VRAAG1 I.6 1.p.8: Gegeven een interprofessioneel akkoord dat we hebben met de distributienetbeheerders, en dat we willen eerbiedigen, kunnen we een nieuw contract maar laten starten op de eerste kalenderdag van een maand. Daarenboven stelt het technisch reglement dat een leverancierswissel ten laatste 20 dagen voor de start van levering moet uitgestuurd worden en hebben wij 20 dagen nodig voor de verwerking. In de voorbeelden geeft dit: Sluiting op 1/8/2013: Startdatum 1/10/2013 Sluiting op 8/8/2013: Startdatum 1/10/2013 Sluiting op 14/8/2013: Startdatum 1/10/2013 Sluiting op 26/8/2013: Startdatum 1/11/2013 Sluiting op 27/8/2013: Startdatum 1/11/2013 Kunt u dit aanvaarden? Om de verwerking zo vlot mogelijk te laten gebeuren, hebben we ten laatste op dag van sluiting nood aan alle contactgegevens van de verantwoordelijken voor het contract en de facturatie, evenals een geactualiseerde lijst Bijlage 2 Perceel 1 met duidelijke vermelding per aansluitpunt welke betaaltermijn van toepassing is, evenals de evt. vermelding die op de factuur gemaakt dient te worden (bv. budgetreferentie). Kan dit tijdig aangeleverd worden? Een prijs wordt berekend obv profiel welke bepaald wordt door historisch verbruik en de start- en einddatum van het contract. Kunt u daarom aangeven wanneer het huidige contract ten einde komt, uw huidige leverancier kent deze en heeft daardoor een concurrentieel voordeel. -Wij respecteren de bepalingen van het technisch reglement. Wettelijke bepalingen of restricties hebben voorrang op de bepalingen. -Artikel I.6 -1 (p.8) van het bestek wordt als volgt gewijzigd: Voorliggende opdracht heeft een looptijd van twee (2) jaar, te rekenen vanaf één juli 2013 (1/7/2013) of, indien op 24 mei 2013 (24/5/2013) de opdracht nog niet gesloten is, op de eerste (1ste ) kalenderdag van de maand volgend op 25 werkdagen vanaf de datum volgend op de dag waarop de sluiting van de opdracht is gegeven. Deze 2 werkdagen zijn inclusief feestdagen (niet zaterdag en zondag). Fictieve voorbeelden ter duiding: • Bv. Sluiting op 1/8/2013 -> Aanvangsdatum 1/10/2013 • Bv. Sluiting op 8/8/2013 -> Aanvangsdatum 1/10/2013 • Bv. Sluiting op 14/8/2013 -> Aanvangsdatum 1/10/2013 • Bv. Sluiting op 26/8/2013 -> Aanvangsdatum 1/10/2013 • Bv. Sluiting op 27/8/2013 -> Aanvangsdatum 1/11/2013 -Een geactualiseerde lijst van Bijlage 2 zal bij sluiting van de opdracht worden overgemaakt, inclusief de respectievelijke facturatieverantwoordelijken. De standaard betalingstermijn wordt toegepast. De afnemers kunnen dit wijzigen conform de bepalingen van artikel II.2.A. 1 (p.38) van het bestek. -Momenteel heeft de Vlaamse overheid een contractuele overeenkomst met Electrabel Customer Solutions. De gevraagde informatie over het bestaande leveringscontract kan niet meegedeeld worden. De datum van sluiting van de opdracht kan bij een Overheidsopdracht nooit op voorhand vastgelegd worden gezien dit eigen is aan de gunningsprocedure van de opdracht. Voor deze aanbesteding wordt bovendien een gestanddoeningstermijn van 180 dagen gevraagd. Het Bestuur kan dus tot sluiting van de opdracht overgaan binnen deze termijn, rekening houdend met de wachttermijn volgens artikel 65/8, §2. Indien deze termijn overschreden wordt kan het Bestuur om verlenging van de gestanddoeningstermijn verzoeken. Voor verdere uitleg omtrent deze procedure verwijs ik u naar de betreffende teksten in het KB van 8 januari 1996.
VRAAG2 I.6.2 p.8: Dienen we dit artikel mbt de verlenging van 6 maanden te lezen in combinatie met I.6.3 nl. dat de verlenging van 6 maanden normaal gezien enkel gevraagd zal worden indien de leverancier het contract opzegt? -Neen, deze mogelijkheid bestaat ook indien het contract op normale wijze ten einde loopt en ten gevolge van problemen met een nieuw bestek verlenging nodig is
VRAAG 3 I.6.3 p.8 Obv welke voorwaarden zal de aanbestedende overheid overgaan tot het vroegtijdig beëindigen van het contract? Is dit enkel obv herhaaldelijke slechte uitvoering door de leverancier en onwil van de leverancier om dit op te lossen, of is het ook mogelijk dat de aanbestedende overheid opnieuw de markt op wil gaan omwille van prijsopportuniteiten? -De overheid is niet gebonden aan motivatie voor het stopzetten van het algemeen contract (zie bestek artikel I.6 -3). Dit kan omwille van ingebrekestellingen, maar inderdaad ook omwille van prijsopportuniteit. -Wat betreft op vlak van stopzetten van individuele aansluitpunten: zie bepalingen bestek artikel I.6 -9.
VRAAG 4 I.6.6 p.9 Het lijkt ons dat er wel exclusiviteit van toepassing dient te zijn op de aansluitpunten bepaalt in bijlage 2 Perceel 1. Kan u dit bevestigen? -Zie procedure beschreven in bestek in artikel II.2.A. -1 (p.38).
VRAAG 5 I.6.6 p.9 Aangaande de Kievitsite wordt er in bijlage 1 Perceel 1 aangegeven dat ze enkel toetreden indien split bill mogelijk is. Van split bill zijn er meerdere interpretaties mogelijk. Kunt u aangeven wat ze exact willen krijgen (bv 1 factuur op naam van de eigenaar van de EAN-code dat in x voud wordt verstuurd naar alle instellingen en bedrijven die gebruik maken van de ean, met een rapport erbij met de uitwerking van de totale factuur x X% (verdeelsleutel)). Zijn er op deze site ook commerciële bedrijven aanwezig? Zullen zij dan hun deel van de BTW recupereren? Onze financieel en juridische experts maken zich zorgen omtrent de legaliteit van deze praktijk. Het lijkt ons dat vooraleer er overgegaan wordt tot split bill, de aanbestedende overheid ons moet kunnen bewijzen dat dit om een legale praktijk gaat, met bewijs aangeleverd door de FOD Economie. Kan hiervoor gezorgd worden? -Op deze site is de Vlaamse overheid naast een aantal private partijen aanwezig. De bedoeling is om de totaalfactuur op te splitsen in X deelfacturen conform een verdeelsleutel. - indien multi-tenant gebouwen, waar diensten of personen van de Vlaamse overheid gehuisvest zijn, interesse hebben om beroep te doen op de leveringen van de leverancier, zal dit aan de zelfde condities gebeuren overeenkomstig dit bestek, op voorwaarde dat splitbilling wordt aangeboden door de inschrijver. -Omtrent split-billing verwijzen we naar de bepalingen van stuk 6. Split-billing is niet verboden; hiervoor heeft het Bestuur reeds in het verleden advies gevraagd aan de VREG.
VRAAG 6 I.6.9p.10 Gezien er op het moment van sluiting van contract reeds volume gehedged dient te worden, en gezien de grootte van het globale volume, is de voorgestelde schadevergoeding niet representatief voor de werkelijke schade. We stellen voor om dit zo te houden voor jaarlijks gelezen meters. Voor maandelijks en telegelezen meters wordt het bedrag van de schadevergoeding als volgt
bepaald: een verbrekingsvergoeding gelijk aan 5000 euro of de waarde van 3 maanden geschat verbruik indien deze meer zou bedragen dan 5000 euro. Kan u ons standpunt aanvaarden? -Elke inschrijving geschiedt onvoorwaardelijk, dus wij kunnen uw standpunt niet aanvaarden. -Artikel I.6 -9 (p.11) van het bestek wordt als volgt gewijzigd: De datum van aanvraag stopzetting (bv. via verhuisformulier) bij de leverancier is hierbij bepalend. Deze schadevergoedingen zijn logischerwijs niet van toepassing wanneer het contract vroegtijdig wordt opgezegd door het Bestuur conform artikel I.6 – 3.
VRAAG 7 II.1.A U schrijft dat de documenten omtrent strafregister, directe belastingen en BTW zullen opgevraagd worden bij de betrokken inschrijver. Bedoelt u hiermee de geselecteerde inschrijver? Of dienen deze documenten toch al bij onze offerte gevoegd te worden? -U mag deze zelf toevoegen, bij afwezigheid vragen wij deze op
VRAAG 8 II.1.b p.13 Aangaande de getuigschriften. Wij hebben deze reeds in ons bezit. Is het voldoende dat we een kopie van deze getuigschriften toevoegen als stuk 9 bij onze offerte of moet de bevoegde overheid deze rechtstreeks aan het Bestguur toezenden? -U voegt een kopij toe.
VRAAG 9 II.1.F p.16 Stuk 5 Kunt u bevestigen dat de functie VOORSPELLEN overeenkomt met de functie FORECAST? Hier moeten we 3 coëfficiënten invullen: X, x en y. Kun u bevestigen dat X = maand waarop de voorspelling van H betrekking heeft, x = historiek van de voorbije maanden (vanaf januari 2010) en y = de respectievelijke waarden van prijsherzieningsparameter H. -Wij hebben het bestek opgesteld op basis van de NL versie van Excel, wij hebben geen zicht op de UK versie.
VRAAG 10 II.1.F p.17 Het is ons niet duidelijk wat Stuk 11 omvat. De jaarvolumes worden effectief verdeeld conform het toepasselijke SLP (S31, S32, S41). De uitgemiddelde achterliggende parameters van de prijsherzieningsparamater H wordt vermeld op de factuur. Een detail van de parameters per maand kan opgevraagd worden in onze klantenzone en wordt vermeld in het trimestrieel rapport. Maar wat willen jullie krijgen in stuk 11? De bevestiging van wat ik net beschrijf of een voorbeeld van een factuur met een voorbeeld van berekeningswijze daarbij? - De aanbestedende overheid dient te allen tijde te kunnen controleren hoe de leveringsprijs tot stand is gekomen, ook voor jaarlijks uitgelezen punten. Daarom wordt gevraagd aan de inschrijver in stuk 11 aan te geven voor jaarlijks gemeten punten welke werkwijze ze hiervoor zullen hanteren. We verwijzen hierbij naar de bepalingen van het bestek in artikel II.2.F –B en II.2.F –Voorbeeld 2.
VRAAG 11 II.1.G Perceel 1 p.18 Kunt u bevestigen dat de minimale hoeveelheid van 8,13 GWh een jaarlijks volume betreft en dat er dus na 2 jaar minimaal 16,26 GWh dient verbruikt te zijn of betreft het hier een minimale hoeveelheid van 8,13 GWh op 2 jaar? Wat is de zekerheid voor de kandidaat inschrijver dat de besturen opgenomen in Bijlage 2 Perceel 1 en Bijlage 1 Perceel 1 tot de overheidsopdracht
zullen toetreden. Hoe kan u deze enorme discrepantie verklaren? Mogen we ervan uitgaan dat alle instellingen vermeld in Bijlage 2 Perceel 1 op voorhand zijn aangeschreven en op de hoogte zijn dat deze opdracht uitgeschreven is. Mogen we ervan uitgaan dat alle instellingen vermeld in Bijlage 2 Perceel 1 opnieuw zullen ingaan op de overeenkomst? -Het betreft hier 8,13GWh op jaarlijkse basis en mits normale klimatologische omstandigheden, echter geschiedt de afhandeling na 2 jaar. -We verwijzen voor de afnamezekerheid naar de bepalingen in het bestek in artikels I.1 -4 (p.4), I.6 -8 (p.9), I.6 -9 (p.10), I.6 -10 (p.11), II.1.G (p.17), II.2.A (p.38), II.3 (p.39) en II.4 (p.41). -De afnamezekerheid voor perceel 1 bedraagt in eerste instantie enkel de verbruiken van de leveringspunten welke in beheer zijn van AFM -30% (zie leveringspunten AFM (1ste kolom) opgenomen in bijlage 2). De vermoedelijke hoeveelheid van de entiteiten vermeld in dit bestek en waarvan de leveringspunten eveneens opgenomen zijn in bijlage 2 van het bestek, is geen afnamezekerheid. Deze entiteiten hebben enkel hun interesse laten blijken in dit leveringscontract. Het is wel zo dat de opgenomen leveringspunten in bijlage 2 afnemen van het huidige leveringscontract. Gezien het feit dat de principes van de opdrachtencentrale gelden, is het voor elke entiteit die ressorteert onder de Vlaamse overheid mogelijk om tijdens de loop van de overeenkomst gebruik te maken van de condities van dit leveringscontract. De entiteiten zijn eveneens vrij uit te stappen uit het leveringscontract volgens de bepalingen opgenomen in artikel I.6 -9 (p.10).
VRAAG 12 II.1.H p.18 Kan het offerteformulier in een door Word leesbaar formaat en de Bijlagen 1 en 2 in een door Excel leesbaar formaat worden opgestuurd? -Conform de bepalingen in e-procurement kunnen wij enkel deze formaten hanteren. De inventaris is in een excel-like bestand opgesteld (Innocalc)
VRAAG 13 II.1.N p.21 Omvat de gestanddoeningstermijn eveneens de Europese termijn van 15 dagen standstill? Volgens het bestek is een gestanddoeningstermijn vereist van 180 dagen. Dit wil zeggen de levering ten vroegste zal starten op 1/7/2013 en ten laatste op 1/11/2013 – kunt u dit onderschrijven? Gegeven de grote variabiliteit van de markten en het feit dat de leverancier rekening moet houden met andere kosten, dan deze gedekt door de prijsherziening H, kunnen we een maximale gestanddoeningstermijn van 90 dagen aanbieden. Kunt u dit aanvaarden? Ziet de Aanbestedende Overheid de mogelijkheid om de gestanddoeningstermijn korter te maken? Kunt u inzicht geven in uw beslissingsproces en de doorlooptijd hiervan onder normale omstandigheden? Wanneer kan er ten vroegste gegund worden? -De standstill wordt bij de gestanddoeningstermijn geteld. -De datum van sluiting van de opdracht kan bij een Overheidsopdracht nooit op voorhand vastgelegd worden gezien dit eigen is aan de gunningsprocedure van de opdracht. Voor deze aanbesteding wordt bovendien een gestanddoeningstermijn van 180 dagen gevraagd, die ingaat op de dag na de zitting voor de opening van de offertes. Deze termijn is mede bepaald door de interne procedures van het Bestuur. Het Bestuur kan dus tot sluiting van de opdracht overgaan binnen deze termijn, rekening houdend met de wachttermijn volgens artikel 65/8, §2. Indien deze termijn overschreden wordt kan het Bestuur om verlenging van de gestanddoeningstermijn verzoeken. Voor verdere uitleg omtrent deze procedure verwijs ik u naar de betreffende teksten in het KB van 8 januari 1996. -Elke inschrijving geschiedt onvoorwaardelijk, dus wij kunnen geen afwijking aangaande de gestanddoeningstermijn aanvaarden. -Volgens bepalingen bestek kan de opdracht ten vroegste gesloten worden op 24/5/2013, zie artikel II.2.M (p.30).
-Gezien de omvang van dit dossier is advies van de inspecteur van Financiën en van de Minister van begroting noodzakelijk. Nadien dient het voorstel tot sluiting nog goedgekeurd te worden door de Vlaamse Regering. Hier zal enkele maanden overgaan.
VRAAG 14 II.1.L p.20: Is het toegelaten een reservekopie van de offerte op papier in te dienen met duidelijke vermelding “reservekopie” op de buitenste enveloppe. Deze zal enkel worden aangewend indien er zich technische storingen bij opening voordoen? -Neen. De offerte dient tijdig elektronisch ingediend te worden.
VRAAG 15 II.2.C p.22: Aangezien de opdrachtnemer aan de ene kant gedekt is door de wettelijke verplichting om bij de aanvraag voor toestemming voor levering, solvabiliteitsgaranties aan de overheid voor te leggen, en de wetgever aan de andere kant waakt over een verzekerde continuïteit in de levering, wordt de verplichting voor de borgstelling normaal gezien niet toegepast, rekening houdend met de afwezige risico’s wat betreft een goede uitvoering van de levering. Kan de aanbestedende overheid de voorwaarde van borgtocht laten vallen? -Deze wettelijke vereiste kunnen wij niet weglaten. -Artikel II.2.C (p.23) van het bestek wordt als volgt gewijzigd: Perceel 2: Voor Perceel 2 dient op verzoek van de bestellende lokale overheid een borg gesteld te worden conform de bepalingen van dit artikel. De bestellende lokale overheid en de leverancier staan in voor deze administratie verbonden aan de borgstelling. Het bedrag van de borgtocht wordt bepaald door middel van volgende berekening: Aardgasverbruik van de leveringspunten die de desbetreffende bestellende lokale overheid toevoegt in het 2de jaar voorafgaand aan de datum van toetreding (MWh) * goedgekeurde leveringsprijs (€/MWh) * factor 0,2. Bijvoorbeeld: • Datum toetreding 24/9/2013 • Verbruiken van het jaar 2011 komen in aanmerking voor bepaling van de borg. Met een maximum van 75.000,00€ per borgtocht.
VRAAG 16 II.2.F p.24 Hierbij wordt verwezen naar een parameter I, die niet vermeld staat in het nieuwe artikel 13 K.B. 14/1/2013. Het lijkt me dat hier de formule wordt overgenomen van wet van 30 maart 1976 betreffende economische herstelmaatregelen. Kan u dit onderschrijven? Het staat ons bij dat deze wet gewag maakt dat de aannemingsprijs voor 20% vast is – en niet 30% zoals in de opgegeven formule. Kan u onderschrijven dat de formule eigenlijk als volgt dient gelezen te worden: Pherzien = Pbasis,a x (0,8xH/H0+0,2). Kan u dit bevestigen? Aangezien daarenboven, de parameter H reeds de werkelijke marktevolutie weergeeft, is een prijsherziening zoals voorgesteld niet nodig. De verhouding H/H0 geeft niet de werkelijke marktevolutie weer, maar slechts een historische. Indien het openbaar bestuur zekerheid wil hebben dat deze parameters de werkelijke marktevolutie weergeven, en het bestuur wil vermijden dat er leveranciers eigen parameters worden opgegeven, kan het bestuur opgeven dat de leverancier gebruik moet maken van de parameters TTF101 of TTF103 zoals gepubliceerd op de website van de CREG. De opgegeven formule leidt tot een bijkomend risico bij de leverancier in een stijgende marktsituatie – een risico dat dan bij de Pbasis zal ingerekend worden, wat nadeliger uitkomt voor de klant. Bij een dalende markt, krijgt de klant deze niet volledig doorgerekend. In beide situaties is de
aanbestedende overheid dus slechter af. Daarenboven bemoeilijkt dit een correcte facturatie. We stellen dan ook volgende formule voor: Pbasis,a=B+H0 met H0 de prijsherzieningsformule van de leverancier en B de opslag tov de prijsherzieningsformule H. De component B is vast en kan positief of negatief zijn. Pherzien=B+H met H de prijsherzieningsformule H0 met toepassing van de achterliggende indexen op de leveringsperiode Dit maakt bovendien de opmaak van facturen en de controle ervan door de verschillende besturen een stuk eenvoudiger. Kan u dit aanvaarden? -De in het bestek vermelde prijsherzieningsformule is van toepassing (zie artikel II.2.F (p.24)), overigens is het KB van 14/1/2013 nog niet in werking getreden. -Zoals in het bestek voorgeschreven kan de inschrijver de parameter H vrij kiezen en dient ook opgegeven te worden in stuk 4. De parameter H kan samengesteld zijn uit meerdere indexen. -Elke inschrijving geschiedt onvoorwaardelijk, dus wij kunnen geen afwijking aangaande de prijsherzieningsformule aanvaarden.
VRAAG 17 II.2.F p. 26 laatste paragraaf: De CREG publiceert reeds 2 parameters typisch voor de levering van aardgas: de TTF101 en de TTF103 – publicaties en definities te vinden via http://www.creg.info/pdf/Tarifs/G/GasTTF-NL.pdf . Kunt u bevestigen dat we als parameter H enkel 1 van deze 2 indexen mogen toepassen. In combinatie met mijn vorige vraag: het bestek handelt dus over een product waar er een officiële index bestaat – fluctuaties van deze parameter weerspiegelen de werkelijke marktevolutie en een bijkomende prijsherzieningsformule zoals bepaald door het bestek in II.2.F is niet nodig. Kunt u dit aanvaarden? -De inschrijver stelt zelf de parameter H voor indexatie voor. Deze parameter H mag ook een wiskundige formule zijn. -Elke inschrijving geschiedt onvoorwaardelijk, dus wij kunnen geen afwijking aangaande de prijsherzieningsformule aanvaarden.
VRAAG 18 II.2.G d) p.27 Aangaande overnamedocument/verhuisformulier: we moeten telkens weten welk type meter er geïnstalleerd is (jaarlijk, maandelijks, tele) – kan dit toegevoegd worden aan het document. Tevens maakt het document gewag van services die optioneel zijn (bv. split bill) – mogen we ervan uitgaan dat deze services enkel vermeld zullen worden indien deze ook werkelijk vermeld worden in de offerte van de le verancier? -Wijzigingen aan het overnamedocument/verhuisformulier kunnen na sluiting eventueel geschieden.
VRAAG 19 II.2.G e) p.27 Begrijpen we goed dat er enkel jaarlijks gelezen meters (YMR) en telegelezen meters (AMR) gecontracteerd zullen worden en geen maandelijks gelezen meters (MMR)? II.2.G e) II. p.27 In combinatie met II.2.G i) p.28: begrijpen we goed dat er voor punten met jaarlijkse meteropname geen voorschotfacturen mogen verstuurd worden? Voor jaarlijks gelezen meters worden er altijd maandelijkse of kwartaalvoorschotfacturen opgemaakt obv de gecontracteerde of historische verbruiken in combinatie met de nieuwe energieprijs en de prognoses van de evolutie van de andere kosten (regionale & federale bijdragen, distributiekosten,…). Na meteropname wordt er een afrekeningsfactuur opgemaakt – dit kan de vorm van een factuur dan wel van een creditnota aannemen. Hierdoor worden bill shocks bij de klant vermeden. Kunt u deze werkwijze aanvaarden?
-de optie MMR wordt opengelaten (deze kunnen dus ook voorkomen). -Voorschotfacturen mogen opgemaakt worden voor jaarlijks uitgelezen punten.
VRAAG 20 II.2.G f. p.28 2e paragraaf: Om te vermijden dat punten op standaardtarief vallen, lijkt het me interessanter voor de klant om leverancierswissels, move ins, overnames en verhuizen tot 1 werkdag van 1 maand voor de laatste dag van het contract nog te laten uitvoeren door de huidige leverancier, en na deze periode door de nieuwe leveranciers. Kunt u dit onderschrijven? - Artikel II.2.G -f (p.28) van het bestek wordt als volgt gewijzigd: De overname documenten of verhuisformulieren die door de klant gedateerd zijn op de laatste werkdag van de maand voorafgaand aan de maand van de laatste dag van deze opdracht dienen nog te worden uitgevoerd tegen de voorwaarden van die opdracht.
VRAAG 21 II.2.J. c en II.2.J.d p.29: Kunt u bevestigen dat er pas een boete kan worden gevraagd bij herhaaldelijke inbreuk van de leverancier en duidelijke onwil van de leverancier om het probleem op te lossen. Voor een aantal zaken zijn we afhankelijk van derden (bv distributienetbeheerder). Kan u bevestigen dat de leverancier maar aansprakelijk kan gesteld worden voor zoverre kan aangetoond worden dat de fout het gevolg is van een tekortkoming of een fout van de leverancier aan zijn eigen plichten? Kunnen we rekenen op een goede samenwerking met het bestuur en de diverse instellingen voor de uitvoering van het contract? - Het principe van toepassing van straffen maakt deel uit van de Wet op Overheidsopdrachten. Voor de toepassing van een straf wordt gewerkt via de procedure zoals beschreven in artikel 20 van de algemene aannemingsvoorwaarden (bijlage KB van 26/9/1996). Fouten ten gevolge informatie aangereikt door derden is overmacht.
VRAAG 22 II.2.M p. 30 en 31 Het lijkt ons dat termijn en type switch wat door elkaar gehaald zijn. Volgens ons dienen volgende termijnen te gelden: o ingeval van nieuwe aansluitingen (bestaande meter, leverancierswissel): ten laatste de 1ste kalenderdag van de 2de maand volgend op de maand van de aanvraag (=ondertekend overnamedocument/verhuisformulier door nieuwe betalende klant) o ingeval van bestaande aansluitingen (bestaande meter, geen leverancierswissel): ten laatste 1 maand volgend op de dag van de aanvraag (=ondertekend overnamedocument/verhuisformulier door zowel vertrekkende klant & nieuwe betalende klant) o ingeval van nieuwe aansluitingen (studie noodzakelijk, nieuwe meter): ten laatste 4 werkdagen volgend op de dag van de aanvraag (=ondertekend overnamedocument/verhuisformulier door zowel vertrekkende klant & nieuwe betalende klant) Kunt u dit bevestigen? -Artikel II.2.M ART. 52, § 3. LEVERINGSTERMIJNEN (p.30,31)wordt als volgt gerectificeerd: Tenzij, tijdens de looptijd van de overeenkomst, een andere termijn uitdrukkelijk wordt gestipuleerd op het overnamedocument / verhuisformulier (sjabloon zie bijlage 3) of tenzij een andere termijn schriftelijk (fax, brief) wordt afgesproken tussen de betalende klant en de leverancier vooraleer de levering dient plaats te hebben, dienen de leveringen aan te vangen:
o ingeval van nieuwe aansluitingen (nieuwe meter): ten laatste 17 werkdagen volgend op de dag van de aanvraag (=ondertekend overnamedocument/verhuisformulier door nieuwe betalende klant) o ingeval van nieuwe aansluitingen (bestaande meter, leverancierswissel): ten laatste 20 werkdagen volgend op de dag van de aanvraag (=ondertekend overnamedocument/verhuisformulier door zowel vertrekkende klant & nieuwe betalende klant) o ingeval van bestaande aansluitingen (bestaande meter, geen leverancierswissel): ten laatste 7 werkdagen volgend op de dag van de aanvraag (=ondertekend overnamedocument/verhuisformulier door zowel vertrekkende klant & nieuwe betalende klant)
VRAAG 23 II.1.D.1 1) De voorgestelde parameter H zal maandelijks worden gepubliceerd en opvraagbaar zijn in een online klantenzone. Daarenboven wordt de berekening vermeld op de factuur. Kunt u bevestigen dat dit voldoende is? -Neen. De bepalingen van artikel II.1.D.1 (p.35) zijn van toepassing.
VRAAG 24 II.1.D.2 p.37 Bijkomende vermeldingen: De storingslijn wordt vermeld op de factuur, hiervan wordt echter geen e-mailadres opgegeven. Is dit aanvaardbaar? -Neen. De bepalingen van artikel II.1.D.2 (p.37) zijn van toepassing. Telefonische bereikbaarheid en per email is een must.
VRAAG 25 II.1.D.3 p.37 Wat wordt er exact bedoeld met elektronische facturatie? Betreft dit facturatie via een gecertifieerde provider zoals bv Certipost of Unified Post? In dat geval kunnen de facturen voor een zelfde punt ofwel enkel via Certipost ofwel enkel via papieren facturatie gestuurd worden. We kunnen dan van eenzelfde bestuur bv 1 aansluitpunt via Certipost en een ander via papieren facturatie laten uitsturen tijdens een overgangsperiode. Kan u dit aanvaarden? -Elektronische facturatie op zich is geen vereiste bij aanvang van de opdracht. De leverancier dient wel te beschikken over de nodige wettelijk bepaalde toelatingen en te beschikken over een beveiligingsmechanisme (dat minimaal maandelijks gecontroleerd en opgefrist wordt), in het geval beslist wordt tijdens de loop van de opdracht elektronische facturatie toe te passen. Binnen de bepalingen van dit artikel gebeurt een eventuele overgang naar elektronische facturatie in samenspraak met de leverancier.
VRAAG 26 II.2.A 1. Begrijpen we goed dat bij sluiting van de opdracht we voor alle punten opgegeven in bijlage 2 perceel 1 een leverancierswissel uitsturen. Indien een bestuur niet wenst in te stappen op het contract, dient het bestuur zijn leverancier op de hoogte te brengen om een tegenbericht te versturen naar de distributienetbeheerder. Dit kan nog tot maximaal 8 weken na sluiting van de opdracht. -Procedure staat duidelijk beschreven in artikel II.2.A -1 (p.38). De afnemers die wensen uit te stappen uit het nieuwe leveringscontract, dienen binnen de 8 weken na sluiting van de opdracht de nieuwe leverancier op de hoogte te brengen dat zij overstappen naar een andere leverancier (bv. door een aanvraag via een andere leverancier).
VRAAG 27 II.2.A.2 Begrijpen we goed dat bij sluiting van de opdracht we voor bijlage 1 perceel 1 en uiteraard ook voor bijlage 2 niets doen, tenzij er een aanvraag binnenkomt van een bestuur dat ze wensen in te stappen. Deze aanvraag zal opgemaakt worden met het verhuis/overnameformulier. Is dit correct? -Procedures staan duidelijk beschreven in artikel II.2.A (p.38). Voor perceel 1 – bijlage 2 geldt het antwoord op bovenstaande vraag (vraag 26). -Voor perceel 2 en perceel 1 –bijlage 1 geldt de procedure beschreven in II.2.A -2 (p.38). Deze potentiële afnemers doen een aanvraag via het overnamedocument/verhuisformulier.