Code: LV2013 – 01.06.03
Pagina 1 van 5
Voorstel invulling betrokkenheid Israël
Van de Broeders:
Ad de Boer, Jan Mudde en Henk Zuidhof
Datum: 5 oktober 2014
Code: LV2013 – 01.06.03
Pagina 2 van 5 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39
1. Inleiding
40 41 42 43 44 45 46 47 48
2. Voorstel
Op 11 april 2014 nam de LV Zeewolde het volgende besluit: … te gaan zoeken naar wegen om als kerkverband de betrokkenheid bij en op Israël gestalte te geven. Gronden: 1. Gelet op de geschiedenis van het Joodse volk, de actuele dreiging voor Joden in de wereld en in het bijzonder de speciale plaats van Israël in Gods heilsplan is er reden voor christelijke betrokkenheid op en bij Israël. 2. Deze betrokkenheid bij onze ‘oudste broer’ is geen zaak van persoonlijke voorkeur, maar gaat de christelijke kerk als ‘jongste broer’ wezenlijk aan. 3. Andere kerken hebben oog voor deze wezenlijke betrokkenheid, geven er concrete invulling aan en zijn daarin onze kerken ten voorbeeld. Vervolgens werd het volgende voorstel verworpen: … een commissie te benoemen die in contact met het deputaatschap Kerk en Israël (CGK), het Centrum Israël Studies en de stichting Yachad (GKv) de mogelijkheden onderzoekt van participatie in (een van) deze organisaties. Grond: Vanwege de geringe omvang van de NGK en haar beperkte traditie op dit gebied en om onnodig werk en versplintering te voorkomen is het niet verantwoord hierin een eigen, zelfstandige weg te gaan. Het is gewenst om zoveel mogelijk samen op te trekken met kerken die dicht bij ons staan en aan te sluiten bij het goede werk dat op dit vlak wordt verricht. Aansluitend aan deze besluitvorming gaf de voorzitter aan dat afgevaardigden de vrijheid hebben om tijdens deze LV met een alternatief voor het verworpen voorstel te komen. Daarop hebben ondergetekenden het initiatief genomen om een dergelijk alternatief te ontwikkelen. Voor ons gevoel was weerstand tegen het instellen van ‘weer een nieuwe LV-commissie’ om de diverse mogelijkheden voor invulling van het genomen principebesluit te onderzoeken een belangrijke factor bij het verwerpen van bovenstaand voorstel. Onderstaand voorstel is dan ook niet afkomstig van een nieuwe commissie, maar van drie leden van de LV. Voor het voorstel is ook geen langdurig en uitvoerig onderzoek nodig geweest. Het geeft direct en onderbouwd een concrete invulling van het genomen principebesluit. Onderstaand bieden we u dit voorstel ter overweging en besluitvorming aan.
Wij stellen voor dat de NGK gestalte geven aan hun betrokkenheid bij en op Israël door als participant toe te treden tot het Centrum voor Israëlstudies en op die manier medeverantwoordelijkheid te nemen voor het werk dat door het CIS wordt verricht om uitdrukking te geven aan de verbondenheid met Israël. Deze participatie krijgt vorm door a) deelname aan het bestuur van het CIS, b) financiële ondersteuning van het CIS en c) deelname aan studies en andere activiteiten van het CIS.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49
Punt a) komt neer op het aanwijzen van een of meer bestuursleden van het CIS. Toetreding tot het CIS impliceert ook b) financiële deelname. Daarbij stellen wij voor om onze bijdrage naar rato van het aantal kerkleden te baseren op de bijdrage van € 66.500 die de CGK als hoofdparticipant jaarlijks aan het CIS leveren, als we uitgaan van het gemiddelde van de jaarrekeningen 2012 en 2013. Dat komt voor de NGK neer op circa € 29.000 per jaar, of wel circa € 0,89 per kerklid per jaar. Deze bijdrage houdt geen rekening met de extra bijdrage ad € 10.500 (NGK-equivalent: € 4500) die de CGK uit de kas van deputaten diaconaat leveren aan het diaconale werk van het CIS: de diaconale projecten die in Israël worden ondernomen (o.a. voor kwetsbare Joodse en Arabische kinderen) en de begeleiding daarvan door de part time diaconale consulent die het CIS in dienst heeft. Wij stellen ons voor dat betrokkenheid van de kerken wordt vergroot, als daarvoor rechtstreeks in de gemeenten wordt gecollecteerd. Bovengenoemde bijdrage biedt het CIS de mogelijkheid om haar voorlichtings- en bewustwordingsactiviteiten binnen de kerken in Nederland uit te breiden. Die wens leeft al langer bij het CIS, maar het beschikbare budget laat daarvoor tot nog toe te weinig ruimte. Wat punt c) betreft, dit kan in de komende jaren nader invulling krijgen. Wij stellen voor dat de LV een kleine commissie benoemt die verantwoordelijk wordt voor de participatie in en communicatie met het CIS en waar nodig een schakelfunctie vervult tussen het CIS en onze kerken. Naar onze overtuiging moet voorkomen worden dat onze participatie in het CIS slechts een formeel (bestuurlijk en financieel) karakter krijgt. De betrokkenheid van de kerken vinden wij van wezenlijk belang. Daarom hebben we hierboven nadruk gelegd op de uitbreiding van de voorlichtings- en bewustwordingsactiviteiten van het CIS en verwachten we een actieve houding van het CIS naar onze kerken om de bewustwording in de gemeenten van onze verbondenheid met Israël te bevorderen en bekendheid te geven aan de voorlichtings-, toerustings-, studie- en diaconale activiteiten van het CIS. Bij aanvaarding van ons voorstel zal dat in de contacten met bestuur en directie van het CIS over toetreding een belangrijk gesprekonderwerp zijn. Dat overleg is sowieso nodig, omdat over een verzoek tot toetreding van onze kerken uiteindelijk door het bestuur van het CIS beslist moet worden. Daarin moet het CIS de overtuiging krijgen dat de visie van waaruit het CIS door de huidige participanten is opgezet en in de praktijk werkt, door ons wordt gedeeld. In dat contact met het CIS zal ook duidelijk moeten worden, wat de exacte omvang is van de financiële bijdrage die van onze kerken wordt verwacht.
3. Toelichting Het Centrum voor Israëlstudies (dat sinds 2014 de vorm van een stichting heeft) omschrijft zijn doelstelling als volgt: ‘Het CIS wil de joods-christelijke ontmoeting bevorderen, zowel in Nederland als in Israël. Deze doelstelling wordt bereikt op het gebied van studie, bezinning en onderwijs, alsmede door het stimuleren van de daadwerkelijke ontmoeting tussen Israël en de kerk’. Daarbij wordt zowel de vervangingstheologie (Gods beloften voor Israël zijn overgegaan op de kerk) als de twee-wegen-leer (er is toekomstig heil voor Israël buiten Jezus Christus om) afgewezen. Het karakter van de Joods-christelijke ontmoeting zoals het CIS die nastreeft, wordt gekenmerkt door de kernwoorden: luisteren, dienen, getuigen. Het CIS vult deze kernwoorden als volgt in:
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49
●
●
●
Luisteren vanwege de overtuiging dat er in deze ontmoeting geen sprake is van eenrichting-verkeer, maar van wederkerigheid. De Israëlconsulent bevindt zich dan ook allereerst op een luisterpost voor de kerken. Dienen vanwege het besef dat er een diep-tragische geschiedenis van vervreemding tussen kerk en Israël achter ons ligt. Dat zet de ontmoeting in het teken van theologische en historisch gefundeerde ootmoed. Getuigen vanwege de intentie om de ontmoeting niet alleen op een bescheiden, maar ook op authentieke wijze aan te gaan, zonder de christelijke identiteit te verloochenen. Dat betekent dat de naam van Jezus Christus, in wie het leven te vinden is, in deze ontmoeting zal klinken.
Het CIS heeft tal van publicaties en studies het licht doen zien. Regelmatig wordt nieuw bezinningsmateriaal gepubliceerd. Van tijd tot tijd vinden studieconferenties plaats, recent met Messiasbelijdende Joden. Ook organiseert het CIS studiereizen voor predikanten, studenten en/of gemeenteleden. In Israël worden enkele diaconale hulpprojecten ten behoeve van Joodse en Arabische inwoners uitgevoerd en is ds. Aart Brons (CGK) als Israëlconsulent werkzaam. Hij en andere CIS-medewerkers zijn beschikbaar als sprekers op gemeenteavonden. Voor de jaarlijkse Israëlzondag dient het CIS gemeenten en predikanten met voorlichtings- en studiemateriaal. De participanten in het CIS zijn de Gereformeerde Zendingsbond (GZB), het deputaatschap Kerk en Israël (CGK) en de Christelijke Hogeschool Ede. Sinds 2013 zijn de voortgezette Gereformeerde Kerken in Nederland co-partner. Dr. Michael Mulder (CGK) is directeur van het CIS. Veel meer informatie over het CIS is te vinden op www.centrumvoorisraelstudies.nl
4. Overwegingen Waarom kiezen wij voor toetreding van onze kerken tot het Centrum voor Israëlstudies? Naar ons oordeel geeft het CIS op een evenwichtige manier invulling geeft aan de verbondenheid van gereformeerde kerken en christenen met Israël. Het geeft zich niet over aan speculatieve interpretaties van Oudtestamentische profetieën, maar baseert zich hoofdzakelijk op Paulus’ onderwijs in Rom. 9-11. Het gaat uit van een sterke verbondenheid met het Joodse volk, maar staat niet kritiekloos tegenover de Israelische regeringspolitiek en heeft oog voor de Palestijnse kant van het conflict in het Midden-Oosten. Ook heeft het CIS expliciet aandacht voor de vaak vergeten Messiasbelijdende Joden. Deze accenten liggen dicht bij de visie die blijkens de enquête voor het Informatieboekje 2012 onder Nederlands Gereformeerde predikanten domineert: verbondenheid met het Joodse volk als Gods uitverkoren volk met nog steeds een bijzondere positie in Gods plan met de wereld,, een kritische houding tegenover de politiek van de staat Israël en een open oog voor de noodzaak van gerechtigheid tegenover de Palestijnen. In het CIS gaan theologische bezinning op Israël, diaconale hulpverlening in Israël en voorlichting over Israël hand in hand. Ten slotte: er zijn geen goede kerkelijke alternatieven voor het CIS. In het verworpen LV-voorstel was sprake van het Deputaatschap Kerk en Israel van de CGK en van de stichting Yachad die in
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
de GKv actief is. Het CGK-deputaatschap geeft de betrokkenheid bij Israel vorm door participatie in het CIS en de stichting Yachad is een commissie van één gemeente (Ommen-West) in de GKv. Er ligt overigens een voorstel van deze gemeente op de tafel van de GS GKv om te komen tot een deputaatschap Kerk en Israël, dat ook de samenwerking met het CIS vorm kan geven. Kortom, er zijn goede redenen om als kerken toe te treden tot het CIS en op die manier invulling en uitvoering te geven aan het LV-besluit om te zoeken naar wegen om als kerkverband de
betrokkenheid bij en op Israël gestalte te geven. Israëlzondag, 5 oktober 2014 Ad de Boer, Jan Mudde en Henk Zuidhof