Verslag vergadering raadsadviescommissie op maandag, 2 september 2014 Aanwezig. Voorzitter: Commissiegriffier:
P. van der Vorst E. Bongaerts
Leden:
T. Joris, CDA L. Wolters, CDA J. Smits, Democraten Roerdalen T. Hillen, Democraten Roerdalen H. van der Linden, Lijst Van der Linden M. Thevissen, Ons Roerdalen W. van Pol, Ons Roerdalen S. Harinck, PvdA C. Heldens, PvdA J. Sonntag, Roerstreek Lokaal! H. Minkenberg, Roerstreek Lokaal! M. Goossen, VVD T. Savelkoul, VVD
Tevens aanwezig Portefeuillehouders:
mr. M. de Boer-Beerta E. Cuijpers J. den Teuling M. Verheijden C. Wolfhagen
Ambtelijke ondersteuning: E. de Groot (medewerker Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling; agendapunten 5, 6, 7) E. Eussen (medewerker Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling; agendapunten 3, 4, 5, 6, 7) H. Meuwissen (medewerker Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling; agendapunten 3 & 4) Verhinderd: Opening De vergadering wordt geopend om 19.32 uur.
Pagina 1
1. Vaststelling agenda De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 2. Mededelingen/Rondvraag Mededelingen: Wethouder M. Verheijden hecht er waarde aan om helderheid te scheppen over actiepunten 8, 9 en 10 van de raadsadviescommissie, zoals deze ter sprake kwamen in de vergadering van de raadsadviescommissie op 1 september 2014. Er werd aangegeven dat de griffie deze actiepunten als niet-afgedaan had gemarkeerd. De antwoorden op de vragen in kwestie zijn alsnog verstuurd naar de griffie. Hierbij wordt opgemerkt dat de antwoorden via de afdeling Advies en Kwaliteit naar de griffie worden gestuurd. Door een fout is de beantwoording tijdens de vakantie echter niet tot bij de griffie gekomen. Verder wordt, in relatie tot de WOZ-waardering en mede naar aanleiding van de raadsadviescommissie van 1 september 2014, opgemerkt dat er een bericht verstuurd is naar de griffie waarin de officiële reactie van de BsGW met betrekking tot het in Dagblad de Limburger gepubliceerde artikel is weergegeven. Verder is het waarderingsrapport van de Waarderingskamer over onze gemeente doorgestuurd. De Waarderingskamer heeft nooit kritiek gehad op de waarderingssystematiek van Roerdalen tot de overgang naar de BsGW. De kritiek in kwestie gaat niet zozeer over waardebepaling en opbrengsten, maar over het proces van bezwaar en beroep. Daarnaast loopt er nog een verbeterslag op het gebied van de processen in de driehoek omgevingsdienst, gemeente en BsGW. Benadrukt wordt dat Roerdalen beslist niet het slechtste jongetje van de klas is. De raadsadviescommissieleden wordt gevraagd kennis te nemen van de doorgestuurde documenten.
Rondvraag: Het CDA heeft kennisgenomen van het feit dat in Roerdalen voor 20.000 euro tot 30.000 euro aan geluksplekken gekocht kunnen worden. Dit wekt enige verbazing. Het zou wenselijk zijn om meer tekst en uitleg over dit project te ontvangen. De 9.000 euro voor licenties voor vijf jaar roept eveneens vragen op. Het is niet duidelijk hoe – ook met het oog op de toekomst – de selectie en invulling van de geluksplekken vormgegeven zal worden. Geluk zal immers meer behelzen dan alleen een bordje op een boom. Voorts bestaan er vragen over het kwaliteitsmenu: in de structuurvisie is vastgelegd dat ondernemers die willen uitbreiden in een agrarisch bouwblok een kwaliteitsbijdrage moeten leveren. De raad heeft in het verleden besloten dat primair het Limburgs kwaliteitsmenu gevolgd moet worden. Nu blijkt dat indien burgers hierover informatie willen inwinnen, zij in de praktijk niet geconfronteerd worden met het Limburgs kwaliteitsmenu, maar met de Roerdaalse variant, waarin geld centraal staat. Dit is een kwalijke zaak is. Met betrekking tot de kosten is bepaald dat een extra bijdrage voor bebouwing vijf euro per vierkante meter is, terwijl de kosten van overige bouwwerken, zoals een ondersteunende voorziening, één euro per vierkante meter zou bedragen. Voor opslagfaciliteiten – waar bijvoorbeeld geen gebouw, maar enkel machines of hout op wordt geplaatst – wordt echter vijf euro in rekening gebracht. Dit zou niet stroken met de Roerdaalse variant. Tot slot is er opheldering gewenst over het toetsen van plannen door de kwaliteitscommissie. Hoe gaat dit in zijn werk? Hoe worden de leden van de commissie benoemd?
Pagina 2
Lijst Van der Linden geeft aan dat de portefeuillehouder heeft beloofd om de raad te informeren over de veiligheid. Er wordt gevraagd of ook problemen rondom de brandweer hierin opgenomen worden, met name in relatie tot dekking en aanrijdtijden. Gevraagd wordt om de stand van zaken uiteen te zetten en om – in het geval van tekortkomingen – de mogelijke oplossingen uiteen te zetten. De PvdA wijst erop dat er een ontvangstbevestiging verstuurd moet worden indien er een brief of e-mail naar de gemeente wordt gestuurd. Dit gebeurt evenwel niet altijd. Er wordt extra aandacht voor dit probleem gevraagd. Wethouder C. Wolfhagen geeft aan dat vijf jaren geleden samen met Gastvrij Roerdalen besloten is om te kiezen voor een logo met “klein geluk”. Dit wilde men breed uitdragen. De heer Bormans bood aan om te helpen bij het op een alternatieve manier uitdragen van het geluk. Dit hield bijvoorbeeld in dat mensen fysiek iets konden doen op verschillende geluksplekken. Inwoners van Roerdalen worden betrokken bij het zoeken naar geluksplekken. Daarnaast worden ook raad- en commissieleden erbij betrokken. De heer Bormans heeft hierbij een systematiek ontworpen die zeer aansprak. Wat betreft de licentierechten wordt erop gewezen dat deze niet meer dan 5.000 euro bedragen. Ook wordt erop gewezen dat het project helpt om Roerdalen op de kaart te zetten. Verder wordt erop gewezen dat Roerdalen niet alleen werkt aan de geluksplekken, maar daarin samen optrekt met de Belgische stad Hasselt. Met betrekking tot de kwaliteitsbijdrage wordt gesteld dat burgers die bij de gemeente aankloppen, meestal samen met een adviseur komen. Er wordt verondersteld dat deze adviseurs kennis hebben genomen van de stukken. Zodra nadere plannen zijn uitgewerkt, kan bekeken worden welke vorm van compensatie wordt gekozen. De kwaliteitscommissie van Midden-Limburg bestaat uit deskundigen die plannen beoordelen op landschappelijke verantwoordelijkheid. Burgemeester M. de Boer-Beerta geeft aan dat, met betrekking tot de brandweer, de uitkomsten van het onderzoek naar de verbetering van de dekking worden afgewacht. Verder wordt aangegeven dat donderdag en vrijdag (4 en 5 september 2014) alle bestuurders van de veiligheidsregio aanwezig zullen zijn op een conferentie. Daar zullen knopen worden doorgehakt over de dekking, alsmede het vraagstuk van harmonisatie. Op 10 september 2014 zal tijdens de themabijeenkomst de manager brandweerzorg nadere toelichting geven over de brandweer. Er bestaat dan ook de gelegenheid om vragen te stellen. Wethouder M. Verheijden geeft aan het zorgelijk te vinden als er geen ontvangstbevestiging zou worden gestuurd naar de verzenders van post en e-mails. Er zal extra gelet worden op het versturen van ontvangstbevestigingen. Wethouder J. den Teuling wijst erop dat niet alle e-mail via info@roerdalen binnenkomt. Burgers die e-mails rechtstreeks naar medewerkers sturen, ontvangen geen geautomatiseerde ontvangstbevestiging. Niettemin zou in alle gevallen een bevestiging verstuurd moeten worden. Toezegging: Op de vraag welk bedrag (kwaliteitsbijdrage) per vierkante meter in de structuurvisie is opgenomen voor uitbreiding, waarbij het gaat om opslag van materiaal en/of producten zonder dat nieuwe gebouwen worden geplaatst, doet wethouder C. Wolfhagen ter vergadering de toezegging dat de raadsadviescommissie schriftelijk zal worden geïnformeerd over het bedrag dat in dergelijke aangelegenheden bij agrariërs in rekening wordt gebracht (actiepunt 20 actiepuntenlijst raadsadviescommissie). 3. Aanpassing tarief gemeentelijke bouwgrondprijs
Pagina 3
Het CDA stelt vast dat bepaalde bouwgrondprijzen worden verlaagd. Er zijn echter reeds kavels verkocht aan projectontwikkelaars. Is het mogelijk dat er claims tegen de gemeente worden ingediend door projectontwikkelaars omdat zij, naar aanleiding van de aanpassing van de gemeentelijke bouwgrondprijs, een lagere winst tegemoet zouden zien? Lijst Van der Linden stelt vast dat de gemeente de bouwgrondprijs vaststelt terwijl het eigendom niet altijd bij de gemeente ligt – vooral in de kernen Montfort, Posterholt en Sint Odiliënberg. Hoe denkt het college de eigenaren te kunnen verplichten om deze gronden voor een lagere prijs aan te bieden? Wordt hier een compensatie voor de eigenaren tegenover gesteld? Verder geeft het rapport weer dat er voldoende capaciteit is. Dit roept de vraag op wat de volgorde van ontwikkeling moet zijn. Zal eerst de grond van de gemeente ontwikkeld worden en daarna de grond van de ontwikkelaars? Of wordt er per kern gekeken welke ontwikkelingen noodzakelijk zijn? Voorts wordt vastgesteld dat in de notitie een relatie wordt gelegd met de grondnota. Bij het vaststellen van deze nota zijn niet alle vragen naar bevrediging afgehandeld. Zou het voorliggende voorstel een goede gelegenheid zijn om de grondnota nogmaals tegen het licht te houden? De VVD constateert dat in Posterholt, Vlodrop en Sint Odiliënberg de prijs op 120 euro per vierkante meter is vastgesteld en voor de overige kernen op 130 euro per vierkante meter. De taxatie van de WOZ-waarde zal hierdoor omlaag gaan. Zal de OZB hierdoor verhoogd worden? Is hierbij dan rekening gehouden met het gegeven dat de huizen van veel bezitters in waarde zullen dalen? Welke financiële gevolgen heeft dit dan voor huiseigenaren die hun woning willen verkopen? Zal een hoge restschuld in hun geval een belemmering vormen voor het kopen van nieuwe kavels? De PvdA stelt vast dat in het raadsvoorstel wordt vermeld dat de marktsituatie in combinatie met de demografische ontwikkeling zodanig is dat de realisatie van bouwplannen vertraging oploopt. Gevraagd wordt wat deze vertraging concreet met zich meebrengt. Voorts wordt in het raadsvoorstel gewag gemaakt van aanvullende voorwaarden voor de verkoop van kavels, zoals maatwerkafspraken rondom de herstructureringsopgave op woningbouwgebied. Opheldering over wat hier concreet mee bedoeld wordt, is gewenst. Roerstreek Lokaal! stelt vast dat op sommige verkochte bouwkavels nog niet gestart is met de bouw. Welke consequenties heeft het voorliggende voorstel voor de kopers? Wordt er iets met terugwerkende kracht geregeld voor deze kopers? Voorts wordt gevraagd hoeveel bouwkavels de gemeente nog in voorraad heeft. Wethouder M. Verheijden geeft aan dat er geen claims van projectontwikkelaars worden verwacht. Deze verwachting is gebaseerd op het gegeven dat de tariefsaanpassing niet van toepassing is op grond die reeds verkocht is aan projectontwikkelaars. Verder wordt benadrukt dat de eerder aangehaalde grondnota zich richtte op pachtgronden. Een discussie over pachtgronden maakt geen onderdeel uit van de discussie rondom de aanpassing van de gemeentelijke bouwgrondprijs. Er wordt aangegeven dat er geen direct verband is tussen de aanpassing van de gemeentelijke bouwgrondprijs en een eventuele waardedaling van onroerend zaakobjecten. Met betrekking tot de herstructureringsopgave wordt aangegeven dat de gemeente voor belangrijke herstructureringsopgaven staat. Verversing mag beslist niet buiten beschouwing gelaten worden. Het streven is om niet enkel in te zetten op herstructurering. Met name voor starters en ouderen dient maatwerk geleverd te worden. Wellicht dat hierdoor de drie locaties van de gemeente interessanter worden voor particulieren en ontwikkelaars. Met betrekking tot de toplocaties kunnen verschillende maatwerkafspraken worden afgesproken. Op deze plekken kan men niet voor een dubbeltje op de eerste rang zitten. Maatwerkafspraken
Pagina 4
kunnen te maken hebben met de leefomgeving, maar afspraken kunnen ook omgezet worden in geld. Er bestaan veel mogelijkheden op dit gebied. De exacte afspraken zullen uit een onderhandeling voort moeten komen. Dhr. H. Meuwissen geeft aan dat het voorstel geen consequenties met zich meebrengt voor nietverkochte bouwkavels van projectontwikkelaars. Er zijn op drie locaties nog bouwkavels in het bezit van de gemeente. Het CDA stelt vast dat er nog onverkochte bouwkavels in het bezit zijn van de gemeente. Het verlagen van de grondprijs roept derhalve de vraag op welke financiële gevolgen het voorstel heeft voor de gemeente. Ons Roerdalen stelt dat de OZB weliswaar niet onmiddellijk zal veranderen, maar er kunnen niettemin gevolgen zijn voor de waarde van huizen. Zal voor huiseigenaren – dus van gebouwen die reeds bestaan – de waarde van het pand dalen door de aanpassing van de bouwgrondprijs? Lijst Van der Linden stelt vast dat er geen antwoord is gegeven op de vraag of er per kern gekeken zal worden naar welke ontwikkelingen noodzakelijk zijn. Er wordt vastgesteld dat alleen de gronden in het bezit van de gemeente in prijs worden verlaagd. Er blijft niettemin een spanning bestaan met gronden die niet in het bezit zijn van de gemeente. Zal eerst gekeken worden naar welke projecten per kern ontwikkeld zouden moeten worden, of gaat de gemeente eerst de eigen gronden verkopen? Laatgenoemde optie kan tot gevolg hebben dat er weinig gebouwd wordt in kernen waar geen bouwgronden in het bezit van de gemeente aanwezig zijn. Met betrekking tot pachtgronden wordt opgemerkt dat hetgeen in de grondnota vastgesteld is, niet meer helemaal actueel is. Voorts is er ook nog onduidelijkheid over burgers die voor een bepaalde tijd pachten. Er is in het verleden aangegeven dat de pachtnota opnieuw bekeken zou worden. Waarom is er naar aanleiding van de aanpassing van de bouwgrondprijs niet overwogen om pachtgronden weer tegen het licht te houden? Democraten Roerdalen sluit zich aan bij de suggestie van de VVD dat het voorstel mogelijk negatieve gevolgen heeft voor de bestaande waardebepalingen. Daarnaast wordt gewezen op het risico dat woningen die nu reeds te koop staan, langer onverkocht blijven. Bovendien wordt opgemerkt dat een vergelijking met de prijzen in de regio geen aanleiding geven om de bouwgrondprijzen te verlagen. De grondprijzen in Roerdalen zijn niet bijzonder hoog. De VVD geeft te kennen dat men grotere helderheid had verwacht in de nota. De indruk bestaat dat er geschreven is naar een bepaalde uitkomst. Aan de ene kant zijn niet alle effecten meegenomen in de analyse. Anderzijds blijkt dat hoewel op andere gebieden wordt samengewerkt met regiogemeenten, er in dit geval geen sprake is van integraliteit. Ten slotte blijkt dat Roerdalen ten opzichte van andere gemeenten niet uitzonderlijk duur is. Een duidelijk antwoord op wat de effecten en risico’s zijn van het voorstel ontbreekt. Verder wordt benadrukt dat de waarde van bestaande woningen zal dalen. De verwachting is dat de woningbehoefte aan huurwoningen zal afnemen. Door demografische ontwikkelingen kan op termijn leegstand ontstaan in de gemeente. Heeft het verlagen van de bouwgrondprijs dan nog wel voldoende effect? Eigenaren ondervinden grote moeite bij het verkopen van huizen en een hypotheek krijgen voor een nieuwe woning is ook bijzonder moeilijk. Verder wordt erop gewezen dat de verschillen in de grondprijs – tussen de kernen onderling – een wat stigmatiserende uitstraling heeft en dat deze verschillen het algemeen belang niet dienen.
Pagina 5
De PvdA stelt vast dat uitbreidingplannen voor nieuwbouw, zoals het Melickerveld, al geruime tijd zijn opgeschort. Er zouden nog drie locaties zijn voor nieuwbouw. Hier zijn nog geen concrete bouwplannen van bekend. Het is van belang dat er voldoende aandacht wordt besteed aan inbreiding alvorens men overgaat tot uitbreiding. Er staan reeds veel woningen te koop. Er moet daarom rekening gehouden worden met de belangen van verkopers. Wethouder M. Verheijden geeft aan dat, met betrekking tot eventuele financiële gevolgen, de verwachte opbrengst reeds is bijgesteld. Aangaande waardedaling en moeite om huizen te verkopen wordt aangegeven dat er alles aan zal worden gedaan om herstructurering en inbreiding te waarborgen. Er wordt op twee paarden gewed, in die zin dat naast herstructurering en inbreiding óók aan verversing gedaan zal worden. Dit zal ook in de toekomst gebeuren. Hierbij wordt erop gewezen dat in de gemeente vergrijzing zal plaatsvinden. Een gemeente die niet meer aan uitbreidingsplannen doet, loopt het risico dood te bloeden. Zowel aan jeugd en starters, als aan ouderen moet maatwerk geleverd worden. Niets doen en achterover leunen is geen goede oplossing. Voorts wordt erop gewezen dat de onderbouwing en de effecten van het voorstel uitgebreid in de nota aan bod komen. Aangaande het pachten van grond wordt aangegeven dat de discussie omtrent pachtgronden niet ter zake doet in de huidige discussie en dat het vaststellen van grondprijzen een bevoegdheid is van het college. Lijst Van der Linden vraagt andermaal of ontwikkeling per kern plaatsvindt of dat de gronden in gemeentelijk bezit prioriteit genieten. De VVD vindt, met betrekking tot de effecten en onderbouwing van het voorstel, dat het niet juist is dat er verwezen wordt naar de nota. Het ontbreekt de nota aan marktonderzoek en gesprekken met belanghebbenden. Er wordt uitgegaan van veronderstellingen. Het is waar dat er iets gedaan moet worden, maar het verlagen van de grondprijs is niet de enige optie om de gewenste situatie te bereiken. Wethouden C. Wolfhagen geeft aan dat de volgende (nieuw)bouwmogelijkheden in de gemeente bestaan: Montfort, kasteeltuinen en de Wieerd; Posterholt, Borgerpark; Herkenbosch, centrum – nabij de supermarkt; Melick, Melickerveld; Sint Odiliënberg, ’t Sittert; Vlodrop, Holsterveld. In alle kernen liggen dus mogelijkheden. Echter, of er daadwerkelijk gestart wordt met een project, is afhankelijk van de projectontwikkelaars. Wethouder M. Verheijden geeft aan dat de nota niet de indruk wekt dat er iets ontbreekt. Er wordt vertrouwen gesteld in het door het externe bureau gedane onderzoek. Het rapport wordt voldoende degelijk en helder geacht. Toezegging(en): wethouder C. Wolfhagen zegt toe dat hij de raadsadviescommissie schriftelijk informeert over het aantal bouwkavels dat de gemeente nog in voorraad heeft. Advies raadsadviescommissie: 1. het voorstel wordt door alle fracties rijp geacht voor behandeling in de gemeenteraad; 2. ten aanzien van de inhoudelijke advisering wordt door de fracties van Democraten Roerdalen en de VVD negatief geadviseerd; de overige fracties adviseren positief; 3. geadviseerd wordt het voorstel als bespreekstuk te agenderen.
Pagina 6
4. Nota evaluatie huishoudelijk afval 2014 en koersbepaling afvalbeleid 2015-2018 Het CDA wijst erop dat Roerdalen beslist niet tot de slechtste gemeenten in Limburg behoort wat betreft afvalbeleid. Er wordt waardering uitgesproken voor de Nota evaluatie huishoudelijk afval, die voorziet in de al geruime tijd bestaande behoefte aan evaluatie. Ten aanzien van deze nota bestaan enkele vragen. Ten eerste is niet helemaal duidelijk of RD Maasland zowel inzameling als verwerking voor de gemeente verzorgt. Verder wordt gevraagd hoe de cijfers in grafiek 1 van paragraaf 2.1.1 in de nota tot stand zijn gekomen. Met name de cijfers voor 2009 en 2010 roepen vragen op. In die periode was RD Maasland nog niet verantwoordelijk voor de inzameling van afval. Verder wordt gevraagd hoe – gelet op de cijfers in eerdergenoemde paragraaf – de verschillen tussen GFT en restafval te verklaren zijn wat betreft de frequentie van het aantal ledigingen en wat betreft de tonnage. Verder wordt gevraagd of grafiek 8 van paragraaf 2.1.2 gebaseerd is op 26 keer ophalen of op basis van achttien keer ophalen. Daarnaast blijkt dat in grafiek 11 in paragraaf 2.1.2 niet alle percentages 100 procent blijken te vormen. Verder staan in paragraaf 2.1.2 conclusies waarvan de verklaring niet altijd duidelijk is. Vooral de conclusie dat gedurende de periode 2009-2011 de inzamelkosten jaarlijks stegen en dat in 2012, na het invoeren van het nieuwe inzamelsysteem, de inzamelkosten daalden zodat ze zich in 2013 weer op het niveau van 2011 bevonden. Dit komt niet helemaal overeen met de grafieken die elders in de nota staan. Tevens vraagt men zich af of de stijging van het restafval deels te verklaren is omdat grof vuil hierbij is opgeteld. Tot slot wordt geconstateerd dat de landelijke richtlijn is dat men afval gescheiden moet inzamelen. Echter, in de nota wordt ook gemeld dat de gemeente een overeenkomst heeft met Attero over de nascheiding van kunststof. Gevraagd wordt hoe deze twee zaken zich tot elkaar verhouden. Ons Roerdalen wijst erop dat de nota niet veel verschilt van het rapport van vorig jaar. Alleen de enquête is echt nieuw. De vraag ontstaat hoe men een beslissing kan nemen als de financiële grondslag ontbreekt. Verder bestaan er vragen over de tarieven voor de verwerkingskosten. Deze zouden per jaar hetzelfde zijn, maar dat is onwaarschijnlijk. De huidige gemeentelijke tarieven zijn gebaseerd op cijfers uit 2012. Dit omvat dus ook componenten die nu afgeschaft zijn. Voorts bestaan er vragen over het gegeven dat commerciële partijen die zonder vergunning oud ijzer ophalen, niet aangepakt zouden kunnen worden. Met betrekking tot oud papier wordt het voorstel gedaan dit zes keer per jaar aan huis op te halen. Het zou in dit licht wenselijk zijn om een minimum aantal uren/dagen af te spreken voor de brenglocaties. Aangaande het contract om kunststof uit het afval te scheiden, lijkt het raadzaam om de evaluatie af te wachten. Het contract is echter in januari afgesloten. Hierdoor ontstaan vragen, zoals wat kost het om het kunststof te scheiden? Waar gaat de opbrengst van het kunststof naartoe? Met betrekking tot textiel wordt met verbazing kennisgenomen van het voornemen om dit afval niet meer door charitatieve instellingen op te laten halen. Uit het voorstel blijkt dat met een derde partij een overeenkomst gesloten zou kunnen worden waaruit inkomsten gegenereerd kunnen worden. Er wordt echter op gewezen dat het afval budgettair neutraal zou moeten zijn. Haalt de gemeente winst uit de veranderde inzameling van textiel? Voorts wordt erop gewezen dat de burger een lager tarief wenst voor GFT, chemisch afval en restafval. Hier wordt echter in het voorstel aan voorbijgegaan. Ook ontbreekt een weergave van de financiële gevolgen als burgers GFT naar een inzamelpunt kunnen brengen. Tevens wordt gevraagd of het beter is om standaard tien veegbeurten per jaar te regelen. Is het daarnaast niet verstandiger om voor een aparte aanpak te kiezen voor plekken waar veel behoefte aan veegbeurten bestaat Tot slot wordt aangegeven dat er weinig aandacht in de nota wordt besteed aan Klein Chemisch Afval (KCA). Wat gaat er gebeuren met de KCA-doos van de gemeente die burgers thuis hebben staan?
Pagina 7
Lijst Van der Linden wijst erop dat de nota meer lijkt op een inventarisatierapport dan op een evaluatierapport. Immers, het is niet duidelijk wat de gestelde doelen zijn en of deze doelen behaald zijn. Wat het totale beleid kost per jaar en wat de kosten per aansluiting zijn, is niet helder. Vastgesteld wordt wel dat er nog een behoorlijk bedrag in de voorziening beschikbaar is. Er zou daarom gekeken kunnen worden naar een verlaging van het tarief of – voor hetzelfde bedrag – een verhoging van het aantal inzamelmomenten. Dit zou voor burgers die slecht ter been zijn, meer gemak opleveren. Dergelijke afwegingen ontbreken in het verhaal. Verder zou blijken dat RD Maasland meer zou gaan doen. Maar waarover wordt dan precies gesproken? Wat betreft blik en containerparken is in het verleden al veel gezegd. Er moet dan ook voor gewaakt worden dat RD Maasland te veel onderzoeken gaat doen. RD Maasland zou zich beter kunnen richten op zijn kerntaak. Verder wordt in de nota gemeld dat RD Maasland de gemeente Roerdalen vertegenwoordigt in Afvalsamenwerking Limburg (ASL), maar het is niet duidelijk wat we mogen verwachten van RD Maasland in dit geval. Tot slot wordt aandacht gevraagd voor een verborgen verhaal over afval: het beheer van oude stortplaatsen. Hier is een organisatie voor op provinciaal niveau. Echter, wat is het eventuele financiële risico dat deze vorm van beheer met zich meebrengt? Is er rekening gehouden met de mogelijkheid dat de provincie oude stortplaatsen weer in gebruik neemt? Tot slot wordt geconcludeerd dat de afweging over het verhogen van de service tegenover het verlagen van de bijdrage niet gemaakt kan worden met het rapport.
De VVD vraagt waarom er, in het geval van restafval, niet gekozen is voor 26 ledigingen per jaar in het basistarief in plaats van veertien. Uit de evaluatie blijkt dat er op dit punt ontevredenheid bestaat onder burgers. Tot slot wordt gewezen op het feit dat de evaluatie plaats heeft gevonden in de periode voorafgaand aan wateroverlast. Is het niet beter om de kolken vier keer per jaar de reinigen in plaats van twee keer per jaar? Is de capaciteit van de kolken wel voldoende?
De PvdA merkt op dat in paragraaf 3.3.5.2 wordt gemeld dat onderzocht kan worden of het zelf kopen van bladkorven mogelijk goedkoper is. Mag ervan uitgegaan worden dat dergelijke afwegingen en onderzoeken opgehelderd en concreet uitgewerkt zullen zijn in de nota die in december in de raad zal worden aangeboden? Tot slot wordt erop gewezen dat de poorttarieven van de milieustraat van RD Maasland anders zijn dan in Roerdalen – wat is het verschil?
Roerstreek Lokaal! spreekt waardering uit voor het gegeven dat de evaluatie duidelijk maakt hoe de burgers over afvalinzameling- en verwerking denken. Er wordt aangegeven dat de financiële onderbouwing, noodzakelijk voor het maken van keuzes, evenwel ontbreekt in het rapport. Dit is een gemiste kans. Kan overwogen worden om het serviceniveau te verhogen? Wat zou een dergelijke verhoging dan kosten? Kan de inzamelfrequentie van restafval bijvoorbeeld verhoogd worden naar 26 ledigingen?
Wethouder J. den Teuling geeft aan dat het doel wellicht niet nadrukkelijk genoeg in de stukken naar voren komt. Er zijn drie doelen. Ten eerste wil men milieurendement behalen. Ten tweede wil de gemeente het economisch goed doen, oftewel de kosten laag houden voor burgers met als streven een budgettair neutrale uitvoering. Ten derde moeten de burgers tevreden zijn met het afvalbeleid. De uitvoering van de doelen is meetbaar. Wat betreft hergebruik geldt dat 71 procent wordt gerecycled volgens de laatste stand van zaken. Hiermee wordt voor een deel voldaan aan de gestelde doelen en is het eerstvolgende doel van 75 procent binnen handbereik. Wat betreft
Pagina 8
het economische resultaat wordt gewezen op de behoorlijke reserve die beschikbaar is. Dit vertaalt zich niet direct naar een voordeel voor burgers, maar de gemeente is momenteel in ieder geval kostendekkend. Ten slotte kan met betrekking tot klanttevredenheid gesteld worden dat uit de Nota blijkt dat 64 procent ontevreden is over de inzameling van het grof vuil, 49 procent ontevreden is over inzameling van het groen en 59 procent ontevreden is over het klein chemisch afval. De problemen zijn dus bekend. Het is daarom de bedoeling om met het voorliggende voorstel richting te geven aan wat er gedaan moet worden. Men kan bijvoorbeeld ervoor kiezen om de inzamelfrequentie van het KCA te verhogen. Er wordt op gewezen dat RD Maasland hoofdzakelijk verantwoordelijk is voor het inzamelen van afval. RD Maasland besteedt het verwerken van afval meestal uit. Van 2009 tot 2010 was Van Gansewinkel verantwoordelijk voor de afvalinzameling. Op het momenteel dat het groenafval betaalbaar werd gesteld, verdween deze categorie in het GFT. Dit verklaart het verschil tussen GFT en restafval wat betreft de frequentie van het aantal ledigingen en de tonnage, zoals weergegeven in paragraaf 2.1.1. Met betrekking tot de gescheiden inzameling van plastic en het contract met Attero wordt erop gewezen dat het voor het milieurendement niet van belang is of er vóór of ná inzameling wordt gescheiden. Het klopt dat een deel van de financiële onderbouwing ontbreekt. Echter, wanneer later de opbouw van de tarieven aan de orde is, dan zal de financiële component meegenomen worden. Kiest men ervoor om de inzameling van restafval te verhogen, dan zal RD Maasland extra capaciteit in moeten huren. Dit is een keuze die gemaakt zal moeten worden als de Afvalnota behandeld wordt. Er zullen ook afwegingen gemaakt moeten worden wat betreft de afvalstromen. Het principe is dat er een haalservice wordt geboden. Een brengservice komt neer op containerparken. Er zal een afweging gemaakt moeten worden over wat het beste is. De verwerkingskosten van ASL gaan omlaag als gevolg van een aanbesteding in 2014. In het geval van een meeropbrengst bij inzameling, zal een bedrag aan de reserves worden toegevoegd. De raad kan op een later moment beslissen om bijvoorbeeld de tarieven te verhogen of de service te verbeteren. Een eventuele serviceverhoging kan inhouden dat RD Maasland meer gaat doen. Dit is de meest logische manier van serviceverbetering. Met betrekking tot het vegen kan gesteld worden dat de regenval van dit jaar uitzonderlijk was. Echter, dit neemt niet weg dat het raadzaam is om op specifieke plekken vaker te vegen. Dit omvat dan evenwel niet het hele dorp.
Roerstreek Lokaal! wijst erop dat de wethouder terecht stelt dat de raad bepaalde keuzes zal moeten maken. Echter, er zijn financiële cijfers nodig om te bepalen wat deze keuzes kosten voor de gemeente én voor de inwoners. Vóór de behandeling in december 2014 is deze onderbouwing noodzakelijk.
De PvdA vraagt waarom het inzamelsysteem van textiel, waarbij charitatieve instellingen worden ingezet, gewijzigd wordt. De indruk bestaat dat dit systeem goed liep. Verder wordt gevraagd wat extra inzamelmomenten van kunststof zouden kosten. Een inzameling die één keer in vier weken plaatsvindt kost 46.000 euro per jaar. Zal RD Maasland, in het geval van inzameling één keer in twee weken, het dubbele tarief rekenen? Dit soort financiële onderbouwingen zijn noodzakelijk voor het maken van keuzes. Met betrekking tot nascheiding van blik en kunststof wordt gevraagd of dit leidt tot extra inkomsten of juist tot alleen maar extra kosten. Verder wordt gevraagd of het kringloopbedrijf een particulier bedrijf is. Of zal de gemeente dit zelf oppakken? Zijn hier al ideeën over?
Pagina 9
De VVD vraagt of overwogen kan worden om de frequentie van de restafvalinzameling te verhogen. Eenzelfde verhoging kan wellicht onderzocht worden aangaande het reinigen van kolken en rioleren. Kan dit bijvoorbeeld verhoogd worden van twee naar vier keer per jaar? Een dergelijke verhoging zou raadzaam zijn, gelet op de hevige regenval en het onder water komen te staan van huizen. Vastgesteld wordt voorts dat de raadsadviescommissie nog niet de beschikking heeft over de noodzakelijke financiële gegevens. In december zal een beslissing genomen moeten worden. We kunnen weliswaar nu aangeven hoe we de servicelevels willen hebben, maar de financiële onderbouwing ontbreekt. Hoe ziet het proces eruit dat binnen nu en december 2014 doorlopen wordt? Het streven is om een match te maken tussen enerzijds de gewenste service en anderzijds de financiën. Zo kan er een gedegen discussie plaatsvinden zonder dat we voor voldongen feiten worden gesteld. Lijst Van der Linden geeft aan dat het gevraagde besluit behelst kennis te nemen van de evaluatie huishoudelijk afval 2014 en conform de voorstellen de koers te bepalen voor het inzamelen van de componenten huishoudelijk afval in de komende jaren. Echter, in paragraaf 3.3.12 wordt gemeld dat de gemeenschappelijke regeling wordt gewijzigd. Wordt het afvalbeleid ongewijzigd voortgezet of is er sprake van een veranderd takenpakket van RD Maasland? Hoe de procedure in wordt gericht, is een relevante factor in dezen. Ons Roerdalen merkt op dat er te weinig in wordt gegaan op de wensen van de inwoners. Zo sluit het idee om GFT te laten brengen niet aan bij de voorkeur van de burgers. Er kunnen weliswaar keuzes gemaakt worden, maar hoe moet een afweging gemaakt worden indien niet bekend is hoeveel iets kost? Met het onderhavige rapport kan niet op gepaste wijze de koers voor de toekomst vast worden gesteld. Echter, gewezen wordt op het gegeven dat de koers vast wordt gesteld als het evaluatierapport wordt vastgesteld. De evaluatie biedt te weinig informatie om de juiste afwegingen te maken. Verondersteld wordt dat bij een toekomstige behandeling ook zal worden weergegeven hoe opgebouwde reserves teruggegeven kunnen worden aan de burger. Verder wordt gevraagd waarom er niet kan worden opgetreden tegen het ophalen van ijzer door particulieren die geen vergunning hebben? Ook wordt aandacht gevraagd voor de voordelen van haalservice. Met name voor ouderen is een haalservice veel gemakkelijker dan een brengservice. Aangaande het milieurendement wordt opgemerkt dat men ook in ogenschouw moeten nemen dat het mogelijk nadelig is voor het rendement als burgers zelf hun afval naar de milieustraat moeten brengen. Ophalen is mogelijk efficiënter. Het CDA geeft aan dat het op zich niet van belang wordt geacht wanneer scheiding plaatsvindt: vóór of na. De landelijke richtlijn stelt dat scheiding vóór inzameling moet plaatsvinden. Echter, het contract dat de gemeente heeft met Attero heeft gesloten, stelt dat er nascheiding plaats zou vinden. Wethouder J. den Teuling geeft aan dat er in paragraaf 3.3.14 van de Nota een reeks keuzes gegeven worden wat betreft het afvalbeleid. Het is aan de raad en raadsadviescommissie om een invulling te geven aan deze keuzes. Aan de hand van deze keuzes kan de te volgen richting worden geduid. In december volgt nogmaals een behandeling van het onderwerp in de gemeenteraad en de raadsadviescommissie. Op het moment dat er keuzes gemaakt moeten worden, zullen de bijbehorende kosten daarnaast worden gezet. De keuzes omvatten onder andere het milieurendement. Hieruit blijkt dat in wordt gezet op het ophalen van afval. Met betrekking tot het reinigen van de kolken en het vegen kan gesteld worden dat de regenval die wateroverlast veroorzaakte, dermate extreem was dat er onmogelijk rekening mee kon worden gehouden. Niettemin is het van belang om extra aandacht te geven aan specifieke plekken waar het risico
Pagina 10
groot is. Tot slot wordt erop gewezen dat verenigingen het risico lopen dat als burgers ’s avonds ijzer aan de weg zetten, het reeds vóór de volgende dag weggehaald wordt. Burgemeester M. de Boer-Beerta wijst erop dat er twee verenigingen zijn die zich niet hebben gemeld bij de gemeente. Zodra het ophalen van oud ijzer vergund is aan een vereniging, mag een commerciële partij niet tevens oud ijzer ophalen. Hierop kan dan gecontroleerd worden door een BOA. Dhr. H. Meuwissen geeft aan dat de twee verenigingen die momenteel niet in het besluit over de inzameling van oud ijzer zijn opgenomen, alsnog moeten worden opgenomen. Zodoende kan ook handhavend opgetreden worden tegen commerciële partijen die oud ijzer ophalen zonder vergunning. In de huidige situatie is het moeilijk om te handhaven. Ons Roerdalen geeft aan dat er geen keuzes gemaakt kunnen worden als er niet bekend is wat de keuzes gaan kosten. Men kan nu wel een keuze maken, maar misschien blijkt dit onbetaalbaar te zijn. Het vaststellen van de afvalnota behelst immers het bepalen van de koers. Democraten Roerdalen geeft aan dat het proces niet geheel helder is. Bij de uiteindelijke behandeling in de raad zullen verschillende wensen en aanbevelingen worden geuit. Op basis van welke argumenten zou men bijvoorbeeld moeten beslissen hoeveel ledigingen plaats moeten vinden? Wethouder J. den Teuling wijst erop dat de bij het onderhavige voorstel horende nota niet de afvalnota is, maar de Nota evaluatie huishoudelijk afval. Op basis van de evaluatie en inbreng van de raad en raadsadviescommissie wordt de afvalnota vastgesteld. Deze afvalnota zal weer worden vertaald in tarieven. Niettemin wordt erop gewezen dat in tabel 3.3.14 van de Nota evaluatie heldere keuzemogelijkheden staan omschreven. Roerstreek Lokaal! vraagt of de opties in tabel 3.3.14 als leidraad dienen voor het onderzoek naar de betaalbaarheid van de opties. Als het voorstel wordt aangenomen, gaat men dan akkoord met de onderzoeken die in de nota genoemd worden? Wethouder J. Den Teuling geeft aan dat dit een juiste weergave van zaken is. De VVD wenst een voorstel van orde te doen omdat de indruk bestaat dat de discussie wordt afgekapt. Meerdere aan de portefeuillehouder gestelde vragen zijn onbeantwoord gebleven. Er bestaat in de raadsadviescommissie behoefte aan helderheid, waarbij het kwalijk zou zijn als de discussie vroegtijdig wordt afgekapt. De voorzitter geeft aan dat het niet de bedoeling is de discussie af te kappen. Vragen die aan de portefeuillehouder zijn gesteld, worden doorgeleid. In het geval van onbeantwoorde vragen kan een commissielid het woord vragen om zodoende nogmaals de portefeuillehouder te verzoeken een antwoord te geven. Voorts bestaat de optie in een derde termijn het woord te voeren. Het CDA vraagt andermaal of er een probleem ontstaat bij het inzamelen van plastic afval: de landelijke richtlijn schrijft voor dat scheiding vóór inzameling moet plaatsvinden. Het contract met Attero behelst evenwel nascheiding.
Pagina 11
Dhr. H. Meuwissen bevestigt dat de landelijke richtlijn bronscheiding voorschrijft. Het contract met Attero is aanvullend op de bronscheiding. Het contract zorgt ervoor dat plastic afval – ook na inzameling – van het restafval kan worden gescheiden. Lijst Van der Linden herhaalt dat in paragraaf 3.3.12 wordt gemeld dat de gemeenschappelijke regeling wordt gewijzigd. Wordt het afvalbeleid ongewijzigd voortgezet of is er sprake van een veranderd takenpakket van RD Maasland? Wethouderhouder J. den Teuling geeft aan dat er geen sprake is van een veranderd takenpakket van RD Maasland. Ons Roerdalen geeft aan dat er in paragraaf 3.3.9.4 wordt gesteld dat het verwerken van textiel in de toekomst niet meer aan een charitatieve instelling zal worden gegund. Verder bestaan er vragen over de tarieven voor de verwerkingskosten. Deze zouden per jaar hetzelfde zijn, maar dit kan niet juist zijn. De tonnages van 2010 tot 2012 tonen een dalende lijn. Tot slot wordt aangegeven dat een reeks technische vragen schriftelijk verstuurd zal worden naar het college. Dhr. H. Meuwissen geeft aan dat er een wijziging plaats zal vinden in de inzameling van textiel. De verenigingen worden ingeschakeld voor het ophalen van textiel. Die krijgen daar een vergoeding voor. Het textiel komt dan in het bezit van de gemeente. Wethouder J. den Teuling deelt mede dat er op het gebied van textielinzameling een omschakeling zal worden gemaakt van charitatieve instellingen naar verenigingen. Advies raadsadviescommissie: 1. De fracties Ons Roerdalen en VVD achten het voorstel niet rijp voor behandeling in de gemeenteraad; de overige fracties achten het voorstel rijp voor behandelingen in de gemeenteraad. 2. ten aanzien van de inhoudelijke advisering wordt door de fracties Lijst van der Linden en VVD negatief geadviseerd; de fractie Ons Roerdalen onthoudt zich van inhoudelijke advisering; de overige fracties adviseren positief. 3. geadviseerd wordt het voorstel als bespreekstuk te agenderen.
5. Grenscorrecties Roermond-Roerdalen Ons Roerdalen vraagt of het instemmen met de grenscorrectie impliceert dat men ook akkoord gaat met de uitbreiding van het bouwblok in De Meer. Lijst Van der Linden geeft te kennen moeite te hebben met de reactie die richting de heer Timmermans is gestuurd. De gemeente Roerdalen heeft schriftelijk aangegeven dat het onderhoud bij één gemeente neergelegd is. Een betere gang van zaken was geweest om met de familie in kwestie in overleg te treden en de beoogde oplossing van het probleem toe te lichten. De VVD sluit zich aan bij de opmerking van Lijst Van der Linden over de reactie richting de heer Timmermans. Verder is het opmerkelijk dat bij een eerdere behandeling van het onderwerp de portefeuillehouder erop is gewezen dat de praktische insteek van de gekozen doelen ontbreekt. Met enige verwondering wordt vervolgens kennisgenomen van het feit dat het voorstel ongewijzigd wordt voorgelegd. Uit de behandeling blijkt bovendien dat wel het belang van de gemeente en niet
Pagina 12
het belang van de heer Wolters in ogenschouw is genomen. De gang van zaken was beter geweest indien de gemeente naar de belangen van de heer Wolters had geluisterd in plaats van resoluut vast te houden aan het eigen standpunt. Roerstreek Lokaal! vraagt of de bedrijfsverplaatsing van het bedrijf van de heer Wolters nog van invloed kan zijn op het voorstel. Wethouder C. Wolfhagen deelt mede dat het instemmen met de grenscorrectie niet impliceert dat er ook akkoord wordt gegaan met de uitbreiding van het bouwblok in De Meer. Verder wordt benadrukt dat het onderhoud formeel is geregeld met de gemeente Roermond. Dit sluit aan bij de wens van de familie Timmermans. Het was misschien eleganter geweest om vooraf met de familie te spreken over de ingediende zienswijze. Echter, deze zienswijze is op formele wijze afgehandeld. Verder wordt aangegeven dat het mogelijk praktischer was geweest om de grenscorrectie anders in te vullen. Echter, het is onwenselijk om opnieuw te onderhandelen. Tot slot wordt aangegeven dat het voorstel geen verband houdt met een eventuele bedrijfsverplaatsing van het bedrijf van de heer Wolters. Indien dat aan de orde zou zijn, dan is een bestemmingsplanwijziging noodzakelijk en zal het onderwerp opnieuw behandeld worden in de raad. Lijst Van der Linden benadrukt dat de brief gedateerd wordt op 25 september 2014, in verband met de agendering in de raad. Dit biedt het bestuur de gelegenheid om de brief aan te passen. Het geniet de voorkeur om met de burger in kwestie in overleg te treden om duidelijk te maken dat de brief een formele handeling is en dat de gemaakte punten ingewilligd worden. Daarmee kan onbegrip worden voorkomen. Wethouder C. Wolfhagen wijst erop dat er al telefonisch contact is geweest en dat er geen sprake was van een gespannen verhouding. Bovendien zal er in de toekomst opnieuw contact plaatsvinden waarin het gevolgde proces nogmaals verduidelijkt kan worden. Advies raadsadviescommissie: 1. het voorstel wordt rijp geacht voor behandeling in de gemeenteraad; 2. ten aanzien van de inhoudelijke advisering wordt door alle fracties positief geadviseerd; 3. geadviseerd wordt het voorstel als hamerstuk te agenderen.
6. Vaststelling bestemmingsplan Boslaan 5 te Vlodrop Lijst Van der Linden vraagt, om verwarring te voorkomen, of het perceel in kwestie in het bestemmingsplan te boek zal staan als “recreatie” of als “wonen in het buitengebied”. Wethouder C. Wolfhagen bevestigt dat de bestemming “recreatie” zal blijven gelden. Het CDA vraagt, gelet op de bestemming, aandacht voor mogelijke handhaving in het geval van permanente bewoning. Wethouder C. Wolfhagen geeft aan dat er op het adres in kwestie net zo gehandhaafd zal worden als op andere, vergelijkbare plekken. Advies raadsadviescommissie: 1. het voorstel wordt rijp geacht voor behandeling in de gemeenteraad; 2. ten aanzien van de inhoudelijke advisering wordt door alle fracties positief geadviseerd;
Pagina 13
3. geadviseerd wordt het voorstel als hamerstuk te agenderen.
7. Verklaring van geen bedenkingen Zandstraat 30 – 30a Montfort Roerstreek Lokaal! stelt vast dat in de structuurvisie is vastgelegd waar kleine bedrijven gevestigd kunnen worden. Past de uitbreiding van het voorstel in kwestie binnen de structuurvisie? Daarnaast wordt aangegeven dat de Weg Achter de Hoven tijdens schooluren is ingericht als eenrichtingsweg. Het zou duidelijker zijn om deze weg permanent te veranderen in eenrichtingsverkeer. Hierover zal een motie worden ingediend. Lijst Van der Linden ziet de bij het voorstel gevoegde hoeveelheid papier als een faillissement van ruimtelijke ordening. Het voorstel is duidelijk een vooruitgang. Het is derhalve jammer dat er een grote hoeveelheid papier noodzakelijk is om tot een voorstel te komen. Hopelijk kunnen dit soort vraagstukken in de toekomst eenvoudiger worden afgehandeld. Wethouder C. Wolfhagen wijst erop dat de gemeente, in het geval van besluiten zoals de vergunning in kwestie, gebonden is aan wettelijke regels. Daarin is vastgelegd dat een ruimtelijke onderbouwing noodzakelijk is. Deze onderbouwing omvat inderdaad een grote hoeveelheid stukken. Dit is echter onvermijdelijk. Niettemin wordt geprobeerd om burgers die een project willen ontwikkelen, tegemoet te komen. Hopelijk kan dit jaar nog een procedureverkorting worden ingevoerd. Verder past een klein bedrijf perfect binnen de structuurvisie, waarbij wordt opgemerkt dat er aan de Zandstraat al meerdere kleine ondernemers zijn gevestigd. Ook wordt aangegeven dat het college al langer nadenkt over de situatie bij de Weg Achter de Hoven. Concluderend wordt medegedeeld dat de motie van Roerstreek Lokaal! met interesse tegemoet wordt gezien. Advies raadsadviescommissie: 1. het voorstel wordt rijp geacht voor behandeling in de gemeenteraad; 2. ten aanzien van de inhoudelijke advisering wordt door alle fracties positief geadviseerd; 3. geadviseerd wordt het voorstel als bespreekstuk te agenderen.
De voorzitter sluit de vergadering om 21:21 uur.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 13 oktober 2014. De commissiegriffier,
De voorzitter,
E.A.C. Bongaerts
J.G.G. Cremers
Pagina 14