1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie Doel
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio De kraamverzorgende ondersteunt en begeleidt de kraamvrouw bij een vervroegd ontslag uit het ziekenhuis na een primaire of secundaire sectio of the natural caesarian.
Toepassing
Deze richtlijn is bedoeld voor alle kraamverzorgenden die na overleg met de verloskundige over de overdracht uit het ziekenhuis en na overleg met de kraamvrouw, de kraamvrouw lichamelijke verzorging en begeleiding biedt tijdens de kraamdagen. Deze richtlijn is een toevoeging aan de richtlijn 1.2.02 Verzorging kraamvrouw. Kort overzicht
Blz.
Onderdelen
Bijzonderheden
1,
Toelichting
Link naar fotoreportage
2
Complicaties
Bloedverlies & Thrombose (beencontole)
3
Blaasontsteking
Signalen & Thuis met een catheter zie bijlage
3,4
Wondinfectie &
voor materiaal Korte toelichting
Darmactiviteit 4,5
Controles in ziekenhuis &
Verschilt per ziekenhuis en verloskundige
Thuis 5
Emotionele beleving
Geef ruimte om zich te uiten. Zo nodig is er de
5, 6
Mobiliseren & Na de
Rust is van belang. Na de kraamperiode over
kraamperiode
huishouden, autorijden, bukken, rekken, wond ,
richtlijn Controle emotionele labiliteit
gemeenschap, gynaecoloog, gym 7, 8
Voeding & Volgende
O.a. over niet altijd weer een sectio
zwangerschap Sites: http://www.amc.nl/?pid=142&itemid=92&contentitemid=37&osadcampaign=Patientenfolders Een fotoreportage van een opname voor een sectio in het AMC http://www.youtube.com/watch?v=QF71SbXpUhw&feature=related Een film in een Skills lab. Hier is het inbrengen van een urine katheter bij een vrouw/pop te zien is. Een filmpje over the natural caesarian:De moeder ziet bij de keizersnede de geboorte van haar kind en krijgt het daar waar mogelijk direct bij zich op de blote borst. Zo ook bij de gelreziekenhuizen. http://www.youtube.com/watch?v=WyTJfCNd25I
Blz. 1 van 11
1.2.17
1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio
Toelichting
Steeds meer ziekenhuizen in het werkgebied van Naviva laten na een sectio de moeders samen met hun baby eerder (rond dag twee ) naar huis gaan, of gaan hier binnenkort mee starten. Vervroegd ontslag wil zeggen de tweede dag na de operatie, normaal is de derde dag na de operatie de ontslag slag. In het ziekenhuis wordt de dag van opereren gezien als dag nul. Kraamzorg ziet deze dag als dag één. Op de volgende site vind je duidelijke patiënten informatie ondersteunt met een foto reportage van het AMC Amsterdam over de uitvoering en de zorg bij een sectio. http://www.amc.nl/?pid=142&itemid=92&contentitemid=37&osadcampaign=Patientenfolders De emotionele beleving tussen de primaire (geplande) en secundaire(ongeplande ook wel spoed) sectio verschilt nogal. Verzorging van de sectiowond En de epiduraal wond
De wond zit meestal ter hoogte van de bikinilijn, maar bij uitzondering ook verticaal. Van binnen is de wond groter dan te zien is aan de buitenkant (van links naar rechts).Meestal wordt er gehecht met draad welke vanzelf oplost. Soms moet de draad verwijderd worden en steken aan weerskanten uit.
Agraves worden, evenals het draad, rond de 7de of 8ste dag na de
operatie verwijderd. Vaak krijgen de kraamvrouwen hiervoor een speciaal tangetje mee naar huis. Bij de wondverzorging is het van belang dat de wond goed gelucht wordt en goed droog blijft om smetten te voorkomen (vooral bij vrouwen met overgewicht). Eventueel wondvocht kan Wees erop bedacht dat de fundus vaak langzamer daalt en het bloedverlies vaak ook minder hevig is (de baarmoeder wordt na de sectio goed schoongemaakt). De epiduraalwond hoeft niet specifiek verzorgt te worden. Eventueel kan hij wat vocht nalekken; dat is geen probleem. Let wel op dat vrouwen soms hoofdpijn hebben vanwege het weggelekte hersenvocht. Complicaties
Bij een vervroegd ontslag gaat het ziekenhuis er vanuit dat er geen complicaties dreigen te
na een sectio
ontstaan bij de kraamvrouw en de baby. Er zijn echter wel typische complicaties te noemen na een sectio. Het gaat om bloedverlies , het ontwikkelen van een trombosebeen of trombose elders in het lichaam, een blaasontsteking, een wondinfectie of slechte wondgenezing en een onvoldoende darmactiviteit. Het komt voor dat vrouwen na een keizersnede teleurgesteld zijn, dat de bevalling niet via de normale weg kon plaatsvinden. Het is belangrijk dat vrouwen deze gevoelens bespreekbaar maken met hun partner en eventuele familie/vrienden. Blz. 2 van 11
1.2.17
1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio Na een sectio is er sowieso sprake van meer vermoeidheid en wondpijn . Het goed luisteren naar het eigen lichaam en het nemen van rust is dan van groot belang. Bloedverlies
De meest voorkomende complicatie tijdens of na een sectio is bloedverlies. De hoeveelheid bloedverlies is bepalend voor de mate van ernst. Bij meer dan 1 liter bloedverlies spreken we over een fluxus na de bevalling. Hierbij is te verwachten dat het Hb daalt. Indien het HB sterk daalt kan er bloed bij gegeven worden, of medicatie worden voorgeschreven. Hier wordt echter voorzichtig mee omgegaan, omdat bloed toch als medicijn wordt gezien. Het kan vervelende bijwerkingen opleveren en bij de kraamvrouw antistoffen in het bloed doen ontwikkelen (bij evt. volgende zwangerschap is voorzichtigheid geboden!).
Trombose
Trombose wordt meestal veroorzaakt door geringe mobilisatie van de patiënt of een verhoogde stollingsneiging in het bloed. We zien het zelden doch soms kan het gebeuren dat de kraamvrouw alsnog in het kraambed thuis een trombosebeen ontwikkelt, dus wees hier als kraamverzorgster wel alert op. Je herkent een trombosebeen aan een dik soms rood been, pijn rond de plek en soms koorts bij de kraamvrouw. Trombose elders in het lichaam zien we meestal in de longen. De kraamvrouw is benauwd, heeft pijn bij inademen en ademt oppervlakkig. Tijdens de kraamdagen: Controleer de benen dagelijks, bij afwijkingen de verloskundige waarschuwen.
Blaasontsteking
Elke patiënt die een sectio ondergaat, krijgt een katheter ingebracht. Deze gaat er meestal de dag na de operatie weer uit om de kans op een infectie zo klein mogelijk houden. Indien de katheter toch langer in moet blijven moet hier een aanwijsbare reden voor zijn zoals bijvoorbeeld heel weinig en geconcentreerde urineproductie of, een kraamvrouw die niet kan mobiliseren en of bewegen in bed. Blaasinfectie komt steeds minder vaak voor. Koorts, een koude rilling, buikpijn, rugpijn en verandering in gedrag (on/rustig) Er kan verschil zijn bij de uitscheiding van mictie tussen een primaire of secundaire sectio. Indien er voor de sectio getracht is vaginaal te bevallen of bijvoorbeeld een mislukte vacuüm of forceps is gedaan, kan de binnenkant van de vagina rondom de urinebuis gezwollen zijn. Het kan voorkomen dat de kraamvrouw na het verwijderen van de katheter minder goed kan plassen; ze kan geen aandrang voelen of de uitgang kan te nauw zijn. De oorzaak is dan een medische reden. Mogelijk is de blaas iets geraakt tijdens de operatie. Soms krijgt de Blz. 3 van 11
1.2.17
1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio kraamvrouw dan opnieuw een katheter in. Het komt steeds vaker voor dat een kraamvrouw met een verblijfskatheter naar huis gaat. Zij ontvangt hiervoor de bijbehorende instructie s en een afspraak om de katheter in het ziekenhuis te laten verwijderen, of hoe ze deze zelf kan verwijderen. Een kraamverzorgende hoeft hier geen verzorgende handelingen aan te ver lenen. In de bijlage vind je divers kathetermateriaal afgebeeld. Er is een filmfragment waarop je kunt zien hoe een katheter wordt ingebracht. Op de volgende link zie je op een fantoom het inbrengen van een katheter http://www.youtube.com/watch?v=QF71SbXpUhw&feature=related Je ziet hoe het ballonnetje gevuld wordt met water. Via het zelfde gedeelte wordt het water ook weer uit het ballonnetje verwijderd en kan de katheter weer uit de blaasverwijderd worden. Meestal gaat de kraamvrouw echter pas met ontslag als zij goed kan plassen. Veelal krijgen deze kraamvrouwen het advies mee om regelmatig te gaan plassen (minimaal om de 4 uur), ook al voelen zij niet direct aandrang. Een te volle blaas kan een verminderde blaasfunctie opleveren!
Wondinfectie / slechte genezing
Tijdens de kraamdagen: Let op de signalen van een blaasontsteking. Pijn bij het plassen, vaak en kleine beetjes plassen, een vieze urine geur en verhoging van de temperatuur. Waarschuw bij afwijkende bevindingen de verloskundige. Meestal is dit in het ziekenhuis al te herkennen bij de patiënt. Corpulente dames hebben er meer last van, daar vetweefsel slechter geneest. Vaak blijft een gedeelte van de wond openstaan en komt er gelig vocht uit. Wondranden kunnen rood en opgezet zijn en een wond kan zelfs openspringen indien er veel druk op staat van binnenuit. Indien zich een probleem voordoet, gaat de patiënt pas naar huis als het vertrouwd is; dus niet met koorts of zichzelf er heel slecht bij voelend. Wondverzorging wordt op schrift aan de kraamzorg overgedragen of indien er hele specifiek zorg nodig is wordt de wijkverpleegkundige ingezet. De verloskundige wordt indien nodig op de hoogte gebracht door het ziekenhuis bij ontslag.
Onvoldoende
Tijdens de kraamdagen: Controleer de wond op een rustige kleur, afnemende pijn en op
darmactiviteit
soepelheid. Bij afwijkende bevindingen de verloskundige waarschuwen. Laat de kraamvrouw haar buikwond ondersteunen bij belastende bewegingen. Vermijd onverwachtse aanrakingen van de wond door de baby/kinderen/bezoek door een beschermend kussen op de buik te leggen. Het ontlastingspatroon van de kraamvrouw die een sectio heeft ondergaan kan erg verschillen Blz. 4 van 11
1.2.17
1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio van persoon tot persoon. Zolang de kraamvrouw een soepele buik heeft, de darmen langzaam beginnen te "rommelen", zij trek in eten en drinken heeft en niet over extreme pijn in de buik klaagt, wordt er geen actie ondernomen om productie van ontlasting te stimuleren. Slechts af en toe zien we een complicatie optreden waarbij de darmen weinig tot geen activiteit ontplooien na de sectio. Een bolle buik, stilstaande darmen vol met lucht zijn het gevolg. De kraamvrouw is misselijk en heeft geen trek in eten en drinken. Dit noemen wij een "Ileus". Therapie is zorgen voor vochtopname via een infuus, zoveel mogelijk mobiliseren en soms een maagsonde. Kraamvrouwen met een ileus mogen pas met ontslag als zij min of meer klachtenvrij zijn en voldoende darmwerking hebben (liefst ontlasting gehad). Tijdens de kraamdagen: Volg het ontlastingsprobleem. Waarschuw bij afwijkende bevindingen de verloskundige..
Controles ziekenhuis
den zijn; Let wel elk ziekenhuis heeft zijn eigen beleid. -
1 keer per dag de temperatuur meten en pols tellen. Bij een temp. hoger dan 37.5 wordt deze overnieuw gemeten. Blijft deze hoger dan 37,5 dan dit doorgeven . De snelheid van de pols geeft informatie over de gesteldheid van de patiënt
-
De eerste dag na de sectio wordt de bloeddruk 1 keer gemeten. Er wordt altijd uitgegaan van de uitgangswaarde van de patiënt om zo te kunnen zeggen of deze hoog of laag is.
-
Uterusstand en mate van contractie meten gaat na overleg. Het wordt zeker gedaan bij veel pijn of bloedverlies.
-
Controle vaginaal bloedverlies op hoeveelheid en kleur gebeurt elke dag 1 keer.
-
De wond wordt dagelijks gecontroleerd op doorbloeden, roodheid, verlies van vocht en mate van herstel.
-
De eerste dag wordt gelet op de spontane urine productie na het verwijderen van de katheter, daarna wordt eenmaal per dag gericht geïnformeerd naar de mictie (hoe vaak, hoeveel pijn bij urineren, helderheid, geur, uitplassen).
-
Pijnbeleving wordt dagelijks met de patiënt besproken elk ziekenhuis heeft daar haar eigen beleid voor. Een voorbeeld:Standaard krijgt de patiënt de dag van operatie en twee dagen daarna paracetamol 1 gram 4 keer per dag zetpil of oraal. Daarnaast spreekt de Blz. 5 van 11
1.2.17
1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio anesthesist nog andere medicatie af voor de dag van operatie en de dag daarna. Meestal is dit morfine. -
Dagelijks wordt er gevraagd naar de frequentie en de consistentie van de ontlasting van de kraamvrouw.
Controles thuis
Tijdens de kraamdagen: Als kraamverzorgende overleg je met de verloskundige aan de hand van de ziekenhuisoverdracht hoe de controles tijdens de kraamdagen worden voortgezet. De uitvoering van de controles kunnen afwijken van de Richtlijn 1.2.07 Controles kraamvrouw en baby.
Emotionele beleving
Er is een verschil tussen de primaire (geplande) en secundaire(ongeplande ook wel spoed) sectio. Voor zowel de zwangere als haar partner is het je kunnen voorbereiden op een bevalling van groot belang. Indien tijdens de bevalling plotseling besloten moet worden om een sectio te doen, is van voorbereiding geen sprake meer. Veel gestelde vragen zijn: -
Wat gebeurt er precies?
-
Waarom?
-
Hoe loopt het af voor moeder en kind?
-
Waar moet ik nu naartoe?
-
Wie zijn al die mensen?
Allemaal zaken die partners zich af kan vragen en wat onzekerheid oproept voor en na de sectio. Tijdens de kraamdagen: Geeft ruimte voor deze beleving. Bij afwijkende bevindingen de verloskundige waarschuwen. Zie hiervoor de richtlijn Controle emotionele labiliteit.
Mobiliseren
Er is vaak een vast mobilisatie schema in het ziekenhuis waaraan geprobeerd wordt vast te houden, maar dat wel individueel bekeken wordt. De kraamvrouwen die vervroegd met ontslag gaan zijn zeer vlot opgeknapt. Er is in zelfredzaamheid bij ontslag geen verschil tussen een vervroegde primaire sectio, een primaire sectio en een secundaire sectio. Alle kraamvrouwen kunnen zichzelf verzorgen en zelfstandig mobiliseren. Indien dit niet het geval is, zal de kraamvrouw sowieso niet met vervroegd ontslag gaan. Mocht Blz. 6 van 11
1.2.17
1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio het toch zo zijn dat de kraamvrouw niet zelfredzaam is en de oorzaak daarvan onschuldig is, dan kan de gynaecoloog beslissen de kraamvrouw met ontslag te laten gaan. Bij ontslag zal worden overgedragen waarom de kraamvrouw iets niet kan en welke ondersteuning van de kraamverzorgster gewenst is. Tijdens de kraamdagen: Als aandachtspunt bij alle kraamvrouwen na een sectio blijft het in acht nemen van voldoende rust om lichamelijk te kunnen herstellen van de operatie. Bij de categorie die vervroegd met ontslag gaat is dit extra van belang, daar dit vaak kraamvrouwen zijn die heel gemotiveerd en zelfstandig alles willen en daarbij teveel van zichzelf vragen. Kraambedoefeningen dienen aangepast te worden in verband met de operatie wond. (zie infomagazine )
Na de kraamdagen
voorbeeld: http://www.lumc.nl -
Rekkende bewegingen bijv. iets ophangen boven je macht (jas aan de kapstok), het ophangen van de was, ramen zemen is de eerste weken af te raden.
-
Bukken en zware dingen optillen is niet verstandig, bijv. de wasmand, de vuilniszak legen en dweilen. De baby tillen kan wel.
-
Stofzuigen is een van de meest belastende huishoudelijke taken. Dit is de eerste weken af te raden.
-
De eerste weken niet fietsen, dit is een grote belasting voor de buik en wond.
-
Autorijden en het dragen van een strak zittende gordel geeft grote druk op de wond. Je zit met autorijden in elkaar waardoor je meer last kunt krijgen van de wond en het litteken.
-
Wanneer het litteken rood, gezwollen en pijnlijk is, kan dit een teken zijn dat er teveel lichamelijke arbeid is verricht.
-
Zolang de vrouw nog vloeit (ongeveer 6 weken) wordt afgeraden gemeenschap te hebben, te zwemmen of uitgebreid in bad te gaan. Ook kunnen er beter nog geen tampons gebruikt worden.
-
De gynaecoloog bespreekt het gebruik van anticonceptie en wanneer het mogelijk is om weer geslachtsgemeenschap te hebben. Het geven van volledige borstvoeding is geen garantie voor anticonceptie.
-
Als de kraamvrouw zich meer gaat bewegen (bijv. buikspieroefeningen), geeft dit een trekkend gevoel aan de zijkant van het litteken. Dit komt van de inwendige hechtingen en kan geen kwaad. Bij twijfel altijd overleggen met een deskundige. Blz. 7 van 11
1.2.17
1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio
Voeding baby
Bij borstvoeding is het streven om de baby binnen het eerste uur aan te leggen na de sectio. Zodra de kraamvrouw terug is op de afdeling wordt de baby aangelegd. De kraamvrouw is na een sectio zo immobiel dat ze volledige hulp bij het aanleggen nodig heeft. Er kan verschil zijn tussen een primaire en secundaire sectio. Door de plotselinge verandering in het baringsproces bij de secundaire sectio kan het voorkomen dat de kraamvrouw minder goed instaat is borstvoeding te geven. Bijvoorbeeld door een complicatie, hevige emoties, sterke vermoeidheid e.d. De kraamvrouwen die met vervroegd ontslag gaan zijn over het algemeen al heel zelfstandig en zelfverzekerd bij de borstvoeding. Zijn zij dit niet, dan willen de vrouwen zelf meestal langer blijven. Per ziekenhuis en per kinderarts kan het verschillen hoe ze omgaan met de advisering voor kunstvoeding en de reiniging van het materiaal. Tijdens de kraamdagen: overleg met de verloskundige of de aanwezige richtlijnen borstvoeding en voeding in de fles van toepassing zijn.
Een volgende zwangerschap
Veel vrouwen denken dat bij een volgende zwangerschap een vaginale bevalling problemen zou kunnen geven. Dit is afhankelijk van de reden van deze keizersnede. Dit kunt u met uw gynaecoloog bespreken. Wel houdt het in dat u bij een eventuele volgende zwangerschap in het ziekenhuis zult moeten bevallen.
Blz. 8 van 11
1.2.17
1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio
Bijlage: Benodigd materiaal bij het katheteriseren bij een sectio en de mogelijke handelingen tijdens de kraamperiode
Een opvangzak met schuifslot
Een afsluitdop en een klem van een katheter Een kraamvrouw die de urine opvangzak verwisselt: Als de zak (hinderlijk) vol is de zak verwisselen of leegmaken. Dit is zeker voor de nacht aan te
Een aandachtspunt:
bevelen. Desgevraagd wordt de hoeveelheid genoteerd. Noteer bijzonderheden bij troebel zien of niet reukloos zijn van de urine.
Zorg dat de opvangzak lager ligt dan de blaas. Dit voorkomt teruglopen van urine in de blaas.
Als de opvangzak leeggemaakt kan worden: Pak een opvangbak voor de urine Plaats deze dicht onder de opvangzak, met daaronder een handdoek / onderlegger als hygiënisch beschermmateriaal Verschuif het schuifslot/maak de afsluitdop los of verwijder de afsluitklem en vang de urine op Sluit het systeem weer af en verwijder handdoek/ onderlegger De urine weggooien, het materiaal reinigen en handen wassen Als de opvangzak vervangen moet worden Leg de nieuwe zak en beschermmateriaal binnen handbereik Knijp de katheter dicht tussen duim en wijsvinger Verwijder de opvangzak bij het aansluitstuk & sluit direct de andere aan & leg deze neer en
Een opvangzak zonder aftap
hang deze later weer op Leg een knoop in de volle zak en ruim het materiaal op Laat de urine in het toilet lopen en was de handen
Blz. 9 van 11
1.2.17
1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio
Een katheter met gevuld ballonnetje in de blaas (bij een man)
-
Een kraamvrouw die zelf haar katheter verwijdert Gebruikt hiervoor: Niet steriele handschoenen Een afvalbakje met plastic zak /bekken 10 ml spuit Onderlegger/ dubbele handdoek Dan handelt ze als volgt: Beschermt de werkomgeving met onderlegger of handdoek Wast de handen wacht tot de handen droog zijn en trekt de handschoenen aan Brengt de spuit zover mogelijk in het ventiel Zuigt de ballon langzaam leeg Knijpt de katheter dicht tussen duim en wijsvinger Zucht ter ontspanning en verwijdert de katheter en legt deze in de afvalbak/bekken Trekt de handschoenen uit en wast ze Spullen opruimen
Blz. 10 van 11
1.2.17
1.2 ZORG - KRAAMZORG ALGEMEEN Werkinstructie
1.2.17 Verzorging kraamvrouw na sectio
Autorisatie Resultaatverantwoordelijke:
Managers kraamzorg
Proceseigenaar:
Beleidsmedewerker deskundigheidsbevordering
Naam:
Hanneke Briër
Auteur:
Hanneke Briër
Ingangsdatum 1e versie:
Oktober 2011
Ingangsdatum nieuwe versie:
Febr. 2014
Evaluatiedatum:
Oktober 2017
Paraaf:
Specifieke informatie Kwaliteitsdomein ZiZo
Cliëntgerichtheid
Kenniscentrum Kraamzorg
Lichamelijke gezondheid, psychisch welbevinden en veiligheid
ZiZo indicator
5.
Beschikbaarheid actuele zorginhoudelijke protocollen
11. Ervaren bejegening 13. Ervaren cliëntgerichtheid 14. Ervaren hygiëne 15. Ervaren effect van kraamzorg 19. Ketenzorgafspraken 20. Signaleren van gezondheidsproblemen Competenties
Aandacht en begrip tonen
Samenwerken en overleggen
Branchekwalificatie
Formuleren en rapporteren
Materialen en middelen inzetten
Kraamverzorgende
Instructies en procedures opvolgen.
Verwijzing naar documentatie:
Richtlijn hygiëne en ARBO
Richtlijn controles kraamvrouw en baby
Richtlijn controle emotionele labiliteit kraamvrouw
Richtlijn verzorging kraamvrouw en baby
Werkinstructie kraamzorgdossier
RIVM
Thema avond Ziekten door François Hesseling in 2012/2013 over de verzorging van een kraamvrouw na een sectio Wijzigingen t.o.v. vorige versie:
datum
Wijziging
Febr. 2014
Het filmpje en de informatie over the natural caeserian, de natuurlijk sectio/Gelre ziekenhuizen is toegevoegd. Er is extra informatie toegevoegd over de sectio en epidurale wond. Informatie uit de thema avond van François Hesseling uit 2012/2013
Blz. 11 van 11
1.2.17