amen
Waarom ben ik hier ? Geen ingewikkelde theorie. De 4 S-woorden horen samen.
-
Dromen Talenten Mogelijkheden Groeikansen ,,,,,,
-
Leerproblemen ASS Thuissituatie Hechtingsstoornis ADHD ,,,,,
STICORDI
Stimuleren: leerlingen aanmoedigen en het positieve benadrukken. Compenseren: het gebruik van bepaalde (technische) hulpmiddelen toelaten, bijvoorbeeld een laptop met leessoftware en spellingcorrector voor een leerling met dyslexie. Remediëren: individuele leerhulp aanbieden om zo leerachterstand te vermijden.
Differentiëren: variatie aanbrengen in de leerstof en aanpak om zo beter te kunnen inspelen op de noden van individuele leerlingen. Dispenseren: bepaalde onderdelen van het leerprogramma laten vallen en waar mogelijk vervangen door iets gelijkwaardigs.
Om binnen een “leerbare” omgeving te werken (op te voeden) hebben leerlingen grenzen nodig . (Sturing nodig van hun leerkrachten). Dit kan in een klimaat van “welbevinden” (Steunen) Binnen een visie van “kansen geven” : - Veelvuldig aanbieden van nieuwe slaagkansen in hun ontwikkelingstraject. - Vanuit herstel ( er moet herstel mogelijk zijn !)
POSITIEVE BINDING STIMULEREN Kennis van de leefwereld van jongeren. → rem op probleemgedrag aanvaarding ↓ pos. band behouden en verbeteren ↓ conform gedrag ↓ leefregels respecteren → geen sancties
geen positieve band ↓ geen reden om leefregels te respecteren ↓ sancties → ongunstig zelfbeeld van verliezer ↓ compensatiemechanisme : in zoektocht naar aanvaarding, affectie, respect … aansluiting bij negatieve peergroep → antisociaal gedrag → negatieve spiraal (moeilijk te doorbreken)
Fundamentele aanvaarding en waarden voorleven
Aanvaarden = basisvoorwaarde Tegelijkertijd behoefte aan voorbeeldgedrag
→ = moeilijke evenwichtsoefening → ook thuismilieu en peergroep aanvaarden !
Responsiviteit hoog
Autoritatief (democratisch) I
Permissief II
Controle laag
Controle hoog Autoritair III
Verwaarlozing IV
Responsiviteit laag
Autoritatieve opvoedingsstijl Controleniveau hoog : Monitoring Bijsturen van gedrag Overtreding van leefregels blijven benoemen responsiviteitsniveau hoog : Uitleggen waarom je een regel oplegt In gesprek gaan met de leerling Communicatie op basis van wederzijds begrip en respect
Autoritatieve opvoedingsstijl Eisen stellen + vasthouden aan regels Bij overtreding : consequent optreden Sturen met aandacht en betrokkenheid Elke dag nieuwe kansen geven AANDACHT – HULP – GRENZEN - SANCTIES
AUTORITATIEVE OPVOEDINGSSTIJL
AUTORITAIRE OPVOEDINGSSTIJL Hoofdzakelijk grenzen en sancties, hoge eisen en veel
controle Strikte regels, geen discussie, streng straffen Schijnaanpassing + heimelijk probleemgedrag Geen positieve binding
Gewenst gedrag belonen
Bevordert de goede relatie LK-LLN 6 tot 7 keer meer resultaat dan straffen Waardering zorgt voor een gevoel van eigenwaarde → sociale beloning → activiteitsbeloning → materiële beloning
Aandachtspunten voor een goede beloning • • • •
Bij voorkeur sociale beloningen Zo veel mogelijk Reageer op wat je ziet en benoem het gedrag Kijk naar het positieve (ook al lukt het niet goed) • Wees eerlijk
Materiële beloningen en activiteits-beloningen
kunnen vóór een verlofperiode gegeven worden door de LK
Belang trainen van constructief gedrag Beloning = beloning Geef beloningen nooit vooraf Spreek op voorhand beloningen af
Ongewenst gedrag bestraffen Ongewenst gedrag krijgt geen goedkeuring Goede straf wil ongewenst gedrag afleren, fouten herstellen In OV 3 stellen we duidelijk grenzen Straffen dienen om grenzen te markeren
Straf geeft duidelijkheid en hierdoor ook veiligheid Goede straf motiveert de leerling om zich medeverantwoordelijk te voelen
voor eigen gedrag Goede straf ondersteunt de positieve binding
strenge straf (bedoeld als vergelding of afschrikking) Creëert sfeer van angst en agressie
Verziekt de relatie LK-LLN Verziekt de klassfeer Verhindert leren en leerplezier
15 aandachtspunten voor een goede straf 1. Duidelijk →
→
Begrijpt de leerling wat van hem verwacht wordt ? (onwetendheid ≠ ongewenst gedrag). Daarom : checken + vertellen waarom gedrag fout is. Belang van verwittiging vóór straf (straf is niet (zelden) eerste strategie)
Houding t.a.v. onaangepast gedrag van leerlingen Blijf rustig en beleefd. Beledig of kleineer niet Benoem het ongepaste gedrag Zeg welk gedrag wel gepast zou zijn Vraag waarom de leerling dit gedrag stelt. Luister, misschien heeft zijn gedrag
een oorzaak, betekenis of doel Ga in op wat de leerling zegt, vertrek vanuit jouw standpunt en ga niet in de verdediging Overleg wat nu moet gebeuren (afspraak, waarschuwing, strafwerk) en wees consequent
Leerlingen zien u als een vertegenwoordiger van de school. Voel u in uw
functie aangesproken. Weet dat de agressie meestal gericht is tegen het systeem en niet tegen u persoonlijk Blijf duidelijk, direct, correct, assertief, kalm en vriendelijk Wees kort en duidelijk bij het corrigeren van een leerling. Lok geen discussie uit Spreek leerlingen aan bij hun naam
Leerlingen komen het snelst tot rust bij een persoon die rust uitstraalt.
Tracht bumper te zijn Hou emotioneel afstand Probeer te begrijpen waarom de leerling agressief is. Wat is de boodschap die achter het gedrag zit. Wat is de binnenkant ? Ga niet direct in op de manier waarop u benaderd wordt. Geef de leerling de kans en de tijd om zich te uiten Verbreek het contact indien u zich bedreigd voelt Meld onmiddellijk agressief of bedreigend gedrag van leerlingen
Persoonsgericht stimuleren
- De basis is “Welbevinden” (Zo komen we terug bij positieve binding en steunen) - Leerlingen worden zo gemotiveerd om hun best te doen . Taakgericht stimuleren - Een duidelijk handelingsplan - Ouders en leerlingen betrekken bij de evaluatie. - Ook leerlingen hebben zicht op de leerlijn - Wat gaan we aanbieden ? (Relevant, functioneel, interesses van leerlingen… - Hoe gaan we dat voorbereiden en aanbieden ? ( Welke middelen, moet leuk zijn, klassfeer , goede punten ook benoemen, ownership: zelf verantwoordelijkheden binnen taken..) - Indien nodig op maat : Sticordi
De motivatie zal stijgen naarmate de juiste stimuli aanwezig zijn.
Demotiverend : - Dwingende taal - roepen - fysieke aanpak - afwijzende houding - te weinig structuur
INTRINSIEKE MOTIVATIE - Wanneer het aansluit met hun talenten. - Verwondering - Aansluiting met persoonlijke interesses. EXTRINSIEKE MOTIVATIE - Positieve band met leerkracht. - ouderbetrokkenheid - gedragsblad of beloningsblad - individuele ondersteuning (op maat)
Er moet een evenwicht zijn tussen steunen en sturen ! Een goede leerkracht zal zijn professionaliteit kunnen bewijzen in : - vakbekwaamheid , stimuleren - evenwicht sturen en steunen
Een team is zo sterk als de zwakste schakel.
- ACHTER DEZELFDE VISIE STAAN ! - IS IEDEREEN DAARTOE BEREID ? ( goesting, motivatie, enthousiasme…) - HUMOR ! - VERANTWOORDELIJKHEID ! (op tijd zijn, zelf regels onderhouden, …)
Voorbeeld : speelplaatssituatie leeuwenkuil in OV3 (vroeger en nu)
-
Hoe verzamelen we de leerlingen op de speelplaats ? Hoe gaan we de klas binnen ? Hoe starten we onze les ? Zijn we tijdig aan de rij ? Zwijgen we zelf onder collega’s bij het belsignaal ? Wat doen we wanneer een leerling zijn agenda niet wil geven om een nota in te schrijven ? Wat staat er in onze visietekst en schoolwerkplan ? ……
Goede afspraken binnen de klassenraden COMING TOGETHER IS A BEGINNING KEEPING TOGETHER IS A PROGRESS WORKING TOGETHER IS A SUCCES HENRY FORD