Huisvestingsgids Vlaams – Brabant / versie februari 2016 Beste lezer,
Voor u ligt een geactualiseerde versie van de Huisvestingsgids Vlaams-Brabant. Deze handleiding maakt u wegwijs in de vele tegemoetkomingen voor particulieren. De provinciale dienst Wonen bracht in deze gids informatie bijeen van verschillende beleidsniveaus: federale fiscale maatregelen, steunmaatregelen van het Vlaamse gewest, provinciale premies en leningen, energiebesparende maatregelen van diverse nutsmaatschappijen, enz … Deze gids vertrekt vanuit het standpunt van de gebruiker. Hij geeft een antwoord op de vraag: Welke steun of voordeel kan ik krijgen wanneer ik ga bouwen, kopen, renoveren of huren ? Vragen die ambtenaren en instanties bijna elke dag moeten beantwoorden. Deze huisvestingsgids is dan ook in de eerste plaats bedoeld voor doorverwijzers. De gids is opgevat als een werkmap. Eigen aantekeningen of aanvullingen kunnen toegevoegd worden. De gids is ook bewust losbladig samengesteld. Dit laat ons toe op een eenvoudige wijze actueel te blijven als voorwaarden wijzigen of als er nieuwe initiatieven worden genomen. De provincie zal u periodiek de wijzigingen doorsturen. We zijn met deze huisvestingsgids zo volledig mogelijk geweest. Elke suggestie voor verbetering, aanpassing is echter zeker welkom. U vindt de contactgegevens elders in deze map. Met deze gids willen we iedere geïnteresseerde burger een leidraad geven om maximaal gebruik te kunnen maken van de diverse steunmaatregelen. Hiermee willen we de inwoners helpen een betaalbare en kwaliteitsvolle woning te vinden in de provincie Vlaams – Brabant.
Tom Dehaene gedeputeerde
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant / versie februari 2016
Huisvestingsgids provincie Vlaams-Brabant. Leeswijze: Hoe deze gids gebruiken Met de huisvestingsgids hebben we geprobeerd een overzicht te maken van tegemoetkomingen waarop inwoners van de provincie Vlaams-Brabant recht hebben wanneer zij zich in een bepaalde huisvestingsituatie bevinden. Een woning kopen, bouwen, renoveren of huren, het zijn allemaal situaties waarin men zich kan bevinden. In iedere situatie kan men gebruik maken van een aantal voordelen maar wanneer, welke en vooral waar moet men terecht? In deze gids, die opgesplitst is in deze huisvestingssituaties, komen de verschillende onderwerpen terug. U moet dus starten met de vraag: in welke situatie bevindt men zich. Dan kan men in de inhoudsopgave overlopen of de informatie gekend is en welke tegemoetkomingen er bestaan. U zult dus vaststellen dat bepaalde onderwerpen terug komen in de verschillende hoofdstukken bv. leningen vindt men bij 'ik ga bouwen', bij 'ik ga kopen', maar ook bij 'ik ga renoveren/aanpassen'. Wij hebben de teksten herhaald, wanneer nodig aan de situatie aangepast, zodat u niet van het ene naar het andere hoofdstuk hoeft te bladeren. De gemeentelijke tegemoetkomingen zijn niet opgenomen in de gids, er is alleen een overzicht gemaakt van waar/welke tegemoetkomingen gegeven worden. Voor meer inlichtingen kan u dan terecht bij de gemeentelijke diensten (telefoonnummers zijn te vinden in hoofdstuk gemeentelijke reglementen). De huisvestingsgids is zeker geen afgewerkt document, het is eerder uw werkmap waar u bij kan noteren, toevoegen, schrappen... Kortom zodat het 'uw' werkmap wordt.
Actualisatie De gegevens in deze gids zijn een momentopname. Waarschijnlijk zijn bij het lezen van deze gids al cijfers, adressen of namen gewijzigd. Jammer, maar onvermijdelijk. We streven er naar om minstens 1 keer per jaar de gegevens te actualiseren. De gids is ook te vinden op de website van de provincie Vlaams-Brabant : www.vlaamsbrabant.be
Medewerking Deze gids is geen afgewerkt product. Zonder actualisatie is deze gids snel verouderd en totaal onbruikbaar .Daarvoor vragen wij uw medewerking. Wanneer er onduidelijkheden zijn, meld ze ons. Wanneer u gehoord heeft dat er een nieuwe premie is, dat gegevens niet meer juist zijn, dat u een contactpersoon niet kan bereiken of andere problemen geef het dan door. We zoeken het uit en nemen het op in de gids. Inlichtingen Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer E-mailadres website
: Provincie Vlaams-Brabant, dienst Wonen : Provincieplein 1 - 3010 Leuven : Jean - Pierre De Groef : 016-26 74 04 - Faxnummer : 016-26 73 18 :
[email protected] : www.vlaamsbrabant.be/wonen
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant / versie februari 2016
I. Ik ga bouwen
I. A. Informatie I. A. 1. I. A. 2. I. A. 3. I. A. 4. I. A. 5. I. A. 6.
Wanneer een stedenbouwkundige vergunning aanvragen? Procedure stedenbouwkundige vergunning Immotheker Premiezoeker Projecten lokaal woonbeleid Duurzaam bouwadvies
I. B. Steunmaatregelen I. B. 1.
Sociale leningen: I. B. 1. a. bij een sociale kredietmaatschappij erkend door de Vlaamse regering I. B. 1. b. bij de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (V.M.S.W.)
I. B. 2. I. B. 2.' I. B. 3. I. B. 4.
Vermindering van de onroerende voorheffing Verzekering gewaarborgd wonen Vermindering van registratiebelasting (bij aankoop van een bouwgrond) Subsidies voor duurzaam bouwen I. B. 4. a. bij het installeren van een hemelwaterput I. B. 4. b. bij het installeren van een individuele waterzuivering I. B. 4. c. bij het aanleggen van infiltratievoorzieningen
I. B. 5.
I. B.5. a Subsidies en fiscale voordelen bij energiebesparende investeringen I. B.5. b Vlaamse Energielening
I. B. 6.
Gratis advies bij de installatie van een beveiligingssysteem tegen brand en inbraak
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant / versie februari 2016
II. Ik ga kopen II. A. Informatie II. A. 1. II. A. 2. II. A. 3. II. A. 4. II. A. 5.
Een woning aankopen, begrippen Waarop moet u letten wanneer u een woning zoekt? Immotheker Premiezoeker Projecten Lokaal Woonbeleid
II. B. Steunmaatregelen II. B. 1. II. B. 2. II. B. 3.
Aankoop van een woning bij een sociale bouwmaatschappij Aankoop van een gehuurde woning bij een sociale huisvestingsmaatschappij Sociale leningen: II. B. 3. a. bij een sociale kredietmaatschappij erkend door de Vlaamse regering II. B. 3. b. bij de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (V.M.S.W.) II. B. 3. c. bij het Vlaams Woningfonds
II. B. 4. II. B. 5. II. B. 6.
Vermindering van de onroerende voorheffing Registratiebelasting Verzekering gewaarborgd wonen
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant / versie februari 2016
III. Ik ga renoveren of aanpassen III. A. Informatie III. A. 1. III. A. 2. III. A. 3. III. A. 4. III. A. 5. III. A. 6. III. A. 7.
Wanneer een stedenbouwkundige vergunning aanvragen? Hoe een stedenbouwkundige vergunning aanvragen? Woonadvies voor ouderen en personen met een handicap Immotheker Premiezoeker Projecten Lokaal Woonbeleid Duurzaam bouwadvies
III. B. Steunmaatregelen III. B. 1.
III. B. 2. III. B. 3. III. B. 4.
Sociale leningen: III. B. 1. a. bij een sociale kredietmaatschappij erkend door de Vlaamse regering III. B. 1.b. bij de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (V.M.S.W.) III. B. 1.c. bij de provincie Vlaams-Brabant (aanvullende lening) III. B. 1.d. bij het Vlaams Woningfonds Vermindering van de onroerende voorheffing Verzekering gewaarborgd wonen Subsidies voor duurzaam bouwen III. B. 4. a. bij het installeren van een hemelwaterput III. B. 4. b. bij het installeren van een individuele waterzuiveringsinstallatie III. B. 4. c. bij het aanleggen van infiltratievoorzieningen
III. B. 5.
III. B.5. a Subsidies en fiscale voordelen bij energiebesparende investeringen III. B.5. b Vlaamse Energielening
III. B. 6. III. B. 7. III. B. 8. III. B. 9.
Verbeteringspremie van het Vlaamse Gewest Renovatiepremie van het Vlaamse Gewest Aanpassingspremie van het Vlaamse gewest Aanpassingspremie voor ouderen en personen met een handicap van de provincie Vlaams-Brabant Terugbetaling door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap van kosten aanpassingswerken woning Gratis advies bij de installatie van een beveiligingssysteem tegen brand en inbraak
III. B. 10. III. B. 11.
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016
IV. Ik ga huren IV. A. Informatie IV. A. 1.
Wat gaat u best na voor u een woning huurt IV. A.1. a. de huurovereenkomst IV. A.1. b. opzeggingsmogelijkheden van de huurovereenkomst IV. A.1. c. de waarborg IV. A.1. d. verkoop van de huurwoning IV. A.1. e betwisting tussen huurder en verhuurder IV. A.1. f. huurachterstal : Het Vlaams huurgarantiefonds IV. A.1. g. registratie van de huurovereenkomst
IV. A. 2. IV. A. 3. IV. A. 4
Huurdersbond Premiezoeker Projecten Lokaal Woonbeleid
IV. B. Steunmaatregelen IV. B. 1.
Huren van een sociale woning IV. B. 1. a. bij een sociale huisvestingsmaatschappij IV. B. 1. b. bij een sociaal verhuurkantoor IV. B. 1. c. bij uw gemeente of OCMW IV. B. 2. Huursubsidie en installatiepremie bij het betrekken van een gezonde of aangepaste woning IV. B. 3. Huurpremie voor wie 5 jaar ingeschreven is bij een domiciliemaatschappij IV. B. 4. Vermindering van onroerende voorheffing IV. B. 5. Verbeteringspremie van het Vlaamse Gewest IV. B. 6. Aanpassingspremie voor ouderen en personen met een handicap van het Vlaamse Gewest IV. B. 7. Aanpassingspremie voor ouderen en personen met een handicap van de provincie Vlaams-Brabant IV. B. 8. Leningen voor renovatiewerken bij de provincie Vlaams-Brabant IV. B. 9. IV. B. 9. a Subsidies en fiscale voordelen bij energiebesparende maatregelen IV. B. 9. b Vlaamse Energielening IV. B. 10. Gratis advies bij de installatie van een beveiligingssysteem tegen brand en inbraak.
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
I. Ik ga bouwen I. A. Informatie I. A. 1. I. A. 2. I. A. 3. I. A. 4. I. A. 5. I. A. 6.
Wanneer een stedenbouwkundige vergunning aanvragen? Procedure stedenbouwkundige vergunning Immotheker Premiezoeker Projecten lokaal woonbeleid Duurzaam bouwadvies
I. B. Steunmaatregelen I. B. 1.
Sociale leningen: I. B. 1. a. bij een sociale kredietmaatschappij erkend door de Vlaamse regering I. B. 1. b. bij de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (V.M.S.W.) I. B. 1. c. bij de provincie Vlaams-Brabant (aanvullende lening)
I. B. 2. I. B. 2.' I. B. 3. I. B. 4.
Vermindering van de onroerende voorheffing Verzekering gewaarborgd wonen Vermindering van registratierecht (bij aankoop van een bouwgrond) Subsidies voor duurzaam bouwen I. B. 4. a. bij het installeren van een hemelwaterput I. B. 4. b. bij het installeren van een individuele waterzuivering I. B. 4. c. bij het aanleggen van infiltratievoorzieningen
I. B. 5.
I. B.5. a Subsidies en fiscale voordelen bij energiebesparende investeringen I. B.5. b Vlaamse Energielening
I. B. 6.
Gratis advies bij de installatie van een beveiligingssysteem tegen brand en inbraak
I
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Wanneer vraagt u een stedenbouwkundige vergunning aan ? Als algemene regel geldt dat u voor het bouwen van een constructie een stedenbouwkundige vergunning nodig hebt. Dit lijkt eenvoudig en logisch. De wetgeving ruimtelijke ordening stelt echter dat u niet enkel om te bouwen een vergunning nodig hebt, maar ook om * de woonfunctie te wijzigen * een grond te gebruiken voor het plaatsen van een of meer vaste inrichtingen; * af te breken; * te herbouwen; * te verbouwen (zowel buiten als binnen in een gebouw)
Wie een kleine ingreep aan zijn woning wil doorvoeren, kan dat vanaf 1 december 2010 sneller en met minder administratieve verplichtingen. Dat is het gevolg van de goedkeuring van twee besluiten van de Vlaamse overheid. Meldingsplicht Voor een aantal werken wordt de stedenbouwkundige vergunningsplicht vervangen door een meldingsplicht. Het gaat bijvoorbeeld over • • • •
het openbreken van een gevel voor het plaatsen van een grote raampartij interne verbouwingswerken die gepaard gaan met stabiliteitswerken. oprichting van bijgebouwen, aangebouwd aan een woning, met een maximale oppervlakte van 40m2 per perceel zorgwonen
Melden is enkel mogelijk als uw project aan een aantal voorwaarden voldoet. Win dus steeds informatie in bij uw gemeentebestuur. Zo voorkomt u dat u een stedenbouwkundige overtreding begaat. De werken moeten gemeld worden aan de gemeente met een vast formulier. Twintig dagen na het indienen van het meldingsdossier kan u met de werken beginnen. Let wel: aan de regels rond medewerking van een architect verandert niets. Bij werken met impact op de stabiliteit van de woning is de medewerking van een architect verplicht. In die gevallen zal een architect voor u het aanvraag- of meldingsdossier samenstellen en ondertekenen.Evenmin verandert de verplichting tot energieprestatie-verslaggeving, het aanstellen van een veiligheidscoördinator en het naleven van de privacybepalingen uit het burgerlijk wetboek (lichten en zichten). Vrijstelling Het aantal van vergunning vrijgestelde werken wordt vereenvoudigd en uitgebreid. Samengevat geldt de vrijstelling voor vrijstaande gebouwen waarvan de oppervlakte samen maximaal 40m² bedraagt en voor niet overdekte constructies (terras, zwembad, vijver, …) waarvan de oppervlakte samen maximaal 80m² bedraagt. Niet overal geldig I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Zowel de melding als de vrijstellingen zijn niet geldig als ze strijdig zijn met andere regelgeving (beschermde erfgoed, verkavelingsvoorschriften, lokale plannen). Het blijft dus aangeraden zich op voorhand goed te informeren. Regelgeving Gezien de meldingsplichtige handelingen en de handelingen waarvoor geen stedebouwkundige vergunning nodig is gedetailleerd zijn bepaald in de 2 besluiten van de Vlaamse Regering, worden teksten van die besluiten hierna weergegeven. Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
Dit besluit treedt in werking op 1 december 2010 bvr 16/7/2010 b.s. 10/9/2010 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° achtergevel: gevel die geen voorgevel of zijgevel is; 2° achtertuin: tuingedeelte van het goed dat geen voortuin of zijtuin is; 3° het goed: het kadastrale perceel of de kadastrale percelen waarop de handelingen betrekking hebben, of, voor de percelen zonder kadastraal nummer, de grond of de gronden waarop de handelingen betrekking hebben; 4° industriegebied in de ruime zin: elk gebied, bestemd voor industrie en ambacht, ook als het onderworpen is aan bijzondere voorwaarden; 5° voorgevel: elke gevel gericht op de voorliggende weg, met uitzondering van garagewegen of voetwegen; 6° voorgevellijn: de lijn die gevormd wordt door de voorgevel of voorgevels door te trekken tot op de zijgrenzen van het goed; 7° voortuin: gedeelte van het goed dat voor de voorgevellijn van het hoofdgebouw ligt; 8° zijgevel: gevel aan de zijkant van het hoofdgebouw; 9° zijtuin: gedeelte van het goed dat ter hoogte van een zijgevel gelegen is. Hoofdstuk 2. Aanwijzing van meldingsplichtige handelingen met toepassing van artikel 4.2.2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Art. 2. Voor handelingen met stabiliteitswerken die uitgevoerd worden binnen in hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte gebouwen, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding als aan de volgende voorwaarden voldaan is: 1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd; 2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd. Art. 3. Voor handelingen met stabiliteitswerken die uitgevoerd worden aan zijgevels, achtergevels en daken van hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte gebouwen, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd; 2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd; 3° het fysiek bouwvolume en bouwoppervlakte blijven ongewijzigd. I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Art. 4. Voor de oprichting van bijgebouwen die aangebouwd zijn aan de hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte woning, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding als aan de volgende voorwaarden voldaan is. 1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd; 2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd; 3° de totale oppervlakte van de bestaande en de op te richten aangebouwde bijgebouwen bedraagt maximaal 40 vierkante meter; 4° de gebouwen worden geplaatst in de zijtuin tot op 3 meter van de perceelsgrenzen of in de achtertuin tot op 2 meter van de perceelsgrenzen; 5° de hoogte is beperkt tot 4 meter. In afwijking van het eerste lid, 4°, mag, als het hoofdgebouw is opgetrokken op of tegen de perceelsgrens, het aangebouwde bijgebouw ook opgetrokken worden op of tegen de perceelsgrens, tegen een bestaand aanpalend gebouw, als de bestaande scheidingsmuur niet gewijzigd wordt. De bouwdiepte van het nieuw op te richten aangebouwde bijgebouw overschrijdt de bouwdiepte van het aanpalende gebouw niet.; Voor de toepassing van dit artikel worden als bijgebouwen beschouwd: de fysiek aansluitende aanhorigheden die in bouwtechnisch opzicht een rechtstreekse aansluiting of steun vinden bij het hoofdgebouw. Art. 5. Voor de verbouwing of uitbreiding van een bestaand, hoofdzakelijk vergund industrieel of ambachtelijk bedrijf, gelegen in industriegebied in de ruime zin, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding, als aan de volgende voorwaarden voldaan is: 1°de handelingen brengen geen wijziging van de industriële of ambachtelijke functie met zich mee; 2° er wordt geen bedrijfswoning gecreëerd; 3° de uitbreiding maakt een fysisch geïntegreerd deel uit van het bestaande gebouwencomplex; 4° de werken gaan niet gepaard met een ontbossing, inname of aantasting van bufferzones; 5° de hoogte van de gebouwen wordt beperkt tot de afstand tot de zijdelingse en de achterste perceelsgrenzen; 6° de afstand tot de zijdelingse en de achterste perceelsgrenzen bedraagt minstens 3 meter; 7° de gebouwen zijn niet hoger dan 10 meter; 8° voor de inrichting is een milieuvergunning klasse I of II verleend, en de gebouwen zijn in het aanvraagdossier van de milieuvergunning vermeld. Art. 6. De bepalingen van dit hoofdstuk gelden niet voor handelingen die strijdig zijn met de voorschriften van stedenbouwkundige verordeningen, ruimtelijke uitvoeringsplannen, plannen van aanleg of verkavelingsvergunningen, of met de uitdrukkelijke voorwaarden van stedenbouwkundige vergunningen, met behoud van de toepassing van de andere regelgeving die van toepassing is. De bepalingen van dit hoofdstuk gelden niet voor handelingen, te verrichten op percelen waarop voorlopig of definitief beschermde monumenten aanwezig zijn, in voorlopig of definitief beschermde landschappen, in voorlopig of definitief aangeduide erfgoedlandschappen, in voorlopig of definitief beschermde stads- en dorpsgezichten, of in voorlopig of definitief beschermde archeologische monumenten. De bepalingen van dit hoofdstuk gelden niet voor handelingen die uitgevoerd worden in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen. I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
De bepalingen van dit hoofdstuk gelden niet voor handelingen die uitgevoerd worden voor de rooilijn of in een achteruitbouwstrook. Hoofdstuk 3. Indienings- en betekeningswijze van de melding
Art. 7. §1. De melding, vermeld in artikel 2, 3 en 4, wordt gedaan met het formulier, gevoegd als bijlage I bij dit besluit. De melding, bedoeld in artikel 5, wordt gedaan met het formulier, gevoegd als bijlage II bij dit besluit. §2. Het dossier van de melding bevat één exemplaar van de stukken, voorgeschreven door het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004 betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning, met uitzondering van het aanvraagformulier. Hoofdstuk 4. Slotbepalingen Art. 8. De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, is gemachtigd om de bijlagen bij dit besluit te wijzigen. Art. 9. Dit besluit treedt in werking op 1 december 2010. Art. 10. De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is
Dit besluit trad in werking op 1 december 2010 bvr 16/7/2010 b.s. 10/9/2010 wijz. bvr 26/11/2010 b.s. 13/12/2010 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1. In dit besluit wordt verstaan onder: 1° achtergevel: gevel die geen voorgevel of zijgevel is; 2° achtertuin: tuingedeelte van het goed dat geen voortuin of zijtuin is; 3° agrarisch gebied in de ruime zin: elk gebied, hoofdzakelijk bestemd voor de landbouw, ook als het onderworpen is aan bijzondere voorwaarden; 4° het goed: het kadastrale perceel of de kadastrale percelen waarop de handelingen betrekking hebben, of, voor de percelen zonder kadastraal nummer, de grond of de gronden waarop de handelingen betrekking hebben; 5° industriegebied in de ruime zin: elk gebied, bestemd voor industrie en ambacht, ook als het onderworpen is aan bijzondere voorwaarden; 6° niet-overdekte constructies: constructies zonder bouwvolume waarvan de hoogte beperkt is tot 1,5 meter boven het maaiveld; I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
7° openbaar domein: de openbare wegen, de spoorwegen, de bevaarbare rivieren en de kanalen dienstig voor de scheepvaart of een ander gebruik van openbaar nut, met telkens hun aanhorigheden, de openbare parken en pleinen, de zeestranden en duinen; 8° open afsluiting: afsluiting in draad of draadgaas; 9° Ramsargebied: een gebied dat aangewezen is krachtens de overeenkomst inzake watergebieden die van internationale betekenis zijn, opgemaakt in Ramsar op 2 februari 1971; 10° schuilhok: een eenvoudige constructie, waarin een of meer weidedieren tijdelijk kunnen verblijven. Schuilhokken zijn geenszins uitgerust zoals stallen, die bestemd zijn om dieren permanent te huisvesten; 11° voorgevel: elke gevel gericht op de voorliggende weg, met uitzondering van garagewegen of voetwegen; 12° voorgevellijn: de lijn die gevormd wordt door de voorgevel of voorgevels door te trekken tot op de zijgrenzen van het goed; 13° voortuin: gedeelte van het goed dat voor de voorgevellijn van het hoofdgebouw ligt; 14° woongebied in de ruime zin: elk gebied, bestemd voor de oprichting van residentiële woningen, ook als het onderworpen is aan bijzondere voorwaarden; 15° zijgevel: gevel aan de zijkant van het hoofdgebouw; 16° zijtuin: gedeelte van het goed dat ter hoogte van een zijgevel ligt. Art. 1.2. De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing, onverminderd andere regelgeving, inzonderheid de regelgeving inzake beschermde monumenten, beschermde stads- en dorpsgezichten, landschappen en archeologische sites, waarvoor een apart systeem van toelatingen geldt. Art. 1.3. De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing, voor zover deze handelingen niet strijdig zijn met de voorschriften van stedenbouwkundige verordeningen, of met de uitdrukkelijke voorwaarden van stedenbouwkundige vergunningen. Art. 1.4. De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing, voor zover deze handelingen niet strijdig zijn met de voorschriften van gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen, algemene plannen van aanleg, bijzondere plannen van aanleg of verkavelingsvergunningen die niet opgenomen zijn in de gemeentelijke lijst, opgemaakt in toepassing van artikel 4.4.1, §3 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Hoofdstuk 2. Handelingen in, aan en bij woningen
Art. 2.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de volgende handelingen: 1° gebruikelijke ondergrondse constructies als ze niet voor de rooilijn of in een achteruitbouwstrook liggen; 2° handelingen zonder stabiliteitswerken en zonder wijziging van het fysiek bouwvolume aan zijgevels, achtergevels en daken; 3° zonnepanelen of zonneboilers op een plat dak, tot maximaal 1 meter boven de dakrand, en zonnepanelen of zonneboilers die geïntegreerd zijn in het hellende dakvlak; 4° binnenverbouwingen zonder stabiliteitswerken; 5° afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de zijtuin en achtertuin; 6° open afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de voortuin; 7° gesloten afsluitingen tot een hoogte van 1 meter in de voortuin; 8° niet-overdekte constructies tot maximaal 80 vierkante meter per goed, met inbegrip van alle bestaande niet-overdekte constructies, in zijtuin en achtertuin, tot op 1 meter van de I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
perceelsgrenzen; 9° de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar het gebouw of de gebouwen; 10° de plaatsing van allerhande kleine tuinconstructies zoals tuinornamenten, brievenbussen, barbecues en speeltoestellen; 11° van het hoofdgebouw vrijstaande niet voor verblijf bestemde bijgebouwen, met inbegrip van carports, in de zijtuin tot op 3 meter van de perceelsgrenzen of in de achtertuin tot op 1 meter van de perceelsgrenzen. De vrijstaande bijgebouwen kunnen in de achtertuin ook op of tegen de perceelsgrens geplaatst worden als ze tegen een bestaande scheidingsmuur opgericht worden en als de bestaande scheidingsmuur niet gewijzigd wordt. De totale oppervlakte blijft beperkt tot maximaal 40 vierkante meter per goed, met inbegrip van alle bestaande vrijstaande bijgebouwen. De hoogte is beperkt tot 3 meter; 12° het opslaan van allerhande bij de woning horende materialen en materieel met een totaal maximaal volume van 10 kubieke meter, niet zichtbaar vanaf de openbare weg; 13° het plaatsen van één verplaatsbare inrichting die voor bewoning kan worden gebruikt, zoals één woonwagen, kampeerwagen of tent, niet zichtbaar vanaf de openbare weg, zonder er effectief te wonen. Art. 2.2. De vrijstelling, vermeld in artikel 2.1, geldt alleen als de handelingen voldoen aan al de volgende voorwaarden: 1° ze worden volledig uitgevoerd binnen een straal van 30 meter van een hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte woning; 2° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd; 3° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd; 4° de handelingen zijn niet gesitueerd in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen; 5° de handelingen, vermeld in art. 2.1, 8°, 11°, 12° en 13° zijn niet gesitueerd in ruimtelijk kwetsbaar gebied.
Hoofdstuk 3. Handelingen in, aan en bij andere gebouwen dan woningen
Art. 3.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de volgende handelingen: 1° gebruikelijke ondergrondse constructies als ze niet voor de rooilijn of in een achteruitbouwstrook liggen; 2° handelingen zonder stabiliteitswerken en zonder wijziging van het fysiek bouwvolume aan zijgevels, achtergevels en daken; 3° zonnepanelen of zonneboilers op een plat dak, tot maximaal 1 meter boven de dakrand, en zonnepanelen of zonneboilers die geïntegreerd zijn in het hellende dakvlak; 4° binnenverbouwingen zonder stabiliteitswerken; 5° afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de zijtuin en achtertuin; 6° open afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de voortuin; 7° gesloten afsluitingen tot een hoogte van 1 meter in de voortuin; 8° de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar het gebouw of de gebouwen; 9° de plaatsing van seizoensgebonden, niet-overdekte terrassen bij horecazaken. Art. 3.2. De vrijstelling, vermeld in artikel 3.1, geldt enkel als de handelingen voldoen aan de volgende voorwaarden: 1° ze worden volledig uitgevoerd binnen een straal van 30 meter van een hoofdzakelijk I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
vergund of vergund geacht gebouw; 2° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging uitgevoerd; 3° de handelingen vermeld in art. 3.1, 1°, 5°, 6°, 7° en 8° zijn niet gesitueerd in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen.
Hoofdstuk 4. Handelingen in industriegebied
Art. 4.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing, in industriegebied in de ruime zin, van installaties en andere constructies dan gebouwen, op voorwaarde dat aan al de volgende voorwaarden voldaan is: 1° ze staan in functie van de industriële of ambachtelijke bedrijvigheid; 2° ze worden opgericht binnen een straal van 30 meter van een hoofdzakelijk vergund of vergund geacht gebouw; 3° ze liggen op minstens 3 meter van de zijdelingse en achterste perceelsgrenzen; 4° ze zijn niet hoger dan 10 meter; 5° ze liggen niet voor de rooilijn; 6° voor de inrichting, met inbegrip van de installaties of constructies, is een milieuvergunning klasse I of II verleend. Art. 4.2. De vrijstelling, vermeld in artikel 4.1, geldt alleen als de handelingen voldoen aan al de volgende voorwaarden: 1° ze zijn niet gesitueerd in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen. 2° ze gaan niet gepaard met een ontbossing, inname of aantasting van bufferzones; 3° ze zijn niet gesitueerd in zones voor ecologische infrastructuur, aangeduid op een bestemmingsplan.
Hoofdstuk 5. Handelingen in agrarisch gebied
Art. 5. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing van de volgende zaken als ze in agrarisch gebied in de ruime zin liggen: 1° constructies met een maximumhoogte van 3,5 meter, als ze dienen voor de teelt of bescherming van landbouwgewassen en na de oogst worden verwijderd; 2° open afsluitingen met een maximale hoogte van 2 meter; 3° een schuilhok voor weidedieren. Het schuilhok heeft houten wanden, een oppervlakte van ten hoogste 20 vierkante meter, een hoogte van maximaal 3 meter en minstens één volledig open zijde; 4° een krengenhuisje; 5° het draineren van een goed voor landbouw- of bodembeheerdoeleinden door de aanleg van een geheel van ondergrondse zuig- en/of moerleidingen, omhullingsmaterialen en eindbuizen en van een geheel van boven- en/of ondergrondse uitmondingsvoorzieningen, controleputten en hulpstukken, mits aan alle van de volgende vereisten voldaan is: a) de bovengrondse zichtbare voorzieningen hebben maximale afmetingen van 1 meter x 1 meter en liggen gelijk met het maaiveld of met het talud van de ontvangende waterloop; I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
b) de drainagewerken worden niet uitgevoerd in de volgende gebieden of zones: 1) Speciale Beschermingszones; 2) de Ramsargebieden; 3) Ruimtelijk kwetsbare gebieden of een overstromingsgebied, of op minder dan 50 meter van deze gebieden; c) voor de drainagewerken is geen milieueffectrapport vereist; 6° de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar de agrarische bedrijfsgebouwen, inclusief de bedrijfswoning; 7° bijenstallen of bijenkorven.
Hoofdstuk 6. Groen
Art. 6.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor: 1° het vellen van hoogstammige bomen, op voorwaarde dat aan al de volgende vereisten voldaan is: a) ze maken geen deel uit van een bos; b) ze liggen in een woongebied in de ruime zin, in een agrarisch gebied in de ruime zin of in een industriegebied in de ruime zin, en niet in een woonparkgebied; c) ze liggen binnen een straal van maximaal 15 meter rondom de vergunde woning, de vergunde landbouwbedrijfswoning of landbouwbedrijfsgebouwen of de vergunde bedrijfswoning of bedrijfsgebouwen; 2° het vellen van alleenstaande hoogstammige bomen of van enkele bomen in lijnverband omwille van acuut gevaar en na voorafgaande schriftelijke instemming van het agentschap voor Natuur en Bos; 3° het vellen van hoogstammige bomen, gelegen op terreinen waarvoor een door de bevoegde overheid of bevoegde administratie(s) goedgekeurd beheersplan of beheersvisie bestaat op basis van de milieu- en natuurwetgeving, als het vellen van de hoogstammige bomen als activiteit in dat beheersplan of beheersvisie is opgenomen. Art. 6.2. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de handelingen, die opgenomen zijn in een goedgekeurd beheersplan op basis van het Bosdecreet van 13 juni 1990 of het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, of in een goedgekeurd natuurinrichtingsproject, of in een goedgekeurd inrichtingsplan in het kader van een landinrichtingsproject, of in een van openbaar nut verklaarde ruilverkaveling voor zover ze niet gepaard gaan met de oprichting van constructies groter dan 40 vierkante meter en voor zover ze niet gepaard gaan met een ontbossing.
Hoofdstuk 7. Tijdelijke handelingen
Art. 7.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor tijdelijke handelingen nodig voor de uitvoering van vergunde werken, als die handelingen plaatsvinden binnen de werkstrook die afgebakend is in de stedenbouwkundige vergunning. Art. 7.2. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing van tijdelijke constructies, met uitzondering van publiciteitsinrichtingen, op voorwaarde dat aan de volgende voorwaarden voldaan is: 1° een maximale duur van 90 dagen per jaar wordt niet overschreden; I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
2° de plaatsing gebeurt niet in een ruimtelijk kwetsbaar gebied; 3° de tijdelijke constructies brengen de verwezenlijking van de algemene bestemming van het gebied niet in het gedrang. Art. 7.3. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor een tijdelijke gebruikswijziging van een bestaand, hoofdzakelijk vergund of vergund geacht gebouw, als dit een maximale duur van 90 dagen per jaar niet overschrijdt Art. 7.4. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor tijdelijke reliëfwijzigingen voor de organisatie van sportmanifestaties, als: 1° die maximaal driemaal per jaar worden georganiseerd; 2° die worden georganiseerd in recreatiegebied in de ruime zin, industriegebied in de ruime zin, gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen of agrarisch gebied in de ruime zin; 3° die niet worden georganiseerd: a) in Speciale Beschermingszones; b) in de Ramsargebieden; c) in de als beschermd aangeduide duingebieden of als voor het duingebied belangrijke landbouwgebieden; d) in de beschermde landschappen; e) in ruimtelijk kwetsbare gebieden; 4° het reliëf wordt hersteld in zijn oorspronkelijke staat binnen 10 dagen na de aanvang van de werken.
Hoofdstuk 8. Wijzigingen van al ingerichte terreinen
Art. 8.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de herinrichting van de volgende terreinen, als er geen gebouwen opgericht worden en als de herinrichting eigen is aan de functie van het terrein: 1° openbare begraafplaatsen, 2° openbare parken, openbare groenzones en publiek toegankelijke dierentuinen; 3° al dan niet openbare terreinen voor recreatie; 4° openbaar spoorwegdomein, als het aantal sporen niet vermeerderd wordt; 5° sportterreinen; 6° terreinen voor waterzuivering, met inbegrip van de installaties; 7° terreinen met installaties voor de productie, het transport en de distributie van drinkwater, elektriciteit of aardgas; 8° luchthavens als de start- of landingsbaan niet gewijzigd wordt. Art. 8.2. De vrijstelling, vermeld in artikel 8.1, geldt alleen als de handelingen voldoen aan de volgende voorwaarden: 1° de bestaande terreinen, gebouwen, constructies en verhardingen zijn hoofdzakelijk vergund of vergund geacht; 2° het terrein wordt niet uitgebreid en de bestaande bufferzones blijven behouden; 3° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging uitgevoerd; 4° de handelingen zijn niet gesitueerd in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen; 5° de handelingen zijn niet gesitueerd in ruimtelijk kwetsbaar gebied; I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
6° de handelingen gaan niet gepaard met een ontbossing, een aanmerkelijke reliëfwijziging of een wijziging van waterlichamen; 7° het project komt niet voor op bijlage I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage; 8° er is geen milieuvergunning klasse I of II vereist. Art. 8.3. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor het optrekken van installaties en gebouwen van militair strategisch belang in gebieden die op de plannen van aanleg of op de uitvoeringsplannen aangegeven zijn als militair domein.
Hoofdstuk 9. Publiciteit
Art. 9 Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing van de volgende publiciteitsinrichtingen of uithangborden: 1° de bevestiging aan een vergund gebouw van niet-lichtgevende uithangborden, met een totale oppervlakte van maximaal 4 vierkante meter; 2° publiciteitsinrichtingen, aangebracht op nutsvoorzieningen die behoren tot het openbaar domein, geplaatst in opdracht van een overheid, op voorwaarde dat de reclame maximaal de helft van de oppervlakte of tijd inneemt; 3° publiciteitsinrichtingen die voortvloeien uit wettelijke of reglementaire bepalingen; 4° publiciteitsinrichtingen die alleen informatie van de overheid bevatten of die deel uitmaken van sensibiliseringscampagnes van de overheid; 5° door de overheid beschikbaar gestelde dragers met het oog op socioculturele en politieke affichage; 6° verkiezingspubliciteit voor een verkiezing van het Europees, Federaal of Vlaams Parlement, of voor provincie-, gemeente- of districtsraadsverkiezingen; 7° publiciteitsinrichtingen, aangebracht op een onroerend goed, waarbij wordt bekendgemaakt dat dit goed te koop of te huur is, op voorwaarde dat de totale maximale oppervlakte niet meer bedraagt dan 4 vierkante meter en dat de publiciteitsinrichting ten laatste 14 dagen na de verhuring of verkoping wordt verwijderd.
Hoofdstuk 10. Openbaar domein
Art. 10. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de uitvoering van de volgende handelingen op openbaar domein of op een terrein dat na de handelingen tot het openbaar domein zal behoren: 1° de aanleg of wijziging van verhardingen waarvan de oppervlakte 150 vierkante meter of minder bedraagt, met een reliëfwijziging van minder dan 50 cm; 2° het aanbrengen van een andere verharding met een maximale uitbreiding van 150 vierkante meter. De vrijstelling geldt niet als de bestaande weg een aardeweg, grindweg, steengruisweg of kasseiweg is; 3° de aanleg van verhoogde kruispunten, verkeersdrempels en andere verkeersremmende ingrepen binnen de bestaande verhardingsbreedte; 4° gebruikelijke ondergrondse constructies en aansluitingen; 5° gebruikelijke aanhorigheden; 6° technische constructies van algemeen belang met een maximaal volume van 30 kubieke I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
meter en een maximale hoogte van 5 meter; 7° de ondergrondse aanhoging of uitdieping van waterlichamen of de versteviging van oevers, voor zover deze niet gelegen zijn in een ruimtelijk kwetsbaar gebied en het project niet voor komt op bijlage I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage; 8° waterbeheersingswerkzaamheden die niet zonder acuut gevaar of schade kunnen worden uitgesteld, zoals het doorbreken van waterkeringen bij rechtstreeks overstromingsgevaar; 9° strand- en duinophogingen, strand– en duinverbredingen, het slopen van niet meer gebruikte strandhoofden; 10° de plaatsing van seizoensgebonden, niet-overdekte terrassen bij horecazaken; 11° kleinschalige faunavoorzieningen langs wegen, spoorwegen en waterlopen.
Hoofdstuk 11. Algemeen belang
Art. 11.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor door de overheid of in opdracht van de overheid geplaatste kleinschalige technische infrastructuur, om gegevens over gezondheids-, milieu- of veiligheidsaspecten te verzamelen of bekend te maken. Art. 11.2. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor door de overheid of in opdracht van de overheid geplaatste standbeelden, gedenktekens en andere artistieke werken. Een stedenbouwkundige vergunning is ook niet nodig voor de plaatsing of verbouwing van alleenstaande veldkapelletjes of andere gebruikelijke uitingen van volksdevotie met een maximale oppervlakte van 6 vierkante meter en een maximale hoogte van 6 meter. Art. 11.3. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor archeologische opgravingen, vergund met toepassing van artikel 6, § 1, van het decreet van 30 juni 1993 houdende bescherming van het archeologisch patrimonium, als binnen twee jaar na de start van de opgravingen het terrein hersteld wordt in zijn oorspronkelijke staat, of een aanvang genomen wordt met vergunde handelingen. Art. 11.4. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor afsluitingen met een maximumhoogte van 3 meter, die bestaan uit hekwerken, palen of draad , opgericht ter afsluiting van gebouwen, terreinen of constructies van algemeen belang. Art. 11.5. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor: 1° het op dezelfde plaats geheel of gedeeltelijk vervangen van een bestaande vergunde pyloon of mast door een nieuwe pyloon of mast die even hoog is of lager, en die er kennelijk hetzelfde uitziet als de bestaande pyloon of mast; 2° het op dezelfde plaats geheel of gedeeltelijk vervangen van een bestaande vergunde windmolen voor de productie van elektriciteit door een nieuwe windmolen die even hoog is of lager, en met wieken die even lang zijn of korter, en die er kennelijk hetzelfde uitziet als de bestaande windmolen; 3° het op dezelfde plaats geheel of gedeeltelijk vervangen van een bestaande technische installatie met een maximaal volume van 30 kubieke meter door een nieuwe technische installatie met hetzelfde of een kleiner omschreven volume. Art. 11.6. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor handelingen aan of met betrekking tot een bestaande hoogspanningslijn als de dragende structuur ongewijzigd blijft, I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
onverminderd de toepassing van artikel 11.5. Art. 11.7. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de aanleg van de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar installaties van algemeen belang. Art. 11.8. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de volgende handelingen die betrekking hebben op de bodemsanering, als ze opgenomen zijn in een conform verklaard bodemsaneringsproject en als er geen verhardingen worden aangelegd: 1° het plaatsen, veranderen of verwijderen van ondergrondse constructies of installaties; 2° het verwijderen en aanvullen van grond tot op de hoogte van het oorspronkelijke maaiveld; 3° het gedurende een periode van minder dan 6 maanden plaatsen van bovengrondse constructies of installaties. Art. 11.9. De vrijstelling, vermeld in artikel 11.1, tot en met artikel 11.8. geldt enkel voor zover deze handelingen niet niet voor komen op bijlage I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage.
Hoofdstuk 12. Telecommunicatie
Art. 12.1 Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de volgende handelingen met betrekking tot zend- en ontvangstinstallaties voor telecommunicatie: 1° de plaatsing van de volledige installatie,binnen in bestaande gebouwen of constructies, .In voorkomend geval wordt de zend- en ontvangstinstallatie geplaatst achter materialen die er hetzelfde uitzien als de bestaande materialen, maar die radiogolven doorlaten; 2° de plaatsing van een antenne aan de buitenkant van bestaande gebouwen, in de kleur van de gevel, of in een neutrale, onopvallende kleur, op voorwaarde dat de bijbehorende technische installatie wordt aangebracht in het gebouw, ondergronds of op een plat dak overeenkomstig artikel 12.3.; 3 de plaatsing van een installatie op een bestaand gebouw gelegen in een industriegebied in de ruime zin. De totale hoogte van de dragende structuur bedraagt maximaal 5 meter boven het gebouw. De bijbehorende technische installatie wordt ondergebracht in het gebouw, ondergronds of op het dak; 4° de plaatsing van een installatie op een bestaande vergunde pyloon of mast op voorwaarde dat de hoogte niet toeneemt en de bijbehorende technische installatie ondergronds geplaatst wordt of onmiddellijk aansluit bij de pyloon of mast; 5° de plaatsing van een installatie aan een bestaande vergunde hoogspanningspyloon, op voorwaarde dat de hoogte met maximaal vijf meter toeneemt en de bijbehorende technische installatie ondergronds geplaatst wordt of onmiddellijk aansluit bij de pyloon; 6° de plaatsing van installaties op bestaande verlichtingspalen, met inbegrip van de vervanging ervan, op openbaar domein, op voorwaarde dat de installatie niet meer dan vijf meter boven de verlichtingsarmatuur of boven de bestaande infrastructuur uitsteekt; 7° de plaatsing van installaties en constructies ter verzekering van de stabiliteit en veiligheid bij bestaande installaties. Art. 12.2. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing van de volgende schotelantennes: 1° een schotelantenne met een maximale diameter van 80 centimeter, geplaatst op hellende daken achter de dakrand of tegen de achtergevel van gebouwen, in de kleur van de gevel of in I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
een neutrale, onopvallende kleur; 2° een schotelantenne met een maximale diameter van 120 centimeter, geplaatst op een plat dak, op voorwaarde dat de hoogte beperkt blijft tot 150 centimeter; 3° een schotelantenne met een maximale diameter van 120 centimeter, in de achtertuin, op voorwaarde dat de hoogte beperkt blijft tot 150 centimeter. Art. 12.3. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing op platte daken van allerlei technische installaties, die geen gebouwen of delen van gebouwen zijn, met een maximale hoogte van drie meter, op voorwaarde dat de hoogte van de technische installatie op elk punt kleiner is dan de afstand tot de dakrand.
Hoofdstuk 13. Afbraak
Art. 13.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor het slopen of verwijderen van installaties of constructies die vallen onder de bepalingen van dit besluit. Art. 13.2. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de volledige afbraak van vrijstaande bouwwerken of constructies, op voorwaarde dat aan al de volgende vereisten voldaan is: 1° het betreft geen kleine elementen en constructies, geïsoleerd of deel uitmakend van een geheel, die van belang zijn voor de kwaliteit van de leefomgeving, een volkskundige, historische of esthetische waarde hebben, als referentie dienen voor de bevolking van een buurt of wijk, of bijdragen tot het gevoel van een plaatselijke bevolking tot een bepaalde plek te behoren, zoals fonteinen, kiosken, pompen, putten, kruisen, calvaries, veldkapellen, standbeelden, wegwijzers, schandpalen, grenspalen, mijlpalen, lantaarnpalen, uurwerken, klokkenspelen, zonnewijzers, hekkens, omheiningsmuren, luifels, graven, herkenningstekens van merkwaardige gebeurtenissen uit het verleden, balies, straatmeubilair, waterkunstwerkjes, bakhuizen, houtskeletbouw, koetshuizen, oranjerieën, priëlen, ijskelders; 2° het betreft geen gebouwen of constructies die opgenomen zijn in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, opgesteld met toepassing van artikel 12/1 van het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten, stads- en dorpsgezichten; 3° de grondoppervlakte bedraagt minder dan 100 vierkante meter.
Hoofdstuk 14. Wijzigingsbepalingen
Art. 14.1. In het opschrift van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 april 2000 tot bepaling van de vergunningsplichtige functiewijzigingen en van de werken, handelingen en wijzigingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is, worden de woorden “en van de werken, handelingen en wijzigingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is” opgeheven. Art. 14.2. In hetzelfde besluit worden de volgende artikelen opgeheven: 1° artikel 1, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en 1 september 2006; 2° artikel 3, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 26 april 2002, 1 september 2006, 7 maart 2008 en 5 september 2008; 3° artikel 4, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006. I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Art. 14.3. In artikel 3/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, §2, en artikel 4.7.1, §2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en tot regeling van het vooroverleg met de Vlaamse bouwmeester, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juli 2009, wordt het tweede lid opgeheven. Art. 14.4. In artikel 1/1, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2003 tot bepaling van de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect, vernummerd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009, wordt het getal “30” vervangen door het getal “40”.
Hoofdstuk 15. Slotbepalingen
Art. 15.1. Dit besluit treedt in werking op 1 december 2010. Art. 15.2. De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brochure Een handige brochure over stedenbouwkundige vergunningen, meldingen en vrijstellingen kan gedownload worden via www.ruimtelijkeordening.be in de rubriek vergunningen en de subrubriek "werken aan en rond de woning".
I.A. 1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Procedure stedenbouwkundige vergunning 1. Samenstellen van het aanvraagdossier In heel wat gevallen is de medewerking van een architect vereist voor het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning (vroeger "bouwvergunning" genoemd). Die architect zorgt dan in uw plaats dat het aanvraagdossier alle nodige documenten en plannen bevat. Als aanvrager moet u dan enkel die documenten ondertekenen. Is de medewerking van een architect niet vereist? Dan mag u zelf het aanvraagdossier samenstellen. De werken waarvoor geen medewerking van een architect vereist is vindt u in het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2003 tot bepaling van de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect (bvr 23/5/2003 - B.S. 16/7/2003 -wijz. bvr 29/5/2009 B.S. 25/8/2009) 2. Indienen van het aanvraagdossier U (of uw architect) dient de aanvraag op het gemeentehuis in. De aanvraag kan ook met een aangetekende brief worden verzonden. In sommige gemeenten zal men de aanvraag ook elektronisch of semi-elektronisch kunnen indienen. 3. Behandeling van de aanvraag in eerste aanleg Hebt u uw dossier aan het loket afgegeven? U krijgt dadelijk een ontvangstbewijs. 3.a. volledigheidscontrole De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar of zijn gemachtigde gaat na of de vergunningsaanvraag ontvankelijk en volledig is. In niet-ontvoogde gemeenten die nog niet over een gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar beschikken, wordt dit ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek gevoerd door de gemeentelijke administratie. Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek wordt u bezorgd, normalerwijze binnen veertien dagen, ingaand de dag na deze waarop de aanvraag werd ingediend. Het verdere verloop van de procedure in eerste aanleg en de beroepsprocedure gelden alleen ten aanzien van ontvankelijke en volledige aanvragen. 3.b. openbaar onderzoek Voor sommige aanvragen wordt een openbaar onderzoek georganiseerd om na te gaan of er burgers zijn die bezwaren hebben tegen uw project. Het schepencollege zal zich moeten uitspreken over die bezwaren. Hebben de klagers gelijk of niet? Bezwaren leiden dus niet automatisch tot een weigering van uw aanvraag. 1.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen 3.c. adviezen inwinnen Soms moet de gemeente adviezen inwinnen over een aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning.
De instanties die overeenkomstig artikel 4.7.16, §1, respectievelijk 4.7.26, §4, eerste lid, 2°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, om advies worden verzocht, zijn: 1°
de entiteit van het agentschap RO–Vlaanderen, di e met de zorg voor het onroerend erfgoed belast is, voor volgende aanvragen: a)
aanvragen met monumenten;
betrekking
tot
voorlopig
of
definitief
beschermde
b)
aanvragen met betrekking tot percelen die gelegen zijn in voorlopig of definitief beschermde stads- en dorpsgezichten;
c)
aanvragen met betrekking tot percelen die gelegen zijn in voorlopig of definitief beschermde landschappen en in erfgoedlandschappen;
d)
aanvragen in een voorlopig of definitief aangeduide ankerplaats die onderworpen zijn aan de zorgplicht volgens artikel 26 van het decreet van 16 april 1996 betreffende de landschapszorg, met name als een administratieve overheid opdrachtgever is van een eigen werk of handeling;
e)
aanvragen met betrekking tot voorlopig of definitief beschermde archeologische monumenten of tot percelen die gelegen zijn in voorlopig of definitief beschermde archeologische zones;
f)
aanvragen binnen het gezichtsveld, beperkt tot uiterlijk een straal van 50 meter, van een voorlopig of definitief beschermd monument, met dien verstande dat indien het monument voorkomt op de Werelderfgoedlijst van de Unesco, de adviesvereiste geldt in de volledige bufferzone rond dat werelderfgoed, afgebakend in uitvoering van artikel 11, §5, van de UNESCO World Heritage Convention;
g)
aanvragen die de sloping van gebouwen of constructies omvatten, opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, vermeld in artikel 12/1 van het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten, stads- en dorpsgezichten, met dien verstande dat deze adviesverlening uitgeoefend wordt bij wijze van uitvoering van de algemene onroerenderfgoedtoets, vermeld in artikel 12/2 van voormeld decreet van 3 maart 1976;
h)
aanvragen voor : 1) verkavelingen van ten minste tien loten bestemd voor woningbouw, of met een grondoppervlakte groter dan een halve hectare, ongeacht het aantal loten; 2) groepswoningbouwprojecten waarbij woongelegenheden ontwikkeld worden;
ten
minste
tien
3) de bouw of de herbouw van appartementsgebouwen waarbij ten minste vijftig appartementen gecreëerd worden; 1.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
i)
aanvragen voor nieuwbouwprojecten met een bebouwd oppervlak van 500 m² of meer in woongebieden en recreatiegebieden;
j)
aanvragen voor ontginningsgebieden en uitbreiding van ontginningsgebieden zoals omschreven in het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen, respectievelijk artikel 17.6.3 en artikel 18.7.1;
2°
de wegbeheerder voor aanvragen met betrekking to t percelen die gelegen zijn op minder dan 30 meter van het domein van autosnelwegen, hoofdwegen of primaire wegen categorie I volgens het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen of langs gewest- of provinciewegen;
3°
het departement Landbouw en Visserij voor alle aanvragen die verband houden met landbouw, alsook voor alle aanvragen waarbij toepassing wordt gemaakt van de bepalingen van artikel 4.4.6, artikel 4.4.10 tot en met 4.4.23, en artikel 4.4.26, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in gebieden die een agrarische bestemming hebben;
4°
in voorkomend geval het polderbestuur voor aanv ragen, gelegen op minder dan 5 meter afstand van de kruin van de talud van onbevaarbare waterlopen van derde categorie;
5°
de administratie van de provincie ofwel in voor komend geval het polderbestuur voor aanvragen, gelegen op minder dan 5 meter afstand van de kruin van de talud van onbevaarbare waterlopen van tweede categorie;
6°
de Vlaamse Milieumaatschappij voor aanvragen gel egen op minder dan 20 meter afstand van de kruin van de talud van onbevaarbare waterlopen van eerste categorie;
7°
nv De Scheepvaart, Waterwegen en Zeekanaal NV, h et Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust of het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, afdeling Maritieme Toegang, telkens binnen hun ambtsgebied, voor aanvragen, gelegen op minder dan 50 meter afstand van de kruin van de talud van bestaande of geplande bevaarbare waterlopen of voor aanvragen, gelegen op minder dan 50 meter afstand van haveninfrastructuur binnen de afgebakende zeehavengebieden;
8°
de afdeling Kust van het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust, voor aanvragen met betrekking tot gebieden gelegen zeewaarts van de veiligheidslijn. Deze veiligheidslijn wordt als volgt gedefinieerd: a) in bebouwde gebieden is het de meest zeewaartse grens van bewoning; b) in onbebouwde gebieden is het de landwaartse grens van de 7m TAW;
9°
het agentschap voor Natuur en Bos voor de volgen de aanvragen : a)
aanvragen in ruimtelijk kwetsbare gebieden;
b)
aanvragen binnen de perimeter van de vogelrichtlijngebieden, met uitzondering van de woongebieden in de ruime zin;
c)
aanvragen in een gebied aangewezen krachtens de Overeenkomst inzake watergebieden die van internationale betekenis zijn, opgemaakt te Ramsar op 2 februari 1971; 1.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
d)
aanvragen gelegen binnen de perimeter van de door de Vlaamse Regering voorgestelde habitatgebieden in het kader van de EG-Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna;
e)
aanvragen in parken en bossen, zoals gedefinieerd in het Bosdecreet, alsmede in gebieden die overeenkomstig de plannen van aanleg of de ruimtelijke uitvoeringsplannen bestemd zijn voor parken en bossen;
10° de afdeling binnen het departement Leefmilieu, Natuur en Energie die bevoegd is voor natuurlijke rijkdommen voor alle aanvragen gelegen in gebieden die bestemd zijn als ontginningsgebied of een ermee vergelijkbaar gebied; 11° Infrabel voor aanvragen, gelegen op minder dan 20 meter afstand van de vrije rand van bestaande of geplande spoorlijnen; 12° het Departement Mobiliteit en Openbare Werken voor alle aanvragen waarbij een mobiliteitstudie bij de aanvraag gevoegd moet worden; 13° het havenbedrijf, voor alle aanvragen binnen ee n havengebied waarvan de grenzen zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 3, §1, van het decreet van 2 maart 1999 houdende het beleid en het beheer van de zeehavens. 3.d. advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar In de ontvoogde gemeenten moet het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar niet worden ingewonnen. In de niet ontvoogde gemeenten moet over sommige aanvragen het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar worden ingewonnen. Het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar is bindend, als het negatief is of voorwaarden oplegt. Het wordt uitgebracht binnen een vervaltermijn van dertig dagen, ingaand de dag na deze van de ontvangst van de adviesvraag. Als deze termijn wordt overschreden, kan aan de adviesvereiste voorbij worden gegaan. 3.e. beslissing van het schepencollege De gemeente zal uw aanvraag beoordelen, rekening houdend met: • • • • •
de eventuele bezwaren de eventuele adviezen de voorschriften van gewestplan, bijzonder plan van aanleg en/of verkaveling de mogelijke hinder voor de buurt (privacy, inkijk, bouwdiepte, terreinbezetting, ...). ...
Het college van burgemeester en schepenen neemt over de vergunningsaanvraag een beslissing binnen een vervaltermijn van: a)
b)
vijfenzeventig dagen, indien het aangevraagde gelegen is in een ontvoogde gemeente, over de aanvraag geen openbaar onderzoek moet worden gevoerd, en de aanvraag niet is samengevoegd met een milieuvergunningsaanvraag, honderdvijf dagen, in alle andere gevallen; 1.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen De vervaltermijnen gaan in de dag na deze waarop het resultaat van het ontvankelijkheidsen volledigheidsonderzoek aan de aanvrager wordt verstuurd. Zij gaan echter steeds ten laatste in op de dertigste dag na deze waarop de aanvraag werd ingediend. Indien geen beslissing wordt genomen binnen de vervaltermijn, wordt de aanvraag geacht afgewezen te zijn. U krijgt een afschrift van de uitdrukkelijke beslissing of een kennisgeving van de stilzwijgende beslissing binnen een ordetermijn van tien dagen per beveiligde zending. Op bevel van de burgemeester wordt de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing gedurende een periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de aanvraag betrekking heeft. De burgemeester waakt er over dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. De burgemeester of zijn gemachtigde attesteert de aanplakking. Op eenvoudig verzoek levert het gemeentebestuur een gewaarmerkt afschrift van dit attest af aan elke belanghebbende. Krijgt u een vergunning, dan mag u beginnen bouwen als u niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de dag van aanplakking, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep. Een door de gemeente gewaarmerkt afschrift van de vergunning en het bijhorende dossier ligt tijdens de duur van de werkzaamheden in uitvoering van de vergunning ter beschikking op de plaats die het voorwerp uitmaakt van de vergunning. 4. Beroep bij de deputatie Alle tijdig ingestelde beroepen tegen beslissingen van het schepencollege schorsen de uitvoering van de vergunning. 4.a. door de aanvrager U kunt als vergunningsaanvrager beroep instellen tegen elke beslissing van het schepencollege, ook tegen een stilzwijgende weigering. De regeling van het beroep staat in artikel 4.7.21. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. 4.b. door derden Er kan beroep worden ingediend door elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing. En ook door procesbekwame verenigingen die optreden namens een groep wiens collectieve belangen door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten. De regeling van het beroep staat in artikel 4.7.21. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. 1.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen 4.c. door administraties De gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar en de instanties die een verplicht advies hebben uitgebracht kunnen beroep instellen tegen elke vergunning verleend door het schepencollege. De regeling van het beroep staat in artikel 4.7.21. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. 4.d. de dossiervergoeding Om ontvankelijk te zijn, dient bij het beroepschrift het bewijs van betaling van de dossiervergoeding gevoegd te zijn, behalve als het beroep uitgaat van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar, de adviesverlenende instanties of in geval van beroep tegen een stilzwijgende weigering. De dossiervergoeding bedraagt 62,5 euro. De dossiervergoeding wordt gestort op een rekening van de provincie. Voor de provincie Vlaams-Brabant is dit rekening 091-0106007-15, Provincie Vlaams-Brabant, diverse ontvangsten, met mededeling IST-RO-BVB-(naam beroepsindiener). 4.e. de hoorzitting De betrokken partijen worden op hun verzoek door de deputatie gehoord (schriftelijk of mondeling). 4.f. de beslissing van de deputatie De deputatie neemt haar beslissing binnen een vervaltermijn van vijfenzeventig dagen, die ingaat de dag na deze van de betekening van het beroep. Deze vervaltermijn wordt verlengd tot honderdvijf dagen, indien toepassing wordt gemaakt van het mondelinge of schriftelijke hoorrecht. Indien geen beslissing wordt genomen binnen de toepasselijke vervaltermijn, wordt het beroep geacht afgewezen te zijn. Een afschrift van de uitdrukkelijke beslissing of een kennisgeving van de stilzwijgende beslissing wordt binnen een ordetermijn van tien dagen gelijktijdig en per beveiligde zending bezorgd aan de indiener van het beroep en aan de vergunningsaanvrager. Op bevel van de burgemeester wordt de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing gedurende een periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De burgemeester waakt er over dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangst, door het gemeentebestuur, van een afschrift van de uitdrukkelijke beslissing of een kennisgeving van de stilzwijgende beslissing. De burgemeester of zijn gemachtigde attesteert de aanplakking. Op eenvoudig verzoek levert het gemeentebestuur een gewaarmerkt afschrift van dit attest af aan elke belanghebbende. 1.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen Van een vergunning, afgegeven door de deputatie, mag gebruik worden gemaakt vanaf de zesendertigste dag na de dag van aanplakking. Hetzelfde geldt voor de vergunning, afgegeven door het college van burgemeester en schepenen, waartegen het beroep door de deputatie stilzwijgend is afgewezen. 5. Beroep bij de Raad voor Vergunningsbetwisting De beroepen bij de Raad kunnen door volgende belanghebbenden worden ingesteld: 1° de aanvrager van de vergunning; 2° de bij het dossier betrokken vergunningverlenend e bestuursorganen; 3° elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die re chtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de vergunningsbeslissing; 4° procesbekwame verenigingen die optreden namens e en groep wiens collectieve belangen zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten; 5° de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar; 6° de bij het dossier betrokken adviserende instant ies. De belanghebbende aan wie kan worden verweten dat hij een voor hem nadelige vergunningsbeslissing niet heeft bestreden door middel van het beroep bij de deputatie, wordt geacht te hebben verzaakt aan zijn recht om zich tot de Raad te wenden. De beroepen worden ingesteld binnen een vervaltermijn van dertig dagen, die ingaat als volgt: a) hetzij de dag na deze van de betekening, wanneer dergelijke betekening vereist is, b) hetzij de dag na deze van aanplakking, in alle andere gevallen; De beroepen worden ingesteld bij wijze van verzoekschrift. Raad voor Vergunningsbetwistingen Phoenixgebouw, 12e verdieping Koning Albert II-laan 19, bus 25 1210 BRUSSEL 02/553.17.75
1.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Immotheker Kopen of blijven huren? Waar haalt u onafhankelijk advies? Is goed wonen nog wel betaalbaar? Kunnen jonge mensen zich nog een eigen woning veroorloven of blijven ze beter huren? Welke woning past binnen hun budget en hoeveel kunnen ze maximaal lenen? Jonge mensen die hierop een antwoord willen kunnen terecht bij de immotheker. De immotheker is een netwerk van onafhankelijke experts inzake financieel en fiscaal advies. Wanneer neemt u contact op met de immotheker? •
U hebt nog geen concrete woning in gedachten? U wordt bij de immotheker zo volledig mogelijk geïnformeerd over de kosten die komen kijken bij de aankoop of bouw van een woning én u wordt geholpen zodat u uw eigen mogelijkheden realistisch kunt inschatten. Zodoende zouden er geen verrassingen meer mogen zijn. Daarna kunt u doelgericht op zoek naar de woning die het best past binnen uw wensen en budget. Woonplanning kan dus al in een heel vroeg stadium.
•
U hebt al een concrete woning op het oog. Als u al de woning van uw dromen op het oog hebt, dan kunt u bij de immotheker laten onderzoeken of deze past binnen uw financiële mogelijkheden.
U neemt de beslissing om te kopen of te bouwen. Dan telt elke euro. De immotheker geeft gratis advies over de woonlening die u het meeste voordeel oplevert. U kunt rekenen op 100% objectiviteit. De immotheker-deskundige vergelijkt alle formules waarvan de acceptatievoorwaarden en bodemtarieven gekend zijn, ook deze van aanbieders waarmee de immotheker (nog) niet samenwerkt.
Inlichtingen Naam organisatie Adres Website
: Immotheker : zie adressen kantoren op de website : www.immotheker.be
1.A.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Premiezoeker Premiezoeker geeft een antwoord op de vraag op welke premies en steunmaatregelen de burger recht heeft. Premiezoeker doet dit door de voorwaarden die voor elke premie worden gesteld af te toetsen. De gebruiker beantwoordt automatisch gegenereerde vragenlijsten en krijgt op basis van zijn antwoorden een overzicht van de steunmaatregelen waar hij aanspraak kan op maken. Heeft de vraagsteller desondanks geen zin alle vragen te beantwoorden of vindt hij de vragen te moeilijk, kan hij klikken op “overzicht van alle premies”. Op deze pagina krijgt hij dan heel snel een overzicht van de premies die mogelijk interessant zijn. U kan opgeven van welke gemeente u de premies wil kennen, welke activiteit u wilt uitvoeren en/of zoeken op een trefwoord uit de premienaam. In de lijst die u terugkrijgt, vindt u een verwijzing naar de webstek en de contactgegevens van de instelling die de premie aanbiedt. U kan dan de details over de premie nalezen op hun website of hen contacteren met uw vragen.
Inlichtingen Naam organisatie Adres Website
: Wonen-Vlaanderen, Phoenixgebouw : Koning Albert II-laan 19 bus 40, 1210 Brussel : www.premiezoeker.be
1.A.4
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Projecten Lokaal Woonbeleid Sinds 2008 zijn er een aantal projecten opgestart met als doel het lokaal woonbeleid actief uit te werken. De basistaken van deze projecten zijn: 1° het begeleiden en ondersteunen van de deelnemend e gemeenten bij de ontwikkeling van een gemeentelijke beleidsvisie op het vlak van wonen; 2° het faciliteren of uitbreiden van het woonoverle g met alle lokale woonactoren; 3° het aanbieden van gestructureerde basisinformati e aan de inwoners van de deelnemende gemeenten. Voor meer informatie over deze projecten kan u contact opnemen met de coördinator. projecten
werkingsgebied, gemeenten
Coördinator
Contact
Asse, Dilbeek, Kapelle o/d Bos, Londerzeel, Meise, Opwijk Wonen tussen Dijle Bertem, en Velp Bierbeek, Boutersem, Haacht, Oud-Heverlee, Rotselaar Hartje Hageland Bekkevoort, Glabbeek, Kortenaken, Tielt-Winge Woonwinkel Bever, Pajottenland Galmaarden, Gooik, Herne, Lennik, Pepingen Woonbeleid Regio Grimbergen, Noord Kampenhout, Zemst Beter Wonen aan de Hoegaarden, Gete Landen, Linter
Jan Velleman
[email protected] 02-488 56 01 77
Vanessa Joly
[email protected] 016-31 18 69
Tina Vandermee ren
[email protected]
Erik Moens
[email protected] 0496-50 72 73
Veerle Van Rie
[email protected] 0472-76 08 96
Katja Calsyn
[email protected]
Woonbeleid Noord Pajottenland
Affligem, Liedekerke, Roosdaal Vilvoorde, Machelen
Sofie De Mars
011-69 05 45
[email protected] 053-64 55 57
Tim Romeyns
[email protected] 02-255 47 21
Aarschot Scherpenheuvel -Zichem Diest
Jenne Van Cortenberg
[email protected] 016-29 85 48
Woonbeleid Regio Noord-West Brabant
Regionaal Woonbeleid Vilvoorde/Machelen
Wonen aan de Demer
I.A.5
016-63 95 62
[email protected]
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen Woonwijzer Midden Brabant
Herent Huldenberg Kortenberg Tervuren Zaventem
Woonbeleid Zennevallei
Halle Sint-PietersLeeuw
Aangenaam Wonen tussen Grote en Kleine Gete
Tienen Zoutleeuw
Beriel Mertens
[email protected] 016 29 85 48 0471 85 03 77
Halle : 02-361 50 91 Sint-Pieters-Leeuw : 02-371 22 68
Liliane Vanhelden
I.A.5
016 80 57 80
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Duurzaam bouwadvies De provincie ondersteunt ook ‘Duurzaam Bouwadvies’. In sommige gemeenten die dit extra ondersteunen is dit zelfs helemaal gratis. Meer info op http://www.vlaamsbrabant.be/wonen-milieu/wonen-en-ruimtelijkeordening/provinciaal-steunpunt-duurzaam-bouwen/duurzaam-bouwadvies/index.jsp
Provincie Alle inwoners van Vlaams-Brabant kunnen bij het 'Provinciaal Steunpunt DuboVlaamsBrabant' terecht voor duurzaam bouwadvies. Dankzij de provincie kost duurzaam bouwadvies slechts 50 euro voor een advies ter plaatse (enkel bij renovaties), 25 euro voor een advies op basis van plannen (voor renovaties en nieuwbouw).
Gemeenten Duurzaam bouwadvies is dankzij de extra steun van de gemeenten gratis in Beersel, Bekkevoort, Bierbeek, Boortmeerbeek, Diest, Drogenbos, Gooik, Grimbergen, Halle, Kortenberg, Leuven, Machelen, Meise, Oud-Heverlee, Rotselaar en Tervuren. In Herent, Hoegaarden en Tremelo is het bouwadvies gratis voor renovaties, niet voor nieuwbouw.
I.A.6
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Leningen bij een sociale kredietmaatschappij erkend door de Vlaamse regering Leningen voor • • •
De bouw van een woning (huis of appartement). De aankoop van een nieuwe of bestaande woning. De verbouwing, sanering, verbetering of aanpassing van een woning door zowel alleenstaanden, gezinnen als samenwonenden.
Voorwaarden (voorwaarden op 1/01/2016) • •
Geen andere woning bezitten. Er is geen maximuminkomen bepaald voor de lening.
Maximumbedrag van de lening (voorwaarden op 1/01/2016) Men kan tot 100 % van de geschatte waarde of aankoopprijs van de woning lenen. De waarde wordt vastgesteld door een expert van de kredietmaatschappij.
maximale waarde van de lening
Vlabinvest-gebied
aantal kinderen ten laste (1) 0
1
2
3
4
228.000
239.000
250.000
262.000
273.000
250.000
263.000
275.000
288.000
300.000
(1) Inwonende ascendent of gezinslid met ernstige handicap = extra kind ten laste. (2) De maximumwaarde geldt ook NA de uitvoering van eventuele verbouwingswerken.
Rentevoet • •
Er is een vaste basisrentevoet voor de volledige duur van de lening. De huidige rentetarieven zijn te verkrijgen bij de erkende kredietmaatschappijen.
I.B.1.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen Erkende maatschappijen
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer
: NV Demer en Dijle : Naamsesteenweg 142 - 3001 Heverlee : Josse Guns : 016-22 59 71 : 016-29 05 59
Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer
: Krediet voor Sociale Woningen : Vuurkruisenstraat 20 - 1500 Halle : 02-673.33.00 : 02-675.42.41
I.B.1.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Leningen bij de Vlaamse Maatschappij Sociaal Wonen (V.M.S.W.) Voorwaarden • •
Het maximum netto-belastbaar inkomen is vastgesteld op 36.121 euro voor alleenstaanden en 54.176 euro voor gezinnen, verhoogd met 3.607euro per persoon ten laste. In kernsteden of in de Vlaamse Rand gelden andere bedragen : 37.841 euro voor alleenstaanden en 56.755 euro voor gezinnen, verhoogd met 3.779 euro per persoon ten laste. Al deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd.
Rentevoet •
De rentevoet is afhankelijk van : o De marktrente o Uw inkomsten en gezinstoestand o De ligging van de grond of woning
Maximum te ontlenen bedragen. Voor zover er voldoende budget voorhanden is op het door de Vlaamse minister van Wonen goedgekeurde programma, kan er een hypothecaire lening verkregen worden bij de VMSW voor de volgende verrichtingen (eventueel gecombineerd): • • •
de aankoop van een woning; het behoud van een woning; de renovatie, verbetering of aanpassing van de een woning;
De lening kan maar worden toegestaan als de geschatte verkoopwaarde van het te belenen goed niet hoger is dan onderstaande bedragen (in euro, geldig in 2016): Vanaf derde persoon ten laste
Aankoop, bouw, renovatie, verbetering of aanpassing van een woning Aankoop, bouw, renovatie, verbetering of aanpassing van een woning in kernstad of Vlaamse Rand
Eenmalig als er bij aanvraag een kind < 6jaar is
204.400
+10.300
+10.300
224.900
+11.300
+11.300
I.B.1.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen Informatie en formulieren Naam organisatie Adres Telefoonnummer
: C.V. Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting : Bezemstraat 83 bus 13 – 1600 Sint-Pieters-Leeuw : 02-371 03 30
Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres
: C.V. "Providentia" : Brusselsesteenweg 191 - 1730 Asse : 02-452 72 43 :
[email protected]
Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres
: C.V. "Sociaal Wonen arr. Leuven” : Wijgmaalsesteenweg 18 - 3020 Herent : 016-31 62 00 :
[email protected]
Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres
: Vitare : A. Van Eechautestraat 13 bus 2 – 9800 Deinze : 09 381 92 65 :
[email protected]
I.B.1.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Vermindering van de onroerende voorheffing De onroerende voorheffing - principe • •
• •
Elk jaar worden alle onroerende goederen aan de onroerende voorheffing onderworpen. De berekening gebeurt steeds op het kadastraal inkomen. Aan een nieuw gebouwd onroerend goed of na het uitvoeren van (zware) verbouwingswerken aan een bestaand onroerend goed, wordt door de Administratie van het Kadaster, de Registratie en de Domeinen (AKRED) op basis van een geïndividualiseerde schatting een nieuw kadastraal inkomen toegekend bij nieuwbouw of wordt het bestaande kadastraal inkomen herschat bij verbouwing. De onroerende voorheffing dient betaald te worden door de eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder, vruchtgebruiker. Waar het ‘kadastraal inkomen’ nog tot de bevoegdheid van de federale overheid blijft, is de ‘onroerende voorheffing’ sedert 1999 een bevoegdheid behorend tot de Vlaamse overheid.
Berekening van de onroerende voorheffing Het bedrag van de onroerende voorheffing is afhankelijk van de gemeente, provincie of het gewest waar het onroerend goed gelegen is. De basisheffing bedraagt 2,5% van het geïndexeerd kadastraal inkomen. De afronding gebeurt rekenkundig op de eurocent (twee cijfers na de komma).
Welke verminderingen van de onroerende voorheffing zijn er ? 1.
Vermindering voor kinderen waarvoor kinderbijslag wordt verkregen en voor kinderen met een handicap. De verminderingen worden vanaf nu verleend op basis van verder vermelde forfaitaire bedragen, indien aan de volgende voorwaarden voldaan is: • de woning moet op 1 januari van het aanslagjaar betrokken worden door een gezin met minimaal twee kinderen; • de kinderen moeten er hun woonplaats hebben volgens de inschrijving in het bevolkingsregister; • de kinderen moeten kinderbijslaggerechtigd zijn.
2.
Vermindering voor gehandicapte personen De vermindering voor gehandicapte personen wordt op gelijke wijze berekend. Een gehandicapte persoon wordt gerekend voor twee kinderen ten laste. Hij of zij moet in tegenstelling tot voorheen niet meer ten laste zijn, maar wel op 1 januari van het aanslagjaar wonen op het adres waarvoor de vermindering werd gevraagd en moet bovendien deel uitmaken van het gezin volgens het bevolkingsregister. Een definitie van een persoon met een handicap is bepaald in het artikel 135, §1 van het Wetboek van Inkomstenbelasting 1992.
I.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen 3.
Vermindering voor bescheiden woning • een vermindering van 25 % wordt verkregen op voorwaarde dat: - men de woning volledig zelf bewoont; - het totaal van de kadastrale inkomens van de onroerende goederen in Vlaanderen niet meer bedraagt dan 745 euro. •
•
Als men VOOR de algemene herschatting van 1979 reeds aanspraak heeft gemaakt op een vermindering voor bescheiden woning, maar het nieuwe kadastraal inkomen van de woning is hoger dan 745 euro, kan men deze vermindering toch blijven genieten op voorwaarde dat: - men de volledige woning is blijven bewonen; - men geen nieuwe goederen heeft verworven vanaf aanslagjaar 1979; - het overschrijden van de grens van 745 euro uitsluitend het gevolg was van de algemene herschatting; - het nieuwe totaal kadastraal inkomen van al de onroerende goederen niet meer bedraagt dan 992 euro. Wanneer men een woning gebouwd heeft of een nieuwe woning aangekocht heeft, waarvoor geen huisvestingspremie van het Vlaamse Gewest (bouw- of aankooppremie) verkregen werd, kan de vermindering opgetrokken worden tot 50 % voor de eerste 5 jaar waarin men onroerende voorheffing moet betalen. Deze verhoogde vermindering wordt niet automatisch toegepast en moet dus aangevraagd worden.
4.
Vermindering voor grootoorlogsinvaliden Een grootoorlogsinvalide heeft recht op een vermindering van 20 % van de onroerende voorheffing voor de woning waar hij/zij gedomicilieerd is. Onder grootoorlogsinvaliden worden de burgerlijke en militaire oorlogsslachtoffers verstaan die ten minste 100 % invalide zijn. Deze vermindering wordt niet automatisch toegepast en moet dus aangevraagd worden.
5.
Onproductiviteit van het onroerend goed Hierbij kan het kadastraal inkomen verminderen en ook hieruit voortvloeiend de onroerende voorheffing.
6.
Vermindering voor energiezuinige nieuwbouw Een eigenaar wiens woning het E-peil 60 behaalt, bekomt gedurende 10 jaar een korting van 20 procent op zijn jaarlijkse onroerende voorheffing. Een eigenaar wiens woning het E-peil 40 behaalt, bekomt een korting van 40 procent op zijn jaarlijkse onroerende voorheffing. De maatregel treedt in werking vanaf het aanslagjaar 2009. Dit betekent dat gebouwen waarvoor in 2008 een energieprestatiecertificaat bouw werd afgeleverd, vanaf het aanslagjaar 2009 van de vermindering kunnen genieten. Deze vermindering wordt automatisch toegekend. De eigenaar moet hiervoor geen aanvraag indienen.
Vermindering van onroerende voorheffing ook voor huurders Bepaalde verminderingen worden toegekend in functie van de bewoner van het onroerend goed: vermindering voor kinderbijslaggerechtigde kinderen, voor een gehandicapte persoon of voor een grootoorlogsverminkte. Het is dan ook de bedoeling van de wetgever dat die verminderingen uiteindelijk ten goede komen aan de bewoner. De bewoner is niet per definitie de belastingplichtige van de onroerende voorheffing. De woning kan namelijk ook
I.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen verhuurd zijn. In dat geval wordt de vermindering toegekend aan de eigenaarbelastingplichtige en mag de huurder het bedrag aftrekken van de huurprijs. De huurder wordt van het bedrag van de vermindering op de hoogte gebracht per brief. Huurders uit de privé – sector moeten eenmalig een meldingsformulier invullen. Dit formulier vindt u op website : www.onroerendevoorheffing.be onder “formulieren. Het formulier kan ook aangevraagd worden bij de Belastingdienst voor Vlaanderen. Het ingevulde formulier dient naar de Belastingdienst voor Vlaanderen te worden gestuurd. Indien de vermindering voor een huurder niet op het aanslagbiljet vermeld staat, moet de eigenaar een bezwaarschrift indienen. Huurders van een sociale woning hoeven geen meldingsformulier op te sturen. De huisvestingsmaatschappij geeft de gegevens door aan de Belastingdienst voor Vlaanderen. De verminderingen worden rechtstreeks met de Sociale Huisvestingsmaatschappij (SHM) geregeld. De SHM moet haar huurders inlichten over het bedrag van de vermindering en deze in mindering brengen op de huurlast. Aan de hand van het rijksregisternummer onderzoekt de Belastingdienst voor Vlaanderen op eigen initiatief, elk jaar opnieuw, of vermindering kan worden toegekend.
Informatie en formulieren Naam organisatie Adres Website
: Vlaamse Belastingsdienst : Vaartstraat 16 - 9300 Aalst : www.onroerendevoorheffing.be
I.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Verzekering gewaarborgd wonen Omschrijving De verzekering gewaarborgd wonen loopt over een periode van tien jaar. Als u tijdens deze verzekeringsperiode onvrijwillig werkloos of arbeidsongeschikt wordt, kunt u na een wachttijd van drie maanden gedurende maximaal drie jaar een tegemoetkoming ontvangen in de aflossing van uw hypothecaire lening. In het geval van werkloosheid dienen na de eerste periode van 18 opeenvolgende maanden gedurende een periode van ten minste drie volledige maanden voltijdse of deeltijdse arbeidsprestaties in het kader van een arbeidsovereenkomst te worden aangetoond om in aanmerking te komen voor een nieuwe periode van tegemoetkoming in het inkomensverlies.
Voorwaarden U hebt minstens 50.000 euro geleend om een woning te bouwen, te kopen of te kopen en renoveren. Leningen die uitsluitend dienen voor renovatiewerken komen maar in aanmerking vanaf 25.000 euro. De woning waarvoor u leent moet uw enige woning zijn en moet gelegen zijn in het Vlaamse gewest. Om in aanmerking te komen voor de verzekering mag uw eerste kapitaalsopname niet langer dan een jaar voor het indienen van de aanvraag tot het bekomen van de gratis verzekering hebben plaatsgevonden. Op het tijdstip van de aanvraag moet u volledig arbeidsgeschikt zijn en ook een beroepsactiviteit uitoefenen, hetzij als werknemer met een contract van onbepaalde duur (minstens in een deeltijdse betrekking), waarvan de proefperiode al voltooid is, hetzij als werknemer met een tijdelijk contract waarvan minstens één jaar bij uw huidige werkgever (contracten in het kader van uitzendarbeid komen niet in aanmerking), of als zelfstandige, als u uw zelfstandige activiteit in hoofdberoep uitoefent. De twaalf maanden, die aan de datum van de verzekeringsaanvraag voorafgaan, moet u ononderbroken gewerkt hebben (met uitzondering van één of meerdere infectieziekten van beperkte duur (vb. griep) en/of het wettelijk zwangerschapsverlof). De door de kredietinstelling waar u uw lening hebt afgesloten geschatte verkoopwaarde van de woning mag niet meer bedragen dan 320.000 euro. In de gemeenten van het arrondissement Halle-Vilvoorde en in enkele gemeenten van het arrondissement Leuven wordt dit bedrag verhoogd tot 368.000 euro. Hierna de lijst van de gemeenten waar de verhoogde verkoopswaarde van toepassing is : • alle gemeenten in het arrondissement Halle – Vilvoorde (waaronder enkele faciliteitengemeenten in de Brusselse Rand): Affligem, Asse, Beersel, Bever, Dilbeek, Drogenbos, Galmaarden, Gooik, Grimbergen, Halle, Herne, Hoeilaart, Kampenhout, Kapelle-op-den-Bos, Kraainem, Lennik, Liedekerke, Linkebeek, Londerzeel, Machelen, Meise, Merchtem, Opwijk, Overijse, Pepingen, Roosdaal, Sint-GenesiusRode, Sint-Pieters-Leeuw, Steenokkerzeel, Ternat, Vilvoorde, Wemmel, WezembeekOppem, Zaventem, Zemst. • enkele gemeenten in het arrondissement Leuven: Bertem, Huldenberg, Kortenberg en Tervuren
I.B.2’
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen Er gelden geen inkomensgrenzen, behalve voor personen die een lening aangaan voor het bouwen van een woning waarvoor een bouwvergunning werd aangevraagd vóór 1 januari 2012. Enkel wanneer het peil van het primair energieverbruik van de woning hoger is dan E70, gelden er nog inkomensgrenzen. De verzekering kan in dat geval alleen worden toegestaan wanneer het inkomen niet meer bedraagt dan: - 40.640 euro voor een alleenstaande (inkomensgrens voor aanvragen in 2015); - 58.050 euro voor wettelijk of feitelijk samenwonenden, te verhogen met 3.260 euro per persoon ten laste (inkomensgrenzen voor aanvragen in 2015); - 58.050 euro voor een alleenstaande met een persoon ten laste, te verhogen met 3.260 euro per persoon ten laste vanaf de tweede persoon ten laste (inkomensgrenzen voor aanvragen in 2015). Het gezamenlijk belastbaar inkomen vermeld op het laatste aanslagbiljet wordt gebruikt om de inkomensvoorwaarden te controleren. Indien de lening door meer dan één persoon werd afgesloten, wordt bij de bepaling van het inkomen rekening gehouden met het belastbaar inkomen van alle personen die in de woning waarop de hypothecaire lening betrekking heeft wonen of zullen wonen. De inkomensgrenzen worden jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex. Is uw gezamenlijk belastbaar inkomen kleiner dan of gelijk aan de bovenvermelde grenzen en is uw nieuwe woning energiezuinig (lager dan of gelijk aan E70) dan hebt u recht op de hogere maximale tegemoetkoming van 600 euro. U hebt nog niet genoten van een verzekering gewaarborgd wonen waarvan de premie door de Vlaamse overheid ten laste werd genomen. Voorwaarden betreft de woning
Om van deze verzekering te kunnen genieten is de woning waarop deze verzekering betrekking heeft, gelegen in het Vlaamse Gewest en bestemd om als hoofdverblijfplaats te dienen voor de aanvrager(s). De door de kredietverlener geschatte verkoopwaarde van de woning (zoals ze wordt geraamd door de kredietinstelling bij het afsluiten van de hypothecaire lening) mag, eventueel na de uitvoering van de geplande renovatiewerken, niet meer bedragen dan 320.000 euro. Het bedrag van 320.000 euro wordt verhoogd tot 368.000 euro als de woning gelegen is in het Vlabinvestgebied.
Omvang van de verzekeringswaarborg De tegemoetkoming die de verzekeraar maandelijks zal uitkeren aan uw kredietinstelling is afhankelijk van het werkelijk geleden inkomensverlies, de maandelijkse afbetaling en de duur van de periode dat u beroep heeft gedaan op de tegemoetkoming van de verzekeraar. In het eerste jaar is de tegemoetkoming beperkt tot 70 % van het afbetalingsbedrag. Vanaf het tweede jaar ontvangt u 56% van het afbetalingsbedrag. Vanaf het derde jaar ontvangt u nog 42% van dit bedrag. Het bedrag is beperkt tot € 500 of € 600 per maand, maar is misschien kleiner, afhankelijk van uw inkomensverlies en de geleende som. Het maximum bedrag van € 600 kan enkel toegekend worden aan mensen die een woning hebben gebouwd waarvan het peil van primair energieverbruik lager of gelijk is aan de E70 norm en een belastbaar inkomen hebben dat lager is of gelijk aan: • •
40. 640 euro voor alleenstaanden zonder personen ten laste 58.050 euro voor wettelijk of feitelijk samenwonenden, te verhogen met 3.250 euro per persoon ten laste
I.B.2’
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen •
58.050 euro voor alleenstaanden met een persoon ten laste, te verhogen met 3 260 euro per persoon ten laste vanaf de tweede persoon ten laste
Aanvragen U kunt deze documenten schriftelijk aanvragen bij: Cel Verzekering Gewaarborgd Wonen Koning Albert II-laan 19 bus 40 1000 Brussel of via
[email protected]
I.B.2’
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Registratiebelasting Principe Wanneer u een onroerend goed (grond, woning, gebouwen, enz..) koopt, wordt de notariële akte geregistreerd en dient er een “registratiebelasting” betaald te worden. In de volksmond noemt men de registratiebelasting “de aktekosten of de notariskosten”. Dit is misleidend, want de aktekosten omvatten meer dan de registratiebelasting en de registratiebelasting gaat in geen geval naar de notaris. Het gewone tarief van de registratiebelasting bedraagt in Vlaanderen 10 %, berekend op de prijs van het onroerend goed, met als minimum de gewone verkoopwaarde. Deze verkoopwaarde wordt geschat door de Ontvanger van de Registratie.
Vermindering van het registratierecht De registratiebelasting van 10 % kan in bepaalde gevallen verminderd worden tot 5%. Om te weten of u recht heeft op een verminderd tarief, is het aangeraden steeds de notaris te raadplegen. Deze zal u de voorwaarden uitleggen waaraan u moet voldoen om te genieten van de registratiebelasting voor een “bescheiden woning” of “kleine landeigendom” zoals beschreven in artikel 2.9.4.2.1.VCF en verder. Voorwaarden van de vermindering van de registratiebelasting a.
Kadastraal inkomen • Als de verkrijging enkel betrekking heeft op gronden, bedraagt het maximum toegelaten kadastraal inkomen (het niet-geïndexeerde bedrag) 323 euro;
b.
Onroerend bezit De koper of zijn echtgenote mag geen ander onroerend goed in volle of blote eigendom in België bezitten, tenzij: • een goed verkregen door erfenis van ouders of grootouders met kadastraal inkomen vermeld zoals hierboven; • een woning die, uiterlijk de dag voor de notariële akte, verkocht wordt.
c.
Bewoningsplicht van bescheiden woningen Binnen drie jaren na verkrijging dient de koper of zijn echtgeno(o)t(e) drie jaren ononderbroken ingeschreven te zijn in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister op het adres van het gekocht goed. Samenwonenden moeten beiden ingeschreven zijn.
d.
De koop van een bouwgrond De koop van een bouwgrond wordt bij de aankoop voorlopig geregistreerd aan de belasting van 10 %. Na de afwerking van de bouw, wanneer het k.i. van, de nieuwbouw werd vastgelegd, kan men de teruggave vragen als het k.i. het maximum, in principe 745 euro niet-geïndexeerd, niet overschrijdt. Dit geldt ook bij de aankoop van huizen bestemd om te worden afgebroken of te worden omgevormd in een woning. Voor de eventuele verhoging van het maximum k.i.omwille van hogere kinderlast en het reeds bezitten van een woning houdt men rekening met de toestand op het ogenblik dat het k.i. wordt vastgesteld.
I.B.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen Voor het toegelaten maximum k.i. ,moet er rekening gehouden worden met andere goederen die men bezit. Daarbij moet evenwel de situatie genomen worden op datum van de aankoop van de grond. Er moet enkel rekening worden gehouden met de situatie van de echtgeno(o)t(e), voor samenwonenden moeten de voorwaarden elk apart worden bekeken.
Abattement, principe (artikel 2.9.3.0.2. VCF) Wanneer u een onroerend goed (grond, woning, gebouwen, enz..) koopt hebt u in bepaalde gevallen een vrijstelling van registratierecht op de eerste 15.000 euro van de heffingsgrondslag. De heffingsgrondslag wordt gevormd door de overeengekomen prijs vermeerderd met de aan de koper opgelegde lasten en verminderd met de aan de koper verleende voordelen. Indien het op deze manier verkregen bedrag minder bedraagt dan de verkoopwaarde van het aangekochte goed, vormt deze verkoopwaarde de heffingsgrondslag.
voorwaarden van het abattement • • • •
• •
het abattement is alleen geldig voor natuurlijke personen; het onroerend goed moet voor de geheelheid in volle eigendom aangekocht worden; de aankoop zoals vastgesteld in de authentieke akte moet een zuivere aankoop zijn; de kopers moeten hun hoofdverblijfplaats vestigen in het onroerend goed; (indien het een woning betreft binnen 2 jaar na de datum waarop de registratie plaatsgevonden heeft indien het een bouwgrond betreft binnen 5 jaar na de datum waarop de registratie plaatsgevonden heeft); geen van de kopers mag op de datum van de koopovereenkomst volle eigenaar zijn van een ander onroerend goed. artikel artikel 2.9.3.0.2.VCF werd uitgebreid met een bijabattement als met het oog op de financiering van een aankoop een hypotheek wordt gevestigd op het aangekochte goed. Dit komt concreet neer op een bijkomende vermindering van 1.000 euro registratierechten.
renovatieabattement (artikel 2.9.3.0.3 VCF) De heffingsgrondslag voor de bepaling van de registratierechten ten aanzien van verkopingen wordt in bepaalde gevallen verminderd met 30.000 euro ingeval van aankoop van een onroerend goed om er een hoofdverblijfplaats te vestigen. Dit geldt enkel als het goed gerenoveerd wordt en het verkochte goed gedurende ten hoogste vier jaar is opgenomen in het leegstandsregister, de inventaris van leegstaand en:of verwaarloosde bedrijfsruimten of de lijsten van ongeschikte en/of onbewoonbare woningen en verwaarloosde gebouwen en/of woningen.
Meeneembaarheid door verrekening (artikel 2.9.5.0.1. VCF) De registratiebelasting betaald op eerder gekochte woning-hoofdverblijfplaats kunnen in mindering gebracht worden bij het betalen van de registratiebelasting van een nieuwe woning verblijfplaats. De eerst gekochte woning moet verkocht zijn voordat een nieuwe woning wordt aangekocht. I.B.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen In geen geval kan het mee te nemen bedrag meer bedragen dan 12.500 euro.
Meeneembaarheid door teruggave (artikel 3.6.0.0.6,§ 3 VCF) De registratiebelasting betaald op een eerder gekochte woning-hoofdverblijfplaats kan in bepaalde gevallen en voor een beperkt gedeelte teruggegeven worden wanneer u een andere woning-hoofdverblijfplaats aankoopt. Dit is het geval wanneer de eerst aangekochte woning na de aankoop van de tweede woning wordt verkocht. Er wordt aangestipt dat een keuze dient gemaakt te worden tussen de toepassing van het abattement (artikel 2.9.3.0.3. VCF) enerzijds of het inroepen van de meeneembaarheid (teruggave of verrekening) anderzijds. U moet dus kiezen voor een van beide systemen,
naargelang wat voor u het voordeligste is.
I.B.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Subsidie hemelwaterput De Vlaamse overheid wil het gebruik van hemelwater (regenwater) voor minderwaardige doeleinden stimuleren en geeft in vele gemeenten subsidies bij het installeren van een hemelwaterput. Bij nieuwbouw is de installatie van een hemelwaterput meestal verplicht. Voor meer informatie gaat u naar de website Premiezoeker.be of neemt u contact op met uw gemeente. Voorwaarden Om in aanmerking te komen voor een subsidie van het Vlaamse Gewest, moet de hemelwaterput aan de volgende voorwaarden voldoen: Voorwaarden voor bouwaanvragen ingediend vanaf 1 januari 2014 •
Eengezinswoning. Bij nieuwbouw of herbouw van eengezinswoning met een oppervlakte groter dan 40 m², moet het volume van de regenwaterput minstens 5000 liter zijn. Bij verbouwing (renovatie) of uitbreiding van een woning is installatie van een regenwaterput niet verplicht.
•
Ander gebouw. Bij nieuwbouw of herbouw van minstens één ander gebouw dan een eengezinswoning met een dakoppervlakte groter dan 100 m², moet het volume van het regenwatersysteem 50 l/m² zijn.
•
De meeste constructies moeten ook over een infiltratievoorziening beschikken. Bij nieuwe verkavelingen zijn collectieve infiltratievoorzieningen verplicht.
•
De overloop van de regenwaterput moet aangesloten worden op een infiltratie- of buffervoorziening (als die verplicht is volgens de ‘Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening (GSV) Hemelwater’).
•
Als het gebouw volledig is gedekt door een groendak, moet er geen regenwaterput geplaatst worden. In geval van een gedeeltelijk groendak moeten de delen met groendak niet aangesloten worden op de regenwaterput en moeten die delen niet meegeteld voor de berekening van de minimale inhoud van de regenwaterput. Uw gemeente of provincie kan strengere regels opleggen. Informeer steeds bij uw gemeente welke regels er van toepassing zijn. Om te weten of u in aanmerking komt, kan u het best contact opnemen met de milieudienst of met de technische dienst van uw gemeente. Bedrag Het bedrag verschilt van gemeente tot gemeente. Voor meer informatie kan u contact opnemen met de milieudienst van uw gemeente. Vanaf 2008 is de subsidie van het Vlaamse Gewest meegerekend in het bedrag dat u uitgekeerd krijgt van de gemeente (op voorwaarde dat de gemeente de samenwerkingsovereenkomst met het Vlaamse Gewest ondertekend heeft). Er zal dus geen aparte storting meer plaatsvinden.
I.B.4.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Subsidie bij het installeren van een individuele waterzuivering Als er riolering in uw straat ligt, kunnen er zich 3 situaties voordoen: • de riolering is aangesloten op een bestaande zuiveringsinstallatie. U bent verplicht hierop aan te sluiten; • de riolering is nog niet op een waterzuiveringsinstallatie aangesloten, maar de aansluiting is wel gepland. U bent verplicht hierop aan te sluiten; • de aansluiting op een waterzuiveringsinstallatie is niet gepland. U moet zelf uw afvalwater zuiveren. Als u in een niet-gerioleerd gebied woont, bent u ook verplicht om zelf uw afvalwater te behandelen. In uw gemeente kan u navragen welke situatie voor u van toepassing is. Voor de bouw van een individuele afvalwaterzuiveringsinstallatie kennen veel gemeenten een premie toe. Het Vlaamse Gewest doet daar vaak nog een subsidie bovenop van max. 1.000 euro. Het Vlaamse Gewest bepaalt, naast de bestaande subsidie, ook een vrijstelling van de jaarlijkse afvalwaterheffing, indien de installatie aan bepaalde normen voldoet.
Inlichtingen Bij de gemeentelijke milieudienst (zie overzicht gemeentelijke reglementen) of bij Naam organisatie Adres Telefoonnummer Mail
: Vlaamse Milieumaatschappij – Afdeling Ecologisch Toezicht : A. Van de Maelestraat 96 – 9320 Erembodegem : 053 / 72 62 10 :
[email protected]
I.B.4.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Subsidie bij het aanleggen van infiltratievoorzieningen. Door het versneld afvoeren van regenwater via verharde oppervlakten en gemengde rioleringen, kan het regenwater niet meer insijpelen of infiltreren naar het grondwater. Voor Vlaams-Brabant werd een toename met 30% in de periode 1985-1995 becijferd. De gevolgen hiervan zijn een verdroging van de natuur en het minder beschikbaar zijn van grondwater voor drinkwaterproductie. De provincie Vlaams-Brabant wil via een provinciale verordening preventief optreden bij de aanleg van grote verhardingen. Aan de eigenaar worden verschillende mogelijkheden geboden: het regenwater van deze oppervlakte zo veel mogelijk de bodem laten indringen door het gebruik van doorlaatbare verhardingsmaterialen ofwel het hemelwater opslagen en indien mogelijk hergebruiken (voor toiletten, schoonmaak, als productiewater,...). Het resterende hemelwater moet vertraagd naar een open gracht of waterloop geleid worden. Veel gemeenten geven voor de aanleg van een infiltratievoorziening een gemeentelijke subsidie (zie bijgevoegde lijst). Indien er bij een bestaande woning een infiltratievoorziening wordt aangelegd kunt u bovendien vaak een bijkomende subsidie krijgen van het Vlaamse Gewest. Deze subsidie wordt berekend in functie van de aangesloten verharde oppervlakte en bedraagt maximaal 375 euro.
Inlichtingen Bij de gemeentelijke milieudienst (zie overzicht gemeentelijke reglementen)
I.B.4.c
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Subsidies en fiscale voordelen bij energiebesparende investeringen Voor een actueel overzicht per gemeente en meer informatie over de specifieke voorwaarden, surf naar www.energiesparen.be en vul uw postcode in. Bijna alle fiscale voordelen en premies zijn cumuleerbaar.
Federale overheid Belastingsvermindering dakisolatie in bestaande woningen · de belastingvermindering bedraagt 30% van de uitgaven met een max. van 2.000 euro (3.050 euro geïndexeerd voor inkomstenjaar 2015); · de Rd-waarde van de dakisolatie bedraagt minstens 2,5 m²K/W; · de werken moeten uitgevoerd worden door een aannemer; · enkel voor woningen die al minstens 5 jaar in gebruik zijn; · het volstaat dat u de betreffende code op de belastingsaangifte aanvult en beschikt over een factuur op uw naam met de correcte vermeldingen over de uitgevoerde investeringen en een betalingsbewijs; Meer info: www.fisconet.fgov.be of
[email protected] of 02 57 257 57
Vlaamse overheid Vlaamse Energielening • • • • •
lokale entiteit verstrekt goedkope leningen (meestal 2%) bestemd voor structurele energiebesparende maatregelen; alle inwoners van de deelnemende gemeenten komen in aanmerking; de meeste kwetsbare doelgroepen vormen een bijzondere doelgroep, krijgen nog goedkopere leningen (0 %) en extra begeleiding via lokale entiteiten die zijn aangeduid door steden en gemeenten in overleg met het OCMW; Meer info en laatste stand van zaken: http://www.vlaanderen.be/nl/bouwen-wonen-enenergie/lenen/energielening of neem contact op met het plaatselijk OCMW.
Renovatiepremie U kunt de premie aanvragen: 1. Als bewoner: • Als u meerderjarig bent en de woning bewoont als eigenaar of als houder van een ander zakelijk recht • Als meerderjarige mede-bewoner ondertekent u mee de aanvraag, en moet u dus ook voldoen aan de inkomens- en eigendomsvoorwaarden. Uitzondering: inwonende meerderjarige kinderen en ouders van de bewoner(s) zijn geen aanvrager, tenzij ze een zakelijk recht hebben in de premiewoning. 1. Als verhuurder die de premiewoning op de aanvraagdatum voor minstens negen jaar verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor. Let op: u kunt de premie niet aanvragen in de laatste drie jaar van het lopende huurcontract.
I.B.5. a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Uw inkomen: Als u als bewoner de premie aanvraagt, mocht u twee jaar eerder niet meer verdienen dan: • 41.440 euro voor alleenstaanden zonder persoon ten laste • 59.200 euro voor alleenstaanden met één persoon ten laste, te verhogen met 3.320 euro per bijkomende persoon ten laste • 59.200 euro voor gehuwden en samenwonenden, te verhogen met 3.320 euro per persoon ten laste Voor aanvragen in 2016 geldt dus het gezamenlijk belastbaar inkomen van 2014. Let op: als u de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor, geldt er geen inkomensgrens. De premiewoning: De woning of het gebouw dat u omvormt tot woning moet in het Vlaamse Gewest liggen en minstens 25 jaar oud zijn. Vanaf 1 januari 2017 wordt dat 30 jaar voor wie een eerste aanvraag doet. Bij twijfel over de ouderdom van de woning, geeft het Rijksregister de doorslag. Let op: voor kamerwoningen en studentenkamers kunt u geen renovatiepremie aanvragen. Geen andere eigendommen: Als bewoner mag of mocht u op de aanvraagdatum en in de drie jaar ervoor geen andere woning, kamerwoning, studentenhuis of studentengemeenschapshuis volledig in volle eigendom of in vruchtgebruik hebben dan de woning waarvoor u de premie aanvraagt. Uitzonderingen: • het andere goed is op de aanvraagdatum gesloopt en u hebt op de aanvraagdatum geen volledig perceel voor woningbouw in volle eigendom of vruchtgebruik • de andere woning is op de aanvraagdatum veranderd van eigenaar en u woonde in die woning tot u verhuisde naar de woning waarvoor u de premie aanvraagt • de andere woning werd ongeschikt of onbewoonbaar verklaard en komt dus niet meer in aanmerking voor bewoning, en u was er de laatste bewoner van. Let op: als u de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor geldt er geen eigendomsvoorwaarde. Facturen De renovatiepremie wordt berekend op basis van facturen van werken door een aannemer, of (als u de werken zelf doet) van de aangekochte materialen. De facturen mogen op de aanvraagdatum maximaal twee jaar oud zijn, en ze mogen ook niet dateren van voor u eigenaar werd van de woning. Let op: kastickets, bestelbons en dergelijke worden niet aanvaard. Vraag uw leverancier dus altijd om een factuur voor u uw aanvraag indient. Aantal aanvragen U vraagt aan als bewoner: De premie wordt verdeeld over twee aanvragen. Bij een volledige woningrenovatie moet u dus twee keer een premie aanvragen. Zo hebt u meer tijd voor een totale renovatie van uw woning. Het maximale bedrag van de premie voor de twee aanvragen samen is 10.000 euro. U kunt maximaal twee aanvragen indienen in een periode van tien jaar, te rekenen vanaf de eerste aanvraagdatum. Tussen de twee aanvragen moet minstens één jaar liggen en maximaal twee jaar.
I.B.5. a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Wie in de voorbije tien jaar al een renovatiepremie kreeg, kan geen nieuwe premie meer aanvragen. Ook als een vorige bewoner van de woning in de laatste tien jaar een renovatiepremie kreeg, kunt u als nieuwe bewoner geen nieuwe premie krijgen. Voor wie de voorbije tien jaar al een verbeteringspremie kreeg voor werken uit dezelfde categorie, wordt het bedrag van die verbeteringspremie(s) afgetrokken van de renovatiepremie voor die bepaalde categorie. Na die tien jaar kunt u opnieuw de premie aanvragen. U vraagt aan als verhuurder: U kan de premie in één keer aanvragen voor alle werken of spreiden over twee aanvragen. U kan de premie aanvragen per woning die u verhuurt aan een SVK. Hoeveel bedraagt de nieuwe Vlaamse renovatiepremie? De premie wordt berekend per categorie van werken en bedraagt 20% of 30% van de kostprijs van de werken (excl. BTW). De premie bedraagt 30%, met een maximum van 3.333 euro per categorie van werken, voor: • De bewoner met een inkomen lager dan 29.600 euro (+ 1.540 euro per persoon ten laste) en • de eigenaar die de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor. De premie bedraagt 20%, met een maximum van 2.500 euro per categorie van werken, voor alle andere aanvragers. Voor elke categorie van werken moet er een factuurbedrag zijn van minstens 2.500 euro (excl. BTW). Let op: voor de technische installaties is het investeringsbedrag waarop de premie berekend wordt, beperkt tot: • centrale verwarming: 7.500 euro (excl. BTW) • elektrische installaties: 3.750 euro (exl. BTW) • sanitaire installaties: 3.750 euro (Excl. BTW) De totale renovatiepremie kan nooit meer dan 10.000 euro bedragen voor alle categorieën samen. Welke werken komen in aanmerking voor de nieuwe Vlaamse renovatiepremie? Er zijn vier categorieën van werken die voor een premie in aanmerking komen: Categorie 1: De structurele elementen van de woning: • het funderen van de muren • de afbraak van bestaande en de bouw van nieuwe binnen- en buitenmuren • aanbrengen gevelsteen, bepleistering of een gevelbekleding • de behandeling van muren tegen optrekkend vocht • de behandeling van ondergrondse muren tegen insijpelend vocht • het voegwerk van de gevel, al dan niet gecombineerd met gevelreiniging • de behandeling van de muren tegen huiszwam • de afbraak van bestaande draagvloeren • de opbouw van draagkrachtige vloerelementen en funderingsplaten • de behandeling van houten draagvloeren tegen zwammen en insecten • de natte of droge kalkbepleistering van muren en plafonds • het aanbrengen of vervangen van een of meer vaste trappen in de woning. Komen niet in aanmerking: plafonds, wandtegels aan de binnenmuren, dekvloeren, vloerbekleding, isolatie.
I.B.5. a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Categorie 2: het dak: De volledige of gedeeltelijke vernieuwing van het dak van de woning: • het afbreken en vervangen van bestaande dakstructuren • de behandeling van de dakstructuren tegen huiszwam en insecten • de vernieuwing van de waterdichte bedekking • het aanbrengen of vervangen van dakgoten en regenafvoer • het aanbrengen of vernieuwen van dakopeningen als dak(vlak)ramen, koepels en schouwen. Komen niet in aanmerking: verandadaken, afdaken, isolatie. Categorie 3: Het buitenschrijnwerk: De volledige of gedeeltelijke vernieuwing van het buitenschrijnwerk: vervanging van ramen en buitendeuren door isolerende hoogrendementsbeglazing met een Ug-waarde van maximaal 1,1 W/m²K. Samen met deze werken komt ook de plaatsing van rolluiken en de afwerking langs binnen- en buitenkant in aanmerking. Opgelet: Voor schrijnwerk geplaatst vanaf 1 juli 2016 gelden specifieke voorwaarden voor ventilatievoorzieningen (volgens bijlage IX van het Energiebesluit van 19-11-2010). Dit betekent dat de toevoer van verse lucht in de droge lokalen moet worden gegarandeerd ofwel door ventilatieroosters in de ramen ofwel door een ventilatiesysteem in de woning van het type B of D. Komen niet in aanmerking: • werken aan garagepoorten • werken aan veranda's • het schilderen van buitenschrijnwerk • enkel de beglazing vernieuwen Categorie 4: de technische installaties: 4.1.: centrale verwarming: • de plaatsing van een verwarmingsketel met hoog rendement met het label HR+ of HR Top (aardgas) of Optimaz of Optimaz-elite (stookolie) of van een houtpelletketel om de hele woning te verwarmen Opgelet: Voor ketels geproduceerd vanaf 26 september 2015 is het Europees label B of A vereist. • samen met de plaatsing of de vervanging van de centraleverwarmingsketel komen zowel alle installatieonderdelen om de hele woning te voorzien van centrale verwarming, als alle werkzaamheden die bijdragen tot de sanering van de oorspronkelijke toestand, in aanmerking • de plaatsing van Co- of rookmelders. Komen niet in aanmerking: • autonome en individueel werkende verwarmingstoestellen of kachels • hoogperformante installaties en systemen om de woning te verwarmen, te verluchten, te koelen of te voorzien van elektriciteit en sanitair warm water, zoals warmtepompen, warmte-krachtkoppelingsinstallaties, fotovoltaïsche zonnepanelen, thermische zonnnepanelen, windturbines, mechanische verluchtingen. • elektrische verwarming (accumulatoren) Komen wel in aanmerking: • centrale verwarming met warmwaterdistributie voor vloerverwarming
I.B.5. a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen •
werken voor het uitbreken, weghalen en neutraliseren van een mazouttank als ze door een aannemer gebeuren, en als ze samengaan met andere werken aan de centrale verwarming (b.v. het plaatsen van een nieuwe ketel)
4.2.: elektrische installatie: De gehele of gedeeltelijke vernieuwing van de elektrische huisinstallatie. Dit omvat alle elementen om stroom en telecommunicatie te verdelen in de woning, inclusief de kosten van de aansluiting op het openbare net en de plaatsing van de meetinstallatie voor elektriciteit. De conformiteit van de installatie met het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties moet blijken uit een attest van een erkend keuringsorgaan. Komen niet in aanmerking: installaties voor de productie van elektriciteit (b.v. fotovoltaïsche cellen), verlichtingsarmaturen, elektrische verbruikstoestellen, domotica en automatisaties tenzij ze bedoeld zijn voor de sturing van de centrale verwarming. 4.3.: sanitair: De hele of gedeeltelijke vernieuwing van de sanitaire installaties: • de vernieuwing van de bestaande sanitaire toestellen of de plaatsing van maximaal één douche, één ligbad, twee wastafels en één wc als die nog niet aanwezig zijn in de woning • samen met de vervanging of plaatsing van de toestellen komen ook volgende werken in aanmerking: o alle kraanwerk, leidingen en toebehoren voor (regen)watertoevoer o alle leidingen en toebehoren voor de afvoer van het gebruikte water in het openbare rioleringsnet; o de leidingen en toestellen voor de productie van sanitair warm water; o de natte of droge kalkbepleistering van de muren en het plafond in de sanitaire ruimten. Komen niet in aanmerking: • bubbelbaden, stoomdouches, badkameraccessoires en de badkamermeubels • een tweede badkamer of toilet • de betegeling en decoratie van badkamer of toilet • hoogperformante installaties en systemen om de woning te verwarmen, te verluchten, te koelen of te voorzien van elektriciteit en sanitair warm water, zoals warmtepompen, warmte-krachtkoppelingsinstallaties, fotovoltaïsche zonnepanelen, thermische zonnepanelen, windturbines, mechanische verluchtingen.
Verbeterings- en aanpassingspremie voor woningen • voor eigenaars-bewoners, huurders en eigenaars-verhuurders, die hun woning verhuren via een sociaal verhuurkantoor; • voorwaarden: o.a. bepaald maximuminkomen, kadastraal inkomen van maximaal 1.200 euro, woning minstens 25 jaar oud ... • o.a. voor verbeteringswerken (zoals voor volgende energiebesparende werken: vernieuwen van ramen en beglazing, dakisolatie, muurisolatie); • vast premiebedrag voor elk werk, geldige facturen voor te leggen voor een bedrag dat minstens het dubbele is van de premie.
I.B.5. a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Korting op onroerende voorheffing voor verlaagd E-peil • Korting van 50% op de onroerende voorheffing bij een E-peil van max E30 en dit gedurende 5 jaar (en max E40 voor bouwaanvragen vanaf 2014). • Korting van 100% op de onroerende voorheffing bij een E-peil van max E20 en dit gedurende 5 jaar. Premies netbeheerders Algemeen · alle werken dienen uitgevoerd te worden door een aannemer, behalve dakisolatie; · bestaande woningen: woningen die zijn aangesloten op het distributienet vóór 1/1/2006; · de aanvraag dient uiterlijk 12 maanden na factuurdatum te worden ingediend bij de netbeheerder Eandis of Infrax; · per uitvoeringsadres kan de premie maar 1 keer worden aangevraagd gedurende een periode van 12 maanden voor eenzelfde investering; · 20 % hogere premies voor beschermde afnemers. • Premies mogelijk voor : o dakisolatie of zoldervloerisolatie o buitenmuurisolatie o na-isolatie bestaande spouwmuur o vloerisolatie o hoogredementesbeglazing o condensatieketel o zonneboiler o warmtepomp o gecombineerde premie voor gelijktijdige investering in muurisolatie en raamvervanging Meer info over de premies van de netbeheerder (+ aanvraagformulieren): EANDIS: 078-35 35 34 of www.eandis.be - INFRAX: 078-35 30 20 of www.infrax.be Premies provincie Vlaams-Brabant Premie voor superisolerende beglazing •
De premie bedraagt 20 euro/m². • • • •
Wanneer uw gezamenlijk belastbaar inkomen van het aanslagjaar 2015, inkomsten 2014 lager ligt dan 20.000 euro kan u maximaal 500 euro krijgen. Wanneer uw gezamenlijk belastbaar inkomen van het aanslagjaar 2015, inkomsten 2014 tussen 20.000 euro en 50.490 euro ligt kan u maximaal 250 euro krijgen. Wanneer de huurprijs van de verhuurde woning lager ligt dan 500 euro kan u maximaal 500 euro krijgen. Wanneer de huurprijs van de verhuurde woning tussen 1000 euro en 500 euro ligt kan u maximaal 250 euro krijgen.
Procedure • U dient een aanvraag in bij uw netbeheerder (EANDIS of INFRAX) I.B.5. a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen • • • •
•
De netbeheerder doet controle en betaalt u de premie uit De netbeheerder bezorgt de lijst met de uitbetaalde aanvragen aan de provincie U ontvangt van de provincie een vooringevuld formulier U stuurt binnen een termijn van 6 maanden het formulier ondertekend terug, samen met de gevraagde bewijsstukken (kopie van het huurcontract of het aanslagbiljet van de belastingen) De provincie betaalt u de premie uit.
Meer info: http://www.vlaamsbrabant.be/wonen-milieu/wonen-en-ruimtelijkeordening/leningen-premies-subsidies/premie-superisolerende-beglazing/index.jsp of 016 26 73 26 Premie voor dakisolatie voor kwetsbare doelgroepen Wat Subsidie voor het plaatsen van dak- en zoldervloerisolatie bij maatschappelijk kwetsbare doelgroepen. Voorwaarden •
woning gelegen in Vlaams-Brabant woning werd voor 1 januari 2006 aangesloten op het elektriciteitsdistributienet Bedragen •
Het subsidiebedrag is afhankelijk van het aantal m² geïsoleerde oppervlakte en de warmteweerstand (Rd) van de aangebrachte isolatie. Geplaatst door een aannemer
Geplaatst door een doe-hetzelver
Isolatie van minstens 3,5 Rd
6 euro/m² max. 720 euro
3 euro/m² max. 360 euro
Isolatie van minstens 4 Rd
7 euro/m² max. 840 euro
3,5 euro/m² max. 420 euro
Isolatie van minstens 4,5 Rd
8 euro/m² max. 960 euro
4 euro/m² max. 480 euro
De provinciale subsidie bedraagt maximaal het betaalde factuurbedrag (inclusief btw), verminderd met eventueel andere toegekende premies of financiële voordelen. Wie De subsidie kan aangevraagd worden door: 1. OCMW’s die instaan voor de prefinanciering van dakisolatie bij de onderstaande doelgroepen 2. Eigenaars of huurders die behoren tot één van de volgende doelgroepen:
I.B.5. a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen • personen die genieten van de sociale maximumprijs voor elektriciteit en gas
(=beschermde afnemers); • personen voor wie een verzoek tot afsluiting van elektriciteit of gas werd ingediend bij de lokale adviescommissie (LAC); • personen die een budgetmeter voor elektriciteit of gas hebben; • personen die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds • personen die in schuldbemiddeling (bv. via OCMW of CAW) of collectieve schuldenregeling zitten • personen die OCMW-hulp krijgen voor onbetaalde facturen voor gas en elektriciteit; • personen die huren bij een sociaal verhuurkantoor. 3. Verhuurders die hun woning verhuren aan één van de bovenstaande doelgroepen en begeleiding en ondersteuning krijgen in het kader van de sociale dakisolatieprojecten van de Vlaamse overheid. Procedure De provincie kent de subsidie toe voor facturen vanaf 1 januari 2013. Het aanvraagdossier bevat: •
het aanvraagformulier (te downloaden of op te vragen bij de provincie) een kopie van alle aankoop- en plaatsingsfacturen met de gevraagde gegevens • een attest waarmee aangetoond wordt dat de bewoner behoort tot één van de beoogde doelgroepen De aanvraag moet uiterlijk op 30 juni van het jaar dat volgt op het jaar van de factuurdatum ingediend zijn om in aanmerking te komen voor een subsidie. •
I.B.5. a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Vlaamse Energielening Deze lening gaat uit van het Vlaamse gewest en wordt toegekend via de Lokale Entiteiten. Het betreft een lening van maximum € 10.000 terug te betalen op ten hoogste 5 jaar aan een intrestvoet van 2%. Er zijn geen dossierkosten aan de lening verbonden. Sommige personen kunnen lenen aan 0% en hebben recht op een extra begeleiding: -Personen die in aanmerking komen voor een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds -Personen met een jaarlijks brutogezinsinkomen niet hoger dan € 17.083,39 verhoogd met € 3.162,60 per persoon ten laste -Personen die een beroep doen op schuldbemiddeling of collectieve schuldenregeling en niet in staat zijn de verwarmingsfactuur te betalen -Personen die door het OCMW begeleid worden omwille van betalingsmoeilijkheden, meer bepaald voor de rekeningen van gas en elektriciteit De extra begeleiding bestaat uit het opvragen van offertes, vergelijken van offertes, het selecteren van een offerte en opvolging bij de uitvoering van de werken. Energiebesparende maatregelen die in aanmerking komen zijn: een energieaudit, dak- muuren vloerisolatie, hoogrendementsbeglazing, een energie zuinig verwarmingssysteem,, thermostatische kranen of een kamerthermostaat , zonneboiler, warmtepomp. Gemeenten en OCMW’ s dienen bij een Lokale Entiteit aangesloten te zijn opdat inwoners van deze lening gebruik kunnen maken. Informatie over welke gemeenten aangesloten zijn bij een lokale entiteit en de contactgegevens van deze laatste vindt u op : http://www.vlaanderen.be/nl/bouwen-wonenen-energie/lenen/energielening
I.B.5.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga bouwen
Gratis advies bij de installatie van een beveiligingssysteem tegen brand en inbraak. Gratis advies van een expert Bent u van plan veranderingen te doen aan uw woning op vlak van inbraakpreventie? Neem dan best even contact op met de technopreventief adviseur van uw politiezone of preventiedienst. Deze personen zijn speciaal opgeleid om inbraakpreventieadvies te geven op maat van uw woning. De inbraakpreventieadviseur komt bij u langs, overloopt samen met u alle gevelopeningen en geeft suggesties tot verbetering. De adviseur geeft je informatie over: − veilige leefgewoonten − bouwtechnische maatregelen (deuren, garagepoorten, ramen, lichtkoepels, kelderdeksels, ...) − elektronische maatregelen zoals het laten plaatsen van een alarminstallatie Dit advies is gratis, objectief en vrijblijvend. Ook kandidaat-bouwers en mensen die willen renoveren kunnen dergelijk advies aanvragen. De plannen van een architect worden kritisch bekeken. Je kan een afspraak regelen met de adviseur via uw lokale politie of preventiedienst. Of de gegevens van de contactpersoon opvragen bij de Dienst maatschappelijke veiligheid van de Provincie Vlaams-Brabant op het nummer 016/26 78 01 of e-mail:
[email protected] Premies en subsidies Sommige gemeenten geven een premie aan de burgers wanneer alle maatregelen uit het advies werden uitgevoerd.
I.B.6
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
II. Ik ga kopen II. A. Informatie II. A. 1. II. A. 2. II. A. 3. II. A. 4. II. A. 5.
Een woning aankopen, begrippen Waarop moet u letten wanneer u een woning zoekt? Immotheker Premiezoeker Projecten Lokaal Woonbeleid
II. B. Steunmaatregelen II. B. 1. II. B. 2. II. B. 3.
Aankoop van een woning bij een sociale bouwmaatschappij Aankoop van een gehuurde woning bij een sociale huisvestingsmaatschappij Sociale leningen: II. B. 3. a. bij een sociale kredietmaatschappij erkend door de Vlaamse regering II. B. 3. b. bij de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (V.M.S.W.) II. B. 3. c. bij het Vlaams Woningfonds
II. B. 4. II. B. 5. II. B. 6.
Vermindering van de onroerende voorheffing Registratiebelasting Verzekering gewaarborgd wonen
II
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Een woning aankopen, begrippen •
Koopoptie: de verkoper verbindt zich ertoe, al dan niet mits een vergoeding, gedurende een bepaalde periode de woning niet aan iemand anders te verkopen.
•
Compromis: is een onderhandse overeenkomst waarin koper en verkoper zich akkoord verklaren met de aankoop van een bepaald goed tegen een bepaalde prijs. De compromis is met andere woorden de wilsovereenstemming tussen de partijen. Bij de ondertekening van het compromis betaalt de koper meestal 10 % van de prijs als waarborg. Die som blijft geblokkeerd bij de notaris en wordt pas als voorschot aangerekend op de prijs bij de ondertekening van de koopakte. Intussen wordt die som beschermd op naam van de koper. Voor het geval de koop niet kan doorgaan kan de koper gemakkelijk zijn waarborg terugkrijgen. Wanneer het voorschot rechtstreeks aan de verkoper wordt betaald heb je die bescherming niet en zal men deze moeten terugvorderen van de verkoper. De bindende overeenkomst ontstaat op het moment van de wilsovereenkomst. U bent dus reeds eigenaar vanaf het sluiten van het compromis. Bij het opstellen van het compromis laat u zich best bijstaan door uw notaris.
•
Openbare verkoop: verkoop gebeurt per opbod door een notaris. Wie het hoogste biedt, krijgt het goed toegewezen. De verkoop wordt bekendgemaakt in de krant en andere media. De bijkomende kosten zijn iets hoger dan bij een verkoop uit de hand.
•
Onderhandse verkoop of verkoop uit de hand. U koopt de woning rechtstreeks van de eigenaar hetzij via een makelaar hetzij via een notaris.
•
Gedwongen verkoop: als de grond of een woning tegen de wil van de verkoper in verkocht wordt (bv. een faillissement) spreekt men van een gedwongen verkoop. In dat geval bestaat er een grotere kans op "gunstkoopjes".
•
Het verlijden van de akte: in principe ten laatste 4 maanden na de ondertekening van het compromis wordt de notariële akte ondertekend. De notaris heeft reeds het nodige opzoekingswerk gedaan. Bij het verlijden van de akte wordt het saldo van de koopprijs aan de verkoper en de aktekosten aan de notaris betaald.
•
Aktekosten: verzamelnaam van alle bijkomende notariële kosten voor de aankoop van een onroerend goed. Deze bestaan uit de registratiebelasting, het honorarium van de notaris en diverse kosten. Bijkomend zijn de kosten voor het afsluiten van een hypothecair krediet. Sinds 1 januari 2015 is het grootste deel van de regels met betrekking tot de registratiebelasting verzameld in de Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF). In Vlaanderen spreekt men niet meer van “het registratierecht” maar van “de registratiebelasting”.
•
Recht van voorkoop: dit recht laat bijvoorbeeld sociale huisvestingsmaatschappijen, een gemeentebestuur of OCMW toe een als leegstaand, verwaarloosd, ongeschikt of onbewoonbaar geïnventariseerde woning met voorrang aan te kopen wanneer deze te koop wordt aangeboden, en dit onder dezelfde voorwaarden en tegen dezelfde prijs als geboden werd op de privémarkt. Dit recht geldt enkel wanneer de aankoop gebeurt met het oog op sociale huisvesting. Ook bij landbouwgoederen die verpacht zijn is er een voorkooprecht ten voordele van de pachter. Daarnaast kunnen er ook conventionele voorkooprechten gevestigd zijn.
II.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen •
Erfdienstbaarheden: een erfdienstbaarheid is een recht dat verbonden is aan een eigendom van bijvoorbeeld een huis of een perceel grond. De eigenaar van deze eigendom moet iets toestaan ten gunste van de eigenaar van een naastliggend stuk grond, die hier recht op heeft (vb. het verlenen van recht op doorgang). Het bestaan van een erfdienstbaarheid vereist dus minimaal twee (naast elkaar liggende) percelen van verschillende eigenaars, waarbij op het ene erf een last rust en waarbij het andere erf een voordeel geniet.
•
Recht van opstal: is een tijdelijk zakelijk recht om gedurende een periode van maximaal 50 jaar gebouwen, werken of beplantingen boven of onder andermans grond te hebben. Het kan zowel betrekking hebben op reeds bestaande werken, gebouwen of beplantingen als op opstallen die nog moeten worden opgericht. Het is een tijdelijk zakelijk recht waarbij een horizontaal gesplitst eigendomsrecht tot stand komt tussen enerzijds het eigendomsrecht op de grond en anderzijds het eigendomsrecht van de opstallen. Het recht van opstal speelt een niet te onderschatten rol wanneer men bouwt op andermans grond, bijvoorbeeld in het kader van een huwelijk. Natrekking zorgt er immers voor dat de eigenaar van de grond automatisch eigenaar wordt van de gebouwen op die grond. Een beding met een recht van opstal verhindert dit.
•
Onteigening: is een rechtsmiddel waarbij de overheid bezit neemt van goederen die nodig zijn om werken van openbaar nut uit te voeren. Onteigening is alleen mogelijk in het algemeen belang, onder bepaalde voorwaarden en in overeenstemming met nationaal en internationaal recht. Mogelijk geldt ook de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg). Die verplicht de eigenaars om in bepaalde gevallen bij verkoop de grond eerst aan de gemeente aan te bieden.
•
Bodemattest: Bij elke overdracht (contract, verbintenis) tot overdracht van een grond is een bodemattest vereist. Voor particulieren betekent overdracht meestal het kopen, verkopen, ruilen en schenken van gronden onder levenden. Ook de aankoop van een appartement of woning geldt als overdracht van een grond. Het behoort tot de leveringsplicht van de verkoper om het bodemattest aan te vragen.
Inlichtingen Websites
:
www.notaris.be www.bouwenenwonen.be www.vlaanderen.be www.ovam.be (hier kan je een aanvraagdocument voor het bodemattest downloaden)
II.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Waarop moet u letten als u een woning zoekt? Onderstaande checklist zal zeker van pas komen.
Ligging • voldoende daglicht; • voldoende beschutting tegen inkijk; • afstanden tot winkels, scholen,… • geluidshinder; • luchtverontreiniging; • extra kosten voor aansluiting op openbare voorzieningen; • buurt waarin u zich zult thuis voelen; • wat is de stedenbouwkundige bestemming van gronden in de directe omgeving; • bodemverontreiniging. Ga zeker eens praten met de naaste buren. Zij kennen de buurt als geen ander en kunnen u wijzen op minpunten van de omgeving én uw toekomstige woning.
Bouwtechnische toestand • •
is de woning volledig vergund; zijn de technische voorzieningen (cv, water, elektriciteit, telefonie) nog in goede staat en voldoende voor uitbreidingen; • uitbreidingsmogelijkheden (stedenbouw, technische beperkingen); • toestand van ramen, deuren, dak, vloeren en muren; • is het hout van dak of ramen aangetast door houtrot of parasieten; • is thermische of akoestische isolatie nodig; • wat is de staat van de keukenapparaten; • zijn er vocht- of schimmelplekken; • voldoet de cv-installatie nog; • is er sprake van scheurvorming rond raam- en deurkozijnen. Bezoek de woning bij voorkeur bij klaarlichte dag.
Bezwarende of bindende omstandigheden • • • • • • • • •
erfdienstbaarheden; rust er op het onroerend goed nog een hypotheek ? recht van opstal; onteigening; huurovereenkomsten; is de verkoper wel degelijk eigenaar of heeft hij enkel vruchtgebruik; is de verkoper niet failliet verklaard; is de verkoper meerderjarig; onroerend goed in onverdeeldheid (anders moeten alle onverdeelde eigenaars tekenen).
II.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Is de verkoopovereenkomst volledig? • • • • • • • • • • •
•
identiteit van koper en verkoper; beschrijving en prijs van het onroerend goed; vermelding eventuele erfdienstbaarheden; vermelding verkoop vrij van lasten en inschrijvingen; tijdstip van ingebruikneming; tijdstip van betaling; betaald voorschot; tijdstip van verlijden van de akte; keuze van de notaris; clausule betreffende het bodemattest. Vanaf 1 juli 2008 werd een verplichte controle ingevoerd van de elektrische installatie bij de verkoop van een oude woning. Voor de installaties die na 1 oktober 1981 in werking werden gesteld is er normaal gezien al een keuring geweest vóór de ingebruikname. Daar blijft de regel bestaan dat na 25 jaar een herkeuring moet gebeuren. Bij de verkoop van een woning met een elektrische installatie die in gebruik werd genomen voor 1 oktober 1981, moet bij de verkoop een controleonderzoek gebeuren door een erkend controleorganisme. Vanaf 1 november 2008 moet bij verkoop van een woongebouw een energieprestatiecertificaat (EPC) worden overgedragen aan de koper. In de notariële akte zullen een aantal gegevens van het energieprestatiecertificaat worden opgenomen. Het EPC bij verkoop van woongebouwen wil potentiële kopers informeren over de energetische kwaliteit van de woning, appartement, .... Het EPC moet door de eigenaar-verkoper worden voorgelegd aan de (potentiële) kopers. Een EPC bij verkoop van een woongebouw kan enkel opgemaakt worden door een erkende energiedeskundige type A. Het energieprestatiecertificaat blijft 10 jaar geldig. Wanneer de wooneenheid opnieuw verkocht of verhuurd wordt, binnen deze geldigheidstermijn van tien jaar, moet geen nieuw EPC voor verkoop of verhuur opgemaakt worden. Uiteraard moet wel steeds een kopie in geval van verhuur en het originele EPC in geval van verkoop worden meegegeven aan de nieuwe huurder of koper. Als in de woning intussen maatregelen zijn doorgevoerd waardoor het gebouw energiezuiniger is geworden, bijvoorbeeld het vervangen van enkel glas door isolerend glas, kan de eigenaar er baat bij hebben om een nieuw EPC te laten opmaken.
Advies expert Hoe dan ook raden we u aan om voordat u de knoop doorhakt u te laten bijstaan door een expert (architect of aannemer) die dingen zal opmerken waar u als leek geen oog voor hebt. Voor juridische clausules of de bezwarende of bindende clausules, kunt u advies inwinnen bij een notaris.
II.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Immotheker Kopen of blijven huren? Waar haalt u onafhankelijk advies? Is goed wonen nog wel betaalbaar? Kunnen jonge mensen zich nog een eigen woning veroorloven of blijven ze beter huren? Welke woning past binnen hun budget en hoeveel kunnen ze maximaal lenen? Jonge mensen die hierop een antwoord willen kunnen terecht bij de immotheker. De immotheker is een netwerk van onafhankelijke experts inzake financieel en fiscaal advies. Wanneer neemt u contact op met de immotheker? •
U hebt nog geen concrete woning in gedachten? U wordt bij de immotheker zo volledig mogelijk geïnformeerd over de kosten die komen kijken bij de aankoop of bouw van een woning én u wordt geholpen zodat u uw eigen mogelijkheden realistisch kunt inschatten. Zodoende zouden er geen verrassingen meer mogen zijn. Daarna kunt u doelgericht op zoek naar de woning die het best past binnen uw wensen en budget. Woonplanning kan dus al in een heel vroeg stadium.
•
U hebt al een concrete woning op het oog. Als u al de woning van uw dromen op het oog hebt, dan kunt u bij de immotheker laten onderzoeken of deze past binnen uw financiële mogelijkheden.
U neemt de beslissing om te kopen of te bouwen. Dan telt elke euro. De immotheker geeft gratis advies over de woonlening die u het meeste voordeel oplevert. U kunt rekenen op 100% objectiviteit. De immotheker-deskundige vergelijkt alle formules waarvan de acceptatievoorwaarden en bodemtarieven gekend zijn, ook deze van aanbieders waarmee de immotheker (nog) niet samenwerkt.
Inlichtingen Naam organisatie Adres Website
: Immotheker : zie adressen kantoren op de website : www.immotheker.be
II.A.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Premiezoeker Premiezoeker geeft een antwoord op de vraag op welke premies en steunmaatregelen de burger recht heeft. Premiezoeker doet dit door de voorwaarden die voor elke premie worden gesteld af te toetsen. De gebruiker beantwoordt automatisch gegenereerde vragenlijsten en krijgt op basis van zijn antwoorden een overzicht van de steunmaatregelen waar hij aanspraak kan op maken. Heeft de vraagsteller desondanks geen zin alle vragen te beantwoorden of vindt hij de vragen te moeilijk, kan hij klikken op “overzicht van alle premies”. Op deze pagina krijgt hij dan heel snel een overzicht van de premies die mogelijk interessant zijn. U kan opgeven van welke gemeente u de premies wil kennen, welke activiteit u wilt uitvoeren en/of zoeken op een trefwoord uit de premienaam. In de lijst die u terugkrijgt, vindt u een verwijzing naar de webstek en de contactgegevens van de instelling die de premie aanbiedt. U kan dan de details over de premie nalezen op hun website of hen contacteren met uw vragen.
Inlichtingen Naam organisatie Adres Website
: Wonen-Vlaanderen, Phoenicgebouw : Koning Albert II-laan 19 bus 40, 1210 Brussel : www.premiezoeker.be
II.A.4
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Projecten Lokaal Woonbeleid Sinds 2008 zijn er een aantal projecten opgestart met als doel het lokaal woonbeleid actief uit te werken. De basistaken van deze projecten zijn: 1° het begeleiden en ondersteunen van de deelnemend e gemeenten bij de ontwikkeling van een gemeentelijke beleidsvisie op het vlak van wonen; 2° het faciliteren of uitbreiden van het woonoverle g met alle lokale woonactoren; 3° het aanbieden van gestructureerde basisinformati e aan de inwoners van de deelnemende gemeenten. Voor meer informatie over deze projecten kan u contact opnemen met de coördinator. projecten
werkingsgebied, gemeenten
Coördinator
Contact
Asse, Dilbeek, Kapelle o/d Bos, Londerzeel, Meise, Opwijk Wonen tussen Dijle Bertem, en Velp Bierbeek, Boutersem, Haacht, Oud-Heverlee, Rotselaar Hartje Hageland Bekkevoort, Glabbeek, Kortenaken, Tielt-Winge Woonwinkel Bever, Pajottenland Galmaarden, Gooik, Herne, Lennik, Pepingen Woonbeleid Regio Grimbergen, Noord Kampenhout, Zemst Beter Wonen aan de Hoegaarden, Gete Landen, Linter
Jan Velleman
[email protected] 02-488 56 01 77
Vanessa Joly
[email protected] 016-31 18 69
Tina Vandermee ren
[email protected]
Erik Moens
[email protected] 0496-50 72 73
Veerle Van Rie
[email protected] 0472-76 08 96
Katja Calsyn
[email protected]
Woonbeleid Noord Pajottenland
Affligem, Liedekerke, Roosdaal Vilvoorde, Machelen
Sofie De Mars
011-69 05 45
[email protected] 053-64 55 57
Tim Romeyns
[email protected] 02-255 47 21
Aarschot Scherpenheuvel -Zichem Diest
Jenne Van Cortenberg
[email protected] 016-29 85 48
Woonbeleid Regio Noord-West Brabant
Regionaal Woonbeleid Vilvoorde/Machelen
Wonen aan de Demer
II.A.5
016-63 95 62
[email protected]
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen Woonwijzer Midden Brabant
Herent Huldenberg Kortenberg Tervuren Zaventem
Woonbeleid Zennevallei
Halle Sint-PietersLeeuw
Aangenaam Wonen tussen Grote en Kleine Gete
Tienen Zoutleeuw
Beriel Mertens
[email protected] 016 29 85 48 0471 85 03 77
Halle : 02-361 50 91 Sint-Pieters-Leeuw : 02-371 22 68
Liliane Vanhelden
II.A.5
016 80 57 80
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Aankoop van een woning bij een sociale bouwmaatschappij Voorwaarden SHM Sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM´s) bieden woningen en kavels te koop aan. Dit kunnen sociale koopwoningen of kavels zijn, maar het kunnen ook middelgrote koopwoningen of kavels zijn.
Om in aanmerking te komen voor de aankoop van een sociale koopwoning of kavel moet u aan de volgende voorwaarden voldoen: 1. meerderjarig zijn; 2. ingeschreven zijn in een inschrijvingsregister; 3. op de referentiedatum, mag uw inkomen vertrekkende van het laatst gekende aanslagbiljet voor de personenbelasting niet hoger zijn dan : Persoonlijke situatie
Aankoop in kernstad of in Vlaamse rand 37.841 euro
Alleenstaande zonder persoon ten laste Alleenstaande met ernstige handicap zonder 41.619 euro persoon ten laste Alle andere gevallen 56.755 euro Per persoon ten laste te verhogen met 3.779 euro
Aankoop elders in Vlaanderen 36.121 euro 39.728 euro 54.176 euro 3.607 euro
Uw inkomen mag ook niet lager zijn dan 9.039 euro (bedrag van toepassing in 2016) 4. Voldoen aan de eigendomsvoorwaarde : Op de referentiedatum mag u of één van uw gezinsleden, behoudens enkele uitzonderingen : geen woning of een bouwgrond 100% in volle eigendom of 100% in vruchtgebruik hebben; geen zaakvoerder, bestuurder of aandeelhouder zijn van een vennootschap waarin u of één van uw gezinsleden een woning of een bouwgrond hebben ingebracht. . Een middelgrote koopwoning of kavel kan u slechts éénmaal verwerven. Voor de aankoop ervan moet u aan de volgende voorwaarden voldoen: 1. een natuurlijk persoon zijn; 2. ingeschreven zijn in een kandidatenregister; 3. op de referentiedatum mag u geen andere woning of een perceel dat bestemd is voor woningbouw volledig in volle eigendom of volledig in vruchtgebruik hebben (behoudens bij de lager vermelde uitzonderingen). Zowel voor de aankoop van een sociale koopwoning of kavel als een middelgrote koopwoning of kavel, hoeft u niet te voldoen aan de voormelde bezitsvoorwaarde indien: 1. u op de referentiedatum de woning betrekt en ze het voorwerp uitmaakt van een besluit tot onteigening, of; II.B.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen 2. 3. 4. 5.
de woning overbewoond verklaard is of als dusdanig geadviseerd is, of; de woning onbewoonbaar verklaard is of als dusdanig geadviseerd is; u op de referentiedatum minstens 55 jaar oud bent, of; u een woning of kavel wenst aan te kopen in één van de kernsteden (Antwerpen, Gent, Hasselt, Genk, Brugge, Roeselare, Oostende, Kortrijk, Leuven, Vilvoorde, Boom, Mechelen, Dendermonde, Aalst, Sint-Niklaas, Turnhout).
Deze uitzonderingsregel is niet van toepassing op woningen met een geïndexeerd kadastraal inkomen van meer dan 2000 euro. Wanneer u in de gevallen vermeld onder de punten b, d en e, uw woning verkoopt op de vrije markt, dan moet u binnen een termijn van 1 jaar na de ondertekening van de notariële aankoopakte voldoen aan de bezitsvoorwaarde. In dit geval heeft u geen recht op een bijzondere sociale lening. U kan uw woning ook verkopen aan een sociale huisvestingsmaatschappij, of voor 20 jaar in ruil voor een periodieke vergoeding ter beschikking stellen van een sociale huisvestingsmaatschappij. In dit geval kan u, voor zover u voldoet aan de voorwaarden, een bijzondere sociale lening aangaan bij de VMSW of het Vlaams Woningfonds. In het geval vermeld onder het punt c, moet u uw woning slopen of de bestemming ervan wijzigen binnen een termijn van 1 jaar na de ondertekening van de aankoopakte. Indien u binnen de gestelde termijnen niet voldoet aan de bezitsvoorwaarde, leidt dit tot de ontbinding van de verkoop. De opbrengst van de verkoop van uw woning dient u aan te wenden voor de aankoop en de uitrusting van uw nieuwe woning. Voorwaarden Vlabinvest
Inkomensvoorwaarden Vlabinvest: HUUR KOPEN
voor een alleenstaande voor een gezin met 2 personen voor een alleenstaande voor een gezin met 2 personen
per persoon ten laste verhoogd met
€ 38.430 € 55.623 € 44.498 € 64.725 € 4.045
Het inkomen dat als referentie in aanmerking genomen wordt, is de som van de aan de personenbelasting onderworpen inkomsten en van de niet-belastbare vervangingsinkomens van alle gezinsleden van de (kandidaat-)huurder, erfpachter of koper. Hierbij wordt gekeken naar het inkomen van twee jaar vóór het jaar waarin de huurwoning wordt toegewezen of de onderhandse erfpacht- of verkoopovereenkomst wordt ondertekend. De inkomensgrenzen worden jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex. De voormelde referentie-inkomens worden jaarlijks op 1 januari aangepast aan de evolutie van de gezondheidsindex, met als basisindexcijfer 122,68 van december 1997. Het resultaat van die berekening wordt afgerond naar het eerstvolgende tiental (in EUR). De gezondheidsindex van december 2010 bedroeg 156,15. De hier vermelde bedragen zijn reeds geïndexeerd en zijn geldig voor het jaar 2016. Eigendomsvoorwaarden Vlabinvest: II.B.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen Kandidaten mogen, vanaf het ogenblik dat zij zich kandidaat stellen, geen bebouwbaar of bebouwd onroerend goed in volle eigendom hebben. Zij mogen ook geen bebouwd onroerend goed volledig in vruchtgebruik hebben.. De kandidaat die eigenaar is van een bouwgrond van het werkgebied van Vlabinvest kan voor een beperkte duur in aanmerking komen voor de huur van een Vlabinvest-woning in de gemeente waar de bouwgrond gelegen is. Voorrangsrecht Vlabinvest
Voor het beschikbaar stellen van woningen of percelen binnen een Vlabinvest-project geldt een voorrang voor de kandidaat-huurders, -erfpachters of -kopers die een zekere maatschappelijke, economische en/of socio-culturele binding hebben met het Vlabinvestgebied. Ook kandidaten van wie het onroerend goed wordt verworven om er een Vlabinvest-project op te realiseren, kunnen voorrang krijgen. Bij de kandidaatstelling zal gevraagd worden om bewijsstukken te overhandigen die de voorrang kunnen staven. Het werkgebied van Vlabinvest omvat alle gemeenten van het arrondissement HalleVilvoorde, alsook Bertem, Huldenberg, Kortenberg en Tervuren, gelegen in het arrondissement Leuven. Affligem Asse Beersel Bertem Bever Dilbeek Drogenbos Galmaarden Gooik Grimbergen Halle Herne Hoeilaart
Huldenberg Kampenhout Kapelle-op-den-Bos Kortenberg Kraainem Lennik Liedekerke Linkebeek Londerzeel Machelen Meise Merchtem Opwijk
Overijse Pepingen Roosdaal Sint-Genesius-Rode Sint-Pieters-Leeuw Steenokkerzeel Ternat Tervuren Vilvoorde Wemmel Wezembeek-Oppem Zaventem Zemst
Inlichtingen en formulieren Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres Website
: Vlabinvest apb : Provincieplein 1 – 3010 Leuven : 016 26 79 89 :
[email protected] : www.vlabinvest.be II.B.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Aankoop van een gehuurde woning bij een sociale huisvestingsmaatschappij Huurders van woningen van een sociale huisvestingsmaatschappij (SHM's) kunnen sinds 23 november 2006 deze woning aankopen. Wie komt in aanmerking om zijn huurwoning aan te kopen? • •
•
5 jaar ononderbroken de woning als huurder betrokken hebben; de huurder mag op het ogenblik van het aankopen van de woning geen andere woning of perceel dat bestemd is voor woningbouw volledig in volle eigendom of volledig vruchtgebruik bezitten; de zittende huurder kan het kooprecht niet afstaan aan een inwonende descendent of ascendent.
Voorwaarden waaraan de woning moet voldoen. • •
Minstens 15 jaar ter beschikking gesteld als sociale huurwoning; Volgende woningen zijn geen voorwerp van het kooprecht: − − −
−
woningen die gerealiseerd of gefinancierd worden, in het kader van een bijzonder programma en onder beding van specifieke verbintenissen, voor zover een van die verbintenissen een verkoop verbiedt; woningen als vermeld in artikel 72 eerste lid 2° v an de Vlaamse Wooncode (woningen uitgerust voor personen met een handicap); woningen die deel uitmaken van een gebouw met meerdere woningen (appartementsgebouw), waarbij de verkoop mede-eigendom over gemeenschappelijke delen doet ontstaan, tenzij al eerder een woning uit hetzelfde gebouw verkocht is; woningen waarvoor renovatiewerkzaamheden gepland zijn en die opgenomen zijn op het uitvoeringsprogramma, vermeld in artikel 33 § 3 van de Vlaamse Wooncode, of die erkend zijn als principieel vatbaar voor subsidiëring ten laste van het Vlaams Gewest.
Verplichting na aankoop v/d woning •
•
de koper is verplicht de woning te bewonen gedurende een periode van 20 jaar na de aankoop ervan. Als hij de bewoningsplicht niet nakomt, of als hij de woning wil verkopen binnen die termijn, heeft de SHM het recht de woning terug te nemen tegen de oorspronkelijke verkoopprijs, vermeerderd met de gemaakte aankoopkosten en van de kosten van de verbetering - en herstellingswerkzaamheden, voor zover deze niet werden uitgevoerd in strijd met de bepalingen op de ruimtelijke ordening en stedenbouw. De terugname van de woning gebeurt vrij van alle lasten en hypotheken waarmee de koper de woning mocht hebben bezwaard. Als de SHM geen gebruik maakt van dat recht binnen de 2 maanden nadat ze kennis kreeg van het ontstaan ervan, vervalt de voormelde verplichting voor de koper; de zittende huurder die de woning aankoopt betaalt alle belastingen, heffingen, erelonen en kosten met betrekking tot de verkoopakte en de schatting, alsook, binnen een maximum van 810 euro , de kosten voor de afpaling, opmeting en administratieve kosten.
II.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen Hoeveel bedraagt de aankoopprijs? De prijs van de woning wordt geschat door de ontvanger van de registratie en domeinen ofwel door de commissaris van het comité tot aankoop. De schattingsprijs is ook meteen de verkoopprijs. Deze prijs is bindend voor alle partijen.
Inlichtingen Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Website
: Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen V.M.S.W. : Koloniënstraat 40 - 1000 Brussel : 02-505 45 45 : 02-505.42.00 :
[email protected] : www.vmsw.be
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer E-mailadres Regio
: CV Providentia : Brusselsesteenweg 191 - 1730 Asse : Roger Gaudaen : 02-452 72 43 :
[email protected] : Affligem, Asse, Bever, Boortmeerbeek, Dilbeek Galmaarden, Gooik, Grimbergen, Kampenhout, Kapelle o/d Bos, Londerzeel, Meise, Merchtem, Opwijk, Overijse, Roosdaal, Vilvoorde, Wemmel, Zemst.
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Gewestelijke maatschappij voor Volkshuisvesting : Bezemstraat 83 bus 13 - 1600 Sint-Pieters-Leeuw : Rik Paternoster : 02-371 03 32 : 02- 378 28 96 :
[email protected] : Affligem, Asse, Dilbeek, Drogenbos, Gooik (Leerbeek), Hoeilaart, Liedekerke, Lennik, St.-Pieters-Leeuw (+ deelgemeente Ruisbroek), Ternat (+ deelgemeenten St.-Katarina-Lombeek en Wambeek), Wezembeek-Oppem
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Woonpunt Zennevallei : Molenborre26/01 - 1500 Halle : Bart Vranken : 02-363 10 50 : 02-361 48 98 :
[email protected] : St.-Pieters-Leeuw, Beersel, St.-Genesius-Rode, Halle, Pepingen
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer
: CV Diest Uitbreiding : Bergveld 29 - 3290 Diest : Wilem Van Damme : 013-31 29 60 II.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen Faxnummer E-mailadres Regio
: 013-31 35 09 :
[email protected] : Bekkevoort, Diest, Kortenaken, ScherpenheuvelZichem
Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Sociaal Wonen Arro Leuven : Wijgmaalsesteenweg 18, 3020 Herent : 016-31 62 00 : 016-31 62 01 :
[email protected] : arrondissement Leuven
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer Regio
: CVBA Dijledal : Vaartkom 1B – 3000 Leuven : Mia Van Caster : 016-25 24 15 : 016-35 03 71 : Leuven, Oud-Heverlee, Boutersem, Bierbeek, Holsbeek
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Sociale woningen van Landen : Hertog Van Brabantlaan 61 - 3400 Landen : Els Pierquet - Mia Persoons : 011-88 21 58 : 011-88 56 59 :
[email protected] : Landen, Zoutleeuw, Linter
Naam organisatie
: Elk zijn Huis Gewestelijke maatschappij voor Huisvesting : Lindeboomstraat 116 - 3080 Tervuren : iedereen is op de hoogte : 02-766 01 70 : 02-766 01 79 :
[email protected] : Bertem, Huldenberg, Kortenberg, Kraainem, Steenokkerzeel, Tervuren, Zaventem
Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Huisvesting Tienen : Menegaard 60-61- 3300 Tienen : Patricia Booten : 016-82 27 27 : 016-82 40 86 :
[email protected] : Tienen, Hoegaarden
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Inter-Vilvoordse maatschappij voor Huisvesting : Parkstraat 115 - 1800 Vilvoorde : Olivier Moelaert : 02-257 11 50 : 02-257 11 60 :
[email protected] : Machelen, Vilvoorde
II.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Samenwerkende Maatschappij voor Goedkope Woningen : Begijnhof 12 bus 7 - 3200 Aarschot : Kris Reynders : 016-56 74 69 : 016- 56 74 70 :
[email protected] : Aarschot
II.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Leningen bij een sociale kredietmaatschappij erkend door de Vlaamse regering Leningen voor • • •
De bouw van een woning (huis of appartement). De aankoop van een nieuwe of bestaande woning. De verbouwing, sanering, verbetering of aanpassing van een woning door zowel alleenstaanden, gezinnen als samenwonenden.
Voorwaarden (voorwaarden op 1/01/2016) • •
Geen andere woning bezitten. Er is geen maximuminkomen bepaald voor de lening.
Maximumbedrag van de lening (voorwaarden op 1/01/2016) Men kan tot 100 % van de geschatte waarde of aankoopprijs van de woning lenen. De waarde wordt vastgesteld door een expert van de kredietmaatschappij.
maximale waarde van de lening
Vlabinvest-gebied
aantal kinderen ten laste (1) 0
1
2
3
4
228.000
239.000
250.000
262.000
273.000
250.000
263.000
275.000
288.000
300.000
(1) Inwonende ascendent of gezinslid met ernstige handicap = extra kind ten laste. (2) De maximumwaarde geldt ook NA de uitvoering van eventuele verbouwingswerken.
Rentevoet • •
Er is een vaste basisrentevoet voor de volledige duur van de lening. De huidige rentetarieven zijn te verkrijgen bij de erkende kredietmaatschappijen.
II.B.3.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen Erkende maatschappijen
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer
: NV Demer en Dijle : Naamsesteenweg 142 - 3001 Heverlee : Josse Guns : 016-22 59 71 : 016-29 05 59
Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer
: Krediet voor Sociale Woningen : Vuurkruisenstraat 20 - 1500 Halle : 02-673.33.00 : 02-675.42.41
II.B.3.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Leningen bij de Vlaamse Maatschappij Sociaal Wonen (V.M.S.W.) Voorwaarden •
Het maximum netto-belastbaar inkomen is vastgesteld op 36.121 euro voor alleenstaanden en 54.176 euro voor gezinnen, verhoogd met 3.607euro per persoon ten laste. • In kernsteden of in de Vlaamse Rand gelden andere bedragen : 37.841 euro voor alleenstaanden en 56.755 euro voor gezinnen, verhoogd met 3.779 euro per persoon ten laste. Al deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd Rentevoet •
De rentevoet is afhankelijk van : o De marktrente o Uw inkomsten en gezinstoestand o De ligging van de grond of woning
Maximum te ontlenen bedragen. Voor zover er voldoende budget voorhanden is op het door de Vlaamse minister van Wonen goedgekeurde programma, kan er een hypothecaire lening verkregen worden bij de VMSW voor de volgende verrichtingen (eventueel gecombineerd): • • •
de aankoop van een woning; het behoud van een woning; de renovatie, verbetering of aanpassing van de een woning;
De lening kan maar worden toegestaan als de geschatte verkoopwaarde van het te belenen goed niet hoger is dan onderstaande bedragen (in euro, geldig in 2016): Vanaf derde persoon ten laste
Eenmalig als er bij aanvraag een kind < 6jaar is
Aankoop, bouw, renovatie, verbetering of aanpassing van een woning
204.400
+10.300
+10.300
Aankoop, bouw, renovatie, verbetering of aanpassing van een woning in kernstad of Vlaamse Rand
224.900
+11.300
+11.300
II.B.3.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen Informatie en formulieren Naam organisatie Adres Telefoonnummer
: C.V. Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting : Bezemstraat 83 bus 13 – 1600 Sint-Pieters-Leeuw : 02-371 03 30
Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres
: C.V. "Providentia" : Brusselsesteenweg 191 - 1730 Asse : 02-452 72 43 :
[email protected]
Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres
: C.V. "Sociaal Wonen arr. Leuven” : Wijgmaalsesteenweg 18 - 3020 Herent : 016-31 62 00 :
[email protected]
Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres
: Vitare : A. Van Eechautestraat 13 bus 2 – 9800 Deinze : 09 381 92 65 :
[email protected]
II.B.3.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Leningen bij het Vlaams Woningfonds Algemeen Het Vlaams Woningfonds kent hypothecaire leningen toe voor: • de aankoop van een woning of appartement • werken aan een woning of appartement Voorwaarden (van toepassing vanaf 1/01/2016) Het belastbaar inkomen van je laatst gekende aanslagbiljet mag de vastgestelde maximumgrenzen niet overschrijden. Het maximum toegelaten belastbaar inkomen wordt vastgesteld op basis van de gezinssamenstelling en de ligging van de woning, het appartement of de bouwgrond. Indien de woning, het appartement of de bouwgrond niet gelegen is in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel bedraagt het maximum toegelaten belastbaar inkomen: • • •
voor een alleenstaande persoon zonder personen ten laste: 36.121 euro; voor een als ernstig gehandicapt erkende alleenstaande persoon zonder personen ten laste: 39.728 euro; voor alle anderen: 54.176 euro, verhoogd met 3.607 euro per persoon ten laste.
Indien de woning, het appartement of de bouwgrond gelegen is in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel bedraagt het maximum toegelaten belastbaar inkomen: • • •
voor een alleenstaande persoon zonder personen ten laste: 37.841 euro; voor een als ernstig gehandicapt erkende alleenstaande persoon zonder personen ten laste: 41.619 euro; voor alle anderen: 56.755 euro, verhoogd met 3.779 euro per persoon ten laste.
Een ernstig gehandicapt kind telt voor 2 personen ten laste. De geschatte verkoopwaarde dient onder vermelde grenzen te blijven Indien de woning of het appartement niet gelegen is in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel bedragen de maximum verkoopwaarden: • • • • • • •
bij 0 personen ten laste: 204.200 euro bij 1 persoon ten laste: 204.200 euro bij 2 personen ten laste: 204.200 euro bij 3 personen ten laste: 214.500 euro bij 4 personen ten laste: 224.800 euro bij 5 personen ten laste: 235.100 euro bij 6 personen ten laste: 245.400 euro
Indien de woning of het appartement gelegen is in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel bedragen de maximum verkoopwaarden: • •
bij 0 personen ten laste: 224.600 euro bij 1 persoon ten laste: 224.600 euro II.B.3.c
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen • • • • •
bij 2 personen ten laste: 224.600 euro bij 3 personen ten laste: 235.900 euro bij 4 personen ten laste: 247.200 euro bij 5 personen ten laste: 258.500 euro bij 6 personen ten laste: 269.800 euro
De hierboven vermelde maximum waarden: •
•
• •
worden bijkomend met 10.300 euro (woning/appartement niet gelegen in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel) of met 11.300 euro (woning/appartement gelegen in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel) verhoogd wanneer het jongste kind op het ogenblik van de betaling van de dossierkost aan het Vlaams Woningfonds minder dan zes jaar oud is; zijn niet van toepassing indien de lening wordt aangegaan voor de aankoop van een sociale koopwoning of om het eigendomsaandeel van een partner in een gezinswoning over te nemen ingeval van echtscheiding of beëindiging van de samenwoning en op voorwaarde dat de over te nemen woning gefinancierd werd met een lening bij het Vlaams Woningfonds; worden jaarlijks op 1 januari geïndexeerd; worden vastgesteld door een onafhankelijke externe expert. Voor nieuwbouw baseren we ons op plannen en bestekken.
Eigendomsvoorwaarde Uiterlijk bij de ondertekening van de leningsakte mag je geen volle eigendom of volledig vruchtgebruik bezitten van een andere bouwgrond, kavel of woning dan de woning, bouwgrond of kavel waarop de lening betrekking heeft. Solvabiliteitsvoorwaarde Je moet voldoende solvabel zijn om de lening te kunnen afbetalen. Dit wil zeggen dat je maandelijkse inkomsten voldoende hoog moeten zijn om na het betalen van alle schulden te voldoen aan de normale gezinsbehoeften. Het maximumbedrag van een sociaal woonkrediet bedraagt: • •
bij aankoop van een woning, appartement, bouwgrond of kavel: de koopprijs of, indien deze lager is, de geschatte verkoopwaarde; bij werken: de kostprijs van de werken of, indien deze lager is, de geraamde waarde van de werken;
Het bedrag van een sociaal woonkrediet mag in ieder geval niet hoger zijn dan de geschatte verkoopwaarde van de woning of het appartement in voorkomend geval na de werken. Voor de bepaling van het maximale leningsbedrag is eveneens rekening te houden met de eventueel uit te voeren werken die volgens het Vlaams Woningfonds strikt noodzakelijk zijn om de woning te laten beantwoorden aan de veiligheids-, gezondheids-, en woonkwaliteitsnormen en waarvoor verplicht is bij te lenen. De rentevoet wordt berekend in functie van je belastbaar inkomen, het aantal personen ten laste en de ligging van de woning, het appartement, de bouwgrond of de kavel. De rentevoeten variëren momenteel tussen minimum 2 % en maximum 2,36 % (dit is de zogenaamde referentierentevoet).
II.B.3.c
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen De rentevoet wordt verminderd : • •
per persoon ten laste. Een ernstig gehandicapt kind telt voor twee personen ten laste; indien de woning, het appartement, de bouwgrond of kavel gelegen is een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel
De referentierentevoet is definitief op het ogenblik dat de dossierkost wordt ontvangen Inlichtingen Naam organisatie : Vlaams Woningfonds, Maatschappelijke zetel. Adres : Ieperlaan 41 -27, 1000 Brussel Telefoonnummer : 02-548 91 11 De diensten van de maatschappelijke zetel zijn vrij of op afspraak toegankelijk van maandag tot en met vrijdag van 8.30 uur tot 11.30 uur en van 12.45 uur tot 16.30 uur. Gesloten op donderdag in de voormiddag. De provinciale dienst Vlaams-Brabant, die gevestigd is op de maatschappelijke zetel, werkt op donderdagvoormiddag met gesloten deuren. Of ga langs op de ontvangdag in jouw buurt :
•
•
•
•
•
•
•
Aarschot - Stadhuis, Ten Drossaarde 1 Elke woensdagnamiddag van 13.30u tot 16u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Asse – Sociaal Huis, Gasthuisstraat 2 Elke vrijdagnamiddag van 13.30u tot 16.30u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Diest - OCMW, Hasseltstraat 30 Elke woensdagvoormiddag van 9u tot 12u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Halle - OCMW Halle-Woonwinkel, Vanden Eeckhoudtstraat 11 Elke vrijdagnamiddag van 13.30u tot 16.30u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Leuven - VAC, Diestsepoort 6 Elke dinsdag en donderdag van 9u tot 12u en van 13.30u tot 16.30u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Tienen - Sociaal Huis, Kabbeekvest 110 Elke maandagvoormiddag van 9u tot 12u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Vilvoorde - Administratief Centrum Mattenkot, Lange Molensstraat 44 Elke vrijdagvoormiddag van 9u tot 12u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43)
II.B.3.c
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Vermindering van de onroerende voorheffing De onroerende voorheffing - principe • •
• •
Elk jaar worden alle onroerende goederen aan de onroerende voorheffing onderworpen. De berekening gebeurt steeds op het kadastraal inkomen. Aan een nieuw gebouwd onroerend goed of na het uitvoeren van (zware) verbouwingswerken aan een bestaand onroerend goed, wordt door de Administratie van het Kadaster, de Registratie en de Domeinen (AKRED) op basis van een geïndividualiseerde schatting een nieuw kadastraal inkomen toegekend bij nieuwbouw of wordt het bestaande kadastraal inkomen herschat bij verbouwing. De onroerende voorheffing dient betaald te worden door de eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder, vruchtgebruiker. Waar het ‘kadastraal inkomen’ nog tot de bevoegdheid van de federale overheid blijft, is de ‘onroerende voorheffing’ sedert 1999 een bevoegdheid behorend tot de Vlaamse overheid.
Berekening van de onroerende voorheffing Het bedrag van de onroerende voorheffing is afhankelijk van de gemeente, provincie of het gewest waar het onroerend goed gelegen is. De basisheffing bedraagt 2,5% van het geïndexeerd kadastraal inkomen. De afronding gebeurt rekenkundig op de eurocent (twee cijfers na de komma).
Welke verminderingen van de onroerende voorheffing zijn er ? 1.
Vermindering voor kinderen waarvoor kinderbijslag wordt verkregen en voor kinderen met een handicap. De verminderingen worden vanaf nu verleend op basis van verder vermelde forfaitaire bedragen, indien aan de volgende voorwaarden voldaan is: • de woning moet op 1 januari van het aanslagjaar betrokken worden door een gezin met minimaal twee kinderen; • de kinderen moeten er hun woonplaats hebben volgens de inschrijving in het bevolkingsregister; • de kinderen moeten kinderbijslaggerechtigd zijn.
2.
Vermindering voor gehandicapte personen De vermindering voor gehandicapte personen wordt op gelijke wijze berekend. Een gehandicapte persoon wordt gerekend voor twee kinderen ten laste. Hij of zij moet in tegenstelling tot voorheen niet meer ten laste zijn, maar wel op 1 januari van het aanslagjaar wonen op het adres waarvoor de vermindering werd gevraagd en moet bovendien deel uitmaken van het gezin volgens het bevolkingsregister. Een definitie van een persoon met een handicap is bepaald in het artikel 135, §1 van het Wetboek van Inkomstenbelasting 1992.
II.B.4
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen 3.
Vermindering voor bescheiden woning • een vermindering van 25 % wordt verkregen op voorwaarde dat: - men de woning volledig zelf bewoont; - het totaal van de kadastrale inkomens van de onroerende goederen in Vlaanderen niet meer bedraagt dan 745 euro. •
•
Als men VOOR de algemene herschatting van 1979 reeds aanspraak heeft gemaakt op een vermindering voor bescheiden woning, maar het nieuwe kadastraal inkomen van de woning is hoger dan 745 euro, kan men deze vermindering toch blijven genieten op voorwaarde dat: - men de volledige woning is blijven bewonen; - men geen nieuwe goederen heeft verworven vanaf aanslagjaar 1979; - het overschrijden van de grens van 745 euro uitsluitend het gevolg was van de algemene herschatting; - het nieuwe totaal kadastraal inkomen van al de onroerende goederen niet meer bedraagt dan 992 euro. Wanneer men een woning gebouwd heeft of een nieuwe woning aangekocht heeft, waarvoor geen huisvestingspremie van het Vlaamse Gewest (bouw- of aankooppremie) verkregen werd, kan de vermindering opgetrokken worden tot 50 % voor de eerste 5 jaar waarin men onroerende voorheffing moet betalen. Deze verhoogde vermindering wordt niet automatisch toegepast en moet dus aangevraagd worden.
4.
Vermindering voor grootoorlogsinvaliden Een grootoorlogsinvalide heeft recht op een vermindering van 20 % van de onroerende voorheffing voor de woning waar hij/zij gedomicilieerd is. Onder grootoorlogsinvaliden worden de burgerlijke en militaire oorlogsslachtoffers verstaan die ten minste 100 % invalide zijn. Deze vermindering wordt niet automatisch toegepast en moet dus aangevraagd worden.
5.
Onproductiviteit van het onroerend goed Hierbij kan het kadastraal inkomen verminderen en ook hieruit voortvloeiend de onroerende voorheffing.
6.
Vermindering voor energiezuinige nieuwbouw Een eigenaar wiens woning het E-peil 60 behaalt, bekomt gedurende 10 jaar een korting van 20 procent op zijn jaarlijkse onroerende voorheffing. Een eigenaar wiens woning het E-peil 40 behaalt, bekomt een korting van 40 procent op zijn jaarlijkse onroerende voorheffing. De maatregel treedt in werking vanaf het aanslagjaar 2009. Dit betekent dat gebouwen waarvoor in 2008 een energieprestatiecertificaat bouw werd afgeleverd, vanaf het aanslagjaar 2009 van de vermindering kunnen genieten. Deze vermindering wordt automatisch toegekend. De eigenaar moet hiervoor geen aanvraag indienen.
Vermindering van onroerende voorheffing ook voor huurders Bepaalde verminderingen worden toegekend in functie van de bewoner van het onroerend goed: vermindering voor kinderbijslaggerechtigde kinderen, voor een gehandicapte persoon of voor een grootoorlogsverminkte. Het is dan ook de bedoeling van de wetgever dat die verminderingen uiteindelijk ten goede komen aan de bewoner. De bewoner is niet per definitie de belastingplichtige van de onroerende voorheffing. De woning kan namelijk ook II.B.4
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen verhuurd zijn. In dat geval wordt de vermindering toegekend aan de eigenaarbelastingplichtige en mag de huurder het bedrag aftrekken van de huurprijs. De huurder wordt van het bedrag van de vermindering op de hoogte gebracht per brief. Huurders uit de privé – sector moeten eenmalig een meldingsformulier invullen. Dit formulier vindt u op website : www.onroerendevoorheffing.be onder “formulieren. Het formulier kan ook aangevraagd worden bij de Belastingdienst voor Vlaanderen. Het ingevulde formulier dient naar de Belastingdienst voor Vlaanderen te worden gestuurd. Indien de vermindering voor een huurder niet op het aanslagbiljet vermeld staat, moet de eigenaar een bezwaarschrift indienen. Huurders van een sociale woning hoeven geen meldingsformulier op te sturen. De huisvestingsmaatschappij geeft de gegevens door aan de Belastingdienst voor Vlaanderen. De verminderingen worden rechtstreeks met de Sociale Huisvestingsmaatschappij (SHM) geregeld. De SHM moet haar huurders inlichten over het bedrag van de vermindering en deze in mindering brengen op de huurlast. Aan de hand van het rijksregisternummer onderzoekt de Belastingdienst voor Vlaanderen op eigen initiatief, elk jaar opnieuw, of vermindering kan worden toegekend.
Informatie en formulieren Naam organisatie Adres Website
: Vlaamse Belastingsdienst : Vaartstraat 16 - 9300 Aalst : www.onroerendevoorheffing.be
II.B.4
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Registratiebelasting Principe Wanneer u een onroerend goed (grond, woning, gebouwen, enz..) koopt, wordt de notariële akte geregistreerd en dient er een “registratiebelasting” betaald te worden. In de volksmond noemt men de registratiebelasting “de aktekosten of de notariskosten”. Dit is misleidend, want de aktekosten omvatten meer dan de registratiebelasting en de registratiebelasting gaat in geen geval naar de notaris. Het gewone tarief van de registratiebelasting bedraagt in Vlaanderen 10 %, berekend op de prijs van het onroerend goed, met als minimum de gewone verkoopwaarde. Deze verkoopwaarde wordt geschat door de Ontvanger van de Registratie.
Vermindering van het registratierecht De registratiebelasting van 10 % kan in bepaalde gevallen verminderd worden tot 5%. Om te weten of u recht heeft op een verminderd tarief, is het aangeraden steeds de notaris te raadplegen. Deze zal u de voorwaarden uitleggen waaraan u moet voldoen om te genieten van de registratiebelasting voor een “bescheiden woning” of “kleine landeigendom” zoals beschreven in artikel 2.9.4.2.1.VCF en verder. Voorwaarden van de vermindering van de registratiebelasting a.
Kadastraal inkomen • Als de verkrijging enkel betrekking heeft op gronden, bedraagt het maximum toegelaten kadastraal inkomen (het niet-geïndexeerde bedrag) 323 euro;
b.
Onroerend bezit De koper of zijn echtgenote mag geen ander onroerend goed in volle of blote eigendom in België bezitten, tenzij: • een goed verkregen door erfenis van ouders of grootouders met kadastraal inkomen vermeld zoals hierboven; • een woning die, uiterlijk de dag voor de notariële akte, verkocht wordt.
c.
Bewoningsplicht van bescheiden woningen Binnen drie jaren na verkrijging dient de koper of zijn echtgeno(o)t(e) drie jaren ononderbroken ingeschreven te zijn in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister op het adres van het gekocht goed. Samenwonenden moeten beiden ingeschreven zijn.
d.
De koop van een bouwgrond De koop van een bouwgrond wordt bij de aankoop voorlopig geregistreerd aan de belasting van 10 %. Na de afwerking van de bouw, wanneer het k.i. van, de nieuwbouw werd vastgelegd, kan men de teruggave vragen als het k.i. het maximum, in principe 745 euro niet-geïndexeerd, niet overschrijdt. Dit geldt ook bij de aankoop van huizen bestemd om te worden afgebroken of te worden omgevormd in een woning. Voor de eventuele verhoging van het maximum k.i.omwille van hogere kinderlast en het reeds bezitten van een woning houdt men rekening met de toestand op het ogenblik dat het k.i. wordt vastgesteld.
II.B.5
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen Voor het toegelaten maximum k.i. ,moet er rekening gehouden worden met andere goederen die men bezit. Daarbij moet evenwel de situatie genomen worden op datum van de aankoop van de grond. Er moet enkel rekening worden gehouden met de situatie van de echtgeno(o)t(e), voor samenwonenden moeten de voorwaarden elk apart worden bekeken.
Abattement, principe (artikel 2.9.3.0.2. VCF) Wanneer u een onroerend goed (grond, woning, gebouwen, enz..) koopt hebt u in bepaalde gevallen een vrijstelling van registratierecht op de eerste 15.000 euro van de heffingsgrondslag. De heffingsgrondslag wordt gevormd door de overeengekomen prijs vermeerderd met de aan de koper opgelegde lasten en verminderd met de aan de koper verleende voordelen. Indien het op deze manier verkregen bedrag minder bedraagt dan de verkoopwaarde van het aangekochte goed, vormt deze verkoopwaarde de heffingsgrondslag.
voorwaarden van het abattement • • • •
• •
het abattement is alleen geldig voor natuurlijke personen; het onroerend goed moet voor de geheelheid in volle eigendom aangekocht worden; de aankoop zoals vastgesteld in de authentieke akte moet een zuivere aankoop zijn; de kopers moeten hun hoofdverblijfplaats vestigen in het onroerend goed; (indien het een woning betreft binnen 2 jaar na de datum waarop de registratie plaatsgevonden heeft indien het een bouwgrond betreft binnen 5 jaar na de datum waarop de registratie plaatsgevonden heeft); geen van de kopers mag op de datum van de koopovereenkomst volle eigenaar zijn van een ander onroerend goed. artikel artikel 2.9.3.0.2.VCF werd uitgebreid met een bijabattement als met het oog op de financiering van een aankoop een hypotheek wordt gevestigd op het aangekochte goed. Dit komt concreet neer op een bijkomende vermindering van 1.000 euro registratierechten.
renovatieabattement (artikel 2.9.3.0.3 VCF) De heffingsgrondslag voor de bepaling van de registratierechten ten aanzien van verkopingen wordt in bepaalde gevallen verminderd met 30.000 euro ingeval van aankoop van een onroerend goed om er een hoofdverblijfplaats te vestigen. Dit geldt enkel als het goed gerenoveerd wordt en het verkochte goed gedurende ten hoogste vier jaar is opgenomen in het leegstandsregister, de inventaris van leegstaand en:of verwaarloosde bedrijfsruimten of de lijsten van ongeschikte en/of onbewoonbare woningen en verwaarloosde gebouwen en/of woningen.
Meeneembaarheid door verrekening (artikel 2.9.5.0.1. VCF) De registratiebelasting betaald op eerder gekochte woning-hoofdverblijfplaats kunnen in mindering gebracht worden bij het betalen van de registratiebelasting van een nieuwe woning verblijfplaats. De eerst gekochte woning moet verkocht zijn voordat een nieuwe woning wordt aangekocht. II.B.5
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen In geen geval kan het mee te nemen bedrag meer bedragen dan 12.500 euro.
Meeneembaarheid door teruggave (artikel 3.6.0.0.6,§ 3 VCF) De registratiebelasting betaald op een eerder gekochte woning-hoofdverblijfplaats kan in bepaalde gevallen en voor een beperkt gedeelte teruggegeven worden wanneer u een andere woning-hoofdverblijfplaats aankoopt. Dit is het geval wanneer de eerst aangekochte woning na de aankoop van de tweede woning wordt verkocht. Er wordt aangestipt dat een keuze dient gemaakt te worden tussen de toepassing van het abattement (artikel 2.9.3.0.3. VCF) enerzijds of het inroepen van de meeneembaarheid (teruggave of verrekening) anderzijds. U moet dus kiezen voor een van beide systemen,
naargelang wat voor u het voordeligste is.
II.B.5
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen
Verzekering gewaarborgd wonen Omschrijving De verzekering gewaarborgd wonen loopt over een periode van tien jaar. Als u tijdens deze verzekeringsperiode onvrijwillig werkloos of arbeidsongeschikt wordt, kunt u na een wachttijd van drie maanden gedurende maximaal drie jaar een tegemoetkoming ontvangen in de aflossing van uw hypothecaire lening. In het geval van werkloosheid dienen na de eerste periode van 18 opeenvolgende maanden gedurende een periode van ten minste drie volledige maanden voltijdse of deeltijdse arbeidsprestaties in het kader van een arbeidsovereenkomst te worden aangetoond om in aanmerking te komen voor een nieuwe periode van tegemoetkoming in het inkomensverlies.
Voorwaarden U hebt minstens 50.000 euro geleend om een woning te bouwen, te kopen of te kopen en renoveren. Leningen die uitsluitend dienen voor renovatiewerken komen maar in aanmerking vanaf 25.000 euro. De woning waarvoor u leent moet uw enige woning zijn en moet gelegen zijn in het Vlaamse gewest. Om in aanmerking te komen voor de verzekering mag uw eerste kapitaalsopname niet langer dan een jaar voor het indienen van de aanvraag tot het bekomen van de gratis verzekering hebben plaatsgevonden. Op het tijdstip van de aanvraag moet u volledig arbeidsgeschikt zijn en ook een beroepsactiviteit uitoefenen, hetzij als werknemer met een contract van onbepaalde duur (minstens in een deeltijdse betrekking), waarvan de proefperiode al voltooid is, hetzij als werknemer met een tijdelijk contract waarvan minstens één jaar bij uw huidige werkgever (contracten in het kader van uitzendarbeid komen niet in aanmerking), of als zelfstandige, als u uw zelfstandige activiteit in hoofdberoep uitoefent. De twaalf maanden, die aan de datum van de verzekeringsaanvraag voorafgaan, moet u ononderbroken gewerkt hebben (met uitzondering van één of meerdere infectieziekten van beperkte duur (vb. griep) en/of het wettelijk zwangerschapsverlof). De door de kredietinstelling waar u uw lening hebt afgesloten geschatte verkoopwaarde van de woning mag niet meer bedragen dan 320.000 euro. In de gemeenten van het arrondissement Halle-Vilvoorde en in enkele gemeenten van het arrondissement Leuven wordt dit bedrag verhoogd tot 368.000 euro. Hierna de lijst van de gemeenten waar de verhoogde verkoopswaarde van toepassing is : • alle gemeenten in het arrondissement Halle – Vilvoorde (waaronder enkele faciliteitengemeenten in de Brusselse Rand): Affligem, Asse, Beersel, Bever, Dilbeek, Drogenbos, Galmaarden, Gooik, Grimbergen, Halle, Herne, Hoeilaart, Kampenhout, Kapelle-op-den-Bos, Kraainem, Lennik, Liedekerke, Linkebeek, Londerzeel, Machelen, Meise, Merchtem, Opwijk, Overijse, Pepingen, Roosdaal, Sint-GenesiusRode, Sint-Pieters-Leeuw, Steenokkerzeel, Ternat, Vilvoorde, Wemmel, WezembeekOppem, Zaventem, Zemst. • enkele gemeenten in het arrondissement Leuven: Bertem, Huldenberg, Kortenberg en Tervuren
II.B.6
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen Er gelden geen inkomensgrenzen, behalve voor personen die een lening aangaan voor het bouwen van een woning waarvoor een bouwvergunning werd aangevraagd vóór 1 januari 2012. Enkel wanneer het peil van het primair energieverbruik van de woning hoger is dan E70, gelden er nog inkomensgrenzen. De verzekering kan in dat geval alleen worden toegestaan wanneer het inkomen niet meer bedraagt dan: - 40.640 euro voor een alleenstaande (inkomensgrens voor aanvragen in 2015); - 58.050 euro voor wettelijk of feitelijk samenwonenden, te verhogen met 3.260 euro per persoon ten laste (inkomensgrenzen voor aanvragen in 2015); - 58.050 euro voor een alleenstaande met een persoon ten laste, te verhogen met 3.260 euro per persoon ten laste vanaf de tweede persoon ten laste (inkomensgrenzen voor aanvragen in 2015). Het gezamenlijk belastbaar inkomen vermeld op het laatste aanslagbiljet wordt gebruikt om de inkomensvoorwaarden te controleren. Indien de lening door meer dan één persoon werd afgesloten, wordt bij de bepaling van het inkomen rekening gehouden met het belastbaar inkomen van alle personen die in de woning waarop de hypothecaire lening betrekking heeft wonen of zullen wonen. De inkomensgrenzen worden jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex. Is uw gezamenlijk belastbaar inkomen kleiner dan of gelijk aan de bovenvermelde grenzen en is uw nieuwe woning energiezuinig (lager dan of gelijk aan E70) dan hebt u recht op de hogere maximale tegemoetkoming van 600 euro. U hebt nog niet genoten van een verzekering gewaarborgd wonen waarvan de premie door de Vlaamse overheid ten laste werd genomen. Voorwaarden betreft de woning
Om van deze verzekering te kunnen genieten is de woning waarop deze verzekering betrekking heeft, gelegen in het Vlaamse Gewest en bestemd om als hoofdverblijfplaats te dienen voor de aanvrager(s). De door de kredietverlener geschatte verkoopwaarde van de woning (zoals ze wordt geraamd door de kredietinstelling bij het afsluiten van de hypothecaire lening) mag, eventueel na de uitvoering van de geplande renovatiewerken, niet meer bedragen dan 320.000 euro. Het bedrag van 320.000 euro wordt verhoogd tot 368.000 euro als de woning gelegen is in het Vlabinvestgebied.
Omvang van de verzekeringswaarborg De tegemoetkoming die de verzekeraar maandelijks zal uitkeren aan uw kredietinstelling is afhankelijk van het werkelijk geleden inkomensverlies, de maandelijkse afbetaling en de duur van de periode dat u beroep heeft gedaan op de tegemoetkoming van de verzekeraar. In het eerste jaar is de tegemoetkoming beperkt tot 70 % van het afbetalingsbedrag. Vanaf het tweede jaar ontvangt u 56% van het afbetalingsbedrag. Vanaf het derde jaar ontvangt u nog 42% van dit bedrag. Het bedrag is beperkt tot € 500 of € 600 per maand, maar is misschien kleiner, afhankelijk van uw inkomensverlies en de geleende som. Het maximum bedrag van € 600 kan enkel toegekend worden aan mensen die een woning hebben gebouwd waarvan het peil van primair energieverbruik lager of gelijk is aan de E70 norm en een belastbaar inkomen hebben dat lager is of gelijk aan: • •
40. 640 euro voor alleenstaanden zonder personen ten laste 58.050 euro voor wettelijk of feitelijk samenwonenden, te verhogen met 3.250 euro per persoon ten laste
II.B.6
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga kopen •
58.050 euro voor alleenstaanden met een persoon ten laste, te verhogen met 3 260 euro per persoon ten laste vanaf de tweede persoon ten laste
Aanvragen U kunt deze documenten schriftelijk aanvragen bij: Cel Verzekering Gewaarborgd Wonen Koning Albert II-laan 19 bus 40 1000 Brussel of via
[email protected]
II.B.6
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
III. Ik ga renoveren of aanpassen III. A. Informatie III. A. 1. III. A. 2. III. A. 3. III. A. 4. III. A. 5. III. A. 6. III. A. 7.
Wanneer een stedenbouwkundige vergunning aanvragen? Hoe een stedenbouwkundige vergunning aanvragen? Woonadvies voor ouderen en personen met een handicap Immotheker Premiezoeker Projecten Lokaal Woonbeleid Duurzaam bouwadvies
III. B. Steunmaatregelen III. B. 1.
III. B. 2. III. B. 3. III. B. 4.
III. B. 5. III. B. 6. III. B. 7. III. B. 8. III. B. 9. III. B. 10 III. B. 11
Sociale leningen: III. B. 1. a. bij een sociale kredietmaatschappij erkend door de Vlaamse regering III. B. 1.b. bij de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (V.M.S.W.) III. B. 1.c. bij de provincie Vlaams-Brabant (aanvullende lening) III. B. 1.d. bij het Vlaams Woningfonds Vermindering van de onroerende voorheffing Verzekering gewaarborgd wonen Subsidies voor duurzaam bouwen III. B. 4. a. bij het installeren van een hemelwaterput III. B. 4. b. bij het installeren van een individuele waterzuiveringsinstallatie III. B. 4. c. bij het aanleggen van infiltratievoorzieningen III. B.5. a Subsidies en fiscale voordelen bij energiebesparende investeringen III. B.5. b Vlaamse Energielening Verbeteringspremie van het Vlaamse Gewest Renovatiepremie van het Vlaamse Gewest Aanpassingspremie van het Vlaamse gewest Aanpassingspremie voor ouderen en personen met een handicap van de provincie Vlaams-Brabant Terugbetaling door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap van kosten aanpassingswerken woning Gratis advies bij de installatie van een beveiligingssysteem tegen brand en inbraak
III
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Wanneer vraagt u een stedenbouwkundige vergunning aan ? Als algemene regel geldt dat u voor het bouwen van een constructie een stedenbouwkundige vergunning nodig hebt. Dit lijkt eenvoudig en logisch. De wetgeving ruimtelijke ordening stelt echter dat u niet enkel om te bouwen een vergunning nodig hebt, maar ook om * de woonfunctie te wijzigen * een grond te gebruiken voor het plaatsen van een of meer vaste inrichtingen; * af te breken; * te herbouwen; * te verbouwen (zowel buiten als binnen in een gebouw)
Wie een kleine ingreep aan zijn woning wil doorvoeren, kan dat vanaf 1 december 2010 sneller en met minder administratieve verplichtingen. Dat is het gevolg van de goedkeuring van twee besluiten van de Vlaamse overheid. Meldingsplicht Voor een aantal werken wordt de stedenbouwkundige vergunningsplicht vervangen door een meldingsplicht. Het gaat bijvoorbeeld over • • • •
het openbreken van een gevel voor het plaatsen van een grote raampartij interne verbouwingswerken die gepaard gaan met stabiliteitswerken. oprichting van bijgebouwen, aangebouwd aan een woning, met een maximale oppervlakte van 40m2 per perceel zorgwonen
Melden is enkel mogelijk als uw project aan een aantal voorwaarden voldoet. Win dus steeds informatie in bij uw gemeentebestuur. Zo voorkomt u dat u een stedenbouwkundige overtreding begaat. De werken moeten gemeld worden aan de gemeente met een vast formulier. Twintig dagen na het indienen van het meldingsdossier kan u met de werken beginnen. Let wel: aan de regels rond medewerking van een architect verandert niets. Bij werken met impact op de stabiliteit van de woning is de medewerking van een architect verplicht. In die gevallen zal een architect voor u het aanvraag- of meldingsdossier samenstellen en ondertekenen. Evenmin verandert de verplichting tot energieprestatie-verslaggeving, het aanstellen van een veiligheidscoördinator en het naleven van de privacybepalingen uit het burgerlijk wetboek (lichten en zichten). Vrijstelling Het aantal van vergunning vrijgestelde werken wordt vereenvoudigd en uitgebreid. Samengevat geldt de vrijstelling voor vrijstaande gebouwen waarvan de oppervlakte samen maximaal 40m² bedraagt en voor niet overdekte constructies (terras, zwembad, vijver, …) waarvan de oppervlakte samen maximaal 80m² bedraagt. Niet overal geldig
III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Zowel de melding als de vrijstellingen zijn niet geldig als ze strijdig zijn met andere regelgeving (beschermde erfgoed, verkavelingsvoorschriften, lokale plannen). Het blijft dus aangeraden zich op voorhand goed te informeren. Regelgeving Gezien de meldingsplichtige handelingen en de handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is gedetailleerd zijn bepaald in de 2 besluiten van de Vlaamse Regering, worden teksten van die besluiten hierna weergegeven. Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de meldingsplichtige handelingen ter uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
Dit besluit treedt in werking op 1 december 2010 bvr 16/7/2010 b.s. 10/9/2010 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° achtergevel: gevel die geen voorgevel of zijgevel is; 2° achtertuin: tuingedeelte van het goed dat geen voortuin of zijtuin is; 3° het goed: het kadastrale perceel of de kadastrale percelen waarop de handelingen betrekking hebben, of, voor de percelen zonder kadastraal nummer, de grond of de gronden waarop de handelingen betrekking hebben; 4° industriegebied in de ruime zin: elk gebied, bestemd voor industrie en ambacht, ook als het onderworpen is aan bijzondere voorwaarden; 5° voorgevel: elke gevel gericht op de voorliggende weg, met uitzondering van garagewegen of voetwegen; 6° voorgevellijn: de lijn die gevormd wordt door de voorgevel of voorgevels door te trekken tot op de zijgrenzen van het goed; 7° voortuin: gedeelte van het goed dat voor de voorgevellijn van het hoofdgebouw ligt; 8° zijgevel: gevel aan de zijkant van het hoofdgebouw; 9° zijtuin: gedeelte van het goed dat ter hoogte van een zijgevel gelegen is. Hoofdstuk 2. Aanwijzing van meldingsplichtige handelingen met toepassing van artikel 4.2.2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Art. 2. Voor handelingen met stabiliteitswerken die uitgevoerd worden binnen in hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte gebouwen, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding als aan de volgende voorwaarden voldaan is: 1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd; 2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd. Art. 3. Voor handelingen met stabiliteitswerken die uitgevoerd worden aan zijgevels, achtergevels en daken van hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte gebouwen, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: 1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd; 2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd; 3° het fysiek bouwvolume en bouwoppervlakte blijven ongewijzigd. III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Art. 4. Voor de oprichting van bijgebouwen die aangebouwd zijn aan de hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte woning, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding als aan de volgende voorwaarden voldaan is. 1° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd; 2° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd; 3° de totale oppervlakte van de bestaande en de op te richten aangebouwde bijgebouwen bedraagt maximaal 40 vierkante meter; 4° de gebouwen worden geplaatst in de zijtuin tot op 3 meter van de perceelsgrenzen of in de achtertuin tot op 2 meter van de perceelsgrenzen; 5° de hoogte is beperkt tot 4 meter. In afwijking van het eerste lid, 4°, mag, als het hoofdgebouw is opgetrokken op of tegen de perceelsgrens, het aangebouwde bijgebouw ook opgetrokken worden op of tegen de perceelsgrens, tegen een bestaand aanpalend gebouw, als de bestaande scheidingsmuur niet gewijzigd wordt. De bouwdiepte van het nieuw op te richten aangebouwde bijgebouw overschrijdt de bouwdiepte van het aanpalende gebouw niet.; Voor de toepassing van dit artikel worden als bijgebouwen beschouwd: de fysiek aansluitende aanhorigheden die in bouwtechnisch opzicht een rechtstreekse aansluiting of steun vinden bij het hoofdgebouw. Art. 5. Voor de verbouwing of uitbreiding van een bestaand, hoofdzakelijk vergund industrieel of ambachtelijk bedrijf, gelegen in industriegebied in de ruime zin, wordt de vergunningsplicht vervangen door een verplichte melding, als aan de volgende voorwaarden voldaan is: 1°de handelingen brengen geen wijziging van de industriële of ambachtelijke functie met zich mee; 2° er wordt geen bedrijfswoning gecreëerd; 3° de uitbreiding maakt een fysisch geïntegreerd deel uit van het bestaande gebouwencomplex; 4° de werken gaan niet gepaard met een ontbossing, inname of aantasting van bufferzones; 5° de hoogte van de gebouwen wordt beperkt tot de afstand tot de zijdelingse en de achterste perceelsgrenzen; 6° de afstand tot de zijdelingse en de achterste perceelsgrenzen bedraagt minstens 3 meter; 7° de gebouwen zijn niet hoger dan 10 meter; 8° voor de inrichting is een milieuvergunning klasse I of II verleend, en de gebouwen zijn in het aanvraagdossier van de milieuvergunning vermeld. Art. 6. De bepalingen van dit hoofdstuk gelden niet voor handelingen die strijdig zijn met de voorschriften van stedenbouwkundige verordeningen, ruimtelijke uitvoeringsplannen, plannen van aanleg of verkavelingsvergunningen, of met de uitdrukkelijke voorwaarden van stedenbouwkundige vergunningen, met behoud van de toepassing van de andere regelgeving die van toepassing is. De bepalingen van dit hoofdstuk gelden niet voor handelingen, te verrichten op percelen waarop voorlopig of definitief beschermde monumenten aanwezig zijn, in voorlopig of definitief beschermde landschappen, in voorlopig of definitief aangeduide erfgoedlandschappen, in voorlopig of definitief beschermde stads- en dorpsgezichten, of in voorlopig of definitief beschermde archeologische monumenten. De bepalingen van dit hoofdstuk gelden niet voor handelingen die uitgevoerd worden in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen.
III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
De bepalingen van dit hoofdstuk gelden niet voor handelingen die uitgevoerd worden voor de rooilijn of in een achteruitbouwstrook. Hoofdstuk 3. Indienings- en betekeningswijze van de melding
Art. 7. §1. De melding, vermeld in artikel 2, 3 en 4, wordt gedaan met het formulier, gevoegd als bijlage I bij dit besluit. De melding, bedoeld in artikel 5, wordt gedaan met het formulier, gevoegd als bijlage II bij dit besluit. §2. Het dossier van de melding bevat één exemplaar van de stukken, voorgeschreven door het besluit van de Vlaamse Regering van 28 mei 2004 betreffende de dossiersamenstelling van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning, met uitzondering van het aanvraagformulier. Hoofdstuk 4. Slotbepalingen Art. 8. De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, is gemachtigd om de bijlagen bij dit besluit te wijzigen. Art. 9. Dit besluit treedt in werking op 1 december 2010. Art. 10. De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Besluit van de Vlaamse Regering tot bepaling van handelingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is
Dit besluit trad in werking op 1 december 2010 bvr 16/7/2010 b.s. 10/9/2010 wijz. bvr 26/11/2010 b.s. 13/12/2010 Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1. In dit besluit wordt verstaan onder: 1° achtergevel: gevel die geen voorgevel of zijgevel is; 2° achtertuin: tuingedeelte van het goed dat geen voortuin of zijtuin is; 3° agrarisch gebied in de ruime zin: elk gebied, hoofdzakelijk bestemd voor de landbouw, ook als het onderworpen is aan bijzondere voorwaarden; 4° het goed: het kadastrale perceel of de kadastrale percelen waarop de handelingen betrekking hebben, of, voor de percelen zonder kadastraal nummer, de grond of de gronden waarop de handelingen betrekking hebben; 5° industriegebied in de ruime zin: elk gebied, bestemd voor industrie en ambacht, ook als het onderworpen is aan bijzondere voorwaarden; 6° niet-overdekte constructies: constructies zonder bouwvolume waarvan de hoogte beperkt is tot 1,5 meter boven het maaiveld; 7° openbaar domein: de openbare wegen, de spoorwegen, de bevaarbare rivieren en de III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
kanalen dienstig voor de scheepvaart of een ander gebruik van openbaar nut, met telkens hun aanhorigheden, de openbare parken en pleinen, de zeestranden en duinen; 8° open afsluiting: afsluiting in draad of draadgaas; 9° Ramsargebied: een gebied dat aangewezen is krachtens de overeenkomst inzake watergebieden die van internationale betekenis zijn, opgemaakt in Ramsar op 2 februari 1971; 10° schuilhok: een eenvoudige constructie, waarin een of meer weidedieren tijdelijk kunnen verblijven. Schuilhokken zijn geenszins uitgerust zoals stallen, die bestemd zijn om dieren permanent te huisvesten; 11° voorgevel: elke gevel gericht op de voorliggende weg, met uitzondering van garagewegen of voetwegen; 12° voorgevellijn: de lijn die gevormd wordt door de voorgevel of voorgevels door te trekken tot op de zijgrenzen van het goed; 13° voortuin: gedeelte van het goed dat voor de voorgevellijn van het hoofdgebouw ligt; 14° woongebied in de ruime zin: elk gebied, bestemd voor de oprichting van residentiële woningen, ook als het onderworpen is aan bijzondere voorwaarden; 15° zijgevel: gevel aan de zijkant van het hoofdgebouw; 16° zijtuin: gedeelte van het goed dat ter hoogte van een zijgevel ligt. Art. 1.2. De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing, onverminderd andere regelgeving, inzonderheid de regelgeving inzake beschermde monumenten, beschermde stads- en dorpsgezichten, landschappen en archeologische sites, waarvoor een apart systeem van toelatingen geldt. Art. 1.3. De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing, voor zover deze handelingen niet strijdig zijn met de voorschriften van stedenbouwkundige verordeningen, of met de uitdrukkelijke voorwaarden van stedenbouwkundige vergunningen. Art. 1.4. De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing, voor zover deze handelingen niet strijdig zijn met de voorschriften van gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen, algemene plannen van aanleg, bijzondere plannen van aanleg of verkavelingsvergunningen die niet opgenomen zijn in de gemeentelijke lijst, opgemaakt in toepassing van artikel 4.4.1, §3 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Hoofdstuk 2. Handelingen in, aan en bij woningen
Art. 2.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de volgende handelingen: 1° gebruikelijke ondergrondse constructies als ze niet voor de rooilijn of in een achteruitbouwstrook liggen; 2° handelingen zonder stabiliteitswerken en zonder wijziging van het fysiek bouwvolume aan zijgevels, achtergevels en daken; 3° zonnepanelen of zonneboilers op een plat dak, tot maximaal 1 meter boven de dakrand, en zonnepanelen of zonneboilers die geïntegreerd zijn in het hellende dakvlak; 4° binnenverbouwingen zonder stabiliteitswerken; 5° afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de zijtuin en achtertuin; 6° open afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de voortuin; 7° gesloten afsluitingen tot een hoogte van 1 meter in de voortuin; 8° niet-overdekte constructies tot maximaal 80 vierkante meter per goed, met inbegrip van alle bestaande niet-overdekte constructies, in zijtuin en achtertuin, tot op 1 meter van de perceelsgrenzen; III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
9° de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar het gebouw of de gebouwen; 10° de plaatsing van allerhande kleine tuinconstructies zoals tuinornamenten, brievenbussen, barbecues en speeltoestellen; 11° van het hoofdgebouw vrijstaande niet voor verblijf bestemde bijgebouwen, met inbegrip van carports, in de zijtuin tot op 3 meter van de perceelsgrenzen of in de achtertuin tot op 1 meter van de perceelsgrenzen. De vrijstaande bijgebouwen kunnen in de achtertuin ook op of tegen de perceelsgrens geplaatst worden als ze tegen een bestaande scheidingsmuur opgericht worden en als de bestaande scheidingsmuur niet gewijzigd wordt. De totale oppervlakte blijft beperkt tot maximaal 40 vierkante meter per goed, met inbegrip van alle bestaande vrijstaande bijgebouwen. De hoogte is beperkt tot 3 meter; 12° het opslaan van allerhande bij de woning horende materialen en materieel met een totaal maximaal volume van 10 kubieke meter, niet zichtbaar vanaf de openbare weg; 13° het plaatsen van één verplaatsbare inrichting die voor bewoning kan worden gebruikt, zoals één woonwagen, kampeerwagen of tent, niet zichtbaar vanaf de openbare weg, zonder er effectief te wonen. Art. 2.2. De vrijstelling, vermeld in artikel 2.1, geldt alleen als de handelingen voldoen aan al de volgende voorwaarden: 1° ze worden volledig uitgevoerd binnen een straal van 30 meter van een hoofdzakelijk vergunde of vergund geachte woning; 2° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging doorgevoerd; 3° het aantal woongelegenheden blijft ongewijzigd; 4° de handelingen zijn niet gesitueerd in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen; 5° de handelingen, vermeld in art. 2.1, 8°, 11°, 12° en 13° zijn niet gesitueerd in ruimtelijk kwetsbaar gebied.
Hoofdstuk 3. Handelingen in, aan en bij andere gebouwen dan woningen
Art. 3.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de volgende handelingen: 1° gebruikelijke ondergrondse constructies als ze niet voor de rooilijn of in een achteruitbouwstrook liggen; 2° handelingen zonder stabiliteitswerken en zonder wijziging van het fysiek bouwvolume aan zijgevels, achtergevels en daken; 3° zonnepanelen of zonneboilers op een plat dak, tot maximaal 1 meter boven de dakrand, en zonnepanelen of zonneboilers die geïntegreerd zijn in het hellende dakvlak; 4° binnenverbouwingen zonder stabiliteitswerken; 5° afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de zijtuin en achtertuin; 6° open afsluitingen tot een hoogte van twee meter in de voortuin; 7° gesloten afsluitingen tot een hoogte van 1 meter in de voortuin; 8° de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar het gebouw of de gebouwen; 9° de plaatsing van seizoensgebonden, niet-overdekte terrassen bij horecazaken. Art. 3.2. De vrijstelling, vermeld in artikel 3.1, geldt enkel als de handelingen voldoen aan de volgende voorwaarden: 1° ze worden volledig uitgevoerd binnen een straal van 30 meter van een hoofdzakelijk vergund of vergund geacht gebouw; III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
2° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging uitgevoerd; 3° de handelingen vermeld in art. 3.1, 1°, 5°, 6°, 7° en 8° zijn niet gesitueerd in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen.
Hoofdstuk 4. Handelingen in industriegebied
Art. 4.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing, in industriegebied in de ruime zin, van installaties en andere constructies dan gebouwen, op voorwaarde dat aan al de volgende voorwaarden voldaan is: 1° ze staan in functie van de industriële of ambachtelijke bedrijvigheid; 2° ze worden opgericht binnen een straal van 30 meter van een hoofdzakelijk vergund of vergund geacht gebouw; 3° ze liggen op minstens 3 meter van de zijdelingse en achterste perceelsgrenzen; 4° ze zijn niet hoger dan 10 meter; 5° ze liggen niet voor de rooilijn; 6° voor de inrichting, met inbegrip van de installaties of constructies, is een milieuvergunning klasse I of II verleend. Art. 4.2. De vrijstelling, vermeld in artikel 4.1, geldt alleen als de handelingen voldoen aan al de volgende voorwaarden: 1° ze zijn niet gesitueerd in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen. 2° ze gaan niet gepaard met een ontbossing, inname of aantasting van bufferzones; 3° ze zijn niet gesitueerd in zones voor ecologische infrastructuur, aangeduid op een bestemmingsplan.
Hoofdstuk 5. Handelingen in agrarisch gebied
Art. 5. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing van de volgende zaken als ze in agrarisch gebied in de ruime zin liggen: 1° constructies met een maximumhoogte van 3,5 meter, als ze dienen voor de teelt of bescherming van landbouwgewassen en na de oogst worden verwijderd; 2° open afsluitingen met een maximale hoogte van 2 meter; 3° een schuilhok voor weidedieren. Het schuilhok heeft houten wanden, een oppervlakte van ten hoogste 20 vierkante meter, een hoogte van maximaal 3 meter en minstens één volledig open zijde; 4° een krengenhuisje; 5° het draineren van een goed voor landbouw- of bodembeheerdoeleinden door de aanleg van een geheel van ondergrondse zuig- en/of moerleidingen, omhullingsmaterialen en eindbuizen en van een geheel van boven- en/of ondergrondse uitmondingsvoorzieningen, controleputten en hulpstukken, mits aan alle van de volgende vereisten voldaan is: a) de bovengrondse zichtbare voorzieningen hebben maximale afmetingen van 1 meter x 1 meter en liggen gelijk met het maaiveld of met het talud van de ontvangende waterloop; b) de drainagewerken worden niet uitgevoerd in de volgende gebieden of zones: 1) Speciale Beschermingszones; III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
2) de Ramsargebieden; 3) Ruimtelijk kwetsbare gebieden of een overstromingsgebied, of op minder dan 50 meter van deze gebieden; c) voor de drainagewerken is geen milieueffectrapport vereist; 6° de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar de agrarische bedrijfsgebouwen, inclusief de bedrijfswoning; 7° bijenstallen of bijenkorven.
Hoofdstuk 6. Groen
Art. 6.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor: 1° het vellen van hoogstammige bomen, op voorwaarde dat aan al de volgende vereisten voldaan is: a) ze maken geen deel uit van een bos; b) ze liggen in een woongebied in de ruime zin, in een agrarisch gebied in de ruime zin of in een industriegebied in de ruime zin, en niet in een woonparkgebied; c) ze liggen binnen een straal van maximaal 15 meter rondom de vergunde woning, de vergunde landbouwbedrijfswoning of landbouwbedrijfsgebouwen of de vergunde bedrijfswoning of bedrijfsgebouwen; 2° het vellen van alleenstaande hoogstammige bomen of van enkele bomen in lijnverband omwille van acuut gevaar en na voorafgaande schriftelijke instemming van het agentschap voor Natuur en Bos; 3° het vellen van hoogstammige bomen, gelegen op terreinen waarvoor een door de bevoegde overheid of bevoegde administratie(s) goedgekeurd beheersplan of beheersvisie bestaat op basis van de milieu- en natuurwetgeving, als het vellen van de hoogstammige bomen als activiteit in dat beheersplan of beheersvisie is opgenomen. Art. 6.2. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de handelingen, die opgenomen zijn in een goedgekeurd beheersplan op basis van het Bosdecreet van 13 juni 1990 of het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, of in een goedgekeurd natuurinrichtingsproject, of in een goedgekeurd inrichtingsplan in het kader van een landinrichtingsproject, of in een van openbaar nut verklaarde ruilverkaveling voor zover ze niet gepaard gaan met de oprichting van constructies groter dan 40 vierkante meter en voor zover ze niet gepaard gaan met een ontbossing.
Hoofdstuk 7. Tijdelijke handelingen
Art. 7.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor tijdelijke handelingen nodig voor de uitvoering van vergunde werken, als die handelingen plaatsvinden binnen de werkstrook die afgebakend is in de stedenbouwkundige vergunning. Art. 7.2. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing van tijdelijke constructies, met uitzondering van publiciteitsinrichtingen, op voorwaarde dat aan de volgende voorwaarden voldaan is: 1° een maximale duur van 90 dagen per jaar wordt niet overschreden; 2° de plaatsing gebeurt niet in een ruimtelijk kwetsbaar gebied; 3° de tijdelijke constructies brengen de verwezenlijking van de algemene bestemming van het gebied niet in het gedrang. III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Art. 7.3. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor een tijdelijke gebruikswijziging van een bestaand, hoofdzakelijk vergund of vergund geacht gebouw, als dit een maximale duur van 90 dagen per jaar niet overschrijdt Art. 7.4. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor tijdelijke reliëfwijzigingen voor de organisatie van sportmanifestaties, als: 1° die maximaal driemaal per jaar worden georganiseerd; 2° die worden georganiseerd in recreatiegebied in de ruime zin, industriegebied in de ruime zin, gebied voor gemeenschapsvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen of agrarisch gebied in de ruime zin; 3° die niet worden georganiseerd: a) in Speciale Beschermingszones; b) in de Ramsargebieden; c) in de als beschermd aangeduide duingebieden of als voor het duingebied belangrijke landbouwgebieden; d) in de beschermde landschappen; e) in ruimtelijk kwetsbare gebieden; 4° het reliëf wordt hersteld in zijn oorspronkelijke staat binnen 10 dagen na de aanvang van de werken.
Hoofdstuk 8. Wijzigingen van al ingerichte terreinen
Art. 8.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de herinrichting van de volgende terreinen, als er geen gebouwen opgericht worden en als de herinrichting eigen is aan de functie van het terrein: 1° openbare begraafplaatsen, 2° openbare parken, openbare groenzones en publiek toegankelijke dierentuinen; 3° al dan niet openbare terreinen voor recreatie; 4° openbaar spoorwegdomein, als het aantal sporen niet vermeerderd wordt; 5° sportterreinen; 6° terreinen voor waterzuivering, met inbegrip van de installaties; 7° terreinen met installaties voor de productie, het transport en de distributie van drinkwater, elektriciteit of aardgas; 8° luchthavens als de start- of landingsbaan niet gewijzigd wordt. Art. 8.2. De vrijstelling, vermeld in artikel 8.1, geldt alleen als de handelingen voldoen aan de volgende voorwaarden: 1° de bestaande terreinen, gebouwen, constructies en verhardingen zijn hoofdzakelijk vergund of vergund geacht; 2° het terrein wordt niet uitgebreid en de bestaande bufferzones blijven behouden; 3° er wordt geen vergunningsplichtige functiewijziging uitgevoerd; 4° de handelingen zijn niet gesitueerd in een oeverzone, afgebakend in een bekkenbeheersplan of deelbekkenbeheersplan, noch in de 5 meter brede strook, te rekenen vanaf de bovenste rand van het talud van ingedeelde onbevaarbare en bevaarbare waterlopen; 5° de handelingen zijn niet gesitueerd in ruimtelijk kwetsbaar gebied; 6° de handelingen gaan niet gepaard met een ontbossing, een aanmerkelijke reliëfwijziging of een wijziging van waterlichamen; 7° het project komt niet voor op bijlage I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage; 8° er is geen milieuvergunning klasse I of II vereist. Art. 8.3. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor het optrekken van installaties en gebouwen van militair strategisch belang in gebieden die op de plannen van aanleg of op de uitvoeringsplannen aangegeven zijn als militair domein.
Hoofdstuk 9. Publiciteit
Art. 9 Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing van de volgende publiciteitsinrichtingen of uithangborden: 1° de bevestiging aan een vergund gebouw van niet-lichtgevende uithangborden, met een totale oppervlakte van maximaal 4 vierkante meter; 2° publiciteitsinrichtingen, aangebracht op nutsvoorzieningen die behoren tot het openbaar domein, geplaatst in opdracht van een overheid, op voorwaarde dat de reclame maximaal de helft van de oppervlakte of tijd inneemt; 3° publiciteitsinrichtingen die voortvloeien uit wettelijke of reglementaire bepalingen; 4° publiciteitsinrichtingen die alleen informatie van de overheid bevatten of die deel uitmaken van sensibiliseringscampagnes van de overheid; 5° door de overheid beschikbaar gestelde dragers met het oog op socioculturele en politieke affichage; 6° verkiezingspubliciteit voor een verkiezing van het Europees, Federaal of Vlaams Parlement, of voor provincie-, gemeente- of districtsraadsverkiezingen; 7° publiciteitsinrichtingen, aangebracht op een onroerend goed, waarbij wordt bekendgemaakt dat dit goed te koop of te huur is, op voorwaarde dat de totale maximale oppervlakte niet meer bedraagt dan 4 vierkante meter en dat de publiciteitsinrichting ten laatste 14 dagen na de verhuring of verkoping wordt verwijderd.
Hoofdstuk 10. Openbaar domein
Art. 10. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de uitvoering van de volgende handelingen op openbaar domein of op een terrein dat na de handelingen tot het openbaar domein zal behoren: 1° de aanleg of wijziging van verhardingen waarvan de oppervlakte 150 vierkante meter of minder bedraagt, met een reliëfwijziging van minder dan 50 cm; 2° het aanbrengen van een andere verharding met een maximale uitbreiding van 150 vierkante meter. De vrijstelling geldt niet als de bestaande weg een aardeweg, grindweg, steengruisweg of kasseiweg is; 3° de aanleg van verhoogde kruispunten, verkeersdrempels en andere verkeersremmende ingrepen binnen de bestaande verhardingsbreedte; 4° gebruikelijke ondergrondse constructies en aansluitingen; 5° gebruikelijke aanhorigheden; 6° technische constructies van algemeen belang met een maximaal volume van 30 kubieke meter en een maximale hoogte van 5 meter; 7° de ondergrondse aanhoging of uitdieping van waterlichamen of de versteviging van oevers, voor zover deze niet gelegen zijn in een ruimtelijk kwetsbaar gebied en het project niet voor komt op bijlage I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage; 8° waterbeheersingswerkzaamheden die niet zonder acuut gevaar of schade kunnen worden uitgesteld, zoals het doorbreken van waterkeringen bij rechtstreeks overstromingsgevaar; 9° strand- en duinophogingen, strand– en duinverbredingen, het slopen van niet meer gebruikte strandhoofden; 10° de plaatsing van seizoensgebonden, niet-overdekte terrassen bij horecazaken; 11° kleinschalige faunavoorzieningen langs wegen, spoorwegen en waterlopen.
Hoofdstuk 11. Algemeen belang
Art. 11.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor door de overheid of in opdracht van de overheid geplaatste kleinschalige technische infrastructuur, om gegevens over gezondheids-, milieu- of veiligheidsaspecten te verzamelen of bekend te maken. Art. 11.2. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor door de overheid of in opdracht van de overheid geplaatste standbeelden, gedenktekens en andere artistieke werken. Een stedenbouwkundige vergunning is ook niet nodig voor de plaatsing of verbouwing van alleenstaande veldkapelletjes of andere gebruikelijke uitingen van volksdevotie met een maximale oppervlakte van 6 vierkante meter en een maximale hoogte van 6 meter. Art. 11.3. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor archeologische opgravingen, vergund met toepassing van artikel 6, § 1, van het decreet van 30 juni 1993 houdende bescherming van het archeologisch patrimonium, als binnen twee jaar na de start van de opgravingen het terrein hersteld wordt in zijn oorspronkelijke staat, of een aanvang genomen wordt met vergunde handelingen. Art. 11.4. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor afsluitingen met een maximumhoogte van 3 meter, die bestaan uit hekwerken, palen of draad , opgericht ter afsluiting van gebouwen, terreinen of constructies van algemeen belang. Art. 11.5. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor: 1° het op dezelfde plaats geheel of gedeeltelijk vervangen van een bestaande vergunde pyloon of mast door een nieuwe pyloon of mast die even hoog is of lager, en die er kennelijk hetzelfde uitziet als de bestaande pyloon of mast; 2° het op dezelfde plaats geheel of gedeeltelijk vervangen van een bestaande vergunde windmolen voor de productie van elektriciteit door een nieuwe windmolen die even hoog is of lager, en met wieken die even lang zijn of korter, en die er kennelijk hetzelfde uitziet als de bestaande windmolen; 3° het op dezelfde plaats geheel of gedeeltelijk vervangen van een bestaande technische installatie met een maximaal volume van 30 kubieke meter door een nieuwe technische installatie met hetzelfde of een kleiner omschreven volume. Art. 11.6. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor handelingen aan of met betrekking tot een bestaande hoogspanningslijn als de dragende structuur ongewijzigd blijft, onverminderd de toepassing van artikel 11.5. Art. 11.7. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de aanleg van de strikt noodzakelijke toegangen tot en opritten naar installaties van algemeen belang. III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Art. 11.8. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de volgende handelingen die betrekking hebben op de bodemsanering, als ze opgenomen zijn in een conform verklaard bodemsaneringsproject en als er geen verhardingen worden aangelegd: 1° het plaatsen, veranderen of verwijderen van ondergrondse constructies of installaties; 2° het verwijderen en aanvullen van grond tot op de hoogte van het oorspronkelijke maaiveld; 3° het gedurende een periode van minder dan 6 maanden plaatsen van bovengrondse constructies of installaties. Art. 11.9. De vrijstelling, vermeld in artikel 11.1, tot en met artikel 11.8. geldt enkel voor zover deze handelingen niet niet voor komen op bijlage I en II van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage.
Hoofdstuk 12. Telecommunicatie
Art. 12.1 Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de volgende handelingen met betrekking tot zend- en ontvangstinstallaties voor telecommunicatie: 1° de plaatsing van de volledige installatie,binnen in bestaande gebouwen of constructies, .In voorkomend geval wordt de zend- en ontvangstinstallatie geplaatst achter materialen die er hetzelfde uitzien als de bestaande materialen, maar die radiogolven doorlaten; 2° de plaatsing van een antenne aan de buitenkant van bestaande gebouwen, in de kleur van de gevel, of in een neutrale, onopvallende kleur, op voorwaarde dat de bijbehorende technische installatie wordt aangebracht in het gebouw, ondergronds of op een plat dak overeenkomstig artikel 12.3.; 3 de plaatsing van een installatie op een bestaand gebouw gelegen in een industriegebied in de ruime zin. De totale hoogte van de dragende structuur bedraagt maximaal 5 meter boven het gebouw. De bijbehorende technische installatie wordt ondergebracht in het gebouw, ondergronds of op het dak; 4° de plaatsing van een installatie op een bestaande vergunde pyloon of mast op voorwaarde dat de hoogte niet toeneemt en de bijbehorende technische installatie ondergronds geplaatst wordt of onmiddellijk aansluit bij de pyloon of mast; 5° de plaatsing van een installatie aan een bestaande vergunde hoogspanningspyloon, op voorwaarde dat de hoogte met maximaal vijf meter toeneemt en de bijbehorende technische installatie ondergronds geplaatst wordt of onmiddellijk aansluit bij de pyloon; 6° de plaatsing van installaties op bestaande verlichtingspalen, met inbegrip van de vervanging ervan, op openbaar domein, op voorwaarde dat de installatie niet meer dan vijf meter boven de verlichtingsarmatuur of boven de bestaande infrastructuur uitsteekt; 7° de plaatsing van installaties en constructies ter verzekering van de stabiliteit en veiligheid bij bestaande installaties. Art. 12.2. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing van de volgende schotelantennes: 1° een schotelantenne met een maximale diameter van 80 centimeter, geplaatst op hellende daken achter de dakrand of tegen de achtergevel van gebouwen, in de kleur van de gevel of in een neutrale, onopvallende kleur; 2° een schotelantenne met een maximale diameter van 120 centimeter, geplaatst op een plat dak, op voorwaarde dat de hoogte beperkt blijft tot 150 centimeter; 3° een schotelantenne met een maximale diameter van 120 centimeter, in de achtertuin, op III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
voorwaarde dat de hoogte beperkt blijft tot 150 centimeter. Art. 12.3. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de plaatsing op platte daken van allerlei technische installaties, die geen gebouwen of delen van gebouwen zijn, met een maximale hoogte van drie meter, op voorwaarde dat de hoogte van de technische installatie op elk punt kleiner is dan de afstand tot de dakrand.
Hoofdstuk 13. Afbraak
Art. 13.1. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor het slopen of verwijderen van installaties of constructies die vallen onder de bepalingen van dit besluit. Art. 13.2. Een stedenbouwkundige vergunning is niet nodig voor de volledige afbraak van vrijstaande bouwwerken of constructies, op voorwaarde dat aan al de volgende vereisten voldaan is: 1° het betreft geen kleine elementen en constructies, geïsoleerd of deel uitmakend van een geheel, die van belang zijn voor de kwaliteit van de leefomgeving, een volkskundige, historische of esthetische waarde hebben, als referentie dienen voor de bevolking van een buurt of wijk, of bijdragen tot het gevoel van een plaatselijke bevolking tot een bepaalde plek te behoren, zoals fonteinen, kiosken, pompen, putten, kruisen, calvaries, veldkapellen, standbeelden, wegwijzers, schandpalen, grenspalen, mijlpalen, lantaarnpalen, uurwerken, klokkenspelen, zonnewijzers, hekkens, omheiningsmuren, luifels, graven, herkenningstekens van merkwaardige gebeurtenissen uit het verleden, balies, straatmeubilair, waterkunstwerkjes, bakhuizen, houtskeletbouw, koetshuizen, oranjerieën, priëlen, ijskelders; 2° het betreft geen gebouwen of constructies die opgenomen zijn in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, opgesteld met toepassing van artikel 12/1 van het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten, stads- en dorpsgezichten; 3° de grondoppervlakte bedraagt minder dan 100 vierkante meter.
Hoofdstuk 14. Wijzigingsbepalingen
Art. 14.1. In het opschrift van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 april 2000 tot bepaling van de vergunningsplichtige functiewijzigingen en van de werken, handelingen en wijzigingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is, worden de woorden “en van de werken, handelingen en wijzigingen waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning nodig is” opgeheven. Art. 14.2. In hetzelfde besluit worden de volgende artikelen opgeheven: 1° artikel 1, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 26 april 2002 en 1 september 2006; 2° artikel 3, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 26 april 2002, 1 september 2006, 7 maart 2008 en 5 september 2008; 3° artikel 4, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 1 september 2006. Art. 14.3. In artikel 3/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 mei 2000 tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, §2, en artikel 4.7.1, §2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en tot regeling van het vooroverleg met de Vlaamse bouwmeester, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Regering van 24 juli 2009, wordt het tweede lid opgeheven. Art. 14.4. In artikel 1/1, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2003 tot bepaling van de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect, vernummerd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 mei 2009, wordt het getal “30” vervangen door het getal “40”.
Hoofdstuk 15. Slotbepalingen
Art. 15.1. Dit besluit treedt in werking op 1 december 2010. Art. 15.2. De Vlaamse minister, bevoegd voor de ruimtelijke ordening, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brochure Een handige brochure over stedenbouwkundige vergunning, melding en vrijstelling kan gedownload worden via www.ruimtelijkeordening.be/vergunningen/werken aan en rond de woning.
III.A.1
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Procedure stedenbouwkundige vergunning 1. Samenstellen van het aanvraagdossier In heel wat gevallen is de medewerking van een architect vereist voor het verkrijgen van een stedenbouwkundige vergunning (vroeger "bouwvergunning" genoemd). Die architect zorgt dan in uw plaats dat het aanvraagdossier alle nodige documenten en plannen bevat. Als aanvrager moet u dan enkel die documenten ondertekenen. Is de medewerking van een architect niet vereist? Dan mag u zelf het aanvraagdossier samenstellen. De werken waarvoor geen medewerking van een architect vereist is vindt u in het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2003 tot bepaling van de handelingen die vrijgesteld zijn van de medewerking van de architect (bvr 23/5/2003 - B.S. 16/7/2003 -wijz. bvr 29/5/2009 B.S. 25/8/2009) 2. Indienen van het aanvraagdossier U (of uw architect) dient de aanvraag op het gemeentehuis in. De aanvraag kan ook met een aangetekende brief worden verzonden. In sommige gemeenten zal men de aanvraag ook elektronisch of semi-elektronisch kunnen indienen. 3. Behandeling van de aanvraag in eerste aanleg Hebt u uw dossier aan het loket afgegeven? U krijgt dadelijk een ontvangstbewijs. 3.a. volledigheidscontrole De gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar of zijn gemachtigde gaat na of de vergunningsaanvraag ontvankelijk en volledig is. In niet-ontvoogde gemeenten die nog niet over een gemeentelijke stedenbouwkundige ambtenaar beschikken, wordt dit ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek gevoerd door de gemeentelijke administratie. Het resultaat van het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek wordt u bezorgd, normalerwijze binnen veertien dagen, ingaand de dag na deze waarop de aanvraag werd ingediend. Het verdere verloop van de procedure in eerste aanleg en de beroepsprocedure gelden alleen ten aanzien van ontvankelijke en volledige aanvragen. 3.b. openbaar onderzoek Voor sommige aanvragen wordt een openbaar onderzoek georganiseerd om na te gaan of er burgers zijn die bezwaren hebben tegen uw project. Het schepencollege zal zich moeten uitspreken over die bezwaren. Hebben de klagers gelijk of niet? Bezwaren leiden dus niet automatisch tot een weigering van uw aanvraag.
III.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
3.c. adviezen inwinnen Soms moet de gemeente adviezen inwinnen over een aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning.
De instanties die overeenkomstig artikel 4.7.16, §1, respectievelijk 4.7.26, §4, eerste lid, 2°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, om advies worden verzocht, zijn: 1°
de entiteit van het agentschap RO–Vlaanderen, di e met de zorg voor het onroerend erfgoed belast is, voor volgende aanvragen: k)
aanvragen met monumenten;
betrekking
tot
voorlopig
of
definitief
beschermde
l)
aanvragen met betrekking tot percelen die gelegen zijn in voorlopig of definitief beschermde stads- en dorpsgezichten;
m) aanvragen met betrekking tot percelen die gelegen zijn in voorlopig of definitief beschermde landschappen en in erfgoedlandschappen; n)
aanvragen in een voorlopig of definitief aangeduide ankerplaats die onderworpen zijn aan de zorgplicht volgens artikel 26 van het decreet van 16 april 1996 betreffende de landschapszorg, met name als een administratieve overheid opdrachtgever is van een eigen werk of handeling;
o)
aanvragen met betrekking tot voorlopig of definitief beschermde archeologische monumenten of tot percelen die gelegen zijn in voorlopig of definitief beschermde archeologische zones;
p)
aanvragen binnen het gezichtsveld, beperkt tot uiterlijk een straal van 50 meter, van een voorlopig of definitief beschermd monument, met dien verstande dat indien het monument voorkomt op de Werelderfgoedlijst van de Unesco, de adviesvereiste geldt in de volledige bufferzone rond dat werelderfgoed, afgebakend in uitvoering van artikel 11, §5, van de UNESCO World Heritage Convention;
q)
aanvragen die de sloping van gebouwen of constructies omvatten, opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed, vermeld in artikel 12/1 van het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten, stads- en dorpsgezichten, met dien verstande dat deze adviesverlening uitgeoefend wordt bij wijze van uitvoering van de algemene onroerenderfgoedtoets, vermeld in artikel 12/2 van voormeld decreet van 3 maart 1976;
r)
aanvragen voor : 1) verkavelingen van ten minste tien loten bestemd voor woningbouw, of met een grondoppervlakte groter dan een halve hectare, ongeacht het aantal loten; 2) groepswoningbouwprojecten waarbij woongelegenheden ontwikkeld worden;
III.A.2
ten
minste
tien
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
3) de bouw of de herbouw van appartementsgebouwen waarbij ten minste vijftig appartementen gecreëerd worden; s)
aanvragen voor nieuwbouwprojecten met een bebouwd oppervlak van 500 m² of meer in woongebieden en recreatiegebieden;
t)
aanvragen voor ontginningsgebieden en uitbreiding van ontginningsgebieden zoals omschreven in het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen, respectievelijk artikel 17.6.3 en artikel 18.7.1;
2°
de wegbeheerder voor aanvragen met betrekking to t percelen die gelegen zijn op minder dan 30 meter van het domein van autosnelwegen, hoofdwegen of primaire wegen categorie I volgens het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen of langs gewest- of provinciewegen;
3°
het departement Landbouw en Visserij voor alle aanvragen die verband houden met landbouw, alsook voor alle aanvragen waarbij toepassing wordt gemaakt van de bepalingen van artikel 4.4.6, artikel 4.4.10 tot en met 4.4.23, en artikel 4.4.26, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, in gebieden die een agrarische bestemming hebben;
4°
in voorkomend geval het polderbestuur voor aanv ragen, gelegen op minder dan 5 meter afstand van de kruin van de talud van onbevaarbare waterlopen van derde categorie;
5°
de administratie van de provincie ofwel in voor komend geval het polderbestuur voor aanvragen, gelegen op minder dan 5 meter afstand van de kruin van de talud van onbevaarbare waterlopen van tweede categorie;
6°
de Vlaamse Milieumaatschappij voor aanvragen gel egen op minder dan 20 meter afstand van de kruin van de talud van onbevaarbare waterlopen van eerste categorie;
7°
nv De Scheepvaart, Waterwegen en Zeekanaal NV, h et Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust of het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, afdeling Maritieme Toegang, telkens binnen hun ambtsgebied, voor aanvragen, gelegen op minder dan 50 meter afstand van de kruin van de talud van bestaande of geplande bevaarbare waterlopen of voor aanvragen, gelegen op minder dan 50 meter afstand van haveninfrastructuur binnen de afgebakende zeehavengebieden;
8°
de afdeling Kust van het Agentschap voor Maritieme Dienstverlening en Kust, voor aanvragen met betrekking tot gebieden gelegen zeewaarts van de veiligheidslijn. Deze veiligheidslijn wordt als volgt gedefinieerd: c) in bebouwde gebieden is het de meest zeewaartse grens van bewoning; d) in onbebouwde gebieden is het de landwaartse grens van de 7m TAW;
9°
het agentschap voor Natuur en Bos voor de volgen de aanvragen : f)
aanvragen in ruimtelijk kwetsbare gebieden;
g)
aanvragen binnen de perimeter van de vogelrichtlijngebieden, met uitzondering van de woongebieden in de ruime zin;
III.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
h)
aanvragen in een gebied aangewezen krachtens de Overeenkomst inzake watergebieden die van internationale betekenis zijn, opgemaakt te Ramsar op 2 februari 1971;
i)
aanvragen gelegen binnen de perimeter van de door de Vlaamse Regering voorgestelde habitatgebieden in het kader van de EG-Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna;
j)
aanvragen in parken en bossen, zoals gedefinieerd in het Bosdecreet, alsmede in gebieden die overeenkomstig de plannen van aanleg of de ruimtelijke uitvoeringsplannen bestemd zijn voor parken en bossen;
10° de afdeling binnen het departement Leefmilieu, Natuur en Energie die bevoegd is voor natuurlijke rijkdommen voor alle aanvragen gelegen in gebieden die bestemd zijn als ontginningsgebied of een ermee vergelijkbaar gebied; 11° Infrabel voor aanvragen, gelegen op minder dan 20 meter afstand van de vrije rand van bestaande of geplande spoorlijnen; 12° het Departement Mobiliteit en Openbare Werken voor alle aanvragen waarbij een mobiliteitstudie bij de aanvraag gevoegd moet worden; 13° het havenbedrijf, voor alle aanvragen binnen ee n havengebied waarvan de grenzen zijn vastgesteld overeenkomstig artikel 3, §1, van het decreet van 2 maart 1999 houdende het beleid en het beheer van de zeehavens. 3.d. advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar In de ontvoogde gemeenten moet het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar niet worden ingewonnen. In de niet ontvoogde gemeenten moet over sommige aanvragen het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar worden ingewonnen. Het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar is bindend, als het negatief is of voorwaarden oplegt. Het wordt uitgebracht binnen een vervaltermijn van dertig dagen, ingaand de dag na deze van de ontvangst van de adviesvraag. Als deze termijn wordt overschreden, kan aan de adviesvereiste voorbij worden gegaan. 3.e. beslissing van het schepencollege De gemeente zal uw aanvraag beoordelen, rekening houdend met: • • • • •
de eventuele bezwaren de eventuele adviezen de voorschriften van gewestplan, bijzonder plan van aanleg en/of verkaveling de mogelijke hinder voor de buurt (privacy, inkijk, bouwdiepte, terreinbezetting, ...). ...
Het college van burgemeester en schepenen neemt over de vergunningsaanvraag een beslissing binnen een vervaltermijn van: a)
vijfenzeventig dagen, indien het aangevraagde gelegen is in een ontvoogde gemeente, over de aanvraag geen openbaar onderzoek moet worden
III.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren gevoerd, en de aanvraag milieuvergunningsaanvraag, b)
niet
is
samengevoegd
met
een
honderdvijf dagen, in alle andere gevallen;
De vervaltermijnen gaan in de dag na deze waarop het resultaat van het ontvankelijkheidsen volledigheidsonderzoek aan de aanvrager wordt verstuurd. Zij gaan echter steeds ten laatste in op de dertigste dag na deze waarop de aanvraag werd ingediend. Indien geen beslissing wordt genomen binnen de vervaltermijn, wordt de aanvraag geacht afgewezen te zijn. U krijgt een afschrift van de uitdrukkelijke beslissing of een kennisgeving van de stilzwijgende beslissing binnen een ordetermijn van tien dagen per beveiligde zending. Op bevel van de burgemeester wordt de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing gedurende een periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de aanvraag betrekking heeft. De burgemeester waakt er over dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen. De burgemeester of zijn gemachtigde attesteert de aanplakking. Op eenvoudig verzoek levert het gemeentebestuur een gewaarmerkt afschrift van dit attest af aan elke belanghebbende. Krijgt u een vergunning, dan mag u beginnen bouwen als u niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de dag van aanplakking, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep. Een door de gemeente gewaarmerkt afschrift van de vergunning en het bijhorende dossier ligt tijdens de duur van de werkzaamheden in uitvoering van de vergunning ter beschikking op de plaats die het voorwerp uitmaakt van de vergunning. 4. Beroep bij de deputatie Alle tijdig ingestelde beroepen tegen beslissingen van het schepencollege schorsen de uitvoering van de vergunning. 4.a. door de aanvrager U kunt als vergunningsaanvrager beroep instellen tegen elke beslissing van het schepencollege, ook tegen een stilzwijgende weigering. De regeling van het beroep staat in artikel 4.7.21. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. 4.b. door derden Er kan beroep worden ingediend door elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de bestreden beslissing. En ook door procesbekwame verenigingen die optreden namens een groep wiens
III.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren collectieve belangen door de bestreden beslissing zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten. De regeling van het beroep staat in artikel 4.7.21. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. 4.c. door administraties De gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar en de instanties die een verplicht advies hebben uitgebracht kunnen beroep instellen tegen elke vergunning verleend door het schepencollege. De regeling van het beroep staat in artikel 4.7.21. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. 4.d. de dossiervergoeding Om ontvankelijk te zijn, dient bij het beroepschrift het bewijs van betaling van de dossiervergoeding gevoegd te zijn, behalve als het beroep uitgaat van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar, de adviesverlenende instanties of in geval van beroep tegen een stilzwijgende weigering. De dossiervergoeding bedraagt 62,5 euro. De dossiervergoeding wordt gestort op een rekening van de provincie. Voor de provincie Vlaams-Brabant is dit rekening 091-0106007-15, Provincie Vlaams-Brabant, diverse ontvangsten, met mededeling IST-RO-BVB-(naam beroepsindiener). 4.e. de hoorzitting De betrokken partijen worden op hun verzoek door de deputatie gehoord (schriftelijk of mondeling). 4.f. de beslissing van de deputatie De deputatie neemt haar beslissing binnen een vervaltermijn van vijfenzeventig dagen, die ingaat de dag na deze van de betekening van het beroep. Deze vervaltermijn wordt verlengd tot honderdvijf dagen, indien toepassing wordt gemaakt van het mondelinge of schriftelijke hoorrecht. Indien geen beslissing wordt genomen binnen de toepasselijke vervaltermijn, wordt het beroep geacht afgewezen te zijn. Een afschrift van de uitdrukkelijke beslissing of een kennisgeving van de stilzwijgende beslissing wordt binnen een ordetermijn van tien dagen gelijktijdig en per beveiligde zending bezorgd aan de indiener van het beroep en aan de vergunningsaanvrager. Op bevel van de burgemeester wordt de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing gedurende een periode van dertig dagen aangeplakt op de plaats waarop de vergunningsaanvraag betrekking heeft. De burgemeester waakt er over dat tot aanplakking wordt overgegaan binnen een termijn van tien dagen te rekenen vanaf de datum van de ontvangst, door het gemeentebestuur,
III.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren van een afschrift van de uitdrukkelijke beslissing of een kennisgeving van de stilzwijgende beslissing. De burgemeester of zijn gemachtigde attesteert de aanplakking. Op eenvoudig verzoek levert het gemeentebestuur een gewaarmerkt afschrift van dit attest af aan elke belanghebbende. Van een vergunning, afgegeven door de deputatie, mag gebruik worden gemaakt vanaf de zesendertigste dag na de dag van aanplakking. Hetzelfde geldt voor de vergunning, afgegeven door het college van burgemeester en schepenen, waartegen het beroep door de deputatie stilzwijgend is afgewezen. 5. Beroep bij de Raad voor Vergunningsbetwisting De beroepen bij de Raad kunnen door volgende belanghebbenden worden ingesteld: 1° de aanvrager van de vergunning; 2° de bij het dossier betrokken vergunningverlenend e bestuursorganen; 3° elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die re chtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden ingevolge de vergunningsbeslissing; 4° procesbekwame verenigingen die optreden namens e en groep wiens collectieve belangen zijn bedreigd of geschaad, voor zover zij beschikken over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten; 5° de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar; 6° de bij het dossier betrokken adviserende instant ies. De belanghebbende aan wie kan worden verweten dat hij een voor hem nadelige vergunningsbeslissing niet heeft bestreden door middel van het beroep bij de deputatie, wordt geacht te hebben verzaakt aan zijn recht om zich tot de Raad te wenden. De beroepen worden ingesteld binnen een vervaltermijn van dertig dagen, die ingaat als volgt: a) hetzij de dag na deze van de betekening, wanneer dergelijke betekening vereist is, b) hetzij de dag na deze van aanplakking, in alle andere gevallen; De beroepen worden ingesteld bij wijze van verzoekschrift. Raad voor Vergunningsbetwistingen Phoenixgebouw, 12e verdieping Koning Albert II-laan 19, bus 25 1210 BRUSSEL 02/553.17.75
III.A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Woonadvies voor ouderen en personen met een handicap. Als oudere of persoon met een handicap wilt u zo lang mogelijk thuis blijven wonen. Logisch. Dit betekent wel dat u misschien uw huis of appartement zult moeten aanpassen. Grote verbouwingen zijn niet steeds nodig. Een kleine verandering of gebruikmaken van een hulpmiddel is soms voldoende. De provincie werkt hiervoor samen met de verschillende mutualiteiten in Vlaams Brabant. U kunt bij hen gratis advies vragen. Ook voor een individueel technisch en financieel advies kunt u bij hen terecht. Zij kunnen op afspraak bij u thuis komen of ontvangen u op hun contactpunt.
III.A.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Immotheker Kopen of blijven huren? Waar haalt u onafhankelijk advies? Is goed wonen nog wel betaalbaar? Kunnen jonge mensen zich nog een eigen woning veroorloven of blijven ze beter huren? Welke woning past binnen hun budget en hoeveel kunnen ze maximaal lenen? Jonge mensen die hierop een antwoord willen kunnen terecht bij de immotheker. De immotheker is een netwerk van onafhankelijke experts inzake financieel en fiscaal advies. Wanneer neemt u contact op met de immotheker? •
U hebt nog geen concrete woning in gedachten? U wordt bij de immotheker zo volledig mogelijk geïnformeerd over de kosten die komen kijken bij de aankoop of bouw van een woning én u wordt geholpen zodat u uw eigen mogelijkheden realistisch kunt inschatten. Zodoende zouden er geen verrassingen meer mogen zijn. Daarna kunt u doelgericht op zoek naar de woning die het best past binnen uw wensen en budget. Woonplanning kan dus al in een heel vroeg stadium.
•
U hebt al een concrete woning op het oog. Als u al de woning van uw dromen op het oog hebt, dan kunt u bij de immotheker laten onderzoeken of deze past binnen uw financiële mogelijkheden.
U neemt de beslissing om te kopen of te bouwen. Dan telt elke euro. De immotheker geeft gratis advies over de woonlening die u het meeste voordeel oplevert. U kunt rekenen op 100% objectiviteit. De immotheker-deskundige vergelijkt alle formules waarvan de acceptatievoorwaarden en bodemtarieven gekend zijn, ook deze van aanbieders waarmee de immotheker (nog) niet samenwerkt.
Inlichtingen Naam organisatie Adres Website
: Immotheker : zie adressen kantoren op de website : www.immotheker.be
III.A.4
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Premiezoeker Premiezoeker geeft een antwoord op de vraag op welke premies en steunmaatregelen de burger recht heeft. Premiezoeker doet dit door de voorwaarden die voor elke premie worden gesteld af te toetsen. De gebruiker beantwoordt automatisch gegenereerde vragenlijsten en krijgt op basis van zijn antwoorden een overzicht van de steunmaatregelen waar hij aanspraak kan op maken. Heeft de vraagsteller desondanks geen zin alle vragen te beantwoorden of vindt hij de vragen te moeilijk, kan hij klikken op “overzicht van alle premies”. Op deze pagina krijgt hij dan heel snel een overzicht van de premies die mogelijk interessant zijn. U kan opgeven van welke gemeente u de premies wil kennen, welke activiteit u wilt uitvoeren en/of zoeken op een trefwoord uit de premienaam. In de lijst die u terugkrijgt, vindt u een verwijzing naar de webstek en de contactgegevens van de instelling die de premie aanbiedt. U kan dan de details over de premie nalezen op hun website of hen contacteren met uw vragen.
Inlichtingen Naam organisatie Adres Website
: Wonen-Vlaanderen, Phoenixgebouw : Koning Albert II-laan 19 bus 40, 1210 Brussel : www.premiezoeker.be
III.A.5
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Projecten Lokaal Woonbeleid Sinds 2008 zijn er een aantal projecten opgestart met als doel het lokaal woonbeleid actief uit te werken. De basistaken van deze projecten zijn: 1° het begeleiden en ondersteunen van de deelnemend e gemeenten bij de ontwikkeling van een gemeentelijke beleidsvisie op het vlak van wonen; 2° het faciliteren of uitbreiden van het woonoverle g met alle lokale woonactoren; 3° het aanbieden van gestructureerde basisinformati e aan de inwoners van de deelnemende gemeenten. Voor meer informatie over deze projecten kan u contact opnemen met de coördinator. projecten
werkingsgebied, gemeenten
Coördinator
Contact
Asse, Dilbeek, Kapelle o/d Bos, Londerzeel, Meise, Opwijk Wonen tussen Dijle Bertem, en Velp Bierbeek, Boutersem, Haacht, Oud-Heverlee, Rotselaar Hartje Hageland Bekkevoort, Glabbeek, Kortenaken, Tielt-Winge Woonwinkel Bever, Pajottenland Galmaarden, Gooik, Herne, Lennik, Pepingen Woonbeleid Regio Grimbergen, Noord Kampenhout, Zemst Beter Wonen aan de Hoegaarden, Gete Landen, Linter
Jan Velleman
[email protected] 02-488 56 01 77
Vanessa Joly
[email protected] 016-31 18 69
Tina Vandermee ren
[email protected]
Erik Moens
[email protected] 0496-50 72 73
Veerle Van Rie
[email protected] 0472-76 08 96
Katja Calsyn
[email protected]
Woonbeleid Noord Pajottenland
Affligem, Liedekerke, Roosdaal Vilvoorde, Machelen
Sofie De Mars
011-69 05 45
[email protected] 053-64 55 57
Tim Romeyns
[email protected] 02-255 47 21
Aarschot Scherpenheuvel -Zichem Diest
Jenne Van Cortenberg
[email protected] 016-29 85 48
Woonbeleid Regio Noord-West Brabant
Regionaal Woonbeleid Vilvoorde/Machelen
Wonen aan de Demer
III.A.6
016-63 95 62
[email protected]
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren Woonwijzer Midden Brabant
Herent Huldenberg Kortenberg Tervuren Zaventem
Woonbeleid Zennevallei
Halle Sint-PietersLeeuw
Aangenaam Wonen tussen Grote en Kleine Gete
Tienen Zoutleeuw
Beriel Mertens
[email protected] 016 29 85 48 0471 85 03 77
Halle : 02-361 50 91 Sint-Pieters-Leeuw : 02-371 22 68
Liliane Vanhelden
III.A.6
016 80 57 80
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Duurzaam bouwadvies De provincie ondersteunt ook ‘Duurzaam Bouwadvies’. In sommige gemeenten die dit extra ondersteunen is dit zelfs helemaal gratis. Meer info op http://www.vlaamsbrabant.be/wonen-milieu/wonen-en-ruimtelijkeordening/provinciaal-steunpunt-duurzaam-bouwen/duurzaam-bouwadvies/index.jsp
Provincie Alle inwoners van Vlaams-Brabant kunnen bij het 'Provinciaal Steunpunt DuboVlaamsBrabant' terecht voor duurzaam bouwadvies. Dankzij de provincie kost duurzaam bouwadvies slechts 50 euro voor een advies ter plaatse (enkel bij renovaties), 25 euro voor een advies op basis van plannen (voor renovaties en nieuwbouw).
Gemeenten Duurzaam bouwadvies is dankzij de extra steun van de gemeenten gratis in Beersel, Bekkevoort, Bierbeek, Boortmeerbeek, Diest, Drogenbos, Gooik, Grimbergen, Halle, Kortenberg, Leuven, Machelen, Meise, Oud-Heverlee, Rotselaar en Tervuren. In Herent, Hoegaarden en Tremelo is het bouwadvies gratis voor renovaties, niet voor nieuwbouw.
III.A.7
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Leningen bij een sociale kredietmaatschappij erkend door de Vlaamse regering Leningen voor • • •
De bouw van een woning (huis of appartement). De aankoop van een nieuwe of bestaande woning. De verbouwing, sanering, verbetering of aanpassing van een woning door zowel alleenstaanden, gezinnen als samenwonenden.
Voorwaarden (voorwaarden op 1/01/2016) • •
Geen andere woning bezitten. Er is geen maximuminkomen bepaald voor de lening.
Maximumbedrag van de lening (voorwaarden op 1/01/2016) Men kan tot 100 % van de geschatte waarde of aankoopprijs van de woning lenen. De waarde wordt vastgesteld door een expert van de kredietmaatschappij.
maximale waarde van de lening
Vlabinvest-gebied
aantal kinderen ten laste (1) 0
1
2
3
4
228.000
239.000
250.000
262.000
273.000
250.000
263.000
275.000
288.000
300.000
(1) Inwonende ascendent of gezinslid met ernstige handicap = extra kind ten laste. (2) De maximumwaarde geldt ook NA de uitvoering van eventuele verbouwingswerken.
Rentevoet • •
Er is een vaste basisrentevoet voor de volledige duur van de lening. De huidige rentetarieven zijn te verkrijgen bij de erkende kredietmaatschappijen.
III.B.1.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren Erkende maatschappijen
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer
: NV Demer en Dijle : Naamsesteenweg 142 - 3001 Heverlee : Josse Guns : 016-22 59 71 : 016-29 05 59
Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer
: Krediet voor Sociale Woningen : Vuurkruisenstraat 20 - 1500 Halle : 02-673.33.00 : 02-675.42.41
III.B.1.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Leningen bij de Vlaamse Maatschappij Sociaal Wonen (V.M.S.W.) Voorwaarden •
Het maximum netto-belastbaar inkomen is vastgesteld op 36.121 euro voor alleenstaanden en 54.176 euro voor gezinnen, verhoogd met 3.607euro per persoon ten laste. • In kernsteden of in de Vlaamse Rand gelden andere bedragen : 37.841 euro voor alleenstaanden en 56.755 euro voor gezinnen, verhoogd met 3.779 euro per persoon ten laste. Al deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd Rentevoet •
De rentevoet is afhankelijk van : o De marktrente o Uw inkomsten en gezinstoestand o De ligging van de grond of woning
Maximum te ontlenen bedragen. Voor zover er voldoende budget voorhanden is op het door de Vlaamse minister van Wonen goedgekeurde programma, kan er een hypothecaire lening verkregen worden bij de VMSW voor de volgende verrichtingen (eventueel gecombineerd): • • •
de aankoop van een woning; het behoud van een woning; de renovatie, verbetering of aanpassing van de een woning;
De lening kan maar worden toegestaan als de geschatte verkoopwaarde van het te belenen goed niet hoger is dan onderstaande bedragen (in euro, geldig in 2015): Vanaf derde persoon ten laste
Eenmalig als er bij aanvraag een kind < 6jaar is
Aankoop, bouw, renovatie, verbetering of aanpassing van een woning
204.400
+10.300
+10.300
Aankoop, bouw, renovatie, verbetering of aanpassing van een woning in kernstad of Vlaamse Rand
224.900
+11.300
+11.300
Informatie en formulieren III.B.1.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres
: C.V. Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting : Brusselstraat 24/1 - 1740 Ternat : 02-582 41 27 :
[email protected]
Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres
: C.V. "Providentia" : Brusselsesteenweg 191 - 1730 Asse : 02-452 72 43 :
[email protected]
Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres
: C.V. "Sociaal Wonen arr. Leuven” : Wijgmaalsesteenweg 18 - 3020 Herent : 016-31 62 00 :
[email protected]
Naam organisatie Adres Telefoonnummer E-mailadres
: Vitare : A. Van Eechautestraat 13 bus 2 – 9800 Deinze : 09 381 92 65 :
[email protected]
III.B.1.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Leningen bij de provincie Vlaams-Brabant Leningen • • • •
Voor de aanpassing, renovatie en verbetering van een eigen woning. Voor de aanpassing, renovatie en verbetering van een gehuurde woning. Voor het uitvoeren van energiebesparende maatregelen Werken die woning aanpassen aan de fysische toestand van een gezinslid of ascendant.
Voorwaarden •
De toegelaten totale geschatte waarde van de woning in gedwongen verkoop (grond inbegrepen) wordt per gemeente vastgesteld. Hiertoe worden de gemeenten van Vlaams-Brabant in 4 klassen ingedeeld:
Klasse 0/gemiddelde van gemeente onder het provinciaal gemiddelde De totale geschatte waarde in gedwongen verkoop van het goed mag in deze gemeenten niet meer bedragen dan 242.730 euro. Arrondissement Halle-Vilvoorde Affligem Asse Beersel Bever Galmaarden Gooik Halle Herne Kapelle-op-den Bos Liedekerke Machelen Opwijk Roosdaal Sint-Pieters-Leeuw Ternat Vilvoorde Arrondissement Leuven Aarschot Begijnendijk Bekkevoort Boortmeerbeek Boutersem Diest Geetbets Glabbeek Haacht Hoegaarden Kortenaken Landen Linter Rotselaar Scherpenheuvel-Zichem Tielt-Winge Tienen Tremelo Zoutleeuw 8
III.B.1.c
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren Klasse 1/gemiddelde van gemeente tussen 0 en 28.00 euro boven provinciaal gemiddelde De totale geschatte waarde in gedwongen verkoop van het goed mag in deze gemeenten niet meer bedragen dan 270.730 euro. Arrondissement Halle-Vilvoorde Dilbeek Drogenbos Grimbergen Kampenhout Lennik Londerzeel Merchtem Pepingen Steenokkerzeel Zemst Arrondissement Leuven Bertem Bierbeek Herent Holsbeek Keerbergen Lubbeek Klasse 2/gemiddelde van gemeente tussen 28.000 en 56.000 euro boven provinciaal gemiddelde De totale geschatte waarde in gedwongen verkoop van het goed mag in deze gemeenten niet meer bedragen dan 298.730 euro. Arrondissement Halle-Vilvoorde Hoeilaart Meise Overijse Sint-Genesius-Rode Wemmel Zaventem Arrondissement Leuven Huldenberg Kortenberg Oud-Heverlee Klasse 3/gemiddelde van gemeente meer dan 56.000 euro boven provinciaal gemiddelde De totale geschatte waarde in gedwongen verkoop van het goed mag in deze gemeenten niet meer bedragen dan 370.340 euro. Arrondissement Halle-Vilvoorde Kraainem Linkebeek Wezembeek-Oppem Arrondissement Leuven Leuven Tervuren
III.B.1.c
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
•
• •
Het gezamenlijk belastbaar inkomen (aanslagjaar 2014 - inkomsten 2013) mag niet hoger liggen dan 38 270 euro voor een alleenstaande en 54.230 euro voor een gezin van minimum twee personen. Deze bedragen worden verhoogd met 3 270 euro per persoon ten laste. Niet over een ander onroerend goed in volle eigendom beschikken; Maximum duurtijd van de lening is 20 jaar en de lening moet terugbetaald zijn voor het zestigste levensjaar van de lener. In het geval de aanvrager de woning huurt wordt de duur beperkt tot maximum 9 jaar.
Rentevoet De rentevoet bedraagt 0,50 % Maximumbedrag van de lening • • •
Het maximumbedrag van de lening bedraagt 20 000 euro Voor gezinnen met minstens 3 kinderen ten laste of met een motorisch gehandicapt gezinslid 22 500 euro Het minimumbedrag van de lening bedraagt 2 500 euro.
Inlichtingen en formulieren Naam organisatie Adres Naam contactpersonen Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Website
: Provincie Vlaams-Brabant, dienst Wonen : Provincieplein 1, 3010 Leuven : Dirk van Doorslaer - Viviane Raeven - Ingrid Dupaix : 016-26 73 11 016-26 73 16 016-26 73 10 : 016-26 73 18 :
[email protected] : www.vlaamsbrabant.be/wonen
III.B.1.c
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Leningen bij het Vlaams Woningfonds Algemeen Het Vlaams Woningfonds kent hypothecaire leningen toe voor: • de aankoop van een woning of appartement • werken aan een woning of appartement Voorwaarden (van toepassing vanaf 1/01/2016) Het belastbaar inkomen van je laatst gekende aanslagbiljet mag de vastgestelde maximumgrenzen niet overschrijden. Het maximum toegelaten belastbaar inkomen wordt vastgesteld op basis van de gezinssamenstelling en de ligging van de woning, het appartement of de bouwgrond. Indien de woning, het appartement of de bouwgrond niet gelegen is in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel bedraagt het maximum toegelaten belastbaar inkomen: • • •
voor een alleenstaande persoon zonder personen ten laste: 36.121 euro; voor een als ernstig gehandicapt erkende alleenstaande persoon zonder personen ten laste: 39.728 euro; voor alle anderen: 54.176 euro, verhoogd met 3.607 euro per persoon ten laste.
Indien de woning, het appartement of de bouwgrond gelegen is in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel bedraagt het maximum toegelaten belastbaar inkomen: • • •
voor een alleenstaande persoon zonder personen ten laste: 37.841 euro; voor een als ernstig gehandicapt erkende alleenstaande persoon zonder personen ten laste: 41.619 euro; voor alle anderen: 56.755 euro, verhoogd met 3.779 euro per persoon ten laste.
Een ernstig gehandicapt kind telt voor 2 personen ten laste. De geschatte verkoopwaarde dient onder vermelde grenzen te blijven Indien de woning of het appartement niet gelegen is in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel bedragen de maximum verkoopwaarden: • • • • • • •
bij 0 personen ten laste: 204.200 euro bij 1 persoon ten laste: 204.200 euro bij 2 personen ten laste: 204.200 euro bij 3 personen ten laste: 214.500 euro bij 4 personen ten laste: 224.800 euro bij 5 personen ten laste: 235.100 euro bij 6 personen ten laste: 245.400 euro
Indien de woning of het appartement gelegen is in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel bedragen de maximum verkoopwaarden: • •
bij 0 personen ten laste: 224.600 euro bij 1 persoon ten laste: 224.600 euro III.B.1.d
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren • • • • •
bij 2 personen ten laste: 224.600 euro bij 3 personen ten laste: 235.900 euro bij 4 personen ten laste: 247.200 euro bij 5 personen ten laste: 258.500 euro bij 6 personen ten laste: 269.800 euro
De hierboven vermelde maximum waarden: •
•
• •
worden bijkomend met 10.300 euro (woning/appartement niet gelegen in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel) of met 11.300 euro (woning/appartement gelegen in een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel) verhoogd wanneer het jongste kind op het ogenblik van de betaling van de dossierkost aan het Vlaams Woningfonds minder dan zes jaar oud is; zijn niet van toepassing indien de lening wordt aangegaan voor de aankoop van een sociale koopwoning of om het eigendomsaandeel van een partner in een gezinswoning over te nemen ingeval van echtscheiding of beëindiging van de samenwoning en op voorwaarde dat de over te nemen woning gefinancierd werd met een lening bij het Vlaams Woningfonds; worden jaarlijks op 1 januari geïndexeerd; worden vastgesteld door een onafhankelijke externe expert. Voor nieuwbouw baseren we ons op plannen en bestekken.
Eigendomsvoorwaarde Uiterlijk bij de ondertekening van de leningsakte mag je geen volle eigendom of volledig vruchtgebruik bezitten van een andere bouwgrond, kavel of woning dan de woning, bouwgrond of kavel waarop de lening betrekking heeft. Solvabiliteitsvoorwaarde Je moet voldoende solvabel zijn om de lening te kunnen afbetalen. Dit wil zeggen dat je maandelijkse inkomsten voldoende hoog moeten zijn om na het betalen van alle schulden te voldoen aan de normale gezinsbehoeften. Het maximumbedrag van een sociaal woonkrediet bedraagt: • •
bij aankoop van een woning, appartement, bouwgrond of kavel: de koopprijs of, indien deze lager is, de geschatte verkoopwaarde; bij werken: de kostprijs van de werken of, indien deze lager is, de geraamde waarde van de werken;
Het bedrag van een sociaal woonkrediet mag in ieder geval niet hoger zijn dan de geschatte verkoopwaarde van de woning of het appartement in voorkomend geval na de werken. Voor de bepaling van het maximale leningsbedrag is eveneens rekening te houden met de eventueel uit te voeren werken die volgens het Vlaams Woningfonds strikt noodzakelijk zijn om de woning te laten beantwoorden aan de veiligheids-, gezondheids-, en woonkwaliteitsnormen en waarvoor verplicht is bij te lenen. De rentevoet wordt berekend in functie van je belastbaar inkomen, het aantal personen ten laste en de ligging van de woning, het appartement, de bouwgrond of de kavel. De rentevoeten variëren momenteel tussen minimum 2 % en maximum 2,36 % (dit is de zogenaamde referentierentevoet).
III.B.1.d
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren De rentevoet wordt verminderd : • •
per persoon ten laste. Een ernstig gehandicapt kind telt voor twee personen ten laste; indien de woning, het appartement, de bouwgrond of kavel gelegen is een kernstad of in de Vlaamse Rand rond Brussel
De referentierentevoet is definitief op het ogenblik dat de dossierkost wordt ontvangen Inlichtingen Naam organisatie : Vlaams Woningfonds, Maatschappelijke zetel. Adres : Ieperlaan 41 -27, 1000 Brussel Telefoonnummer : 02-548 91 11 De diensten van de maatschappelijke zetel zijn vrij of op afspraak toegankelijk van maandag tot en met vrijdag van 8.30 uur tot 11.30 uur en van 12.45 uur tot 16.30 uur. Gesloten op donderdag in de voormiddag. De provinciale dienst Vlaams-Brabant, die gevestigd is op de maatschappelijke zetel, werkt op donderdagvoormiddag met gesloten deuren. Of ga langs op de ontvangdag in jouw buurt :
•
•
•
•
•
•
•
Aarschot - Stadhuis, Ten Drossaarde 1 Elke woensdagnamiddag van 13.30u tot 16u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Asse – Sociaal Huis, Gasthuisstraat 2 Elke vrijdagnamiddag van 13.30u tot 16.30u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Diest - OCMW, Hasseltstraat 30 Elke woensdagvoormiddag van 9u tot 12u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Halle - OCMW Halle-Woonwinkel, Vanden Eeckhoudtstraat 11 Elke vrijdagnamiddag van 13.30u tot 16.30u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Leuven - VAC, Diestsepoort 6 Elke dinsdag en donderdag van 9u tot 12u en van 13.30u tot 16.30u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Tienen - Sociaal Huis, Kabbeekvest 110 Elke maandagvoormiddag van 9u tot 12u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43) Vilvoorde - Administratief Centrum Mattenkot, Lange Molensstraat 44 Elke vrijdagvoormiddag van 9u tot 12u, uitsluitend na afspraak (tel. 02/548.91.45 of 43)
III.B.1.d
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Vermindering van de onroerende voorheffing De onroerende voorheffing - principe • •
• •
Elk jaar worden alle onroerende goederen aan de onroerende voorheffing onderworpen. De berekening gebeurt steeds op het kadastraal inkomen. Aan een nieuw gebouwd onroerend goed of na het uitvoeren van (zware) verbouwingswerken aan een bestaand onroerend goed, wordt door de Administratie van het Kadaster, de Registratie en de Domeinen (AKRED) op basis van een geïndividualiseerde schatting een nieuw kadastraal inkomen toegekend bij nieuwbouw of wordt het bestaande kadastraal inkomen herschat bij verbouwing. De onroerende voorheffing dient betaald te worden door de eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder, vruchtgebruiker. Waar het ‘kadastraal inkomen’ nog tot de bevoegdheid van de federale overheid blijft, is de ‘onroerende voorheffing’ sedert 1999 een bevoegdheid behorend tot de Vlaamse overheid.
Berekening van de onroerende voorheffing Het bedrag van de onroerende voorheffing is afhankelijk van de gemeente, provincie of het gewest waar het onroerend goed gelegen is. De basisheffing bedraagt 2,5% van het geïndexeerd kadastraal inkomen. De afronding gebeurt rekenkundig op de eurocent (twee cijfers na de komma).
Welke verminderingen van de onroerende voorheffing zijn er ? 1.
Vermindering voor kinderen waarvoor kinderbijslag wordt verkregen en voor kinderen met een handicap. De verminderingen worden vanaf nu verleend op basis van verder vermelde forfaitaire bedragen, indien aan de volgende voorwaarden voldaan is: • de woning moet op 1 januari van het aanslagjaar betrokken worden door een gezin met minimaal twee kinderen; • de kinderen moeten er hun woonplaats hebben volgens de inschrijving in het bevolkingsregister; • de kinderen moeten kinderbijslaggerechtigd zijn.
2.
Vermindering voor gehandicapte personen De vermindering voor gehandicapte personen wordt op gelijke wijze berekend. Een gehandicapte persoon wordt gerekend voor twee kinderen ten laste. Hij of zij moet in tegenstelling tot voorheen niet meer ten laste zijn, maar wel op 1 januari van het aanslagjaar wonen op het adres waarvoor de vermindering werd gevraagd en moet bovendien deel uitmaken van het gezin volgens het bevolkingsregister. Een definitie van een persoon met een handicap is bepaald in het artikel 135, §1 van het Wetboek van Inkomstenbelasting 1992.
III.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren 3.
Vermindering voor bescheiden woning • een vermindering van 25 % wordt verkregen op voorwaarde dat: - men de woning volledig zelf bewoont; - het totaal van de kadastrale inkomens van de onroerende goederen in Vlaanderen niet meer bedraagt dan 745 euro. •
•
Als men VOOR de algemene herschatting van 1979 reeds aanspraak heeft gemaakt op een vermindering voor bescheiden woning, maar het nieuwe kadastraal inkomen van de woning is hoger dan 745 euro, kan men deze vermindering toch blijven genieten op voorwaarde dat: - men de volledige woning is blijven bewonen; - men geen nieuwe goederen heeft verworven vanaf aanslagjaar 1979; - het overschrijden van de grens van 745 euro uitsluitend het gevolg was van de algemene herschatting; - het nieuwe totaal kadastraal inkomen van al de onroerende goederen niet meer bedraagt dan 992 euro. Wanneer men een woning gebouwd heeft of een nieuwe woning aangekocht heeft, waarvoor geen huisvestingspremie van het Vlaamse Gewest (bouw- of aankooppremie) verkregen werd, kan de vermindering opgetrokken worden tot 50 % voor de eerste 5 jaar waarin men onroerende voorheffing moet betalen. Deze verhoogde vermindering wordt niet automatisch toegepast en moet dus aangevraagd worden.
4.
Vermindering voor grootoorlogsinvaliden Een grootoorlogsinvalide heeft recht op een vermindering van 20 % van de onroerende voorheffing voor de woning waar hij/zij gedomicilieerd is. Onder grootoorlogsinvaliden worden de burgerlijke en militaire oorlogsslachtoffers verstaan die ten minste 100 % invalide zijn. Deze vermindering wordt niet automatisch toegepast en moet dus aangevraagd worden.
5.
Onproductiviteit van het onroerend goed Hierbij kan het kadastraal inkomen verminderen en ook hieruit voortvloeiend de onroerende voorheffing.
6.
Vermindering voor energiezuinige nieuwbouw Een eigenaar wiens woning het E-peil 60 behaalt, bekomt gedurende 10 jaar een korting van 20 procent op zijn jaarlijkse onroerende voorheffing. Een eigenaar wiens woning het E-peil 40 behaalt, bekomt een korting van 40 procent op zijn jaarlijkse onroerende voorheffing. De maatregel treedt in werking vanaf het aanslagjaar 2009. Dit betekent dat gebouwen waarvoor in 2008 een energieprestatiecertificaat bouw werd afgeleverd, vanaf het aanslagjaar 2009 van de vermindering kunnen genieten. Deze vermindering wordt automatisch toegekend. De eigenaar moet hiervoor geen aanvraag indienen.
Vermindering van onroerende voorheffing ook voor huurders Bepaalde verminderingen worden toegekend in functie van de bewoner van het onroerend goed: vermindering voor kinderbijslaggerechtigde kinderen, voor een gehandicapte persoon of voor een grootoorlogsverminkte. Het is dan ook de bedoeling van de wetgever dat die verminderingen uiteindelijk ten goede komen aan de bewoner. De bewoner is niet per definitie de belastingplichtige van de onroerende voorheffing. De woning kan namelijk ook
III.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren verhuurd zijn. In dat geval wordt de vermindering toegekend aan de eigenaarbelastingplichtige en mag de huurder het bedrag aftrekken van de huurprijs. De huurder wordt van het bedrag van de vermindering op de hoogte gebracht per brief. Huurders uit de privé – sector moeten eenmalig een meldingsformulier invullen. Dit formulier vindt u op website : www.onroerendevoorheffing.be onder “formulieren. Het formulier kan ook aangevraagd worden bij de Belastingdienst voor Vlaanderen. Het ingevulde formulier dient naar de Belastingdienst voor Vlaanderen te worden gestuurd. Indien de vermindering voor een huurder niet op het aanslagbiljet vermeld staat, moet de eigenaar een bezwaarschrift indienen. Huurders van een sociale woning hoeven geen meldingsformulier op te sturen. De huisvestingsmaatschappij geeft de gegevens door aan de Belastingdienst voor Vlaanderen. De verminderingen worden rechtstreeks met de Sociale Huisvestingsmaatschappij (SHM) geregeld. De SHM moet haar huurders inlichten over het bedrag van de vermindering en deze in mindering brengen op de huurlast. Aan de hand van het rijksregisternummer onderzoekt de Belastingdienst voor Vlaanderen op eigen initiatief, elk jaar opnieuw, of vermindering kan worden toegekend.
Informatie en formulieren Naam organisatie Adres Website
: Vlaamse Belastingsdienst : Vaartstraat 16 - 9300 Aalst : www.onroerendevoorheffing.be
III.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Verzekering gewaarborgd wonen Omschrijving De verzekering gewaarborgd wonen loopt over een periode van tien jaar. Als u tijdens deze verzekeringsperiode onvrijwillig werkloos of arbeidsongeschikt wordt, kunt u na een wachttijd van drie maanden gedurende maximaal drie jaar een tegemoetkoming ontvangen in de aflossing van uw hypothecaire lening. In het geval van werkloosheid dienen na de eerste periode van 18 opeenvolgende maanden gedurende een periode van ten minste drie volledige maanden voltijdse of deeltijdse arbeidsprestaties in het kader van een arbeidsovereenkomst te worden aangetoond om in aanmerking te komen voor een nieuwe periode van tegemoetkoming in het inkomensverlies.
Voorwaarden U hebt minstens 50.000 euro geleend om een woning te bouwen, te kopen of te kopen en renoveren. Leningen die uitsluitend dienen voor renovatiewerken komen maar in aanmerking vanaf 25.000 euro. De woning waarvoor u leent moet uw enige woning zijn en moet gelegen zijn in het Vlaamse gewest. Om in aanmerking te komen voor de verzekering mag uw eerste kapitaalsopname niet langer dan een jaar voor het indienen van de aanvraag tot het bekomen van de gratis verzekering hebben plaatsgevonden. Op het tijdstip van de aanvraag moet u volledig arbeidsgeschikt zijn en ook een beroepsactiviteit uitoefenen, hetzij als werknemer met een contract van onbepaalde duur (minstens in een deeltijdse betrekking), waarvan de proefperiode al voltooid is, hetzij als werknemer met een tijdelijk contract waarvan minstens één jaar bij uw huidige werkgever (contracten in het kader van uitzendarbeid komen niet in aanmerking), of als zelfstandige, als u uw zelfstandige activiteit in hoofdberoep uitoefent. De twaalf maanden, die aan de datum van de verzekeringsaanvraag voorafgaan, moet u ononderbroken gewerkt hebben (met uitzondering van één of meerdere infectieziekten van beperkte duur (vb. griep) en/of het wettelijk zwangerschapsverlof). De door de kredietinstelling waar u uw lening hebt afgesloten geschatte verkoopwaarde van de woning mag niet meer bedragen dan 320.000 euro. In de gemeenten van het arrondissement Halle-Vilvoorde en in enkele gemeenten van het arrondissement Leuven wordt dit bedrag verhoogd tot 368.000 euro. Hierna de lijst van de gemeenten waar de verhoogde verkoopswaarde van toepassing is : • alle gemeenten in het arrondissement Halle – Vilvoorde (waaronder enkele faciliteitengemeenten in de Brusselse Rand): Affligem, Asse, Beersel, Bever, Dilbeek, Drogenbos, Galmaarden, Gooik, Grimbergen, Halle, Herne, Hoeilaart, Kampenhout, Kapelle-op-den-Bos, Kraainem, Lennik, Liedekerke, Linkebeek, Londerzeel, Machelen, Meise, Merchtem, Opwijk, Overijse, Pepingen, Roosdaal, Sint-GenesiusRode, Sint-Pieters-Leeuw, Steenokkerzeel, Ternat, Vilvoorde, Wemmel, WezembeekOppem, Zaventem, Zemst. • enkele gemeenten in het arrondissement Leuven: Bertem, Huldenberg, Kortenberg en Tervuren
III.B.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren Er gelden geen inkomensgrenzen, behalve voor personen die een lening aangaan voor het bouwen van een woning waarvoor een bouwvergunning werd aangevraagd vóór 1 januari 2012. Enkel wanneer het peil van het primair energieverbruik van de woning hoger is dan E70, gelden er nog inkomensgrenzen. De verzekering kan in dat geval alleen worden toegestaan wanneer het inkomen niet meer bedraagt dan: - 40.640 euro voor een alleenstaande (inkomensgrens voor aanvragen in 2015); - 58.050 euro voor wettelijk of feitelijk samenwonenden, te verhogen met 3.260 euro per persoon ten laste (inkomensgrenzen voor aanvragen in 2015); - 58.050 euro voor een alleenstaande met een persoon ten laste, te verhogen met 3.260 euro per persoon ten laste vanaf de tweede persoon ten laste (inkomensgrenzen voor aanvragen in 2015). Het gezamenlijk belastbaar inkomen vermeld op het laatste aanslagbiljet wordt gebruikt om de inkomensvoorwaarden te controleren. Indien de lening door meer dan één persoon werd afgesloten, wordt bij de bepaling van het inkomen rekening gehouden met het belastbaar inkomen van alle personen die in de woning waarop de hypothecaire lening betrekking heeft wonen of zullen wonen. De inkomensgrenzen worden jaarlijks aangepast aan de gezondheidsindex. Is uw gezamenlijk belastbaar inkomen kleiner dan of gelijk aan de bovenvermelde grenzen en is uw nieuwe woning energiezuinig (lager dan of gelijk aan E70) dan hebt u recht op de hogere maximale tegemoetkoming van 600 euro. U hebt nog niet genoten van een verzekering gewaarborgd wonen waarvan de premie door de Vlaamse overheid ten laste werd genomen. Voorwaarden betreft de woning
Om van deze verzekering te kunnen genieten is de woning waarop deze verzekering betrekking heeft, gelegen in het Vlaamse Gewest en bestemd om als hoofdverblijfplaats te dienen voor de aanvrager(s). De door de kredietverlener geschatte verkoopwaarde van de woning (zoals ze wordt geraamd door de kredietinstelling bij het afsluiten van de hypothecaire lening) mag, eventueel na de uitvoering van de geplande renovatiewerken, niet meer bedragen dan 320.000 euro. Het bedrag van 320.000 euro wordt verhoogd tot 368.000 euro als de woning gelegen is in het Vlabinvestgebied.
Omvang van de verzekeringswaarborg De tegemoetkoming die de verzekeraar maandelijks zal uitkeren aan uw kredietinstelling is afhankelijk van het werkelijk geleden inkomensverlies, de maandelijkse afbetaling en de duur van de periode dat u beroep heeft gedaan op de tegemoetkoming van de verzekeraar. In het eerste jaar is de tegemoetkoming beperkt tot 70 % van het afbetalingsbedrag. Vanaf het tweede jaar ontvangt u 56% van het afbetalingsbedrag. Vanaf het derde jaar ontvangt u nog 42% van dit bedrag. Het bedrag is beperkt tot € 500 of € 600 per maand, maar is misschien kleiner, afhankelijk van uw inkomensverlies en de geleende som. Het maximum bedrag van € 600 kan enkel toegekend worden aan mensen die een woning hebben gebouwd waarvan het peil van primair energieverbruik lager of gelijk is aan de E70 norm en een belastbaar inkomen hebben dat lager is of gelijk aan: • •
40. 640 euro voor alleenstaanden zonder personen ten laste 58.050 euro voor wettelijk of feitelijk samenwonenden, te verhogen met 3.250 euro per persoon ten laste
III.B.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren •
58.050 euro voor alleenstaanden met een persoon ten laste, te verhogen met 3 260 euro per persoon ten laste vanaf de tweede persoon ten laste
Aanvragen U kunt deze documenten schriftelijk aanvragen bij: Cel Verzekering Gewaarborgd Wonen Koning Albert II-laan 19 bus 40 1000 Brussel of via
[email protected]
III.B.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Subsidie hemelwaterput De Vlaamse overheid wil het gebruik van hemelwater (regenwater) voor minderwaardige doeleinden stimuleren en geeft in vele gemeenten subsidies bij het installeren van een hemelwaterput. Bij nieuwbouw is de installatie van een hemelwaterput meestal verplicht. Voor meer informatie gaat u naar de website Premiezoeker.be of neemt u contact op met uw gemeente. Voorwaarden Om in aanmerking te komen voor een subsidie van het Vlaamse Gewest, moet de hemelwaterput aan de volgende voorwaarden voldoen: Voorwaarden voor bouwaanvragen ingediend vanaf 1 januari 2014 •
Eengezinswoning. Bij nieuwbouw of herbouw van eengezinswoning met een oppervlakte groter dan 40 m², moet het volume van de regenwaterput minstens 5000 liter zijn. Bij verbouwing (renovatie) of uitbreiding van een woning is installatie van een regenwaterput niet verplicht.
•
Ander gebouw. Bij nieuwbouw of herbouw van minstens één ander gebouw dan een eengezinswoning met een dakoppervlakte groter dan 100 m², moet het volume van het regenwatersysteem 50 l/m² zijn.
•
De meeste constructies moeten ook over een infiltratievoorziening beschikken. Bij nieuwe verkavelingen zijn collectieve infiltratievoorzieningen verplicht.
•
De overloop van de regenwaterput moet aangesloten worden op een infiltratie- of buffervoorziening (als die verplicht is volgens de ‘Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening (GSV) Hemelwater’).
•
Als het gebouw volledig is gedekt door een groendak, moet er geen regenwaterput geplaatst worden. In geval van een gedeeltelijk groendak moeten de delen met groendak niet aangesloten worden op de regenwaterput en moeten die delen niet meegeteld voor de berekening van de minimale inhoud van de regenwaterput. Uw gemeente of provincie kan strengere regels opleggen. Informeer steeds bij uw gemeente welke regels er van toepassing zijn. Om te weten of u in aanmerking komt, kan u het best contact opnemen met de milieudienst of met de technische dienst van uw gemeente. Bedrag Het bedrag verschilt van gemeente tot gemeente. Voor meer informatie kan u contact opnemen met de milieudienst van uw gemeente. Vanaf 2008 is de subsidie van het Vlaamse Gewest meegerekend in het bedrag dat u uitgekeerd krijgt van de gemeente (op voorwaarde dat de gemeente de samenwerkingsovereenkomst met het Vlaamse Gewest ondertekend heeft). Er zal dus geen aparte storting meer plaatsvinden.
III.B.4.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Subsidie bij het installeren van een individuele waterzuivering Als er riolering in uw straat ligt, kunnen er zich 3 situaties voordoen: • de riolering is aangesloten op een bestaande zuiveringsinstallatie. U bent verplicht hierop aan te sluiten; • de riolering is nog niet op een waterzuiveringsinstallatie aangesloten, maar de aansluiting is wel gepland. U bent verplicht hierop aan te sluiten; • de aansluiting op een waterzuiveringsinstallatie is niet gepland. U moet zelf uw afvalwater zuiveren. Als u in een niet-gerioleerd gebied woont, bent u ook verplicht om zelf uw afvalwater te behandelen. In uw gemeente kan u navragen welke situatie voor u van toepassing is. Voor de bouw van een individuele afvalwaterzuiveringsinstallatie kennen veel gemeenten een premie toe. Het Vlaamse Gewest doet daar vaak nog een subsidie bovenop van max. 1.000 euro. Het Vlaamse Gewest bepaalt, naast de bestaande subsidie, ook een vrijstelling van de jaarlijkse afvalwaterheffing, indien de installatie aan bepaalde normen voldoet.
Inlichtingen Bij de gemeentelijke milieudienst (zie overzicht gemeentelijke reglementen) of bij Naam organisatie Adres Telefoonnummer Mail
: Vlaamse Milieumaatschappij – Afdeling Ecologisch Toezicht : A. Van de Maelestraat 96 – 9320 Erembodegem : 053 / 72 62 10 :
[email protected]
III.B.4.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Subsidie bij het aanleggen van infiltratievoorzieningen. Door het versneld afvoeren van regenwater via verharde oppervlakten en gemengde rioleringen, kan het regenwater niet meer insijpelen of infiltreren naar het grondwater. Voor Vlaams-Brabant werd een toename met 30% in de periode 1985-1995 becijferd. De gevolgen hiervan zijn een verdroging van de natuur en het minder beschikbaar zijn van grondwater voor drinkwaterproductie. De provincie Vlaams-Brabant wil via een provinciale verordening preventief optreden bij de aanleg van grote verhardingen. Aan de eigenaar worden verschillende mogelijkheden geboden: het regenwater van deze oppervlakte zo veel mogelijk de bodem laten indringen door het gebruik van doorlaatbare verhardingsmaterialen ofwel het hemelwater opslagen en indien mogelijk hergebruiken (voor toiletten, schoonmaak, als productiewater,...). Het resterende hemelwater moet vertraagd naar een open gracht of waterloop geleid worden. Veel gemeenten geven voor de aanleg van een infiltratievoorziening een gemeentelijke subsidie (zie bijgevoegde lijst). Indien er bij een bestaande woning een infiltratievoorziening wordt aangelegd kunt u bovendien vaak een bijkomende subsidie krijgen van het Vlaamse Gewest. Deze subsidie wordt berekend in functie van de aangesloten verharde oppervlakte en bedraagt maximaal 375 euro.
Inlichtingen Bij de gemeentelijke milieudienst (zie overzicht gemeentelijke reglementen)
III.B.4.c
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Subsidies en fiscale voordelen bij energiebesparende investeringen Voor een actueel overzicht per gemeente en meer informatie over de specifieke voorwaarden, surf naar www.energiesparen.be en vul uw postcode in. Bijna alle fiscale voordelen en premies zijn cumuleerbaar.
Federale overheid Belastingsvermindering dakisolatie in bestaande woningen · de belastingvermindering bedraagt 30% van de uitgaven met een max. van 2.000 euro (3.050 euro geïndexeerd voor inkomstenjaar 2015); · de Rd-waarde van de dakisolatie bedraagt minstens 2,5 m²K/W; · de werken moeten uitgevoerd worden door een aannemer; · enkel voor woningen die al minstens 5 jaar in gebruik zijn; · het volstaat dat u de betreffende code op de belastingsaangifte aanvult en beschikt over een factuur op uw naam met de correcte vermeldingen over de uitgevoerde investeringen en een betalingsbewijs; Meer info: www.fisconet.fgov.be of
[email protected] of 02 57 257 57
Vlaamse overheid Vlaamse Energielening • • • • •
lokale entiteit verstrekt goedkope leningen (meestal 2%) bestemd voor structurele energiebesparende maatregelen; alle inwoners van de deelnemende gemeenten komen in aanmerking; de meeste kwetsbare doelgroepen vormen een bijzondere doelgroep, krijgen nog goedkopere leningen (0 %) en extra begeleiding via lokale entiteiten die zijn aangeduid door steden en gemeenten in overleg met het OCMW; Meer info en laatste stand van zaken: http://www.vlaanderen.be/nl/bouwen-wonen-enenergie/lenen/energielening of neem contact op met het plaatselijk OCMW.
Renovatiepremie U kunt de premie aanvragen: 1. Als bewoner: • Als u meerderjarig bent en de woning bewoont als eigenaar of als houder van een ander zakelijk recht • Als meerderjarige mede-bewoner ondertekent u mee de aanvraag, en moet u dus ook voldoen aan de inkomens- en eigendomsvoorwaarden. Uitzondering: inwonende meerderjarige kinderen en ouders van de bewoner(s) zijn geen aanvrager, tenzij ze een zakelijk recht hebben in de premiewoning. 2. Als verhuurder die de premiewoning op de aanvraagdatum voor minstens negen jaar verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor. Let op: u kunt de premie niet aanvragen in de laatste drie jaar van het lopende huurcontract.
III.B.5.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Uw inkomen: Als u als bewoner de premie aanvraagt, mocht u twee jaar eerder niet meer verdienen dan: • 41.440 euro voor alleenstaanden zonder persoon ten laste • 59.200 euro voor alleenstaanden met één persoon ten laste, te verhogen met 3.320 euro per bijkomende persoon ten laste • 59.200 euro voor gehuwden en samenwonenden, te verhogen met 3.320 euro per persoon ten laste Voor aanvragen in 2016 geldt dus het gezamenlijk belastbaar inkomen van 2014. Let op: als u de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor, geldt er geen inkomensgrens. De premiewoning: De woning of het gebouw dat u omvormt tot woning moet in het Vlaamse Gewest liggen en minstens 25 jaar oud zijn. Vanaf 1 januari 2017 wordt dat 30 jaar voor wie een eerste aanvraag doet. Bij twijfel over de ouderdom van de woning, geeft het Rijksregister de doorslag. Let op: voor kamerwoningen en studentenkamers kunt u geen renovatiepremie aanvragen. Geen andere eigendommen: Als bewoner mag of mocht u op de aanvraagdatum en in de drie jaar ervoor geen andere woning, kamerwoning, studentenhuis of studentengemeenschapshuis volledig in volle eigendom of in vruchtgebruik hebben dan de woning waarvoor u de premie aanvraagt. Uitzonderingen: • het andere goed is op de aanvraagdatum gesloopt en u hebt op de aanvraagdatum geen volledig perceel voor woningbouw in volle eigendom of vruchtgebruik • de andere woning is op de aanvraagdatum veranderd van eigenaar en u woonde in die woning tot u verhuisde naar de woning waarvoor u de premie aanvraagt • de andere woning werd ongeschikt of onbewoonbaar verklaard en komt dus niet meer in aanmerking voor bewoning, en u was er de laatste bewoner van. Let op: als u de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor geldt er geen eigendomsvoorwaarde. Facturen De renovatiepremie wordt berekend op basis van facturen van werken door een aannemer, of (als u de werken zelf doet) van de aangekochte materialen. De facturen mogen op de aanvraagdatum maximaal twee jaar oud zijn, en ze mogen ook niet dateren van voor u eigenaar werd van de woning. Let op: kastickets, bestelbons en dergelijke worden niet aanvaard. Vraag uw leverancier dus altijd om een factuur voor u uw aanvraag indient. Aantal aanvragen U vraagt aan als bewoner: De premie wordt verdeeld over twee aanvragen. Bij een volledige woningrenovatie moet u dus twee keer een premie aanvragen. Zo hebt u meer tijd voor een totale renovatie van uw woning. Het maximale bedrag van de premie voor de twee aanvragen samen is 10.000 euro. U kunt maximaal twee aanvragen indienen in een periode van tien jaar, te rekenen vanaf de eerste aanvraagdatum. Tussen de twee aanvragen moet minstens één jaar liggen en maximaal twee jaar.
III.B.5.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Wie in de voorbije tien jaar al een renovatiepremie kreeg, kan geen nieuwe premie meer aanvragen. Ook als een vorige bewoner van de woning in de laatste tien jaar een renovatiepremie kreeg, kunt u als nieuwe bewoner geen nieuwe premie krijgen. Voor wie de voorbije tien jaar al een verbeteringspremie kreeg voor werken uit dezelfde categorie, wordt het bedrag van die verbeteringspremie(s) afgetrokken van de renovatiepremie voor die bepaalde categorie. Na die tien jaar kunt u opnieuw de premie aanvragen. U vraagt aan als verhuurder: U kan de premie in één keer aanvragen voor alle werken of spreiden over twee aanvragen. U kan de premie aanvragen per woning die u verhuurt aan een SVK. Hoeveel bedraagt de nieuwe Vlaamse renovatiepremie? De premie wordt berekend per categorie van werken en bedraagt 20% of 30% van de kostprijs van de werken (excl. BTW). De premie bedraagt 30%, met een maximum van 3.333 euro per categorie van werken, voor: • De bewoner met een inkomen lager dan 29.600 euro (+ 1.540 euro per persoon ten laste) en • de eigenaar die de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor. De premie bedraagt 20%, met een maximum van 2.500 euro per categorie van werken, voor alle andere aanvragers. Voor elke categorie van werken moet er een factuurbedrag zijn van minstens 2.500 euro (excl. BTW). Let op: voor de technische installaties is het investeringsbedrag waarop de premie berekend wordt, beperkt tot: • centrale verwarming: 7.500 euro (excl. BTW) • elektrische installaties: 3.750 euro (exl. BTW) • sanitaire installaties: 3.750 euro (Excl. BTW) De totale renovatiepremie kan nooit meer dan 10.000 euro bedragen voor alle categorieën samen. Welke werken komen in aanmerking voor de nieuwe Vlaamse renovatiepremie? Er zijn vier categorieën van werken die voor een premie in aanmerking komen: Categorie 1: De structurele elementen van de woning: • het funderen van de muren • de afbraak van bestaande en de bouw van nieuwe binnen- en buitenmuren • aanbrengen gevelsteen, bepleistering of een gevelbekleding • de behandeling van muren tegen optrekkend vocht • de behandeling van ondergrondse muren tegen insijpelend vocht • het voegwerk van de gevel, al dan niet gecombineerd met gevelreiniging • de behandeling van de muren tegen huiszwam • de afbraak van bestaande draagvloeren • de opbouw van draagkrachtige vloerelementen en funderingsplaten • de behandeling van houten draagvloeren tegen zwammen en insecten • de natte of droge kalkbepleistering van muren en plafonds • het aanbrengen of vervangen van een of meer vaste trappen in de woning. Komen niet in aanmerking: plafonds, wandtegels aan de binnenmuren, dekvloeren, vloerbekleding, isolatie.
III.B.5.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Categorie 2: het dak: De volledige of gedeeltelijke vernieuwing van het dak van de woning: • het afbreken en vervangen van bestaande dakstructuren • de behandeling van de dakstructuren tegen huiszwam en insecten • de vernieuwing van de waterdichte bedekking • het aanbrengen of vervangen van dakgoten en regenafvoer • het aanbrengen of vernieuwen van dakopeningen als dak(vlak)ramen, koepels en schouwen. Komen niet in aanmerking: verandadaken, afdaken, isolatie. Categorie 3: Het buitenschrijnwerk: De volledige of gedeeltelijke vernieuwing van het buitenschrijnwerk: vervanging van ramen en buitendeuren door isolerende hoogrendementsbeglazing met een Ug-waarde van maximaal 1,1 W/m²K. Samen met deze werken komt ook de plaatsing van rolluiken en de afwerking langs binnen- en buitenkant in aanmerking. Opgelet: Voor schrijnwerk geplaatst vanaf 1 juli 2016 gelden specifieke voorwaarden voor ventilatievoorzieningen (volgens bijlage IX van het Energiebesluit van 19-11-2010). Dit betekent dat de toevoer van verse lucht in de droge lokalen moet worden gegarandeerd ofwel door ventilatieroosters in de ramen ofwel door een ventilatiesysteem in de woning van het type B of D. Komen niet in aanmerking: • werken aan garagepoorten • werken aan veranda's • het schilderen van buitenschrijnwerk • enkel de beglazing vernieuwen Categorie 4: de technische installaties: 4.1.: centrale verwarming: • de plaatsing van een verwarmingsketel met hoog rendement met het label HR+ of HR Top (aardgas) of Optimaz of Optimaz-elite (stookolie) of van een houtpelletketel om de hele woning te verwarmen Opgelet: Voor ketels geproduceerd vanaf 26 september 2015 is het Europees label B of A vereist. • samen met de plaatsing of de vervanging van de centraleverwarmingsketel komen zowel alle installatieonderdelen om de hele woning te voorzien van centrale verwarming, als alle werkzaamheden die bijdragen tot de sanering van de oorspronkelijke toestand, in aanmerking • de plaatsing van Co- of rookmelders. Komen niet in aanmerking: • autonome en individueel werkende verwarmingstoestellen of kachels • hoogperformante installaties en systemen om de woning te verwarmen, te verluchten, te koelen of te voorzien van elektriciteit en sanitair warm water, zoals warmtepompen, warmte-krachtkoppelingsinstallaties, fotovoltaïsche zonnepanelen, thermische zonnnepanelen, windturbines, mechanische verluchtingen. • elektrische verwarming (accumulatoren) Komen wel in aanmerking: • centrale verwarming met warmwaterdistributie voor vloerverwarming
III.B.5.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren •
werken voor het uitbreken, weghalen en neutraliseren van een mazouttank als ze door een aannemer gebeuren, en als ze samengaan met andere werken aan de centrale verwarming (b.v. het plaatsen van een nieuwe ketel)
4.2.: elektrische installatie: De gehele of gedeeltelijke vernieuwing van de elektrische huisinstallatie. Dit omvat alle elementen om stroom en telecommunicatie te verdelen in de woning, inclusief de kosten van de aansluiting op het openbare net en de plaatsing van de meetinstallatie voor elektriciteit. De conformiteit van de installatie met het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties moet blijken uit een attest van een erkend keuringsorgaan. Komen niet in aanmerking: installaties voor de productie van elektriciteit (b.v. fotovoltaïsche cellen), verlichtingsarmaturen, elektrische verbruikstoestellen, domotica en automatisaties tenzij ze bedoeld zijn voor de sturing van de centrale verwarming. 4.3.: sanitair: De hele of gedeeltelijke vernieuwing van de sanitaire installaties: • de vernieuwing van de bestaande sanitaire toestellen of de plaatsing van maximaal één douche, één ligbad, twee wastafels en één wc als die nog niet aanwezig zijn in de woning • samen met de vervanging of plaatsing van de toestellen komen ook volgende werken in aanmerking: o alle kraanwerk, leidingen en toebehoren voor (regen)watertoevoer o alle leidingen en toebehoren voor de afvoer van het gebruikte water in het openbare rioleringsnet; o de leidingen en toestellen voor de productie van sanitair warm water; o de natte of droge kalkbepleistering van de muren en het plafond in de sanitaire ruimten. Komen niet in aanmerking: • bubbelbaden, stoomdouches, badkameraccessoires en de badkamermeubels • een tweede badkamer of toilet • de betegeling en decoratie van badkamer of toilet • hoogperformante installaties en systemen om de woning te verwarmen, te verluchten, te koelen of te voorzien van elektriciteit en sanitair warm water, zoals warmtepompen, warmte-krachtkoppelingsinstallaties, fotovoltaïsche zonnepanelen, thermische zonnepanelen, windturbines, mechanische verluchtingen.
Verbeterings- en aanpassingspremie voor woningen • voor eigenaars-bewoners, huurders en eigenaars-verhuurders, die hun woning verhuren via een sociaal verhuurkantoor; • voorwaarden: o.a. bepaald maximuminkomen, kadastraal inkomen van maximaal 1.200 euro, woning minstens 25 jaar oud ... • o.a. voor verbeteringswerken (zoals voor volgende energiebesparende werken: vernieuwen van ramen en beglazing, dakisolatie, muurisolatie); • vast premiebedrag voor elk werk, geldige facturen voor te leggen voor een bedrag dat minstens het dubbele is van de premie.
III.B.5.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Korting op onroerende voorheffing voor verlaagd E-peil • Korting van 50% op de onroerende voorheffing bij een E-peil van max E30 en dit gedurende 5 jaar (en max E40 voor bouwaanvragen vanaf 2014). • Korting van 100% op de onroerende voorheffing bij een E-peil van max E20 en dit gedurende 5 jaar. Premies netbeheerders Algemeen · alle werken dienen uitgevoerd te worden door een aannemer, behalve dakisolatie; · bestaande woningen: woningen die zijn aangesloten op het distributienet vóór 1/1/2006; · de aanvraag dient uiterlijk 12 maanden na factuurdatum te worden ingediend bij de netbeheerder Eandis of Infrax; · per uitvoeringsadres kan de premie maar 1 keer worden aangevraagd gedurende een periode van 12 maanden voor eenzelfde investering; · 20 % hogere premies voor beschermde afnemers. • Premies mogelijk voor : o dakisolatie of zoldervloerisolatie o buitenmuurisolatie o na-isolatie bestaande spouwmuur o vloerisolatie o hoogredementesbeglazing o condensatieketel o zonneboiler o warmtepomp o gecombineerde premie voor gelijktijdige investering in muurisolatie en raamvervanging Meer info over de premies van de netbeheerder (+ aanvraagformulieren): EANDIS: 078-35 35 34 of www.eandis.be - INFRAX: 078-35 30 20 of www.infrax.be Premies provincie Vlaams-Brabant Premie voor superisolerende beglazing •
De premie bedraagt 20 euro/m². • • • •
Wanneer uw gezamenlijk belastbaar inkomen van het aanslagjaar 2015, inkomsten 2014 lager ligt dan 20.000 euro kan u maximaal 500 euro krijgen. Wanneer uw gezamenlijk belastbaar inkomen van het aanslagjaar 2015, inkomsten 2014 tussen 20.000 euro en 50.490 euro ligt kan u maximaal 250 euro krijgen. Wanneer de huurprijs van de verhuurde woning lager ligt dan 500 euro kan u maximaal 500 euro krijgen. Wanneer de huurprijs van de verhuurde woning tussen 1000 euro en 500 euro ligt kan u maximaal 250 euro krijgen.
Procedure • U dient een aanvraag in bij uw netbeheerder (EANDIS of INFRAX)
III.B.5.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren • • • •
•
De netbeheerder doet controle en betaalt u de premie uit De netbeheerder bezorgt de lijst met de uitbetaalde aanvragen aan de provincie U ontvangt van de provincie een vooringevuld formulier U stuurt binnen een termijn van 6 maanden het formulier ondertekend terug, samen met de gevraagde bewijsstukken (kopie van het huurcontract of het aanslagbiljet van de belastingen) De provincie betaalt u de premie uit.
Meer info: http://www.vlaamsbrabant.be/wonen-milieu/wonen-en-ruimtelijkeordening/leningen-premies-subsidies/premie-superisolerende-beglazing/index.jsp of 016 26 73 26 Premie voor dakisolatie voor kwetsbare doelgroepen Wat Subsidie voor het plaatsen van dak- en zoldervloerisolatie bij maatschappelijk kwetsbare doelgroepen. Voorwaarden •
woning gelegen in Vlaams-Brabant woning werd voor 1 januari 2006 aangesloten op het elektriciteitsdistributienet Bedragen •
Het subsidiebedrag is afhankelijk van het aantal m² geïsoleerde oppervlakte en de warmteweerstand (Rd) van de aangebrachte isolatie. Geplaatst door een aannemer
Geplaatst door een doe-hetzelver
Isolatie van minstens 3,5 Rd
6 euro/m² max. 720 euro
3 euro/m² max. 360 euro
Isolatie van minstens 4 Rd
7 euro/m² max. 840 euro
3,5 euro/m² max. 420 euro
Isolatie van minstens 4,5 Rd
8 euro/m² max. 960 euro
4 euro/m² max. 480 euro
De provinciale subsidie bedraagt maximaal het betaalde factuurbedrag (inclusief btw), verminderd met eventueel andere toegekende premies of financiële voordelen. Wie De subsidie kan aangevraagd worden door: 1. OCMW’s die instaan voor de prefinanciering van dakisolatie bij de onderstaande doelgroepen 2. Eigenaars of huurders die behoren tot één van de volgende doelgroepen:
III.B.5.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren • personen die genieten van de sociale maximumprijs voor elektriciteit en gas
(=beschermde afnemers); • personen voor wie een verzoek tot afsluiting van elektriciteit of gas werd ingediend bij de lokale adviescommissie (LAC); • personen die een budgetmeter voor elektriciteit of gas hebben; • personen die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds • personen die in schuldbemiddeling (bv. via OCMW of CAW) of collectieve schuldenregeling zitten • personen die OCMW-hulp krijgen voor onbetaalde facturen voor gas en elektriciteit; • personen die huren bij een sociaal verhuurkantoor. 3. Verhuurders die hun woning verhuren aan één van de bovenstaande doelgroepen en begeleiding en ondersteuning krijgen in het kader van de sociale dakisolatieprojecten van de Vlaamse overheid. Procedure De provincie kent de subsidie toe voor facturen vanaf 1 januari 2013. Het aanvraagdossier bevat: •
het aanvraagformulier (te downloaden of op te vragen bij de provincie) een kopie van alle aankoop- en plaatsingsfacturen met de gevraagde gegevens • een attest waarmee aangetoond wordt dat de bewoner behoort tot één van de beoogde doelgroepen De aanvraag moet uiterlijk op 30 juni van het jaar dat volgt op het jaar van de factuurdatum ingediend zijn om in aanmerking te komen voor een subsidie. •
III.B.5.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Vlaamse Energielening Deze lening gaat uit van het Vlaamse gewest en wordt toegekend via de Lokale Entiteiten. Het betreft een lening van maximum € 10.000 terug te betalen op ten hoogste 5 jaar aan een intrestvoet van 2%. Er zijn geen dossierkosten aan de lening verbonden. Sommige personen kunnen lenen aan 0% en hebben recht op een extra begeleiding: -Personen die in aanmerking komen voor een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds -Personen met een jaarlijks brutogezinsinkomen niet hoger dan € 17.083,39 verhoogd met € 3.162,60 per persoon ten laste -Personen die een beroep doen op schuldbemiddeling of collectieve schuldenregeling en niet in staat zijn de verwarmingsfactuur te betalen -Personen die door het OCMW begeleid worden omwille van betalingsmoeilijkheden, meer bepaald voor de rekeningen van gas en elektriciteit De extra begeleiding bestaat uit het opvragen van offertes, vergelijken van offertes, het selecteren van een offerte en opvolging bij de uitvoering van de werken. Energiebesparende maatregelen die in aanmerking komen zijn: een energieaudit, dak- muuren vloerisolatie, hoogrendementsbeglazing, een energie zuinig verwarmingssysteem,, thermostatische kranen of een kamerthermostaat , zonneboiler, warmtepomp. Gemeenten en OCMW’ s dienen bij een Lokale Entiteit aangesloten te zijn opdat inwoners van deze lening gebruik kunnen maken. Informatie over welke gemeenten aangesloten zijn bij een lokale entiteit en de contactgegevens van deze laatste vindt u op : http://www.vlaanderen.be/nl/bouwen-wonen-en-energie/lenen/energielening
III.B.5.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Verbeteringspremie van het Vlaamse Gewest Wie komt in aanmerking? •
•
•
eigenaars-bewoners: u kunt een premie krijgen voor de woning die u zelf bewoont en waarop u een zakelijk recht hebt. Dit wil zeggen dat u volle eigenaar, vruchtgebruiker, of mede-eigenaar bent, of dat u een recht van bewoning hebt; huurders: ook als u de woning huurt (met een contract van meer dan drie jaar), kunt u aanspraak maken op de premie. Het spreekt vanzelf dat u zelf de kosten draagt om de woning te verbeteren of aan te passen. De facturen van de werkzaamheden moeten dan ook op uw naam opgesteld zijn; eigenaars-verhuurders: er is een speciale regeling voor eigenaars die hun woning verhuren aan een sociaalverhuurkantoor (SVK).
Bijkomende voorwaarden 1.
uw inkomen: • uw inkomen mag niet hoger zijn dan 29 600 euro; • er wordt een verhoging van 1 540 euro toegestaan per inwonende persoon ten laste. De volgende personen worden beschouwd als persoon ten laste: - kinderen jonger dan 18 jaar; - kinderen van 18 jaar en ouder, voor wie kinderbijslag of wezentoelage wordt uitgekeerd; - kinderen die door de minister als ten laste zijn erkend; - een inwonende persoon met ernstige handicap (66 % of meer). • Onder inkomen wordt verstaan het gezamenlijk belastbaar inkomen van drie jaar geleden. Als u bijvoorbeeld uw aanvraag doet in 2016, dan wordt uw inkomen van 2013 (aanslagjaar 2014) in aanmerking genomen.
2.
uw woning: • de woning dient op de dag van de premieaanvraag minstens 25 jaar oud te zijn. Om de ouderdom van uw woning te bepalen, wordt uitgegaan van de datum van de eerste bewoning, zoals die opgetekend is in het bevolkingsregister van de gemeente.
Welke werkzaamheden komen in aanmerking? Bedrag van de premie Er wordt een ‘vast premiebedrag’ bepaald voor elk werk waarvoor u een verbeteringspremie kunt aanvragen. Om die premie te kunnen krijgen, moet u geldige facturen voorleggen voor een bedrag dat minstens het ‘dubbele’ is van de premie. De volgende werkzaamheden komen in aanmerking voor de verbeteringspremie.
Het bedrag van de verbeteringspremie wordt als volgt vastgesteld per bouwonderdeel: 1) voor de dakwerken: 1.250 euro III.B.6
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
2) voor het buitenschrijnwerk: 1.250 euro 3) voor de sanitaire installatie: 750 euro 4) voor de elektrische installatie: 750 euro 5) voor de gevelwerken: 1.500 euro 6) voor het behandelen van optrekkend muurvocht: 750 euro 7) voor de werkzaamheden om de risico's op CO-intoxicatie te verhelpen: • •
de plaatsing van een waterverwarmingstoestel op gas met gesloten verbrandingsruimte: 250 euro de plaatsing van maximaal drie verwarmingstoestellen met gesloten verbrandingsruimte, of het vervangen van een bestaande centrale verwarmingsketel door een hoogrendements-verwarmingsketel met het label HR+, HR Top, Optimaz of Optimaz Elite:
• •
250 euro per toestel de installatie van of omschakeling naar centrale verwarming: 1.000 euro het bouwen, verbouwen, herstellen of aanpassen van een rookkanaal: 500 euro
8) voor de verbouwingswerken om overbewoning te verhelpen: 50% van het bedrag van de voorgelegde facturen, btw inbegrepen, afgerond tot op het lagere tiental. De premie bedraagt maximaal 1.250 euro, en minimaal 600 euro. Heel wat lokale besturen bieden een aanvullende verbeteringspremie aan als u er één krijgt van het Vlaamse gewest. Kijk op www.premiezoeker.be of dat in uw gemeente ook zo is.
Zijn meerdere aanvragen mogelijk? Ja, binnen een periode van tien jaar kunt u drie keer een premie aanvragen. U mag wel geen twee aanvragen indienen voor hetzelfde bouwonderdeel, bijvoorbeeld niet twee keer de premie aanvragen om ramen te vernieuwen. Voor de woning mag ook geen tussenkomst in de leningslast voor renovatiewerken, of de renovatiepremie vanwege het Vlaamse Gewest, verleend zijn. Wanneer de premie aanvragen? U kunt de premie aanvragen zodra de werkzaamheden voltooid zijn en als u al in de woning woont. De facturen mogen nog geen jaar oud zijn.
III.B.6
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Inlichtingen en formulieren Naam organisatie Adres Telefoonnummer
: Wonen - Vlaanderen : Diestsepoort 6 bus 92 3000 Leuven : 016-66 59 30
III.B.6
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Renovatiepremie Vlaams Gewest U kunt de premie aanvragen: 1. Als bewoner: • Als u meerderjarig bent en de woning bewoont als eigenaar of als houder van een ander zakelijk recht • Als meerderjarige mede-bewoner ondertekent u mee de aanvraag, en moet u dus ook voldoen aan de inkomens- en eigendomsvoorwaarden. Uitzondering: inwonende meerderjarige kinderen en ouders van de bewoner(s) zijn geen aanvrager, tenzij ze een zakelijk recht hebben in de premiewoning. 2. Als verhuurder die de premiewoning op de aanvraagdatum voor minstens negen jaar verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor. Let op: u kunt de premie niet aanvragen in de laatste drie jaar van het lopende huurcontract. Uw inkomen: Als u als bewoner de premie aanvraagt, mocht u twee jaar eerder niet meer verdienen dan: • 41.440 euro voor alleenstaanden zonder persoon ten laste • 59.200 euro voor alleenstaanden met één persoon ten laste, te verhogen met 3.320 euro per bijkomende persoon ten laste • 59.200 euro voor gehuwden en samenwonenden, te verhogen met 3.320 euro per persoon ten laste Voor aanvragen in 2016 geldt dus het gezamenlijk belastbaar inkomen van 2014. Let op: als u de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor, geldt er geen inkomensgrens. De premiewoning: De woning of het gebouw dat u omvormt tot woning moet in het Vlaamse Gewest liggen en minstens 25 jaar oud zijn. Vanaf 1 januari 2017 wordt dat 30 jaar voor wie een eerste aanvraag doet. Bij twijfel over de ouderdom van de woning, geeft het Rijksregister de doorslag. Let op: voor kamerwoningen en studentenkamers kunt u geen renovatiepremie aanvragen. Geen andere eigendommen: Als bewoner mag of mocht u op de aanvraagdatum en in de drie jaar ervoor geen andere woning, kamerwoning, studentenhuis of studentengemeenschapshuis volledig in volle eigendom of in vruchtgebruik hebben dan de woning waarvoor u de premie aanvraagt. Uitzonderingen: • het andere goed is op de aanvraagdatum gesloopt en u hebt op de aanvraagdatum geen volledig perceel voor woningbouw in volle eigendom of vruchtgebruik • de andere woning is op de aanvraagdatum veranderd van eigenaar en u woonde in die woning tot u verhuisde naar de woning waarvoor u de premie aanvraagt • de andere woning werd ongeschikt of onbewoonbaar verklaard en komt dus niet meer in aanmerking voor bewoning, en u was er de laatste bewoner van. Let op: als u de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor geldt er geen eigendomsvoorwaarde. Facturen De renovatiepremie wordt berekend op basis van facturen van werken door een aannemer, of (als u de werken zelf doet) van de aangekochte materialen. III.B.7
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
De facturen mogen op de aanvraagdatum maximaal twee jaar oud zijn, en ze mogen ook niet dateren van voor u eigenaar werd van de woning. Let op: kastickets, bestelbons en dergelijke worden niet aanvaard. Vraag uw leverancier dus altijd om een factuur voor u uw aanvraag indient. Aantal aanvragen U vraagt aan als bewoner: De premie wordt verdeeld over twee aanvragen. Bij een volledige woningrenovatie moet u dus twee keer een premie aanvragen. Zo hebt u meer tijd voor een totale renovatie van uw woning. Het maximale bedrag van de premie voor de twee aanvragen samen is 10.000 euro. U kunt maximaal twee aanvragen indienen in een periode van tien jaar, te rekenen vanaf de eerste aanvraagdatum. Tussen de twee aanvragen moet minstens één jaar liggen en maximaal twee jaar. Wie in de voorbije tien jaar al een renovatiepremie kreeg, kan geen nieuwe premie meer aanvragen. Ook als een vorige bewoner van de woning in de laatste tien jaar een renovatiepremie kreeg, kunt u als nieuwe bewoner geen nieuwe premie krijgen. Voor wie de voorbije tien jaar al een verbeteringspremie kreeg voor werken uit dezelfde categorie, wordt het bedrag van die verbeteringspremie(s) afgetrokken van de renovatiepremie voor die bepaalde categorie. Na die tien jaar kunt u opnieuw de premie aanvragen. U vraagt aan als verhuurder: U kan de premie in één keer aanvragen voor alle werken of spreiden over twee aanvragen. U kan de premie aanvragen per woning die u verhuurt aan een SVK. Hoeveel bedraagt de nieuwe Vlaamse renovatiepremie? De premie wordt berekend per categorie van werken en bedraagt 20% of 30% van de kostprijs van de werken (excl. BTW). De premie bedraagt 30%, met een maximum van 3.333 euro per categorie van werken, voor: • De bewoner met een inkomen lager dan 29.600 euro (+ 1.540 euro per persoon ten laste) en • de eigenaar die de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor. De premie bedraagt 20%, met een maximum van 2.500 euro per categorie van werken, voor alle andere aanvragers. Voor elke categorie van werken moet er een factuurbedrag zijn van minstens 2.500 euro (excl. BTW). Let op: voor de technische installaties is het investeringsbedrag waarop de premie berekend wordt, beperkt tot: • centrale verwarming: 7.500 euro (excl. BTW) • elektrische installaties: 3.750 euro (exl. BTW) • sanitaire installaties: 3.750 euro (Excl. BTW) De totale renovatiepremie kan nooit meer dan 10.000 euro bedragen voor alle categorieën samen. Welke werken komen in aanmerking voor de nieuwe Vlaamse renovatiepremie? Er zijn vier categorieën van werken die voor een premie in aanmerking komen: Categorie 1: De structurele elementen van de woning: • het funderen van de muren
III.B.7
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren • • • • • • • • • • •
de afbraak van bestaande en de bouw van nieuwe binnen- en buitenmuren aanbrengen gevelsteen, bepleistering of een gevelbekleding de behandeling van muren tegen optrekkend vocht de behandeling van ondergrondse muren tegen insijpelend vocht het voegwerk van de gevel, al dan niet gecombineerd met gevelreiniging de behandeling van de muren tegen huiszwam de afbraak van bestaande draagvloeren de opbouw van draagkrachtige vloerelementen en funderingsplaten de behandeling van houten draagvloeren tegen zwammen en insecten de natte of droge kalkbepleistering van muren en plafonds het aanbrengen of vervangen van een of meer vaste trappen in de woning. Komen niet in aanmerking: plafonds, wandtegels aan de binnenmuren, dekvloeren, vloerbekleding, isolatie. Categorie 2: het dak: De volledige of gedeeltelijke vernieuwing van het dak van de woning: • het afbreken en vervangen van bestaande dakstructuren • de behandeling van de dakstructuren tegen huiszwam en insecten • de vernieuwing van de waterdichte bedekking • het aanbrengen of vervangen van dakgoten en regenafvoer • het aanbrengen of vernieuwen van dakopeningen als dak(vlak)ramen, koepels en schouwen. Komen niet in aanmerking: verandadaken, afdaken, isolatie. Categorie 3: Het buitenschrijnwerk: De volledige of gedeeltelijke vernieuwing van het buitenschrijnwerk: vervanging van ramen en buitendeuren door isolerende hoogrendementsbeglazing met een Ug-waarde van maximaal 1,1 W/m²K. Samen met deze werken komt ook de plaatsing van rolluiken en de afwerking langs binnen- en buitenkant in aanmerking. Opgelet: Voor schrijnwerk geplaatst vanaf 1 juli 2016 gelden specifieke voorwaarden voor ventilatievoorzieningen (volgens bijlage IX van het Energiebesluit van 19-11-2010). Dit betekent dat de toevoer van verse lucht in de droge lokalen moet worden gegarandeerd ofwel door ventilatieroosters in de ramen ofwel door een ventilatiesysteem in de woning van het type B of D. Komen niet in aanmerking: • werken aan garagepoorten • werken aan veranda's • het schilderen van buitenschrijnwerk • enkel de beglazing vernieuwen Categorie 4: de technische installaties: 4.1.: centrale verwarming: • de plaatsing van een verwarmingsketel met hoog rendement met het label HR+ of HR Top (aardgas) of Optimaz of Optimaz-elite (stookolie) of van een houtpelletketel om de hele woning te verwarmen Opgelet: Voor ketels geproduceerd vanaf 26 september 2015 is het Europees label B of A vereist.
III.B.7
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren •
samen met de plaatsing of de vervanging van de centraleverwarmingsketel komen zowel alle installatieonderdelen om de hele woning te voorzien van centrale verwarming, als alle werkzaamheden die bijdragen tot de sanering van de oorspronkelijke toestand, in aanmerking • de plaatsing van Co- of rookmelders. Komen niet in aanmerking: • autonome en individueel werkende verwarmingstoestellen of kachels • hoogperformante installaties en systemen om de woning te verwarmen, te verluchten, te koelen of te voorzien van elektriciteit en sanitair warm water, zoals warmtepompen, warmte-krachtkoppelingsinstallaties, fotovoltaïsche zonnepanelen, thermische zonnnepanelen, windturbines, mechanische verluchtingen. • elektrische verwarming (accumulatoren) Komen wel in aanmerking: • centrale verwarming met warmwaterdistributie voor vloerverwarming • werken voor het uitbreken, weghalen en neutraliseren van een mazouttank als ze door een aannemer gebeuren, en als ze samengaan met andere werken aan de centrale verwarming (b.v. het plaatsen van een nieuwe ketel) 4.2.: elektrische installatie: De gehele of gedeeltelijke vernieuwing van de elektrische huisinstallatie. Dit omvat alle elementen om stroom en telecommunicatie te verdelen in de woning, inclusief de kosten van de aansluiting op het openbare net en de plaatsing van de meetinstallatie voor elektriciteit. De conformiteit van de installatie met het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties moet blijken uit een attest van een erkend keuringsorgaan. Komen niet in aanmerking: installaties voor de productie van elektriciteit (b.v. fotovoltaïsche cellen), verlichtingsarmaturen, elektrische verbruikstoestellen, domotica en automatisaties tenzij ze bedoeld zijn voor de sturing van de centrale verwarming. 4.3.: sanitair: De hele of gedeeltelijke vernieuwing van de sanitaire installaties: • de vernieuwing van de bestaande sanitaire toestellen of de plaatsing van maximaal één douche, één ligbad, twee wastafels en één wc als die nog niet aanwezig zijn in de woning • samen met de vervanging of plaatsing van de toestellen komen ook volgende werken in aanmerking: o alle kraanwerk, leidingen en toebehoren voor (regen)watertoevoer o alle leidingen en toebehoren voor de afvoer van het gebruikte water in het openbare rioleringsnet; o de leidingen en toestellen voor de productie van sanitair warm water; o de natte of droge kalkbepleistering van de muren en het plafond in de sanitaire ruimten. Komen niet in aanmerking: • bubbelbaden, stoomdouches, badkameraccessoires en de badkamermeubels • een tweede badkamer of toilet • de betegeling en decoratie van badkamer of toilet • hoogperformante installaties en systemen om de woning te verwarmen, te verluchten, te koelen of te voorzien van elektriciteit en sanitair warm water, zoals warmtepompen, warmte-krachtkoppelingsinstallaties, fotovoltaïsche zonnepanelen, thermische zonnepanelen, windturbines, mechanische verluchtingen.
III.B.7
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Aanpassingspremie van het Vlaamse Gewest Als u uw woning aanpast voor een inwonende bejaarde kan u in aanmerking komen voor deze aanpassingspremie. De inkomensgrenzen zoals u die hieronder ziet, zijn die zoals die zijn bepaald vanaf 1 januari 2016. Aanvraagvoorwaarden 1. Voorwaarden voor de aanvrager - Uzelf, uw partner of een inwonend gezinslid is op de aanvraagdatum ouder dan 65 jaar. - Het netto belastbaar inkomen van de bejaarde en het inkomen van zijn eventuele partner mag drie jaar voor de aanvraag niet meer bedragen dan 29.600 euro. Per persoon ten laste mag u daar 1.540 euro bijtellen. - De aanvrager heeft de woning als hoofdverblijfplaats. 2. Voorwaarden voor de woning en de aanpassingswerken: - Het moet gaan om noodzakelijke aanpassingen aan de technische of sanitaire installatie of aan de constructie van de woning aan de lichamelijke gesteldheid van de bejaarde. Concreet betekent dit: werken die de hele woning toegankelijk maken voor rolstoelgebruikers, of verbouwingswerken en werken aan de sanitaire installaties om een bejaarde zelfstandig te laten wonen. - De kostprijs van de werken moet minstens 1.200 euro bedragen.
3 . Voorwaarden rond bezit onroerend goed. U mag een woning in uw bezit hebben. U mag een woning in vruchtgebruik hebben. U mag geen extra woning in uw bezit hebben. 4 .Voorwaarden rond de premiewoning. • •
Enkel vergunde gebouwen komen in aanmerking voor deze premie. De steunmaatregel subsidieert werken aan de volgende gebouwen. o Woning o Afgelegen woning o Appartement
Premiebedrag De premie bedraagt 50% van de kostprijs van de werken, met een maximale tegemoetkoming van 1.250 euro. Dit bedrag wordt uitbetaald na voorlegging van een factuur als bewijs van de gedane werken Welke relatie moet de premieaanvrager hebben tot de premiewoning ? • • • •
eigenaar-bewoner (of toekomstig eigenaar-bewoner) huurder opstalhouder vruchtgebruiker
III.B.8
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren •
erfpachthouder
Werken •
toegankelijker maken van de woning/gebouw voor ouderen of personen met een handicap o De minimuminvestering bedraagt 1.200 euro. o De premie moet ten laatste 12 maand na de factuur aangevraagd worden. o Het werk moet door een geregistreerde aannemer uitgevoerd worden.
III.B.8
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Aanpassingspremie voor ouderen en personen met een handicap van de provincie Vlaams-Brabant. Als u de woning aanpast aan de bijzondere behoeften van een inwonende zestigplusser of persoon met een handicap, dan kunt u daarvoor een aanpassingspremie aanvragen. Wie komt in aanmerking •
1 gezinslid moet 65 jaar of ouder zijn of erkend zijn als persoon met een handicap door de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid of door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap. eigenaar, bewonen op basis zakelijk recht of huurder zijn van de aan te passen woning; Ingeval de aanvrager huurder is van de woning, dient de eigenaar: akkoord te gaan met de geplande werken; de huurprijs niet te verhogen als gevolg van de uitvoering van de werken; een nieuw huurcontract af te sluiten voor minstens 9 jaar; niet over een ander onroerend goed beschikken waarvan het kadastraal inkomen hoger is dan 125 euro.
•
•
Bijkomende voorwaarden 1.
uw inkomen • het netto-belastbaar jaarinkomen van de aanvrager is niet hoger dan 38.270 euro voor een alleenstaande en 54.230 euro voor een gezin van minimum twee personen (aanslagjaar 2014-inkomsten 2013). Deze bedragen worden verhoogd met 3.270 euro per persoon ten laste. uw woning • moet gelegen zijn in Vlaams-Brabant; • mag geen ongezonde, onverbeterbare woning zijn;
2.
Bedrag van de premie
•
Bedrag premie: 50% van de kostprijs van de werken met een maximum van 2.500 euro. Indien de aanvragers voldoen aan de inkomstenvoorwaarden van het VT- of OMNIO-statuut kan een provinciale premie toegestaan worden van 75% van de kostprijs der werken, met een maximum van 2.500 euro.
•
Bij het bepalen van het bedrag van de toe te kennen provinciale premie zal rekening gehouden worden met eventuele financiële tegemoetkomingen van derden. Het totaal van deze tegemoetkomingen (de provinciale premie inbegrepen) zal niet meer mogen bedragen dan 100% van de kostprijs der werken.
•
Aan dezelfde persoon kan meer dan één provinciale premie worden toegekend op voorwaarde dat het totale bedrag van de verschillende provinciale premies niet meer bedraagt dan 2.500 euro.
III.B.9
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren Welke aanpassingswerken komen in aanmerking De aanpassingswerken moeten de woning functioneel aanpassen aan de fysieke toestand van de aanvrager. Enkele voorbeelden: • het aanbrengen van een automatische deuropener met parlofoon; • het plaatsen van een lift (verticale lift, stoellift, rolstoelplateaulift); • het vergroten van de deuropeningen en het aanpassen van de gangbreedte; • het aanpassen van sanitair (badkamer, wc); • het aanpassen van de keuken; • het aanleggen van hellende vlakken om de toegang tot de woning te vergemakkelijken; • het inrichten of aanbouwen van een plaats op de gelijkvloerse verdieping om te dienen als kamer; • het plaatsen van steunhulpmiddelen; • communicatie-, signalisatie- en alarmsystemen; • het wegwerken van hinderlijke drempels; • installatie centrale verwarming; • plaatsing van motor voor het automatiseren van rolluiken en garagepoort; • ...
Wanneer de premie aanvragen • •
wanneer de werken uitgevoerd zijn, mogen de facturen niet ouder zijn dan 1 jaar; wanneer de werken nog moeten uitgevoerd worden, moet dit gebeuren te laatste 1 jaar na de beslissing waarbij de premie werd toegekend.
Inlichtingen en formulieren naam organisatie adres naam contactpersoon telefoonnummer faxnummer email-adres website
: Provinciebestuur Vlaams-Brabant, Dienst Wonen : Provincieplein 1 - 3010 Leuven : Dirk Van Doorslaer / Viviane Raeven/ Ingrid Dupaix : 016- 26 73 11 / 016-26 73 16 / 016-26 73 10 : 016-26 73 18 :
[email protected] : www.vlaamsbrabant.be/wonen
III.B.9
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Terugbetaling door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap van kosten aanpassingswerken woning Beslist het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) tussen te komen in de kosten voor hulpmiddelen en aanpassingen aan uw woning of auto, dan is het principe dat het VAPH u de factuur of een deel ervan terugbetaalt. Refertebedrag Het maximum bedrag van de tegemoetkoming van het VAPH voor ieder hulpmidddel of aanpassing is het zogeheten refertebedrag. U vindt de refertebedragen in de refertelijst. Dit is de lijst met alle hulpmiddelen en aanpassingen waarvoor u bij het VAPH een tegemoetkoming kunt krijgen. Duurdere hulpmiddelen Hebt u door uw specifieke of uitzonderlijke zorgbehoefte een hulpmiddel of aanpassing uit de refertelijst nodig met een veel hogere kostprijs dan het refertebedrag, dan kan het VAPH dit hulpmiddel of die aanpassing eventueel toch terugbetalen. U moet hiervoor een aanvraag doen bij de Bijzondere Bijstandscommissie (BBC) en de noodzaak van het duurdere hulpmiddel of de aanpassing goed motiveren. Timing en factuur Eerst aanvragen, dan aankopen U moet eerst uw aanvraag tot tegemoetkoming bij de provinciale afdeling van het VAPH indienen. Pas nadien mag u het hulpmiddel of de aanpassing aankopen. Het veiligst is te wachten tot u een positieve beslissing van het VAPH gekregen hebt en u dus zeker bent dat u een tegemoetkoming zult ontvangen. Achteraf vaststellen dat een dure investering toch niet in aanmerking komt voor terugbetaling, kan bijzonder onaangenaam zijn. Enkel in het geval van een eerste aanvraag voor een tegemoetkoming voor hulpmiddelen of aanpassingen kunt u uitzonderlijk hulpmiddelen of aanpassingen aankopen tot maximum één jaar voorafgaand aan uw aanvraag. Factuur indienen
Hebt u het hulpmiddel of de aanpassing aangekocht, stuur dan de originele factuur naar de provinciale afdeling van het VAPH. De factuur moet opgesteld zijn op uw naam. Voor aanvragen vanaf 1 januari 2009 hebt u hiervoor twaalf maanden de tijd. Is een factuur ouder dan dat, dan betaalt het VAPH niet meer. Nog geen positieve beslissing Hebt u op het moment van uw aankoop nog geen positieve beslissing van het VAPH ontvangen? Voor aanvragen vanaf 1 januari 2009 kunt u de factuur indienen tot 12 maanden na de datum van de beslissing.
III.B.10
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren Voor aanvragen vanaf 1 januari 2009 is de geldigheid van de beslissingen beperkt tot twee jaar. Voor woningaanpassingen is de beslissing vier jaar geldig. Beslist u pas na die termijn het hulpmiddel aan te kopen of de aanpassingen te laten uitvoeren, dan moet u een nieuwe aanvraag indienen. Derdebetalersregeling Normaal gezien betaalt u eerst zelf de factuur voor uw hulpmiddel aan de leverancier en betaalt het VAPH pas nadien het bedrag van de factuur aan u terug. Geeft u er echter de voorkeur aan het VAPH zelf de factuur te laten betalen, dan volgt u de zogeheten 'derdebetalersregeling'. In dat geval geeft u de toestemming aan het VAPH om in uw plaats de factuur rechtstreeks aan de leverancier te betalen. U kunt dat doen door middel van het formulier 'Rechtstreekse betaling aan leverancier'. De leverancier moet uiteraard akkoord gaan met deze betaalwijze. Hoe aanvragen? Om van tegemoetkomingen voor hulpmiddelen en aanpassingen te kunnen genieten moet u bij het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) ingeschreven zijn. Dit is de procedure. Stap 1 - Aanvraagformulier invullen Als eerste stap in de aanvraagprocedure vult u het formulier 'Aanvraag om inschrijving en bijstand' in. U bezorgt het ingevulde formulier aan de provinciale afdeling van het VAPH in de provincie waar u woont. Het is heel belangrijk dat u eerst uw aanvraag indient en pas daarna tot de aankoop van het hulpmiddel of de aanpassing overgaat. Stap 2 - Multidisciplinair adviesrapport laten opmaken De tweede stap van de aanvraagprocedure is de opmaak van een multidisciplinair adviesrapport. Hiervoor moet u een beroep doen op een multidisciplinair team (MDT) dat gespecialiseerd is in 'individuele materiële bijstand' (IMB). Deze zogeheten IMB-MDT’s hebben een speciale erkenning voor de opmaak van dergelijke adviesverslagen. In het verslag neemt het team alle elementen op die belangrijk zijn om te oordelen over uw vraag voor hulpmiddelen of aanpassingen. Inlichtingen en informatie
Provinciale Afdeling Vlaams-Brabant Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) Provinciale Afdeling Vlaams-Brabant Vlaams Administratief Centrum Diestsepoort 6/57 3000 Leuven
III.B.10
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
T 016 31 12 11 F 016 31 12 29 E
[email protected] Openingsuren voor bezoekers: op werkdagen van 8.30 tot 12.00 en van 13.00 tot 17.00 uur (in juli en augustus tot 16.00 uur). Telefonische bereikbaarheid: enkel in de voormiddag. Website :
http://www.vaph.be/vlafo/view/nl/2873968-Terugbetaling.html
III.B.10
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga renoveren
Gratis advies bij de installatie van een beveiligingssysteem tegen brand en inbraak. Gratis advies van een expert Bent u van plan veranderingen te doen aan uw woning op vlak van inbraakpreventie? Neem dan best even contact op met de technopreventief adviseur van uw politiezone of preventiedienst. Deze personen zijn speciaal opgeleid om inbraakpreventieadvies te geven op maat van uw woning. De inbraakpreventieadviseur komt bij u langs, overloopt samen met u alle gevelopeningen en geeft suggesties tot verbetering. De adviseur geeft je informatie over: − veilige leefgewoonten − bouwtechnische maatregelen (deuren, garagepoorten, ramen, lichtkoepels, kelderdeksels, ...) − elektronische maatregelen zoals het laten plaatsen van een alarminstallatie Dit advies is gratis, objectief en vrijblijvend. Ook kandidaat-bouwers en mensen die willen renoveren kunnen dergelijk advies aanvragen. De plannen van een architect worden kritisch bekeken. Je kan een afspraak regelen met de adviseur via uw lokale politie of preventiedienst. Of de gegevens van de contactpersoon opvragen bij de Dienst maatschappelijke veiligheid van de Provincie Vlaams-Brabant op het nummer 016/26 78 01 of e-mail:
[email protected] Premies en subsidies Sommige gemeenten geven een premie aan de burgers wanneer alle maatregelen uit het advies werden uitgevoerd.
III.B.11
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
IV. Ik ga huren IV. A. Informatie IV. A. 1.
IV. A. 2. IV. A. 3. IV. A. 4
Wat gaat u best na voor u een woning huurt IV. A.1. a. de huurovereenkomst IV. A.1. b. opzeggingsmogelijkheden van de huurovereenkomst IV. A.1. c. de waarborg IV. A.1. d. verkoop van de huurwoning IV. A.1. e. betwisting tussen huurder en verhuurder IV. A.1. f. huurachterstal : Het Vlaams huurgarantiefonds IV. A.1. g. registratie van de huurovereenkomst Huurdersbond Premiezoeker Projecten Lokaal Woonbeleid
IV. B. Steunmaatregelen IV. B. 1.
Huren van een sociale woning IV. B. 1. a. bij een sociale huisvestingsmaatschappij IV. B. 1. b. bij een sociaal verhuurkantoor IV. B. 1. c. bij uw gemeente of OCMW IV. B. 2. Huursubsidie en installatiepremie bij het betrekken van een gezonde of aangepaste woning IV. B. 3. Huurpremie voor wie 5 jaar ingeschreven is bij een domiciliemaatschappij IV. B. 4. Vermindering van onroerende voorheffing IV. B. 5. Verbeteringspremie van het Vlaamse Gewest IV. B. 6. Aanpassingspremie voor ouderen en personen met een handicap van het Vlaamse Gewest IV. B. 7. Aanpassingspremie voor ouderen en personen met een handicap van de provincie Vlaams-Brabant IV. B. 8. Leningen voor renovatiewerken bij de provincie Vlaams-Brabant IV. B. 9. IV. B. 9. a Subsidies en fiscale voordelen bij energiebesparende maatregelen IV. B. 9. b Vlaamse Energielening IV. B. 10. Gratis advies bij de installatie van een beveiligingssysteem tegen brand en inbraak.
IV
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
De huurovereenkomst Wie kan een huurovereenkomst sluiten? Elke meerderjarige persoon (dwz. elke persoon ouder dan 18 jaar) en elke ontvoogde minderjarige kunnen een geldige huurovereenkomst sluiten. Welke zijn de essentiële vermeldingen van de huurovereenkomst? Sinds 15 juni 2007 zijn schriftelijke huurovereenkomsten de regel. Dit betekent niet dat mondelinge overeenkomsten van voor deze datum ongeldig zouden zijn. Wel kan de huurder of verhuurder van de tegenpartij eisen dat de overeenkomst alsnog schriftelijk wordt opgesteld. Dit kan via een aangetekende brief of een deurwaardersexploot. De huurovereenkomst bestaat vanaf het ogenblik dat de verhuurder en huurder een akkoord hebben bereikt over enerzijds de huurprijs en anderzijds het onroerend goed of het gedeelte ervan dat verhuurd wordt. Uiteraard moeten de partijen de overeenkomst handtekenen. Merk op dat huurovereenkomsten gesloten na 1 februari 2014 ook de tweede voornaam, de geboortedag en de geboorteplaats van de partijen moeten vermelden. Om iedere verwarring te vermijden is het aangewezen om te vermelden dat het onroerend goed wel of niet als hoofdverblijfplaats zal dienen. Merk op dat sinds 2007 bij huurovereenkomsten verplicht een paar bijlagen moeten worden gevoegd. Deze bijlagen geven informatie over de essentiële elementen van de woninghuurwet en de voorwaarden om een onroerend goed in overeenstemming te brengen met de normen van veiligheid, gezondheid en bewoonbaarheid. Wat is een plaatsbeschrijving? De huurder en verhuurder zijn verplicht om op tegenspraak en voor gezamenlijke rekening een gedetailleerde plaatsbeschrijving op te stellen. Deze moet worden opgesteld voor de eigenlijke bewoning of tijdens de eerste maand van de bewoning en moet bij het huurcontract worden gevoegd. De plaatsbeschrijving dient op een tegensprekelijke wijze te gebeuren, gedetailleerd te zijn, gedateerd en ondertekend te zijn door de verhuurder en de huurder. Energieprestatiecertificaat Vanaf 1 januari 2009 moet er bij iedere verhuur van een woongelegenheid verplicht een energieprestatiecertificaat (EPC) zijn. Het EPC is een energierapport dat aangeeft hoe energiezuinig een woning is. Als huurder kan u beter inschatten hoeveel energie het nieuwe huis nodig heeft.
IV A.1.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Opzeggingsmogelijkheden van de huurovereenkomst Bij een niet geregistreerde huurovereenkomst Vanaf 15 juni 2007 is het verplicht om een schriftelijke huurovereenkomst op te stellen en deze te laten registreren binnen de twee maanden te rekenen vanaf de datum van ondertekening. Ook lopende huurcontacten moeten geregistreerd worden en dit voor 1 juli 2007. Indien het huurcontract niet geregistreerd wordt voor deze datum kan de huurder het huurcontact beëindigen zonder opzegtermijn en zonder opzegvergoeding op voorwaarde dat de termijn van twee maanden te rekenen vanaf de ondertekening van het huurcontract reeds verstreken is. Huurders zullen wel nog steeds de huurovereenkomst moeten opzeggen, het best bij een aangetekend schrijven om bewijsproblemen te voorkomen. Bij de negenjarige huurovereenkomst Een overeenkomst zonder tijdsbepaling wordt beschouwd als een negenjarige overeenkomst. Indien u bijvoorbeeld een overeenkomst sluit voor zes jaar is deze geldig, maar zal deze toch als een negenjarige overeenkomst worden beschouwd. Enkel de overeenkomst voor een duur van 3 jaar of minder of voor een duur van meer dan 9 jaar ontsnappen aan de regel. 1. Opzegging door de verhuurder, voor eigen gebruik of gebruik van familie tot de derde graad • Opzegging mogelijk elk moment. • Opzegtermijn van 6 maanden. • Opzegmogelijkheid kan contractueel uitgesloten of beperkt worden. • Opzegging voor familie derde graad (ooms, tantes, neven, nichten) kan pas gegeven worden na verstrijken van het derde huurjaar. • Opzegging dient niet schriftelijk, kan ook mondeling (bewijs mogelijk met alle middelen). • Opzegging vermeldt de identiteit en graad van verwantschap met de verhuurder (bewijzen voor te leggen op verzoek van de huurder binnen twee maanden hierna); zoniet ongeldige opzegging. • Woning moet in gebruik genomen worden binnen een jaar na teruggave van het goed en moet tenminste 2 jaar effectief en doorlopend worden betrokken; zo niet heeft de huurder recht op een schadevergoeding van 18 maanden huur tenzij de verhuurder uitzonderlijke omstandigheden bewijst. • Tegenopzegging mogelijk door de huurder van 1 maand (zonder schadevergoeding). 2. Opzegging door de verhuurder om verder te bouwen, te verbouwen of te renoveren. • •
• • •
Opzegging mogelijk tegen het einde van het derde en zesde huurjaar. Met het oog op een goed verloop van de werken kan de verhuurder van verscheidene woningen in een zelfde gebouw te allen tijde verscheidene huurovereenkomsten beëindigen, voorzover de huurovereenkomst niet tijdens het eerste jaar wordt opgezegd. Opzegtermijn van 6 maanden. Opzegmogelijkheid kan contractueel uitgesloten of beperkt worden. Aard van de werken: ·conform stedenbouwkundige voorschriften • werken aan het bewoonde gedeelte IV A.1.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
•
•
•
• minimum kostprijs van 3 jaar huurprijs. De verhuurder moet de volgende documenten aan de huurder bezorgen: • ofwel een bouwvergunning • ofwel een omstandig bestek • ofwel een beschrijving van de werken + kostprijs • ofwel een aannemingsovereenkomst De werken moeten aangevat worden binnen 6 maanden en beëindigd worden binnen 2 jaar na de teruggave van het goed door de huurder, zoniet kan een schadevergoeding van 18 maanden geëist worden tenzij uitzonderlijke omstandigheden. Tegenopzegging mogelijk door de huurder van 1 maand, zonder schadevergoeding.
3. Ongemotiveerde opzegging door de verhuurder. • • • • • •
Opzegging mogelijk tegen het derde en zesde huurjaar. Opzegtermijn van 6 maanden. Opzegmogelijkheid kan contractueel uitgesloten of beperkt worden. Schadevergoeding van 9 maanden huur indien opzegging tegen einde van het derde huurjaar, schadevergoeding van 6 maanden, schadevergoeding van 6 maanden bij opzegging tegen einde van het zesde huurjaar. Bij huur langer dan 9 jaar bedraagt de schadevergoeding 3 maanden huur indien opgezegd wordt tegen het negende huurjaar. Tegenopzegging mogelijk door de huurder van 1 maand zonder schadevergoeding.
4. Opzegging door de huurder. • • • •
Op elk ogenblik is een opzegging mogelijk. Opzegtermijn van 3 maand. Schadevergoeding van 3, 2 of 1 maand indien opgezegd wordt in het eerste, tweede, of derde huurjaar. Verlenging voor buitengewone omstandigheden kan nog gevraagd worden door de huurder.
Bij de huurovereenkomst van korte duur Een huurovereenkomst van korte duur is een huurovereenkomst gesloten voor een totale periode van niet meer dan 3 jaar (vb. van 1, 2 of 3 jaar, of van 10 maanden, ...) Een huurovereenkomst van korte duur moet altijd schriftelijk worden afgesloten. Merk op dat deze verplichting sinds 15 juni 2007 voor alle huurovereenkomsten geldt. Een huurovereenkomst van korte duur eindigt niet automatisch. Ook wanneer men op de vastgestelde datum de huurovereenkomst wil beëindigen moet men deze opzeggen. Deze opzegging moet ten minste 3 maanden voor het verstrijken van de in de huurovereenkomst bepaalde duur betekenen. Ook de verhuurder kan hiervoor het initiatief nemen. Indien de huurovereenkomst door geen van beide partijen wordt opgezegd tegen de geplande einddatum, zal de huurovereenkomst onder dezelfde voorwaarden worden voortgezet. De huurovereenkomst wordt dan wel verondersteld van bij het begin te zijn gesloten voor een periode van 9 jaar. IV A.1.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
De huurovereenkomst van korte duur kan slechts eenmaal verlengd worden. Voorwaarden: 1. de verlenging gebeurt schriftelijk 2. tegen dezelfde huurprijs 3. met dezelfde huurders 4. de totale duur van beide overeenkomsten mag niet meer dan 3 jaar bedragen. Een huurovereenkomst van korte duur kan niet voortijdig worden opgezegd. Wanneer u als huurder toch voortijdig de huurovereenkomst wilt beëindigen tracht dan met de verhuurder tot een vergelijk te komen. Zo kunt u het volgende voorstellen: • dat u nieuwe huurders zal zoeken • dat u een schadevergoeding zal betalen Wat u ook met de verhuurder overeenkomt, zorg dat de afspraken nauwkeurig op papier staan.
IV A.1.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Waarborg De meeste overeenkomsten bepalen dat de huurder een huurwaarborg geeft. Deze wordt niet opgelegd bij wet. Zij is dus niet verplichtend behalve indien de overeenkomst het voorziet. De waarborg beschermt de verhuurder in geval de huurder gedeeltelijk of geheel in zijn plichten te kort schiet. De wet van 25 april 2007 beschrijft drie vormen van huurwaarborg. •.Een waarborg die wordt gestort op een geïndividualiseerde rekening op naam van de huurder. In dit geval mag de waarborg niet meer bedragen dan een bedrag gelijk aan 2 maanden huur. De waarborg moet dus verplichtend bij een financiële instelling worden geplaatst, op een geblokkeerde rekening, op naam van de huurder. Wanneer de verhuurder in bezit is van de waarborg en nalaat deze op een geblokkeerde rekening te plaatsen, dan is hij aan de huurder de gemiddelde marktrente op de waarborgsom verschuldigd. Wanneer de verhuurder in gebreke blijft, zelfs na een aanmaning van de huurder, dan is hij vanaf deze aanmaning de wettelijke interest op het bedrag van de waarborg verschuldigd •. Een bankwaarborg die het de huurder mogelijk maakt de huurwaarborg in schijven te betalen. In dit geval garandeert een financiële instelling het totale bedrag van de waarborg van bij het afsluiten van de huurovereenkomst. De huurder verbindt er zich toe om gedurende de duur van de overeenkomst, met een maximumduur van drie jaar, deze waarborg samen te stellen door middel van maandelijkse afbetalingen. De huurder is aan de financiële instelling geen enkele rente verschuldigd, terwijl deze instelling van haar kant de huurder pas rente zal uitkeren vanaf de dag dat de waarborg volledig is samengesteld. De huurder is verplicht om de aanvraag voor een bankwaarborg in te dienen bij de financiële instelling waar hij zijn rekening heeft en waar zijn beroeps- of vervangingsinkomsten worden gestort. De financiële instelling kan de waarborg niet weigeren omwille van de kredietwaardigheid van de huurder. De waarborg mag ook niet hoger liggen dan een bedrag gelijk aan 3 maanden huur. • Een bankwaarborg ten gevolge van een standaardcontract tussen het OCMW en een financiële instelling. Het OCMW dient hiertoe een verzoek in te dienen bij de financiële instelling. Ook in dit geval mag de waarborg maximum een bedrag gelijk aan 3 maanden huur omvatten. Bij het einde van de huurovereenkomst worden de waarborg en de interesten overgemaakt aan de huurder voor zover hij al zijn verplichtingen nakwam. De financiële instelling mag de waarborg slechts terugbetalen op voorlegging van: • een schriftelijk akkoord van de huurder en de verhuurder opgemaakt na het beëindigen van de huurovereenkomst; dit akkoord mag een brief zijn of een speciaal formulier, te verkrijgen bij de bankinstelling en het moet ondertekend zijn door beide partijen; • hetzij een afschrift van een rechterlijke beslissing.
IV A.1.c
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Verkoop van de huurwoning Voorafgaande opmerkingen. 1. 2. 3.
De verhuurder kan de woning altijd verkopen. Als huurder heb je geen voorkeurrecht. De gevolgen van de verkoop voor de huurder verschillen naargelang de huurovereenkomst al of niet een vaste dagtekening heeft.
De huurovereenkomst beschikt over een vaste dagtekening. De huurovereenkomst beschikt over een vaste dagtekening wanneer: • een van de partijen die de huurovereenkomst ondertekend heeft, overleden is (bij een schriftelijke overeenkomst); • de hoofdinhoud van de huurovereenkomst in een officiële (authentieke akte) opgenomen werd; • door registratie van de huurovereenkomst. (zie registratie van de huurovereenkomst IV.A. 1. e.). Een mondelinge huurovereenkomst kan nooit een vaste dagtekening verkrijgen. Huurovereenkomsten moeten geëerbiedigd worden, zelfs na een verkoop. De verhuurder wordt een andere persoon (de koper van het onroerend goed), maar de huurovereenkomst blijft gewoon doorlopen. De koper is, als nieuwe verhuurder, dus gebonden door de huurovereenkomst. Laat de verkoper de huurovereenkomst niet eerbiedigen door de koper, dan zal hij contractueel aansprakelijk zijn voor het niet naleven van de huurovereenkomst. De nieuwe eigenaar zal de rechten en plichten van de vroegere eigenaar/verhuurder overnemen en dit op het ogenblik van het verlijden van de notariële koopakte. De huurovereenkomst blijft dus gewoon verder lopen. De nieuwe eigenaar heeft geen bijzondere opzeggingsmogelijkheden. Hij heeft slechts dezelfde opzeggingsmogelijkheden als de vorige eigenaar.
De huurovereenkomst beschikt niet over een vaste dagtekening. Wanneer de huurder de woning minder dan 6 maanden betrekt kan de huurovereenkomst door de verhuurder beëindigd worden zonder enige opzeggingstermijn in acht te nemen, of zonder enige schadevergoeding te betalen. Wanneer de huurder de woning langer dan 6 maand betrekt moet de koper de huurovereenkomst respecteren, maar hij heeft wel soepelere opzeggingsmogelijkheden. Hij kan opzeggen voor eigen bewoning of die van familieleden, wegens verbouwingswerken, of ongemotiveerd en na betaling van schadevergoeding. Om gebruik te maken van deze soepelere opzeggingsmogelijkheden moet de opzeg gebeuren binnen 3 maanden na het verlijden van de akte. (Een huurovereenkomst van korte duur kan niet worden opgezegd.) De opzeggingstermijn bedraagt 3 maanden. .
IV A.1.d
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Betwisting tussen huurder en verhuurder Teneinde een betwisting tussen huurder en verhuurder omtrent de huur van het goed te beslechten, zijn er 2 mogelijke procedures (bevoegdheid van de vrederechter): enerzijds de verzoeningsprocedure (minnelijke schikking), anderzijds de gerechtelijke procedure (gerechtsdeurwaarderexploot bij verzoekschrift). Het grote voordeel van de verzoeningsprocedure is dat zij kosteloos is; zij brengt geen advocaten- of gerechtskosten met zich mee. De aanvraag vindt plaats op de griffie van het vredegerecht van het kanton waar het gehuurde goed gelegen is. Deze aanvraag kan mondeling of schriftelijk gebeuren. Na de aanvraag worden beide partijen opgeroepen om voor de vrederechter te verschijnen met het oog op een mogelijke verzoening. Indien een akkoord werd bereikt dan wordt er in het proces-verbaal akte genomen van het akkoord. Indien één van de partijen niet opdaagt of er wordt geen akkoord bereikt, moeten de partijen noodgedwongen nog de gerechtelijke procedure opstarten.
IV A.1.e
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Huurachterstal : Het Vlaams huurgarantiefonds Het Vlaams huurgarantiefonds is op 1 januari 2014 in werking getreden en heeft als doel verhuurders te beschermen tegen verderfde huurinkomsten als gevolg van niet betaling van huurgelden. Merk op dat dit fonds ook in het belang bestaat van de huurders die door plotse tegenslagen dreigen uitgezet te worden. De aansluiting bij het fonds kan enkel gebeuren voor woninghuur en dient te gebeuren binnen de twee maanden na ondertekening van de huurovereenkomst. Per huurovereenkomst moet er een eenmalige forfaitaire kost van 75 euro betaald worden. Het fonds zal slechts tussenkomen wanneer de huurder gedurende drie maanden nalaat zijn huur te betalen. Er moet een vordering bij de vrederechter ingesteld zijn met een vordering tot ontbinding en uithuiszetting. De vrederechter moet een aanzuiveringsregeling van maximaal 12 maanden opgelegd hebben. De uitbetaling door het fonds bedraagt maximaal 3 maanden huurgeleden en is onderworpen aan een plafond van 2.700 euro.
IV A.1.f
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Registratie van de huurovereenkomst. Vanaf 1 januari 2007 is de verhuurder verplicht om het huurcontract van een onroerend goed dat als hoofdverblijfplaats wordt gebruikt (bv. woninghuur, .) te laten registreren. Vanaf 15 juni 2007 is het ook verplicht om een huurovereenkomst schriftelijk op te stellen. Het huurcontract krijgt door de registratie een zogenaamde ‘vaste datum’. Bovendien wordt het contract bindend voor derde partijen. Dit is belangrijk voor huurder en verhuurder. Zo is de huurder vanaf deze ‘vaste datum’ wettelijk beschermd tegen uitzetting door de nieuwe eigenaar bij een verkoop van het onroerend goed. Het huurcontract zal de nieuwe eigenaarverhuurder dus binden. Het huurcontract moet worden geregistreerd op het registratiekantoor dat bevoegd is voor de plaats waar het verhuurde onroerend goed gelegen is en is vanaf 1 januari 2007 kosteloos. Wanneer de verhuurder het huurcontract binnen de 2 maanden na ondertekening van het huurcontract door huurder en verhuurder niet heeft laten registreren kan de huurder het contract beëindigen zonder opzegtermijn. Voor verhuurde onroerende goederen die niet als privéwoningen worden beschouwd geldt een termijn van 4 maanden. Ook lopende huurcontracten afgesloten voor januari 2007 moeten geregistreerd worden. Dit moet voor 1 juli 2007 gebeuren anders moet er een boete betaald worden van 25 euro.
Inlichtingen Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Werkingsgebied
: Registratiekantoor Asse : Mollestraat 59 bus 3 – 1730 Asse : 0257 786 50 : 0257 977 71 :
[email protected] : Affligem, Asse, Dilbeek, Gooik, Lennik, Liedekerke, Merchtem, Opwijk, Roosdaal, Siint-Pieters-Leeuw, Ternat
Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Werkingsgebied
: Registratiekantoor Leuven 2 : Philipssite 3A, bus 3 - 3000 Leuven : 0257 385 30 : 0257 978 45 :
[email protected] : Begijnendijk, Boortmeerbeek, Haacht, Herent, Holsbeek, Keerbergen, Kortenberg, Rotselaar, Tielt-Winge, Tremelo, Aarschot, Leuven
Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Werkingsgebied
: Registratiekantoor Halle : Zuster Bernardastraat 32 – 1500 Halle : 0257 566 80 : 0257 972 84 :
[email protected] : Beersel, Bever, Drogenbos, Galmaarden, Herne, Hoeilaart, Linkebeek, Machelen, Overijse, Pepingen, Sint-Genesius-Rode, Steenokkerzeel, Zaventem, Halle
IV A.1.g
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Werkingsgebied
: Registratiekantoor Vilvoorde : Groenstraat 51 – 1800 Vilvoorde : 0257 507 50 : 0257 951 87 :
[email protected] : Grimbergen, Kampenhout, Kapelle-op-den-Bos, Kraainem, Londerzeel, Meise, Wemmel, Wezembeek-Oppem, Zemst, Vilvoorde.
Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Werkingsgebied
: Registratiekantoor Leuven 1 : Philipssite 3A bus 3 – 3000 Leuven : 0257 613 10 : 0257 977 32 :
[email protected] : Bekkevoort, Bertem, Bierbeek, Boutersem, Geetbets, Glabbeek, Hoegaarden, Huldenberg, Kortenaken, Linter, Lubbeek, Oud-Heverlee, Tervuren, Diest, Landen, Scherpenheuvel-Zichem, Tienen, Zoutleeuw
IV A.1.g
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Huurdersbond De Huurdersbond is een organisatie die het opneemt voor de huurders in de maatschappij. Zij ijveren voor het 'Recht op wonen' voor iedereen. Zij informeren over de rechten en plichten van de huurder, maar geven ook advies bij concrete problemen met vb. opzegging, waarborg, herstellingen, index, ... De Huurdersbond richt zich tot alle huurderbewoners zowel in de privé als de sociale sector. De verhuurders en/of eigenaars kunnen niet terecht bij de Huurdersbond. Tegen een vast lidgeld krijgt men één jaar juridisch huuradvies en ontvangt men het Huurdersblad, een overzichtelijk tijdschrift met allerlei praktische informatie over de huurwetgeving. Ook organisaties kunnen lid worden: tegen een vast tarief per jaar krijgen zij telefonisch advies, een aantal lidkaarten en een abonnement op het Huurdersblad.
Inlichtingen Centraal secretariaat Leuven Tiensevest 106 bus 48, 3000 - Leuven tel: 016/25 05 14 - fax: 016/47 45 38 Vrije spreekuur: donderdag van 9u - 12u en van 13u - 15u (wij vragen om 30min voor sluitingstijd aanwezig te zijn) Na afspraak: Bel voor de adviesmomenten naar 016/25 05 14 Telefonisch bereikbaar Maandag 14 u tot 16 u Dinsdag, woensdag en vrijdag van 10 u tot 12 u
Regionaal secretariaat Halle (Woonwinkel Halle) Vanden Eeckhoudtstraat 11, 1500 - Halle GSM.: 0497 64 54 46 Enkel na afspraak: dinsdag van 13u30-19u donderdag van 10u -15u IV A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Adviespunt Aarschot (Sociaal Huis) Bekaflaan 31A, 3200 Aarschot ‘ tel: 016 25 05 14 Enkel na afspraak: 1ste en 3de woensdag van 13u tot 16u
Adviespunt Tienen (Sociaal Huis) Kabbeekvest 110 bus 3, 3300 - Tienen tel: 016/25 05 14 Enkel na afspraak: dinsdag van 9u - 13u
Adviespunt Diest (OCMW Diest) Hasseltsestraat 30, 3290 - Diest tel: 013/35 06 29 Enkel na afspraak: 2e en 4e woensdag van 13u - 16u
Adviespunt Vilvoorde GSM: 0494/99 51 43 (Centrum Mattenkot) Lange Molenstraat 44, 1800 - Vilvoorde Enkel na afspraak: 2de en 4de dinsdag van de maand van 13u30 - 18u30
(OCMW Vilvoorde) Kursaalstraat 40, 1800 - Vilvoorde Enkel na afspraak: 1ste, 3de en 5de dinsdag van de maand van 13u30 - 18u
IV A.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Premiezoeker Premiezoeker geeft een antwoord op de vraag op welke premies en steunmaatregelen de burger recht heeft. Premiezoeker doet dit door de voorwaarden die voor elke premie worden gesteld af te toetsen. De gebruiker beantwoordt automatisch gegenereerde vragenlijsten en krijgt op basis van zijn antwoorden een overzicht van de steunmaatregelen waar hij aanspraak kan op maken. Heeft de vraagsteller desondanks geen zin alle vragen te beantwoorden of vindt hij de vragen te moeilijk, kan hij klikken op “overzicht van alle premies”. Op deze pagina krijgt hij dan heel snel een overzicht van de premies die mogelijk interessant zijn. U kan opgeven van welke gemeente u de premies wil kennen, welke activiteit u wilt uitvoeren en/of zoeken op een trefwoord uit de premienaam. In de lijst die u terugkrijgt, vindt u een verwijzing naar de webstek en de contactgegevens van de instelling die de premie aanbiedt. U kan dan de details over de premie nalezen op hun website of hen contacteren met uw vragen.
Inlichtingen Naam organisatie Adres Website
: Wonen-Vlaanderen, Phoenixgebouw : Koning Albert II-laan 19 bus 40, 1210 Brussel : www.premiezoeker.be
IV A.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Projecten Lokaal Woonbeleid Sinds 2008 zijn er een aantal projecten opgestart met als doel het lokaal woonbeleid actief uit te werken. De basistaken van deze projecten zijn: 1° het begeleiden en ondersteunen van de deelnemend e gemeenten bij de ontwikkeling van een gemeentelijke beleidsvisie op het vlak van wonen; 2° het faciliteren of uitbreiden van het woonoverle g met alle lokale woonactoren; 3° het aanbieden van gestructureerde basisinformati e aan de inwoners van de deelnemende gemeenten. Voor meer informatie over deze projecten kan u contact opnemen met de coördinator. projecten
werkingsgebied, gemeenten
Coördinator
Contact
Asse, Dilbeek, Kapelle o/d Bos, Londerzeel, Meise, Opwijk Wonen tussen Dijle Bertem, en Velp Bierbeek, Boutersem, Haacht, Oud-Heverlee, Rotselaar Hartje Hageland Bekkevoort, Glabbeek, Kortenaken, Tielt-Winge Woonwinkel Bever, Pajottenland Galmaarden, Gooik, Herne, Lennik, Pepingen Woonbeleid Regio Grimbergen, Noord Kampenhout, Zemst Beter Wonen aan de Hoegaarden, Gete Landen, Linter
Jan Velleman
[email protected] 02-488 56 01 77
Vanessa Joly
[email protected] 016-31 18 69
Tina Vandermee ren
[email protected]
Erik Moens
[email protected] 0496-50 72 73
Veerle Van Rie
[email protected] 0472-76 08 96
Katja Calsyn
[email protected]
Woonbeleid Noord Pajottenland
Affligem, Liedekerke, Roosdaal Vilvoorde, Machelen
Sofie De Mars
011-69 05 45
[email protected] 053-64 55 57
Tim Romeyns
[email protected] 02-255 47 21
Aarschot Scherpenheuvel -Zichem Diest
Jenne Van Cortenberg
[email protected] 016-29 85 48
Woonbeleid Regio Noord-West Brabant
Regionaal Woonbeleid Vilvoorde/Machelen
Wonen aan de Demer
IV A.4
016-63 95 62
[email protected]
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Woonwijzer Midden Brabant
Herent Huldenberg Kortenberg Tervuren Zaventem
Woonbeleid Zennevallei
Halle Sint-PietersLeeuw
Aangenaam Wonen tussen Grote en Kleine Gete
Tienen Zoutleeuw
Beriel Mertens
[email protected] 016 29 85 48 0471 85 03 77
Halle : 02-361 50 91 Sint-Pieters-Leeuw : 02-371 22 68
Liliane Vanhelden
IV A.4
016 80 57 80
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Het huren van een woning bij een sociale huisvestingsmaatschappij Wie komt in aanmerking voor een sociale huurwoning? • • • • • • •
Om huurder te worden van een sociale woning moet u zich laten inschrijven als kandidaat-huurder in het register van een sociale huisvestingsmaatschappij. U moet op het ogenblik van de aanvraag meerderjarig zijn en ingeschreven zijn in het bevolkingsregister. Uw inkomen moet lager zijn dan 23 302 euro voor alleenstaanden, 25.254 euro voor alleenstaande gehandicapten, 34.951 euro in andere gevallen, vermeerderd met 1.951 euro per persoon ten laste. Deze aangehaalde bedragen worden jaarlijks geïndexeerd. De in aanmerking te nemen inkomsten zijn de inkomsten van het derde jaar voorafgaand aan het jaar waarin de inschrijving plaatsvindt, (indien in dat jaar geen inkomen werd genoten het eerstvolgende jaar waarin wel een inkomen werd genoten). Op het ogenblik van inschrijving en toewijzing mag u of een lid van uw gezin geen woning of bouwgrond in volle eigendom of volledig in vruchtgebruik hebben in binnen- of buitenland. U bereidheid toont om Nederlands te leren. U bereid bent het inburgeringstraject te volgen overeenkomstig het Inburgeringsdecreet voor zover u een verplichte inburgeraar bent. Hoe wordt een sociale woning toegewezen ?
De chronologie van de inschrijvingen telt, wanneer een sociale woning wordt toegewezen. Dit betekent dat de persoon die eerst inschreef, eerst kan toetreden tot een sociale woning die voor zijn gezin past. Sommige kandidaten kunnen sneller een woning krijgen, omdat ze een voorrang genieten. De raad van bestuur van een sociale huisvestingsmaatschappij (SHM) of een delegatie, die de raad van bestuur aanstelde, wijst de sociale woningen toe. Wie kan achtereenvolgens voorrang krijgen? 1.uw sociale woning wordt gerenoveerd en u dient te verhuizen 2. - een dakloze die een OCMW aan de SHM voordraagt - of een persoon die begeleid zelfstandig wil wonen via een erkende dienst - of een persoon met een geestelijk gezondheidsprobleem die zelfstandig wil wonen en door een erkende organisatie wordt voorgedragen 3.mensen met een fysieke handicap of beperking, als de woning specifiek aan deze handicap is aangepast 4.een kandidaat-huurder voor een sociale assistentiewoning, die vrijkomt 5.een huurder van een sociale woning dat niet voldoet aan de regelgeving IV. B.1.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren 6.een huurder van een sociale woning dat in een aangepaste woning woont zonder dat er nog een invalide persoon in het gezin is 7.een persoon die door de toezichthouder in het gelijk werd gesteld 8.een persoon die nog geen huurder is van een sociale woning en die wettelijk herhuisvest moeten worden 9.een huurder van wie de gezinssamenstelling veranderd is en die een groter of kleiner woning aanvragen bij hun SHM 10.kandidaat-huurders waarvan de verwachte gezinshereniging nog niet heeft plaats gevonden en hierdoor een aangepaste woning nodig hebben 11.mensen die in een roerend of onroerend goed, dat volgens een proces-verbaal niet hoofdzakelijk bestemd is voor wonen 12.mensen die in een woning wonen, die officieel ongeschikt of onbewoonbaar werd verklaard 13.mensen die nog wonen in een woning, op de datum dat die onteigend wordt. 14.ontvoogde minderjarige kandidaat-huurders Niet elke verklaring van onbewoonbare of ongeschikte woningen geeft automatisch recht op voorrang. De voorwaarden zijn hier strenger dan de voorwaarden bij uw inschrijving. Uw SHM zal u hierbij helpen. Eventuele voorrang voor inwoners van de gemeente: Een SHM heeft het recht inwoners van de gemeente voorrang te geven. Dit staat bepaald in het interne toewijzingsreglement van een SHM. Wanneer kan deze voorrang gelden? • •
U woonde de voorbije zes jaar minstens drie jaar in de gemeente, waarin de beschikbare woning ligt. U woonde de voorbije zes jaar in een gemeente uit het werkgebied van uw SHM, waarin de beschikbare woning ligt. nog geen huurder zijn van een sociale verhuurder of die geen huurovereenkomst voor onbepaalde duur hebben met een sociale huisvestingsmaatschappij.
Soms zijn woningen onder bepaalde voorwaarden gerealiseerd of gefinancierd. Dit kan de toewijzing van een sociale woning beïnvloeden. Er kan ook een afwijkend toewijzingsreglement gelden, bijvoorbeeld voor bepaalde doelgroepen of om de leefbaarheid in een bepaalde wijk te verbeteren. Uw SHM kan u hierover informeren.
IV. B.1.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren . Hoeveel
bedraagt de huurprijs?
De huurprijsberekening die we vanaf 1 januari 2013 gebruiken stelt uw inkomen, de kwaliteit van uw woning en de gezinssituatie centraal. Hieronder vindt u een overzicht van het basisprincipe van de nieuwe berekeningswijze :. Formule Uw maandhuur 2016: 1/55 x inkomen – patrimoniumkorting – gezinskorting Minimale huurprijs < maandhuur 2015 < basishuurprijs Inkomen In de nieuwe formule vertrekken we van 1/55 van uw geïndexeerde inkomen. Het geïndexeerde inkomen bedraagt minstens het leefloon. Voor de huurprijs van 2016 wordt het inkomen genomen van 2013 dat wordt geïndexeerd naar juni 2015. Patrimoniumkorting Uitgangspunt is de markwaarde van de woning. De marktwaarde is gelijk aan de huurprijs van een woning van hetzelfde type, ouderdom en onderhoud op de private markt. Afhankelijk van de marktwaarde, wordt er nog een korting gegeven. Deze korting is maximum 134 euro (onderhevig aan indexering) voor sociale woningen met een lage marktwaarde en minimum 0 euro voor sociale woningen met een hoge marktwaarde Dus hoe goedkoper de woning, hoe groter de extra korting. Dit noemen we de patrimoniumkorting. Gezinskorting Per persoon die voldoet aan de voorwaarden van een persoon ten laste, zal u in 2015 18 euro (onderhevig aan indexering) per maand minder betalen. Ook personen die minstens 66% invalide zijn, worden ook als persoon ten laste aanzien. Minimum en maximum U betaalt dus nooit meer dan 1/55 van uw inkomen, maar u betaalt ook nooit meer dan uw basishuurprijs. Op het moment dat u uw huurovereenkomst afsluit, wordt de IV. B.1.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
marktwaarde in uw contract vastgelegd. Vanaf dan wordt dit de basishuurprijs genoemd. Deze basishuurprijs wordt jaarlijks geïndexeerd. Het laagste van beide is dus het maximum. Er is ook een minimale huurprijs. Op basis van de marktwaarde betaalt een gezin met een heel laag inkomen nooit minder dan 117 euro (onderhevig aan indexering) per maand voor de goedkopere sociale huurwoningen en 234euro (onderhevig aan indexering) voor de duurdere woningen. Bij uitzondering is er een toegestane overgangshuurprijs voorzien.
Inlichtingen en formulieren Naam organisatie Adres Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Website
: Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen V.M.S.W. : Koloniënstraat 40 - 1000 Brussel : 02-505 45 45 : 02-505.42.00 :
[email protected] : www.vmsw.be
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer E-mailadres Regio
: CV Providentia : Brusselsesteenweg 191 - 1730 Asse : Elke Van Hoefs : 02-452 72 43 :
[email protected] : Affligem, Asse, Bever, Boortmeerbeek, Dilbeek Galmaarden, Gooik, Grimbergen, Kampenhout, Kapelle o/d Bos, Londerzeel, Meise, Merchtem, Opwijk, Overijse, Roosdaal, Vilvoorde, Wemmel, Zemst.
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Gewestelijke maatschappij voor Volkshuisvesting : Bezemstraat 83 bus 13 - 1600 Sint-Pieters-Leeuw : Rik Paternoster : 02-371 03 32 : 02- 378 28 96 :
[email protected] : Affligem, Asse, Dilbeek, Drogenbos, Gooik (Leerbeek), Hoeilaart, Liedekerke, Lennik, St.-Pieters-Leeuw (+ deelgemeente Ruisbroek), Ternat (+ deelgemeenten St.-Katarina-Lombeek en Wambeek), Wezembeek-Oppem
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer
: Woonpunt Zennevallei : Molenborre26/01 - 1500 Halle : Bart Vranken : 02-363 10 50 : 02-361 48 98 IV. B.1.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren E-mailadres Regio
:
[email protected] : St.-Pieters-Leeuw, Beersel, St.-Genesius-Rode, Halle, Pepingen
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: CV Diest Uitbreiding : Bergveld 29 - 3290 Diest : Willem Van Damme : 013-31 29 60 : 013-31 35 09 :
[email protected] : Bekkevoort, Diest, Kortenaken, ScherpenheuvelZichem
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Volkswoningbouw : Wilselsesteenweg 23 - 3020 Herent : Denise Demessemaekers : 016-22 97 26 : 016-20 71 47 :
[email protected] : Herent, Haacht, Leuven (Wijgmaal), Tremelo (Baal), Begijnendijk
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Sociaal Wonen Arro Leuven : Wijgmaalsesteenweg 18 - 3020 Herent : Chantal Stroobants : 016-31 62 00 : 016-31 62 01 :
[email protected] : Keerbergen, Leuven, Hoegaarden, Tielt-Winge Rotselaar, Lubbeek
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer Regio
: CVBA Dijledal : Vaartkom 1B – 3000 Leuven : Mia Van Caster : 016-25 24 15 : 016-35 03 71 : Leuven, Oud-Heverlee, Boutersem, Bierbeek, Holsbeek
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Sociale woningen van Landen : Hertog Van Brabantlaan 61 - 3400 Landen : Els Pierquet - Mia Persoons : 011-88 21 58 : 011-88 56 59 :
[email protected] : Landen, Zoutleeuw, Linter
Naam organisatie
: Elk zijn Huis Gewestelijke maatschappij voor Huisvesting : Lindeboomstraat 116 - 3080 Tervuren : iedereen is op de hoogte : 02-766 01 70 : 02-766 01 79 :
[email protected] IV. B.1.a
Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren Regio
: Bertem, Huldenberg, Kortenberg, Kraainem, Steenokkerzeel, Tervuren, Zaventem
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Huisvesting Tienen : Menegaard 60/61 - 3300 Tienen : Patrica Booten : 016-82 27 27 : 016-82 40 86 :
[email protected] : Tienen, Hoegaarden
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: Inter-Vilvoordse maatschappij voor Huisvesting : Parkstraat 115 - 1800 Vilvoorde : Olivier Moelaert : 02-257 11 50 : 02-257 11 60 :
[email protected] : Machelen, Vilvoorde
Naam organisatie
: Samenwerkende Maatschappij voor Goedkope Woningen : Begijnhof 12 bus 7 - 3200 Aarschot : Kris Reynders : 016-56 74 69 : 016- 56 74 70 :
[email protected] : Aarschot
Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
IV. B.1.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Het huren van een woning bij een sociale-verhuurkantoor In het decreet van 1 juli 1997, betreffende de Vlaamse Wooncode, wordt de taak van de sociale-verhuurkantoren bepaald als het inschakelen van privé-huurwoningen voor de huisvesting van woonbehoeftige gezinnen of alleenstaanden. In het bijzonder huren ze met dit doel woningen op de private huurwoningmarkt om ze aan de woonbehoeftige gezinnen en alleenstaanden onder te verhuren en ontwikkelen ze initiatieven op het vlak van de woonbegeleiding om hun huurders in de praktijk vertrouwd te maken met de rechten en de plichten als huurder. Onder bepaalde inkomensvoorwaarden, kan een kandidaat-huurder zich laten inschrijven bij een sociaal -verhuurkantoor. Als een gepaste woning gevonden is, wordt er een onderhuurcontract afgesloten met het kantoor. De huurwaarborg (2 maanden huur) en de maandelijkse huur worden aan het sociaal-verhuurkantoor betaald. Voor het overige gelden de gewone huurdersverplichtingen. Met de eigenaar wordt een huurovereenkomst gesloten voor de hoofdhuur. Het sociaalverhuurkantoor verzekert een stipte betaling van de huishuur, zelfs al is de woning op het ogenblik niet verhuurd, evenals een goed onderhoud van de woning. Het kantoor zorgt verder voor de selectie en de opvolging van kandidaat-huurders. Opmerkingen of klachten kunnen aan het sociaal-verhuurkantoor gemeld worden. Voor deze dienstverlening wordt aan de eigenaar geen extra kosten aangerekend. Informatie Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: SVK De Woonkoepel : Kapelleveld 8 - 1741 Ternat : Ellen Marcelis : 02-569 78 99 : 02-569 80 78 :
[email protected] : Dilbeek - Ternat - Lennik
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: vzw Webra : Brusselsesteenweg 191 - 1730 Asse : Els Van Mileghem : 02-454 18 69 : 02-452 35 25 :
[email protected] : Affligem, Asse, Bever, Galmaarden, Grimbergen, Kampenhout, Kapelle-op-den-Bos, Liedekerke, Londerzeel, Machelen,Meise, Overijse, Sint-Genesius-Rode, Tervuren, Hoeilaart, Herne, Steenokkerzeel, Beersel, Roosdaal, Vilvoorde, Zaventem, Zemst.
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: SVK Zuidkant : Vanden Eeckhoudtstraat 11 – 1500 Halle : Inneke Brems : 02-359 99 12 : 02-361 73 45 :
[email protected] : Halle, Gooik, Pepingen, Sint-Pieters-Leeuw. IV. B.1.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: vzw Spit : Ijzerenmolenstraat 14 – 3001 Heverlee : Walter Roedolf : 016-49 17 28 : 016-35 92 89 :
[email protected] : Leuven, Herent, Oud-Heverlee, Bierbeek, Aarschot, Diest, Huldenberg, Scherpenheuvel-Zichem
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: svk Hageland : Tiensesteenweg 2 - 3390 Tielt-Winge : Jacqueline Merckx : 016-63 92 75 : 016-64 06 11 :
[email protected] : Tielt-Winge, Holsbeek, Glabbeek, Bekkevoort, Lubbeek
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: SVK WoonregT vzw : Kabbeekstraat 110 bus 3 - 3300 Tienen : Liesbeth Vandenbosch : 016-82 34 33 : 016-82 15 65 :
[email protected] : Tienen, Linter, Geetbets, Kortenaken, Boutersem, Zoutleeuw, Hoegaarden, Landen
Naam organisatie Adres Naam contactpersoon Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Regio
: vzw Social : Grote Bollostraat 7/0 – 3120 Tremelo : Dierik Christiaens : 016-52 52 54 : 016-48 92 89 :
[email protected] : Begijnendijk, Boortmeerbeek, Haacht, Keerbergen, Rotselaar, Tremelo
IV. B.1.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Huren bij uw gemeente of OCMW Sommige gemeenten of OCMW's zijn eigenaar van woningen die ze verhuren aan hun inwoners van de gemeenten. Dit kan u navragen bij uw gemeentebestuur of OCMW. De voorwaarden waaraan deze woningen verhuurd worden kan u daar ook opvragen.
IV. B.1.c
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Huursubsidie en installatiepremie bij het betrekken van een gezonde of aangepaste woning. De huursubsidie en installatiepremie kunnen verkregen worden bij het verhuizen naar en betrekken van een conforme of aangepaste woning, of naar een woning van een erkend sociaal-verhuurkantoor Wie komt in aanmerking .1. Inkomen
Voor aanvragen in 2016 mag de som van het aan de personenbelasting inkomen, alsook van de niet-belastbare vervangingsinkomsten van de huurder en van de inwonende gezinsleden, niet meer bedragen dan 17.230 euro. Er wordt gekeken naar het inkomen van het derde jaar dat voorafgaat aan de aanvraagdatum. Voor een tegemoetkoming in de huurprijs die wordt aangevraagd in 2014 wordt dus het inkomen van 2011 in aanmerking genomen. Per persoon ten laste op de aanvraagdatum in 2016 mag u uw inkomen met 1.540 euro verminderen. De aanvraagdatum is de datum waarop u de aanvraagdocumenten verstuurt naar WonenVlaanderen (de postdatum geldt als bewijs) of de datum waarop u deze documenten persoonlijk afgeeft op een dienst van Wonen-Vlaanderen. Een persoon ten laste is een inwonend kind dat ofwel jonger is dan 18 jaar, waarvoor u de kinderbijslag of wezentoelage ontvangt, of dat na voorlegging van bewijzen wordt beschouwd als persoon ten laste. Inwonende gezinsleden die erkend zijn als persoon met een ernstige handicap worden eveneens beschouwd als persoon ten laste. In al deze gevallen is de situatie op de aanvraagdatum doorslaggevend. Bij uw aanvraag moet u ook op uw erewoord verklaren of uw inkomen van het jaar vóór de aanvraagdatum al dan niet meer bedraagt dan het maximumbedrag.
2. Eigendom De huurder en de inwonende gezinsleden mogen op de aanvraagdatum en tijdens de tien jaar die daaraan voorafgaan geen woning volledig in volle eigendom of volledig in vruchtgebruik hebben (gehad). Hierop zijn enkele uitzonderingen mogelijk: •
•
u heeft deze woning verlaten omdat ze onbewoonbaar of overbevolkt is verklaard. U heeft bovendien uw rechten op deze woning vervreemd (b.v. u heeft de woning verkocht) of u zorgt ervoor dat deze woning niet meer als woning zal dienen (b.v. u wijzigt de bestemming ervan); u heeft deze woning verlaten omdat ze ongeschikt is verklaard, waarbij minstens twee problemen van categorie III en 50 strafpunten werden vastgesteld. U heeft bovendien IV.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
•
• • •
uw rechten op deze woning vervreemd (b.v. u heeft de woning verkocht) of u zorgt ervoor dat deze woning niet meer als woning zal dienen (b.v. u wijzigt de bestemming ervan); u was minstens 12 maanden ingeschreven in deze woning en heeft deze verlaten omdat ze qua bezetting onaangepast was. U heeft bovendien uw rechten op deze woning vervreemd (b.v. u heeft de woning verkocht) of u zorgt ervoor dat deze woning niet meer als woning zal dienen (b.v. u wijzigt de bestemming ervan); de woning is op de aanvraagdatum gesloopt of u verbindt zich ertoe ze te slopen; de woning ligt in het Vlaamse Gewest en is het voorwerp van een onteigeningsbesluit; u kan ten gevolge van een wettelijke regeling of uitvoerbare rechterlijke beslissing niet beschikken over de woning.
De uitzondering voor het verlaten van een onbewoonbare, overbewoonde, ongeschikte, onaangepaste of te kleine woning geldt enkel als deze woning op de aanvraagdatum vervreemd (b.v. verkocht) is of niet meer als woning wordt gebruikt. Uitzonderlijk wordt ook toegelaten dat u dit regelt na de aanvraagdatum. U moet zich er dan toe verbinden om dit in orde te brengen binnen het jaar na de inschrijving in de woning waarvoor u de tegemoetkoming aanvraagt. 3. Verlaten woning Er zijn vier mogelijkheden waarbinnen u een tegemoetkoming in de huurprijs kunt aanvragen. Mogelijkheid 1: U verlaat een onroerend goed in het Vlaamse Gewest waarop één van de volgende gevallen van toepassing is: 1. een door de burgemeester onbewoonbaar verklaarde woning; 2. een door de burgemeester overbewoond verklaarde woning; 3. een door de burgemeester ongeschikt verklaarde woning die op het technisch verslag van de onderzoeker ofwel minstens drie gebreken van categorie III onder de hoofdrubrieken "Omhulsel" of "Binnenstructuur" ofwel minstens drie gebreken van categorie IV en zestig strafpunten gescoord heeft; 4. een onroerend goed dat niet hoofdzakelijk voor wonen bestemd is, zoals een loods, garage, kelder, schuur, enzovoort, en waarvoor de Vlaamse Wooninspectie een proces-verbaal heeft opgesteld wegens een gezondheids- of veiligheidsrisico; 5. een te kleine woning die u gedurende minstens één jaar bewoond hebt. U verhuist samen met alle medebewoners naar de nieuwe huurwoning; 6. een vergunde camping waar u al sinds 1 januari 2001 uw hoofdverblijfplaats had. Een belangrijke opmerking bij de woningen die door de burgemeester onbewoonbaar, ongeschikt of overbewoond zijn verklaard, is dat het besluit van de burgemeester moet dateren uit de periode dat u nog in deze woning verbleef. Als dat niet zo is, moet minstens het advies dat uiteindelijk resulteert in een besluit, dateren uit deze periode. Dateren zowel het besluit van de burgemeester als het advies van de gewestelijk ambtenaar van na uw verhuis, dan kan daar geen rekening mee gehouden worden. Mogelijkheid 2:
IV.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
U verliest de hoedanigheid van dakloze en ontvangt daarvoor van het OCMW een installatiepremie of verhoging van het leefloon. In dit geval bestaat de tegemoetkoming in de huurprijs enkel uit een huursubsidie. Mogelijkheid 3: Uzelf of een inwonend gezinslid is op de aanvraagdatum minstens 65 jaar oud of erkend als persoon met een handicap en u verlaat een onaangepaste woning in het Vlaamse Gewest. Het moet een onaangepaste huurwoning zijn. Een woning wordt als onaangepast beschouwd aan de mogelijkheden van een bejaarde of persoon met een handicap als niet voldaan is aan één van de volgende vier criteria: 1. de woning beschikt over een veilige elektrische installatie, een uitgeruste badkamer met zit, lig- of stortbad en wastafel, een toilet, een keuken met aanrecht en gootsteen, warm water in de badkamer en de keuken, en minstens een vast opgestelde verwarmingsinstallatie of een vast opgesteld verwarmingstoestel in de woonkamer; 2. alle woonvertrekken in de woning zijn toegankelijk via gelijkvloerse verbindingen zonder niveauverschillen en als er een rolstoelgebruiker in de woning woont, is er voldoende circulatieruimte in en tussen de verschillende lokalen; 3. de woning is veilig bereikbaar vanaf de openbare weg via een voldoende brede toegangsweg zonder noemenswaardige trappen of hellingen. Als er een rolstoelgebruiker in de woning woont, dan is de toegang van de woning aangepast voor zelfstandig rolstoelgebruik; 4. binnen een loopafstand van 600 meter is er een voldoende aanbod van openbaar vervoer, van winkels voor dagelijkse producten zoals brood, vlees en kruidenierswaren, en van gezondheidszorg (apotheker en huisarts). Mogelijkheid 4: U wordt huurder van een woning van een sociaal verhuurkantoor. In dit geval worden geen voorwaarden opgelegd voor wat betreft de woning die u verlaat. 4. Nieuwe woning Uw nieuwe huurwoning moet altijd aan dezelfde voorwaarden voldoen. Deze woning mag om te beginnen geen kamer of een gesubsidieerde sociale huurwoning zijn, en moet zich in het Vlaamse Gewest bevinden. Het moet gaan om een conforme woning, wat betekent dat er geen manifeste gebreken of veiligheids- of gezondheidsrisico's mogen zijn, en dat de woning aangepast is aan de samenstelling van het gezin. Een woning is aangepast aan de samenstelling van het gezin als de samengetelde vloeroppervlakte van de woonlokalen voldoende groot is, en als er voldoende woonlokalen zijn. Onder een woonlokaal wordt verstaan: de woonkamer, keuken en slaapkamer(s). Een belangrijke opmerking bij studio's gerealiseerd vóór 1 februari 2008 is dat de oppervlakte van de badkamer bij onderzoeken vanaf 14 mei 2011 zal bijgeteld worden tot een maximum van 3 m² als de woonkamer tussen 15 en 18 m² meet. Voor woningen moet de samengetelde vloeroppervlakte van de woonlokalen minstens 18 m² IV.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
zijn voor 1 persoon, 27 m² voor 2 personen, 40 m² voor 3 personen, 50 m² voor 4 personen, 60 m² voor 5 personen,... In een woning met 1 of 2 woonlokalen kunnen maximaal 2 personen verblijven, in 3 woonlokalen 3 personen, in 4 woonlokalen 5 personen, in 5 woonlokalen 8 personen,... Opgelet: er wordt enkel gemeten in de zone met een plafondhoogte van minstens 220 cm. Bij hellende plafonds wordt ook rekening gehouden met de zone met een vrije hoogte groter dan 180 cm. Met lokalen die kleiner zijn dan 4 m² of die nergens 220 cm plafondhoogte halen, wordt geen rekening gehouden. De maximale huurprijs van de nieuwe huurwoning bedraagt in 2016: - 580 euro als u geen personen ten laste heeft; - 652,50 euro als u 1 persoon ten laste heeft; - 725 euro als u 2 personen ten laste heeft; - 797,50 euro als u 3 personen ten laste heeft; - 870 euro als u 4 of meer personen ten laste heeft. Als uzelf of een inwonend gezinslid op de aanvraagdatum minstens 65 jaar oud is of erkend is als persoon met een handicap, dan moet de nieuwe woning bovendien aangepast zijn aan uw mogelijkheden. Er moet in dat geval voldaan zijn aan alle vier de criteria die onder mogelijkheid 3 bij de verlaten woning staan opgesomd. Wanneer dien ik de aanvraag in?
U vraagt de tegemoetkoming in de huurprijs het best aan bij Wonen-Vlaanderen voordat u naar uw nieuwe huurwoning verhuist. U moet dan wel binnen de negen maanden na de aanvraagdatum de nieuwe woning beginnen te huren en dat meedelen aan WonenVlaanderen. Als u al verhuisd bent, moet u de tegemoetkoming in de huurprijs binnen de negen maanden na de datum waarop u zich ingeschreven heeft in uw nieuwe woning, aanvragen bij WonenVlaanderen. Als u uw aanvraag pas indient nadat u verhuisd bent, moet u er rekening mee houden dat de toestand van de woning die u verlaten heeft nog moet kunnen vastgesteld worden door de onderzoeker van Wonen-Vlaanderen. U moet de toegang tot deze woning voor de onderzoeker dus nog kunnen verzekeren als dat nodig is.
Hoeveel bedraagt de huursubsidie? Het maandelijkse bedrag dat u in 2016 krijgt is 1/3 van de huurprijs van uw woning, tot een maximum van 123,64 euro. Daarbij komt altijd nog 20,61 euro extra per persoon ten laste. Belangrijk: in deze gemeenten is het maximale huursubsidiebedrag 136,01 euro, plus 22,67 euro per persoon ten laste.
IV.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren •
• • •
Antwerpen en de omliggende gemeenten Aartselaar, Boechout, Borsbeek, Edegem, Hemiksem, Hove, Kontich, Lint, Mortsel, Niel, Schelle, Wijnegem, Wommelgem en Zwijndrecht; Gent en de omliggende gemeenten De Pinte, Destelbergen, Evergem, Melle, SintMartens-Latem en Merelbeke; de steden Aalst, Brugge, Genk, Hasselt, Kortrijk, Leuven, Mechelen, Oostende, Roeselare, Sint-Niklaas en Turnhout; De Vlaams-Brabantse gemeenten Affligem, Asse, Beersel, Bever, Dilbeek, Drogenbos, Galmaarden, Gooik, Grimbergen, Halle, Herne, Hoeilaart, Kampenhout, Kapelle-op-den-Bos, Kraainem, Lennik, Liedekerke, Linkebeek, Londerzeel, Machelen, Meise, Merchtem, Opwijk, Overijse, Pepingen, Roosdaal, Sint-Genesius-Rode, SintPieters-Leeuw, Steenokkerzeel, Ternat, Vilvoorde, Wemmel, Wezembeek-Oppem, Zaventem, Zemst, Bertem, Huldenberg, Kortenberg en Tervuren.
Hoeveel bedraagt de installatiepremie? De eenmalige installatiepremie is gelijk aan drie keer het bedrag van de maandelijkse huursubsidie. Opgelet: als u dakloos was en van het ocmw een installatiepremie heeft ontvangen voor uw nieuwe huurwoning, en u nu op basis hiervan een tegemoetkoming in de huurprijs aanvraagt, dan heeft u binnen de tegemoetkoming in de huurprijs geen recht meer op een installatiepremie. Inlichtingen Naam organisatie Adres Telefoonnummer Website
: Wonen - Vlaanderen : Diestsepoort 6 bus 92 – 3000 Leuven : 016-66 59 30 : www.wonen.vlaanderen.be
IV.B.2
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Huurpremie voor wie 4 jaar ingeschreven is in domiciliemaatschapij Wie komt in aanmerking voor een huurpremie ?
Om in aanmerking te komen voor de huurpremie, moet u: 1.
een woning huren als hoofdverblijfplaats in het Vlaamse Gewest de huurprijs van die woning mag niet hoger zijn dan 580 euro, plus 72.50 euro per persoon ten laste (belangrijk: in Vlabinvestgebied, één van de 13 centrumsteden of het grootstedelijk gebied Antwerpen of Gent is de maximumhuurprijs 638 euro, plus 72,50 euro per persoon ten laste) die conform is
2.
ingeschreven zijn voor een sociale huurwoning bij een sociale huisvestingsmaatschappij (SHM): die werkzaam is in uw gemeente. (Als die SHM niet werkzaam is in uw gemeente, kan u zich inschrijven bij de domiciliemaatschappij (DSHM).) ononderbroken ingeschreven zijn voor een periode van 4 jaar
3.
Een inkomen hebben van maximaal 17.230 euro plus 1.540 euro per persoon ten laste. (cfr. huursubsidie – tegemoetkoming in de huurprijs)
Hoeveel bedraagt de huurpremie?
De huurpremie hangt af van de huurprijs van uw woning en de grootte van uw gezin. Het bedrag dat u krijgt is 1/3 van de huurprijs van uw woning, tot een maximum van 123,64 euro. Daarbij komt altijd nog 20,61 euro extra per persoon ten laste. De huurpremie wordt jaarlijks geïndexeerd in januari. Belangrijk: in Vlabinvestgebied, één van de 13 centrumsteden of het grootstedelijk gebied Antwerpen of Gent bedraagt de maximale subsidie 136,01 euro, met 22,67 euro extra per persoon ten laste.
IV.B.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Wie komt niet in aanmerking voor een huurpremie?
De huurpremie is niet voor personen: •
die al in een sociale woning wonen
•
die een woning huren van vader, moeder, grootvader, grootmoeder, broer of zus als die op hetzelfde adres woont
•
van wie het inkomen zoals berekend door de sociale huisvestingsmaatschappij hoger ligt dan de maximumgrens in het huursubsidiebesluit
•
die nu een huurprijs betalen hoger dan het maximum zoals voorzien in het huursubsidiebesluit. Dit maximum wordt verhoogd met 10 % voor huurwoningen in Vlabinvestgebied en in de 13 centrumsteden
•
die al een huurpremie ontvingen die werd stopgezet
Hoe ontvangt u een invulformulier om een huurpremie aan te vragen? U hoeft niets te doen. De sociale huisvestingsmaatschappijen waar u bent ingeschreven, geven de gegevens door van diegenen die in aanmerking komen voor een huurpremie. Die personen ontvangen van Wonen-Vlaanderen automatisch een gepersonaliseerd en gedeeltelijk vooringevuld invulformulier waarmee ze de huurpremie kunnen aanvragen. De omslag van deze zending heeft deze sticker op:
Phoenixgebouw Koning Albert-II Laan 19 bus 40 B-1210 Brussel T 02 553 82 98 - F 02 55 317 50
[email protected]
IV.B.3
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Vermindering van de onroerende voorheffing De onroerende voorheffing - principe • •
• •
Elk jaar worden alle onroerende goederen aan de onroerende voorheffing onderworpen. De berekening gebeurt steeds op het kadastraal inkomen. Aan een nieuw gebouwd onroerend goed of na het uitvoeren van (zware) verbouwingswerken aan een bestaand onroerend goed, wordt door de Administratie van het Kadaster, de Registratie en de Domeinen (AKRED) op basis van een geïndividualiseerde schatting een nieuw kadastraal inkomen toegekend bij nieuwbouw of wordt het bestaande kadastraal inkomen herschat bij verbouwing. De onroerende voorheffing dient betaald te worden door de eigenaar, bezitter, erfpachter, opstalhouder, vruchtgebruiker. Waar het ‘kadastraal inkomen’ nog tot de bevoegdheid van de federale overheid blijft, is de ‘onroerende voorheffing’ sedert 1999 een bevoegdheid behorend tot de Vlaamse overheid.
Berekening van de onroerende voorheffing Het bedrag van de onroerende voorheffing is afhankelijk van de gemeente, provincie of het gewest waar het onroerend goed gelegen is. De basisheffing bedraagt 2,5% van het geïndexeerd kadastraal inkomen. De afronding gebeurt rekenkundig op de eurocent (twee cijfers na de komma).
Welke verminderingen van de onroerende voorheffing zijn er ? 1.
Vermindering voor kinderen waarvoor kinderbijslag wordt verkregen en voor kinderen met een handicap. De verminderingen worden vanaf nu verleend op basis van verder vermelde forfaitaire bedragen, indien aan de volgende voorwaarden voldaan is: • de woning moet op 1 januari van het aanslagjaar betrokken worden door een gezin met minimaal twee kinderen; • de kinderen moeten er hun woonplaats hebben volgens de inschrijving in het bevolkingsregister; • de kinderen moeten kinderbijslaggerechtigd zijn.
2.
Vermindering voor gehandicapte personen De vermindering voor gehandicapte personen wordt op gelijke wijze berekend. Een gehandicapte persoon wordt gerekend voor twee kinderen ten laste. Hij of zij moet in tegenstelling tot voorheen niet meer ten laste zijn, maar wel op 1 januari van het aanslagjaar wonen op het adres waarvoor de vermindering werd gevraagd en moet bovendien deel uitmaken van het gezin volgens het bevolkingsregister. Een definitie van een persoon met een handicap is bepaald in het artikel 135, §1 van het Wetboek van Inkomstenbelasting 1992.
IV.B.4
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren 3.
Vermindering voor bescheiden woning • een vermindering van 25 % wordt verkregen op voorwaarde dat: - men de woning volledig zelf bewoont; - het totaal van de kadastrale inkomens van de onroerende goederen in Vlaanderen niet meer bedraagt dan 745 euro. •
•
Als men VOOR de algemene herschatting van 1979 reeds aanspraak heeft gemaakt op een vermindering voor bescheiden woning, maar het nieuwe kadastraal inkomen van de woning is hoger dan 745 euro, kan men deze vermindering toch blijven genieten op voorwaarde dat: - men de volledige woning is blijven bewonen; - men geen nieuwe goederen heeft verworven vanaf aanslagjaar 1979; - het overschrijden van de grens van 745 euro uitsluitend het gevolg was van de algemene herschatting; - het nieuwe totaal kadastraal inkomen van al de onroerende goederen niet meer bedraagt dan 992 euro. Wanneer men een woning gebouwd heeft of een nieuwe woning aangekocht heeft, waarvoor geen huisvestingspremie van het Vlaamse Gewest (bouw- of aankooppremie) verkregen werd, kan de vermindering opgetrokken worden tot 50 % voor de eerste 5 jaar waarin men onroerende voorheffing moet betalen. Deze verhoogde vermindering wordt niet automatisch toegepast en moet dus aangevraagd worden.
4.
Vermindering voor grootoorlogsinvaliden Een grootoorlogsinvalide heeft recht op een vermindering van 20 % van de onroerende voorheffing voor de woning waar hij/zij gedomicilieerd is. Onder grootoorlogsinvaliden worden de burgerlijke en militaire oorlogsslachtoffers verstaan die ten minste 100 % invalide zijn. Deze vermindering wordt niet automatisch toegepast en moet dus aangevraagd worden.
5.
Onproductiviteit van het onroerend goed Hierbij kan het kadastraal inkomen verminderen en ook hieruit voortvloeiend de onroerende voorheffing.
6.
Vermindering voor energiezuinige nieuwbouw Een eigenaar wiens woning het E-peil 60 behaalt, bekomt gedurende 10 jaar een korting van 20 procent op zijn jaarlijkse onroerende voorheffing. Een eigenaar wiens woning het E-peil 40 behaalt, bekomt een korting van 40 procent op zijn jaarlijkse onroerende voorheffing. De maatregel treedt in werking vanaf het aanslagjaar 2009. Dit betekent dat gebouwen waarvoor in 2008 een energieprestatiecertificaat bouw werd afgeleverd, vanaf het aanslagjaar 2009 van de vermindering kunnen genieten. Deze vermindering wordt automatisch toegekend. De eigenaar moet hiervoor geen aanvraag indienen.
Vermindering van onroerende voorheffing ook voor huurders Bepaalde verminderingen worden toegekend in functie van de bewoner van het onroerend goed: vermindering voor kinderbijslaggerechtigde kinderen, voor een gehandicapte persoon of voor een grootoorlogsverminkte. Het is dan ook de bedoeling van de wetgever dat die verminderingen uiteindelijk ten goede komen aan de bewoner. De bewoner is niet per definitie de belastingplichtige van de onroerende voorheffing. De woning kan namelijk ook IV.B.4
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren verhuurd zijn. In dat geval wordt de vermindering toegekend aan de eigenaarbelastingplichtige en mag de huurder het bedrag aftrekken van de huurprijs. De huurder wordt van het bedrag van de vermindering op de hoogte gebracht per brief. Huurders uit de privé – sector moeten eenmalig een meldingsformulier invullen. Dit formulier vindt u op website : www.onroerendevoorheffing.be onder “formulieren. Het formulier kan ook aangevraagd worden bij de Belastingdienst voor Vlaanderen. Het ingevulde formulier dient naar de Belastingdienst voor Vlaanderen te worden gestuurd. Indien de vermindering voor een huurder niet op het aanslagbiljet vermeld staat, moet de eigenaar een bezwaarschrift indienen. Huurders van een sociale woning hoeven geen meldingsformulier op te sturen. De huisvestingsmaatschappij geeft de gegevens door aan de Belastingdienst voor Vlaanderen. De verminderingen worden rechtstreeks met de Sociale Huisvestingsmaatschappij (SHM) geregeld. De SHM moet haar huurders inlichten over het bedrag van de vermindering en deze in mindering brengen op de huurlast. Aan de hand van het rijksregisternummer onderzoekt de Belastingdienst voor Vlaanderen op eigen initiatief, elk jaar opnieuw, of vermindering kan worden toegekend.
Informatie en formulieren Naam organisatie Adres Website
: Vlaamse Belastingsdienst : Vaartstraat 16 - 9300 Aalst : www.onroerendevoorheffing.be
IV.B.4
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Verbeteringspremie van het Vlaamse Gewest Wie komt in aanmerking? •
•
•
eigenaars-bewoners: u kunt een premie krijgen voor de woning die u zelf bewoont en waarop u een zakelijk recht hebt. Dit wil zeggen dat u volle eigenaar, vruchtgebruiker, of mede-eigenaar bent, of dat u een recht van bewoning hebt; huurders: ook als u de woning huurt (met een contract van meer dan drie jaar), kunt u aanspraak maken op de premie. Het spreekt vanzelf dat u zelf de kosten draagt om de woning te verbeteren of aan te passen. De facturen van de werkzaamheden moeten dan ook op uw naam opgesteld zijn; eigenaars-verhuurders: er is een speciale regeling voor eigenaars die hun woning verhuren aan een sociaalverhuurkantoor (SVK).
Bijkomende voorwaarden 1.
uw inkomen: • uw inkomen mag niet hoger zijn dan 29 600 euro; • er wordt een verhoging van 1 540 euro toegestaan per inwonende persoon ten laste. De volgende personen worden beschouwd als persoon ten laste: - kinderen jonger dan 18 jaar; - kinderen van 18 jaar en ouder, voor wie kinderbijslag of wezentoelage wordt uitgekeerd; - kinderen die door de minister als ten laste zijn erkend; - een inwonende persoon met ernstige handicap (66 % of meer). • Onder inkomen wordt verstaan het gezamenlijk belastbaar inkomen van drie jaar geleden. Als u bijvoorbeeld uw aanvraag doet in 2016, dan wordt uw inkomen van 2013 (aanslagjaar 2014) in aanmerking genomen.
2.
uw woning: • de woning dient op de dag van de premieaanvraag minstens 25 jaar oud te zijn. Om de ouderdom van uw woning te bepalen, wordt uitgegaan van de datum van de eerste bewoning, zoals die opgetekend is in het bevolkingsregister van de gemeente.
Welke werkzaamheden komen in aanmerking? Bedrag van de premie Er wordt een ‘vast premiebedrag’ bepaald voor elk werk waarvoor u een verbeteringspremie kunt aanvragen. Om die premie te kunnen krijgen, moet u geldige facturen voorleggen voor een bedrag dat minstens het ‘dubbele’ is van de premie. De volgende werkzaamheden komen in aanmerking voor de verbeteringspremie.
Het bedrag van de verbeteringspremie wordt als volgt vastgesteld per bouwonderdeel: 1) voor de dakwerken: 1.250 euro IV.B.5
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
2) voor het buitenschrijnwerk: 1.250 euro 3) voor de sanitaire installatie: 750 euro 4) voor de elektrische installatie: 750 euro 5) voor de gevelwerken: 1.500 euro 6) voor het behandelen van optrekkend muurvocht: 750 euro 7) voor de werkzaamheden om de risico's op CO-intoxicatie te verhelpen: • •
de plaatsing van een waterverwarmingstoestel op gas met gesloten verbrandingsruimte: 250 euro de plaatsing van maximaal drie verwarmingstoestellen met gesloten verbrandingsruimte, of het vervangen van een bestaande centrale verwarmingsketel door een hoogrendements-verwarmingsketel met het label HR+, HR Top, Optimaz of Optimaz Elite:
• •
250 euro per toestel de installatie van of omschakeling naar centrale verwarming: 1.000 euro het bouwen, verbouwen, herstellen of aanpassen van een rookkanaal: 500 euro
8) voor de verbouwingswerken om overbewoning te verhelpen: 50% van het bedrag van de voorgelegde facturen, btw inbegrepen, afgerond tot op het lagere tiental. De premie bedraagt maximaal 1.250 euro, en minimaal 600 euro. Heel wat lokale besturen bieden een aanvullende verbeteringspremie aan als u er één krijgt van het Vlaamse gewest. Kijk op www.premiezoeker.be of dat in uw gemeente ook zo is.
Zijn meerdere aanvragen mogelijk? Ja, binnen een periode van tien jaar kunt u drie keer een premie aanvragen. U mag wel geen twee aanvragen indienen voor hetzelfde bouwonderdeel, bijvoorbeeld niet twee keer de premie aanvragen om ramen te vernieuwen. Voor de woning mag ook geen tussenkomst in de leningslast voor renovatiewerken, of de renovatiepremie vanwege het Vlaamse Gewest, verleend zijn. Wanneer de premie aanvragen? U kunt de premie aanvragen zodra de werkzaamheden voltooid zijn en als u al in de woning woont. De facturen mogen nog geen jaar oud zijn. IV.B.5
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Inlichtingen en formulieren Naam organisatie Adres Telefoonnummer
: Wonen - Vlaanderen : Diestsepoort 6 bus 92 3000 Leuven : 016-66 59 30
IV.B.5
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Aanpassingspremie van het Vlaamse Gewest Als u uw woning aanpast voor een inwonende bejaarde kan u in aanmerking komen voor deze aanpassingspremie. De inkomensgrenzen zoals u die hieronder ziet, zijn die zoals die zijn bepaald vanaf 1 januari 2015. Aanvraagvoorwaarden 1. Voorwaarden voor de aanvrager - Uzelf, uw partner of een inwonend gezinslid is op de aanvraagdatum ouder dan 65 jaar. - Het netto belastbaar inkomen van de bejaarde en het inkomen van zijn eventuele partner mag drie jaar voor de aanvraag niet meer bedragen dan 29.600 euro. Per persoon ten laste mag u daar 1.540 euro bijtellen. - De aanvrager heeft de woning als hoofdverblijfplaats. 2. Voorwaarden voor de woning en de aanpassingswerken: - Het moet gaan om noodzakelijke aanpassingen aan de technische of sanitaire installatie of aan de constructie van de woning aan de lichamelijke gesteldheid van de bejaarde. Concreet betekent dit: werken die de hele woning toegankelijk maken voor rolstoelgebruikers, of verbouwingswerken en werken aan de sanitaire installaties om een bejaarde zelfstandig te laten wonen. - De kostprijs van de werken moet minstens 1.200 euro bedragen.
3 . Voorwaarden rond bezit onroerend goed. U mag een woning in uw bezit hebben. U mag een woning in vruchtgebruik hebben. U mag geen extra woning in uw bezit hebben. 4.Voorwaarden rond de premiewoning. • •
Enkel vergunde gebouwen komen in aanmerking voor deze premie. De steunmaatregel subsidieert werken aan de volgende gebouwen. o Woning o Afgelegen woning o Appartement
Premiebedrag De premie bedraagt 50% van de kostprijs van de werken, met een maximale tegemoetkoming van 1.250 euro. Dit bedrag wordt uitbetaald na voorlegging van een factuur als bewijs van de gedane werken Welke relatie moet de premieaanvrager hebben tot de premiewoning ? • • • • •
eigenaar-bewoner (of toekomstig eigenaar-bewoner) huurder opstalhouder vruchtgebruiker erfpachthouder IV.B.6
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren Werken •
toegankelijker maken van de woning/gebouw voor ouderen of personen met een handicap o De minimuminvestering bedraagt 1.200 euro. o De premie moet ten laatste 12 maand na de factuur aangevraagd worden. o Het werk moet door een geregistreerde aannemer uitgevoerd worden.
IV.B.6
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Aanpassingspremie voor ouderen en personen met een handicap van de provincie Vlaams-Brabant. Als u de woning aanpast aan de bijzondere behoeften van een inwonende zestigplusser of persoon met een handicap, dan kunt u daarvoor een aanpassingspremie aanvragen. Wie komt in aanmerking •
1 gezinslid moet 65 jaar of ouder zijn of erkend zijn als persoon met een handicap door de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid of door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap. eigenaar, bewonen op basis zakelijk recht of huurder zijn van de aan te passen woning; Ingeval de aanvrager huurder is van de woning, dient de eigenaar: akkoord te gaan met de geplande werken; de huurprijs niet te verhogen als gevolg van de uitvoering van de werken; een nieuw huurcontract af te sluiten voor minstens 9 jaar; niet over een ander onroerend goed beschikken waarvan het kadastraal inkomen hoger is dan 125 euro.
•
•
Bijkomende voorwaarden 1.
uw inkomen • het netto-belastbaar jaarinkomen van de aanvrager is niet hoger dan 38.270 euro voor een alleenstaande en 54.230 euro voor een gezin van minimum twee personen (aanslagjaar 2014-inkomsten 2013). Deze bedragen worden verhoogd met 3.270 euro per persoon ten laste. uw woning • moet gelegen zijn in Vlaams-Brabant; • mag geen ongezonde, onverbeterbare woning zijn;
2.
Bedrag van de premie
•
Bedrag premie: 50% van de kostprijs van de werken met een maximum van 2.500 euro. Indien de aanvragers voldoen aan de inkomstenvoorwaarden van het VT- of OMNIO-statuut kan een provinciale premie toegestaan worden van 75% van de kostprijs der werken, met een maximum van 2.500 euro.
•
Bij het bepalen van het bedrag van de toe te kennen provinciale premie zal rekening gehouden worden met eventuele financiële tegemoetkomingen van derden. Het totaal van deze tegemoetkomingen (de provinciale premie inbegrepen) zal niet meer mogen bedragen dan 100% van de kostprijs der werken.
•
Aan dezelfde persoon kan meer dan één provinciale premie worden toegekend op voorwaarde dat het totale bedrag van de verschillende provinciale premies niet meer bedraagt dan 2.500 euro.
IV.B.7
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren Welke aanpassingswerken komen in aanmerking De aanpassingswerken moeten de woning functioneel aanpassen aan de fysieke toestand van de aanvrager. Enkele voorbeelden: • het aanbrengen van een automatische deuropener met parlofoon; • het plaatsen van een lift (verticale lift, stoellift, rolstoelplateaulift); • het vergroten van de deuropeningen en het aanpassen van de gangbreedte; • het aanpassen van sanitair (badkamer, wc); • het aanpassen van de keuken; • het aanleggen van hellende vlakken om de toegang tot de woning te vergemakkelijken; • het inrichten of aanbouwen van een plaats op de gelijkvloerse verdieping om te dienen als kamer; • het plaatsen van steunhulpmiddelen; • communicatie-, signalisatie- en alarmsystemen; • het wegwerken van hinderlijke drempels; • installatie centrale verwarming; • plaatsing van motor voor het automatiseren van rolluiken en garagepoort • ...
Wanneer de premie aanvragen • •
wanneer de werken uitgevoerd zijn, mogen de facturen niet ouder zijn dan 1 jaar; wanneer de werken nog moeten uitgevoerd worden, moet dit gebeuren te laatste 1 jaar na de beslissing waarbij de premie werd toegekend.
Inlichtingen en formulieren naam organisatie adres naam contactpersoon telefoonnummer faxnummer email-adres website
: Provinciebestuur Vlaams-Brabant, Dienst Wonen : Provincieplein 1 - 3010 Leuven : Dirk Van Doorslaer / Viviane Raeven/ Ingrid Dupaix : 016- 26 73 11 / 016-26 73 16 / 016-26 73 10 : 016-26 73 18 :
[email protected] : www.vlaamsbrabant.be/wonen
IV.B.7
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Leningen bij de provincie Vlaams-Brabant Leningen • • • •
Voor de aanpassing, renovatie en verbetering van een eigen woning. Voor de aanpassing, renovatie en verbetering van een gehuurde woning. Voor het uitvoeren van energiebesparende maatregelen Werken die woning aanpassen aan de fysische toestand van een gezinslid of ascendant.
Voorwaarden •
De toegelaten totale geschatte waarde van de woning in gedwongen verkoop (grond inbegrepen) wordt per gemeente vastgesteld. Hiertoe worden de gemeenten van Vlaams-Brabant in 4 klassen ingedeeld:
Klasse 0/gemiddelde van gemeente onder het provinciaal gemiddelde De totale geschatte waarde in gedwongen verkoop van het goed mag in deze gemeenten niet meer bedragen dan 242.730 euro. Arrondissement Halle-Vilvoorde Affligem Asse Beersel Bever Galmaarden Gooik Halle Herne Kapelle-op-den Bos Liedekerke Machelen Opwijk Roosdaal Sint-Pieters-Leeuw Ternat Vilvoorde Arrondissement Leuven Aarschot Begijnendijk Bekkevoort Boortmeerbeek Boutersem Diest Geetbets Glabbeek Haacht Hoegaarden Kortenaken Landen Linter Rotselaar Scherpenheuvel-Zichem Tielt-Winge Tienen Tremelo Zoutleeuw 8
IV.B.8
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren Klasse 1/gemiddelde van gemeente tussen 0 en 28.00 euro boven provinciaal gemiddelde De totale geschatte waarde in gedwongen verkoop van het goed mag in deze gemeenten niet meer bedragen dan 270.730 euro. Arrondissement Halle-Vilvoorde Dilbeek Drogenbos Grimbergen Kampenhout Lennik Londerzeel Merchtem Pepingen Steenokkerzeel Zemst Arrondissement Leuven Bertem Bierbeek Herent Holsbeek Keerbergen Lubbeek Klasse 2/gemiddelde van gemeente tussen 28.000 en 56.000 euro boven provinciaal gemiddelde De totale geschatte waarde in gedwongen verkoop van het goed mag in deze gemeenten niet meer bedragen dan 298.730 euro. Arrondissement Halle-Vilvoorde Hoeilaart Meise Overijse Sint-Genesius-Rode Wemmel Zaventem Arrondissement Leuven Huldenberg Kortenberg Oud-Heverlee Klasse 3/gemiddelde van gemeente meer dan 56.000 euro boven provinciaal gemiddelde De totale geschatte waarde in gedwongen verkoop van het goed mag in deze gemeenten niet meer bedragen dan 370.340 euro. Arrondissement Halle-Vilvoorde Kraainem Linkebeek Wezembeek-Oppem Arrondissement Leuven Leuven Tervuren
IV.B.8
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren •
• •
Het gezamenlijk belastbaar inkomen (aanslagjaar 2014 - inkomsten 2013) mag niet hoger liggen dan 38 270 euro voor een alleenstaande en 54.230 euro voor een gezin van minimum twee personen. Deze bedragen worden verhoogd met 3 270 euro per persoon ten laste. Niet over een ander onroerend goed in volle eigendom beschikken; Maximum duurtijd van de lening is 20 jaar en de lening moet terugbetaald zijn voor het zestigste levensjaar van de lener. In het geval de aanvrager de woning huurt wordt de duur beperkt tot maximum 9 jaar.
Rentevoet De rentevoet bedraagt 0,50 % Maximumbedrag van de lening • • •
Het maximumbedrag van de lening bedraagt 20 000 euro Voor gezinnen met minstens 3 kinderen ten laste of met een motorisch gehandicapt gezinslid 22 500 euro Het minimumbedrag van de lening bedraagt 2 500 euro.
Inlichtingen en formulieren Naam organisatie Adres Naam contactpersonen Telefoonnummer Faxnummer E-mailadres Website
: Provincie Vlaams-Brabant, dienst Wonen : Provincieplein 1, 3010 Leuven : Dirk van Doorslaer - Viviane Raeven - Ingrid Dupaix : 016-26 73 11 016-26 73 16 016-26 73 10 : 016-26 73 18 :
[email protected] : www.vlaamsbrabant.be/wonen
IV.B.8
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Subsidies en fiscale voordelen bij energiebesparende investeringen Voor een actueel overzicht per gemeente en meer informatie over de specifieke voorwaarden, surf naar www.energiesparen.be en vul uw postcode in. Bijna alle fiscale voordelen en premies zijn cumuleerbaar.
Federale overheid Belastingsvermindering dakisolatie in bestaande woningen · de belastingvermindering bedraagt 30% van de uitgaven met een max. van 2.000 euro (3.050 euro geïndexeerd voor inkomstenjaar 2015); · de Rd-waarde van de dakisolatie bedraagt minstens 2,5 m²K/W; · de werken moeten uitgevoerd worden door een aannemer; · enkel voor woningen die al minstens 5 jaar in gebruik zijn; · het volstaat dat u de betreffende code op de belastingsaangifte aanvult en beschikt over een factuur op uw naam met de correcte vermeldingen over de uitgevoerde investeringen en een betalingsbewijs; Meer info: www.fisconet.fgov.be of
[email protected] of 02 57 257 57
Vlaamse overheid Vlaamse Energielening • • • • •
lokale entiteit verstrekt goedkope leningen (meestal 2%) bestemd voor structurele energiebesparende maatregelen; alle inwoners van de deelnemende gemeenten komen in aanmerking; de meeste kwetsbare doelgroepen vormen een bijzondere doelgroep, krijgen nog goedkopere leningen (0 %) en extra begeleiding via lokale entiteiten die zijn aangeduid door steden en gemeenten in overleg met het OCMW; Meer info en laatste stand van zaken: http://www.vlaanderen.be/nl/bouwen-wonen-enenergie/lenen/energielening of neem contact op met het plaatselijk OCMW.
Renovatiepremie U kunt de premie aanvragen: 3. Als bewoner: • Als u meerderjarig bent en de woning bewoont als eigenaar of als houder van een ander zakelijk recht • Als meerderjarige mede-bewoner ondertekent u mee de aanvraag, en moet u dus ook voldoen aan de inkomens- en eigendomsvoorwaarden. Uitzondering: inwonende meerderjarige kinderen en ouders van de bewoner(s) zijn geen aanvrager, tenzij ze een zakelijk recht hebben in de premiewoning. 3. Als verhuurder die de premiewoning op de aanvraagdatum voor minstens negen jaar verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor. Let op: u kunt de premie niet aanvragen in de laatste drie jaar van het lopende huurcontract. IV.B.9.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Uw inkomen: Als u als bewoner de premie aanvraagt, mocht u twee jaar eerder niet meer verdienen dan: • 41.440 euro voor alleenstaanden zonder persoon ten laste • 59.200 euro voor alleenstaanden met één persoon ten laste, te verhogen met 3.320 euro per bijkomende persoon ten laste • 59.200 euro voor gehuwden en samenwonenden, te verhogen met 3.320 euro per persoon ten laste Voor aanvragen in 2016 geldt dus het gezamenlijk belastbaar inkomen van 2014. Let op: als u de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor, geldt er geen inkomensgrens. De premiewoning: De woning of het gebouw dat u omvormt tot woning moet in het Vlaamse Gewest liggen en minstens 25 jaar oud zijn. Vanaf 1 januari 2017 wordt dat 30 jaar voor wie een eerste aanvraag doet. Bij twijfel over de ouderdom van de woning, geeft het Rijksregister de doorslag. Let op: voor kamerwoningen en studentenkamers kunt u geen renovatiepremie aanvragen. Geen andere eigendommen: Als bewoner mag of mocht u op de aanvraagdatum en in de drie jaar ervoor geen andere woning, kamerwoning, studentenhuis of studentengemeenschapshuis volledig in volle eigendom of in vruchtgebruik hebben dan de woning waarvoor u de premie aanvraagt. Uitzonderingen: • het andere goed is op de aanvraagdatum gesloopt en u hebt op de aanvraagdatum geen volledig perceel voor woningbouw in volle eigendom of vruchtgebruik • de andere woning is op de aanvraagdatum veranderd van eigenaar en u woonde in die woning tot u verhuisde naar de woning waarvoor u de premie aanvraagt • de andere woning werd ongeschikt of onbewoonbaar verklaard en komt dus niet meer in aanmerking voor bewoning, en u was er de laatste bewoner van. Let op: als u de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor geldt er geen eigendomsvoorwaarde. Facturen De renovatiepremie wordt berekend op basis van facturen van werken door een aannemer, of (als u de werken zelf doet) van de aangekochte materialen. De facturen mogen op de aanvraagdatum maximaal twee jaar oud zijn, en ze mogen ook niet dateren van voor u eigenaar werd van de woning. Let op: kastickets, bestelbons en dergelijke worden niet aanvaard. Vraag uw leverancier dus altijd om een factuur voor u uw aanvraag indient. Aantal aanvragen U vraagt aan als bewoner: De premie wordt verdeeld over twee aanvragen. Bij een volledige woningrenovatie moet u dus twee keer een premie aanvragen. Zo hebt u meer tijd voor een totale renovatie van uw woning. Het maximale bedrag van de premie voor de twee aanvragen samen is 10.000 euro. U kunt maximaal twee aanvragen indienen in een periode van tien jaar, te rekenen vanaf de eerste aanvraagdatum. Tussen de twee aanvragen moet minstens één jaar liggen en maximaal twee jaar. IV.B.9.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Wie in de voorbije tien jaar al een renovatiepremie kreeg, kan geen nieuwe premie meer aanvragen. Ook als een vorige bewoner van de woning in de laatste tien jaar een renovatiepremie kreeg, kunt u als nieuwe bewoner geen nieuwe premie krijgen. Voor wie de voorbije tien jaar al een verbeteringspremie kreeg voor werken uit dezelfde categorie, wordt het bedrag van die verbeteringspremie(s) afgetrokken van de renovatiepremie voor die bepaalde categorie. Na die tien jaar kunt u opnieuw de premie aanvragen. U vraagt aan als verhuurder: U kan de premie in één keer aanvragen voor alle werken of spreiden over twee aanvragen. U kan de premie aanvragen per woning die u verhuurt aan een SVK. Hoeveel bedraagt de nieuwe Vlaamse renovatiepremie? De premie wordt berekend per categorie van werken en bedraagt 20% of 30% van de kostprijs van de werken (excl. BTW). De premie bedraagt 30%, met een maximum van 3.333 euro per categorie van werken, voor: • De bewoner met een inkomen lager dan 29.600 euro (+ 1.540 euro per persoon ten laste) en • de eigenaar die de woning verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor. De premie bedraagt 20%, met een maximum van 2.500 euro per categorie van werken, voor alle andere aanvragers. Voor elke categorie van werken moet er een factuurbedrag zijn van minstens 2.500 euro (excl. BTW). Let op: voor de technische installaties is het investeringsbedrag waarop de premie berekend wordt, beperkt tot: • centrale verwarming: 7.500 euro (excl. BTW) • elektrische installaties: 3.750 euro (exl. BTW) • sanitaire installaties: 3.750 euro (Excl. BTW) De totale renovatiepremie kan nooit meer dan 10.000 euro bedragen voor alle categorieën samen. Welke werken komen in aanmerking voor de nieuwe Vlaamse renovatiepremie? Er zijn vier categorieën van werken die voor een premie in aanmerking komen: Categorie 1: De structurele elementen van de woning: • het funderen van de muren • de afbraak van bestaande en de bouw van nieuwe binnen- en buitenmuren • aanbrengen gevelsteen, bepleistering of een gevelbekleding • de behandeling van muren tegen optrekkend vocht • de behandeling van ondergrondse muren tegen insijpelend vocht • het voegwerk van de gevel, al dan niet gecombineerd met gevelreiniging • de behandeling van de muren tegen huiszwam • de afbraak van bestaande draagvloeren • de opbouw van draagkrachtige vloerelementen en funderingsplaten • de behandeling van houten draagvloeren tegen zwammen en insecten • de natte of droge kalkbepleistering van muren en plafonds • het aanbrengen of vervangen van een of meer vaste trappen in de woning. Komen niet in aanmerking: plafonds, wandtegels aan de binnenmuren, dekvloeren, vloerbekleding, isolatie.
IV.B.9.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Categorie 2: het dak: De volledige of gedeeltelijke vernieuwing van het dak van de woning: • het afbreken en vervangen van bestaande dakstructuren • de behandeling van de dakstructuren tegen huiszwam en insecten • de vernieuwing van de waterdichte bedekking • het aanbrengen of vervangen van dakgoten en regenafvoer • het aanbrengen of vernieuwen van dakopeningen als dak(vlak)ramen, koepels en schouwen. Komen niet in aanmerking: verandadaken, afdaken, isolatie. Categorie 3: Het buitenschrijnwerk: De volledige of gedeeltelijke vernieuwing van het buitenschrijnwerk: vervanging van ramen en buitendeuren door isolerende hoogrendementsbeglazing met een Ug-waarde van maximaal 1,1 W/m²K. Samen met deze werken komt ook de plaatsing van rolluiken en de afwerking langs binnen- en buitenkant in aanmerking. Opgelet: Voor schrijnwerk geplaatst vanaf 1 juli 2016 gelden specifieke voorwaarden voor ventilatievoorzieningen (volgens bijlage IX van het Energiebesluit van 19-11-2010). Dit betekent dat de toevoer van verse lucht in de droge lokalen moet worden gegarandeerd ofwel door ventilatieroosters in de ramen ofwel door een ventilatiesysteem in de woning van het type B of D. Komen niet in aanmerking: • werken aan garagepoorten • werken aan veranda's • het schilderen van buitenschrijnwerk • enkel de beglazing vernieuwen Categorie 4: de technische installaties: 4.1.: centrale verwarming: • de plaatsing van een verwarmingsketel met hoog rendement met het label HR+ of HR Top (aardgas) of Optimaz of Optimaz-elite (stookolie) of van een houtpelletketel om de hele woning te verwarmen Opgelet: Voor ketels geproduceerd vanaf 26 september 2015 is het Europees label B of A vereist. • samen met de plaatsing of de vervanging van de centraleverwarmingsketel komen zowel alle installatieonderdelen om de hele woning te voorzien van centrale verwarming, als alle werkzaamheden die bijdragen tot de sanering van de oorspronkelijke toestand, in aanmerking • de plaatsing van Co- of rookmelders. Komen niet in aanmerking: • autonome en individueel werkende verwarmingstoestellen of kachels • hoogperformante installaties en systemen om de woning te verwarmen, te verluchten, te koelen of te voorzien van elektriciteit en sanitair warm water, zoals warmtepompen, warmte-krachtkoppelingsinstallaties, fotovoltaïsche zonnepanelen, thermische zonnnepanelen, windturbines, mechanische verluchtingen. • elektrische verwarming (accumulatoren) Komen wel in aanmerking: • centrale verwarming met warmwaterdistributie voor vloerverwarming
IV.B.9.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren •
werken voor het uitbreken, weghalen en neutraliseren van een mazouttank als ze door een aannemer gebeuren, en als ze samengaan met andere werken aan de centrale verwarming (b.v. het plaatsen van een nieuwe ketel)
4.2.: elektrische installatie: De gehele of gedeeltelijke vernieuwing van de elektrische huisinstallatie. Dit omvat alle elementen om stroom en telecommunicatie te verdelen in de woning, inclusief de kosten van de aansluiting op het openbare net en de plaatsing van de meetinstallatie voor elektriciteit. De conformiteit van de installatie met het Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties moet blijken uit een attest van een erkend keuringsorgaan. Komen niet in aanmerking: installaties voor de productie van elektriciteit (b.v. fotovoltaïsche cellen), verlichtingsarmaturen, elektrische verbruikstoestellen, domotica en automatisaties tenzij ze bedoeld zijn voor de sturing van de centrale verwarming. 4.3.: sanitair: De hele of gedeeltelijke vernieuwing van de sanitaire installaties: • de vernieuwing van de bestaande sanitaire toestellen of de plaatsing van maximaal één douche, één ligbad, twee wastafels en één wc als die nog niet aanwezig zijn in de woning • samen met de vervanging of plaatsing van de toestellen komen ook volgende werken in aanmerking: o alle kraanwerk, leidingen en toebehoren voor (regen)watertoevoer o alle leidingen en toebehoren voor de afvoer van het gebruikte water in het openbare rioleringsnet; o de leidingen en toestellen voor de productie van sanitair warm water; o de natte of droge kalkbepleistering van de muren en het plafond in de sanitaire ruimten. Komen niet in aanmerking: • bubbelbaden, stoomdouches, badkameraccessoires en de badkamermeubels • een tweede badkamer of toilet • de betegeling en decoratie van badkamer of toilet • hoogperformante installaties en systemen om de woning te verwarmen, te verluchten, te koelen of te voorzien van elektriciteit en sanitair warm water, zoals warmtepompen, warmte-krachtkoppelingsinstallaties, fotovoltaïsche zonnepanelen, thermische zonnepanelen, windturbines, mechanische verluchtingen.
Verbeterings- en aanpassingspremie voor woningen • voor eigenaars-bewoners, huurders en eigenaars-verhuurders, die hun woning verhuren via een sociaal verhuurkantoor; • voorwaarden: o.a. bepaald maximuminkomen, kadastraal inkomen van maximaal 1.200 euro, woning minstens 25 jaar oud ... • o.a. voor verbeteringswerken (zoals voor volgende energiebesparende werken: vernieuwen van ramen en beglazing, dakisolatie, muurisolatie); • vast premiebedrag voor elk werk, geldige facturen voor te leggen voor een bedrag dat minstens het dubbele is van de premie.
IV.B.9.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Korting op onroerende voorheffing voor verlaagd E-peil • Korting van 50% op de onroerende voorheffing bij een E-peil van max E30 en dit gedurende 5 jaar (en max E40 voor bouwaanvragen vanaf 2014). • Korting van 100% op de onroerende voorheffing bij een E-peil van max E20 en dit gedurende 5 jaar. Premies netbeheerders Algemeen · alle werken dienen uitgevoerd te worden door een aannemer, behalve dakisolatie; · bestaande woningen: woningen die zijn aangesloten op het distributienet vóór 1/1/2006; · de aanvraag dient uiterlijk 12 maanden na factuurdatum te worden ingediend bij de netbeheerder Eandis of Infrax; · per uitvoeringsadres kan de premie maar 1 keer worden aangevraagd gedurende een periode van 12 maanden voor eenzelfde investering; · 20 % hogere premies voor beschermde afnemers. • Premies mogelijk voor : o dakisolatie of zoldervloerisolatie o buitenmuurisolatie o na-isolatie bestaande spouwmuur o vloerisolatie o hoogredementesbeglazing o condensatieketel o zonneboiler o warmtepomp o gecombineerde premie voor gelijktijdige investering in muurisolatie en raamvervanging Meer info over de premies van de netbeheerder (+ aanvraagformulieren): EANDIS: 078-35 35 34 of www.eandis.be - INFRAX: 078-35 30 20 of www.infrax.be Premies provincie Vlaams-Brabant Premie voor superisolerende beglazing •
De premie bedraagt 20 euro/m². • • • •
Wanneer uw gezamenlijk belastbaar inkomen van het aanslagjaar 2015, inkomsten 2014 lager ligt dan 20.000 euro kan u maximaal 500 euro krijgen. Wanneer uw gezamenlijk belastbaar inkomen van het aanslagjaar 2015, inkomsten 2014 tussen 20.000 euro en 50.490 euro ligt kan u maximaal 250 euro krijgen. Wanneer de huurprijs van de verhuurde woning lager ligt dan 500 euro kan u maximaal 500 euro krijgen. Wanneer de huurprijs van de verhuurde woning tussen 1000 euro en 500 euro ligt kan u maximaal 250 euro krijgen.
Procedure • U dient een aanvraag in bij uw netbeheerder (EANDIS of INFRAX) IV.B.9.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren • • • •
•
De netbeheerder doet controle en betaalt u de premie uit De netbeheerder bezorgt de lijst met de uitbetaalde aanvragen aan de provincie U ontvangt van de provincie een vooringevuld formulier U stuurt binnen een termijn van 6 maanden het formulier ondertekend terug, samen met de gevraagde bewijsstukken (kopie van het huurcontract of het aanslagbiljet van de belastingen) De provincie betaalt u de premie uit.
Meer info: http://www.vlaamsbrabant.be/wonen-milieu/wonen-en-ruimtelijkeordening/leningen-premies-subsidies/premie-superisolerende-beglazing/index.jsp of 016 26 73 26 Premie voor dakisolatie voor kwetsbare doelgroepen Wat Subsidie voor het plaatsen van dak- en zoldervloerisolatie bij maatschappelijk kwetsbare doelgroepen. Voorwaarden •
woning gelegen in Vlaams-Brabant woning werd voor 1 januari 2006 aangesloten op het elektriciteitsdistributienet Bedragen •
Het subsidiebedrag is afhankelijk van het aantal m² geïsoleerde oppervlakte en de warmteweerstand (Rd) van de aangebrachte isolatie. Geplaatst door een aannemer
Geplaatst door een doe-hetzelver
Isolatie van minstens 3,5 Rd
6 euro/m² max. 720 euro
3 euro/m² max. 360 euro
Isolatie van minstens 4 Rd
7 euro/m² max. 840 euro
3,5 euro/m² max. 420 euro
Isolatie van minstens 4,5 Rd
8 euro/m² max. 960 euro
4 euro/m² max. 480 euro
De provinciale subsidie bedraagt maximaal het betaalde factuurbedrag (inclusief btw), verminderd met eventueel andere toegekende premies of financiële voordelen. Wie De subsidie kan aangevraagd worden door: 1. OCMW’s die instaan voor de prefinanciering van dakisolatie bij de onderstaande doelgroepen 2. Eigenaars of huurders die behoren tot één van de volgende doelgroepen:
IV.B.9.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren • personen die genieten van de sociale maximumprijs voor elektriciteit en gas
(=beschermde afnemers); • personen voor wie een verzoek tot afsluiting van elektriciteit of gas werd ingediend bij de lokale adviescommissie (LAC); • personen die een budgetmeter voor elektriciteit of gas hebben; • personen die recht hebben op een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds • personen die in schuldbemiddeling (bv. via OCMW of CAW) of collectieve schuldenregeling zitten • personen die OCMW-hulp krijgen voor onbetaalde facturen voor gas en elektriciteit; • personen die huren bij een sociaal verhuurkantoor. 3. Verhuurders die hun woning verhuren aan één van de bovenstaande doelgroepen en begeleiding en ondersteuning krijgen in het kader van de sociale dakisolatieprojecten van de Vlaamse overheid. Procedure De provincie kent de subsidie toe voor facturen vanaf 1 januari 2013. Het aanvraagdossier bevat: •
het aanvraagformulier (te downloaden of op te vragen bij de provincie) een kopie van alle aankoop- en plaatsingsfacturen met de gevraagde gegevens • een attest waarmee aangetoond wordt dat de bewoner behoort tot één van de beoogde doelgroepen De aanvraag moet uiterlijk op 30 juni van het jaar dat volgt op het jaar van de factuurdatum ingediend zijn om in aanmerking te komen voor een subsidie. •
IV.B.9.a
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Vlaamse Energielening Deze lening gaat uit van het Vlaamse gewest en wordt toegekend via de lokale entiteiten. Het betreft een lening van maximum € 10.000 terug te betalen op ten hoogste 5 jaar aan een intrestvoet van 2%. Er zijn geen dossierkosten aan de lening verbonden. Sommige personen kunnen lenen aan 0% en hebben recht op een extra begeleiding: -Personen die in aanmerking komen voor een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds -Personen met een jaarlijks brutogezinsinkomen niet hoger dan € 17.083,39 verhoogd met € 3.162,60 per persoon ten laste -Personen die een beroep doen op schuldbemiddeling of collectieve schuldenregeling en niet in staat zijn de verwarmingsfactuur te betalen -Personen die door het OCMW begeleid worden omwille van betalingsmoeilijkheden, meer bepaald voor de rekeningen van gas en elektriciteit De extra begeleiding bestaat uit het opvragen van offertes, vergelijken van offertes, het selecteren van een offerte en opvolging bij de uitvoering van de werken. Energiebesparende maatregelen die in aanmerking komen zijn: een energieaudit, dak- muuren vloerisolatie, hoogrendementsbeglazing, een energie zuinig verwarmingssysteem,, thermostatische kranen of een kamerthermostaat , zonneboiler, warmtepomp. De leningen worden verstrekt via lokale entiteiten. Gemeenten en OCMW’ s dienen bij een lokale entiteit aangesloten te zijn opdat inwoners van deze lening gebruik kunnen maken. Informatie over welke gemeenten aangesloten zijn bij een lokale entiteit en de contactgegevens van deze laatste vindt u op : http://www.vlaanderen.be/nl/bouwen-wonenen-energie/lenen/energielening
IV.B.9.b
Huisvestingsgids Vlaams – Brabant - versie februari 2016 – Ik ga huren
Gratis advies bij de installatie van een beveiligingssysteem tegen brand en inbraak. Gratis advies van een expert Bent u van plan veranderingen te doen aan uw woning op vlak van inbraakpreventie? Neem dan best even contact op met de technopreventief adviseur van uw politiezone of preventiedienst. Deze personen zijn speciaal opgeleid om inbraakpreventieadvies te geven op maat van uw woning. De inbraakpreventieadviseur komt bij u langs, overloopt samen met u alle gevelopeningen en geeft suggesties tot verbetering. De adviseur geeft je informatie over: − veilige leefgewoonten − bouwtechnische maatregelen (deuren, garagepoorten, ramen, lichtkoepels, kelderdeksels, ...) − elektronische maatregelen zoals het laten plaatsen van een alarminstallatie Dit advies is gratis, objectief en vrijblijvend. Ook kandidaat-bouwers en mensen die willen renoveren kunnen dergelijk advies aanvragen. De plannen van een architect worden kritisch bekeken. Je kan een afspraak regelen met de adviseur via uw lokale politie of preventiedienst. Of de gegevens van de contactpersoon opvragen bij de Dienst maatschappelijke veiligheid van de Provincie Vlaams-Brabant op het nummer 016/26 78 01 of e-mail:
[email protected] Premies en subsidies Sommige gemeenten geven een premie aan de burgers wanneer alle maatregelen uit het advies werden uitgevoerd.
IV.B.10
Gemeenten uit het arrondissement Halle - Vilvoorde
Zemst Zaventem Wezenbeek-Oppem Wemmel Vilvoorde Ternat Steenokkerzeel Sint-Pieters-Leeuw Sint-Genesius-Rode Roosdaal Pepingen Overijse Opwijk Merchtem Meise Machelen Londerzeel Linkebeek Liedekerke Lennik Kraainem Kapelle o/d Bos Kampenhout Hoeilaart Herne Halle Grimbergen Gooik Galmaarden Drogenbos Dilbeek Bever Beersel Asse Affligem X
X X
X X X X X X X X
X X
Subsidies bij bouwen, verbouwen, kopen,...
Premie voor het verfraaien van de gevel Aanpassingspremie ouderen en/of personen met een handicap Premie i.v.m. wonen boven winkels Premie i.v.m. inbraakpreventie
X X X X X X Bouw-of renovatiepremie
Gemeenten uit het arrondissement Halle - Vilvoorde
Zemst Zaventem Wezenbeek-Oppem Wemmel Vilvoorde Ternat Steenokkerzeel Sint-Pieters-Leeuw Sint-Genesius-Rode Roosdaal Pepingen Overijse Opwijk Merchtem Meise Machelen Londerzeel Linkebeek Liedekerke Lennik Kraainem Kapelle o/d Bos Kampenhout Hoeilaart Herne Halle Grimbergen Gooik Galmaarden Drogenbos Dilbeek Bever Beersel Asse Affligem
015/62 71 36 02-717 88 43
02-255 46 06 02-567 91 69 02-254 19 60 02-371 22 97 054-31 78 10 02-353 14 23 02-785 34 61 052-36 51 32 052-38 11 84 02-272 00 56 02-254 12 14 052-39 92 62 02-359 93 32 053-64 55 38
015-71 32 71 02-658 28 71 02-363 25 19
054-59 61 79 02-451 68 71 02-359 17 45 02-454 19 30 053-64 72 25
Gemeentelijke huisvestingsdienst
Gemeenten uit het arrondissement Halle - Vilvoorde Affligem
Zemst Zaventem Wezenbeek-Oppem Wemmel Vilvoorde Ternat Steenokkerzeel Sint-Pieters-Leeuw Sint-Genesius-Rode Roosdaal Pepingen Overijse Opwijk Merchtem Meise Machelen Londerzeel Linkebeek Liedekerke Lennik Kraainem Kapelle o/d Bos Kampenhout Hoeilaart Herne Halle Grimbergen Gooik Galmaarden Drogenbos Dilbeek Bever Beersel Asse
Subsidies voor duurzaam bouwen en/of energiebesparende investeringen
Hemelwaterput
X
X X
Waterzuiverings installatie Groendak
Energieaudit Ventilatie Gebruik van ecologische bouwmaterialen Bijkomende subsidies bij deze van de energieleverancier
X X X X X X X X X X X
X X
X X
X X
X X
X X
Infiltratie voorzieningen Zonneboiler Fotovoltaïsche cellen Warmtepomp
X X X X X X X X X X
X X X X
X X X X X
X
X X X X X X X X X
X
X
X X
X X X X X X
X X
X X
X X X X X X X X
X
X
X X X X X
X
X
X
X X X
X
X
X X X X
X X
X X X
X X
X X X
X
X X
X X
X
X X X X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
Gemeenten uit het arrondissement Halle - Vilvoorde Affligem
Zemst Zaventem Wezenbeek-Oppem Wemmel Vilvoorde Ternat Steenokkerzeel Sint-Pieters-Leeuw Sint-Genesius-Rode Roosdaal Pepingen Overijse Opwijk Merchtem Meise Machelen Londerzeel Linkebeek Liedekerke Lennik Kraainem Kapelle o/d Bos Kampenhout Hoeilaart Herne Halle Grimbergen Gooik Galmaarden Drogenbos Dilbeek Bever Beersel Asse 053-64 72 22
015-62 71 45 02-717 89 40 02-783 12 66 02-462 05 61 02-255 47 20 02-583 04 32 02-254 19 50 02-371 63 54 02-380 20 40 054-31 78 03 02-383 14 24 02-785 34 50 052-35 51 23 052-38 11 93 02-272 00 69 02-254 12 44 052-39 92 63 02-380 62 15 053-64 55 32 02-531 02 21 02-719 20 65 015-71 32 71 016-65 99 04 02-658 28 75 02-397 11 57 02-363 25 18 02-260 13 30 02-532 41 56 054-59 61 80 02-333 85 16 02-451 68 81 054-58 89 25 02-359 17 37 02-454 19 25
Gemeentelijke milieudienst
Gemeenten uit het arrondissement Leuven
Zoutlteeuw Tremelo Tienen Tielt-Winge Tervuren Scherpenheuvel Rotselaar Oud-Heverlee Lubbeek Linter Leuven Landen Kortenberg Kortenaken Keerbergen Huldenberg Holsbeek Hoegaarden Herent Haacht Glabbeek Geetbets
X X X X X X X X X X
X
X X X X
X
Subsidies bij bouwen, verbouwen, kopen,...
Aanpassingspremie ouderen en/of personen met een handicap Premie i.v.m. wonen boven winkels Premie i.v.m. inbraakpreventie
Diest Boutersem Boortmeerbeek Bierbeek Bertem Bekkevoort Begijnendijk Aarschot Premie voor het verfraaien van de gevel
X
X X X X X Bouw-of renovatiepremie
Gemeenten uit het arrondissement Leuven
Scherpenheuvel Rotselaar
Tielt-Winge Tervuren
Zoutlteeuw Tremelo Tienen
013-35 24 11
016-53 66 95
011-78 91 78 016-52 54 22 016-80 57 80
016-62 91 90 016-76 81 84 016-21 13 65 016-26 94 50 016-77 29 26 011-58 65 00
016-38 88 66 016-47 97 30 011-78 91 38 016-27 26 50 011-88 03 24 02-755 22 63 011-58 62 64 015-50 90 34
Oud-Heverlee Lubbeek Linter Leuven Landen Kortenberg Kortenaken Keerbergen Huldenberg Holsbeek Hoegaarden Herent Haacht Glabbeek Geetbets
016-46 87 88 016-49 97 77 013-46 05 77 016-53 66 62
013-35 32 64 016-72 10 50
Diest Boutersem Boortmeerbeek Bierbeek Bertem Bekkevoort Begijnendijk Aarschot
Gemeentelijke huisvestingsdienst
Gemeenten uit het arrondissement Leuven
Infiltratie voorzieningen Zonneboiler
X X X X X X X X X
Fotovoltaïsche cellen Warmtepomp Energieaudit
Ventilatie Gebruik van ecologische bouwmaterialen Bijkomende subsidies bij deze van de energieleverancier
X
X X X
X
X X
X X
X X
X
X
X
X X X X X X
X X X X
X X X X
X X X
Zoulteeuw
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
Tremelo Tienen Tielt-Winge Tervuren Scherpenheuvel
Rotselaar Oud-Heverlee Lubbeek Linter
Leuven Landen Kortenberg
Kortenaken Keerbergen Huldenberg Holsbeek Hoegaarden Herent Haacht Glabbeek Geetbets Diest Boutersem Boortmeerbeek Bierbeek Bertem Bekkevoort Begijnendijk Aarschot
Subsidies voor duurzaam bouwen en/of energiebesparende investeringen
Hergebruik van Hemelwater Waterzuiverings installatie Groendak
X X X
X X
X X
X X X X X X X X X X X X X X
X X
X X
X
X X
X X X
X
X X
X X
X
X X
X
X X
X X
X
X X
X
X
X
X
X
Gemeenten uit het arrondissement Leuven Kortenaken Keerbergen Huldenberg Holsbeek Hoegaarden Herent Haacht Glabbeek Geetbets Diest Boutersem Boortmeerbeek Bierbeek Bertem Bekkevoort Begijnendijk Aarschot
Leuven Landen Kortenberg
Rotselaar Oud-Heverlee Lubbeek Linter
Zoutlteeuw Tremelo Tienen Tielt-Winge Tervuren Scherpenheuvel
011-58 62 72 015-50 90 40 02-686 61 56 016-62 91 90 016-76 81 85 016-21 13 72 016-26 94 57 016-77 29 34 011-58 65 62 013-35 32 63 016-72 10 61 015-51 82 04 016-46 87 87 016-49 99 80 013-46 05 75 016-53 66 62 016-55 03 82
016-27 24 00 011-88 03 26 02-755 22 18
016-44 14 46 016-38 88 70 016-47 97 42 011-78 91 37
011-78 91 86 016-52 54 22 016-80 57 91 016-63 95 40 02-769 20 60 013-35 24 12
Gemeentelijke milieudienst