VRIENDEN bulletin 24e jaargang nummer 5 juni 2010
VRIENDENBULLETIN Doelstelling Vereniging Vrienden van De Nederlandse Opera Artikel 2 van de statuten 1. De vereniging stelt zich ten doel De Nederlandse Opera, gevestigd te Amsterdam, in brede zin te ondersteunen, en in het algemeen de ontwikkeling van de muziekdramatische kunst in Nederland te bevorderen, de belangstelling van het publiek voor het muziektheater te vergroten, publiek en muziektheater dichter bij elkaar te brengen en te fungeren als spreekbuis van het operapubliek. 2. De vereniging tracht dit doel onder meer te bereiken door: a. het werven van leden en donateurs; b. het in verenigingsverband ontwikkelen van activiteiten die bijdragen tot de bloei en continuïteit van De Nederlandse Opera; c. het verlenen van steun aan door anderen ondernomen activiteiten die samenhangen met of kunnen dienen tot bevordering van dit doel. Bestuur: Frits Spangenberg, voorzitter Eric Bal, penningmeester Connie Hoek, secretaris Sigrid van Aken Viola Belksma Marc Chahin, gedelegeerde van DNO Elisabeth Koopmans Mark Jan Paanakker Jan Spaans Jonathan Houtman, gedelegeerde van Fidelio Fred Lingen, artistiek adviseur Secretariaat: Hannie Rodrigues Parreira Ereleden: Pierre Audi, John Bröcheler, Cristina Deutekom, Prof. Hartmut Haenchen, Winfried Maczewski, Charlotte Margiono, Henk Smit Ruilen Kunt u een voorstelling in uw abonnement niet bijwonen, meldt u dit dan bij het secretariaat. Wellicht kan het secretariaat u behulpzaam zijn bij het ruilen van data met anderen.
2
Tweemaandelijkse uitgave van de Vereniging Vrienden van De Nederlandse Opera Hoofdredactie: Jan Spaans; eindredactie en productie: Hannie Rodrigues Parreira; redactie: Lennaert van Anken, Jan Jaap Kassies, Fred Lingen; redactionele bijdragen: Joke Beeckmans, Peter Franken, Basia Jaworski, Franz Straatman, Peter van der Waal. Verenigings- en redactiesecretariaat: Het Muziektheater Amsterdam, Waterlooplein 22, 1011 PG Amsterdam, tel.(020)5518282 fax (020) 6250920 maandag, dinsdag en donderdag van 9.00 tot 13.00 uur e-mail:
[email protected] www.vriendenvdopera.demon.nl e-mail:
[email protected] www.fidelio-opera.nl Aangesloten bij de Europese Federatie van Verenigingen van Vrienden van de Opera ‘Fedora’ www.fedora-opera.org Individueel lidmaatschap € 35,00 Gezinslidmaatschap (2 pers.) € 65,00 Donateur minimaal € 100,00 Fidelio, jonge Vrienden van dno (t/m 29 jaar) € 20,00 Bank: 43.40.57.207 IBAN: NL55ABNA0434057207 BIC: ABNANL2A Het lidmaatschap wordt automatisch verlengd, tenzij uiterlijk vier weken voor het verstrijken van het verenigingsjaar (31 augustus) schriftelijk is opgezegd. Layout: Marion Pothoff Technische productie: Colorset bv, Amsterdam Druk: Calff & Meischke, Amsterdam © Vereniging Vrienden van De Nederlandse Opera Overnemen van (een gedeelte van) een artikel is alleen toegestaan met schriftelijke toestemming.
VAN DE BESTUURSTAFEL
INHOUD
V
24ste Jaargang nummer 5 juni 2010
oor u ligt alweer het laatste nummer van de 24ste jaargang van het Vriendenbulletin, dat u bereikt als het operaseizoen 2009-2010 afgesloten gaat worden met de producties van Don Chisciotte in Sierra Morena en L’elisir d’amore. Daarmee wordt door dno een interessant seizoen afgesloten, waarin we niet minder dan 16 producties te zien hebben gekregen. Een groot aantal producties en ook aan variatie ontbrak het niet. Om maar een willekeurige greep te doen: La Juive, After Life, Salome, Der fliegende Holländer, Turandot, en niet te vergeten La fanciulla del West en Les Troyens beide met Eva Maria Westbroek!! Een rijk en afwisselend seizoen dat zowel door het publiek als de Nederlandse en buitenlandse pers zeer positief ontvangen is. Ook de programmering voor het nieuwe seizoen mag er zijn met zulke uiteenlopende producties als Les vêpres siciliennes, Fidelio, Het sluwe vosje, Billy Budd en Jevgeni Onjegin. Om dit alles te realiseren is veel inventiviteit, creativiteit en organisatievermogen nodig, maar vooral betrokkenheid bij het product en het huis. Daarover beschikken de vele medewerkers van dno in ruime mate. Dat bleek ook weer op de Europese Operadag op 9 mei toen honderden nieuwsgierigen, operaliefhebbers en ook andere theaterliefhebbers van de gelegenheid gebruik maakten een kijkje achter de schermen te nemen, begeleid door dno-personeel.
Voor de Vereniging Vrienden van De Nederlandse Opera was het verenigingsjaar 2009-2010 een belangrijk jaar. Op de Algemene Ledenvergadering in december jl. werd de historische beslissing genomen om de koers van de vereniging ingrijpend te wijzigen met behoud van de vele waardevolle activiteiten, die in de loop der jaren zijn ontwikkeld. Nieuwe activiteiten zullen gericht zijn op het genereren van financiële middelen voor door dno aan te wijzen projecten. Dit vraagt van de leden en het bestuur een nieuwe houding ten opzichte van dno. Zoals aftredend voorzitter Cees Boer het treffend verwoordde: de vrienden moeten van vragers gevers worden. In dit laatste nummer van het seizoen vanzelfsprekend weer aandacht voor de dno-producties, terwijl traditiegetrouw die voorstellingen in het nieuwe seizoen vermeld staan waarvoor losse kaarten besteld kunnen worden. Ter afsluiting van het verenigingsjaar maakt het bestuur graag van de gelegenheid gebruik zijn dank uit te spreken voor de inspanningen van de vrijwilligers die onze secretaresse Hannie Rodrigues Parreira assisteren bij haar omvangrijke werkzaamheden en die o.a. het regelmatig verschijnen van ons Vriendenbulletin mogelijk maken.
Het secretariaat is gesloten van 5 t/m 22 juli
Voorbespreking van plaatskaarten dno seizoen 2010-2011 Kerstmatinee voor de Vrienden
4 5
Première van Die Walküre – de Nationale Reisopera 7 Tristan und Isolde in Düsseldorf 8 In gesprek met Johannette Zomer 9 Don Quichot in de Opera 11 Fidelio, jonge Vrienden van dno Orfeo en Fidelio bij Les Troyens Giovanna d’Arco, een droom van een opera Audi’s Attila van Verdi in New York
14
15 16
Wachten op Anne, Danae en Grete
18
Magda Olivero 100 jaar
20
Zomerfestivals In memoriam Willy Caron In memoriam Giulietta Simionato
23
Discografie Agenda
26 31
25 25
3
VOORBESPREKING VAN PLAATSKAARTEN DNO 2009–2010
KERSTMATINEE
Z
T
oals reeds jaren gebruikelijk, kunnen wij ook voor het komende seizoen, dankzij de medewerking van De Nederlandse Opera, reservering van plaatskaarten aanbieden aan diegenen, die niet in het bezit zijn gekomen van een abonnement of de voorkeur geven aan losse kaarten. Voor de hieronder genoemde data kunt u door middel van bijgevoegd formulier kaarten reserveren via het secretariaat van de Vrienden. Les vêpres siciliennes
Don Giovanni
Giuseppe Verdi datum: maandag 20 september (bestellen vóór 1 augustus)
Wolfgang Amadeus Mozart Datum: maandag 11 april (bestellen vóór 1 januari)
Die Soldaten
Dionysos
Bernd Alois Zimmermann datum: vrijdag 12 november (bestellen vóór 20 augustus)
Wolfgang Rihm Datum: zondag 12 juni (bestellen vóór 20 maart) Dionysos wordt opgevoerd in de Gashouder op het Westerparkterrein
Het sluwe vosje Leoš Janáček Datum: dinsdag 18 januari (bestellen vóór 1 oktober) Legende Peter-Jan Wagemans Datum: woensdag 9 februari (bestellen vóór 20 oktober) Billy Budd Benjamin Britten Datum: woensdag 16 maart (bestellen vóór 1 december) 4
raditiegetrouw is de kerstmatinee speciaal voor de Vrienden gereserveerd. Deze valt dit jaar op Eerste Kerstdag. Het is een voorstelling van Ludwig van Beethovens
Leonore Florestan Pizarro Marzelline Rocco Don Fernando Jacquino Erster Gefangener Zweiter Gefangener
Nadja Michael Michael König Alan Held Bernarda Bobro Ain Anger Geert Smits Marcel Reijans Jean-Léon Klostermann Peter Arink
dirigent Marc Albrecht regie Robert Carsen Nederlands Kamerorkest Koor van De Nederlandse Opera Reeds nu kunt u voor deze voorstelling kaarten bestellen. Prijzen: standaard
CJP/65+/stadspas
1e rang 2e rang 3e rang 5e rang 7e rang
€ € € € €
Jevgeni Onjegin Peter Iljitsj Tsjaikovski Datum: maandag 20 juni (bestellen vóór 1 maart) Prijzen: 2e rang € 75,00 (65+ | CJP € 65,00) (Op vrijdag resp. € 85,00 | € 75,00) Dionysos 1e rang € 85,00 (65+ | CJP € 80,00) exclusief € 2,00 per reservering Het betreft uitsluitend plaatsen op de tweede rang (behalve Dionysos). De plaatsen zijn met zicht op de boventiteling. Individuele leden kunnen per voorstelling één kaart, gezinsleden en donateurs twee kaarten bestellen.
€ 110,00 € 85,00 € 60,00 € 35,00 € 15,00
95,00 75,00 55,00 30,00 15,00
Reserveringskosten € 2,00 per reservering Giacomo Puccini LET OP: reserveren vóór 1 september Procedure bij het bestellen: 1. Bestellingen kunnen schriftelijk worden opgegeven d.m.v. bijgevoegd bestelformulier bij het Secretariaat van de Vereniging, Waterlooplein 22, 1011 PG Amsterdam. 2. U ontvangt bij honorering van uw bestelling een bevestiging met het verzoek tot betaling voor een bepaalde datum. 3. De kaarten worden toegezonden. 5
CD-AANBIEDINGEN MET GRÉ BROUWENSTIJN
PREMIÈRE VAN DIE WALKÜRE IN ENSCHEDE
W
ezien het grote succes van de uitvoeringen door de Nationale Reisopera van Das Rheingold vorig jaar, organiseren wij ook voor het tweede deel van de Ring in Enschede een eendaagse reis. Het is ons gelukt om voor de première op zondag 26 september een contingent kaarten op de eerste twee rangen te reserveren. Voor deze reis, waarmee het reisseizoen 2010-2011 start, kan nu reeds worden gereserveerd. De productie is weer in handen van Antony McDonald (regie, decor en kostuums), het orkestrale aandeel wordt geleverd door het Gelders Orkest o.l.v. Ed Spanjaard. In de rol van Sieglinde kunnen wij de vierde (!) naoorlogse Nederlandse sopraan horen: Kelly God. Haar voorgangsters: Gré Brouwenstijn, Charlotte Margiono en Eva-Maria Westbroek. In de nieuwe Ringproductie van de Opera van Hannover zingt Kelly God eveneens de rol van Sieglinde.
Giuseppe Verdi: IL TROVATORE Leonora Gré Brouwenstijn Manrico Johan van der Zalm Graaf Luna Gerard Holthaus Azucena Annie Delorie Koor en Orkest van de Nederlandse Opera Dirigent: Mario Cordone Amsterdam, Stadsschouwburg, 16 april 1953 Giuseppe Verdi: LA FORZA DEL DESTINO Marchese di Calatrava Peter van der Bilt Leonora Gré Brouwenstijn Don Carlo John Shaw Don Alvaro Jan Peerce Fra Melitone Renato Capecchi Koor en Orkest van de Nederlandse Opera Dirigent: Alberto Erede Den Haag, 5 juli 1962 Ludwig van Beethoven: FIDELIO (Gezongen in het Italiaans) Don Fernando Plinio Clabassi Don Pizzarro Antonio Manca Serra Florestan Amadeo Berdini Leonore Gré Brouwenstijn Rocco Sesto Bruscantini Marzelline Graziella Sciutti Jacquino Wladimiro Badiali Orchestra Sinfonica e Coro di Roma della RAI Conductor: Vittorio Gui Rome, 27 januari 1952 (Eén couplet van Rocco’s aria en een gering aantal maten van Leonore’s aria ontbreken) In de bonus tracks kunt u o.a. de gehele aria van Leonore beluisteren in het Duits.
G
Wotan Brünnhilde Fricka Sieglinde Siegmund Hunding
- Harry Peeters - Judith Nemeth - Anne-Marie Owens - Kelly God - Michael Weinius - Gregory Frank
Zondag 26 september Aanvang 14.00 uur
Vertrek: Amsterdam (Stadionplein) 10.00 uur Eemnes (Witte Bergen)10.30 uur (eventuele andere opstapplaats, afhankelijk van deelnemers) Prijs incl. busreis € 100,00 (1e rang), € 80,00 (2e rang) Reservering vóór 15 juli telefonisch (020-5518282) of per e-mail:
[email protected]
▲Kelly God
ederom kunnen wij u een aantal voordelige cd-boxen aanbieden. Ditmaal betreft het drie complete opera’s: Il trovatore, La forza del destino en Fidelio. De eerste twee zijn liveopnamen van de Nederlandse Opera en de laatste komt uit Rome. In alle drie opera’s zingt Gré Brouwenstijn de hoofdrol.
TRISTAN UND ISOLDE IN DÜSSELDORF
V
oor onze laatste reis van dit seizoen is nog een beperkt aantal plaatsen beschikbaar. De Deutsche Oper am Rhein brengt in een coproductie met de Opera van Bazel een opvoering van Tristan und Isolde. In de titelrollen: Ian Storey en Janice Baird. Regie Claus Guth, muzikale leiding Alex Kober.
Zondag 11 juli aanvang 17.00 uur
Wij kunnen u de boxen met een aantrekkelijke korting aanbieden. Per box betaalt u € 15,- (i.p.v. de gemiddelde winkelprijs van € 22,50) + € 1,50 verzendkosten per box. De cd’s zijn aan de Vriendenbalie te koop, maar u kunt ze ook bestellen door overmaking op bankrekening 43.40.57.207 t.n.v. Vrienden van De Nederlandse Opera. 6
Vertrek: Amsterdam (Stadionplein) 12.00 uur, Utrecht (Jaarbeursplein) 12.45 uur en Arnhem (Mercure Postiljon Motel) 13.45 uur. Prijs incl. busreis € 80,Reservering voor 30 juni telefonisch (020-5518282) of per e-mail:
[email protected] 7
IN GESPREK MET JOHANNETTE ZOMER door Franz Straatman
▲Johannette Zomer
In het hartje van Zutphen woont Johannette Zomer, in een van de oudste huizen. De woning bestaat in feite uit twee samengetrokken pakhuizen. Waar zou een sopraan die een grote naam opbouwde in de oude muziek, beter kun-
barokmuziek is mijn taal nen wonen? ‘In aanleg is het pand zelfs ouder dan de muziek die ik zing,’ vertelt zij terwijl zij mij voorgaat over trappen die de niveauverschillen tussen de leefruimtes markeren. ‘De kelder stamt uit de vijftiende eeuw, maar andere delen zijn zeventiende-eeuws, uit de tijd die ik zing.’ In deze habitat in de oude Hanzestad aan de IJssel komt zij naar eigen zeggen tot rust na repetities en concert- en opera-optredens. ‘Deze omgeving inspireert mij. Ik heb met dit soort oude dingen een klik. Dat geldt vooral de muziek. Vanaf het begin op het conservatorium merkte ik een natuurlijke verwantschap met de Barok. Ik hoefde er zangtechnisch niet over na te denken. Vergelijk het met een buitenlandse taal; je voelt meteen dat een bepaalde taal bij je past.’ Johannette Zomer kwam pas laat tot het inzicht dat zingen als beroep voor haar een ideaal leven zou openen. Ze zong wel in koren, volgde zanglessen, deed ook solo-partijen, maar haar boterham verdiende ze als analiste in een laboratorium. Totdat een beroepszangeres haar naar 8
aanleiding van een solo tijdens een kerstconcert in 1989 aanmoedigde de stem echt te ontwikkelen in een zangopleiding. ‘Ik keek in die tijd uit naar een baan op een ander laboratorium, dus het gevoel voor verandering was er. Het was voor mij toch een hele stap om naar het conservatorium te gaan; ik was al 27, en gold als gesetteld met een partner, een baan en een huis. Ik heb de switch toch aangedurfd, alhoewel ik mijn baan op het lab nog een jaar aanhield. Ik wist al gauw dat ik een juiste stap had gezet. Tijdens een voorzingavond enkele maanden nadat ik in september 1990 was begonnen op het conservatorium van Amsterdam, voelde ik mij zo in mijn element op het podium. Ook de leraren waren aangenaam verrast. Wat ik toen zong? Weet ik niet meer. Ik denk Bach.’ Stevige plaats In de twintig jaar dat Johannette Zomer professioneel met de zangkunst bezig is, veroverde zij zich een stevige plaats in de wereld van de oude
muziek, zo valt af te leiden uit de inmiddels 47 cd’s waaraan zij meewerkte. Daarbij ook enkele solo-opnames, zoals één met repertoire van diverse Engelse componisten in samenwerking met de luitspeler Fred Jacobs. Haar allernieuwste is een geheel aan opera-aria’s van Händel gewijde schijf begeleid door het ensemble Musica Amphion met hoboïst Bart Schneemann als leider. ‘Ik wilde heel graag Händel zingen. Diens muziek past goed bij mijn stem. Met Schneemann had ik al eerder fijn samengewerkt. Ook voor hem bood mijn voorstel mooie perspectieven omdat Händel vaak de sopraanstem combineert met de hobo om een gemoedstoestand tot uitdrukking te brengen..’ Veelvuldig vermelden de cd’s de namen van Jos van Veldhoven, Ton Koopman, Philippe Herreweghe en René Jacobs als dirigent van talloze composities uit de baroktijd. Aan allerlei hoogtepunten uit het repertoire droeg Zomer haar zowel in de hoogte als laagte soepele stem bij: de Hohe Messe, de Matthäus Passion, beide van Bach, de Membra Jesu nostri van Buxtehude, maar ook aan vroege opera’s van Mozart. Haar talent werd al op het conservatorium opgemerkt door Jos van Veldhoven tijdens lessen ensemblezang. Veel mazzel ‘Hij vroeg mij voor het solistenensemble dat onderdeel is van de Nederlandse Bachvereniging, de Capella Figuralis. Vandaar ben ik doorgestoomd naar de solo-rollen bij de Bachvereniging. Ik zong bovendien een tijd mee in het Collegium Vocale Gent, het koor van Philippe Herreweghe, en in het koor van Ton Koopman. Dankzij die contacten kreeg ik solistische aanbiedingen. Ik heb ook veel mazzel gehad, doordat solisten die waren gecontracteerd voor een concert of cd-opname, afvielen. Zoals bij de Hohe Messe van Herreweghe; ik zong toen in zijn koor. Vlak voor de concertserie werd de tweede sopraan ziek; ik zei Herreweghe dat ik haar aria ‘Laudamus te’
wel wilde overnemen, want ik kende dat stuk. Vervolgens zou er een cd-opname van worden gemaakt. Belde Philippe me op: ‘Wil je de eerstesopraanpartij voor je rekening nemen, want de zangeres is ziek.’ Het was mijn eerste cd, en ook de enige waarop ik zowel solistisch meewerk als in het koor zing. Het betekende meteen mijn doorbraak bij Herreweghe, in juli 1996, toen ik net mijn conservatoriumdiploma had behaald.’ Sopraan met een donkere onderstroom in de kleuring, zo valt haar stem te omschrijven. In lange lijnen houdt zij de stem weliswaar strak, terwijl er toch voldoende muzikale emotie in doorklinkt. Fraai is de wijze waarop zij versieringen aanbrengt of een frase afrondt: met een schalks klinkend vibrato, spontaan en natuurlijk. ‘Ik streef er naar om mij te voegen in de klankkleur van de instrumenten. Met een strakke stem draag ik bij aan een transparante expressie. Dat vraagt de stijl van de barokmuziek waarin de polyfonie zo belangrijk is. De helderheid is ook nodig om de teksten verstaanbaar te houden.’ ► ▲Johannette Zomer als Cinzia in Ercole Amante, DNO januari 2009 ( foto Ruth Walz)
V
oor de tweede keer is de sopraan Johannette Zomer betrokken bij een productie van DNO. Vorig seizoen zong zij in Ercole amante van Francesco Cavalli. In juni volgt Don Chisciotte in Sierra Morena van Francesco Conti. Wie is Johannette Zomer? In ieder geval geen familie van sopraan Janny Zomer, en ook hun repertoires lopen sterk uiteen.
9
Bekende naam In de opera van Conti komt die kwaliteit goed van pas, want in de eerste drie (van vijf ) bedrijven heeft zij louter recitatieven te zingen. Pas in de vierde en vijfde akte kan zij zich uitleven in een aria. Als Ordogno (een man) heeft zij, samen met Lope, een regelende rol om de verdwaasde Don in het gareel te houden. De recitatieven zijn bepaald geen straf om te zingen, want, zo legt Johannette Zomer uit, ‘Conti gebruikt effectief de chromatiek om allerlei draaiingen in de tekst kleurrijk tot uitdrukking te brengen. Hij is daarin zoveel beter dan menig andere componist. Ik
kende zijn werk al door liederen en cantates. Het is spannend om nu ook in een opera van hem te zingen.’ Ook al biedt twee eeuwen barokmuziek genoeg afwisseling, toch maakt Johannette Zomer graag uitstapjes naar later tijden. Zo zong ze Mélisande in Pelléas et Mélisande (Debussy), had zij een aandeel in Le grand macabre van Ligeti, doet ze liederenprogramma’s met onder meer Schubert en Wolf, en verheugt ze zich op de rol van Susanna in Mozarts Le nozze di Figaro, over twee seizoenen bij de Nationale Reisopera. ‘Ik heb duidelijk affiniteit met de zeventiende, achttiende en twintigste eeuw. Met de Romantiek ben ik voorzichtig. Mijn stem is niet geschikt voor zwaar bezette orkesten. Dat is duidelijk het terrein van Janny Zomer.’ ►
met de romantiek ben ik voorzichtig. mijn stem is niet geschikt voor zwaar bezette orkesten.
De opera- en concertreizen van MUSICO kenmerken zich door een uitgebreid keuze-
MUSICO Reizen opera- en concertreizen MUSICO Reizen organiseert volledig verzorgde luxe opera- en concertreizen naar de belangrijkste operasteden en muziekfestivals. Op het programma van de komende maanden staan diverse reizen naar Berlijn, het operafestival in de Arena van Verona, het Menuhin Festival in Gstaad, verschillende muzieksteden in Oostenrijk als Wenen en Salzburg en reizen naar de Verenigde Staten (o.a. New York en San Francisco). De operacyclus Der Ring des Nibelungen van Richard Wagner is een regelmatig terugkerend element in onze programmering. Een uitstekende manier om met MUSICO Reizen kennis te maken zijn onze eendaagse reizen naar Essen of Duisburg, met toptitels als Rusalka, La bohème en La traviata.
MUSICO Reizen Varkenmarkt 57 - 3511 BX Utrecht - T: (030) 299 11 05 F: (030) 293 00 39 - E:
[email protected] - I: www.musico.nl
aanbod van muziekvoorstellingen, goede theaterplaatsen, het persoonlijke karakter en aandacht voor details. We verblijven in uitstekende hotels en gebruiken de diners in goede restaurants. Voor MUSICO Reizen is muziek het doel en vakantie het middel.
10 Adv_Okt_2008.indd 1
DON QUICHOT IN DE OPERA door Peter van der Waal
I
n 1605 verscheen het eerste deel van de roman El ingenioso hidalgo don Quijote de la Mancha (De scherpzinnige edelman Don Quichot van la Mancha) van de Spaanse schrijver Miguel de Cervantes (1547-1616). De hoofdpersoon, Alonzo Quijano el Bueno is een edelman die zoveel ridderromans heeft gelezen dat hij daardoor zijn verstand verloren heeft. Hij denkt dat hij zelf een ridder is en noemt zich Don Quichot van la Mancha. Don Quichot is ervan overtuigd dat hij als dappere ridder moet strijden voor God en zijn geliefde Dulcinea, die hij weliswaar nog nooit gezien heeft, maar van wie hij zeker weet dat ze bestaat. Hij trekt ten strijde tegen alle soorten van onrecht, bijgestaan door zijn buurman en dienaar Sancho Panza. De materialistische Panza is de tegenhanger van de idealistische Don Quichot en vindt eigenlijk alleen eten en drinken maar belangrijk. De verwarde Don Quichot laat zich door een herbergier, die hij voor een kasteelheer aanziet, tot ridder slaan. In zijn verbeelding ziet hij zichzelf al als held vereeuwigd. Samen met Sancho Panza, die inmiddels tot schildknaap is benoemd, trekt hij ten strijde tegen windmolens, die in de ogen van de ridder reuzen zijn. In zijn verwarring ziet hij twee monniken aan voor tovenaars die een gevaar vormen voor een jonkvrouw en die hij ver-
jaagt. Aan het eind van het eerste deel keert Don Quichot terug naar huis om gunstiger tijden af te wachten om zijn strijd tegen het kwaad te kunnen vervolgen. De roman was zo’n succes dat een paar jaar later een vervolg werd gepubliceerd onder het pseudoniem Alonzo Fernández de Avellanada. Wie er achter dit pseudoniem schuil gaat is niet bekend. In 1615 publiceerde Cervantes zijn eigen tweede deel. In dit tweede deel trekken Don Quichot en Sancho Panza wederom ten strijde. Het aardige is dat zij mensen tegenkomen die hen al kennen omdat ze het eerste deel van de roman gelezen hebben. Ook nu beleven Don Quichot en Sancho Panza weer veel avonturen zoals de strijd tegen wijnzakken en een poppenkast. Bovendien staan er in dit tweede deel ook verhalen die Don Quichot niet zelf meemaakt, maar die aan hem door anderen verteld worden. Een voorbeeld hiervan is het verhaal van de bruiloft van Camacho, door Felix Mendelssohn tot opera verwerkt. Aan het eind van het tweede boek keert Don Quichot terug naar huis. Cervantes laat hem weer bij zinnen komen en Don Quichot sterft als Alonzo Quijano el Bueno. ► 11
25-10-2008 10:54:09
12
Na het mislukken van zijn opera Bacchus begon hij aan Don Quichotte. In zijn autobiografie Mes souvenirs (Parijs, 1912) schrijft hij hierover: ‘Don Quichotte werkte op mij als een verzachtende balsem en zoiets had ik erg nodig (…) Ik had erg veel last van reumatische pijnen en ik bracht de dag meer in bed dan uit bed door. Ik had een bijzonder soort lessenaar uitgevonden die mij in staat stelde liggend te componeren. (…) De compositie van Don Quichotte schoot met de dag meer op.’ Massenet baseerde zijn opera op de heldenkomedie van Jacques Le Lorain. ‘Vooral de geniale vondst van Le Lorain om Cervantes’ Dulcinea, de dikke herbergierster, te vervangen door de bijzonder originele en beeldschone Dulcinea, was voor mij de aanleiding om deze opera te schrijven. Géén van de bekendste Franse toneelschrijvers was op dat uitstekende idee gekomen. Dulcinea vertegenwoordigde het element van vrouwelijke schoonheid in ons stuk, en onze Don Quichotte kreeg daardoor tegelijk een groot poëtisch aspect, omdat hij in dit geval stierf uit echte liefde voor de mooie Dulcinea die zo’n hartstocht in hoge mate rechtvaardigde. Ik verheugde me enorm op de première. Die vond in februari 1910 in de opera van Monte Carlo plaats. Ach, het was een prachtige, briljante première! Met grote geestdrift juichte men onze fantastische zangers toe: Chaliapin – een ideale Don Quichotte, Lucy Arbell – een vurige, buitengewoon mooie Dulcinea en Gresse als een bijzonder komische Sancho.’
Chaliapin Het was dezelfde Feodor Chaliapin die in 1933 een film maakte over Don Quichot. De regisseur G.W. Pabst gaf vijf componisten de opdracht om voor de film liederen voor Chaliapin te schrijven. Het waren Jacques Ibert, Maurice Ravel, Marcel Delannoy, Manuel de Falla en Darius Milhaud. Iedere componist verkeerde in de veronderstelling dat hij de enige was die benaderd was. Dit ging bijna ten koste van de goede vriendschap tussen Ibert en Ravel, want Ibert won. Ravel, die drie prachtige Don Quichotte liederen schreef, overwoog nog een rechtzaak, maar zag ervan af en bleef bevriend met Ibert. Chaliapin was een van de grootste zingende acteurs van zijn tijd en het is een bijzondere ervaring om hem nu nog te kunnen zien en te horen, te meer daar Chaliapin ‘live’ de liederen zingt. Ze werden niet nagesynchroniseerd zoals toen gebruikelijk. Bovendien werd de film in drie verschillende talen opgenomen én door Chaliapin gezongen! De Franse en de Engelse versies verschenen in 2006 op dvd (Adventures of Don Quixote, VAI 4367). Naast de liederen voor de Don Quichot-film schreef Jacques Ibert nog het ballet Le Chevalier
Errant en een stuk voor de radio-uitzending ter gelegenheid van de vierhonderdste geboortedag van Cervantes. Tegen zijn biograaf zei Ibert: ‘Het personage van Don Quichot heeft me altijd achtervolgd, of liever, ik heb hem steeds weer opgezocht. Maar daaruit mag je niet concluderen dat ik graag tegen windmolens vecht of als strijder tegen het kwaad poseer. Don Quichot vertegenwoordigt voor mij een man die een ideaal najaagt dat hij nooit zal bereiken. Misschien is daar wel een mysterieuze en verborgen overeenkomst met mijn eigen temperament.’ Manuel de Falla kreeg van prinses Edmond de Polignac opdracht om een werk voor poppenkast te schrijven. Maar door de eerste wereldoorlog werd Falla gedwongen terug naar Spanje te gaan. Daar werkte hij intensief samen met de dichter Federico García Lorca met wie hij onder andere een aantal werken voor poppenkast maakte. Bij terugkomst in Parijs schreef De Falla zijn El retablo de Maese Pedro voor poppenkast. Het is gebaseerd op het verhaal uit het tweede deel van Cervantes Don Quichot waarin Don Quichot een aanval doet op een poppenkast. ◄
▲Scène uit Don Chisciotte in Sierra Morena ( foto R. Lens)
Massenet Eén van de weinige opera’s die repertoire gehouden heeft is Don Quichotte van Jules Massenet.
▲Miguel de Cervantes
Inspiratiebron In de muziek is Don Quichot voor vele componisten een inspiratiebron geweest. Dit begon al in 1614 toen er een ballet Don Quichotte in het Louvre werd gedanst op muziek van Michel Henri. In 1680 ging in Venetië de opera Il Don Chisciot della Mancia van Carlo Sajon in première. Dit was een van de eerste opera’s gebaseerd op het verhaal van Don Quichot. Vele volgden. Een groot aantal componisten in heel Europa gebruikte Don Quichot van Cervantes als inspiratiebron voor hun opera’s. Tien jaar na de opera van Sajon werd in Hamburg Der irrende Ritter Don Quixotte de la Mancia van J. Ph. Förtsch opgevoerd. In 1694 schreef Henry Purcell toneelmuziek bij The Comical History of Don Quixote van Thomas d’Urfry. Ook Telemann hield zich met Don Quichot bezig, voor het eerst in 1727 toen zijn opera Sancio oder Die siegende Grossmut in Hamburg werd opgevoerd. Vierendertig jaar later schreef hij de serenade Don Quichotte der Löwenritter en de ouverture voor strijkorkest Burlesque de Quixote. Tot ver in de twintigste eeuw schreven componisten muziektheaterwerken over Don Quichot. In de achttiende eeuw waren dat onder andere Piccini (1756 en 1770), Paisiello (1769), Salieri (1770) en Grétry (1792). Ook in de negentiende eeuw bleef het een geliefd onderwerp. In 1827 schrijft de befaamde Spaanse zanger en pedagoog Manuel García, vader van Maria Malibran en Pauline Viardot, in New York de opera buffa Don Chisciotte. Datzelfde jaar gaat in Berlijn de opera Die Hochzeit des Camacho van Felix Mendelssohn in première. Zes jaar later schrijft Gaetano Donizetti een opera genaamd Il furioso nell’isola di S. Domingo naar een anoniem Don Quichot-toneelstuk. Ook Wilhelm Kienzl, bekend van zijn opera Der Evangelimann, schreef een Don Quixot. Deze opera ontstond in 1898, hetzelfde jaar waarin Richard Strauss’ gelijknamige symfonisch gedicht in première ging.
13
FIDELIO, JONGE VRIENDEN VAN DE NEDERLANDSE OPERA
GIOVANNA D'ARCO, EEN DROOM VAN EEN OPERA
▼Aandacht voor de inleidende lezing
D N Orfeo en Fidelio bij Les Troyens door Joke Beeckmans Leden van beide verenigingen verzamelden zich bij de artiesteningang van Het Muziektheater. Toen iedereen deze gevonden had, dwaalden we door het labyrintische Muziektheater richting het Atrium. Op deze plek bereidde het Koor van De Nederlandse Opera zich maandenlang voor op de première. Koordirigent Winfried Maczewski werkte daarbij samen met de Franse taalcoach Trille Bedarrides. Na koffie met oranje tompoezen volgde hier tussen de muziekstandaards een inleiding door Kasper van Kooten. Deze keer zonder taalcoach want de overgrote meerderheid van de Belgische Orfeo-leden bleek Vlaams te zijn. Kasper vertelde ons onder andere over de tijd waarin Les Troyens werd geschreven, over de bijzondere onderwerpkeuze en de uitzonderlijke orkestratie van Berlioz. Hij eindigde met een opmerkelijke vergelijking met Psycho van Hitchcock: ook daar sterft de hoofdpersoon in het midden van de film, en wordt een bijrol de hoofdpersoon. Tijdens de lunch kwamen de gesprekken op gang. In de gangen werden favoriete muziekperiodes en opera’s uitgewisseld. Activiteiten en de organisatie van beide verenigingen werden naast elkaar gelegd. Maar ook belangrijke culturele en 14
et als De Nederlandse Opera heeft ook de Brusselse Munt een jongerenclub: Orfeo. Ook zij organiseren rondleidingen, borrels, kortingen en inleidingen voor operafans onder de dertig. Fidelio nodigde deze zustervereniging uit voor de laatste opvoering van Les Troyens op 2 mei. Het werk, dat al in 1906 in Brussel integraal te zien was (in Amsterdam pas in 2003), gaat onder andere over de botsing tussen twee culturen. Hoe zou een ontmoeting tussen Nederlandse en Belgische operaliefhebbers verlopen? niet-culturele vraagstukken kwamen aan bod: ‘Valt niet iedereen dronken in die grachten met Koninginnedag?’ Toen iedereen genoeg gegeten had om een Griekse oorlog te overleven, werd vertrokken naar het voorgebouw om te genieten van een prachtig en bij momenten ontroerend meesterwerk. Het was een gezellige middag. Of zoals één van de deelnemers uit Brussel ons mailde: ‘Amsterdam was super, maar de kennismaking met DNO nog superder!’ Wíj kijken al uit naar de return in juni. Dan wordt een groepje Fidelioleden door Orfeo ontvangen en rondgeleid in De Munt en wordt een voorstelling van Macbeth van Verdi in een regie van Krzysztof Warlikowski bijgewoond. ◄ Op vrijdag 9 juli sluit Fidelio het seizoen feestelijk af met een activiteit rond L'elisir d'amore. Het is ook een introductieavond, dus neem al je vrienden mee! Kijk voor meer info op www.fidelio-opera.nl
e vroege opera’s van Verdi vallen op door het volkse karakter van de muziek. Het is niet zelden een potpourri van dansachtige stukken die vrolijk, droevig, opgewonden, boos of anderszins geladen worden. Zo ook Giovanna d’Arco. Deze opera is bij uitstek een volksopera te noemen. De Rotterdamse Opera voert dit werk in september van dit jaar in Theater Zuidplein op.
De opera gaat boven alles over de bevolking van een belegerde stad. In hun wanhoop zoekt zij toevlucht in een droom. Een droom van verlossing, rechtvaardigheid en ontsnapping aan de vernietigende realiteit. Het is ook een verhaal van wantrouwen, misverstanden en afgunst. Als je in een stad als Rotterdam deze opera opvoert dan kan je niet om de vergelijking met de lotgevallen van die stad in de tweede wereldoorlog heen. Het stuk wordt opgevoerd tegen de achtergrond van een verstoorde stad aan het einde van een lange en uitputtende oorlog. De mensen in die stad staan centraal, er is weinig tot niets meer over van wat die stad ooit had en was, maar met elkaar en de weinige middelen die ze nog hebben dromen ze een droom bij elkaar over een engelachtige verlosser. De droom verwordt langzaam tot nachtmerrie en uiteindelijk wordt iedereen weer wakker in zijn eigen realiteit. De decors, rekwisieten en kostuums bestaan uit door een leger achtergelaten kledingstukken en spullen. Door af te zien van ingewikkelde decors en extreme kostumering komt de aandacht vanzelf waar die moet zijn, namelijk bij de mensen en bij wat ze doormaken. Deze mensen vormen je werkelijke rijkdom, en als je je geest en fantasie hebt weten te beschermen en bewaren kan je met elkaar beschikken over de enige en grootste rijkdom die je nodig hebt.
Opera met mensen en over mensen. Mensen die u zou kunnen herkennen. Het zijn uw buren, uw familie, uw gezin of misschien bent u het zelf.◄
Première 18 september, 20.00 uur Matinee 19 september, 15.00 uur Uitvoerenden: Het koor van de Rotterdamse Opera Orkest - Camerata Terra Reno Solisten: Waldin Roes sopraan, Mark Janicello tenor, Vitali Rozynko bariton, Harald Quaaden tenor, Marc Pantus bas. Muzikale leiding: Marco Bons Regie: Marc Pantus Plaatskaarten € 35,00 Reserveren: kassa Theater Zuidplein 010-2030203 of Rotterdamse Opera 010-2122307 15
AUDI'S ATTILA VAN VERDI IN NEW YORK
A
ls groot fan van de producties van Pierre Audi en van de Metropolitan in New York was ik natuurlijk uiterst nieuwsgierig naar Audi’s debuut bij dit operahuis: Attila van Verdi. Opmerkelijk, want Pierre Audi is een regisseur die wars is van opera’s waar het eigenlijk maar om één ding gaat en dat is het zingen. Dramaturgisch is Attila nou niet bepaald Verdi’s sterkste werk te noemen. Met uitzonderlijk veel cabaletta’s is dit een vroege opera van Verdi die meer past in de traditie van het belcanto dan van de Verdi die men kent van zijn meesterwerken als Otello, Don Carlo, La traviata en Rigoletto. Maar desalniettemin gaat Audi met Attila terug naar de componist met wie hij ooit zijn operaleven begon. Hij debuteerde in 1990 met Jérusalem bij Opera North, een al even opmerkelijke titel als de Verdi-opera van nu.
▼Violeta Urmana (Odabella) en lldar Abdrazakov (Attila)
Cast Attila in New York had alle ingrediënten om tot een succes te leiden: een uitstekende dirigent op het gebied van Verdi (Riccardo Muti), een goede bezetting (Ildar Abdrazakov, Violeta Urmana, Ramón Vargas, Carlos Alvarez en Samuel Ramey in een cameo-rol) én een interessant artistiek team: naast Pierre Audi waren er drie ontwerpers aangetrokken voor het decor en de kostuums, te weten Miuccia Prada (de mode-ontwerpster) en
16
het ontwerpersduo Herzog & de Meuron. Maar de reputatie van Muti is natuurlijk ook berucht. Er zijn anekdotes te over waaruit blijkt dat hij eigenlijk een onmogelijke dirigent is om mee samen te werken. Maar Audi en Muti hadden ook al samen tweemaal Die Zauberflöte op de planken gezet in Salzburg, dus die samenwerking zou wel snor zitten. Moeizaam proces Uit verschillende hoeken bleek dat het tot stand komen van Attila een moeizaam proces is geworden. Muti zou te vaak zijn stempel hebben gedrukt op de vormgeving. Ook voor Muti was het namelijk een MET-debut en ook hij wilde natuurlijk dat dit geen fiasco zou worden. Pierre Audi bleek zich niet vrij te voelen en was naar eigen zeggen niet helemaal tevreden met het resultaat. De première op 23 februari jl. leidde dan ook tot een fiasco en boegeroep voor het artistieke team (iets wat pas dit seizoen zijn intrede gedaan zou hebben in de MET). Was daarmee het debuut van één van onze meest gewaardeerde en onderscheiden regisseurs in de MET in New York mislukt?
Als toeschouwer van de laatste voorstelling op 27 maart jl. kan ik melden dat ik heb genoten. In de afgelopen jaren heb ik van deze opera drie voorstellingen bijgewoond (één concertant). Van alle drie de uitvoeringen bleef mij het meeste bij dat ik het een saaie opera vond. Maar als ik de opera op cd beluister, kom ik telkens weer tot de conclusie dat hij wel degelijk de moeite waard is. Attila heeft alleen wat hindernissen. De belangrijkste is de muziek zelf en het gebrek aan handeling tijdens heel veel scènes. De opera is gewoon een belcanto-opera die staat of valt bij een goede bezetting en een goede dirigent. Indrukwekkend Tijdens de voorstelling van 27 maart zong Ildar Abdrazakov een werkelijk indrukwekkende Attila (in de ZaterdagMatinee in 2007 maakte hij zijn roldebuut in deze opera!). Violeta Urmana (bij DNO bekend om haar mezzo-rollen Kundry, Eboli en Amneris) begaf zich als sopraan op de grenzen van haar kunnen, maar deed het niet slecht in deze rol, ondanks haar gemelde verkoudheid. Ramón Vargas zong prachtig, maar een tikkeltje aan de bescheiden kant voor het grote auditorium van de MET. Als Ezio had ik een andere vertolker dan de eerder aangekondigde Alvarez, die vlak voor de première vervangen werd door Giovanni Meoni (ruzie met Muti?). Tijdens mijn voorstelling zong de enorm imponerende Franco Vasallo. Kortom alle vier waren zeer goed op dreef. Muti dirigeerde de laatste voorstellingen helaas niet, maar met Marco Armiliato had de MET een zeer verdienstelijke vervanger klaar staan. Samuel Ramey zong als oude rot de rol van kardinaal Leone en deed dat zeer verdienstelijk. Het decor was indrukwekkend. Het podium voor de proloog van de opera zag eruit als een verwoeste stad. Precies zoals Rome er wellicht heeft uitgezien nadat Attila deze stad veroverd had. De rest van de opera speelde zich af tegen een decor dat een groot woud moest voorstellen. Ook dit zag er indrukwekkend uit.
▲Violeta Urmana (Odabella) en lldar Abdrazakov (Attila)
door Lennaert van Anken
Vervelend waren de vele scènewisselingen: drie wisselingen voor de pauze en drie er na. De kostuums waren prachtig. Een goede menging van futuristisch en hedendaags en passend bij de tijd waarin de opera zich afspeelt. Dat zijn wij gewend van de producties van Audi. Ik kan mij voorstellen dat Pierre Audi niet staat te popelen om zijn Attila aan het Nederlandse publiek te tonen, maar ik vrees dat hij zijn eigen publiek dan net niet voldoende kent. De voorstelling zou met wat kleine aanpassingen (scènewisselingen die zonder dat het doek dicht gaat kunnen verlopen) een nieuw succes kunnen zijn in de glansrijke carrière van deze regisseur. Uiteraard is daar wel een uiterst goede bezetting voor nodig. De dirigent is snel gekozen (Carlo Rizzi)! ◄ 17
WACHTEN OP ANNE, DANAE EN GRETE door Peter Franken
I
In 2007 debuteerde Anne als Gutrune in Bayreuth. Volgens kenners zag het er even naar uit dat het koppel Schwanewilms/Eberz ook het nieuwe liefdespaar op de Festspiele zou worden maar dat mocht niet zo zijn want iets later is Sieglinde uit Annes repertoire verdwenen. De stem is gaandeweg van mezzo veranderd in een sopraan. Van Wagner zingt ze nog wel Elsa en Elisabeth maar niet langer Senta en Sieglinde. Naast Wagner bestaat haar huidige repertoire voornamelijk uit werk van 20ste-eeuwse componisten zoals Strauss, Schreker en Berg. Met name waar het gaat om haar vertolkingen van Strauss wordt ze terecht gezien als de nieuwe Schwarzkopf. Anne als Marschallin Als Anne in mei 2011 eindelijk haar opwachting gaat maken in Het Muziektheater als Marschallin in Der Rosenkavalier betekent dat voor mij persoonlijk het einde van een wachttijd van 12,5 jaar, een koperen wachtjubileum zogezegd. Niet dat dit betekent dat we Anne de afgelopen jaren nooit in Amsterdam of elders in Nederland hebben kunnen horen. Ze was in de Matinee voor Der ferne Klang en Die Liebe der Danae en verder zong ze onder meer de Vier letzte Lieder 18
▲Anne Schwanewilms
n oktober 1998 bezocht ik in de luwte van alle Wagner-hectiek in Amsterdam toentertijd de eerste avond van de Ring in Bonn. In deze Walküre werden Siegmund en Sieglinde vertolkt door toen nog relatief onbekende zangers: Alfons Eberz en Anne Schwanewilms. Verder was Gabriele Schnaut als gast aanwezig, uiteraard als Brünnhilde. Eigenlijk zou er een Vriendenbus naar deze voorstelling gaan maar de belangstelling was zo gering, door de enorme aandacht die op dat moment uitging naar alles wat er in Amsterdam op Ring-gebied plaatsvond, dat de reis werd afgelast. Gelukkig had Fred Lingen twee kaartjes voor eigen gebruik laten reserveren en daar mochten Cees Pijpers en ik gebruik van maken. Ik ben hem daar nog steeds dankbaar voor. Vanaf dat moment ben ik Anne Schwanewilms met meer dan gewone belangstelling blijven volgen, erop vertrouwend dat we deze geweldige zangeres ooit een keer op het toneel van DNO te zien zouden krijgen.
tijdens concerten. Op 1 juni van dit jaar zong ze in Rotterdam de hoofdrol in Genoveva van Robert Schumann. Maar in Het Muziektheater is ze nog niet op het toneel te zien geweest. Richard Strauss Toneel, dat is namelijk waar het mij altijd om gaat. In mijn beleving is opera totaaltheater en daaruit laat zich niet straffeloos een component verwijderen. Een concertante uitvoering vind ik per definitie incompleet, zoiets als een film
zonder geluid. Dat is wel een apart genre maar ik loop er niet warm voor. Voor een operanomade zoals ik is dat echter geen onoverkomelijk probleem. Als de voorstelling niet naar mij toe komt, ga ik wel naar de voorstelling toe. Zo reisde ik in maart 2009 naar Dresden om in de Semperoper de laatste opera van Richard Strauss te zien: Die Liebe der Danae. Voor zover mij bekend wordt deze opera bijna nooit gespeeld met uitzondering van Salzburg en Dresden. En dat is erg jammer. Strauss werd nogal eens verweten dat hij zichzelf in zijn latere opera’s alleen nog maar herhaalde. De lak was eraf, er kwam niets nieuws meer bij. Een iets positievere benadering is dat hij het beste uit zijn eerdere opera’s wist te verwerken in nieuw materiaal. Een dergelijke insteek heeft inmiddels geleid tot een herwaardering van Daphne en in mindere mate van Die ägyptische Helena. Wat nog maar niet wil lukken is het genereren van meer belangstelling voor Danae. In Dresden wordt het werk echter gekoesterd en men had er een prachtige voorstelling van gemaakt, uiteraard met Anne als Danae. De opera is een ‘heitere Mythologie’ en combineert twee thema’s namelijk het Midasverhaal en de Danae-mythe waarin Zeus, altijd op vrijersvoeten, Danae bezoekt in de vorm van een gouden regen en haar bezwangert; hieruit wordt Perseus geboren. Goud is in deze synthese van mythen het Leitmotiv. De muziek laat zich beluisteren als een ware anthologie van Straussiaanse thema’s, voor de ingewijde een feest van herkenning. Het is zeker niet een van de meest toegankelijke werken, maar dat geldt bijvoorbeeld evenzo voor Die Frau ohne Schatten. Dat brengt mij bij een volgend punt. DNO is inmiddels gestart met het programmeren van opera’s van Strauss die tot het standaardrepertoire behoren, zonder dat eerst wat verder is doorgegraven in het latere werk van deze componist. Na Capriccio en Daphne is er een abrupte terugkeer naar vroeger werk: een ingekochte Frau, een
nieuwe productie van Salome. Waarom niet eens wat verder gekeken: Die ägyptische Helena, Die Liebe der Danae, Die schweigsame Frau. Helena werd recent met veel succes opgevoerd in onder meer Essen en Berlijn, Danae zou zomaar als coproductie overgenomen kunnen worden van Dresden of van de Salzburger Festspiele. Het Châtelet in Parijs durfde het enige tijd geleden aan om Die schweigsame Frau te programmeren met Nathalie Dessay als Aminta: het was een doorslaand succes. In een interview met Hartmut Haenchen las ik dat hij Danae graag eens in Amsterdam zou willen dirigeren. Hij is een prima pleitbezorger natuurlijk. Hopelijk laten ze Anne dan de hoofdrol vertolken. In januari van dit jaar zag ik ‘Die Schwanewilms’ in Der ferne Klang van Schreker in de Staatsoper Berlin. Zij vertolkte hierin de rol van Grete. Ik realiseerde me op dat moment dat haar repertoire en mijn favoriete muziek, Wagner plus werken uit de eerste helft van de 20ste eeuw, inmiddels aardig zijn gaan samenvallen. Het was de laatste voorstelling uit de reeks en Anne was ziek, maar ze zong wel. Gelukkig zat ik op de eerste rij waardoor voor mij haar volume nog wel toereikend was. Afgezien van wat minder volume gaf ze geen krimp. Het is een vrij lang werk en Grete heeft veel te zingen wat het allemaal extra belastend voor haar maakte. Na afloop tijdens het slotapplaus moest ze bijna van het toneel worden gedragen. Maar ondanks alles een prachtige vertolking. Jammer genoeg zijn er geen opnamen van gemaakt, een dvd zou zeer welkom zijn geweest. Ook deze opera zou in mijn beleving goed passen in de DNO-programmering van 20e eeuws werk. De opera is zeker niet minder interessant dan Die Gezeichneten en er kan een kant en klare productie van worden ingekocht. Vandaar de titel van dit artikeltje: wachten op Anne, Danae en Grete. ◄ 19
MAGDA OLIVERO 100 JAAR door Peter van der Waal
E
Ze begroette me hartelijk en ging me voor naar de zitkamer. Het eerste dat me opviel was het prachtige, beroemde schilderij dat Attilio Melo in 1971 van haar maakte. Het duurde niet lang of de verhalen kwamen los. Ze vertelde zo fantastisch
▲Magda Olivero
indelijk was het zover. Op zaterdagmiddag 13 maart jl. stond ik met een grote bos rozen en een bonzend hart bij Magda Olivero op de stoep in Milaan. Het was even zoeken, maar uiteindelijk zag ik tussen al die Italiaanse namen op een glanzend koperen plaatje die van de legendarische sopraan! Ik belde aan en haar secretaris Matteo vroeg me boven te komen. Magda Olivero woont op de bovenste verdieping van een prachtig appartementencomplex in het hartje van Milaan. De deur ging open en daar stond ze dan, een klein vrouwtje met nog steeds een enorme uitstraling. Ongelofelijk, je zou nooit zeggen dat ze nog geen veertien dagen later, op 25 maart, honderd jaar zou worden!
Ik kan zeggen dat ik op die manier veel contact gehad heb met de doden.’ Natuurlijk kwam haar glansrol ook ter sprake: Adriana Lecouvreur in Francesco Cilea’s gelijknamige opera. Ze zong
ik was gespecialiseerd in het doodgaan! dat ik vergat de opnameapparatuur die ik bij me had aan te zetten. Matteo kreeg het in de gaten en merkte dat ik haar niet in de rede wilde vallen. Hij vroeg haar even te wachten zodat ik het apparaat aan kon zetten. Aardig als ze is, was dat geen enkel punt en toen het apparaat eenmaal aanstond begon ze opnieuw te vertellen! Op de vraag welke rollen ze in haar carrière het liefst gezongen had antwoordde ze: ‘Ik hield van al mijn rollen, want ik vind dat je geen opera kunt zingen als je niet van je rol houdt.’ Het zingen en spelen van een rol is volgens Magda Olivero: ‘een manier van spreken, van leven. Boven alles je in je personage inleven. Ook de doden, ik was gespecialiseerd in het doodgaan! 20
de rol voor het eerst op 29 oktober 1939 met niemand minder dan de legendarische Beniamino Gigli als haar tegenspeler. De componist was er ook bij en was verrukt over haar uitvoering. Later zou hij zeggen: ‘een betere vertolking is niet mogelijk. Zij maakt aanzienlijk meer van de rol van Adriana dan ik op papier kan zetten.’ Kort daarop trouwde Magda Olivero en stopte ze met zingen. Maar in 1950 uitte de inmiddels bejaarde Cilea de wens om haar nog één keer als Adriana Lecouvreur te mogen horen. Magda Olivero twijfelde, maar gaf uiteindelijk toe. Haar stem was met de jaren nog expressiever geworden. Maar, helaas, de componist
Naast Cilea werkte Magda Olivero ook nauw samen met andere componisten zoals Umberto Giordano. Begin jaren veertig zong Magda Olivero in zijn inmiddels vergeten opera Messe Mariano. Zij zong de rol van een vrouw die in haar jeugd een onwettige zoon heeft gekregen. Zij trouwt met een man die haar dwingt haar zoon in een weeshuis te doen. Als de moeder haar zoon gaat bezoeken, durft niemand haar te zeggen dat hij juist die nacht is overleden. In plaats daarvan zeggen ze dat hij met de andere kinderen naar de kapel is. De opera eindigt met de moeder die vertwijfeld haar zoon tussen de kinderen zoekt. Tijdens deze laatste scene wordt in de opera door de moeder niet meer gezongen. Hier had Magda Olivero profijt van de acteerlessen die zij na haar zangstudie gevolgd had. Ze beeldde de vertwijfeling van de moeder zó ►
▲Magda Olivero met Peter van der Waal, schrijver van dit artikel
heeft het niet meer mee mogen maken. Hij overleed een aantal weken voor de voorstelling.
21
OPERAFESTIVALS goed uit dat zowel Giordano als de regisseur in tranen waren. En toen het doek opging zag het publiek Magda Olivero staan met op haar ene schouder een snikkende Giordano en op haar andere schouder de huilende regisseur. Ook in Nederland was Magda Olivero een graag geziene gast. Vooral bij de Matinee op de Vrije Zaterdag heeft ze vaak gezongen. Ze werd dan ook een goede vriendin van de oprichter en programmeur van de Matinee Hans Kerkhoff. Een vriendschap die zou duren tot zijn dood in 2005. Magda Olivero vertelde uitbundig over haar vele prachtige herinneringen aan Nederland. Op een keer zou ze op een concert de aria La mamma morta uit Andrea Chenier van Giordano zingen. Hans Kerkhoff zei haar dat hij niet snapte wat ze aan die aria vond maar stemde toch toe dat ze hem zou zingen. Ze vertelde hoe hij na het concert naar haar toe kwam: ‘Hij verscheen met tranen in de ogen, en zei: ik had nooit gedacht dat het zo mooi zou zijn. Zoals je gezongen hebt is wonderbaarlijk!’ Ook Arturo Toscanini was een groot bewonderaar van Magda Olivero. Ze vertelde dat ze ieder jaar op vakantie ging naar het Gardameer. Op
een dag maakte ze een wandeling en kwam ze Wally, de dochter van Arturo Toscanini tegen: ‘Mevrouw, mevrouw!! Wat fijn dat u hier bent! Mijn vader wil u graag leren kennen!’ Ze wist niet goed wat te doen - de grote Toscanini - kon ze eigenlijk wel meegaan?? Toscanini’s dochter zag haar twijfel en zei: ‘Maakt u zich nou vooral niet druk over mijn vader. Hij bewondert u erg, hij heeft al uw platen! Hij kent u erg goed!’ Voor ik het wist was de middag voorbij. De herinneringen van Magda Olivero waren onuitputtelijk! Tot slot van het gesprek wilde ze nog even het woord tot het Nederlandse publiek richten: ‘Mag ik het hele Nederlandse publiek nog speciaal bedanken, het publiek dat altijd van me heeft gehouden en me veel vreugde heeft gegeven. Ik zal ze nooit vergeten, want ze zijn deel gaan uitmaken van mijn leven.’◄ Degenen die geïnteresseerd zijn in het hele interview verwijs ik naar de website van het AVRO Radio 4-programma de Klassieken: www.Radio4.nl/deklassieken. Klik op Variaties op een thema, er verschijnt dan een nieuw venster, als u vervolgens bij zoek op trefwoord ‘Magda Olivero’ invult, wordt u vanzelf naar de juiste pagina geleid.
£ Verona (IT) Puccini – Turandot | 18/6, 1, 16, 24, 30/7, 13, 20/8; Verdi – Aida | 19, 25/6, 3, 8, 13, 18, 22, 25, 27, 31/7, 8, 10, 15, 17, 22, 26, 29/9; Puccini – Madama Butterfly | 26/6, 2, 9, 14, 17, 21, 28/7, 6/8; Bizet – Carmen | op 10, 15, 20, 23, 29/7, 12, 18, 21, 24, 27/8; Verdi – Il trovatore | 7, 11, 14, 19, 25, 29/8 www.arena.it £ Rome (IT) Verdi – Aida | 16, 17, 23, 24, 30/7, 1, 3, 5/8 Verdi – Rigoletto | 29, 31/7, 4, 6, 8/8 www.operaroma.it £ Torre del Lago (IT) Puccini – La fanciulla del West | 16, 23/7, 7/8 Puccini – Turandot | 31/7, 6, 12/8 Puccini – Tosca | 24, 30/7, 13, 21/8 Puccini – Madama Butterfly | 17, 25/7, 1, 14, 22/8 www.puccinifestival.it £ Pesaro (IT) Rossini – Sigismondo | 9, 12, 15, 18, 21/8 Rossini – Demetrio e Polibio | 10, 13, 16, 19/8 Rossini – La cenerentola | 11, 14, 17, 20/8 Rossini – Il viaggio a Reims | 14, 17/8 Rossini – La morte di Didione en Le nozze di Teti, e di Peleo | 19/8 Rossini – Stabat Mater | 22/8 www.rossinifestival.it £ Macerata (IT) Gounod – Faust | 30/7, 3, 7/8; Verdi – La forza del destino | 31/7, 4, 8/8; Verdi – I lombardi | 1, 5, 9/8; Vivaldi – Juditha triumphans | 6, 10/8 Verdi – Attila | 6, 10/8 www.sferisterio.it
22
£ Heidenheim (DE) Puccini – Tosca | 9, 16, 17, 23, 24, 25, 30, 31/7 Tarkmann – Der Räuber Hotzenplotz | 30/6, 1, 19, 20, 21/7 (voor kinderen v.a. 5 jaar) www.opernfestspiele.de £ Gut Immling (DE) Wagner – Der fliegende Holländer | 2, 4, 10, 16, 24, 30/7, 6/8 Bizet – Carmen | 9, 11, 17, 23, 25, 29, 31/7, 5, 7/8 www.gut-immling.de £ Eutin (DE) Von Weber – Der Freischütz op 17, 21, 23, 29, 31/7, 7/8; Verdi – La traviata | 24, 28, 30/7, 1, 4, 6, 8/8; Spontini – Lalla Rukh | 3, 5, 8/8; Gala Avond | 27, 28/8 www.eutiner-festspiele.de £ Trier (DE) Boito – Nerone | 10, 12, 14, 16, 18/7 www.antikenfestspiele.de £ Salzburg (AT) Rihm – Dionysos in het Haus für Mozart op 27, 30/7, 5, 8/8; Gluck – Orfeo ed Euridice in het Grosses Festspielhaus | 31/7, 3, 7, 13, 19, 21, 24/8; Berg – Lulu in de Felsenreitschule | 1, 4, 6, 11, 14, 17/8; Strauss – Elektra in het Grosses Festspielhaus | 8, 12, 16, 20, 23, 28/8; Mozart – Don Giovanni in het Haus für Mozart | 9, 12, 15, 19, 22, 25, 29/8; Gounod – Roméo et Juliette in de Felsenreitschule | 10, 13, 16, 18, 20, 23, 24, 27, 30/8; Bellini – Norma in het Grosses Festspielhaus (concertant) | 9, 11/8 www.salzburgfestival.at 23
IN MEMORIAM £ Bregenz (AT) Verdi – Aida | de Seebühne van 21/7 t/m 22/8; Weinberg – Die Passagierin in het Festspielhaus | 21, 26, 28,31/7; Weinberg Das Portrait in het Theater am Kornmarkt | 31/7, 3, 5/8 www.bregenzerfestspiele.com £ Tiroler Festspiele (AT) Mozart - Die Zauberflöte | 9, 16, 24/7; Wagner – Der fliegende Holländer | 17, 23/7, 1/8 www.tiroler-festspiele.at £ St Margarethen (AT) Mozart – Die Zauberflöte | van 13 t/m 31/7, 1 t/m 29/8; Humperdinck – Hänsel und Gretel | 19, 20,22, 23, 24, 25, 26, 28, 29/6, 3, 4/7 www.ofs.at £ Mörbisch (AT) Lehár – Der Zarewitsch | van 15/7 t/m 29/8 www.seefestspiele-moerbisch.at £ Innsbruck (AT) Pergolesi – L’Olimpiade | 8, 10, 12/8; Vivaldi – Ottone in Villa | 27, 29/8; Bach/Pergolesi – Kaffee Kantate/La serva padrona | 19, 20/8 www.altemusik.at £ Verbier (CH) Strauss – Salome (concertant) op 1/8 www.verbierfestival.com £ Avenches (CH) Donizetti – Lucia di Lammermoor | 2, 3, 7, 9, 10, 14, 16/7 www.avenches.ch
24
£ Orange (FR) Puccini – Tosca | 15, 18/7; Gounod – Mireille | 4, 7/8 www.choregies.asso.fr £ Aix-en-Provence (FR) Mozart – Don Giovanni | 2, 6, 8, 10, 13/7; Stravinski – Le Rossignol et autres fables | 3, 4, 6, 7, 9, 10/7; Rameau – Pygmalion | 16, 19, 20, 21/7 www.festival-aix.com £ Beaune (FR) Monteverdi – Il ritorno d’Ulisse in patria | 2/7; Mozart – Thamos, König in Agypten | 3/7; Rameau – Pygmalion/Anacréon | 10/7; Handel – Alessandro | 17/7; Handel – Il trionfo del tempo e del disinganno | 23/7; Lully – Bellérophon | 24/7 www.festivalbeaune.com £ Drottningholm (SE) Mozart – Don Giovanni | 31/7, 2, 4, 6, 8, 10, 12, 14/8 www.dtm.se £ Savonlinna (FI) Puccini - Tosca | 2, 6, 8, 13, 19, 21, 24/7; Bizet – Carmen | 3, 7, 12, 16, 22/7; Puccini – Madama Butterfly | 5, 9, 14, 20, 23/7; Donizetti – Lucia di Lammermoor | 10, 15, 17/7; Mozart – Le nozze di Figaro | 27, 29, 30/7; Strauss – Elektra | 28, 31/7 www.operafestival.fi
Willy Caron Op 26 april jl. is in zijn woonplaats Den Haag de operazanger Willy Caron op 75-jarige leeftijd overleden. De tenor brak door in 1964 toen hij het Internationale Verdiconcours in Venetië won. Daarna trad hij op in heel Europa en was hij tien jaar verbonden aan de Städtische Oper in Keulen. In Nederland maakte Caron veel opnamen als solist met de Mastreechter Staar en het Promenade Orkest. Hij zong ook bij het Limburgs Symphonie Orkest onder leiding van André Rieu sr. In 1998 richtte hij het Willy Caron Muziektheater op. Dat probeert klassieke muziek breed toegankelijk te maken. Caron werd in 2008 benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau.
Giulietta Simionato Een week voor haar 100ste verjaardag overleed op 5 mei jl. de Italiaanse mezzosopraan Giulietta Simionato. Simionato begon haar carrière in 1927. In 1933 won ze het Primo Consorso di Bel Canto in Florence. Haar carrière ontwikkelde zich aanvankelijk moeizaam, waarschijnlijk doordat zij het fascistische regime in Italië niet ondersteunde. Pas in 1947 kreeg zij haar eerste hoofdrol: Mignon aan de Scala. Zij glorieerde onder meer in rollen als Carmen, Leonora, Cenerentola, Rosina, Azucena, Amneris, Eboli, Santuzza. Zij was collega en grootste vriendin van Maria Callas: gedenkwaardig is hun duet in Anna Bolena van Donizetti in 1957 aan de Scala. Giulietta Simionato zong een aantal malen in Nederland in het Holland Festival: in La Cenerentola in 1954 in een productie van Zeffirelli en in een gastvoorstelling van de Scala van L’Italiana in Algeri in 1955. In 1966 nam zij afscheid van het operatoneel in de kleine rol van Servilia in La clemenza di Tito, aan de Piccola Scala en trok zij zich terug. Zij bleef actief als docente en talentenjager. 25
DISCOGRAFIE
l'elisir d'amore Als u een operaliefhebber bent dan bezit u ongetwijfeld minstens één opname van Donizetti’s Liefdesdrank. De officiële catalogus vermeldt maar liefst 45 registraties op cd en 12 op dvd, maar er zijn er uiteraard meer. Zelf heb ik ... Goed, laat ik maar niet opscheppen. Ik vermeld het feit alleen maar opdat u weet dat ik mijn pappenheimers ken en gewoon een selectie moet maken: de ruimte is immers beperkt. Bovendien is mijn keuze strikt persoonlijk en zeer subjectief, maar dat bent u inmiddels van mij gewend. Zo. Dixit. En nu gaan we vergelijken. UIT DE OUDE DOOS Men kan niet om Ferruccio Tagliavini heen, een door God gekuste tenore-leggiero prima grazia. Zo zoet als zijn stem klinkt, daar kan geen Monatoetje tegenop. En de tekstbegrip, ach!
26
door Basia Jaworski
Op VAI (4492) werd een complete L’Elisir met hem en Alda Noni vastgelegd, opgenomen in Tokio in 1959. Het zwart/ wit beeld moet men voor lief nemen. Het geluid is ook niet om over naar huis te schrijven. Maar ja, Tagliavini! Als je zijn versie van ‘Una furtiva lagrima’ hoort, dan voel je je in de hemel. Niet minder. De DVD met Scotto, Bergonzi en Taddei (Hardy Classic Video HCD 4014) wil ik speciaal de jongere generatie aanbevelen. Het zijn niet alleen de prachtige stemmen van weleer (Scotto, Bergonzi, Taddei - wie zingt ze dit nog na?), het oog krijgt ook het een en ander om te genieten. Denk maar niet, dat ze het toneel opkomen, hun aria met het gezicht naar het publiek zingen en buigen, want dan komt u bedrogen uit. Het is theater pur sang, en een beter acterende zangeres dan Scotto moet nog geboren worden. Het beeld is zwart-wit (de opname is gemaakt tijdens Maggio Musicale Fiorentino in
1967) en het decor is van bordkarton, maar wie maalt er om? VILLAZÓN Nu moet ik even voorzichtig zijn. Niemand was zo gek op hem als ik, toen ik hem voor het eerst hoorde. Zijn Carlos in Amsterdam was van een ‘WOW!’ gehalte. Niet minder. Ik heb hem twee keer geïnterviewd, en beide keren was ik onder de indruk van zijn intelligentie en gezond verstand. Inmiddels zijn we een paar jaar later, en allemaal weten we wat er is gebeurd: maar liefst twee keer een carrièrestop! De laatste keer moest hij onder het mes vanwege een bobbel op zijn stembanden. De operatie scheen goed te zijn verlopen en op 22 maart j.l. maakte hij zijn langverwachte terugkeer op de operabühne. Als Nemorino, in Wenen. Zijn optreden werd met een 20 minuten durend applaus beloond. Leuk nieuws? Helaas. De laatste berichten uit Londen - hij gaf er een recital met opera-aria’s van Händel (toch niet echt zijn ‘cup of tea’)
- waren zeer treurig en de recensies vernietigend. Nog steeds hoop ik dat hij zich echt herstelt, want ik heb hem echt lief. Vooralsnog moeten wij dus de twee dvd’s, waarop hij zijn visie geeft op de ‘dorpsgek’(het zijn mijn woorden niet!) toch echt koesteren, al ben ik er zelf niet zo vreselijk enthousiast over. Om te beginnen: hij doet aan overacting en daar kan je behoorlijk moe van worden. Zeker in de productie met de mooie Netrebko (Virgin 3633529), vijf jaar geleden opgenomen in Wenen. De oude productie van Otto Schenk is nog steeds leuk om te zien, maar – voegt het er iets nieuws aan toe? Nee. Geef mij maar Scotto en Bergonzi (zie boven). Exact twee maanden later zong hij de rol in Barcelona (Virgin26727790). Hier gedraagt hij zich iets rustiger, maar echt warm loop ik er ook niet voor. En zijn Adina (Maria
Bayo) is zo verschrikkelijk miscast! Goed. Zand daarover en aanstampen. EN DE WINNAAR IS Daar ben ik met een grote dosis scepsis aan begonnen, aan de Parijse voorstelling (Bel Air BAC040) uit juni 2006. Ik houd niet van Paul Groves (Nemorino) en ben ook niet echt bijzonder gesteld op Heidy Grant Murphy (Adina). Maar de naam van de regisseur (Laurent Pelly! Ik moet hem nog eens mijn liefde verklaren) boezemde mij alle vertrouwen in. Bovendien Laurent Naouri als Belcore, daar kan ik ook nooit ‘nee’ tegen zeggen, de man heeft een charisma van hier tot Tokio! Vind mij nog een man met zo’n grote macho uitstraling - Belcore ten voeten uit! Pelly heeft een enorme gave om muziek te illustreren. De noten zijn voor hem het belangrijkste uitgangspunt, hij onderstreept ze als het ware. Daaromheen
bouwt hij een verhaal dat van begin tot eind boeit en ieder gebaar loopt parallel met de muziek. Hij vergroot alle gevoelens uit zonder ze belachelijk te maken. Er gebeurt van alles, maar de meeste aandacht gaat naar de karakters achter de rollen. Daar wordt een mens (ik, in ieder geval) blij van. TWEE CD’S Mijn geliefde cd-opname is live en verre van perfect (Legato Classics LCD 218-2). Yasuko Hayashi is maar een zo-zo Adina, zij haalt het allemaal maar net en zet te zwaar aan. Maar de mannen! José Carreras is een droom van een Nemorino – onnozel en hopeloos verliefd. Aan hem is de drank ook goed besteed, hij wordt er werkelijk vrolijk en uitgelaten van. Geraint Evans zet Dulcamara lekker dik aan, chargeert, maar helemaal in de geest van het karakter. Thomas Allen is een zeer potente ► 27
een paar woorden over don quijote/quichotte
Belcore en het orkest en koor uit Covent Garden wordt zeer spiritueel en aanstekelijk gedirigeerd door John Pritchard. De opname (Londen, 1976) klinkt prima. Als bonus krijgen wij een recital dat Carreras gaf in Carnegie Hall op 30 november 1980, waarin hij ook wat minder bekende aria’s en liederen zingt (o.a. uit Lady Chatterton van Leoncavallo en Pietra del Paragone van Rossini). De andere door mij zeer gewaardeerde opname is de liveuitvoering uit Glyndebourne 1962 (GFOCD 005-62). Niet zo lang geleden werd het op het eigen label van het befaamde operafestival uitgebracht. Adina betekende de internationale doorbraak van Mirella Freni. Begrijpelijk, als je hoort hoe prachtig zij gestalte aan die rol geeft: charmant en geestig laat zij haar prachtige lyrische, jonge meisjessopraan bloeien en haar hoogte is stralend.
Luigi Alva was door zijn fluwelige timbre en perfecte coloratuurtechniek een in de tijd zeer gevraagde Mozart- en Rossinitenor, en ook Donizetti past hem als een handschoen. Zijn ‘Una furtiva lagrima’ klinkt misschien iets minder zoetgevooisd dan die van Tagliavini of Schipa, maar zijn invulling van het karakter van Nemorino is formidabel. Sesto Bruscantini is zonder meer een van de beste Dulcamara’s uit de geschiedenis en Enzo Sordello is een zeer mannelijke Belcore.
Het verhaal van Cervantes over de dolende ridder heeft een onmetelijk aantal kunstenaars geïnspireerd. De schilderijen, films, boeken, verhalen… ze zijn niet te tellen. De componisten konden uiteraard niet achterblijven. Ik ken de versie van Francesco Bartolomeo Conti niet. Sterker nog – daar heb ik nog nooit van gehoord. In afwachting van wat ons te wachten staat (spannend!) wil ik u twee uitgaven op cd aanbevelen. Ten eerste is er de opera van Massenet. Die werd gecomponeerd voor Fjodor Chaliapin, één van de grootste zangeracteurs in de geschiedenis. Er bestaat een film met hem, maar het is me nog steeds niet gelukt om die op de kop te tikken. EMI (3091002) heeft de opera in 1992 opgenomen, met een werkelijk formidabele José van Dam in de hoofdrol. Een jaar of vijf geleden heeft DG (47630944) een heerlijke cd, Quijotes op de markt gebracht, met liederen van Ibert, Ravel en Guridi. Plus het operaatje van De Falla, El retablo de Maese Pedro. Alle Quichottes/ Quijotes worden prachtig gezongen door de Spaanse bariton Carlos Álvarez en hij wordt zeer kundig begeleid door het Orquesta de la Comunidad de Madrid o.l.v José Ramón Encinar. Echt aanbevolen.
nieuwe cd's en dvd's
Menig liedliefhebber kijkt neerbuigend naar de liederen van Chopin. Ze lijken zo simpel, zo ‘niets aan de hand’, makkelijke kost. Men doet zijn strot open et voilà, daar komen ze vanzelfsprekend uit. Dat niets minder waar is bewees niet zo lang geleden Dawn Upshaw, toch één van de beste liedzangeressen van onze tijd. Zij pakte ze totaal verkeerd aan, waardoor een
onverstaanbare brij ontstond die niets met de prachtige melodieën van het Poolse genie te maken had. Dat je niet echt Pools hoeft te zijn om ze te begrijpen (moet Schubert uitsluitend gezongen worden door de Oostenrijkers en Rachmaninoff door de Russen?), heeft één van de beste vertolksters van de liederen, Elisabeth Söderstrom, al lang geleden bewezen. Ook Leyla Gencer deed het voortreffelijk. Nu, in het Chopin-jaar, werden opnamen van al zijn liederen door het Fryderyk Chopin Instituut (NIFCCD 016) gemaakt. Als vertolkers werden twee van de wereldwijd meest succesvolle Poolse zangers
(waarom heeft niemand aan Piotr Beczala gedacht?) geëngageerd: Aleksandra Kurzak en Ryszard Kwiecien. Het eerste wat opvalt is hun vanzelfsprekende, natuurlijke manier van zingen. De zeer irritante gewoonte van hun Poolse voorgangers om op de consonanten te drukken - voornamelijk de letter ‘Ł’ (spreek uit als het Engelse ‘W’) werd altijd zeer onnatuurlijk, op zijn Russisch, uitgesproken – hebben ze achter zich gelaten. Gelukkig. Ik heb altijd mijn twijfels gehad of Kwiecien een echte liedzanger is en die twijfels blijf ik houden. Hij is een voortreffelijke acteur en doet ook fantastische dingen met zijn stem. ►
OPERA- EN CONCERTREIZEN
COMBINEER UW PASSIE VOOR MUZIEK MET REIZEN
(FOJFUFOWBOLMBTTJFLFNV[JFLPQCJK[POEFSFMPDBUJFTJOIFUCVJUFOMBOE #JK)BOOJDL3FJ[FOLVOUV VXQBTTJFWPPSSFJ[FODPNCJOFSFONFUVXMJFGEFWPPSPQFSBµTFODPODFSUFO8JKOFNFOVNFFOBBS EFNPPJTUFGFTUJWBMTFOWPPSOBBNTUFPQFSBIVJ[FO CJOOFOFOCVJUFO&VSPQB-BBUVCFUPWFSFOEPPS EFNV[JFLFOTGFFSUJKEFOTUPQVJUWPFSJOHFO
Groepsreizen o.l.v. een musicoloog
Individuele reizen & Maatwerk
VERONA - 27 juli of 24 augustus Geniet van wereldberoemde opera's onder de Italiaanse sterrenhemel
Trekt u er liever zelf op uit? Maar wilt u toch naar die geweldige opera? Hannick Reizen biedt een groot aanbod aan individuele muziekreizen.
EDINBURGH - 15 t/m 18 augustus Één van de grootste culturele Festivals ter wereld
Vraag nu onze brochure aan via www.hannick.nl/brochure
VENETIË - 25 t/m 29 september La Traviata en Rigoletto van Guiseppe Verdi in het beroemde Teatro La Fenice in Venetië
Kijk op: www.hannick.nl voor het actuele aanbod. Of vraag de brochure aan: 070 - 319 19 29
HANNICK REIZEN ZET DE TOON! 28 ad 140x100_def.indd 1
23-10-2007 10:09:11
Maar soms is het een beetje te veel. En ik mis lyriek. Hij kleurt ook te weinig en gaat soms als een hele cavalerie soldaten er overheen. Maar Aleksandra Kurzak is simpelweg onweerstaanbaar. Haar prachtige, lyrische sopraan heeft een glans van zilver, en daar word je blij van. Haar meisjesachtig timbre lijkt geschapen voor het zingen van de eenvoudig klinkende melodieën van Chopin en haar voordracht is voortreffelijk. Kopen! Een andere grote Poolse componist, Stanislaw Moniuszko, is voor velen nog steeds niet meer dan een naam. Als je al überhaupt van hem hebt gehoord. Een doorgewinterde operaliefhebber kent wellicht zijn Halka. Of Straszny Dwor. Dat er nog zoveel schatten te ontdekken zijn bewijst de opname van Flis (DUX0736). Wat een heerlijke muziek! Het is puur genot, zeker als het zo aanstekelijk wordt gespeeld en gezongen! (dirigent Warcislaw Kunc). Belangrijk nieuws voor liefhebbers van verisme: DG (4777456) heeft I Medici van Leoncavallo op cd uitgebracht. Het is de allereerste commerciële opname van het werk en het moet gezegd: het resultaat is verbluffend! Het kan ook niet anders – onder de bezielende leiding van maestro Veronesi 30
doen de grootste namen mee: Plácido Domingo, Carlos Álvarez en Daniela Dessì. Van Leoncavallo verscheen onlangs ook La nuit de mai (DG 4776633). Plácido Domingo zingt er, onder leiding van wederom Veronesi, maar ook met Lang Lang aan de piano, een schat van zijn liederen. De liederen kende ik al, maar het symfonische gedicht over de mooie meinacht was voor mij een openbaring. De muziek deed mij het meest aan Berlioz denken. Het budget-label Naxos heeft ook een paar schitterende (en belangrijke!) heerlijkheden op de markt gebracht. Wat dacht u van Cristóbal Colón van Leonardo Balada (8660237-38)? Het door het Liceu bestelde werk werd in 1989 in Barcelona live opgenomen. De hoofdrollen werden gezongen door niemand minder dan José Carreras, Montserrat Caballé en Carlos Álvarez.
(700208) heeft een dvd uitgebracht met één van mijn geliefde baritons, Hermann Prey. Met alle drie de liedcycli van Schubert. Plus een documentaire. Daar heb ik met tranen in mijn ogen naar gekeken. Ook goed nieuws voor mensen die vooruit durven te denken: opera is echt niet uitgestorven! Zeker niet in VS, waar toch werkelijk ieder jaar een paar wereldpremières worden gepresenteerd. Twee nieuwste: Jake Heggie, beroemd o.a. van (werkelijk schitterende) Deadman Walking zag zijn nieuwste creatie in première gaan in Houston. Three Decembers, met in de cast o.a. Frederica von Stade werd er in 2008 live opgenomen (TROY 1073/74). Het is een kameropera, met veel nadruk op de tekst. Scott Eyerly (nee, ik heb ook nooit eerder van hem gehoord) presenteerde in de Manhattan School of Music Opera Theater een heerlijke thriller, The House of the Seven Gables. Lekkere horrorstory! (TROY 447).
Van groot belang, zeker voor een stemmenliefhebber, is de recital-cd waarop Leonard Warren Amerikaanse liederen en ballades zingt, o.a. Sea Shanties en Kipling Songs (8111345). Wat een groot artiest was hij toch!
En nu wens ik u een goede zomer, met veel zon en mooie muziek. Wellicht komen we elkaar op één van de vele Festivals tegen? Anders: tot volgend seizoen, het ziet er mooi en spannend uit!
En als we het over prachtige stemmen hebben: Unitel Classica
Hasta la vista!
AGENDA £ De Nederlandse Opera Alexander Raskatov – A Dog’s Heart in Het Muziektheater Amsterdam op 7, 10, 16, 18, 23, 29/6 (20.00 uur), 13, 27/6 (13.30 uur); Conti – Don Chisciotte in Sierra Morena in de Stadsschouwburg Amsterdam op 20, 21, 23, 24, 26/6 (18.30 uur), 27/6 (13.30 uur); Donizetti – L’elisir d’amore in Het Muziektheater Amsterdam op 28, 30/6, 2, 7, 9, 11/7 (20.00 uur), 4/7 (13.30 uur); Verdi – Les vêpres siciliennes in Het Muziektheater Amsterdam op 10, 14, 17, 20, 23, 29/9, 26/9 en 3/10 (13.30 uur) www.dno.nl
£ dinsdag 6 juli, 19.30 uur: Amsterdam, Concertgebouw, Grote Zaal: Opera Zuid: Het Brabants Orkest, Koor Conservatorium Maastricht o.l.v. Dirk Vermeulen m.m.v. diverse solisten Mozart – Le nozze di Figaro
£ donderdag 24 juni, 20.00 uur: Den Haag, Lucent Danstheater: Dutch National Opera Academy, Orkest van het Koninklijk Conservatorium o.l.v. Richard Egarr, regie Floris Visser Mozart – La clemenza di Tito Idem op 25 en 26 juni, 20.00 uur
£ woensdag 18 augustus, 20.15 uur: Amsterdam, Concertgebouw, Grote Zaal: Jeugd Orkest Nederland o.l.v. Jurjen Hempel, m.m.v. Tania Kross (mezzosopraan) o.a. Moesorgski – De kinderkamer
£ maandag 5 juli, 20.15 uur: Amsterdam, Concertgebouw, Grote Zaal: Concerto Köln – Werner Matzke (cello), m.m.v. Philippe Jaroussky (countertenor). Aria’s van Vivaldi, Händel en Caldara
£ dinsdag 20 juli, 20.15 uur: Amsterdam, Concertgebouw, Grote Zaal: Opera Studio Nederland: Trisdee na Patalung en Erki Pehk (dirigent), Martijn Cornet (bariton), Rosanne van Sandwijk (mezzosopraan), Anatoli Siuko (bas) e.a. A celebration of English opera
£ 48ste Internationale Vocalisten Concours ’s-Hertogenbosch Voorselecties 13-15 september, Concours en masterclasses 17-29 september www.internationalvocalcompetition.com
Rectificatie Vriendenbulletin no. 4, april 2010 De juiste bijschriften bij de foto’s in het interview met Eva-Maria Westbroek zijn: Pag. 10: Don Carlos, Berlijn Pag. 11: Lady Macbeth van Mtsensk, DNO Pag. 12: Die Walküre, Londen met Simon O’Neill Pag. 13: La fanciulla del West, Londen met Jose Cura
31
Don Chisciotte in Sierra Morena, Innsbrucker Festwochen der Alten Musik, 2005 ( foto Innsbrucker Festwochen), coproductie met het Holland Festival 2010
VRIENDEN bulletin 24e jaargang nummer 5 juni 2010