verzorging CSPE KB
2009
minitoets bij opdracht 12
variant a
Naam kandidaat _______________________________
Kandidaatnummer ______________
Meerkeuzevragen - Omcirkel het goede antwoord (voorbeeld 1). - Geef verbeteringen aan volgens voorbeeld 2 of 3.
(1)
A B C D
(2)
A B C D
X
B
(3)
A B C D
X X
1p
1
De ziekte van Parkinson is een chronische ziekte. Wanneer is een ziekte chronisch? A als het een aangeboren ziekte is B als het een kortdurende ziekte is C als het een langdurige ziekte is D als het een tijdelijke ziekte is
1p
2
Welke verschijnselen horen bij lichte dementie? Geef bij elk verschijnsel aan of het wel of niet hoort bij lichte dementie. Zet een kruisje in de juiste kolom. wel
niet
achterdochtig zijn pijn in de gewrichten vaak dezelfde vragen stellen verminderde weerstand zich niet goed kunnen oriënteren
1p
3
Meneer Trier voelt zich niet fit. Hij heeft diarree. De verzorgenden zijn bang voor uitdroging. Wat kan meneer Trier het beste drinken om uitdroging te voorkomen? A bouillon B citroenlimonade C karnemelk D koffie met suiker en melk
911-0711-b-PK-1-m9
1
lees verder ►►►
1p
4
Meneer Trier moet steeds overgeven en heeft aanhoudend diarree. De verzorgenden van het woonzorgcentrum bellen de dokter. Hij adviseert O.R.S. te gaan gebruiken volgens de standaarddosering. Bijsluiter van O.R.S. Voedingssupplement ter ondersteuning van een goede vochthuishouding
Informatie voor de gebruiker Inhoud Een verpakking Norit O.R.S. bevat 10 sachets à 4,1 g poeder. Het totale gewicht is 41 g. Toepassing Norit O.R.S. is een mengsel van zouten en glucose, het gaat uitdroging tegen. Het kan toegepast worden bij zowel volwassenen als kinderen en zuigelingen. Bereiding Los de inhoud van 1 sachet op in 200 ml drinkwater. Goed roeren. Standaarddosering Zuigelingen en kinderen tot 20 kg: 10-20 ml oplossing per kilogram lichaamsgewicht per uur, totdat verschil merkbaar is. Kinderen vanaf 20 kg en volwassenen 200 ml oplossing na iedere dunne ontlasting, totdat verschil merkbaar is. Bereiding en dosering bij intensief sporten Los de inhoud van 1 sachet op in 1 liter drinkwater.
Op 200 ml drinkwater moet een vaste hoeveelheid O.R.S.-poeder toegevoegd worden. Welke hoeveelheid poeder moet toegevoegd worden volgens de bijsluiter? A 4,1 gram B 41 gram C 20 ml D 200 ml
911-0711-b-PK-1-m9
2
lees verder ►►►
1p
5
Mevrouw Verbeek, bewoonster van woonzorgcentrum Zilverheem, is slechthorend. Welke functiebeperking is dit? A een auditieve functiebeperking B een functiebeperking van spraak/taal C een motorische functiebeperking D een visuele functiebeperking
1p
6
Tijdens de midweekvakantie staat een uitstapje op het programma. De verzorgenden gaan het uitstapje planmatig voorbereiden. Geef aan bij welke fase van planmatig werken je de onderstaande vragen stelt. Zet op elke rij een kruisje in de juiste kolom. voorbereiding
uitvoering
evaluatie
Hoe laat vertrekken we? Hoeveel gaat het uitstapje kosten? Hoeveel tijd gaat het kosten? Loopt alles volgens plan? Wat vonden de zorgvragers van dit uitstapje?
1p
7
Tijdens de midweekvakantie houden de verzorgenden een rapportage bij. De rapportage moet zo veel mogelijk objectief zijn. Geef aan welke zinnen objectief zijn en welke zinnen subjectief zijn. Zet een kruisje in de juiste kolom. objectief
subjectief
De tuin ligt op het zuiden. Het huisje heeft drie slaapkamers. Het uitpakken van de auto verliep vlot. Iedereen was in een goede stemming. Op maandag kwamen wij aan op het vakantiepark.
911-0711-b-PK-1-m9
3
lees verder ►►►
1p
8
Mevrouw Hilt heeft een smetplek onder haar borst. Hieronder staan preventieve maatregelen. Geef bij elke maatregel aan of deze juist of niet juist is om smetten te voorkomen. Zet een kruisje in de juiste kolom. juist
niet juist
de huid regelmatig met alcohol ontsmetten de huidplooien goed droogdeppen de plek regelmatig wassen met zachte zeep proberen te zorgen voor minder transpiratie regelmatig van houding veranderen
1p
9
Meneer Gomies is licht dementerend. Welke bewering over dementie is juist? A De diagnose dementie kan alleen door een psycholoog worden gesteld. B Dementie is een angstaandoening. C Dementie is een maatschappelijke ziekte. D Dementie is van invloed op het gedrag.
1p
10
Bij oudere mensen kan de eetlust minder worden. Hieronder staan vijf adviezen. Geef bij elk advies aan of dit advies juist of niet juist is om toch voldoende te eten. Zet een kruisje in de juiste kolom. juist
niet juist
twee keer opscheppen is beter dan één vol bord drink een uur voor de maaltijd een kop bouillon drink geen water bij de warme maaltijd eet veel groente en geen aardappelen maak voor de maaltijd een korte wandeling
911-0711-b-PK-1-m9
4
lees verder ►►►
1p
11
Voor een verzorgende is het belangrijk om ergonomisch te werken. Hieronder staan beweringen over ergonomisch werken. Geef bij elke bewering aan of deze waar of niet waar is. Zet een kruisje in de juiste kolom. waar
niet waar
Bij ergonomisch werken hoort voldoende pauze nemen. Ergonomisch werken is rekening houden met de wensen van zorgvragers. Ergonomisch werken is zorgvuldig omgaan met de eigendommen van zorgvragers. Ergonomisch werken kan lichamelijke klachten voorkomen. Ergonomisch werken voorkomt gevaar tijdens het werk zoveel mogelijk.
1p
12
In woonzorgcentrum Zilverheem is de fysiotherapeut begonnen met ‘Meer Bewegen Voor Ouderen’.
Mevrouw Hilt wil niet meedoen. Wat kun je tegen mevrouw Hilt zeggen als je haar op een professionele manier wilt stimuleren om mee te doen? A "Als u niet meedoet, wordt u eerder ziek." B "Iedereen doet mee, dan moet u ook meedoen." C "Wat flauw, u kunt toch gewoon meedoen." D "Wilt u het toch even proberen, ik help wel mee."
911-0711-b-PK-1-m9
5
lees verder ►►►
1p
13
Woonzorgcentrum Zilverheem biedt dagopvang aan. Geef bij elke bewering aan of deze waar of niet waar is. Zet een kruisje in de juiste kolom. waar
niet waar
De ouderen van de dagopvang hebben structuur en hulp nodig bij hun daginvulling. De dagopvang is ook bedoeld om mantelzorgers of partners tijdelijk te ontlasten. Alle ouderen bij de dagopvang zijn dementerend. 1p
14
Meneer Gomies is licht dementerend. Je leest in het zorgdossier dat meneer Gomies soms gedesoriënteerd is. Waaraan zou je dat kunnen merken? A Meneer Gomies kan niet op de naam van zijn kleinkind komen. B Meneer Gomies weet niet hoe hij zijn jas aan moet trekken. C Meneer Gomies weet niet meer waar zijn slaapkamer is. D Meneer Gomies weet niet wie er net op bezoek is geweest.
1p
15
Goede voeding is belangrijk als ouderen ziek zijn. Geef bij elke voedingseis aan of deze wel of niet van toepassing is bij ouderen die ziek zijn. Zet een kruisje in de juiste kolom. wel
niet
De voeding moet extra eiwitten, vitamines en mineralen bevatten. De voeding moet extra vetten en koolhydraten bevatten. De voeding moet licht verteerbaar zijn.
1p
16
Bij het werken met een groep ouderen heb je bepaalde eigenschappen nodig. In onderstaande tekst wordt een eigenschap beschreven. Een keer per week doe je een activiteit met een groep ouderen. Een groepslid komt elke bijeenkomst te laat. Jij besluit haar daarop aan te spreken. Je zegt: “Ik vind het lastig dat u elke keer te laat komt. Daardoor komen we vaak in tijdnood. Ik zou het fijn vinden als u in het vervolg op tijd kunt komen”. Welke eigenschap is in deze tekst beschreven? A agressief zijn B assertief zijn C flexibel zijn D toegeeflijk zijn
911-0711-b-PK-1-m9
6
lees verder ►►►
1p
17
Je doet boodschappen voor de midweekvakantie. Je let bij de verpakte levensmiddelen op het etiket. Op de verpakking van volkoren ontbijtkoek staat vermeld 400 gram
e.
V¨ed´˙ıswaa¸de pe¸ 100 ı¸a˘ 7˙e¸ı´e 1243 ˜J/297 Kca¯ 7´w´˝ 3,6 ı K¨¨¯`¢d¸a˝e˙ 66,7 ı waa¸ˇa˙ s˛´˜e¸s 37,3 ı Ve˝ 1,3 ı waa¸ˇa˙ ˇe¸£ad´ıd 0,3 ı e˙˜e¯ˇ. ¨˙ˇe¸£ad´ıd 0,4 ı ˘ee¸ˇ. ¨˙ˇe¸£ad´ıd 0,5 ı 5`¨¯es˝e¸¨¯ 0 ˘ı V¨ed´˙ısˇe£e¯ 3,6 ı Na˝¸´˛˘ 0,16 ı
Wat betekent het symbool A B C D 1p
18
dat dat dat dat
I˙ı¸ed´º˙˝e˙: 9¯˛c¨se-f¸˛c˝¨ses˝¸¨¨p, ¸¨ııeˇ¨¯˜¨¸e˙˘ee¯ (22%), ¸¨ııe (˙a˝¸´˛˘b´ca¸b¨˙aa˝, appe¯£˛˛¸, f˛˘aa¸£˛˛¸, a¸¨˘a.
400 ı¸a˘ e K¯asse 3 Te˙˘´˙s˝e `¨˛dbaa¸ ˝¨˝: £´e ¨pd¸˛˜
e?
de ontbijtkoek iets meer of iets minder dan 400 gram kan wegen het levensmiddel in Europa geproduceerd is voldaan is aan de eisen van de Europese unie voor voedselveiligheid voldaan is aan de eisen voor het EKO-keurmerk
Meneer Gomies is licht dementerend. Hij is soms bang en verbaal agressief. Wanneer is er sprake van verbale agressie? A Als meneer Gomies scheldt tegen zijn verzorgende. B Als meneer Gomies zijn verzorgende knijpt. C Als meneer Gomies veel huilt. D Als meneer Gomies niet wil praten.
911-0711-b-PK-1-m9*
7
lees verdereinde ►►►