Voorwoord Voor u ligt de modulegids 2008-2009 van de initiële dagopleiding van de Instituto Pedagogico Arubano (IPA), opleiding voor leerkrachten met de specialisatie 4-8 en 6-12. Naast deze studiegids is er een algemene informatiegids over de opleiding en het programma. Voor de praktische vorming zijn praktijkgidsen samengesteld die de organisatie, inhoud en opdrachten van de stage bevatten. De studiegidsen zijn in eerste instantie bestemd voor studenten en docenten aan het IPA. De inhoud is echter evenzeer bestemd voor stagementoren en anderen die op de een of andere wijze betrokken zijn bij de opleiding. De modulegids geeft voor elke module die door de verschillende vormingsgebieden verzorgd worden, de beschrijvingen weer. Per studiejaar en per blok worden de beschrijvingen uiteengezet ten einde een beter beeld te geven van de doelstellingen, de inhoud en de wijze van evaluatie van de module. De inhoud van de studiegidsen is uiteraard onderhevig aan veranderingen. De wijzigingen zullen steeds aan alle betrokkenen bekend gemaakt worden. Hiervoor zullen de gangbare communicatielijnen gebruikt worden (prikborden en IPA’BO). De IPA’BO wordt tot een verplichte leesstof gerekend. Wij gaan ervan uit, dat de inhoud van deze studiegids en de mededelingen in de IPA’BO en op het prikbord bij iedereen bekend zijn. Momenteel worden sommige modules gereviseerd. De gereviseerde beschrijving staat niet in deze studiegids. Binnenkort vindt een update plaats. Wij wensen u een prettig, gevarieerd en succesvol collegejaar toe!
Drs Marilyn Richardson Adjunct directeur afdeling Initiële Opleidingen Augustus 2008
IPA modulegids 2008-2009
1
Inhoudsopgave 1. Voorwoord
1
2. 3. 4. 5.
Modulegids leerjaar 1 programma overzicht leerjaar 1 blok 1 programma overzicht leerjaar 1 blok 2 programma overzicht leerjaar 1 blok 3 programma overzicht leerjaar 1 blok 4
4 36 65 100
6. 7. 8. 9.
Modulegids leerjaar 2 programma overzicht leerjaar 2 blok 1 programma overzicht leerjaar 2 blok 2 programma overzicht leerjaar 2 blok 3 programma overzicht leerjaar 2 blok 4
124 163 215 261
Modulegids leerjaar 3 10. programma overzicht leerjaar 3 blok 1 11. programma overzicht leerjaar 3 blok 2
300 341
Modulegids leerjaar 4 12. programma overzicht leerjaar 4 blok 1 en 2
376
Bijlagen Studiepuntverdeling
406
IPA modulegids 2008-2009
2
Modulegids leerjaar 1
IPA modulegids 2008-2009
3
Studiejaar 1 - blok 1 Vak Psychologie Onderwijskunde Nederlands Papiamento Drama Schrijven Arte- muziek Movecion y Salud Rekenen en Wiskunde ICT
Module naam Het zelf Het kind in ontwikkeling 4-8 Tekstanalyse Introduccion den nos idioma Papiamento Desaroyo di abilidad expresivo y medianan teatral Schrijfmethode: (bord)schrijven kun je leren Klank en beweging Het bewegingsonderwijs Rekenvaardigheid Basis Computervaardigheden
IPA modulegids 2008-2009
docent GO GN GE GG
pag 5 9 12 15
LN
17
NI
20
PR WE GD HA
23 29 31 34
4
Psychologie Module Periode Docenten Specialisatie Studiebelasting Urenverantwoording
: Het Zelf : Oriëntatiefase, blok I.1 : Diana Goedhoop : n.v.t. : 1 punt = 40 uur = 1½ ECTS : aantal begeleidingsuren Voorbereiding voor bijeenkomsten a) thuisopdrachten b) bestuderen literatuur c) voorbereiding evaluatie d) evaluatie
10 ½ u 10 ½ u 9u 8u 2u
Inleiding: De Module “Het Zelf” verwijst naar het : lichamelijke, psychologische, sociale, culturele en spirituele zelf, die allemaal deel uitmaken van ons menszijn. Als toekomstige leerkracht is het belangrijk stil te kunnen staan bij het functioneren van je zelf en het zich kunnen verplaatsen in het zelf van de ander. M.b.v. zelfreflectie en het losmakingsproces tijdens de oriëntatiefase leert de student zijn/haar eigen mogelijkheden en tekorten kennen in de omgang met medestudenten op de opleiding en met leerkrachten en leerlingen op de praktijkschool. Wij stellen dat de mens een psycho-socio-somatische eenheid is met een spirituele basis en een culturele achtergrond. Deze zelven van ons functioneren niet los van elkaar maar zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en daarom ook wederzijds afhankelijk van elkaar. Nu eens staat het ene ‘zelf’ op de voorgrond, dan weer het andere ‘zelf’ maar iedere zelf wordt beïnvloed en aangevuld door de andere zelven. Het lichamelijke zelf legt meer de nadruk op de buitenkant van de mens, maar ook op de wijze waarop er met die buitenkant wordt omgegaan. Het psychologische zelf verwijst meer naar het innerlijke van de mens, wat en hoe hij denkt, voelt, leert, wilt. Het sociale zelf heeft voornamelijk betrekking op de wijze waarop we elkaar beïnvloeden in ons gedrag en de verschillende soorten relaties die we met elkaar kunnen aangaan. Het culturele zelf geeft onze cultuurhistorische achtergrond aan en de wijze waarop onze cultuur bewust of onbewust deel uitmaakt van onze huidige keuzes. Het spirituele zelf legt de basis voor ons handelen en geeft weer hoe wij denken over ons bestaan hier en nu maar ook hierna! Het studieobject van de psychologie, te weten.: het menselijke gedrag wordt bepaald door het samenspel van al deze zelven.
IPA modulegids 2008-2009
5
Beginsituatie: Uiteraard heeft elke student subjectieve kennis over zichzelf. Voor de meeste studenten is dit echter de eerste systematische kennismaking met het vak psychologie waarin heel expliciet stil gestaan wordt bij de eigen persoonlijkheid en de ontwikkeling van ‘het zelf’. Waarschijnlijk is de student er ook niet aangewend om deze kennis over zichzelf met anderen te delen in de klas en empatisch te reageren op emotionele uitingen van medestudenten. Leerinhouden: • de term psychologie • de vijf basisgebieden binnen de psychologie • de persoonlijkheidsleer met a) het lichamelijk zelf: het uiterlijk, lichaamstaal en fitness, relatie uiterlijk en innerlijk b) het psychologisch zelf: persoonlijkheid(sprofiel) en gedrag, zelfbeeld, identiteit, zelfschema, de persoonlijkheid van de leerkracht c) het sociaal zelf: sociale psychologie, sociometrie, sociogram, groepsprocessen d) het spiritueel zelf: spirituele waarden en normen, levensbeschouwing e) het cultureel zelf: familie cultuur, ideeën, principes, normen, waarden Linkage: "Het zelf" is een confrontatie met de eigen persoonlijkheid en de rollen binnen het IPA. Het is tevens een eerste kennismaking met de psychologie en haar functie in de opleiding. De module valt onder het vormingsgebied: ‘Formacion Personal’ en heeft duidelijk tot doel de studenten ‘los te maken’ en een groei/vormingsproces op gang te brengen, zowel binnen de persoon als wel binnen de groep. De cohesie in de groep wordt versterkt met als gevolg dat alle andere modules daarvan kunnen profiteren. Praktijklink: Er wordt ervan uitgegaan dat door zichzelf te kennen en begrijpen, de student beter in staat is om de kinderen op de praktijkschool te kunnen begrijpen. Leerdoelen: Algemeen: de student ontwikkelt kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes m.b.t. het functioneren van: het lichamelijk zelf, het psychologisch zelf, het sociaal zelf, het spiritueel zelf en het cultureel zelf Concreet: Kennis: • de student kan de 5 basisgebieden binnen de algemene psychologie aangeven en de plaats van de persoonlijkheidspsychologie daarbinnen. • de student kan die eigenschappen opnoemen van de zelven, die ontwikkeld moeten worden t.b.v. het goed kunnen functioneren als student op het IPA en als leerkracht op school. IPA modulegids 2008-2009
6
Vaardigheid : • de student analyseert zijn eigen gedrag en persoonlijkheid en dat van de ander en beschrijft iedere zelf afzonderlijk. • de student geeft aan hoe zijn eigen gedrag en persoonlijkheid en dat van de ander is veranderd in de verschillende ontwikkelingsfasen. • de student is in staat te discussiëren over persoonlijkheidskenmerken die horen bij een "goede" leerkracht. • de student kan d.m.v. een verslag de relatie aangeven tussen de verschillende zelven in het licht van hun toekomstig beroep. Houding: • de student durft openlijk over zichzelf te praten en zich kwetsbaar op te stellen in bijzijn van de medestudenten en docent(en). Werkvormen: Tijdens de contacturen wordt eerst de literatuur doorgenomen aan de hand van vragen van de studenten. Daarna worden de thuisopdrachten in de groep besproken en/of gepresenteerd. Er worden veel persoonlijke ervaringen uitgewisseld in de vorm van een ‘talkshow’. Evaluatie Tijdens elke bijeenkomst en aan het eind van de module worden de studenten geëvalueerd. De evaluatie houdt in: • aanwezigheidsnorm van 80% • actief participeren • uitvoeren en eventueel inleveren van alle opdrachten per bijeenkomst • Eindpresentatie en eindverslag Gebruikte literatuur: - Beemen van L., 2001, Ontwikkelingspsychologie, Wolters Noordhoff, Temperament blz 135-144, De psychosexuele ontwikkelingstheorie van Freud blz 37-39 - Diekstra R.,Het geestige lichaam, tussen brein en body, A.W. Bruna uitgevers, Het problematische lichaam, blz.11-21 - Fontana D, 1985, Psychology for teachers, The self, blz.251-255, blz.263-265 - Kessler R, 2000, The soul of education., Helping students find connection, compassion, and character at school, Alexandria, Association for Supervision and Curriculum Development, Deep connection, blz.18-35 - Oomkes F., Training als beroep. Sociale en interculturele vaardigheid, Boom, Amsterdam, 1995, deel 2a Nonverbale communicatie blz 109-113,deel 2b Zelfbeeld blz 272-75, Rolpatronen blz. 301- 305 - Verhulst J, Algemene psychologie voor onderwijsgevenden, Wolters-Noordhoff B.V., blz. 166-177, 183-188 IPA modulegids 2008-2009
7
-
Wetering van de W, 2002, Test je karakter, Hermans Muntinga publ., Zelfontwikkeling, blz. 10-15, 25-46
IPA modulegids 2008-2009
8
Onderwijskunde Module: Blok: Vak: Thema : Docenten: Studiebelasting:
Het Kind in ontwikkeling 4-8 1.1 Pedagogiek Basisontwikkeling Drs. Olivia Groeneveldt 3/4 punt (30 uur) 5 bijeenkomsten van 1,5 uur = 7,5 uur 2 werkbijeenkomsten = 3 uur 6 uur voorbereiding bijeenkomsten 13,5 uur voorbereiding evaluatie
Inleiding Het eerste blok pedagogiek (1.1) begint met een oriëntatie in het kleuteronderwijs. Deze oriëntatie zal vooral betrekking hebben op vernieuwende concepten in het kleuteronderwijs (zoals: basisontwikkeling en Ontwikkelingsgericht Onderwijs ). In het kader hiervan nemen de studenten ook kennis van de vernieuwingen die in het Arubaanse kleuter en basisonderwijs gaande zijn, door de Proyecto Innovacion di Enseñansa Preparatorio y Enseñansa Basico (PRIEPEB). De vernieuwende concepten zijn deels gebaseerd op de bovengenoemde concepten. Zo wil de PRIEPEB bereiken dat Arubaanse kinderen in het kleuteronderwijs een brede ontwikkeling doormaken en dat er niet alleen aandacht is voor de cognitieve ontwikkeling van kinderen, maar ook voor de sociaal – emotionele ontwikkeling van kinderen. In deze module worden de studenten geconfronteerd met de uitgangspunten en theorieën met betrekking tot de Basisontwikkeling en de praktische consequenties hiervan voor de inrichting van een moderne kleuterklas. Tenslotte worden studenten in deze module geleerd om een eenvoudige lesvoorbereiding te maken volgens het Didactische Analyse - model (DA – model). Hierbij wordt vooral de nadruk gelegd op het leren bepalen/formuleren van leerdoelen en beginsituaties en het bedenken van leerzame activiteiten voor kleuters. Hierdoor kan deze module, evenals de eerste IP- module, gezien worden als een voorbereiding op de eerste oriënterende stage (in het kleuteronderwijs) voor de eerstejaarsstudenten. Leerinhouden: - Uitgangspunten en begrippen van Basisontwikkeling - Relaties tussen de methode basisontwikkeling en PRIEPEB-vernieuwingen. - Uitgangspunten ontwikkelingsgericht onderwijs - Uitwerken van doelen en activiteiten van ontwikkelingsgericht onderwijs - Hoeken en kernactiviteiten IPA modulegids 2008-2009
9
-
Doelen, activiteiten die gericht zijn op de kernactiviteiten Het DA- model van Van Gelder
Linkage (theorie) - IP 1.1. - PEDA: Kind inontwikkeling (6-12) blok 1.2 en blok 1.3 (praktijk) - SP 1.1.: tijdens deze stage zullen studenten verschillende portretopdrachten van het kleuter onderwijspraktijk maken. Beginsituatie - Studenten hebben geen kennis van bepaalde (vernieuwende) concepten/ theorieën in het kleuteronderwijs (zoals Basisontwikkeling en Ontwikkelingsgericht onderwijs). - Studenten hebben weinig tot geen kennis van bepaalde pedagogische en didactische begrippen. - Studenten zijn onbekend met de uitgangspunten en doelstellingen van PRIEPEB - Studenten zijn niet in staat om een eenvoudige lesvoorbereiding te maken volgens een didactisch model en kunnen nog geen leerdoelen, beginsituaties en dergelijke bepalen/formuleren. - Studenten zijn weinig bekend met de activiteiten (en de daarbij behorende materialen en accomodaties ) van een moderne kleuterklas. Doelen Kennisdoelen Aan het einde van deze module: - Zijn de studenten in staat om kennis van de nieuwste ontwikkelingen in het kleuteronderwijs (o.a. uitgangspunten en theorieën met betrekking tot de Basisontwikkeling en Ervaringsgericht onderwijs) aan te geven . - Zijn de studenten in staat om de uitgangspunten en doelstelling van het vernieuwingsproject PRIEPEB met betrekking tot het Arubaanse kleuteronderwijs. - Zijn de studenten in staat om de elementen of onderdelen van het DA- model van Van Gelder aan te geven. - Zijn de studenten in staat om de belangrijkste uitgangspunten van PRIEPEB aan te geven - Zijn de studenten in staat om een verband te leggen tussen de uitgangspunten van Basisontwikkeling/ervaringsgericht onderwijs en PRIEPEB. - Kunnen studenten het verschil aangeven tussen hun eigen kleuteronderwijsverleden en de situatie nu. - Kunnen de studenten de kernactiviteiten van Basisontwikkeling aangeven en uitleggen IPA modulegids 2008-2009
10
Houdingsdoelen Aan het einde van deze module: - Vinden de studenten het belangrijk dat er onderwijsvernieuwing in het Arubaanse kleuteronderwijs plaatsvindt - Onderkennen de studenten het belang van het tijdig maken van een lesvoorbereiding - De studenten laten de bereidheid zien om een klaslokaal in te richten volgens Basisontwikkeling - Onderkennen de studenten het belang van leerzame activiteiten voor kleuters - Onderkennen de studenten de discrepantie tussen het opleidingsideaal en de realiteit van het werkveld Vaardigheidsdoelen Aan het einde van deze module: - Zijn studenten in staat om zich in te leven in de nieuwe rol van onderwijzer(es) in het basisonderwijs. - Kunnen studenten een eenvoudige lesvoorbereiding maken volgens de structuur van het D.A. - model. - Kunnen studenten leerdoelen en beginsituaties (in relatie tot Basisontwikkeling) bepalen. - Kunnen studenten leerzame activiteiten (in relatie tot Basisontwikkeling) bedenken en opzetten voor kleuters. - Kunnen studenten een klas inrichten volgens Basisontwikkeling. Werkvormen Tijdens de lessen worden over het algemeen de volgende didactische werkvormen gehanteerd: interactie-, instructie-, samenwerkingsvorm en en/of opdrachtenvorm. Er wordt tijdens deze lessen gebruik gemaakt van de eigen ervaringen van de studenten in het kleuteronderwijs, waardoor er veel discussies en interactiewerkvormen aan bod komen. Evaluatie - 80% aanwezigheid. - Groepsopdracht: klas inrichten volgens Basisontwikkeling inclusief presentatie; - Schriftelijke verslaggeving n.a.v. uitgangspunten en theorieën van Basisontwikkeling; Literatuur Janssen- Vos, F., (2001) Basisontwikkeling in de onderbouw. Assen: Van Gorcum Alkema, E. En Tjerkstra, W. 1995. Meer dan onderwijs: Theorie en praktijk van het lesgeven in de basischool. Assen: Van Gorcum. ISBN 90-232-2988-6 Delen uit het Plan Strategico di PRIEPEB (Handouts)
IPA modulegids 2008-2009
11
Nederlands Module : Tekstanalyse Periode : 1.1 Specialisatie : alle Docenten : Cheryda Gemin Studiebelasting : 1 studiepunt ( 40 uren) Urenverantwoording : • Bijeenkomsten • Literatuur • Logboekopdrachten • Tentamen Totaal
: 7 x 1.5 = : 70 pagina’s = : : :
10.5 uur 7 uur 20 uur 2.5 uur 40 uur
Inleiding Begrijpend lezen van zakelijke teksten houdt in dat studenten blijk moeten geven van hun vaardigheid een tekst zelfstandig te interpreteren, te analyseren en te beoordelen. Je zult beter en gemakkelijker kunnen studeren als je geen moeite hebt met de opbouw van de studieteksten en die teksten effectief kunt samenvatten. Bij elke vervolgstudie en bij elke intellectuele activiteit in je verdere leven waar teksten van een zekere omvang en diepgang aan te pas komen, is een goed inzicht in de bouw en de samenhang van zinnen, alinea’s en teksten absoluut vereist. Er is natuurlijk ook vaardigheid nodig in het gebruik van de kennis die je over dit onderwerp hebt. Dat bereik je alleen maar door te oefenen. Beginsituatie De student heeft in zijn/ haar vooropleiding ‘begrijpend lezen’ als onderdeel van taal gehad. Tevens heeft student eenvoudige teksten leren samenvatten. Grammaticale en spellingregels heeft de student ook gehad die hem / haar in staat stellen zo min mogelijk fouten te maken bij het schrijven van een tekst. Leerinhouden • Begrip van opbouw en inhoud van zinnen • Zinsverbanden • Hoofdgedachten van tekst en alinea’s • Bouw van een alinea • Verbanden tussen hoofdgedachten en alinea’s • Signaalwoorden/ verbindingswoorden • Standpunt – mening – feit • Samenvatten
IPA modulegids 2008-2009
12
Linkage Begrijpend lezen van zakelijke teksten, in het dagelijks leven en bij andere modules, houdt in dat studenten blijk moeten geven van hun vaardigheid een tekst zelfstandig te interpreteren, te analyseren en te beoordelen. Je zult beter en gemakkelijker kunnen studeren als je geen moeite hebt met de opbouw van de studieteksten. Bij elke vervolgstudie en bij elke intellectuele activiteit in je verdere leven waar teksten van een zekere omvang en diepgang aan te pas komen, is een goed inzicht in de bouw en de samenhang van zinnen, alinea’s en teksten absoluut vereist. Er is natuurlijk ook vaardigheid nodig in het gebruik van de kennis die je over dit onderwerp hebt. Dat bereik je alleen maar door te oefenen. Leerdoelen Kennisdoelen Aan het einde van deze module: • Is de student op de hoogte van de structuren die een tekst kan hebben. • Kent de student de verbanden die er zowel binnen een tekst als tussen zinnen bestaan. • Is de student op de hoogte dat een hoofdgedachte of thema van een tekstdeel een of meerdere alinea’s kan omvatten. • Kent de student de functie van hoofdgedachten van verschillende alinea’s binnen een tekst. • Herkent de student het verschil tussen een standpunt, mening en een feit. • Is de student op de hoogte van de strategieën die hij/zij kan toepassen bij het maken van een samenvatting.
Vaardigheidsdoelen Aan het einde van deze module: • Is de student in staat om de structuren van teksten te herkennen en te verklaren. • Is de student in staat om de verbanden die er zowel binnen een tekst als tussen zinnen zijn aan te geven. • Kan de student de hoofdgedachte ( n )/ thema ( ‘s) uit een tekst ( deel) halen en de argumenten die met de gedachte samenhangen aangeven en verklaren. • Kan de student de functie van hoofdgedachten binnen een tekst verklaren. • Kan de student het verschil aangeven tussen een standpunt, mening en een feit. • Kan de student de aangeleerde strategieën toepassen bij het maken van een samenvatting. Houdingsdoelen Aan het einde van deze module: • Is de student kritisch ten aanzien van de structuur van elke tekst die hij of zij leest of bestudeert. • Is de student bereid teksten van verschillende vakgebieden te lezen en te analyseren. Praktijkopdrachten n.v.t. IPA modulegids 2008-2009
13
Werkvormen Uitgaande van verschillende teksten zullen de eerdergenoemde leerinhouden besproken, geoefend en toegepast worden. Evaluatie Om deze module met succes af te ronden, dient de student aan de volgende voorwaarden te voldoen: • Minimaal 80% aanwezigheid • Actieve participatie tijdens de lessen en de groepswerkzaamheden, waarbij de organisatie van verschillende teksten nader beschouwd zullen worden • Aan het einde van de module een logboek inleveren met alle gedateerde moduleopdrachten • Een schriftelijk tentamen: de structuur van een tekst herkennen en verklaren. Literatuur Wolf, T. 1997. Tekst en uitleg, Paramaribo. Hendrix, T, Hulshof, H. 1994. Leesvaardigheid Nederlands, omgaan met zakelijke teksten, Bussum, Coutinho. Braet, A 1999. Argumentatieve vaardigheden, Bussum, Coutinho. Braas, C e.a., 1996. Argumenteren, Groningen,Wolters – Noordhoff. Claasen – van Wirdum, A ( red.) e.a. 1997,Tekst en Toespraak, Groningen.Wolters – Noordhoff.
IPA modulegids 2008-2009
14
Papiamento Modulo Periodo Materia Sector Specialisacion Docente Peso di estudio
Introduccion den idioma Papiamento : I.1 : Papiamento : Idioma : tur : Gregory Goedgedrag : 1 punto - 40 ora ora di contacto : 11x1,5= 16,5 tarea di cada siman : 10x1 = 10 tarea di evaluacion : 4,5 literatura : 9
Introduccion E titulo di e modulo aki ta papia pa su mes: introduccion den idioma Papiamento. Porfin nos ta den e posicion pa coregi un eror historico: Papiamento, idioma nacional di Aruba, idioma materno di ±80% di nos poblacion, a drenta scol secundario y ta den preparacion pa drenta scol basico. Esei kier men, cu nos maestronan mester domina e idioma aki den tur su aspectonan. Den e modulo aki ta introduci e studiantenan den algun aspecto importante di nan propio idioma. E modulo aki ta un exploracion y descubrimento di loke nan idioma tin aden. Situacion inicial Pa mayoria studiante esaki ta e prome biaha cu nan ta haña les di Papiamento y les na Papiamento. E studiantenan cu ta bini di cierto sector di EPI si a haya les di Papiamento. Meta general • E studiante ta conciente di e balor di idioma como medio pa ordena, comunica y expresa. • E studiante ta conciente di e echo, cu e mester haci esfuerso pa adkiri un dominio mas grandi posibel di Papiamento. Meta cognitivo • E studiante tin un conocemento mas grandi di gramatica di e idioma Papiamento. • E studiante tin un conocemento mas grandi di ortografia di Papiamento. • E studiante sa kico e mester haci pa controla y amplia su vocabulario. • E studiante a cera conoci cu literatura na Papiamento. IPA modulegids 2008-2009
15
Meta di habilidad • E studiante ta domina e reglanan gramatical di mas importante di Papiamento. • E studiante ta domina mayoria di e reglanan ortografico. • E studiante a amplia su vocabulario di Papiamento, specialmente den e ramo di movecion y den e campo di fisiologia y medicina. • E studiante ta formula frase corectamente. • E studiante tin un dominio mas grandi di e habilidadnan scucha, papia, lesa y skirbi. Meta di actitud • E studiante ta aprecia su propio idioma. • E studiante ta dispuesto pa adkiri mas conocemento y habilidad den su idioma. • E studiante ta dispuesto pa coregi su mes. • E studiante ta respeta idioma di otro. Contenido • E caracteristicanan di mas importante di gramatica di Papiamento • Algun elemento stilistico y reflexion riba idioma • E reglanan di e ortografia etimologico/tradicional y di e ortografia revisa • E ideanan tocante ortografia di Papiamento • Desaroyo y ampliacion di vocabulario • Ehercicio relaciona cu e cuater habilidadnan di idioma • Literatura na Papiamento di mucha y hoben • Ehercicio relaciona cu contamento y lesamento di storia Forma di traha durante e modulo Pa un parti e modulo aki lo ta hopi tecnico, sigur ora ta trata di gramatica y ortografia, dos materia nobo pa e studiantenan. Pero e tareanan lo ta hopi practico, cu investigacion chikito y tarea den grupo cu hopi espacio pa participacion activo di e studiantenan. Evaluacion E studiante mester cumpli cu e siguiente exigencianan: • Presencia: minimo 80% • Trahamento di e tareanan di siman • Tarea final: 1. Evaluacion final skirbi tocante contenido di e modulo aki 2. Resumen y analisis di por lo menos 10 buki di mucha y hoben Literatura • Un bon diccionario (Dijkhoff, Mansur, Joubert, Ratzlaff) Reader "Introduccion den nos idioma Papiamento" - Pereira/IPA
IPA modulegids 2008-2009
16
Drama Module Docent Fase Blok Specialisatie Studiepunt Aandeel
Desaroyo di abilidad expresivo y medianan teatral Amy lasten Propedeuse I.1 4-8/6-12 1 stp (= 40 studielasturen) 14 les di 1.5 ora = 21 ora 19,5 ora pa: yenamento di formulario di reflexion (mayoria di biaha den les. Preparacion y trainmento di escena pa evaluacion Skirbimento di relato personal
Introduccion E studiantenan ta na comienso di nan estudio. Ta importante pa nan desaroya libertad y creatividad den expresion y uzo di curpa. E idea ta pa e studiantenan ricibi un base riba tereno di espresion teatral, cu por sostene nan den nan propio expresion y actuacion dilanti di klas y a la bes nan ta ricibi e hermentnan cu por sostene nan den nan docencia. Den e cuadro aki ta importante pa e studiantenan experiencia tambe efecto di uzo di medio teatral como instrumento den e proceso di formacion. Lo haci uzo di reflexion den cada les riba e experencia personal. E propio experencia lo sirbi como punto di salida pa adkiri conocemento y maneho conciente di e diferente aspectonan teatral. Contenido • Uzo di tableau vivant • Improvisacion • Creacion di escena • Desaroyo di personahe • Uzo di medio teatral (obheto, vestuario, decor y espacio) • Uzo di e elementonan basico di teatro • Creacion di escena a base di dialogo • Presentacion di integracion di escena E contenido di e modulo aki ta relaciona cu e siguiente areanan di competencia: -Competentencia interpersonal y intrapersonal -Competencia pedagogico -Competencia di contenido di specialisacion y di didactica -competencia organisatorio IPA modulegids 2008-2009
17
-Competencia pa colabora cu colega -Competencia di reflexion y desaroyo
Conexion cu otro modulo Presenta bo mes Situacion inicial E studiantenan ta haya pa prome biaha den e estudio aki expresion dramatico. Sin embargo un cantidad lo a haya expresion dramatico na Colegio Arubano. Ta muy probabel cu mayoria di e aspectonan cu lo keda trata lo ta nobo y e accento lo ta riba e uzo conciente di e aspectonan teatral. Meta general • E studiante ta supera miedo y berguensa den actuacion y presentacion. • E studiante ta progresa den uzo di creatividad y fantasia. • E studiante ta desaroya su propio abilidad di expresion y actuacion den teatro. • E studiante ta desaroya libertad den propio presentacion. Meta specifico Meta cognitivo • E studiante ta haya conocemento di e elementonan basico di teatro. • E studiante ta haya conocemento di uzo di e medionan teatral como punto di salida di creacion di escena. • E studiante ta haya conocemento di algun entrada pa yega na improvisacion. • E studiante ta siña pensa den imagen. Meta di habilidad • E studiante ta maneha e elementonan basico di teatro. • E studiante ta duna forma na e medionan teatral den presentacion. • E studiante ta maneha improvisacion y creacion di escena. • E studiante ta sera conosi cu desaroyo di personahe, desaroyo di escena y uzo di e medionan teatral. • E studiante ta desaroya concentracion y credibilidad den actuacion. Meta di actitud • E studiante ta dispuesto pa descubri y desaroya su propio habilidadnan den actuacion trahando den grupo chikito cu otro. • E studiante ta dispuesto pa encorpora den su actuacion tur e elementonan y aspectonan di teatro cu e ta sera conoci cu ne. • E studiante ta dispuesto pa para keto y reflexiona riba e desaroyo cu e ta pasando aden y kico esaki ta nifica pa cu su docencia den futuro. IPA modulegids 2008-2009
18
Forma di traha • E studiante ta haya na diferente forma un impulso pa descubri y desaroya su creatividad riba tereno teatral. • E studiante ta sera conoci den cada les cu un aspecto teatral diferente. • Na final di cada les lo reflexiona riba propio experiencia den les y riba kico esaki ta nifica en relacion cu e propio desaroyo riba tereno personal y teatral • Lo ehecuta e tareanan den henter grupo of den grupo chikito. Interaccion bou di otro ta esencial. • Lo haci uzo di e siguiente construccion di les : a. Los curpa b. Ehercicio c. Tarea di actuacion d. Reflexion y evaluacion Evaluacion • Presentacion di un escena entre dos personahe uzando obheto, vestuario, decor of espacio, segun e puntonan di atencion den reader y/of cu a bin dilanti den les. • Entrega di un relato cu ta describi e desaroyo cu bo a pasa aden a base di e lesnan di expresion dramatico. • Entrega di un map cu tur e formularionan di reflexion • 80% presencia. Literatura Reader (no ta obligatorio)
IPA modulegids 2008-2009
19
Schrijven Module Subtitel Periode Blok Docent Bijeenkomsten Studiebelasting Eindcijfer Urenverantwoording
: Schrijfmethode: (bord-)schrijven kun je leren : (Bord-)schrijven, eigen vaardigheid : propedeuse : 1.1 en 1.2 : Mirto Nicolaas : 14 [7 per blok] : 1 stp [0,5 per blok] 40 uur = 1.5 ECTS : Gemiddelde van twee voldoende blokken. : - 7 colleges per blok x2= 14x 1.5= 21 uur - voorbereiding 14x1 uur 14 uur - evaluatie 5 uur
Inleiding: Methodisch schrijven, zowel op papier als op het bord, behoort tot de basisvaardigheden van iedere leerkracht. We leren het de kinderen aan de hand van de methode die de school gekozen heeft. Daarnaast hoort een leerkracht te beschikken over een prettig ogend dictaatschrift. Dat gebruiken we vooral bij Bordschrijven, in rapporten en briefjes naar ouders. Centraal in deze module staat het voornamelijk door zelfstudie aanleren van een nieuw methodeschrift, namelijk dat van Kwast: een spits schrift met lange begin- en eindhalen. Het wordt op geen enkele basisschool gebruikt, maar vormt een goed uitgangspunt voor het aanleren van alle methodes. (daarnaast wordt ook aandacht besteed aan letters die doorgaans gemeenschappelijk op de praktijkscholen gebruikt worden.) Daarnaast leer je het blokschrift. Voor het oefenen in blokschrift raden we hokjespapier aan: het is belangrijk dat je dan vierkante hokjes hebt! Schrijfmateriaal: Een vulpen met goede vingergrip en een fijne punt (bijvoorbeeld Stypen of Lamy) en een vulpotlood 0,4 mm. Eventueel een gelbalpen van Pilot. Beginsituatie Deze module is een eerste kennismaking met het schrijven als docent, maar ook het eigen handschrift staat centraal. Elke student heeft zo zijn eigen handschrift ontwikkeld en het is nu de taak daar methode /lijn in aan te brengen. Een hele uitdaging dus! Dat start al met het invullen van een instapdocument om je beginsituatie vast te stellen. Dat document heet “Checklist signalering schrijven eigen vaardigheid” Het ingevulde document met het deel handschrift op papier moet je de eerste les kunnen overleggen. Het wordt in de bufferweek dan ook uitgedeeld. IPA modulegids 2008-2009
20
Leerinhouden: Bordschrijven gebeurt vanaf de eerste praktijkdag. Het is dus belangrijk dat je leesbaar en methodisch te werk kunt gaan. Dat komt elke les terug. Er zijn speciale opdrachten die je desgewenst op je stage kunt uitvoeren als je thuis geen schoolbord hebt. Daarnaast is deze module een eerste aanzet tot de didactiek van het aanvankelijk schrijven zoals die in het tweede jaar gegeven zal worden. Doelstellingen: Kennisdoelen: De student kan gericht en beargumenteerd (met concrete items zoals benoemd in de checklist signalering) reflecteren op eigen en andermans werk De student kan na elke les een kritische evaluatie uitvoeren en benoemt concreet zijn/ haar eigen leerpunten (met gebruikmaking van items zoals weergegeven in de checklist signalering schrijven eigen vaardigheid). Vaardigheidsdoelen: De student beheerst het methodisch schrift op papier en het bord. De student beheerst het blokschrift op papier en het bord. De student heeft een vlot, goed ogend en goed leesbaar eigen (dictaat)schrift dat in elk geval consequent, rechtshellend en verbonden is. De student schrijft in een goede zit-/schrijfhouding en met een goede pengreep. De student kan bij het opstellen van bordschema’s de ruimte dusdanig indelen, dat het schema inzichtelijk is voor de kinderen. De student past het methodisch schrift goed toe bij het uitwerken van het bordschema. Houdingsdoelen: De student heeft plezier in bordschrijven en methodisch schrijven. De student is zich bewust van zijn voorbeeldfunctie voor de kinderen. De student is bereid zich verder te bekwamen in het bordschrijven en handschriftverbetering. Werkvormen: Tijdens het startcollege wordt de instaptoets ingeleverd en de routekaart ingevuld. Na het startcollege zijn er basiscolleges in het eerste blok waar alle aspecten van het schrijven aan bod komen. Het is de bedoeling dat de student zelf actief aan de slag gaat met de leerpunten uit het startcollege.
Evaluatie: Het tentamen valt uiteen in twee delen: Meegenomen werk dat wordt overhandigd aan het begin van het tentamen: a) Praktijkschrift b) Schrijfvaardigheid IPA modulegids 2008-2009
21
De toetslessen 5, 10 en 15 op de liniatuur zoals te zien op de rechterbladzijdes van die lessen in het boek. Bij elke toetsles schrijft de student een kritische evaluatie en benoemt concreet zijn/ haar eigen leerpunten (met gebruikmaking van items zoals weergegeven in de checklist signalering schrijven eigen vaardigheid). Deze evaluatie is verplicht uitgevoerd in dictaatschrift. Een zelf ontworpen bordschema, uitgevoerd op zwart tekenpapier van A4 formaat. Het bordschema dient verrijkt te zijn met adequate illustraties. Gedurende het tentamen krijgt de student naast een kennisgedeelte uit het boek nog twee praktische opdrachten: een deel dictaatschrift op papier een deel schrijven op het bord
Literatuur: Kwast, A.D, 1999,Het Bordschrift uit de set: De Schrijfkoffer,Stichting Stylus et Cultura, Alkmaar
IPA modulegids 2008-2009
22
Muziek Module Blok: Fase: Docenten: Studiebelasting:
: Klank en Beweging 1.1 orientatiefase Rose-Marie Provence 1 punt (40 uur) = 1,5 ECTS 7 bijeenkomsten van 2 lesuur = Cuarta Literatuur voorbereiding op bijeenkomsten en evaluatie
10 uur 10 uur 20 uur
Inleiding: Het maken van muziek is een zinvolle, contextuele en sociale activiteit, een wisselwerking tussen proces en product. Muzikale vorming is één van de vier subgebieden van “Educacion di Arte” ( Priepeb!). Educacion di Arte is een totaliteit en moet het liefst in geïntegreerde vorm onderwezen worden. Dit is ook één van onze uitgangspunten op de IPA, hoewel het in de beginjaren per discipline aangeboden wordt om d.m.v. professionele begeleiding een zo breed mogelijke basis te ontwikkelen bij de student voor al deze vier subgebieden. In dit geval dus een brede basis te ontwikkelen in de muzikale ervaring, waar de cognitieve concepten aan gekoppeld kunnen worden (inzicht, begrippen, muzikaal voelen, ervaren, herkennen, doorleven en bespreken). Muzikaal vakmanschap impliceert het ontwikkelen van praktische, muzikale en creatieve vaardigheid en tevens luistervaardigheid. Om muziek te begrijpen is het belangrijk om actief om te gaan met muziek (luisteren, uitvoeren en ontwerpen). Muziek maken en luisteren zijn unieke bronnen van plezier, zelfontplooiing en constructieve kennis. Muziek hangt samen met een balans van cognitieve uitdagingen en een spectrum van daaraan gerelateerde acties, zoals bewegen, dansen en religieuze eerbied. Muziek heeft verschillende functies met specifieke waarden. Primaire en centrale doel van muziekonderwijs is: “Het actief verwerken van muziek (praktisch handelen en actief reflecteren op inhoud en proces ) om optimaal in contact te komen met specifieke ervaringsmogelijkheden, die muziek kan oproepen, waardoor zelfkennis en zelfontplooiing versterkt worden”. Volgens D. Elliott (1995) vormt het samenspel van de twee elementen – het muzikale handelen enerzijds en de muzikale uitdagingen van het vergroten van inhoudelijke betrokkenheid anderzijds – de motor van goed muzikaal onderwijs. De IPA houdt degelijk rekening met de innovaties op onderwijsgebied (Priepeb, Ciclo Basico ), die wij dan ook zullen toepassen. Priepeb werkt met 8 ontwikkelingsaspecten en 8 vormingsgebieden Eén van die acht is : “Educacion di Arte” (aanvankelijk “Cultura, Arte y Expresion”) met vier subgebieden, nl.: “Formacion Musical”, “Formacion Teatral”, Formacion pa Baile y Movecion Expresivo, en “Formacion pa Arte Visual”. De IPA modulegids 2008-2009
23
visie van Priepeb m.b.t. Educacion di Arte luidt als volgt: “Educacion di Arte’ ta habri curason, rafina e mente, conecta cu alma y fortifica laso humano na manera transcendental” . Hun doel is is om het kind middels een wisselwerking tussen kunst (zoals muziek , literatuur, baile creativo en arte visual/grafico) en andere vakgebieden te laten leren. Het kind krijgt de kans kunst met elkaar te vergelijken en de verschillende functies , betekenissen en vormen ervan te experimenteren en onderzoeken. Een ander belangrijk focuspunt van “Arte” is , dat er niet alleen aandacht besteed moet worden aan het uitvoeren van kunst, echter ook aan het waarderen, het spreken daarover en bewust zijn van de waarde van kunst binnen onze maatschappij en samenleving. Leerinhouden: 1. Het beleven van zang , spel en zangspelen d.m.v. het zingen van kinder- en schoolliedjes, het uitvoeren en improviseren van zangspelen en het gebruik van eigen lichaam (als klankbron) en ritmische slaginstrumenten bij het zingen en spelen van deze liedjes. 2. Inleiding tot het bespelen van de cuarta o.a. als begeleidings-instrument bij het zingen van schoolliederen etc. * kennis van namen van de onderdelen der cuarta * kennis van de eerste serie akkoorden : D, G, A7, D7, Bm, E * beheersing van de polka-slag , de walsslag en eventueel ook de tumbaslag. * vaardigheid in het in de maat wisselen van bovengenoemde akkoorden . * oefenen in het begeleiden van kinderliedjes met toepassing van boven genoemde akkoorden. 3. Muzikaal gehoor oefeningen 4. Benoemen en kunnen hanteren van enkele slaginstrumenten als begeleiding bij het zingen. 5. Enige vaardigheid tonen in het zelf bedenken en uitvoeren van bewegingen en spelletjes bij bestaande kinderliedjes. 6. Enige vaardigheid tonen in “body percussion”(= corporele slagwerk) en ritmische interpretatie m.b.v. slaginstrumenten en/of vocal percussion. 7. Teksten leren ritmeren ; oefenen in het vrij “vertalen” van anderstalige speelliederen . 8. Inleiding in vormleer; structuur van het lied .
Linkage: (aansluiting en vooruitblik) Mu-2 = Muziek module twee : “Klank in beeld” in I-3 Mu-3 = Muziek module drie : “Skills en tools” in II-4 Mu-4 = Module “Muziek-culturele ontwikkeling op Aruba en toepassing in het onderwijs” in III-2. Beginsituatie: De beginsituatie is zeer uiteenlopend en verschillend. Sommige studenten hebben na hun basisschooljaren nooit meer muziekonderwijs genoten. Anderen hebben in de brugklas muziekles gekregen, weer anderen in de vierde en/of vijfde Havo. Sommigen zitten of IPA modulegids 2008-2009
24
hebben op één of ander koor gezeten, anderen hebben een melodie- en /of begeleidingsinstrument leren spelen, weer anderen luisteren slechts naar de radio of cd; sommigen houden van zingen en/of dansen, etc.
Doelen Algemene doelen: • De student leert zich losmaken om vrij en spontaan met muziek te kunnen omgaan en te kunnen experimenteren met muziek. • De student verwerft enige kennis en inzicht in de klankeigenschappen en probeert op actieve wijze zich enkele muzikale vaardigheden hiertoe eigen te maken.. • De student ontwikkelt vaardigheden in het beheersen en leiden van verschillende vormen van zangspelen in verschillende talen . Kennisdoelen: • De student is bewust van de ontwikkelingsfacetten , die bij zangspelen onderscheiden kunnen worden. • Door middel van zangspelen ontdekt en begrijpt de student verschillende muzikale elementen (zoals: maat, ritme, melodie, harmonie, dynamiek, tempo, vorm en structuur ) • De student breidt zijn liedkennis en liedrepertoire uit; leert zangspelen zelf ontwerpen. • De student kent de namen van de muziekinstrumenten. • De student heeft inzicht en kennis van liedstructuur om zangspelen te kunnen toepassen . • Door middel van zangspelen en improvisatie ontwikkelt de student zijn individuele, sociale en creatieve vorming. • De student heeft enige kennis van de symbolen en termen die gebruikt worden bij het uitvoeren van zangspelen. Vaardigheidsdoelen: • De student maakt een aanvang met het zich uiten op een muziekinstrument , c.q. de cuarta. Hij leert deze hanteren en bespelen als begeleidingsinstrument bij het zingen van kleuter-, school-, kinder- en volksliederen. • De student ontwikkelt zijn muzikaal gehoor ( ritmisch- en melodisch gehoor, en vormgevoel ). • De student orienteert zich op het juiste gebruik van het stem- en gehoorapparaat • De student leert muziekinstrumenten op de juiste wijze te gebruiken tijdens de zangspelen . • De student is in staat om de symbolen en termen m.b.t tot de zangspelen toe te passen en uit te voeren. Houdingsdoelen: • De student is bereid om samen te werken en verantwoordelijkheid te dragen . • De student kan vrijuit zijn mening uitspreken over proces en product. IPA modulegids 2008-2009
25
• • • •
De student toont respect en heeft waardering voor andermans werk, mening en creativiteit. De student accepteert dat vaardigheden slechts met discipline, durf, goede positieve inzet, doorzettingsvermogen, regelmatig oefenen en uitwisselen van ervaring bereikt kunnen worden. De student toont bereidheid om collega-studenten op een kritische, opbouwende manier feedback te geven op hun vorderingen bij de presentaties en/of toetsingen. Eventuele tekorten zijn opgevangen en enigszins weggewerkt. ( remediëring en/of begeleiding, intern of extern)
Werkvormen: Tijdens de contacturen zal zowel klassikaal als in groepen gewerkt worden. Van de studenten wordt een actieve inbreng verwacht om de bestaande en zelfbedachte zangspelen zo goed mogelijk te beheersen en uit te voeren in eigen kring of met groep van kinderen. De student beheerst de corresponderende theorie door het bestuderen van literatuur en een link te leggen tussen theorie en praktijk. Over het algemeen zullen instructie-, samenwerkings-, interactie-, en/of opdrachtenvorm als didactische werkvormen toegepast worden tijdens de lessen. Evaluatie: Om deze module met succes af te ronden moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: 1. 80 % actieve aanwezigheid. 1. Het in groepen van ± vier studenten uitvoeren van vijf of meer bestaande, traditionele en zelfbedachte zangspelen met een groep kinderen (bijv. YMCA , Trai Merdia etc). De details hieromtrent (tijd, plaats, groepsgrootte etc.) zullen in de klas nader besproken en vastgelegd worden. 2. Het (per groep) overleggen van een liedmap met een 20-tal zangspelen , verschillend in categorie, uitvoering, speelwijze, structuur, groepsvorm en taal . Het liefst liedjes met bijbehorende notenbeeld (voor zover ze beschikbaar zijn ); met compleet uitgetikte liedtekst en spelbeschrijving, eventueel met bijbehorende akkoorden. Het notenbeeld mag een (vergrootte) fotocopie zijn uit één of ander liedbundel. Minimaal 10 zangspelen in het papiaments en voor de rest zangspelen in andere talen en uit andere landen ( Aruba multicultural!!). De uitgetikte teksten met desbetreffende spelbeschrijving moeten voorzien worden van de naam van de auteur en componist (indien bekend). De eerste pagina van de liedmap moet voorzien zijn van eigen naam, klas, moduleblok en studiejaar. De tweede pagina moet een overzichtslijst ( in kolommen !! aub ) zijn van alle zangspelen met vermelding van bron + blz., auteur, componist , en desbetreffende pagina-nummering van de liedmap. De zelfbewerkte zangspelen (minimaal 1 per persoon) moeten met een duidelijk symbool op deze overzichtlijst aangegeven worden . Het is vanzelfsprekend dat men deze liedjes kent en beheerst en deze liedjes bovendien met een ritmische exactheid en melodische zuiverheid kan interpreteren na een juiste overname van de begintoon. Je mag jouw map naar eigen keus versieren . De speelwijze van de zangspelen moet in kolommen genoteerd worden: op de linkerhelft van de pagina moet de liedtekst genoteerd worden en de bijbehorende spelbeschrijving op de desbetreffende rechterhelft, liefst met IPA modulegids 2008-2009
26
bijbehorende symbolen en bewegingstermen. Het is vanzelfsprekend dat de zelfbewerkte zangspelen door ieder groepslid gecontroleerd en gezamenlijk uitgevoerd worden. Opm. Cuarta leren spelen kan niet tijdens één blok geschieden , omdat het een continue vaardigheidsoefening is. Vandaar ook dat cuarta niet tijdens dit eerste blok, maar wel tijdens het tweede muziekblok geëvalueerd zal worden. Tijdens dit blok zal echter wel, aan de hand van de behandelde en opgedragen stof, nagegaan worden hoe de inzet, vordering van elke student is op dit gebied, vergeleken met hun beginsituatie. Het is ten sterkste aanbevolen om samen te oefenen met collega-studenten die reeds enige ervaring hebben met cuarta spelen.In plaats van cuarta mag men ook gitaar of een ander melodieinstrument kiezen, indien daarvoor een geldige reden toe bestaat en toestemming heeft gekregen van de desbetreffende docent.
Verplichte Literatuur : 1. “Muziek Meester” van R.v.d.Lei e.a.. Deel 1: ISBN: 90 068 1062 2 (Euro 47,50 incl.cd). Deel 2: ISBN: 90 068 1066 5 (Euro 27,50 incl. cd-rom). Uitgeverij: Thieme Meulenhoff – 2003 Nederland 2. Liedbundels : ‘Nos Ta Canta’, verzameld door S. De Castro, frère Alexius & W. Kamps “Canticanan di Pasco”; ‘Canticanan di Sanicolas’, alle 3 te koop bij lokale boekhandels of op de IPA bij AC. Leermiddelen: Een cuarta (of gitaar /blokfluit/ander melodie-instr.); een notitiemap met zowel gelinieerde als met notenbalkblaadjes, lege cassettetape; blanco cd’s; slaginstrumenten; cd/cassetteplayer; methodeboek; achtergrondinformatie; muziekartikelen; oefen- en werkmateriaal; dvd’s, videobanden en handouts. Opm. “Muziekmeester” wordt gebruikt gedurende alle muziekmodules op de IPA. Aanbevolen liedbundels om te raadplegen: o “Kinderzang en Kinderspel” ; J.Polman & P.Tiggers Uitgeverij De Toorts, Haarlem o “Een mandje vol amandelen” Uitg. Ploegsma of Stg. Nevofoon o “Sing a song”. Van A. Jensen & Shönemann – Wolters Noordhoff o “Eigen-wijs” (bk E 28,50 E + 3 cd’s E 28,- ) F. Haverkort e.a. Bureau SMV , Born. Nederland ( 6-12) 1999 SMV ISBN 90.804971-1-8 www.meestersinmuziek.nl o “Kleuter-wijs” (bk + cd) 2004 F. Haverkort e.a. Bureau SMV SMV ISBN 90.804971-2-6 (4-8) o “Mango Spice” 44 Caribbean songs- ISBN 07136-2107-9 o “Canciones Infantiles” A. Salgado. Selector Acualidad Editorial ISBN 968.403439 3 MA. Salgado. Selector Acualidad Editorial ISBN 968.403439 3 México D.F. IPA modulegids 2008-2009
27
o “Ding Dong” Stg. Muzikale Vorming (SMV) – Gehrels Vereniging ( 4-8jr) o “Hoy een lied” St. Muzikale Vorming ( 6-12) o “Cancionero Arubano” vol. 1 & 2 - Eric Tchong - Unoca Aanbevolen muzikemethodes om te raadplegen: o “Muziek voor de basisschool” van Trix Gijsel & Smit / Meulenhof Educatief / Handleiding – werkschrift - leerlingenboek – cd’s / Deel. 1 t/m 7 ISBN oa. 90. 280. 4696.8 etc. o “Muziek moet je doen” SLO – Meulenhof Educatief / ISBN 900.280. 19340 o “Ärt Smart” van IDEAS van Dr. Sue Snyder en P. McCaughey; o Creatief omgaan met muzkale expressievormen” van G. Dille–de Herdt en M. Bastiaanse; o En nog vele andere……………
IPA modulegids 2008-2009
28
Movecion y Salud Module Vak Periode Specialisatie Docenten Studiebelasting Urenverantwoording - aantal colleges/begeleidingsuren - voorbereiding praktijk - theorie voorbereiding en tentamen
: Het Bewegingsonderwijs : Bewegingsonderwijs : I.1 : Oriëntatiefase : Maximo Wernet :1 stp (= 1.5 ECTS) 10½ uur 10½ uur 19 uur
Inleiding In deze module krijgen de studenten de gelegenheid om kennis te maken met het vormingsgebied “Movecion y Salud”. De studenten worden geïntroduceerd in het belang en doel van het vak “Movecion y Salud” binnen de acht vormingsgebieden. Beginsituatie De studenten hebben op de basisschool en voortgezet onderwijs kennis gemaakt met het vak Gymnastiek waarbij zij binnen een aantal domeingebieden lessen hebben gehad. Grotendeels van de studenten hebben weinig tot geen theorie over het belang en doel van het vormingsgebied “Movecion y Salud” gehad. Leerinhouden Doel, belang en plaats van “Movecion y Salud” Terminologische aanduidingen Uitgangspunten voor de ordening van de betekenisgbieden Praktijkvoorbeelden binnen de betekenisgebieden van Spel en Turnen Het bepalen van je eigen beginsituatie voor wat betreft het conditionele aspect Doelen Kennisdoelen • De student heeft kennis over doel en belang van “Movecion y Salud” • De student heeft kennis over het fundamentele niveau waarbij hij/zij verbanden kan leggen tussen de verschillende componenten (mens- maatschapopvatting, bewegingsopvatting en bewegingscultuur) IPA modulegids 2008-2009
29
De student heeft kennis over het vakdidactisch niveau waarbij de relatie tussen de verschillende componenten wordt gelegd in het DA Model van Van Gelder Vaardigheidsdoelen • De student is in staat om binnen het turn- onderdeel: rechtstandige sprong m.b.v. een mintramp uit te voeren, ringzwaaien (strekhangzwaai en halve draai) • De student is in staat om binnen het spel één activiteit van de bewegingscultuur per betekenisgebied te laten zien • De student is in staat om een aantal activiteiten te doen op het niveau van de basis school leerlingen • De student is in staat om één van vier praktijk test- onderdelen met een positief resultaat te laten zien •
Houdingsdoelen • De student ontwikkeld de nodige zelfvertrouwen voor het vak • De student staat open voor nieuwe visie over “Movecion y Salud” • De student ontwikkeld een positieve instelling tijdens de colleges en praktijk testen Werkvormen Tijdens de lessen wordt over het algemeen de volgende didactische werkvormen gehanteerd: Instructie, interactie, samenwerkingsvorm, en/of opdrachtenvorm. Evaluatie Om deze module te kunnen behalen dient de student aan de volgende criteria te voldoen • 80 % aanwezigheid • Praktijk test volgens het norm tabel • Theorie tentamen • Twee opdrachten • Zowel de resultaten van theorie als praktijk moet gelijk of groter zijn dan 5.5
Literatuur Reader samengesteld door onderstaande literatuur • T. van den Berg, M. van Berkel, C. Hazelebach, A. Kuipers, 2003 tweede druk,Werkboek bewegingsonderwijs voor de basisschool, Baarn HB uitgeverij • H.M.P.G. van der Loo, 2000 vijfde druk, Lichamelijke Opvoeding op de basis school, Groningen Wolters –Noordhof • Human Kinetics, 2005 2nd ed. Physical Education for Lifelong Fitness • Werkgroep Groels, Bewegen en didaktiek, uitgeverij Wolters-Noordhof Groningen .
IPA modulegids 2008-2009
30
Rekenen en wiskunde Module : Rekenvaardigheid Periode (jaar/blok) : I.1 Specialisatie : Propedeuse Docent(en) : Martin Godoy Studiebelasting (1 stp=40 uur): 1 stp (1.5 ECTS) Urenverantwoording : − aantal colleges/begeleidingsuren − voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) − voorbereiding voor evaluatie evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie)
: 10,5 uur (7 x 1,5) : 21 uur : 7 uur : 1,5 uur
Inleiding Rekenen is een levenstaak. In de basisschool wordt het vak reken/wiskunde samen met het vak taal/lezen beschouwd als kernvakken. Samen krijgen zij ongeveer 40% van de beschikbare onderwijstijd. Als leerkracht primair onderwijs wordt verwacht dat men beschikt over voldoende eigen rekenvaardigheid. Dit betekent dat men geen moeite heeft met de reken- en wiskundeopgaven die op de basisschool in de zesde klas (groep 8) worden gegeven. In deze module wordt er tijdens de colleges aandacht besteed aan oplossingsstrategieën. In de klas, op de basisschool gebruiken kinderen eigen oplossingsstrategieën om opgaven op te lossen. Een (toekomstige) leerkracht zou de verschillende invalshoeken moeten kunnen anticiperen. Reden genoeg om de student te confronteren met meerdere manieren om rekenproblemen te kunnen aanpakken. Dit wordt voornamelijk gedaan door de verschillende aanpakken van medestudenten bekend te maken.
Beginsituatie Studenten hebben bij aanvang minimaal een MBO / HAVO-diploma met of zonder wiskunde in de examenvakken. Vaak hebben eerstejaarsstudenten rekenonderwijs op de mechanistische (traditioneel) manier gekregen.
Leerinhouden Leerstofgebieden die aan bod zullen komen zijn: 3 Basisvaardigheden Rekenen (getalbegrip, cijferen en andere algorithmen) 3 Verhoudingen en procenten 3 Breuken en kommagetallen 3 Meten en meetkunde, (oriëntatie in ruimte en tijd) 3 Diversen (grafieken, statistiek en zakrekenmachine)
IPA modulegids 2008-2009
31
Linkage • aansluiting met andere modules binnen en buiten het vakgebied Vanaf ‘Rekenvaardigheid’ (I.1) gaat men er van uit dat alle rekendomeinen beheerst worden. Dit vormt de basis en uitgangspunt bij alle reken-wiskundemodulen in jaar 1, 2 en 3. Gebrek aan eigen vaardigheid wordt ervaren als een belemmering voor het kunnen volgen van de andere reken-wiskundemodulen. • Praktijklink (aansluiting met de praktijk) Zonder deze fundering zal de student minder optimaal kunnen functioneren in de praktijk en daaraan gerelateerde modulen.
Leerdoelen Kennisdoelen • De student(e) weet voor welk van de onderwerpen hij/zij meer aandacht nodig heeft. • De student(e) kan aantonen dat hij/zij de leerdoelen van het basisonderwijs bereikt heeft aan het eind van het blok. Vaardighedendoelen • De student(e) kan verschillende oplossingsstrategieën toepassen bij de verschillende rekenproblemen. • De student(e) kan zelf controleren of gebruikte strategieën correct toegepast worden. • De student(e) herkent rekenproblemen uit het dagelijks leven en hanteert daarbij een natuurlijke aanpak met inzet van een gezond verstand. • De student(e) kan een tijdsplanning gebruiken om zich voor te bereiden op de evaluatie. • De student(e) wordt in de gelegenheid gesteld tot zelf construeren, reflecteren en uitleg te geven. Houdingsdoelen • De student(e) creëert een kritische blik op zijn / haar benadering van het vak • De student(e) ontwikkeld in groepsverband, toenemende motivatie en interesse voor het vak • De student(e) ontwikkelt het nodige zelfvertrouwen voor het vak. • De student(e) is probleemgeoriënteerd, betrokken en werkt onder eigen verantwoordelijkheid.
Praktijkopdrachten n.v.t
Werkvormen
IPA modulegids 2008-2009
32
Naast centrale instructiemomenten wordt er voornamelijk in groepjes gewerkt. De groepen van ca. 5 studenten krijgen elk een begeleider voor individuele hulp bij rekenproblemen.
Evaluatie Het schriftelijk tentamen zal plaatsvinden in de evaluatieweek. De leerstof die getoetst wordt is de leerstof uit genoemde literatuur en colleges. Thuisopdrachten worden niet beoordeeld, maar dragen bij als voorbereiding op het tentamen. Verder is de 80%regeling van kracht Let op: de eigenschap van deze cursus ligt in de mate van interactie. Reflectie op interactie beslaat een groot gedeelte van het tentamen. Herkansing van deze module geschiedt in lesweek 2 van blok 2. Terugrapportage Geschiedt in lesweek 1 van blok 2.
Literatuur •
Jos van den Bergh, Petra van den Brom-Snijders, Marijke Creusen en Jan Haarsma, 2005, Rekenwijzer, Utrecht /Zutphen, ThiemeMeulenhoff. Hand-outs
IPA modulegids 2008-2009
33
Informatie en Communicatie Technologie Module : Basiscursus Computervaardigheden Periode : I.1 Docenten : Tae Harte Studiebelasting : 1 studiepunt (1,5 ECTS) Urenverantwoording Aantal colleges / begeleidingsuren bijeenkomsten Voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d.) Voorbereiding voor de evaluatie Evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie e.d.)
10,5 uur 20 uur 8 uur 1,5 uur
Inleiding De IPA-student moet voor een goede uitoefening van haar/zijn beroep over een minimum aan computervaardigheden beschikken. Zij/hij moet bijvoorbeeld m.b.v. Word opdrachten voor haar/zijn leerlingen kunnen maken, de cijfers van die leerlingen moet zij/hij kunnen berekenen met Excell. Maar ook moet zij/hij bijvoorbeeld in staat zijn om een Powerpointpresentatie over de school kunnen geven. Voor deze module wordt uitgegaan van het softwarepakket dat Microsoft aanbiedt, niet alleen omdat deze over de gehele wereld het meest met dit pakket wordt gewerkt, maar ook omdat het dan vrijwel altijd gemakkelijk is om over te stappen op een softwareprogramma van een andere aanbieder. Verder komen ook andere zaken aan bod als zoeken op internet en het zenden en ontvangen van emails. Beginsituatie Studenten die bij IPA komen studeren vertonen wat betreft reeds opgedane computervaardigheden een grote mate van diversiteit. Doordat het bij Basis Computer Vaardigheden er niet alleen om gaat dat studenten met softwareprogramma’s kunnen omgaan, maar ook om de attitude ten aanzien van het computergebruik, is deze cursus voor alle IPA-studenten een aanrader. Leerinhouden Linkage Deze module is met name ondersteunend voor de overige vakken die op IPA worden aangeboden. Daarnaast is deze module een essentiële voorbereiding voor de module ICT in het onderwijs die in blok II.2 van de beroepsgerichte fase ten behoeve van beide specialisaties wordt aangeboden.
IPA modulegids 2008-2009
34
Praktijklink Deze module is met name ondersteunend van kartakter, dit geldt dus ook voor de praktijk. De student kan de vaardigheden die met deze module worden verworven op diverse manieren praktisch inzetten, bijvoorbeeld voor het voorbereiden van lessen, maken van leermiddelen voor basisschoolleerlingen en het stageverslag. Leerdoelen Kennisdoelen Basiskennis over correct gebruik van computerhardware De basisstructuur van de softwareprogramma’s van Microsoft De mogelijkheden van diverse softwareprogramma’s van Microsoft, waaronder uitwisseling van documentonderdelen Vaardigheidsdoelen Basisvaardigheden om softwareprogramma’s van Microsoft effectief te gebruiken Basisvaardigheden om met behulp van softwareprogramma’s van Microsoft te presenteren Houdingsdoelen Computers beschouwen als bruikbare instrumenten voor het onderwijsleerproces Nieuwsgierigheid wat er in het onderwijs mogelijk is met behulp van computers Praktijkopdrachten Niet van toepassing Werkvormen Individuele opdrachten Werkcolleges Presentaties Evaluatie Voor het succesvol afronden van deze module moet aan de volgende eisen voldaan zijn: 80% aanwezigheid Uitvoeren van de verplichte opdrachten, dan wel de vervangende opdrachten Het product dat men individueel gemaakt heeft presenteren
IPA modulegids 2008-2009
35
Studiejaar 1 - blok 2 Vak Onderwijskunde Pedagogiek Nederlands Schrijven Beeldende Vorming Logopedie/ Drama Dansante Vorming Moveshon y Salud Wiskunde Naturalesa y tecnologia
Module naam Het kind in ontwikkeling 6-12 De leerkracht als pedagoog Taalvaardigheid schrijven 1 Vervolg Schrijfmethode: (bord)schrijven kun je leren Imagen y forma Jezelf presenteren Mi mesun expresividad atraves di baile De gezonde school Schattend rekenen Planten en dieren rond het Spaans Lagoen
IPA modulegids 2008-2009
docent GN FE GE
Pag 37 40 45
NI
20
KP BG/LN
49 52
KJ
55
HO BO
57 60
WN
63
36
Onderwijskunde Module Blok Vak Thema Docenten Aandeel Studiebelasting
: Het kind in ontwikkeling (6-12) : 1.2. : Pedagogiek : Ontwikkelingsgericht onderwijs in het basisonderwijs. : Drs. Olivia Groeneveldt : 6 Bijeenkomsten : 3/5 studiepunt ( = 25 uur) 9 uur bijeenkomsten (hoorcolleges, begeleidingsuren, etc.) 8 uur voorbereiding op de bijeenkomsten (Huiswerk e.d.) 8 uur voorbereiding evaluatie (eindopdrachten, tentamens e.d.)
Inleiding Het eerste blok pedagogiek 1.1 betrof een oriëntatie in het kleuteronderwijs. In dit blok (1.2) gaan de studenten zich oriënteren op het basisonderwijs. Evenals in blok 1.1 zal ook stilgestaan worden bij de vernieuwende concepten en uitgangspunten m.b.t. het betreffende onderwijs, zoals Basisontwikkeling en Ontwikkelingsgericht onderwijs in Nederland. Ook wordt aandacht besteed aan vergelijkbare vernieuwende concepten en uitgangspunten van PRIEPEB op Aruba. Tenslotte wordt in deze module verder ingegaan op het maken van lesvoorbereidingen volgens het DA-model van Van Gelder. Het leren maken van lesvoorbereidingen volgens dit model is noodzakelijk omdat in dit blok voor het eerst een oriënterende stage gelopen zal worden in het basisonderwijs. Leerinhouden Het onderscheiden van leerdoelen: cognitief, psychomotorisch en affectief (vaardigheden). Het formuleren van leerdoelen. De uitgansgpunten van ontwikkelingsgericht leren worden getransfered naar de leeftijd 612. Het DA-model van Van Gelder Het maken van lesvorbereidngen volgens het DA-model van Van Gelder Visies van PRIEPEB, volgens het A-document: Curriculo Enseñansa Basico Aruba Programa Nacional, op het kind, op de didactiek, op de pedagogiek, op het basisonderwijs, op de mens en op het tot stand komen van kennis(epistemologie).
IPA modulegids 2008-2009
37
Linkage Linkage (theorie) Blok 1.1: Het kind in ontwikkeling 1.1 Blok 1.3: Differentiatie en leerstijlen Blok 2.2: Het kiezen van Didactische Werkvormen Blok 2.3: Evaluatievormen. Linkage (praktijk) SP 1.2: De studenten zullen tijdens deze stage volledige lessen geven aan leerlingen van het basisonderwijs. Hiervoor moeten zijn leerdoelen formuleren en lesvoorbereidingen maken. Door deze SP zijn de studenten makkelijker instaat om het verschil tussen de vernieuwende pedagogische-didactische uitgangspunten van Priepeb huidige onderwijspraktijk beter te begrijpen.
Beginsituatie • De Studenten hebben kennis van bepaalde vernieuwende conepten/theorieën in het kleuteronderwijs(zoals Basisontwikkeling). • De studenten zijn weinig op de hoogte van bepaalde vernieuwende conepten/theorieën m.b.t.het onderwijs zoals PRIEPEB, Ontwikkelingsgericht leren en Ervaringsgericht leren. • De studenten kunnen een eenvoudige lesvoorbereiding maken volgens het DA-model: inleiding, kern en slot. • De studenten hebben globale kennis van de meest elementaire pedagogische en didactische begrippen. • De studenten zijn weinig op de hoogte van de leeractiviteiten en vakinhouden van een tegenwoordige basisonderwijsklas. Doelen Kennisdoelen • De studenten zijn in staat om de uitgangspunten en theorieën m.b.t. Ontwikkelingsgericht onderwijs en de uitgangspunten van PRIEPEB aan te geven. • De studenten zijn in staat in iegen woorden een relatie te leggen tussen de uitgangspunten van PRIEPEB en ontwikkelingsgericht onderwijs. • De studenten zijn studenten in staat om kenmerken van een goed geformuleerd leerdoel aan te geven. • De studenten zijn in staat om onderscheid te maken tussen kennisdoelen, vaardigheidsdoelen en houdingsdoelen. Vaardigheidsdoelen Zijn studenten in staat om een lesvoorbereiding te manken volgens het DA-model. Zijn studenten in staat om elementen van hun lesvoorbeieding te relateren aan de visies van PRIEPEB en Ontwikkelingsgericht leren. IPA modulegids 2008-2009
38
Houdingsdoelen • De studenten erkennen studenten de noodzaak tot onderwijsvernieuwing in het Arubaanse basisonderwijs. • De studenten zijn bereid om hun mening te verwoorden m.b.t. visies van PRIEPEB, Ontwikkelingsgericht onderwijs en Basisontwikkeling. • De studenten vinden het belangrijk om bij het maken van hun lesvoorbereidingen rekening te houden met uitgansgpunten van PRIEPEB. • De erkennen het belang van goed geformuleerde leerdoelen. Werkvormen Tijdens de lessen wordt over het algemeen de volgende didactische werkvormen gehanteerd: instructie, interactie, samenwerkingsvorm en/of opdrachtsvorm. Evaluatie Duo-opdracht: het maken van een lessenreeks van 3 lesvoorbereidingen volgens het DAmodel die betrekking hebben op een vak, Het uitvoeren van 1 stageobservatie aan de hand van een observatieformulier, en deze te relateren aan de visies van PRIEPEB, 80% aanwezigheid. Literatuur
Janssen-Vos, F.,(2001). Basisontwikkeling in de onderbouw. Assen: Van Gorcum. Alkema, E. En Tjerkstra, W., (1995). Meer dan Onderwijs. Assen: Van Gorcum. Handouts: Leerdoelen; Doelstellingen. Het A-document: Curriculo Enseñansa Basico Aruba, Programa Nacional. (2002). PRIEPEB
IPA modulegids 2008-2009
39
Pedagogiek Module Sector Docent Periode Specialisatie Studiebelasting
: De leerkracht als pedagoog : Pedagogiek; vakonderdeel: Opvoedkunde & Onderwijssociologie : Jose Fernandes Perna (tevens module-ontwikkelaar, revisie mei 2006) : Leerjaar I, blok I.2; propedeuse: oriëntatie- en inwijdings-fase : 4-8 jarigen & 6-12 jarigen : 1 StP = 1.5 ECTS (40 uur): : 10.5 uur (C.U.) : 10.0 uur (literatuur-studie) : 19.5 uur (verwerkingsopdrachten & Æ creatief/educatief project).
Inleiding Het propedeuse Pedagogiek-programma ‘Het kind in ontwikkeling’ is een geintegreerd programma (totaal 8 studiepunten) waar de volgende vakonderdelen een bijdrage aan leveren: Psychologie, Onderwijskunde (didactiek), Opvoedkunde en Ortho-pedagogiek. In blok I.1 staat ‘het jonge kind’ (4-8 jaar) centraal, terwijl in blok I.2 aandacht wordt besteed aan ‘het kind van 6-12 jaar’ en eveneens het oudere schoolkind (12 jaar en ouder). Blok I.3 richt zich voornamelijk op leer-en onderwijstheoriëen (Reformpedagogen) en op onderwijsarrangementen (didactiek) voor het jonge en oudere kind. In blok I.4 tenslotte staat ‘het speciale kind’ op het programma. Het programma ‘Het kind in ontwikkeling’ heeft een concentrische opbouw, waarbij er steeds een verdieping en uitbreiding van de inhoud plaatsvindt en een specificatie naar de betreffende leeftijdscategoriëen in een volgende blok-en stage-periode. Het vakonderdeel Opvoedkunde wordt aangeboden in twee modules; in blok I.2 : ‘De leraar als pedagoog’ en in blok I.3: ‘Hoe opvoedingsideëen doorwerken in het onderwijs’. Als toekomstige leerkracht is het belangrijk dat je gedurend de hele opleiding je bezint en bewust bent van je rol als ‘pedagoog’ (opvoeder); als leerkracht ben je niet alleen bezig met kennis-overdracht (leerstof), maar je bent ook bezig met het overbrengen van normen en waarden. De school als werkplek is behalve een leeromgeving, vooral ook een pedagogisch leefgemeenschap.
Beginsituatie De eerstejaarsstudenten verschillen sterk in hun actuele positie en rolvervulling als ‘opvoeder’: er zijn studenten die zelf ouder zijn (vader of moeder); er zijn studenten die een opvoedersrol vervullen, bijvoorbeeld binnen de verkennerij of in de kinderopvang en er zijn studenten die niet lang geleden hun eigen ‘opvoedelingsperiode’ juist hebben afgesloten. Ondertussen hebben de studenten stage-oriëntaties gedaan in het kleuter- en IPA modulegids 2008-2009
40
basisonderwijs en alszodanig kennis genomen met een aantal beroepstaken van de leraar, waaronder die van ‘pedagoog’. De module “De leraar als pedagoog” heeft zowel een ‘oriënterend’ alswel een ‘losmakend-inwijdend’ karakter. Vanuit de unieke situatie van ieder IPA-student, heeft de student eigen opvattingen, waarden en normen over onderwijs en opvoeding. Vanaf de eerste college-momenten en werkopdrachten gaan de studenten individueel en in groepjes op een analytische, kritische en reflectieve wijze zich toeleggen op de professionele taakinvulling van de rol van de leraar als pedagoog. Leerinhouden In deze module gaan wij nader in op het verschijnsel ‘opvoeding’ en ‘opvoedingsmilieus’ (gezin, school, samenleving en media); wij bespreken begrippen zoals: opvoeder, opvoedeling, opvoedings-doelen, -relatie, -klimaat en –middelen. Wij plaatsen deze module binnen de actuele opvoedingssituaties op Aruba, i.h.b. de huidige dynamische en multi-culturele ontwikkelingen in de samenleving en de grote verscheidenheid aan sociaal-culturele achtergronden van de leerlingen op school. Er wordt eveneens gewezen op de geslachtsspecifieke socialisering van jongens en meisjes op Aruba, de zgn. ‘gender’-problematiek. Het opvoeden van kinderen is een gedeelde verantwoordelijkheid tussen ouders/ verzorgers enerzijds en leraren/jeugdleiders anderzijds. Als leraar moeten wij ons verdiepen in de thuissituatie van onze leerlingen. Wij moeten in staat zijn om op adequate wijze om te kunnen gaan met de grote diversiteit aan sociaal-culturele achtergronden van leerlingen op school. Wij moeten eveneens in staat zijn om opvallend leerlinggedrag vroegtijdig te signaleren en dit bespreekbaar te maken met collega-leraren, met ouders/ verzorgers en daar waar nodig is een beroep doen op externe deskundigen. In de module “De leraar als pedagoog” gaan wij nader in op de pedagogische taken van de leraar op school, i.c. ieder leerling helpen (begeleiden/ondersteunen) een zelfstandig, kritisch denkend en verantwoord persoon te worden. Het gaat niet slechts om een eenzijdige individuele ontplooiing van de leerling, maar ook om een sociale gerichtheid naar de medemens toe (‘solidariteit’), naar de omgeving en naar de samenleving toe (‘engagement’). Linkage De module “De leraar als pedagoog” ligt ingebed in het propedeuse pedagogiekprogramma “Het kind in ontwikkeling” en als zodanig gelinkt met de overige pedagogiek-modules. Verder zijn de volgende ‘afstemmingen’ van belang: ¾ FS-module (I.1) t.a.v. de spirituele- en levensbeschouwelijke overwegingen binnen de Arubaanse volkscultuur, w.o. de gezins-en familie structuren; ¾ FP-module (I.3) en ES-modules (I.3 & I.4) t.a.v. de cultuur-historische en contemporaine ontwikkelingen op Aruba en de sociale infrastructuur van organisaties, w.o. de zorginstellingen;
IPA modulegids 2008-2009
41
Leerdoelen Algemene doelen Æ aan het einde van deze module: • Is de student in staat een duidelijk onderscheid te maken in wat ‘opvoeding’ en wat ‘onderwijs’ is en de relatie daar tussen binnen een sociaal-culturele context, vooral in termen van ‘sociale diversiteit’, ‘multi-culturaliteit’ en ‘geslachtsspecifieke socialisatie’ (‘gender’). • Kent de student de respectieve beroepstaken van de leerkracht als ‘pedagoog’ en begint zich daarin te bekwamen op de praktijkschool en in zijn pedagogische relatie met kinderen buiten school; • Is de student op de hoogte van en heeft meer inzicht verkregen in de actuele opvoedings-situaties van de kinderen (4 - 12 jarigen) op Aruba en weet op adequate wijze daarmee om te gaan. Kennisdoelen: 1. De student kan beschrijven wat er wordt verstaan onder: opvoeding, opvoedingsdoelen, opvoedingsmiddelen en opvoedingsfactoren en kan deze begrippen illustreren met voorbeelden; 2. De student kan uitleggen wat er wordt bedoeld met ‘opvoeden-als-intentioneelhandelen’ en ‘opvoeden-als-niet-intentioneel-handelen’; 3. De student kan drie factoren aangeven die van invloed zijn op de ontwikkeling van kinderen op weg naar volwassenheid (aanleg, omgeving, eigen-ik); 4. De student is in staat een viertal hoofdtaken van de leerkracht als pedagoog te beschrijven, w.o.: pedagogische sfeer, interactie leerlingen onderling, omgang leerkracht-leerlingen, klassenregels/klassenmanagement; 5. De student kan verwoorden hoe de actuele opvoedingssituaties van de kinderen op Aruba zijn en hun positie binnen de Arubaanse samenleving, w.o.: gezinnen waarvan beide ouders buitenshuis werken, gezinnen uit gemengde huwelijken en diversiteit kwa opvoedingswaarden en –normen, één-ouder gezinnen, (ontbreken van) naschoolse opvang, enz. Vaardigheidsdoelen: 1. De student kan over zijn rol als opvoeder reflecteren en is bereid zijn/haar eigen ervaringen en opvattingen daaromtrent met anderen (medestudenten, familieleden) te delen; 2. De student is in staat relevante bronnen inzake opvoeding (videos, kranten, tijdschriften, e.d.) kritisch te analyseren en kan de essentie/boodschap ervan in eigen woorden weergeven; 3. De student voert gesprekken met een drietal ‘opvallende’ leerlingen over hun socialisatie- proces c.q. opvoedingsmilieu en beschrijft deze in termen van opvoeding (zie kennisdoelen 1 t/m 3); 4. De studenten werken in groepsverband aan een creatief/educatief project met als titel ‘De leraar als pedagoog’ en exposeren deze in week 7 (= week voor EW) aan elkaar. Houdingsdoelen: 1. De student toont respect voor het jonge kind; 2. De student erkent en accepteert de individualiteit en uniciteit van ieder kind; 3. De studenten onderling respecteren elkanders ‘pedagogische’ overwegingen en IPA modulegids 2008-2009
42
opvattingen; 4. De studenten zijn bereid om met elkaar samen te werken, met elkaar ideëen te delen en van gedachten te wisselen om zodoende te komen tot een eindproduct (creatief/ educatief project); Praktijkopdrachten ¾ de herkenbaarheid van de sociaal-culturele achtergronden van de leerlingen op de praktijkschool en het op adequate wijze weten om te gaan met deze diversiteit aan leerlingkenmerken binnen de leergroep; ¾ onderkenning van de pedagogische verantwoordelijkheid als toekomstige leraar: ieder leerling helpen op zijn/haar weg naar volwassenheid. Werkvormen Tijdens de bijeenkomsten (contacturen) wordt uitgegaan van de eigen ervaringen/ behoeften van de studenten (= onderdeel ‘Take 5’). Ook worden er reflectie-opdrachten aangeboden die eerst individueel (5 min.), daarna in groepsverband (10 min.) en tenslotte plenair (15 min.) besproken worden. Afhankelijk van het onderwerp (zie lesplan) wordt gebruik gemaakt van adequate werkvormen: • een onderwijsleergesprek ter introductie van het ‘te behandelen onderwerp’ vanuit theorie en praktijk; • video- en/of artikel-analyse over een casus (meestal een actuele opvoedingssituatie), gevolgd door een klassengesprek; • een thuisopdracht: meestal een verwerkingsopdracht, waarbij een koppeling moet worden gemaakt met de ‘Take 5-inbreng’, ‘behandeld onderwerp’ en ‘te bestuderen literatuur’ en/of ‘veldwerk’ (of op praktijkschool, in de woonbuurt, in de samenleving) Er worden ook zogenaamde ‘begeleidingsmomenten’ aangeboden; tijdens deze groepsgerichte momenten wordt er geen nieuw collegestof aangeboden, maar eerder ondersteuning aangeboden bij de verwerking van de literatuur en/of uit te voeren moduleopdrachten. Studenten kunnen ook, op eigen initiatief, de module-docent tijdens de (wekelijkse) spreekuur benaderen voor individuele begeleiding. Evaluatie Om deze module met succes af te ronden, moet de student aan de volgende voorwaarden voldoen: 1. 80% aanwezigheidsnorm; (zie ook compensatie-opdrachten); 2. Voldoende voor schriftelijke toets (= essay-vragen) over de verplichte literatuur; 3. Groepsontwerp en expositie van creatief/educatief project, met als titel: ‘De leraar als pedagoog’ (bijvoorbeeld: poster, werkstukje, enz.)
IPA modulegids 2008-2009
43
Literatuur 1. Uit: Lesbrief Pedagogiek Technische Hogeschool, z.j.,“Pedagogische Didactische Voorbereiding”: ¾ ‘Wat is opvoeding: het verschijnsel opvoeding nader bezien’; (12 pag.); ¾ ‘Met welk doel voeden wij op; opvoedingsideëen in relatie tot mens-en maatschappijvisie’; (16 pag.); Aanbevolen (niet-verplicht) literatuur: 2. Emerencia, L. (1997) ‘De situatie van kinderen op Aruba’, 05 pag.; 3. Wal, H. van der, (1999) ‘De Arubaanse kinder-en jeugdtelefoon en de relatie met het onderwijs’, 05 pag.;
Videos/Films: 1. ‘No Basta’, video-clip van Franco de Vita, 5 min.; 2. ‘How come, how long’, video-clip van Baby Face & Stevie Wonder, 5 min.
Opmerking bij afwezigheid (i.v.m. 80% aanwezigheidsnorm): > bij 2 keer afwezig Æ werkopdracht ‘De situatie van kinderen op Aruba’ (1); > bij 3 keer afwezig Æ werkopdracht (1): zie hierboven en Æ werkopdracht (2) ‘De Arubaanse kinder-en jeugdtelefoon en de relatie met het onderwijs’. > bij meer dan 3 keer afwezig: module opnieuw volgen.
IPA modulegids 2008-2009
44
Nederlands Module : Taalvaardigheid Schrijven Periode : 1.2 en 1.3 Specialisatie : alle Docenten : Cheryda Gemin 1.2 / Jessica van der Linden 1.3 Studiebelasting : per blok 40 uur ( 2 x 40 = 80) = 2 Stp Colleges : 14 x 1,5 = 21 Voorbereiding colleges : 14 x 1 = 14 Zelfstudie : 14 x 1,5 = 21 Voorbereiding evaluatie :2x9 = 18 Evaluatie :2x3 =6
Inleiding Bij het leerstofonderdeel schrijven onderscheiden wij verschillende soorten vaardigheden. Deze zijn verdeeld in basisvaardigheden, deelvaardigheden en totaalvaardigheden. Hieronder volgt een overzicht van de leerstofonderdelen schrijven: Basisvaardigheden Technisch schrijven: handschrift Deelvaardigheid: het schrijfproces Oriënteren op het schrijven Inhoud voorbereiden (bouwplan opstellen) Informatie verstrekken woordkeus spelling interpunctie zinsbouw tekst, koppelteken en alinea - opbouw Reflecteren op de tekst Reflecteren op het schrijven Totaalvaardigheden Formulieren Brieven Verslagen Advertenties Betogende en beschouwende teksten Werkstukken In het eerste leerjaar bestaat deze module uit twee keer zeven bijeenkomsten (blok 1 en 2) waarin de studenten zich zullen verdiepen in enkele deelvaardigheden en IPA modulegids 2008-2009
45
totaalvaardigheden. In de bijeenkomsten van blok 2 zullen de volgende onderdelen aan bod komen: oriënteren op het schrijven, inhoud voorbereiden, reflecteren op de tekst en reflecteren op het schrijven. In blok 3 ligt de nadruk op brieven, verslagen en betogende/ beschouwende teksten. Naast de contacturen is er ook nog een deel zelfstudie. Tijdens deze zelfstudie (blok 2 en 3) richt men zich op het onderdeel informatie verstrekken waarbij de student zelfstandig de theorie en oefeningen in “De regels van het Nederlands” bestudeert. Beginsituatie De student heeft, gezien zijn vooropleiding, al een behoorlijke beheersing van het Nederlands. Zo gaan wij ervan uit dat de studenten al enige kennis en vaardigheden bezitten op het gebied van technisch schrijven, spellen, leestekens gebruiken en zinnen bouwen, stijl en tekstopbouw. Verder heeft de student in blok 1 de module Tekstanalyse gehad, waarbij de nadruk lag op het herkennen van de structuur van een tekst en het kunnen verklaren ervan en niet te vergeten het aantonen van tekstbegrip. Leerinhouden Gedurende de hele opleiding wordt van de student verwacht dat hij/ zij in staat is om op een degelijk niveau teksten te kunnen lezen, schrijven en verwerken. Voor de meeste modules dient de student o.a. verslagen en/ of essays te kunnen schrijven, waardoor het van belang is dat de student op eigen niveau de vaardigheden beheerst om aan deze eisen te voldoen. Dezelfde vaardigheden worden ook als eisen gesteld op het moment dat de student in het werkveld terecht komt. Linkage De module is direct verbonden aan de module Papiamento ‘ Hunga cu bo idioma… y desaroye’ in blok 1.3. De student zal de verschillen en overeenkomsten in de grammatica van zowel het Nederlands als het Papiamento kunnen herkennen en benoemen. Deze informatie zal moeten leiden tot adequate mondelinge en schriftelijke taalvaardigheden in het Nederlands en in het Papiamento. Doelen Kennisdoelen De student: • kent specifieke kenmerken van een aantal tekstsoorten en kan daarbij het schrijven rekening mee houden. Het gaat daarbij om: de brief; het verslag; de betogende tekst. • kent regels voor de spelling van werkwoordsvormen en om deze regels te kunnen toepassen herkent hij/zij in een zin de persoonsvormen, de onderwerpen en de werkwoordelijke gezegdes. Vaardigheidsdoelen De student:
IPA modulegids 2008-2009
46
• • •
• •
•
kan zich voorbereiden op een schrijftaak. Het gaat daarbij om: brainstormen, eigen ideeën en gedachten ordenen; informatie selecteren, ordenen en verwerken; de hoofdlijnen van de te schrijven tekst uitzetten. kan een tekst structureren met een indeling in inleiding, kernstuk en slot en daarbij gebruik maken van alinea’s en tussenkoppen. kan op basis van gegevens of zelf verzamelde informatie teksten schrijven met als doel: informatie geven of verkrijgen aan / van geadresseerde; de geadresseerde overtuigen; iets van de geadresseerde gedaan krijgen. Het gaat daarbij om: lezers uit vrienden of familiekring; lezers uit de eigen groep of opleiding; onbekende lezers en officiële instanties. kan zich bij het schrijven houden aan regels en afspraken m.b.t. spelling en interpunctie en zonodig met het gebruik van een woordenboek. kan (eigen) teksten kritisch bezien en zonodig verbeteren. Het gaat daarbij om: een (eigen) tekst nakijken en beoordelen; suggesties doen voor verbetering van een tekst; een tekst herschrijven, ook op basis van reacties en suggesties van anderen; conclusies trekken voor het uitvoeren van volgende schrijftaken. kan bij het schrijven, verbeteren en vormgeven van teksten een tekstverwerkingsprogramma gebruiken.
Houdingsdoelen De student: • is kritisch ten aanzien van zijn eigen schrijfproduct en proces en dat van anderen. houdt bij het schrijven van teksten rekening met de verschillende eisen die aan een tekst gesteld worden. Praktijkopdrachten Bij het samenstellen van de lesvoorbereidingen, het stageverslag en reflectieverslagen dient de student zich te houden aan het hanteren van de juiste regels van formuleren in het Nederlands. Werkvormen De werkwijze in blok 2 is als volgt: De eerste stap in het schrijfproces is een oriëntatie op de schrijftaak. De studenten moeten zich allereerst een beeld vormen van het publiek (vrienden of familiekring, de eigen groep of opleiding, onbekende lezers en officiële instanties) waarvoor ze schrijven en van het doel (informeren, overtuigen, aansporen) dat ze willen bereiken met hun tekst. Daarnaast dienen de studenten de kenmerken van een tekstsoort die ze moeten schrijven voor ogen krijgen. Vervolgens bereiden de studenten de inhoud van de teksten voor door te brainstormen en informatie te verzamelen. Alle bovengenoemde punten worden voor het schrijven eerst verwerkt in een bouwplan. De studenten leren reflecteren op de teksten die ze schrijven, voordat ze de definitieve versie afleveren. IPA modulegids 2008-2009
47
Commentaren van derden op de tekst - in - wording vormt een essentieel startpunt voor de reflectie. Dat commentaar komt van de docent en de medestudenten. De student schrijvers lezen de commentaren en reflecteren aan de hand daarvan op hun tekst. Zij besluiten in welke opzichten zij het al dan niet eens zijn met de commentaren, maken op grond daarvan een herschrijfplan waarin zij hun keuzes verantwoorden, en herschrijven hun teksten. Tot slot reflecteren de studenten op het schrijven. Hierbij dienen zij zich af te vragen hoe zij hun schrijftaak hebben aangepakt en of dat een goede aanpak is geweest. Hiervan wordt een verslag gemaakt. De werkwijze in blok 3 is als volgt: Studenten werken bij het schrijven van brieven aan de volgende aspecten: vormkenmerken van brieven, het belang van leesbaarheid en begrijpelijkheid, aanhef, koppelteken en afsluitmogelijkheden, lezen en reageren. Bij het schrijven van brieven, verslagen en betogende teksten wordt het hele schrijfproces doorlopen. De studenten oefenen in de tekstopbouw van een verslag en schrijven korte verslagen aan de hand van de opdrachten. Bij de betogende teksten ligt de nadruk op het formuleren van de eigen mening van de student. Deze meningen dienen beargumenteerd te worden. Studenten moeten helder voor ogen krijgen waarvan zij hun lezers willen overtuigen en waarom ze dat willen. De argumenten dienen geordend gepresenteerd te worden. Belangrijk is vooral dat ze leren de mening kracht bij zetten niet door emotioneel te formuleren maar juist door een meer afstandelijke en argumenteerde stijl. Zelfstudie De studenten dienen naast de contacturen van deze module zelf te werken aan een deel van informatie verstrekken aan de hand van de theorie en oefeningen van “De regels van het Nederlands”. Evaluatie 1. minimaal 80% aanwezigheid 2. het voorbereiden en uitvoeren van lesopdrachten 3. afsluitend tentamen: - blok 2 een schriftelijk tentamen van 3 uur “Taalvaardigheid schrijven” en een schriftelijk Tentamen “De regels van het Nederlands”. - blok 3 een schriftelijk tentamen van 3 uur “Taalvaardigheid schrijven” en een schriftelijk tentamen “ De regels van het Nederlands”. Literatuur Reader: “Praktische regels van de Nederlandse taal”
IPA modulegids 2008-2009
48
Beeldende Vorming Modulo: Periodo: Specialisacion: Docente:
“Imagen y Forma” I-2 4-8 / 6-12 Stan Kuiperi
Peso di estudio: Ora di estudio: Encuentronan: Tareanan semanal: Evaluacion:
1 punto 40 ora (7 encuentro) -7 x 1,5 = 10,5 -7 x 3,5 = 24,5 = 5
Introduccion Mayoria di studiante di IPA ta cuminsa e promer modulo di arte visual cu un atraso den nan abilidadnan visual di observacion y creacion. Esaki ta debi na e deficiensia existente den enseñansa basico y segundario pa loke ta trata educacion artistico y cultural en general, y e posicion marginal di arte y cultura den nos comunidad. Sin embargo, riba nivel internacional, arte y creatividad ta tumando un lugar central den e desaroyo personal di mucha y adulto. E promer modulo aki ta sirbi pa recapasita e studiante den su habilidadnan basico pa observacion, refleccion y creacion. E ta contene aspectonan cognitivo, creativo, tecnico y reflectivo, cu un enfoke riba e desaroyo propio di e studiante di promer aña. Tambe lo enfoca riba e funcion di arte y educacion di arte den comunidad como parti importante di desaroyo humano. Situacion inicial Studiantenan tin relativamente poco experiencia cu e practica di pintamento y traha cu imagennan en general. No ta cla kico e materia ta contene, ni cua e metanan di educacion di arte visual ta pa Enseñansa Preparatorio. Nan tin relativamente poco conosemento di historia di arte visual, arte actual y arte local. Contenido - E contenido y funcion personal y social di arte y educacion di arte - Elementonan basico den arte: Liña, forma, espacio, etc - Material y tecnicanan basico di dibuho: Potlood, pen, etc. IPA modulegids 2008-2009
49
-
Temanan relevante: Figura humano, cara, obhetonan, paisahe, perspectiva, etc. Presentacion, observacion, analisis, critica y evaluacion di obranan. Creatividad, expresion, fantasia, y practica tecnico. Desaroyo di expresion visual serca mucha Desaroyo di educacion di arte na Aruba y den exterior.
Linkage E modulo aki ta e promer modulo den un programa di 5 modulo di arte visual. A base di experiencia y habilidadnan desaroya den e modulo aki, e studiante por sigi cu e sigiente partinan di e programa. Confiansa personal den habilidadnan y creatividad propio y conosemento di tecnica y materialnan nobo lo forma un base pa por sigi e segundo modulo den periodo I-4. Ademas lo pone tur esaki den practica y lo desaroya mas lew den e modulonan di II-1 y II-3. Tambe por pone habilidad, conosemento y actitudnan desaroya den e modulo aki den practica durante modulonan di otro disiplina di Arte (musica, baile, teatro) y demas areanan di formacion (N&T, Formacion personal, Matematica, etc.). Importante tambe ta e linkage continuo cu actividadnan cultural/artistico den comunidad. Linkage cu practica: Durante practica e studiante por observa tanto e proceso didactico di e maestro como e proceso creativo di e mucha. Relaciona cu e contenido practico y teoretico di e modulo, e studiante por observa di cua forma e mentor ta duna atencion na esakinan. Por investiga si e mentor ta sali for di e punto di bista di e diferente funcionnan di arte personal y social, y si e mentor ta trata e diferente material, tecnica y fasenan di desaroyo di e mucha segun nan edad. Metanan Metanan di conosemento: Na final di e modulo e studiante: 1. Conose e materialnan visual basico 2. Conose e elementonan visual basico 3. Conose temanan relevante den educacion di arte 4. Conose e fasenan di desaroyo visual di mucha 5. Conose formanan pa trata productonan visual clasicalmente 6. Conose e funcion personal y social di arte y arte visual 7. Conose aspectonan di historia di arte local/global. Metanan di habilidad: Creativo: Na final di e modulo e studiante a desaroya habilidad pa: 1. Distingi entre aspectonan manera creatividad, fantasia, expresion, etc. 2. Stimula creatividad propio a base di material, tecnica y temanan visual Tecnico: 3. Scohe, nombra y traha cu varios material visual y aplica tecnicanan diverso 4. Realisa tareanan specifico y crea un portofolio didactico/tecnico propio Reflectivo: 5. Refleha (pensa) tocante su propio desaroyo, habilidadnan, gusto, y retonan IPA modulegids 2008-2009
50
6. Expresa su propio opinion critico tocante obranan visual na manera constructivo 7. Analisa y evalua obranan visual 8. Refleha tocante arte y educacion di arte y nan funcion personal y social Metanan di actitud: Na final di e modulo e studiante: 1. Ta dispuesto pa considera positivamente e funcion personal y social di arte y di educacion di arte 2. Ta dispuesto pa haña y duna educacion di arte na manera positivo y optimal.
Tareanan pa practica E studiante ta observa lesnan di arte visual, ta compara nan contenido cu e contenido di e modulo aki, y ta traha un raport a base di un formulario. E studiante ta raporta verbalmente e les observa durante un encuentro y ta entrega e raport. Formanan di traha - Demostracion y tareanan clasical - Observacion, evaluacion y discusionnan clasical - Excursionnan den grupo y bishitanan individual externo - Tareanan semanal individual - Investigacion y compilacion Evaluacion Na final di e modulo e studiante a cumpli cu: - 80% di atendencia - Tur tarea visual semanal na nivel satisfactorio - Participacion general activo y positivo - Tarea di practica - Tur excursion/bishita externo - Compilacion y entrega di portfolio segun indicacionnan - Examen/tarea final. Material - Potloodnan pa dibuho, # 2H, 2, 2B, 3B, 4B - Papel pa dibuho special, tamaño A4, bloc di 25 papel - Eraser y sharpener di bon calidad. - Portfolio (Multomap/plastic insteekvellen) Literatura - Schasfoort, Ben, 1999. “Beeldonderwijs en Didactiek”, W-Noordhoff , Ned. - Martis, Adi/ Smit, Jenny, 2002. “Arte – Dutch Caribbean Art”, Randle Publishers, Jamaica. - Literatura diverso. IPA modulegids 2008-2009
51
Logopedie / Drama Module : Jezelf presenteren Periode :I.2 Specialisatie : 4 -12 Vakken : Logopedie / Drama Studiepunt :1 Docenten : Giselle Brete-van Grieken /Amy Lasten Studiebelasting: Contactuur 7 bijeenkomst van I.5 :10.5 Uitvoeren van groepsopdrachten :8 Volgens een oefenschema individueel oefenen :10 Bestuderen van theorie :6 Voorbereiding voor eindpresentatie/evaluatie :5.5
Inleiding Lesgeven is een spreekberoep, waarin veel van de stem, uitspraak wordt gevraagd. Dit zal zich moeten uiten in een juiste presentatie. Stemscholing toegepast in een presentatie vormen, daarom een belangrijk deel van de opleiding. Verder zijn een correcte uitspraak (denk aan de voorbeeldfunctie van opvoeders) en een expressieve manier van spreken erg belangrijk. Voor het zich bewust worden van hoe je je stem gebruikt en articuleert, is feedback van een logopedist nodig. Om het toe te passen in een expressieve presentatie is feedback nodig van een dramadocent. Het één vult het ander aan. In deze module wordt hier aandacht aan besteed. Beginsituatie In het begin van de oriëntatiefase, I.1 zullen de studenten een losmakingsproces ondergaan, waardoor zij vertrouwd worden met hun beroepsrol als ‘leerkracht’. Linkage Met muziek, sova&stuva en I.P. Leerinhouden • Ademhalingstraining • Ontspanningstraining • Houding als basis, • Resonansmethode • Expressieve presentatievaardigheden, verbaal en non-verbaal IPA modulegids 2008-2009
52
• • • •
Expressieve didactisch werkvormen en materiaal Levendige dictie, grote- en kleine mechanisme Presentaties, wie, wat, waar, wanneer, waarom Zelfvertrouwen vergroten, overkomen van spreekangst
Leerdoelen Kennisdoelen De student zal zelfstandig de achterliggende, principes, theorieën van de vaardigheden en methodes bestuderen door gebruik te maken van het boek en de reader. Vaardigheidsdoelen De student wordt aangezet tot communiceren, zich durven te uiten, actief en initiatiefrijk te zijn. Het zich bewust worden van de eigen houding, manier van ademen, stemgeving, uitspraak, spreekangst en expressie door het uitwerken van een eigen oefenschema. Door middel van de verkregen vaardigheden, deze toepassen bij het vertellen en voorlezen. In blok I.1 zal de student auto-kritisch moeten zijn t.a.v. eigen presentatie en weten om te gaan met kritiek Het leren produceren van een heldere, voldoende luide stem met voldoende resonans en een goede toonhoogte (ook bij stemverheffing!). Houdingsdoelen De student zelfvertrouwen te leren hebben. Het belang van inzien om aan eigen uitspraak, stemgebruik, expressie te werken om zelfstandig en zelfverantwoordelijkheid te dragen voor eigen leerproces. De student trainen kritiek te nemen en constructieve kritiek te geven in groepsverband. De student oefenen om zelfkritisch te worden om zich zelf te kunnen sturen. Werkvormen Oefenpracticum: Dramatisatie / rollenspel Presentatievorm, solo en in groepsverband Zelfstandig oefenen Interactieve werkcolleges
Evaluatie Om deze module met succes af te ronden, moet je aan de volgende voorwaarden voldoen: 80 % aanwezigheid. Uitvoeren en presenteren van de verplichte opdrachten die in de bijeenkomsten opgegeven worden Mondelinge groepspresentatie DR/LP, groeiproces wordt ook geëvalueerd.
IPA modulegids 2008-2009
53
Literatuur Boek: Logopedie voor Onderwijsgevenden Mieke Pronk-Boerma, 2003 Reader: Jezelf presenteren (oefeningen)
IPA modulegids 2008-2009
54
Dansante Vorming Module Docent Fase Blok Specialisatie Studiepunt Aandeel
:‘Mi mesun expresividad a traves di Baile’ : Wilma Kuiperi-Jansen (KJ) : Orientatie : I -2 : 4-8 & 6-12 samen :1 (= 40 studielasturen) :Contacturen:7 bijeenkomsten (7x1.5 u.) :Niet Contacturen: Opdrachten(29.5 u.)
1a&1b DV/ BV Performance IPA ism UNA & Aruba Art Foundation, juli 2005
IPA modulegids 2008-2009
55
Introductie De student leert in de oriëntatiefase dans te gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken tbv d’r eigen losmakingsproces als student op een pedagogische opleiding en zich te orienteren op de mogelijkheden die het vak dans in het onderwijs door middel van de ontwikkelingsgebieden zoals creativiteit, motorische ontwikkeling, cognitieve ontwikkeling en sociaal emotionele ontwikkeling te bieden heeft. Doelen • De student ontwikkelt inzicht in de aard, functie en eigenschappen van de bewegingsexpressie als onderdeel van de expressievakken en in de noodzaak hiervan voor leerling en leerkracht in het onderwijsleerproces. • De student ontwikkelt inzicht in de mogelijkheden en uitdagingen t.a.v. de eigen vardigheid en creativiteit in de eigen bewegingsexpressie. • De student ontwikkelt de vereiste vaardigheden m.b.t. bewegingsexpressie o.a. concentratie vermogen, fysieke mogelijkheden • De student ontwikkelt inzicht in de functie van het bespreken van eigen bewegingsstukken en die van anderen. • De student ontwikkelt een kritische-constructieve houding t.a.v. eigen werk en die van anderen • De student krijgt inzicht in de didactische doelen van DV • De student ontwikkelt een positieve attitude t.a.v. - de bewegingsexpressie als nieuw onderwijsvak op zich. - de bewegingsexpressie als integratief onderwijsvak - de bewegingsexpressie van collega’s, leerlingen en anderen Inhoud • Wat is bewegingsexpressie en wat is de waarde hiervan voor het kind • Lichaamsscholing, uithoudingsvermogen • Bewegingslessen met beeldthema’s, muziek etc. • Werken met Danselementen (experimenteren,observeren,analyseren) • Kennismaken met de Ontwikkelingsgebieden die samengaan met Dans • Samenstellen van een Dansmap met o.a. algemeen informatie over -geschiedenis van de dans – multiple intelligence algemeen, dansintelligentie specifiek – doelen van expressie-vakken in het onderwijs etc. • Doornemen en toepassen van reader-inhouden op basis van praktische lessen • Deelnemen aan een bezoek van een dansvoorstelling Linkage Arte/dr,Arte/bv,Sova: De student hanteert vaardigheden van eerdere modules beeldende vorming, drama en sova. Evaluatie • Voldoende voor dansmap (inhoud ) • Voldoende voor Performance • Motivatie & aanwezigheid IPA modulegids 2008-2009
56
Movecion y Salud Module Subtitel Periode (jaar/blok) Specialisatie Docent(en) Studiebelasting
: De gezonde school : Prepara pa un bida saludabel : I.2 : 4 – 8 en 8 - 12 : Roke Hoen (HO) : (1 stp= 40 u =1,5 ECTS)
Urenverantwoording :
Inleiding Uit diverse onderzoeken is onder de Arubaanse populatie is gebleken dat de gezondheidssituatie op bepaalde gebieden reden is tot bezorgdheid. Dit geldt zowel voor de volwassenen als voor kinderen. Obesitas -een ernstig overgewicht-, die en leidt tot allerlei chronische ziekten, is onder andere een steeds vaker voorkomend verschijnsel bij jongeren. De manier waarop we leven en het gedrag dat we vertonen zijn van invloed op de gezondheid. Veel preventieve interventies richten zich daarom op het bevorderen van een gezonde leefstijl. De module ‘De gezonde school’ richt zich metname op de mogelijkheden om via onze scholen te werken aan gezondheidsbevordering en de bevordering van een gezonde leefstijl. In het buitenland, w.o. de Verenigde Staten, Belgie, Nederland en diverse Latijns-Amerikaanse landen wordt het belang van de gezondheid op school, en de rol welke scholen kunnen spelen t.a.v. gezondheidsbevordering ook steeds meer onderkent. Het concept ‘De Gezonde school’ ofwel ‘Escuelas promotores de salud’ vormt een belangrijke pijler van gezondheidsbevordering en verwijst naar een school die gebruik maakt van allerlei georganiseerde mogelijkheden om jongeren kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes te laten ontwikkelen m.b.t. gezondheid en gezonde leefstijl. Beginstituatie Voor de meeste eerste jaarsstudenten is gezondheidseducatie een nieuw vak. Het vak wordt namelijk tot nu toe op de Arubaanse basisscholen en AVO niet alszodanig gegeven. Studenten die afkomstig zijn van een beroepsopleiding hebben misschien al enigszins kennisgemaakt met onderdelen van het vak gezondheidseducatie. IPA modulegids 2008-2009
57
Leerinhouden ● Leerinhouden zijn: gezondheid, holisme, gezonde school, gezondheidsbevordering, gezonde schoolbeleid, gezondheidseducatie, ontwikkelingsdoelen en domeinen van gezondheidseducatie, gezondheidssituatie op Aruba, instellingen voor gezondheidsbevordering. Linkage ● Theorie: In het totaal programma van de initiële opleiding van het IPA wordt er, binnen het vormingsgebied M&S, in twee modules aandacht besteed aan het vak gezondheidseducatie. Binnen het vormingsgebied Ciencia Natural wordt er een dieper ingegaan op de fysiologische en anatomische determinanten van gezondheid en ziekte. ● Praktijklink : In het curriculum voor het nieuwe EPA geformuleerd door de Priepeb, komt er via de vormingsgebieden ‘Moveshon y Salud en ‘Formacion Personal’ , meer aandacht voor gezondheidsbevordering op scholen. Studenten kunnen zich nu hier al op voorbereiden. Leerdoelen Kennisdoelen De student: • kan enkele gangbare definities van gezondheid noemen, en de verschillen en overeenkomsten tussen deze definities uitleggen, • kan de consequenties van het hanteren van deze definities voor de gezondheidsbevordering aangeven, • kan beschrijven wat het concept ‘de gezonde school’ inhoudt en wat de pijlers gezondheidsbevordering zijn, • kan aangeven op welke manier het vak gezondheidseducatie te maken heeft met ‘gezonde schoolbeleid. • kan factoren benoemen die de gezondheid van kinderen bevorderen of bedreigen, met aandacht voor anatomische, fysiologische, maatschappelijke en psychosociale determinanten van gezondheid en ziekte, • kan de doelen en domeinen van het vak Gezondheidseducatie benoemen, Vaardigheidsdoelen De student: • kan de eigen visie en keuzes t.a.v. gezondheid en leefstijl analyseren en verwoorden, • kan aangeven wat de plaats van gezondheidsbevordering is op Aruba en kan daar een eigen mening over formuleren, • kan aangeven wat de plaats van gezondheidsbevordering in het Arubaanse onderwijs is en kan daar een eigen mening over formuleren, • kan een plan maken voor de invoer van ‘gezonde schoolbeleid’ in het primair onderwijs. IPA modulegids 2008-2009
58
Houdingsdoelen De student: • onderschrijft de doelstellingen van het concept ‘Gezonde school’, • kan de eigen visie en keuzes t.a.v. gezondheid en leefstijl verantwoorden, • vertoont een positief kritische houding ten aanzien van de eigen leefstijl en gezondheid, • kan op grond van diverse onderzoeken een mening vormen over de gezondheidszituatie op Aruba. • kan op grond van diverse onderzoeken een mening vormen over de leefstijl van verschillende groeperingen op Aruba. • is bereid tot en onderkent de noodzaak van blijvende scholing en deskundigheidsbevordering m.b.t. gezondheidseducatie. Praktijkopdrachten : NVT Werkvormen De studenten maken op activerende wijze kennis met het concept ‘Gezonde school’. Ze bestuderen relevante literatuur en bezoeken instanties die te maken hebben met gezondheidsbevordering op scholen. Evaluatie Deze module wordt afgesloten met een praktische opdracht.nl. : een plan maken voor de invoer van ‘gezonde schoolbeleid’ op een stageschool.
Literatuur: Reader ‘De gezonde school’ • Moens, Olaf (2005), Gezondheidsbevordering op school; principes en methodieken; Vlaams instituut voor gezondheidspromotie. • Landelijke werkgroep gezonde school (2003), Gezonde School Methode in Nederland; St. Consument en veiligheid, NIGZ, NISB, Rutgers NISSO groep, Schorerstichting, Soa Aids Nederland, STIVORO, Timbos Instituut, Voedingscentrum. • Diverse onderzoeken naar de gezondheidssituatie op Aruba.
IPA modulegids 2008-2009
59
Wiskunde Module : Schattend Rekenen Periode (jaar/blok) : I.2 Specialisatie : Propedeuse Docent(en) : Berthson Boekhoudt Studiebelasting (1 stp=40 uur): 1 stp (1.5 ECTS) Urenverantwoording : − aantal colleges/begeleidingsuren − voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) − voorbereiding voor evaluatie − evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie)
: 10,5 uur (7 x 1,5) : 21 uur : 7 uur : 1,5 uur
Inleiding Het reken-wiskundeonderwijs kent jarenlange traditie van precies rekenen. Sinds de opkomst van de realistische visie op het reken-wiskundeonderwijs zou hierin verandering komen. Op Aruba is dat helaas uitgebleven, o.a. omdat we op een heel mechanistische wijze lesgeven. De leerkracht heeft deze vaardigheid niet hoeven te ontwikkelen, met alle gevolgen van dien. Schattend rekenen vinden we tegenwoordig belangrijk, omdat schattend rekenen: de maatschappelijke redzaamheid vergroot, bijdraagt tot gecijferdheid en een ondersteunende rol speelt bij precies rekenen. Bovendien kan worden gepleit voor schattend rekenen in gevallen dat precies rekenen niet hoeft, niet kan of zelfs niet mag. Beginsituatie Verwacht wordt dat er enorme verschillen zijn per student(e), omdat schattend rekenen een verwaarloosde vaardigheid is in het onderwijs. Leerinhouden Deze module bouwt verder op het eigenvaardigheid van de student(e) op het gebied van rekenen. Onderwerpen die hier aan bod komen zijn o.a: hoofdrekenen in contexten, lengtematen, andere maateenheden in het dagelijks leven en schattingsopdrachten uit de basisschool R&W-methoden. • Linkage Ondersteunend bij alle rekensituaties (zie “Inleiding”) • Praktijklink Zal de student optimaal ondersteunen in het functioneren in de praktijk
IPA modulegids 2008-2009
60
Leerdoelen Kennis • De student(e) creëert een kritische blik op zijn / haar benadering van het vak • De student(e) ontwikkelt in groepsverband, toenemende motivatie en interesse voor het vak • De student(e) ontwikkelt de nodige zelfvertrouwen voor het vak. • De student(e) is probleemgeoriënteerd, betrokken en werkt onder eigen verantwoordelijkheid. Vaardigheden • De student(e) kan problemen oplossen waarbij zij om uitkomsten te berekenen kunnen kiezen uit hoofdrekenen, de zakrekenmachine, handig rekenen of cijferen. • De student(e) kan de uitkomst van een berekening en meting schatten en de uitkomsten controleren op grootte • De student(e) werkt met gangbare maten voor lengte, oppervlakte, inhoud, tijd, temperatuur, hoeken en geld en kan hiermee bewerkingen uitvoeren. • De student(e) rekent met verhoudingen, met schaal, vergroten en verkleinen. • De student(e) kan standaard maten gebruiken bij het bepalen van afmetingen (afstanden, oppervlakten, inhouden, tijdsduur, enz) Houding • De student(e) creëert een kritische blik op zijn / haar benadering van het vak • De student(e) ontwikkelt in groepsverband, toenemende motivatie en interesse voor het vak • De student(e) ontwikkelt de nodige zelfvertrouwen voor het vak. • De student(e) is probleemgeoriënteerd, betrokken en werkt onder eigen verantwoordelijkheid. Praktijkopdrachten n.v.t. Werkvormen • Onderwijsleergesprek • Groepswerk Evaluatie Het schriftelijk tentamen zal plaatsvinden in de evaluatieweek. De leerstof die getoetst wordt is de leerstof uit genoemde literatuur en colleges. Thuisopdrachten worden niet beoordeeld, maar dragen bij als voorbereiding op het tentamen. Verder is de 80%regeling van kracht. Let op: de eigenschap van deze cursus ligt, net als in I.1, in de mate van interactie. Reflectie op interactie beslaat een groot gedeelte van het tentamen. Herkansing van deze module geschiedt in lesweek 2 van blok 3. De 80%-regeling is van kracht. IPA modulegids 2008-2009
61
Terugrapportage Geschiedt in lesweek 1 van blok 3. Literatuur • Reader • Hand-outs
IPA modulegids 2008-2009
62
Naturalesa y Tecnologia Module Planten en dieren rond het Spaans Lagoen Periode (jaar/blok) : I.2 Specialisatie : 4-8, 6-12 Docent(en) : Mirscha Winterdal Studiebelasting (1 stp= 40 u) : Urenverantwoording : - aantal colleges/ begeleidingsuren 14 uur - voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) 8 uur - uitwerking verslagen en opdrachten 16 uur - evaluatie (tentamen) 2 uur
Inleiding Het leren waarnemen van structuren en processen bij planten, dieren en landschappen is niet alleen van belang voor het onderwijs in Naturaleza y Tecnologia, maar ook voor de algemene vorming van de student. De student oefent in gericht waarnemen en vastleggen daarvan, en in het onderwijs vanuit de werkelijkheid in plaats vanuit boeken.
Beginsituatie De meeste studenten hebben geen biologie in het examenpakket gehad. Velen zijn zelden of nooit in de Arubaanse natuur geweest. Deze cursus is de eerste cursus van het leergebied Naturaleza y Tecnologia.
Leerinhouden Begrippen die in de cursus aan bod komen zijn o.a. • vakinhoudelijk: vorm en functie van bladeren, voortplanting van de plant, aanpassing van planten aan de omgeving, geschiedenis van het gebied rond het Spaans Lagoen, ontwikkelingsprocessen • vakdidactisch: veldexcursie als werkvorm, formuleren van waarnemingsopdrachten, organisatie en evaluatie van een onderwijsactiviteit. Linkage Samen met de cursus Ecologie en Milieu van het tweede jaar vormt deze cursus de inleiding op de Arubaanse natuur. Vakdidactisch is er een verbinding met Praktijklink In de cursus moeten de studenten in groepjes een veldexcursie voor een kleine groep leerlingen organiseren. Daarmee doen ze al in een vroeg stadium van de studie ervaring op met het bedenken van opdrachten die kinderen tot waarnemen en beleven stimuleren. IPA modulegids 2008-2009
63
Leerdoelen De student is in staat - Kennisdoelen 1. vorm en functie van plantendelen te beschrijven 2. voorbeelden te geven aanpassingen van planten en dieren aan de omgeving 3. een powerpoint te maken met daarop adequate informatie - Vaardigheidsdoelen 1. 25 plantensoorten in het veld te herkennen 2. Een powerpoint presentatie maken van een aantal inheemse planten, (evt. dieren) 3. de ontwikkeling van plant of dier te beschrijven in tekening en tekst 4. een veldexcursie met kinderen te organiseren - Houdingsdoelen De student beseft dat voor dit leergebied leren vanuit de werkelijkheid, (concreet materiaal, excursie), veel effectiever en zinvoller is dan leren vanuit teksten. De student neemt initiatief om meer van het inheemse natuur te leren kennen en dit toe te passen in het praktijk.
Praktijkopdrachten Niet van toepassing. De student organiseert wel activiteiten met kinderen, maar niet in het kader van stage.
Werkvormen De bijeenkomsten zijn afwisselend op het IPA en bij het Spaans Lagoen. Op het IPA oefent de student via practicum met waarnemen en beschrijven van plantaardige structuren en met verschillende typen opdrachten. Bij het Spaans Lagoen oefent de student via excursies met herkennen van planten en dieren, het beschrijven en verklaren van verschillen in het landschap en van aanpassingen van planten. In de zelfstudietijd beschrijft de student in tekeningen en woorden de ontwikkeling van een zelf gekozen organisme en organiseert in een groep een excursieactiviteit voor een groepje kinderen.
Evaluatie Het studiepunt is behaald indien o De veldherkenningstest is behaald o De ontwikkelingsopdracht voldoende is o De veldexcursie met kinderen voldoende is o Een powerpoint presentatie van planten (evt dieren) o Het eindcijfer is het gemiddelde deze vier resultaten Literatuur Reader Planten en dieren rond het Spaans Lagoen • De bouw van planten • Planten en dieren op Aruba • Het Arubaanse landschap • Didactiek van veldwerk
IPA modulegids 2008-2009
64
Studiejaar 1 - blok 3 Vak Psychologie Onderwijskunde Onderwijskunde Pedagogiek Nederlands Papiamento Muziek Hende y Comunidad PMV Moveshon y Salud Wiskunde Naturalesa y tecnologia
Module naam Het kind in ontwikkeling Differentiëren en leerstijlen Inleiding klassenmanagement Hoe opvoedingsideeën doorwerken in het onderwijs Taalvaardigheid schrijven 2 Hunga cu bo idioma y desaroye Klank in beeld Ken ta Arubiano? De leerkracht als sociaal agent Groepshospiteren Meten is weten
KR
75
LM GG PR JO, AL FE WE BO
45 78 80 85 89 93 95
Mi curpa
WN
98
IPA modulegids 2008-2009
docent GO GN MA
pag 66 70 74
65
Psychologie Module Periode Specialisatie Docent Studiebelasting Urenverantwoording
: Het kind in ontwikkeling : oriëntatie fase blok I.3 : n.v.t. : Diana Goedhoop : 1 studiepunt = 40 studielastuur = 1½ ECTS : Aantal begeleidingsuren 7 @ 1 ½ Voorbereiding literatuur: Voorbereiding opdrachten:
10½ u 13 u 16½ u
Inleiding: De module 'Het kind in ontwikkeling' is een geïntegreerde module waarin de disciplines psychologie, onderwijskunde en pedagogiek een aandeel hebben. Het aandeel van de psychologie richt zich vooral op het algemene ontwikkelingsverloop. Er wordt stil gestaan bij de ontwikkeling van de verschillende ontwikkelingsgebieden: motorisch, lichamelijk, sociaal, emotioneel, cognitief en moreel. De module wordt aangeboden in blok drie van de oriëntatiefase. De studenten hebben dan al één blok stage gelopen in het kleuteronderwijs en één in de 1e of 2e klas van de basisschool. De te behandelen ontwikkelingslijnen sluiten dan goed aan op hun ervaringen in het onderwijsveld. De module volgt de ontwikkelingslijn van kinderen op weg naar volwassenheid en de vorming van een eigen identiteit. Allereerst wordt er stil gestaan bij het terrein van de ontwikkelingspsychologie en de methode van onderzoek. Er wordt niet alleen gekeken naar het ontwikkelingsverloop van het jonge kind en het spelend leren, maar er wordt ook specifiek aandacht besteed aan de invloed van de leerkracht op die ontwikkeling. Verder komt de samenhang tussen de ontwikkeling van het kind en het onderwijs en meervoudige intelligentie aan de orde en wordt een kind in de stageklas geobserveerd dat opvalt en dat op een speciale manier opgevangen dient te worden. De studenten nemen in verband met de identiteitsontwikkeling een interview af bij een adolescent en worden met de eigen ontwikkeling, identiteit en moraliteit geconfronteerd. Deze module is belangrijk voor de toekomstige leerkracht om zodoende de ontwikkeling van kinderen te leren kennen, hen op grond daarvan te kunnen stimuleren en de leerstof daarop af te stemmen. Beginsituatie De studenten worden vermoedelijk voor het eerst op structurele wijze geconfronteerd met theorieën over de ontwikkeling van kinderen. Ze hebben zelf die ontwikkeling IPA modulegids 2008-2009
66
meegemaakt en hebben waarschijnlijk al eerder stil gestaan bij die ontwikkeling. Er zijn studenten die vader/ moeder zijn en die de ontwikkeling van hun eigen kinderen momenteel ook van dichtbij meemaken. Leerinhouden: • wat is ontwikkeling, • ontwikkelingstheorieën,- lijnen/fasen -gebieden, -kenmerken • spelen en leren, spelvormen, interesse en belevingswereld • rol van de volwassenen bij ontwikkeling, volgend onderwijs (Piaget), ontwikkelend onderwijs (Vygotsky) • samenhang tussen de ontwikkeling van het kind en onderwijs • stimuleren van de ontwikkeling, strategieën en programma’s • begrippen uit de ontwikkelingspsychologie: nature v.s. nurture, multipele intelligentie, sociaal-culturele context, zelfconcept, basisontwikkeling, identiteitsontwikkeling, moraliteit Linkage: Met de module 'Het Kind in Ontwikkeling' wordt een aanvang gemaakt met het psychologie- onderdeel ontwikkelingspsychologie. Het ontwikkelingsverloop van een kind en de beïnvloeding daarvan is het fundament waarop spel- en lesactiviteiten gebaseerd zijn. Door op de hoogte te zijn van het normale ontwikkelingsverloop, is de leerkracht namelijk in staat de zône van de naaste ontwikkeling te herkennen en het kind daarheen te leiden. Als gevolg hiervan wordt deze module gezien als basis voor elke andere module. Uiteraard gaan alle orthomodules diepgaander in op het ontdekken en verhelpen van problemen in de ontwikkeling van het kind. In het 2e leerjaar sluiten de psychologiemodules ‘sociaal-emotionele ontwikkeling’ en ‘cognitieve ontwikkeling’ en de onderwijskundige modules m.b.t. basisontwikkeling nauw hierop aan. Met name voor de specialisatie 4-8 jarigen is er een link met de module Estudio Social. De 2e jaars studenten dienen bij de opdrachten van Estudio Social uit te gaan van de ontwikkelingskenmerken, behandeld in de module Kind in Ontwikkeling. Ook de module ‘Gezondheidseducatie op de Basisschool’ uit leerjaar 2 gaat uit van de reeds behandelde ontwikkelingpsychologie en gaat met name verder in op het begrip moraliteit. Praktijklink Zoals reeds aangegeven, is kennis omtrent het ontwikkelingsverloop van het kind in de klas en de beïnvloeding daarvan door de leerkracht van essentieel belang voor het kunnen bereiken en stimuleren van de leerlingen in de klas. Door in de stageklas hierop te letten, krijgt de student oog voor de overeenkomsten en verschillen tussen leerlingen. De studenten leren het belang inzien van spel en leren en krijgen oog voor het belang van spel in het onderwijs. Er zijn 3 praktijkopdrachten. De eerste heeft betrekking op het observeren van spelende leerlingen en in de tweede opdracht leert de student observeren en na te denken over adequate opvang van leerlingen die op een of andere manier
IPA modulegids 2008-2009
67
opvallen in de les. Bij de 3e opdracht dient de student een interview in elkaar te zetten en af te nemen.
Leerdoelen: Algemeen • De student is in staat aan de hand van een analyse van de eigen ontwikkeling of die van hun eigen kind, de ontwikkeling van het schoolgaande kind te analyseren, te volgen en te begrijpen. • De student verwerft enige kennis en inzicht in de ontwikkelingstheorieën van o.a. Vygotski, Kohlberg, Piaget, Erikson, Skinner, Gardner, van Parreren. • de student ontwikkelt kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes om met kinderen en jongeren in de schoolsituatie en daarbuiten om te kunnen gaan • De student leert de onderzoeksmethoden observatie en interview te hanteren.
Concreet Kennis: • De student geeft een beschrijving van de verschillende ontwikkelingstheorieën met de verschillende fasen, gebieden en bijbehorende kenmerken. • De student discussieert over het aandeel van aanleg en milieu als bepaler van de ontwikkeling van het kind en de jongere. • De student geeft in groepsverband een creatieve weergave van het verloop van één van de ontwikkelingsgebieden en de invloed van de leerkracht op die ontwikkeling. • De student maakt een profiel van een leerling die binnen een ontwikkelingsgebied opvalt binnen de klas en geeft in een lesvoorbereiding aan op welke manier met deze leerling rekening gehouden kan worden. Vaardigheid: • De student kan leerlingen observeren tijdens spel en de theorieën over spel daaraan linken. • De student is in staat samen te werken met overige studenten in de klas. • De student reflecteert op de eigen ontwikkeling. • De student kan een interview opstellen en afnemen bij een adolescent over het onderwerp Houding: • de student houdt rekening met de ontwikkeling van het kind bij spel- en lesactiviteiten in de praktijkklas. • De student is bereid te reflecteren op eigen ontwikkeling. Praktijkopdracht: De studenten observeren het spel van de kinderen in de stageklas of elders en trekken daar conclusies uit, gebaseerd op verschillende opvattingen die de literatuur aangeeft. IPA modulegids 2008-2009
68
De studenten maken een leerling-portret van een opvallende leerling in de klas en voegen die toe aan een lesvoorbereiding. Daarin geven zij aan hoe ze rekening zullen houden met de opvang van deze leerling tijdens de les. De studenten stellen interviewvragen op over het onderwerp ‘identiteit’, waarbij er minstens 5 subonderdelen aan de orde komen d.m.v. openvragen. Het interview wordt afgenomen bij een adolescent en vervolgens uitgewerkt in een verslag.
Werkvormen: Er worden verschillende werkvormen gehanteerd, zoals: plenaire besprekingen, groepsopdrachten, reflectie, individuele thuisopdrachten, presentaties, instructie en informatie van de docent, verslagen. Evaluatie: Actief participeren bij de 7 bijeenkomsten uitvoeren en eventueel inleveren per bijeenkomst van opdrachten ter beoordeling: reflectieverslag, verslag spelende kinderen, creatieve presentatie invloed leerkrachten op de ontwikkeling, stageopdracht opvallend kind, afname interview en verslaglegging, eindverslag over totale module. 8o% aanwezigheid Gebruikte literatuur: - Alkema E.A. & Tjerkstra W., 1995, Meer dan onderwijs, blz. 53-79 & blz. 223-247 - Armstrong T.1994 : Multiple Intelligences in the classroom, The foundations of the theory of multiple intelligences, Association for Supervision and Curriculum Development, Alexandria, blz. 1-14 - van Parreren C.F.,1988, Ontwikkelend onderwijs,Wolters-Noordhoff, Groningen, De cultuurhistorische theorie, blz 17-25 - Beemen van L.,2001, Ontwikkelingspsychologie, Wolters-Noordhoff, blz 16-22 & blz.171-199
IPA modulegids 2008-2009
69
Onderwijskunde Module Blok: Vak: Docenten: Aandeel: Studiebelasting:
: Differentiëren en leerstijlen 1.3 Pedagogiek Drs Olivia Groeneveldt 7 bijeenkomsten 3/5studiepunt (= 25 uur): 10,5 uur bijeenkomsten (hoorcolleges, begeleidingsuren, etc.) 8,5 uur voorbereiding op de bijeenkomsten (Huiswerk e.d.) 6 uur voorbereiding evaluatie (eindopdrachten, tentamens e.d.)
Inleiding In blok 1.1 werd aandacht besteed aan de leeftijdscategorie 4-8. In die periode hebben de studenten voor het eerst kennis gemaakt met het concept Basisontwikkeling. In dat blok werd voornamelijk de uitgangspunten (o.a. het werken met thema’s en relevante inhouden in relatie tot bepaalde doelen en hoeken) van Basisontwikkeling behandeld. Via een opdracht (het inrichten van een klas volgens de Basisontwikkeling) hebben studenten enkele van de belangrijkste uitgangspunten van Basisontwikkeling in een praktijksituatie toegepast. In blok 1.2 (oriëntatie 6-12) hebben studenten geleerd om lesvoorbereidingen (DAmodel) te maken volgens de uitgangspunten van Ontwikkelingsgericht Onderwijs. In dit blok 1.3 wordt opnieuw aandacht besteedt aan het maken van lesvoorbereidingen volgens het DA- model zodat studenten hun vaardigheden kunnen verfijnen. Daarnaast zullen studenten leren om bij deze lesvoorbereiding rekening te houden met eenvoudige interne differentiatie maatregen (zoals, tempo, niveau interesse, leerstijl e.d.). Verder wordt in het kader van differentiatie m.b.t. leerstijl aandacht besteedt aan de verschillende leerstijlen (volgens Vermunt). Om deze manier zullen studenten realiseren dat zij, evenals de hun toekomstige leerlingen, onder elkaar kunnen verschillen. Ten slotte zullen studenten d.m.v. een zelfonderzoek hun eigen leerstijl (leerstijlprofiel) vasttellen en interpreteren. Leerinhouden • Lesvoorbereiding volgens D.A.-model (herhaling) • Differentiatie: - de betekenis en het belang van differentiatie; - differentiatie maatregelen; - het toepassen van interne differentiatie in een lesvoorbereiding • Leerstijlen (volgens Vermunt): - leerstrategieën en verwerkingstrategieën IPA modulegids 2008-2009
70
- leeroriëntatie en mentale modellen - inventatris leerstijlen studenten (IDS) Linkage Linkage (theorie) • Oriëntatie in het basisonderwijs (1.2) • Het kind in ontwikkeling (1.3) • Het speciale kind in het basisonderwijs (1.4) • Didactische werkvormen (2.2) • Evalueren (2.3.) Linkage (praktijk) • SP 1.1 t / m 1.3 (studenten merken dat leerlingen verschillen onder elkaar en leren hoe ze via het plannen van lessen (lesvoorbereidingen) hoe ze rekening hiermee kunnen houden • Het leereffect / leerresultaten en motivatie van de student is mede afhankelijk van zijn / haar leerstijl. Een student die op de hoogte is van zijn / haar leerstijl kan deze proberen te verbeteren, met als mogelijk gevolg betere leerprestatie gedurende de studie op het IPA Beginsituatie • Studenten kunnen globaal een lesvoorbereiding maken volgens het DA- model. • Studenten erkennen het belang van een goede en complete lesvoorbereiding • Studenten hebben weinig kennis van wat differentiëren inhoudt • Studenten hebben nog geen kennis en ervaring opgedaan met het maken van lesvoorbereidingen, waarbij rekening wordt gehouden met verschillen tussen leerlingen • Studenten zijn onbekend met het begrip “leerstijl” en kennen hun eigen leerstijl onvoldoende Algemene doelen • De student ontwikkelt kennis en het inzicht m.b.t. verschillende differentiatiemaatregelen. • De student ontwikkelt vaardigheden m.b.t. het maken van lesvoorbereidingen waarbij rekening wordt gehouden met verschillende behoeftes van leerlingen (interne differentiatiemaatregelen) • De student is bereid om bij het lesgeven rekening te houden met verschillende behoeftes van leerlingen • De student ontwikkelt kennis en het inzicht m.b.t. verschillende leerstijlen (volgens Vermunt) onder studenten • De student demonstreert een kritische houding t.a.v. zijn / haar manieren van studeren Doelen Kennisdoelen IPA modulegids 2008-2009
71
• • • • • • •
De student is instaat om elementen van het D.A-model te benoemen en uit te leggen (herhaling) De student is instaat om verschillende niveaus van differentiatie te benoemen De cursist is instaat om verschillende (interne) differentiatiemaatregelen te benoemen en te beschrijven De student is instaat om een relatie te leggen tussen de tussen verschillende elementen van het D.A-model en verschillende interne differentiatiemaatregelen. De student is instaat om de aspecten te herkennen die bepalend is voor een bepaalde leerstijl. De student is instaat om uit te leggen wat met een leerstijl wordt bedoeld De studenten zijn instaat om onderscheid te maken tussen verschillende leerstijlen.
Vaardigheidsdoelen • Zijn de studenten (verder) instaat om een complete en correcte lesvoorbereiding te maken volgens het D.A-model • Zijn de studenten in staat om verschillende (interne) differentiatiemaatregelen te incorporeren in een lesvoorbereiding waardoor rekening wordt gehouden met verschillende behoeftes van leerlingen • Kunnen studenten d.m.v. het instrument “Inventaris Leerstijlen Studenten” (IDS) hun eigen leerstijl bepalen en intepreteren Houdingsdoelen • De student onderkent het belang van en goede lesvoorbereiding voor de lespraktijk • De student onderkent dat leerlingen van elkaar kunnen verschillen en daardoor verschillende behoeftes hebben • De student laat de bereidwilligheid zien om, d.m.v. verschillende (interne differentiatiemaatregelen), rekening te houden met de verschillende behoeftes van leerlingen. • De student laat een kritische houding zien t.a.v. zijn / haar leerstijl en probeert deze zoveel mogelijk te verbeteren. Werkvormen Tijdens de lessen worden over het algemeen de volgende didactische werkvormen gehanteerd: instructie-, interactie-, samenwerkingsvorm en /of opdrachtenvorm. Tijdens de college zullen abstracte theorieën en begrippen zoveel mogelijk worden geconcretiseerd d.m.v. voorbeelden vanuit de onderwijspraktijk. Evaluatie • 80% aanwezigheid; • Duo-opdracht: twee lesvoorbereiding volgens D.A-model maken waarin verschillende (interne) differentiatiemaatregelen zijn geïncorporeerd. • Individueel: een interpretatie van eigen leerstijl of leerstijlprofiel d.m.v. het IDS
IPA modulegids 2008-2009
72
Literatuur • En Tjerkstra, W. 1995. Meer dan onderwijs: Theorie en praktijk van het lesgeven in de basischool. Assen: Van Gorcum. ISBN 90-232-2988-6 • Reader: bestaande uit een bundel van verschillende hoofdstukken uit verschillende boeken over Differentiatie • Verschillende hand outs en artikelen m.b.t. differentiatie
IPA modulegids 2008-2009
73
Onderwijskunde Module Blok: Vak: Docenten: Aandeel: Studiebelasting:
: Inleiding klassenmanagement 1.3 Pedagogiek Drs Emy maduro 7 bijeenkomsten 1 stp
Deze module in momenteel in revisie. Update volgt binnenkort.
IPA modulegids 2008-2009
74
Pedagogiek Module : Hoe opvoedingsideeën doorwerken in het onderwijs Periode (jaar/blok) : Blok 1.3 Specialisatie : propedeuse/orientatie-fase Docent(en) : Drs Glenda Krozendijk Studiebelasting : 1 stp= 1.5 ECTS) Urenverantwoording : - aantal colleges/ begeleidingsuren 10.5 uur - voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) 18 uur - voorbereiding voor evaluatie 10 uur - evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie) 2 uur Inleiding In deze module staan wij stil bij de opvoedingsideeën en visie op het kind van 4 belangrijke pedagogen, namelijk: Maria Montessori, Peter Petersen, Helen Parkhurst en Paulo Freire. Een belangrijke vraag die telkens tijdens deze module naar voren zal komen is: Als toekomstige leerkracht is het belangrijk dat je je eigen 'pedagogische visie' en 'visie op het kind' ontwikkelt en dat je je visie op je stageschool toepast. In deze module laten wij jou kennis maken met bovengenoemde pedagogen en hun pedagogische c,q.onderwijs visies. Wij hopen dat hun ideeën voor voldoende inspiratie zullen zorgen en de nodige discussies teweeg zullen brengen. Wij hebben bewust gekozen voor deze 4 pedagogen en wel om de volgende redenen: Maria Montessori, vooral veer de pedagogisch-didactische benadering van de 4-8 jarigen en om te vergelijken met de principes van basisontwikkeling; Peter Petersen, met name voor de pedagogisch¬ didactische benadering van de 6-12 jarigen en tot een vergelijking te komen met ontwikkelend onderwijs, Paulo Freire vanwege het ervarend leren en Helen Parkhurst voor de pedagogisch didactische benadering in vergelijking met 'zelfstandig leren leren'. In deze module zullen wij ons verder verdiepen in de beroepstaken van de leerkracht als sociaal agent: de relatie onderwijs- thuis(gezin) en -samenleving; de positie van de 4-12 jarigen thuis, op school en in de samenleving. Beginsituatie De student heeft de opvoedkunde -module 1.2 " De leerkracht als pedagoog en sociaal agent" met succes afgerond; De student kent zijn eigen beroepstaken als pedagoog en als sociaal agent ‘basisontwikkeling' (4-8jr), 'ontwikkelend onderwijs (6-12jr) ; De student kan aangeven welke pedagogische ideeën & visie toepasbaar zijn in het onderwijssysteem en in hoeverre de visie van Priepeb (kindvisie, onderwijsvisie en IPA modulegids 2008-2009
75
maatschappijvisie) overeenkomt met de visie van deze 4 pedagogen. De student kan zijn/haar eigen pedagogische ideeën & visie op het kind expliciteren. Linkage Theorielink De student heeft de opvoedkunde -module 1.2 " De leerkracht als pedagoog en sociaal agent" met succes afgerond en deze module is een vervolg van hiervoor genoemde module. Praktijklink (aansluiting met de praktijk) In hoeverre zijn deze opvoedingsideeën en praktijken terug te vinden in het Arubaanse onderwijs? Wij kunnen de vraag ook anders stellen: Welke opvoedingsideeën en praktijken zouden ook van toepassing kunnen zijn op onze scholen? Leerdoelen Kennisdoelen 1. De student kan de 'pedagogische ideeën en -praktijken' van Montessori, Petersen, Parkhurst en Freire beschrijven in termen van: - pedagogische visie (einddoel van opvoeding); - visie op het kind (antropologie van bet kind); - klassenmanagement & pedagogisch klimaat in de klas; - de rol van de leerkracht & communicatie over en weer tussen leerkracht en leerlingen; - de rol van de ouders bij het schoolgebeuren. 2. De student kan omschrijven wat Montessori bedoelt met: 'omgeving', 'gevoelige periode' en met 'ontwikkelingsmateriaal'; 3. De student kan omschrijven wat Petersen bedoelt met: 'pedagogische situatie' ,'wereldoriëntatie' en met 'ouderparticipatie'; 4. De student kan omschrijven wat Parkhurst bedoelt met: 'vrijheid' , 'leer-taken' en met levens -echtheid' ; 5. De student kan omschrijven wat Freire bedoelt met:’culturele actie voor vrijheid’, ‘bewustwording en ‘dialoog’. 6. De student kan zijn/haar eigen pedagogische ideeën, visie op bet kind, het onderwijs en de rol van de ouders verwoorden. 7. De student heeft inzicht in de actuele (opvoedings-) positie van 4-15 jarigen op school, thuis en in de samenleving. Vaardigheidsdoelen 1. De student kan een eigen visie ontwikkelen omtrent het kind, het onderwijs en de samenleving. 2. De student kan een essay schrijven waarin hij concreet aangeeft wat de meest ideale sociaal-Pedagogische opvang en begeleiding is voor de 4-12 jarigen, afhankelijk van de keuze van zijn doelgroep. IPA modulegids 2008-2009
76
Houdingsdoelen 1. De student is in staat empatisch vermogen te tonen voor leerlingen die niet in hun eigen gezin kunnen zijn ('internaatskinderen') en/of kinderen die in moeilijke ‘opvoedingssituaties' verkeren; 2. De student stelt zich actief en kritisch op.
Praktijkopdrachten Geen specifieke praktijkopdrachten die al voor de lesvoorbereidingen nodig zijn Werkvormen Tijdens de bijeenkomsten (contacturen) zullen de pedagogische ideeën van de 4 genoemde pedagogen worden aangeboden door middel van ‘overheadpresentaties’ en 'hand-outs'. Ook zullen stage-ervaringen van de studenten en hun eigen 'pedagogische opvattingen' meegenomen worden en in de groep ter discussie gesteld worden. Er zullen eveneens video’s getoond worden De studenten krijgen opdrachten tijdens de lessen die zij in groepjes moeten uitvoeren en ook opdrachten waar zij zich thuis op moeten voorbereiden. Dit a.d.h.v. de aangeboden literatuur. In deze module gaat het om de toepassing van de opgedane kennis en vaardigheden in de (school) praktijk en om het zich verder te bekwamen in de beroepstaken van de leerkracht als 'pedagoog' en als 'sociaal agent'. Evaluatie 1. 80% aanwezigheidsnorm; 2. Voldoende voor tentamen 3. Voldoende voor essay 'De meest ideale sociaal-pedagogische opvang voor 4-12' 4. Voldaan voor de opdrachten tijdens de bijeenkomsten
Literatuur 1. ( Priepeb, dec.2003) bIz 1 t/m 20 Curricula Ensenansa Basico,Oranjestad Aruba, Vision y Structura 2. Tjerkstra, mei 1995, 'Onderwijs in vernieuwing', (hoofdstuk XVI), 52 pag.; Alkema 3. Meer dan onderwijs, theorie en praktijk in de basisschool, 4. Bergman , 1983, Onderwijskundigen van de twintigste eeuw, (niet verplicht!), Maria Montessori (18 pag.); Peter Petersen (16 pag.); Helen Parkhurst (15 pag.); Paulo Freire. Uitgeverij onbekend (Reader) Videos/Films 1. A time to blossom. Montessori for the kindergarten. (13 min.); 2. Our prepared environment. (17 min.); 3. Priepeb, (20 min.); 5. Jenaplan Onderwijs: beeldmateriaal 6. Gewoon doen: beeldmateriaal over Nieuw Leren
IPA modulegids 2008-2009
77
Papiamento Modulo Periodo Docente Peso di estudio Ora di contacto Tarea di cada siman Tarea di evaluacion Literatura
: Hunga cu bo idioma ... y desaroy'e! : 1.2 : Gregory Goedgedrag : 1 punto di credito 40 ora : 10 x 1,5 = 15 : 10 x 1,5 = 15 : 5 : 5
Introduccion Nos studiantenan a haya un introduccion extenso di e historia di Papiamento den blok 1. Nan a cera conoci caba cu e realidad den enseñansa na Aruba pa loke ta trata idioma den scol primario. Mediante di stage y observacion nan a orienta nan mes den e diferente nivelnan y tiponan di enseñansa. E studiantenan aki ta haya diferente modulo cu ta introduci nan den e mundo di desaroyo di habilidad propio di idioma. Nan lo tin cu organisa y guia algun actividad di idioma cu naturalmente ta exigi un nivel representabel di idioma diario y academico. Importante e ora ei ta, cu nan ta na altura di desaroyo di idioma y kico un maestro por haci pa yuda e muchanan den e proceso aki. Situacion inicial Den blok 1 e studiantenan a haya un introduccion basta extenso di idioma Papiamento. Nan a haya definicion di diferente terminologia gramatico y sintactico di Papiamento. Nan a haci analisis sintactico y gramatical. E studiante a traha mediante investigacion un lista di palabra cu ta importante den practica. E palabranan aki ta palabranan cu ta bin bek den e modulonan cu ta sigui den di dos y di tres aña. Link cu practica y curriculo di IPA Durante di e modulo aki e studiantenan lo haya introduccion den e cuater areanan di comunicacion na Papiamento. Lo amplia cu nan, saliendo for di e cuater areanan aki, tocante meta di cada actividad idiomatico cu nan trata. Esakinan ta di gran imoprtancia pa nan por comunica efectivamente cu nan alumnonan den practica. Cu efectivamente nos ta referi na e echo cu e studiantenan lo por splica corectamente y nan por duna tarea cla y transparente. Meta Meta cognitivo IPA modulegids 2008-2009
78
E studiante • Sa cu tin cuater area di comunicacion • Sa cu actividad den klas / grupo ta sali for di iniciativa di e mucha of di e maestro / instructor • Conoce diferente palabra riba nivel academico den e mundo di movicion y salud • tin conocemento di e liña di desaroyo di idioma. • tin conocemento di e diferente formanan y actividad cu tin pa desaroya e abilidad scucha y papia • tin conocemento di liña di siñamento pa idioma Meta di habilidad E studiante • Por splica mas cla na Papiamento • Aplica mas regla gramatical di Papiamento ora e ta traha texto sea skirbi of papia • sa con e mester stimula desaroyo di idioma y di habla cerca e mucha. • ta conciente di e diferencia entre DAT y CAT y por traha riba amplicacion di vocabulario segun e liña di desaroyo di idioma. • sa con e mester stimula e mucha pa desaroyo CAT den su propio idioma y den e otro idiomanan relevante den scol. Meta di actitud
Contenido 9 Ortografia di Hulandes: conocemento y propio dominio Forma di traha Lo haci presentacion riba powerpoint y lo haci hopi trabou den grupo Evaluacion Na final di e modulo aki, e studiante • Ta entrega un resumen di e modulo completo 1 A4 completo • Ta haci presentacion di un wega di idioma cu e mes a desaroya a base di e teoria cu nan a haya den e prome simannan.
•
Ta traha un descripcion pa e klas complketo di su wega y e reglanan.
Literatura Taaldidactiek IPA modulegids 2008-2009
79
Muziek Module : Klank in beeld : Arte Area Blok : I .3 Fase : propedeuse Docent : Rose-Marie Provence Studiepunt :1 Studielasturen : 40 Contacturen : 7 lesweken van 2 lesuren: 10 uur Cuarta: 6 uur Voorbereiding op bijeenkomsten en evaluatie: 24 uur
Inleiding Kennis over muziek leer je door muziek zelf te ervaren , te beleven en dan verbanden te leggen. Muzikaal vakmanschap impliceert het ontwikkelen van praktische muzikale vaardigheid en luistervaardigeid. Muziek is een niet-verbale discipline met een geheel eigen ervarings-en begripskader. Praten over muziek is iets geheel anders dan ervaren van muziek. Het praten krijgt pas zin als de verbale concepten gekoppeld kunnen worden aan muzikale ervaring.(voelen, herkennen, doorleven). Dan is er namelijk een basis in de muzikale ervaring, waar de cognitieve concepten aan gekoppeld kunnen worden. . Het maken van muziek is een zinvolle, contextuele en sociale activiteit, een wisselwerking tussen product en proces. De studenten leren om plezier te hebben in het geven van expressievakken en de kinderen op school moeten plezier beleven om in die vakken onderwezen te worden. Als we onze kinderen willen voorbereiden op het leven in de 21e eeuw , dan moeten we hun die onderwijsmogelijkheden aanbieden , waarbij ze eigenwaarde en waardering voor anderen kunnen ontwikkelen. De wereld die ze zullen erven moet er één zijn waar er sprake is van wederzijds respect, school/studie successen en van trots om dingen op samenwerkende wijze te vervullen. Onderwijs gelegenheden, die door kunstzinnige vakken zijn geïnjecteerd, bieden onze kinderen vele rijke en uiteenlopende mogelijkheden om hun innerlijke visie te ontwikkelen. Citaat van Lyndon B. Johnson: “Kunst is de meest waardevolle erfenis van een land. Want het is in onze kunstwerken , dat we onszelf openbaren naar onszelf en naar anderen toe. Het is de innerlijke visie, die ons als natie leidt. Waar er geen visie is , vergaan de mensen.” Leerinhouden Kennis: Verkenning van Klank-Vorm-Betekenis model. ( zie” fig.# 1” uit Hoofdst.# 1 van “Muziekmeester”) IPA modulegids 2008-2009
80
Enige kennis van grafische notatie van de klankeigenschappen en kennis van muziektermen en hun afkortingen. Enige kennis van naam en speelwijze van het schoolinstrumentarium; klank- en speelmogelijkheden van diverse geluidsproducerende materialen uit de directe omgeving. ( muziekinstrumenten van recycled materiaal ) Inzicht in : Relatie tussen de klankeigenschappen onderling en met klankbron . Muzikale functie van dynamiek en instrumentale klankkleur . Basisprincipe van klankproductie. (luchttrillingen en materiaal eigenschappen:dikte, lengte en soort) De waarde van de muzikale vorming voor de totale persoonlijkheidsontwikkeling van het kind. Eigen vaardigheden: Bewegend/uitbeeldend reageren op klankduur, toonhoogte, klankkleur en klanksterkte verschillen, tegenstellingen en/of overeenkomsten. Stukjes ontwerpen m.b.v. grafische notatie (symbolen, notenkaarten en bouwstenen) en uitvoeren met stem, eigen slagwerk (body and vocal percussion) en/of schoolinstrumentarium. Het ritmisch en melodisch verloop van grafisch dan wel traditioneel genoteerde muziek globaal kunnen volgen. Het herhalen van de akkoorden D, A7, D7, en G op de cuarta als begeleiding bij het zingen van liedjes en het leren bespelen van nieuwe akkoorden: B7, Em, Am, E, Bm. Tevens het leren bespelen van de wals- en tumbaslag
Linkage
I-1 “Klank en beweging” II-4 “Skills and tools” III-2 “Muziek-culturele ontwikkeling op Aruba”
Beginsituatie In blok I-1 hebben de studenten zich op muzikaal terrein leren losmaken en een aanvang gemaakt met het de ontwikkelen van de nodige vaardigheden om op muzikaal verantwoorde wijze kinderliedjes te zingen en zangspelen (qua liedstructtuur) toe te passen. Tevens is er een aanvang gemaakt met het leren spelen van de cuarta als begeleidingsinstrument. Sommige studenten hebben , na ontvangen advies, de nodige remediëring gezocht . Algemene doelen: • Het onderwijs in muziek is erop gericht, dat de studenten kennis, inzicht en vaardigheden verwerven om muziek te beluisteren , te beoefenenen en om met elkaar over muziek te kunnen spreken. • Dat de student daadwerkelijk ervaart dat je de theorie van muziek beter kunt begrijpen en toepassen als je muziek zelf beleeft en doorleeft. • Dat de studenten door de presentatie ervaren dat de kunstvakken nauw met elkaar IPA modulegids 2008-2009
81
zijn verbonden . Specifieke doelstellingen :
Aan het eind van deze module heeft de student : .
Kennisdoelen: • kennis en inzicht verworven in de klankeigenschappen: klankduur, klankhoogte, klanksterkte en klankkleur. • zijn liedkennis en liedrepertoire uitgebreid • zijn kennis van akkoorden uitgebreid • zijn kennis uitgebreid m.b.t. ontwikkelingsfasen van het kind • zijn kennis over liedvorm , kinderstemomvang , liedomvang uitgebreid • zijn kennis over het toepassen van muziekinstrumenten (evt. ook zelfgemaakte ) bij muzikale vorming van het kind • een aanvang gemaakt om expressievakken te integreren ( zowel doel , als middel ) Vaardigheidsdoelen: • zich de (eigen) muzikale en muziekdidactische vaardigheden m.b.t. klankeigenschappen eigen gemaakt. • heeft de student vaardigheden ontwikkeld om relevante luisteractiviteiten m.b.t. de klankeigenschappen te leiden • heeft de student vaardigheden ontwikkeld om eenvoudige (grafische) genoteerde instrumentale speelstukjes te leiden • heeft de student vaardigheden ontwikkeld om lesactiviteiten m.b.t. het grafisch noteren van de klankeigenschappen te leiden. • zich verder bekwaamd in het leren bespelen van de cuarta als begeleidingsinstrument. • zich verder bekwaamd in het leren spelen van trommels en ritmische slaginstrumenten. • zich verder georienteerd in het juiste gebruik van stem- en gehoorapparaat. Houdingsdoelen : • bereidheid getoond om samen te werken en initiatieven te nemen • interesse getoond om leiding te kunnen geven en mee te helpen bij verschillende lesactiviteiten • respect en waardering getoond voor andermans werk , mening en creativiteit • geleerd om vrijuit zijn mening uit te spreken over product en proces • begrepen dat vaardigheden en inzicht slechts met discipline , durf , goede positieve inzet, samenwerking , doorzettingsvermogen , regelmatig oefenen en uitwisselen van ervaring verkregen kunnen worden. • bereidheid getoond om collega-studenten op een kritische opbouwende manier feedback te geven op hun vorderingen bij de presentaties en/of toetsen. • eventuele tekorten enigszins opgevangen en weggewerkt. (remediering) Werkvormen Tijdens de contacturen zal zowel klassikaal als in groepen gewerkt worden. Van de studenten wordt een actieve inbreng verwacht. De student beheerst de corresponderende IPA modulegids 2008-2009
82
theorie door het bestuderen van literatuur en een link te leggen tussen theorie en praktijk. Over het algemeen zullen instructie-, samenwerkings-, praktische oefen-, interactie-, en/of opdrachtenvorm als didactische werkvormen toegepast worden tijdens de lessen. Evaluatie en Afrondingsingseisen Om deze module met succes af te ronden moet aan de volgende voorwwarden worden voldaan: Om deze module met succes af te ronden moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: 1. 80 % actieve aanwezigheid bij de muzieklessen. 2. In staat zijn om kinderliedjes met de cuarta te kunnen begeleiden met de akkoorden en slagen, die tijdens de twee muziekblokken gedurende dit jaar aangeboden werden. De toetsing vindt plaats tijdens de laatste bijeenkomst. 3. Presentatie in groepen van ± 12 studenten ( of de hele klas) van een gespeeld verhaal,(bestaand, aangepast of zelfgemaakt verhaal) waarbij gebruik wordt gemaakt van passende liedjes met bestaande en/of zelfgemaakte teksten, van zangspelen, van muziekinstrumenten, waarbij zang , klank (vocal en body percussion geluidseffecten en ook muziekinstrumenten) dansante, creatieve bewegingen en eventueel audio-visuele middelen een grote rol bij spelen. M.a.w.: de expressievakken (musica, teatro, baile y arte visual, literatura, idioma) in geïntegreerde vorm toepassen met alle kennis, creativiteit en vaardigheden, die je dit jaar ervaren hebt door deze lessen. Hierbij mag men allerlei attributen gebruiken, zoals leermiddelen, decor, recycled materiaal, muziekinstrumenten, verlichting, versiering, flora, fauna , aanschouwingsmiddelen, passende “kleren”(zelfgemaakte kostuum, recycled ) etc. Deze presentatie vindt plaats tijdens de IPABILIDAD-dagen (eind blok I-4) en zal door alle desbetreffende docenten geëvalueerd worden. Het is daarom aan te raden om bij de voorbereiding hiervoor ook regelmatig deze docenten ter goedkeuring van desbetreffend onderdeel te raadplegen. Alle liederen die tijdens deze presentatie gebruikt worden moeten ( vooral qua toonhoogte en ritmische verwerking) vóóraf gecontroleerd en goedgekeurd worden door desbetreffende muziekdocenten. 4. Een klein verslag met titel van “verhaal”, namen van deelnemers (met taak- en rolverdeling), compleet verhaal, volledige tekst van gebruikte liedjes met hun desbetreffende componisten, logboek (proces, tijdsindeling, etc.), eigen mening en aanbevelingen etc. Literatuur Muziek-methodeboek voor de IPA-opleiding: “Muziekmeester” van Rinze van der Lei “Muziek moet je doen”( onderdeel van “Expressie voor de basisschool” een SLOproduct, uitgever Meulenhof Educatief. Zangbundels: “Nos ta Canta”, “Canticanan pa temporada di Pasco”, “Canticanan pa Sanicolas”, “Cancionero Arubano” Eric Tchong e.a. Handout artikelen , stencils. Muziekmethode - en andere muziekboeken uit de IPAbibliotheek of de BPA.
IPA modulegids 2008-2009
83
Leermiddelen Cuarta, piano, gitaar, cd/cassette-player, videoplayer, luisteropdrachten, notenbalkbord, muziek-instrumenten, stem, handouts, etc.
IPA modulegids 2008-2009
84
Hende y Comunidad Module Subtitel Periode Specialisatie Docenten Studiebelasting Urenverantwoording - aantal colleges: - literatuurstudie - referaatopdracht - persoonlijk dossier - toets
Ken ta Arubiano? : Aruba als multi-culturele samenleving. : Blok 1.3 / 1.4 : n.v.t. : Luc Alofs, Kees de Jong : 2 studiepunten = 80 uur = 3 ECTS : 21 uur (14 x 1.5) 25 uur (173 pagina’s) 12 uur 20 uur 1.5 uur
Inleiding Deze module is een kennismaking met het vormingsgebied Hende y Comunidad. We kijken vanuit verschillende traditionele schoolvakken en sociale wetenschappen naar drie perioden in de naar maatschappelijke ontwikkelingen op Aruba. De drie perioden zijn: de koloniale periode in de 19e eeuw (1816-1924), de periode rond de komst en bloei van de olie-industrie (1924-1954) en de periode van de totstandkoming en uitvoering van de status aparte (1969-1986). Het is een afwisselende cursus waarbij verschillende werkvormen aan bod komen en een beroep wordt gedaan op de inbreng en participatie van de student. De evaluatie bestaat uit een persoonlijk dossier waarin deelopdrachten zijn gebundeld en een schriftelijke toets aan het einde van blok 1.4. De cursus heeft als doel het realiseren (remediëren) van kennis en vaardigheden uit de schoolvakken Aardrijkskunde, Geschiedenis en Maatschappijleer op HAVO-niveau. De eigen Arubaanse omgeving dient hiervoor als uitgangspunt. Een tweede doel is het laten zien van de waarde van het integreren van traditionele schoolvakken in het nieuwe vormingsgebied Hende y Comunidad (basisonderwijs) of Algemene Sociale Wetenschappen (voortgezet onderwijs, cyclo basico). Op de derde plaats stellen we ons ten doel om de Arubanisering van het onderwijs op Aruba een plek te geven om vandaar uit de verkenning van onze omgeving concentrisch uit te bouwen. We doen dit door het aanbieden van een thema uit de multiculturele realiteit van Aruba en door naar onze eigen positie binnen de samenleving te kijken.
IPA modulegids 2008-2009
85
Beginsituatie • De studenten hebben nog geen modules in de leerlijn Hende y Comunidad gevolgd. • De studenten hebben sterk uiteenlopende instapbekwaamheden op het gebied van de Mens- en Maatschappijvakken. • Het onderwijs op Aruba is volop in ontwikkeling wat betreft haar gerichtheid op de Arubaanse, regionale en mondiale werkelijkheid. Leerinhouden • Toegepaste remediëring: Mijn plek binnen de Arubaanse samenleving. Vragen en begrippen vanuit de onderliggende vakken. De meerwaarde van vakkenintegratie. De dynamiek van de Arubaanse samenleving. Kennisoverdracht naar de medestudent. • Linkage: Voor wat betreft de plaats van de individuele student binnen de module is er een linkage met de module ‘Het zelf”. Binnen het vormingsgebied Hende y Comunidad is er een linkage naar vervolgmodules waarin naast de Arubanisering ook regionalisering en mondialisering aan bod komen. • Praktijklink: De praktijklink moet vooral gezocht worden binnen de gehanteerde werkvormen gedurende de module. Het verzorgen van referaten speelt een belangrijke rol. De student wordt medeverantwoordelijk gemaakt voor het aanbieden van een deel van de leerinhoud aan de medestudenten.
Leerdoelen Algemeen: • De student is in staat om historische, geografische, economische en cultureelmaatschappelijke verschijnselen, ontwikkelingen en processen op Aruba rond natievorming en sociale integratie in hun samenhang te bestuderen. • De student is in staat om vaardigheden uit de schoolvakken / sociale wetenschappen Aardrijkskunde, Geschiedenis en Maatschappijleer toe te passen op deze verschijnselen, ontwikkelingen en processen. • De student is in staat een kritisch verband te leggen tussen de eigen positie in de samenleving en de sociaal wetenschappelijke literatuur. Kennisdoelen: • De studenten kunnen het proces van natievorming, sociale integratie en de wording van de multiculturele samenleving op Aruba beschrijven. • Het middels studie en reflectie bepalen van de positie die de verschillende generaties Arubanen in hebben genomen binnen de Arubaanse samenleving. • De studenten hebben inzicht in het proces van cultuurverandering in een zich moderniserende (multi-culturele) samenleving. • De studenten hebben inzicht in het proces van politieke veranderingen in een zich moderniserende (multi-culturele) samenleving. • De studenten hebben inzicht in processen van identiteitsvorming en de vorming van sociale vooroordelen en stereotypen. IPA modulegids 2008-2009
86
•
De student kent de eilandgeschiedenis en de diversiteit van haar bewoners en kan de eigen positie binnen dit geheel bepalen en begrijpen.
Vaardigheidsdoelen: • De studenten zijn is staat om onder begeleiding van de docent een aantrekkelijke presentatie (referaat) te verzorgen over een onderdeel van de te behandelen stof. • De student kan historische structuurbegrippen en de daarbij behorende vaardigheden toepassen op het behandelde thema. • De student is in staat om aardrijkskundige / geografische vragen en begrippen en de daarbij behorende vaardigheden toe te passen op het behandelde thema. • De student is in staat om vaardigheden uit het schoolvak maatschappijleer te benoemen en toe te passen op het behandelde thema. • De student is in staat om eenvoudige onderzoekstechnieken toe te passen rond het behandelde thema. Houdingsdoelen: • De student neemt multiculturaliteit aan als gegeven bij het onderwijs geven in en over de Arubaanse samenleving. • De student heeft binnen de aan te beiden thema’s naast Arubanisering een positieve houding met betrekking tot regionalisering en mondialisering. • De student neemt in zijn ontwikkeling naar het docentschap worden een onderzoekende houding aan. • De student neemt een open houding aan ten aanzien van het vormingsgebied Hende y Comunidad en ten aanzien van het onderwijs vernieuwing als geheel.
Praktijkopdrachten Aan deze module zijn geen praktijkopdrachten verbonden. Werkvormen Tijdens de colleges worden de volgende werkvormen gehanteerd: instructie, interactie, discussie, zelfstandig werken, uitvoeren en presenteren (waaronder referaat), product- en procesevaluatie.
Evaluatie De evaluatie vind plaats aan het einde van blok 4 en bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Minimale aanwezigheid van 80% 2. Voldoende beoordeling voor het groepsreferaat 3. Voldoende beoordeling voor het persoonlijk dossier. 4. Voldoende beoordeling voor het tentamen.
IPA modulegids 2008-2009
87
Literatuur Luc Alofs & Leontine Merkies, ‘Ken ta Arubiano? Sociale integratie en natievorming op Aruba, 1924-2001’, 2001, Aruba, De Wit Stores. (met studentenkorting verkrijgbaar op IPA). Aardrijkskunde: J. Bos, e.a. ‘ Topboek: begrippen voor de Bovenbouw HAVO/VWO’, hieruit onderelenuit hfst 3: Het Cultuurlijk Milieu’ (p. 74-106). Geschiedenis: ‘Leerplan geschiedenis Mavo’, 1997, Aruba, Directie Onderwijs. (14 pagina’s). OPZET VAN DE CURSUS (onder voorbehoud) week 1. Kennismaking 1 2. Aruba en de tijdvakken 3. Stamboominstructie de Koloniale Periode 1754-1924 week Referaatinstructie video: Antilliaans 2 Verhaal WIC en koloniale samenleving week Van Maduro tot Lago referaat 1 3 week Slavernij op Aruba college en expo4 bezoek De industriële samenleving week AK Vaardigheden: Migratie 5 en demografie (JO) week Aruba wordt een nuttig eiland 6 week Etniciteit en Separacion 7 week HyC Vaardigheden: Cultuur 8 (AL) Interview instructie Naar de Status Aparte week Video met opdracht 9 week Van olie naar toerisme 10 week De politiek van het Arubaan 11 zijn week GS Structuurbegrippen: 12 standplaatsgebondenheid (JO) week AK Vaardigheden: 13 Bevolkingsgroei en milieu (AL) week Responsiecollege 14 KtA: Conclusies
KtA voorwoorden, inleiding, hfst 1 (14 pag)
KtA hfst 2 (19 p.) bezoek: Exposicion Herencia di Sclavitud Aruba
1924-1954 Video Antilliaans verhaal referaat 2
Topboek paragraaf 256-259. KtA hfst 4 (23 p.)
referaat 3
KtA hfst 5 (19 p.) Topboek paragraaf 240-245
1969-1985 Video Antilliaans Verhaal referaat 4
KtA hfst 8 (25 p.)
referaat 5
KtA hfst 9 (27 p.) ‘Leerplan GS Mavo’ Van Aloë tot Olie hfst over Status Aparte Topboek paragraaf 254-255
Vragenuur
IPA modulegids 2008-2009
KtA Conclusies (10 p.)
88
Persoonlijk en Maatschappelijke Vorming Module Vormingsgebied Periode Specialisatie Docent Studiebelasting
: De Leerkracht als sociaal agent : Formacion Personal & Spiritual (FP&S) (Vakonderdeel: Formacion Personal (FP) : Leerjaar I, blok I.3; propedeuse: oriëntatie-en inwijdings-fase : 4-8 jarigen & 6-12 jarigen : Jose Fernandes Perna (tevens module-ontwikkelaar; revisie mei 2006) : 1 StP = 1.5 ECTS (40 uur): : contacturen : bezoekmomenten : literatuurstudie : samenstelling van portfolio
: 10,5 uur; : 07,5 uur; : 10,0 uur; : 12,0 uur.
Inleiding De module “De leraar als sociaal agent” behandelt allerlei ontwikkelingen die de opvoeding van kinderen sterk negatief kunnen beinvloeden, zoals: huiselijk geweld, gezinnen met verslavingsproblemen, sexueel misbruik bij kinderen, kinderen die in hun levensbehoeften worden verwaarloosd. Ook wordt ingegaan op de negatieve invloed van de media op kinderen: T.V, film en internet. De rode lijn is telkens weer: zijn wij als leraar op de hoogte van deze (maatschappelijke) ontwikkelingen? Wat kunnen wij als leraar daartegenover doen? Zijn wij bereid daartoe een helpende hand uit te steken? Al zijn wij daartoe wel bereid, niet altijd zijn wij in staat hulp aan te bieden! Bij wie moeten wij zijn? Naar waar kunnen wij de ouders/voogden verwijzen voor (meer) hulp? Echter, alvorens wij een leerling of een ouder willen door verwijzen, moeten wij ons eerst afvragen: wat kunnen wij zelf doen als klasse-leraar en als schoolteam. Beginsituatie Heel vaak ben je als student vooral gericht op de beroepsrollen van de leraar als “didacticus” (= onderwijzen) en als “pedagoog” (= opvoeden) en dan nog binnen schoolverband. Als beginnend student denk je niet meteen aan beroepsrollen zoals: de leraar als sociaal agent of de leraar als maatschappelijke dienstverlener. Trouwens, wat houden deze beroepsrollen allemaal in? Hoe verhouden deze beroepsrollen met de meer typische scholaire beroepstaken van de leraar? Bovendien als IPA-student en los van de beroepsrollen als toekomstige leerkracht, ben je ook een burger. Hoe gedrag je jezelf als burger? Hoe volg je de ontwikkelingen rondom je heen? Hoe sta je als burger daartegenover? Leerinhouden De module “De leraar als sociaal agent” is een module die een bijdrage levert aan de algemene vorming van de IPA-student en wel zijn/haar plaats als burger binnen de Arubaanse samenleving; deze module levert verder een bijdrage aan de rolIPA modulegids 2008-2009
89
identificatie van de student als toekomstige leraar (= oriëntatie-en inwijding) op de beroepsrollen van de leraar en wel als sociaal agent en de leraar als maatschappelijke dienstverlener. (zie FP-module II.2). Deze module levert tevens bouwstenen aan voor onder meer: SoP (Sociaal Praktijk) en SPR (Sociaal Project). Linkage De module “De leraar als sociaal agent” sluit direct aan bij de pedagogiek-modules: ‘Het Zelf van de student’ (I.1) en ‘De leraar als pedagoog’ (I.2) en ‘Zorg op maat’ (I.4). Verder is er afstemming met: ¾ FS-module (I.1) t.a.v. de spirituele-en levensbeschouwelijke overwegingen binnen de Arubaanse volkscultuur, w.o. de gezins-en familie structuren; ¾ ES-modules (I.3 & I.4) t.a.v. de cultuur-historische en contemporaine ontwikkelingen op Aruba en de sociale infrastructuur van organisaties, w.o. de zorginstellingen.
Leerdoelen Algemene doel. Het ontwikkelen en stimuleren van vaardigheden, kennis, inzichten en houdingen die studenten in staat stellen hun eigen sociale situatie in relatie tot ruimere sociale verbanden te verduidelijken door informatie te verwerven, te verwerken en toe te passen ten aanzien van de hedendaagse samenleving in relatie tot hun eigen rolidentificatie als toekomstige leraar, i.h.b de beroepsrollen “sociaal agent” en “maatschappelijke dienstverlener”. Kennisdoelen: ¾ de student kent de gevolgen van: huiselijk geweld, gezinnen met verslavings-problemen, sexueel misbruik bij kinderen en ernstige gevallen van verwaarlozing bij kinderen voor de (persoonlijkheids-)vorming van de daarbij betrokken kinderen; ¾ de student kent (uit SoP-contacten) zorg-instellingen die hulp bieden aan ouders en hun kinderen, zoals: FHMD, Fundacion Respetami, FADA, Centro Colorado, DAS, Casa Cuna, Imeldahof, CIAD en Famia Planea; ¾ de student kent de respectieve diensten en verwijzingsprocedures van de hierboven genoemde zorg-instellingen; Vaardigheidsdoelen: ¾ de student onderhoudt (verdere) contacten met minstens één van de vorengenoemde zorg-instellingen; ¾ de student houdt de ontwikkelding bij (in de pers) m.b.t. bedoede ‘probleem-gebieden’ en verzamelt alszodanig een aantal krante-berichten daarover (zie ook de criteria voor het aanleggen van een persoonlijke portfolio). Houdingsdoelen: ¾ de student is bewust van het belang en de noodzaak van preventie, begeleiding en hulp aan kinderen die geconfronteerd (kunnen) worden met: huiselijk geweld, verslaving, sexueel misbruik en verwaarlozing; IPA modulegids 2008-2009
90
¾ de student is geïnteresseerd in de leef-en belevingswereld van de leerlingen en in hun welbevinden en welzijn; ¾ de student is bereid en stelt zich actief op om een helpende hand te bieden aan hulpbehoevende kinderen en hun ouders; Praktijkopdrachten ¾ het vroegtijdig onderkennen van opvallend leerlinggedrag op de praktijkschool en het op adequate wijze weten om te gaan met deze (groep van) leerlingen; ¾ het bezoeken (SoP) en kennismaken met relevante zorginstellingen indien doorverwijzing van deze (groep van) leerlingen en ouders/voogden nodig mocht blijken te zijn. Werkvormen Tijdens de contacturen worden de geplande onderwerpen geintroduceerd vanuit de theorie en de praktijk door de docent (en indien mogelijk door gastsprekers), waarna de student eerst voor zichzelf daarover gaat reflecteren en vervolgens in groepjes en/of plenair het onderwerp bespreekt. Er wordt veelvuldig gebruik gemaakt van audio-visueel materiaal en krante-berichten (m.b.t. de actualiteit). Er zullen ook bezoeken worden georganiseerd (SoP-contacten) naar zorginstellingen; ieder student moet aan minstens twee bezoeken deelnemen. Tenslotte is er sprake van zgn. ‘thuis-opdrachten’: ieder student houdt vanaf het begin van de cursus een verzameling bij van berichten die in de lokale pers verschijnen over de te behandelen module-onderwerpen. De student verwerkt de corresponderende opdrachten Æ reflectie-, literatuur-, SoP-opdrachten Å, aangevuld met de verzamelde krante-berichten in een zelf aan te leggen portfolio. De student zorgt daarbij voor een adequate indeling van zijn/haar portfolio naar hoofdstukken, waarbij sprake is van een duidelijke ‘Inleiding’ en ‘Slot’ (= conclusies en aanbevelingen).
Evaluatie Om de module “De leraar als sociaal agent” met succes af te ronden, dient de student aan de volgende voorwaarden te voldoen: ¾ 80% aanwezigheidsnorm; ¾ deelnemen aan minstens twee (SoP-)bezoeken aan zorg-instellingen; ¾ tijdig inleveren van een (persoonlijke) portfolio, inhoudend: o een inleiding- en een slot-hoofdstuk; o de reflectie-, + literatuur-opdrachten per behandeld onderwerp in de colleges; o de verslagen van de twee bezochte zorginstellingen; o verzameling van de krante-berichten;
Literatuur ¾ SER-rapport (2005),‘Veiligheid voor opgroeiende kinderen in Aruba, 40 pag.; ¾ Haildy Castaño (2001), ‘De Arubaanse hulpverlening’ (HBO-scriptie), 24 pag; ¾ Verkregen informatie(-materiaal) van de bezochte zorg-instellingen; IPA modulegids 2008-2009
91
¾ De zelf-verzamelde krante-berichten. Nota. In leerjaar II gaan wij door met FP Æ “E maestro como sirbido comunitario” (II.2). Deze reader geldt eveneens voor FP II.2: Æ verzoek 1: reader goed bewaren; Æ verzoek 2: portfolio goed bewaren! Wat nog beter is: portfolio verder opbouwen!
Opmerking bij afwezigheid (i.v.m. 80% aanwezigheidsnorm): > bij 2 keer afwezig Æ werkopdracht (1); > bij 3 keer afwezig Æ werkopdracht (1) en (2) uit: “Veiligheid voor opgroeiende kinderen in Aruba” (SER-rapport) > bij meer dan 3 keer afwezig: module opnieuw volgen.
IPA modulegids 2008-2009
92
Movecion y Salud Module : Groepshospiteren : Bewegingsonderwijs Vak Periode : I.3 Specialisatie : Oriëntatiefase Docenten : Maximo Wernet Studiebelasting :1 stp Urenverantwoording : - aantal colleges/begeleidingsuren 10 uur - Voorbereiding voor bijeenkomsten 12 uur - Uitvoering plus nabespreking 8 uur - verslag 10 uur
Inleiding In deze module krijgen de studenten de gelegenheid om in groepen van 4/5 studenten les te geven aan een klas van het onder- en bovenbouw waar ze rekening moeten houden met een aantal aspecten zoals: Opstelling van de lesgever t.o.v de groep, stemgebruik, contact met leerlingen en keuze van de leerstof binnen de betekenisgebieden van spel Beginsituatie De studenten hebben in blok I.1 en I.2 stage gelopen in het kleuter en basisonderwijs waarbij ze en aantal opdrachten moesten uitvoeren zoals: 1. observaties van de leerkracht/leerlingen 2. oriëntatie schoolorganisatie 3. oriëntatie vakken 4. Voor bewegingsonderwijs hebben ze kennis gemaakt met de 5 onderdelen van spel en één onderdeel van turnen 5. De studenten gaan nu voor het eerst een bewegingsonderwijs les (“micro teaching’) aan een klas van het onderbouw en bovenbouw geven . Leerinhouden De lesgever voor de groep (micro-teaching) Het gebruik van groot en klein materiaal Observeren van les momenten Veiligheids aspecten met betrekking tot het lesgeven Leerdoelen Kennisdoelen • De student onderkent het belang van het vak bewegingsonderwijs • De student weet de ordening van de betekenisgebieden IPA modulegids 2008-2009
93
•
De student heeft kennis van observeren op de volgende aspecten, opstelling, omgang met leerling, vormen leerhulp en organisatie
Vaardigheidsdoelen • De student is in staat om activiteiten voor de juiste leeftijdsgroep te kiezen • De student is in staat om de juiste leerhulp toe te passen • De student is in staat om de arrangement binnen de onderdelen van spel en turnen te kunnen veranderen • De student is in staat om een eenvoudige lesvoorbereiding te maken Houdingsdoelen • De student is bereid de leerlingen te motiveren voor de gekozen activiteiten van turnen en spel • De student is bereid om feed-back te ontvangen en geven op een constuctieve wijze • De student ontwikkeld de nodige zelfvertrouwen voor het vak Werkvormen Tijdens de lessen wordt over het algemeen de volgende didactische werkvormen gehanteerd: Instructie, interactie, samenwerkingsvorm, en/of opdrachtenvorm. Evaluatie 100 % aanwezigheid 2 lessen uitvoeren 4 lessen observeren één groepsverslag in leveren Literatuur • T. van den Berg, M. van Berkel, C. Hazelebach, A. Kuipers, 2003 tweede druk,Werkboek bewegingsonderwijs voor de basisschool, Baarn HB uitgeverij • H.M.P.G. van der Loo, 2000 vijfde druk, Lichamelijke Opvoeding op de basis school, Groningen Wolters –Noordhof • Werkgroep Groels, Bewegen en didaktiek, uitgeverij Wolters-Noordhof Groningen
IPA modulegids 2008-2009
94
Wiskunde Module : Meten = Weten : I.3 Periode (jaar/blok) Specialisatie : Propedeuse Docent(en) : Berthson Boekhoudt Studiebelasting (1 stp=40 uur): 1 stp (1.5 ECTS) Urenverantwoording : − aantal colleges/begeleidingsuren − voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) − voorbereiding voor evaluatie − evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie)
: 10,5 uur (7 x 1,5) : 7 uur : 12 uur : 12 uur
Inleiding In deze module doen we een aanzet om studenten genoeg (basis)gereedschappen te geven om met statistiek om te gaan en toe te passen. In het verloop van de opleiding zal deze module zijn waarde moeten bewijzen op het moment dat men, op het gebied van onderzoek, algemene uitspraken over bepaalde verschijnselen wilt doen. Statistiek kunnen we op twee niveaus uitoefenen: de beschrijvende of de inductieve statistiek. Deze module zal betrekking hebben op de beschrijvende statistiek. Deze bevat een aantal methoden en technieken om gegevens te organiseren, op te sommen en te beschrijven. Onderdelen die hierbij een rol spelen zijn, o.a: Frequentieverdelingen, Grafische voorstellingen (Histogram, staafdiagram, lijndiagram), Centrum- en spreidingsmaten (gemiddelde, mediaan, modus, standaardafwijking, enz) Beginsituatie Studenten hebben op de Havo en Mbo statistiek gehad. Voor beide vooropleidingen geldt dat de stof een voldoende basis vormt voor deze module. Alleen voor studenten die met colloquium Doctum zijn binnengekomen, kan dit betekenen dat ze met zelfstudie deze stof eigen moeten maken. Leerinhouden Zie inleiding. • Linkage Meten is een van de zes domeinen uit het rekenprogramma van het basisonderwijs. Hier wordt aan de hand van praktische opdrachten geïllustreerd het nut van realistisch rekenonderwijs. Verder is ‘Meten = Weten’ geïntegreerd met de module ‘Mi Curpa’ van het vak Naturalesa y Tecnologia. De gereedschappen die men hier krijgt, worden in o.a. ‘Mi Curpa’ gebruikt. IPA modulegids 2008-2009 95
• Praktijklinkage Bereikte leerdoelen zijn toe te passen bij onderzoeksverslagen zoals IF, SPR en ASP. Leerdoelen Kennisdoelen • De student(e) weet met Microsoft Excel verschillende grafische functies toe te passen. Vaardigheidsdoelen • De student(e) kan met geschikte methoden, gericht onderzoek te verrichten. • De student(e) kan diverse tabellen en grafieken aflezen en dezen op grond van eigen metingen zelf samenstellen. • De student(e) kan de relatie tussen de belangrijkste grootheden en de bijbehorende maateenheden inzien en in toepassingssituaties hanteren. Houdingsdoelen • De student(e) kan kritisch reflecteren op gevonden meetresultaten en deze terugkoppelen aan oorspronkelijke onderzoeksvragen. Praktijkopdrachten n.v.t. Werkvormen • Onderwijsleergesprekken • Groepswerk Evaluatie De toetsing bestaat uit twee verslagen die je zowel bij Ciencia Natural (zie verder modulebeschrijving ‘Mi Curpa’) als bij Meten=Weten moet inleveren en een schriftelijk tentamen voor zowel Meten=Weten als Mi Curpa. De eerste lever je in halverwege de module. In de evaluatieweek lever je je (tweede) onderzoeksverslag in. De leerstof die getoetst wordt is de leerstof uit genoemde literatuur. De module is voldoende als beide verslagen en het schriftelijk tentamen voldoende zijn. Thuisopdrachten worden niet beoordeeld, maar dragen bij als voorbereiding op de verslagen en het tentamen. Herkansing van deze module geschiedt in lesweek 2 van blok 4. De 80%-regeling is van kracht. Terugrapportage Geschiedt in lesweek 1 van blok 4.
IPA modulegids 2008-2009
96
Literatuur •
Hand-outs uit: L.W.C. Tavecchio en J. Hoogeweij, 1997,‘Oefenboek Statistiek:
Methoden en Technieken’, Groningen, Wolters-Noordhoff bv. Reader ‘Meten = Weten’
IPA modulegids 2008-2009
97
Naturalesa y Tecnologia Module : Mi curpa Periode (jaar/blok) : I.3 Specialisatie : 4-8, 6-12 Docent(en) : Dirk Jan Boerwinkel, Mirscha Winterdal Studiebelasting : 1 stp = 40 u (1.5 ECTS) Urenverantwoording - aantal colleges/ begeleidingsuren 14 uur - voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) 8 uur - uitwerking verslagen 16 uur - evaluatie (tentamen) 2 uur _____________________________________________________________________ Inleiding ‘Mi curpa’ is het onderwerp uit het leergebied Naturaleza y Tecnologia dat letterlijk het meest dichtbij het kind zelf is. In het leergebied moeten leerlingen leren hun lichaam te begrijpen en te onderzoeken. Beginsituatie De meeste studenten hebben geen biologie in het examenpakket gehad. Leerinhouden • Linkage Er is een directe verbinding met de cursus ‘meten is weten’ die parallel loopt. De metingen die studenten in ‘Mi Curpa’ doen worden verwerkt in ‘meten is weten’. In ‘meten is weten’ leren studenten vervolgens getalsmatige gegevens verder te bewerken, wat weer toegepast wordt in onderzoeksverslagen die ze schrijven voor ‘Mi curpa’.De onderzoeksverslagen die gemaakt worden behoren tot de eisen van beide cursussen en worden door beide nagekeken. In de voorgaande cursus planten en dieren hebben studenten al enige ervaring opgedaan met onderzoekjes en rapportage daarover. In cursussen gezondheidseducatie kan de student ook een verbinding leggen naar het geleerde in deze cursus. • Praktijklink Het eigen lichaam komt vaak terug in lessen op alle niveaus. In deze cursus leren de studenten praktische mogelijkheden voor onderzoeksactiviteiten in de klas. Vakinhoudelijk: meten van lichamelijke kenmerken, vorm en functie van lichaamsdelen, met name het oog, opzet van natuurwetenschappelijk onderzoek en verslaggeving Vakdidactisch: ‘paspoort’ als middel om lichamelijke kenmerken te verzamelen, carrouselpracticum met werkbladen, onderzoekjes die uitvoerbaar zijn in de klas Leerdoelen De student is in staat IPA modulegids 2008-2009
98
-
Kennisdoelen 1. Bouw en werking van het oog uit te leggen 2. Voorbeelden te geven van praktische activiteiten aan het eigen lichaam - Vaardigheidsdoelen 1. Metingen te verrichten van kenmerken en verschijnselen aan het eigen lichaam 2. Een onderzoeksverslag volgens natuurwetenschappelijk model te maken 3. Een eigen onderzoeksvraag uit te werken - Houdingsdoelen De student ontwikkelt een nieuwsgierige en actieve onderzoekshouding ten aanzien van het eigen lichaam
Praktijkopdrachten Niet van toepassing. Werkvormen De studenten beginnen met het invullen van een ‘paspoort’ van het eigen lichaam door middel van kleine metingen en onderzoekjes. Daarbij worden proefjes uitgevoerd die ook voor de eigen stageklas te bewerken zijn. Over het oog worden uitgebreidere proeven gedaan, waarvan een wordt uitgewerkt in een onderzoeksverslag. Aan het eind van de cursus formuleren de studenten een eigen onderzoeksvraag, bedenken een onderzoeksmethode en schrijven hiervan weer een verslag. Evaluatie Het studiepunt is behaald indien o De aantekeningen van de proefjes volledig zijn o De open-boektoets voldoende is o De beide verslagen voldoende zijn o Het eindcijfer is het gemiddelde van toets en beide verslagen. Literatuur Reader Mi Curpa • biologische basisinformatie • werkbladen en instructies carrouselproeven • opdrachten over het oog • opdrachten over de hand • achtergrondleerstof uit Biologie voor jou 3M • richtlijnen voor de verslaggeving • richtlijnen voor het eigen onderzoek
IPA modulegids 2008-2009
99
Studiejaar 1 - blok 4 Vak Onderwijskunde Orthopedagogiek Talen Talen Beeldende Vorming Hende y Comunidad Spiritualidad Rekenen en Wiskunde
Module naam Het speciale kind in het basisonderwijs Zorg op maat Literatura infantil y hubenil Mondelinge taalactiviteiten Imagen y Color Ken ta Arubiano? Inleiding op het vak godsdienstlevensbeschouwing Land van Okt
IPA modulegids 2008-2009
docent WS WS LM GE KP JO / AL
pag 101 105 109 112 115 85
MR
118
GD
121
100
Onderwijskunde Module Periode Specialisatie Docent Studiepunten
: Het speciale kind in het basisonderwijs : 1.4 : 4-8 / 6-12 : Esther Wilson : 1 punt= 40 uur Contact uren 7 x 1 ½ uur : 10 ½ uur Voorbereiding bijeenkomsten: 19 ½ uur Tentamen : 6 uur Eindopdracht : 4 uur
Inleiding In blok 1.1 werd aandacht besteed aan de leeftijdscategorie 4-8. In die periode hebben de studenten voor het eerst kennis gemaakt met het concept Basisontwikkeling. In dat blok werden voornamelijk de uitgangspunten (o.a. het werken met thema’s en relevante inhouden in relatie tot bepaalde doelen en hoeken ) van Basisontwikkeling behandeld. Via een opdracht (het inrichten van de klas volgens basisontwikkeling) hebben studenten enkele van de belangrijkste uitgangspunten van basisontwikkeling toegepast. Studenten hebben echter in dat blok geen kennis en ervaring opgedaan met het maken van lesvoorbereidingen volgens basisontwikkeling. In dit blok wordt daarom speciaal aandacht besteed aan het maken van deze lesvoorbereidingen. In blok I.2 (oriëntatie 6-12) hebben studenten geleerd om lesvoorbereidingen te maken volgens DA model. In blok I.3 heeft een soort herhaling plaats gehad zodat studenten hun vaardigheden in het maken van lesvoorbereidingen volgens DA model hebben kunnen verfijnen. In het kader van het thema ”Het Speciale kind”, wordt studenten in blok I.4 ook geleerd om deze lesvoorbereidingen op een manier te maken, waarbij expliciet rekening gehouden wordt met de beperkte mogelijkheden van kinderen met speciale zorg. In blok I.3 hebben studenten geleerd om lesvoorbereidingen te maken volgens de didactiek van het leren leren (begeleid leren en zelfstandig leren). Beginsituatie • Studenten hebben kennis en ervaring in het kleuter en basisonderwijs • Studenten kunnen globaal een lesvoorbereiding maken volgens het DA-model • Studenten hebben nog geen ervaring opgedaan met het maken van lesvoorbereidingen m.b.t. het BaO-model • Studenten weten wat basisontwikkeling is en kunnen een klas inrichten volgens basisontwikkeling • Studenten hebben geen ervaring opgedaan net het maken van lesvoorbereidingen t.b.v. kinderen met speciale zorg • Studenten zijn onbekend met het begrip “orthodidactiek” en “Brede Zorg” IPA modulegids 2008-2009
101
Leerinhouden - thematiseren - kernactiviteiten - bedoelingen-inhouden-activiteiten-relevante inhouden - didactische impulsen - primaire en secundaire leerstoornissen - brede zorg - de centrale rol van de leerkracht binen zorg - kijken vanuit kindperspectief - omgaan met verschillen, de begeleiding van het speciale kind in de klas - incidentmethode Linkage - module 1.1 Concept basisontwikkeling - module 1.2 Lesvoorbereidingen - module I.3 Leren leren en differentiëren - module 1.4 Ortho Praktijklink De studenten zullen in dit blok stage lopen in het speciaal onderwijs. Ze maken dan van zeer nabij mee de centrale rol van de leerkracht bij het ongaan met verschillen, kijken vanuit kindperspectief en brede zorg. Ook de toepassing van didactische impulsen zullen ze in de praktijk toegepast zien. De studenten zullen ook ervaring opdoen met het werken met kinderen met een gedrags-/houdingsprobleem of een combinatie van genoemde problemen. De theoretische achtergrond van al deze aspecten zal uitvoerig aanbod komen in de colleges. Doelen Kennisdoelen • Hebben studenten kennis van thematiseren en de rol die de leerkracht en het kind hierbinnen spelen • Kennen de studenten de relatie tussen bedoelingen-inhouden en activiteten • Kunnen studenten een onderscheid maken tussen verschillende belangrijke leerstoornissen in het onderwijs • Kennen de studenten de oorzaken van deze leerstoornissen en de gevolgen daarvan voor het kind • Hebben studenten inzicht in het begrip Kindperspectief • Weten de studenten wat differentiatie is en kunnen studenten verschillende instructie opdrachten bedenken t.b.v. leerlingen met speciale zorg • Kennen de studenten het begrip ‘brede zorg’ • Hebben studenten kennis van verschillende begeleidingsmogelijkheden in de klas Vaardigheidsdoelen • Hebben studenten hun ervaring met lessen voorbereiden volgens BaO model in het kader van Ontwikkelingsgericht werken uitgebreid IPA modulegids 2008-2009
102
• • • •
Zijn studenten in staat om een BaO-model lesvoorbereiding te maken/aan te passen t.b.v. leerlingen met speciale zorg Hebben studenten kennis en ervaring opgedaan met het maken van lesvoorbereiding volgens Basisontwikkeling (o.a. het werken met thema’s, relevante inhouden en hoeken) Kunnen studenten kindproblemen bekijken vanuit het kindperspectief Kunnen studenten samen (teamwork) kindproblemen bekijken en bespreken
Houdingsdoelen • Beseffen studenten het belang van een goede lesvoorbereiding • Beseffen studenten de centrale rol van de leerkracht in het begeleiden van het speciale kind • Beseffen studenten het belang van kijken uit kindperspectief • Staan studenten open om hun eigen leerkracht handelen bespreekbaar te maken • Kunnen studenten een probleem vanuit verschillende perspectieven benaderen
Werkvormen De volgende werkvormen worden toegepast: Instructie-, interactie -, samenwerkingsvorm en of opdrachten vorm. Er wordt zowel in individueel als in duo’s gewerkt. Instructie video Kindperspectief. Evaluatie 1. Duo opdracht : • Een lesvoorbereiding volgens BAO-model in relatie tot leerlingen met speciale zorg • Verslag (4) van het werken onder begeleiding van de mentor met kinderen met een leerprobleem, een gedrags-/houdingsprobleem of een combinatie van genoemde problemen. • Uitwerking thema (inhouden/bedoelingen/activiteiten) 2. Elk een(individueel) formuleert per bijeenkomst 2 vragen over de leesstof en geeft hier antwoord op. In totaal 7 bijeenkomsten: dus 14 vragen met antwoorden verwerkt in verslagvorm 3. Schriftelijk tentamen over de uitgereikte achtergrond informatie 4. Aanwezigheid: 80% Literatuur Prof. Dr.Dumont, J.J., Dr.J.Valk, Prof..Dr. J.F.W.Kok (1967) Leerstoornissen; Theorie en Model Lemniscaat Rotterdam Frea Janssen-Vos (2001) ; Basisontwikkeling in de onderbouw Koninklijke van Gorcum IPA modulegids 2008-2009
103
Janssens, H Ysselgroep SON Opleidingen, Doetichem, 1996 ; Gedrags- en werkhoudingsproblemen en zorgverbreding. ISBN 90758 7101 5 Reader die uit verschillende artikels en hoofdstukken bestaat. Tijdens de colleges krijgen de studenten verschillende hand-outs en cases toegereikt.
IPA modulegids 2008-2009
104
Orthopedagogiek Module Subtitel:
: Zorg op maat een eerste oriëntatie m.b.t. leerlingen die een speciale zorg nodig hebben binnen het onderwijs op Aruba Periode :1.4 Specialisatie : 4-8/6-12 Docenten : Esther Wilson Studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur Contactuur : 7 bijeenkomsten van 1.5 10.5 Bestuderen van literatuur : 23 Uitwerken lesopdracht : 1.5 Eindopdracht : 5
Inleiding In elke klas zal men als leerkracht of stagiaire leerlingen tegen komen die op één of ander manier belemmeringen ondervinden op het gebied van verwerken van de leerstof of op sociaal emotioneel-gebied. De meeste leerkrachten hebben of niet de tijd of niet de “tools”of kennis om deze leerlingen adequaat te helpen. Deze leerlingen worden overgeslagen en of vergeten. In de ergste gevallen zegt men dat het kind lui is of men wacht totdat het kind getest wordt omdat het niet in het reguliere basisonderwijs thuishoort maar in het speciaal onderwijs. Er worden te veel kinderen onnodig verwezen naar het speciaal onderwijs. Een groot gedeelte van deze kinderen kan opgevangen worden in het basisonderwijs als men deze kinderen een speciale hulp/zorg kan aanbieden. Er zijn nl. twee typen speciaal onderwijs: Speciaal onderwijs dat binnen het reguliere onderwijs wordt aangeboden als specifieke hulp aan leerlingen, door verbrede en verdiepte zorg van de school; Speciaal onderwijs als een aparte school, waar intensieve zorg wordt aangeboden en waar men meer op individueel niveau werkt. In deze module zal in het algemeen worden ingegaan op leerlingen die kwetsbaar zijn, maar in het bijzonder op leerlingen die een speciale zorg nodig hebben binnen het onderwijs. Beginsituatie ¾ De voorgaande blokken hebben de studenten stage gelopen in diverse typen onderwijs ¾ Tijdens het lopen van stage hebben de studenten reeds kennis gemaakt in de praktijk met leerlingen die leer- en/of gedragsproblemen vertonen. ¾ De student heeft zelf ervaren dat sommige leerlingen extra hulp nodig hebben zowel bij instructie als bij het verwerken van de leerstof.
IPA modulegids 2008-2009
105
¾ De student heeft ervaren dat sommige leerlingen problemen ondervinden tijdens het (samen)werken onder een les, bijvoorbeeld niet kunnen stilzitten enz. ¾ De student heeft ervaren dat sommige leerlingen op een of ander manier “anders zijn” en hierdoor afgesloten kunnen worden door hun klasgenootjes en of leerkracht. Leerinhouden o Arubaanse maatschappijvisie t.a.v. mensen c.q. leerlingen die kwetsbaar zijn. o Ontwikkelingspsychologische kenmerken van “kwetsbare” leerlingen. o Kinderen met leer- en sociaal-emotionele moeilijkheden in de klas. o De leerkracht in interactie met kinderen die moeilijkheden ondervinden in de klas o Het begrip zorgverbreding en het aanbieden van verdiepte en verbrede zorg in de klas. o Het begrip diagnosticerend onderwijzen o Differentiatie in het kader van zorgverbreding: een oriëntatie o Verschillende typen speciaal onderwijs en verschillende scholen binnen het speciaal onderwijs op Aruba. o Verwijzingsprocedure naar mlk, zmlk en dovenschool. Linkage Module 1.1, 1.2 & 1.3 Pedagogiek: Kind in ontwikkeling Module 1.4 Onderwijskunde: Het speciale kind in het basisonderwijs Module 1.3 Onderwijskunde: Leren leren en differentieren Module 3.1 Orthopedagogiek: Leesproblemen Module 3.1 Ortho/logopedie: signaleren en begeleiden van ontwikkelingsstoornissen Module 3.1. & 3.2 Rekenen: Aanvankelijk rekenen,Breuken, decimale breuken, procenten en handelingsplan. Praktijklink In dit blok lopen de studenten stage in het speciaal onderwijs. Tijdens de college’s krijgen zij de nodige informatie/stof/ theorie over de verschillende speciale scholen op Aruba. Tevens worden de kenmerken en of “anders zijn” van deze speciale kinderen ook behandeld. De aanpak van deze type kinderen komt ook aanbod. De studenten dienen ook onder begeleiding van de mentor tijdens de stage ervaringen op te doen m.b.t. het werken met een kinderen met een leerprobleem, een gedrags/houdingsprobleem of een combinatie genoemde problemen. ¾ Doelen Kennisdoelen: o De student is op de hoogte van hoe men in het algemeen binnen onze samenleving omgaat met leerlingen die kwetsbaar zijn. o De studenten op de hoogte zijn van ontwikkelingspsychologische kenmerken van leerlingen die kwetsbaar zijn en of anders/speciaal. IPA modulegids 2008-2009
106
o De studenten zijn op de hoogte dat elke leerling in de klas in een unieke situatie verkeert. o De studenten op de hoogte zijn van opvattingen en begrippen rond zorgverbreding/zorg op maat, adaptief onderwijs en inclusief onderwijs. o De studenten zijn op de hoogte van verschillende vormen van speciaal onderwijs. o De studenten op de hoogte zijn van de verwijzingsprocedure voor zowel mlk, zmlk en dovenschool o De studenten verbreden hun kennis m.b.t. de achterliggende oorzaken wat betreft de zgn. “kwetsbare” leerlingen. Vaardigheidsdoelen: o De studenten maken kennis met enkele methoden en hulp materialen in het speciaal en reguliere onderwijs.
Houdingsdoelen: o De studenten zijn bewust van de noodzaak van extra aandacht en tijd voor kinderen met leer- en sociaal-emotionele problemen in de klas. o De studenten zijn bewust van de noodzaak om speciale kinderen aan te melden zodat ze doorverwezen kunnen worden. Competenties De student heeft kennis van de ontwikkelingspsychologische kenmerken van leerlingen die kwetsbaar zijn. Kan begrip voor deze leerlingen tonen/opbrengen en kan de extra aandacht en tijd aan deze kinderen besteden. De student is in staat zijn/haar didactische en pedagogische handelen voor deze leerlingen aanpassen.
Werkvormen o Directe instructie en interactie instructie o Werkcolleges
Evaluatie Om het studiepunt voor deze module te halen moet aan de volgende eisen voldaan worden: o 80% aanwezigheid en actieve houding tijdens de contacturen o Eindopdracht: praktijkopdracht wordt geïntegreerd met module 1.4 Het speciale kind in het onderwijs.
Literatuur Kortekaas-Timmerman, T., (1995) Niet alle kinderen gaan naar de basisschool; deel A. Nijkerk. Intro IPA modulegids 2008-2009
107
Kortekaas-Timmerman, T., (1995) Niet alle kinderen gaan naar de basisschool; deel B. Nijkerk. Intro Ter Horst, W., (1986) Herstel van het gewone leven. Groningen. Wolters-Noordhoff
Tijdens de colleges krijgen de studenten verschillende handouts toegereikt.
IPA modulegids 2008-2009
108
Talen Module : Literatura infantil y hubenil Periode : 1.4 Specialisatie : alle Docent : Jessica van de Linden Studiebelasting : 40 uur = 1 Stp / 1,5 ECTS Colleges : 10,5 (7 x 1,5) Voorbereiding colleges : 10,5 (7 x 1,5) Boeken lezen/ opdrachten/ Leesdossier : 12 Voorbereiding evaluatie :5 Evaluatie :2
Inleiding Jeugdliteratuur is als fenomeen vrij jong, zoals trouwens het verschijnsel ‘jeugd’ zelf. Literatuur is een complexere vorm van communicatie dan een gesprek waar een spreker een boodschap meedeelt aan een luisteraar in een gemeenschappelijke vertrouwde taal. Bij literaire teksten is de afstand tussen de zender en de ontvanger veel groter. Niet alleen is de schrijver (zender) voor de lezer (ontvanger) afwezig, zelf richt hij zich tot een onbekende zonder gezicht. Ook in een klassensituatie zal de student het belang van lezen en leesbevordering moeten kunnen onderkennen. In deze module maakt de student onder andere kennis met diverse didactische werkvormen waarmee hij/ zij kan werken aan leesbevordering. Deze module bestaat uit 7 bijeenkomsten waarin studenten zich zowel theoretisch als praktisch bezighouden met het verschijnsel ‘jeugdliteratuur’. Beginsituatie Wij gaan ervan uit dat de studenten in hun vorige opleiding al een aantal boeken hebben gelezen dat tot de jeugdliteratuur behoren. In het Nederlands zijn Jan Terlouw, Evert Hartman, Guus Kuijer, Miep Diekmann en Thea Beckman bij een groot lezerspubliek bekend en in het Papiamento ….. Leerinhouden Voor het literatuuronderwijs is van belang of we met de moedertaal of een vreemde taal te maken hebben. Ook tussen de vreemde talen bestaan verschillen in didactiek, die teruggaan op de mate van beheersing van de taal en de afstand tussen de literatuur of cultuur van die taal en de moedertaal. In het werkveld (kleuter- en basisonderwijs) krijgen de studenten te maken met literatuur. De leerlingen daar lezen zowel klassikaal (vertellen of voorlezen) als individueel (vrij lezen in de klas, snuffelen in de schoolbibliotheek/ bibliobus/ IPA modulegids 2008-2009
109
nationale bibliotheek). De studenten dienen voorbereid te zijn op deze (leer)activiteiten en op de situaties waarbij leerlingen verschillen in hun leesgewoonten en leesvoorkeuren. Samen met de andere modules (Lesa y skribi den ciclo 1 y 2/ Leesbevordering/ Mi propio material pa lesa y skirbi) vormt deze module een geheel aan de voorbereiding van de student op alle hierboven genoemde situaties. Doelen De student: • Is in staat zijn/ haar oude voorkennis op het gebied van lezen te activeren; • Is in staat leerervaringen op te doen door het lezen van een gevarieerd aanbod aan teksten, zodat hij/ zij in aansluiting op zijn/ haar persoonlijke voorkeuren zijn/ haar leessmaak kan ontwikkelen; • Kan op grond van persoonlijke leeservaringen beargumenteerd verslag uitbrengen aan de hand van een persoonlijke selectie van een aantal werken, te weten prentenboeken, A- boeken en B- boeken; • Kan het verschil aangeven tussen de termen lectuur, kinderliteratuur, jeugdliteratuur en literatuur; • Maakt kennis met een aantal literaire genres (prentenboeken, dierenverhalen, sprookjes, (realistische) avonturenverhalen, stripverhalen, poëzie en jeugdroman); • Is in staat om een aantal (literaire) aspecten te benoemen: auteur, tema, genero, obra • Neemt kennis van de historische ontwikkeling van de Antilliaanse / Arubaanse jeugdliteratuur; • Onderkent het belang van lezen en leesbevordering; • Maakt kennis met diverse didactische werkvormen waarmee hij/ zij kan werken aan leesbevordering Praktijkopdrachten - De student kan een les geven van deze literaire genres met behulp van de tips uit het boek: Leren lezen, laten lezen, T. Meelis – Voorma e.a., Wolters – Noordhoff, Groningen, 2001 Werkvormen De werkwijze is als volgt: De studenten verdiepen zich in theoretische achtergronden van het verschijnsel jeugdliteratuur en de geschiedenis van de Antilliaanse/ Arubaanse jeugdliteratuur. Verder verdiepen de studenten zich in theoretische achtergronden van een aantal literaire genres (prentenboeken, dierenverhalen, sprookjes, (realistische) avonturenverhalen, stripverhalen, poëzie en jeugdroman). Bovendien stellen de studenten een leesdossier samen. Hierin komen de resultaten van de verwerkingsopdrachten die individueel of groepsgewijs gemaakt worden. Ook de beargumenteerde verslagen van de persoonlijke selectie van een aantal werken (prentenboeken, A- boeken en B- boeken) worden in dit leesdossier opgenomen. De inhoud van dit leesdossier fungeert als informatiebron voor de verdiepingsopdrachten tijdens deze module. IPA modulegids 2008-2009
110
Evaluatie 1. Minimaal 80% aanwezigheid 2. Uitvoeren van minimaal 80% van de opdrachten 3. Actieve deelname aan de lessen 4. Het samenstellen van een leesdossier: bestaande uit 10 gelezen werken 5. Afsluitend tentamen: 1 een schriftelijk tentamen 2 een leesdossier van verwerkingsopdrachten die individueel of groepsgewijs gemaakt zijn gedurende de module
Literatuur - Leren lezen, laten lezen, T. Meelis – Voorma e.a., Wolters – Noordhoff, Groningen, 2001 - Het verschijnsel jeugdliteratuur, R. Ghesquiere, Acco, Leuven/ Amersfoort, 2000 - Hand-out: Geschiedenis van de Antilliaanse/ Arubaanse jeugdliteratuur - Reader Jeugdliteratuur
IPA modulegids 2008-2009
111
Talen Module: Mondelinge taalactiviteiten : 1.4 Periode Specialisatie : alle Docent : Cheryda Gemin Studiebelasting : 40 uur = 1 Stp (1.5 ECTS) Colleges : 10,5 (7 x 1,5) Voorbereiding colleges : 10,5 (7 x 1,5) Voorbereiding evaluatie/ Zelfstudie : 17 Evaluatie :2
Inleiding Elke student zal in de loop van zijn studie en later, in het kader van zijn werk, een poppenkastvoorstelling moeten houden, via een verteltafel of dramatiek een verhaal voorlezen/vertellen, de opdracht krijgen teksten te schrijven, presentaties te verzorgen of deel te nemen aan discussies, waarin hij anderen probeert te overtuigen van de juistheid van zijn standpunt of waarin hij het betoog van een ander wil afwenden (de andere van een gedachte afbrengen). Deze module bestaat uit 7 bijeenkomsten waarin studenten zich praktisch en theoretisch bezighouden met deze vaardigheden. Beginsituatie Wij gaan ervan uit dat de studenten al over enige argumentatievaardigheden beschikken, zowel waar het gaat om het kunnen doorzien van betogen van anderen als waar het gaat om het zelf houden van een betoog. Sommige studenten kennen de tecniek van het goed voorlezen/ vertellen al, maar moeten eventueel nog bijgeschaafd worden.. Leerinhouden • Algemeen theoretisch kader/ taal en spreken in de ontwikkeling • Soorten kringgesprekken en hun functies/ uitvoeren van een open kringgesprek/ ervaringsgesprek • Leraarsgedrag en mogelijke problemen oplossen/ uitvoeren van een persoonsgroepsgericht kringgesprek • Vragen stellen/ uitvoeren van een kennisverwervend kringgesprek • Leerstofordening en doelstellingen van het spreekonderwijs/ het geven van een goede instructie/ uitvoeren van een probleemoplossend kringgesprek • Werkvormen voor leren spreken en luisteren • Hulpmiddelen bij een presentatie • Uitvoeren van een popppenkastspel • Verteltafel/drama IPA modulegids 2008-2009
112
Linkage Gedurende de opleiding aan het IPA wordt van de studenten verwacht dat zij in staat zijn om communicatieve vaardigheden te bezitten die (vooral in de beroepsgerichte fase) in de praktijksituaties beoordeeld worden. Voor een groot deel van de modules dienen de studenten mondelinge presentaties te houden, waardoor het van belang is dat zij die vaardigheden bezitten om aan de beoordelingscriteria te voldoen. In hun eigen lesgeefpraktijk zullen ze ook via een poppenkastvoorstelling, de verteltafel of drama een verhaal voorlezen of vertellen. In deze module wordt hieraan gewerkt: zowel op individueel gebeid als op het gebied van het samen kunnen presenteren. Leerdoelen Kennisdoelen De student: • Kent de verschillende soorten kringgesprekken en hun functies • Kent de doelstellingen van het spreekonderwijs • Is op de hoogte van de verschillende hulpmiddelen die gebruikt kunnen worden bij een presentatie • Kan een beschrijving geven van de werkvormen voor het leren spreken en luisteren • Is op de hoogte van de aspecten en vaardigheden die van toepassing zijn op het houden van een poppenkastvoorstelling, verteltafel en drama bij het voorlezen/vertellen van een verhaal. • Weet de hem/haar toegemeten tijd voor het uitvoeren van een taak zodanig te verdelen en te gebruiken dat de van hem/ haar verwachte taken tot een goed einde gebracht worden. Vaardigheidsdoelen De student: • Kan de doelstellingen van het spreekonderwijs toepassen door het oefenen met verschillende soorten kringgesprekken uitvoeren • Ontwikkelt zijn/haar kritisch vermogen in het beoordelen en reageren op andermans presentatie • Kan een kringgesprek organiseren en houden dat, puntsgewijs samengevat: * de juiste informatie bevat * goed gestructureerd is * prettig overkomt * adequaat taalgebruik heeft * afgestemd is op de juiste doelgroep. • Kan een presentatie beoordelen. • Heeft een overzicht van de soorten kringgesprekken die er zijn • Kan een poppenkastvoorstelling houden. • Kan m.b.v een verteltafel/drama een verhaal voorlezen/vertellen. • Kan de verschillende hulpmiddelen die gebruikt kunnen worden bij een presentatie gebruiken Houdingsdoelen De student: • Toont belangstelling in de leerstof en kan de bereidheid opbrengen naar de opmerkingen van een medestudent te luisteren IPA modulegids 2008-2009
113
• •
Durft tijdens discussies zijn/ haar persoonlijke visie naar voren te brengen en is bereid deze visie te herzien, indien uit de discussie blijkt dat deze op onjuiste veronderstellingen is gebaseerd Beoordeelt de presentaties/ prestaties van anderen op zakelijke basis en niet op grond van sympathie – of antipathiegevoelens.
Praktijkopdrachten Aan het begin van de module krijgen de studenten een overzicht per week wat er van hen wordt verwacht, samen met de opdrachten die zij in de stageweek dienen uit te voeren. Werkvormen Na een korte instructie voeren studenten opdrachten uit. Zij houden presentaties over deze opdrachten. Ook verdiepen studenten zich in theoretische achtergronden van kringgesprekken. Bovendien voeren de studenten een aantal opdrachten in de stageweek uit. Uiteindelijk beoordelen zij aan de hand van een evaluatieformulier elkaars presentaties ( het houden van verschillende kringgesprekken). Evaluatie 1 2 3 4 5
Minimaal 80% aanwezigheid Uitvoeren van minimaal 80% van de opdrachten Actieve deelname aan de lessen Het voorbereiden en uitvoeren van lesopdrachten Afsluitend tentamen: het uitvoeren van een spreekopdracht.
Literatuur - Taaldidactiek aan de basis, Nijmeegse werkgroep Moedertaaldidactiek, Wolters-Noordhoff, Groningen, 1992. - Basisboek Communiceren, Olav Severijnen, p. 136 t/m 152, Thiememeulenhoff, Utrecht/ Zutphen, 2004 - Gespreksvormen, Ton Hooijmaaijers, p.29 t/m 56 en p. 85 t/m 95 - Spreken en luisteren, Rolf Robbe, p.9 t/m 124
IPA modulegids 2008-2009
114
Beeldende Vorming Modulo Periodo: Specialisacion: Docente:
: Imagen y Color I-4 4-8 / 6-12 Stan Kuiperi
Peso di estudio: Ora di estudio: Encuentronan: Tareanan semanal: Evaluacion:
1 punto 40 ora (7 encuentro) -7 x 1,5 = 10,5 -7 x 3,5 = 24,5 = 5
Introduccion Como segundo modulo di e promer aña, “Imagen y Color” ta continua cu introduci e studiante na e mundo di educacion di arte y arte pa medio di e elementonan visual basico. E enfoke ta riba color como elemento central. Pa medio di esaki lo guia e studiante pa observa, analisa y compronde e funcion di color den e medio ambiente visual propio y di mucha. Ademas lo desaroya su habilidad di expresion propio y su habilidadnan creativo general. Situacion inicial E studiante a finalisa e promer modulo “Imagen y Forma”, durante cua ela desaroya su habilidad di observa, analisa, dibuha, expresa y evalua. E studiante tin bista riba e elementonan visual basico y nan funcion den trahamento cu imagen (arte) y educacion di arte. Contenido - E contenido y funcion personal y social di arte y educacion di arte - Elementonan basico den arte: Color y su funcionnan - Teoria di color basico: Circulo di color, lus y color, tono, etc. - Material y tecnicanan basico di color: Pintura, krijt, inkt, collage, etc. - Experimentacion, abstraccion, y temanan relevante. - Presentacion, observacion, analisis, critica y evaluacion di obranan. - Creatividad, expresion, fantasia, y practica tecnico. - Desaroyo di expresion visual serca mucha - Desaroyo di educacion di arte local y global - Historia di arte local y global Linkage Esaki ta e di dos modulo di e programa di arte visual di IPA. E studiante lo hasi uso di su conosemento y habilidadnan nobo pa sigi e di dos modulo aki. Cada aspecto di e IPA modulegids 2008-2009 115
modulo I-2 ta forma un base pa sigi desaroya e aspectonan expresivo y didactico di e studiante durante e modulo I-4, amplia cu e elemento color. Ademas e ta prepara pa e modulo II-1 den di dos aña. Tin posibilidad pa integracion parcial cu otro materia di arte (Baile: “Imagen y Movecion”), y otro areanan di formacion den e sentido tematico. Linkage cu practica: Durante practica e studiante por observa tanto e proceso didactico di e maestro como e proceso creativo di e mucha. Relaciona cu e contenido practico y teoretico di e modulo, e studiante por observa di cua forma e mentor ta duna atencion na esakinan. Por investiga si e mentor ta sali for di e punto di bista di e diferente funcionnan personal y social di arte, con e mentor ta trata e diferente tema, material, tecnica y fasenan di desaroyo visual di e mucha segun nan edad, y con e mentor ta trata e elemento color den lesnan di arte. Metanan Metanan di conosemento: Na final di e modulo e studiante: 8. Conose e materialnan visual basico relaciona cu color 9. Conose e elementonan visual basico relaciona cu color 10. Conose temanan relevante den educacion di arte 11. Conose e fasenan di desaroyo visual di mucha 12. Conose formanan pa trata productonan visual clasicalmente 13. Conose e funcion personal y social di arte y arte visual 14. Conose historia di arte visual local y global. Metanan di habilidad: Creativo: Na final di e modulo e studiante a desaroya habilidad pa: 5. Distingi entre aspectonan manera creatividad, fantasia, expresion, etc. 6. Stimula creatividad propio a base di material, tecnica y temanan visual Tecnico: 7. Scohe, nombra y traha cu varios material visual y aplica tecnicanan diverso 8. Realisa tareanan specifico y crea un portofolio didactico/tecnico propio Reflectivo: 9. Refleha (pensa) tocante su propio desaroyo, habilidadnan, gusto, y retonan 10. Expresa su propio opinion critico tocante obranan visual na manera constructivo 11. Analisa y evalua obranan visual 12. Refleha tocante arte y educacion di arte y nan funcion personal y social Metanan di actitud: Na final di e modulo e studiante: 3. Ta dispuesto pa considera positivamente e funcion personal y social di arte y di educacion di arte 4. Ta dispuesto pa haña y duna educacion di arte na manera positivo y optimal.
IPA modulegids 2008-2009
116
Tareanan pa practica E studiante ta observa lesnan di arte visual enfocando riba e elemento color, compara nan contenido cu e contenido di e modulo aki, y traha un raport a base di un formulario. E studiante ta raporta verbalmente e les observa durante un encuentro y ta entrega e raport. Formanan di traha - Demostracion y tareanan clasical - Observacion, evaluacion y discusionnan clasical - Excursionnan den grupo y bishitanan individual externo - Tareanan semanal individual - Investigacion y compilacion Evaluacion Na final di e modulo e studiante a cumpli cu: - 80% di atendencia - Tur tarea visual semanal na nivel satisfactorio - Participacion general activo y positivo - Tarea di practica - Tur excursion/bishita externo - Compilacion y entrega di portfolio segun indicacionnan - Examen/tarea final. Material - Potloodnan pa dibuho/aquarela di color, un caha di 24 color. - Papel pa dibuho special, tamaño A4, bloc di 25 papel - Eraser y sharpener di bon calidad. - Penseel pa aquarela (# 6) - Portfolio (Multomap/plastic insteekvellen)
Literatura - Schasfoort, Ben, 1999. “Beeldonderwijs en Didactiek”, W-Noordhoff , Ned. - Martis, Adi/ Smit, Jenny, 2002. “Arte – Dutch Caribbean Art”, Randle Publishers, Jamaica. - Literatura diverso
IPA modulegids 2008-2009
117
Spiritualidad Module Periode Specialisatie Docent Studiebelasting
: Inleiding op het vak godsdienst / levensbeschouwing : Propedeuse; blok: I.4 : 4-12 : L. Marval. Moduleontwikkelaar: R. Lampe, revisie mei 2006. : 1 studiepunt = 40 uur (1.5 ECTS); bijeenkomsten: 10.5 uur voorbereiding: 9.5 uur eindopdracht: 10 uur literatuurstudie: 10 uur
Inleiding Binnen de Enseñanza Basico Arubano, voorgesteld door het PRIEPEB project, wordt het vak “Spiritualidad” geintroduceerd. Voor de christelijke scholen betekent dit dat men doorgaat met het onderwijzen van het christendom.Voor de openbare scholen zal het betekenen dat de kinderen verplicht zullen kennis maken met levensbeschouwelijke stromingen. De term Spiritualidad is niet gebonden aan een religie en verwijst naar de brede scala van levensbeschouwingen, die aanwezig zijn in de menselijke samenleving. Ook Aruba wordt gekarakteriseerd als een multiculturele en multireligieuze samenleving. In deze module wordt dan een breed en open perspectief gehanteerd wat betreft het religieus aanbod in onze samenleving. Anderzijds krijgt men nu meer oog voor de ontwikkeling van andere vormen van intelligentie, zoals de morele en de spirituele intelligentie. In deze inleidende module wordt het belang van de morele en de spirituele ontwikkeling van het kind onderstreept. Beginsituatie De Arubaanse volkscultuur is sterk religieus bepaald, dus de meeste Arubaanse families kennen bovendien een of andere vorm van religieuze opvoeding. De student komt dus reeds met bepaalde gedachten over ethiek en godsdienst. Linkage In andere modules van m.n. de Pedagogische sector wordt het concept van ‘multiple intelligence’ behandeld, en in deze module maakt de student kennis met twee van de vele vormen van intelligentie, nl. de morele en de spirituele intelligentie. Leerinhouden Lesweek 1: Religieuze en morele opvoeding in het gezin Doel: De student reflecteert over opvoeding in normen en waarden in zijn of haar eigen gezin. IPA modulegids 2008-2009 118
Lesweek 2: Morele en spirituele opvoeding op school Doel: De student stelt zich op de hoogte van het ontstaan en de karakter van de verschillende schoolbesturen op Aruba, die beantwoorden aan de religieuze diversiteit op Aruba, en de student is in staat om een eigen mening te formuleren over het aanbod van de verschillende levensbeschouwingen op scholen van Aruba Lesweek 3: Het vak ‘Spiritualidad’ op school Doel: De student raakt vertrouwt met de PRIEPEB plannen wat betreft de introductie van ‘Spiritualidad” op alle scholen. * Wat staat in de Bijbel? Doel: de student raakt vertrouwd met de inhoud van het O.T en het N.T teneinde bijbelse teksten, evangelies en brieven te kunnen lezen die zullen toedragen aan de ontwikkeling van hun eigen spiritualiteit. Lesweek 4: De morele en spirituele intelligentie van het kind Doel: De student analyseert het concept van de morele intelligentie en dat van de spirituele intelligentie. Lesweek 5: Karakteristiek van de religieuze taal Doel: De student raakt vertrouwd met het specifieke van de religieuze taal. Lesweek 6: Karateristiek van het vak godsdienst/levensbeschouwing Doel: De student maakt kennis met het karakteristieke van het vak godsdienst/levensbeschouwing. • Bidden: hoe doen we dat? Doel: De student ervaart tijdens deze bijeenkomst hoe men zich tot God kan richten in gebed, wat tevens als model dient voor het uitvoeren van de opdrachten. Lesweek 7: Evaluatie Doel: De student geeft weer zijn of haar eigen mening over de realisering van het vak ‘Spiritualidad’ op school. Leerdoelen Algemene doel: De student leert om de godsdienstige of levensbeschouwelijke optiek een plaats te geven in haar/zijn toekomstig onderwijsberoep. Kennisdoel: De student verwerft kennis van een aantal karakteristieken van het vak godsdienst/levensbeschouwing. Vaardigheidsdoel: De student is in staat om doelen te formuleren binnen de lesvoorbereiding van het vak Spiritualidad. Praktijkopdracht De student levert in de vorm van een werkstuk de volgende opdrachten: I. Opdracht 1 IPA modulegids 2008-2009
119
Tijdens de stageweek moet de student goed observeren wat er op de stageschool gedaan wordt aan dagopeningen, rituelen en gebeden. De student praat hierover met de mentor en vormt een eigen mening over de vorm en inhoud hiervan. De student verzamelt materiaal voor dagopeningen, zoals liedjes, gebeden, stilte etc. De student ontwerpt met het verzamelde materiaal een serie dagopeningen voor een week. In overleg met de mentor en voor zover mogelijk voert de student ze ook uit. II. Opdracht 2 De student verzamelt een gebed in andere talen en godsdiensten III. Opdracht 3 De student zoekt uit de Reader: een gedicht en een stuk proza en geeft weer waarom hij/zij dat stuk interessant/mooi etc vindt. IV. Opdracht 4 De student kiest uit het O.T of het N.T een bijbelse tekst of evangelie en geeft weer waarom het gekozenen hem/haar aanspreekt. V. Opdracht 5 De student geeft weer wat spiritualiteit voor hem/haar betekent en hoe hij/zij dit beleeft. De docent ontvangt in de evaluatieweek: de serie dagopeningen geschreven door de student met eventuele evaluatie van de uitvoering en de andere opgegeven opdrachten. Werkvormen Iedere bijeenkomst wordt ingeleid door de docent, daarna volgt de discussie in groepen en op plenair niveau. * De studenten maken aantekeningen van de geboden leerstof. Evaluatie Om aan deze module te kunnen voldoen, zijn de volgende voorwaarden aan verbonden: 1. 80% aanwezigheid. 2. Uitvoeren van verplichte opdrachten m.b.t. literatuur tijdens de bijeenkomsten. 3. Schriftelijke eindopdracht. Verplichte literatuur Reader behorende bij de cursus
IPA modulegids 2008-2009
120
Rekenen en wiskunde
Module : Land van Okt Periode (jaar/blok) : I.4 Specialisatie : Propedeuse Docent(en) : GD Studiebelasting (1 stp=40 uur): 1 stp (1.5 ECTS) Urenverantwoording : − aantal colleges/begeleidingsuren − voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) − voorbereiding voor evaluatie − evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie)
: 10,5 uur (7 x 1,5) : 14 uur : 14 uur : 1,5 uur
Clausule Deelname aan deze module is alleen mogelijk als R&W 1e jaarsmodule I.1 gehaald is en I.2 op zijn laatst 3e week van blok 4. Inleiding 6 + 6 = 14 Nee, ‘twaalf’. Nee! Niet ‘twaalf’en ook niet ‘veertien’ want die bestaan niet. Wel ‘Oktvier’ Tenminste, in Het Land van Okt. Hoe moeilijk het is om te leren rekenen zullen de eerstejaarsstudenten op deze manier ervaren. Het didactiek van het rekenen wordt aan de hand van een achttallig stelsel geïllustreerd. Vooral de rekenhulpmiddelen moeten de in de war geraakte studenten weer op de goede weg helpen. Van met de vingers tellen naar de abacus. Als we maar (weer) kunnen rekenen. In het Land van Okt zullen we kort stil staan bij de verschillende hulpmiddelen, ook wel denkmodellen genoemd. Beginsituatie Studenten hebben nu drie blokken stage gelopen in verschillende leerjaren, zowel in BO als KO. Hierdoor hebben de studenten een goede basis om de praktijkvoorbeelden te volgen. Het toepassen van deze kennis gebeurt in II.1. Leerinhouden • Linkage Land van Okt bereidt de studenten voor op de inhoud van Mod II.1. Verder belicht deze module het belang van Papiamento als ‘ideaal’ rekentaal. • Praktijklink Studenten krijgen een revue van de populairste rekenmiddelen, waar, wanneer en hoe ze deze in het veld moeten toepassen. IPA modulegids 2008-2009
121
Leerdoelen Kennis • De student(e) ervaart bepaalde moeilijkheden, waarmee kinderen vooral in de onderbouw van de basisschool geconfronteerd worden. • De student(e) reflecteerd op het wezen van die moeilijkheden, gezien vanuit de leerstof. • De student(e) doet vernieuwde kennismaking met het rekenen op de basisschool • De student(e) krijgt inzicht in de positionele schrijfwijze van getallen en de consequenties daarvan voor het rekenwerk. Vaardigheden • De student(e) wordt in de gelegenheid gesteld tot zelf construeren, reflecteren en uitleg te geven. • De student(e) experimenteert en doet ervaring op met het uitleggen van rekenopgaven en –oplossingen. • De student doet ervaring op met nieuwe didactische mogelijkheden van, onder meer concreet materiaal, context en denkmodel. Houding • De student(e) wordt gestimuleerd om behulpzaam samen te werken bij oplossen en uitleggen van rekenproblemen. Praktijkopdrachten n.v.t Werkvormen • Rollenspel, • Onderwijsleergesprek • Groepswerk Evaluatie Het schriftelijk tentamen zal plaatsvinden in de evaluatieweek. De leerstof die getoetst wordt is de leerstof uit genoemde literatuur en colleges. Thuisopdrachten worden niet beoordeeld, maar dragen bij als voorbereiding op het tentamen. Herkansing van deze module geschiedt in lesweek 2 van blok II.1. Verder is de 80%-regeling van kracht Let op: de eigenschap van deze cursus ligt in de mate van interactie. Reflectie op interactie beslaat een groot gedeelte van het tentamen. Terugrapportage Geschiedt in lesweek 1 van blok II.1. Literatuur • Reader Hand-outs IPA modulegids 2008-2009
122
Modulegids leerjaar 2
IPA modulegids 2008-2009
123
Studiejaar 2 - blok 1 Vak Psychologie
docent GO
pag 125
KR
129
HT LM
132 135
GE
138
Talen Papiamento
Spec. Module naam beide Sociaal Emotionele Ontwikkeling Het scheppen van een goed pedagogisch 4-8 onderwijsleerklimaat 6-12 Klassenmanagement en leerklimaat 4-8 Lesa y scirbi den ciclo 1 Voorbereidend en aanvankelijk lezen en 6-12 schrijven Beide Adkisicion y desaroyo di idioma Beide Ban papia palabra cla
LM GG
141 144
Beeldende Vorming
Beide Imagen y comunicacion
KP
146
Onderwijskunde Onderwijskunde Talen Talen
Hende y Comunidad 4-8
Wereldorientatie voor de onderbouw
AL
149
Hende y Comunidad 6-12
Vakdidaktiek voor de eerste en tweede klas
JO
152
Spiritualidad
Beide
Het gebruik van bijbelverhalen binnen Spriritualidad
MR
157
Rekenen en wiskunde
Beide Rekenen in de onderbouw
GD
160
IPA modulegids 2008-2009
124
Psychologie Module Periode Specialisatie Docent Studiebelasting Urenverantwoording
Sociaal Emotionele Ontwikkeling : II.1 : Beroepsgerichte fase , 4-8 en 6 -12 : Diana Goedhoop : 1 studiepunt (40 uur = 1,5 ECTS) : begeledingsuren : 10½ uur Voorbereiding voor bijeenkomsten : 21½ uur Voorbereiding/evaluatie eindopdracht: 8 uur
Inleiding In deze module staat het bevorderen van het sociaal-emotioneel leren (SEL) in de klas centraal. Onderwijs beperkt zich niet alleen tot cognitieve processen. Ook sociale processen (groepsprocessen, peers, interactie leerkracht-leerling enz.) en emotionele ontwikkeling bepalen zeer sterk het verloop van het onderwijsleerproces. Belangrijk is dan ook voor komende leerkrachten om hier adequaat op in te kunnen spelen. Allereerst is het van belang een veilig klimaat in de klas te kunnen creëren. Een klimaat waarin kinderen worden uitgenodigd om te leren en zich te ontwikkelen. In de tweede plaats kan de instructie op sociaal – emotionele processen worden afgestemd (afstemmingstheorie uit module cognitieve ontwikkeling). Het kunnen inspelen op individuele behoeften neemt daarbij een belangrijke plaats in. In de derde plaats is het zaak om binnen de verschillende lessen aandacht te kunnen schenken aan sociale- en emotionele processen als wezenlijk onderdeel van het dagelijks leven in onze (wereld)samenleving. Beginsituatie De studenten hebben in het eerste leerjaar al kennis gemaakt met de algemene ontwikkelingspsychologie en persoonlijkheidsleer. Ook de sociale en emotionele ontwikkeling zijn daar kort aan de orde geweest. In het eerste jaar hebben de studenten ook geleerd te reflecteren op hun eigen gedrag en op hun eigen ontwikkeling. In de praktijkklas zijn de studenten geconfronteerd met het belang van het helpen stimuleren en begeleiden van de sociaal –emotionele ontwikkeling. Aangezien pas de laatste jaren wereldwijd het belang wordt ingezien van stimulering van de sociaal-emotionele ontwikkeling binnen het onderwijsprogramma, hebben de studenten relatief weinig kennis hierover. Leerinhouden • gedragsproblemen en sociaal-emotionele ontwikkeling • sociale – en emotionele vaardigheden • beloning- en complimentensysteem • emotionele intelligentie IPA modulegids 2008-2009
125
• • • •
ervaringsgerichte dialoog omgaan met verdriet, verwerking van emoties sociaal-emotioneel spel sociaal-emotionele leerdoelen
Linkage Met deze module over de sociale en emotionele ontwikkeling gaan we in het 1e blok van het tweede leerjaar in op het thema ’Visies op ontwikkeling’. In blok 2 wordt het thema vervolgd met de module cognitieve ontwikkeling. De module sluit nauw aan bij de modules van het eerste leerjaar die betrekking hadden op de algemene ontwikkeling en de persoonlijkheidsontwikkeling. In deze module wordt bij specialisatie 4-8 jarigen samengewerkt met het vak Scienca Social. Bij Scienca Social zullen de studenten gebruik maken van de sociale- en emotionele ontwikkelingstheorieën en vaardigheden die de module aanbiedt, om samen met het kind in een emotioneel vrije klassensfeer de buurt, de omgeving te verkennen. Praktijklink De studenten staan stil bij hun eigen emotionele ontwikkeling en krijgen de kans te werken aan verwerking van eigen sociaal- emotionele problemen. In de praktijkklas wordt d.m.v. spel en het geven van positieve feedback een sfeer gecreeerd waarin de leerlingen in de klas zich vrij voelen en zich leren uiten op sociaal en emotioneelgebied.
Leerdoelen Kennisdoelen Aan het eind van deze module: • kan de student het verschil tussen en de samenhang met de cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling aangeven • kan de student het verloop van de sociaal-emotionele ontwikkeling bij kinderen van 4-12 jarigen aangeven • kan de student zijn/haar eigen sociaal-emotionele ontwikkeling bespreekbaar maken • kan de student het belang aangeven van een optimale sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind voor het onderwijsproces en het individuele leerproces en kan de student punten opnoemen om die te stimuleren in de klas • kent en herkent de student sociale processen in een klas (inclusief eigen klas op het IPA) Vaardigheidsdoelen Aan het eind van deze module: • kan de student empatisch reageren op verschillende emoties bij kinderen: • kan de student reflecteren op zijn eigen gedrag en op dat van anderen en kan in dat laatste geval anderen daarover op een goede manier feedback geven: • kan de student de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen in de praktijkklas stimuleren en begeleiden d.m.v. een complimenten- en beloningssysteem of een zelf gemaakt spel en het werken aan een ervaringsgerichte houding in de klas. IPA modulegids 2008-2009
126
Houdingsdoelen Aan het eind van deze module • is de student bereid een sociaal emotioneel klimaat in de klas te scheppen waarin de leerling zich emotioneel vrij voelt • is de student in staat empatisch gedrag te vertonen, zowel in de klas op het IPA als in de praktijk klas • is de student bereid stil te staan bij de eigen sociaal-emotionele ontwikkeling en die te verbeteren Praktijkopdrachten Blok II.1 specialisatie 4-8 en 6-12 • Ga samen met je duo (en mentor) in de praktijkklas na hoe je een sfeer kan scheppen waarin de lln. zich sociaal en emotioneel vrij(er) kunnen voelen en voer de gekozen werkwijze uit gedurende de stageperiode. • Ontwerp met je duo een gezelschapsspel waarin sociaal-emotionele aspecten naar voren komen. Voer dit spel uit in je stageklas Werkvormen Er wordt zowel individueel als in groepen van maximaal 4 studenten gewerkt. In deze module worden theoretische concepten en uitgangspunten verwerkt door middel van opdrachten. Er wordt ook gevraagd te reflecteren op eigen gedrag en ontwikkeling. Van de student wordt veel eigen inbreng verwacht tijdens de bijeenkomsten. Ook werkvormen als presentaties, verslagen, instructie en informatie van de docent worden gehanteerd. Evaluatie • 80% aanwezigheid • voldoen aan thuisopdrachten • voldoende participatie tijdens de bijeenkomsten • bijhouden logboek sociaal-emotionele leerdoelen • sociaal- emotioneel verbeteringssysteem • ontwikkeling spel en verslaglegging
Literatuur Reader sociaal-emotionele ontwikkeling - Beemen van L., 2001, Ontwikkelingspsychologie, Wolters-Noordhoff, Groningen, Sociale cognitie en sociaal gedrag blz. 203-223, Sekserollen blz. 225-241, School en peergroep blz. 261-276 - Faber S. & Steenstra H., 1995, Wat doen we eraan? Gedragsproblemen en sociaal- emotionele ontwikkeling bij 4-12 jarigen, Intro, Baarn, Begripsafbakening blz. 19-32, Sociale vaardigheden blz. 33-44, Leren probleem oplossen blz. 59-76 - Ferre Laevers, Peter van Sanden, 1992, Basisboek voor een ervaringsgerichte kleuterpraktijk, reeks kleuteronderwijs, nr. 1, centrum voor ervaringsgericht onderwijs v.z.w., Leuven, De ervaringsgerichte houding en dialoog, blz. 89 119 IPA modulegids 2008-2009 127
-
Janssen H.(ed), 1999, Gedrag- en werkhoudingproblemen & zorgverbreding, Son-opleidingen, Eindhoven, Kinderen met verdriet blz. 285-294 & Programma’s voor sociaal- emotionele vorming, blz. 313-324 Wonders A. & Wouters M., 2001, Omgaan met verdriet. Levensbeschouwelijke vorming, Fonty’s, Pabo Eindhoven
IPA modulegids 2008-2009
128
Onderwijskunde 4-8 Module
“Het scheppen van een goed pedagogisch onderwijsleerklimaat” Onderdeel : Algemene Didactiek 4-8 Periode (jaar/blok) : Blok ll.1 Specialisatie : 4-8 Docent(en) : Glenda Krozendijk (ontwikkeld door Lilian Felter) Studiebelasting in ECTS : (1 stp= 1.5 ECTS) Urenverantwoording : aantal colleges/ begeleidingsuren 9 uur voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) 17 uur voorbereiding voor evaluatie 12 uur evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie) 2 uur
Inleiding Het op gang brengen en onderhouden van leerprocessen eist van leerkrachten dat zij een aantal essentiële vaardigheden beheersen. In eerste instantie liggen die vooral op het gebied van het scheppen van een veilig en stimulerend leerklimaat in de klas. Een leerkracht moet ervoor zorgen dat kinderen zich individueel, maar ook als groep, optimaal kunnen ontwikkelen. In deze optiek noemen we de leerkracht ook wel de ‘manager’ van de klas. De principes van Basisontwikkeling bieden richtlijnen voor de manier waarop je de klas kan managen. In deze module zullen de uitgangspunten van Basisontwikkeling daarom centraal staan. Welke activiteiten kun je aanbieden? Op welke manier biedt je dat aan? Wat is de rol van de leerkracht en wat zijn de voorwaarden waaraan de les moet voldoen? Hoe bereid je jezelf voor op een les? Hoe bepaal je de beginsituatie van leerlingen en wat is de zone van naaste ontwikkeling? Deze vragen komen in deze module aan de orde. Beginsituatie De studenten hebben in het eerste jaar kennis gemaakt met de verschillende didactische termen en hebben zich met name verdiept in het beschrijven van een beginsituatie met daaraan gekoppelde onderwijsdoelen. Verder hebben ze zich in het vorige blok (I.4) verdiept in de beschrijving van een speciaal kind, en hebben ze in blok I.3 stilgestaan bij de beschrijving van een kind met gedragsproblemen in de klas. Tenslotte kennen de studenten de doelen uit het schema basisontwikkeling. Leerinhouden
IPA modulegids 2008-2009
129
Linkage • aansluiting met andere modules binnen en buiten het vakgebied Deze module sluit aan bij de module Psychologie namelijk “ Het zelf.” • Praktijklink In deze module waar de uitgangspunten van Basisontwikkeling centraal staan worden de praktijkactiviteiten daarom heen besproken, de manier waarop, de wijze van aanbieding etc. De rol van de leerkracht en wat de voorwaarden zijn waaraan de les moet voldoen ? Hoe bereid je jezelf voor op een les? Hoe bepaal je de beginsituatie van leerlingen en wat is de zone van naaste ontwikkeling? Deze vragen komen in deze module aan de orde.
Leerdoelen Kennisdoelen Aan het eind van deze module: • is de student zich bewust van het belang van het scheppen van een goed leerklimaat; • beschikt de student over kennis en vaardigheden omtrent het klassenmanagement effectief te realiseren; • kan de student de relatie leggen tussen de doelen uit het schema basisontwikkeling en een goed leerklimaat; • kan de student de kenmerken van een goed leerklimaat beschrijven; • kan de student enkele technieken van effectief klassenmanagement uitleggen. Vaardigheidsdoelen Aan het eind van deze module: • kan de student een eigen mening verwoorden over wat een goed pedagogisch onderwijsleerklimaat is in relatie tot basisontwikkeling . • kan de student op basis van deze module argumenten bekleden ten aanzien van een goed leerklimaat. Houdingsdoelen • Kan de student standpunten innemen omtrent een goed pedagogisch klimaat en deze onderbouwen met argumenten. • kan de student op basis van keuzes gevolgen trekken voor haar/zijn gedrag.
Praktijkopdrachten Geen extra specifieke praktijkopdrachten . Werkvormen De bijeenkomst bereid je voor door literatuur te bestuderen of door opdrachten te maken. De opdrachten worden tijdens de bijeenkomsten gebruikt. Uitwisseling van ervaringen en vergelijking van materiaal staat centraal. Tijdens de bijeenkomsten zullen verschillende werkvormen (groepswerk, discussies, opdrachtvormen, spelvormen enzovoort) gehanteerd worden. Van de studenten wordt een eigen inbreng verwacht. De vorm, en voor een deel de inhoud, kun je dus mede zelf bepalen.
IPA modulegids 2008-2009
130
Evaluatie • 80% aanwezigheid • thuisopdrachten • tentamen
Literatuur • Jansen-Vos, F. (1997) Basisontwikkeling in de onderbouw, Assen: Van Gorcum • eventueel nog uit te reiken artikelen (meest recente)
IPA modulegids 2008-2009
131
Onderwijskunde 6-12 Module Blok: Vak: Specialisatie: Docent: Studiebelasting:
Klassenmanagement en leerklimaat II.1 Pedagogiek 6-12 Chela Hato (ontwikkeld door Drs. Emy Maduro) 1 punt (40 uur) Contacturen: 7 keer 1,5 = 10,5 u Toets: 3 uur Opdrachten: 12 uur Literatuurstudie: 14,5 uur
Inleiding Het op gang brengen en onderhouden van leerprocessen eist van leerkrachten dat zij een aantal essentiële vaardigheden beheersen. In eerste instantie liggen die vooral op het gebied van het scheppen van een veilig en stimulerend leerklimaat in een klas. Een leerkracht dient te beschikken over een repertoire aan middelen om zowel individuele kinderen als een groep leerlingen als geheel te ‘sturen’ op een wijze die een veilig leerklimaat in stand houdt. In deze optiek noemen we de leerkracht ook een ‘manager’ van de klas. Middelen die bij het klassemanagement ingezet worden liggen op het gebied van preventie en intreventie. Met preventie gaat het niet alleen om het scheppen van een veilig leerklimaat maar ook om de beheersing van de vaardigheid om een les goed te structureren en organiseren in al haar facetten. Een onvoldoende doordachte les kan als het ware ordeproblemen provoceren die vragen om ingrijpen van de leerkracht: interventie. De vaardigheden die in deze module verworven dienen te worden hebben vanzelfsprekend sterk te maken met de eigen opvattingen van de student over wat er onder een veilig leerklimaat verstaan wordt, en over hoe en op welk moment van preventieve, dan wel interventiemiddelen gebruik moet worden gemaakt. Leerinhouden - uitleg van het begrip klassemanagement - het herkennen van klassesituaties die vragen om managementhandelingen - verkennen van preventieve en interventieve maatregelen - het stilstaan bij het eigen gedragspatroon en de effecten die dit kan hebben op een klas - het leren formuleren van correcte en duidelijke boodschappen naar leerlingen toe IPA modulegids 2008-2009
132
Linkage Binnen het vakgebied heeft deze module aansluiting op: • 2.2. Het kiezen van didactische werkvormen en • 2.3 Evaluatievormen Praktijklink Bij het lesgeven heeft de student steeds een andere klas in een andere regio. Dit brengt met zich mee dat de groepen verschillend zijn. De student krijgt in deze module de nodige elementen om in te kunnen spelen op de behoeftes en noodzaken van verschillende groepen. Er wordt ingegaan op zaken zoals de balans tussen vrijheid en sturing die voor een bepaalde groep de optimale combinatie is. Praktijkopdrachten Twee lesuren observeren van de stagementor en een kor verslag hiervan te maken aan de hand van ingrepen die te maken hebben met klassemanagement. Deze observaties dienen teruggekoppeld te worden aan de literatuur. Beginsituatie De studenten hebben in het eerste jaar kennis gemaakt met de verschillende didactische termen en hebben zich met name verdiept in het beschrijven van een gedegen beginsituatie met daaraan gekoppelde onderwijsdoelen. Verder hebben ze zich in het vorige blok (I.4) verdiept in de beschrijving van een speciaal kind, en hebben ze in blok I.3 stilgestaan bij de beschrijving van een kind met gedragsproblemen in de klas. Algemene doelen Aan het eind van de module: - Is de student zich bewust van het belang van het scheppen van een goed leerklimaat - Beschikt de student over kennis en vaardigheden om het klassemanagement effectief te realiseren. Specifieke doelen Kennisdoelen - De student kan de relatie leggen tussen de doelen uit het schema basisontwikkeling en een goed leerklimaat. - De student kan de kenmerken van een goed leerklimaat beschrijven. - De student kan enkele technieken van effectief klassemanagement uitleggen. - De student kan het verschil uitleggen tussen preventieve en interventieve maatregelen. - De student kan het verschil uitleggen tussen een pedagogisch klimaat in de klas dat zich richt op coöperatie en een klimaat dat zich richt op competentie. Vaardigheidsdoelen - De student kan “ik boodschappen” formuleren. - De student kan aan de hand van casussen een aantal klassemanagement technieken toepassen. - De student kan aan de hand van een lesvoorbereiding preventieve maatregelen plannen IPA modulegids 2008-2009
133
Houdingsdoelen - De student kan de eigen mening verwoorden over wat een goed leerklimaat is en deze opvatting onderbouwen met steekhoudende argumenten. - De student kan op basis van deze argumenten gevolgen trekken voor zijn/haar gedrag. Werkwijze tijdens de lessen Tijdens de contacturen wordt er gebruik gemaakt van de eigen ervaringen en reeds aanwezige kennis van de student. Dit gebeurt aan de hand van interactievormen zoals gesprekken en discussies. Naar aanleiding hiervan wordt een korte introductie van theorie over het betreffende onderwerp gegeven, daarna wordt de opgedane kennis toegepast aan de hand van oefeningen en opdrachten. De vorm en organisatie van de lessen zal een voorbeeld zijn voor de manier waarop studenten tijdens hun stage hun eigen lessen kunnen organiseren en structureren. Evaluatie Om deze module met succes af te ronden moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: 1. 80% aanwezigheid. 2. Het uitvoeren van verplichte opdrachten die in de bijeenkomsten gegeven worden. 3. Het maken van een eindopdracht. 4. Het maken en een voldoende behalen voor de eindtoets tijdens de evaluatieweek. Gebruikte literatuur Een reader met een keuze van hoofdstukken uit relevante literatuur.
IPA modulegids 2008-2009
134
Talen 4-8 Module Periode Specialisatie Docent(en)
Lesa y Scirbi den ciclo 1/ Lezen en Schrjven in Ciclo 1
: II. 1 :4-8 : Jessica van der Linden
Studiebelasting Colleges Voorbereiding colleges Voorbereiding evaluatie Evaluatie
: 1 studiepunt = 40 uur 7 X 1.5 = 10,5 7 X2 = 14 = 7,5 =8
Inleiding Geletterdheid In het onderwijs nemen lezen en schrijven een centrale rol in. En dat is nog niet zo gek als je bedenkt dat in het dagelijks leven lezen en schrijven voortdurend een rol spelen. Allebei doe je eigenlijk overal. Geen wonder dat deze vaardigheden in het onderwijs voor elk kind van groot belang zijn. Daarom gaat deze module over “geletterdheid”, ookwel (ontluikende) beginnende geletterdheid. Beginsituatie Ontluikende (0-4) en beginnende (4-6) geletterdheid bij kinderen begint al heel vroeg. Voordat ze beginnen met leesonderwijs hebben ze spelenderwijs al heel wat kennis opgedaan over lezen en schrijven. Ze weten bijvoorbeeld al dat je woorden op kunt schrijven en dat een woord uit letters bestaat. Bij beginnende geletterdheid staat niet de leertaak centraal, maar het kind en zijn lees- en schrijfontwikkeling, uiteraard als samenhangend geheel aangeboden. Leerinhouden Linkage In de de eerstejaars module Tekstanalyse in blok 1.1 en de module Taalvaardigheid schrijvenin blok I.2 en I.3 lag de nadruk vooral op het kunnen analyseren van teksten later op het kunnen schrijven van teksten op niveau. Nadat de student heeft kunnen ervaren hoe het is om ‘weer’ te kunnen lezen en schrijven, leren ze nu hoe ze de juiste lees- en schrijfstrategieën kunnen aanbieden en blijven stimuleren. Kortom, in leerjaar twee gaat de aandacht vooral uit naar de taaldidactiek, te denken valt aan Voorbereidend en aanvankelijk lezen en Taalverwerving en Taalontwikkeling uit II.1. De module Voorbereidend en aanvankelijk lezen is tevens direct vervolg op deze module. IPA modulegids 2008-2009
135
Voor de praktijk geldt dat de student kan herkennen welke tussendoelen beginnende geletterdheid (lezen en schrijven) onderwezen worden, maar ook hoe hij/zij dit kan zelf kan toepassen en verbeteren door o.a. het aanbieden van de juiste strategieen, differentiatie, variatie en integratie. Leerdoelen Kennisdoelen • De student houdt rekening met de doelen van ontwikkelingsgericht onderwijs bij het voorbereidend lezen en schrijven. • De student is op de hoogte dat het noodzakelijk is om een leeromgeving te creëren waarin lezen en schrijven worden gestimuleerd. • De student heeft kennis genomen van het begrip tussendoelen beginnende geletterdheid. • De student is op de hoogte van de didactiek voorbereidend lezen. • De student is op de hoogte van de didactiek van voorbereidend schrijven. • De student is op de hoogte van het belang van een motivatiefase bij beginnende geletterdheid en kan een weloverwogen keuze maken van een passende activiteit. • De student weet hoe hij/ zij aan woordenschatuitbreiding moet werken tijdens het voorbereidend lezen. • De student heeft kennis van de diverse activiteiten en werkvormen die er op het gebied beginnende geletterdheid zijn. Vaardigheidsdoelen • De student kan beginnende geletterdheid zo vormgeven dat het voor het Arubaanse kind een betekenisvolle vaardigheid wordt en blijft. • De student is in staat om bij het voorbereidend lezen zinvolle activiteiten aan te bieden. • De student kan activiteiten kiezen die het lees- en schrijfproces stimuleren. • De student kan lvoorbereidend ezen en schrijven op een functionele manier benaderen en vorm geven. • De student is in staat om een leeromgeving (o.a. lees- en schrijfhoek) te creëren waarin lezen en schrijven worden gestimuleerd. • De student kan verantwoorden hoe hij aan woordenschatuitbreiding moet werken tijdens voorbereidend lezen en schrijven. • De student kan naar aanleiding van thema’s geschikte boeken en teksten selecteren die passen bij de beleving van het kind. • De student kan verantwoorde lees - en schrijfactiviteiten opzetten en uitvoeren en indien nodig daarvoor materiaal ontwikkelen. • De student is in staat de leerlingen te motiveren tot lezen en schrijven. Houdingsdoelen o De student is bereid de leerlingen te motiveren tot voorbereidend lezen en schrijven. o De student is bereid om de leerlingen verder te helpen in het lees- en schrijfproces. o De student ziet het belang in om de leerlingen geïnteresseerde lezers of schrijvers te laten worden. IPA modulegids 2008-2009
136
Praktijkopdrachten (als onderdeel van de evaluatie) Werkvormen De module bestaat uit diverse bijeenkomsten waarbij de student door middel van afwisselende activiteiten zoals samen lezen, leesopdrachten, schrijfopdrachten, zelf ontdekken van lees- en schrijfstrategieën bij jezelf, etc. en met name voorbeeldactiviteiten kennis opdoet van de theorie maar tegelijkertijd ook van voorbereidende lees- en schrijfdidactiek. Evaluatie Om in aanmerking te komen voor een studiepunt: 1. heeft de student de verschillende teksten/ artikelen uit de reader gelezen en van internet bestudeerd; 2. moet de student minstens 80% van de bijeenkomsten gevolgd hebben. krijgt de student een extra opdracht bij 50-80% aanwezigheid. moet de student module opnieuw volgen bij een aanwezigheid van minder dan 50%. 3. maakt de student een verslag van een voorbereidende leesactiviteit. Tentamenopdracht: aan het einde van de module Maakt de student zelfstandig een lessenserie aan de hand van één (1 t/m 6) van de tussendoelen beginnende geletterdheid van 4 samenhangende lessen (volgens de subdoelen): • de gekozen tussendoel moet centraal staan, verdeeld over de subdoelen. • de beginsituatie wordt in overleg vastgesteld. • kiest zelf bij de basislessen goede passende teksten/ activiteiten • maakt lesopzetten volgens het basismodel. In blok II.4: Ontwerp eveneens aansluitende stelactiviteiten (voorbereidend schrijven) waarin bovenstaande vaardigheden, teksten en/of activiteiten gebruikt worden. Laat duidelijk zijn in de aansluitende stelactiviteit hoe je voorbereidende schrijfactiviteiten kunt gebruiken. • gebruik het basismodel als uitgangspunt • de verschillende fasen van het schrijfproces zijn benoemd en uitgewerkt • een passende docenthandleiding Literatuur Reader ‘Taal in de onderbouw’ Samengesteld uit o.a. Nijmeegse Werkgroep, vierde druk, Taaldidactiek aan de Basis, WoltersNoordhoff, Groningen. Paus , Harry e.a, 2002, POR Taal, Praktische taaldidactiek voor het primair onderwijs, Coutinho, Bussum. Overzicht Tussendoelen beginnende geletterdheid www.lexicon.taalsite.nl
IPA modulegids 2008-2009
137
Talen 6-12 Module
Voorbereidend en aanvankelijk lezen en schrijven 612 in het Nederlands en Papiamento Onderdeel : Talen Docent : Cheryda Gemin Blok : II. 1 Specialisatie :4–8 Aantal bijeenkomsten : 7 Studiebelasting : 1studiepunt = 40 uur Bijeenkomsten: 7 X 1.5 = 10.5 Voorbereiding : 7X2 = 14 Literatuur en evaluatie = 15.5
Inleiding Weet je het zelf nog hoe je in de eerste klas) hebt leren lezen en spellen? Was het een openbaring of was het zwoegen? Wat kan er moeilijk zijn aan leren lezen en spellen? In groep 3 gebeurt hoe dan ook een wonder: kinderen worden geletterd. En de leerkracht mag het wonder bewerkstelligen. Of gebeurt het vanzelf? Gaan we verder waar we in op de kleuterschool gebleven waren, of nemen we alle kinderen aan het handje? Met of zonder methode? In het licht van de onderwijsvernieuwing moet er gestreefd worden naar een doorgaande lijn in het proces van voorbereidend en aanvankelijk leren lezen en schrijven. In de praktijk zullen deze twee fasen van het lees- en schrijfproces nog wel te onderscheiden zijn. Omdat het methodisch leren lezen en schrijven op de meeste basisscholen begint op de eerste schooldag van de eerste klas, moet de student op de hoogte zijn van de didactiek van het voorbereidend en aanvankelijk lezen en van de methode die voor het leren lezen en schrijven gebruikt wordt. Op de reguliere basisschool op Aruba gebruikt men de methode “Veilig Leren Lezen” en in het speciaal onderwijs “Dal Bay Numa”. Activiteiten op het gebied van voorbereidend lezen en schrijven tref je aan bij de kleutergroepen, met name bij de oudste kleuters die spoedig naar de eerste klas zullen gaan. Onze studenten zullen in ieder geval in deze module, die hen op zowel de huidige als de toekomstige situatie moet voorbereiden, met de hierboven genoemde methoden kennismaken en werken. Beginsituatie Voor de student is dit de eerste module taaldidactiek en daarom is het een extra uitdaging om het geleerde in de praktijk toe te passen. Leerdoelen Aan het eind van de module heb je de volgende doelen bereikt op het gebied van: IPA modulegids 2008-2009 138
Kennisdoelen/ vaardigheidsdoelen • Je kunt beschrijven wat (on)geletterdheid is • Je kunt de voor- en nadelen van ons schrift opnoemen • Je kunt uitleggen wat lezen en spellen, taakanalytisch gezien, precies is • Je kunt uitleggen wat de plaats van beginnende geletterdheid is binnen het leerproces van lezen en spellen • Je kunt het verschil uitleggen tussen werken op basis van de beginnende geletterdheid (ontwikkelingsgericht) en via het trainen van deelvaardigheden en voorwaarden (programmagericht) • Je kunt ook de overeenkomst hiertussen uitleggen • Je kunt in een willekeurige methode aanwijzen hoe lezen en spellen stapvoor-stap wordt aangeleerd • Je kunt alle deelvaardigheden van lezen en spellen opnoemen en beschrijven • Je kunt in gegeven activiteiten en materialen de deelvaardigheden herkennen die ermee geoefend worden • Je kent verschillen tussen de soorten methoden • Je kunt verschillen en overeenkomsten tussen een dagje ‘Veilig Leren Lezen’ en een dagje ‘Ontwikkelingsgericht leren lezen’ beschrijven • Je bent in staat uit een handleiding van een methode voor aanvankelijk lezen en spellen de juiste keuzes te maken in het voorbereiden en uitvoeren van activiteiten • Je kunt aangeven wat de problemen van Arubaanse kinderen bij lezen en spellen kunnen zijn • Je kunt met behulp van de methode activiteiten organiseren voor diverse kinderen die hulp nodig hebben bij lezen en spellen, zoals hierboven beschreven Attitudedoelen • Je hebt oog voor het wonder en de verwondering bij leren lezen en spellen; • Je bent bereid en in staat kinderen te helpen die hulp nodig hebben bij lezen en spellen; • Je bent bereid en in staat activiteiten te ontwerpen en uit te voeren om lezen en spellen functioneel en betekenisvol te maken, ook als je een methode gebruikt. Praktijopdrachten • Je kunt onder begeleiding van een ervaren leerkracht de taalonderwijsactiviteiten die bij aanvankelijk lezen en spellen horen, verrijken, uitvoeren en evalueren; • Je maakt daarbij beargumenteerd gebruik van verschillende werkvormen; • Je kunt uitdagende spel- en oefentaken voor het kind uit klas 1 en 2 voorbereiden; • Je bent in staat de leeromgeving zodanig te verrijken dat kinderen enthousiast gaan spelen, Werkvormen Presentaties van literatuur IPA modulegids 2008-2009
139
Observaties Discussies groepswerk Evaluatie Om in aanmerking te komen voor een studiepunt: 1. heeft de student zelfstandig of in groepsverband verschillende teksten/ artikelen in de reader over het onderwerp gelezen en bestudeerd. 2. heeft de student 2 (voorbeeld) lessen en de daarbijbehorende lesmateriaal in zowel het Papiamento als het Nederlands ontwikkeld en gepresenteerd. 3. heeft de student individueel een verantwoording van mininmaal 2 A4-tjes gemaakt waarin het leesproces van voorbereidend naar aanvankelijk lezen wordt beschreven. 4. krijgt de student bij een aanwezigheid van minstens 80% van de bijeenkomsten. krijgt de student een extra opdracht bij 50-80% aanwezigheid. moet de student de module opnieuw volgen bij een aanwezigheid van minder dan 50%. Literatuur Reader samengesteld uit de volgende bronnen: Huizenga,Henk ,2000, Aanvankelijk en Technisch Lezen, Wolters – Noordhoff Knijpstra Harm e.a., 1997,Met jou kan ik lezen en schrijven,Van Gorcum Paus Harry e.a, 2002. POR Taal, Praktische taaldidactiek voor het primair onderwijs, ., Coutinho Nijmeegse Werkgroep,1996, Taaldidactiek aan de Basis, Wolters-Noordhoff, laatste druk
IPA modulegids 2008-2009
140
Talen Module Adkisicion y desaroyo di idioma : 2.1 Periodo Specialisacion : 4-8 y 6-12 Docente : Jessica van der Linden - Maduro Peso di estudio : 1 punto di estudio Specificacion di peso : 40 ora Momento di contacto 7 X 1,5 = 10,5 Preparacion pa momentonan di contacto 7 X 2 = 14 Preparacion pa evaluacion = 10 Evaluacion = 5,5
Introduccion Un maestro mester sa con un hende ta desaroya como hende, pa e por guia e mucha pa kende e ta resposabel. Un caracteristica hopi particular y importante di hende ta idioma y specificamente e relacion entre idioma y pensamento. Idioma ta e liña cora entre tur e areanan di formacion na scol: sin idioma lo tabata hopi dificil pa pasa conocemento y pa guia e muchanan den desaroyo di propio opinion y idea. Pesei ta importante como maestro pa sa con un mucha ta adkiri y desaroya idioma, mirando cu esei ta un tarea grandi no solamento pa e maestro pero tambe e mayornan. Pa un maestro por traha riba e desaroyo di e mucho e mester ta bon na haltura di e teoria pero tambe e didactica di desaroyo di idioma.
Situacion inicial Den e prome aña e studiantenan a traha riba nan propio dominio di e idioma Hulandes y Papiamento. Ademas, den nan practica den scol preparatorio y den scol basico nan a observa e muchanan den uso di nan idioma y a traha cu nan den diferente actividad di idioma cu tin como meta desaroyo di habilidad di scucha y papia. Den e sigiente añanan e punto di propio dominio di idioma lo keda un punto di atencion, pero for di awor lo enfoca mas bien riba e didactica di indioma den general, pero tambe specificamente pa e idiomanan Papiamento y Hulandes, haciendo uzo di e conocemento di nan practica den scol preparatorio y scol basico.
Contenido Den e modulo lo trata e siguiente aspectonan di idioma: • Teoria tocante adkisicion di idioma materno • Teoria tocante adkisicion di di dos idioma y di idioma stranhero • E proceso di adkisicion di idioma IPA modulegids 2008-2009
141
• • • • • •
Desaroyo di intuicion tocante idioma Adkisicion di concepto / E lexico mental Nivel di uso diario y general di idioma – DAT Nivel di uso cognitivo y academico di idioma – CAT Proceso di interaccion y comunicacion Didactica di desaroyo di idioma
Link cu practica y curriculo di IPA E modulo aki ta e base pa tur otro modulo di didactica di idioma y cu e conocemento adkiri por traha riba e otro aspectonan di didactica di idioma manera lesamento y skribimento inicial (II.1) y avansa (II.3 – II.4), multilingualismo (III.1) y familiarisacion (III.2). E contenido no ta limita su mes na e area di formacion di idioma so, pero tambe ta forma base pa desaroyo di pensamento y logica den por ehempel ‘kleuterwiskunde’ y ‘wereldorientatie’. Meta E studiante Conocemento
• • • • • •
tin conocemento di e teorianan tocante desaroyo di idioma y di habla. tin conocemento di e proceso di adkisicion di idioma. tin conocemento di e diferencia entre adkisicion di idioma materno, di un di dos idioma y di un idioma stranhero. tin conocemento di e liña di desaroyo di idioma. tin conocemento di e diferente formanan y actividad cu tin pa desaroya e abilidad scucha y papia tin conocemento di liña di siñamento pa idioma
Abilidad
• • •
•
sa con e por y mester tene cuenta cu e diferencianan ei. sa con e mester stimula desaroyo di idioma y di habla cerca e mucha. ta conciente di e diferencia entre DAT y CAT y por traha riba amplicacion di vocabulario segun e liña di desaroyo di idioma. sa con e mester stimula e mucha pa desaroyo CAT den su propio idioma y den e otro idiomanan relevante den scol.
Actitud
• •
•
Ta na altura cu ta importante pa traha riba desaroyo di idioma Sa cu ta relevante pa tin liña di siñamento pa idioma y pa traha pa alcansa e metanan concientemente. sa cu e mester traha conciente na e desaroyo di idioma na unda el lo crea suficiente espacio stimulante pa e mucha desaroyo e abilidad di scucha y papia den su idioma materno, pero tambe e otro idiomanan relevante den scol.
IPA modulegids 2008-2009
142
Meta di practica den scol preparatorio y scol basico E studiante • por reconoce con e maestro ta traha na e desaroyo di idioma • por reconoce cu e maestro ta traha na ampliacion di vocabulario • por duna un les cu e meta pa amplia vocabulario na unda e ta tene cuenta cu DAT/CAT • Por crea un ambiente stimulante den tur les di idioma cu e meta pa desaroyo e abilidad di scucha y papia Forma di traha • Presentacion di e aspectonan teoretico • Tarea pa traha individualmente of den grupo • Discusion • Estudio di literatura Evaluacion Na final di e modulo aki, e studiante • mester ta presente durante 80% di e encuentronan. • A traha riba tarea den clas of na cas y tin tur hunto compila den un map. • Ta traha un relato di un les duna na bo scol di practica, dor di bo mentor, tocante ampliacion di vocabulario den les di idoma. Tambe bo ta duna bo propio opinion di e les na unda bo ta conclui si e mentor a traha riba ampliacion di vocabulario y e manera cu el a trata esaki durante e les. Corda riba un bon structura di e relato. • Presenta un les y entrega cuater les den duo, cu e meta pa amplia e vocabulario, cu ta trata e nivel di uso diario y general como tambe e nivel di uso cognitivo y academico di idioma segun e ‘ viertakt’ . Literatura • Bacchini, S. Dekkers, e.a., 2002, Portaal, praktische taaldidactiek voor het primair onderwijs, Bussum, Coutinho • Bodde-Alderlieste, M, H. Paus , e.a., 2002, Driemaal taal, Groningen, WoltersNoordhoff
• •
Nijmeegse werkgroep, 1992, Taaldidactiek aan de basis, Groningen, Wolters Noordhoff Verhallen, M en S. Verhallen, 2001, Woorden leren woorden onderwijzen, Hoevelaken, CPS
IPA modulegids 2008-2009
143
Papiamento Modulo Ban papia palabra cla : 2.1 Periodo (aña/blok) Specialisacion : tur Docente(nan) : Gregory Goedgedrag Peso di estudio (1 stp= 40 u) : 1 punto di estudio Specificacion di peso : 40 ora Momento di contacto 7 X 1,5 = 10,5 Tarea di cada siman 7 X 1,5 = 10,5 Preparacion pa evaluacion 9 Literatura = 10 Evaluacion = 5,5
Introduccion Den e modulo aki nos ta sigui traha riba algun aspecto mas di Papiamento y riba dominio di e idioma aki. Importante ta, pa nos siña usa nos idioma na un manera conciente: E reglanan no t’ei por nada; nos mester siña nan y usa nan.
Situacion inicial Despues di dos modulo di Papiamento, esta “Introduccion den nos idioma Papiamento” y “Hunga cu bo idioma … y desaroy’e!”, e studiante ta basta conciente di e balor di desaroyo di idioma materno. Si tur cos ta bon, su propio dominio di Papiamento tambe ta miho cu na cuminsamento di e aña aki.
Meta Na final di e modulo aki e studiante ta sinti su mes mas sigur ora di expresa su mes na Papiamento y e sa kico ta bon y mal uzo di Papiamento.
Meta cognitivo Na final di e modulo aki e studiante mester tin: • un conocemento y dominio mas grandi di e caracteristicanan gramatical y stilistico di Papiamento • un conocemento y dominio mas grandi di e reglanan di e ortografia Arubiano • un vocabulario mas grandi • un cantidad palabra di buki pa mucha y hoben lesa y analisa • conocemento di e principionan di didactica di idioma materno y di di dos idioma • e studiante por haci distincion entre diferente tipo di texto y texto pa mucha, hoben y hende grandi • e studiante por skirbi texto na nivel academico teniendo cuenta cu e reglanan gramatical, ortografico y stilistico cu a trata den e diferente modulonan anterior y esun actual IPA modulegids 2008-2009
144
Meta di habilidad Na final di e modulo aki e studiante mester tin: • un habilidad mas grandi di papia y skirbi bon Papiamento • un dominio basta grandi di e tecnicanan di conta, lesa y presenta storia y poesia/rima/verso, specialmente pa mucha • habilidad pa organisa un les simpel di y na Papiamento
Meta di actitud Na final di e modulo aki e studiante • ta autocritico en cuanto su propio uzo di Papiamento • ta conciente di e ehempel cu e por duna cu uzo di bon Papiamento • ta dispuesto pa yuda otro pa yega na bon uzo di Papiamento. • ta aprecia uzo stilistico di Papiamento y di idioma en general
Contenido • Gramatica • Stilistica • Ortografia • Ampliacion di vocabulario • Ehercicio di scuchamento, papiamento, lesamento y skirbimento di texto di diferente genero y di diferente sorto • Ehercicio di contamento di storia, presentamento di storia, verso/rima/poesia • Didactica di idioma materno • Didactica di di dos idioma • Desaroyo di les na y di Papiamento
Forma di traha durante e modulo Naturalmente un parti substancial di e modulo aki ta consisti di teoria y discusion tocante e teoria ei. Lo tin hopi splicacion di parti di e docente, pero tambe hopi trabou practico di parti di e studiante, tanto na cas, como den e lesnan y den practica. Lo traha hopi den grupo. Participacion activo di e studiante y un bon preparacion na cas ta hopi importante.
Evaluacion • • •
Presencia 80% Ta entrega un di dos set di 5 buki lesa y analisa segun formato. Trabou individual. Ta entrega un ensayo final relaciona cu un of mas aspecto cu a bin dilanti den e modulo aki. Trabou individual. Largura: minimo 2 pagina Tipo di letter: Arial 11
Literatura • • •
Reader “Ban papia palabra cla” (IPA/JLP) Tur material parti den les Un bon diccionario IPA modulegids 2008-2009
145
Beeldende Vorming Modulo Periodo: Specialisacion: Docente:
Imagen y comunicacion II-1 4-8 / 6-12 Stan Kuiperi
Peso di estudio: Ora di estudio: Encuentronan: Tareanan semanal: Evaluacion:
1 punto 40 ora (7 encuentro) - 7 x 1,5 = 10,5 - 7 x 3,5 = 24,5 = 5
Introduccion Nos mundo actual mas y mas ta birando un mundo visual. Creacion y uso di imagen a bira un industria global, y su influencia ta domina nos bida diario completamente den forma di recreacion (TV, cinema, video), propaganda (anuncionan visual), educacion (computer, internet) y diseño (diseño funcional: Moda, arquitectura, etc.). Pa e futuro generacionnan sobrevivi den e situacion aki, nan mester por observa, analisa, comprende, y reacciona adecuadamente riba e mundo visual. Arte y educacion di arte visual, podiser mas cu tur otro materia, ta specialisa pa guia y prepara e futuro generacionnan optimalmente pa nan por prospera den e mundo visual. E maestro den enseñansa tin un tarea hopi importante di hasi e alumno consiente di esaki y duna e guia necesario pa medio di e.o. educacion di arte. Situacion inicial Studiantenan tin dos modulo basico tras di lomba. Cu e conosemento y e habilidadnan tecnico y creativo cu ela desaroya, e studiante lo sigi pa un un otro fase mas lew den e di dos aña. Awor e lo aplica locual ela siña pa realisa tareanan mas specifico y crea obranan cu por demostra su habilidadnan creativo, tecnico y didactico. Studiantenan ta confronta diariamente cu e mundo visual, y consiente of inconsientemente ta participa activamente den e comunicacion visual global.
Contenido - Tratamento di nos mundo visual: Visual Culture - Comunicacion pa medio di imagennan visual - E relacion historico/dinamico entre imagen y texto - E imagen propio di e studiante: Creacion y manipulacion - E uso actual di imagen den comunidad y den educacion.
IPA modulegids 2008-2009
146
Linkage Por link e module aki, cu ta enfoca mas tanto riba comunicacion pa medio di imagen ( y como consecuencia: educacion pa medio di imagen), cu e otro materianan di Arte, den cual tambe ta trata e auto-imagen di e studiante. Ademas por link cu e area Formacion personal, caminda e aspecto di auto-imagen, auto-estima, etc. ta bin dilanti. Por ultimo e aspecto pedagogico (cua imagen e studiante kier proyecta como futuro maestro?) ta duna oportunidad pa linkage. Un link importante ta cu e uso diverso di imagennan visual den comunidad.
Linkage cu practica Banda di e situacion di estudio propio di e studiante (IPA), e aspecto di comunicacion visual ta existi na manera hopi cla den practica tambe. E studiante por aplica tur conosemento di e modulo aki directamente riba e scol y situacion di practica. Pues e scol di practica tambe ta bira un obheto di investigacion relaciona cu e uso di imagen den enseñansa. A base di tareanan di observacion y investigacion concreto e studiante por studia e presencia y influencia di e imagen den un contexto di enseñansa hopi specifico.
Metanan Metanan di conosemento Na final di e modulo e studiante - tin conosemento basico di e mecanismonan di comunicacion visual (Visual Culture) den comunidad - tin conosemento basico di e funcion di comunicacion visual den enseñansa - tin conosemento basico di e material y tecnicanan necesario pa crea y usa comunicacion visual ampliamente den enseñansa. Metanan di habilidad Na final di e modulo e studiante a desaroya habilidad pa: Creativo 1. - Conceptualisa y crea imagennan propio nobo Tecnico 2. - Scohe material y tecnicanan adecua pa metanan visual specifico 3. - Utilisa medionan pa creacion imaginario efectivamente Reflectivo 4. - Observa, analisa, y interpreta aspectonan di e cultura y comunicacion visual Metanan di actitud Na final di e modulo e studiante: 5. Ta dispuesto pa considera positivamente e funcion personal y social di arte y di educacion di arte 6. Ta dispuesto pa haña y duna educacion di arte na manera positivo y optimal. 7. Ta habri pa e implicacionnan di cultura y comunicacion visual den comunidad y den enseñansa. IPA modulegids 2008-2009
147
Tareanan pa practica A base di tareanan di observacion y investigacion concreto e studiante por studia e presencia y influencia di e imagen den un contexto di enseñansa hopi specifico. Den practica e studiante tin como tarea observacion di imagennan den e medio ambiente educativo di e alumno: - Cua imagen e scol ta proyecta? - Cua imagen e local ta proyecta? - Cua imagen e maestro ta proyecta? - Cua imagennan ta rondona e alumno? E studiante ta registra esaki digitalmente y ta traha un raport por escrito. Lo trata e resultadonan durante un encuentro. Formanan di traha - Tratamento teoretico di e tema - Tratamento practico di e tema: Presentacion y ehersicionan clasical - Observacion, evaluacion y discusionnan clasical/individual externo - Tareanan semanal individual - Investigacion, registracion y compilacion di material (portfolio) Evaluacion Na final di e modulo e studiante a cumpli cu: - 80% di atendencia - Tur tarea visual na nivel satisfactorio - Tur excursion/investigacion externo na nivel satisfactorio - Participacion general activo y positivo - Tarea di practica - Compilacion y entrega di portfolio segun indicacionnan - Examen/tarea final. Material - Multomap/plastic insteekvellen - Material diverso. Literatura - Schasfoort, Ben, 1999. “Beeldonderwijs en Didactiek”, W-Noordhoff , Ned. - Mirzoeff, Nicholas, 2002. “The Visual Culture Reader, Routledge, USA. - Literatura diverso.
IPA modulegids 2008-2009
148
Hende y Comunidad 4-8 Module Wereldoriëntatie voor de onderbouw Periode (jaar/blok) : II-1 Specialisatie : 4-8 Docent(en) : Luc Alofs Studiebelasting (1 stp= 40 u) : Urenverantwoording : - aantal colleges/ begeleidingsuren 10.5 uur - voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) 18 uur - voorbereiding voor evaluatie 12 uur - evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie) 1.5 uur
Inleiding Deze module is een inleiding op het vormingsgebied Estudio Social voor de onderbouw. Aan de hand van een verkenning van dit vormingsgebied, bekwamen we ons in de uitgangspunten en didactiek op basis van het ontwikkelingsgericht onderwijs. Beginsituatie De studenten bevinden zich aan het begin van de beroepsgerichte fase voor de opleiding tot docent 4-8. In het propedeuse jaar hebben zij kennis gemaakt met het vormingsgebied Estudio Social en met de uitgangspunten van Basisontwikkeling. Leerinhouden • Linkage (aansluiting met andere modules binnen en buiten het vakgebied) In Peda-modules II.1 wordt het thema Basisontwikkeling aangeboden (Felter), terwijl in module Psychologie (Goedhoop) de cognitieve (en sociaal-emotionele) ontwikkeling van de leerling in leeftijd 4-8 wordt bekeken. Deze modules sluiten inhoudelijke op elkaar aan. We hebben gezamenlijke opbouw en cursusmomenten. • Praktijklink (aansluiting met de praktijk) De module wordt afgesloten met het ontwerpen van korte lessuggesties. Een van deze suggesties wordt in de schoolpraktijk uitgevoerd. Leerdoelen • De student is in staat om het domein, de uitgangspunten en de werkwijze van het vormingsgebied Estudio Social (ook: ES of wereldoriëntatie) te benoemen. • De student is in staat om ES lesactiviteiten te ontwerpen en aan te bieden. • De student is in staat en bereid om spel van de leerlingen en dialoog met de leerling te nemen als uitgangspunt van het ES-onderwijs. Kennisdoelen IPA modulegids 2008-2009
149
-
de student kan de kenmerken van het vormingsgebied ES benoemen. de student kan de belangrijkste didactische werkvormen van methode ‘Idee’ benoemen en verdedigen. de student kan het belang van spel en dialoog met het kind benoemen en verdedigen. de student kan relevante ontwikkelingskenmerken van 4-6 jarigen opnoemen.
Vaardigheidsdoelen • de student kan ES-activiteiten ontwerpen op basis van de methode ‘Idee’ • de student beheerst de belangrijkste werkvormen voor het vormingsgebied ES. • de student is in staat om dialogiserend instructie en begeleiding te geven aan een leerling in de onderbouw. • de student is in staat ES-activiteiten aan te bieden en daarop te reflecteren aan de hand van het ALACT-model. Houdingsdoelen • de student neemt de leefwereld en de ontwikkelingsfase van de leerling als startpunt van het ES-onderwijs. de student benadert de leerling op basis van spelelementen en dialogiserend onderwijs.
Praktijkopdrachten De student voert tenminste 1 zelfontworpen ES-activiteit uit gedurende de stageperiode en reflecteert daarop aan de hand van een ALACT. Aan de hand van de reflectie wordt de ES-activiteit vastgelegd in een ES-lessuggestie. Werkvormen In deze cursus wisselen we praktische en theoretische activiteiten af. In week 1 en 2 bekijken we het vormingsgebied ES en de specifieke ontwikkelingsdoelen. Gedurende week 3 t/m 5 bekwamen we ons in de didactiek van het ontwerpen van ESactiviteiten. In week 6 bekwamen we ons in het dialogiserend aanbieden van ESactiviteiten aan de kleine kleuter. Daarna ronden we de module af. Evaluatie • 80% aanwezigheid aan de bijeenkomsten • voldoende voorbereiding op en actieve deelname aan de bijeenkomsten • voldoende beoordeling voor het tentamen • voldoende beoordeling van de eindopdracht (2 uitgewerkte lessuggesties) • voldoende beoordeling van één uitgevoerde ES-activiteit met bij ALACTmodel (zie Praktijkopdrachten) Literatuur • Jan Jansen (red.) – ‘Idee’
Opzet per bijeenkomst (onder voorbehoud): Verkenning Week 1: Estudio Social, een eerste verkenning. IPA modulegids 2008-2009
150
Week 2: Estudio Social, goed ‘Idee’: uitgangspunten Huiswerk: Jansen e.a. ‘Idee’, hfst 1-4. Bekwaming Week 3: Het maken van een lessuggestie Huiswerk: Jansen e.a. ‘Idee’ hfst 4-7 Naar de praktijk Week 4-6: Ontwerpen en aanbieden van lessuggesties Huiswerk: Idee, ‘lessuggesties’. Week 6-7: En nu van de praktijk terug naar de theorie. Huiswerk: Idee hfst 8.
IPA modulegids 2008-2009
151
Estudio Social 6-12 Module Vakdidaktiek voor de eerste en tweede klas periode : Blok 2.1 specialisatie : 6-12 docent : Kees de Jong studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur = 1.5 ECTS urenverantwoording : - aantal colleges / begeleidingsuren: 10.5 uur - voorbereiding voor bijeenkomsten: 21 uur - voorbereiding voor evaluatie: 7 uur - evaluatie: 1.5 uur Inleiding In deze modulen richten we ons op de eerste en tweede klas van het basisonderwijs. Wat kunnen we de leerlingen in deze twee jaar aanbieden binnen het vormingsgebied hende y comunidad? In deze twee leerjaren staan de vakken aardrijkskunde en geschiedenis niet op het rooster. Indien er aandacht besteed wordt aan zaakvakken wordt dit meestal aangeboden onder de noemer van wereldoriëntatie. In de praktijk blijken de scholen en de leerkrachten hier vaak een eigen interpretatie aan te geven. De onderwerpen die gekozen worden liggen soms op het terrein van de persoonlijke vorming en soms meer in de richting van kdn. In deze module bekijken we welke onderwerpen binnen ons vormingsgebied vallen en welke van deze geschikt zijn om te behandelen in de eerste en tweede klas. Na een inventarisatie van het gevonden materiaal bekijken we welke thema’s passen binnen de belevingswereld van het op Aruba wonende kind en hoe we thema’s kunnen bewerken zodat ze aansluiten bij de omgeving en deze belevingswereld. Vervolgens proberen we bij de onderwerpen geschikte werkvormen te vinden om de onderwerpen in de klas aan te bieden. Het is de bedoeling dat je de theoretische en praktische kennis direct probeert toe te passen gedurende de stage van blok 2.1 en 2.2.
Beginsituatie Deze module is de eerste module vakdidactiek voor het vak Hende y Comunidad. De student heeft nog weinig praktische ervaring en beschikt over weinig tot geen kennis met betrekking tot een aantal vakspecifieke didactische uitgangspunten. Dit geldt ook voor het toepassen van werkvormen binnen het vormingsgebied. Met het gebruik van de leefomgeving van het kind als bron binnen het vormingsgebied heeft de student ook nog geen ervaring. Voorts dient de student in deze module voor het eerst binnen het vormingsgebied de transfer te maken naar de praktijk. De student beschik wel over basiskennis en vaardigheden met betrekking tot het maken van een lesopzet. Ook heeft de student in de praktijk de eerste ervaring opgedaan met betrekking tot de algemene beginsituatie en gehanteerde werkvormen binnen het basisonderwijs. IPA modulegids 2008-2009
152
Leerinhouden • ‘Wereldoriëntatie’ binnen de schoolpraktijk. Bestaande methoden als bron van informatie. De omgeving en leefwereld van het kind. Zelf werken. Toepassen van didactische werkvormen. • Linkage: module sluit aan de algemene pedagogische en didactische modulen aangeboden in leerjaar 1. • Praktijklink: studenten lopen stage in de eerste of tweede klas van het basisonderwijs. De studenten dienen de opgedane kennis en vaardigheden uit te voeren op de stageschool.
Leerdoelen - kennisdoelen: • De student kan de praktijk met betrekking tot ‘wereldoriëntatie’ in leerjaar één en twee beschrijven. • De student kan de in eigen woorden de omgeving en leefwereld van het kind in de eerste en tweede klas omschrijven. • De student kan het verschil tussen verschillende didactische werkvormen uitleggen. • De student kan de relatie uitleggen tussen de vakdidactiek en specifieke werkvormen. - vaardigheidsdoelen: • De student kan informatie beoordelen en selecteren op bruikbaarheid. • De student kan ideeën opgedaan uit bestaande methoden meenemen bij het ontwikkelen van lessen voor klas één en twee. • De student kan binnen een thema gebruik maken van de omgeving en leefwereld van de leerling. • De student kan werkvormen selecteren die geschikt zijn voor het vormingsgebied. • De student kan vakspecifieke werkvormen toepassen binnen een uitgewerkt thema of les. • De student kan reflecteren op het werk van zijn medestudenten. - houdingsdoelen: • De student heeft een kritische houding t.a.v. een bestaande methode. • De student staat open voor de feedback van zijn medestudenten.
Praktijkopdrachten De student dient minimaal één les in de praktijk uit te voeren.
IPA modulegids 2008-2009
153
Werkvormen Tijdens de colleges worden de volgende werkvormen gehanteerd: instructie, interactie, zelfstandig werken, uitvoeren, demonstreren en product- en procesevaluatie.
Evaluatie De evaluatie bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Minimale aanwezigheid van 80%. 2. Inleveren van een rond een subthema uitgewerkte werkvorm die de student in de praktijk wil uitvoeren. 3. Behalen van een voldoende voor het afsluitende tentame.
Literatuur Hoogeveen, P., Winkels, J. (2003). Het didaktische werkvormenboek, variatie en differentiatie in de praktijk. Assen. Koninklijk Van Gorcum. De grote reis – kennisgebieden in samenhang – Methodehandleiding. Malmberg Den Bosch De grote reis – kennisgebieden in samenhang – Reisgids groep 3. Malmberg Den Bosch Het ei van Columbus - de wereld rond – thematische wereldoriëntatie voor de basisschool, handleiding deel B – Zwijsen bv Tilburg. Het ei van Columbus - de wereld rond – thematische wereldoriëntatie voor de basisschool, leerlingboek deel B – Zwijsen bv Tilburg.
Opzet Van De Cursus De cusus is opgezet volgens het onderstaande schema: Thema
Klas
Subthema
Reizen
1
Hierheen
Wonen
1
Conflicten
1
Milieu
2
Levensonderhoud
2
‘Steekwoorden’
weggaan, kennismaken en je thuis voelen Huizen woning, bouw en inrichting De baas de baas spelen, problemen en overleg Weggooien afval thuis, afval als probleem en verpakkingsmateriaal Wat doe je keuzes maken, met je geld besteding en budget IPA modulegids 2008-2009
Omgeving en belevingswereld
Werkvorm Vertelling (85-91) Werkbladen (268-269) Kringgesprek (155-160) Stripverhaal (198-199)
Rollenspel (290-295) 154
Macht
2
Politie, overheid veiligheid, brandweer en orde en rust reinigingsdienst
Samen met studenten kiezen van geschikte werkvorm
De lessen zijn als volgt opgezet. De student heeft als huiswerk de literatuur uit de methode en het didaktischwerkvormenboek doorgenomen. Tijdens het college wordt er eerst gekeken naar de inhoud en opzet van het thema. Vervolgens wordt de werkvorm toegelicht en samen besproken en gekeken voor welke fase van de les de werkvorm het meest geschikt is. In groep(en) wordt bekeken op welke wijze we het subthema invulling kunnen geven vanuit de omgeving en belevingswereld van de leerling. Studenten maken een keuze. In de derde fase van de les passen we de werkvorm middels demonstratie toe op het subthema en volgt de feedback en evaluatie. Indien de studenten aangeven andere dan de geselecteerde thema’s / subthema’s in de les te willen behandelen dan is daar de ruimte voor.
LESWEEKROOSTER: Lesweek 1 Reizen
1
Hierheen
weggaan, kennismaken en je thuis voelen
Vertelling (85-91)
Reeds doorgenomen: ‘de grote reis’ subthema ‘Hierheen’ en didactischwerkvormenboek pag. 85-91 Huiswerk: bestuderen ‘de grote reis’ subthema ‘Huizen’ en didactischewerkvormenboek pag. 268-269 Lesweek 2 Wonen
1
Huizen
woning, bouw en inrichting
Werkbladen (268-269)
Huiswerk: bestuderen ‘de grote reis’ subthema ‘De baas’ en didactischwerkvormenboek pag. 155-160
Lesweek 3 Conflicten
1
De baas
de baas spelen, problemen en overleg
IPA modulegids 2008-2009
Kringgesprek (155-160)
155
Huiswerk: bestuderen ‘de wereld rond’ subthema ‘Weggooien’ en didactischwerkvormen boek pag. 198-199 Lesweek 4 Milieu
2
Weggooien
afval thuis, afval als probleem en verpakkingsmateriaal
Stripverhaal (198-199)
Huiswerk: bestuderen ‘de wereld rond’ subthema ‘Wat doe je met je geld’ en didactisch-werkvormenboek pag. 290-295 Lesweek 5 Levensonderhoud
2
Wat doe je met je geld
keuzes maken, besteding en budget
Rollenspel (290-295)
Huiswerk: bestuderen ‘de wereld rond’ subthema ‘Politie, brandweer en reinigingsdienst. Studenten gaan op het internet op zoek naar een geschikte werkvorm bij het subthema van les 6. Lesweek 6 Macht
2
Politie, overheid veiligheid, brandweer en orde en rust reinigingsdienst
Samen met studenten kiezen van geschikte werkvorm
Lesweek 7 Reflectie op de thema’s, subthema’s en gebruikte werkvormen.
IPA modulegids 2008-2009
156
Spiritualidad
Module Periode: Specialisatie: Docent: Studiebelasting: Urenverantwoording: Bijeenkomsten: Voorbereiding: Eindopdracht: Literatuurstudie:
Het gebruik van (bijbel)verhalen binnen het vak Spiritualidad Blok: II.1 4-12 L. Marval. Moduleontwikkelaar: R. Lampe, revisie mei 2006 1 studiepunt (=40 uur=1.5 ECTS) 10.5 uur 9.5 uur 10 uur 10 uur
Inleiding Binnen de Enseñanza Basico Arubano, voorgesteld door het PRIEPEB project, wordt het vak “Spiritualidad” geintroduceerd. Dit heeft consequenties voor de openbare en bijzondere scholen. Ten eerste, in deze module zal met name aandacht worden besteed aan hoe inhoud kan worden gegeven aan het vak “Spiritualidad” op de openbare scholen. Op deze scholen kunnen algemene verhalen gebruikt worden in het vak Spiritualidad. Ten tweede, voor de katholieke en protestantse scholen, die de overgrote meerderheid zijn op Aruba, zal het vak ingevuld worden met godsdienstonderwijs. Op deze scholen kunnen bijbelverhalen gebruikt worden om waarden en normen door te geven aan de jonge generaties. Deze module zal voornamelijk gaan over het gebruik van algemene verhalen en bijbelverhalen binnen het vak “Spiritualidad”. De vraag die gesteld kan worden is waarom IPA, die een openbare onderwijsinstelling is, aandacht besteedt aan bijbelverhalen. De morele vorming van kinderen is mede afhankelijk van godsdienstlessen of lessen levensbeschouwing. Het gebruik van de bijbel, die voor het christelijk geloof een onmisbare bron is, is fundamenteel binnen het onderwijs van zowel katholieke als protestantse scholen op Aruba, die de overgrote meerderheid van de scholen op het eiland vormen. De toekomstige leerkrachten van de basisscholen, die door het IPA worden geleverd, moeten worden ingeleid in de bijbel, aangezien op de katholieke en protestantse scholen bijbelverhalen gebruikt worden om morele waarden aan de kinderen te onderwijzen.
Beginsituatie Godsdienst vormt een belangrijk onderdeel van de Arubaanse volkscultuur. De meeste Arubanen praktiseren een of andere vorm van christendom.. De studenten hebben al een zekere voorkennis van godsdienst in het algemeen en dus ook van ethiek, die een essentieel onderdeel vormt van iedere godsdienst. In de eerste module IPA modulegids 2008-2009
157
werd het belang onderstreept van het onderwijs in normen en waarden voor de ontwikkeling van een kind. In deze tweede module wordt het doorgeven van normen en waarden via (bijbel)verhalen behandeld. In het dagelijks leven van Aruba wordt vaak over de bijbel discussies gevoerd. Religieuze gevoelens en bijbelspreuken vormen in ieder geval een belangrijk onderdeel van het alledaagse leven. De student heeft hoogst waarschijnlijk reeds ervaring met het lezen van de bijbel of minstens heeft een bepaalde mening over het meest gelezen boek in de geschiedenis van de mensheid. In deze module krijgt de student zowel methodische ‘tools’ om verhalen in de lessen Spiritualidad te gebruiken, alsook vakinhoudelijke kennis over het gebruik van bijbelverhalen in Spiritualidad.
Leerinhouden Lesweek 1: Methodische kernvragen Doel: De student raakt vertrouwd met de vakspecifieke didaktiek van “Spiritualidad”. Lesweek 2: Het beoordelen van verhalen Doel: De student leert om verhalen te beoordelen op hun bruikbaarheid voor het vak “Spiritualidad”. Lesweek 3: Het voeren van een levensbeschouwelijk gesprek Doel: De student leert om een gefaseerd levensbschouwelijk gesprek met kinderen te voeren. Lesweek 4: Het gebruik van de bijbel als bron van normen en waarden Doel: De student leert om ethische vragen te stellen en bij kinderen te herkennen en deze te verbinden met de christelijke levensvisie. Lesweek 5: Het gebruik van bijbelverhalen in Spiritualidad Doel: De student is beter in staat om Bijbelverhalen te gebruiken in een les van “Spiritualidad”. Lesweek 6: Bespreking ontwikkelde lessen van godsdienst of levensbeschouwing. Lesweek 7: Evaluatie gegeven lessen van gosdienst of levensbeschouwing op de stageschool.
Leerdoelen Algemene doel: De student is beter voorbereid om via (bijbel)verhalen een bijdrage te leveren aan de vorming van de kinderen op het gebied van normen en waarden. Kennisdoel: De student is in staat om (bijbel)verhalen te beoordelen op hun bruikbaarheid voor de lessen van “Spiritualidad”. Vaardigheidsdoel: IPA modulegids 2008-2009
158
De student is in staat om naar aanleiding van een verhaal een levensbeschouwelijk gesprek met kinderen op te zetten en te leiden. Praktijkopdracht * Praktijkopdracht 1: De student ontwikkelt een les ‘Spiritualidad’. In deze les moet een (bijbel)verhaal gebruikt worden. Ook wordt verwacht dat de verplichte literatuur hierin verwerkt wordt. Het is verplicht om de ontwikkelde les uit te voeren. De eindopdracht bestaat uit deze ontwikkelde les plus een eigen evaluatie van de student en die van de mentor van de gegeven les. * De student moet in staat zijn een link te leggen naar de ervaringswereld van de leerlingen. • Praktijkopdracht 2: De student kiest een bijbelverhaal uit en geeft weer waarom de gekozen bijbeltekst hem/haar heeft aangesproken. Wat de morele les/boodschap ervan is en of het nog steeds actueel is om toepasbaar in de huidige maatschappij. Werkvormen De module zal zoveel mogelijk een praktisch karakter hebben. Levensbeschouwelijk onderwijs is geen kwestie van een doctrine uit het hoofd te leren. De studenten zullen zelf een les Spiritualidad ontwikkelen, verzorgen en evalueren. Evaluatie Om aan deze module te kunnen voldoen, zijn er de volgende voorwaarden aan verbonden: 1. 80% aanwezigheid. 2. Uitvoeren van verplichte opdrachten, zoals het verzorgen van een godsdienstles tijdens de stageweek. 3. *. Maken van de opdrachten.
Verplichte literatuur De reader behorend bij deze module.
IPA modulegids 2008-2009
159
Rekenen en Wiskunde Module Rekenen in de onderbouw : Rekenen / Wiskunde Evt subtitel / onderdeel Periode (jaar/blok) : II.1 Specialisatie : 4-8, 6-12 Docent(en) : GD Studiebelasting (1 stp=40 uur): 1 stp (1.5 ECTS) Urenverantwoording : − aantal colleges/begeleidingsuren : 10,5 uur (7 x 1,5) − voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) : 14 uur − voorbereiding voor evaluatie : 14 uur evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie) : 1,5 uur Clausule Deelname aan deze module is alleen mogelijk als R&W 1e jaarsmodulen I.1 en I.2 gehaald zijn en I.3 op zijn laatst 3e week van blok II.1. Inleiding Tweedejaarsstudenten van de specialisatie 6-12 lopen in de blokken 1 en 2 stage in een 1e of 2e klas van het basisonderwijs. Studenten van de specialisatie 4-8 lopen in de blokken 1 en 2 stage in een kleuterklas of een 1e of 2e klas van het basisonderwijs. De inhoud van deze module heeft met name betrekking op het rekenwiskundeprogramma in de ‘onderbouw’ van het reguliere basisonderwijs. Daarbij wordt de doorgaande lijn van deze klassen naar de zgn. ‘middenbouw’, respectievelijk bovenbouw bestudeert. Natuurlijk houden we het ‘kleuter-programma’ nauw in de gaten. Er wordt veel aandacht besteedt aan de leerlijnen, leerstofbeheersing per leerjaar, (kern – en tussen)doelen en de didactiek die gehanteerd moet worden om deze doelen te halen. Beginsituatie Studenten hebben • niet het compleet beeld van wat per leerjaar (aan leerstof) behandeld kan worden in het basisonderwijs. • van wat behandeld kan worden, nog geen module gehad met wijze van aanbod van de verschillende rekengebieden. • met Land van Okt (mod I.4) kennis genomen van leermiddelen die gebruikt kunnen worden in de didactiek van realistisch rekenonderwijs. • echter niet met genoemde hulpmiddelen geoefend / gewerkt. • een introductie gehad van de uitgangspunten van realistisch rekenonderwijs en het CoScheVA-model • in diverse leerjaren en diverse schooltypen stage gelopen IPA modulegids 2008-2009
160
Leerinhouden • Linkage Hier wordt het overzicht bekeken van de rekenlijn vanaf het kleuteronderwijs en vormt de basis voor de rest van de R/W modules in blok II.3, III.1 en III.2 • Praktijklink Studenten krijgen een revue van de rekenmiddelen relevant voor het onderbouw en gaan ze deze in het veld toepassen. Leerdoelen Kennis De student(e): • heeft, onafhankelijk van gebruikte methode, kennis vernomen van leerlijnen • heeft kennis hebben vernomen van kern- en tussendoelen voor kleuter- en Basisonderwijs Vaardigheden De student(e): • weet getalstructuur te kunnen hanteren en aanbieden (ordenen, splitsen, aanvullen, samenstellen, verdelen) • weet inzichtgevende scenario’s op te zetten bij het aanbieden van vermenigvuldigingstafels van 1,2,3,5 en 10 • Weten de correct te kunnen handelen bij het gebruik van hulpmiddelen zoals, rekenrek, kralenlijn, enz. • weet de belangrijkste basisautomatismen van optellen en aftrekken in de onderbouw aan te bieden. Houding De student(e): • weet zelfstandig literatuuronderzoek te doen ten behoeve van het begrijpen van de rekenlijn en het kunnen helpen van het jonge kind op het gebied van rekenen.
Praktijkopdrachten n.v.t Werkvormen • Onderwijsleergesprekken • Groepswerk en • Zelfstandig werken
Evaluatie Het schriftelijk (openboek) tentamen zal plaatsvinden in de evaluatieweek. De leerstof die getoetst wordt is de leerstof uit genoemde literatuur en colleges. Thuisopdrachten worden niet beoordeeld, maar dragen bij als voorbereiding op het tentamen. Herkansing van deze module geschiedt in lesweek 2 van blok 2. IPA modulegids 2008-2009
161
Verder is de 80%-regeling van kracht. Terugrapportage Geschiedt in lesweek 1 van blok 2. Literatuur • Fred Goffree, 1994,Wiskunde & Didactiek 1, Groningen, Wolters-Noordhoff bv • Fijma, N en Vink, H, 1998, Op jou kan ik rekenen, Van Gorcum • Fred Goffree, 1993,Kleuterwiskunde, Groningen, Wolters-Noordhoff bv 1 • Rekenmethoden + handleiding • Hand-outs
1
Alleen voor specialisatie 4-8
IPA modulegids 2008-2009
162
Studiejaar 2 - blok 2 Vak Psychologie Onderwijskunde
Spec. beide 4-8
Module naam Cognitieve ontwikkeling De onderwijsleersituatie
docent GO KR
Onderwijskunde
6-12
Het kiezen van didaktische werkvormen
LG
169
Talen Talen Talen Papiamento Schrijven Taal en Hende y Comunidad Hende y Comunidad
6-12 4-8 6-12 Beide Beide
Leesbevordering Lesa y skirbi den ciclo 1 Werken met taalmethodes Mi propio material pa lesa y scirbi Schrijfdidaktiek Taal en Estudio Social in themaonderwijs 4-8 voor de onderbouw 6-12 Vakdidaktiek Hende y Comunidad De leerkracht als maatschappelijke Beide dienstverlener
GE LM GE GG NI
175 178 181 185 187
AL / GG
190
JO
194
FE
197
Movecion y Salud
Beide De lessamenstelling
SI / WE
200
Naturalesa y Tecnologia
Beide Techniek om je heen
gastdocent
203
4-8 Kleuteractiviteiten 6-12 Ontwerpen van lessen/ stof middenbouw Beide ICT in het onderwijs
GD KO HA
205 208 212
PMV
Rekenen en Wiskunde Rekenen en Wiskunde
ICT
IPA modulegids 2008-2009
163
pag 164 167
Psychologie Module Periode Specialisatie Docent Studiebelasting
Cognitieve Ontwikkeling : II.2 : Beroepsgerichte fase: 4-8, 6-12 : Diana Goedhoop : 1 studiepunt (40 uur=1,5 ECTS) begeleidingsuren voorbereiding bijeenkomsten voorbereiding eindopdracht evaluatie
: 9 uur : 19 uur : 9 uur : 3 uur
Inleiding Eén van de ontwikkelingsgebieden van de psychologie die voor een groot deel het schoolgebeuren bepaalt, is de cognitieve psychologie. In deze module staan wij dan ook kort stil bij theorieën van enkele wetenschappers die elk een bepaalde kijk op een specifiek onderdeel van de verstandelijke ontwikkeling van kinderen hebben, zoals de visies van Jean Piaget, Gal’perin, Skinner, Rogers, Reuven Feuerstein en Lev Vygotsky. Het is goed om als leerkracht aandacht te besteden aan de verschillende visies, deze te relateren aan je eigen praktijk en te onderzoeken hoe dan het leerproces van kinderen kan worden gestimuleerd. Als leerkracht is het tevens belangrijk op de hoogte te zijn van het niveau van leren van het kind, de manier waarop het kind tot leren komt en de werking van het geheugen.Als IPA-student is het ook van belang stil te staan bij de eigen leerstijl en leerdoelen op dat gebied. Beginsituatie De student heeft al in het eerste leerjaar kennis gemaakt met de verschillende ontwikkelingsgebieden van de algemene psychologie en hoe het leerproces zich ontwikkelt tijdens de schooljaren. De student weet dat tot nu toe vooral de verstandelijke ontwikkeling centraal stond in het onderwijs, maar dat de nadruk nu meer en meer komt te liggen op meervoudige intelligenties.De student weet uit ervaring het belang van juiste begeleiding daarbij.Tijdens de stages op de praktijkscholen hebben ze zelf al ondervonden dat niet elke leerling op hetzelfde niveau functioneert en dat er verschillende strategieën zijn om het leerproces te verbeteren.Ze weten dat het geheugen een belangrijke rol daarin speelt. Leerinhouden • cognitieve psychologie • meervoudige intelligentie IPA modulegids 2008-2009
164
• • • • • •
basisinhouden zoals: waarnemen, denken, geheugen, taal, redeneren, ordenen, problemen oplossen leerpsychologische stromingen en onderwijsvernieuwing afstemmingsstrategie, faalangst, taakbeleving cognitieve ontwikkelingstheorieën, leervormen, leerfasen cognitieve dissonantie cognitieve leerdoelen
Linkage In het 2e blok van het tweede studiejaar vervolgen wij het thema ‘Visies op Ontwikkeling’met deze psychologie module over de Cognitieve ontwikkeling. Hieraan gingen vooraf de modules ‘Het kind in ontwikkeling’uit leerjaar 1 en ‘Sociaal-Emotionele ontwikkeling’in blok 2.1.De module ‘Cognitieve Ontwikkeling’ is de laatste module binnen de psychologielijn. Deze module kan gezien worden als basismodule voor elk ander vak. Er wordt samengewerkt met docent(en) ICT die de modules: Basis computervaardigheden in blok I.1 en ICT in het onderwijs in blok II.2 verzorgen.Tussentijdse opdrachten dienen in het ‘wordprogramma’ te zijn gemaakt en bij de eindpresentatie dient gebruik te worden gemaakt van het programma ‘powerpoint’. Praktijklink De studenten vergelijken hun eigen studiemethode met de behandelde theorieën over het leerproces en geheugen en kunnen eventueel wijzigingen aanbrengen in hun manier van leren. Ze worden zich bewust van het belang van een goede instructie, de opbouw van de fasen in het leerproces en herhaling in de klas.De studenten observeren de leerlingen in de praktijkklas en gaan na in hoeverre de leerkracht tijdens een bepaald vak de instructie afstemt op leerlingen die niet meteen de opdracht begrijpen of oefenen zelf met het uitvoeren van de zogenaamde afstemmingsstrategie. Leerdoelen Algemeen: de student heeft kennis, inzicht, attitudes en vaardigheden om cognitieve inhouden te ontwikkelen en te bevorderen bij kinderen en jongeren op school. Kennis: • de student kan het verloop van de eigen cognitieve ontwikkeling aangeven. • de student herkent invloeden vanuit het sociaal-cultureel milieu op de cognitieve ontwikkeling. • de student is in staat zich d.m.v. literatuurstudie te verdiepen in een cognitieve ontwikkelingstheorie (van Parreren, Gal’perin, Vygotsky, Skinner) en de belangrijkste uitgangspunten schriftelijk te verslaan en de consequenties voor het onderwijs aan te geven. • De student kan uitleggen hoe het geheugen werkt. • De student verdiept zich theoretisch in groepjes van maximaal 4 studenten in een onderwerp m.b.t. de cognitieve ontwikkeling en de betekenis daarvan voor het onderwijs en geeft een powerpoint presentatie van 15 minuten over het gekozen onderwerp Vaardigheden: IPA modulegids 2008-2009 165
• • •
de student hanteert strategieën om probleemoplossend te denken en te handelen De student kan het leerproces stimuleren bij leerlingen in de klas door toepassing van de afstemmingstheorie en rekeninghoudend met de theorie over faalangst. De student is in staat een powerpoint presentatie te geven van 15 minuten.
Houding: • De student is bereid te reflecteren op de eigen cognitieve ontwikkeling en kan op grond daarvan leerdoelen formuleren, daar concreet aan werken en de eigen ontwikkeling bijsturen. Praktijkopdrachten Probeer in de stageklas de afstemmingstheorie uit bij een leerling die de opdracht niet goed begrepen heeft. Werk precies volgens de verschillende fasen van de strategie en ga na wat het (emotionele) effect is op de leerling en op zijn/haar uiteindelijke prestaties. Werkvormen Er zijn 6 bijeenkomsten van 1½ uur. De student dient zich thuis goed voor te bereiden door het lezen van de opgegeven literatuur en het uitvoeren van individuele of gezamenlijke opdrachten. Tijdens de bijeenkomsten wordt het huiswerk verder uitgediept en worden verschillende werkvormen gebruikt zoals debatteren, presenteren, het voeren van leergesprekken en andere individuele en groepsopdrachten. Evaluatie • 8o% aanwezigheid • Actief participeren bij de 6 bijeenkomsten • uitvoeren en eventueel inleveren per bijeenkomst van de opdrachten ter beoordeling (verslag leerdoelen, afstemmingsstrategie) • eindverslag literatuurstudie • eindpresentatie Gebruikte literatuur - Alkema E & Tjerkstra W.(1995), Meer dan onderwijs, Theorie en praktijk van het lesgeven in de basisschool, Van Gorcum & Comp. B.V., Assen, blz. 242267 en blz 623-638 - Beemen van L., 2001, Ontwikkelingspsychologie, wolters Noordhoff, blz 121 t/m 128 - Brakenhoff J.& Homminga S.,1995, Ontwikkelingspsychologie voor het onderwijs, Groningen, Wolters Noordhoff, blz 62 t/m 71 - Geerlings T & Veen van der T., 1996, Lesgeven en zelfstandig leren, van Gorcum, Assen, blz 163 t/m 170 - Jager de M. & Lebeer L.,1994, Denken kun je leren, theorie en methode van Feuerstein, blz 17 t/m 24 IPA modulegids 2008-2009
166
Onderwijskunde 4-8
Module De Onderwijsleersituatie : Didactiek Vakonderdeel Periode (jaar/blok) : Blok ll.2 Specialisatie : 4-8 Docent(en) : Glenda Krozendijk (ontwikkeld door Lilian Felter) Studiebelasting in ECTS : (1 stp= 1.5 ECTS) Urenverantwoording aantal colleges/ begeleidingsuren 12 uur voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) 14 uur voorbereiding voor evaluatie 13 uur evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie) 2 uur
Inleiding Ook in deze module komen de verschillende aspecten van Basisontwikkeling aan bod. Ook in deze tweedemodule Algemene Didactiek 4-8 staat Basisontwikkeling centraal, echter nu met de nadruk op de onderwijsleersituatie. De onderwijsleersituatie is de kern van het onderwijs, of daar waar wordt geleerd (gevormd, ontwikkeld, gegroeid). Er zal onder andere worden stilgestaan bij de inhoud, de organisatie en de verschillende didactische werkvormen. Beginstituatie Zoals gezegd zijn in blok II,1 de uitgangspunten van Ontwikkelend Onderwijs en de verschillende aspecten van Basisontwikkeling behandelt. De studenten hebben in hun stageklassen verschillende ervaringen opgedaan. De studenten hebben op basis van de stages en op basis van eigen ervaringen een beeld van de (on)mogelijkheden van Basisontwikkeling op de Arubaanse scholen. Linkage In het eerste blok van het tweede studiejaar werd in de module Algemene Didactiek 48 stilgestaan bij de pedagogisch-didactische uitgangspunten van Ontwikkelend Onderwijs. Het thema dat in de module centraal stond was: ‘Het scheppen van een goed pedagogisch onderwijsleerklimaat’. In een uitwerking hiervan kwamen de verschillende aspecten van Basisontwikkeling aan bod. Er is verdere aansluiting met de module ES in het maken van thema’s. Praktijklink Uiteraard wordt ook hier weer een link gelegd naar de praktijk. De studenten staan stil bij de vraag welke keuze betreft de lesinhouden maak je? Kun je kiezen? Welke activiteiten of thema’s organiseer je? Hoe doe je dat? Hoe richt je de klas optimaal in? Hoe ga je IPA modulegids 2008-2009
167
om met de dagindeling? Allemaal vragen die in deze module aan bod komen. Leerdoelen Kennisdoelen Aan het eind van deze module: • kent de student de verschillende aspecten van de onderwijsleersituatie, in het licht van Basisontwikkeling; • kent de student de verschillende didactische werkvormen; Vaardigheidsdoelen Aan het eind van deze module: • is de student in staat leer- en onderwijsdoelstellingen te formuleren; • is de student in staat relevante leerinhouden te kiezen; • is de student in staat om de leerstof te ordenen en te organiseren; • beheerst de student verschillende didactische werkvormen en is de student in staat om deze werkvormen op effectiviteit te beoordelen. Houdingsdoelen • kan de student zowel de actuele als de toekomstige beginsituatie van de leerlingen bepalen; • heeft de student inzicht in de mogelijkheden die er binnen het Arubaanse onderwijs zijn als het gaat om het creëren van een optimale onderwijsleersituatie.
Praktijkopdrachten Geen specifieke praktijkopdrachten die al voor de lesvoorbereidingen nodig zijn Werkvormen Elke bijeenkomst bereid je voor door een of meer opdrachten te maken. De opdrachten richten zich voor een deel op de te bestuderen literatuur. Ook wordt er met de opdrachten een beroep gedaan op je ervaringen uit de praktijk. Deze opdrachten worden tijdens de bijeenkomsten gebruikt. Uitwisseling van ervaringen en vergelijking van materiaal staat centraal. Tijdens de bijeenkomsten zullen verschillende werkvormen (groepswerk, discussies, opdrachtvormen, spelvormen enzovoort) gehanteerd worden. Van de studenten wordt een eigen inbreng verwacht. De vorm, en voor een deel de inhoud, kun je dus mede zelf bepalen. Evaluatie • 80% aanwezigheid • thuisopdrachten • tentamen Literatuur • Alkema, E. en W. Tjerkstra (1995, 5e druk) Meer dan Onderwijs theorie en praktijk van het lesgeven in de basisschool, Assen: Van Gorcum. Hieruit § II.3, pag. 22 t/m 27 • Leenders, Y. (1994) Klassenmanagement in de onderbouw, Hoevelaken: CPS Veronderstelde voorkennis: • Jansen-Vos, F. (1997) Basisontwikkeling in de onderbouw, Assen: Van Gorcum IPA modulegids 2008-2009
168
Onderwijskunde 6-12 Module: Sector Docent Fase Blok Specialisatie Studiebelasting
Het kiezen van didactische werkvormen : Pedagogiek : Jan de Lang : Beroepsgericht : II.2 : 6-12 : 1 punt = 40 uren 7 bijeenkomsten van 1,5 uur 10,5 uren 7 keer thuisopdrachten van 2 uur 14 uren werken aan eindopdracht (lesvoorbereiding) 5,5 uren werken aan schriftelijke tentamen 10 uren
Inleiding Waarom didactische werkvormen? De module ‘Didactische werkvormen’ past goed bij de huidige onderwijsvernieuwingen die zowel in het basisonderwijs als in het voortgezet onderwijs doorgevoerd worden. Omdat het traditionele onderwijs altijd klaagt over motivatie en interesse, wil het nieuwe onderwijs zijn didactiek aanpassen. Het nieuwe onderwijs wil gevarieerde activiteiten om al haar deelnemers te interesseren en te boeien. De deelname-bereidheid aan het traditioneel onderwijs is laag omdat het beperkte en eentonige activiteiten heeft. Om die reden kan traditioneel onderwijs 1-dimensionaal onderwijs genoemd worden. Alle activiteiten zijn namelijk terug te voeren tot 1 hoofdkenmerk en dat is volgen. Het kind moet de leerkracht volgen en de leerkracht stuurt. De traditionele leerkracht verlangt geen initiatief, vraag niet of nauwelijks om inbreng. In het traditionele onderwijs geeft de leerkracht aan hoe er, wat er en wanneer er geleerd gewordt. In zo’n leerproces wordt weinig overgelaten aan de leerling. Het nieuwe onderwijs wil meer klassenactiviteiten, wil meer variatie, wil meer deelname, wil aansluiten bij de interesse, wil mondige kinderen die initiatief tonen, wil kinderen die naar eigen vermogen inbreng hebben. Dit alles om kinderen te activeren en te motiveren. In gevarieerde activiteiten ontwikkelen kinderen zich op meerdere niveaus. Het nieuwe onderwijs werkt aan cognitie, meta cognitie, psycho motoriek, affectie, moraliteit en socialisatie. Van de leerkracht wordt meer dan alleen ‘leiden’ of ‘sturen’ verwacht. In het nieuwe leerproces vinden gevarieerde activiteiten plaats waarin kinderen meer leerprocesverantwoordelijkheden ontwikkelen. Maar let op: uitbreiding en variatie van lesactiviteiten vereisen meer gedetailleerde planning. Het ontwerpen van gevarieerde activiteiten met zinvolle doelen en een vlot lopende organisatie, is niet zo makkelijk. In een gevarieerd leerproces spelen vele factoren een rol. Zonder een goed inzicht in die factoren verliest de leerkracht overzicht en dat kan leiden tot chaos en teleurstelling. Variatie in het onderwijs aanbrengen, vraagt om een doordachte aanpak, om veel structuur en om een vaardige, competente leerkracht. Een vaardige leerkracht is in staat een gevarieerde les op te zetten door structurering van werkvormen. IPA modulegids 2008-2009
169
In deze module zullen studenten leren op een gestructureerde manier lessen te variëren met behulp van het Didactisch Analyse-model. Studenten leren om het werkvormenaanbod uit de reader toepassingsgeschikt te maken voor de praktijk. Werkvormen kunnen pas in een lesvoorbereiding opgenomen worden als ze voldoen aan ontwerpcriteria. Het ontwerpen (en het kiezen) van werkvormen wordt uitgelegd in de ‘inleidende reader’. Verschillende soorten doelen, persoonlijke ontwikkeling en de keuze van werkvormen De activiteiten van gevarieerde werkvormen leiden tot leerresultaten die anders zijn dan bij het traditionele onderwijs waar vooral oog is voor cognitieve resultaten. Het moderne leerproces werkt daarnaast aan resultaten op leergebieden zoals moraliteit, socialiteit en affectie, die het sociale klimaat, de sfeer en de motivatie in de klas bevorderen. Resultaten op bovengenoemde gebieden zijn fundamenteel voor een positieve onderwijsdeelname en bijdrage. Morele, sociale en affectieve leerresultaten hebben niet alleen een positief effect op het klassenklimaat, ze dragen ook bij aan de persoonlijke ontwikkeling van kinderen, zoals de ontwikkeling van waarden, normen en attitudevorming. Besef van verantwoordelijkheid is daar een voorbeeld van. In het nieuwe onderwijs krijgen kinderen verantwoordelijkheid voor delen van het leerproces. Ze worden verantwoordelijk voor het toepassen van meta cognitieve tools, zoals nadoen, onderzoeken, selecteren, samenvatten, concluderen, overleggen, voordoen, plannen, uitvoeren. De beheersing van deze tools bevordert het zelfstandige werk van kinderen, conclusie: hoe zelfstandiger kinderen worden des te uitgebreider wordt de keuze om zelfstandige werkvormen in een les op te nemen. Voor de persoonlijke ontwikkelingen van waarden en normen en attitudes, geldt: hoe meer persoonlijke ontwikkeling des te meer er mogelijk is op gebieden zoals zelf ontdekken, gespreksvoering, samenwerken en samen leren. Repertoire van werkvormen Deze module geeft studenten een mogelijkheid om ervaring op te doen met nieuwe, zelf gekozen, afwisselende en creatieve werkvormen. Het is onmogelijk om alle werkvormen uit de reader te begrijpen, te leren of toe te passen. De bedoeling van deze module is om uit de grote hoeveelheid aangeboden werkvormen een werkvormenrepertoire op te bouwen. Studenten krijgen (tijdens bijeenkomsten) inzicht in de werking van instructie-, interactie-, samenwerkings-, opdrachts en spelwerkvormen. Studenten kiezen uit de reader bepaalde interessante werkvormen en presenteren de werkwijze ervan aan de hele groep. Zo verkrijgt iedere student kennis van een deel van het werkvormenaanbod uit de reader. Dat werkvormendeel neemt de student op in een werkvormenrepertoire (bestaande uit ongeveer 10 werkvormen). Dit repertoire bevat die werkvormen die de studenten geschikt acht voor zijn praktijk. Werkvormen en differentiatie Variatie in didactische werkvormen is belangrijk, omdat leerlingen ieder op een eigen manier leren. Bij het kiezen van didactische werkvormen is het belangrijk rekening te houden met verschillen in leerstijl, interesse, niveau en multiple intelligence.
IPA modulegids 2008-2009
170
Ontwikkelingsgericht onderwijs als onderwijsvisie Ontwikkelingsgericht onderwijs is het concept dat het IPA gebruikt als basis voor het vormgeven van onderwijs. Het concept houdt onder meer in dat het leerproces in een ‘betekenisvolle’ context plaats moet vinden (‘link’ met de praktijk, realiteit en het dagelijks leven), dat het leidt tot betrokkenheid voor het onderwerp (dat het laagdrempelig is en toenaderbaar is, dat het kinderen aanspreekt) en dat de leerkracht ook als bemiddelaar optreedt. Bij de keuze voor didactische werkvormen (en andere onderdelen uit het onderwijsleerproces) is het belangrijk rekening te houden met de uitgangspunten van ontwikkelingsgericht onderwijs. Leerinhouden De belangrijkste leerinhouden van deze module zijn de volgende: ¾ Activerende werkvormen in relatie tot onderwijsvisies zoals ontwikkelingsgericht onderwijs en thematisch onderwijs; ¾ Activerende werkvormen in relatie tot variatie en differentiatie; ¾ Activerende werkvormen in relatie tot verschillende soorten doelen en leeresultaten; ¾ Activerende werkvormen in relatie tot het onderwijsleerproces en de context van het Didactische Analyse-model; ¾ Activerende werkvormen in relatie tot leerstijlen en multiple intelligence; ¾ Activerende werkvormen in relatie tot kenmerkende activiteiten die behoren bij werkvormgroepen zoals instructievormen, interactievormen, opdrachtvormen, samenwerkingsvormen en spelvormen. Linkage (aansluiting en vooruitblik) ¾ Het ontwerpen van onderwijsleerprocessen; ¾ Klassemanagement en leerklimaat; Beginsituatie ¾ De student heeft in het kader van de module onderwijsleerprocessen en van de praktijk basiskennis en vaardigheden opgedaan van bepaalde klassenactiviteiten c.q. didactische werkvormen. ¾ De student is in staat om een lesvoorbereiding te maken volgens het Didactische Analyse model (D.A.-model); ¾ De student is in staat om de relatie aan te geven tussen de verschillende onderdelen van een onderwijsleersituatie m.b.t. een leerproces. Doelen Algemene doelen ¾ De student kan een relatie leggen tussen het hebben van een bepaalde onderwijsvisie en het principe van een gevarieerd onderwijsleerproces; ¾ De student onderschrijft het belang van de variatie van werkvormen in een gestructureerd leerproces; ¾ De student kan d.m.v. werkvormfactorenkennis en ontwerpvragenkennis op verantwoorde wijze werkvormen kiezen en ontwerpen. ¾ De student structureert het leerproces door relaties te leggen tussen beginsituatie, doelen, gevarieerde activiteiten en het eindgedrag/eindprodukt; IPA modulegids 2008-2009
171
¾ De student onderschrijft het belang dat het kiezen van werkvormen de differentiatie van leerstijlen en multiple intelligences in de klas tegemoet moet komen; ¾ De student overweegt aan de hand van doelen, leerinhouden en leermiddelen welke verantwoorde variatie van werkvormen in het leerproces tot stand moeten komen; ¾ Studenten observeren tijdens hun werkvormuitvoeringen hun persoonlijke groei a.h.v. ontwikkelingen op het gebied van moraliteit, sociabiliteit en affectiviteit; ¾ Studenten ontdekken via eigen inzichten en ervaringen en die van anderen welke werkvormen uit de reader interessant zijn voor de praktijk, op deze wijze vergroten zij hun repertoire aan toepasbare werkvormen. Specifieke doelen Kennisdoelen Aan het einde van de module kan de student: ¾ in eigen woorden omschrijven wat met een didactische werkvorm wordt bedoeld; ¾ de relatie uitleggen tussen de verschillende onderdelen van een onderwijsleerproces (lesontwerp); ¾ uitleggen waarom het belangrijk is om leerinhouden op gevarieerde wijze aan te bieden aan leerlingen; ¾ in eigen woorden weergeven wat de relatie is tussen didactische werkvormen en de uitgangspunten van een bepaalde onderwijsvisie. ¾ omschrijven wat met didactische werkvormen, wat met variëren en wat met leerstijlen wordt bedoeld; ¾ verschillende didactische werkvormen aangeven; ¾ uitleggen welke factoren (criteria) een rol spelen bij het kiezen van gevarieerde didactische werkvormen in een les; ¾ soorten doelen benoemen. ¾ uitleggen wanneer een presentatie moet worden gegeven (die beoordeeld wordt) a.h.v. het presentatieschema. ¾ uitleggen waarom het variëren van het leerproces belangrijk is en hoe een gevarieerde les is opgebouwd. ¾ uitleggen en onderbouwen dat de werkvorminfo uit de reader toepasbaar gemaakt kan worden voor de praktijk m.b.v. werkvormfactoren en ontwerpvragen. ¾ de werkvormfactoren benoemen. ¾ uitleggen dat met bovengenoemde factoren en ontwerpvragen readerinfo en praktijkinfo samengebracht kan worden tot een werkvormontwerp. ¾ uitleggen wat een verantwoorde werkvormkeuze is. ¾ in een gesprek onderbouwen hoe een werkvormontwerp moet worden opgenomen in het DA-model.(Aan welke formatvoorwaarden moet een werkvorm in het DA-model voldoen, misschien moet het format voldoen aan een schematische weergave). ¾ verschillende soorten lesdoelen noemen. ¾ uitleggen wat de praktijkwaarde van een werkvorm is. ¾ verantwoorde werkvormkeuze maken op basis van werkvormenkennis (en stageklassituatie). ¾ uitleggen wat een werkvormenrepertoire is. IPA modulegids 2008-2009
172
Vaardigheidsdoelen Aan het einde van de module kan de student: ¾ didactische werkvormen herkennen in de praktijk; ¾ werkvormen kiezen die passen bij de lesdoelen en leerinhouden; ¾ ontwerpvragen toepassen en waar nodig aanvullen. ¾ ontwerpvragen kunnen criteria genoemd worden bij het maken van een werkvormontwerp: pas de criteria toe. ¾ toepassen van het schema (over lesfasen) in de reader. ¾ een voorbeeldles samenstellen waarin gebruik wordt gemaakt van minstens 3 verschillende werkvormen die gekozen zijn op basis van leerstijlen of intelligences. ¾ de criteria van een gevarieerde onderwijsleerproces toepassen (combinatie van bekende DA-model lesvoorbereidingskennis met aanvullende werkvormformatkennis). ¾ op basis van lesontwerpcriteria (uitgewekt werkvormfactoren, DAmodelkwaliteitseisen, praktijkwaarde (uitvoerbaar), volledigheid en leesbaarheid): vragen stellen aan de presentatoren. ¾ de mogelijkheden van de praktijkwaarde van bepaalde werkvorm uit de reader tijdens een presentatie kunnen verduidelijken en onderstrepen zodat die voor gebruik opgenomen kan worden in een werkvormenrepertoir. Morele, sociale, affectieve en houdingsdoelen Aan het einde van de module kan de student: ¾ rekening houden met variatie en creativiteit bij de keuze van didactische werkvormen. ¾ Studenten observeren tijdens hun werkvormuitvoeringen hun persoonlijke groei a.h.v. ontwikkelingen op het gebied van moraliteit, sociabiliteit en affectiviteit, deze ontwikkelingen ontstaan tijdens samenwerken, gespreksvoering, zelfstandig werk, afspraken maken, afspraken nakomen, reflectie op eindgedrag en eindprodukt; ¾ Studenten reflecteren op en ontwikkelen hun sociaal gedrag d.m.v.: elkaar bijstaan, initiatief tonen, ‘pro-active’ zijn, gesprekken voeren, gericht luisteren, ongestoord werken, elkaar respecteren door bij te springen, aan te vullen, actief mee te doen, en Meta cognitieve doelen Dit doel heeft te maken met ‘tools’ die studenten in staat stellen zelfstandig gevarieerde lesontwerpen te maken. Voorbeelden van die tools zijn: ontwerpvragen toepassen, ontwerpantwoorden tot een definitief werkvormontwerp brengen, werkvormontwerpen samenbrengen tot een hele les. Hierbij komen vaardigheid in bepaalde mentale handelingen goed van pas, denk bijvoorbeeld aan: keuzes maken, opzoeken, vergelijken, informatie opnemen, hoofdzaken en bijzaken van elkaar onderscheiden, selecteren, concluderen, enz. Werkwijze In de bijeenkomsten worden zoveel mogelijk gevarieerde werkvormen gebruikt. De studenten doen hierdoor ervaring op met de werkvormen, die ze zelf ooit gaan toepassen in hun stageklassen. Ze doen ervaring op als ze gesprekken voeren, als ze samenwerken, als afspraken maken, als zelfstandig opdrachten uitvoeren, als ze presenteren, als ze reflecteren, als ze de leeresultaten vergelijken met de doelen die IPA modulegids 2008-2009
173
gesteld werden, als ze hun eindgedrag vergelijken met hun beginsituatie, als ze huiswerk maken en als ze de stof bestuderen. Alle cognitieve, meta cognitieve, psycho motorische, affectieve, sociale en morele doelen zullen tijdens bovengenoemde werkzaamheden bereikt moeten worden. Evaluatie Om deze module met succes af te ronden, moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: ¾ 100% aanwezigheid; ¾ Doorlezen van aangereikt materiaal tijdens de lessen; ¾ voldoende beoordelingen van thuisopdrachten en presentaties (die op tijd moeten worden ingeleverd en uitgevoerd); ¾ Voldoende beoordelingen voor de 2 lesvoorbereidingen waarin gevarieerde didactische werkvormen toegepast worden volgens de werkvorm- en lesontwerpcriteria en format. ¾ Voldoende schriftelijk tentamen. Beoordeling Beoordelingsonderdelen van de module Didactische Werkvormen zijn: Door het missen van een bijeenkomst kan de module niet met een positief resultasat afgerond worden. Laatkomers worden niet toegelaten en dat betekent een bijeenkomst missen met alle gevolgen voor afronding van dien. Thuisopdrachten die niet op tijd ingeleverd worden of af zijn worden met eenopnvoldoende beoordeeld; Presentaties die niet aan de kwaliteitseisen voldoen worden met een onvoldoende beoordeeld; De 1ste lesvoorbereiding wordt uitgevoerd tijdens de bijeenkomsten en ingeleverd worden in bijeenkomst 4. De 2de lesvoorbereiding (ook wel de eindopdracht genoemd) wordt ingeleverd in de evaluatieweek na bijeenkomst 7. De hele module wordt afgerond met een schriftelijk tentamen (in de evaluatieweek). *Alle bovengenoemde beoordelingsonderdelen moeten afzonderlijk met een voldoende afgesloten worden. Literatuur Voor de ontwikkeling van deze module is de volgend literatuur nageslagen: ¾ Ebbens, S; Ettekoven, S. Rooijen, J. van Effectief leren in de les,; ¾ Frea Janssen-Vos: Basisontwikkeling in de onderbouw, ontw. gericht onderwijs; ¾ Alkema, E; Tjerkstra, W: Meer dan onderwijs; ¾ Hoogeveen, P.; Winkels, J. Het didactische werkvormenboek; ¾ Didactische Werkvormen en Media, hfdst 7.1.1 Did. W.V.: een omschrijving. Voor de reader is de volgende literatuur gebruikt: ¾ Hoogeveen, P; Winkels, J: Het didactische werkvormenboek, blz 75-333. IPA modulegids 2008-2009
174
Talen Module Blok Specialisatie Docenten Studiebelasting Bijeenkomsten Voorbereiding Evaluatie
Leesbevordering : II. 2 : 6 – 12 : Cheryda Gemin : 1studiepunt = 40 uur : 7 X 1.5 = 10.5 : 7X2 = 14 : 15.5
Inleiding Dat het lezen van fictionele en informatieve boeken niet tot de belangrijkste vormen van vrijetijdsbesteding voor de jeud geldt, hoeft nauwelijks enige uitleg. Voor de (toekomstige) leerkracht ligt hier een taak weggelegd. Geheel kansloos is hij/ zij niet want ondanks de afnemende belangstelling voor het boek zijn er genoeg manieren om de leesmotivatie van de jeugdige lezer met succes te stimuleren. Hierbij moet hij/ zij rekening houden met het feit dat hij/zij zich in een multiculturele samenleving bevindt en dat hij/ zij bij het bevorderen van leesplezier dit gegeven goed weet te gebruiken. Beginsituatie De studenten hebben in de module Jeugdliteratuur uit het eerste leerjaar kennisgenomen van wat kinder- en jeugdliteratuur is, welke genres er zijn en waar leerlingen van een bepaalde leeftijd interesse in hebben. Ze hebben ook kennisgemaakt met een leerlijn leesbevordering en hebben die geprobeerd aan te passen aan het Arubaanse kind. In de module Desaroyo y adkisicion di idioma hebben ze kennisgenomen van het taalverwervingsproces en de taalontwikkeling van een kind en hoe het voorlezen of lezen van boeken het taalverwervingsproces kan beïnvloeden. Tevens hebben de studenten kennisgenomen hoe het proces van leren lezen en schrijven in het Nederlands verloopt. Leerinhouden Belevend lezen Fantasia Schoolkrant en Kindertijdschriften Leesdossier Wereldboeken Activiteiten BNA Oefenen met didactische werkvormen: voorlezen, vertellen, dramatiseren, toneel, boeken maken, etc Leerlijn leesbevordering IPA modulegids 2008-2009
175
Linkage De module is een voorbereiding op de module Familiarisatie en Lezen en schrijven in ciclo 1 en 2 en een vervolg op de module jeugdliteratuur van 1.4. De werkvormen die tijdens deze module aangeboden zullen worden, kunnen goed gebruikt worden binnen thematisch en/of projectmatig werken, onderwerpen die al vaker genoemd en behandeld zijn tijdens diverse modules van andere vormingsgebieden. Praktijklink Aangezien er vaak gezegd wordt dat Aruba geen leescultuur heeft, is het noodzakelijk dat alle toekomstige docenten de juiste tools bezitten om het lezen te bevorden. Dat ze kinderen kunnen stimuleren om zowel binnen als buiten de schoolpoorten fictieve en informatieve boeken te laten lezen. Dit zal gedeeltelijk bewerstelligd worden door de leerlijn op een pilotschool uit te proberen en de knelpunten te bespreken.
Leerdoelen kennisdoelen: ♦ De student weet welke knelpunten er zijn bij het leren van een eerste, tweede en vreemde taal. ♦ De student heeft kennis van ontwikkelingen en initiatieven op vreemde/ tweedetaalgebied. ♦ De student weet welke literatuur geschikt is om de taalontwikkeling van het kind vlot te laten verlopen. ♦ De student is op de hoogte van het interculturele aspect van literatuur dat in de klas gebruikt kan worden. ♦ De student kan bepalen welke literatuur geschikt is om aangeboden te worden aan kinderen van verschillende nationaliteiten en leeftijden. ♦ De student is op de hoogte van de diverse verwerkingsvormen bij het aanbieden van literatuur. ♦ De student is bekend met een leerlijn leesbevordering en kan die ook uitproberen in de praktijk. ♦ De student raakt bekend met de knelpunten die er zijn bij het aan de slag gaan met een leerlijn. Vaardigheidsdoelen: ♦ De student kan de knelpunten die er zijn bij het leren van een eerste, tweede en vreemde taal op de juiste manier aanpakken. ♦ De student kan de kennis van ontwikkelingen en initiatieven op vreemde/ tweedetaalgebied gebruiken bij het aanbieden van literatuur. ♦ De student is belezen in de kinder- jeugdliteratuur van de drie meest gesproken vreemde talen. ♦ De student is in staat om geschikte literatuur uit te kiezen en aan te bieden aan kinderen van verschillende nationaliteiten en leeftijden. ♦ De student kan verschillende en vooral geschikte verwerkingsvormen aanbieden bij het behandelen van literatuur. ♦ De student is in staat om in de klas de leesmotivatie te stimuleren. ♦ De student is in staat een leerlijn leesbevordering uit te proberen in de praktijk. IPA modulegids 2008-2009
176
♦ De student is in staat de knelpunten die er zijn bij het aan de slag gaan met een leerlijn te onderscheiden. Houdingsdoelen: ♦ De student is bereid om elke gelegenheid die zich voordoet aan te grijpen om zich in te zetten voor leesbevordering. ♦ De student is bereid om de bestaande literatuur op het gebied van leesbevordering kritisch en selectief door te nemen. ♦ De student is bereid om alle hulpmiddelen die tot zijn/haar beschikking zijn, te gebruiken om het lezen voor kinderen zo aantrekkelijk mogelijk te laten zijn. Werkvormen Klassengesprek Instructie Individuele opdrachten Groepsopdrachten op pilotschool Expertmethode samenwerkingsvorm Evaluatie Om in aanmerking te komen voor een studiepunt voor deze module, dient de student: o individueel en/ of in groepsverband verschillende artikelen over het onderwerp te lezen en te bespreken. o De leerlijn leesbevordering verdiepen met extra lesmateriaal en uitproberen op de pilotschool in 3 tot 4 lessen. o binnen zijn/ haar groep/klas informatie over de ervaringen uitwisselen, zodat ieder groepslid op de hoogte is van de geboekte resultaten binnen zijn/ haar groep.
Literatuur • Nijmeegse werkgroep, 1992, Taaldidactiek aan de basis, Groningen, Wolters – Noordhoff. • Meelis – Voorma, T. e.a., 2001, Leren lezen, laten lezen, Wolters – Noordhoff, Groningen. • Websites www.leesplein.nl www.mijnstempel.nl www.cultuurplein.nlwww.bibliotheek.nl www.leesfeest.nl www.schooltv.nl/boekenwurm www.kinderboekwinkels.nl www.leesvirus.nl www.webjuf.nl www.boekenpret.nl
www.boekenpretfantasia.nl
IPA modulegids 2008-2009
177
Talen 4-8 Module Periode Specialisatie Docent(en)
Lesa y Scirbi den ciclo 1/ Lezen en Schrijven in Ciclo 1
: II.2 :4-8 : Jessica van der Linden Cheryda Gemin (6-12) Studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur Colleges 7 X 1.5 = 10,5 Voorbereiding colleges 7 X2 = 14 Voorbereiding evaluatie = 7,5 Evaluatie =8
Inleiding Geletterdheid In het onderwijs nemen lezen en schrijven een centrale rol in. En dat is nog niet zo gek als je bedenkt dat in het dagelijks leven lezen en schrijven voortdurend een rol spelen. Allebei doe je eigenlijk overal. Geen wonder dat deze vaardigheden in het onderwijs voor elk kind van groot belang zijn. Daarom gaat deze module over “geletterdheid”, ookwel (ontluikende) beginnende geletterdheid. Beginsituatie Ontluikende (0-4) en beginnende (4-6) geletterdheid bij kinderen begint al heel vroeg. Voordat ze beginnen met leesonderwijs hebben ze spelenderwijs al heel wat kennis opgedaan over lezen en schrijven. Ze weten bijvoorbeeld al dat je woorden op kunt schrijven en dat een woord uit letters bestaat. Bij beginnende geletterdheid staat niet de leertaak centraal, maar het kind en zijn lees- en schrijfontwikkeling, uiteraard als samenhangend geheel aangeboden. Leerinhouden Linkage In de de eerstejaars module Tekstanalyse in blok 1.1 en de module Taalvaardigheid schrijvenin blok I.2 en I.3 lag de nadruk vooral op het kunnen analyseren van teksten later op het kunnen schrijven van teksten op niveau. Nadat de student heeft kunnen ervaren hoe het is om ‘weer’ te kunnen lezen en schrijven, leren ze nu hoe ze de juiste lees- en schrijfstrategieën kunnen aanbieden en blijven stimuleren. Kortom, in leerjaar twee gaat de aandacht vooral uit naar de taaldidactiek, te denken valt aan Voorbereidend en aanvankelijk lezen en Taalverwerving en Taalontwikkeling uit II.1. De module Voorbereidend en aanvankelijk lezen is tevens direct vervolg op deze module.
IPA modulegids 2008-2009
178
Voor de praktijk geldt dat de student kan herkennen welke tussendoelen beginnende geletterdheid (lezen en schrijven) onderwezen worden, maar ook hoe hij/zij dit kan zelf kan toepassen en verbeteren door o.a. het aanbieden van de juiste strategieen, differentiatie, variatie en integratie. Leerdoelen Kennisdoelen • De student houdt rekening met de doelen van ontwikkelingsgericht onderwijs bij het voorbereidend lezen en schrijven. • De student is op de hoogte dat het noodzakelijk is om een leeromgeving te creëren waarin lezen en schrijven worden gestimuleerd. • De student heeft kennis genomen van het begrip tussendoelen beginnende geletterdheid. • De student is op de hoogte van de didactiek van voorbereidend schrijven. • De student is op de hoogte van het belang van een motivatiefase bij beginnende geletterdheid en kan een weloverwogen keuze maken van een passende activiteit. • De student weet hoe hij/ zij aan woordenschatuitbreiding moet werken tijdens het voorbereidend lezen. • De student heeft kennis van de diverse activiteiten en werkvormen die er op het gebied beginnende geletterdheid zijn. Vaardigheidsdoelen • De student kan beginnende geletterdheid zo vormgeven dat het voor het Arubaanse kind een betekenisvolle vaardigheid wordt en blijft. • De student is in staat om bij het voorbereidend schrijven zinvolle activiteiten aan te bieden. • De student kan activiteiten kiezen die het lees- en schrijfproces stimuleren. • De student kan voorbereidend lezen en schrijven op een functionele manier benaderen en vorm geven. • De student is in staat om een leeromgeving (o.a. lees- en schrijfhoek) te creëren waarin lezen en schrijven worden gestimuleerd. • De student kan verantwoorden hoe hij aan woordenschatuitbreiding moet werken tijdens voorbereidend lezen en schrijven. • De student kan naar aanleiding van thema’s geschikte boeken en teksten selecteren die passen bij de beleving van het kind. • De student kan verantwoorde lees - en schrijfactiviteiten opzetten en uitvoeren en indien nodig daarvoor materiaal ontwikkelen. • De student is in staat de leerlingen te motiveren tot lezen en schrijven. Houdingsdoelen ♦ De student is bereid de leerlingen te motiveren tot voorbereidend lezen en schrijven. ♦ De student is bereid om de leerlingen verder te helpen in het lees- en schrijfproces. ♦ De student ziet het belang in om de leerlingen geïnteresseerde lezers of schrijvers te laten worden. Praktijkopdrachten (als onderdeel van de evaluatie) IPA modulegids 2008-2009
179
Werkvormen De module bestaat uit diverse bijeenkomsten waarbij de student door middel van afwisselende activiteiten zoals samen lezen, leesopdrachten, schrijfopdrachten, zelf ontdekken van lees- en schrijfstrategieën bij jezelf, etc. en met name voorbeeldactiviteiten kennis opdoet van de theorie maar tegelijkertijd ook van didactiek beginnende geletterdheid, (voorbereidend lees- en schrijfdidactiek). Evaluatie Om in aanmerking te komen voor een studiepunt: 3. heeft de student de verschillende teksten/ artikelen uit de reader gelezen en bestudeerd; 4. moet de student minstens 80% van de bijeenkomsten gevolgd hebben. krijgt de student een extra opdracht bij 50-80% aanwezigheid. moet de student module opnieuw volgen bij een aanwezigheid van minder dan 50%. 5. presenteert de student in duo/trio (afhankelijk van groepsgrootte) een ‘les’ met voorbereidende schrijfactiviteiten. 6. En maakt de student een reflectieverslag hiervan (compleet met eigen leerdoelen en lesdoelen). Tentamenopdracht: aan het einde van de module Maakt de student in duo een lessenserie van 4 schrijfactiviteiten (aansluitend op en) aan de hand van de eindopdracht van blok 2.3: • de gekozen fase van de schrijfontwikkeling staat centraal. • de beginsituatie wordt in overleg vastgesteld. • kies zelf bij de basislessen goede passende teksten/ activiteiten • een passende handleiding. Literatuur Reader ‘Taal in de onderbouw’ Samengesteld uit o.a. Nijmeegse Werkgroep, vierde druk, Taaldidactiek aan de Basis, WoltersNoordhoff, Groningen. Paus , Harry e.a, 2002, POR Taal, Praktische taaldidactiek voor het primair onderwijs, Coutinho, Bussum. Overzicht Tussendoelen beginnende geletterdheid www.lexicon.taalsite.nl
IPA modulegids 2008-2009
180
Talen 6-12
Module Werken met taalmethodes in Ciclo 1 en 2 ? ll.2 Blok: Specialisatie: 6-12 Docenten: Cheryda Gemin (6-12) Studiebelasting: 1 studiepunt is 40 uur Urenverantwoording: Aantal colleges: bijeenkomsten van 1.5 uur= 10.5 uur Voorbereiding voor colleges: 7 x 2 uur voorbereiding 14 uur Voorbereiding voor evaluatie: 14 uur Evaluatie: 1.5 uur
Inleiding Zoals je kunt zien staat er een vraagteken achter het woordje methode’. Dat is een bewuste keuze. Je kunt je namelijk heel wat afvragen ten aanzien van het werken met methodes. Enkele voorbeelden: Met welke methode wil ik werken? Hoe wil ik met de methode werken? Wil ik eigenlijk wel met een methode werken? Hoe kan ik goed met een methode werken? Wat is er tegen het werken met een methode? Het werken met methodes is verbonden met het onderwijs. In het hedendaagse onderwijs wordt er vaak met methodes gewerkt. De wijze waarop kan echter sterk verschillen. Leraren verschillen ook in de wijze waarop zij tegen een methode aankijken. Wij willen je graag laten kennismaken met het werken aan de hand van de methode. Maar wij willen vooral dat je je allerlei vragen gaat stellen bij het werken aan de hand van de methode. In deze module verdiep je je in methodes die gebruikt worden in het huidige onderwijs en maak je kennis met andere geschikte methodes. Je zult ervaren hebben dat leerkrachten veel gebruik maken van onderwijsmethoden. Methoden vormen een belangrijk hulpmiddel voor leerkrachten bij het verzorgen van onderwijs. De keuze voor een methode bepaalt voor een belangrijk deel het onderwijsaanbod dat kinderen geboden wordt. Vaak heeft een leerkracht zelf geen aandeel gehad bij de keuze voor een bepaalde methode. Toch wordt van hem verwacht dat hij de methode volgt. Het hangt van de leerkracht af of hij de methode 'slaafs' volgt, of de lessen die hij geeft verrijkt en aanpast aan de situatie van zijn groep. Ervaren leraren 'durven' en 'doen' dat: 'bewust even buiten hun boekje gaan'. Zij beschikken kennelijk over een didactisch repertoire waaruit ze kunnen putten om lessen van een methode aan te passen aan de specifieke behoeften van een groep kinderen.
IPA modulegids 2008-2009
181
Beginsituatie Je hebt je mentor al eens een lesje zien geven en de kinderen aan een taallesje zien werken. Misschien heb je zelf al eens een les aan de hand van de methode gegeven. Je bent al op de hoogte van de woordenschatdidactiek en van de didactiek van luisteren spreekvaardigheid. Bovendien heb je al geëxperimenteerd met verschillende didactische werkvormen. Je hebt materiaal ontwikkeld met betrekking tot voorbereidend en aanvankelijk lezen en schrijven. Tevens heb je een behoorlijke kennis van zowel de Nederlandstalige als de Papiamentstalige jeugdliteratuur opgedaan. Leerinhouden Je zult in deze module leren hoe je een methode kunnen analyseren, gebruiken en aan kunnen aanpassen. Het gaat in deze module onder andere om de volgende methodes: Papiamento na Color, Trampolin, Veilig Leren Lezen, Taalactief , Prisma, Dal bai Numa en Schatkist. Ook wordt gekeken hoe het zonder methode zou kunnen aan de hand van een ontwikkelingsgerichte didactiek aan de hand van de tussendoelen beginnende geletterdheid. Een methode bestaat voornamelijk uit een leerlingenboek en een handleiding. Daarnaast zijn er vaak werkboekjes, cd’s, computerprogramma’s, extra materialen. De methode verwerkt de kerndoelen in de verschillende leerjaren. Een overzicht hiervan kun je vinden in de handleiding of een algemeen gedeelte bij de methode. In een hoofdstuk van een taalboek kun je die verschillende domeinen terugvinden als je let op de taallesjes in een hoofdstuk. Soms integreert de methode alle domeinen en vind je die allemaal terug. Soms kiest een methode voor bepaalde domeinen: mondelinge taalvaardigheid, schrijfvaardigheid en taalbeschouwing in de taalmethode. Leesvaardigheid is dan een aparte leergang Leerdoelen kennisdoelen: • Je hebt inzicht in hoe de verschillende onderdelen in de taalmethodes zijn verwerkt. • Je hebt inzicht in hoe de taalmethode is opgebouwd. • Je kunt een les volgens de taalmethode geven. • Je kunt een taalles geven zonder de methode te gebruiken. • Je kent het verschil tussen een leesmethode en een taalmethode • Je kent de structuur van de verschillende methodes • Kun je verband leggen tussen de doelen, de didactische uitgangspunten en de inhoud van de methodes
Vaardigheidsdoelen • een methodeles bijstellen en aanpassen waarin je aansluit bij wat kinderen kunnen en bij wat kinderen bezighoudt; • een lesvoorbereiding maken volgens model; • Doelgericht werken in onderwijsleersituaties; • Gebruik maken van de context door geschikte openingen en instapproblemen te ontwerpen bij methodelessen; • vragen stellen, een leergesprek voeren en leerstof uitleggen; IPA modulegids 2008-2009
182
• •
methodelessen verzorgen en deze interactief maken door kinderen de ruimte te geven eigen oplossingsstrategieën te hanteren; Een verwerking bij een methodeles ontwerpen die aansluit bij de lesdoelen.
Houdingsdoelen • Ben je bereid de beginsituatie steeds opnieuw te analyseren • Ben je bereid te differentiëren in je taallessen • Ben je bereid verder te werken aan je eigen kennis ten aanzien van methodes • Ben je bereid het geleerde ook in de praktijk toe te passen
Praktijkvaardigheidsdoelen • Maak per persoon drie lessen uit de diverse domeinen van taal. Twee van deze lessen kun je uit de methode op je basisschool halen. De derde les is een les niet uit de methode komt. De lessen bereid je voor op lesvoorbereidingsschema’s. Bij elke les komt een verantwoording. Werkvormen • Instructie • Interactie • Samenwerkingsopdrachten • Individuele opdrachten • Presentaties • Onderzoeken, analyseren, concluderen en verbeteringen aanbrengen • Evaluatie De domeinen van de Nederlandse taal zijn leidraad voor de inhoud én evaluatie van de methode. De domeinen zijn: 1. Mondeling taalvaardigheid (spreken en luisteren) 2. Leesvaardigheid (technisch lezen, begrijpend lezen, studerend lezen en leesbevordering) 3. Schrijfvaardigheid (stellen) 4. Taalbeschouwing (spelling, woordenschat, praten over taal) De opdracht is dat je het werken met de taalmethode een tikje probeert te geven via 5 kernimpulsen [ de 5 kernvragen]. Dat doe je door methodegebonden lessen te beoordelen en aan te passen op 5 kernvragen voor goed taalonderwijs. Ook maak je op basis van alle kennis een ideale eigen les. Natuurlijk schrijf je een degelijke verantwoording van je gemaakte keuzes. In groepsverband wordt de volgende opdracht uitgevoerd • De groep verdeelt de 4 domeinen over de groep; elk lid neemt 1 domein voor zijn/haar rekening. Als groep zijn alle 4 de domeinen (mondelinge taalvaardigheid, schriftelijke taalvaardigheid, taalbeschouwing en leesvaardigheid) vertegenwoordigd • Elk lid heeft de plicht de overige groepsleden bij te scholen op de hoofdlijnen van het gekozen domein; dit is een essentiële stap. De studenten moeten elkaar IPA modulegids 2008-2009
183
•
informeren (mondelinge taalvaardigheid, schriftelijke taalvaardigheid, taalbeschouwing en leesvaardigheid) per domein; het is een gezamenlijk gedragen eindproduct!!! Maak per persoon drie lessen uit één van de domeinen van taal. Twee van deze lessen haal je uit methodes voor de basisschool. Die pas je aan aan de uitgangspunten van goed taalonderwijs. De derde les maak je zelf; dat is de meest ideale les die je kunt bedenken. De lessen bereid je voor op lesvoorbereidingsschema’s. Bij elke les komt een verantwoordeing van gemaakte keuzes. Vergelijk het werken volgens de methode met het werken via de aangepaste methode. Naast het werken met de taalmethode kun je ook lessen geven die je niet uit de methode haalt. Een voorbeeld hiervan is een les leesbevordering, waarbij je zelf een activiteit bedenkt bij een kinderboek. Of een les creatief schrijven.
Literatuur Reader samengesteld uit de volgende bronnen: Sectie Nederlands interne publicatie: Reader Taal in de onderbouw schooljaar 2007/2008 Paus Harry e.a. ,2002, Portaal, Coutinho, Bussum *Hansma ,Henk, 2002, Taaleducatie met versjes en gedichten HB uitgevers, Baarn, *Huizenga Henk,2002, Taalbeschouwing Wolters Noordhoff, Groningen *Huizenga Henk,2002, Spelling Wolters Noordhoff, Groningen *Norden, Suzanne van, 2004,Taal leren op eigen kracht Van Gorcum, Assen *Vos Jacques ,1996,Het huis lijkt wel een schip Bekadidact, Baarn *Walst Ruud / M. Verhallen, 2002, Taalontwikkeling op school Coutinho, Bussum, * literatuur met een sterretje is aanbevolen
IPA modulegids 2008-2009
184
Papiamento Modulo Periodo Materia Sector Specialisacion Docente Peso di estudio
Mi propio material pa lesa y skirbi : II.2 : Papiamento : Idioma : tur : Gregory Goedgedrag : 1 punto - 40 ora ora di contacto : 7x1,5= 10,5 ora tarea pa cada siman : 7x1,5= 10,5 ora tarea di evaluacion : 9 ora literatura : 10 ora
Introduccion Un di e tareanan di e maestro nobo ta duna les na un manera responsabel na Papiamento. Den cuadro di esei e mester por traha material na Papiamento, entre otro texto pa e diferente materianan. Hopi biaha sa resulta, cu e scol no tin suficiente material adecuado na Papiamento, por ehempel pa e tema cu e maestro kier trata. Esei kier men, cu e maestro mester traha, adapta of traduci texto. Pa por haci esaki na un manera responsabel, e maestro mester domina algun habilidad. Diferente di e habilidadnan ei ta topico di e modulo aki. Situacion inicial E studiante a cera conoci caba cu e ortografia di Papiamento, cu e reglanan principal di gramatica di Papiamento y cu literatura infantil y hubenil na Papiamento. E studiante ta bon na haltura di e aspectonan importante di innovacion di enseñansa, specialmente relaciona cu Papiamento. Meta general Na final di e modulo • e studiante tin un miho dominio di e idioma nacional Papiamento • e studiante ta capas di traha texto adecuado na bon Papiamento pa su les. Meta cognitivo • E studiante ta conciente di e balor di bon uzo di Papiamento. • E studiante conoce e reglanan gramatical di Papiamento. • E studiante conoce e reglanan ortografico di Papiamento. • E studiante por huzga calidad di texto segun cierto criterio. • E studiante sa cu idioma ta parte esencial di tur materia na scol Meta di abilidad • E studiante ta formula corectamente. IPA modulegids 2008-2009
185
• • • • • • •
E studiante por reconoce eror gramatical y por coregi esaki. E studiante por usa e reglanan ortografico corectamente. E studiante por haci uzo di elemento stilistico den su textonan E studiante ta haci uzo di e strategianan di scucha y lesa. E studiante ta haci uzo di e strategianan di skirbimento. E studiante por produci diferente sorto di texto pa uzo na scol, pa diferente materia. E studiante por reflexiona riba su idioma.
Meta di actitud E studiante ta • dispuesto pa coregi su mes y pa acepta comentario di otro. • dispuesto pa yuda otro pa yega na bon uzo di Papiamento. Contenido • Profundisacion y ampliacion di conocemento y dominio di idioma Papiamento den tur su aspectonan gramatical, ortografico y stilistico cu ehercicio y tarea • E strategianan di lesamento • E strategianan di skirbimento • Diferente sorto di texto • Relacion idioma Papiamento y e otro idiomanan na scol • Atencion pa texto y idioma den tur les di scol preparatorio y basico Forma di traha durante e modulo Despues di a trata e ortografia na un forma skematico, ta introduci pa cada les un tema/topico, rond di cua ta trata diferente aspecto di e idioma. Na final di cada les e studiante ta haya e tarea pa traha un texto relaciona cu e tema/topico. Un parti di e tarea aki e tin di haci pafo di e oranan di contacto. E aporte y participacion activo di studiante ta hopi importante. E studiante mester cuminsa na tempo cu e texto pa evaluacion final. Evaluacion E studiante mester cumpli cu e siguiente exigencianan: • Presencia: minimo 80% • Trahamento y entrega di e tareanan; ta registra esaki. • Ta entrega un minimo di dos obra propio di cada genero literario cu e docente a splica • Ta yuda forma e coleccion di obra pa medio di entrega di e obranan propio Literatura • Un bon diccionario ( Dijkhoff, Mansur, Joubert, Ratzlaff) • Ortografia Papiamento • Tur e readernan anterior • material parti durante les
IPA modulegids 2008-2009
186
Schrijven
Module Fase Blok Studiepunt Bijeenkomsten Docent
Schrijfdidaktiek : Beroepsgericht : II.2 : 1 stp :7 : Mirto Nicolaas
Inleiding Meestal in klas 1 maken de kinderen de overgang van het kleuterschrijven naar het aanvankelijk schrijven.Onder kleuterschrijven wordt meestal verstaan: - “schrijven zonder pen”, - bewegen op papier, - het maken van boodschappenlijstjes, verlanglijstjes voor Sinterklaas en de eigen naam; alle activiteiten waarmee het jonge kind wil ingroeien en deelnemen aan de omringende wereld; - het werken in een schrijf- / drukhoek; - Het maken van basale schrijfbewegingen; - Het bewustworden van de juiste zithouding en pengreep. Daarna volgt het aanvankelijk schrijven: - het systematisch aanleren van alle basale schrijfvormen, te weten: de letterpatronen van het verbonden schrift de verbindingsvormen van het verbonden schrift en de hoofdletterpatronen van het verbonden schrift. - het systematisch aanleren van de juiste zit- en schrijfhouding. Overigens besteden we ook aandacht aan • het voortgezette schrijven, • de zingeving van het schrijven • en het plezier dat kinderen eraan kunnen beleven! Beginsituatie Aan dit blok kan begonnen worden als de student het tentamen schrijven uit het eerste jaar met goed gevolg heeft afgelegd. Verder heeft de student al op de stageschool kennisgenomen van de specifieke rol die schrijven heeft in de ontwikkeling van geletterdheid. Leerinhouden Deze module heeft een directe link met alle stageopdrachten; bij veel lessen zal geschreven worden door zowel het kind als de leraar. Deze module heeft eveneens een directe link met de module aanvankelijk lezen in ll.1 en Lezen en schrijven in ciclo 1&2 in periode ll.3 en ll.4. IPA modulegids 2008-2009
187
Naast verfijning van de eigen “methodisch handschrijft” zowel op papier als op bord, wordt vooral accent gelegd op de didaktiek van het voorbereidend en aanvankelijk schrijven, terwijl het voortgezet schrijven onderbouwd zal worden met Taal, Communicatie, Cultuur en Geschiedenis van het schrift. Leerdoelen Kennisdoelen • Je kent de visies waar vanuit naar het schrijven kan worden gekeken. • Je kan een eigen visie onder woorden brengen. • Je kent de kerndoelen met betrekking tot het schrijfonderwijs. • Je kent de leerstofdomeinen van de verschillende schrijffasen. • Je kent de opbouw van de leerlijn aanvankelijk schrijven. • Je kan de opbouw van een methode omschrijven. • Je hebt kennis van de motorische ontwikkeling van het kind. • Je hebt kennis van de handschriftontwikkeling van het kind. • Je kent criteria op grond waarvan je een handschrift beoordeelt. • Je kent de kenmerken van een goede zit-/schrijfhouding en weet welke materialen daarbij noodzakelijk zijn. • je hebt kennis van de begeleiding van linkshandigheid. • Je hebt enige kennis van mogelijke oorzaken van afwijkingen in het schrift. • Je hebt kennis van de didactische ontwikkelingen in het schrijfonderwijs. • Je kent de kenmerken van een goede schrijfles. • Je kent de leerkrachtvaardigheden die daarbij voorwaarde zijn. Vaardigheidsdoelen • Je kan op grond van taakkenmerken een schrijfoefening in het juiste leerstofdomein plaatsen. • Je kan de voor- en nadelen noemen van het schrijven van blokletters. • Je kan alternatieve materialen inzetten bij het leesproces. • Je kan een handschriftobservatie uitvoeren. • je kan een observatie met betrekking tot de zitschrijfhouding uitvoeren. • Je bent in staat om kinderen individueel te begeleiden in hun schrijfproces. • Je kan een schrijfles uitvoeren.
Houdingsdoelen • Je bent je ervan bewust dat je een voorbeeldfunctie hebt en laat dit ook zien in je handschrift en zit-/schrijfhouding. • Je bent je ervan bewust dat de rol van schrijven onmiskenbaar bijdraagt tot ontwikkeling van de taal, cultuur en communicatie. • Je bent bij (stage-) schoolwisseling bereid de schrijfmethode van de nieuwe school aan te leren. • Je bent bereid om buiten de methode te treden. • Je bent bereid om spel- en bewegingsmateriaal zodanig in te zetten, dat het bijdraagt aan een gezonde schrijfontwikkeling. IPA modulegids 2008-2009
188
Praktijkopdrachten • Je bent in staat verantwoorde schrijflessen op te stellen en uit te voeren • Je bent in staat de vernieuwende stappen toe te passen in de dagelijkse praktijk Werkvormen Je gaat in groepjes van 2 of drie studenten werken aan de opdrachten. Daarnaast zijn er werkcolleges en voorbeeldlessen gericht op het tentamen en de praktijkvoorbereiding. Evaluatie - Schriftelijk tentamen. - Het tentamen bestaat uit 40 MC vragen die vooral op toetsing van kennis gericht zijn; daarnaast zijn er 5 open vragen waarin de visie en keuzes centraal staan. - Inleveren van het werkboekje “Schrijfvaardigheid op papier en bord”. - Vaardigheden worden niet expliciet getoetst (voor training met betrekking tot vaardigheden zie de inhoud van de colleges). Literatuur • Kwast A.D: 1999, “Schrijven kun je leren”, de theorie van het schrijven. Bestaande uit een boek en een CD-rom. Stichting Stylus et Cultura, Alkmaar • “De handout aanvankelijk schrijven” en “Checklist signalering voorkennis bij de start van de werkcolleges” en artikelen .
IPA modulegids 2008-2009
189
Taal / Hende y Comunidad 4-8
Module Periode Specialisatie Docenten Studiepunten Verantwoording Bijeenkomsten: Literatuur: Ontwerptaken: Uitvoeringstaken:
Taal (leesbevordering) en Estudio Social in themaonderwijs voor de onderbouw : II.2 : 4-8 : Gregory Goedgedrag en Luc Alofs : 2 (80 uur) 14 x 1.5 uur 140 pagina’s
21 uur 20 uur 30 uur 9 uur
Inleiding Kinderen rond een thema spelend tot leren laten komen is een vaardigheid die een goede leerkracht onder de knie moet hebben. Daarbij rekeninghoudend met de belevingswereld en het taalverwervingsproces van het jonge kind zijn essentieel in het leerproces. Beginsituatie Thema: • de student is bekend met de beginselen van het thematisch onderwijs (propedeuse). • de student is bekend met de kenmerken van ontwikkelend onderwijs (propedeuse). Estudio Social: • de student is bekend met de domeinen (inhouden en bedoelingen) organisatievormen (werkvormen) van ES. • de student is in staat een lessuggestie voor ES-activiteiten voor de onderbouw te ontwerpen. Taal: • de student is bekend met diverse didactische werkvormen, aangeboden bij de module Voorbereidend en Aanvankelijk lezen en Schrijven , die hem/ haar in staat stelt kleuters en jonge kinderen spelend tot leren te laten komen • de student is bekend met het taalverwervingsproces van jonge kinderen, aangeboden tijdens de module Desaroyo y adkisicion di idioma.
Doelen Algemene doelen IPA modulegids 2008-2009
190
• • • • •
De student is in staat om thema’s voor de kleine kleuter te ontwikkelen en aan te bieden. De student is in staat om de eigen didactische vaardigheden uit het vormingsgebied ES uit te breiden met nieuwe werkvormen en in te passen in themaonderwijs. De student is in staat om didactische vaardigheden op het gebied van taalverwerving / leesbevordering uit te breiden. De student kan kleuters en jonge kinderen door hen te laten spelen, helpen spelen en leren spelen motivatie voor het lezen bijbrengen. De student maakt kennis met aspecten van observeren, evalueren, plannen en registreren van themaonderwijs.
Thema onderwijs Kennis • De student kan enkele inhoudelijke en didactische kenmerken van verantwoord themaonderwijs voor de onderbouw (groep 1-2) opnoemen. • De student kan de opbouw van een themadossier voor de onderbouw opnoemen.
Vaardigheid • De student kan in een groep een beknopt thema voor de onderbouw ontwerpen. • De student kan concrete activiteiten in de oriëntatie, verdieping- en afrondingsfase van een thema voor de onderbouw ontwerpen. • De student kan concrete activiteiten in de oriëntatie, verdieping- en afrondingsfase van een thema aanbieden in een thematisch dagdeel van 60 tot 90 minuten. Estudio Social Kennis: • De student kan het belang van ES-activiteiten voor thema’s en het belang van thematisch onderwijs voor het vormingsgebied ES benoemen.
Vaardigheid: • De student kan ES-activiteiten uit de verschillende ES-domeinen ontwerpen in themaonderwijs voor de onderbouw. • De student kan ES-activiteiten uit de verschillende ES-domeinen in themaonderwijs voor de onderbouw aanbieden. Taal: Leesbevordering Kennis: • de student kan de uitgangspunten en werkwijzen van verschillende strategieën van leesbevordering benoemen en uitleggen. • De student kan bepalen welke literatuur geschikt is om aangeboden te worden aan kinderen van vier tot acht jaar. Vaardigheid: IPA modulegids 2008-2009
191
• •
de student is in staat om genoemde docentvaardigheden van leesbevordering toe te passen binnen thematisch onderwijs. De student kan kinderen door te laten spelen, helpen spelen en leren spelen het plezier van lezen bijbrengen.
Werkwijze tijdens de modules De dubbelmodule wordt twee maal per week aangeboden. De opbouw bestaat uit 4 fasen en wordt afgesloten met een groepsuitvoering van het thema in de schoolpraktijk. a. Themaverkenning: 4 bijeenkomsten in week 1 en 2, met instructie en begeleiding b. ES-activitieten: 3 bijeenkomsten in week 3 en 4, met instructie en begeleiding c. Taal-activiteiten: 3 bijeenkomsten in week 4 en 5 met instructie en begeleiding d. Begeleiding en Proefpresentatie in week 6 en 7. Tijdens de klassikale bijeenkomsten wisselen we praktische en theoretische lessen af. De nadruk ligt op het toepassen van uitgangspunten en didactische principes ten behoeve van het ontwikkelen van maandthema’s voor het vormingsgbied ES in de onderbouw. We werken toe naar het opstellen van één maandthema per twee studenten. De docent treedt op als procesbegeleider. De studenten zorgen dat zij steeds hun opdrachten en leeswerk afronden voor aanvang van de bijeenkomsten. Deze staan vermeld in de weekplanning. Nadat het themadossier is goedgekeurd voeren de werkgroepen het thema uit in de vorm van een minithema (carrousel-vorm) van 60-90 minuten in de stageklas van één van de groepsleden. Evaluatie • 80% aanwezigheid bij de bijeenkomsten • Voldoende beoordeling voor het themadossier inclusief a. de daarin opgenomen ES-activiteiten b. de daarin opgenomen taalactiviteiten • Voldoende beoordeling voor de uitvoering van het mini-thema in een themaochtend van 60-90 minuten in de praktijkschool van een van de groepsleden door de vakdocenten (telt tevens voor stagemap). Opbouw van de cursus Week Les 1 1 Introductie wat is een goed thema 1. Bronnen voor thema’s 2. Opbouw van een thema 3. Kenmerken van een goed thema: nabij, concreet, 2
Het themadossier: Hoofdstuk 1 en 2
3
ES-inhouden bij je thema?
Les 2 Huiswerk: Thema’s en projecten Bespreken van een voorbeeld.
Begeleiden hfst. 1 en 2 van het themadossier. ES-bedoelingen en situaties
IPA modulegids 2008-2009
192
4: Week 5 Week 6 Week 7
Tijd, ruimte, medemens, gezond gedrag, materiaal, ES-bedoelingen en situaties Keuze literatuur voor leesbevordering ES/Taal: Lessuggesties en lesmateriaal: Begeleiding Proefpresentaties
Wat zijn doelen en uitgangspunten van leesbevordering? Taal – en luisterspelletjes, drama en poppenkast Es/Taal: Lessuggesties en lesmateriaal: Begeleiding Proefpresentaties
Literatuur: (staat 14 voor, is nu 74!) Thema’s en projecten: • Frea Jansen-Vos, T. Schiferli & H. Vink, ‘Thema’s en Projecten’. 1998, Assen van Gorcum. (p. 1-63). • Helma Brouwers, Werken met thema’s volgens ontwikkelingsgericht onderwijs’ (11 pag.) Estudio Social: • Reader en ontwikkeld materiaal Module ES blok II.1. Taal: • Leren lezen, laten lezen, T. Meelis – Voorma e.a.Wolters – Noordhoff, Groningen, 2001 • Liedjes, Versjes en Gedichten uit Taal en Kleuters, R. Robbe en R. Pitstra, Wolters – Noordhoff, Groningen, 2001 • Reader en ontwikkeld materiaal Module Leesbevordering blok II.1. • Handout Workshop “ Rupsje Nooitgenoeg”.
IPA modulegids 2008-2009
193
Hende y Comunidad 6-12 Module Vakdidaktiek Hende y Comunidad : Vakdidactiek voor de eerste en tweede klas Subtitel Periode : Blok 2.2 Specialisatie : 6-12 Docent : Kees de Jong Studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur = 1.5 ECTS urenverantwoording - aantal colleges: 10.5 uur - voorbereiding voor bijeenkomsten: 18 uur - voorbereiding voor evaluatie: 10 uur - evaluatie: 1.5 uur
Inleiding In deze modulen richten we ons op de eerste en tweede klas van het basisonderwijs. Wat kunnen we de leerlingen in deze twee jaar aanbieden binnen het vormingsgebied hende y comunidad? In deze twee leerjaren staan de vakken aardrijkskunde en geschiedenis niet op het rooster. Indien er aandacht besteed wordt aan zaakvakken wordt dit meestal aangeboden onder de noemer van wereldoriëntatie. In de praktijk blijken de scholen en de leerkrachten hier vaak een eigen interpretatie aan te geven. De onderwerpen die gekozen worden liggen soms op het terrein van de persoonlijke vorming en soms meer in de richting van kdn. In deze module proberen we zicht te krijgen op welke onderwerpen binnen ons vormingsgebied vallen en welke van deze geschikt zijn om te behandelen in de eerste en tweede klas. Met behulp van het internet gaan we onderzoeken wat er aan informatie beschikbaar is over wereldoriëntatie voor de eerste en tweede klas (groep 3 en 4). Naast algemene informatie gaan we ook op zoek naar reeds uitgewerkte thema’s en lessen. Na een inventarisatie van het gevonden materiaal bekijken we welke thema’s passen binnen de belevingswereld van het op Aruba wonende kind en hoe we thema’s kunnen bewerken zodat ze aansluiten bij de omgeving en deze belevingswereld. Het is de bedoeling dat deze uitgewerkte thema’s zoveel mogelijk gedurende de stageperiode in de praktijk worden aangeboden. In het tweede deel van de module zullen we in de klas een aantal van de uitgewerkte en uitgevoerde thema’s nader onder de loep nemen.
Beginsituatie De studenten hebben in het vorige blok al stage gelopen in een eerste of tweede klas. In dit blok blijven ze in dezelfde klassen stage lopen. De studenten hebben hierdoor zicht op wat er op de school wordt aangeboden binnen het vormingsgebied. In de module aangeboden in blok 2.1 hebben de studenten kennis gemaakt met de omgevingsdidactiek. Op welke manier kan ik in mijn lessen gebruik maken van de omgeving van de leerling. Welke elementen uit de omgeving kan ik de klas in halen IPA modulegids 2008-2009
194
en op welke manier kan ik die gebruiken binnen mijn lessen. Deze kennis en vaardigheden worden in deze module verder uitgediept. Voor wat betreft één van de gekozen werkvormen: de studenten kunnen zelfstandig met behulp van het internet informatie verzamelen en deze onderling uitwisselen. Leerinhouden • ‘Wereldoriëntatie’ binnen de schoolpraktijk. Het internet als bron van informatie. De omgeving en leefwereld van het kind. Zelf werken. Toepassen van didactische werkvormen. • Linkage: module sluit aan bij de module vakdidactiek aangeboden in blok 2.1. Buiten het vakgebied sluit de module aan op de IP’s en op de module ‘didactische werkvormen’ (2.1) • Praktijklink: studenten lopen stage in de eerste of tweede klas van het basisonderwijs. De studenten dienen een uitgewerkt thema (waar mogelijk) uitvoeren op de stageschool.
Leerdoelen kennisdoelen • De student kan de praktijk met betrekking tot wereldoriëntatie in leerjaar één en twee beschrijven. • De student kan de in eigen woorden de omgeving en leefwereld van het kind in de eerste en tweede klas omschrijven. • De student kan het verschil tussen zelf werken en zelfstandig werken uitleggen. • De student kan de relatie uitleggen tussen de vakdidactiek en vakspecifieke werkvormen. vaardigheidsdoelen • Kan de student zelfstandig het internet raadplegen. • Kan de student informatie beoordelen en selecteren op bruikbaarheid. • Kan de student ideeën opgedaan via het internet meenemen bij het ontwikkelen van lessen voor klas één en twee. • Kan de binnen een thema gebruik maken van de omgeving en leefwereld van de leerling. • Kan de student werkvormen selecteren die geschikt zijn voor het vormingsgebied. • Kan de student vakspecifieke werkvormen toepassen binnen een uitgewerkt thema of les. • Kan de student reflecteren op het werk van zijn medestudenten. houdingsdoelen • De student heeft een kritische houding t.a.v. informatie op het internet. • De student staat open voor de feedback van zijn medestudenten.
IPA modulegids 2008-2009
195
Praktijkopdrachten De student dient (waar mogelijk) minimaal één les in de praktijk uit te voeren. Werkvormen Tijdens de colleges worden de volgende werkvormen gehanteerd): instructie, interactie, zelfstandig werken (internet), uitvoeren, presenteren, product- en procesevaluatie. Evaluatie De evaluatie bestaat uit de volgende onderdelen: 4. Minimale aanwezigheid van 80% 5. Het inleveren van de internetinformatie. 6. Het behalen van een voldoende beoordelingen voor met het in de groep uitgewerkte thema. 7. Inleveren en behalen van een voldoende beoordeling voor het reflectieverslag voorzien van verbeterpunten.
Literatuur Naast de zelf op te zoeken sites op het internet wordt van de volgende boeken gebruik gemaakt: Geerligs, T., van der Veen, T. (1996). Lesgeven en zelfstandig leren. Assen. Van Gorcum. Hoogeveen, P., Winkels, J. (2003). Het didactische werkvormenboek, variatie en differentiatie in de praktijk. Assen. Koninklijk Van Gorcum.
IPA modulegids 2008-2009
196
Persoonlijke en Maatschappelijke Vorming Module Vormingsgebied Periode Specialisatie Docent Studielast
“De leerkracht als maatschappelijke dienstverlener”
: Formacion Personal & Spiritual (FP&S) (Vakonderdeel: Formacion Personal (FP) : Leerjaar II; blok II.2 : beroeps-gericht fase : 4-8 jarigen & 6-12 jarigen : Jose Fernandes Perna (tevens module-ontwikkelaar, revisie mei 2006) : 1 StP = 1.5 ECTS (40 uur): : contacturen : bezoekmomenten : literatuurstudie : informatiepakket
: 10,5 uur; : 07,5 uur; : 10,0 uur; : 12,0 uur;
Inleiding Eveneens de module “De leraar als sociaal agent” (I.3) bespreken wij in de module “De leraar als maatschappelijke dienstverlener” allerlei ontwikkelingen die de opvoeding van kinderen sterk negatief kunnen beinvloeden, zoals: huiselijk geweld, gezinnen met verslavingsproblemen, sexueel misbruik bij kinderen, kinderen die in hun levens-behoeften worden verwaarloosd. Ook wordt ingegaan op de negatieve invloed van de media op kinderen: T.V, film en internet. De rode lijn is telkens weer: zijn wij als leraar op de hoogte van deze (maatschappelijke) ontwikkelingen? Wat kunnen wij als leraar daartegenover doen? Zijn wij bereid daartoe een helpende hand uit te steken? Al zijn wij daartoe wel bereid, niet altijd zijn wij in staat hulp aan te bieden! Bij wie moeten wij zijn? Naar waar kunnen wij de ouders/voogden verwijzen voor (meer) hulp?
Beginsituatie Zoals reeds opgemerkt, FP I.3 had meer een karakter van oriëntatie en inwijding. FP II.2 heeft een beroepsuitoefend karakter: de leraar treedt handelend op, indien er sprake is van ‘sociale probleemgevallen’. Als leraar moeten wij wel weten hoe te handelen bij sociale probleemgevallen, opdat de situatie niet erger wordt voor het betrokken kind. Heel veel studenten herkennen sociale probleemgevallen in de schoolpraktijk, maar weten niet op adequate wijze daarmee om te gaan: bij wie moeten zij zijn? Hoe verwijzen zij door? Vaak kennen de studenten de sociale kaart van relevante zorginstellingen op Aruba niet voldoende Leerinhouden Het ontwikkelen en stimuleren van vaardigheden, kennis, inzicht en houdingen die studenten in staat stellen sociale probleemgevallen vroegtijdig te onderkennen en deze IPA modulegids 2008-2009 197
bespreekbaar te maken met collega-leraren en/of contacten te leggen met ouders/voogden In geval van nood(zakelijkheid) weet de student op adequate wijze de betrokken ouders/voogden te benaderen en indien nodig deze door te verwijzen naar de meest geschikte hulpverlener/zorg-instelling. Dit laatste dient altijd te geschieden onder supervisie (= in overleg met en met toestemming) van de praktijk-mentor en schoolleider. Linkage De module “De leraar als maatschappelijke dienstverlener” is een voortzetting van module “De leraar als sociaal agent”, maar nu expliciter en vanuit je beroepsuitoefening: het vroegtijdig onderkennen van zgn. “sociale probleemgevallen” en de ‘zorgbreedte’ van de leraar daarvoor. Er wordt eveneens aangesloten op de Pedagogiek-modules: ¾ “Zorg op maat” (I.4); ¾ “Sociaal-emotionele ontwikkeling” (II.2). Leerdoelen Kennisdoelen: ¾ de student kent de sociale kaart van hulpverleners/zorginstellingen op het gebied van: huiselijk geweld, verslavingsproblemen, sexueel misbruik en verwaarlozing; ¾ de student kent de aanmeldings-en verwijzingsprocedures voor de meest voorkomende sociale probleemgevallen; Vaardigheidsdoelen: ¾ de student heeft de vaardigheid om de (verbale en non-verbale) signalen die leerlingen uitzenden waar te nemen en deze op adequate wijze te interpreteren; ¾ de student kan contacten leggen en gesprekken voeren met collega-leraren, ouders/voogden en externe begeleiders/hulpverleners; ¾ in geval van nood(zakelijkheid) weet de student op adequate wijze en onder supervisie de betrokken ouders/voogden te benaderen en eventueel deze door te verwijzen naar de meest geschikte hulpverlener/zorginstelling. Houdingsdoelen: ¾ de student is bewust van het belang en de noodzaak van preventie, begeleiding en hulp aan kinderen die geconfronteerd (kunnen) worden met: huislijk geweld, verslaving, sexueel misbruik en verwaarlozing; ¾ de student is bereid en stelt zich actief op om een helpende hand te bieden aan hulpbehoevende kinderen en hun ouders;
Praktijkopdrachten (zie ook bij module “De leraar als sociaal agent”) ¾ het vroegtijdig onderkennen van opvallend leerlinggedrag op de praktijkschool; ¾ en het op adequate wijze weten om te gaan met deze (groep van) leerlingen;
IPA modulegids 2008-2009
198
het bezoeken (SoP) en kennismaken met relevante zorginstellingen indien doorverwijzing van deze (groep van) leerlingen en ouders/voogden nodig mocht blijken te zijn. Werkvormen In de eerste twee bijeenkomsten wordt een introductie gegeven omtrent: veel voorkomende sociale probleemgevallen, vroegtijdige onderkenning en signalering, sociale kaart van hulpverleners en zorginstellingen. (Zie ook ‘reader’ en ‘portfolio’ van FPmodule I.3). Voor bijeenkomsten drie en vier zullen hulpverleners worden uitgenodigd om te vertellen over hun instelling en hun dienstverlening. Hierna gaan de studenten, in werkgroepjes van 3-5 personen, ontwikkelactiviteiten uitvoeren, vanuit één zelfgekozen “sociaal probleem c.q. casus” met een daaraan gekoppeld zorginstelling. Als eindproduct moet er een informatiepakket worden samengesteld met richtlijnen voor: ¾ de schoolleiding en het schoolteam (= meso-niveau); ¾ de klassenleraar en de leergroep (= micro-niveau) en ¾ de ouders/voogden, voor zowel thuishulp en/of doorverwijzingsmogelijkheden. In de laatste bijeenkomst (vóór EW) presenteren de werkgroepjes hun informatiepakketten aan elkaar in de vorm van een “informatiemarkt”.
Evaluatie Om de module “De leraar als maatschappelijke dienstverlener” met succes af te ronden, dient de student aan de volgende voorwaarden te voldoen: ¾ 80% aanwezigheidsnorm; ¾ contactleggen en gesprekken voeren met één relevante zorg-instellingen; ¾ samenstelling en presentatie van het ontwikkeld informatie-pakket (eveneens meehelpen met de organisatie van de informatie-markt) Literatuur ¾ Meer, B. van der (2000), School en Geweld: oorzaken en aanpak; ¾ Nikken, P., (2002), Kind en media. Weet wat ze zien. ¾ Reader & Portfolio van module FP 1.3: “E maestro como agente social”; ¾ Hand-outs (lezing) van de uitgenodigde gastsprekers; ¾ Inhoud van de zelf-ontwikkelde informatie-pakket;
Opmerking bij afwezigheid (i.v.m. 80% aanwezigheidsnorm): > bij 2 keer afwezig Æ werkopdracht ‘(1); > bij 3 keer afwezig Æ werkopdracht (1) en (2) uit: “School en Geweld: oorzaken en aanpak” (B. van der Meer). > bij meer dan 3 keer afwezig: module opnieuw volgen.
IPA modulegids 2008-2009
199
Movecion y Salud Module Periode : Vak: Thema: Docenten: Aandeel: Studiebelasting: Urenverantwoording:
De lessamenstelling Blok II.2 Movecion y Salud samenstelling van de lessen Peter Simon en Maximo Wernet 7 bijeenkomsten 1 studiepunt 10½ uur: 7 bijeenkomsten (7 hoorcolleges en praktijklessen) 16 uur voorbereiding op de bijeenkomsten (Huiswerk, literatuur) 13 uur voorbereiding evaluatie (openboek tentamen.) 2 uur evaluatie
Inleiding In blok I.1 werd aandacht besteed aan introductie van Movecion y Salud en I.3 werd micro- teaching geoefend. In die periodes hebben de studenten voor het eerst kennis gemaakt met het concept van movecion y Salud en ervaring op gedaan met het lesgeven. Tijdens deze module Lessensamenstelling gaan wij meer aandacht besteden aan de inhoud van Movecion y Salud. Uitgangspunten, belang en doelen van Movecion y Salud worden verder uitggediept. Hierdoor wordt je kennis verrijkt om je lessen invulling te geven. Leerinhouden • Het ervaren van de diverse turn en spelactiviteiten voor de leeftijd van 4-12 jaar • Verdieping in de ordening van de betekenisgebieden • De implicaties van differentiatie voor de lesvoorbereiding, lessamenstelling, uitvoer en resultaat voor het vak Movecion y Salud • Onderscheid maken tussen leerhulp en arrangement veranderen • Het • Kennis making met de leerstijl Pijning (FA- MA leerlingen) Linkage Link met introductie Movecion y Salud en met Groepshospiteren Beginsituatie Studenten hebben al een introdutie gekregen met het vak Movecion y Salud en hebben groepshospiteren (micro-teaching) Studenten zijn onbekend met het theorie van Pijning “FA-MA leerlingen” Studenten hebben weinig kennis van wat differentiëren inhoudt voor Movecion y Salud IPA modulegids 2008-2009
200
Doelen Kennisdoelen Aan het einde van deze module: • Weten de studenten de invloed van verschillende instructie-/behandel methoden op motorische leerprocessen • Weten de studenten hoe ze het tussen niveau van de leerlingen te kunnen indelen • Weten de studenten welke vormen van didaktische aanwijzingen er zijn en hoe ze toegepast kunnen worden • Weten de studenten met welke aspecten zij moeten rekening houden bij het formuleren van de lesdoelen • Weten de studenten hoe ze de bewegingsactiviteiten op basis van geschikte leeftijdsgroepen kunnen indelen • Weten de studenten een volgorde aan te brengen in de bewegingactiviteiten die bij een betekenisgebied hoort Houdingsdoelen Aan het einde van deze module: • Beseffen studenten dat het arrangement consequenties heeft voor het leereffect of het leerresultaat • Beseffen studenten dat de keuze van didactische werkvormen effect heeft op de kwaliteit van het leren in verband met leerstijlen. • Beseffen studenten dat Movecion y Salud een gelijke bijdrage levert aan het onderwijs Vaardigheidsdoelen Aan het einde van deze module: • Hebben studenten ervaring opgedaan met kastspringen (met mini tramp) • Hebben studenten ervaring opgedaan met bokspringen (met springplank) • Hebben studenten ervaring opgedaan met koprol (schuinevlak, laag en verhoogde vlak) • Hebben studenten ervaring opgedaan met ringzwaaien (vouwhang, halve draai en afspringen • Zijn studenten in staat om lessen voor te bereiden volgens de DA model Werkvormen Tijdens de lessen wordt over het algemeen de volgende didactische werkvormen gehanteerd: Instructie, interactie, samenwerkingsvorm, en/of opdrachtenvorm. Evaluatie 1. 80% aanwezigheid; het is aan te raden om 100% aanwezig te zijn 2. Open Boek tentamen in de evaluatieweek.
Literatuur • T. van den Berg, M. van Berkel, C. Hazelebach, A. Kuipers, 2003 tweede druk,Werkboek bewegingsonderwijs voor de basisschool, Baarn HB uitgeverij IPA modulegids 2008-2009
201
• •
H.M.P.G. van der Loo, 2000 vijfde druk, Lichamelijke Opvoeding op de basis school, Groningen Wolters –Noordhof Werkgroep Groels, Bewegen en didaktiek, uitgeverij Wolters-Noordhof Groningen
IPA modulegids 2008-2009
202
Naturalesa y Tecnologia
Module Techniek om je heen : II.2 Periode (jaar/blok) Specialisatie : 4-8/6-12 Docent(en) : gastdocent Studiebelasting : (1 stp= 40 u) Urenverantwoording : - aantal colleges/ begeleidingsuren 7 x 1 blokuur (90min) = 10,5 uur - voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) 10,5 uur - voorbereiding voor evaluatie en presentatie 19 uur _____________________________________________________________________ Inleiding Deze module sluit aan op het domein “cosnan rond di nos” uit de eindtermen Ciencia natural van de Priepeb. Beginstituatie De meeste studenten hebben geen ervaring met technische en natuurkundige zaken en hebben daar vaak een onzekere houding tegenover. Leerinhouden Eigenschappen van materialen Constructie Bouwen Overbrenging Hefbomen Onderzoeken en ontwerpen Elektriciteit Linkage Module: Mi Curpa, Nos Naturalesa, Nos Tera Praktijklink Het ontworpen Techniek les toepassen in het onderwijs (periode II.3) ( daar waar het mogelijk is, uitvoeren) Leerdoelen - Kennisdoelen: Kennis van materiaaleigenschappen, technische vormgeving, werkingsprincipes en constructieleer - Vaardigheidsdoelen: Herkennen van techniek in de dagelijkse omgeving. IPA modulegids 2008-2009 203
In de directe omgeving technische objecten te beschrijven en de vorm functierelatie te analyseren, o.a. via het maken van een technische tekening. Ontwerpen te zien als probleemoplossend proces. Techniek te zien als gematerialiseerde cultuur. Een stroomkring en een regelkring maken Een les techniek ontwerpen waarin leerlingen spelenderwijs techniek onderzoeken. - Houdingsdoelen: Alert op het herkennen van techniek in de directe omgeving. Geïnteresseerd in de menselijke gedachten achter technische objecten. Werkwijze De werkwijze is vooral praktisch. De volgende activiteiten komen aan bod • technisch tekenen • construeren en testen van de stevigheid van een papieren werkstuk • onderzoeken van apparaten naar verbindingsvormen en werkingsprincipe • ontwerpen van een technisch oplossing voor een eenvoudig probleem trio les: groep van drie leerlingen verdelen in observant, leerkracht en leerling; observeren van leerkracht -leerling interactie bij een miniles waarin een technisch voorwerp wordt onderzocht • maken van een stroomkring en regelkring • bespreken van enkele regelkringen die in het huishouden voorkomen • in duo’s elkaar regelkringen laten uitleggen • industriële processen bespreken
Werkvormen Instructie Interactie Groepswerk Individuele opdrachten Presentatie Evaluatie • Aanwezigheid (80%), deelname in de les • Het maken van een techniekles • Het maken van een vorm-functieanalyse Literatuur • Techniek in het primair onderwijs, zoals het kan. SLO 1995 • T-Kit deel 1 en 2 • Technologisch deel 1 en 2
IPA modulegids 2008-2009
204
Rekenen en Wiskunde 4-8 Modulebeschrijving Kleuteractiviteiten (Kleuterwiskunde) : Rekenen / Wiskunde Evt subtitel / onderdeel Periode (jaar/blok) : II.2 Specialisatie : 4-8 Docent(en) : Martin Godoy Studiebelasting (1 stp=40 uur): 1 stp (1.5 ECTS) Urenverantwoording : − aantal colleges/begeleidingsuren : 10,5 uur (7 x 1,5) − voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) : 14 uur − voorbereiding voor evaluatie : 14 uur evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie) : 1,5 uur Clausule Deelname aan deze module is alleen mogelijk als de 1e jaarsmodulen R&W gehaald zijn (I.4 op zijn laatst 3e week van blok II.2) Inleiding De neiging, in het kleuteronderwijs is om steeds meer over te gaan naar rekensommetjes maken: ‘De kinderen zijn dan goed voorbereid voor de basisschool!’. Het zwaartepunt in zo’n geval is weer de leerstof in plaats van het kind. In deze module staat het kind centaal, waar we dan de wiskundige activiteiten terug moeten zien in wat het kind spelenderwijs zou doen. Muziek maken, spelletjes doen en poppenkast spelen zijn drie wiskundige activiteiten waar we in deze module even stil willen staan. Er wordt veel aandacht besteedt aan de praktijk. Opgedane kennis wordt uitgeprobeerd in de stageweek. Beginsituatie Studenten hebben • het compleet beeld van wat per leerjaar (aan leerstof) behandeld kan worden in het basisonderwijs en kleuteronderwijs (Mod. II.1) • met verschillende hulpmiddelen geoefend / gewerkt. (Mod. I.4 en II.1) • in diverse leerjaren en diverse schooltypen stage gelopen Leerinhouden • Linkage Binnen het vakgebied Hier wordt voortgebouwd aan de rekenlijn van het kleuteronderwijs (mod II.1). Buiten het vakgebied Twee van de eindopdrachten (‘Muziek en Rekenen’ en ‘Poppenkast en Rekenen’) krijgen hun inhoud in overleg met betreffende docenten (Muziek en Arte Visual). IPA modulegids 2008-2009 205
• Praktijklink Studenten krijgen een poppenkast-demonstratie van gastdocent en passen opgedane kennis toe in de praktijk. Ook rekenspelletjes worden in de praktijk uitgevoerd. Leerdoelen Kennis De student(e): • weet het verschil tussen spelen en spelletjes doen. • weet mogelijke manieren die een leerkracht kan gebruiken om in zijn / haar begeleiding, denkprocessen uit te lokken. • Weet mogelijke activiteiten in de onderwijskaders om kern- en tussendoelen bij kleutersn te bereiken. Vaardigheden De student(e): • kan rekenactiviteiten in het dagelijks leven van een kleuter te herkennen. • kan kleuterwiskunde hanteren en aanbieden in de drie genoemde activiteiten. • kan literatuur te vinden over de verschillende leerinhouden en deze toe te passen in de prakrijk. Houding De student(e): • weet zelfstandig literatuuronderzoek te doen ten behoeve van het begrijpen van de ontwikkeling van het jonge kind op het gebied van rekenen. • kan coöperatief werken aan eindopdrachten. Praktijkopdrachten • 1 Rekenles m.b.v. Poppenkast • 1 Rekenles m.b.v. Spel • 1 Rekenles m.b.v. Muziek Werkvormen • Onderwijsleergesprekken • Groepswerk en • Zelfstandig werken Evaluatie Deze module wordt met succes afgerond wanneer de student(e) alle drie inleveropdrachten met een voldoende beoordeeld wordt. Herkansing van deze module geschiedt in lesweek 2 van blok 3. De 80%-regeling is van kracht.. Terugrapportage Geschiedt in lesweek 1 van blok 3.
IPA modulegids 2008-2009
206
Literatuur • Fijma, N en Vink, H, 1998, Op jou kan ik rekenen, Van Gorcum • Fred Goffree, 1993,Kleuterwiskunde, Groningen, Wolters-Noordhoff bv • Hand-outs
IPA modulegids 2008-2009
207
Rekenen en Wiskunde 6-12 Module: Ontwerpen van lessen/stof middenbouw II.3 Periode: Specialisatie: 6-12 Docent: Merviné Kock Studiepunt: 1 1 studiepunt = 40 uur Contactuur: 7 bijeenkomsten van 1.5 10.5 Bestuderen van literatuur: 23 Uitwerken lesopdracht: 1.5 Eindopdracht: 5 Clausule: 1ste jaar gehaald R/W (op zijn laatst de 3-de week van blok II.2) Inleiding: Rekenen en wiskunde Rekenen en wiskunde is opgezet volgens het principe van het realistisch rekenen. Deze benadering gaat ervan uit dat aangesloten wordt bij de eigen ervaringen en denkbeelden van kinderen. Mede daardoor wordt bij de leerlingen het vertrouwen in eigen kunnen gestimuleerd en de rekenvaardigheid vergroot. De leerling gaat inzien dat hij problemen op kan lossen en leert al doende hoe hij dat sneller en handiger kan. Deze vaardigheden kan de leerling ook toepassen tijdens/of bij andere vakken zoals natuurkunde bijvoorbeeld. Als leerkracht BO moet je het nodige (basis)rekenvaardigheden beheersen, inzicht hebben in verschillende methoden Realistisch Rekenen om de stof te kunnen overdragen. De leerkracht moet een foutenanalyse kunnen maken om een leerling te kunnen helpen en of remediëren, diagnostisch onderwijzen. Remediëren kan plaats vinden via een handelingsplan indien nodig en men kan remediëren via een andere rekenmethode dan het gebruikelijke of een speciale methode hiervoor gebruiken. De Realistische rekenmethoden lenen zich voortreffelijk om te kunnen differentiëren (module II.3) en zijn voortreffelijk toe te passen in Basisontwikkeling klas 1 en 2. Het heeft zowel oefen/herhalingsstof als verrijkingsstof. Methoden zoals Maatwerk en Remelka kunnen naast de meeste realistische methoden als aanvullende leerstof/oefenstof/verrijkingsstof gebruikt worden. Leerkracht BO moet de nodige kennis en inzicht hebben in verschillende methodes en ook in de methoden die in het speciaal onderwijs gebruikt worden;“Zo reken ik Ook” en Remelka. Sinds 2004 hebben de basisscholen gekozen voor de derde generatie realistisch rekenen. De gekozen methoden zijn: Pluspunt, gebruikt op Mon Plaisir, Sagrado Curazon, De Schakel en Felpie B. Tromp. Wis en Rekenen op Cacique Macuarima en Ora Ubao. Rekenrijk op Graf von Zinsendorf. De wereld in getallen op Rosa en Rosario college en de rest van de basisscholen hebben gekozen voor Alles telt. Sommige scholen introduceren het per leerjaar, beginnend met leerjaar 1, anderen hebben gekozen om in 2 leerjaren tegelijk te introduceren. En weer anderen in alle leerjaren tegelijk. Ma.w., elk school heeft voor z’n eigen introductie manier gekozen. IPA modulegids 2008-2009
208
Reken en wiskunde wordt nog steeds gebruikt in klas 5 en 6, afhankelijk van de introductie die per school gekozen is. Modulen in het eerste jaar hebben als inhoud (basis)rekenvaardigheden. Vanaf schooljaar 1989/1999 worden de modulen Rekenen & wiskunde in de tweede jaar naar specialisatie onderwijzen. Modulen in het tweede jaar hebben als inhoud voor 4-8 kleuterwiskunde, aanvankelijk rekenen, klas 1 & 2. Voor 6-12 het ontwerpen van rekenlessen uit de verschillende bovengenoemde methoden en volgens de leerlijnen van deze methoden. Ook wordt de werkvorm differentiatie verzorgd voor beide specialisatie in dit leerjaar; blok 2.3. In het derde jaar 4-8 staat de stof van klas 1 & 2 in relatie met basisontwikkeling centraal, materiaalontwikkeling, diagnostiek, zorgverbreding, remediëren en handelingsplan. 6 -12 staan centraal bovenbouwstof uit bovengenoemde methoden, zorgverbreding, diagnostiek, remediëren, handelingsplan en toetsconstructie/analyse. Het rekenproces heeft 1 opbouwend lijn, het zijn de methodes die elk op hun manier via leerlijnen het rekenproces volgen. Al met al bereiken ze allemaal de gestelde einddoelen via verschillende strategieën, materiaal ondersteuning en het accent en plaatsing van de onderwerpen binnen de domeinen verschillen per rekenmethode. In deze module wordt accent gelegd op het maken van een volledige lesplanning die alle didactische componenten moet bevatten.
Iinkage Tijdens de IP-lessen wordt gewerkt aan gehele lesgeven van rekenen(lesplaning en uitvoering). Module 1.1, 1.2, 1.3. 1.4. Module 2.3 Module 3.1 & 3.2 Praktijklinkage Maken van Lesplanningen van de leerstof klas 3 en 4 en het toepassen in de praktijk. Beginsituatie In het eerste jaar wordt in de modulen 1.1, 1.2. en 1.3 verschillende onderwerpen behandeld in het kader van eigen vaardigheid. In 1.4 wordt “Land Van Okt “behandeld met als doel dat de studenten bepaalde moeilijkheden waarmee leerlingen in de basisschool geconfronteerd worden, ervaren. Hierdoor zullen ze als het goed is het begrip kunnen opbrengen en het gevoel weten van de betekenis van “het niet kunnen of het niet weten”. Nadat ze hebben gewerkt aan de eigenvaardigheden, wordt didactiek van alle leerjaren behandeld. Dit is afhankelijk waar ze stage lopen, m.a.w. we gaan pragmatisch te werk. In blok 2.1 & 2.2 lopen de studenten 6-12 stage in klas 1 & 2, hierdoor is gekozen om didactiek van klas 1 & 2 te behandelen en verschillende fasen in het leerproces van aanvankelijk rekenen. Blok 2.2 heeft als hoofddoel het ontwerpen van rekenlessen en stof van klas 3 en 4 oftewel groep 5 & 6. Ook zal aandacht besteed worden aan het ondersteunende materiaal dat de verschillende rekenmethoden gebruiken en ook nietmethode gebonden materiaal. IPA modulegids 2008-2009
209
Doelen Kennisdoelen • De student is in staat om met behulp van een volgsysteem de beginsituatie van kinderen in de klas te bepalen • De student kan op basis van de beginsituatie zinvolle doelen bepalen voor de rekenen/wiskunde lessen • De student heeft kennis van verschillende methoden en aanvullende methoden, met de desbetreffende leerlijnen en de ondersteunende materialen. Vaardigheidsdoelen • De student kan bij het ontwerpen van lessen rekening houden met de lokale actualiteit en de beginsituatie van de leerlingen voor wat betreft hun behoefte, interesse en rekenvaardigheid • De student bij het lesgeven het materiaal als ondersteuning kan gebruiken en niet als een doel opzicht • De student de ontworpen lessen uit kan voeren en op hun verloop te reflecteren en hierover te rapporteren • De student is in staat bij het lesgeven het materiaal structureel te hanteren • De student kan met behulp van verschillende modellen, methodes en materialen zinvolle en interessante lessen te ontwikkelen voor de doelgroep Houdingsdoelen • De student kan kleine rekenproblemen signaleren en remediëren • De student is in staat om te beginnen met differentiëren • De student is in staat om naast de gebruikelijke methode andere aanvullende methoden te gebruiken. Inhoud • Ontwerpen van lessen voor klas 3 & 4 • Instructie van verschillen onderdelen in verschillende domeinen • Beginsituatie bepalen van de leerstof • Doelstellingen formuleren voor de lessen • Rekengebieden klas 3 & 4 bijv. automatiseren onder de 20, HTE-model, klokkijken, herhaald aftrekken, tafels enz. uit verschillende methoden • Hanteren van materiaal: rekenrek, klok, getallenlijn. • Rekenproblemen die voorkomen in klas 3 & 4 Werkvormen • Directe instructie • Interactieve instructie • Werkcolleges Competenties • De student kan een volledig lesplanning maken en uitvoeren voor klas 3 & 4. • De student kan rekenproblemen in klas 3 en 4 signaleren en remediëren. IPA modulegids 2008-2009
210
•
De student kan rekenen onderwijzen in klas 3 en 4 met gebruik van het nodige ondersteunende materiaal.
Evaluatie Schriftelijke tentamen: bestaat uit 2 gedeeltes: 1. rekenvaardigheid 2. didactiek klas 3 & 4 (Lesplanning: beginsituatie, doelen en instructie met de nodige materiaal) Beide onderdelen dienen met voldoende afgesloten te worden voor het verkrijgen van de studiepunt. Herkansing van deze module geschiedt in lesweek 2 van blok 3. Terugrapportage Geschiedt in lesweek 1 van blok 3. Literatuur • Gofree, Fred, (1992) Wiskunde & didactiek 1. Groningen:Wolters-Noordhoff • Gofree, Fred, (1992) Wiskunde & didactiek 2. Groningen:Wolters-Noordhoff • Huitema, Sjoerd e.d. (2003) De wereld in getallen (rekenmethode). ’sHertogenbosch: Malmberg • Groen, Jan e.d. (2001) Pluspunt (rekenmethode). ’s-Hertogenbosch: Malmberg • Bergmans, Carlijn e.a.(2001) Wis en rekenen. Baarn:Bekadidact • Erp, v. Jos (1996) Rekenproblemen voorkomen. Een grondslag voor de rekendidactiek. Groningen: Wolters-Noordhoff.
IPA modulegids 2008-2009
211
Informatie en Communicatie Technologie Module ICT in het onderwijs : II.2 Periode Docenten : Tae Harte Studiebelasting : 1 studiepunt Urenverantwoording Aantal colleges / begeleidingsuren bijeenkomsten Voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d.) Voorbereiding voor de evaluatie Evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie e.d.)
10,5 uur 20 uur 8 uur 1,5 uur
Inleiding Informatie en Communicatie Technologie, ook wel kortweg ICT genoemd, heeft de afgelopen jaren over de hele wereld het leven van velen een stuk aangenamer gemaakt. Hoewel je in dit verband zeker niet kan spreken van een Panacee, is dit middel wel heel breed toepasbaar. In het onderwijs bijvoorbeeld, zijn er vele ontwikkelingen gaande waarbij ICT een belangrijke ondersteunende rol speelt in de ‘boost’ waarmee leer-processen veel effectiever worden. Door ondersteunende karakter van ICT is het bij-zonder geschikt om een actieve bijdrage te leveren aan het integreren van de vormings-gebieden die nu in het onderwijs over het algemeen nog apart worden aangeboden. Daarnaast leent ICT zich ook zeer goed voor interactieve leerprocessen. Daardoor is het ook erg geschikt is om leerervaringen in het onderwijs aan te bieden waarmee bijvoor-beeld abstracte leerstof een stuk levendiger gemaakt kan worden dan zonder ICT mogelijk zou zijn. Naast de mogelijkheden die het interactieve karakter van ICT biedt, biedt deze technologie ook nog vele mogelijkheden om heel gericht te differentiëren. Kortom, ICT is, mits het met visie en inzicht wordt gebruikt, een aanwinst voor het onderwijs. Beginsituatie De studenten hebben in het 1e jaar de Basiscursus Computer Vaardigheden gevolgd. Deze basiscursus vormt het fundament waarop de studenten in de module ICT in het onderwijs leren hoe zij ICT praktisch kunnen integreren en toepassen in het onderwijs van vandaag.
Leerinhouden Linkage Deze module is met name ondersteunend voor de overige vakken die in de komende perioden op IPA worden aangeboden. Deze module werd voorbereid door de module Basis Computer Vaardigheden die in blok I.1 van de propedeutische fase werd aangeboden. Praktijklink IPA modulegids 2008-2009
212
Deze module is met name ondersteunend van kartakter, dit geldt dus ook voor de praktijk. De student kan de vaardigheden die met deze module worden verworven op diverse manieren praktisch inzetten, bijvoorbeeld voor het voorbereiden van lessen en maken van leermiddelen voor basisschoolleerlingen.
Leerdoelen Kennisdoelen • •
Kennis over ICT-mogelijkheden en toepassingen in het onderwijs Kennis over de mogelijkheden die m.b.v. ICT mogelijk zijn om vakken te integreren
Vaardigheidsdoelen • • • • • • •
Informatie zoeken op internet Uit het aanbod van informatie op internet een keuze kunnen maken op basis van bruikbaarheid voor het onderwijs Locale en internationale samenwerkingsverbanden aangaan via internet Op basis van via internet verworven informatie een eigen interpretatie weergeven van ‘de klas van morgen’ Met behulp van ICT onderwijstheoretische aspecten als bijvoorbeeld differentiatie en meervoudige intelligentie praktisch ‘vertalen’ in toepassingen Met behulp van ICT een vakoverstijgend project voor het kleuter- c.q. basisonderwijs kunnen maken Het vakoverstijgend project m.b.v. Powerpoint kunnen presenteren
Houdingsdoelen • • •
ICT beschouwen als belangrijk en praktisch instrument in het onderwijsleerproces ICT willen gebruiken om zaken als differentiatie, meervoudige intelligentie en vakkenintegratie te realiseren Blijvende nieuwsgierigheid naar wat er in het onderwijs mogelijk is met behulp van ICT
Praktijkopdrachten Niet van toepassing
Werkvormen • Individuele opdrachten en groepsopdrachten • Werkcolleges • Presentaties
Evaluatie Voor het succesvol afronden van deze module moet aan de volgende eisen voldaan zijn: IPA modulegids 2008-2009 213
• • • •
80% aanwezigheid Voldoende voor het logboek Uitvoeren van de opdrachten Presentatie van het groepsproduct
IPA modulegids 2008-2009
214
Studiejaar 2 - blok 3 Vak Onderwijskunde Onderwijskunde
Papiamento Logopedie
Module naam Evalueren 4-8 Evalueren 6-12 Voorbereidend en aanvankelijk lezen en 4-8 schrijven Lezen en schrijven in cyclo 2, voortgezet 6 - 12 lezen en schrijen Beide Idioma den EPA Beide Signaleren en begeleiden 1
Beeldende Vorming
Talen
Spec. 4-8 6-12
docent GR LG
pag 216 219
LM
224
GE
227
GG BG
230 233
Beide Didactica de arte visual: 3-dimensional
KP
236
Dansante Vorming
Beide Imagen y movecion
KJ
239
Drama Movecion y Salud
Beide E popchi y su contado di storia Beide Gezondheidseducatie op de basisschool Vakdidaktiek Thema’s wereldorientatie en 4-8 Estudio Social
LN HO
241 244
AL
247
6 -12
JO
250
Beide Ecologie en milieu
WN
254
Beide Differentiatie Rekenen
BO/KO
257
Talen
Hende y Comunidad Hende y Comunidad Naturalesa y Tecnologia R&W
Vakdidaktiek Hende & Comunidad
IPA modulegids 2008-2009
215
Onderwijskunde 4-8 Module Evalueren 4-8 Periode (jaar/blok) :II.3 Specialisatie :4-8 Docent(en) :Jantine de Groot Studiebelasting (1 stp= 40 u) :1 stp. Urenverantwoording : 7 colleges afname NOK-toets literatuur
11 uur 5 uur 24 uur
Inleiding ‘Evalueren’ is een breed begrip. Er zijn veel manieren om onderwijs te evalueren, want wie, wat, hoe, waar, waarmee evalueer je? Zo kun je bijvoorbeeld de kinderen evalueren, maar ook jezelf als leerkracht. Je kunt een produkt evalueren, maar ook een proces. Je kunt er voor kiezen om wel of geen speciaal instrument erbij gebruiken, enz. Aan iedere keuze zitten voor- en nadelen. Het is goed om je bewust te zijn van alle voor- en nadelen. Beginstituatie • de student kan praktische voorbeelden geven van werken in hoeken volgens de ontwikkelingsgerichte onderwijsvisie en de student kan daarbij de rol aangeven van de leerkracht. • De studenten hebben tijdens hun stage ervaring opgedaan met thematisch werken volgens basisontwikkeling. Leerinhouden Tijdens de eerste bijeenkomsten in deze module herhalen we een stukje van de ontwikkelingsgerichte onderwijsvisie. Daarna zullen we met behulp van videomateriaal gaan oefenen met het observeren, registreren en evalueren volgens HOREB (Handelingsgericht Observeren, Registreren en Evalueren van Basisontwikkeling). Door het opdoen van ervaring met dit instrument komen jullie de mogelijkheden en de voor- en nadelen van dit instrument tegen. Deze evaluatievorm zullen we dan ook uitgebreid nabespreken. Ook zullen we in deze module stilstaan bij het gebruik van de de NOK-toets. Deze evaluatievorm verschilt in doel en aanpak van HOREB. Sinds lange tijd is de NOKtoets op Aruba door de inspectie aanbevolen. We zullen daarom het gebruik van deze toets ook oefenen en vervolgens bespreken we de overeenkomsten en verschillen van deze evaluatievorm en HOREB.
IPA modulegids 2008-2009
216
In de laatste bijeenkomst zullen we evaluatievormen en toetsvormen bespreken die jullie zelf graag nog onder de aandacht willen hebben Linkage • Linkage (aansluiting met andere modules binnen en buiten het vakgebied) In het tweede studiejaar werd in de eerste module van Algemene Didactiek 4-8 (blok II.1) stilgestaan bij de pedagogische uitgangspunten van Ontwikkelingsgericht Onderwijs. In de tweede module Algemene Didactiek 4-8 werd de nadruk gelegd op de onderwijsleersituatie. In deze derde module komen we terug op de onderwijsvisie die in de voorgaande modulen is besproken. We gaan verder in op het werken in hoeken als uitvloeisel van deze pedagogische visie. Vervolgens bespreken verschillende evaluatievormen en bediscussiëren welke evaluatievorm het beste bij de visie ‘Ontwikkelingsgericht Onderwijs’ past en waarom. • Praktijklink (aansluiting met de praktijk) Op welke manieren kun je observeren, registreren en evalueren bij kleuters? We gaan hier tijdens deze module mee oefenen in de praktijk. Leerdoelen Aan het einde van deze module: • kan de student verschillende evaluatiemodellen noemen en daarbij doel en functie aangeven. • kent de student het observatiesysteem HOREB en kan de student in de praktijk werken met HOREB. • kent de student het observatiesysteem NOK en kan de student in de praktijk werken met NOK. • kan de student verschillende registratiemodellen, gebruikt in het Arubaanse onderwijs, met elkaar vergelijken en beoordelen.
Praktijkopdrachten -Je neemt minimaal 2 onderdelen van de NOK-toets af bij een kind in de leeftijd van 4 t/m 6 en doet verslag van je ervaringen. -Verder zul je in een periode waarin je stageloopt bij kleuters gebruik kunnen maken van HOREB. In blok II.3 lopen jullie geen stage bij kleuters. Om die reden is er tijdens dit blok geen praktijkopdracht met HOREB. Werkvormen In de colleges krijg je uitleg over het gebruik van verschillende observatie/registratieinstrumenten. Aan de hand van videomateriaal zullen we met het gebruik van HOREB oefenen. De NOK zullen jullie in de praktijk oefenen. Jullie ervaringen worden tijdens de colleges besproken. Evaluatie • 80% aanwezigheid • Voldoende voor de verslaglegging van de praktijkopdracht (afname en uitwerking van twee onderdelen van de NOK) IPA modulegids 2008-2009
217
•
Voldoende voor het schriftelijk tentamen over evalueren bij kleuters
Literatuur • Janssen-Vos, F., B. Pompert en T. Schiferli (1998) HOREB. Handelingsgericht Observeren, Registreren en Evalueren van Basisontwikkeling, Utrecht: APS • Uitgedeeld materiaal met betrekking tot de NOK-toets.
IPA modulegids 2008-2009
218
Onderwijskunde 6-12 Module Evalueren 6-12 : leerjaar ll blok 3 Periode Sector : Onderwijskunde Specialisatie : Beroepsgericht 6-12 Docent : Jan de Lang Studiebelasting in ECTS : (1 stp= 1.5 ECTS) Urenverantwoording - aantal colleges/ begeleidingsuren - 7 keer thuisopdrachten - Evaluatie-instrumenten - Schriftelijk tentamen
10,5 uur 14 uur 5,5 uur 10 uur
Inleiding Waarom evaluatie? Tijdens de module ‘Evaluatie’ gaan studenten gedetailleerd in op de functionaliteit van resultaten meten. Meten is ‘weten’, deze ietwat vreemde uitspraak zal veel beter begrepen worden aan het eind van deze module als duidelijk wordt hoe evaluaties gebruikt kunnen worden om leerprestaties te meten. Een evaluatieproces is niet alleen bedoeld om leeprestatie te meten of om rapportcijfers te verzamelen. Evalueren doe je ook om de didactische aanpak en de voortgang van het leerproces te volgen. Welke kwaliteitseisen worden aan een evaluatie-instrument gesteld? Een evaluatiemiddel moet nauwkeurig meten (de leerkracht moet de meetresultaten kunnen vertrouwen). Verder moet een evaluatiemiddel valide zijn, hiermee wordt de geldigheid van het meetinstrument bedoeld. Bijvoorbeeld: een leerkracht moet op evenwichtige wijze de leerdoelen meten. Aan het einde van een leerproces als er meerdere doelen zijn bereikt, moet een meetinstrument (een toets) alle bereikte doelen meten (niet slechts één doel). Een evaluatie-instrument (of toets) moet dus betrouwbaar en valide zijn. Een betrouwbaar en valide meetinstrument is nauwkeurig en meet alléén datgene wat de kinderen moesten leren. De waarde van een evaluatieproces hangt af van de kwaliteit en de juistheid van de gestelde lesdoelen, hangt af van de gestructureerdheid van het leerproces en hangt dus af van de manier waarop de doelen bereikt zijn. Voorafgaande aan het leerproces moet ook duidelijk zijn op welk beheersingsniveau en volgens welke beheersingsvorm de doelen in de klas bereikt zijn. Met een proefwerk meet je de kennis van kinderen: ‘ wat vind je van deze ouderwetse gedachte’? Een leerkracht streeft verschillende soorten leerdoelen na. De leerstof bestaat niet alleen meer uit kennisdoelen. De gedachte dat proefwerken (toetsen) alleen maar nodig zijn om kennis te meten, is ouderwets en achterhaald. Een leerkracht moet in staat zijn passende evaluatie methoden op te stellen om de verscheidenheid aan verworvenheden in de klas te meten. Dat betekent dat een leerkracht de kennis, de vaardigheden (psycho motoriek), het sociaal gedrag, de moraliteit en de houdingen in de klas zal meten. IPA modulegids 2008-2009
219
Het opstellen van een rapport met rapportcijfers mag niet de enige doel zijn van evaluatie. Evalueren doe je niet alleen om te bepalen wie overgaat. Er zijn veel redenen te bedenken waarom een leerkracht evalueert. Een leerkracht kan uit vele vormen van evalueren kiezen en er kan van alles gemeten worden. Bijvoorbeeld, de leerkracht wil weten of de overdracht (in de klas) de juiste richting op gaat, of de kinderen opletten, kunnen meedoen of het leerproces vordert of bepaalde doelen bereikt zijn, welke produkten in hoeveel tijd af zijn (door wie), of een bepaalde eindgedrag is te constateren. De keuze kan dus vallen op een meer diagnostische evaluatie. Een leekracht kan ook kiezen om te evalueren of kinderen bepaalde wijze van werken en leren wel prettig vinden of niet, enz. Verschillende beheersingsniveaus en -vormen In het vorige blok met de module ‘Didactische Werkvormen’ heeft klas 2A gestoeid met het beschrijven en noemen van verschillende soorten lesdoelen en met de gevarieerde manieren waarop die doelen kunnen worden bereikt. Deze ‘EvaluatieModule’ sluit qua inhoud hierop aan. In deze module zien we kinderen als zelfstandige mensen die eisen aan zichzelf kunnen stellen en dat laten zien in hun convergente, divergente en evaluatieve produktie. Het toetsen is op deze beheersingsvormen gericht; het toetsen is dus niet eenzijdig gericht op het reproduceren van kennis. Studenten gaan inzien dat kinderen leerstof op verschillende niveaus en in verschillende vormen kunnen beheersen. De beheersingsvorm en de meting ervan is afhankelijk van de kwaliteit van de bechrijving van leerdoelen, van de kwaliteit van de uitvoering van lesactiviteiten (waarmee die doelen worden bereikt) en van de kwaliteit van de toetsing. Verschillende evaluatievormen Studenten zullen ook gaan begrijpen dat met de behaalde produkten en eindgedrag het succes van een leerproces kan worden geëvalueerd. Met deze vorm van evalueren krijgt een leerkracht (tussentijdse) feedback(s) op leerprestaties. Deze vorm van evalueren wordt de formatieve evaluatie genoemd. Met de evaluatieresultaten die hieruit voortkomen, kan het leerproces worden bijgestuurd, kan worden nagegaan waar het leerproces is tekort geschoten. Een formatieve toets telt meestal niet mee voor het rapport. Cijfers voor het rapport komen via een selectieve toetsing tot stand. Praktijk Student focussen zich op de wijze waarop het toetsen op de stagescholen plaatsvindt. Ze beschrijven de beheersingsvormen, evaluatievormen, wijze van afnemen, nakijkprocedure, beoordelingseffecten (de objectiviteit van beoordelen). Studenten maken in deze module zelf een evaluatiemiddel (toets). Om de evaluatie zo objectief mogelijk te laten verlopen, moeten zij verantwoorde keuze-overwegingen leren maken op het gebied van mondelinge toetsing, open, gesloten vragen en werkstukken. Ook zullen zij ten behoeve van de kwaliteit van toetsing, evaluatievragen gaan analyseren op de moeilijkheidsgraad en dergelijke. Tenslotte is het omzetten van de evaluatieresultaten (of score) in een waardering en de cesuurbepaling (voor voldoende en onvoldoende) iets waar we praktisch mee gaan oefenen.
IPA modulegids 2008-2009
220
Werkwijze In de bijeenkomsten worden zoveel mogelijk gevarieerde werkvormen gebruikt. De studenten bespreken hun thuisopdrachten, voeren samen werkzaamheden uit, doen zelfstandige ontdekkingen, reflecteren op bevindingen, nemen voorbeelden mee uit het veld, passen die aan, verbeteren die en krijgen nieuwe inzichten die besproken en gepresenteerd worden. Er worden rollenspelen gedaan om te oefenen met de rapportage aan ouders. Leerinhouden De belangrijkste leerinhouden in deze module zijn: ¾ De functies van evaluatie; ¾ Onderscheidende vormen van evalueren; ¾ Evaluatiecriteria, de lesdoelen als critria voor de evaluatie; ¾ Het formuleren van doelen en de beheersingsvormen. ¾ Evaluatievragen koppelen aan het beheersingsniveau van het geleerde; ¾ Kwaliteitseisen van een evaluatie: validiteit en betrouwbaarheid; ¾ Het verbeteren van de kwaliteit van evaluatie-instrumenten; ¾ De nakijkprocedure, de puntentelling, de waardering en de rapportage.
Linkage (aansluiting en vooruitblik) ¾ Het ontwerpen van onderwijsleerprocessen; ¾ Klassenmanagement en leerklimaat; ¾ Didactische Werkvormen. Beginsituatie ¾ De student heeft in het kader van de module onderwijsleerprocessen basiskennis opgedaan van bepaalde evaluatieprocessen. ¾ De student is in staat om met behulp van het onderwijsleerproces een verbinding te maken tussen beginsituatie, lesdoelen, werkvormen en evaluaties; ¾ De student is bekend met vormen van leerprocesevaluatie en reflectie. ¾ De student is in staat verschillende soorten doelen, produkten en eindgedrag te herkennen en te beschrijven. Doelen Algemene doelen ¾ De student kan door middel van een evaluatie bij kinderen in de klas informatie verzamelen over de voortgang van het leerproces, over de mate van kennen, kunnen, waarderen en omgaan; ¾ De student kan aan de hand van deze informatie objectief oordelen over het succes van het leerproces en een objectieve beoordeling geven van de leerprestaties van kinderen. Specifieke doelen Kennisdoelen Aan het einde van de module kan de student: ¾ uitleggen dat er een verband is tussen de evaluatievorm (soort evaluatie) en pedagogische atmosfeer; IPA modulegids 2008-2009 221
¾ onderscheid maken tussen evaluatievormen; ¾ uitleggen dat evaluatie geschiedt op basis van gestelde criteria (w.o. leerdoelen/lesdoelen/werkafspraken/indicatoren); ¾ uitleggen met welk doel (of functie) er geëvalueerd wordt (selectief of formatief (diagnostisch), proces- (manier waarop er geleerd wordt), produktevaluatie leerprestaties) en groepsevaluatie); ¾ onderbouwen dat een evaluatievorm representatief moet zijn t.a.v. bepaalde onderwijseisen zoals bijvoorbeeld zelfstandigheid of zorgonderwijs; ¾ onderbouwen dat bij zelfstandigheid het kind zelf eisen stelt in zijn onderwijs en evaluatie; ¾ kan uitleggen dat aangepast onderwijs (of zorgonderwijs of effectief onderwijs) niet zonder leervoortgangmeting kan; ¾ voorbeelden geven van beheersingsniveaus; ¾ criteria van goede evaluatievragen benoemen en in verband brengen met het beheersingsniveau; Vaardigheidsdoelen Aan het einde van de module kan de student: ¾ een evaluatiemiddel vervaardigen dat valide en betrouwbaar is; ¾ een evaluatiemiddel vervaardigen met open en gesloten vragen; ¾ een evaluatiemiddel normeren, waarderen en analyseren op moeilijkheidsgraad; ¾ een rapportage op papier zetten en simuleren in een rollenspel; ¾ maakt verantwoorde didactische keuzes op basis van gegevens over (de individuele) leerprestaties, kortom het analyseren van evaluatiegegevens voorziet de leerkracht van informatie over zijn lesgeven en de effectiviteit daarvan; Houdingsdoelen Aan het einde van de module heeft de student: ¾ een houding ontwikkeld waarmee kinderen geleerd wordt eisen aan zichzelf te stellen (waarden en normen) ten behoeve van de verhoging van de kwaliteit van zelfevaluatie en zelfbeoordeling; ¾ een houding ontwikkeld waarmee kinderen zelf geleerd wordt evaluatiecriteria op te stellen ten behoeve van het zelfbeeld van kinderen; Evaluatie Om deze module met succes af te ronden, moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: ¾ 100% aanwezigheid; ¾ Doorlezen van aangereikt materiaal tijdens de lessen; ¾ voldoende beoordelingen van thuisopdrachten en presentaties (die op tijd moeten worden ingeleverd en uitgevoerd); ¾ Voldoende beoordelingen voor de 2 evaluatie-instrumenten. ¾ Voldoende schriftelijk tentamen. Beoordeling Beoordelingsonderdelen van de module ‘Evaluatie’ zijn: Door het missen van een bijeenkomst kan de module niet met een positief resultaat afgerond worden. IPA modulegids 2008-2009
222
Laatkomers worden niet toegelaten en dat betekent een bijeenkomst missen met alle gevolgen voor afronding van dien. Thuisopdrachten die niet op tijd ingeleverd worden of af zijn worden met een onvoldoende beoordeeld; Presentaties die niet aan de kwaliteitseisen voldoen worden met een onvoldoende beoordeeld; De 1ste instrument moet op tijd worden ingeleverd (week 5). De 2de instrument (ook wel de eindopdracht genoemd) wordt ingeleverd in de evaluatieweek na bijeenkomst 7. De hele module wordt afgerond met een schriftelijk tentamen (in de evaluatieweek).
*Alle bovengenoemde beoordelingsonderdelen moeten afzonderlijk met een voldoende afgesloten worden. Literatuur Voor de ontwikkeling van deze module is de volgend literatuur nageslagen: ¾ Alkema, E; Tjerkstra, W: Meer dan onderwijs; ¾ De ‘Evaluatie’ reader.
IPA modulegids 2008-2009
223
Talen 4-8 Module
Voorbereidend en aanvankelijk lezen en schrijven 4-8 in Nederlands (en Papiamento) Onderdeel : Talen Docent : Jessica Maduro Blok : II. 3 Specialisatie :4–8 Aantal bijeenkomsten : 7 Studiebelasting : 1studiepunt = 40 uur Bijeenkomsten: 7 X 1.5 = 10.5 Voorbereiding : 7X2 = 14 Literatuur en evaluatie = 15.5
Inleiding Omdat het methodisch leren lezen en schrijven op de meeste basisscholen begint op de eerste schooldag van de eerste klas, moet de student op de hoogte zijn van de didactiek van het voorbereidend en aanvankelijk lezen en van de methode die voor het leren lezen en schrijven gebruikt wordt. Op de reguliere basisschool op Aruba gebruikt men de methode “Veilig Leren Lezen” en in het speciaal onderwijs “Dal Bay Numa”. Activiteiten op het gebied van voorbereidend lezen en schrijven tref je aan bij de kleutergroepen, met name bij de oudste kleuters die spoedig naar de eerste klas zullen gaan. In het licht van de onderwijsvernieuwing moet er gestreefd worden naar een doorgaande lijn in het proces van voorbereidend en aanvankelijk leren lezen en schrijven. In de praktijk zullen deze twee fasen van het lees- en schrijfproces nog wel te onderscheiden zijn. Het aanvankelijk spellen gaat hand in hand met aanvankelijk lezen. Daar zal deze module over gaan. De stof bij de groep 4/8 zal gericht zijn op het proces van de eerste stadia van aanvankelijk lezen, al dan niet in een ontwikkelingsgerichte context. Eveneens zal ingegaan worden op de verschillen in aanpak bij het aanvankelijk leren lezen lezen en schrijven van het Nederlands en het Papiamento. Onze studenten zullen in ieder geval in deze module, die hen op zowel de huidige als de toekomstige situatie van het EPA moet voorbereiden, met de hierboven genoemde methoden kennismaken en werken. Beginsituatie Voor de student is dit een vervolg op de module taaldidactiek ‘ Lesa y skirbi den ciclo 1’ en ‘Leesbevordering’ en daarom is het een uitdaging om het geleerde in de praktijk toe te passen. Leerdoelen Kennisdoelen De student is op de hoogte van alle activiteiten waarbij de kinderen niet zelf lezen, maar die ze voorbereiden op het technisch, begrijpend of belevend lezen; IPA modulegids 2008-2009 224
De student kent de verschillende leesstrategieën, waaronder de elementaire leeshandeling; De student kent kernbegrippen zoals; fonemen, grafemen, klankzuiver, structureerwoorden, auditief, visueel, discriminatie, objectivatie, analyse, synthese, ordenen, etc, met betrekking tot het aanvankelijk lezen inhouden en is in staat deze toe te passen; De student heeft inzicht in de proces en de didactiek van het voorbereidend en aanvankelijk lees- en schrijfonderwijs; De student is in staat de ontwikkelingsgerichte didactiek met het accent op lezen en schrijven toe te passen; De student is op de hoogte van de aanvankelijke leesmethodes die op Aruba gebruikt wordt. Vaardigheidsdoelen De student is in staat betekenisvolle activiteiten te verrichten in het kader van voorbereidend en aanvankelijk lezen; De student kan de leesstrategieën zoals de elementaire leeshandeling verwoorden door het zelf voor te doen; De student is in staat verantwoorde lessen “voorbereidend en aanvankelijk lezen en schrijven” op te stellen en uit te voeren; Ben je in staat de ontwikkelingsgerichte didactiek met het accent op leren lezen toe te passen; De student heeft inzicht in de methode “Veilig Leren Lezen” en “Dal Bay Numa”; De student is in staat leerlingen te motiveren voor het leren lezen en schrijven; De student is in staat rekening te houden met de verschillende moedertalen van de leerlingen bij zowel voorbereidend als aanvankelijk lezen. Houdingsdoelen Is de student bereid om beginnende geletterdheid bij de kinderen te stimuleren. Is de student bereid om zelf materiaal te maken om de leerlingen zowel bij het Papiamento als het Nederlands te ondersteunen. Praktijkopdracht Is de student in staat verantwoorde lessen aanvankelijk lezen en schrijven op te stellen en uit te voeren. Is de student in staat de ontwikkelingsgerichte didactiek met het accent op leren lezen en schrijven toe te passen. Werkvormen Presentaties van literatuur Observaties Discussies groepswerk Evaluatie Om in aanmerking te komen voor een studiepunt: 1. heeft de student zelfstandig of in groepsverband verschillende teksten/ artikelen in de reader over het onderwerp gelezen en bestudeerd; 2. heeft de student 2 (voorbeeld) lessen en de daarbijbehorende materiaal in zowel het Nederlands (als het Papiamento) ontwikkeld en gepresenteerd die met een voldoende beoordeling moet zijn afgesloten; IPA modulegids 2008-2009
225
3. heeft de student individueel een verantwoording van mininmaal 2 A4-tjes gemaakt waarin het leesproces van voorbereidend naar aanvankelijk lezen wordt beschreven, die eveneens als voldoende moet zijn beoordeeld; 4. krijgt de student een extra opdracht bij maximaal twee gemiste lessen. Literatuur Reader samengesteld uit de volgende bronnen: Docenten IPA, 2007, Reader aanvankelijk lezen plus bijlage Huizenga, Henk, 2000, Aanvankelijk en Technisch Lezen, Wolters – Noordhoff, Knijpstra Harm e.a., 1997, Met jou kan ik lezen en schrijven, Coutinho Paus Harry e.a., 2002, Portaal, Praktische taaldidactiek voor het primair onderwijs, Coutinho,
IPA modulegids 2008-2009
226
Talen 6- 12 Module Lezen en Schrijven in Ciclo 1 en 2 : Talen Onderdeel Docenten : Cheryda Gemin Blok : II. 3 Specialisatie : 6 – 12 Aantal bijeenkomsten : 7 Studiebelasting : 1studiepunt = 40 uur Bijeenkomsten : 7 X 1.5 = 10.5 Voorbereiding : 7X2 = 14 Evaluatie : = 15.5
Inleiding In het onderwijs neemt lezen een centrale rol in. En dat is nog niet zo gek als je bedenkt dat in het dagelijks leven lezen voortdurend een rol speelt. Lezen doe je eigenlijk overal. Geen wonder dat lezen in het onderwijs voor elk kind van groot belang is. Daarom gaat deze module over de didactiek van technisch, begrijpend, studerend en belevend lezen. Kortweg ook voortgezet lezen genoemd. Ook methoden, werkvormen, toetsing hebben een plaats in deze module. De theorie achter de praktijk komt aan bod voorzover die van belang is voor het werken in de basisschool. Verschillende mogelijkheden voor differentiatie en zorgverbreding in een leesles; hoe organiseer je die? Welk materiaal kun je daarbij gebruiken? Hoe beoordeel je dat? Bij dit onderdeel passen de lesopdrachten en instituutspractica. Het is belangrijk dat de leraar die taalonderwijs geeft zich ervan bewust is dat vele wegen naar Rome leiden, dat didactische keuzes altijd verbonden zijn met mens - en maatschappij-opvattingen in ruime zin. Het is in ieder geval belangrijk dat kinderen leren om met plezier te lezen en te schrijven. Beginsituatie Het onderwijs in lezen en schrijven is hedendaags helaas niet wat het zou moeten zijn. Hierdoor wordt er van de student verwacht dat zij de nodige creativiteit en voorstellingsvermogen bezit om het gewenste lees,- en schrijfonderwijs te kunnen visualiseren en te kunnen realiseren.
Leerinhouden Deze module is een vervolg op de module Taalvaardigheid schrijven, Voorbereidend en aanvankelijk lezen, Tekstanalyse en Taalverwerving, Taalontwikkeling en werken met de taalmethode? Bovendien gaan we verder met de 5 kernvragen voor goed taalonderwijs zoals we dat gestart zijn in module 2.2.
IPA modulegids 2008-2009
227
Leerdoelen Kennisdoelen • De student houdt rekening met de doelen van interactief taalonderwijs bij het voortgezet lezen en schrijven; • De student heeft kennis genomen van het begrip voortgezet technisch lezen en begrijpend lezen; • De student heeft kennisgenomen van het concept vertellend schrijven ; • De student is op de hoogte van de didactiek van technisch en begrijpend lezen; • De student is op de hoogte van het belang van een motivatiefase bij het technisch en begrijpend lezen en kan een weloverwogen keuze maken van een passende activiteit; • De student weet hoe hij/ zij aan woordenschatuitbreiding moet werken tijdens het voortgezet lezen; • De student heeft kennis van lees- en schrijfstrategieën; • De student heeft kennis van de diverse activiteiten en werkvormen die er op het gebied van technisch en begrijpend lezen zijn en tevens op het gebied van vertellend schrijven;
Vaardigheidsdoelen • De student kan het technisch lezen zo vormgeven dat het voor het Arubaanse kind een betekenisvolle vaardigheid wordt en blijft; • De student is in staat om bij het begrijpend lezen leesstrategieën aan te bieden; • De student is in staat om bij het vertellend schrijven schrijfstrategieën aan te bieden • De student kan activiteiten kiezen het lees- en schrijfproces bevorderen; • De student kan lezen en schrijven op een functionele manier benaderen en vorm- geven, zodat de tekst deel uitmaakt van werkelijke communicatie • De student is in staat om een leeromgeving te creëren waarin lezen en schrijven worden gestimuleerd. • De student kan verantwoorden hoe hij aan woordenschatuitbreiding moet werken tijdens het voortgezet lezen. • De student kan naar aanleiding van thema’s geschikte boeken en teksten selecteren die passen bij de beleving van het kind. • De student kan verantwoorde lees - en schrijflessen opzetten en uitvoeren en indien nodig daarvoor materiaal ontwikkelen. • De student is in staat de leerlingen te motiveren tot lezen en schrijven. Houdingsdoelen ♦ De student is bereid de leerlingen te motiveren tot lezen en schrijven. ♦ De student is bereid om de leerlingen verder te helpen in het lees- en schrijfproces. ♦ De student ziet het belang in om de leerlingen geïnteresseerde lezers of schrijvers te laten worden. IPA modulegids 2008-2009
228
Praktijkvaardigheidsdoelen
• • •
De student kan onder begeleiding van een ervaren leerkracht de taalonderwijsactiviteiten die bij ciclo 1 en 2 horen, verrijken, uitvoeren en evalueren; De student maakt daarbij beargumenteerd gebruik van verschillende werkvormen De student kan uitdagende spel en oefentaken voor het kind voorbereiden en uitvoeren
Evaluatie Om in aanmerking te komen voor een studiepunt: 1. heeft de student de verschillende teksten/ artikelen uit de reader gelezen en bestudeerd; 2. heeft de tentamenopdracht individueel gemaakt. 3. moet de student minstens 80% van de bijeenkomsten gevolgd hebben krijgt de student een extra opdracht bij 50-80% aanwezigheid. moet de student module opnieuw volgen bij een aanwezigheid van minder dan 50%. . Tentamenopdracht: aan het einde van de module Maak individueel een lessenserie begrijpend lezen van ongeveer 4 a 5 samenhangende lessen over een zelf vast te stellen leesvaardigheid. Vanzelfsprekend hoort een verantwoording er bij. • de lessenserie moet voldoen aan de 5 kernvragen voor goed taalonderwijs • de gekozen leesvaardigheid moet centraal staan • de beginsituatie wordt in overleg vastgesteld • kies zelf bij de basislessen goede passende teksten • maak lesopzetten volgens het basismodel Begrijpend lezen
Literatuur Reader samengesteld uit de volgende bronnen: Robbe Rolf , 2001, Begrijpend lezen, , Wolters – Noordhoff, Groningen. Knijpstra Harm e.a, 1997, Met jou kan ik lezen en schrijven, Van Gorcum Harry Paus e.a., 2002, POR Taal, Praktische taaldidactiek voor het primair onderwijs, Coutinho, Bussum,. Nijmeegse Werkgroep, 1996, Taaldidactiek aan de Basis, , Wolters-Noordhoff, laatste druk
IPA modulegids 2008-2009
229
Papiamento Modulo Periodo Materia Sector Specialisacion Docente Peso di estudio
Idioma den Enseñansa Primario Arubano – EPA : 2.3 : Papiamento : Idioma : tur : Gregory Goedgedrag : 1 punto - 40 ora ora di contacto : 7x1,5= 10,5 ora tarea pa cada siman : 7x1,5= 10,5 ora tarea di evaluacion : 9 ora literatura : 10 ora
Introduccion Pa prome biaha den enseñansa di Aruba tin un documento riba mesa cu lo forma e fundeshi di nos enseñansa: “Curiculo di enseñansa basico Aruba – Vision y structura”. E documento ta describi vision, meta y structura di nos enseñansa basico nobo, cu mester garantisa “Enseñansa cu sentido, individuo consciente y un nacion solidario”. E curiculo nacional aki pues ta base di entre otro e area di formacion “Idioma y Comunicacion”, cu tambe ta describi den un documento specifico, mescos cu tur e otro areanan di formacion: “Programa nacional di Idioma y Comunicacion pa Enseñansa Basico Arubano”. un studiante di IPA mester ta bon na altura di e documentonan aki. Situacion inicial E studiantenan ta na altura di e preparacionnan relaciona cu innovacion di enseñansa na Aruba. Sinembargo, e studiantenan no ta na altura ainda di e vision riba idioma y di e cambionan cu esaki ta trece cu ne en cuanto idioma. Meta general E studiante tin conocemento di e caracteristicanan fundamental di EPA en general y di idioma den EPA en particular. E studiante ta capasita pa pone e ideanan nobo relaciona cu idioma den practica. Meta Specifico (di conocemento, habilidad y actitud) Meta cognitivo • E studiante tin conocemento di e curiculo nacional pa enseñansa primario di Aruba • E studiante tin conocemento di mision, vision y structura di EPA • E studiante tin conocemento di e metanan di EPA, specialmente relaciona d idioma • E studiante tin conocemento di e competencianan di idioma cu e mucha por IPA modulegids 2008-2009
230
•
desaroya den EPA E studiante tin conocemento di e dimensionnan di desaroyo humano
Meta di habilidad • • • •
E studiante por pone e relacion entre curiculo nacional y curiculo di idioma na EPA E studiante por integra idioma y e otro areanan den su lesnan E studiante por integra e dimensionnan aki den su lesnan E studiante por traha conscientemente na e competencianan aki
Meta di actitud E studiante ta dispuesto pa y por duna su aporte na innovacion di nos enseñansa. Contenido • Vision di PRIEPEB • Meta General pa EPA • Structura di EPA • Dimension di idesaroyo • E areanan di formacion y den relacion cu otro • E liñanan transversal • Maneho di idioma pa EPA • Area di formacion ‘Idioma y Comunicacion’ • Vision di PRIEPEB en cuanto idioma Forma di traha durante e modulo Durante e modulo aki ta uza diferente forma didactico di traha cu e studiantenan. E aporte activo di e studiantenan na e contenido di les ta hopi importante y crucial pa desaroyo di e lesnan. Pa por aporta na un manera satisfactorio, e studiante mester prepara su mes debidamente: bon intercambio di pensamento ta exigi un bon preparacion. Evaluacion • Presencia mester ta por lo menos 80% durante e modulo • Un presentacion den grupo riba powerpoint tocante innovacion di enseñansa y e papel cu idioma ta hunga den nos enseñansa. Ta enfoca mas tanto riba e visionnan cu ta aparece den e documento di PRIEPEB. • Pa evaluacion e studiante ta entrega un portfolio cu ta contene lo siguiente: • Un relato di e presentacion cu refleccion, opinion personal tocante e vision studia y e modulo den su totalidad y un conclusion final (1 A4 / Arial 11, espacio 1) • Mester reparti esaki den aliña y skibi den bon Papiamento. • Compilacion di tarea traha durante e modulo • Tur studiante mester percura riba un bon structura di e pakete aki: un indice cu pagina, introduccion y epilogo. • Un evaluacion skibi cu un resultado di por lo menos 5.5
IPA modulegids 2008-2009
231
Literatura Curiculo enseñansa basico Aruba – Vision y structura PRIEPEB, 2002 Programa nacional di Idioma y Comunicación pa Enseñansa Basico Arubano PRIEPEB, 2002 Habri porta pa nos drenta Proposicion pa modelo di idioma pa Eseñansa Basico Arubano PRIEPEB, 2002
IPA modulegids 2008-2009
232
Logopedie
Module
Signaleren en begeleiden van Taal - en Spraakontwikkelingsstoornissen binnen het Onderwijs Periode : II.3, Beroepsgerichte Fase. Specialisatie : Logopedie Studiepunt :1 Docent : Giselle Brete-van Grieken Studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur Contactuur : 7 bijeenkomsten van 1.5 :10.5 Bestuderen van literatuur Logopedie voor onderwijsgevende Deel 1, Hoofdstuk 4, 5. Deel 2, Hoofdstuk 1, 2, 4, 6, 7 en hand-outs :6 Opdrachten :7 Opdracht observatieverslag: :3 Voorbereiding groepspresentatie :4 Voorbereiding tentamen :8 Tentamen: :1.5 Inleiding Kinderen die problemen hebben met mondelinge communicatie, zullen naar een logopedist moeten gaan. Onderzoek wijst uit dat de helft van deze kinderen in de klas, niet, of tijdig gesignaleerd wordt door de leerkracht. Ook bij veel kinderen worden ten onrechte logopedische stoornissen gesignaleerd. Als een kind niet of te laat wordt doorverwezen kan dat ingrijpende gevolgen hebben voor het kind en de omgeving. In deze module wordt de student getraind om logopedische stoornissen tijdig te signaleren en het kind pedagogisch-didactisch te ondersteunen. Beginsituatie De studenten leren in de beroepsgerichte fase, in I.P. en in praktijk te differentiëren. De meerwaarde van deze module is gericht om studenten in de praktijk leerlingen met communicatieproblemen leren signaleren en begeleiden. Linkage • Deze module is concentrisch van aard. In III.1 wordt het vakoverstijgend en wordt het met orthopedagogiek geïntegreerd. Praktijklinkage: IPA modulegids 2008-2009
233
•
De studenten moeten communicatiestoornissen kunnen signaleren om te kunnen differentiëren in praktijk.
Doelen, de student: Kennisdoelen kan de voornaamste aspecten van vertraagde taal- en spraak ontwikkeling signaleren, tijdig weten te verwijzen en in ieder geval het kind pedagogisch-didactisch ondersteunen in klas onderscheid leren maken in de verschillende spraak- en taalontwikkelingsstoornissen Vaardigheidsdoelen weet zelfstandig de juiste informatiebronnen te vinden en deze doelmatig te gebruiken vaardigheden ontwikkelen om preventief te begeleiden, gericht op versterking van het zelfvertrouwen van het kind Houdingsdoelen het belang kunnen inzien van een vroegtijdige onderkenning van deze stoornissen begrip hebben voor wat het kind heeft meegemaakt of wat het nog te wachten staat (bijv. op medisch en/of emotioneel gebied) zich bewust zijn van het feit dat hij / zij flexibel, tolerant, affectief en onbevooroordeeld moet opstellen t.a.v. kinderen met stoornissen. Leerinhouden Communicatie Taalverwerving Emotionele Quotiënt(EQ) Multiple Intelligences Lip-, kaak- en gehemelte spleet Articulatiestoornissen Taalstoornissen Stotteren Auditieve Waarneming Werkvormen Casusbesprekingen. Werkcolleges Presentatie- en discussievorm Evaluatie Om deze module met succes af te ronden, moet je aan de volgende voorwaarden voldoen: 1. 80 % aanwezigheid 2. Uitvoeren, inleveren en presenteren van verplichte opdrachten die in de bijeenkomsten worden opgegeven (teamwork, actieve participatie) 3. Openboektentamen a.d.h.v. casus. IPA modulegids 2008-2009
234
Literatuur Pronk-Boerma,Mieke: Logopedie voor Onderwijsgevenden, (2003) Handouts, jaarlijks bijgewerkte informatie.
IPA modulegids 2008-2009
235
Beeldende Vorming Modulo Periodo: Specialisacion: Docente: Peso di estudio: Ora di estudio: Encuentronan: Tareanan semanal: Evaluacion:
Didactica di arte Visual: 3- dimensional II-3 4-8/6-12 Stan Kuiperi 1 punto 40 ora - 7 x 1,5 = 10,5 - 7 x 4 = 28 = 1,5
Introduccion Educacion di Arte Visual den promer lugar ta un materia practico, cu e studiante ta siña duna pa medio di training practico y concreto. Sin embargo e aspecto teoretico y didactico ta forma e fundeshi riba cua e practica ta construi. E modulo aki ta enfoca riba e didactica di educacion di arte na un manera practico, tumando arte 3dimensional y material resicla como medionan pa traha. En general, e modulo aki ta forma un tipo di blueprint pa e futuro practica di maestro di educacion di arte. Situacion inicial E studiante a completa tres modulo di Educacion di Arte Visual caba. Durante e tres promer modulonan, e studiante a cuminsa desaroya su habilidadnan creativo, tecnico, y reflectivo. Ademas, ela desaroya mas confiansa den su mes como maestro creativo y a haña mas experiencia den e practica di enseñansa mediante e periodonan di stage. Awor, na final di e di dos aña, e studiante mester ta prepara pa cuminsa cu e modulo mas didactico di arte visual. Contenido Den liña grandi, “Didactica di Arte Visual” ta ofrese na e studiante dos direccion di estudio. Un banda e modulo ta enfoca riba introduccion di arte y temanan 3dimensional (sculptural/funcional) hasiendo uso di varios tipo di material resiclabel. Otro banda e ta duna e studiante un training didactico y practico specifico den e preparacion, realisacion y evaluacion di lesnan di Arte visual: Componentenan: - Concepto pa un les den subgrupo - Preparacion (formulario didactico preparacion di les Arte Visual) - Realisacion di les (practica den instituto) - Evaluacion clasical - Registracion y compilacion di tur material di les pa distribucion general
IPA modulegids 2008-2009
236
Linkage Linkage di e modulo aki ta posibel cu cursonan di pedagogia y didactica general, e materia Techniek, e aera Naturalesa y Tecnica. Ademas por integra cu Drama, Baile y Musica den sentido di uso di obhetonan funcional den e modulonan di Arte en general. Linkage cu practica Den scolnan e studiante por pone e conosemento di e modulo aki den practica directo. Por hasi uso directo di tematica y material den lesnan pa tur tipo di scol y edad unda cu e studiante di IPA ta coriendo stage. Ademas por practica e varios aspectonan didactico di e tipo di les aki den e situacion real di enseñansa. Metanan Metanan di conosemento Na final di e modulo e studiante - conose e situacion di medio ambiente y produccion di “waste” na Aruba - conose e materialnan diverso cu ta desechabel y resiclabel - conose e aspectonan didactico relaciona cu lesnan di arte 3-dim. resiclabel - conose ehempelnan di arte di material resicla Metanan di habilidad Creativo Na final di e modulo e studiante a desaroya habilidad pa 1. crea obhetonan nobo di uso diverso for di material resicla 2. crea lesnan cu temanan relevante Tecnico 3. scohe material y tecnicanan adecua 4. aplica tecnicanan specifico pa construccion Reflectivo 5. crea, prepara y realisa lesnan cu metanan specifico 6. crea solucionnan relaciona cu medio ambiente local Metanan di actitud Na final di e modulo e studiante: 8. Ta dispuesto pa considera positivamente e funcion personal y social di arte y di educacion di arte 9. Ta dispuesto pa haña y duna educacion di arte na manera positivo y optimal. 10. Ta habri pa e implicacionnan di cuido di e medio ambiente local relaciona cu enseñansa. Tareanan pa practica E studiante ta crea, realisa y evalua un les cu e tema di cuido di medio ambiente relaciona cu material desechabel y resiclabel. Como parti di e les aki, e studiante ta purba crea un sistema di uso di material resiclabel pa tur clas di e scol. Ademas ta incorpora den esaki ideanan of un proyecto pa tene e medio ambiente rond di e scol limpi di desecho.
IPA modulegids 2008-2009
237
Formanan di traha - Tratamento teoretico/audiovisual di e tema - Tratamento practico di e tema: Lesnan semanal di subgruponan - Observacion, evaluacion y discusionnan clasical - Tareanan semanal individual (externo) - Investigacion, registracion y compilacion di material di les Evaluacion Na final di e modulo e studiante a cumpli cu: - 80% di atendencia - Tur les prepara, duna y evalua na nivel satisfactorio - Tur excursion/investigacion externo na nivel satisfactorio - Participacion general activo y positivo - Tarea di practica - Compilacion y entrega di material di les segun indicacionnan - Examen/tarea final. Material (resicla): - Papel, carton - Tela - Plastic, foam - Palo - Metal - Obhetonan diverso Literatura - Schasfoort, Ben, 1999. “Beeldonderwijs en Didactiek”, W-Noordhoff , Ned. - Marston, Rip, 1994. “Constructing equipment from recycled materials. Our environment in crisis. We can save the future”. Journal of Physical Education, Recreation and Dance, Oct. 1994,USA. - Literatura diverso.
IPA modulegids 2008-2009
238
Dansante Vorming Module Docent Fase Blok Specialisatie Studiepunt Aandeel
‘Imagen & Moveshon’ Wilma Kuiperi-Jansen(KJ) Beroepsgericht II-3 4-8/6-12 1 (=40 studielasturen) Contact uren(7x1.5) Niet Contacturen(Opdrachten 29.5)
2a & 2b Project Ipa(DV) met Aruba Art Foundation & Introdans 2005
IPA modulegids 2008-2009
239
Doelen • De student ontwikkelt de vereiste vaardigheden, kennis inzichten t.a.v. de ontwikkelingsdoelen van het vak Dansexpressie • De student ontwikkelt inzicht in de eigen multiple intelligentie en die van de leerling • Eigen persoonlijkheidsontwikkeling, creativiteitsontwikkeling en sociaal emotionele ontwikkeling adhv Dans • Motorische ontwikkeling teneinde zichzelf te leren gevoelens en gedachten vorm te geven in een eigen bewegingstaal • De student leert de danselementen bewust te hanteren in combinatie met de kennis en technische doelen van beeldende vorming • Dans ontwerpen adhv Beeld • De student heeft inzicht in de integratieve mogelijkheden van de Kunstvakken(Beeldende Kunst i.h.a.,Dans,Muziek,Teater,) • De student ontwikkelt een constructieve-kritische houding tov Kunst adhv eigen werk en die van anderen • De student krijgt inzicht in de waarde van Kunst tbv ontplooing van de ontwikkelingsgebieden van het kind • De student krijgt inzicht in de didactische doelen van Dans Inhoud: • Dansvaardigheid • Bewust werken met de danselementen • Lichaamsscholing,bewegingstechnieken • Samendansen, eigen bewegingen • Danspresentatie • Krijgt inzicht en kennis van de vormende waarde van een presentatie • Zelfstudie en theoretische kennis mbt Kunst iha en Dans specifiek • Zie stencil BV/DV • Kijken naar dans (video, bezoek dansvoorstelling, eigen voorstelling) Evaluatie: • Voldoende voor Dansdocument (inhoud)* • Teorie toets reader • Voldoende voor Presentatie Groepswerk adhv dansvoorstelling • Motivatie(adhv proces evaluatie) • Aanwezigheid Arte-DV/kj
IPA modulegids 2008-2009
240
Drama Module Periodo Docente Peso di estudio
‘E pochi y su contado di storia’ : 2.3 : Amy Lasten : 1 stp 7 les di 1.5 ora = 10.5 ora 25,5 ora pa: - Trahamento di relato di les - Trahamento di bo popchi - Studiamento di reader - Un articulo cu ta trata con pa uza bo popchi den les. - Evaluacion
Introduccion E studiantenan ta den nan di segundo aña di nan estudio. Den e modulo aki nan ta desaroya e competencia pa haci di nan popchi un personahe teatral. Nan ta desaroya e abilidad pa laga e popchi conta un storia, pa ta e contado di e storia (verteller) y pa actua un personahe, cu tin un relacion cu e popchi. E ta hopi importante pa e studiantenan desaroya e abildadnan aki, ya cu e popchi aki por haya un luga masha importante den les. Di e forma aki cualkier didactica cu bo ke uza pa duna un cierto enseñansa ta haya un caracter magico y di wega (speels). E popchi lo contribui pa haci siñamento bira un proceso agradabel y efectivo. Contenido A. Creamento di popchi, su aparencia, su caracter, su manera di expresa, su stem, su manera di cana, move, etc. B. Technicanan relaciona cu e comunicacion di e popchi y e publico. C. Puntonan di atencion pa cu e contado (verteller). D. Actuacion di personahe y uzo di e medionan teatral. E. Scirbimento di storia E contenido di e modulo aki ta relaciona cu e siguiente areanan di competencia: -Competentencia interpersonal y intrapersonal -Competencia pedagogico -Competencia di contenido di specialisacion y di didactica -competencia organisatorio -Competencia di reflexion y desaroyo Conexion cu otro modulo IPA modulegids 2008-2009
241
Situacion inicial E studiantenan a haya den e prome aña un modulo di drama/teatro unda e foco tabata desaroyo di nan propio expresion y creatividad y sera conosi cu diferente forma di traha (werkvorm). Ademas nan a haya un modulo riba presentacion di bo mes, caminda tabatin atencion riba uzo di curpa y uzo di stem dilanti di klas. Tambe e studiantenan a trece un presentacion dilanti den cuadro di e modulo di integracion di teatro y musica y esaki tambe a ser presenta den cuadro di Ipabilidad pa muchanan di scol basico. Metanan Meta general E studiante ta progresa den uzo di su propio creatividad y fantasia. E studiante ta desaroya su propio abilidad di expresion y actuacion den teatro.
Meta specifico Meta cognitivo • E studiante ta haya conosimento di e technicanan di actuacion cu popchi. • E studiante ta haya conosimento cua ta e aspectonan pa tene cuenta cu ne ora ta desaroya y actua un personahe. • E studiante ta haya conosimento kico ta e papel di e contado. • E studiante ta haya un bista con pa aplica e elementonan basico di teatro, ken, kico, kon, unda y pakico den contamento di un storia. • E studiante ta haya conosimento di uzo di e medionan teatral den su storia. • E studiante ta capas pa improvisa den su actuacion y comunicacion cu e publico. Meta di habilidad • E studiante ta haya e abilidad pa actua cu su popchi (1). • E studiante ta haya e abilidad pa desaroya y actua un personahe (2). • E studiante ta haya e abilidad di actua como contado (3). • E studiante ta haya e abilidad pa combina e abilidadnan 1,2,3 den un escena. • E studiante ta crea un escena y ta haci uzo di e medionan teatral. • E studiante ta capas pa improvisa den su actuacion y comunicacion cu e publico. Meta di actitud • E studiante ta dispuesto y ta para habri pa descubri y desaroya su propio abilidadnan den trahamento cu popchi, di actua un personahe y di fungi como contado. • E studiante ta dispuesto pa investiga tur e diferente aspectonan cu ta haci actuacion cu un popchi efectivo. • E studiante ta dispuesto pa train e diferente technicanan relaciona cu actuacion cu popchi mestanto cu esaki ta necesario. • E studiante ta dispuesto pa integra e diferente aspectonan cu e ta siña den un presentacion.
IPA modulegids 2008-2009
242
Forma di traha • E lesnan lo ta en general practico. E refleccion riba e trabaonan den les lo sirbi pa haya conosimento riba e aspectonan necesario di e les. • Ademas lo haya un reader cu un guia con pa traha popchi y algun aspecto pa tene cuenta cu ne ora ta scirbi un storia. • E punto di salida ta cu e material aki ta wordo studia hopi bon na cas pa por haci e tareanan necesario na cas, manera trahamento di e popchi y scirbimento di un storia. • E trabaonan den les lo ser haci individual: cada persona cu su popchi. Pa turno studiantenan ta traha relato di e lesnan, pa despues bo por cai bek riba e informacionnan aki, ora bo kier traha cu popchi den futuro. Lo haci uzo di e siguiente construccion di les : a. Los curpa b. Ehercicio c. Tarea di actuacion d. Reflexion y teoretisacion e. Evaluacion
Evaluacion Como evaluacion ta haci un presentacion individualmente cu e siguiente criteria: Ta fungi como contado di storia (a.) mientras ta conta un storia segun un personahe (b. ) y den e mesun storia ei ta laga e popchi participa activamente den e storia (c.). E personahe mester tin un cierto relacion specifico cu e popchi. Pa cu e presentacion aki ta scirbi un propio storia (d.) y ta inclui algun idea con lo por uza e popchi den klas (e.) y ta entrega esaki dia di presentacion. Ta conta e storia aki un biaha den e practica (f.) 80% presencia (g.). Literatura Ta ricibi un reader na comienso di e modulo y durante e modulo lo sigui ricibi diferente informacion mas riba papel.
IPA modulegids 2008-2009
243
Movecion y Salud
Module II.3
Gezondheidseducatie op de basisschool
Urenverantwoording : aantal colleges/ begeleidingsuren voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) voorbereiding voor evaluatie evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie)
7 x 1,5 = 10,5 uur 14 uur 14 uur 1,5 uur
,
IPA modulegids 2008-2009
244
Kennisdoelen •
kan ontwikkelingsdoelen en eindtermen van gezondheidseducatie voor de kleuter- en basisschool benoemen,
•
kan aangeven hoe ouders en de directe omgeving van het kind betrokken kunnen worden bij gezondheidsbevordering,
n,
Vaardigheidsdoelen De student • • •
de ontwikkelingsdoelen en eindtermen van gezondheidseducatie voor de kleuter- en basisschool vertalen naar leerinhouden voor 4-8 jarigen en 8-12 jarigen, kan inventariseren/onderzoeken welke belemmeringen een rol kunnen spelen bij gezondheidsbevordering van kinderen, kan op positieve wijze inspelen op belemerringen die een rol kunnen spelen bij gezondheidsbevordering van kinderen.
houdingsdoelen • onderschrijft de doelstellingen van gezondheidseducatie, • kan de eigen visie en keuzes t.a.v. gezondheid en leefstijl verantwoorden, • vertoont een positief kritische houding ten aanzien van de eigen leefstijl en gezondheid,
Praktijkopdrachten n.v.t. Werkvormen De studenten maken op activerende wijze kennis met het vak gezondheidseducatie en principes en methodieken om preventieve interventies te plegen t.a.v. de gezondheidsbevordering van leerlingen. Ze bestuderen relevante literatuur en bezoeken instanties die te maken hebben met gezondheidsbevordering op scholen.
IPA modulegids 2008-2009
245
Evaluatie Deze module wordt afgesloten met een praktische opdracht n.l. een lessenserie.
Literatuur • • • • •
Curiculo ensenansa basico Aruba, Programma Nacional (2002), Priepeb. Plan strategico; Vision y Structura (1996) Kerngroep Priepeb. Stephan Van Den Broucke, Omer Van den Bergh en An Victoir, De kloof tussen weten en doen; Een kwestie van gezond verstand? Gedrag en gezondheid van schoolgaande jongeren. 2002, 14:3, 26. Handout: De morele ontwikkeling van het kind volgens Licona. Diverse methoden voor gezondheidseducatie (arubaanse en buitenlandse).
IPA modulegids 2008-2009
246
Hende y Comunidad 4- 8
Module Periode Specialisatie Docent Studiepunt Aandeel
Vakdidactiek “Thema’s wereldoriëntatie en Estudio Social” : II.3 : 4-8 : Luc Alofs : 1 stp = 40 uur (1,5 ECTS) : 7 bijeenkomsten van 1,5 uur (7 x 1,5) 10,5 uur Literatuur à 80 pagina’s (80 : 7) 11,5 uur Presentatie en schriftelijke opdrachten 18,0 uur
Inleiding In deze module Vakdidactiek ligt de nadruk op hoe het vak Estudio Social als Wereldoriëntatie in het eerste en tweede leerjaar van het basisonderwijs kan worden aangeboden. Uitgangspunt hiervoor zijn twee methodes wereldoriëntatie, ‘De wereld rond’ en ‘De grote reis’, en het ‘Programa Nacional di Estudio Social pa enseñansa Basico Aruba’, zoals geformuleerd door Priepeb. Er wordt in groepjes van drie of vier studenten een thema uitgewerkt en in de klas als les uitgevoerd, waarbij elke groep van een andere werkvorm gebruik maakt. Deze uitgevoerde lessen worden na afloop klassikaal besproken en geëvalueerd.
Beginsituatie De student is bekend met de beginselen van het vak Estudio Social en heeft binnen zijn/haar studie aan het IPA al met verschillende werkvormen kennis gemaakt. Hij/zij heeft ook al ervaring met het vervaardigen en presenteren van onderwerpen van het vak Estudio Social.
Leerinhouden - menselijke ontwikkeling binnen Estudio Social - keuze uit thema’s wereldoriëntatie bespreken en aanvullen - behandelen van een aantal werkvormen uit het “Didactische werkvormen boek” - relateren van thema’s wereldoriëntatie aan Estudio Social in het basisonderwijs
Linkage Deze module sluit aan op de modules II.1 en II.2. Naast de domeinen van Estudio Social komen nu ook de dimensies van menselijke ontwikkeling in Estudio Social aan bod. IPA modulegids 2008-2009
247
Praktijklink. Aan de hand van een aantal thema’s uit bovengenoemde twee methodes die van toepassing zijn op de Arubaanse situatie wordt er een link gelegd naar Estudio Social in het basisonderwijs. De in de klas uitgevoerde lessen kunnen in deze of de volgende module in de praktijk worden uitgeprobeerd.
Leerdoelen Kennisdoelen: • De studenten kennen verschillende dimensies van Estudio Social • De studenten kennen verschillende werkvormen die zich goed lenen voor Estudio Social • De studenten kennen omgevingsonderwijs als een uitgangspunt binnen Estudio Social • De studenten kunnen de inhoud van een thema kort omschrijven • De studenten hebben inzicht in de relatie tussen beginsituatie, doelen, inhouden en evaluatie • De studenten hebben inzicht in de relatie tussen thema’s wereldoriëntatie en Estudio Social Vaardigheidsdoelen: • De studenten kunnen aan de omgeving gerelateerde thema’s vertalen naar lesmateriaal • De studenten kunnen het principe van omgevingsonderwijs als uitgangspunt binnen Estudio Social hanteren • De studenten kunnen, uitgaande van een thema, hoofddoelen en specifieke doelen formuleren • De studenten kunnen opgedane kennis en vaardigheden vertalen naar nieuwe thema’s en lessituaties • De studenten kunnen product- en procesevaluatie uitvoeren Houdingsdoelen: • De studenten hebben waardering voor thema’s uit de eigen omgeving in het algemeen en van het kind in het bijzonder
Praktijkopdrachten Geen praktijkopdrachten.
Werkvormen Er wordt zowel klassikaal als in groepen gewerkt. Over het algemeen zullen instructie-, samenwerkings-, interactie- en/of opdrachtenvorm als didactische werkvormen worden toegepast tijdens de lessen. Voor de presentatie van de in groepjes ontwikkelde lessen zal elk groepje een werkvorm uit “Het didactische werkvormenboek” hanteren. IPA modulegids 2008-2009
248
Evaluatie - 80% aanwezigheid - Het inleveren en voldoende beoordelen van een door de groep ontwikkelde les - Een voldoende beoordeling voor het uitvoeren van de les - Het inleveren en voldoende beoordelen van een individuele opdracht
Literatuur Delen uit: • Bruin, R. de, C. Linnenbank en J. Simons (1993). Het ei van Columbus – De wereld rond. Tilburg: Zwijsen • Kouwenber, B. et.al. (1997). De grote reis. Den Bosch: Malmberg • Hogeveen, P. en J. Winkel (2003). Het didactische werkvormenboek: variatie en differentiatie in de praktijk. Assen: van Gorcum • Priepeb (2003). Curiculo enseñansa basico Aruba – Estudio Social. Aruba: Directie Onderwijs • Handouts
IPA modulegids 2008-2009
249
Hende y Comunidad 6-12 Module Subtitel
Vakdidactiek Hende y Comunidad : Enkele sleutels tot het ontwikkelen van lessen hende y comunidad voor de middenbouw : 2006/2007 – Blok 2.3 : 6-12 : Kees de Jong : 1 studiepunt = 40 uur = 1.5 ECTS
Periode Specialisatie Docent Studiebelasting Urenverantwoording - aantal colleges / begeleidingsuren: - voorbereiding voor bijeenkomsten: - voorbereiding voor evaluatie: - evaluatie:
10.5 uur 18 uur 11 uur 0.5 uur
Inleiding Deze module is een direct vervolg op de module uit blok 2.2. Gekozen voor een module die voor wat betreft opzet en inhoud erg gericht is op de praktijk. Het is daarom dat we in deze module expliciet stil staan bij het lesgeven in de middenbouw. Het vak ‘hende y comunidad’ komt als zodanig voorlopig nog niet op het rooster te staan van het vernieuwde basisonderwijs. Praktijk wijst echter uit dat er in de derde klas wel gewerkt wordt vanuit een voorbereiding op de zaakvakken die in de vierde, vijfde en zesde klas aangeboden worden. De voorbereiding wordt meestal aangeduid als wereldoriëntatie. Gedurende de module zal blijken dat de middenbouw een bijzondere plek inneemt binnen het curriculum. Een plek waar helaas niet altijd voldoende aandacht voor is, zie daarvoor o.a. de rapporten van Priepeb. Op basis van een bestaande methode en op basis van een benadering vanuit de toeleverende vakken bekijken we enkele thema’s en mogelijke thema’s die aangeboden kunnen worden in de derde en vierde klas (groep 5 en 6). Nadat we ons eerst verdiept hebben in de literatuur en hier elkaar over geïnformeerd hebben gaan we de vertaalslag maken naar de praktijk. Groepjes studenten werken een thema uit en voeren in de klas een les uit. Gedurende het tweede gedeelte van het college wordt de gegeven les door de medestudenten onder leiding van de docent besproken en geëvalueerd. Naast het product wordt er ook gekeken naar het proces van samenwerking.
Beginsituatie De student gaat in de komende twee blokken voor de eerste maal lesgeven in een derde of vierde klas. De praktijk wijst uit dat er in deze leerjaren vrijwel niet gewerkt wordt met methoden. Ook is de inhoud van het vak ‘wereldoriëntatie’ doorgaands niet helder geformuleerd in bijvoorbeeld een deelschoolwerkplan. De student heeft in blok 2.2. de eerste ervaring opgedaan in het zelf moeten ontwikkelen van materiaal voor dit vormingsgebied. Vanuit de modulen ‘het kind in ontwikkeling’ kan de student zich IPA modulegids 2008-2009
250
verplaatsen in de belevingswereld van de leerling in de middenbouw. In deze module vindt hier een verdere verdieping van plaats. Na een halfjaar stage in de beroepsgerichte fase is de student beter in staat om vanuit de tijdens de colleges aangeboden en geoefende stof, de transfer te maken naar de stage. De student wordt geacht om de kennis en vaardigheden opgedaan tijdens deze module, in blok 2.4 in de praktijk te brengen. Leerinhouden • de wereld van het kind in de middenbouw priepeb en de onderwijsvernieuwing methodeanalyse zelf opzetten van een thema organisatie, werkvormen en leermiddelen werkbladen • * Linkage: module maakt deel uit van de doorgaande didactische lijn die is opgestart in blok 2.1 en wordt afgerond in blok 3.1. Buiten het vakgebied maakt de student gebruikt van de voorkennis met verschillende werkvormen zoals aangeboden in de module ‘Cognitieve ontwikkeling’ (2.1) en van de kennis en vaardigheden opgedaan tijdens de module ’Klassenmanagement en leerklimaat’ (2.1) . • Praktijklink: de module sluit aan bij de stage van blok 2.3 en 2.4.
Leerdoelen kennisdoelen: • De student kan de specifieke belevingswereld van een kind in de leeftijd van 8-10 beschrijven. • De student kan de algemene onderwijsvernieuwingideeën van priepeb voor de middenbouw verwoorden en in het bijzonder die met betrekking tot het vak hende y comunidad. • De student kan de visie, opbouw en inhoud van een bestaande methode wereldoriëntatie aangeven. • De student kan naast het gebruik van methoden, alternatieven aangeven. vaardigheidsdoelen: • Kan de student uitgangspunten van de onderwijsvernieuwing met betrekking tot de didactiek praktisch toepassen. • Kan de student de visie, opbouw en inhoud van een bestaande methode analyseren en beoordelen. • Kan de student ideeën uit een bestaande methode meenemen bij het ontwikkelen van lessen voor de middenbouw. • Kan de student, samen met enkele medestudenten, binnen het kader van het vorminggebied hende y comunidad een les ontwikkelen en in de klas uitvoeren. • Kan de student zelfstandig een thema opzetten en dit vertalen in een aantal lessen. • Kan de student zelfstandig werkbladen ontwikkelen. IPA modulegids 2008-2009
251
•
Kan de student de medestudenten feedback geven op een gegeven les (product evaluatie) gelet op inhoud, organisatie, werkvorm en afsluiting. • Kan de student reflecteren op het samenwerkingsproces binnen de groep (proces evaluatie). Houdingsdoelen: • De student heeft een kritische houding richting onderwijsvernieuwing. • De student staat open voor vakafstemming en vakintegratie.
Praktijkopdrachten Geen ‘gedwongen’ praktijkopdrachten. Studenten worden aangezet om waar mogelijk het groeps en individueel ontwikkeld materiaal in blok 2.4 uit te proberen in de praktijk.
Werkvormen Tijdens de colleges worden de volgende werkvormen gehanteerd: instructie, interactie, ‘specialisten’, uitvoeren, produkt- en procesevaluatie. Evaluatie De evaluatie bestaat uit de volgende onderdelen: 8. Minimale aanwezigheid van 80% 9. Het inleveren en voldoende beoordeling van een door de groep ontwikkelde les 10. Het uitvoeren en behalen van een voldoende beoordelingen voor de uitgevoerde les 11. Inleveren en behalen van een voldoende beoordeling van een individueel Lesopdracht. 12. Het inleveren en voldoende beoordeling van twee bij de ‘groepsles’ ontwikkelde werkbladen.
Literatuur R. de Bruin e.a (1994) De wereld rond. Thematische wereldoriëntatie voor de basisschool, deel c en deel d. Tilburg. Zwijsen b.v. M. Kramer-van Walderveen, M. Kruithof ( 1997) Ontwerpen van interculturele lessen. Assen. Van Gorcum Werkgroep Priepeb. (1999). – Un Bon Enseñansa Basico : Condition pa un miho futuro Plan strategico 1999 – 2008. Aruba. Directie Onderwijs Grupo Programa National pa Enseñansa Basico Aruba. (2002) Curicolo Enseñansa Basico Aruba – Programa Nacional. Aruba. Directie Onderwijs IPA modulegids 2008-2009
252
Grupo Programa Nacional di Estudio Social pa Enseñansa Basico Aruba (2003). Curiculo enseñansa basico Aruba – Estudio Social. Aruba. Directie onderwijs
IPA modulegids 2008-2009
253
Naturalesa y Tecnologia Module Ecologie en milieu : II.3 Periode (jaar/blok) Specialisatie : 4-8/6-12 Docent(en) : Mirscha Winterdal Studiebelasting (1 stp= 40 u) : Urenverantwoording : - aantal colleges/ begeleidingsuren 14 uur - voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) 6 uur - voorbereiding voor evaluatieonderdelen 18 uur - evaluatie (presentatie) 2 uur _____________________________________________________________________ Inleiding Om te kunnen streven naar een duurzame samenleving, moet elke leerling beseffen wat de verschillende rollen van de mens in het milieu zijn, waar en hoe problemen ontstaan en hoe deze zijn op te lossen. Een deel van de milieuproblematiek betreft de natuurbescherming, waaronder het mariene milieu. Dit is voor Aruba van groot belang, voor toerisme, recreatie, visserij en wetenschap. Beginsituatie Dit is de vierde cursus van het leergebied Naturaleza y Tecnologia. In de vorige cursussen heeft de student al ervaring opgedaan met het zelf ontwikkelen van opdrachten voor leerlingen en het doen van kleine onderzoekjes. Leerinhouden Begrippen die worden behandeld: vakinhoudelijk:voedselketen, voedselweb, kringloop, energie, producenten, consumenten en reducenten, abiotische factoren, diersystematiek, de vier V’s, analysemodel van milieuproblemen vakdidactisch: werken met dieren in de klas, spelvormen, gebruik van video Linkage De cursus sluit aan op de eerstejaarscursus Planten en Dieren. Daarin lag de nadruk op planten en op natuur op het land, hier ligt de nadruk op dieren en leven in zee. Daarnaast komt de rol van de mens als veroorzaker en slachtoffer van milieuproblemen aan de orde. Daarmee sluit de cursus ook aan op de module Educaties. Praktijklink in dit blok vormt het geven van een les over een (meegenomen) dier een stageopdracht. In deze cursus wordt daarop voorbereid. Specifieke problemen daarbij zijn de organisatie van het (schaarse) materiaal en het gebruiken van het materiaal bij het leren waarnemen. IPA modulegids 2008-2009
254
Leerdoelen Aan het eind van de cursus is de student in staat - Kennisdoelen 1. Arubaanse voorbeelden van voedselketens en kringlopen te noemen 2. Te verklaren waardoor gebieden van elkaar verschillen in natuur 3. Dieren onder te brengen in een eenvoudige systematiek 4. De rol van de mens in ecosystemen aan te geven 5. De milieuproblematiek van Aruba te beschrijven en wegen aan te geven naar duurzame ontwikkeling - Vaardigheidsdoelen 1. Een spel als werkvorm te ontwikkelen 2. Een les te organiseren met een levend dier als onderwerp 3. Een krantenartikel te analyseren op milieuproblematiek 4. De ‘vier V’s’ toe te passen bij de beschrijving van een dier - Houdingsdoelen 1. levende dieren te hanteren 2. In eigen gedrag te zoeken naar duurzame oplossingen
Praktijkopdrachten De student organiseert een les rond een dier, waarbij een levend exemplaar wordt gedemonstreerd. Hierbij wordt rekening gehouden met het welzijn van het dier, de veiligheid en emoties van kinderen en de spontane reacties die het zien van een dier oproept. Werkvormen De cursus begint met een snorkelexcursie waarbij dieren uit verschillende diergroepen worden bekeken en vergeleken. Verder worden ecologische basisbegrippen behandeld, die worden toegepast op de Arubaanse situatie. De nadruk ligt op het mariene milieu. Het werken met een video met opdrachten, lesgeven met een dier in de klas, en spelvormen vormen de didactische aspecten van deze cursus. Evaluatie De cursus is behaald indien de volgende opdrachten voldoende zijn beoordeeld: • Een lesvoorstel over les met dier in de klas (individueel) • Ingeleverde opdrachten van hoofdstuk 1 en 2 (per groep) • Dieropdracht (individueel) • Spel (per duo) • Analyse van een krantenartikel (individueel)
IPA modulegids 2008-2009
255
Literatuur Reader Ecologie en milieu • voedselketens en kringlopen • levensgemeenschappen • koraalrif • indeling van de levende organismen • de wisselwerking tussen mens en milieu (uit deelleerplan NME-VO, SLO) • ingrepen van de mens in het milieu op Aruba • het klimaat en de mens • didactiek van natuur- en milieueducatie Zelf verzamelde literatuur en websites over dier naar keuze
IPA modulegids 2008-2009
256
Rekenen en Wiskunde Module: Differentiatie II.3 Periode: Specialisatie: 4-8 / 6-12 Docent: Berthson Boekhoudt en Merviné Kock Studiepunt: 1 1 studiepunt = 40 uur Contactuur: 7 bijeenkomsten van 1.5 10.5 Bestuderen van literatuur: 23 Uitwerken lesopdracht: 1.5 Eindopdracht: 5
Clausule: II.1/II.2 module voldoende en stage II.2 voldoende. Inleiding: Rekenen en wiskunde Rekenen en wiskunde is opgezet volgens het principe van het realistisch rekenen. Deze benadering gaat ervan uit dat aangesloten wordt bij de eigen ervaringen en denkbeelden van kinderen. Mede daardoor wordt bij de leerlingen het vertrouwen in eigen kunnen gestimuleerd en de rekenvaardigheid vergroot. De leerling gaat inzien dat hij problemen op kan lossen en leert al doende hoe hij dat sneller en handiger kan. Deze vaardigheden kan de leerling ook toepassen tijdens/of bij andere vakken zoals natuurkunde bijvoorbeeld. Als leerkracht BO moet je het nodige (basis)rekenvaardigheden beheersen, inzicht hebben in verschillende methoden Realistisch Rekenen om de stof te kunnen overdragen. De leerkracht moet een foutenanalyse kunnen maken om een leerling te kunnen helpen en of remediëren, diagnostisch onderwijzen. Remediëren kan plaats vinden via een handelingsplan indien nodig en men kan remediëren via een andere rekenmethode dan het gebruikelijke of een speciale methode hiervoor gebruiken. De Realistische rekenmethoden lenen zich voortreffelijk om te kunnen differentiëren (module II.3) en zijn voortreffelijk toe te passen in Basisontwikkeling klas 1 en 2. Het heeft zowel oefen/herhalingsstof , aanvullend als verrijkingsstof. Methoden zoals Maatwerk en Remelka kunnen naast de meeste realistische methoden als aanvullende leerstof/oefenstof/verrijkingsstof gebruikt worden. Leerkracht BO moet de nodige kennis en inzicht hebben in verschillende methodes en ook in de methoden die in het speciaal onderwijs gebruikt worden;“Zo reken ik Ook” en Remelka. Sinds 2004 hebben de basisscholen gekozen voor de derde generatie realistisch rekenen. De gekozen methoden zijn: Pluspunt, gebruikt op Mon Plaisir, Sagrado Curazon, De Schakel en Felpie B. Tromp. Wis en Rekenen op Cacique Macuarima en Ora Ubao. Rekenrijk op Graf von Zinsendorf. De wereld in getallen op Rosa en Rosario college en de rest van de basisscholen hebben gekozen voor Alles telt. Sommige scholen introduceren het per leerjaar, beginnend met leerjaar 1, anderen hebben gekozen om in 2 leerjaren tegelijk te introduceren. En weer anderen in alle leerjaren tegelijk. M.a.w., elk school heeft voor z’n eigen introductie manier gekozen. IPA modulegids 2008-2009
257
Reken en wiskunde wordt nog steeds gebruikt in klas 5 en 6, afhankelijk van de soort introductie die per school gekozen is. Modulen in het eerste IPA-jaar hebben als inhoud (basis)rekenvaardigheden. Vanaf schooljaar 1989/1999 worden de modulen Rekenen & wiskunde in de tweede jaar naar specialisatie onderwijzen. Modulen in het tweede jaar hebben als inhoud voor 4-8 kleuterwiskunde, aanvankelijk rekenen, klas 1 & 2. Voor 6-12 het ontwerpen van rekenlessen uit de verschillende bovengenoemde methoden en volgens de leerlijnen van deze methoden. Ook wordt de werkvorm differentiatie verzorgd voor beide specialisatie in dit leerjaar; blok 2.3. In het derde jaar 4-8 staat de stof van klas 1 & 2 in relatie met basisontwikkeling centraal, materiaalontwikkeling, diagnostiek, zorgverbreding, remediëren en handelingsplan. 6 -12 staan centraal bovenbouwstof uit bovengenoemde methoden, zorgverbreding, diagnostiek, remediëren, handelingsplan en toetsconstructie/analyse. Het rekenproces heeft 1 opbouwend lijn, het zijn de methodes die elk op hun manier via leerlijnen het rekenproces volgen. Al met al bereiken ze allemaal de gestelde einddoelen via verschillende strategieën. Materiaal ondersteuning, accent en plaatsing van de onderwerpen binnen de domeinen verschillen per rekenmethode. Hier wordt de voorwaarden per domein gehanteerd. In deze module wordt de accent gelegd op verschillende differentiatie vormen. De studenten krijgen zowel de theorie als de praktijk aangeboden. In de praktijk wordt een differentiatieles voorbereid en uitgevoerd. Zie praktijklinkage.
Iinkage Tijdens de IP-lessen wordt gewerkt aan vragenstelling, zelfontdekkende werkvormen en toepassing van differentiatie in praktijk Module 1.1, 1.2, 1.3. 1.4. Module 2.2, 2.3 Module 3.1 & 3.2 Praktijklinkage In de praktijk wordt een klas benaderd om differentiatie werkvorm uit te oefenen. Met goedkeuring van hoofd van de school en mentor. De lesinhoud en afspraken worden met de mentor besproken en vastgelegd. De oefenles voor 4-8 specialisatie neemt plaats in een eerste of tweede klas. 6 -12 neemt plaats in klas 4,5 of 6. De studenten gaan kennis maken met de klas en mentor en de volgende stappen volgen: 1. Om de beginsituatie te bepalen wordt een analyse van werkboek en toetsboek gemaakt. Van hieruit wordt een toets gemaakt door de studenten en afgenomen. 2. Met deze gegevens wordt een differentiatie les in elkaar gezet. Het kan een instructie differentiatie of niveau differentiatie les worden. Afhankelijk van de resultaten van de toets. 3. Deze les wordt door de docenten gegeven en de studenten assisteren tijdens het lesgeven en of laat ik verschillende studenten lesgeven bij verschillende facetten / onderdelen binnen deze les. 4. Les wordt gevalueerd: zowel proces als produkt evaluatie. IPA modulegids 2008-2009
258
Doelen Kennisdoelen: De student heeft kennis van verschillen differentiatie vormen: o.a. instructie differentiatie, niveau differentiatie, convergent en differgent differentiatie. De student heeft kennis om niveau groepen te vormen De student heeft kennis van het opstellen van een lesplanning volgens de gestelde eisen bij differentiatie. a. Beginstiuatie per niveaugroep b. Doelen per niveaugroep c. Instructie momenten d. Verwerkingsmomenten e. Evaluatiemomenten f. Sevicerondje in bouwen De student heeft kennis van verschillende materialen die gehanteerd kunnen worden tijdens differentiatie. Vaardigheidsdoelen: De student kan bij het ontwerpen van lessen rekening houden met de lokale actualiteit en de beginsituatie van de leerlingen voor wat betreft hun behoefte, interesse en rekenvaardigheid De student kan de klas in niveau groepen verdelen om te kunnen differentieren (klasseorganisatie). De student bij het lesgeven het materiaal als ondersteuning kan gebruiken en niet als een doel opzicht De student de ontworpen differentiatie lessen uit kan voeren en op hun verloop te reflecteren en hierover te rapporteren De student is in staat bij het lesgeven het materiaal structureel te hanteren De student kan met behulp van verschillende modellen, methodes en materialen zinvolle en interessante differentiatie lessen ontwikkelen voor de doelgroepen. De student kan de groepen zodanig plaatsen dat ze tijdens de verschillende instructie ongestoord kunnen werken. De student overwicht en overzicht behoudt en de leerlingen via de servicerondje individueel kan begeleiden/instrueren.
Houdingsdoelen: De student kan rekenproblemen signaleren en remediëren via differentiatie lessen. De student is in staat om naast de gebruikelijke methode andere aanvullende methoden te gebruiken tijdens de differentiatie lessen. De student is in staat om verschillende differentiatie vormen te hanteren om zowel de zwakke leerlingen als de snelle leerlingen aan hun behoefte te laten komen. Inhoud
Verschillende differentiatie vormen IPA modulegids 2008-2009
259
Niveau groepen bepalen Differentiatie binnen het rekenonderwijs Lesplanning bij differentiatie lessen Instructie bij differentiatie lessen Service-rondje Klassemanagement en klasse organisatie Evaluatie binnen differentiatie
Werkvormen Directe instructie Interactieve instructie Werkcolleges Praktijk lessen Competenties De student kan diagnostisch onderwijzen en zorgverbreding toepassen. De student kan een volledig lesplanning maken en uitvoeren volgens de differentiatie eisen De student kan klassemanagement toepassen bij differentiatielessen.
Evaluatie Groepspraktijk tentamen Herkansing van deze module geschiedt in lesweek 2 van blok 4. Terugrapportage Geschiedt in lesweek 1 van blok 4. Literatuur S. Veenman, (2003). Effectieve instructie en doelmatig klassemangement. Zwets & Zeitlinger. ISBN:9026513720 T. Geerlings,(1983). Lesgeven: interne differentiatie in de praktijk. Van Gorecum. ISBN: 9789023222552. J. Bade, (1981). De praktijk van interne differentiatie. Handboek voor de leraar. ISBN:9789026617143.
IPA modulegids 2008-2009
260
Studiejaar 2 - blok 4 Vak
Spec.
Orthopedagogiek
Beide
Pedagogiek Talen
Beide 4-8
Talen
6 -12
Papiamento Muziek
Beide Beide
Module naam Het begeleiden van leerlingen met leerproblemen in de klas Het Arubaans onderwijs Traha cu methodo Lezen en schrijven in cyclo 2, voortgezet lezen en schrijven Papiamento cu sentido Skills and Tools
Hende y Comunidad
4-8
Hende y Comunidad GZE / N&T Movecion y Salud BO Naturalesa y Tecnologia
docent
pag
KO / KC
262
FE GG
266 270
GE
274
GG PR
277 279
Roots to grow, Aruba in de 20e eeuw
AL
284
6 -12
De wereld
TR
287
Beide
Ciencia Natural y Educacion
WN
290
Beide
De planning
SI / WE
293
Beide
Vakdidaktiek
WN
296
IPA modulegids 2008-2009
261
Orthopedagogiek
Het begeleiden van leerlingen met leer – en gedragsproblemen in de klas Fase : Beroepsgerichte fase Blok : II.4 Specialisatie : 4-8/6-12 Studiepunt :1 Docent : Merviné Kock / Donny Kock Studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur Contactuur: 7 bijeenkomsten van 1.5 10.5 Bestuderen van literatuur: 23 Uitwerken lesopdracht: 1.5 Eindopdracht: 5
Module
Inleiding Op elke school in elke klas en tref je kinderen aan die snel en gemakkelijk leren en kinderen die meer moeite hebben met het bereiken van bepaalde doelen in de gestelde tijd. Er van uitgaande dat de leerkracht op de juiste didactische wijze lesgeeft, kan gesteld worden dat kinderen die moeite hebben met leren specifieke pedagogisch didactische behoeften hebben. Dat kan liggen aan het leervermogen van het kind of aan zijn/haar gedrag. Kinderen met leer- en/of gedragsproblemen hebben speciale/extra begeleiding nodig willen ze succes boeken in hun schoolcarrière. Niet altijd weet de leerkracht hiermee om te gaan. Al te vaak worden deze kinderen als “zeer vervelend”bestempeld en lopen zij de kans opzij gezet te worden door de leerkracht. De taak van de leerkracht is echter juist dat hij/zij middels het pedagogisch klimaat zodanige voorwaarden schept dat alle kinderen zich in sociaal-emotioneel opzicht optimaal kunnen ontwikkelen en uitgenodigd worden om hun kennis en vaardigheden uit te breiden. Voor die leerlingen met specifieke behoeften zal de leerkracht structurele, gerichte aandacht moeten besteden aan de sociaal-emotionele ontwikkeling met behulp van specifieke programma’s. Dit is tevens een manier van preventief werken. In deze module wordt ingegaan op het pedagogisch klimaat en speciale leerlingbegeleiding. Leerinhouden Linkage: De IP lessen in dit blok worden besteed aan gedragsproblemen; het begeleiden in de klas. Module 1.1, 1.2 & 1.3 Pedagogiek: Kind in ontwikkeling Module 1.4 Orthopedagogiek: een eerste oriëntatie m.b.t. leerlingen die een speciale zorg nodig hebben binnen het onderwijs op Aruba. IPA modulegids 2008-2009
262
Module 1.4 Onderwijskunde: Het speciale kind in het basisonderwijs Module 1.3 Onderwijskunde: Leren leren en differentieren Module 3.1 Orthopedagogiek: Leesproblemen Module 3.1 Ortho/logopedie: signaleren en begeleiden van ontwikkelingsstoornissen Module 3.1. & 3.2 Rekenen: Aanvankelijk rekenen, Breuken, decimale breuken, procenten en handelingsplan Praktijklink: Tijdens de stage-dagen dient de student een observatie te doen bij een leerling uit haar klas. Dit moet uitmonden in een handelingsplan voor dit specifiek kind. De handelingsplan dient opgesteld te worden conform het formaat dat de studenten aangereikt krijgen tijdens de college’s. De studenten moeten een onderscheid maken tussen een handelingsplan voor een kind met leerproblemen en een handelingsplan voor een kind met gedrags- / houdingsprobleem. Tijdens het lopen van stage hebben de studenten reeds kennis gemaakt in de praktijk met leerlingen die leer- en/of gedragsproblemen vertonen. ¾ Binnen de ortholijn blok 1.4 is algemeen ingegaan op de betekenis en de plaats van orthopedagogiek binnen de algemene pedagogiek en het onderwijs. Er werd aandacht besteed aan: mensen die speciaal zijn binnen onze samenleving en in het bijzonder op leerlingen die een speciale zorg nodig hebben binnen het onderwijs de Arubaanse maatschappijvisie t.a.v. mensen die speciaal zijn het speciaal onderwijs op Aruba ontwikkelingspsychologische kenmerken van kinderen met problemen de leerkracht in interactie met kinderen die problemen ondervinden in de klas ¾ In de module blok 2.1 vanuit de psychologielijn is de sociaal emotionele ontwikkeling bij kinderen uitgebreid aan bod geweest. Met name kwam daarbij aan de orde hoe om te gaan met gedragsproblemen via specifieke programma’s Doelen Kennisdoelen: o Studenten kenen en onderkennen het belang van het pedagogisch klimaat voor een goede sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. Studenten reflecteren op hen eigen handelen in deze. o Studenten zijn in staat om concentratieproblemen te onderkennen en op een adequate manier daarop in te spelen o Studenten hebben de kennis van het verschil tussen gedragsproblemen, werkhoudingsproblemen en concentratieproblemen en onderlinge invloed hiervan, o Studenten hebben de kennis van: gedragsproblemen kunnen uitmonden in concentratie problemen en visa versa; werkhoudingsprobleem kan uitmonden in gedragsprobleem en of concentratie probleem. o Student heeft kennis van verschillende handelingsplannen, o.a. acceptatiehandelingsplan
IPA modulegids 2008-2009
263
Vaardigheidsdoelen o Studenten zijn in staat het taakgericht gedrag van kinderen te verbeteren. o Studenten kunnen gericht leerlingen observeren met werkhouding- en concentratieproblemen o Studenten worden gevoelig voor de vragen die kinderen kunnen stellen in hun gedrag. o Studenten zijn in staat ‘gedragsproblemen’ te formuleren als een hulpvraag van het kind o Studenten kunnen via een hulpvraag een eenvoudig handelingsplan maken en bijstellen voor kinderen met gedrags-, werkhoudings- en/of concentratieproblemen Houdingsdoelen: o Beseffen studenten de centrale rol van de leerkracht in het begeleiden van gedrags-, concentratie en werkhoudingsproblemen. o Kunnen studenten een probleem van verschillende perspectieven benaderen. o Staan open om hun eigen leerkracht handelen bespreekbaar te maken.
Inhouden ¾ Pedagogisch klimaat ¾ Gedrags- en werkhoudingsproblemen en zorgverbreding o Werkhoudingsproblemen o Aanleren van een goede werkhouding o Taakgericht gedrag in de klas o Verandering van leraargedrag ¾ Concentratieproblemen ¾ Opstellen van een handelingsplan. Evaluatie Om het studiepunt voor deze module te halen moet aan de volgende eisen voldaan worden: o 80% aanwezigheid en actieve houding tijdens de contacturen o Stageopdracht; observeren van een leerling in het kader van het opstellen van een handelingsplan als eindopdracht. o Eindopdracht: Handelingsplan inleveren op de vrijdag van de evaluatieweek blok 4.
Literatuur Janssens, Harry (ed) ( 2001). Gedrags- en werkhoudingsproblemen & zorgverbreding. Eindhoven: SON Opleidingen, den Dulk, C.(1994). Inleiding in de orthodidactiek, zorgverbreding en remedial teaching. Nijkerk: Intro Hoofdstukken: 5, 6 IPA modulegids 2008-2009
264
van Luit J.E.H., e.a.(1995). Onderwijs aan kinderen met leerachterstand. Een praktische leidraad in het kader van Weer Samen Naar School. Baarn: Intro. Hoofdstuk 5 Jansen, D.J., (1992). Observeren in de basisschool. Nijkerk: Intro.
IPA modulegids 2008-2009
265
Onderwijskunde Module Sector Periode Specialisatie Docent
: Het Arubaans onderwijssysteem : Pedagogiek; vakonderdeel Onderwijskunde : Leerjaar II; blok II.4, beroepsgerichte fase : 4-8 jarigen & 6-12 jarigen : Jose Fernandes Perna (tevens module-ontwikkelaars, revisie mei 2006)
Studiebelasting
: 1 StP = 1.5 ECTS (40 uur): : 10.5 uur (C.U.) : 10.0 uur (literatuurstudie, incl. tussentoets) : 19.5 uur (Æ onderzoeksproject =
eindevaluatie)
Inleiding In deze module bespreken wij de ‘achtergronden & ontwikkelingen’ binnen het Arubaanse onderwijssysteem. Als toekomstige leerkracht dien je de historischmaatschappelijke achtergronden te kennen van je ‘werkplek’: de geschiedenis van het onderwijssysteem, de wet-en regelgeving op onderwijsgebied, de beheer-en administratieve onderwijsstructuur, alsmede de onderwijsverzorgingsstructuur. Uit je schoolpraktijk (SP) ken je diverse ‘knelpunten’ die aangepakt dienen te worden op: klassenniveau, op schoolniveau en op nationaal niveau. Er wordt binnen deze module voldoende ruimte geschapen om deze knelpunten systematisch te analyseren en om samen, in groepsverband, aan voorstellen te werken en deze te bespreken met ondermeer leden en medewerkers van het onderwijsinnovatie-project PRIEPEB, alsmede met medewerkers van de diverse afdelingen van Directie Onderwijs, i.h.b. afdeling Curriculum Ontwikkeling en afdeling Begeleiding. Daarnaast is het eveneens van belang de mening te onderzoeken van zogenaamde ‘relevante derden’, zoals leerkrachten voor de klas, ouders van schoolkinderen en de leerlingen zelf. Hoe ervaren zij het huidige onderwijs? Wat zouden zij graag zien veranderen? Wat vinden zij van de innovatie-ontwikkelingen & -voorstellen? Zijn er meer maatregelen of andere initiatieven nodig? Beginsituatie De student heeft inmiddels twee van de vier opleidingsjaren achter de rug; zowel uit de IPA-modules en afgeronde stage-periodes heeft de student enige kennis van de achtergronden en ontwikkelingen binnen het Arubaanse onderwijssysteem. De student mist echter systematische achtergrondkennis en een coherente analysekader om de huidige ontwikkelingen binnen het onderwijs adequaat op zijn waarde te kunnen beoordelen. De student is thans bezig met de beroepsgerichte fase (leerjaar II) en de daarbij behorende competenties, vooral op micro-niveau (lesgevende taken). De student behoort ook competenties te ontwikkelen op meso-niveau (niet-lesgevende taken). De module ‘Het Arubaanse onderwijs’ en de Pedagogiek-modules in blok III.2 leveren een bijdrage aan de competenties behorend tot het meso-niveau. IPA modulegids 2008-2009 266
Leerinhouden Inzet van de module ‘Het Arubaanse onderwijs’ is om de studenten als leerkrachtenin-opleiding te stimuleren om zelf te reflecteren over het Arubaanse onderwijs als systeem en met zoveel mogelijk “stake holders” in het onderwijs van gedachte te wisselen Æ behalve leerkrachten en leerlingen, ook beleidmedewerkers en bestuurders, externe deskundigen, ouders, enz. (Zie verder bij algemene leerdoelen en praktijkopdrachten) Linkage Op dit gebied vindt er een afstemming plaats en/of aanvulling met de overige Pedagogiek-modules in III.2, te weten: ¾ “Onderwijs en onderzoek”; ¾ “Schoolwerkplan en schoolgids” en verder de FP-modules: “De leraar als sociaal agent” (I.3) en “De leraar als maatschappelijke dienst- verlener” (II.2). De module ‘Het Arubaanse onderwijs’ legt bovendien een directe basis aan voor: ¾ het onderdeel ‘Onderwijsbestel Aruba & stageland: een vergelijking (IF/BuS); ¾ de module ‘Schoolmanagement & -Organisatie’ (IV.1/2);
Leerdoelen Algemene doelen Æ aan het einde van deze module: 1. kent de student de achtergronden van het Arubaanse onderwijssysteem in termen van: • de externe educatieve structuur; • de onderwijsleer-organisatie, i.c. het leerstofjaarklassensysteem en het zittenblijvensysteem; • de culturele oriëntatie binnen het onderwijsleerprogramma, i.c. nederlandse methodes en het Nederlands als onderwijsinstructietaal; 2. neemt de student een standpunt in omtrent de innovatievoorstellen van de kant van PRIEPEB, vooral op de onder punt 1 genoemde gebieden; 3. presenteren de studenten aan elkaar hun zelf-gekozen onderzoeksproject; Kennisdoelen: 1. De student kan verwoorden wat er wordt verstaan met: ‘externe educatieve structuur’, ‘onderwijsleerorganisatie’, ‘culturele oriëntatie Arubaanse onderwijs’; 2. De student is op de hoogte van de onderwijspraktijk (achtergronden) en de actuele ontwikkelingen (onderwijs-innovatie) in het Arubaanse Onderwijs, i.h.b. het primair onderwijs. Vaardigheidsdoelen: 1. De student werkt aan zijn/haar (continue) professionalisering en thans aan competenties op meso-niveau; naast een analyse van het (Arubaanse) onderwijs als systeem, draagt de student eveneens verbeterpunten aan (zie zelfgekozen onderzoeksproject; 3. De student is in staat aan zijn/haar onderzoek-competenties te werken en deze verder IPA modulegids 2008-2009
267
te ontwikkelen; het gaat nu om een onderzoeksproject dat in groepsverband wordt uitgevoerd. Houdingsdoelen: 1. De student is bereid mee te denken aan onderwijsverbetering en om een constructieve bijdrage te leveren aan PRIEPEB als onderwijsinnovatie-project; 2. De student is bereid zijn/haar eigen (onderzoeks)bevindingen te delen met zijn/haar groepsgenoten; Praktijkopdrachten 1. Inzicht en in kaart brengen van de interne (o.a. IB op school) en externe zorgstructuur van de school (o.a. Directie Onderwijs: afdeling Begeleiding en afdeling Curriculum Ontwikkeling); 2. Idem met betrekking tot de administratieve-en beheerstructuur van de school, i.h.b. de relatie ‘schoolbestuur en schoolteam’ en ‘onderwijs-inspectie en schoolteam’. Werkvormen De eerste drie bijeenkomsten hebben een doceer-karakter ter inleiding van de ‘achtergronden en ontwikkelingen’ binnen het Arubaanse onderwijs en wel binnen het licht van de innovatie-voorstellen van PRIEPEB. Dit gedeelte wordt afgesloten met een tussentoets (schriftelijk). De resterende drie bijeenkomsten hebben een workshop-karakter, waarbij de studenten een actievere participatie hebben in termen van: eigen inbreng, verrichten van onderzoek (literatuurstudie, veldinterviews) en redactie van het onderzoeksrapport. Het ‘onderzoeksrapport’ als evaluatievorm is bedoeld om de studenten eveneens gevoelig te maken met zaken als: verwerken van (basis-)literatuur, verslaan van interviews en andere vormen van dataverwerking. Dit kan beschouwd worden als een ‘O&O-bijdrage’ (module III.2), eveneens de presentatie van het onderzoeksrapport (zie ASP, afstudeer-fase). Evaluatie Ter afronding van deze module, dient de student aan de volgende voorwaarden te voldoen: 1. 80 % aanwezigheidsnorm; 2. Voldoende (minstens: 5.5) voor schriftelijk tussentoets; 3. Redactie en presentatie van onderzoeksrapport (5 A-4 pagina’s tekst). Literatuur Basisliteratuur: : Fernandes Perna, J. (2005) ‘Achtergronden en ontwikkelingen binnen het Arubaanse Onderwijw; 12 pag.; : Onderwijsmarkt IPA (1999) ‘Het Arubaanse onderwijs in beweging’, 51 pag.; IPA modulegids 2008-2009
268
: PRIEPEB (2002) “Curiculo Enseñansa Basico Aruba (EBA), Vision y Structura; 62 pag; (of meest recente versie); : DVD Æ ‘Het Arubaanse Onderwijs’, IK-groep, 2005; (Vanuit je gekozen onderzoeks-onderwerp, overige relevante literatuur)
IPA modulegids 2008-2009
269
Talen 4-8 Module Traha cu methodo Periode : II. 4 Specialisatie :4-8 Docent(en) : Gregory Goedgedrag Studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur Colleges 7 X 1.5 = 10,5 Voorbereiding colleges 7 X2 = 14 Voorbereiding evaluatie = 7,5 Evaluatie =8
Inleiding Zoals je kunt zien staat er een vraagteken achter het woordje methode’. Dat is een bewuste keuze. Je kunt je namelijk heel wat afvragen ten aanzien van het werken met methodes. Enkele voorbeelden: Met welke methode wil ik werken? Hoe wil ik met de methode werken? Wil ik eigenlijk wel met een methode werken? Hoe kan ik goed met een methode werken? Wat is er tegen het werken met een methode? Het werken met methodes is verbonden met het onderwijs. In het hedendaagse onderwijs wordt er vaak met methodes gewerkt. De wijze waarop kan echter sterk verschillen. Leraren verschillen ook in de wijze waarop zij tegen een methode aankijken. Wij willen je graag laten kennismaken met het werken aan de hand van de methode. Maar wij willen vooral dat je je allerlei vragen gaat stellen bij het werken aan de hand van de methode. In deze module verdiep je je in methodes die gebruikt worden in het huidige onderwijs en maak je kennis met andere geschikte methodes. Je zult ervaren hebben dat leerkrachten veel gebruik maken van onderwijsmethoden. Methoden vormen een belangrijk hulpmiddel voor leerkrachten bij het verzorgen van onderwijs. De keuze voor een methode bepaalt voor een belangrijk deel het onderwijsaanbod dat kinderen geboden wordt. Vaak heeft een leerkracht zelf geen aandeel gehad bij de keuze voor een bepaalde methode. Toch wordt van hem verwacht dat hij de methode volgt. Het hangt van de leerkracht af of hij de methode 'slaafs' volgt, of de lessen die hij geeft verrijkt en aanpast aan de situatie van zijn groep. Ervaren leraren 'durven' en 'doen' dat: 'bewust even buiten hun boekje gaan'. Zij beschikken kennelijk over een didactisch repertoire waaruit ze kunnen putten om lessen van een methode aan te passen aan de specifieke behoeften van een groep kinderen. Beginsituatie Je hebt je mentor al eens een lesje zien geven en de kinderen aan een taallesje zien werken. Misschien heb je zelf al eens een les aan de hand van de methode gegeven. IPA modulegids 2008-2009
270
Je bent al op de hoogte van de woordenschatdidactiek en van de didactiek van luisteren spreekvaardigheid. Bovendien heb je al geëxperimenteerd met verschillende didactische werkvormen. Je hebt materiaal ontwikkeld met betrekking tot voorbereidend en aanvankelijk lezen en schrijven. Tevens heb je een behoorlijke kennis van zowel de Nederlandstalige als de Papiamentstalige jeugdliteratuur opgedaan. Leerinhouden Je zult in deze module leren hoe je een methode kunnen analyseren, gebruiken en aan kunnen aanpassen. Het gaat in deze module onder andere om de volgende methodes: Papiamento na Color, Trampolin, Veilig Leren Lezen, Taalactief , Prisma, Dal bai Numa en Schatkist. Ook wordt gekeken hoe het zonder methode zou kunnen aan de hand van een ontwikkelingsgerichte didactiek aan de hand van de tussendoelen beginnende geletterdheid. Een methode bestaat voornamelijk uit een leerlingenboek en een handleiding. Daarnaast zijn er vaak werkboekjes, cd’s, computerprogramma’s, extra materialen. De methode verwerkt de kerndoelen in de verschillende leerjaren. Een overzicht hiervan kun je vinden in de handleiding of een algemeen gedeelte bij de methode. In een hoofdstuk van een taalboek kun je die verschillende domeinen terugvinden als je let op de taallesjes in een hoofdstuk. Soms integreert de methode alle domeinen en vind je die allemaal terug. Soms kiest een methode voor bepaalde domeinen: mondelinge taalvaardigheid, schrijfvaardigheid en taalbeschouwing in de taalmethode. Leesvaardigheid is dan een aparte leergang.
Leerdoelen Kennisdoelen: • Je hebt inzicht in hoe de verschillende onderdelen in de taalmethodes zijn verwerkt. • Je hebt inzicht in hoe de taalmethode is opgebouwd. • Je kunt een les volgens de taalmethode geven. • Je kunt een taalles geven zonder de methode te gebruiken. • Je kent het verschil tussen een leesmethode en een taalmethode • Je kent de structuur van de verschillende methodes • Kun je verband leggen tussen de doelen, de didactische uitgangspunten en de inhoud van de methodes
Vaardigheidsdoelen • een methodeles bijstellen en aanpassen waarin je aansluit bij wat kinderen kunnen en bij wat kinderen bezighoudt; • een lesvoorbereiding maken volgens model; • Doelgericht werken in onderwijsleersituaties; • Gebruik maken van de context door geschikte openingen en instapproblemen te ontwerpen bij methodelessen; • vragen stellen, een leergesprek voeren en leerstof uitleggen; • methodelessen verzorgen en deze interactief maken door kinderen de ruimte te geven eigen oplossingsstrategieën te hanteren; IPA modulegids 2008-2009
271
•
Een verwerking bij een methodeles ontwerpen die aansluit bij de lesdoelen.
Houdingsdoelen • Ben je bereid de beginsituatie steeds opnieuw te analyseren • Ben je bereid te differentiëren in je taallessen • Ben je bereid verder te werken aan je eigen kennis ten aanzien van methodes • Ben je bereid het geleerde ook in de praktijk toe te passen
Praktijkdoelen • Geef per persoon drie lessen uit de diverse domeinen van taal. Twee van deze lessen geef je uit de methode op je basisschool. Een van de lessen is een les niet uit de methode komt. De lessen bereid je voor op lesvoorbereidingsschema’s. Bij elke les komt een ALACT. Werkvormen • Instructie • Interactie • Samenwerkingsopdrachten • Individuele opdrachten • Presentaties • Onderzoeken, analyseren, concluderen en verbeteringen aanbrengen Evaluatie De opdracht is dat je het werken met de taalmethode vergelijkt met het geven van taalonderwijs zonder methode. Dat doe je door een methodegebonden les en een eigen les te geven en met elkaar te vergelijken. De domeinen van de Nederlandse taal zijn leidraad voor de inhoud van de methode. De domeinen zijn: 5. Mondeling taalvaardigheid (spreken en luisteren) 6. Leesvaardigheid (technisch lezen, begrijpend lezen, studerend lezen en leesbevordering) 7. Schrijfvaardigheid (stellen) 8. Taalbeschouwing (spelling, woordenschat, praten over taal) IN GROEPSVERBAND WORDT DE VOLGENDE OPDRACHT UITGEVOERD • Geef per persoon drie lessen uit de diverse domeinen van taal. Twee van deze lessen geef je uit de methode op je basisschool. Een van de lessen is een les niet uit de methode komt. De lessen bereid je voor op lesvoorbereidingsschema’s. Bij elke les komt een ALACT. • Zoek per domein (mondelinge taalvaardigheid, schriftelijke taalvaardigheid, taalbeschouwing en leesvaardigheid) drie voorbeelden uit de methode. • Zoek per domein (mondelinge taalvaardigheid, schriftelijke taalvaardigheid, taalbeschouwing en leesvaardigheid) een voorbeeld van een les die niet uit de taalmethode komt. • Vergelijk het werken volgens de methode met het werken zonder de methode. IPA modulegids 2008-2009
272
Naast het werken met de taalmethode kun je ook lessen geven die je niet uit de methode haalt. Een voorbeeld hiervan is een les leesbevordering, waarbij je zelf een activiteit bedenkt bij een kinderboek. Of een les creatief schrijven. De eindopdracht bestaat dus samengevat uit de volgende onderdelen in groepsverband uitgevoerd: • Twee lesbeschrijvingsformulieren van lessen uit de methode. • Een lesbeschrijvingsformulier van een les zonder de methode. • Twaalf voorbeelden van methodegebonden lessen uit de verschillende domeinen. • Vier voorbeelden van lessen zonder de methode uit de verschillende domeinen. • Vergelijking tussen het werken aan de hand van de methode en zonder de methode. Literatuur Paus Harry e.a. ,2002, Portaal, Coutinho, Bussum Sectie Nederlands interne publicatie: Reader Taal in de onderbouw [ als download beschikbaar] *Hansma ,Henk, 2002, Taaleducatie met versjes en gedichten HB uitgevers, Baarn, *Huizenga Henk,2002, Taalbeschouwing Wolters Noordhoff, Groningen *Huizenga Henk,2002, Spelling Wolters Noordhoff, Groningen *Norden, Suzanne van, 2004,Taal leren op eigen kracht Van Gorcum, Assen *Vos Jacques ,1996,Het huis lijkt wel een schip Bekadidact, Baarn *Walst Ruud / M. Verhallen, 2002, Taalontwikkeling op school Coutinho, Bussum, * literatuur met een sterretje is aanbevolen
IPA modulegids 2008-2009
273
Talen 6-12 Module Lezen en Schrijven in Ciclo 1 voor de specialisatie 6-12 Periode : II. 4 Specialisatie : 6-12 Docent(en) : Cheryda Gemin Studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur Colleges 7 X 1.5 = 10,5 Voorbereiding colleges 7 X2 = 14 Evaluatie = 15,5
Inleiding Kinderen leren in klas 1 de eerste beginselen van het lezen en het spellen. Trots wijzen ze vader of moeder letters uit de krant aan die ze al kennen, of zelfs hele woorden. Woord na woord, met hun vingertjes bijwijzend, lezen ze hun eerste boekjes. Ze maken kleine briefjes voor hun ouders, vol spelfouten, maar toch. Het begin is er! Maar dat begin moet uitgebouwd worden: voortgezet technisch en begrijpend, studerend lezen en informatie verwerking. Kinderen moeten leren steeds moeilijker teksten snel en nauwkeurig te lezen en ook: steeds moeilijker teksten ook nog te begrijpen. In de klassen 2 t/m 6 helpen we de kinderen hun vaardigheid in lezen te vergroten, zodat ze als geletterden kunnen deelnemen aan het maatschappelijke leven: op school, thuis en op het werk. Van belang is het dat leerkrachten kinderen actief betrekken bij het ontwikkelen van strategieën die hen daarbij van dienst kunnen zijn. Kinderen moeten leren dat apol [ appel] heel anders geschreven wordt dan ze dachten: voortgezet spellen. In dat woord worden verschillende ‘spellingbeslissingen’ genomen. Spelling is in principe even moeilijk als een verhaaltjessom uit je hoofd uitrekenen, met staartdelingen en breuken erin..... Probeer het maar eens! Misschien raak je er zelf ook nog wel eens in verstrikt, in spelling: Wort wordt/ word* je er soms ook zo onzeker van? (*doorhalen wat onjuist is). Beginsituatie Deze module is het tweede gedeelte van de module Lezen en schrijven in Ciclo 1 en 2. De nadruk in blok II.3 lag voornamelijk op begrijpend lezen en nu gaan we verder met spellen en stellen. Tevens is het een vervolg op de module Taalvaardigheid schrijven, Voorbereidend en aanvankelijk lezen Tekstanalyse en Taalverwerving en Taalontwikkeling. Het onderwijs in lezen en schrijven is hedendaags helaas niet wat het zou moeten zijn. Hierdoor wordt er van de student verwacht dat zij de nodige creativiteit en voorstellingsvermogen bezit om het gewenste lees,- en schrijfonderwijs te kunnen visualiseren en te kunnen realiseren. IPA modulegids 2008-2009
274
Doelstellingen Aan het eind van de module heb je de volgende doelen bereikt op het gebied van: Kennis en vaardigheden • De student heeft/krijgt inzicht in zijn eigen spellinggedrag • De student kent de voornaamste spellingvoorwaarden • De student leert de strategieën die ten grondslag liggen aan onze spelling • De student leert de principes van de spelling van het Nederlands • De student kent de meest voorkomende spellingproblemen en weet op welke wijze die in de taalmethoden aan bod komen; • De student kent in grote lijnen de opbouw van het spellingprogramma op de basisschool [ veranderlijke en onveranderlijke woorden]; • De student kent het begrip woordbeeld en kan de didactische consequenties hiervan in de praktijk hanteren; • De student is op de hoogte van de spellingmethodes • De student kent de meest gebruikelijke toetsvormen van spelling • De student leert de verschillende typen fouten kennen die kinderen maken • De student leert kwantitatieve en kwalitatieve foutenanalyses maken • De student leert enkele hulpstrategieën bij de gemaakte fouten • De student kent de opbouw van de werkwoordspelling • De student kent de grammaticale begrippen die nodig zijn om deze spelling toe te passen • De student kan algoritmische schema’s bij de werkwoordsvormen didactisch toepassen • De student kent een hoeveelheid toepassingen van spelling in methodes
Attitude • Je bent bereid kinderen actief te betrekken bij het leren van voor een kind geschikte spelstrategieën, bij andere vormen van lezen, bij stellen; • Je bent bereid een eigen standpunt in te nemen met betrekking tot de didactiek van het taalonderwijs in midden- en bovenbouw; • Je bent bereid activiteiten te ontwerpen en uit te voeren die kinderen kunnen helpen effectieve lezers, schrijvers, en taalbeschouwers en gebruikers te worden; • Je hebt oog voor (de aanpak van) spelproblemen en de specifieke aanpak van taalzwakke - en anderstalige leerlingen en bent bereid je daarin te verdiepen; • Je ziet mogelijkheden voor beter c.q. interactief taalonderwijs. Praktijkvaardigheidsdoelen • Is de student in staat verantwoorde taallessen op te stellen en uit te voeren • Is de student in staat de vernieuwende stappen toe te passen in de dagelijkse praktijk
IPA modulegids 2008-2009
275
Evaluatie Om in aanmerking te komen voor een studiepunt: 1. heeft de student de verschillende teksten/ artikelen uit de reader gelezen en bestudeerd; 2. moet de student minstens 80% van de bijeenkomsten gevolgd hebben. krijgt de student een extra opdracht bij 50-80% aanwezigheid. moet de student module opnieuw volgen bij een aanwezigheid van minder dan 50%. . Tentamenopdracht: aan het einde van de module in blok II.4 Individueel werk: stel-en spelwerk van een kind analyseren en op basis daarvan een mini-remedieringsplan maken Inventariseer de fouten. Maak een taakanalyse, een procesanalyse en een instructieanalyse. Probeer dit schematisch op te zetten. Zoek uit via welke didactische instructies je dit kind [ of kinderen] zou kunnen helpen. Geef minimaal 4 verschillende oefeningen op die zouden kunnen helpen bij het oplossen van het gesignaleerde spellingprobleem
Literatuur reader samengesteld uit volgende bronnen: Huizenga, Henk, 2000, Aanvankelijk en Technisch Lezen, , Wolters – Noordhoff, Groningen. Robbe, Rolf , 2001, Begrijpend lezen, Wolters – Noordhoff, Groningen, Knijpstra Harm e.a., 1997, Met jou kan ik lezen en schrijven,.Van Gorcum Paus , Harry e.a., 2002, POR Taal, Praktische taaldidactiek voor het primair onderwijsCoutinho, Bussum, Nijmeegse Werkgroep,1992, Taaldidactiek aan de Basis, Wolters-Noordhoff, laatste druk.
IPA modulegids 2008-2009
276
Papiamento Module Periodo Materia Sector Specialisacion Docente Peso di estudio
Idioma cu sentido : 2.4 : Papiamento : Idioma : tur : Gregory Goedgedrag : 1 punto - 40 ora ora di contacto tarea pa cada siman tarea di evaluacion literatura
: 7x1,5= 10,5 ora : 7x1,5= 10,5 ora : 9 ora : 10 ora
Introduccion Idioma ta forma e parti central den interaccion humano. Idioma mester ta medio di comunicacion no solamente oral sino den tur sentido di palabra. Ora di evalua idioma e futuro maestro mester ta conciente cu su evaluacion y su criterio mester haci un impacto positivo riba e desaoryo di cada studiante. Un docente di idioma no mester solamente señala unda un studiante a faya pero tambe, y esaki kisas ta e parti mas importante di remedia, e coreccion di e actitud. Durante e modulo aki e docente lo presenta ampliamente con ta evalua idioma den scol y tambe con ta remedia y corigi actitud idiomatico oral y por escrito. E docente lo trece dilanti e sistema tradicional versus un sistema mas innovativo y eficas. E studiantenan lo bini cu dictado y otro ehersicio cu nan a haci den stage na scol basico y preparatorio pa analisa y discuti contenido y nan evaluacion. Situacion inicial E studiantenan a haya diferente modulo cu a duna un conocemento mas amplio di contenido di idioma pero ainda nan no a haya e didactica di coreccion di idioma. E studiantenan a haya den stage diferente tarea pa haci riba tereno di idioma. Nan mes mester a evalua esakinan. Meta general Generalmente e modulo aki mester duna e studiantenan un bista mas amplio di con ta evalua y remedia idioma den scol basico. E studiantenan mester por uza nan mes conocemento y conocemento adkeri den e modulonan anterior di idioma. E studiante mester sa cuanto tipo di tarea y evaluacion ta posibel. Meta Specifico (di conocemento, habilidad y actitud) Meta cognitivo • E studiante mester sa kico ta evaluacion di idioma • E studiante mester sa kico ta nifica idioma cu sentido • E studiante mester sa con ta traha un evaluacion di idioma cu sentido, amplio den IPA modulegids 2008-2009 277
•
cua tur aspecto di idioma ta evalua. E studiante mester sa con ta evalua texto pa medio di pregunta varia.
Meta di habilidad • • • •
E studiante por pone e relacion entre curiculo nacional y curiculo di idioma na EPA E studiante por integra idioma y e otro areanan den su lesnan y evalua nan como un totalidad E studiante por integra e dimensionnan aki den su lesnan E studiante por traha conscientemente na e competencianan aki
Meta di actitud E studiante ta dispuesto pa y por duna su aporte na innovacion di evaluacion di idoma den nos enseñansa. Contenido • Kico ta idioma cu sentido • Kico ta evaluacion holistico • Kico ta modelo di coreccion • Cua tipo di pregunta por uza • Con ta varia tarea • Con ta score punto / normering • Propio material di stage • Curiculo nacional y schoolwerkplan di idioma Forma di traha durante e modulo Durante e modulo aki ta uza diferente forma didactico di traha cu e studiantenan. E aporte activo di e studiantenan na e contenido di les ta hopi importante y crucial pa desaroyo di e lesnan. Pa por aporta na un manera satisfactorio, e studiante mester prepara su mes debidamente: bon intercambio di pensamento ta exigi un bon preparacion. Lo haci uzo di powerpoint presentacion pa ilustra e material di e docente. Cada studiante lo trece nan propio material traha den stage pa evalua y discuti. Evaluacion 1. Presencia mester ta por lo menos 80% durante e modulo • Un presentacion den grupo di tarea y ‘proefwerkjes, diktee’ haci den stage. 2. Pa evaluacion e studiante ta entrega un portfolio cu ta contene lo siguiente: • Un relato di e presentacion cu refleccion, opinion personal tocante e teoria studia y e modulo den su totalidad y un conclusion final (1 A4 / Arial 11, espacio 1) • Un dictado, un opstel y un texto propio (TRES COS) cu evaluacion y normering di CADA UN . Ta percura pa pone tambe e modelo di coreccion acerca. • Mester reparti esaki den aliña y skibi den bon Papiamento. • Compilacion di tarea traha durante e modulo • Tur studiante mester percura riba un bon structura di e pakete aki: un indice cu pagina, introduccion y epilogo. 3. Un evaluacion skibi cu un resultado di por lo menos 5.5 IPA modulegids 2008-2009
278
Muziek Module “Skills and tools ” : II –4 Blok Specialisatie : 4-8 & 6-12 Docent : Rose-Marie Provence Studiepunt : 1 ( 1,5 ECTS) Studiebelasting : 40 Contacturen : 7 X 2 lesuren = 10 Cuarta 4 Literatuur, Voorbereiding bijeenkomsten& Evaluatie 26
Inleiding Het is een feit dat door een gebrek aan een nationaal muziekleerplan op Aruba, de meeste studenten de IPA binnenstromen met een lege bagage mbt (degelijk) genoten muziekonderwijs. Het is daarom van groot belang dat ze hun eigen muzikale vaardigheden continue moeten blijven ontwikkelen, willen ze later op verantwoorde wijze muzikale vormingslessen gaan geven in het primair onderwijs. De muzikale ontwikkeling ontstaat via de lijn : waarneming → begrip en bewustmaking → toepassing (praktijk). Daar praktijk, bekwaamhheid en vaardigheid impliceert, is het duidelijk dat vaardigheidsontwikkeling een vaste plaats moet krijgen in het muziekonderwijs. De studenten moeten zelf oefenen en leren hoe ze later de leerlingen moeten (bege)leiden om hen muziek te laten begrijpen. Dit laatste heeft betrekking op het vormen van percepties en begrippen, om daarna over te gaan tot het ontwikkelen van vaardigheden op het gebied van muziek lezen, zingen, muziek spelen, muziek maken (scheppen) en muziek beluisteren (= de domeinen). Er is reden genoeg om te geloven, dat de waarde van muziek beöefening beter begrepen wordt, indien men de muziek, die men moet produceren beter begrijpt. Het is bovendien een feit, dat naar gelang iemand (student/leerling) muziek steeds beter begrijpt en zijn vaardigheden adequater worden, dit als gevolg heeft, dat zijn liefde voor muziek en zijn estetische reactie daarop zodanig groeien (vermeerderen), dat hij/zij een toevlucht zal nemen tot muziek om zijn steeds toenemende behoefte aan zelf-realisatie te bevredigen in deze gespannen wereld in de 21 e eeuw. Leerinhouden Kennis: • Kennis van grafische en traditionele notatie van de klankeigenschappen , klankordening in tijd en toonhoogte en kennis van muziektermen en hun afkortingen. • Kennis van naam en speelwijze van het schoolinstrumentarium en andere instrumenten families. • Verdieping van zijn kennis rondom muziek-didactiek IPA modulegids 2008-2009
279
Inzicht: • Kennis en inzicht verwerven in de klankeigenschappen. Muzikale functie van dynamiek en instrumentale klankkleur .Basisprincipe van klankproductie (luchttrillingen en materiaal eigenschappen, zoals dikte, lengte en soort ) . Eigen vaardigheden: • De student verdiept zich verder in de muzikale en muziekdidactische vaardigheden m.b.t.“Lied aanleren” , “Klankordening in tijd en toonhoogte” , “Muziekinstrumenten op school” en “Muzikale Vorming op school” . Bewegend/uitbeeldend reageren op klankduur , toonhoogte , klankkleur en klanksterkte verschillen , tegenstellingen en/of overeenkomsten . • Speelstukjes ontwerpen m.b.v. grafische notatie en uitvoeren met stem , eigen ( body percussion) slagwerk en/of schoolinstrumentarium . • Het ritmisch en melodisch verloop van grafisch dan wel traditioneel genoteerde muziek globaal kunnen volgen . Het herindelen van hun eigen liedmap van 50 liedjes naar hun specialisatie–groep ( ko, bo , vo ) en de nodige wijzigingen toepassen en/of aanpassen ; • De student kan eventueel muziekinstrumenten van weggooimateriaal, die ook door leerlingen tijdens de muzieklessen op school gemaakt en gebruikt kunnen worden. • De student leert enkele ritmische slaginstrumenten hanteren bij het zingen van schooliedjes . • De student herhaalt de akkoorden D, A7, D7 , G, B7 , Em , Am , E , en Bm op de cuarta als begeleiding bij het zingen van liedjes. De student leert tevens, indien daar voldoende tijd voor over blijft, nieuwe akkoorden spelen De student leert ook enkele nieuwe begeleidingsslagen op de cuarta zoals: rock, calypso, danza, mazurka, merengue etc . De student maakt een aanvang met het leren bespelen van melodische Orffinstrumenten (klokkenspel, metallofoon , xylofoon) en melodica, tevens als ondersteuning voor het geven van muzieklessen op school en voor het overnemen van de begintoon van liedjes. Didactische vaardigheden: • Het leiden van relevante luisteractiviteiten m.b.t. de klankeigenschappen , klankordening in tijd en in toonhoogte ; Het leiden van eenvoudige (grafische) genoteerde instrumentale speelstukjes ; • Het leiden van lesactiviteiten m.b.t. het aanleren van een nieuw lied , het herhalen van bekende liedjes m.b.v. de slag-instrumenten , die ze eventueel zelf hebben gemaakt van waardeloos materiaal • Het grafisch noteren van de klankeigenschappen, klankordening in tijd en toonhoogte; • Het verzamelen en zelf maken van aannschouwingsmiddelen en luistermateriaal rondom de verschillende muzikale domeinen als ondersteuning bij het aanbieden van de verschillende aspecten van de muzikale vorming in de stageperiode Linkage Mu-1 → Muziek module één: “ Muziek en beweging” in I-1 Mu-2 → Muziek Module twee : “Klank in beeld” in I -3 Mu-4 → Module: “Muziek-culturele ontwikkeling op Aruba en toepassing ervan in het onderwijs” in III-2. IPA modulegids 2008-2009 280
Beginsituatie • • • • • • •
De student beschikt over een liedrepertoire van tenminste 20 zangspelen. De student beschikt tevens enige basiskennis en basisvaardigheden in: het interpreteren en uitvoeren van de liedjes van bovengenoemd repertoire. het spelen van een paar basisakkoorden en slagen (wals , polka en tumba ) op de cuarta; het uitvoeren van zangspelen en het zelf bedenken van spelvormen bij bestaande liedjes ( zowel ritmisch , als voor spel en beweging ) het aangeven van maat en ritme tijdens het zingen of spelen van een lied. enige basiskennis en -vaardigheid m.b.t. muziektheorie ( Alg. Muziekleer ) enige basiskennis en – vaardigheden m.b.t. het geven van muzikale vorming op school.
Doelstellingen Algemene Doelen • Het onderwijs in muziek is erop gericht, dat de studenten kennis, inzicht en vaardigheden verwerven om muziek te beluisteren, te beoefenenen en om met elkaar over muziek te kunnen spreken. • Dat de student ervaring krijgt in het zelf ontwikkelen, maken en toepassen van bruikbare leermiddelen rondom één of meerdere aspecten van de muzikale vorming. Specifieke doelstellingen Aan het eind van deze module heeft de student : ¾ kennis en inzicht verworven in “Klankordening in tijd en in toonhoogte” en in “Muziekinstrumenten op school” en "Stemvorming" ( hoofdstukken 2 , 3 en 5 + 8 van de IPA-muziekmethode “Muziekmeester” van R van der Lei ) ¾ zich de (eigen) muzikale en muziekdidactische vaardigheden hieromtrent eigen gemaakt. ¾ enig inzicht gekregen in de functie van muziek en in de waarde van muzikale vorming op school . ¾ eventueel geöefend in het geven van droogzwemlessen op het IPA of op een naburige school ¾ geöefend in het maken van muzieklesplannen en het geven van muzieklessen rondom enkele facetten van de muzikale vorming op school ( zie voorbeelden van AC + "Muziekmeester" en "Muziek op de basisschool" (Gijssel/Smit) en “Muziek moet je doen” SLO (i/d IPA-bibliotheek.) ¾ zijn liedkennis en liedrepertoire uitgebreid. ¾ zich verder bekwaamd in het leren bespelen van de cuarta als begeleidingsinstrument. ¾ een aanvang gemaakt met het leren bespelen van melodische Orffinstrumenten en/of melodica ; ¾ bereidheid , interesse , enthousiasme en inzet getoond om bovengenoemde leerdoelen te bereiken ¾ heeft de student enige vaardigheid verworven in het lezen en interpreteren van de traditionele notatie van muzieknoten op de notenbalk .
IPA modulegids 2008-2009
281
Leermiddelen Cuarta , piano , gitaar , keyboard/synthesizer , melodica , ritmische en melodische Orff –instrumenten, cd/cassette-player , cd’s , voorbespeelde cassettes , luisteropdrachten , ritmishe muziek-instrumenten , stem, muziek artikelen , notenbalkblaadjes , oefenliedjes voor cuarta , melodica en melodische Orffinstrumenten, vorige liedmappen , zangbundels en liedstencils , Literatuur • Muziek-methodeboek voor de opleiding : “MUZIEKMEESTER” van Rinze van der Lei andere muziekmethode boeken o.a uit de B.N.A. en/of IPA-bib. (zie lijst aanbevolen boeken bij module beschrijving van I-1 ). • Liedbundels : “Nos ta canta”; Canticanan pa San Nicolas”; “Canticanan pa temporada di Pasco y Aña Nobo” ; • Lesproject : “Lessencyclus” samengesteld door Tica Giel: “Instrumentenkennis” voor de 2e t/m 6e klas van de L.S. Afrondingsingseisen 80 % aanwezigheid bij de muzieklessen en een voldoende beoordeling voor de ingeleverde opdrachten . Evaluatie: Inleveren van (en ook presenteren) 1. Een zelf ontwikkeld leermiddel ( ontwikkelingsmateriaal , hulpmiddel, aanschouwings-materiaal , luistermateriaal , etc. ) die ten dienste staat voor het geven van (een serie of thematische/projectmatige) muzieklessen ( mag ook in combinatie met andere schoolvakken ), waarbij een bepaald muzikaal aspect ( of combinatie van muzikale aspecten ) behandeld wordt 2. Een verslag met een uitvoerige beschrijving van het maken van het eindproduct (indien mogelijk met een tekenschets erbij); daarnaast ook nog de werkwijze en toepassing ervan , tevens met uitvoerige uitlegvan het desbetreffend muzikale aspect (en ) , de doelstellingen , de doelgroep etc. Niet vergeten om je specialisatie groep te vermelden ,liefst nog het juiste leerjaar van de leerling . Hou daar ook rekening mee ! 3. Een a twee uitgewerkte muzieklesplannen (zie *1) waarvan minimaal eentje gegeven is op de praktijk school, waarin bovengenoemd leermiddel uitvoerig gebruikt wordt . 4. Twee reeds bestaande lesplannen uit verscheidene methodeboeken ,die van toepassing zijn op jouw keuze van muzikaal aspect. NB. Dit leermiddel kan een hulpmiddel voor de leerkracht zijn en/of een te gebruiken leermiddel voor de leerlingen van een bepaald leerjaar van de kleuter- en/of basisschool.
*1. Bijlage Twee muzieklesplannen (liefst lessen die je zelf gegeven hebt op de praktijkschool ) IPA modulegids 2008-2009
282
rondom enkele facetten van de muzikale vorming, waarbij je ook de nodige bijbehorend lesmateriaal (zowel auditief als visueel ) zelf moet ontwikkelen, maken en inleveren . Bijvoorbeeld: Lesplan # 1 : het gebruik van traditionele slaginstrumenten en slaginstrumenten van Weggooi materiaal om de muzikale facetten “Ritmische vorming” ( maat en ritme) en “Ontwikkeling van Vormgevoel” op school toe te passen (vaardigheid van de leerlingen ). Hierbij duidelijk aangeven welke methodes en/of andere literatuur boeken ( incl. schrijvers en uitgevers en/of websites) men daarvoor heeft geraadpleegd. Vermeld daarbij ook aub precies desbetreffende titels, hoofdstukken en paginas. Lesplan # 2 : Alle nodige lesmateriaal ( zowel visueel als auditief ) bijv. rondom het thema “Orkesten – families” en “Muziekgroepen”. ( kennis , inzicht, begrip, herkennen en onderscheiden van de klankkleur der instrumenten , rangschikken , overzichten, etc.).
IPA modulegids 2008-2009
283
Hende y Comunidad 4-8 Module Roots to grow, Aruba in de 20e eeuw : De wortels van de multi-culturele samenleving Evt subtitel / onderdeel Periode (jaar/blok) : II-4 Specialisatie : 4-8 Docent(en) : Luc Alofs Studiebelasting (1 stp= 40 u) : 40 uur Urenverantwoording : - aantal colleges / begeleidingsuren 10.5 uur - literatuurstudie 75 p. 10 uur - opdrachten familiedossier 10 uur - voorbereiding en schriftelijke toets 5 uur Inleiding Het aankweken van kennis en inzicht in het multiculturele karakter van de Arubaanse samenleving is een van de speerpunten van het IPA. Diversiteit is de realiteit in ons onderwijs. Het is van belang dat aanstaande leerkrachten kennis nemen van feiten en visies op de multiculturele samenleving en kennis nemen van de beroepshouding en welke vaardigheden van de moderne leerkracht worden verwacht. Beginstituatie Leerinhouden Aan het einde van de module 1. De economische, demografische, politieke en culturele ontwikkelingen op Aruba na de komst van de olie-industrie te beschrijven vanuit een multicultureel perspectief. 2. De cursist is in staat om de eigen familiegeschiedenis in verband te brengen met de algemene geschiedenis van Aruba. • Linkage (aansluiting met andere modules binnen en buiten het vakgebied) In leerjaar 1 hebben de studenten de toeleverende vakken Aardrijkskunde en Geschiedenis van het vormingsgebied Hende i Comunidad gehad. In deze module slaan we een brug naar het onderdeel maatschappijleer/sociologie. De cursist verdiept zich in de multiculturele samenleving op Aruba. In de vervolgmodule ES-III.2 ‘Aruba 2025’ bekijken naar de ontwikkelingen op het multi-culturele Aruba in de huidige tijd en onze toekomstwensen- en verwachtingen voor IPA modulegids 2008-2009
284
het jaar 2025. Het thema multi-cultureel onderwijs wordt verder uitgediept tijdens de Integratieve Fase in het derde jaar. • Praktijklink (aansluiting met de praktijk) Het betreft hier geen vakdidactische module. In de Integratieve Fase werken de studenten de vaardigheden van de intercultureel bekwame leerkracht uit in de praktische vorming. Leerdoelen Kennisdoelen 1. De student kan de historische, economische, demografische en culturele achtergrond van de multiculturele samenleving op Aruba aangeven. 2. De student is in staat om de in de cursus behandelde basisbegrippen uit te leggen en toe te passen op de actuele multiculturele Arubaanse samenleving en in de multiculturele school. Vaardigheidsdoelen 1. De student is in staat vraagstukken rond de multiculturele samenleving te benaderen vanuit de rol als leerkracht en ‘social agent’. 2. De student is in staat om de eigen familiegeschiedenis te verbinden aan de ruimere ontwikkelingen op Aruba door middel van het doen van interviews en andere eenvoudige vormen van onderzoek. 3. De studenten zijn in staat de methode van cultural-mapping toe te passen. Houdingsdoelen 1. De cursist neemt de multiculturele samenleving en klas als uitgangspunt zijn/haar toekomstig onderwijzerschap. 2. De cursist verplaatst zich in de sociale-, culturele en linguïstische achtergrond van de individuele leerling, ongeacht zijn/haar geografische of culturele herkomst. Praktijkopdrachten Het betreft hier geen vakdidactische, maar een algemeen vormende module. Werkvormen In de lessen worden cultuur-historische benaderingen van de multiculturele samenleving afgewisseld met praktische opdrachten en video-lessen. De studenten werken aan een persoonlijk dossier en een cultuur-historische kaart volgens de methode van het ‘cultural mapping’. Literatuurstudie vindt plaats aan de hand van een leeswijzer. Tijdens de bijeenkomsten worden verschillende vormen van samenwerkend leren gebruikt. Evaluatie • 80 procent aanwezigheid bij en deelname aan de colleges, • voldoende bijdrage aan de deelopdrachten en het persoonlijk dossier, • voldoende beoordeling van het tentamen. IPA modulegids 2008-2009
285
Literatuur • Alofs, L. en L. Merkies, ‘Ken ta Arubiano: sociale integratie en natievorming, 1924-2000’, 2001, Oranjestad, Van Dorp / De Wit Stores (geselecteerde hoofdstukken). Opzet per bijeenkomst (onder voorbehoud) 1 Stamboomonderzoek 2 KtA hfst 4.1-4.5 3 Video + interviewopdracht Cultural Mapping 1 4 Werkcollege: KtA Hfst 6 5 Video Cultural Mapping 2 6 Werkcollege: KtA hfst 8.2-8.5 (15) 7 Werkcollege KtA hfst 9.1.1, 9.1.2, 9.2-9.5 8 Cultural Mapping 3
IPA modulegids 2008-2009
(19 p.) (15 p.) (19 p) (20 p.)
286
Hende y Comunidad 6-12 Module Subtitel Periode Specialisatie Docent Studiepunt Aandeel
De wereld : Noord-Zuid Problematiek en ontwikkelingseducatie : II.4 : 6-12 : Sergio Tromp : 1 stp = 40 uur (1,5 ECTS) : 7 bijeenkomsten a 1,5 uur 10,5 uur tentamen a 1,5 uur 1,5 uur bestuderen literatuur (60 pp) 8,5 uur zoeken geschikt materiaal 4,5 uur ontwerpen materiaal in 3-tallen 15,0 uur
Inleiding De module “De wereld” is een vakinhoudelijke en vakdidactische module. Centraal in deze module staat de Noord-Zuid problematiek. Deze problematiek wordt vanuit diverse dimensies – historisch, economisch, geografisch en sociaal-politiek – bestudeerd. Deze globale analyse vormt het vertrekpunt voor ontwikkelingseducatie. Een aantal waarden die gelden binnen de ontwikkelingseducatie worden verkend en vervolgens toegepast op een thema binnen de Noord-Zuid problematiek. Bij deze toepassing wordt een didactische vertaalslag gemaakt naar de bovenbouw van de basisschool.
Beginsituatie Afhankelijk van de vooropleiding zullen de studenten in meer of mindere mate vertrouwd zijn met de Noord-Zuid problematiek. In principe is voor alle inhoudelijke onderdelen in deze module geen specifieke voorkennis vereist.
Leerinhouden • Linkage. Deze module bouwt voort op de sociaal-maatschappelijke problemen die in de module ‘Hende y Comunidad’ (I.3-I.4) aan de orde zijn geweest. • Praktijklink. Ontwikkelingseducatie is er op gericht bij kinderen kennis, vaardigheden, normbesef en houdingen te ontwikkelen die nodig zijn voor een goed inzicht in en een gefundeerde meningsvorming over het Noord-Zuid IPA modulegids 2008-2009
287
vraagstuk en die hen in staat stellen zich in te zetten voor de oplossing van dit vraagstuk. Leerdoelen Kennisdoelen: • De studenten kennen op grote lijnen de tweedeling van de wereld in arme landen en rijke landen • De studenten kennen de voornaamste oorzaken van armoede op de wereld • De studenten kennen een aantal theorieën over onderontwikkeling • De studenten kennen de belangrijkste kenmerken van arme landen • De studenten kennen de verschillen in de economieën van arme en rijke landen • De studenten kennen kennen het principe van ontwikkelingseducatie Vaardigheidsdoelen: • De studenten kunnen de scheidslijn tussen arme en rijke landen op een kaart aanwijzen • De studenten kunnen ontwikkelingstheorieën toepassen • De studenten kunnen het principe van oorzaak en gevolg op de Derde Wereld problematiek toepassen • De studenten kunnen het verschil in welvaart tussen arme en rijke landen aangeven d.m.v. indicatoren en cijfermateriaal • De studenten kunnen het ontstaan van de schuldenproblematiek uitleggen • De studenten kunnen middels ontwikkelingseducatie het dagelijks leven in arme landen ‘laten zien’ en de negatieve beeldvorming nuanceren Houdingsdoelen: • De studenten hebben begrip voor de levenswijze in arme landen • De studenten hebben een gefundeerde en respectvolle mening over de armoedevraagstuk Praktijkopdrachten Geen praktijkopdrachten. Werkvormen Er wordt zowel klassikaal als in groepen gewerkt. Over het algemeen zullen instructie-, samenwerkings-, interactie- en/of opdrachtenvorm als didactische werkvormen worden toegepast tijdens de lessen, naast specifieke aardrijkskundige werkvormen als “reading photo’s”, “odd one out”, “muurtje bouwen” en “prioriteitenspel”. IPA modulegids 2008-2009
288
Evaluatie - 80% aanwezigheid - Het inleveren en voldoende beoordelen van deelopdrachten - Schriftelijke tentamen over de inhouden (literatuur) en verwerkingsopdrachten van bijeenkomsten 1 t/m 4 - Zelf ontworpen materiaal dat past binnen de doelstellingen van ontwikkelingseducatie Het eindcijfer is het gemiddelde van zelf ontworpen materiaal en schriftelijk tentamen en moet minimaal een 5,5 zijn. Voor beide onderdelen geldt dat het cijfer niet lager dan een 5,0 mag zijn.
Literatuur Reader, met daarin delen van: - Bos, J. en J. Hofker (2000). De Geo Geordend – Topboek. Amsterdam: Meulenhoff Educatief. (hfd. 6: De Derde Wereld, pp. 194-215) - Duijm, H. (1998). Percent – Economie voor de H.A.V.O. Baarn: Nijgh Versluis. (hfd. 25: Arm en Rijk in de wereld, pp. 149-159) - Oosterhoff (1996). Basisdocument ontwikkelingseducatie – kwaliteit en effectiviteit. Amsterdam: Landelijk Servicebureau Ontwikkelingseducatie. - Handout: - Habitat – huisvestingsproblemen in La Paz.
IPA modulegids 2008-2009
289
Gezondheidseducatie / Naturalesa y Tecnologia Module Ciencia Natural y Educacion : II.4 Periode (jaar/blok) Specialisatie : 4-8 en 6-12 Docent(en) : Mirscha Winterdal Studiebelasting (1 stp= 40 u) : 1 stp (1,5 ECTS) Urenverantwoording : - aantal colleges/ begeleidingsuren 15 uur - voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) 10 uur - voorbereiding voor evaluatie 10 uur - evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie) 5 uur
Inleiding Binnen het kader van deze module is gekozen voor een multidisciplinaire benadering. Leerlingen hebben in leerjaar 1 en 2, modules gevolgd uit de vormingsgebieden naturalesa/tecnologia en movecion y salud. In deze module zullen de verschillende vormingsgebieden op elkaar afgestemd worden, zodat leerlingen meer inzicht kunnen verwerven in de samenhang van de vakinhoud en de didactiek van natuur, techniek en gezondheidseducatie. Beginsituatie • Studenten hebben inzicht in het ontwikkelen van een gezond schoolbeleid volgens de richtlijnen in de module gezondheidsbevordering. • Studenten hebben kennis van verschillende biologische onderwerpen die aanbod zijn gekomen tijdens de module Mi Curpa. • Studenten weten hoe ze een lessenreeks moeten ontwerpen en toepassen. Leerinhouden • Deze module heeft samenhang met de volgende modules uit de eerste en tweede jaar: 1. Module Gezondheidsbevordering uit de vormingsgebied Movecion y Salud, blok I.2. 2. Module Mi Curpa uit de vormingsgebied Naturalesa y Technologia, blok I.3. • Leerlingen kunnen aan de hand van de lessen reeks een les in de praktijk draaien, met de thema’s die worden aangeboden in de gezondheidseducatie programma van prepeb. IPA modulegids 2008-2009 290
Leerdoelen Kennisdoelen Aan het einde van deze module zijn de studenten; 1. in staat de samenhang tussen natuur, techniek en gezondheidseducatie in te zien. 2. in staat om leerdoelen voor de gekozen thema te formuleren. 3. in staat om een goed gestructureerd theorie aan te bieden per gekozen thema. Voorbeelden zijn: hygiëne, voeding, genotsmiddelen en geneesmiddelen, Veiligheid en eerste hulp, rust-beweging-houding en fitheid, stress en emoties, intieme relaties en seksualiteit, leefstijl en levenskwaliteit.
Vaardigheidsdoelen Aan het einde van deze module zijn de studenten; 1. instaat een eigen lessenreeks te ontwikkelen aan de hand van een zelf gekozen thema. 2. instaat een presentatie te houden volgens aangeboden richtlijnen. 3. instaat om de theorie in het praktijk te gebruiken. 4. instaat om de theorie te vertalen naar de niveaus 4-8 en 6-12 Aan het einde van deze module kunnen de studenten; 5. een lesvoorbereiding maken volgens de DA-model. 6. aan de hand van de ALACT-model, reflecteren op hun eigen les.
Houdingsdoelen Aan het einde van deze module kunnen de studenten : 1. het belang van een gezondheidseducatie inzien. 2. gezondheidseducatie promoveren in de stage klassen. 3. Leerlingen begeleiden om gezonde keuzes te maken.
Praktijkopdrachten Kies een les uit je lessenreeks die geschikt is voor een les gezondheidseducatie op jou stageschool. Maak een reflectieverslag volgens de ALACT model. Fase 4, ( Alternatieven ontwikkelen en daaruit kiezen), van de model moet goed worden verwerkt. Dus Alternatieven voor jou les benoemen, het voor en tegen, tegen elkaar afwegen en je eigen intuïtie gebruiken. Jou lesvoorbereiding en reflectieverslag wordt in de evaluatie week ingeleverd. Werkvormen Experts IPA modulegids 2008-2009
291
Genummerde hoofden Groepswerk ( in duo’s) Evaluatie • •
Presentatie Lessenreeks Lesvoorbereiding en reflectieverslag van de gegeven les tijdens je stage
Literatuur Reader en hand-outs
IPA modulegids 2008-2009
292
Movecion y Salud Module Periode : Vak: Specialisatie: Thema: Docenten: Aandeel: Studiebelasting: Urenverantwoording:
De planning Blok II.4 Movecion y Salud 4-8 en 6-12 Planning Peter Simon en Maximo Wernet 7 bijeenkomsten 1 studiepunt 10½ uur: 7 bijeenkomsten (1 hoorcolleges en 6 praktijklessen) 9½ uur voorbereiding op de bijeenkomsten (Huiswerk, literatuur) 10 uur evaluatie verslag
Inleiding In blok II.2 werd aandacht besteed aan lessensamenstelling van Movecion y Salud. In die periodes hebben de studenten meer kennis gekregen met het concept en belangen van movecion y Salud. Tijdens deze module “De Planning” gaan wij meer aandacht besteden aan de methodische opbouw van de lessen Movecion y Salud. Hierdoor weet je hoe je een jaar, blok, week, dag en les planning moet maken school en klas. Leerinhouden • De studenten 4-8 gaan zes weken lang lesgeven aan kleuter klas kinderen • De studenten 6-12 gaan zes weken lang lesgeven aan de 2de en 6de klas leerlingen • De lessen worden volgens een methodische lijn opgebouwd en gegeven Linkage Link met introductie Movecion y Salud, Groepshospiteren en Lessensamenstelling Beginsituatie Studenten hebben al een introdutie gekregen met het vak Movecion y Salud en hebben groepshospiteren (micro-teaching) Studenten hebben kennis van het theorie en zijn vaardig met de praktijk onderdelen van Movecion y Salud IPA modulegids 2008-2009
293
Studenten hebben weinig kennis van schoolwerkplan en jaarplanning inhoudt voor Movecion y Salud Doelen Kennisdoelen Aan het einde van deze module: • Kennen studenten een periode planning uitwerken voor hun specialisatie binnen de domeingebied Spel en turnen • Kennen studenten didaktische aanwijzingen/ vormen van leerhulp aangeven die nodig zijn op de verschillende niveau`s binnen de klas • Kennen studenten lesdoelen leren formuleren • Kennen studenten spelsituatie indelen opbasis van geschikte leeftijdsgroepen Houdingsdoelen Aan het einde van deze module: • Beseffen studenten het belang van een planning maken • Beseffen studenten dat de keuze van je inhoud een relatie heeft met ontwikkeling van het kind • Beseffen studenten dat Movecion y Salud een gelijke bijdrage levert aan het onderwijs Vaardigheidsdoelen Aan het einde van deze module: • Hebben studenten ervaring opgedaan met lesgeven aan specifieke groepen • Hebben studenten ervaring opgedaan met lesgeven volgens een methodische lijn • Hebben studenten ervaring opgedaan met maken van blok planning • Hebben studenten ervaring opgedaan met feed-back geven en krijgen • Zijn studenten in staat om lessen voor te bereiden volgens de DA model Werkvormen Tijdens de lessen wordt over het algemeen de volgende didactische werkvormen gehanteerd: Instructie, interactie, samenwerkingsvorm, en/of opdrachtenvorm. Evaluatie • 100% aanwezig • Planning maken en Verslag Literatuur • T. van den Berg, M. van Berkel, C. Hazelebach, A. Kuipers, 2003 tweede druk,Werkboek bewegingsonderwijs voor de basisschool, Baarn HB uitgeverij IPA modulegids 2008-2009
294
• •
H.M.P.G. van der Loo, 2000 vijfde druk, Lichamelijke Opvoeding op de basis school, Groningen Wolters –Noordhof Werkgroep Groels, Bewegen en didaktiek, uitgeverij Wolters-Noordhof Groningen
IPA modulegids 2008-2009
295
Naturalesa y Tecnologia Module Vakdidactiek : II.4 Periode (jaar/blok) Specialisatie : 4-8/6-12 Docent(en) : Mirscha Winterdal Studiebelasting (1 stp= 40 u) : Urenverantwoording : - aantal colleges/ begeleidingsuren - voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d) - evaluatie (uittesten en evalueren activiteiten)
14 uur 20 uur 6 uur
_____________________________________________________________________ Inleiding Lessen Kennis der Natuur zijn nog steeds vaak lees- en vertellesjes. Voor goed onderwijs in het leergebied ‘Naturaleza y Tecnologia’ is echter meer nodig. In deze cursus leert de student vooral om opdrachten te ontwerpen en te formuleren waarmee leerlingen zelfstandig aan het onderzoeken gaan, en om de bijbehorende praktische leeromgeving te organiseren. Beginsituatie De student heeft inmiddels meerdere lessen in de stage gegeven die met het leergebied Naturaleza y Tecnologia te maken hebben (hoewel nog aangeduid als KdN of Wereldorientatie). Alle vakinhoudelijke cursussen van het leergebied Naturaleza y Tecnologia zijn achter de rug. Studenten hebben echter nog weinig ervaring met het organiseren van praktische zelfstandige onderzoeksactiviteiten. Leerinhouden • Linkage; In de voorgaande vier vakinhoudelijke cursussen Naturaleza y Tecnologia is al de nodige vakdidactiek aan de orde geweest. Nu ligt echter de volle nadruk op het ontwerpen van onderzoekssituaties. De cursus heeft met name voor 4-8 ook een verbinding met het werken in hoeken en basisontwikkeling. • Praktijklink Na het werken met ontdekhoeken en -dozen is de student beter in staat in de praktijk leerlingen met zelfstandig ontdekkende werkvormen bezig te laten zijn en deze te organiseren. • Leerinhouden IPA modulegids 2008-2009 296
De leerinhouden worden enerzijds gevormd door de inhoud van het gekozen thema, anderzijds door de werkvormen ontdekhoek (4-8) en/of ontdekdoos (6-12). Daarbij komt het begrip open, half open en gesloten opdrachten aan bod en opdrachttypen zoals knutselonderzoek, consumentenonderzoek en experimenteel onderzoek. Leerdoelen De student is in staat - kennisdoelen over het gekozen onderwerp achtergrondkennis te verzamelen - vaardigheidsdoelen 1. opdrachten te formuleren die varieren in de mate van openheid en in vraagtype 2. een samenhangende reeks onderzoeksopdrachten rond een thema te verzamelen en te bewerken 3. een uitdagende en veilige leeromgeving te ontwerpen waarin onderzoeken mogelijk is - houdingsdoelen te vertrouwen dat leerlingen zelf problemen kunnen oplossen Praktijkopdrachten Niet van toepassing Werkvormen De studenten gaan in groepjes van 2 of 3 werken aan een ontdekhoek (4-8) of een ontdekdoos (6-12) . Het eindpunt en tevens evaluatie van deze cursus betreft het laten uitvoeren door leerlingen van ontdekkende activiteiten in de vorm van een ontdekhoek (4-8) of ontdekdoos (6-12). Deze activiteit vindt in de evaluatieweek plaats en valt dus niet onder stageactiviteiten. Evaluatie • voldoende beoordeling van het product in de vorm van een ontdekhoek of ontdekdoos • een kort evaluatieverslag op grond van de ervaringen bij het uittesten, met vermelding waar bijstelling gewenst is. criteria voor het beoordelen van de ontdekhoek/ontdekdoos A.De doos/hoek bevat: 1. concreet praktisch materiaal waarmee leerlingen aan de slag kunnen 2. alleen voor ontdekdoos:instructies voor de leerling en inventaris 3. werkbladen of andere verslagvormen voor het vastleggen van de resultaten door de leerlingen 4. docentenhandleiding waarin opgenomen: algemene informatie over het gebruik van de hoek/doos, achtergrondinformatie over het onderwerp, wijze van IPA modulegids 2008-2009
297
instructie, per opdracht uitgewerkt wat het leerdoel is, wat het gewenste resultaat is en in hoeverre meerdere resultaten goed kunnen zijn Verder bevat de docentenhandleiding een inventaris van het materiaal met eventuele leveranciers en prijzen en aanwijzingen hoe het materiaal onderhouden en aangevuld moet worden B.De opdrachten • stimuleren onderzoeksactiviteiten • zijn duidelijk (zelfstandig uit te voeren) • zijn aantrekkelijk • zijn veilig (zie bijgaand beoordelingsformulier voor het onderling uittesten)
Literatuur De Vaan, E en Marell, J. (1999). Praktische didactiek van Natuuronderwijs. Baarn, Coutinho
IPA modulegids 2008-2009
298
Modulegids leerjaar 3
IPA modulegids 2008-2009
299
Studiejaar 3 - blok 1 Vak Orthopedagogiek Orthopedagogiek
Spec. 4–8 6 - 12
docent KC KO
pag 301 305
KO/BG
310
Beide
Module naam Leesproblemen Leesproblemen Signaleren en begeleiden van ontwikkelingsstoornissen Meertaligheid
Ortho-logopedie
Beide
Talen
GG
313
Dansante Vorming
Beide
Mi mesun lesnan di baile
KJ
316
Beeldende Vorming
Beide
Arte Visual
KP
320
Hende y Comunidad
4-8
Inhaalmodule II.4 Roots to grow, Aruba in de 20e euw
AL
324
Hende y Comunidad
6 -12
Vakdidaktiek: activerend lesgeven
TR
327
Movecion y Salud
Beide
EHBO
SI / WE
330
Rekenen & Wiskunde
4–8
Op jou kan ik rekenen
KO
333
Rekenen & Wiskunde
6 - 12
Breuken/ procenten decimale getallen en handelingsplan
KO
337
IPA modulegids 2008-2009
300
Orthopedagogiek 4-8 Module : Leesproblemen Periode : 3.1 Specialisatie : 4-8 Docenten : Donald Kock Studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur Contactuur : 7 bijeenkomsten van 1.5 Bestuderen van literatuur: Uitwerken lesopdracht: Eindopdracht:
10.5 23 1.5 5
Inleiding In elke klas en op elke school tref je kinderen aan die snel en gemakkelijk leren en kinderen die meer moeite hebben met het bereiken van bepaalde doelen in de gestelde tijd, de kinderen met specifieke pedagogisch didactische behoeften. Om deze laatste groep kinderen toch zo goed mogelijk tot hun recht te laten komen en bepaalde doelen of tussendoelen te laten bereiken, is de uitbreiding en versterking van maatregelen en activiteiten gericht op een zo intensief mogelijke zorg voor deze leerlingen (=ZORGVERBREDING) van belang, De belangrijkste redenen voor het achterblijven in de reguliere school (met vaak als gevolg zittenblijven of verwijzing naar speciaal onderwijs) zijn stagnaties in de elementaire culturele vaardigheden met name lezen, spellen en begrijpend lezen. Papiamento is onze moedertaal, maar de taal waarin onze kinderen leren lezen en schrijven is Nederlands. Een taal dat niet echt leeft in onze maatschappij. Dit heeft zijn consequenties voor het leren lezen en het begrip ervan. Ongeveer 30% van de leerlingen in de eerste klas blijven zitten, wat begrijpelijk is als de situatie analyseert. Een ander gemis is, dat op de meeste scholen hierop Aruba geen spellingsprogramma gebruiken naast de gangbare methode om de Nederlandse taal te ondersteunen. Daarom zullen we met name aandacht besteden aan zorgverbreding op deze terreinen. Bij de specialisatie 4-8 zal het accent liggen op leesproblemen in klas l en 2, problemen bij het aanvankelijk lezen. Beginsituatie - Studenten zijn op de hoogte van de didactiek van het aanvankelijk taalonderwijs. - Studenten hebben inzicht in het aanvankelijk lezen en spellen in de basisschool. IPA modulegids 2008-2009
301
- Studenten hebben inzicht in de gebruikte aanvankelijk leesmethode Veilig Leren Lezen. - Studenten zijn op de hoogte van de knelpunten van het Nederlands als vreemde instructietaal. - Studenten zijn op de hoogte van de samenhang tussen leer- en gedragsproblemen. - Studenten hebben al eens een handelingsplan gemaakt voor een kind met specifieke pedagogisch didactische behoeften.
Leerinhouden • Problemen bij de leesvoorwaarden • Problemen bij het aanvankelijk lezen • Problemen met de spelling • Leesproblemen zoals: leesdeelvaardigheden, decodering enz. • Dyslexie • Problemen bij het aanvankelijk begrijpend lezen • Orthodictactische middelen en technieken
Linkage De IP lessen in dit blok worden besteed aan leesproblemen. Module 1.1, 1.2 & 1.3 Pedagogiek: Kind in ontwikkeling Module 1.4 Orthopedagogiek: een eerste oriëntatie m.b.t. leerlingen die een speciale zorg nodig hebben binnen het onderwijs op Aruba. Module 1.4 Onderwijskunde: Het speciale kind in het basisonderwijs Module 1.3 Onderwijskunde: Leren leren en differentieren Module 2.1 Taal: Nederlands; Voorbereidend aanvankelijk lezen en schrijven Module 3.1 Orthopedagogiek: Leesproblemen Module 3.1 Ortho/logopedie: signaleren en begeleiden van ontwikkelingsstoornissen Module 3.1. & 3.2 Rekenen: Aanvankelijk rekenen,Breuken, decimale breuken, procenten en handelingsplan Praktijklink In de praktijk worden verschillende leerlingen op video gezet en die casussen worden tijdens de college behandeld; wat is/zijn de leesproblemen en hoe kan je het aanpakken/remedieren en of verwijzen. De student dient bij leerling met leesproblemen de diagnose vast te stellen. Op grond hiervan dient de student een handelingsplan op te stellen en tevens materiaal te ontwikkelen ter uitvoering van de remediëring.
IPA modulegids 2008-2009
302
Doelen Algemeen doel • Het verkrijgen van inzicht in leesproblemen de orthodidactiek en de mogelijkheden als leerkracht inderen met deze problemen te begeleiden. Kennisdoelen: • Studenten kunnen aangeven wat onder orthodidactiek wordt verstaan. • Studenten zijn op de hoogte van de ontwikkeling van het lezen bij kinderen. Zij kennen de factoren die deze ontwikkelingen kunnen beïnvloeden en zijn op de hoogte van mogelijke preventieve maatregelen. • Studenten (her)kennen kenmerken van kinderen met leesproblemen. Vaardigheidsdoelen: • Studenten kunnen beschrijven op welke manieren je kinderen met leesproblemen kunt diagnosticeren. • Studenten zijn in staat de beginsituatie van kinderen met problemen in concrete termen te beschrijven. • Studenten zijn in staat kinderen met leesproblemen te signaleren d.m.v. observatie en m.b.v. de in de praktijk gebruikte methodes. • Studenten zijn in staat diagnostische informatie te verhandelen m.b.t. kinderen met leesproblemen. Houdingsdoelen: • Studenten zijn in staat op grond van diagnostische gegevens suggesties te doen voor hulp aan leerlingen met leesproblemen. • Studenten kennen en gebruiken orthodidactische middelen en technieken die ingezet kunnen worden voor de begeleiding van kinderen met leesproblemen. Competenties De student kan leesproblemen signaleren en begeleiden met de nodige technieken. Begeleiden kan indien nodig, via een handelingsplan. De student kan leerlingen met leerstoornissen signaleren en doorverwijzen voor professionele hulp Werkvormen • Directie instructie en interactie vragen • Casusbesprekingen • Werkcolleges • Gastcollege
IPA modulegids 2008-2009
303
Evaluatie De eindopdracht: • Diagnosticeer een leerling met leesproblemen die je op cassette/video opgenomen hebt volgens aanwijzigen in het college. • Maak een handelingsplan voor dit kind • Ontwerp materiaal waarmee je dit kind kunt begeleiden met zijn/haar leesproblemen. • Presentatie/expositie van het ontwikkelde materiaal. Literatuur Wierenga, drs. C.J. en drs. J.F. Sas, (1990). Leesmoeilijkheden, diagnose en behandeling; orthovisies 29 Groningen: Wolters-Noordhoff Bouwers, H en H. van Goor, (1997). Problemen met begrijpend lezen. Baarn: Intro Bouwers, H en H. van Goor, (1993). Diagnostiek en behandeling van leesproblemen. Nijkerk: Intro Van der Leij, a en E.J. Kappers, (1996). Zorgverbreding. Bijdragen uit speciaal onderwijs aan basisonderwijs. Nijkerk: Intro Reader die uit verschillende artikels en hoofdstukken bestaat. Tijdens de colleges krijgen de studenten verschillende hand-outs toegereikt.
IPA modulegids 2008-2009
304
Orthopedagogiek 6-12 Module : Leesproblemen Periode : 3.1 Specialisatie : 6-12 Docenten : Merviné Kock Studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur Contactuur : 7 bijeenkomsten van 1.5 Bestuderen van literatuur : Uitwerken lesopdracht : Eindopdracht :
10.5 23 1.5 5
Inleiding In elke klas en op elke school tref je kinderen aan die snel en gemakkelijk leren en kinderen die meer moeite hebben met het bereiken van bepaalde doelen in de gestelde tijd, de kinderen met specifieke pedagogisch didactische behoeften. Om deze laatste groep kinderen toch zo goed mogelijk tot hun recht te laten komen en bepaalde doelen of tussendoelen te laten bereiken, is de uitbreiding en versterking van maatregelen en activiteiten gericht op een zo intensief mogelijke zorg voor deze leerlingen (=ZORGVERBREDING) van belang. De belangrijkste redenen voor het achterblijven in de reguliere school (met vaak als gevolg zittenblijven of verwijzing naar speciaal onderwijs) zijn stagnaties in de elementaire culturele vaardigheden met name lezen, speller, en begrijpend lezen. Papiamento is onze moedertaal, maar de taal waarin onze kinderen leren lezen en schrijven is Nederlands. Een taal dat niet echt leeft in onze maatschappij. Dit heeft zijn consequenties voor het leren lezen en het begrip ervan. Ongeveer 30% van de leerlingen blijft in de eerste klas zitten, wat begrijpelijk is als we de taalsituatie analyseren. Een ander gemis is, dat op de meeste scholen hierop Aruba geen spellingsprogramma gebruiken naast de gangbare methode om de Nederlandse taal te ondersteunen. Daarom zullen we met name aandacht besteden aan zorgverbreding op deze terreinen. Accent bij de 6-12 zal liggen op lees- en spellingsproblemen en problemen bij het begrijpend lezen. Beginsituatie Studenten zijn op de hoogte van de didactiek van het aanvankelijk taalonderwijs. Studenten hebben inzicht in het aanvankelijk lezen en spellen in de basisschool. Studenten hebben inzicht in de gebruikte aanvankelijk leesmethode Veilig Leren Lezen. IPA modulegids 2008-2009 305
Studenten zijn op de hoogte van de knelpunten van het Nederlands als vreemde instructietaal. Studenten zijn op de hoogte van de samenhang tussen leer- en gedragsproblemen. Studenten hebben al eens een behandelingsplan gemaakt voor een kind met specifieke pedagogisch didactische behoeften Leerinhouden Problemen bij de leesvoorwaarden Problemen bij het aanvankelijk lezen Problemen met de spelling Leesproblemen zoals: leesdeelvaardigheden, decodering enz. Dyslexie Problemen bij het begrijpend lezen Orthodidactische middelen en technieken Linkage De IP lessen in dit blok worden besteed aan leesproblemen. Module 1.1, 1.2 & 1.3 Pedagogiek: Kind in ontwikkeling Module 1.4 Orthopedagogiek: een eerste oriëntatie m.b.t. leerlingen die een speciale zorg nodig hebben binnen het onderwijs op Aruba. Module 1.4 Onderwijskunde: Het speciale kind in het basisonderwijs Module 1.3 Onderwijskunde: Leren leren en differentieren Module 2.1 Taal: Nederlands; Voorbereiden aanvankelijk lezen en schrijven Module 3.1 Orthopedagogiek: Leesproblemen Module 3.1 Ortho/logopedie: signaleren en begeleiden van ontwikkelingsstoornissen Module 3.1. & 3.2 Rekenen: Aanvankelijk rekenen, Breuken, decimale breuken, procenten en handelingsplan Praktijklink: In de praktijk worden verschillende leerlingen op video gezet en die casussen worden tijdens de college behandeld; wat is/zijn de leesproblemen en hoe kan je het aanpakken/remedieren en of verwijzen. Voor eindopdracht moeten de studenten een handelingsplan opstellen voor een leerling in hun stageklas volgens het formaat dat aangereikt wordt tijdens de college’s. Doelen Algemeen doel: Het verkrijgen van inzicht in leesproblemen de orthodidactiek en de mogelijkheden als leerkracht kinderen met deze problemen te begeleiden. Kennisdoelen: • Studenten kunnen aangeven wat onder orthodidactiek wordt verstaan. IPA modulegids 2008-2009
306
• •
Studenten zijn op de hoogte van de ontwikkeling van het lezen bij kinderen. Zij kennen de factoren die deze ontwikkelingen kunnen beïnvloeden en zijn op de hoogte van mogelijke preventieve maatregelen. Studenten (her)kennen kenmerken van kinderen met leesproblemen.
IPA modulegids 2008-2009
307
Vaardigheidsdoelen: • Studenten kunnen beschrijven op welke manieren je kinderen met leesproblemen kunt diagnosticeren. • Studenten zijn in staat de beginsituatie van kinderen met problemen in concrete termen te beschrijven. • Studenten zijn in staat kinderen met leesproblemen te signaleren d.m.v. observatie en m.b.v. de in de praktijk gebruikte methodes. • Studenten zijn in staat diagnostische informatie te verhandelen m.b.t. kinderen met leesproblemen. Houdingsdoelen: • Studenten zijn in staat op grond van diagnostische gegevens suggesties te doen voor hulp aan leerlingen met leesproblemen. • Studenten kennen en gebruiken orthodidactische middelen en technieken die ingezet kunnen worden voor de begeleiding van kinderen met leesproblemen.
Competenties De student kan leesproblemen signaleren en begeleiden met de nodige technieken. Begeleiden kan indien nodig, via een handelingsplan. De student kan leerlingen met leerstoornissen signaleren en doorverwijzen voor professionele hulp.
Werkvormen Directe instructie en interactieve instructie Casusbesprekingen Werkcolleges Gastcolleges Evaluatie De eindopdracht: Diagnosticeer een leerling met leesproblemen die je op cassette opgenomen hebt volgens de aanwijzigingen in het college. Maak een handelingsplan voor dit kind Ontwerp materiaal waarmee je dit kind kunt begeleiden met zijn/haar leesproblemen. Presentatie/expositie van het ontwikkelde materiaal. Literatuur: Wierenga, drs. C.J. en drs. J.F. Sas, (1990). Leesmoeilijkheden, diagnose en behandeling; orthovisies 29 IPA modulegids 2008-2009
308
Groningen: Wolters-Noordhoff Bouwers, H en H. van Goor, (1997). Problemen met begrijpend lezen.
IPA modulegids 2008-2009
309
Ortho-Logopedie Module
: Signaleren en begeleiden van ontwikkelingsstoornissen Periode : 3.1 Specialisatie : 6-12/4-8 Docenten : Mervine Kock en Giselle Brete-van Grieken Studiebelasting : 1 studiepunt = 40 uur Contactuur : 7 bijeenkomsten van 1.5: 10.5 Bestuderen van literatuur: 14 Opdrachten en voorbereiding portfolio: 15.5
Inleiding Deze module is concentrisch en sluit aan die van II.3 van het vak logopedie en aan die van orthopedagogiek van blok II.4 en III.1. Het accent ligt om kinderen holistisch te observeren. Het is nu achterhaald, dat veel symptomen gepaard gaan, met gevolg van dien dat disciplines geïntegreerd moeten werken. Spraak- en taalproblemen kunnen soms leiden tot concentratie- en gedragsproblemen en vice versa. Kinderen worden niet of tijdig gesignaleerd door de leerkracht. Ook bij veel kinderen worden ten onrechte logopedische en of andere stoornissen gesignaleerd. Als een kind niet of te laat wordt doorverwezen kan dat ingrijpende gevolgen hebben voor het kind en de omgeving. In deze module wordt de student getraind om sommige “stoornissen” vroegtijdig te signaleren, te differentiëren en waar naar verwijzen en is in staat zijn om behandelingsplannen op te stellen. Beginsituatie De studenten hebben al een module (logopedie) in II.3 behaald, titel van de module is “Signaleren en Begeleiden van Spraak- en Taalontwikkelingsstoornissen”. In 2.4 en 3.1 behandelt orthopedagogiek gedrags-en werkhoudingsproblemen. Linkage Module 2.3 logopedie Module 2.4 en 3.1 orthopedagogiek IPA modulegids 2008-2009
310
Praktijklinkage: Lezing gecombineerd met praktische opdrachten en adviezen worden per bijeenkomst geleid door iemand die werkzaam is bij de desbetreffend instantie en bij sommige bijeenkomsten met cliënten. Bijeenkomsten worden bij de instantie verzorgd voor zover dat mogelijk is. Met praktische opdracht wordt casus mee bedoeld. Aan de hand van casussen wordt het geleerde geëvalueerd. Doelen Kennisdoelen: Is de student op de hoogte van deskundigheid in de jeugdzorg en onderwijsondersteuning op Aruba om te keuze te kunnen maken om te verwijzen. Bezit de student de kennis van de veel voorkomende ontwikkelingsstoornissen en of – vertragingen en de wijze waarop die zich in een onderwijssituatie voordoen en de juiste oplossing weten te kiezen uit de diverse handelingsplannen (orthopedagogische en didactische aanpak). Vaardigheidsdoelen: De student zal in staat zijn vroegtijdig weten te signaleren en weten waar en hoe te verwijzen. Kan de student onderscheid maken in de verschillende stoornissen en kunnen nagaan wat de primaire oorzaak zou kunnen zijn door de juiste bronnen weten te selecteren. De student kan een handelingsplan opstellen. De student in staat te stellen een portfolio bij te houden inclusief reflectieverslagen om als toekomstige leerkracht dit ook in de klas te kunnen toepassen met het oog op signaleren en begeleiden van leerlingen. De student is in staat om kernachtige samenvatting van elke bijeenkomst te maken, wat studievaardigheden betreft. Houdingsdoelen: De student is zich bewust zijn van het feit dat hij/zij flexibel, tolerant, affectief en onbevooroordeeld moet opstellen t.a.v. kinderen met stoornissen en hun ouders Student is in staat om de opgestelde handelingsplan uit te voeren Bij het niet kunnen helpen van een kind, het kind verwijzen naar de desbetreffende instantie. Leerinhouden Zelfreflectie op eigen attitude m.b.t. stoornissen Dyslexie Taalontwikkelingsstoornissen Begeleiding van visusproblemen op school; FAVI Ontwikkelen van materiaal o.a. leesmethode, communicatievormen, integratie en begeleiding op regulier basisschool door Scucha Nos IPA modulegids 2008-2009
311
Inclusion Het belang van verwijzen en de criteria hiervoor; Directie onderwijs; logopedisten Sociaal- en emotionele problemen van de huidige jeugd op Aruba Werkvormen Zelfstandig werken Praktische gastcolleges Werkcolleges n.a.v. casusbesprekingen. Evaluatie Om deze module met succes af te ronden, moet je aan de volgende voorwaarden voldoen: 80 % aanwezigheid Uitvoeren en presenteren van verplichte opdrachten die in de bijeenkomsten worden opgegeven Het bijhouden van een portfolio met de gegeven opdrachten en reflecties. Literatuur Pronk-Boerma, Mieke, (2003) Logopedie voor Onderwijsgevenden. Soest: Nelissen Janssens, Harry (ed) ( 2001). Gedrags- en werkhoudingsproblemen & zorgverbreding. Eindhoven: SON Opleidingen, Hand-outs: FAVI, Scucha Nos, DAT-CAT vaardigheden tips, Verwijzingsformulieren D.O.
IPA modulegids 2008-2009
312
Talen Module Meertaligheid Periode : 3.1 Specialisatie : 4-8 en 6-12 Docenten : Gregory Goedgedrag Studiebelasting : 1 studiepunt / 1,5 ETCS = 40 uur Colleges 7 X 1,5 = 10,5 Voorbereiding bijeenkomsten 7 X 2 = 14 Voorbereiding evaluatie = 12,5 Evaluatie =3
Inleiding De leerkracht werkt op Aruba in een multiculturele en multilinguale context. In deze module maakt de student kennis met allerlei aspecten die met deze meertalige situatie te maken hebben. En leert hij de meertaligheid op een positieve manier te benaderen en te gebruiken binnen zijn eigen lessen en in contacten met o.a. collega’s en ouders van leerlingen. Beginsituatie De student is woonachtig op Aruba en heeft middels zijn vooropleiding kennis van de meest gesproken talen. De student heeft in zijn of haar woon – en werkomgeving ervaring opgedaan met de meertaligheid van de Arubaanse samenleving. Leerinhouden ¾ Meertalige situatie op Aruba • Historie • Huidige situatie: gegevens Censo 2000 ¾ Begrip Meertaligheid • Moedertaal, tweede taal, vreemde taal, eentaligheid, tweetaligheid, meertaligheid • Taalverwerven versus taalleren • Lesgeven en leren in een vreemde taal ¾ Taalsituatie binnen het onderwijs • Historie van het onderwijs op Aruba, schooltaal versus thuistaal, achtergronden en argumenten IPA modulegids 2008-2009 313
• Cijfers Directie Onderwijs • Naar een taalbeleid voor het onderwijs. ¾ Taalbeleid van de school en in de klas, heden en toekomst. • In welke taal geef je les? • De omgangstaal in de school en met ouders. • De verschillende moedertalen in de klas. • Differentiatie in verband met de instructietaal. Linkage De module sluit aan en is tevens een vervolg op alle aangeboden taalmodules. Tevens is het een voorbereidende module op de Integratieve Fase. In het volgende blok, tijdens de module Familiarisatie zullen de studenten ‘leren’ hoe ze vreemde talen, in dit geval Nederlands, Engels en Spaans, op een jonge leeftijd gestructureerd in de klas kunnen aanbieden, als een middel om de leerlingen eerder bekend te maken met deze talen. Praktijklink In de praktijk weten we dat er verschillende kinderen met verschillende achtergronden in een klas zitten. Het is daarom niet mogelijk om te doen alsof dit verschil niets uit maakt in de klas. Het is van belang om de beginsituatie van iedere leerling goed in kaart te brengen om zodoende op een effectieve manier te kunnen differentieren. Leerdoelen Kennisdoelen De student heeft kennis van en inzicht in de geschiedenis van de taalsituatie op Aruba. De student heeft kennis van de huidige meertalige situatie op Aruba. De student heeft inzicht in de ideeën omtrent taalbeleid in de samenleving, in de school en in de klas. De student heeft inzicht in de relatie onderwijstaal en moedertaal en de consequenties hiervan voor het lerende kind. De student heeft inzicht in de theorie omtrent taalverwerving en taalleren.
Vaardigheidsdoelen De student is in staat in zijn onderwijspraktijk rekening te houden met de meertalige situatie. De student is in staat in zijn lessen gebruik te maken van de meertalige situatie. De student is in staat tijdens zijn lesgeven te differentiëren. De student is in staat eenvoudige, relevante onderzoeken te verrichten.
Attitudedoelen IPA modulegids 2008-2009
314
De student is bereid in zijn lesgeefpraktijk gebruik te maken van de meertaligheid in zijn klas. De student is bereid in zijn lesgeefpraktijk te differentiëren. De student is bereid om regelmatig onderzoek te verrichten naar de stand van zaken en naar de mogelijkheden met betrekking tot de meertalige situatie onder zijn leerlingen.
Praktijkopdrachten 9 De student kan een klein onderzoekje verrichten naar de taalsituatie van ieder kind. 9 De student kan aangeven wat de invloeden van de taalsituatie (zowel als buiten als binnen school) voor het kind in de klas zijn. 9 De student is in staat om tijdens AL zijn/ haar lessen rekening te houden met de taalverschillen door te differentieeren naar behoefte, belang en niveau. 9 De student geeft een taalles met differentiatie naar behoefte, belang en niveau. Werkwijze Presentatie van literatuur Observaties Discussies Groepswerk, veldwerk Evaluatie • Praktijkonderzoek: onderzoek doen op school en in de klas m.b.t. taal • Veldonderzoek: onderzoek doen bij instanties/instellingen zoals Censo (2000), CBS, SER, Directie Onderwijs e.a. m.b.t taal Literatuur • Van de Laarschot, 1997, M., Lesgeven in meertalige klassen, Groningen, Wolters – Noordhoff. • Hajer e.a., 1995, Schooltaal als struikelblok, Bussum, Coutinho. • gegevens Censo 2000, CBS, SER, Directie Onderwijs e.a.
IPA modulegids 2008-2009
315
Dansante Vorming Module Docent Fase Blok Specialisatie Studiepunt Aandeel
: ‘Mi mesun lesnan di Baile’ (Dans i.d.Praktijk) : Wilma Kuiperi-Jansen : Beroepsgerichte fase : III-1 : 4-8/6-12 : 1 (=40 studielasturen) : Contact uren: (7x1.5) : Niet Contacturen( 29.5)
IPA modulegids 2008-2009
316
Kids enjoying Dance at School – foto Introdans/Gerritsen Doelen • De student is zich bewust van de functie van dans in de eigen Arubaanse cultuur en in andere culturen (voorbereidend naar Integratieve Fase toe) • De student ontwikkelt verdere praktische kennis en inzicht t.a.v. de didactische functie van dans in het onderwijssysteem op Aruba • De student ontwikkelt verder praktische kennis en inzicht t.a.v. de integratieve waarde van bewegingsexpressie in het onderwijs • De student is in staat binnen de gekozen specialisatie, aan de hand van de methodiek en didactiek van de bewegingsexpressie een beginsituatie te onderzoeken en te beschrijven rekening houdend met M.I.
IPA modulegids 2008-2009
317
• • •
De student is in staat binnen de gekozen specialisatie, aan de hand van de didactiek van dans of bewegingsexpressie, een aantal eigen specifieke dansexpressie lessen voor te bereiden. De student is in staat binnen de gekozen specialisatie, aan de hand van de methodiek en didactiek van dans, een aantal lessen uit te voeren en te evalueren De student is in staat, binnen de gekozen specialisatie een dansexpressieles met haar klas en met haar stageklas uit te voeren en te evalueren en hierover te reflecteren.
Inhoud • Lichamelijke uiting via beweging en innerlijke beleving-dans en beweging nader bekeken • Doornemen en praktisch toepassen van de theorie a.d.h.v. voorbeeldlessen • Bewegingsexpressie in de Praktijk: de rol van de leerkracht, muziek en hoe werk je met thema’s voor dans. • Het voorbereiden en beschrijven van vijf lessen bewegingsexpressie met inbegrip van de beginsituatie, lesopbouw, tijdsindeling. • Het maken van 5 lessen a.d.h.v. thema’s (muziek, materiaal etc.) uitgaande van de ontwikkelingsdoelen dansante vorming. • Het geven van 2 lessen dansexpressie in je eigen stageklas. • Het uitvoeren van een les dansexpressie naar specialisatie met eigen klas. Evaluatie • Voldoende voor boekje ’ mi mesun lesnan di baile’ met 5 lesvoorbereidingen met gebruik van thema’s, mentorevaluatie van 2 lessen DV in de praktijk, allact model van de 2 gegeven lessen. • Twee lessen dansexpressie in de praktijk met beoordeling mentor en allact • Zelfreflectie met leerpunten in 2 A-4 adhv bijgehouden logboek Linkage • Praktijk: Twee volledige lessen dansexpressie worden in de praktijk gegeven met beoordeling van de mentor en een allact evaluatie. • Specialisatie: Naar eigen specialisatie(4-8/6-12) worden vijf lessen Dansexpressie gemaakt. • Thema: Vijf lessen dansexpressie met nieuwe thema’s rekening houdend met de belevingswereld , actualiteit en interessewereld van de leerling. • Sova: Samenwerken tijdens de contact uren en niet contact uur opdrachten in een groep (3-5 studenten), rekening houden met de sova vaardigheden waaronder, zelfinitiatief nemen, eigen inbreng, zelfevaluatie en procesevaluatie van de groep. IPA modulegids 2008-2009
318
• •
Arte: Bewust gebruik maken, waar nodig, van de vaardigheden van eerdere modules Beeldende Vorming, Muziek, Drama en Dansante Vorming bij het maken en uitvoeren van de lessen dansexpressie. IF: Hoe bewust ga je met de eigen Arubaanse cultuur om rekening houdend met de huidige wereldcultuur (multicult) bij het kiezen van je thema’s.
IPA modulegids 2008-2009
319
Beeldende Vorming Modulo: Periodo: Specialisacion: Docente:
“Programacion tematico di Arte Visual” III.1 4-8/6-12 Stan Kuiperi
Peso di estudio: Ora di estudio: Encuentronan: Tareanan semanal: Evaluacion:
1 punto 40 ora (7 encuentro) - 7 x 1,5 = 10,5 - 7 x 4 = 28 = 1,5
Introduccion Na final di e programa total di Arte Visual ta necesario pa e studiante por compila tur loke ela siña durante su añanan di formacion como maestro riba e tereno aki. Ta importante pa pone henter e programa den un cuadro integra, pa asina e haña un sentido holistico pa e futuro maestro nobo. E modulo IV-2 ta un sintesis di e experiencia y habilidadnan creativo-didactico desaroya pa e alumno. Durante e periodo aki lo guia e alumno den creacion di un liña di siña basico pa Enseñansa Primario pa e materia Arte Visual. Situacion inicial E studiante, pa medio di e modulonan I-2, I-4, II-1 y II-3, ta na altura di e funcion, contenido y metanan di e materia Arte Visual pa e specialisacionnan 4-8 y 6-12. E modulo aki anteriormente tabata un modulo den di tres aña. Restructuracion di modulonan a causa cu den di tres aña no tin ningun modulo di arte visual, loke ta forma un kiebra den e desaroyo di e studiante. Contenido E modulo aki lo construi liñanan general pa crea un programa tematico pa educacion di arte visual pa tur e aña y edadnan di enseñansa primario (grupo 1 te cu 8) na Aruba, incluyendo: - material y tecnicanan - tareanan relevante IPA modulegids 2008-2009
320
- dimensionnan di desaroyo humano (Priepeb) - competencianan pa Arte (Priepeb) - linkage tematico cu otro areanan y materianan E resultadonan lo mester ta apto pa reproduccion y distribucion den enseñansa primario. Linkage E modulo aki lo tin un linkage cu e puntonan di salida di Priepeb y e “dimensionnan di desaroyo humano” y e competencianan specifico pa Arte, segun delinea den e documento “Educacion di Arte: Curriculo pa Enseñansa Primario Arubano” (Priepeb). Tambe ta tene cuenta cu e rekisitonan di entrada pa e Ciclo Basico I, relaciona cu e materia CKV segun delinea pa SHA. Linkage cu practica Practica ta forma e base pa e contenido di e modulo aki. For di observacionnan den practica e studiante ta siña tocante e realidad di e curiculonan di arte visual den enseñansa primario. E studiante ta mira cua gruponan ta haña cua lesnan, incluyendo structura, tematica, material, tecnica, metanan, etc. De facto, e falta di curiculonan pa e materia aki den enseñansa, y e efecto dañino di esaki pa e desaroyo di e generacionnan escolar, lo ta e les mas importante cu e studiante di IPA lo siña. E experiencia aki ta forma e base pa traha na e contenido di modulo IV-1. Metanan Metanan di conosemento Na final di e modulo e studiante: 1. sa cu un structura curicular ta necesario pa duna arte visual cu rendimento optimal pa e alumno 2. sa con pa crea un structura curicular den teamwork 3. sa cua ta e contenidonan prioritario (segun necesididad di e alumno Metanan di habilidad Creativo Na final di e modulo e studiante: 1. por structura un contenido curicular cu tema, material, tecnica y formanan di traha creativo na beneficio di desaroyo di habilidadnan creativo di e alumno
IPA modulegids 2008-2009
321
Tecnico 2. por structura contenido di un curiculo di Arte visual pa Enseñansa Primario na un manera corecto y efectivo 3. por compila y structura e material di tal forma cu e ta apto pa reproduccion y uso general den enseñansa primario. Reflectivo 4. por refleha tocante tur aspectonan general y specifico di e curiculo pa evalua y adapta esaki unda cu mester. Metanan di actitud Na final di e modulo e studiante: 11. Ta dispuesto pa considera positivamente e funcion personal y social di arte y di educacion di arte 12. Ta dispuesto pa haña y duna educacion di arte na manera positivo y optimal. 13. Ta realisa y ta sostene e necesidad pa structuracion di educacion di Arte conhuntamente den ekiponan di scol. 14. Ta dispuesto pa comparti resultadonan di su trabou cu enseñansa en general.
Tareanan pa practica Den practica e studiante ta observa, investiga y registra curiculo of programanan di arte visual den enseñansa primario. E por conduci e investigacion sea den su grupo of den henter e scol. Den caso cu falta un curiculo/programa, e studiante, a base di entrevista, ta traha un compilacion di locual ta ofrese e alumnonan durante un aña den nan grupo specifico. Ta presenta e resultado di esaki durante un encuentro clasical. Formanan di traha - Recapitulacion di e programa total di Arte visual di IPA - Tratamento clasical di e contenido - Diferenciacion entre 4-8 / 6-12 - Planeamento y trahamento den subgruponan - Observacion y investigacion den practica - Estudio di literatura - Compilacion y presentacion di e programanan tematico
IPA modulegids 2008-2009
322
Evaluacion - 80% di atendencia - Trahamento den subgruponan na nivel satisfactorio - Presentacion di resultadonan na nivel satisfactorio Literatura - Schasfoort, Ben, 1999. “Beeldonderwijs en Didactiek”, W-Noordhoff , Ned. - Priepeb, 2002. “Educacion di Arte: Curiculo pa Enseñansa Primario Arubano” - SHA , 2003. “Articultura” Curiculo di CKV pa Ciclo Basico I Literatura diverso.
IPA modulegids 2008-2009
323
Estudio Social 4-8 (inhaalmodule II.4) Module Roots to grow, Aruba in de 20e eeuw Evt subtitel / onderdeel : De wortels van de multi-culturele samenleving Periode (jaar/blok) : III-1 Specialisatie : 4-8 Docent(en) : Luc Alofs Studiebelasting (1 stp= 40 u) : 40 uur Urenverantwoording : - aantal colleges / begeleidingsuren 10.5 uur - literatuurstudie 75 p. 10 uur - opdrachten familiedossier 10 uur - voorbereiding en schriftelijke toets 5 uur Inleiding Het aankweken van kennis en inzicht in het multiculturele karakter van de Arubaanse samenleving is een van de speerpunten van het IPA. Diversiteit is de realiteit in ons onderwijs. Het is van belang dat aanstaande leerkrachten kennis nemen van feiten en visies op de multiculturele samenleving en kennis nemen van de beroepshouding en welke vaardigheden van de moderne leerkracht worden verwacht. Beginstituatie Leerinhouden Aan het einde van de module 1. De economische, demografische, politieke en culturele ontwikkelingen op Aruba na de komst van de olie-industrie te beschrijven vanuit een multicultureel perspectief. 2. De cursist is in staat om de eigen familiegeschiedenis in verband te brengen met de algemene geschiedenis van Aruba. • Linkage (aansluiting met andere modules binnen en buiten het vakgebied) In leerjaar 1 hebben de studenten de toeleverende vakken Aardrijkskunde en Geschiedenis van het vormingsgebied Hende i Comunidad gehad. In deze module slaan we een brug naar het onderdeel maatschappijleer/sociologie. De cursist verdiept zich in de multiculturele samenleving op Aruba. In de vervolgmodule ES-III.2 ‘Aruba 2025’ bekijken naar de ontwikkelingen op het multi-culturele Aruba in de huidige tijd en onze toekomstwensen- en verwachtingen voor IPA modulegids 2008-2009 324
het jaar 2025. Het thema multi-cultureel onderwijs wordt verder uitgediept tijdens de Integratieve Fase in het derde jaar. • Praktijklink (aansluiting met de praktijk) Het betreft hier geen vakdidactische module. In de Integratieve Fase werken de studenten de vaardigheden van de intercultureel bekwame leerkracht uit in de praktische vorming. Leerdoelen Kennisdoelen 1. De student kan de historische, economische, demografische en culturele achtergrond van de multiculturele samenleving op Aruba aangeven. 2. De student is in staat om de in de cursus behandelde basisbegrippen uit te leggen en toe te passen op de actuele multiculturele Arubaanse samenleving en in de multiculturele school. Vaardigheidsdoelen 1. De student is in staat vraagstukken rond de multiculturele samenleving te benaderen vanuit de rol als leerkracht en ‘social agent’. 2. De student is in staat om de eigen familiegeschiedenis te verbinden aan de ruimere ontwikkelingen op Aruba door middel van het doen van interviews en andere eenvoudige vormen van onderzoek. 3. De studenten zijn in staat de methode van cultural-mapping toe te passen. Houdingsdoelen 1. De cursist neemt de multiculturele samenleving en klas als uitgangspunt zijn/haar toekomstig onderwijzerschap. 2. De cursist verplaatst zich in de sociale-, culturele en linguïstische achtergrond van de individuele leerling, ongeacht zijn/haar geografische of culturele herkomst. Praktijkopdrachten Het betreft hier geen vakdidactische, maar een algemeen vormende module. Werkvormen In de lessen worden cultuur-historische benaderingen van de multiculturele samenleving afgewisseld met praktische opdrachten en video-lessen. De studenten werken aan een persoonlijk dossier en een cultuur-historische kaart volgens de methode van het ‘cultural mapping’. Literatuurstudie vindt plaats aan de hand van een leeswijzer. Tijdens de bijeenkomsten worden verschillende vormen van samenwerkend leren gebruikt. Evaluatie • 80 procent aanwezigheid bij en deelname aan de colleges, • voldoende bijdrage aan de deelopdrachten en het persoonlijk dossier, • voldoende beoordeling van het tentamen. IPA modulegids 2008-2009
325
Literatuur • Alofs, L. en L. Merkies, ‘Ken ta Arubiano: sociale integratie en natievorming, 1924-2000’, 2001, Oranjestad, Van Dorp / De Wit Stores (geselecteerde hoofdstukken). Opzet per bijeenkomst (onder voorbehoud) 1 Stamboomonderzoek 2 KtA hfst 4.1-4.5 3 Video + interviewopdracht Cultural Mapping 1 4 Werkcollege: KtA Hfst 6 5 Video Cultural Mapping 2 6 Werkcollege: KtA hfst 8.2-8.5 (15) 7 Werkcollege KtA hfst 9.1.1, 9.1.2, 9.2-9.5 8 Cultural Mapping 3
IPA modulegids 2008-2009
(19 p.) (15 p.) (19 p) (20 p.)
326
Estudio Social 6-12 Module : Vakdidactiek – Activerend lesgeven Periode : III.1 Specialisatie : 6-12 Docent : Sergio Tromp Studiebelasting : 1 stp = 40 uur (1,5 ECTS) Urenverantwoording : aantal colleges/begeleidingsuren voorbereiding voor bijeenkomsten (huiswerk e.d.) voorbereiding voor evaluatie evaluatie (eindopdrachten, tentamen, presentatie)
10,5 uur 10,0 uur 18,0 uur 1,5 uur
Inleiding De module Activerend Lesgeven is een onderdeel van de beroepsgerichte fase en sluit aan bij de module vakdidactiek van het afgelopen studiejaar. Tijdens deze module komen enkele elementen van de vakdidactiek aan de orde. Na wat groepswerkoefeningen volgens de methode Denken, Delen en Uitwisselen worden de vaardigheden “zelfstandig werken” en “activerend lesgeven” geïntroduceerd. Bij het zelfstandig werken wordt met een thema gewerkt. In deze module is voor het thema Ons Paspoort gekozen. Beginsituatie Tijdens verschillende modules zijn door de vakdocenten gebruik gemaakt van activerende werkvormen. De student zelf heeft echter weinig kennis van de theorie van activerend lesgeven. Dit geldt ook voor de eigen vaardigheid met betrekking tot activerend lesgeven en activerende werkvormen. Leerinhouden • Linkage. Deze module, Activerend Lesgeven, sluit aan bij de module vakdidactiek van blok II.4. Terwijl in blok II.4 via een globaal thema naar de wereld als geheel werd gekeken, wordt in deze module met Arubaans specifieke thema’s gewerkt.. • Praktijklink. Het thema en het materiaal dat moet worden ontwikkeld zijn bedoeld voor de vijfde en zesde klassen van het basisonderwijs en sluiten goed IPA modulegids 2008-2009
327
aan bij de schoolstages van de studenten die in deze periode voor de vijfde of zesde klas komen te staan. Leerdoelen Kennisdoelen: • De studenten hebben kennis van activerend lesgeven. • De studenten kennen het model van zelfstandig werken en de erbij horende theorie. • De studenten kennen de vijf verschillende stappen binnen het model van zelfstandig weken. • De studenten hebben inzicht in de relatie tussen beginsituatie, doelen, inhouden en evaluatie. Vaardigheidsdoelen: • De studenten kunnen de inhoud van een thema kort omschijven. • De studenten kunnen aan de omgeving gerelateerde thema’s vertalen naar lesmateriaal. • De studenten kunnen zelfstandig een lesplan vervaardigen. • De studenten kunnen het model van zelfstandig werken in de praktijk uitvoeren. • De studenten kunnen het principe van omgevingsonderwijs als uitgangspunt binnen Estudio Social hanteren. • De studenten kunnen, uitgaande van een thema, hoofddoelen en specifieke doelen te formuleren. • De studenten kunnen de opgedane kennis en vaardigheden vertalen naar nieuwe thema’s en lessituaties. • De studenten kunnen product en proces evaluatie uitvoeren. Houdingsdoelen: • De studenten zien het belang in van activerend lesgeven. • De studenten zien het belang in van het model van zelfstandig werken. Praktijkopdrachten Geen praktijkopdrachten. Wel zijn de studenten vrij om de thema’s en materialen die in deze module zijn ontwikkeld in de praktijk uit te voeren. Werkvormen Voor het theoretisch gedeelte wordt er individueel gewerkt en voor het praktisch gedeelte in groepjes van drie studenten. Er zullen zowel instructie- als interactie- en/of opdrachtenvorm als didactische werkvormen worden toegepast tijdens de lessen. IPA modulegids 2008-2009
328
Evaluatie - 80% aanwezigheid - voldoende beoordeling voor ingeleverde deelopdrachten (gemiddeld 5,5) - voldoende beoordeling van de eindopdracht (minimaal 5,5) Bij het bepalen van het eindcijfer telt de eindopdracht voor 75% mee en tellen de deelopdrachten, dat is het gemiddelde cijfer voor alle deelopdrachten, voor 25% mee.
Literatuur Delen uit: - Ebbens, S., S. Ettekoven, J. van Rooijen (1997). Samenwerkend leren – Praktijkboek. Groningen: Wolters-Noordhoff - Geerligs, T. en T. van der Veen (1996). Lesgeven en zelfstandig leren. Van Gorcum
IPA modulegids 2008-2009
329
Movecion y Salud Module Periode Specialisatie Docenten Studiebelasting Urenverantwoording - aantal colleges - reanimatie cursus - oefenen (praktijk) - tentamen (schriftelijk en praktijk) - literatuur
: EHBO : III.1 : 4-8 en 6-12 : Peter Simon en Karim Perez :1 stp 10½ uur 4 uur 6 uur 2 uur 17½
Inleiding In deze module krijgen de studenten de gelegenheid om kennis te maken met het E.H.B.O. waarbij zij een aantal ongevallen kunnen herkennen en behandelen. Beginsituatie De studenten hebben weinig kennis over E.H.B.O. Leerinhouden • Het menselijk lichaam (de ademhaling, het bewust zijn en de circulatie) • Vormen van stoornissen (flauwte,bewusteloos,shock en epilepsie) • Bloedingen • Brandwonden (eerste, tweede en derde graads) • Botbreuken, verstuikingen en ontwrichtingen Leerdoelen Kennisdoelen • De student heeft kennis van het menselijk lichaam (de ademhaling, het bewust zijn en de circulatie) • De student heeft kennis van stoornissen (flauwte,bewusteloos,shock en epilepsie) IPA modulegids 2008-2009
330
• • •
De student herkent de twee verschillende soorten bloedingen(slagaderlijke en veneuze bloeding) De student heeft kennis over brandwonden (eerste, tweede en derde graads) De student herkent de verschillende vormen van botbreuken, verstuikingen en ontwrichtingen
Vaardigheidsdoelen • De student kan verschillende verbanden aanleggen zoals dekverband, wonddrukverband en druk verband • De student kan de hartmassage bij een baby, kind en volwassen toepassen (CPR) • De student kan bij een ongeval verschillende stoornissen behandelen
Houdingsdoelen • De student ontwikkeld de nodige zelfvertrouwen voor het vak • De student ontwikkeld een positief instelling ten opzicht van E.H.B.O.
Evaluatie Om deze module te kunnen behalen dient de student aan de volgende criteria te voldoen • 80 % aanwezigheid • Praktijk test (drie gevallen) • Theorie tentamen • Zowel theorie als praktijk moeten gelijk of groter zijn dan 5.5 Materiaal • Steriel gaasje(10 stuks) • 1x snelverband nummer 1 • 1x elastische hydrofiel verband 4 cm • 1x elastische hydrofiel verband 6 cm • 1x elastische hydrofiel verband 8 cm • 1x cambric windsel 8 cm • 1 zakje witte hydrofiel watten • 1x rol/zakje vette watten (synthetische watten) 8 cm • 1x rol tape 4 cm • 1x mitella (3 kantendoek) • 3 veiligheidsspelden en 4 verbandklemmetjes • 1x verbandschaar De studente moet de verbandspullen elke les meenemen!!!!!!! IPA modulegids 2008-2009
331
Literatuur • Oranje kruis boekje, 2003 24 ste druk, Utrecht/Zuthpen, Thieme Meulenhoff
IPA modulegids 2008-2009
332
Rekenen en Wiskunde 4-8 Module : Op jou kan ik rekenen Periode : III.1 en III.2 Specialisatie : 4-8 Docent : Merviné Kock Studiepunt :2 2 studiepunt = 80 uur Contactuur: 14 bijeenkomsten van 1.5 21 Bestuderen van literatuur: 46 Uitwerken lesopdracht: 3 Eindopdracht: 10
Clausule: II.3 module voldoende/ Stage II.3 & II.4 voldoende Inleiding Deze 2 blokken is een integratie van rekenen en orthopedagogiek. Gedurende het rekenproces heb je leerlingen die uitvallen en achterblijven door verschillende oorzaken. Hier is waar orthopedagogiek om de hoek komt kijken om de hiaten binnen het proces te verhelpen via een speciale aanpak die op het kind geschreven wordt. M.a.w. elk kind heeft behoefte aan een eigen aanpak qua materiaal, tempo, leerstof niveau enz. Om dit te kunnen moet de leerkracht diagnostisch onderwijzen en moet in bezit zijn van de nodige “tools” en de vaardigheden om het probleem te signaleren en te “willen” remediëren, m.a.w. zorg op maat. Het kind kunnen en willen helpen op zijn/haar niveau en met het nodige ondersteunde materiaal en leerstof. Om de bovengenoemde uit te kunnen voeren moet de leerkracht de volgende kennis, vaardigheden en de juiste houding bezitten: 1. Het rekenproces beheersen: vanaf de kleuter tot eind 6-deklas 2. Op de hoogte zijn van verschillende rekenmethoden met elk hun leerlijnen binnen de verschillende domeinen zodat binnen die domeinen de methoden elkaar kunnen aanvullen. 3. Beginsituatie van het kind op maat bepalen. 4. Verschillende soorten doelen kunnen formuleren 5. De nodige kennis bezitten en de juiste houding om een handelingsplan op te stellen, uitvoeren, evalueren en bijstellen.
IPA modulegids 2008-2009
333
6. Kennis hebben van verschillende soorten handelingsplannen en die toepassen bij het vak rekenen, rekening houdend met het individuele kind met zijn/haar capaciteiten. Rekenen wordt pragmatisch aangeboden. Dit houdt in het leerjaar waar de stagiaires stagelopen, de leerstof van dat leerjaar aangeboden wordt. Sinds een paar jaar zijn enkele scholen begonnen met nieuwe rekenmethoden zoals Pluspunt, Rekenrijk, De wereld in getallen, Wis en Reken en Alles telt. Dit betekent dat wij op het IPA hier rekening moeten houden en de didactiek van al deze methoden moeten aanbieden. Eén ding staat vast en dat is het rekenproces met de rekenvoorwaarden. De rekenvoorwaarden die aangeboden worden in het kleuteronderwijs gelden voor alle rekenmethoden die gebruikt worden vanaf klas 1 of groep 3. Alle rekenmethoden werken naar het uniforme rekenproces maar via verschillende leerlijnen. Uiteindelijk monden ze allemaal uit bij dezelfde einddoelen van klas 6. Tijdens deze colleges worden de leerlijnen en hun didactiek van klas 1 & 2 behandeld zover al deze methoden aanwezig zijn op het IPA. Accent in deze module is leerstof en didactiek van de verschillende methoden van klas 1 en 2. En het opstellen van een handelingsplan voor leerlingen met rekenproblemen. Via een handelingsplan kan een leerling individueel geholpen worden (hulp op maat). Linkage Tijdens de IP-lessen wordt gewerkt aan gehele lesgeven van rekenen(lesplaning en uitvoering). Module 1.1, 1.2, 1.3., 1.4. Module 2.2, 2.3 Praktijklink Ze lopen stage in klas 1 & 2, de leerstof van klas 1& 2 wordt uitgebreid behandeld: 1. het rekenproces vanaf het kleuteronderwijs tot en met klas 6 2. de rekenproblemen die voorkomen in het proces in klas1 & 2 3. Handelingsplan maken voor een kind met een rekenprobleem binnen deze leerjaren.
Beginsituatie Studenten hebben in leerjaar 2 blok 1 het overzicht van de rekenlijn vanaf de het kleuteronderwijs. IPA modulegids 2008-2009
334
Er wordt aandacht besteed aan de leerlijnen, leerstofbeheersing per leerjaar, doelen en de didactiek die gehanteerd dienen te worden. De rekengebieden klas 1 & 2 . Blok 2.3 wordt differentiatie als werkvorm binnen rekenen aangeboden zowel theorie als in de praktijk. Op deze basis gaat ik verder met zowel didactiek van verschillende methoden, hantering van verschillende materialen, signaleren en remediëren van rekenproblemen en het lesontwerp.
Doelen Kennisdoelen De student heeft kennis van de verschillende nieuwe realistische methoden die op de scholen gebruikt worden De student heeft kennis van verschillend materialen die het rekenproces ondersteunen De student heeft kennis van het rekenproces en van de leerlijnen van de verschillen rekenmethoden die op de Arubaanse basisscholen worden gebruikt. Vaardigheidsdoelen De student kan een volledige les ontwerpen voor klas 1 & 2 de student is in staat om realistisch reken te vertalen in basisontwikkeling De student heeft kennis van differentiatievormen en kan deze toepassen Student heeft kennis van de modellen om een handelingsplan te kunnen opstellen. Houdingsdoelen De student is in staat een handelingsplan uit te voeren De student kan de toets afnemen en het resultaat analyseren De student kan via foutenanalyse bepalen wat het rekenprobleem is bij het kind en kan overwegen of een handelingsplan voor dit kind opgesteld moet worden.
Inhoud
Domeinen klas 1 & 2 Lesontwerp klas 1 & 2 Didactiek van de nieuwe methoden Pluspunt, Alles telt, Wis en reken, De wereld in getallen, Rekenrijk en Maatwerk (aanvullende rekenmethode voor klas 2) Realistisch rekenen in basisontwikkeling IPA modulegids 2008-2009
335
Rekenproblemen in klas 1 & 2 Signaleren/remediëren en aanpak van rekenproblemen in klas 1 & 2 Handelingsplan opstellen, uitvoeren en bijstellen Differentiatievormen.
Werkvormen: • Directe instructie en interactie instructie • Werkcolleges Evaluatie Schriftelijke tentamen: bestaat uit 2 delen, a. Rekenvaardigheid b. Opstellen van een handelingsplan c. Allebei onderdelen dienen met een voldoende te worden afgesloten om de studiepunt bewijs te verkrijgen 80% aanwezigheid Literatuur Gofree, Fred, (1992). Wiskunde & didactiek 1. Groningen:Wolters-Noordhoff Gofree, Fred, (1992). Wiskunde & didactiek 2. Groningen:Wolters-Noordhoff Huitema, Sjoerd e.d. (2003). De wereld in getallen (rekenmethode). ’s-Hertogenbosch: Malmberg Groen, Jan e.d. (2001) Pluspunt (rekenmethode). ’s-Hertogenbosch: Malmberg Bergmans, Carlijn e.a.(2001).Wis en rekenen. Baarn:Bekadidact Erp, v. Jos (1996). Rekenproblemen voorkomen. Een grondslag voor de rekendidactiek. Groningen: Wolters-Noordhoff Fijma, Niko (1998). Op jou kan ik rekenen.Assen: Van Gorum
IPA modulegids 2008-2009
336
Rekenen en Wiskunde 6-12 Module Periode Specialisatie Docent Studiepunt Contactuur Bestuderen van literatuur Uitwerken lesopdracht Eindopdracht
: Breuken/Procenten/decimale getallen en handelingsplan :III.1 en III.2 : 6-12 : Merviné Kock : 2 = 80 uur : 14 bijeenkomsten van 1.5 21 : 46 : 3 : 10
Clausule: II.3 module voldoende/ Stage II.3 & II.4 voldoende Inleiding Blok 3.1 & 3.2 is een integratie van rekenen en orthopedagogiek. Gedurende het rekenproces heb je leerlingen die uitvallen en achterblijven door verschillende oorzaken. Hier is waar orthopedagogiekom de hoek komt kijken om de hiaten binnen het proces te verhelpen via een speciale aanpak die op het kind geschreven is. M.a.w. elk kind heeft behoefte aan een eigen aanpak qua materiaal, tempo, leerstof enz. Om dit te kunnen moet de leerkracht diagnostisch onderwijzen en moet in bezit zijn van de nodige “tools” en de vaardigheden om het probleem te signaleren en te “willen” remediëren, m.a.w. zorg op maat. Het kind kunnen en willen helpen op zijn/haar niveau en met het nodige ondersteunde materiaal en leerstof. Om de bovengenoemde uit te kunnen voeren moet de leerkracht de volgende kennis, vaardigheden en de juiste houding bezitten: 7. Het rekenproces beheersen: vanaf de kleuter tot eind 6-de klas 8. Op de hoogte zijn van verschillende rekenmethoden met elk hun leerlijnen binnen de verschillende domeinen zodat binnen de domeinen de methoden elkaar kunnen aanvullen. 9. Beginsituatie van het kind op maat bepalen. 10. Verschillende soorten doelen kunnen formuleren per leerling 11. De nodige kennis bezitten en de juiste houding om een handelingsplan op te stellen, uitvoeren, evalueren en bijstellen. IPA modulegids 2008-2009
337
12. Kennis hebben van verschillende soorten handelingsplannen en die toepassen bij het vak rekenen, rekening houdend met individuele capaciteiten. In deze 2 blokken lopen de studenten stage in klas (4) 2, 5 en 6 en tegelijkertijd wordt ook deze stof aangeboden, onderbouwt met praktische voorbeelden uit het veld via video opnames. Er worden verschillende oplossingsstrategieën per domein uitgelegd en geoefend vanuit verschillende methoden, hantering van verschillende materialen enz. Er wordt gewerkt aan eigenvaardigheid, didactisch en orthodidactische vaardigheden die nodig zijn om de bovenbouwstof over te dragen, verdieping van differentiatie, handelingsplan kunnen opstellen en bijstellen indien nodig voor de individuele leerling en/of groep, toetsconstructie. Differentiatie krijgt de nodige verdieping om de zwakke leerlingen tegemoet te komen, “zorg op Maat” en als het kan of moet, via een groephandelingsplan of een individueel handelingsplan. Linkage Tijdens de IP-lessen wordt gewerkt aan gehele lesgeven van rekenen (lesplaning en uitvoering). Module 1.1, 1.2, 1.3. ,1.4, 2.3 Praktijklinkage Ze lopen stage in klas (4) 5 & 6, de leerstof van klas 5 & 6 wordt uitgebreid behandeld: 4. het rekenproces vanaf het kleuteronderwijs tot en met klas 6 5. de rekenproblemen die voorkomen in het proces in klas 5 & 6 6. Handelingsplan maken voor een kind met een rekenprobleem binnen deze domeinen Beginsituatie Leerjaar 2 hebben de studenten in blok 2.2 middenbouwstof klas 3 & 4 aangeboden gekregen met de nodig didactiek vanuit verschillende methoden en in blok 2.3 differentiatie. Tevens lopen stage in klas 3 & 4. In dit blok is ook aandacht besteed aan het lesontwerp. In blok 2.3 wordt de differentiatie werkvorm behandeld zowel theorie als praktijk. In leerjaar 3 lopen ze stage in klas 5 & 6. De leerstof van klas 5 & 6 wordt in deze module aangeboden wat heel mooi aansluit op het voorgaande module die de leerstof van klas 3 & 4 aanbood. Hierdoor ontstaat een continue lijn voor wat betreft de domeinen binnen het rekenproces. In dit blok wordt accent gelegd op het signaleren van rekenproblemen in klas 5 & 6 en het kunnen remediëren via een handelingsplan. 2
Studenten lopen stage in klas 4 op moment dat er geen stageplaatsen beschikbaar zijn in klas 5 & 6. Leerstof klas 3 & 4 zijn behandeld in blok II.2.
IPA modulegids 2008-2009
338
Doelen Kennisdoelen: De studenten hebben kennis van rekenproces en rekenhandelingen v.w.b. onderdelen breuken, verhoudingen, procenten en decimale getallen. De studenten zijn op de hoogte van de problemen die kunnen ontstaan bij breuken/ procenten/verhoudingen/decimale getallen. De student heeft kennis van verschillende handelingsplannen De student heeft kennis van verschillende differentiatievormen De studenten hebben kennis van orthodidactiek van rekenen Vaardigheidsdoelen: De studenten kunnen rekenproblemen signaleren, diagnosticeren en begeleiden. De studenten kunnen een handelingsplan voor rekenen opstellen De studenten kunnen toetsen ontwikkelen. De studenten kunnen foutenanalyse maken. De studenten hebben inzicht en kennis in differentiëren. Houdingsdoelen: De studenten kunnen leerlingen rekenproblemen begeleiden. De student is in staat een handelingsplan uit te voeren De student kan de toets afnemen en het resultaat analyseren De student kan via foutenanalyse bepalen wat het rekenprobleem is bij het kind en kan overwegen of een handelingsplan voor dit kind opgesteld moet worden. Inhoud
Breuken/procenten/verhoudingen/decimale getallen (theorie) Breuken/procenten/verhoudingen/decimale getallen in het basisonderwijs (praktijk) Bouwstenen van het breukbegrip Orthodidactiek van het rekenonderwijs klas 5 & 6 Differentiëren Diagnosticeren en remediëren Handelingsplan opstellen Begeleiden van leerlingen met rekenproblemen via de opgestelde handelingsplan Toetsconstructie & analyse Hanteren van differentiatievormen in klas 5 & 6
Werkvormen Werkcolleges Discussievorm IPA modulegids 2008-2009
339
Directe instructie Interactieve instructie
Evaluatie Schriftelijke tentamen: 2 delen d. Rekenvaardigheid e. Opstellen van een handelingsplan 80% aanwezigheid
Literatuur Gofree, Fred, (1992). Wiskunde & didactiek 1. Groningen:Wolters-Noordhoff Gofree, Fred, (1992). Wiskunde & didactiek 2. Groningen:Wolters-Noordhoff Huitema, Sjoerd e.d. (2003). De wereld in getallen (rekenmethode). ’s-Hertogenbosch: Malmberg Groen, Jan e.d. (2001) Pluspunt (rekenmethode). ’s-Hertogenbosch: Malmberg Bergmans, Carlijn e.a.(2001).Wis en rekenen. Baarn:Bekadidact Erp, v. Jos (1996). Rekenproblemen voorkomen. Een grondslag voor de rekendidactiek. Groningen: Wolters-Noordhoff
IPA modulegids 2008-2009
340
Studiejaar 3 - blok 2 Vak Onderwijskunde Onderwijskunde Onderwijskunde Onderwijskunde Talen
Spec. Beide Beide Beide Beide Beide
Module naam Onderwijs en onderzoek Schoolwerkplan en schoolgids Het Arubaans onderwijssysteem Verdieping Klassenmanagement Familiarisatie
docent EU / AR YA FE HT LM
pag 342 345 348 352 353
Papiamento
Beide
Papiamento como di dos idioma
GG
357
Hende y comunidad
4-8
AL
360
Muziek
Beide
PR
363
Drama
Beide
LN
369
Spiritualidad
Beide
A house to live in: Aruba in de 21ste eeuw Muziek-culturele ontwikkeling op Aruba Didactica y trahamento di un presentacion Vieren met kinderen
MR
373
Rekenen & Wiskunde
4–8
Op jou kan ik rekenen
KO
333
Rekenen & Wiskunde
6 - 12
Breuken/ procenten/ decimale getallen en handelingsplan
KO
337
IPA modulegids 2008-2009
341
Onderwijskunde Module : Onderwijs en Onderzoek 1 : Pedagogiek Onderdeel Docenten : Earl Euson en Maya Artist Blok : 3.2 Specialisatie : 4-8 en 6-12 Aandeel : ca. 7 bijeenkomsten Studiebelasting :1 punt (= 40 uur): 10 uur bijeenkomsten (hoorcolleges, begeleidingsuren e.d.) 15 uur voorbereiding bijeenkomsten (huiswerk e.d.) 15 uur voorbereiding evaluatie (eindopdrachten, tentamens e.d.) Inleiding “Onderwijs en Onderzoek 1” is een module die studenten voorbereidt op de Intergratieve Fase (IF) in klas 3 en op de afstudeerfase in klas 4 (c.q. Sociaal Project en Afstudeerproject). In klas 4 (blok 4.1) vindt een herhaling en verdieping plaats van deze module (Onderwijs en onderzoek 2). Dit is nodig om studenten nog verder voor te bereiden op het Sociaal Project en het Afstudeer Project. Met name bij het Afstudeerproject zal onderzoek een centrale rol spelen. Onderzoekskennis en onderzoeksvaardigheden zijn ook van belang voor de latere beroepsuitoefening. Om zich verder te professionaliseren moeten leerkrachten voortdurend reflecteren op hun handelen en denken in de onderwijscontext. Bij dit proces van reflecteren speelt een onderzoekende houding en onderzoeksvaardigheden een belangrijke rol. Studenten zullen tijdens deze module kennis nemen van basisbegrippen en concepties m.b.t. sociaal wetenschappelijk onderzoek. Verder zullen de studenten tijdens de modules eenvoudige onderzoeken uitvoeren. Tenslotte zal aandacht besteed worden aan het maken van een onderzoeksplan. Leerinhouden: - Wat is onderzoek en typen onderzoek - Emperische cyclus en fasen van onderzoek - Betrouwbaarheid en validiteit - Variabelen en de relaties tussen variabelen - Dataverzameling en meetniveau’s - Dataverwerking en data-analyse IPA modulegids 2008-2009
342
Linkage (theorie): - IP (1.1 t / m 1.4) - IF (3.2 t / m 3.4) - SPR en ASP (4.1 t / m 4.4)
Linkage (praktijk): - IF: studenten zullen tijdesn de IF gebruik maken van verschillende onderzoekstechnieken i.v.m. verschillende IF-opdrachten (in het buitenland en tijdens de stage) - OAS / ASP: studenten worden (alvast) voorbereid op verschillende eisen van het afstudeerjaar, waarbij onderzoek een rol zal spelen. - IP / SP (leerjaar1): gedurende deze blokken hebben studenten steeds portretten moeten maken van verschillende aspecten van de onderwijspraktijk, waarbij gebruik werd gemaakt van verschillende eenvoudige onderzoekstechnieken. Beginsituatie Studenten hebben tot dusver geen modules gevolgd waar speciaal aandacht werd besteed aan het doen van sociaal- wetenschappelijk onderzoek. Wel hebben studenten bij verschillende voorafgaande IP-modules vragen- en observatielijsten moeten maken i.v.m. bepaalde portretopdrachten tijdens de stage. Kennisdoelen • Studenten zijn instaat om met eigen woorden aan te geven met wat onderzoek wordt bedoeld. • Studenten zijn instaat om het belang van onderzoek voor het onderwijs aan te geven met een concreet onderwijsvoorbeeld. • Studenten zijn in staat om de vijf fasen, waaruit een goed onderzoek is opgebouwd, aan te geven. • Studenten zijn in staat om n.a.v. een voorbeeld de empirische cyclus te beschrijven • Studenten zijn in staat om de voor- en nadelen van verschillende dataverzamelings methodes te noemen. Vaardigheidsdoelen • Studenten zij instaat om verschillende soorten probleemstellingen (beschrijvend, verklarend en ontwerpend) formuleren n.a.v. een pedagogisch-didactisch of vakgerichte onderwerp. • Studenten zijn in staat om n.a.v. een probleemstelling een dataverzamelingsmethoden te keizen en de keuze ervan te beargumenteren. IPA modulegids 2008-2009
343
• Studenten zijn in staat om, uitgaande van een pedagogisch-didactisch of een vakgerichte onderwerp, een onderzoeksplan maken. • Studenten zijn in staat om n.a.v. een probleemstelling, een éénvoudige vragenlijst te maken, die samengesteld is uit vragen van verschillende meetniveaus. • Studenten in staat om uitgaande van bepaalde theorieën en begrippen m.b.t. sociaal wetenschappelijk een eenvoudig onderzoek uit voeren. Houdingsdoelen • Studenten accepteren dat onderzoek over het algemeen belangrijk is voor het onderwijs. • Studenten laten de bereidheid zien om bepaalde pedagogisch-didactische problemen op een onderzoekende (of onderzoekstechnische) manier aan te pakken. • Studenten accepteren dat het noodzakelijk en belangrijk is om, alvorens met onderzoek te beginnen, een onderzoeksplan te maken. Werkvormen Tijdens de lessen worden over het algemeen de volgende didactische werkvormen gehanteerd: instructie-, interactie-, samenwerkingsvorm en /of opdrachtenvorm. Tijdens de college zullen abstracte theorieën en begrippen zoveel mogelijk worden geconcretiseerd d.m.v. voorbeelden vanuit de onderwijspraktijk.
Evaluatie 1. Groepsopdracht: een minionderzoek uitvoeren in relatie tot een zelfgekozen onderwerp m.b.t. het onderwijspraktijk 2. Schriftelijk (gesloten boek) tentamen 3. 80% aanwezigheid. Literatuur: Reader Onderwijs en onderzoek
IPA modulegids 2008-2009
344
Onderwijskunde Module Blok Vak Specialisatie Docenten Studiebelasting
: Schoolwerkplan en schoolgids : III.2 : Peda : Alle : Irayka Yanez : 1 punt = 40 uur Contacturen : 11 uur Eindopdracht : 8 uur Bestuderen literatuur : 15 uur Andere opdrachten : 6 uur
Inleiding Een aantal scholen voor basisonderwijs op Aruba beschikken over het document waarin zij o.a. aangeven wat hun visie op onderwijs en de Arubaanse samenleving is en waarin beschreven wordt welke vakken op school gegeven worden: we noemen dat het Schoolwerkplan. Daarnaast is er een document, de zgn. Schoolgids waarin de school voor de ouders uiteenzet waar de school voor staat en waarin allerlei gegevens zijn opgenomen die van belang zijn voor de ouders en hun schoolgaande kind. De vaststelling van beide documenten is het resultaat van overleg en teamwork. In dat overleg is er de gelegenheid voor leerkrachten hun mening en opvattingen over onderwijs en opvoeding naar voren te brengen en uiteindelijk tot een gezamenlijke visie te komen. In deze module zal ingegaan worden op het ontwikkelen van een Schoolwerkplan en een Schoolgids. Belangrijk daarbij is dat studenten ervaring opdoen met het werken in team en de vaardigheden die horen bij teamwork: kunnen overleggen over elkaars visies op onderwijs en samenleving, luisteren naar elkaar, compromissen sluiten, besluiten nemen met elkaar. Beginsituatie De student heeft niet of nauwelijks kennis van het gebied van Schoolwerkplanontwikkeling en Schoolgids. IPA modulegids 2008-2009
345
Leerinhouden Het Schoolwerkplan is bij uitstek het document waarin het team van de school aangeeft welke opvattingen zij heeft over het onderwijs en er kan uit afgeleid worden welke pedagogische doelen nagestreefd worden t.a.v. de ontwikkeling van elke individuele leerling. Een schoolteam ontwikkelt op basis van overleg en discussie met elkaar een pedagogische visie uit over hoe zij met leerlingen wil omgaan. Daarnaast komt in het Schoolwerkplan tot uitdrukking welke didactische organisatievormen van het onderwijs gehanteerd worden, welke doelen voor de afzonderlijke vakken er zijn en wat de onderlinge samenhang van de vakken er is. Het Schoolwerkplan is een document dat regelmatig aangepast wordt a.h.v. ontwikkelingen die zich in het onderwijs en de Arubaanse sameleving voordoen. Linkage Er vindt aansluiting plaats door: - relatie te leggen met de verschillende stagewerkplannen die in de voorafgaande blokken zijn gemaakt - relatie te leggen a.d.h.v verschillende groepsopdrachten waar studenten de vorige blokken aan hebben gewerkt - navraag te doen op eigen stageschool welke activiteiten al ontplooid zijn m.b.t. schoolgids en SWP Algemene doelen Aan het eind van de module: • Is de student zich bewust van het belang van de ontwikkeling van een Schoolwerkplan in de school. • Ziet de student het belang in van het samenwerken met collega’s in een schoolteam. Doelen Kennisdoelen: Aan het eind van de module: • Kan de student uitvoerig omschrijven wat een Schoolwerkplan en een Schoolgids zijn. • Kan de student uiteenzetten wat het belang is voor een school van de ontwikkeling van een Schoolwerkplan en een Schoolgids. • Kan de student uiteenzetten wat de relatie is van de eigen visie op onderwijs en samenleving, met Schoolwerkplanontwikkeling. • Kan de student uiteenzetten wat het belang van samenwerken in een schoolteam is i.v.m. de ontwikkeling van een Schoolwerkplan en Schoolgids. • Kan de student een aantal voorwaarden opnoemen om tot goede samenwerking te komen. IPA modulegids 2008-2009 346
Vaardigheidsdoelen: Aan het eind van de module: • Kan de student de eigen visie op onderwijs en samenleving schriftelijk uitwerken. • Beheerst de student vaardigheden i.v.m. samenwerken, zoals: ⇒ luisteren, overleggen en compromissen sluiten. ⇒ verslagleggen/notuleren ⇒ vervullen voorzittersfuctie • Kan de student reflecteren over het eigen functioneren bij het samenwerken met collega’s. Affectievedoelen: Aan het eind van de module: • Beseft de student hoe belangrijk het is om op het eigen functioneren te reflecteren • Beseft de student hoe belangrijk het is om en SWP te maken • Beseft de student hoe belangrijk het is dat hele team zich kan vinden in de besluitvorming rondom het SWP Werkwijze tijdens de lessen Tijdens de contacturen wordt een korte introductie gegeven over de theorie en inhoud van Schoolwerkplanontwikkeling en Schoolgids. Daarnaast zal regelmatig de werkelijkheid van het werken in een schoolteam gesimuleerd worden a.h.v. opdrachten en samen voorbereiden van de eindopdracht. Evaluatie Om deze module met succes af te ronden moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden: 1. 80% aanwezigheid. 2. Uitvoeren en inleveren of presenteren van verplichte opdrachten die in bijeenkomsten gegeven worden. 3. Maken van de eindopdracht Gebruikte literatuur • Schoolplan 2003-2007, R.K. Basisschool ‘Petrus Donders’, Den Haag • Schoolgids 1999- 2000, r.k.b.s. Het Hoefblad, Purmerend Schoolgids en Schoolplan, Fons Cornelissen en Peter Dekkers, 1996, Wolters Noordhoff
IPA modulegids 2008-2009
347
Onderwijskunde Module Sector Periode Specialisatie Docent
: Het Arubaans onderwijssysteem : Pedagogiek; vakonderdeel Onderwijskunde : Leerjaar III; blok III.2, beroepsgerichte fase : 4-8 jarigen & 6-12 jarigen : Jose Fernandes Perna (tevens module-ontwikkelaars, revisie mei 2006)
Studiebelasting
: 1 StP = 1.5 ECTS (40 uur): : 10.5 uur (C.U.) : 10.0 uur (literatuurstudie, incl. tussentoets) : 19.5 uur (Æ onderzoeksproject = eindevaluatie)
Inleiding In deze module bespreken wij de ‘achtergronden & ontwikkelingen’ binnen het Arubaanse onderwijssysteem. Als toekomstige leerkracht dien je de historischmaatschappelijke achtergronden te kennen van je ‘werkplek’: de geschiedenis van het onderwijssysteem, de wet-en regelgeving op onderwijsgebied, de beheer-en administratieve onderwijsstructuur, alsmede de onderwijsverzorgingsstructuur. Uit je schoolpraktijk (SP) ken je diverse ‘knelpunten’ die aangepakt dienen te worden op: klassenniveau, op schoolniveau en op nationaal niveau. Er wordt binnen deze module voldoende ruimte geschapen om deze knelpunten systematisch te analyseren en om samen, in groepsverband, aan voorstellen te werken en deze te bespreken met ondermeer leden en medewerkers van het onderwijsinnovatie-project PRIEPEB, alsmede met medewerkers van de diverse afdelingen van Directie Onderwijs, i.h.b. afdeling Curriculum Ontwikkeling en afdeling Begeleiding. Daarnaast is het eveneens van belang de mening te onderzoeken van zogenaamde ‘relevante derden’, zoals leerkrachten voor de klas, ouders van schoolkinderen en de leerlingen zelf. Hoe ervaren zij het huidige onderwijs? Wat zouden zij graag zien veranderen? Wat vinden zij van de innovatie-ontwikkelingen & -voorstellen? Zijn er meer maatregelen of andere initiatieven nodig? Beginsituatie De student heeft inmiddels twee van de vier opleidingsjaren achter de rug; zowel uit de IPA-modules en afgeronde stage-periodes heeft de student enige kennis van de achtergronden en ontwikkelingen binnen het Arubaanse onderwijssysteem. IPA modulegids 2008-2009
348
De student mist echter systematische achtergrondkennis en een coherente analyse-kader om de huidige ontwikkelingen binnen het onderwijs adequaat op zijn waarde te kunnen beoordelen. De student is thans bezig met de beroepsgerichte fase (leerjaar II) en de daarbij behorende competenties, vooral op micro-niveau (lesgevende taken). De student behoort ook competenties te ontwikkelen op meso-niveau (niet-lesgevende taken). De module ‘Het Arubaanse onderwijs’ en de Pedagogiek-modules in blok III.2 leveren een bijdrage aan de competenties behorend tot het meso-niveau. Leerinhouden Inzet van de module ‘Het Arubaanse onderwijs’ is om de studenten als leerkrachten-inopleiding te stimuleren om zelf te reflecteren over het Arubaanse onderwijs als systeem en met zoveel mogelijk “stake holders” in het onderwijs van gedachte te wisselen Æ behalve leerkrachten en leerlingen, ook beleidmedewerkers en bestuurders, externe deskundigen, ouders, enz. (Zie verder bij algemene leerdoelen en praktijkopdrachten) Linkage Op dit gebied vindt er een afstemming plaats en/of aanvulling met de overige Pedagogiek-modules in III.2, te weten: ¾ “Onderwijs en onderzoek”; ¾ “Schoolwerkplan en schoolgids” en verder de FP-modules: “De leraar als sociaal agent” (I.3) en “De leraar als maatschappelijke dienst- verlener” (II.2). De module ‘Het Arubaanse onderwijs’ legt bovendien een directe basis aan voor: ¾ het onderdeel ‘Onderwijsbestel Aruba & stageland: een vergelijking (IF/BuS); ¾ de module ‘Schoolmanagement & -Organisatie’ (IV.1/2);
Leerdoelen Algemene doelen Æ aan het einde van deze module: 4. kent de student de achtergronden van het Arubaanse onderwijssysteem in termen van: • de externe educatieve structuur; • de onderwijsleer-organisatie, i.c. het leerstofjaarklassensysteem en het zittenblijvensysteem; • de culturele oriëntatie binnen het onderwijsleerprogramma, i.c. nederlandse methodes en het Nederlands als onderwijsinstructietaal; 5. neemt de student een standpunt in omtrent de innovatievoorstellen van de kant van PRIEPEB, vooral op de onder punt 1 genoemde gebieden; 6. presenteren de studenten aan elkaar hun zelf-gekozen onderzoeksproject; IPA modulegids 2008-2009
349
Kennisdoelen: 4. De student kan verwoorden wat er wordt verstaan met: ‘externe educatieve structuur’, ‘onderwijsleerorganisatie’, ‘culturele oriëntatie Arubaanse onderwijs’; 5. De student is op de hoogte van de onderwijspraktijk (achtergronden) en de actuele ontwikkelingen (onderwijs-innovatie) in het Arubaanse Onderwijs, i.h.b. het primair onderwijs. Vaardigheidsdoelen: 1. De student werkt aan zijn/haar (continue) professionalisering en thans aan competenties op meso-niveau; naast een analyse van het (Arubaanse) onderwijs als systeem, draagt de student eveneens verbeterpunten aan (zie zelfgekozen onderzoeksproject; 6. De student is in staat aan zijn/haar onderzoek-competenties te werken en deze verder te ontwikkelen; het gaat nu om een onderzoeksproject dat in groepsverband wordt uitgevoerd. Houdingsdoelen: 1. De student is bereid mee te denken aan onderwijsverbetering en om een constructieve bijdrage te leveren aan PRIEPEB als onderwijsinnovatie-project; 2. De student is bereid zijn/haar eigen (onderzoeks)bevindingen te delen met zijn/haar groepsgenoten; Praktijkopdrachten 1. Inzicht en in kaart brengen van de interne (o.a. IB op school) en externe zorgstructuur van de school (o.a. Directie Onderwijs: afdeling Begeleiding en afdeling Curriculum Ontwikkeling); 2. Idem met betrekking tot de administratieve-en beheerstructuur van de school, i.h.b. de relatie ‘schoolbestuur en schoolteam’ en ‘onderwijs-inspectie en schoolteam’. Werkvormen De eerste drie bijeenkomsten hebben een doceer-karakter ter inleiding van de ‘achtergronden en ontwikkelingen’ binnen het Arubaanse onderwijs en wel binnen het licht van de innovatie-voorstellen van PRIEPEB. Dit gedeelte wordt afgesloten met een tussentoets (schriftelijk). De resterende drie bijeenkomsten hebben een workshop-karakter, waarbij de studenten een actievere participatie hebben in termen van: eigen inbreng, verrichten van onderzoek (literatuurstudie, veldinterviews) en redactie van het onderzoeksrapport. Het ‘onderzoeksrapport’ als evaluatievorm is bedoeld om de studenten eveneens gevoelig te maken met zaken als: verwerken van (basis-)literatuur, verslaan van interviews en andere vormen van dataverwerking. Dit kan beschouwd worden als een ‘O&O-bijdrage’ (module III.2), eveneens de presentatie van het onderzoeksrapport (zie ASP, afstudeerfase). IPA modulegids 2008-2009
350
Evaluatie Ter afronding van deze module, dient de student aan de volgende voorwaarden te voldoen: 4. 80 % aanwezigheidsnorm; 5. Voldoende (minstens: 5.5) voor schriftelijk tussentoets; 6. Redactie en presentatie van onderzoeksrapport (5 A-4 pagina’s tekst). Literatuur Basisliteratuur: : Fernandes Perna, J. (2005) ‘Achtergronden en ontwikkelingen binnen het Arubaanse Onderwijw; 12 pag.; : Onderwijsmarkt IPA (1999) ‘Het Arubaanse onderwijs in beweging’, 51 pag.; : PRIEPEB (2002) “Curiculo Enseñansa Basico Aruba (EBA), Vision y Structura; 62 pag; (of meest recente versie); : DVD Æ ‘Het Arubaanse Onderwijs’, IK-groep, 2005; (Vanuit je gekozen onderzoeks-onderwerp, overige relevante literatuur)
IPA modulegids 2008-2009
351
Onderwijskunde Module Blok Vak Specialisatie Docenten Studiebelasting
Verdieping klassenmanagement III.2 Peda Alle Chela Hato 1 punt =40 uur
Deze module is momenteel in revisie, update volgt binnenkort
IPA modulegids 2008-2009
352
Talen
Modulo : Familiarisatie Periode : 3.2 Specialisatie : 4-8 en 6-12 Docenten : Jessica van der Linden - Maduro Studiebelasting : 1 studiepunt/ 1,5 ECTS = 40 uur Colleges 7 X 1,5 = 10,5 Voorbereiding bijeenkomsten 7X2 = 14 Voorbereiding evaluatie = 14 Evaluatie = 1,5
Inleiding Papiamento is eindelijk officieel de instructietaal van het huidige kleuteronderwijs en binnenkort met de implementatie van EPA, ook van ciclo 1 en deels ciclo 2. De innovatie van het kleuter- en basisonderwijs creëert een breder en bewuster taalbeleid, een beleid waar men kinderen vanaf jonge leeftijd in aanraking wil laten komen met de vreemde talen Nederlands, Engels en ook Spaans. Een beleid dat rekening houdt met de meertalige situatie van Aruba. Het aanbod van een of meerdere talen in ciclo 1, noemen we Familiarisatie. Familiarisatie is niets anders dan het kind bekend maken of in aanraking laten komen met de bovengenoemde vreemde talen, waar voorheen nauwelijks gestructureerd aandacht aan werd besteed. Beginsituatie De studenten hebben in de module Jeugdliteratuur uit het eerste leerjaar kennisgenomen van wat kinder- en jeugdliteratuur is, welke genres er zijn en waar leerlingen van een bepaalde leeftijd interesse in hebben. In de module Desaroyo y adkisicion di idioma hebben ze kennisgenomen van het taalverwervingsproces en het verloop van de taalontwikkeling. En tevens welke activiteiten uitgevoerd kunnen worden om het taalverwerving- en taalontwikkelingsproces ten positieve te beïnvloeden. Leerinhouden ♦ “Habri Porta pa nos drenta” IPA modulegids 2008-2009
353
♦ ♦ ♦ ♦
Familiarisatie De talen Nederlands, Engels en Spaans Materialen: liedjes, gedichten, boekjes, puzzels, spelletjes, kwartet, etc. Werkvormen bij familiarisatie
Linkage ♦ De module sluit aan en is tevens een vervolg op alle aangeboden taalmodules. Tevens is het een voorbereidende module op de Integratieve Fase. Praktijklink ♦ Aangezien ‘familiarisatie’ een van de speerpunten is wat betreft innnovatie op taalgebied binnen het EPA, is het dus noodzakelijk dat de studenten weten wat het precies inhoudt. Met andere woorden; de studenten komen te weten hoe ze moeten familiariseren, welke materialen ze daarbij moeten gebruiken en hoe ze er structureel aan kunnen werken. Leerdoelen Kennisdoelen ♦ De student maakt kennis met het concept van PRIEPEB t.a.v. EPA m.b.t. taal in het onderwijs. ♦ De student weet wat het begrip Familiarisatie inhoudt. ♦ De student moet onderscheid kunnen maken tussen eerste, tweede taal en vreemde taaldidactiek. ♦ De student weet welke knelpunten er zijn bij het leren van een eerste, tweede en vreemde taal. ♦ De student heeft kennis van ontwikkelingen en initiatieven op vreemde/tweedetaalgebied. ♦ De student is op de hoogte van een basisaanbod van taal. ♦ De student is op de hoogte van spreek- en luisteractiviteiten die tot een groter taalbeheersing van het kind kunnen leiden. ♦ De student heeft kennisgenomen van activiteiten die de woordenschatuitbreiding in een vreemde taal bij de leerling kan stimuleren. ♦ De student is op de hoogte van de diverse materialen die er zijn en ingezet kunnen worden ter ondersteuning van familiarisatie. Vaardigheidsdoelen ♦ De student kan het vernieuwingsconcept van PRIEPEB t.a.v. familiarisatie naar een praktisch en realistisch onderwijssituatie vertalen. ♦ De student kan de knelpunten die er zijn bij het leren van een eerste, tweede en vreemde taal op de juiste manier aanpakken. IPA modulegids 2008-2009
354
♦ De student kan de kennis van ontwikkelingen en initiatieven op vreemde/ tweedetaalgebied gebruiken bij het aanbieden van spreek- en luisteractiviteiten. ♦ De student is belezen in de kinder- en jeugdliteratuur van de drie meest gesproken vreemde talen. ♦ De student is in staat om geschikte materiaal en taalactiviteiten uit te kiezen en aan te bieden aan kinderen van verschillende nationaliteiten en leeftijden. ♦ De student is in staat om in de klas de spreek- en luistervaardigheden in de drie verschillende talen te stimuleren. ♦ De student is in staat om de leerling, in tenminste drie talen, een woordenschat te laten opbouwen. Houdingsdoelen ♦ De student is bereid om elke gelegenheid die zich voordoet aan te grijpen om zich in te zetten voor Familiarisatie ♦ De student is bereid om alle hulpmiddelen die tot zijn/haar beschikking zijn, te gebruiken om het leren van andere talen zo aantrekkelijk en functioneel mogelijk te laten zijn. Praktijkopdracht 4–8 ♦ De student dient een les familiarisatie te geven waarbij hij/zij gebruik maakt van een geschikt onderwerp en materiaal. 6 – 12 ♦ De student dient een les familiarisatie (met woordenschatuitbreiding) te geven op het niveau van de gemiddelde leerling, waarbij hij/ zij kan differentieren naar niveau. Werkvormen Klassengesprek Instructie Groepsopdrachten en Presentatie Evaluatie ♦ Individueel en/of in groepsverband verschillende atrikelen over het ionderwerp te lezen en te bespreken. ♦ De wekelijkse opdrachten (6) naar behoren uitvoeren en af laten tekenen: 1. “Habri porta pa nos drenta’. 2. Wat is familiarisatie? IPA modulegids 2008-2009 355
3. Onderzoeken waar en welke materialen geschikt zijn t.b.v. familiarisatie 4. Presentatie van een spreek- en luisteractiviteit met 1 van de drie talen als uitgangspunt. 5. Presentatie van een spreek- en luisteractiviteit met 1 van de drie talen als uitgangspunt. 6. Drie materialen met bijbehorende lesactiviteit (in twee talen) in de vorm van een handleiding uitschrijven.
Literatuur ♦ ‘Habri porta pa nos drenta’ ♦ Scriptie IPA, Ruiz – Croes, Evelyn, 2005, Familiarisacion, Aruba Scriptie IPA, Arends – Meenhorst, Aura, 2005, Ampliacion di Vocabulario, Aruba
IPA modulegids 2008-2009
356
Papiamento Modulo Periodo Materia Sector Specialisacion Docente Peso di estudio
: Papiamento como di dos idioma : 3.1 : Papiamento : Idioma : tur : Gregory Goedgedrag : 1 punto - 40 ora ora di contacto : 7x1,5= 10,5 ora tarea pa cada siman : 7x1,5= 10,5 ora tarea di evaluacion : 9 ora literatura : 10 ora
Introduccion Ya pa hopi aña enseñansa na Aruba ta ofrece enseñansa na mucha cu ta bin for di stranheria. Pa e muchanan aki Papiamento ta un idioma straño. Mucha ta siña papia un idioma nobo relativamente lihe dependiendo di su habilidadnan y su situacion inicial. Pero esaki no ta nifica cu mester descarta e necesidad pa enfoca riba e desaroyo di e muchanan aki cu ta bai sigui nan formacion den nos enseñansa, pa motibo cu Papiamento no ta nan idioma materno. Con e muchanan ta siña ta determina hopi pa e idioma cu nan ta uza. Papiamento ta incorporando mas y mas den nos sistema di educacion y ta rekeri hopi conocemento basico pa studia. E modulo aki mester aci e studiantean conciente di e mucha cu tin Papiamento como di dos idioma y con e tin cu guia e mucha pa e siña den e idioma aki. E studiante di di tres aña na IPA ta drentando e Fase Integrativo y lo biaha pa exterior pa explora e contenido di e tipo di enseñansa. E studiante mester tin conocemento di con ta trata cu e frenomeno di di dos idioma pa asina observa y investiga con ta trata cu fenomeno aki den exterior den scol. Situacion inicial E studiantenan ta na altura di e preparacionnan relaciona cu innovacion di enseñansa na Aruba. E studiantenan sa caba kico ta CAT y DAT. E studiantenan sa con ta evalua idioma di un manera holistico IPA modulegids 2008-2009
357
E studiantenan a haya multilingualismo Metanan Meta general E studiante tin conocemento di con ta diferencia, remedia y evalua e habilidad di idioma di un mucha cu tin Papiamento como di dos idioma. Meta Specifico (di conocemento, habilidad y actitud) Meta cognitivo • E studiante tin conocemento di idioma den e curiculo nacional pa enseñansa primario di Aruba • E studiante tin conocemento di mision, vision y structura di enseñansa di idioma den EPA • E studiante tin conocemento di e metanan di EPA, specialmente relaciona d idioma • E studiante tin sa kico ta di dos idioma • E studiante tin conocemento di didactica di di dos idioma, especialmente Papiamento • E studiante tin conocemento di algun sistema na otro pais y nan maneho di studiantenan aloctono especialmente relaciona cu idioma Meta di habilidad • •
E studiante por crea un proceso den cua e ta ilustra con e lo duna les den un clas cu muchanan cu Papiamento como di dos idioma E studiante por aplica didactica di di dos idioma saliendo di e punto di bista di e modulo cu nan a haya anteriormente Miltilingualismo
Meta di actitud E studiante ta dispuesto pa y por duna su aporte na innovacion di nos enseñansa y descubri metodo nobo pa siña mucha cu Papiamento como di dos idioma. Contenido • Vision di PRIEPEB • Meta General pa EPA • Structura di EPA • Dimension di idesaroyo • E areanan di formacion y den relacion cu otro • E liñanan transversal • Maneho di idioma pa EPA • Area di formacion ‘Idioma y Comunicacion’ • Vision di PRIEPEB en cuanto idioma IPA modulegids 2008-2009
358
Forma di traha durante e modulo Durante e modulo aki ta uza diferente forma didactico di traha cu e studiantenan. Lo haci uzo di presentacion riba powerpoint pa ilustra e teoria mas profundamente. Lo dedica hopi momento di discusion y exploracion. Studiantenan lo mester haci investigacion den forma di entrevista cerca maestro den practica y riba internet y mucha di scol. Evaluacion 1 Presencia mester ta por lo menos 80% durante e modulo 2. Pa evaluacion e studiante ta entrega un portfolio cu ta contene lo siguiente: • Un relato di e presentacion cu refleccion, opinion personal tocante e vision studia y e modulo den su totalidad y un conclusion final (1 A4 / Arial 11, espacio 1) • Mester reparti esaki den aliña y skibi den bon Papiamento. • Compilacion di tarea traha durante e modulo • Tur studiante mester percura riba un bon structura di e pakete aki: un indice cu pagina, introduccion y epilogo. 3. Un relato semanal di tur e teoria y discusion cu a tene durante e blok. Por haci esaki den grupo di dos studiante
IPA modulegids 2008-2009
359
Hende y Comunidad 4-8 Module
: A house to live in, Aruba in de 21e eeuw
Evt subtitel / onderdeel : Aruba en de toekomst van het samenleven Periode (jaar/blok) : III-2 Specialisatie : 4-8 Docent(en) : Luc Alofs Studiebelasting (1 stp= 40 u) : 40 uur Urenverantwoording : - colleges / begeleidingsuren 10.5 uur - literatuurstudie 95 p. 12 uur - opdrachten Cultural Map en Dossier 2025 12 uur - voorbereiding en verdedigen Toekomst Dossier 5 uur
Inleiding In deze module wordt de cultuur-historische benaderingen van de Arubaanse samenleving voortgezet in een op de toekomst gerichte cursus. We stellen ons vragen over Sustainable Development op Aruba en de uitdagingen die Aruba kent op economisch, demografisch, cultureel en milieutechnisch vlak. We beantwoorden vragen over de leefbaarheid op Aruba in 2025 aan de hand van literatuurstudie, omgevingsonderzoek en de methode van cultural mapping.
Beginstituatie In module IIIl.1 hebben de studenten zich verdiept in de multiculturele samenleving op Aruba in de 20e eeuw en in de eigen familiegeschiedenis.
Leerinhouden Aan het einde van de module 1. Is de cursist in staat kenmerken van het begrip Sustainable Development op te noemen en in de eigen omgeving en toekomst aan te wijzen. 2. Neemt de cursist een eigen standpunt in over het belang van Sustainable Development op Aruba. 3. Is de cursist vertrouwd met recente literatuur over de multiculturele samenleving en de economische, demografische en culturele ontwikkelingen op Aruba. 4. is de cursist in staat beginselen van omgevingsdidactiek en Cultural Mapping toe te passen. IPA modulegids 2008-2009
360
Linkage In module III.1 hebben we ons verdiept in de multiculturele samenleving op Aruba in de twintigste eeuw. De aspecten van landenprofiel en multicultureel onderwijs worden verder uitgediept tijdens de Integratieve Fase in het derde jaar. • Praktijklink (aansluiting met de praktijk) Het betreft hier geen vakdidactische module. In de Integratieve Fase werken de studenten de vaardigheden van de intercultureel bekwame leerkracht uit in de praktische vorming.
Leerdoelen Kennisdoelen 1. De student kan de economische, demografische culturele en ecologische uitdagingen voor de toekomst van het samenleven op Aruba aangeven. 2. De student is in staat om de in de cursus behandelde basisbegrippen uit te leggen en toe te passen op de actuele ontwikkelingen op Aruba. Vaardigheidsdoelen 1. De student kan op grond van een gedegen inzicht in de recente ontwikkelingen op Aruba de methodiek omgevingsdidactiek en ‘cultural mapping’ toepassen op de toekomstperspectieven van de Arubaanse samenleving. 2. De cursist is in staat zelfstandig tot een persoonlijke standpuntbepaling te komen aangaande het thema Sustainable Development op Aruba en deze te late zien in een of meer deelthema’s. Houdingsdoelen 1. De student is in staat vraagstukken rond Sustaibable development’ te benaderen vanuit de rol als leerkracht en ‘social agent’. 2. De cursist verplaatst zich in de sociale-, culturele en linguïstische achtergrond van de individuele leerling, ongeacht zijn/haar geografische of culturele herkomst.
Praktijkopdrachten Het betreft hier geen vakdidactische, maar een algemeen vormende module.
Werkvormen Literatuurstudie vindt plaats aan de hand van een leeswijzerDe studenten werken in groepen aan een toekomstkaart volgens de methode van het ‘cultural mapping’ en een Toekomst Dossier. De mod
Evaluatie • •
80 procent aanwezigheid bij de colleges, voldoende bijdrage aan de deelopdrachten, IPA modulegids 2008-2009
361
• •
voldoende beoordeling van de Cultural Map en het Toekomst Dossier. Voldoende beoordeling van de mondelinge groepsverdediging Cultural Map en Toekomst Dossier.
Literatuur • •
Alofs, L. en L. Merkies, ‘Ken ta Arubiano: sociale integratie en natievorming, 1924-2000', 2001, Oranjestad, Van Dorp / De Wit Stores (hieruit: Deel V). Per werkgroep wordt 60 pagina’s aanvullende literatuur over het thema verwerkt.
Opzet per bijeenkomst 1 Werkcollege KtA hfst 10 2 Aruba 2025: presentatie ‘Nos Aruba’, Is Sustainable Development op Aruba mogelijk? 3 Werkcollege KtA hfst 11: Aruba multicultureel 2001 4 Instructie: Economie, cultuur, demografie en milieu in 2025 Literatuurstudie, krantenonderzoek en bronnentafel. De Muur 5 Cultural Mapping 3: Begeleidingsbijeenkomst 6 Het Lager Huis: De Toekomst in Vier Discussies 7 Cultural Mapping 4: Begeleidingsbijeenkomst 8 Presentatie Cultural Map en Toekomstdossier
IPA modulegids 2008-2009
(15 p.) (22 p.) (60 p.)
362
Muziek Module : Culturele muziek ontwikkeling op Aruba Blok : III-2 Specialisatie : 4-8 & 6-12 Studiepunt :1 Studiebelasting : 40 uur Contacturen : 7 lesweken van 2 lesuren (10 uur) Literatuur, voorbereiding bijeenkomsten en Evaluatie (30 uur) Docent : Rose-Marie Provence
Inleiding Blok III 2/3/4 wordt aangeduid als de integratieve fase, waarin alle expressievakken tesamen met alle andere vormingsgebieden in nauwe samenwerking te werk gaan. Dit is het jaar van de buitenlandse stage, waarin tevens aandacht besteed wordt aan het beter leren kennen van ons eigen cultuur en dat van andere volken, die al geruime tijd op ons eiland vertoeven; door het te leren waarderen en zorg te dragen voor de overdracht ervan. (Aruba multicultural). * Volgens Dr. R.A. Römer heeft elk volk zijn eigen cultuur en kan de identiteit van een volk niet op zichzelf bestaan zonder een cultuur”. * “Als we de kinderen van onze gemeenschap positieve idealen, waarden en normen willen geven om zich te beschermen tegen oppressie, vervreemding, drugs, verdovende middelen en criminaliteit, dan moeten wij hen datgene geven van ons cultuur, waar ze trots op kunnen zijn”. Daarom moeten wij reeds thuis en op school hiermee een aanvang maken. De school moet solidair handelen met het gezin en niet het omgekeerde. De school moet grote nadruk leggen op wat het volk kent en van wat het kind thuis leert, om van daaruit te beginnen de kennis van het kind te versterken, zodat het beter in staat zal zijn om voort te bestaan in deze nieuwe gemeenschap van heden ten dage, maar.... zonder (afstand te doen van) zijn eigen tradities op te geven, die hem identificeren t.o.v. andere volken. ( citaat van Isabel Aretz uit “Folklore y Curriculum”) . * Culturele creativiteit is de bron van menselijke, persoonlijke vooruitgang en groei. Culturele diversiteit is een rijkdom van de mensheid (menselijk ras) en is een essentiele ontwikkelingsfactor, die de intercommunicatie tussen de socio-culturele componenten van een gemeenschap kan versterken. Nieuwe trends, vooral globalisering, linken culturen met elkaar en verrijken de interactie tussen hen. Harmonie tussen cultuur en ontwikkeling, eerbied voor (andere) culturele identiteiten en tolerantie voor culturele verschillen zijn o.a noodzakelijke condities voor langdurige vrede onder de bevolking IPA modulegids 2008-2009
363
van een multiculturele samenstelling. De verdediging van lokale en regionale cultuur, bedreigd door culturen met een globaal bereik, moeten de dusdanige geaffecteerde culturen niet transformeren tot relikwieën, beroofd van hun eigen dynamische ontwikkeling. ( uit: “The power of Culture” paper van een internationale Unesco Conferentie over Cultutele Ontwikkeling) . Folklore is een traditie, die een lange traject heeft meegemaakt en die eigen is geworden van een volk en in stand gehouden gedurende verschillende generaties lang. Folklore heeft wortels, in tegenstelling tot “populair of trendy”, die geen wortels nodig heeft. Leerinhouden (een keuze uit of een combinatie van meerdere onderdelen: ) 1. Bekende lokale componisten en musici ( van vroeger en/of heden ten dage ) 2. Meest gehanteerde muziekinstrumenten in folkloristische muziek en andere lokale muziek 2.1 traditionele instrumenten 2.2 gebruik van moderne instrumenten in hedendaags folkloristische muziek en andere lokale muziek 3. muziek ( stijl /type , melodie , tekst ) 4. dansvormen 5. “Verspreiding” : Hoe folklore is herleefd, in meerdere settingsgroepen gebracht enz. Welke groepen, personen, activiteiten , factoren en mechanismen hebben hiervoor gezorgd ? Opdracht: ** Welke invloeden zijn/waren van belang bij bovenstaande punten? ** Verwerk je onderzoek en andere informatie in een verslag en een serie van minimaal drie lesideeën. ( zie verderop bij “Opdrachten” bij punt III. ) Linkage I-1 “Klank en beweging” I-3 “Klank in beeld” II-4 “Skills and tools” Beginsituatie In de voorgaande muziekmodules hebben de studenten zich op muzikaal terrein leren losmaken en een aanvang gemaakt met het ontwikkelen van de nodige vaardigheden om op muzikaal verantwoorde wijze muzikale vormingslessen te (gaan) geven op school. De studenten hebben tevens enige kennis in het bespelen van de cuarta als begeleidingsinstrument. Ze hebben enige kennis en vaardigheden rondom de verschillende klankeigenschappen en tevens enige basiskennis en vaardigheden rondom traditionele en grafische muzieknotatie. De studenten hebben ervaring opgedaan met het IPA modulegids 2008-2009
364
ontwikkelen en maken van een leermiddel (voor hun specialisatie-groep) rondom een muzikaal aspect van de muzikale vorming. Algemene doelen: Dat de studenten de essentie inzien en begrijpen dat zij de toekomstige spil zijn van het onderwijs, waar op school in woorden en daden waarde gehecht wordt aan ons (muziek)-cultureel erfgoed. Doelstellingen Aan het eind van deze module heeft de student: - bestaand materiaal, informatie en gegevens i.v.m. de muziek(sociaal) - culturele ontwikkeling op Aruba verzameld en bestudeerd en gebruikt . - de nodige contacten gelegd ( interviews et .) om nog meer informatie hierover te vergaren en verslag hierover gemaakt en ingeleverd . - heeft de student corresponderend lesmateriaal ( bijv. lessenserie en/of (audio-) visueel en/of auditief materiaal ontwikkeld, dat te gebruiken is op de praktijkschool. II.Organisatie Verschillende benaderingswijzen: 1. Individuele componist of musicus ( o.a. Rufo Weve , Motito Croes , Padu Lampe, Bernadina Growell, Claudius etc.) = biografische beschrijving • persoonlijk leven; muziek carrière; etc. • muziekproducties (inventarisatie) = beschrijving (doelgroep) en voorbeelden van de muziek van betreffende componist • muziektypes; invloeden op muziek van desbetreffende componist • voor welke instrumenten gecomponeerd?; zelf gebruikt?; zelf gespeeld ? • tekst a. doelgroep kinderliedjes, kerk- , romantische -, luister -, dans-liedjes etc.) b. gericht op bepaalde perioden van het jaar/speciale activiteiten c.q. viering. c. Inhoudsanalyse ( soorten van thema’s ) • plaats/wijze van presentatie van muziek (‘live’, clubs , kerk , platenproductie etc.) 2. Tijdperk = globale schets van muziekhistorie in Aruba en de ontwikkeling • indeling in historische perioden • link muziekhistorie en sociale historie in de gemeenschap IPA modulegids 2008-2009
365
= beschrijving van invloeden (algemeen) op Arubaanse folkloristisch muziek per tijdperk • soorten van invloeden a. Afrikaanse invloeden b. Europese c. Caribische • Welke muzikale aspecten/elementen zijn beinvloed ? a. Ritme b. Melodie c. Tekst d. instrumentkeuze; groeperingsvorm • kanalen van invloed ( radio , televisie , video , internet) = Per tijdperk voornaamste kenmerken van de muziek: a. componisten b. thema’s c. Muziekinstrumenten d. dans 3. Muzieksoort /stijl (bijv. Tumba , wals , mazurka, danza , polka, tambu, calypso , ranchera , etc.). 4. Muziekinstrument of groep muziek- instrumenten of ( vroegere/actuele) muziekgroepen; = voor welke doelgroepen ? ; bij welke gelegenheden? Etc. 5. Speciale vieringen in het jaar ( o.a. Kerts , Nieuwjaar, Carnaval , ‘Oogst’ (Dera Gai), E.H. Communie, Pasen, Moederdag, Vaderdag, kinderdag etc.) III Opdrachten ( ontwikkelen van lesmateriaal ) ( een keuze uit : ) 1. productie van een ( prettig leesbaar ) schriftelijk informatiestuk 2. productie van een audio-visueel middel (afhankelijk van het gekozen thema ) - muziekcassette of minidisc of compact-disc - verhalende cassette , CD , MD ( bijv. beschrijving van Padu’s leven ) - video – productie; dvd - foto-serie - dia-serie of computer/screen presentatie - etc. 3. productie van een serie lesideeën (min. 3) “Arubaans muziekfolklore”; brochure met info 4. liederen serie ( tekst en noten ) 5. overheadprojector -sheets met desbetreffende informatie 6. leesboekje met plaatjes en prenten en educatieve informatie op niveau van schoolkinderen 7. project rondom een bepaald gekozen thema 8. Kamishibai 9. Educatieve speelmateriaal IV Leermiddelen cassette/CD player, cassettes en CD’s, piano, cuarta, gitaar, Orffinstrumenten, slaginstrumenten, handout artikelen, video’s, boeken, dvd’s, gastdocenten; IPA modulegids 2008-2009
366
soundequipment; V. Afrondingseisen en Evaluatie • 80 % aanwezigheid en actieve participatie bij de lessen; • 100 % aanwezigheid bij de eind presentaties van de studiejaargenoten . • Het uitvoeren (na afspraak met AC ) van één of van een combinatie van bovengenoemde opdrachten . • Het maken en inleveren van een werkstuk (schriftelijk informatiestuk, verslag, booklet etc.) en bijbehorende aanschouwings- en leermiddelen (audio-visuele middelen etc.) over een bepaald onderwerp (muziek(sociaal)-cultureel; of over een persoon uit onze lokale muziekwereld. Dit verslag of booklet moet bruikbaar zijn voor het het gebruik op school in de desbetreffende specialisatie. Het mag (na overleg met AC! ) groepswerk zijn (groepen van twee à drie leden), maar dan moet wel duidelijk een logboek bijgehouden worden van werkprocedure, werktijden, overlegtijden, werkindeling, taakomschrijvingen en afgesproken taakverdelingen (dus precies wat het aandeel is van elk goepslid). • Het houden van een presentatie voor de medestudenten ( liefst ook uit parellelklas) en voor andere geïnteresseerden, waarbij alle studiejaargenoten aanwezig moeten zijn. Te raadplegen Literatuur • Encyclopedie van de Nederlands Antillen Dr. J.Ph. de Palm De Walburg Pers • Volksmuziekinstrumenten, getuigen een resultaat van een interetnische samenleving. Een organologische studie m.b.t. Aruba, Bonaire en Curaçao door Jos Gansemans ’89 • Cultureel Mozaïek van de Nederlandse Antillen . ’77 onder redactie van René A. Römer . De Walburg Pers • Muziek en Musici van de Nederlandse Antillen . ’78 Edgar Palm • Leven en muziekwerken van de dichter musicus J.S. Corsen Drs. A.M.G Rutten Van Gorcum. • Carnival in Aruba. History and meaning . Victoria M. Razak • Aruba Carnival. Vanja Oduber • Tambú . Mr.Dr. René V. Rosalia . ‘97 DWP en Jeffrey Gomez en Luc Alofs • The Caribbean as a musical region . Kenneth M. Bilby • Los instrumentos de la musica Afro Cubana . Fernando Ortiz • Musica por el Caribe . Helio Otovio • Diccionario de la musica Cubana. Helio Otovio . Editorial Letras Cubanas . La Habana. Cuba • Muziekcultuur in de Ned. Antillen Robert Rojer • Info boekje over Dera Gai in Aruba . “Fundacion Dera Gai” • Infoboekjes over Dandee . o.a documentatie van Wim Rutgers IPA modulegids 2008-2009
367
• • •
Verslagen en werkstukken van ex-IPAstudenten “Ken ta Arubiano” Luc Alofs Toespraken en lezingen rondom “Cultura” van o.a. Stan Kuiperi; Ruby Eckmeyer, Frank Croes; Hubert Booi; Raymond Hernandez (van Historisch Archief );
Contact mogelijkheden: Personen: Ito Tromp, Mimi Kock, Marcia Stamper, Ronny Kock, Yubi (Hubert) Naar, Diana Antonette, Astrid Salazar, Tica Giel , Robert Jeand’or, Delbert Bernabela, Carlos Bislip, Hildward Croes, Hubert Booi, Chucho Hoek, Dimitrio Maduro; Alfonso Boekhoudt en nog vele anderen; Instellingen: UNOCA; CCA ; BNA; Historisch Archief; diverse Musea; Galleries; Fort Zoutman; Skol di Musica; ICA; BIE; Simadanza; ASOMA; Fund. Desaroyo y Enseñansa Comunitario; etc.
IPA modulegids 2008-2009
368
Drama Module Periodo Docente Peso di estudio
Didactica y Trahamento di un presentacion : 3.2 : Amy Lasten : 1 stp 7 les di 1.5 ora = 10.5 ora 25,5 ora pa: - Trahamento di relato di les - Trahamento di les como ehercicio - Creacion di ‘warming up’ - Studiamento di reader - Trahamento di les como evaluacion - Un presentacion como evaluacion
Introduccion E studiantenan ta den nan di tres aña di nan estudio. Den e modulo aki nan ta desaroya e competencia pa traha les di formacion teatral. Ademas ta haya un introduccion den creacion di un presentacion. Nan lo haya un introduccion den diferente forma di traha (werkvorm) y structuracion di les. E propio experencia lo sirbi como punto di salida pa adkiri conocemento y maneho conciente di e diferente aspectonan cu tin di haber cu un les di formacion teatral. Contenido A. Creacion di les a base di: -Uzo di tableau vivant -Improvisacion -Creacion di escena -Desaroyo di personahe -Uzo di medio teatral (obheto, vestuario, decor y evt. espacio) -Uzo di e elementonan basico di teatro -Creacion di escena a base di dialogo B. Structuracion di les (meta, structura, funcion di cada fase, fuente IPA modulegids 2008-2009
369
di inspiraion pa crea les, etc.) C. Teoria riba e materia (condicion pa por actua, obstaculo pa actuacion (speldrempels’, etc). D. Creacion di presentacion dor di integracion di diferente escena. E contenido di e modulo aki ta relaciona cu e siguiente areanan di competencia: -Competentencia interpersonal y intrapersonal -Competencia pedagogico -Competencia di contenido di specialisacion y di didactica -competencia organisatorio -Competencia pa colabora cu colega -Competencia di reflexion y desaroyo
Conexion cu otro modulo
Situacion inicial E studiantenan a haya un modulo di drama/teatro unda e foco tabata desaroyo di nan propio expresion y creatividad y sera conosi cu diferente forma di traha (werkvorm). Ademas nan a haya un modulo riba presentacion di bo mes, caminda tabatin atencion riba uzo di curpa y uzo di stem dilanti di klas. Tambe e studiantenan a trece un presentacion dilanti den cuadro di e modulo di integracion di teatro y musica y esaki tambe a ser presenta den cuadro di Ipabilidad pa muchanan di scol basico.Den e segundo aña nan a desaroya e abilidad pa traha popchi y pa conta storia cu e popchi. Metanan Meta general E studiante ta desaroya e competencia pa traha les di formacion teatral. E studiante ta haya bista riba e didactica di les di formacion teatral. E studiante ta haya bista riba creacion di un presentacion a base di integracion di escena y of a base di un tema. E studiante ta progresa den uzo di su propio creatividad y fantasia. E studiante ta desaroya su propio abilidad di expresion y actuacion den teatro.
IPA modulegids 2008-2009
370
Meta specifico Meta cognitivo • E studiante ta haya conocemento di e elementonan basico di teatro. • E studiante ta haya conocemento di uzo di e medionan teatral como punto di salida di creacion di escena. • E studiante ta haya conocemento di algun entrada pa yega na improvisacion. • E studiante ta haya conosimento di creacion di escena. • E studiante ta siña pensa den imagen. • E studiante ta haya conosimento riba structuracion di les, condiconnan y obstaculo pa cu actuacion. • E studiante ta haya conosimento di diferente fuente di inspiracion pa traha les. Meta di habilidad • E studiante ta bira abil den traha les di formacion teatral • E studiante ta maneha e elementonan basico di teatro den trahamento di les. • E studiante ta haci uzo di e medionan teatral den presentacion den trahamento di les. • E studiante ta maneha improvisacion y creacion di escena den trahamentro di les. • E studiante ta haci uzo di desaroyo di personahe como punto di salida pa crea les. • E studiante ta bira abil den creacion di escena y uzo di e medionan teatral.
Meta di actitud • E studiante ta dispuesto pa descubri y desaroya su propio habilidadnan den trahamento di les di formacion teatral. E studiante ta dispuesto pa investiga tur e diferente aspectonan cu ta haci un les di formacion teatral efectivo. • E studiante ta dispuesto pa train aplicacion di e diferente aspectonan pa cu dunamento di les na cas como preparacion y den les. • E studiante ta dispuesto pa experimenta cu trahamento di un of mas forma pa yega na un presentacion.
Forma di traha • E lesnan lo ta pa gran parti practico. E parti teoretico lo bin dilanti dor di refleccion riba e propio experencianan den les pa haya conosimento di e diferente aspecto teoretico di formacion teatral. Ademas lo trata e diferente articulonan di e reader na cas y of den les. E trabao practico lo tuma luga mayoria biaha den grupo chikito. • E lesnan como ehercicio na cas y pa evaluacion ta tuma luga individualmente. IPA modulegids 2008-2009
371
• •
Cada persona ta haya e tarea pa pensa y duna un warming up pa e coleganan den klas. E creacion di presentacion ta tuma luga cu mitar di e klas.
Lo haci uzo di e siguiente construccion di les : a. Los curpa b. Ehercicio c. Tarea di actuacion d. Reflexion y teoretisacion e. Evaluacion Evaluacion • Dunamento di un propio warming up pa e coleganan Trahamento di un of dos les como ehercicio • Trahamento di 3 les individualmente y aplicacion di e teoria. • Ehecutacion di dos di e lesnan aki durante practica. • Un presentacion cu mitar di e grupo pa un publico chikito. • 80% presencia. Literatura Reader
IPA modulegids 2008-2009
372
Spiritualidad Module Periode Specialisatie Docent Studiebelasting Urenverantwoording
: Vieren met kinderen : Leerjaar III, blok 2 : 4-12 : L. Marval. Moduleontwikkelaar: R. Lampe, revisie mei 2006 : 1 studiepunt (=40 uur=1.5 ECTS). : bijeenkomsten: 10.5 uur; voorbereiding: 9.5 uur; eindopdracht: 10 uur; literatuurstudie: 10 uur
Inleiding De morele vorming van kinderen hangt niet alleen af van lessen “Spiritualidad” (godsdienst/levensbeschouwing). De hele schoolcultuur moet een bepaalde identiteit uitstralen, dat betekent dan ook dat de leerkrachten dragers moeten zijn van die identiteit. De studenten van het IPA moeten dan ook geschoold worden in deze brede kijk op morele vorming. In deze module wordt het accent gelegd op het thema van de school als gemeenschap en met name de verbondenheid hiervan met de kerkelijke gemeenschap. Objectief en neutral godsdienstonderwijs is geen oplossing, omdat daarmee onverschilligheid wordt bevorderd. Als religies of levensbeschouwingen beschouwd worden als een supermarket waaruit men kan kiezen, doet het er kennelijk niet toe wat men kiest. Maar religie of levensbeschouwing gaan nu precies over engagement en identiteit. Kinderen moeten de ruimte krijgen om hun eigen religieuze of levensbeschouwelijke engagement en identiteit te kunnen ontwikkelen, o.a. via vieringen op school. Beginsituatie De student heeft hoogst waarschijnlijk reeds ervaring met een katholieke of protestantse school, zij het als leerling zij het als IPA student tijdens een van de stagemomenten. De student komt dus reeds met bepaalde gedachten over katholieke of protestantse scholen. Er zijn ook studenten die ervaring hebben met openbare scholen, ze waren waarschijnlijk al bezig geweest met de vraag of een school levensbeschouwelijk neutraal kan zijn. Leerinhouden Lesweek 1: Sociale vormen van godsdienstonderwijs Lesweek 2: Liturgische elementen in het onderwijs Lesweek 3: Verhalen van en over Jezus van Nazareth en de christelijke feesten Lesweek 4: Kerstviering Lesweek 5: Bespreking ontwikkelde vieringen * Vergelijking met andere wereldgodsdiensten IPA modulegids 2008-2009
373
Lesweek 6: Kan een school levensbeschouwelijk neutraal zijn? Lesweek 7: Evaluatie Leerdoelen Algemene doel: De student raakt vertrouwd met de bijzondere opdracht van scholen op het gebied van normen en waarden. Kennisdoel: De student krijgt informatie om belangrijke verhalen van en over Jezus in samenhang te brengen met de grote christelijke feesten, m.n. Kerstmis. • De student maakt kennis met de andere wereldgodsdiensten zoals het Hindoeisme, het Boeddhisme, het Jodendom en de Islam. Vaardigheidsdoel: De student is in staat om zelf een religieuze viering op school samen te stellen.
Praktijkopdracht Op praktisch alle scholen van Aruba wordt aandacht besteed aan de grote christelijke feesten. Wellicht is het mogelijk dat je mee kunt doen met zo’n project en je eigen bijdrage kunt leveren. Ontwikkel een viering met behulp van de teksten in de reader, met name een kerstviering is mogelijk, gezien de periode van deze module. * De les dientgegeven te worden en beoordeeld worden zij het door de schollmentor of docent spiritualiteit. Deze opdracht geldt tevens als eindopdracht. * De student levert de opdracht in de vorm van een werkproject/scriptie in . Werkvormen Iedere bijeenkomst wordt ingeleid door de docent, daarna volgt de discussie in groepen en op plenair niveau.
Evaluatie Om aan deze module te kunnen voldoen, zijn de volgende voorwaarden aan verbonden: 4. 80% aanwezigheid. 5. Uitvoeren van verplichte opdrachten m.b.t. literatuur tijdens de bijeenkomsten. 6. Schriftelijke eindopdracht. Verplichte literatuur Reader die hoort bij deze module. Gebruik van andere literatuur is ook toegestaan. IPA modulegids 2008-2009
374
Modulegids leerjaar 4
IPA modulegids 2008-2009
375
Studiejaar 4 – blok 1 en 2 Vak Onderwijskunde Onderwijskunde Onderwijskunde Orthopedagogiek Onderwijskunde Talen Beeldende Vorming Dansante Vorming Hende y Comunidad Rekenen en Wiskunde
Spec. Beide Beide Beide Beide Keuze Keuze Keuze Keuze Keuze Keuze
Module naam Schoolmanagement en organisatie Schoolwerkplan Verdieping klassenmanagement Zorgverbreding Onderwijsbestel Aruba Taalgericht vakonderwijs Practica di Arte Visual Baile y Media Veldwerk Werken met leerlijn rekenen
IPA modulegids 2008-2009
docent FE GN HT KC / KO FE LM KP KJ JO / TR GD
pag 377 382 385 386 390 394 397 401 402 403
376
Onderwijskunde Module: Schoolmanagement & -organisatie : Pedagogiek; vakonderdeel Onderwijskunde Sector Periode : Leerjaar IV.1-2 na oktobervakantie - december Specialisatie : 4-8 jarigen & 6-12 jarigen Ontwikkelaar / docent : Jose Fernandes Perna (aangepast per juni 2007) Studiebelasting
: 1 StP = 1.5 ECTS (40 uur): : 10.5 uur (C.U.) : 14.5 uur (literatuur-studie); : 15.0 uur (werk-opdrachten).
Inleiding & Linkage De module ‘Schoolmanagement & -organisatie’ (SM&O), evenals de modules ‘Schoolwerk-planontwikkeling’(SWP) en ‘Zorgverbreding’(ZVB) richten zich vooral op de meso- en macro-taken van de school. Deze drie (pedagogiek-)programma-onderdelen leveren een bijdrage aan wat wij noemen: ‘Schoolontwikkeling’. Blok IV.1-2 is bovendien een voortzetting van de integratieve fase (III. 3-4), waarbij de student alle opgedane competenties en leer-ervaringen in de voorafgaande opleidingsfasen (propedeuse, beroepsgericht en IF/BuS) integreert en deze op de praktijkschool toepast. De student gaat thans minstens drie dagen per week naar zijn/haar praktijkschool en besteedt substantieel veel tijd aan de micro-taken, c.q. de lesgevende schooltaken. Het is ook in deze periode (IV.1-2) dat de student ‘praktijk-examen’ moet afleggen, alvorens te beginnen met zijn/haar: OAS (onderwijsassistentschap), SPR (sociaalproject) en ASP (afstudeerproject). In de module ‘Schoolmanagement & -organisatie’ gaan wij uit van de school als (lerende) organisatie en de (stagiair-)leraar als lid van het schoolteam, waarbij gekeken wordt naar organisatie-aspecten zoals: schoolleiding, taakverdeling, samenwerking, beleids- en besluitvorming, externe contacten en relaties met de samenleving. Vanuit de literatuur analyseren wij drie modellen van schoolorganisatie en vier typen van schoolleiders. Verder expliciteren wij de (rechts-)vormen van ouder-participatie en de (informele) wijzen van betrokkenheid van ouders/voogden bij het school-gebeuren van hun kind. Tenslotte verwijzen wij naar de lopende onderwijsinnovatie, vooral de PRIEPEB-voorstellen en het onderwijsbeleid van de overheid (‘Nationaal Onderwijsplan’) en dat van de schoolbesturen en hoe deze doorwerken op schoolniveau (schoolbeleid). Inzet van de “module” ‘Schoolmanagement & -organisatie’ is vooral gericht op de taakinvulling en participatie van de student als aanstaande leraar binnen het schoolteam IPA modulegids 2008-2009
377
van zijn/haar praktijkschool; wij denken hierbij vooral aan werk-overleg met de praktijkmentor, de schoolleider en het schoolteam t.a.v. allerlei schooltaken (i.h.b. niet lesgevende taken), leerlingzorg en leerlingvolgsystemen, onderwijsinnovatie en onderwijsverbetering en verder eventuele contacten met externe deskundigen en ouders. De module ‘Schoolmanagement & -organisatie’ is opgebouwd uit drie delen, te weten: Æ Deel I : De school als (lerende) organisatie; aspecten van schoolorganisatie; taakgebieden van de school & taakdifferentiatie van het schoolteam en ouder-participatie/betrokkenheid van ouders/voogden bij het schoolgebeuren; Æ Deel II
: Onderwijs-innovatie: beleid van de overheid, van de schoolbesturen en van de school (het schoolbeleid); het profiel (‘visie & missie’) van de stageschool: wat karakteriseert deze stageschool van andere scholen;
Æ Deel III
: Een zelfgekozen ‘praktijk-probleem’ uit de praktijkschool analyseren en suggesties aandragen voor de oplossing daarvan. Dit onderdeel mag in duo’s worden uitgewerkt. Mogelijke onderwerpen kunnen zijn: leerlingen met leer-problemen, leerlingen met gedragsproblemen, (on)mogelijkheden voor ouderparticipatie, verschijnsel van zittenblijven, overigjarige leerlingen en van schooluitval (drop out).
Beginsituatie De student heeft tot nu toe in de schoolpraktijk zich sterk geconcentreerd op de microtaken, i.c. de lesgevende taken. De student heeft in veel mindere mate zich bezig gehouden met zogenaamde meso-taken en/of macro-activiteiten buiten de praktijkklas. De student heeft onlangs het IF/BuS-programma afgerond en heeft zijn/haar ‘onderwijshorizon’ verbreed in het bezochte stageland, ook t.a.v. de micro-, meso- en macroactiviteiten van de school. In de SM&O-module zal een beroep gedaan worden op de student inzake genoemde onderwijs-niveaus. De student bereid zich thans op de praktijk-examen; daarnaast werkt de student in groepsverband aan deelplannen van het schoolwerkplan (SWP) en plannen van zorgverbreding (ZVB). De module SM&O refereert veelvuldig naar deze activiteiten en blikt vooruit op de OAS-periode en de afstudeerprojecten (SPR & ASP). Doelen Algemene doel Studenten een algemene beroepshouding laten aannemen, opdat zij als professionele leraren kunnen deelnemen aan het werkproces, zowel op micro-niveau (klassenmanagement) als op meso-niveau (schoolorganisatie). Als toekomstige leraar onderschrijft de student zijn/haar verantwoordelijkheid in het samenwerken met collega-leraren, i.h.b. de schoolleider en de praktijkmentor en is bereid
IPA modulegids 2008-2009
378
om een professionele bijdrage te leveren aan de schoolontwikkeling en schoolorganisatie van zijn/haar praktijkschool. Kennisdoelen: Aan het eind van deze module: • kent de student een drietal modellen van schoolorganisatie: de segmentaal-, de inhoudelijk- en de collegiaal-geleide school; • kent de student de diverse taakgebieden op schoolniveau: taken van de schoolleider en de overige leden van het schoolteam, zowel lesgevende- & niet-lesgevende taken; • is de student in staat een duidelijk onderscheid te maken in ‘onderwijsbeleid’ (overheid en schoolbesturen) en ‘schoolbeleid’ (schoolleiding) en kent de student de daaruit voortvloeiende overleg-en communicatiekanalen; • (onder)kent de student het belang van ouderparticipatie en diverse mogelijkheden om ouders te betrekken bij het schoolgebeuren van hun kind(eren); • verkrijgt de student informatie inzake zijn/haar rechtspositie als (toekomstige) leraar, althans wat zijn de belangrijkste rechten en plichten van de leraar op Aruba. (Zie de terugkomdagen met vertegenwoordigers van de Vakbond van Leerkrachten en van de schoolbesturen). Houdingsdoelen: • De student vertoont belanstelling voor de schoolorganisatie en stelt zich beschikbaar om mee te helpen met de organisatie van allerlei school-activiteiten, waaronder: sportdagen, culturele evenementen, enz.; (Zie ook meso-taken in je schoolpraktijkgids) • De student stelt zich eveneens coöperatief op en participeert actief aan vergaderingen en andere vormen van werkoverleg, i.h.b. met de schoolleider en de praktijkmentor. Vaardigheidsdoelen: • De student stelt een overzicht op van taken die hij/zij zal uitvoeren als klasseleerkracht (micro-niveau) en als teamlid (meso- niveau) op de praktijkschool; • Ook maakt de student een overzicht op van de overleg-momenten met zijn/haar mentor, het schoolhoofd en indien mogelijk, met ouders en met externe deskundigen; Bijdrage SM&O aan de zeven competenties: SM&O als module ontwikkelt alszodanig geen nieuwe competenties bij de student, maar appelleert telkens naar deze zeven competenties: ¾ Pedagogische competenties; ¾ Vak-en vakdidactische competenties; ¾ Organisatorische competenties; ¾ Interpersoonlijke competenties; ¾ Competenties in het samenwerken met collega’s; ¾ Competenties in het samenwerken met de omgeving; ¾ Competenties in reflectie en ontwikkeling/persoonlijke groei. IPA modulegids 2008-2009
379
Werkwijze Tijdens de contacturen op het IPA, maar ook daarbuiten, worden de studenten gestimuleerd om in groepsverband te werken aan hun SM&O-opdrachten; de contacturen hebben een ‘workshop’ karakter, waarbij de inbreng, leerpunten en ervaringen van de studenten centraal komen te liggen. Er zal een beroep gedaan worden op gastsprekers, i.c. schoolleiders, die eveneens een bijdrage zullen leveren aan deze module. De te bestuderen literatuur heeft een ondersteunende en/of verhelderende functie. De SM&O-opdrachten bezitten vooral een toepassingswaarde, die de student voorbereid op zijn/ haar functioneren als teamlid op school, te beginnen in de komende OAS-periode. Vandaar dan ook dat aan de studenten wordt gevraagd om met elkaar samen te werken, en zeker op de praktijkschool: veelvuldig overleg plegen met: de schoolleider, de schoolmentor en overige leden van het schoolteam. Evaluatie Ter afronding van de module SM&O dient de student aan de volgende eisen te voldoen: 1. 80% aanwezigheidsnorm; 2. Voldoende voor de module-opdrachten opgenomen in een SM&O-portfolio: Æ Opdracht 1: Aspecten van schoolorganisatie: Beschrijving ‘model schoolorganisietie van stageschool’ & de eigen voorkeur van de student voor een schoolorganisatie-model; Æ Opdracht 2: Taakgebieden op school Æ taken schoolleider & schoolteam: Takendifferentiatie schoolteam & de micro-en meso-taken van de student op zijn/haar stageschool; Æ Opdracht 3: Ouderparticipatie/betrokkenheid ouders/voogden: Stand van zaken op dit gebied op de stageschool en eventuele suggesties van de student om ouderparticipatie te bevorderen/verstevigen; Æ Opdracht 4: Onderwijsinnovatie & onderwijsbeleid: Hoe manifesteert het onderwijsinnovatiebeleid op de praktijkschool? Beschrijving van het profiel (visie & missie) van de praktijkschool; Æ Opdracht 5: een zelfgekozen ‘praktijk-probleem’ op de praktijkschool: De student beschrijft in zijn/haar SM&O-portfolio (individueel) de genoemde vijf (5) opdrachten op een functionele & illustratieve wijze; verder zorgt de student voor passende ‘Inleiding-‘ en ‘Slot-‘ hoofdstukken. Literatuur Niet verplicht, wel aangeraden: Uit: MEER DAN ONDERWIJS. THEORIE EN PRAKTIJK IN DE BASISSCHOOL, Alkema/ Tjerkstra, 1995-5 of meest recent druk; 1. ‘Het team’ , (hoofdstuk XIII), 24 pag.; 2. ‘School en ouders’ , (hoofdstuk XIV), 20 pag.; (Reeds bestudeerd: reader “Het Arubaanse Onderwijssysteem, blok III.1) (Reeds bestudeerd: reader “Onderwijsbestel Aruba – Stageland, blok III. 3-4) IPA modulegids 2008-2009
380
Wel verplicht Æ opgenomen in SM&O-reader: Uit: DE SCHOOLLEIDER IN BEWEGING. VERANDERINGEN IN VISIE EN PRAKTIJK VAN HET PRIMAIR ONDERWIJS, Verbiest, 1999, 3. ‘Ontwikkelingen voor schoolleiders’ , (hoofdstuk 2), 20 pag.; 4. ‘Lerende organisatie’ , (hoofdstuk 3), 22 pag.; Uit: ARUBA MANAGEMENT EN SCHOOLORGANISATIE, Marnix Academie, 1992, 5. ‘Aspecten van schoolorganisatie’ & ‘De school als organisatie’, 30 pag.
IPA modulegids 2008-2009
381
Onderwijskunde Module Blok Vak Specialisatie Docenten Studiebelasting
Schoolwerkplan IV.1 Peda Alle Olivia Groeneveldt 1 punt =40 uur Contacturen :12 Eindopdracht :14 Bestuderen literatuur :14
Inleiding In blok III.2 hebben de studenten de moduul schoolwerkplan en schoolwerkplanontwikkeling gehad. In deze moduul hebben wij inzicht en kennis verworven in het doel, de inhouden, functie, voorwaarden van en problemen m.b.t. schoolwerkplanontwikkeling. In dit blok zal verder worden ingegaan op de ontwikkeling van een schoolwerkplan en wordt een schoolwerkplan ontwikkeld als vingeroefening. Uit hoeveel onderdelen bestaat het schoolwerkplan? Het SWP programma waaraan de student in deze moduul gaat werken bestaat uit 2 onderdelen, nl: A: Algemeen deel - 1 stp B: Zorgverbreding – 1 stp Leerinhouden Waarom een schoolwerkplan? Een schoolwerkplan bevat een uitvoerige beschrijving van alle facetten van het onderwijs op een bepaalde school. Het is een leerplandocument op schoolniveau. In het schoolwerkplan staan de doelen, inhouden, werkwijzen en organisatie van een bepaalde school beschreven. Een aantal scholen voor basisonderwijs op Aruba werken op dit moment aan het vervaardigen van zo’n leerdocument. Schoolteams die bezig zijn met de ontwikkeling van een schoolwerkplan weten uit ervaring dat veel overleg voor nodig is. Met elkaar denken en praten over de onderwijspraktijk is een belangrijke activiteit in het proces van een schoolwerkplanontwikkeling.
IPA modulegids 2008-2009
382
Linkage - SWP III.2 & praktijkopdrachten IF - SM & O
Beginsituatie De student heeft in blok III.2 al kennis gemaakt met Schoolwerkplan en Schoolwerkplanontwikkeling. Verder heeft de student activiteiten ontplooid op het gebied van de ontwikkeling van een schoolwerkplan. Algemene doelen Aan het einde van de moduul: • De student ziet in dat ontwikkelen van een schoolwerkplan geen doel op zich is, maar een middel om goed functioneren van de school te bevorderen • De student ziet in dat een SWP het gezamenlijk product is van het hele team en andere direct betrokkenen • De student ziet in dat een SWP bruikbaar moet zijn voor alle betrokkenen • De student ziet in dat een SWP een langdurig proces is, waarin telkens een onderdeel wordt uitgewerkt en voltooid en dat een SWP nooit af is • De student ziet in dat een SWP het totaalbeeld van een school weergeeft Doelen Kennisdoelen Aan het einde van deze moduul: • Kan de student visie, doelen en inhouden voor de school naar eigen keuze uitwerken. • Kan de student in teamverband visie, onderwijsconcept, algemene doelen en uitgangspunten van de school naar keuze uitwerken . • Kan de student uitwerken wat de school aan zorgverbreding doet. • Kan de student de structuur van de school uitwerken • Kan de student het algemeen deel en de zorgverbreding uitleggen en uitwerken. Vaardigheidsdoelen Aan het einde van deze moduul: • Kan de student het uitwerken van de inhouden die op de school aangeboden worden onderbouwen en uitwerken • Kan de student reflecteren over het eigen functioneren bij samen werken met collega’s. • Heeft de student ervaring opgedaan met het proces van uitwerken van een visie en doelen, en beseffen dat deze pas werkelijk iets gaan betekenen als het uit je onderwijs blijkt.
IPA modulegids 2008-2009
383
Houdingsdoelen Aan het einde van deze moduul: • Beseft de student des te meer waarom het van belang is een SWP te maken • Beseft de student des te meer waarom het hele team aan het SWP moet werken • Beseft de student des te meer dat een open ‘kijk’ op onderwijs door iedereen gedragen moet worden • Beseft de student des te meer dat er voldoende tijd moet worden uitgetrokken om knelpunten te bespreken.
Werkwijze tijdens deze lessen Tijdens de kontakturen worden korte introductie gegeven over de theorie en inhoud van SWP. Er worden discussies gevoerd over haalbaarheid en praktische mogelijkheden van SWP. Daarnaast gaan studenten onder begeleiding in subgroepen werken aan het SWP van hun ideale school. Evaluatie Om deze moduul met succes af te ronden moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden: 1. 80% aanwezigheid 2. het bijhouden van een logboek 3. Voldoende beoordeelde eindopdracht Literatuur • •
E. alkema – W. tjerkstra, 1995, Meer dan onderwijs. Assen: Van Gorcum. Piet Hoogeveen & Jos Winkels, Het didactische werkvormen boek, 1996, Assen • Plan Strategico 1999- 2008, Priepeb, Un Bon Ensenansa Basico: Condicion pa un miho futuro Gebundelde artikelen en brochure
IPA modulegids 2008-2009
384
Onderwijskunde Module Blok Vak Specialisatie Docenten Studiebelasting
Verdieping klassenmanagement IV.1/2 Peda Alle Chela Hato 1 punt =40 uur
Deze module is momenteel in revisie, update volgt binnenkort
IPA modulegids 2008-2009
385
Orthopedagogiek Module Sector Jaar Thema Onderdeel Specialisatie Docenten Studiepunt
Zorgverbreding : Peda, orthopedagogiek : 4, fase 1 : Schoolontwikkeling : Zorgverbredingplan : Beide : Donny Kock en Mervine Kock : 1 à 40 uur= 40 uur Contactuur: 10.5 Bestuderen van literatuur: 23 Uitwerken van lesopdracht: 1.5 Eindopdracht: 5
Inleiding Het onderdeel ”zorgverbredingsplan” dat deel uitmaakt van het totale schoolwerkplan heeft als uitgangspunt de “onderwijs” zorg voor de individuele leerling op school. Leerlingen hebben bepaalde overeenkomsten in hun ontwikkeling, maar iedere leerling is uniek in de manier waarop hij/zij leert en zich ontwikkelt. Iedere leerling leeft ook in een unieke pedagogische thuissituatie en verwerkt de ervaringen die hij/zij elke dag meemaakt op een eigen unieke manier. Wat ook een belangrijk gegeven is, is de cultuurachtergrond van de leerlingen gezien de multiculturaliteit van onze maatschappij. Een andere uitgangspunt voor het verbreden van de zorg op school is daarom dan ook de unieke situatie waar elk leerling zich bevindt. Voor een “zorgverbredingsplan” betekent dit, dat je in je ‘team’ gaat bekijken wat er allemaal op school dient te gebeuren, om elke leerling zoveel mogelijk te laten profiteren van het aangeboden onderwijs. Zorgverbreding op school is dus niet alleen gericht op de problematische kant van het onderwijs, maar meer om de leerlingen op de individuele basis zo optimaal mogelijk te kunnen begeleiden.
Linkage Module 1.3 Onderwijskunde: Leren leren en differentieren Module 1.4 Orthopedagogiek: een eerste oriëntatie m.b.t. leerlingen die een speciale zorg nodig hebben binnen het onderwijs op Aruba. Module 1.4 Onderwijskunde: Het speciale kind in het basisonderwijs Module 2.4 Gedragsproblemen: het begeleiden in de klas Module 3.1 Signaleren en begeleiden van ontwikkelingsstoornissen Module 3.2 Schoolwerkplan en schoolgids Module 4.1 Schoolmanagement en organisatie IPA modulegids 2008-2009
386
Module 4.1 Schoolwerkplan Praktijklink De studenten dienen op grond van de verkregen kennis en opgedane ervaringen van de afgelopen jaren op het IPA een schoolwerkplan te ontwikkelen. Als integraal deel van de Schoolwerkplan moeten ze een zorgverbredingsplan opstellen. Dit als vingeroefening opdat ze ervaren dat werken aan een schoolwerkplan veel overleg vereist binnen het schoolteam. Verschillende schoolteams zijn bezig met schoolwerkplan ontwikkeling. Als afgestudeerde leerkracht moet je enige ervaring en kennis hieromtrent hebben om een functionele bijdrage te kunnen leveren aan deze ontwikkeling. Beginsituatie • Studenten hebben vanaf het eerste jaar modules gehad over “zorgverbreding”. • Tijdens de stages hebben de studenten ervaren dat er leerlingen zijn die individuele zorg nodig hebben; • Studenten zijn op de hoogte van voorzieningen (voor zover aanwezig) en middelen op school gericht op het geven van speciale hulp, ter ondersteuning van de sociaal-emotioneel en cognitieve ontwikkeling van leerlingen; • Studenten kunnen handelingsplannen maken voor leerlingen met een specifieke hulpvraag • Studenten kunnen hulpvragen van de individuele leerlingen bespreken in een team; • Studenten kunnen op basis van de besproken hulpvragen, leerlingen in de klas individuele (onderwijs) hulp aanbieden; • Studenten kunnen orthodidactische middelen aanwenden en/of zelf maken om leerlingen individuele hulp aan te bieden. Algemeen doel • • • •
Kennis en Inzicht m.b.t. het feit dat zorgverbreding op school van groot belang is voor De optimale ontwikkeling van het kind; Kennis en inzicht m.b.t.het feit dat het in het onderwijs gaat om de individuele leerling en niet om een 'standaardleerling' en/of om 'standaardonderwjjsprocedures'; Kennis en inzicht m.b.t. het feit dat door het verbreden van (onderwijs) zorg elke leerling de mogelijkheid heeft om optimale kansen te hebben in het (Arubaanse) onderwijs; Kennis en inzicht dat de in multi-culturele maatschappij van Aruba zorgbreedte en zorgverbreding een must is.
IPA modulegids 2008-2009
387
Doelen Kennisdoelen • Student heeft kennis van wat zorgverbreding inhoudt. • Studenten kunnen aangeven welke middelen, voorzieningen en maatregelen er nodig zijn om de zorg op de basisschool te kunnen verbreden • Studenten kunnen aangeven welke disciplines (deskundigheden) er op de basisschool nodig zijn om de zorg op school te kunnen verbreden; • Studenten kunnen aangeven welke rol, ouderparticipatie speelt ter realisering van zorgverbreding; • Studenten kunnen aangeven hoe de schoolorganisatie dient te zijn om zorgverbreding mogelijk te maken; • Studenten zien de relaties tussen de in het schoolwerkplan beschreven doelen en zorgverbreding. Vaardigheidsdoelen • Studenten kunnen in een team een zorgverbredingsplan opstellen; • Studenten kunnen binnen de zorgverbredingsplan individuele of groepshandelingsplannen opstellen Houdingsdoelen: • De student is in staat om een zorgverbredingsplan uit te voeren. • De student is in staat om een handelingsplan uit te voeren. Competenties •
•
De student kan in zijn / haar toekomstige baan organisatorische aspecten, specifiek gericht op het verbreden van de (onderwijs) zorg op de basisschool, in een schoolwerkplan aangeven en formuleren, deze motiveren en ter discussie stellen in de leerkrachten. De student is zich van bewust van de cruciale rol (attitude) van de leerkracht binnen het proces van zorgbreedte en zorgverbreding en is capabel om aan zelfreflectie te doen. Dit geeft hem/haar de mogelijkheden om het eigen functioneren te optimaliseren en/of om hulp/steun in te roepen.
Leerinhouden Het opstellen van een plan ter realisering van zorgverbreding op de basisschool waarin o.a. de volgende aspecten zijn opgenomen: • Wat is zorgbreedte en zorgverbreding? (macro-nivo) • Voorzieningen, middelen, maatregelen op een school ter realisering van zorgverbreding (micro & meso-nivo); • Leerkrachtattitudes ter realisering van zorgverbreding op school (micro-nivo); IPA modulegids 2008-2009
388
•
Ouderparticipatie en het verband met zorgverbreding op school (meso-nivo).
Werkvormen • • •
Directe instructie en interactieve instructie Werkcollege’s Zelfstandig werken 'in een team studenten met raadpleging van de docent na een (met elkaar) afgesproken tijdsduur of wanneer het team hieraan behoefte heeft.
Literatuur Janssens, Harry (ed) ( 2001). Gedrags- en werkhoudingsproblemen & zorgverbreding. Eindhoven: SON Opleidingen, den Dulk, C.(1994). Inleiding in de orthodidactiek, zorgverbreding en remedial teaching. Nijkerk: Intro Koning, L. : Praktijkboek orthodidactische technieken; van der Leye, A en E.J. Kappers.(1994) :Zorgvebreding: bijdragen uit speclaal onderwijs aan basisonderwijs. Nijkerk. Intro Het bovenstaande is een keuze uit de literatuur waar alle studenten zeker aan kunnen komen of omdat men deze zelf in het bezit heeft of in de IPA-bibliotheek. Verder mag je overal vandaan literatuur halen ook door middel van het internet. Evaluatie opdracht Het indienen van een geïntegreerd zorgverbredingsplan volgens de richtlijnen aangereikt tijdens de colleges. Inleverdatum wordt later bekend gemaakt. Begeleiden van groepswerk vindt plaats via afspraken met de docenten.
IPA modulegids 2008-2009
389
Keuzemodule Onderwijskunde Module Sector Docent
: ‘ONDERWIJSBESTEL ARUBA’ : Pedagogiek; vakonderdeel: Onderwijskunde & Onderwijsrecht : Jose Fernandes Perna, (tevens module-ontwikkelaar)
Module-periode & : Afstudeer-fase (vanaf januari) Entree-voorwaarden a. Module ‘Het Arubaanse Onderwijs’ b. IF/BuS-programma Specialisaties
: Keuze-module, open voor alle specialisaties
Studiebelasting
: 1 StP = 1.5 ECTS (40 uur): > 10.5 uur (workshops/bijeenkomsten/CU); > 15.0 uur (literatuur-studie + verwerkingsopdrachten/NCU); > 14.5 uur (Portfolio: verslag van verwerkingsopdrachten en zelfgekozen onderzoeksproject/Coaching).
Inleiding & Leerinhouden. De keuze-module ‘Onderwijsbestel Aruba’ sluit direct aan op de module ‘Het Arubaanse Onderwijs: achtergronden en ontwikkelingen’ (II.2, vroeger: III.2) en biedt een aanvulling daarop vanuit de vigerende ‘onderwijswetten-en regelgeving’ op Aruba, alsmede eventueel te verwachten (nieuwe) beleids-voornemens zijdens overheid en/of schoolbesturen. Gelet de achtergronden van het Arubaanse onderwijs, worden er linken gelegd met de onderwijsgeschiedenis in Nederland (=historische context) en eveneens met de contemporaine onderwijsontwikkelingen op Aruba (=context van onderwijsinnovatie). Onderwijsartikel I.20 (Staatsregeling Aruba) en de Onderwijs-Landsverordeningen (Lv) KO, BO en VO komen expliciet aan de orde; er wordt ook aandacht besteed aan de juridische grondslag van het IPA als Opleiding van Onderwijsgevenden. De cursisten dienen ook aan een zelfgekozen onderzoeksproject te werken, die de nodige ‘juridische implicaties’ met zich draagt, bijvoorbeeld: wetsbepalingen t.a.v. de Leerplicht, wetsbepalingen t.a.v. de onderwijsinstructietaal (-talen), wetsbepalingen en het bevoegd gezag, wetsbepalingen en medezegenschap ouders/voogden.
Beginsituatie & Linkage Voor wat betreft de historische context, grijpen wij terug op de module “Het Arubaanse Onderwijs: achtergronden en ontwikkelingen”. Bij de behandeling van de respectieve (onderwijsbestel-)aspecten (= profiel Aruba), bespreken/bestuderen wij tevens IPA modulegids 2008-2009
390
vergelijkbare aspecten van Nederland en/of die van de bezochte stagelanden (raadpleeg hiervoor je ‘Eindverslag IF/BuS’, in het bijzonder het gedeelte ‘onderwijs-innovaties). De colleges hebben vooral een ‘werk-karakter’, waarbij wordt uitgegaan van een actieve participatie van de cursisten. De in de colleges (workshops) ingezette ‘juridische implicaties’ worden door de cursisten verder uitgewerkt (NCU) op niveau van hun eigen specialisatie (KO, BO of VO). Ter afronding van de module ‘Onderwijsbestel Aruba’, werken de cursisten in groepsverband en onder begeleiding (coaching) aan een zelfgekozen onderzoekssproject. Dit afrondingsproject kan als basis dienen voor een eventueel ‘Afstudeerproject’.
Algemene doelen (Te behalen na afronding van de in te leveren Portfolio) I. De cursisten bestuderen systematisch aspecten van het onderwijsbestel op Aruba en vergelijken deze met die in Nederland en eventueel met die in de bezochte stagelanden, in termen van: ¾ de externe educatieve structuur, ¾ de onderwijsverzorgingsstructuur, alsmede de beheer-en administratieve structuur; ¾ grondwettelijke bepalingen: Aruba (I.20), Nederland (23) en eventueel van de bezochte stagelanden en vooral de principes van: openbaar, bijzonder en privaat onderwijs, vrijheid van onderwijs, financiele gelijkstelling, eerbiediging van ieders godsdienst of levensovertuiging; ¾ wetsbepalingen omtrent: bewijzen van bekwaamheid en onderwijsbevoegdheid; benoemingsvereisten en rechtspositie onderwijspersoneel, toezicht en controle kwaliteit van onderwijs, school-en examenreglementen; ¾ wetsbepalinen per schooltype omtrent: algemene bepalingen, openbaar en uit de openbare kas bekostigd bijzonder schoolonderwijs, curriculum-vereisten, vormingsgebieden, toezicht en onderwijsinspectie. II. De cursisten passen het onder punt I. bestudeerde bestel-aspecten toe in een zelfgekozen onderzoeksproject; het is toegestaan in duo’s te werken. Voor mogelijke onderzoeksthema’s, zie vorige pagina.
Werkwijze en planning van de workshops en overige bijeenkomsten Workshop I: Onderwijsbestel Aruba. Voorbereiding : bestudering artikel “Het Arubaanse Onderwijs”. Programma 1. de externe educatieve structuur; 2. de onderwijsverzorgingsstructuur, alsmede de beheer-en administratieve structuur; 3. onderwijsinnovatie & beleidsvoornemens (Aruba) m.b.t. KO, BO en VO. IPA modulegids 2008-2009
391
Workshop II: Onderwijsartikel I.20, Staatsregeling Aruba. Voorbereiding: bestudering artikel “Onderwijswet-en regelgeving op Aruba”. Programma : 1. Onderwijsartikel I.20 (Aruba) en 23 (Nederland): 0 principe van vrijheid van onderwijs; 0 financiele gelijkstelling; 0 eerbiediging van ieders godsdienst of levensovertuiging; 2. Wetsbepalingen omtrent bewijzen van bekwaamheid en onderwijsbevoegdheid; benoemingsvereisten en rechtspositie onderwijspersoneel, contrôle kwaliteit van onderwijs. Workshop III: Landsverordeningen Kleuter- Basis & Voorgezet Onderwijs. Voorbereiding: bestudering van de Landsverordening (Lv) betreffend je specialisatie. Programma : 1. Bestudering van capita selecta uit Lv KO, BO of VO: 0 algemene bepalingen; 0 personeel & onderwijsbevoegdheid; 0 curriculum en vormingsgebieden; 0 toezicht en onderwijsinspectie; 2. Onderwijsinnovatie in het KO, BO of VO en de nodige juridische grondslag daarvoor: staand van zaken? Workshop IV: Responsie n.a.v. de vorige workshops en op te starten onderzoeksprojecten. Voorbereiding : gelegenheid om onduidelijkheden voor te leggen. Programma : 1. Responsie op onduidelijkheden; 2. Verslaglegging werkopdrachten in Portfolio; 3. Instructies en opstarten van onderzoeksprojecten. Bijeenkomsten 5, 6 en 7: Werken aan onderzoeksprojecten onder begeleiding (coaching)
Evaluatie Ter afronding van de module ‘Onderwijsbestel Aruba’, moeten de cursisten aan de volgende voorwaarden voldoen: 1. 100% aanwezigheid (workshops I, II & III) en 80% overige bijeenkomsten; 2. Voldoende (minstens 5.5) voor de tussentoets ‘Onderwijsbestel Aruba’; 3. Voldoende (minstens 5.5) voor het onderzoeksproject, conform afstudeercriteria.
Literatuur 1. Reader van module “Het Arubaanse Onderwijs” (FE); 2. Landsverordening Kleuter onderwijs: 4-8 specialisatie; 3. Landsverordening Basis onderwijs: 6 – 12 specialisatie; IPA modulegids 2008-2009
392
4. Landsverordening Voortgezet onderwijs: tweedegraads specialisatie; 5. Artikel I.20, Staatsregeling van Aruba; 6. A Strategic National Educational Plan 2007-2017, Ministry of Education, Aruba, 2007. (Report); 7. Plan Nacional di Enseñansa 2007-2012, Ministerio di Enseñansa, Aruba, 2008. (pps); 8. Overig literatuur, verbandhoudend met gekozen onderzoeksthema.
Websites. www.gobierno.aw: klik op:
Æ Enseñansa, voor algemene informatie omtrent onderwijssysteem en –ontwikkelingen; Æ Ley en ga naar‘Zorg, welzijn en milieu
(vervolg)’ voor de teksten van de Lv KO, BO en VO; www.minocw.nl : klik op:
Æ Onderwijs en ga naar ‘Onderwijsstelsel Primair onderwijs (PO) en Voortgezet Onderwijs (VO); Æ Wet-en regelgeving en ga naar Overheid.nl’voor WPO en WVO.
IPA modulegids 2008-2009
393
Keuzemodule Talen Modulo : Taalgericht vakonderwijs Periode : 4.1 en 4.2 Specialisatie : 4-8 en 6-12 Docenten : Jessica van der Linden - Maduro Studiebelasting : 1 studiepunt/ 1,5 ECTS = 40 uur (X 2) Colleges 2 X 1,5 =3 Zelfstudie = 14 Toepassing in de praktijk = 14 Evaluatie = 9 uur
4-8: gericht op klas 1 en 2, maar elementen bruikbaar voor de kleuterklas 6-12: gericht op onder-, midden- en bovenbouw
Inleiding Taal, leren en denken zijn niet onlosmakelijk aan elkaar verbonden. In alle schoolvakken gebruiken docenten taal als middel om de vakinhouden over te brengen op de leerlingen. Docenten hebben bovendien te maken met leerlingen die verschillen in taalvaardigheid en voor wie de instructietaal in veel gevallen een struikelblok vormt. Ongeacht de instructietaal, er moet altijd met de taal op school rekening gehouden worden. De schooltaal zoals het ook genoemd wordt, kan namelijk per vak verschillen en deze schooltaal komt voornamelijk alleen op school voor. Het is dus van uitermate belang om als leerkracht deze schooltaal zo toegankelijk mogelijk te maken voor de leerlingen en des te meer met het Nederlands als vreemde instructietaal, maar ook met Papiamento als eerste eerste of als tweede taal. Beginsituatie De studenten hebben diverse eigen vaardigheid modules, ontwikkelmodules en modules taaldidactiek achter de rug. De student toont inzicht en vaardigheid door middel van functionele, betekenisvolle activerende ‘taallessen’ in de praktijk. Leerinhouden Hoe zien taalgerichte vaklessen eruit? Leren in interactie Leren met taalsteun Leren in context
IPA modulegids 2008-2009
394
Linkage Door taalgericht vakonderwijs aan te bieden, kan de student thematisch, integratief en gedifferentieerd werken. Thema’s die centraal staan binnen de vernieuwingen en binnen het IPA. Praktijklink Taalonderwijs dat beter aansluit op het kind en op de visie van het nieuwe ‘taalleren’. Leerdoelen Kennisdoelen ♦ De student is in staat adequaat taalgericht vakonderwijs aan leerlingen te herkennen en te beschrijven. ♦ De student neemt kennis van vakspecifieke leerstrategieën en leermaterialen passend bij de visie van taalgericht onderwijs. ♦ De student is in staat om de reguliere taalmethodes en zaakvaakmethodes en/ leermiddelen in te schatten op bruikbaarheid. ♦ Vaardigheidsdoelen ♦ De student is in staat adequaat taalgericht vakonderwijs aan leerlingen te herkennen en te geven, zodanig dat hun niveau van taalvaardigheid niet zal leiden tot achterstand van het leerstof. ♦ De student maakt gebruik van vakspecifieke leerstrategieën en leermaterialen passend bij de visie van taalgericht onderwijs. ♦ De student is in staat om de reguliere taalmethodes en zaakvaakmethodes en/ leermiddelen adequaat aan te passen en toe te passen om deze methode(s) beter inzetbaar en begrijpelijk te maken. Houdingsdoelen ♦ De student heeft een kritische houding ten opzichte van zijn/haar eigen onderwijs. ♦ De student is bereid om elke gelegenheid die zich voordoet aan te grijpen om zich in te zetten voor taalgericht vakonderwijs. ♦ De student is bereid om alle hulpmiddelen die tot zijn/haar beschikking zijn, te gebruiken om het leren en gebruiken van schooltaal zo prettig, zinvol en functioneel mogelijk te laten zijn. Praktijkopdracht 4 – 8 en 6 – 12: onderdeel van evaluatie opdracht. Werkvormen De module bestaat uit een aantal klassikale bijeenkomsten en zelfstudie waarbij afwisselende activiteiten zoals o.a. leesopdrachten, schrijfopdrachten, zelf ontdekken van eigen gewoontes met betrekking tot taal en schooltaal te pas komen. IPA modulegids 2008-2009
395
Evaluatie Het maken van een dossier (tweedelig; drie centrale vragen: o Hoe geef ik taalgericht vakonderwijs vorm in de praktijk? o Lukt het mij op deze manier om een versnelling in de taalontwikkeling te berwerkstelligen? o Wat moet er nog gebeuren?) waarbij zichtbaar wordt dat je de bovenstaande doelen hebt bereikt d.m.v. onderzoekjes, opdrachten en reflectie. De opdrachten, onderzoekjes en reflectie hebben betrekking op de praktijk en de theorie. Literatuur ♦ Van Beek, Wim en Marianne Verhallen, 2004, Taal een zaak van alle vakken. Geintegreerd taal- en zaakvakonderwijs op de basisschool, Coutinho, Bussum. ♦ Hajer, Maaike en Theun Meestringa, 1995, Schooltaal als struikelblok. Didactische werken voor alle docenten, Coutinho, Bussum. ♦ Hajer, Maaike en Theun Meestringa, 2004, Handboek Taalgericht vakonderwijs, Coutinho, Bussum. ♦ Nijmeegse Werkgroep, vierde druk, Taaldidactiek aan de Basis, WoltersNoordhoff, Groningen. ♦ Paus, Harry e.a, 2002, POR Taal, Praktische taaldidactiek voor het primair onderwijs, Coutinho, Bussum. ♦ Verhallen, Marianne en Ruud Walst, 2001, Taalontwikkeling op school. Handboek voor interactief taalonderwijs, Coutinho, Bussum. ♦ www.taalgerichtvakonderwijs.nl
IPA modulegids 2008-2009
396
Keuzemodule Beeldende Vorming Module Periodo: Specialisacion: Docente:
: Practica di arte Visual IV-1 4-8/6-12 Stan Kuiperi
Punto di estudio: Ora di estudio: Encuentronan: Otro tareanan: Evaluacion:
2 80 ora 14 x 1.5 = 21 ora 55 ora 4 ora.
Introduccion E modulo opcional “Practica di Arte Visual” ta ofrece na e studiante den di cuater aña un programa di finalisacion y profundisacion den e materia Arte visual como parti di e area di formacion Arte. E programa aki ta pa studiantenan di specialisacion 4-8 y 6-12 cu ta interesa den e area di Arte y cu ta desea di yega mas lew den e disiplina di Arte visual como parti di nan formacion di maestro pa enseñansa preparatorio y/of primario. E programa ta ofrece e studiantenan oportunidad pa explora nan potencial visual personal y tambe desaroya nan habilidad creativo y pedadgogico-didactico pa medio di Arte visual. Situacion inicial E studiantenan a finalisa cu exito e programa di Arte Visual di promer te cu di tres aña. -Den e di promer aña e studiante a explora material y tecnicanan basico di expresion visual, y e desaroya bista riba su propio potencial. -Den e di dos aña e studiante a sigi desaroya su uso di e medionan visual, enfocando riba comunicacion y despues riba conosemento y habilidadnan pedagogicodidactico durante practica y e modulo II-3. Tambe ela conose apectonan di historia di arte local y global. -Den di tres aña e studiante a traha cu planificacion y contenido di e curiculo di arte visual pa enseñansa preparatorio y primario na Aruba, como preparacion general pa cuminsa su carera di maestro. - Den di cuater aña, ademas di e modulo opcional aki, e studiante despues por scohe tambe un tema di Arte visual como su ASP y examen final, durante cual e lo por hasi investigacion mas profundo ainda riba temanan relaciona cu Arte visual den enseñansa. IPA modulegids 2008-2009
397
Contenido - Profundisacion, exploracion y experimentacion cu diferente material y tecnicanan (2- y 3-dimensional) visual basico. E studiante por elabora riba locual ela practica caba den di promer y di dos aña (portfolio visual), den e cader di preparacion pa bai mas lew cu su futuro alumnonan. Diferenciacion segun specialisacion. - Practica pintamento riba borchi como medio didactico. Planificacion necesario, preparacion practico, material y temanan relevante. Diferenciacion segun specialisacion. - Investigacion y estudio di e aspectonan general di creatividad personal y e balor creciente di esaki den nos comunidadnan local y global, y con pa desaroya habilidad creativo serca muchanan den enseñansa. Diferenciacion segun specialisacion. - Organisa y realisa un excursion pa muchanan di scol basico den cader di educacion di arte. - Organisa y realisa un exposicion di arte di mucha di scol basico den cader di educacion di arte. Linkage E modulo opcional aki ta gelink cu demas partinan di e programa di e curiculo di Arte Visual na IPA, manera splica anteriormente. Den termino general, e modulo aki lo tin un linkage cu e puntonan di salida di Priepeb y e “dimensionnan di desaroyo humano” y e competencianan specifico pa Arte, segun delinea den e documento “Educacion di Arte: Curriculo pa Enseñansa Primario Arubano” (Priepeb). Tambe ta tene cuenta cu e rekisitonan di entrada pa e Ciclo Basico I, relaciona cu e materia CKV segun delinea pa SHA. Ademas lo tene cuenta cu eventual terenonan di e area Arte na IPA cu por ta aplicabel, y cu corientenan actual den educacion di arte visual cu ta enfoca riba un desaroyo holistico di e mucha a base di un programa den cual arte ta hunga un papel central. Linkage cu practica E link cu practica ta consisti di e relacionnan entre e practica den scol y e contenido di e modulo cu por ta relevante pa enfoca ariba y elabora. Aspectonan di e contenido di modulo cu por ta aplicable den practica lo haña atencion special, y di otro banda aspectonan di practica (manera e.o. e curiculo of programa di arte, materialnan visual y temanan, excursionnan, etc.) lo por forma parti di e temanan trata den e modulo. Esaki a base di e practica cu e studiante mester realisa den e promer parti di e di cuater aña. Metanan Metanan di conosemento Na final di e modulo e studiante: IPA modulegids 2008-2009
398
4. ta na altura di e balor diverso di educacion di arte visual pa e desaroyo di e mucha. 5. ta na altura di e posibilidadnan pedagogico-didactico di e material y tecnicanan visual basico cu ela aplica. 6. ta na altura di e posibilidadnan pedagogico-didactico di e formanan di traha (excusion, exposicion) cu ela aplica 7. ta na altura di e necesidad pa desaroyo di habilidadnan creativo y e medionan disponibel pa esaki. Metanan di habilidad Creativo Na final di e modulo e studiante: 5. a desaroya su propio habilidad creativo (productivo) pa medio di e trabou practico realisa den e modulo Tecnico 6. a desaroya aplicacion di materialnan y tenicanan diverso riba un nivel mas lew cu e programa regular ta ofrese. 7. por structura, organisa, realisa y evalua ur e aspectona principal di exposicion y excursionnan den cader di educacion di arte visual. Reflectivo 8. a desaroya su propio habilidadnan reflectivo di observacion, comparacion, analisis y evaluacion pa medio di e trabou practico realisa den e modulo.
Metanan di actitud Na final di e modulo e studiante: 15. Ta dispuesto pa considera positivamente e funcion personal y social di arte y di educacion di arte. 16. Ta dispuesto pa considera positivamente su propio posibilidadnan creativo. Tareanan pa practica Den practica e studiante ta trata di aplica aspectonan relevante ( e.o. tecnico, tematico, curicular) di e contenido di e modulo den su lesnan segun su specialisacion. Lo structura un programa di tareanan conhuntamente cu e studiante, BP/AB, y mentor di e scol.
Formanan di traha - College - Demostracion practico - Trabou practico bou guia, y individual y den grupo - Diferenciacion entre 4-8 / 6-12 - Planeamento y trahamento den gruponan diverso IPA modulegids 2008-2009
399
-
Observacion y investigacion den practica Estudio di literatura Coleccion y presentacion, excursion.
Evaluacion - 80% di atendencia - Trahamento den grupo/subgrupo na nivel satisfactorio - Muestra positivo di desaroyo personal y profesional - Presentacion di resultado di calidad satisfactorio pa cada parti di e programa Literatura - Reader: material y tecnicanan - Reader: desaroyo di creatividad - Reader: excursion y exposicion
IPA modulegids 2008-2009
400
Keuzemodule Dansante Vorming Module Periode (jaar/blok) Specialisatie Docent(en)
: Baile y Media : IV.1/2 : alle : Wilma Kuiperi-Jansen
Deze module is in revisie. Update volgt binnenkort
IPA modulegids 2008-2009
401
Keuzemodule Hende y Comunidad Module Periode (jaar/blok) Specialisatie Docent(en)
: Veldwerk : IV.1/2 : alle : Kees de Jong en Sergio Tromp
Deze module is in revisie. Update volgt binnenkort
IPA modulegids 2008-2009
402
Keuzemodule Rekenen Keuze module Werken met leerlijn rekenen : Rekenen / Wiskunde Evt subtitel / onderdeel Periode (jaar/blok) : 4.1 Specialisatie : 4-8, 6-12 Docent(en) : GD Studiebelasting (1 stp=40 uur): 1 stp (1.5 ECTS) Urenverantwoording : − aantal colleges/begeleidingsuren : 6,0 uur (4 x 1,5) − Zelfstandig werken aan (eind)opdrachten / evaluatie : 32,5 uur evaluatie (eindopdrachten, presentatie) : 1,5 uur (college’s in lesweek: 1,2,5 en 7) Inleiding Vierdejaarsstudenten hebben tot en met III.4 stage gelopen volgens het blokkensysteem. Men heeft per blok een aantal dagen achter elkaar stage kunnen lopen, onderbroken met lesweken op het instituut. Hierdoor hebben de studenten nog geen kans gehad om de opbouw van een (reken)leerlijn te kunnen ervaren. De inhoud van deze module biedt de student de gelegenheid om dit van dichtbij mee te maken door gebruik te maken van de laatste methoden en de nieuwste generatie kerndoelen. Aan de hand van deze kerndoelen kan een student niet alleen weten wat er behandeld moet worden op lange termijn, maar kan ook de leerling zodanig in kaart brengen dat het bieden van de stof beter op maat kan worden aangeboden. Er wordt veel aandacht besteedt aan de leerlijnen, leerstofbeheersing per leerjaar, (kern – en tussen)doelen. Vakdidactiek komt heel gering voor in deze module. Beginsituatie Studenten hebben • met diverse hulpmiddelen geoefend / gewerkt. • kennis vernomen van het realistisch rekenonderwijs en –didaktiek. • in diverse leerjaren en diverse schooltypen stage gelopen • het overzicht bekeken van de rekenlijn vanaf het kleuteronderwijs volgens de oude (2e generatie) kerndoelen. Leerinhouden • Linkage Hier gaan we dieper in op de kennis R/W modules vanaf blok II.1.
IPA modulegids 2008-2009
403
• Praktijklink Studenten oefenen met het werken met een (willekeurig) methode zonder de rekenlijn en kerndoelen uit het oog te verliezen en gaan ze deze direct in het veld toepassen. Leerdoelen Kennis De student(e): • Heeft kennis vernomen van leerlijnen volgens een methode. • heeft kennis hebben vernomen van de nieuwste generatie kern- en tussendoelen voor kleuter- en Basisonderwijs Vaardigheden De student(e): • kan een methode te bestuderen en hoe deze gebruik moet worden. • kan een leerling per domein in kaart brengen. • kan een remediëringspakket maken voor leerlingen naar behoefte. Houding De student(e): • weet zelfstandig literatuuronderzoek te doen ten behoeve van het begrijpen van de rekenlijn en het kunnen helpen van het jonge kind op het gebied van rekenen. Praktijkopdrachten Invulling van de eindopdracht is volgens specifieke gevallen uit de praktijk. Werkvormen • Onderwijsleergesprekken • Groepswerk en • Zelfstandig werken Evaluatie In de evaluatieweek presenteert de student(e) zijn/haar werk aan medestudenten. Verder is de 80%-regeling van kracht. Literatuur • Rekenmethoden + handleiding • Hand-outs
IPA modulegids 2008-2009
404
Bijlagen
IPA modulegids 2008-2009
405
Studiepuntenverdeling 2008-2009 Vormingsgebieden I.1 ALGEMEEN PEDAGOGISCHE VORMING Onderwijskunde en Alg. Didaktiek 0.75 Orthopedagogiek Psychologie 1 Pedagogiek PRAKTISCHE VORMING Instituutsprakticum /Schoolpraktijk IDIOMA Y COMUNICACION Talen Nederlands Papiamento Schrijven Logopedie ARTE Beeldende Vorming Muziek Dansante Vorming Drama
Leerjaar 1 I.2 I.3
0.625 0.625
1 1
1
1
1
1
1
2
2
2
1
1
1 1 1
1** 1
1+1+1*
Leerjaar 4 IV 1&2 IV 3&4 23.5 12 4.5 4 3
1+1+1* K 1
1+ 0.5 1**
1 1 0.5
2
1
0.5 1
1 1
1
2
1+1 1+1 1 1
1
2
2
2
2
5
1
1
1
1
K
0.5
1 0.5
1
1 1
1 1
1
1
1
1
1 1
1
1 1
1
1
1
1
1
1***
1
1 1
1
1 1
1
12 7 2 3
K
1 1
1 1
1
15 5 4 3 3
K 1
1 1
1
24 10 3 6.5 2 2.5
1
1
1 1
0.5 1
7.5 2.5 5
1
5.5 5.5
1 + 0.5
1
9 7 2
K
1
1
INFORMATIE COMPUTER TECHNOLOGIE ICT 1 ANDERE ONDERDELEN Sova Vrije studiepunten Integratieve Fase (IF) Intervisie en coaching Keuzeaanbod Voorbereiding op afstuderen Onderwijsassistentschap (OAS) Afstudeerproject (ASP) Sociaal project (SPR) Totaal aantal stp per blok Totaal aantal stp per jaar
1
Leerjaar 3 III.1 III.2 IF
25 2
NATURALESA Y TECNOLOGIA Ciencia Natural y Tecnologia MATEMATICA Rekenen en Wiskunde Wiskunde
II.1
1 1
HENDE Y COMUNIDAD Hende y comunidad PMV Spiritualidad MOVECION Y SALUD M&S Gezondheidseducatie M&S Bewegingsonderwijs
Leerjaar 2 II.2 II.3 II.4
I.4
2 2
1
46 0.5
0.5 2 20 1 2 1
11.25
11.63 13.63 46
9.5
11
14
12.5 49
11.5
10
11 43
22
13
* verdieping Klassenmanagement eenmalig in leerjaar 4 en III.2 ** 3de jaars hebben module Onderwijs en Ongelijkheid al gehad in II.4, krijgen eenmalig Arubaans onderwijs in III.2, ** 2de jaars krijgen het Arubaans Onderwijs in in II.4 *** module differentieren R&W is toegevoegd aan het curriculum K= Keuzeaanbod in leerjaar vier kan door veschillende vormingsgebieden worden aangeboden
10 5 4 19 32
169.5