Verkeerslessen voor scooterrijders Proef voor 200 jongeren 1.
Inleiding
Bij een bewonersbijeenkomst in mei 2003 in de Tarwewijk hield buurtagent Ron van der Wel een presentatie over de overlast van scooters. Hij heeft het voortouw genomen met aan de ene kant een hard aanpak van overlastgevers en aan de andere kant het aanbieden op kleine schaal van praktijklessen aan jongeren. Mede hierdoor geïnspireerd en na veel klachten van bewoners uit divers wijken, startte op 16 juli 2003 de PvdA een zomeroffensief tegen scooteroverlast. Samen met fracties van Tweede Kamer, deelgemeenten en Europees Parlement zijn vragen gesteld over onder meer aanpak van de overlast, kentekenregistratie, opvoersetjes en bromfietscertificaten. De politie is mede door deze actie in het najaar van 2003 gestart met het ASO-project (aanpak scooter overlast). Tussen de start van het ASO project op 17 september en eind oktober 2003 zijn maar liefst 1045 bekeuringen uitgedeeld, (dubbel zoveel als in heel 2002) 117 inbeslagnames en 934 staande houdingen. Naast de repressieve aanpak van scooters is gedragsverandering bij scooterrijders om de verkeersveiligheid te vergroten van belang. Onder scooter en brommerrijders vallen jaarlijks honderden doden en vele tientallen gewonden. In de Regio Rotterdam vielen er in 2002 bijna 500 gewonden (waarvan 50 zwaargewond) en een viertal doden te betreuren. Reden voor ons om naast de aanpak van de overlast ook in te zetten op de veiligheid van scooterrijders. Eind november 2003 bleek bij een bijeenkomst met bewoners, scooterrijders en branche (onder andere. BOVAG-RAI) dat er een duidelijke behoefte bestaat aan het bieden van praktijklessen aan jonge bromfietsberijders Het herkennen van gevaar in het verkeer van alledag blijkt essentieel voor de verkeersveiligheid. Omdat tot nu toe alleen een verplichting geldt voor het halen van een theoriecertificaat, wordt daarin echter niet voorzien. Een wettelijke verplichting is nog onzeker en laat nog een aantal jaren op zich wachten. De PvdA wil daarom naast een nieuw offensief van de politie (een voortzetting van het ASO project) ook vrijwillige theorie- en praktijklessen (training)invoeren voor jonge brommer- en scooterrijders. Dat kan door in de gemeente in 2005 een proef te starten voor 200 jongeren in Charlois. BOVAG-RAI en de deelgemeente zijn voorstander van de proef en hebben al meegedacht over mogelijke uitvoering. Na een onderbouwing van het belang voor de verkeersveiligheid geven we een reactie op opmerkingen van de commissie FIV, een toelichting op het voorstel en financiële consequenties. Rotterdam, 21 oktober 2004 Richard Moti Matthijs van Muijen
2
2.
Verkeersveiligheid verhogen door praktijklessen
De discussie over de verkeersveiligheid speelt ook landelijk. Het aantal verkeersslachtoffers is voor het eerst sinds jaren weer gestegen. Jongeren zijn en blijven de meest kwetsbare groep vanwege meer risicogedrag in het verkeer. Vraag is hoe we het aantal slachtoffers kunnen verminderen. Zomer 2003 hebben we voorgesteld maatregelen te nemen om het opvoeren van scooters moeilijker te maken en harder op te treden tegen asociaal rijgedrag. Daarnaast is gedragsverandering van jonge scooterrijders nodig. Wij denken dat door deelname aan een praktijkcursus jongeren bewuster kunnen worden gemaakt van de risico’s in het verkeer. Onderzoek naar het effect van praktijklessen De Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid heeft onderzoek gedaan (najaar 2000) naar theorie en praktijklessen voor scooterrijders. Er bleek geen duidelijke samenhang tussen theoretische kennis en rijprestatie. Wel bleek uit dit onderzoek dat de voertuigbeheersing en het verkeersgedrag aanzienlijk verbeterden na een 16-urige praktische rijopleiding. Een theoriecertificaat leidt tot sterke verbetering van de kennis van verkeersregels en inzicht in het verkeer. In het onderzoek kregen Friese jongeren, overwegend 16 jaar en in het bezit van een certificaat een praktische rijopleiding aangeboden. Voor en na de opleiding werden metingen verricht om het effect op de rijvaardigheid van de jonge bromfietsers te bepalen. Er was een controlegroep die geen opleiding kreeg. Na de 16-urige rijopleiding waren de voertuigbeheersing en het verkeersgedrag van de jongeren aanzienlijk verbeterd. In plaats van 4 procent voor de opleiding voldeed na de opleiding nu 44 procent van de jongeren aan de gehanteerde norm voor praktische rijvaardigheid. Op dit moment moet iedereen die scooter of brommer wil rijden een bromfietscertificaat halen. Het verplichte certificaat kan via een theorie-examen worden behaald. Een praktijkexamen ontbreekt. Het afleggen van een praktijkexamen voor het behalen van het bromfietscertificaat zou landelijk verplicht moeten worden. Tot die tijd kan op vrijwillige basis in Rotterdam gestart worden met een vrijwillige cursus. 3.
Opmerkingen van de Commissie Fysieke Infrastructuur en Verkeer
Op 1 juni jl. is het oorspronkelijke voorstel “praktijklessen voor scooterrijders” van de PvdA fractie besproken in de commissie FIV. Er zijn door diverse partijen opmerkingen geplaatst over de deelnemers en motivatie, de aanpak van asociale scooterrijders en de wenselijkheid scooterlessen landelijk in te voeren. We hebben de kritiek en opmerkingen zoveel mogelijk verwerkt in dit nieuwe voorstel. Hieronder gaan we expliciet in op enkele opmerkingen. -
Motivatie deelnemers
Omdat jongeren die te hard met hun scooter rijden en met gevaarlijk gedrag buurten onveilig maken lastig te bereiken zijn, volstaat een briefje met een oproep vrijwillig deel te nemen niet. We hebben daarom diverse gesprekken gevoerd met de deelgemeente Charlois, BOVAG/RAI, Farouk Bonafacio, die veel met Antilliaanse jongeren werkt,
3
buurtagent Ron van der Wel die eerder scooterlessen op kleine schaal heeft aangeboden in de Millinxbuurt en ervaringen uitgewisseld van andere steden. Door de theorielessen aan te bieden op plekken waar de jongeren al bijeenkomen, gedacht kan worden aan jongerencentrum The Mall in de Tarwewijk of Pendrecht, kan de drempel verlaagd worden. Via de politie Zwartewaalstraat is een lijst van jongeren bekend die graag willen deelnemen. Daarnaast kunnen jongeren die in het kader van de Asociale Scooters Aanpak beboet zijn vanwege te hard rijden of rijden zonder bromfietscertificaat, verplicht worden deel te nemen aan een cursus. Het is wenselijk de praktijklessen als project zover mogelijk te koppelen en integreren met andere projecten voor jongeren, waaronder Antilliaanse jongeren in Pendrecht en de Tarwewijk. Hier is ook de overlast het grootst. Om succes te hebben wordt actief ingezet om uitval en verzuim te voorkomen en meer jongeren te benaderen dan 200 om deel te nemen. -
Aanpak asociale scooterrijders
In 2003 hebben we aangedrongen op een zomeroffensief tegen scooterrijders. De politie is de aanpak scooter overlast gestart. Het is belangrijk deze aanpak voort te zetten om de overlast sterk terug te dringen. Naast regelmatige controles worden scholen betrokken, waarbij jongeren die met hun scooter op school komen moeten aantonen dat deze niet is opgevoerd. We juichen toe dat ook in 2005 het ASO project doorgaat. Het aanbieden van praktijklessen in combinatie met theorielessen voor het bromfietscertificaat is een aanvulling hierop. Er lopen in Rotterdam verschillende projecten om overlast van jongeren aan te pakken. Bij deze projecten kunnen de praktijklessen voor scooters worden meegenomen. Zo is er in Pendrecht een project waarbij Antilliaanse jongeren die overlast veroorzaken worden aangesproken op straat. In een aantal gevallen hebben de jongens geen bromfietscertificaat maar rijden ze wel op een scooter. Wij stellen voor dat de praktijklessen via dit soort projecten aan jongeren worden aangeboden. De pakkans voor jongeren die geen certificaat hebben of roekeloos rijden moet hoog zijn. -
Scooterlessen landelijk invoeren
Op zijn vroegst wordt pas in 2007 wordt het puntenrijbewijs voor bromfietsen ingevoerd. Het is belangrijk voor de verkeersveiligheid om nu al te starten met praktijklessen. Veiligheid kan niet enkel door een repressieve aanpak bevorderd worden, maar ook door gedragsverandering. 4.
Voorstel proef in Charlois
We stellen voor om vanaf 1 januari 2005 een proef te starten om op vrijwillige basis jongeren te laten deelnemen aan praktijklessen voor een bromfietscertificaat. We starten met 200 jongeren, geworven worden door o.a. politie, jongerenwerkers, gemeente en deelgemeente en door posters / flyers bij door BOVAG aangesloten scooterzaken en in jongerencentra en via sleutelpersonen. Elke maand beginnen 20 jongeren aan de cursus. We beginnen in de deelgemeente Charlois, omdat daar al ervaring is opgedaan met praktijklessen en de overlast door scooters groot is. Ook moet er een koppeling worden gemaakt met de projecten die nu al in Charlois lopen om overlast op straat terug
4
te dringen. Het is de bedoeling de proef op te nemen in het uitvoeringsprogramma van Pendrecht en de Tarwewijk. BOVAG draagt, in overleg met de deelgemeente, mede zorg voor werving van en communicatie naar de doelgroep De proef is geslaagd als na een jaar 60 procent van de 200 jongeren die nu geen certificaat hebben via de training een certificaat halen en zich bewuster in het verkeer gedragen. Dat betekent dat er geworven wordt voor 300 jongeren. Gezien de ervaringen in andere steden zullen deelnemers uitvallen. Heeft de proef bijgedragen aan het verhogen van de verkeersveiligheid? Is de investering in de proef terecht? Om de effectiviteit van de proef te meten is het project aangemeld bij de Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid. Ze hebben eerder onderzoek gedaan naar de effecten van theorie en praktijklessen voor scooters. Ook willen we een begeleidingsgroep instellen die de proef volgt. 5.
Kosten
Theorie en praktijklessen 200 euro (theorieboek, theorielessen, praktijklessen) 200 deelnemers: 40.000 euro Projectleiding, begeleiding en onderzoek 15.000 euro Totale kosten: 55.000 euro -
BOVAG draagt 75 euro p.p. bij aan de eerste 100 cursisten, totaal 7.500 euro Voor de rest van het bedrag kan de gemeente Rotterdam een subsidie aanvragen bij het Provinciaal Orgaan Verkeersveiligheid. Uitgaande van de Gelderse situatie zijn de kosten voor de gemeente Rotterdam 21.250 euro Mogelijke subsidie van het POV (50 procent) 16.250 euro Deelnemers betalen zelf 10.000 euro (50 euro per cursus)
De proef start begin 2005 en eindigt eind 2005. 6.
Financiering
Het is belangrijk dat jongeren zelf een eigen bijdrage betalen aan de praktijklessen, die in combinatie met het theorielessen voor het bromfietscertificaat worden aangeboden. Omdat het gaat om vrijwillige lessen, die nog niet wettelijk verplicht zijn, en het een proef betreft, vinden we een bijdrage van de gemeente redelijk. De gemeente heeft als taak de verkeersveiligheid te bevorderen door fysieke maatregelen en verkeerseducatie. De Provincie Zuid-Holland heeft een speciaal fonds, waaruit een deel van de kosten betaald kunnen worden. In Gelderland draagt dit fonds 50 procent van de kosten voor de overheid. De andere 50 procent komt van de gemeente. De gemeente Rotterdam dient daarvoor op korte termijn een aanvraag in te dienen bij het Provinciaal Orgaan Verkeersveiligheid. Het andere deel van de kosten zal gevonden moeten worden binnen de begroting. Het bedrag kan gevonden worden op de begroting van verkeer en vervoer en veiligheid.
5
In de bijlagen ervaringen uit Gelderland (I) en de brief van RAI/BOVAG (II): Bijlage I: Gelderland Bromfietstraining met praktijklessen, incl. behalen van het theoriecertificaat. In Gelderland is ruime ervaring met een opzet van een succesvolle bromfietsopleiding waar veel jongeren aan meedoen (in 2003: ± 3500 jongeren). Het komt erop neer dat zo’n 20 tot 30% van de aangeschreven jongeren daadwerkelijk de training volgt. Een volledige bromfietscursus bestaat uit de volgende onderdelen: - een dagdeel (4 uur) praktijkles (voertuigbeheersing op een afgesloten terrein) - zes theorielessen van 2 uur - een theorie-examen bij het CBR - een dagdeel (4 uur) praktijkles (begeleid rijden op de openbare weg in groepjes van 5 personen). Veel jongeren willen liefst op de dag dat ze 16 worden al hun bromfietscertificaat halen. Om jongeren te motiveren mee te doen aan de cursus moet deze niet te duur zijn en weinig tijd kosten. In de provincie Gelderland spelen gemeenten een actieve rol daarin. De gemeente stuurt persoonlijk een brief naar jongeren die 15 jaar en 6 maanden oud zijn (en de eerste keer ook naar 16-jarigen) en doet een aanbod voor een praktijk- en theoriecursus. De kosten voor deze cursus zijn even hoog als het bedrag dat de jongere normaal kwijt is voor een theorieboek en het examen (nl. 50 euro). Naast het aanschrijven kunnen de jongeren in die leeftijdscategorie ook op andere manieren worden benaderd. Middelbare scholen kunnen worden benaderd om aandacht te geven aan de vrijwillige praktijklessen. Met posters en folders van de lessen in jongerencentra kunnen jongeren worden overgehaald aan de cursus deel te nemen.
6
7
8