Verbeterplan MAU 2014 – 2016
Inleiding Op 28 maart 2014 heeft de Toetsingscommissie WWB ons verzoek om een Meerjarige Aanvullende Uitkering (MAU) 2014 - 2016 op het budget als bedoeld in het eerste lid van artikel 69 van de WWB ontvangen. Deze commissie heeft vervolgens op 17 april 2014 besloten onze aanvraag inhoudelijk te beoordelen. Dit betekent dat er een oriëntatie heeft plaatsgevonden op de wijze waarop het objectief verdeelmodel uitwerkt in de specifieke situatie van onze gemeente. In opdracht van de commissie heeft de Inspectie van het ministerie SZW door het bureau APE onderzoek laten doen naar de effecten van mogelijke verdeelstoornissen. Uit dit onderzoek komt naar voren dat het ontbreken van een aantal factoren aantoonbaar tot verdeelstoornissen leidt. Voor Heerenveen komt deze verdeelstoornis vooral tot stand door het ontbreken van een maatstaf voor “WW uitkeringen (t/m 25 jaar)”, “bevolkingsdichtheid” en zogenaamde “niet lineaire verbanden”. De volgende specifieke factoren zijn aan het licht gekomen die een negatieve hetzij een positieve werking op het te ontvangen bijstandsbudget (die met een minnetje ervoor leveren minder budget op bijvoorbeeld hoe meer arbeidsongeschikten hoe minder bijstandsuitgaven). Tabel: Opbouw objectieve uitgaven (in euro‟s per huishouden) 2011- 2013.1 Lage Inkomens (15-64 jaar) Eenoudergezinnen (15-44 jaar, driejaarsgemiddelde) Arbeidsongeschikten (15-64 jaar) Allochtonen (15-64 jaar, driejaarsgemiddelde) Laagopgeleiden (15-64 jaar, driejaarsgemiddelde) Huurwoningen Relatief regionaal klantenpotentieel Inwoners in stedelijk gebied Werkzame beroepsbevolking (COROP, driejaarsgemiddelde) Banen Handel en horeca (COROP) Banenmutatie (COROP) Banen per hoofd van de beroepsbevolking (COROP) Bevolkingsgroei (vijf jaar) Vaste voet Objectieve uitgaven per huishouden Aandeel in de objectieve uitgaven
2011 € 461
2012 € 741
2013 € 782
€ 282 -€ 85
€ 305 -€ 176
€ 322 -€ 173
€ 34
€ 49
€ 45
€ 140 € 209 € 234 -€ 87
€ 249 € 190 € 212 -€ 97
€ 245 € 229 € 208 -€ 92
-€ 4.309 -€ 432 -€ 1
-€ 5.000 -€ 438 €0
-€ 5.877 -€ 447 -€ 4
-€ 179 €0 € 4.498
-€ 177 -€ 2 € 5.044
-€ 244 € 0,34 € 5.980
€ 766,13 0,288%
€ 900,79 0,293%
€ 973,49 0,296%
Bron: SZW, bewerking APE augustus 2014
1
De getallen in de tabel zijn afgerond. Vandaar dat er afrondingsverschillen kunnen optreden.
Verbeterplan MAU
2
Als in het objectieve verdeelmodel gecorrigeerd zou worden voor onze (18) verdeelstoornissen, dan zou het objectieve budget per huishouden in 2011 € 41 lager geweest zijn, in 2012 € 4 hoger en in 2013 € 125 hoger. Vanwege de zogenaamde exante inperking (een inschatting vooraf) werkt de verdeelstoornis slechts gedeeltelijk door in het toegekende budget en het feitelijk tekort. Via de ex-ante inperking is onze gemeente namelijk deels al gecompenseerd voor verdeelstoornissen. Over de periode 2011 - 2013 zou het feitelijk tekort 4,1% lager zijn geweest als rekening was gehouden met onze verdeelstoornissen. Uit de uitgebreide analyse van onderzoeksbureau APE blijkt dat wij met onze verdeelstoornissen gemiddeld over de afgelopen drie jaar 88 euro per huishouden per jaar te weinig hebben ontvangen. In situaties waarin het gemeentelijk tekort niet volledig verklaarbaar is vanwege een verdeelstoornis, zoals in ons geval, kan de MAU- uitkering alleen worden toegekend als wij bereid zijn de effecten van beleid & uitvoering zodanig te verbeteren dat het deel van het tekort dat niet verklaarbaar is vanuit een verdeelstoornis binnen een periode van drie jaar geheel wordt weggewerkt. De acties hierop moeten worden vastgesteld in een door de raad goedgekeurd verbeterplan. Op 8 september 2014 heeft op verzoek van de gemeente een gesprek plaatsgevonden met de inspectie SZW. Hierin heeft de inspectie met ons meegedacht om richting te geven aan het verbeterplan en is aansluitend het referentiekader voor het verbeterplan ontvangen. Het verbeterplan is opgesteld met als doel om het bijstandstekort zoals voorzien in onze MAU- aanvraag in een periode van drie jaar weg te werken hetzij maximaal terug te dringen en te beheersen.
Verbeterplan MAU
3
2. Wat hebben we in gang gezet en wat zijn we van plan ? Beleid is het nastreven van bepaalde doelen met bepaalde middelen en bepaalde tijdskeuzen (Hoogerwerf, 2003). In een beleidsproces worden vijf fasen onderscheiden: 1 de beleidsvoorbereiding: het formuleren van het beleidsprobleem, het verzamelen en analyseren van informatie over beleidsalternatieven, het opstellen van adviezen over het te voeren beleid; 2 de beleidsbepaling: het nemen van beslissingen over het te voeren beleid en de daarbij in te zetten instrumenten; 3 de beleidsuitvoering: het feitelijk toepassen van de gekozen middelen en instrumenten, resulterend in beleidsprestaties (output) en beoogde effecten en neveneffecten (outcome); 4 de evaluatie achteraf van het beleid: het beoordelen van de beleidsinhoud, het uitvoeringsproces, de geleverde prestaties en de – daarmee bereikte – effecten van het beleid; 5 de terugkoppeling: het bijsturen van het beleid op basis van informatie over de inhoud, het proces, de prestaties en de effecten van het beleid. Schema 1: De beleidscyclus
Heerenveen geeft op de volgende wijze uiting aan dit proces: De basis: het Collegeprogramma 2014 - 2018 thema Werkgelegenheid en Inkomen De visie van het college is dat er “in de gemeente Heerenveen gewerkt wordt aan een solidaire samenleving waarin iedereen een fatsoenlijk bestaan heeft en in deze lastige periode de mogelijkheid heeft om vooruit te komen en iets van zijn leven te maken. De nieuwe gemeente Heerenveen wil een prima plek zijn om te wonen, te werken en te recreëren. Wij hebben de kwaliteit van onze voorzieningen in beeld en werken aan het op niveau houden van deze voorzieningen. Heerenveen kenmerkt zich ook in de toekomst als een sociale en ondernemende gemeente waarin mensen zorgen voor en omzien naar elkaar.”
Verbeterplan MAU
4
In het collegeprogramma is ook het belang van de MAU onderkend: “Bij deze visie op de Heerenveense samenleving past dat wij een vangnet bieden voor die groepen die deze verantwoordelijkheid niet kunnen nemen en niet op hun omgeving kunnen terugvallen. Maatwerk en het verkennen van de vraag achter de vraag van inwoners zijn hierbij van groot belang. Wij zetten ons in voor maximaal maatwerk binnen de grenzen van wetgeving waaronder de Incidentele en Meerjarige Aanvullende Uitkering. De noodzakelijke ombuigingen naar maatwerk geven echter vertrouwen dat wij ook in deze raadsperiode kunnen investeren in het genereren van werk en een vangnet te laten bestaan voor mensen die het echt nodig hebben”. Beleidsproces in werking: Evaluatie en beleidsbepaling via de integrale beleidsafweging sociaal domein De grondslagen voor beleid & uitvoering staan in het vastgestelde beleidsplan “Werk is vermogen 2013-2014” en het beleidsplan “Minima in beweging 2013-2014”. Beiden zijn door de raad in december 2012 vastgesteld tot 1 juli 2014. Er is voor deze periode gekozen in afwachting van de inwerkingtreding van de nieuwe Participatiewet en de gevolgen van de herindeling. Dit beleid is geëvalueerd en vastgesteld door het college van B&W en in de raadscommissie van 1 september 2014 behandeld. Vervolgens is met oog op de invoering van de drie decentralisaties een keuzenota voorgelegd aan de gemeenteraad zodat Heerenveen deze budgetneutraal kan uitvoeren. In dit kader zijn onze ambities goed tegen het licht gehouden met oog voor de menselijke maat en een scherpe prioritering naar beschikbare middelen. De opdracht hierin is helder voor onze gemeente: maatwerk bieden en het effectief inzetten van gemeenschapsgeld in het sociaal domein. Om dit te kunnen realiseren is door onze gemeenteraad op 11 september 2014 een pakket aan maatregelen van zo‟n 6 miljoen vastgesteld. Ook een vernieuwde inzet op instroombeperking en uitstroombevordering maakt onderdeel uit van deze noodzakelijke ombuigingen.
Verbeterplan MAU
5
Hieronder staan de gepresenteerde varianten:
P-wet "rechtmatige stijl"
• inzetten op de Poort die maximaal preventief werkt • verstrekken uitkeringen en hulp bij schulden • maatwerkbeginsel bijzondere bijstand • reintegratie minimaal en restant budget naar tekort sociaal domein. • rechtmatige stijl plus doelgroep reintegratie
P-wet "plus stijl"
met nader te bepalen budget • maximaal inzetten op handhaving ook na de Poort
P-wet "optima forma stijl"
• de plus stijl en maximaal inzetten op handhaving en reintegratie.
Onze gemeenteraad heeft gekozen voor de variant P-wet “rechtmatige stijl”. Dit beleidsstuk is overigens in bezit van de inspectie SZW. Voor het leefdomein Werk & Inkomen betekent deze variant dat wij oog kunnen blijven houden voor die menselijke maat en tegelijkertijd elke euro zo effectief mogelijk gaan inzetten. De aanbevelingen uit de evaluatie en de vastgestelde koers in de integrale beleidsafweging sociaal domein vormen vervolgens de input voor de kadernota Werk, Inkomen & Participatie 2014-2018 die op 15 december 2014 ter besluitvorming wordt aangeboden. In deze kadernota staan 6 beleidsdoelen beschreven. Deze zijn vertaald in instrumenten, voorzieningen, producten & diensten die beschreven staan in de nieuwe verordeningen en beleidsregels. Dit verbeterplan sluit hierop aan zodat de maatregelen leiden tot de realisatie van deze beleidsdoelen.
Verbeterplan MAU
6
Overzicht van de voorgestelde beleidsdoelen 2014 - 2018
Beleidsdoel 1: Participatie & Werk De Participatiewet vraagt om een koers waarbij “werk voor iedereen” het doel is en “participeren naar vermogen” de norm. We zetten ons in voor maximaal maatwerk binnen de grenzen van de wet. Onze nieuwe sociale infrastructuur gaat voorzien in alle functies die nodig zijn voor de uitvoering van de nieuwe taken namelijk: preventie, signalering, toeleiding naar werk, het bieden van ondersteuning en een vangnet. Kenmerk van de ondersteuningsstructuur is dat het zich organiseert rondom de vragen van inwoners en niet rondom de verschillende domeinen en wetten die aan de taken ten grondslag liggen. Het gaat steeds om de algemene vraag: wat is er nodig voor deze persoon om zo veel mogelijk zelfredzaam te zijn en mee te doen in de samenleving. De weg naar participatie en werk kan hierbij voor een ieder verschillend verlopen. Maatwerk moet recht doen aan iemands kwaliteiten. Zo kan het zelforganiserend vermogen van onze inwoners met een uitkering beter haar werk doen. Beleidsdoel 2: Plaatsbepaling Fries Werkbedrijf in onze toegang sociaal domein We nemen actief deel in het Fries werkbedrijf met als uitgangspunt “regionaal waar nodig of waar het ons voordeel oplevert, lokaal waar het kan”. Lokaal gaan we de relaties aan en regionaal werken we samen. Onze Poort, onze Meitinkers en ons Jongerenpunt behouden hun functie in de keten.
Het verkrijgen en behouden van betaald werk is primair de verantwoordelijkheid van mensen zelf. Het is onze taak om de intrinsieke motivatie van werkzoekenden aan te spreken en waar mogelijk te helpen verbeteren. Uit onderzoek blijkt namelijk dat een positieve opstelling van de werkzoekende, gekoppeld aan een individuele en stimulerende benadering van een klantmanager leidt tot de grootste kans op uitstroom naar werk. We waarderen eigen initiatief en honoreren, binnen de mogelijkheden en wettelijke kaders, reële wensen van werkzoekenden. Dit doen we lokaal maar dragen we ook uit in de regio. Speciale aandacht is er voor verbetering van het investeringsklimaat door samenwerking met Leeuwarden, Smallingerland en Sûdwest-Fryslân en aansluiting tussen ondernemers en onderwijs.
Verbeterplan MAU
7
Beleidsdoel 3: Talentontwikkeling We bieden mensen kansen om zich te ontwikkelen in onze (lokale) samenleving. We ondersteunen hierbij met stimulerende maatregelen rekening houdend met de vraag van de arbeidsmarkt. We zoeken aansluiting bij participatieactiviteiten die het maatschappelijk middenveld organiseert.
Het blijkt dat het ontwikkelen van sociale vaardigheden een belangrijke voorspeller is voor arbeidsmarktsucces en beroepskeuze. Het CPB presenteerde in oktober 2013 een studie over de waarde van sociale vaardigheden op de arbeidsmarkt. Een substantieel deel van de inkomensverschillen en beroepskeuzes kunnen worden verklaard door verschillen in sociale vaardigheden. We zetten daarom sterk in op talentontwikkeling. Dit betekent dat mensen in de uitkering hun eigen talenten leren kennen en mogen ontwikkelen. Beleidsdoel 4: Jobhunting, Jobcarving en Opleiden voor Werk Geen ondernemers, geen banen. Daarom hebben wij een actieve werkgeversbenadering en bieden specifieke werkgeversarrangementen aan. Hierbij staat de vraag van de werkgever centraal.
We gaan zowel mensen met als mensen zonder arbeidsbeperking verbinden met de vraag van de werkgever. Via de werkgeversdienstverlening realiseren we ook de plaatsing van mensen met een arbeidsbeperking en de loonkostensubsidie die zij ontvangen op basis van de loonwaarde-bepaling. Van belang hierbij is een werkzoekendenbenadering die het Werkbedrijf in staat stelt daadwerkelijk vraag en aanbod te matchen. Het kennen van werkzoekenden is cruciaal voor de aansluiting op de vraag van werkgevers. Om invloed te hebben op de vraag van werkgevers (zowel kwantiteit als kwaliteit) is kennis van werkgevers en hun markt essentieel.
Verbeterplan MAU
8
Beleidsdoel 5: Bieden van een vangnet We bieden een vangnet voor de mensen die geen eigen verantwoordelijkheid kunnen nemen en niet op hun omgeving kunnen terugvallen. Dit vangnet blijft altijd bestaan. Er komen geen nieuwe bovenwettelijke categoriale regelingen. Herintroductie van collectiviteiten is aan de orde als dit in ieders voordeel werkt. Specifieke aandacht is er voor gezinnen met jonge kinderen, de blijvende ondersteuning van de voedselbank en het belang van schuldhulpverlening. Ook voor de bestrijding van armoede geldt dat inwoners eigen verantwoordelijkheden hebben. De doelgroep minimabeleid bestaat uit huishoudens waarvan de financiële middelen zo beperkt zijn dat zij materieel, cultureel en sociaal uitgesloten zijn van de minimaal aanvaardbare levenspatronen. Het hebben van werk is een van de beste vormen van armoedebestrijding. Beleidsdoel 6: Strengere handhaving & debiteurenbeleid Wij gaan uit van vertrouwen maar treden streng op bij het misbruik van voorzieningen. We hebben de verantwoordelijkheid naar de samenleving toe om hierop te handhaven. We zetten in op het terugdringen van fraude en het verhogen van het incassoratio.
Het doel van handhaven is dat iemand de wet- en regelgeving uit zichzelf naleeft. Dit wordt niet anders onder de Participatiewet maar wel strenger. Heerenveen gaat hierin mee en trekt deze lijn door in de nieuwe Afstemmingsverordening. Beleidsdoel 7: Financiële kaders en meetbare prioriteiten Er worden -gezien de bestaande tekorten- duidelijke financiële kaders en meetbare prioriteiten vastgesteld. We gaan recht doen aan onze maatschappelijke doelstellingen maar we gaan ook onze tekorten terugbrengen.
Verbeterplan MAU
9
De beleidsdoelen zijn vertaald in de volgende kritieke prestatie indicatoren 1. Aantal a. b. c. d. e. f. g.
huishoudens met een bijstandsuitkering Waarvan met tegenprestatie Waarvan met dagbesteding Waarvan gedeeltelijk werk (deeltijd of urenbeperkt) Waarvan vrijstelling Waarvan met reintegratietraject Waarvan doelgroep garantiebaan Waarvan met een lopende vordering
2. Participatiegraad a. Gemiddelde duur van de uitkering b. Afhandelingduur uitkering c. Gemiddeld uitkeringsbedrag (incl. en excl. loonkostensubsidie) d. Preventie-quotiënt Poort 3. Uitstroom uit de uitkering a. Waarvan naar (deeltijd)werk b. Waarvan naar garantiebaan c. Waarvan naar beschut werk d. Waarvan terug naar school e. Waarvan op eigen kracht 4. Aantal Wsw a. Waarvan gedetacheerd b. Waarvan begeleid werken 5. Vermindering uitgave algemene bijstand/ bijzondere bijstand a. Aantal individuele inkomenstoeslagen b. Aantal individuele studietoeslagen c. Aantal opgelegde maatregelen en sancties d. Percentage succesvolle terugvordering e. Aantal keer verlaging uitkering door kostendelersnorm 6. Garantiebanen a. Aantal ingevulde garantiebanen b. Aantal garantiebanen gemeente Heerenveen als werkgever 7. Reintegratietrajecten a. Inzet jobcoach b. Aantal scholing/cursus c. Aantal Persoonlijke ReintegratieBudget d. Aantal loonkostensubsidie
Verbeterplan MAU
10
3. Met welke budget en volume ontwikkelingen houden we rekening? Begroting 2014 en Verantwoordings & Perspectiefnota 2014 In onze begroting 2014 is als resultaat benoemd dat het beleids- en uitvoeringsregime voldoet aan de eisen van de MAU. Het sluitend meerjarenperspectief van de Verantwoordings- en Perspectiefnota 2014 is het resultaat geweest van een scherp afwegingsproces. Door de vele bezuinigingen van de afgelopen jaren is onze keuzevrijheid tot een minimum beperkt. Onze reserve is negatief, onze schuldenlast hoog en de formatie van onze ambtelijke organisatie behoort tot de „best in class‟ in de benchmark van Berenschot. Het feit dat we “niet uitkomen met ons geld” heeft direct te maken met onze zwakke sociale structuur. Onderstaande indicatoren geven per 1000 inwoners een beeld van deze structuur. Sociale Structuur Heerenveen Bijstandsontvangers 21,9 Uitkeringsontvangers ) 78,2 Lopende reintegratie 1-1-2014 18,3 Uitstroom bijstand (CBS 2013) 7,6 Lopende onderzoeken oneigenlijk 0,5 gebruik en misbruik bijstand Lage inkomens 148,7 Eenouderhuishoudens 27,3 Aanvragen bijzondere bijstand 33,9 Cliënten schuldhulpverlening 6,8 Bron: Berenschot 2014 (op basis CBS 2013)
Gemid. ref.groep Verschil 15,0 46% 73,9 6% 11,6 58% 6,7 14% 0,3 39% 126,1 27,1 30,0 5,9
18% 1% 13% 15%
Er is op basis van de CPB verwachtingen in de Macro Economische Verkenning 2014 een inschatting van de doelgroep voor de komende jaren gemaakt. Jaar
2014
2015
2016
2017
2018
Aantal P-wetters (nu Wwb) Aantal oud Wsw
1317 400
1447 388
1496 376
1533 364
1513 352
Totale doelgroep
1717
1835
1872
1897
1865
Verbeterplan MAU
11
In onze aanvraag zijn we uitgegaan van de volgende prognose uitgaven BUIG 2014-2016 (x 1 miljoen). Jaar Inkomsten Uitgaven Tekort Bedrag
Verwacht 2014 € 19.274 € 20.016 - 3,8% -€ 0.741
Verwacht 2015 € 18.939 € 21.817 - 15,2% -€ 2.878
Verwacht 2016 € 20.201 € 22.254 -10,2% -€ 2.053
Het totale verwachte tekort in de periode 2014- 2016 is € 5.672.947. De indiening van onze aanvraag was echter een halfjaar geleden en inmiddels zijn de voorlopige budgetten 2014 definitief bijgesteld en zijn die van 2015 voorlopig bekendgemaakt. Op Prinsjesdag 2014 zijn de nieuwste CPB cijfers bekengemaakt. De werkloosheid zal volgend jaar naar verwachting verder dalen van 650.000 naar 605.000. Dit betekent dat er naast de daling van 8% in 2014 ook in 2015 een landelijke daling van zo‟n 7% gerealiseerd moet worden. Voor de BUIG is door het ministerie gerekend met 3,9%. Dit werkt door in ons BUIG-budget 2015 dat voorlopig is vastgesteld op een bedrag van € 16.7 miljoen. Ook zijn de afbouwcijfers van de WSW aangepast op basis van de cijfers van het SEO september 2014. Dit betekent dat onze financiële meerramingen voor de MAU hierop zijn aangepast. Vervolgens zijn mogelijke verbetermaatregelen via een brainstormbijeenkomst (collega‟s EZ, Samenleving, Handhaving en uitvoeringsafdeling Wimo) geïnventariseerd en gekwantificeerd. Hierbij is op advies van de inspectie SZW vooreerst uitgegaan van het feitelijk tekort 2013. In ons geval is dit 1,3 miljoen. Daarnaast is er vanaf 2015 op basis van het inschattingsmodel van Divosa van maart 2014 rekening gehouden met een gemiddelde autonome instroom van 45 nieuwe P-wetters (de voormalig “te indiceren Wajong met arbeidsvermogen en/of studietoelage of een Wsw-er”). Dit leidt tot de volgende aantallen 2015- 2018 en verwacht financieel resultaat 2014: Jaar
2014
2015
2016
2017
2018
Aantal P-wetters (nu Wwb) Aantal oud Wsw
1317 400
1330 384
1330 356
1330 328
1330 304
Totale doelgroep
1717
1714
1686
1658
1634
Financieel resultaat 2012 – 2014 BUIG (budget voor uitbetalen uitkeringen) Bedragen x € 1 miljoen Toegekend budget: Saldo van bestedingen en baten: Financieel resultaat in euro's: Financieel resultaat in % van het budget
2012 12,5 13,8 -1,3 -10,4
2013 14,9 16,2 -1,3 -9
2014 17,8 20,2 -2,4* -13,5*
*het verwachte resultaat 2014 in de Berap gemeente Heereenveen Verbeterplan MAU
12
4.
Hoe gaan we de instroom beperken?
Creëren werkgelegenheid/dempen weglekeffect WW naar bijstand De economische crisis heeft tot een forse stijging van het aantal mensen in de bijstand en de WW geleid. Heerenveen heeft relatief veel mensen in de WW. Tegelijk kende Heerenveen de afgelopen 10 jaar de hoogste banengroei van Fryslân. Vraag en het aanbod op de arbeidsmarkt in Heerenveen blijken niet goed op elkaar aan te sluiten. Wij willen de focus meer richten op die sectoren waar sprake is van groei en die bij voorkeur qua niveau van werkgelegenheid aansluiten op de regionale beroepsbevolking. Samen met Leeuwarden, Smallingerland en Sûdwest-Fryslân werken we aan een aantrekkelijk vestigingsklimaat in Fryslân. De vrijkomende gelden van het A7 convenant willen wij aanwenden door stevig in te zetten op acquisitie, account- management en relatiebeheer voor behoud en versterking van de werkgelegenheid. Daarnaast willen wij de kansen voor (water)recreatie en toerisme die met name de nieuwe dorpen AkkrumNes en Aldeboarn bieden aangrijpen. Naast het aantrekken van nieuwe bedrijfsvestigingen is aandacht voor het bestaande bedrijfsleven ook van groot belang. Deze bedrijven en ondernemers zorgen nu voor de grootste werkgelegenheid en ook groei. De nieuwe zuivelindustrie in Heerenveen (o.a. verenigd in de Dairy Chain Friesland) sluit goed aan op de agrarische sector in onze regio en is daarmee een goed voorbeeld van hoe de stedelijke omgeving van Heerenveen en het platteland elkaar nodig hebben. In regio verband zijn en worden samen met werkgevers en UWV arrangementen ingezet om mensen vanuit de WW of WWB te plaatsen. Zo zijn we bezig met een voorschakeltraject waarbij we preventief mensen opleiden voor de zuivel bij het MBO Life Sciences. Functies waar we in deze voorschakeling op aansturen zijn: procesoperator, verpakkingsoperator of logistiek medewerker. Functies waar een losse voorschakeling en maatwerktrajecten voor komen zijn Laboranten en Allround Monteurs. Speciale aandacht is er tenslotte voor de sector Zorg & Welzijn. In Heerenveen werken relatief veel mensen in deze sector. Terwijl Nederland in een recessie verkeerde, groeide de werkgelegenheid in deze sector aanvankelijk gewoon door. Vorig jaar werd duidelijk dat Zorg & Welzijn als dé banenmotor was stilgevallen. Veranderingen in wet- en regelgeving hebben grote impact op de arbeidsmarktontwikkelingen in de sector. Maar tegenover hervormingen en budgetbeperkingen staat de komende jaren zeker in onze relatief vergrijsde lokale samenleving (de grijze druk zie MAU-aanvraag) een toenemende zorgvraag. Gezien het vergrijsde personeelsbestand in de sector wordt ook de vervangingsvraag de komende jaren groter. Op termijn komt er hierdoor weer werk bij. De sector bereikt het omslagpunt rond 2017. Het blijft dan ook noodzakelijk om mensen op te leiden voor Zorg & Welzijn.
Verbeterplan MAU
13
Maximaliseren eigen bijdrage bijzondere bijstand De gemeente is zich bewust van de relatie tussen ruimhartige voorzieningen en de in- en uitstroom uit de uitkering. We willen niet dat het minimabeleid een belemmerende rol vervult voor de uitstroom uit de bijstand en aanzuigend werkt. Werk is naar onze mening de beste vorm van armoedebestrijding. Op deze manier kan het geld in worden gezet voor de mensen die het echt nodig hebben. Heerenveen kende van oudsher een ruimhartig minimabeleid. In juni 2013 zijn deze generieke regelingen vervangen door maatwerk regelingen. In de integrale beleidsafweging van 11 september 2014 is dit vervolgens verder aangescherpt door het maximaliseren van de eigen bijdrage voor de bijzondere bijstand. Gemeenten kunnen voor hun burgers meer uit de bijzondere bijstand betalen dan wettelijk gezien moet. Dat wordt buitenwettelijk begunstigend beleid genoemd. Sinds jaar en dag kennen wij in Heerenveen een uitgebreid buitenwettelijk begunstigend beleid in de bijzondere bijstand. Het maximaliseren van de eigen bijdrage heeft als gevolg dat wij meer dan voorheen bij aanvragen bijzondere bijstand gaan kijken naar iemands inkomen en vermogen boven de toepasselijke bijstandsnorm. Doorontwikkeling Poort met Poortwachters Op 1 oktober 2014 start de vernieuwde Poort. Er is twee jaar eerder bij de uitvoeringsafdeling WIMO gestart met een nieuwe teamindeling waarbij de focus lag op klantgroepen. Hierbij werden de werkzaamheden van de Poort met het oog op activering richting werk ondergebracht in team Werk. In opdracht van het MT heeft er een evaluatie van de Poort plaatsgevonden, waarin werd beschreven wat er is gedaan, wat goed en wat minder goed ging en welke verbeterpunten mogelijk zijn. In het teamplan van team Werk staat als definitie van de Poort: „Conform wet- en regelgeving aanvragen afhandelen waarbij er zakelijk en efficiënt gewerkt wordt en zorgvuldigheid en klantvriendelijkheid vanzelfsprekend is‟. Focus van team Werk is het voorkomen van instroom en realiseren van uitstroom. Uitgangspunt van de Poort is niet meer “Waarom heeft u een uitkering nodig? maar “Waarom heeft u geen werk?” De Poort staat ook voor preventief werken (met o.a. een check op voorliggende voorzieningen) en zorgen voor dienstverlening en handhaving op maat. Signalen van fraude worden tijdens het persoonlijke gesprek meteen door de handhaver opgepakt, signalen voor bredere maatschappelijke ondersteuning worden direct opgepakt door de Meitinker. Niet meer doorschuiven, maar aanschuiven. Als bijlage bij het Verbeterplan sturen wij het intakeformulier mee dat wordt gebruikt door de Poortmedewerker en waarin de integrale blik op de diverse leefgebieden tot uitdrukking komen. Bij de aanscherping van de Poort zetten we vanaf 2015 in op een meldingenregistratie met als doel om de poortwachtersquote inzichtelijk te maken. Hiermee willen we bereiken dat er 30% minder aanvragen worden ingediend.
Verbeterplan MAU
14
Preventie via het Jongerenpunt
De doelgroep jongeren wordt sinds 2012 na hun inschrijving als werkzoekende en aanmelding voor een uitkering direct doorverwezen naar het Jongerenpunt voor de informatievoorziening en te maken afspraken over de invulling van de zoektijd. Hierin wordt kritisch beoordeeld of de jongere waar mogelijk in staat is om (opnieuw) onderwijs te gaan volgen. Jongerenpunt Totaal Voor aanvraag WWB Toekenning WWB Preventiequote
2012 299 185 123 34%
2013 308 252 151 40%
2014 tot sept. 188 155 75 51%
Bron: Gemeente Heerenveen
Een wijziging die in 2014 is doorgevoerd betreft jongeren die wel in staat zijn om onderwijs te volgen, maar dit onderwijs pas op een later tijdstip dan de aanvraag kunnen gaan volgen. In betreffende gevallen wordt een eventuele toewijzingsbeschikking afgegeven met als einddatum het eerstvolgende moment waarop een opleiding gaat starten. Gezien de start van de opleidingen in de maand september verwachten wij dat de preventiequote over 2014 nog iets gaat dalen naar 45%. De focus in de tussenperiode komt te liggen op (uitzend)werk. Naast deze focus gericht op terugkeer naar school zal het Jongerenpunt in de nieuwe Poort gaan beschikken over matchingsmogelijkheden op vacatures die in de zoektijd kunnen leiden tot meer werkaanvaarding en het vervolgens niet indienen van een aanvraag. De totale extra daling van het volume als gevolg van de instroombeperkende maatregelen is in de volgende tabel opgenomen. Maatregel
2014
2015
2016
Poortwachterquote 27+ WW/WWB arrangementen Preventie 27- Jongerenpunt
20%* 15 45%
30% 20 50%
35% 25 55%
* 2014 laatste kwartaal
Verbeterplan MAU
15
5. Hoe gaan we de uitstroom bevorderen? Jeugdwerkloosheid aanpakken door actieplan Jeugdwerkloosheid en inzet Jongerenteam Onze gemeente heeft de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in jongeren. Dit was ook hard nodig gezien de oplopende jeugdwerkloosheid. Dat dit succesvol is verlopen bewijst de preventiequote van het Jongerenpunt en het mogen verlengen van deze dienstverlening aan aangrenzende gemeenten. Zo heeft de gemeente de Friese Meren -inmiddels de vierde gemeente van Fryslan- ook in 2015 aangegeven door te willen gaan met dienstverlening van het Jongerenpunt vanuit Heerenveen. Om de werkloosheid te beteugelen is er mede namens onze gemeente eind juni 2013 een actieplan Jeugdwerkloosheid ingediend bij het ministerie inclusief een aangepast voorstel op grond van de extra ESF-middelen in december 2013. Het actieplan loopt tot en met mei 2015 en bevat de volgende speerpunten: Realiseren van zoveel mogelijk (leer)werkplekken Kwalificeren voor de arbeidsmarkt Imagoverbetering kansrijke sectoren Realiseren van bredere participatie bij jongeren met achterstand op de arbeidsmarkt Aansluiting zoeken bij landelijke sectorale plannen Concrete instrumenten uit het actieplan zijn: jobhunting, jobcoaching, activerings- en scholingstrajecten inclusief BBL, jongerenvouchers, scholingsvouchers, speciale BOLopleidingstrajecten en het E-portfolio. Belangrijk speerpunt in 2013 en 2014 is onze betrokkenheid in de jobcoaching bij een werken- en lerenproject in de Horeca, waarbij jongeren (Wajong, WWB en nug) in een jaar via opleiding op de werkvloer hun startkwalificatie kunnen behalen. Een tweede speerpunt die past binnen het Actieplan Jeugdwerkloosheid betreft de start van een speciaal Jongerenteam in juli 2014 om extra focus en resultaten op het gebied van bestrijding jeugdwerkloosheid te realiseren. Hierbij kan het team vanuit het Regionaal Meld- en Coordinatiepunt vroegtijdig schoolverlaters een BBL-jobhunter inzetten. Maatregel Inzet BBL-jobhunter ESF Jeugdvouchers ESF Jeugd jobhunting en jobcoaching
Verbeterplan MAU
2014
2015
2016
5 20
10 -
15 -
80
30
16
Daarnaast zetten we sterk in op de jongeren vanuit onderwijsperspectief. Voor de doelgroep jongeren is een goede aansluiting tussen onderwijs, zorg en arbeidsmarkt van groot belang. In 2013 is hiervoor het Platform Aansluiting Onderwijs Arbeidsmarkt Heerenveen opgericht met als doel: * Afstemming over activiteiten die leiden tot verbetering van de aansluiting van onderwijs op de arbeidsmarkt. * Verbetering in loopbaanoriëntatie waardoor jongeren bewustere keuzes voor vervolgopleiding of werk maken en het vermijden van switchen van opleiding of vroegtijdig schoolverlaten. * Afstemming en samenwerking in de aanpak om meer kwetsbare jongeren toe te leiden naar de arbeidsmarkt. Inmiddels is hiertoe ook een werkgroep kwetsbare jongeren in het leven geroepen. Dit alles moet leiden tot voorkoming of vermindering van jeugdwerkloosheid. De organisatie wordt ESF-proof ingericht Naast deelname aan het Actieplan Jeugdwerkloosheid/ESF J probeert Heerenveen ook om ESF gelden voor de periode 2014-2020 te genereren. Hiermee beogen wij effectief extra reintegratie-middelen in te kunnen zetten voor o.a. de doelgroep arbeidsbelemmerden, 55+ en mensen die langer dan een half jaar in de uitkering zitten in hun ontwikkeling richting de arbeidsmarkt. Met het volledig inrichten van onze (administratieve) organisatie naar ESF maatstaven verruimen wij onze financiële mogelijkheden qua inzet van het Participatiebudget met ongeveer 50%. Het gaat om een beoogde cofinanciering van € 276.428 (2014-2016) die we direct in gaan zetten om de uitkeringslast terug te dringen.
Maatregel Jobhunting/coaching: - WWB half jaar - 55 plus - Arbeidsbelemmerden - Jongeren
2014
2015
2016
12
48
56
Regionale samenwerking via het Werkbedrijf Fryslan We nemen actief deel in het Werkbedrijf zodat “onze beschut werkenplekken en garantiebanen” vervuld worden en wij per jaar 50 mensen kunnen plaatsen met loonkostensubsidie. Bij beschut werken gaat het om personen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking (dan wel een combinatie van genoemde beperkingen) die een zodanige mate van begeleiding op en aanpassingen van de werkplek vereist dat van een reguliere werkgever in redelijkheid niet mag worden verwacht dat hij deze persoon in dienst neemt. Deze plekken liggen vooralsnog niet voor het oprapen en komen deels overeen met de verdeling van de werkplekken voor de sociale werkvoorziening.
Verbeterplan MAU
17
Voor de garantiebanen gelden de afspraken die gemaakt zijn in het Sociaal Akkoord van 11 april 2013. Hierin staat dat er in 2026 in totaal 100.000 mensen met een arbeidsbeperking - in het bijzonder Wajongers - in de marktsector en 25.000 bij de overheid aan het werk zijn geholpen. De fictieve verdeling voor de arbeidsmarktregio Friesland ziet er voor de periode 2014 - 2016 als volgt uit (op basis van het aantal banen in 2013 is dit voor Heerenveen 9,11%):
Arbeidsmarktregio Friesland Gemeente Heerenveen
Marktsector 450 41
Overheid 280 25
Voor de garantiebanen geldt dat de doelgroep Wajongers en wachtlijst Wsw-ers voorrang hebben. Ook het banenplan “het Pact van het Noorden” ingediend door de drie Noordelijke provincies moet o.a. jongeren aan de slag helpen in bedrijven waar de komende jaren oudere werknemers met pensioen gaan (via het zogenaamde meester-gezel constructie). Maatregel BW- plekken Garantiebanen Loonkostensubsidie met loonwaarde bepaling Banenpact van het Noorden
2014
2015
2016
-
3 33 50 25
11 33 50 25
Intensievere publiekprivate samenwerking Het raadsbesluit van 17 december 2012 heeft tot gevolg dat we met uitzondering van de 60-plussers per 1 januari 2015 stoppen met de nog door ons verstrekte Wiw en IDsubsidies. Het bedrag dat dit op moet leveren wordt vervolgens geïnvesteerd in reintegratie op maat. Jobhunting wordt onderdeel van het klantmanagement. Er worden geen reintegratie-taken meer verricht voor klanten zonder groeimogelijkheden of uitstroomperspectief. Zij vallen binnen de ondersteuning en stabilisatietrajecten vanuit het team Zorg. We denken ook aan het inzetten van alternatieve re-integratie bijvoorbeeld in de vorm van vrijwillige re-integratie/budgetmaatjes. Het besluit van onze raad voor een rechtmatige variant houdt een bewuste keuze in om de focus te leggen op meer kansrijke werkzoekenden die vanuit de bijstand kunnen uitstromen naar regulier werk. Ook andere (private) partijen kunnen hierin een rol spelen als zij het beter en goedkoper kunnen. Na de verplichte winkelnering bij private reintegratiepartners bij aanvang van de WWB in 2004, naar de omslag in 2011 om zoveel mogelijk re-integratieactiviteiten in eigen beheer uit te voeren, wordt dit een nieuwe omslag. Zo gaan we inzetten op Publiek Private Samenwerking (PPS) met bijvoorbeeld de uitzendbranche. In de vorm van een pilot starten wij in het laatste kwartaal een samenwerking met een aantal geïnteresseerde uitzendbureaus.
Verbeterplan MAU
18
In de Participatieverordening hebben we hiervoor een artikel “Innovatie” opgenomen. Daarvoor wordt – bij voorkeur op de werkvloer- samengewerkt met als doel om klanten uit te plaatsen bij reguliere werkgevers. Dergelijke verbindingen zorgen voor toegang tot een omvangrijk netwerk en vacatures. De winst zit in het verplaatsen van het risicovormende deel van de uitkering en de matchingssnelheid. Maatregel PPS –uitzend PPS- andere private
2014
2015
2016
8 -
40 23
52 23
Meer partiële uitstroom en een lager gemiddeld bedrag per uitkering Ons streven is erop gericht om de stijging van het bedrag van een gemiddelde uitkering in Heerenveen te stabiliseren en terug te brengen naar het gemiddelde niveau van de afgelopen drie jaar (2011 - 2013). Dit betekent dat wij meer inzetten op partiële uitstroom enerzijds en het stimuleren van meeruren bij de huidige partiële uitstroom. De bovengenoemde samenwerking met uitzendbureaus zal ook zeker bijdragen aan dit streven. We geven een financiële prikkel bij iedere keer dat er 1600 uitzenduren zijn gewerkt. Dit aantal uren komt overeen met een volledige jaaruitkering. 2009
2010
2011
2012
2013
Gemiddeld bedrag
€ 14.085
€ 14.494
14.535
15.101
15.137
Streven 2016
€ 14.924
Bron: Kernkaart SZW
Onze gemeente neemt deel aan de nieuwe Divosa Benchmark om zicht te krijgen op de kosten per WWB-klant Branchegericht werken met focus vacatures Op 1 oktober 2012 is een start gemaakt met een teamindeling voor drie klantgroepen Werk, Ontwikkeling en Zorg. Door voortschrijdend inzicht zijn wij tot de conclusie gekomen dat het effectiever is om team Werk & Ontwikkeling in elkaar te schuiven en in het Team Werk meer het accent te leggen op het branchegericht werken. Team Werk Ontwikkeling Zorg
Verbeterplan MAU
1 – 1 - 2014 16% 45% 39%
19
In 2014 is een nieuwe teamindeling gemaakt. Branchegerichte teams Dienstverlening en Techniek (incl. klantmanagers Jongerenteam en administratieve ondersteuning) Team Zorg Team Handhaving Team Schuldhulpverlening (incl. administratieve ondersteuning) Team Toegang/Meitinkers KCC/Team Administratieve Ondersteuning in het kader van het Zaakgericht Werken” en “Een in dienstverlening” vindt hier voor de Front office functie een samenvoeging plaats. In de maanden mei en juni 2014 heeft team Werk de actie „Klant in Beeld„„ uitgevoerd. Dit hield in dat er met het grootste deel van de klanten van dit team contact is opgenomen. Klanten werden (inclusief partner) uitgenodigd voor een gesprek met een klantmanager om hun huidige situatie richting werk te bespreken. We vroegen de klant een profiel (incl. Focusvacature) in te vullen om dit vervolgens te bespreken met de klantmanager. Er werd bij elke klant beoordeeld of deze zich nog in het juiste team bevond, in welk brancheteam hij geplaatst moest worden en of de participatieladder nog overeen kwam met de huidige situatie. Ondertussen kwamen afmeldingen, vragen, CV‟s etc. binnen via de algemene mailbox van team Werk en werd dit opgepakt door de administratieve ondersteuning. Actie “Klant in beeld” Totaal gesproken klanten Opname in brancheteam Techniek Opname in brancheteam Dienstverlening Opname in team Jongeren
Resultaat 545 169 260 116
Deze actie is door alle betrokken partijen zo goed bevallen dat we deze ook gaan uitrollen voor de klanten van het team Zorg. Onze verwachting is dat dit met name onder de jongeren tot doorstroom gaat leiden. Uit team Zorg worden als eerste alle 30 jongeren opnieuw gescreend.
Maatregel Screening Zorg ”Op jacht naar een baan” i.c.m. speeddates Matching events “Werken aan je toekomst” ism ons SW-bedrijf Caparis
Verbeterplan MAU
2014
2015
2016
4
10
10
10 10 3
25 15 7
25 20 14
20
Verbeterplan MAU
21
Inzet Social return bij gemeente brede inkooptrajecten inclusief vernieuwbouw Thialf In onze gemeente is het verplicht Social Return in te zetten voor gunningen met een opdrachtwaarde van hoger dan € 100.000. Er wordt mee beoogd dat opdrachtnemers of leveranciers een bijdrage leveren aan de maatschappij. Deze bijdrage kan variëren van het (terug) leiden naar werk van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt (door o.a. BBL-trajecten, inzet van stages/leerwerkbanen en reguliere banen) tot het adopteren van een speeltuin voor reparatie en onderhoud. Vanaf 1 januari 2014 is een consulent Social Return aan de slag om dit in goede banen te leiden. Er zijn nu zijn 5 aanbestedingen in de gunningsfase. Daarnaast heeft Thialf gelet op de verbouwing contact gezocht over de inzet van social return. Evaluatie vindt plaats na een jaar. Om de nodige continuïteit voor zowel werknemer als werkgever te waarborgen werken we om op provincieschaal social return in te richten. Maatregel Social return
2014
2015
2016
5
15
20
Persoonlijk gesprek kostendelersnorm Naar verwachting komen 317 personen in aanmerking voor een persoonlijk gesprek in verband met de invoering van de kostendelersnorm. Wij zullen dit gesprek - naast een informatief karakter – een zeer activerend karakter meegeven. Dit gesprek is voor ons een extra aanleiding om de prikkel tot initiatief van de klant richting arbeidsinschakeling optimaal in te zetten. Hierbij ontvangt de klant – waar nodig – ondersteuning vanuit de gemeente. Maatregel Kostendelersnorm
Verbeterplan MAU
2014 -
2015 10
2016 -
22
6. Hoe gaan we om met het handhaving- en sanctiebeleid? Door de Participatiewet gaan we meer te maken krijgen met een kwetsbare doelgroep die relatief vaker een laag opleidingsniveau heeft en/of soms ernstige psychische problematiek hebben. Deze groep valt wel direct onder het strenge handhavingregime. Het wordt daarom nóg belangrijker om regelovertreding te voorkomen of tijdig te signaleren. In het algemeen zijn onze uitgangspunten: * Vroegtijdig en aansluitend op de capaciteiten van de klant informeren zodat het juiste en volledige beeld ontstaat over de rechten en plichten; * Het bevorderen van de acceptatie van de wet- en regelgeving; * Toepassing van het principe Controle op Maat; een vroegtijdige detectie en afhandeling van signalen zal klanten het gevoel geven dat er een voldoende hoge pakkans bestaat; * Uitgaan van vertrouwen maar streng optreden als fraude wordt geconstateerd: “high trust, high penalty”.
Minimaal ontheffen, maximaal verplichten Er worden in Heerenveen onder de WWB verhoudingsgewijs weinig ontheffingen van de arbeidsplicht gegeven. Dit houdt sterk verband met het beleidsuitgangspunt dat klanten worden benaderd en beoordeeld op basis van hun mogelijkheden en niet op grond van hun belemmeringen.
Aantal WWB-ers Aantal ontheffingen Percentage
2011 909 79 8,7%
2012 999 55 5,5%
2013 1131 49 4,3%
1-10-2014 1281 54 4,2%
Bron: Gemeente Heerenveen
Vanaf 2015 geldt de kostendelersnorm en de aanscherping van verplichtingen (misdragingen, uniformering arbeids- en reintegratieverplichtingen, kleding/gedrag en verzorging). Het is van belang om de balans te vinden tussen vroegtijdig en zorgvuldig informeren, optimale dienstverlening, op maat controleren en daadwerkelijk sanctioneren. Onze Poortwachters worden hierin bij de kop van het proces nadrukkelijk ingezet. Dit leidt tot duidelijkheid naar de klant en draagt daarmee bij aan een transparante dienstverlening. Wij verwachten hierdoor ook minder nieuwe terugvorderingen. Ondanks het lage percentage ontheffingen gaan wij volgend jaar de huidige groep met een ontheffing uitnodigen voor een gesprek met als doel herijking van de arbeids- en reintegratieplicht.
Verbeterplan MAU
23
Strenger handhaven: Het door de wetgever vastgestelde percentage bij de zogenaamde geüniformeerde arbeidsverplichtingen is 100% (inhouding van de uitkering). Om zelf ook meer uiting te geven aan het beginsel van strenger handhaving is in onze conceptafstemmingsverordening een bepaling opgenomen om voortaan met terugwerkende kracht een sanctie op een uitkering op te leggen. Daarnaast hebben we bij de nietgeüniformeerde arbeidsverplichtingen gekozen voor een verhoging van het strafpercentage bij “tekortschietend besef van verantwoordelijkheid”. Maximaal terugvorderen & verhalen We zijn voornemens om per 1 januari 2015 ons beleid aan te passen zodat we voortaan kunnen terugvorderen conform de maximaal toegestane belastingvrije voet van 10% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm. Nu is dat nog 6 %. In onderstaande tabel is het huidige totaal aan openstaande vorderingen weergegeven. Jaar
Gemiddeld openstaand
Nieuwe vorderingen
Afboekingen
Ingevorderd bedrag
2013
€ 3.997.414
€ 818.121
€ 488.303
€ 550.629
2012
€ 3.879.721
€ 969.787
€ 300.971
€ 572.280
2011
€ 3.828.941
€ 1.028.724
€ 158.540
€ 875.595
Bron: Gemeente Heerenveen
Debiteurenbeleid: van uitbesteding terug naar de uitvoeringsafdeling Wimo Ons huidige debiteurenbeleid is intern belegd bij het team Bedrijfsvoering en Financiële Zaken. Door het debiteurenbeleid weer onder één dak te brengen bij onze front- en backoffice van de uitvoeringsafdeling Wimo verwachten wij meer te kunnen innen. Dit betekent dat wij na een warme overdracht alle debiteuren opnieuw gaan screenen. Maatregel Incasso-ratio
2014 7%
2015 10%
2016 12%
Bron: Kernkaart SZW
Verbeterplan MAU
24
7. Om wie gaat het? De gemeente is zich bewust van de relatie tussen ruimhartige voorzieningen en uitstroom uit de uitkering. We willen niet dat het minimabeleid een belemmerende rol vervult voor de uitstroom uit de bijstand. Werk is de beste vorm van armoedebestrijding. Heerenveeners in een bijstandsuitkering In 2011 sloten wij het jaar af met 909 mensen in de bijstand. Dit was het eerste jaar dat Heerenveen een IAU heeft moeten aanvragen. Op 1 september 2014 hadden wij 1380 mensen in de bijstand. Bij dit aantal is het goed te vermelden dat er in januari 2014 een extreme hoge instroom heeft plaatsgevonden (130). Dit houdt verband met de herindeling die plaats heeft gevonden met 5 dorpen uit de voormalige gemeente Boarnsterhim en Skarsterlan. Resultaat in- en uitstroombeperking WWB 2011- 2014
Instroom Aantal aanvragen Aantal intrekkingen Aantal afwijzingen Totaal instroom
2011 661 17 138 506
2012 576 20 51 505
2013 634 57 64 513
2014* 334 16 35 283
2011 427
2012 391
2013 380
2014* 201
Bron: Gemeente Heerenveen
Totale uitstroom *= tot en met juni 2014
Dit in- en uitstroompatroon van de afgelopen periode heeft niet geleid tot een budgettair neutrale uitvoering van de bijstand. Dit betekent dat we door middel van de acties in dit verbeterplan (zie tabellen) extra inzet gaan plegen met als doel om extra te dalen ten bedrage van 298 uitkeringen (dus naast het in- en uitstroompatroon van de afgelopen jaren).
Verbeterplan MAU
25
Heerenveeners met een laag inkomen De afgelopen jaren is het aantal huishoudens met een sociaal minimum gegroeid. In 2009 waren er bijvoorbeeld 1900 huishouden met een inkomen van 110% van het sociaal minimum. Dit is inmiddels gegroeid naar 2.350 huishouden.
Bron: Minimascan Stimulansz (exclusief herindeling)
Verbeterplan MAU
26
8. Samenvatting effect verbetermaatregelen Het door ons college op te stellen verbeterrapport moet tenminste de concrete en meetbare verbeteracties bevatten die wij gaan uitvoeren, de termijn waarbinnen die verbeteringen gerealiseerd zullen zijn, de financiële effecten die daarvan naar verwachting uitgaan alsmede de frequentie en wijze waarop de gemeente inzicht verschaft aan de Toetsingscommissie WWB over de voortgang. In dit verbeterplan hebben wij de maatregelen uiteengezet die nodig zijn om de landelijk trend in de volume –ontwikkeling te kunnen blijven met daarbovenop de benodigde schadelastbeperking om het tekort in 3 jaar terug te dringen. Uitgangspunt is het wegwerken van het tekort zoals dat voorafgaande aan MAU door de gemeente is vastgesteld (ultimo 2013). Feitelijk tekort 2013: - € 1,3 miljoen = Verwacht bijgesteld tekort 2014: - € 2,4 miljoen = Te realiseren daling ten bedrage van: € 3.7 miljoen = Landelijke daling BUIG 2014 - 2015 3,9%:
86 160 246 52
uitkeringen uitkeringen uitkeringen uitkeringen
In het schema hieronder zijn de maatregelen uit de vorige hoofdstukken gebundeld en gekwantificeerd in volume en/of euro‟s . Optelsom Maatregelen Extra Instroombeperking* Extra Uitstroombevordering** Handhaving & sanctiebeleid schatting extra opbrengsten
2014 38 14 -
2015 73 32 € 75.000
2016 107 34 € 75.000
Totaal 218 80 € 150.000
*= deze zijn berekend op basis van aanvragen 2013 maal de toename poortwachterquote plus een gemiddelde uitkeringsbesparing van het weglekeffect **= deze aantallen zijn ontrokken uit de tabellen uit hoofdstuk 5 uitstroombevordering omgerekend naar een volledige jaarlijkse uitkeringsbesparing van € 15.000.
Op 1 januari 2014 had onze gemeente 1261 mensen in de uitkering. Deze verbetermaatregelen moeten leiden tot een lagere eindstand op 1 januari 2017 van 298 uitkeringen of te wel 963 P-wetters. Sturingsfilosofie: Om dit plan waar te kunnen maken is het essentieel hoe wij het sturing & risicomanagement hebben ingericht. Vragen die hierin belangrijk zijn gaan over hoe en wanneer wij (verwachte) tekorten signaleren. En ook hoe de effecten van de voorgestelde maatregelen worden bijgehouden en wanneer en op welke wijze bijsturing plaats gaat vinden als de verwachte resultaten niet worden behaald. “Last but not least” gaat het er ook om hoe deze gemeente de uitvoering van dit verbeterplan gedurende de hele periode gaat waarborgen afgezet tegen de huidige omvang van het aantal fte‟s. Dit wordt momenteel binnen de projectgroepen sociaal domein doorgerekend voor de uitvoeringsorganisatie.
Verbeterplan MAU
27
Beleid en regie als disciplines waren georganiseerd binnen de afdeling Samenleving van de dienst Visie & Regie. De uitvoeringsafdeling WIMO was altijd onderdeel van een ander dienst. Onze gemeente werkt sinds 1 april 2014 met een zogenaamd directiemodel thematisch werken. De uitvoering en beleid zijn op deze manier weer onder dezelfde aansturing gebracht. De werking van de sturing op begrotingsniveau is vastgelegd in de gemeentelijke planning en controlecyclus (P&C cyclus). Deze P&C cyclus bestaat uit vaststelling van de begroting, bijsturing via de Verantwoording &Perspectiefnota in juli van elk jaar en de jaarrekening. Binnen de gemeente wordt tweemaandelijks financieel gerapporteerd aan de raad over de voortgang. Dit is in het kader van de aangescherpte afspraken van een gemeente onder preventief toezicht. Het is ons voornemen om in overleg met de auditcommissie en de gemeenteraad de aansturing van de realisatie van en verantwoording herkenbaar in de P&C cyclus duiden en te koppelen aan de lange termijn agenda van de gemeenteraad. Sturing op managementniveau verloopt via de zogenaamde control-agenda waarin wordt gemonitord of er afwijkingen zijn ten opzichte van de ingediende afdelingsplannen en het verbindingsplan. Het verbindingsplan bevat de politiek gevoelige onderwerpen. De Bijstand en de Wsw zijn hier onderdeel van. De gemeente rapporteert jaarlijks aan de Inspectie/Toetsingscommissie Monitoring Ten behoeve van de voortgangsbewaking op realisatie van de eerdergenoemde beleidsdoelstellingen (zie vertaling Kritische Prestatie-Indicatoren) hebben wij begin 2013 een nieuw managementinformatiesysteem Cognos aangeschaft. Momenteel zijn wij via een intensief verbeterproces onze primaire werkprocessen aan het herinrichten om de benodigde informatie uit ons registratiesysteem geautomatiseerd te kunnen ontsluiten. Monitoring vindt nu nog handmatig plaats. Parallel hieraan wordt organisatiebreed de P&C cyclus aangepast voor een meer beheersmatige monitoring. De afdeling Wimo zal hierin voorop gaan lopen. Begin 2015 verwachten wij de monitoring op de belangrijkste onderdelen op orde te hebben. Concreet houdt dit in dat het management dan maandelijks vanuit opgebouwde dashboards de bijstandsontwikkeling gaat volgen en waar nodig interventies gaat plegen die vervolgens weer op effectiviteit worden getoetst. Het bestuur zal hierover via de organisatiebrede P&C cyclus over de voortgang worden geïnformeerd en de portefeuillehouder wekelijks.
Verbeterplan MAU
28
Bijlage: Werkproces vernieuwde Poort inclusief intakeformulier
Verbeterplan MAU
29
Gemeente Heerenveen Mede gefinancieerd door het Europese Sociale Fonds (ESF)
Intakeformulier Poort (doelmatigheid + rechtmatigheid) Aanmelding Datum melding Werk.nl Datum binnenkomst WIMO Nummer Werkproces Medewerker Persoonsgegevens Aanvrager BSNummer Geboortedatum Geslacht Klantnummer Naam Adres Postcode Woonplaats Telefoonnummer Mobiel nummer Email Sociale media Persoonsgegevens partner BSNummer Geboortedatum Geslacht Klantnummer Naam Adres Postcode Woonplaats Telefoonnummer Mobiel nummer Email Sociale media
Verbeterplan MAU
man/vrouw
man/vrouw
30
Screening Sonar : GBA : Burgelijke staat: Suwinet : Inschrijving UWV Werkbedrijf : Verlengd tot Beroep Opleiding Kadaster Zoekperiode < 27 jaar: n.v.t. Check Voorliggende Voorziening:
: @verlengd_tot_datum :
Verificatie persoonsgegevens aan de hand van een wettelijk identiteitsbewijs: De identiteit van aanvrager is vastgesteld aan de hand van het bovengenoemde identiteitsbewijs Nationaliteit / Verblijfsvergunning Opleidingen/cursussen Opleiding
Naam school
Niveau
Diploma
Periode
Toelichting Is startkwalificatie behaald (+ toelichting)? Is scholing/studiefinanciering voorliggende voorziening? Reden(en) uitval opleiding. Motivatie keuze opleiding Werkervaring Functie/werk, laatste werkgever
Werkgever
Periode
Toelichting Succesfactor(en), goede en minder goede ervaring(en) en reden(en) einde dienstverband(en). Actuele cv bijgevoegd? Ja/nee.
Verbeterplan MAU
31
Beroep van inschrijving (BVI) Functie/werk
Ervaring
Is BVI realistisch?
Toelichting Kan betrokkene aan het werk? Sluit BVI aan bij vraag arbeidsmarkt? Is reintegratietraject of opleiding noodzakelijk? Beoordeling dagritme. Is betrokkene in staat zelfstandig te solliciteren of is inzet van jobhunting of workshop nodig? Nevenactiviteiten: Interesses (sport, activiteiten, hobby’s, onderwerpen) Interesse
Ervaring
Omstandigheden/belemmeringen Gezondheid Fysiek / psychisch Presentatie - Verbale presentatie - Fysieke presentatie Woonsituatie Sociaal functioneren / Gezinssituatie Kinderopvang /beschikbaarheid/ zorginstellingen/ contactpersonen Hulpverleningscontacten: Contactpersonen + contactgegevens Financien en administratie Schulden/ gebruik maken voorzieningen/ zelfstandig Justitie Detentie / boetes /reclassering contactpersoon / VOG
Verbeterplan MAU
32
Beschikbaarheid Per welke datum beschikbaar voor werk? Hoeveel uur per week wil betrokkene werken? Hoeveel uur per week kan betrokkene werken? Soort vervoer Rijbewijs Indeling participatieladder Trede participatieladder Groeipotentieel Indeling Team Toelichting Tekst participatieladder invoegen en specificeren Checklist onderwerpen Profiel Dienstverlening/techniek Checklist Participatiedossier Suite4werk
ja/nee Categorie:
ja/nee Werk/Ontwikkeling/Zorg
Wie doet actie
Algemeen Opleidingsniveau Beroep inschrijving (= branche Techniek of Dienstverlening) Werk- en denkniveau Kanaal instroom en datum instroom Startkwalificatie (aanvinken indien opleiding HAVO, MBO2 of hoger) Rijbewijs (B, BE etc) Vervoermogelijkheid (auto, fiets, OV) Chauffeursdiploma (aanvinken indien van toepassing) Kinderopvang aanvinken indien sprake is van kinderopvang op basis van sociaal medische indicatie Leerwerkplek aanvinken indien cliënt is geplaatst op een leerwerkplek Sterke punten Focusvacature (hier geef je aan op welke vacatures de kandidaat gematcht kan worden). Vul maximamaal 3 focusvacatures in (toevoegen via „+‟). Voorwaarden Vul in wat van toepassing is: Inschrijving arbeidsbureau volledig/gedeeltelijk, onderzoek, scholing. UWV werkbedrijf datum inschrijving + geldigheidsdatum Doelgroep Vul doelgroep in inclusief begindatum (bv aanvang uitkering)
Verbeterplan MAU
33
Participatieladder Vul trede in Vul begindatum in (in principe gelijk aan datum aanvang WWB of datum meting/gesprek) Vul datum volgende meting in: Trede 4+ of 5+ na 6 maanden Trede 3+ na 12 maanden Trede 1 en 2 geen volgende meting R/P/O Kies optie 2 (verplichting) of 9 (ontheffing) Voer begindatum in (in principe datum aanvang WWB of datum wijziging volgens beschikking)
Welke acties nodig: - Klant manager - Jobhunter - Workshops - Aanmelding A&K - Cursus - (bv. vca/heftruck?) Externe instanties contactpersonen
Verbeterplan MAU
34