Het verwijderen van een nier
Albert Schweitzer ziekenhuis februari 2015 pavo 0127
Inleiding Binnenkort wordt u in het ziekenhuis opgenomen voor het verwijderen van een nier. In deze folder leest u over de voorbereidingen op uw operatie, de operatie en de periode na de operatie.
De nieren De nieren filteren vocht en afvalstoffen uit het bloed. De afvalstoffen en het vocht vormen de urine. De urine wordt vanuit de nieren via de urineleiders naar de blaas afgevoerd. Waarom moet de nier verwijderd worden? Er zijn verschillende redenen waarom een nier verwijderd moet worden. Dit kan zijn omdat: Er is een cyste (ruimte gevuld met vocht). Er is een tumor aanwezig. De nier werkt niet of nauwelijks meer. Er is een infectie is. U pijn heeft aan de nier. De nier slecht werkt en daardoor hoge bloeddruk veroorzaakt. De uroloog heeft met u besproken wat bij u de reden is dat de nier verwijderd moet worden. Nadat een nier is verwijderd neemt de andere nier in de meeste gevallen de functie van de verwijderde nier over
Pré-operatieve screening Voordat u geopereerd kunt worden, heeft u een gesprek met de anesthesioloog onderzocht. De anesthesioloog beoordeelt of u de operatie lichamelijk aankunt.
1 van 6
Tijdens het gesprek informeert en adviseert de anesthesioloog u over de vorm van anesthesie. Er wordt een beperkt lichamelijk onderzoek gedaan om de conditie van uw hart en longen te beoordelen. Verder wordt nog een aantal vragen gesteld over uw gezondheid. Het onderzoek kan, zo nodig, uitgebreid worden met aanvullend onderzoek zoals bloedonderzoek, ECG (hartfilmpje) en een longfoto. U heeft ook een gesprek met de intakeverpleegkundige. De verpleegkundige geeft u informatie over de opname in het ziekenhuis. Zij stelt u een aantal vragen die voor de operatie en de opname in het ziekenhuis noodzakelijk zijn. Verder krijgt u informatie over de leefregels na de operatie.
Voorbereiding De dag voor de opname Het kan zijn dat u één werkdag voor uw operatie bloed moet laten prikken. Als u tijdens of na de operatie bloed nodig heeft, kan met het afgenomen bloed bepaald worden welk type bloed bij u toegediend mag worden. Soms wordt er een aantal buisjes bloed extra afgenomen, als aanvullend bloedonderzoek nodig is. De anesthesioloog heeft dit dan met u besproken. U kunt zonder afspraak van 08.00 -12.00 uur terecht bij de afdeling Bloedafname op één van de vier locaties van het ziekenhuis. De afdeling Bloedafname is zaterdag, zondag en op feestdagen gesloten. De Bloedafname op de locaties Dordwijk en Zwijndrecht zijn op zaterdagochtend van 09.00 - 11.00 uur wel geopend. Als u op maandag wordt geopereerd, laat u op vrijdag bloed prikken. Tijstip van de opname De dag voor de opname belt u tussen 15.00-16.00 uur naar de verpleegafdeling waar u wordt opgenomen. U hoort dan het tijdstip waarop u de volgende dag verwacht wordt. Als u op maandag wordt opgenomen, dan belt u op vrijdag.
2 van 6
Nuchter zijn Voor deze operatie moet u nuchter zijn. De regels over nuchter zijn leest u in de folder ‘Anesthesie en pré-operatieve screening’. Medicijnen U neemt alle medicijnen die u gebruikt, in originele verpakking, mee naar het ziekenhuis.
De opname U meldt zich op het afgesproken tijdstip op de verpleegafdeling. De verpleegkundige gaat na of de gegevens van het intakegesprek nog kloppen. Daarna wordt u voorbereid op de operatie: Ongeveer een half uur voor de operatie vraagt de verpleegkundige u om te plassen. U moet alle sierraden en make-up afdoen en een eventuele gebitsprothese uitnemen. U krijgt dagelijks een bloedverdunnende injectie om de kans op trombose te verminderen. Deze injectie krijgt u zolang u in het ziekenhuis ligt. U krijgt een operatiejasje aan. Vervolgens krijgt u een tablet of injectie waar u rustig of slaperig van wordt. De verpleegkundige brengt u naar de operatiekamer. De anesthesioloog geeft u de narcose of ruggenprik voor de pijnstilling. De operatie duurt ongeveer een half uur.
De operatie De nier kan zowel via een snede in uw buik als via een snede in uw flank verwijderd worden. Dit is hangt af van de reden voor deze operatie. De uroloog opent uw buik of flank via een snede van ongeveer twintig centimeter. Hierna wordt de nier zorgvuldig van de omliggende weefsels losgemaakt en verwijderd. De wond wordt gesloten met hechtingen. De operatie duurt ongeveer anderhalf uur.
3 van 6
De verwijderde nier wordt naar de patholoog gestuurd voor verder onderzoek. De uroloog heeft dit dan vooraf met u besproken. De uitslag van dit onderzoek is ongeveer tien dagen na de operatie bekend. De uroloog bespreekt de uitslag met u.
Na de operatie Na de operatie gaat u naar de verkoeverkamer. Hier vinden regelmatige controles plaats van hartslag, bloeddruk en nabloeden. Zodra de controles stabiel zijn, wordt u naar de verpleegafdeling gebracht. Verder heeft u na de operatie: Een infuus in uw arm. Via dit infuus kunnen vocht en medicijnen worden toegediend. Zodra u voldoende drinkt wordt het infuus afgekoppeld. Een katheter in uw blaas. Dat is een slangetje die in uw blaas zit om de urine af te voeren. Soms een wonddrain. Dit is een slangetje dat het wondvocht uit het operatiegebied afvoert naar een opvangzak. Eventueel een maagsonde. Een maagsonde is een slangetje dat via uw neus in uw maag ligt. De sonde voert de maagsappen af naar een opvangzak. Eventueel een pomp met pijnstillende medicijnen. Deze pomp kan op uw infuus zijn aangesloten. Ook is het mogelijk dat u een epiduraalpomp heeft. Hierbij heeft u een dun slangetje in uw rug. Deze pompen dienen geleidelijk pijnstilling toe. Soms kan het nodig zijn dat bijvoorbeeld uw hartritme of bloeddruk extra worden gecontroleerd. U gaat dan voor een dag naar de afdeling Intensive Care. Dit is niet altijd voor de operatie bekend. Op de verpleegafdeling De verpleegkundige controleert regelmatig uw hartslag en bloeddruk. Als u goed wakker bent, mag u weer eten en drinken. Als u misselijk bent, kunt u medicijnen tegen de misselijkheid krijgen.
4 van 6
De eerste dagen na de operatie De dag na de operatie wordt bloed afgenomen. Hiermee wordt uw bloedgehalte bepaald. De uroloog komt dagelijks bij u langs. Hij maakt met u afspraken over het verwijderen van het infuus, de catheter, de drain en de eventuele maagsonde en pompen. Zodra uw darmen weer op gang komen mag u weer wat gaan drinken en eten. De dag na de operatie mag u naast bed op een stoel zitten. Als dit goed gaat, wordt het mobiliseren in een aantal dagen uitgebreid. De eerste dagen heeft u nog wat ondersteuning nodig bij de dagelijkse activiteiten zoals wassen en aankleden. Meestal kunt u na een paar dagen alles weer zelfstandig. Ongeveer een week na de operatie mag u het ziekenhuis verlaten. Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, dan bespreekt de uroloog met u wanneer u deze weer in mag nemen. U krijgt een afspraak mee voor controle op de polikliniek Urologie. Als de hechtingen tijdens uw opname in het ziekenhuis nog niet verwijderd zijn, dan worden deze bij de eerste controle op de polikliniek verwijderd.
Mogelijke complicaties
Een nabloeding in het operatie gebied, waardoor opnieuw een operatie nodig kan zijn. Een ontsteking aan de wond. Soms is dan antibiotica nodig. De overgebleven nier functioneert niet voldoende. Als de bloedwaarden niet goed zijn, zal nader onderzoek nodig zijn.
5 van 6
Leefregels Uw lichaam moet nog herstellen van de operatie. Dit duurt ongeveer zes weken. Om de kans op complicaties te verkleinen adviseren wij u in deze periode het volgende : In overleg met de uroloog kunt u een aantal weken na de operatie uw werk weer hervatten. De eerste zes weken na de operatie geen zware lichamelijke arbeid te verrichten. Als u wilt sporten, dit eerst te overleggen met de uroloog.
Tot slot In deze folder hebben wij u een algemeen beeld gegeven van het verloop van de opname. Het kan zijn dat uw opname anders verloopt dan hier is beschreven. Het behandelplan wordt afgestemd op uw situatie. Als u na het lezen van deze folder nog vragen heeft, dan kunt u die tijdens uw opname in het ziekenhuis stellen aan de verpleegkundige. Als u na ontslag uit het ziekenhuis nog vragen heeft dan kunt u tijdens kantooruren bellen met de polikliniek Urologie, tel. (078) 652 32. Ook voor het maken of verzetten van een afspraak bij de polikliniek Urologie belt u voor alle locaties naar tel. (078) 652 32.
Deze folder is samengesteld door de Nederlandse Vereniging van Urologie. Waar nodig is de tekst aangepast aan de situatie in het Albert Schweitzer ziekenhuis.
6 van 6