Studiedag voor scheikundedocenten en toa's HAVO/VWO dinsdag 5 april 2016
Chemie in bedrijf: ondernemend onderwijs en onderzoek Onderwijsinstituut Moleculaire Wetenschappen Faculteit Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica
In samenwerking met: SLO, nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling Stichting C3 Nederlandse Vereniging voor het Onderwijs in de Natuurwetenschappen
Nijmegen, januari 2016
Beste scheikundedocenten en toa’s,
Namens het onderwijsinstituut Moleculaire Wetenschappen nodigt het Radboud Pre-University College (PUC) of Science u uit voor de achttiende landelijke studiedag voor scheikundedocenten en technisch onderwijsassistenten. Deze studiedag wordt gehouden op dinsdag 5 april a.s. op de Radboud Universiteit te Nijmegen. Het thema van de studiedag is: Chemie in bedrijf: ondernemend onderwijs en onderzoek. Chemie is continue in ontwikkeling. Hoe vertalen we deze ontwikkelingen vanuit het onderzoek en bedrijfsleven richting school en hoe werken de verschillende partijen samen om de scholieren de veelzijdigheid van chemie te laten ervaren? We hopen dat deze dag u inspiratie brengt om gezamenlijk deze ontwikkelingen in het onderwijs te brengen. De dag start met een plenaire lezing van prof. dr. Jan H. van Maarseveen (Universiteit van Amsterdam), getiteld: “Koolstof heeft de toekomst”. Vervolgens zijn er drie rondes met werkgroepen waarbij u kunt kiezen uit 30 mogelijkheden. De dag wordt afgesloten door prof. dr. Floris Rutjes (Radboud Universiteit) met een lezing getiteld: “Academicus anno 2016: onderzoeker, onderwijzer of ondernemer?” Een beknopte inhoudelijke beschrijving van de lezingen en werkgroepen treft u verderop in dit boekje aan. Natuurlijk is er op deze dag ook gelegenheid voor informeel contact met collega's om uw ervaringen uit te wisselen en om bij te praten. Aan de studiedag is een nascholingscertificaat verbonden. Het maximum aantal deelnemers is 275. De inschrijving geschiedt op volgorde van aanmelding. De kosten voor deelname aan de studiedag zijn € 50,00 per persoon. Achterin dit boekje vindt u de aanmeldingsprocedure. Deze dag is tot stand gekomen in samenwerking met Emiel de Kleijn (SLO), Laurens Houben, Marijn Meijer (Stichting C3), Jan van Lune (NVON), Susanne Verkuilen (NVON) en Hanny Heitink (Radboud PUC of Science). Graag tot ziens in Nijmegen.
Barbara Evertsen MSc. Coördinator Radboud PUC of Science
Inleiding Namens de organisatiecommissie nodig ik u graag uit voor de 18e scheikunde studiedag met de titel 'Chemie in bedrijf: ondernemend onderwijs en onderzoek'. Elk jaar komen in totaal ruim 350 docenten, technisch onderwijsassistenten en werkgroepleiders uit heel het land naar deze landelijke studiedag om elkaar te ontmoeten, te inspireren, ervaringen te delen en up-to-date te blijven ten aanzien van de nieuwste ontwikkelingen in het scheikundeonderwijs. Ook lio's en dio's zijn van harte welkom op deze studiedag. Dit jaar willen we speciale aandacht geven aan de ontwikkelingen in de chemie in onderwijs, onderzoek en onderneming. Er is reuring en bedrijvigheid op deze terreinen en die willen we op deze studiedag voor het voetlicht brengen en met elkaar verbinden. De domeinen E, F en G van de nieuwe examenprogramma's voor havo en vwo bieden hiervoor voldoende aanknopingspunten. Denk daarbij aan bijvoorbeeld: innovatieve (technologische) ontwikkelingen in de (proces)chemie, de koppeling tussen theorie, praktijk en beroep, bedrijfsstages en (bedrijven) Dot's. Kortom genoeg mogelijkheden voor onderwerpen en uitwerkingen voor werkgroepen die passen binnen dit thema. De werkgroepleiders hebben een eigen creatieve invulling gegeven aan dit thema. De onderwerpen hebben betrekking op vakinhoudelijke, vakdidactische en/of onderwijskundige aspecten en er worden concrete suggesties gedaan voor de dagelijkse lespraktijk. Verder zijn de uitgevers/auteurs aanwezig van Chemie, Chemie Overal, NOVA Scheikunde en van de stercollecties van VO-Content. Het scheikundeonderwijs blijft in beweging. Er wordt nieuw lesmateriaal gepresenteerd dat binnen de nieuwe methodes gebruikt kan worden. Macro-mesomicro-denken, een van de pijlers van de vernieuwing komt in meerdere werkgroepen aan de orde en er is aandacht voor de nieuwe examens. Deze studiedag biedt u als scheikundedocent of technisch onderwijsassistent de kans om te zien en ervaren hoe collega's handen en voeten geven aan het nieuwe programma. Natuurlijk is deze studiedag ook een goede gelegenheid om bestaande contacten te onderhouden en nieuwe contacten met vakcollega's te leggen en gezellig bij te praten. Ik zie er naar uit u op 5 april a.s. bij de studiedag op de RU Nijmegen (opnieuw) te mogen begroeten en wens u alvast een boeiende, leerzame en gezellige studiedag toe.
Emiel de Kleijn SLO, nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling (dagvoorzitter)
Programma
8.45 uur
Ontvangst
9.30 uur
Opening Barbara Evertsen (Radboud PUC of Science) en Emiel de Kleijn (SLO, Enschede)
9.35-10.15 uur
Openingslezing Prof. dr. Jan H. van Maarseveen (Universiteit van Amsterdam), “Koolstof heeft de toekomst”
10.30-11.30 uur
Eerste ronde werkgroepen
11.45-12.45 uur
Tweede ronde werkgroepen
12.45-13.30 uur
Lunch
13.45-14.45 uur
Derde ronde werkgroepen
15.00-15.45 uur
Slotlezing Prof. dr. Floris Rutjes (Radboud Universiteit) Academicus anno 2016: onderzoeker, onderwijzer of ondernemer?
16.00 uur
Sluiting Uitreiking nascholingscertificaten en borrel
Openingslezing Koolstof heeft de toekomst Prof. dr. Jan H. van Maarseveen Universiteit van Amsterdam Organische synthese is het maken van moleculen met een skelet van voornamelijk koolstof. Met deze discipline wordt in Nederland veel geld verdiend. Er zijn zelfs bedrijven die uitsluitend met synthese hun geld verdienen. Echter, de beste organisch syntheticus is de natuur. De natuur kan praktisch alles met koolstof, waarom doen chemici dat dan niet? Op het gebied van geneesmiddelen doen we dat al meer dan honderd jaar. Maar de focus op koolstof is momenteel een trend in meerdere gebieden. Zo ontwikkelen fysisch-organisch chemici elektronische materialen op basis van koolstof. Denk hierbij aan zonnecellen maar ook allerhande andere elektronische componenten. In auto’s en vliegtuigen worden metalen steeds meer door kunststoffen verdreven. DSM’s Dyneema is in feite simpel polyethyleen maar kabels van dit materiaal zijn vele keren lichter, slijtvaster én sterker zijn dan die van staal van gelijke dikte. Andere voorbeelden vinden we in de katalyse. De helft van de enzymen doet zijn werk zonder een metaal. Hierop geïnspireerd zijn er de afgelopen jaren veel metaalvrije katalysatoren ontwikkeld en is een geheel nieuw onderzoeksveld geopend: organokatalyse. Kortom, deze lezing zal laten zien dat de chemie rond koolstof een grote maatschappelijke toekomst heeft en een belangrijke bijdrage kan leveren aan onze kenniseconomie.
Slotlezing Academicus anno 2016: onderzoeker, onderwijzer of ondernemer? Prof. dr. Floris Rutjes Radboud Universiteit Van oudsher zijn de kerntaken van academici het verrichten van kwalitatief hoogstaand onderzoek enerzijds en het geven van goed vakinhoudelijk onderwijs anderzijds. Steeds nadrukkelijker wordt echter van academici ook verwacht dat hun onderzoek maatschappelijke relevantie heeft: geen ivoren torens, maar betrokkenheid bij uitdagingen die in onze samenleving een rol spelen. Die betrokkenheid kan op verschillende manieren vorm krijgen. Wetenschappelijk onderzoek kan bijvoorbeeld direct bijdragen aan het leveren van oplossingen voor maatschappelijke problemen (zoals de milieuproblematiek, het energieprobleem), of leiden tot nieuwe of verbeterde medicijnen voor het behandelen van ziekten. Maar wetenschappelijke resultaten kunnen ook inspireren en gebruikt worden om nieuwe generaties scholieren en studenten te enthousiasmeren en hen uiteindelijk op te leiden tot onderzoekers van de toekomst. In deze lezing zal ik een indruk geven van het wetenschappelijk onderzoek waar ik bij betrokken ben, hoe dit zich in de loop der tijd heeft ontwikkeld en vooral ook hoe dit mogelijkheden heeft geboden om nieuwe spin-off ondernemingen op te richten. Een voorbeeld hiervan is ons onderzoek op het gebied van synthese in continue flow microreactoren, waar we zo’n 10 jaar geleden een start mee hebben gemaakt. In die tijd bestond er nog vrijwel geen commerciële apparatuur voor het uitvoeren van continue flow reacties en was er relatief weinig bekend over de mogelijkheden die dat soort reacties zouden kunnen bieden. In de loop van dat onderzoek is zowel hardware als software ontwikkeld waarmee routinematig – en zelfs geautomatiseerd – reacties in continue flow konden worden uitgevoerd. Een van de voordelen van flowchemie is dat reacties onder nietconventionele omstandigheden kunnen worden uitgevoerd. Verder is het mogelijk om reacties ultrakort te verhitten of naar ultrakorte reactietijden (orde van milliseconden) te gaan. Op basis van deze nieuw ontwikkelde kennis en, niet-onbelangrijk, het initiatief en ondernemerschap van een tweetal promovendi op dit onderzoek, werd eind 2007 de onderneming FutureChemistry opgericht. FutureChemistry werkt nauw samen met diverse academische onderzoeksgroepen om continu nieuwe technologie te ontwikkelen. Tegelijkertijd proberen we ook weer om deze nieuwe technologie in het onderwijs een plaats te geven en studenten in een vroeg stadium met deze technologie in aanraking te laten komen. Het moge uit deze korte samenvatting duidelijk zijn dat onderzoek, nieuwe bedrijvigheid en onderwijs nauw met elkaar verbonden zijn en elkaar nadrukkelijk kunnen versterken. Kortom, een academicus anno 2016 is zowel onderzoeker, als onderwijzer, als ondernemer!
Werkgroepen Er worden 30 werkgroepen aangeboden in 3 rondes. Aan een werkgroep kan door 25 personen worden deelgenomen. Deelnemers kunnen kiezen bij opgave voor de studiedag aan welke werkgroepen zij willen meedoen. Graag 5 werkgroepen in volgorde 1 t/m 5 aangeven; zo veel mogelijk worden de keuzes 1 t/m 3 toegewezen. 1. Chemie, de nieuwe editie voor 3 havo en vwo, Sylvia Gerritsma, Maureen Velzeboer-Breeman en Heleen Driessen 2. Chemie overal in ontwikkeling, Peter Koopmans en Juleke van Rhijn 3. Ontdek de nieuwe Nova voor havo en vwo! , Aonne Kerkstra en Eugene Wijnhoven 4. De Stercollecties scheikunde: de docent aan het woord, Herbert van de Voort en Sander Bons 5. Micro-macro in de schoolpraktijk (uit de eigen lesmethode van het Zaanlands Lyceum: “Chemie in Onderzoek”), Henk Ubbels en Huib van Drooge 6. De nieuwe scheikunde examens; resultaten, voorbereidingen en verwachtingen, Martie Kwaks en Emiel de Kleijn 7. Kennisbasis natuurwetenschappen en technologie voor de onderbouw, wat heb je daar nou aan?, Arne Mast en Wout Ottevanger 8. Nanotechnologie, Jan Apotheker 9. Scrummen tijdens de scheikunde les, Hans Vogelzang 10. 'Irresistible' vakoverstijgende modules over koolhydraten en poolgebieden voor havo en vwo, Eva Teuling en Else Henneke 11. Minididactiek, Hein Bruijnesteijn 12. Ontwikkelingen in modules: Zuren en basen of reactiemechanismen, Sander Haemers 13. Met macro-micro-redeneren wordt de scheikundeles spannend, Susanne Dirks-Trommelen en Jan de Gruijter 14. Blended Learning Werkt (Niet)!, Rianne Poot 15. Flipping the classroom (van concept naar complete methode), Jouk Wilts 16. Innovaties in (analytische) chemie – Samenwerken met bedrijven en kennisinstellingen, Oscar van den Brink en Iris de Lange
17. Alles kan kapot, Frank Mol en Esther Velner 18. Chemie in bedrijf, TOA DOT UT Enschede in bedrijf, Henriëtte Klein Bluemink 19. Onderzoeksproject bakpoeder en azijn, Jurgen Schepers en Mark de Hiep 20. Experimentencarroussel. Zelf meten met Vernier sensoren, eigen tablet of smartphone, video koppelen met Logger Pro, Anne Topma 21. Onderzoekend meten en procesmodellen in Coach 7, Sander Habets 22. Macro-meso-micro denken de klas in!, Marijn Meijer en Ria Dolfing 23. C3- wedstrijdchemie 2016, Ilonka Mekes en Joy Kerklaan 24. Pee to grow a tree, Wil Gradussen, Jan Schoenmaker en Fer Coenders 25. Hoogwaardige polymeerproductie en duurzaamheid, een homogene mix?, Henk Knoester en Danielle van Woerden 26. Leraar in Bedrijf, Lotte van den Berg en Marieke Wolthoff 27. Welkom in de wereld van Science-Web.nl, Luuk Janssen en Joris van Elferen 28. Hoe kan ik mijn leerlingen voorbereiden op redeneervragen in het scheikunde-examen?, Hella Fries 29. Toelichting op de bijlagen bij de syllabus, Jan van Lune 30. Hoe maak je feedback op een toets leerzaam voor je leerlingen?, Renske de Kleijn
1. Chemie, de nieuwe editie voor 3 havo en vwo Sylvia Gerritsma (Noordhoff Uitgevers), Maureen Velzeboer-Breeman (auteur, Carmel College Salland) en Heleen Driessen (auteur) Vanaf schooljaar 2017-2018 kunt u met de nieuwe 7e editie van Chemie aan de slag in klas 3 havo en vwo. Chemie biedt de concepten zoveel mogelijk vanuit de practica en contexten aan. Steeds is er daarbij volop aandacht voor innovatieve ontwikkelingen, eigentijdse toepassingen van de scheikunde en de koppeling tussen theorie, praktijk en beroep. In de nieuwe editie ligt meer nadruk op de verwerking van de leerstof door middel van opdrachten en de paragraaf Toepassing. Chemie geeft u een handvat voor differentiatie bij de leerstofverwerking. De nieuwe ICT van Chemie biedt uw leerlingen extra ondersteuning door uitlegfilmpjes, filmpjes van proeven en extra oefen- , verdiepings- en toetsvoorbereidingsopdrachten op maat. De nieuwe ICT wordt zo ontworpen dat uw leerlingen adaptief en gepersonaliseerd kunnen leren. Het leerlingvolgsysteem en de digitale toetsing zorgen voor veel gebruiksgemak voor u als docent. We horen graag uw mening over de nieuwe derde klas boeken van Chemie en uw wensen en suggesties voor de ICT en toetsing. Tot slot is er de gelegenheid uw ervaringen te delen met ons en uw collega’s. Meer informatie over de methode Chemie vindt u op www.chemie.noordhoff.nl.
2. Chemie overal in ontwikkeling Peter Koopmans (uitgever, Noordhoff Uitgevers) en Juleke van Rhijn (eindredacteur) Vorig jaar presenteerden we een eerste opzet voor de nieuwe derde klas editie die in 2017 verschijnt. We kunnen u nu het definitieve concept presenteren en voorbeeldmateriaal laten zien. Intussen hebben we niet stil gezeten en zijn we ook gestart met de ontwikkeling van de herziening van de Tweede Fase delen. We horen graag uw ervaringen met de huidige Tweede Fase editie en staan open voor uw ideeën en suggesties voor verbeteringen. Bent u tevreden over de inhoud en leerstofvolgorde? Is er voldoende gelegenheid om te oefenen? Zijn de contexten relevant en motiverend? Is er voldoende aandacht voor duurzaamheid en innovatieve (technologische) ontwikkelingen? Of moet het boek zich beperken tot de concepten? Heeft de ICT voldoende meerwaarde of verwacht u een andere invulling? Hoe belangrijk vindt u het dat lesmateriaal adaptief is? Hoe ziet u het liefst de samenhang tussen macro, meso en micro uitgewerkt? En in hoeverre dient beroepsoriëntatie een plek te krijgen in de methode? Allemaal interessante vragen waarover we graag met u in discussie gaan. Uw mening telt en de uitkomsten van de discussie zullen we meenemen in de herziening zodat deze nog beter aansluit op uw wensen. Tijdens de werkgroep zijn ook een of meer auteurs van de methode aanwezig. Met hen kunt u in gesprek. Wellicht denkt u zelf wel eens na over het auteurschap. U kunt de ervaringen uit eerste hand horen. Meer informatie over de methode Chemie Overal vindt u op www.chemieoveral.noordhoff.nl.
3. Ontdek de nieuwe Nova voor havo en vwo! Aonne Kerkstra (auteur) en Eugene Wijnhoven (uitgever, Uitgeverij Malmberg) Maak kennis met de nieuwe Nova voor leerjaar 3. Hoe worden de meest recente ontwikkelingen in de chemie voor het voetlicht gebracht? Wat is gedaan om aansluiting met het nieuwe examenprogramma te verzekeren? In hoeverre wordt daardoor de (tijds)druk in de bovenbouw vwo verminderd? Hoe krijgt u sneller inzicht in de vorderingen van uw leerlingen en kunt u op basis daarvan differentiëren en adviseren? En tenslotte: wat kun je in leerjaar 3 al bereiken met micro/meso/macro-denken opdat de overgang naar de bovenbouw wordt verkleind? Bekijk het in deze workshop en teken in voor uw gratis beoordelingspakket.
4. De Stercollecties scheikunde: de docent aan het woord. Herbert van de Voort (Hyperion Lyceum), Sander Bons (auteur Stercollecties scheikunde) Ervaar de Stercollecties scheikunde van VO-content: open digitale leerlijnen van activerend en contextrijk materiaal voor de bovenbouw havo en vwo. Uiteraard gericht op het nieuwe eindexamenprogramma. Wilt u uw methode verrijken met ander leermateriaal? Of (onderdelen van) uw methode vervangen door interactief online leermateriaal? En geeft u les in de bovenbouw havo of vwo? Dan is deze werkgroep beslist iets voor u! Stercollecties kunnen aanvullend gebruikt worden of als basis voor vervanging van een methode. De Stercollecties zijn gebaseerd op de modules die voor Nieuwe Scheikunde zijn ontwikkeld. Deze modules zijn omgezet in een digitale variant, bewerkt met interactieve elementen en online beschikbaar gemaakt. Het leermateriaal is open beschikbaar zonder inlogcodes. De werkgroep start met een zeer korte toelichting van de Stercollecties. Docent Herbert van de Voort laat vervolgens zien hoe hij het materiaal gebruikt in zijn lessen. Daarna heeft u de gelegenheid zelf met het leermateriaal aan de slag te gaan. Wilt u alvast een kijkje nemen? Ga naar www.vo-content.nl en klik door naar de Stercollecties scheikunde.
5. Micro-macro in de schoolpraktijk (uit de eigen lesmethode van het Zaanlands Lyceum: “Chemie in Onderzoek”) Henk Ubbels (Zaanlands Lyceum, Chemie in Onderzoek) en Huib van Drooge (Zaanlands Lyceum) In de nieuwe eindexamens worden de leerlingen behoorlijk bevraagd op het micro-macro denken. Op het Zaanlands Lyceum gebruikt men de eigen lesmethode “Chemie in Onderzoek” om de leerlingen op een gedegen wijze voor te bereiden op het centraal examen. In de workshop wordt aangegeven hoe we op het Zaanlands Lyceum vanaf klas 3 h/v invulling geven aan het heen en weer denken tussen waarnemingen die we zien en de verklaring die we kunnen geven op deeltjesniveau. Dit doen we door middel van een voorbeeld van de lespraktijk, waarin het micro-macro denken centraal staat. Aan de hand van een practicum en leerlingenantwoorden bij dit practicum komen de problemen, die leerlingen hebben met micro – macro aan de orde en welke mogelijke oplossingen daarvoor zijn. Tijdens de plenaire afsluiting is er voldoende stof en ruimte voor discussie!
6. De nieuwe scheikunde examens; resultaten, voorbereidingen en verwachtingen Martie Kwaks (OSG Erasmus) en Emiel de Kleijn (SLO) Uit de NVON-examenbesprekingen van het afgelopen schooljaar is gebleken dat een groep docenten en leerlingen (onaangenaam) verrast was door een aantal vragen in het nieuwe havo examen. Ook het toe te passen correctiemodel riep soms vragen op. In deze werkgroep analyseren en vergelijken we de (pilot)examens 2015, de bijbehorende correctiemodellen en de examenresultaten. Wat was er nieuw/anders en hoe hebben de leerlingen gescoord op deze onderdelen? Wat kunnen we hiervan leren? Hoe kun je je leerlingen (beter) voorbereiden op de nieuwe examens? Waar moet je op letten? Er worden concrete voorbeelden gegeven uit de lespraktijk. Daarna zetten we de nieuwe onderdelen van de examenprogramma's nog eens op een rij en blikken vooruit naar de nieuwe examens. Wat kunnen we verwachten? Hoe kunnen de leerlingen zich (beter) hier op voorbereiden? Tip: breng de examenresultaten van je eigen havo- en vwo-leerlingen van schooljaar '14-'15 mee zodat je die tijdens deze werkgroep kunt vergelijken en bespreken met collega's.
7. Kennisbasis natuurwetenschappen en technologie voor de onderbouw, wat heb je daar nou aan? Arne Mast (Arnemast.nl), Wout Ottevanger (SLO) In 2014 verscheen de Kennisbasis natuurwetenschappen en technologie voor de onderbouw vo. Je vindt daarin het hele vakgebied overzichtelijk beschreven in de (aparte) vakken natuurkunde, scheikunde, biologie, fysische geografie en technologie. Voor zowel vwo, havo als vmbo zie je voor elk vak afzonderlijk een indeling in vakinhouden, werkwijzen en (een beetje nieuw) denkwijzen. Leuke kost voor schoolboekenschrijvers, of lerarenopleiders, of desnoods studenten aan de lerarenopleiding, denk je misschien. Maar wij denken dat je er als “gewone” docent of docente ook veel aan kunt hebben. Op veel scholen wordt voor de onderbouw gewerkt met of aan een vakoverstijgend of zelfs geïntegreerd (science) curriculum. Op andere scholen is men bezig met het laten zien wat wetenschap eigenlijk betekent. Of zijn de leerlingen bij bijvoorbeeld techniek druk aan het ontwerpen. En nog weer elders staan toepassingen, beroepen en opleidingen centraal. Eigenlijk kun je zeggen dat elke leraar of lerares die werkt aan zijn of haar onderwijs en verder kijkt dan het boekje, iets aan de kennisbasis kan hebben. In deze werkgroep werken we met z’n allen een voorbeeld uit. Maar je krijgt ook enkele voorbeelden mee, en … de kennisbasis zelf natuurlijk! O ja, ... en neem voor de werkgroep alsjeblieft je smartphone, tablet of laptop mee. En zet kahoot.it vast in de favorieten of bookmarks. Want een toets doen we ook nog even ;-)
8. Nanotechnologie Jan Apotheker (Rijksuniversiteit Groningen) Binnen het project ‘Irresistible’ zijn een twaalftal modules ontwikkeld. Een aantal daarvan zijn geschikt gemaakt voor Nederland. Twee van deze modules, uit Israël en Turkije, zijn inmiddels gepubliceerd in wikiwijs. Beide modules zullen gepresenteerd worden tijdens de werkgroep, waarbij je direct in de modules kunt kijken. Beide modules zijn gepubliceerd in wikiwijs, waardoor ze direct in je eigen ELO gebruikt kunnen worden. De module uit Israël is geschikt voor klas 3 en richt zich op zonnecellen. Het gaat daarbij specifiek om Grätzelcellen. Vervolgens richten de leerlingen op de vraag: ‘kunnen we de ramen op school vervangen door doorzichtige zonnecellen?’. Ze leren het nodige over alternatieve bronnen van energie en maken een tentoonstelling naar aanleiding van deze vraag. De andere module, uit Turkije heeft als titel ‘nanotechnologie in gezondheidswetenschappen’. In deze module bedoeld voor klas 4 of 5 wordt wat dieper ingegaan op nanodeeltjes, de manier waarop die zichtbaar gemaakt kunnen worden. Microscopie, de elektronenmicroscoop, de SEM en de AFM komen aan de orde. Specifiek is het thema van de module het gebruik van nanozilverdeeltjes in textiel. Dit AgNP heeft een antibacteriële werking, die in ziekenhuizen een rol kan spelen bij een MRSA infectie en de preventie daarvan.
9. Scrummen tijdens de scheikunde les Hans Vogelzang (Greijdanus College) De nieuwe examenprogramma’s voor scheikunde, gebaseerd op de context-concept-benadering, zijn ingevoerd. Tijd voor een nieuwe fase! De vakinhoudelijke vernieuwing moet nu in de dagelijkse lespraktijk een plek krijgen. Dat roept de vraag op welke didactiek het beste past bij het nieuwe programma, bij de leerlingen en bij de docenten. Contextgerichte benadering vraagt om een activerende didactiek. In de afgelopen jaren heb ik ervaring opgedaan met de activerende didactiek, scrum@school (www.scrumatschool.nl). Ik heb gemerkt dat deze didactiek mijn leerlingen stimuleert om vlot aan het te werk gaan en te blijven. En nog belangrijker: scrum@school bevat elementen die het leren van vakinhoudelijke concepten bevordert. Bovendien ontlokt de scrumdidactiek op een natuurlijke manier reflectie op vakinhoud en leerproces. In de werkgroep ga ik in op mijn ervaringen met de scrumdidactiek en de resultaten van meerjarig, systematisch onderzoek aan de effecten van scrummen op leerlingen en op hun leerresultaten. In de werkgroep komen de eerste resultaten van dat onderzoek aan de orde. De scrumdidactiek is gebaseerd op een succesvolle methodiek uit de ICT-wereld. In korte sprints werken kleine groepen aan heldere en duidelijke doelstellingen. Elke sprint wordt afgerond met een review waarin gereflecteerd wordt op de vakinhoudelijke kwaliteit van het werk. Ook worden verbeterpunten opgesteld die in de volgende sprint weer worden toegepast. In de ICT-wereld heeft dit voor veel projecten geleid tot een kortere doorlooptijd en een hogere kwaliteit. Tijdens de werkgroep gaan we de scrumdidactiek simuleren aan de hand van een (sterk ingekorte) sprint uit een scheikundeles. Zo ontstaat een realistisch beeld van de (on)mogelijkheden van deze didactiek.
10. 'Irresistible' vakoverstijgende modules over koolhydraten en poolgebieden voor havo en vwo Eva Teuling (Science LinX, Rijksuniversiteit Groningen), Else Henneke (Lindecollege) In het EU-project IRRESISTIBLE zijn vakoverstijgende lesmodules over actuele natuurwetenschappelijke onderwerpen ontwikkeld. Uniek aan deze lesmodules is dat ze actueel onderzoek op een begrijpelijke manier voor leerlingen verwoorden, en zijn ontwikkeld door docenten, onderzoekers en medewerkers van Science Centra. De modules zijn gebaseerd op didactische methodes van onderzoekend leren, waaronder, als afsluiting van de lessen, een tentoonstelling over de geleerde stof en de ethische aspecten. Door verschillende werkvormen wordt aandacht geschonken aan “Responsible Research and Innovation”, oftewel de ethische aspecten van wetenschappelijk onderzoek en innovaties. In deze workshop gaan we aan de slag met twee ontwikkelde modules: één over koolhydraten in moedermelk (scheikunde/biologie) waarin onderwerpen als spijsvertering, microbiologie, biochemie en proceschemie aan de orde komen, en één over ecosystemen op de poolgebieden (scheikunde/biologie) waarin ook veel aandacht is voor academische vaardigheden. Binnen het project zijn ook lesmodules over nanotechnologie (natuurkunde/scheikunde) ontwikkeld, deze worden gepresenteerd in een andere workshop (werkgroep 8 Nanotechnologie door Jan Apotheker). De workshop bestaat uit een algemene uitleg over het project IRRESISTIBLE, de didactische methode en Responsible Research and Innovation, en een kort overzicht van de inhoud van de lesmodules. Daarna zullen er korte activiteiten gedaan worden zoals een quiz, proefjes, het bekijken van leerlingenpresentaties en het doornemen van het lesmateriaal. De lesmodules zijn geschikt voor meerdere vakken van bovenbouw havo/vwo. De modules zijn ook in het Engels beschikbaar, dus ook zeer geschikt voor tweetalig onderwijs. Van de module over koolhydraten is ook een vmbo-versie beschikbaar.
11. Minididactiek Hein Bruijnesteijn (Educatief) Door leerlingen vragen te stellen of opdrachten te geven zet je ze aan het werk, aan het denken. Door dit in een interactieve, klassikale setting te doen ontstaat er een gemeenschappelijke werksfeer. Laat leerlingen met de leerstof stoeien en systematiek ontdekken: verbanden leggen, patronen herkennen, feiten/begrippen ordenen/rangschikken, overeenkomsten en verschillen vaststellen, rode draden spinnen … Dit bevordert het begrip en … begrip blijft over als de feiten vergeten zijn. In deze werkgroep gaan we met behulp van activerende werkvormen aan de slag met bovengenoemde activiteiten onder het motto de leerling aan het werk en de docent voert de regie. Er komen voorbeelden aan bod die meteen in de klas kunnen worden uitgevoerd of die we samen ter plekke daarvoor aanpassen of ontwikkelen. Bijvoorbeeld: • Scheiden of ontleden? • Wat is de mol? • Zure stof of zure oplossing? • Wet van behoud van mol … Een werkgroep lang werken aan en praten over antwoorden op de vraag hoe ‘vertel’ ik het mijn leerlingen, blijkt altijd weer erg inspirerend te zijn.
12. Ontwikkelingen in modules: Zuren en basen of reactiemechanismen Sander Haemers (Stanislascollege) Op het Stanislascollege in Pijnacker is nog steeds het streven om het vwo scheikunde onderwijs in modules aan te bieden. Het niet afhankelijk zijn van een uitgever, maar vooral het gegeven dat je modules zelf kan blijven ontwikkelen zie ik als een groot voordeel. Helaas zitten er soms juist in de (nieuwe) domeinen van de syllabus nog wat hiaten. Afgelopen jaren zijn er twee hiaten opgevuld. Als eerste een module over zuren en basen en daarna een module over reactiesnelheden en mechanismen. De eerste module “Zuur versus glazuur” is niet zozeer nieuwe scheikunde, maar eerder een zeer systematische behandeling van het onderwerp zuren en basen. De module heeft een dun context sausje, maar blijkt voor leerlingen toch voldoende interessant. Leerlingen waarderen de systematische aanpak en ervaren het onderwerp als een logisch geheel. De module levert dan ook heel aardige resultaten bij de afsluitende toets. De tweede module “Reacties” is een verregaande bewerking van de module “Hoe verlopen reacties” van Coen Klein Douwel en Frans Arnold welke is uitgebreid met het botsende deeltjes model, activeringsenergie en de snelheidsconstante. Wederom is er eerst geprobeerd en logisch geheel van te maken en wordt er nog gewerkt aan de context. In de workshop gaan de deelnemers in tweetallen één of enkele paragrafen uit een module naar keuze doorwerken. De workshop wordt afgesloten met een plenaire bespreking van de bevindingen van de deelnemers. Tijdens de workshop zal er zeker ook ruimte zijn om vragen te stellen over het werken met modules en ervaringen daarmee uit te wisselen.
13. Met macro-micro-redeneren wordt de scheikundeles spannend Susanne Dirks-Trommelen (Fontys Lerarenopleiding) en Jan de Gruijter (Fontys Lerarenopleiding) Het nieuwe scheikundeprogramma biedt mogelijkheden om fraaie en verrassende chemie in de klas aan de orde te stellen. Bij het gebruik van nieuwe materialen is veel kennis van de microstructuur nodig om eigenschappen van het materiaal te kunnen voorspellen. De zelfherstellende werking van verf bijvoorbeeld was nooit ontdekt als wetenschappers de microstructuur van polymeren niet heel precies kenden. Daardoor kwamen ze op het idee polymeer een zodanige viscositeit te geven dat een kras in de verflaag bij hogere temperatuur volloopt en de beschadiging wordt hersteld. Als leerlingen macro-micro-redeneren leren, kunnen ze ook op grond van kennis van de (micro- of meso)structuur eigenschappen verklaren en misschien wel voorspellen. Zo komt het werk van de chemicus die in de research of in de industrie werkzaam is, in de klas aan de orde en krijgen leerlingen een innovatief beeld van chemie. Tijdens de masterclass komen onderwerpen aan de orde zoals: Waarom is spindraad zo ontzettend sterk en ook nog veerkrachtig? Een theoretisch probleem, maar er zijn ook heel praktisch uitvoerbare problemen te stellen: Hoe kunnen we met een modelexperiment de afgifte van medicijnen controleren? En: Waarvan is de wateropname van superslurpers afhankelijk? Studenten van onze lerarenopleiding hebben onderzoek gedaan naar geschikte onderwerpen waarbij het macro-micro-redeneren een rol speelt. Het ontwikkelde lesmateriaal is op een school uitgeprobeerd en resultaten daarvan komen ter sprake. En tot slot worden over macro-microredeneren tijdens examens interessante vragen gesteld.
14. Blended Learning Werkt (Niet)! Rianne Poot (Centrum voor Onderwijs en Leren - Universiteit Utrecht) In het hoger onderwijs wordt door docenten druk geëxperimenteerd met de inzet van Blended Learning: het integreren van ICT-tools in het huidige onderwijs. Zo worden er o.a. e-modules ontwikkeld, votingtools gebruikt en kennisclips gemaakt. Maar werkt dit soort onderwijs nu? Zijn studenten gemotiveerder? Halen ze betere cijfers? Aan de hand van good- (en mal-)practices, worden de lessen die het hoger onderwijs heeft geleerd over blended learning uiteengezet en maken we samen de vertaalslag naar interessante mogelijkheden voor het scheikundeonderwijs in het VO.
15. Flipping the classroom (van concept naar complete methode) Jouk Wilts (Greijdanus, ZoetZoutZuur) Flipping the classroom is een didactiek om doormiddel van video de klassikale uitleg buiten de les te houden. De leerling kijkt thuis voor de les een video met uitleg. Tijdens de les wordt geoefend met opgaven, practica of groepsopdrachten. Doordat de uitleg niet in de les plaats vindt, is er meer tijd om leerlingen te begeleiden in hun eigen leerproces. Flipping the classroom is te gebruiken in alle jaarlagen. Vanuit de lespraktijk blijkt dat videouitleg die nu online te vinden is niet goed aansluit bij de opgaven uit boeken. Om tot een sluitend geheel te komen heb ik zelf uitlegvideo’s, opgaven en practica gemaakt. Tijdens de werkgroep doen we een les zoals die met flipping the classroom kan worden gegeven. We maken gebruik van het materiaal voor twee lessen havo 3. Er is tijd om vragen te stellen over concept, materiaal en de praktische uitvoering ervan. Om mee te kunnen doen, is het wezenlijk dat u vooraf de twee volgende video’s heeft gekeken (totaal 20 min). Deze staan op vimeo onder deze link: https://vimeo.com/139259643 en https://vimeo.com/145272905. De eerste video heeft als onderwerp “scheiden 1”, de tweede “kloppend maken”. Deze beide video’s zijn beveiligd met het wachtwoord: zoetzoutzuur.
16. Innovaties in (analytische) chemie – Samenwerken met bedrijven en kennisinstellingen Oscar van den Brink (TI-COAST ) en Iris de Lange (TI-COAST ) COAST is een publiek-private samenwerking. Wij werken samen met bedrijven en kennisinstellingen om analytische scheikunde verder te brengen. Chemisch meten is van groot belang en dat mag de leerling best weten. Analytische scheikunde is niet alleen onmisbaar voor innovatie in de (maak)industrie, maar ook zeer relevant voor zaken als veiligheid van producten, veiligheid van voedsel, gezondheid, milieukwaliteit, kwaliteit van materialen, forensisch onderzoek, enzovoort. Samen met jullie willen we uitzoeken welke analytische technieken het leukste en meest relevant zijn om te behandelen in de klas. Wij als COAST bieden een variëteit aan cursussen aan waarin verschillende technieken inhoudelijk worden behandeld of waar de toepassing in de verschillende economische sectoren zichtbaar wordt. Voor dit laatste denkt men aan farmaceutische analyse, kunststofanalyse, wateranalyse, analyse van kunstvoorwerpen etc. We zien en bewerkstelligen in toenemende mate dat de apparatuur waarmee we analytische metingen doen kleiner wordt. Dit stelt ons steeds meer in staat om on the spot analyses te doen. Wij zien die verkleining in diverse technieken als UV- en zichtbaar licht-spectroscopie, Ramanspectroscopie, Röntgenfluorescentiespectroscopie, massaspectroscopie etc. Ook dit biedt kansen voor (praktische proeven in) het onderwijs. In de workshop stellen we de volgende vragen centraal:
Welke onderwerpen zijn interessant voor leerlingen om meer over te leren? Welke onderwerpen zijn interessant voor u om meer over te leren? Dit kan bijvoorbeeld een inleidende cursus zijn over een (voor u nog) onbekende of minder bekende techniek, of juist een verdiepende cursus gericht.
Welke cursussen moeten we aanbieden om het vakgebied begrijpelijker te maken voor de leerlingen? Tijdens deze werkgroep maken we graag gebruik van uw inzichten en ervaringen om te zorgen dat het beeld dat leerlingen van het werkgebied hebben verandert en aantrekkelijker (=realistischer) wordt. www.ti-coast.com
17. Alles kan kapot Frank Mol en Esther Velner (Baudartius College) Monogamie binnen de chemie? Alles kan kapot, hoe sterk het chemische huwelijk ook is. Er zijn verschillende soorten chemische bindingen; moleculaire stoffen, zouten, metalen en covalente netwerken. Daar horen verschillende theorieën bij welke de verschillende eigenschappen kunnen verklaren. In deze benadering laten we een lichtje schijnen over de verschillende soorten bindingen en hoeveel energie er nodig is om deze verschillende soorten bindingen kapot te krijgen. En passant nemen we de Lewis theorie en VSEPR theorie mee in dit practicum.
18. Chemie in bedrijf, TOA DOT UT Enschede in bedrijf Henriëtte Klein Bluemink (Montessori College Twente, Universiteit Twente) In deze workshop maak je kennis met de practica die door een enthousiaste club TOA’s (her)ontwikkeld is in een TOA ontwikkelteam (DOT) van de Universiteit Twente. Denk hierbij aan practica uit de methodes die niet goed werken. Maar als je als DOT deelnemer zelf practica wilt ontwikkelen is daar ook ruimte voor. Voor deze workshop hebben we practica meegenomen waar je zelf mee aan de slag kunt. En er is gelegenheid om met elkaar en met de begeleiders te ‘sparren’ over de practica. De practica van vandaag staan in een werkboekje dat je mee krijgt.
19. Onderzoeksproject bakpoeder en azijn Jurgen Schepers (Texas Instuments) en Mark de Hiep (Texas Instuments) Deze onderzoeksopdracht kan gebruikt worden om leerlingen begeleid onderzoek - in de 3e klasof zelfstandig onderzoek bovenbouw te laten uitvoeren. De opdracht bestaat uit verschillende fasen zoals een voorbereiding, opstellen van een onderzoeksvraag en bijbehorend werkplan, de uitvoering, verwerken van gegevens en het rapporteren. Dit eenvoudige experiment is dus uitermate geschikt om leerlingen te leren onderzoeken en de stappen die daarin genomen kunnen worden te laten ervaren. In deze werkgroep ervaar je hoe deze fasen zijn gerealiseerd in de klas en hoe elk simpel experiment geschikt is om leerlingen het onderzoeksproces te laten ervaren!
20. Experimentencarroussel. Zelf meten met Vernier sensoren, eigen tablet of smartphone, video koppelen met Logger Pro Anne Topma (Eurofysica BV) Deze studiedag staat in het thema van technologische ontwikkelingen in de chemie. Op school wordt geprobeerd om onze leerlingen ook vanuit deze context chemische concepten aan te leren. Eurofysica heeft op onderwijsgebied de exclusieve vertegenwoordiging van een bijzonder innovatief bedrijf in de internationale educatieve markt: Vernier. Wij proberen vooral ons sensor aanbod en bijbehorende interfaces en apparatuur te koppelen aan de ICT infrastructuur op school en de didactische mogelijkheden die dit biedt verder door te ontwikkelen. De laatste twee jaar zijn er voor het meten bij scheikunde steeds meer sensoren bij gekomen. In de workshop worden acht experimenten met een bijbehorende sensor en beschrijving neergezet welke de deelnemers in tweetallen kunnen uitvoeren. Er is ruimte om per tweetal enkele verschillende experimenten te doen. Onderwerpen: Wet van Lambert-Beer, Ggschromatografie, polarimetrie, koppelen van video en meetgegevens met Logger Pro, draadloos meten van pH, geleidbaarheid en temperatuur met eigen iPad, iPhone, Android toestel of Chromebook en in combinatie met de LabQuest2 datalogger. Centraal wordt gedemonstreerd hoe meetdata realtime kan worden gedeeld en welke voordelen er zijn bij demonstratieproeven.
21. Onderzoekend meten en procesmodellen in Coach 7 Sander Habets (CMA) Sinds kort is Coach 7 beschikbaar. Veel goede kanten van Coach 6 zijn bewaard gebleven, maar er zijn ook veel aspecten veranderd en verbeterd. Tijdens deze werkgroep maakt u hands-on kennis met Coach 7 en de toepassingen van Coach in uw scheikundelessen. U kunt zelfstandig aan de slag met een aantal eenvoudige meet- en modelleeractiviteiten. Het “praktische” van chemie of hoe scheikunde “in het echt” werkt blijft in de les soms wat onderbelicht. Bij processen op industriële schaal spelen heel andere aspecten een rol dan bij reacties op microschaal. Hoe laat je middelbare scholieren kennismaken met thermodynamische processen? Toch is chemische technologie en alles wat daarbij komt kijken een onmisbaar onderdeel van hoe scheikunde wordt gebruikt bij de ontwikkeling van nieuwe materialen. In deze werkgroep worden naast de al genoemde meet- en modelleeractiviteiten ook specifiek enkele modelleeractiviteiten gedemonstreerd die gebruikt kunnen worden bij het onderwerp “Industriële chemie”. Op die manier kunnen leerlingen interactief met blokschema’s van chemische processen aan de slag. Zo kunnen zij door eigen onderzoek interactief kennismaken met de invloeden van bijvoorbeeld temperatuur, druk, concentratie etc. op de werking en efficiëntie van een chemische fabriek. Alle gebruikte materialen (lesactiviteiten, modellen en presentaties) worden na afloop digitaal beschikbaar gesteld.
22. Macro-meso-micro denken de klas in! Marijn Meijer (Stichting C3) en Ria Dolfing (Rijksuniversiteit Groningen) Macro-meso-micro denken met structuur-eigenschaprelaties is nieuw en er is nog niet zoveel materiaal voor. Tijd om daar verandering in te brengen! Eigenschappen van materialen worden bepaald door datgene waaruit ze opgebouwd zijn, zogenaamde structuren. Op basis van drie veel voorkomende structuren worden er door de deelnemers onderwijsactiviteiten bedacht. Maar wat is het leerdoel? En hoe toets ik dat? Of beter, hoe ‘meet’ ik of ze de manier van denken beheersen? Wat zijn valkuilen die ik nu al kan vermijden? Kortom, een hands-on werkgroep waar de deelnemers in groepen werken aan concrete lesmaterialen op basis van voorbeelden. Een korte introductie en een discussie maken de werkgroep compleet.
23. C3- wedstrijdchemie 2016 Ilonka Mekes (Stichting C3) en Joy Kerklaan (Stichting C3) Het is inmiddels een traditie geworden: wedstrijdchemie met Stichting C3. Een ontleding of een synthese? Ga je voor kwaliteit of kwantiteit? Werk je zo snel mogelijk of zo nauwkeurig mogelijk? Elk jaar is het weer een spannende wedstrijd, waarbij verschillende teams van scheikundedocenten strijden om de felbegeerde wedstrijdchemie-trofee! Ook in 2016 heeft Stichting C3 een spannende wedstrijdchemie ontwikkeld, waarbij je als deelnemer al je creativiteit, enthousiasme en natuurlijk chemische kennis in de strijd moet gooien. We gaan weer volop aan de slag in het laboratorium. Wie weet neem jij dit jaar de trofee mee naar huis. Uiteraard mag je de opdracht- en werkbladen meenemen voor in je eigen lespraktijk.
24. Pee to grow a tree Wil Gradussen (Isendoorn College, Universiteit Twente), Jan Schoenmaker (Lyceum de Grundel), Fer Coenders (Universiteit Twente) In samenwerking met het bedrijf Saniphos ontwikkelden Jan Schoenmaker (Lyceum de Grundel, Hengelo), Esther Velner (Baudartius, Zutphen) en Wil Gradussen (Isendoorn College, Warnsveld) een serie van vijf lessen voor 4/5 vwo over het maken van struviet uit urine. De serie bestaat uit vijf lessen waarvan er één ingevuld wordt door Saniphos. De leerlingen leren waarom het belangrijk is om fosfaat te recyclen en hoe je dat zou kunnen doen. Ze bestuderen de werking van de struviet installatie waarmee fosfaat en ammoniak uit urine gehaald worden. In de module staan neerslagreacties, evenwichten en zuur-base reacties centraal in de context van (groene) industriële chemie. Tijdens de workshop geven we een overzicht van de inhoud van de module en hoe leerlingen de lessen ervaren hebben. De deelnemers isoleren in het lab zelf fosfaat uit urine. We sluiten af met een korte discussie over de module.
25. Hoogwaardige polymeerproductie en duurzaamheid, een homogene mix? Henk Knoester (Teijin Aramid) en Danielle van Woerden (Teijin Aramid) De productie van hoogwaardige polyaramiden is een complex chemisch proces. Daarbij ontstaan polyaramiden met specifieke eigenschappen. Maar hoe maak je nu op een duurzame manier een polymeer met de gewenste eigenschappen? Maar natuurlijk de belangrijkste vraag - wat kun jij, als chemie docent, hiermee in de les? In deze interactieve werkgroep krijg je als docent inhoudelijke verhalen mee voor in je klas over over de chemie, het productieproces van aramidegarens en duurzaamheid. Ervaar welke vraagstukken over chemie en het proces zijn aangepakt en opgelost! Een interactieve werkgroep waar jij en je leerlingen alleen maar rijker van worden!
26. Leraar in Bedrijf Lotte van den Berg (Platform Bèta Techniek) en Marieke Wolthoff (Platform Bèta Techniek) In 2014 is het programma STEM Teacher Academy (Science, Technology, Engineering and Mathematics) gestart door het Platform Bèta Techniek in samenwerking met Jet-Net, TechNet en de Topsectoren. Doel van dit programma is om de verbinding tussen onderwijs en bedrijfsleven te versterken, zodat docenten een beter beeld krijgen van de praktijk en daarmee een goede vertaling kunnen maken naar contextrijk lesmateriaal. Leraar in Bedrijf is één van de lijnen van de STEM Teacher Academy die u als docent de kans biedt om een bedrijfsstage te volgen. Nieuwsgierig hoe uw vak binnen het bedrijfsleven wordt toegepast? En interesse om uzelf nog verder te ontwikkelen in uw vakgebied en deze kennis door te geven aan leerlingen? Kom dan naar de werkgroep ‘Leraar in Bedrijf’ en ontdek op welke manier u samenwerking met bedrijven in uw lessen kunt vormgeven.
27. Welkom in de wereld van Science-Web.nl Luuk Janssen en Joris van Elferen (science-web.nl) SCIENCE-web.nl is in 2008 gestart als een simpele website met amper 4000 hits in een jaar. Inmiddels zijn we uitgegroeid tot een redelijk bekende site met ruim 2.000.000 hits per jaar. SCIENCE-web is ontstaan als website voor het vak Science voor de onderbouw. Science kent heel veel definities als we praten over het vak. De ene school biedt het aan als NaSk, de ander als NaSkTk en weer de ander als NaSkBiTk. Wij hebben een eigentijdse lesmethode gemaakt in twee varianten: NaSk en NaSkTk. Deze varianten dragen beiden de naam SCIENCE. Wat deze lesmethode zo anders maakt dan anderen is de veelzijdigheid. Met deze methode kun je klassiek les geven maar ook kun je leerlingen die meer kunnen echt uitdagen met een flink stuk verdieping. In deze lesmethode is de basis van scheikunde ook sterk vertegenwoordigd. Ook opzoekvaardigheden zitten vanaf het begin ingebakken in deze lesmethode waardoor leerlingen in de bovenbouw direct met een BiNaS overweg kunnen. Science is een digitale lesmethode. Hierbij wordt het ICT gedeelte alleen functioneel toegepast. ICT is immers een hulpmiddel en geen doel. De gehele lesmethode is ingesproken. Indien u uw eigen iPad of laptop mee brengt kunt u ter plaatse ook kijken naar de website. Behalve Science is er nog veel meer (gratis) content te vinden voor scholen. Deze content is veelal toegespitst op groepswerk, onderzoek, verslaglegging en 3D technologieën. Dat science-web.nl steeds meer bezoekers trekt komt onder andere doordat wij steeds weer nieuwe dingen ontwerpen. Veel onderdelen zijn bekend bij scholen maar er zijn achter de schermen ook andere dingen getest die nu openbaar komen. Wat valt er nou te halen voor scholen en wat kunnen ze in de toekomst verwachten? Natuurlijk is er ook voldoende gelegenheid voor het stellen van vragen!
28. Hoe kan ik mijn leerlingen voorbereiden op redeneervragen in het scheikunde-examen? Hella Fries (SLO, Het Hooghuis) Een blik op de examens scheikunde van de afgelopen jaren leert dat het examen voor een steeds groter deel bestaat uit redeneer- of argumenteervragen. De ene keer begint de vraag met Beargumenteer, dan met Beredeneer, of Verklaar, Licht toe of Leg uit. Een voorbeeld van een ‘Beredeneervraag‘ uit het havo examen van het afgelopen jaar: Voor (bèta-)leerlingen is het vaak lastig om deze vragen volledig te beantwoorden. Met alleen een focus op vraagwerkwoorden (beredeneer, argumenteer, leg uit etc) is het niet altijd even goed mogelijk om te zien hoe je tot het juiste antwoord kunt komen. Hoe kunnen we leerlingen dan houvast geven om de (logische) redenering op te zetten die gevraagd wordt? Dus handvatten die leiden tot het beoogde antwoord? In deze werkgroep gaan we aan de slag met examenopgaven scheikunde (zowel havo- als vwo niveau), en introduceren we een schema aan de hand waarvan leerlingen hun denkproces zouden kunnen structureren en in kaart brengen.
29. Toelichting op de bijlagen bij de syllabus Jan van Lune (Stellingwerf College) De workshop gaat in op de bijlage bij de syllabus en op veranderingen van de syllabus ten opzichte van de eerste versie voor het nieuwe scheikundeprogramma. Er wordt gekeken naar de verschillen tussen de bijlage bij de ‘oude syllabus’ en de bijlage bij de ‘nieuwe syllabus’. Hierbij zal vooral aandacht zijn voor verschillen en overeenkomsten in de beoordeling van een centraal examen. In de workshop zullen de deelnemers zelf aan de hand van voorbeelden bepaalde antwoorden van leerlingen te beoordelen krijgen.
30. Hoe maak je feedback op een toets leerzaam voor je leerlingen Renske de Kleijn (Universiteit Utrecht) De meeste docenten zijn (gelukkig) gewend om wanneer zij leerlingen een cijfer teruggeven, de toets of opdracht in de klas na te bespreken. Tegelijk kan dit worden ervaren als zonde van de tijd. Immers, het cijfer staat al vast, de leerlingen hebben geen interesse in de feedback (tenzij ze denken er nog een paar tienden bij te sprokkelen) en een nieuw hoofdstuk staat voor de deur. Tijdens deze workshop zullen we verkennen aan welke voorwaarden voldaan moet worden om te zorgen dat leerlingen daadwerkelijk leren van de feedback die ze krijgen op een opdracht of toets. Bovendien wordt een aantal manieren gepresenteerd om te bevorderen dat leerlingen leren van dit belangrijke feedbackmoment en daar bij een volgende opdracht of toets daadwerkelijk profijt van hebben
Inschrijving Inschrijven kan middels het aanmeldformulier op www.ru.nl/scheikundestudiedag Afmelden voor de studiedag kan middels het afmeldformulier op www.ru.nl/scheikundestudiedag Sluiting inschrijving en uiterlijk afmelden: zondag 13 maart 2016. Registratie geschiedt op volgorde van inschrijving. Een nascholingscertificaat kan aangevraagd worden bij de inschrijving.
Betaling De kosten voor de studiedag bedragen €50,00 per persoon. Bij inschrijving kunt u aangeven of de factuur ter attentie van u of de financiële afdeling van uw school/instituut gestuurd dient te worden. Na de sluiting van de inschrijving wordt de factuur vervolgens per email verzonden. De betalingstermijn is twee weken na het versturen van de factuur. Het bedrag dient te worden voldaan onder vermelding van uw unieke factuurnummer zoals vermeld op de factuur.
Locatie De studiedag wordt gehouden in het Huygensgebouw van de Faculteit Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica van de Radboud Universiteit Nijmegen. Zie de plattegrond op de volgende pagina.
Bereikbaarheid Auto Vanaf alle invalswegen naar Nijmegen zijn de Radboud Universiteit Nijmegen en het Universitair Medisch Centrum St. Radboud aangegeven op de ANWBborden. Trein De Universiteit ligt op drie minuten loopafstand van station Nijmegen- Heyendaal. NijmegenHeyendaal is het eerste station vanaf Nijmegen-Centraal in de richting Venlo-Roermond. Vanaf Nijmegen-Centraal is er ook een bus, lijn 10 (Heyendaal shuttle), naar de faculteit (halte Heyendaalseweg).
Huygensgebouw
PARKERE N
PARKEREN PAR KER EN
Organisatiecommissie Emiel de Kleijn, SLO Marijn Meijer, Stichting C3 Laurens Houben Jan van Lune, NVON Susanne Verkuilen, NVON Tom Bloemberg, Radboud Universiteit Hanny Heitink, Radboud PUC of Science Barbara Evertsen, Radboud PUC of Science
Dank aan alle sprekers en werkgroepleiders voor hun bijdrage aan de scheikunde studiedag
Secretariaat studiedag Radboud Pre-University College of Science Heyendaalseweg 135, 6525 AJ Nijmegen e-mail:
[email protected]