VERSLAG VAN DE VERGADERING VAN DE STATENCOMMISSIE VOOR ECONOMISCHE ZAKEN & WERKGELEGENHEID D.D. 13 MAART 1996 Aanwezig: de leden: M.C. van Schendelen (voorzitter) J.P.J. Lagrand (gedeputeerde voor Economische Zaken) H.W. Berkhout; M.J.C. Heeremans; R.H. Hofwijks; C. Kilinc; C.H. Koetsier; C. Kruijmer; F.J.M. Lagas; P.J. Overakker; J.R.A. Raasveld; K.A. Springer; J.P.M. van Wijk; A.H.M. Lauxtermann de adviseur
: W. van der Kolk
de SEON-secretaris: W.J. Dijkstra Communicatie
: J. Jansen
de ambtenaren
: L.P. van der Linde; P.G. Bemer; J.M. Kolkman; A. Rolvers; R. Cornfield; R. Heuvingh; V. van Vuuren; R. Kauffman; T. Valjavec; H.C. de Wolf-Verberne
Gem. Den Helder 1.
: de heer B. Schuur (i.v.m. agendapunt 5)
Opening. De voorzitter opent de vergadering. -deelt mee dat bericht van verhindering is ontvangen van de dames: Van Maastricht, Onstenk en De Wit en van de heren; Schipper, Smit en Achterstraat. Mw. Van Maastricht en Onstenk zijn aan de beterende hand en hebben een kaartje gestuurd aan de commissieleden,waarin zij bedanken voor de bloemen; -meldt dat er kontakt gelegd is met het RBA in het verlengde van de motie over de callcenters. In overleg met het RBA is een werkbezoek georganiseerd op woensdagochtend 20 maart 1996 van 9.00 tot 11.00 uur te Zaandam. Een brief met de uitnodiging en intekenlijst wordt rondgedeeld. Het RBA wil een inzicht geven in de ontwikkelingen op het gebied van callcenters. De door het RBA ingediende subsidieverzoek zal tevens aan de orde worden gesteld; -stelt mw. De Wolf voor die vanaf heden zal optreden als adjunct-secretaris van de commissie. Mw. Valjavec is in deze hoedanigheid voor de laatste maal bij de vergadering aanwezig.
2. -Ingekomen post. Er zijn geen opmerkingen. 3. Voortgangsrapportage inclusief plan van aanpak 1996 Promotie & Acquisitiebeleid. dhr. Kilinc: -vindt het een goed in elkaar gezet stuk. -kan zich vinden in de voorgenomen reis naar China. - wil meer informatie over de voorbereiding van de samenstelling van de bedrijven die meegaan naar China. -is voorts benieuwd naar de slotresolutie van de Caster-conferentie. dhr. Berkhout: -vindt het een helder geschreven nota waaruit een actieve aanpak spreekt. -acht de resultaten af en toe onduidelijk. Verwijst naar de letter of intent vanuit China, die in de commissie aan de orde is geweest.
2 Na lezing van het stuk bekruipt hem de vraag wat er nu echt mag worden verwacht. -heeft de indruk dat de resultaten met Korea duidelijker zijn. -wil meer informatie over de financiën, genoemd in bijlage 2, waarin een bedrag van ¦ 52.500,- staat vermeld als bijdrage in te ontwikkelen promotiemateriaal SADC. Vraagt of de andere partners in de SADC een gelijke bijdrage geven? Informeert naar de bijdrage aan de Floriade voor 1996 ad ¦ 12.500,-. -gaat akkoord met de nota. dhr. Springer: -is positief over de nota. -heeft een vraag over de bedrijfsregio's in West-Friesland en de Noordkop. Draaien de bedrijfsregio's naar wens en functioneren zij verder? -is benieuwd naar de resultaten van de buitenlandse promotiereizen. De kosten moeten tenslotte tegen de baten opwegen. -vraagt welke fylosofie er zit achter het bedrag voor advertentiekosten ad ¦ 108.500. dhr. Van Wijk: -zegt zich te kunnen vinden in de nota. -hoopt dat de genoemde activiteiten veel werkgelegenheid zullen opleveren. dhr.Kruijmer: -gaat akkoord met de nota. -wil weten wat de problemen zijn in het Platform waarover op blz 3 wordt gesproken. Begrijpt dat er een scheiding zal worden gemaakt tussen bestuurlijke en uitvoerende aspecten. Heeft die splitsing al plaatsgevonden? -is al eens gedacht aan kontakten met Oost-Europa en/of Afrika? -vraagt voorts naar de betekenis van de posten "Cruisevaart stimulering Noordzeekanaalregio" en "Asiahouse (bijdrage lidmaatschap Stichting), genoemd in bijlage 2 (voorlopige verdeling budget). dhr. Lagas: -kan zich over het algemeen vinden in de nota. -mist een opsomming van reeds bereikte resultaten op blz. 3 onder punt 4 "de Werkwijze". -vindt dat er hier veel over promotie-activiteiten wordt gesproken en weinig over acquisitie-activiteiten. Of is het zo dat over de laatste activiteiten meer in de nota Accountmanagement vermeld staat? dhr. Koetsier: - heeft t.a.v. China kritische opmerkingen. Duidt op de agressie op dit moment van China ten opzichte van Taiwan en op het rapport van Amnesty International over de mensenrechten in China. Is tegen verdere activiteiten richting China en verwacht er ook niet veel resultaat van. -pleit voor aciviteiten richting Zuid-Afrika, daar is grote behoefte aan internationale kontakten. -stelt voor een oriëntatie te plegen. -wijst op het grote belang van samenwerking op het gebied van het acquisitie met Amsterdam. - wil meer weten over de inhoud van de posten MIPIM Cannes, bijdrage in te ontwikkelen promotiemateriaal SADC en Conference Corporate Location in Barcelona, genoemd in bijlage 2. dhr. Hofwijks: -is het eens met het standpunt van Groen Links wat betreft de mensenrechten in China en de politiek die bedreven wordt t.a.v. Taiwan; pleit ook voor een oriëntatie richting Zuid-Afrika.
3 -heeft een vraag t.a.v. de 3 promotieprodukten die in 1995 gereed zijn gekomen: hoe heeft de verspreiding plaatsgevonden? is er sprake geweest van een meting van de respons? mist ook een overzicht van de bereikte resulaten onder het kopje "Werkwijze" op pag. 3. -vraagt voorts om een toelichting van de posten bij de begroting. -wil weten of de bedrijven die bij de diverse posten in de begroting worden genoemd ook een geldelijke bijdrage leveren. dhr. V.d.Kolk: -zegt dat de Kamers positief staan t.o.v. dit taakveld van de provincie. Zij zijn ook vertegenwoordigd in het Platform. - vraagt naar de criteria die gelden t.a.v. de prioriteitsstelling van de landenkeuze -wil weten hoe de samenwerking met de Randstad geregeld is op promotiegebied -wijst op het belang van een communicatieplan vanwege de positionering bij de CBIN, de provincies, de BEB, de Kamers van Koophandel en de gemeente Amsterdam. - ziet een duidelijke overlap met de notitie over Accountmanagement. Hierin wordt gesproken over 2 verschillende strategiën, één voor de Amsterdamse regio en één voor de overige regio's. -wil weten hoe gedacht wordt de communicatie tussen deze regio's en andere instanties te regelen.
X X
gedeputeerde dhr. Lagrand: -is blij met de instemming van deze nota. -wijst er op dat het een nationale delegatie is naar China, waarvan 70 tot 80% bestaat uit Noordhollandse bedrijven. - zegt de definitieve lijst met de samenstelling van bedrijven toe te zullen sturen. - ook de resoluties van de Casterconferentie zullen worden toegestuurd. Wijst op het persbericht dat iedereen heeft ontvangen over de Casterconferentie. Het is de bedoeling dat de resoluties, uitgesproken door de Casterconferentie, overgenomen worden door het het Comité van de Regio's. Daarna worden ze voorgelegd aan het Europese Parlement. -is evenals dhr. Berkhout verbaast over de sombere zinsnede over China. In beginsel lijkt een verdere uitbouw van de relatie met Korea misschien voor de hand te liggen. Stelt voor de betreffende zinsnede op pag. 4 onder punt 5 "Zusterrelaties met Buitenlandse Provincies" te schrappen. - antwoordt op de vraag over de bedrijfsregio's, dat deze heel goed draaien. Is uiterst tevreden over het kontakt met de beide Kamers. -antwoordt op de vraag over de resultaten van de buitenlandse promotiereizenreizen, niet exact aan te kunnen geven hoeveel investeringen er in Nederland of China zijn gedaan. Wijst er op dat het onze taak is het bedrijfsleven te attenderen op de mogelijkheden voor investeringen die er voor hen zijn. Verwijst hierbij naar de investeringscijfers die beschikbaar zijn bij het ministerie EZ (EVD). Zal eventueel beschikbare cijfers toezenden. -zegt dat er veel gedaan wordt vanuit de wegenbouw, de bollensector en de visindustrie. Kan op dit moment geen financiële invulling geven van wat zij op dit moment daar geïnvesteerd hebben.rtie dhr.Raasveld: -vraagt of er kwalitatief bij de betrokken bedrijven geïnformeerd wordt hoe zij het nut van buitenlandse promotie ervaren.
4 gedeputeerde dhr.Lagrand: -zegt dit uiteraard te willen doen, maar wijst erop dat als dit niet positief ervaren wordt er niet zoveel bedrijven voor eigen rekening mee zouden gaan. - hoopt met de heer Van Wijk op meer werkgelegenheid hierdoor. -meldt dat de aanvankelijke problemen in het Platform zijn opgelost en is tevreden over de huidige samenwerking. -antwoordt ook tevreden te zijn over de samenwerking en afstemming met andere provincies, maar wijst erop dat wij toch elkaars concurrenten blijven. - Deelnemers aan de Stichting van het Asiahouse zijn o.a. KvK A'damHaarlem, gemeente Amsterdam, provincie Noord-Holland en KPMG. De kosten hiervoor bedragen ¦ 50.000,-. -betreurt evenals dhr. Koetsier de gebeurtenissen die zich afspelen rondom Taiwan. Maar benadrukt dat dit een economische missie is en deelt mee overleg te hebben gehad met het ministerie. -is het niet geheel eens met Zuid-Afrika als geboden tussenoplossing. De situatie daar is ook niet echt rooskleurig. -vindt dat de economische verdragen die met Korea en China zijn gesloten verder uitgewerkt kunnen worden. dhr. Koetsier: -vindt dat juist in Zuid-Afrika wordt uitgekeken naar buitenlandse investeerders.Zegt dat het Zuid-Afrikaanse bedrijfsleven en de regeringuitkijken naar meer betrokkenheid vanuit Nederland. gedeputeerde dhr.Lagrand: -blijft bij zijn mening dat het er op dit moment in Zuid-Afrika niet allemaal koek en ei is. - wijst erop dat ook de banken op dit moment niet in Zuid-Afrika willen investeren vanwege de politieke situatie. dhr. Hofwijks: -vraagt of er niet in overweging genomen kan worden toch op den duur een relatie met Zuid-Afrika aan te gaan. -vraagt de commissie toch een krachtig geluid te laten horen over de situatie tussen China en Taiwan. dhr. Berkhout: -benadrukt dat de mensenrechtensituatie in China op dit moment niet anders is dan een aantal jaren geleden. Ook toen gingen er allerlei delegaties naar China. Is in het verleden dus nooit een belemmering geweest. -wijst erop dat China al jarenlang dit soort pesterijen pleegt, wat een heleboel landen ervan weerhouden heeft Taiwan te erkennen. Meent dat op het moment er van echte oorlogshandelingen sprake is, men zich van China zou moeten afkeren. Die fase is er op dit moment niet. -zegt dat juist voor Zuid-Afrika, met een ontluikende verbeterende democratie met alle bijbehorende spanningen, gekeken zou moeten worden of er mogelijkheden zijn tot een toekomstige relatie te komen. gedeputeerde dhr.Lagrand: -zegt te willen kijken welke mogelijkheden er voor Zuid-Afrika zijn. De gemeente Amsterdam heeft zeer nauwe connecties met Zuid-Afrika. Meldt dat hij met Amsterdam zal overleggen wat wij in Zuid-Afrika zouden kunnen doen. Wijst erop dat de volgende keer in de staten een voorstel komt om ¦100.000,- ter beschikking te stellen t.b.v. het aanleggen van waterleidingen in Zuid-Afrika. -maakt melding dat op dit moment een delegatie van Verkeer en Waterstaat in China is en ook de minister van VROM en dhr. Kok dit jaar gaan.
5 -zegt toe, dat als er zich ontwikkelingen zouden voordoen in China die het daglicht niet kunnen velen, er in de commissie op terug te zullen komen. -antwoordt op de vraag van de heer v.d. Kolk over verandering van landen, voornemens te zijn ieder jaar een evaluatie te geven. Mocht het dan zo zijn dat andere landen naar voren komen, een afweging gemaakt zal worden. Op dit moment hebben wij de handen meer dan vol aan Korea en China. dhr. Van der Linde: -antwoordt positief op de vraag of het bestedingsplan niet beter onderbouwd kan worden. -wijst erop dat de begroting voor promotie & acquisitie is goedgekeurd, dit hier is een onderverdeling, maar blijft een schatting. -merkt op dat het bedrag van ¦ 108.300,- voor advertenties betekent dat dit bedrag niet besteed wordt aan één grote advertentie in een landelijk dagblad, maar dat in diverse vakbladen zal worden geadverteerd die van belang zijn voor potentieel geïnteresseerden. Zoals het blad Haven Amsterdam, dat in vier talen wordt uitgegeven. -antwoordt op de vraag over MIPIM en SADC, dat MIPIM een vastgoedbeurs is. Er zijn ongeveer 7000 deelnemers. Het is niet zo dat de SADC daar staat en de bijdrage daarop gericht is. Wijst op het samenwerkingsverband Amsterdam Airport Area, welke zich specifiek bezighoudt met promotie en acquisitie van de Schipholregio. Sinds 1995 neemt de provincie hieraan deel.Het bedrag van ¦ 50.000,- wordt aangewend als bijdrage in de kosten voor een hernieuwde video en aan andere kosten die gemaakt worden in het kader van Amsterdam Airport Area. -zegt dat Corporate Location een internationaal symposium/congres is waar een uitwisseling van kennis plaatsvindt voor iedereen op het gebied van promotie en acquisitie. Het staat vermeldt op deze begroting, maar besloten is daar dit jaar niet naar toe te gaan. -geeft een toelichting op de post presentatie Floriade. In de vorige vergadering is bij de behandeling van het onderwerp Floriade gevraagd of er door de provincie Noord-Holland een presentatie wordt verzorgd. Het bedrag hier vermeld, is bedoeld om de eerste kosten hiervoor af te dekken. Dit bedrag is dus nog niet uitgegeven. dhr. Raasveld: -zegt dat de doelen genoemd in de nota zijn: het bevorderen van duurzame economische groei, met name de werkgelegenheid in Noord-Holland en verbetering van de export en public relations. Het schijnt kwantitatief moeilijk te zijn het rendement te bepalen, althans moeilijker dan kwalitatief.Dringt er op aan bij de bedrijven te peilen hoe hun gevoelens zijn en of dit tot positieve effecten heeft geleid. Aangezien er over imagoverbetering wordt gepraat acht hij het een plicht na te gaan of het geld goed is besteed. Het is tenslotte de bedoeling dat het doel gehaald wordt. - is het er mee eens dat we extra allert moeten zijn ten aanzien van de kwestie China - Taiwan. -vindt het een goede suggestie Zuid-Afrika te betrekken bij de economische promotie van Noord-Holland. Ook het kijken naar eventuele andere landen is een goede zaak als het belang van Noord-Holland daarbij gediend is. dhr. Koetsier: -acht de samenwerking met Amsterdam Airport Area een goede zaak. -blijft bij zijn mening zo mogelijk af te zien van het bezoek aan China. dhr. Hofwijks: -richt een spreekwoordje richting de VVD en D'66 inzake China:"Liever ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald". gedeputeerde dhr. Lagrand: -gaat akkoord met de gevraagde effectmeting.
6 -belooft al het beschikbare materiaal hierover te laten rouleren en bekijken. 4. Notitie Accountmanagement. dhr. Overakker: -vindt het een goed verhaal, ofschoon het beleidsmatiger wat scherper zou kunnen. -wil weten wat in de visie van de provincie de belangrijkste bedrijven zijn waarover op blz.2 wordt gesproken. Richten wij op de grote bedrijven of juist de kleine? gedeputeerde J. Lagrand: -antwoordt dat gericht wordt op die bedrijven, waarmee de meeste werkgelegenheid gepaard gaat. dhr. Overakker: -vraagt aan welke sectoren/branches er dan gedacht wordt. -wil weten hoe de keuze gemaakt wordt voor accountmanagers. Moeten zij regiogericht of sector- of branchegericht zijn. Waar ligt de toegevoegde waarde? - zegt dat de concrete doelstellingen hem enorm aanspreken. - benadrukt dat de concurrentiefactoren pas echt bepaald kunnen worden op moment dat de sterkte/zwaktekansen en bedreigingen bekend zijn. -vraagt om meer inkleuringen in het verhaal. dhr. Berkhout: -kan zich voor een deel vinden in de opmerkingen die gemaakt zijn door de heer Overakker. -vraagt wat er gedaan gaat worden aan de overlappingen. Bijvoorbeeld de Kamer van Koophandel heeft al een grote toegevoegde waarde. -wil weten waarom de gemeenten hier niet bij betrokken zijn. Juist met het oog op de loketfunktie. De gemeenten hebben een vestigingsbeleid en weten waar de knelpunten liggen. Eén informatiekanaal, met daarin ook de provinciale taken, zou dan heel goed zijn. -heeft om informatie gevraagd inzake het wegkopen van een bedrijf uit het mediapark naar Rotterdam. -informeert naar de precieze rol en bevoegdheden van de accountmanager. dhr. Springer: -staat positief tegenover het idee van accountmanagement door de provincie. -begrijpt dat de personele invulling binnen de huidige capaciteit moet worden ingevuld. Dit betekent een hoge mate van doelmatigheid van accountmanagement door afstemming met andere gebruikers. -vraagt aandacht hierbij voor het midden en kleinbedrijf. Teveel focussen op grotere bedrijven zal voorkomen moeten worden. dhr. Van Wijk: -verwijst naar blz. 13 en 14 waarin gesproken wordt over 9 regio's. Betekent dit dat er dan ook 9 accountmanagers komen? -is verheugd als dit een extra stimulans voor de werkgelegenheid zou betekenen. -dhr. Kruijmer: -begrijpt dat de helpdeskfunctie zal worden ingevuld door medewerkers van de afdeling Economische Zaken. -vraagt zich af hoe het zal gaan bij bijv. vragen op milieugebied. Worden deze vragen dan doorgespeeld aan de afdeling Milieu. gedeputeerde dhr. Lagrand: -zegt dat vooral op de afdeling Economische Zaken integraal gewerkt wordt. dhr. Kruijmer: -sluit met de helpdeskfunctie enige overhead niet uit en ziet hier toch enige problemen ontstaan.
7 dhr. Lagas: -zegt zich te kunnen vinden in deze nota en ziet veel in een helpdeskfunctie. -vraagt de term "accountmanagement" te wijzigen in "relatiebeheer". -is van mening dat dit stuk onderdeel zou moeten zijn van de voortgangsrapportage promotie en acquisitie. dhr. Koetsier: -vraagt zich af wat voor figuur de accountmanager moet zijn. -zou graag zien dat i.p.v. "Produkt Noord-Holland" de term "het promoten van Noord-Holland" wordt gehanteerd. dhr. Hofwijks: -zegt het stuk niet overtuigend te vinden, er staat een overvloed aan zachte argumenten in. -wil weten of er inderdaad 9 accountmanagers komen. -bepleit een intensieve samenwerking met Amsterdam voor het AmsterdamNoordzeekanaalgebied. -constateert dat het Gooi een magere positie inneemt. Heeft twijfels of er voor deze regio een aparte accountmanager zou moeten komen. -is benieuwd naar de invulling van de helpdesk. - pleit er voor de accountmanagers uit diverse sectoren te halen. -vraagt of de functie van accountmanagers parttime of fulltime vervult gaan worden. dhr. v.d.Kolk: -verwijst bij accountmanagement op de functie van het voormalige Bureau Bedrijfscontacten van de provincie en is verheugd dat een deel van de functie-inhoud hiervan weer terugkomt.Ziet accountmanagement binnen "overheidsland" in eerste plaats als een gidsfunctie. -denkt dat een bedrijf meer zaken zal moeten doen met de politieke bestuurder dan met de accountmanager. Ofschoon de accountmanager wel moet beschikken over zoveel mogelijke bevoegheden en mandaten om met een klant te kunnen overleggen. -vindt tevens dat er tussen de politieke bestuurder en de accountmanager korte lijnen moeten lopen om snel te kunnen handelen. -dringt aan op zo'n systeem van accountmanagement waarbij geen vorm van bureaucratie ontstaat. Belangrijk is dat de accountmanager binnen de economische sector zijn equivalent vindt binnen andere disciplines binnen de provincie, waar de zaken afgestemd kunnen worden. -zegt dat ook de Kamers van Koophandel een soort accountmanagementfunctie hebben. Op dit moment is het zo dat zij bedrijven nog verwijzen naar de verschillende disciplines binnen bv. de provincie. Het zou veel efficiënter zijn als zij kunnen verwijzen naar de accountmanager met de hierboven genoemde functie-inhoud. Een helpdeskfunctie zou daarom te omslachtig zijn. -vindt dat de ambtelijke accountmanager: a. politiek gevoelig moet zijn b. maatschappelijke gevoelens moet hebben c. bescheiden moet zijn (niet alles alleen willen doen) -denkt dat ook bestuurlijk misschien gedacht zou kunnen worden aan accountmanagement. gedeputeerde dhr. Lagrand: -heeft de indruk dat het voorliggende stuk door iedereen anders wordt beoordeeld. -wijst er op dat de vraag aan de commissieleden was: - in te stemmen met het invoeren van een systeem van accountmanagement in de provincie Noord-Holland; - goedkeuring van de ¦ 10.000,- voor de uitvoering van het actieplan; - dat e.e.a. geen extra menskracht gaat kosten.
8 -zegt dat na instemming van de leden de notitie concreter zal worden en nog moet worden uitgewerkt. -zegt dat de invulling van het systeem van accountmanagement in overleg zal moeten plaatsvinden met Kamers van Koophandel etc., waar al een vorm van accountmanagement is. Op dit moment zijn binnen de provincie 8 à 9 accountmanagers werkzaam (afkomstig van bijv. gewest Kop van NH; Westfriesland/Waterland en't Gooi). Er zal 'n club moeten worden gevormd die regelmatig overleg heeft, om de mogelijkheden te bezien die er zijn in de diverse regio's. De accountmanager die niet in dienst is van de provincie zal de accountmanager van EZ moeten weten te vinden, zodat binnen de provincie zowel bestuurlijk als ambtelijk tot snelle besluitvorming kan worden gekomen. -wijst er op dat het er niet alleen om gaat nieuwe bedrijven aan te trekken, maar ook om bestaande bedrijven zo'n service te verlenen, zodat zij in Noord-Holland blijven, opdat de werkgelegenheid gehandhaafd blijft. dhr. Overakker: -zegt het van groot belang te vinden of gekozen wordt voor regioaccountmanagement of sectoraccountmanagement. De regiobenadering is er al vanuit de gemeenten en Kamers van Koophandel. Onze toevoeging zou kunnen zijn de echte specialisatie en toewijding naar bepaalde sectoren toe. gedeputeerde dhr. Lagrand: -zegt dat het de bedoeling is dat de accountmanagers een goed onderling kontakt zullen hebben. -noemt als voorbeeld een bedrijf dat zich wil vestigen in Alkmaar, maar niet tot overeenstemming kan komen. De accountmanager neemt dan bijv. kontakt op met de accountmanager van Zaanstad, om te zien of het bedrijf zich daar zou kunnen vestigen. -deelt mee dat het niet de bedoeling is dat er overlappingen ontstaan met de Kamers van Koophandel; er zal heel goed moeten worden samengewerkt. -is van oordeel dat het juist niet de bedoeling is de gemeentenbesturen nu te betrekken bij het opzetten van een systeem van accountmanagement. In iedere regio zijn de gemeenten hierover onderling al mee bezig. De accountmanager voor die regio houdt wel kontakt met de gemeenten. -is ook van mening dat getracht moet worden de bedrijven op het gebied van de media in het Gooi te behouden. -vindt de term "gidsfunctie", zoals genoemd door de heer v.d. Kolk, een hele goede. Deze term geeft precies aan wat de bedoeling is. -zegt toe dat de commissieleden het verslag van de vergadering van het Platform Promotie & Acquisitie van 11 maart 1996 krijgen toegezonden. dhr. Berkhout: -betreurt het dat bij de helpdeskfunctie de gemeenten in dit stadium niet worden betrokken. Hier ligt juist de toegevoegde waarde. -heeft de indruk dat de onderlinge concurrentie steeds harder wordt en vraagt zich af hoe je daar als provincie het beste op kunt inspelen. Sommigen hebben er heel veel voor over bedrijven uit gemeenten weg te kopen. Verwijst hierbij naar de problemen tussen Leiden en Den Haag. dhr. v.d. Kolk: -verzoekt nogmaals bij de uitwerking duidelijk aan te geven waar de verantwoordelijkheden liggen. De accountmanager die namens de provincie opereert heeft een andere verantwoordelijkheid dan die bijv. de Kamer van Koophandel. -ziet als toegevoegde waarde van deze accountmanager zijn kennis en zijn ingangen bij de overheid. -acht het van groot belang te weten hoe de accountmanager in het provinciale apparaat is geïntegreerd. -ziet de accountmanager ook als procesbewaker.
9 -zegt dat een helpdesk binnen het college ook heel handig zou zijn. dhr. Overakker: -vraagt zich nog steeds af wie nu de klanten van de accountmanager zijn. dhr. Kruijmer: -zegt dat het hem nog niet duidelijk is wat de helpdeskfunctie gaat inhouden. dhr. Koetsier: -begrijpt dat het gaat om een bedrijfsadviseur, die de naam accountmanager krijgt. -dringt er op aan dat de samenwerking, waarover gesproken wordt op pag.11 onder punt 8 Werkafspraken, nader wordt uitgewerkt. -wil weten hoe de formatie-inzet geregeld wordt binnen de afdeling EZ als accountmanagement wordt ingevoerd. gedeputeerde dhr. Lagrand: -zegt dat door het stellen van prioriteiten er soms sprake is van een andere werkverdeling, dat zal nu ook het geval zijn. -noemt als voorbeeld op de vraag van dhr. Berkhout, waarom de gemeenten hier niet bij betrokken worden, de accountmanager van de gemeenten Alkmaar, Heerhugowaard en Langedijk. Deze werkt voor de 3 gemeenten. Deze is dus hèt aanspreekpunt. dhr. Berkhout: -heeft de indruk dat hier de volgende fylosofie achter zit. Een bedrijf dat ergens komt heeft te maken met vestigingsproblematiek. Heeft op provinciaal niveau met andere eisen en problemen te maken. Als deze problemen door een persoon opgelost kunnen worden, is er sprake van een toegevoegde waarde. Het moet niet zo zijn dat de ene accountmanager de andere bezig houdt. gedeputeerde dhr.Lagrand: -zegt dat dit juist is, het gaat om de meerwaarde van een persoon. -zal de vragen over het vertrek van een bedrijf van Hilversum naar Rotterdam van dhr.Berkhout beantwoorden - zegt dat de opmerkingen over de verantwoordelijkheden in het stuk zullen worden aangegeven - wijst er nogmaals op dat de accountmanager binnen Economische Zaken heel goed in staat zal zijn problemen die binnen de provincie spelen te begeleiden. - zegt dat de verdere samenwerking zal blijken uit het stappenplan. 5. Voorwaardenscheppend Beleid: subsidie t.b.v. de aanpassing infrastructuur Julianadorp. -dhr. Hofwijks: -gaat akkoord met het verlenen van de subsidie. dhr. Koetsier: -gaat akkoord met het verlenen van de subsidie. -wil weten of het recreatiemobiliteitsplan "Zomer in de Kop" is ingepast in "Kop en Munt". dhr. Lagas: -gaat akkoord met het verlenen van de subsidie. -mist de ¦ 0,9 mln uit de zgn. Gebundelde Doeluitkering in het overzicht op blz. 3 van het voorstel. dhr. Kruijmer: -gaat akkoord met het verlenen van de subsidie. -vraagt of er al een oplossing is gevonden voor de ¦ 0,9 mln uit de zgn. Gebundelde Doeluitkering. dhr. Van Wijk:
10 -gaat akkoord met het verlenen van de subsidie. -is blij met wat er in de Kop aan de fiets- en voetpaden wordt gedaan. dhr. Springer: -gaat akkoord met het verlenen van de subsidie. -informeert of de financiering van het totale project gewaarborgd is. - is benieuwd naar de financiële situatie van de gemeente Den Helder. -is verheugd dat dit onderwerp in de statencommissie EZ aan de orde komt, met name omdat het meeste geld van WVV afkomstig is. Dit is nu integraal besturen. dhr. Berkhout: -gaat akkoord met het verlenen van de subsidie. -neemt aan dat de financiering gegarandeerd is. dhr. Raasveld: -gaat akkoord met het verlenen van de subsidie. -vraagt meer duidelijkheid over de financiële onderbouwing van dit totale project. Wijst hierbij ook op de ¦ 0,9 mln uit de zg. Gebundelde Doeluitkering. Heeft de vrees dat er een open cheque wordt gegeven. gedeputeerde dhr. Lagrand: -zegt dat het recreatiemobiliteitsplan "Zomer in de Kop" is ingepast in "Kop en Munt". -verwijst naar de passage waarin staat dat de reservering in het Meerjarenplan VSB voor'95 en '96 reeds nu voor Julianadorp ter beschikking wordt gesteld. Alvorens het bedrag wordt uitbetaald, dient eerst zekerheid te worden geboden over de financiering van het totale project. -heeft geen reden om aan te nemen dat de financiële situatie van de gemeente Den Helder niet goed zou zijn. Zij vallen niet onder de art. 12 gemeenten. gedeputeerde De Boer: -verwijst naar blz. 3 van het voorstel waarin de verdeling over de verschillende partijen staat vermeld. Maakt melding van het bestaan van een projectenlijst, waarin bij de projecten de kosten worden aangegeven en hoe de financiering geregeld is. Een aantal projecten wordt gefinancierd uit de Gebundelde Doeluitkering. Zegtdat er protest kwam van andere gemeenten in de regio; zij vonden een bedrage aan Den Helder van ¦ 1,7 mln uit de Gebundelde Doeluitkering te hoog. Er is toen besloten de 2 projecten (voor aanleg van 2 parkeerterreinen) uit de Gebundelde Doeluitkering te halen, waardoor een gat van ¦ 0,9 mln ontstond. De aanleg van de 2 parkeerterreinen wordt wel belangrijk geacht. Na bestuurlijk overleg met Den Helder is toegezegd de ¦ 0,9 mln. te financieren. Er is nog geruime tijd aanwezig is om te bezien waar de 0,9 mln uit gefinancierd kan worden. dhr. Lagas: - vraagt of de ¦ 0,9 mln onderdeel uit maakt van de opsomming op blz.3 van het voorstel. gedeputeerde dhr. Lagrand: -zegt dat de ¦ 0,9 mln valt onder het genoemde bedrag van ¦ 4.280.000,-. -zegt voorts dat de commissieleden op de hoogte gehouden worden over de voortgang van het project en waaruit de ¦ 0,9 mln gefinancierd zal worden. 6. Rapportage Veelzijdig Personeelsbeleid: mw. Heeremans: -heeft ter vergelijking het Projectoverzicht voor '95 vergeleken met deze rapportage. -heeft geconstateerd dat de vergelijking niet te doen is, omdat voor een deel andere projectomschrijvingen zijn gebruikt. Heeft niet kunnen ontdekken welke projecten nieuw zijn en toegevoegd.
11 -vindt de formuleringen bij de resultaten van de projecten niet helder, ook niet als het gaat om de kwalitatieve en kwantitatieve resultaten. -constateert dat het gaat om meer projecten dan in de honorering was opgenomen, het gaat om te veel projecten. -zegt dat vorig jaar al de vraag werd opgeworpen of het verstandig is de middelen op deze wijze zo versnipperd in te zetten. -vraagt waarom in '96 meer bedrijven benaderd worden met als beoogd resultaat minder banen dan in vergelijking met '95. -vindt de geformuleerde doelstelling van Veelzijdig Personeelsbeleid een hele goede. -constateert dat de audiovisuele sector in beeld is als nieuw aandachtsgebied. -vraagt of het resultaat van 8 banen voor allochtonen in deze sector als veel of weinig wordt gezien. -mist dit project overigens in het overzicht. -constateert dat bij de passage over de grafische sector weer dezelfde zinsnede is opgenomen als vorig jaar. De PvdA-fractie heeft er vorig jaar op aangedrongen wel naar deze sector te kijken. Er is binnen deze sector weliswaar geen groei van de werkgelegenheid te verwachten, maar mocht er sprake zijn van vervanging, dan zouden ook de beoogde doelgroepen hiervoor kunnen worden ingezet. -vraagt naar de meerwaarde van de flexpool, waarover gesproken wordt in de planning'96. Er is reeds sprake van bloeiende uitzendorganisaties. -verzoekt de zinsnede "betrokkenheid bij mobiliteit aan de onderkant van de samenleving" concreter te maken. dhr. Koetsier: -acht het programma op zich een goede zaak, maar vindt de resultaten mager. -wil meer weten over de 300 tot stand gebrachte banen. Hoe zit het met de verdeling hiervan tussen allochtonen en vrouwen. -wil weten hoe het gesteld is met de continuïteit van deze banen. -vraagt hoe het zit met de integratie van dit programma in het totale werkpakket van de afdeling EZ. -vindt het positief dat er op allerlei gebied, zoals aan het geven van cursussen, wordt bijgedragen. -vraagt ook naar de meerwaarde van de flexpools. -is verheugd dat het accent gericht wordt op het MKB, maar dringt er op aan vooral ook de andere sectoren niet te verwaarlozen. -staat positief tegenover de nota, maar zou graag zien dat het effect wordt opgevoerd door het nemen van diverse maatregelen. dhr. Lagas: -dringt aan op onderzoek naar de continuïteit van de opgeleverde banen. dhr. Kruijmer: -vraagt of het mogelijk is het geld in te zetten voor grotere projecten. -kan zich vinden in de prioriteiten voor 1996. -vraagt een zwaar accent te leggen bij die branches waarin vrouwen en allochtonen ondervertegenwoordigd zijn. -is verheugd dat er ook voor 1996 een bedrag van ¦ 0,9 mln beschikbaar is. dhr. Van Wijk: -vraagt waarom bij het experiment Melkert II-banen in Den Helder maar 4 banen zijn ingevuld, terwijl er 60 gereserveerd zijn. Komt dit omdat de uitkeringen die men nu ontvangt hoger zijn dan voor een Melkertbaan. dhr. Springer: -vindt het een bemoedigend verhaal. Is blij met het behaalde resultaat van 300 nieuwe banen. -denkt dat het moeilijk is deze 300 banen te monitoren.
12 -maakt een compliment over het beveiligingsproject. Is verheugd dat dit nu al zo goed van de grond gekomen is. dhr. Berkhout: -zegt blij te zijn met het behaalde resultaat. -zegt dat er over 600 bedrijfsbezoeken gesproken wordt, terwijl in de tweede nota wordt gesproken over 400 bedrijven. -vraagt naar de rol van de gemeenten hierbij. Heeft de indruk dat zij hier maar een beperkte rol in hebben. -vraagt of er een meting is geweest naar de rol van de arbeidsvoorziening in deze projecten. Zij moeten deze groepen al vaak bemiddelen. dhr. Kilinc: -vindt het een goed en overzichtelijk stuk. Er zijn op dit moment voldoende activiteiten. Hij hoopt dat in de toekomst meer activiteiten ontplooid kunnen worden, waarvoor extra financiële middelen ter beschikking gesteld zullen worden. -is gecharmeerd van het beveiligingsproject. -vraagt wat de meerwaarde van de flexpools is en wat de rol van de provincie hierin is. -vraagt voorts de kontakten met de brancheorganisaties transport en logistiek te intensiveren. Misschien kan er in deze sector nog iets gedaan worden. dhr. Heuvingh: - zegt dat veel projecten over een aantal jaren heenlopen. Projecten komen eerst op een lijst te staan bv in 1994, worden vervolgens in 1995 uitgevoerd en daarna wordt het resultaat vermeld. -legt uit dat het heel goed is als provincie in veel projecten mee te doen. Men leert van projecten en probeert het innoverende over te dragen. -zegt dat het bewakingsproject een heel groot project is. Er wordt dus niet alleen aan kleine projecten meegewerkt. -meldt nog steeds in overleg met de grafische sector te zijn. Er komen weinig initiatieven uit deze sector zelf. -zegt dat gedaan wordt aan output-financiering. Er wordt achteraf bekeken of de banen gehaald zijn en of de mensen aan het werk zijn. Van te voren worden zoveel mogelijk garanties ingebouwd. Het zijn banen van minimaal een jaar, dus kan zijns inziens gesproken worden van structurele banen. -probeert de banen te monitoren. Zegt er vanuit te gaan dat deze banen na een jaar nog bestaan, omdat van te voren zoveel mogelijk garanties worden ingebouwd. -zet uiteen voor de flexpool bezig te zijn voor langdurig werklozen, vrouwen en allochtonen en dan specifiek in de transportsector. In de flexpool kunnen mensen geschoold worden. Zij krijgen voorts een contract bij de flexpool. Er is hier ook kontakt over met uitzendbureaus. Het gaat met name om chauffeurs voor kleinere transportbedrijven. dhr. Kilinc: -vraagt of er hierbij wordt samengewerkt met de GPDW. Dat is een uitzendorganisatie die een poolvorming heeft met transport en logistiek. dhr. Heuvingh: -bevestigt dat wordt samengewerkt met de uitzendorganisatie GPDW en met de EVO-verladers en branche-organisaties om de kwaliteit van de chauffeurs te verhogen. Zij zijn tenslotte het visitekaartje van het bedrijf. -zegt dat de kosten per arbeidsplaats voor de provincie ¦ 3.000,- bedraagt. Is dus blij ¦ 8 miljoen te hebben gegenereerd. -meldt dat door de overheid ¦ 18.000,- per Melkert II-baan wordt bijgedragen richting het MKB. Het is heel moeilijk deze banen ingevuld te krijgen, men
13 moet aan heel wat voorwaarden voldoen. Ook is het heel moeilijk vacatures te genereren. Landelijk gezien duurt het heel lang voor Melkert II-banen zijn ingevuld. -vindt het een goede zaak als de provincie iets voor de Melkert II-banen zou kunnen betekenen. -legt uit dat als 600 bedrijven bereikt zijn, dit niet altijd resulteert in meer nieuwe banen. Er wordt aan bedrijven ook voorlichting gegeven over Veelzijdig Personeelsbeleid. -zegt als provincie niet te springen in de gaten ontstaan door het arbeidsbureau. Geprobeerd wordt in samenwerking met arbeidsvoorziening nieuwe zaken van de grond te trekken. dhr. Koetsier: -vraagt hoe het zit met de integratie van dit onderwerp in het totale takenpakket van EZ. -vraagt wat bedoeld wordt met de vermelding op het erratum, dat langdurig werklozen, met name autochtonen meeliften met de genoemde doelgroepen. dhr. Van Wijk: -vraagt of de provincie iets kan doen ter verbetering van de Melkertuitkeringen. Dit zijn hongerloontjes. dhr. Heuvingh: -zegt dat op de afdeling EZ zo geintegreerd mogelijk wordt gewerkt. Er is sprake van samenwerking met het technologiebeleid en met IJmond IJzersterk. Er wordt geprobeerd zoveel mogelijk gezamenlijk projecten van de grond te tillen. -legt uit wat met de uitdrukking "meeliften" wordt bedoeld. Als aan de provincie gevraagd wordt mee te doen aan een innoverend project, wordt door ons als voorwaarde gesteld, dat ook allochtonen en vrouwen hieraan mee moeten kunnen doen. gedeputeerde dhr. Lagrand: -legt uit niets te kunnen doen ter verbetering van de hoogte van de Melkertuitkeringen, dit is rijksbeleid. Hij is het wel eens met de opmerking van dhr. Van Wijk dat deze uitkeringen heel laag zijn. 7. Evaluatie Platform Onderwijs Kennis Bedrijfsleven. mw. Heeremans: -gaat akkoord met het voorstel het kontakt op provinciaal niveau te beëindigen. -wil weten waarom het Regioteam Noord-Holland-Noord verbreed wordt tot heel Noord-Holland. -informeert wat de reden is van het ontbreken van deelname van het Midden en Kleinbedrijf. -vraagt of daarbij in vervolg op regionale schaal rekening mee te houden is. dhr. Springer: -vindt het jammer zoals het gelopen is. -acht het van belang dat er een werkbaar geheel blijft bestaan, als het Regioteam Noord-Holland-Noord de rol gaat overnemen en de hele provincie moet dekken. -acht het van belang dat in bv. de intermediaire organisaties ook de rest vertegenwoordigd blijft. dhr. Berkhout: -heeft het gevoel dat er nogal mager is ingezet. Hij constateert dat het Platform in '94 1 x bijeengeweest is en 1 x in '95, waarbij de bijeenkomst van 1995 als slecht ervaren werd. -vraagt zich af of de samenstelling van het Platform wel de juiste is geweest. Is de kwestie niet te snel beoordeeld? -vraagt wat het Regioteam aan meerwaarde heeft nu de rol wordt overgenomen.
14 dhr. Raasveld: -is het eens met het voorstel. -vindt het van eigentijds handelen getuigen, dat het Platform zelf geconcludeerd heeft te stoppen. gedeputeerde dhr. Lagrand: -deelt de conclusie van de heer Berkhout niet. -zet de problematiek t.a.v. de Hogescholen uiteen. Vervolgens is na de evaluatie besloten conform voorliggend voorstel verder te gaan. - legt uit dat er volop kontakt is geweest met het MKB-Nederland, VNO-NCW over dit onderwerp. Heeft de indruk dat de organisaties er niet sterk genoeg achter staan. Het is heel moeilijk greep te krijgen op het Midden en Kleinbedrijf. De follow-up moet tenslotte door de organisaties gedaan worden. 8. Concept-verslag van de vergadering van de statencommissie voor Economische Zaken & Werkgelegenheid d.d. 14 februari 1996. Wordt ongewijzigd vastgesteld. 9. Rondvraag: De voorzitter: -merkt op dat gebleken is dat het voor het werkbezoek aan de callcenters op 20 maart a.s. te kort dag is. Dit zal op een later tijdstip plaatsvinden. dhr. Koetsier: -vraagt of de provincie nog iets doet aan de situatie rondom Fokker, bv. het beïnvloeden van de banken. gedeputeerde dhr. Lagrand: -zegt dat de provincie doet wat mogelijk is. Constateert dat beïnvloeding door de provincie richting de banken onmogelijk is, als dit zelfs minister Weijers niet lukt.Zegt als provincie in onderhandeling te zijn met de ondernemingsraad van Fokker en met de heer Pot, directeur Arbeidsvoorziening om te kijken wat kan worden gedaan bij ontslag van de medewerkers van Fokker. dhr. Hofwijks: -staat even stil bij het feit, dat dit de laatste vergadering is die door Tjietske Valjavec wordt bijgewoond. dhr. Raasveld: -vraagt n.a.v. het aktielijstje: a. het woord "serieuze" te schrappen uit de tekst onder "Uitvoering" bij de toezegging output cijfers; b. vraagt wanneer mondeling kan worden toegelicht de toezegging over financiële middelen Resider/Konver( evt. repercussies voor andere aanvragen). gedeputeerde dhr. Lagrand: - heeft de verwachting medio april of mei mededeling te kunnen doen omtrent de toezegging inzake Resider/Konver. Vervolgens sluit de voorzitter de vergadering.
15
Titel:Verslag PS-cie. Economische Zaken d.d. 13-03-1996 Datum:13-03-1996 Nummer: Documenttype:PS-cie-verslag