voorwoord Dit boekje gaat in op de verschillende didactische mogelijkheden die draadloos stemmen biedt voor u en uw studenten. Wat is draadloos stemmen? Audience polling, zoals het officieel heet, vergroot de interactiviteit tussen een presentator en het publiek.Via stemkastjes, mobiele telefoons, PDA’s of laptops kan het publiek actief participeren tijdens een presentatie, college of cursus. Sinds 2007 gebruiken docenten van het AMC en het LUMC deze nieuwe onderwijsmethode tijdens hun colleges aan studenten Geneeskunde en Medische Informatiekunde. Dat gebeurt met veel enthousiasme. Bovendien lijkt het de studieresultaten te verbeteren, al is dat laatste nog maar beperkt wetenschappelijk bewezen. Met dit boekje proberen we u als docent in het hoger onderwijs wegwijs te maken in de wereld van het draadloos stemmen. We zetten niet alleen de voordelen van deze aanpak op een rij, maar geven ook het antwoord op allerlei praktische vragen. Hoe moet u beginnen met draadloos stemmen? Wanneer kiest u voor welke vorm? Hoe vergroot het de kwaliteit van uw colleges? En wat vinden docenten en studenten eigenlijk van deze nieuwe vorm van interactief onderwijs? Toegegeven, het gebruik van het elektronische stemsysteem vraagt om een iets andere voorbereiding op uw colleges dan u gewend bent. Wij willen u hier dan ook op voorbereiden. Maar dankzij alle moderne techniek en software hoeft u echt geen expert te zijn op het gebied van computers. Basiskennis van PowerPoint en enthousiasme voor het geven van onderwijs zijn voldoende om uw lessen of presentaties eenvoudig om te toveren in interactieve colleges. We hopen dat u net zo enthousiast wordt als onze docenten en studenten.
Nynke Bos Adviseur ICT & Onderwijs Onderwijs & Studentenzaken AMC – UvA
Roel Sijstermans Coördinator ICT & Onderwijs Onderwijs & Studentenzaken AMC- UvA
Peter de Jong Stafadviseur ICT&O Onderwijs Expertise Centrum LUMC
1.
1. Bepalen kennisniveau bij aanvang Tijdens het onderwijs zien studenten veel verschillende docenten en krijgen ze een breed scala aan vakken aangeboden. Geregeld blijkt een docent ten onrechte te veronderstellen dat een collega een bepaald onderwerp al heeft behandeld. De docent denkt dan verder te kunnen bouwen op de voorkennis van studenten, terwijl zij de fundamentele bouwstenen nog helemaal niet onder de knie hebben. Het omgekeerde kan natuurlijk ook gebeuren: een docent legt een groep studenten een bepaald onderwerp uit, terwijl zij dat allemaal al hebben gehoord in een eerder college. Door beide misverstanden verslapt de aandacht van studenten. In het eerste geval doordat ze de stof niet begrijpen en ze moeten afhaken, in het tweede geval doordat ze de stof te makkelijk vinden en andere dingen gaan doen. Niets werkt zo demotiverend voor een docent als les te moeten geven aan studenten die met hun gedachten ergens anders zitten. Maar ziedaar de draadloze stemkastjes. Daarmee kunt u namelijk voordat u met uw college of cursus begint heel makkelijk inventariseren wat het niveau is van uw studenten. Door aan het begin een aantal vragen te stellen, krijgt u een goede indruk van wat zij al wel en niet weten. Daar kunt u vervolgens direct op inspelen. U kunt bepaalde onderwerpen overslaan en zo aansluiten op het kennisniveau van de zaal. Of andersom kunt u bepaalde onderwerpen juist nog even extra toelichten. Het stemsysteem springt dan bijvoorbeeld automatisch naar de dia waarbij de meerderheid van de studenten een fout antwoord heeft gegeven. De voorwaarden voor het verspringen zijn door u zelf in te stellen. Als u bijvoorbeeld wilt dat 70 procent van de studenten het antwoord goed moet hebben, dan kunt u dat in het systeem aangeven. Deze interactieve vorm van onderwijs vergt wel enige flexibiliteit van u als docent. Aan het begin van de les of de cursus weet u immers nog niet precies wat u de studenten gaat vertellen. En behalve meer flexibiliteit heeft u ook meer dia’s nodig, die misschien niet allemaal gebruikt zullen worden tijdens het college. Daar staat tegenover dat de efficiëntie van het onderwijs hierdoor sterk kan verbeteren. Studenten zullen zich veel meer betrokken voelen bij uw college, want de stof sluit beter aan bij hun kennisniveau.
2.
2. Bepalen kennisniveau vlak vóór een examen Binnen het onderwijs wordt veel gebruik gemaakt van responsiecolleges: het laatste college vóór een examen of tentamen, waarbij studenten nog vragen kunnen stellen aan hun docent. Vaak geeft de docent dan een aantal oefenvragen die de studenten moeten beantwoorden. Helaas worden deze uren lang niet optimaal benut. Deels doordat in de zaal studenten zitten die zelf geen vragen hebben, maar die gewoon niets willen missen. Deels ook doordat sommige studenten te verlegen zijn om vragen te stellen, bijvoorbeeld omdat ze bang zijn om af te gaan voor hun jaargenoten. Het draadloze stemsysteem kan de effectiviteit van uw responsiecolleges flink vergroten. Via de stemkastjes kunnen uw studenten immers anoniem proefvragen beantwoorden die vergelijkbaar zijn met de tentamenvragen. Zo krijgen ze niet alleen een indruk van het niveau van het tentamen, maar ook van hun eigen kennis – plus de eventuele hiaten daarin. Als docent kunt u vervolgens de rest van het responsiecollege gebruiken om die hiaten verder toe te lichten. Eventueel kunt u aan het eind opnieuw enkele toetsvragen stellen over dezelfde onderwerpen, om na te gaan of de studenten de materie inmiddels beter beheersen. Hierdoor wordt niet alleen de tijd van het responsiecollege beter benut, maar zal waarschijnlijk ook het slagingspercentage van het tentamen toenemen.
3.
3. Vaststellen kennisoverdracht Misschien een open deur, maar het belangrijkste doel van lesgeven is dat u uw kennis overdraagt aan studenten. U bereidt uw colleges en lessen niet voor niets zorgvuldig voor zodat studenten er zoveel mogelijk van opsteken. Of u daar ook echt in slaagt kunt u al in de collegezaal zelf nagaan, want met de stemkastjes is het niveau van de kennisoverdracht op verschillende manieren te meten. Zo kunt u zowel aan het begin als aan het eind van uw college elektronisch vragen stellen en vaststellen of de kennis van studenten is toegenomen. De voor- en nametingen worden door het stemsysteem in één diagram gepresenteerd, zodat u direct inzicht krijgt in wat uw studenten tijdens de eerste en tweede stemronde hebben gekozen. Een andere mogelijkheid is om alleen een aantal vragen te stellen aan het eind van het college. Ook dan ziet u direct welke onderwerpen goed begrepen zijn en wat er eventueel nog extra uitgelegd moet worden. Wel is het van belang dat u enige tijd inruimt in het laatste deel van uw college, zodat u de resultaten kort met de zaal kunt bespreken.Wanneer blijkt dat studenten bepaalde onderwerpen keer op keer niet begrijpen, kunt u de colleges beter op hen gaan afstemmen. De feedback die u via het stemsysteem krijgt biedt dus de mogelijkheid om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren.
4.
4. Aandachtsspanne studenten vergroten Het zal geen groot nieuws zijn dat het vaak lastig is om studenten een volledig college of lesuur goed bij de les te houden. De gemiddelde tijd dat zij zich kunnen concentreren ligt beduidend lager dan de tijdsspanne van een college. Mensen in de zaal worden daardoor onrustig en gaan wat anders doen. Het resultaat: u staat uw verhaal te vertellen tegen een handjevol studenten dat nog wél in staat is om te luisteren. Ook hier brengt het stemsysteem uitkomst. Wanneer u ongeveer elk kwartier via het systeem een drietal korte vragen stelt aan uw studenten, zijn ze even met wat anders bezig. Na het beantwoorden van die vragen kunnen ze hun aandacht er weer beter bijhouden en zijn ze weer in staat om naar uw college te luisteren. Dat komt de kennisoverdracht ten goede, waardoor de tijd van uw college veel beter wordt benut.
5.
5. Meningen peilen Een leuke manier om tijdens een college discussies uit te lokken bij studenten is het peilen van hun mening over bepaalde onderwerpen. Zij kunnen met de stemkastjes reageren op bepaalde stellingen, waarna de resultaten direct op een digitale dia verschijnen en de verschillende meningen in de zaal duidelijk worden. Doordat stemkastjes anoniem worden gebruikt, zullen studenten eerder geneigd zijn om mee te stemmen dan wanneer ze in en plein public hun hand moeten opsteken. Zeker bij precaire onderwerpen. Bovendien zullen studenten zich gesterkt voelen dat zij niet de enige in de zaal zijn met een bepaalde mening. Dat verlaagt weer de drempel voor een eventuele klassikale verdediging van hun argumenten. U kunt natuurlijk ook de mening peilen over uw eigen college, zodat studenten het door u gegeven onderwijs meteen na afloop evalueren. Dit vereist echter wel enig incasseringsvermogen van uzelf, omdat de resultaten van dergelijke evaluaties soms confronterend kunnen zijn voor de docent.
6.
6. College op maat geven Het elektronische stemsysteem valt naadloos te integreren met uw eigen PowerPointpresentatie. Een bijzonder handige optie is het gebruik van zogeheten vertakkingen: het systeem zorgt ervoor dat uw dia’s verspringen naar de onderwerpen die via de stemkastjes de meeste stemmen krijgen. Studenten kunnen op deze manier de richting van het college meebepalen en zelf sturen welke onderwerpen ze nader willen uitdiepen. Dit kan didactisch zeer interessant zijn wanneer hetzelfde college aan verschillende groepen studenten wordt gegeven. U zult zien dat elke groep dan vaak een ander leertraject kiest. Dezelfde optie kunt u ook gebruiken bij het beantwoorden van vragen tijdens uw college.Wanneer bepaalde vragen door vrijwel alle studenten goed worden beantwoord, hoeft u het onderwerp niet nader uit te diepen en kunt u dus direct verder met een onderwerp dat studenten nog niet goed hebben begrepen. Het gebruik van dit soort vertakkingen vergt wel de nodige extra voorbereiding van u als docent. Voor elke vertakking zult u immers een of meerdere dia’s moeten aanmaken. Overigens kunt u zelf bepalen welke sprongen het systeem uiteindelijk precies maakt tijdens het college, door van tevoren de voorwaarden daarvan in het systeem te zetten.
7.
7. Oefenen van klinische vaardigheden Een speciale manier om de stemkastjes in te zetten is in een medische setting. Via PowerPoint krijgen geneeskundestudenten dan een medische casus aangeboden, waarna ze met hun stemgedrag het behandeltraject van de patiënt bepalen. Hierdoor kunnen uw studenten direct de consequenties ervaren van hun klinische keuzes – zowel in negatieve als positieve zin. Als docent zult u wel voor elke behandeling aparte dia’s moeten aanmaken, wat nogal bewerkelijk kan zijn. Maar daar staat een groot voordeel tegenover: dankzij dit interactieve onderwijs maken studenten al vroeg vertrouwd met klinische vaardigheden. Bovendien worden ze direct geconfronteerd met de consequenties van hun medisch handelen, zeker als dit gebaseerd is op te weinig onderbouwde kennis. Het oefenen van klinische casuïstiek hoeft zeker niet beperkt te blijven tot de geneeskundestudie, maar kan ook heel goed gebruikt worden bij sociale wetenschappen en bij paramedische vakken zoals fysiotherapie.
8.
8. Competitie tijdens colleges vergroten
haVo
Lot
VWo
toeVaL
De software waarop het stemsysteem is gebaseerd maakt het mogelijk om studenten in te delen in verschillende groepen.Wanneer er vervolgens via de stemkastjes kennisvragen worden beantwoord kunt u niet alleen de totaalscore weergegeven, maar ook een gespecificeerde score per groep. Dit biedt bijzondere mogelijkheden. U kunt de verschillende groepen immers tegen elkaar laten spelen, wat het competitie-element vergroot. Zodra studenten zich realiseren dat ze een soort wedstrijd spelen ontstaat er in de collegezaal een heel andere dynamiek. Een populaire verdeling is om meisjes tegen jongens te laten spelen, maar de groepen kunnen ook worden ingedeeld op onderwijsachtergrond. Zo kunt u bijvoorbeeld inventariseren of studenten met bepaalde profielen op de middelbare school het significant beter of slechter doen. Dit levert u als docent weer nieuwe inzichten op. Ook is het mogelijk om via de stemkastjes een individuele winnaar te bepalen. Dit kan anoniem door alleen het nummer van het stemkastje te laten zien, maar eventueel ook op naam als deze van tevoren gekoppeld is aan een stemkastje. Een dergelijke aanpak is natuurlijk ook goed te gebruiken voor docenten onderling.
9.
9. Resumerend: studenten beter leren kennen Bovengenoemde voorbeelden laten zien dat u het elektronisch stemmen op allerlei manieren kunt inzetten in het onderwijs. Met één gemeenschappelijke deler: stemkastjes dragen bij aan het beter inschatten van uw studenten in de collegezaal. Hoewel studenten anoniem blijven, krijgen ze letterlijk en figuurlijk een stem tijdens het college. Hun kennis en mening wordt zichtbaar, hiaten in hun kennis komen duidelijker naar voren en het lesprogramma valt hier direct op aan te passen. Verder worden studenten uitgedaagd om de leerstof in een vroeg stadium concreet toe te passen en is het mogelijk om de onderlinge competitie aan te zwengelen. Kortom: dankzij de stemkastjes wordt het onderwijs interactiever en persoonlijker – zelfs bij grote groepen. Dat zal uiteindelijk de kwaliteit van het onderwijs verbeteren, want u kunt pas goed lesgeven als u weet wie er in de zaal zitten.
Werkt het in de praktijk? De ultieme lakmoesproef voor de elektronische stemkastjes is natuurlijk het gebruik in de collegezaal. Hoe wordt de technologie ervaren? Wat zijn de voordelen? En wat valt er misschien nog te verbeteren? Enkele studenten en docenten doen hun relaas. Cees Lourens 3e jaars Medische Informatiekunde AMC
Lars Degreef 4e jaars student Geneeskunde LUMC
Frans Voorbraak modulecoördinator Medische Informatiekunde AMC
Luuk Willems longarts en docent LUMC
“Wij gebruikten de stemkastjes tijdens een inleidende module over programmeren. Om de zoveel sheets werden er elektronisch vragen gesteld, zodat we konden zien of we de stof wel goed hadden begrepen. Het leuke was dat er ook een spelelement in zat: de jongens speelden bijvoorbeeld tegen de meisjes, of rij 1 en 2 tegen rij 3 en 4. Dat werkte erg stimulerend, waardoor ik zelf gemotiveerd bleef en mijn aandacht beter bij de lange lessen kon houden. Bovendien begreep ik de stof beter. Ik denk dat de kastjes een goede aanvulling op het onderwijs zijn en dat ze tot veel meer interactie leiden tijdens colleges. Daardoor krijg je als student meer te zeggen over de invulling van het onderwijs. Volgens mij zijn de mogelijkheden eindeloos wanneer een docent de kastjes creatief gebruikt. Patiëntendemonstraties en saaie colleges zullen dan verbeteren. En het lijkt me leuk wanneer wij als studenten deze technologie ook kunnen gebruiken tijdens onze eigen presentaties.”
“Ik heb zelf tijdens het onderwijs kennis gemaakt met het elektronisch stemmen. De kastjes werden bij ons gebruikt tijdens een college waarbij we een oefententamen kregen. Dat werkte echt heel eenvoudig: zodra de poll ‘open’ was, hoefde je alleen maar op een knopje te drukken. Ik merkte dat wij door het stemsysteem veel meer betrokken waren bij het college. De les werd ook veel effectiever, want de docent hoefde ons niet meer te vragen wie er voor antwoord A had gekozen, wie voor antwoord B, etcetera. Bovendien kon hij zijn toelichting afstemmen op de antwoorden die wij hadden gegeven. Dat werd erg gewaardeerd in de collegezaal.”
“Om het rendement van het logicaonderwijs te verbeteren hebben wij gekozen voor interactieve werkcolleges met de stemkastjes. Tijdens deze colleges oefenen de studenten de behandelde stof. Vroeger was het soms omslachtig om feedback te krijgen van de groep, want dan moest je beurten geven of handen laten opsteken en dat leverde vaak gebrekkige informatie op. De stemkastjes zijn hier bij uitstek geschikt voor. Dankzij het draadloos stemmen blijven studenten beter bij de les, zo is mijn ervaring. In mijn collegepresentaties heb ik peilingen verwerkt om het begrip van de stof te controleren. Studenten kunnen zich daarbij minder goed verstoppen, omdat zo’n peiling pas wordt afgesloten wanneer iedereen heeft geantwoord. De stemkastjes maken het dus makkelijker om iedereen actief bij een college te betrekken. Vergeleken met de oude aanpak weet ik nu veel beter of studenten de leerstof hebben begrepen. Wat mij betreft zou de software voor de stemkastjes voor iedereen toegankelijk moeten zijn. Dan wordt het ook mogelijk om interactieve presentaties beschikbaar te stellen, zodat studenten de stof individueel kunnen oefenen. Zelf ga ik het stemsysteem in ieder geval voor veel meer colleges gebruiken, zoals bij wiskunde.”
“In het LUMC ben ik één van de pioniers die met draadloos stemmen aan de slag is gegaan. Ik gebruik de stemkastjes vooral tijdens mijn hoor- en responsiecolleges. De techniek werkt erg eenvoudig, al gaat het wel ten koste van de spreektijd: het stemmen zelf kost immers tijd, en je moet als docent het rumoer dat tijdens het stemmen ontstaat weer uitdoven. Maar ondanks dat kleine bezwaar ben ik heel enthousiast. Door het stemmen kan ik een prettigere presentatie geven en ontstaat er vaak een leuke interactie met studenten in de zaal. Het stemmen motiveert hen enorm, zo is mijn ervaring. Al denk ik dat het wel gedoseerd moet gebeuren, want het werkt minder goed wanneer élk college met stemkastjes zou worden gegeven. Zelf zou ik graag nog eens iets met de kastjes willen doen om de individuele prestaties van een student te meten, zodat je een prijs kunt uitloven aan de beste of snelste student.”
Do’s & don’ts De mogelijkheden van een draadloos stemsysteem in de collegezaal zijn legio. Cruciaal is wel dat alle benodigde techniek in huis is. Waaraan moet de soft- en hardware voldoen? En hoe introduceer je het systeem het beste bij docenten? Via het SURF-project van het LUMC en het AMC is geïnventariseerd welke technologieën beschikbaar zijn voor draadloos stemmen in het onderwijs. Al snel bleek dat er verschillende geschikte aanbieders bestaan. Uiteindelijk is gekozen voor het Amerikaanse TurningPoint als leverancier voor de soft- en hardware – waaronder de stemkastjes, die net als afstandsbedieningen werken op basis van infrarood. Het pakket is vervolgens in gebruik genomen binnen de medische opleidingen van het LUMC en het AMC. Laagdrempelig Belangrijke voorwaarde was laagdrempelige software: docenten moeten heel makkelijk een ‘stemdia’ kunnen maken binnen hun elektronische PowerPoint-presentatie. Anders verdwijnt het enthousiasme voor de technologie en bestaat de kans dat het systeem na verloop van tijd niet meer wordt gebruikt. Zowel in Leiden als Amsterdam kregen de docenten ondersteuning bij de introductie van de software. Dit gebeurde in kleine groepen of individueel. Een korte instructie bleek voor de meeste docenten voldoende om ermee aan de slag te kunnen. Pioniers Onmisbaar bij de invoering van een nieuwe techniek zijn enthousiaste pioniers, de early adopters. Binnen het SURF-project werden daarom eerst enkele docenten benaderd om mee te doen aan deze onderwijsinnovatie. Doordat deze pilots goed lukten, raakten zowel docenten als studenten enthousiast over de mogelijkheden. Daardoor wilden ook andere docenten het systeem gaan gebruiken en zo verspreidde de nieuwe techniek zich binnen de twee UMC’s. Begeleiding Helemaal vanzelf verloopt de introductie van zo’n nieuwe technologie niet. Zeker in de aanloopfase zal begeleiding noodzakelijk zijn. Vervolgens moet het instrument een eigen plaats krijgen in de onderwijsorganisatie en standaard beschikbaar zijn voor gebruik. Hoe de introductie precies gebeurt zal per onderwijsinstelling verschillen, maar besteed hier wel aandacht aan om teleurstellingen in de toekomst te voorkomen.
Dit boekje komt voort uit een gezamenlijk project van het AMC en het LUMC dat werd gesubsidieerd door de SURF Foundation.