m uz ie k
Voorstelling
Juanito MiM
Colofon Dit is een uitgave van: Kunst Centraal Postbus 160 3980 CD Bunnik tel: 030 - 659 55 20 fax: 030 - 659 05 10 e-mail:
[email protected] internet: www.kunstcentraal.nl Ontwikkeling: FluXus, afd. Kunst in School Met toestemming bewerkt door Gerda van der Weide Augustus 2009 Eindredactie: Discipline muziek Vormgeving: BMD, Bunnik Layout: Rianne van Es Copyright: Dit materiaal is bedoeld voor gebruik binnen uw school en mag niet vermenigvuldigd of openbaar gemaakt worden voor gebruik daarbuiten zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Kunst Centraal. Laatst gewijzigd: 27-08-2009
Colofon
Inhoudsopgave
Inleiding ................................................................................................................................................ 5 Het verhaal ........................................................................................................................................... 6 Les 1 Juanito in Bolivia ........................................................................................................................ 7 Les 2 De condor ................................................................................................................................... 8 Les 3 Juanito in Suriname .................................................................................................................... 9 Les 4 De samba .................................................................................................................................... 11
Inhoud cd 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
De San Juan Lied van de condor De condor vliegt Fajah Sitong Juanito en Maria Regenlied Lied van de condor (2) Samba-ritme Samba lé lé Samba lé lé instumentaal
Inhoudsopgave
4
Inleiding Dit is de lesbrief bij de voorstelling Juanito door Inigo Grimbergen, Mattie Poels en Michiel Pos. In de voorstelling klinkt veel Zuid-Amerikaanse muziek, gespeeld op diverse percussie-instrumenten (Inigo), gitaar en charango (Mattie) en fluiten, quena, panfluit (Michiel). De lesbrief volgt het verhaal dat in de voorstelling centraal staat. Bij verschillende episodes in het verhaal zijn lesonderdelen die u met de kinderen kunt doen. Een aantal activiteiten komen tijdens de voorstelling terug. Deze voorbereiding van de kinderen zorgt voor ‘het feest der herkenning’ en bevordert de beleving van de muziek. Het is erg prettig als de kinderen de liedjes tijdens de voorstelling kennen, zodat ze ze kunnen meezingen. (Met uitzondering van het lied Juanito en Maria en het tweede lied van de condor. Deze zijn wel in de lesbrief opgenomen als luisterliedjes.) Op de cd zijn alle liedjes opgenomen, voor uzelf om ze voorafgaand aan de les zelf in te studeren, maar ook voor gebruik in de klas.
Praktische zaken Bij verschillende onderdelen van de voorstelling komen de leerlingen van hun plaats om mee te doen met een dans, bijvoorbeeld bij de rivier, de limbo-dans en het carnaval. De spelers verzoeken u (groepsleerkrachten, klassenhulpen en eventuele ouders die meegekomen zijn) om hierbij de kinderen zoveel mogelijk te helpen en te begeleiden, d.w.z. te zorgen dat de kinderen naar de juiste plek gaan en elkaar niet in de weg lopen. En ook mee te helpen met het uitdelen van de ritmestokjes bij het regenlied.
5
Inleiding
Het verhaal Juanito woont in Bolivia, een land in Zuid-Amerika. Het dorpje waar hij samen met zijn vader, moeder en zusje woont is niet zo groot. Het ligt hoog in de bergen. De vader van Juanito is herder. Hij zorgt elke dag voor lama’s. Bij het huis zijn ook nog kippen, een hond, een poes, een varken en een paar geiten. Als het feest is in het dorp gaan de mensen samen dansen op het plein. Juanito mag meedansen, ook al is hij nog klein. De mooiste dans heet San Juan, en de muziek wordt gemaakt door trommels en fluiten. Hoog in de bergen, op de kale rotsen leeft de grote condor. Het is een vogel met enorme vleugels. De mensen in Bolivia zijn een beetje bang voor de condor. Hij is zo groot en zo stil. Op een dag ziet Juanito een grote condor vliegen. De condor daalt totdat hij vlakbij is. “Wil je met me meevliegen?” vraagt hij. Juanito is een beetje bang voor die grote vogel. Meevliegen? Hoog in de lucht? Het lijkt hem wel spannend. Maar, durft hij wel? De condor kijkt hem zo vriendelijk aan dat Juanito het doet. Hij klimt op de rug van de vogel en houdt zich goed aan de veren vast. En hop, daar gaan ze, naar de wolken. Waar vliegt de condor naar toe? Hij vliegt over bergen, rivieren, dorpen, oerwoud en daalt naar een land waar Juanito nog nooit is geweest: Suriname. Hij komt midden in een dorpje terecht waar kinderen aan het spelen zijn. “Wil je met ons spelen?” vragen ze. Dat wil Juanito wel. De kinderen doen een spelletje met een steen. Die heeft een tijdje in het vuur gelegen en is zo heet geworden dat je hem bijna niet kunt vastpakken. Ze geven hem zo snel als ze kunnen aan elkaar door, want anders branden ze hun vingers nog. En ze zingen er een liedje bij. Ook doen ze een grappige dans waarbij ze onder een stok moeten doorlopen die steeds lager gaat totdat je bijna achterover valt. Juanito kan het heel goed. In het dorpje waar Juanito met de kinderen speelt, woont een meisje dat hij erg aardig vindt. Maria heet ze. Juanito is stilletjes een beetje verliefd op haar geworden. Maar Maria heeft het niet gemerkt. Ookal zingt Juanito een prachtig lied voor haar. Dan, in het grote regenwoud, vallen er plotseling grote natte druppels. Het regent eerst zacht, dan steeds harder en ten slotte een flits en een klap. En dan schijnt de zon alweer. De kinderen zingen er een liedje over.
6
Juanito vindt het wel leuk in Suriname, maar toch heeft hij een beetje heimwee. Zijn vriendjes begrijpen het wel. Juanito roept de condor. Kijk, daar komt hij al aan. Net als Juanito wil opstappen hoort hij een stem: “Juanito, mag ik mee?” Het is Maria. Natuurlijk mag ze mee. En op de rug van de grote vogel gaan ze samen op zoek naar Bolivia. Het land waar Juanito vandaan komt. Maar de reis duurt erg lang en het land waar ze aankomen lijkt helemaal niet op Bolivia. Het is Brazilië. De mensen zijn er vrolijk, want het is carnaval. Iedereen danst en zingt de samba. Juanito en Maria willenwel meedoen. Ze stappen tussen de mensen en dansen en zingen mee. Ze vergeten bijna dat ze op zoek waren naar het dorpje van Juanito. Als ze eindelijk helemaal moegedanst zijn gaan ze verder op de rug van de condor en eindelijk komen ze aan in Bolivia. Daar is het dorpje waar Juanito woont. Daar zijn zijn vader, moeder en zusje, de lama’s en de dandere dieren. En de mensen uit het dorp vieren weer feest, want Juanito is weer thuis.
Het verhaal
Les 1
Juanito in Bolivia
Dans met chakchas (schudinstrumenten)
Inhoud:
Muziek: Voorbereiding:
In deze les leren de kinderen het San Juan-liedje en de San Juan-dans. Ze spelen daarbij op de chakchas en eventueel op de trom. track 1: San Juan (luisteren) Chakchas maken met de leerlingen of instrumenten zoeken die op de chakchas lijken: schellenraam, tamboerijn zonder vel.
Juanito woont in Bolivia, een land in Zuid-Amerika. Het dorpje waar hij samen met zijn vader, moeder en zusje woont is niet zo groot. Het ligt hoog in de bergen. De vader van Juanito is herder. Hij zorgt elke dag voor lama’s. Bij het huis zijn ook nog kippen, een hond, een poes, een varken en een paar geiten. Als het feest is in het dorp gaan de mensen samen dansen op het plein. Juanito mag meedansen, ook al is hij nog klein. De mooiste dans heet San Juan, en de muziek wordt gemaakt door trommels en fluiten en... de chakchas.
Oefenen van het San Juan-ritme Het San Juan-ritme: San Ju- an Spreek eventueel de tekst San Juan (kort-kort-lang) mee tijdens het spelen/klappen. Speel zelf het San Juan-ritme op de chakchas of ander instrument. Laat de kinderen in een rij achter je aan lopen, zonder instrument. Iedereen loopt op de maat van het ritme.
rechts-links-rechts, links-rechts-links
Onderbreek af en toe het ritme door stevig met de chakchas te schudden. De kinderen maken op de plek waar ze staan allerlei zelfbedachte bewegingen. Als de chakchas weer het ritme speelt gaat iedereen weer door in de pas. Als dit goed gaat kunnen de kinderen meeklappen en sommige kinderen misschien het spelen van het ritme op de chakchas overnemen.
Dansen bij San Juan Nu kun je de dans bij de muziek doen (track 1). De kinderen klappen, stampen op de maat en sommige kinderen spelen op de chakchas. Na een aantal keren luisteren zingen ze het leidje vanzelf mee:
Dit is nou de San Juan, ‘s kijken of je die al kan Handen klappen in de maat, voeten stanpen op de straat Luister maar hoe of dat gaat. Doe me nu maar na!
De chakchas De chakchas is een schudinstrument uit de Andes. Het is een gemaakt van geitennagels of noten die aan elkaar geregen zijn. Zelf maken (facultatief) Verzamel zaden, schelpen, notendoppen, droge blaadjes of kroonkurken waar een gaatje in is gemaakt. Rijg ze aan elkaar en maak ze vervolgens aan een stoffen band vast. Bind die om de polsen of enkels en laat de kinderen dansen op de muziek van San Juan.
Les 1 Junaito in Bolivia
7
Les 2
De condor
Vliegen als een condor
Muziek:
track 2: Lied van de condor (zingen) track 3: De condor vliegt (luisteren)
Hoog in de bergen, op de kale rotsen leeft de grote condor. Het is een vogel met enorme vleugels. De mensen in Bolivia zijn een beetje bang voor de condor. Hij is zo groot en zo stil. Op een dag ziet Juanito een grote condor vliegen. De condor daalt totdat hij vlakbij is. “Wil je met me meevliegen?” vraagt hij. Juanito is een beetje bang voor die grote vogel. Meevliegen? Hoog in de lucht? Het lijkt hem wel spannend. Maar, durft hij wel? De condor kijkt hem zo vriendelijk aan dat Juanito het doet. Hij klimt op de rug van de vogel en houdt zich goed aan de veren vast. En hop, daar gaan ze, naar de wolken.
Vliegen als een condor De kinderen zitten verspreid in het speellokaal. Vertel het verhaal van de condor (zie hieronder). Als het verhaal uit is gaan de kinderen staan (of op hun knieën zitten) en gaan ze op hun plek vliegen als een condor, met hun armen als vleugels. Probeer ze zich te laten voorstellen hoe zo’n grote vogel vliegt. De vleugels bijna stil, langzaam draaiend op de wind. Start nu track 3 van de cd. De kinderen gaan op de grond liggen alsof ze slapen. De condor slaapt. Als ze de fluit horen worden ze langzaam wakker en komen heel langzaam overeind. Zodra het ritme begint (na 46 seconden) gaat de condor vliegen. De kinderen maken vliegbewegingen op hun plek (zoals hierboven beschreven). Als de fluit weer gaat spelen staan ze op en vliegen ze als een condor door het lokaal. Langzaam en stevig. Maak eventueel twee groepen die beurtelings vliegen: de ene groep als de fluit speelt, de andere als de fluit niet speelt. Dan daalt de condor en strijkt neer vlak voor Juanito en zingt een lied (track 2). Zing het lied of laat het horen op de cd. Evenuteel kun je deze scène spelen met een kind dat de condor is en een ander kind dat Juanito is. Als de condor uiteindelijk weer opstijgt, met Juanito achter hem aan, vliegen alle kinderen weer als vogels. Studeer tot slot het liedje, al vliegend, met de kinderen in. 8
Juanito kom maar vlug, en spring heel gauw op mijn rug Wij gaan samen naar de wolken toe Als we bij de wolken zijn lijkt de wereld heel erg klein Juanito wij worden nooit moe Vlieg, vlieg, vlieg maar mee. Over bergen, over zee. Vlieg, vlieg, vlieg maar mee. Juanito vlieg maar mee.
De condor Juanito woont in een dorpje in een land in Zuid-Amerika: Bolivia. In de streek waar Juanito woont zijn veel hoge, kale bergen. Beneden in een dal ligt het dorpje. Daar wonen de indianen, een volk dat al heel lang in dit gebied woont. Ze hebben lang zwart haar en dragen dat meestal in een vlecht. Ze dragen meestal vrolijke en felgekleurde kleren. De meeste indianen zijn boeren. Ze verbouwen maïs, aardappelen en groente. En overal zie je lama’s. Ze hebben een dikke vacht van wol waar mensen kleren van maken. Maar ook kunnen de lama’s zware dingen op hun rug dragen. Hoog in de bergen woont de condor. Een vogel met hele grote vleugels. Heel soms zie je hem overvliegen. En als hij laag vliegt klinkt het alsof er een windvlaag overkomt. Als Juanito en zijn vriendjes de condor zien doen ze hun armen wijd uit elkaar en proberen ze te vliegen zoals de condor.
Les 2 De condor
Les 3
Juanito in Suriname
Muziek:
track 4: Fajah Sitong (luisteren en spelen) track 5: Juanito en Maria (luisteren) track 6: Regenlied (zingen)
Waar vliegt de condor naar toe? Hij vliegt over bergen, rivieren, dorpen, oerwoud en daalt naar een land waar Juanito nog nooit is geweest: Suriname. Hij komt midden in een dorpje terecht waar kinderen aan het spelen zijn. “Wil je met ons spelen?” vragen ze. Dat wil Juanito wel. De kinderen doen een spelletje met een steen. Die heeft een tijdje in het vuur gelegen en is zo heet geworden dat je hem bijna niet kunt vastpakken. Ze geven hem zo snel als ze kunnen aan elkaar door, want anders branden ze hun vingers nog. En ze zingen er een liedje bij. Ook doen ze een grappige dans waarbij ze onder een stok moeten doorlopen die steeds lager gaat totdat je bijna achterover valt. Juanito kan het heel goed.
Liedje Fajah Sitong Laat het liedje een aantal keer horen. De kinderen kunnen tijdens het luisteren meeklappen of tikken (op de onderstreepte lettergrepen), zodat het ritme geoefend wordt. Fajasitong no brong mi so, no brong mi so (klap klap) herhalen A djama soema sa kiri soema pietjieng (klap) herhalen Daarna kun je het spel met het hete steentje spelen. De kinderen gaan in een kring zitten en geven het steentje aan elkaar door. Na een paar keer oefenen lukt dit misschien zelfs op het ritme van het klappen.
De grote rivier De condor vliegt over het oerwoud en plotseling ziet Juanito een grote rivier opdoemen. Tijdens de voorstellling gaan de kinderen naar de grote rivier toe. Dit is een grote blauwe doek met allerlei vissen erop. De kinderen gaan om de doek staan en pakken de randen vast. Als ze de ‘rivier’ optillen komen er golven. Kleine golven, grote golven, storm... Sommige kinderen kunnen in de rivier ‘zwemmen’ door onder het doek door te lopen. 9
Limbo-dans Op het ritme van opzwepende muziek doen de kinderen een limbo-dans. Ze dansen een voor een onder een stok door. Dat wordt steeds moeilijker, want de stok gaat steeds lager. De kunst is om het te doen terwijl je omhoog kijkt, dus niet bukken maar je hoofd achterover houden. Oefen het in de klas! Wie houdt het het langst vol? In het dorpje waar Juanito met de kinderen speelt, woont een meisje dat hij erg aardig vindt. Maria heet ze. Juanito is stilletjes een beetje verliefd op haar geworden. Maar Maria heeft het niet gemerkt. Ook al zingt Juanito een prachtig lied voor haar. Juanito houdt van Maria En Maria die weet dat niet Zij is aan het spelen met haar viendinnen En Juanito, er is niemand die hem ziet Hij staat te kijken achter de bomen Ik zie tranen. Juanito heeft verdriet
Juanito pakt zijn charango En hij zingt dan een heel mooi lied Maar Juanito is zo verlegen Hij zingt te zacht en Maria hoort hem niet Zij blijft maar spelen met haar vriendinnen En Juanito, ja hij heeft nog steeds verdriet
Les 3 Juanito in Suriname
Dit liedje (track 5) wordt in de voorstelling gezongen. De leerlingen hoeven het liedje niet te kennen, maar het is wel leuk om het te laten horen , omdat het over een stukje van het verhaal gaat. Misschien kunnen de kinderen een tekening maken van Juanito en Maria, zoals zij zich die voorstellen. Dan, in het grote regenwoud, vallen er plotseling grote natte druppels. Het regent eerst zacht, dan steeds harder en ten slotte een flits en een klap. En dan schijnt de zon alweer. De kinderen zingen er een liedje over. Tikke takke tikke doet de regen Dikke druppels duiken naar beneden Druppels op mijn schouders Druppels op mijn kop Wanneer houdt die regen nou eens op? Tikke takke tikke doet de regen Dikke druppels duiken naar beneden Druppels op mijn armen Druppels op mijn kop Wanneer houdt die regen nou eens op? Maar daar komt het onweer... een knal! Ik zie de zon alweer Zo gaat dat elke keer!
Volgende coupletten: ...benen, ... voeten Bij dit liedje krijgen de kinderen tijdens de voorstelling ritmestokjes. Daarmee laten ze de regen horen. Als ze zingen over schouders, kop etc. wijzen ze er met de stokjes naar. Op deze manier beelden ze het liedje uit. Gebruik deze bewegingen ook tijdens het instuderen, want het vergemakkelijkt het onthouden van de tekst. Tijdens het onweer tikken de kinderen met de stokjes op de grond.
10
Les 3 Juanito in Suriname
Les 4
De samba
Muziek:
track 7: Lied van de condor (2) (luisteren) track 8: Samba-ritme (meedansen) track 9: Samba lé lé (zingen) track 10: Samba lé lé instrumentaal
Juanito vindt het wel leuk in Suriname, maar toch heeft hij een beetje heimwee. Zijn vriendjes begrijpen het wel. Juanito roept de condor. Kijk, daar komt hij al aan. Net als Juanito wil opstappen hoort hij een stem: “Juanito, mag ik mee?” Het is Maria. Natuurlijk mag ze mee. En op de rug van de grote vogel gaan ze samen op zoek naar Bolivia. Het land waar Juanito vandaan komt. Maar de reis duurt erg lang en het land waar ze aankomen lijkt helemaal niet op Bolivia. Het is Brazilië.De mensen zijn er vrolijk, want het is carnaval. Iedereen danst en zingt de samba. Juanito en Maria willenwel meedoen. Ze stappen tussen de mensen en dansen en zingen mee. Ze vergeten bijna dat ze op zoek waren naar het dorpje van Juanito. Vertel bovenstaand verhaaltje. Op het moment dat Juanito boven Brazilië vliegt kun je het liedje laten horen (track 7). Kijk beneden in het dal. Nou dat lijkt wel carnaval Mensen dansen zingent in het rond Overal klinkt het geluid van gitaren en een fluit Juanito wij gaan naar de grond Vlieg, vlieg, vlieg maar mee. Over bergen over zee Vlieg, vlieg vlieeg maar mee. Juanito vlieg maar mee
Brazilië, land van de samba Junaito komt in Brazilië aan en toevalllig is het daar juist carnaval. Iedereen is prachtig aangekleed en overal zijn orkestjes die spelen en mensen die de samba dansen.
Meedansen met de samba Draai dan het samba-ritme (track 8), je hoort alleen slagwerkinstrumenten. De kinderen gaan in een kring staan. Als de muziek begint bewegen ze langzaam mee. Spreek met de kinderen vooraf een signaal af (bijvoorbeeld een fluitje). Als ze fluitje horen gaan ze achter elkaar in een rij dansen. Elke volgende keer dat ze het fluitje horen doen ze iets anders. Enzovoort, geef eventueel zelf steeds het voorbeeld, zodat de kinderen alleen maar naar jou hoeven te kijken. NB. In de voorstelling worden geen zelfgemaakte schudinstrumenten gebruikt.
Zelf shakers maken (facultatief) Maak van wc-rollen shakers door ze te vullen met rijst of erwten en ze aan beide kanten af te plakken met stevig papier. De kinderen schudden met de shakers tijdens het dansen.
Les 4 De samba
11
Het liedje Samba lé lé kan worden aangeleerd met het uitbeelden van de tekst. Je zingt zelf het liedje voor en doet de bewegingen erbij. Bij elke volgende herhaling laat je de kinderen iets erbij doen. Samba lé lé kom naar buiten Speel op de trommels en fluiten Samba lé lé, leg je werk neer Dat komt de volgende week weer
Uitnodigend gebaar maken Instrumenten mimen Leg denkbeeldig iets op de grond Wegwuivend gebaar
Ai ai ai ai ai ai ai etc
Rondje dansen en ritme klappen
Zing en dans en speel op gitaren Sla op de trom, laat klinken alle snaren Zing en dans en speel op gitaren Sla op de trom, laat klinken alle snaren
Tekst mimen Tekst mimen Tekst mimen Tekst mimen
Ai ai ai ai ai ai ai etc
Rondje dansen en ritme klappen
Bij de tekst Ai ai ai ai... kunnen de kinderen ook met de shaker schudden en een rondje draaien, zoals ze hiervoor geoefend hebben (indien er shakers gemaakt zijn). Als het liedje goed ‘zit’ kun je eens de instrumentale versie van Samba lé lé proberen (track 10). Eventueel dans je de samba. Als ze eindelijk helemaal moegedanst zijn gaan ze verder op de rug van de condor en eindelijk komen ze aan in Bolivia. Daar is het dorpje waar Juanito woont. Daar zijn zijn vader, moeder en zusje, de lama’s en de dandere dieren. En de mensen uit het dorp vieren weer feest, want Juanito is weer thuis.
12
Les 4 De samba