Schoolgids 2006 - 2007
1
HAVO / VWO
Postbus 2152 - 7900 BD Hoogeveen Julianastraat 3 - Hoogeveen T (0528) 29 52 40 F (0528) 23 07 66 E
[email protected] Roelof van Echten College • HAVO / VWO
2
Inhoud algemene gedeelte
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
Algemeen 1.1 Identiteit 1.2 Visie en missie 1.3 Wie was Roelof van Echten
pagina 5 pagina 5 pagina 5
Schoolbreed onderwijs aanbod 2.1 Praktijkschool 2.2 VMBO/MAVO 2.3 HAVO/VWO 2.4 De onderwijsstructuur Voortgezet Onderwijs
pagina 6 pagina 6 pagina 6 pagina 7
Adressen 3.1 Adressen Roelof van Echten College 3.2 Ministerie van Onderwijs en de Onderwijsinspectie 3.3 Externe vertrouwenspersoon 3.4 Vertrouwensinspecteur 3.5 Leerplichtambtenaar 3.6 Raad van Toezicht 3.7 Medezeggenschapsraad (MR)
pagina 8 pagina 8 pagina 8 pagina 8 pagina 8 pagina 8 pagina 8
Medezeggenschapsraad 4.1 Doel 4.2 Ledenlijst
pagina 9 pagina 9
Resultaten en kwaliteit 5.1 Regulier Schooltoezicht 5.2 Kwaliteits- of opbrengstenkaart 5.3 Schoolprestaties Trouw/Elsevier 5.4 Kwaliteitskaart 5.5 Percentage geslaagde leerlingen
pagina 9 pagina 9 pagina 9 pagina 10 pagina 11
Geldzaken 6.1 Gedragscode schoolkosten Voortgezet Onderwijs 6.2 Vrijwillige ouderbijdrage 6.3 Onderwijsnummer 6.4 Verzekeringen 6.5 Boekenzaken
pagina 12 pagina 12 pagina 12 pagina 13 pagina 13
Klachtenregeling 7.1 Klachtencommissie 7.2 Externe vertrouwenspersoon 7.3 Vertrouwensinspecteurs
pagina 13 pagina 13 pagina 14
Rechten en plichten 8.1 Persoonsregistratie van de leerlingen 8.2 Leerplicht 8.3 Informatie en inzage 8.4 Foto en video
pagina 14 pagina 14 pagina 15 pagina 15
Vakantieoverzicht schooljaar 2006/2007
pagina 15
N.B. Overal waar in deze Schoolgids ouder(s) staat genoemd, kan ook verzorger(s) gelezen worden. Voor ‘hij’ kan ook ‘zij’ gelezen worden. De gegevens in deze gids zijn onder voorbehoud van wijzigingen.
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
3
Inhoud HAVO/VWO
1.
Sector HAVO/VWO, locatie Julianastraat Sterk in studie en sport 1.1 Aan onze leerlingen en hun ouders/verzorgers 1.2 Sectorleiding
pagina 16 pagina 16
Onderwijsaanbod sector HAVO/VWO 2.1 De onderbouw: de eerste drie leerjaren 2.1.1 De brugklas 2.1.2 Het tweede leerjaar 2.1.3 Het derde leerjaar 2.2 Tweede Fase: bovenbouw HAVO/VWO 2.3 Doorstroming 2.3.1 Tussen VMBO en HAVO 2.3.2 Tussen HAVO en VWO 2.4 Overgangsnormen 2.5 Rapporten
pagina 16 pagina 16 pagina 17 pagina 17 pagina 17 pagina 18 pagina 19 pagina 19 pagina 22 pagina 22
Lestijden en lessentabel 3.1 Opening cursus 3.2 Lestijden 3.3 Lessentabel
pagina 22 pagina 22 pagina 23
4.
Schoolregels
pagina 24
5
Leerlingenzorg 5.1 Interne deskundigen 5.5.1 De mentor 5.5.2 Remediale hulp 5.5.3 Counselor 5.5.4 Vertrouwenspersoon 5.5.5 Schoolpsycholoog 5.5.6 Decaan 5.5.7 Faalangst reductietraining 5.5.8 Sociale vaardigheidstraining 5.5.9 Het zorgteam
pagina 27 pagina 27 pagina 27 pagina 27 pagina 27 pagina 27 pagina 28 pagina 28 pagina 28 pagina 29
Activiteiten binnen de sector HAVO/VWO 6.1 Excursies 6.2 Werkweken 6.3 Culturele Commissie 6.4 School/klassenavonden 6.5 Leerling Activiteiten Commissie 6.6 Leerlingensoos 6.7 Schoolkrant 6.8 Anglia 6.9 Internationalisering 6.10 Jet-Net 6.11 De Gezonde School
pagina 29 pagina 29 pagina 29 pagina 30 pagina 30 pagina 30 pagina 30 pagina 30 pagina 31 pagina 32 pagina 32
Sectorspecifieke voorzieningen 7.1 Studie en Sport 7.1.1 Certificaat Sportactieve School 7.1.2 Topsport Traject 7.1.3 Toernooien en buitenschoolse activiteiten 7.1.4 Motorische Remedial Teaching (M.R.T.) 7.2 Schoolmediatheek 7.3 Administratieve zaken 7.4 Overzicht schoolkosten per leerjaar
pagina 32 pagina 32 pagina 32 pagina 33 pagina 33 pagina 33 pagina 34 pagina 34
8.
Personeelsleden
pagina 36
9.
Plattegrond
pagina 38
2.
3.
4
6.
7.
1. Algemeen 1.1
Identiteit
Het Roelof van Echten College gaat uit van de Stichting Roelof van Echten te Hoogeveen. In artikel twee van de statuten staat haar grondslag als volgt omschreven: ‘De stichting aanvaardt als grondslag voor haar handelen de Bijbel. De geloofsinhoud daarvan wordt tot uitdrukking gebracht in de Apostolische Geloofsbelijdenis. Zij ontleent haar normen en waarden aan de Tien Geboden’. ‘Het doel van de stichting is het doen geven van christelijk onderwijs gericht op algemeen maatschappelijke vorming, persoonlijke ontplooiing en beroepsvoorbereiding…’.
1.2
Visie en missie
De opdracht (missie) die het Roelof van Echten College zich gesteld heeft en de manieren waarop de school dat wil waarmaken zijn: •
•
•
•
o Leerlingen krijgen een dynamisch, divers en flexibel onderwijsaanbod. o Iedere leerling volgt een bij hem of haar passende leerweg. o Iedere leerling krijgt de gelegenheid zijn of haar eigen talenten te ontwikkelen.
De school werkt vanuit de bijbel en gebruikt het evangelie van Jezus Christus als bron en leidraad. o Leerlingen leren leven in overeenstemming met normen en waarden die zijn ontleend aan de Tien Geboden o Leerlingen worden zich bewust van het feit dat de wereld ons in bruikleen is gegeven en leren zodoende beseffen dat zij zorgzaam met elkaar en met de omgeving moeten omgaan. o Leerlingen leren omgaan met verschillen tussen mensen. o Leerlingen volgen onderwijs in een klimaat waarin mensen open en respectvol met elkaar omgaan. De school biedt leerlingen en personeel volop kansen zich te ontplooien. o Leerlingen krijgen uitdagend onderwijs, dat hen stimuleert zich verder te ontwikkelen. o Het leer- en ontwikkelingsproces van leerlingen voltrekt zich binnen een duidelijke structuur. o Leerlingen mogen fouten maken, omdat deze kunnen bijdragen aan hun leerproces en hun persoonlijke ontwikkeling. o Leerlingen en personeelsleden voelen zich veilig op school. o Personeelsleden werken in een inspirerende omgeving, die hen uitdaagt zich verder te ontwikkelen. De school stimuleert leerlingen zich te ontwikkelen tot zelfstandige individuen, die verantwoordelijkheid nemen voor hun handelen. o Iedere leerling krijgt persoonlijke begeleiding. o Leerlingen worden gedegen voorbereid op vervolgonderwijs en/of de arbeidsmarkt. o Leerlingen leren verantwoorde keuzes te maken. o Leerlingen leren zich persoonlijke, afgewogen meningen te vormen. De school helpt leerlingen om in de veranderende samenleving een plaats te vinden, die past bij hun geaardheid, aanleg en capaciteiten.
1.3
Wie was Roelof van Echten
Roelof van Echten kan worden beschouwd als stichter van Hoogeveen. Hij behoorde tot het geslacht der Van Echtens. Roelof van Echten werd geboren in 1592 als enig kind van Johan van Echten en Aaltje Willems Waterman. Toen Roelof 15 jaar werd, kreeg hij het Huis te Echten in bezit. In 1614 trouwde hij met Anna Bentinck, dochter van de drost van Salland. Roelof werd toen baas over Zuidwolde, Echten, Lhee, Schoonvelde en Linthorst. Hij werd toegelaten tot het Drentse Ridderschap. Uiteindelijk werd hij Heer van Echten en de enige Drentse ridder die recht mocht spreken over de bewoners in zijn gebied. Roelof ging de stukken veen die hij bezat ontginnen. Hij gebruikte daarvoor het geld van zijn rijke schoonfamilie en van een paar geldschieters uit de rest van het land. In 1632 begon hij een bedrijf: de Compagnie van de Vijfduizend Morgen. In 1643 overleed hij. Nog voor zijn dood heeft hij 100 morgens veen (plm. 100 hectare) beschikbaar gesteld ‘tot Eeren Godes, tot opbouwinge van een Kerke, Schoole ende tot behoef van de Armen’.
5
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
2. Schoolbreed onderwijs aanbod
leerling doorstromen naar niveau 3 of 4 van het Middelbaar BeroepsOnderwijs.
2.1
De mavo-leerlijn is gericht op een naadloze doorstroming naar de havo. Deze leerlijn biedt een vakkenpakket aan dat helemaal is afgestemd op de havo. Met een mavodiploma kan een leerling doorstromen naar de havo of het Middelbaar Beroeps Onderwijs.
Praktijkonderwijs
Deze vorm van onderwijs richt zich op leerlingen van 12 tot 18 jaar die zonder diploma doorstromen naar werk of naar een korte beroepsopleiding. Er is veel aandacht voor de praktijk. Het praktijkonderwijs van onze school beschikt over een Arbeidstraining Centrum. Soms ook kunnen leerlingen binnen het Roelof van Echten College doorstromen naar het leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) in het vmbo.
Met name in de onderbouw bestaan er optimale mogelijkheden om te veranderen van leerlijn: zowel doorstromen binnen de leerlijnen onderling als naar havo en Praktijkonderwijs. Dit gebeurt altijd in overleg met de klassenmentor.
2.3 2.2
HAVO/VWO
VMBO/MAVO
Het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs kent vier leerlijnen. De opleiding duurt vier jaar. Een leerlijn is een soort onderwijsprogramma van basisschool naar vervolgonderwijs met daarin in de beide laatste leerjaren een aantal verplichte en een aantal vrij te kiezen examenvakken. De vier leerlijnen zijn: • de vmbo + leerlijn; • de Praktische leerlijn; • de Theoretische leerlijn; • de mavo-leerlijn.
6 Deze doorlopende leerlijnen kennen veel voordelen: • goede aansluiting op basis- en vervolgonderwijs; • gemakkelijke overstapmogelijkheden naar een andere leerlijn; • zittenblijven komt nauwelijks voor, omdat een leerling een leerlijn kan kiezen die past bij zijn mogelijkheden en belangstelling; • veel keuzemogelijkheden; • optimale kansen; • grote slagingskans; • ruimte voor eigen talenten. De vmbo + leerlijn is bedoeld voor leerlingen van wie verwacht wordt dat ze met extra zorg het reguliere vmboprogramma kunnen volgen. De + staat dus voor extra zorg + ondersteuning + eventueel een aangepast programma. Een mogelijke route binnen vmbo + is het Leerwerktraject. Met een diploma vmbo + kan een leerling doorstromen naar niveau 1 of 2 van het Middelbaar BeroepsOnderwijs. De Praktische leerlijn (vmbo-P) kent veel afwisseling tussen theorie en praktijk, waarbij de nadruk op de praktijk ligt. Leerlingen die goed kunnen leren door te doen en graag de handen uit de mouwen steken, zullen zich in deze leerlijn goed thuis voelen. Met een diploma vmbo-P kan een leerling doorstromen naar niveau 2, 3 of 4 van het Middelbaar BeroepsOnderwijs. De Theoretische leerlijn (vmbo-T) kent ook een goede afwisseling tussen theorie en praktijk, maar hier ligt de nadruk op de theorie. Voor leerlingen die op zich weinig moeite hebben met studeren, maar zich ook al gericht willen voorbereiden op bepaalde beroepen, is de vmbo-T een geschikte keuze. Met een diploma vmbo-T kan een
De havo duurt vijf jaar en is vooral bedoeld als voorbereiding op het hbo (hoger beroepsonderwijs). Met een bewijs dat de eerste drie leerjaren havo met gunstig gevolg zijn doorlopen, kan een leerling doorstromen naar een vakopleiding of een middenkaderopleiding in het middelbaar beroepsonderwijs. Het vwo ten slotte duurt zes jaar en is vooral bedoeld als voorbereiding op het wetenschappelijk onderwijs. Met een bewijs dat de eerste drie leerjaren van het vwo met gunstig gevolg zijn doorlopen, kan een leerling doorstromen naar een vakopleiding of een middenkaderopleiding in het middelbaar beroepsonderwijs. Tot het vwo behoren het atheneum en het gymnasium. Op het gymnasium krijgen alle leerlingen Grieks en Latijn in de onderbouw en Grieks en/of Latijn in de bovenbouw. Op het atheneum wordt soms Latijn of Grieks gegeven als keuzevak. In de havo en het vwo heeft een leerling de keuze uit vier profielen. Een profiel bestaat uit een samenhangend onderwijsprogramma dat de leerling in havo en vwo voorbereidt op een opleiding aan een hogeschool of universiteit. Door die aansluiting kan ook het aantal studenten dat het hoger onderwijs voortijdig verlaat, beperkt blijven. Er zijn vier profielen: • natuur en techniek; • natuur en gezondheid; • economie en maatschappij; • cultuur en maatschappij. Naast het profiel hebben alle leerlingen een gemeenschappelijk deel. Daarnaast is er een profieldeel dat elk van de profielen kenmerkt. Ten slotte is er een vrij deel. Deze vrije ruimte kan de leerling gebruiken om vakken te volgen uit een ander profieldeel. Dat vergroot de mogelijkheden van leerlingen om door te stromen naar het hoger onderwijs. In havo en vwo is het onderwijs opgebouwd rond het ‘studiehuis’. Daarbij gaat het niet om een gebouw. Met het begrip ‘studiehuis’ doelen we vooral op begeleiding door de docent, die erop is gericht de leerlingen in toenemende mate zelfstandig hun werk te laten doen.
De hoeveelheid werk voor de leerlingen wordt uitgedrukt met het begrip 'studielast'. Met studielast wordt bedoeld de hoeveelheid tijd die de gemiddelde leerling nodig heeft om zich een bepaalde hoeveelheid leerstof eigen te maken. Het gaat niet alleen om het volgen van de lessen op school, maar ook om de voorbereiding daarvan thuis. Werkstukken schrijven, boeken lezen, een mediatheek gebruiken en deelnemen aan excursies horen ook bij de studielast. De studielast is gebaseerd op de volgende rekensom: een leerling besteedt gedurende 40 weken per jaar 40 uur per week aan zijn of haar opleiding. Dat komt neer op een studielast van 1600 uur per jaar. De studielast voor de tweede fase van het havo is dus 3200 uur (verspreid over twee jaren) en voor het vwo 4800 uur (verspreid over drie jaren).
2.4
De onderwijsstructuur voortgezet onderwijs HAVO
W.O.
7
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
3. Adressen
3.2
3.1
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en wetenschap (OCenW) Het ministerie van OCenW heeft een speciale informatie site voor ouders en verzorgers van leerlingen in alle vormen van het onderwijs. Website: www.minocw.nl/ouderabc/index.html
Adressen Roelof van Echten College
Algemeen adres Algemeen directeur: dr.ir A. Weishaupt Roelof van Echten College, Postbus 2152 7900 BD Hoogeveen Telefoon: 0528 229660 Fax : 0528 229674 E-mail:
[email protected] Website : www. rvec.nl Bankrekening: 56 64 01 967 t.n.v. Roelof van Echten College Hoogeveen Bestuurssecretariaat, directie Bedrijfsvoering en Onderwijsservicecentrum (OSC) Bezoekadres: Crerarstraat 10b, 2e etage, Hoogeveen Sectordirecteur Bedrijfsvoering & Beheer: M. Slager Bestuurssecretaris: H.R. Nijmeijer Telefoon: (0528) 229660 E-mail:
[email protected]
8
Sector Praktijkonderwijs en Zorg Sectordirecteur: H. Tichelaar Locatie Nicolaas Beetsstraat; Nicolaas Beetstraat 3, Hoogeveen Telefoon: (0528) 234106 Fax: (0528) 234220 E-mail:
[email protected] Sector VMBO/MAVO Sectordirecteur: R.H. Baas Locatie Griendtsveenweg; Griendtsveenweg 1, Hoogeveen Telefoon: (0528) 290390 Fax: (0528) 290391 E-mail:
[email protected]
Inspectie voor het Onderwijs, kantoor Groningen Inspecteur: de heer H.G. Besseling Website: www.onderwijsinspectie.nl
3.3
Locatie Park Dwingeland; Jonkheer de Jongestraat 15, Hoogeveen Telefoon: (0528) 295230 Fax: (0528) 269580 E-mail:
[email protected] Sector HAVO/VWO Sectordirecteur: drs. G. Bolderman Locatie Julianastraat; Julianastraat 3, Hoogeveen Telefoon: (0528) 295240 Fax: (0528) 230766 E-mail:
[email protected]
Externe vertrouwenspersoon
Mevrouw drs. Winy Verdegaal Groningerstraat 42, 9475 PB Midlaren telefoon 050 4095829
3.4
Vertrouwensinspecteur
Het ministerie van Onderwijs heeft een vertrouwensinspecteur aangesteld. Het telefoonnummer is 0900-1113111.
3.5
Leerplichtambtenaar
Mevrouw Lidy Kuiper p/a Gemeente Hoogeveen afd. Welzijn, Onderwijs, Cultuur & Sport bureau leerplicht Postbus 20.000 7900 PA Hoogeveen Tel. 0528 291417 of 292462
3.6 Locatie Voltastraat; Voltastraat 25, Hoogeveen Telefoon: (0528) 290890 Fax: (0528) 290891 E-mail:
[email protected]
Ministerie van Onderwijs en de onderwijsinspectie
Raad van Toezicht
Raad van Toezicht Stichting Roelof van Echten p/a Postbus 2152 7900 BD Hoogeveen
3.7
Medezeggenschapsraad (MR)
Secretariaat Medezeggenschapsraad Roelof van Echten College t.a.v. mevrouw E. Visser Postbus 2152 7900 BD Hoogeveen e-mail:
[email protected]
4. Medezeggenschapsraad
5. Resultaten en kwaliteit
Ingevolge de Wet op de Medezeggenschap in het Onderwijs, kent het Roelof van Echten College een Medezeggenschapsraad (MR).
Onze school vindt goede resultaten belangrijk. We volgen de ontwikkeling van onze leerlingen, meten de kwaliteit van ons onderwijs en vragen ouders en leerlingen regelmatig of we ons werk goed doen. Een goede school zijn is één, een betere school worden is waar we op uit zijn. Naast de interne kwaliteitscontroles houdt de inspectie voor het onderwijs toezicht op de kwaliteit van onze school. Zij doet dat op twee manieren:
4.1
Doel
Het doel van de medezeggenschapsraad is: het goed functioneren van de school bevorderen, door het stimuleren van een goed overleg tussen de diverse geledingen binnen de school en het bevoegd gezag van de school. De medezeggenschapsraad bestaat uit twee geledingen: één voor het personeel en één voor de ouders/leerlingen. Overleg tussen de “oudergeleding” van de MR en de overige ouders is belangrijk, omdat bij meningspeilingen en beslissingen binnen de MR-vergaderingen de oudervertegenwoordiging een duidelijke stem wil laten horen. Ouders kunnen hun mening en/of opmerkingen kenbaar maken aan hun vertegenwoordigers in de medezeggenschapsraad.
4.2
Ledenlijst
Locatie
Personeelsgeleding
Griendtsveenweg Julianastraat
mevouw K.F. Westera (voorz.) mevrouw E. Visser (secr.) de heer K. Blanksma (secr.) Nicolaas Beetsstraat vacature Park Dwingeland de heer J.C.M. van Vliet Voltastraat de heer A.J. de Jonge
Oudergeleding de heer E. Bogers de heer H. de Jong de heer A. Visscher mevrouw I. Kikkert de heer H. Hospers vacature
Namens het onderwijsondersteunend personeel hebben mevrouw H. Woltinge en de heer G. Meijer zitting in de Medezeggenschapsraad.
• •
Het Regulier School Toezicht (RST) De kwaliteitskaart.
5.1
Regulier Schooltoezicht
In juni 2002 is een wet vastgesteld die regelt dat de kwaliteit van alle scholen door de inspectie wordt doorgelicht. De inspectie komt eens in de vier jaar bij elke school met een team op bezoek, spreekt dan met directie, leraren, leerlingen en ouders en bezoekt lessen. Daarna schrijft de inspectie een rapport over de kwaliteit van het onderwijs op de school. De rapporten laten zien hoe de resultaten van de scholen zijn en wat de inspectie vindt van de kwaliteit van de lessen, de veiligheid, gebruik van computers en dergelijke. In januari 2004 bezochten twee inspecteurs onze school voor een RST. De inspectie oordeelt positief over onze school. Over de volle breedte overheerst sterkte boven zwakte. Uit het rapport zijn ook verbeterpunten gehaald waaraan we de komende tijd zullen gaan werken. Eén daarvan is het werken aan de opdracht leerlingen actief te betrekken bij het onderwijs. Het volledige rapport is te vinden op het internet: www.onderwijsinspectie . Klik dan door naar : ‘rapporten VO’ of naar ‘producten’ en ‘schooltoezicht voortgezet onderwijs’.
5.2
Kwaliteits- of opbrengstenkaart
Contactpersoon is mevrouw E. Visser. Vanaf 1998 verschijnt er jaarlijks een kwaliteitskaart waarin verslag wordt gedaan van het rendement van scholen. Deze kaarten zijn te raadplegen op de site www.kwaliteitskaart.nl. Het rendement van onze school wordt dan vergeleken met dat van andere vergelijkbare scholen. De kwaliteitskaart beperkt zich tot een rapportage van de in-, door- en uitstroomgegevens en de examenresultaten van de school. Het geeft dus een beperkter beeld dan het RST.
5.3
Schoolprestaties Trouw/Elsevier
Ook Trouw en Elsevier beoordelen de scholen al een aantal jaren. Zij baseren zich daarbij op de kwaliteitskaarten van de inspectie. Onze school komt daar in vergelijking met andere scholen steeds goed voor de dag. In het Dagblad van het Noorden werd gemeld dat het Roelof van Echten College zeer goed scoort. U kunt daarvoor onder meer raadplegen: www.trouw.nl en www.dvhn.nl.
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
9
5.4
10
Kwaliteitskaart
5.5
Percentage geslaagde leerlingen
Locatie
2002
2003
2004
2005
2006
91
98
98
100
100
95
98
96
99
100
90
96
95
94
95
Havo
85
92
96
90
86
Vwo
88
94
96
93
92
100
70
100
Griendtsveenweg Vmbo lwoo / bb / kb Voltastraat Vmbo lwoo/ / bb /kb / lwt Park Dwingeland Vmbo gl /tl Julianastraat
Voltastraat Vmbo lwoo Nicolaas Beetsstraat
11 leerlingen
17 leerlingen
8 leerlingen
16 leerlingen
13 leerlingen
Praktijkonderwijs
hebben werk
hebben werk
hebben werk
hebben werk
hebben werk
gevonden
gevonden
gevonden
gevonden
gevonden
11
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
6. Geldzaken
6.2
6.1
Aan alle ouders van de leerlingen op het Roelof van Echten College wordt een vrijwillige bijdrage gevraagd waarmee de school de kosten bestrijdt die niet worden vergoed door de inkomsten van het Ministerie van OC&W. De bijdrage is geheel vrijwillig en het niet betalen van de bijdrage heeft geen gevolgen voor het volgen van onderwijs of het niet deelnemen aan activiteiten. Activiteiten waaraan leerlingen deel kunnen nemen (verplicht of facultatief) of diensten en producten die afgenomen kunnen worden, worden aan de ouders separaat in rekening gebracht (kluisjes, excursies e.d.). De school bestrijdt ondermeer de volgende kosten uit de vrijwillige ouderbijdrage:
Gedragscode schoolkosten Voortgezet onderwijs
Het is de school er alles aan gelegen de kosten voor de ouders zo laag mogelijk te houden. Als school hebben we weinig invloed op de hoogte van de schoolkosten. Binnen de school wordt hier grote zorg aanbesteed door een ieder bewust te maken en aan het denken te zetten over de mogelijkheden om de kosten voor ouders te beheersen. Landelijk is er een trend gaande om de kosten voor ouders beheersbaar te houden. Het Roelof van Echten ondersteunt dit door het aanvaarden van een gedragscode. Deze gedragscode houdt het volgende in:
12
1. De hoogte van de schoolkosten mag voor ouders/ verzorgers en leerlingen geen belemmering vormen om het verplichte onderwijsprogramma te volgen. Daarom spant de school zich in om de schoolkosten zo laag mogelijk te houden met behoud van kwaliteit. 2. De school bespreekt voorafgaand aan het betreffende schooljaar de hoogte en de ontwikkeling van de totale schoolkosten met de ouder-/leerlinggeleding van de medezeggenschapsraad. 3. Daartoe wordt - eveneens voorafgaand aan het betreffende schooljaar - in overleg met de oudergeleding een begroting opgesteld met betrekking tot de vrijwillige ouderbijdrage die gevraagd wordt. 4. De school informeert ouders/verzorgers en leerlingen op een inzichtelijke wijze over de hoogte van de schoolkosten. De school doet dit tijdig voorafgaand aan het betreffende schooljaar. Hierbij splitst de school de kosten uit naar leerjaar, opleiding en specifieke kostensoort. 5. De school communiceert de hoogte en opbouw van de schoolkosten via diverse kanalen, zoals schoolgids, website, open dagen etc. 6. De school stuurt een rekening naar de ouders/verzorgers met een duidelijke specificatie van de schoolkosten. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen lesmateriaal en lesactiviteiten, overige schoolkosten en vrijwillige ouderbijdrage. 7. De school verstrekt bij de rekening een adequate toelichting waaruit blijkt aan welke doeleinden de gelden worden besteed. 8. De school legt binnen redelijke termijn na afloop van het schooljaar rekening en verantwoording af aan de oudergeleding van de medezeggenschapsraad over de feitelijke besteding van de ontvangen bijdragen. 9. Als blijkt dat de gemaakte kosten aanzienlijk lager zijn dan de betaalde bijdrage, verrekent de school dit met de betreffende ouders/verzorgers. 10. De school inventariseert jaarlijks, samen met de oudergeleding van de medezeggenschapsraad, of schoolboeken niet of nauwelijks zijn gebruikt. 11. Indien dit het geval is, worden deze boeken in beginsel uit de toekomstige boekenlijst geschrapt.
• • • • • • • • • • • •
Vrijwillige ouderbijdrage
materiaal dagopeningen culturele vorming leerlingactiviteiten (schoolkrant, leerlingenraad) vieringen informatiebulletin voor ouders ongevallenverzekering diplomeringen aanvullende kopieerkosten internationalisering organisatie ouderavonden proefwerkpapier gastlessen / sprekers
Alle ouders ontvangen in de maand oktober een brief met het verzoek de vrijwillige ouderbijdrage te betalen. In de brief wordt aangegeven waar de school de bijdrage voor gebruikt en de vrijwilligheid wordt benadrukt. Ook wordt vermeld dat het niet voldoen van de bijdrage geen gevolgen heeft voor het volgen van onderwijs aan het Roelof van College. De school zal voor maximaal 2 kinderen uit één gezin een bijdrage vragen. De hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage is voor het schooljaar 2006-2007 nog niet vastgesteld. Na vaststelling ontvangt u van het RvEC een incassomachtiging waarmee u ons kunt machtigen dit bedrag van uw rekening af te schrijven.
6.3
Onderwijsnummer
Onderwijsnummer/Burger Service Nummer (voorheen sofi-nummer) Alle leerlingen die door de overheid bekostigd onderwijs volgen, hebben een persoonsgebonden nummer. Hiervoor wordt het Burger Service Nummer gebruikt. Dat nummer houden de leerlingen gedurende hun hele loopbaan in het onderwijs, van basisschool tot en met wetenschappelijk onderwijs. Ouders hebben via de belastingdienst een brief ontvangen met daarin het Burger Service Nummer. In de Wet op het Onderwijsnummer is de nadruk gelegd op de bescherming van persoonsgegevens. De Informatie Beheer Groep beheert de leerlinggegevens in een speciaal daarvoor ontwikkeld Basisregister Onderwijsnummer. De school ontvangt voor de eigen leerlingen een kopie van dit basisregister. Ouders hebben recht op inzage in de gegevens van hun kind(eren). Ouders hebben de plicht om het Burger Service Nummer aan te leveren bij de aanmelding of als de school erom vraagt. Voor verdere informatie kunt u terecht op de internetsite www.onderwijsnummer.nl.
6.4 Verzekeringen
7. Klachtenregeling
De school heeft een verzekeringspakket afgesloten bestaande uit een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen, personeel, vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voorzover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets, enz.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims ten gevolge van onrechtmatig handelen. Om misverstanden te voorkomen wijzen we op het volgende:
7.1
Ten eerste is de school c.q. het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moeten worden vergoed. Dat is echter een misverstand. De school heeft pas schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus tekortgeschoten zijn in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymnastiekles een bal tegen een bril. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt (dan ook) niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten.
6.5
Klachtencommissie
Onze school wil graag klachten zoveel mogelijk voorkomen. Mocht zich echter een klacht voordoen dan moet deze op een effectieve manier worden opgelost. Er bestaat een klachtenregeling waarin de procedure wordt beschreven. De school gaat er vanuit dat klachten in de regel binnen de school opgelost moeten kunnen worden. Als het een klacht over een persoon betreft, bespreekt u uw klacht het beste eerst met hem. Krijgt u onvoldoende gehoor of helpt het niet, benader dan de mentor of de sectordirectie. Mocht u over de afhandeling van de klacht door de sectordirectie niet tevreden zijn dan kunt u in beroep gaan bij de Algemeen Directeur. Mocht u bezwaar blijven hebben tegen de wijze waarop de school uw klacht heeft afgehandeld dan kunt u zich wenden tot de landelijke klachtencommissie waarbij onze school is aangesloten. Naam en adres staan in de klachtenregeling die op school verkrijgbaar is of kunt u downloaden via onze website. Klachten ten aanzien van ongewenste intimiteiten kunnen zodanig zijn dat een klager bezwaarlijk de hierboven genoemde procedure kan volgen. Dan kunt u met klachten over ongewenste intimiteiten, seksisme of seksuele intimidatie terecht bij de interne vertrouwenspersoon van de sector. De huidige vertrouwenspersonen zijn te vinden bij de informatie van de betreffende sectoren.
7.2
Externe vertrouwenspersoon
De school kent ook een externe vertrouwenspersoon. De externe vertrouwenspersoon fungeert als aanspreekpunt bij klachten. De externe vertrouwenspersoon gaat na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt en gaat na of de gebeurtenis aanleiding geeft tot het indienen van een klacht. Hij/zij begeleidt de klager desgewenst bij de verdere procedure en verleent bijstand bij het doen van aangifte bij politie of justitie. Ook verwijst de externe vertrouwenspersoon de klager indien en
Boekenzaken
Het Roelof van Echten College kent voor de meeste opleidingen geen boekenfonds. Het Roelof van Echten College heeft een contract afgesloten met Van Dijk Studieboeken uit Kampen. Ouders doen rechtstreeks zaken met Van Dijk. Aan het eind van ieder schooljaar krijgen de ouders bericht via de school van Van Dijk over de boekenlijsten voor het volgend schooljaar. U kunt via de website www.vandijk.nl zelf de bestelling plaatsen en volgen. Ook kunt u de lijst per boek aanpassen. Voor de ouders van leerlingen in het Praktijkonderwijs en het lwoo-2 geldt dat er nog een beperkte boekenfonds is. Meer informatie hierover vindt u bij de betreffende locatie-informatie.
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
13
voorzover noodzakelijk of wenselijk naar andere instanties gespecialiseerd in opvang en nazorg. Als de externe vertrouwenspersoon slechts aanwijzingen en geen concrete klachten bereiken, kan hij/zij deze ter kennis brengen van de klachtencommissie of het bevoegd gezag. Uiteraard neemt de externe vertrouwenspersoon bij de werkzaamheden de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht en is verplicht tot geheimhouding in alle zaken die hij/zij in die hoedanigheid verneemt. De externe vertrouwenspersoon die aangesteld is door het bestuur van het Roelof van Echten College is: mevrouw drs. Winy Verdegaal Groningerstraat 42 9475 PB Midlaren telefoon 06 44 94 69 53
7.3
14
Vertrouwensinspecteurs
Heeft de school, het schoolbestuur of de klachtencommissie geen afdoende antwoord op uw vragen, dan kunt u zich wenden tot de inspectie van het onderwijs. De inspectie houdt - namens de minister - toezicht op de scholen en is goed op de hoogte van de gang van zaken. Bij de onderwijsinspectie werken vertrouwensinspecteurs bij wie u terecht kunt voor het melden van klachten over gebeurtenissen in het onderwijs op het gebied van: - seksuele intimidatie en seksueel misbruik - lichamelijk geweld - grove pesterijen - geweld, extremisme, discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme en radicalisering De vertrouwensinspecteurs zijn tijdens kantooruren bereikbaar op telefoonnummer 0900 – 111 3 111 (lokaal tarief). Een vertrouwensinspecteur is aanspreekpunt voor betrokkenen bij scholen. De inspecteur helpt bij het zoeken naar oplossingen, bij het vinden van de juiste weg of bij het doen van aangifte.
8. Rechten en plichten 8.1
Persoonsregistratie van de leerlingen
Uiteraard is het nodig om bepaalde gegevens van en over leerlingen te registreren en systematisch te bewaren. Zowel voor wat betreft de registratie, als het verstrekken van de leerlinggegevens worden de voorschriften, zoals die zijn vastgelegd in de Wet Persoonregistraties en in de Wet Bescherming Persoonsgegevens, opgevolgd. Dit houdt onder andere in, dat: - systematisch opgeslagen leerlinggegevens beschermd zijn tegen onbevoegde inzage; - ouders en voogden, op hun verzoek en na legitimatie, binnen een maand recht op inzage hebben in de geregistreerde informatie. Deze informatie kan op hun verzoek – bij gebleken onjuistheid – worden aangevuld, verbeterd, en/of verwijderd; - alleen relevante leerlinggegevens op verzoek aan andere instanties (onderwijsinspectie, leerplichtambtenaar, etc.) worden verstrekt, voorzover niet in strijd met de Wet Persoonsregistraties en de Wet Bescherming Persoonsgegevens.
8.2
Leerplicht
Leerplicht betekent dat jongeren verplicht zijn om naar school te gaan. In de Leerplichtwet staat uitgelegd wat ouders, jongeren en de school moeten doen om ervoor te zorgen dat jongeren naar school blijven gaan. De leerplicht duurt tot het einde van het schooljaar waarin jongeren zestien worden. Ouders moeten hun dochter of zoon inschrijven op een school. Verder moeten ouders ervoor zorgen dan hun kind naar school gaat. Maar ook de leerlingen zelf worden erop aangesproken wanneer ze niet naar school gaan. Zo kunnen zowel ouders als leerlingen een boete krijgen vanwege langdurig spijbelen. In bepaalde gevallen kunnen leerlingen vrij krijgen buiten de normale schoolvakanties om. Bijvoorbeeld bij een huwelijk of sterfgeval in de familie. Ook voor sommige religieuze feesten mogen leerlingen thuis blijven. Natuurlijk moeten de ouders hiervoor overleggen met de schoolleiding. Daarnaast kan een leerling in bepaalde gevallen extra vrij krijgen voor vakantie. Met name wanneer hun ouders vanwege hun werk per se niet weg kunnen in de schoolvakantie. Hiervoor zijn nadere richtlijnen opgenomen in de leerplichtwet. Ook voor extra vakantie moeten ouders toestemming vragen aan de schoolleiding. Tenslotte krijgt een leerling vrij wanneer hij ziek is. Bij ziekte moeten de ouders onmiddellijk de school waarschuwen. Wanneer leerlingen spijbelen (= ongeoorloofd schoolverzuim) moeten ouders en school optreden. Daarom is het ook belangrijk dat ouders regelmatig contact met de school hebben, om te weten te komen of hun kind zonder problemen naar school gaat. Het Roelof van Echten College kent een verzuimprotocol, waarin staat welke actie de school onderneemt bij ongeoorloofd verzuim of niet
gemeld verzuim. Dit verzuimprotocol ligt ter inzage op de administraties van de verschillende locaties. In ernstige gevallen van ongeoorloofd verzuim kan de leerplichtambtenaar worden ingeschakeld. Deze werkt bij de afdeling onderwijs van de gemeente. De leerplichtambtenaar helpt mee naar het zoeken van oplossingen om spijbelgedrag tegen te gaan, verwijst door naar hulpinstanties en gaat in gesprek met de leerling, zijn ouders en de school. Ook kan de leerplichtambtenaar in bepaalde gevallen proces-verbaal opmaken en boetes geven. De school moet ook aan de leerplichtambtenaar toestemming vragen om een leerling langere tijd vrij te geven buiten de schoolvakanties om. Bij dit alles staat het belang van de leerling, om een goede schoolopleiding af te maken, voorop.
8.3
9. Vakantieoverzicht schooljaar 2006/2007 Vakantie
Eerste dag
Laatste dag
Aantal dagen
Herfstvakantie
23-10-2006
27-10-2006
5
Kerstvakantie
25-12-2006
5-1-2007
7
Voorjaarsvakantie
26-2-2007
2-3-2007
5
Paasvakantie
6-4-2007
10-4-2007
2
Meivakantie
30-4-2007
4-5-2007
4
Hemelvaartsdag
17-5-2007
18-5-2007
1
Pinksteren
28-5-2007
28-5-2007
Zomervakantie
9-7-2007
24-8-2007
35
Informatie en inzage
Ouders krijgen enkele malen per schooljaar informatie over de resultaten van hun kind(eren), door middel van een rapport en een daaropvolgende spreekmiddag / - avond. Leerlingen en / of hun ouders hebben recht op inzage in: • het schoolplan • de statuten van de Stichting Roelof van Echten • de statuten van de Medezeggenschapsraad • het leerlingenstatuut • het klachtenreglement • het zorgplan • de kwaliteitskaart
15
Om deze stukken in te zien, kunnen ouders een afspraak maken met de schooladministratie.
8.4
Foto en video
Geregeld worden bij ons op school video-opnames of foto’s gemaakt tijdens schoolactiviteiten. Formeel horen ouders/verzorgers hier toestemming voor te geven. Hiermee verzoeken wij de ouders/verzorgers die bezwaar hebben tegen dergelijke foto’s en/of video-opnames om dit te melden bij de schoolleiding van de sector. In voorkomende gevallen zullen van de desbetreffende leerling(en) dan geen opnames plaatsvinden.
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
1. Sector HAVO/VWO, locatie Julianastraat 1.1
Sterk in studie en sport
2.1.
Aan onze leerlingen en hun ouders/verzorgers
Met ingang van 1 augustus 2006 treedt er een nieuwe wet op de onderbouw in werking. In deze wet is sprake van vereenvoudiging van regelgeving en krijgen scholen ruimte om eigen keuzes te maken ten aanzien van de inrichting van hun onderwijs. De wijze waarop wij vorm willen geven aan onze onderbouw is onderwerp van continue onderwijsontwikkeling en – vernieuwing. Belangrijke doelstellingen zijn: - goede aansluiting bij het basisonderwijs; - adequate determinatie: de leerling krijgt na de brugklas het voor hem of haar meest geschikte onderwijstype; - betekenisvol leren: er is aandacht voor zowel kennis als vaardigheden en de toepasbaarheid ervan in concrete situaties; - vakoverstijgend leren: er wordt aandacht besteed aan samenhang tussen vakken; - goede voorbereiding op de Tweede Fase.
Met genoegen presenteren wij de Schoolgids 2006/2007 voor de sector HAVO/VWO van onze school. Deze gids informeert u - als ouders/verzorgers - en onze (toekomstige) leerlingen over de gang van zaken binnen deze sector. Tevens krijgt u hiermee een aardig beeld van wat wij als school op velerlei gebied te bieden hebben. In de gids staat veel praktische informatie. Het boekje kan als naslagwerkje gebruikt worden voor tal van vragen over het onderwijs en de begeleiding binnen de sector HAVO/ VWO. Ook geeft het een beeld van de organisatie van de school als geheel en allerlei dingen die ermee samenhangen. Een boekje om bij de hand te houden dus.
16
Naast de schriftelijke informatie over de school die u in de loop van het cursusjaar regelmatig zult ontvangen, kan ook persoonlijk contact vaak heel nuttig zijn om dingen te verduidelijken. Aarzel dus niet om ons te bellen om een afspraak te maken of een vraag te stellen - wij staan u graag te woord! Om de school goed te leren kennen kunt u het beste eens langs komen om te praten met leerlingen of personeelsleden. Zij willen u ongetwijfeld vertellen hoe zij het werken en leren aan onze school ervaren. Als u suggesties hebt om de school nog aantrekkelijker te maken, dan horen wij die graag van u. Bent u tevreden, dan vinden wij het fijn ook dat van u te horen en stellen wij het op prijs als u dat ook aan anderen laat weten. Wij hopen dat het schooljaar 2006-2007 voor onze leerlingen en voor u, voor het eerst of opnieuw, een prettig en succesvol jaar mag zijn. G. Bolderman, Sectordirecteur
1.2
2. Onderwijsaanbod sector HAVO/VWO De onderbouw: de eerste drie leerjaren
Aantal lessen Elke klas krijgt in de onderbouw (klas 1 t/m 3) 32 lesuren per week. In de derde klas van het gymnasium worden 33 lesuren gegeven om de klassieke talen voldoende lesruimte te bieden. (Zie de lessentabellen) Het VMBO Leerlingen, die in de brugklas MAVO/HAVO instromen, krijgen ook te maken met de inrichting van het VMBO, Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs. Meer informatie over het VMBO kan worden gevonden in de betreffende schoolgids.
2.1.1. De brugklas Zoals het woord ’brugklas’ zegt, is het eerste leerjaar een overgang, namelijk van de basisschool naar het voortgezet onderwijs. Eén van de belangrijkste doelen van de brugklas is deze overgang zo soepel mogelijk te laten verlopen. Daarom besteedt onze school naast het onderwijs veel aandacht aan leerlingbegeleiding. Er zijn twee soorten brugklassen: MAVO/HAVO-brugklassen en HAVO/VWO.
Sectorleiding
De algemene leiding van de sector HAVO/VWO berust bij de sectordirecteur. De leiding van een bepaalde afdeling in de school berust bij de desbetreffende adjunct-sectordirecteur daartoe gemandateerd door de sectordirecteur. Dhr. G. Bolderman, sectordirecteur HAVO/VWO Dhr. L. Kroesen, adjunct-sectordirecteur, bovenbouw (VWO) Mw. G.W. Smid, adjunct-sectordirecteur, bovenbouw (HAVO) Dhr. J.N.J. Nammensma, adjunct-sectordirecteur, 3e klassen Dhr. H.G. Wesseling, adjunct-sectordirecteur, brugklassen, 2e klassen
De indeling in klassen Als de leerlingen toegelaten zijn, worden ze over de verschillende brugklassen verdeeld. Een groepje leerlingen van een basisschool dat toelaatbaar is tot een bepaalde soort brugklas, wordt in het algemeen in dezelfde klas geplaatst, behalve als het om een grote groep gaat. Verder wordt bij de indeling rekening gehouden met fietsroutes en wordt een redelijke verdeling jongens/meisjes nagestreefd. Doorstroming tijdens de cursus We hebben er voor gekozen de leerlingen tijdens de cursus zoveel mogelijk in hetzelfde klassenverband bij elkaar te houden. Alleen bij uitzondering kan een leerling overstappen van de ene soort brugklas naar een andere. In het algemeen zal dit gebeuren op advies van de docentenvergadering.
Het brugklaskamp Om de leerlingen aan het begin van de cursus snel aan elkaar en aan hun leraren te laten wennen wordt een viertal introductiedagen georganiseerd, het brugklaskamp. Hier worden de eerste (studie)lessen gegeven en leren de leerlingen hun klasgenoten kennen. Verder wordt er veel over school verteld en is er alle gelegenheid voor sport en spel. Leerlingbegeleiding - de mentor/mentrix In het algemeen worden de leerlingen in de brugklassen het meest intensief begeleid. Brugklassers moeten aan veel nieuwe zaken wennen: voor elk vak een andere leraar; elk uur een ander vak; van een kleine school naar een heel grote; van oudste leerling naar jongste; van soms huiswerk naar elke dag huiswerk enz. Eén keer per week komt elke brugklas bij de mentor tijdens de studieles om te bespreken hoe het gaat tijdens de lessen of in de pauzes, hoe de school in elkaar zit, hoe de agenda ingevuld moet worden, enz. De mentor neemt eigenlijk de plaats in van de meester of juf van de basisschool. Samengevat: voorbereiding op de school, begeleiding van leren leren, van leren kiezen en van ontplooiing op sociaal-emotioneel gebied, vindt plaats in de studielessen. Naast deze groepsgewijze begeleiding worden leerlingen ook individueel begeleid. De mentor kan daartoe zelf het initiatief nemen, maar het komt net zo vaak voor dat de leerling zich bij de mentor meldt. Ook voor de ouders vervult de mentor een belangrijke rol. Hij is de persoon met wie de ouders contact op kunnen nemen als er problemen zijn. Vragen over de vorderingen van zoon of dochter of over het kiezen van de richting voor het tweede cursusjaar kunnen het best door hem beantwoord worden. Richtingsadvisering/prognose Bij het paasrapport krijgt de leerling een voorlopige prognose. Deze prognose is gebaseerd op het cijfergemiddelde en op vaardigheden van de leerling. Bij de overgangsvergadering wordt de leerling gericht bevorderd naar tl, HAVO, atheneum of gymnasium. Ouders en leerlingen ontvangen hierover tijdens het schooljaar uitgebreide informatie. In enkele twijfelgevallen vindt een capaciteiten-onderzoek plaats om de juiste afdeling voor de leerling te bepalen.
2.1.2 Het tweede leerjaar HAVO Het Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs is een schooltype, dat, zoals de naam al zegt, algemeen onderwijs verzorgt. Het is dus geen beroepsgerichte opleiding. Na het behalen van het diploma kan men in een aantal maatschappelijke functies terecht, of, en dat gebeurt veel meer, kan men een opleiding gaan volgen aan een school voor Hoger Beroeps Onderwijs (HBO): de Pedagogische Academie voor Basisonderwijs (PABO), het Hoger Economisch en Administratief Onderwijs (HEAO), De Hogere Technische School (HTS) enz. Het Brugjaar inbegrepen duurt de opleiding vijf jaar. Atheneum Het atheneum vormt een onderdeel van wat het VWO wordt genoemd: het Voorbereidend Wetenschappelijk
Onderwijs. Vanaf de tweede klas kunnen leerlingen deze opleiding volgen, die inclusief de brugklas zes jaar duurt. Het belangrijkste verschil met het HAVO is het tempo en het (abstractie)niveau van de leerstof. De vakken zijn hetzelfde, op de expressievakken na (zie de lessentabel). Gymnasium Het gymnasium lijkt in veel opzichten op het atheneum, maar het kenmerkende verschil is het onderwijs in de vakken Latijn (vanaf de tweede klas) en Grieks (vanaf de derde klas). In de Oudheid was de taal een van de belangrijkste middelen voor kunstuitingen. Naast het taalaspect wordt dan ook veel aandacht besteed aan het leven in en de overgeleverde cultuur van de klassieke wereld. Om ruimte te scheppen voor de klassieke talen wordt een aantal vakken in minder lesuren per week gegeven dan op het atheneum (zie de lessentabel).
2.1.3 Het derde leerjaar In het derde leerjaar kiest de leerling een vakkenpakket waarin hij tenslotte examen gaat doen. Tussen de lessentabellen van 3-atheneum en 3-gymnasium bestaan in feite meer verschillen dan tussen die van 3-HAVO en 3atheneum. In 3-gymnasium wordt ook 33 uur les gegeven in plaats van 32 uur. Dit komt door de zeven uren klassieke talen per week die daar worden gegeven. Afgezien van de klassieke talen, is het leerprogramma voor de overige vakken in 3-gymnasium gelijk aan dat in 3-atheneum.
2.2
Tweede Fase: de bovenbouw HAVO/VWO
De Tweede Fase Per 1 augustus 1999 is de Tweede Fase op onze school ingevoerd. In 4-VWO is de structuur ongedeeld. Dit betekent dat geen onderscheid meer wordt gemaakt tussen atheneum en gymnasium. De leerlingen kiezen een bepaald profiel, hebben daarnaast een gemeenschappelijk deel en een vrij deel. A) Het gemeenschappelijke deel Dit deel is voor alle leerlingen verplicht en omvat in het VWO de vakken: Nederlands, Engels, Frans 1 (deelvak), Duits 1 (deelvak), algemene natuurwetenschappen, geschiedenis, maatschappijleer, bewegingsonderwijs, godsdienstonderwijs, loopbaanoriëntatie en -begeleiding en culturele en kunstzinnige vorming 1 (CKV 1) of, voor leerlingen met een klassieke taal, klassieke culturele vorming (KCV). In het HAVO bevat het de vakken Nederlands, Engels, Frans 1 (deelvak) of Duits 1 (deelvak), algemene natuurwetenschappen, maatschappijleer, culturele en kunstzinnige vorming 1 (CKV 1), bewegingsonderwijs, godsdienstonderwijs en loopbaanoriëntatie en -begeleiding. B) Het (door de leerling gekozen) profiel Elke leerling maakt een keuze uit een van de vier profielen; een profiel is een cluster van bij elkaar behorende vakken. De vier profielen zijn: - cultuur en maatschappij - economie en maatschappij - natuur en gezondheid - natuur en techniek
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
17
wordt vaak gebruikt op scholengemeenschappen. Binnen de sector HAVO/VWO is deze term van toepassing op de bovenbouw van de atheneum- en gymnasiumafdelingen. Vanaf het vierde leerjaar bestaan geen aparte atheneumen gymnasiumklassen meer naast elkaar, maar worden leerlingen op basis van de door hun gekozen vakkenpakketten gegroepeerd. Men noemt dit ongedeeld VWO.
2.3
C) Het vrije deel Dit gedeelte kan een leerling zelf invullen. Hij/zij maakt een keuze uit (deel) vakken van de niet gekozen profielen, en/of uit de vakken die alleen in het vrije deel worden aangeboden.
18
D) De examenklassen HAVO en VWO Vanaf het vierde leerjaar starten de schoolexamens, die hoofdzakelijk geconcentreerd zijn in vier toetsperioden per jaar. De leerlingen hebben in de tweede fase via profielen en hun keuze in de vrije ruimte hun examenpakket gekozen. Voor goede leerlingen is het mogelijk om in de vrije ruimte extra examenvakken te kiezen. Nadere inlichtingen zijn te verkrijgen bij de decanen en de adjunct-sectordirecteur. De leerlingen krijgen naast de lessen in de examenvakken ook les in de vakken godsdienst, maatschappijleer en lichamelijke opvoeding. In de eindexamenklassen is dit laatste vak een keuzevak geworden. Daardoor kunnen leerlingen die dat willen, niet één maar twee wekelijkse lesuren l.o. volgen. Het HAVO leidt in de eerste plaats op voor het hoger beroepsonderwijs (hbo). Ook gaat een aantal leerlingen na het behalen van het diploma naar het middelbaar beroepsonderwijs (mbo). In principe is er een derde mogelijkheid voor leerlingen met een HAVO-diploma: het blijft onder bepaalde voorwaarden mogelijk om via 5- en 6-VWO in twee jaar een VWO-diploma te halen. Omdat er dan extra examenvakken gedaan moet worden, is het verstandig om al bij de keuze van profiel en vakken in de vrije ruimte rekening te houden met deze mogelijkheid. Het VWO-diploma geeft toegang tot een universitaire studie. Een aantal VWO-gediplomeerden vervolgt zijn studie aan een instelling voor hbo. Aan het begin van het examenjaar wordt een voorlichtingsavond voor leerlingen en ouders georganiseerd. Het eindexamen is gesplitst in twee gedeelten: het schoolexamen (SE) en het centraal examen (CE). Het schoolexamen wordt afgenomen in verschillende periodes gedurende de laatste twee (HAVO) of drie (VWO) schooljaren en het centraal examen aan het eind van het laatste jaar (in de maand mei). Uiterlijk 1 oktober ontvangen de leerlingen van de examenklassen het boekje ’Programma van toetsing en afsluiting’, waarin de gang van zaken gedurende de examenjaren uitgebreid beschreven wordt. (On)gedeeld VWO De term VWO (Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs)
Op- en afstroom
Heel belangrijk is dat er voor alle leerlingen goede doorstromingsmogelijkheden blijven bestaan in het tijdperk van de basisvorming. Daarom hebben de verschillende onderwijssectoren binnen het Roelof van Echten College besloten hun lessentabellen en leermethodes (boeken etc.) zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen. De voor het HAVO/VWO meest relevante doorstroommogelijkheden vinden plaats van en naar de theoretische leerweg binnen het VMBO.
2.3.1. Tussen VMBO en HAVO HAVO > VMBO Theoretische leerlijn
Van
Naar
Tussentijds
Einde van
Voorwaarden
1 h/v
1T
ja
ja
Bij tussentijds: uiterlijk tot aan kerstvakantie; - mits plaatsing organisatorisch mogelijk is (groepsgrootte).
1 h/v
2T
nvt
ja
Leerling moet bevorderbaar zijn naar 2 gl/tl. Zie bepalingen daarover in de bevorderingsnormen.
2havo
2T
ja
ja
Bij tussentijds: uiterlijk tot aan kerstvakantie; mits plaatsing organisatorisch mogelijk is (groepsgrootte).
2havo
3gl/tl
nee
ja
Leerling moet bevorderbaar zijn naar 3Gl/Tl (zie bepalingen daarover in de bevorderingsnormen)
3havo
3gl/tl
ja
ja
Bij tussentijds: uiterlijk tot aan kerstvakantie; mits er plaats is binnen de leerwegen. Leerling moet bevorderbaar zijn naar 4Gl/Tl (zie bevorderingsnormen)
3havo
2.3.2.
4gl/tl nee
ja
Voor ontbrekende onderdelen uit het examendossier (die namelijk zijn afgerond in 3gl/tl) worden cijfers vastgesteld op basis van in 3havo behaalde resultaten.
Tussen HAVO en VWO 19
HAVO > VWO Van
Naar
Tussentijds
Einde van
2havo
2ath.
ja
nee
2havo
3ath.
n.v.t.
3havo
3ath.
ja
n.v.t.
3havo
4ath.
n.v.t.
nee
Ja
Voorwaarden Bij tussentijds: uiterlijk met ingang van roosterperiode 3; mits plaatsing organisatorisch mogelijk is (groepsgrootte); als ten minste tweederde van de vakdocenten van de leerling – op basis van bij de leerling geconstateerde capaciteiten en inzet – hiertoe adviseert. Aan het eind: als bij de bevorderingsvergadering tweederde deel van de vakdocenten – op basis van bij de leerling geconstateerde capaciteiten en inzet – hiertoe adviseert. richtinggevend voor het al dan niet in bespreking brengen is een cijfergemiddelde van 8 of hoger. Bij tussentijds: uiterlijk met ingang van roosterperiode 3; mits plaatsing organisatorisch mogelijk is (groepsgrootte); als ten minste tweederde van de vakdocenten van de leerling – op basis van bij de leerling geconstateerde capaciteiten en inzet – hiertoe adviseert. -
5havo
5vwo
Nee
Ja -
diploma (wettelijke minimumeis) in hetzelfde profiel als havo vrijstellingen: o ANW o Geschiedenis (gemeenschappelijk deel) o Maatschappijleer o godsdienst o CKV1 vrijstellingsmogelijkheden: o uitsluitend in bijzondere situaties (zie artikel 26E Inrichtingsbesluit WVO); voor een vrijstelling komt een vak in de plaats met tenminste dezelfde normatieve studielast
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
VWO (gymnasium) > VWO (atheneum) Van
Naar
Tussentijds
Einde van
Voorwaarden
2gymn.
2ath
ja
ja
Bij tussentijds: uiterlijk met ingang van roosterperiode 3; indien groepsgrootte het toelaat; in bijzondere omstandigheden, ter beoordeling van adjunct.
2gymn.
3ath.
n.v.t.
ja
Leerling moet bevorderbaar zijn naar 3ath (zie bevorderingsnormen).
VWO (gymnasium) > VWO (atheneum) Van
Naar
Tussentijds
3gymn.
3ath
ja
3gymn.
4ath. n.v.t.
Einde van
Voorwaarden
ja
Bij tussentijds: uiterlijk met ingang van roosterperiode 3; indien groepsgrootte het toelaat; in bijzondere omstandigheden, ter beoordeling van adjunct.
ja
Leerling moet bevorderbaar zijn naar 4ath (zie bevorderingsnormen).
VWO > HAVO (I)
20 Van
Naar
Tussentijds
Einde van
Voorwaarden
2ath. 2havo
ja
ja
Bij tussentijds: uiterlijk met ingang van roosterperiode 3; indien groepsgrootte het toelaat; in bijzondere omstandigheden, ter beoordeling van adjunct.
2ath. 3havo
n.v.t.
ja
Leerling moet bevorderbaar zijn naar 3havo (zie bevorderingsnormen).
VWO > HAVO (I) Van
Naar
Tussentijds
Einde van
3ath.
3havo
ja
ja
3ath.
4havo
n.v.t.
ja
Voorwaarden Bij tussentijds: uiterlijk met ingang van roosterperiode 3; indien groepsgrootte het toelaat; in bijzondere omstandigheden, ter beoordeling van adjunct. Leerling moet bevorderbaar zijn naar 4havo (zie bevorderingsnormen).
4vwo
4havo
Ja
Ja
geen wettelijke eisen Bij tussentijds: uiterlijk tot toetsperiode 2 mits er plaats is in de clustergroepen in hetzelfde profiel / vrije deel Resultaten behaald in 4V herbeoordelen op basis van wettelijke mogelijkheden en eisen Bij einde van: Altijd Vrijstelling fa1, mits voldoende afgesloten
5vwo
4havo
Nee
Ja
geen wettelijke eisen Bij einde van: altijd
5vwo
5havo
Nee
Ja
-
geen wettelijke eisen
-
in hetzelfde profiel / vrije deel T4 4havo meelopen (dus feitelijke beslissing valt voor T4) In de laatste periode voor de vakantie 4H HD’s en PO’s afronden Evt. achterstanden bij vakken wegwerken voor aanvang cursus 5H Resultaten behaald in 4V en 5V herbeoordelen• op basis van wettelijke mogelijkheden en eisen
-
vrijstellingsmogelijkheden: o CKV1 indien afgerond o ANW indien afgerond o Godsdienst o Fa1
VWO > HAVO (II) Van
6vwo
Naar
5havo
Tussentijds
Nee
Einde van
Voorwaarden -
geen wettelijke eisen
-
in hetzelfde profiel / vrije deel Resultaten SE behaald in 4V,5V en 6V herbeoordelen op basis van wettelijke mogelijkheden en eisen
-
Vrijstellingsmogelijkheden: o CKV1 indien afgerond o ANW indien afgerond o Maatschappijleer indien afgerond en qua programma gelijkwaardig
Ja
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
21
2.4
Overgangsnormen
De overgangsnormen voor de onderbouw De normen voor de onderbouw worden in een afzonderlijke bijlage aan de leerlingen en hun ouders worden verstrekt. Dat gebeurt in het begin van de cursus 2006/2007. Overgangsnormen voor de bovenbouw en de examennormen Deze normen worden opgenomen in het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) dat tijdig zal worden uitgereikt aan leerlingen uit 4H, 4V, 5H, 5V en 6V.
2.5
22
Rapporten
Het cursusjaar is opgedeeld in vier perioden. Na elke periode (9 à 10 weken) krijgt een leerling in de onderbouw een cijferlijst mee met daarop het gemiddelde van de behaalde cijfers voor elk vak tot dat moment. Na elke periode is er ook een ouderspreekavond waarop ouders/ verzorgers in de gelegenheid worden gesteld de mentor en/of vakdocenten te spreken. In de bovenbouw hebben de leerlingen na elke periode (ook 9 à 10 weken) een toetsweek. Van de cijfers die behaald zijn in deze toetsperiode krijgt een leerling een cijferrapportage. Naar aanleiding van deze cijferrapportage kunnen de ouders op een ouderspreekavond de mentor en/of vakdocenten spreken.
3.
Lestijden en lessentabel
3.1
Opening cursus
Maandag 4 september Leerjaar/ Opening van het jaar afdeling door de adjunct-sectordirecteur van de afdeling (in de aula) 2e klassen h/v 13.00 uur door dhr. H.G. Wesseling 3e klassen h/v 13.30 uur door dhr. J.N.J. Nammensma 4/5 HAVO 14.00 uur door mw. G.W. Smid 4/5/6 VWO 14.30 uur door dhr. L. Kroesen
Kennismaking met mentor, uitreiking rooster, bevorderingsnormen of PTA 13.15 uur 13.45 uur 14.15 uur 14.45 uur
Dinsdag 5 september Brugklassen Brugklaskamp (t/m vrijdag 8 september) Overige Start lessen leerjaren
3.2 Normaal Uur les 1 les 2 Pauze les 3 les 4 Pauze les 5 les 6 Pauze les 7 les 8
Lestijden Alle vakken 08.30u - 09.20u 09.20u - 10.10u 10.10u - 10.30u 10.30u - 11.20u 11.20u - 12.10u 12.10u - 12.35u 12.35u - 13.25u 13.25u - 14.15u 14.15u - 14.30u 14.30u - 15.20u 15.20u - 16.10u
Verkort Uur les 1 les 2 les 3 Pauze les 4 les 5 les 6 Pauze les 7 les 8
Alle vakken 08.30u - 09.10u 09.10u - 09.50u 09.50u - 10.30u 10.30u - 10.50u 10.50 u - 11.30u 11.30u - 12.10u 12.10u - 12.50u 12.50u - 13.15u 13.15u - 13.55u 13.55u - 14.35u
3.3
Lessentabel
VAK
B
2H
2A
2G
3H
3A
3G
4H
4V
5H
5V
6V
GD MA1 NE LA GR KCV FA FA1 FA2 DU DU1 DU2 EN GS GS2 AK WI WA WA1 WA12 WB1 WB2 WB12 NA NA1 NA2 SK SK1 SK2 BI BI1 BI2 ANW EC EC1 EC12 EC2 HR M&O EE ET MU TE HA CKV2 CKV1 LO LO2 SL TN VZ FI IN
1
1
1
1
1
1
1
1,5 1,5 4,5
1,5
0,75 1,5 3
1,5 1,5 3 3 3 1,5
0,75 3 3 3 2,25
3 0,75
3 3
2,625
3,375
3 0,75 3 1,5
3 3 3,75 3
2,625 2,25
3,375 3
3 2,25
3 3
1,5 4,125 4,5 1,5
2,25 4,125 3,75 1,5
4 0,25
3
3
3 4
3
3
2 3 4
3
3
3
2
3
3
2
3
3
3
3
3
3 3 3
2
3 2,125
3 2
3 2
2 2
3 2
3 2
2 2
2,125 4
2 3
2 3
2 3
2 3
2 3
1 3
1,5
2,25 1,5 0,75 1,5
2,25
3 3 2,25 1,875
3
3,75 2
2
2
2
2
3
2
3 4,125
2
2
2,25 0,75 2,25
1,5
2,25 3 3
2,25 2
2
2
2
2,25
1
1,125 1 1
1 1 2
1 2 1
1 1
1
1
1 1
2
2
2
1 2,125
2
2
2
1 1
2
2
2
2
2
2
0,25
2,25 2,25
3 1,5
2,25 0,75
3 1,5
4,5 0,75
3,75
1,5
1,5
1,5
3 1,5 1,5
0,75 3
1,5 1,5
3 5,25
1,5 3,75
2,25 4,5
2,25
2,25
3
1,5
3
1,5 1,5 1,5 1,5 1,875 2 2,25
1,5 3 2 2,25
3 3 3 0,75 0,375 1 2,25
1,5 1,5 1,5 1,5 0,75 2 1,5
3,75 3,75 3,75 0,75
3 2,25
2,25
3,75 2,25
3 0,75
3 2,25
1
2
4
23
4,5
1 1,5
De uren mu, te en ha in de tweede fase groepen zijn uren CKV-3
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
4. Schoolregels Onze school kent een leerlingenstatuut waarin de rechten en plichten van leerlingen zijn omschreven. Leerlingen krijgen het uitgereikt als ze als leerling worden ingeschreven. Bewaar het dus goed. Eventuele wijzigingen worden tijdig aangekondigd. Onderstaande schoolregels zijn opgesteld op basis van de bepalingen in het leerlingenstatuut en wettelijke bepalingen t.a.v. de leerplicht. Te laat komen in de les 1. De aanvang van de lesuren na de pauzes wordt aangegeven door een signaal van de zoemer. Vijf minuten voor aanvang van het eerste lesuur wordt eveneens een signaal gegeven. Bij het tweede signaal dienen de leerlingen in het lokaal aanwezig te zijn. Het einde van alle lessen wordt aangegeven door een signaal. Bij de wisseling van de lessen moeten de leerlingen zich vlot naar de lokalen begeven.
24
2. Een leerling die te laat is voor een bepaalde les, moet zich melden bij de conciërge. Hij/zij ontvangt een toegangskaart voor de lessen, tenzij men zonder geldige reden meer dan tien minuten na het begin van de les te laat komt bij de conciërge. De betrokken leerling blijft onder toezicht van de conciërge. De naam wordt doorgegeven aan de adjunct-sectordirecteur. Indien men zonder geldige reden te laat komt zijn, per periode van drie maanden, de volgende maatregelen van kracht: o de eerste keer: volgende dag om 08.00 uur melden; o een tweede keer heeft tot gevolg: een week lang om 08.00 uur op school melden bij de conciërge; o een derde keer en vierde keer: ‘vierkant rooster’, d.w.z. een week lang van 08.00 u tot 16.30 u op school zijn. Verwijdering uit de les 3. Een leerling die uit de les wordt verwijderd, dient zijn tas mee te nemen. De leerling meldt zich bij de conciërge, wordt geregistreerd en krijgt nadere aanwijzingen m.b.t.het melden bij de adjunct-sectordirecteur. De adjunct-sectordirecteur kan eventueel contact opnemen met de ouders. Indien een leerling uit de les wordt verwijderd door een docent die nog niet lang aan de school verbonden is, zullen extra maatregelen worden getroffen. Roosterwijzigingen, lesuitval e.d. 4. Mededelingen over afwezigheid van docenten worden vermeld op de lichtkrant. Daarop worden ook na het tweede en na het vijfde lesuur de dagelijkse wijzigingen van het lesrooster vermeld. De wijziging die na het vijfde lesuur op de lichtkrant wordt gepubliceerd, is die voor (het begin) van de volgende dag. 5. Als een docent niet tijdig bij het leslokaal aanwezig is, mogen de leerlingen niet zonder meer aannemen dat er geen les wordt gegeven. Zij moeten eerst nadere informatie inwinnen bij de conciërge.
6. Verplaatsing van lesuren bij twee of meer tussenuren moet vooraf overlegd worden met de desbetreffende docenten en adjunct-sectordirecteur. In de bovenbouw is een dergelijke verplaatsing in principe niet mogelijk. 7. De bel is een teken voor de docent dat de les afgesloten dient te worden. De leerling blijft aanwezig tot de docent aangeeft dat de les voorbij is. De docent is verplicht de leerlingen te laten gaan op een zodanig tijdstip dat ze op tijd bij de volgende les kunnen zijn. Verzuim door ziekte 8. Leerlingen die bv. door ziekte één of meer dagen de lessen niet kunnen volgen, moeten voor het begin van het eerste lesuur telefonisch worden afgemeld bij de conciërge. Bij te verwachten langdurige absenties wordt de ouders verzocht telefonisch contact op te nemen met de adjunctsectordirecteur. 9. Leerlingen die door ziekte of andere geldige reden verhinderd zijn geweest één of meer lessen bij te wonen en/of het huiswerk te maken, moeten bij hun terugkomst op school een door ouders ondertekend briefje inleveren. Op het briefje is vermeld de naam van de leerling, de klas of clustergroep, de data en reden van de absentie(s) en/of de reden waarom het huiswerk niet kon worden gemaakt. Het briefje dient aan het begin van de lesdag te worden ingeleverd bij de conciërge. Voor het eerste lesuur houdt dit in dat men zich voor 08.10 uur meldt. Begint voor een leerling de les bij het tweede uur, dan dient de melding in de kleine pauze te geschieden. De brief van de ouders kan het tweede lesuur worden getoond aan de desbetreffende docent. n.b. Mededelingen van ouders/verzorgers mogen niet per e-mail worden gedaan. Dit medium is namelijk te fraudegevoelig. 10. Openstaande absenties van leerlingen worden vermeld op een lijst in de hal van de school. Leerlingen worden geacht deze lijst dagelijks te controleren. Na absentie heeft een leerling twee schooldagen de gelegenheid om een briefje in te leveren. Na deze termijn wordt het verzuim beschouwd als spijbelen. Deze leerlingen worden opgeroepen zich te melden bij de adjunctsectordirecteur. Aanvragen buitengewoon verlof 11. Bij het toekennen van buitengewoon verlof (vrijstelling van schoolbezoek) is de schoolleiding gehouden de leerplichtwet uit te voeren. De schoolleiding kan maximaal 10 dagen per cursusjaar extra verlof toekennen. Gronden voor toekenning van buitengewoon verlof kunnen zijn: o religieuze verplichtingen; o vakantieverlof (bij hoge uitzondering) als het beroep van één van de ouders het onmogelijk maakt dat vakantie wordt opgenomen in één van de schoolvakanties)
o andere gewichtige omstandigheden (voldoen aan een wettelijke verplichting, verhuizing, huwelijk van een familielid t/m de vierde graad, ernstige ziekte van ouders en/of bloedverwanten t/m de vierde graad, bevalling van moeder of verzorgster, overlijden van bloed- of aanverwanten t/m de vierde graad, het 25-, 40- en 50-jarige ambtsjubileum en het 121/2 -, 25-, 40-, 50- en 60-jarig huwelijksjubileum van bloed- en aanverwanten voor de duur van één dag, en andere calamiteiten ter beoordeling van het bevoegd gezag. Geen gronden voor toekenning zijn: o familiebezoek in het buitenland; o vakantie in een goedkopere periode of in verband met een speciale aanbieding; o vakantie onder schooltijd bij gebrek aan boekingsmogelijkheden; o eerder vertrek of latere terugkeer in verband met (verkeers)drukte; o verlof voor een kind omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn. Verzoeken voor buitengewoon verlof dienen tenminste 6 weken van tevoren worden ingediend bij de schoolleiding. Maatregelen bij ongeloorloofd verzuim 12. De adjunct-sectordirecteur controleert de absentieregistratie. Bij openstaande absenties worden nadere maatregelen genomen (naamlijst van betrokken leerlingen op het publicatiebord met aanwijzingen voor een gesprek met de adjunct-sectordirecteur, telefonisch contact met de ouders, brief naar de ouders, e.d.). Bij herhaaldelijke absentie (ook al is de absentie ‘gedekt’ door een brief van de ouders) wordt ook contact opgenomen met de ouders. Als richtlijn voor strafmaatregelen bij ongeoorloofd verzuim (‘spijbelen’) geldt: o 1e keer: straf te bepalen door de adjunctsectordirecteur; o 2e keer: een dag schorsen; brief aan ouders; o 3e keer: drie dagen schorsing; gesprek met de ouders; o 4e keer: definitieve verwijdering. (Tijdelijke) vrijstelling van lessen lichamelijke opvoeding 13. Formulieren voor (tijdelijke) vrijstelling van de gymnastieklessen op grond van een medische oorzaak zijn te verkrijgen bij de adjunct-sectordirecteur. Bezoek aan arts of tandarts 14. Dokters- en tandartsbezoeken kunnen achteraf worden gemeld. De leerlingen zijn wel gehouden de afspraken zoveel mogelijk buiten de schooltijden te maken. Gedragsregels m.b.t. gebruik van het gebouw en voorzieningen 15. De leerlingen zijn verplicht zich in en om de school rustig en ordelijk te gedragen. Van hen wordt verwacht dat zij zich mee verantwoordelijk voelen voor het netjes houden van de school en het terrein. Afval moet
in de daarvoor bestemde manden/bakken worden gedeponeerd. In de lokalen gelden de volgende regels: o leerlingen mogen geen jassen meenemen in de lokalen; jassen op de kapstokken en niet op de gang; o met betrekking tot het dragen van mutsen en z.g. caps geldt dat de docent kan eisen dat een ongehinderd uitzicht op het gezicht mogelijk blijft en de orde niet wordt verstoord; o walkmans e.a. geluidsdragers en communicatieapparaten (gsm, buzzers, e.d.) zijn verboden. Bij overtreding kan het betreffend object een week worden ingenomen en een strafmaatregel worden opgelegd; o consumpties in de lokalen zijn verboden. In overige ruimten binnen de school gelden de volgende regels: o mediatheek: tassen buiten de mediatheek in de daarvoor bestemde kasten. o het is de leerlingen verboden te zitten in de vensterbanken of op de verwarmingen in de gangen en de lokalen. o In de studieruimtes mogen geen consumpties worden genuttigd. o Op de publicatieborden mag door de leerlingen niets worden opgehangen zonder toestemming van de directie. o In school mag niet gerookt worden. Spelletjes om geld zijn niet toegestaan. o De leerlingen die de soos bezoeken, dienen zich te houden aan de daar geldende regels. Ten aanzien van het gebruik van de fietsenstalling geldt: o Leerlingen dienen hun fietsen te stallen op de volgende plaatsen π kleine kelder - de 2e klassen; π grote kelder - de brugklassen; π tegelplateau achter de flat - 3e, 4e, 5e en 6e klassen. π Bromfietsen moeten ook op het tegelplateau worden geplaatst. o Fietsen/bromfietsen die op de onjuiste plaatsen worden aangetroffen, worden verwijderd; de eigendommen zijn om 16.30 uur weer terug te krijgen bij de conciërge. o Bij de fietsen mag men zich niet ophouden anders dan voor het plaatsen en weghalen van de fiets. In de kelder mag niet worden gefietst en gerookt. Moedwillige beschadiging van fietsen/bromfietsen wordt streng bestraft. 16. Voor een aantal leerlingen zijn de lessen eerder afgelopen dan na het 7e lesuur. In dergelijke gevallen dienen de fietsers na het verlaten van de fietsenkelders zo snel mogelijk het schoolplein te verlaten. 17. Het is de leerlingen niet toegestaan leerlingen van andere scholen in de school of op het schoolterrein te ontvangen, anders dan na voorafgaande toestemming van de directie.
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
25
18. Leerlingen die betrokken zijn bij overtredingen in/ rondom de school kan worden opgedragen buiten de gewone lesuren op school te komen en passende werkzaamheden te verrichten. Naast de directie en de adjunct-sectordirecteuren zijn de toezichthoudende personeelsleden hierin ook tot het nemen van maatregelen bevoegd. Aansprakelijkheid voor vermissing en schade e.d. 19. Het bestuur van de school draagt geen verantwoordelijkheid voor beschadiging of vermissing van eigendommen van leerlingen. Het verdient aanbeveling kledingstukken die in garderobes worden opgehangen te voorzien van een naam, en geen geld of andere waardevolle voorwerpen in deze kleding achter te laten. 20. Alle schade die door een leerling aan eigendommen van de school wordt toegebracht, wordt op zijn kosten hersteld. Zolang de gemaakte kosten niet zijn betaald, kan de leerling de toegang tot de lessen/school door de sectordirecteur worden ontzegd. 21. Indien een minderjarige leerling voor enige schade verantwoordelijk is, stelt de school de ouders daarvan in kennis.
26
Wapenbezit en diefstal 22. Bij constatering van bezit en/of gebruik van messen, hand- en vuurwapens, laserpennen vuurwerk of diefstal geldt de volgende richtlijn: o 1e keer: de leerling wordt gedurende één dag geschorst. o 2e keer: schorsing voor drie dagen o 3e keer: schorsing voor vijf dagen o 4e keer: definitieve verwijdering. 23. Bij constatering van handel (verkopen, afleveren, verstrekken) in ongewenste hand- en vuurwapens aan leerlingen van de eigen of andere school volgt schorsing voor 5 dagen. Bij herhaling volgt direct verwijdering van school.
Genotsmiddelen 24. Bij geconstateerd gebruik en/of bezit van alcohol en drugs gelden de volgende richtlijnen: o 1e keer: de leerling wordt gedurende één dag geschorst. o 2e keer: schorsing voor drie dagen o 3e keer: schorsing voor vijf dagen o 4e keer: verwijdering van school 25. Op handel (verkopen, afleveren en verstrekken) in alcohol, soft- en harddrugs (hasj, weed, XTC, amfetamine/speed, cocaïne, heroïne en andere drugs) aan leerlingen van de eigen of andere school volgt schorsing voor 5 dagen. Bij herhaling volgt direct verwijdering van school. 26. Bij diefstal, bezit van wapens en/of alcohol en drugs vraagt de school eveneens aan de politie advies over de verdere afhandeling. In overleg en/of naar aanleiding van bijzondere omstandigheden kan het bevoegd gezag besluiten af te wijken van bovenstaande richtlijnen. G. Schorsing en verwijdering 27. Het bevoegd gezag c.q. de sectordirecteur kan een leerling het bijwonen van de lessen of de toegang tot de school voor één of meer dagen ontzeggen (schorsen) dan wel de leerling definitief van school verwijderen, indien deze zich niet houdt aan de schoolregels of zich schuldig maakt aan nalatigheid, wangedrag, verzet of in het algemeen door zijn gedrag in of buiten de school een nadelige invloed op zijn medeleerlingen uitoefent. 28. Met betrekking tot definitieve verwijdering is een aantal wettelijke regels van kracht. Op basis hiervan is een procedure opgesteld die is opgenomen in het leerlingenstatuut. Het ligt eveneens ter inzage bij de administratie.
5
Leerlingenzorg
5.1
Interne deskundigen
Op basis van de verkregen informatie onderneemt de mentor zelf actie, of schakelt hij een interne deskundige in. De mentor kan de interne deskundige consulteren, dan wel om daadwerkelijke actie vragen. De mentor blijft de verantwoordelijkheid houden voor de leerling, waarbij de interne deskundige het begeleidingsproces ondersteunt. Uiteraard heeft deze wel een eigen verantwoordelijkheid in de wijze waarop de ondersteuning geboden wordt. Leerlingen die vanwege de aard en/of de behandeling van hun moeilijkheden tijdens de leerlingbespreking onvoldoende kunnen worden besproken, worden voor nader advies voorgelegd aan het zorgteam. Uiteraard worden daar ook leerlingen ingebracht bij wie hulp niet het gewenste resultaat heeft opgeleverd.
5.1.2 Remediale hulp Met name brugklasleerlingen met specifieke leerproblemen op het gebied van de talen kunnen geholpen worden door de remedial teachers. Bij remediale hulp zullen leerproblemen worden opgespoord en zal worden gewerkt aan het oplossen daarvan. Remediale hulp wordt gegeven aan individuele leerlingen en in groepsverband op vaste ingeroosterde uren. De remedial teachers zijn mw. P.H. Reitsma, mw. M.S. Blanksma-de Vries, mw. G.P. Gordeau, en mw. J.M.A. Rubingh-Bosscher.
5.1.3 Counselor Het woord ‘counselor’ betekent ‘raadgever’. In de praktijk van de hulpverlening en het onderwijs zijn counselors meestal raadgevers bij grote problemen. De counselor biedt dus hulp bij ernstige persoonlijke problemen van leerlingen. Hij is een gespecialiseerde leerlingbegeleider die de mentoren ondersteunt bij grote sociale en/of emotionele problemen van leerlingen. Binnen de sector HAVO/VWO zijn dit mw. P.H. Reitsma (onderbouw) en mw. T. Stoker (bovenbouw).
5.1.4 Vertrouwenspersoon Elke onderwijssector binnen het Roelof van Echten College kent vertrouwenspersonen. De vertrouwenspersonen zijn door het bevoegd gezag benoemd. Zij zijn het eerste aanspreekpunt bij vermoedens van of klachten met betrekking tot seksuele en andere intimidatie. Vertrouwenspersonen luisteren naar de klacht, helpen oplossingen te vinden voor het probleem en geven ondersteuning als er een officiële klacht ingediend wordt. Voor de sector HAVO/VWO is de vertrouwenspersoon mevrouw Gordeau, 0591-631249.
5.1.5 Schoolpsycholoog
5.1.1
De mentor
Bij ons is de mentor de spin in het web van de leerlingbegeleiding. Hij is verantwoordelijk voor de begeleiding van de aan hem toevertrouwde leerlingen. Hij onderhoudt contacten met de leerlingen en de klas, ouders, met de vakdocenten en vangt als eerste signalen op over mogelijke problemen. De mentor krijgt zijn informatie uit het onderwijskundig rapport, van de leerling zelf, van de ouders, van de vakdocent of naar aanleiding van een leerlingenbespreking tijdens een (rapport)vergadering/ mentorenvergadering.
Naar onze schoolpsycholoog gaan leerlingen met leerproblemen en/of sociaal-emotionele problemen en/of gedragsproblemen. Eenmaal per twee weken houdt de psycholoog op maandag spreekuur op school voor leerlingen. Deze leerlingen worden meestal aangemeld door de mentor of door hun ouders. Soms worden ze verwezen op advies van het zorgteam binnen de school, maar het komt ook voor dat leerlingen zichzelf aanmelden voor een gesprek.Het doel van de gesprekken is om leerlingen zo actief mogelijk te betrekken bij de oplossing van hun problemen, waardoor ze uiteindelijk weer zelfstandig kunnen functioneren. Het aantal gesprekken wordt bepaald door de ernst van de problematiek. Naast het spreekuur kunnen leerlingen aangemeld worden voor psychodiagnostisch onderzoek. Afhankelijk van de vraagstelling zal dit onderzoek meer of minder uitgebreid zijn. Voorbeelden van onderzoek kunnen zijn: dyslexieonderzoek, dyscalculieonderzoek, onderzoek naar faalangst en/of naar sociale vaardigheidsproblemen, algemeen onderzoek naar leerbelemmerende factoren, persoonlijkheidsonderzoek, screeningsonderzoek aan het eind van de brugklas om een goed advies te kunnen geven over het vervolg van de schoolloopbaan, screeningsonderzoek in de derde klas om een goed advies te kunnen geven over de profielkeuze van een leerling...etc. Onze schoolpsycholoog is mevrouw W. Molenkamp.
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
27
5.1.6 Decaan Binnen de sector HAVO/VWO zijn twee decanen werkzaam, dhr. A.J. Bosch (speciaal aandachtsgebied HAVO) en mw. I.C.W. Renkema-Betten (speciaal aandachtsgebied VWO). De taak van de schooldecaan ligt niet op het vlak van studiebegeleiding. Hij geeft allereerst begeleiding als het gaat om het kiezen van een vakkenpakket of profiel. Verder speelt de decaan natuurlijk een belangrijke rol bij de oriëntatie op de vervolgstudie. Ook wordt de decaan betrokken bij interne doorstroming, bijvoorbeeld van MAVO naar HAVO. In het kader van de basisvorming werkt de decaan mee aan beroepenoriëntatie en advisering. In augustus 2007 wordt de vernieuwde Tweede Fase ingevoerd. Deze landelijke vernieuwing beoogt voor leerlingen een betere studeerbaarheid en grotere keuzevrijheid. De leerling kiest uit vier zogenaamde doorstroomprofielen.Verder volgen alle leerlingen in de bovenbouw HAVO en VWO een verplicht gemeenschappelijk deel. In het vrije deel blijft ruimte waarin de leerlingen een vak kunnen kiezen.
28
Om leerlingen zo verantwoord mogelijk te laten kiezen krijgen ze lessen keuzebegeleiding. In 3-HAVO en 3VWO worden leerlingen in die lessen voorbereid op de profielkeuze en de mogelijkheden die er zijn in het vrije deel van de Tweede Fase. De leerlingen van de derde klassen moeten een HAVO- of een VWO-profiel kiezen. Er zijn, in aflopende volgorde van ‘exactheid’, vier profielen: Natuur en Techniek, Natuur en Gezondheid, Economie en Maatschappij en als laatste Cultuur en Maatschappij. Binnen elk profiel moet de leerling nog een profielkeuzevak kiezen. Daarnaast zal in de Tweede Fase een voor ieder verplicht gemeenschappelijk deel gevolgd moeten worden en heeft de leerling de mogelijkheid zelf een vak te kiezen in de ‘vrije ruimte’ om het profiel nog wat verder aan te kleden. Daartoe worden ze begeleid door decaan, mentor en vakdocenten. De begeleiding door de decaan bestaat in de derde klassen HAVO en VWO in eerste instantie uit voorlichting in klassenverband. Deze voorlichting zal vooral plaatsvinden in de periode oktober – december. Verder wordt in deze klassen persoonlijke begeleiding gegeven, die met name tot uiting komt in de beoordeling en de bespreking met – de leerling – van de gekozen profielen en aanvullende vakken. In november worden voorlichtingsavonden gehouden voor zowel ouders als leerlingen. In april zullen de definitieve profielen moeten worden gekozen. De mentor zal een belangrijke rol moeten spelen bij het signaleren van eventuele keuzeproblemen, het helpen bij het vinden van een oplossing of het doorverwijzen naar de decaan. De vakdocenten geven in januari adviezen over de mogelijkheden voor leerlingen hun vak te kiezen. De leerling kan vanzelfsprekend altijd persoonlijk advies vragen aan de vakdocent. De vakdocent is ook bereid het gegeven advies toe te lichten.
Daarnaast wordt voor de voorexamenklassen een beroepen- en studievoorlichtingsdag gehouden en wordt in de bovenbouw mededeling gedaan van open dagen en voorlichtingsbijeenkomsten in hoger beroeps- en wetenschappelijk onderwijs. De decanen zijn meestal aanwezig op kamer 3.05. Een beschikbaarheidsrooster is opgesteld om aan te geven wanneer de decanen aanwezig zijn. Dit rooster hangt op de deur van kamer 3.05 en staat op de schoolsite. Verder staan de e-mailadressen (
[email protected] en
[email protected]) van de decanen open voor het stellen van vragen of het maken van afspraken. Leerlingen worden uitgenodigd zo vaak ze maar willen binnen te lopen om hun vragen te stellen. De decanen beschikken over veel informatiemateriaal, -brochures, naslagwerk, computerprogramma’s- dat door leerlingen ingezien of geleend kan worden. Het is uiteraard ook mogelijk voor leerlingen en ouders een afspraak te maken voor een gesprek. Via de digitale decanenkamer op de site van school zijn formulieren te downloaden, kan men in contact treden met de decanen en zijn relevante links te vinden. Tijdens de cursus volgen nadere mededelingen over de diverse activiteiten.
5.1.7 Faalangst reductietraining Op onze school hebben twee docenten zich gespecialiseerd in het geven van BOF-cursussen. BOF staat voor: Beter Omgaan met Faalangst. Faalangst kan zich uiten in diverse vormen. Voorbeelden zijn: slecht slapen, zweethanden, rood worden, hartkloppingen, helemaal dichtslaan tijdens spreekbeurten en/of proefwerken. Maar ook gevoelens van eenzaamheid en aanpassingsproblemen e.d. kunnen een uiting van faalangst zijn. Tijdens de brugklasperiode wordt er een BOF-cursus gegeven van ongeveer 8 keer 1 uur in een groep van ongeveer 10 leerlingen. Wanneer uit b.v. testen, rapportvergaderingen of anderszins het vermoeden van faalangst bestaat wordt met deze leerlingen een gesprek gehouden door één van deze docenten. Indien de leerling daarna zelf aangeeft mee te willen doen met de BOF-cursus krijgt u, als ouders/ verzorgers, hiervan bericht. De cursus wordt gegeven door mw. M. Kef-Robijn en mw. J.H.P. Piebes-van Weeberg.
5.1.8. Sociale vaardigheidstraining Binnen het voortgezet onderwijs worden de laatste jaren in toenemende mate leerlingen gesignaleerd die problemen ondervinden in de omgang met leeftijdgenoten. Het meest in het oog springende probleem is pesten. Daarnaast zijn er ook leerlingen die geen aansluiting kunnen vinden bij de rest van de klas en leerlingen die niet voor zichzelf durven opkomen. Deze leerlingen missen doorgaans een aantal sociale vaardigheden en/of zijn weinig weerbaar. Sociale vaardigheden en weerbaarheid zijn te leren. Vandaar dat wij een sociale vaardigheidstraining aanbieden. Het gaat om een tiental “lessen” waarin leerlingen wordt geleerd sociaal weerbaar te worden. Het gaat in deze cursus enerzijds om opkomen voor jezelf en anderzijds om rekening houden met een ander. De training wordt gegeven door een psycholoog en een docent.
5.1.9 Het zorgteam Het zorgteam kan globaal genomen worden gezien als de denktank op school wat betreft het intensiveren en uitbreiden van de zorg voor de leerlingen. Het zorgteam heeft een spilfunctie ten aanzien van de planning en ontwikkeling van de zorg. Bij speciale zorg denken we dan aan: - het verhelpen/compenseren van leerproblemen; - het verhelpen/compenseren van sociaal-emotionele problemen. Deze spilfunctie is tweeledig: a. Een consultatieve en begeleidende functie voor klassenmentoren en de vakdocenten. Het aansturen van de orthopedagogische en/of orthodidactische zorgplanning voor individuele leerlingen op school: - het analyseren van de problemen; - het vaststellen van de hulpvraag; - het plannen van de behandeling. b. Een beleidsontwikkelende functie. Het zorgteam adviseert de directie ten aanzien van het zorgbeleid. De uitgebrachte adviezen hebben onder meer betrekking op: - deskundigheidsbevordering van vakdocenten; - deskundigheidsbevordering interne deskundigen; - de organisatie van de leerlingbegeleiding. De resultaten worden teruggekoppeld naar de mentor, rechtstreeks via de counselor en/of remedial teacher. Hoewel de adjunct-sectordirecteur in dit schema niet opgenomen is, zal hij ook zeker een ondersteunende rol kunnen vervullen. Die rol zal echter meer op de tweede lijn zijn, waarbij coördinatie en communicatie sleutelwoorden zijn.
6. Activiteiten binnen de sector HAVO/VWO 6.1
Excursies
Het is verheugend dat de excursies telkens met veel enthousiasme worden voorbereid en uitgevoerd. Zij kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan de reguliere lessen. Dit is dan ook de reden dat ieder jaar weer docenten zich inzetten voor deze evenementen. Onze school voorziet meestal in twee dagexcursies (of eventueel meerdere dagdeelexcursies) voor de klassen 1 t/m 3 en voor 4VWO. Deze excursies worden tijdens hun lessen voorbereid. In verband met zo’n excursie worden opdrachten verstrekt waarvan de uitwerking van invloed is / kan zijn op de rapportcijfers. Geruime tijd van tevoren worden de ouders / verzorgers schriftelijk door de organisatoren geïnformeerd over de reis, waarbij alle relevante gegevens vermeld worden. De kosten mogen een bedrag van 17,50 niet te boven gaan. (reiskosten en entrees). Of deze bedragen in de toekomst gehandhaafd blijven staat evenwel niet zonder meer vast: ieder jaar bekijkt de schoolleiding de praktische haalbaarheid. Het spreekt dan ook vanzelf dat de organisatoren en de coördinator een optimale kostenbewaking nastreven.
29
6.2
Werkweken
Ieder jaar wordt er een werkweek georganiseerd voor de vóóreindexamenklassen. Normaliter vindt deze werkweek, die voor alle leerlingen verplicht is,plaats in april / mei van het schooljaar. Doel is, naast het “sociale gebeuren”, het verdiepen van de op school behandelde lesstof en de opgedane kennis. De sectie Engels maakt zich bijvoorbeeld sterk voor de excursies naar Londen en York in gastgezinnen, om de leerlingen uitgebreid kennis te laten maken met de Britse cultuur en ze de taal op echte Britten te laten oefenen. Afgelopen cursus waren de aangeboden bestemmingen Barcelona, York, Parijs, Londen, Rome, en Oostenrijk (survival). De totaalprijs is aan grenzen gebonden: afgelopen mei was het € 325 voor een buitenlandse bestemming (Rome mag dit bedrag overschrijden) en € 150 voor een binnenlandse reis. De limiet wordt ieder jaar opnieuw vastgesteld i.v.m. de inflatiecorrectie en verdere kostenontwikkelingen in de reisbranche. De door een aantal leerlingen gekozen arbeidsstage is overigens vrijwel kostenloos. Leerlingen die het jaar overdoen kunnen opnieuw voor één van de bestemmingen kiezen, maar alleen als daar plaats over is. Het is heel belangrijk goed te beseffen dat leerlingen die tussentijds de school verlaten of om andere redenen (bijv. een blessure of ziekte) niet mee kunnen met de werkweek, in principe betaalplichtig blijven voor de door hen gekozen werkweek-bestemming. U kunt daarvoor zelf een annuleringsverzekering afsluiten.
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
6.3 Culturele Commissie
6.5
Aan het begin van het schooljaar stelt de Culturele Commissie een programma samen bestaande uit toneelvoorstellingen, schoolconcerten, films en andere activiteiten. In het programma krijgen de leerlingen in de leerjaren 1 t/m 3 tenminste één schoolconcert en één toneelvoorstelling aangeboden.
Elk jaar spant een aantal leerlingen uit onder- en bovenbouw, gesecondeerd door mentoren, zich in om een groot aantal ontspannende muzikale, sportieve of culturele activiteiten op te zetten, zoals thema-avonden voor de hele school, klassenavonden voor brugklassen en 2e en 3e klassen en soms sportieve activiteiten als schaatsen op natuurijs of een ouder en kind sporttoernooi. In samenwerking met muziekdocent W. Tharner wordt tevens elk jaar een klassieke avond gehouden. Voorts organiseert het LAC jaarlijks een actie, waarbij de opbrengst bestemd is voor een goed doel. Bovendien blaast het LAC de ‘talentenjacht’ nieuw leven in, door middel van de ‘vernieuwde multi-talentenshow’, in samenwerking met de culturele vakken.
De leerlingen van de brugklas hebben de jaarlijks terugkerende Scapinodag, waarin dans centraal staat, uitgevoerd door de leerlingen zelf naar aanleiding van een bepaald thema, onder leiding van ervaren Scapinomedewerkers. De leerlingen van de tweede klassen hebben de jaarlijks terugkerende BOEI - theaterdag, waarin de eigen creativiteit, aan de hand van een speciaal onderwerp, centraal staat, begeleid door ervaren medewerkers van theatergroep BOEI. Aan het einde van de Scapinodag en de BOEI – theaterdag zullen de leerlingen een optreden verzorgen voor familie, vrienden en overige belangstellenden.
30
De leerlingen van de derde klassen hebben de jaarlijks terugkerende Kunstcarrouseldagen, dit jaar voor de achtste keer georganiseerd voor alle derde klassers van het Voortgezet Onderwijs in de gemeente Hoogeveen. Tijdens deze Kunstcarrousel 8, krijgen de leerlingen 2 á 3 workshops, een muziek-theatervoorstelling en een film aangeboden. Deze activiteiten zijn tevens een voorbereiding op het vak CKV1, dat als verplicht vak in alle profielen inde klassen 4HAVO en 4VWO aan bod zal komen. De uitvoeringen vinden zoveel mogelijk plaats onder schooltijd en zijn dan ook verplicht voor de leerlingen. De kosten hiervan worden geheel door de school gedragen. Daarnaast zijn een aantal “Kunstambassadeurs” actief bezig om de belangstelling voor kunst en cultuur in de hogere klassen te stimuleren, door het aanbieden van kaartjes voor de Tamboer tegen sterk gereduceerd tarief. De heer Tharner organiseert in februari, de jaarlijks terugkerende “Klassieke Avond”, waar leerlingen en docenten optreden. Deze cursus zal deze avond voor de 16e keer plaatsvinden. Familieleden en vrienden en andere belangstellenden zijn van harte welkom op deze Klassieke Avond.
6.4 School-/klassenavonden Onder leiding van de klassenleraar/mentor kunnen klassenavonden georganiseerd worden. De ouders/ verzorgers van leerlingen uit de onderbouw ontvangen over één en ander tijdig een brief met mededelingen over de datum waarop de avond gehouden zal worden en de tijden van aanvang en einde.
Leerling Activiteiten Commissie
Toegang tot de school op LAC-tiviteiten gaat alleen op vertoon van de schoolpas! Het LAC brengt geen lidmaatschapsgeld in rekening. Wel moet er altijd een (kleine) entree of vergoeding betaald worden zodat er kostendekkend kan worden gewerkt. Het welslagen van de activiteiten hangt veelal af van 1 ding: een grote respons, dus belangstelling en deelname van leerlingen en personeelsleden.
6.6
Leerlingensoos
In de fietsenkelder onder de flat is een ruimte afgescheiden die een aantal jaren in gebruik is geweest als handvaardigheidslokaal. Inmiddels bestaat de soos ruim 17 jaar en heeft zich een vaste plaats onder de leerlingen verworven. De verantwoordelijkheid voor de activiteiten, het schoonhouden, de veiligheid en het toezicht berust bij een sooscommissie, bestaande uit leerlingen van de bovenbouw. In overleg met de schoolleiding is een aantal regels afgesproken waaraan de bezoekers van de soos zich moeten houden. (niet roken in de kelder en de soos) Gezelligheid, discussie, muziek, koffie, thee, frisdrank, een kaartje leggen, kortom een ruimte waar leerlingen graag komen in de pauzes, tijdens tussenuren of na schooltijd. De soos is geopend van 08.30 uur tot 15.30 uur.
6.7
Schoolkrant
Op school verschijnt een schoolkrant. Aan het begin van elk schooljaar gaat de redactie op zoek naar nieuwe redactieleden. Aan het eind van een cursus vertrekt elk jaar weer een aantal vaste medewerkers. Zij moeten het leuk vinden om te schrijven, interviews af te nemen, achter de tekstverwerker te zitten en/of aan de vormgeving te werken. Ook dat laatste is erg belangrijk. Het is altijd heel gezellig en wanneer er weer een nieuw nummer uit komt, is dat altijd een spannend moment. De schoolkrant verschijnt maximaal 3 x per jaar en is geheel gratis!
6.8
Anglia
Anglia Examinations Syndicate is een organisatie opgezet door Chichester College te Ipswich in Engeland. Anglia biedt scholen wereldwijd de mogelijkheid om leerlingen examen
te laten doen op maar liefst 8 verschillende niveaus. Zes jaar geleden startte het Zoomvliet College te Roosendaal met 50 proefexamens. Inmiddels is er een netwerkvan scholen die enkele duizenden leerlingen examen laten doen. De sectie Engels binnen de sector HAVO/VWO is bij dit netwerk aangesloten. We bieden onze onderbouwleerlingen de mogelijkheid aan het Anglia Examen deel te nemen. Voordelen van het Anglia Examen: - Een Anglia Examen stimuleert- een echt Engels examen blijkt leerlingen aan te spreken. Het examen kan op 8 verschillende niveau’s worden gedaan, dus iedereen kan op een passend niveau inschrijven. - Een Anglia Examen is internationaal erkend- het hoogste niveau helpt bij eventuele toegang tot een Engelse hogeschool of universiteit. - Een toenemend aantal bedrijven waardeert de certificaten ook. - Lage kosten- het netwerk kent een samenwerking zonder winstoogmerk. Daardoor kunnen de kosten beperkt blijven. - Een Anglia Examen wordt op de eigen school afgenomen. De school organiseert een examen op de eigen school. Het werk wordt vervolgens in Engeland nagekeken. Na vijf weken ontvangt de leerling in Nederland het internationale certificaat. Afhankelijk van de prestatie krijgt de leerling ‘distinction’, ‘credit’of ‘pass’ op het certificaat. De kans dat een leerling een ‘referred’(gezakt) oploopt is, gezien de opzet, zeer klein. - Een Anglia Examen biedt mogelijkheid tot verblijf in Engeland- onder alle geslaagde deelnemers wordt jaarlijks een beurs verloot voor een week Summer School op het Chichester College te Ipswich (een prijs die je mag ‘innen’ als je 16 jaar bent). Verder biedt Chichester College Nederlandse deelnemers voordelige mogelijkheden tot een ‘gap year’, een jaar in Engeland wonen en studeren.
6.9
Internationalisering
Varel, Duitsland Al zo’n 25 jaar vinden er jaarlijks leerlingenuitwisselingen plaats met het Lothar Meyer Gymnasium uit Varel (Duitsland). Bij voldoende deelname is het voor een aantal leerlingen uit 3- en 4 HAVO en VWO mogelijk om in het cursusjaar 2006-2007 deel te nemen. Waarschijnlijk in de maand mei van het jaar 2007 zullen de Nederlandse scholieren Varel bezoeken. In de maand september of oktober van hetzelfde jaar brengen de leerlingen van het Lothar Meyer Gymnasium dan een tegenbezoek aan onze school. Het doel van de uitwisseling onzerzijds is het vergroten van de mondelinge taalvaardigheid in het Duits en Engels en regionale beeldvorming. Tevens kan men kennis maken met de schoolcultuur op een Duits gymnasium. Het is derhalve verplicht voor de deelnemende leerlingen van onze school om een aantal lessen op het Lothar Meijer Gymnasium bij te wonen. Men gaat dan elke dag met zijn of haar partner mee naar school
en bezoekt de lessen die de Duitse leerling(e) volgt of werkt aan een projectopdracht daarnaast is er ook een cultureel programma. De uitwisseling duurt twee keer acht dagen. Deelname aan deze uitwisseling is alleen mogelijk bij een aantal van minimaal 10 leerlingen. Van de deelnemers wordt verwacht dat ze voldoende gemotiveerd zijn voor het volgen van de lessen aan het Lothar Meijer Gymnasium. Ook is een zeker aanpassingsvermogen noodzakelijk met het oog op een andere school- en gezinssituatie. Deelnemers dienen zich te houden aan de precieze data van de uitwisseling. Later vertrekken en/of eerder thuiskomen i.v.m. verjaardagen, sportwedstrijden of andere evenementen levert te veel organisatorische problemen op. Wanneer de Duitse leerlingen onze school bezoeken is in eerste instantie de Nederlandse leerling verantwoordelijk voor een goede opvang en begeleiding van de Duitse partner. Het is dus niet gepast voor de Nederlandse leerling om ’s avonds of in het weekend een bijbaantje te hebben en de zorg van de Duitse partner bijv. over te laten aan andere familieleden of vrienden. Onze leerlingen worden elk jaar in Varel zeer goed ontvangen. Tijdens het bezoek van de Duitse leerlingen aan Hoogeveen wordt er voor de Duitse en Nederlandse leerlingen een excursie naar Amsterdam (Anne Frankhuis, Rijksmuseum, boottocht en winkelen) en naar Groningen (Groninger museum, synagoge) georganiseerd Gedurende hun verblijf in Varel maken de Nederlandse en Duitse leerlingen een excursie naar Bremen en naar het voormalige concentratiekamp Bergen-Belsen. Indien mogelijk wordt een theatervoorstelling in Oldenburg bezocht. Ook worden nog enkele kleinere uitstapjes gemaakt. Varel ligt 30 km. ten noorden van Oldenburg (Niedersachsen). Indien subsidie verkregen wordt van het Europees Platform te Alkmaar zijn aan de uitwisseling geen kosten verbonden behoudens zakgeld en de bereidheid van de ouders om de leerlingen te halen of te brengen. Bratislava, Slowakije In de cursus 2005-2006 heeft de eerste uitwisseling plaatsgevonden met het Evangelical Lyceum in Bratislava, Slowakije. De leerlingen uit Bratislava hebben in oktober 2005 onze school bezocht en in mei 2006 volgde het tegenbezoek. Tijdens het bezoek van de Slowaken hebben we een bezoek gebracht aan de Zaansche Schans, het noordzeestrand, Volendam en Flevoland, maar ook Groningen en Amsterdam worden aangedaan net als tijdens de uitwisseling met Varel. Verder hebben de Slowaakse leerlingen een aantal lessen gevolgd bij ons op school en zijn ze met hun Nederlandse partners heel actief geweest op sportief gebied, met projectwerk (het maken van een Engelstalige krant), theatersport en het organiseren van een feestelijke avond voor de gastouders. Het programma in Slowakije bevat ook een uitgebreide kennismaking met de stad Bratislava en haar omgeving en enkele andere steden in Slowakije. Mogelijk zal er in de cursus 2006-2007 opnieuw een uitwisseling gaan plaatsvinden De subsidie voor deze uitwisseling is inmiddels aangevraagd bij het Europees Platform te Alkmaar. Indien de subsidie wordt verkregen zullen een 20-tal leerlingen uit 4 HAVO/VWO tegen een bijdrage in de kosten (ongeveer € 200,-), kunnen worden uitgewisseld. Het ligt in de bedoeling dat de Slowaakse
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
31
leerlingen in oktober 8 dagen Hoogeveen bezoeken en dat er in mei een tegenbezoek van de ons aan Bratislava plaatsvindt (de tijdstippen kunnen om organisatorische redenen nog aan verandering onderhevig zijn). Het thema van de uitwisseling is ‘Culturele identiteit’ en vooral de kennismaking met een andere Europese cultuur en de engelse taalvaardigheid staan centraal.
6.10 Jet-Net Jet-Net, het Jongeren en Technologie Netwerk Nederland, is een samenwerkingsverband tussen onderwijs, bedrijfsleven en overheid.
7. Sectorspecifieke voorzieningen 7.1
Het Roelof van Echten College is een sportieve school. De school (sector HAVO/VWO) is in 2004 ook genomineerd als “Sportiefste school van Nederland” en heeft daarbij een aanmoedigingsprijs gewonnen. Dat de school sport en bewegen belangrijk vindt blijkt wel uit de vele en verschillende activiteiten waaraan de leerlingen kunnen deelnemen.
7.1.1 In Jet-Net werken bedrijven samen met HAVO- en VWO scholen. Doel is het onderwijs in de exacte vakken aantrekkelijker te maken. Het landelijk coördinatiepunt Jet-Net is de initiator en coördinator die scholen en bedrijven één op één bij elkaar brengt. Samen ontwikkelen zij uitdagende activiteiten die aansluiten bij de bètavakken in het curriculum. Door samen met het voortgezet onderwijs te werken aan kwalitatief hoogwaardige onderwijsprojecten: · ·
32 ·
verbetert Jet-Net het beeld dat jongeren van technologie hebben, wordt hun keuzegedrag in studieprofiel en vervolgstudie beïnvloed, en bouwt Jet-Net mee aan een solide kenniseconomie in Nederland.
Jet-Net verbindt zich aan de doelstellingen van het Deltaplan Bèta Techniek door mee te werken aan verhoging van de doorstroom van HAVO/VWO scholieren naar het hoger bèta technisch onderwijs met tenminste 15% in 2007. Sinds 6 juni 2005 maakt het Roelof van Echten College deel uit van dit netwerk, en werkt in het bijzonder samen met de Nederlandse Aardolie Maatschappij te Assen.
6.11 De Gezonde School T.b.v. het geven van voorlichting over genotsmiddelen neemt het Roelof van Echten College sinds 1995 deel aan het project ‘De gezonde school en genotmiddelen’. Hoofddoel van het project is het voorkomen c.q. terugdringen van riskant experimenteergedrag van leerlingen met betrekking tot tabak, alcohol, drugs en gokken. Op 9 januari 2005 werd een convenant getekend door de sectordirecteur G. Bolderman en de Verslavingszorg Noord Nederland, de VNN. In dit convenant is nader vastgelegd hoe gedurende drie jaar wordt samengewerkt tussen beide partijen.
Studie en sport
Certificaat Sportactieve school
In 2004 heeft het Roelof van Echten College, sector HAVO/ VWO als eerste school in Noord-Nederland het certificaat “Sportactieve school”gekregen. Om dit certificaat (een initiatief van de KVLO en het NOC*NSF) te krijgen, dient de school aan een aantal criteria te voldoen. De school organiseert diverse activiteiten en toernooien voor de verschillende jaarlagen. Er is contact met de gemeente en sportverenigingen om sport en bewegen breed te promoten, de school staat achter de handhaving van de minimumtabel zodat jongeren voldoende beweging krijgen. Meer hierover is te lezen op de website van de KVLO (www.kvlo.nl) of NOC*NSF (www.sport.nl).
7.1.2 Topsport Traject In 2003 is het Roelof van Echten College, sector HAVO/ VWO tot “Olympisch Steunpuntschool” uitgeroepen. De school heeft hierover een convenant getekend met het Talenten Steunpunt Noord Nederland (TSNN) en heeft van het TSNN de status “Olympisch Steunpuntschool” toegewezen gekregen. In Nederland zijn 13 nationale steunpunten die rechtstreeks vallen onder het NOC*NSF. (www.noordsport.nl) Het betekent dat de school zich heeft uitgesproken topsportvriendelijk te zijn en zich wil inzetten sporttalenten mogelijkheden te bieden sport en studie optimaal te combineren. De sector HAVO/VWO kan en wil (afhankelijk van de categorie waartoe het talent behoort) talenten daarvoor de volgende faciliteiten bieden: vrijstelling van huiswerk; uitstel van toetsen; extra verlof i.v.m. wedstrijden of toernooien; (incidenteel) aangepast rooster i.v.m. trainingstijden en studiebegeleiding door sportmentor en topsportcoördinator. Om de status “topsporttalent” te krijgen en gebruik te kunnen maken van de faciliteiten, moet een leerling aan een aantal criteria voldoen. Deze criteria zijn vastgesteld door het NOC*NSF en de nationale steunpunten. Op dit moment zitten er 31 leerlingen uit verschillende jaarlagen in het Topsport Traject:
Sportdiscipline Atletiek Golfen Gymnastiek Schaatsen Streetdance Tennis Turnen Badminton Volleybal Wielrennen Zwemmen Hockey Totaal
Talenten per 15 mei 2006 1 1 1 2 4 5 3 1 2 2 8 1 31
Elk sporttalent krijgt een “studiegids Topsport Traject” met een contract en alle gemaakte afspraken. De heren Linde en Veldboer zijn de sportmentoren. Zij nemen de taken over van de klassenmentor en coachen de sporttalenten, zodat de leerling studie en sport optimaal kan combineren. Uitgangspunt is daarbij altijd het behalen van een schooldiploma. Voor informatie over het Topsport Traject en aanmelding kan men contact opnemen met de school, telefonisch of per mail:
[email protected]
7.1.3 Toernooien en buitenschoolse activiteiten Elke jaarlaag heeft zijn eigen toernooien. Iedereen kan hieraan deelnemen. De toernooien hebben een verplicht karakter. In de onderbouw ligt het accent op klassentoernooien en in de bovenbouw is er ruimte voor keuzesporten. Bij klassentoernooien schrijft elke klas een aantal teams in voor bijvoorbeeld voetbal, unihoc, basketbal, badminton, volleybal, tafeltennis, turnen etc. In de onderbouw wordt een sport- en speldag georganiseerd en in de bovenbouw een indoor- en outdoortoernooi waarbij de leerlingen kunnen kiezen aan welke activiteit zij willen deelnemen. Daarnaast neemt de school deel aan 3 nationale toernooien; de nationale schoolkampioenschappen voetbal, volleybal, minitrampolinespringen en de Athenespelen. Voor deze toernooien vinden vooraf selecties plaats. Voor voetbal, volleybal en turnen kan iedereen inschrijven. De finales van deze zogenaamde Mission Olympic vinden elk jaar plaats in het Olympisch Stadion in Amsterdam. In de afgelopen jaren zijn diverse teams nationaal schoolkampioen geworden in de disciplines voetbal en volleybal. De Athenespelen zijn in principe voor bovenbouwleerlingen. Zij strijden twee dagen op 10 sportdisciplines in Groningen. In de afgelopen jaren hebben de leerlingen verschillende prijzen in de wacht gesleept, waaronder een aantal eerste plaatsen. Naast topsportbegeleiding kunnen de bovenbouwleerlingen in de vrije ruimte ook kiezen voor “gym als examenvak”. Dit vak LO2 bereidt de leerlingen voor op een vervolgstudie waar sport en bewegen of het organiseren van activiteiten centraal staan. Dit kan bijvoorbeeld zijn: beroep van (PABO)docent, geüniformeerde beroepen (bv. politie, brandweer), paramedisch beroepen (bv. fysiotherapeut). LO2 is ook
geschikt voor leerlingen die training geven of willen gaan geven bij een sportvereniging. Leerlingen die dit vak kiezen, organiseren verschillende activiteiten voor school of assisteren bij de organisatie (van o.a. de toernooien). Er kan ook gekozen worden voor bepaalde projecten buiten school (bv. buurtsportwerk, bewegen voor ouderen, adventure-skiwerkweek).
7.1.4 Motorische Remedial Teaching (M.R.T.) Aan brugklasleerlingen die (soms) moeite hebben met L.O.(onderdelen) wordt M.R.T. aangeboden. Niet elke leerling komt in aanmerking voor M.R.T. Elke brugklasleerling wordt voor de herfstvakantie getest. Hierbij worden verschillende basisbewegingen en –vaardigheden onder de loep genomen. Voor een aantal leerlingen volgt een uitgebreide test met loopoefeningen, huppelen, evenwichtsoefeningen, ooghand-coördinatie, werpen en vangen, opslaan van een bal en rollen. Met de testgegevens wordt een individueel handelingsplan opgesteld. Aan de hand van dit plan volgt de leerling wekelijks een aantal sessies M.R.T. Soms een paar keer en soms duurt het wat langer. Er wordt daarbij individueel of in kleine groepjes gewerkt. Dit gebeurt naast de normale L.O. lessen. M.R.T. is dus extra! Het blijkt dat met wat extra aandacht er met veel meer plezier weer aan de lessen L.O. wordt deel genomen. Binnen de sector HAVO/VWO is mevr. Reitsma de gespecialiseerde Motorisch Remedial Teacher. Een totaaloverzicht van de activiteiten die de sectie L.O. organiseert, staat op de website van de school.
7.2
Schoolmediatheek
Bibliotheek In het nieuwe gedeelte van het gebouw aan de Julianastraat ligt heel centraal op de eerste verdieping de mediatheek. Leerlingen van de sector HAVO/VWO kunnen hier boeken en tijdschriften lenen uit de schoolbibliotheek. Voor bijna alle vakken kan men hier terecht. Via het computerscherm van de centrale catalogus (die is aangesloten op de catalogus van de Drentse bibliotheken) kan men zien welke boeken op school of in de filialen van de openbare bibliotheken aanwezig zijn. Deze catalogus kan ook thuis worden geraadpleegd via www.obhoogeveen.nl De mediatheek is geopend van maandag t/m vrijdag van 08.30 – 16.00 uur. Lenen Leerlingen tot 18 jaar kunnen gratis een bibliotheekpasje krijgen. Leerlingen die achttien jaar of ouder zijn en die boeken willen lenen, kunnen kiezen voor een gratis abonnement waarmee alleen boeken geleend kunnen worden uit de schoolbibliotheek of een gecombineerd abonnement voor de schoolbibliotheek én de openbare bibliotheek Hoogeveen. In de schoolbibliotheek gelden de regels van de openbare bibliotheek Hoogeveen. Sinds de cursus 1999-2000 zijn als bibliothecaressen aan onze school verbonden: mevr. I.Muntinga-de Groot en mevr. A.Wiggers-Everts. Deze professionalisering
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
33
van de schoolmediatheek is nodig in het kader van de ontwikkelingen van de Basisvorming voor de onderbouw en de invoering van het Studiehuis voor leerlingen van de bovenbouw. Naast de klassieke lesvorm krijgen de zelfwerkzaamheid en zelfstandigheid van de leerling steeds meer aandacht. De bibliothecaressen verzorgen de opzet en het beheer van de schoolmediatheek. Ze werken daarbij samen met een aantal ouders, die als vrijwilliger een zeer belangrijk aandeel in de mediatheekwerkzaamheden hebben Nieuwe media In de mediatheek staan 23 computers met internetaansluiting. Op alle computers is een tekstverwerkingsprogramma aanwezig en de digitale encyclopedie Encarta. Ook kunnen leerlingen de zgn. Krantenbank, Literom en Uittrekselbank raadplegen. De Krantenbank is een zoekmachine waarmee het digitale archief van de landelijke dagbladen kan worden doorzocht. Met de Literom en Uittrekselbank kunnen recensies en uittreksels van boeken worden geraadpleegd. Wanneer de leerling een tekst wil overnemen kan hij/zij gebruik maken van een printer, Ook is er een kleurenprinter in de mediatheek aanwezig.(voor het printen wordt een bijdrage gevraagd).
34
Het studiehuis De mediatheek is onderdeel van het studiehuis. Het studiehuis is een (grote) ruimte waar leerlingen zelfstandig kunnen werken. In deze ruimte zijn veel individuele werkplekken met of zonder computer gecreëerd. Het is dan ook de bedoeling dat de leerlingen hier aan werkstukken , verslagen e.d. kunnen werken. Doordat de mediatheek in het studiehuis is opgenomen kunnen leerlingen prima gebruik maken van de reeds eerder genoemde voorzieningen. We hopen dan ook dat we met het studiehuis de leerlingen (nog) beter kunnen voorbereiden op hun vervolgstudie. Wanneer ouders geïnteresseerd zijn in het assisteren in de mediatheek, kunnen zij contact op nemen met de mediatheek (0528-295271) of met mevr. A.Wiggers (0528230738).
7.3
Administratieve zaken
Adreswijziging Ouders of verzorgers van leerlingen zijn verplicht bij eventuele verandering van adres de administratie zo spoedig mogelijk op de hoogte te stellen. Formulieren Formulieren die de schoolleiding ter ondertekening worden aangeboden (zoals de schoolverklaring i.v.m. de kinderbijslag) kunnen worden gedeponeerd in de bus bij de administratie. De formulieren kunnen in de regel de volgende dag weer worden opgehaald bij de conciërge.
7.4
Overzicht schoolkosten per leerjaar
Hiernaast wordt een overzicht gegeven van de schoolkosten die per leerjaar worden gemaakt. De kosten van het boekenpakket worden rechtstreeks door Van Dijk Educatie geïnd. Voor een aantal kosten ontvangen de ouders vooraf een éénmalige machtiging. Dit geldt bijvoorbeeld excursies, de werkweek of het brugklaskamp. De hieronder vermelde aanvullende leermiddelen dienen zelf aangeschaft te worden (woordenboeken, bijbel, geodriehoek, passer en rekenmachine e.d.). g zal geschieden.
Toelichting Algemene toelichting bij de boekenpakketten van Van Dijk Educatie: - de prijzen zijn berekend op basis van ‘huurpakketten’. Ook bij deze pakketten bestaat een deel van de aanschaf echter uit ‘koop’, zoals werkboeken en werkbladen. Deze kunnen niet meer geretourneerd worden. - De pakketprijzen voor de bovenbouw zijn afhankelijk van de gekozen vakken. De keuze kan per leerling variëren. Daarom zijn minimum en maximumbedragen genoemd. Voor exacte prijsopgave verwijzen wij u naar www.vandijk.nl, waar u op basis van leerjaar en gekozen vakken de exacte prijs kunt berekenen. - Pakketprijzen 4, 5 en 6V zijn gebaseerd op atheneum. Voor gymnasium moet rekening gehouden worden met een opslag voor een methode Klassieke Talen en eventueel boekenkosten voor een extra vak in de vrije ruimte, als dat nodig is om aan de examenverplichting voor het gymnasium te voldoen. Bij de specificatie 1 Woordenboeken Nederlands, Engels en Frans: Nederlands: Van Dale Pocketwoordenboek Nederlands, ISBN 9066487100 1e druk 2003 prijs € 9,95. Engels: Van Dale handwoordenboek set en-ne, ne-en +cdrom, ISBN: 906648022x prijs € 56,-Frans: Prisma ned-fra, ISBN 9027493014, prijs € 8,95 ; Prisma fra-ned, ISBN 9027493103, prijs € 8,95. Ook toegestaan is: Van Dale handwoordenboek set fra-ned, nedfra+cd-rom, ISBN 9066480238, prijs € 56,--. 2 Bijbel voor het vak godsdienst: Groot Nieuws Bijbel,(O.T. en N.T.), ISBN: 9061267641,prijs € 15,00 3 Woordenboek Duits: Prisma dui-ned, ISBN 9027493235, prijs € 8,95; Prisma ned-dui, ISBN 9027493197, prijs € 8,95. Ook toegestaan is: Van Dale handwoordenboek set dui-ned, ned-dui+cd-rom, ISBN 66480211, prijs € 56,--
Leerjaar Brugklassen
2H/A/G
Kostenspecificatie Boekenpakket Van Dijk Educatie (h/v) inclusief kosten aanvullend materiaal Brugklaskamp Woordenboeken voor de vakken Nederlands, Engels en Frans (gebruik gedurende gehele schoolloopbaan)1 Bijbel voor het vak godsdienst2 Sportkleding (aanschaf i.o.m. docent) Geodriehoek, passer Zakrekenmachine (aanschaffen aan het begin van de cursus, in overleg met de wiskundedocent) Excursies Woordenboek Duits3 Excursies Boekenpakket Van Dijk Educatie (inclusief kosten aanvullend materiaal)
3H/A/G
Boekenpakket Van Dijk Educatie (inclusief kosten aanvullend materiaal)
4H/V, 5H/V, 6V
Excursies Grafische Rekenmachine (type De TI 83)
4H
Boekenpakket Van Dijk Educatie (afh. van gekozen vakken) 5
4V
Aanvullend lesmateriaal, kopieerkosten e.d (afh. van gekozen vakken, kosten worden geïnd door docent) Excursies Werkweek Boekenpakket Van Dijk Educatie (afh. van gekozen vakken)
5H
Aanvullend lesmateriaal, kopieerkosten e.d (afh. van gekozen vakken, kosten worden geïnd door docent) Excursies Boekenpakket Van Dijk Educatie (afh. van gekozen vakken)
5V
Aanvullend lesmateriaal, examenbundels, kopieerkosten e.d. (afh. van gekozen vakken, kosten worden geïnd door docent) Excursies Boekenpakket Van Dijk Educatie (afh. van gekozen vakken)
6V
Aanvullend lesmateriaal, kopieerkosten e.d (afh. van gekozen vakken, kosten worden geïnd door docent). Excursies Werkweek Boekenpakket Van Dijk Educatie (afh. van gekozen vakken) Aanvullend lesmateriaal, kopieerkosten, examenbundels e.d (afh. van gekozen vakken, kosten worden geïnd door docent) Excursies
Bedrag € 320,84 55,00 84,85 15,00 25,00 Richtprijs: 5,00 Richtprijs: 5,00 35,00 17,90 35,00 354,33 (H/A) 371,64 (G) 403,39(H) 395,22(A) 476,26(G) 35,00 Min: 111,00 Max: 145,00 Min:351,00 Max: 525,00 Min: 30,00 Max: 80,00 17,50 325,00 Min: 426,00 Max: 717,00 Min: 30,00 Max: 65,00 35,00 Min: 231,00 Max: 422,00 Min: 30,00 Max: 106,86 17,50 Min: 311,00 Max: 450,00 Min: 30,00 Max:61,00 17,50 325,00 Min: 181,00 Max: 385,00 Min: 30,00 Max: 94,50 17,50
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
35
8.
Personeelsleden (situatie per 23 juni 2006)
Schoolleiding
jko
J. Kooi
ec
ekr
Mw. E.E. Kramer-Sijperda
fa
Sectordirecteur
oli
O. Linde
lo
G. Bolderman
gma
Mw. G. Masselink
go
amu
A.H. Mulder
na/if
Adjunct-sectordirecteuren
mni
Mw. M.P. Nienhuis
en
Dhr. L. Kroesen / Mw. G.W. Smid
ani
A.H. Nieuwenhuijs
wi
Dhr. J.N.J. Nammensma / Dhr. H.G. Wesseling
aoe
A.C. v.d. Oever
fa
hoo
H. Oosterhof
wi
hpe
Mw. H.M.T. Pelser
bi/vz
Decanen A.J. Bosch
havo
jpi
Mw. J.H.P. Piebes-van Weegberg
fa
Mw. I.C.W. Renkema-Betten
vwo
cpi
Mw. C. Pilon-Lopers
en
apo
A. van der Pol
na/sk
pre
Mw. P.H. Reitsma
lo fa
Docenten
36
hba
H. Bakhuis
go
ire
Mw. I.C.W. Renkema-Betten
gba
G. Barkhof
en
hri
H.C. la Roi
en
Mw. J.M.A. Rubingh-Bosscher
ot
jbi
Mw. J.J. Birza-Boes
ne
jke
kbl
K.N. Blanksma
ne
kru
Mw. K.J. van Ruler
te/ckv
mbl
Mw. M.S. Blanksma-de Vries
rt
jsc
J.J.H. Scholing
lo
hbo
H. Bodewitz
mu
ast
Mw. A.J.H. ter Steeg
fa
Mw. T. Stoker
ne/fa
ubo
U. de Boer
en
tst
abr
Mw. A.M. Borger
gs
hte
H. Teeninga
wi
abo
A.J. Bosch
gs
fth
F.W.J. Tharner
mu
pbo
P.L.R.M. Botermans
tn
hve
H. van der Veen
te/ha/tn
R.A. Veldboer
lo
mbo
M.J. Botter
wi
rve
jbo
J.C. Boxem
bi/anw
fve
F. Veldman
ne
tbr
T.C. Breen
my
evi
Mw. E. Visser
ne
pbr
P.J. Brongers
wi
jvr
Mw. J.H. Vrielink
ak
J.D. Warta
go
mbr
M.J. de Bruyn
ak
jwa
hdo
H. de Does
ne/gs
awe
A. Wendt
ew/gs
rel
Mw. R. Ellenbroek
lo
jwr
J. Werkman
tn
hgr
Mw. H.A. Feitsma-v.d. Greft
ne
wwi
W.J. van Willegen
ne/fil/go
Mw. E. Witmer-Oor
ak
dfe
Mw. D. Fenger
kt
ewi
jfi
J.B. Fisser
ec
aza
Mw. A. Zantinge
ne
mfo
M. de Fockert
gs
tze
Th.J. Zeinstra
sk/anw
hfo
Mw. H.S.M. du Fossé
fa
jfr
Mw. T. Frome
bi
egd
Mw. G.P. Gordeau
ne
gha
G.G. Hartog
bi/anw
dme
Mw. D.E.C. den Herder-Meijer
ckv/te/ha
she
Mw. S. Herrewijnen
du
gol
G.A.M. olde Heuvel
wi
aje
Mw. A.E. Jellema
fa
djo
Mw. D.A. de Jong
du
ajg
Mw. A.H. de Jonge-Spoelman
en
mke
Mw. M. Kef-Robijn
ew
ckn
C.M. Knaap
bi/if
yko
Mw. Y. Koene
du
Administratie
Technisch medewerker
Mw. H.A. Eefting-Keen
J. Diphoorn
Mw. M.C. Muis-Heyl Technisch onderwijsassistent (t.o.a.) Conciërges
E.J.F.M. Gilbert
K. Bouma
Mw. J. Jonker-Woltinge
A. Everts
Mw. R.C. Los-Barendregt
Mw. M. Stoefzand-Everts D.J.K. Tanalepy
Mediatheek Mw. A. Wiggers
Telefoniste/receptioniste
Mw. I. Muntinga
Mw. K.G. Schonewille-Bisschop Assistent techniek Toezichthouders
R.J. Reinders
Mw. M.L. Bruins-ter Haar Mw. B. Timpen-Makken
Huishoudelijke dienst Mw. J. Engels-Zomer
Roostermakers
Mw. B. Lunenborg-Jonkers
J.B. Fisser
Mw. C.D. Pol-Gils
Th.J. Zeinstra
Mw. L.A. Vos-Niemeijer
37
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
10. Plattegrond / bewegwijzering De school heeft een goede bewegwijzering. De nummers van de ruimten bestaan steeds uit drie cijfers. 00 - 39 = nieuwbouwgedeelte Het eerste cijfer geeft de verdieping aan. De laatste twee 40 - 59 = noordkant van de school cijfers geven aan aan welke kant van het gebouw dat lokaal (van de aula naar de verbindingsgang) te vinden is. 60 - 79 = de flat 80 - 99 = de brug
38
Begane grond
Tweede verdieping
Eerste verdieping
Derde verdieping
Ruimte voor notities
39
Roelof van Echten College • HAVO / VWO
Ruimte voor notities
40