Verkeersmodel Van SRE 2.0 naar SRE 3.0
Juni 2013 Carlo Bernards
1
Van SRE 2.0 naar SRE 3.0
2
Vandaag een toelichting op: Bouwen versus toepassen van een model Waarom een actualisatie van het verkeersmodel? Hoe werkt een verkeersmodel in vogelvlucht? Uitgangspunten toekomstige ontwikkelingen Verschillen tussen SRE 2.0 en SRE 3.0
CONCEPT
Bouwen versus toepassen van een model Korte toelichting over welke partij waar verantwoordelijk voor is: aan welk loket moet u zijn voor welke vraag? Waarom een actualisatie van het verkeersmodel? Toelichting op de redenen voor een nieuw, geactualiseerd verkeersmodel Hoe werkt een verkeersmodel in vogelvlucht? Korte samenvatting en herhaling van hetgeen in 2012 tijdens het mini-college verkeersmodellen is verteld. Uitgangspunten toekomstige ontwikkelingen Waarop zijn de prognosemodellen zoal gebaseerd? Verschillen tussen SRE 2.0 en SRE 3.0 Hoe verhouden de uitkomsten van SRE 3.0 zich tot SRE 2.0?
2
Wie doet wat?
3
Bouwen versus toepassen van model Bouwen verkeersmodel
Toepassen verkeersmodel
Opdrachtgever: Samenwerkingsverband Regio Eindhoven
Opdrachtgever: Provincie Noord-Brabant
Uitvoering: Goudappel Coffeng
Uitvoering: Arcadis
Resultaat: Basisprognoses voor 2010, 2020 en 2030 zonder Noordoostcorridor
Resultaat: Effecten van diverse uitvoeringsvormen van de Noordoostcorridor
CONCEPT
Goudappel Coffeng heeft in opdracht van het SRE (Samenwerkingsverband Regio Eindhoven) het verkeersmodel ontwikkeld waarmee de komende jaren de regionale verkeersstudies kunnen worden uitgevoerd. Het vormt dus een basismodel zonder bijvoorbeeld een Noordoostcorridor en nieuwe N69. Arcadis heeft van de provincie Noord-Brabant de opdracht gekregen om de effecten van de Noordoostcorridor met behulp van het SRE-model in beeld te brengen.
3
Van SRE 2.0 naar SRE 3.0
4
Waarom een geactualiseerd verkeersmodel? De wereld staat niet stil Nieuwe inzichten over: ▪ ▪ ▪ ▪
Ontwikkeling woningbouw en bedrijventerreinen Nieuwe infrastructuur Economisch toekomstscenario Landelijke beleid
Kwaliteitsverbetering door meer verkeerstellingen
Toekomstige bijstelling verkeersmodel: “wanneer het nodig is” CONCEPT
De wereld staat niet stil Het vorige verkeersmodel (SRE 2.0) was gebaseerd op het basisjaar 2005. Dit basisjaar ligt te ver in het verleden om betrouwbare voorspellingen te doen voor 2030. Een belangrijke overweging is tevens dat de Randweg Eindhoven in 2010 gerealiseerd waardoor de verkeersstromen in de regio zijn gewijzigd. In vergelijking met een aantal jaren geleden zijn de prognoses ten aanzien van woningbouw, bevolkingsontwikkelingen en bedrijventerreinen naar beneden bijgesteld. Dit leidt waarschijnlijk tot lagere verkeersprognoses. Ook plannen rondom nieuwe infrastructuur zijn aan verandering onderhevig. Plannen kunnen van tafel zijn of gewijzigd zijn ten aanzien van uitvoeringsvorm of uitvoeringsfase. Het vorige model was gebaseerd op het oude CPB-scenario (EC) terwijl er inmiddels nieuwe WLO-scenario’s beschikbaar zijn. Landelijk beleid is inmiddels gewijzigd. Prijsbeleid (kilometerheffing) staat bijvoorbeeld niet meer op de politieke agenda. Kwaliteitsverbetering door meer verkeerstellingen Het verkeersmodel is op meer verkeerstellingen gekalibreerd dan het vorige model. Hierdoor ontstaat een betrouwbaarder basisjaar waardoor ook de voorspellingen voor de toekomst betrouwbaarder zijn. Niet voor alle telpunten is vanuit de diverse overheden dezelfde informatie beschikbaar. Dit verschilt qua telperiode en vervoerwijze. In de tabel is het aantal telpunten weergegeven. Op 987 telpunten weten we bijvoorbeeld hoeveel personenauto’s er tijdens een etmaal rijden. Toekomstige bijstelling verkeersmodel: “wanneer het nodig is” Er is nu een nieuw verkeersmodel beschikbaar. Deze heeft geen vaste houdbaarheidstermijn. Een toekomstige actualisering is aan de orde wanneer sprake is van te grote wijzigingen in de uitgangspunten die aan het verkeersmodel ten grondslag liggen. In de praktijk worden verkeersmodellen veelal elke 4 tot 5 jaar geactualiseerd: wanneer het nodig is.
4
Hoe werkt een verkeersmodel?
5
Hoe werkt een verkeersmodel? Met inwoners en arbeidsplaatsen worden verplaatsingen voorspeld Verplaatsingen worden via de kortste/snelste/goedkoopste route toegedeeld over het wegen-, fiets- en OV-netwerk Optimaliseren verkeersmodel op basis van verkeerstellingen (“kalibratie”) Resultaat: verkeersintensiteiten nu en in de toekomst En dan…
CONCEPT
1. Met inwoners en arbeidsplaatsen worden verplaatsingen voorspeld 2. Verplaatsingen worden via de kortste/snelste/goedkoopste route toegedeeld over het wegen-, fiets- en OV-netwerk. In deze stap vindt ook de vervoerwijzekeuze plaats. 3. Optimaliseren verkeersmodel op basis van verkeerstellingen (“kalibratie”). Doel hiervan is een zo goed mogelijk aan te sluiten op de werkelijke verkeerssituatie. Hoe beter de huidige situatie wordt nagebootst, des te betrouwbaarder wordt het prognosemodel 4. Resultaat: verkeersintensiteiten nu en in de toekomst
5
6
… alternatieven en varianten doorrekenen! Wat is het effect van een nieuwe verkeersweg? ▪ ▪ ▪ ▪
Waar wordt het drukker en waar wordt het rustiger? Aantrekkende werking bovenregionaal verkeer? Gevolgen voor leefbaarheid en milieukwaliteit? Betere of slechtere bereikbaarheid en voor welke locaties?
Maar ook effecten van: ▪ Nieuwe woonwijk ▪ Beter openbaar vervoer ▪ Hogere parkeertarieven
▪ Afsluiten van wegen ▪ 30 en 60 km zones ▪ Vrachtverboden CONCEPT
6
Kenmerken model Noordoostcorridor
7
Voorbeelden toekomstige ontwikkelingen WLO-scenario ‘Global Economy’ conform de richtlijnen van het Ministerie Snelwegen 130 km/uur Lokale maatregelen ▪ Tweede ontsluiting Stiphout ▪ Kasteelherenlaan en tunnel station Helmond ▪ Voorrang kruising Bavaria en rotonde Heerendijk ▪ Reconstructie Europalaan Nuenen ▪ Zuidelijke Randweg Deurne
CONCEPT
Lokale maatregelen Het betreft hier enkele voorbeelden van type maatregelen die in de nabijheid van de Noordoostcorridor in het prognosemodel zijn opgenomen. De complete lijst van wijzigingen is immers te omvangrijk om in een sheet op te nemen.
7
Kenmerken model Noordoostcorridor
8
Voorbeelden ruimtelijke ontwikkelingen provinciale bevolkingsprognoses, afgestemd met regio
Woningbouw ▪ Loverbosch Asten ▪ Brandevoort II en Suytkade Helmond ▪ Woningbouw Veghel
Bedrijventerreinen ▪ ▪ ▪ ▪
Edco in Deurne BZOB Eeneind Nuenen Bedrijventerreinen Veghel
Asten Deurne
2010
2020
2030
16.296
16.635
16.605
31.676
32.180
31.900
216.036
224.755
233.170
Helmond
88.560
92.965
96.875
Laarbeek
21.532
21.910
21.800
Nuenen
22.242
22.405
21.890
Veghel
37.802
39.130
40.220
2010
2020
2030
Asten
7.366
7.015
6.965
Eindhoven
Deurne
13.875
14.395
14.213
146.216
155.977
162.722
Helmond
42.797
45.799
49.774
Laarbeek
7.546
8.000
6.899
Nuenen
7.520
8.120
8.120
Veghel
28.056
30.300
31.671
Eindhoven
CONCEPT
Aan de linkerzijde worden voorbeelden getoond van ontwikkelingen die in de prognosemodellen zijn opgenomen. Aan de rechterzijde wordt het totaal aantal inwoners en arbeidsplaatsen weergegeven voor diverse gemeenten rondom de Noordoostcorridor. De ontwikkeling aan de linkerzijde zie je terug in een toename van het aantal arbeidsplaatsen aan de rechterzijde. In een gemeente spelen echter meer ontwikkelingen. De toename in Helmond wordt dan ook niet uitsluitend veroorzaakt door BZOB maar tevens door het centrumplan, de automotive campus, etc. Voor zowel woningbouw (inwoners) als bedrijventerreinen (arbeidsplaatsen) is sprake van een toename in de steden (Helmond en Eindhoven). In kleinere gemeenten is vaak sprake van een stagnatie of zelfs afname. Deze afname wordt enerzijds veroorzaakt doordat bedrijven verhuizen naar grotere bedrijventerreinen in de steden. Anderzijds liggen hier oorzaken aan ten grondslag zoals een toegenomen efficiency in de bedrijfsvoering waardoor bedrijven minder medewerkers nodig hebben voor eenzelfde productie.
8
9
Kenmerken model Noordoostcorridor
Resultaat toekomstige ontwikkelingen Jaarlijkse groei vanaf 2010 2020
2030
Inwoners
0,30%
0,09%
Arbeidsplaatsen
0,58%
0,47%
Autoverkeer
0,87%
0,27%
Vrachtverkeer
2,09%
1,30%
Totalen voor de regio. Groeipercentages zijn niet voor elke weg hetzelfde CONCEPT
Ten opzichte van het oude SRE 2.0 zijn minder ruimtelijke ontwikkelingen opgenomen in het prognosemodel. Dit leidt ertoe dat er weliswaar sprake is van groei maar dat deze aanzienlijk lager is dan in het verleden werd voorspeld. Tot 2020 stijgt het aantal inwoners jaarlijks met 0,30% en het aantal arbeidsplaatsen met 0,58%. Een sterkere stijging van het aantal arbeidsplaatsen ten opzichte van het aantal inwoners leidt ertoe dat meer mensen van buiten de regio hier komen werken. Na 2020 neemt de groei verder af. De prognosemodellen laten als resultaat een beperkte groei van de automobiliteit zien. Het aantal autoverplaatsingen neemt tot 2020 jaarlijks met 0,87% toe, het aantal vrachtverplaatsingen met 2,09%. Dit is grofweg een halvering ten opzichte van de groeicijfers die uit de vorige verkeersmodellen volgden. Richting 2030 neemt de groei verder af.
9
Resultaat
10
Verschil SRE 2.0 en SRE 3.0 Minder inwoners en arbeidsplaatsen leiden tot gematigder mobiliteitsgroei dan in SRE 2.0 Ook met SRE 3.0 hoge verkeersdruk in en rondom het Rijk van Dommel en Aa
CONCEPT
10
11
Resultaat
Intensiteiten oude en nieuwe model Basisprognoses 2020 zonder Noordoostcorridor ‘s-Hertogenbosch
‘s-Hertogenbosch A50
A50
A2
A2 71.000
32.000
25.000
91.000
22.000
81.000
Veghel
Veghel
59.000 80.000 A50
15.000
72.000
20.000 A50
17.000
Son
Son
23.000 Helmond
37.000
21.000
20.000
Helmond
34.000
61.000 Eindhoven
18.000
15.000
12.000
14.000
A67 94.000 64.000
Model SRE 2.0
Asten
75.000
22.000
48.000 Eindhoven A67 76.000
49.000
Model SRE 3.0
Asten
61.000
CONCEPT
Bovenstaande afbeeldingen geven in de gele blokken de etmaalintensiteiten (motorvoertuigen) weer zoals die door het model SRE 2.0 en SRE 3.0 werden voorspeld. In beide situaties gaat het om basisprognoses voor 2020 zonder Noordoostcorridor. In de linkerafbeelding zijn tevens cursief de etmaalintensiteiten weergegeven in 2010. Het model SRE 3.0 laat zien dat op alle wegvakken sprake is van groei ten opzichte van de cijfers uit 2010. De groei is echter duidelijk beperkter dan in het model SRE 2.0 werd voorspeld. Grofweg kan gesteld worden dat nu nog maar de helft van de oorspronkelijk voorspelde verkeerstoename wordt geprognosticeerd.
11
Wie doet wat?
12
Bouwen versus toepassen van model Bouwen verkeersmodel
Toepassen verkeersmodel
Opdrachtgever: Samenwerkingsverband Regio Eindhoven
Opdrachtgever: Provincie Noord-Brabant
Uitvoering: Goudappel Coffeng
Uitvoering: Arcadis
Resultaat: Basisprognoses voor 2010, 2020 en 2030 zonder Noordoostcorridor
Resultaat: Effecten van diverse uitvoeringsvormen van de Noordoostcorridor
CONCEPT
12