Vrijheid! Preek over Exodus 14,5-31. * [intro, begin van de dienst] wat geef je je kinderen mee? Een goede opleiding, goede omgangsvormen, normen en waarden, een gezonde levensstijl en ongetwijfeld nog veel meer. Jullie zijn in ieder geval begonnen om jullie kinderen mee te nemen in de ontmoeting met God. In dat leven met God is vrijheid belangrijk, daar gaat het vanmiddag over. * [intro op schriftlezing] Er is geen verhaal uit de bijbel dat duidelijker maakt wat christelijke vrijheid en bevrijding is, dan de geschiedenis van de uittocht uit Egypte. Elke gemeenschap koestert bevrijdingsverhalen en viert bevrijdingsfeesten. Het feest dat Israël jaarlijks vierde (en nog viert) is Pesach, het feest van de uittocht uit Egypte. Maar het is ook de geschiedenis die nog steeds gevierd wordt in de christelijke gemeenschap. In de eucharistie (de viering van het Heilig Avondmaal), volgende week. De ontsnappingsgeschiedenis van het volk Israël is voor ons ook dé geschiedenis die duidelijk maakt wat dopen is. Dus, hoe je christen wordt en wat christelijke vrijheid is. * [preek] We kijken vanmiddag naar vier dingen, n.a.v. deze geschiedenis: waarvan wordt een christen bevrijd? Waartoe en hoe worden christenen bevrijd? En door wie worden christenen bevrijd? Om te beginnen met het antwoord op de eerste vraag. Christenen worden nog steeds bevrijd uit Egypte. Egypte was de absolute wereldmacht in de tijd van Mozes. En Egypte is altijd beeld gebleven van de macht die mensen in slavernij brengt. Het begon trouwens goed. Maar dat is dan ook het eerste kenmerk van verslaving. Israël was in de tijd van Jozef naar Egypte gekomen, op uitnodiging van de Farao om te ontsnappen aan de hongerdood. Maar ergens onderweg was er iets vreselijks gebeurt. De opvolger van de Farao die Israël asiel verleende staat nu op het punt om duizenden mensen, waaronder mannen, vrouwen en kinderen uit de weg te ruimen. Genocide dus.1
1
Het aantal personen waarmee Jakob naar Egypte naar Egypte was gekomen bedroeg 70. De schattingen van het aantal waarmee ze naar meer dan 400 jaar vertrokken, varieert van minimaal 20.000 tot ongeveer 2 miljoen. Exodus 12 vertelt van ongeveer 600.000 mannen. Dat kan ook zijn: 600 eleph, dat is een familie (of leger)eenheid, die werd geteld in aantallen strijdbare mannen.
Israël staat hier tot Egypte zoals goed staat tegenover kwaad. Niet dat de mensen beter zijn dan anderen, maar de heersende machten verschillen. Farao die zijn mannen de dood in jaagt staat tegenover God die zijn mensen bevrijdt. De macht van de verslaving. Iets dat goed begon, maar gaandeweg van mensen slaven maakt. Iedereen weet hoe zoiets kan gebeuren. Een baan kan bijvoorbeeld een uitkomst zijn, maar een verslaving worden. Een relatie kan geweldig beginnen maar eindigen in een drama waarin de één de ander gevangen houdt. Hoe het zover komt is niet zo makkelijk uit te leggen. Misschien is dat ook wel een (tweede) kenmerk van verslaving. In de macht van het kwaad zit iets irrationeels. In Exodus 14 staat dat de Farao spijt kreeg. Lett.: zijn hart keerde zich tegen het volk. Eigenlijk een onbegrijpelijke beslissing, zeker tegen de achtergrond van wat eraan vooraf ging (de 10 plagen). In ieder geval is de oplossing radicaal: nooit meer naar Egypte. Een voorbeeld: een koning van Israël mocht niet te veel paarden houden, om te voorkomen dat hij vaak naar Egypte moest – hofleverancier van paarden. De kleine Jezus moest uit Egypte geroepen worden. Kortom, Egypte staat in de bijbel voor het ultieme kwaad. Het kwaad waarin we de macht van satan herkennen. Een verwoestende macht. Israël werd gered uit Egypte door het water. Water is in de bijbel beeld voor chaos (Genesis 1). Voor de duidelijkheid: die macht manifesteert zich ook in christenen. Christenen zijn geen betere mensen. Openbaringen 11 spreekt van de grote stad die in figuurlijke zin Egypte of Sodom heet: Jeruzalem. De hoofdstad van Israël kan dus veranderen in Egypte. Judas waarschuwt dat God zijn volk weliswaar eens en voor altijd bevrijd heeft uit Egypte, maar dat Israëlieten die hardnekkig weigeren om op God te vertrouwen, uiteindelijk net zo slecht af zijn als Egyptenaren. Dat geeft te denken. Dat kan dus ook. Christenen vieren hun bevrijding waarvan? Van de macht van het kwaad. Maar waarom werd Israël bevrijd? Het antwoord hierop lijkt voor de hand liggend. Maar bij nader inzien is het toch wel bijzonder. (2) Waartoe werd het volk gered, waarom? Een belangrijke vraag. Laat me beginnen bij een buitengewoon boeiend aspect van de situatie waarin de Israëlieten verkeren na hun bevrijding uit Egypte, maar voor hun doortocht door de Schelfzee. Ergens lijkt deze situatie heel erg op wat wij als 21e eeuwse, westerse mensen vrijheid zouden noemen. Ga maar eens na.
Het volk is uit de macht van Egypte maar nog niet in dienst van God. Het hele idee van de bevrijding uit Egypte was namelijk dat de mensen in plaats van de Farao, God zouden vereren (Ex. 5;7;8;9;10). Het ging van Egypte naar de Sinaï, waar God zijn volk in dienst zou nemen met wetten en regels. Maar zover waren ze nog niet! Ze stonden er letterlijk tussenin. Tussen God en de Farao. Dat is precies ons idee van vrijheid: dat je van niemand bent, behalve van jezelf. Dé zin die wij graag onthouden uit de geschiedenis van Mozes die bij Farao komt om Israël te bevrijden is deze: ‘let my people go!’ Maar er staat echt: ‘Laat mijn volk gaan om mij te vereren.’ Gered worden volgens christelijke definitie is dus meer dan ontsnappen aan. Het is ook vrij zijn in dienst van. Waarvan moeten mensen gered worden? Uit de macht van het kwaad om God te dienen. Daartoe moeten ze gered worden. Zoals je je kinderen bij de opvoeding niet alleen voorbereidt op een leven als volwassene, maar eenmaal volwassen ergens moet leren om weer te worden als een kind. Te vertrouwen op God. Op het punt dat de Israëlieten vrij zijn volgens onze definitie, zijn ze zo bang als wat. Ze zijn slaaf van angst. Wat blijkt? Je bent altijd in dienst ergens van. . De stelling van de bijbel is dat je alleen vrij kunt zijn, als je God vereert. Dat alleen God echt vrij maakt. Ja, de dienst aan Farao blijkt uiteindelijk funest. Maar je hebt wel een nieuw dienstverband nodig om vrij te kunnen zijn. Zoals je een dienstverband nodig hebt voor inkomen. Een relatie voor liefde. Zo heb je God nodig om echt vrij te kunnen zijn. Augustinus zegt: God dienen is de ware vrijheid. De keerzijde is volgens de bijbel dat als je God niet vereert, dat dan andere goden je leven gaan beheersen. Werk, relaties, kinderen. Gezondheid. Je merkt dat je slaaf bent geworden van datgene of diegene waar je voor leeft. Vallen ze weg, dan stort je leven in, al naar gelang datgene of diegene waar je op hebt geleerd te vertrouwen in het leven. Waar je je geluk uit bent gaan halen. Twee voorbeelden. Misschien vind je het leuk om nieuwe dingen te kopen. Prima natuurlijk. Totdat de geldstroom opdroogt. Of je geeft meer uit dan er binnen komt. Dan blijkt dat datgene waar jij je geluk uit haalt, je in zijn macht heeft. Denk even aan al die mensen die vastzitten in wurgcontracten. Een hypotheek bijvoorbeeld. Of leningen. Het leek een uitkomst maar het werd een strop.
Of misschien ben je op zoek naar liefde. Op zoek naar de ware. Een van de grootste mythen van deze tijd. Alleen die uitdrukking al zou je aan het denken moeten zetten. Als een ander voor jou de ware moet zijn, betekent dat dus dat hij of zij jouw gelukkig moet maken! Maar wie kan dat?! De gevolgen liggen ook voor het oprapen. Mensen stellen hun verwachtingen bij. Of beginnen er helemaal niet meer aan, bindingsangst. Hoe nu verder? Kijk ook naar Mozes. Hij is als enige niet bang. Dat is hij niet, omdat hij als enige op God vertrouwt: ‘Wees niet bang, wacht rustig af. Dan zult u zien hoe de HEER vandaag voor u de overwinning behaalt.’ Zag Mozes het gevaar niet? Natuurlijk wel. Maar hij had geleerd op God te vertrouwen. Dat had het volk trouwens ook kunnen doen. Voor hen is het: óf teruggaan óf doodgaan. Maar ze hadden ook kunnen vragen om een elfde plaag. Ze doen het niet. Ze zijn slaaf van hun eigen angst. En dan gebeuren er rare dingen. Het woord zegt het al, als je verslaafd bent, zie je de dingen niet meer helder: help, Mozes, waarom staan we hier eigenlijk? Hadden ze geen graven in Egypte? Later zeggen ze: daar hadden we tenminste eten! M.a.w.: Mozes, we hadden een geweldige tijd in Egypte … huh? In een bekende (en een hele goede) film, de Shawshank redemption, komt o.a. een oudere man voor die bijna zijn hele leven al vastzit in de gevangenis. Na een hele tijd komt hij vrij maar het blijkt dat hij vrijheid helemaal niet aankan. Hij pleegt zelfmoord. Een aangrijpende scene. Zoveel jaren in gevangenschap heeft zijn beeld van wat vrijheid is, compleet vervormd. We hadden het net over het waarvan van de bevrijding. Toen over het waarom. Waarom is het nodig? Omdat alleen God echt gelukkig maakt. Door te bevrijden én in dienst te nemen. Nu over het hoe. (3) Hoe? Omdat alleen God gelukkig maakt, kan christelijke bevrijding niets anders zijn dat een beslissende daad van God zelf. Mozes zei het al: wacht rustig af. Dan zult u zien hoe God voor u de overwinning behaalt. Dat betekent concreet dat christen worden een beslissende daad vraagt, van Gods kant. Het is, zoals bij de meeste andere religies geen kwestie van vroom genoeg worden totdat je ergens op een punt komt waarop je uiteindelijk zegt: nu ben ik een christen. Het is geloven dat God bevrijdt. Kijk naar de grote ontsnapping uit Egypte. Is deze bevrijding resultaat van een groeiproces bij de Israëlieten? Welnee! God beschermde en bevrijdde. Nu baant Hijzelf een pad. Ze hebben geen keus.
Daar gaan ze: mannen en vrouwen. Kinderen en bejaarden. Schapen en geiten. Een enkeling zal misschien gedacht hebben: ik wist dat Hij het kon! Maar de meesten waarschijnlijk: ik ga dood, help! Hoef je zelf niet te geloven om christen te zijn? Jazeker wel. Maar daar begint het niet bij. Het begint bij God, die bevrijdt. Vergelijk het anders met een kind dat geboren wordt op buitenlands grondgebied. In veel gevallen heeft het dan ook een buitenlandse nationaliteit. Maar dat betekent nog niet automatisch dat het kind er ook voor kiest om daar iets mee te doen. De voordelen kunnen ongebruikt blijven. Toch doet dat niets af aan je status als burger van een bepaald land. Zo is het ook in het koninkrijk van God. Gods bevrijding verandert je status. Kijk maar: Vanaf de overkant van de Rietzee verandert ook ineens de aanspraak aan het volk. Vanaf dat moment is het volk Israël een bevrijd volk. Daaróm moeten ze ook leren leven als vrije mensen. Niet andersom. Niemand hoeft steeds weer opnieuw zijn bevrijding te bewijzen. Zo schrijft de apostel Paulus iedere nieuwtestamentische gemeente aan als kinderen van God. Ook al gedragen ze zich niet zo. Niet dat het niet uitmaakt. Juist wel, maar omdát ze bevrijd zijn! Jezus zei het ook zelf: wie omhoog kijkt en gelooft gaat niet verloren, maar heeft in Hem eeuwig leven. Mijn garagehouder heeft een zwak voor bepaalde automerken. Als ik dan weer aankom met het en of ander zegt hij soms: had je maar geen Renault moeten kopen! Beter Volkswagen, of Toyota. Zo is het ook bij de christelijke gemeenschap – God heeft zijn Naam eraan verbonden. Dat betekent een opdracht om ook zo te leven. Maar het startpunt, de betrouwbaarheid en de garantie zit vast aan het merk. Bij Gods naam: ‘… in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.’ (4) door wie? Ik wijs nog op een laatste punt. Het volk Israël werd door God, namens Mozes bevrijd. Ik weet niet of het je is opgevallen, maar wanneer het volk klaagt reageert Mozes: ‘wees niet bang, wacht rustig af (…)’. En dan wordt Mozes verantwoordelijk gehouden. God zegt tegen Mozes (vs. 15): ‘Waarom roep je mij te hulp? …’ Dat is vreemd, want hij geeft juist het goede voorbeeld!
Mozes wordt hier als middelaar verantwoordelijk gehouden. Hij is op het moment van deze beslissende fase in de geschiedenis van Israël, de enige die op God vertrouwt. Het ongeloof van de rest wordt Hem aangerekend. Maar ook omgekeerd. Zijn geloof redt de rest. Zo eindigt de geschiedenis ook: de mensen krijgen ontzag voor de HEER en stellen hun vertrouwen in God en in zijn dienaar Mozes. Deze geschiedenis werpt zijn schaduw ver vooruit naar de komst van Jezus. Hij is onze Mozes. Op zijn naam wordt Niek straks gedoopt. Samenvattend. Waarom dopen we? Om de bevrijding van onszelf en onze kinderen, uit de macht van het kwaad te vieren en te bevestigen. Om te belijden, dat ook: zonder díe bevrijding komt het niet goed. We herinneren onszelf eraan: wij zijn een gedoopte gemeenschap. De machten uit het verleden hebben geen zeggenschap over ons. Want soms komen ze terug. Dan schreeuwen hun schimmen over de Schelfzee – je moet … [dit] of [dat]. Vanmiddag zeggen we met Luther, van wie bekend is dat hij in momenten van verzoeking zei: baptismus sum – ik ben gedoopt! Daarom is dopen ook: leren leven met de dood achter ons, in plaats van voor ons. Dan wordt je leven een loflied, op weg naar een eeuwige toekomst. Echt. [amen]