DIGITALE VIDEO CAMCORDER
Gebruiksaanwijzing
Nederlands
CANON INC.
VIDEOCÁMARA Y GRABADORA DIGITAL
Canon Europa N.V. P.O. Box 2262 1180 EG Amstelveen The Netherlands
Manual de instrucciones
Nederland: Canon Nederland N.V. Neptunusstraat 1 2132 JA Hoofddorp Tel: 023-567 01 23 Fax: 023-567 01 24 www.canon.nl
CÂMARA DE VIDEO DIGITAL
Manual de instruções
Español Português
België: Canon België N.V./S.A. Bessenveldstraat 7 1831 Diegem (Machelen) Tel: (02)-7220411 Fax: (02)-7213274 España: Canon España S.A. c/Joaquín Costa 41 28002 Madrid Tel: 901 301 301 Portugal: Seque-Soc. Nac. de Equip., Lda. Praça da Alegria, 58, 2°-C 1269-149 Lisboa Tel: 21-324 28 30 Fax: 21-347 27 51 www.seque.pt
Mini
Digital Video Cassette
Dit is gedrukt op 70% gerecycled papier. El papel aquí utilizado es 70% reciclado. O papel impresso contém 70% de papel reciclado.
0019X717 0804PS/PS3.0
© CANON INC. 2004
PRINTED IN THE EU
PAL
Belangrijke aanwijzingen WAARSCHUWING: HET DEKSEL (OF DE ACHTERWAND) NIET VERWIJDEREN OM HET GEVAAR VAN ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN. IN HET APPARAAT BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN DIE DOOR DE GEBRUIKER KUNNEN WORDEN GEREPAREERD. LAAT REPARATIES OVER AAN DESKUNDIG ONDERHOUDSPERSONEEL. WAARSCHUWING: OM HET RISICO VAN BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN, MAG DIT APPARAAT NIET WORDEN BLOOTGESTELD AAN REGEN OF VOCHT. LET OP: OM HET RISICO VAN ELEKTRISCHE SCHOKKEN EN STORENDE INTERFERENTIES TE VOORKOMEN, DIENT ALLEEN GEBRUIK TE WORDEN GEMAAKT VAN DE AANBEVOLEN ACCESSOIRES. LET OP: ALS HET APPARAAT NIET WORDT GEBRUIKT, HAAL DAN DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT. Voor gebruikers in het Verenigd Koninkrijk Als de zekering moet worden vervangen, gebruik dan alleen een goedgekeurd type met de juiste nominale capaciteit en zorg ervoor dat de zekeringafdekking wordt teruggeplaatst. De identificatieplaat CA-920 bevindt zich aan de onderzijde. • Het gebruik van de DV-kabel CV-150F/CV-250F is nodig om te voldoen aan de technische vereisten van de EMC-richtlijnen.
2
Gebruik van deze handleiding Bedankt dat u gekozen heeft voor de Canon XL2. Lees deze handleiding zorgvuldig door voordat u de camcorder gebruikt en bewaar deze zodat u de handleiding later na kunt slaan.
Ne
Symbolen en conventies die in deze handleiding worden gebruikt ❍
: Voorzorgsmaatregelen die betrekking hebben op de bediening van de camcorder.
❍
: Aanvullende onderwerpen die de basishandelingen complementeren.
❍ : Paginanummer waarnaar wordt verwezen. ❍ Hoofdletters worden gebruikt om toetsen op de camcorder of de draadloze afstandsbediening aan te duiden. ❍ [ ] worden gebruikt om menu-onderdelen aan te duiden die op het scherm worden weergegeven. ❍ Het meegeleverde 20× L IS zoomobjectief XL 5.4-108 mm wordt aangeduid als het “20× L IS objectief”. ❍ De afbeeldingen tonen de camcorder met een aangesloten 20× L IS objectief.
Inleiding
Bedieningsstanden Menu-onderdeel dat wordt getoond in de standaardinstelling
❍ Welke functies beschikbaar zijn, hangt af van de bedieningsstand. Dit wordt als volgt aangeduid: : Functie kan in deze stand worden gebruikt. : Functie kan in deze stand niet worden gebruikt.
Handelsmerken • • • •
Canon is een gedeponeerd handelsmerk van Canon Inc. D is een handelsmerk. m is een handelsmerk. Windows® is een gedeponeerd handelsmerk of een handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. • Overige namen en producten die hierboven niet zijn genoemd, kunnen gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van de betreffende ondernemingen zijn.
3
Inhoudsopgave Inleiding Belangrijke gebruiksinstructies............................................................................................................................2 Gebruik van deze handleiding ............................................................................................................................3 De meegeleverde accessoires controleren ..........................................................................................................6 Overzicht bedieningselementen..........................................................................................................................7
Voorbereiding Voeding voorbereiden........................................................................................................................................11 De ondersteuningsbatterij plaatsen..................................................................................................................14 De camcorder voorbereiden ..............................................................................................................................15 Het objectief voorbereiden................................................................................................................................20 Gebruik van de draadloze afstandsbediening ................................................................................................22 Een cassette plaatsen/verwijderen ....................................................................................................................23 Menu's en instellingen ......................................................................................................................................24 De tijdzone, datum en tijd instellen ................................................................................................................28
Opnemen Opnemen ............................................................................................................................................................30 Einde zoeken ......................................................................................................................................................35 Zoomen ..............................................................................................................................................................36 Scherp stellen ......................................................................................................................................................38 Het ND-filter gebruiken (bij objectieven met ingebouwd ND-filter) ............................................................41 De beeldfrequentie selecteren ..........................................................................................................................42 Opnemen in het 16:9 formaat ..........................................................................................................................43 De tijdcode instellen ..........................................................................................................................................44 De User Bit instellen ..........................................................................................................................................45 Geluid opnemen ................................................................................................................................................46 Beeldstabilisator (bij objectieven die zijn uitgerust met een beeldstabilisator)............................................50 AE-programma's gebruiken ..............................................................................................................................51 Opnemen met sluitertijdvoorkeuze (Tv) ..........................................................................................................54 Opnemen met diafragmavoorkeuze (Av) ........................................................................................................55 Opnemen in de handmatige stand ..................................................................................................................56 De belichting instellen ......................................................................................................................................57 AE Shift gebruiken ............................................................................................................................................58 De versterking instellen ....................................................................................................................................59 De witbalans instellen ........................................................................................................................................60 Het zebrapatroon gebruiken ............................................................................................................................62 De huiddetailfunctie gebruiken ........................................................................................................................63 Voorkeuze-instellingen gebruiken ....................................................................................................................64 Clear Scan gebruiken voor het opnemen van computerschermen ................................................................69 Voorkeuzetoetsen gebruiken ............................................................................................................................70 Het korreleffect gebruiken ................................................................................................................................73 Kleurenbalken/audioreferentiesignaal opnemen ............................................................................................74 Opnemen met de intervaltimer ........................................................................................................................75 Opnemen met de zelfontspanner ....................................................................................................................77 De DV-regeling gebruiken ................................................................................................................................78 Overige camcorderfuncties/instellingen............................................................................................................79
4
Afspelen Een cassette afspelen ........................................................................................................................................81 Afspelen op een tv-scherm ................................................................................................................................83 Audio-uitvoer......................................................................................................................................................86 Terugkeren naar een eerder gemarkeerde positie ..........................................................................................87 Indexsignaal zoeken ..........................................................................................................................................88 Datum zoeken ....................................................................................................................................................89 De datacodering weergeven ............................................................................................................................90 De stand van de afstandsbedieningssensor wijzigen ......................................................................................92
Ne
Videobeelden monteren Opnamen kopiëren naar een videorecorder of digitaal videoapparaat ........................................................93 Opnemen vanaf analoge videoapparaten (videorecorder, TV of camcorder) ..............................................94 Opnemen vanaf digitale videoapparaten (DV dubben) ..................................................................................95 Analoge signalen omzetten in digitale signalen (analoog-digitaal omzetter)..............................................97 De camcorder aansluiten op een computer met een DV (IEEE1394)-kabel ..................................................99
Aanvullende informatie
5
Inleiding
Instellingen die behouden blijven nadat de camcorder wordt uitgeschakeld of tijdens STANDBY ..........100 Camera-informatie op het scherm ..................................................................................................................102 Overzicht van berichten ..................................................................................................................................105 Onderhoud/overig ............................................................................................................................................106 Problemen oplossen ........................................................................................................................................111 Systeemschema ................................................................................................................................................113 Optionele accessoires ......................................................................................................................................114 Specificaties ......................................................................................................................................................117 Index ..................................................................................................................................................................119 Audioblokschema ............................................................................................................................................120
De meegeleverde accessoires controleren Compacte netadapter CA-920
Koppelstuk DC-920
Accu BP-930
Lithium knoopbatterij CR2025
Draadloze afstandsbediening WL-D4000
Twee AAA (R03) batterijen
Kleurenzoeker
Microfooneenheid
Stofkap camcorder
Schouderriem SS-1000
Adapterhouder
Stereovideokabel STV150
SCART-adapter PC-A10*
S-videokabel S-150
20× L IS zoomobjectief XL 5.4-108 mm (met zachte tas)
Objectiefdop
Stofkap objectief
Zonnekap
* Niet geleverd in Oceanië en China.
6
Overzicht bedieningselementen XL2 Borgschroef zoeker (
Geavanceerde accessoireschoen (
Borgschroef microfoon ( Zoekerkabel (
Ne
15)
Oogschelp ( 48)
16)
Invoerkeuzeschakelaar (INPUT SELECT) (CH3, CH4) ( 48) Opnameniveauschakelaar (REC LEVEL) (CH3, CH4) ( 49)
18)
15)
CH3/CH4-regelaars ( Stereomicrofoon ( 18)
49)
Scherpstelring ( 38)
Invoerkeuzeschakelaar (INPUT SELECT) (CH1, CH2) ( 47) Opnameniveauschakelaar (REC LEVEL) (CH1, CH2) ( 49) Voedingslampje
Zonnekap (
Verlichtingstoets (LIGHT) ( 7)
21)
Zoomring (
Audioregelingstoets (AUDIO MONITOR) ( 49, 86)
36)
Belichtingsvergrendelings toets (EXP. LOCK) ( 57) Ontgrendelingsschakelaar objectief (LENS RELEASE) ( MENU-toets (
Hoogte/breedte verhoudingsschakelaar (ASPECT RATIO) ( 43) 20) Toets "einde zoeken" (END SEARCH) ( 35)
24)
Irisdiafragmaregelaar/keuzeschijf (IRIS/SET) ( 24, 55)
Beeldfrequentieschakelaar (FRAME RATE) ( 42)
LIGHT-toets Druk op de LIGHT-toets om het zijpaneel ongeveer 10 seconden lang te verlichten. Als u de toets ten minste 3 seconden ingedrukt houdt, blijft het paneel verlicht totdat u de toets nogmaals indrukt om de achtergrondverlichting uit te zetten.
7
Inleiding
Keuzeschakelaar opnamekanaal (REC CH SELECT) (CH1, CH2) ( 47) Dempingsschakelaar frontmicrofoon (FRONT MIC ATT.) (CH1, CH2) ( 47) CH1/CH2-regelaars ( 49)
Voorkeuzetoetsen (CUSTOM KEYS) ( 70)
Uitwerpschakelaar (EJECT) (
Toets "voorkeuze in/uitschakelen" (CUSTOM PRESET ON/OFF) ( 66) Toets "voorkeuze selecteren" (CUSTOM PRESET SELECT) ( 66)
Toets voor camerainformatie (EVF DISPLAY) ( 33)
S-video aansluiting ( 83) Videoaansluiting (BNC) ( 85)
23)
Afstandsbedieningssensor ( 22, 92) Statuslampje ( 79) Schroefgat voor adapterhouder (
AE SHIFT-regelaar (
58)
Microfoonkabel ( 18) Aansluitpunten frontmicrofoon (FRONT MIC) ( 18) Statuslampje ( 79) / Afstandsbedieningssensor ( 22, 92)
19)
RCA/BNCkiezer ( 84) Videoaansluiting (RCA) ( 85)
Zoomsnelheidsregelaar ( 36)
AUDIO 2 RCAaansluitingen ( 48) AUDIO 1 RCAaansluitingen (
Zoomknop handgreep ( 36) Afstandsbedieningssensor ( 22, 92) Zoomsnelheidsschakelaar (ZOOM SPEED) ( 36)
47)
Start/stop-toets (
XLRingangsaansluitingen ( 47, 48)
Schroefgaten voor adapterhouder (
19) Borgschroef zonnekap ( 21)
Batterijcompartiment ( 11) / Serienummer Ontgrendelingstoets accu (BATT. RELEASE) ( 11) Cassettecompartiment (
30)
23)
Handgreepriem ( Compartiment ondersteuningsbatterij (
19)
Aansluitpunt statief* 14)
* Gebruik geen statieven met montageschroeven die langer zijn dan 5,5 mm, omdat deze de camcorder kunnen beschadigen.
Over de m aansluiting m (LANC) staat voor Local Application Control Bus System. De m aansluiting stelt u in staat apparaten aan te sluiten en aangesloten apparaten te bedienen. ❍ Sluit alleen apparaten met het m teken op de m aansluiting aan. ❍ Een goede werking kan niet worden gegarandeerd als apparaten zonder het m teken worden aangesloten. ❍ Het is mogelijk dat sommige toetsen van aangesloten apparaten niet werken of anders functioneren dan de toetsen van de camcorder.
8
Ne Grendel (LOCK) ( Start/stop-toets (
31)
31)
a pauzetoets ( 3 stoptoets (
Zoomknop draaghendel (
36)
81) 81) ` terugspoeltoets ( 2 toets (
Oogcorrectieregelaar ( 17)
1 vooruitspoeltoets ( Bevestigingspunt riem ( 19) Aansluitpunt kleurenzoeker ( 15)
15-18)
Ontgrendelingstoets ( 17) Grendel (
e afspeeltoets ( Bevestigingspunt riem (
Ontgrendelingstoets ND-filter ( 41)
81)
19)
DV-aansluiting (
95, 99)
Inleiding
Schakelaar "stabilisator in/uitschakelen" (STABILIZER ON/OFF" ( 50)
m aansluiting
Zoomvoorkeuzeschakelaar (POSITION PRESET) ( 37, 39) e AF-schakelaar ( 38) / Schakelaar "zoomvoorkeuze inschakelen/instellen" (POSITION PRESET ON/SET) ( 37, 39) Bedieningsring ND-filter ( 41)
+48V schakelaar (
47, 48)
Microfoondempingsschakela ar (MIC ATT.) ( 47, 48)
39)
Aansluitpunt zwart/witzoeker FU-1000 ( 115)
Instelwiel (POWER) ( Zijpaneel (
Plustoets "opname zoeken" (REC SEARCH +) ( 34, 81)
STANDBY-toets (
51)
104) 31)
W witbalanstoets (WHITE BALANCE) ( 60)
Mintoets "opname zoeken" (REC SEARCH –) / c toets "opname bekijken" ( 34, 81)
Witbalansregelaar (WHITE BALANCE) ( 60)
Keuzetoets balken/korrel (BARS/F.GRAIN SELECT) ( 77, 78) Aan/uit-toets balken/korrel (BARS/F.GRAIN ON/OFF) ( 77, 78)
81)
Regelaar hoofdtelefoonniveau (PHONES LEVEL) H Hoofdtelefoonaansluiting
16)
Scherpstellingskiezer (
94, 95)
Versterkingsregelaar (GAIN) (
r sluitertijdtoets (SHUTTER) ( 54) t sluitertijdtoets (SHUTTER) ( 54)
57)
Stand voor externe aansturing VCR-stand Camcorder uitschakelen Automatisch Sluitertijdvoorkeuze Diafragmavoorkeuze Handmatig Spotlight Weinig licht Gemakkelijk opnemen
Opnameprogramma
Zoeker (
81)
9
Draadloze afstandsbediening WL-D4000
TV-schermtoets (TV SCREEN) ( 102) Start/stop-toets (
Zender
30) Zoomknoppen (
Audioregelingstoets (AUDIO MONITOR) ( 49, 86) Zelfontspannertoets (SELF TIMER) ( 77) MENU-toets (
Datacoderingstoets (DATA CODE) ( 90) Nulstelgeheugentoets (ZERO SET MEMORY) ( 87)
24)
Keuzetoetsen (
24)
Opnamepauzetoets (REC PAUSE) ( 94, 95) Zoekkeuzetoets (SEARCH SELECT) ( 88, 89) ` terugspoeltoets (REW) ( 81) -/4a toets (
81)
Mengbalanstoetsen (MIX BALANCE) ( 86) Indexeringstoets (INDEX WRITE) ( 71) Insteltoets (SET) ( AVÆDV toets (
e afspeeltoets (PLAY) ( 81) 3 stoptoets (STOP) ( 81) a pauzetoets (PAUSE) ( 81)
24) 98)
-/+ toetsen (
88, 89)
Toets "einde zoeken" (END SEARCH) ( 35) FF 1 toets ( 81) +/ae toets (
Keuzetoets afstandsbedieningssensor (REMOTE SET) ( 92)
10
36)
×2 toets (
81)
81)
M slow motion-toets (SLOW) ( 81) Slow motion/ beeldspoelschijf (
82)
Voeding voorbereiden De accu opladen Verwijder het DC-koppelstuk uit de netadapter voordat u de accu oplaadt. Verwijder het afdekplaatje van de accu.
1. Sluit het netsnoer aan op de adapter. 2. Steek de stekker van het netsnoer in een stopcontact. 3. Plaats de accu in de adapter.
Ne
e
• Oefen lichte druk uit op de accu en schuif deze in de richting van de pijl totdat de accu vastklikt. • De oplaadindicator begint te knipperen. Als de accu opgeladen is, gaat de indicator continu branden.
q
w
4. Verwijder de accu uit de adapter Oplaadindicator (CHARGE) wanneer het opladen is voltooid. 5. Haal de stekker uit het stopcontact en koppel het netsnoer los van de adapter.
1. Draai het instelwiel naar OFF. 2. Plaats de accu in de camcorder.
Voorbereiding
De accu plaatsen q
Oefen lichte druk uit op de accu en schuif deze in de richting van de pijl totdat de accu vastklikt.
3. Verwijder de accu na gebruik. Druk de BATT. RELEASE-toets in om de batterij te verwijderen.
w
11
Een stopcontact gebruiken 1. Draai het instelwiel naar OFF. 2. Sluit het DC-koppelstuk aan op de camcorder.
q
Oefen lichte druk uit op de accu en schuif deze in de richting van de pijl totdat de accu vastklikt.
3. Sluit het netsnoer aan op de netadapter. 4. Steek de stekker van het netsnoer in een stopcontact. 5. Sluit het DC-koppelstuk aan op de adapter. 6. Verwijder het DC-koppelstuk na gebruik. Druk op de ontgrendelingstoets van de accu (BATT. RELEASE) om het DC-koppelstuk los te koppelen.
w
e
r
t
❍ Verwijder het DC-koppelstuk uit de netadapter voordat u een accu oplaadt. ❍ Schakel de camcorder uit voordat u de netadapter aansluit of loskoppelt. ❍ Als de adapter dicht in de buurt van een TV wordt gebruikt, kunnen er storingen in het beeld verschijnen. Haal de adapter uit de buurt van de TV of antennekabel. ❍ Sluit op de netadapter geen apparaten aan als die niet expliciet voor gebruik met de netadapter worden aanbevolen. ❍ Wanneer de netadapter of accu defect is, gaat de oplaadindicator uit en wordt gestopt met opladen. ❍ De oplaadindicator laat zien in hoeverre de accu is opgeladen. 0-50%: Knippert eenmaal per seconde 50-75%: Knippert tweemaal per seconde Meer dan 75%: Knippert driemaal per seconde 100%: Brandt continu
12
❍ Oplaad-, opname- en afspeelduur De tijden hieronder zijn bij benadering gegeven en kunnen variëren al naargelang de omstandigheden waaronder wordt opgeladen, opgenomen of afgespeeld. Accu Oplaadduur met de CA-920 Met 20× Maximale opnameduur L IS objectief
Typische opnameduur*
Met 16× handmatig zoomobjectief
Maximale opnameduur
Typische opnameduur*
Afspeelduur
Met meegeleverde kleurenzoeker Met optionele FU-1000 zwart/wit-zoeker Met meegeleverde kleurenzoeker Met optionele FU-1000 zwart/wit-zoeker Met meegeleverde kleurenzoeker Met optionele FU-1000 zwart/wit-zoeker Met meegeleverde kleurenzoeker Met optionele FU-1000 zwart/wit-zoeker
Ne
BP-930 145 min. 155 min.
BP-945 220 min. 230 min.
120 min.
185 min.
90 min.
135 min.
65 min.
100 min.
185 min.
280 min.
135 min. 135 min. 105 min.
205 min 205 min. 160 min.
75 min.
115 min.
235 min.
360 min.
❍ Het verdient aanbeveling om de accu op te laden bij een temperatuur tussen 10 ˚C en 30 ˚C. Als de temperatuur lager wordt dan 0 ˚C of hoger dan 40 ˚C, gaat de oplaadindicator uit en wordt gestopt met opladen. ❍ Een lithium-ion accu kunt u altijd opladen, ongeacht in hoeverre de accu opgeladen is. Anders dan bij conventionele accu's hoeft u de accu niet eerst volledig te gebruiken of te ontladen voordat u deze weer mag opladen. ❍ Het verdient aanbeveling om meerdere accu's mee te nemen als u gaat filmen. ❍ De accu kunt u langer gebruiken als u de camcorder uitschakelt in plaats van deze in de opnamepauzestand te laten staan.
13
Voorbereiding
* Tijden bij benadering voor opnamen met herhaalde bedieningshandelingen zoals starten/stoppen, zoomen, voeding in/uitschakelen. De feitelijke tijd kan korter zijn.
De ondersteuningsbatterij plaatsen De ondersteuningsbatterij (lithium-knoopbatterij CR2025) zorgt ervoor dat de camcorder de datum, tijd ( 28) en andere camcorderinstellingen kan onthouden als de voedingsbron ontkoppeld is. Sluit de camcorder aan op een voedingsbron als u de ondersteuningsbatterij vervangt. U behoudt daarmee de ingevoerde instellingen.
1. Open het afdekplaatje van de ondersteuningsbatterij.
q
w
e
Schroef het afdekplaatje naar links (gebruik hiervoor bijvoorbeeld een munt).
2. Plaats de ondersteuningsbatterij in de camera met de + zijde naar buiten gericht.
3. Sluit het afdekplaatje. Zorg ervoor dat de markering op het afdekplaatje op één lijn staat met de onderste markering op de camcorder en schroef het afdekplaatje naar rechts totdat het vastklikt.
WAARSCHUWING! • Verkeerde behandeling van de bij dit toestel gebruikte batterij kan leiden tot brandgevaar of chemische brandwonden. U mag de batterij niet opladen, demonteren, verhitten boven 100°C of verbranden. • Vervang de batterij door een CR2025 van Panasonic, Hitachi Maxell, Sony, Sanyo, of door Duracell DL2025. Gebruik van andere batterijen kan brand of een explosie tot gevolg hebben. • De gebruikte batterij moet aan de leverancier teruggegeven worden voor een veilige verwerking. ❍ Haal de batterij niet uit de camcorder met een pincet of ander metalen gereedschap, omdat hierdoor kortsluiting ontstaat. ❍ Maak de batterij schoon met een schone droge doek, zodat goed contact wordt gemaakt. ❍ Houd de batterij buiten bereik van kinderen. Als de batterij wordt ingeslikt, moet onmiddellijk medische hulp worden ingeroepen. De batterijhuls kan breken en de batterijvloeistoffen kunnen schade toebrengen aan maag en darmen. ❍ Demonteer of verhit de batterij niet en dompel deze niet onder in water. Anders kan de batterij exploderen. De ondersteuningsbatterij heeft een levensduur van ongeveer een jaar. “j” knippert in rood om u te informeren dat de batterij moet worden vervangen.
14
De camcorder voorbereiden De kleurenzoekereenheid aansluiten en ontkoppelen
Ne
De kleurenzoekereenheid aansluiten 1. Schuif de zoekereenheid op de beugel en draai de borgschroef vast.
q
2. Sluit de zoekerkabel aan op het bovenste aansluitpunt van het camcorderhuis. 3. Haak de zoekerkabel vast aan de kabelklem.
e w Voorbereiding
De zoekereenheid loskoppelen 1. Koppel de zoekerkabel los. 2. Draai de borgschroef los en schuif de zoekereenheid van de beugel af.
15
De oogschelp ontkoppelen en aansluiten De stand van de oogschelp kunt u zodanig wijzigen dat u deze met het linkeroog of het rechteroog kunt gebruiken. Ontkoppel de oogschelp en sluit deze weer aan als u de oogschelp wilt gebruiken met het linkeroog.
De oogschelp loskoppelen Koppel de oogschelp los zoals wordt getoond in de afbeelding.
De oogschelp aansluiten Lijn de opening voor de oogcorrectieregelaar uit met de regelaar en trek de oogschelp in de gewenste stand. Gebruik met het rechteroog
Gebruik met het linkeroog
De stand van de zoeker instellen De stand van de zoeker kan worden gewijzigd (rechts/links, naar voren/achteren). Naar rechts/links verplaatsen Draai de borgschroef los, verplaats de zoeker naar rechts/links en draai de schroef vast.
16
Naar voren/achteren verplaatsen Maak de grendel los, verplaats de zoeker naar voren of achteren en maak de grendel weer vast.
De zoeker gebruiken als LCD-paneel
Ne
U kunt de zoeker gebruiken als LCD-paneel door de oculairadapter te openen.
Druk op de ontgrendelingstoets en open de oculairadapter.
Zorg ervoor dat u de oculairadapter sluit wanneer u de zoeker niet als LCD-paneel gebruikt. Wanneer u de oculairadapter opent, wordt het scherm iets lichter.
Oogcorrectie Zet de camcorder aan en stel de oogcorrectieregelaar in. Voorbereiding
Stel de zoeker niet bloot aan direct zonlicht. De LCD van de zoeker kan beschadigd raken doordat het objectief inbrandt. Let vooral op als u de camcorder op een statief plaatst, of tijdens transport.
17
De zoeker instellen U kunt de helderheid, het contrast, de kleur en scherpte van de zoeker instellen. Deze instellingen zijn niet van invloed op het beeld van uw opname.
DISPLAY SETUP/
(
EVF SETUP
BRIGHTNESS•••
24) CONTRAST•••••
COLOR••••••••
SHARPNESS••••
1. 2. 3. 4.
Druk op de MENU-toets om het menu te openen. Draai de keuzeschijf naar [DISPLAY SET UP/ ] en druk op de keuzeschijf. Draai de keuzeschijf naar [EVF SET UP] en druk op de keuzeschijf. Draai de keuzeschijf naar [BRIGHTNESS], [CONTRAST], [COLOR] of [SHARPNESS] en druk op de keuzeschijf. 5. Draai de keuzeschijf naar boven of beneden om de instelling aan te passen en druk op de keuzeschijf. 6. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten.
De microfooneenheid aansluiten 1. Draai op de zoekereenheid de borgschroef van de microfoon los, open de microfoonklem en steek de microfoon in de microfoonklem. 2. Zorg ervoor dat de markering op de microfoon op één lijn staat met de markering op de klem en draai de schroef vast. 3. Steek de microfoonkabel in de FRONT MIC-aansluitingen van de camcorder.
w
q
e
Wanneer u een andere microfoon gebruikt dan de meegeleverde microfoon, sluit deze dan aan op de geavanceerde accessoireschoen.
18
De handgreepriem vastmaken
Ne
Houd de camcorder met uw rechterhand vast en stel de riem bij met uw linkerhand. Stel de handgreepriem zo af dat u met uw wijs- en middelvinger de zoomregelaar en met uw duim de start/stop-toets kunt bereiken.
De schouderriem bevestigen Haal de uiteinden door de bevestigingspunten en stel de lengte bij zoals aangegeven.
Let erop dat de camcorder niet valt als u de riem afstelt.
Bevestig de adapterhouder voor gebruik met de optionele tweevoudige batterijlader/houder CH-910 of een in de handel verkrijgbare draadloze microfoonontvanger.
1. Sluit de adapterhouder aan en draai deze met de schroeven vast. 2. Stel de stand van de steunen af.
Steunen Grendel
Als u gebruik maakt van de optionele CH-910, haak deze dan aan de steunen en zet hem vast met de grendel. Om de CH-910 te verwijderen, duwt u de grendel in de richting van de pijl en trek de CH-910 vervolgens uit de steunen.
19
Voorbereiding
De adapterhouder bevestigen
Het objectief voorbereiden Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van het objectief.
Het objectief monteren 1. Draai het instelwiel naar OFF. 2. Verwijder de stofkappen van de camcorder en het objectief. 3. Zorg ervoor dat de rode markering op het objectief op één lijn staat met de rode markering op de camcorder en draai het objectief vervolgens rechtsom totdat u een klik hoort.
w q
e
Het objectief verwijderen 1. Draai het instelwiel naar OFF. 2. Verschuif de LENS RELEASE-schakelaar, draai het objectief vervolgens linksom totdat dit niet verder kan en verwijder het objectief. 3. Sluit de stofkappen aan op de camcorder en objectief.
q
w
e
❍ Let erop dat u bij het aansluiten of verwijderen van het objectief de camcorder of het objectief niet laat vallen. ❍ Zorg ervoor dat bij het aansluiten of verwijderen van het objectief deze niet wordt blootgesteld aan direct zonlicht of een sterke lichtbron. ❍ De XL-vatting is niet compatibel met de VL-vatting. ❍ Raak het objectief, de objectiefvatting en de binnenzijde van de vatting niet aan, en stel deze niet bloot aan stof of vuil. Maak deze, indien nodig, schoon met een zachte droge doek (zet de camcorder uit voordat u dit doet).
20
De zonnekap aansluiten Sluit de zonnekap aan om het objectief af te schermen van strooilicht en het objectief te beschermen.
1. Plaats de zonnekap op de voorzijde van het objectief en schroef deze rechtsom vast totdat aan de bovenzijde het Canon-logo verschijnt.
Ne
q
• Let erop dat u de zonnekap niet verwringt. • Zorg ervoor dat de zonnekap in de schroefdraad past.
2. Draai de borgschroef vast.
w
Voorbereiding
21
Gebruik van de draadloze afstandsbediening Als u de knoppen van de afstandsbediening indrukt, richt de afstandsbediening dan op de sensor van de camcorder. De camcorder is uitgerust met drie afstandsbedieningssensors, twee aan de voorzijde en één aan de achterzijde.
Batterijen plaatsen De draadloze afstandsbediening werkt op twee AAA (R03) batterijen.
1. Open het afdekplaatje van de batterijen. 2. Plaats twee AA-batterijen en zorg ervoor dat de aanduidingen + en - op de batterijen overeenstemmen met de aanduidingen in de afstandsbediening. 3. Sluit het afdekplaatje.
❍ De camcorder en draadloze afstandsbediening zijn uitgerust met 2 standen voor de afstandsbedieningssensor ( 92). Als de afstandsbediening niet werkt, controleer dan of de camcorder en de afstandsbediening in dezelfde stand staan. ❍ Wanneer de camcorder niet met de draadloze afstandsbediening of alleen dichtbij kan worden bediend,vervang dan de batterijen. Zorg ervoor dat u beide batterijen tegelijkertijd vervangt. ❍ De draadloze afstandsbediening werkt mogelijk niet naar behoren wanneer de afstandsbedieningssensor wordt blootgesteld aan een sterke lichtbron of direct zonlicht.
22
Een cassette plaatsen/verwijderen Gebruik alleen videocassettes met het D logo.
Ne
1. Verschuif de EJECT-schakelaar om de afdekking van het cassettecompartiment te openen. Het cassettecompartiment gaat automatisch open.
q
2. De cassette plaatsen/verwijderen. • Plaats de cassette met het venster naar buiten gericht. • Verwijder de cassette door deze recht naar buiten te trekken.
w Voorbereiding
3. Druk op de P markering van het cassettecompartiment totdat u een klik hoort.
e
4. Wacht totdat het cassettecompartiment zich automatisch intrekt en sluit de afdekking.
r
❍ Laat het cassettecompartiment ongemoeid terwijl dit automatisch wordt geopend of gesloten. Probeer ook niet de afdekking te sluiten voordat het cassettecompartiment volledig ingetrokken is. ❍ Let erop dat uw vingers niet bekneld raken in de afdekking van het cassettecompartiment. Als de camcorder aangesloten is op een voedingsbron, kunt u ook cassettes plaatsen of verwijderen wanneer het instelwiel op OFF gezet is.
23
Menu's en instellingen Veel geavanceerde functies van de camcorder worden geselecteerd via menu's die op het scherm verschijnen.
Keuzeschijf MENU-toets
Menu's en instellingen selecteren 1. 2. 3. 4. 5.
Druk op de MENU-toets om het menu te openen. Draai de keuzeschijf naar het gewenste submenu en druk op de keuzeschijf. Draai de keuzeschijf naar het gewenste menu-onderdeel en druk op de keuzeschijf. Draai de keuzeschijf naar een insteloptie en druk op de keuzeschijf. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten. ❍ Op elk moment kunt u het menu sluiten door op de MENU-toets te drukken. ❍ Onderdelen die niet beschikbaar zijn verschijnen in purper. ❍ Wellicht vindt u het comfortabeler om voor bediening van het menu de draadloze afstandsbediening te gebruiken. Druk op de MENU-toets van de afstandsbediening om het menu te openen of te sluiten. Gebruik op de afstandsbediening de keuzetoetsen in plaats van de keuzeschijf op de camcorder en druk op de SET-toets in plaats van op de keuzeschijf.
24
Menu- en standaardinstellingen
Ne
De standaardinstellingen staan vetgedrukt weergegeven. CAMERA MENU Submenu TIME CODE CAMERA SETUP
ZOOM HANDLE F SPEED PSET* CLEAR SCAN SELF TIMER INTERVAL T. INTERVAL INT. REC TIME PRESET SETUP
READ PRESET VCR SETUP
REC MODE POWER SAVE USR BIT DATA
Instelopties REC-RUN, REC-RUN PS., FREE-RUN SET, RESET ON, OFF 80, 85, 90, 95, 100 HUE CHROMA AREA Y LEVEL SKIN DETAIL OFF, HIGH LOW, MIDDLE, HIGH LOW, MIDDLE, HIGH
44 62 63
, MIDDLE
, LOW
ON , OFF ON, OFF 30sec, 1min, 5min, 10min 0.5sec, 1sec, 1.5sec, 2sec SEL PRESET 1 PRESET_A, 2 PRESET_B, 3 PRESET_C /CLEAR CANCEL, PROTECT , CLEAR GAMMA NORMAL, CINE KNEE HIGH, MIDDLE, LOW BLACK STRETCH, MIDDLE, PRESS COLOR MATRIX NORMAL, CINE COLOR GAIN COLOR PHASE R GAIN G GAIN B GAIN V DETAIL NORMAL, LOW SHARPNESS CORING SETUP LEVEL MASTER PED. NR OFF, HIGH, MIDDLE, LOW SEL PRESET 1 PRESET_A, 2 PRESET_B, 3 PRESET_C SEL POSITION SP, LP SHUT OFF, VCR STOP SET, CLEAR
36 40 69 77 75
66
67 79 31 45
* Kan alleen worden geselecteerd wanneer een objectief met scherpstelvoorkeuzefunctie is aangesloten.
25
Voorbereiding
CUSTOM PRESET
Menu-item COUNT-UP START VALUE ZEBRA ZEBRA LEVEL SKIN D.SET
Submenu AUDIO SETUP
DISPLAY SETUP/
Menu-item AUDIO MODE 1kHz TONE AUD.M.SET R-XLR GAINUP EVF SETUP
SYSTEM
CENTER MARK TV SCREEN AUDIO LEVEL GUIDE INFO LANGUAGE DATE FORMAT USR BIT DISP CUSTOM KEY 1 CUSTOM KEY 2 WL.REMOTE TALLY LAMP T.ZONE/DST D/TIME SET CHAR.REC DV CONTROL
26
Instelopties 16bit, 12bit CH 1/2 , 12bit CH 1/2 , 3/4 OFF, -12dB, -20dB NORMAL, LINE OUT OFF, 12dB BRIGHTNESS CONTRAST COLOR SHARPNESS ON, OFF ON, OFF ON, OFF OFF, CUSTOM KEYS, D/T DISPLAY ENGLISH, , ON, OFF TIME CODE, INDEX WRITE, ZEBRA, VCR STOP, TV SCREEN, ZOOM HANDLE, AUDIO LEVEL, (NONE) TIME CODE, INDEX WRITE, ZEBRA, VCR STOP, TV SCREEN, ZOOM HANDLE, AUDIO LEVEL, (NONE) A1, A2, OFF B ON, OFF
ON, OFF ON, OFF
46 74 49 47 18
33 102 49 29, 70 80 80 45 71
92 79 28 28 79 78
VCR MENU Submenu TIME CODE VCR SETUP
AUDIO SETUP
DISPLAY SETUP/
TV SCREEN AUDIO LEVEL DISPLAYS 6SEC.DATE DATA CODE D/TIME SEL. CUSTOM KEYS LANGUAGE DATE FORMAT USR BIT DISP CUSTOM KEY 1 CUSTOM KEY 2 WL.REMOTE TALLY LAMP T.ZONE/DST D/TIME SET
Instelopties REC-RUN, REC-RUN PS., FREE-RUN SET, RESET SP, LP ON, OFF SET, CLEAR CH 1/3 /CH 2/4 , CH 1/3 /CH 1/3 , CH 2/4 /CH 2/4 VARIABLE, FIXED 16bit, 12bit CH 1/2 , 12bit CH 1/2 , 3/4 OFF, 12dB BRIGHTNESS CONTRAST COLOR SHARPNESS ON, OFF ON, OFF ON, OFF
ON, OFF DATE/TIME, CAMERA DATA, CAM. D/T DATE, TIME, DATE & TIME ON, OFF ENGLISH, ,
Ne 44 79 98 45 86 86 46 47 18
102 49 102 91 90 90 70 80 80 ON, OFF 45 TIME CODE, TV SCREEN, DATA CODE, AUDIO LEVEL, (NONE) 71 TIME CODE, TV SCREEN, DATA CODE, AUDIO LEVEL, (NONE) A1, A2, OFF B 92 ON, OFF 79 28 28
27
Voorbereiding
SYSTEM
Menu-item COUNT-UP START VALUE REC MODE AVaDV USR BIT DATA SEL AUDIO CH MIX SELECT AUDIO MODE R-XLR GAINUP EVF SETUP
De tijdzone, datum en tijd instellen Stel de tijdzone, datum en tijd in wanneer u voor de eerste keer de camcorder gebruikt of wanneer u de ondersteuningsbatterij heeft vervangen.
Tijdzone/zomertijd instellen
SYSTEM
(
T.ZONE/DST•••PARIS
24)
1. Druk op de MENU-toets om het menu te openen. 2. Draai de keuzeschijf naar [SYSTEM] en druk op de keuzeschijf. 3. Draai de keuzeschijf naar [T.ZONE/DST] en druk op de keuzeschijf. De instelling van de tijdzone verschijnt (zie de tabel op de volgende pagina). De standaardinstelling is Paris.
4. Draai de keuzeschijf naar de insteloptie die overeenkomt met uw tijdzone en druk op de keuzeschijf. Als u de camcorder wilt instellen op de zomertijd, selecteer dan de betreffende tijdzone met het teken U ernaast.
Datum en tijd instellen
SYSTEM
(
24)
D/TIME SET••• 1.JAN.2004 12:00 PM
5. Draai de keuzeschijf naar [D/TIME SET] en druk op de keuzeschijf. Het jaardisplay begint te knipperen.
6. Draai de keuzeschijf naar het jaar en druk op de keuzeschijf. • Het volgende gedeelte van het display begint te knipperen. • Stel de maand, dag, uren en minuten op dezelfde wijze in.
7. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten en de klok te starten.
28
Ne 16
1 19
4
20
18
24
2 3
17
6
7
9
10
15 8
5
21
23 14 12 22 11
13
14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24
1
Nr. Tijdzone
2
3
4
5
6
7
8
9
10 11 12 13
Nr. Tijdzone
LONDON PARIS CAIRO MOSCOW DUBAI KARACHI DACCA BANGKOK H. KONG (Hong Kong) TOKYO SYDNEY SOLOMON
Voorbereiding
WELLGTN (Wellington) SAMOA HONOLU. (Honolulu) ANCHOR. (Anchorage) L.A. (Los Angeles) DENVER CHICAGO N.Y. (New York) CARACAS RIO (Rio de Janeiro) FERNAN. (Fernando de Noronha) AZORES
Als u eenmaal de tijdzone, datum en tijd heeft ingesteld, hoeft u de klok niet steeds opnieuw in te stellen als u naar een andere tijdzone reist. U hoeft alleen maar de tijdzone te wijzigen in de tijdzone van uw bestemming, en de camcorder stelt vervolgens automatisch de klok bij.
Datum en tijd weergeven tijdens het opnemen U kunt de datum en tijd laten weergeven in de linkerbenedenhoek van het scherm.
DISPLAY SETUP/
(
GUIDE INFO•••OFF
24)
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ [D/T DISPLAY] en sluit het menu.
]. Selecteer [GUIDE INFO], stel dit in op
29
Opnemen Voordat u met opnemen begint Om te controleren of de camcorder juist opneemt kunt u beter eerst een testopname maken. Reinig, indien nodig, de videokoppen. ( 108).
Opnemen
1. Verwijder de lensdop. 2. Druk op de toets en draai het instelwiel naar een opnameprogramma.
w q
3. Druk op de start/stop-toets om te beginnen met opnemen. • Het statuslampje begint te knipperen en het REC-lampje op de zoeker gaat branden. • Wilt u tijdens het opnemen een pauze inlassen, druk dan nogmaals op de start/stop-toets.
e
Nadat u klaar bent met opnemen 1. 2. 3. 4.
Draai het instelwiel naar OFF. Breng de lensdop weer aan op zijn plaats. Verwijder de cassette. Verwijder de stroombron. ❍ Wacht totdat de bandteller volledig is gestopt voordat u met opnemen begint. ❍ Als u de cassette niet verwijdert, kunt u de volgende scène opnemen zonder dat er tussen de opnamen ruis of lege gedeelten worden geproduceerd. Dit is ook het geval wanneer u de camcorder uitzet.
30
Opnemen in een lage hoek De draaghendel is uitgerust met een tweede set opname- en zoomregelaars, ideaal voor het opnemen in een lage hoek. Schuif de grendel naar rechts om te voorkomen dat de regelaars ongewild worden geactiveerd.
Ne Start/stoptoets Grendel (LOCK) Zoomregelaar
Stroombesparingsfuncties STANDBY-toets Door in de opnamepauzestand of VCR STOP-stand langer dan 1 seconde op de STANDBY-toets te drukken, wordt de stroombesparingsstand geactiveerd (het bericht "ENTERING POWER STANDBY” verschijnt). Hierdoor wordt de stroomtoevoer naar de camera en VCR-gedeelten uitgeschakeld terwijl de camera-instellingen behouden blijven. De camcorder behoudt de instellingen voor belichtingsvergrendeling, kleurenbalken en filmkorrel. Druk opnieuw op de STANDBY-toets om de camcorder weer aan te zetten.
Stroombesparingsfunctie
VCR SETUP
(
POWER SAVE•••SHUT OFF
24)
Open het menu en selecteer [VCR SETUP]. Selecteer [POWER SAVE], selecteer een instellingsoptie en sluit het menu. ❍ Wanneer de camera ingesteld is op [SHUT OFF]: Om de camcorder in te schakelen, drukt u op de STANDBY-toets of draai het instelwiel naar OFF en dan terug naar een opnameprogramma. ❍ Wanneer de camera ingesteld is op [VCR STOP]: Om met opnemen te starten drukt u op de start/stop-toets. Om naar de opnamepauzestand te gaan, gebruikt u de voorkeuzetoets ( 70).
31
Opnemen
In de opnamepauzestand wordt na 5 minuten door de camcorder de stroombesparingsfunctie geactiveerd om de band en videokoppen beschermen. U kunt ervoor kiezen om de camcorder uit te schakelen (SHUT OFF) of het VCR-gedeelte uit te zetten terwijl de camera ingeschakeld blijft (VCR STOP). In de VCR STOP-stand behoudt de camcorder de camera-instellingen zoals diafragma en sluitertijd, zodat u het cameragedeelte kunt aanpassen zonder dat u zorgen hoeft te maken over de automatische uitschakeling. De VCR STOP-functie kan ook worden toegewezen aan een voorkeuzetoets ( 70).
Camera-informatie op het scherm tijdens het opnemen t Herinnering opnameduur De camcorder telt van 1 tot 10 seconden wanneer u begint op te nemen. Dit komt van pas om scènes te vermijden die te kort zijn.
y Middelste markering Gebruik de middelste markering om onderwerpen nauwkeurig uit te kaderen ( 33).
q Tijdcode Geeft de opnametijd aan in uren, minuten, seconden en beeldjes ( 44).
w Resterende opnameduur Geeft in minuten de resterende opnameduur aan. “b END” knippert wanneer de band het einde bereikt. • Wanneer de resterende opnameduur minder is dan 15 seconden, is het mogelijk dat de resterende opnameduur niet meer wordt weergegeven. • Het is mogelijk dat niet precies wordt weergegeven hoeveel tijd nog resteert. Dit hangt af van het cassettetype dat u gebruikt.
u Sluiter-lampje (SHUTTER) Gaat branden wanneer van de hieronder genoemde standaardinstelling wordt afgeweken: 50i 1/50 seconde 25p 1/25 seconde
i Opnamelampje (REC) e Resterende batterijcapaciteit Het accusymbool geeft aan in hoeverre de accu nog opgeladen is.
• “k” begint in rood te knipperen wanneer de accu leeg is. • Als u een lege accu aansluit, wordt de camera mogelijk uitgeschakeld zonder dat “k” wordt weergegeven. • Het is mogelijk dat niet precies aangegeven wordt in hoeverre de accu nog opgeladen is. Dit kan afhangen van de omstandigheden waaronder de accu en camcorder worden gebruikt.
r Wanneer "j" knippert “j” knippert in een rode kleur wanneer de lithium-knoopbatterij niet geplaatst is, of wanneer deze moet worden vervangen.
32
Gaat branden tijdens het opnemen. Het opnamelampje begint te knipperen wanneer de resterende opnameduur van de band minder dan 5 minuten bedraagt (dit lampje gaat niet knipperen wanneer de informatie met betrekking tot de resterende opnameduur van de band niet op het scherm wordt weergegeven)
o Versterkingslampje (GAIN) Gaat branden wanneer de AGC (automatische versterkingsregeling) wordt ingesteld op –3 dB of +3 dB of hoger.
U kunt kiezen hoeveel informatie u op het display wilt weergeven en heeft hierbij de keus uit een volledige of gedeeltelijke weergave, of helemaal geen weergave. De instelling verandert telkens wanneer u de EVF DISPLAY-toets indrukt.
Ne
/ Normale weergave / Indicator audioniveau, middelste markering, opnameprogramma, belichtingsvergrendeling, ND-filter, voorkeuze-instelling, sluitertijd, diafragma, AE SHIFT, versterking, witbalans, huiddetail, waarschuwing, datum/tijd* / Datum/tijd* / Geen camera-informatie
* Wanneer [GUIDE INFO] op [D/T DISPLAY] ingesteld is.
De middelste markering weergeven Gebruik de middelste markering om onderwerpen nauwkeurig uit te kaderen.
DISPLAY SETUP/
(
CENTER MARK••OFF
24)
]. Selecteer [CENTER MARK], stel dit in op
33
Opnemen
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ [ON] en sluit het menu.
Opnamen bekijken en zoeken tijdens het opnemen Plustoets (+) "opname zoeken" (REC SEARCH +)
Mintoets (-) "opname zoeken" (REC SEARCH -) / v Toets "opname bekijken"
Opname bekijken
In de opnamepauzestand kunt u met deze functie de laatste paar seconden van uw opname bekijken om te controleren of deze goed opgenomen is.
Druk op de c toets "opname bekijken" en laat deze los. De camcorder spoelt de band terug, speelt de laatste paar seconden af en keert terug naar de opnamepauzestand.
Opname zoeken
In de opnamepauzestand kunt u met deze functie de band (vooruit of achteruit) afspelen om het punt te lokaliseren waar u met opnemen wilt beginnen.
Druk de plustoets (+) of mintoets (-) "opname zoeken" (REC SEARCH + of -) in en houd deze ingedrukt om vooruit respectievelijk achteruit te zoeken. • Laat de toets los als u het punt bereikt waar u met opnemen wilt beginnen. • De camcorder keert terug naar de opnamepauzestand.
34
Einde zoeken U kunt deze functie gebruiken om het einde van de laatst opgenomen scène te lokaliseren.
Ne
Toets "einde zoeken" (END SEARCH)
Druk op de END SEARCH-toets. • "END SEARCH" verschijnt. • De camcorder spoelt de band terug/vooruit, speelt de laatste paar seconden van de opname af en zet de band stil. • Als u nogmaals op de toets drukt, wordt het zoeken geannuleerd.
35
Opnemen
❍ De functie "einde zoeken" kan niet worden gebruikt als u de cassette eenmaal heeft verwijderd. ❍ De functie "einde zoeken" werkt mogelijk niet correct als er op de band een leeg gedeelte aanwezig is.
Zoomen U kunt de zoom instellen vanaf de zijhandgreep of de draaghendel. U kunt ook de zoomring op het zoomobjectief of de zoomtoetsen op de draadloze afstandsbediening gebruiken. Zoomregelaar Zoomtoetsen
Zoomring Zoomsnelheidsschakelaar (ZOOM SPEED)
Zet de zoomregelaar naar W om uit te zoomen (groothoek). Zet de regelaar naar T om in te zoomen (telefoto).
Informatie over de variabele zoomsnelheden Zoomregelaar op de zijhandgreep: Wanneer de ZOOM SPEED-schakelaar op CONSTANT staat ingesteld, is de zoomsnelheid constant. U kunt de zoomsnelheid echter met de bovengenoemde regelaar wijzigen (naast de zoomindicator geeft een getal het niveau aan). Wanneer de ZOOM SPEED-schakelaar op VARIABLE staat ingesteld, wordt de zoomsnelheid gekoppeld aan hoe snel u de zoomregelaar verplaatst. Zoomsnelheid met 20x L IS objectief (van groothoek tot telefoto): CONSTANT: Niveau 1: ongeveer 60 seconden Niveau 16: ongeveer 3,5 seconde VARIABLE: Tot ongeveer 10 seconden Zoomsnelheid is afhankelijk van het objectief.
Zoomregelaar op de draaghendel: De zoomsnelheid kunt u kiezen uit laag, middelhoog en hoog.
CAMERA SETUP
(
ZOOM HANDLE••MIDDLE
24)
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [ZOOM HANDLE], selecteer de zoomsnelheid en sluit het menu.
36
Zoomring:
Ne
De zoomsnelheid is gekoppeld aan de snelheid waarmee u de zoomring verdraait. Zoomtoetsen op de draadloze afstandsbediening: De zoomsnelheid is constant en kan niet worden gewijzigd.
Zoomvoorkeuze (bij objectieven die zijn uitgerust met de zoomvoorkeuzefunctie) Met deze functie kan elke zoominstelling worden onthouden en kunt u onmiddellijk hiernaar teruggaan.
Zoomvoorkeuzeschakelaar (POSITION PRESET)
Schakelaar "zoomvoorkeuze inschakelen/instellen" (POSITION PRESET ON/SET)
Opnemen
De zoomvoorkeuze instellen
1. Zet de POSITION PRESET-schakelaar op ZOOM. 2. Zet de POSITION PRESET ON/SET schakelaar op SET. De zoomvoorkeuze-instelling verschijnt in geel op de zoomindicator.
Terugkeren naar de zoomvoorkeuze-instelling Zet de POSITION PRESET ON/SET-schakelaar op ON. De camcorder keert vervolgens terug naar de zoomvoorkeuze-instelling. ❍ De voorkeuze-instelling wordt geannuleerd wanneer u de optionele Extender XL 1.6× aansluit of een objectief monteert met een andere vergroting. ❍ De camcorder gebruikt de zoomsnelheid van de instelling CONSTANT wanneer u terugkeert naar de zoomvoorkeuze-instelling.
37
Scherp stellen
e AF-schakelaar Scherpstelring Scherpstellingskiezer
Autofocus (bij objectieven die zijn uitgerust met de autofocus-functie) Autofocus wordt ingesteld wanneer de scherpstellingskiezer op het objectief op AF wordt gezet. De camcorder gebruikt het TTL-autofocussysteem met een scherpstelbereik van 2 cm (bij groothoek vanaf de voorzijde van de lenscilinder) tot ∞. De camcorder stelt scherp op het onderwerp in het midden van het scherm.
Scherpstelling tijdelijk negeren Draai tijdens autofocus aan de scherpstelring om handmatig scherp te stellen. Autofocus wordt weer hervat zodra u de scherpstelring loslaat. Wanneer u opneemt onder heldere omstandigheden, wordt door de camcorder een kleine diafragmawaarde gekozen en kan het beeld enigszins wazig worden. Dit kan sterker zijn bij groothoekopnamen. Gebruikt u een objectief met ingebouwd ND-filter, zet dit dan aan/uit al naargelang wat op het scherm wordt weergegeven ( 41). ❍ Wanneer u opneemt onder donkere omstandigheden, wordt het scherpstelbereik versmald en kan het beeld enigszins wazig worden. ❍ In de 25p-stand duurt autofocus langer dan in de 50i-stand. ❍ Autofocus werkt mogelijk niet goed met de volgende onderwerpen. Stel in een dergelijk geval handmatig scherp. - Reflecterende oppervlakken - Onderwerpen met weinig contrast of zonder verticale lijnen - Snel bewegende objecten - Via vuile of natte ramen - Nachtopnamen
38
Handmatige scherpstelling
Ne
e AF-schakelaar/ Schakelaar "zoomvoorkeuze inschakelen/instellen" (POSITION PRESET ON/SET) Scherpstellingskiezer
1. Objectieven die zijn uitgerust met de autofocus-functie: Schuif de scherpstellingskiezer op het objectief naar M. 2. Zoom naar telefoto. 3. Draai aan de scherpstelring om scherp te stellen. 4. Activeer de zoom om het onderwerp opnieuw uit te kaderen.
Tijdelijke autofocus Duw op het objectief de e AF-schakelaar in de richting van AF en houd deze vast. Autofocus blijft geactiveerd zolang u de e AF-schakelaar vasthoudt. Wanneer u de e AF-schakelaar gebruikt, zorg er dan voor dat de POSITION PRESET-schakelaar op OFF staat.
39
Opnemen
Als u handmatig scherp stelt en vervolgens de camcorder ingeschakeld achterlaat, is het mogelijk dat u de scherpstelling verliest. Deze mogelijke kleine verschuiving van de scherpstelling is te wijten aan een stijging van de temperatuur in het binnenste van de camcorder en het objectief. Controleer daarom eerst de scherpstelling voordat u weer opnamen gaat maken.
Scherpstellingsvoorkeuze (bij objectieven die zijn uitgerust met de scherpstellingsvoorkeuzefunctie) Met deze functie kan elke instelling van de scherpstelling worden onthouden en kunt u onmiddellijk hiernaar teruggaan. U kunt ook de snelheid selecteren waarmee de camcorder terugkeert naar de voorkeuze-instelling van de scherpstelling.
De voorkeuze voor de scherpstelling instellen
1. Zet de scherpstellingskiezer op M. "MF" verschijnt.
2. Zet de POSITION PRESET-schakelaar op FOCUS. 3. Draai aan de scherpstelring om scherp te stellen. 4. Zet de POSITION PRESET ON/SET schakelaar op SET. “MF” en de snelheid van de scherpstellingsvoorkeuze verschijnen in een gele kleur.
De snelheid van de scherpstellingsvoorkeuze instellen CAMERA SETUP
(
F SPEED PSET•HIGH
24)
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [F SPEED PSET], selecteer een instellingsoptie en sluit het menu. De geselecteerde snelheid verschijnt naast “MF”.
Terugkeren naar de instelling van de scherpstellingsvoorkeuze Zet de POSITION PRESET ON/SET-schakelaar op ON. De camcorder keert vervolgens terug naar de voorkeuze-instelling van de scherpstelling.. De voorkeuze-instelling wordt teruggezet en op OFF ingesteld wanneer u de camcorder uitschakelt of het objectief verwijdert.
40
Het ND-filter gebruiken (bij objectieven met ingebouwd ND-filter) Ne
Wanneer u opneemt onder heldere omstandigheden, wordt door de camcorder een kleine diafragmawaarde gekozen en kan het beeld enigszins wazig worden. Gebruikt u een objectief met ingebouwd ND-filter, zet dit dan aan/uit al naargelang wat op het scherm wordt weergegeven. Ontgrendelingstoets ND-filter
Bedieningsring ND-filter
Bij gebruik van het 20× L IS objectief: Druk op de ontgrendelingstoets van het ND-filter en draai aan de bedieningsring van het ND-filter. Als de camcorder ingesteld is op het programma Gemakkelijk opnemen of Automatisch, verschijnt de volgende informatie op het scherm: Wat het betekent
Wat u moet doen
Opnemen
Weergave op het scherm Geen weergave
ND-filter is niet geactiveerd
-
”ND“ weergegeven
ND-filter is geactiveerd
-
”ND
“ knippert
ND-filter vereist
ND ”
“ knippert
Objectieven met ND-filter aan/uit: Extern Selecteer een ingebouwd ND-filter met hogere ND-filter vereist densiteit Objectieven met instelbare densiteit of sluit een extern ND-filter aan op het objectief* van het ND-filter: ND-filter met hogere densiteit of extern ND-filter vereist
ND ”
“ knippert
Ingebouwd ND-filter niet vereist
Schakel het ND-filter in
Schakel het ND-filter uit
* Als u geen extern ND-filter ter beschikking heeft, gebruik dan de Tv-stand en kies een hoge sluitertijd, of gebruik de Av-stand en kies een kleine diafragmawaarde. ❍ Door het ND-filter aan of uit te zetten, wordt de diafragmawaarde gewijzigd. Wijzig voor zover nodig in de Av-stand de diafragmawaarde. ❍ Afhankelijk van de scène kan de kleur een wijziging ondergaan als het ND-filter wordt in- of uitgeschakeld. In een dergelijk geval kan het effectief zijn om een aangepaste witbalans in te stellen.
41
De beeldfrequentie selecteren Maak een keuze uit standaard 50i en 25p.
50i-stand Maakt opname in 50 fps interlace mode, zelfde als TV-signalen.
25p-stand Maakt opnamen in 25 fps progressive mode en voert signalen uit die zijn omgezet in 50 fps interlace.
25p (camera) A 50i (band)
B
C
D
E
F
G
H
J
a abbc cdde e f f gghh i i j j
Beeldfrequentieschakelaar (FRAME RATE)
Zet de FRAME RATE-schakelaar in de gewenste stand. De geselecteerde beeldfrequentie verschijnt. De beeldfrequentie verandert niet wanneer u tijdens het opnemen de FRAME RATE-schakelaar bedient. Wel wordt deze gewijzigd zodra u in de opnamepauzestand gaat.
42
I
Opnemen in het 16:9 formaat De camcorder maakt gebruik van de volledige breedte van de CCD, waarbij de beeldkwaliteit blijft behouden en een grotere horizontale beeldhoek wordt verkregen.
Ne
Hoogte/breedteverhoudingsschakelaar (ASPECT RATIO)
Zet de ASPECT RATIO-schakelaar op 16:9. Het scherm verandert in het “letterbox”-formaat. ❍ Als u op een normale TV een 16:9-opname afspeelt, verschijnt het beeld horizontaal samengedrukt. ❍ De hoogte/breedteverhouding verandert niet wanneer u tijdens het opnemen de ASPECT RATIOschakelaar bedient. Wel wordt deze gewijzigd zodra u in de opnamepauzestand gaat. Opnemen
43
De tijdcode instellen De activeringsopties (RUN) instellen U kunt voor de tijdcode kiezen uit de activeringsopties REC-RUN, REC-RUN PS. en FREE-RUN. Bij RECRUN wordt de tijdcode alleen tijdens het opnemen geactiveerd. Bij FREE RUN wordt de tijdcode onafhankelijk van de bediening van de camcorder geactiveerd. Bij REC-RUN PS. en FREE RUN kunt u het startpunt selecteren. De normale instelling is REC-RUN. Selecteer FREE-RUN als u wilt opnemen met meerdere camcorders die op dezelfde tijdcode zijn ingesteld.
TIME CODE
(
COUNT-UP•••••REC-RUN
24)
1. Open het menu en selecteer [TIME CODE]. Selecteer [COUNT-UP] en stel dit in op [RECRUN], [REC-RUN PS.] of [FREE-RUN]. Als u [REC-RUN] heeft geselecteerd: Sluit het menu. Als u [REC-RUN PS.] of [FREE-RUN] heeft geselecteerd: De opties voor instelling/terugstelling van het startpunt verschijnen. Als u [REC-RUN PS.] of [FREE-RUN] heeft geselecteerd:
2. Selecteer [SET]. Het uurdisplay knippert.
3. Draai aan de keuzeschijf om het uur te selecteren en druk op de keuzeschijf. • Het volgende gedeelte van het display begint te knipperen. • Stel de minuten, seconden en beeldjes op dezelfde wijze in.
4. Sluit het menu. ❍ Wanneer u FREE RUN selecteert, begint de tijdcode te lopen wanneer u in het midden van de instelling de MENU-toets indrukt, of wanneer u de keuzeschijf indrukt nadat u de laatste cijfers heeft ingesteld. ❍ Om de tijdcode terug te stellen naar [00:00:00:00], selecteert u [RESET] bij stap 2. ❍ Als u over bestaande scènes heen opnamen maakt: Wanneer bij het startpunt van de opname een onderbreking van de tijdcode heeft plaatsgevonden, kan de tijdcode bij de start van de opname onderbroken zijn. ❍ Wanneer de ondersteuningsbatterij is geplaatst, blijft ook wanneer u de accu verwijdert de tijdcode-activering FREE RUN doorlopen.
44
De User Bit instellen Het User Bit-display werkt op basis van het hexadecimale systeem dat uit een samenstel van acht cijfers of letters bestaat. Er zijn zestien mogelijke karakters, de getallen 0 t/m 9 en de letters A t/m F. Deze functie kan handig zijn voor het aanbrengen van labels op banden.
VCR SETUP
(
Ne
USR BIT DATA•SET
24)
1. Open het menu en selecteer [VCR SETUP] en [USR BIT DATA]. De opties voor instelling/terugstelling van de User Bit verschijnen.
2. Selecteer [SET]. Het eerste gedeelte van het display knippert.
3. Draai aan de keuzeschijf om het getal/alfabet te selecteren en druk op de keuzeschijf. • Het volgende gedeelte van het display begint te knipperen. • Stel de rest van het display op dezelfde wijze in.
4. Sluit het menu. ❍ Om de User Bit terug te stellen naar [00 00 00 00], selecteert u [CLEAR] bij stap 2. ❍ De User Bit kan worden opgenomen wanneer u opnamen maakt met de camcorder of vanaf analoge apparaten. De User Bit van uw camcorder kan niet worden opgenomen wanneer u opnamen maakt vanaf digitale apparaten.
De User Bit weergeven
USR BIT DISP•OFF
24)
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ [ON] en sluit het menu.
]. Selecteer [USR BIT DISP], stel dit in op
De User Bit kan niet worden weergegeven tijdens de speciale afspeelstanden.
45
Opnemen
DISPLAY SETUP/
(
Geluid opnemen U kunt de audiostand instellen op 16 bit of 12 bit. Bij 12 bit kunt u op twee kanalen opnemen, waarbij twee kanalen vrij blijven zodat u daar later geluid aan kunt toevoegen (12bit CH 1/2 ), of tegelijkertijd op vier kanalen opnemen (12bit CH 1/2 , 3/4 ). De bemonsteringsfrequentie bij 16 bit is 48 kHz en bij 12 bit is dat 32 kHz. De 16 bit-stand geeft een hogere geluidskwaliteit. Audio dubben kan met deze camcorder niet worden uitgevoerd.
16bit
kanaal 1
kanaal 2
kanaal 1
kanaal 2
12bit CH 1/2 De kanalen naast kanaal 1 en 2 worden niet gebruikt.
kanaal 1 kanaal 2
kanaal 1 kanaal 2
12bit CH 1/2 , 3/4 De kanalen 1, 2, 3 en 4 worden tegelijkertijd opgenomen.
kanaal 1 kanaal 2
kanaal 3 kanaal 4
kanaal 1 kanaal 2
kanaal 3 kanaal 4
De audiostand selecteren (16bit, 12bit CH 1/2 , 12bit CH 1/2 , 3/4 )
AUDIO SETUP
(
AUDIO MODE•••16bit
24)
Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [AUDIO MODE], selecteer een instellingsoptie en sluit het menu.
46
Opnemen op kanaal 1 en 2 Selecteer de audio-ingang. Kies hierbij tussen FRONT MIC (meegeleverde microfooneenheid), AUDIO1 (RCA-aansluitingen) of REAR (XLR-aansluitingen). Raadpleeg ook het audioblokschema ( 120).
Ne
Bij gebruik van de frontmicrofoon Zet de INPUT SELECT-schakelaar op FRONT MIC. Schakel desgewenst de microfoondemper (20 dB) in door de FRONT MIC ATT.-schakelaar op ATT. te zetten.
Bij aansluiting op de RCA-aansluitingen van AUDIO1 1. Sluit het apparaat aan op de RCA-aansluitingen van AUDIO1. 2. Zet de INPUT SELECT-schakelaar op AUDIO1. Opnemen
Bij aansluiting op de XLR-aansluitingen 1. Sluit een microfoon aan op de XLR-aansluitingen. Gebruikt u een microfoon met fantoomvoeding, zet de +48V-schakelaar dan op ON. Zorg ervoor dat u eerst de microfoon aansluit voordat u de fantoomvoeding inschakelt. Houd de microfoon aangesloten wanneer u de fantoomvoeding uitschakelt.
2. Zet de INPUT SELECT-schakelaar op REAR. 3. Zet de REC CH SELECT-schakelaar op CH1 of CH·CH2. Ingangsaan sluiting CH1/3 CH2/4
Stand van de REC CH SELECT-schakelaar
Opgenomen kanaal
CH1
Kanaal 1
CH1·CH2
Kanaal 1+ Kanaal 2
CH1
Kanaal 2
CH1·CH2
–––
4. Schakel desgewenst de microfoondemper (20 dB) in door de FRONT MIC ATT.schakelaar op ATT. te zetten. 5. Voor 12dB versterking: Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [R-XLR GAINUP], stel dit in op [12dB] en sluit het menu.
47
Wanneer u een microfoon aansluit die geen fantoomvoeding ondersteunt, zorg er dan voor dat de +48V-schakelaar op OFF staat. De microfoon kan anders beschadigd raken.
Opnemen op kanaal 3 en 4 Selecteer de audio-ingang. Kies hierbij uit SHOE (optionele microfoonadapter MA-300), AUDIO2 (RCAaansluitingen) of REAR (XLR-aansluitingen). Raadpleeg ook het audioblokschema ( 120). Zorg ervoor dat [AUDIO MODE] op [12bit CH 1/2 , 3/4 ] wordt ingesteld.
Bij aansluiting op de geavanceerde accessoireschoen 1. Sluit de optionele microfoonadapter MA-300 aan op de geavanceerde accessoireschoen. • Met de MA-300 kunt u symmetrische microfoons aansluiten op alle 4 kanalen. • Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de MA-300.
2. Zet de INPUT SELECT-schakelaar op SHOE. ❍ Fantoomvoeding kan niet worden gebruikt met de MA-300. ❍ MA-100 en MA-200 kunnen niet worden gebruikt.
Bij aansluiting op de RCA-aansluitingen van AUDIO2 1. Sluit het apparaat aan op de RCA-aansluitingen van AUDIO2. 2. Zet de INPUT SELECT-schakelaar op AUDIO2.
Bij aansluiting op de XLR-aansluitingen 1. Sluit een microfoon aan op de XLR-aansluitingen. Gebruikt u een microfoon met fantoomvoeding, zet de +48V-schakelaar dan op ON. Zorg ervoor dat u eerst de microfoon aansluit voordat u de fantoomvoeding inschakelt. Houd de microfoon aangesloten wanneer u de fantoomvoeding uitschakelt.
2. Zet de INPUT SELECT-schakelaar op REAR. 3. Schakel desgewenst de microfoondemper (20 dB) in door de FRONT MIC ATT.schakelaar op ATT. te zetten. 4. Voor 12dB versterking: Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [R-XLR GAINUP], stel dit in op [12dB] en sluit het menu. 48
Wanneer u een microfoon aansluit die geen fantoomvoeding ondersteunt, zorg er dan voor dat de +48V-schakelaar op OFF staat. De microfoon kan anders beschadigd raken.
Ne
Het opnameniveau van de audio instellen
CH1-, CH2-, CH3- en CH4regelaar Opnameniveauschakelaar (REC LEVEL) Audioregelingstoets (AUDIO MONITOR)
Op het scherm de indicator van het audioniveau verbergen/weergeven DISPLAY SETUP/
(
AUDIO LEVEL••ON
24)
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ instellingsoptie en sluit het menu.
]. Selecteer [AUDIO LEVEL], selecteer een
De indicator van het audioniveau kan ook met de voorkeuzetoets worden in- of uitgeschakeld (
70). Opnemen
Automatische audio-instellingen Zet de REC LEVEL-schakelaar op A.
Handmatige audio-instellingen 1. Zet de REC LEVEL-schakelaar op M. 2. Als u op 4 kanalen opneemt, druk dan op de AUDIO MONITOR-toets en selecteer CH1/2 of CH3/4. De instelling verandert telkens wanneer u op de toets drukt, in de volgorde CH1/2, CH3/4, CH1+3/2+4. Selecteer CH1+3/2+4 niet wanneer u het niveau instelt.
3. Draai aan de betreffende CH1-, CH2-, CH3- of CH4-regelaar om het audioniveau in te stellen. ❍ Het verdient aanbeveling een hoofdtelefoon te gebruiken wanneer u het audioniveau instelt. Als het ingangsniveau te hoog is, kan de audio vervormd raken, zelfs wanneer de indicator van het audioniveau een juist niveau aangeeft. ❍ U kunt het audiosignaal synchroniseren met het videosignaal door een gelijke hoeveelheid vertraging aan de audio toe te voegen. Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [AUD. M. SET], stel dit in op [LINE OUT] en sluit het menu. Als u audio wilt regelen in real time, selecteer dan [NORMAL]. In beide instellingen worden audio- en videosignalen gesynchroniseerd op een band opgenomen.
49
Beeldstabilisator (bij objectieven die zijn uitgerust met een beeldstabilisator) De beeldstabilisator kan worden uitgeschakeld.
Schakelaar "stabilisator in/uitschakelen" (STABILIZER ON/OFF)
Zet de STABILIZER ON/OFF-schakelaar op OFF. ❍ De beeldstabilisator kan niet worden uitgeschakeld bij gebruik van het programma Gemakkelijk opnemen. ❍ De beeldstabilisator is zo ontworpen dat een normale mate van cameratrilling wordt gecompenseerd. ❍ De beeldstabilisator is mogelijk niet effectief als u een optionele Extender aansluit. ❍ Het verdient aanbeveling de beeldstabilisator uit te schakelen als u de camcorder op een statief plaatst.
50
AE-programma's gebruiken Programma's met automatische belichting bieden automatische geavanceerde opnametechnieken waarmee onder verschillende opnameomstandigheden een professioneel resultaat wordt bereikt.
Ne
AE-programma's selecteren Druk op de toets en draai aan het instelwiel. Het symbool van het geselecteerde programma verschijnt.
Instelwiel (POWER)
Wijzig de stand niet tijdens het opnemen, omdat hierdoor de helderheid van het beeld abrupt kan veranderen. Opnemen
Automatisch Zoals met het programma Gemakkelijk opnemen worden door de camera automatisch camera-instellingen verricht, zodat u alleen maar hoeft te richten en op te nemen. Met het programma Automatisch kunt u de instellingen echter ook handmatig verrichten.
Sluitertijdvoorkeuze (
54)
Tv
2000
Av
F2. 0
Gebruik dit programma om de sluitertijd te selecteren. De camcorder kiest automatisch een passende diafragma-instelling.
Diafragmavoorkeuze (
55)
Gebruik dit programma om te kiezen uit 7 diafragma-instellingen - van f/1.6 tot f/11 (of tot volledig sluiten van het irisdiafragma) - en de camcorder kiest automatisch een passend sluitertijd. Met dit programma kunt u de meeste invloed uitoefenen op de scherptediepte.
51
Handmatig (
56)
Met dit programma heeft u volledige creatieve vrijheid, omdat u alle instellingen handmatig kunt verrichten. Met het programma Handmatig beschikt u over belichtingsopties bij elke combinatie van sluitertijd en diafragmawaarde.
–
+
MANUAL 1/ 100 F2. 0
Spotlight Het programma Spotlight regelt automatisch de juiste belichting voor opnames van beelden en/of onderwerpen die worden verlicht door een spotlight of een andere geconcentreerde lichtbron.
Weinig licht Met dit programma kunt u ook wanneer het lichtniveau afneemt doorgaan met opnemen. Het programma Weinig licht selecteert langere sluitertijden (50i: 1/6-1/49, 25p: 1/6-1/24) om een juiste belichting te produceren. ❍ Bewegende onderwerpen kunnen een nabeeld met sporen achterlaten. ❍ De beeldkwaliteit is mogelijk niet zo goed als bij andere programma's. ❍ Op het scherm kunnen witte punten verschijnen. ❍ Automatische scherpstelling werkt mogelijk niet zo goed als bij andere programma's. In dat geval moet u handmatig scherpstellen.
Gemakkelijk opnemen De camcorder regelt automatisch de scherpstelling, sluitertijd, het diafragma, de versterking, witbalans en AE SHIFT, waardoor u alleen maar hoeft te richten en op te nemen. Met dit programma worden al deze functies en opties vergrendeld, zodat ze niet te wijzigen en in te stellen zijn.
52
[
Welke functies in elk opnameprogramma beschikbaar zijn.
Ne
Opnameprogramma's EXP. LOCK-toets
i
IRIS-regelaar
i
i
SHUTTER-toets
i
i *1
AE SHIFT-regelaar
i
i
i
h
h
i
i
i *1
h
i
i
i
i
i (0)
h *1
i
*1
h h *2
i (0)
GAIN-regelaar
i(automatisch)
WHITE BALANCE-regelaar
i(automatisch)
h
Voorkeuze-instellingen
i
h
CUSTOM PRESET SELECT-toets
i
h
CUSTOM PRESET ON/OFFtoets
i
h
Huiddetail
i
h
Frequentieselectie van Clear Scan
i
i
h *3
i
h *3
i
i
Clear Scan
i
i
h *2
i
h
i
i
Filmkorrel
i
i (0 dB) i(automatisch)
h
h
h: Beschikbaar i: Niet beschikbaar *1: Beschikbaar wanneer de belichting vergrendeld is. *2: Niet beschikbaar wanneer de belichting vergrendeld is. *3: Beschikbaar tijdens Clear Scan.
Opnemen
20× L IS, 16× IS II en 3× zoomobjectief Opnameprogramma
Andere programma's dan
Handmatige scherpstelring
h
Zoomring
h
Beeldstabilisator*
i (ingeschakeld)
ND-filter
h h
Scherpstelstand
i (autofocus)
h
eAF-schakelaar/ PUSH AF-toets
i
h
* Niet beschikbaar met het 3× zoomobjectief.
53
Opnemen met sluitertijdvoorkeuze (Tv)
Instelwiel (POWER) Sluitertoets (SHUTTER) r Sluitertoets (SHUTTER) t
Beschikbare sluitertijden: 1/6, 1/12, 1/25, 1/50, 1/120, 1/250, 1/500, 1/1000, 1/2000, 1/4000, 1/8000, 1/16000, CS (Clear Scan)
1. Draai het instelwiel naar Tv. 2. Selecteer de sluitertijd met de SHUTTER-toets r of t. ❍ Andere instellingen zoals diafragma worden automatisch ingesteld. ❍ De sluitertijd verandert wanneer u de belichting vergrendelt en wijzigt. ❍ Wanneer de versterking op automatisch is gezet, knippert op het scherm het getal van de sluitertijd wanneer de geselecteerde sluitertijd voor de opnameomstandigheid te hoog of te laag is. Stel in dat geval de sluitertijd opnieuw in. Als u een ND-filter gebruikt, schakel dit dan eerst uit en stel daarna opnieuw de sluitertijd in. ❍ De beeldkwaliteit kan enigszins achteruitgaan wanneer u een lange sluitertijd gebruikt. ❍ Autofocus werkt mogelijk niet bij gebruik van lange sluitertijden.
54
Opnemen met diafragmavoorkeuze (Av) Ne
Instelwiel (POWER)
IRIS-regelaar
Beschikbare diafragmawaarden (met 20× L IS objectief): F1.6, F2.0, F2.8, F4.0, F5.6, F8.0, F11, CLOSE
1. Draai het instelwiel naar Av. 2. Selecteer het diafragma met de IRIS-regelaar.
55
Opnemen
❍ Andere instellingen zoals sluitertijd worden automatisch ingesteld. ❍ Het diafragma verandert wanneer u de belichting vergrendelt en wijzigt. ❍ Wanneer de versterking op automatisch is ingesteld, knippert op het scherm het diafragmagetal wanneer het geselecteerde diafragma voor de opnameomstandigheid niet geschikt is. Stel in dat geval het diafragma opnieuw in. ❍ Wanneer het ingebouwde ND-filter van een objectief is geactiveerd, kan het beeld donker worden wanneer u een hoog F-getal kiest. Schakel in dat geval eerst het ND-filter uit en stel opnieuw het diafragma in.
Opnemen in de handmatige stand U kunt de belichting instellen bij elke combinatie van sluitertijd en diafragma. Instelwiel (POWER)
IRIS-regelaar Sluitertoets (SHUTTER) r Sluitertoets (SHUTTER) t
Beschikbare instellingen Sluitertijd
1/6, 1/12, 1/25, 1/50, 1/60, 1/75, 1/90, 1/100, 1/120, 1/150, 1/180, 1/210, 1/250, 1/300, 1/350, 1/400, 1/500, 1/600, 1/700, 1/800, 1/1000, 1/1200, 1/1400, 1/1600, 1/2000, 1/2400, 1/2800, 1/3200, 1/4000, 1/8000, 1/16000, CS (Clear Scan)
Diafragma F1.6, F1.8, F2.0, F2.2, F2.4, F2.6, F2.8, F3.2, F3.4, F3.7, F4.0, F4.4, F4.8, F5.2, F5.6, (met 20× L IS objectief) F6.2, F6.7, F7.3, F8.0, F8.7, F9.5, F10, F11, CLOSE
1. Draai het instelwiel naar M. De belichtingsindicator verschijnt.
2. Selecteer het diafragma met de IRIS-regelaar. 3. Selecteer de sluitertijd met de SHUTTER-toets r of t.
56
De belichting instellen Belichtingsvergrendelingstoets (EXP. LOCK)
Ne
Instelwiel (POWER)
Sluitertoetsen (SHUTTER) rt IRIS-regelaar
Versterkingsregelaar (GAIN)
Belichtingsvergrendeling
1. Draai het instelwiel naar n, Tv of Av. 2. Druk op de EXP. LOCK-toets De belichtingsindicator verschijnt.
Het diafragma wijzigen na belichtingsvergrendeling
Selecteer het diafragma met de IRIS-regelaar.
De sluitertijd wijzigen na belichtingsvergrendeling U kunt kiezen uit 12 sluitertijden (met 20× L IS objectief).
Selecteer de sluitertijd met de SHUTTER-toets r of t.
De versterking wijzigen na belichtingsvergrendeling U kunt kiezen uit 6 versterkingsniveaus.
1. Druk op de GAIN-regelaar zodat deze naar buiten springt. 2. Draai aan de GAIN-regelaar om het niveau in te stellen. Het geselecteerde niveau verschijnt. +18 dB is niet beschikbaar in de 25p-stand. Wanneer u +18 dB selecteert, wordt automatisch +12 dB gekozen (“12dB” verschijnt in een gele kleur).
57
Opnemen
U kunt kiezen uit 23 diafragma-instellingen (met 20× L IS objectief). Het diafragma kan in stappen van 1/4 worden ingesteld. Op het scherm worden echter alleen de volgende getallen weergegeven: F1.6, F2.0, F2.8, F4.0, F5.6, F8.0, F11, CLOSE.
AE SHIFT gebruiken U kunt de AE SHIFT-regelaar gebruiken om handmatig het automatische belichtingssysteem te negeren om het beeld donkerder of lichter te maken. Maak een keuze uit 13 AE-niveaus (+2.0, +1.5, +1.0, +0.75, +0.5, +0.25, ±0, -0.25, -0.5, -0.75, -1.0, -1.5, -2.0).
Instelwiel (POWER)
1. Draai het instelwiel naar n, Tv of Av. 2. Draai aan de AE SHIFT-regelaar om het niveau in te stellen. Het geselecteerde niveau verschijnt.
58
AE SHIFT-regelaar
De versterking instellen De versterkinginstelling regelt de hoeveelheid videosignalen die worden gegenereerd, afhankelijk van de verlichtings- en opnameomstandigheden. U kunt kiezen tussen automatische versterkingsregeling en voorkeuzeniveaus die variëren van -3 tot +18 dB. -3 dB
Voor opnamen met de minste ruis voor scènes binnenshuis, met weinig licht of met weinig contrast.
Auto
Automatische afstelling van de versterking.
0 dB
Levensechte nachtscènes en scènes met kunstlicht.
+3 dB/+6 dB/ scherptediepte. +12 dB/+18 dB*
Verhoogt de helderheid bij scènes binnenshuis of met weinig licht. Verhoogt de
Ne
* +18 dB is niet beschikbaar in de 25p-stand. Wanneer u +18 dB selecteert, wordt automatisch +12 dB gekozen (“12dB” verschijnt in een gele kleur). Instelwiel (POWER)
Opnemen
Versterkingsregelaar (GAIN)
1. Draai het instelwiel naar n, Tv, Av of M. 2. Druk op de GAIN-regelaar zodat deze naar buiten springt. 3. Draai aan de GAIN-regelaar om het niveau in te stellen. Het geselecteerde niveau verschijnt. Als u een hoog versterkingsniveau kiest, kan er op het beeld ruis ontstaan.
59
De witbalans instellen De camcorder maakt gebruik van een elektronisch witbalansproces om het beeld te kalibreren voor een nauwkeurige kleurweergave onder verschillende verlichtingsomstandigheden (d.w.z. zonlicht versus licht van gloeilampen binnenshuis). De automatische witbalans kan worden ingesteld in een volledig automatische stand, een stand voor binnenshuis en een stand voor buitenshuis. Bovendien kunt u de witbalans ook handmatig instellen en drie handmatige instellingen opslaan die steeds kunnen worden gebruikt voor afzonderlijke opnamen. Auto
Automatische instelling van de witbalans.
U (Buitenshuis) T (Binnenshuis)
Helder zonlicht - 5600ºKB
Voorkeuze 1, 2, 3
Handmatige witbalansinstelling die variabel is tussen 3200 en 5600ºK.
Licht van gloeilampen - 3200ºK
Instelwiel (POWER)
Zoomregelaar
pier Wit vel pa
Witbalansregelaar (WHITE BALANCE) Witbalanstoets (WHITE BALANCE) W
Een automatische witbalansinstelling selecteren
1. Druk op de WHITE BALANCE-regelaar zodat deze naar buiten springt. 2. Stel de WHITE BALANCE-regelaar in op A, U of T.
60
Zoomring
Een witbalans handmatig instellen
Ne
1. Druk op de WHITE BALANCE-regelaar zodat deze naar buiten springt. 2. Stel de WHITE BALANCE-regelaar in op 1, 2 of 3. 3. Richt de camcorder op een wit object en zoom in totdat het gehele beeld door het object wordt gevuld. Houd de camcorder ingezoomd op het witte object totdat stap 4 voltooid is.
4. Druk op de WHITE BALANCE W toets. ”W“ knippert en stopt met knipperen wanneer de instelling is voltooid. ❍ De camcorder onthoudt de handmatig ingestelde witbalans ook als u de camcorder uitzet. ❍ Wanneer u een witbalans handmatig heeft ingesteld: - Al naargelang de lichtbron blijft "W" mogelijk knipperen. Toch zal het resultaat beter zijn dan met de automatische instelling. - Wanneer u het ingebouwde ND-filter van het objectief heeft in- of uitgeschakeld, stel de witbalans dan handmatig opnieuw in. ❍ Een handmatig ingestelde witbalans geeft mogelijk een beter resultaat onder de volgende omstandigheden: - Bij veranderende lichtomstandigheden - Close-ups - Onderwerpen met één kleur (lucht, zee of bos) - Bij verlichting met kwiklampen of bepaalde typen TL-verlichting Opnemen
Opnemen met een eerder ingestelde aangepaste witbalans
1. Draai het instelwiel naar een ander opnameprogramma dan [. 2. Draai aan de WHITE BALANCE-regelaar om een eerder ingesteld nummer te selecteren. De eerder ingestelde aangepaste witbalans wordt nu geactiveerd. De voorkeuze-instellingen [R GAIN], [G GAIN] en [B GAIN] ( negeren die met bovengenoemde procedure is ingesteld.
65) zullen de witbalansinstelling
61
Het zebrapatroon gebruiken Deze camcorder is uitgerust met een zebrapatroonfunctie die zwarte en witte diagonale strepen toont in het gebied dat overbelicht is. Het zebrapatroon wordt alleen op het scherm weergegeven. Gebruik deze functie als richtlijn bij de instelling van het diafragma en de sluitertijd. Beschikbare zebrapatrooninstellingen: 80 IRE, 85 IRE, 90 IRE, 95 IRE en 100 IRE.
Instelwiel (POWER)
Keuzeschijf (SET)
MENU-toets
Het niveau van het zebrapatroon selecteren
CAMERA SETUP
(
ZEBRA LEVEL••90
24)
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [ZEBRA LEVEL], selecteer een instellingsoptie en sluit het menu.
Het zebrapatroon activeren
CAMERA SETUP
(
ZEBRA••••••••OFF
24)
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [ZEBRA], stel dit in op [ON] en sluit het menu.
62
De huiddetailfunctie gebruiken U kunt met de instellingen voor tint, chroma, gebied en Y-niveau het huidgebied definiëren en de details verzachten om imperfecties van de huid te verminderen. Er verschijnt een zebrapatroon dat het huidgebied definieert, afgewisseld door het normale beeld (op een aangesloten TV- of computerscherm verschijnt een wit patroon).
Ne
De huiddetailfunctie activeren
CAMERA SETUP
(
SKIN D.SET
SKIN DETAIL••OFF
24)
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP] en [SKIN D.SET]. Selecteer [SKIN DETAIL], stel dit in op [HIGH], [MIDDLE] of [LOW] en sluit het menu. "
" verschijnt.
Het huidgebied definiëren
CAMERA SETUP
(
SKIN D.SET
HUE••••••••••G
R
CHROMA••••••• -
+
AREA••••••••• -
+
Y LEVEL•••••• -
+
24)
Opnemen
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP] en [SKIN D.SET]. Selecteer [HUE], [CHROMA], [AREA] of [Y LEVEL], stel de niveaus in en sluit het menu. • HUE: Stel de tint in voor definiëring van het huidgebied. Een instelling naar [R] definieert een roodachtige huidkleur en naar [G] een groenachtige huidkleur. • CHROMA: Stel de verzadiging in voor definiëring van het huidgebied. Een instelling naar [R] definieert een helderder huidkleur en naar [G] een lichtere huidkleur. • AREA: Stel het kleurbereik in voor definiëring van het huidgebied. Een instelling naar [+] definieert een breed kleurbereik en naar [-] een smal kleurbereik. • Y LEVEL: Stel de helderheid in voor definiëring van het huidgebied. Een instelling naar [+] definieert een helderder huidkleur en naar [-] een donkerder huidkleur. U kunt geen opnamen maken op de band als u het huidgebied definieert.
63
Voorkeuze-instellingen gebruiken U kunt drie voorkeuze-registraties instellen voor de volgende 15 camerafuncties: gamma curve, knee, black stretch/press, colour matrix, colour gain, colour phase, R gain, G gain, B gain, V detail, sharpness, coring, setup level, master pedestal en NR. U kunt ook voorkeuze-instellingen importeren uit een andere XL2 en deze opslaan in uw camcorder.
Gamma Curve Kies tussen een standaard gammacurve ([NORMAL]) en cinema-achtige gammacurve ([CINE]).
Output [NORMAL]
[CINE]
Knee Point Stel het dynamisch bereik (knee point) af in het geaccentueerde gebied van het beeld om overbelichting te voorkomen. U kunt kiezen uit [HIGH], [MIDDLE] of [LOW].
Input
Uitbeelding van de instelling
Output [HIGH]
KNEE
[MIDDLE] [LOW]
Black Stretch/Black Press Stel het dynamisch bereik af in het zwarte gebied van het beeld. U kunt kiezen uit [STRETCH], [MIDDLE] of [PRESS]. [STRETCH] benadrukt contrast in het donkere gebied, terwijl [PRESS] de zwartheid versterkt of verdiept.
[STRETCH] [MIDDLE]
BLACK
[PRESS] Uitbeelding van de instelling
Input
Colour Matrix Kies uit twee kleurenmatrix-instellingen: [NORMAL] en [CINE]. Als u gamma en colour matrix op [CINE] instelt, worden cinema-achtige kleuren geproduceerd.
Colour Gain Stel de verzadiging van de kleur in tussen uitgeschakeld (-) en oververzadigd (+).
64
Colour Phase
Ne
Stel af naar [G] om meer groen aan het beeld toe te voegen en naar [R] voor meer rood.
R GAIN Stel af naar [-] voor een witbalans naar cyaan en naar [+] voor een witbalans naar rood.
G GAIN Stel af naar [-] voor een witbalans naar magenta en naar [+] voor een witbalans naar groen.
B GAIN Stel af naar [-] voor een witbalans naar geel en naar [+] voor een witbalans naar blauw.
Vertical Detail Stel de verticale detailfrequentie af voor opnamen in de 25p-stand. Kies tussen [NORMAL] en [LOW]. • Wanneer u een opname afspeelt op een interlaced TV terwijl [V DETAIL] op [NORMAL] is ingesteld, kunnen horizontale lijnen gaan flikkeren. • Selecteer [NORMAL] als u opnamen non-interlaced wilt afspelen of bewerken op een computer, of wanneer u opnamen wilt kopiëren naar een DVD. • De beeldresolutie verandert niet in de 50i-stand. • Wanneer u een voorkeuze-instelling selecteert terwijl in de 50i-stand de optie [V DETAIL] op [LOW] staat ingesteld, dan verschijnt “CP” in een gele kleur.
SHARPNESS Stel de mate van scherpte in het beeld af. Stel af naar [-] voor een zachter beeld en naar [+] voor een scherper beeld. Wanneer u afstelt naar de [+] zijde, kan de ruis toenemen. Opnemen
CORING Stel het detailniveau van de ruis in. Stel af naar [-] om ruis toe te voegen en naar [+] om ruis te verminderen.
SETUP LEVEL Stel het zwartniveau van het videosignaal in. Stel af naar [-] om het beeld donkerder te maken en naar [+] om het schaduwgebied helderder te maken.
Master Pedestal Stel het niveau van master pedestal af. Stel af naar [-] om donkere gebieden donkerder te maken en het contrast te verhogen en naar [+] om donkere gebieden lichter te maken en het contrast te verlagen.
Ruisreductie (NR) Selecteer het variabele bereik van de ruisreductie. Kies hierbij uit [OFF], [HIGH], [MIDDLE] of [LOW]. Bij [HIGH], [MIDDLE] en [LOW] wordt de ruisreductie afgesteld in overeenstemming met de versterking. Selecteer [HIGH] voor een maximaal variabel bereik. • Wanneer [HIGH] wordt gekozen, kunnen onderwerpen een nabeeld met sporen achterlaten. • Bij een lage, op de versterking gebaseerde ruis is het ruisreductie-effect mogelijk niet waarneembaar.
65
Toets "voorkeuze in/uitschakelen" (CUSTOM PRESET ON/OFF) Toets "voorkeuze selecteren" (CUSTOM PRESET SELECT)
Keuzeschijf (SET)
MENU-toets
Voorkeuzes instellen
CUSTOM PRESET
(
PRESET SETUP
SEL PRESET
24)
1. Open het menu en selecteer [CUSTOM PRESET]. 2. Selecteer [PRESET SETUP]. De voorkeuze-onderdelen verschijnen.
3. Selecteer [SEL PRESET] en selecteer het voorkeuzebestand dat u wilt wijzigen. 4. Selecteer de voorkeuze-onderdelen, selecteer de instelopties en sluit het menu. ❍ Het voorkeuzemenu bestaat uit 5 pagina's. De onderdelen [SEL PRESET] en [ /CLEAR] kunnen op elke pagina worden geselecteerd. ❍ Wanneer u een beveiligde instelling probeert te wijzigen, begint ” “ te knipperen.
Een voorkeuzebestand beveiligen Open het menu en selecteer [CUSTOM PRESET], gevolgd door [PRESET SETUP]. Selecteer [ /CLEAR], stel dit in op [PROTECT ] en sluit het menu. Om de beveiliging op te heffen, selecteer u opnieuw de optie [PROTECT
].
Een voorkeuzebestand resetten 1. Open het menu en selecteer [CUSTOM PRESET], gevolgd door [PRESET SETUP]. 2. Selecteer [ /CLEAR] en stel dit in op [CLEAR]. Er verschijnt een bevestigingsbericht.
3. Selecteer [YES] en sluit het menu. Een beveiligd voorkeuzebestand kan niet worden gereset.
66
Voorkeuze-instellingen activeren
Ne
1. Druk op de CUSTOM PRESET SELECT-toets. • De instelling verandert telkens wanneer u de toets indrukt, in de volgorde “CP1”, “CP2”, “CP3” en “CP|”. • Als u de voorkeuze-instelling niet gebruikt, stel de camcorder dan in op “CP|”.
2. Druk op de CUSTOM PRESET ON/OFF-toets. De instelling is nu geactiveerd.
Een voorkeuze-instelling importeren uit een andere XL2 U kunt een voorkeuze-instelling importeren uit een andere XL2 en deze opslaan in uw camcorder. Gebruik de optionele DV-kabel CV-150F (4 pennen–4 pennen).
Instelwiel (POWER)
Opnemen
MENU-toets Keuzeschijf (SET)
Signaalstroom DV-kabel (optioneel)
Voorbereidingen 1. Sluit de camcorders op elkaar aan met een DV-kabel. 2. XL2 waaruit u de instelling wilt importeren: Draai het instelwiel naar EXT. CONT. XL2 waarnaar u de instelling wilt importeren: Draai het instelwiel naar een ander opnameprogramma dan [.
67
Importeren (Bediening op de XL2 waarnaar u de instelling importeert) 1. Open het menu en selecteer [CUSTOM PRESET], gevolgd door [READ PRESET]. Het menu IMPORT PRES. verschijnt.
2. Selecteer [SEL PRESET] en stel dit in op het voorkeuzebestand dat u wilt importeren. 3. Selecteer [SEL POSITION]. Het menu SEL POSITION verschijnt.
4. Selecteer [SEL PRESET] en stel dit in op het voorkeuzebestand dat u wilt overschrijven. 5. Selecteer [OVERWRITE]. Er verschijnt een bevestigingsbericht.
6. Selecteer [YES]. Het voorkeuzebestand wordt vervolgens geïmporteerd. Let erop dat de beveiliging is geannuleerd wanneer u een voorkeuze-instelling opslaat. ❍ U kunt de voorkeuze-instellingen van de aangesloten XL2 bekijken maar niet wijzigen. ❍ [READ PRESET] kan alleen worden geselecteerd wanneer een andere XL2 aangesloten is.
68
Clear Scan gebruiken voor het opnemen van computerschermen Ne
Met deze functie kunt u CRT-computerschermen of andere apparaten opnemen zonder dat op het scherm een zwarte band of flikkering verschijnt. U kunt de frequentie instellen tussen 50.0 Hz en 200.7 Hz.
Instelwiel (POWER) Sluitertoets (SHUTTER) r
CAMERA SETUP
(
CLEAR SCAN•••50.0Hz
24)
Opnemen
1. Draai het instelwiel naar Tv of M. 2. Druk op de sluitertoets (SHUTTER) r om “CS” weer te geven. 3. Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [CLEAR SCAN], stel de frequentie in en sluit het menu. Selecteer een frequentie waarmee de zwarte band niet verschijnt.
69
Voorkeuzetoetsen gebruiken Aan de voorkeuzetoetsen (CUSTOM KEYS) kunt u vaak gebruikte functies toewijzen (afzonderlijk voor de opnamestand en VCR-stand). Standaardinstellingen: Opnamestand CUSTOM KEY 1 TIME CODE CUSTOM KEY 2 INDEX WRITE
VCR-stand TV SCREEN DATA CODE
De volgende functies kunnen aan de voorkeuzetoetsen worden toegewezen: Stand CAMERA Tijdcode Indexering Zebrapatroon VCR STOP* TV-scherm Zoomsnelheid draaghendel Indicator audioniveau
VCR-stand Tijdcode TV-scherm Datacodering Indicator audioniveau
* Functie die alleen met de voorkeuzetoetsen kan worden geactiveerd.
De huidige instellingen van de voorkeuzetoetsen controleert u als volgt: In de opnamestand: Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [GUIDE INFO], stel dit in op [CUSTOM KEYS] en sluit het menu. In de VCR-stand: Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [CUSTOM KEYS], stel dit in op [ON] en sluit het menu.
70
De instelling van de voorkeuzetoetsen wijzigen
SYSTEM
(
Ne
CUSTOM KEY 1•INDEX WRITE
24)
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [CUSTOM KEY 1] of [CUSTOM KEY 2], selecteer de functie die u aan de voorkeuzetoets wilt toewijzen en sluit het menu. Wanneer u de voorkeuzetoetsen niet wilt gebruiken, selecteert u [(NONE)].
De functies activeren met de voorkeuzetoetsen Tijdcode (
44)
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2). Het instelmenu van de tijdcode verschijnt.
Indexering Aan uw opname kunt u een indexsignaal toevoegen om de opname in de VCR-stand gemakkelijk op te kunnen zoeken.
• Het indexsignaal wordt ongeveer 6 seconden lang opgenomen. • Wanneer de camcorder in de opnamepauzestand staat, wordt het indexsignaal geregistreerd wanneer u de opname start. ❍ Een indexsignaal kan niet later worden toegevoegd of gewist. ❍ Indexering kan niet worden gebruikt tijdens een opname met de intervaltimer.
Zebrapatroon (
62)
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2). Het zebrapatroon wordt nu geactiveerd. Druk nogmaals op de toets om het zebrapatroon te deactiveren.
71
Opnemen
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2).
VCR STOP (
31)
In de VCR STOP-stand behoudt de camcorder de camera-instellingen zoals diafragma en sluitertijd, zodat u het cameragedeelte kunt aanpassen zonder dat u zorgen hoeft te maken over de automatische uitschakeling. VCR STOP kan alleen worden geactiveerd met de voorkeuzetoetsen.
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2). De VCR STOP-stand wordt nu geactiveerd. Druk nogmaals op de toets om terug te keren naar de opnamepauzestand.
TV-scherm (
102)
U kunt het camcorderdisplay weergeven op een aangesloten TV.
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2).
Zoomsnelheid draaghendel (
36)
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2). Het menu ZOOM HANDLE verschijnt. Selecteer een insteloptie met de keuzeschijf.
Indicator audioniveau (
49)
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2). De indicator van het audioniveau verschijnt. Druk nogmaals op de toets om de indicator te verbergen.
Datacodering (
90)
Druk op de CUSTOM KEY-toets (1 of 2). De datacodering verschijnt. Druk nogmaals op de toets om de datacodering te verbergen.
72
Het korreleffect gebruiken Ne
Keuzetoets korrel (F. GRAIN SELECT) Aan/uit-toets korrel (F.GRAIN ON/OFF)
1. Druk op de F.GRAIN SELECT-toets om “FILM GRAIN” weer te geven. De instelling verandert telkens wanneer u de toets indrukt. “FILM GRAIN” knippert.
2. Druk op de F.GRAIN ON/OFF-toets. “FILM GRAIN” stopt met knipperen en het filmkorreleffect wordt geactiveerd. Druk nogmaals op de toets om het effect te deactiveren.
Opnemen
73
Kleurenbalken/audioreferentiesignaal opnemen Kleurenbalken U kunt EBU-balken (European Broadcast Union) genereren en opnemen.
Keuzetoets balken (BARS SELECT) Aan/uit-toets balken (BARS ON/OFF)
1. Druk op de BARS SELECT-toets om “COLOR BARS” weer te geven. De instelling verandert telkens wanneer u de toets indrukt. “COLOR BARS” knippert.
2. Druk op de BARS ON/OFF-toets. “COLOR BARS” stopt met knipperen en de kleurenbalken verschijnen. Druk nogmaals op de toets om de kleurenbalken te deactiveren.
Audioreferentiesignaal U kunt samen met de kleurenbalken een audioreferentiesignaal van 1kHz (-12 dB of -20 dB) opnemen.
AUDIO SETUP
(
1kHz TONE••••OFF
24)
Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [1kHz TONE], selecteer het audiosignaal en sluit het menu. Het geselecteerde audioreferentiesignaal klinkt.
74
Opnemen met de intervaltimer Met de intervaltimer kunt u gedurende een geselecteerde tijdsduur met een geselecteerde interval (tussenpoos) beelden opnemen. Deze functie is handig als u opnamen maakt van bloemen, dieren en andere natuurverschijnselen. U kunt een interval kiezen uit 30 seconden, 1 minuut, 5 minuten en 10 minuten, en een opnameduur van 0,5 seconde, 1 seconde, 1,5 seconde en 2 seconden.
Ne
Voorbeeld: 2 seconden opnameduur met een interval van 5 minuten (= standby-tijd van 5 minuten inclusief de opnameduur van 2 seconden) 2SEC.
2SEC.
Opname
4 min. 58 sec.
Opname
Intervaltijd 5 min.
4 min. 58 sec.
Intervaltijd 5 min.
Intervaltijd en opnameduur selecteren
CAMERA SETUP
(
INTERVAL T.••OFF
24) INTERVAL•••••30sec INT.REC.TIME•0.5sec
Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [INTERVAL T.] en stel dit in op [ON]. Selecteer [INTERVAL] en selecteer een interval. Selecteer [INT.REC.TIME] en selecteer een opnameduur. Sluit het menu.
Opnemen
1. 2. 3. 4. 5.
“INT T.” knippert.
75
Opnemen met de intervaltimer
Druk op de start/stop-toets om te beginnen met opnemen. • De intervalopname wordt gestart en “INT T.” stopt met knipperen. • Wanneer het interval ingesteld is op 30 seconden of 1 minuut, gaat de camcorder tussen de opnamen in de opnamepauzestand. Wanneer het interval op 5 of 10 minuten wordt ingesteld, wordt de camcorder tussen de opnamen stopgezet.
Een pauze inlassen tijdens intervalopnamen Druk op de start/stop-toets. • De camcorder keert terug naar de opnamepauzestand en “INT T.” begint te knipperen. • Druk op de start/stop-toets om het opnemen te hervatten.
Intervalopnamen stopzetten 1. Druk op de start/stop-toets. 2. Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [INTERVAL.T], stel dit in op [OFF] en sluit het menu. ❍ Wanneer u een lange opname maakt (meer dan 12 uur), dan verdient het aanbeveling de camerainformatie op het scherm uit te zetten door op de EVF DISPLAY-toets te drukken. ❍ Wanneer de camera-informatie op het scherm blijft weergegeven, zet de camcorder dan uit. Binnen enkele uren verdwijnt de informatie. ❍ De resterende opnameduur wordt mogelijk niet weergegeven.
76
Opnemen met de zelfontspanner Start/stop-toets
Ne
Start/stop-toets
Zelfontspannertoets (SELF TIMER)
Start/stop-toets
1. Druk op de SELF TIMER-toets op de draadloze afstandsbediening. "
" verschijnt.
2. Druk op de start/stop-toets. • De camcorder begint na 10 seconden aftellen op te nemen (of na 2 seconden bij gebruik van de afstandsbediening). Op het scherm ziet u dat wordt afgeteld.
Opnemen
❍ Om het gebruik van de zelfontspanner te annuleren, drukt u op de SELF TIMER-toets. Zodra het aftellen is begonnen, kunt u het gebruik van de zelfontspanner ook annuleren door op de start/stop-toets te drukken. ❍ Het aftellen van de zelfontspanner wordt geannuleerd wanneer u de camcorder uitzet. ❍ De zelfontspanner kan ook worden geactiveerd via het menu: Open het menu en selecteer [CAMERA SETUP]. Selecteer [SELF TIMER], stel dit in op [ON] en sluit het menu.
77
De DV-regeling gebruiken Met deze functie kan de XL2 de opname- en stopfunctie van een aangesloten IEEE1394 opslag/opname-apparaat regelen. Het apparaat moet voldoen aan het IEEE1394 AV/C protocol. Gebruikers van Windows XP kunnen ook de DV-PC Recorder downloaden vanaf de homepage van Canon om naar de harde schijf van de computer video/audio op te nemen. Raadpleeg voor bijzonderheden de brochure DV-PC Recorder Software.
SYSTEM
(
DV CONTROL•••OFF
24)
1. Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [DV CONTROL], stel dit in op [ON] en sluit het menu. 2. Druk op de start/stop-toets. Wanneer de XL2 in de opnamepauzestand staat: XL2: Opnemen geactiveerd Aangesloten apparaat: Opnemen geactiveerd Wanneer de XL2 bezig is met opnemen: XL2: Opnamepauzestand Aangesloten apparaat: Opnamepauzestand Wanneer de XL2 niet gereed is voor een opname (geen cassette geplaatst, etc.) Aangesloten apparaat: Opnemen geactiveerd/opnamepauzestand Nadat een cassette is geplaatst terwijl het aangesloten apparaat bezig is met opnemen: XL2: Opnemen geactiveerd Aangesloten apparaat: Vervolgt met opnemen Als nogmaals op de start/stop-toets wordt gedrukt: XL2: Opnamepauzestand Aangesloten apparaat: Opnamepauzestand ❍ De status van het aangesloten apparaat wordt als volgt aangegeven: 2 Aangesloten apparaat is bezig met opnemen 3 Aangesloten apparaat staat in de opnamepauzestand of is stopgezet. – – – Aangesloten apparaat staat in een andere stand dan de opnamepauze- of stopstand. [DV CONTROL] is ingesteld op [ON] maar er is geen DV-apparaat aangesloten ❍ Wanneer de XL2 stopt met opnemen zonder dat u de start/stop-toets heeft bediend (bijvoorbeeld wanneer de band het einde heeft bereikt) terwijl zowel de XL2 als het aangesloten apparaat bezig is met opnemen, dan gaat het aangesloten apparaat door met opnemen. ❍ Wanneer u twee XL2's via een DV-kabel aansluit, zorg er dan voor dat [DV CONTROL] van het aangesloten apparaat op [OFF] wordt gezet. ❍ U kunt voor DV-regeling op de XL2 slechts één apparaat aansluiten. ❍ De DV-regeling werkt mogelijk niet naar behoren, afhankelijk van het - niet door Canon gemaakte - aangesloten apparaat. ❍ De instelling van de DV-regeling wordt door de camcorder ook onthouden als u de stroom uitschakelt. Zorg ervoor dat u de instelling controleert nadat u de DV-regeling heeft gebruikt, omdat het risico bestaat dat de band in het aangesloten apparaat wordt overschreven. ❍ Gebruik geen DV-kabel die langer is dan 4,5 m.
78
Overige camcorderfuncties/instellingen De opnamemodus wijzigen (SP/LP)
Ne
U kunt kiezen tussen SP (standaardweergave) en LP (langere weergave). Met LP kan de cassette 1,5 keer langer worden gebruikt.
VCR SETUP
(
REC MODE•••••SP
24)
Om de LP-modus in te stellen, opent u het menu en selecteert u [VCR SETUP]. Selecteer vervolgens [REC MODE], zet dit op [LP] en sluit het menu. Het kan gebeuren dat beeld en geluid dat opgenomen is in de LP-modus, vervormd raakt. Dit hangt af van de aard en gebruiksomstandigheden van de band. Wij raden u aan voor belangrijke opnamen de SP-modus te gebruiken. ❍ Als u op dezelfde cassette opneemt in zowel de SP-modus als de LP-modus, dan raakt het weergegeven beeld mogelijk vervormd en wordt de tijdcode mogelijk niet goed weergegeven. ❍ Als u op deze camcorder een band afspeelt die met een ander digitaal apparaat in de LP-modus opgenomen is, of vice versa, kan het beeld en geluid vervormd raken.
Beeldgegevens opnemen Opnemen van beeldgegevens is een functie waarmee metagegevens - maand, dag, uur, minuut en seconden - permanent op de video kunnen worden vastgelegd. Dit is ideaal voor bewakings- en wetshandhavingsdoeleinden.
CHAR. REC••••OFF
24)
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [CHAR. REC], stel dit in op [ON] en sluit het menu. ❍ Zorg ervoor dat [CHAR. REC] op [OFF] staat wanneer u de beeldgegevens niet wilt opnemen. ❍ Permanente beeldgegevens kunnen later niet worden gewist.
De statuslampjes uitschakelen
SYSTEM
(
TALLY LAMP•••ON
24)
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [TALLY LAMP], stel dit in op [OFF] en sluit het menu. De statuslampjes gaan echter nog wel branden als de camcorder een signaal ontvangt vanaf de draadloze afstandsbediening, of tijdens het aftellen van de zelfontspanner.
79
Opnemen
SYSTEM
(
De taal van de displays wijzigen De taal die wordt gebruikt in de informatieschermen van de camcorder en menu-onderdelen, kan worden gewijzigd in Chinees of Japans.
DISPLAY SETUP/
(
LANGUAGE
•••ENGLISH
24)
Om de displaytaal te wijzigen, opent u het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ Selecteer [LANGUAGE ], selecteer een taal en sluit het menu.
].
❍ Als u per abuis de taal heeft gewijzigd, volg dan de markering naast het menu-onderdeel om de instelling te wijzigen. ❍ De symbolen “ ” en “ ” aan de onderzijde van het scherm hebben betrekking op de toetsnamen op de camcorder en veranderen niet wanneer u de taal wijzigt.
De datumnotatie wijzigen U kunt kiezen uit drie datumnotaties. Voorbeeld: [1. JAN. 2004], [JAN. 1, 2004] en [2004. 1. 1].
DISPLAY SETUP/
(
DATE FORMAT•• 1.JAN.2004
24)
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ notatie en sluit het menu.
80
]. Selecteer [DATE FORMAT], selecteer een
Een cassette afspelen Als het beeld vervormd raakt, reinig de videokoppen dan met een Canon Head Cleaning Cassette of een in de handel verkrijgbare reinigingscassette voor digitale videokoppen ( 108).
Ne
Plus/mintoets "opname zoeken" (REC SEARCH +/–)
1. 2. 3. 4.
Draai het instelwiel naar VCR. Druk op de ` toets om de band terug te spoelen. Druk op de e toets om te beginnen met afspelen. Druk op de 3 toets om de band stop te zetten.
Speciale afspeelstanden Afspelen
a (Afspeelpauze) Om tijdens het afspelen een pauze in te lassen, drukt u tijdens normaal afspelen op de a toets.
1 (vooruit versneld afspelen) / ` (achteruit versneld afspelen) Speelt de band 11,5 zo snel af (vooruit of achteruit). Druk tijdens normaal afspelen of vooruitspoelen de toets in en houd deze ingedrukt.
–/4a (Achteruit afspelen) Druk tijdens normaal afspelen op deze toets van de draadloze afstandsbediening. Druk op e (afspelen) om terug te keren naar normaal afspelen.
+/ae (Beeld voor beeld vooruit afspelen) / –/4a (Beeld voor beeld achteruit afspelen) Speelt de band beeld voor beeld af. Druk tijdens afspeelpauze herhaaldelijk op deze toets van de draadloze afstandsbediening. Druk de toets in en houd deze ingedrukt om ononderbroken de band beeld voor beeld vooruit of achteruit af te spelen.
81
SLOW M (langzaam vooruit afspelen)/(langzaam achteruit afspelen) Speelt de band met 1/3 van de normale snelheid af. Druk tijdens normaal of achteruit afspelen op deze toets van de draadloze afstandsbediening. Druk op e (afspelen) om terug te keren naar normaal afspelen.
× 2 (× 2 vooruit afspelen)/( ×2 achteruit afspelen) Speelt de band tweemaal zo snel als normaal af. Druk tijdens normaal of achteruit afspelen op deze toets van de draadloze afstandsbediening. Druk op e (afspelen) om terug te keren naar normaal afspelen.
Zoeken en markeren Druk tijdens de afspeelpauzestand op de REC SEARCH +/– toets en houd deze ingedrukt. Als u de toets loslaat, keert de camcorder terug naar de afspeelpauzestand. ❍ Tijdens de speciale afspeelstanden is er geen geluid mogelijk. ❍ Bij sommige speciale afspeelstanden kan het beeld vervormd raken. ❍ Om de band en videokoppen te beschermen, schakelt de camcorder zichzelf uit als u deze 5 minuten in de afspeelpauzestand heeft laten staan.
Beeldspoelschijf Gebruik de beeldspoelschijf tijdens afspelen of de afspeelpauzestand om de afspeelsnelheid en afspeelrichting te regelen. Draai aan de beeldspoelschijf om slow motion, ×1 en ×2 afspelen (zowel vooruit als achteruit), evenals versneld vooruit of achteruit afspelen te selecteren. Draai de schijf volledig naar links/rechts om de band terug/vooruit te spoelen als de band gestopt is. Slow motion-schijf Draai tijdens het afspelen of de afspeelpauzestand aan de slow motion-schijf om beeld voor beeld vooruit/achteruit of in slow motion vooruit/achteruit af te spelen (afhankelijk van hoe ver u de schijf verdraait). Wanneer u niet langer aan de schijf draait, keert de camcorder terug naar de afspeelpauzestand.
82
Afspeelpauze In slow motion achteruit afspelen Achteruit afspelen ×2 achteruit afspelen
Achteruit (REVERSE)
Versneld achteruit afspelen
Achteruit (REVERSE)
In slow motion vooruit afspelen ×1 vooruit afspelen Vooruit (FORWARD)
×2 vooruit afspelen Versneld vooruit afspelen
Vooruit (FORWARD)
Afspelen op een TV-scherm TV's met een S (S1)-video-ingangsaansluiting
Ne
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder.
INPUT VIDEO
Stereovideokabel STV150N (meegeleverd) Signaal S-videokabel S-150 (meegeleverd)
AUDIO L R S(S1)-VIDEO
Signaal
Afspelen
1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen. 2. Sluit de S-videokabel S-150 aan op de S-video-aansluitingen. 3. Sluit de stereovideokabel STV-150 aan op de AUDIO1-aansluitingen van de camcorder en de audio-aansluitingen van de TV/videorecorder. 4. Als u aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO. Als u aansluit op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op LINE. ❍ Wij raden u aan de camcorder via een stopcontact van stroom te voorzien. ❍ De beeldkwaliteit is hoger wanneer de camcorder wordt aangesloten op een TV met een S (S1)-aansluiting.
83
TV's met een SCART-aansluiting Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder.
SCART-adapter PC-A10
Stereovideokabel STV150N (meegeleverd)
AUDIO AUDIO VIDEO (R) (L/MONO)
Signaal
1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen. 2. Sluit de SCART-adapter PC-A10 aan op de SCART-aansluiting van de TV of videorecorder. 3. Sluit de stereovideokabel STV-150 aan op de VIDEO- en AUDIO1-aansluitingen van de camcorder en de audio/video-aansluitingen op de SCART-adapter. 4. Als u aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO. Als u aansluit op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op LINE. ❍ De meegeleverde SCART-adapter PC-A10 is alleen bestemd voor uitgangssignalen. Voor opnamen via de analoge ingang of analoog/digitaal omzetting dient gebruik te worden gemaakt van een SCART-adapter met ingangsmogelijkheid (in de winkel verkrijgbaar). ❍ Wanneer u een verbinding maakt met de RCA-aansluiting, stel de RCA/BNC-kiezer dan in op RCA. Wanneer u een verbinding maakt met de BNC-aansluiting, stel de RCA/BNC-kiezer dan in op BNC.
84
TV's met audio/videoaansluitingen
Ne
Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder.
INPUT VIDEO
Signaal Stereovideokabel STV-150N (meegeleverd)
AUDIO L R
Afspelen
1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen. 2. Sluit de stereovideokabel STV-150 aan op de VIDEO- en AUDIO1-aansluitingen van de camcorder en de audio/video-aansluitingen op de TV/videorecorder. 3. Als u aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO. Als u aansluit op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op LINE. ❍ Wanneer u een verbinding maakt met de RCA-aansluiting, stel de RCA/BNC-kiezer dan in op RCA. Wanneer u een verbinding maakt met de BNC-aansluiting, stel de RCA/BNC-kiezer dan in op BNC.
85
Audio-uitgang
AUDIO2 RCA-aansluitingen
AUDIO MONITORtoets
AUDIO1 RCA-aansluitingen
De audio-uitgang van de RCA-aansluitingen selecteren
Druk op de AUDIO MONITOR-toets. De instelling verandert telkens wanneer u op de toets drukt, in de volgorde CH 1/2 , CH 3/4 en CH 1/2 +CH 3/4 .
De audiokanalen selecteren
AUDIO SETUP
(
SEL AUDIO CH•CH1/CH2
24)
Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [SEL AUDIO CH], selecteer een instellingsoptie en sluit het menu.
De audiomix selecteren
AUDIO SETUP
(
MIX SELECT•••VARIABLE
24)
1. Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [MIX SELECT], stel dit in op [VARIABLE] of [FIXED] en sluit het menu. 2. Wanneer u [VARIABLE] heeft geselecteerd, stel de mengbalans dan af met MIX BALANCE CH1/2 en CH3/4 toetsen op de draadloze afstandsbediening.
86
Terugkeren naar een eerder gemarkeerde positie Als u later naar een bepaalde scène wilt teruggaan, markeer dan dit punt met het nulstelgeheugen en de band zal dan op dit punt stoppen wanneer u de band terug- of vooruitspoelt. Deze functie wordt uitgevoerd met de draadloze afstandsbediening.
Ne
Nulstelgeheugentoets (ZERO SET MEMORY)
Terugspoeltoets (REW)`
STOP 3 toets
Afspeeltoets (PLAY)e button
1. Druk de ZERO SET MEMORY-toets in op het punt waar u later naar wilt terugkeren. • “0:00:00 ” verschijnt. • Om deze functie te annuleren, drukt u nogmaals op de ZERO SET MEMORY-toets.
2. Wanneer u klaar bent met afspelen, spoel de band dan terug. “` RTN” verschijnt. De band stopt automatisch bij "0:00:00". De bandteller verandert in de tijdcode. Het nulstelgeheugen werkt mogelijk niet naar behoren als de tijdcode niet opeenvolgend is opgenomen.
Afspelen
• • • •
87
Index zoeken U kunt het punt lokaliseren waar u het indexsignaal heeft opgenomen ( Deze functie wordt uitgevoerd met de draadloze afstandsbediening.
71).
+ toets Zoekkeuzetoets (SEARCH SELECT) STOP 3 toets
- toets
1. Druk op de SEARCH SELECT-toets om “INDEX SEARCH” weer te geven. 2. Druk op de + of - toets om met zoeken te beginnen. • Druk meer dan eenmaal op de toets om te zoeken naar verdere indexsignalen (tot 10 keer). • Druk op de STOP 3 toets om de stoppen met zoeken. Het is mogelijk dat het afspelen iets voor of na het indexsignaal wordt gestart.
88
Datum zoeken Met de functie "datum zoeken" kunt u de wijziging van de datum/tijdzone lokaliseren. Deze functie wordt uitgevoerd met de draadloze afstandsbediening.
Ne
+ toets Zoekkeuzetoets (SEARCH SELECT) STOP 3 toets
- toets
1. Druk op de SEARCH SELECT-toets om “DATE SEARCH” weer te geven. 2. Druk op de + of - toets om met zoeken te beginnen. • Druk meer dan eenmaal op de toets om te zoeken naar verdere datumwijzigingen (tot 10 keer). • Druk op de STOP 3 toets om de stoppen met zoeken. ❍ Een opname van langer dan een minuut per datum/gebied is vereist. ❍ Datum zoeken werkt mogelijk niet als de datacodering niet correct wordt weergegeven.
Afspelen
89
De datacodering weergeven De camcorder houdt een datacodering bij. Deze datacodering omvat de opnamedatum en opnametijd en andere cameragegevens zoals sluitertijd, versterking en belichting (f-stop). Wanneer u een cassette afspeelt, kunt u selecteren welke gegevens moeten worden getoond.
MENU-toets Datacoderingstoets MENU-toets
Keuzetoets (SET) Keuzeschijf
Datum of tijd selecteren
DISPLAY SETUP/
(
D/TIME SEL.••DATE & TIME
24)
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ [TIME] en sluit het menu.
]. Selecteer [D/TIME], zet dit op [DATE] of
Cameragegevens met of zonder datum/tijd selecteren
DISPLAY SETUP/
(
DATA CODE••••DATE/TIME
24)
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ]. Selecteer [DATA CODE], stel dit in op [CAMERA DATA] of [CAM. & D/T (cameragegevens en datum/tijd), en sluit het menu.
90
De datacodering weergeven
Ne
Druk op de draadloze afstandsbediening op de DATA CODE-toets. De datacodering wordt niet getoond wanneer u de volgende keer de camcorder inschakelt.
6-seconden automatische datering De datum en de tijd verschijnen gedurende 6 seconden als u met afspelen begint, of om aan te geven dat de datum/tijdzone is gewijzigd.
DISPLAY SETUP/
(
6SEC.DATE••••OFF
24)
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ en sluit het menu.
]. Selecteer [6SEC.DATE], zet dit op [ON]
Afspelen
91
De stand van de afstandsbedieningssensor wijzigen De afstandsbedieningssensor kan in twee standen worden ingesteld en kan worden uitgeschakeld zodat de camcorder niet onbedoeld reageert op andere afstandsbedieningen van Canon die in de directe omgeving worden gebruikt.
De afstandsbedieningssensor uitschakelen.
SYSTEM
(
WL.REMOTE••••
1
24)
Open het menu en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [WL. REMOTE], stel dit in op [OFF B] en sluit het menu. “B“ verschijnt.
De stand van de afstandsbedieningssensor wijzigen
SYSTEM
(
WL.REMOTE••••
1
24)
1. Open het menu op de camcorder en selecteer [SYSTEM]. Selecteer [WL. REMOTE], stel dit in op [A 2] en sluit het menu. De geselecteerde stand wordt enkele seconden lang getoond.
2. Druk op de REMOTE SET-toets van de afstandsbediening en houd deze ingedrukt. Druk op de ZOOM-toets T voor stand 2. Houd de toets gedurende meer dan 2 seconden ingedrukt. Als u de camcorder heeft ingesteld op stand 1, druk dan op de ZOOM-toets W voor stand 1. ❍ De draadloze afstandsbediening keert terug naar stand 1 wanneer u de batterijen vervangt. Wijzig de stand indien nodig. ❍ Zorg ervoor dat de camcorder en de draadloze afstandsbediening op dezelfde stand ingesteld staan. De stand van de camcorder wordt weergegeven als u op een willekeurige toets van de afstandsbediening drukt (met uitzondering van de REMOTE SET-toets). Stel de afstandsbedieningssensor in op dezelfde stand. Vervang de batterijen als de afstandsbediening nog steeds niet werkt.
92
Opnamen kopiëren naar een videorecorder of digitaal videoapparaat Ne
U kunt uw opnamen kopiëren vanaf uw camcorder naar een videorecorder of een digitaal videoapparaat. Als u een digitaal videoapparaat aansluit, kunt u vrijwel zonder verlies van beeld- en geluidskwaliteit opnamen kopiëren.
De apparatuur aansluiten q Aansluiten op een videorecorder Zie Afspelen op een TV-scherm (
83).
w Een digitaal videoapparaat aansluiten Gebruik de optionele DV-kabel CV-150F (4-pens - 4-pens) of CV-250F (4-pens - 6-pens). Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van het digitale videoapparaat.
Signaalstroom DV-kabel (optioneel)
Opnemen
❍ Wanneer u een videorecorder aansluit, zal de kwaliteit van de gemonteerde band iets lager zijn dan dat van het origineel. ❍ Wanneer u een digitaal videoapparaat aansluit: - Als het beeld niet verschijnt, sluit dan opnieuw de DV-kabel aan of zet de camcorder uit en weer aan. - Er kan niet worden gegarandeerd dat alle soorten digitale videoapparaten met een DVaansluiting goed werken. Als het kopieerproces niet werkt, gebruik dan de S-video- of de audioen videoaansluitingen.
93
Videobeelden monteren
1. Draai het instelwiel naar VCR en plaats een opgenomen cassette. 2. Aangesloten apparaat: Plaats een lege band en schakel op het apparaat de opnamepauzestand in. 3. Lokaliseer de scène die u wilt kopiëren en las kort vóór de scène een afspeelpauze in. 4. Start het afspelen van de cassette. 5. Aangesloten apparaat: Begin op te nemen wanneer de scène verschijnt die u wilt kopiëren. Stop met opnemen wanneer het kopiëren voltooid is. 6. Stop met afspelen.
Opnemen vanaf analoge videoapparaten (videorecorder, TV of camcorder) U kunt op de cassette in de camcorder video's of TV-programma's opnemen vanaf een videorecorder of analoge camcorder.
1. Sluit de camcorder aan op het analoge videoapparaat. Zie Afspelen op een TV-scherm (
83).
2. Draai het instelwiel naar VCR en plaats een lege cassette. 3. Open het menu en selecteer [AUDIO SETUP]. Selecteer [AUDIO MODE], selecteer een instellingsoptie en sluit het menu. 4. Selecteer de audio-ingang. Opnemen op 2 kanalen: Selecteer de ingang met de INPUT SELECT-schakelaar van AUDIO1 (kies AUDIO1 voor analoge invoer). Opnemen op 4 kanalen: Selecteer de ingang met de INPUT SELECT-schakelaar van AUDIO1 en AUDIO2 (kies AUDIO1 en AUDIO2 voor analoge invoer).
5. Aangesloten apparaat: Plaats de opgenomen cassette. 6. Druk tegelijkertijd op de 2 en a toets (of de REC PAUSE-toets op de draadloze afstandsbediening). U kunt tijdens de opnamepauzestand en tijdens het opnemen op het scherm het beeld controleren.
7. Aangesloten apparaat: Start het afspelen van de cassette. 8. Druk op de a toets (of de PAUSE a toets op de draadloze afstandsbediening) wanneer de scène verschijnt die u wilt opnemen. De opname begint.
9. Druk op de 3 toets om de band stop te zetten. • Druk op de a toets om tijdens het opnemen een pauze in te lassen. • Druk nogmaals op de a toets om het opnemen te hervatten.
10.Aangesloten apparaat: Stop met afspelen. ❍ Wanneer u bij stap 6 alleen op de 2 toets drukt, wordt onmiddellijk met opnemen gestart. ❍ Wanneer u een verbinding maakt met een TV/videorecorder met een SCART-aansluiting, gebruik dan een SCART-adapter met ingangsmogelijkheid (in de winkel verkrijgbaar). De meegeleverde SCART-adapter PC-A10 is alleen voor uitgangssignalen.
94
Opnemen vanaf digitale videoapparaten (DV dubben) Ne
U kunt vrijwel zonder verlies van beeld- en geluidskwaliteit beelden opnemen vanaf andere digitale videoapparaten die uitgerust zijn met een DV-aansluiting.
1. Sluit de camcorder aan op het digitale videoapparaat. Zie Een digitaal videoapparaat aansluiten (
93).
2. Draai het instelwiel naar VCR en plaats een lege cassette. Zorg ervoor dat [AV\DV OUT] op [OFF] ingesteld is (
98).
3. Aangesloten apparaat: Plaats de opgenomen cassette. 4. Druk tegelijkertijd op de 2 en a toets (of de REC PAUSE-toets op de draadloze afstandsbediening). U kunt tijdens de opnamepauzestand en tijdens het opnemen op het scherm het beeld controleren.
5. Aangesloten apparaat: Start het afspelen van de cassette. 6. Druk op de a toets (of de PAUSE a toets op de draadloze afstandsbediening) wanneer de scène verschijnt die u wilt opnemen. De opname begint.
7. Druk op de 3 toets om de band stop te zetten. • Druk op de a toets om tijdens het opnemen een pauze in te lassen. • Druk nogmaals op de a toets om het opnemen te hervatten.
8. Aangesloten apparaat: Stop met afspelen. ❍ Lege gedeelten worden mogelijk opgenomen als een abnormaal beeld. ❍ Als het beeld niet verschijnt, sluit dan opnieuw de DV-kabel aan of zet de camcorder uit en weer aan. ❍ U kunt alleen signalen opnemen vanaf apparaten met het logo voor opnamen met het SDsysteem in de SP- of LP-modus. ❍ Wanneer u bij stap 4 alleen op de 2 toets drukt, wordt onmiddellijk met opnemen gestart.
Videobeelden monteren
95
Betreffende auteursrechten Bescherming van auteursrechten Sommige voorbespeelde videobanden, films en ander materiaal, en tevens sommige televisieprogramma’s zijn auteursrechtelijk beschermd. Ongeoorloofd opnemen van deze materialen kan inbreuk plegen op de wet ter bescherming van auteursrechten.
Auteursrechtsignalen Tijdens weergave: Als u een band probeert af te spelen die auteursrechtsignalen bevat ter bescherming van software, dan verschijnt gedurende enkele seconden het bericht "COPYRIGHT PROTECTED PLAYBACK IS RESTRICTED" en laat de camcorder een leeg blauw scherm zien. De inhoud van de cassette kan dan niet worden bekeken. Tijdens opnemen: Als u een opname probeert te maken vanaf software waarop auteursrechtsignalen staan ter bescherming van de software, verschijnt het bericht “COPYRIGHT PROTECTED DUBBING RESTRICTED”. De inhoud van de software kan dan niet worden opgenomen. Met deze camcorder kunt u signalen voor bescherming van auteursrechten niet op een band opnemen.
96
Analoge signalen omzetten in digitale signalen (analoog-digitaal converter) Ne
Door de camcorder aan te sluiten op een videorecorder of 8mm-videocamcorder kunt u analoge video/audiosignalen omzetten in digitale signalen en de digitale signalen uitvoeren via de DVaansluiting. De DV-aansluiting functioneert alleen als een uitgangsaansluiting.
De apparatuur aansluiten Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen. Haal de cassette uit de camcorder. Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van het aangesloten apparaat. Gebruik de optionele DVkabel CV-150F (4-pens - 4-pens) of CV-250F (4-pens - 6-pens). U kunt ook een verbinding maken met de VIDEO-aansluiting ( 85).
Stereovideokabel STV-150N (meegeleverd) VIDEO L AUDIO R
Signaal S-videokabel S-150 (meegeleverd)
S(S1) -VIDEO
Signaal DV-kabel (optioneel)
Videobeelden monteren
97
De analoog-digitaal omzetter inschakelen
VCR SETUP
(
AV DV••••••••OFF
24)
Open het menu en selecteer [VCR SETUP]. Selecteer [AV\DV OUT], stel dit in op [ON] en sluit het menu. ❍ Het kan voorkomen dat de omzetting van analoge in digitale signalen niet naar behoren werkt. Dit is afhankelijk van het signaal dat wordt verzonden vanaf het aangesloten apparaat (bijvoorbeeld bij signalen die vergezeld gaan van signalen voor bescherming van auteursrechten of abnormale signalen zoals echosignalen). ❍ Wanneer u een aansluiting verricht op een TV/videorecorder met een SCART-aansluiting, gebruik dan een SCART-adapter met ingangsmogelijkheid (in de winkel verkrijgbaar). De meegeleverde SCART-adapter PC-A10 is alleen voor uitgangssignalen. ❍ Stel bij normaal gebruik de optie [AV\DV OUT] in op [OFF]. Als [ON] wordt gekozen, kunnen geen digitale signalen via de DV-aansluiting van de camcorder worden ingevoerd. ❍ Het kan voorkomen dat u via de DV-aansluiting geen omgezette signalen kunt verzenden. Dit is afhankelijk van de software en de specificaties van uw computer. ❍ Het verdient aanbeveling de camcorder via een stopcontact van stroom te voorzien. ❍ U kunt ook de AV/DV toets van de draadloze afstandsbediening indrukken. De instelling verandert telkens wanneer u de toets indrukt.
98
De camera aansluiten op een computer met een DV (IEEE1394)-kabel U kunt opnamen naar een computer kopiëren via een IEEE1394 (DV) aansluiting of een IEEE1394 capture board. Gebruik de bewerkingssoftware die is meegeleverd met uw computer/capture board om video-opnamen te kopiëren vanaf de band naar uw computer. Raadpleeg de instructiehandleiding van de software. Op Windows-besturingssystemen later dan Windows 98 Second Edition en op Mac-besturingssystemen later dan Mac OS 9 is al een stuurprogramma aanwezig dat automatisch wordt geïnstalleerd. Gebruikers van Windows XP kunnen ook de DV-PC Recorder downloaden vanaf de homepage van Canon om hiermee op de harde schijf van de computer video/audio op te nemen. Raadpleeg voor bijzonderheden de brochure DV-PC Recorder Software. Gebruik de optionele DV-kabel CV-150F (4-pens - 4-pens) of CV-250F (4-pens - 6-pens).
Ne
IEEE1394 (DV)-aansluiting DV-kabel (optioneel) 6-pens 4-pens
❍ Het is mogelijk dat deze functie niet goed werkt. Dit hangt af van de software en specificaties/instellingen van uw computer. ❍ Als de computer "bevriest" terwijl de camcorder aangesloten is, verwijder dan de DV-kabel en sluit deze opnieuw aan. Als het probleem aanhoudt, verwijder dan de interfacekabel, zet de camcorder en computer uit en weer aan, en sluit beide apparaten opnieuw op elkaar aan. ❍ De XL2 kan niet worden gebruikt in combinatie met DV Messenger. Raadpleeg ook de instructiehandleiding van de computer. Videobeelden monteren
99
Instellingen die behouden blijven nadat de camcorder wordt uitgeschakeld of tijdens STANDBY In de volgende lijst worden de instellingen getoond die behouden blijven als u de camcorder uitschakelt of op de STANDBY-toets drukt terwijl de ondersteuningsbatterij in de camcorder aanwezig is. Opname-instelling Uitschakeling van de camcorder
STANDBY-stand
Diafragma-instelling in de Av-stand h Sluitertijdinstelling in de Tv-stand h Diafragma- en sluitertijdinstelling in de stand h Handmatig Handmatig ingestelde witbalans h h Aan/uit belichtingsvergrendeling Keert terug naar de UIT-stand Diafragma- en sluitertijdinstelling tijdens Reset h belichtingsvergrendeling h Instelling kleurenbalken Reset h Kleurenbalken aan/uit Reset h Filmkorrelinstelling Reset Filmkorrel aan/uit Reset h CAMERA MENU-instellingen* h Zelfontspanner aan/uit Keert terug naar de UIT-stand Intervaltimer aan/uit Keert terug naar de UIT-stand TV SCREEN aan/uit h EVF-display (camera-informatie) Keert terug naar normaal display Zijpaneelverlichting Keert terug naar de UIT-stand Nulstelgeheugen h * Behalve voor aan/uit van de zelfontspanner en intervaltimer.
100
In de volgende lijst worden de instellingen getoond die behouden blijven wanneer u de stand van het AE-programma of de beeldfrequentie wijzigt.
Ne
Opname-instelling Wanneer u overgaat op een ander AEprogramma dan Gemakkelijk opnemen Diafragma-instelling in de stand Av Sluitertijdinstelling in de Tv-stand Diafragma- en sluitertijdinstelling in de stand Handmatig Handmatig ingestelde witbalans Aan/uit belichtingsvergrendeling Diafragma- en sluitertijdinstelling tijdens belichtingsvergrendeling Instelling kleurenbalken Kleurenbalken aan/uit Filmkorrelinstelling Filmkorrel aan/uit CAMERA MENU-instelling Zelfontspanner aan/uit Intervaltimer aan/uit TV SCREEN aan/uit EVF-display (camerainformatie) Zijpaneelverlichting Nulstelgeheugen
Wanneer u overgaat op de stand Gemakkelijk opnemen
Wanneer u de beeldfrequentie wijzigt
h
Reset
h
Reset
h
Reset
h
h
Keert terug naar de UIT-stand Reset
h h
Reset Reset Reset Reset
h h h h h h h h h
Overige informatie
101
Schermdisplays Camera-informatie op het camcorderscherm verbergen U kunt de displays (symbolen) op het LCD-scherm verbergen. Tijdens het afspelen is het beeld dan overzichtelijker.
DISPLAY SETUP/
(
DISPLAYS•••••ON
24)
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ ] en sluit het menu.
]. Selecteer [DISPLAYS], stel dit in op [OFF
• Waarschuwingsberichten verschijnen nog wel, en de datacodering verschijnt indien deze is ingeschakeld. • Het banddisplay verschijnt 2 seconden.
Displays op het TV-scherm verbergen/weergeven Als u voor het opnemen een TV aansluit, kunt u ervoor kiezen de camcorderdisplays op het TV-scherm te verbergen. Bij het afspelen van de band kunt u op het TV-scherm de camera-informatie weergeven.
DISPLAY SETUP/
(
TV SCREEN••••ON
24)
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ dit op [OFF] en sluit het menu.
]. Selecteer vervolgens [TV SCREEN], zet
De displays verdwijnen van het TV-scherm.
DISPLAY SETUP/
(
TV SCREEN••••OFF
24)
Open het menu en selecteer [DISPLAY SETUP/ dit op [ON] en sluit het menu. De displays verschijnen op het TV-scherm.
102
]. Selecteer vervolgens [TV SCREEN], zet
Schermsymbolen tijdens het opnemen Zie ook
Ne
32.
Zoomstand / zoomsnelheid ( 36) / belichtingsniveau ( 56) AE-programma ( Sluitertijd* ( Diafragma* (
Versterking (
59)
Zelfontspanner ( 77)
51)
54, 56)
Belichtingsvergrendeling ( 57) / AE SHIFT ( 58) Witbalans ( 60) Handmatig scherpstellen ( 39) 63)
Kleurenbalken ( 74) / filmkorrel ( 73) Voorkeuze-instelling (
64)
79)
Cassettebediening REC PAUSE STOP EJECT Condenswaarschuwing ( 108) Stand afstandsbedieningssensor ( 92) Intervaltimer ( 75) Beeldfrequentie ( 42)
55, 56)
Details van de huid (
Opnamemodus (
Opnemen van beeldgegevens ( 79) / End search ( 35)
DV-regeling (
78)
Audiostand (
46)
Accessoire die aangesloten is op de geavanceerde accessoireschoen Indicator audioniveau (
49)
Voorkeuzetoetsen ( 70) / datum en tijd ( 28)
* In de stand Handmatig.
Overige informatie
103
Camera-informatie tijdens het afspelen Afspeelmethodes (
81)
REC PAUSE STOP EJECT e FF 1 ` REW
/ / /
2 1
Datum zoeken ( 91) / index zoeken ( 88)
/ /
Audio-uitgang ( Mengbalans (
: Versneld vooruit afspelen / versneld achteruit afspelen 2 : ×2 afspelen 1 : ×1 afspelen : Beeld voor beeld vooruit afspelen / beeld voor beeld : achteruit afspelen Afspeelpauze
86) 86) 0Beeldfrequentie (
Voorkeuzetoetsen ( Datacodering (
70)
Audiostand ( User Bit (
90)
42)
46)
45)
Indicator audioniveau (
Tijdcode
Zijpaneel
Opname-instelling Audiostand [AUDIO LEVEL] is ingesteld op [MANUAL]
104
De band heeft het einde bereikt Resterende batterijcapaciteit Audio-uitgang tijdens afspelen Indicator audioniveau
49)
Overzicht van berichten Bericht
Uitleg
SET THE TIME ZONE, DATE AND TIME
U heeft de tijdzone, datum en tijd niet ingesteld. Verschijnt telkens wanneer u de stroom inschakelt totdat u de tijdzone, datum en tijd instelt.
28
CHANGE THE BATTERY PACK
De accu is vrijwel leeg. Vervang de accu of laad deze op.
11
THE TAPE IS SET FOR ERASURE PREVENTION
De cassette is wisbeveiligd. Vervang de cassette of wijzig de stand van het wisbeveiligingsschuifje.
110
REMOVE THE CASSETTE
De camcorder is gestopt om de cassette te beschermen. Verwijder de cassette en plaats deze weer terug.
23
CHECK THE INPUT
De DV-kabel is niet aangesloten, of het aangesloten digitale apparaat is uitgeschakeld.
95
CONDENSATION HAS BEEN DETECTED
In de camcorder is condens ontdekt.
108
TAPE END
De band heeft het einde bereikt. Spoel de band terug of vervang de cassette.
HEADS DIRTY, USE CLEANING CASSETTE
De videokoppen zijn vuil. Reinig de videokoppen.
108
ENTERING “POWER STANDBY”
Verschijnt gedurende 1 seconde wanneer u de STANDBY-toets indrukt.
31
CHECK THE LENS
Het objectief is niet goed aangesloten. Draai aan het objectief totdat u een klik hoort. Als het bericht niet verdwijnt, verwijder dan het objectief en sluit het weer aan.
20
COPYRIGHT PROTECTED U heeft geprobeerd een auteursrechtelijk beveiligde band af te PLAYBACK IS RESTRICTED spelen. COPYRIGHT PROTECTED DUBBING RESTRICTED
U heeft geprobeerd een auteursrechtelijk beveiligde band te kopiëren. Verschijnt mogelijk ook wanneer tijdens het opnemen via de analoge ingang een abnormaal signaal wordt ontvangen, of tijdens analoog/digitaal omzetting van een auteursrechtelijk beveiligde band.
Ne
–
96 96
Overige informatie
105
Onderhoud/overig Voorzorgsmaatregelen bij het omgaan met de camcorder ❍ Draag de camcorder niet met u mee door de zoeker of microfoon vast te houden. ❍ Laat de camcorder niet achter op plaatsen die blootstaan aan hoge temperaturen, zoals een auto in de zon, en aan hoge vochtigheid. ❍ Gebruik de camcorder niet op plaatsen die blootstaan aan magnetische of elektrische velden zoals in de buurt van TV-zenders of draagbare communicatie-apparaten. ❍ Richt het objectief of de zoeker niet op sterke lichtbronnen. Laat de camcorder niet gericht op een helder onderwerp. ❍ Gebruik de camcorder niet op stoffige of zanderige plaatsen. Als er stof of zand in de cassette of camcorder komt, kan er schade ontstaan. Stof en zand kunnen ook de lens beschadigen. Bevestig na gebruik de lensdop. ❍ De camcorder is niet waterdicht. Als er water, modder of zout in de cassette of camcorder komt, kan er schade ontstaan. ❍ Let op hitte die afkomstig is van verlichtingsapparatuur. ❍ Demonteer de camcorder niet. Als de camcorder niet naar behoren werkt, neem dan contact op met een deskundige reparateur. ❍ Ga voorzichtig met de camcorder om. Stel de camcorder niet bloot aan schokken of trillingen, omdat hierdoor schade kan ontstaan. ❍ Voorkom plotselinge temperatuurveranderingen. Als de camcorder snel wordt verplaatst tussen gebieden met koude en hete temperaturen, kan er op de interne oppervlakken condens ontstaan. ( 108).
Opslag ❍ Als u van plan bent de camcorder langere tijd niet te gebruiken, bewaar deze dan op een plaats die vrij is van stof, bij een lage vochtigheid en bij temperaturen die niet hoger worden dan 30 ˚C. ❍ Als u de camcorder daarna weer wilt gebruiken, controleer dan de functies van de camcorder om er zeker van te zijn dat deze nog goed werkt.
Reinigen Camcorderbehuizing en lens ❍ Gebruik een zachte, droge doek om het camcorderhuis en het objectief te reinigen. Gebruik nooit met chemicaliën behandelde doeken of vluchtige oplosmiddelen zoals verfverdunner.
LCD-scherm ❍ Reinig het LCD-scherm met een in de winkel verkrijgbaar brillendoekje. ❍ Op het oppervlak van het scherm kan condens ontstaan wanneer de temperatuur plotseling verandert. Veeg het vocht weg met een zachte, droge doek.
106
Zoeker
Ne
1. Trek de oogschelp naar boven en open het afdekplaatje (bijvoorbeeld met een schroevendraaier met platte kop). 2. Reinig het glas met een wattenstaafje. 3. Sluit het afdekplaatje weer aan.
Overige informatie
Let erop dat u het glas niet bekrast als u dit reinigt.
107
Videokoppen ❍ Wanneer het bericht “HEADS DIRTY, USE CLEANING CASSETTE” verschijnt, of wanneer het afspeelbeeld vervormd raakt, moeten de videokoppen worden gereinigd. ❍ Om een optimale beeldkwaliteit te handhaven, verdient het aanbeveling om de videokoppen regelmatig met de Canon DVM-CL Digital Video Head Cleaning Cassette of een in de winkel verkrijgbaar droog reinigende cassette te gebruiken. ❍ Banden die opgenomen zijn met vuile videokoppen, worden mogelijk niet goed afgespeeld, ook niet als u de videokoppen reinigt. ❍ Gebruik geen nat reinigende cassettes, omdat deze de camcorder kunnen beschadigen.
Condens Als de camcorder snel van een hete naar een koude plaats of vice versa wordt gebracht, kan op de interne oppervlakken condens (waterdruppels) ontstaan. Gebruik de camcorder niet als condens wordt gesignaleerd. Als u de camcorder blijft gebruiken, kan deze beschadigd raken.
Condens kan zich in de volgende situaties voordoen: Wanneer de camcorder vanuit een kamer met actieve airconditioning wordt meegenomen naar een warme, vochtige plaats
Wanneer u de camcorder van een koude plaats meeneemt naar een warme kamer
Wanneer de camcorder wordt achtergelaten in een vochtige kamer
Wanneer een koude kamer snel wordt verwarmd
108
Hoe kunt u condens voorkomen: ❍ Haal de cassette uit de camcorder, plaats de camcorder in een luchtdichte zak en laat deze langzaam aan een temperatuursverandering wennen voordat u de camcorder uit de zak haalt.
Ne
Wanneer condens wordt gesignaleerd: ❍ De camcorder stopt te werken en ongeveer 4 seconden lang verschijnt het waarschuwingsbericht “CONDENSATION HAS BEEN DETECTED” en h” begint te knipperen. ❍ Als een cassette geplaatst is, verschijnt het waarschuwingsbericht “REMOVE THE CASSETTE” en begint “v” te knipperen. Verwijder in dit geval de cassette onmiddellijk en laat het cassettecompartiment openstaan. Als u de cassette in de camcorder laat zitten, kan de band beschadigd raken. ❍ Een cassette kan niet worden geplaatst als condens ontdekt is.
Gebruik van de camcorder hervatten: ❍ Het duurt ongeveer 1 uur totdat de waterdruppeltjes verdampen. Als de condenswaarschuwing met knipperen stopt, wacht dan nóg een uur voordat u de camcorder weer gaat gebruiken.
Voorzorgsmaatregelen bij het omgaan met accu's GEVAAR! Behandel de accu met de nodige voorzichtigheid. • Houd de accu uit de buurt van open vuur (de accu kan exploderen). • Stel de accu niet bloot aan een temperatuur die hoger is dan 60 ºC. Houd de accu uit de buurt van verwarmingsapparaten, en laat de accu bij heet weer niet achter in een afgesloten auto. • Probeer de accu niet uit elkaar te halen of er aan te knutselen. • Laat de accu niet vallen en stoot er niet tegen aan. • Laat de accu niet nat worden.
109
Overige informatie
❍ Opgeladen accu's ontladen zich op natuurlijke wijze. Zorg er daarom voor dat u de accu op de dag van gebruik, of de dag ervoor, oplaadt. U bent dan verzekerd van een volle accu. ❍ Sluit het afdekplaatje aan wanneer een accu niet wordt gebruikt. Contact met metalen objecten kan tot kortsluiting leiden en de accu beschadigen. ❍ Vuile polen kunnen tot gevolg hebben dat tussen de accu en de camcorder geen goed contact wordt gemaakt. Veeg de polen schoon met een zachte, droge doek. ❍ Als een opgeladen accu langere tijd (ongeveer 1 jaar) wordt opgeborgen, is het mogelijk dat de levensduur hierdoor wordt bekort of de prestatie achteruitgaat. Daarom verdient het aanbeveling om de accu in een dergelijk geval volledig te ontladen en deze op een droge plaats op te slaan bij temperaturen die niet hoger worden dan 30 ˚C. Als u de accu langere periodes niet gebruikt, dan bevelen wij aan om de accu ten minste eenmaal per jaar volledig op te laden en te ontladen. Doe dit bij alle accu's die u gebruikt. ❍ Hoewel de accu kan worden gebruikt tussen 0 ˚C en 40 ˚C, is het optimale temperatuurbereik 10 ˚C tot 30 ˚C. Bij koude temperaturen zal de prestatie tijdelijk achteruitgaan. Verwarm de accu eerst in uw zak voordat u deze gebruikt. ❍ Vervang de accu als de gebruiksduur bij normale temperaturen sterk afneemt nadat de accu volledig is opgeladen.
Voorzorgsmaatregelen bij gebruik van de cassette ❍ Spoel de band na gebruik terug. Als de band slap en beschadigd raakt, kunnen er storingen ontstaan in het beeld en geluid. ❍ Plaats cassettes terug in de doos en bewaar deze rechtop. ❍ Laat de cassette na gebruik niet in de camcorder achter. ❍ Gebruik geen gespleten banden of afwijkende cassettes, omdat deze de camcorder kunnen beschadigen. ❍ Gebruik geen banden die vastgelopen zijn geweest, omdat videokoppen vuil kunnen worden. ❍ Steek geen voorwerpen in de kleine openingen van de cassette en bedek deze niet met plakband. ❍ Ga voorzichtig met cassettes om. Laat cassettes niet vallen en stel ze niet bloot aan schokken. Dit kan tot beschadiging van de cassettes leiden. ❍ Spoel banden van tijd tot tijd terug als deze lange tijd zijn opgeslagen. ❍ Bij cassettes die zijn uitgerust met een geheugenfunctie kunnen tijdens gebruik de met metaal beklede contactpunten vuil worden. Maak de contactpunten schoon met een wattenstaafje nadat cassettes ongeveer 10x zijn geplaatst en verwijderd. De geheugenfunctie wordt door de camcorder niet ondersteund.
Beveiligen van cassettes tegen abusievelijk wissen Om uw opnamen tegen abusievelijk wissen te beschermen, verplaatst u het schuifje op de cassette naar links. (Deze stand wordt gewoonlijk aangeduid als SAVE (behouden) of ERASE OFF (wissen uitgeschakeld.) Als u in de opnamestand een beveiligde cassette plaatst, verschijnt ongeveer 4 seconden lang het bericht “THE TAPE IS SET FOR ERASURE PREVENTION” en begint “v” te knipperen. Als u op die cassette wilt opnemen, verplaats het schuifje dan eerst naar rechts. REC SAVE
REC SAVE
De camcorder gebruiken in het buitenland Stroombronnen U kunt de compacte netadapter in elk land gebruiken met een netvoeding tussen 100 en 240 V wisselstroom en 50/60 Hz om de camcorder te bedienen en de accu op te laden. Raadpleeg het Canon Service Center voor informatie over stekkeradapters voor gebruik in het buitenland.
Afspelen op een TV-scherm U kunt uw opnamen alleen afspelen op TV's met het PAL-systeem. Het PAL-systeem wordt in de volgende landen gebruikt: Algerije, Australië, Bangladesh, België, Brunei, China, Denemarken, Duitsland, Finland, Hongkong, Ierland, IJsland, India, Indonesië, Italië, voormalig Joegoslavië, Jordanië, Kenia, Koeweit, Liberia, Maleisië, Malta, Mozambique, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noord-Korea, Noorwegen, Oeganda, Oman, Oostenrijk, Pakistan, Portugal, Qatar, Sierra Leone, Singapore, Spanje, Sri Lanka, Swaziland, Tanzania, Thailand, Turkije, Verenigde Arabische Emiraten, Verenigd Koninkrijk, Jemen, Zambia, Zuid-Afrika, Zweden, Zwitserland.
110
Problemen oplossen Loop eerst door deze lijst wanneer u problemen ondervindt bij het gebruik van uw camcorder. Neem contact op met uw dealer of een Canon Service Center als het probleem aanhoudt.
Ne
Stroombron Probleem
Oorzaak
Oplossing
De camcorder schakelt niet in.
De accu is niet goed geplaatst.
Plaats de accu op de juiste wijze in de camcorder.
11
De camcorder schakelt zichzelf uit.
De energiebesparingsfunctie is geactiveerd.
Schakel de camcorder in.
30
De zoeker gaat aan en uit.
De accu is vrijwel leeg.
Vervang de accu of laad deze op.
11
Er is geen cassette geplaatst.
Plaats een cassette.
23
Zie betreffende pagina.
109
Verwijder de cassette en plaats deze weer terug.
23
Opnemen/afspelen De toetsen werken niet.
"h" knippert op het scherm. Er is condens gesignaleerd. Op het scherm verschijnt "REMOVE THE CASSETTE".
De camcorder is gestopt om de cassette te beschermen.
De draadloze afstandsbediening werkt niet.
De stand van de afstandsbedieningssensor van de camcorder en de draadloze afstandsbediening komt niet overeen.
92 Verander de stand van de afstandsbedieningssensor.
De batterijen van de draadloze afstandsbediening zijn vrijwel leeg.
Vervang de batterijen.
22
Het beeld verschijnt niet op het scherm.
Het instelwiel is niet ingesteld op een opnameprogramma.
Draai het instelwiel naar een opnameprogramma.
30
Op het scherm verschijnt "SET THE TIME ZONE, DATE AND TIME".
De tijdzone, datum en tijd zijn niet ingesteld, of de ondersteuningsbatterij is leeg.
Stel de tijdzone, datum en tijd in, of vervang de ondersteuningsbatterij en reset de datum en tijd.
28
Opnemen lukt niet door op de start/stop-toets te drukken.
Er is geen cassette geplaatst.
Plaats een cassette.
23
Het instelwiel is niet ingesteld op een opnameprogramma.
Draai het instelwiel naar een opnameprogramma.
30
De grendel op de draaghendel is geactiveerd.
Schuif de grendel naar links om de vergrendeling te deactiveren.
31
De automatische scherpstelling werkt niet op het onderwerp.
Stel handmatig scherp.
39
De zoeker is niet afgesteld.
Stel de zoeker af met de oogcorrectieregelaar.
17
De lens is vuil.
Reinig de lens.
106
Opnemen
Het statuslampje gaat niet branden.
[TALLY LAMP] staat in het menu Zet [TALLY LAMP] op [ON]. ingesteld op [OFF].
79
111
Overige informatie
De camcorder stelt niet scherp.
Opnemen Probleem Er verschijnt een verticale lichtbalk op het scherm.
Oorzaak Oplossing Als u opneemt op donkere Neem op in de Av-stand met plaatsen, kan een helder licht in F5.6–F8.0. het tafereel tot gevolg hebben dat een verticale lichtbalk verschijnt. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
Het beeld in de zoeker is vaag.
De zoeker is niet afgesteld.
Stel de zoeker af met de oogcorrectieregelaar.
17
Er wordt geen audio opgenomen.
De INPUT SELECT-schakelaar staat niet in de juiste stand.
Zet de INPUT SELECT-schakelaar in de juiste stand.
47 48
De REC LEVEL-schakelaar staat ingesteld op M en het opnameniveau is te laag ingesteld.
Stel het audioniveau juist in.
49
Audio wordt op een zeer laag niveau opgenomen.
55
De microfoon die op de XLRZet de +48V-schakelaar op ON. aansluiting is aangesloten moet worden gevoed door de fantoomvoeding.
47 48
De microfoondemper is ingeschakeld.
47 48
Zet de MIC ATT.-schakelaar op OFF.
Afspelen Probleem
Oorzaak
Oplossing
De band speelt niet af als op De camcorder staat uit of is niet Zet de camcorder in de VCRstand. de afspeeltoets wordt ingesteld op de VCR-stand. gedrukt. Er is geen cassette geplaatst. Plaats een cassette. De band loopt, maar op het De videokoppen zijn vuil. TV-scherm verschijnt geen U heeft geprobeerd om een beeld. auteursrechtelijk beveiligde band af te spelen of te kopiëren.
Reinig de videokoppen. Stop met afspelen/kopiëren.
81 23 108 –
Overig Objectieven met ingebouwde beeldstabilisator: Gedetecteerde luchtbelletjes binnen in het objectief.
112
Soms kunnen zich in een vliegtuig of op hoge bergen binnen in het objectief luchtbelletjes vormen. Dit is normaal en duidt niet op een storing. De luchtbelletjes verdwijnen na ongeveer 1 week.
– –––
Systeemschema
(Beschikbaarheid verschilt van gebied tot gebied)
Zoomafstandsbediening ZR-1000
Ne Draadloze afstandsbediening WL-D4000
Microfoonadapter MA-300
Zwart/wit CRT-zoekereenheid FU-1000
MiniDV videocassette
Extender XL 1.6× *
Filterset FS-72U
Schouderriem SS-1000
Adapter CB-920 voor auto-accu
16× IS II zoomobjectief XL 5,588 mm
DC-koppelstuk DC-920 Accu BP-930, BP-945
3× zoomobjectief XL 3,4-10, 2 mm
Compacte netadapter CA-920
16× objectief met handbediende zoom XL 5,4-86,4 mm
Accu BP-930, BP-945 Tweevoudige acculader/houder CH-910
20× L IS zoomobjectief XL 5,4-108 mm
S-videokabel S-150
EF-objectief **
Videorecorder EF-Adapter XL Stereovideokabel STV-150
SCARTadapter PC-A10
Systeemkoffer HC-3200
TV
Overige informatie
DV-kabel CV-150F/CV-250F
Digitaal apparaat
Statiefadapter TA-100
* Kan worden aangesloten op de 20× L IS, 16× IS II en 16× objectieven met handbediende zoom. ** EF-S objectieven kunnen niet gebruikt worden.
113
Optionele accessoires Gebruik van Canon-accessoires wordt aanbevolen. Dit product is ontworpen om een uitstekende prestatie neer te zetten wanneer het wordt gebruikt in combinatie met Canon-accessoires. Canon is niet aansprakelijk voor eventuele schade aan dit product en/of ongelukken zoals brand etc., die worden veroorzaakt door de slechte werking van niet-Canon-accessoires (bv., lekkage en/of explosie van een batterij). Opmerking: deze garantie is niet van toepassing op reparaties die voortkomen uit een slechte werking van niet-Canonaccessoires, hoewel u deze reparaties wel tegen betaling kunt laten uitvoeren. Accu's De BP-930 is ook verkrijgbaar als een optionele accessoire. De optionele BP-945 biedt 50% meer opnametijd dan de BP-930. Adapter CB-920 voor auto-accu Gebruik de adapter voor de auto-accu om onderweg de camcorder van stroom te voorzien of accu's op te laden. De auto-accukabel moet op de sigarettenaanstekerbus in de auto worden aangesloten en werkt op een 12-24 V negatiefgeaarde accu. Filterset FS-72U Met ultravioletfilters, filters voor neutrale densiteit en ronde polarisatiefilters kunt u moeilijke verlichtingsomstandigheden de baas.
Systeemkoffer HC-3200 Een solide, vergrendelbare en stijlvolle koffer waarin u de camcorder tijdens transport en opslag veilig kunt opbergen.
3× zoomobjectief XL 3,4–10,2 mm Een objectief met superbrede hoek gelijk aan 32,1 tot 96,3 mm bij een 35 mm-camera.
114
BP-930
BP-945
16× objectief met handbediende zoom XL 5,4–86,4 mm Een zoomobjectief met hoge resolutie met twee zoomstanden (handbediend en aangedreven), ingebouwd ND-filter en AE-functies.
Ne
Extender XL 1.6× Sluit deze Extender aan tussen een Canon XLobjectief en de XL2 om de brandpuntsafstand van het objectief met 1.6× te versterken.
EF-Adapter XL Hiermee kunt u EF-objectieven van Canon aansluiten op de XL2. Het verschil in grootte tussen de 1/3-inch CCD’s van de XL2 en 35mm-film houdt in dat de effectieve brandpuntsafstand van fotocamera-objectieven wordt vermenigvuldigd met 9.4x (4:3)/7.7x (16:9). • Neem contact op met uw plaatselijke leverancier om te informeren of er met het door u gekozen objectief geen compatibiliteitsproblemen ontstaan.
Zwart/wit CRT-zoekereenheid FU-1000 Professionele zwart/wit-zoeker met een CRT van 1,5-inch. • Wanneer u met de XL2 gebruik maakt van de FU-1000, kunt u stroom leveren vanaf de CA-920 of de optionele CB-920. Het is niet vereist dat u gebruik maakt van de accu-adapter die met de FU-1000 wordt meegeleverd. Sluit het DC-koppelstuk direct aan op de XL2 en op de CA920/CB-920. Statiefadapter TA-100 Met de TA-100 kunt u de XL2 snel op een statief monteren en weer snel demonteren. Overige informatie
Microfoonadapter MA-300 Met de MA-300 kunt u op alle 4 kanalen symmetrische microfoons gebruiken. • Fantoomvoeding kan niet worden gebruikt met de MA-300.
115
Tweevoudige acculader/houder CH-910 De CH-910 kan achtereenvolgens twee accu's opladen. U kunt ook de camcorder van stroom voorzien door de CH-910 met opgeladen accu's aan te sluiten op de camcorder. Wanneer u twee accu's aansluit, kan een accu worden verwisseld zonder de stroomvoorziening te onderbreken. Accu BP-930 BP-945
Oplaadtijd* 240 min. 280 min.
De oplaadtijd varieert al naargelang de oplaadomstandigheden.
Zoomafstandsbediening ZR-1000 Wanneer dit apparaat wordt aangesloten op de LANC m aansluiting van een Canon-camcorder, dan is het mogelijk om functies zoals het starten of stoppen van de opname en de zoom- en scherpstelfuncties te regelen terwijl de camcorder op een statief is geplaatst, zonder dat u het camcorderhuis zelf hoeft aan te raken.
Dit merkteken is het symbool van originele Canon-videoaccessoires. Als u gebruik maakt van Canon-videoapparatuur, dan raden wij u ten zeerste aan om gebruik te maken van accessoires of producten van Canon met hetzelfde merkteken.
116
Specificaties XL2
Ne
Systeem Video-opnamesysteem
2 roterende koppen, spiraalvormig DV-scansysteem (digitale videocamcorder voor de consument), digitale componentenregistratie
Geluidsopnamesysteem
Digitaal PCM-geluid: 16-bits (48 kHz/2 kanalen); 12-bits (32 kHz/4 kanalen);
Televisiesysteem
CCIR-standaard (625 lijnen, 50 velden) PAL-kleurensignaal
Beeldsensor
1/3-inch CCD x 3 (horizontale pixelverschuiving), ongeveer. 800.000 pixels Effectief aantal pixels: 4:3 ongeveer 410.000 pixels 16:9 ongeveer 550.000 pixels
Bandformaat
Videocassettes met het “MiniDV” logo
Bandsnelheid
SP: 18,83 mm/s, LP: 12,57 mm/s
Maximale opnametijd (cassette van 80 min.):
SP: 80 min., LP: 120 min.
Duur vooruit spoelen/terugspoelen Ongeveer 2 min. 20 sec. (met een cassette van 60 min.) Zoeker
2 inch. TFT-kleur, ongeveer 200.000 pixels, RGB delta-configuratie
Microfoon
Stereo electret condensor microfoon
Objectiefvatting
Systeem van verwisselbare XL-objectieven
AF-systeem
TTL autofocus, handmatige scherpstelling met scherpstelring (met 20× L IS objectief)
Witbalans
Automatische witbalans, een witbalans voor binnenshuis of buitenshuis en een handmatig ingestelde witbalans.
Minimale verlichtingssterkte
0,8 lx (met 20× L IS objectief, 50i-stand, Handmatige stand, 1/6 sluiter, F1.6, Versterking 18dB)
Recommended Illumination
Meer dan 100 lx
Ingangs/uitgangsaansluitingen 1 Vp-p/75 Ohm (Y-signaal), 0.3 Vp-p/75 Ohm (C-signaal)
Video-aansluiting
RCA-plug/BNC-plug 1 Vp-p/asymmetrische belasting van 75 Ohm
Aansluitingen voor audio-uitvoer
RCA-plug (L, R) 2 sets -10 dBv (47 Kohm belasting, maximaal vermogen -12 dB)/3 Kohm of minder, asymmetrisch
Aansluitingen voor audio-invoer
FRONT MIC (voor): ø3.5 stereo miniplug (asymmetrisch) ATT: 20 dB -55 dBv (stand Automatisch)/600 Ohm Max: -67 dBv (stand Handmatig, max. volume) AUDIO 1, 2: RCA-plug (asymmetrisch) -10 dBv/47 Kohm REAR (achter): XLR-plug (pen1: aarde, pen2: plus, pin3: min) ATT: 20 dB -54 dBv (stand Automatisch)/600 Ohm Max 1: -66 dBv (stand Automatisch, extra versterking van 12 dB voor REAR MIC) Max 2: -66 dBv (stand Handmatig, max. volume) Max 3: -78 dBv (stand Handmatig, max. volume, extra versterking van 12 dB voor REAR MIC)
DV-aansluiting
Speciale 4-pens connector (compatibel met IEEE1394)
Hoofdtelefoonaansluiting
ø3.5 mm stereo miniplug -23.5 dBv (16 Ohm belasting/50 Ohm
LANC-aansluiting
ø2.5 mm stereo miniplug
117
Overige informatie
S-video-aansluiting
Voeding/overig Voeding (nominaal)
7,2 V DC
Opgenomen vermogen
7.1 W (opname met autofocus, met 20× L IS objectief)
Bedrijfstemperatuur
0 – 40 ˚C
Afmetingen (B × H × D)
225 × 220 × 496 mm
Gewicht (alleen camcorderhuis) (volledige uitrusting)
2410 g 3545 g
Objectief Een aantal objectiefspecificaties veranderen als hieronder aangegeven wanneer de objectieven op de XL2 worden aangesloten. Beeldhoek Groothoek 37° 54’ × 28° 6’ (4:3) 49° 18’ × 28° 6’ (16:9)
Telefoto 2° 0’ × 1° 24’ (4:3) 2° 36’ × 1° 24’ (16:9)
16× IS II 37° 18’ × 27° 42’ (4:3) zoomobjectief 48° 30’ × 27° 42’ (16:9)
2° 24’ × 1° 48’ (4:3) 3° 12’ × 1° 48’ (16:9)
20× L IS objectief
XL-objectief met 3× zoom
57° 12’ × 43° 24’ (4:3) 20° 36’ × 15° 6’ (4:3) 72° 12’ × 43° 24’ (16:9) 27° 18’ × 15° 6’ (16:9)
16× objectief 37° 54’ × 28° 6’ (4:3) met hand49° 18’ × 28° 6’ (16:9) bediende zoom
2° 30’ × 1° 48’ (4:3) 3° 18’ × 1° 48’ (16:9)
Veldgrootte bij dichtstbijzijnde scherpstelafstand Groothoek Telefoto [20 mm] [1 m] 45,0 × 32,5 mm (4:3) 50,1 × 36,5 mm (4:3) 61,2 × 32,5 mm (16:9) 66,9 × 36,5 mm (16:9) [20 mm] [1 m] 42,8 × 30,9 mm (4:3) 56,3 × 41,1 mm (4:3) 58,3 × 30,9 mm (16:9) 75,2 × 41,1 mm (16:9) [20 mm] [0,5 m] 55,7 × 40,6 mm (4:3) 192,3 × 140,5 mm (4:3) 74,3 × 40,6 mm (16:9) 256,5 × 140,5 mm (16:9) [50 mm] [1 m] 56,7 × 40,9 mm (4:3) 39,8 × 29,2 mm (4:3) 77,3 × 40,9 mm (16:9) 53,0 × 29,2 mm (16:9)
Compacte netadapter CA-920 Voeding
100 – 240 V AC, 50/60 Hz
Opgenomen vermogen
24 W
Nominale spanning
Adapter: 7.2 V DC, 2.0 A Oplader: 8.4 V DC, 1.5 A
Bedrijfstemperatuur
0°– 40 ˚C
Afmetingen
75 × 99 × 51 mm
Gewicht
215 g zonder netsnoer
Accu BP-930 Accutype
Oplaadbare lithium ion-accu
Nominale spanning
7,2 V DC
Bedrijfstemperatuur
0°– 40°C
Accucapaciteit
3,000 mAh
Afmetingen
38,2 × 39,0 × 70,5 mm
Gewicht
190 g
Gewicht en afmetingen zijn bij benadering. Fouten en omissies voorbehouden. Specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
118
Index 16:9 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
A Accessoires . . . . . . . . . . . . . 6, 114: Accu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 AE-programma . . . . . . . . . . . . . 51 AE SHIFT . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58 Afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81 Afstandsbediening . . . . . . . . . . 22 Afstandsbedieningssensor . . . . 22 Analoge ingang . . . . . . . . . . . . 94 Analoog/digitaal omzetter . . . . 97 Audiostand . . . . . . . . . . . . . . . . 46 Audio-uitgang . . . . . . . . . . . . . 86 Audioreferentiesignaal. . . . . . . 74 Automatisch . . . . . . . . . . . . . . . 51 Automatische scherpstelling. . . 38 Av-stand . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
G Gamma . . . . . . . . . . . . . . . . . . Gebruik van de camcorder in het buitenland Geluid opnemen . . . . . . . . . . . Gemakkelijk opnemen . . . . . .
S . 64 110 . 46 . 51
H Handgreepriem. . . . . . . . . . . . . 19 Handmatig scherpstellen . . . . . 39 Handmatig, stand . . . . . . . . . . . 51
I
Setup level . . . . . . . . . . . . Scherp stellen . . . . . . . . . . Scherpstellingsvoorkeuze . Schouderriem . . . . . . . . . . Sharpness . . . . . . . . . . . . . Sluitertijd . . . . . . . . . . . . . SP-modus . . . . . . . . . . . . . Spotlight . . . . . . . . . . . . . . Statuslampje . . . . . . . . . . . Stroombesparingsfunctie .
. . . . . . . . . .
. . . . . . . . . .
. . . . . . . . . .
. . . . . . . . . .
65 39 40 19 65 54 79 51 79 31
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
80 44 63 83 51
Ne
T
Index zoeken 88 Indexering. . . . . . . . . . . . . . . . . 71 Indicator audioniveau. . . . . . . . 49 Intervaltimer . . . . . . . . . . . . . . . 75
Taal . . . . . . Tijdcode . . Tint . . . . . . TV-scherm . Tv-stand . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
K B Beeldfrequentie . . . . . . . . Beeldgegevens opnemen . Belichting . . . . . . . . . . . . . Breedbeeld . . . . . . . . . . . .
. . . .
. . . .
. . . .
. . . .
42 79 57 43
Kleurenbalken . . . . . . . . . . . . . 74 Knee . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
L
V
LCD-paneel . . . . . . . . . . . . . . . . 17 LP-modus . . . . . . . . . . . . . . . . . 79
C Camera-informatie. . . . . . 102-104 Clear Scan . . . . . . . . . . . . . . . . . 69 Colour gain . . . . . . . . . . . . . . . . 64 Colour matrix . . . . . . . . . . . . . . 64 Colour phase. . . . . . . . . . . . . . . 65 Condens . . . . . . . . . . . . . . . . . 108 Coring . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65
M Master pedestal . . . . . . . . . . . . Mengbalans . . . . . . . . . . . . . . . Menu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Microfoon . . . . . . . . . . . . . . 18, Middelste markering . . . . . . . .
U User Bit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
65 86 24 47 32
VCR STOP . . . . . . . . . . . . . . 31, 70 Versterking . . . . . . . . . . . . . . . . 59 Videokoppen . . . . . . . . . . . . . 108 Voorkeuze-instelling. . . . . . . . . 64 Voorkeuzetoetsen. . . . . . . . . . . 70
W Weinig licht-programma. . . . . . 52 Wisbeveiliging cassette. . . . . . 110 Witbalans . . . . . . . . . . . . . . . . . 60
N D Datacodering . . . . . . . . . . . . . . DATE FORMAT . . . . . . . . . . . . . Datum zoeken . . . . . . . . . . . . . Datum en tijd . . . . . . . . . . . . . . DC-koppelstuk . . . . . . . . . . . . . Details van de huid. . . . . . . . . . DV-aansluiting . . . . . . . . . . 95, DV dubben . . . . . . . . . . . . . . . . DV-regeling. . . . . . . . . . . . . . . .
90 80 89 28 12 63 99 95 78
E Einde zoeken . . . . . . . . . . . . . . 35
X XL-objectief. . . . . . . . . . . . 20, 114
Z O Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . 106 Ondersteuningsbatterij. . . . . . . 14 Opname bekijken . . . . . . . . . . . 34 Opname zoeken . . . . . . . . . . . . 34 Opnemen . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Opnemen in een lage hoek . . . 31 Opnameprogramma's . . . . . . . . 51 Optionele accessoires . . . . . . . 114
Zebra-patroon. . . . . . . . . . . . . . 62 Zelfontspanner . . . . . . . . . . . . . 77 Zoeken en markeren . . . . . . . . 82 Zoeker . . . . . . . . . . . . . . . . . 15-18 Zoom draaghendel . . . . . . . . . . 36 Zoom handgreep . . . . . . . . . . . 36 Zoomen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Zoomvoorkeuze . . . . . . . . . . . . 37 Zonnekap . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Zwartniveau . . . . . . . . . . . . . . . 64
P Problemen oplossen . . . . . . . . 111
R Ruisreductie . . . . . . . . . . . . . . . 65
119
Overige informatie
F Filmkorrrel . . . . . . . . . . . . . . . . 73
ND-filter . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 Netadapter . . . . . . . . . . . . . . . . 11 Nulstelgeheugen. . . . . . . . . . . . 87
120
PUSH
PUSH
CH 2/ 4
CH 4
Microfoonvoeding
Geavanceerde accessoireschoen
CH 1/ 3
CH 3
PHONES
FRONT
1 MVX35i: aarde 2 : plus 3 : min
CH 2/ CH 4
CH 1/ CH 3
REAR
ON/OFF
Phantom 48V
balance / unbalance
Head Amp ATT
Head Amp
Head Amp
Phone Amp
Phone Amp
Head Amp ATT
Head Amp ATT
ATT : FRONT MIC ATT SW
balance / unbalance
Head Amp ATT
ATT : Rear MIC ATT SW
Invoer
INPUT SELECT SW
INPUT SELECT SW
PHONE OUT
PHONE OUT
Audio process 1
Uitvoer
D/A
A/D
VOL
Pre Amp
D/A
A/D
R-XLR GAINUP (menu)
VOL
Pre Amp
R-XLR GAINUP (menu)
Line Amp
SEL AUDIO CH (menu)
Digital Process
Line Amp
SEL AUDIO CH (menu)
Digital Process
Filters ALC EVR
Filters ALC EVR
48kHz : – / – 32kHz : CH 3/ CH 4
32kHz : CH 1/ CH 2
48kHz : CH 1/ CH 2
Audioblokschema
Overige informatie
Driver
CH 4
RCA CH 4
RCA CH 3
CH 3
CVF display
CH 2
RCA CH 2/CH 4 PHONE Rch METER Rch
RCA CH 1/CH 3 PHONE Lch METER Lch
CH 1
Audio process 2
MUTE
MUTE MUTE
MUTE CH4
DELAY
normal
normal DELAY
Line Out
PB
Line Out PB
normal
DELAY
AUD. M. SET (menu)
DELAY
Line Out
PB
Line Out PB
normal
REC CH SELECT SW
CH1
CH1–CH2
CH3
CH2 CH4
CH3
AUDIO MONITOR
MIX
MIX
CH1
AUDIO MONITOR
AUD. M. SET (menu)
naar 1394
naar cassette
vanaf 1394
vanaf cassette
Ne
121
DIGITALE VIDEO CAMCORDER
Gebruiksaanwijzing
Nederlands
CANON INC.
VIDEOCÁMARA Y GRABADORA DIGITAL
Canon Europa N.V. P.O. Box 2262 1180 EG Amstelveen The Netherlands
Manual de instrucciones
Nederland: Canon Nederland N.V. Neptunusstraat 1 2132 JA Hoofddorp Tel: 023-567 01 23 Fax: 023-567 01 24 www.canon.nl
CÂMARA DE VIDEO DIGITAL
Manual de instruções
Español Português
België: Canon België N.V./S.A. Bessenveldstraat 7 1831 Diegem (Machelen) Tel: (02)-7220411 Fax: (02)-7213274 España: Canon España S.A. c/Joaquín Costa 41 28002 Madrid Tel: 901 301 301 Portugal: Seque-Soc. Nac. de Equip., Lda. Praça da Alegria, 58, 2°-C 1269-149 Lisboa Tel: 21-324 28 30 Fax: 21-347 27 51 www.seque.pt
Mini
Digital Video Cassette
Dit is gedrukt op 70% gerecycled papier. El papel aquí utilizado es 70% reciclado. O papel impresso contém 70% de papel reciclado.
0019X717 0804PS/PS3.0
© CANON INC. 2004
PRINTED IN THE EU
PAL