Verwijderen van een nier via een kijkoperatie Laparoscopische nefrectomie
2
Tijdens uw bezoek aan de polikliniek urologie heeft uw behandeld uroloog met u gesproken over de noodzaak om bij u een nier te verwijderen. Met u is besproken dat het wenselijk is om een kijkoperatie (laparoscopische nefrectomie) te ondergaan. In deze folder kunt u alles nog eens rustig doorlezen. Het is niet de bedoeling dat deze folder de persoonlijke gesprekken met uw uroloog vervangt. U kunt met problemen en vragen, ook naar aanleiding van deze folder, bij hem of bij de verpleegkundigen terecht. Waarom moet de nier verwijderd worden? Uw behandelend uroloog heeft met u besproken dat er een reden is om uw nier te verwijderen. Dit kan zijn omdat er een kwaadaardigheid aanwezig is (hierover kunt u meer lezen in de KWF-folder ‘Nierkanker’), of omdat de nier niet of nauwelijks meer functioneert. Ook kan er kan sprake zijn van infectie, pijn of hoge bloeddruk veroorzaakt door een slecht werkende nier. Wat is een kijkoperatie (laparoscopie)? Bij een kijkoperatie wordt in principe hetzelfde gedaan als bij een ‘gewone’ open operatie, dus het wegnemen van een ziek orgaan of het herstellen van een probleem. Bij een kijkoperatie wordt er geopereerd door kleine gaatjes. • Om te beginnen wordt de buik opgeblazen met koolzuurgas, om zo meer ruimte te maken. Dit is nodig om veilig te kunnen opereren. • Daarna worden er 3 tot 5 buisjes met een dikte van 0,5 tot 1 centimeter in de buik gebracht. • Door één van de buisjes wordt een camera ingebracht zodat de uroloog op een televisiescherm het operatiegebied kan zien. Door de camera wordt het beeld ongeveer 10 maal vergroot ten opzichte van het blote oog.
3
• Door de andere buisjes worden de instrumenten waarmee geopereerd wordt ingebracht. • Het opereren zelf gebeurt dus via het televisiescherm, vandaar de naam ‘kijkoperatie’. • Om de nier te kunnen verwijderen is het nodig om één van de gaatjes groter te maken.
Waarom een kijkoperatie? Er wordt een camera met beeldvergroting gebruikt, waardoor de uroloog heel goed alle details van het operatiegebied kan zien. Hierdoor kan de operatie nauwkeurig worden uitgevoerd. Het gevolg is dat het bloedverlies veelal beperkt is en dat belangrijke structuren, zoals bijvoorbeeld zenuwen en bloedvaten, doorgaans gespaard kunnen worden. Omdat de operatie via kleine gaatjes gaat in plaats van door een grote snee heeft de patiënt minder narcose en pijnstillers nodig. In het algemeen is na een kijkoperatie het herstel snel en is het ziekenhuisverblijf relatief kort. De opnametijd voor een laparoscopische nefrectomie is gemiddeld 3 dagen. Open operatie
4
Kijkoperatie
Lukt het altijd via een kijkoperatie? Het antwoord hierop is ‘nee’. Soms blijkt dat toch een open operatie nodig is. Hiervoor kunnen veel verschillende redenen zijn. Zo kan het zijn dat de uroloog de nier of de belangrijke bloedvaten niet goed in beeld kan brengen, omdat er bijvoorbeeld in de buik verklevingen zijn door eerdere operaties. Het belangrijkste is natuurlijk dat de operatie goed en veilig gebeurt. Wanneer de uroloog niet 100 procent zeker is, zal hij toch een ‘open’ operatie moeten doen. De uroloog heeft dit voor de ingreep met u besproken.
Kunnen er complicaties optreden bij een kijkoperatie? Het antwoord hierop is ‘ja’. Bij elke ingreep, hoe klein ook, kunnen er problemen optreden. Na een kijkoperatie kunnen er, net zoals na een open operatie, complicaties optreden zoals bijvoorbeeld een nabloeding of een wondinfectie. Kort na de ingreep kunt u door de ingeblazen lucht schouderpijn hebben. Ook kan het voorkomen dat er beschadigingen aan andere organen, zoals bijvoorbeeld dikke darm, optreden, maar dit is gelukkig zeer uitzonderlijk. Voorbereiding operatie De operatie vindt onder volledige narcose plaats. Hierover kunt u meer lezen in de CWZ folder ‘Verdoving (anesthesie) voor volwassenen’. Voor de operatie en de anesthesie zijn voorbereidingen noodzakelijk, dit wordt ook wel ‘preoperatieve voorbereiding’ genoemd. Daarom bezoekt u het spreekuur van de anesthesioloog en heeft u aansluitend een afspraak voor een verpleegkundig intakegesprek. U wordt voor deze ingreep 2 tot 5 dagen in het ziekenhuis opgenomen. In de brochure ‘Opname in het CWZ’ kunt u algemene informatie over de opname lezen.
5
Opname verpleegafdeling B44 Het moment van opname wordt bepaald door u eigen voorkeur maar ook de eventuele voorbereidingen die nodig zijn voor uw operatie. Nuchtere opname Als u op de dag van de operatie wordt opgenomen blijft u nuchter volgens de afspraken met de anesthesioloog en verpleegkundige en bent u eventueel gestopt met (bloedverdunnende) geneesmiddelen. Zie voor informatie folder ‘Verdoving (anesthesie) voor volwassenen’. U meldt zich op het afgesproken tijdstip op de verpleegafdeling urologie (B44). Opname dag vóór de operatie Als er meer voorbereidingen voor de operatie nodig zijn wordt u de dag vóór de operatie opgenomen. U belt van tevoren met de afdeling Opname en patiëntenplanning, B02. Telefoon: (024) 365 86 99 Operatiedag • De dag van de operatie krijgt u de voorbereidende medicijnen. • Wanneer u een kunstgebit en/of contactlenzen draagt moet u deze uitdoen. • Ook mag u op de operatiekamer geen bril en sieraden dragen. • Tijdens de operatie draagt u een operatiehemd. • Een verpleegkundige rijdt u met uw bed naar de voorbereidingsruimte van de operatieafdeling. • Daar krijgt u een infuus. • U gaat daarna naar de operatiekamer en schuift over op de operatietafel. • Voordat de anesthesioloog u de narcosemiddelen via het infuus toedient, wordt eerst de bewakingsapparatuur aangesloten middels een zogenaamde Time-out procedure.
6
Na de operatie • Na de operatie ontwaakt u op de verkoever- of uitslaapkamer. Als u goed wakker bent, gaat u in principe terug naar de verpleegafdeling B44. • U hebt bedrust op de operatiedag. De dag na de operatie mag u onder begeleiding van de verpleegkundige uit bed. Dit wordt langzaam opgebouwd. • U hebt een infuus in uw hand of arm. Het infuus mag, de tweede dag na de operatie, worden verwijderd als u goed eet en drinkt. • Ook wordt gekeken of de urineproductie voldoende is. • U heeft een slangetje in de plasbuis (katheter) om de urine af te voeren. Deze wordt verwijderd als u weer voldoende mobiel bent. Dit is meestal ook de tweede dag na de operatie. • Na de operatie wordt een wonddrain (slangetje) achtergelaten om zo het wondvocht af te laten lopen. Als er weinig tot geen wondvocht meer afloopt, mag deze worden verwijderd. • De wondjes zijn gesloten met hechtingen die na ongeveer twee weken vanzelf oplossen. Het is dus niet nodig hechtingen te verwijderen. • Na 24 uur mag de pleister van de wond en kunt u weer douchen. De wond is dan voldoende dicht. • De dag na de operatie wordt bloed afgenomen om de nierfuncties te controleren. Na de operatie krijgt u volgens een vast protocol pijnstillers. Het kan zijn dat u toch pijn blijft houden. U kunt dit aangeven bij de verpleegkundige. Zie hiervoor ook ‘Pijnmeting’ in de folder ‘Verdoving (anesthesie) voor volwassenen’. De verpleegkundige zal u, in overleg met de zaalarts, betere pijnstillers geven. Soms wordt na de operatie ook continu pijnstilling via een slangetje in het ruggenmerg gegeven. U kunt de eerste dagen nog wat misselijk zijn, en in uitzonderlijke gevallen duur dit langer. Ook hiervoor kan medicatie worden gegeven.
7
Naar huis De opnameduur is tussen de 2 en 5 dagen. U kunt naar huis als: • u geen koorts heeft; • u zichzelf goed kunt verzorgen; • u weer normaal eet; • u goed kunt plassen; • u normale ontlasting heeft; • de ontslagpapieren in orde zijn en een afspraak met de polikliniek heeft; • u weet wanneer en hoe u een arts of verpleegkundige moet waarschuwen. De verwijderde nier wordt na de operatie door een patholoog onderzocht. Het weefsel wordt onder de microscoop bekeken. Ook wanneer er op voorhand geen verdenking is op kwaadaardigheid wordt dit toch gedaan. De uitslag is ongeveer twee weken na de ingreep bekend en krijgt u van de uroloog bij de eerstvolgende controle op de polikliniek te horen. Hiervoor krijgt u bij het ontslag uit het ziekenhuis een afspraak mee.
Wat u thuis kunt verwachten? Het droog houden van de wond bevordert een goede wondgenezing. U kunt dus beter geen afsluitende pleister op de wond gebruiken: deze maakt de wond vochtig. Daarom is het ook niet raadzaam de eerste twee weken te baden of te zwemmen. U mag wel douchen. De tijd tot volledig herstel (het moment waarop u alles weer kunt wat u voor de ingreep ook kon) is ongeveer zes weken. Wij adviseren u dan ook aan de eerste zes weken na de operatie geen zwaar lichamelijk werk te doen of te sporten.
8
Werkhervatting Vraagt u zich af of uw aandoening of behandeling consequenties heeft voor het uitoefenen van uw werk? Overleg dan met uw specialist. Zo wordt duidelijk of u (tijdelijk) beperkingen heeft en zo ja, welke. De bedrijfsarts begeleidt de terugkeer naar uw werk. Daarom is het belangrijk dat uw bedrijfsarts op de hoogte is van uw aandoening of behandeling. Afspraken over uw werk zullen vaak soepeler verlopen als u de bedrijfsarts al vóór de ingreep informeert. U kunt een gesprek voeren met uw bedrijfsarts op het arbeidsomstandighedenspreekuur van de arbodienst van het bedrijf of de organisatie waar u werkt. Om uw privacy te beschermen is uw toestemming nodig voor eventueel overleg tussen uw specialist en uw bedrijfsarts.
Controle Er wordt voor u een controleafspraak gemaakt, bij de (assistent) uroloog twee weken na uw operatie.
9
Contact opnemen Neemt u tot de eerste poliklinische controle na ontslag uit het ziekenhuis contact op als: • u aanhoudende (buik)pijn heeft welke niet verdwijnt met gebruik van de voorgeschreven pijnstillers of met vier maal daags- om de zes uur- twee tabletten paracetamol van 500 mg. • u koorts heeft boven de 38,5 C of langer dan 24 uur vanaf 38° C. Tijdens kantooruren belt u de polikliniek urologie (024) 365 82 55. Buiten kantooruren belt u met de verpleegafdeling urologie (024) 365 78 00.
Vragen Uw behandelend uroloog bespreekt met u de verdere gang van zaken na de operatie. Het is vanzelfsprekend dat u vragen heeft over de behandeling en de gevolgen ervan. Bespreek dit gerust samen met uw partner/directe naaste met uw behandelend arts of uw verpleegkundige. Bericht van verhindering Bent u op het afgesproken tijdstip voor poliklinisch onderzoek of opname verhinderd, bel dan zo snel mogelijk de polikliniek urologie. Er kan dan nog een andere patiënt in uw plaats komen.
10
11
Adres en telefoonnummer Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis Weg door Jonkerbos 100 6532 SZ Nijmegen Polikliniek Urologie B28 Telefoon (024) 365 82 55 (op werkdagen van 8.30 tot 16.30 uur) Verpleegafdeling Urologie B44 Telefoon (024) 365 78 00
12
G538-A / 01-14
Website: www.urologiecwz.nl