VERSLAG VAN EEN AVOND IN HET TEKEN VAN DE BRANDWEER OVER MORGEN Verandering in uitvoering: ruim 80 brandweermensen praatten in Vianen over ontwikkelingen en hoe het verder moet ‘In verbinding met anderen veranderen’ In Hotel Vianen van Van der Valk kwamen op woensdag 7 maart ruim 80 brandweermensen bijeen. Aanwezig waren verschillende mensen uit 16 regio’s met in ieder geval één overeenkomst: ze willen allemaal actief met de toekomst van de brandweer aan de slag. In het kader van Brandweer over morgen werd gepraat over de ontwikkelingen en over hoe het verder moet. Centraal stond, onder leiding van veranderdeskundige prof. dr. Thijs Homan, het leren en inspireren van elkaar, om zo de beweging en voortgang in het proces te houden. Zeker is dat er al veel gebeurt in het land. Overal zijn mensen enthousiast bezig met het vernieuwen van de brandweer. Een goed voorbeeld is de ontwikkeling van de methodiek Leerarena die het leren bij de brandweer een impuls geeft. De regio’s werken ook aan de ontwikkeling van gezamenlijke interregionale steunpunten en in veel regio’s lopen pilots Brandveilig Leven om het (brand)veiligheidsbewustzijn bij burgers en bedrijven te vergroten. Bij de ambitieuze vernieuwing van de brandweer aan de hand van de toekomstvisie Brandweer over morgen (vergroten brandveiligheid door fundamenteel te vernieuwen: meer aandacht voor het voorkomen van brand, maar ook innovatie van brandbestrijding), is het belangrijk in contact te blijven met de mensen die samen de brandweer vormen. Daarom is het de bedoeling meerdere bijeenkomsten te beleggen om samen de ontwikkelingen te faciliteren en te stimuleren. Iedere bijeenkomst wordt voorafgegaan door een online Synthetron-discussie*. Deze sessies moeten aan de oppervlakte brengen wat brandweermensen écht vinden van lopende ontwikkelingen en veranderingen. Mede op basis van de uitkomsten van de online discussies wordt het programma van de bijeenkomsten samengesteld. *De Synthetron-methodiek vraagt enige toelichting. De ervaring leert dat er in organisaties veel informeel wordt gesproken over onderwerpen die er toe doen. Denk aan gesprekken in de wandelgangen, tijdens de lunch, bij de koffieautomaat en in pauzes van vergaderingen. Soms gaat het contact ook via e-mail of sms. Onderzoek heeft geleerd dat wat er informeel ‘rond gaat’, in de regel van grote invloed is op hoe men echt tegen zaken aankijkt. Een Synthetron-chatsessie gaat vooral over de inhoud van deze informele gesprekken. Het betreft een online samenwerkingsprogramma dat (grote) groepen mensen in staat stelt via internet met elkaar ideeën uit te wisselen. Tijdens een dergelijke discussie kunnen deelnemers met elkaar in debat gaan. De deelnemers geven hun mening, stemmen op meningen van anderen en kunnen deze ook verdiepen of nuanceren. Niet zelden rollen er heldere conclusies uit. Bekijk om een indruk te krijgen van hoe een dergelijke online discussie verloopt, de demo op internet.
SOEP EN BROODJES Vijf uur is de aanvangstijd, maar ruim een half uur van tevoren druppelen de eerste deelnemers al binnen. Er is koffie, soep en broodjes, en de verwachting van wat gaat gebeuren. Aan een tafeltje stemmen dagvoorzitter Thijs Homan, Harold Menning (programmacoördinator Brandweer over morgen), Ricardo Weewer (Lector Brandweerkunde), Natasja Spruijt en Marieke van der Horn van het NVBR-communicatieteam de laatste zaken af, terwijl elders in de zaal persvoorlichter Frank Huizinga binnenkomers voor de camera vraagt naar het waarom van hun komst. We luisteren even mee.
V.l.n.r. Natasja Spruijt, Thijs Homan en Harold Menning Mark Lansman van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid: “Ik ben in Nijmegen actief betrokken bij de ontwikkelingen en dus is het goed om hier te zijn. Zeker is dat er in de brandweerwereld veel ruis op de lijn is. Nu weer de discussie over zes man op de auto of niet. Geen idee trouwens of daar vanavond ook iets over wordt gezegd. Ik stap er blanco in en probeer te denken in mogelijkheden, niet in onmogelijkheden.” Mark is samen gekomen met college Dennis Stoks, ook van Gelderland-Zuid. “De brandweerwereld kent een heleboel heilige huisjes en iedereen heeft gelijk zijn mening klaar. Heel vaak op basis van een onvolledig verhaal. Communicatie is wat dat betreft zo belangrijk. In alle lagen van de organisatie. Ook de afstemming van zaken kan beter. Waarom het wiel opnieuw uitvinden als ze dat elders in het land al hebben gedaan?” Henk Oudshoorn komt uit Zwolle en is van de Veiligheidsregio IJsselland. Hij hoopt inspiratie op te doen. “Ik ben benieuwd hoe collega’s bij andere korpsen de strategische reis beleven. Waar lopen zij tegenaan en hoe gaan ze met problemen om? Zelf zie ik de strategische reis als één grote uitdaging. Er zitten zoveel kansen in. De grote vraag is hoe we de doctrine verder uit gaan dragen. Ik heb er in het kader van een studie integrale veiligheidskunde een scriptie over geschreven. Van expert naar partner, daar komt het op neer. Het gaat over gedeelde verantwoordelijkheid en een verschuiving van het aanbieden van oplossingen naar het voeren van facilitaire en visionaire regie.” Huib Fransen van Rotterdam-Rijnmond komt binnen en schudt bekenden de hand. Ja, hij heeft wel even tijd om iets in de camera te roepen. “De brandweer is altijd al goed geweest in het stapelen van ambities. Met als gevolg dat er in de praktijk voortdurend bijgesteld moet worden. Daarom zeg ik: hou het klein. De strategische reis is een doorwrocht gedachtegoed, maar aan de koffietafel in de kazerne is niemand ermee bezig. Daar maken ze zich druk over vragen als: blijft mijn kazerne bestaan?”
BRANDWEER OVER MORGEN IS EEN COMPLEX VERHAAL “De Brandweer over morgen is een complex verhaal”, zegt Harold Menning. “Het is een traject met een enorme veranderimpact en daardoor is grip op het proces heel lastig. Er is geen route met een begin en een eindpunt (een van… naar… scenario), dus de aanpak vergt een open proces waarin continue bijsturen noodzakelijk is. Verder heeft iedereen er zijn eigen beeld bij en alle regio’s zitten in
een andere fase. De online discussie die aan deze bijeenkomst vooraf is gegaan laat ook een heel diffuus beeld zien. Er is weinig overeenstemming. Wat we vandaag proberen is mensen met elkaar te verbinden, zodat ze ervaringen kunnen uitwisselen en elkaar kunnen versterken”, luidt zijn toelichting op de bijeenkomst. Nog even een broodje dan voor het programma begint. Aan de statafel treffen we Pascal de Haas van Gooi- en Vechtstreek. Haar grootste zorg, als beleidsmedewerker preventie, is hoe alles uiteindelijk ‘in elkaar gaat haken’. “Onze Brandveilig Leven-projecten lopen heel goed en daarmee leggen we een basis voor de toekomst. Je ziet het draagvlak groeien. Maar ik merk ook dat alles wat we doen door sommigen als bedreigend wordt ervaren. De mensen van repressie zeggen: ‘Wij zijn bij de brandweer gegaan om branden te blussen en dat willen we blijven doen’. Dat begrijp ik. Daarom is het belangrijk dat repressie en preventie meer in balans komen.”
FRANS SCHIPPERS: OVER VERBINDEN EN DE BEWEGING DIE WE MET ELKAAR MOETEN MAKEN Dan is het sneller dan verwacht zes uur en wordt iedereen verzocht plaats te nemen (de tafelindeling staat vermeld op lijsten die zijn opgehangen). Portefeuillehouder Frans Schippers van de Raad van Regionaal Commandanten trapt af. Hij heeft het over verbinden en de beweging die we met elkaar moeten maken. Hij rept over mensen die willen veranderen en anderen die daar meer moeite mee hebben. “Weerstand noemen we dat.” Maar de negatieve lading haalt Frans Schippers gelijk van dat woord af. “Vanuit de passie voor hun werk willen brandweermensen dingen goed doen. Daar komt uit voort dat bij veranderingen niet iedereen gelijk staat te juichen. Maar vooruitkomen kan ook via twee stappen voorwaarts en eentje terug. In verbinding met anderen veranderen, daar gaat het om.” Frans Schippers stelt dat bekend is waar de brandweer uit wil komen, maar dat niemand weet hoe de weg naar dat eindpunt toe precies loopt. Deze avond is om dat te ontdekken en van elkaar te leren. Hij sluit af met een oproep: “Durf je kwetsbaar op te stellen en durf open te zijn. Alleen dan kunnen we van elkaar leren.”
HET GAAT OM DE HOE-VRAGEN “Ik ben jullie reisleider vanavond.” Met die woorden begint prof. dr. Thijs Homan, hoogleraar organisatieverandering, zijn verhaal. Hij geeft een toelichting op het programma, dat uiteraard ook keurig op twee grote schermen wordt geprojecteerd. Thijs Homan vertelt dat het vanavond om de hoe-vragen gaat. Hoe krijg ik dingen in beweging, hoe kan je een voorgenomen verandering laten landen, en hoe krijg je medewerkers in beweging? Hij geeft ‘enkele spelregels voor een goed gesprek’. De belangrijkste zijn dat luisteren belangrijker is dan spreken en dat er respectvol gecommuniceerd moet worden. Uiteraard moeten dingen vertrouwelijk kunnen worden gezegd. “Niet dat morgen in De Telegraaf is te lezen wat hier vanavond is gezegd.” Hoe is de sfeer eigenlijk in de zaal vragen we ons af? Met een beetje fantasie zou je die kunnen omschrijven met ‘een verwachtingsvolle spanning’.
‘ER ZIJN CONFRONTERENDE BELANGEN’ Het is tijd voor de eerste opdracht. In willekeurig samengestelde groepen (vertegenwoordigers van verschillende regio’s bij elkaar) gaat gesproken en gediscussieerd worden over verandering. We schuiven als toehoorder aan bij een groepje van vijf mensen. Er wordt, zoals de opdracht luidt, eerst individueel en in stilte nagedacht over de vragen. Waar loop ik tegenaan als ik dingen probeer te verbeteren of te veranderen? Wat is mijn ‘geheim van de smid’ om het toch voor elkaar te krijgen. En: wat is er voor mij voor nodig om de energie erin te houden? Na een minuut of vijf komt het gesprek op gang. In minder dan een kwartier wordt er heel veel benoemd. Het gaat onder meer over ontwikkelingen die als ‘bedreigend’ worden ervaren, over ‘weerstand’, over de ‘onderstroom’ en over ‘motivatie’. “Ik loop tegen regels aan waar ik niet mee uit de voeten kan”, zegt de enige brandweervrijwilliger aan tafel. “Van mij als bevelvoerder wordt verwacht dat ik verantwoordelijkheid neem, maar anderen doen dat niet. Er zijn confronterende belangen.” Na twintig minuten (de tijd wordt de hele avond strak in de gaten gehouden door Thijs Homan) wordt er door alle groepen kort, plenair verslag gedaan. Opvallend is de welbespraaktheid van de brandweermensen die het woord voeren. Ongetwijfeld heeft dat ook te maken met het feit dat ze praten over zaken waar ze verstand van hebben en die hen raken. In de verslaggeving van de groepsgesprekken zitten overeenkomsten, maar opvallend is toch de diversiteit van de zaken die in een kwartier aan bod komen. Het is duidelijk: het gaat hier om meer dan een plannetje om iets te veranderen.
André de Ruiter van Amsterdam-Amstelland
Jack Kusters van Zaanstreek-Waterland
VERHALENVERTELLERS We zijn bij agendapunt 4: ervaringen van anderen, enkele verhalen. De eerste die het woord krijgt is Ricardo Weewer. Hij benoemt een typisch managersprobleem: wat doe ik met al die ideeën? De manager die hij op zijn beurt het woord geeft is Gerard Zomer van Veiligheidsregio Noord-Holland Noord. Het enthousiasme spat ervan af als hij het heeft over ‘lef en ondernemerschap’ en als hij oproept ‘de creatievelingen en frisdenkers een kans te geven’. Nog één: ‘Begin klein en bouw het uit en durf je kwetsbaar op te stellen’. Gerard Zomer Jan Boonekamp, van Rotterdam-Rijnmond, is de volgende ‘verhalenverteller’. “Het was in 2009, we waren net geregionaliseerd, toen de eerste gedachten over Brandweer over morgen opkwamen. Het idee was dat we het anders zouden gaan doen, ieder vanuit zijn eigen vak en vakmanschap. We hebben twaalf top-down pilots opgestart en elf bottum-up ontwikkelgroepen in het leven geroepen. We waren nog geen jaar bezig of we hadden tussen de 50 en 60 ideeën. Die hebben we teruggebracht tot vier leidinggevende thema’s: investeren aan de voorkant, slimmer organiseren aan de achterkant, de repressieve organisatie, en het ontwikkelen van de medewerkers en de organisatie. In 2011 hebben we daarmee proefgedraaid en dit is het tweede jaar dat we het zo doen. Het is een proces van de lange adem, maar onze ervaring is dat je tot grote dingen in staat bent als je uitgaat van je eigen kracht.” Aansluitend heeft Tom Kievit van Haaglanden het over ‘twee stromingen’ en waarschuwt hij voor het voorschrijven van dingen. “Eén antwoord is er niet. Laten we experimenteren en zo in samenspraak komen tot de beste aanpak.” Paul van Dooren van Brabant-Zuidoost voert het woord over het lespakket voor groep 7 waarmee zijn regio de Jan van der Heydenprijs won. Hoe ze al lopende het traject tot ontdekkingen kwamen waar ze vooraf niet bij stil hadden gestaan. “We hebben heel wat barrières moeten nemen. Intern én extern. Gelukkig zijn we nu eindelijk zover dat we stappen kunnen zetten en dat ook andere regio’s met het lespakket aan de slag kunnen.”
Terwijl Thijs Homan een glaasje water voor zichzelf inschenkt, is Huib Fransen van RotterdamRijnmond (hij werd al eerder in dit verslag opgevoerd) de laatste ‘verhalenverteller’. Hij vertelt over ‘kasten vol ambitieuze plannen en goede ideeën’ en over ‘de woeste werkelijkheid’. “Die werkelijkheid is dat ik jongeren op straat rookmelders zie verpatsen, die in het kader van acties bij mensen waren afgeleverd. Dat is wel even slikken. Het overtuigt mij ervan dat we het zullen moeten hebben van een lange adem.”Huib Fransen sluit af met twee adviezen: “Volg je hart en maak dingen klein.”
OVER EILANDJES EN BETEKENISWOLKEN Als Huib Fransen is uitgesproken laat Thijs Homan even een korte stilte vallen. Dan vraagt hij zich hardop af wat blijft hangen van alles dat al is gezegd en adviseert hij iedereen even in zijn of haar eigen gedachten te verzinken. Het rustmoment is van korte duur. Thijs Homan pakt snel de draad weer op. Die draad is dat op dit moment van de avond de theorie van verandermanagement aan de orde is. En wie kan die beter uiteenzetten dan Thijs Homan zelf. Hij is niet voor niets hoogleraar Implementation and Change Management aan de Open Universiteit.
Homan begint met de projectie op het scherm van een uitspraak van Willy Rovers, de baas van de Douane, die volgens hem raakt aan de kern: ‘Als jij wat met de douane wilt, dan zou ik vandaag maar eens gaan beginnen’. En de toevoeging van Rovers daarop is minstens zo belangrijk:’Loop je ergens tegenaan, laat het me weten. Dan ga ik je helpen.’
Thijs Homan vertelt dat onderzoek uitwijst dat 70 tot 80 procent van de veranderingen die top-down worden opgelegd niet succesvol zijn. “Gelukkig heeft de NVBR daar niet voor gekozen. Er is gekozen voor een aanpak die wél succesvol kan zijn. Een aanpak die tot uiting komt in sessies als deze, waar we samen ‘het brandweerlied’ zingen. Maar dan is er nog een groot verschil wat hier ‘on stage’, op het podium, gebeurt, en wat er tussen de gordijnen, bijvoorbeeld op het toilet en bij de statafels, wordt gezegd. Je hebt altijd twee niveaus: de ‘braaftaal’ en het echte, informele gesprek.” Je ziet de mensen in de zaal denken: ja, daar heeft hij een punt. Thijs Homan introduceert dan het woord ‘betekeniswolken’, voor hoe grote groepen mensen echt denken over veranderingen. “Wat in die wolken hangt is bepalend voor hoe mensen reageren en handelen. Van echte verandering is dus alleen sprake als naast de bestaande betekeniswolken ook ruimte is voor nieuwe betekeniswolken waarmee heersende opvattingen worden besmet. Daarom is het altijd beter om steun te zoeken bij mensen die willen, dan mensen die niet willen proberen te overtuigen.”
Hoe veranderingen (nieuwe wolken) ontstaan
Steeds meer durf en lef
Kritische massa!
“Ah joh niet zo zeuren, Die veranderingen …. dat loopt zo’n vaart niet. Dat is iets van de bazen”
Die trekken steeds meer mensen aan
Die ontmoeten
Het begint bij een paar andersdenkenden
Als het klikt heb je een magneet
‘denk-genoten’
Gedoe in praktijk
Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding
Uiteraard weet Thijs Homan ook hoe de wolken kunnen worden veranderd. Hij begint met een vraag. “Hoe ontstaan revoluties? In het klein en niet omdat het regime daar toestemming voor geeft. Het zijn altijd eenlingen die proberen mensen te vinden die er hetzelfde over denken. Zo kan een groep ontstaan die een beweging in gang zet. Het zwaan-kleef-aan-principe.” Homan vermoedt dat Brandweer Nederland een eilandenrijk is. “En op die eilandjes hebben jullie het allemaal goed. Je weet hoe je eigen wereld in elkaar zit en je wordt niet beïnvloed door relaties van buiten. Dat is lekker veilig. Maar doordat er nauwelijks interactie is met andere eilandjes, ontstaan er geen nieuwe betekeniswolken. Anders gezegd: er is geen ideeënsex.”
De uitkomsten van de online Synthetron-discussie blijken precies te passen in het beeld dat Homan zojuist schetst. De gemiddelde uitkomst bij bedrijven als het gaat om de mate waarin inzichten worden gedeeld, is 19 procent. De online sessie bij de brandweer resulteerde in 5 procent. Het oordeel van Thijs Homan over deze uitkomst: “Het lijkt erop dat de brandweer een eilandjesnetwerk is. In dat type netwerk wordt links en rechts wel wat geroepen, maar het wordt elders niet gehoord. Dus veranderen de wolken niet omdat iedereen op z’n eilandje zit en er niet vanaf komt. Eilandjes moeten met elkaar in verbinding worden gebracht. De wolken moeten in beweging komen zodat mensen relaties krijgen in andere netwerken. Daarom zitten we hier.” ‘Structureel eilandjes verbinden, hoe doe je dat?’, is de vraag die Thijs Homan zichzelf stelt. Het antwoord geeft hij ook. “Structureel eilandjes verbinden gaat niet. Formeel is dat niet af te dwingen omdat het altijd gaat om kliks tussen mensen. Het enige dus dat we kunnen doen is mensen in contact brengen met elkaar in een inspirerende omgeving.” Veel aanwezigen knikken instemmend. Het is rustig in de zaal als Thijs Homan een korte pauze aankondigt.
VERLENGDE PAUZEGESPREKKEN ‘Open space’ heet de vorm waar na de pauze mee wordt begonnen. Een soort verlengde pauze, omdat, volgens Thijs Homan, de beste gesprekken in de regel in de pauze plaatsvinden. Tien deelnemers kunnen zich aanmelden als sessieleider van een groepsgesprek over een bepaald thema. Die tien zijn moeiteloos te vinden en niet veel later nemen ze plaats bij de verschillende statafels. De andere deelnemers kunnen zich volledig vrij ergens bij aansluiten, afhankelijk van hun belangstelling voor het thema dat wordt besproken. Ook het hoppen van tafel naar tafel is toegestaan. Vrijheid blijheid. Wij leggen ons oor om te beginnen te luisteren bij het groepje van Ron, die heeft aangegeven te willen praten over ‘het gedachtegoed van Brandweer over morgen op de treeplank van de tankautospuit’. Ron vertelt een verhaal over weerstand tegen de vernieuwingen en over verantwoordelijkheid krijgen en nemen. Een toehoorder roept dat het middenmanagement de crux vormt bij de nieuwe invulling van repressie- en preventietaken. Waarna de discussie pas goed op gang komt. Bij de social media-groep (drie deelnemers hebben hun iPad op het tafeltje liggen) is het rustiger. De eensgezindheid is groot. “Het gaat vanavond over verbinden. Dan zouden de sociale media een belangrijke rol kunnen spelen. Op internet zijn de mogelijkheden om te delen ongekend.” Breng daar maar eens iets tegenin. Nog even dan naar die groep daar in de hoek, waar het zo druk is. Mariska is hier sessieleider en haar thema is, niet toevallig, verbinden. Het mooie is dat de eerste verbindingen ter plekke tot stand kwamen: drie sessieleiders sloten de armen ineen en voegden de thema’s samen. Het zijn twee dames, onder wie Mariska zelf, die de discussie domineren. Zeker is dat ze energie uitstralen.
‘HEEL BRAAF MAAR WEL IN EEN POSITIEVE CONTEXT’ We willen naar Thijs Homan, die bij het podium in alle rust het resterende programma nog even aan het doorkijken is. Zou meneer Homan (‘Zeg alsjeblieft Thijs’) even tijd hebben voor een ‘exclusief’ interview? Natuurlijk, vraag maar.
Hoe vindt u het? “Heel braaf eigenlijk, maar wel in een positieve context. Vanuit de NVBR was men nieuwsgierig of het programma zou aansluiten op de vragen en behoeftes van de deelnemers. Er is absoluut betrokkenheid van de aanwezigen. Ik herken wel een zekere versnipperdheid. Vandaag moeten mensen gaan inzien dat ze er niet alleen voor staan. Er moet een sneeuwbaleffect ontstaan. Er is een mooi filmpje op internet, dat model zou kunnen staan voor de ontwikkeling. Ik zal het je laten zien.” (Thijs Homan klikt naar een filmpje op youtube van een dansende jongen op een festival. Steeds meer mensen sluiten zich bij hem aan, tot op het eind iedereen staat te dansen). Hoeveel jaar zal het duren voor het is geland? “De voorgenomen vijf jaren voor fase I (Brandveilig Leven) van de strategische reis zijn erg ambitieus kan ik je vertellen. Je moet er gewoon de tijd voor nemen. Daar is een mooie uitdrukking voor: gras gaat niet harder groeien door eraan te trekken.” Na ons ‘dankjewel’ maakt Thijs Homan aanstalten de deelnemers weer naar de ruimte van de zaal voor het podium te roepen. Hij bedenkt zich en wendt zich nog even tot ons. “Ik heb er nog één voor je. Een ei komt niet eerder uit door het in kokend water te leggen. Heb je die ook?” ‘WE MOETEN ZAAIEN, ZAAIEN EN NOG EENS ZAAIEN’ Het is tijd om de resultaten van de verlengde pauzegesprekken te bespreken. Thijs Homan gaat als een standwerker op een stoel staan en geeft de verschillende sessieleiders het woord. De sessieleiders doen bewogen verslag van de gesprekken. Ruimte voor discussie geeft Thijs Homan niet en tien keer een minuut later neemt iedereen weer plaats achter de tafels voor het podium, waarop in de tussentijds bordjes met de namen van de veiligheidsregio’s zijn gezet. Voor het eerst deze avond is het de bedoeling dat ze bij elkaar gaan zitten. De vragen die voorliggen zijn: welke indrukken die je vanavond hebt opgedaan zijn relevant voor jouw regio en wat zouden we hiermee in jouw regio moeten doen? Wij sluiten ons aan bij een tafel waar vier eenlingen van vier regio’s zijn samengebracht. Het gesprek gaat alle kanten op. Een paar frases: - ‘We moeten zaaien, zaaien en nog eens zaaien’. - ‘Het gaat om alle lagen van de organisatie’. - ‘Ik herinner me goedbedoelde pogingen die zijn gestrand omdat de communicatie niet liep’. - ‘De nieuwe manier van werken moet in onze haarvaten komen te zitten, maar dat kost tijd’. - ‘Wij hebben een onderzoek laten doen dat heel veel duidelijk heeft gemaakt. En het was nog niet duur ook. Geef me je emailadres, dan geef ik de gegevens morgen aan je door’. - ‘We moeten meer pauzes houden voor de ideeënsex’. ‘HET OP GANG BRENGEN VAN EEN BEWEGING DIE AL OP GANG IS’ Het is 22.05 uur: tijd om af te sluiten. De afgesproken eindtijd is al overschreden en mede daarom houdt Thijs Homan het kort. Hij roept iedereen op te praten met collega’s. “Het gaat om het op gang brengen van een beweging die al op gang is.” Er worden evaluatieformulieren uitgedeeld die de deelnemers ter plekke invullen, waarna Ricardo Weewer nog even ingaat op het feit dat ‘slechts’ 16 van de 25 regio’s aanwezig zijn. “Ik zeg liever dat het heel mooi is dat er 16 regio’s zijn. Die andere gaan we er de komende maanden tijdens vervolgbijeenkomsten ook bij trekken. Dat komt goed. Zoals het goed komt met Brandweer Nederland. Wat ons allemaal verbindt is de passie voor het brandweervak. Natuurlijk zijn er verschillen, maar die vallen best mee. Met elkaar maken we van de brandweer ook de brandweer van morgen.”
‘WE ZIJN LEKKER AAN HET STOEIEN GEWEEST’ De deelnemers die aan het begin van de avond voor de camera zijn geïnterviewd, melden zich bijna allemaal, zoals afgesproken, weer bij Frank Huizinga. Hij vraagt hoe ze het vonden en wij luisteren mee. Bekijk hier het korte filmpje met de reacties van deelnemers. Mark Lansman: “Het was leuk om te horen hoe anderen met Brandweer over morgen bezig zijn. Ik heb inspiratie opgedaan en ga proberen collega’s er bij te betrekken. Ik heb ook zoiets van: misschien moeten we wel eerder tevreden zijn. We zitten in een proces dat tijd kost, laten we die tijd dan ook nemen en dingen niet proberen te forceren.” Wij vragen Mark nog even welk cijfer hij op het evaluatieformulier heeft ingevuld voor de avond? “Een zeven.” Dennis Stoks: “Ik had een ander soort bijeenkomst verwacht. Meer inhoudelijk, terwijl het vanavond vooral ging over communicatie. Maar daarom vond ik het niet minder zinvol en zeker positief. Binnen onze regio Gelderland-Zuid geven Mark en ik hier een vervolg aan.” Je cijfer Dennis? “Ook een zeven.” Huib Fransen dan. “Ik ga met een positief gevoel naar huis. We zijn als collega’s onder elkaar lekker aan het stoeien geweest. Dat kunnen we niet genoeg doen. Je merkt dat het leeft. Nu moet de olievlek zich nog gaan verspreiden. Ik geef de avond een acht.” Tot slot Hans van Mensvoort van Middenwest-Brabant. “Het was een lange avond, maar dat is niet erg, het gevoel is goed. Ik heb veel bruikbare dingen gehoord die ik in mijn dagelijkse praktijk kan gebruiken. Ik geloof in de filosofie van de Brandweer over morgen, de brandweer van de toekomst.” Je cijfer? “Een negeneneenhalf.” Het is bijna kwart voor elf. Tijd om naar huis te gaan.
Waar ging het over? Er werd heel veel gezegd tijdens de bijeenkomst op 7 maart in Vianen. Hieronder een opsomming: -
communiceren energie successen vieren de gang erin houden focussen organiseren een sterk merk vakmanschap bij jezelf houden hiërarchie oud zeer eilandjes angst niet kunnen loslaten aannames behoudende organisatie ambities commitment cultuur draagvlak
Waar ging het eigenlijk niet over?
-
lef tonen leiderschap traditioneel denken verborgen agenda’s argwaan creatief zijn respect voor de rouw valkuilen blijf aan de gang positieve instelling vertrouwen geven verantwoordelijkheid nemen betrokkenheid doorgaan collectief proces remmers in vaste dienst versus enthousiastelingen boegbeelden humor