Vrij WO in de Masterfase; een RW initiatief Inleiding De wettelijke regeling van het wetenschappelijk onderwijs gaat uit van een ordening van het onderwijs in opleidingen. Die opleidingen zijn óf een bachelor óf een master en bestaan uit een eigen coherent programma en eigen eindspecificaties in termen van competenties binnen de leerstofgebieden. Het WO in de rechtsgeleerdheid wordt aanvullend daarop sterk gedomineerd door de wettelijke eisen voor toelating tot de klassieke juridische beroepen; de zgn. togaberoepen. Een WO masterdiploma met een bepaalde inhoud en met een bepaalde vooropleiding geeft recht op toegang tot die beroepen, wat wordt aangeduid met: het civiel effect van het diploma. Bij de diploma’s die aan die eisen voldoen, geven de universiteiten de aparte Verklaring van civiel effect af. Deze optelling van regulering resulteert in een vrij strak keurslijf voor de juridische WO opleidingen, terwijl minder dan een kwart de afgestudeerden ook daadwerkelijk in een togaberoep terecht komt. Nog steeds leiden de Nederlandse universiteiten het gros van hun studenten op volgens het stramien voor civiel effect, en dus zonder de mogelijkheden te benutten om verbreding in de competenties na te streven. Deze omstandigheid werd gerepliceerd toen er een besluit genomen moest worden over de kansen van HBO rechten abituriënten op het civiel effect. Zij moeten krachtens aanvullende regelgeving voor het civiel effect naast hun HBO diploma minimaal 60 EC behalen in een juridisch WO schakelprogramma en daarna natuurlijk de WO Master afronden, die aan de inhoudelijke eisen voldoet. Wederom wordt studenten niet veel ruimte geboden om zich voor te bereiden op beroepsuitoefening buiten de klassieke beroepen en moeten hoge drempels genomen worden voor toegang tot de WO Master. De faculteit Rechtswetenschappen OU is in het licht van het bovenstaande op zoek gegaan naar de mogelijkheden om een beter afgestemd opleidingsaanbod te ontwikkelen. In de zusterfaculteiten zijn en worden vergelijkbare initiatieven ontplooid met de ontwikkeling van geaccrediteerde masters Recht en ….. Een volledig zelfstandig masterprogramma zou echter de krachten van de faculteit te boven gaan, maar zou a priori ook voorbij zien aan twee belangrijke omstandigheden. Ten eerste biedt de wet andere mogelijkheden om een opleidingsaanbod toe te snijden op de wensen en behoeften van concrete (groepen) studenten, namelijk in het kader van het vrij WO. Ten tweede biedt de OU met haar modulaire onderwijsconcept alle mogelijkheden om een combinatie te maken met modules uit het aanbod van andere faculteiten. Met deze wijsheid is men binnen de faculteit RW, in overleg met vertegenwoordigers van andere faculteiten, aan de slag gegaan om coherente programma’s te ontwikkelen. Die zouden moeten voldoen aan de volgende kenmerken: - een dominantie van juridische Mastermodules teneinde het LLM (vrij WO) diploma te rechtvaardigen; - een verplicht onderzoeksgedeelte van de juridische Master (Voorbereiding Onderzoek en scriptie); - inhoudelijke samenhang tussen juridische en niet-juridische modules in het programma vanuit het gekozen thema; - aansluiting bij de belangstelling en behoefte van studenten die zich voorbereiden op een professionele beroepsuitoefening waarvoor civiel effect niet nodig is. Over de doorstroom van HBO rechten abituriënten kan ook flexibeler worden nagedacht, wanneer de eisen voor civiel effect niet meer domineren. Is voor het garanderen van
voldoende WO competenties voor instroom in een vrije master nog steeds het behalen van 60 EC juridisch WO het minimum, zo luidt dan de vraag. Bij het antwoord op die vraag staat voorop, dat de eis van 60 EC niet zozeer geïnspireerd was door een algemeen competentieniveau maar door een inhoudelijke eis; WO onderwijs in de vakken die volgens de beroepsgroepen vereist zijn voor toetreding tot de beroepen. Wanneer een uitgekiend pakket van kleinere omvang met succes behaald is, zou evengoed studiesucces in de Master binnen handbereik kunnen liggen. Alles afwegende komt de faculteit tot een minimale eis van 30 EC juridische schakelmodules (7 modules). In dat pakket zijn de grote materieelrechtelijke vakgebieden ingebouwd, die voor het vervolg van belang zijn: bestuursrecht, strafrecht en overeenkomstenrecht. Daarnaast wordt de schakelstudent nog eens in de vaardigheden op WO niveau gebracht door de module Juridische en Academische Vaardigheden. Al deze overwegingen staan overigens in beginsel los van de vrije master zelf, maar kleuren wel de horizon van de mogelijke doelgroep voor een vrije master. Programmeren met de vrije master zou een veel beter onderwijsaanbod opleveren voor HBO afgestudeerden die ervoor kiezen hun opleiding af te stemmen op een toekomstperspectief buiten de klassieke juridische beroepen. Dat perspectief geldt immers voor het leeuwendeel van de juridische masters. Thematische programma’s In het kader van het vrij WO is dus gezocht naar programma’s die een masterniveau waarborgen en waarbij gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheden die de OU in de breedte biedt. Programma’s hebben in het vrij WO overigens niet dezelfde formele status als in het gebonden WO. In beginsel kan elke student een pakket samenstellen en ter goedkeuring voorleggen aan de universiteit, waarop de Commissie voor Examens beslist. Wanneer echter één van de voorgeprogrammeerde trajecten gekozen wordt, kan categoraal beslist worden dat de goedkeuring zal worden verleend. Dat is dan ook veel minder bewerkelijk dan het beslissen op individuele verzoeken. In het vervolg zal met dat in gedachten toch van programma’s gesproken worden. Bij de keuze van de programma’s is thematische samenhang nagestreefd vanuit het beroepsperspectief. Er is dus gekeken naar sectoren waar juristen met een LLM werkzaam zijn buiten de klassieke togaberoepen. Leidend was welke modules samengesmeed kunnen worden tot een passend programma, relevant voor die bepaalde sector. Op grond van kennis van het beroepenveld en van de ervaring met de reguliere masteruitstroom is gekozen voor vier sectoren en dus vier thema’s: - bedrijfsleven - openbaar bestuur - arbeid en organisatie - strafrechtspleging. Het zal duidelijk zijn dat deze vier thema’s onderling niet volstrekt exclusief zijn, maar dat maakt ze niet minder bruikbaar. Enige overlap in de programma’s is het enige gevolg en dat doet aan de samenhang binnen een programma zelf niet af. Binnen de vier thema’s zijn vervolgens de juridische mastervakken geclusterd, die inhoudelijk bepalend voor het programma zijn. Daarna is een lijst met keuzemogelijkheden opgesteld waarbij door een minimum vereiste het juridisch gehalte van het programma nader wordt onderstreept. Tegelijk is de gebonden keuze van niet juridische modules een waarborg voor relevantie én voor verbreding naar het niet-juridische vakkenaanbod. Omdat het om een juridische master gaat is de keuze van de juridische modules steeds uit het masteraanbod, tenzij een bachelormodule voorgeschakeld moet zijn om het mastervak te kunnen volgen. De
niet juridische modules zijn uit het brede aanbod van de faculteiten MW, PW en CW gekomen. Het is vrijwel onmogelijk om alle vakken uit het masteraanbod van de andere disiplines te kiezen en het zou bovendien een te zware eis zijn. Om met het laatste te beginnen: studenten met een juridische vooropleiding voegen aan hun wetenschappelijke competentie op masterniveau toe, wanneer zij in staat blijken te zijn vakken uit andere disciplines met succes te volgen, ook als dat als zodanig geen mastervakken zijn. De moeilijkheidsgraad gaat al fors omhoog door de wisseling van discipline. Juristen die een multidisciplinair programma kunnen afronden verdienen ruimschoots de masterkwalificatie. Wat de mogelijkheid betreft: voor mastervakken gelden vaak zodanige startkwalificaties, dat de facto een volledige bachelor voorgeschakeld zou moeten worden om tot een multidisciplinair programma te komen. Dat is niet de bedoeling. Bovendien is in de masters van MW en PW clustering aangebracht waardoor er ook minder mogelijkheid bestaat om met kleinere eenheden een multidisciplinair karakter aan het programma te geven. Verderop zijn de vier onderscheiden programma’s uitgeschreven. Op deze plaats kan over de afzonderlijke programma’s nog het volgende gezegd worden. Het programma Recht en bedrijfsleven bestrijkt vakken die relevant zijn voor professioneel functioneren op een juridische afdeling van een bedrijf of in een adviespraktijk met ondernemingen als belangrijkste cliënten. Er wordt een stevige juridische kop gezet op de aanwezige juridische basiskennis. Tegelijk worden competenties ontwikkeld gericht op de context van de juridische vraagstukken in een onderneming: strategische, financiële en human resource aspecten van het bedrijf. In het programma Recht en openbaar bestuur zijn de mastermodules verplicht die het bijzonder bestuursrecht in de breedte bestrijken. De multidisciplinaire context komt aan de orde in modules, waarin de politieke en beleidsmatige kanten van het openbaar bestuur centraal staan. Recht, arbeid en organisatie is de naam van het programma waarmee professionals opgeleid worden, werkzaam in de sectoren waar menselijke arbeid in de context van een organisatie de beroepsuitoefening overheerst. Naast een stevig juridisch deel worden met de multidisciplinaire modules organisatiekundige en/of psychologische aspecten van arbeid en organisatie in de opleiding betrokken. Het programma, dat juridische en niet-juridische kanten van de strafrechtspleging op de korrel neemt, heet kortweg Strafrecht. Naast veel straf(proces)recht voor gevorderden zitten daar modules in over ofwel de intermenselijke kant in het strafrecht, ofwel de meer organisatorische kant van de strafrechtspleging. Voor alle varianten geldt bovendien dat de module Wetenschapsleer verplicht is. Om het onderscheid tussen de verschillende wetenschappelijke disciplines te kunnen begrijpen en te kunnen omgaan met de verschillende redeneerwijzen en waarheidsclaims in een multidisciplinair programma biedt dit onderdeel de juiste competenties.
Ingangseisen Voor categorale toegang tot de Vrije Master Rechtsgeleerdheid zullen de volgende mogelijkheden bestaan: De eerste groep instromers zullen afkomstig zijn uit het hoger beroepsonderwijs. Vanwege de noodzakelijke voorkennis worden alleen gediplomeerden toegelaten die een HBO rechten1 opleiding met succes voltooid hebben. Om de afstand tussen deze HBO en het WO te overbruggen zijn daarnaast 30 EC juridische WO schakelmodules vereist en wel die vakken die de basis vormen voor de juridische mastermodules. Vandaar dat het Schakelprogramma met de volgende inhoud verplicht is. US0011 Juridische en academische vaardigheden 1 module US0522 Materieel Strafrecht 2 modulen US0122 Overeenkomstenrecht 2 modulen US0712 Bestuursrecht 2 modulen De cursuscodes zijn afkomstig van de Schakelzone. Het is geen bezwaar wanneer deze modules in de vorm van een minor al tijdens het HBO traject behaald zijn. Belangrijk is te vermelden dat een HBO rechten abituriënt bij 30 EC schakelen niet in aanmerking komt voor een civiel effect verklaring bij het masterdiploma. Een tweede groep instromers zou gevormd kunnen worden door studenten met een getuigschrift WO Bachelor Rechtsgeleerdheid/Nederlands recht. Zij hebben voldoende basis voor de Vrije master. Deze studenten zullen na diplomering evenmin in aanmerking komen voor een civiel effect verklaring, aangezien zij in de Master te weinig juridische punten hebben behaald. Over studenten met een getuigschrift Open Bachelor RW kan geen standaard uitspraak over toelaatbaarheid gedaan worden. Per geval zal beoordeeld moeten worden of het afgelegde Open Bachelor programma voldoende basis biedt voor de keuze die de student voor één van de vier programma’s wil maken.
1
Abiturinten SJD en MER hebben onvoldoende juridische basis om aan de programma’s deel te nemen.
Schematisch overzicht van de programma’s Vrije master Recht en bedrijfsleven: Verplicht (5): R62312 Juridische aspecten van financiële dienstverlening R01331 Arbeidsovereenkomstenrecht R21281 Ondernemingsrecht C01221 Wetenschapsleer Modulen (2) te kiezen uit de volgende RW cursussen: R73322 Europees privaatrecht R46331 Procesrechten R60311 Sociaal zekerheidsrecht R63321 Rechten van intellectuele eigendom R25241 Faillissementsrecht (advies eerst goederenrecht)
2 modulen MA RW 1 module MA RW 1 module BA MW 1 module BA CW
2 modulen MA RW 1 module MA RW 1 module MA RW 1 module MA RW 1 module MA RW
Modulen (3) te kiezen uit de volgende niet RW cursussen B48111 Projectmanagement: inrichten van projecten S09241 Sociale psychologie B57211 Overheid en bedrijf B01111 Human resource management B39111 Financial accounting B08211 Inleiding strategie
1 module BA BDK 1 module BA PSY 1 module BA BDK 1 module BA BDK 1 module BA BDK 1 module BA BDK
R79311 R95313
1 module MA RW 3 modulen MA RW
Voorbereiding onderzoek Scriptie vrije wetenschappelijke masteropleiding
Totaal: 14 modulen Vrije master Recht en openbaar bestuur Verplicht (5): R28342 Ruimtelijke ordeningsrecht R44322 Milieurecht C01221 Wetenschapsleer
2 modulen MA RW 2 modulen MA RW 1 module BA CW
Modulen (5) te kiezen waarvan maximaal 2 RW: R72312 Internationaal recht R46331 Procesrechten R60311 Sociaal zekerheidsrecht R30352 Belastingrecht R75311 Problemen van decentrale regelgeving R67321 Capita selecta decentralisatie B25331 Management bij de overheid B53321 Beleidsadvisering B55311 Politiek en overheid B29111 Inleiding in de politicologie
2 modulen MA RW 1 module MA RW 1 module MA RW 2 modulen MA RW 1 module MA RW 1 module MA RW 1 module MA MW 1 module MA MW 1 module MA MW 1 module BA MW
R79311 R95313
1 module MA RW 3 modulen MA RW
Voorbereiding onderzoek Scriptie vrije wetenschappelijke masteropleiding
Totaal 14 modulen Vrije master Recht, arbeid en organisatie Verplicht (7 modulen): R01331 Arbeidsovereenkomstenrecht R73322 Europees privaatrecht R60311 Sociaal zekerheidsrecht R63321 Rechten van intellectuele eigendom R46331 Procesrechten C01221 Wetenschapsleer
1 module MA RW 2 modulen MA RW 1 module MA RW 1 module MA RW 1 module MA RW 1 module BA CW
Module (1 module) te kiezen uit een van de volgende niet RW cursussen: S30211 Groepen in organisaties 1 module MA PSY S63321 Interventies bij organisatieverandering 1 module MA PSY S27311 Coachen van managers 1 module MA PSY Module(n) (1 of 2 modulen, 8,6 EC) te kiezen uit een van de volgende niet RW cursussen: S02232 Personeelsmanagement 2 modulen BA PSY S26222 Psychologie van arbeid en gezondheid 2 modulen BA PSY S07231 Arbeidspsychologie en –sociologie 1 module BA PSY S28311 Inleiding in conflicthantering en mediation 1 module BA PSY R79311 R95313
Voorbereiding onderzoek Scriptie vrije wetenschappelijke masteropleiding
1 module 3 modulen
Totaal 14 modulen Vrije master Strafrecht* Verplicht (9): R66322 Strafrechtelijk bewijs R51341 Detentierecht R37381 Internationaal strafrecht in Europa R46331 Procesrechten R65321 Jeugdstraf(proces)recht S16212 Gespreksvoering C01221 Wetenschapsleer
2 modulen MA RW 1 module MA RW 1 module MA RW 1 module MA RW 1 module MA RW 2 modulen BA PSY 1 module BA CW
Module (1) te kiezen uit de volgende niet RW cursussen: S28311 S30211 S63321
Inleiding in conflicthantering en mediation Groepen in organisaties Interventies bij organisatieverandering
1 module BA PSY 1 module MA PSY 1 module MA PSY
R79311 R95313
Voorbereiding onderzoek Scriptie vrije wetenschappelijke masteropleiding
1 module MA RW 3 modulen MA RW
Totaal 14 modulen
* Let op: voor de vrije master Strafrecht geldt als ingangseis het vak Formeel Strafrecht (R37272). Indien de student voor de vrije master Strafrecht kiest, dient dus niet alleen het schakelprogramma te zijn afgerond maar dient tevens het vak Formeel Strafrecht te zijn behaald. Nadat een van deze vrije wetenschappelijke masteropleidingen is afgerond, is het niet mogelijk om de master Rechtsgeleerdheid bij de Open universiteit te volgen, omdat slechts één getuigschrift kan worden afgegeven voor één en dezelfde CROHO-opleiding.