VEERTIENDAAGS INFORMATIEBLAD VAN HET UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM ST RADBOUD JAARGANG 33 NUMMER 13 24 augustus 2007
Beter worden: vervolg komt snel na advisering Foto: Flip Franssen
Als de adviesorganen voor 1 september positief reageren op ‘Beter worden in het Radboud’, komt de Raad van Bestuur twee weken later met een overzicht van alle vervolgstappen met tijdpad. RvB-voorzitter Emile Lohman beloofde de OR in de overlegvergadering ook dat de adviesorganen alle deelprojecten krijgen voorgelegd. ‘En dat betekent niet dat als jullie op plan twee ja zeggen, dat vanzelfsprekend ook geldt voor plan zeven. Wij nemen de medezeggenschap serieus.’ J a n n i e M e u ss e n
Beter worden in het Radboud. ‘Aan de ene kant zijn het veelbelovende woorden, anderzijds is het een koele reorganisatie. Wat is de status van het boekje? Is het een visienota of een voorgenomen besluit?’ Dat was de eerste vraag die OR-voorzitter Hanneke Santegoets aan Emile Lohman stelde in de overlegvergadering van 14 augustus. De bijeenkomst liep een uur uit omdat hij uitgebreid de tijd nam om antwoord te geven op de 25 vragen, die de OR vooraf aan hem had voorgelegd.
Pagina 3 Radboud opent short stay unit
Pagina 6 Speciaal spreekuur vaccinatie baarmoederhalskanker
‘Het is een visie,’ benadrukte Lohman. ‘Als jullie daar ‘ja’ tegen zeggen, begint het echte werk. Dan geven wij jullie binnen twee weken een overzicht van de deelstappen, in samenhang en met een tijdspad. En dezelfde maand starten we met Tranche 1.’ Achter de schermen is de RvB met een klein groepje van twaalf mensen de plannen al verder aan het uitwerken. ‘We weten nu al dat het leidt tot zeker 17 deelprojecten, die jullie de komende twee jaar afzonderlijk krijgen voor gelegd.’ Tranche 1 staat al min of meer in de steigers. Lohman laat weten dat daarin onder meer de inrichting van het kwaliteitsinstituut en de concernstaf vorm krijgen. ‘We zullen ook al iets zeggen over het servicebedrijf. Dat wordt natuurlijk gigantisch met wel 1400 medewerkers. Daar zal een zware directeur leiding aan moeten geven, het is geen oude wijn in nieuwe zakken. We hebben echt de ambitie om de klantgerichtheid en servicegraad te verhogen. Wij verwachten dat alleen voor de inrichting van het servicebedrijf al tien deelprojecten nodig zijn.’ Lohman gaf aan dat er ook snel een helder gedefinieerde lijst van medische afdelingen zal komen. Uitgangspunt daarbij is dat het eenheden zijn die zelf de broek op kunnen houden en een wetenschappelijke taakstelling hebben. ’Ik hoop dat afdelingen die daarvoor te klein zijn, zelf initiatief nemen om samen met anderen een grotere werk eenheid te vormen. Dat willen we liever niet als RvB opleggen.’ De deadline van 19 augustus hebben de Ondernemingsraad, Verpleegkundige Adviesraad, UMC-raad en het Stafconvent door de vakantieperiode niet gehaald, maar Lohman gaat er vanuit dat ze uiterlijk 1 september hun standpunt bepalen. Lees verder op de achterpagina: een greep uit de vragen van de OR
Pagina 7 Diabetes vergroot kans op tuberculose
Pagina 12 Beter worden: antwoord op OR-vragen
r a dbod e 1 3 - 2 0 0 7
inhoud 3
Patiëntenzorg Short stay unit Op 10 september gaat de short stay unit open voor patiënten met verschillende niet-complexe aandoeningen. Is het een succes dan kan straks iedere afdeling patiënten insturen.
agenda Oecumenische vieringen
11 Onderwijs Biomedische Wetenschappen in het Engels Een enquête onder studenten gaf de doorslag om dit jaar te starten met de Engelstalige master.
Om 10.00 uur in het personeelsrestaurant. 26 augustus, voorganger Ans Bertens; 2 september, voorganger Stieneke Reeders; 9 september, voorganger Els Groeneveld.
PAOG Voor alle cursussen en meer informatie: www.umcn.nl/paog.
7 september
5
Opening Tuberculoseafdeling. Thema: ‘Tuberculosecentrum Dekkerswald: voorbereid op de toekomst?’. Bestemd voor longartsen (internis)-infectiologen, microbiologen en tuberculoseartsen alsmede artsen in opleiding. Locatie: Universitair Longcentrum Dekkerswald in Groesbeek.
Kort nieuws • Afdeling Klinische Chemie start bloedafnamepunt op kinderpoli. • Ernstig ongeluk wasstraat.
12
18 september Nascholingsdag ‘Ontwikkelingen in de klinische arbeidsgeneeskunde’. Bestemd voor bedrijf- en verzekerings artsen, maar ook voor andere professionals op het terrein van arbeid en gezondheid.
Actueel Beter worden RvB-voorzitter Emile Lohman beantwoordt OR-vragen
6
Kort nieuws Vaccinatie baarmoederhalskanker Sinds november vorig jaar is er een vaccin tegen baarmoederhalskanker. Dat roept veel vragen op. Daarom start de afdeling Gynaecologie van het UMC St Radboud per 1 september een speciaal spreekuur voor vragen op maat.
7
Onderzoek Diabetes en tuberculose Internist Reinoud van Crevel over de kans op overlappende epidemieën.
21 september Cursus ‘Verworven tongfunctiestoornissen bij volwassenen’ bestemd voor logopedisten.
4 oktober Cursus ‘Val- en syncopediagnostiek. Training voor professionals in deze complexe geriatrische problematiek.’ Doelgroep: huisartsen, verpleeghuisartsen, geïnteresseerde geriaters, neurologen en internisten.
En verder...
Kunst, agenda Nieuwsladder In bedrijf en ingezonden PIPnieuws Het betoog/ Het moment Advertenties Onderzoek, prijzen en benoemingen Mensen, colofon, boodschap Column buitenland Column ethiek
12 oktober 2 3 4 5 6/7 8 9 10 11 12
kunst
Nascholingsdag ‘Preventief Medisch Onderzoek’. Bestemd voor bedrijf- en verzekeringsartsen, maar ook voor andere professionals op het terrein van arbeid en gezondheid.
Overig 3 september Luxdebat: Medische missers. Meer informatie op pag. 4.
3 september Medische Microbiologie organiseert het NUCI Micro symposium Vatbaarheid en Reizigersgeneeskunde. Het vindt plaats in de Hippocrateszaal, Studiecentrum (route 77), van 17.45 - 19.45 uur. Het is een gezamenlijke presentatie van infectiologen, reizigersgeneeskundigen en microbiologen. Een vijftal lezingen maakt duidelijk waartoe infecties uit de tropen bij verminderde weerstand kunnen leiden. Dit microsymposium is bedoeld voor huisartsen, internisten, GGD-personeel, onderzoekers, geïnteresseerden in de medische microbiologie en een ieder die geboeid wil worden door verre verhalen. Aanmelden bij:
[email protected].
4 september Voorlichtingsavond voor zwangeren: ‘Sport en sex’. Tijd: 18.45 - 20.45 uur. Locatie: Polikliniek gynaecologie/ verloskunde, routenummer 782. Er zijn geen kosten aan verbonden en aanmelden is niet nodig. De avond bestaat uit algemene voorlichting, een themabespreking en mogelijkheid tot bezoek aan een verloskamer.
Tot 30 september Het Jaarverslag 2006 Hulpfonds Personeel ligt tot 30 september op het bureau van het Hulpfonds aan de Kapittelweg 54 het jaarverslag 2006 ter inzage voor deelnemers van het Hulpfonds Personeel.
Periodieke Conferentie Kindergeneeskunde
Alain Séchas, Vrouwen en kinderen eerst, 2005, poliplein bouwdeel Vrouw en Kind UMC St Radboud Wie loopt daar over het overdekte plein voor het bouwdeel Vrouw en Kind? Uiteraard een vrouw en een kind, en alle twee hebben ze hun eigen hondje bij. De dame lijkt zich niet te willen realiseren dat ze in een ziekenhuis is terechtgekomen. Met haar kop in de lucht en de ogen gesloten, waant ze zich boven alles verheven; niets of niemand kan haar deren. Het kind neemt een heel andere houding aan: het kijkt – met zijn grote ogen – hoogst verwonderd naar wat hier allemaal gebeurt en wat hier kan. Maar de hondjes lijken het onbewuste van hun baasjes uit te drukken: de vrouw heeft een boos keffertje dat aan één kant zijn scherpe tanden al laat zien;
Foto: Jan van Teeffelen
de gemoedelijke hond van het kind maant tot voorzichtigheid door, de lijband strak gespannen, tegen te trekken. De spanning in het beeld wordt aangescherpt door op de twee mensenlichamen – zo dicht bij deze honden, natuurlijke vijanden – een kop van een kat te hebben gezet. En meteen is in de sculptuur het watermerk van de kunstenaar aangebracht. Vrouwen en kinderen eerst, een kunstopdracht voor de nieuwbouw van het UMC St Radboud, is gemaakt door Alain Séchas. Een toe speling makend op de naam van deze Franse kunstenaar, wordt vaker van ‘ses chats’, zijn katten, gesproken. Daan Van Speybroeck
2
In samenwerking met de afdelingen kindergeneeskunde van het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis, het Máxima Medisch Centrum, Ziekenhuis Rijnstate en het Jeroen Bosch Ziekenhuis organiseert het Universitair Kinder ziekenhuis St Radboud vanaf nu haar refereeravonden volgens een nieuwe formule met de naam ‘Periodieke Conferentie Kindergeneeskunde’. Elke conferentie wordt door één van de opleidingspartners in samenwerking met een deelspecialisme van het Universitair Kinderziekenhuis georganiseerd. Het programma van het seizoen 2007-2008 omvat de onderwerpen kinderneurologie (10 september); diabetes mellitus (19 november); infectieziekten/immunologie (21 januari); kindercardiologie (31 maart). Voor meer informatie zie ook de website http://www.umcn.nl/kindenziekenhuis. Aanmelding: via het e-mail adres
[email protected].
r p a t i e n t e n zor g a dbod e 1 3 - 2 0 0 7
Meer ingrepen met minder bedden
nieuwsladder Intranet extern toegankelijk ook voor RU-medewerkers Sinds kort is het intranet (medewerkersingang) van buiten het UMC te raadplegen. Ook medewerkers van de RU kunnen nu op ons intranet. In plaats van www.umcn. nl typt u https://www.extern.umcn.nl inde adresbalk van uw browser. Daarna logt u, net als op het werk, in met uw personeelsnummer en wachtwoord. U heeft daarna toegang tot de website inclusief het intranet. Het intranet van de RU is ook toegankelijk voor medewerkers van het UMC. Ga hiervoor naar www.ru.nl / Informatie voor / Medewerkers. Log op dezelfde manier in. Meer informatie is te vinden in de nieuwsrubriek op intranet.
Spoedeisende Hulp ’s nachts toegankelijk via kaartlezer Per 1 september is de ingang vanuit de zuid-corridor naar de Spoedeisende Hulp tussen 23.30 en 07.30 uur alleen nog toegankelijk met een personeelsbadge. Hiervoor is een kaartlezer geïnstalleerd. De ingang voor patiënten wordt op andere wijze al beveiligd en gecontroleerd. ‘De kaartlezer is één van de punten van de Arbeidsinspectie om de SEH veiliger te maken’, zegt hoofdverpleegkundige Riny van de Ven. ‘Overdag is er genoeg personeel om in de gaten te houden wie zich allemaal op de SEH bevindt. ’s Nachts zijn er minder mensen aanwezig en is de veiligheid lastiger te bewaken. Door de kaartlezer heeft alleen personeel toegang. Om te voorkomen dat je voor een gesloten deur staat, moet je wel ’s avonds en ’s nachts altijd je badge bij je hebben.’
Tuberculose-afdeling
Als de pilot goed loopt wordt de short stay ziekenhuisbreed ingevoerd. Op de foto vlnr: cardioloog prof.dr. Joep Smeets, seniorverpleeg kundige Jean Pierre van Bergen en organisatieadviseur Robert Opsteeg. Foto: Frank Muller Op 10 september opent het UMC St Radboud een short stay unit voor patiënten met verschillende niet-complexe aandoeningen. Voordelen voor de patiënt zijn: een kortere ligduur, goed op elkaar afgestemde zorg en op tijd geregelde nazorg. Voor medewerkers wordt het werk interessanter en het Radboud boekt winst. De unit is een pilot. Daarom doen voorlopig vier specialismen mee. Is het een succes dan kan straks iedere afdeling patiënten insturen.
N e l l e k e D i n n i ss e n
Klantvriendelijker en efficiënter werken, dat wil het Cluster Snijdende Specialismen met de opening van een short stay unit. ‘In deze unit komen patiënten die één tot hooguit vier nachten zorg nodig hebben’, aldus cardioloog prof.dr. Joep Smeets. Hij is samen met organisatieadviseur Robert Opsteeg projectleider van het zogeheten project ‘Herziening Zorgpraktijken’. ‘In principe kunnen we iedereen die planbare, protocollaire zorg nodig heeft in deze unit behandelen’, vervolgt Smeets. ‘Het gaat dus om patiënten met verschillende aandoeningen. Aandoeningen die voorspelbaar zijn. Niet acuut dus, maar opnames die we goed kunnen voorbereiden en waarvan we weten hoelang de opnametijd is. Dat kunnen operatiepatiënten zijn, maar ook patiënten die komen voor een medica menteuze behandeling of een diagnostische ingreep.’
Niet langer in file voor Waalbrug Ook zo genoeg van de file voor de Waalbrug? Vanaf 3 september heeft het Vervoerscoördinatiecentrum Oost (VCC) goed nieuws voor Radboudianen die ten noorden van de Waal wonen. Bij knooppunt Ressen komt het P+R terrein Waalsprinter. Daar vandaan pendelt, voorlopig voor vier maanden op proef, van zeven uur ’s morgens tot acht uur ’s avonds een bus die in Nijmegen de halte bij het Traianusplein aandoet en dan non-stop doorrijdt naar Heijendaal. De bus heeft vrij baan over de autoweg, de brug en de singels. Op het rondje campus stopt de bus bij alle haltes. Tijdens de spits rijdt de pendel elke tien minuten en op rustige tijden om het kwartier. Het vervoer is gratis en voor het bewaakt parkeren betaalt u twee euro per dag. Een abonnement kost dertig euro per maand of honderd euro per vier maanden. Op vertoon van de personeels pas kunnen medewerkers bij het PIP een probeerkaartje krijgen. n
‘Niersteenoperaties, incontinentieingrepen, liesbreuken of galblaasverwijdering,’ somt seniorverpleegkundige Jean Pierre van Bergen op, die unitcoördinator van de short stay wordt. ‘We hebben een hele lijst samengesteld. Voorlopig kunnen alleen Urologie, Longziekten, Gynaecologie en Heelkunde patiënten insturen.’ Opsteeg: ‘Het is een pilot, die we in het A-gebouw starten met negentien bedden. In januari 2008 houden we een evaluatie en blijkt het een succes dan kunnen we uitbreiden. Uiteindelijk zullen we short stay ziekenhuisbreed invoeren.’
Zorg op maat De short stay unit sluit volgens Opsteeg helemaal aan bij de nieuwe visie van het Radboud: klantgericht en efficiënt werken. Het gaat om grote groepen patiënten, waardoor verpleegkundigen de problematiek goed kennen en precies die zorg kunnen leveren die nodig is. Toch zijn de aandoeningen van de patiëntengroepen zo divers dat het werk voor verpleegkundigen interessanter wordt. De belangstelling is dan ook groot. Smeets: ‘Veel verpleegkundigen hebben zich aangemeld. De geselecteerde kandidaten krijgen een training in de zorg van patiënten met verschillende ziektebeelden. Want een verpleeg kundige die van Urologie komt moet ook patiënten van andere disciplines onder zijn hoede kunnen nemen.’ Voor patiënten heeft deze aanpak veel voordelen. De opnameduur is korter en de zorg is op maat. Patiënten worden op de afdelingspoli en op de poli Anesthesiologie helemaal voorbereid. ‘Panklaar, zeggen ze in Amsterdam, waar de short stay unit een groot succes is’, aldus Van Bergen. ‘Patiënten komen ’s ochtends nuchter binnen en de behandeling of ingreep kan vrijwel meteen starten.’ ‘Groot voordeel is dat we ook de nazorg van te voren goed kunnen regelen’, aldus Smeets. Met een short stay unit liggen patiënten met relatief eenvoudige aandoeningen niet meer tussen doodzieke patiënten. ‘Mensen met een liesbreuk willen niet naast een terminale patiënt liggen’, geeft Van Bergen als voorbeeld. Al met al voor alle partijen een prettige, efficiënte formule. Opsteeg: ‘De short stay unit is van maandag tot en met vrijdag geopend en in het weekend gesloten. Dat is al een grote winst. En omdat je planbare zorg van acute en complexe zorg scheidt win je ook logistiek gezien veel terrein.’ ‘Uiteindelijk kun je met minder bedden meer ingrepen doen’, besluit Smeets. ‘Voor specialisten ook heel prettig, die kunnen aan de vraag voldoen.’ n
3
Het Tuberculosecentrum Dekkerswald heeft na uit breiding van specifieke TBC beddencapaciteit ook fondsen gekregen om een ‘State-of-the-art’-afdeling voor klinische tuberculosebehandeling te bouwen. Ter gelegenheid van de feestelijke opening van deze nieuwe afdeling, organiseert het tuberculosecentrum Dekkerswald 7 september een symposium met aandacht voor verschillende aspecten van epidemiologie, diagnostiek, resistentie, behandeling en research in Nederlands en internationaal perspectief.
Fietsenmaker bij bewaakte stalling Vanaf 1 september wordt de fietsenstalling aan de Kapittelweg bemand door een professionele fietsen maker. Deze houdt ook toezicht op de gestalde fietsen. Studenten, medewerkers van het UMC St Radboud en de Radboud Universiteit, en buurtbewoners kunnen gebruik maken van deze service. Het stallen van fietsen blijft exclusief voor medewerkers met een UMC-pas. Meer informatie: zie nieuws op intranet.
Veranderingen personeelsrestaurant Het Personeelsrestaurant gaat een aantal wijzigingen doorvoeren, waaronder de zelfbediening van soep en warme maaltijden. Er is een saladebuffet ingericht. De prijsvaststelling zal gerelateerd worden aan het gewicht van de portie. Het afwegen vindt plaats aan de kassa. Meer informatie: zie onder nieuws op intranet.
Roparun voor goed doel Het Universitair Longcentrum Dekkerswald (ULCD) krijgt 21 duizend euro subsidie van de Stichting Roparun. Naast de sportieve prestatie is het hoofddoel van de Roparun zoveel mogelijk geld in te zamelen voor patiënten met kanker en dan met name om de kwaliteit van leven te verbeteren in de laatste fase van hun leven. In totaal hebben dit jaar 207 teams 3,7 miljoen euro bijeengelopen. Vanuit Nijmegen loopt er al 8 jaar een team mee: Running Nijmegen. In dit team zitten twee medewerkers van Dekkerswald. Het ULCD gaat het geld gebruiken om de kamers waar de chemotherapieën gegeven worden patiëntvriendelijker te maken.
Informatiecentrum bouw Bij het Geert Grooteplein wordt per 1 oktober een informatiecentrum ingericht om bezoekers, buurt bewoners en medewerkers te informeren over de bouw. Wat is de afgelopen jaren gebouwd en wat volgt tot 2020. Meer informatie in een van de volgende Radbodes.
i r n b e dr i jf a dbod e 1 3 - 2 0 0 7
Mijlpaal
Duizendste BAHA-hoortoestel in Radboud
Foto: Flip Franssen
692 nieuwe parkeerplekken
Parkeergarage medewerkers medio september open Medio september gaat de nieuwe parkeergarage voor medewerkers in gebruik. Deze garage ligt voor het Bedrijvencentrum, is 21 meter hoog, bijna 20 duizend vierkante meter groot, telt acht parkeerlagen en biedt ruimte voor 692 auto’s. Het gebouw is te bereiken via de Kapittelweg, afslag Eduard Noyonslaan. Patiënten en bezoekers blijven hun auto parkeren in de ondergrondse garage tussen het hoofdgebouw en het Studiecentrum. ‘De nieuwe garage is voor iedere medewerker toegankelijk met de personeelsbadge’, zegt Lucia Kilkens, hoofd hotelservice. ‘De badge wordt automatisch geautoriseerd, medewerkers hoeven hier niets voor te doen. De garage is iedere werkdag tussen 7 uur ’s ochtends en 9 uur ’s avonds open. In het weekend is de garage gesloten. Na sluitingstijd kun je nog wél met je badge naar binnen om je auto op te halen. Personeel in avond- of nachtdienst kan terecht in de garage voor bezoekers en patiënten. Mensen in weekenddienst kunnen ook daar terecht en maken daarnaast gebruik van parkeerplekken buiten.’ Er is speciaal gelet op het veiligheidsgevoel in de garage. Kilkens: ‘Alleen medewerkers hebben toegang. Overal hangen camera’s. Tussen alle verdiepingen zijn er intercoms en noodknoppen, die verbonden zijn met de Meldkamer. Er komt veel daglicht binnen. ’s Avonds springt de verlichting aan op de plekken waar de medewerkers zich bevinden.’ Het parkeerterrein achter het Bedrijvencentrum, verdwijnt met de komst van de medewerkersgarage. ‘We zijn er trots op dat de nieuwe garage open gaat’, vertelt projectleider Joost de Bruijn. ‘Bovendien zijn we binnen de geplande bouwtijd gebleven. In de toekomst kan de garage uitbreiden tot drie keer zo groot. Dit zal gebeuren na 2012, na de sloop van het huidige Bedrijvencentrum. Er komt dan plek voor bijna tweeduizend auto’s.’ De precieze openingsdatum van de parkeergarage wordt in de volgende Radbode bekend gemaakt. GM
.FEJTDIFNJTTFST )PSFO [JFOFO[XJKHFO )PF NPFUFO NFEJTDIF QSPGFTTJPOBMT PNHBBO NFU IVO GPVUFO %PEFMJKLF TMBDIUPGGFST QFSKBBSJTUFWFFM [FHHFONJOJTUFS,MJOLWBO784FOEFWPMUBMMJHFNFEJTDIFXFSFME0WFSWJKG KBBSNPFUIFUBBOUBMNFEJTDIFGPVUFOHFIBMWFFSE[JKO8BULBOFSCFUFSJOEFHFNJEEFMEF [JFLFOIVJTDVMUVVSBMTIFUHBBUPNIFUPNHBBONFUGPVUFO .PFUFO[JFLFOIVJ[FOWFSQMJDIU XPSEFO BMMF GPVUFO PQ JOUFSOFU PQFOCBBS UF NBLFO PG XFSLU EBU KVJTU IFU WFS[XJKHFO WBO NFEJTDIFNJTTFSTJOEFIBOE /*7&-POEFS[PFLFS $PSEVMB 8BHOFS MJDIU IFU SBQQPSU 0OCFEPFMEF 4DIBEF JO /FEFSMBOETF [JFLFOIVJ[FOUPF(FTQSFLNFUPB)BSSZWBO)VMTUFJKO WPPS[JUUFS3BBEWPPS8FUFOTDIBQ WBOEF0SEFWBO.FEJTDIF4QFDJBMJTUFO
)VC8PMMFSTIFJN )PPGE#VSFBV,XBMJUFJUWBO;PSH 6.$4U3BECPVE FO.BSJBO,BMKPVX WPPS[JUUFS7FS[PSHFOEFOFO7FSQMFHFOEFO/FEFSMBOE .BBOEBHTFQUFNCFS "BOWBOHVVS (SBUJTUPFHBOHTLBBSUFOWFSLSJKHCBBS BBOEFLBTTBWBO-69 -PDBUJF-69.BSJqOCVSH /JKNFHFO 3FTFSWFSJOHLBBSUKFT -VYJOGP
Dit jaar is op de afdeling Keel-, Neus- en Oorheelkunde van het Radboud de duizendste patiënt voorzien van een botverankerd hoortoestel (BAHA). ‘Een BAHA is een hoortoestel voor mensen die geen normaal hoorapparaat kunnen hebben’, vertelt KNO-arts dr. Emmanuel Mylanus. ‘Het gaat hier om mensen die één of beide gehoorgangen missen dan wel om mensen met chronische gehoor ontsteking, die alleen maar verergert door het dragen van een normaal hoortoestel.’ De BAHA is een apparaatje dat achter de oorschelp aan een titaniumschroef wordt vastgeklikt. De titaniumschroef is operatief in het schedelbot aangebracht en steekt een paar millimeter door de huid heen. Normaal gesproken hoor je met je oor de geluidstrillingen via de lucht. De BAHA werkt via beengeleiding. Via het apparaatje vangt het schedelbot de geluidstrilling op en transporteert dit naar het slakkenhuis en de gehoorzenuw. Mensen met aan twee zijden genoemde problemen, krijgen twee BAHA’s. Prof.dr. Cor Cremers introduceerde in 1988 de BAHA, een Zweedse uitvinding, in de Nederlandse UMC’s. ‘Het Radboud behandelt de meeste BAHA-patiënten in Nederland’, zegt Mylanus. ‘Wereldwijd behoren we hierin zelfs tot de grootste centra, ook qua toepassingsmogelijkheden. Mensen die een gehoorgang missen aan een oor, zijn niet doof in dat oor. Toch kunnen wij een BAHA plaatsen bij mensen die éénzijdig doof zijn. Het toestel vangt aan die zijde het geluid op en seint dit door naar het goedhorende oor. (Voor mensen die aan beide kanten doof zijn, kan een cochleaire implantaat (een binnenoorprothese) uitkomst bieden, red.) Ook kinderen kunnen een BAHA krijgen. Zij dragen een softband, een soort sportband, om het hoofd waarop de BAHA is bevestigd.’ Op 28 september vindt voor betrokken medewerkers een feestelijke bijeenkomst plaats om de duizendste BAHA te vieren. GM
Foto: Frank Muller
Stofwisseling
Europees netwerk voor voeding en mitochondriën Wageningen UR en het UMC St Radboud gaan samen werken om meer grip te krijgen op de relatie tussen voeding en het functioneren van de mitochondriën, de energiecentrales van de lichaamscellen. Daarmee hopen zij meer inzicht te krijgen in stofwisselingsziektes zoals obesitas. De beide kennisinstellingen bundelen hun expertise in het Europese netwerk Mitofood. Dr. Jaap Keijer (RIKILT - Institute of Food Safety, WUR) en prof.dr. Jan Smeitink (Nijmegen Centre for Mitochondrial Disorders, UMC St Radboud) zullen samen met 26 andere vooraanstaande onderzoeksgroepen het Europese onderzoek op dit gebied integreren in Mitofood. Het Mitofoodconsortium onderzoekt hoe bioactieve stoffen in de voeding het functioneren van mitochondriën kunnen verbeteren. Recent onderzoek heeft bijvoorbeeld laten zien dat polyfenolen, die algemeen in groente en fruit voorkomen, inwerken op de mitochondriën. De onderzoekers denken dat dit hun positieve gezondheidseffecten kan verklaren. Zij gaan dit voor verschillende ziekten zoals hart- en vaatziekten en zenuwziekten verder onderzoeken. De onderzoekers willen verder bijvoorbeeld vaststellen, welke behoefte aan micronutriënten mitochondriën precies hebben. De uitkomsten van dit onderzoeksproject, met een zware Nederlandse inbreng, kunnen het gezond ouder worden ondersteunen en op termijn van belang zijn in de strijd tegen ziekten waarbij een verstoring van het energie metabolisme optreedt, zoals diverse zeldzame stof wisselingsziekten, obesitas, het metabool syndroom en de ziekte van Parkinson. Hiernaast kan dit onderzoek leiden tot innovatie in de agro-foodsector, waarbij vooral gedacht moet worden aan producten met natuurlijke extracten van bioactieve stoffen en gewassen met verhoogde niveaus van deze stoffen. Ook zijn er in de toekomst mogelijk belangrijke klinische toepassingen. Naast onderzoek zal het consortium veel aandacht geven aan opleiding en uitwisseling van met name jonge onderzoekers. JG
4
ingezonden Nog niet weg Twee jaar geleden zei ik nog: “In het UMC haal ik mijn pensioen.” Een jaar geleden zei ik: “ Ik weet niet of ik hier mijn pensioen haal.” Twee maanden geleden dacht ik: “Ik haal hier niet mijn 12 1/2 jarig jubileum in maart 2008.” Ik merk dat ik me steeds meer erger aan de muren waar ik tegenaan loop, als we kwaliteit willen leveren binnen de zorg als verpleegkundige. Waar is het begrip kwaliteit? Hoe vaak wij ons excuus aan moeten bieden aan patiënten voor dingen waar we helemaal niet verantwoordelijk voor zijn. Ik ben niet de enige, ook mijn collega’s ergeren zich soms enorm. Hoeveel tijd we kwijt zijn aan indirecte zorg, omdat het logistiek niet loopt. Ik geniet intens van de dagen dat het allemaal soepel verloopt. Steeds meer krijg ik helder dat het niet aan ‘ons’ als afdeling ligt maar aan het hele systeem dat Radboud heet. Wie neemt hier nou echt verant woordelijkheid voor een goede kwaliteit van zorg? Het is juni als ik een vacature zie in de krant. Ik schrijf in alle rust een brief, op zoek naar een baan waar ik meer kan toekomen aan goede verpleeg kundige zorg. Mijn jaargesprek volgt even later en ik geef aan wat ik van plan ben. Mijn leiding gevende snapt mijn beweegredenen maar bespreekt met mij een mogelijke rol die ik in de veranderende organisatie kan spelen. Drie dagen later ga ik naar de bijeenkomst, van “Lohman” zoals hij zichzelf steeds noemt. Wat is de zaal enorm gevuld. Ik zit als bij een kinder voorstelling vooraan, op de grond. Pijn in m’n rug omdat ik geen vijf meer ben. Maar ik blijf wel zitten. Ik luister en steeds meer dringt het tot me door dat het niet alleen mijn problemen waren. Herkenning van bovenaf. Gelukkig. Ik heb wel vertrouwen in zijn woorden. Ik merk dat mensen om me heen zich soms aan gevallen voelen. Alsof er niets goed is gegaan, terwijl zij altijd zo hun best hebben gedaan. Ondanks hun inzet toch kritiek. Ik voel me niet aangevallen. Ik ben blij dat eindelijk het kwartje is gevallen. Dat dingen zullen moeten veranderen om de blokkades weg te werken die onze inzet en onze kwaliteit zo belemmerd hebben. Ik ga naar huis. Ik krijg er weer zin in. Ik begin weer het vertrouwen terug te krijgen. Wil ik aan deze veranderingen een bijdrage leveren? Ik denk terug aan mijn jaargesprek. Misschien was het toch niet de laatste in het Radboud? Nog geen antwoord op mijn sollicitatiebrief. Voor de eerste keer in mijn leven hoop ik dat ik niet uitgenodigd word voor een gesprek. Petra van Elst Verpleegkundige Neurochirurgie / Plastische- en Reconstructieve chirurgie
Vierdaagse: waar was de ondersteuning? Het is weer gelukt, de Vierdaagse van Nijmegen met 160 km in de benen. Verregend en soppend over de Via Gladiola. Dagelijks kwamen we langs de vele bedrijfstenten die waren opgezet om medewerkers te ondersteunen. Sommigen zelfs wel drie keer op het parcours: Sint Maartenskliniek, CWZ en vele anderen. Maar waar was de ondersteuning van het Radboud: de steun en verzorging tijdens deze prestatietocht, die we als loper zo waarderen? We zijn trots op het Radboud, is het Radboud ook trots op zijn medewerkers? We willen toch beter worden in het Radboud? Waar kan het UMC zich beter profileren als bij de Vierdaagse van Nijmegen, waar zoveel landen vertegenwoordigd zijn. Misschien is het toch het overwegen waard voor volgend jaar. Angelique Wellink/Elly Hoenselaar OK Neuro Plastische Chirurgie
k or t n i e u w s r a dbod e 1 3 - 2 0 0 7
AKC start bloedafnamepunt op kinderpoli De afdeling Klinische Chemie (AKC) verwerkt elk jaar circa 2,6 miljoen bepalingen, alleen al 7100 bloed monsters per dag. Volautomatisch, dus de analyses zelf zijn van goede kwaliteit. In het traject rondom de analyse – van laboratoriumaanvraag, bloedafname, transport tot verwerking - valt wel winst te behalen. Met twee projecten wordt een verbeterslag ingezet. Medewerkers van het AKC gaan de komende maanden alle afdelingen en poliklinieken langs, om medewerkers bewust te maken van de valkuilen. Want het gaat regelmatig mis in het traject van aanvraag tot uitslag. Verwisseling van patiëntstickers, afname van bloed vlakbij een infuus waardoor glucose of andere waarden in het bloed omhoog schieten, kapotte rode bloedcellen door onvolledig gevulde buizen, bloed in een verkeerde buis aangeleverd of gestold en dus onbruikbaar omdat het onvoldoende vermengd is met de antistollings vloeistof in het buisje. ‘Dit leidt tot vertraging en onnodig vervolgonderzoek,’ vertelt klinisch chemicus Jacqueline KleinGunnewiek. ‘Het heeft meestal geen ernstige consequenties voor de patiënt, maar door verkeerde uitslagen kan wel een foutieve behandeling worden ingezet.’ Als tweede verbeteractie wordt er binnen de polikliniek voor Kinderen en Jeugdigen vanaf 5 september een bloedafnamepunt ingericht, op de begane grond in het Q-gebouw. In eerste instantie twee dagdelen per week, maar het is de bedoeling dat straks álle kinderen daar geprikt worden door medewerkers van het AKC. ‘Door de verantwoordelijkheid voor het prikken in één hand te leggen, voorkom je bovengenoemde fouten. Maar belangrijker, op deze wijze kunnen we ook betere kwaliteit leveren. Door centralisatie van de afname kan het verwerkingsproces sneller verlopen. Als een arts straks de bloedwaarden wil hebben voordat hij de patiënt ziet, kunnen we die cito-uitslagen binnen een uur leveren. Dat betekent voor de patiënt dat alles in één dag wordt afgehandeld.’ Doktersassistenten van het AKC
PIPnieuws Personeels Informatie Punt ma t/m do 11.30-14.00 en 15.00-17.00 uur vrij 11.30-14.00 uur (024) 361 91 66 route 536
[email protected] : medewerker ➔ pip on line
Actueel De huidige CAO-UMC, inclusief de senioren regelingen, is verlengd tot 31 december 2007. Medewerkers die in december 2007 58 jaar worden kunnen nog gebruik maken van de pré FPU regeling. Per 1 augustus is een structurele loonsverhoging toegekend van 1,5%. : medewerker ➔ pip online ➔ arbeidsvoorwaarden ➔ CAO
PIP tip
Het is de bedoeling dat straks álle bloedafnames bij kinderen op de polikliniek verricht worden door medewerkers van de Afdeling Klinische Chemie. Foto: Flip Franssen worden momenteel ingewerkt op hun nieuwe taak. Ervaring hebben ze genoeg, want ze gaan nu dagelijks prikken op verschillende verpleegafdelingen. ‘Maar ze moeten de kunst van het bloed afnemen bij kinderen net zo goed in de vingers krijgen, als dat nu bij de mede werkers van de polikliniek het geval is. Angstige kinderen worden ook straks, net als nu, eventueel door een pedagogisch medewerker begeleid,’ vertelt Klein Gunnewiek. ‘Het zal in het begin vreemd zijn, dat wijzelf niet meer prikken,’ zegt verpleegkundige Marietje van Mullekom-Klomp, betrokken bij het project. ‘Maar we houden zo wel meer tijd over voor de directe zorg voor kinderen en ouders.’ JM
Ernstig ongeluk in de wasstraat Op vrijdag 13 juli vond in de wasstraat een ongeluk plaats waarbij een medewerker ernstige brandwonden opliep. Hij moest voor behandeling acuut naar Beverwijk. De politie en de Arbeidsinspectie werden die dag meteen ingeschakeld. Ook de Arbo en Milieudienst en het bedrijfsopvangteam waren direct ter plekke. De Arbeidsinspectie gaf dezelfde dag nog toestemming de wasstraat weer in gebruik te nemen. Op een rapport van de Arbo en Milieudienst moet de Arbeidsinspectie nog reageren. In de wasstraat worden bedden gewassen met een temperatuur van 90 graden. Jeffrey van Alst bevond zich in de wasstraat terwijl een collega de machine aanzette. Na sluiting van de deuren wordt er direct bijna kokend hete stroom de ruimte ingespoten. Andere medewerkers, die zagen dat er iemand in de wasstraat zat, hebben de machine meteen uitgeschakeld. Jeffrey van Alst liep ernstige brandwonden op over 40 procent van zijn lichaam. Voor behandeling moest hij naar het brand wondencentrum in Beverwijk. De ouders, die allebei werkzaam zijn in het Radboud, werden direct gewaarschuwd. Ook schakelde het Radboud meteen de politie en de Arbeidsinspectie in. De wasstraat, die tijdelijk werd gesloten, is dezelfde dag nog door de Inspectie vrijgegeven. ‘Voor de Inspectie was er geen reden de wasstraat langer dicht te houden’, aldus directeur Facilitair Bedrijf Jan Jaap Schmitz. ‘De veiligheid voldeed vooralsnog aan de norm.’ ‘Toch hebben wij de leverancier erbij gehaald, om te checken of er extra maatregelen nodig zijn’, zegt Jeannette Rutten, hoofd Logistiek. ‘Wij hebben hem gevraagd de veiligheid van de medewerkers beter te waarborgen door de temperatuur van het water bij aanvang te verlagen. Daar moet nog een oplossing voor komen’, aldus Schmitz. De leverancier had nog nooit melding gekregen van een dergelijk ongeluk. De Arbo en Milieudienst (AMD) en het Bedrijfsopvangteam vingen medewerkers op. ‘Complimenten voor de vakkundige en snelle reactie’, benadrukt Rutten. Schmitz
richtte zijn aandacht vooral op de ouders die op de Spoedeisende Hulp zaten. Nog steeds is er voor hen en voor medewerkers die betrokken waren bij het incident ondersteuning. Rutten: ‘Voor allen was het een ontzettend grote klap.’ De ouders van Jeffrey verbleven vier weken in het Kiwanishuis bij Beverwijk. ‘Wij zijn daar ontzettend goed opgevangen. Heel deskundige begeleiding. Maar ook de reacties van medewerkers uit het Radboud waren hartverwarmend’, vertelt de moeder van Jeffrey. ‘Jeffrey knapt aardig op. De kleine plekjes in het gezicht verdwijnen langzamerhand. Ook de brandwonden op de armen genezen goed. Bij allebei de benen heeft Jeffrey een transplantatie gehad. Daar zal hij littekens aan overhouden.’ De ouders zijn erg te spreken over de aandacht en de opvang in het Radboud, maar vragen zich wel af of wat veiligheid betreft niet eerder had moeten worden ingegrepen. Rutten en Schmitz hebben met medewerkers nog eens alle protocollen en veiligheidsvoorschriften goed doorgelopen. De politie heeft alle betrokken medewerkers verhoord en een rapport opgesteld. De AMD heeft op grond van deze gegevens een rapport ingediend bij de Inspectie. Een reactie hierop moet nog komen. ND
Het PIP maakt voor u een werkgeversverklaring voor het aanvragen van een hypotheek of huurhuis. Dit kunt u ook per e-mail aanvragen via Outlook ➔ Extra ➔ Formulier kiezen. Doorgaans ligt een werkgeversverklaring de volgende dag voor u klaar.
Vacatures Met ingang van deze editie treft u de vacatureladder niet meer aan in de Radbode. Met instemming van de OR staan voortaan elke donderdag de nieuwe vacatures op de website; de eerste 12 dagen uitsluitend voor interne kandidaten. U kunt de vacatures op internet of op de publicatieborden bij PIP raadplegen. : werken bij het UMC ➔ vacatures
F LE X Medewerkers en mensen van buiten de organisatie met een verpleegkundige, administratieve of facilitaire achtergrond, kunnen bij het interne uitzendbureau FLEX terecht voor een tijdelijke en afwisselende baan op maat. Ook studenten zijn bij FLEX altijd welkom. ma t/m vrij 09.00-16.30 uur (024) 361 03 03 route 534
[email protected] : medewerker ➔ afdelingen ➔ FLEX
Vrijwilligers In het UMC St Radboud werken ruim 250 vrijwilligers die zich inzetten voor patiënten en bezoekers. De taken lopen uiteen van het verzorgen van de leesportefeuilles en de dierenmiddag in het Kinder ziekenhuis tot het begeleiden van ouders voor, tijdens en na de operatie van hun kind. Voor meer informatie kunt u terecht bij Joke Hoop (024) 361 53 28,
[email protected]. : werken bij het UMC ➔ vrijwilligerswerk
Cursussen en trainingen
PIPpagina
Het UMC St Radboud heeft een breed pakket aan cursussen en trainingen, gericht op ontwikkeling, professionalisering en deskundigheidsbevordering, speciaal bestemd voor medewerkers. Dit pakket bevat onder andere leergangen op het gebied van management, trainingen over inzetbaarheid en loopbaan en algemene cursussen in officeprogramma’s. Een compleet overzicht vindt u op intranet. : medewerker ➔ leren in het Radboud ➔ opleidingsaanbod
De PIP pagina verschijnt met ingang van deze editie in de vorm PIP nieuws (zie de kolom hiernaast). In deze nieuwe rubriek van het Personeels Informatie Punt vindt u informatie over P&O onderwerpen.
De inhoud van deze pagina valt onder verantwoordelijkheid van Staf P&O.
5
r k or t n i e u w s a dbod e 1 3 - 2 0 0 7
het betoog Hoe blijf je bewogen door mensen? Medisch studenten zouden vroegtijdig kennis moeten maken met de praktijk van palliatieve zorg. Zo krijgen ze vanaf het begin van hun opleiding oog voor de menselijk aspecten van de geneeskunde. Een betoog van ethicus Gert Olthuis. Medisch studenten leren de biologische wetten van het menselijk lichaam en welke behandelingen geboden zijn bij defecten aan dat lijf. Hierbij speelt casuïstiek een belangrijke rol, evenals de begeleiding door docenten en opleiders. Studenten moeten hierbij hun vermogen behouden door mensen bewogen te worden, zonder door die ellende overdonderd en lamgeslagen te worden. Opmerkelijk is dat beide zaken terug zijn te vinden in het motto van het Radboud: ‘Gedreven door kennis, bewogen door mensen’. Fotograaf: Norbert Steinkamp Punt van dit betoog is: Hoe zorg je ervoor dat medisch studenten het menselijke aspect van geneeskunde niet uit het oog verliezen? Dat dit een reëel gevaar is, wordt duidelijk in het artikel ‘Scherpe messen, botte dokters’ (jubileumnummer NTvG, 6 januari 2007). De inwijding in de medische beroepsgroep is een socialisatieproces dat zo fundamenteel is, dat diepere lagen in de persoonlijkheid worden beïnvloed. Hoewel die socialisatie vanaf dag één van de opleiding begint, is de klinische fase van de opleiding cruciaal. Dan worden de studenten immers lijfelijk in de praktijk opgenomen. Coassistenten zijn sterk afhankelijk van hun opleiders, doen indringende ervaringen op rondom ziekte, lijden en sterven en worden ook geconfronteerd met de onmacht en ontoereikendheid van het medisch handelen. Als die inlijving plaats vindt in een omgeving waarin fouten, onzekerheden en emoties niet (behoren te) bestaan, dan is de kans levensgroot dat men zich een houding aanmeet waarin een invoelende, patiëntgerichte bejegening weinig vanzelfsprekend is. Studenten willen geaccepteerd worden en dat vergt meer dan kennis opdoen. Het vereist beheersing van de codes van de groep. De wijze waarop de groep met de ellende omgaat, is zodoende maatgevend voor de wijze waarop junioren dat zullen doen. Echt botte dokters mogen een zeldzaamheid zijn, een schrale bejegening is dat helaas niet altijd. Die staat vaak bovenaan bij tucht- en klachtenprocedures. Veel eerstejaars studenten geven aan dat ze geneeskunde gaan studeren omdat ze mensen willen helpen. Deze morele gedrevenheid (‘bewogen door mensen’) kan gemakkelijk op de tocht komen te staan wanneer zij in de hectische praktijk van alledag worden ondergedompeld. Wat op het spel staat bij de inwijding tot arts is dat studenten zich realiseren dat het bij ‘zorgen’ en ‘dokteren’ niet alleen om kennis en vaardigheden gaat, maar ook om een proces dat plaatsvindt tussen mensen. Om dit morele startpunt van gezondheidszorg en hun eigen morele houding beter te leren kennen, zouden studenten vroegtijdig kennis moeten maken met de praktijk van de palliatieve zorg voor ongeneeslijk zieken. Twee argumenten ondersteunen deze bewering. Hoewel palliatieve zorg moet worden gezien als een integraal onderdeel van de geneeskunde, is er in die zorg in moreel opzicht toch iets speciaals aan de hand. Een onderzoek onder meer dan 750 Europese professionals in de palliatieve zorg liet een aantal jaar geleden zien welke morele noties zij als centraal zien in hun werk. Meer dan 90 procent van hen onderschrijft de morele noties kwaliteit van leven, menselijke waardigheid, acceptatie van sterfelijkheid en totale zorg (lichamelijk, psychosociaal en spiritueel). Ander onderzoek laat zien dat huisartsen doodzieke patiënten niet alleen meer tijd en aandacht geven, zij beschouwen palliatieve zorg ook als het best mogelijke voorbeeld van patiëntgerichte zorg. Een tweede argument concentreert zich op ervaringen van geneeskunde studenten in de palliatieve zorg. Dergelijke ervaringen blijken een duidelijke meerwaarde te hebben als het gaat om het reflecteren op het morele fundament van de zorg. Meerdere studies laten dit zien. Een groep derdejaars studenten liep bijvoorbeeld een dag mee met een verpleeg kundige in een hospice en reflecteerde hierop in een paper. Ze leerde hiermee een les die alle colleges, groepsdiscussies en interactie met patiënten, verpleegkundigen en artsen in het ziekenhuis oversteeg. De studenten stelden hun veronderstellingen over de dood en geneeskunde na het hospicebezoek grondig bij. Ze zagen bijvoorbeeld in dat de moed en bescheidenheid die nodig zijn om de wensen en behoeftes van patiënten te respecteren, belangrijke onderdelen vormen van het vak. Kortom, in zowel de aard als de praktijk van de palliatieve zorg liggen voldoende aanknopingspunten die bij kunnen dragen aan een meer structurele aandacht in de medische opleiding voor een morele houding, waarin bewogen worden door mensen centraal staat. Een houding die zo makkelijk het onderspit kan delven in de veeleisende praktijk van alledag. Dr. Gert Olthuis werkt bij de afdeling Ethiek, Filosofie en Geschiedenis van de Geneeskunde.
Vaccineren tegen baarmoederhalskanker Sinds november vorig jaar is er een vaccin tegen baarmoederhalskanker. Dat roept veel vragen op. Daarom start de afdeling Gynaecologie van het UMC St Radboud per 1 september met een speciaal spreekuur om op maat informatie te verstrekken over preventie van baarmoeder halskanker waaronder HPV vaccinatie. De vaccinatiekosten, ongeveer 400 euro, zijn voor de klant. De overheid buigt zich nog over opname van het vaccin in het rijksvaccinatieprogramma. Vrouwen hebben een kans van 80 procent om, vaak via seksueel contact, het Humaan Papilloma Virus (HPV) op te lopen. De meesten zijn tegen dit virus bestand, maar bij een op de vijf vrouwen laat het immuunsysteem het afweten. Daarom krijgen ruim zeshonderd vrouwen per jaar baarmoederhalskanker. Ongeveer 1/3 overlijdt. Daarnaast worden per jaar 15.000 vrouwen verwezen naar de gynaecoloog vanwege een afwijkend uitstrijkje. Sinds november vorig jaar is er een vaccin op de markt. ‘Wij vinden dat de overheid dit moet opnemen in het rijksvaccinatieprogramma’, zegt gynaecologisch oncoloog prof.dr. Leon Massuger. ‘Het is een preventief middel en heeft dus met name zin als meisjes nog niet seksueel actief of niet besmet zijn’, vult gynaecologisch oncoloog dr. Ruud Bekkers aan. Is het niet overdreven om alle meisjes in te enten? ‘Amerikaanse studies hebben bewezen dat preventief vaccineren kosteneffectief is’, zegt Massuger. ‘Met een vaccinatie op 11-jarige leeftijd kun je 70 procent van de baarmoederhalskankers en 50 procent van alle voorstadia van baarmoederhalskanker voorkomen. Veel winst dus’, aldus Bekkers. ‘Het vaccin heeft geen extra bijwerkingen. Het is slechts een fabricaat waarbij alleen het jasje van het HPV-virus is nagebootst. Er zit dus geen genetisch materiaal in’, vult Massuger aan. Opname in het rijksvaccinatieprogramma zal nog enige tijd vergen. Een commissie gaat zich hierover buigen. Wachten betekent dat pas over twee jaar het eerste meisje wordt ingeënt. Maar de twee oncologen worden
dagelijks geconfronteerd met vragen. Zelfs huisartsen worstelen met de vraag: wel of niet inenten. Daarom starten Massuger en Bekkers per 1 september een spreekuur voor preventie van baarmoederhalskanker, waar vaccinatie onderdeel van uitmaakt. Massuger: ‘Wij willen mensen vooral goed voorlichten. Kiezen zij vervolgens voor inenting, dan maken wij dat mogelijk.’ De kosten, ongeveer 400 euro, zijn voorlopig voor eigen rekening. Zit het vaccin eenmaal in het Rijksvaccinatieprogramma dan wordt het vergoed. Het HPV-virus komt overal in de natuur voor. De mens kent meer dan honderd verschillende typen. Een aantal ervan veroorzaakt baarmoederhalskanker. Bij een coïtus is de kans op overdracht 40 tot 50 procent. Condooms bieden onvoldoende bescherming.’ Zowel jongens als meisjes kunnen elkaar besmetten. Alleen jongens houden er meestal niets aan over. ‘Wel is peniskanker, dat heel zelden voorkomt, HPV-gerelateerd’, zegt Massuger. In de groep vrouwen tussen de 30 en 60 jaar komt baarmoederhalskanker het meest voor. Dankzij het bevolkingsonderzoek wordt jaarlijks bij vijf- tot zesduizend vrouwen op tijd een voorstadium verwijderd waardoor kanker wordt voorkomen. Na vaccinatie zou dit aantal ingrepen halveren. ND
Bleichrodt gaat voor de inhoud Per 21 augustus is prof.dr. Rob Bleichrodt teruggetreden als afdelingshoofd Heelkunde. Hij gaat zich volledig richten op patiëntenzorg, onderwijs en onderzoek. De Raad van Bestuur heeft prof.dr. León Eijsman verzocht tijdelijk waar te nemen en tevens de werving van een nieuw afdelingshoofd te coördineren. Voor zijn directe omgeving en de stafleden Heelkunde was het geen verrassing dat prof.dr. Rob Bleichrodt als afdelingshoofd terugtrad. ‘Het wachten was op het goede moment om de stap te zetten en dat kwam deze zomer’, zo licht Bleichrodt toe: ‘Dat heeft te maken met de nieuwe visie van de Raad van Bestuur op de inrichting van de organisatie. De verantwoordelijkheid van het afdelingshoofd wordt een stuk zwaarder met het verdwijnen van de clusterstructuur. Ik ben daar hartgrondig voor, maar zelf voel ik er niets voor om méér tijd en energie te besteden aan managementtaken. Ik heb destijds de managementfunctie geaccepteerd, omdat het toen de beste wijze leek om te realiseren wat ik in de heelkunde wilde bereiken. Zoals ik bij mijn aanstelling in 2001 al heb aangegeven, is de combinatie van taken van het afdelingshoofd met die van arts, opleider en onderzoeker erg zwaar, omdat ik veel aandacht wil geven aan mijn patiënten en aan collega’s in opleiding. Als ik afdelingshoofd zou blijven, zouden de managementtaken een nog groter deel van mijn tijd opeisen. Dat wil ik niet. Mij trekt het juist om me weer volledig te kunnen richten op de inhoud van mijn vak. Verder vind ik het belangrijk dat de afdeling in het veranderproces wordt geleid door de man of vrouw die daarna verantwoordelijk blijft, dus moet er vooraf een nieuw afdelingshoofd komen. Prof.dr. León Eijsman zal tijdelijk waarnemen. Hij kan rekenen op steun van de hele staf, ook bij de zoektocht naar een nieuw afdelingshoofd.’ Vanaf 21 augustus richt Bleichrodt zich vooral op zijn taken als opleider en als chirurg met
6
Prof.dr. Rob Bleichrodt gaat zich volledig richten op patiëntenzorg, onderwijs en onderzoek. speciale aandacht voor nieuwe zorgtaken, met de daarbij horende verbreding van het wetenschappelijk onderzoek: ‘Al jaren doen wij samen met Nucleaire Geneeskunde en Medische Oncologie met succes experimenteel onderzoek op gebied van buikholte tumoren. Ik wil graag proberen daar een klinische toe passing voor te ontwikkelen om de onderzoeksresultaten te kunnen vertalen naar betere behandelmogelijkheden voor onze patiënten.’ WV
r o n d e rzo e k a dbod e 1 3 - 2 0 0 7
Goed hoesten, betere diagnose
Diabetes vergroot kans op tuberculose
het moment In deze rubriek vertellen medewerkers over een bijzondere ervaring tijdens hun werk in het UMC St Radboud. Een ongewoon en persoonlijk verhaal. Dit keer een verhaal van Petra van Elst, verpleegkundige Neurochirurgie
Bang ‘Julia had een hersentumor en werd met spoed geopereerd om het teveel aan hersenvocht via een drain te kunnen afvoeren. Toen ik haar na de operatie verzorgde, merkte ik dat ze heel euforisch was. Een beetje te, dacht ik. Bij de wastafel bleef ze alsmaar over de kraan wrijven. “Ik vind jullie kranen zo prachtig”, zei ze een paar keer. Ik vertelde dat aan Jan, haar echtgenoot. “Ja”, antwoordde hij, “ze houdt erg van kranen”. Vermoedelijk wilde hij het vreemde gedrag van zijn vrouw verbloemen.
Onderzoek in Indonesië. In grote delen van Azië neemt het aantal diabetici sterk toe. Diabetici lijken bovendien veel vatbaarder voor tuberculose dan de doorsnee burger. Internist UMC St Radboud dr. Reinout van Crevel over de kans op over lappende epidemieën en het nut van goed hoesten.
P i e t e r Lom a n s
‘Eigenlijk ontdekten we het per toeval’, zegt dr. Reinout van Crevel, die als internist binnen het PRIOR-netwerk tijdelijk is gestationeerd in Indonesië. ‘Al waren de mensen niet dik, toch bleken veel Indonesische tuberculose patiënten die we onderzochten diabetes te hebben. Nader onderzoek wees uit dat diabetes zelfs vijf keer vaker voorkomt bij tuberculosepatiënten dan bij de doorsnee bevolking in Indonesië. Een opmerkelijk gegeven.’
Wat doet diabetes? Samen met Bachti Alisjahbana, internist en PRIOR-onderzoeker van de Padjadjaran Universiteit in Bandung, die onlangs in Nijmegen mede op dit onderzoek promoveerde, zocht Van Crevel naar een mogelijk verband. Hebben mensen eerst tuberculose en leidt de ontsteking tot het ontstaan van diabetes? Of hebben ze diabetes en worden ze juist door de suikerziekte gevoeliger voor tuberculose? ‘Het laatste lijkt het geval te zijn’, zegt Van Crevel. Ook onderzoekers in landen als India en Mexico presenteren de laatste tijd gegevens die deze relatie ondersteunen. ‘Als mensen met diabetes inderdaad vatbaarder zijn voor tuberculose, dan staan we voor een uitdaging’, stelt Van Crevel. Veranderende voeding en levensomstandigheden leiden tot een enorme toename van type 2 diabetes: over 10 tot 15 jaar woont 80 procent van de diabetespatiënten in derde wereldlanden, vooral in dichtbevolkte landen in Azië. De toename van diabetes zorgt voor een verdere groei van tuberculose. ‘HIV is natuurlijk een veel krachtigere risicofactor’, zegt Van Crevel, ‘maar in landen waar onder de algemene bevolking HIV nog niet wijdverbreid is, speelt diabetes wellicht een belangrijkere rol. Een recent onderzoek in India laat zien dat 15 procent van de tuberculose in dat land is toe te schrijven aan diabetes, tegen 3 procent aan HIV. Dat heeft consequenties voor nationale tuberculoseprogramma's, waarbij je niet alleen moet denken aan de behandeling van de patiënten maar ook aan de opsporing.’
Pakkans vergroten Voor het Indonesische Nationale Programma hebben Van Crevel en Alisjahbana een duidelijke aanbeveling gedaan: screen iedere tuberculosepatiënt op diabetes. Ook als
PRIOR Onder coördinatie van NUCI International Health is het UMC St Radboud een samenwerkingsverband gestart voor het bestrijden van armoedegerelateerde infectieziekten in de derde wereld: Poverty Related Infection Oriented Research (PRIOR). Meer informatie: http://www. priornetwork.org/
ze dun zijn. En hanteer een leeftijdgrens van boven de dertig jaar omdat de ‘pakkans’ dan een stuk groter is, waardoor de screening kosteneffectiever wordt. Maar eigenlijk wil Van Crevel ook het omgekeerde. ‘Je zou ook iedere diabetespatiënt op tuberculose moeten screenen’, zegt hij. ‘Maar gezien de beperkte mogelijkheden van de gezondheidszorg in grote delen van Azië is dat nu teveel gevraagd. Maar de boodschap moet duidelijk zijn: denk bij iemand met tuberculose in deze landen ook meteen aan diabetes. En andersom.’ In grote delen van Azië heeft de bevolking niet of nauwelijks toegang tot de gezondheidszorg. Met dat gegeven moet ook rekening worden gehouden bij het screenen van patiënten met mogelijke tuberculose. Van Crevel: ‘In Nederland kweken we bij een mogelijk geval van tuberculose standaard het sputum of gebruiken we gevoelige moleculaire diagnostiek. In niet-westerse landen is dat een stuk moeilijker en is de microscoop nog altijd de hoeksteen voor het opsporen van tuberculose. Het apparaat is relatief goedkoop en je kunt het ook voor andere doeleinden gebruiken.’
Julia wenste geen operatie aan de tumor, ze voelde zich goed. Maar een paar weken later kwam ze terug. Ik schrok.Van een vlotte vrouw was ze veranderd in een oud dametje dat amper op haar benen kon staan. Opereren moest nu snel, anders hoefde het niet meer. Julia stemde toe, maar was bang dat ze blind zou worden. Jan doet zich op dat moment optimistischer voor dan hij is. Terwijl ik met hem praat, hoor ik Julia alsmaar zeggen: als ik maar niet blind word, als ik maar niet blind word. Ze hoort niet meer goed, vandaar dat ze ons gesprek niet goed kan volgen. De chirurg komt binnen en legt uit wat hij gaat doen. Hij noemt ook de complicaties. In het ergste geval zal ze over lijden. “Als ik maar niet blind word”, zegt Julia telkens weer. Achter de rug van de chirurg zegt ze tegen mij: “Als ik de zon nog maar kan zien opkomen.” Ik steek morgen een kaarsje voor u op,
‘Als ik de zon nog maar kan zien opkomen’
Amsterdamse fluimen Voor het opsporen van de tuberkelbacil moet de potentiële patiënt wat slijm ophoesten en dat in een potje spugen. Om tuberculose onder de microscoop te kunnen zien moeten er zeker 5000 bacillen in een milliliter spuug zitten. Dat is de drempelwaarde, de vereiste bacteriële load. Van Crevel: ‘Niet iedere patiënt met tuberculose haalt die drempelwaarde, waardoor je met een micro scoop dus lang niet alle patiënten eruit pikt. Dat heeft de afgelopen decennia natuurlijk tot allerlei ‘verbeter acties’ geleid. Nieuwe bloedtesten, nieuwe huidtesten, dure en geavanceerde detectietechnieken met een veel hogere gevoeligheid, enzovoort. Bij deze zoektocht naar verbeteringen ligt de nadruk sterk op de techniek.’ Tijdens het veldwerk in Jakarta ontdekte van Crevel al jaren geleden dat er ook aanzienlijke verbeteringen zijn te bereiken met veel eenvoudigere technieken. ‘Ik zag patiënten met vergevorderde tuberculose, met duidelijk afwijkende longfoto’s. Maar in het lab vonden we geen bacteriën in het sputum. Wat bleek? De patiënten kregen hele kleine potjes mee om in te spugen. Daar kreeg je echt geen Amsterdamse fluim in. Met grotere potten van de markt verdubbelde het aantal positieve gevallen! We hadden het niet netjes wetenschappelijk onderzocht en konden er dus ook niet over publiceren, maar het zette ons wel op een spoor. Veel patiënten weten het verschil niet tussen speeksel en sputum.’ In een volgend onderzoek hebben Alisjahbana en collega’s patiënten in Bandung geïnstrueerd met heldere uitleg en duidelijke plaatjes – ‘zó moet het slijm er uitzien, u moet tot het streepje ophoesten’. De opbrengst van de micro scopie ging met veertig procent omhoog! Onlangs schreven Van Crevel en Alisjahbana nog een stuk in The Lancet naar aanleiding van een onderzoek in Pakistan waarin vergelijkbare conclusies werden getrokken. Van Crevel: ‘Ook met simpele interventies is de gezondheidszorg soms aanzienlijk te verbeteren.’ n
7
zeg ik. Nog nooit had ik zoiets eerder gezegd. Ik zeg het twee keer, maar Julia hoort het niet. Jan wel, zijn tranen wellen op. Teder buigt hij zich naar zijn vrouw. “Juultje, Juultje, hoor je wat ze zegt? Ze steekt morgen een kaarsje voor je op.” Julia’s woordenstroom stopt. “Moet ze nog zoveel geld aan me uitgeven”, zegt ze. ’s Avonds breng ik Julia medicijnen. Jan ligt naast haar op een stretcher. Zonder tanden. Zo kwets baar. Julia wil weten hoe ze ’s nachts over de bedhekken naar de toilet kan. Ze kan ons bellen, zeg ik. Maar ze blijft haar vraag herhalen. “Juultje, Juultje”, roept Jan. “Ik ben bij je.” De volgende dag ben ik vrij. Ik steek twee waxine lichtjes aan. Alsof het lot in mijn handen ligt en niet in die van de operateur. Na een half uur krijgt mijn dochtertje de kaarslichtjes in de gaten. Nee! Niet doen, roep ik nog net op tijd als ze de kaarsjes wil uitblazen. De kaarsjes blijven branden. De operatie is gelukt. Toch echt het werk van de chirurg en niet van de waxinelichtjes. Diezelfde dag krijgt Julia een nabloeding en moet ze terug naar de OK. Jan blijft slapen en als hij ’s ochtends wakker is, rent hij zonder gebit in pyjama naar zijn Juultje op de IC. Het onvoorstelbare gebeurt. Julia knapt op. Zo goed dat ze na verloop van tijd naar huis mag. Na enkele weken komt ze terug. Te laat. Julia ging niet aan haar hersentumor, maar aan een trombose been dood. Was het toch haar tijd?’ Nelleke Dinnissen
Zoek het eens lager op... voor een themafeestje!
Kijk ook op www.umcn.nl
Feestgelegenheid g g Old Cave. Ondergronds g veel plezier! p Met zijn 16e eeuwse gewelven ook een unieke locatie voor themafeesten, personeelsfeesten, gala’s, wijnproeverijen en workshops. Geheel voorzien van airconditioning.
Beter worden in het Radboud!
Bel (06) 532 166 31 voor info en reserveringen!
St. Anthoniusplaats 13 | 6511 TR Nijmegen | T (0481) 46 58 98 | www.oldcave.nl
!
Speciale behandeling Zeer aantrekkelijke courtagekortingen voor alle leden van de Personeelsvereniging
Royaal uitgebouwd HELFT VAN DUBBEL WOONHUIS met ruime tuin, vijver en schuur, op prettige, rustige locatie in dorpskern van St.Agatha. Tevens is het centrum van Cuijk op korte afstand gelegen. Inhoud ca. 450 m3, woonoppervlakte ca. 160 m2, perceeloppervlakte 339 m2 en bouwjaar 1983. Bekijk de videopresentatie op WWW.WELLEN.NL.
Oranjesingel 21 • 6511 NM Nijmegen T (024) 360 69 00 E
[email protected] I www.beaufortmakelaars.nl
De woonplaats ligt op ca. 15 kilometer van Nijmegen en Arnhem en is goed bereikbaar met openbaar vervoer. Voor eigen vervoer is een garage beschikbaar.
Aanvaarding: in overleg
Ùw huis onze Hoofdzaak Grotestraat 33 5431 DH CUIJK T: (0485) 31 3434 F: (0485) 31 8393
Contactpersoon is mevrouw M. van der Marck, Heimansweg 9, 7414 AS Deventer. Tel. 0570 640967
assurantiën | pensioenen | hypotheken | financieel advies
Radboud Collectiviteit! Financieel voordeel voor alle (oud-)medewerkers van het UMC St Radboud Nieuwsgierig naar uw voordelen? Kom langs of bel de Radboudlijn: 0481-367077 U vindt ons in het UMC St Radboud op: maandag van 11.30 tot 17.00 uur en vrijdag van 9.00 tot 14.00 uur Locatie: Kamer 1.04, routenummer 526, 527 (vlakbij het PIP en FLEXPUNT)
Bespaar op uw verzekeringen!
Bespaar op uw hypotheek!
Het team van Akkermans Van Elten staat voor u klaar.
Het team van Alpha staat voor u klaar.
Maximale personeelskorting met de Radboud Collectiviteit: Verzekering
Collectieve + Pakket korting korting
Verzekering
Collectieve + Pakket korting korting
Hypotheekarrangement
Korting
• Auto
25%
+
10%*
• Doorlopende reis
15%
+
10%*
• Afsluitprovisie
25%
• Inboedel
25%
+
10%*
• Caravan
35%
+
10%*
• Makelaarscourtage
35%
• Woonhuis
15%
+
10%*
• Boot
10%
+
10%*
• Taxatiekosten
45%
• Combinatiedekking huiseigenaren
15%
+
10%*
• Aansprakelijkheid
30%
+
10%*
• Notariskosten
10%
• Kostbaarheden
15%
+
10%*
• Rechtsbijstand
10%
+
10%*
• Hoge kortingen op de rente
* 10% maximale pakketkorting
Direct meer weten? Bel onze speciale Radboudlijn: 0481-367077 op werkdagen van 8.30 tot 17.00 uur
Bereken zelf uw voordeel: Kijk op www.akkermansvanelten.nl gebruikersnaam: radboud wachtwoord: voordeel Onze website is ook bereikbaar via het intranet van het UMC St Radboud
8
!
De invulling hiervan en de financiële vergoeding worden in onderling overleg geregeld.
Cuijk (St. Agatha), Liesmortel 13b
Vraagprijs € 274.000,- k.k.
Alleenstaande dame van 76, slecht ter been, zoekt gezelschap en lichte zorg voor overeen te komen dagdelen en de weekenden.
Bespaar t ot 3 uw verzek 5% op er Bel de Ra ingen! dboudlijn : 0481-367 077!
r o n d e rzo e k a dbod e 1 3 - 2 0 0 7
Chronische zorg in eerste lijn Hoe houdt de huisarts de regie over de chronische zorg van patiënten? Marianne Meulepas deed onderzoek naar een nieuw zorgmodel voor chronisch zieken, waarin de huisartspraktijk versterkt wordt door een praktijkondersteuner en een facilitaire dienst. Dit onderzoek is verricht bij de afdeling Kwaliteit van Zorg van het Radboud, en richt zich specifiek op patiënten met diabetes en COPD (chronisch longlijden). ‘Het nieuwe zorgmodel leidt tot betere kwaliteit van zorg.’
G i js M u n n i chs
‘Van de chronische patiënten met diabetes, astma of COPD is 80 procent niet ernstig ziek’, zegt onderzoeker Marianne Meulepas. ‘Deze groep hoort voor behandeling thuis bij de huisarts. Maar de huisartspraktijk zoals we die hadden in Nederland, met alleen huisartsen en assistentes, is niet ingericht om aan de richtlijnen voor chronische zorg te voldoen. Daarom is landelijk een hbogeschoolde praktijkondersteuner geïntroduceerd.’
Door het nieuwe zorgmodel worden diabetespatiënten beter begeleid in leefstijlverandering en stappen ze minder snel over op insuline. Foto: Frank Muller
Wie schrijft wil gelezen worden Probeer het eens Raak Radbouds www.ru.nl/utn
Wij publiceren, voordat we een uitgebreide beschrijving van Raak Radbouds geven, eerst een paar eenvoudige schrijftips.
Zo kan het ook: Wij publiceren eerst een paar een voudige schrijftips. Daarna geven we een uitgebreide beschrijving van Raak Radbouds.
TI P : Z e t b i j e l k a a r w a t b i j e l k a a r h o o r t
Feestelijk open huis 6 september van 16.30 – 18.30 uur Erasmusgebouw, begane grond
A taste of culture U kunt letterlijk en figuurlijk een voorproefje komen nemen. •
• •
Workshops Vreemde Talen: Chinees, Duits, Engels, Frans, Italiaans, Latijn, Nieuwgrieks, Portugees, Russisch, Spaans, Turks Workshops Nederlands voor anderstaligen Workshops Communicatie
Direct inschrijven voor een cursus tijdens het open huis? Win de reischeque ter waarde van € 200,- ! Bezoek onze website voor meer informatie:
www.ru.nl/utn
In Zuidoost-Brabant hebben de huisartsen die ontwikkeling aangegrepen om de chronische zorg in de eerste lijn opnieuw te organiseren. Zo is een nieuw zorgmodel ontstaan, waarin de huisartspraktijk versterkt wordt met een facilitaire dienst en een praktijkondersteuner. Het model is getest voor patiënten met diabetes en astma/ COPD. ‘De facilitaire dienst roept bijvoorbeeld patiënten op voor onderzoek’, vertelt Meulepas. ‘Via deze dienst kan de huisarts ook gebruikmaken van de expertise van de medisch specialist. Zo geven longartsen op basis van papieren anamneses en longfunctieonderzoek diagnostisch en therapeutisch advies. De praktijkondersteuner ziet de patiënten tijdens het spreekuur in de huisartspraktijk. Hij bespreekt de uitslagen van onderzoek en begeleidt bij leefstijlaanpassingen.’
Ziektebeloop vertraagt Huisartsen in Zuidoost Brabant zijn enthousiast, maar ‘werkt’ het zorgmodel ook? Meulepas promoveert op 4 september op onderzoek naar het model. Dit onderzoek is verricht bij de afdeling Kwaliteit van Zorg van het UMC St Radboud. ‘Het model leidt tot verbetering van kwaliteit van zorg’, vertelt ze. ‘Diabetespatiënten krijgen meer dan voorheen zorg volgens de richtlijnen. Ze komen vaker op controle. Een belangrijke winst is dat ze meer begeleid worden in het veranderen van hun leefstijl; zo zijn beweging en eetgewoonten essentiële aandachtspunten bij suikerziekte. Ook hoeven ze minder snel over te stappen op insuline vergeleken met patiënten in de controlegroep. Begeleiden bij leefstijlaanpassingen lijkt het beloop van de ziekte te vertragen.’ Voor astma- en COPD-patiënten biedt het nieuwe zorg model ook voordelen. Meulepas: ‘Ze gingen beter inhaleren dan patiënten uit de controlegroep. Het stoppen-metroken verschilde echter niet met de controlegroep.’ Omdat praktijkondersteuners zich helemaal op een of enkele patiëntgroepen richten, kunnen zij heel deskundig worden. Betekent dit dat de rol van huisarts vervaagt in de chronische zorg? ‘Zeer zeker niet’, stelt Meulepas. ‘De huisarts blijft eindverantwoordelijk. Hij houdt de centrale regie en zorgt dat de geleverde zorg door de praktijk ondersteuner past bij de gezondheidstoestand en het welzijn van de patiënt. Daarbij hebben veel chronische patiënten last van meer aandoeningen tegelijk.’ n
Onderzoek naar dikkedarmkanker In het prestigieuze tijdschrift The Lancet werden onlangs de resultaten gepresenteerd van een Nederlands onderzoek naar de behandeling met chemotherapie van patiënten met uitgezaaide dikkedarmkanker. Het onderzoek startte in 2003 en werd geleid door prof.dr. Kees Punt, afdeling Medische Oncologie. Eerste auteur van de publicatie is drs. Miriam Koopman die in 2008 op dit onderwerp zal promoveren. De studie betreft een relatief eenvoudige vraagstelling. Er zijn drie effectieve chemotherapeutica voor dikkedarmkanker beschikbaar. Internationaal werd op grond van meerdere studies algemeen aangenomen dat de overleving van patiënten het beste was als zij in de eerste behandeling tenminste twee van deze middelen als combinatietherapie kregen. In deze studies is het effect van vervolgbehandelingen echter nooit goed onderzocht, en daarin is deze Nederlandse studie uniek. In totaal 820 patiënten werden binnen twee jaar gerandomiseerd tussen de opeenvolgende toe diening van de drie middelen en de gecombineerde toediening. Het bleek dat er geen significant verschil was in de overleving tussen de twee groepen, en dat een minder toxische en meer goedkope start met mono therapie als eerste behandeling dus een volwaardig alternatief is voor combinatiebehandeling. Het UMC St Radboud heeft in Nederland een leidende positie in onderzoek naar dikkedarmkanker. Koopman speelde een onmisbare rol bij de coördinatie, uitvoering, en analyse van de uitkomsten van de studie. Er deden 75 van de ongeveer 100 Nederlandse ziekenhuizen aan dit onderzoek mee. ND
9
prijzen en benoemingen VI D I - e n R U B I C O N t o e k e n n i n g e n De Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) heeft drie VIDI-subsidies en één Rubicon-subsidie toegekend aan onderzoekers van het UMC St Radboud. De uitverkoren onderzoekers en hun projecten:
D r . T i m o t h y R a d s t a k e ( VI D I ) , Reumatologie De afweerreactie van het lichaam wordt gecontroleerd door een vernuftig remmend mechanisme. Radstake vond een defect in dit mechanisme bij een vorm van chronische gewrichtsreuma. In dit project tracht hij dit defect te herstellen, als behandeling tegen reuma.
D r . i r . R o n a l d R o e p m a n ( VI D I ) , Antropogenetica De staafjes en kegeltjes in het netvlies vangen licht op met gespecialiseerde trilhaartjes (cilia), die uit meer dan duizend eiwitten bestaan. Hierdoor kunnen we zien. Roepman en collega-genetici gaan onderzoeken waarom erfelijke foutjes in sommige van deze eiwitten blindheid kunnen veroorzaken.
D r . B e r t d e V r i e s ( VI D I ) , Antropogenetica Talloze genen maken eiwitten die nodig zijn om te denken. Fouten in deze genen kunnen leiden tot een verstandelijke handicap. De onderzoekers bepalen met de allernieuwste genoomtechnieken welke genen een rol spelen bij normale en afwijkende hersenfuncties.
D r. N i e l s R i k s e n ( R U B I C O N ) Dr. Niels Riksen (RUBICON) doet gedurende een jaar onderzoek bij het University College London. Hij onderzoekt in muizenharten of het mogelijk is de grootte van een hartinfarct te beperken door bepaalde geneesmiddelen toe te dienen nadat het afgesloten bloedvat weer is geopend. De Vidi-subsidie (maximaal 600.000 euro per persoon) is bestemd voor onderzoekers die na hun promotie een aantal jaren onderzoek op postdocniveau hebben verricht. De wetenschappers hebben daarbij vernieuwende ideeën ontwikkeld en deze succesvol zelfstandig toe gepast. De onderzoekers behoren tot de beste tien à twintig procent van hun vakgebied. De subsidie biedt hun de mogelijkheid een eigen vernieuwende onder zoekslijn te ontwikkelen en één of meer onderzoekers aan te stellen. De Rubicon-subsidie (maximaal 80.000 euro per persoon) is bedoeld om pasgepromoveerde onderzoekers in het buitenland meer onderzoekservaring te laten opdoen.
Promoties, oraties, afscheidsredes* • Promotie mw. drs. P.M.J. Moonen, donderdag 23 augustus om 15.30 uur. Titel: Developments in diagnosis and prognosis of superficial bladder cancer • Promotie ing. D.W.J. Klomp, vrijdag 24 augustus om 13.30 uur. Titel: Clinical multi nuclear magnetic resonance spectroscopy • Promotie mw. A. Borovečki, dinsdag 4 september om 13.30 uur. Titel: Ethics committees in Croatia • Promotie mw. drs. M.A. Meulepas, dinsdag 4 september om 15.30 uur. Titel: Evaluation of a chronic care model for primary care • Afscheidsrede prof.dr. F.W. Kraaimaat, vrijdag 7 september om 15.00 uur. Titel: Medische psychologie op maat * Locatie: Radboud Universiteit, Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2 Voor een volledig overzicht en korte inhoud van alle promoties, oraties en afscheidsredes, zie www.umcn.nl, ingang ‘scientist’, doorklikken op ‘science agenda’
r a dbod e 1 3 - 2 0 0 7
mensen
5x 25 jaar op de verkoeverafdeling Ingrid ter Haar – Kornmann Ingrid startte na haar opleiding tot Averpleegkundige in Amsterdam met de IC-opleiding in het UMC St Radboud. Vanaf 1985 is zij werkzaam op de verkoever kamers, waar zij zich weet aan te passen aan de steeds veranderende zorgvraag. Vriendelijk en bescheiden, plichtsgetrouw en betrouwbaar, kenmerken die ze al 25 jaar in de patiëntenzorg en het team inzet. Altijd attent en sociaal betrokken heeft ze haar vaste plek in het team.
Trudy Graat-van Dreumel Op 1 augustus vierde Trudy Graat van Dreumel haar 40 jarig jubileum. Ze begon 42 jaar geleden in de ‘Centrale Patiënten Keuken’. Trudy heeft haar belangstelling voor voeding nooit verloren. Na gewerkt te hebben in het Restaurant en de afdeling Algemene Interne, werkt ze momenteel alweer 28 jaar met veel plezier als voedings assistent in de kinderkliniek. Daarnaast werkt ze als oproepkracht in het Cluster Snijdende Specialismen. Voor patiëntjes en ouders is niets haar teveel. Zij is een fijne, spontane collega en staat altijd klaar om een extra dienst te doen. Namens alle collega’s wil ik Trudy van harte feliciteren met dit jubileum, dat zij met collega’s in besloten kring viert. Rob Wiegman, Hoofdverpleegkundige Q3A
Gerda van Veldhuizen-Peters Op 15 augustus vierde Gerda van Veldhuizen-Peters haar 25-jarig jubileum als medewerker van het UMC St Radboud. Op 15 augustus 1982 begonnen als medewerker Facilitaire dienst startte zij enkele jaren later met de opleiding verpleegassistent aan het ROC. Na haar opleiding begon zij in haar nieuwe functie op de afdeling Geriatrie. Vanaf de ingebruikname van het Q-Gebouw is Gerda werkzaam op de Polikliniek voor Kinderen & Jeugdigen waar zij helemaal op haar plek zit. Gerda is een lieve, hardwerkende collega die altijd voor iedereen klaar staat. Wij waarderen haar inzet, service gerichtheid en doorzettingsvermogen. Haar jubileum heeft zij gevierd op 15 augustus temidden van haar collega’s. El Bors-van Laar, senior verpleegkundige
Jan Elshout Jan, opgeleid in het CWZ in de Averpleging, vertrok eerst naar het buitenland om vrijwilligerswerk te doen bij Moeder Theresa in India. In 1982 startte hij met de IC-opleiding en werkte op zowel de thorax-hartvaat afdeling als de IC’s op H20 en H30. De omvang van zijn dienstverband werd regelmatig aangepast aan zijn persoonlijke prioriteiten en na zijn huwelijk bleef hij het UMC St Radboud zelfs vanuit België trouw. Voorbeeld van een correcte, rustige en stabiele verpleegkundige die goede patiëntenzorg hoog in het vaandel heeft.
Op 1 september 2007 is Mw. Sylvia Ebbeng 25 jaar in dienst van het ziekenhuis. Zij begon haar loopbaan op het Planbureau van de Technische Dienst, later het Bouwbureau van Bedrijf Techniek. Daar leverde zij een grote bijdrage aan een geautomatiseerde projectadministratie. Op 1 november 1995 werd zij secretaresse van het clusterbestuur ZZO en sinds 1 januari 2001 werkt zij bij de Dienst Geestelijke Verzorging en Pastoraat als coördinator secretariaat en koster. Syl, zoals wij haar noemen, is een enthousiaste medewerker, die heel goed binnen ons team past. Medewerkers en patiënten ondervinden – meestal telefonisch - haar levensbeschouwelijke feeling en zorgvuldige afhandeling van vragen en wensen. Wij danken haar voor haar grote inzet en haar menszijn! Sylvia stelt er prijs op haar jubileum in besloten kring te vieren. Dr. Wim Smeets, Hoofd DGVP
Gonny Visée-Groenen Op 1 september is Gonny Visée 25 jaar in dienst. Van 1987 tot 1997 heeft zij gewerkt in de functie van assistent hoofdverpleegkundige en vanaf 1997 als kinderverpleegkundige. Momenteel werkt ze met veel plezier op de werkplek Q3A. Gonny is een kinderverpleegkundige in hart en nieren die altijd streeft naar de beste zorg voor haar patiëntjes en hun ouders. Ze is actief en wil er altijd iets bij doen. Zo is ze jarenlang docent kinderreanimatie geweest en heeft verschillende aandachtsvelden onder haar hoede gehad. Gonny is een prettige collega en altijd bereid een uitgevallen dienst op te vangen. Namens alle collega’s wil ik Gonny van harte feliciteren met dit jubileum. Ze viert haar jubileum in besloten kring. Rob Wiegman, Hoofdverpleegkundige Q3A
Helmi-Willemsen-Willemsen Op 1 augustus was Helmi Willemsen-Willemsen 25 jaar in dienst van het UMC St Radboud. Op 16 augustus 1973 begon zij bij de afdeling Medische Microbiologie als researchanaliste binnen de virologie. Eerst voor dr. Van Putten en daarna voor het promotieonderzoek van Jos v.d. Logt. Na een afwezigheid van 9 jaar is zij op 1 september 1986 weer begonnen voor de sectie klinische virologie-serologie. Ze is een fijne, flexibele en sociale collega met een enorme kennis van de klinische virologie. Wij feliciteren Helmi van harte met haar 25-jarig jubileum en vieren dit op dinsdag 25 september. Sandra Sünnen en Judith Thijssen, Hoofdanalistes MMB
Eus van Oosterhout Eus, geboren Nijmegenaar, startte in 1982 met de A-opleiding en behaalde in 1989 zijn IC-diploma. Zijn humor gebruikt hij als wapen om spanningen te kanaliseren en de sfeer positief te beïnvloeden. Hij deed de kaderopleiding en rondde vorig jaar de docentenopleiding af. Met veel plezier combineert hij nu zijn docentschap op de HAN/ROC met het werken op de verkoeverkamers.
Hennie Driessen Op 1 augustus is Hennie Driessen 25 jaar in dienst van het Radboud om via de afdelingen transport, ontvangst goederen en het voedingsmagazijn bij de voedingsafdeling terecht te komen. Namens allen die met Hennie hebben gewerkt, wil ik hem danken voor zijn inzet de voorbije jaren. Ik hoop dat het ziekenhuis nog een groot aantal jaren van zijn kwaliteiten gebruik zal kunnen maken. Wilt u Hennie met dit heuglijke feit gelukwensen, dan kan dat op 7 september van 16.00 tot 18.30 uur in het Studiecentrum (prekliniek). Antoon Voeten, Hoofd Voedingsafdeling
Frans Dierkx
Clementine Sikking-Gerhardt
Frans, ook een geboren Nijmegenaar, kwam vanuit het Canisius Wilhelmina ziekenhuis in 1982 in dienst om de IC-opleiding te volgen. Na de kader opleiding werd hij enkele jaren teamoudste op de KNO- afdeling. In 1998 kwam hij op de verkoeverkamers waar hij zijn expertise op KNO-gebied en Arbo vaak weet in te zetten.
Op 2 augustus was mw. Clementine Sikking - Gerhardt 25 jaar in dienst. Wij, haar collega’s, feliciteren haar hiermee van harte!! Clementine staat voor de beste patiëntenzorg en legt de lat hoog. Zij weet op geheel eigen wijze een unieke rol te vervullen in ons team met haar creativiteit. Namens al haar collega’s van E30, Ria van Mierlo
Ruud Geurts Ruud heeft ook zijn roots in het Nijmeegse en kwam in 1982 in dienst als leerling-verpleegkundige. Vanaf 1985 maakte hij deel uit van het team van de afdeling Orthopedie. In 2003 was hij een van de eerste verpleeg kundigen die instroomden in de nieuwe verkoeveropleiding. Ruud is betrokken bij de ontwikkelingen binnen de Chirurgische Dagbehandeling (CDB).
Tonny van Driel Met ingang van 1 september zal Tonny van Driel, na een dienstverband van 36 jaar, gaan genieten van zijn pre pensioen. Ter gelegenheid hiervan bieden wij Tonny op donderdag 6 september van 16.00 – 18.00 uur een receptie aan in de kantine van het Studiecentrum Medische Wetenschappen, Geert Grooteplein 21, Nijmegen. Wij nodigen U van harte uit hierbij aan wezig te zijn. F. van Baal, Algemeen Directeur M. Braspenning, Directeur
Marleen Poels Na in 1963 te zijn gestart als leerlingverpleegkundige gaat zij ons nu als avond/nachthoofd verlaten. Marleen gaat genieten van haar vrije tijd. Wij wensen haar een goede tijd toe en zullen haar zeer actieve inzet missen. Marleen neemt in besloten kring afscheid van haar collega’s. Nanda Vermeulen, leidinggevende avond/nachthoofden
Ine Verreusel en Hermien Swarts
Virginie van Steenveldt-Verkade
De afdeling Hartcatheterisatie heeft twee jubilarissen: Ine Verreusel en Hermien Swarts. Ine heeft in ons ziekenhuis de BBIC opleiding gevolgd en daarna een aantal jaren op H20 gewerkt. Sinds 1989 werkt zij met veel passie op onze afdeling. Waar je een schaterende lach hoort met een salsa muziekje op de achter grond, daar is Ine. Ze heeft vele aandachtsvelden binnen onze afdeling en binnenkort gaat zij zich helemaal richten op een pilot met de Autopulse reanimatiepomp. Hermien heeft in Eindhoven haar CCU diploma gehaald en is ook al weer sinds 1988 bij ons werkzaam, na eerder op de Verkoeverkamer en de Hartbewaking gewerkt te hebben. Ook zij heeft haar sporen ruimschoots verdiend op onze afdeling, onder andere voor een jaar als waarnemend hoofd. Zij is nog steeds aandachtsvelder dienstlijstplanning, nieuwbouw en niet te vergeten voor de feestcommissie. Wij willen beiden bedanken voor hun grote inzet en betrokkenheid de afgelopen 25 jaar. Op beider verzoek zijn de jubilea op afdelingsniveau gevierd bij Hermien thuis met een heerlijke, aangeklede borrel. Het is laat geworden! Namens de afdeling Hartcatheterisatie, Jules de Witte.
Sylvia Ebbeng
Op 26 augustus van dit jaar viert Virginie van Steenveldt-Verkade haar 25-jarig jubileum als analiste binnen het Laboratorium Kindergeneeskunde & Neurologie. In 1970 is zij begonnen als stagiaire en heeft sinds die tijd, met een enkele onderbreking, als analist op verschillende werkplekken haar waarde bewezen. Virginie is een rots in de branding op ons weefselkweek laboratorium. Wij willen haar van harte bedanken voor haar inzet gedurende de afgelopen jaren en hopen dat zij ook in de komende jaren met veel plezier haar werkzaamheden zal blijven uitoefenen. Op 28 augustus wordt haar jubileum gevierd met een receptie. Dr. R. Rodenburg & prof. dr. R. Wevers, Laboratorium Kinder geneeskunde & Neurologie
Colofon
Elly Bouman Na een dienstverband van 11 jaar, verpleegafdeling Hematologie E00, gaat Elly Bouman ons verlaten om van haar prepensioen te gaan genieten. Elly is deze jaren werkzaam geweest als zorghulp van verpleegafdeling E00 en een bekend gezicht op vele afdelingen binnen het Cluster CIS. Wij willen Elly bedanken voor haar inzet, enthousiasme en gezelligheid gedurende deze jaren en wensen haar, haar man, kinderen en kleinkinderen het beste voor de toekomst. Ter gelegenheid van haar afscheid bieden wij Elly een afscheidsreceptie aan op dinsdag 28 augustus van 16.00 – 18.00 uur in Huize Heijendaal, Geert Grooteplein-Noord 9. Wij nodigen u van harte uit hierbij aanwezig te zijn. Ria van Mierlo, Hoofdverpleegkundige ad interim
Frits Kums Op 31 augustus gaat Frits Kums van zijn prepensioen genieten. Frits heeft eerst 8 jaar bij Medische Fysica gewerkt en, na een onderbreking van 6 jaar, 21 jaar bij Staf INFO. Frits is met name betrokken geweest bij het onderhoud en de ontwikkeling van het UMC netwerk. Al die jaren heeft hij met enthousiasme en een grote mate van toe wijding zijn werk gedaan. Ter gelegenheid van het afscheid van Frits wordt hem een receptie aangeboden op 31 augustus vanaf 16.00 uur in Cafe de Aesculaaf route 76. Wij nodigen u van harte uit hierbij aanwezig te zijn. Henk Coenen, hoofd afdeling CCV Staf INFO
kleine boodschap Gratis, niet commerciële, advertenties van medewerkers, vrijwilligers en studenten. Opgave bij het Voorlichtingscentrum in de hal van het ziekenhuis. Postadres: 528 Staf Concerncommunicatie, voorlichtingscentrum. E-mail:
[email protected]. Op intranet (www.umcn.nl) vindt u alle advertenties. Opgave van (UMC)werkadres of (RU)studentnummer is vereist. Maximale lengte 20 woorden, goederen mogen niet duurder zijn dan g 700,-.
Radbode is een tweewekelijks personeelsblad van het UMC St Radboud Oplage: 13.000 Redactie: Nelleke Dinnissen, Jannie Meussen (eindredactie), Gijs Munnichs, Walter Verhoeven Aan dit nummer werkten mee: Marten Dooper, Pieter Lomans, Joke Groeneveld E-mail: radbode@ com.umcn.nl, telefoon: (024) 361 35 38 Correspondentie: UMC St Radboud, 528 Communicatie, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen Redactieraad: prof.dr. Rob Bleichrodt, Henk Gerrits, René Bakker, mr. Aemiel Kerckhoffs, drs. Sander van den Woudenberg Vormgeving en lay-out: Puntkomma Creatieve Communicatie Druk: Wegener Nieuwsdrukkerij Gelderland Advertenties: Bureau van Vliet, (023) 571 47 45, e-mail: zandvoort@ bureauvanvliet.com Abonnement: 13,60 euro, informatie Sylvia van Brück-Engelen (024) 361 54 42 Verschijningsdata zie intranet, button Radbode.
10
r o n d e r w i js a dbod e 1 3 - 2 0 0 7
buitenland In deze rubriek schrijven studenten over hun ervaringen in het buitenland. Dit keer Lieke Muntinga. Zij liep van juni tot en met augustus voor haar studie Geneeskunde co-schap in Sumve, Tanzania.
Master Biomedische Wetenschappen geheel in het Engels G i js M u n n i chs
Met ingang van dit academisch jaar wordt de masteropleiding van Biomedische Wetenschappen (BMW) geheel in het Engels verzorgd. De docenten hebben speciale cursussen gevolgd om in het Engels onderwijs te geven. Een enquête onder studenten, die in groten getale het initiatief steunen, gaf de doorslag om dit jaar te starten met de Engelstalige master.
De zuurstoftank Tijdens mijn co-schap in Afrika heb ik veel bijzon dere ervaringen opgedaan. Iedere dag deden zich situaties voor die in Nederland ondenkbaar zijn. Bijvoorbeeld de gebeurtenis met de zuurstoftank. Het was malariahoogseizoen. De dag liep bijna ten einde toen ik besloot nog een snelle ronde over de afdeling te lopen. In een van de patiënten kamers trof ik een meisje aan dat stuipentrekkend op de behandeltafel lag. Ze was aan het kreunen en lag in gekromde houding met haar armpjes en beentjes strak gespannen. Ze had hoge koorts. Dezelfde ochtend was ze door een Clinical Officer gezien. Afgesproken was dat het meisje een lumbaal punctie zou krijgen. Dit was aan het eind van de middag nog niet gebeurd. Ik had hier helaas geen enkele ervaring mee en moest dus iemand zien te vinden om te helpen. Uit eerdere ervaringen wist ik dat dit een lastige klus kon zijn. De verpleeg kundige wilde per se dat er eerst een LP werd gedaan alvorens een behandeling te starten. Dat zou veel te lang duren! Diagnoses als cerebrale malaria en bacteriële meningitis spookten door mijn hoofd. Dit meisje had nu meteen medicijnen nodig! Om haar te ondersteunen besloot ik zuurstof te geven. Helaas bleek het enige zuurstofapparaat in gebruik te zijn door een ander ernstig ziek patiënt je. Er moest dus een tweede apparaat komen. Op een drafje ging ik naar het OK-complex in de hoop er een te vinden. Gelukkig bleek er een beschikbaar, maar het ding was nauwelijks te tillen! Gutsend van het zweet liep ik door het ziekenhuis. Eindelijk terug op de kinderafdeling bleek dat er geen stopcontact beschikbaar was... Wat nu? Mijn co-genootje had ik inmiddels gevraagd te helpen en zij pakte het kind op terwijl ik er zeulend met dat zware apparaat achteraan liep. Op naar een plek waar wel stroom was. Eenmaal op de isolation ward bleek dat de stekker niet in het stopcontact paste! Er was ook geen wisselstekker op de afdeling. Opnieuw terug naar de OK en met een wisselstekker rijker kwam ik terug. Het apparaat deed het en ik kreeg ook nog onze Medical Officer, een academisch opgeleide arts, te pakken om te helpen met de lumbaalpunctie. Eindelijk konden we de antibiotica en antimalariamedicatie geven. De volgende dag bleek het meisje nog in leven en de dagen erna ging ze langzaam vooruit. Echter in het weekend overleed ze. Waaraan? Mogelijk aan malaria of aan een hersenvliesontsteking. Misschien heeft ze wel lokale medicijnen van haar familie gekregen? De traditionele geneeskunde wordt hier nog veel toegepast. Helaas gaat dat niet altijd goed.
‘De meeste BMW-studenten gaan het onderzoeksveld in. Een veld waarin ze internationaal werken en Engels de voertaal is. Artikelen moet je in het Engels schrijven, presentaties worden in het Engels gedaan. Wil je goed kunnen meedoen in dit vakgebied, dan is het nood zakelijk dat je het Engels goed beheerst’, zegt curriculum coördinator Frans Russel. ‘Twee jaar geleden zijn we begonnen met de voorbereidingen op de Engelse master. Een enquête onder studenten gaf de doorslag dit jaar daadwerkelijk te starten.’ Deze enquête is afgenomen door Lissy van de Laar en Moniek Munneke, beiden student-lid van het Onderwijsmanagementteam van de master BMW. ‘De behoefte onder studenten aan een Engelstalige master is over duidelijk’, aldus Van de Laar. ‘Bijna 90 procent vindt het “gedeeltelijk” (30 procent) of “helemaal” (59 procent) een goed idee als de master geheel in het Engels gegeven wordt. 72 procent van de studenten heeft de enquête ingevuld. Een hoge response.’
maken voor een breed Néderlands publiek.’ Vragen stellen, discussiëren, presenteren; studenten gaan volledig in het Engels communiceren. ‘Dit zal nog niet meteen perfect gaan’, denkt Munneke. ‘Door het gewoon te doen, verlies je je schroom en bekwaam je je steeds meer in het Engels.’ Russel voegt toe: ‘Het zou zelfs goed zijn als studenten in de pauze bij de koffie ook Engels blijven praten.’
Internationaal positioneren Alle tentamens zullen in het Engels zijn. Dit geldt eveneens voor alle communicatie óver het onderwijs, bijvoorbeeld in het Onderwijsmanagementteam van de master BMW. ‘De Engelstalige master stoomt de student klaar voor de internationale markt’, zegt Russel. ‘Tegelijk is het de manier om onze opleiding internationaal te positioneren en te zorgen voor meer aanwas van buitenlandse studenten. We streven in de komende vijf jaar ernaar dat 15 tot 20 procent van onze studenten uit het buitenland komt. Door de Engelse master kunnen we beter studenten en docenten uitwisselen met buitenlandse universiteiten.’ n
In de pauze Engels praten? Voor de Engelse master Biomedical Sciences zijn alle blokboeken vertaald. Alle docenten hebben een cursus gevolgd om onderwijs in het Engels te geven. ‘We verlangen een uitstekende beheersing van het Engels’, vertelt Russel. ‘Op een taaltest moeten docenten minimaal 70 van 100 punten scoren. Onze Nederlandse studenten worden niet getoetst op hun Engels. Het VWOniveau is een goede basis. Daarbij hebben ze in de bachelorfase veel Engelse literatuur gelezen en een cursus Bachelor Writing gevolgd. Buitenlandse instroomstudenten krijgen wel een taaltest.’ Alle (responsie)colleges en practica zijn straks in het Engels. ‘Al zit de zaal vol Nederlanders, het onderwijs is in het Engels’, aldus Russel. ‘De enige uitzondering is de cursus Rapportagevaardigheden, omdat deze erop is gericht wetenschappelijke onderwerpen toegankelijk te
Lissy van de Laar (rechts) en Moniek Munneke peilden de behoefte onder studenten aan een Engelstalige master. Foto: Frank Muller
Radboud start opleiding medisch moleculair microbioloog Sinds 1 juli wordt binnen de afdeling Medische Microbiologie van het UMC St Radboud een opleiding verzorgd voor medisch moleculair microbioloog. Deze nieuwe, tweejarige opleiding leidt specialisten op voor de moleculaire diagnostiek van infectieziekten. ‘Het doel is infectieziekten sneller en beter op te sporen en uiteindelijk ook te kunnen behandelen.’ De moleculaire diagnostiek speelt een steeds prominentere rol in de diagnostiek van infectieziekten. ‘Deze technieken zullen traditionele technieken zoals kweek van micro-organismen steeds meer gaan vervangen’, zegt prof.dr. Paul Verweij, hoogleraar Medische Microbiologie. ‘De diagnostiek van bepaalde virale infecties is tegenwoordig onmogelijk zonder het gebruik van moleculaire technieken. Dit geldt bijvoorbeeld voor hepatitis B en C en HIV. Ook op het gebied van de bacteriologie, parasitologie, mycologie (schimmels en zwammen) en ziekenhuisuitbraken bieden moleculaire tests grote voordelen.’
Revolutionair Om de moleculaire diagnostiek goed uit te voeren, moeten gekwalificeerde academici worden opgeleid. ‘De mogelijkheden van de moleculaire diagnostiek zijn
11
revolutionair, de ontwikkelingen nemen continu toe’, vertelt opleider Willem Melchers. ‘De medisch moleculair microbioloog wordt opgeleid om moleculaire testen uit te voeren en de complexe resultaten hieruit te interpreteren. Uit de bulk van gegevens kan hij, samen met een arts-microbioloog, die informatie halen die de behandelend arts nodig heeft. Het doel is om infectieziekten sneller en beter op te sporen en uiteindelijk ook te kunnen behandelen.’ De moleculaire tests leveren ook zeer specifieke genetische informatie over het micro-organisme. ‘Zo kun je bijvoorbeeld te weten komen tegen welke middelen het micro-organisme resistent is. Hierdoor kan de therapie beter op de individuele patiënt worden afgestemd’, aldus Melchers. Deze nieuwe, tweejarige opleiding is geïnitieerd vanuit de landelijke beroepsvereniging voor medisch micro biologen. Zes Nederlandse UMC’s zijn bevoegd om de opleiding te geven. Het Radboud is één van de eersten die daadwerkelijk start. Eén persoon volgt hier de opleiding. ‘Er moeten in de toekomst meer mensen worden opgeleid, maar vanuit de overheid is er nog geen geld voor’, zegt Melchers. ‘We zijn afhankelijk van andere financieringsbronnen.’ GM
r a ctueel a dbod e 1 3 - 2 0 0 7
Beter worden: vragen van de OR De ondernemingsraad legde tijdens de overleg vergadering van 14 augustus 25 vragen voor aan RvB-voorzitter Emile Lohman. Voor 1 september zal de OR zijn standpunt bepalen op ‘Beter worden in het Radboud.’ De raad laat zich daarin bijstaan door een extern adviseur. Een greep uit de vragen.
J a n n i e M e u ss e n
Zorgen over de zorg? Twee verpleegkundige raadsleden spraken hun zorgen uit over de positie van de zorg. ‘Managers zorg verdwijnen. Waar blijft het integraal management als het medisch afdelingshoofd straks de dienst uitmaakt? En zal het verpleegkundig onderzoek bijvoorbeeld niet in het verdomhoekje raken?’ Volgens Lohman is er geen enkele reden voor bezorgdheid. ‘Integendeel, de zorg krijgt juist een nieuwe impuls. We willen de Verpleegkundige Adviesraad veel meer inhoud geven. Dat wordt een belangrijke gesprekspartner voor ons, vergelijkbaar met het Staf convent. Bovendien, wat kan een medisch afdelingshoofd zonder verpleegkundigen? Hij heeft de eindverantwoordelijkheid, maar zal een managementteam moeten vormen, waarin mensen uit de zorg niet kunnen ontbreken. En hebben we het nu zo goed voor elkaar? Hoe weinig gaat er bijvoorbeeld om in verpleegkundig onderzoek? Dat kan veel beter. Bovendien komt er een heel nieuw onderwijsinstituut speciaal voor de verpleegkundige en para medische beroepen. Over drie/vier jaar kunnen we uit die hoek een marktvraag verwachten.Wij willen dat de kwaliteit van onze mensen omhoog gaat. Het is bijvoorbeeld toch te gek dat de laatste jaren meer dan de helft van de hoofdverpleegkundigen van buiten is geworven.’
te voorkomen. Jullie mogen ons wel verwijten als de ondersteuning hierbij slecht geregeld is, daar gaan we zwaar op inzetten. Misschien moeten we daarvoor het Mobiliteitsbureau aanzienlijk versterken!’ Wat gebeurt er met al aangekondigde of ingezette reorganisaties? ‘We zullen die als nieuw behandelen en toetsen of ze in de pas lopen met de plannen. De linkerhand moet weten wat de rechterhand doet. Alles wat in de begroting 2007 is opgenomen gaat echter gewoon door. Jazeker, ook de taakstelling die clusters opgelegd hebben gekregen om het personeelsbestand in te krimpen voor nieuw beleid. Maar het plan om de laboratoria te gaan bundelen, dat vlak voor de zomer bij ons is neergelegd, nemen we bijvoorbeeld mee in ‘Beter worden.’ Dat gaan we waarschijnlijk al in tranche 1 oppakken.’ Twee jaar gedwongen winkelnering, en dan? Een gevoelig punt, met een forse discussie. Afdelingen van het servicebedrijf, zoals Facilitair bedrijf en P&O, moeten hun centen straks zelf verdienen. Afdelingen kopen diensten bij hen in. ‘Een kwaliteitsprikkel, de komende twee jaar kunnen zij bewijzen dat ze aan kwaliteitscriteria voldoen. Is het niet op orde, dan verliest de koning zijn rechten en kan een afdeling ook buiten de deur gaan winkelen,’ aldus Lohman. ‘Kan een afdeling straks zelf schoonmakers, ICT-ers of P&O-mensen aantrekken of met een buitenbedrijf gaan werken? Ons FAB met ook oudere medewerkers kan prijstechnisch toch
nooit concurreren met een extern schoonmaakbedrijf, met allemaal jonge mensen in dienst?’ De OR ziet hierbij allerlei beren op de weg, volgens Lohman loopt het niet zo’n vaart. ‘Ik ben een decentralist, maar weet al te goed dat zoiets alleen maar kan met een sterk centraal gezag. Wij hebben taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden gemandateerd aan de afdelingshoofden, maar houden wel zelf de touwtjes in handen. Als de RvB constateert dat zaken niet goed lopen, grijpen we in.’ Wat is de positie van de wetenschappelijke directeuren? ‘De zes wetenschappelijke directeuren worden onze ambassadeurs, de visitekaartjes. Neem nu prof. Grol van het instituut Evidence Based Practice, die heeft echt een positie verworven buiten de deur. Directeuren krijgen meer bewegingsruimte dan nu het geval is. Ze zullen onderzoek initiëren, maar waar nodig ook adviseren om af te stoten. En omdat ze midden in de afdeling staan, houden ze voeling met de praktijk. In de Onderzoeksraad kunnen ze onder leiding van de decaan het beleid op elkaar afstemmen.’ Wie gaat het betalen? Eerder in de overlegvergadering gaf Lohman aan dat het Radboud aardig opklimt uit de rode cijfers. ‘Maar ‘Beter worden’ gaat het UMC toch geld kosten, hoe wordt dat gefinancierd?’ ‘Ik verwacht dat dit proces kostenneutraal zal verlopen. In de begroting 2008 gaan we er waarschijnlijk geen extra middelen voor reserveren. Het moet uit de lengte of de breedte komen. Uiteindelijk wordt de hele clusterlaag opgeheven, gelden zullen overvloeien van het een naar het ander. Die transformatie en de begeleiding van medewerkers daarbij, dáár zullen we geld voor uittrekken. We willen dat dat proces zorgvuldig en voor iedereen inzichtelijk verloopt.’ n
Voor wie gelden de assessments? ‘Nieuwe leidinggevenden moeten een assessment ondergaan. Dat geldt ook voor herbenoemingen van managers en voor zittende mensen als daar reden toe lijkt,’ vertelt Lohman. ‘ Maar wie bepaalt dat?’, vraagt de OR zich af. ‘Wij laten ons voeden door mensen uit huis. Als er signalen zijn dat iemand onvoldoende functioneert of dat er geen draagvlak is binnen de afdeling, zullen we naar passende oplossingen zoeken. Niet leuk, maar zeker niet abnormaal, want een manager die slecht functioneert is een ramp voor z’n mensen.’ Wanneer worden de clusterbureaus ontbonden? Lohman benadrukt: ‘Er wordt niets afgebroken, voordat we helemaal klaar zijn met de voorbereidingen. Ik denk dat we de oude lijnen zeker nog een jaar in stand moeten houden. We hebben niet gekozen voor een big bang, omdat we elders hebben gezien dat dat niet werkt. Nadeel van onze fasegewijze constructie is wel dat er tussentijds medewerkers door zullen schuiven naar nieuwe functies. Er gaan gaten vallen. Lastig, maar niet
ethiek Biobank en ethisch debat Recent werd de vraag gesteld hoe men in het Radboud denkt over de opslag van informatie en lichaamsmateriaal ten behoeve van weten schappelijk onderzoek. Ons ziekenhuis doet mee bij het parelsnoerproject. Het project – gestart op 22 november jl. – beoogt een koppeling tussen de biobanken van alle Nederlandse UMC’s. Doel is, het wetenschappelijke onderzoek naar acht aan doeningen – de ‘parels’ op de snoer – te stimuleren. Het Radboud tekent hierbij verantwoordelijk voor erfelijke darmkanker. Bij een zeldzame ziekte als deze vorm van kanker wordt het verzamelen en koppelen van data bijzonder belangrijk geacht. Cohortenstudies zouden anders immers heel moeilijk zijn uit te voeren met adequate aantallen patiënten. Een eerste antwoord op bovengenoemde vraag is daarom, zoals gedocumenteerd in de Radbode van 24 november 2006: opslag van infor
De raad sprak zorgen uit over de toekomst van de zorg. Volgens Lohman is daar absoluut geen reden toe: ‘De zorg krijgt juist een nieuwe impuls’. Foto: Frank Muller
matie en lichaamsmateriaal helpt het wetenschappelijk onderzoek te verbeteren, en is daarmee in het belang van de patiënt. Echter, er rijzen ook kritische vragen: wat houdt een toestemming tot informatie- en data opslag in? Hoe kunnen databestanden effectief worden beschermd tegen gebruik anders dan door de patiënt toegestaan? Hoe zou men moeten omgaan met
bevindingen die aan het licht komen door diagnose methoden die tijdens het verkrijgen en de opslag van het materiaal nog niet beschikbaar waren? Recent onderzoek onder de Zweedse bevolking heeft aan getoond dat de meningen van burgers gedifferentieerd zijn (Medicine, Healthcare and Philosophy 2006; 9: 81-86). Tussen 3 en 9 procent van de 926 respondenten
12
zegt niet te willen dat lichaamsmateriaal en informatie wordt opgeslagen in een biobank. Dit percentage loopt op tot een derde indien biobanken commerciële interesses zouden hebben. Een belangrijke rol spelen goede informatie over het doel van het met het materiaal beoogde en uitgevoerde onderzoek, en de mogelijkheid gekwalificeerd toestemming te geven (of te weigeren). Onderzoekers van de Universiteit van Toulouse hebben, getuige een recente studie in het European Respiratory Journal (Eur Respir J 2007; 29: 1239-1245), een groei in openheid tegenover biobanken geconstateerd, verbonden met een stijging in relevantie van openbaar debat en advisering van zowel het brede publiek als ook belanghebbenden. Verder wijzen de auteurs op de relevantie van het ontwikkelen van vertrouwensvolle relaties tussen onderzoekers, biobankbeheerders en het publiek. Een definitief antwoord hoe men in het Radboud denkt over deze kwesties kan op dit moment nog nauwelijks worden gegeven. Maar dat een ethische discussie hierover gevoerd moet worden is voldoende aangetoond. Biobanken vergen niet alleen goed werkende ICT netwerken, maar ook een open debat over hun morele wenselijkheid. Norbert Steinkamp