Verslag van de interviews met bewoners van het dorp Lembah Agro op het eiland Ambon, winter 2010. Anneke Savert – Stichting HMIN – www.hmin.nl –
[email protected] – Samen steunen wij de Molukken
Verslag van de interviews met bewoners van het dorp Lembah Agro op het eiland Ambon, winter 2010. Gedurende de maanden februari en maart 2010 heb ik interviews afgenomen met bewoners van het dorp Lembah Agro. Het doel was inzicht te krijgen in de persoonlijke beleving van het leven in het dorp zoals dat nu wordt ervaren. Daarnaast wilde ik de mogelijke rol en de effecten van de hulp onderzoeken, die met financiële steun vanuit Nederland is geboden. Uiteindelijk zijn 21 interviews afgenomen met mensen uit verschillende leeftijdscategorieën, variërend van 18 tot 76 jaar. De meerderheid van de geïnterviewden is afkomstig/gevlucht uit Buru (13). Van de anderen komen de meeste families van het eiland Ambon. Deze zijn vooral gevlucht uit plaatsen als Poka, Rumah Tiga en Aster/ Tantui, Galala en Ahuru. Daarnaast heb ik mensen gesproken afkomstig uit Seram (Kairatu) en Kesui. Een meerderheid -de families afkomstig uit Buru en een aantal mensen van Ambon zelf (Tantui en Aster)- hebben voorafgaand aan hun komst naar Lembah Agro lange tijd doorgebracht in het vluchtelingenkamp op de marinebasis van Halong. Daar zijn zij in contact gekomen met ds. Latue de initiator van het bouwproject in Lembah Agro. Anderen hebben na hun vlucht een tijd bij familie doorgebracht in Ambon of elders in Indonesië en enkelen zijn afkomstig uit het vluchtelingenkamp in Passo en hebben later via via contact gekregen met ds. Latue. De meeste bewoners afkomstig uit Buru zijn vanaf het begin (2003 tot 2005) betrokken geweest bij de bouw en wonen in het dorp toen het eerste bouwproject werd afgerond. Sommigen wonen nog niet zo lang in Lembah Agro en zijn na 2005 gearriveerd omdat zij bijvoorbeeld nog wachtten op eventuele BBR en elders werden opgevangen of nog geen financiële middelen hadden om een huis (af) te bouwen. De eerste groep heeft het huis of de basis ervan -fundering, hout en zink- via stichting Rinamakana toegewezen gekregen. Daarna is de toewijzing via ds. Latue gegaan die de verantwoordelijkheid op zich heeft genomen. Hoe hij dit heeft aangepakt, is onduidelijk. Uit de verhalen komt naar voren dat het vaak via via contacten waren, maar er bij de toewijzing van een huis wel is gekozen voor voormalige vluchtelingen. Deze komen dan uit andere gebieden dan Buru. Diegenen die na 2005 zijn aangekomen, hebben hun huis vaak met eigen middelen gebouwd. Afhankelijk van de financiële positie van huishoudens is het formaat en het gebruikte materiaal aangepast aan de grootte van een kavel. De mensen zijn na een lange periode van onzekerheid en vluchtelingenkampen heel erg blij met de hulp die is geleverd in de vorm van de basis voor een huis. Eindelijk een nieuwe plek om weer een eigen leven te beginnen. Ook het samen bouwen heeft men over het algemeen als heel stimulerend ervaren. Het samenwerken, samen de verantwoordelijkheid dragen en zien dat het resultaat oplevert, heeft veel mensen gestimuleerd om zaken weer gestructureerd op te pakken. Maar de mensengaven ook aan dat het bouwen, tegelijk met inkomen verwerven om simpelweg te overleven, vaak als zwaar werd ervaren. Zowel fysiek als emotioneel. Men vertelt steeds weer dat het vooral heel hard werken was en dat de duur van het bouwproject sommigen heeft opgebroken. Vrouwen die zwanger waren of die jonge kinderen moesten opvoeden, het huishouden doen en tegelijk bouwen of hand- en spandiensten verrichten en werken, kregen dat vaak niet voor elkaar.
8-september-2010 – Samen steunen wij de Molukken
1
Verslag van de interviews met bewoners van het dorp Lembah Agro op het eiland Ambon, winter 2010. Anneke Savert – Stichting HMIN – www.hmin.nl –
[email protected] – Samen steunen wij de Molukken
Veel jongeren gaven aan dat ze tijdens de bouw hun ouders erg weinig zagen omdat die altijd aan het werk waren. Zij kregen het gevoel dat er voor hen geen plek was en dat zijn het zelf maar met hun emoties moesten uitzoeken. Sommigen kinderen, die meehielpen met bouwen, sjouwen van stenen, enz. hebben daardoor een sterkere band met het project gekregen. Enkele jongeren gaven aan dat bij een nieuw bouwproject wellicht rekening gehouden kan worden met de kinderen door bijvoorbeeld op de bouwplaats een ruimte te creëren waar kinderen en jongeren worden opgevangen. Als een soort naschoolse opvang. Daarnaast kwam in enkele interviews naar voren dat veel jonge meisjes door de onlusten de school niet hadden kunnen afmaken en later door de komst van kinderen verstoken bleven van een diploma. Wellicht nog iets om in de toekomst naar te kijken. Enkele ouderen die te oud waren om zelf te bouwen, vertelden dat ze moeite hadden met het kritisch benaderen van de geleverde hulp. Ze zijn zich ervan bewust dat ze heel erg geholpen zijn maar durven soms niet te reageren als bijvoorbeeld de technische uitwerking van het zetten van een fundering of de constructie van een wand te wensen overlaat. Zij vroegen bijvoorbeeld om iemand die hen en de bouwers daarin kunnen begeleiden. Sommige huizen zijn, doordat er bij de eerste bouw slechte kwaliteit hout is geleverd, al aan renovatie toe. Veel hout is al rot en wordt opgegeten door houtworm. Dit is in een groot aantal van de eerst gebouwde huizen te zien. De meeste mensen zijn tevreden over de plek, ondanks dat ze veel ruimte hebben moeten inleveren en vroeger een groter huis hadden en veel meer land. Een aantal geeft aan dat ze een tuin om groente te verbouwen heel erg missen. Allemaal beschrijven ze met grote nauwkeurigheid de tuinen, bomen, planten en dieren die ze voorheen hadden. Vooral de mensen uit Buru hadden voorheen veel grond, tot enkele hectare en dat was een buffer voor als het met werk en financiën even tegenzat. Daarnaast kreeg ik de indruk dat het werken in een tuin voor velen meer is dan alleen groente verbouwen. Het is ook afleiding van de dagelijkse beslommeringen. Sommigen hebben nu een stukje land in Passo gepacht maar velen zijn nog op zoek. Ouderen missen de extra ruimte voor kinderen en kleinkinderen. De kavels zijn wat krap voor veel mensen en iedereen vertelt over de problemen met de certificaten. Niemand heeft tot nu toe een certificaat voor het huis en het stukje grond gekregen. Dat ervaren alle mensen als zeer problematisch en dit veroorzaakt grote onzekerheid bij de bewoners. Het voorlopige contract met de gemeente Passo loopt in 2010 af en veel mensen zijn bang om weg te moeten als de certificaten tegen die tijd nog steeds niet zijn geregeld. Door erosie is een deel van de wegen en paden door het dorp (Lembah Agro di atas) erg moeilijk begaanbaar. Na een regenbui is het er levensgevaarlijk. Het is te zien aan de grote gaten en de extreem steile helling van de weg. Zeker nu de pomp niet werkt en vrouwen met grote jerrycans water moeten halen, is het bijna niet te doen. Hier moet iets aan gedaan worden om te voorkomen dat de hele weg verdwijnt. Alle mensen zijn uiteindelijk in Lembah Agro gaan wonen, omdat ze niet meer terug kunnen naar hun oorspronkelijke dorp. Zij ervaren het wonen in de gemeenschap van Lembah Agro over het algemeen als zeer aangenaam en koesteren het saamhorigheidsgevoel. Dit is sterker bij de mensen die samen aan de bouw hebben gewerkt. De mensen die de laatste jaren in Lembah Agro zijn komen wonen, hebben wel aan hun eigen huis gebouwd maar hebben meer afstand tot de hulporganisaties. Zij ervaren de geleverde hulp als 'van horen zeggen', realiseren zich echter wel het belang ervan.
8-september-2010 – Samen steunen wij de Molukken
2
Verslag van de interviews met bewoners van het dorp Lembah Agro op het eiland Ambon, winter 2010. Anneke Savert – Stichting HMIN – www.hmin.nl –
[email protected] – Samen steunen wij de Molukken
De mensen zijn zich er zeer van bewust dat de saamhorigheid en de sterke band onderling, nauw samenhangt met hun ervaringen in het verleden en de gedeelde ervaringen in onder andere het vluchtelingenkamp Halong In. Door de hulp die men heeft gekregen in het kamp en bij de bouw van de huizen en het principe van het gemeenschappelijk opzetten van een bouwproject, is ook een saamhorigheid voor de toekomst opgebouwd. Dit was zonder hulp uit Nederland en de zelfwerkzaamheid die daarmee samenhing niet mogelijk geweest. Veiligheidsgevoel Daarnaast zijn alle mensen unaniem over hun ervaring van veiligheid. Dit wordt als het belangrijkste punt gezien: wonen en leven in een kleine geborgen gemeenschap waarin je veilig bent met mensen die net zo zijn als jezelf, waar je een band mee hebt. Deze veiligheid -het kunnen slapen zonder bang te hoeven zijn, de ervaring te leven tussen mensen met dezelfde achtergrond en ervaringen- vormt de basis van de gemeenschap in het dorp. Deze veiligheid is mede vormgegeven dankzij hulp uit Nederland die ertoe heeft bijgedragen dat mensen weer een huis hebben, een plek om te eten en te slapen. Een plek om te leven. Op mijn vraag of mensen idealen hebben voor de toekomst, dromen of wensen, reageren de meesten hetzelfde: eerst een certificaat, een rustig leven, een inkomen, sparen om het huis af te maken en te verbeteren en vooral eten en scholing voor de kinderen. 'Als dat allemaal in orde is, gaan we verder denken.' Enkele jongeren geven aan dat zij zich willen inzetten voor verzoening. Daarbij komen verhalen naar voren over hulp tijdens de oorlog van families van Islam zijde en over afkomst uit gemengde (religieuze) gezinnen. Anderen vinden dat nog erg moeilijk en zijn er nog niet aan toe. De mensen hebben hoop en tonen veel energie en kracht om één en ander op te bouwen en uit te werken. Jongeren willen zich richten op het investeren in mensen, nadat er geïnvesteerd is in huizenbouw. Er wordt aangegeven dat er behoefte is aan kennis in de vorm van bijvoorbeeld computercursussen en Engelse les. Iemand is bezig met het opzetten van een “counselingburo” voor advies bij organisatorisch zaken als certificaten maar ook voor traumaverwerking. Na langer doorvragen en proberen om te achterhalen wat mensen nu echt zouden willen als alle mogelijkheden open zijn, komen er wel dromen naar voren:
8-september-2010 – Samen steunen wij de Molukken
3
Verslag van de interviews met bewoners van het dorp Lembah Agro op het eiland Ambon, winter 2010. Anneke Savert – Stichting HMIN – www.hmin.nl –
[email protected] – Samen steunen wij de Molukken
- eerst wil ik gaan studeren en dan een nieuw huis bouwen voor mijn ouders - Welmart 20 jaar. eerst wil ik gaan studeren en dan een nieuw huis bouwen voor mijn ouders - Welmart 20 jaar
- de kiosk uitbreiden en een winkeltje beginnen met huishoudelijke artikelen zoals zeep, rijst, enz - Maria 27 jaar
8-september-2010 – Samen steunen wij de Molukken
4
Verslag van de interviews met bewoners van het dorp Lembah Agro op het eiland Ambon, winter 2010. Anneke Savert – Stichting HMIN – www.hmin.nl –
[email protected] – Samen steunen wij de Molukken
- een tuin met bomen en prachtige bloemen - Maria 54 jaar
- als ik klaar ben met de universiteit ga ik een garage beginnen, hier in Lembah Agro - Richard 18 jaar
8-september-2010 – Samen steunen wij de Molukken
5
Verslag van de interviews met bewoners van het dorp Lembah Agro op het eiland Ambon, winter 2010. Anneke Savert – Stichting HMIN – www.hmin.nl –
[email protected] – Samen steunen wij de Molukken
Conclusie De bewoners zijn tevreden met het wonen in Lembah Agro. De hulp heeft hen een nieuwe start geboden en men is daar heel erg dankbaar voor. Ook al is de ruimte krap, de veiligheid gaat voor alles. Ze willen graag zo snel mogelijk de certificaten voor het huis en de grond geregeld hebben. Dit moet in 2010 gebeuren. Ze zouden daarnaast de mogelijkheid willen hebben om een groentetuin te pachten of te kopen voor het verbouwen van groenten en fruit omdat de kavels aan de krappe kant zijn. De staat waarin de weg in het dorp verkeert, met name naar boven toe is erg slecht en behoeft dringend verbetering. Nu is er een groot risico dat deze binnenkort volledig onbegaanbaar wordt. Voor de toekomst is er behoefte aan investeringen voor jongeren in kennis: computerlessen, -apparatuur en vooral Engelse les. Hiervoor zijn boeken nodig en die zijn in Ambon niet te krijgen. Men wil niet teveel sores meer door de dagelijkse beslommeringen en voor de ouderen is vooral rust in het dagelijks leven belangrijk. Het weer kunnen oppakken van het normale leven, dankzij de hulp uit Nederland is voor veel mensen van doorslaggevend belang geweest in hun ontwikkeling de afgelopen jaren. Nu geven mensen aan vooral te willen werken aan het verder normaliseren van hun bestaan. Daarna kan men pas beginnen met traumaverwerking. En dat is heel erg nodig omdat veel mensen zich geen raad weten en vluchten in alcohol en drugs. Als het dagelijks leven weer loopt en mensen in hun inkomen kunnen voorzien, hoeven ze zich geen zorgen meer te maken over certificaten en mogelijke gedwongen verhuizingen (waar velen bang voor zijn). Dat is een vereiste voordat men verder kan gaan met het uitwerken van dromen en idealen en dan pas komt er ruimte voor verzoening en het samenleven met meerdere religies bij elkaar. Dat zal de basis moeten zijn voor de toekomst. Met dank aan alle inwoners van Lembah Agro die hebben meegewerkt aan de interviews en hun persoonlijke verhalen met mij hebben willen delen. Hun openheid, kracht en doorzettingsvermogen hebben mij ontroerd en hebben een diepe indruk achtergelaten. Ik hoop dat dit onderzoek kan bijdragen tot de verbetering van de hulp en de levenssituatie van vluchtelingen in Lembah Agro en elders op de Molukken.
Anneke Savert
Arnhem, Nederland maart 2010
8-september-2010 – Samen steunen wij de Molukken
6