Verslag van de lezing van Geert Kimpen voor St In-zicht op15 april 2009 De Geheime wetten van Newton Web: www.in-zicht.nl E-mail:
[email protected]
Jenny, opent de avond en heet een ieder van harte welkom. Tialda leest ter inleiding enkele teksten van Huib Klamer en Carl Gustav Jung. Daarna volgt een stilte moment. Geert Kimpen: Hartelijk welkom hier in Joure. Ik ben Geert Kimpen, een aantal mensen zal mij misschien kennen van mijn eerste boek, “De Kabbalist”, dat een aantal jaren geleden verschenen is. En diezelfde mensen zullen misschien ook een beetje vreemd opgekeken hebben dat mijn tweede boek als onderwerp niemand minder dan Isaac Newton had. Want als er iets is dat je niet associeert met spiritualiteit, esoterie en kabbala dan is dat Isaac Newton, de grote wetenschapper: de man van de zwaartekracht, de man van de wetten van de beweging, van de wiskunde, van de mathematica, kortom iemand die ogenschijnlijk heel ver van dat onderwerp af staat. Dat dacht ik in eerste instantie ook, maar Isaac Newton drong zich beetje bij beetje op in mijn leven toen ik “De Kabbalist” aan het schrijven was. Al waar ik onderzoek deed om meer informatie over die kabbala te vinden, kwam ik voortdurend de van naam Isaac Newton tegen. Eigenlijk vond ik dat ontzettend spannend, maar ik had er op dat moment de tijd niet voor om er onderzoek naar te doen. Maar ik nam we wel voor dat ik, zodra ik klaar was met “De Kabbalist” ik me daar eens op zou storten. Dus zodra ik het woordje ‘einde’ had getikt onder “De Kabbalist”, ben ik met mijn vrouw en dochter voor onderzoek naar Engeland gegaan om naar een mogelijk verband te zoeken tussen Isaac Newton en de Kabbala. Want uiteindelijk is het uitgangspunt van de Kabbala: geloof vooral niets dat je niet zelf onderzocht of zelf ondervonden hebt. En in die zin is de kabbala eigenlijk ook geen religie maar eerder een soort filosofie of wetenschap waarin je zelf aangemoedigd om zelf de verantwoordelijkheid te nemen om die kennis te onderzoeken en als dat dan klopt ben je natuurlijk een ezel wanneer je dat niet integreert in je eigen leven. En toen we dus in Engeland aankwamen, kwam ik al gauw op het spoor van Ragley Hall, een kasteel midden in Engeland. Het bestaat nog steeds, ik kan het u van harte aanbevelen. In Ragley Hall woonde namelijk een gravin Anna Finch, een vrouw waar u ongetwijfeld nog nooit van gehoord heeft. Maar zoals vaak bij vrouwen die cruciale sleutelrollen speelden in het verleden, zijn ze weggelaten in de geschiedenis en kennen we hun namen niet meer. In de tijd van Anna Finch was het bijvoorbeeld zo dat wanneer vrouwen boeken schreven, zij die niet onder hun eigen naam konden uitgeven. Ze waren namelijk vrouw en dan werd het per definitie niet gelezen. Een vrouw had dan 2 mogelijkheden: het boek anoniem uitgeven zodat niemand wist wie de auteur was, of een mannelijke vriend vragen of hij zijn naam er aan wilde geven zodat het boek toch de autoriteit kreeg om gelezen te worden. Gelukkig is dat in onze tijd nu anders. Anna Finch was een hele bijzondere vrouw, want zij richtte namelijk zelfstandig “the invisible college” op; een genootschap van natuurfilosofen, alchemisten, kabbalisten, occultisten vanuit heel Europa. Zij kwamen op dit kasteel samen om kennis met elkaar uit te wisselen, om hun nieuwste bevindingen te delen, om te discussiëren met elkaar, om samen experimenten uit te voeren. Dit college is de voorloper geweest van wat
1
uiteindelijk de vrijmetselarij werd en uiteindelijk heeft dat dus een hele andere, formelere vorm gekregen. Op dat kasteel kwamen dus al die beroemde mensen bij elkaar om te discussiëren over de kennis die ze met elkaar deelden. Eén regelmatige bezoeker was natuurlijk Isaac Newton. Een andere bezoeker van het kasteel was een Belg en daar ben ik natuurlijk erg trots op. Maar nu komt meteen de eerste les van vanavond: nodig nooit een Belg bij u thuis, want je krijgt ze niet meer weg. Want die Belg, Francis van Helmond, in die tijd een beroemde een arts, is uiteindelijk 15 jaar op dat kasteel blijven wonen, hij was er met geen stok weg te krijgen. Maar hij deed er belangrijk werk want hij was als eerste Westerling in het bezit gekomen van de boeken van Chaim Vital (hij is een van de hoofdpersonen in mijn boek “de kabbalist”). Chaim Vital was, in die tijd een eeuw geleden, de eerste man die de ambitie had om als eerste de kabbala naar buiten te brengen en te openbaren. Tot die tijd was het een mystieke leer die mondeling werd overgeleverd aan een hele selecte groep rabbijnen. En die Chaim Vital wilde ervoor zorgen dat iedereen die kennis kon gebruiken en schreef daar dus boeken over. Aan het eind van zijn leven vond hij dat de tijd er nog niet rijp voor was en heeft hij die boeken, die de kabbala openbaarden, letterlijk mee in zijn graf genomen. Jaren later heeft zijn zoon op het graf een kabbalistisch ritueel uitgevoerd om aan de ziel van zijn vader te vragen of hij die boeken uit het graf mocht halen. Dat is toen gebeurd en uiteindelijk zijn ze in het bezit gekomen van Francis van Helmont. Hij werkte op dat kasteel aan de eerste Latijnse vertaling van die boeken, zodat Europese intellectuelen ook in contact konden komen met geheime esoterische kennis van de kabbala. En dat was natuurlijk de link met de Isaac Newton. Als goede vriend van Van Helmont en regelmatige bezoeker van Ragley Hall, kon hij uit eerste hand kennis nemen van die geheime manuscripten en ze met Van Helmont bediscussiëren. Toch blijft het een beetje vreemd om een groot wetenschapper als Newton ‘kabbalist’ te noemen. Maar als ik u nu vertel dat alle wetenschappers, in die tijd werden ze geen wetenschapper genoemd maar natuurfilosofen (zij filosofeerden over de natuur), allemaal met esoterische kennis bezig waren. Chemie en alchemie was één studie, astronomie en astrologie was één studie. En al die zaken die beïnvloeden elkaar en waren inspiratiebronnen om op die manier te komen tot de wetten van het leven en de wetten van de natuur. Om één voorbeeld te geven: in de tijd van Newton was er een bakkerij, ergens in Londen, en die vloog in brand. Destijds waren het allemaal houten huisjes, dus binnen de kortste keren stond heel Londen in brand. Binnen een paar dagen was 90% van Londen in vlammen op gegaan. Toen gaf de koning van Engeland een beroemd architect de opdracht om een nieuw Londen te bouwen, van de grond af en de opdracht was: “bouw Londen tot een nieuw Jeruzalem”. De architect nam daarvoor de levensboom, het basissymbool van de kabbala, als inspiratiebron. In dat symbool komen cefirot voor, die staan voor de eigenschappen van god, de eigenschappen waarmee alles in het universum maar ook in ons eigen leven tot stand komt. Dat symbool gebruikte hij als basis voor het stratenplan van Londen. Op de cefirot bouwde hij kerken en kathedralen, en op de belangrijkste cefirot werd de St. Paul’s Cathedral gebouwd. Maar ook Isaac Newton was dus gefascineerd door de kabbala, en vooral door de tempel van Jeruzalem. En mensen die wel eens in het Oude Testament gelezen hebben, herinneren zich misschien de raadselachtige bladzijde waarop de afmetingen van de tempel tot in de details zeer uitgebreid beschreven wordt. Er zullen vast mensen zijn die zich afgevraagd hebben waarom dit in de bijbel staat? Wat voor inspiratie moeten we daar nu in hemelsnaam uithalen? Isaac Newton wist natuurlijk als geen ander dat al die getallen die op die bladzijde
2
staan, behoren tot de kabbalistische code. De kabbala is de studie naar de betekenis die onder de letterlijke teksten zitten. Er zitten maar liefst 70 betekenislagen onder die oude verhalen in het Oude Testament. En Newton heeft dus die getallen zijn leven lang bestudeerd. En hij heeft geprobeerd om die kode te kraken, want Newton was ervan overtuigd dat in dat bouwplan van de tempel van Jeruzalem al de wetten van het universum verborgen zaten. Sterker nog, hij beweert dat hij dit plan gekraakt heeft. En dat hij al zijn beroemde wetten, waardoor we hem ook in onze tijd nog steeds kennen en waardoor wij heden ten dage raketten naar de maan kunnen sturen, heeft afgeleid uit dit plan, uit de kabbalistische code van tempel van Jeruzalem. Newton had nog een andere obsessie; hij was namelijk ook zeer bedreven in de alchemie en zijn grote levensdoel was om de Steen der Wijzen te maken. Ook in die tijd waren alle natuurfilosofen op zoek naar de Steen der Wijzen (En nee, dit is geen Harry Potterverhaal!). Alleen Isaac Newton was veel verder in het vervolmaken daarvan dan al zijn collega’s uit die tijd. En hij was daar zo vergevorderd en bedreven in dat hij gesteund werd door de koningen van Engeland die in die tijd regeerden. Engeland kwam in net zo’n grote economische crisis terecht als waar wij vandaag de dag mee te maken hebben; Engeland was bijna bankroet en Frankrijk stond op het punt Engeland binnen te vallen. Toen hebben ze Isaac Newton benoemd tot muntmeester van Engeland, een soort Minister van Financiën. Alle hoop was op hem gevestigd. Hij kreeg 1 opdracht van de koning mee, namelijk om goud te maken voor de Engelse munt. En daarvoor kreeg hij de volledige “Tower of London” tot zijn beschikking, dat was zijn alchemistische laboratorium. Daar heeft hij 30 jaren lang honderden arbeiders aan het werk gezet om volgens zijn formules, volgens zijn kennis te proberen de steen der wijzen te maken, om goud te maken. En dat was natuurlijk een heel moeilijk en heel langdurig proces. In de alchemie gaat men er namelijk vanuit dat wat zich in de smeltkroes voltrekt, dus wat zich voltrekt wanneer je de proef doet, alleen maar kan lukken als ook in de alchemist zèlf een transformatie plaatsvindt. Dat is een proces dat gelijk opgaat. Het grappige is dat de wetenschap dat pas heel recent ontdekt heeft, dat er altijd een verband is tussen enerzijds de proefneming en anderzijds de proefnemer. Die alchemisten wisten dat al duizenden jaren geleden. En zij moesten zich telkens naar een nieuw level tillen, tot een nieuw bewustzijnsniveau komen om die proef in de smeltkroes te doen slagen. Er waren dus 7 langdurige levensprocessen, zeven processen waarbij de alchemist zichzelf helemaal binnenstebuiten keerde, al zijn hoogtes en dieptes in zichzelf ging onderzoeken, ontwikkelen en puur maken tot hij een soort spiritueel goud geworden was. En als hij díe staat bereikte, dan kon ook echt goud gemaakt worden in de smeltkroes. En dames en heren, ik heb groot nieuws voor u, want ik ga u die zeven processen vanavond onthullen. Op het eind van deze avond weet u allemaal hoe u goud kunt maken. Ik denk dat in deze tijden van economische crises dit een welkom geschenk is voor iedereen en u gaat de investering die u gedaan heeft voor deze avond ook ruimschoots terugverdienen, maar ik moet u wel waarschuwen dat het een levensveranderend proces is; u zult na vanavond niet meer dezelfde zijn, u zult als een ander iemand de zaal verlaten. Als u dat aandurft ga ik u de geheime processen die gebaseerd zijn op de kennis van Isaac Newton zelf, onthullen. Het eerste proces: Calcinatie – het vlammende ego. Calcinatie betekent verkalken. De alchemist verhit de metalen in een smeltkroes tot er slechts een poederachtige kalk overblijft. Maar de alchemist zelf raakt ook oververhit. Hij stelt zichzelf brandende vragen over de zin en bestemming van zijn leven. Hij vraagt zich af wie hij werkelijk is. Wat de reden is dat hij leeft. Hij
3
vraagt zich af wat zijn missie is en wat ij de wereld te geven heeft. Hij verhit zijn ego. Ik weet dat in spirituele kringen ‘ego’ eigenlijk altijd negatief omschreven wordt (bijvoorbeeld: last hebben van een groot ego, of een ego dat in de weg zit). Terwijl dat tegelijkertijd ook een beetje onzin is want zonder ego zouden er niet die mooie kerken en kathedralen gebouwd zijn of boeken geschreven zijn of prachtige muziek geschreven of levensreddende medicatie uitgevonden zijn. Het ego is ook wat de mens drijft, het is de drang van de mens om iets neer te zetten in deze wereld, om het verschil te maken. Of zoals Bram Vermeulen zo mooi gezongen heeft: om een steen te verleggen in een rivier op aarde. Dus om een wezenlijk verschil te maken en daar hebben we het ego natuurlijk bij nodig. Wat we nu in het proces van calcinatie gaan doen is het ego verbinden aan een hoger doel; dat het niet alleen ons eigen belang dient, maar dat het tegelijkertijd een geschenk is voor deze wereld. Dat proces begint op een heel bijzonder moment. Dat begint bij de meeste mensen in de nacht, als u ineens wakker schrikt, kijkt naar diegene die naast u ligt en denkt: ben ik met hem/haar getrouwd?! En dan kijkt u rond en dan denkt u: is dit mijn huis, in een wijk waarin ik helemaal niet wil wonen?! En als ik morgenochtend naar buiten ga kom ik weer diezelfde vervelende buurman tegen die weer datzelfde flauwe grapje maakt?! En ga dan weer naar mijn werk met al die chagrijnige collega’s en naar die baas die weer de hele dag op mijn nek gaat zitten?! Dan ga ik een hele dag hard werken om de hypotheek te kunnen betalen van een huis waarin ik eigenlijk helemaal niet wil wonen?! En ga ik dan ’s avonds bij het eten tegen mijn kinderen zeggen dat ze heel lang moeten studeren om in de toekomst net zo’n leven als ik te kunnen gaan leiden?! Is dit nu alles?! Als u zich díe vragen stelt, als u zich vragen gaat stellen bij alles wat u in uw leven tot dan toe heeft opgebouwd, als alles wankelt, dat er geen zekerheden meer zijn, dan kan ik u eigenlijk feliciteren want dan is het proces van calcinatie begonnen. De dag dat u zich werkelijk afvraagt wie ben ik eigenlijk en wat doe ik hier nu, wat is de zin van mijn leven, waarom loop ik hier rond, dit kan toch niet alles zijn? Wanneer die roep, die schreeuw, in u zelf klinkt, dan is het proces van calcinatie begonnen. En eigenlijk is het antwoord, zoals bij veel moeilijke vragen, heel erg simpel, tenminste als we naar de oude filosofieën van de kabbala kijken. Wat is het antwoord van de kabbala op de vraag ‘wat is de zin van het leven?’. Heel eenvoudig: U bent hier om uw grootste wensen te realiseren. U bent hier om de grootste vorm van u zelf te worden, om uw talenten maximaal tot ontplooiing te brengen, om het beste van u zelf aan de wereld te schenken. Of, als we het kabbalistisch vertalen: u bent hier om goud te worden, om goud te maken van uw eigen leven. Want u dacht toch niet dat u toevallig op deze planeet was neergezet? U dacht toch niet, omdat uw ouders zoveel jaar geleden ‘toevallig’, zoals ze dat in Vlaanderen noemen, ‘goesting hadden’, u gedoemd bent om hier jarenlang rond te strompelen zonder enige betekenis, zonder enig nut, en uw tijd maar uit te zingen totdat het eindelijk is afgelopen? Nee, natuurlijk niet. Want u bent allemaal uniek, werkelijk uniek. Er is nog nooit een mens teveel op aarde geboren; elke mens is hier met een reden in een perfecte kosmische samenhang bent u hier om uw steen bij te dragen, om het verschil te maken. U allen heeft een uniek mix van talenten, ervaringen, karaktertrekken, eigenschappen die niemand anders op deze planeet heeft, waardoor u dingen kunt doen die niemand anders op deze planeet kan doen. Die net zo uniek zijn als uw eigen vingerafdruk want er loopt hier niemand rond die dezelfde vingerafdruk heeft als u zelf. Maar soms zijn we in de loop van ons leven, in de hectiek van alledag, in de ‘ratrace’ van het bestaan, die missie vergeten. En dan, jaren later, hebben we er geen contact meer mee en vragen we ons af waarom we hier zijn. Wat vind ik
4
belangrijk, en wat is nu echt mijn talent? Waar gaat mijn hart echt sneller van slaan? Mocht dat bij u het geval zijn, dan is het goed om eens terug te gaan naar uw kindertijd, want toen wist u het waarschijnlijk perfect, toen wist u helemaal exact, zonder erover na te hoeven denken, zonder censuur, zonder allerlei stemmetjes die zeiden dat het toch niet mogelijk was, waarom u hier gekomen bent, waarvan u zo ongelooflijk blij wordt. In mijn geval bijvoorbeeld reeds toen ik 7/8 jaar was, wist ik wat ik later wilde worden en schreef ik al verhaaltjes. Als er dan bezoek was, mocht ik het verhaaltje voorlezen dat ik die dag geschreven had. Dat applaus dat toen klonk van die 2 - 3 mensen die bij ons aan de keukentafel zaten, dat weergalmt nog elke dag in mijn hoofd. En toen wist ik dat ik later troubadour wilde worden; ik wilde later van jonkvrouw naar jonkvrouw trekken en onder elke toren gedichten voordragen in ruil voor een klein applausje of een kuise kus, dat is wat ik wil doen in mijn leven. En mijn tweede droom had ook alles met vrouwen te maken, namelijk met mijn tante nonneke. Ik had vroeger een tante die in een klooster leefde en ik ging daar in de zomervakantie altijd een paar weken logeren. U begrijpt dat ik de held van het klooster was; ik was het enige jongetje in een omgeving met allemaal vrouwen dus die moederharten gingen allemaal sneller kloppen wanneer ik daar was. Mijn tante was een ondeugende non die graag grapjes uithaalde en op een dag had ze weer een plannetje, namelijk om mij te verkleden als een meisje. Ze had voor een pruik gezorgd en ze schminkte mij en ik kreeg meisjeskleren aan, ik was echt een klein travestietje. Ik moest van mijn tante bij de kloosterpoort aankloppen en net doen alsof ik een weesmeisje was. Zo gezegd zo gedaan en al die nonnen waren natuurlijk helemaal overstuur en liepen over van moederlijke zorg. Totdat ze erachter kwamen dat het hun Geert was en toen hadden ze een plezier, ze kletsten op hun dijen van het lachen. En toen dacht ik: “Yes, ik wil later een soort circusclown worden die de nonnekes aan het lachen brengt!” En dit soort dromen kan ik gedeeltelijk compenseren door in het hele land lezingen te geven. Maar ook iemand als Isaac Newton wist precies wat hij wilde worden toen hij nog een jongetje was, terwijl zijn leven toch een ongelukkige start kende. Want tijdens de zwangerschap, zijn moeder was toen 6 maanden zwanger, stierf zijn vader. Vanaf dat moment had die moeder totaal geen zin meer in dat kind dat in haar buik zat. Ze hoopte maar één ding en dat was dat het fout zou gaan, dat de zwangerschap zou mislukken. Echter, Isaac Newton werd in de kerstnacht geboren en de geschiedenis vertelt erbij dat hij zo klein was dat het leek alsof hij in een jampotje paste. Dus die moeder had nog hoop dat hij het niet zou overleven maar Isaac Newton was sterk en na 3 dagen slaakte hij een kreet, deed zijn oogjes op en op dat moment was de grote Newton geboren. En die moeder vond dat verschrikkelijk, maar 3 jaar later had ze geluk; een oude predikant van een naburig dorp had zijn bediende naar de boerderij gestuurd met een brief, en in die brief stond een huwelijksaanzoek. De predikant stelde voor om met haar te trouwen, op voorwaarde dat het kind ergens anders op zou groeien. Kortom, moeder ging er vandoor met de predikant en de grootouders van Isaac kwamen om de zorg voor hem over te nemen. Vanaf dat moment werd Isaac alleen maar klaargestoomd om de boerderij te kunnen overnemen zodat die grootouders ook van hun pensioen konden gaan genieten. Maar Newton werd natuurlijk vanaf het begin gedreven door de grote vragen van het leven; hij vroeg zich af waarom de zon niet op zijn hoofd viel, en hoe het kon dat God in zeven dagen de wereld zou hebben geschapen en hoe groot het universum is. En al die grote levensvragen die wij ons allemaal wel eens stellen, stelde Newton zich al als klein jongetje, maar híj was gedreven om de antwoorden te vinden. En hij besloot dan ook dat hij niet zou rusten vóór hij al die vragen één voor één beantwoord had. En dat wil ik u vanavond in
5
herinnering brengen en daarom met u stilstaan bij wat de reden is dat ú hier op deze planeet rondloopt, wat uw levensmissie is, hoe ú het verschil kunt maken, wat ú kunt doen om uw steen in deze wereld achter te laten, waar ú helemaal enthousiast van wordt, waar uw ogen van gaan stralen, waar uw hart sneller van gaat kloppen en om dáár weer contact mee te gaan maken. En ongetwijfeld zijn er al een heleboel mensen die hun levensmissie al vol aan het leven zijn, maar in dat geval wil ik u vragen om u voor te stellen hoe het zou zijn als die levensmissie tot maximale ontplooiing komt, tot zijn maximale vorm, de ultieme droom van uw levensmissie, hoe uw leven er dan uit zou zien, wat u dan zou doen, wat u gerealiseerd zou hebben in uw leven, wat u allemaal aangebracht zou hebben in deze wereld, om u dat helemaal, in geuren en kleuren, voor te stellen. Ik geef u nu, onder begeleiding van muziek, een minuut de tijd om u zich dat voor te stellen hoe uw leven er uitziet wanneer u leeft waarvoor u eigenlijk op deze aarde terecht bent gekomen. ……………………………………………………………………………………………………………………………… Ik ga u nu weer wakker maken. Als het goed is heeft u allemaal grootse visioenen over u zelf gehad, heeft u zichzelf in volle glorie gezien, misschien met de Olympische medaille van uw leven in de hand, misschien rennend door Olympische stadions waar duizenden mensen u toejuichten. Nu wil ik u iets heel spannends vragen: ik wil ik u vragen deze levensmissie te delen met iemand hier in de zaal, die u niet kent, en om uw missie vol vuur en met volle overtuiging te vertellen aan deze onbekende persoon en om natuurlijk ook naar zijn/haar missie te luisteren. Ga uw gang! ……………………………………………………………………………………………………………………………….. Ik weet dat het heerlijk is om over uw levensmissie te praten maar we moeten uw missie ook nog realiseren vanavond, dus we hebben nog veel werk voor de boeg. Ik moet u allemaal feliciteren: u heeft net allemaal een wonder tot stand gebracht, u heeft net allemaal getoverd! U heeft namelijk woorden gegeven aan uw levensmissie. Het staat niet voor niks in de bijbel: “In den beginne was het woord”. Woorden hebben scheppingskracht: met woorden kunnen we creëren. Wanneer we woorden aan iets geven begint het proces van creatie en kan het eigenlijk niet anders dan dat het tot volle bloei komt, tot volle wasdom. Al die levensmissies die u hier net woorden heeft gegeven kunnen niet anders dan uitgroeien tot prachtige, voltooide levensmissies. Tenminste, u moet nog 6 levensprocessen doorlopen maar dat is nog het enige detail dat op uw weg ligt. Om uw levensmissie meer power en energie te geven, geef ik u nu de gelegenheid om uw levensmissie hier voor de zaal uit te spreken. Wie durft er? Ik ga zingen en ik ga troosten! Dit is een missie die duidelijk 2 componenten in zich heeft; zingen is een roep van uw eigen ziel, kan ik me voorstellen, om u kenbaar te maken en u uit te drukken en heeft natuurlijk ook te maken met de drang om iets te geven aan deze wereld. En tegelijkertijd te troosten, om de levensmissie tot goud te maken, dat het voor andere mensen iets gaat betekenen, hun troost gaat geven en hun hart gaat raken. Mooie levensmissie! De volgende spreker is slecht verstaanbaar, Geert vat het even samen: tot zijn 8e is er veel ellende gebeurd in de kindertijd van deze man waardoor hij totaal geen contact meer had met wat hem plezier gaf, maar wat misschien in het lot van zijn levensmissie besloten lag. En nu heeft hij deze gevonden, als het gevolg een scheiding, waardoor hij zelf ook een scheidingsspecialist geworden is, om mensen te kunnen begeleiden/leren in: ‘als je toch uit elkaar gaat, doe het dan op een goede manier, in verantwoordelijkheid naar de kinderen, en blijf elkaar respecteren om hetgeen er wel geweest is en om niet te verzanden in haat en nijd’.
6
Ik wil mensen heel graag mensen helpen op hun pad van bewustwording, hen daarin coachen, lezingen geven, en mensen iets aanreiken wat ze nog niet hebben. Mooi, applaus! Ik kan helaas niet iedereen zijn/haar missie hier laten vertellen maar houd uw levensmissie deze avond vast en relateer het aan de 7 processen waar we vanavond ingaan, wat het voor u kan betekenen en hoe u uw levensmissie tot goud kunt omsmeden. Voordat we daaraan beginnen, nog even over de persoon waarmee u net uw levensmissie gedeeld hebt: u dacht toch niet dat het toevallig was? Er is niks toevallig in het leven en er is een welbepaalde reden waarom u dat tegen hem of haar verteld heeft. Nu heeft u de kans om een commitment met elkaar aan te gaan om 1 jaar lang elkaars coach te zijn, om 1 jaar lang elkaar te motiveren, elkaar te bellen, elkaar te herinneren aan die missie, elkaar te stimuleren, en elkaar ideeën en tips te geven en op die manier elkaar te coachen zodat het ook gebeurt, zodat we niet vergeten. Het gebeurt zo vaak dat de dromen die ons opwellen, verdrinken in de hectiek van alledag en er niets van terechtkomt. Het is aan u zelf, ik kan u tot niets verplichten maar als u wilt heeft u de meest ideale coach gevonden die maar denkbaar is om uw missie tot voltooiing te brengen. U heeft samen deze avond meegemaakt, en u heeft elkaar hier leren kennen en deze persoon heeft ongetwijfeld dát te bieden wat u nodig heeft. “It is up to you”. Een tweede tip die ik u wil geven nu we gaan beginnen met het volbrengen van onze levensmissie, is: onderneem actie binnen de 72 uur. Als u binnen de 72 uur geen eerste stap heeft gezet die u dwingt om vervolgstappen te zetten, gebeurt het waarschijnlijk niet. Dat is een gouden regel. Zorg ervoor dat u zichzelf dwingt om het proces aan de gang te houden, want anders gaat het verloren in de mist van alle problemen van elke dag en komt het er niet van. Dus uw coach kan na 72 uur met u bellen om te zeggen: “En, hoe staat het ervoor, de 72 uur zijn om. En, welke actie heb je ondernomen, wat heb je gedaan?” Om zo op die manier je het vuur aan de schenen te leggen en in dit proces van calcinatie het ego flink op te stoken: geen excuses meer, nu gaat het allemaal gebeuren! Het tweede proces: dissolutie – het stromende leven. Dissolutie betekent oplossen. Tijdens het proces van dissolutie ontbinden de overgebleven resten in de smeltkroes. Ze lossen op. De alchemist komt in een stroom van veranderingen terecht. In deze periode leert hij zichzelf over te geven aan het leven. Hij durft zich te laten drijven in de richting waarin het leven hem voert. Hij verzet zich niet langer tegen de loop der dingen en vertrouwt dat het leven beter dan hijzelf weet welke kant hij op moet. En als we dat gaan vertalen naar de alchemist zelf, betekent dat het gaan vertrouwen op de stroom van het leven, dat we ons durven laten gaan op de stroom die vaak beter dan onszelf weet waar we naar toe moeten gaan. We hebben natuurlijk allemaal de neiging om ons heel erg vast te houden aan hetgeen we kennen, aan alles wat veilig en vertrouwd voelt, aan onze comfortzone, en het is heel lastig om daaruit te stappen; om dingen te gaan doen die we nog nooit gedaan hebben, paden te bewandelen waar we nog nooit geweest zijn, om mensen te ontmoeten die we nog nooit eerder in ons leven hebben toegelaten, om allemaal ‘rare’ dingen in ons leven toe te laten die we tot nog toe vermeden hebben. En toch wordt dat in het 2e proces verwacht, dat we gaan vertrouwen op het leven, en dat het leven vaak beter dan onszelf weet welke kant we op moeten gaan, wat we moeten gaan doen en hoe we dat het beste aan kunnen pakken. Want het leven zal nu ook met ons gaan
7
communiceren; de kosmos is net als een grote baarmoeder, die net als de baarmoeder bij een vrouw alles zal doen om uw wens, uw levensmissie tot leven te laten komen en er de ideale omstandigheden voor te creëren. En overal zullen we tekenen en signalen opvangen die wonderlijk zijn en die ons precies die kant op zullen sturen waar we moeten zijn. En het enige wat we hoeven te doen is naar die tekenen en signalen te luisteren, erop te durven vertrouwen, ons eraan over durven te geven. Voor mezelf was dat natuurlijk ook erg moeilijk toen ik dat proces inging; voordat ik voor het schrijverschap durfde te kiezen, was ik jarenlang werkzaam in het theater. Ik was een theaterregisseur en dat was een leuk maar ook erg hectisch bestaan: 7 dagen per week van huis, lange dagen, laat thuis, veel repetities en voorstellingen. En natuurlijk heel veel theater, zowel op het toneel als naast het toneel. Want theatermensen zijn natuurlijk theatrale mensen met heel veel hysterie en dramatiek, dus er was altijd wel iets aan de hand. Totdat ik bij mezelf merkte dat het me eigenlijk niet meer interesseerde en toen wist ik dat het moment aangebroken was om te gaan stoppen, om te gaan veranderen. En tegelijkertijd vond ik dat doodeng omdat ik dacht dat ik niks anders kon; theaterregisseur is natuurlijk een heel specifiek beroep. En ik was eigenlijk bang dat ik tot mijn pensioen dit vak moest blijven uitoefenen, waarvoor mijn passie eigenlijk uitgeblust was. Het enige wat ik toen hoefde te doen was te gaan gehoorzamen aan een harde, natuurkundige wet van Newton. Newton, als alchemist, wist natuurlijk als geen ander dat in de formule van de alchemie de beroemde woorden staan: “zo boven, zo beneden”. Alle wetten die in het universum gelden, die gelden ook hier op aarde en gelden ook voor de mens. Het zijn levenswetten, wetten die richting en vorm geven aan het leven van de mens. Newton’s wetten zijn daardoor eigenlijk ook spirituele wetten en in zijn tijd werden die wetten ook op die manier geïnterpreteerd. Ze beschreven niet alleen de weg van de hemellichamen e.d., het waren tegelijkertijd wetten die iets over de mens zelf vertelden. En die eerste bewegingswet van Newton luidt:
een voorwerp volhardt altijd in de toestand waarin het zich bevindt, of dat nu rust of beweging is, tenzij er een kracht op in werkt die zijn toestand verandert. En dat is precies wat er met ons aan de hand is; ieder mens heeft de neiging om in de toestand te blijven waarin hij/zij zich bevindt, omdat dat nu eenmaal veilig en vertrouwd is, ook al is dat niet ideaal, ook al denken we dat ons leven saai is of voelen we dat er dingen niet kloppen. Er schort van alles aan maar dit hebben we tenminste, dus laten we hier maar aan vast houden. Maar nu moet er dus een kracht op ons inwerken om ons van richting te doen veranderen. En wanneer we dat zelf niet doen, grijpt het leven voor ons in, dan zorgt het leven er wel voor dat we in beweging moeten komen. En dat kan soms gebeuren door blijde gebeurtenissen die zich opeens in ons leven voltrekken, zoals een heftige verliefdheid, opeens promotie krijgen, uitgezonden worden naar het buitenland of, zoals in mijn geval, toen ik vader werd. Het was in de kerstnacht dat ik vader werd en toen ik daar zat met mijn dochter in mijn armen en ik voor de eerste keer in haar ogen keek, toen dacht ik “help, dit zijn zo een wijze ogen, dat ik niet weet wat ik dit kind zou kunnen leren. Dit kind weet alles al, het enige wat ik zou kunnen betekenen is haar stimuleren te doen waarvoor ze op deze wereld is gekomen, om haar die omstandigheden te bieden en haar daarin te stimuleren en haar daar steeds aan te herinneren”. En vervolgens dacht ik weer “help”, want dat doe ik zelf niet, ik leef zelf niet mijn dromen, ik
8
doe zelf al jaren iets waar ik zelf helemaal geen plezier meer in heb en als ik dat kind dat probeer wijs te maken, gaat zij in haar puberteit tegen mij zeggen: “en jij dan, pap? Waarom heb jij je droom niet geleefd, waarom zou ik naar jou gaan luisteren als je het zelf niet gedaan hebt?” En toen besloot ik dat ik me dat niet zou laten gebeuren. En in die kerstnacht besloot ik om die oude droom, die ik als jongetje al had, om die te gaan leven en om eindelijk te durven kiezen voor het schrijverschap. Maar soms kan het leven ook ingrijpen door tragische gebeurtenissen, keiharde gebeurtenissen soms. Want soms zijn we hardleerse leerlingen en kunnen er opeens dingen gebeuren, zoals iemand in onze omgeving die erg ziek wordt, we zelf ziek worden, er iemand dood gaat, we gaan scheiden van iemand, we ons geld verliezen op de beurs, het huis in brand vliegt, we overvallen worden of in elkaar worden geslagen. Allemaal traumatische gebeurtenissen die ons hele bestaan in twijfel brengen, zodat alle zekerheden onder onze voeten vandaan worden geslagen. Waardoor we gedwongen worden om ons leven opnieuw in vraag te gaan stellen, om te gaan denken ‘wil ik nu nog steeds volgens diezelfde normen en waarden leven als ik altijd gedaan heb of ga ik mijn prioriteiten nu anders stellen, verschuift er nu een en ander, moet ik nu mijn leven een andere richting uit laten gaan of blijf ik verbitterd in dit hoekje liggen?’. En eigenlijk hebben we geen keus, na de ergste pijn en na het ergste lijden zullen we onszelf wel bij de kladden moeten pakken om weer op te staan en proberen te zien wat er in die tragische gebeurtenis verscholen lag en wat we kunnen transformeren tot een geschenk voor ons leven. En om daar een voorbeeld van te geven wil ik het verhaal van Richard vertellen, een goede vriend van mij. Richard was iemand die het perfect voor elkaar had: hij had een bedrijf opgericht dat erg goed liep, met allemaal vestigingen in Duitsland en België, en had een mooi huis kunnen kopen. En op een dag komt hij ook nog eens de vrouw van zijn leven tegen, de andere helft van zijn ziel, de vrouw waarmee hij oud wil worden. Zij was ook hoteldebotel van hem en ze spraken af dat ze zouden gaan trouwen. En ze vonden een heel mooi kerkje en op een bepaalde dag en op een bepaald uur zouden ze elkaar in dat kerkje het jawoord geven. En op die bepaalde dag, op dat bepaalde uur, in dat bepaalde kerkje staat Richard inderdaad naast zijn vrouw, maar zij lag in een doodskist. Een paar weken voor hun trouwen was zij erg ziek geworden en was het heel snel bergafwaarts gegaan. En door een tragische samenloop van omstandigheden werd zij begraven op het uur dat ze met elkaar zouden gaan trouwen. Natuurlijk leek het alsof Richard zijn leven over was, dat er niets meer was om voor te leven, dat alles op drijfzand stond. Maar op hetzelfde moment heeft hij toch besloten dat hij hier betekenis aan moest geven anders zou hij kapot gaan en tot niks meer komen. Hij moest hier zin aan proberen te geven, hij moest deze gebeurtenis proberen te transformeren. En toen kreeg hij een idee, hij besloot namelijk om 365 dagen lang elke dag een marathon te gaan lopen. Van stad naar stad, van dorp naar dorp en overal waar hij kwam trommelde hij de pers op om interviews te geven, over zijn project en over kanker. En aan het einde van dat jaar had hij maar liefst 2000 interviews gegeven door heel Europa, en € 250.000,-- opgehaald. Een man zoals u en ik, niet gezegend met uitzonderlijke atletische kwaliteiten, maar iemand die besloten had om zijn grootste lijden te transformeren tot een geschenk voor deze wereld. Te transformeren tot een levensmissie, tot iets waartoe we in wezen allemaal tot in staat zijn wanneer het leven ons uitdaagt en we de kansen die in ons zitten, die we allemaal in potentie in ons dragen, tot volle bloei durven te brengen. En daarvoor moeten we natuurlijk het leven in al zijn volheid durven te omhelzen, want het is natuurlijk allemaal lekker als het goed gaat, wanneer het leven meezit en er allemaal cadeautjes op ons pad komen, wanneer ons
9
leven voorspoedig gaat en we dat vanzelfsprekend vinden. Maar wanneer het slecht gaat, wanneer er lijden op ons pad komt, roepen we allemaal: “waarom moet mij dit juist gebeuren, waarom ik, wat is de reden dat ik nu net ik daardoor getroffen moet worden?!? Maar datzelfde riepen we natuurlijk niet op het moment dat het goed ging: ‘Waarom ik, waarom krijg ik zoveel geluk op mijn pad?!” En natuurlijk zijn dat 2 kanten van dezelfde medaille, alle twee bedoeld om ons uit te dagen, om ons te stimuleren, om ons verder te helpen, om ons te dwingen het maximale uit ons leven te halen en ons leven uiteindelijk tot goud om te smeden. Het 3e proces: separatie – het vervlogen verleden. Separatie betekent scheiden. De alchemist scheidt de waardevolle stoffen van het afval. Hij ontdekt in zichzelf zijn essentie. Alles uit zijn verleden wat hem niet meer van nut is, laat hij achter zich. Mensen die hem tegenhouden, gewoontes en overtuigingen die hem beperken, eigendom waar hij afstand van neemt. Hij voelt zich thuiskomen in zijn ware levensmissie. Alsof er een frisse wind in zijn hoofd waait, die hem begeestert. Wanneer we dit proces naar de alchemist zelf toe vertalen, is dit de fase waarin we allerlei dingen achter ons gaan laten: alle ballast die we in ons leven meegezeuld hebben, waarvan we nu gaan zien dat het niet meer bij ons hoort, dat het overbodig is geworden. Dat gaan we nu achter ons laten, en we gaan met minder zware rugzakjes onze weg vervolgen. Ik heb dat zelf op een vrij pijnlijke manier ervaren, toen ik op 5 oktober 2007 wakker werd. Vanaf het moment dat ik besloten had om schrijver te worden, stond ik elke morgen om 05.00 uur op omdat op dat moment van de dag mijn geest het meest helder is, heb ik de meeste fantasie en ben ik het meest creatief. Dus elke morgen spring ik om 5 uur mijn bed uit om te gaan schrijven. En dat probeerde ik op die dag ook, alleen het lukte niet. Het was net of mijn hele lichaam verlamd was, en ik kon niks bewegen. Het was alsof er een pijnlijke golf heen en weer door mijn lichaam trok en ik had geen idee wat er aan de hand was. Ik maakte mijn vrouw wakker en vertelde dat er iets niet goed was. Zij belde onze huisarts, en meestal heeft hij als je belt steeds dezelfde reactie, namelijk ‘kijk het maar een paar dagen aan’. Maar nu niet, nu stond hij 15 minuten later al naast mijn bed. En nog 15 minuten later lag ik in een ambulance en werd ik met gillende sirenes afgevoerd. In het ziekenhuis werd ik onderworpen aan allerlei onderzoeken, door artsen en allerlei apparaten, en werd ik helemaal binnenste buiten gekeerd. ’s Avonds zat ik uitgeteld op mijn kamer en kwam er opnieuw iemand binnen, een verpleegkundige met een vragenlijst. En de eerste vraag die zij mij stelde was: “welk geloof hebt u?”. Ik dacht: “Help, is het al zover, zij komt mij de laatste sacramenten toedienen!!”. Ik was helemaal in paniek, maar daarna begon ik mij af te vragen welk geloof ik nu eigenlijk had. Ik was als Vlaams jongetje Katholiek opgevoed, en nu realiseerde ik mij dat ik die jas ergens onderweg onbewust had uitgetrokken. Maar ik had ook niet de illusie dat ze in dat ziekenhuis een kabbalistische rabbi hadden rondlopen, dus ik wist totaal niet wat ik moest antwoorden op dat moment. Uiteindelijk zei ik tegen die verpleegkundige dat ze dan maar ‘Joods’ in moest vullen, ook al ben ik dat natuurlijk niet maar dat komt het dichtst in de buurt. En toen realiseerde ik me ook hoe ingrijpend we in ons leven veranderen en dingen achter ons laten; dingen die ooit onze identiteit fundamenteel bepaalden, die vertelden wie we waren, die gaandeweg uit ons leven verdwijnen waardoor we een nieuwe identiteit ontwikkelen en ook welke consequenties dat voor ons heeft op cruciale ogenblikken. Want als die avond inderdaad mijn laatste uur geslagen had, dan had ik als Katholiek wel geweten wat er zou gaan gebeuren: er komt een pastoor aan je bed en die gaat je zalven
10
en voor je bidden en zingen. Maar wat ze met een dode Jood gaan doen? Ik heb geen idee. Misschien zijn dat wel hele rare rituelen die ze gaan uitvoeren… En zo ingrijpend zijn natuurlijk de keuzes die we gaandeweg onze levensloop maken. Maar we gaan ook bewust dingen loslaten in deze fase: alle dingen die ons tegengehouden hebben, overtuigingen waardoor we tot nu toe niet gedaan hebben wat we hier eigenlijk te doen hebben, alle gedachten die we zijn gaan geloven, stemmetjes van onszelf/ouders/leraren/vrienden: ‘jij kunt het niet, je bent een loser, het is je nog nooit gelukt, wie voor een dubbeltje geboren is zal nooit een kwartje worden, je broer is veel beter, jij kunt ook niks’. Al die stemmen die we gaandeweg in ons hoofd geplant hebben, en waarvan we zijn gaan geloven dat het overtuigingen waren, maar het zijn natuurlijk alleen maar gedachten die we hebben, maar die we niet zijn! En die we daardoor kunnen vervangen door nieuwe gedachten, gebaseerd op nieuwe ervaringen, die we onszelf moeten gunnen. We moeten onszelf gunnen dat we gaan leren en onszelf succeservaringen gunnen waardoor we gaan zien dat we het wel kunnen, dat als ons één keer iets niet goed afgaat, het niet wil zeggen dat dit voor de rest van ons leven vaststaat en dat we altijd zullen mislukken. We moeten onszelf de moed geven en de kans om opnieuw te beginnen en alle stemmetjes in ons hoofd te lijf te gaan en ze een voor een te vervangen door nieuwe, positieve stemmen, gebaseerd op nieuwe ervaringen. Want het geheim is natuurlijk dat je altijd genoeg talent hebt voor jouw levensmissie, anders zou het jouw levensmissie niet zijn. In mijn geval, bijvoorbeeld, zal het u duidelijk zijn dat ik fysiek niet geschikt ben om topvoetballer te worden, maar ik heb er ook nooit van gedroomd om een topvoetballer te worden dus voor mij is dat geen enkel probleem. Je levensmissie is altijd onlosmakelijk verbonden met wie je bent en ieder mens heeft precies het juiste talent om die levensmissie tot vervolmaking te brengen. Dat wil niet zeggen natuurlijk dat je niks meer te leren hebt, of geen nieuwe vaardigheden zult moeten opdoen of ontwikkelen en misschien allerlei kennis zult moeten vergaren, en in actie zult moeten komen. Natuurlijk wel, want dat is het leven om jezelf te ontwikkelen en die kennis en vaardigheden je eigen te maken. Maar ieder mens heeft precies het juiste talent om zijn of haar levensmissie te volbrengen. En daarom moeten we natuurlijk met nieuwe ogen naar onszelf te durven gaan kijken, met ogen vol schoonheid, met ogen vol verliefdheid, onze eigen kracht en mogelijkheden gaan zien. En dat begint natuurlijk met de blik waarmee we naar de buitenwereld kijken. Want zijn wij mensen, als we naar andere mensen kijken, geneigd om vooral de ‘rare’ dingen te zien en hebben we een kritische blik, óf kijken we juist in een soort verwondering naar de ander. Dat zijn de 2 manieren om naar de buitenwereld te kijken en de blik die we naar buiten richten, is natuurlijk ook de blik waarmee we naar onszelf kijken. Met die blik kunnen we ofwel mensen optillen, als we met liefde en positiviteit kijken, of we kunnen mensen naar beneden halen, kleineren, een slecht gevoel geven, onzeker maken, of zelfs ten gronde richten. En die blik gaan we nu even oefenen; u gaat namelijk zowel uw linker- als rechterbuurman/-vrouw 2 complimenten geven recht uit uw hart, en kijk eens even wat voor moois er in de mensen naast u zit. ……. En zo kunnen we, als we dat willen, elke dag het verschil maken in een mensenleven, gewoon door even spontaan tegen iemand te zijn die we tegenkomen, ook al is hij/zij wildvreemd. Gewoon door iets moois of iets positiefs te benoemen, kunnen we het verschil maken in iemands dag en soms zelfs in iemands leven. Zo weinig moeite kost dat. We kunnen alleen al met onze blik iemand optillen en vertrouwen geven, vleugels geven of we kunnen iemand met onze blik in elkaar doen schrompelen. En ieder moment hebben we opnieuw
11
de keuze op welke manier we in het leven willen staan en, vooral, op welke manier kijken we naar onszelf; geven we onszelf vleugels, zien we het goede in onszelf en zien we de mogelijkheden en de kwaliteiten, of zien we alleen de ‘loser’ in onszelf, die het nooit gelukt is en alle lelijkheid, en alle redenen die we in onszelf bedenken waarom het ons toch weer niet zal lukken en dat het weer een ramp gaat worden. En in dit proces van separatie gebeurt nog iets belangrijks, we gaan namelijk ons ook separeren van vrienden. Ongetwijfeld zullen mensen dat herkennen van processen in hun leven, dat wanneer je werkelijk aan het veranderen en ontwikkelen bent, en je als een vlinder uit een cocon aan het komen bent, zullen er mensen zijn die afhaken, die niet verder met je mee willen en die je ook niet meer begrijpen en je zullen loslaten omdat ze niet begrijpen wat er met je aan de hand is. Dat zullen de mensen zijn die we zullen verliezen, en dat zijn vaak onze allerbeste vrienden. Juist zij haken vast als eerste af. Bij mij ging het als volgt; in mijn theatertijd was ik zeer populair, en had een adresboek wat bol stond van theatermensen, collega’s die gaandeweg kennissen of zelfs goede vrienden werden en die bij ons over de vloer kwamen. En vanaf het moment dat ik ging schrijven, werd mijn adresboek dunner en dunner, totdat ik op den duur dat hele adresboek niet meer nodig had. Om een voorbeeld te geven; ik heb een goede vriend, hij is een zeer beroemd acteur en hij was bijvoorbeeld ook getuige bij mijn huwelijk. Toen ik in het buitenland zat voor een reportage van het blad ‘Happinez’ belde mijn vriend me in paniek op omdat zijn solovoorstelling maar niet lukte en hij me acuut nodig had als regisseur. En omdat ik in het buitenland zat, lukte dat natuurlijk niet op stel en sprong. Ik was nog niet op Schiphol geland of hij belde weer dat ik hem moest komen helpen. Omdat ik zo druk was, gaf ik aan dat ik hem niet kon regisseren, maar wel na elke try-out via de telefoon zou kunnen coachen. Dus na elke voorstelling belde hij mij en spraken we de hele voorstelling door, gaf ik hem adviezen en tips en de nodige peptalk. Urenlang. Op de avond van de première wilde hij dat we de hele nacht aan de telefoon zouden blijven omdat ’s ochtends de recensie in de Volkskrant zou staan en hij het niet aandurfde om die alleen te lezen. Zo gezegd, zo gedaan. We bleven met elkaar aan de telefoon tot 7 uur ’s ochtends, wachtend tot de krant op de mat viel en mijn vriend die ging halen en voorlezen. Gelukkig was het een goede recensie en waren we allebei blij. Daarna vroeg hij voor het eerst aan mij waar ik mee bezig was en ik vertelde dat ik aan het schrijven en mijn vriend zei dat hij mijn boek zou gaan lezen. Een tijdje later kom ik hem weer tegen en zegt hij tegen mij dat mijn website niet goed werkt, dat hij mijn boek had proberen te bestellen maar dat het nooit was aangekomen. Ik was geschrokken want tot dan toe hadden wij nooit problemen gehad met het verwerken van bestellingen e.d.. Naar aanleiding daarvan ging ik naar de boekhandel die mijn bestellingen verstuurd e.d. en ik vroeg waarom die bestelling voor mijn vriend niet goed was verlopen. Ze herkenden natuurlijk de naam omdat hij een bekend acteur was, en zeiden dat dit een geval apart was. Dit was namelijk de enige bestelling die ooit terug was gestuurd, met een briefje erbij waarop stond geschreven: “toch maar liever niet”. Tot zover mijn beste vriend, die getuige was bij mijn huwelijk. In het proces van separatie is het onvermijdelijk dat we dat soort mensen gaan verliezen, dat we ze achter moeten laten. Het goede nieuws is natuurlijk dat er nieuwe mensen voor in de plaats komen, mensen die wel bereid zijn een nieuw stuk weg met ons te bewandelen, die wel geïnteresseerd zijn in onze ontwikkeling en die wel graag dat stuk transformatie in ons zien voltrekken. Want dat is eigenlijk wat er gebeurt als we met dit proces aan de gang zijn. We zitten in een soort cyclus waarbij we sterven om opnieuw geboren te worden. En dat is natuurlijk ook de reden waarom Isaac Newton het symbool daarvan
12
gekozen heeft als wapenschild. Laat in zijn leven werd hij tot ridder benoemd en omdat Newton een boerenjongen was, had hij geen wapenschild en daarom mocht hij dat zelf ontwerpen. En daarom koos hij dit symbool, dat zowel terug komt in de wereld van de kabbala als in de wereld van de alchemie als in die van de vrijmetselarij. Drie werelden die heel erg belangrijk waren in zijn leven, om tijdens zijn leven een soort van spirituele dood te sterven en weer op te staan en u zelf weer opnieuw uit te vinden. Het 4e proces is conjunctie – de aardse liefde. Conjunctie betekent vereniging. De losse onderdelen die we uit de separatie overhouden, worden opnieuw samengevoegd. Alchemisten noemen dit het huwelijk tussen de koning en de koningin, of tussen ziel en geest. Het komt tot stand door seksuele energie in een tantrisch ritueel. De vrucht uit deze verbinding wordt ‘het kind van de filosoof’ genoemd. Dit is eigenlijk de leukste fase die we tegenkomen op onze alchemistische weg als we onszelf binnenstebuiten aan het keren zijn en onszelf aan het ontdekken zijn. Dit is het proces van het versmelten tussen het mannelijke en het vrouwelijke en waarin we eigenlijk aan het werk gaan met de levenskracht, de kundalini-energie, oftewel de sexuele kracht. Die kracht gaan we transformeren en inzetten om het beste in onszelf naar boven te halen en onze levenslust te activeren. De kabbala gaat ervan uit dat als we geboren worden we eigenlijk geboren worden als halve zielen. Als we op aarde komen zijn we dus een halve ziel en we strompelen eigenlijk maar een beetje rond op deze planeet totdat we die andere helft gevonden hebben en dat kan heel lang duren en moeten we heel veel andere ‘halfjes’ uitproberen die vaak niet passen natuurlijk, halfjes die te klein of te groot zijn of die net niet passen, of die schuren of afbreken. En dat kan een heel langdurig proces zijn totdat we die andere helft vinden die precies bij ons past en die ons totaal en volledig maakt en ons herinnert aan de reden dat we hier zijn. En natuurlijk heb ik zelf ook heel veel halfjes uit moeten proberen voordat ik bij het juiste halfje terecht kwam. Om een voorbeeld te geven; ik had ooit een Indonesisch vriendinnetje en dat was een meisje dat veel blowde en dus veel in hogere sferen verkeerde. Ik kende haar al een poosje en op een keer kwam ik haar tegen in een café en vroeg ze mij waarom ik geen contact met haar had opgenomen. Ze had op zich gelijk, ik ben niet zo’n beller, maar nu zaten we hier toch tegenover elkaar. Maar zij bleef aandringen dat ik haar NU moest bellen, dus OK ik ga haar bellen. Blijkt dat er al maanden een liefdesboodschap voor mij op haar antwoordapparaat had gestaan, die al haar vrienden en collega’s natuurlijk al hadden gehoord, behalve ik. Kortom, wij kregen een relatie. Dit meisje had de neiging om heel veel Indonesische goden te aanbidden en feesten daarvoor aan te richten en dat gaat gepaard met veel (Indonesisch) eten, met daarin veel kokos. Nu ben ik allergisch maar omdat zij veel in hogere sferen was, vergat ze dat steeds. En zodoende heb ik in die tijd dus heel vaak met piepende longen en uitpuilende ogen op de bank gezeten. Dat was dus een van die halfjes die duidelijk niet goed paste. En zo moeten we allemaal teleurstellingen verwerken totdat we onze zielsverwant tegenkomen. En voor mij was dat Christine. Toen ik haar voor het eerst gezien had wist ik meteen dat dit de vrouw van mijn leven was en tijdens ons eerste afspraakje vroeg ze me hoe ik onze toekomst samen zag. Eerlijk gezegd had ik daar nog geen seconde over nagedacht en reageerde ik met te zeggen dat we wel zouden zien waar het schip zou stranden. Christine pakte haar spullen en zei me dat we er dan beter meteen mee op konden houden, want iemand die leeft met de instelling ‘we zien wel waar het schip strandt’ die weet hoe dan ook dat hij één zekerheid over zich afroept, namelijk dat vroeg of laat dat schip inderdaad zal
13
stranden. Dat was voor mij een enorme eyeopener, dat we inderdaad zo vaak aan een relatie beginnen met zoveel voorbehoud om onszelf te beschermen om uit angst om opnieuw gekwetst te worden en geven we ons niet met hart en ziel over als we voelen dat het klopt. Ik gaf haar gelijk maar had op mijn beurt ook iets voor haar in petto, namelijk het voorstel om allebei een liefdesdagboek bij te houden waarin we dagelijks zouden schrijven: alles wat we over elkaar denken, voelen, onze onzekerheden etc. etc.. En dat moet zo spannend zijn, alsof het een echt boek is waarin we leven van plot naar plot. En als het verhaal instort weten we dat onze liefde, onze relatie ook aan het instorten is. En Christine ging die uitdaging aan, zij was bereid dat liefdesdagboek samen met mij te gaan schrijven. En het eerste plot waar we naar toe zouden werken was onze eerste nacht samen want daar wilden we een bijzonder moment van maken en niet iets waar we toevallig in terecht zouden komen. Dus wij schreven allebei een scenario van ‘de nacht van onze dromen’ . En zo bleven we ons liefdesleven beschrijven van plot naar plot en uiteindelijk bleek het zo spannend te zijn dat het zelfs in een boek uitgegeven. En dat is natuurlijk vaak het lastige aan het begin van een relatie; zijn we nu zo verliefd omdat we die ander zo ongelofelijk knap vinden en het verlangen naar de ander zo sterk is of is het echt liefde die dieper gaat en die ons werkelijk verbindt met elkaar en waarvan we weten ‘die ander maakt mij volledig en dat is een spiegel waarin ik kijk’. Een hele eenvoudige manier om erachter te komen of iemand je zielsverwant is, is door de eerste nacht samen iets uit te stellen en te kijken wat er getriggerd wordt in elkaar. Want over verliefd worden zeggen mensen vaak dat je op een roze wolk zit en het niet zo realistisch ziet maar tegelijkertijd is dat ook onzin. Want wat er gebeurt als we verliefd worden, is dat we eigenlijk de ideale, grootse vorm van de ander zien. We zien de ander in zijn maximale mogelijkheden, in zijn allergrootste potentie van zijn leven en tegelijkertijd kijken we in de spiegel van onszelf, van onze eigen grootste mogelijkheden. En we komen bij elkaar om elkaar te triggeren en elkaar te herinneren om die grootste vorm te worden. En dat is eigenlijk wat er gebeurt wanneer we op die zogenaamde roze wolk zitten, dan zien we elkaar veel helderder dan zoveel jaren later wanneer die routine er is in geslopen en vaak alleen nog maar conversaties hebben over het buitenzetten van de vuilnisbakken e.d.. Vooral in het begin zien we elkaar en zien we de reden waarom we elkaar ontmoet hebben en dat we elkaar kunnen stimuleren om het beste te worden dat in ons verscholen zit. En eigenlijk is de liefde in die zin ook gewoon een natuurkundige wet van Newton. Newton’s beroemdste wet, die u natuurlijk allemaal kent, de wet van de aantrekkingskracht:
er is een kracht die hemellichamen van hart naar hart aantrekt. Van zwaartepunt tot zwaartepunt. Dat is de middelpuntzoekende kracht. Is dat geen perfecte definitie van verliefdheid en liefde? We worden aangetrokken tot elkaars middelpunt, tot elkaars kern, tot de essentie van de ander. En daarin zoeken we een middelpuntzoekende kracht die ons in evenwicht bij elkaar brengt. Alleen moeten we ons overgeven aan die zwaartekracht, moeten we dat durven om ons over te leveren aan die wet. Anders blijven we net als de maan altijd maar rondjes draaien om de aarde en komen we nooit echt dichtbij elkaar en vinden we niet elkaars kern. We weten dat in het begin de liefde ontzettend makkelijk te vieren is; nachtenlang met elkaar praten en vrijen. We weten ook dat dat na verloop van tijd toch een beetje minder wordt en we weer in die dagelijkse hectiek en routine terechtkomen. Nu hebben de kabbalisten daarvoor een sublieme uitvinding gedaan, een uitvinding die ervoor
14
zorgt dat de liefde altijd levendig blijft, dat zij nooit verflauwt en dat zij even vurig blijft als in die eerste periode. Namelijk, door een feest dat u allemaal kent van naam, de sjabbat. De sjabbat wordt elke vrijdagavond gevierd en die begint op het moment dat de eerste drie sterren zichtbaar zijn aan de hemel. De sjabbat is eigenlijk het feest van het licht, maar vooral het feest van de liefde. Op sjabbat steekt de vrouw des huizes de kaarsen aan en wanneer ze dat doet, nodigt ze shekina uit. Shekina is de vrouwelijke kant van God, in de kabbala heb je namelijk zowel een vrouwelijke als een mannelijke kant van God. En de vrouw des huizes nodigt Shekina uit om aanwezig te zijn in het gezin, met al haar eigenschappen, zoals liefde, inspiratie, wijsheid, mededogen, moederlijkheid en schoonheid. Al die mooie, nobele, vrouwelijke eigenschappen nodigt ze uit om in het huisgezin te komen en de mensen in het huis te inspireren om een sjabbat lang, dus 24 uur lang, met die eigenschappen met elkaar om te gaan, om elkaar te inspireren, om elkaar opnieuw aan te moedigen, om werkelijke gesprekken te hebben over het leven, elke week weer opnieuw. En op sjabbat is het traditie dat, elke vrijdagavond opnieuw, de man zijn vrouw zegent, en elke week opnieuw uitspreekt waarom hij dankbaar is dat zij in zijn leven is gekomen; wat hem geraakt heeft die week, wat hem ontroerd heeft, wat hij bewonderd heeft. Het kan iets kleins zijn, het kan iets groots zijn, maar om elke week even weer te benoemen waarom hij zo dankbaar is dat die vrouw het leven met hem wil aangaan, dat ze met hem door het leven wil gaan. Vaak denken de nuchtere mannen van hier: “waarom zou ik dat zeggen, dat weet ze toch wel, dat hoef ik toch niet geforceerd te gaan benoemen!?”. En met Valentijn vinden mannen het weer te commercieel (waarom zou ik dan iets moeten geven, dat doe ik wel als ik het zo voel). Maar de clou is natuurlijk dat we het nooit doen wanneer we het voelen, en altijd wel een excuus hebben om het niet te doen, om niet te benoemen waarom we zo dankbaar en blij zijn dat die vrouw bij ons is, dat we nooit dat moment vinden om haar eens speciaal in het zonnetje te zetten. En dat is het mooie van rituelen, rituelen zijn dingen die zich iedere week weer opnieuw herhalen en die daardoor diepte en betekenis krijgen, en daardoor de liefde elke week vernieuwen. Want los van heel veel andere rituelen, die ik u nu niet ga vertellen, eindigt elke sjabbat (op sjabbat nodig je ook vrienden uit, om te eten en goede gesprekken te voeren) als de vrienden weer naar huis gegaan zijn en de kinderen naar bed toe zijn, en dan bedrijven kabbalisten elke vrijdag de liefde. Maar dan wel de liefde met een grote “L”; de liefde van hart tot hart, van ziel tot ziel, waarin je de god en godin in elkaar kust en eert en wakker maakt. En waardoor je, iedere vrijdag opnieuw, elkaar het jawoord geeft en je iedere vrijdag opnieuw, een soort huwelijksnacht beleeft. En dat is natuurlijk een fantastische uitvinding om de liefde levendig te houden. Want zowel kabbalisten als alchemisten gaan er eigenlijk van uit dat de vrouw voor de man de poort is naar het goddelijke; de vrouw wordt van nature geboren met een bron van wijsheid en staat veel dichter bij al die kennis, die is haar gegeven. Zij kan een man aanraken, zij kan hem inspireren, zij kan hem brengen op zijn spirituele pad om die transformatie aan te gaan. Een man heeft daar een vrouw voor nodig, en een vrouw is daar van nature mee gezegend. En vroeger was het zelfs zo dat dat geritualiseerd was; bijvoorbeeld in de tempel van Jeruzalem en in tempels in India had je tempelpriesteressen, wiens taak het was om mannen te initiëren, om mannen in te wijden in de geheimen van het leven, in de geheimen van het spirituele. In India werden zij Devadasi’s genoemd: een devadasi was getrouwd met God, had een zeer hoge status en bracht voorspoed. Ze had een grote kennis van spirituele zaken en met dans, rituelen en inwijdingen bracht ze de ‘volgelingen’ dichter tot God. Helaas zijn het vrouwelijke, het sensuele en het seksuele letterlijk uit het Christendom weggesneden. Eeuwenlang werd de vrouw
15
geassocieerd met het kwaad, dat de man afleidde van het goddelijke en de wijsheid. Dat is ook de reden dat we zo weinig grote vrouwen uit de geschiedenis kennen. Als u meer wilt weten over dit onderwerp, mijn vrouw Christine is er op dit moment een boek over aan het schrijven en dat ligt over enkele maanden bij de boekhandel. Het boek heeft als titel “Vrouwenpower”. En om die liefde levendig te beleven en tot vuur en vlam te maken, is het belangrijk dat we de vitaliteit die we daarvoor nodig hebben in onszelf activeren. En natuurlijk is dat iets wat in de loop van ons leven minder en minder wordt. Als u bij u zelf eens nagaat hoeveel tijd u misschien verliest aan 2 toestellen in uw huis, namelijk de televisie en de computer. Er zijn mensen die per dag 3 – 4 of misschien wel 5 uur per dag voor hun televisie zitten. Mocht dat bij u het geval zijn, dan wil dat zeggen dat u aan het eind van de week 35 uur voor de televisie heeft gehangen. En dan snapt u wel dat uw ziel helemaal is leeg gelopen in dat kastje en er maar heel weinig energie over is om vol passie die levensmissie te gaan neerzetten. En nu is dus de fase aangebroken om al die verslavingen, die ons tegenhouden om te doen wat we moeten doen, om die rücksichtslos uit ons leven te gaan snijden; om ons los te maken uit die verslavingen, opdat we die energie kunnen omzetten en transformeren in vitaliteit, in levenslust. En als we bij levenslust aangekomen zijn dan komen we natuurlijk ook terecht bij de tantrische liefde, een eeuwenoude Oosterse liefdeskunst, de hogeschool van de liefde zou je kunnen zeggen. Hier kunnen we ontdekken dat de liefde zoveel meer facetten heeft dan we ooit vermoed hebben. Het is natuurlijk heel gek dat het heel normaal is om op een verjaardag te kunnen zeggen: ‘Goh, ik ga een computercursus doen of een cursus Frans volgen, of ik ga een chakracursus doen. Maar als je op een verjaardag zegt dat je aan je sexualiteit gaat werken, zullen de mensen je raar aankijken en denken dat je een probleem hebt. Gek genoeg schijnen we allemaal te denken dat we als superminnaars worden geboren, die niets meer te leren hebben. Geboren geisha’s of Casanova’s. Niets is minder waar. Liefde is een belangrijk aspect in ons dat ontwikkeld dient te worden, waarin we ons nieuwe vaardigheden eigen kunnen maken, waarin we zoveel te ontdekken hebben waarin we in ons eentje nooit achter zouden komen. Er zijn zo ontzettend veel andere manieren om tot elkaar te komen, dan de manieren die op ons standaardrepertoire staan. En dan ontdekken we misschien dat we ons hele leven hamburgers hebben gegeten, terwijl er ook nog zoiets bestaat als chateaubriand. En het grootste geheim van de tantrische liefde zit er in dat het grootste genot dat wij kunnen ervaren afhangt van het genot dat wij de ander kunnen geven, hoe we die kunnen aanwakkeren, letterlijk in brand steken, in plaats van wat we van de ander kunnen ontvangen. En dat is natuurlijk een hele andere manier om ernaar te gaan kijken; om die liefde te transformeren, om die vitaliteit tot een energie te maken die er niet meer op gericht is op ‘wat kan ik van jou krijgen’ maar juist op ‘hoe kunnen we samen werkelijk tot een eenheid komen, van top tot teen’. En dan merken we dat er een soort liefdesvuur in elkaar wordt wakker gemaakt, alsof er een bruisende fontein door ons hele lijf schiet. En die tegelijkertijd zorgt voor een levenslust en een liefdesvuur die ons hele wezen in vuur en vlam zet, waardoor we niet alleen de liefde in elkaar levendig maken maar eigenlijk verliefd worden op iedereen die we tegenkomen, op het leven zelf, en dat we met een nieuwe bril de wereld gaan zien. Dat is de vitale seksualiteit waarmee alchemisten aan de slag gaan in het proces van conjunctie. Het ontwaakte bewustzijn dat hieruit ontstaat, noemen de alchemisten ‘het kind van de filosoof’. En het kind van de filosoof is het blije, levenslustige kind met fonkelende ogen dat verliefd de wereld ontdekt. En nadat mijn vrouw en ik een tantracursus hebben gevolgd, zal het u misschien niet verbazen dat als resultaat
16
onze dochter Zonneke is geboren, een erg tantrisch, levenslustig kind. Maar het gaat natuurlijk ook om het kind van de filosoof in u zelf, dat je weer met die blinkende, verwonderde ogen naar het leven gaat kijken, zonder cynisme, zonder al die teleurstellingen die we het in het leven opgelopen hebben, zonder al die bagage die ons klein en onzeker heeft gemaakt, maar verwonderd, en opnieuw de wereld herontdekkend door de ogen van dat kind in onszelf. En dat tantrisch genieten gaan we natuurlijk nu met elkaar ontdekken, dames en heren. Iedereen gaat staan, met het gezicht dezelfde kant op en nu kan iedereen elkaar de schouders lekker gaan masseren. En denk eraan, dat hoe meer u geeft, hoe meer u zult ontvangen. Leg uw hart erin! …………………………………………………………………………………………………………………………..…. Een massage is natuurlijk een prachtige metafoor van de liefde, waarin het net zo heerlijk is om te geven als te ontvangen. In die uitwisseling tijdens zo’n massage kun je ontdekken wat de ander wel of niet lekker vindt en het is een geschenk dat we zomaar gratis en voor niets aan onze liefdespartner kunnen geven (en natuurlijk vaak veel te weinig doen…). Na die heerlijke fase van het ontdekken van die liefdeskracht in dat vierde proces, en komen we daarna in de volgende fase….. Het 5e proces: fermentatie – het uur van de wolf. Fermentatie is gisting. Het is een stinkend rottingsproces. De alchemist waadt door zijn innerlijke mest. Hij gaat door de grootste diepte en zoekt het uur van de wolf op. Dat moment waarop de nacht het donkerst is, vlak voor het weer licht wordt. Hij beleeft de donkerste nacht van de ziel. Dan kijkt hij in de gitzwarte spiegel van zijn schaduwkant en opent de doos van Pandora in zijn onderbewuste. In de smeltkroes gaat alles wat daarin zit verrotten, uit elkaar vallen, en dat is ook wat er met de alchemist zelf gaat gebeuren. Hij gaat naar de rottigheid in zichzelf zoeken, naar de smerigheid in zichzelf, naar zijn donkere kanten. Al die eigenschappen die we natuurlijk allemaal hebben maar die we het liefst verbergen voor de buitenwereld omdat we allemaal zo goed mogelijk voor de dag willen komen. Maar tegelijkertijd weten we dat we ook een schaduwzijde hebben en in deze fase gaan we in de spiegel van onszelf kijken. De donkerste spiegel in het uur van de wolf, die confrontatie gaan we aan. Voor mezelf gebeurde dat in de jungle van Ecuador, waar ik u net al van vertelde. En dat ging als volgt; mijn broer is overleden, enkele jaren geleden en dat was iemand waar ik altijd een hele moeilijke relatie mee gehad heb. Hij was mijn oudere broer, hij was 9 jaren ouder dan ik, en hij was eigenlijk zo’n typisch voorbeeld van iemand die nooit zijn levensmissie heeft ontdekt. Die nooit ontdekt heeft waarom hij hier was, waar hij werkelijk goed in was, wat hij te doen had in dit leven. En mensen die dat zelf niet weten, gaan vaak hun levensmissie projecteren op iemand anders en in zijn geval, projecteerde hij dat op mij. En zijn droom was, toen ik een klein jongetje was, dat ik Olympisch zwemkampioen zou worden. Hij meende dat heel serieus, en hij ging mij trainen. Elke ochtend gingen wij om 6 uur door de kou naar het zwembad om baantjes te gaan trekken. Ik vond zwemmen best plezant maar niet elke dag en zeker niet ’s ochtends om 6 uur, door weer en wind. En ik maar trainen voor iets waar ik eigenlijk geen talent voor had. En elke zondag waren er zwemwedstrijden en terwijl de andere zwemmers al klaar waren en onder de douche stonden, moest ik nog aankomen. En iedere week voltrok zich dat drama tot, na een aantal jaren, hij eindelijk inzag dat het toch niet zo’n goed idee was om van mij een zwemkampioen te willen maken. Mijn broer is vrij plotseling overleden: tussen de diagnose van zijn ziekte en zijn moment van overlijden zaten maar 5 maanden. Je hoort van vaak dat mensen in de laatste
17
fase dichter bij elkaar komen, dat ze dan toch dat contact vinden dat ze nooit hebben gehad in hun leven. Maar bij ons was dat eigenlijk helemaal niet zo romantisch als je in die verhalen hoort. Na 2 weken kon hij door die ziekte al niet meer spreken en was er dus weinig gelegenheid om bij elkaar te komen, dus dat eindigde onaf. En de laatste persoon die ik een paar maanden later verwachte tegen te komen in de jungle was natuurlijk mijn broer. En toch gebeurde het. Op de laatste avond in de jungle, werd er namelijk een ayhuasca-ritueel gehouden; ayhuasca is een Indianendrank die gemaakt wordt van lianen, die 7 uur lang gekookt worden. Die drank is bedoeld om je demonen tegen te komen, om ze te ontmoeten. De Indianen noemen het de drank die ‘de aap dronken maakt’ . En dan krijg je dus een glas met daarin die groene drank, het is echt het vieste wat je in je leven kunt drinken. De meeste mensen gaan een kwartier nadat ze het op hebben gedronken, overgeven. Het meeste komt er dan weer uit en met het beetje dat dan nog in je lijf zit, ga je dan circa een uur in dat visioen. Maar in mijn geval heb ik dat glas leeggedronken en heb ik helemaal niet overgegeven en ben ik vervolgens 24 uur lang in die nachtmerrie terechtgekomen. Een nachtmerrie die heel reëel lijkt, net als het hier en nu, en het lijkt net alsof het een andere werkelijkheid is waarin je instapt. En de eerste die ik daar tegenkwam was mijn broer. En mijn broer was niet zoals ik gehoopt had, nl dat hij in die andere wereld verlost zou zijn, vrij zou zijn en eindelijk zijn plek zou hebben gevonden. Maar nee, hij zat helemaal vast in een klont met drassige modder en smeekte me om hem te bevrijden. Zijn aanvankelijke dankbaarheid sloeg echter al snel om in wraak. En in dat visioen begon hij vanaf dat moment op mij te jagen. Werkelijk op een angstaanjagende manier probeerde hij zich in mijn leven in te dringen, als een parasiet die in je lichaam gaat. En op een bepaald moment voelde ik dat hij mij uit mijzelf trok, zoals je vaak leest in bijnadood-ervaringen; ik zag mezelf vanaf een afstandje in die jungle van Equador liggen en ik zag ook dat mijn hartslag bijna aan het stilvallen was en dat mijn ademhaling stopte. En ik wist op dat moment dat als ik mezelf niet met alle kracht die ik in me had weer terug zou trekken in mijn lichaam, het dan afgelopen zou zijn. Later hoorde ik dat precies op datzelfde moment, mijn dochter in Nederland tegen haar moeder zei dat haar vader er niet meer was, dat hij nu bij oom Rudy was. Op exact hetzelfde moment. Het was werkelijk een hallucinant gevecht waarin we werkelijk alles uit moesten vechten wat we in ons leven niet hadden gedaan; een keiharde confrontatie waarbij ik de navelstreng die er nog was tussen ons, moest doorsnijden om op mijn eigen benen te gaan staan. En op die manier eindelijk mijn eigen geluk niet langer te boycotten en het succes in mijn eigen leven te durven toelaten, wat ik nooit had gedurfd uit schuldgevoel naar hem toe. Om respect te vinden voor mijn broer had ik een gevecht op leven en dood met hem moeten leveren. Pas daarna kon ik hem in mijn hart sluiten. En dat is dus wat er gebeurt in dat serieuze proces van de fermentatie. Isaac Newton heeft alle zeven alchemistische processen tot in hun uiterste consequenties geleefd, in zijn obsessionele zoektocht naar de Steen der Wijzen. Ook dit pijnlijke proces van fermentatie. Newton heeft het hellevuur van zijn ziel laten uitrazen. Hij heeft de donkerste kant van zichzelf onder ogen gezien en geleefd. Het zal u ongetwijfeld verbazen dat Isaac Newton, de grote wetenschapper die de wereld zoveel goeds en wijsheid heeft gebracht, persoonlijk verantwoordelijk was voor de dood van honderden mensen. Vrouwen, kinderen, mannen, die hij op de meest gruwelijke wijze om het leven heeft laten brengen. Verschrikkelijke misdaden heeft hij begaan. En ik wil u nu natuurlijk niet oproepen om in de sporen van Newton te treden om allemaal de fermentatie goed te doorleven. Het is alleen maar een extreem voorbeeld van hoe ook heel
18
grote mensen heel grote fouten maken. Van hoe ieder mens elke dag weer een kans krijgt om nieuwe keuzes te maken. Dat ook slechtheid in ieder mens zit, maar uiteindelijk getransformeerd kan worden… In dit proces leren we dat al die vijanden en mensen waarmee we het moeilijk hebben in ons leven, waarbij onze haren al overeind gaan staan als we ze in de verte aan zien komen, dat zij die ons zoveel moeite kosten onze grootste leraren zijn, omdat het eigenlijk spiegels van onszelf zijn, die we buiten onszelf plaatsen en waardoor we ook die walging buiten onszelf plaatsen. Maar de walging die we voor hen voelen, eigenlijk de walging is die we voor onszelf hebben. En die walging zal meteen opgelost zijn, wanneer we die in onszelf gaan transformeren, in onszelf gaan onderzoeken en in het reine komen met die eigenschappen die we in die ander net zo verafschuwen maar die eigenlijk onze eigenschappen zijn. Er was eens een heel beroemde rabbi die 2000 jaar geleden leefde, inderdaad in de tijd van Christus. En er zijn heel goede redenen om aan te nemen dat dit de rabbi is waarbij Jezus zijn rabbijnenopleiding genoten heeft. Op een bepaald moment kwam er een leerling bij die rabbi en die vroeg: “Rabbi kunt u mij de hele Thora en Kabbala leren in de tijd dat ik op een been sta? En die rabbi antwoordde: “Ja, natuurlijk kan ik dat. Heb uw naaste lief als u zelf. Want de rest is commentaar”. Het klinkt een beetje simpel ‘heb uw naaste lief als u zelf’, maar probeer het maar eens. Probeer maar eens 24 uren lang uw naaste net zo lief te hebben als u zelf! Vanavond zijn we allemaal naasten van elkaar en brengen we de avond in elkaars nabijheid door, en dat is nu heel vriendelijk en lieflijk allemaal. Maar wat als straks brand uitbreekt, en we elkaar naar het leven zouden staan om er zelf maar levend uit te komen. Of probeer maar eens uw werkelijke naast lief te hebben als u zelf; uw man, uw vrouw, uw kinderen. Om hun belang op zijn minst net zo belangrijk te vinden als uw eigen belang, om hun prioriteiten tot uw prioriteiten te maken. Of als het om uw vijanden gaat, probeer het daar maar eens bij. Dat is een hele moeilijke opdracht. Maar natuurlijk wel fantastisch ideaal om in ogenschouw te nemen en ernaar proberen te leven. En in dit proces van fermentatie gaan we alle schaduwkanten van onszelf onderzoeken. En ik geloof niet dat er iemand in deze zaal kan zeggen dat hij niets herkent van wat er op dit lijstje staat: Egoïsme – eigenbelang – roddelen – negatieve gedachten Wraakgevoelens – haat - bedrog – ontrouw – vooroordelen Wrok – valsheid – kwetsen – cynisme - jaloezie en nijd Natuurlijk hebben we allemaal, in meer of mindere mate op bepaalde momenten met deze eigenschappen te maken. Om er een uit te pakken: roddelen. Ik kan u feliciteren, dames en heren. Er is een Europees onderzoek gehouden naar roddelen op het werk; Nederland heeft gewonnen, proficiat! Maar liefst 25% van de werktijd in Nederland wordt besteed aan roddelen. In andere Europese landen is dat ongeveer 8%. Het is natuurlijk ook lekker om te roddelen; al die lekkere, sappige verhalen van ‘heb je het al gehoord dat…..’. Maar de volgende keer, als u weer in de verleiding komt om zo’n roddel in de wereld te verspreiden, moet u zich realiseren dat u op dat moment 3 partijen beschadigt; natuurlijk in de eerste plaats de persoon waarover het verhaal gaat. U beschadigt zijn of haar reputatie en integriteit, u voert eigenlijk een aanslag uit op die persoon. Maar ook de persoon aan wie u het verhaal vertelt; u compromitteert diegene door dit verhaal ongevraagd tegen hem of haar te vertellen, en waar diegene nu iets mee zal moeten. En in de 3e plaats beschadigt u natuurlijk u zelf, want volgens de wet van actie en reactie van Newton die we nog zullen tegenkomen, zal het natuurlijk als een boemerang weer in uw eigen gezicht terugkomen, en gaat er een sappige
19
roddel over u de ronde, op een andere plek. Dus de volgende keer dat u weer in de verleiding komt, knijp even in uw wang. En dat is natuurlijk weer een voorbeeld van de kracht van het woord; dat woorden werelden kunnen creëren, ons leven kunnen creëren, een werkelijkheid kunnen creëren en tegelijkertijd kunnen moorden, dat woorden als een dolk aan kunnen komen. We kennen natuurlijk allemaal de ervaring dat mensen dingen tegen u gezegd hebben, die aankwamen alsof er een dolk in uw buik werd geplant, die u omlaag haalden, die u deden verschrompelen, die u te gronde richtten. Dat is wat we met woorden kunnen doen; we kunnen mensen met woorden kapot maken, afmaken en elk zelfvertrouwen ontnemen of we kunnen mensen met woorden optillen, licht maken, zelfvertrouwen en vleugels geven. Zo een kracht hebben woorden. Daarom wordt er een appèl op ons gedaan in de kabbala en de alchemie om zorgvuldig met woorden om te gaan en ons te realiseren wat de kracht is en de consequenties zijn van woorden. Met elk woord dienen we ons te realiseren dat we goede dingen kunnen creëren en dat we dingen voorgoed kapot kunnen maken. En dingen kapot maken is vaak in één seconde gebeurd en het duurt vaak jaren voor ze weer hersteld zijn. Het 6e proces: distillatie – de blinde roes. Bij het distilleren wordt het gele, wasachtige ‘ferment’ gewassen en gekookt tot een pure oplossing overblijft; de Moeder van de Steen. De alchemist ontdekt zijn onbegrensde mogelijkheden. Hij begrijpt dat het mogelijk is alles te begrijpen wat nodig is. Hij komt in een toestand van verhoogde concentratie terecht. Hij wordt zijn hogere doel, zijn levensmissie. Hij komt in een roes. Dit is het proces waarbij we onze onbegrensde mogelijkheden leren kennen, waarin we in een proces van ‘flow’ terechtkomen, waarbij al onze inspanningen die tot nog toe geleverd hebben, vrucht beginnen te dragen en dat we stilaan ‘in tune’ vallen met onszelf; dat we voelen dat het klopt, dat we voelen dat de dingen die we aan het doen zijn werkelijk bij ons passen, en dat we daardoor kracht en zelfvertrouwen krijgen en het lijkt alsof we vleugels krijgen en de dingen vanzelf lijken te gaan. Het leven zit mee en we worden erdoor opgetild. Dat is wat er gebeurd in dat proces van distillatie. Al die eigenschappen die we tijdens de fermentatie hebben opgegraven, al die drab en al die rottigheid, hoeven eigenlijk op zich niet slecht te zijn, het ligt er alleen aan wát we ermee doen. Als u zich bijvoorbeeld realiseert dat zowel diamant als steenkool beide gemaakt zijn van koolstof; in het ene geval transformeert het zich in miljoenen jaren in de meest begeerde steen ter wereld, namelijk tot diamant, en in het andere geval tot die smerige zwarte steen, tot steenkool. En met die eigenschappen van ons is het precies hetzelfde; transformeren we ze tot onze kracht, tot onze diamant, tot onze parel, of richten ze ons te gronde en halen ze het slechtste in ons naar boven. Aan ons is het die keuze hoe we die eigenschappen willen inzetten. Een voorbeeld over mezelf: ik ben altijd erg verlegen geweest, al kunt u zich dat misschien niet voorstellen als u mij hier de hele avond zo hoort praten. Ik heb altijd ongelofelijk veel angst gehad om te praten; met mensen, voor mensen, tegen mensen, enzovoort. Een van de redenen dat ik schrijver ben geworden, is ook dat ik dan niet hoefde te praten met mensen, want als schrijver zit je natuurlijk helemaal in je eigen wereld en je eigen verbeelding en is die communicatie niet nodig. Ik voelde me daar erg happy bij. En toen mijn boek uitkwam, verscheen al na 2 weken een vernietigende recensie in dagblad ‘Het Parool’. Deze recensent, de heer Arie Storm, schreef mij totaal de grond in en maakte mij kapot. En ik dacht dat mijn schrijverschap al geëindigd was voor het goed en wel begonnen was want wie zou nu mijn boek nog willen lezen na zo’n
20
verschrikkelijke, slechte recensie. Maar op dezelfde avond dat die recensie verschenen was, kreeg ik een mailtje van een meneer, u kent hem ongetwijfeld allemaal, hij heeft op alle covers gestaan en staat met al zijn boeken in de top tien, namelijk van Kluun. Hij had zich de moeite genomen om mijn emailadres op te zoeken en hij schreef: “Geert, ik heb deze recensie gelezen in “Het Parool”. Trek het u niet aan want deze man heeft over mij precies hetzelfde geschreven en kijk hoe het met mijn boek is afgelopen. Ik heb uw boek ook gelezen en ik vond het erg goed, dus nogmaals, trek het u niet aan. Ik zou u graag eens ontmoeten en met u praten”. En ik dacht: “Help! Kluun wil met mij gaan praten en ik weet helemaal niet wat ik moet gaan zeggen en wat moet ik met hem gaan bespreken?!” Ik was natuurlijk erg blij met die mail maar vond allerlei excuses om die afspraak uit te stellen, om vooral maar niet die confrontatie aan te hoeven gaan. Maar inderdaad, langzamerhand begon mijn boek toch te lopen en werd ik gevraagd om lezingen te geven, wat ik in het begin verschrikkelijk vond. En na afloop, bij het signeren, moest ik met mensen gaan praten en gaandeweg ontdekte ik dat ik daar mijn draai in vond. Dat ik, doordat ik ‘in tune’ was gekomen met wat ik werkelijk te doen had in mijn leven, mijn verlegenheid ontsteeg en ik contact maakte met de circusclown van mijn jeugd, dat die terug naar boven kwam; het plezante, lieflijke jongetje dat wel met iedereen kon praten. Na 14 maanden maakte Kluun een einde aan mijn gedraai want hij schreef dat het er nu maar eens van moest komen. En dus reed ik met klamme handen naar Amsterdam en ontdekte dat het eigenlijk ontzettend leuk is om zo iemand te ontmoeten, om met zo iemand over het vak te kunnen praten, om dingen te kunnen delen. En toen ontdekte ik dat ik ongemerkt die verlegenheid ontstegen was, allemaal dankzij de heer Arie Storm. Daarom heb ik een fanclub voor hem opgericht en u kunt er allemaal lid van worden, de inschrijfkaarten liggen bij de boekentafel. Want wat er eigenlijk gebeurt als we aan het doen zijn wat we te doen hebben in dit leven is dat er een ‘flow’ ontstaat in onszelf. Dan komen we in harmonie met onszelf, zijn we ‘in tune’ met de kosmos en met wie we in werkelijkheid zijn. Eigenlijk gehoorzamen we gewoon aan de 2e bewegingswet van Newton, en die luidt:
een voorwerp verandert net zoveel van richting als de kracht die op hem inwerkt, en dat gebeurt in één rechte lijn. Ook deze natuurkundige wet is een spirituele wet die net zo goed voor de mens geldt. Wanneer iets diepe indruk op ons maakt, werkt dit als een kracht op ons in en worden we een nieuwe richting uit gestuurd. Wanneer we diep geraakt worden in onze ziel. Wanneer we iets zien, of meemaken, waardoor we niet anders kunnen doen dan handelen. Dán worden we van nature in een rechte lijn op ons doel af gestuurd. Er wordt een kracht op ons uitgeoefend waardoor we rechtstreeks in de richting van onze missie gedreven worden. Het is sterker dan onszelf. Het is onontkoombaar. Het is een natuurwet. Zoals een raket zich aan de zwaartekracht onttrekt die naar de maan schiet, zo worden wij ook recht op ons doel afgestuurd, en is het gewoon een natuurwet dat we dat doel ook gaan bereiken. Het kan niet anders, want we doen wat we werkelijk moeten doen in dit leven en daardoor hebben we die drijfkracht, die gedrevenheid om op dat doel af te stevenen. Het zevende en laatste proces: coagulatie – de Steen der Wijzen. Coagulatie betekent stollen. De alchemist sluit het hogere huwelijk tussen de duivel en de magiër, tussen hemel en hel. Uit deze versmelting komt de Steen
21
der Wijzen voort. De steen wordt voorgesteld als Mercurius, de god van de overvloed en de boodschapper der goeden. De alchemist is niet langer onderhevig aan evolutie. Hij is in staat een revolutie te veroorzaken. Hij ervaart de vrijheid van zijn ziel, de vrijheid van tijd en ruimte, de vrijheid van zijn lichaam. Hij vertrouwt volledig op zijn gevoel en intuïtie. Dit is het proces waarin we eindelijk onze Steen der Wijzen in handen zullen krijgen. En die Steen der Wijzen is natuurlijk voor iedereen iets anders, heeft voor ieder een andere betekenis, een andere metafoor, maar uiteindelijk komen we allemaal in dat proces van coagulatie, in dat proces van stolling, terecht. Maar voor we daarin terechtkomen, moeten we nog één belangrijk ding doen, namelijk de vloek voor onze angst voor succes breken. We hebben namelijk allemaal de neiging om vlak voordat het succes binnen handbereik is, vlak voor we over de meet zullen gaan, om onszelf te doen struikelen waardoor we een excuus hebben om te kunnen zeggen “zie je wel, het is me wéér niet gelukt! Wat ben ik toch een loser, het lukt me ook nooit.” Omdat we eigenlijk doodsbang zijn voor succes, doodsbang zijn voor de verantwoordelijkheden die daarbij zullen horen. Om die toe te laten en die op onze schouders te nemen, omdat er namelijk iets ontzettend engs gaat gebeuren wanneer we werkelijk succes gaan toelaten in ons leven. We zullen namelijk veranderen, en veranderen is natuurlijk het meest enge wat er is. Want we zullen inderdaad herboren worden en een nieuwe mens zijn, een vlinder in plaats van een rups. En dat betekent inderdaad dat we daardoor mensen zullen gaan verliezen, andere taken zullen hebben met nieuwe verantwoordelijkheden. Dat succes zullen we moeten gaan dragen, niet vanuit ons ego (‘kijk mij eens…’), maar met onze voeten op de grond, vanuit de verantwoordelijkheid er op een goede manier mee om te gaan en de vrucht daarvan aan de wereld te geven in plaats van aan onszelf. Het is natuurlijk heel gek dat we het als een ongelofelijk compliment zien dat als we iemand tien jaar niet hebben gezien en we tegen elkaar zeggen ‘je bent niks veranderd!’. Terwijl het eigenlijk de grootste belediging is die je tegen iemand kunt zeggen. Want iemand die in die 10 jaar niks veranderd is, heeft dus helemaal geen ontwikkeling doorgemaakt, heeft niks bijgeleerd, doet nog precies dezelfde dingen als tien jaar geleden. Dus het mooiste compliment dat je iemand kunt geven is eigenlijk te zeggen dat iemand juist wel ontzettend veranderd is. En in deze fase ontvangen we, eigenlijk omdat het een natuurwet is, namelijk de wet van actie en reactie. Dit is een hele beroemde wet van Newton, die letterlijk luidt:
elke actie veroorzaakt altijd een gelijke, tegengestelde reactie. Maar soms wordt die wet wat te gemakkelijk uitgelegd; dan denken we dat als we maar lang genoeg in bad gaan liggen mediteren “ik ben rijk, ik ben rijk, ik ben rijk”, de postcodeloterij vanzelf 65 miljoen euro op onze bankrekening zal storten. Maar zo gebeurt dat natuurlijk niet vaak. Want wat vaak vergeten wordt binnen deze natuurwet is dat het woord ‘actie’ essentieel is. Het leven zal alleen maar reageren als we eerst zelf een actie hebben volbracht, als we met volle overtuiging, met al onze kracht en onze volledige inzet hebben geïnvesteerd en die in de wereld hebben gebracht. Dan pas mogen we een reactie van het leven, de kosmos, of hoe je het ook maar wilt noemen, verwachten. Een reactie die in kracht gelijk is maar die in richting tegengesteld is, dus we krijgen precies op ons pad de energie die we erin gebracht hebben; wij zijn de tegengestelde reactie. Als we goede dingen in het leven brengen, als we lieve dingen voor elkaar doen, zullen we dat natuurlijk allemaal weer op ons pad terugvinden. Doen we rottige, vervelende dingen dan zal dat zich ook weer in ons eigen leven voltrekken.
22
Alleen, is het leven vaak iets ingewikkelder dan een boemerang, van een 1 op 1, maar gaat het vaak via ingewikkelde omwegen. De kosmos heeft een ongelooflijke boekhouding om dat allemaal bij te houden. Het is niet zo simpel dat als u vanavond een oud vrouwtje helpt met oversteken, zij morgen bij u op de stoep staat met een zelfgebakken taart om u daarvoor te bedanken. Waarschijnlijk niet. Maar misschien als u over 2 jaar autopech hebt in de Alpen, midden in de nacht, er dan uit het niets een auto stopt om u te helpen. En dat is de boekhouding van de kosmos, die geniaal is, die alles van ons bijhoudt; elke energie die we in de wereld brengen, en die uiteindelijk weer op ons eigen pad terugkomt. En in dat proces van coagulatie zou je eigenlijk kunnen zeggen dat we een soort van verlichting ervaren, natuurlijk geen permanente verlichting maar een glimp van wat verlichting zou kunnen zijn. En natuurlijk hebben we dat ook allemaal wel eens ervaren, zo’n moment dat alles lijkt te kloppen. Ik heb het al eens gehad als kind, toen ik met mijn vader in de tuin stond, op een hele prachtige avond met allemaal sterren aan de hemel. En ik vroeg hoever die sterren die van ons vandaan waren. En mijn vader vertelde me dat die sterren zover bij ons vandaan waren, dat zelfs al zouden we een heel mensenleven zouden reizen, we er nog niet bij zouden komen. Ik vroeg hoe dat kon, en wat er dan achter die sterren was. Mijn vader vertelde dat achter die sterren nog meer sterren waren. En ik vroeg weer wat er dan achter die sterren was, en volgens mijn vader ging dat maar door en door en door en door. En toen voelde ik ineens dat bewustzijn van een piepklein zandkorreltje te zijn in een onmetelijk oceaan. Helemaal niets en aan de andere kant ook groots omdat dat strand bestaat bij de gratie van elke zandkorrel. Dat je ongelooflijk nietig bent en ongelooflijk groots tegelijkertijd en dat alles verbonden is in dat holistische universum waarbij alles elkaar in evenwicht houdt en alles noodzakelijk is en alles in deze perfecte combinatie met elkaar verband houdt. Dat is zo’n glimp van inzicht dat je even kunt ontvangen en dat te maken heeft met dat proces van coagulatie. Mijn eigen Steen der Wijzen was op het moment dat ik mijn eerste gedrukte boek kreeg van Lex Jansen, mijn uitgever. Dat was bijzonder, omdat het eigenlijk begonnen was als een puur egoïstisch project. Ik wilde zo graag schrijver worden, ik wilde mijn boek in de wereld brengen. Het begon vanuit dat motief, en dan merk je dat gaandeweg zelfs zo’n heel egoïstisch motief vanuit zichzelf transformeert, vanuit zichzelf een geschenk voor de wereld wordt. En inmiddels heb ik zoveel mensen mogen spreken over dat boek die allemaal vertelden wat dat boek voor hen betekende, dat ik me soms afvroeg of ze het echt over mijn boek hadden, heb ik dat geschreven? Eigenlijk voelt het niet meer als mijn boek, maar het is het boek van de mensen geworden. En het is natuurlijk een ongelooflijk geschenk dat al die mensen op hun eigen manier hun verhaal in dat boek gevonden hebben, er hun inspiratie in gevonden hebben. En dan merk je ineens dat het klopt, dat de dingen die je in je leven doet, kloppen en dat je eigenlijk veel meer van het leven krijgt dan je ooit had durven wensen, dan dat je ooit had durven hopen. In mijn leven bijvoorbeeld: mijn boek, “De Kabbalist”, is inmiddels in 15 talen vertaald, het komt in 23 landen uit en hier in Nederland is de 17e druk inmiddels uitgekomen. Allemaal dingen die je niet kunt bedenken als je bang en onzeker aan je levensmissie begint. Het wil ook niet zeggen dat er vanaf dat moment geen tegenslagen meer zijn, dat je niet meer onderuit zult gaan, geen pech meer zult hebben of geen wanhopige momenten meer zult kennen. Natuurlijk zal dat er nog zijn, maar in fundament voel je dat het klopt. Dat je de dingen doet die je moet doen, waardoor je die tegenslagen ook veel beter kunt ‘handelen’, omdat je ‘in tune’ bent met wie je werkelijk bent. En op die manier kunnen we allemaal goud maken van ons eigen leven. Want het probleem is dikwijls niet dat we een te groot ego hebben, maar het probleem is
23
heel dikwijls dat we een te klein ego hebben en onze eigen mogelijkheden onderwaarderen en we niet weten tot wat we in staat zijn. Allemaal zijn we tot wonderen in staat, allemaal zijn we tot ‘miracles’ in staat. We zijn allemaal in staat om goud van ons leven te maken, maar we hebben vaak zo’n klein zelfbeeld dat we denken dat we het niet kunnen, dat het alleen maar voor andere mensen is weggelegd. Maar we kunnen allemaal het verschil maken, we kunnen allemaal wezenlijke dingen doen die het verschil maken in het leven van andere mensen. Sterker nog, we zijn eigenlijk verplicht om dat allemaal te doen, om dat vuur in onszelf aan te wakkeren en onze steen bij te dragen. Om te zorgen dat wanneer we van deze planeet af stappen, we iets betekend hebben in het leven van andere mensen, en dat de wereld niet meer hetzelfde is als op het moment dat we op deze planeet aan kwamen. En als u denkt dat u symbolisch dat goud worden nog wel kunt begrijpen maar dat echt goud maken wel een dwaze droom zal zijn geweest van die Middeleeuwse alchemisten, dan heb ik groot nieuws voor u: het is gelukt. Deze man, een Nobelprijswinnaar, atoomadviseur van maar liefst 4 Amerikaanse presidenten, is erin geslaagd om in 1980 een ander scheikundig element in goud om te zetten. Zelfs dat is mogelijk. Er is niks wat je dromen kunt, dat niet mogelijk is. De meest onmogelijke missies kunnen vervuld worden, mits we er alles in investeren wat we in ons hebben. En dat is, dames en heren, wat ik u vanuit het putke van mijn hart toewens, dat u het donkere woud van het leven ingaat. Op zoek naar uw jonkvrouw in de toren om te bevrijden, op zoek naar uw ridder om te verslaan. Op zoek naar uw graal, op zoek naar uw ridders van de ronde tafel, op zoek naar uw geheime schat. En dat u uiteindelijk weer veilig en wel uit dat bos tevoorschijn komt, met de gouden medaille van uw leven in handen. Dank u wel.
Mensen die meer willen weten, kunnen het boekje “Hoe maak je goud van je leven” bestellen via www.geertkimpen.com Verslag: Japke Veenstra
24