SCHOON VOLK Hebben een buitenkant gekregen met binnenkantlezers, droevigwezers, kleurenkenners, kruidenruikers en een vlekje op een plekje. Hebben aanwezigheid gekregen, schouderscharnieren, spierspanning, bloedgroep, baltsroep en breekbaar gebeente. Hebben herkenbaarheid gekregen, breedte, hoogte, herkomsthuid, armen zoekend waar te blijven, schrammen van ooit ergens. Hebben afwezigheid gekregen, dichtdoegezichten, vuisten als knoppen, ingepakte voeten op de groetmetochstoepen. Hebben aanraakbaarheid gekregen, vingertip, voeling, leesbaar als weerbericht, weerbaar de grenzen van vel over veel. Dragen een hoogst persoonlijk hoofd met kanalen waardoor woorden de oever van de lippen halen: hoor wat er hangt in de hersens.
VOORWOORD De diversiteit in onze samenleving is een realiteit. De internationale politieke ontwikkelingen en de globalisering die kenmerkend zijn voor de afgelopen decennia hebben verschillende soorten migratiestromen op gang gebracht en de Vlaamse bevolkingssamenstelling danig gewijzigd. De Vlaamse steden en gemeenten komen hierdoor steeds meer in aanraking met nieuwe culturen, tradities en levensbeschouwingen. Vandaag leven in onze steden en gemeenten mensen die afkomstig zijn uit alle hoeken van de wereld. De diversiteit in onze samenleving heeft voor een grotere rijkdom gezorgd, maar doet ook op regelmatige tijdstippen het debat over eigenheid en identiteit oplaaien. Vaak gaat men deze debatten aan vanuit een wij/zij gedachte waarbij een opdeling van de samenleving in verschillende groepen het uitgangspunt vormt: mannen en vrouwen, allochtonen en autochtonen, holebi’s en hetero’s, nieuwkomers en mensen die hier al langer verblijven, underground en mainstream. De opdeling kan ook op basis van uiterlijk gebeuren: dik-mager, blond-donker, zwart-blank, enz... Leren omgaan met de aanwezige diversiteit vraagt meer dan een oppervlakkige kennismaking en vrijblijvende openheid. Omgaan met diversiteit vraagt om flexibiliteit en om inlevingsvermogen. Om een open houding dus, die uitgaat van de kracht van verschillen én gelijkenissen tussen mensen. Het is van belang om te erkennen dat diversiteit een bron van kwaliteit kan zijn. Investeren in omgaan met diversiteit, is ervoor zorgen dat iedereen ook mee kan doen. Dat is een maatschappelijke verantwoordelijkheid die ons allemaal aangaat: bedrijven, organisaties, instellingen, maar ook en vooral de individuele burger. Daarom zal deze originele tentoonstelling u zeker niet onberoerd laten. Ze laat u kennis maken met het ‘Schoon volk’ dat onze samenleving rijk is, en met hun kijk op uiterlijk. Het (taboe)thema wordt op een constructieve en sensibiliserende manier aangekaart. Thema’s gaande van esthetische chirurgie en overgewicht, discriminatie en pesten tot de zogenaamde “eerste indruk” komen er aan bod.
Stadsgedicht Joke van Leeuwen n.a.v. de tentoonstelling ‘Schoon Volk’
Marino KEULEN Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering
1
Heeft ons uiterlijk invloed op onze persoonlijke ontplooiing? Bepaalt het onze kansen in de maatschappij? Hoe positioneren we ons in de maatschappij? Wetenschap en filosofie bieden boeiende verklaringen en invalshoeken. Maar wat denken wij, gewone mensen erover?
2
Hoe kijken we naar onszelf? Hoe kijken we naar anderen? Welke onderliggende mechanismen spelen mee? Wordt ons kijken enkel geleid door erfelijke, genetische codes? Of gebruiken we het bijzondere vermogen dat we als mens hebben: de rede? En wat is de rede, zonder het hart, zonder waardigheid, poëzie, humor? In de tentoonstelling Schoon volk nemen 30 mensen u mee in hun leefwereld. Zij geven hun mening over leuke maar soms ook moeilijke thema’s. Ze vertellen over hun ervaringen. Daar is moed voor nodig en dat maakt hen tot bijzondere mensen. In het dagelijkse leven zijn ze net als u: “Schoon volk”.
3
SPIEGEL We bekijken onszelf en anderen voortdurend. Maar kunnen we echt naar onszelf kijken? Hebben we wel altijd een spiegel nodig? Kijken naar onszelf doen we immers ook met de ogen van de anderen. We volgen hun blik en reageren erop. Een spiegel is handig, maar niet essentieel. De blik van de ander is ons referentiepunt. Hij leert ons wie we zijn of hoe anderen denken dat we zijn. Dat kan confronteren of juist flatteren. Kijken naar jezelf: de ander kijkt altijd mee. Zoals we ons zelf zien, zo denken we dat anderen ons zien. De barst in de spiegel aan de wand. De schone heeft mij een kus gegeven, maar geen transformatie, geen upgrading, ik ben het vermaledijde beest gebleven.
4
KIJKEN NAAR JEZELF
Zoals de aap - die met zijn gouden ring draag ik kleren van Armani, Kenzo, Boss... maar toch ben en blijf ik een lelijk ding. Dus trek ik mij terug, bij de honden, - straathonden schijten op schoonheid ik huil naar de maan en lik mijn wonden. Wilfried Defillet Niet enkel onze uiterlijke verschijning bepaalt onze identiteit. Temperament, denkvermogen en talenten hebben evengoed een invloed. ‘Jezelf mooi vinden is ook afhankelijk van de spiegel waarin je kijkt. Het is dus belangrijk de juiste te kiezen.’ JEAN KABUTA Het gevoel door anderen bekeken en getaxeerd te worden, maakt ons soms onzeker. We benadrukken wat we willen dat men ziet. We doen er alles aan om mooi, gezond, welstellend en aantrekkelijk te ogen. Een frisse, blozende huid is een getuigenis van jeugd. Vrouwen van alle leeftijden doen dan ook hun uiterste best om hun huid zo ‘jong’ mogelijk te houden. • Lippenstift om de lippen voller en jonger te maken. • In het begin van vorige eeuw herhaalde men hele reeksen woorden die met een ‘p’ begonnen om de mond te ronden en te plooien! Pit pot pat, peperpot en pat. • We epileren onze wenkbrauwen om ze dunner te maken en zo de indruk te wekken dat ze verder van onze ogen staan, dat lijkt onschuldiger. • Hoge hakken zorgen voor een holle rug, een platte buik en langere benen.
5
• Ruim 7 op 10 mannen is tevreden met zijn uiterlijk. Dat is veel in vergelijking met 5 op 10 vrouwen. • Mannen zijn ontevreden over hun buik, vrouwen worstelen vooral met hun lichaamsgewicht. BELGEN EN NEDERLANDERS Belgen staan met 35 minuten veel langer voor de spiegel dan Nederlanders, die hebben 25 minuten nodig. Nederlanders staan wel vaker onder de douche, 6 op 10 zelfs elke dag. Nederlandse mannen en vrouwen wassen ook vaker hun haar: een derde van de Nederlanders doet dit dagelijks, bij de Belgen is dit slechts 2 op 10. BORSTEN • 57,2 procent van de meisjes denkt dat alle jongens van grote borsten houden. • 37 procent van de meisjes is niet tevreden met de eigen (kleine) borsten. • 1 op de 3 jongens heeft een uitgesproken voorkeur voor grote borsten. ZELFVERTROUWEN: 61,9 procent van de meisjes vindt slim zijn belangrijker dan mooi zijn.
6
“Ik heb veel piercings, tatoeages, een hanenkam en ik ben extravagant en kleurrijk gekleed. Ik wilde er van kleins af aan anders uitzien. Ik groeide op in Duitsland. Later zat ik op school in België en voelde ik me wat uitgesloten. Toen ben ik met mijn uiterlijk beginnen provoceren. Hoewel mijn vader een militair was, lieten mijn ouders mij vrij in het kiezen van mijn kleding. Ze waren redelijk los.” t MARINO PUNK (42 JAAR) “Ik ben een gewone, typisch Vlaamse gast, bruin haar, gewoon lichaam, 1m83, donkere wenkbrauwen, niet te bruin, niet te blank... Ik ben wel geëvolueerd. Vroeger vond ik mezelf niet zo mooi, terwijl ik nu denk dat ik wel gezien mag worden. Voor een acteur is je lichaam je instrument.” u GERT (29 JAAR) “Ik krijg heel vaak te horen dat ik een typisch engelengezichtje heb – blond haar, groene ogen, sproetjes... De meeste mensen zien mij als braaf, onschuldig, zelfs naïef. Toch vind ik zelf dat dit beeld helemaal niet past bij mijn karakter.” t INGRID (25 JAAR) “Mijn dreadlocks en mijn baard zijn heel belangrijk, want die geven mijn identiteit als rasta aan. Mijn levensdoel is om een rasta te zijn en mijn uiterlijk herinnert me daaraan. Het is een geheugensteuntje.” u PHIL (49 JAAR) “Mijn littekens zijn belangrijk voor mij. Ze herinneren mij aan waar ik vandaan kom. Ze vormen een constante herinnering, een stempel van bepaalde gebeurtenissen op mijn leven.” t SELAM (33 JAAR)
“Ik beschouw mijzelf niet als kleine mens. Dat is iets wat anderen doen. Ik heb mij altijd verwant gevoeld met de underdog: Martin Luther King, Nelson Mandela, Steve Biko... Ook zij streden dagelijks tegen vooroordelen, tegen verdrukking. Niet dat ik echt verdrukt word, maar ik word altijd wel in een bepaalde hoek geplaatst, alsof ik niet in aanmerking kom voor bepaalde zaken omdat ik klein ben.” t MICHA (33 JAAR) “Ik ben klein en altijd een klein beetje mollig geweest. Ik heb mezelf nooit echt mooi gevonden. Misschien niet helemaal terecht, maar ik denk dat het normaal is om een beetje te klagen. Als ik foto’s bekijk van vroeger, denk ik toch dat ik er best mocht zijn. Nu ben ik tevreden over mijn uitstraling omdat die het evenwicht weerspiegelt dat ik gevonden heb.” u SUZANNE (69 JAAR) “Rond mijn dertigste ben ik te weten gekomen dat ik genderdysforie had. Ik was als een vrouw geboren in een mannenlichaam. Ik zag daar ongelooflijk van af. Ik voelde mij als man heel slecht in mijn vel. Gelukkig heb ik de moed gehad om de transformatie aan te vatten, een heel zwaar proces. Nu ben ik fier op mezelf. Als ik in de spiegel kijk vind ik mezelf mooi. Het klinkt misschien pretentieus, maar ik ben trots. In de tijd dat ik als man leefde, vond ik mezelf lelijk.” t ROOS (34 JAAR) “Ik vind mijn wit haar absoluut mooi. Je moet daar je eigenheid van maken. Ik zie er altijd goed uit, punt. Ik ben héél licht van huid en moet dus oppassen met de zon. De meeste albino’s* hebben ook last van hun ogen. Ik kijk scheel en kan echt niet zonder mijn aangepaste bril. Mijn buikje van de beginnende dertiger vind ik niet zo mooi. Daar wil ik wel iets aan doen, maar dat is zoveel moeite en het eten is zo lekker.” u MAARTEN (35 JAAR) * Albinisme is het ontbreken van pigment door een erfelijke stofwisselingsstoornis. Er zijn 2 vormen. Onvolledig: alleen lichtblauw tot rood gekleurde iris. Volledig: pigment ontbreekt in de ogen, huid en haar.
7
OESTROGEEN EN TESTOSTERON Mannen hechten, meer dan vrouwen, belang aan het uiterlijk van hun liefdespartner. Ze zoeken relatief jonge vrouwen met volle borsten, dikke lippen en brede heupen. Een smalle taille is gemiddeld meer in trek. Die duidt op voldoende aanmaak van oestrogeen, het vrouwelijke geslachtshormoon. Vrouwen hebben een biologische voorkeur voor mannen met symmetrische kenmerken en een goede huid. Wit oogwit is in trek: het duidt op een goede gezondheid. Vrouwen verkiezen mannen met uitgesproken mannelijke kenmerken. Een krachtige kaaklijn, baardgroei (ook afgeschoren), brede schouders, smalle heupen en een gespierd lichaam scoren hoog. Deze kenmerken duiden op goede aanmaak van testosteron en beloven dus vruchtbaarheid. Als vaste partner verkiezen vrouwen vaak rijpere mannen. Hun hogere sociale status belooft geborgenheid en veiligheid. Voldoende materiële middelen bieden het nageslacht meer overlevingskansen. De sociale status van de vrouw speelt voor een man een minder grote rol. TOPCOMPETITIE Voor vrouwen gaat seksueel succes gepaard met het uiterlijk. Het feit dat mannen in hun partnerkeuze vaak gericht zijn op uiterlijke schoonheid verklaart waarom vrouwen zo sterk met elkaar wedijveren.
8
SCHOONHEID Onze kijk op uiterlijk hangt nauw samen met de oercriteria van de voortplanting. Het uiterlijk geeft ons informatie over iemands kracht, gezondheid en vruchtbaarheid. Zo weten we of onze genen en die van de andere een goede combinatie vormen voor het maken van gezonde baby’s. Tekenen van gezondheid zoals mooi haar, een gave huid en een slank, gespierd lichaam beschouwen we daarom als schoonheidskenmerken.
RIJK IS MOOI Over de hele wereld schuift de economisch dominante volksgroep de eigen uiterlijke kenmerken naar voren als dé maatstaf voor schoonheid. De rest van de bevolking doet dat dan op grote schaal na. Wie tot deze groep behoort, heeft automatisch een hogere status en wordt gemiddeld meer ‘aantrekkelijk’ gevonden. WELVAART, SCHOONHEID EN MODE Wat we mooi vinden, is vaak afhankelijk van de economische welvaart. In een laagconjunctuur wordt het schoonheidsideaal vrouwelijker: decolletés en ronde heupen zetten de toon. Het benadrukken van deze vrouwelijke vormen weerspiegelt het verlangen naar traditionele man/vrouwverhoudingen. Tegelijk worden prestige en statussymbolen belangrijker. Individuen willen zich namelijk sterk en kundig presenteren. In een periode van hoogconjunctuur hebben we behoefte aan het doorbreken van die traditionele patronen. De nadruk op borsten en heupen wordt dan weer minder. WESTERS SCHOONHEIDSIDEAAL Hoewel ons schoonheidsideaal voor een groot deel biologisch bepaald is, verschillen opvattingen over schoonheid van cultuur tot cultuur. In het Midden-Oosten is een mooi gezicht belangrijker dan elders omdat de rest van het lichaam zo goed als volledig bedekt is. Neuscorrecties zijn er heel gewoon. Teheran wordt wel eens de wereldhoofdstad van de neuscorrecties genoemd. Mollig zijn wordt in de ene cultuur gewaardeerd terwijl het in de andere als lelijk geldt. Globalisering maakt het schoonheidsideaal uniform. Heel wat culturen laten zich beïnvloeden door het Westers ideaal. Etnische cosmetische chirurgie als ooglidcorrecties, neusvergroting en het ovaler maken van het gelaat zijn courante ingrepen in Oost-Aziatische landen. De bedoeling is om het Westers schoonheidsideaal zo getrouw mogelijk te kopiëren.
9
Globalisering zorgt voor verandering en uitwisseling van smaak als het over schoonheidsidealen gaat. Grote Europese en Amerikaanse cosmeticabedrijven maken met eigen marketing en eigen modellen reclame over de hele wereld. Anderzijds vinden ook veel westerlingen de exotische look aantrekkelijk. Ook daar spelen de producenten op in. Lichtbeige, groene, blauwe of grijze contactlenzen zijn geen uitzondering in het Midden-Oosten (Dubai) Wij willen een neus die een beetje groter is, een beetje expressiever, maar een langneus moet het nu ook weer niet zijn! (Japan) (‘Da bizi’ of langneus was een scheldwoord voor Westerlingen.) NIET TE MOOI, NIET TE LELIJK In de middeleeuwen werden slechte mensen als lelijk afgebeeld, zoals in de schilderijen van Jeroen Bosch. Dat is nog niet echt veranderd. De slechterik van dienst uit een Hollywoodfilm is zelden knap. In de middeleeuwen waren ook te mooie vrouwen verdacht. Het waren verleidsters die het hoofd van de mannen op hol brachten en hen afhielden van hun geloofsverplichtingen. Mooie mensen krijgen vaak met afgunst te maken en daardoor zadelen we ze op met negatieve eigenschappen. Ze zouden ijdel, egoïstisch en verwaand zijn omwille van de positieve aandacht die ze krijgen. Buiten hun mooi zijn zouden ze niet veel te bieden hebben.
10
“Van een schoon tafel kunt ge niet eten” “Wie een wijf trouwt om het lijf, verliest het lijf en behoudt het wijf” In een relatie zouden mooie mensen ook vaak ontrouw zijn. “If you want to be happy and never blue, always marry a woman uglier than you” (Murstein & Cristy, 1976) Calypso liedje (Wil je gelukkig zijn en nooit droevig, huw dan een vrouw die lelijker is dan jij.) UNIVERSELE SCHOONHEID Baby’s zijn van bij de geboorte geprogrammeerd om een onderscheid te maken tussen mooie en lelijke gezichten. Zij kijken langer naar afbeeldingen van mooie mensen. Pas later wordt opvoeding belangrijk bij het vormen van een schoonheidsideaal. Maar ook cultuur, mode, perceptie en verwachting bepalen de norm. En die verschillen natuurlijk van mens tot mens. UITERLIJK EN KANSEN Aanvankelijk spelen alle kinderen met elkaar. Het uiterlijk is niet van belang. Maar onder impuls van de volwassenen zullen kinderen onderscheid leren maken. Vanaf dat ogenblik gaan ze hun mooie of minder mooie speelkameraadjes anders behandelen. Ze hebben een norm meegekregen voor schoonheid en ook geleerd om etnische kenmerken te herkennen. Volwassenen zijn dus belangrijke rolmodellen die veel invloed hebben op de manier waarop de kinderen naar elkaar en naar zichzelf kijken.
Het uiterlijk vertelt ons amper iets over iemands intelligentie, vriendelijkheid, moed, gevoel voor humor of loyauteit. Toch houden we daar geen rekening mee. We zijn geneigd om bij aantrekkelijke kinderen positieve eigenschappen te verwachten. Zij mogen gerust een potje breken. Onaantrekkelijke kinderen associëren we bijna meteen met negatieve eigenschappen. Zij worden makkelijker de zondebok. Sprookjes, verhaaltjes en spelletjes bevestigen en versterken de opvattingen over mooi en lelijk én de daaraan gekoppelde waardeoordelen. Ze bevatten zeer duidelijke bevooroordeelde patronen. Feeën, prinsesjes en helden zijn mooi, vaak blond en gekleed in lichte kleuren. Slechteriken zijn bijna altijd lelijk en in donkere tinten gekleed. HAAR “DE LORELEI...” Tal van culturen ervaren het hoofdhaar van vrouwen als erotisch. Vandaar dat het in vele religies na het huwelijk bedekt wordt. Haardracht zegt veel over iemands instelling, maatschappelijke achtergrond, zelfgevoel, smaak, geslacht, leeftijd enz. Maar ze getuigt ook over de gezondheidstoestand van een persoon: evenwichtig dieet, mineralen en vitaminebalans, medicijnen... Blond is een zeldzame natuurlijke haarkleur. Veel kinderen zijn blond, maar worden later meestal donkerder. “’t Is vervelend als ik voor de zoveelste keer ‘blondie’ word genoemd, bijvoorbeeld wanneer ik uitga. Ik ben tenslotte meer dan de kleur van mijn haar. Maar dat wordt soms niet gezien. Ik word ook geregeld als ‘cheap’ of goedkoop beschouwd. Er goed uitzien kan ook echt een belemmering vormen. Ik heb al heel vaak met jaloezie te maken gehad.” uINGRID Het stereotype van het ‘domme blondje’ zit diep verankerd. De oorsprong is niet meer te achterhalen. De kaskraker ‘Gentlemen prefer blondes’ van Howard W. Hawks in ’53 bevestigde alleszins het imago. Marilyn Monroe speelde er de hoofdrol in en cultiveerde achteraf bewust het imago van ‘dom blondje’. Evenals een bleke huid roept blond haar de indruk van onschuld en kwetsbaarheid op, en dus gebrek aan ervaring. Daardoor wordt vaak aangenomen dat blondines minder geschikt zouden zijn voor bepaalde taken en verantwoordelijkheden in het beroepsleven. “Japanse jongeren willen blond worden, minder werken en meer spelen. Zij gooien de traditionele Japanse en oosterse cultuur weg en vervangen haar door de westerse cultuur.” EX-PREMIER MAHATHIR, MALEISIË “Er is een tijd geweest dat ik een blonde pruik droeg, ook in het uitgaansleven. Ge krijgt dan echt andere mannen op u af, dan alle andere kleuren die ik gedragen heb. Ik versta de blondjes vanaf nu, het is echt waar. Die mannen zijn veel oppervlakkiger. Een ex vond het bijvoorbeeld niet tof als ik zei: “Schat, het is zomer ik ga die afzetten.” Hij wou niet kaal met mij over straat, binnen was oké. Ik vond dat kleingeestig van hem. Mijn uiterlijk zou dan op hem afstralen en vooral “Wat gaan de anderen denken.” Voor hem dan natuurlijk hè. In het uitgaansleven merk je wel als je blond bent dat je mieren op zoete honing hebt.” t TREES “Schoonheid bestaat voor de helft uit werkelijkheid, de andere helft is fantasie, doordrongen van dromen en verlangens.” - NANCY ETCOFF
11
OUDER WORDEN Ouder worden brengt onvermijdelijk rimpels en verslapping van huid en spieren met zich mee. Dit aanvaarden is niet vanzelfsprekend. Vrouwen smeren verwoed met allerlei crèmes. Maar zowel mannen als vrouwen passen meer ingrijpende technieken toe. Ouder worden betekent dat we ons eigen lichaamsbeeld herzien: ons lichaam veroudert, maar ons persoonlijke lichaamsbeeld veroudert niet mee. In de spiegel zien we een ander mens. “Wat ze mij nooit verteld hebben, is hoe je met het ouder worden wijzer wordt, hoe je meer vat krijgt op het leven. Dat vind ik prachtig. Vroeger liep ik rond als een kip zonder kop als ik er bij stilsta. Nu begrijp ik veel meer, kan ik de dingen veel meer plaatsen.” u CHANTAL “Het lijkt wel of mijn borsten een weddingschap hebben afgesloten, over welke van de twee het eerst mijn taille zal bereiken.” MAYA ANGELOU (70), BIJ OPRAH WHINFREY. “Ik vind het mooi dat het ouder worden sporen achterlaat in het uiterlijk. Het is toch niet erg dat je kunt zien dat iemand een gelukkig leven heeft gehad of verdriet? Ik vind dat mooie dingen en ik vind niet dat je dat moet wegstoppen of wegschminken.” t JEMPI
12
HET VERANDERENDE LICHAAM Voor de meesten van ons mag echte schoonheid dan wel vanbinnen zitten, het laagje eromheen is toch voor bijna iedereen erg belangrijk. Velen van ons zijn niet voor de volle 100% tevreden met ons uiterlijk en willen er graag wat aan veranderen.
“Voor mij persoonlijk betekent ouder worden veel meer dan uiterlijke verandering. Ik heb geleerd eindelijk rustpauzes te kennen. Door mijn ADHD heb ik dat jarenlang moeten missen. Het is dus rustig kunnen genieten of op een terras zitten en naar mensen kijken. En dit kunnen volhouden zonder na vijf minuten recht te wippen!” u HEDWIG ONGEVAL OF ZIEKTE Een drastische fysieke verandering kan leiden tot een rouwproces over het verlies van het vertrouwde uiterlijk. Ook voor partners is het een emotionele en een praktische opgave. Rolstoel, amputatie, stoma of verminking: voor het merendeel van de koppels is dit het begin van een moeizaam verwerkingsproces én een zware test voor de relatie. Het is de blik van anderen op de geliefde die partners het meest ontstellend vinden. Liefde: er komt een punt waarop je het politiek correct zijn moet overschrijden. Bij het vrijen kun je niet doen alsof de handicap, de verminking, de amputatie niet bestaat. Pas wanneer je het feit erkent en samen accepteert dat wat je meemaakt ook een aspect van het leven is, kun je er samen tegenaan. DR. M. ANDERSEN ‘’Mastectomie of borstamputatie is de confrontatie met ouder worden, ziekte en sterfte. Maar het is een fijn gevoel te weten dat iemand van je houdt omwille van de persoon die je bent, en niet omwille van je uiterlijk.” DR. M. ANDERSEN “Ik heb nu een kapper gevonden die begrip heeft voor de schilfers op mijn hoofd. Sommigen zijn minder bang van luizen dan van psoriasis. Nochtans is psoriasis helemaal niet besmettelijk terwijl luizen wel overgaan op andere personen.” HELENE “Stel dat iemand verbrand is in zijn gezicht. Die heeft al genoeg geleden. Ik ga zo iemand niet nog eens extra pijn bezorgen door hem of haar te negeren. Ik wil naar die persoon kijken zoals ik naar andere mensen kijk. Niet kijken kwetst nog meer.” uTIBOR
13
Bij mensen met één been denk ik van: “Oei die heeft één been, dat moet moeilijk zijn om te stappen”, maar ik zou er niet raar naar kijken. Ik zou er gewoon goeiendag tegen zeggen. Eigenlijk meer aandacht schenken aan de gewone dingen. t YLIANE HAARUITVAL Bij kaal worden denken we meestal aan mannen. Toch is vijftien procent van de vrouwen voor de menopauze kalend. Na de overgang is dat veertig procent. Hierover heerst echter nog een groot taboe. WERKEN AAN JE LICHAAM Sinds eeuwen verfraaien we ons lichaam. Hetzij om erbij te horen, hetzij om ons te onderscheiden van de massa. In onze maatschappij is de druk om aan het eigen lichaam te werken groter dan ooit. Het is geen toeval dat fitnesscentra en beautyfarms zo floreren. Jonge mensen stellen hun uiterlijk het meest in vraag. Het is pas bij het ouder worden dat we ons eigen lichaam aanvaarden. Uit onderzoek blijkt dat slechts 1 op 5 van de 20-jarige meisjes gelukkig is met hoe ze op een foto overkomt. 43% omschrijft zichzelf als lelijk en dik. Het minst tevreden zijn ze over buik, borsten en billen. Een jaar of tien geleden was een lang gespierd vrouwenlichaam ongewoon. Groot en weelderig, klein en tenger: het uiterlijk van de vrouw maakte een zachte indruk en straalde een mengeling uit van seksualiteit en kwetsbaarheid. Tegenwoordig pronken vrouwen veeleer met strakke, gespierde lichamen. Vaak zijn ze even lang als de gemiddelde man (1.75m). MARJORIE GARBER, HARVARD
14
“Het is makkelijk om te zeggen dat je tevreden moet zijn met je uiterlijk. Maar als je er zelf niet tevreden mee bent, dan is het toch beter om eraan te werken?” u MAGALI ESTHETISCHE CHIRURGIE Waarom ons uiterlijk accepteren als van top tot teen ‘verbouwen’ mogelijk is? Steeds meer vrouwen én mannen laten zich om niet-medische redenen opereren. Esthetische chirurgie is bijna alledaags. Verontrustend is dat sommigen esthetische chirurgie als een valabel alternatief voor psychotherapie beschouwen. “Ik zou geen plastische chirurgie overwegen want ik vind dat je alles op een natuurlijke manier moet doen. Als je plastische chirurgie laat doen, verzorg je je psyche niet. Eerst moet de psyche in orde zijn voor je aan je lichaam kan beginnen.” t GERT “Ik heb mij nooit laten opereren. Er zijn mogelijkheden om mijn uiterlijk aan te passen. Maar ik zou niet meer dezelfde persoon zijn, denk ik. Dat is alsof een blinde plots weer zou kunnen zien.” u MICHA DE ENE INGREEP IS DE ANDERE NIET Reconstructieve ingrepen beogen het herstel van het uiterlijk na ongeval of ziekte. Het ziekenfonds betaalt erkende ingrepen steeds terug. Louter esthetische ingrepen vallen daar meestal niet onder. Al kan een borstenverkleining om gezondheidsredenen of het corrigeren van uitstaande oren soms wel.
“Plastische chirurgie? Absoluut niet doen, tenzij om medische redenen. Ik heb dat zelf nooit overwogen. Ik ken iemand die een borstenverkleining heeft laten doen om medische redenen, want die viel gewoon naar voor vanwege het gewicht.” u MAARTEN “Sinds ik besloot om eindelijk mijn leven verder te zetten als vrouw, is er heel veel veranderd aan mijn lichaam. Door de behandeling kreeg ik een gladdere huid en mijn aders werden minder zichtbaar. Ik kreeg borsten en mijn lichaamsbeharing verminderde sterk. De hormonen die ze toedienden, hadden ook een invloed op mijn denken en mijn zijn, niet alleen op mijn lichaam. De geslachtsoperatie is pas een jaar later uitgevoerd. Dat was een grote opluchting. Sinds de operatie ben ik psychisch fel vooruit gegaan. Die operatie was voor mij dan ook levensnoodzakelijk.” t ROOS Controle en regelgeving over plastische chirurgie is steeds minder toereikend. Er bestaat een aparte 13-jarige opleiding voor plastisch chirurgen, maar het beroep is niet beschermd. Dat betekent dat iedere arts die zichzelf bekwaam acht, dergelijke ingrepen kan uitvoeren. Erger nog, personeel zonder enige medische opleiding voert bepaalde ‘lichtere’ cosmetische ingrepen uit in schoonheidssalons. “Ik kende een homo uit het uitgaansleven. Op zijn 33ste begon hij met botox. Je zag hem niet lachen. Was hij kwaad? Onmogelijk te zien. Hij had geen gelaatsexpressie meer. Ik vond het wel een beetje gek dat hij zich zo wilde laten verminken.” u TREES TATTOO, PIERCING OF SCARIFICATION? Tatoeages, piercings en scarificatie hebben in het Westen meestal een louter esthetische functie. Het zijn consumentengoederen geworden zonder diepere betekenis achter het ontwerp. We laten ons gewoon leiden door wat we mooi en aanvaardbaar vinden. Tatoeages zijn de laatste decennia enorm in opmars. Vandaag heeft naar schatting 15 tot 25% van de jongeren tussen 12 en 18 jaar er één. Deze lichaamsversieringen hebben hun oorsprong in tribale maatschappijen. In de oudheid was de tatoeage letterlijk een stigma voor slaven en criminelen. Vanaf de achttiende eeuw verspreidde de tatoeage zich in de grote havensteden onder matrozen, arbeiders, soldaten en prostituees. In de 19de eeuw werd de tatoeage in Japan en Europa populair bij de elite en de adel. Zelfs Churchill, Stalin en Roosevelt waren getatoeëerd. Vanaf de jaren zestig werd de tatoeage het handelsmerk van motorrijders en alternatieve jongeren. Sinds de jaren ’80 is een tattoo steeds gewoner geworden. Toch heerst er nog veel afkeuring, vooral bij de oudere generatie. Hoger opgeleiden houden rekening met de plaats van de tatoeage. Meer dan de helft van de werknemers bedekt ze op het werk. Toch is er nu een trend om op meer zichtbare plaatsen te tatoeëren. Dat heeft ook te maken met een blotere mode: heupbroeken en buikloze T-shirtjes zijn vaak erg onthullend. “Ik ben zeker niet te vinden voor tatoeages. Je kunt een tatoeage niet zomaar weg krijgen. Je laat het erop zetten en krijgt het niet zomaar weg. Henna en make-up moeten wel kunnen. Als ik buiten kom zonder make-up, heb ik het gevoel dat er iets ontbreekt. Make-up maakt me zelfverzekerder.” t MARIE *Scarificatie: lichaamsversiering veroorzaakt door littekenweefsel in een bepaald patroon.
15
PESTEN, EEN KWAAL BIJ VLAAMSE JONGEREN? Pesten is meestal een groepsgebeuren. De groep, meestal geleid door enkele gangmakers, bepaalt of we erbij horen of niet. Vaak worden we een slachtoffer omdat we onzeker, hulpeloos of saai overkomen. Vooral bij jongeren is pestgedrag schering en inslag. In die mate zelfs dat er nu de nodige beleidsaandacht gaat naar het voorkomen en bestrijden ervan. De cijfers zijn alarmerend: uit studies blijkt dat Vlaamse jongeren tot de grootste pestkoppen van Europa behoren. In elke klas is er wel een slachtoffer van pesterijen. 15% van de leerlingen uit het secundair onderwijs geeft aan van tijd tot tijd het slachtoffer te zijn van pesten. Erg veel berouw over het eigen pestgedrag is er niet. Maar liefst 60% geeft aan te denken dat de gepeste het zelf gezocht heeft. UITERLIJK ALS AANLEIDING Fysiek en kledij zijn de belangrijkste aanleidingen voor pestgedrag onder jongeren. Huidskleur en ras scoren lager op de pestladder in vergelijking met de ons omringende landen.
16
PESTEN DISCRIMINATIE RACISME
• fysiek (grootte, gewicht): 55% • kledij: 47% • huidskleur: 22% • handicap: 21% • dialectgebruik: 19% • ras: 17% • taal: 14% • religie: 14% • rijkdom: 14% • geslacht: 4% VOOROORDELEN Typisch voor vooroordelen is dat we mensen onderbrengen bij bepaalde groepen, om dan iedereen van die groep over dezelfde kam te scheren. En daar komt dan absurde prietpraat van. PRIETPRAAT Dikke mensen zijn lui en dom. Maar wel gezellig... Marokkanen zijn dieven. Maar ze komen op voor elkaar... Blonde vrouwen zijn dom en naïef. Maar zo sexy... Zwarten komen altijd te laat. Maar ze hebben gevoel voor ritme... Personen met een handicap zijn hulpeloos. Maar ze zijn erg lief... Arme mensen zijn onaangepast. Maar gelukkig zijn ze gauw tevreden... Oude mensen zijn conservatief. Maar ze zijn zo wijs... Homo’s zijn verwijfd. Maar ze hebben een goede smaak... Mannen met grote voeten, hebben een grote piemel? Mannen met grote voeten hebben... grote schoenen!
17
DISCRIMINATIE Juridisch gezien is er sprake van discriminatie wanneer iemand op een andere manier behandeld wordt, zonder dat daar een redelijk motief voor bestaat. Meestal is dat het gevolg van vooroordelen. We denken niet alleen foute dingen over personen, we gaan er ook naar handelen. Zoals bovenstaande voorbeelden aantonen, spelen uiterlijke kenmerken een belangrijke rol. Soms gaan mensen die zich slecht in hun vel voelen, zelf ook discrimineren of pesten. Door iemand anders te kleineren of stom te noemen, denken ze er zelf beter uit te komen en meer respect te krijgen. De meeste klachten die op het centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding binnenkomen, houden verband met huidskleur, afkomst, afstamming, handicap en gezondheidstoestand, en seksuele geaardheid. RACISME Racisme is een specifieke variant van discriminatie. Racisten discrimineren op basis van huidskleur of afkomst. Ze vinden een andere groep mensen niet alleen anders, maar ook minderwaardig. Racisme is altijd negatief. In het Westen betekent racisme in de praktijk vooral discriminatie van personen met een lichte huidskleur tegenover personen met een donkerdere huidskleur.
18
“Ik zit in een gemengd huwelijk. Ik heb daar wel reacties op gekregen. Het was in het begin vooral lastig voor mijn schoonouders. Het was voor hen niet gemakkelijk om te aanvaarden dat ze een zwarte schoondochter hadden. Voor mij was het ook niet gemakkelijk. Ik wilde hen beschouwen als mijn eigen ouders, omdat ik er zelf geen meer heb. Het heeft mij gekwetst, pijn gedaan, maar het is niet hun schuld. Nu begrijp ik hen, ik kan het plaatsen.” u MARIE “Mijn man is een Bengaal. Onze buurvrouw noemde hem soms ‘de zwarten aap’. Tegen ons deed ze erg vriendelijk. Maar achter onze rug stond ze voortdurend kwaad te spreken over hem tegen de andere buren.” t NANCY “Wanneer ik bijvoorbeeld een nieuw liefje had, vond ik het heel belangrijk dat zijn ouders op voorhand wisten dat ik Indische roots heb. Ik heb een Vlaamse achternaam, dus daaruit kun je dat zeker niet afleiden. Ik was altijd wat bang dat ze zouden schrikken.” u ELIZA Maar het omgekeerde komt ook voor, net als racisme onder de leden van dezelfde etnische gemeenschap. Dat laatste noemen we ‘colorisme’. Elitaire Afro-Amerikaanse gemeenschappen en instanties hanteerden de ‘brown paper bag test’. De kleur van een bruine papieren zak was de norm waarmee men de huidskleur van iemand vergeleek. Op basis daarvan kreeg die dan wel of geen toegang tot bepaalde verenigingen. “Ik ben zwaar gepest geweest. Maar ik heb goed teruggepest hoor! Ik was praktisch in elke omstandigheid de enige kleurling – zoals je in elke klas wel een dikke of iemand met een brilleke hebt. Ik heb dat ‘de enige zijn’ altijd als een zwakte ervaren. Nu ervaar ik dat niet meer zo. Het pesten heeft me ook veel mondiger gemaakt.” t MAGALI
“Ik werd vroeger op school wel eens gepest omwille van mijn uiterlijk. Omdat ik anders was, niet blank was, omdat ik niet dezelfde dingen at, andere kleren aanhad. Toen moest ik niet veel van Belgen hebben. Ik heb mij mede hierdoor ook een tijd een houding aangemeten die later mijn kansen heeft gehypothekeerd.” u SELAM PESTEN EN PLAGEN Het lijken twee zijden van eenzelfde medaille, maar eigenlijk hebben ze weinig met elkaar te maken. Bij pesten is er sprake van een ongelijke machtsverhouding. De ene is sterker dan de andere en misbruikt zijn macht. Meestal blijft pesten niet beperkt tot één keer. Het slachtoffer is ‘mikpunt van pesterijen’. Bij plagen is er geen sprake van een patroon. Vaak is het een kwestie van elkaar voor de gek houden. De machtsverhouding is gelijk. De geplaagde loopt geen psychische en/of fysische schade op en kan zich verweren. “Die andere is raar Dat is maar al te waar Die andere ben ik ’t Is dan pas dat ik schrik” Raymond van het Groenewoud
DISCRIMINATIE VAN VROUWEN Discriminatie gebeurt niet alleen op basis van etniciteit, huidskleur of schoonheid. Het is geen toeval dat weinig vrouwen topfuncties bekleden in politiek of bedrijfsleven. Mondiaal nemen vrouwen bijna tweederde van alle arbeidsuren voor hun rekening, maar ze ontvangen slechts een tiende van het wereldinkomen en bezitten minder dan één procent van het eigendom. Klachten over discriminatie gebaseerd op gender vallen onder de bevoegdheid van het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen. DISCRIMINATIE VAN PERSONEN MET EEN HANDICAP Iemand met een handicap ontmoeten, wekt soms een gevoel van bevreemding op. Plots blijken allerlei heel gebruikelijke gedrags- en communicatiepatronen niet zo vanzelfsprekend meer te zijn. Dat schept onzekerheid. De bevreemding heeft een nog diepere laag: in de ontmoeting voelen we ons geconfronteerd met een situatie waarin we onszelf niet willen bevinden. Het leidt tot een verstoring van onze identiteit. Als reactie behandelen we de persoon met een handicap vaak anders. Dit kan betuttelend, neerbuigend of minachtend zijn. Gebruik gerust woorden als “kijken”, “zien” en “lezen” als blinden en slechtzienden in de buurt zijn. Ze gebruiken die woorden zelf ook. Als we ze krampachtig vermijden, veroorzaken we spanningen. Je hoeft niet luider te praten tegen iemand die gehandicapt is, tenzij die slechthorend is natuurlijk!
19
SCHOONHEID ALS BRON VAN DISCRIMINATIE Zonder het te willen of te beseffen, discrimineren we voortdurend. Want ook schoonheid is een belangrijke bron van discriminatie. Aantrekkelijke mensen krijgen eerder een baan en maken sneller promotie. Tegelijk worden mooie mensen vaker geconfronteerd met afgunst. “Ik heb soms vervelende opmerkingen gekregen over mijn huid, meestal van mannen. Ze denken dat ik geschminkt ben, maar dan met een rare schmink. Ze beseffen niet direct dat het vitiligo is. ‘Amai, wat een lelijke schmink’, zeggen ze dan.” u FLORINELA HUMOR EN HANDICAP Humor is een instrument waarmee we de aandacht afleiden van ons uiterlijk. De anderen herinneren zich dan onze ‘ontwapenende humor’ en niet zozeer ons uiterlijk. Cynische of bijtende humor vanwege een persoon met een handicap is ook een manier om mensen te testen. Onze reactie geeft aan in hoeverre ons engagement gebaseerd is op medelijden of gelijkwaardigheid. ANTIPESTBELEID ONDERWIJS Vele scholen hebben een krachtig antipestbeleid uitgewerkt waarmee ze het signaal geven dat pesten niet kan.
20
“Ik vind mijn lippen niet mooi want de jongens van mijn school die pesten mij er vaak om. Ze zeggen dan ‘ha, ha, diklip!’. En dat vind ik niet leuk. Maar grote mensen doen dat niet.” t YLIANE “Als ik uit het zwembad kwam stond er wel eens zo’n groepje jongeren dat riep: ‘Hey afgebleekte, zat er teveel chloor in’t water?!’ Dan riep ik iets terug van: ‘Hey groot bakkes, gaat dan eens proeven, dan weet ge of het chloor is of niet hé!’ Als ze nu nog zo’n opmerkingen maken dan zwijg ik. Tegenwoordig denk ik dan van: ‘Och ja, verstand komt met de jaren’.” u MAARTEN “Ik werd gepest op mijn 14de. Ik woog 140 kg en toen konden ze me echt rollen. Klein en rollen, dat is als een ‘tonneke’. Dat vond ik niet tof. Foto’s van toen heb ik niet. NEE! Ik wil die tijd afsluiten. Zelf heb ik nooit gepest maar wel geplaagd. Zoiets met een kwinkslag zeggen. Ik had er achteraf geen spijt van.” t MAGDA De aanpak van een pestprobleem is bij voorkeur ingebed in een samenhangend geheel van maatregelen op klas- en schoolniveau. Goede communicatie en duidelijke afspraken over de aanpak zijn fundamenteel. Als gevolg van de wet van 11 juni 2002 over de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk, werkt de overheid aan een beleidsplan ter preventie en bestrijding. Steunpunt Ongewenst gedrag op School: advies, bemiddeling en gerichte doorverwijzing Project Verbondenheid - KU-Leuven: handleiding met vorming- en trainingsprogramma, waarmee scholen hun eigen beleid en praktijk betreffende antisociaal gedrag in kaart kunnen brengen en verbeteren.
MELDPUNTEN DISCRIMINATIE Tegen 2009 worden er in de 13 Vlaamse centrumsteden Meldpunten Discriminatie opgericht. Met dit project wil men ervoor zorgen dat iedereen (individuen, verenigingen, bedrijven en stadsdiensten) in Vlaanderen bij een Meldpunt terecht kan met een vraag, melding of klacht over alle vormen van discriminatie. De Meldpunten gaan eerst en vooral op een verzoenende en bemiddelende manier te werk. Waar nodig, werken ze samen met of verwijzen ze door naar gespecialiseerde instanties uit hun netwerk. Daarnaast zullen de Meldpunten Discriminatie ook een preventieve rol op zich nemen via advisering en sensibilisering. De Meldpunten Discriminatie trachten op deze manier bij te dragen aan het doel van het Vlaamse gelijke kansen- en gelijke behandelingsbeleid, namelijk een einde maken aan situaties waarin personen het slachtoffer zijn van discriminatie. U vindt de adressen, telefoonnummers en openingsuren van de Meldpunten Discriminatie op www.gelijkekansen.be/meldpunt In Antwerpen is het Meldpunt bereikbaar via 0800 948 43 of via
[email protected]
21
Het is bewezen dat mooie mannen en vrouwen meer kans maken bij sollicitaties. Ze maken sneller promotie en verdienen meer geld. Op weinig terreinen is de invloed van uiterlijk zo ingrijpend als op de arbeidsmarkt. AANWERVING Vooral bij aanwervingen neemt discriminatie op basis van uiterlijk ernstige proporties aan. Het is echter niet in alle omstandigheden de mooiste die aan het langste eind trekt. Op de werkvloer: • Mannen kiezen eerder voor mooie vrouwen dan voor lelijke. • Vrouwen kiezen eerder voor lelijke vrouwen dan voor mooie. • Mannen kiezen geen mannen die meer status en macht uitstralen dan zijzelf. • Vrouwen werven wel knappe mannen aan, maar laten toch de status en het • karakter van de mannelijke kandidaten zwaarder doorwegen dan hun uiterlijk. • Een femme fatale uiterlijk is voor vrouwen nadelig bij aanwervingen.
22
ARBEIDSMARKT EN KANSEN “Kansen op een job zijn recht evenredig met een knap uiterlijk. Je kunt daar dagen over debatteren, maar het zit echter gewoon in de menselijke natuur ingebakken om wat mooi is ook goed te vinden.”
De Franse professor Amadieu (Université de Paris I) stuurde bijna 6500 fictieve sollicitaties als reactie op 1340 jobadvertenties. Als vergelijkingspunt gold de ‘ideale’ kandidaat: een 28- tot 30-jarige man met een Frans klinkende voornaam en naam. Daarna bekeek hij welke kandidaten een uitnodiging voor een gesprek kregen en welke niet. LEEFTIJD Het flagrantst was de discriminatie op leeftijd. Wie niet van de jongste is, en bovendien bediende of kaderlid, ziet zijn brief haast automatisch in de papiermand verdwijnen. Een 48-jarige heeft 3 keer minder kans op een job interview dan een 28-jarige. Als hij bediende is, heeft deze oudere 4,5 keer minder kans. Als hij kaderlid is, en de werkgever meer dan 200 personeelsleden heeft, moet een oudere zelfs 9 keer méér brieven versturen dan een jongere om uitgenodigd te geraken voor een eerste gesprek. ALLOCHTOON Een werkzoekende met een Maghrebijnse naam maakt 3 keer minder kans op een eerste gesprek. Opvallend: dit geldt zelfs voor beroepen waar een tekort bestaat op de arbeidsmarkt. Als de openstaande job contact met klanten inhoudt, is de situatie ronduit desastreus: de man of vrouw met een Arabische naam maakt 25 keer minder kans om uitgenodigd te worden voor een eerste gesprek dan een kandidaat met een autochtoon klinkende naam. “Toen we juist getrouwd waren zijn we gaan verhuizen naar Deurne. We hebben dat eigenlijk heel achterbaks moeten doen, ik had al een vermoeden dat we het appartement niet zouden krijgen als ze Ilias zouden zien. Ik heb dan zelf gebeld en mijn Vlaams klinkende meisjesnaam gebruikt, in plaats van die van mijn man. We mochten meteen langskomen, maar toen ze Ilias zagen werden er ineens een heleboel vragen gesteld zoals; “U hebt toch werk?”, “U gaat toch niet al uw vrienden hier uitnodigen?”, “Je gaat toch niet al je familie erbij laten komen wonen?”. Uiteindelijk hebben we het appartement wel gekregen, maar we werden wel aan een spervuur van vragen onderworpen. Bij Belgen zouden ze bepaalde vragen niet stellen, denk ik.” u NANCY
23
HUIDSKLEUR Huidskleur is eveneens bepalend voor de kansen op de arbeidsmarkt. Een gemiddeld lagere opleidingsgraad verklaart deels de ondervertegenwoordiging van allochtonen in bepaalde sectoren en op bepaalde hiërarchische niveaus. Maar een niet onbelangrijk stuk is te wijten aan subtiele vormen van discriminatie. Vaak gaan bedrijven anticiperen op de mogelijke reactie van anderen: ‘we kunnen deze allochtoon niet aanwerven omdat onze klanten het niet willen’. Het grootste knelpunt ligt niet bij de uitzendkantoren, maar bij de werkgevers. Slechts 51% van de hoogopgeleide allochtonen van niet-Europese herkomst is aan het werk. Bij autochtonen ligt dat cijfer met 83% beduidend hoger. “In ons bedrijf werken een paar kleurlingen. Maar dat bleef toch vreemd. Over die aanwervingen werd goed nagedacht. Gaan minder ruimdenkende werknemers hen accepteren? Gaan er geen problemen komen? De meesten werkten intern en kwamen niet in contact met de klanten. Het evolueert wel, er zijn zoveel kleurlingen met hoge kwaliteiten. Het gaat nog tijd vergen, maar ik geloof dat huidskleur na verloop van tijd een minder beslissende factor zal worden.” u LAURENT
24
“Mensen beschouwen iemand die donkerder van huid is, donkere ogen heeft en een ringbaardje steevast als een Turk of een Marokkaan. Als ik vertel dat ik christen ben, dan zijn de mensen plots anders, positiever. Van beroep ben ik koerier. Als ik een pakje ga leveren ergens op de buiten en daar komt plots een vreemde ‘Turk’ aan, dan zie je de mensen soms schrikken. Ook discotheken zijn soms een probleem. Behalve Latino dansgelegenheden, want daar zijn de uitbaters vaak zelf vreemdelingen.” t TIBOR HUIDVERLICHTING Vroeger zag je in Afrika vrouwen die onderling verschillende schakeringen van huidskleur hadden: de kleur van gebrande koffie, het zand van rijstvelden, of de schakeringen van bruin en goud in rijpe bananen. Nu gebruiken steeds meer vrouwen producten die de huid lichter maken. In Mali noemt men die behandeling tchatcho, bojou in Bénin, xeesal, in Sénégal en kobwakana of kopakola in Congo. Sommige vrouwen hebben verschillende huidtinten op het lichaam omdat ze sommige delen meer of minder vaak behandelen. Het kan ook fout lopen: tweedegraads brandwonden en dikke zwarte littekens. Ook inwoners van sommige delen van Oost-Azië, Noord en Zuid-Amerika en het Midden-Oosten passen huidverlichting toe, evenals immigranten in Europa. In de Filipijnen bleken sommige vrouwen hun huid om er als mestiezen uit te zien. Er zijn crèmes, pillen, zepen en lotions.
De meeste crèmes om de huid te verlichten zijn erg schadelijk voor de gezondheid. Het principe is om de melanine in de huid af te breken met enzymen. De ‘efficiëntere’ crèmes bevatten ook kwik of het zeer schadelijke hydroquinone. Dat is in de meeste Europese landen verboden, echter vrij gemakkelijk te koop in het illegale circuit. In Mexico, Saudi-Arabië, Pakistan en het zuidwesten van de VS is er een groot aantal vrouwen dat klachten heeft als gevolg van kwikvergiftiging door het soms jarenlange gebruik van deze crèmes. Quinacore, is een product om reuma te verzorgen. Het heeft als bijwerking dat het de huid van de patiënt verlicht. Vouwen laten zich ermee inspuiten om een egale huidverlichting te krijgen. Op lange termijn tast deze methode echter het immuniteitssysteem aan, wat mensen natuurlijk zeer kwetsbaar maakt. De donkere kleur is een natuurlijke bescherming tegen schadelijke zonnestraling. Het verwijderen daarvan bevordert de ontwikkeling van huidkanker en leukemie. In ‘de Arabische Wereld’ zowel als in India is er eveneens een duidelijke voorkeur om zo licht mogelijk te zijn. In sommige landen is er zelfs duidelijke invloed op de kansen die iemand krijgt, zowel op de arbeidsmarkt als in het sociale leven.
25 GEHANDICAPT Een persoon met een handicap maakt 2 keer minder kans op een job interview dan de ‘ideale’ kandidaat. LELIJK Er niet al te knap uitzien, blijkt voor werkgevers een minder bezwaar. ‘Lelijke’ sollicitanten maken 29% minder kans op een job interview. Als de job echter rechtstreeks contact met klanten inhoudt, verdubbelt het aantal brieven van ‘lelijke’ kandidaten dat in de prullenmand terechtkomt. NIVEAU EN SECTOR Het belang van ons uiterlijk verschilt sterk van sector tot sector en van niveau tot niveau. Ook de precieze inhoud van de uiterlijke codes varieert sterk. In de hogere echelons van het zakenleven is het belangrijk er energiek en gezond uit te zien. Hogere kaders in de private sector blijken trouwens vaker aantrekkelijk te zijn dan hun evenknieën uit de publieke sector. Hoe creatiever het beroep, hoe losser de codes. Dat geldt zowel voor de eisen die een werkgever aan het uiterlijk stelt als voor de eisen qua kledij. Een bewuste carrièremaker zorgt voor gepaste kleding en uiterlijke verschijningsvormen. Geen risico’s nemen is de boodschap.
OVERGEWICHT Gewicht vormt eveneens een basis voor discriminatie. We veronderstellen vaak dat een dikke vrouw zichzelf niet in de hand heeft en dat ze geen maat kan houden. We trekken die lijn door en verwachten slordigheid op het werk en een gebrek aan discipline. Voor dikke mannen geldt dit vooroordeel vreemd genoeg niet. Bij hen associëren we zwaarlijvigheid met macht. Te mager zijn roept dan weer vragen op over iemands gezondheid. Dit geldt zowel bij mannen als bij vrouwen. ARMOEDE Voor personen die langdurig in armoede leven, is de drempel om te solliciteren soms heel hoog. Er goed uitzien kost geld. De juiste kleding, een goedzittend kapsel en cosmetica zijn bepalend voor het uiterlijk, net als een verzorgd gebit en een goed gekozen bril. Helaas laat een krap budget dergelijke extra’s zelden toe. “Als je werk gaat zoeken, kijkt men naar je uiterlijk. Er is mij eens een job geweigerd omdat ik te gewoon was. Ik moest me opkleden en opmaken. Ik vond dat onrechtvaardig.” t MAGDA Wie uitsluiting ervaart, voelt zich slecht thuis in onze samenleving. Personen die in armoede leven voelen zich vaak geïsoleerd. Vriendschap sluiten, een sociaal netwerk uitbouwen en een rol opnemen in de maatschappij zijn allesbehalve vanzelfsprekend.
26
“Mijn kinderen worden gepest omdat zij niet mee kunnen met de laatste mode. Voor mezelf kan het mij niet schelen, voor mijn kinderen vind ik dat wel erg. Zij worden nooit gevraagd op verjaardagsfeestjes.” HILDE “Niet alleen de leerkracht, maar ook de andere ouders bekijken ons alsof we luizen hebben.” LEONA “Mijn dochter werd gepest. Ze durfde me zelfs geen kus meer te geven aan de schoolpoort omdat ze zich schaamde voor mij. Dat kwam hard aan.” CARINA HOLEBI Gemiddeld 5% van de holebi’s heeft op de werkvloer al een keer discriminatie ervaren omwille van seksuele geaardheid. Kun je aan iemand zien dat hij of zij homoseksueel is? Nee! Iedereen is anders en ziet er anders uit. Onder homo’s en lesbiennes is veel diversiteit, stereotiepe beelden zijn er wel. Die hebben dan weer veel te maken met gevestigde meningen over mannelijkheid en vrouwelijkheid. Lesbiennes zouden bijvoorbeeld stoere kleding dragen, kort haar hebben en er ‘mannelijker’ uitzien dan heterovrouwen. Homomannen zouden superverzorgd en ‘vrouwelijk’ zijn. Soms is dat ook zo. Andersom zijn er ook stoere vrouwen en vrouwelijk geklede mannen die hetero zijn. In de mode en de showbizz verwateren die grenzen steeds meer.
Sommige modefotografen zetten vrouwen heel jongensachtig neer en voetballer David Beckham noemt zichzelf ‘metroseksueel’, wat wil zeggen dat hij een uiterlijk goed verzorgde heteroman is. Praten over homoseksualiteit is op vele vlakken gemakkelijker geworden. Het homohuwelijk is een feit. In de praktijk blijft het uitkomen voor je geaardheid nog steeds een moeilijk moment. Zeker in allochtone gemeenschappen is outen niet evident. VROUWEN: NA HET GLAZEN PLAFOND, DE GLAZEN KLIP Op weg naar de top stoten carrièrevrouwen vaak tegen wat we ’het glazen plafond’ noemen: promotie maken naar de directieverdieping blijkt moeilijker te zijn dan voor de mannelijke collega’s. Het beeld van de glazen klip drukt uit dat een vrouw die dan toch het glazen plafond doorbreekt, vaak in een hachelijke positie terechtkomt. Een vrouw wordt vaak topmanager wanneer het slecht gaat met de zaken. Anders gezegd, wanneer het risico op een mislukking het grootst is. In advocatenkantoren is de kans dat een vrouwelijke advocaat een moeilijk te winnen zaak krijgt toegewezen, groter dan bij een man. Mannelijke topmanagers verdienen gemiddeld 30 procent meer dan vrouwelijke. “Ik vind het erg dat vrouwen er ‘vermannelijkt’ uit moeten zien om serieus genomen te worden. Kijk maar naar de vrouwen die de meer serieuze programma’s presenteren op televisie. Negen van de tien keer hebben ze een vestje aan en hebben ze kortgeknipt haar.” u INGRID
27
DE EERSTE INDRUK De eerste indruk is erg bepalend voor het beeld dat we ons vormen over de ander. En aangezien het uiterlijk het eerste is wat we zien, speelt dat een zeer grote rol in het bepalen van dat beeld. “Ik vind dat mensen er zich bewust van moeten zijn dat ze altijd maar één kans hebben om een goede indruk te maken.” u CHANTAL “Naar iemand kijken en je afvragen wat voor iemand die persoon is, lijkt mij een gezonde vorm van belangstelling. Zich inbeelden wat voor persoon iemand zou kunnen zijn, is wel een vorm van ‘voor-oordelen’.” t INGRID “Eerste indruk is belangrijk of je dat nu wil of niet. We leven in een snelle samenleving, je krijgt niet de tijd om elkaar beter te leren kennen.” u SELAM “Ik zag aan de zee een man met een geel petje, witte sokken, ‘water in zijn kelder’, zijn broek tot onder zijn oksels opgetrokken... Zijn kinderen waren ook zo gekleed. Ocharme die kinderen denk ik dan.” t GERT
28
KIJKEN NAAR ANDEREN “Goed zien kun je enkel met het hart, het essentiële is onzichtbaar voor het oog.” Antoine de Saint-Exupéry
“Soms denk je dat iemand een oppervlakkig, mondain persoon is omdat die de juiste tas heeft, de juiste juwelen draagt, het juiste mantelpakje aanheeft... En dan ontdek je daaronder toch wel iemand die heel geëngageerd over maatschappelijke dingen nadenkt.” u SUZANNE Op basis van het uiterlijk gaan we anderen automatisch classificeren en in vakjes stoppen. We baseren ons op gemeenschappelijke eigenschappen als etniciteit, seksuele geaardheid, leeftijd, beroep of sociale klasse. We veralgemenen daarbij op grote schaal. We gebruiken vooroordelen als ‘werkhypothesen’. Zien we een oudere dan gaan we er op basis van een vooroordeel of stereotype van uit dat deze persoon traag is. Jongeren en ouderen kijken naar elkaar? snotneus / overjarige hippie / nog niet droog achter de oren / OWN (overleeftde-winter-niet) / noch vis noch vlees / rollatorbrigade / melkmuil / mettekoo / puistenkop / rimpelrocker / regenkapkesliga / “Mijn mama werkt in een rusthuis en daar zie je veel oude mensen. Oude mensen krijgen rimpeltjes, hun gebit valt uit en ze kunnen niet meer zo duidelijk praten. Ik vind dat natuurlijk niet mooi, maar ik vind het ook niet erg. Die mensen zijn toch ook maar gewoon gegroeid.” t YLIANE “Als ik iemand zie die er extravagant uitziet zoals een hippie, een punker of een rasta, dan schept dat een band. We gaan sneller praten met elkaar over muziek of festivals bijvoorbeeld.” u MARINO PUNK
29
“Ik vind de jonge mensen van tegenwoordig heel mooi. De jongeren van vandaag verzorgen zich beter, besteden meer aandacht aan hoe ze eruit zien. Wij hadden vroeger ook maar één stel schoon kleren. Als wij naar de kermis wilden gaan, of naar ‘t bal, dan moesten wij die ‘raprap’ wassen en zien dat alles droog was tegen dat we er naartoe gingen.” u MARIA Omdat de werkelijkheid die we waarnemen zo complex is, heeft ons brein deze veralgemeningen nodig. Maar rechtvaardig is het niet. Temeer omdat onze hersenen op basis van uiterlijke kenmerken meteen een aantal conclusies trekken over het innerlijke van een persoon. Als we naar anderen kijken zoeken we vaak kenmerken van onszelf. Als we die vinden gaan we die personen meteen meer vertrouwen. We hebben ook de neiging om mensen waarin we onszelf fysiek herkennen, dezelfde psychologische eigenschappen toe te kennen. “Het is moeilijker om het verhaal van de gezichten van mensen uit andere culturen in te schatten. Afrikanen bijvoorbeeld hebben zo’n fijne gezichten en amper rimpels. Zij lijken mij op het eerste gezicht gelukkig.” t WEIZHONG
30
LICHAAMSBOUW Een belangrijke factor voor het bepalen van de eerste indruk is lichaamsbouw. Zo schrijven we aan langere mensen meer gezag toe, meer betrouwbaarheid en zelfs meer intelligentie. In het Westen ligt de ideale lengtemaat voor mannen op 1,88 meter. De gemiddelde lengte bedraagt echter maar 1,79 meter. “Ik zou graag wat groter geweest zijn. De grootte van een man is iets wat het eerst in het oog springt, nog voor het gezicht of andere gelaatstrekken”. WEIZHONG RADIATING BEAUTY EN HALO-EFFECT Kijken naar anderen is ook kijken naar wie bij iemand hoort. Met een aantrekkelijke partner aan onze zijde, verwerven we zelf automatisch meer prestige. Dit is ‘radiating beauty’. Het principe werkt ook in omgekeerde zin: kiezen we voor een minder aantrekkelijk persoon, dan krijgen we soms te maken met achterdocht of spot over de reden van verliefdheid. We beoordelen iemands prestaties eveneens positiever naarmate de persoon knapper is. Dat noemen we het halo-effect. Uit testen blijkt dat aantrekkelijke leerlingen meestal betere cijfers krijgen. Is het uiterlijk van de leerlingen niet gekend, dan krijgen ze ‘juistere’ cijfers. “Mensen veronderstellen dat ik het best een vriendin zoek die even klein is als ik. Alsof verliefd worden bij mij anders zou zijn dan bij anderen.” t MICHA
KLEDIJ Kleren dienen in de eerste plaats ter bescherming en verwarming. Maar in onze complexe samenleving heeft kleding nog tal van andere functies gekregen.
31
STATUS EN LIDMAATSCHAP Kledij kan status uitdrukken. Wie rondloopt in een mooi pak, geeft te kennen tot een succesvolle klasse te behoren. Of te willen behoren? Onze kledingstijl drukt naast status ook verbondenheid met een bepaalde gemeenschap uit. Dit geldt zowel voor voetbalsupporters, als voor punkers of yups. Op die manier onderscheiden we ons herkenbaar van anderen. Kledingvoorschriften verschillen niet alleen tussen sociale groepen, maar ook naargelang de situatie: op de werkvloer heerst een andere kledingcode dan in de sportclub. Subculturen vertalen hun levensfilosofie bijna altijd in een typische eigen look. Een uniform is een expliciete manier om uiting te geven aan een groepsidentiteit: de individuele identiteit moet volledig wijken voor de collectieve. TIJD EN PLAATS Kledingvoorschriften zijn cultureel bepaald. In sommige gemeenschappen of religies moeten vrouwen kleding dragen die het hele lichaam bedekt. In het Westen hanteren we over het algemeen vrijere kledingvoorschriften. Dat kan voor verwarring zorgen. Advocaten gekleed in jeans en T-shirt maken hun cliënten uit culturen met een sociaal hiërarchische kledingcode onzeker. Nieuwkomers in een gemeenschap hebben vaak moeite om de lokale codes af te lezen en na te volgen.
32
“Ik wil bij verschillende groepen horen en wil niet op één groep vastgepind worden. Ik draag graag de kleren die aanvaardbaar zijn voor de groep die ik ga ontmoeten.” “Ik vind het verschrikkelijk als mensen zich activiteiten gaan ontzeggen omdat ze vrezen er niet de juiste kleren voor te hebben. Niet naar een feestje gaan omdat men vreest niet de juiste kleren te hebben, dat vind ik fout.” u SUZANNE MODE Waar vroeger de dresscode langzaam veranderde en voor iedereen verplicht was, heerst er vandaag een enorme vrijheid. Tenminste, voor wie durft! Het is vandaag in het Westen algemeen geaccepteerd dat we met onze kledij proberen verrassen en iets over onszelf vertellen. Mode gekoppeld aan individualisme heeft van kledij meer dan ooit een sprekend communicatiemedium gemaakt. “Ik vind kleding belangrijk, maar ik heb een moeilijke maat. Ook de kostprijs van kleren schrikt me vaak af. Het stoort me soms dat mensen zo bezig zijn met hun kleding. Ik vergelijk me dan met hen en voel me soms minderwaardig.” t MAGDA MERKKLEDIJ Voor velen van ons is een kledingstuk van een bekend merk belangrijk voor het imago. Een gevolg hiervan is dat bedrijven massaal investeren in branding - het in de kijker zetten van een bepaald merk via reclame en door het sponsoren van muziekfestivals of sportwedstrijden... Vaak zijn de modellen sportlui, acteurs of muzikanten die ons ervan moeten overtuigen om voor een bepaald merk te kiezen.
“De kleren maken de man. Het is voor mij een vorm van therapie om nieuwe kleren te passen en te kopen. Ik word er vrolijk van als ik vind dat ik er goed uitzie en ik straal dat dan ook uit. Ik vind dat een heel zintuiglijk gebeuren: kleuren, texturen... Ik kan met kleren ook uitdrukken hoe ik me voel. Als ik mij ‘foxy’ voel, dan zul je dat wel zien.” u MAGALI “In Roemenië besteden mensen meer tijd aan hun kledij. Als ik vroeger op stap ging met vrienden en ze vonden dat ik er niet mooi uitzag, vroegen ze direct wat er aan de hand was. ‘Waarom heb je die mottige kleren aan?’ Ze zijn daar heel direct. Mijn zussen vroegen dan: ‘Ga je zo uit?’ ‘Dat kan toch niet!’ ‘Doe iets anders aan want je staat er niet mooi mee.’ Hier zijn mensen discreter, maar sta je wel alleen om je uiterlijk te corrigeren.” t FLORINELA TOCH MAAR VOORSCHRIFTEN? Veel werkgevers ervaren de grote vrijheid en diversiteit in kledingstijlen als problematisch. Zij kunnen in België dan ook om verschillende reden een dresscode opleggen. • Veiligheidsoverwegingen: bv. schoenen met stalen neuzen in de bouwsector • Hygiënische redenen: bv. witte jassen in een ziekenhuis • Herkenning: bv. uniform van de agent • Representativiteit: bv. zakenman met stropdas “Op mijn werk in het bejaardentehuis draag ik een uniform en een halve hoofddoek. Zelf vind ik het niet erg om een uniform te dragen. Maar soms denk ik dat het voor de bejaarden plezanter zou zijn als we in onze gewone kleding zouden werken. Het uniform creëert toch een afstand omdat je toch altijd ‘de zuster’ bent en blijft.” u NANCY “Ik ben brandwacht. Als ik in de supermarkt binnenkom met mijn uniform aan, dan verandert alles: mensen groeten me, lachen me toe en zijn minder vijandig of bang dan wanneer ik dezelfde winkel binnenstap in mijn gewone outfit. Blijkbaar verandert met mijn uniform ook mijn uitstraling. Eigenlijk zouden alle Marokkanen met werkkledij moeten rondlopen. Misschien kunnen we zo wél binnen in de dancings.” t SELAM “Blauw was voor mij lange tijd een negatieve tint omdat ik jaren een uniform gedragen heb.” u TREES “In mijn job als koerier draag ik een T-shirt van onze organisatie. Ik heb daar absoluut geen probleem mee, integendeel... De mensen zien zo al van ver dat ik iets kom leveren en zo hoef ik mij niet telkens te verantwoorden of uit te leggen. Dat T-shirt is mijn visitekaartje.” t TIBOR Het is vooral deze laatste regel die soms vragen en discussie oproept. Want wat voor de één een representatief uiterlijk is, is dat voor de ander allerminst. Om alle ruimte voor interpretatie te vermijden, vertalen heel wat bedrijven deze algemene regel in concrete en gedetailleerde voorschriften. In 37% van de Belgische bedrijven is er een officiële dresscode.
33
“Als ik zie hoe mensen vandaag gekleed gaan in bedrijven, dan heb ik daar toch mijn vragen bij. In mijn tijd was er een strikte dresscode voor meetings. Die stond ook steeds vermeld op de uitnodigingen. Een werkmeeting was meestal casual, hemd zonder das. ’s Avonds tijdens het diner droegen we altijd een pak.” t LAURENT “Ik heb maar twee hemden. Niet omdat ik hemden niet mooi vind, maar omdat ik een hekel heb aan strijken.” uMAARTEN
NEW WAVERS Ontstaan in de jaren ’80. Postpunkperiode. Tijd van economische depressie. Kledij en stijl geven uitdrukking aan uitzichtloosheid, depressie. Zwart erg dominant: zwartgeverfde haren, lange zwarte regenjassen, zwarte puntschoenen, zwarte make-up. GOTHS Afkomstig van ‘Gothic’= gothisch. Voortzetting van new wave. Zeer introspectief en melancholisch. Macabere expressievormen, ruimte voor poëzie, filosofische vraagstelling en creativiteit. Enorme verscheidenheid aan subgenres: dark electro, dark ambient, cyber goth, horror punk, goth metal, cold wave, elk met zijn eigen (kleding)nuances.
SUBCULTUREN
34
In een traditionele samenleving ontlenen mensen hun identiteit aan hun sociale positie. In de hedendaagse maatschappij is dat anders: we kunnen onze identiteit voor een groot stuk zelf vorm geven en sturen. Vooral jongeren zijn daar heel druk mee bezig. Naast de behoefte aan individualiteit is er een drang naar groep- of clanvorming. De combinatie van die factoren leidt tot het ontstaan van subculturen. Naast muziek zijn uiterlijk en kledij voor de meeste subculturen van groot belang om zich te onderscheiden van de anderen en hun overtuigingen vorm te geven. Subculturen zijn per definitie erg onderhevig aan modes. Sommige zijn vlug voorbij, andere gaan decennia mee. PUNKS Anti-establishment, ontstaan in de jaren ’70, erg gekant tegen de maatschappij, harde muziek, (gekleurde) hanenkammen, gescheurde kleren, kettingen en hondenriemen. Herleving via de neo-punks, maar dat is vooral uiterlijk. “Scarification dat zie ik wel graag, dat heb ik nog niet. Een mooie tekening op mijn borst of op mijn armen zie ik wel zitten”. MARINO NERDS Zichtbaar niet geïnteresseerd in kledij en uiterlijk, wat dan toch weer resulteert in de echte nerdstijl. Associatie met intelligentie, ‘anders-zijn’, informatica, verzamelingen en gekke hobby’s. HIPHOPPERS Ontstaan in de jaren ’80. Zeer veel zorg en aandacht voor het uiterlijk met kenmerken afkomstig uit de Amerikaanse populaire cultuur. Standaardelementen zijn: Nike basketbalschoenen, zeer wijde broeken, slobbershirts, honkbalpet, glimmende kettingen.
RASTAS Aanhangers van de reggae-cultuur. Kleuren: geel, groen en rood. Look is geïnspireerd op het uiterlijk van Keniaanse vrijheidsstrijders. Meest opvallende kenmerk: ‘dreadlocks’, dikke slierten haar die bekomen worden door lang haar te ‘vervilten’: wassen maar niet uitkammen. GABBERS Subcultuur geënt op de uitgaanswereld. De look is helemaal gericht op het dansen: zeer kort haar of kaalgeschoren, sportkledij (trainingspakken), sportschoenen, vliegeniersjacks. Nauw verbonden met de ‘Johhny en Marina’-cultuur. EMO’S Groep die graag eigen kwetsbaarheid etaleert. Ermee geassocieerde muziekstijl is emocore, een soort hardcore met persoonlijke teksten en expressieve zang. Attributen van de emo: eyeliner, veel zwarte kledij, skinny pants, maar ook roze truien en strikjes in het haar. SKINHEADS Oorspronkelijk ontstaan bij jonge arbeiders in Groot-Brittannië. Vandaar: bretels, werkschoenen, kortgeknipt haar. Later meer ideologisch geworden en opsplitsing in linkse en rechte skinheads. White power skinheads zijn uitgesproken racistisch of zelfs nazistisch. Linkse skinheads staan bekend als SHARP (Skinheads Against Racial Prejudice). Voor de leek soms moeilijk van elkaar te onderscheiden. METALHEADS Heavy metal of metal ontstond begin jaren ’70 als muziekgenre uit de hard rock. Black Sabbath wordt vaak als eerste heavy metalband beschouwd. Muziek wordt gekenmerkt door drums, bas en gitaren, bij voorkeur op maximum volume. Horror, mythologie, oorlog, religie en nihilisme zijn vaak terugkerende elementen. T-shirts van de favoriete band vormen een belangrijk onderdeel van de look. Verder: legerbroeken of jeansbroeken, lederen jassen of mouwloze jeansvesten met patches en buttons. Doorgaans lang, loshangend haar.
35
STEREOTYPERING De media hebben een grote invloed op hoe we naar andere groepen in de samenleving kijken. Zo komen vrouwen hoofdzakelijk aan bod bij onderwerpen als vrije tijd, sociale kwesties en faits divers. In nieuws- en duidingsprogramma’s zijn vrouwen sterk ondervertegenwoordigd. Dit wekt de indruk dat vrouwen geen mening zouden hebben over ‘serieuzere’ thema’s. Ook in de reclame blijft sprake van stereotiepe rolpatronen. WIJ EN ZIJ Nieuws en duidingsprogramma’s brengen regelmatig onderwerpen over allochtone mannen en vrouwen. Vaak is dit in een negatieve context: criminaliteit, illegaliteit of samenlevingsproblemen. De media kent hen specifieke eigenschappen toe die sommigen van ons soms blindelings overnemen. We spreken van ‘wij’ en ‘zij’. Deze beeldvorming is stereotypering. Het zorgt voor een hoop frustraties en onjuiste denkbeelden. “Een kleine mens zal altijd in beeld gebracht worden in een sfeer van circus of kabouters of zo. Een Marokkaan kan ook geen advocaat zijn, moet een praktiserende moslim zijn, kan geen respect hebben voor zijn vrouw... Die stereotypen zitten er ingebakken en worden ook blijvend gevoed door verhalen en beelden die de media ons aanleveren.” uMICHA
36
DE INVLOED VAN MEDIA EN BEELDCULTUUR
“De media zijn lief voor wie er goed uitziet. Ik begrijp dat mensen die in de media getoond worden best een klein beetje representatief zijn. Maar nu wordt er veel te veel naar de vorm gekeken.” t NICOLE UITERLIJK EN LICHAAM ALS NIEUWE AFGODEN Ons uiterlijk is in de huidige maatschappij belangrijker dan ooit tevoren. Er is een overweldigend aanbod aan tv-programma’s, vrouwenbladen en glossy’s over mode, wellness en lichaamsverzorging. Vandaag krijgen we via deze kanalen meer uitzonderlijk mooie mensen te zien dan pakweg vijftig jaar geleden. “Ik denk dat de schoonheidsindustrie heel veel jonge mensen onzeker maakt en dat vind ik spijtig. Dat kan echt resulteren in ongelukkig zijn. En dat is erg! Jongeren staan vandaag onder druk van duizend-en-één invloeden: hun vrienden, tv-programma’s, magazines...” uCHANTAL Het Braziliaanse model Ana Carolina Reston overleed aan anorexia. Men wees de modewereld zwaar met de vinger. Internationaal bannen verschillende modeontwerpers hypermagere modellen op de catwalk. Anderen zijn het er mee eens maar willen wel relativeren: “Ik ken weinig modellen die ècht aan magerzucht leiden. Je kunt maatje 34 hebben, perfect gezond zijn maar gewoon tenger geschapen zijn. Het is ook bijzonder oppervlakkig om alleen de modewereld in het vizier te nemen: anorexia bestond al voor al die magere modellen er waren, hoor.” WALTER VAN BEIRENDONCK (HUMO 3478)
37
ONREALISTISCH SCHOONHEIDSIDEAAL Media en mode dringen een onrealistisch schoonheidsideaal op. Bij het doorbladeren van een glossy beseffen we te weinig dat we kijken naar een fotomodel, geselecteerd uit honderden andere aantrekkelijke modellen. Evenmin staan we er bij stil dat de beste fotografen amper één foto selecteren uit een hele reeks beelden, gemaakt in de meest optimale omstandigheden en achteraf nog eens flink geretoucheerd. “Reclame is misleidend. Ze geven je het gevoel dat je zonder deze producten niet leven kan. Mijn grootmoeder had weinig rimpels en ze gebruikte nooit een crème. Mijn moeder trouwens ook niet. Ze gebruikte altijd versgeperste olijfolie of maïsolie. Ze heeft ook geen rimpels, terwijl ze bijna zestig jaar is.” t FLORINELA “Al die zever van plastische chirurgie in al die boekskes, daar moet ik toch mee lachen. Ieder doet daar zijn zin in. Maar ik zou het toch eerder afraden. Ik vind: gelijk da ge geboren zijt moogde verslijten ook.” uMARIA “Ik word door die dingen niet verleid omdat ik ze niet zie.”
38
t JEMPI
MAAKBAARHEID VAN HET LICHAAM Tussen de regels door stellen de media ons bloot aan de boodschap dat schoonheid een kwestie van inzet en motivatie is. Iedereen kan dus mooi zijn. Bereiken we dit doel niet dan hebben we ons simpelweg niet genoeg ingezet. Onze consumptiemaatschappij promoot de maakbaarheid van ons lichaam. Uiteraard is die maakbaarheid in grote mate een fictie: niet alleen vertrekken we ongelijk uitgerust aan de start. Maar we hebben ook veel tijd en geld nodig om ons uiterlijk te verzorgen. IMPACT OP HET ZELFBEELD Studies tonen een verband aan tussen veel televisie kijken en een negatief zelfbeeld. Die mediabeïnvloeding is groter bij vrouwen dan bij mannen. Bij kinderen en jongeren is de beïnvloeding zeer groot. 94% van de tienermeisjes en 76% van de jongens hebben een complex over hun uiterlijk. Cosmetische ingrepen bij jongeren worden steeds alledaagser. WORDT ‘GEWOON’ TERUG DE NORM? De laatste jaren is verandering merkbaar. Een aantal adverteerders begint te reageren op het onrealistische schoonheidsideaal. Ze kiezen ervoor om ‘gewone’ mensen in campagnes te gebruiken. Maar laten we niet té enthousiast worden over deze verandering! Meestal gaat het om een uitgekiende marketingstrategie waarbij de adverteerder in de kijker wil lopen. Neem het ‘gewone’ van de getoonde modellen dus maar met een flinke korrel zout. Ze dragen minder make-up en hun beeld is vaak niet gefotoshopt. Maar meestal zijn deze modellen nog altijd veel fraaier dan de gemiddelde mens.
In een experiment kregen mannen en vrouwen vier tijdschriftcovers voorgelegd. Twee op drie vrouwen koos voor het tijdschrift met een xx-small model op de cover. Ruim één op twee mannen had een voorkeur voor het ‘medium’ of ‘large’ model. Vrouwen gaan dus voor een maatje minder, mannen kiezen een maatje meer. Maar vaak weten ze dat niet van elkaar! Datingsites op het internet exclusief voor knappe mensen zijn een gigantisch succes. Maar ook datingsites voor volslanke mensen zijn een hit. Bloot in de reclame werkt wel degelijk: een schaars geklede dame zien, maakt sommige mensen mild en beïnvloedbaar. Tegen de tijd dat een meisje 12 is, heeft ze al meer dan 77.000 reclamefilmpjes gezien.
39
DNA UITERLIJK EN GENETICA We verschillen van elkaar op tal van punten: lengte, gewicht, haar, huidskleur, gezichtskenmerken en gestalte. Hoe komt dat? Waarom zien we er niet allemaal hetzelfde uit? Uiterlijke verschillen zijn het resultaat van de interactie tussen onze omgeving en onze genen. Natuurlijke selectie bevoordeelt genetische kenmerken die het best zijn aangepast aan een bepaalde omgeving. Mensen die in eenzelfde gebied wonen hebben dus gelijkaardige kenmerken. Ze worden van generatie op generatie doorgegeven. De hoeveelheid UV-straling in een gebied is bepalend voor de hoeveelheid huidpigment én dus voor de huidskleur. In het noorden is veel minder UV-straling dan in de tropen of op hoogvlaktes. Daarom hebben bijvoorbeeld Finnen een veel lichtere huidskleur dan Nigerianen. Het krulhaar of kroeshaar uit de tropen is een bescherming tegen de verzengende zon. Het houdt het hoofd beter koel dan sluik haar. De omgeving bepaalt zelfs de vorm van de neus. In koude of droge gebieden is de neus gemiddeld groter. Hij dient als sas om de lucht op te warmen of te bevochtigen voor we die inademen.
40
GEEN BASIS VOOR RASSEN In het verleden grepen we uiterlijke kenmerken aan om mensen op te delen in rassen. Hoewel deze onderverdeling overeenstemt met wat we zien, steunt ze op een wankele wetenschappelijke basis. Het genetisch materiaal van elk individu is anders. Over langere periodes beschouwd, zijn uiterlijke kenmerken bovendien hoogst veranderlijk. Er is geen harde genetische grens te trekken rond een etnische groep. Bijgevolg is er ook geen sluitende wetenschappelijke basis om te spreken over afzonderlijke rassen. 99% GEMEENSCHAPPELIJK Waar komen we echt vandaan? Welke omzwervingen hebben onze voorouders doorheen de voorbije millennia gemaakt? Zochten ze andere oorden op omwille van de grote kou tijdens de laatste ijstijden? Werden ze verdreven door smeltende ijskappen, grote droogte of voedseltekort? Zit er in ons iets Aziatisch, iets Oost-Europees? Iets Zuiders misschien? Of dragen we een vleugje Afrika of Zuid-Amerika mee? Hoe we er ook uitzien, we hebben steeds 99% gemeenschappelijk genetisch materiaal.
DNA-technieken geven aan dat alle mensen hun oorsprong vinden in Afrika, zo’n 150.000 jaar geleden. 60.000 jaar geleden verlaten groepjes mensen Afrika. Van dan af begint het spannende verhaal van een merkwaardige reis. Tijdens hun omzwervingen lieten onze voorouders genetische afdrukken na en ontwikkelden zich, per groep die zich langere tijd ergens vestigde, nieuwe unieke genetische kenmerken. Deze zijn nog steeds zichtbaar en komen tot vandaag herhaald terug. Dit laat ons toe om een beeld te schetsen van wanneer en hoe de vroegere mens zich over de wereld heeft verplaatst. WAT WE ZIEN IS NIET ALTIJD WAT HET IS!
Niets is geheel waar, en zelfs dat niet... FREDERIK VAN EEDEN
Uiterlijk en etnische krijtlijnen zijn relatief. In een experiment, geleid door professor Jean-Jacques Cassiman van het Centrum Menselijke Erfelijkheid (KU Leuven), onderwierpen we een aantal bv’s aan een DNAonderzoek. Bedoeling is om zicht te krijgen op hun ancestrale afkomst en op de omzwervingen die hun voorouders maakten.
41
TOT SLOT... In 30 portretten toont Schoon volk dat mensen dynamisch en uniek zijn. Elk heeft zijn eigen verhaal, een eigen mening. Elk heeft zijn eigen manier om naar buiten te komen: 30 mensen bijzonder in hun alledaagsheid en alledaags in hun bijzonderheid. Wij leven in een snel veranderende maatschappij. De spectaculaire ontwikkeling van de wetenschap steekt instinct en biologische wetten voorbij. We kunnen programmeren op schoonheid, verstandelijk vermogen en spierkracht.
42
Er mooi, jong en gezond uitzien, is niet langer een toeval, zelfs geen keuze, maar voor velen een plicht. De norm voor schoonheid komt voort uit een gefotoshopt, geconstrueerd, bijna artificieel lichaamsbeeld. De mens is meer dan ooit maakbaar: er oud uitzien of mollig zijn is uit den boze, scheve tanden en uitstaande oren worden niet meer getolereerd. De druk is groot. Het spanningsveld tussen erbij willen horen en uniek zijn verwart. Belangrijk is dat we elkaar blijven zien voor wie we werkelijk zijn. Het uiterlijk is slechts één facet van de persoonlijkheid. Talenten, uitstraling en charme zeggen zoveel meer. Respect, vertrouwen en gelijkwaardigheid zijn de basis voor gelijke kansen. Monica De Coninck Schepen van sociale zaken, diversiteit en loketten Stad Antwerpen
BRONNEN LITERATUUR
• Baardman, I. (1995) Zeg mij wat u in de spiegel ziet. Psychologie • Calefato, P. (2004) The clothed bod. Berg Publishers: Oxford • Coolsaet, B. (2005) De magie van de moederschoot, Leuven: Van Halewijck • Davis, F. (1992) Fashion, culture and identity The University of Chicago Press: Chicago • De Brauwer, D. (1994). Relationele lichaamsbeelden Leuven: Acco • De Volder, F., Mettrop-Wurster, I. (2008) De inwendige mens: Psychoanalytische beschouwingen • over de betekenis van eten in de ontwikkeling van kinderen en hun ouders. Asse: Van Gorcum • Draulans, V. (2001) Glazen plafonds, realiteit of mythe? Een genderanalyse van leidinggeven. • Ethische Perspectieven, nummer 4/2001 • Etcoff, N. (1999) Het recht van de mooiste : de wetenschap van mooi en lelijk Amsterdam: Contact • Gielen, G. (2008) Onaantrekkelijk? Antwerpen-Apeldoorn: Garant • Gielen, G. (2002) Pygmalion anno 2002. • Giesen, P. (1999) Laat me feesten: het eeuwige misverstand over jongeren Amsterdam: Podium • Greer, G. (1992) De hele vrouw; vertaling Ton Heuvelmans; J.M. Meulenhoff bv • Jablonski, N.G. (2006) Skin, a natural history, Berkeley: University of California Press • Kawamura, Y. (2004) Fashionology. Berg Publishers: Oxford • Ladan, A. (1997) Ons vege lijf. Amsterdam, uitgeverij Boom • Ladda vzw, (2007) Talkie Walkie. Jongerensubcultuur 4 believers/non-believers, Leuven: Acco, • Lewontin, R. (1995) Human Diversity, New York: Scientific American Library • Mertens, J. (2006) Van zaadcel tot liefde Gent: Academia Press • Morris, D. (1997) De andere sekse. Amsterdam: ADM International • Muggleton, D. (2000) Inside subculture. Berg Publishers: Oxford • Oakley, A. (1986) Sex, gender and Societ. Ashgate Publishing Group: Hampshire • Stultiens, H., Stultiens, L. (2004) Het fenomeen status, • Waarom we ons gedragen zoals we doen Schiedam: Scriptum • Van Beurden, L. (1988) Mode in de 20e Eeuw, Nijmegen: Sun. • Vervaet, M. (2002) De Veilige Hel: anorexia en boulemia nervosa Antwerpen: Houtekiet • Walgrave, J.(1998) Het labo van de verleiding Antwerpen: Provincieraad Antwerpen ARTIKELS UIT KRANTEN EN TIJDSCHRIFTEN
De Standaard, De Morgen, Gazet van Antwerpen, De Nieuwe Gazet, Knack Magazine, Humo, Joepie, De Telegraaf, ‘Gelukkig zijn’ JAC INTERNET
www.beperkthoudbaar.info www.demaakbaremens.org www.diversiteit.be www.eetstoornis.be www.genderstichting.be www.krant.telegraaf.nl/krant/vrouw/teksten/vrouw.reportages.uiterlijk.html www.minderhedenforum.be www.moh.be www.museumboerhaave.nl/mijnhuid/index.html www.onaantrekkelijk.be www.pbs.org/mattersofrace www.pbs.org/race/000_General/000_00-Home.htm www.picturingfashion.com/texts/Lauwaert_MoreelMode.pdf www.rotary-jeugduitwisseling.nl www.understandingrace.org www.vdab.be/magazine/dec05/discriminatie www.workpower.nl/rechtenplichten/uiterlijk.asp www.zorra.be www.pesten.net www.allemaalanders.be http://sos.welzijn.net/bruikbaar/getuigenissen/index.htm SECRETARIAAT:
Samenleven in diversiteit Atlas, Carnotstraat 110 I 2060 Antwerpen tel. +32 3 227 70 11 | fax +32 3 227 71 71
[email protected] | www.antwerpen.be/atlas
43
COLOFON DANKBETUIGING
Deze tentoonstelling kwam mede tot stand dankzij • de steun van de Vlaamse overheid • de stadsdichter Joke Van Leeuwen en Antwerpen boekenstad BIJZONDERE DANK AAN
44
Chantal Eliza Florinela Geoffrey Gert Hedwig Ingrid Jean Jempi John Lana Laurent Maarten Magali Magda Maria Marie Marino Punk Marleen Micha Nadia Nancy Nicole Phil Roos Selam Suzanne Trees Tibor Vreni Yliane Genenonderzoek Maya Albert, Karl Apers, Veerle Baetens, Sultan Balli, Gene Bervoets, Janine Bischops, Sven de Ridder, Bieke Ilegems, Tiany Kiriloff, Rachida Lamrabet, Tom Lanoye, Maria Mariën, Ronny Mosuse, Farouk Özgünez, Lindsey Pfaff, Annick Segal, Peter Van den Begin, Marcel Vanthilt, Gert Winckelmans KU-Leuven: prof. Jean-Jacques Cassiman & prof. Ronny De Corte National Geographic Geconsulteerde deskundigen, istanties en organisaties Prof. Johan Braeckman VUB, Tijl Bossuyt - De Veerman, prof. Jean-Jacques Cassiman KU-L, Eline Comer, Gie De Boutte KU-L, prof. Ronny De Corte KU-L, Wilfried Defillet, Els De Waegeneer HV, prof. Dirk Draulans , Gerard Gielen, Dirk Lauwaert, Gianni Marzo VRT, Mieke Mievis, Marco Van Haegenborgh CGKR, Corinne Van Hellemont, prof. Myriam Vervaet, Joke Weckesser RH, Drs. Bob Van der Meer, Raymond van het Groenewoud, Nada El-Yassir, Dr. Tumba Tutu-De-Mukose, Dr. M. Andersen, RTL Doc-Atlas Marie-Claude Gevaert, VDAB, VMC Denis Bouwen, VAGA Mariette Vermeylen, REALISATIE
Stad Antwerpen | Atlas
GEDICHT
In samenwerking met Antwerpen Boekenstad Stadsgedicht ‘Schoon volk’, Joke van Leeuwen FOTOGRAFIE
Koen Broos
RUIMTELIJKE EN GRAFISCHE VORMGEVING
vormgeverij IDEAL + MADE architecten
V.U.
Marjan Knockaert, Van Immerseelstraat 11-23, 2018 Antwerpen