VLAAMS VERBOND VAN HET KATHOLIEK SECUNDAIR ONDERWIJS LEERPLAN SECUNDAIR ONDERWIJS
AUDIO-, VIDEO-, EN TELETECHNIEKEN Derde graad TSO Derde leerjaar
Licap - Brussel D/1995/0279/019 - september 1995
INHOUD
blz.
WOORD VOORAF . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4
ALGEMENE VISIE OP DE SPECIALISATIEJAREN IN DE STRUCTUUR SECUNDAIR ONDERWIJS 1989 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4
2
BEGINSITUATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5
3
DOELSTELLINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6
4
TAXONOMIE
7
5
RELATIE MET DE GEINTEGREERDE PROEF
.....................
8
6
LEERINHOUDEN, LEERPLANDOELSTELLINGEN EN METHODOLOGISCHE WENKEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8
1
TV TV TV TV TV
7
.............................................
Elektronica - Audiotechnieken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Elektronica - Televisie- en videotechnieken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Elektronica - Zend- en ontvangsttechnieken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Elektronica/Toegepaste informatica - Micro-elektronica . . . . . . . . . . . . . . . Elektronica/Toegepaste informatica - Multi-media . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9 21 35 41 45
BIBLIOGRAFIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
52
Lessentabel Zie website: www.vvkso.be
4 WOORD VOORAF Het bedrijfsleven heeft ongetwijfeld behoefte aan technici voor de installatie, het opstarten, het onderhoud en het herstellen van audio- en video-apparatuur. Aan kennis omtrent satellietontvangst en installatie van multimedia heeft men eveneens een grote behoefte. Het 3de leerjaar van de 3de graad 'Audio-, video- en teletechnieken TSO' heeft zich tot doel gesteld jonge mensen in die richting te vormen. 1
ALGEMENE VISIE OP DE SPECIALISATIEJAREN IN DE STRUCTUUR SECUNDAIR ONDERWIJS 1989
1.1
Inleiding
Tijdens het schooljaar 1994-1995 bereikte de eenheidsstructuur het 2de leerjaar van de 3de graad. De studierichtingen TSO kregen in de 3de graad een geactualiseerde of een vernieuwde inhoud. Vanzelfsprekend hebben inhoudelijke aanpassingen aan de 3de graad gevolgen voor de op de 3de graad aansluitende specialisatiejaren. In de sectoriële commissies van de VLOR werd nagegaan in welke mate het aanbod van specialisatiejaren moest worden aangepast, rekening houdend met de hieronder vermelde en op het TSO gefocuste visietekst. Dat resulteerde in een reeks adviezen voor schrapping, naamwijziging, actualisering en toevoeging van 3de leerjaren van de 3de graad. 1.2
Het concept van 3de leerjaren van de 3de graad TSO
1.2.1
SPECIALISATIEJAREN TSO
Specialisatiejaren TSO zijn een verdieping van een bepaald onderdeel van de leerstof van de 3de graad. Zij hebben een rechtstreekse koppeling naar tewerkstelling in bedrijven of instellingen. Zij bouwen voort op de kennis die de leerlingen verworven hebben in de 3de graad. De specialisatiejaren kunnen wel vrij eng of vrij breed zijn. De link naar tewerkstelling heeft belangrijke kwalitatieve consequenties. Die hogere kwaliteitseisen passen trouwens in een maatschappelijke tendens om in algemene zin hogere opleidingsvereisten te stellen. De 3de leerjaren van de 3de graad kunnen in een aantal sectoren een middel zijn om daaraan te- gemoet te komen. Door het volgen van een 3de leerjaar van de 3de graad (en de erin opgenomen stages of andersoortige aanwezigheid in bedrijven) hebben de afgestudeerden een grotere kans op tewerkstelling of krijgen zij grotere troeven op de arbeidsmarkt. Specialisatie is een rekbaar begrip. De specificiteit zal gedeeltelijk afhankelijk zijn van de betreffende (deel-)sector. De kwalitatieve invulling van 3de leerjaren van de 3de graad moet geregeld door de sectorcommissies worden geëvalueerd. De hoge kwaliteitseisen vragen op hun beurt adequate uitrusting en goed voorbereide lesgevers. Men moet hieruit afleiden dat de specialisatiejaren niet voorbereiden op het hoger onderwijs. Ze hebben dus als doelpubliek "finalisten van het secundair onderwijs". Dit belet niet dat een leerling toch de smaak voor het hoger onderwijs in zo'n jaar zou te pakken krijgen. Een belangrijke doelstelling, zo niet de belangrijkste, is in ieder geval jonge mensen een betere instap in de tewerkstellingswereld verzekeren. Negatief kunnen we het zo stellen: de specialisatiejaren kunnen geen heroriënteringsfunctie hebben. Dit laatste veronderstelt immers dat de leerlingen in dit leerjaar met een ander beroepsprofiel zouden kennis maken. Deze leerjaren kunnen ook geen actualiseringsfunctie hebben in opgedane kennis. Het zou ongerijmd zijn verouderde technieken te gebruiken in de 2de en de 3de graad om in het 3de leerjaar van de
5 3de graad dan alle nieuwe technologieën aan te leren. Zowel de heroriëntering als de actualisering horen normalerwijze thuis in het gewone deeltijds volwassenenonderwijs of onderwijs voor sociale promotie. Specialisatiejaren kunnen tenslotte ook geen vervolmakingsfunctie vervullen. Hierdoor zouden we erkennen dat de eigenlijke studieduur van het secundair onderwijs zeven leerjaren omvat. Dit mag nooit de bedoeling zijn. De vormingscyclus moet "afgerond" zijn op het einde van het 2de leerjaar van de 3de graad. 1.2.2
SAMENWERKING MET DE SOCIALE PARTNERS
Uit de omschrijving van de specialisatiejaren TSO hierboven is zo af te leiden dat de opleiding realiteitsnabij hoort te zijn, dat de opbouw van een nieuw specialisatiejaar in nauw overleg dient te gebeuren met de sociale partners. Er valt in dit verband een behartenswaardige tendens waar te nemen om de betrokkenheid van onderwijsverstrekkers, overheid en sociale partners vast te leggen in een convenant. In ieder geval moet het mogelijk zijn met de sociale partners tot hechte samenwerkingsverbanden te komen, moeten meer projectmatige co-financieringsprojecten gerealiseerd kunnen worden. De samenwerking met de sociale partners heeft voor de specialisatiejaren belangrijke gevolgen: - de klemtoon komt veel meer dan vroeger te liggen op "specialisatie". Dit zal enerzijds de kwaliteit van deze 3de leerjaren van de 3de graad opvoeren; - de klemtoon ligt ook uitdrukkelijk op de tewerkstelling. Dit wil zeggen dat deze specialisatiejaren realiteitsnabij moeten uitgewerkt worden in samenwerking met bedrijven en instellingen. Deze samenwerking mag zich niet beperken tot de technische, praktische of kunstvakken, maar ook de algemene vakken moeten meer dan vroeger ook in dit teken staan; - op basis van de band met tewerkstelling en het realiteitsnabij leren zal reëel contact met bedrijven en instellingen in de regel meer dan wenselijk zijn. Dit kan zich onder meer vertalen in kort- en langlopende stages. Er kan worden overwogen voor bepaalde jaren formules van alternerend leren te bekijken, van opleidingen in duale vorm. Dat vereist dan wel een uitstekende begeleiding, ook op pedagogisch-didactisch vlak, op de werkvloer; - tot op heden werd de idee van een spreiding in de tijd van specialisatiejaren nog niet gerealiseerd. Als de vrijgekomen tijd wordt ingevuld met regulier werk (en verloning) kan deze mogelijkheid overwogen worden. Als werksituatie en studies bij elkaar aansluiten, komt men tot een goede constructie. Na het beëindigen van het specialisatiejaar (b.v. twee jaar) zou de jongere mogen verwachten aan een fulltime job te geraken. (Hier komt men dicht bij het domein van het deeltijds volwassenenonderwijs, zeker als men ook een modulaire opvatting van specialisatiejaren zou overwegen. Hierover moet alle overleg nog plaatsvinden). Tot hier de visietekst van de VLOR Afdeling TSO-BSO. 2
BEGINSITUATIE
Het 3de leerjaar van de 3de graad 'Audio- video- en teletechnieken TSO' is een specialisatie en wordt beschouwd als een supplementair jaar boven de studierichtingen Elektronica, Industriële informatica en Telecommunicatie. Gezien het praktische karakter van dit 3de leerjaar van de 3de graad, kunnen eveneens leerlingen uit de studierichtingen Elektriciteit mits een speciale inspanning dit 3de leerjaar met vrucht volgen. Deze beginsituatie laat toe op een gepast niveau, ernstig aan praktische en technische vorming te doen. Het leerplan kan steunen op de kennis van elektriciteit en algemene elektronica.
6 3
DOELSTELLINGEN
3.1
Algemene doelstellingen
3.1.1
ALGEMEEN
In dit 3de leerjaar van de 3de graad beoogt men het inzicht van de leerlingen in audio-, video- en telecommunicatie te verhogen. De leerlingen moeten in staat zijn audio- en video en KTV te installeren, te onderhouden en te herstellen. Daartoe worden theoretische en technologische aspecten, daar waar nodig, aangevuld. Nieuwe leerstofelementen worden aangeboden. Het hoofdaccent wordt gelegd op het verkennen van de telecommunicatieprincipes die aan de basis liggen van de moderne zend- en ontvangstapparatuur. Deze principes worden aangebracht via ervaringsgerichte methoden. Vandaar dat veel aandacht wordt geschonken aan realisatie (PV Praktijk/Stages) en laboratorium. De leerling wordt opgeleid tot onderhoudstechnicus van audio-, video- en telesystemen. Om deze doelstellingen te realiseren gaan wij uit van de integratie van het lab in de theoretische lessen. Dit veronderstelt dat de theorie in een lablokaal wordt onderwezen, dat men beschikt over voldoende infrastructuur, en dat de theorieleraar dus het geïntegreerd labonderwijs geeft. 3.1.2
HARDWARE
- De leerlingen moeten een grondige kennis verwerven van audio-, video- en telesystemen. De moderne zend- en ontvangsttechnieken moeten voldoende aan bod komen. - De koppeling tussen diverse apparaten realiseren en onderhouden. - Telesystemen installeren en onderhouden. - KTV afregelen en herstellen. - Diverse hoogfrequent distributiesystemen installeren en onderhouden. - Installeren van satellietontvangst. - Zij moeten werken vanuit een geïntegreerd bewustzijn van de veiligheidsvoorschriften en de kwaliteitsnormen. 3.1.3
SOFTWARE
- Softwarematig de diverse apparaten afstellen. - Inzicht hebben in de verbanden tussen hardware en software. - Werken met programmeerbare chips. 3.2
Meer specifieke doelstellingen
In dit 3de leerjaar van de 3de graad moet de leerling een aantal vaardigheden ontwikkelen op inzichtelijk, fijntechnisch en persoonlijk vlak. 3.2.1
INZICHTELIJK
Algoritmisch denken in de praktijk kunnen realiseren. 3.2.2
FIJNTECHNISCH HANDELEN
- Problemen oplossen via de juiste weg: • de hardware-aspecten, • de software-aspecten, • de communicatie-aspecten. - Beheersen van professionele en consumentenapparatuur: • op het technisch niveau, • ter ondersteuning van de gebruiker. - Fouten in een audio-, video- en telesysteem:
7 • lokaliseren, • herstellen. 3.2.3 -
PERSOONLIJKHEID
Probleemoplossend denken op een gestructureerde wijze. Systematisch werken. Zin hebben voor detail, nauwkeurigheid en orde. Zich bewust zijn van de kwaliteitseisen en de kostprijs van een oplossing. De principes van de integrale kwaliteitszorg toepassen. Een juist besef van eigen kunnen. Kunnen en willen samenwerken. Produktiviteit betrachten.
3.3
Polen in de vorming
3.3.1
ALGEMEEN
In het 3de leerjaar van de 3de graad leggen wij vooral de nadruk op talen. Wij denken speciaal aan technisch taalonderricht. Hier zijn vooral Engels (technisch) en Frans (commercieel) van groot belang. Het praktisch taalgebruik is voor deze leerlingen essentieel. 3.3.2
TECHNISCH
- Raadplegen van vakliteratuur. - Kennis van systemen, materialen, gereedschappen, meet-, controle- en diagnose-technieken in de volgende disciplines • HF-toepassingen, • modulatie en demodulatie, • professionele en gebruikersapparaten. 3.4
Toekomst
- Installeren van audio-, video- en tele-apparatuur. - Opsporen en herstellen van fouten bij diverse apparaten. - Commerciële functie. De leerlingen komen terecht bij audio- en telebedrijven, specifieke KMO's en parastatale instellingen. Als zelfstandige hebben velen een succesvolle zaak. Vandaar het belang van het vak Bedrijfsbeheer dat men complementair kan aanbieden. 4
TAXONOMIE De Technische Vakken (TV) in dit leerplan zijn opgesteld in de vorm van leerinhouden en verwerking die samen de doelstellingen. Het minimum niveau van de verwerking wordt ook aangegeven. Hiervoor wordt de taxonomie van BLOOM toegepast met de volgende afkortingen : K A
= Kennen = Analyseren
B = Begrijpen S = Synthetiseren
T = Toepassen E = Evalueren
De B en U in deze kolommen betekenen BASIS en UITBREIDING. De basisdoelstellingen MOETEN bereikt worden terwijl het voor uitbreidingsdoelen wenselijk zou zijn dat ze behandeld worden.
8 5
RELATIE MET DE GEINTEGREERDE PROEF
De wettelijke en reglementaire basis voor de geïntegreerde proef is te vinden in: - het besluit van de Vlaamse Executieve van 13 maart 1991 betreffende de organisatie van het voltijds secundair onderwijs; - de ministeriële omzendbrief SOZ(91)7 van 3 mei 1991 met betrekking tot de structuur en de organisatie van het voltijds secundair onderwijs. Het VVKSO, Guimardstraat 1, 1040 Brussel, publiceerde in verband met de geïntegreerde proef reeds volgende uitgaven: - mededeling van 6 mei 1994 betreffende "De geïntegreerde proef" (Kl.50.01.03); - mededeling van 22 november 1994 betreffende "De geïntegreerde proef - aanvulling vademecum" (Kl.50.01.03). Voor de 3de leerjaren van de 3de graad zal later een speciale publikatie volgen. Toch moet men van bij de toepassing van de leerplannen tijd voorzien voor een zinvol opgebouwde proef. 6
LEERINHOUDEN, WENKEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
EN
METHODOLOGISCHE
9
TV Elektronica Audiotechnieken
1
8 u./w.
BEGINSITUATIE
Wij gaan ervan uit dat de leerlingen beschikken over voldoende kennis van de basiscomponenten van de elektronica (dioden, transistoren, fet's enz.) 2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN
Het aanbod van Hifi-torens, versterkers, micro's, cassetterecorders, CD-spelers, klankkasten enz. is enorm toegenomen. Evenredig met die ontwikkeling is de verscheidenheid van gegevens en termen die de fabrikanten gebruiken. Zij spreken onder andere van zuivere stroomvoorziening, lage impedantie-uitgang, gevoeligheid, source direct. Verder zijn er nog de vele verschillende stekkers met hun aansluiting en de specifieke service die dergelijke apparatuur vereist. De afgestudeerde moet in staat zijn na het volgen van deze module audio-apparatuur te installeren, te onderhouden en te herstellen. Daarom wordt veel aandacht besteed aan de integratie van het lab in de theorie. Het is de bedoeling om de leerstof praktisch gericht naar de leerlingen toe te brengen. 3
ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN
Wij starten altijd van een blokschema, om daarna over te gaan naar het principeschema. Pas dan kunnen wij in het lab de nodige metingen verrichten. Aan de hand van die metingen kunnen wij eventuele tekortkomingen van het toestel opsporen. Een goed theoretisch inzicht is echter vereist om een herstelling te kunnen uitvoeren. Vanzelfsprekend besteden wij ook de nodige aandacht aan het gebruik van moderne meetapparatuur. Om doelmatig te werken geven wij de technologische lessen in het lab en begeleiden die altijd door praktische schakelingen en proeven. Pas daarna voeren de leerlingen individueel proeven uit. Eens de leerlingen een zeker niveau bereikt hebben, leren ze toestellen herstellen en onderhouden. 4
LEERINHOUDEN, WENKEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
EN
METHODOLOGISCHE
Nr.
LEERINHOUDEN
1
ALGEMENE BEGRIPPEN
1.1
Geluid
1.2
Geluidsoverdracht
LEERPLANDOELSTELLINGEN Bepalingen en beschrijvingen geven. Eventuele eigenschappen van deze onderwerpen toelichten.
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN Voorbeelden aanhalen.
U U
- Voortplantingssnelheid 1.3
Grootheden
1.4
Decibels
U U
2
MENSELIJK OOR
2.1
Oorgevoeligheid
10
- Spanningsverhouding - Vermogensverhouding Bepaling en beschrijving geven. Eventuele eigenschappen van deze onderwerpen toelichten.
U
- Kleinste waarneembaar verschil in toonhoogte • analyseervermogen • maskeringseffect 2.2
Hifi
B
- Normen 2.3
Ruimtelijk horen
B
Luisterproef in het lab en proefondervindelijk de toonhoogte vaststellen.
Nr. 2.4
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
Modes
T B
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN Demo- met Hifi-toren.
- Mono - Stereo - Surround Van deze begrippen een bepaling geven.
Bijvoorbeeld "Dolby" bespreken.
3
KLANKVORMING
3.1
Muzieknoten
3.2
Akkoorden
U
3.3
Grondgolf-harmonische
U
Grondgolf plus harmonischen zichtbaar maken met een scoop.
3.4
Klankkleur
U
Demo. Luisterproef.
3.5
Vervorming
4
LAAGFREQUENTVERSTERKERS
4.1
Voedingen
Demo met synthesizer.
Soorten vervorming bespreken en demonstreren.
Bespreking aan de hand van een blokschema. Van een bestaande versterker het voedingsgedeelte en de componenten aanwijzen. Bepaling en gebruik bespreken. Bespreking van de beveiliging.
B
De vervorming zichtbaar maken met een scoop. Het instelpunt wijzigen en de vervorming nameten.
B B
U
B
Maak gebruik van bestaande apparatuur.
11
Soorten
U
Nr.
4.2
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Een voeding uittesten of ze al dan niet goed is. De eventuele defecten lokaliseren en herstellen. Stroombegrenzing instellen.
B
De voor- en nadelen bespreken. Bespreken. Inzicht in een schema verkrijgen. Het hoe en het waarom bespreken. Bepaling kennen en begrippen bespreken.
B B B B B
Metingen uitvoeren. Frequentiekarakteristiek van beschikbare toestellen opmeten. Demonsteren en toepassen in het lab. Ruststroom wijzigen.
B B B
Montage bekijken in het lab. Metingen uitvoeren. Demonstreren en toepassen in het lab.
B
Eindversterkers - Indeling - Schema Afkoeling Harmonische vervorming Intermodulatie vervorming Cross-over vervorming Frequentieweergave Dempingsfactor
- Rendement - Ingangsgevoeligheid - Ingangsimpedantie • aanpassing • ingangskoppelcondensator - Uitgangsvermogen • continue vermogen RMS • vermogen bandbreedte - Aansluitmogelijkheden • uitgangsbelasting • invloed verkeerde aanpassing • beveiliging
De noodzaak van een goede demping aanhalen. Bepalen en toelichten bij de verschillende instellingen. Bepaling kennen en begrippen bespreken.
B B
De invloed van een verkeerde aanpassing bespreken. Bepalingen kennen en begrippen bespreken. Bandbreedtecurve in het lab uitmeten en uittekenen. De aansluitmogelijkheden bespreken.
B
B
De noodzaak kennen. Herstellingen uitvoeren.
B B
B
Vergelijken met piekvermogen.
B Het uitgangsvermogen in het lab nameten met verschillende belastingen en het besluit formuleren.
12
-
Nr. 4.3
LEERINHOUDEN
- Ingangsgevoeligheid
Toelichten.
Equalizer
SNOEREN EN STEKKERS
5.1
Ingangen Soorten
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Belang van een goede afscherming nagaan in het lab. Demo met generator en scoop. 13
- Signaal/ruis verhouding
5
B
Bespreken van de verschillende onderdelen. De frequentiedoorlaatband van een voorversterker in het lab uitmeten en in een grafiek zetten. Herstellingen kunnen uitvoeren.
Inzicht in een principeschema verkrijgen. Toelichten en nameten.
Frequentiespectrum
K
B
Voorversterkers - Algemeen • doel • voedingsspanning • versterking • ingangsimpedantie slechte aanpassing 6 gevolg • afschermingen • uitgangsimpedantie slechte aanpassing 6 gevolg • frequentie doorlaatband • schema bespreken
4.4
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Ingangsspanning en uitgangsspanning met elkaar vergelijken. B
Doorlaatkromme bepalen. Het volledige frequentiespectrum van een equalizer opmeten in een concrete situatie.
B
In het lab moeten alle mogelijke snoeren met alle mogelijke stekkers worden gemaakt en gecontroleerd.
Principe bespreken. Realisatie verklaren.
De constructieverschillen van stekkers en hun toepassingen bespreken.
Nr.
5.2
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
Constructie en gebruik bespreken.
B
Montage kunnen uitvoeren.
B
Soorten
Constructie bespreken met zijn vooren nadelen.
B
Snoeren
De snoeren bespreken en wijzen op het doel en de kwaliteit. De voordelen en nadelen kennen. Aarden van snoeren toelichten. De verhouding diameter-lengte bespreken. Montage uitvoeren.
B
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN De bijzondere aandacht voor trekontlasting. In het lab de noodzaak van een geïsoleerde opstelling aantonen. Speciale aandacht schenken aan de afscherming en het verschil tussen afscherming en aarding duidelijk maken.
Uitgangen
Soorten
5.4
Audio-installatie opstellen
6
LUIDSPREKERS
6.1
Opbouw
B
B B B
Stekkers en snoeren oordeelkundig leren gebruiken en herstellen.
B
De opbouw en de constructie van ieder onderdeel bespreken.
B
In het lab worden alle snoeren gecontroleerd, gemaakt en hersteld. Demonstratie: LS aanschakelen via lange snoeren met te kleine diameter en besluitvorming. Moderne apparaten verbinden.
Aan de hand van verschillende luidsprekers de opbouw grondig bestuderen.
14
5.3
LEERINHOUDEN
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
6.2
Werking
Bespreken.
B
Modellen tonen.
6.3
Eigenschappen
Algemene begrippen bestuderen. Nadeel van resonantie in het lab vaststellen. Bespreken van het verschijnsel en de nadelen. Bespreken van deze begrippen.
B B
Opnamekarakteristieken ter beschikking stellen.
B B
Impedantie aanpassing en vermogenverdeling
Praktische realisatie uitvoeren.
B
6.5
Luidsprekerbehuizingen en filters
De voordelen en nadelen van deze opstellingen bespreken. Luidsprekermontage uitvoeren. De impedantie van een spreekspoel in het lab uitmeten en besluiten trekken wat betreft de frequentieafhankelijkheid en het soort behuizing. De verschillende vormen bespreken. De noodzaak van een goede polariteit aantonen.
B
-
Vrije opstelling Klankbord Open klankkast Gesloten klankkast Akoestische box Bass-reflex kast Akoestisch labyrint
6.6
Digitale luidspreker
7
MAGNETISCHE GISTRATIE - Analoog - Digitaal
B B
Demonstreren. B B U
GELUIDSREPrincipewerking bespreken.
Demonstreren in het lab.
B
15
6.4
Nr.
LEERINHOUDEN
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
B
Aan de hand van foto's of folders het verschil duidelijk maken tussen front-, boven- en brievenbuslading.
- Magneetbanden • breedte • kwaliteit • normen • spoorindeling
Principes bespreken en wijzen op voor- en nadelen.
B
Verschillende soorten banden spoelen tonen en bespreken.
Cassette
De verschillende soorten met hun voor- en nadelen bespreken.
B
Bij de verschillende soorten cassetten signalen opnemen en het opgenomen signaal kritisch bekijken.
Laadsystemen
7.2
Geluidsdragers
Soorten Tijdsduur Samenstelling Spoorindeling • full-track • 2-track • 4-track - Rek - Wisbeveiliging Bandsnelheid - Bepaling - Invloed van de snelheid op opname en weergave
en
Indeling van de sporen bespreken en hun voor- en nadelen aanhalen.
Wisbeveiliging demonstreren. Bespreken.
B
Noodzaak van juiste bandsnelheid in het lab controleren op het gebied van de juiste weergave.
16
-
7.4
K
Principes bespreken. Bespreking met voor- en nadelen.
7.1
7.3
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Nr. 7.5
LEERINHOUDEN Opname/weergave/wissen - Principe - Bias-spanning - Koppen • soorten • instelling
7.6
Bediening
7.7
Meetinstrumenten Bandteller Memory Bandkeuze Opnameniveau Weergaveniveau Via computer Mechanische toetsen Softtoetsen
Ruisonderdrukking - Dolby B - Dolby A - Diverse ruisonderdrukkingen
7.8
Echo
Bespreken van de principes en de verschillende onderdelen. Instellingen kunnen realiseren.
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
B B De invloed van de azimuthregeling in het lab opmeten.
Doel en werking van alle bedieningsknoppen bespreken. Bandopnemer monteren en demonteren.
B
Principes van ruisonderdrukking uitleggen en praktische werkwijze verklaren. Metingen uitvoeren.
B B B B
Eerst met de scoop in het lab het effect van de ruisonderdrukking vaststellen en daarna met een luisterproef.
Doel en werkwijze uiteenzetten.
U
Demonstratie.
B
Al deze bedieningen in het lab uittesten.
17
-
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Nr. 7.9
LEERINHOUDEN Technische gegevens
7.10
Mechanische opbouw
8
MICROFOONS
8.1
Begrippen
8.2
Richtgevoeligheid Weergavekarakteristiek Gevoeligheid Impedantie Draadloze microfoon
Soorten -
Koolmicrofoon Kristalmicrofoon Keramische microfoon Condensatormicrofoon Elektrodynamische microfoon Elektrodynamische drukgradiëntmicrofoon - Elektrodynamische drukgradiëntbandmicrofoon
K
B
T
Alle technische gegevens van de magnetische geluidsregistratietoestellen bespreken. Technische documentatie kunnen raadplegen.
B
De verschillende mechanische overbrengingen analyseren.
B
De begrippen bespreken. Karakteristieken verklaren.
B
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN Documenten ter beschikking stellen.
B Praktisch toestel gebruiken.
Demonstreren en uittesten in het lab. 18
-
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Reikwijdte vaststellen. Van alle soorten microfoons een beperkte bouwbeschrijving geven en de elektrische eigenschappen bespreken met de voor- en nadelen van de verschillende types. U U
B B B B B
De zuivere of niet zuivere weergave van micro's door luisterproef vaststellen.
Indien deze micro's in het lab aanwezig zijn worden de belangrijkste parameters gemeten en in grafiek uitgezet.
Nr. 8.3
LEERINHOUDEN Aansluitingen
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
B
In het lab alle verschillende soorten aansluitingen maken en uittesten met bijzondere aandacht voor brom. Verslechtering van de frequentieweergave vaststellen door meting bij tussenschakelen van een impedantietransfo.
- Analoog - Digitaal • binaire code • samenstelling signaal
Toelichten. Voor- en nadelen bespreken.
B B
Gebruik maken van blokschema. Toestel demonteren en terug monteren.
9.2
Bemonstering
Toelichten.
B
9.3
Stereo
Toelichten.
B
9.4
Foutcorrectie
De foutcorrecties omschrijven en weten hoe te corrigeren. Correctie snelheid motor bespreken Correctie focus toelichten. Correctie op spoorpositie toelichten.
B
Toelichten.
B
-
Rechtstreeks Impedantietransfo Symmetrische impedantietransfo Symmetrische schakeling met voedingslijn - Draadloze microfoon 9
COMPACT DISC (CD)
9.1
Analoog versus digitaal
9.5
Blokschema
B B B
19
Van deze aansluitmogelijkheden de voor- en nadelen bespreken.
Nr. 9.6
LEERINHOUDEN Mechanisch gedeelte
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
Mechanische werking begrijpen.
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
B
- Opbouw CD-speler - Laden van de disk - Magazijn voor meerdere disks • stapelmagazijn • draaimagazijn Programmering
Het doel en het nut van de soorten toetsen en begrippen bespreken.
9.8
Uitgang
Soorten uitgangssignalen bespreken.
10
DIGITALE AUDIO TAPE (DAT)
10.1 10.2 10.3 10.4
Convertie A/D P.C.M. (puls code modulatie) Sample rate (48 kHZ) Frequentie karakteristiek
Bespreken van de technieken gebruikt voor DAT opnamen.
11
CASE STUDIE
Audiosysteem installeren. Fouten lokaliseren en herstellen. Fabricatiegegevens evalueren.
B
Alle programmeermogelijkheden uittesten.
B
In het lab de sterkte van het uitgangssignaal meten om te weten welke ingang (gevoeligheid) van een versterker moet gebruikt worden.
U
Luisterproef met bijzondere aandacht voor ruis- en andere nevengeluiden.
B B
B
Een paar praktische realisaties uitvoeren en documenteren.
20
9.7
21
TV Elektronica Televisie- en videotechnieken
1
8 u./w. (+ 2)
BEGINSITUATIE
Van de leerlingen wordt verwacht dat zij, naast de kennis van de elektronicacomponenten, een bijzondere kennis hebben over de afgestemde ketens. 2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN
Het televisietoestel is nog altijd één van de belangrijkste produkten in de wereld van de consumentenelektronica en is daardoor sterk onderhevig aan trends en innovaties. We denken hierbij aan hoge definitie televisie (HDTV), digitale stereoklank (NICAM) enz. In onze maatschappij worden ook hoe langer hoe meer gegevens via het scherm uitgewisseld. Overal in de administratie treffen we computers aan voorzien van een monitor. Op verschillende plaatsen (luchthavens, spoorwegen, grote warenhuizen enz.) informeren ze het publiek door gebruik te maken van monitoren. Ze bewaken toegangsdeuren via camera en monitor. In de toekomst zullen we zelfs bij het telefoontoestel een beeldscherm ingebouwd krijgen! In dit 3de leerjaar van de 3de graad wordt de nodige theoretische kennis bijgebracht om de opbouw en de werking van een modern KTV-toestel te begrijpen. In het lab staan didactisch uitgebouwde KTV-toestellen en monitoren. Door gebruik te maken van meetapparatuur en een moderne testbeeldgenerator toetsen de leerlingen de theorie aan de praktijk en leren ze er eenvoudige afregelprocedures uitvoeren. Na verloop van tijd moeten ze zelfs herstellingen tot een goed einde brengen. Door de toename van het aantal TV-programma's die we via de kabel in de huiskamer binnenkrijgen en het commercieel aantrekkelijk worden van de schotelantenne voor satellietontvangst, is de verkoop van videorecorders enorm toegenomen. Naast het KTV-toestel is nu ook de videorecorder een vertrouwd toestel in de huiskamer. In de cursus videorecorders worden de basisprincipes van beeldopname en beeldweergave bijgebracht en krijgen de leerlingen inzicht in de werking van de videorecorder. Als technicus moeten zij ook instaan voor het onderhoud en het herstellen van de toestellen. Als verlengstuk van de videorecorder komt ook de camera aan bod. Naast de beeldopname staan we ook even stil bij de beeldmontage. 3
ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN
Wij bouwen de leerstof zoveel mogelijk praktisch op, voortdurend begeleid met demonstraties. 4
LEERINHOUDEN, WENKEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
EN
METHODOLOGISCHE
Nr.
LEERINHOUDEN
1
TELEVISIETECHNIEKEN
1.1
Licht en kleur - Ontleding van het licht - Kleur van een voorwerp
1.2
Begrip frequentiespectrum omschrijven. Begrip golflengte omschrijven. Factoren die de kleur van een voorwerp beïnvloeden, opnoemen. Beschrijven welke kleuren er ontstaan bij menging. Definiëren, toepassen. Toelichten. Curve toelichten. Aansluiting en regelorganen toelichten. Lichtsterkte, contrast toelichten. Kleursaturatie toelichten.
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
U U U
Voorwerpen bekijken bij verschillende belichtingen. Aantonen met KTV-ontvanger.
U
U
U U U
Aantonen met KTV-ontvanger. Aantonen met KTV-ontvanger. KTV-ontvanger in zwart/wit bekijken.
U U
Beeldanalyse en beeldsynthese - Principe aftasting - Aantal lijnen - Interliniëring
Verklaren. Verklaren. Verklaren.
U U U
- Beeldinformatie
Verklaren.
U
- Synchronisatiesignalen
Noodzaak van raster- en lijnsynchronisatie aantonen. Verband leggen tussen aantal lijnen en bandbreedte.
U
- Frequentiespectrum van een video-signaal
U
Vergelijken met film. Voorbeeld geven met even en oneven aantal lijnen. Aantonen met scoop en testbeeldgenerator. Beeld bekijken zonder raster- of zonder lijnsynchronisatie.
22
- Additieve kleurmenging, kleurencirkel - Complementaire kleuren - Verzadigde kleuren - Ooggevoeligheid - Aansluiten TV-ontvanger
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Nr.
1.3
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
- Signalen van een testbeeldgenerator
Studie van het complete videosignaal met scoop uitvoeren.
U
- EBU-testpatroon
Testbeeld bestuderen.
U
B
- Opbouw camera - Compatibiliteitseisen
Toelichten. Noodzaak aantonen.
B B
- Luminantiesignaal Y
Verband leggen met ooggevoeligheidscurve. De weg van het Y-signaal met de scoop volgen in TV-toestel. Invloed van contrast- en helderheidsregeling nagaan. Opbouw kleursignalen beschrijven. Kleurverschilsignalen met de scoop bestuderen. Toelichten. De verschillende signalen meten.
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN Hoe de scoop triggeren. Verschil aantonen tussen raster- en lijntriggering. Uitwendig triggeren met impulsen van de ontvanger.
Opbouw kleursignalen
- Helderheid, kleurtoon
contrast,
saturatie,
Verband aantonen bij de verschillende systemen.
B
Via studie van het principeschema. 23
- Chrominantiesignaal K
1.4
K
B B B
B B
Invloed van contrast- en saturatieregeling bekijken. Aantonen met KTV-ontvanger.
Modulatie kleursignalen -
Keuze hulpdraaggolf U- en V-modulatie Kleurencirkel Fasefouten
Toelichten. Aantonen.
B B U
B
Praktisch voorbeeld geven. Toepassen op het kleurentestbeeld. Een voorbeeld grafisch en vectorieel oplossen.
Nr. 1.5
LEERINHOUDEN
Verschil met NTSC-systeem Looptijddemodulator Palschakelaar Heropwekken draaggolf De synchroondetectoren De AGC Blokschema paldecoder Schema-ontleding paldecoder
- Metingen op paldecoder
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Noodzaak aantonen en verklaren. Werking verklaren.
Bestaande schema's gebruiken.
B
B
B B
Signalen met scoop bestuderen. B
Methode foutzoeken aanleren.
Bespreken.
U
Bespreken. Bespreken. Bespreken. Bespreken.
U U U U
Videoversterker - Instelling beeldbuis - Grijsbalans - Uitsturen van de beeldbuis
Opbouw en werking verklaren. Spanningsmetingen uitvoeren. Toelichten. Toelichten.
B B B
B
Invloed van helderheidsregeling, focus enz. bestuderen.
24
Werking uitleggen. Noodzaak aantonen. Blokschema opbouwen. Van blokschema naar principeschema per blok toelichten. Spanningsmetingen uitvoeren. Metingen met scoop uitvoeren. Afregelprocedure uitvoeren. Foutzoeken op praktische schakeling.
B B B B B B B
Secam - Modulatie, identificatie, karakteristieken van het systeem - Blokschema Secam - Secamschakelaar - Vertragingslijn - Detectie
1.7
K
Pal-systeem -
1.6
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Nr.
LEERINHOUDEN -
1.8
Opbouw videoversterker Y-vertragingslijn Dematrix-schakeling Gelijkstroominstelling
K
Werking verklaren. Toelichten. Werking verklaren. Toelichten. Metingen uitvoeren.
B B B B B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN Schema bestuderen. Signalen in TV-toestel opmeten.
B
RGB - Blokschema - Ontleding schema - Metingen op RGB - Afregelprocedure RGB
Bespreken. Schema analyseren. Spanningsmetingen uitvoeren. Metingen met scoop uitvoeren. Foutzoeken op bestaande schakeling. Instellen grijsbalans. Instellen videoversterker RGB.
B B B
Vertrekken vanuit het blokschema. Invloed van helderheids-, contrast- en saturatieregeling bestuderen.
B B
B B
Methode aanleren. Na afregeling vergelijken met zwart/ wit-ontvanger.
De horizontale afbuiging - Principe van zaagtandgenerator - Eindtrap horizontale afbuiging - Kussenvervorming
Werking toelichten. Werking toelichten. Noodzaak en werking bespreken.
B B B
- Opwekken van ZHS - Metingen op horizontale tijdbasis
Werking toelichten. Spanningsmetingen analyseren.
B
Meten met scoop. Afregelen. Foutzoeken.
Aantonen op KTV met correcties uitgeschakeld. B B
B B
Wijzen op gevaar bij metingen op het zeer hoge spanningsgedeelte. Invloed van regelingen beeldbreedte, lin., OW enz. bestuderen. Methode aanleren.
25
1.9
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Nr. 1.10
LEERINHOUDEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
De verticale afbuiging - Opwekken van de zaagtandspanning - Lineariteitsregeling - Blokschema - Schemastudie
Toelichten. Schema verwerken.
- Metingen op verticale tijdbasis
Opbouw van signalen voor OW kussencorrectie analyseren. Spanningsmetingen analyseren.
- Afregelen verticale tijdbasis
Metingen met de scoop uitvoeren en analyseren. Foutzoeken in verticale tijdbasis. Methode en werking toelichten.
B
B B
Schema-analyse.
B
Invloed van bepaalde regelingen bestuderen. Studie van signalen in functie van regelingen.
B B
B
26
1.11
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Synchronisatie - Ingangskring van de synchronisatie - Principe van de horizontale synchronisatie - Fasedetector bij de horizontale synchronisatie - Wijziging van de horizontale tijdsconstante voor de videorecorder - Afzonderen van de verticale synchropulsen - Verticale synchro door deling - Blokschema - Schema-ontleding synchro
Werking toelichten.
B B
Werking toelichten.
B
Werking toelichten. Noodzaak toelichten.
B
Werking bespreken.
B
Voor- en nadeel aantonen. Verwerken.
B
Aantonen met videorecorder op TVontvanger.
B B
Vergelijk blokschema's.
Nr.
1.12
LEERINHOUDEN - Afregelingen synchro
Methode toelichten en uitvoeren.
- Metingen synchrogedeelte
Spanningsmetingen uitvoeren en analyseren. Metingen met scoop. Foutzoeken.
K
B
T
A
S
E
B B B
B
METHODOLOGISCHE WENKEN Met ontvanger demonstreren en individueel laten uitvoeren. Afzonderen van de rasterimpulsen bekijken. Methode aanleren.
Voeding Werking verklaren. Werking verklaren en metingen uitvoeren. Aantonen. Verwerken. Van stuurkring tot secundaire spanning het schema ontleden. Spanningsmetingen uitvoeren en analyseren. Metingen met de scoop uitvoeren en analyseren. Foutzoeken.
B U U
Zie micro-elektronica punt 1, blz. 42.
U B
Scheidingstransfo aanbevelen. Methode aanleren.
B B B
Video-sturing -
Eisen aan video- en klankingang Blokschema video-adapter Schema-ontleding video-adapter Metingen op video-adapter
Toelichten. Verwerken. Verwerken. Spanningsmetingen uitvoeren en analyseren. Metingen met de scoop uitvoeren en analyseren. Foutzoeken.
B B
B U U U
Vergelijking maken tussen HF-ingang en video-ingang. Videosignaal in de verschillende trappen volgen. Methode aanleren.
27
- Soorten voeding - Stabilisatie en kortsluitbeveiliging - Het verkrijgen van verschillende spanningen - Schema-ontleding voeding - Metingen op voeding
1.13
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Nr. 1.14
LEERINHOUDEN
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Soorten beeldbuizen Werking van de beeldbuizen Demagnetisering Kleurzuiverheid Statische convergentie Dynamische convergentie Metingen en afregelingen
Beschrijven. Verklaren. Toelichten. Afregelmethode toelichten. Afregelmethode toelichten. Afregelmethode toelichten. Spanningsmetingen uitvoeren en analyseren. Afstellen van kleurzuiverheid. Statische en dynamische convergentie uitvoeren.
B B B
Toelichten. Bespreken, delen opsommen. Bespreken. Bespreken. Omschakeling toelichten. Toelichten. Spanningsmetingen bij band I/III/ IV/UHF.
B B B B B B
Bespreken. Bespreken. Bespreken. Spanningsmetingen uitvoeren. MF-doorlaatcurve analyseren. Zichtbaar maken.
B B B
Beeldbuizen met elkaar vergelijken. B U U
Demonstreren.
B
B U
Invloed van uitwendige magnetische velden nagaan.
Bandindeling Antenne Teledistributie Satellietontvangst Kanaalkiezer AFC- en AGC-sturing Metingen
28
Ontvangstgedeelte -
1.16
K
De beeldbuis -
1.15
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Zie eveneens zend- en ontvangsttechnieken. B
Beeldmiddenfrequentversterker -
MF-doorlaatcurve Rejectoren AGC-schakeling Metingen
B B B
Gebruik van sweepgenerator aanleren.
Nr. 1.17
LEERINHOUDEN
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Verwerken. Doorlaatband zichtbaar maken.
B B
Werking en eigenschappen. Verklaren. Verklaren.
U U
Toelichten. Systeem verklaren in blokvorm. Blokschema opbouwen. Opbouw afstemspanning bespreken. Toelichten. Toelichten. Toelichten. Spanningsmetingen uitvoeren en toelichten.
B B
U
Zie zend- en ontvangsttechniek, enkel naar specifieke zaken verwijzen.
Bediening
-
Bandomschakeling Analoge regelingen Muting Schema-ontleding en metingen
B B
Stereo-TV - Principe A 2 - Principe nicam-B - Stereo decoder
Verschil aantonen bij radio. Bespreken. Toelichten.
B B U
Aantonen op ontvanger. 29
- IR-overdracht - Pulsmodulatie - IR-ontvanger
1.20
B
Demodulatoren - AM-detectie - FM-detectie - Schema-ontleding
1.19
K
Klankmiddenfrequentversterker - Schemastudie MFV klank - Metingen MFV klank
1.18
LEERPLANDOELSTELLINGEN
B B B B
Treinpuls met scoop bekijken.
Nr. 1.21
LEERINHOUDEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Teletext -
1.22
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Principe Werking Gebruik Schema-ontleding
Uiteenzetten. Verschillende mogelijkheden behandelen. In blokvorm toelichten.
B U U U
Toelichten.
U
Demonstreren.
Digitale TV-techniek - Principes VIDEOTECHNIEKEN
2.1
Basisprincipe van magnetische registratie
Begrippen kunnen omschrijven.
B
-
Opbouw verklaren.
U U U U B B B B B B
Magneetband Opname-weergavekop Verliesfactoren en correctie Principe van wissen Vergelijking audio-videokop Roterende videokop Video registratiesystemen Relatieve bandsnelheid Slanted azimuthprincipe Spoorschema en systeemparameters - Speciale weergavemethoden • stilstaand beeld • beeldzoeken • longplay • standaardplay
30
2
Principe verklaren. Opbouw van koppen. Noodzaak verklaren. Principe. Principe verklaren.
B
Didactisch materiaal. Zie audio. Didactisch materiaal.
Nr. 2.2
LEERINHOUDEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Videosignaalverwerking bij opname en weergave Opbouw weergeven.
B B
Signaal met kleurenbalk generator tonen.
Het hoe en waarom bespreken.
B B
Aantonen met oscilloscoop.
Principe toelichten.
B
Kunnen weergeven.
B
Noodzaak en verklaren.
B
Principes bespreken.
B
Blokschema opstellen.
B
Blokschema opstellen en begrijpen.
B
Eigenschappen verklaren. Noodzaak verklaren. Signaalverwerking verklaren. Schema-analyse, metingen op bestaande toestellen. Herstellingen uitvoeren.
B B B B
Schema-analyse en opmeten van signalen bij een video-recorder.
31
- Het KBOS signaal - Bezwaren tegen rechtstreekse registratie - FM registratie als oplossing - FM registratie voor het luminantie signaal - Signaalverwerking van het chromasignaal - Signaalspectrum voor en na opnamecodering - Onderdrukking van de chromaoverspraak - Automatische frequentie- en fasecorrectie van het chromasignaal tijdens de weergave - Blokschema van de chromaverwerking - Blokschema van de luminantieverwerking 2.3
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Schema-analyse.
Principeschakelingen toegepast bij de signaalverwerking - Opnameversterker - Weergaveversterker
B
Meten in praktische situaties.
Nr. 2.4
LEERINHOUDEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Toegepaste schakelingen bij het luminantie weergaveproces -
2.5
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Luminantie AVR Drop-out compensatie Dubbele begrenzerschakeling Ruisonderdrukkingsschakeling Videodemodulatoren De emphazeschakeling
Doel en principe. Uitmeten in bestaande toestellen van deze schakelingen, herstellingen uitvoeren.
B B B B U U
Principe verklaren.
B
Schakelingen bij het chromaweergaveproces
2.6
Servoregeling
2.6.1
Basisprincipe - Koppenschijf servoregeling - Blokschema van de koppenschijfservo - Positiecontrole bij de koppenschijfservo
Schema-analyse maken en metingen uitvoeren.
B
Uitmeten in lab-schema analyse. 32
- Automatische kleurversterkingsregeling - Selectiefilter en balansdemodulatie - AFC- en APC-circuits - Kamfilter voor de overspraakonderdrukking - Principiële opbouw van de chromaverwerking
B B
Signaalverwerking bespreken.
B
Doel van de schakeling verklaren. Principe. Doel van de geïnterpreteerde delen kennen. Opbouw weergeven
B B B B
Verschillende schema's en toestellen gebruiken.
Nr.
LEERINHOUDEN - Toegepaste schakelingen bij de koppenschijfservo • SH-schakelingen • snelheidsregeling
2.6.2
LEERPLANDOELSTELLINGEN Principe verklaren. Signaalverwerking toelichten. Principe bespreken. Principe bespreken. Metingen uitvoeren.
K
B
B B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
B B B
Bandtransportservo - Principe - Blokschematische opbouw - Toegepaste schakelingen
Verklaren. Doel van de verschillende trappen kennen. Metingen uitvoeren.
B B B
2.7
Mechanische functies
Toelichten. Monteren en demonteren toelichten en uitvoeren.
B B
2.8
Sturing en systeemcontrole Weergeven.
B
Schema-analyse en meting.
Verklaren.
B
Schema-analyse en metingen.
Verklaren.
B U B U U
2.9
33
- Basisprincipe
Schema-analyse.
Audioregistratie - Basisprincipe van lineaire registratie - Principe van FM-Hifi-registratie - Spooraftekening en parameters - Modulatieprincipe - Eisen aan Hifi-kwaliteit - Compressie en expansieschakelingen
Opsommen. Basisprincipe toelichten.
Nr. 2.10
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Opnametechnieken en nabewerking - Stekkers en verbindingen - Het ABC van de camera - Beeldvervreemding en beeldmanipulatie
Onderlinge verbindingen realiseren, begrippen omschrijven en instellingen realiseren.
U U U
Demonstreren.
34
35
TV Elektronica Zend- en ontvangsttechnieken
1
2 u./w.
BEGINSITUATIE
Principes van modulatie, HF-oscillatoren wordt als startkennis ervaren. Klassieke trilketens en elektronicacomponenten behoren eveneens tot de voorkennis. 2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN
Toepassingen van draadloze verbindingen worden gebruikt door de industrie (b.v. afstandsbedieningen) en bij Belgacom (straalverbindingen met paraboolantennes) en eveneens door radio-amateurs. Het tot stand brengen van draadloze verbindingen biedt een brede waaier van mogelijkheden zoals: fonie (spraak), RTTY, CW, slow-scan, TV, Packet radio ... De bedoeling is de ontvanger uitgebreid aan bod te laten komen, samen met het principe van een zender. Om het geheel te laten werken kunnen we de antenne niet buiten beschouwing laten. Zo kunnen we bijvoorbeeld een oscillator gebruiken als leverancier van een draaggolf en daar de nodige informatie op aanbrengen (AM - FM - RTTY ...) om deze draaggolf te moduleren. Bij de recentste technieken van telecommunicatie wordt de satelliet gebruikt waarbij zowel fonie en/of beeld worden overgebracht. 3
ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN
De leerlingen toetsen de theorie aan de praktijk en kunnen, indien gewenst, een bezoek brengen aan een nabij gelegen station voor zendamateurs die beschikken over heel wat uitgebreide zend- en ontvangstapparatuur. 4
LEERINHOUDEN, WENKEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
EN
METHODOLOGISCHE
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
1
ONTVANGERS
1.1
De rechtuit ontvanger
Principe bespreken.
U
Praktisch demonstreren.
1.2
De superheterodyne ontvanger
Blokschema uitleggen.
B
-
Reden toelichten waarom rechtuit ontvanger niet in produktie steekt en de superheterodyne wel. Doel en signaalverwerking toelichten.
B B B B B B B B B U U B B
Onderdelen blokschema aanduiden op praktisch toestel.
Principe omschrijven. Voordeel ervan toelichten. Blokschema omschrijven. Verschillen toelichten Formules omschrijven. Gevolgen toelichten. Autoradio monteren.
1.3
PLL
Eigenschappen en werking toelichten. Metingen uitvoeren.
B
2
TRANCIEVERS
Mogelijkheden uitleggen.
U
Oscillator laten zweven met inkomend SSB-signaal. Spectrum analyser aansluiten op uitgang mengtrap. Selectiviteit onderzoeken bij dubbele convertie. Schema's toelichten. Spiegelfrequentie toepassen op werkend toestel. B B Toestel uit handel voorstellen.
36
Gevoeligheid Selectiviteit Stabiliteit Mengtrap MF-versterker S-meter Squelch Dubbele convertie VHF-ontvangers Direct conversion ontvanger Speciale ontvangers Spiegelontvangst Harmonischen
Nr. 3
LEERINHOUDEN
Geluid Communicatie Telegrafie Amplitudemodulatie Frequentiemodulatie Fasemodulatie Telex FSK
T
Begrip frequentiespectrum omschrijven. Principe toelichten. Principe toelichten. Werking toelichten. Werking toelichten. Metingen uitvoeren.
B B
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Herhalingsles AM gemoduleerde signaal zichtbaar maken op oscilloscoop. Vergelijking maken met PAL-coder.
U B B B B
A
B Meten op syperheterodyne ontvanger. U U
Schema functioneel bespreken.
U
Noodzaak toelichten.
U U
37
Bespreken. Bespreken.
HOOGFREQUENT VOORVERSTERKER - Voorversterkers met J-FET transistoren - MOSFET schakelingen - Cascodeschakeling
6
B
DETECTIE - AM-detectie - FM-detectie
5
K
MODULATIE-METHODEN -
4
LEERPLANDOELSTELLINGEN
OSCILLATOREN - Hartley - Colpitts - Kristal
Principe en werking verklaren. Frequentie bepalen.
U U U
Oscilloscoop op praktische schakeling plaatsen.
Herhalingsles. Oscillatorsignaal op oscilloscoop demonstreren.
Nr. 7
LEERINHOUDEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
MENGEN - Waarom mengen? - Soorten
8
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Voordelen uitleggen. Principe toelichten. Metingen uitvoeren.
B U
De verschillende vormen bespreken aan de hand van principeschema's.
U U U U U
U
Mengtrap met oscilloscoop bestuderen.
MODULATOREN -
AM-modulatie DZB-modulatie EZB-modulatie FM-modulatie PM-modulatie
HF VERMOGENVERSTERKERS
10
HF-TRANSMISSIE
10.1
Antennes -
Functie van de antenne Het elektrisch veld Het magnetisch veld Het verband tussen het elektrisch en het magnetisch veld - Het elektromagnetisch wisselveld
Doel van dergelijke schakelingen uitleggen. Het verband tussen uitgestraald vermogen en toegepaste spanning toelichten.
Algemene begrippen bestuderen. De noodzaak van een goede antennekeuze en antennehoogte benadrukken.
U
B U U U U
Uitgestraald vermogen meten met een aangepaste W-meter. Aandacht voor hoge spanning. Waarschuwing voor HF vermogenversterkers met elektronenbuizen.
Praktische antenne-opstelling maken en de antenne afregelen.
38
9
Enkele modulatievormen praktisch demonstreren (b.v. FM-modulatie).
Nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
- Het begrip golflengte - Polarisatie van elektromagnetische golven - De antenne als elektrische schakeling - De stroom/spanningsverhouding langs een halve golfantenne - De openingshoek - Het richteffect - De antenneversterking - Voor-/achterwaartse verhouding - Puntstraler - Antenne-impedantie - De stralingsweerstand - De verkortingsfactor - Magnetische antennes
Toelichten. Verwijzen naar praktisch opgestelde antennes. Analogie R-L-C seriekring toepassen op antennes.
U
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
U U B
Voor- en nadelen toelichten in verband met opstelling van de antenne.
U B B B B
Belang van aanpassing uitleggen.
U U U
Gebruiksomstandigheden toelichten.
B
Antenne-impedantie bepalen van een antenne met een impedantiemeter. 39
10.2
LEERINHOUDEN
Voedingslijnen - Diverse uitvoeringsvormen van de voedingslijn: • de coaxiale kabel • enkeldraadvoeding • paralleldraad (twin) - De stroom door de voedingslijn - De karakteristieke impedantie - De voortplantingssnelheid in de voedingslijn - De verkortingsfactor - De verliezen in voedingslijnen - Het aanpassen van de voedingslijn - Staande golfverhouding
Soorten transmissielijnen uit elkaar onderscheiden.
Begrip kunnen toepassen op voedingslijnen. Rekening houden met de soorten materialen bij de transmissielijnen. Verliezen in dB. kunnen vastleggen van een bestaande installatie. Metingen uitvoeren.
B
B
U
Een open transmissielijn spannen, een HF-signaal op aansluiten en de spanningsbuiken en dallen opmeten.
B
Karakteristieke impedantie uitmeten.
B U U B
Signalen bepalen voor en na een voedingslijn van bijvoorbeeld 50 m.
Nr. 10.3
LEERINHOUDEN
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Het belang toelichten van een aangepaste tranciever, transmissielijn en antenne.
B
Principes toelichten.
B B B B B
Een satellietantenne praktisch opstellen (b.v. voor de Astra-satelliet) en aansluiten aan een convertor en een TV-toestel.
U U U
Een packet-radio-installatie opstellen en enkele verbindingen laten maken (eventueel in vreemde talen = vakoverschrijdend).
B B
SATELLIETONTVANGST -
Het principe Keuze van de antenne De ontvangstinstallatie De belangrijkste satellieten Het uitrichten van de paraboolantenne
Onderdelen toelichten. Verschillende satellieten situeren. Opstellingen bespreken.
40
12
K
Aanpassen - Afgestemde en aangepaste voedingslijnen - De zender en de voedingslijnen - Aanpasmethoden
11
LEERPLANDOELSTELLINGEN
PACKET-RADIO - Principe - Blokschema - Mogelijkheden
Principe en mogelijkheden toelichten.
41
TV Elektronica/Toegepaste informatica Micro-elektronica
1
2 u./w.
BEGINSITUATIE
Hier wordt een basiskennis van analoge en digitale technieken verwacht. 2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN
De leerlingen in een 3de leerjaar van de 3de graad komen meestal uit scholen met een in zekere mate verschillende basisopleiding. Daarom moeten in het vak Micro-elektronica bepaalde onderdelen van de elektronica-leerstof, met een belangrijke toepassing in AVT, uitgediept worden. Een modern AV-toestel is zo complex in opbouw en regelmogelijkheden, dat men de sturing en controle toevertrouwt aan een micro-controller. Het is dan ook noodzakelijk dat een AV-technieker een voldoende kennis heeft over dit zo belangrijk onderdeel. 3
ALGEMENE METHODOLOGISCHE WENKEN
Naast de behandeling van de theorie, wordt er voldoende tijd besteed aan meten, experimenteren en simuleren op PC. 4
LEERINHOUDEN, WENKEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
EN
METHODOLOGISCHE
Nr. 1
LEERINHOUDEN
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
De werking begrijpen. Werking verklaren. Werking verklaren. Verwerken. Metingen met voltmeter, frequentiemeter en oscilloscoop.
U U U
U U
Aantonen met eenvoudig experiment. Speciaal toepassen op gebruik TVontvanger. Gebruik bij voorkeur de voeding van een KTV.
B B
Werken met een praktisch type van AD- en DA-omvormer. Data-bladen lezen. Metingen uitvoeren.
De functie van elk blok kennen en verklaren. Functie van de voornaamste aansluitingen verklaren.
B
Kies een vereenvoudigd "standaard" blokschema. Bij een bepaald type µP de voornaamste signalen opmeten. Gebruik van oscilloscoop en eventueel Logic Analyser.
De verschillende types geheugens en hun gebruik in een micro-processorsysteem bespreken.
B
B
Geheugens Lezen en schrijven van of naar geheugen
Lezen van data-bladen en eventueel opnemen signalen. Gebruik een beschikbaar µP- of micro-controller-systeem.
42
Opbouw en principe verklaren.
MICRO-PROCESSOR - Architectuur van de micro-processor - Pinaansluitingen micro-processor
3.1
B
DA- EN AD-OMVORMERS - Verschillende DA-omvormers - Verschillende AD-omvormers
3
K
VOEDING - Principe geschakelde voeding - Principe stabilisatie met pulsbreedte modulatie - Stabilisatie en kortsluitbeveiliging - Blokschema voeding - Metingen op voeding - Foutzoeken
2
LEERPLANDOELSTELLINGEN
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
3.2
Micro-processor-systeem
Blokschema bespreken.
B
3.3
Datatransport en -stroom
De verschillende stappen onderscheiden.
B
3.4
Programmeermodel
Betekenis verklaren.
B
-
Logische indeling van de verschillende instructies bespreken. Principe van een beperkt aantal adresseringstechnieken verklaren.
B
3.5
B
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Behandel een vereenvoudigde instructieset van een beschikbare µP aan de hand van eenvoudige programma's. Programma's laten uitvoeren en simuleren.
Functie van de verschillende soorten interfacingstechnieken toelichten.
Gebruik een beschikbaar µP of microcontroller-systeem en praktische voorbeelden om met deze materie kennis te maken.
Micro-controller - Blokschema - Programmeren - µP versus micro-controller - Gebruik van µP en -controller in AV-toestellen
Het blokschema van een micro-controller bespreken en vergelijken met µP. Programmeermogelijkheden bespreken. Schema-analyse.
B
Gebruik een beschikbaar controllersysteem en toon de mogelijkheden aan met eenvoudige uitgewerkte voorbeelden.
B B
43
Parallel en seriële interface Blokschema Adressering Interrupt Handshaking Voorbeelden
S
B
Input-output -
3.6
Instructie Adresseringstechnieken Instructieset van een µP Inwendig datatransport Programmeren
A
Nr.
LEERINHOUDEN
4
COMPUTERTECHNIEKEN
4.1
Opbouw van een PC - Blokschema - De verschillende kaarten en hun functie in een PC - De verschillende bussystemen - Randapparaten
4.2
K
B
De functie van de verschillende kaarten in het geheel van een PC bespreken.
T
B
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Een PC samenstellen uit de verschillende kaarten en eenvoudige metingen uitvoeren (oscilloscoop of eventueel Logoc Analyser). Wijzen op de gebruikelijke vaktermen.
Software Functie verklaren. Het bestaan van verschillende programmeertalen en softwareprogramma's onderkennen. Enkele programma's leren kennen.
B
B 44
- Besturingssystemen - Programmeren - Gebruik van programma's
5
LEERPLANDOELSTELLINGEN
B
SIMULATIEPROGRAMMA'S Werken met simulatieprogramma's voor elektronische schakelingen
Schakelingen via simulatie bestuderen.
B
6
SPECIALE CHIPS
Toelichten.
U
7
I2C
Bespreken.
U
Gebruik van een of twee gebruiksvriendelijke simulatieprogramma's. Een eenvoudige schakeling uitvoeren en simuleren.
45
TV Elektronica/Toegepaste informatica Multi-media
1
2 u./w.
BEGINSITUATIE
Van de leerlingen wordt verwacht over basiskennis informatica te beschikken. 2
ALGEMENE DOELSTELLINGEN
Inzicht verwerven in het gebruik van de computer als instrument voor beeld- en geluidsverwerking. De computer gebruiken als middel om deze verwerking te realiseren. Hardware en software installeren en gebruiken. 3
LEERINHOUDEN, WENKEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
EN
METHODOLOGISCHE
Nr.
LEERINHOUDEN
1
INLEIDING
1.1
Definities
1.2
CD-ROM snelweg
1.3
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
Nieuwe terminologie toelichten.
B
Principes bespreken.
B
Multi-media gebruik
Gebruik van multi-media toelichten.
B
1.4
Delen van een multi-media project
Projecten omschrijven.
2
THEORIE
2.1
Tekst (begrippen)
Toelichten.
2.2
Audio-technologie
Bespreken.
B
2.3
Basis van elektronische beeldverwerking, animatie en video
Toelichten.
B
3
WINDOWS EN MULTI-MEDIA TOOLS
3.1
Windows omgeving
Bespreken en gebruiken.
B
3.2
Programma-beheer
Toelichten en realiseren.
B
3.3
Bestandsbeheer
Toelichten en realiseren.
en
multi-media-data-
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Demo-materiaal gebruiken.
B
B 46
B
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
3.4
Afdrukbeheer
Toelichten en realiseren.
B
3.5
Gegevens uitwisseling
Bespreken.
B
3.6
Multi-media
Toelichten.
- Geluidsrecorder - Mediaplayer - Geluid als objecten 4
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
B B B
OMGAAN MET DE VIDEOCAMERA - Camerafuncties
• het statief • geluid opnemen
B
Opstellen van camera ten overstaan van lichtbron bespreken. Filmen met buitenlicht en met kunstlicht. Statieven bespreken. Gebruik van filmische zwenken toelichten. Windkappen en anti-plopbollen, gebruik van de hoofdtelefoon bij videofilmen toelichten.
B
Camera praktisch gebruiken. 47
- Camerahouding: • verlichting
Zoomen, backspace editing. Record review, high speed shutter, witbalans toelichten. Back light en high light compensatie. In- en uitfaden, de accu bespreken. Extra functies (afhankelijk van toestel) toelichten.
B B
Nr. 5
LEERINHOUDEN
K
B
T
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
VIDEOREPORTAGE - Videofilmen (filmtechnieken)
Inleiding, reportage tips, afbeeldingsgrootte (camera uitsnede), tijdslengte van een shot, geluid, camerabewegingen, de imaginaire lijn (180) regel) toelichten. Springers, hoog en laag standpunt, de ruimte in het kader, bijzondere beeldcomposities bespreken.
B
Gebruik van de computer bij de voorbereiding bespreken. Maken van een opnameplan toelichten. Maken van een produktieplan. De opnamen maken.
B
- Montagetips
Zwarten van de band, begin- en eindtitel toelichten. Het telefoneren, de creatieve aanpak. Monteren en mixen, keuze van de muziek bespreken.
U
- Videomontage
Elektrische montage, insertmontage, montage met behulp van videomengpaneel toelichten. Montage met behulp van computer, werken met videoblaster, gebruik van CD-ROM (AVI-bestanden).
U
- Maken van een videoreportage
B
48
6
LEERPLANDOELSTELLINGEN
BEWERKEN VAN EEN VIDEOFILM
Nr.
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
Gebruik soundblaster toelichten.
U
- Audio-dubbing
Geluid bij Hifi-VHS, geluid bij video 8 bespreken.
U
- Inrichten van een montagetafel
Afhankelijk van beschikbare infrastructuur toelichten.
U
- Multimedia, video en computer
De computer als montage-hulp (editcontroler), multimedia, bewerken van een videofilm, computersoftware voor de videofilmer, genlocks toelichten.
U
- Maken van titels
Met superimpose, met titelgenerator, met computer overlay-titling en chroma-keying toepassingen voor titels en grafische overlays toelichten.
U
- Desktop-Video
Benodigdheden voor DTV bespreken. Reproduktiekwaliteit voor een videoband VHS, VHS-HQ, Super VHS Video 8 en Hi 8 Studiobanden en industriële banden bespreken. Een videoband monteren beelden toevoegen en tussenvoegen lijst met te monteren scenes A-B-wisselmontage niet-lineaire montage.
B
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Voorbeelden geven.
49
- Muziekmontage
A
Nr.
7
LEERINHOUDEN
LEERPLANDOELSTELLINGEN
K
B
T
Speciale video-effecten realiseren. Een DTV-produktie maken video-storyboards titels bij live-videobeelden een proefmontage en de definitieve montage presentatie van stilstaande beelden DTV-toepassingen voor Windows. Desktop-Videotechnieken leren.
U B
- Snoeren en pluggen
Aansluitingen bespreken.
B
- Videoblaster
Kenmerken, gevalstudie toelichten. Hardware- en software-installatie toelichten.
B
- Soundblaster
Kenmerken, gevalstudie toelichten. Hardware- en software-installatie toelichten.
B
- CD-ROM
Bespreken van: - CD-ROM voor gegevensopslag, - Beeld en geluid op CD-ROM, - Typen CD-ROM-drives standaard CD-ROM-drives snelle CD-ROM-drives, - Dataopslag op CD-ROM, - Photo CD en CD-ROM-XA-drives, - Videobeelden op CD-ROM, - Hardware- en software-installatie.
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
U
HARDWARE
50
B
Nr.
LEERINHOUDEN
K
B
T
- CD-i
Bespreken van: - algemeenheden, - FMV (Full Motion Video), - Datacompressie, - Uitbreiding van CD, - CD-i-speler als multimedium, - Kwaliteitsniveaus voor video en audio, - Multifunctionele CD-i-speler, - Aansluiting van een CD-i.
B
- Hardware gevalstudies
Kenmerken en technische mogelijkheden van enkele concrete toestellen bespreken.
B
MULTI-MEDIA PRESENTATIES
8.1
Basisgereedschappen
8.2
Auteursgereedschappen
Bespreken.
B
- Kaart of bladzijde gebaseerd gereedschap - Icon gebaseerd gereedschap - Tijd gebaseerd gereedschap
Bespreken.
B
Bespreken. Bespreken.
B B
CASE-STUDIE
Een multi-media presentatie maken.
B
A
S
E
METHODOLOGISCHE WENKEN
Hiervoor maakt men gebruik van technische brochures en vakliteratuur. Nadruk leggen op recente ontwikkelingen op gebied van: videocamera's mixers en montage apparatuur videorecorders videocamera sets.
51
8
9
LEERPLANDOELSTELLINGEN
52 7
BIBLIOGRAFIE
- Integrale kwaliteitszorg in het Technisch Onderwijs. VVKSO - Guimardstraat 1 - 1040 Brussel. - Simulatie. VVKSO - Guimardstraat 1 -1040 Brussel. - Instrumentatiesystemen PC (IEEE-488) deel 1, 2, 3. VVKSO - Guimardstraat 1 - 1040 Brussel. - PLC - PC. VVKSO - Guimardstraat 1 - 1040 Brussel. - Programmeerbare logische bouwstenen EPLD. VVKSO - Guimardstraat 1 - 1040 Brussel. - CAD-CAM Elektronica. VVKSO - Guimardstraat 1 - 1040 Brussel. - Elektronische Analoge- en digitale regelaars. VVKSO - Guimardstraat 1 - 1040 Brussel. - BEUKELAERS, A., VAN DEN WIJNGAERT, W., Interfacetechniek. Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - BEUKELAERS, A., VAN DEN WIJNGAERT, W., Microcontrollers. Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - CLAERHOUT, L., Elektrotechniek - Elektriciteit. (deel 2). Plantijn. - CLAEYS, J., Datacommunicatie. Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - CUPPENS, J., SAEYS, H., Halfgeleider bouwstenen (deel 1A en 1B). Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - CUPPENS, J., SAEYS, H., Analoge Techniek (delen 1A en 1B). Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - DEVOS, R., EERLINGEN, K., Inleiding tot de Industriële Elektronica. De Sikkel J. Van In. - HAY, J., Regeltechniek. Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - NELISSEN, S., Synthese van digitale systemen. Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - OP 'T ROODT, M.A.J., Elektriciteit - Wisselstroomtheorie. Van In, Lier. - PIJNAPPELS, H., Informatie en Telecommunicatie. Wolters-Noordhoff. - SOENENS, R., VANDENHEEDE, H., MC68000-68020 Assembleertaal voor 68000. Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - SOENENS, R., VAN DEN WIJNGAERT, 8086-80286-890386 Assembleertaal voor IBM PC. Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - SOENENS, R., VANDENHEEDE, H., Microprocessortechniek. Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - STANDAERT, K., Gedifferentieerd Leerpakket Elektriciteit. Delen 2, 3A en 3b. Standaard Educatieve uitgeverij.
53 Software - Turbo-An.
VVKSO - KIH-West-Vlaanderen.
- Turbo-Log
VVKSO - KIH-West-Vlaanderen.
- Tina. Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - Layo Level 2. Franklin Industries - Orcad. Franklin Industries. - Process Simulator. Die Keure, Oude Gentweg 108, 8000 Brugge. - Elektra Machines. Lier, Van In.