VOLWASSENENONDERZOEK 2008 GEMEENTE UITGEEST
SOCIALE OMGEVING WOONOMGEVING RISICOGROEPEN
GEZONDHEIDSVOORZIENINGEN LEEFSTIJL
ACHTERGRONDGEGEVENS
ALGEHELE GEZONDHEID
VOLWASSENENONDERZOEK GEMEENTE UITGEEST Een onderzoek naar de gezondheid en het welbevinden van volwassenen in de gemeente Uitgeest. HET ONDERZOEK In het najaar van 2008 heeft GGD Kennemerland een onderzoek uitgevoerd onder inwoners van 19 tot 65 jaar in 10 gemeenten: Beverwijk, Bloemendaal, Haarlem, Haarlemmerliede en Spaarnwoude, Haarlemmermeer, Heemskerk, Heemstede, Uitgeest, Velsen en Zandvoort. Het doel van dit onderzoek is inzicht te geven in de gezondheid, de leefstijl en het welbevinden van volwassenen. De belangrijkste onderwerpen en resultaten van de gemeente Uitgeest zijn in deze factsheet samengevat.
Waar mogelijk worden vergelijkingen gemaakt met landelijke cijfers. Het volledige onderzoeksrapport beschrijft álle resultaten van de regio. Dit is te downloaden vanaf de website van GGD Kennemerland. Daarin is ook te lezen hoe het onderzoek is uitgevoerd. Van de mensen in de regio die een vragenlijst hebben ontvangen (ruim 14.000), heeft 46% deze op papier of via internet ingevuld. De uiteindelijke respons in Uitgeest is 48%. Tabel 1 toont de achtergrondgegevens van de inwoners van Uitgeest.
Tabel 1 Achtergrondgegevens van de inwoners van de gemeente Uitgeest.
% Geslacht Leeftijd
Opleiding
Herkomst Burgerlijke staat
Huishoudsamenstelling1
Arbeidssituatie
Inkomen & bezuinigen1 1
Man
50
Vrouw
50
19-34
27
35-49
42
50-65
32
Laag
24
Midden
44
Hoog
33
Nederlandse
93
Niet Nederlandse
7
Gehuwd / Samenwonend
80
Ongehuwd, nooit gehuwd geweest
14
Gescheiden, gescheiden levend
4
Weduwe / weduwnaar
2
Eenpersoonshuishouden
8
Huishouden met thuiswonende kinderen
60
Eenoudergezin
4
Werk (12 uur of meer per week)
77
Werk (minder dan 12 uur per week)
3
(vervroegd) pensioen
5
Werkloos, werkzoekend
1
Arbeidsongeschikt
3
Bijstandsuitkering
-
Huisvrouw, -man
6
Studeert, volgt onderwijs
5
Moeite hebben met rondkomen
14
Bezuinigt op minimaal één terrein
65
Percentages tellen niet op tot 100%, omdat categorieën elkaar niet uitsluiten en niet alle categorieën gepresenteerd worden.
ALGEHELE GEZONDHEID Eigen ervaring gezondheid Van de volwassenen ervaart 4% de eigen gezondheid als matig of slecht.
leed 2% aan één of meerdere vormen van kanker. Landelijke cijfers voor diabetes en kanker zijn 4% en 1%. Psychische gezondheid In totaal heeft 10% van de volwassenen sombere of depressieve gevoelens, 5% is hiervoor onder behandeling. Eén derde van de volwassenen heeft een matig risico om een angststoornis of een depressie te ontwikkelen en 3% heeft een hoog risico (zie kader). Wanneer specifieker naar het soort angststoornis gekeken wordt, komt de ‘gegeneraliseerde angststoornis’ het meest voor. Mensen die hier aan lijden, zijn doorlopend angstig en bezorgd over alledaagse dingen. In de twee weken voorafgaand aan het onderzoek heeft 3% van de volwassenen slaap- of kalmeringsmiddelen op doktersvoorschrift gebruikt en 6% vrij in de winkel verkrijgbare rustgevende middelen ingenomen.
Lichamelijke gezondheid Ruim vier op de tien volwassenen is ‘te zwaar’: 33% heeft matig overgewicht en 10% ernstig overgewicht. Landelijk is dit 36% en 11%. In de twee maanden voorafgaand aan het onderzoek heeft 44% een verkoudheid, griep, voorhoofdsholte- of oorontsteking gehad. Van de volwassenen gaf 45% aan minstens één chronische aandoening te hebben. Het meest voorkomend zijn hoge bloeddruk, ernstige of hardnekkige aandoening van de rug en migraine of ernstige hoofdpijn. Diabetes is bij 3% vastgesteld. Wanneer dit cijfer teruggerekend wordt naar het aantal volwassenen van 19 tot 65 jaar, gaat het om 200 volwassenen met diabetes. In het afgelopen jaar Figuur 1: Samenvatting van de uitkomsten voor lichamelijke gezondheid.
ervaart eigen gezondheid als matig/slecht
4
matig overgewicht
33
ernstig overgewicht
10
verkoudheid, griep, voorhoofdsholte- of oorontsteking
44
diarree, braken
14
huidinfectie
8
infectie van nieren, blaas of urinewegen
4
acute bronchitis
1
minstens één chronische aandoening
45
hoge bloeddruk
8
ernstige of hardnekkige aandoening rug
7
migraine of ernstige hoofdpijn
6
diabetes
3
kanker
2 0
10
20
30
40
50
60 %
Depressie en angst Het risico voor het ontwikkelen van een angststoornis of depressie is nagevraagd met behulp van tien onderwerpen over gevoelens zoals rusteloosheid en zenuwachtigheid (K10, Kessler psychological distress scale). Per onderwerp kan worden aangegeven hoe vaak in de maand voorafgaand aan het onderzoek deze gevoelens voorkwamen. Voorbeeld van een vraag: ‘Hoe vaak voelde u zich zenuwachtig?’. Antwoordmogelijkheden: altijd, meestal, soms, af en toe, nooit.
Figuur 2: Samenvatting van de uitkomsten voor psychische gezondheid.
10
sombere of depressieve gevoelens 5
onder behandeling
32
matig risico angststoornis/depressie 3
hoog risico angststoornis/depressie gegeneraliseerde angststoornis
5 3
wel eens angstig (geen stoornis) sociale fobie
1
paniekstoornis
1
agorafobie
1
slaap- of kalmeringsmiddelen
3
vrij verkrijgbare rustgevende middelen
6
matig eenzaam
31
(zeer) ernstig eenzaam
4 0
5
10
15
20
25
30
35
40 %
LEEFSTIJL Voeding en beweging Van de ondervraagden ontbijt 14% op minder dan vijf dagen in de week. Aan de voedingsnorm van 200 gram groente en twee stuks fruit per dag voldoet ruim driekwart niet: 71% eet onvoldoende groente en 77% onvoldoende fruit. In Nederland is dit ongeveer 80% en 70%. Bijna de helft (47%) van de volwassenen beweegt niet voldoende volgens de Nederlandse norm voor gezond bewegen (minstens vijf dagen per week een half uur matig intensieve lichamelijke activiteit). Van de Nederlandse bevolking beweegt 44% niet voldoende. Roken en alcohol In totaal rookt 21% van de volwassenen. Het landelijke cijfer voor roken is 28%. Van de totale groep volwassenen in Uitgeest is 16% een ‘zware drinker’ en is 12% een ‘gewoontedrinker’ (zie kader). Van de Nederlandse bevolking is 10% een zware drinker en 10% een gewoontedrinker. Van de volwassenen die wel eens alcohol drinken (90%) voldoet 42% niet aan de norm
van ‘verantwoord alcoholgebruik’. Ruim één op de tien geeft aan in het half jaar voorafgaand aan het onderzoek auto te hebben gereden na meer dan twee glazen alcohol gedronken te hebben.
Alcoholgebruik Zware drinkers zijn personen die minstens 1 keer per week 6 of meer glazen alcohol per dag drinken. Gewoontedrinkers drinken meer dan 21 glazen (mannen) of meer dan 14 glazen (vrouwen) alcohol per week. De norm verantwoord alcoholgebruik is voor mannen: niet meer dan 5 drinkdagen per week, niet meer dan 5 glazen per drinkdag, en in totaal niet meer dan 21 glazen per week. Voor vrouwen geldt: niet meer dan 5 drinkdagen per week, niet meer dan 3 glazen per drinkdag, en in totaal niet meer dan 14 glazen per week.
Figuur 3: Samenvatting van de uitkomsten voor leefstijl.
roken
21
zware drinker
16
gewoontedrinker
12
beweegt onvoldoende
47
eet onvoldoende groente
71
eet onvoldoende fruit
77 0
10
20
30
40
50
60
70
80
90 %
SOCIALE OMGEVING Drugsgebruik In de vier weken voorafgaand aan het onderzoek heeft 2% cannabis gebruikt en minder dan 1% harddrugs. Het landelijke cijfer voor cannabis is 3% en voor harddrugs 1%. Onder cannabis vallen hasj, marihuana en wiet; onder harddrugs vallen amfetaminen, XTC, LSD, cocaïne en heroïne. Seksuele gezondheid Van de volwassenen heeft 85% een vaste seksuele relatie. In het jaar voorafgaand aan het onderzoek heeft 2% minstens twee keer onveilig seksueel contact gehad. In de zes maanden voorafgaand aan het onderzoek heeft 2% zich laten testen op geslachtsziektes zoals SOA/HIV. In Nederland heeft ongeveer 80% van de volwassenen een vaste seksuele relatie. Van de Nederlandse mannen heeft 5% onveilig seksueel contact gehad en van de Nederlandse vrouwen 2%. Internet en gokken De onderzochte volwassenen gebruiken internet gemiddeld 5,2 uur per week voor privédoeleinden. Bijna twee op de tien volwassenen heeft in de afgelopen 12 maanden wel eens gegokt. Van hen gokt 14% minstens één keer per maand of vaker. Onder gokken valt onder andere het bezoek aan casino’s maar ook pokeren en het kopen van krasloten. Verbetering eigen gezondheid Drie op de tien onderzochte volwassenen is van mening dat ze hun gezondheid kunnen verbeteren door zelf meer te bewegen en 11% door het wat rustiger aan te gaan doen.Wat de omgeving betreft wil 17% een beter milieu en 5% meer faciliteiten ten behoeve van hun eigen gezondheid.
Eenzaamheid Ruim een derde van de volwassenen voelt zich matig tot (zeer) ernstig eenzaam: 31% matig en 4% (zeer) ernstig eenzaam. Wanneer dit teruggerekend wordt naar het aantal inwoners van 19 tot 65 jaar, gaat het om circa 2.600 inwoners. Mantelzorg In het afgelopen jaar gaf 17% mantelzorg. Gemiddeld wordt ongeveer dertien uur per week aan mantelzorg gegeven. Van de totale groep volwassenen voelt 1% zich zwaar belast door het geven van deze zorg. Landelijke cijfers voor het geven van mantelzorg lopen uiteen van 9-13%. Het afgelopen jaar ontving 2% van de volwassenen mantelzorg (gemiddeld acht uur per week). Vrijwilligerswerk Drie op de tien onderzochte volwassenen doet vrijwilligerswerk. Huiselijk geweld Zes procent van de ondervraagden is ooit slachtoffer geweest van één of meerdere vormen van huiselijk geweld. Bij 5% is sprake van emotioneel geweld, bij 2% is sprake van lichamelijk geweld, bij 2% seksueel misbruik en bij 1% ongewenste seksuele benadering.
WOONOMGEVING Wonen De meeste volwassenen zijn tevreden over hun woning en woonomgeving. Het gemiddelde rapportcijfer voor de eigen woning is 8,4 en voor de woonomgeving 8,0. De woonomgeving scoort landelijk een 7,7.
op ruim 5.300 volwassenen. Geluidshinder komt met name door vliegtuigen (72%), bromfietsen (26%) en verkeer op wegen buiten de bebouwde kom (26%). Landelijk ondervindt circa 43% geluidshinder van verkeer en/of industrie. Daarnaast leidt geluidshinder bij 52% van de ondervraagden tot slaapverstoring, waarvan bij 40% in ernstige mate.
Vervoer Van de ondervraagden geeft 8% aan wel eens problemen te ervaren met vervoer wanneer ze ergens naar toe willen gaan. Milieuproblemen Driekwart van de volwassenen ervaart in hun woonbuurt minstens één milieuprobleem. Geluidsoverlast wordt met 51% als grootste milieuprobleem ervaren, gevolgd door hondenpoep (24%) en milieubelasting door verkeer (14%). Geluidshinder en slaapverstoring Van de volwassenen geeft 77% aan enige vorm van geluidshinder te hebben, waarvan 40% in ernstige mate. In totaal komt dit neer
Figuur 4: Samenvatting van de uitkomsten voor woonomgeving.
ervaart minstens één milieuprobleem
76
geluidsoverlast
51
hondenpoep
24
milieubelasting door verkeer
14
enige vorm van geluidshinder
77
geluidshinder vliegtuigen
72
geluidshinder bromfietsen
26
geluidshinder wegen meer dan 50 km/u
21
slaapverstoring door geluidshinder
52
geurhinder
40
hinder van stof, roet en/of rook
21 0
10
20
30
40
50
60
70
80
90 %
Blootstelling aan geluid De huidige geluidssterktes in onze woonomgeving veroorzaken vooral hinder en slaapverstoring. Daarnaast kan blootstelling aan geluid leiden tot een verminderd prestatievermogen. Blootstelling aan geluid kan via lichamelijke stressreacties leiden tot een verhoogde bloeddruk en daarmee tot hart- en vaatziekten. Lichamelijke stressreacties komen meestel pas naar voren na jarenlange blootstelling aan ernstige geluidssterktes in woon- of werkomgeving (www.rivm.nl).
Geur- en stofhinder Van de volwassenen ervaart 40% enige vorm van geurhinder, waarvan 14% in ernstige mate. Hinder van stof, roet en/of rook wordt door 21% ervaren, waarvan 8% in ernstige mate. Zowel geurhinder als hinder van stof, roet en/of rook komt voornamelijk van vliegtuigen. Ventilatie De meeste volwassenen (51%) hebben een natuurlijk ventilatiesysteem in hun huis (klapraampjes, bovenlichten e.d.), 48% heeft een mechanisch ventilatiesysteem en 1% iets anders. Het ventilatiegedrag in de woning is in veel gevallen ongunstig (74%), dit betekent dat de ventilatie in minimaal één woonruimte onvoldoende is. In de woonkamer is de ventilatie het slechtst, 50% ventileert daar onvoldoende. In de slaapkamer is de ventilatie het best, alhoewel 36% daar nog onvoldoende ventileert. Schimmel- en vochtplekken in huis komen bij 30% voor, landelijk is dit percentage 18-20%. Eén op de tien personen geeft aan een geiser zonder afvoer in huis te hebben en 6% weet niet of er een afvoerloze geiser in huis is. Geisers zonder afvoer Het gebruik van een slecht functionerende geiser zonder afvoer kan veel koolmonoxide veroorzaken. Koolmonoxide kan bij een hoge concentratie leiden tot bewusteloosheid en kan de dood tot gevolg hebben. Per jaar sterven in Nederland gemiddeld tien mensen aan een koolmonoxidevergiftiging (www.rivm.nl).
Veiligheid Bijna één op de tien volwassenen voelt zich overdag wel eens onveilig; 24% voelt zich ’s avonds en/of ’s nachts wel eens onveilig en 13% heeft zijn uitgaansgedrag gewijzigd om te voorkomen slachtoffer te worden van een misdrijf. Bijna een vijfde zegt dat er in de eigen wijk of buurt plekken zijn waar ze ’s avonds liever niet alleen komen.
GEZONDHEIDSVOORZIENINGEN Bezoek aan zorgverleners In het jaar voorafgaand aan het onderzoek heeft 72% van de volwassenen contact gehad met de huisarts. Het meest was er contact met de tandarts en/of mondhygiëniste (86%). Landelijk heeft 73% in het afgelopen jaar contact gehad met de huisarts en 78% met de tandarts. Ondersteuning bij de opvoeding Wanneer ouders behoefte hebben aan ondersteuning bij de opvoeding geven zij de voorkeur aan persoonlijke informatie via het consultatiebureau, Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) of de GGD (14%) en schriftelijke informatie uit foldermateriaal en/ of boekjes (14%).
Zorg om milieu Van de volwassenen maakt 55% zich zorgen over hun gezondheid en/of veiligheid door invloed van de woonomgeving. De meeste onrust wordt veroorzaakt door het wonen in de buurt van een risicovol bedrijf en door het wonen in de buurt van een groot vliegveld.
Figuur 5: Bezoek aan zorgverleners.
tandarts en/of mondhygiënist
86
huisarts
72
medisch specialist
32
paramedici
24
Geestelijke GezondheidsZorg en/of Algemeen Maatschappelijk Werk
5
thuiszorg
1
overig
16 0
10
20
30
40
50
60
70
80
90 %
RISICOGROEPEN GEMEENTE UITGEEST In tabel 2 wordt zichtbaar gemaakt bij welke groepen ongunstig gedrag, ongunstige gezondheid en/of het ervaren van hinder vooral voorkomen. Zo is bijvoorbeeld af te lezen dat roken
vooral in de groep van laag opgeleiden voorkomt: van de laag opgeleiden rookt 33%, terwijl van de totale groep onderzochte volwassenen 21% rookt.
Ooit slachtoffer huiselijk geweld
Geluidshinder (enige vorm)
Ongunstig ventilatiegedrag 74
31
3
72
71
40
10
82
77
35
43
4
66
72
44
36
35
9
85
70
53
34
29
5
75
81
19
58
39
38
6
72
81
22
18
39
31
37
7
78
71
Hoog
12
12
39
37
31
6
79
72
Nederlandse
20
18
42
35
35
5
76
73
Niet Nederlandse
33
-
63
38
38
15
82
86
Matig en (zeer) ernstig eenzaam
77
Overgewicht (BMI 25 of hoger)
6
Zwaar drinken
35
Roken
Matig en hoog risico op depressie & angst
Tabel 2 : Risicogroepen in de gemeente Uitgeest.
21
16
43
35
Man
26
27
49
34
Vrouw
17
5
37
36
19-34
21
31
29
35-49
22
13
50-65
21
7
Laag
33
Midden
In % Totaal Geslacht Leeftijd
Opleiding
Herkomst
Bij ‘Zwaar drinken’, ‘Ooit slachtoffer huiselijk geweld’ en ‘Herkomst’ kan het om kleine aantallen gaan.
UITGEEST IN REGIO KENNEMERLAND
COLOFON
In het volledige onderzoeksrapport ‘Volwassenenonderzoek Kennemerland 2008’ zijn de resultaten van gemeente Uitgeest te vinden in relatie tot de resultaten van de andere gemeenten in de regio. Ook geeft het rapport aanbevelingen op regionaal niveau. Het rapport is te downloaden vanaf de website van de GGD (www.ggdkennemerland.nl). Naar aanleiding van het rapport kunnen waar nodig lokale aanbevelingen gedaan worden.
Uitgave GGD Kennemerland, december 2009, www.ggdkennemerland.nl Tekst en figuren Jolanda ten Brinke, Saskia Mérelle en Regina Overberg (epidemiologen) Contact GGD Kennemerland, Epidemiologie Postbus 5514, 2000 GM Haarlem E:
[email protected] T: +31 (0)23 789 1786
ONDERZOEKEN IN DE REGIO
Vormgeving en drukwerk Sixtyseven, Beverwijk
De GGD voert regelmatig onderzoeken uit in de regio. Rapporten en factsheets zijn te downloaden vanaf de website van de GGD.