▪ … vroegere Kinder- en Jongerentelefoon, actief sinds 1981. ▪ … luisteren, mee denken, mee voelen. Gratis en anoniem. ▪ … 230 vrijwilligers. ▪ … 27.215 gesprekken. ▪ … relatie tot de ouders, verliefdheid, vriendschap, somberheid, pesten.
De veerkracht van jongeren bij Awel onderzocht
HOE? ▪ Kwalitatieve analyse ▪ 63 gespreksverslagen van chat, e-mail en forum ▪ Feedback en input van deskundigen
UIT DE LITERATUUR 1. Verbinding Verbinding met anderen is van immens belang om veerkrachtig in het leven te staan.
2. Kwetsbaarheid De ene mens staat kwetsbaarder in het leven dan de andere. Genen en omgeving spelen op elkaar in.
3. Coping Coping is een dynamisch gegeven
UIT DE LITERATUUR 1. Verbinding De relatie met de primaire verzorgers is van fundamenteel belang: ▪ Emotieregulatie: emoties leren kennen, benoemen, reguleren, basis leggen voor ‘mentaliseren’ ▪ Zelfvertrouwen: self-efficacy, optimisme en hoop ▪ Vertrouwen in anderen ▪ Interpersoonlijke vaardigheden
UIT DE LITERATUUR 1. Verbinding Ook de school kan een rol spelen: ▪ Jongeren toerusten met kennis, inzichten, vaardigheden, attitudes ▪ Sociale en emotionele knowhow ▪ Leerkrachten als mentor ▪ Succeservaringen opdoen Ook vrijetijdsorganisaties, de buurt, hulpverlening… kunnen een ‘mentor’ rol opnemen.
UIT DE LITERATUUR 2. Kwetsbaarheid Executieve functies ▪ Vaardigheden nodig om taken effectief uit te voeren en problemen op te lossen ▪ Emotieregulatie, responsinhibitie, werkgeheugen, volgehouden aandacht, taakinitiatie, planning, flexibiliteit, metacognitie… ▪ Ontwikkelen met de rijping van de hersenen ▪ Problemen met executieve functies bij ADHD, ASS, depressie…
UIT DE LITERATUUR 3. Coping Probleemgerichte coping Het probleem aanpakken, proberen op te lossen Emotiegerichte coping Gevoelens bij het probleem proberen te veranderen
UIT DE LITERATUUR 3. Coping Coping is dynamisch: ▪ Er is niet één copingstrategie die in iedere situatie voor iedere persoon tot de gewenste resultaten leidt. ▪ Veerkrachtige mensen kunnen goed inschatten welke copingstrategie op welk moment aangewezen is. ▪ Mensen kunnen groeien door succesvol te copen met een situatie.
UIT DE LITERATUUR Samengevat Factoren die veerkracht bevorderen (Masten): ▪ Goed genoeg ouderschap ▪ Goede vrienden en romantische partners ▪ Nauwe banden met mentors ▪ Warme scholen ▪ Een geëngageerde samenleving ▪ Probleemoplossingsvaardigheden ▪ Emotieregulatie ▪ Zelfvertrouwen en hoop
WELKE DREMPELS? Verbinding ▪ Jongeren zijn vaak gekwetst in hun relatie tot belangrijke anderen: ouders… “Hetgene waardoor ik vind dat ze niet om me geven is omdat , ik na zo een ruzie telkens boven in mijn kamer tranen laat vallen terwijl hun een goeie tijd hebben. Ik probeer ze te merken dat dit me pijn doet maar dat begrijpen ze niet. Kan iemand mij helpen met deze situatie en hoe ik duidelijk moet maken dat al dit me pijn doet.”
WELKE DREMPELS? ▪ …. school… “Ik haat school!!! Ik kan niet leren dat gaat gwn ni! En dan buis ik welleens he da’s normaal ma ik kan er ni tegen da die leerkrachten zo boos worden dan! als ik niet kan leren dan gaat da niet he en dan heel men klas ooh ist….. weer zeker! en dan ga ik mezelf snijden op WC […]” ▪ …maar ook liefjes, vrienden, leeftijdsgenoten…
WELKE DREMPELS? Verbinding ▪ Jongeren praten weinig met mensen uit hun omgeving. ▪ Angst voor onverbondenheid, schaamte… “Ik kan hierover met niemand praten, mijn ouders zijn niet zo begripvol én ik wil hen niet nog eens teleurstellen…” “Ik weet hoe moeilijk het is om aan een bekend persoon problemen voor te leggen en een goeie lange mail sturen naar iemand die je niet kent doet enigszins deugd.”
WELKE DREMPELS? Verbinding ▪ Weinig vernoemen van mentors “…niemand waar ik het kan aan vertellen.”
▪ Onzekerheid over beroepsgeheim van professionele hulpverleners “Ik ben bang stel dat ik het tegen iemand ze en dat komt dan aan de oren van de populaire kring dat het nog erger gaat worden”
WELKE DREMPELS? Verbinding ▪ Binding met buurt, verenigingsleven… is een blinde vlek. ▪
in de maatschappij: uitoefenen van rechten is vaak moeilijk buiten het toeziende oog van bijvoorbeeld ouders of zonder ondersteuning van andere volwassenen.
“Ik spreek trouwens geen Frans en mijn huisarts geen Nederlands dus daar heb ik ook niet veel aan.”
WELKE DREMPELS? Kwetsbaarheid ▪ Grote verscheidenheid in executieve functies ▪ Bij sommigen is het denken verlamd door hevige emoties. “Ik wil gewoon weg van de wereld HELP ME!!!!”
WELKE DREMPELS? Kwetsbaarheid ▪ Bij anderen ligt het antwoord op het puntje van de tong. “Jongere: ik dacht altijd van na deze ga ik stoppen, maar de kans is toch groot dat ik veel verslaafder ga zijn na al die? Awel: kun je misschien beginnen met afbouwen? Jongere: ja! Das echt een goed idee , dus 1 per week eerst en dan zo om de week? Awel: ja, goed idee”
WELKE DREMPELS? Kwetsbaarheid ▪ Daartussenin een hoop jongeren die in mindere of meerder mate worstelen met onduidelijke situaties (ambigu, onbenoemd), het gelijktijdig hanteren van meerdere perspectieven, mogelijke oplossingen, uitkomsten… “Ik begrijp haar signalen echt niet, alle dagen lijkt mijn conclusie anders te zijn. De ene dag ging het goed, de andere dag kom ik bedroefd thuis. Ik weet gewoon niet of ik haar nu beval of niet en hoe ik daar op moet reageren.”
WELKE DREMPELS? Kwetsbaarheid ▪ Opzoeken en ‘vertalen’ van info is dikwijls moeilijk. “Nu heb ik wel gelezen dat je tijdens een zwangerschap ook bloed kunt verliezen? Kan je het verschil zien tussen zwangerschapsbloed en menstruatie? En ben je helemaal zeker dat je niet zwanger bent als je menstruatie er is?”
WELKE DREMPELS? Kwetsbaarheid ▪ Ongenuanceerd (negatief) denken, eigen aan de ontwikkelingsfase “ Ik ben intussen al 14 en heb nog nooit een vriendje gehad, al mn vriendinnen al minstens 1, Is dit normaal?”
WELKE DREMPELS? Kwetsbaarheid ▪ Weinig gevoel van ‘controle’ over de problemen waarvoor jongeren ons contacteren “Awel: zou je graag willen veranderen of voel je je goed zoals je bent nu?
Jongere: Ik zou er bij willen horen en een meisje willen zijn maar ik kan daar echt niks aan doen” ▪ Nood aan bevestiging, aanmoediging
HOE VEERKRACHT BEVORDEREN ? Het gesprek ▪ Empathisch zijn ▪ Niet-weten ▪ Andere perspectieven inbrengen ▪ Een betrouwbare bron van info zijn ▪ Kwaliteiten benoemen
▪ Niet zo evident als het lijkt
HOE VEERKRACHT BEVORDEREN ? Empathisch zijn ▪ Erkenning geven ▪ Veiligheid creëren ▪ Intuïtie en verbeeldingskracht ▪ Zelfbewustzijn ▪ Fouten corrigeren
HOE VEERKRACHT BEVORDEREN ? Niet-weten ▪ Nieuwsgierig zijn ▪ Tijd nemen om te exploreren ▪ Structureren
HOE VEERKRACHT BEVORDEREN ? Andere perspectieven inbrengen ▪ Eerst voldoende erkenning geven ▪ Alternatieve copingstrategieën aanreiken
HOE VEERKRACHT BEVORDEREN ? Betrouwbare bron van info zijn ▪ Deskundigheid delen ▪ Oplossingen zoeken: niet te snel, maar wel belangrijk ▪ Voldoende concreet maken ▪ Doorverwijzen
HOE VEERKRACHT BEVORDEREN ? Kwaliteiten benoemen ▪ Zelfvertrouwen versterken
AANBEVELINGEN ▪ Investeren in gezinnen. ▪ Scholen maken werk van een ‘warm’ klimaat en een degelijk antipestbeleid. ▪ Jongeren aansporen ‘verbinding’ met anderen te maken en te praten over problemen. Ontwikkeling onlinetool: https://www.awel.be/toolbox/awel-wat-moet-ik-doen
AANBEVELINGEN ▪ Jongeren goed inlichten over het beroepsgeheim. ▪ In gesprekken voldoende aandacht voor zowel emotieregulatie als probleemoplossing. ▪ Info ‘vertaald’ aanbieden via bijvoorbeeld forums en FAQ’s. ▪ Blijvende aandacht voor kinderrechten en problemen bij praktische toepassing ervan. ▪ Werken aan ‘verbinding’ op niveau van buurten, wijken….