Verkiezingsprogramma’s Utrecht op thema Bouwend Nederland regio Randstad Noord/05-02-2015 Duurzaamheid, groen, milieu Draagvlak belangrijk criterium voor plaatsing windenergie. Geen VVD
PvdA
CU
SGP
50Plus PVV
CDA
nieuwe subsidie windenergie. Steunen onderzoek naar schone energievormen, zoals biovergisting, aardwarmte, getijde-energie. Met bedrijfsleven ontwikkelen vraaggestuurde innovaties en slimme financieringsconstructies (p. 10). Duurzame energiebronnen moeten door vermindering regelgeving gemakkelijker gebruikt kunnen worden in de landbouw (p. 16) Bij bouw en renovatie woningen, aandacht voor duurzaamheid en energiebesparing. Project Nul op de Meter (50.000 energieneutrale woningen in 2020) ondersteunen en mogelijk overtreffen (p. 6). Geen proefboringen schaliegas. Provinciaal revolving fund investeert in duurzame energie. Energievoorziening Utrecht is in 2020 meer dan 16% duurzaam, met energie uit zon, wind, aardwarmte en biovergisting, en in 2040 geheel klimaatneutraal. Opstellen Regionaal Energieakkoord. Omwonenden participeren en delen in winst windmolens. Steunen experimenten met opwekking duurzame energie voor woningen en bedrijven (?) en met energieleverende wegen (pp. 11-12). Verduurzaming landbouw door tegengaan verdroging en vermesting. Snel uitbreiden EHS. Stimuleren natuur in groene contourgebieden met 3000 hectare (pp. 13-14). Zoveel mogelijk beperken bodemdaling (p. 8). Ontwikkelen natuur op basis van Akkoord van Utrecht (p. 9). Stimuleren en ondersteunen agrarisch natuurbeheer (p. 10). Omzetten mestoverschotten in duurzame energie. Installeren luchtwassers in de stallen van de intensieve veehouderij (p. 12). Voortzetten programma’s energiebesparing en omschakeling naar duurzame energie, met 2% per jaar als norm, en opstelling provinciaal energiebeleidsplan (pp. 1415). Stimuleren initiatieven bewoners- en bedrijfscollectieven voor decentrale opwekking duurzame energie. Ruimte voor energie uit zon, wind, water en biomassa. Geen winning schaliegas. Verduurzamen eigen gebouwen provincie. Stimuleren inzet biomassa. Stimuleren ontwikkeling biogas, osmose-energie, aardwarmte, warmtepompen (p. 15). Behoud Groene Hart, maar organische bouw moet mogelijk zijn (p. 4). Inzetten op zonne-energie. Opnieuw in gebruik nemen waterkrachtcentrale Hagestein. Liever geen grootschalige windenergie. Ruimte voor innovaties op het gebied van duurzame energie. Voorbeeldfunctie provincie met plaatsing zonnepanelen op (semi)overheidsgebouwen (p. 6). Uitbreiding led-verlichting langs wegen. Stimuleren gebruik aardwarmte. Schaliegas voorlopig nog geen optie. Provincie streeft naar energieneutrale bedrijfsvoering. Bevorderen vulpunten voor waterstof en andere alternatieve brandstoffen auto’s (p. 8). Geen verdere initiatieven op natuurgebied buiten Akkoord van Utrecht. Vergroten milieuruimte door aanleg bufferzones rond bedrijventerreinen (p. 10). Geen verdere uitbreiding aantal windmolens. Promoten zonnepanelen. Plaatsen zonnepanelen op openbare gebouwen. Snel saneren vervuilde grond, om grondwater schoon te houden (p. 1). Geen nieuwe windmolens. Geen biogasinstallaties in de buurt van woningen. Geen grootschalige zonneakkers (p. 3). Geen verdere ontpoldering (p. 5). Coördinerende rol provincie voor natuurbehoud. Tegen ‘tekentafelnatuur’ (p. 9). Geen subsidies voor alternatieve energie, maar financiering ervan door de markt (pp. 9-10). Provincie draagt bij aan behoud en uitbreiding duurzame landbouw in de hele provincie. Verhogen subsidies voor ‘vervanging asbestdaken door zonnepanelen’. Vasthouden aan afspraken locaties duurzame energie, met sterkere rol bewonerscoöperaties. Tegen winning schaliegas. Vasthouden aan afspraken natuur van het Akkoord van
Groen Links
D66
SP
Utrecht (p. 8). 10% energiebesparing en 14% duurzame energie in de provincie in 2020. Hiervoor wordt met andere partijen een actieplan (Energieakkoord) vastgesteld. Oprichten Energiefonds (p. 3). Energiebesparing woningen via isolatie en zonnepanelen stimuleren, in het bijzonder bij sociale huurwoningen. Ruimtelijk beleid ten gunste van windmolens, bio-energie en zonneparken. Minimaal 65,5 MW windenergie in 2020. Provincie lobbyt bij Rijk en Brussel voor ambitieuzer energiebeleid. Provincie zorgt voor energiebesparing bij eigen panden en openbare verlichting, en opwekking zonne-energie op eigen terrein (p. 4). Ontwikkelen 1500 ha extra natuur + ondersteunen extra ontwikkeling in ‘groene contour’ (p. 5). Provincie neemt initiatief in actieplan veenweidegebied. Er komen pilots met natuur op bedrijventerreinen, tijdelijke natuur en natuur in stedelijk gebied (p. 6). Provincie ondersteunt bedrijven en gemeenten bij realiseren extra (snel)laadpunten elektrische voertuigen (p. 9). Tegen schaliegas en opslag radioactief afval (p. 15). Herstellen waardevolle landschapselementen (p. 17). Provincie stimuleert de ontwikkeling richting een ‘circulaire economie’ (p. 8). Provincie verspreidt kennis over duurzame energie. Er komt een provinciaal energieakkoord. Energiebesparing via verduurzaming warmtevoorziening, stadsverwarmingssystemen op biomassa, meer gebruik maken restwarmte industrie, warmte/koudeopslag bij kantoren. Verduurzaming energie door warmte (zonneboilers en decentrale productie groen gas). Inzetten op zonne-energie (op daken particulieren en via zonneparken). Beperken rol windenergie. Tegen winning schaliegas (p. 9). Verder ontwikkelen EHS. Stimuleren private natuurontwikkeling in ‘groene contour’. (p. 11). Stimuleren van biologische (stads-)landbouw (p. 12). Zonnecellen integreren in asfalt provinciale wegen. Stortplaatsen gebruiken voor opwekking zonne- en windenergie (p. 15). Via vergunningen en subsidies realiseren van snellaadpalen, verwisselbare batterijen en waterstof bij tankstations (p. 18). Provincie stimuleert renovatie en energiezuiniger maken sociale woningen (p. 5). Stimuleren energieneutraal herbouwen kantoren. Geen aantasting groene ruimte: indien groene ruimte in uitzonderlijke gevallen wordt aangetast, dan wordt deze elders gecompenseerd. Natuurplannen Akkoord van Utrecht worden ambitieus uitgevoerd (p. 5). In gebieden rond EHS wordt duurzame en biologische landbouw toegestaan. Bij nieuwbouw woningen of vernieuwing riolering komen er aparte systemen voor opslag en hergebruik regenwater (p. 6). Voor windenergie, op afstand zodat omwonenden geen last hebben, en met voordelen voor bewonerscoöperaties. Tegen winning schaliegas. Stimulering energiebesparing bij scholen, huishoudens, bedrijven en publieke gebouwen. Asbestdaken moeten worden gesaneerd en vervangen door zonnepanelen en –boilers (p. 7).
Woningbouw VVD
PvdA
Bij ruimtelijke opgaven wordt altijd water en het Deltaprogramma meegenomen (p. 12). Provincie beperkt zich tot planologisch kader en laat maatwerk over aan gemeentes. Bouwen BBG heeft voorrang op uitbreiding. Voor vraaggerichte woningbouw. Voor een afgeslankte huisvestingsverordening voor sociale woningbouw (p. 13). Voor bevordering eigen woningbezit en steun voor PO (p. 14). Bij bouw en renovatie woningen, aandacht voor duurzaamheid en energiebesparing. Project Nul op de Meter (50.000 energieneutrale woningen in 2020) ondersteunen en mogelijk overtreffen (p. 6). Geen proefboringen schaliegas. Provinciaal revolving fund investeert in duurzame energie. Energievoorziening Utrecht is in 2020 meer dan 16% duurzaam, met energie uit zon, wind, aardwarmte en biovergisting, en in 2040 geheel klimaatneutraal. Opstellen Regionaal Energieakkoord. Omwonenden participeren en delen in winst windmolens. Steunen experimenten met opwekking duurzame energie
CU
SGP
50Plus
PVV
CDA Groen Links D66
SP
voor woningen en bedrijven (?) en met energieleverende wegen (pp. 11-12). Verduurzaming landbouw door tegengaan verdroging en vermesting. Snel uitbreiden EHS. Stimuleren natuur in groene contourgebieden met 3000 hectare (pp. 13-14). Bouw nieuwe woningen vrijwel uitsluitend binnen stedelijk gebied. Herbestemming oude kantoor- en winkelpanden tot woonruimte. Onderzoek naar mogelijkheid om woningaantallen die in de laaggelegen polder Rijnenburg zijn gepland, te bouwen in de verstedelijkte zone tussen Nieuwegein en Utrecht (p. 6). “Kleine kernen mogen organisch groeien, mits de gemeente met een uitgebalanceerde kernrand-visie aantoont dat kleinschalige woningbouw een duidelijke kwaliteitswinst oplevert.” (p. 7). Organische bouw in het Groene Hart moet mogelijk zijn. Bouwen voor behoefte, bevorderen natuurlijke aanwas in kleine kernen. Aanpak scheefwonen door aandacht voor starters- en seniorenwoningen. Zoveel mogelijk (boven)regionale afstemming om bouwen voor leegstand tegen te gaan. Voorkeur voor bouwen binnen bestaande stads- en dorpsgebied. Dorpen mogen uitbreiden, flexibel omgaan met rode contouren (p. 4). Er wordt pas gebouwd in de A12-zone wanneer de Leidsche Rijn helemaal af is (p. 5). Aandacht voor levensloopbestendig en aanpasbaar bouwen. Steunen en bevorderen nieuwe woonvormen, zoals aanleunwoningen. Meer aandacht voor toegankelijkheid woningen voor ouderen. Verzorgingshuizen ombouwen naar servicegerichte huisvesting voor ouderen (p. 1). Stimuleren gemeenten tot hanteren reële grondprijzen en wensen woonconsument. Geen strak contourenbeleid, toestaan bouwen buiten stedelijk gebied. (p. 7). Geen bouwplannen in gebieden met overstromingsrisico (p. 9). Enkel toestaan bouw nieuwe woningen in kernranden, wanneer dit leidt tot verbetering ruimtelijke kwaliteit. Voor herstructurering en vitalisering bestaande wijken en buurten (p. 9). Verdere bouw enkel binnen de huidige bebouwde kom. Provincie zorgt voor balans in het aanbod van verschillende woningen in de regio (inclusief sociale woningbouw), gebaseerd op de vraag (pp. 15-16). Eerst afmaken lopende projecten, vóór het starten van nieuwe plannen. Polder Rijnenburg blijft onbebouwd. Grond bij Nieuwegein en Houten wordt enkel bebouwd wanneer Leidsche Rijn klaar is, hoewel een beter alternatief is om te bouwen in A12-zone tussen Nieuwegein en Utrecht (p. 14). Er wordt primair gebouwd in de buurt van OVknooppunten (p. 15). Er wordt ingezet op het bouwen van betaalbare huisvesting voor studenten, starters en ouderen. Voor uitbreiding kernen wordt er duurzaam gebouwd in stedelijke regio’s, langs ov-verbindingen en met voldoende voorzieningen. Niet starten met bouw in nieuwe uitleglocaties zoals Rijnenburg, voordat lopende en stagnerende projecten zijn afgerond. Niet bouwen in het Groene Hart. Geen menskracht en middelen besteden aan A12-zone zolang er geen concrete plannen zijn (p. 5). Bevordering stichting kleinschalige woonvoorzieningen en zorgboerderijen (p. 9).
Bereikbaarheid en mobiliteit VVD
PvdA
Er wordt geïnvesteerd in wegen om knelpunten op te lossen. Leefbaarheid omwonenden belangrijkste randvoorwaarde, daarna landschappelijke inpassing. Hoge prioriteit voor maatregelen om doorstroming te bevorderen (p. 7). Investeringen in fietsinfrastructuur mogen niet ten koste gaan van autoverkeer (p. 8). Betere benutting bestaande wegennetwerk. Tegen verbreding A27. Anticiperen op technologische ontwikkelingen op het weggebruik, zoals zelfsturende auto’s. Investeren in netwerk van fietssnelwegen (p. 10). Landelijk gebied toegankelijk maken door fijnvertakt stelsel wandelen fietsroutes (p. 14).
CU
SGP
50Plus
PVV
CDA
Groen Links
D66
SP
Realiseren overdekte fietsenstallingen bij ov-opstaphaltes (p. 17). Zorgen voor ruime haltes en perrons met goede verlichting. Betere toegankelijkheid OV voor ouderen en lichamelijk beperkten: binnen 4 jaar zijn alle bushaltes toegankelijk voor mensen die minder mobiel zijn. Provincie ondersteunt aanleg tramlijn Utrecht Centraal naar De Uithof, en doet studie naar tramlijn Driebergen-Zeist naar Leidsche Rijn. “Samenwerking met Gelderland voor verbetering van de spoorverbindingen van Harderwijk en Barneveld met Utrecht Centraal. Samenwerking met Flevoland, Noord-Brabant en Zuid-Holland voor de toekomstige aanleg van de spoorverbindingen Almere-Utrecht-BredaAntwerpen-Brussel, en Utrecht-Gorinchem-Dordrecht. Samenwerking met Zuid Holland voor verbetering van de spoorverbinding UtrechtLeiden. Provincie doet onderzoek naar mogelijkheid extra treinstations. Liever geen verbreding ‘bak van Amelisweerd’. Voor een A27 met zoveel mogelijk rijstroken binnen de huidige ‘bak’. Indien verbreding toch nodig, dan is er een verkapping nodig bij Amelisweerd die de stukken bos met elkaar verbindt (p. 18). Aanleggen fietssnelwegen naar Amersfoort, Hilversum, Utrecht, Veenendaal en Woerden. Meer passeerstroken aanleggen, om wegen toegankelijk te maken voor landbouwverkeer (p. 19). Wandel- en fietsroutes op het platteland worden beter verbonden (p. 21). Er worden ruiterpaden en skeelerroutes ontwikkeld in het buitengebied (p. 22). Er wordt een geluidswal gerealiseerd langs de A12 (p. 5). Realiseren goede fietsverbindingen op het platteland ter bevordering recreatie en toerisme (p. 10). Aanleg fietssnelwegen. Ondersteunen aanleg carpoolplaatsen en P&R-voorzieningen. Oplossen fileknelpunt Rijnbrug bij Rhenen. Rondwegen aanleggen om dorp- en stadskernen te ontzien. Vergroten asfaltcapaciteit wordt niet geschuwd. Voor verbreding A27 bij Amelisweerd wanneer noodzaak hieromtrent vaststaat (p. 11). Garanderen absolute toegankelijkheid OV voor mindervaliden. Waterwegen optimaliseren. Binnenvaart optimaal faciliteren door aanleggen stroom- en watervoorzieningen, verbeteren laad- en losplaatsen: “Een aandachtspunt hierbij is de situatie rond het Amsterdam-Rijnkanaal, in het bijzonder ter hoogte van de Plofsluis.” (p. 12). Goede aansluiting bedrijven op infrastructuur (p. 14). Fiets- en wandelpaden op het platteland die beter toegankelijk zijn voor mensen met kinderwagen, rolstoel en rollator. Meer verlichting op straat. Goede bereikbaarheid treinstations, met voldoende parkeercapaciteit en rolstoeltoegankelijke toiletten. Geen verbreding A27, gereserveerde geld in regionale bereikbaarheid en vitaal platteland investeren (p. 2). Uitbreiding aantal elektrische oplaadpunten. Uitbreiding fiets- en wandelroutes voor toerisme en recreatie (p. 3). Oplossen knelpunten provinciale wegen. Mobiliteitsbeleid wordt vraaggestuurd. Beter op elkaar afstellen verkeerslichten voor het creëren van ‘groene golven’. Bewoners krijgen meer inspraak bij infrastructurele projecten. Investeren in geluidsschermen (p. 6). Projecten Ring Utrecht, Knooppunt Hoevelaken, en Rijnbrug bij Rhenen worden uitgevoerd (p. 7). [Voor aanleg fietstunnels bij noordelijke randweg Utrecht. Voor aanleg snelfietsroutes (p. 10, in kader zijkant).] Verder uitwerken Actieplan Fiets. Provincie realiseert snelfietspaden. Uithof krijgt fietsverbindingen in alle windrichtingen. Aanleg vrijliggende fietspaden langs alle N-wegen (pp. 8- 9). Provincie investeert niet in weguitbreidingen. Tegen verbreding A27. Verdubbeling spoor tussen Woerden en Leiden. Regiostations rond Utrecht krijgen betere voorzieningen. Er wordt een plan uitgewerkt voor regionaal tramnetwerk Utrecht-Amersfoort (p. 9). Verbeteren fiets- en wandelroutenetwerk. Maken van ligplaats voor boten bij Nedereindse Plas (p. 12). ‘Fietsen waar het kan, autorijden waar het nodig is.’ Voor aanleg snelfietsroutes (p. 17). Voor aanleg spoorlijn Almere-Breda via Utrecht, parallel aan A27 (p. 18). Geen nieuwe wegen als gezondheid omwonenden bedreigd wordt,
volgens eigen normen SP. Er komt een actieplan voor verbetering infrastructuur binnenvaart. Onaantrekkelijk maken sluiproutes. Tegen verbreding A27. Voor de aanleg van een spoorverbinding van Almere via Utrecht naar Breda, parallel aan de A27. Beter toegankelijk maken stations voor mensen met beperking. Aanleg meer goedkope en bereikbare P+R-locaties. Investeren in snelle fietsroutes en fietsverbindingen over rivieren, kanalen en autowegen (p. 8).
Veiligheid VVD
PvdA CU
SGP
50Plus PVV CDA
Groen Links
D66
Inzetten op scheiding fietsverkeer van autoverkeer en gebruik ongelijkvloerse kruisingen, met prioriteit gevaarlijkste plekken (p. 8). Verkeersveiligheid leidend bij aanleg en onderhoud provinciale wegen. Veiligheid vergroten door verbetering infrastructuur (p. 9). Bij onderhoud, aandacht voor veiligheid provinciale wegen (p. 10). Voor veiligstelling lage gebieden: bouwen op terpen, wegen op dijken en compartimentering van gebieden. Dijken en keringen worden aangepast aan de wettelijke normen. Provincies en waterschappen maken samen een Deltaplan (pp. 7-8). Verbeteren verkeersveiligheid en waterbeheer als aanvullende maatregelen bij landbouwstructuurverbetering (p. 13). Er wordt ingezet op overzichtelijke en ruime verkeerssituaties, gescheiden rijbanen, goede belichting en spreiding vervoersstromen. Waar mogelijk provinciale wegen om dorpskernen heen leggen (p. 18). Gebruik maken van ‘glowing lines’ en wegdekreflectoren in het landelijk gebied om wegen beter te verlichten. “Heldere afspraken over het onderhoudsniveau en -budget van wegen en kunstwerken.” “Een meerjaren onderhouds- en verbeterprogramma voor de provinciale wegen om in de periode tot 2035 de provinciale wegen op het drie sterren veiligheidsniveau van EuroRAP te brengen.” (p. 19). Bouwplannen actief toetsen op waterveiligheid. Geen nieuwbouw meer in laaggelegen gebieden. Voortvarend uitvoeren Deltaplan, met versterking Lek- en Grebbedijk (p. 6). Optimaliseren verkeersveiligheid provinciale wegen, in het bijzonder op kritieke punten: Rondweg Veenendaal, kruising N204 Blokland in Montfoort, N224 tussen Woudenberg en Zeist, diverse oversteekplaatsen op provinciale wegen, Cuneraweg in Rhenen en een aantal landelijke provinciale wegen (p. 11). Onderhoud dijken, waterkeringen en riolering moet zorgvuldiger (p. 1). Veiligheid provinciale wegen krijgt meer prioriteit (p. 6). Geen nieuwe ecoducten erbij (p. 8). Voor versterking Lekdijk en Grebbedijk (p. 5). Veiligheid provinciale wegen en naastgelegen fietsroutes moet omhoog. Bij gepland onderhoud gaat provincie in gesprek met scholen en bewoners over verbeterpunten veiligheid voor fietsers (p. 10). Realiseren ecoducten en andere verkeersmaatregelen tegen gevaar van wild (p. 6). Aanleg vrijliggende fietspaden langs alle N-wegen. Bij groot onderhoud provinciale wegen worden gescheiden rijstroken de norm (p. 9).
Mogelijk gebruik maken van signaleringssystemen voor groot wild (p. 13). Verlichting langs de provinciale wegen vervangen door led’s op zonne-energie en lichtgevende (glow-in-the-dark) strepen in het wegdek (p. 18).
SP
Verkeersluw maken binnenwegen. Investeren in veilige fietsroutes (p. 8).
Bedrijventerreinen en overige utiliteiten VVD
Tegen ongecoördineerde bouw kantoren. Voor vraaggestuurde bouw kantoren en winkellocaties (p. 6). Beheerders natuurgebieden krijgen
PvdA
CU
SGP
50Plus
PVV
CDA
Groen Links
meer vrijheid om bv. horeca en woningen te plaatsen. Ruimte voor groei lokale land- en tuinbouw (p. 15). Er komt ruimte voor agrarische herbestemming, die niet ten koste mag gaan van de agrarische sector (p. 16). Provinciaal aanvalsplan tegen leegstand en verrommeling: prioriteit opknappen bestaande kantoor- en bedrijfspanden boven nieuwbouw. Indien niet renoveerbaar, verouderde panden slopen. Oude bedrijfsgebouwen en agrarische bebouwing kunnen herbestemd worden (p. 7). Ontwikkeling regionaal plan detailhandelaanpak (p. 8). Niet-grondgebonden agrarische productie clusteren, maar tegen komst megastallen (p. 14). Sterk verminderen plancapaciteit nieuwe kantoorpanden en winkels, voorkomen concurrentie gemeente en bouwen voor leegstand. Opknappen en herstructureren oude bedrijventerreinen, voor efficiënter gebruik grond. Blijven werken aan het ondergronds plaatsen van hoogspanningskabels (p. 6). Stimuleren stads- en zorgboerderijen i.c.m. teelt van slowfood en streekproducten (p. 12). Agrarische ondernemers kunnen uitbreiden wanneer dit niet ten koste gaat van milieukwaliteit en dierenwelzijn (p. 13). Ontwikkelen Deltaplan om leegstaande en –komende boerderijen te herbestemmen (p. 14). Stop op ontwikkeling grote winkelcentra buiten de bebouwde kom (p. 21). Ondernemers krijgen ruimte om eet- en drinkgelegenheden te beginnen op het platteland (p. 22). Er komt een provinciaal fonds voor instandhouding kerkelijk erfgoed (p. 24). Provincie faciliteert gemeenten bij afstemming sportaccomodaties (p. 26). Herstructurering bestaande bedrijventerreinen boven uitbreiding. Stimuleren intensief ruimtegebruik op bedrijventerreinen. Leegstaande kantoren herbestemmen of afbreken. Kantoorlocaties centreren rond en bij OV-knooppunten. Ruimte voor uitbreiding agrarische bedrijven. Concentratie bedrijfsbebouwing agrarische bedrijven. Ruimte voor verduurzaming, verbreding en nevenactiviteiten, maar agrarisch gebied blijft primair voor landbouw. Bouwblokgrootte zoals aangegeven in PRS/PRV blijft de maatstaf (p. 5). Recreatiegebieden liggen op korte afstand van de stad, maar niet te dicht bij kleine kernen. Er komt een structuurvisie voor de ondergrond (p. 6). Tegengaan verromeling en leegstand bedrijventerreinen, beter functioneel gebruik. Waar mogelijk meerlaags bouwen op bedrijventerreinen, inclusief parkeergelegenheid. Ruimte vrijmaken voor watergebonden bedrijvigheid. Concentreren detailhandel in dorpen en steden. Ruimte blijven maken voor landbouw (p. 14). Stimuleren ‘groen toerisme’ en koppeling toerisme en recreatie. Stimuleren kleinschalig ondernemerschap op open terreinen zoals Henschotermeer, Gravebol en Doornse Gat (p. 15). Streven naar minder megastallen (p. 2). Geen nieuwe grootschalige bedrijventerreinen. Voor renoveren en/of opzetten van nieuwe kleinschalige bedrijventerreinen. Aanleg rustpunten en picknickplaatsen met voorzieningen (p. 3). Meer ruimte voor stoppende agrariërs om nieuwe impulsen te ontwikkelen op vrijkomende gronden/erven, zolang kwaliteit landschap en omgeving behouden wordt. Geen uitbreiding bedrijventerreinen bij leegstand (p. 4). Geen verdere ontpoldering landbouwgrond (p. 5). Toekomstige kantoorontwikkelingen blijven geschrapt. Geen nieuwbouw bedrijventerreinen zolang oude kunnen worden geherstructureerd. Provincie coördineert bouw winkelvastgoed, zodat er niet voor leegstand gebouwd wordt (p. 7). Geen megastallen (p. 8). Geen bouwplannen in gebieden met overstromingsrisico (p. 9). Terughoudendheid met nieuwbouw grote winkelcentra en weidewinkels. Provincie helpt gemeenten met alternatieven voor leegstaande winkelpanden. Tegen komst nieuwe kantoorpanden, voor herbestemming lege panden. Provinciale fonds erfgoedparels wordt gebruikt voor restauratie monumenten (p. 9). Tegen ‘megastallen’ (p. 6). Provincie neemt een regierol aan bij
D66
SP
herstructurering bedrijventerreinen en het geven van nieuwe bestemmingen aan lege kantoorpanden (p. 12). Leegstaande kantoor-, bedrijfs- en winkelpanden worden hergebruikt, indien nodig met andere bestemming. Bouw nieuwe bedrijfslocaties moet heroverwogen worden (pp. 15-16). Erfgoedlocaties worden beter ondersteund (p. 17). Leegstaande stallen moeten worden gesaneerd (p. 18). Vakantieparken en campings worden vernieuwd (p. 8). Voor grondgebonden landbouw, tegen varkensflats (p. 12). Er komt een provinciale visie op winkelgebieden. Eerst opknappen en vernieuwen huidige bedrijventerreinen en kantoorpanden voordat er nieuwbouw komt (p. 14). Herbestemming kantoorpanden voor woningen en kleine ondernemingen (pp. 14-15). Agrarische ondernemingen moeten gesteund worden in transitie naar andere bestemming, bijv. zorgboerderij (p. 15). Herbestemmen leegstaande kantoren en te ontwikkelen kantoorlocaties voor sociale woningbouw en studentenkamers. Tegen komst nieuwe bedrijventerreinen. Investering in hergebruik en herbestemming bestaande bedrijventerreinen. Bevorderen meervoudig ruimtegebruik op bedrijventerreinen, zoals parkeerruimten onder gebouwen. Provincie en gemeenten werk plan tegen winkelleegstand uit. Tegen komst megastallen (p. 5). Tegen ombouwen campings tot luxe bungalowparken (p. 6). Tegen komst megawinkelcentra (p. 7). Provinciale gebouwen en voorzieningen toegankelijk maken voor mensen met beperking (p. 9).
Werkgelegenheid VVD
PvdA
CU
SGP
50Plus
PVV
Versterken Economic Board. Focus op enkele sectoren waarin Utrecht excelleert, met evenwicht tussen grootbedrijf en MKB. Acquisitie buitenlandse bedrijven doorzetten (p. 5). Ondersteuning Techniekpact. Afstemmen onderwijs en arbeidsmarkt (p. 6). Waterschap moet uitvoeringstaken uitbesteden aan de markt (p. 12). Regionale samenwerking tussen bedrijfsleven, onderwijs en overheid versterken. Kansrijke sectoren (inclusief duurzame bouw) stimuleren, met speciale aandacht voor MBO-banen. Ondersteunen innovatieve starters en toegang MKB tot financiering vergroten. Creëren minstens 2000 stages en leerwerkplekken per jaar. Opdelen provinciale opdrachten, om meer kans voor ZZP’ers te creëren. Utrecht (inter)nationaal profileren als aantrekkelijke vestigingsplaats voor bedrijven (p. 5). Ondersteuning Nationaal Railinnovatiecentrum (p. 9). Bij aanbestedingen social return van 5% werknemers(p. 15). Ondersteunen en stimuleren glastuinbouw (pp. 12-13). Provincie voert een duurzaam inkoop- en aanbestedingsbeleid (p. 15). Provincie stimuleert in kennis en innovatie. In het aanbestedingsbeleid meer kansen voor het regionale MKB. Stimuleren ‘eerlijk ondernemen’. Provincie stimuleert kennisuitwisseling en samenwerking tussen onderwijs, overheden, ondernemers en onderzoek (p. 20). Provincie verbindt ondernemers en onderwijs. Een gezamenlijke aanpak met gemeenten voor scheppen leer-werkplaatsen, en het benaderen van werkgevers voor plaatsing mensen met arbeidsbeperking of bijstandsuitkering (p. 22). “Duurzame inkoop en aanbesteding van goederen en diensten is de norm. Neem daarbij zoveel als mogelijk een Social Return on Investment (SROI) op.” (p. 8). Er wordt gewerkt aan een goed ondernemers- en vestigingsklimaat. Aansluiting faciliteren op topsectorenbeleid van het Rijk (p. 13). Beter verbinden onderwijs, onderzoek en arbeidsmarkt. Stimuleren stageplaatsen (p. 15). Meer investeringen nodig in nascholing oudere werknemers. “Bij grote projecten die meer dan een provincie betreffen kiest 50PLUS Voor het bevorderen van constructieve samenwerking om kostbare concurrentie vermijden.” (p. 3). Aanwezige kennis 50-plussers benutten voor overdracht aan jongere generatie (p. 4). Bevorderen samenwerking universiteit, hogeschool en bedrijfsleven. Provincie moet zoveel mogelijk geld uit Brussel verkrijgen, en dat
CDA Groen Links
D66
SP
inzetten voor werkgelegenheid (p. 5). Economic Board zorgt voor betere aansluiting bedrijven en onderwijsinstellingen (p. 7, p. 10). Economic Board gaat zich nadrukkelijk op MKB richten, en meer op dienstensector en maakindustrie. Er worden meer stageplaatsen gecreëerd voor mbo- en lbo-studenten. Onderwijs wordt beter aan het bedrijfsleven gekoppeld (p. 11). Ondersteunen start-ups en kleine bedrijven. Faciliteren komst internationale bedrijven (p. 7). Duurzaam gebruik van grondstoffen wordt een selectiecriterium bij aanbestedingen (p. 8). Betere afstemming scholen en MKB (p. 10). Door Provincie gefinancierde organisaties moeten naar divers personeelsbeleid streven, inclusief voor mensen met arbeidsbeperking (p. 4). Economisch beleid gericht op behoud bestaande werkgelegenheid. Provincie stimuleert bedrijven om stages te creëren. Economic Board zet zich in voor extra werkgelegenheid voor lageropgeleiden, en voor het MKB. Provincie koopt duurzaam in (p. 7).
Bestuur en regelgeving VVD
PvdA CU
SGP
50Plus PVV
Zoveel mogelijk ruimte geven aan ondernemers (p. 5). Bedrijven moeten zoveel mogelijk kunnen uitbreiden. Ook in beperkte mate in het buitengebied, indien het leidt tot meer werkgelegenheid. Meer risicogericht toezicht op bedrijven (p. 6). Belemmeringen weghalen op het gebied van cultureel erfgoed, recreatie en toerisme (p. 17). Ondersteunen gemeenschappelijke regelingen en gemeentelijke samenwerking, waarbij provincie controleert op democratische legitimiteit en bestuurlijke daadkracht. Verder werken aan opheffen bestuurlijke lappendeken. Plannen voor provinciale opschaling worden op meerwaarde beoordeeld (p. 19). Behoud van het Utrechts landschap door landschapstoets voor woningen, bedrijven, wegen. Provincie helpt gemeenten bij versterking bestuurskracht en bevordering regionale samenwerking (p. 14). Sterk verminderen plancapaciteit nieuwe kantoorpanden en winkels, voorkomen concurrentie gemeente en bouwen voor leegstand. Opknappen en herstructureren oude bedrijventerreinen, voor efficiënter gebruik grond. Blijven werken aan het ondergronds plaatsen van hoogspanningskabels (p. 6). Stimuleren stads- en zorgboerderijen i.c.m. teelt van slowfood en streekproducten (p. 12). Agrarische ondernemers kunnen uitbreiden wanneer dit niet ten koste gaat van milieukwaliteit en dierenwelzijn (p. 13). Ontwikkelen Deltaplan om leegstaande en –komende boerderijen te herbestemmen (p. 14). Stop op ontwikkeling grote winkelcentra buiten de bebouwde kom (p. 21). Ondernemers krijgen ruimte om eet- en drinkgelegenheden te beginnen op het platteland (p. 22). Er komt een provinciaal fonds voor instandhouding kerkelijk erfgoed (p. 24). Provincie faciliteert gemeenten bij afstemming sportaccomodaties (p. 26). “Kies bij ontwikkelingen voor een uitnodigingsplanologie zoals de gemeente, provincie en het waterschap nu al als experiment inzetten bij de ontwikkeling van het Eiland van Schalkwijk. Een vergelijkbare vorm wordt toegepast bij Lopiker Meerwaard.” Minder en eenvoudigere procedures voor bouw- en regelgeving (p. 4). Het beleid voor vergunning, toezicht en handhaving milieuregelgeving wordt integraal gemaakt. Handhaving wordt digitaal inzichtelijk gemaakt (p. 7). Afschaffing regelgeving die agrarische bedrijfsvoering onnodig belemmert (p. 9). Minder en/of eenvoudiger regels en snelle vergunningverlening bevorderen voor bedrijven (p. 13). Geen nieuwe bestuurlijke structuren creëren. Geen van bovenaf opgelegde herindeling gemeentes of opschaling provincie (p. 17). Minder lagen in het ambtelijk bestuur (p. 3). Provincie voert alleen de kerntaken uit: Ruimtelijke Ordening, Verkeer & Vervoer; Natuur & Landschap; Economie & Agrarische Zaken, Cultureel en Historisch Erfgoed. Opheffing PCL, OMU, Adviseur
CDA
Groen Links
D66
SP
Ruimtelijke Kwaliteit. Tegen fusie provincie, voor referendum bij opschaling provincie (p. 4). Minder regels voor ondernemers (p. 5). Ruimte voor kantoor aan huis (p. 7). Provincie richt zich op kerntaken ruimte, mobiliteit, economie en cultuurhistorie. Provincie moet verbindende rol spelen tussen gemeentes, bedrijven en maatschappelijke organisaties (p. 5). Voor transparante bestuursstijl. Geen fusies gemeenten of provincies zonder draagvlak (p. 6). Wegnemen belemmeringen voor ondernemers. Meer mogelijkheden voor horeca in recreatiegebieden (p. 7). Provincie introduceert sloopregeling oude vrachtwagens en bestelbusjes (p. 9). Aanvullende voorwaarden voor uitbreiding agrarische bedrijven (p. 18). Verbeteren dienstbaarheid en transparantie provincie. Beter ondersteunen initiatieven vanuit de samenleving (p. 19). Meer transparantie bij afgeven garanties voor financiering ondernemers, aanpassen belemmerende regelgeving voor ondernemers (p. 7). Overbodige regelgeving voor ondernemers schrappen (p. 8). Provincie krijgt meer een faciliterende, initiërende, aanjagende en regisserende rol. Voor afschaffing ontransparante ‘gemeenschappelijke’ regelingen gemeenten en provincies (p. 21). Beperken inhuur externe adviseurs en gedetacheerden tot de ‘Roemernorm’. Invoering mogelijkheid houden raadplegend referendum. Minimaliseren gesloten vergaderingen. Beëindigen privileges gedeputeerden en bestuurders. Er wordt meer gebruik gemaakt van directe inspraak burgers. Tegen fusie provincie (p. 3). Enkel gemeentelijke herindeling na referendum (p. 9).
Financiën VVD
PvdA
CU
SGP
50Plus PVV
Europese fondsen zoveel mogelijk benutten voor innovatie en het MKB (p. 6). Motorrijtuigenbelasting moet gebruikt worden voor bereikbaarheid (p. 8). Geen verhoging waterschapsbelasting [geen taak provincie!] (p. 12). Handhaven en mogelijk verlagen niveau opcenten. Fondsen en reserves gebruiken waar deze voor bedoeld zijn. Minder subsidies, meer cofinanciering en revolving funds. Voor een sluitende begroting. Geen bezuinigingen op mobiliteit (p. 18). Soberheid en doelmatigheid van groot belang bij bedrijfsvoering en voor bestuurders. Slimmer inzetten beschikbare middelen. Koppelen publieke en private middelen om ontwikkelingskracht projecten te versterken. (p. 15). Europese fondsen worden gebruikt voor infrastructuur en werkgelegenheid (p. 20). Zolang Europese Structuurfondsen bestaan, zoveel mogelijk hierop een beroep doen, met een verschuiving naar thema’s als op het gebied van energie, klimaat, natuur en landschap, onderzoek, innovatie (p. 23). Provincie richt eigen organisatie zo efficiënt mogelijk in. Voor een jaarlijks structureel sluitende (meerjaren)begroting. Tegen verhoging opcenten (p. 30). Enkel participeren in Europese projecten wanneer dit meerwaarde heeft voor de provincie Utrecht (p. 13). Voor een sluitende meerjarenbegroting met een sober financieel beleid en lage lasten. Bij tekorten eerst bezuinigen en richten op kerntaken. Er wordt gestreefd naar een weerstandsvermogen van 2,0. Provinciale leges en opcenten maximaal met inflatie verhogen, nadat er eerst is gekeken naar bezuinigingen (p. 18). Subsidies zijn tijdelijk en aanvullend, en worden jaarlijks geëvalueerd (p. 19). Geen continue verhoging opcenten, proberen deze op peil te houden. Minder lagen in het ambtelijk bestuur als bezuiniging (p. 3). Verlaging opcenten met 20%. Voor een sober en efficiënt financieel beleid. Beperking buitenlandse dienstreizen. Geen verstrekking subsidies onder €10.000. Beëindigen klimaat- en kunstsubsidies. Strengere controle subsidieontvangers met een zwarte lijst (p. 4). Subsidieontvangers geen salarissen hoger dan 80% salaris
CDA Groen Links D66 SP
Gedeputeerde. Geen structurele subsidieverstrekking. Provincie moet zoveel mogelijk geld uit Brussel verkrijgen, en dat inzetten voor werkgelegenheid (p. 5). Schrappen financiering cultuureducatie (p. 8). Afschaffen provinciale ontwikkelingshulp (p. 9). Afschaffen subsidie voor milieugroepen (pp. 9-10). Provincie voert zuinig beleid. Geen verhoging opcenten (p. 5). Samenwerking met andere provincies voor verwerving Europese subsidies (p. 6). Duurzaam financieel beleid gebaseerd op kleine overschotten. Verhoging opcenten ‘niet hoog op het lijstje’, maar wordt niet uitgesloten (p. 19). Inzetten en aanspreken Europese fondsen voor ondersteuning (duurzame) ondernemers (p. 7). Bezuinigen met 50 procent op recepties, symposia en andere borrels, versobering catering. ‘Snoepreisjes’ gedeputeerden minimaliseren. Nieuwe regels verlagen hoge onkosten declaraties gedeputeerden. Verlaging statenvergoeding en fractiebudgetten. Instellingen krijgen alleen subsidie wanneer er transparantie is en geld niet gebruikt wordt voor exorbitante beloningen bestuurders (p. 3). Openbare informatie Provincie wordt beter gedeeld. Er wordt passend gebruik gemaakt van Europese subsidies (p. 4).