken daarbij vormen van samenwerking (binnen de gemeente, tussen gemeenten onderling, tussen gemeenten en inwoners en tussen gemeenten en maatschappelijke partners), verbetering van dienstverlening en antwoorden op bestuurskundige vraagstukken. Deelt u deze opvatting en wat zijn de belangrijkste elementen en instrumenten die we gezamenlijk moeten oppakken en uitwerken?
c Wat is de rol van de vereniging hierbij?
Het VNG-bureau bereidt zich voor op het leveren van meer praktische ondersteuning van gemeenten, inclusief professionalisering. Daarnaast spelen zaken als standaardisering van (werk)processen, monitoring, benchmarking en uitbreiding van het palet van collectieve voorzieningen. Wat verwacht u van de vereniging en hoe ziet u de toekomstige rol van de VNG?
Deze drie vragen zijn kort uitgewerkt in de volgende drie paragrafen van deze notitie.
4
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
2 Maatschappelijke ontwikkelingen en de rol van de gemeenten Een aantal grotendeels autonome ontwikkelingen kleurt onze maatschappij en de opgaven waar de gemeenten de komende jaren mee te maken krijgen. Ze zijn moeilijk beïnvloedbaar, dominant aanwezig en vragen om antwoorden. In veel coalitieakkoorden van 2014 worden ze al benoemd. We noemen hier een aantal in het oog springende ontwikkelingen.
Demografie en migratie De samenstelling van de Nederlandse bevolking verandert; in leeftijdsopbouw, naar herkomst, en ook naar woonplaats. Vergrijzing brengt onder meer met zich mee dat de arbeidspopulatie daalt en de druk op de gezondheidszorg toeneemt. Ontgroening heeft op de korte termijn gevolgen voor het onderwijs en maatschappelijke voorzieningen en op de iets langere termijn ook gevolgen voor de arbeidspopulatie. Deze landelijke fenomenen worden extra gevoeld in die regio’s waar ze samengaan met bevolkingsdaling. Een belangrijke oorzaak van die bevolkingsdaling is het wegtrekken van gezinnen en jongeren naar steden en regio’s met grote economische activiteit. Prognoses laten zien dat grote delen van ons land er mee te maken zullen krijgen. De verschillen tussen de economisch sterke en zwakke regio’s zullen hierdoor verder toenemen met gevolgen voor de leefbaarheid. Veel grensgemeenten zoeken nu samenwerking over de landsgrens. Ook de ’sterkere regio’s zullen de gevolgen van de verschuivingen gaan merken en die zijn niet altijd positief. Naast de migratie binnen Nederland is er ook de migratie over de grenzen heen. Mensen komen om economische of humanitaire redenen naar Nederland. De gevolgen van deze immigratie zijn ook direct in gemeenten merkbaar.
Economie, van crisis naar een lerende economie Economische groei is niet meer vanzelfsprekend, dat heeft de crisis van de afgelopen vijf jaar aangetoond. Het is zelfs de vraag of de economische groeicijfers van vóór de crisis ooit nog zullen worden gehaald. Dit heeft consequenties voor zowel de directe welvaart van Nederland, als voor het economische draagvlak onder onze verzorgingsstaat. De economie zal een groter adaptievermogen moeten tonen, aldus de WRR. Een ‘lerende economie’ waarin het onderwijs een cruciale rol vervult. De arbeidsmarkt wordt in toenemende mate een regionale aangelegenheid, waarbij de rol van steden en stedelijke agglomeraties bepalend is voor welvaart en groei. Die belangrijke rol van de steden heeft zijn weerslag op de niet verstedelijkte delen van ons land. In de regio’s zoeken bedrijfsleven, overheden en kennisinstellingen elkaar op. Zij formuleren gemeenschappelijke ambities en stimuleren in dat netwerk de innovatie en economische ontwikkeling.
Energie, duurzaamheid en milieu Voor veel milieuproblemen is een succesvolle aanpak gevonden maar er blijven nog genoeg uitdagingen bestaan. Gemeenten moeten daarvoor veel werk verrichten, zoals al in het energieakkoord is onderkend. Duurzaamheid vraagt om gedragsverandering van mensen maar speelt ook een rol bij het fysieke beleid. Luchtkwaliteit en leefbaarheid, wateropvang, hergebruik van materialen, energiebespaVereniging van Nederlandse Gemeenten
5
ring en het gebruik van duurzame energie vormen in steeds meer gemeenten een belangrijk onderdeel van de beleidsagenda.
Informatisering De toenemende beschikbaarheid en uitwisseling van informatie raakt de overheid op verschillende manieren. ICT wordt al ingezet als strategisch middel om maatschappelijke doelen te realiseren en dienstverlening te optimaliseren. Op dat terrein is al veel in gang gezet, zoals de Agenda dienstverlening 2020 en Digitaal 2017. Overheidsinformatie moet betrouwbaar en van voldoende kwaliteit zijn. Dat raakt in de kern de legitimatie van ons werk. Gemeenten moeten rekening houden met nationale, Europese en internationale regels voor beveiliging en privacy. Slordig omgaan met persoonlijke gegevens raakt direct aan de betrouwbaarheid van de overheid. De balans tussen die verschillende behoeften maakt de opgave niet primair technisch, maar ook politiek en bestuurlijk.
Netwerksamenleving De klassieke verticale opbouw van de samenleving waarvan overheid, kerk en het democratisch bestel de verticale pijlers vormen, schuurt steeds vaker aan tegen de horizontale netwerksamenleving waarin autoriteit en gezag op niet-klassieke wijze zijn georganiseerd. Die netwerksamenleving ontwikkelt zich snel en onvoorspelbaar, individuen én organisaties kiezen steeds weer opnieuw hun eigen plaats en rol daarin. Dat vraagt om een antwoord en een andere houding van de overheid. De overheid heeft niet meer het monopolie op de publieke zaak, inwoners nemen het heft zelf vaker in handen, individueel of met elkaar, in kleine sociale verbanden en in grote digitale fora. We zien het ontstaan van zorgcoöperaties, wetsartikelen over “the right to challenge”, “het recht een eigen zorgplan te maken” en transformatie van traditionele voorzieningen naar algemene voorzieningen. Hoe gaat de overheid in die ontwikkeling mee?
6
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
3 Gemeentelijke antwoorden op maatschappelijke ontwikkelingen Rollen en taakopvattingen mogen veranderen, van de gemeente wordt hoe dan ook meerwaarde verwacht. De vraag naar meerwaarde wordt sterker maar moeilijker te realiseren. De lat gaat omhoog, de terreinen waarop de gemeente kan presteren breiden zich uit. Het beschikbare instrumentarium is echter beperkt.
Terugtrekkende overheid Met de invoering van de Jeugdwet, de nieuwe WMO en de Participatiewet krijgen gemeenten er vanaf 2015 een groot aantal taken bij. Kenmerkend bij deze decentralisaties is dat het vooral gaat om taken ter ondersteuning van kwetsbare inwoners. Die intensivering van ondersteuning loopt gelijk op met een terugtrekkende beweging. De gedachte wint terrein dat de overheid niet altijd en in alle gevallen volledige hulp en ondersteuning hoeft te bieden. De mate waarin de overheid zich terug moet en kan trekken, zal onderwerp zijn en blijven van het politieke debat, landelijk én lokaal. De uitkomsten kunnen leiden tot aanzienlijke verschillen in verzorgingsniveau op lokale schaal. De verschuiving naar een participatiesamenleving én de decentralisaties gaan ook nog gepaard met grote bezuinigingen. Inwoners gaan zelf een steviger rol spelen bij zaken in hun leefomgeving, hetzij door zelf taken op te pakken en initiatieven te nemen, hetzij door mee te beslissen.
Kwaliteit van dienstverlening/transparante bedrijfsvoering Inwoners verwachten van hun lokale overheid een kwalitatief goede, snelle en betrouwbare dienstverlening, zoveel mogelijk gebruikmakend van elektronische dienstverlening en eenmalige gegevensuitvraag. Deze dienstverlening past in het kader van wat de Raad voor het Openbaar Bestuur in een recent advies ‘passend contact tussen overheid en burger’ heeft genoemd. Dit vergt van de hele gemeentelijke organisatie een andere manier van werken en denken. Naast rechtvaardigheid van besluiten gaat het daarbij ook om (door de burger ervaren) procedurele rechtvaardigheid. Integriteit speelt daarbij steeds een belangrijke rol, in wat gemeenten doen en in hoe zij dat doen.
Andere rollen, andere werkwijzen De roep van gemeenten om voldoende middelen, ruimte en vertrouwen is niet van gisteren. Maar de aanwezigheid van die belangrijke ingrediënten alleen zorgen niet automatisch voor de noodzakelijke veranderingen om meerwaarde te kunnen blijven leveren. Ook de rol en de werkwijze van de overheid moeten daarvoor veranderen. Op hoofdlijnen worden van de gemeente in 2020 drie rollen verwacht: • de traditionele rol (toezicht, handhaving, dienstverlening); • de ondersteunende rol (sociaal domein en het terrein van sport, welzijn, cultuur etc.); • de samenwerkingsrol (ondersteuning maatschappelijk initiatief, medevormgever van beleid). De twee laatst genoemde rollen zijn (relatief) nieuw en moeten verder worden ontwikkeld. Ze geven Vereniging van Nederlandse Gemeenten
7
niet alleen een nieuwe dimensie aan het begrip besturen, maar hebben ook aanzienlijke consequenties voor de gemeentelijke organisatie. Bij de ondersteunende rol gaat het niet alleen om het ter beschikking stellen van gevraagde voorzieningen, maar om het leveren van maatwerk. De samenwerkingsrol gaat niet uit van machtsprincipes, maar van het leveren van toegevoegde waarde. Die waarde zal in de toekomst niet alleen maar door de overheid worden geleverd; maatschappelijke instituties, bedrijfsleven en (verbanden van) inwoners dragen hun steentje bij. Daardoor veranderen de lokale verhoudingen. Afhankelijk van het maatschappelijke thema zullen gelegenheidsverbanden worden gevormd waarin de overheid een van de deelnemers is. Of soms zelfs afwezig is. Die verbanden wisselen, al naar gelang de opgave. De traditionele overheidsorganisatie is daarvoor niet goed ingericht. Het duurzaam leveren van toegevoegde waarde vraagt dus een fundamentele verandering van houding en werkwijze. Het lokale bestuur moet voor zichzelf de juiste positie en rol weten te vinden als overheid die de inwoners centraal stelt, weet wat er in de samenleving leeft en dat vertaalt naar passend beleid. Daarbij zal minder vanuit verordeningen en regels kunnen worden gehandeld en zal het meer gaan om maatwerk en individuele oplossingen. Hoewel regels altijd nodig blijven, zijn ze niet meer uitgangspunt maar sluitstuk. Deze kanteling zal veel vragen van colleges, raadsleden en ambtenaren: macht of gezag, voorlichting of communicatie, ‘zorgen voor’ of ‘zorgen dat’. Maar tegelijk is en blijft de overheid ook de partij die toeziet en handhaaft, die vergunningen verstrekt of weigert. Dat is en blijft een kerntaak van gemeenten waarbij geen ruimte is voor burgerparticipatie. Er kan dan geen sprake zijn van horizontale verhoudingen tussen bestuur en inwoners. Het zal lastig zijn om die verschillende rollen tegelijk en overtuigend te spelen binnen één bestuur en één uitvoeringsapparaat. Maar we zullen dat wel moeten leren.
Een andere verhouding tot de inwoners Als de gemeente meer taken heeft, krijgen meer inwoners te maken met de lokale overheid. Of ze nu afhankelijk zijn van jeugdzorg of voorzieningen of zelf activiteiten ondernemen die nu nog door de gemeente worden gedaan, ze zullen de lokale overheid vaker tegen het lijf lopen. Niet alleen in het gemeentehuis, maar juist ook daarbuiten, als de gemeente naar hen toekomt in plaats van andersom. Of digitaal, via interactieve media waarmee de gemeente kan toetsen wat er leeft en inwoners meer kan betrekken bij het beleid. Maar zal meer contact automatisch leiden tot betrokkenheid van meer inwoners bij hun gemeente? Tot meer vertrouwen in het lokaal bestuur? Tot een hogere opkomst bij lokale verkiezingen? Tot de bereidheid een kinderboerderij over te nemen en buurtbewoners te helpen? Ontstaat de ‘doe-democratie’ dan vanzelf? De voorbeelden die we nu al kennen, laten zien dat het succes afhankelijk is van de sociale structuur van een dorp, buurt of wijk, de bereidheid van maatschappelijke instituties en betrokken inwoners én de rol die de gemeente zelf speelt. De gemeente moet in staat zijn toegevoegde waarde te leveren aan het maatschappelijk initiatief.
Organiseren, uitvoeren en besturen op de juiste schaal In de afgelopen jaren zijn tal van interventies en experimenten uitgevoerd binnen en tussen gemeenten om op diverse schalen actief te zijn. Op grote schaal wordt door gemeenten onderling in de regio samengewerkt. De naderende decentralisaties hebben daaraan nog een flinke impuls gegeven. De komende jaren zal blijken of deze samenwerkingsvormen het gewenste resultaat opleveren. Voor een aantal taken zijn die resultaten al zonneklaar, zoals bij het samenvoegen van de ambtelijke uitvoeringsorganisatie of het gezamenlijk uitvoeren van toezicht, handhaving en dienstverlening. Voor de nieuwe taken is dat onduidelijk. Veel bestuurders zullen een lokaal stempel willen drukken op het 8
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
voorzieningenniveau in het sociale domein. De komende jaren moet blijken in hoeverre dat verenigbaar is met uitvoering op een regionale schaal. Voor alle gemeenten en regio’s is het belangrijk goed zicht te hebben op het functioneren van de eigen regionale werkverbanden én die in de rest van het land. En daarvan te leren. Het is belangrijk om de voortgang te volgen en de opgedane ervaringen met elkaar te delen. We zijn het aan onszelf en aan onze inwoners verplicht om steeds te blijven evalueren of de organisatievorm die we zelf hebben gekozen tot het best mogelijke resultaat leidt voor onze inwoners. Het ligt in de rede om nu ook verder te spreken over de mogelijkheden en wenselijkheid van meer differentiatie in de uitvoering van taken tussen gemeenten. Het is geen nieuwe praktijk en wordt bijvoorbeeld al toegepast bij de maatschappelijke opvang en uitvoering van toezicht en handhaving. De vraag is of een dergelijke manier van uitvoeren ook op andere beleidsvelden tot resultaten zal leiden en of een aanpak op regionale, bovenregionale of zelfs landelijke schaal tot meer effectiviteit en efficiency kan leiden. Belangrijk daarbij is een goede werkwijze te vinden voor de soms ervaren leemte in de democratische besluitvorming. Als deze systematiek langs de lijnen van inhoud en resultaat wordt gevolgd, kan ook gesproken worden over de juiste bestuurlijke schaal. Die discussie hoort niet vanuit het rijk te worden aangewakkerd of gestuurd, maar is een zaak van regio’s, individuele gemeenten en hun inwoners. Zij moet vanuit de inhoud komen, niet vanuit opgelegde technocratische en theoretische modellen van bovenaf.
Facilitering door het Rijk De veranderingen gaan niet van vandaag op morgen. Ruimte en vertrouwen van het Rijk zijn en blijven noodzakelijk. Horizontale verantwoording en benchmarks moeten uitgangspunt zijn, eerder dan verticaal toezicht. Bij het lokaal beleggen van verantwoordelijkheden en het mogelijk maken van lokale verschillen, past een lokale verantwoording daarover van het college aan de gemeenteraad en van de gemeente aan de gemeenschap. Daarbij kunnen alternatieve vormen van verantwoording behulpzaam zijn, zoals storytelling en outcome in plaats van steeds gedetailleerdere kwantitatieve gegevens. En passant kan dit leiden tot de vermindering van de administratieve lastendruk die ons al langer voor ogen staat. Gemeenten kunnen taken alleen voor hun rekening nemen als daar genoeg middelen voor zijn. Als je de mogelijkheid krijgt om het verschil te maken, moet je ook lokaal kunnen bepalen wat dat mag kosten. In het huidige stelsel wordt met die mogelijkheid echter onvoldoende rekening gehouden omdat het Rijk gemeenten nauwelijks de mogelijkheid geeft te sturen op het niveau van inkomsten. Zeker nu het takenpakket van de gemeenten veel groter wordt en de omvang van de gemeentelijke begrotingen navenant groeit, dient ook goed gekeken te worden naar een verruiming van het lokale belastinggebied.
Toekomstbestendig overheidswerkgeverschap Welk type ambtenaar hebben de gemeenten in de toekomst nodig? Aan welke kernwaarden moet een ambtenaar voldoen om zijn of haar werkzaamheden optimaal te kunnen vervullen? Welk type leiderschap is binnen een gemeentelijke organisatie in deze veranderende werkomgeving nodig? Deze kernvragen gelden als vertrekpunt voor een modern werkgeverschap van de gemeenten. Daaraan gekoppeld zijn vragen rond de modernisering van arbeidsvoorwaarden en de verschuiving van de verantwoordelijkheid voor een loopbaan van werkgever naar werknemer. Dit in het licht van de flexibilisering van de arbeidsmarkt, de opkomst van nieuwe arbeidsrelaties en de normalisering van de rechtspositie van de ambtenaar. Vereniging van Nederlandse Gemeenten
9
Gemeenten worden in hun personeelsbeleid meer en meer ‘gewone’ werkgevers. De bedrijfsmatige voordelen daarvan zijn duidelijk, maar er komen er ook schaduwkanten van deze veranderingen in zicht. Dat gaat niet alleen om de voorbeeldfunctie van de overheid als werkgever maar ook om bezorgdheid of lokale overheden de nieuwe taken en rollen goed kunnen uitvoeren. We weten al welke competenties de nieuwe ambtenaar bezit en hoe hij de nieuwe gemeentelijke rollen kan vormgeven. Maar hoe kunnen we meer van die soort vinden en aan ons binden? Hoe gaat de nieuwe overheidsorganisatie er uit zien? In het verlengde daarvan zouden we ons ook de vraag moeten stellen of de uitbesteding van werk en werkgeverschap op alle terreinen ook het bedoelde resultaat opleveren, zeker nu de beweging op gang komt naar een zwaardere rol van de lokale overheid.
10
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
4 Ondersteuning van de vereniging De taken van het lokale bestuur worden zwaarder. De lokale uitvoeringskracht zal daarmee gelijke tred moeten houden, niet alleen voor de gedecentraliseerde taken maar ook voor de ontwikkelingen op het gebied van e-overheid, burgerparticipatie en dergelijke. Dat gaat ook het nodige betekenen voor de wijze waarop het VNG-bureau en de daaraan verbonden instellingen als KING, het Congresen studiecentrum en de VNG-academie (de zogeheten VNG-familie) werken. De ondersteuning van gemeenten bij de uitvoering moet daarbij een prominente rol krijgen, evenals de uitbouw van het opleidingsaanbod voor bestuurders en ambtenaren. Een andere belangrijke taak ligt bij de ontwikkeling en het beheer van standaarden en het organiseren van collectieve voorzieningen. Hiermee kan een grote slag worden gemaakt bij het vereenvoudigen en effectiever maken van taken die veel beslag leggen op de ambtelijke capaciteit van gemeenten. Ten slotte zal de VNG natuurlijk sterk blijven inzetten op belangenbehartiging op landelijk en Europees niveau. Onze inzet is erop gericht de taken in een hechtere samenwerking tussen de verschillende leden van de VNG-familie uit te voeren. De eerste stappen daartoe hebben we vanaf begin dit jaar al gezet met de introductie van het project ‘VNG-breed’.
Vereniging van Nederlandse Gemeenten
11
Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad
informatiecentrum tel.
uw kenmerk
(070) 373 8393 betreft
bijlage(n)
1 ons kenmerk
Visietraject “Gemeenten op weg BB/U201401922 naar 2020” Lbr. 14/078
datum
16 oktober 2014
Geacht college en gemeenteraad,
Wat verbindt gemeenten in de vervulling van hun belangrijke rol in de komende jaren? Wat zijn de dilemma’s waarvoor gemeentebesturen de komende tijd gesteld worden? Hoe gaan we de grote en nieuwe taken die naar gemeenten toekomen oppakken? Wat doen we individueel, wat gezamenlijk? En wat is er voor nodig om onze maatschappelijke meerwaarde te vergroten? Over deze vragen wil het bestuur van de VNG de komende maanden met de leden in gesprek. Met de uitkomsten van deze gesprekken willen we een verenigingsvisie opstellen die de leden verbindt, de agenda voor de komende jaren bepaalt en richting geeft aan het werk van het VNG-bureau en de daaraan gelieerde instellingen. Een gezamenlijke visie en agenda moet je in gezamenlijkheid opstellen. Daarom hebben we er voor gekozen u geen conceptvisie voor te leggen maar als opmaat voor de discussie onderwerpen aan te dragen die belangrijk zijn bij het opstellen daarvan. Die onderwerpen hebben we beschreven in de notitie ‘Gemeenten op weg naar 2020’. Als leden van de vereniging van Nederlandse gemeenten zijn we allen verbonden door onze betrokkenheid bij het publieke domein. Dat doen we vanuit de overtuiging dat ons werk er toe doet. Het gaat ergens over en wij staan ergens voor. Die bezieling en overtuiging willen we ook terug laten komen in onze gezamenlijke verenigingsstrategie. Wij hopen dat de kansen en uitdagingen die op ons bord liggen u ook inspireren uw bijdrage te leveren aan de gesprekken die we gaan voeren over de verenigingsstrategie. En wellicht ook andere onderwerpen aan te dragen die nog niet zijn benoemd. Zodat wij in juni 2015 op de Algemene ledenvergadering te Apeldoorn een visie kunnen vaststellen waar we de komende jaren mee verder kunnen. Een visie die duidelijk laat zien wat we als collectief van gemeenten willen bereiken en waar we gezamenlijk voor staan.
Wij stellen u voor om in de stemmen met de geformuleerde uitgangspunten en het geschetste proces in de bijgaande notitie. Aansluitend zullen wij u tijdig informeren over onze verschillende activiteiten en rekenen op uw inbreng. Hoogachtend,
A. Jorritsma-Lebbink voorzitter
Deze ledenbrief staat ook op www.vng.nl onder brieven.
Onderwerp Visietraject “Gemeenten op weg naar 2020” Datum
02