VOORBEREIDING KLASACTIVITEIT (KA) EN BEGELEIDE ACTIVITEIT (BA)
Datum Naam Klas DLO Stageschool
: 19 mei 2015 : : 1 BaKo 2 :
Kleuteronderwijzer Leeftijd kleuters Aantal kleuters Belangstellingscentrum
: : 3-jarigen : 19 : De tuin
ACTIVITEIT Klasactiviteit: Bakerrijmpje ‘Hansje Pansje kevertje’
Begeleide activiteit:
ERVARINGSSITUATIE1 Zelfstandig spelen Ontwikkelingsondersteunend leren
Explorerend beleven Ontmoeten 1
aanduiding ervaringssituatie vanaf het tweede jaar
DOELSTELLINGEN ONTWIKKELINSASPECTEN ² (Eerste aanbreng) Positieve ingesteldheid OA 6: plezier beleven Muzische ontwikkeling OA 39: muzisch omgaan met lichaamshoudingen en bewegingen
OA 42: muzisch omgaan met taal: poëzie
Taalontwikkeling: OA 70: Luisteren en begrijpen
OA 73: Luisteren en spreken verfijnen
CONCRETISATIE
DOD
³
De kls genieten van het speels omgaan met poëzie. De kls doen bewegingen mee op het versje zoals bijvoorbeeld omhoog klimmen. De kls ontwikkelen taalgevoeligheid: rijm. De kls zeggen het rijmpje expressief mee ondersteund door prenten en lichaamstaal. De kls begrijpen het door de KO aangeboden rijmpje dat met prenten en een popje wordt ondersteund. De kls kunnen een reeks woorden onthouden (auditief geheugen) en kunnen zelf met behulp van de KO rijmen met aandacht voor de eindrijm.
(Annex) Positieve ingesteldheid OA 6: plezier beleven Muzische ontwikkeling OA 42: muzisch omgaan met taal: poëzie Taalontwikkeling: OA 70: Luisteren en begrijpen
De kls genieten van het speels omgaan met poëzie. De kls ontwikkelen taalgevoeligheid: rijm. De kls zeggen het rijmpje expressief mee ondersteund door prenten en lichaamstaal. De kls begrijpen het door de KO aangeboden rijmpje dat met prenten en een popje wordt ondersteund.
Professionele bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs
OA 73: Luisteren en spreken verfijnen
De kls kunnen een reeks woorden onthouden (auditief geheugen) en kunnen zelf met behulp van de KO rijmen met aandacht voor de eindrijm. ²
ontwikkelingsaspecten zoals geformuleerd in het ontwikkelingsplan voor de katholieke kleuterschool ³ verwijzing naar de decretale ontwikkelingsdoelen vanaf het tweede jaar
GERAADPLEEGDE BRONNEN -
Van Eyen, C., Verheyden, L. & Kerkhofs, G. (2010-2011) Taal en KO Leuven: Acco vvBao, ontwikkelingsplan. (2013). Ontwikkelingsplan voor de katholieke kleuterschool ( 10de). Z.p.: Z.n. Van Eyen, C., (2014)., Module 1.3. Spel en spelen: cursus bakerrijmpje. Leuven
SAMENWERKING MET Lien willems, Merijn Castro, Kirsten Felix & Tessa Spits MATERIAAL Pop van Hansje Pansje kevertje Prenten van Hansje Pansje kevertje, zon, hek, regen, kever in het water, ladder, bij, tuinslang en schep Versje ‘Hansje Pansje kevertje’
Professionele bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs
MOTIVATIE TIJDENS HET KEUZEPROCES (ALLEEN VAN TOEPASSING BIJ BEGELEIDE ACTIVITEIT): / VERLOOP Ko zit met de kls in de onthaalkring.
1. Inleiding De KO heeft een popje van Hansje Pansje kevertje. “Hallo iedereen!” KO:” Oh, zeg wie ben jij?” Kever:” Ik ben Hansje Pansje en ik zou graag met de vriendjes van de klas een spelletje willen spelen.” KO:” zouden wij dat wel doen vriendjes. Wij spelen niet graag spelletjes he.” KO schudt heel overdreven haar hoofd. Kls: “Wij spelen wel graag spelletjes!” KO: “Hansje Pansje ik denk dat wij het heel leuk zouden vinden als jij vandaag bij ons in de klas een spelletje komt spelen.” Kever: ”Oh dat is zo lief van jullie! Ik heb vandaag al zo veel mee gemaakt, dus ik zou wel iets leuks willen doen.” KO: ”Oei Hansje Pansje toch! Wat is er dan gebeurd?” Kever: Ik was een beetje aan het klimmen op een heg en toen begon het heeeeeel hard te regenen, waardoor ik van het hek viel. KO: “Wat erg Hansje Pansje! Kever: “Ja ik heb me wel een beetje pijn gedaan toen. Maar dan ging de zon terug schijnen en die maakte alles droog. Zo kon ik weer op het hek klimmen. KO:” Ah, dat is wel goed, maar waar heb je je pijn gedaan Hansje Pansje?” Kever: “Aan mijn hoofdje.” KO: ”Ai, kunnen we iets doen om het beter te maken? Oh weet je wat we zullen daar een rijmpje over zeggen. Zal dat je wat opvrolijken?” Kever: “Ja dat zou me veel blijer maken.”
x x x x
x Ko
x x x xxxxxx
Pop Hansje Pansje kevertje
2. Midden Versje aan brengen aan de hand van bijhorende prenten KO laat prenten zien aan kleuters, de kleuters benoemen dan wat ze zien op de prenten. Op die manier hebben de kleuters al kennis gemaakt met de woorden die in het rijmpje voorkomen. Daarna zegt de KO het versje opnieuw op terwijl ze de prenten toont. Hansje Pansje kevertje, (prent kever) Die klom eens op een hek. (prent hek) Neer viel de regen, (prent regen) Die spoelde hansje weg. (prent kever in water) Op kwam de zon, (prent zon) Die maakte alles droog. Hansje Pansje kevertje, (prent kever) Die klom toen weer omhoog. (prent ladder)
-
Prenten van Hansje Pansje kevertje, Hansje in het water, de zon, regen, een ladder, een hek
Versje aan de hand van prenten in de juiste volgorde leggen De KO zegt het versje op terwijl een kleuter de prenten van het rijmpje in de juiste volgorde legt. Daarna schudt de KO de prenten door elkaar en legt deze in verkeerde volgorde in het midden van de kring. Ko zegt het versje nog een keer op en duidt dan een kl aan. Deze mag dan de prenten in de juiste volgorde leggen. Wanneer dit niet lukt mag een andere kl komen helpen. De KO herhaalt dit nog enkele keren. Versje aan de hand van rijmwoorden De KO zegt het rijmpje nog eens op, maar ze zegt niet meer het volledige rijmpje. Tijdens het rijmpje laat ze verschillende woorden wegvallen. De kleuters moeten het woord dat de KO heeft weg gelaten kunnen aanvullen. De KO duidt telkens een kleuter aan die het woord mag zeggen. Lukt dit niet mag er een andere kleuter helpen. Op die manier oefenen de kleuters hun taalontwikkeling en leren ze stilaan het rijmpje kennen.
Professionele bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs
Versje aan de hand van gebaren Nu kennen we het rijmpje al goed KO : Hansje is het niet fijn als we op dit liedje eens gebaren zouden doen? (interactie met pop) Kever: Whoow dat zou heel leuk zijn een eigen liedje en een dansje. KO: Hansje heb jij leuke ideeën? Hansje doet de bewegingen voor. KO herhaalt het rijmpje enkele keren en doet samen met de kleuters de bewegingen.. Hansje Pansje kevertje die klom eens op een hek. ( Klimbeweging omhoog met de vingers. ) Neer viel de regen, ( Bewegend met de vingers naar beneden.) Die spoelde alles weg. (Handen horizontaal van binnen naar buiten bewegen.) Op kwam de zon die maakte alles droog. ( Grote boog maken met handen.) Hansje Pansje kevertje die klom weer omhoog. ( Klimbeweging omhoog met de vingers.) 3. Afsluiting Kever: “Wauw, jullie kunnen dat wel al heel goed hoor. Ik voel me hier al veel beter door. Ik ben benieuwd of jullie het rijmpje ook heel zachtjes kunnen zeggen.” KO: “Tuurlijk kunnen wij dat Hansje Pansje! Wij zullen eens laten zien hoe goed wij dat ook kunnen doen.” De KO zegt het versje voor de laatste keer samen op met de kls. Dit zeggen ze heel stil op en ze maken hierbij kleine gebaren.
Professionele bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs
KO zit met de kls in de onthaalkring.
Annex 1. Inleiding KO: “zeg vriendjes, kijk eens wie hier op bezoek is?” KO heeft pop van Hansje Pansje kevertje vast. Kever: “Hallo vriendjes! Hebben jullie al leuk kunnen spelen in de klas?” KO: ”Wie weet er nog wat er met Hansje Pansje was gebeurd?” KLS: “Hij was op een hek geklommen en er van afgevallen door de regen. Toen heeft hij zijn hoofdje pijn gedaan. De zon is dan opgekomen en dan is hij er terug opgeklommen. KO:” Ja inderdaad. Wie kan er ons rijmpje over Hansje nog eens zeggen.” KO:” Wacht ik zal jullie een klein beetje helpen. Zo kan iedereen het mee opzeggen.” KO zegt het versje maar ondersteund de kls met behulp van de prenten.
x x x x -
Zoek de foute prent De De De De
KO KO KO KO
zegt het versje samen met de kls op. legt de prenten in het midden, maar legt hier ook verkeerde afbeeldingen bij. duidt een kleuter aan, deze moet zeggen welke afbeelding niet in het rijtje hoort. herhaalt dit enkele keren.
-
x KO
x x x xxxxxx
- Versje ‘Hansje Pansje kevertje - Pop Hansje Pansje kevertje - Prenten van Hansje Pansje kevertje, Hansje in het water, de zon, regen, een ladder, een hek - Prenten van bij, schep, tuinslang
Hansje Pansje kevertje, (prent kever) Die klom eens op een hek. (prent hek) Neer viel de regen, (prent regen) Die spoelde hansje weg. (prent kever in water) Op kwam de zon, (prent zon) Die maakte alles droog. Hansje Pansje kevertje, (prent kever) Die klom toen weer omhoog. (prent ladder)
2. Midden Versje aan de hand van massage op de rug Nu worden onze handen allemaal kleine kevertjes en onze rug wordt een hek voor het kevertje. We draaien ons om naar links zodat we met onze handen over rug voor ons kunnen wrijven. (KO stuurt dit nog bij de kleuters) Hansje Pansje kevertje die klom eens op het hek. ( Vingerbeweging omhoog. ) Neer viel de regen, (Bewegen met de handen naar beneden.) Die spoelde alles weg. (Wrijven met de platte handen op de rug.) Op kwam de zon die maakte alles droog. ( Rondjes maken met de handen.) Hansje Pansje kevertje die klom weer omhoog. (Vingerbeweging omhoog.) Dit herhaalt de KO 2 maal (een keer naar rechts en een keer naar links keren.) Variatie: KO: ”We laten Hansje Pansje kevertje op onze arm naar boven klimmen. Dan wanneer de regen komt spoelt al het water over onze arm en dan glijden we terug naar benden. Als de zon terug op komt dan maken we een grote boog en die maakt dan alles droog, dus dan moeten we onze arm terug droog wrijven. Daarna kan Hansje Pansje terug omhoog klimmen.” Dit herhaalt de KO twee keer. Daarna zegt de KO het rijmpje op en doet de bewegingen mee.
3. Afsluiting Muzisch beschouwen: KO: “Wat vonden jullie het leukste om te doen?” KO: ”Waarom vonden jullie dat het leukste?” KO: “Goed, we zeggen het versje nog een laatste keer op.” KO zegt het versje samen met de kls op de manier dat zij het leukste vinden.
Professionele bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs